Besluit MT Dienst Huisvesting
|
|
- Antoon de Winter
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Nummer : Bijlage 26 bij besluitnr. 108 Datum : Afzender : Y. de Weerd - Vastgoed Advisering Kenmerk : DH_VA_002 In deze beleidsnotitie wordt het beleid van de Dienst Huisvesting met betrekking tot het binnenklimaat (comfortinstallaties) in de TU/e gebouwen omschreven. Inhoud 1. Motivatie Algemeen Beleid Dienst Huisvesting 3.1 Nieuwbouw en ingrijpende renovaties Bestaande gebouwen... 4 Bijlage I : Kengetallen productiviteit & ziekteverzuim. 5 Bijlage II: Beoordeling thermisch binnenklimaat volgens de adaptieve temperatuurgrenswaarden methode (ATG-methode). 6 Bijlage III: Eisen en richtlijnen vanuit het Arbobesluit 10 Bijlage IV: Voorkomen en beperken van hoge binnentemperaturen.. 11
2 1. Motivatie Veelal neemt men aan dat het voldoen aan de wettelijke eisen op het binnenmilieugebied (Bouwbesluit, ARBO-regelgeving, milieuwetgeving etc.) voldoende garantie is voor een goed binnenmilieu. Dit is echter een misverstand. Aan minimumeisen voldoen betekent dat de kans op ernstige hinder beperkt is, maar dat vormt geen garantie voor de algemene tevredenheid of een, voor iedereen, comfortabele werkomgeving. Het is daarom noodzakelijk om vast te leggen welke eisen de TU/e als minimum hanteert. Dit om een prettige en gezonde werkomgeving te creëren voor medewerkers en studenten. Dit is niet alleen vanuit het oogpunt van de medewerkers van belang. Uit diverse onderzoeken is gebleken dat een goede en gezonde werkomgeving ook de productiviteit ten goede komt en een gunstig effect heeft op het verzuimpercentage (zie bijlage I). 2. Algemeen Dit document omvat het beleid van de Dienst Huisvesting met betrekking tot comfortinstallaties in de TU/e gebouwen. Comfortinstallaties zijn installaties die dienen voor het realiseren van een bepaald binnenklimaat voor de medewerkers en studenten. Men moet hierbij denken aan klimaatinstallaties voor bijvoorbeeld kantoorruimten, vergaderruimten en collegezalen. Procesinstallaties, specifieke installaties voor laboratoria en dergelijke zijn geen comfortinstallaties. Bij de Dienst Huisvesting wordt gewerkt met Binnenmilieu Prestatie-eisen zoals gedefinieerd in NPR CR 1752, NEN-EN-ISO 7730, het Praktijkboek Gezonde Gebouwen en ISSO publicatie Kleintje Binnenklimaat. Hierin wordt een klassendefinitie voor binnenmilieu prestatie-eisen omschreven. Ook in de ArboInformatiebladen (o.a. AI-blad 24 Binnenmilieu) wordt hiermee gewerkt. Bij de beoordeling van het thermisch binnenklimaat wordt uitgegaan van de adaptieve temperatuurgrenswaarden (ATG) methode, beschreven in ISSO 74. Een korte uitleg van de ATG-methode is gegeven in bijlage II. Volgens deze methodiek wordt gewerkt met drie klassen die een bepaald verwachtingspatroon vertegenwoordigen: klasse A t/m C, waarbij klasse A zeer goed is, klasse B normaal en klasse C acceptabel (=wettelijk minimum nieuwbouw). Indirect is er ook een restklasse D gedefinieerd die neerkomt op niet aan de laagste eisen voldoen, oftewel minder dan klasse C (met name relevant in bestaande oudere gebouwen). Welk kwaliteitsniveau in een bepaald geval gewenst is, is van diverse factoren afhankelijk. De DH hanteert in principe dezelfde uitgangspunten die ook aangehouden worden in de hierboven genoemde publicaties. Pagina 2 van 11
3 3. Beleid Dienst Huisvesting Het beleid is opgesplitst in 2 delen: 1. Nieuwbouw en ingrijpende renovaties 2. Bestaande gebouwen Deze opsplitsing is gemaakt omdat bij nieuwbouw en ingrijpende renovaties meer mogelijkheden zijn voor het realiseren van een goed binnenklimaat. In bestaande gebouwen is dit moeilijker te realiseren en bovendien ook kostbaarder. 3.1 Nieuwbouw en ingrijpende renovaties Voor nieuwbouw en ingrijpende renovaties is het beleid van de DH dat het binnenklimaat moet voldoen aan klasse B. Deze classificatie is te vergelijken met een rapportcijfer 7. Dit houdt in dat voor een normale kwaliteit van gebouwen minimaal 80% van de gebruikers tevreden is met het binnenklimaat, gedurende 100% van de gebruikstijd 1. Voor specifieke ruimten kunnen andere (strengere of minder strenge) eisen gelden, bijvoorbeeld omdat dit voor bepaalde processen of apparatuur noodzakelijk is. Hierbij valt onder andere te denken aan serverruimten en laboratoria. Andere aspecten, bijvoorbeeld: veiligheid of een goede werking van apparatuur kunnen dan zwaarder wegen. Dit moet per situatie bekeken worden. Bij voorkeur wordt het beperken van de ruimtetemperatuur bij de bron aangepakt door beperking van de externe en interne warmtelast. En in eerste instantie niet door installatie van koeling. Het streven is om met zo min mogelijk installaties een zo goed mogelijk binnenklimaat te realiseren. Als uit berekeningen blijkt dat bouwkundige voorzieningen alleen onvoldoende zijn, moeten installatietechnische maatregelen genomen worden (actieve koeling). Hierbij dienen installaties zo eenvoudig mogelijk van opzet te zijn om een optimale werking te garanderen. Tevens wordt gestreefd naar energiezuinige en onderhoudsvriendelijke oplossingen, dit ter beperking van de exploitatielasten. Temperatuuroverschrijdingen worden in volgorde van prioriteit beheerst door: Aanpassen bouwkundig concept o.a.: o Het beperken van het glaspercentage in de gevels van de verblijfsruimten; bij voorkeur PG (Percentage Glas) maximaal 20 tot 40%; o het reduceren van warmtetoetreding van buitenaf door het toepassen van buitenzonwering met een ZTAeff < 0,2 of zonwerende beglazing met een ZTAeff<0,4 en LTA>0,6 in combinatie met een buiten- of tussenzonwering met een ZTAeff<0,35; o waar mogelijk gebruik te maken van het warmte accumulerend vermogen van de bouwmassa (zware dichte geveldelen, thermisch open plafonds e.d.); Het toepassen van zomernachtkoeling (regelingen); Het reduceren van interne warmtelasten door het gebruik van energiezuinige apparatuur en dito verlichting; Het plaatsen van warmteproducerende apparaten in een aparte ruimte; Maak indien blijkt dat met de genoemde passieve maatregelen niet aan de gestelde temperatuur en ATG eisen voldaan kan worden, gebruik van actieve koeling. Zie ook bijlage IV met aanbevelingen ter verbetering van het thermisch binnenklimaat. 1 Dit is vergelijkbaar met de richtlijn zoals omschreven in de NEN-EN-ISO 7730 (PMV/PPD methode) Pagina 3 van 11
