Het vóórkomen van irregulaire antistoffen in de zwangerschap; een prospectief onderzoek in de regio s-hertogenbosch

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Het vóórkomen van irregulaire antistoffen in de zwangerschap; een prospectief onderzoek in de regio s-hertogenbosch"

Transcriptie

1 31 Zandstra DF, Stoutenbeek CP. The virtual absence of stress-ulceration related bleeding in ICU patients receiving prolonged mechanical ventilation without any prophylaxis. A prospective cohort study. Intensive Care Med 1994;20: Craven DE, Kunches LM, Kilinsky V, Lichtenberg DA, Make BJ, McCabe WR. Risk factors for pneumonia and fatality in patients receiving continuous mechanical ventilation. Am Rev Respir Dis 1986;133: Simms HH, DeMaria E, McDonald L, Peterson D, Robinson A, Burchard KW. Role of gastric colonization in the development of pneumonia in critically ill trauma patients: results of a prospective randomized trial. J Trauma 1991;31: Eddleston JM, Vohra A, Scott P, Tooth JA, Pearson RC, McCloy RF, et al. A comparison of the frequency of stress ulceration and secondary pneumonia in sucralfate- or ranitidine-treated intensive care unit patients. Crit Care Med 1991;19: Bonten MJM, Gaillard CA, Leeuw PW de, Stobberingh EE. Role of colonization of the upper intestinal tract in the pathogenesis of ventilator-associated pneumonia. Clin Infect Dis 1997;24: Apte NM, Karnad DR, Medhekar TP, Tilve GH, Morye S, Bhave GG. Gastric colonization and pneumonia in intubated critically ill patients receiving stress ulcer prophylaxis: a randomized, controlled trial. Crit Care Med 1992;20: Prod hom G, Leuenberger P, Koerfer J, Blum A, Chiolero R, Schaller MD, et al. Nosocomial pneumonia in mechanically ventilated patients receiving antacid, ranitidine, or sucralfate as prophylaxis for stress ulcer. A randomized controlled trial. Ann Intern Med 1994;120: Mezey E, Palkovits M. Localization of targets for anti-ulcer drugs in cells of the immune system. Science 1992;258: O Keefe GE, Gentilello LM, Maier RV. Incidence of infectious complications associated with the use of histamine2-receptor antagonists in critically ill trauma patients. Ann Surg 1998;227: Aanvaard op 3 september 1999 Oorspronkelijke stukken Het vóórkomen van irregulaire antistoffen in de zwangerschap; een prospectief onderzoek in de regio s-hertogenbosch b.de vrijer, e.j.harthoorn-lasthuizen en h.p.oosterbaan Maternale allo-immunisatie voor erytrocytenantigenen kan leiden tot hemolytische ziekte van de pasgeborene. Hoewel met name resusantistoffen (RhD-antistoffen) in de zwangerschap aanleiding kunnen geven tot afbraak van foetale erytrocyten en tot hemolytische ziekte van de pasgeborene, kunnen ook andere irregulaire antistoffen tegen erytrocyten (IEA) hieraan ten grondslag liggen. 1 2 Sinds de introductie van profylaxe met RhDimmunoglobuline in 1969 is hemolytische ziekte van de pasgeborene minder frequent geworden en spelen andere IEA een relatief grotere rol. 3 Het klinisch belang van deze IEA verschilt onderling sterk, waarbij anti-c-, anti-kell- en anti-e-antistoffen niet alleen het vaakst voorkomen, maar ook het meest pathogeen zijn. In de ernstigste gevallen kan intra-uteriene vruchtdood of perinatale sterfte ontstaan, in minder ernstige gevallen kunnen bij pasgeborenen anemie en hyperbilirubinemie voorkomen, met noodzaak tot fototherapie of wisseltransfusie. 2 4 De prevalentie van IEA bij zwangere vrouwen varieert van 0,09 tot 0,9%, afhankelijk van de onderzochte populatie en methode van onderzoek. 4-6 Van Dijk berekende op grond van een prospectief onderzoek bij 3543 zwangeren in Nederland een frequentie van niet- RhD-IEA van 0,45%. 2 Deze immunisatie wordt in circa 30% van de gevallen verklaard door een bloedtransfusie Bosch Medicentrum, Postbus , 5200 ME s-hertogenbosch. Afd. Gynaecologie en Verloskunde: mw.b.de Vrijer, assistent-geneeskundige; dr.h.p.oosterbaan, gynaecoloog. Afd. Inwendige Geneeskunde: mw.e.j.harthoorn-lasthuizen, internist. Correspondentieadres: mw.e.j.harthoorn-lasthuizen. Zie ook de artikelen op bl en samenvatting Doel. Bepalen van prevalentie en klinische relevantie van irregulaire erytrocytenantistoffen (IEA) bij multigravidae en bij primigravidae met een transfusie in het verleden. Opzet. Prospectief, longitudinaal cohortonderzoek. Methode. In de regio s-hertogenbosch werd bij primigravidae met een bloedtransfusie in de voorgeschiedenis en bij multigravidae het reguliere bloedonderzoek bij de intake uitgebreid met screening op IEA. Indien deze werden aangetoond, werd de partner onderzocht op het betreffende antigeen. Bij een positieve uitslag vond controle in de zwangerschap plaats conform het beleid bij RhD-antagonisme. Kinderen die positief waren voor het betreffende antigeen werden onderzocht op het antagonisme en op uitingen van hemolytische ziekte van de pasgeborene. Resultaten. In een periode van 2,5 jaar (augustus 1995-januari 1998) werd onderzoek naar IEA verricht bij 2392 zwangeren, 2204 multigravidae en 188 primigravidae. Bij 65 vrouwen werden 81 IEA vastgesteld. Van de 30 kinderen die positief waren voor het betreffende antigeen hadden 12 (40%) klinische verschijnselen van hemolytische ziekte van de pasgeborene; 1 maal trad een intra-uteriene vruchtdood op, 1 maal stierf een kind direct post partum; 1 kind had een hydrops foetalis en bij 2 kinderen was een wisseltransfusie noodzakelijk. Er kregen 7 kinderen fototherapie, een gewone transfusie of beide. De meeste gevallen van hemolytische ziekte van de pasgeborene werden veroorzaakt door anti-d-, anti-kell- en anti-c-antistoffen. Conclusie. Bij 1,6% van de gescreende zwangeren werden niet-rhd-iea aangetoond. Het lijkt zinvol, gezien de mogelijkheden tot vroegtijdige diagnostiek en behandeling van hemolytische ziekte van de pasgeborene, reeds in het eerste trimester sceening op IEA te verrichten. Ned Tijdschr Geneeskd december;143(50) 2523

