Module integrale geboortezorg

Transcriptie

1 Module integrale geboortezorg Aanleiding De NZa introduceerde op 1 januari 2015 binnen de beleidsregel Verloskunde de Module integrale geboortezorg. Deze module is aanvullend op de huidige bekostiging. Recent heeft de Minister van VWS in een brief laten weten dat zij per 1 januari 2017 integrale bekostiging van de geboortezorg als een volwaardige optie wil hebben. Op dit moment is het nog niet duidelijk wat er per 1 januari 2017 met de Module integrale geboortezorg gaat gebeuren. De Friesland Zorgverzekeraar zet daarom de module in voor de looptijd van één jaar (van 1 januari 2016 tot 1 januari 2017) met als doel de samenwerking tussen de verschillende typen zorgaanbieders in de geboortezorgketen te faciliteren. Op deze manier kunnen we met elkaar verder vorm geven aan de herinrichting van het geboortezorglandschap met een daarbij passende bekostigingssystematiek. De inzet van de module kan worden gezien als voorbereiding om op 1 januari 2017 (en verder) klaar te zijn voor integrale bekostiging van de geboortezorg. In dit document beschrijven we de voorwaarden vanuit de beleidsregel van de NZa en vanuit De Friesland om in aanmerking te komen voor de module. Voorwaarden in de beleidsregel Verloskunde van de NZa ten aanzien van de Module integrale geboortezorg 1. De module kan alleen in rekening worden gebracht als hiertoe een overeenkomst is gesloten tussen de zorgaanbieder van de zwangere vrouw en haar zorgverzekeraar, waarin de inhoud van de te leveren zorg en de hoogte van het in rekening te brengen tarief zijn vastgelegd. 2. De module kan alleen gedeclareerd worden als er ook verloskundige zorg (minimaal een verloskundige (deel)prestatie zoals omschreven in onderdeel A t/m D van de tariefbeschikking TB/CU van de NZa) is geleverd aan de betrokken zwangere vrouw. 3. De zorgverzekeraar heeft de mogelijkheid om de module overeen te komen met een andere zorgaanbieder dan de zorgaanbieder die verloskundige zorg levert aan de betrokken zwangere vrouw. Voorbeeld van deze andere zorgaanbieder kan zijn een gezamenlijke juridische entiteit waarin naast de eerstelijns verloskundige ook de andere disciplines binnen de verloskundige keten participeren. 4. De module kan één keer per zwangere vrouw in rekening worden gebracht door een zorgaanbieder aan een zorgverzekeraar. 5. Het maximumtarief van de module bedraagt 10% van het tarief van de prestatie Volledige verloskundige zorg. Dit betekent 10% of minder van het tarief dat behoort bij de prestatie Volledige verloskundige zorg bij verzekerden niet woonachtig in achterstandswijken (Tarief 2016: 1.286,20; 10% daarvan is 128,61). 6. De modulegelden kunnen onder andere worden ingezet ter bevordering van de samenwerking en professionalisering binnen de geboortezorgketen. Voorwaarden De Friesland Zorgverzekeraar Welke partijen kunnen in aanmerking komen voor een overeenkomst met De Friesland voor de Module integrale geboortezorg? - Verloskundige Samenwerkingsverbanden (VSV s) van wie het belangrijkste deel van hun werkgebied in Friesland is gelegen. - Al de leden van het VSV kunnen op basis van een reguliere overeenkomst met De Friesland voor het jaar 2016 zorg verlenen aan De Frieslandverzekerden. We maken onderscheid tussen Friesland en de rest van Nederland. VSV s die aan bovenvermelde definitie voldoen, kunnen zich bij ons melden met een projectplan. Partijen/VSV s buiten Friesland verwijzen wij naar hun eigen preferente zorgverzekeraar en de vergelijkbare initiatieven die deze zorgverzekeraars in het kader van de Module integrale geboortezorg hebben ontwikkeld. Als deze partijen/vsv s buiten Friesland ons vragen of wij de overeenkomst inzake de module die zij gesloten hebben met hun preferente zorgverzekeraar, zouden willen volgen, dan zijn wij daar in beginsel toe bereid.

