De heer Philippe Muyters, Vlaams minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke Ordening en Sport;

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "De heer Philippe Muyters, Vlaams minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke Ordening en Sport;"

Transcriptie

1 Sectorconvenant tussen de Vlaamse Regering en de sociale partners van de sector voor de erkende ondernemingen die buurtwerken of -diensten leveren (PsC ) Tussen de Vlaamse Regering, hierbij vertegenwoordigd door: De heer Philippe Muyters, Vlaams minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke Ordening en Sport; De heer Pascal Smet, Vlaams minister van Onderwijs, Jeugd, Gelijke kansen en Brussel en de sociale partners van de sector voor de erkende ondernemingen die buurtwerken of -diensten leveren: met als vertegenwoordigers voor de werkgevers: De heer Herwig Muyldermans, Algemeen directeur FEDERGON; De heer Steven De Cleer, Sociaal-juridisch medewerker ABSU-UGBN; Mevrouw Gaby Trompet, Directeur personeel Group KVLV en als vertegenwoordigers voor de werknemers: De heer Philippe Yerna, Algemeen secretaris ACV-Voeding & Diensten / Sécrétaire Général CSC Alimentation et Services; De heer Thibaut Montjardin, Nationaal sectoraal verantwoordelijke ACLVB / Responsable Sectoriel National Adjoint CGSLB; De heer Werner Van Heetvelde, Federaal secretaris ABVV-AC /.Sécrétaire fédéral Centrale général FGTB 1

2 [Wordt overeengekomen wat volgt] Verbintenissen van de Vlaamse Regering Artikel 1. De Vlaamse Regering verbindt er zich toe in het kader van voorliggende overeenkomst tijdens de periode van 1 januari 2013 tot en met 31 december 2014 een maximale toelage van ,00 EUR aan het Fonds voor bestaanszekerheid voor de Vorming voor de Erkende Ondernemingen die Buurtwerken of -diensten leveren (Site Tour en Taxis - Havenlaan 86C bus Brussel; bankrekeningnummer: BE ; ondernemingsnummer: ) ter financiering van 3 VTE sectorconsulenten. Artikel 2. De Vlaamse Regering stimuleert en ondersteunt de uitvoering van voorliggende overeenkomst, door: 1. het organiseren van ad hoc- overleg met de sociale partners, op vraag van de sectoren; 2. het organiseren van klankbordvergadering waarbij knelpunten worden besproken en desgevallend beleidsaanbevelingen kunnen worden geformuleerd, op vraag van de sectoren; 3. het organiseren van netwerkbijeenkomsten met de sectorconsulenten, via de SERV, die fungeren als doorgeefluik van informatie en die in het teken staan van ondermeer ervaringsuitwisseling, opbouw van expertise, en sectoroverschrijdende samenwerking. Verbintenissen van de sector Artikel 3. De sector voor de erkende ondernemingen die buurtwerken of -diensten leveren verbindt zich ertoe om, op basis van het door de VESOC-partners goedgekeurde, inhoudelijk kader voor de sectorconvenants, een sectorale visie te ontwikkelen en vanuit deze visie prioriteiten te bepalen en er doelgerichte acties aan te koppelen. De sectorspecifieke maatregelen geformuleerd in dit convenant zijn inspanningsverbintenissen en hebben betrekking op het ondersteunen en uitvoeren van: - de afstemming tussen onderwijs en de arbeidsmarkt; - een competentiebeleid, waaronder leven lang leren; - het beleid van evenredige arbeidsdeelname en diversiteit, vermeld in het decreet van 8 mei 2002 houdende evenredige participatie op de arbeidsmarkt. Artikel 4. De sector verbindt er zich toe de werkingssubsidie uitsluitend aan te wenden ter uitvoering van deze sectorspecifieke maatregelen. Hiertoe worden effectief 3 VTEsectorconsulenten ingezet. Zij werken in de sector onder paritair toezicht en zijn er belast met het geheel van coördinerende, rapporterende en ondersteunende taken ter uitvoering van het sectorconvenant. De loon- en werkingskosten van deze sectorconsulenten komen in aanmerking als subsidiabele kosten voor zover zij betrekking hebben op de uitvoering van deze sectorspecifieke maatregelen en voor zover ze uitgevoerd worden binnen de looptijd van het sectorconvenant. Periodes van tijdskrediet of loopbaanonderbreking komen niet in aanmerking voor financiering tenzij wordt aangetoond dat de functie van de sectorconsulent(e) tijdelijk tijdens zijn of haar afwezigheid door een vervang(st)er wordt uitgeoefend. De sector zal de naam van de sectorconsulenten aan het departement Werk en Sociale Economie bezorgen, wijzigingen melden en een sectorconsulent(e) (per netwerk) aanduiden voor de SERV netwerkbijeenkomsten. 2

3 Artikel 5. Ter verantwoording en ter evaluatie van deze overeenkomst bezorgt de sector ten laatste op 31 januari 2014 een voortgangsrapport en ten laatste op 31 januari 2015 een eindrapport aan het departement Werk en Sociale Economie. Het voortgangs- en het eindrapport omvatten: - de rapportering over de verschillende initiatieven ter realisering van het actieplan; - de toetsing van de realisaties aan de voortgangsindicatoren en de doelstellingen vermeld in het sectorconvenant en het actieplan; - de verantwoording van de aanwending van de ontvangen subsidiebedragen (enkel voor het eindrapport). Het departement Werk en Sociale Economie bezorgt tijdig aan de sector het modelformulier inzake de rapportering. De sector voor de erkende ondernemingen die buurtwerken of -diensten leveren werkt vanuit volgende sectorale visie aan de uitvoering van de prioriteiten en acties van dit sectorconvenant: 3

4 Sectorvisie: sector dienstencheques P.C De sector van de dienstencheques wordt sinds haar ontstaan in 2004 gekenmerkt door een exponentiële groei van gebruikers, werkgevers en werknemers. Intussen is de sector niet meer weg te denken uit onze samenleving. Bijna 10% van de hele Belgische bevolking maakt dankbaar gebruik van de diensten geleverd door erkende dienstenchequebedrijven. In de Vlaamse provincies zijn er meer dan 1000 erkende bedrijven die gezamenlijk meer dan werknemers te werk stellen 1. Als arbeidsmarktactor heeft deze sector een duidelijke maatschappelijke meerwaarde. De sector is in vergelijking met andere sectoren nog relatief jong. De sociale partners wensen dat de sector zich verder kan professionaliseren in de brede zin van het woord en wil haar werkgevers ondersteunen in het voeren van een optimaal (personeels)beleid. Maatschappelijk verantwoord ondernemen en inzetten op werkbaar werk zijn dan ook de funderingen van deze visie (zie verder). Een modern en duurzaam HR-beleid, aangepast aan de eigenheid van de sector en de hedendaagse realiteit, is de inzet van deze langetermijnvisie. Sectorale eigenheid De dienstenchequesector heeft enkele specifieke kenmerken waardoor het zich duidelijk onderscheid van andere sectoren. Er zijn echter ook belangrijke raakvlakken met andere sectoren die we niet uit het oog mogen verliezen. Impact van de wetgever De dienstenchequesector is per definitie een gesubsidieerde sector die werkt binnen een strikt wettelijk kader. Waar we intussen als sector de sterktes en zwaktes van het systeem kennen en een zicht hebben op de toekomstige (hoofdzakelijk sector-overschrijdende) uitdagingen, hebben we echter geen spreekwoordelijke glazen bol voor aanpassingen aan de regelgeving en hun respectievelijk effect op de dienstenchequesector. We kunnen anticiperen op zaken die in het regeerakkoord staan, zoals de regionalisering van het systeem, maar kunnen niet voorspellen hoe dit zijn effect zal hebben op de sector en op eventuele acties en prioriteiten zoals vastgelegd in dit convenant. Een sprekend voorbeeld is het recente KB 2 die het systeem van de dienstencheques op een aantal fundamentele punten heeft gewijzigd. Deze wijzigingen hebben vooral betrekking op de prijs, de professionalisering van de sector en de indienstneming van werkzoekenden. Zo moet 60% van de nieuwe dienstencheques-jobs naar uitkeringsgerechtigde volledig werklozen en/of leefloners gaan. Deze maatregel zal een onmiskenbare uitwerking hebben op de instroom en de opleidingsbehoeften in de sector en in het bijzonder de opleidingsnoden van startende, nieuwe werknemers. Veranderingen in de regelgeving kunnen bijgevolg een zeer grote impact hebben voor de sector van de dienstencheques. Omwille van de overheidssubsidies achter het systeem en 1 Idea Consult (2011), Evaluatie van het stelsel van de dienstencheques voor buurt- en baandiensten 2010, p Koninklijk besluit van 3 augustus 2012 tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 december 2001 betreffende de dienstencheques 4

5 het strikt wettelijk kader blijft er minder ruimte over voor de sociale partners om te (re)ageren en te manoeuvreren binnen de sector. Samenstelling van de sector dienstencheques: bedrijven 3 Het stelsel van de dienstencheques is door de federale overheid in werking gesteld vanaf 1 januari Sinds die datum is het aantal gebruikers sterk gegroeid, wat ook een positieve invloed had op de tewerkstelling. In het Vlaams Gewest zijn er inmiddels erkende ondernemingen (2664 in heel België) waaronder verschillende types. Natuurlijke personen (éénmanszaken), privé-ondernemingen, PWA s, gemeenten, OCMW s, VZW s, invoegbedrijven en interim bedrijven. Al deze types van bedrijven, met hun eigen specifieke achtergrond, zijn actief in de sector van de dienstencheques. Ook zijn aan al deze ondernemingen verschillende paritaire comités verbonden. Het grootste is het paritair comité gevolgd door P.C. 318, 121 en dienstencheque-bedrijven zonder P.C. die opgericht zijn in de schoot van de gemeenten en OCMW s. Het overgrote deel van de bedrijven zijn KMO s. Gemiddeld stelt een DCO 60 werknemers tewerk maar dit aantal varieert naargelang het type bedrijf. Zo stellen de bedrijven die werkzaam zijn onder de naam van een interim bedrijf gemiddeld 762 werknemers tewerk in tegenstelling tot de natuurlijke personen die gemiddeld 13 werknemers tewerk stellen 5. Samenstelling van de sector dienstencheques: werknemers 6 Naast de heterogeniteit in werkgevers kent de sector eveneens een grote verscheidenheid in haar werknemers. In het totaal zijn er in België werknemers tewerkgesteld in het systeem van de dienstencheques. Door de grote vraag van bedrijven naar geschikt personeel betreft het hier een knelpuntberoep. Het overgrote deel werkt in Vlaanderen (82.281) en is tewerkgesteld als arbeider. 98% zijn vrouwen. 17,7 % van alle werknemers zijn ouder dan 50 jaar en 60 % zijn tussen de 30 en 50 jaar oud. 2/3 is kortgeschoold en ¼ is van allochtone afkomst. Het beroep spreekt jongeren niet echt aan en er is geen specifieke vooropleiding die toe leidt naar de sector. Gemiddeld werkt een DC-werknemer 17,6 uren per week. De sector wordt gekenmerkt door voornamelijk deeltijdse arbeid en een eerder oude samenstelling van de loontrekkende bevolking. Ook hier is de vergrijzing duidelijk te merken. Samenstelling van de sector dienstencheques: toegelaten activiteiten De activiteiten die een dienstenchequewerknemer mag uitvoeren zijn wettelijk vastgelegd in een exhaustieve lijst. Wederom is de invloed van de wetgever hier duidelijk te merken. Dienstenchequewerknemers mogen ingezet worden voor de (alledaagse) schoonmaak van een particuliere woonst, het wassen en strijken binnenshuis, het bereiden van maaltijden, naai- en verstelwerken, het doen van boodschappen, het vervoer van mindermobielen en het strijken buitenshuis (veelal in een strijkatelier). Alle activiteiten die niet in deze lijst zijn opgenomen mogen dus niet uitgevoerd worden in het kader van een arbeidsovereenkomst dienstencheques. Dienstencheques worden het meest gebruikt voor de schoonmaak van de woning en het wassen en strijken al dan niet binnenshuis. Dienstencheques worden 3 Idea Consult (2011), Evaluatie van het stelsel van de dienstencheques voor buurt- en baandiensten 2010, p. 22 e.v. 4 Idea Consult (2011), Evaluatie van het stelsel van de dienstencheques voor buurt- en baandiensten 2010, p Idea Consult (2011), Evaluatie van het stelsel van de dienstencheques voor buurt- en baandiensten 2010, p Idea Consult (2011), Evaluatie van het stelsel van de dienstencheques voor buurt- en baandiensten 2010, p. 30 5

