SOLBODEM. Inlichtingen voor bodemverontreinigingsdeskundigen

Transcriptie

1 SOLBODEM Inlichtingen voor bodemverontreinigingsdeskundigen INLEIDING U vindt in deze nota een overzicht van de belangrijkste informatie die sinds januari 2010 via het adres solbodem@ibgebim.be werd verzonden aan de bodemverontreinigingsdeskundigen. Dit document omvat verduidelijkingen en praktische informatie die nuttig zijn met betrekking tot het uitvoeren van bodemonderzoeken in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De vermelde datum, naast de titel van de , is de verzenddatum van deze mail. Om een vlottere opzoeking mogelijk te maken worden de s per onderwerp weergegeven. Dit wil evenwel niet zeggen dat een bepaalde opmerking exclusief voor dit onderwerp geldt. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk dat een instructie in een mail toegepast moet worden voor zowel een verkennend bodemonderzoek, nader onderzoek, enz. INHOUDSTABEL Inleiding... 1 Procedures... 3 Studiedag van 7/12/2012 (11/12/2012)... 3 Toegang tot bodemonderzoeken (25/09/2012)... 3 Einde van de overgangsmaatregelen (5/12/2011)... 4 Einde van de overgangsmaatregelen (20/06/2011)... 5 Formulier: Kennisgeving van een bodemverontreiniging (14/12/2010)... 6 Studiedag voor bodemverontreinigingsdeskundigen (13/12/2010)... 6 Structuur rapporten (24/09/2010)... 6 Solbodem (24/09/2010)... 6 Adresgegevens (24/09/2010)... 7 Elektronische rapporten... 8 Elektronisch formulier voor een studie die werd gerealiseerd in het kader van het besluit benzinestations van 21/01/1999 (20/02/2013) voor elektronische rapporten (5/01/2012)... 8 Elektronische rapporten (30/11/2011)... 9 Elektronisch versturen van rapporten (26/08/2011) PAGINA 1 OP 32 SOLBODEM - 26/02/2013

2 Elektronisch indienen van rapporten (16/05/2011) Elektronisch Formulier (22/03/2011) Irisbox (22/03/2011) Elektronisch formulier (27/01/2011) Elektronisch formulier (24/01/2011) Elektronisch formulier (13/08/2010) Elektronisch formulier (10/05/2010) Verkennend bodemonderzoek EINDE VAN DE OVERGANGSMAATREGELEN (29/06/2012) Vragen tot wijzigingen of aanvullingen (2/05/2012) Verontreinigingen van natuurlijke oorsprong (Arseen) (15/03/2012) Niet technische samenvatting + plan! (20/02/2012) Verduidelijkingen met betrekking tot de impact van het wijzigen van de normen op de verplichtingen in het kader van de nieuwe ordonnantie (20/02/2012) Gebruik van oude analysegegevens in een huidige studie (20/02/2013) Verontreinigingstypes en behandeling (24/05/2011) Risicoactiviteiten (16/12/2010) Risicoactiviteiten (12/01/2010) Geen risicoactiviteiten (11/01/2010) Gedetailleerd bodemonderzoek Verontreiniging door aanvulmateriaal: afperking (23/10/2012) Afperken van een verontreiniging met gechloreerde solventen (2/05/2012) Afperken van verontreinigingen gelinkt aan aanvullingen (8/09/2011) Verontreinigingscontouren (23/02/2011) Risicostudie Verspreidingsrisico (22/03/2011) Humaan risico (22/03/2011) Ontwerpbesluit risicostudie (24/09/2010) Saneringsvoorstel / Risicobeheersvoorstel Verandering op 1 juli 2012!!! (22/06/2012) Ordonnantie van 1/03/2012 betreffende het natuurbehoud (2/05/2012) Voorblad SV/RBV (9/11/2011) Normen voor gasvormige emissies (22/03/2011) Gevaarlijk karakter van afgegraven grond (22/03/2011) Betreffende sanerings- en risicobeheersvoorstellen (28/10/2010) Folow-upmaatregelen (24/09/2010) Saneringsvoorstellen - Risicobeheersvoorstellen (01/07/2010) Erkenningen en registraties Erkenningen van bodemverontreinigingsdeskundigen (21/01/2013) Registratie van aannemers PAGINA 2 OP 32 SOLBODEM- 26/02/2013

3 PROCEDURES STUDIEDAG VAN 7/12/2012 (11/12/2012) De presentaties van de studiedag van 7/12/2012 bevinden zich op de website van het BIM: type=2067 TOEGANG TOT BODEMONDERZOEKEN (25/09/2012) Aangezien u sinds het begin van dit jaar uw rapporten van bodemonderzoeken elektronisch overmaakt en dat de oude rapporten die reeds in het bezit zijn van het BIM op korte termijn zullen gedigitaliseerd worden, informeren wij u dat de procedure voor toegang tot de bodemonderzoeken vanaf vandaag zal aangepast worden. Een nieuw formulier werd daarom te uwer beschikking gesteld op de website van het BIM: type=2067 Enkele praktische info met betrekking tot deze nieuwe procedure: - De studies en andere documenten zullen u overgemaakt worden op elektronische drager voor de gedigitaliseerde dossiers en op papier voor de niet gedigitaliseerde dossiers. - De eventuele consultatie van gedigitaliseerde dossiers zal op computer gebeuren nadat dit duidelijk aangegeven is op het formulier en na het maken van een afspraak met de beheerder van uw aanvraag (Mevr. Martine Debast op 02/ of bodeminfosol@leefmilieu.irisnet.be). - Voor het overmaken van documenten bestaan twee mogelijkheden: o o Ofwel stort u het over te maken bedrag op rekening van het BIM (n met vermelding toegang info BODEM, het dossiernummer, datum van de aanvraag en de naam van de aanvrager (vb. toegang info BODEM, 1998/0053/01, 13/08/2012, dhr. Janssens) en wij maken u, na ontvangst van uw overschrijving, de gevraagde documenten over via het adres (of postadres) dat u opgegeven heeft. Ofwel maakt u een afspraak met de beheerder van uw aanvraag (mevr. Martine Debast op 02/ of bodeminfosol@leefmilieu.irisnet.be) om de papieren documenten PAGINA 3 OP 32 SOLBODEM- 26/02/2013