2 in het verleden, terwijl circa 70% wordt veroorzaakt door een foetomaternale transfusie. 4 7 In de meeste westerse landen is het gebruikelijk om één of meerdere malen in de zwangerschap het serum van elke zwangere vrouw, dus ook de RhD-positieve, op de aanwezigheid van IEA te controleren. 4 In Nederland werden tot voor kort alleen RhD-negatieve zwangeren in de 32e week gescreend. Op de wenselijkheid van screening op IEA bij alle zwangeren werd reeds vaker in de Nederlandse literatuur gewezen. 2 Sinds 1 juli van het afgelopen jaar heeft de Inspectie voor de Gezondheidszorg een nieuw landelijk advies uitgebracht voor onder meer de preventie en behandeling van hemolytische ziekte van de pasgeborene ten gevolge van bloedgroepantagonisme. 8 Een belangrijke verandering in dit advies bestaat uit het screenen van alle zwangeren op de aanwezigheid van IEA bij een zwangerschapsduur van 12 weken. De detectie van IEA anders dan anti-rhd-antistoffen vroeg in de zwangerschap heeft tot voordeel dat hemolytische ziekte vroeg, eventueel al tijdens de zwangerschap, ontdekt en behandeld kan worden. De begeleiding van de zwangere dient dan ook overeenkomstig het RhD-probleem te geschieden. Teneinde een nauwkeuriger indruk te verkrijgen van de relevantie van een dergelijke screening verrichtten wij in de regio s-hertogenbosch een prospectief onderzoek naar het vóórkomen van IEA vroeg in de zwangerschap. patiënten en methoden Gedurende een periode van 2,5 jaar (augustus januari 1998) werd bij zwangere vrouwen die primair in ons ziekenhuis of bij een aantal verloskundigen uit de regio onder controle stonden, naast het reguliere laboratoriumonderzoek bij intake, ook onderzoek naar het vóórkomen van IEA gedaan. Deze screening werd bij alle zwangeren uitgevoerd, met uitzondering van primigravidae zonder bloedtransfusieverleden. Indien IEA werden vastgesteld, volgde typering van de partner op de aanwezigheid van het antigeen waartegen de maternale antistoffen waren gericht. Indien deze homozygoot dan wel heterozygoot voor het betreffende antigeen was, werd de zwangerschap gecontroleerd op antistoffen bij de moeder (titers en tests van antilichaamafhankelijke cellulaire cytotoxiciteit (ADCC)) en werd echografisch onderzoek bij de foetus verricht. Post partum werden de kindererytrocyten onderzocht op het betreffende antigeen en werd nagegaan of sensibilisatie bij de moeder was opgetreden met de directe antiglobulinetest (Diamed ID microtyping system; Diamed AG, Cressiers/Morat, Zwitserland). 9 Bij aangetoonde sensibilisatie vond nadere typering van de antistoffen met erytrocyteneluaatonderzoek plaats met gebruikmaking van de gamma-elukit. 10 Dit onderzoek werd goedgekeurd door de medischethische commissie van Bosch Medicentrum. resultaten In de onderzoeksperiode traden bij 2991 vrouwen 3225 zwangerschappen op. Bij 2392 vrouwen werd volgens protocol onderzoek naar IEA verricht (2204 multigravidae en 188 primigravidae). De eerste controle werd bij 58% van de vrouwen verricht door de gynaecoloog en bij 42% door de verloskundige, bij gemiddeld 10 weken amenorroe (uitersten: 4-29). Bij 330 van de vrouwen uit de onderzoeksgroep vermeldde de anamnese een bloedtransfusie in het verleden, terwijl bij 220 niet met zekerheid bekend was of er ooit een bloedtransfusie was toegediend. Bij 65 vrouwen werden in totaal 81 klinisch relevante IEA vastgesteld. Bij 52 van deze 65 werd 1 enkel type antistof gevonden, terwijl 13 vrouwen meerdere typen antistoffen hadden. Hierbij werden niet meegeteld anti- Lewis a -, anti-lewis b - en anti-p 1 -antistoffen, gezien het ontbreken van klinische relevantie van deze antistoffen in de zwangerschap; deze antistoffen werden bij 14 vrouwen aangetroffen. De meest voorkomende antistoffen waren van het type anti-d (n = 8), anti-c (n = 8), anti-e (n = 13), anti- Kell (n = 12) en anti-m (n = 11). Bij 57 van de 65 vrouwen werden de IEA bij intake vastgesteld. Bij 37 van deze 57 vrouwen waren deze antistoffen nooit eerder aangetoond. Bij 1 vrouw was de screeningsuitslag in het eerste trimester negatief en werden anti-rhd-antistoffen in de 32e week vastgesteld. Bij 7 vrouwen werden de antistoffen bij de partus gevonden; bij 6 van deze vrouwen waren de IEA bij de eerste controle niet aantoonbaar en bij 1 vrouw was bij intake geen onderzoek uitgevoerd. Bij 1 vrouw die reeds bekend was wegens 2 typen antistoffen, bleek bij de partus een 3e type antistof aanwezig te zijn. Bij 22 van de 65 vrouwen was er sprake van een bloedtransfusie in het verleden, terwijl bij 11 vrouwen hierover onduidelijkheid bestond. De antigenen waartegen de 81 maternale antistoffen gericht waren, bleken 30 maal niet aantoonbaar bij de partner en 51 maal wel (31 maal in heterozygote en 20 maal in homozygote constellatie). Er werd geen typering uitgevoerd van erytrocyten van kinderen van wie de vader negatief was voor het betreffende antigeen. In totaal werden 30 kinderen geboren die positief waren voor een of meerdere antigenen waartegen de maternale antistoffen gericht waren. Bij 4 kinderen was de antigeentypering niet bekend (bij 3 ging het om anti-mantistoffen en bij 1 om anti-c- en anti-e-antistoffen). De tabel geeft een overzicht van de maternale antistoffen, het transfusieverleden en de hoogste waarde van de ADCC-test bij moeders van kinderen die positief waren voor het betreffende antigeen. Bij 5 vrouwen (17%) was een transfusie mogelijk de oorzaak van de antistofvorming, hoewel deze IEA ook mogelijk tijdens een zwangerschap hierna waren ontstaan. Voorts staan de uitkomsten van de directe antiglobulinetest en de specificiteit van de betreffende antistof van de neonatus vermeld, alsmede de klinische gevolgen. Bij alle 29 zwangerschappen (waarvan 1 maal een gemelligraviditeit) waren er maternale IEA gericht tegen de erytrocytenantigenen van het kind. Bij 12 kinderen werd hemolytische ziekte van de pasgeborene aangetoond. Bij 1 kind met hemolytische ziekte trad intra-uteriene vruchtdood op als gevolg van anti-kell-antistoffen 2524 Ned Tijdschr Geneeskd december;143(50)

3 Moeders (n = 29) met anti-erytrocytaire antistoffen, laboratoriumbevindingen en klinische gevolgen bij kinderen positief voor het betreffende antigeen maternale antistoffen gegevens bij de kinderen antistof door transfusie ADCC-uitslag directe antiglobuline test eluaat klinische gevolgen D neen* > 80% + n.v. overlijden post partum D geen transfusie < 10% + + (D) fototherapie (n = 1) IUVD (n = 1) D geen transfusie 70% + + (D) wisseltransfusie D neen* D geen transfusie 70% + + (D) wisseltransfusie D+C geen transfusie 70% + n.v. fototherapie D+C+E geen transfusie 55% + + (D) fototherapie; transfusie c geen transfusie n. v. n.v. partus immaturus c neen* + (c) c geen transfusie 40% + + (c) fototherapie c+e+kell mogelijk < 10% + + (c) c+e geen transfusie < 10% + + (c) c+e geen transfusie < 10% + + (c) fototherapie c+e geen transfusie 25% + + (c) E geen transfusie < 10 % + + (E) Kell geen transfusie n. v. n.v. IUVD Kell onbekend + + (Kell) hydrops foetalis C+e geen transfusie < 10% n.v. n.v. C+e onbekend < 10% + + (C+e) transfusie C+S geen transfusie n. v. + + (C+S) fototherapie; transfusie e neen* < 10% + + (e) Fy a mogelijk < 10% Fy a geen transfusie Fy b mogelijk s mogelijk < 10% n.v. C w geen transfusie + + (C w ) Lu 6 mogelijk n.v. M geen transfusie n.v. M onbekend n.v. = niet verricht; ADCC-test = antistofafhankelijke cellulaire cytotoxiciteit; IUVD = intra-uteriene vruchtdood. *Alleen transfusie gehad van een compatibele donor. Niet veroorzaakt door hemolytische ziekte van de pasgeborene; bij deze vrouw ging het om een tweeling. Kind obligaat positief voor deze antigenen (de vader is homozygoot). en eenmaal overleed een kind direct post partum door anti-d-antistoffen. In beide gevallen waren de antistoffen reeds in het eerste trimester bij de moeder vastgesteld. Twee kinderen overleden als gevolg van andere oorzaken (intra-uteriene vruchtdood ten gevolge van congenitale afwijkingen; partus immaturus). Eén kind met hemolytische ziekte van de pasgeborene door anti- Kell-antistoffen werd geboren met een hydrops en herstelde zich goed. Bij 2 kinderen met hemolytische ziekte van de pasgeborene door anti-d-antistoffen was een wisseltransfusie noodzakelijk. Van de kinderen kregen 7 fototherapie, gewone transfusies of beide. beschouwing In dit prospectieve onderzoek werden bij 65 van de 2392 onderzochte zwangeren (2,7%) 81 klinisch relevante IEA vastgesteld. Bij 19 vrouwen betrof het anti-c W antistoffen, antistoffen van het Lutheran-systeem en anti-mantistoffen. Deze blijken slechts zelden van klinisch belang Bij 46 zwangeren (1,9%) werden klinisch relevante antistoffen gevonden die een ernstige hemolyse bij het kind kunnen veroorzaken (antistoffen tegen antigenen van het resus-, Kell-, Duffy-, Kidd- en Ss-systeem). Bij 8 vrouwen betrof het een anti-rhd-antistof, soms in combinatie met anti-c- of anti-e-antistoffen; bij 4 van hen werden de antistoffen bij intake voor het eerst vastgesteld. Bij deze vrouwen zouden deze antistoffen ongetwijfeld bij onderzoek in de 32e zwangerschapsweek alsnog aan het licht zijn gekomen. Toch verdient vroege opsporing van RhD-IEA in de zwangerschap de voorkeur, aangezien eerder gestart kan worden met gerichte diagnostiek (antistoftiter, ADCC, echografie, vruchtwateronderzoek, cardiotocografie) en eventuele behandeling (intra-uteriene transfusies). Desondanks overleed een van de kinderen direct post partum aan de gevolgen van ernstige hemolytische ziekte van de pasgeborene, acuut ontstaan bij een amenorroeduur van 28 weken. In onze populatie werden bij 38 van de 2392 geteste zwangeren (1,6%) één of meer klinisch relevante niet-anti-rhd-antistoffen aangetoond. Berekend voor het totale aantal vrouwen dat in de onderzoeksperiode zwanger was, bedraagt het totale percentage 1,27. Dit percentage ligt aanzienlijk hoger dan de 0,09 tot 0,9% dat in de literatuur gemeld wordt Deze hoge frequentie zou het gevolg kunnen zijn van selectie. Immers, een opvallend groot aantal vrouwen kreeg in het verleden een transfusie toegediend. 14 Van Ned Tijdschr Geneeskd december;143(50) 2525