6 minder gebruikt voor het bereiden van maaltijden, naai- en verstelwerken, het vervoer van minder mobielen en het doen van boodschappen. Impact van de klant en afwezigheid van een werkvloer Typerend voor de sector van de dienstenchequesector is de zogenaamde factor klant. De particuliere dienstenchequegebruiker, de klant, speelt een onmiskenbare rol in de sector. Het werk speelt zich voornamelijk af binnen de private woonst van een klant/gebruiker. Veelal is er van een echte werkvloer, in de klassieke zin van het woord, geen sprake. Een uitzondering hierop is het strijkatelier, hier kan men wel spreken van een werkvloer. Voor werkgevers is het bijgevolg niet evident om al hun werknemers op te volgen en te ondersteunen. Verloop en ziekteverzuim De sector wordt gekenmerkt door een groot verloop. Zowel instroom (jaarlijks zo n 30%) als uitstroom (20%) liggen relatief hoog en variëren eveneens naargelang het type onderneming. Het ziekte- en arbeidsverzuim 7 ligt ook hoog in de sector en varieert naargelang de beschouwde regio. Toekomstige uitdagingen voor de sector De sociale partners wensen in de toekomst alle beschikbare middelen te gebruiken om het beroep van een dienstenchequewerknemer te bestendigen en te professionaliseren. Zij zijn zich bewust van het feit dat de functie een grote maatschappelijke waarde heeft, maar weinig maatschappelijke erkenning. In deze optiek moet er zeker ingezet worden op het imago van de sector en het beroep, onder meer via het juist informeren van onderwijs, werkzoekenden en VDAB-personeel. Maatschappelijk verantwoord en duurzaam ondernemen, werkbaar werk en de inzet op een modern, sectorspecifiek HRM-beleid zijn onontbeerlijk om het hoofd te bieden aan toekomstige uitdagingen. Deze voornoemde zaken vormen de sectorale rode draad doorheen de verschillende beleidsthema s. Aansluiting onderwijs arbeidsmarkt Er bestaat geen specifieke (schoolse) vooropleiding voor een functie als dienstenchequewerknemer. Het is ook niet wenselijk dat er een specifieke onderwijsrichting wordt opgezet, die direct aansluit bij het beroep. Het beroep spreekt jongeren in het algemeen en schoolverlaters in het bijzonder niet echt aan en slechts 8,0% van de werknemers in de sector is jonger dan 25 jaar. Er zijn echter wel enkele raakvlakken met bepaalde DBSO-richtingen en met het volwassenenonderwijs. Deze zullen in het kader van dit convenant verder onderzocht worden. Stages, IBO en werkplekleren vallen maar moeilijk te combineren met de bestaande regelgeving maar worden hierdoor niet uitgesloten. Het gevaar van dubbele of oversubsidiëring is hier echter wel prominent aanwezig. Zo mag werkplekleren niet vervallen in een evaluatie van de werknemer en mag het niet resulteren in minder gunstige loon- en arbeidsvoorwaarden. Een sectorale aansturing van werkplekleren is echter in de realiteit moeilijk haalbaar gezien de afwezigheid van een echte werkvloer en de weerstand van klanten ten opzichte hiervan. Strijkateliers hebben wel een echte werkvloer en hier kan de sector het werkplekleren en (interne) coaching wel gaan stimuleren. 7 Idea Consult (2011), Evaluatie van het stelsel van de dienstencheques voor buurt- en baandiensten 2010, p. 70 6

7 Hierdoor zal de sector meer de klemtoon leggen op de verdere ontwikkeling van de basiscompetenties bij werkzoekenden en werknemers en te streven naar een verhoging van de geletterdheid. De krapte op de arbeidsmarkt neemt alsmaar toe waardoor de sector ijvert voor het optimaal inzetten van de beschikbare arbeidskrachten door zich onder andere te focussen op de (jonge) werkzoekende. De verdere tewerkstelling van kortgeschoolden en het benutten van het potentieel van de kansengroepen vormt hier vooral de inzet. De nadruk komt dan ook te liggen bij het degelijk opleiden van de werkzoekende en de startende werknemers binnen de sector. Competentiebeleid Instroom 8 De instroom in de sector van de dienstencheques blijft hoog maar neemt jaar na jaar stelselmatig af. Uit de laatste doorlichting van het dienstenchequesysteem bleek dat ongeveer 30 % van alle werknemers nieuw instromen in de sector. 76,6 % van de werknemers blijft in dienst. De sector groeit nog steeds maar minder snel dan andere jaren. Steeds meer werknemers blijven langdurig tewerkgesteld in de sector wat er op wijst dat een dienstenchequebaan voor veel werknemers geen tijdelijke job (meer) is. Sectoraal vormingsplan Omwille van de hoge in- en uitstroom voorziet de sector in de opstart van een sectoraal vormingsplan vanaf 2013 voor beginnende nieuwe werknemers in de sector. Dit houdt in dat de werkgevers verplicht worden om nieuwe werknemers een degelijke opleiding te verschaffen teneinde de sector verder te professionaliseren en in te zetten op de competenties en het behoud van (degelijk opgeleide) werknemers. Op lange termijn hoopt de sector hiermee de uitstroom te beperken en de instroom van geschikt personeel te versterken. Dit sectoraal vormingsplan is een topprioriteit voor de sector. Het zal bovendien de spil vormen voor verschillende opgenomen acties in het kader van dit convenant en voor de werking van haar sectorconsulenten. Competentieversterking Eén van de belangrijkste uitdagingen voor de sector blijft aldus de versterking van de competenties van werkzoekenden en werkenden. De sector vindt het daarom ook belangrijk dat er ingezet wordt op de versterking van de competenties van de werkzoekenden, vooraleer ze een baan aannemen in de dienstenchequesector. Uit de laatste IDEA-studie blijkt immers dat 64,3 % van de bevraagde ondernemingen onvoldoende geschikte werknemers vindt. Gezien de krapte op de arbeidsmarkt zal het bovendien nog moeilijker worden om geschikte kandidaten te vinden. Daarom blijft een doorgedreven partnerschap met VDAB van cruciaal belang. Uitstroom De hoge uitstroom blijft zorgwekkend. Gemiddeld stroomt 19,4 % van de werknemers per jaar uit het systeem. Indien die trend zich verder zet, vrezen de sociale partners - omdat de instroom de uitstroom niet zal kunnen bijbenen - dat er onvoldoende werknemers zullen zijn om de jobs in de toekomst in te vullen. 8 Idea Consult (2011), Evaluatie van het stelsel van de dienstencheques voor buurt- en baandiensten 2010, p. 52 7

8 Complementariteit met federale initiatieven De federale regering heeft reeds in 2007 een initiatief genomen om de opleidingsgraad van de dienstenchequewerknemers te verhogen, door de erkende dienstenchequeondernemingen toe te staan een gedeeltelijke terugbetaling van hun opleidingskosten te vragen. Hiervoor bestaat er op federaal vlak een opleidingsfonds voor dienstencheques 9. De sectorale sociale partners willen complementair zijn met het federaal opleidingsfonds voor dienstencheques, door enerzijds te communiceren over deze maatregelen en door anderzijds sectorale opleidingsinitiatieven te ontwikkelen. De middelen van dit fonds worden echter onderbenut. De sociale partners hopen dan ook op een herschikking van de bestaande middelen op een meer efficiënte en effectieve manier. Hiervoor is de sector echter eveneens afhankelijk van de wetgever. Bij drastische veranderingen in de wetgeving engageert de sector zich alvast om het nodige te doen om de continuïteit van de vormingsmogelijkheden te garanderen. Professionalisering en het voeren van een modern HRM-beleid De initiatieven ter ondersteuning van werkgevers worden verruimd met een specifieke aandacht voor het grote aantal KMO s binnen de sector. Met uitzondering van enkele grotere spelers op de markt, is de dienstenchequesector hoofdzakelijk een KMO-sector (gemiddelde tewerkstelling van 60 personen per bedrijf). 10 De benadering van deze bedrijven zal voornamelijk een combinatie van bedrijfsbezoeken, gerichte mailings en telefonische contacten omvatten. De vormingsverplichting in het kader van het sectoraal vormingsplan zal een grote impact hebben op de sector die niet van vandaag op morgen te realiseren valt. Dit houdt een doorgedreven sensibilisering op lange termijn in en zal een van de voornaamste taken van de sectorconsulenten worden. De sector wil gaan naar een verdere professionalisering door bedrijven te ondersteunen in het voeren van een modern HR-beleid. Zowel de dienstencheque-werknemers als het omkaderend personeel binnen een dienstencheque-onderneming maken hier deel van uit en worden gezien als 1 geheel. Middels een doorgedreven sensibilisering en het verschaffen van de nodige tools, opleidingen en andere handvaten wilt de sector de ondernemingen ertoe brengen om te investeren in hun HRM-beleid op een structurele manier. Samenwerking met andere paritaire comités binnen de sector en partnerschappen met andere verwante sectoren lijken hier dan ook sterk aangewezen. Evenredige arbeidsdeelname en diversiteit In het totaal zijn er in België werknemers tewerkgesteld in het systeem van de dienstencheques. Het overgrote deel werkt in Vlaanderen (82.281) en is tewerkgesteld als arbeider. 98% zijn vrouwen. 17,7 % van alle werknemers zijn ouder dan 50 jaar en 60 % zijn tussen de 30 en 50 jaar oud. 2/3 is kortgeschoold en ¼ is van allochtone afkomst. Dit profiel maakt duidelijk dat de sector te maken heeft met een tewerkstelling van kansengroepen. De sociale partners verwachten hierin geen veranderingen, behoudens wijzigingen die gemaakt worden door de wetgever. Wel zal de impact van de toenemende vergrijzing en de krapte op de arbeidsmarkt een belangrijke rol spelen naar de toekomst toe. De sector blijft in dit kader verder inzetten op het bestendigen van de tewerkstelling het verhogen van de competenties Idea Consult (2011), Evaluatie van het stelsel van de dienstencheques voor buurt- en baandiensten 2010, p. 29 8