4 persoonlijk te ontvangen en/of de gedigitaliseerde documenten op uw eigen elektronische drager (USB-sleutel) te laten overzetten. De betaling is in dit geval slechts mogelijk in contant geld en zal ter plaatse moeten geregeld worden. - De aanvraagformulieren moeten duidelijk aangeven of u toegang tot het volledige of tot een gedeelte van het dossier wenst. In het laatste geval, moet men preciseren welke studie u wenst te raadplegen: verkennend bodemonderzoek, gedetailleerd bodemonderzoek, risicoonderzoek, saneringsvoorstel, risicobeheersvoorstel, voorstel van follow-upmaatregelen, eindbeoordeling, prospectief onderzoek, saneringsonderzoek, Bij gebrek aan verduidelijking hieromtrent, zal de aanvrager het volledige dossier ontvangen en betalen. - De elektronische documenten dienen op basis van forfaitaire bedragen betaald te worden (30 / volledig dossier of 10 / bodemonderzoek) of per pagina (0.05 / pagina) voor de andere documenten maar met een minimum van 5 per aanvraag. Aangezien de elektronische bestanden in PDF-formaat zijn zal het niet meer mogelijk zijn om u enkel een deel van een studie over te maken. EINDE VAN DE OVERGANGSMAATREGELEN (5/12/2011) Wij verwijzen naar onze s van 30/11/2009 en 20/06/2011 met betrekking tot de overgangsmaatregelen naar aanleiding van het van kracht worden, vanaf 1 januari 2010 van de ordonnantie van 5/03/2009 betreffende het beheer en de sanering van verontreinigde bodems. Wij melden u dat de sanerings- en risicobeheerswerken die uitgevoerd werden overeenkomstig een saneringsvoorstel dat op basis van de ordonnantie van 13 mei 2004 (B.S. 24 juni 2004) werden goedgekeurd, vanaf heden systematisch gerapporteerd dienen te worden als eindbeoordeling overeenkomstig de ordonnantie van 5 maart Hiertoe, en zolang het besluit tot vastlegging van de type-inhoud van een eindbeoordeling nog niet bestaat, vragen wij u om ten minste de volgende vereisten na te leven: - Het woord eindbeoordeling in de titel van het rapport opnemen; - Aan de verwachte inhoud zoals gedetailleerd in de goedkeuring van het voorstel beantwoorden; - Duidelijk de maximale concentraties in bodem en grondwater na behandeling en per perceel, de conclusies over de afwezigheid van risico s alsook de eventuele gebruiksbeperkingen per perceel vaststellen; - Het elektronisch formulier invullen. Deze minimale inhoud is des te meer van toepassing voor eindbeoordelingen volgend op een conformverklaring van een sanerings-of risicobeheersvoorstel conform de ordonnantie van 5 maart PAGINA 4 OP 32 SOLBODEM- 26/02/2013

5 Indien een eindrapport van werken of maatregelen vandaag in onderzoek is, of indien het ons binnenkort wordt toegestuurd zonder rekening te houden met bovenvernoemde opmerkingen, zullen de nodige aanvullingen gevraagd worden. Merk op dat indien follow-up maatregelen (vb. monitoring van grondwater) werden voorzien in het voorstel, ze integraal deel uitmaken van de behandeling en dus van de eindbeoordeling. In geval van twijfel kan u de dossierhouder van Leefmilieu Brussel contacteren. EINDE VAN DE OVERGANGSMAATREGELEN (20/06/2011) Wij verwijzen naar onze van 30/11/2009 met betrekking tot de overgangsmaatregelen naar aanleiding van het van kracht worden, vanaf 1 januari 2010 van de ordonnantie van 5/03/2009 betreffende het beheer en de sanering van verontreinigde bodems. Overwegende dat, meer dan zeventien maanden na het van kracht worden van deze ordonnantie, alle onder de bodemordonnantie van 2004 aangevatte studies uitgevoerd zijn of verondersteld dit te zijn, zal Leefmilieu Brussel vanaf heden enkel nog studies aanvaarden die volgens de ordonnantie van 5/03/2009 werden uitgevoerd.. Leefmilieu Brussel zal dus niet meer aanvaarden dat een bestelbon van vóór 2010 bij het rapport wordt toegevoegd om te vragen dat het rapport volgens de oude bodemordonnantie wordt behandeld. Dit geldt evenwel niet voor: - Aanvullingen van studies die door Leefmilieu Brussel werden gevraagd naar aanleiding van een ongunstig advies op een rapport opgesteld volgens de oude ordonnantie; - Aanvullingen op saneringsvoorstellen die noodzakelijk zijn in het geval van wijzigingen van niet significant belang, van in uitvoering zijnde saneringswerken; - Rapporten waarvoor reeds een voorstel van onderzoek werd goedgekeurd door Leefmilieu Brussel EN op voorwaarde dat de boringen uitgevoerd werden vóór 21/06/2011. In geval van twijfel kan u de dossierhouder van Leefmilieu Brussel contacteren. PAGINA 5 OP 32 SOLBODEM- 26/02/2013

6 FORMULIER: KENNISGEVING VAN EEN BODEMVERONTREINIGING (14/12/2010) Een formulier werd opgesteld om veroorzakers van ongevallen, exploitanten of houders van zakelijke rechten toe te laten om aangifte van een bodemverontreiniging te doen bij het BIM. Dit formulier kan u terugvinden op onze website: ype=2067 STUDIEDAG VOOR BODEMVERONTREINIGINGSDESKUNDIGEN (13/12/2010) Naar aanleiding van de studiedag van 6 december 2010 kan u de diverse presentaties terug vinden op onze website: =tab1 STRUCTUUR RAPPORTEN (24/09/2010) We herinneren u eraan dat verkennend bodemonderzoeken, gedetailleerde bodemonderzoeken, risicobeheersvoorstellen, saneringsvoorstellen en beperkte saneringsvoorstellen steeds ingediend dienen te worden onder vorm van een rapport met een structuur die overeenkomt met de diverse afdelingen, hoofdstukken en bijlagen zoals vermeld in de diverse uitvoeringsbesluiten. Het niet respecteren van deze regels kan leiden tot een niet conformverklaring van de studie. SOLBODEM (24/09/2010) Wij stellen meer en meer vragen vast, gesteld via solbodem@ibgebim.be, waarvan het antwoord zich duidelijk en expliciet ofwel in de ordonnantie van 5 maart 2009, ofwel in de uitvoeringsbesluiten bevindt. Het BIM verwacht dat een erkend bodemverontreinigingsdeskundige ten minste kennis neemt van de van kracht zijnde wetgeving waarvoor hij erkend is! De mailbox solbodem is voorbehouden voor vragen met betrekking tot interpretatie, technische, administratieve, juridische vragen... waarvan het antwoord zich niet in de wetgeving bevindt. PAGINA 6 OP 32 SOLBODEM- 26/02/2013

7 ADRESGEGEVENS (24/09/2010) Een bepaald aantal conformverklaringen van bodemonderzoeken die door ons per aangetekende brief dienen verstuurd te worden, worden ons door de post terugbezorgd en dit onder meer door fouten in de gegevens van uw klanten die in het bodemonderzoek werden opgenomen. Wij vragen u dus om zeer aandachtig te zijn op de correctheid van deze gegevens. Weet bijvoorbeeld dat een aangetekende brief niet zal afgeleverd worden indien de naam van de ontvanger één letter meer of minder bevat! PAGINA 7 OP 32 SOLBODEM- 26/02/2013