4 de 30 kinderen die het antigeen bezaten waartegen de maternale IEA waren gericht, waren deze antistoffen bij 5 mogelijk het gevolg van een eerdere bloedtransfusie. In alle gevallen had patiënte echter na de transfusie nog een zwangerschap doorgemaakt, waardoor niet met zekerheid kon worden bepaald waardoor de IEA waren ontstaan. Bij een bloedtransfusiebeleid waarbij bloed dat compatibel is voor de antigenen c, E en Kell wordt toegediend, zou het vóórkomen van anti-c-, anti-e- en anti-kell-antistoffen bij vrouwen met 30% gereduceerd kunnen worden Het College voor de Bloedtransfusie van het Nederlandse Rode Kruis beveelt sedert 1994 een dergelijk transfusiebeleid aan. 15 Naast anti-d-antistoffen kwamen in dit onderzoek, geheel overeenkomstig de literatuur, anti-c-, anti-kellen anti-e-antistoffen het meest voor. 2 4 Met name het Kell-antagonisme kan aanleiding geven tot ernstige vormen van hemolytische ziekte van de pasgeborene Het percentage kinderen met hemolytische ziekte ten gevolge van anti-kell-antistoffen is laag, doordat slechts 10% van de algemene populatie het Kell-antigeen draagt, waarvan weer 90% heterozygoot is. 1 In onze onderzoekspopulatie werden 12 maal anti-kell-antistoffen gevonden, waarvan 9 maal ten gevolge van een transfusie bij een vrouw met een Kell-negatieve partner. Uiteindelijk werden 2 Kell-positieve kinderen geboren die beiden waren aangedaan. Eénmaal trad onverwacht hydrops foetalis op, met goed herstel. Bij de betreffende moeder was verzuimd bij intake onderzoek naar IEA te doen. Eénmaal trad een intra-uteriene vruchtdood op bij een overigens adequaat gecontroleerde zwangerschap. In onze onderzoekspopulatie hadden 8 zwangeren anti-c-antistoffen, van wie dit bij 2 mogelijk het gevolg was van transfusie met bloed van een niet-getypeerde donor. Volgens de literatuur zijn anti-c-antistoffen voor een belangrijk deel van de zwangeren het gevolg van een transfusie. 18 De ernst van de hemolytische ziekte van de pasgeborene door anti-c-antistoffen varieert: bij 20-30% is een wisseltransfusie noodzakelijk; de perinatale sterfte varieert van 0 tot 13% De klinische gevolgen waren in onze onderzoekspopulatie niet ernstig. Slechts bij 2 van de 6 kinderen was fototherapie noodzakelijk. Tenslotte hadden twee kinderen geringe klinische symptomen van hemolytische ziekte van de pasgeborene ten gevolge van anti-c-antistoffen in combinatie met anti-e- of anti-s-antistoffen. Bij 8 vrouwen was de screeningsuitslag bij intake negatief en werden in de 32e week of later in de zwangerschap, bij preoperatief onderzoek, transfusiebehoefte of in geval van een aangedaan kind, alsnog IEA aangetoond. Uit literatuurgegevens blijkt dat 30% van de IEA vroeg in de zwangerschap nog niet aantoonbaar is, terwijl de helft van de nieuwgevormde IEA pas na de 28e zwangerschapsweek ontstaat. 2 4 Dit pleit voor de in een aantal landen gebruikelijke tweede screening rond de 28e week. 4 Het door ons gevonden hoge percentage zwangeren met IEA en het hoge percentage aangedane kinderen dat positief was voor het betreffende antigeen, rechtvaardigt het routinematig screenen op de aanwezigheid van IEA in het eerste trimester. Hierdoor kan vroegtijdig zorgvuldige controle in de zwangerschap plaatsvinden en zo nodig tijdige verwijzing naar een gespecialiseerd centrum, met een mogelijk verdere reductie van perinatale morbiditeit en mortaliteit. Mw.dr.V.M.J.Novotny, Bloedbank Leidsenhage, Leiden, leverde een bijdrage aan het totstandkomen van het manuscript. abstract The prevalence of irregular antibodies in pregnancy; a prospective investigation in the s-hertogenbosch area Objective. To determine the incidence and clinical relevance of irregular erythrocyte antibodies (IEA), in multiparous women and in primigravidal with a history of blood transfusion. Design. Prospective longitudinal cohort study. Methods. In the s-hertogenbosch area, the Netherlands, both primigravidae with a previous blood transfusion and multiparous women were tested for IEA in addition to the regular blood tests during the first trimester of pregnancy. If IEA were discovered, the partners were tested for the presence of the antigen involved. Blood samples of children of positive fathers were tested immediately post partum for signs of haemolytic disease of the newborn (HDN). Results. During a 2.5-year period (August 1995-January 1998) a total of 2392 pregnant women were screened for IEA: 2204 multiparous women and 188 primigravidae women. In 65 women 81 IEA were discovered. In the group of 30 children positive for the antigen involved, 12 (40%) had clinical symptoms of HDN; intrauterine death was diagnosed once, one child died immediately after delivery. One child had signs of hydrops fetalis and two children needed an exchange transfusion. Phototherapy and/or regular blood transfusion were given to 7 children. Most cases of HDN were caused by anti-d, anti- Kell and anti-c antibodies. Conclusion. Non-RhD-IEA were found in 1.6% of pregnant women screened. First-trimester screening for IEA is recommended as it can be of help in early diagnosis and treatment of HDN. literatuur 1 Mollison PL. Blood transfusion in clinical medicine. 7th ed. Oxford: Blackwell Scientific; p Dijk BA van. Irregulair bloedgroepantagonisme: een geregeld probleem [proefschrift]. Leiden: Rijksuniversiteit; Dijk BA van, Overbeeke MAM, Bennebroek Gravenhorst J. Irregulaire erytrocytenantistoffen tijdens de zwangerschap. Ned Tijdschr Geneeskd 1985;129: Bowell PJ, Allen DL, Entwistle CC. Blood group antibody screening tests during pregnancy. Br J Obstet Gynaecol 1986;93: Mickley H. Haemolytic disease of the newborn due to antibodies other than rhesus anti-d [letter]. Br Med J (Clin Res Ed) 1981; 283: Solola A, Sibai B, Mason JM. Irregular antibodies: an assessment of routine prenatal screening. Obstet Gynecol 1983;61: Wilken H. Aktuelle Probleme der Blutgruppenunvertraglichkeit in der Schwangerschaft. Zentralbl Gynakol 1988;110: IGZ Bulletin Bloedonderzoek in de zwangerschap. Rijswijk/Amstelveen: Ziekenfondsraad; juni Lapierre Y, Rigal D, Adam J, Josef D, Meyer F, Greber S, et al. The gel test: a new way to detect red cell antigen-antibody reactions. Transfusion 1990;30: Walker RH, editor. Technical manual. 11th ed. Bethesda: American Association of Blood Banks; p Hardy J, Napier JAF. Red cell antibodies detected in antenatal tests on rhesus positive women in South and Mid Wales, Br J Obstet Gynaecol 1981;88: Ned Tijdschr Geneeskd december;143(50)