9 Het verder bevorderen van de arbeidsdeelname van de kansengroepen, het tegengaan van discriminatie en het voeren van een gelijke kansenbeleid worden als primordiaal gezien onder deze noemer. Het verder stimuleren van bestaande maatregelen zoals diversiteitsplannen en het aangaan van partnerschappen of samenwerkingen met andere organisaties moet dit verder verwezenlijken. De factor klant/gebruiker blijft hierin een belangrijke, maar moeilijk te bereiken, speler. Door een eventuele samenwerking op te starten met het uitgiftebedrijf en de RVA wil men werk maken van de sensibilisering van de stakeholders (bedrijven, klant/gebruikers en andere relevante actoren). Werkbaar werk De sector wenst het concept van het werkbaar werk niet apart te benaderen maar wenst dit als een rode draad te verweven in de acties van het sectorconvenant. Het verbeteren van de kwaliteit van de arbeid, het opvangen van de gevolgen van een vergrijzend personeelsbestand en de krapte op de arbeidsmarkt, het langer en beter werken, het doorstromen van ervaren personeel en de algehele competentieversterking en talentontwikkeling van werknemers kan men namelijk niet los van elkaar zien. De opgenomen acties in het convenant gebeuren allemaal in functie van meer werkbaar werk. Uit de vorige convenantsperiode 11 werd vastgesteld dat de belangrijkste indicatoren inzake uitstroom liggen bij de motivatie van de werknemer, gebrek aan technische en generieke competenties, klachten van gebruikers, absenteïsme en medische/sociale problemen. Het verder werk maken van het versterken van de competenties en het voeren van een retentiebeleid in de ondernemingen moet hierbij soelaas bieden. Bedrijven moeten hiervoor sterk ondersteund worden en voortdurend gesensibiliseerd en aangezet worden. Ook zal de sector in het kader van werkbaar werk zich richten naar het opvangen van de taalproblematiek in de sector en blijvend inzetten op ergonomie en veiligheid van de werknemers. Door de nadruk te leggen op de responsabilisering van de werkgevers en het omkaderingspersoneel wenst men een organisatiecultuur te creëren met meer aandacht voor de mens in de onderneming. De sector wenst dan ook in te tekenen op de ESF-oproep werkbaarheid om een kwalitatieve analyse uit te voeren naar de werkbaarheid in de sector (vertrekkende van de werkbaarheidsmonitor en via gerichte exitgesprekken). Afhankelijk van deze analyse wordt verder gekeken naar welke concrete acties noodzakelijk zijn in het kader van werkbaar werk. Vanuit de geschetste sectorale visie en vanuit de sectorspecifieke uitdagingen waar de sector op korte en langere termijn voor staat, maakt de sector voor de erkende ondernemingen die buurtwerken of -diensten leveren werk van het aanpakken van de volgende prioriteiten(zie prioriteitenfiches): o o o o Prioriteit 1: Competentie-ontwikkeling Prioriteit 2: Naar een modern HRM-beleid Prioriteit 3: Instroom Prioriteit 4: EAD, Gelijke kansen, racismebestrijding en diversiteit

10 PRIORITEIT 1 Competentie-ontwikkeling Motivatie Uit de Idea-studies blijkt dat generieke en technische (basis)competenties vaak ontbreken bij de aanwerving van nieuwe werknemers in de sector. Ook bij de huidige werknemers blijft de aandacht voor (voortgezette) opleiding vanuit de bedrijven problematisch. Bovendien wordt er te weinig geïnvesteerd in de basisopleiding van startende werknemers. De sector wil, door het opzetten van gerichte acties en vooral via het sectoraal opleidingsplan, de bedrijven ondersteunen bij het opleiden van hun huidig personeel en, in het bijzonder, de startende werknemers. Acties De sector engageert zich om de volgende concrete acties op te zetten om werk te maken van de gekozen prioriteiten: Actie 1: Het opstarten en implementeren van de geplande vormingsverplichting voor startende werknemers in de sector via het lanceren van het sectoraal opleidingsplan Omschrijving: Dit is een engagement van de sociale partners en beoogt de opleiding van startende werknemers binnen de sector te verplichten en bedrijven hierin te ondersteunen. Zo wenst men onder meer de sector te professionaliseren en de (hoge) uitstroom uit de sector te beperken door startende werknemers de nodige competenties vanaf hun begin in de sector mee te geven. Deze actie impliceert naast het bekendmaken van deze vormingsverplichting ook een doorgedreven communicatiestrategie (sensibilisering en ondersteuning van bedrijven), het opstarten en aanbieden van een aangepast opleidingsaanbod over heel België en een hernieuwde rol voor het sectoraal vormingsfonds en haar sectorconsulenten. De nieuwe regel in het kader van aanwerving van 60% uitkeringsgerechtigde werklozen en/of leefloners, zoals omschreven in het recente KB 12 i.h.k.v. de dienstencheques, maakt van deze actie een prioriteit. Betrokken partners: VDAB en andere externe opleiders 12 Koninklijk besluit van 3 augustus 2012 tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 december 2001 betreffende de dienstencheques 10

11 In navolging van de beslissingen genomen door de sociale partners meewerken aan het opstarten en implementeren van de geplande vormingsverplichting voor nieuwe werknemers in de sector. Het uitdenken, opstarten en uitdragen van een vernieuwd opleidingsaanbod voor startende werknemers in de sector. Het optimaal ondersteunen, sensibiliseren en adviseren van alle bedrijven in de sector via de sectorconsulenten door middel van bedrijfsbezoeken, gerichte mailingsacties, informatie via de website. Het subsidiëren van startersopleidingen Actie 2: Bedrijfsopleidingsplannen Omschrijving: Ter ondersteuning van het opleidingsgebeuren en de vormingsverplichting wenst de sector de opmaak van bedrijfsopleidingsplannen te promoten. Het sectorfonds zal een sjabloon van opleidingsplan ontwikkelen en deze verspreiden onder de bedrijven. Betrokken partners: / Het opmaken van een sjabloon van opleidingsplan Het optimaal ondersteunen, sensibiliseren en adviseren van alle bedrijven in de sector over deze opleidingsplannen via de sectorconsulenten door middel van bedrijfsbezoeken, gerichte mailingsacties en informatie via de website. Actie 3: Ontwikkelen en uitdragen van initiatieven inzake basiscompetenties en geletterdheid Omschrijving: Uit studies blijkt dat er heel wat generieke en technische competentietekorten bestaan bij nieuwe en bestaande werknemers. Daarenboven bestaat er een duidelijke taalproblematiek in de sector. Vaak zijn (potentiële) werknemers de Nederlandse taal niet of onvoldoende machtig om blijvend te kunnen functioneren binnen de sector. Daarom zet de sector verder in op het uitdragen van al bestaande opleidingsinitiatieven rond geletterdheid, basiscompetenties (zoals gebruik maken van het openbaar vervoer, zich zelfstandig kunnen verplaatsen, basis rekenen en schrijven) en op de ontwikkeling van nieuwe taalinstrumenten. Betrokken partners: Externe taalopleiders, VDAB, Huizen van het Nederlands, Basiseducatie, sector Horeca (Vorming Horeca), sector professionele schoonmaak (Absu/Ocs), andere Alle Vlaamse bedrijven informeren over bestaande taalinitiatieven en taalopleidingen (vb. NODW, Proper Nederlands, Bru-taal, naschoolse opleidingen, ) via een folder, website, informatiesessies, nieuwsbrief, bedrijfsbezoeken, mailings en regionale mailings. Alle Vlaamse bedrijven informeren over relevante initiatieven en opleidingen die bepaalde basiscompetenties kunnen versterken (vb. gebruik maken van openbaar vervoer, basis rekenen en schrijven, autonoom leren werken, attitude ) via een folder, website, informatiesessies, nieuwsbrief, bedrijfsbezoeken, mailings en regionale mailings. 11

12 Met SLN onderzoeken op welke manier externe taalcoaching in onze sector nog effectiever kan aangewend worden. Acties vanuit deze organisaties bekend maken in de sector Daarnaast ontwikkelt het sectoraal vormingsfonds nieuwe taalinitiatieven in samenwerking met de sector van de professionele schoonmaak en de horeca. Deze initiatieven worden uitgedragen en beschikbaar gesteld aan de ondernemingen in de sector. (bv. ontwikkeling van een laagdrempelig taalwoordenboek en ontwikkeling van audio-bestanden i.s.m. prof. schoonmaak en vorming Horeca). Actie 4: Ontwikkelen en uitdragen van initiatieven inzake ergonomie Omschrijving: De sector wordt ook geconfronteerd met de problematiek van de vergrijzing. De sector stelt veel oudere werknemers tewerk (50 +). Bovendien is het werken in de sector fysisch zwaar. Een adequaat ergonomiebeleid en initiatieven rond ergonomie en gepaste werkhoudingen kunnen hier soelaas bieden. De sector kan hiervoor niet rekenen op het Ervaringsfonds (omwille van de regelgeving van het dienstenchequesysteem) maar wenst de bedrijven te sensibiliseren in kader van het voeren van een adequaat ergonomiebeleid en het promoten van opleidingen in het kader van ergonomie. Op de website van het vormingsfonds zal een aangepast luik rond ergonomie worden opgenomen, waar bedrijven vlot informatie kunnen bekomen. Er zal gewerkt worden met beeldmateriaal en tips. Zodoende kunnen de ondernemingen hun werknemers naar behoren informeren en sensibiliseren en het materiaal gebruiken tijdens de interne opleidingen of overlegmomenten met hun personeel. Betrokken partners: Externe opleiders, VDAB, externe preventiedienst, externe partners Alle Vlaamse bedrijven informeren over bestaande initiatieven rond ergonomie (vb. reeds bestaande opleidingen in het extern opleidingsaanbod) via de website, informatiesessies, nieuwsbrief, bedrijfsbezoeken, mailings en regionale mailings. Externe opleiders stimuleren om nieuwe, specifieke ergonomieopleidingen te ontwikkelen en aan te bieden binnen de sector. Samenwerken met externe preventiediensten ter ontwikkeling van laagdrempelige en visuele fiches (in kader van ergonomie) en deze ter beschikking stellen aan de bedrijven via de website van het vormingsfonds. Actie 5: Ontwikkelen en uitdragen van initiatieven inzake preventie en veiligheid Omschrijving: Veilig werken met materialen is onontbeerlijk in elke sector, net zoals preventief te werk gaan. De dienstencheque-sector kenmerkt zich door het ontbreken van een uniforme werkvloer (met uitzondering van de strijkcentrales). Dit houdt in dat elke werkvloer anders is voor de meeste DC-werknemers. Opleidingen en informatie rond preventief en veilig werken met schoonmaakmiddelen en materialen mogen dan ook niet ontbreken. 12