8 ELEKTRONISCHE RAPPORTEN ELEKTRONISCH FORMULIER VOOR EEN STUDIE DIE WERD GEREALISEERD IN HET KADER VAN HET BESLUIT BENZINESTATIONS VAN 21/01/1999 (20/02/2013) Wij herinneren u eraan dat er specifieke elektronische formulieren bestaan voor studies die werden uitgevoerd in het kader van het besluit van 21 januari 1999 tot vaststelling van de uitbatingsvoorwaarden voor benzinestations (B.S. 24/03/1999): - Prospectief bodemonderzoek benzinestation, - Nader bodemonderzoek benzinestation, - Risico-onderzoek benzinestation, - Saneringsonderzoek benzinestation, - Saneringsrapport benzinestation, - Monitoring benzinestation. Wij hebben vastgesteld dat bepaalde van deze rapporten ons verkeerdelijk worden overgemaakt met een elektronisch formulier van de OBodem Aangezien het niet mogelijk is om het type studie te wijzigen in een formulier, eens dit formulier werd aangemaakt, vestigen wij u aandacht op het belang van de keuze van het type formulier. Indien wij vaststellen dat een formulier niet overeenstemt met het type van het ingediende rapport, zullen wij ons genoodzaakt zien om het formulier te devalideren en u te vragen om een nieuw formulier aan te maken. VOOR ELEKTRONISCHE RAPPORTEN (5/01/2012) Naar aanleiding van onze mailings van 28/08/2011 en 30/11/2011 herinneren wij u aan de verplichting om een te versturen naar solbodem@ibgebim.be waarin het versturen van een bodemonderzoek via het formulier wordt gemeld (deze dient verplicht de referentie van het verzonden rapport te bevatten). Wij stellen vast dat deze niet altijd werd verstuurd en dat u bijgevolg niet op de hoogte werd gesteld van het versturen van bepaalde aan het elektronisch formulier aangehechte rapporten. Zonder deze is het voor ons op dit ogenblik onmogelijk om aan het elektronisch formulier aangehechte rapporten te ontvangen. Wij benadrukken bijgevolg het belang en de noodzaak om deze procedure te respecteren en wij vragen u om zo snel mogelijk een te versturen voor de studies waarvoor u nog geen ontvangstmelding zou gehad hebben. Indien de ons laattijdig wordt verzonden zal de ontvangstmelding van het elektronisch rapport gebaseerd worden op de verzenddatum van de en niet op de PAGINA 8 OP 32 SOLBODEM- 26/02/2013

9 datum van het valideren van het elektronisch formulier en zullen de behandelingstermijnen berekend worden vanaf de datum van de meegedeelde ontvangstmelding. Samenvattend : Een elektronische versie van het rapport moet ons voor elke studie toekomen (ordonnantie bodem en besluit benzinestations) die ingediend werd vanaf 1 januari Dit document moet door u getekend en gedateerd worden want het zal het referentiedocument zijn voor de berekening van de behandelingstermijn en het zal het enige document zijn dat wordt bewaard in onze archieven. Voor elke studie dient het elektronisch formulier ingevuld en volledig te zijn (het dient dus de xml-bestanden van de analyses alsook de niet-technische samenvatting en zijn plan te bevatten). Voor wat het elektronisch rapport betreft, dat kan ofwel worden aangehecht aan het formulier (max 50 megabytes per bestand), ofwel worden toegestuurd via Irisbox (geen beperking van bestandsgrootte). Indien het rapport wordt verstuurd via het formulier moet een worden verstuurd aan solbodem@ibgebim.be die ons van het versturen van het rapport via het formulier verwittigt. ELEKTRONISCHE RAPPORTEN (30/11/2011) Sinds twee maand heeft u de mogelijkheid om ons uw rapporten onder elektronische vorm te versturen en deze praktijk kent veel succes. Op vandaag ontvangen wij nagenoeg 50 % van de rapporten via Irisbox of via het elektronisch formulier. Bovenop de milieu-, tijds- en geldwinst alsook de ontvangstzekerheid door onze diensten, zullen de elektronische rapporten ons toelaten om in de komende maanden de consultatietermijnen van de studies te verbeteren. Wij hebben namelijk voorzien om in 2010 al onze archieven te dematerialiseren om ze u op elektronische drager te kunnen overmaken, om te vermijden dat u een afspraak dient te maken met onze diensten en dat u kopieën van studies dient te vragen. Bijgevolg informeren wij u dat voor elke studie die vanaf 1 januari 2012 wordt ingediend, een elektronische versie van het rapport dient te worden overgemaakt (bodemordonnantie en besluit benzinestations). Dit document dient door u te worden ondertekend en gedateerd omdat het als referentiedocument zal dienen voor de berekening van de behandelingstermijn en het zal het enige document zijn dat zal worden bewaard in onze archieven. Praktisch gezien: Indien u (of uw cliënt) ons toch een afgedrukt rapport of bepaalde bijlages (bijvoorbeeld: plannen) wenst over te maken bovenop het elektronisch rapport, zullen deze documenten ter informatie worden aanvaard. De berekening van de behandelingstermijn zal gebeuren vanaf de datum van indiening van het formulier (Irisbox of elektronisch formulier) PAGINA 9 OP 32 SOLBODEM- 26/02/2013

10 U ontvangt in elk geval een ontvangstmelding : per in het geval van het elektronisch formulier en in de toepassing Irisbox voor de gebruikers van Irisbox. De studies die ons na 1 januari 2012 toekomen zonder elektronisch rapport zullen systematisch het voorwerp uitmaken van een vraag tot aanvullingen. Indien u een tussentijds rapport (van risicobeheer, sanering of follow-up maatregelen) wenst over te maken via het elektronisch formulier, dient u het typeformulier van het eindrapport (eindbeoordeling of rapport van follow-upmaatregelen) te gebruiken, er ten minste het adres en het kadastraal perceel in in te geven en er het elektronisch rapport aan toe te voegen. (de rest is niet nodig in dit stadium) Het is niet meer nodig om een kopie van het elektronisch formulier in bijlage van het rapport te steken indien het rapport in bijlage van het elektronisch formulier wordt verstuurd. Ter herinnering: voor elke studie dient het elektronisch formulier ingevuld en vervolledigd te worden (dus met de xml-bestanden van de analyses alsook de niet technische samenvatting en zijn plan). Voor wat het rapport betreft, dat kan ofwel bijgevoegd worden aan het formulier (max. 50 megabytes per bestand), ofwel worden overgemaakt via Irisbox (geen beperking van de grootte). In het geval van problemen met de verbinding of het versturen van bestanden vanaf het elektronisch formulier raden wij u aan om Irisbox te gebruiken (elektronisch loket van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, toegankelijk voor ieder persoon die beschikt over een elektronische Belgische identiteitskaart of elektronische identiteitskaart voor resident in België --> Wij herinneren u de regels voor goede praktijk voor het opmaken van dit elektronisch rapport: - Formaat PDF of PDF-A - In twee bestanden, 1 voor het rapport en 1 ander voor de bijlages (indien de grootte van het bestand het noodzakelijk maakt kan het bestand van de bijlages eventueel verdeeld worden in 2 of 3 bestanden) - Een interactieve inhoudsopgave - Vermijden van het scannen van afgedrukte rapporten (verlies van kwaliteit en minder leesbaar op scherm) - Benaming van het bestand: - Rapport/bijlagen/NtS - type studie (RES, ED, ER, ) uw ref. Bijvoorbeeld: rapport_res_12588, bijlagen_res_12588 PAGINA 10 OP 32 SOLBODEM- 26/02/2013