5 12 Luban NLC. Hemolytic disease of the newborn: progenitor cells and late effects. N Engl J Med 1998;338: Hoffmann JJML, Hutter AP, Loomans AAH, Tielens AGWM. Neonataal bloedgroepantagonisme door anti-m-antistoffen. Ned Tijdschr Geneeskd 1991;135: Overbeeke MAM, Dudok de Wit C. Preventie van de immunisatie tegen erytrocytenantigenen c, E en K veroorzaakt door bloedtransfusie. Ned Tijdschr Geneeskd 1994;138: Castel A, Dijk BA van, Boom FMLG van den, Brand A, Engelfriet CP, Overbeeke MAM, et al. Preventie van immunisatie door c, E en K: achtergronden en gefaseerde implementatie. Nederlands Tijdschrift voor Klinische Chemie 1996;21: Leggat HM, Gibson JM, Barron SL, Reid MM. Anti-Kell in pregnancy. Br J Obstet Gynaecol 1991;98: Mayne KM, Bowell PJ, Pratt GA. The significance of anti-kell sensitization in pregnancy. Clin Lab Haematol 1990;12: Astrup J, Kornstad L. Presence of anti-c in the serum of 42 women giving birth to c positive babies: serological and clinical findings. Acta Obstet Gynecol Scand 1977;56: Tannirandorn Y, Rodeck CH. New approaches in the treatment of haemolytic disease of the fetus. Baillieres Clin Haematol 1990;3: Aanvaard op 24 maart 1999 orspronkelijke stukken Bloedgroepimmunisatie: resultaten van behandeling van foetale anemie met intra-uteriene intravasculaire bloedtransfusie in Nederland, i.l.van kamp, f.j.c.m.klumper, r.h.meerman, a.brand, j.bennebroek gravenhorst en h.h.h.kanhai Leids Universitair Medisch Centrum, Postbus 9600, 2300 RC Leiden. Afd. Verloskunde: mw.i.l.van Kamp, F.J.C.M.Klumper, prof.dr.j. Bennebroek Gravenhorst en prof.dr.h.h.h.kanhai, gynaecologen; R.H.Meerman, echografist. Afd. Immunohematologie-Stichting Bloedbank Leidsenhage: mw.prof. dr.a.brand, hematoloog. Correspondentieadres: prof.dr.h.h.h.kanhai. Zie ook de artikelen op bl en Bloedgroepimmunisatie veroorzaakt hemolytische ziekte van de foetus en pasgeborene, die, indien ernstig, kan leiden tot aanzienlijke morbiditeit of sterfte. Ondanks de toepassing sinds 1969 van anti-resus-d(rhd)-immunoprofylaxe, komen in Nederland jaarlijks nog circa 175 nieuwe gevallen van RhD-immunisatie voor (gegevens uit het driejaarsverslag ( ) van de Landelijke Begeleidingscommissie Preventie Zwangerschapsimmunisatie). Hoewel het de verwachting is dat de recentelijk geïntroduceerde antenatale immunoprofylaxe de incidentie verder zal verminderen, zullen anti-rhd en andere bloedgroepimmunisaties blijven voorkomen. 1 In de afgelopen 50 jaar is de kennis op het gebied van de pathofysiologie, de diagnostiek en de behandeling van bloedgroepimmunisatie in de zwangerschap zeer toegenomen. Tot 1963 werd bij de behandeling vooral gekozen voor electieve vroeggeboorte en in de neonatale periode voor fototherapie en wisseltransfusies. Een mijlpaal werd bereikt toen Liley in 1963 de intraperitoneale foetale bloedtransfusie beschreef. 2 Gedurende meer dan 20 jaar werd deze techniek in centra over de gehele wereld toegepast. De eerste intravasculaire foetale transfusie, met behulp van foetoscopie, werd beschreven door Rodeck et al. in De techniek van deze behandeling werd vereenvoudigd door de introductie van de percutane navelstrengpunctie onder echoscopische controle in Diverse technieken werden nadien ontwikkeld voor het transfunderen van bloed in de foetale circulatie. 5-7 Intra-uteriene transfusies worden in Leiden toegepast vanaf Sindsdien is het Leids Universitair Medisch Centrum het landelijk referentiecentrum voor de diagnostiek en de behandeling van bloedgroepsamenvatting Doel. Evaluatie van de behandeling van ernstige foetale anemie veroorzaakt door maternale bloedgroepimmunisatie met intravasculaire intra-uteriene bloedtransfusies. Opzet. Retrospectief. Methode. Van alle vrouwen bij wie in de periode maart december 1995 een intravasculaire intra-uteriene bloedtransfusie werd verricht, werden door middel van statusonderzoek gegevens verkregen betreffende het verloop en de uitkomst van de zwangerschappen. De resultaten werden geanalyseerd in relatie tot de amenorroeduur bij het starten van de intra-uteriene behandeling. Onderscheid werd gemaakt tussen de foetussen met en zonder hydrops (lichte dan wel ernstige) bij de eerste intra-uteriene transfusie. Resultaten. Bij 153 zwangerschappen kregen 155 foetussen 462 intra-uteriene transfusies (mediaan: 3; uitersten: 1-7). Bij 88% ging het om RhD-immunisatie; Kell- dan wel Rhc-immunisatie werd gevonden bij respectievelijk 7 en 5% van de foetussen. In de totale groep overleefde 83% van de kinderen de neonatale periode. Er werden geen significante verschillen gevonden in overleving tussen de kinderen bij wie de intra-uteriene behandeling vroeg ( 26 weken) of later in de zwangerschap (> 26 weken) was gestart. De overleving van de foetussen met hydrops bij de eerste transfusie was 73% en significant lager dan die van de niet-hydropische foetussen (90%). Het verschil in overleving tussen licht en ernstig hydropische kinderen was eveneens significant, met percentages van respectievelijk 94 en 53. Conclusie. Intravasculaire transfusie, uitgevoerd door een multidisciplinair team met ervaring, is een effectieve methode voor het behandelen van ernstige foetale anemie. In tegenstelling tot de zwangerschapsduur bij de eerste transfusie is het al of niet bestaan van ernstige hydrops foetalis een belangrijke factor voor de uiteindelijke overleving; het persisteren van hydrops, ondanks succesvolle transfusie(s), is de belangrijkste oorzaak voor de slechte prognose in deze groep. Het tijdig starten van een intra-uteriene behandeling is dan ook van groot belang. Ned Tijdschr Geneeskd december;143(50) 2527

Erytrocytenimmunisatie tijdens de zwangerschap Achtergronden van de veranderingen. Drs. Marijke Overbeeke Dr. Masja de Haas Dr.

Erytrocytenimmunisatie tijdens de zwangerschap Achtergronden van de veranderingen. Drs. Marijke Overbeeke Dr. Masja de Haas Dr. Erytrocytenimmunisatie tijdens de zwangerschap Achtergronden van de veranderingen Drs. Marijke Overbeeke Dr. Masja de Haas Dr. Joke Koelewijn Hemolytische ziekte van de foetus en pasgeborene (HZFP) HZFP:

Nadere informatie

Tweede screening bij Rhc-negatieve vrouwen: Wat levert het op?

Tweede screening bij Rhc-negatieve vrouwen: Wat levert het op? Tweede screening bij Rhc-negatieve vrouwen: Wat levert het op? 1 INHOUD PSIE programma Antistoffen Ontstaan en Risico Achtergrond Rhc-screening Doel Rhc-screening Evaluatiestudie Rhc-screening Opzet Inclusies

Nadere informatie

K-immunisatie en zwangerschap

K-immunisatie en zwangerschap K-immunisatie en zwangerschap 1. immunisatie voorkomen door K-gematchte transfusie 2. nieuws over laboratoriummonitoring bij anti-k Jessie Luken, Sanquin Diagnostiek Yolentha Slootweg, Sanquin en LUMC

Nadere informatie

Typering Rhc-antigeen en tweede screening Rhc-negatieven. Dr. Joke Koelewijn

Typering Rhc-antigeen en tweede screening Rhc-negatieven. Dr. Joke Koelewijn PSIE: resultaten wijzigingen per 1 juli 2011 Typering Rhc-antigeen en tweede screening Rhc-negatieven Dr. Joke Koelewijn Met dank aan: Heleen Woortmeijer (Sanquin Diagnostiek) Yolentha Messemaker-Slootweg

Nadere informatie

Samenvatting. Samenvatting 7

Samenvatting. Samenvatting 7 Samenvatting Dit advies gaat over zwangerschapsimmunisatie door rode bloedcellen: het verschijnsel waarbij vrouwen zogeheten irregulaire erytrocytenantistoffen (IEA) vormen tegen voor hen vreemde rode

Nadere informatie

Nieuwe ontwikkelingen in de preventie van rhesusantagonisme

Nieuwe ontwikkelingen in de preventie van rhesusantagonisme Nieuwe ontwikkelingen in de preventie van rhesusantagonisme Masja de Haas Sanquin Amsterdam m.dehaas@sanquin.nl 19 September 2011 1 Informatie nieuwe beleid vanuit RIVM 19 September 2011 2 Preventieprogramma:

Nadere informatie

Bloedgroepimmunisatie: diagnostiek, behandeling en neonatale zorg. Behandelteam LUMC

Bloedgroepimmunisatie: diagnostiek, behandeling en neonatale zorg. Behandelteam LUMC Bloedgroepimmunisatie: diagnostiek, behandeling en neonatale zorg Behandelteam LUMC Bloedgroepimmunisatie: wanneer is het een probleem? Na positieve antistofscreening: 1. Identificatie van zwangerschap

Nadere informatie

Hemolytische ziekte van de pasgeborene en irregulaire-bloedgroepantagonisme in Nederland: prevalentie en morbiditeit

Hemolytische ziekte van de pasgeborene en irregulaire-bloedgroepantagonisme in Nederland: prevalentie en morbiditeit Oorspronkelijke stukken Hemolytische ziekte van de pasgeborene en irregulaire-bloedgroepantagonisme in Nederland: prevalentie en morbiditeit b.a.van dijk, r.a.hirasing en m.a.m.overbeeke De prevalentie

Nadere informatie

Historische refertepunten

Historische refertepunten Historische refertepunten 1900-1902: Landsteiner Ontdekking (fenotypische) bloedgroepen 1939: Levine en Stetson Feitelijke ontdekking resus immunisatie 1940: Landsteiner Wiener Ontdekking resusfactor 1945:

Nadere informatie

Positieve 12de week screening Rol van de foetale rhesus D typering

Positieve 12de week screening Rol van de foetale rhesus D typering Positieve 12de week screening Rol van de foetale rhesus D typering Joyce van Beers Laboratoriumspecialist Medische Immunologie i.o. Laboratoriumspecialist Klinische Chemie i.o. Centraal Diagnostisch Laboratorium

Nadere informatie

Bloedgroepantistoffen tijdens. Informatie voor verloskundig hulpverleners de zwangerschap

Bloedgroepantistoffen tijdens. Informatie voor verloskundig hulpverleners de zwangerschap Bloedgroepantistoffen tijdens Informatie voor verloskundig hulpverleners de zwangerschap In deze folder geven wij u informatie over bloedgroepantistoffen, ook wel irregulaire erytrocytenantistoffen (IEA)

Nadere informatie

Zwangerschapsimmunisatie door rode bloedcellen

Zwangerschapsimmunisatie door rode bloedcellen Zwangerschapsimmunisatie door rode bloedcellen Gezondheidsraad Health Council of the Netherlands Aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Onderwerp : aanbieding advies Zwangerschapsimmunisatie

Nadere informatie

HANDVAT 46: RISICOFACTOR RHESUSANTAGONISME IN VOORGESCHIEDENIS

HANDVAT 46: RISICOFACTOR RHESUSANTAGONISME IN VOORGESCHIEDENIS HANDVAT 46: RISICOFACTOR RHESUSANTAGONISME IN VOORGESCHIEDENIS Vraag in nieuwe versie Zwanger Wijzer: Heb je een van deze ziekten gehad tijdens je eerdere zwangerschap(pen)? Geconstateerd risico Rhesusantagonisme