13 Betrokken partners: Externe opleiders, VDAB, externe preventiedienst, externe partners Alle Vlaamse bedrijven informeren over het belang van preventie en veilig werken met de schoonmaakmiddelen en de -materialen via de website, informatiesessies, nieuwsbrief, bedrijfsbezoeken, mailings en regionale mailings. Externe opleiders stimuleren om nieuwe, specifieke veiligheidsopleidingen te ontwikkelen en aan te bieden binnen de sector. Samenwerken met externe preventiediensten ter ontwikkeling van laagdrempelige en visuele fiches (in kader van veilig werken met schoonmaakmiddelen en - materialen ) en deze ter beschikking stellen aan de bedrijven via de website van het vormingsfonds. Actie 6: Bedrijven blijvend sensibiliseren en ondersteunen m.b.t. het aanbod van technische opleidingsmodules en EHBO-opleidingen voor werknemers Omschrijving: In samenwerking met VDAB en het Rode Kruis Vlaanderen werden in 2010, 2011 en 2012 technische opleidingsmodules en EHBO-opleidingen ontwikkeld voor werknemers. Dit aanbod werd in de loop van 2011 en 2012 uitgebreid. Dit zal gecontinueerd worden in 2013 en Betrokken partners: VDAB, Rode Kruis Vlaanderen, federaal opleidingsfonds, erkende externe opleiders Alle Vlaamse bedrijven worden ingelicht over bestaande erkende opleidingsinitiatieven van VDAB en Rode Kruis via een folder, website, informatiesessies, nieuwsbrief, bedrijfsbezoeken, mailings en regionale mailings in samenwerking met de VDAB en de provinciale VDAB accountmanagers. Actie 7: Bedrijven blijvend sensibiliseren en ondersteunen m.b.t. het opleidingsaanbod i.s.m. externe opleiders/aanbieders van opleidingen Omschrijving: Naast voornoemd aanbod zijn er nog heel wat andere externe en erkende opleiders actief die opleidingen aanbieden. Het sectoraal vormingsfonds versterkt de contacten met deze externe opleiders teneinde een katalysator te zijn in het opleidingsaanbod binnen de sector. Betrokken partners: VDAB, Rode Kruis Vlaanderen, federaal opleidingsfonds, erkende externe opleiders Het sectoraal vormingsfonds zal de ondernemingen goed en overzichtelijk informeren over het bestaand extern en erkend opleidingsaanbod. Daartoe zal het sectoraal vormingsfonds de externe erkende opleidingen screenen, promoten en de ondernemingen nog meer sensibiliseren om externe opleidingen te organiseren en gebruik te maken van het opleidingsaanbod door middel van bedrijfsbezoeken, gerichte mailingsacties en informatie via de website. 13

14 Actie 8: Deelname van het sectoraal vormingsfonds aan de infosessies die de RVA organiseert voor nieuw erkende bedrijven Omschrijving: Elke maand komen er nieuwe erkende ondernemingen bij in de sector. Deze moeten, in het kader van hun erkenning als dienstenchequebedrijf verplicht een infosessie/opleiding bij de RVA volgen. Het sectoraal vormingsfonds maakt deel uit van deze verplichte opleiding. Betrokken partners: RVA, federaal opleidingsfonds en het uitgiftebedrijf Nieuwe, startende ondernemingen sensibiliseren en informeren m.b.t. de opleiding van hun (toekomstige) werknemers. Hier zal de vormingsverplichting voor startende werknemers ook uitvoerig aan bod komen. Bedrijven vanaf hun start in de sector de nodige informatie verschaffen over de mogelijkheden tot vorming van hun werknemers, de bestaande werkzoekendenopleidingen van VDAB en, in extenso, de werking van het sectorfonds. Actie 9: Informeren van de bedrijven over de bestaande federale initiatieven via contactmomenten Omschrijving Het Federaal Opleidingsfonds Dienstencheques is een initiatief van de federale regering en heeft tot doel de opleidingsgraad van de werknemers te verhogen. Erkende dienstencheque ondernemingen kunnen hiertoe een gedeeltelijke terugbetaling van hun opleidingskosten vragen. Uit de evaluatieverslagen van dit fonds in 2009, 2010 en 2011 blijkt dat het beschikbaar budget onvoldoende gebruikt wordt door de dienstencheque ondernemingen. Betrokken partners: Federaal opleidingsfonds dienstencheques Specifieke informatiecampagnes naar de bedrijven vanuit het Sectoraal Vormingsfonds over de bestaande federale maatregelen inzake de terugbetaling van de opleidingskosten via de website, folders, nieuwsbrieven, aparte mailings en bedrijfsbezoeken. Het sectoraal vormingsfonds zal de ondernemingen informeren over de mogelijkheden tot erkenning van hun opleidingen en de tussenkomst van het federaal opleidingsfonds dienstencheques in de terugbetaling van de opleidingskosten. Dit wordt meegenomen in elke communicatie met de bedrijven Actie 10: Opvolging van bedrijven met nulactiviteit Omschrijving Het Federaal Opleidingsfonds Dienstencheques is een initiatief van de federale regering en heeft tot doel de opleidingsgraad van de werknemers te verhogen. Erkende dienstenchequeondernemingen kunnen hiertoe een gedeeltelijke terugbetaling van hun opleidingskosten vragen. 14

15 Sinds het ontstaan van het Federaal Opleidingsfonds in 2009, zijn er bedrijven die nog nooit beroep hebben gedaan op het Federaal Opleidingsfonds Dienstencheques voor de terugbetaling van hun opleidingskosten. Deze vaststelling geeft aanleiding tot een specifieke opvolging van deze groep bedrijven. De zogenaamde bedrijven met nulactiviteit. Betrokken partners: Federaal opleidingsfonds dienstencheques In samenwerking met het federaal opleidingsfonds werken aan de opvolging en bevraging van bedrijven met zogenaamde nulactiviteit. Deze bedrijven wensen we te sensibiliseren, toe te leiden naar en verder te informeren over (het nut van) een opleidingsbeleid. Dit door het organiseren van een bevraging en bedrijfsbezoeken bij deze bedrijven teneinde eventuele oorzaken van het beperkt gebruik te kunnen opvangen. In 2012 werden de bedrijven met nulactiviteit in kaart gebracht. Hierop volgt in 2013 een doorgedreven sensibiliseringsactie met telefonische contacten, gerichte mailings en bedrijfsbezoeken gericht naar deze bedrijven. Het beoogde resultaat is dat deze bedrijven in opleiding voorzien voor hun personeel en hiervoor gebruik maken van het voorziene federale opleidingsbudget. Dit zal gemeten worden in 2013 in samenwerking met federaal opleidingsfonds dienstencheques, waarna een eventuele bijsturing van het actieplan volgt. In 2014 volgt dan een meting van de acties van Actie 11: Versterken van het opleidingsaanbod via strijk-, poets- en communicatieopleidingen in samenwerking met externe partners Omschrijving: Het sectoraal vormingsfonds wil een katalysator zijn voor het opleidingsverhaal binnen de sector. Via deze actie wenst het vormingsfonds onder meer de ondernemingen met strijkcentrales versterken door kwaliteitsvolle strijkopleidingen te voorzien in samenwerking met de textielverzorgende sector. Ook is het de bedoeling om met de publieke, de sociale en de schoonmaaksector verder te werken aan kwaliteitsvolle poetsen communicatie opleidingen. Betrokken partners: externe opleiders, federaal opleidingsfonds, sector van de textielverzorging, schoonmaaksector, VVSG en VIVO. Contact leggen met alle actieve externe opleiders in samenwerking met het federaal opleidingsfonds en andere sectoren. Uitwerken van gezamenlijke acties gericht op de dienstenchequesector teneinde het opleidingsgebeuren te continueren, verder te professionaliseren en te versterken. Creëren van een degelijk opleidingsaanbod specifiek gericht naar strijkcentrales in samenwerking met de sector van de textielverzorging. Creëren van een degelijk opleidingsaanbod specifiek voor het poetsen in samenwerking met de professionele schoonmaaksector, VVSG (Diverscity) en VIVO. 15

16 Diversiteitscheck Alle acties onder deze prioriteit zijn toegankelijk voor alle bedrijven en alle werknemers. Sommige acties richten zich echter eerder naar specifieke groepen waar we als sector de nood aan extra ondersteuning ervaren. Zo richten sommige acties zich prioritair naar het groot aantal anderstaligen en allochtonen in de sector (17,5% EU ,5% Niet EU) en beoogt deze extra te ondersteunen (zoals door bv. specifieke taalinitiatieven). Ook initiatieven m.b.t. ergonomie richten zich in het bijzonder naar oudere werknemers, hoewel de promotie hiervoor zich zal richten naar alle werknemers aangezien aandacht voor ergonomie voor elke leeftijd belangrijk is. Bij elke actie, in het bijzonder deze m.b.t. versterken en uitbreiden van het opleidingsaanbod, wordt telkens nagegaan of deze voldoende toegankelijk is voor alle werknemers, inclusief die uit de kansengroepen, en voor alle bedrijven (ook de kleinere KMO s). Zo worden de meeste opleidingen ook aangeboden ter plaatse (mobiel) om problemen met mobiliteit te vermijden en wordt de opleiding zo praktisch en visueel mogelijk gegeven om de toegankelijkheid voor de opleiding voor alle groepen te verhogen. Bovendien worden er in het kader van het tegengaan van discriminatie specifieke opleidingen georganiseerd samen met het CGKR en de regionale projectontwikkelaars (RESOC/SERR/ERSV). KMO toets Ook hier geldt het principe dat de opleiding en de informatie die de sector verspreid via het vormingsfonds toegankelijk moet zijn voor alle ondernemingen, ongeacht hun grootte. Sommige acties richten zich in het bijzonder naar de kleinere ondernemingen of naar bepaalde types van onderneming als gevolg van bepaalde vaststellingen. (bv. gerichte bedrijfsbezoeken en mailings voor de bedrijven met nulactiviteit ) Informatie wordt zo toegankelijk mogelijk aangeboden (onder meer via de website) zodat KMO s hier gemakkelijk gebruik van kunnen maken. Bovendien worden kleinere bedrijven gestimuleerd om de informatie te gebruiken tijdens interne opleidingen aangezien interne opleidingen makkelijker te organiseren zijn in hun dagelijkse werking. Kleine en Middelgrote ondernemingen benaderen we vooral via bedrijfsbezoeken (laagdrempelig en proactief). Nieuwe erkende ondernemingen worden op geregelde tijdstippen uitgenodigd op informatiesessies waar de rol van het Federaal Opleidingsfonds voor de dienstencheques, het Sectoraal Vormingsfonds en het belang van opleidingen wordt uitgelegd. Deze bedrijven zullen in samenwerking met andere partners eventueel nog intensiever worden opgevolgd. 16