4 3.2 Bestaande gebouwen Er wordt door DH bij de bestaande gebouwen geen pro-actief beleid gevoerd ter verbetering van het binnenklimaat. De motivatie hiervoor is puur budgettair. Het aanbrengen van aanpassingen in een bestaand gebouw is vaak erg kostbaar en bovendien is het moeilijker om een optimaal resultaat te bereiken met aanpassingen achteraf. Als vanuit de gebruikers geen klachten over het binnenklimaat bestaan, worden geen aanpassingen aan de gebouwen uitgevoerd. In het geval van klachten door gebruikers wordt door de DH en AMSO bepaald of een klimaatonderzoek opgestart moet worden. Hierbij wordt bij de beoordeling van het binnenklimaat als grenswaarde klasse C volgens de ISSO 74 aangehouden. Als blijkt dat het binnenklimaat minimaal voldoet aan de klasse C prestatie-eisen, dan wordt er geen klimaatonderzoek opgestart. Als het binnenklimaat niet voldoet aan klasse C (dus klasse D ) wordt een klimaatonderzoek uitgevoerd. De classificatie C is te vergelijken met een rapportcijfer 5,5. Dit houdt in een acceptabel binnenklimaat voor tijdelijke huisvesting, oude gebouwen en in het algemeen gebouwen waaraan minder hoge eisen worden gesteld. Een acceptabele kwaliteit van gebouwen betekent dat minimaal 65% van de gebruikers tevreden is met het binnenklimaat, gedurende 100% van de gebruikstijd. 2 Het klimaatonderzoek wordt uitgevoerd door AMSO met medewerking van DH. Op basis van de resultaten van het klimaatonderzoek wordt een plan van aanpak opgesteld. Het plan van aanpak wordt opgesteld door DH in overleg met AMSO en de gebouwbeheerder. Of en welke maatregelen ter verbetering van het binnenklimaat uitgevoerd worden is van diverse factoren afhankelijk, deze kunnen per gebouw verschillen. Het benodigde budget ter verbetering van het binnenklimaat dient als gezamenlijke activiteit van de beheerseenheid en Dienst Huisvesting in de vorm van een voorstel ter besluitvorming aan het College van Bestuur te worden voorgelegd. Temperatuurproblemen worden bij voorkeur aan de bron aangepakt (door aanpak van externe en interne warmtelast, en niet door het installeren van koeling. Als uit berekeningen blijkt dat bouwkundige aanpassingen alleen niet voldoende zijn (of om andere redenen niet wenselijk zijn) kan overwogen worden om toch (ook) installatietechnische maatregelen te nemen. Hierbij dienen installaties zo eenvoudig mogelijk van opzet te zijn om een optimale werking te garanderen. Tevens wordt gestreefd naar energiezuinige en onderhoudsvriendelijke oplossingen, dit ter beperking van de exploitatielasten. Zie ook bijlage IV met aanbevelingen ter verbetering van het thermisch binnenklimaat. Indien een plan van aanpak opgesteld wordt, worden minimaal de onderstaande partijen betrokken:: -De gebruiker (bijv. gebouwbeheerder); -De Dienst Huisvesting (bijv. Vastgoedadvisering, Beheer en Onderhoud); -De Arbo-en Milieu Service Organisatie; -(Externe adviseur) Het plan van aanpak resulteert in een advies over de mogelijk te nemen maatregelen. 2 Dit is vergelijkbaar met de richtlijn zoals omschreven in de NEN-EN-ISO 7730 (PMV/PPD methode) Pagina 4 van 11
5 Bijlagen: Beleid Dienst Huisvesting - Binnenklimaat in gebouwen Bijlage I: Kengetallen productiviteit & ziekteverzuim Uit literatuuronderzoek op het gebied van gezondheid & energiegebruik 3 zijn de onderstaande kengetallen voor productiviteit en ziekteverzuim afgeleid. Onderstaand overzicht is niet volledig, voor een volledig overzicht wordt verwezen naar het volledige rapport van BBA. Productiviteit Ziekteverzuim Voor geconditioneerde modus: Luchttemperatuur C 0% Luchttemperatuur per C boven 25 C -2% Luchttemperatuur per C onder 20 C -2% Voor free running modus: Temperatuur in comfortgebied 0% Luchttemperatuur per C boven comfortgebied -2% Luchttemperatuur per C onder comfortgebied -2% Geen temperatuurregeling door werknemers -4% 1-2 werkplekken per ruimte 0% 2-4 werkplekken per ruimte -2,5% +0,2 %punt meer dan 5 werkplekken per ruimte -5% +0,4 %punt Geen te openen ramen -2% Ventilatie 15 l/s per persoon 0% Ventilatie 10 l/s per persoon -1% +0,2 %punt Ventilatie 6,5 l/s per persoon -2% +0,4 %punt Sterk vervuild luchttoevoerfilter -8% +1,6 %punt Matig vervuild luchttoevoerfilter -3% +0,6 %punt 3 Referentie: BBA Binnenmilieu, Literatuuronderzoek gebouwgebonden gezondheid,comfort, productiviteit en ziekteverzuim in relatie tot energiegebruik SenterNovem, dd 15 september Pagina 5 van 11
6 Bijlage II: Beoordeling thermisch binnenklimaat volgens de adaptieve temperatuurgrenswaarden methode (ATG-methode) 4 Er bestaan diverse richtlijnen ter beoordeling van het thermisch binnenklimaat. Sinds eind jaren 70 wordt gebruik gemaakt van richtlijnen die gebaseerd zijn op Fanger s Predicted Mean Vote (PMV). Voor de boordeling van een gebouwontwerp wordt daarbij gebruik gemaakt van binnentemperatuursimulatieberekeningen. Het centrale criterium is het gedurende 90% van de tijd verzorgen van een binnenklimaat waarmee minimaal 90% van de mensen teverden is. Eind jaren 80 werden de gewogen temperatuuroverschrijdingsuren (GTO) geïntroduceerd. Hierbij werd een weegfactor toegepast die groter werd naarmate de binnentemperatuur de grens die hoort bij een PMV = 0,5 verder overschrijdt. In de jaren 90 werd uit internationaal onderzoek van met name Brager en De Dear duidelijk dat voor gebouwen met te openen ramen en goede mogelijkheden voor individuele beïnvloeding van het binnenklimaat de uitgangspunten van Fanger ter discussie moesten worden gesteld. Brager en De Dear lieten zien dat in natuurlijk geventileerde gebouwen sprake was van een psychologische adaptatie van gebruikers aan hogere buitentemperaturen. Als het buiten al een aantal dagen warm is, is de verwachting die men heeft van de binnentemperatuur anders dan in een situatie met lage buitentemperaturen. Oftewel, bij warm weer worden enigszins hogere binnentemperaturen comfortabel gevonden dan die bij een thermisch neutrale situatie horen. Adaptatiemechanismen: 1. Gedragsmatige adaptatie. Dit zijn alle aanpassingen die een persoon bewust of onbewust maakt om de warmtebalans van het lichaam te herstellen. Er zijn drie subcategorieën: Persoonlijke adaptatie. Dit zijn aanpassingen aan de thermische omgeving door bijvoorbeeld dikkere of dunnere kleding aan te doen, door minder of meer te bewegen, door in een andere houding te gaan zitten, door het eten en drinken van warme of koude maaltijden en dranken of op een andere plaats te gaan zitten. Technische of omgevingsadaptatie. Het openen en sluiten van ramen, het inschakelen van ventilatoren, bijstellen van koeling en verwarming met een wandthermostaat. Culturele en organisatorische adaptatie. Voorbeelden zijn het aanpassen van werktijden, het instellen van een tropenrooster, het houden van een siësta en het tijdelijk loslaten van kledingvoorschriften (dresscode). 2. Fysiologische adaptatie. Dit betreft aanpassingen van de fysiologische reacties van het lichaam die het gevolg zijn van thermische omgevingsfactoren, die leiden tot een geleidelijke afname van de belasting. Er zijn twee subcategorieën: Genetische adaptatie: Aanpassingen die deel uitmaken van de genetische erfenis van een individu of groep, die veraderen gedurende periodes die langer zijn dan een mensenleven. Bijvoorbeeld het verschil in zweetproductie tussen Japanners en Amerikanen. Acclimatisatie. Dit is een verandering van de setpoint van het thermoregulatiesysteem van het individu, als reactie op een thermische belasting die meerdere dagen of weken duurt. 4 Deze bijlage is een beknopte omschrijving van de ATG methode. De volledige methode is omschreven in ISSO publicatie 74 Thermisch behaaglijkheid, maart 2004 Pagina 6 van 11