Nadere informatie

Een verwittigd klinisch bioloog is er twee waard? Kathleen Deiteren (klinisch bioloog, UZA) Glenn Van Den Bosch (klinisch bioloog, AZ Herentals)

Een verwittigd klinisch bioloog is er twee waard? Kathleen Deiteren (klinisch bioloog, UZA) Glenn Van Den Bosch (klinisch bioloog, AZ Herentals) Een verwittigd klinisch bioloog is er twee waard? Kathleen Deiteren (klinisch bioloog, UZA) Glenn Van Den Bosch (klinisch bioloog, AZ Herentals) Kliniek dag 0 Een zwangere vrouw van 36j (A-) wordt opgenomen

Nadere informatie

Stressulcusprofylaxe op de intensive-careafdeling

Stressulcusprofylaxe op de intensive-careafdeling Capita selecta Stressulcusprofylaxe op de intensive-careafdeling c.w.h.de fijter, r.j.m.strack van schijndel en l.g.thijs In de beginjaren van de intensive-care(ic)-geneeskunde was een met een stressulcus

Nadere informatie

Algemene vragen over logistiek

Algemene vragen over logistiek FAQ over de wijzigingen in de preventie van zwangerschapsimmunisatie Versie 15 juli 2011 De vragen zijn ingedeeld in de volgende categorieën: pagina Algemene vragen over logistiek...1 Logistieke vragen:

Nadere informatie

Anemie, reticulocyten & IUT s in hemolytische ziekte van de foetus en pasgeborene. Consortium transfusiegeneeskunde Isabelle Ree

Anemie, reticulocyten & IUT s in hemolytische ziekte van de foetus en pasgeborene. Consortium transfusiegeneeskunde Isabelle Ree Anemie, reticulocyten & IUT s in hemolytische ziekte van de foetus en pasgeborene Consortium transfusiegeneeskunde Isabelle Ree Klinisch beloop Foetale anemie Intrauteriene transfusie (IUT) Klinisch beloop

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/35176 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Lindenburg, Irene Title: Intrauterine blood transfusion : indications, risks, quality

Nadere informatie

hoofdstuk één hoofdstuk twee

hoofdstuk één hoofdstuk twee Dit proefschrift beschrijft onderzoek naar hemolytische foetale bloedarmoede en foetale hydrops. Hemolytische foetale bloedarmoede ontstaat door afbraak van rode bloedcellen. Foetale hydrops betreft het

Nadere informatie

Direct beschikbare uitgetypeerde eenheden: voordelen voor de patiënt en het laboratorium. Masja de Haas Immunohematologische Diagnostiek

Direct beschikbare uitgetypeerde eenheden: voordelen voor de patiënt en het laboratorium. Masja de Haas Immunohematologische Diagnostiek Direct beschikbare uitgetypeerde eenheden: voordelen voor de patiënt en het laboratorium Masja de Haas Immunohematologische Diagnostiek Direct beschikbare uitgetypeerde eenheden Foto s van Judith van IJken,

Nadere informatie

Bevolkingsonderzoek PSIE: waar staan we nu en waar gaan we naartoe?

Bevolkingsonderzoek PSIE: waar staan we nu en waar gaan we naartoe? Bevolkingsonderzoek PSIE: waar staan we nu en waar gaan we naartoe? Subsessie ronde 1 Drs. F (Frithjofna) Abbink Programmamanager PSIE Belangen (potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/20941 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Natukunda, Bernard Title: Post-transfusion and maternal red blood cell alloimmunization

Nadere informatie

Preventie van immunisatie door c, E en K: achtergronden en gefaseerde implementatie

Preventie van immunisatie door c, E en K: achtergronden en gefaseerde implementatie Ned Tijdschr Klin Chem 1996; 21: 3-7 Artikelen Preventie van immunisatie door c, E en K: achtergronden en gefaseerde implementatie A. CASTEL 1, B. A. van DIJK 2, F.M.L.G. van den BOOM 3, A. BRAND 4, C.P.

Nadere informatie

Nieuwe CBO richtlijn bloedtransfusie

Nieuwe CBO richtlijn bloedtransfusie Nieuwe CBO richtlijn bloedtransfusie Wat verandert er in het preventief matchen Marijke Overbeeke M.Overbeeke@sanquin.nl 26 januari 2011 1 Erytrocyten (glyco)proteinen/lipiden dragen 30 bloedgroep systemen:

Nadere informatie

Bloedgroep, rhesusfactor en irregulaire antistoffen

Bloedgroep, rhesusfactor en irregulaire antistoffen Bloedgroep, rhesusfactor en irregulaire antistoffen Patiënteninformatie Bloedgroep, rhesusfactor en irregulaire antistoffen versie02 1 Inleiding Bij elke zwangere vrouw wordt aan het begin van de zwangerschap

Nadere informatie

Hemolytische ziekte van de pasgeborene. 11e Pediatrisch transfusiesymposium Natasja Dors, kinderarts hematoloog/oncoloog CZE

Hemolytische ziekte van de pasgeborene. 11e Pediatrisch transfusiesymposium Natasja Dors, kinderarts hematoloog/oncoloog CZE Hemolytische ziekte van de pasgeborene 11e Pediatrisch transfusiesymposium Natasja Dors, kinderarts hematoloog/oncoloog CZE Inleiding Hemolytische ziekte van de pasgeborene In dit verhaal: Casus Differentiaal

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/20599 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Rath, Mirjam Eva Aafke Title: Hematological outcome in neonatal alloimmune hemolytic

Nadere informatie

Detection and prevention of pregnancy immunisation : the OPZI study Koelewijn, J.M.

Detection and prevention of pregnancy immunisation : the OPZI study Koelewijn, J.M. UvA-DARE (Digital Academic Repository) Detection and prevention of pregnancy immunisation : the OPZI study Koelewijn, J.M. Link to publication Citation for published version (APA): Koelewijn, J. M. (2009).

Nadere informatie

Preventie van immunisatie tegen c, E en K antigenen bij vrouwen tot 45 jaar: gevolgen voor het transfusielaboratorium en de regionale bloedbank

Preventie van immunisatie tegen c, E en K antigenen bij vrouwen tot 45 jaar: gevolgen voor het transfusielaboratorium en de regionale bloedbank Ned Tijdschr Klin Chem 1996; 21: 252-256 Uit de laboratoriumpraktijk Preventie van immunisatie tegen c, E en K antigenen bij vrouwen tot 45 jaar: gevolgen voor het transfusielaboratorium en de regionale

Nadere informatie

Zwangerschap en rhesusfactoren Informatie over bloedgroepen en antistoffen

Zwangerschap en rhesusfactoren Informatie over bloedgroepen en antistoffen Zwangerschap en rhesusfactoren Informatie over bloedgroepen en antistoffen Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op www.asz.nl/brmo. 1 Inleiding Uit bloedonderzoek is gebleken dat u bloedgroep

Nadere informatie

Bloedgroep, rhesusfactor en irregulaire antistoffen

Bloedgroep, rhesusfactor en irregulaire antistoffen Bloedgroep, rhesusfactor en irregulaire antistoffen Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Korte beschrijving 2.1. De bloedgroep 2.2. De rhesusfactor D 2.3. De rhesusfactor c 2.4. Irregulaire antistoffen 3. Meer

Nadere informatie

Bloedgroep, rhesusfactor en irregulaire antistoffen

Bloedgroep, rhesusfactor en irregulaire antistoffen Bloedgroep, rhesusfactor en irregulaire antistoffen Bij elke zwangere vrouw wordt aan het begin van de zwangerschap bloedonderzoek gedaan. Zo wordt onder andere bepaald: de bloedgroep; de rhesusfactor;

Nadere informatie

Prenatale Screening Infectieziekten en Erytrocytenimmunisatie

Prenatale Screening Infectieziekten en Erytrocytenimmunisatie Prenatale Screening Infectieziekten en Erytrocytenimmunisatie Inleiding: het bevolkingsonderzoek PSIE Medisch adviseur RIVM RCP 1 Inhoud PSIE-programma RIVM-RCP: resultaten PSIE aandachtspunten Veranderingen

Nadere informatie

Chapter Protocollen voor de behandeling van supraventriculaire tachycardieën bij de foetus

Chapter Protocollen voor de behandeling van supraventriculaire tachycardieën bij de foetus Chapter 8 Protocollen voor de behandeling van supraventriculaire tachycardieën bij de foetus Martijn A. Oudijk Barbara Ambachtsheer Philip Stoutenbeek Erik J. Meijboom 140 141 Chapter 8 Abstract Protocols

Nadere informatie

HIP-studie Eerste resultaten

HIP-studie Eerste resultaten HIP-studie Eerste resultaten Dian Winkelhorst, MD Department of Experimental Immunohematology, Sanquin Division Fetal Therapy, department of Obstetrics, LUMC 26 September 2018 1 Foetale en Neonatale Alloimmuun

Nadere informatie

IN ZWANG PROTOCOL: Preventie recidief spontane vroeggeboorte

IN ZWANG PROTOCOL: Preventie recidief spontane vroeggeboorte IN ZWANG PROTOCOL: Preventie recidief spontane vroeggeboorte DEFINITIE: Vroeggeboorte: bevalling bij amenorroeduur < 37 weken Bij een zwangerschapsduur van meer dan 35 weken wordt het risico van belangrijke