2 Nadere voorwaarden 1. Toekenning van een overeenkomst voor de Module integrale geboortezorg vindt plaats op basis van een door De Friesland goedgekeurd projectplan en goedgekeurde bijbehorende begroting die het VSV tijdig bij De Friesland heeft ingediend. 2. Wanneer het VSV vanuit een andere financieringsbron (bijv. op grond van een subsidie, projectgelden of de Beleidsregel Innovatie vanwege een lopend experiment met een integraal tarief) reeds een vergoeding krijgt ter stimulering van ketenvorming binnen de geboortezorg, komt het VSV niet in aanmerking voor een overeenkomst voor de Module integrale geboortezorg. 3. De module kan eenmalig per verzekerde per zwangerschap in rekening worden gebracht. Dit geldt alleen voor zwangere verzekerden die op enig moment gedurende de looptijd van de overeenkomst een zwangerschapsduur van ten minste 15 weken hebben en op dat moment in zorg zijn bij een eerstelijns verloskundigenpraktijk die lid is van het VSV. 4. De Module integrale geboortezorg dient in rekening te worden gebracht door het VSV wanneer het VSV een formele juridische entiteit is. Daarmee bedoelen wij dat er op VSV-niveau sprake is van een samenwerkingsvorm die over een inschrijving in het Handelsregister beschikt en over een eigen AGB-code op basis waarvan declaraties bij De Friesland kunnen worden ingediend. 5. Is de situatie onder punt 4. nog niet aan de orde, dan kan de verloskundigenpraktijk die lid is van het VSV en als eerste verloskundigenpraktijk de zwangere verzekerde zorg biedt, met inachtneming van hetgeen bepaald is onder punt 3, de module voor deze verzekerde in rekening brengen bij De Friesland. Criteria waaraan het projectplan moet voldoen 1. Uit het projectplan met begroting moet expliciet duidelijk worden dat het project is gericht op het optimaliseren van de ketenvorming binnen het VSV en het toewerken naar integrale geboortezorg en de integrale bekostiging daarvan. Op welke wijze de modulegelden daartoe worden ingezet, moet helder worden aangegeven. Als bijkomend vereiste geldt dat er per 1 januari 2017 sprake moet zijn van een formele juridische entiteit op VSV-niveau. Daarmee bedoelen wij dat er op VSV-niveau sprake is van een samenwerkingsvorm die in het Handelsregister is ingeschreven en over een eigen AGB-code beschikt op basis waarvan declaraties bij De Friesland kunnen worden ingediend. Aan dit aspect wordt in het projectplan eveneens aandacht besteed. 2. De modulegelden kunnen bijvoorbeeld ingezet worden voor de inhuur van een (externe) projectleider om de ketenontwikkeling verder te helpen, maar zijn nadrukkelijk niet bedoeld voor losstaande projecten die uitgevoerd kunnen worden door één zorgaanbieder(sgroep), zoals bijvoorbeeld projecten in het kader van centering pregnancy of preconceptiespreekuren. 3. Uit het projectplan en de bijbehorende begroting moet blijken dat het VSV extra financiering nodig heeft, bijvoorbeeld vanwege aantoonbare extra tijdsinvestering en/of extra kosten die het moet maken, om het project op te zetten én uit te voeren. 4. Het projectplan is ingediend met gebruikmaking van het hieronder weergegeven aanvraagformulier (zie bijlage 1) dat is ondertekend door alle leden van het VSV. Tevens is bij de aanvraag de bestaande samenwerkingsovereenkomst gevoegd die door alle leden van het VSV is getekend. 5. Uit het projectplan moet duidelijk worden op welk niveau van de VSV-ladder het VSV zich bevindt op het moment van indiening van het projectplan. Het VSV heeft daartoe bijlage 2 Vragenlijst samenwerking VSV s (VSV-ladder) ingevuld en als bijlage bij het projectplan gevoegd. Tevens moet in het projectplan aangegeven zijn op welk niveau van de VSV-ladder het VSV zich bevindt na afronding van het project.