11 ELEKTRONISCH VERSTUREN VAN RAPPORTEN (26/08/2011) We hebben u reeds enkele weken terug gecommuniceerd dat, in het kader van de toepassing van de dienstenordonnantie van 3 februari 2011 (BS. 04/02/2011), Leefmilieu Brussel u de mogelijkheid biedt om rapporten van bodemonderzoeken elektronisch in te dienen (pdf). Tot op heden konden elektronische rapporten enkel ingediend worden via het elektronisch loket Irisbox. We informeren u dat vanaf vandaag, de elektronische rapporten ook aan ons kunnen overgemaakt worden via de toepassing "formulier bodemonderzoeken". Hoe gaat men tewerk? 1. het bodemonderzoek dient samengesteld te zijn uit drie PDF-documenten: 1. het rapport zélf, gestructureerd met een interactieve inhoudstabel 2. de bijlagen van het rapport, gegroepeerd in één enkel PDF-document 3. de niet-technische samenvatting Opmerking: de limiet is op dit ogenblik 20 megabyte per bestand. Indien uw bestanden volumineuzer zijn kan u ze ofwel opsplitsen, of ons contacteren zodat wij de uploadlimiet kunnen verhogen. 2. opladen van de drie PDF-documenten in de toepassing "formulier bodemonderzoeken", in het venster "bijlagen". 3. de naam van het rapport ingeven in het veld "beschrijving" 4. bij het vakje "rapport" aanduiden: yes 5. het formulier valideren wanneer het ingeven volledig is (inclusief bijlagen van de niettechnische samenvatting) én het bodemonderzoek in bijlage werd toegevoegd (we aanvaarden het elektronisch rapport niet indien de rest van het formulier niet volledig is) 6. een mail sturen naar solbodem@ibgebim.be waarin u meldt dat een bodemonderzoek via het formulier werd opgestuurd (deze dient verplicht de referentie van het verzonden rapport te bevatten). Wat garandeert dat de studie goed toegekomen is en wat markeert het begin van de termijn voor het afleveren van de gelijkvormigheidsverklaring van de studie? De mailbox solbodem@ibgebim.be zal tweemaal per werkdag nagekeken worden en een met ontvangstbevestiging zal u ten laatste binnen de 24h overgemaakt worden (de ontvangstbevestiging zal binnenkort geautomatiseerd worden waardoor deze onmiddellijk via het web-formulier BODEMONDERZOEKEN bekomen zal worden). De ontvangstbevestiging zal onder andere de referentie van het rapport omvatten, alsook de datum van ontvangst. PAGINA 11 OP 32 SOLBODEM- 26/02/2013

12 De termijn waarover het BIM beschikt voor de behandeling van het elektronisch rapport begint te lopen vanaf de datum van ontvangst! Wat zijn de voordelen van het elektronisch opsturen van rapporten van bodemonderzoeken? Dit systeem is op meerdere vlakken voordelig. De voornaamste voordelen zijn tijd- en geldwinst want geen papier of inktverbruik, geen inbinden of kopiëren van rapporten, geen port- of koerierkosten, totale veiligheid voor wat de ontvangst van de rapporten betreft want geen transport van papieren documenten, verkorting van de evaluatie- en antwoordtermijn want het rapport belandt onmiddellijk bij de betrokken dienst,...!, waardoor bijgevolg meer tijd gelaten wordt aan de behandelende agenten om contact met u op te nemen indien er aanvullingen nodig zouden zijn voor een onderzoek! ELEKTRONISCH INDIENEN VAN RAPPORTEN (16/05/2011) In het kader van de toepassing van de dienstenordonnantie van 3 februari 2011 (B.S. 04/02/2011), biedt Leefmilieu Brussel u voortaan de mogelijkheid om rapporten van bodemonderzoeken onder elektronische vorm in te dienen (pdf). De rapporten kunnen, vanaf nu en door elke persoon die een elektronische identiteitskaart bezit, ingediend worden via een formulier van het elektronisch loket Irisbox. Dit systeem is op meerdere vlakken voordelig. De voornaamste voordelen zijn tijd- en geldwinst want geen papier of inktverbruik, geen inbinden of kopiëren van rapporten, geen port- of koerierkosten, verkorting van de antwoordtermijn want het rapport belandt onmiddellijk bij de betrokken dienst, totale veiligheid voor wat de ontvangst van de rapporten betreft want geen transport van papieren documenten, Opmerkingen : Wanneer een rapport van een bodemonderzoek via Irisbox wordt verzonden ontvangt de gebruiker ontvangstbevestiging van zijn studie door Leefmilieu Brussel, tijdens de werkdagen volgend op de verzending, wanneer het formulier wijzigt van het statuut verstuurd naar het statuut afgehandeld. Het statuut afgehandeld betekent dus niet dat het advies door Leefmilieu Brussel werd verzonden aan de houder van de verplichtingen maar dat het rapport goed ontvangen werd en overgemaakt aan de behandelend agent van het dossier. Het advies of de (niet)conformverklaring zullen per post worden verzonden aan de houders van de verplichtingen op een soortgelijke manier als de huidige praktijk voor studies die ons onder papieren vorm toekomen. Anderzijds ontwikkelen wij op dit ogenblik de mogelijkheid om elektronische rapporten in te dienen via de toepassing formulier bodemonderzoeken die toegankelijk is voor de bodemverontreinigingsdeskundigen. Deze mogelijkheid zal in de loop van 2011 beschikbaar zijn en zal duidelijk meer voordelen bieden dan het Irisbox-systeem. Bovendien herinneren wij u dat er andere formulieren betreffende de administratieve stappen die verband houden met bodemverontreiniging beschikbaar zijn op Irisbox: premieaanvraag voor het uitvoeren van bodemonderzoeken, aanvragen voor vrijstellingen (artikels 60 en 61) en aanvragen voor bodemattesten. PAGINA 12 OP 32 SOLBODEM- 26/02/2013

13 Nota: IRISBOX is een on-line dienst die ontwikkeld is door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en aan iedere burger met een elektronische Belgische identiteitskaart de mogelijkheid biedt om via elektronische weg onmiddellijk documenten op te vragen bij gemeentelijke of gewestelijke administraties. Om deze dienst te kunnen gebruiken, dient u absoluut volgende elementen ter uwer beschikking te hebben: - een elektronische Belgische identiteitskaart en zijn PIN-code; - een lezer van elektronische identiteitskaarten en de vereiste programma s dienen geïnstalleerd te zijn op uw computer; - de Fedict-software die toelaat om uw elektronische identiteitskaart te lezen; - u verbinden en identificeren via het elektronisch loket IRISBOX via volgend adres: Meer informatie omtrent het gebruik van de elektronische identiteitskaarten en het loket IRISBOX is beschikbaar op volgende websites: ELEKTRONISCH FORMULIER (22/03/2011) Teneinde onnodige invoering van gegevens te vermijden, herinneren er wij u aan dat het niet noodzakelijk is om de risicoactiviteiten en de betrokkenen opnieuw in te voeren in het elektronisch formulier voor elke studie indien deze gegevens reeds werden overgemaakt aan het BIM via een elektronisch formulier in het kader van een vorige studie en indien de situatie onveranderd bleef. Zo dienen bvb. indien de nodige gegevens in het kader van een VBO werden ingevoerd, deze gegevens niet opnieuw worden ingevoerd voor volgende studies (gedetailleerd onderzoek, risico-onderzoek, etc.). PAGINA 13 OP 32 SOLBODEM- 26/02/2013