7 3. Psychologische adaptatie. Dit is een veranderende perceptie van, en reactie op, zintuiglijke informatie. Op basis van het onderzoek van Brager en De Dear zijn met de buitentemperatuur meebewegende grenzen voor de gewenste binnentemperatuur vastgelegd, deze worden ATG (Adaptieve Temperatuur Grenswaarden) genoemd. Met de voorstellen van Brager en De Dear is er een mogelijkheid om in één keer de temperatuurband aan te geven waarbinnen 80% van de gebruikers tevreden is met het binnenklimaat. Deze temperatuurband wordt als centrale classificatie (klasse B) voor een goed binnenklimaat gehanteerd. Voor die situaties waarin hogere eisen worden gesteld, kunnen de 90% acceptatiegrenzen worden gehanteerd (klasse A). Omdat er ook behoefte is aan beschrijving van een acceptabel binnenklimaat voor tijdelijke huisvesting, oude gebouwen en in het algemeen gebouwen waaraan minder hoge eisen worden gesteld, is een klasse C gedefinieerd. Daarvoor wordt de grens van 65% acceptatie gehanteerd. Met de gegeven classificatie wordt ook het beoordelen van gebouwen in de praktijk een stuk eenvoudiger. Er hoeft immers alleen te worden getoetst of de binnentemperatuur binnen de aangegeven grenzen blijft om te beoordelen of de feitelijke momentane situatie wel of niet voldoet. Vertaling van meetresultaten naar een heel zomerhalfjaar om het aantal overschrijdingsuren te kunnen beoordelen is met de ATG methode niet nodig. Om het binnenklimaat goed te kunnen beoordelen is het wel wenselijk om gedurende de zomermaanden ruimtetemperatuurmetingen te verrichten (bijvoorbeeld gedurende 6 tot 8 weken). Hoewel het basiscriterium voor een gebouwprestatie gebruik maakt van een referentiejaar van klimaatgegevens levert zo n kortdurende meting voldoende gegevens voor een uitspraak of mag worden verwacht dat het gebouw al dan niet voldoet aan de gevraagde prestatie. Een volledige toetsing van de criteria kan echter alleen plaatsvinden via een op basis van de meetresultaten gefitte simulatieberekening. Dit zal echter slechts in bijzondere gevallen nodig zijn. Grenswaarden voor de binnentemperatuur volgens de ATG methode Bij de ATG methode wordt onderscheid gemaakt in twee typen gebouwen/binnenklimaat. Voor het onderscheid worden de definities van Brager en De Dear gevolgd. Het verschil berust met name op de grotere mogelijkheden voor adaptatie onder andere door de mogelijkheid om de luchtbeweging in de vertrekken te vergoten door het openen van ramen, maar ook op het verschil in de verwachting die de gebouwgebruiker van het binnenklimaat heeft (psychologische adaptie). Daarnaast kan het echter nog zijn dat de organisatie die in het gebouw is gehuisvest een kledingvoorschrift kent, waardoor de gebouwgebruikers niet zonder meer in staat zijn om hun kleding aan een veranderende binnentemperatuur aan te passen. Dit betekent dus minder mogelijkheden voor adaptie. Het onderscheid tussen de gebouwtypen is dus complexer dan het al of niet toepassen van natuurlijke ventilatie of mechanische koeling. Daarom worden de twee gebouwen/binnenklimaattypen aangeduid als Alpha - respectievelijk Beta -gebouw/klimaat. Pagina 7 van 11
8 In grafiek 1 staan de grenswaarden voor de binnentemperatuur bij Alpha en Beta gebouwen aangegeven. De grenswaarden voor de binnentemperatuur zijn gerelateerd aan de buitentemperatuur. De volgende classificatie voor het thermisch binnenklimaat is gehanteerd: Klasse Acceptatie Toepassing A 90 % Gebouwen met een relatief gevoelige groep gebouwgebruikers of gebouwen waarin extra hoge eisen aan het comfort worden gesteld (bijvoorbeeld een hoofdkantoor op een A-locatie) B 80 % Centrale classificatie voor een goed binnenklimaat voor algemene toepassing in standaard situaties. C 65 % Tijdelijke situaties : deze klasse wordt in beginsel niet toegepast in een ontwerpsituatie voor nieuwe huisvesting; alleen toelaatbaar geacht als het aanpassing van de situatie een onevenredig grote technische of financiële inspanning zou vergen (bijvoorbeeld bij een noodgebouw) of niet mogelijk is vanwege de status van het gebouw (bijvoorbeeld een monument); tevens te gebruiken bij onderzoek in bestaande gebouwen (meting naar aanleiding van klachten); in alle gevallen moet duidelijk worden omschreven waarom klasse B in het betreffende geval niet haalbaar is. Pagina 8 van 11
9 Grafiek 1: grenswaarden voor de binnentemperatuur volgens de ATG methode Gebouw/klimaattype Alpha maximaal toelaatbare binnentemperatuur C Tmax 65% acceptatie Tmax 80% acceptatie Tmax 90% acceptatie Tmin 90% acceptatie Tmin 80% acceptatie Tmin 65% acceptatie Gewogen gemiddelde buitentemperatuur (Te,ref) winter Herfst/lente zomer Warme zomerperiode Gebouw/klimaattype Beta maximaal toelaatbare binnentemperatuur C Tmax 65% acceptatie Tmax 80% acceptatie Tmax 90% acceptatie Tmin 90% acceptatie Tmin 80% acceptatie Tmin 65% acceptatie Gewogen gemiddelde buitentemperatuur (Te,ref) winter Herfst/lente zomer Warme zomerperiode Pagina 9 van 11
10 Bijlage III: Eisen en richtlijnen vanuit het Arbobesluit Als uitgangpunt wordt aangehouden hetgeen omschreven is in het ArboInformatieblad 24 Binnenmilieu. Er bestaan geen concrete wettelijke eisen betreffende het thermisch binnenklimaat in gebouwen, behalve dan dat het klimaat op de arbeidsplaats geen schade mag veroorzaken aan de gezondheid van de werknemers (Arbobesluit artikel 6.1). Wel wordt er in Arbobeleidsregel 6.1 Binnen- en buitenklimaat, lid 1 een meer concrete eis gesteld. De tekst van de beleidsregels zijn echter strikt genomen geen wettelijke eis, maar een door de Arbeidsinspectie aangehouden richtlijn. Lid 1 van Arbobeleidsregel 6.1 komt erop neer dat er sprake is van een behaaglijk en gelijkmatig klimaat indien: a) bij de bepaling gebruik wordt gemaakt van de methode beschreven in de norm NEN-EN-ISO 7730 (methodiek zoals beschreven in Cahier R2 Praktijkboek Gezonde Gebouwen); en b) de PMV-waarde tussen -0,5 en +0,5 ligt, of indien minder dan 10% van de werknemers klachten over het klimaat kenbaar maakt (waarbij de kanttekening wordt gemaakt dat een overschrijding van die grenzen gedurende 10% van de verblijfstijd acceptabel is). Klasse indeling gehanteerd in ArboInformatieblad 24 (gebaseerd op NEN-EN-ISO 7730) Klasse PMV PPD A -0,2 PMV +0,2 6% Zeer goed B -0,5 PMV +0,5 10% Goed C -0,7 PMV +0,7 15% Acceptabel Restklasse D PMV <-0,7 of +0,7 < PMV > 15% Relatief slecht Aan de genoemde eisen dient minimaal 90% van de gebruikstijd te worden voldaan. De restklasse D staat niet omschreven in ArboInformatieblad, maar is wel bijgevoegd, omdat dit