17 Voortgangsindicatoren Gebruik van de middelen van het federaal fonds (opleidingsbudget) Opgemaakt sjabloon (opleidingsplan) beschikbaar voor alle bedrijven Aantal geïnformeerde bedrijven/aantal geïnformeerde nieuwe erkende bedrijven/jaarlijks Aantal bedrijfsbezoeken (streefcijfer: minstens 30 bedrijven/consulent/jaar) Aantal deelnemende bedrijven aan infosessies (streefcijfer: 300 bedrijven gespreid over aantal infosessies) Bepaling/nulmeting van het aantal bedrijven met nulactiviteit + uitgewerkt actieplan en eventuele meting van de acties i.s.m. het federaal fonds Aantal contacten met externe erkende opleiders Creatie/uitbreiding van opleidingsaanbod gericht op strijkcentrales i.s.m. andere sectoren Creatie/uitbreiding van opleidingsaanbod i.v.m. poets- en communicatieopleidingen Creatie/uitbreiding van taal-ondersteunende activiteiten Creatie/uitbreiding ergonomie, preventie en veiligheid 17

18 PRIORITEIT 2 Naar een modern HRM-beleid Motivatie De sector wil gaan naar een verdere professionalisering van de sector door bedrijven te ondersteunen in het voeren van een modern HR-beleid. Zowel de dienstenchequewerknemers als het omkaderend personeel binnen een dienstencheque-onderneming maken hier deel van uit en worden gezien als 1 geheel. Middels een doorgedreven sensibilisering en het verschaffen van de nodige tools, opleidingen en andere handvaten wilt de sector de ondernemingen ertoe brengen om te investeren in hun HRM-beleid op een structurele manier. Acties De sector engageert zich om de volgende concrete acties op te zetten om werk te maken van de gekozen prioriteiten: Actie 1: Retentiebeleid Omschrijving: Het verloop in de sector blijft groot. Retentie van werknemers is en blijft van primordiaal belang voor het voorbestaan van de dienstencheque-ondernemingen. Het sectoraal vormingsfonds wil ondernemingen ondersteunen en stimuleren in het voeren van een degelijk en duurzaam retentiebeleid. Bovendien wil het sectorfonds externe opleiders stimuleren om het bestaand opleidingsaanbod te versterken en desgevallend uit te breiden naar specifieke opleidingen die kaderen in een retentiebeleid. Betrokken partners: externe opleiders, Huizen v/h Nederlands, VDAB en andere partners. Het sectoraal vormingsfonds wil de bedrijven ondersteunen door bestaande instrumenten (zoals bv. dejuistestoel.be) kenbaar en beschikbaar te maken voor de bedrijven. Het belang van een retentiebeleid wordt steeds meegenomen in de communicatie met de bedrijven via de website, de bedrijfsbezoeken, informatiesessies,.. In de nieuwsbrief zal o.a. een aparte rubriek worden opgenomen, waarin aandacht wordt gegeven aan good practices inzake retentiebeleid. Het bestaande opleidingsaanbod zal gescreend worden voor relevante opleidingen in het kader van het voeren van een retentiebeleid. De relevante opleidingen (bv. opleidingen rond taal en ergonomie) worden dan gebundeld en actief gepromoot bij bedrijven via gerichte mailings. Het sectoraal vormingsfonds wil externe opleiders stimuleren en ondersteunen in de ontwikkeling en het actief promoten van opleidingen die een rol kunnen spelen in het 18

19 behoud van de werknemers in de sector. Hier zal specifieke aandacht gaan naar opleidingen voor veiligheid van de werknemers, ergonomie-opleidingen, taal en communicatie-opleidingen. Actie 2: Vorming voor omkaderingspersoneel Omschrijving: Het vormingsfonds zal contacten leggen met vormingsfonds(en) van andere sectoren en onderzoeken wat de mogelijkheden zijn voor het realiseren van vorming voor het omkaderingspersoneel in dienstenchequebedrijven. Concreet wensen we een toegankelijk aanbod te creëren rond onderwerpen zoals efficiënte communicatie, managen van personeel, motivatie, coaching en technische basiskennis van een dienstenchequeonderneming. Betrokken partners: Cevora, andere sectorfondsen en externe partners Onderzoeken van mogelijkheden binnen andere sectorfondsen en opstarten van samenwerkingen teneinde een opleidingsaanbod te creëren voor het omkaderend personeel van dienstencheque-ondernemingen. Actie 3: Gids rond competentiebeleid Omschrijving: Het sectoraal vormingsfonds wil een gids rond competentiebeleid voor de sector uitwerken gebaseerd op de(sector-neutrale) basisgids (met ESF-middelen) die de houtsector ontwikkeld heeft. Het vormingsfonds wenst deze gids aan te passen aan de sector en zodoende de bedrijven verder stimuleren en ondersteunen in het werk maken van een competentiebeleid. Betrokken partners: houtsector Herwerken en aanpassen van de gids rond competentiebeleid naar de realiteit van de sector toe zodat de informatie laagdrempelig en toegankelijk is voor alle bedrijven Deze aangepaste gids aanbieden via de website van het vormingsfonds en ondersteunen door een specifieke mailing/nieuwsbrief. Gebruik maken van deze gids bij bedrijfsbezoeken door de sectorconsulenten. Actie 4: Good practices Omschrijving: Informeren en sensibiliseren van bedrijven door het verspreiden van good practices in kader van duurzaam ondernemen, efficiënt personeelsbeleid en competentiebeleid. Deze goede voorbeelden maken deel uit van de integrale communicatiestrategie ter sensibilisering van de bedrijven en worden steeds besproken tijdens bedrijfsbezoeken. Betrokken partners: dienstencheque-ondernemingen, relevante partners 19

20 Inventarisering van good practices middels een doorgedreven samenwerking met relevante dienstencheque-ondernemingen. Consequent verspreiden van deze goede voorbeelden via bedrijfsbezoeken, de nieuwsbrief, gerichte mailings en via informatie op de website. Actie 5: Kwalitatief onthaalbeleid en een leeftijdsbewust personeelsbeleid Omschrijving: Informeren en sensibiliseren van bedrijven ter ondersteuning van het voeren van een kwalitatief onthaalbeleid en een leeftijdsbewust personeelsbeleid. Betrokken partners: dienstencheque-ondernemingen, relevante partners Ontwerpen van een blanco onthaalbrochure en deze beschikbaar stellen voor alle dienstencheque-bedrijven via de website. Ondersteunen van bedrijven in het onthaalbeleid via bedrijfsbezoeken door de sectorconsulenten en middels de opgemaakte brochure. Het gebruik van de leeftijdsscan promoten via de sectorconsulenten (bedrijfsbezoeken) ter sensibilisering van de bedrijven i.h.k.v. het voeren van een leeftijdsbewust personeelsbeleid. Diversiteitscheck Deze acties richten zich naar alle werknemers, met bijzondere aandacht voor het omkaderend personeel, anderstaligen (taalinitiatieven, onthaalbeleid) en 50+ (ergonomie). Bij het opmaken van de onthaalbrochure zal er rekening worden gehouden met de kansengroepen door deze zo laagdrempelig en visueel mogelijk te maken. Bovendien zal deze in verschillende talen beschikbaar worden gesteld. Ook de leeftijdsscan stimuleren we met het oog op een sensibilisering van de werkgever ten aanzien van oudere werknemers in het kader van een leeftijdsbewust personeelsbeleid KMO toets Deze acties richten zich naar alle bedrijven. Alle informatie wordt zo toegankelijk mogelijk aangeboden (onder meer via de website) zodat KMO s hier gemakkelijk gebruik van kunnen maken. Alle ontwikkelde instrumenten onder deze prioriteit (gids, onthaalbrochure, ) zullen zo worden opgemaakt dat ze kort, bondig en toegankelijk zijn voor elke onderneming. Voortgangsindicatoren Aantal geïnformeerde bedrijven / duiding acties / aantal bedrijfsbezoeken / overzicht relevante opleidingen Aantal contacten met externe opleiders in het kader van retentiebeleid + resultaat Uitbreiding van het opleidingsaanbod (nulmeting aantal beschikbare opleidingen) Ter beschikking stellen van opleidingen voor omkaderingspersoneel 20

21 Ontwikkelde gids beschikbaar en verspreid naar bedrijven/korte, praktische tips op website Aantal geïnformeerde bedrijven / duiding good practices/ aantal bedrijfsbezoeken Sensibiliseringsacties vanuit het sectoraal vormingsfonds, stimuleren en ondersteunen van het goed onthaal binnen de onderneming, aantal ter beschikking gestelde tools. Leeftijdsbewust personeelsbeleid: uitgeschreven actieplan en meting van de acties via contacten, bedrijfsbezoeken en aantal geïnformeerde bedrijven 21

Sectorconvenant tussen de Vlaamse Regering en de sociale partners van de naam sector (PC sector)

Sectorconvenant tussen de Vlaamse Regering en de sociale partners van de naam sector (PC sector) Sectorconvenant 2013-2014 tussen de Vlaamse Regering en de sociale partners van de naam sector (PC sector) Tussen de Vlaamse Regering, hierbij vertegenwoordigd door: De heer Philippe Muyters, Vlaams minister

Nadere informatie

VR DOC.0198/26

VR DOC.0198/26 VR 2016 0403 DOC.0198/26 SECTORCONVENANT AFGESLOTEN TUSSEN DE VLAAMSE REGERING EN DE SOCIALE PARTNERS VAN DE SECTOR VOOR DE ERKENDE ONDERNEMINGEN DIE BUURTWERKEN OF -DIENSTEN LEVEREN (PSC 322.01) Tussen

Nadere informatie

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering

Nadere informatie

Vlaamse Regering. Addendum. Bij het. Protocol van samenwerking

Vlaamse Regering. Addendum. Bij het. Protocol van samenwerking Vlaamse Regering Addendum Bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering

Nadere informatie

VR DOC.0188/26

VR DOC.0188/26 VR 2018 0203 DOC.0188/26 Sectorconvenant 2018-2019 afgesloten tussen de Vlaamse Regering en de sociale partners van de sector voor de erkende ondernemingen die buurtwerken of -diensten leveren (PsC 322.01)

Nadere informatie

Nieuwsbrief 04.