14 IRISBOX (22/03/2011) Teneinde de procedure voor bepaalde aanvragen van toegang tot de informatie betreffende het beheer van verontreinigde bodems te vereenvoudigen en te versnellen, heeft Leefmilieu Brussel nieuwe aanvraagformulieren ter uwer beschikking gesteld op Irisbox. Wat is Irisbox? Irisbox is het internetplatform van het elektronisch loket, ontwikkeld door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, die elke burger beschikkend over een elektronische identiteitskaart, de mogelijkheid biedt om online documenten aan te vragen of in te dienen bij de gemeentelijke instanties. Welke aanvragen betreffende het beheer van verontreinigde bodems kunnen via Irisbox? De aanvragen van bodemattesten die niet via de webapplicatie e-notariaat kunnen worden overgemaakt De aanvragen van bodempremies De officiële kennisgevingen en aanvragen van vrijstellingen zoals voorzien in artikel 60 van de ordonnantie van 5 maart 2009 betreffende het beheer en de sanering van verontreinigde bodems De aanvragen tot vrijstelling zoals voorzien in artikel 61 van de ordonnantie van 5 maart 2009 betreffende het beheer en de sanering van verontreinigde bodems Het antwoord op uw vraag, of het aangevraagde document worden per mail (bodemattesten en aanvragen tot vrijstelling cfr. art61) of per post (aanvragen voor bodempremies en aanvragen tot vrijstelling cfr. art 60) overgemaakt, binnen de wettelijk voorziene termijnen. Hoe gebruikt men Irisbox? Om deze formulieren te gebruiken dient u in het bezit te zijn van elektronische identiteitskaart, een identiteitskaartlezer en de pincode van deze identiteitskaart. Indien u de pincode van de identiteitskaart niet (meer) weet, kan u een nieuwe pincode aanvragen bij het gemeentebestuur (zie onder). Toegang tot de formulieren Irisbox ( Bijkomende info : Marie Verkaeren (mve@ibgebim.be) : 02/ Bijkomende informatie betreffende de elektronische identiteitskaart : Alles over de elektronische identiteitskaart ( Online een nieuwe pincode aanvragen ( PAGINA 14 OP 32 SOLBODEM- 26/02/2013

15 Installatie van de identiteitskaartlezer (HYPERLINK " ment_installer_l_eid/quick_install/ ELEKTRONISCH FORMULIER (27/01/2011) Voor vragen/problemen met betrekking tot het elektronisch formulier dient vanaf 1 februari 2011 contact opgenomen te worden met Mevr. Marie Verkaeren (mve@ibgebim.be, T: 02/ ). ELEKTRONISCH FORMULIER (24/01/2011) De boringen die reeds in eerdere studies werden uitgevoerd moeten niet meer opnieuw ingegeven worden. Bij het ingeven van een saneringsvoorstel is het bijvoorbeeld niet nodig om de boringen van het verkennend bodemonderzoek te hernemen, maar wel de boringen die in het kader van het saneringsvoorstel werden uitgevoerd. Alle in te geven bedragen stemmen overeen met de kostprijzen, BTW inbegrepen. Bij het toevoegen van bijlagen in het formulier tenslotte dient systematisch N gekozen te worden voor het veld rapport. Dit dient toegepast te worden zolang we nog geen testen uitgevoerd hebben voor dit veld ELEKTRONISCH FORMULIER (13/08/2010) Wij vestigen uw aandacht op het feit dat het elektronisch formulier alsook de niettechnische samenvatting, verplichte en onontbeerlijke bijlagen zijn voor de gelijkvormigheidsverklaring van deze studies (zie hoofdstuk 16 van bijlage 1 van het besluit tot vaststelling van de type-inhoud van het verkennend bodemonderzoek en het gedetailleerd bodemonderzoek en de gelijkaardige hoofdstukken van het besluit van de andere studies). Wij hebben immers vastgesteld dat de elektronische formulieren ons niet systematisch worden toegezonden en dat het merendeel van de elektronische formulieren die ons zijn toegekomen geen niet-technische samenvatting bevatten. Ter herinnering, dit document moet onder PDF -formaat aan het formulier worden toegevoegd via de tab bijlagen en dit voor elke studie die ons wordt toegezonden. Wij benadrukken dat elke studie waarvoor het elektronisch formulier niet aan het BIM zal verstuurd zijn of waarbij het elektronisch formulier geen niet-technische bijlage bevat, het voorwerp zal uitmaken van een verklaring van niet gelijkvormigheid en een systematische vraag voor aanvullingen. PAGINA 15 OP 32 SOLBODEM- 26/02/2013

16 ELEKTRONISCH FORMULIER (10/05/2010) Het invullen van het elektronisch formulier is ook geldig voor studies uitgevoerd in het kader van het besluit benzinestations. Het is omwille van deze reden dat het formulier aspecten bevat die eigen zijn aan deze wetgeving. PAGINA 16 OP 32 SOLBODEM- 26/02/2013

17 VERKENNEND BODEMONDERZOEK EINDE VAN DE OVERGANGSMAATREGELEN (29/06/2012) Wij verwijzen naar onze s van 30/11/2009, 20/06/2011 en 5/12/2011 met betrekking tot de overgangsmaatregelen naar aanleiding van het van kracht worden, vanaf 1 januari 2010 van de ordonnantie van 5/03/2009 betreffende het beheer en de sanering van verontreinigde bodems. Overwegende dat, meer dan 2,5 jaar na het van kracht worden van deze ordonnantie, alle onder de bodemordonnantie van 2004 aangevatte studies uitgevoerd zijn of verondersteld dit te zijn, zal Leefmilieu Brussel vanaf 1/10/2012 enkel enkel nog studies aanvaarden die volgens de ordonnantie van 5/03/2009 werden uitgevoerd. Bijgevolg, indien u nog studies moet indienen die uitgevoerd worden op basis van de voormalige bodemordonnantie van 2004 omdat deze voldoen aan de voorwaarden gedefinieerd in onze mail van 20/06/2011 (cf. hieronder), dan heeft u nog tot 30/09/2012 om deze in te dienen bij het BIM. Eens deze datum gepasseerd is, zullen deze studies niet meer aanvaard worden. We herinneren u eraan dat overeenkomstig onze mail van 20/06/2011, volgende studies nog ingediend konden worden op basis van de bodemordonnantie van 2004: - Aanvullingen van studies die door Leefmilieu Brussel werden gevraagd naar aanleiding van een ongunstig advies op een rapport opgesteld volgens de oude ordonnantie; - Aanvullingen op saneringsvoorstellen die noodzakelijk zijn in het geval van wijzigingen van niet significant belang, van in uitvoering zijnde saneringswerken; - Rapporten waarvoor reeds een voorstel van onderzoek werd goedgekeurd door Leefmilieu Brussel EN op voorwaarde dat de boringen uitgevoerd werden vóór 21/06/2011. In geval van twijfel kan u de dossierhouder van Leefmilieu Brussel contacteren. VRAGEN TOT WIJZIGINGEN OF AANVULLINGEN (2/05/2012) Wij herinneren u eraan dat als het BIM een aanvulling op een studie vraagt (wijzigingen of aanvullingen) de deskundige geen volledig nieuw rapport van deze studie moet overmaken maar enkel een aanvulling. Indien de deskundige er toch voor kiest om een volledig nieuw rapport van de studie over te maken, vragen we dat de gewijzigde of bijgevoegde passages duidelijk worden aangegeven (vb. onderlijnd, kleur, cursief of anders) zodat ze makkelijk identificeerbaar zijn. In dit verband herhalen wij ook dat indien een wijziging of aanvulling een impact heeft op een ander gedeelte van het rapport, dit gedeelte eveneens het voorwerp moet uitmaken van de aanvulling of wijziging. Bijvoorbeeld: men moet erop toezien dat de niet PAGINA 17 OP 32 SOLBODEM- 26/02/2013