met name betrekking heeft op bestaande oudere gebouwen. Voorbeeld: Temperatuureisen in het zomerseizoen In de praktijk geldt voor werkvertrekken (kantoorruimten, vergaderruimten e.d.) een ruimte temperatuureis in de zomer van minimaal 23 C en maximaal 26 C bij klasse B. Tevens geldt dat de ruimtetemperaturen binnen de gestelde grenswaarden, zoals omschreven in de ATGmethode, dienen te blijven. In de tabel worden grenswaarden van de ruimtetemperatuur in de zomer voor twee verschillende activiteitniveaus weergegeven, gebaseerd op NEN-EN-ISO Activiteit Ruimtetype Klasse Operatieve temperatuur ( C) zomer (0,5 clo)** Voornamelijk zittend (1,2 met)* Voornamelijk staand (1,6 met)* Kantoor, vergaderruimte, restaurant, klaslokaal, etc. Laboratorium, winkel, stabalie, etc. A B C D A B C D IB <22 > IB <20 >26 +IB = met mogelijkheden voor individuele beïnvloeding van de temperatuur * met is de eenheid voor de hoeveelheid door het lichaam geproduceerde warmte die afhankelijk is van de verrichte activiteit ** clo is de eenheid voor de thermische isolatie van de gedragen kleding Pagina 10 van 11
11 Bijlage IV: Voorkomen en beperken van hoge binnentemperaturen Ontevredenheid over de algemene thermische behaaglijkheid gedurende de warme maanden is allereerst te voorkomen door de warmteontwikkeling te beperken en door te zorgen dat het gebouw thermisch gezien voldoende 'zwaar' (traag in de opwarming) is. Enige concrete aanbevelingen: Minimaliseer de externe warmtelast. Zorg dat (zonbelaste) ramen niet te groot zijn (maximaal 30 tot 40% van het gevel oppervlak). Kies in vertrekken op het oosten, zuiden en westen voor buitenzonwering of een vergelijkbaar effectief systeem (bijvoorbeeld tussenzonwering) of (niet te donker getinte) zonwerende beglazing met een ZTA-waarde < 0,40 (dan circa 60% van de opvallende zonnewarmte wordt tegengehouden). Minimaliseer de interne warmtelast. Gebruik bijvoorbeeld energiezuinige (weinig warmte afgevende) kantoorapparatuur. Zo geven bijvoorbeeld de platte tft-schermen 50% tot 70% minder warmte af dan reguliere beeldschermen. Grotere, warmte producerende apparatuur (zoals kopieerapparaten en printers) worden bij voorkeur buiten bemande ruimten geplaatst. Kies verder voor hoogfrequente, daglichtafhankelijke regeling van de verlichting (lagere warmte-afgifte). Tl's dicht bij ramen schakelen dan automatisch terug naar een lager verlichtingsniveau als er voldoende daglicht is. Optimaliseer het warmte accumulerend vermogen van het gebouw. Plaats bij voorkeur voldoende steenachtige scheidingswanden en kies voor een niet te lichte borstwering en als het mogelijk is voor thermisch 'open' plafonds in plaats van gesloten systeemplafonds. Naast deze bouwkundige en installatietechnische aanbevelingen is het belangrijk dat is voorzien in goede mogelijkheden voor persoonlijke beïnvloeding van het thermisch binnenklimaat. Zorg waar mogelijk voor te openen ramen: dit geeft op kamerniveau niet alleen een mogelijkheid tot beïnvloeding van de hoeveelheid verse luchttoevoer maar schept ook een mogelijkheid tot beïnvloeding van de kamertemperatuur. In (klasse A) gebouwen met actieve koeling: zorg tevens voor een mogelijkheid voor beïnvloeding van de ruimtetemperatuur 's zomers (ook met + of -2 à 3 C ten opzichte van het centrale setpoint). In gebouwen zonder actieve koeling: voorzie gedurende de warme maanden in tafel of staande ventilatoren die door gebruikers in meerdere standen (luchtsnelheden) zijn in te stellen. Pagina 11 van 11
Nieuwe wegen in comfort van kantoorgebouwen. Door: ir. E.N. t Hooft
Nieuwe wegen in comfort van kantoorgebouwen Door: ir. E.N. t Hooft 1 INHOUD PRESENTATIE Inleiding Binnenmilieu Thermisch comfort Beoordelingsmethoden Consequenties ATG-methode Conclusie 2 FASEN IN BOUWPROCES
Nadere informatieBinnenklimaat in de zorg wie z n zorg?! Roberto Traversari TNO Centrum Zorg en Bouw
Binnenklimaat in de zorg wie z n zorg?! Roberto Traversari TNO Centrum Zorg en Bouw Heeft u het warm? Wellicht wel na het beantwoorden van de volgende vragen voor uw situatie Wat is volgens U het binnenklimaat?
Nadere informatieJBo/ /NRe Rotterdam, 29 januari 2003
Notitie 20021236-4: Het ClimaRad ventilatieconcept en het thermische binnenklimaat in de zomerperiode. JBo/20021236-4/NRe Rotterdam, 29 januari 2003 1. Inleiding. In opdracht van Brugman Radiatoren is
Nadere informatiePRAKTIJKONDERZOEK THERMISCH COMFORT
PRAKTIJKONDERZOEK THERMISCH COMFORT VERGELIJKING VAN DE ATG-METHODE MET DE GTO-METHODE IN DE PRAKTIJK ir. M. van Beek, TU Delft faculteit Civiele Techniek en Geowetenschappen, momenteel werkzaam bij Peutz
Nadere informatieAdaptieve Temperatuurgrenswaarden (ATG)
Adaptieve Temperatuurgrenswaarden (ATG) Deel 1: Theoretische achtergronden van de nieuwe richtlijn voor de beoordeling van het thermisch binnenklimaat S.R. Kurvers, 1,2, A.C. van der Linden 1, A.C. Boerstra
Nadere informatie~omazo... l'v Ambachte'ß. j\ Hoofdbedrijfs(hap. TNO: "Zonwering al in bouwontwerp meenemen"
~omazo..... j\ Hoofdbedrijfs(hap l'v Ambachte'ß -c TNO: "Zonwering al in bouwontwerp meenemen" AUTOMATISCHE ZONWERING BESPAART ENERGIE EN VERBETERT BINNENKLIMAAT Automatische zonwering kan op kantoor en
Nadere informatieWat kun je meten én verbeteren bij klimaatklachten in gebouwen?
Wat kun je meten én verbeteren bij klimaatklachten in gebouwen? Pagina 1 van 6 Inhoud Inhoud... 2 Klimaatklachten... 3 Welke klachten zijn het meestal?... 3 Klimaatonderzoek kan klimaatklachten verbeteren...
Nadere informatie2. EISEN BINNENKLIMAAT
2. EISEN BINNENKLIMAAT 2.1 Kwaliteit Als veel van het binnenklimaat afhangt, zoals bij de productie van micro-elektronische componenten, teelt van klimaatgevoelige gewassen, conservering van onvervangbare
Nadere informatieIs het te heet in school? 1
Is het te heet in school? 1 In scholen loopt de temperatuur vaak erg hoog op. Een binnentemperatuur boven 25 graden heeft een duidelijk ongunstige invloed op het leerproces. Als de temperatuur dagen lang
Nadere informatie25 jaar NVBV gefeliciteerd! THERMISCH COMFORT TOEN EN NU STRENGERE EISEN, BETERE GEBOUWEN? Peter Wapenaar
21 mei 2015 25 jaar NVBV gefeliciteerd! THERMISCH COMFORT TOEN EN NU STRENGERE EISEN, BETERE GEBOUWEN? Peter Wapenaar Hoe was het voordien? Bouwkundig: -Isolatie na oliecrisis -Dubbel glas / Thermopane
Nadere informatieTekst: Cees van de Sande
Het lijkt zo vanzelfsprekend als we zeggen dat klaslokalen zijn gemaakt om optimaal te kunnen leren. Helaas is dat niet altijd het geval. Het klimaat in klaslokalen kan zelfs een negatief effect op de
Nadere informatieDeze vragenlijst kan daarbij helpen. Checklist binnenklimaat I. Informatie over de werkplek. jaar
Bijlage 2A hoofdstuk 6 Checklist Binnenklimaat Klachten over het binnenklimaat van een werkruimte worden veel gehoord. Een eerste inventarisatie van optredende klachten geeft zelden een eenduidig beeld.