3 Indieningsdatum aanvraag De aanvraag (bestaande uit bijlage 1 (w.o. het projectplan) met begroting, bijlage 2 en een kopie van de samenwerkingsovereenkomst VSV) dient uiterlijk 1 maart 2016 bij De Friesland binnen te zijn. Aanvragen die onvolledig zijn d.w.z. die bijv. niet volledig zijn ingevuld of waarbij vereiste onderdelen ontbreken en aanvragen die wij na 1 maart 2016 ontvangen, nemen wij niet in behandeling. De partijen die het betreft, komen dan ook niet in aanmerking voor een overeenkomst inzake de Module integrale geboortezorg met een bijbehorend tarief. Looptijd De overeenkomst inzake de Module integrale geboortezorg wordt aangegaan met het VSV voor een bepaalde periode. De ingangsdatum van de overeenkomst is mede afhankelijk van de startdatum van het project. De overeenkomst eindigt per 1 januari Tarief Na binnenkomst van de aanvraag zal deze beoordeeld worden. Op basis van de beoordeling van het projectplan en de begroting bepaalt De Friesland uiteindelijk de hoogte van het tarief voor de Module integrale geboortezorg dat wordt toegekend. Het maximumtarief dat De Friesland voor het jaar 2016 hanteert, is 5% van het tarief van de prestatie Volledige verloskundige zorg bij verzekerden niet woonachtig in achterstandswijken. Dit komt neer op 5% van 1.286,20 = 64,31. Afhankelijk van de beoordeling van het projectplan en de begroting kan dit tarief lager uitvallen. Wijzigingen in wet- en regelgeving en beleid Mochten er zich gedurende de looptijd van het project wijzigingen in wet- en regelgeving en/of in beleid voordoen dan behoudt De Friesland zich te allen tijde het recht voor om het project voortijdig te beëindigen of om het conform de wijzigingen in wet- en regelgeving en in beleid aan te passen.

4 Bijlage 1 Aanvraagformulier Module integrale geboortezorg Algemeen Naam VSV Contactpersoon AGB-code (indien van toepassing) (Correspondentie)adres Postcode + Woonplaats adres Telefoonnummer De hieronder vermelde leden van het hierboven genoemde VSV verklaren dat zij overeenstemming hebben bereikt over het in deze Bijlage 1 Aanvraagformulier Module integrale geboortezorg omschreven projectplan en de daarbij gevoegde begroting. Tevens verklaren zij dat Bijlage 2 Vragenlijst samenwerking VSV s (VSV-ladder) naar waarheid is ingevuld. (Al de leden van het VSV moeten deze aanvraag ondertekenen en ieder afzonderlijk moet op basis van een reguliere overeenkomst met De Friesland voor het jaar 2016 zorg kunnen verlenen aan De Friesland-verzekerden. - Leden van het VSV (een praktijk of instelling) die zelf met De Friesland een overeenkomst voor het jaar 2016 hebben afgesloten, vermelden hieronder de volgende gegevens: naam van de praktijk/instelling, soort zorgaanbieder, de praktijk/instellings-agb-code, naam van de ondertekeningsbevoegde praktijkhouder dan wel rechtsgeldig vertegenwoordiger 1 en zijn/haar handtekening. - Leden van het VSV die niet zelf met De Friesland een overeenkomst voor het jaar 2016 hebben afgesloten, maar onder een overeenkomst vallen die een andere partij (bijv. een ziekenhuis) met De Friesland voor het jaar 2016 heeft afgesloten, dienen de bovenstaande gegevens aangepast aan hun situatie hieronder eveneens in te vullen. Daarbij vermelden zij in de laatste kolom ook nog de naam en de AGB-code van die andere partij). Naam van het VSV-lid Soort aanbieder AGB-code Naam ondertekeningsbevoegde Handtekening Naam en AGB-code andere partij (indien van toepassing) 1 Voor zover de ondertekeningsbevoegde praktijkhouder/rechtsgeldig vertegenwoordiger deze aanvraag ondertekent namens (zichzelf en) anderen, is de ondertekeningsbevoegde praktijkhouder/rechtsgeldig vertegenwoordiger ook daadwerkelijk gemachtigd/bevoegd om namens die anderen deze aanvraag te ondertekenen.