Nadere informatie

ERYTROCYTENIMMUNISATIE EN ZWANGERSCHAP. Versie 1.0

ERYTROCYTENIMMUNISATIE EN ZWANGERSCHAP. Versie 1.0 ERYTROCYTENIMMUNISATIE EN ZWANGERSCHAP Versie 1.0 Datum Goedkeuring 12-09-2002 Methodiek Evidence based Discipline Monodisciplinair Verantwoording NVOG Omschrijving van het probleem In Nederland komen

Nadere informatie

Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5

Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5 13 Samenvatting 154 Samenvatting Tijdens de zwangerschap kan zogenaamde zwangerschapsimmunisatie ontstaan. Hierbij maakt de moeder antistoffen tegen een stof (bloedgroepantigeen) die niet op haar eigen

Nadere informatie

UvA-DARE (Digital Academic Repository) The human immune response to Rh antigens Dohmen, S.E. Link to publication

UvA-DARE (Digital Academic Repository) The human immune response to Rh antigens Dohmen, S.E. Link to publication UvA-DARE (Digital Academic Repository) The human immune response to Rh antigens Dohmen, S.E. Link to publication Citation for published version (APA): Dohmen, S. E. (2008). The human immune response to

Nadere informatie

Inzicht krijgen in interferentie van Darzalex (daratumumab) met bloedcompatibiliteitstesten

Inzicht krijgen in interferentie van Darzalex (daratumumab) met bloedcompatibiliteitstesten risico minimalisatie materiaal versie 2.0 19OKT2016 concentraat voor oplossing voor infusie Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Inzicht krijgen in interferentie van Darzalex (daratumumab)

Nadere informatie

Per 1 juli 2011 wordt de de Prenatale Screening Infectieziekten en Erytrocytenimmunisatie

Per 1 juli 2011 wordt de de Prenatale Screening Infectieziekten en Erytrocytenimmunisatie Anneke de Regt Maart Bloedbeeld 3 Per 1 juli 2011 wordt de de Prenatale Screening Infectieziekten en Erytrocytenimmunisatie aangepast en zal ook bij Sanquin via foetaal maternaal DNA het RhD antigeen van

Nadere informatie

Zwak- of variant-rhd-antigeen: eenvoudig serologisch te bepalen in eigen laboratorium

Zwak- of variant-rhd-antigeen: eenvoudig serologisch te bepalen in eigen laboratorium Zwak- of variant-rhd-antigeen: eenvoudig serologisch te bepalen in eigen laboratorium Auteurs Trefwoorden J. Nigten, D.S. Orij-Westerhof, C.H. Noordzij en M.H. Herruer zwak-rhd-antigeen, RhD-variant, RhD-epitopenkit

Nadere informatie

Samenvatting Chapter 15

Samenvatting Chapter 15 Samenvattting Samenvatting Chapter 15 Er zijn 2 soorten tweelingen: een-eiig en twee-eiig. Twee-eiige tweelingen komen vaker voor dan een-eiige tweelingen (65% versus 35%). Alle tweeeiige tweelingen hebben

Nadere informatie

Vrouwen die zwanger zijn van een meerling hebben een verhoogde kans op vroeggeboorte

Vrouwen die zwanger zijn van een meerling hebben een verhoogde kans op vroeggeboorte Samenvatting Vrouwen die zwanger zijn van een meerling hebben een verhoogde kans op vroeggeboorte in vergelijking met vrouwen die zwanger zijn van een eenling. Ongeveer 5-9% van de eenlingen wordt te vroeg

Nadere informatie

BLOEDGROEP, RHESUSFACTOR EN IRREGULAIRE ANTISTOFFEN

BLOEDGROEP, RHESUSFACTOR EN IRREGULAIRE ANTISTOFFEN BLOEDGROEP, RHESUSFACTOR EN IRREGULAIRE ANTISTOFFEN 796 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Bloedgroep... 4 Resusfactor (rhesusnegatief)... 5 Anti-D... 6 Irregulaire antistoffen... 8 Gegevens van bloedonderzoek...

Nadere informatie

Een neonatale casus. Paul-Emile Claus GSO klinische biologie 27/01/2016

Een neonatale casus. Paul-Emile Claus GSO klinische biologie 27/01/2016 Een neonatale casus Paul-Emile Claus GSO klinische biologie 27/01/2016 Casus Zwangere 36j Jeuk ++ Geïnduceerde, vaginale bevalling Geboorte baby V. op 36 weken en 2 dagen Hydronefrose re > li GG 3,205

Nadere informatie

ERYTROCYTENIMMUNISATIE EN ZWANGERSCHAP

ERYTROCYTENIMMUNISATIE EN ZWANGERSCHAP Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie ERYTROCYTENIMMUNISATIE EN ZWANGERSCHAP Versie 2.1 Datum Goedkeuring 2009 Methodiek Evidence based Verantwoording NVOG 1. Omschrijving van het probleem

Nadere informatie

Opsporing en Preventie van Zwangerschaps Immunisatie De OPZI-studie

Opsporing en Preventie van Zwangerschaps Immunisatie De OPZI-studie Opsporing en Preventie van Zwangerschaps Immunisatie De OPZI-studie De OPZI-studie is uitgevoerd in opdracht van het College voor Zorgverzekeringen. Het drukken en verspreiden van de Nederlandse samenvatting

Nadere informatie

Antistof-gemedieerde transfusiereacties en preventief matchen in relatie tot de nieuwe CBO

Antistof-gemedieerde transfusiereacties en preventief matchen in relatie tot de nieuwe CBO Antistof-gemedieerde transfusiereacties en preventief matchen in relatie tot de nieuwe CBO Masja de Haas Immunohematologische Diagnostiek m.dehaas@sanquin.nl September 1, 2010 1 Antistof-gemedieerde transfusiereacties

Nadere informatie

Controles tijdens de zwangerschap

Controles tijdens de zwangerschap Controles tijdens de zwangerschap Tijdens de zwangerschap worden de volgende onderzoeken uitgevoerd: Beoordelen van de groei van de baarmoeder Bij elk bezoek wordt de groei van de baarmoeder nagegaan.

Nadere informatie

Blood Match: de zoektocht naar de meest optimale strategie om allo-immunisatie te voorkomen

Blood Match: de zoektocht naar de meest optimale strategie om allo-immunisatie te voorkomen Blood Match: de zoektocht naar de meest optimale strategie om allo-immunisatie te voorkomen Marian van Kraaij Unitdirecteur Donorzaken en Transfusiegeneeskunde 8 februari 2018 1 8 februari 2018 2 8 februari

Nadere informatie

bloedgroep, resusfactor en irregulaire antistoffen

bloedgroep, resusfactor en irregulaire antistoffen bloedgroep, resusfactor en irregulaire antistoffen 2 Inhoud Inleiding 4 1 Korte beschrijving 5 1.1 De bloedgroep 5 1.2 De resusfactor 5 1.3 Irregulaire antistoffen 5 2 Meer informatie 6 2.1 Meer informatie

Nadere informatie

Transfusion related acute lung injury (TRALI)

Transfusion related acute lung injury (TRALI) Transfusion related acute lung injury (TRALI) MDO bespreking 3 september 2014 Michelle Oude Alink TRALI Op intensive care regelmatig bloedproducten Risico op transfusion related lung injury bij bloedproducten

Nadere informatie

Medicatie geïnduceerde hemolyse

Medicatie geïnduceerde hemolyse Yvonne Henskens Diagnostic tools/conventional Lab tests Medicatie geïnduceerde hemolyse Yvonne Henskens, MCs, phd Head of units for hematology, hemostasis and transfusion Central Diagnostic Laboratory,

Nadere informatie

Richtlijn Varicella Zoster Verloskunde 1 e en 2 e lijn

Richtlijn Varicella Zoster Verloskunde 1 e en 2 e lijn : Pagina 1 van 6 Inhoud Doel... 1 Doelgroep... 1 Definitie... 1 Varicella zoster en zwangerschap... 2 Varicella zoster en neonaten... 3 Bronnen... 4 Bijlagen... 5 Stroomdiagram 1 : Beleid bij zwangere

Nadere informatie

Bloedgroep, rhesusfactor en irregulaire antistoffen

Bloedgroep, rhesusfactor en irregulaire antistoffen Gynaecologie Bloedgroep, rhesusfactor en irregulaire antistoffen www.catharinaziekenhuis.nl Inhoud Korte beschrijving... 3 Meer informatie... 4 Meer informatie over de rhesusfactor... 5 Meer informatie

Nadere informatie

Zwangerschap en rhesusfactoren. Informatie over bloedgroepen en antistoffen

Zwangerschap en rhesusfactoren. Informatie over bloedgroepen en antistoffen Zwangerschap en rhesusfactoren Informatie over bloedgroepen en antistoffen 1 Inleiding Uit bloedonderzoek is gebleken dat u bloedgroep rhesus D-negatief of rhesus c-negatief heeft. Uw verloskundig zorgverlener

Nadere informatie

ERYTROCYTENIMMUNISATIE EN ZWANGERSCHAP. Versie 2.1

ERYTROCYTENIMMUNISATIE EN ZWANGERSCHAP. Versie 2.1 ERYTROCYTENIMMUNISATIE EN ZWANGERSCHAP Versie 2.1 Datum Goedkeuring 13-11-2009 Methodiek Evidence based Discipline Monodisciplinair Verantwoording NVOG 1. Omschrijving van het probleem In Nederland komen

Nadere informatie

Dr. Leo Jacobs Klinisch chemicus in opleiding

Dr. Leo Jacobs Klinisch chemicus in opleiding Dr. Leo Jacobs Klinisch chemicus in opleiding April 2012 71 jarige man Hoge koorts en frequent braken en dyspnoe Geen bloed of slijm bij ontlasting, geen hematurie. CRP = 63 mg/l en HB = 6.1 mmol/l Relevante

Nadere informatie

Erythrocyten alloimmunisatie en zwangerschap

Erythrocyten alloimmunisatie en zwangerschap 21-11-07 1 VVOG-Aanbeveling 20/11/2007 Erythrocyten alloimmunisatie en zwangerschap Deze aanbeveling omschrijft een algemene aanbeveling in de aanpak van alloimmunisatie in de zwangerschap voor vroedvrouwen,

Nadere informatie

Uit voorraad leverbaar??