Nadere informatieAdaptieve Temperatuurgrenswaarden
Adaptieve Temperatuurgrenswaarden Praktijkonderzoek naar de nieuwe Nederlandse richtlijn voor de beoordeling van het thermische binnenklimaat in kantoorgebouwen Marco van Beek Augustus 2006 Adaptieve Temperatuurgrenswaarden
Nadere informatieProgramma van Eisen Frisse Scholen april 2012
Programma van Eisen Frisse Scholen april 2012 Voor u ligt het Programma van Eisen Frisse Scholen. Dit Programma van Eisen dient als leidraad voor opdrachtgevers van nieuw- en verbouw van scholen (schoolbesturen
Nadere informatieThermische prestatie contracten
10 november 2005 Thermische prestatie contracten Conform ISSO-publicatie 74 Bert Elkhuizen Chrit Cox TNO Bouw en Ondergrond te Delft Contactgegevens: 015 276 33 10 Bert.Elkhuizen@tno.nl Inhoudsopgave 1.
Nadere informatieNatuurlijke ventilatie van leslokalen
Natuurlijke ventilatie van leslokalen Seminar Actiflow - CFD in de bouw 20 mei 2011 ir. Henk Versteeg Inhoud presentatie Introductie LBP SIGHT Binnenmilieu basisscholen Ventilatie basisschool De Schakel
Nadere informatieRgd. Thermohygrisch comfort
Rgd 2 Thermohygrisch comfort Het thermohygrisch comfort in de huisvesting moet zodanig zijn dat de gezondheid van gebruikers en bezoekers niet nadelig beïnvloed wordt en een optimale uitvoering van het
Nadere informatieDe winst van een gezond binnenklimaat
De winst van een gezond binnenklimaat Wat hebben 5.000.000.000 en de huisstofmijt met elkaar te maken? Dat ontdekt u in het komende half uur! Het spel De prijs Proefvraag 1. Heeft u thuis een gezond binnenklimaat?
Nadere informatieDuurzaamheid en comfort, van ontwerp naar praktijk.
Duurzaamheid en comfort, van ontwerp naar praktijk. Praktijkevaluatie van duurzame kantoren waarbij de relatie tussen het ontwerpproces en de prestatie in de praktijk wordt onderzocht. Afstudeerpresentatie
Nadere informatieDe rekenresultaten laten zien
Nieuwe beoordelingsmethode thermische binnenklimaat Thermische behaaglijkheid in kantoren Sinds kort is er in Nederland, naast de TO en GTOmethode, een nieuwe methode beschikbaar om het thermische binnenklimaat
Nadere informatieThermisch binnenklimaat
De gemiddelde Nederlander brengt 80 tot 90% van zijn tijd binnen door. Thuis, op kantoor, op school, etc. Daarom is het belangrijk dat de kwaliteit van het binnenmilieu van onze gebouwen zodanig is dat
Nadere informatieBBA. Boerstra Binnenmilieu Advies
! BBA Boerstra Binnenmilieu Advies 1 " # $ % "&''( 2 )* * Meten weten? Of is weten meer dan meten? 3 +, -. / 0+ & 1 2 3 4 56 / + 5 5 5 4 ! / 7 8 : 7 9 0 / 3 7 ; 8 00 9 7 0 9 5 ! 0/ : 0 + 0-00 : 6 4 5 Discomfort,
Nadere informatieJa Nee Nvt Maatregel Foto. Installaties & regelingen. Zijn de binnen- en buitensensoren op een representatieve locatie geïnstalleerd?
Checklist Energiebesparing bedrijven algemeen Met behulp van deze checklist kunt u energiebesparende maatregelen in uw bedrijf inventariseren. Toelichting per maatregel of meer maatregelen kunt u vinden
Nadere informatieNieuwe Nederlandse comfortnormen nader bekeken
Nieuwe Nederlandse comfortnormen nader bekeken Normen en richtlijnen voor thermisch comfort, waaronder ISO 7730, worden voortdurend bijgewerkt en aangepast. Dit artikel geeft een beknopt overzicht van
Nadere informatieWij maken uw gebouw beter Een beter comfort en binnenklimaat Een lager energieverbruik en CO2 uitstoot. Waarom passiefscholen soms te warm worden
Wij maken uw gebouw beter Een beter comfort en binnenklimaat Een lager energieverbruik en CO2 uitstoot Waarom passiefscholen soms te warm worden Een passiefschool, comfortabel toch? De Tijd 14/9/2016 Nog
Nadere informatieOp weg naar een beter binnenmilieu in bestaande schoolgebouwen
Op weg naar een beter binnenmilieu in bestaande schoolgebouwen Seminar Swegon Air Academy 11 november 2008 ir. Froukje van Dijken BBA Binnenmilieu 010-2447025 www.binnenmilieu.nl Dagelijks 20.000 leerlingen
Nadere informatieKlimaat onderzoek Mobiliteitsbranche 2010
Definitief Klimaat onderzoek Mobiliteitsbranche 2010 De heer M. Bakker, senior consultant/arbeidshygiënist: projectleider Paraaf Datum: februari 2011 KeurCompany Postbus 10.000 1970 CA IJmuiden Telefoonnummer
Nadere informatieZorg voor energie en comfort
Zorg voor energie en comfort Roberto Traversari TNO Bouw en Ondergrond De symptomen De behandeling De preventie 2 Veel installaties zijn ziek! Is uw installatie een onbehandelde patiënt? 3 Uit onderzoek
Nadere informatieInhoud van de presentatie
Inhoud Inhoud van de presentatie Duurzaam bouwen met staal Concepten voor energiebesparend bouwen met lichtgewicht constructies Toepassing PCM in vloeren, wanden en plafonds Energieconcept Wilo in Zaandam
Nadere informatieThermisch Binnenklimaat als Gebouwprestatie
Thermisch Binnenklimaat als Gebouwprestatie Kees (ir. A.C.) van der Linden Matthijs (M.) Kerssemakers Technische Universiteit Delft 1 Atze (ir. A.C.) Boerstra Arjen (ir. A.K.) Raue Boerstra Binnenmilieu
Nadere informatieResultaten onderzoek monitoring projecten Energiesprong. Niels Sijpheer, Energiesprong Wouter Borsboom, TNO
Resultaten onderzoek monitoring projecten Energiesprong Niels Sijpheer, Energiesprong Wouter Borsboom, TNO Energiesprongprojecten onder de loep Wat werkt en wat niet? Welke (prestatie) afspraken worden
Nadere informatieBeschrijving binnenmilieu en klimaatinstallaties en Jellama 6B - werktuigbouwkundige installaties en gasinstallaties.
Klimaatinstallaties in een woongebouw Gebouwen bevatten heden ten dage veel installaties; ten behoeve van water, gas en elektriciteit, communicatie, beveiliging en klimaatsbeheersing. In dit korte verslag
Nadere informatieDe waardering van het thermische binnenklimaat in de praktijk
De waardering van het thermische binnenklimaat in de praktijk Dennis Faas BSc. 3 4 De waardering van het thermische binnenklimaat in de praktijk De waardering van het thermische binnenklimaat in de praktijk
Nadere informatieMaisonette woning links Maisonette woning rechts
Temperatuuroverschrijding berekening Om te bepalen of het in de zomer te warm wordt in de woningen is ervoor gekozen om een temperatuuroverschrijding berekening te maken. Deze berekening geeft aan hoe
Nadere informatieEnergieprestatie. metalen gevelelementen in EP berekening Ubouw. 3, 10 en 17 november 2008 VMRG bijeenkomst. door Peter Vierveijzer
Energieprestatie metalen gevelelementen in EP berekening Ubouw 3, 10 en 17 november 2008 VMRG bijeenkomst door Peter Vierveijzer aanleiding Denkt u projecten te missen doordat houten en kunststof kozijnen
Nadere informatieVerhoogt automatisering van de werkomgeving rendement van een organisatie?