Nieuwsbrief 04. Nieuwsbrief 04 www.vormingdienstencheques.be Voorwoord Geachte lezer, De eerste nieuwsbrief van 2013 vormt een goede gelegenheid om u op te hoogte te brengen van onze gloednieuwe website. Behalve een andere

Nadere informatie

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering

Nadere informatie

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering

Nadere informatie

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering

Nadere informatie

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering

Nadere informatie

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering

Nadere informatie

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering

Nadere informatie

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering

Nadere informatie

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering

Nadere informatie

Nieuwsbrief 02. www.vormingdienstencheques.be

Nieuwsbrief 02. www.vormingdienstencheques.be Nieuwsbrief 02 www.vormingdienstencheques.be Voorwoord Geachte lezer, Dienstenchequewerknemers worden in de dagelijkse uitoefening van hun taak geconfronteerd met verschillende producten, materialen, vragen

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE en SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Goedkeuring van 1 addendum bij de sectorconvenant Transport en logistiek en Grondafhandeling op Luchthavens

Nadere informatie

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering

Nadere informatie

ACTUELE BELEIDSKADER VOOR SECTORCONVENANTS. Contactdag Levenslang Leren

ACTUELE BELEIDSKADER VOOR SECTORCONVENANTS. Contactdag Levenslang Leren ACTUELE BELEIDSKADER VOOR SECTORCONVENANTS Contactdag Levenslang Leren Wat zijn sectorconvenants? De sectorconvenants zijn protocols van samenwerking tussen de sectoren (sectorale sociale partners) en

Nadere informatie

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering

Nadere informatie

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering

Nadere informatie

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering

Nadere informatie

ACTIEPLAN SECTOR DIENSTENCHEQUES

ACTIEPLAN SECTOR DIENSTENCHEQUES ACTIEPLAN SECTOR DIENSTENCHEQUES 1 INHOUDSTAFEL 1. Inleiding 2. Probleemanalyse 2.1. Instroom en imago van de sector 2.2. Opleiding en behoud van personeel 3. Acties 3.1. Acties naar instroom en imago

Nadere informatie

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering

Nadere informatie

Nieuwsbrief 03 www.vormingdienstencheques.be

Nieuwsbrief 03 www.vormingdienstencheques.be 1 Nieuwsbrief 03 www.vormingdienstencheques.be Voorwoord Geachte lezer, Plan uw opleidingen voor 2013 alvast in! De zomerperiode loopt stilaan op zijn einde. Dit is de ideale moment om reeds vooruit te

Nadere informatie

Aanbeveling. van de werkgroep bouw van de sectoriële commissie hout en bouw Bedrijfsoverschrijdende projecten m.b.t. diversiteit

Aanbeveling. van de werkgroep bouw van de sectoriële commissie hout en bouw Bedrijfsoverschrijdende projecten m.b.t. diversiteit Brussel, 5 maart 2004 050304_Aanbeveling_wg_bouw_mbt_diversiteit Aanbeveling van de werkgroep bouw van de sectoriële commissie hout en bouw Bedrijfsoverschrijdende projecten m.b.t. diversiteit INHOUD INHOUD...

Nadere informatie

De dienstencheques: kwaliteit door de jaren heen. Caroline Van Beveren Brussel - 25 oktober 2012

De dienstencheques: kwaliteit door de jaren heen. Caroline Van Beveren Brussel - 25 oktober 2012 De dienstencheques: kwaliteit door de jaren heen Caroline Van Beveren Brussel - 25 oktober 2012 PWA Dienstencheques Eerste poging om huishoudelijke diensten te integreren in de reguliere arbeidsmarkt Ontstaan

Nadere informatie

De dienstencheques 360 doorgelicht

De dienstencheques 360 doorgelicht Contact: daphne.valsamis@ideaconsult.be - 02/300.85.00 De dienstencheques 360 doorgelicht Persconferentie 5.07.2018 Doelstellingen van het onderzoek 360 zicht op de dienstencheques: Analyse van de vraagzijde

Nadere informatie

1. Hoeveel dienstenchequebedrijven telt Vlaanderen op dit moment? Graag ook cijfers voor de laatste vijf jaar, per maand en per provincie.

1. Hoeveel dienstenchequebedrijven telt Vlaanderen op dit moment? Graag ook cijfers voor de laatste vijf jaar, per maand en per provincie. SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 326 van PETER VAN ROMPUY datum: 5 februari 2015 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT Dienstenchequebedrijven - Stand van zaken Door de zesde

Nadere informatie

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering

Nadere informatie

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering

Nadere informatie

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering

Nadere informatie

3. Binnen welke termijn worden de openstaande vacatures - gemiddeld - ingevuld?

3. Binnen welke termijn worden de openstaande vacatures - gemiddeld - ingevuld? SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 45 van ROBRECHT BOTHUYNE datum: 14 oktober 2014 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT Dienstenchequebedrijven - Vacatures De dienstencheque,

Nadere informatie

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE en SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Sectorconvenant in het raam van het Vlaamse werkgelegenheidsbeleid - Goedkeuring van 1 nieuwe sectorconvenant

Nadere informatie

betreffende sensibilisering, preventie en handhaving inzake discriminatie op de arbeidsmarkt van personen met een migratieachtergrond

betreffende sensibilisering, preventie en handhaving inzake discriminatie op de arbeidsmarkt van personen met een migratieachtergrond ingediend op 415 (2014-2015) Nr. 1 30 juni 2015 (2014-2015) Voorstel van resolutie van Jan Hofkens, Sonja Claes, Emmily Talpe, Andries Gryffroy, Robrecht Bothuyne en Miranda Van Eetvelde betreffende sensibilisering,

Nadere informatie

Het stelsel van de dienstencheques

Het stelsel van de dienstencheques Het stelsel van de dienstencheques Caroline Van Beveren 2 december 2010 Wat zijn dienstencheques? = een betaalmiddel waarmee particulieren een erkende onderneming kunnen betalen voor hulp van huishoudelijke

Nadere informatie

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering

Nadere informatie

VORM DC 14/06/2011. Synthese van de resultaten van de enquête voor Vlaanderen

VORM DC 14/06/2011. Synthese van de resultaten van de enquête voor Vlaanderen 14/06/2011 VORM DC Samenvattend rapport van de resultaten van de enquête gevoerd onder dienstenchequebedrijven van het paritair subcomité 322.01 Synthese van de resultaten van de enquête voor Vlaanderen

Nadere informatie

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering

Nadere informatie

15/7/2011 VORM DC. Synthese van de rondetafelgesprekken. Synthese van de resultaten van de rondetafelgesprekken voor Vlaanderen

15/7/2011 VORM DC. Synthese van de rondetafelgesprekken. Synthese van de resultaten van de rondetafelgesprekken voor Vlaanderen 15/7/2011 VORM DC Synthese van de rondetafelgesprekken Synthese van de resultaten van de rondetafelgesprekken voor Vlaanderen 2 Inleiding... 4 1. Omkaderingspersoneel... 5 2. Opleidings- en competentiebeleid...

Nadere informatie

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering

Nadere informatie

VR DOC.0282/1BIS

VR DOC.0282/1BIS VR 2017 2403 DOC.0282/1BIS DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE en SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het koninklijk

Nadere informatie

Aan de slag met diversiteit

Aan de slag met diversiteit Aan de slag met diversiteit Het Vlaamse diversiteitsbeleid heeft als doel een open arbeidsmarkt te creëren met gelijke kansen voor iedereen. Speciale aandacht gaat daarbij uit naar groepen die relatief

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE en SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Goedkeuring van 1 nieuwe addendum bij de sectorconvenant Transport en logistiek en Grondafhandeling op Luchthavens

Nadere informatie

Nieuw loopbaanakkoord zet de stap naar maatwerk

Nieuw loopbaanakkoord zet de stap naar maatwerk PERSBERICHT VLAAMS MINISTER-PRESIDENT KRIS PEETERS VLAAMS VICE-MINISTER-PRESIDENT INGRID LIETEN VLAAMS MINISTER VAN WERK PHILIPPE MUYTERS SERV-voorzitter KAREL VAN EETVELT SERV-ondervoorzitter ANN VERMORGEN

Nadere informatie

VR DOC.0658/1

VR DOC.0658/1 VR 2019 0305 DOC.0658/1 DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE en SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Beslissing van de Vlaamse Regering houdende de lancering van de Werkbaarheidscheque

Nadere informatie

Werken aan Werkbaarheid - Voedingsindustrie. Henk Dejonckheere Directeur IPV 18 maart 2014

Werken aan Werkbaarheid - Voedingsindustrie. Henk Dejonckheere Directeur IPV 18 maart 2014 Werken aan Werkbaarheid - Voedingsindustrie Henk Dejonckheere Directeur IPV 18 maart 2014 Voedingsindustrie stabiele factor in industrie IPV van Sectorfonds naar Personeelsadviseur Werken aan Werkbaarheid

Nadere informatie

Sterk door overleg. Adviesfunctie

Sterk door overleg. Adviesfunctie De Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen (SERV) brengt de Vlaamse werkgevers- en werknemersorganisaties samen voor overleg en advies over tal van Vlaamse beleidsthema s. De sociale partners adviseren

Nadere informatie

Evaluatie Loopbaan- en Diversiteitsplannen (LDP)

Evaluatie Loopbaan- en Diversiteitsplannen (LDP) Evaluatie Loopbaan- en Diversiteitsplannen (LDP) Viona-studieopdracht WSE Arbeidsmarktcongres 11 februari 2015 Daphné Valsamis & An De Coen Agenda Methodologie Wat is een LDP? 10 vaststellingen uit het

Nadere informatie

Gerry Thoné, directeur

Gerry Thoné, directeur Gerry Thoné, directeur 1. Geschiedenis 2. Invoering dienstencheques 3. Opdracht (Frank Vandenbroucke) 4. Huidige cijfers 5. Missie 6. Personeelsbestand 7. Groeicapaciteiten 8. Ziekteverzuim 9. Absenteïsmebeleid

Nadere informatie

Reguleringsimpactanalyse voor

Reguleringsimpactanalyse voor Reguleringsimpactanalyse voor Aanpassing verdeelsleutel voor het budget opleidingsfonds dienstencheques 1 Gegevens van het advies 1.1 Gegevens van de regelgeving nummer taalen wetgevingstechnisch advies

Nadere informatie

Sectorconvenant 2013-2014 tussen de Vlaamse Regering en de sociale partners van de sector van de private autobus- en autocarbedrijven (PC 140.