18 technische samenvatting steeds coherent blijft met de aangebrachte wijzigingen of aanvullingen. VERONTREINIGINGEN VAN NATUURLIJKE OORSPRONG (ARSEEN) (15/03/2012) Indien een verkennend bodemonderzoek een arseenverontreiniging van natuurlijke oorsprong aan het licht brengt in het grondwater, die de interventienorm overschrijdt, kan de expert op gemotiveerde wijze besluiten dat het niet noodzakelijk is om een gedetailleerd onderzoek en een risico-onderzoek uit te voeren. Op basis van deze gegevens zal het BIM het of de percelen in categorie 3 van de inventaris van de bodemtoestand inschrijven en zal de volgende gebruiksbeperking worden opgelegd voor het betrokken terrein : Verbod op waterwinning (inclusief grondwaterverlaging). Wij informeren u dat een veld Natuurlijk As? Y/N aangemaakt werd in het elektronisch formulier van het verkennend bodemonderzoek. Teneinde een correcte codering toe te laten vragen wij u bijgevolg om dit veld in te vullen wanneer u met dit type verontreiniging geconfronteerd wordt. NIET TECHNISCHE SAMENVATTING + PLAN! (20/02/2012) Wij herinneren u eraan dat de niet technische samenvatting die aan het rapport en het elektronisch formulier is toegevoegd een plan moet bevatten die de locatie van de boringen, de gebouwen, de risicoactiviteiten en een aanduiding van de boringen waarvoor een overschrijding van de interventie- en saneringsnormen werden vastgesteld, weergeeft. Voor complexe situaties kan u twee plannen toevoegen (vb. 1 voor bodem en 1 voor grondwater, of 1 voor de verontreiniging en 1 voor de behandelingsinstallatie) maar deze twee plannen en de niet technische samenvatting moeten zich verplicht in één bestand bevinden. Bij het niet respecteren van deze regel zal het rapport het voorwerp uitmaken van een vraag tot aanvulling. Deze regel is niet van toepassing voor PA/PGR, waar de samenvatting beperkt is tot 2 pagina s. PAGINA 18 OP 32 SOLBODEM- 26/02/2013

19 VERDUIDELIJKINGEN MET BETREKKING TOT DE IMPACT VAN HET WIJZIGEN VAN DE NORMEN OP DE VERPLICHTINGEN IN HET KADER VAN DE NIEUWE ORDONNANTIE (20/02/2012) Naar aanleiding van het veranderen van bepaalde normen bij het van kracht worden van de bodemordonnantie van 2009, kunnen zich meerdere gevallen voordoen bij de behandeling van een terrein. Hieronder vindt u enkele verduidelijkingen met betrekking tot de in deze gevallen te volgen procedure. 1. Ofwel heeft er zich geen aanleidinggevend feit voorgedaan sinds 1 januari 2010; de verplichtingen die voortvloeien uit het aanleidinggevend feit van vóór 1 januari 2010 zijn echter nog steeds in uitvoering: - Indien de switch van ordonnantie heeft plaatsgehad naar aanleiding van het goedkeuren van het verkennend bodemonderzoek (OBodem2004) : het gedetailleerd onderzoek moet overeenkomstig de nieuwe ordonnantie worden uitgevoerd, met inbegrip van de afperking; - Indien de switch van ordonnantie plaats heeft gehad na de goedkeuring van de risicostudie (OBodem 2004): de risicostudie bevat dus een conform geacht gedetailleerd onderzoek en het BIM vraagt geen verdere afperking tenzij er een afperking noodzakelijk zou zijn in het kader van de behandeling volgens de ordonnantie 2009; - Indien de switch van ordonnantie plaats heeft gehad naar aanleiding van de goedkeuring van een saneringsvoorstel (OBodem2004): de in het goedgekeurde voorstel beschreven sanerings- of risicobeheerswerken dienen overeenkomstig dit project te worden uitgevoerd, onafhankelijk van de gewijzigde normen. Eén aandachtspunt is op te merken: wanneer de concentraties aan zware metalen of PAK s niet de normen van de OBodem2004 maar wel de interventienormen van de OBodem2009 overschrijden, dient een risico-evaluatie (standaard en actueel scenario) rekening te houden met deze elementen, dient eventueel een aanpassing van de sanerings- of risicobeheerswerken te gebeuren, en dient de eindbeoordeling ook voor deze stoffen, de afwezigheid van risico s aan te tonen; Opgepast : bij de switch van ordonnantie moeten de types en de ouderdom van de verontreinigingen, de eventuele verandering van verplichtinghouder, enz. in het eerste, conform de OBodem 2009 opgestelde rapport dat op de switch volgt, te worden bepaald. 2. Ofwel heeft er zich een aanleidinggevend feit voor een verkennend bodemonderzoek voorgedaan na 1 januari 2010: a) Indien er vrijstelling van VBO is en geen in uitvoering zijnde behandelingsprocedure die voortvloeit uit een VBO: in dit geval is er een vrijstelling voor het geheel van de procedure; b) Indien er vrijstelling van VBO is maar wel een in uitvoering zijnde behandelingsprocedure die voortvloeit uit een VBO van de OBodem 2004: in dit geval dient gekeken te worden of de switch van ordonnantie al dan niet reeds heeft plaatsgevonden bij de in uitvoering zijnde procedure: indien wel PAGINA 19 OP 32 SOLBODEM- 26/02/2013