Uit voorraad leverbaar?? Uit voorraad leverbaar?? Kennisplatform ZO 31maart 2016 Jolanda Lambers-Scherrenburg Uit voorraad leverbaar? B neg ccdee K - Anti-Le(a) A pos CCDee K - Anti-Fy(a) 0 pos CcDee K - Anti-Jk(a) A pos CCDee

Nadere informatie

Auto-immuun Hemolytische Anemie (AIHA) Transfusie

Auto-immuun Hemolytische Anemie (AIHA) Transfusie Auto-immuun Hemolytische Anemie (AIHA) Transfusie Marit Jalink Internist-hematoloog Amsterdam UMC, AMC Promovendus, Sanquin CCTR 15 mei 2019 Auto immuun hemolytische anemie Een anemie die ontstaat door

Nadere informatie

Allo immunisatie tegen Rode Bloedcellen & Bloedplaatjes. ZNA 10 maart 2015. M.-P. Emonds

Allo immunisatie tegen Rode Bloedcellen & Bloedplaatjes. ZNA 10 maart 2015. M.-P. Emonds Allo immunisatie tegen Rode Bloedcellen & Bloedplaatjes ZNA 10 maart 2015 M.-P. Emonds Rode Bloedcellen A,B,AB,0 K,k Kpa,b,c D CcEe D: 85% Caucasians, 92% Blacks, 99% Asians C: 68% Caucasians, 27% Blacks,

Nadere informatie

Alcohol misbruik Consequenties voor IC. Roger van Groenendael

Alcohol misbruik Consequenties voor IC. Roger van Groenendael Alcohol misbruik Consequenties voor IC Roger van Groenendael à Meerdere MC/IC patiënten met alcohol abusus in VG à Belang voor IC opname? Omvang Meest gebruikte en misbruikte drug wereldwijd NL getallen:

Nadere informatie

Screening van pasgeborenen

Screening van pasgeborenen Screening van pasgeborenen Algemeen en prenataal Arjan Lock, arts M&G 6 november 2014 Disclosure belangen spreker (Potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven

Nadere informatie

Bloedtransfusie. Dr. Peter A.W. te Boekhorst

Bloedtransfusie. Dr. Peter A.W. te Boekhorst Bloedtransfusie Dr. Peter A.W. te Boekhorst Disclosure belangen Peter A.W. te Boekhorst (potentiële) belangenverstrengelingen Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Sponsoring of onderzoeksgeld

Nadere informatie

Patiënteninformatie. Bloedgroep, rhesusfactor en irregulaire antistoffen

Patiënteninformatie. Bloedgroep, rhesusfactor en irregulaire antistoffen Bloedgroep, rhesusfactor en irregulaire antistoffen Patiënteninformatie Bloedgroep, rhesusfactor en irregulaire antistoffen Inhoudsopgave 1 Inleiding 2 Korte beschrijving 2.1 De bloedgroep 2.2 De rhesusfactor

Nadere informatie

Soms heb je mannen nodig

Soms heb je mannen nodig 31 maart 2016 Soms heb je mannen nodig Audrey Peters Specieel analist MUMC+ Naam Auteur Plaatsnaam Soms heb je mannen nodig Audrey Peters 31 maart 2016 2 Soms heb je mannen nodig Audrey Peters 31 maart

Nadere informatie

Serologische onderzoek bij aanwezigheid van koude (auto)antistoffen

Serologische onderzoek bij aanwezigheid van koude (auto)antistoffen Serologische onderzoek bij aanwezigheid van koude (auto)antistoffen dr Claudia C Folman Erytrocytenserologie, Sanquin Diagnostiek c.folman@sanquin.nl 26 maart 2015 1 Wat komt er aan de orde? 1. Kenmerken

Nadere informatie

Vraag het aan uw zorgverlener

Vraag het aan uw zorgverlener Een eenvoudig, veilig bloedonderzoek dat zeer gevoelige resultaten geeft Een geavanceerde niet-invasieve test voor de bepaling van foetale trisomie en evaluatie van het Y-chromosoom Vraag het aan uw zorgverlener

Nadere informatie

Valkuilen bij niet-invasieve foetale RhD typering Florentine F. Thurik

Valkuilen bij niet-invasieve foetale RhD typering Florentine F. Thurik Valkuilen bij niet-invasieve foetale RhD typering Florentine F. Thurik Arts onderzoeker Afdeling Experimentele Immunohematologie Sanquin Research, Amsterdam, The Netherlands f.thurik@sanquin.nl Prenatale

Nadere informatie

Identieke of compatibele transfusie van trombocyten: voorkeur en mogelijkheden

Identieke of compatibele transfusie van trombocyten: voorkeur en mogelijkheden Identieke of compatibele transfusie van trombocyten: voorkeur en mogelijkheden Marian van Kraaij Unitdirecteur Transfusiegeneeskunde Sanquin Bloedbank Compatibel/ incompatibel / identiek transfunderen

Nadere informatie

Zwanger en resus-d-negatief Wat betekent dit voor u en uw baby?

Zwanger en resus-d-negatief Wat betekent dit voor u en uw baby? Zwanger en resus-d-negatief Wat betekent dit voor u en uw baby? www.nwz.nl Inhoud Wat is bloedgroep resus-d-negatief? 3 Wat is resusziekte? 4 Extra onderzoek: wat kunt u verwachten? 4 Ben je resus-c-negatief?

Nadere informatie

Bloedgroep, rhesusfactor en irregulaire antistoffen

Bloedgroep, rhesusfactor en irregulaire antistoffen Bloedgroep, rhesusfactor en irregulaire antistoffen 1. Inleiding Inhoudsopgave 2. Korte beschrijving 2.1 De bloedgroep 2.2 De rhesusfactor 2.3 Irregulaire antistoffen 3. Meer informatie 3.1 Meer informatie

Nadere informatie

Gynaecologie Bloedgroep, rhesusfactor en irregulaire antistoffen

Gynaecologie Bloedgroep, rhesusfactor en irregulaire antistoffen Gynaecologie Bloedgroep, rhesusfactor en irregulaire antistoffen Inhoud 1 Inleiding 2 Korte beschrijving 2.1 De bloedgroep 2.2 De rhesusfactor 2.3 Irregulaire antistoffen 3 Meer informatie 3.1 Meer informatie

Nadere informatie

Overige aanvraagpaden HILA

Overige aanvraagpaden HILA 1. ZWANGERSCHAP- EN TRANSFUSIE-GERELATEERDE PATHOLOGIE... 2 1.1. Alloimmune neonatale neutropenie (staalname bij moeder) (9535/M_035)... 2 1.2. Chronische neutropenie (staalname bij patiënt) (9536/M_0351)...

Nadere informatie

Bloedgroep, resusfactor en irregulaire antistoffen

Bloedgroep, resusfactor en irregulaire antistoffen Gynaecologie Patiënteninformatie Bloedgroep, resusfactor en irregulaire antistoffen 1. Inleiding U ontvangt deze informatie, omdat u zwanger bent. Bij elke zwangere vrouw doen wij aan het begin van de

Nadere informatie

RhD typeren, wanneer alarmeren?