Verhoogt automatisering van de werkomgeving rendement van een organisatie? Optimaliseren op de mens bepaalt het succes van een bedrijf. ir Gerarda Nierman Omgevingspsycholoog & Adviseur Gebouwinstallaties
Nadere informatieDE PEETERSSCHOOL VERNIEUWBOUW 2011-2012. 1e REACTIE OP VO 12-12-2011 G R E E N T E A M B O U W
DE PEETERSSCHOOL VERNIEUWBOUW 2011-2012 1e REACTIE OP VO INLEIDING Voor u ligt een eerste verkenning van mogelijkheden tbv de vernieuwbouw van de St. Peeterschool te Amsterdam waarbij door het bestuur
Nadere informatieBewoners ervaringen & energiemetingen Poorters van Montfoort
Bewoners ervaringen & energiemetingen Poorters van Montfoort BBA Binnenmilieu ir. Eline Vermeulen ev-bba@binnenmilieu.nl 1 ACTIVE HOUSE RADAR (bron: ActivehouseNL.info) Berekende prestatie voor de renovatie
Nadere informatieKlimaatinstallatie gemeentehuis Moerdijk: achtergronden en verbeteringen. 29 september 2011 Linda Deutz & Jaap de Knegt
: achtergronden en verbeteringen 1 Linda Deutz & Jaap de Knegt Onderwerpen van deze presentatie Aanleiding van het onderzoek Het gebouw: kenmerken en installaties Functionele inspectie & bevindingen Plan
Nadere informatieWanneer is het te warm om te werken?
Bewaakt permanent het binnenklimaat van gebouwen Evalueert van op afstand de werking van de installaties Optimaliseert samen met u het energieverbruik Wanneer is het te warm om te werken? METIZ T. +32
Nadere informatieSteek Energie in je huis
Steek Energie in je huis 9 oktober 2012 Breda 1 Bouwbedrijf Boot B.V. Bouwbedrijf Boot is actief in de woningbouw (particulier, ontwikkeling), zorg huisvesting en utiliteit (scholen, kantoren, bedrijfsgebouwen).
Nadere informatieThemakatern duurzaamheid
ziekteverzuim cijfer totaal investering totaal energie totaal onderhoud ziekteverzuim docenten (klasse B1) (klasse B2) (klasse B2' ) vloerverwarming + 6% 5% 5% 5% 4% -- - +/- + ++ 6,5 8 Themakatern duurzaamheid
Nadere informatieinstallatie-arm ontwerpen verleden tijd?
installatie-arm ontwerpen verleden tijd? 1 situatie tot enkele jaren geleden was duurzaamheid bij klimaatinstallaties comfort en vooral energiebesparing de koplopers bij het besparen op het energie waren
Nadere informatieNieuwe EPBD gerelateerde binnenmilieunorm
Binnenmilieu Atze Boerstra, Bjarne Olesen, Olli Seppänen Input voor ontwerp en energieprestatieberekening Nieuwe EPBD gerelateerde binnenmilieunorm De Europese Organisatie voor Normalisatie (CEN) heeft
Nadere informatieb a l a n s in e n e r g i e z u i l 1 minimumeis: Sluitende balans op de gebouwtemperatuur. Doel
2014 11 26 b a l a n s in e n e r g i e z u i l 1 Een gebouw moet behaaglijk zijn: s winters warm, s zomers koel. Als je het overschot aan warmte of koude kan opslaan en later gebruiken kan er een balans
Nadere informatieLuchtkwaliteit in Cubicus-gebouw UT Twente
Luchtkwaliteit in Cubicus-gebouw UT Twente 25 juni 2007 Luchtkwaliteit in Cubicus-gebouw UT Twente Onderzoek naar vluchtige organische stoffen, radon en binnenklimaat Verantwoording Titel Luchtkwaliteit
Nadere informatieMeer comfort en minder energiegebruik met intelligente zonlichtregulering. Wouter Beck Hunter Douglas Europe
1 Meer comfort en minder energiegebruik met intelligente zonlichtregulering Wouter Beck Hunter Douglas Europe 2 Onderwerpen Zonlicht de grootste vrije energiestroom op aarde Invloed van zonlicht op comfort,
Nadere informatiePersoonlijke controle van installaties op de werkplek
Conferentie Gebouwautomatisering 2016 Persoonlijke controle van installaties op de werkplek dr.ir. Atze Boerstra TU Eindhoven & BBA Binnenmilieu HOE HET BEGON 2 Persoonlijke controle van installaties op
Nadere informatieEen nieuwe woning in RijswijkBuiten 66 woningen Buitenplaats Syon De energie van morgen vandaag in huis
KLIMAATGARANT Een nieuwe woning in RijswijkBuiten 66 woningen Buitenplaats Syon De energie van morgen vandaag in huis ENERGIE EXPLOITATIE RIJSWIJKBUITEN Een energieneutrale woning: het kan! De verkoop
Nadere informatieEen binnenklimaat dat werkt Productieve werkomgeving met energiebesparende ventilatie
Een binnenklimaat dat werkt Productieve werkomgeving met energiebesparende ventilatie werken De ClimaRad Comfort Solution meet en regelt het binnenklimaat per ruimte, zonder dat uw medewerkers hier iets
Nadere informatieVan inspanningsverplichting naar prestatiecontract nieuwbouw MFG Kaatsheuvel
Bijlage 1 Van inspanningsverplichting naar prestatiecontract nieuwbouw MFG Kaatsheuvel Door Sunburst B.V. Ing. Joost de Roij en Ing. Joost Vermeer januari 2014 Inhoudsopgave Blz Inleiding 3 1. Van inspanningsverplichting
Nadere informatieCLIMATE ADAPTIVE BUILDING SHELLS EEN VOORONDERZOEK
CLIMATE ADAPTIVE BUILDING SHELLS EEN VOORONDERZOEK Leo Bakker 1, Bart de Boer 2, Pieter de Wilde 3 Marinus van der Voorden 1 1 TNO Bouw en Ondergrond, Delft, Nederland 2 Energieonderzoek Centrum Nederland,
Nadere informatieBeknopte beschrijving wijzigingen label methodiek woningen
Beknopte beschrijving wijzigingen label methodiek woningen Datum: juli 2009 Conceptversie Hoofdstuk 6 ISSO 82.1 In de onderstaande notitie zijn de wijzigingen en uitbreidingen beschreven die per 1 oktober
Nadere informatieInhoud. Het belang van ramen en een aangenaam uitzicht in de werkomgeving
Het belang van ramen en een aangenaam uitzicht in de werkomgeving ir. H.IJ. (Hester) Hellinga Faculteit Bouwkunde, Leerstoel Bouwfysica 17-04-2008 NVvA Symposium, Zeist Inhoud 02 1. Onderwerp van het onderzoek
Nadere informatieEen nieuwe woning in Sliedrecht 43 woningen Baanhoek-West De energie van morgen vandaag in huis
KLIMAATGARANT Een nieuwe woning in Sliedrecht 43 woningen Baanhoek-West De energie van morgen vandaag in huis 1e fase 23 woningen Een energieneutrale woning: het kan! De verkoop van de eerste fase met
Nadere informatieWorkshop 1 EBA en schouwcriteria Milicon, Milieu consultancy, Mat Schatorje
Workshop 1 EBA en schouwcriteria Milicon, Milieu consultancy, Mat Schatorje Bouwadviesburo van Niekerk, Emile Niekerk Gespreksleider: Steven van der Lelie (GGD Gelre- Ijssel) inhoudsopgave Inleiding Voorbeeld
Nadere informatieNIVEAU 3: ANALYSE. INLEIDING Expertise
SOBANE methode: Thermische omgevingsfactoren NIVEAU 3: ANALYSE INLEIDING Expertise PREVENTION Doelstellingen Het risico van thermische belasting of ongemak evalueren onder de omstandigheden die tijdens
Nadere informatiePassief Bouwen: waarom en hoe?