20 zal/zullen de verplichtinghouder(s) voor het vervolg aangewezen worden door de OBodem 2009; indien niet zal/zullen de nieuwe verplichtinghouder(s) uitgenodigd worden om het eens te worden met de oude om het eerstvolgende rapport conform de OBodem 2009 op te stellen; c) Indien er geen vrijstelling van VBO is: een nieuw VBO moet worden opgesteld, conform de OBodem 2009 maar deze kan gebaseerd worden op oude resultaten, bv. de screening of andere analyses, die de deskundige nog steeds als relevant acht (voor oude risico-activiteiten bijvoorbeeld); Het VBO, het GO, de RS, enz. dienen uiteraard volledig conform te zijn met de bepalingen van de nieuwe ordonnantie en zijn uitvoeringsbesluiten. Herinnering: in het geval van een verontreiniging die door sanering dient behandeld te worden, dient de afperking tot aan de saneringsnormen te gebeuren. In het geval van behandeling door risicobeheer moet deze afperking gebeuren tot aan de interventienormen. GEBRUIK VAN OUDE ANALYSEGEGEVENS IN EEN HUIDIGE STUDIE (20/02/2013) Twee gevallen kunnen zich voordoen wanneer u analyseresultaten gebruikt die werden uitgevoerd in het kader van oude studies: Ofwel betreft het resultaten waar de xml reeds werden overgemaakt aan en goedgekeurd door Leefmilieu Brussel omdat ze deel uitmaakten van een studie die conform werd verklaard. In dit geval moeten de xml niet meer opnieuw overgemaakt worden in het elektronisch formulier; Ofwel zijn het analyseresultaten waarvoor de xml-bestanden ons nooit werden overgemaakt of die niet werden goedgekeurd door Leefmilieu Brussel. In dit tweede geval moeten de resultaten elektronisch en in zijn geheel worden overgemaakt. Indien u niet beschikt over de xml van deze analyses, suggereren wij u om contact op te nemen met het laboratorium die de analyses uitvoerde om ze te bekomen. In de gevallen waar het onmogelijk is de xml te recupereren, zullen wij binnenkort en module ontwikkelen om deze resultaten manueel in te geven in het elektronisch formulier. VERONTREINIGINGSTYPES EN BEHANDELING (24/05/2011) Wij vestigen uw aandacht op het feit dat artikelen 14 3 en 25 2 van de ordonnantie van 5 maart 2009 betreffende het beheer en de sanering van verontreinigde bodems (B.S. 10/03/2009) onder andere bepalen dat: Het verkennend bodemonderzoek indien mogelijk het type of de types verontreiniging bepaalt: eenmalige verontreiniging, gemengde verontreiniging of weesverontreiniging. Het gedetailleerd onderzoek met redenen omklede conclusies bevat betreffende de omvang en de aard van de verontreiniging, het type of de types verontreiniging en de termijn waarbinnen een risico-onderzoek of een saneringsvoorstel aan het Instituut moet worden betekend. PAGINA 20 OP 32 SOLBODEM- 26/02/2013

21 Wij vragen u om bijzondere aandacht te besteden dat een duidelijke argumentatie en conclusie wordt gegeven door de deskundige met betrekking tot de types van verontreiniging en de behandelingswijzen. Zoals u weet kunnen deze conclusies een enorm nadeel berokkenen aan iemand. Denk bijvoorbeeld aan de overdracht van verantwoordelijkheden met betrekking tot de behandeling van verontreinigingen. Wij stellen vaak vast dat bepaalde conclusies vaag of voorwaardelijk blijven, bijvoorbeeld door het gebruik van de volgende woorden: wij denken dat, 'het is niet uitgesloten dat, vermoedelijk, waarschijnlijk, enz. Bijgevolg informeren wij u dat in het geval de conclusie van het verkennend bodemonderzoek, indien ze toelaat om het type van verontreiniging en de behandelingswijze te bepalen, of het gedetailleerd onderzoek niet duidelijk is op deze punten, het BIM systematisch een aanvulling op deze studie zal vragen. Indien de types van verontreiniging en de behandelingswijze nog niet met zekerheid werden bepaald tijdens het verkennend bodemonderzoek, moet er in de conclusie van het rapport duidelijk vermeld worden dat deze elementen verduidelijkt zullen worden in het kader van het gedetailleerd onderzoek. RISICOACTIVITEITEN (16/12/2010) Rubriek 121b kan een risicoactiviteit zijn in de zin van het besluit van 17/12/2009 (B.S. 8/01/2010 en 17/02/2010) binnen de vastgestelde grenzen van dit besluit (gevaarlijkheid en kleine verpakkingen). De opslagplaatsen van onderhoudsproducten in niet industrieel gebruikte gebouwen (administratieve gebouwen, appartementsgebouwen, ) zijn in enkele gevallen ingedeeld in deze rubriek. Het betreft echter een geheel van zeer gevarieerde producten in verpakkingen bestemd voor gangbaar gebruik, bepaalde niet gevaarlijke andere wel degelijk maar in diverse gradaties, bestemd voor een normaal onderhoud van het gebouw waarin ze zich bevinden (vaatwasproduct, handzeep, onderhoud van sanitair en oppervlaktes, kleine hoeveelheden koelvloeistof voor airconditioning, ontvlekker, enz.), geplaatst in één of meer lokalen. Het BIM acht dat dergelijke opslagplaatsen geen risicoactiviteiten vormen indien ze aan bovenvernoemde beschrijving voldoen. RISICOACTIVITEITEN (12/01/2010) Wij stelden vast dat het besluit van 17/12/2009 tot vaststelling van de lijst van risicoactiviteiten zoals deze gepubliceerd werd op 8/01/2010 enkele drukfouten bevat: - Rubriek 13 B (garages van klasse 1B) blijven risicoactiviteiten; - Rubriek 88 3A (diesel, stookolie tot liter klasse 3) is slechts een risicoactiviteit indien ze gebruikt worden voor een benzinestation PAGINA 21 OP 32 SOLBODEM- 26/02/2013

22 GEEN RISICOACTIVITEITEN (11/01/2010) In het geval van overdracht van zakelijke rechten op een terrein waar geen risicoactiviteit (activiteit op verdieping) wordt of werd uitgevoerd in de zin van het betrokken besluit en opdat het BIM deze dossiers correct zou kunnen evalueren, vragen wij u bovendien dat de structuur van het besluit inzake verkennende bodemonderzoeken wordt gevolgd in elk rapport dat concludeert tot de afwezigheid van risicoactiviteiten. Men dient dan echter slechts de volgende hoofdstukken en bijlagen te vermelden: 1. Administratieve gegevens; 4. Gedetailleerde historiek van de voormalige en huidige op het te onderzoeken perceel of de te onderzoeken percelen uitgeoefende activiteiten; 5. Op het te onderzoeken perceel of de te onderzoeken percelen aanwezige opslagtanks; 7. Terreinbezoek van het te onderzoeken perceel of de te onderzoeken percelen; Bijlage 3: Bijlage 6: De documenten die de historiek onderbouwen; Foto s van de situatie op het terrein. In het geval van een technische onmogelijkheid, moet de aanvraag tot vrijstelling om een verkennend bodemonderzoek uit te voeren (art. 60 7) de structuur volgen beschreven in het besluit inzake verkennende bodemonderzoeken. Meer concreet moeten de volgende hoofdstukken worden vermeld: 1. Administratieve gegevens; 4. Gedetailleerde historiek van de voormalige en huidige op het te onderzoeken perceel of de te onderzoeken percelen uitgeoefende activiteiten; 5. Op het te onderzoeken perceel of de te onderzoeken percelen aanwezige opslagtanks; 7. Terreinbezoek van het te onderzoeken perceel of de te onderzoeken percelen; 14. Met redenen omklede conclusies; 15. Niet-technische samenvatting; Bijlage 1: De kadastrale gegevens (plan en kadastrale legger); Bijlage 3: De documenten die de historiek onderbouwen (milieuvergunning, exploitatievergunningen, andere documenten); Bijlage 6: Foto s van de situatie op het terrein; Bijlage 11: Een kopie van eventueel reeds voordien uitgevoerde bodemonderzoeken, die niet aan het Instituut bezorgd zouden zijn; Bijlage 12: Het ingevuld elektronisch formulier; Bijlage 13: De niet-technische samenvatting. PAGINA 22 OP 32 SOLBODEM- 26/02/2013