RhD typeren, wanneer alarmeren? RhD typeren, wanneer alarmeren? Peter Ligthart 8 juni 2010 1 Casus 24 jarige vrouw, 12 weken zwanger Routine ABO Rhesus (Rh)D bepaling Ortho Biovue kolom techniek positief (2+) Verwachting: negatief of

Nadere informatie

Trombocytopenie in de zwangerschap: analyse en behandeling. Klinische dag 2 oktober 2014 Karin van Galen, hematoloog Van Creveldkliniek UMC Utrecht

Trombocytopenie in de zwangerschap: analyse en behandeling. Klinische dag 2 oktober 2014 Karin van Galen, hematoloog Van Creveldkliniek UMC Utrecht Trombocytopenie in de zwangerschap: analyse en behandeling Klinische dag 2 oktober 2014 Karin van Galen, hematoloog Van Creveldkliniek UMC Utrecht Zwangerschapgerelateerde trombocytopenie 3 e trimester

Nadere informatie

Behandeling van foetale anemie bij maternale bloedgroepimmunisatie

Behandeling van foetale anemie bij maternale bloedgroepimmunisatie Behandeling van foetale anemie bij maternale bloedgroepimmunisatie Auteur Trefwoorden I.L. van Kamp bloedgroepimmunisatie, rhesusantagonisme, hemolytische ziekte, foetale anemie, foetale therapie, intra-uteriene

Nadere informatie

Een zwangere vrouw met een gemengde erytrocytenpopulatie bij de bloedgroepbepaling

Een zwangere vrouw met een gemengde erytrocytenpopulatie bij de bloedgroepbepaling Een zwangere vrouw met een gemengde erytrocytenpopulatie bij de bloedgroepbepaling Auteurs Trefwoorden J.A.P. Bons, S.J.M. Rouwette, R.J.M.H.E. Straat, J.P.M. Offermans en Y.C.M. Henskens bloedgroepantigenen,

Nadere informatie

VSV Achterhoek Oost Protocol Preventie en behandeling van early-onset neonatale infecties

VSV Achterhoek Oost Protocol Preventie en behandeling van early-onset neonatale infecties VSV Achterhoek Oost Protocol Preventie en behandeling van early-onset neonatale infecties Doel Het doel van dit protocol is preventie, herkenning, optimalisering van diagnostiek en behandeling van early-onset

Nadere informatie

Klinische alloimmunisatie studies; highlights and pitfalls

Klinische alloimmunisatie studies; highlights and pitfalls Klinische alloimmunisatie studies; highlights and pitfalls H. Schonewille Senior onderzoeker Sanquin Research Center for Clinical Transfusion Research Leiden h.schonewille@sanquin.nl 1 Rode bloedcel antigenen

Nadere informatie

Cognitive behavioral therapy for treatment of anxiety and depressive symptoms in pregnancy: a randomized controlled trial

Cognitive behavioral therapy for treatment of anxiety and depressive symptoms in pregnancy: a randomized controlled trial Cognitive behavioral therapy for treatment of anxiety and depressive symptoms in pregnancy: a randomized controlled trial dr. T. Verbeek arts-epidemioloog Afd. Huisartsgeneeskunde en Epidemiologie 22 januari

Nadere informatie

12. PERINATAAL BELEID BIJ VERHOOGD RISICO OP AGS

12. PERINATAAL BELEID BIJ VERHOOGD RISICO OP AGS 12. PERINATAAL BELEID BIJ VERHOOGD RISICO OP AGS 1. Prenatale diagnostiek en behandeling met DXM Indicatie: Echtparen, die beiden drager zijn van een mutatie van de klassieke vorm van AGS. Als een van

Nadere informatie

bloedgroep, resusfactor en irregulaire antistoffen

bloedgroep, resusfactor en irregulaire antistoffen bloedgroep, resusfactor en irregulaire antistoffen Inhoud Inleiding 3 1 Korte beschrijving 3 1.1 De bloedgroep 3 1.2 De resusfactor 3 1.3 Irregulaire antistoffen 3 2 Meer informatie 3 2.1 Meer informatie

Nadere informatie

Samenvatting en Discussie

Samenvatting en Discussie 101 102 Pregnancy-related thrombosis and fetal loss in women with thrombophilia Samenvatting Zwangerschap en puerperium zijn onafhankelijke risicofactoren voor veneuze trombose. Veneuze trombose is een

Nadere informatie

Zwangerschap is wel (soms) een ziekte. J Roeters van Lennep/ internist vasculaire geneeskunde, Erasmus MC, Rotterdam

Zwangerschap is wel (soms) een ziekte. J Roeters van Lennep/ internist vasculaire geneeskunde, Erasmus MC, Rotterdam Zwangerschap is wel (soms) een ziekte J Roeters van Lennep/ j.roetersvanlennep@erasmusmc.nl internist vasculaire geneeskunde, Erasmus MC, Rotterdam Zwangerschappen in Nederland 2017 169 836 levend geboren

Nadere informatie

Autoimmuun Hemolytische Anemie Serologisch Onderzoek

Autoimmuun Hemolytische Anemie Serologisch Onderzoek Autoimmuun Hemolytische Anemie Serologisch Onderzoek Serologisch onderzoek AIHA Casus 1. Mevrouw vd H, 1924: Onderzoek bij aanwezigheid warmte autoantistoffen Casus 2. Mevrouw K, 1956: Onderzoek bij aanwezigheid

Nadere informatie

Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie PATIËNTENVOORLICHTING. Bloedgroep, rhesusfactor en irregulaire antistoffen No 16

Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie PATIËNTENVOORLICHTING. Bloedgroep, rhesusfactor en irregulaire antistoffen No 16 NVOG Nederlandse Vereniging voor PATIËNTENVOORLICHTING Bloedgroep, rhesusfactor en irregulaire antistoffen No 16 2000 NVOG Het copyright en de verantwoordelijkheid voor deze folder berusten bij de Nederlandse

Nadere informatie

Beleid van pretransfusietesten voor zuigelingen jonger dan 4 M Standpuntenverklaring DvB

Beleid van pretransfusietesten voor zuigelingen jonger dan 4 M Standpuntenverklaring DvB Beleid van pretransfusietesten voor zuigelingen jonger dan 4 M Standpuntenverklaring DvB Dr. A. Vanhonsebrouck WVTV congres Bloedafnames-transfusies bij laag geboortegewicht (VLBI) Arch Dis Child 200,

Nadere informatie

TTS & TAPS. Dr. Jim van Eyck, gynaecoloog-perinatoloog Isala Zwolle. 10 perinatale centra in Nederland. Hoog risico zwangerschap TTS & TAPS

TTS & TAPS. Dr. Jim van Eyck, gynaecoloog-perinatoloog Isala Zwolle. 10 perinatale centra in Nederland. Hoog risico zwangerschap TTS & TAPS Dr. Jim van Eyck, gynaecoloog-perinatoloog Isala Zwolle 10 perinatale centra in Nederland Hoog risico zwangerschap 2006 2014 1 Ontstaan Siamese tweeling twee-eiig 65% een-eiig 35% tussen 1975 en 2002 toename

Nadere informatie

VSV Zoetermeer. Ketenprotocol. Diabetes gravidarum. Auteurs: Esther van Uffelen Ingrid Mourits. Versie 1.0

VSV Zoetermeer. Ketenprotocol. Diabetes gravidarum. Auteurs: Esther van Uffelen Ingrid Mourits. Versie 1.0 Ketenprotocol Auteurs: Esther van Uffelen Ingrid Mourits 1 Inleiding Het Verloskundig Samenwerkings Verband Zoetermeer (VSV Zoetermeer ) is in 2012 opgericht ter verbetering van de verloskundige zorg in

Nadere informatie

ONBEHEERDE AFDRUK. Bloedgroep antagonisme bij neonaten -Rhesus protocol. LUMC\3. Zorg\Willem-Alexander Kinderziekenhuis

ONBEHEERDE AFDRUK. Bloedgroep antagonisme bij neonaten -Rhesus protocol. LUMC\3. Zorg\Willem-Alexander Kinderziekenhuis LUMC\3. Zorg\Willem-Alexander Kinderziekenhuis ONBEHEERDE AFDRUK Bloedgroep antagonisme bij neonaten -Rhesus protocol Versie 20 Publicatiedatum vrijdag 9 februari 2018, 09:13:51 Status Gepubliceerd Afdeling

Nadere informatie

Sanquin Bank of Frozen Blood

Sanquin Bank of Frozen Blood Sanquin Bank of Frozen Blood Beleid rondom zeldzame typeringen Dr. Rianne Koopman 1 Opzet presentatie Achtergrond Voorraadbeheer / zeldzaam donor programma Beleid aanvragen zeldzame eenheden 2 Historie

Nadere informatie

Aanvraagpaden voor immunohematologie (IH)

Aanvraagpaden voor immunohematologie (IH) INHOUD 1. ABO onderzoek bij bepalingsprobleem... 2 2. Resus D onderzoek bij bepalingsprobleem... 2 2.1. RhD onderzoek incl. RHD genotypering en transfusieadvies... 2 2.2. RHD genotypering ZONDER transfusieadvies...

Nadere informatie

Addendum. Nederlandse Samenvatting

Addendum. Nederlandse Samenvatting Addendum A Nederlandse Samenvatting 164 Addendum Cardiovasculaire ziekten na hypertensieve aandoeningen in de zwangerschap Hypertensieve aandoeningen zijn een veelvoorkomende complicatie tijdens de zwangerschap.

Nadere informatie

VVK Wintervergadering Sectie Neonatologie 18 januari 2013

VVK Wintervergadering Sectie Neonatologie 18 januari 2013 VVK Wintervergadering Sectie Neonatologie 18 januari 2013 Congenitale Toxoplasmose: Hoe gebruik je de diagnostische informatie op een zinvolle manier? Filip Cools, MD, PhD Neonatologie, UZ Brussel Scenario

Nadere informatie

Critically appraised topic: RBC-genotypering bij patiënten met warme auto-immuun hemolytische anemie

Critically appraised topic: RBC-genotypering bij patiënten met warme auto-immuun hemolytische anemie Critically appraised topic: RBC-genotypering bij patiënten met warme auto-immuun hemolytische anemie THOMAS PILATE 20-03-2018 PROMOTOR: DR. ELENA LAZAROVA Overzicht Inleiding Huidige pretransfusietechnieken

Nadere informatie