Passief Bouwen: waarom en hoe? Ontwerpen en bouwen vanuit een visie ir. H.J.J. (Harm) Valk senior adviseur Energie & Duurzaamheid Passief Bouwen Kenmerken o hoogwaardige thermische schil o goed comfort
Nadere informatieNaar een gezonde school? Naar een gezonde school?
Naar een gezonde school? Naar een gezonde school? Gert Harm ten Bolscher DWA installatie- en energieadvies Binnenmilieu en gezondheid (1) Binnenmilieu en gezondheid (2) Steeds meer mensen met luchtwegklachten
Nadere informatieKLIMAATGARANT. Een nieuwe woning in Herwijnen 24 woningen Engelenweide De energie van morgen vandaag in huis
KLIMAATGARANT Een nieuwe woning in Herwijnen 24 woningen Engelenweide De energie van morgen vandaag in huis Een energiezuinige woning: het kan! De verkoop van 24 woningen Engelenweide in Herwijnen is gestart.
Nadere informatieDatum: 18 februari 2013-22 januari 2014 Project: NAM-gebouw De Boo te Schoonebeek Referentie: 2012032 20079
Datum: 18 februari 2013-22 januari 2014 Project: NAM-gebouw De Boo te Schoonebeek Referentie: 2012032 20079 Uitgangspunt Bestaand, oorspronkelijk gebouw had als gebruik een mix aan functies. Dit waren
Nadere informatieEnergieprestatie. Energieprestatie van gebouwen en de rol van de installatiesector. Kees Arkesteijn (ISSO)
Energieprestatie Energieprestatie van gebouwen en de rol van de installatiesector Kees Arkesteijn (ISSO) Programma 1. Inleiding Energieprestatie gebouwen 2. Methoden bepaling Energieprestatie 3. Wet en
Nadere informatieLiteratuurstudie thermisch comfort
Literatuurstudie thermisch comfort EOS-LT DP 2015 WP1 Datum Februari 2012 TU Delft, Faculteit Bouwkunde, afd. Bouwtechnologie, sectie Climate Design and Sustainability, ing. S. Kurvers, ir. K. van der
Nadere informatieEPC 0,8: Over welke woningen en installatieconcepten hebben we het?,
EPC 0,8: Over welke woningen en installatieconcepten hebben we het?, ir. F.W. (Freek) den Dulk Nieuwe eis per 1 januari 2006 EPC 0,8 Herziening norm: NEN 5128:2004 Energieprestatie van woonfuncties en
Nadere informatieBij het opstellen van deze notitie zijn de volgende relevante documenten als uitgangspunten gehanteerd:
Project: Brede School Rembrandtkwartier te Rijswijk Projectnr.: 6.053 Datum: 20 februari 2017 Betreft: Ontwerpnotitie Ventilatie 1. UITGANGSPUNTEN Bij het opstellen van deze notitie zijn de volgende relevante
Nadere informatieIntroductie 4/25/2013. Impacts of climate change on the indoor environmental and energy performance of buildings Klimaatadaptatiemaatregelen op
4/25/2013 Kennisconferentie Deltaprogramma 2013 Impacts of climate change on the indoor environmental and energy performance of buildings op Part of Climate Proof Cities consortium of the gebouwniveau:
Nadere informatieBIJLAGE 1 PRESTATIE INDICATOR P (ONDERNEMEND SAMENWERKEN) NORM:
BIJLAGE 1 PRESTATIE INDICATOR P (ONDERNEMEND SAMENWERKEN) TITEL PI: Samenwerking Board DEFINITIE: Het meten van de mate van samenwerking op boardniveau controle op de mate van samenwerking van de onderhoudspartij.
Nadere informatieBENG. Update
BENG Update 21-12-2018 Congres EPG 2.0 d.d. 20 november 2018 Tijdens het NEN-congres op dinsdag 20 november 2018 maakte het ministerie van BZK de nieuwe concept geadviseerde BENG-eisen bekend. Ook werd
Nadere informatieGemeente Katwijk. Quickscan functionele en kwalitatieve staat onderwijsgebouw. De Duinroos (gymzaal)
Gemeente Katwijk Quickscan functionele en kwalitatieve staat onderwijsgebouw De Duinroos (gymzaal) Inhoudsopgave 1 Inleiding en samenvatting... 3 2 Vraagstelling... 4 3 Plan van aanpak... 4 3.1 Afbakening
Nadere informatie1E SCHOOL. duurzaam gerenoveerd
1E SCHOOL duurzaam gerenoveerd DUURZAAM RENOVEREN investeren in MEERVOUDIGE OPBRENGST INHOUD PRESENTATIE 1 Niet duurzame school 2 Duurzaam bouwen & leven 3 Duurzame energie, kleinschalig opgewekt 4 Passief
Nadere informatieMethodiek Binnenmilieuprofiel
Methodiek Binnenmilieuprofiel ISSO Landelijke Informatiedag Binnenmilieuprofiel 17 februari 2011 ir. Jaap Balvers BBA Binnenmilieu Tel 010-2447025 jb-bba@binnenmilieu.nl Inhoud Uitgangspunten Benodigdheden
Nadere informatieVA114 in het ontwerpproces
VA114 in het ontwerpproces Een evenwicht tussen installaties, economie en architectuur Peter van den Engel Inhoudsopgave Wat is VA114? Comfortmodellen Energie-evaluatie Werken met VA114 Simulatie laboratorium
Nadere informatieDuurzaam Beheer en Onderhoud. Docentendag 2010. André Derksen Projectcoördinator. Duurzaam Beheer & Onderhoud. Algemene Technieken
Docentendag 2010 Algemene Technieken André Derksen Projectcoördinator Inhoud Duurzaam Beheer en Onderhoud Zonne-energie Noodverlichtingsinstallaties Sprinklerinstallaties Duurzaam Beheer & Onderhoud Duurzaam
Nadere informatieENERGIE PRESTATIE ADVIES VOOR WONINGEN
Beta Testbedrijf E. van Dijk 007 Kleveringweg 12 2616 LZ Delft info@vabi.nl Delft, 8 februari 2007 ENERGIE PRESTATIE ADVIES VOOR WONINGEN Opdrachtgever: Opdrachtgever BV A. Bee Projectgegevens: Voorbeeldproject
Nadere informatieColt Technology Onderzoek, advies en kenniscentrum. Colt Technology
Colt Technology Onderzoek, advies en kenniscentrum Colt Technology Colt Technology: een totale service Colt Technology BV is het onafhankelijke onderzoek-, advies- en kenniscentrum van de Colt groep. Dit
Nadere informatieCopyright SBR, Rotterdam
Zon en ramen Zon en ramen Regels voor de keuze van raamgrootte en zonwering voor gebouwen zonder mechanische koeling 74 I Stichting Bouwresearch / Kluwer Technische Boeken B.V. - Deventer - Antwerpen
Nadere informatielezing ventilatie & luchtkwaliteit
902.317 lezing & luchtkwaliteit Nederlands Vlaamse Bouwfysica Vereniging elphi nelissen 30 maart 2006 nelissen ingenieursbureau bv lezing NVBV maart 2006 1 inhoudsopgave lezing & luchtkwaliteit introductie
Nadere informatieHerbestemmen van bestaande gebouwen
Herbestemmen van bestaande gebouwen Hoeveel meer dan het minimum? Jan Hardlooper Adviseur Cauberg-Huygen Rotterdam www.chri.nl Studentenhuisvesting repetitie en rationaliteit voorkeur voor zelfstandige
Nadere informatieThemablad Binnenklimaat NOM Keur
Themablad Binnenklimaat NOM Keur Onderwerp Themablad Binneklimaat NOM Keur Datum 19 december 2016 Versie versie 1.01 Auteurs Desmond Hughes Auteursrechten Copyright 2016 door Vereniging De BredeStroomversnelling
Nadere informatiedefinitieve beoordeling en toetsing PvE installaties en DO
Notitie Project: Onderwerp: Gemeente Den Helder definitieve beoordeling en toetsing PvE installaties en DO Datum: 28 september 2017 Projectnummer: 1419 1. Inleiding Om ervoor te zorgen dat het stadhuis
Nadere informatieKoudeopwekking helft kleiner door betonkernactivering?