5 (praktijk, instelling dan wel anderszins)

6

7 Inhoud project Beoogde startdatum Beoogde looptijd Wat is het beoogde doel en resultaat? Op welke manier wordt dit bereikt (inclusief tijdspad)? Op welke wijze worden de resultaten gemonitord? Op welk niveau van de VSV-ladder bevindt u zich nu en waar bevindt u zich aan het eind van het project?

8

9 Bijlage 2 Vragenlijst samenwerking VSV s (VSV-ladder) Visie Iedere discipline/organisatie heeft zijn eigen visie. Iedere discipline/organisatie heeft zijn eigen visie en daarnaast wordt gewerkt aan een gezamenlijke VSV visie. Het VSV heeft een gezamenlijke visie maar iedere discipline draagt deze afzonderlijk uit. Het VSV heeft één gezamenlijke visie en deze wordt gezamenlijk en eenduidig uitgedragen. Dossiers en gegevensuitwisseling Er worden aparte dossiers gebruikt door de verschillende disciplines, bij verwijzing soms een hard copy van de gegevens. Er worden aparte dossiers gebruikt door de verschillende disciplines, bij verwijzing altijd een hard copy van de gegevens. Bij verwijzing en reguliere overdracht naar JGZ worden patiëntgegevens digitaal en veilig verstuurd. Digitale gegevensuitwisseling en overdracht van gegevens tussen alle ketenpartners vindt plaats via PWD. Samenstelling VSV Alleen verloskundigen en gynaecologen zijn vertegenwoordigd in het VSV. Verloskundigen en gynaecologen zijn vertegenwoordigd in het VSV, ad-hoc worden andere disciplines uitgenodigd. Alle ketenpartners* maken onderdeel uit van het VSV. * verloskundigen (eerstelijnsen klinisch), gynaecologen, kinderartsen, O&G verpleegkundigen, kraamzorg Alle ketenpartners maken onderdeel uit van het VSV.

10 Bestuur VSV Alleen verloskundigen en gynaecologen in het VSV bestuur. Het bestuur bestaat uit verloskundigen en gynaecologen. Het bestuur bestaat uit minimaal verloskundigen en gynaecologen. In het bestuur zijn alle ketenpartners vertegenwoordigd. Werkafspraken en protocollen Er wordt alleen gebruik gemaakt van monodisciplinaire richtlijnen en protocollen Er zijn geen gezamenlijke protocollen. Professionals stellen elkaar actief op de hoogte van elkaars (monodisciplinair opgestelde) richtlijnen en protocollen. Er wordt gebruik gemaakt van multidisciplinaire protocollen indien beschikbaar maar het VSV stelt zelf geen multidisciplinaire protocollen op. Er zijn multidisciplinaire, gezamenlijk opgestelde protocollen en het gebruik ervan wordt gezamenlijk en op transparante wijze geëvalueerd. Nascholing Iedere discipline/organisatie organiseert zijn eigen nascholing om te kunnen voldoen aan kwaliteitseisen. Gezamenlijke nascholing wordt georganiseerd en aangeboden aan alle disciplines, maar niet verplicht gesteld Gezamenlijke nascholing wordt georganiseerd en aangeboden voor alle disciplines, een aantal is verplicht voor iedereen. Nascholing m.b.t. spoedeisende handelingen wordt verplicht regelmatig gezamenlijk gevolgd als vast onderdeel van een gemeenschappelijk beleid.