23 GEDETAILLEERD BODEMONDERZOEK VERONTREINIGING DOOR AANVULMATERIAAL: AFPERKING (23/10/2012) Wij herinneren u dat hoofdstuk 7, punt 3 van de type-inhoud van het gedetailleerd bodemonderzoek (besluit van 8/07/2010, B.S. 20/07/2010) onder meer bepaalt dat een verontreiniging die verband houdt met aanvulmateriaal over zo goed als de volledige oppervlakte van een perceel, niet horizontaal dient afgeperkt te worden. In dit geval dient men er van uit te gaan dat het geheel van het perceel chemisch verontreinigd is door puin. Indien het verontreinigd aanvulmateriaal slechts op een deel van het perceel aanwezig is, moet een horizontale afperking van deze verontreiniging uitgevoerd worden. Indien de deskundige het toch relevant acht om af te perken in het aanvulmateriaal, dat zich over zo goed als de volledige oppervlakte van het perceel bevind, mag hij dit doen. Het BIM behoudt zich echter het recht voor om deze afbakening niet te aanvaarden indien er vermoedens blijven van verontreinigingen gelinkt aan aanvulmateriaal buiten de afbakeningszone. Bijvoorbeeld: - Alle boorbeschrijvingen geven verdacht puin aan, - De door de deskundige getekende contour is zeer onregelmatig en omvat een groot deel van het perceel, - De deskundige tekent meerdere contouren van puinverontreinigingen, verspreid over het perceel, - Enz. Bovendien stellen we vast dat sommige deskundigen op naastliggende percelen contouren tekenen van puinverontreinigingen terwijl er geen enkele boring werd uitgevoerd of er geen andere objectieve informatie bekend is met betrekking tot de aanwezigheid van verontreinigd aanvulmateriaal bij de buren. Omdat de verontreinigingen die verband houden met aanvulmateriaal niet horizontaal moeten afgeperkt worden, moet de contour niet getekend worden op dit buurperceel, tenzij een concreet element (o.a. overschrijding van de interventienorm) de aanwezigheid van verontreinigd aanvulmateriaal op een buurperceel aangeeft. AFPERKEN VAN EEN VERONTREINIGING MET GECHLOREERDE SOLVENTEN (2/05/2012) In het geval van een verontreiniging met gechloreerde solventen zou de deskundige het belang en de relevantie van de MIP-techniek (Membrane Interface Probe) moeten bestuderen om het vermeerderen van de fases voor afperking te vermijden. Zelfs indien de afperking door middel van deze techniek geverifieerd moet worden door middel van een bepaald aantal klassieke peilbuizen (30 % van de MIP), biedt ze bepaalde voordelen in vergelijking met een traditionele afperking. Wij stellen echter vast dat bepaalde deskundigen niet altijd van deze techniek gebruik maken in de gevallen waar dit eventueel mogelijk en relevant zou zijn. PAGINA 23 OP 32 SOLBODEM- 26/02/2013

24 AFPERKEN VAN VERONTREINIGINGEN GELINKT AAN AANVULLINGEN (8/09/2011) In het geval van grondwaterverontreinigingen met zware metalen en PAK, veroorzaakt door het contact met verontreinigde aanvullagen, is de horizontale afperking niet noodzakelijk. De kwaliteit van het aanvulmateriaal is inderdaad zeer heterogeen. Net zoals de gevallen van verontreinigingen die aanwezig zijn in aanvullagen en tenzij er tegenargumenten zouden zijn, zal men moeten veronderstellen dat de hoogst gemeten concentraties in het water zich overal kunnen bevinden waar aanvullingen werden vastgesteld op het bestudeerde perceel. De verticale afperking kan afgeleid worden van de verticale afperking in de bodem. Het bemonsteren van een dieper waterstaal is dus niet nodig. VERONTREINIGINGSCONTOUREN (23/02/2011) Het besluit van 8/07/2010 inzake de type inhoud van het gedetailleerd onderzoek (B.S. 20/07/2010) legt de verplichting op om, op grafische wijze en volgens bepaalde criteria, de vermoedelijke contouren van de verontreinigingen te definiëren. (Hoofdstuk 7 van het besluit) Wij wensen uw aandacht te vestigen op het feit dat het BIM alle percelen die, al dan niet gedeeltelijk, binnen de getekende verontreinigingscontour liggen opneemt in de inventaris van de bodemtoestand (Zie contour 1 op onderstaande figuur). Om te vermijden dat verplichtingen ontstaan die niet altijd gegrond zijn op naburige terreinen vragen wij u om de volgende regels te volgen (zie contour 2 op onderstaande figuur): De buur (perceel B) geeft u toegang tot zijn terrein: Plaats de boringen en/of peilbuizen zo dicht mogelijk bij de grens tussen de twee percelen (maar blijf steeds op perceel B) om eventueel aan te tonen dat de contour zich niet op het buurperceel B bevindt. De buur weigert u de toegang tot zijn terrein: Plaats de boringen en/of peilbuizen zo dicht mogelijk bij de grens tussen de twee percelen (maar blijf steeds op perceel A) om eventueel aan te tonen dat de contour al dan niet tot het buurperceel B dient uitgebreid te worden. Wij herinneren er ook aan dat de bodemverontreinigingsdeskundige, per perceel, een met reden omklede conclusie dient te formuleren evenals de diverse informatie met betrekking tot deze verschillende percelen (Hoofdstuk 12). Deze informatie dient ook weergegeven te worden voor de naburige onderzochte percelen die initieel niet het voorwerp uitmaakten van het verkennend bodemonderzoek. Het is bovendien van belang om de gegevens van de eigenaar en/of exploitant van deze buurpercelen te vermelden zodat het BIM hen kan informeren over de opname in de inventaris van de bodemtoestand en hen kan wijzen op de eventuele verplichtingen in het kader van de bodemordonnantie van 5/03/2009. PAGINA 24 OP 32 SOLBODEM- 26/02/2013

25 1 A 2 B Propere boring / peilbuis PAGINA 25 OP 32 SOLBODEM- 26/02/2013