Concrete core cooling reduced installed cooling capacity with 50 percent? Koudeopwekking helft kleiner door betonkernactivering? 18 ir. D.O. Rijksen*, dr. ir. C.J. Wisse* * DWA installatie- en energieadvies
Nadere informatieGeluidwering gevel. 1 Regelgeving. 1.1 Bestaande bouw. 1.2 Verbouw. 1.3 Nieuwbouw. 1.4 Ambitie
17 juli 2014 EGM adviseurs B14119.00 004 MR Italiëlaan Zoetermeer Geluidwering gevel 1 Regelgeving 1.1 Bestaande bouw Het Bouwbesluit 2012 kent geen voorschriften voor bescherming tegen geluid van buiten
Nadere informatieSamenvatting bevindingen Energiescan
techniplan adviseurs bv R A A D G E V E N D I N G E N I E U R S B U R E A U SIH-103X1-E-MV002A blad 1 van 6 Status: CONCEPT Project : Hogeschool Windesheim Zwolle Onderwerp : Samenvatting bevindingen Energiescan
Nadere informatieInleiding prestatieborging / commissioning
Inleiding prestatieborging / commissioning 1 2 1. Waarom prestatieborging 2. Wat is commissioning 3. Wat levert commissioning op 4. De markt en commissioning 1. Waarom prestatieborging Maar goed dat de
Nadere informatieVERBETER UW RESULTAAT MET COMFORTABEL BOUWEN
VERBETER UW RESULTAAT MET COMFORTABEL BOUWEN Sept. - Nov. 2015 ir. Atze Boerstra BBA Binnenmilieu ab-bba@binnenmilieu.nl www.binnenmilieu.nl ing. Joost Valk Vital Places jvalk@vitalplaces.eu www.vitalplaces.nl
Nadere informatieDe bakens verzetten. Verduurzamen van commercieel vastgoed. Machiel Karels - consultant
De bakens verzetten Verduurzamen van commercieel vastgoed Machiel Karels - consultant Het glas is half leeg PROFIT 20-6- 20-6- Meer dan 25% van gebouwgebruikers klaagt over de huisvesting Ziekteverzuim
Nadere informatieNIEUWBOUW ZONDER AARDGAS DUURZAAM EN COMFORTABEL
NIEUWBOUW ZONDER AARDGAS DUURZAAM EN COMFORTABEL Gefeliciteerd, u gaat straks uw eigen woning (ver) bouwen! Dit betekent heel veel mogelijkheden en complexe vraagstukken. En moet u dan ook nog iets met
Nadere informatieAdaptief thermisch comfort verklaard met Fanger-model
Adaptief thermisch comfort verklaard met Fanger-model Over thermisch comfort is de Predicted Mean Vote (PMV; Predicted Percentage of Dissatisfied (PPD)) een alom bekende en veel gebruikte prestatie-indicator
Nadere informatieATLAS - TU/E DUURZAAMHEID EN GEZONDHEID 27 SEPTEMBER 2016
ATLAS - TU/E DUURZAAMHEID EN GEZONDHEID 27 SEPTEMBER 2016 VOORSTELLEN Olaf Oosting Peter van Mierlo ONGEZONDE GEBOUWEN ONGEZONDE GEBOUWEN ONGEZONDE GEBOUWEN ONGEZONDE GEBOUWEN ONGEZONDE GEBOUWEN ONGEZONDE
Nadere informatieEnergiebesparing. Kantoren A-01
Energiebesparing in Kantoren A-01 Meijer Energie- & Milieumanagement BV, Laan van N.O.I. 277, 2593 BS Den Haag. tel: 070-315 57 15 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze rapportage mag worden verveelvoudigd,
Nadere informatienieuwe woning in Austerlitz
KLIMAATGARANT Een nieuwe woning in Austerlitz EPC0 7 woningen Thuis in het Loo De energie van morgen vandaag in huis EERB ENERGIE EXPLOITATIE AMSTELVEEN ENERGIE EXPLOITATIE RIJSWIJKBUITEN Een energieneutrale
Nadere informatieAanvraag regeling verbetering Binnenklimaat huisvesting primair onderwijs 2009. Dit formulier zenden aan: CFI OND/ODB Postbus 606 2700 ML Zoetermeer
blad 1 van 6 N.B. Aanvragen moeten uiterlijk 31 december 2009 worden ingediend. Uit de poststempel moet blijken dat de aanvraag uiterlijk 31 december 2009 is gepost. Aanvragen met een poststempel van 1
Nadere informatieEen nieuwe woning in Praal Esse Zoom
ENERGIE EXPLOITATIE AMSTELVEEN KLIMAATGARANT EPC0 Een nieuwe woning in Praal Esse Zoom EERB van morgen vandaag in huis De energie ENERGIE EXPLOITATIE AMSTELVEEN ENERGIE EXPLOITATIE RIJSWIJKBUITEN Een energieneutrale
Nadere informatieDe invloed van een dynamisch binnenklimaat op thermisch comfort en productiviteit
De invloed van een dynamisch binnenklimaat op thermisch comfort en productiviteit ir. Lisje Schellen L.Schellen@tue.nl NVvA 27-11-2009 Inhoud Inleiding Experiment Methoden Resultaten Discussie Conclusie
Nadere informatieStoffige Overheid? NVvA Symposium 2019
Stoffige Overheid? NVvA Symposium 2019 Statenzaal Martinikerkhof Rondleidingen Open Monumentendag Provinciehuis Groningen Vanaf de Martinitoren Oudste provinciehuis in gebruik 1602 Statenzaal: Latijnse
Nadere informatieInterieur koelen, verwarmen en ventileren in één oplossing
brakel interieurgroep Where climate meets interior Interieur koelen, verwarmen en ventileren in één oplossing Een innovatief totaalconcept voor een optimaal binnenklimaat. De Crystal Wall gedraagt zich
Nadere informatieGemeente Katwijk. Quickscan functionele en kwalitatieve staat onderwijsgebouw. De Leidse Buitenschool (gymzaal)
Gemeente Katwijk Quickscan functionele en kwalitatieve staat onderwijsgebouw De Leidse Buitenschool (gymzaal) Inhoudsopgave 1 Inleiding en samenvatting... 3 2 Vraagstelling... 3 3 Plan van aanpak... 4
Nadere informatie1 Welke informatie is er te vinden over beeldschermwerkplekken in de Arbowet?
Wetgeving Vraag en antwoord In de Arbowet, de Arboregeling en het Arbobesluit staan bepalingen over beeldschermwerk. Vanuit deze wetgeving wordt verwezen naar NEN-normen, uitgegeven door het Nederlands
Nadere informatieItho Daalderop Energiezuinig en comfortabel klimaatsysteem. uw nieuwe. woning
Itho Daalderop Energiezuinig en comfortabel klimaatsysteem uw nieuwe woning Water/water warmtepomp: - Verwarming in koude maanden door gebruik van bodemwarmte - Koeling in warme maanden door gebruik van
Nadere informatieChecklist bij de fasen van ver- en nieuwbouw
Bijlage 1 Checklist bij de fasen van ver- en nieuwbouw Deze checklist bevat op hoofdlijnen aspecten waarmee een RI&E opgesteld kan worden voor zowel het Programma van Eisen als voor het Ontwerp- en de
Nadere informatie