Sectorconvenant 2013-2014 tussen de Vlaamse Regering en de sociale partners van de sector van de private autobus- en autocarbedrijven (PC 140. Sectorconvenant 2013-2014 tussen de Vlaamse Regering en de sociale partners van de sector van de private autobus- en autocarbedrijven (PC 140.01) Tussen de Vlaamse Regering, hierbij vertegenwoordigd door:

Nadere informatie

Federaal Plan Armoedebestrijding. Reactie van BAPN vzw. Belgisch Platform tegen Armoede en Sociale Uitsluiting EU2020 30/11/2012

Federaal Plan Armoedebestrijding. Reactie van BAPN vzw. Belgisch Platform tegen Armoede en Sociale Uitsluiting EU2020 30/11/2012 Belgisch Platform tegen Armoede en Sociale Uitsluiting EU2020 30/11/2012 Federaal Plan Armoedebestrijding Reactie van BAPN vzw BAPN vzw Belgisch Netwerk Armoedebestrijding Vooruitgangstraat 333/6 1030

Nadere informatie

Combinatiefunctie Wijkwerk-coach (Wijkwerken Zuid-West-Vlaanderen) & Trajectbegeleider Anzegem/Deerlijk Functiebeschrijving en competentieprofiel

Combinatiefunctie Wijkwerk-coach (Wijkwerken Zuid-West-Vlaanderen) & Trajectbegeleider Anzegem/Deerlijk Functiebeschrijving en competentieprofiel Combinatiefunctie Wijkwerk-coach (Wijkwerken Zuid-West-Vlaanderen) & Trajectbegeleider Anzegem/Deerlijk Functiebeschrijving en competentieprofiel 1. Identificatiegegevens Functietitel Juridische werkgever

Nadere informatie

Takenpakketprofiel ( )

Takenpakketprofiel ( ) Takenpakketprofiel (3-2-2017) Bemiddelaar Algemene informatie Nummer profiel Omschrijving profiel C10N Bemiddelaar Doel van de functie Vanuit een specialisatie professioneel advies of begeleiding geven

Nadere informatie

1. Graag had ik volgende gegevens ontvangen betreffende de arbeidsmigratie in de social profit:

1. Graag had ik volgende gegevens ontvangen betreffende de arbeidsmigratie in de social profit: SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 242 van GRIET COPPÉ datum: 20 januari 2016 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT Buitenlandse werkkrachten - Zorgsector Op mijn schriftelijke

Nadere informatie

DIVERSITEITSPLANNEN IN HET ONDERWIJS

DIVERSITEITSPLANNEN IN HET ONDERWIJS DIVERSITEITSPLANNEN IN HET ONDERWIJS Een school die een efficiënt diversiteitsbeleid voert heeft oog voor de capaciteiten en de verscheidenheid van elk personeelslid/leerling. Nu zijn er heel wat scholen

Nadere informatie

Ondersteuning door een projectontwikkelaar. Loopbaan- en diversiteitsplan: het traject. Loopbaan- en diversiteitsplannen (LDP)

Ondersteuning door een projectontwikkelaar. Loopbaan- en diversiteitsplan: het traject. Loopbaan- en diversiteitsplannen (LDP) Met gratis door een projectontwikkelaar Duurzame loopbanen voor iedereen! Het Start Opmaken doel met van een Creëer van een draagvlak: loopbaan- non- discriminatieclausule communiceer en en diversiteitsplan

Nadere informatie

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering

Nadere informatie

Actielijst arbeidsbeperking Een focus op redelijke aanpassingen tijdens werkplekleren

Actielijst arbeidsbeperking Een focus op redelijke aanpassingen tijdens werkplekleren Actielijst arbeidsbeperking 2020 Een focus op redelijke aanpassingen tijdens werkplekleren Evenredige arbeidsdeelname kansengroepen Diversiteit Gelijke behandeling Actielijst arbeidsbeperking 2020-2 december

Nadere informatie

5 jaar Diversiteitsplannen in Gent Rondom Gent en Meetjesland Leiestreek en Schelde

5 jaar Diversiteitsplannen in Gent Rondom Gent en Meetjesland Leiestreek en Schelde 5 jaar Diversiteitsplannen in Gent Rondom Gent en Meetjesland Leiestreek en Schelde een schets van hoe het was, hoe het is en hoe het (waarschijnlijk) wordt Sint-Laureins, 5/6/2012 Anne Coetsier Projectontwikkelaar

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling "Sociale Zekerheid"

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling "Sociale Zekerheid" SCSZG/15/050 BERAADSLAGING NR. 15/022 VAN 7 APRIL 2015 BETREFFENDE DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS AAN DE

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE en SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering houdende de wijziging van diverse bepalingen van het koninklijk

Nadere informatie

Beleidsfocussen voor sectoraal beleid,

Beleidsfocussen voor sectoraal beleid, Beleidsfocussen voor sectoraal beleid, een nieuw inhoudelijk kader voor de sectorconvenants 1 Onderbouwd inhoudelijk kader Door brede beleidskaders Pact 2020, Regeerakkoord, Beleidsnota s, Decreet sectorconvenants

Nadere informatie

Enkele cijfers Vaststellingen en antwoorden. Focus op. Jobkanaal Diversiteitsplannen Jobcoaching IBO Financiële tewerkstellingsmaatregelen

Enkele cijfers Vaststellingen en antwoorden. Focus op. Jobkanaal Diversiteitsplannen Jobcoaching IBO Financiële tewerkstellingsmaatregelen Kunnen kansengroepen de krapte doen vergeten? Steve Vanhorebeek. Enkele cijfers Vaststellingen en antwoorden Jobkanaal Diversiteitsplannen Jobcoaching IBO Financiële tewerkstellingsmaatregelen Focus op

Nadere informatie

VLAAMSE OUDERENRAAD Advies 2014/3 naar aanleiding van het Vlaams Ouderenbeleidsplan

VLAAMSE OUDERENRAAD Advies 2014/3 naar aanleiding van het Vlaams Ouderenbeleidsplan VLAAMSE OUDERENRAAD Advies 2014/3 naar aanleiding van het Vlaams Ouderenbeleidsplan 2015-2020 Vlaamse Ouderenraad vzw 5 november 2014 Koloniënstraat 18-24 bus 7 1000 Brussel Advies 2014/3 naar aanleiding

Nadere informatie

Diversiteitsplannen. Maatregel

Diversiteitsplannen. Maatregel Diversiteitsplannen Maatregel Met de subsidiëring en ondersteuning van diversiteitsplannen moedigt de Vlaamse Overheid, ondernemingen en organisaties aan om werk te maken van een divers personeelsbeleid.

Nadere informatie

in de wereld van werk

in de wereld van werk Sterk in de wereld van werk Uw belangen behartigen Onze kernopdracht is de gemeenschappelijke belangen behartigen van alle Federgon-sectoren. Wij: vertegenwoordigen deze sectoren en komen op voor hun belangen

Nadere informatie

Presentatie Lerend netwerk. Mark Vanden Eede 29 januari 2018

Presentatie Lerend netwerk. Mark Vanden Eede 29 januari 2018 Presentatie Lerend netwerk Mark Vanden Eede 29 januari 2018 Vormelek vzw is het sectoraal opleidingsfonds van de elektriciens, installatie en distributie (PSC 149.01). Samen met Tecnolec en FBZ behoort

Nadere informatie

3. Hoeveel bedroeg de provinciale spreiding in absolute cijfers en het aantal unieke klanten ten aanzien van de beroepsactieve bevolking in 2015?

3. Hoeveel bedroeg de provinciale spreiding in absolute cijfers en het aantal unieke klanten ten aanzien van de beroepsactieve bevolking in 2015? SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 279 van EMMILY TALPE datum: 29 januari 2016 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT Loopbaanbegeleiding - Stand van zaken Op 1 juli 2013 werd

Nadere informatie

De staatshervorming in vogelvlucht: stand van zaken. (West4work 3/11/2015)

De staatshervorming in vogelvlucht: stand van zaken. (West4work 3/11/2015) De staatshervorming in vogelvlucht: stand van zaken (West4work 3/11/2015) Controle en sanctionering Visie activeringsbeleid en inkanteling controle Bemiddelen(*) = dé centrale opdracht voor VDAB (en partners)

Nadere informatie

c) Hoe evalueert de minister deze taalopleidingen? Hoe loopt de geïntegreerde aanpak?

c) Hoe evalueert de minister deze taalopleidingen? Hoe loopt de geïntegreerde aanpak? SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 370 van ROBRECHT BOTHUYNE datum: 17 februari 2017 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT VDAB - Sluitend taalbeleid De lage werkzaamheid van

Nadere informatie

1. Voor de jaren 2013 en 2014 kreeg ik graag een overzicht van het aantal 50-plussers dat:

1. Voor de jaren 2013 en 2014 kreeg ik graag een overzicht van het aantal 50-plussers dat: SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 496 van EMMILY TALPE datum: 27 maart 2015 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT Informatiesessies voor oudere werklozen - VDAB en vakbonden

Nadere informatie

2. Op welke manier zullen de partnerorganisaties met elkaar nauwer samenwerken?

2. Op welke manier zullen de partnerorganisaties met elkaar nauwer samenwerken? SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 308 van EMMILY TALPE datum: 2 februari 2015 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT VDAB - Campagne Ervaring werkt - Jobkanaal De VDAB heeft

Nadere informatie

1.1. Toetsing van een afwijkende activiteit en de weergave van de toetsing

1.1. Toetsing van een afwijkende activiteit en de weergave van de toetsing Actieplan wijk-werken 2019 Inleiding Op de zitting van de Raad van Bestuur van van 05 december 2018 keurden de leden het, tevens door gedragen, algemeen afsprakenkader omtrent de werking van het activeringsinstrument

Nadere informatie

2013-2014: ENQUETE BETREFFENDE VORMING EN REKRUTERING VAN DIENSTENCHEQUEPERSONEEL Bedrijven ressorterend uit PsC 322.01

2013-2014: ENQUETE BETREFFENDE VORMING EN REKRUTERING VAN DIENSTENCHEQUEPERSONEEL Bedrijven ressorterend uit PsC 322.01 : ENQUETE BETREFFENDE VORMING EN REKRUTERING VAN DIENSTENCHEQUEPERSONEEL Bedrijven ressorterend uit PsC 322.1 INLEIDING Vorm DC heeft als Fonds voor bestaanszekerheid de missie om ondersteuning te bieden