11 Geboorteplan en zorgpaden Er wordt niet of nauwelijks gebruikt gemaakt van individuele geboorteplannen en van zorgpaden. Iedere discipline heeft zijn eigen geboorteplan, dat opgesteld wordt met de zwangere, er zijn geen geïntegreerde zorgpaden. Binnen het VSV wordt een gezamenlijk geboorteplan gehanteerd en er zijn gezamenlijke zorgpaden waar disciplines zich aan committeren. Binnen het VSV wordt een gezamenlijk geboorteplan gehanteerd en er zijn gezamenlijke zorgpaden die worden geëvalueerd en nageleefd. Afspraken over resultaten Er zijn geen gezamenlijke afspraken over te behalen resultaten. Iedere discipline heeft afzonderlijke doelen voor te behalen resultaten en deze worden gedeeld binnen het VSV maar er worden geen gezamenlijke doelen gesteld. Er zijn gezamenlijke doelen en afspraken over te behalen resultaten. Er zijn gezamenlijke doelen en afspraken over de te behalen resultaten, deze worden met elkaar geëvalueerd en er worden verbeterplannen gemaakt. Voorlichting aan cliënten Iedere discipline organiseert afzonderlijk voorlichting over leefstijl, bellen bij klachten, locatie van bevallen en mogelijkheden tot pijnverlichting. Iedere discipline organiseert afzonderlijk voorlichting over leefstijl, bellen bij klachten, locatie van bevallen en mogelijkheden tot pijnverlichting maar deelt deze informatie wel met de andere disciplines. Er vindt geen afstemming plaats. Voorlichting over leefstijl, bellen bij klachten, locatie van bevallen en mogelijkheden tot pijnverlichting zijn onderling afgestemd maar worden door iedere discipline apart gegeven en uitgedragen. Voorlichting over leefstijl, bellen bij klachten, locatie van bevallen en mogelijkheden tot pijnverlichting zijn onderling afgestemd, waar mogelijk en relevant gezamenlijk gegeven en namens het samenwerkingsverband uitgedragen.

12 Voorlichting aan cliënten Algemene publieksvoorlichting ( l) over preconceptiezorg is afgestemd maar wordt door disciplines afzonderlijk gecommuniceerd. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de toolkit/factsheets zwanger worden van het RIVM Algemene, publieksvoorlichting over preconceptiezorg ( ) is afgestemd maar wordt door disciplines afzonderlijk gecommuniceerd. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de toolkit/ factsheets van het RIVM. Algemene publieksvoorlichting over preconceptiezorg ( ) is afgestemd en wordt door disciplines gezamenlijk gecommuniceerd en verspreid onder de zorgverleners. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de toolkit/ factsheets van het RIVM. Algemene publieksvoorlichting over preconceptiezorg ( ) is afgestemd en wordt door disciplines gezamenlijk gecommuniceerd en verspreid onder de zorgverleners. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de toolkit/ factsheets van het RIVM. Voorlichting aan cliënten Indien individuele preconceptiezorgconsulten worden aangeboden wordt dit door de eerste- en tweede lijn afzonderlijk gedaan en wisselt men hierover geen gegevens uit. De bevindingen naar aanleiding van het individueel preconceptiezorgconsult door de eerste-en tweede lijn worden in overleg met de cliënt doorgegeven aan de huisarts van de cliënt.er is geen afstemming over de inhoud en werving. De inhoud van de individuele preconceptiezorgconsulten is conform de multidisciplinair ontwikkelde preconceptie indicatielijst (PIL). De bevindingen naar aanleiding van het individueel preconceptiezorgconsult door de eerste-en tweede lijn worden in overleg met de cliënt doorgegeven aan de huisarts van de cliënt De individuele preconceptiezorgconsulten vinden plaats bij zorgverleners die deskundig zijn in de risicoselectie. Indien noodzakelijk wordt de cliënt doorverwezen naar een specialist. De inhoud van de individuele preconceptiezorgconsulten is conform de multidisciplinair ontwikkelde preconceptie indicatielijst (PIL). De bevindingen naar aanleiding van het individueel preconceptiezorgconsult worden in overleg met de cliënt door de diverse disciplines uitgewisseld

13 Audits Audit besprekingen worden bijgewoond indien de betreffende professional betrokken is bij besproken casus. Audit besprekingen worden door alle professionals bijgewoond. Audit besprekingen worden door alle professionals bijgewoond. Ieder implementeert de uitkomsten in het eigen werkveld. Audit besprekingen worden door alle professionals bijgewoond. Uitkomsten en aanbevelingen worden gezamenlijk geïmplementeerd en geëvalueerd.