Nadere informatie

Advies. Ervaringsfonds - aanvraagprocedures. Brussel, 6 juli 2015

Advies. Ervaringsfonds - aanvraagprocedures. Brussel, 6 juli 2015 Advies Brussel, 6 juli 2015 SERV_Raad_20150706_aanvraagprocedures_ervaringsfonds_adv Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen Wetstraat 34-36, 1040 Brussel T +32 2 209 01 11 info@serv.be www.serv.be Adviesvraag:

Nadere informatie

Studiedag ACV Leeftijdsbewust Personeelsbeleid Gent, 25 oktober Stand van zaken in de overheid. Eva Platteau - KU Leuven

Studiedag ACV Leeftijdsbewust Personeelsbeleid Gent, 25 oktober Stand van zaken in de overheid. Eva Platteau - KU Leuven Studiedag ACV Leeftijdsbewust Personeelsbeleid Gent, 25 oktober 2012 Stand van zaken in de overheid Eva Platteau - KU Leuven Inhoud Perspectief van de overheid (als werkgever) Cijfermateriaal: vergrijzing

Nadere informatie

SECTORCONVENANTS GENERATIE Inhoudelijk kader - krijtlijnen

SECTORCONVENANTS GENERATIE Inhoudelijk kader - krijtlijnen SECTORCONVENANTS GENERATIE 2018-2019 Inhoudelijk kader - krijtlijnen Decretale basis Inhoudelijke krijtlijnen bouwen verder op de huidige generatie sectorconvenants 2016-2017 Drie decretale thema s blijven

Nadere informatie

Wegwijs in de social profit

Wegwijs in de social profit 8/10/2015 Trefdag Gent Wegwijs in de social profit SPREKER: Tine Winnelinckx - VIVO Wegwijs in de social profit Even kennismaken? ONDERWIJS ARBEIS- MARKT LEVENSLANG LEREN DIVERSITEIT FOSEN SAINCTELETTESQUARE

Nadere informatie

Addendum Tewerkstelling van kansengroepen bij lokale besturen

Addendum Tewerkstelling van kansengroepen bij lokale besturen Addendum Tewerkstelling van kansengroepen bij lokale besturen 1. Situering De nieuwe cijfers uit de stads- en gemeentemonitor 2018 vormen de aanleiding voor dit addendum bij het advies van de van 6 juni

Nadere informatie

Tijdelijke Werkervaring (TWE)

Tijdelijke Werkervaring (TWE) Tijdelijke Werkervaring (TWE) 31-10-2017 Even kort kaderen HOE IS TWE TOT STAND GEKOMEN? 6 e Staatshervorming: uitbreiding bevoegdheden Gewesten. Alles start met het Vlaams Regeerakkoord van 23 juli 2014

Nadere informatie

Lerend Netwerk Arbeidsmarktkrapte

Lerend Netwerk Arbeidsmarktkrapte OP ESF Vlaanderen 2014 2020 Prioriteit uit OP: 1 - loopbaanbeleid curatief investeringsprioriteit 8i - werkloosheid naar werk Informatieve Bijlage: Lerend Netwerk Arbeidsmarktkrapte Lerend Netwerk Arbeidsmarktkrapte

Nadere informatie

Advies. betreffende de nieuwe anti-crisismaatregelen van de federale regering en minister van Werk

Advies. betreffende de nieuwe anti-crisismaatregelen van de federale regering en minister van Werk Brussel, 18 november 2009 181109 Advies federaal banenplan Advies betreffende de nieuwe anti-crisismaatregelen van de federale regering en minister van Werk Inhoud Advies... 3 1. Situering... 3 2. Het

Nadere informatie

VR DOC.1207/1

VR DOC.1207/1 VR 2016 1011 DOC.1207/1 DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE en SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Besluit van de Vlaamse Regering houdende wijziging van het besluit van de Vlaamse

Nadere informatie

INVESTEREN IN TALENT. Isabel Van Wiele, Departement Werk en Sociale Economie Arbeidsmarktsymposium Kortrijk 3 november 2015

INVESTEREN IN TALENT. Isabel Van Wiele, Departement Werk en Sociale Economie Arbeidsmarktsymposium Kortrijk 3 november 2015 INVESTEREN IN TALENT Isabel Van Wiele, Departement Werk en Sociale Economie Arbeidsmarktsymposium Kortrijk 3 november 2015 Diverse invalshoeken -> investeren in talent Knelpuntvacatures Vergrijzend personeelsbestand

Nadere informatie

Sectorconvenant 2013-2014 tussen de Vlaamse Regering en de sociale partners van de sector van de papier- en kartonverwerkende nijverheid (PC 136)

Sectorconvenant 2013-2014 tussen de Vlaamse Regering en de sociale partners van de sector van de papier- en kartonverwerkende nijverheid (PC 136) Sectorconvenant 2013-2014 tussen de Vlaamse Regering en de sociale partners van de sector van de papier- en kartonverwerkende nijverheid (PC 136) Tussen de Vlaamse Regering, hierbij vertegenwoordigd door:

Nadere informatie

Het loopbaan en diversiteitsplan. Werken aan duurzame loopbanen voor iedereen

Het loopbaan en diversiteitsplan. Werken aan duurzame loopbanen voor iedereen Het loopbaan en diversiteitsplan Werken aan duurzame loopbanen voor iedereen Ook voor uw bedrijf? U zoekt nieuwe medewerkers en wil nieuwe kanalen ontdekken? U wil uw medewerkers gemotiveerd aan de slag

Nadere informatie

VR DOC.1230/1TER

VR DOC.1230/1TER VR 2016 2511 DOC.1230/1TER DE VLAAMSE MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN TERNOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Ontwerpbesluit van de Vlaamse Regering over de regels betreffende

Nadere informatie

Diversiteitsplannen. Maatregel. Impact van de maatregel

Diversiteitsplannen. Maatregel. Impact van de maatregel Diversiteitsplannen Maatregel Met de subsidiëring en ondersteuning van diversiteitsplannen moedigt de Vlaamse Overheid, ondernemingen en organisaties aan om werk te maken van een divers personeelsbeleid.

Nadere informatie

DE OVEREENKOMST. en mediarte.be,...vertegenwoordigd door...

DE OVEREENKOMST. en mediarte.be,...vertegenwoordigd door... Samenwerkingsovereenkomst VDAB mediarte.be 2013-2014 DE OVEREENKOMST Tussen De Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding, publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap

Nadere informatie

1. Hoeveel 55-plussers zijn bij VDAB ingeschreven als werkzoekend (nominaal + percentage beroepsbevolking + verloop over laatste tien jaar)?

1. Hoeveel 55-plussers zijn bij VDAB ingeschreven als werkzoekend (nominaal + percentage beroepsbevolking + verloop over laatste tien jaar)? SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 177 van PETER VAN ROMPUY datum: 13 december 2016 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT Werkgelegenheidsgraad 55-plussers - Evolutie Door de

Nadere informatie

Sinds 1 januari 2014 is het Vlaamse Gewest bevoegd voor de dienstencheques aangekocht in Vlaanderen.

Sinds 1 januari 2014 is het Vlaamse Gewest bevoegd voor de dienstencheques aangekocht in Vlaanderen. SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 636 van GRIET COPPÉ datum: 5 juli 2016 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT Dienstencheques - Profiel gebruikers Sinds 1 januari 2014 is het

Nadere informatie

Vacatures VDAB - Gevolgen van een mogelijke schrapping van het theoretisch rijexamen via de middelbare school

Vacatures VDAB - Gevolgen van een mogelijke schrapping van het theoretisch rijexamen via de middelbare school SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 694 van EMMILY TALPE datum: 3 juli 2017 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT Vacatures VDAB - Gevolgen van een mogelijke schrapping van het

Nadere informatie

Workshop HR-scan. Naar een duurzaam HRM beleid

Workshop HR-scan. Naar een duurzaam HRM beleid Workshop HR-scan Naar een duurzaam HRM beleid Inhoud Voorstelling Wat is Human Resources? Overzicht bestaande tools Waarom de HRM Cockpit? Doel van de HRM Cockpit Opbouw van het model De HRM Cockpit Aan

Nadere informatie

In het kader van het ESF programma Mensgericht ondernemen, willen De Coster Roland bvba en ADW Immo bvba

In het kader van het ESF programma Mensgericht ondernemen, willen De Coster Roland bvba en ADW Immo bvba In het kader van het ESF programma Mensgericht ondernemen, willen De Coster Roland bvba en ADW Immo bvba overgaan tot de uitwerking van een innovatieproject Duurzaam loopbaanbeleid, met volgende acties:

Nadere informatie

14/04/2016. Persconferentie Dienstencheques. Conférence de presse Titres-services

14/04/2016. Persconferentie Dienstencheques. Conférence de presse Titres-services 14/04/2016 Persconferentie Dienstencheques Conférence de presse Titres-services Cijfers - Chiffres De sector groeide met 4% in 2015 20,6% 19,6% Groei Markt Federgon-leden +4,2% in 2014 +4,3% in 2015 11,0%

Nadere informatie

Diversiteitsplannen. Een overzicht. Annemie Van Uytven projectontwikkelaar diversiteit RESOC Halle-Vilvoorde

Diversiteitsplannen. Een overzicht. Annemie Van Uytven projectontwikkelaar diversiteit RESOC Halle-Vilvoorde Diversiteitsplannen Een overzicht Annemie Van Uytven projectontwikkelaar diversiteit RESOC Halle-Vilvoorde MVO contactdag workshop duurzaam personeelsbeleid 25 mei 2010 provinciehuis Vlaams-Brabant Diversiteitsplannen

Nadere informatie

BIJLAGE BIJ DE CAO NR. 38 VAN 6 DECEMBER 1983 BETREFFENDE DE WERVING EN SELECTIE VAN WERKNEMERS -------------------------

BIJLAGE BIJ DE CAO NR. 38 VAN 6 DECEMBER 1983 BETREFFENDE DE WERVING EN SELECTIE VAN WERKNEMERS ------------------------- BIJLAGE BIJ DE CAO NR. 38 VAN 6 DECEMBER 1983 BETREFFENDE DE WERVING EN SELECTIE VAN WERKNEMERS ------------------------- Zitting van vrijdag 10 oktober 2008 ---------------------------------------------

Nadere informatie

Werkvormm vzw. Containerherstelling

Werkvormm vzw. Containerherstelling Werkvormm vzw Opleiding containerhersteller Containerherstelling 1 Werkvormm is een letterwoord Het staat voor; Werk door Vorming, Opleiding, Re-ïntegratie, resocialisatie, rehabilitatie en zolang het

Nadere informatie