Vlinderkind. Geert De Kockere P I G M A L I O N

Transcriptie

1 Vlinderkind Geert De Kockere P I G M A L I O N

2

3 vlinderkind

4

5 Vlinderkind Geert De Kockere

6

7 streling Elke streling is een tedere ontmoeting van huid met huid. Het is een zacht fezelen, een fluisterend benaderen, een stil gesprek van mens tot mens.

8 membraan Huid, dat fijne membraan tussen binnen en buiten, tussen zijn en zien. O, wat kom ik zo graag strelenderwijs bij jou eens naar binnen.

9 ingewikkeld Elke mens is ingewikkeld. In een laagje huid. Als een snoepje in een zacht papiertje. En het duurt soms een leven lang voor je bij het snoepje bent.

10 haiku Kreukbaar fladder je in een ruwe wereld rond. Jij, mijn vlinderkind.

11 Huid, ze laat je nooit koud.

12 haartjes Op huid groeien haartjes, wel duizend of meer. Mijn mama houdt daar niet zo van, maar mijn papa spaart ze met plezier! Onder zijn oksels in een hoek en onder de pijpen van zijn broek...

13 folie De mens is gemaakt van laagjes. En het allerlaatste laagje is een dun velletje, een zachte folie over alles heen. Bijna schreef ik een folietje...

14 gehecht Huid veroudert rond ziel, zoals leer rond een schoen: met de jaren wat meer rimpels en krasjes, sporen van het stappen, littekens van leven. Maar o, wat raak je eraan gehecht.

15 haiku Een grote ziel in veel te dun velletje mens. Nauwelijks een huid.

16 soorten huid Je hebt zachte huid en je hebt ruwe huid. Je hebt eigen huid en je hebt huid die van iemand anders is. Nee, die heb je niet. Die krijg je soms. Als je heel lief bent...

17 Huid, ze bezorgt je kippenvel.

18 stelen Strelen, dat is zachtjes een beetje huid van je stelen. Vinger na vinger. Zo ben ik graag jouw dief, mijn lief.

19 harnas Ik heb een zacht harnas, waarin ik als gegoten pas. Maar echt stevig is het niet. Want als ik val, komt er een scheur in of een diepe kras. Dan moet de dokter het soms naaien, dat zachte harnas, waarin ik o zo zachtjes pas.

20 haiku Ik verlang naar huid. Een huid om me heen die blijft, me nooit meer loslaat.

21 tuinieren Je vel is een veld. Kijk maar eens goed. Met voren en geultjes, met putjes en bergjes. En op dat veld kun je met vingers tuinieren, tuinieren in huid: zachtjes iets liefs zaaien om het dan even later met tederheid te oogsten. Ja, je vel is een vruchtbaar veld.

22 raken Raken en aangeraakt worden, het is een kwestie van durven, van mogen soms. Huid is gevoelige materie, naakte waarheid die soms weinig verdraagt.

23 Huid, ze verweeldert soms.

24 nieuwe huid Dag mevrouw, ik wil een nieuwe huid, mijn oude gaat kapot, er zijn weer stukken uit. Waar moet ik ze zoeken? Tussen de hemden of de broeken? In het rek bij de jassen? Waar kan ik ze passen? Wat zeg je? Je verkoopt dat niet? Geen huid, geen vel? Dan ben je dom, want kijk, deed je t wel, dan was je schatrijk!

25 schild Huid verdraagt wel wat, kan tegen een stootje, vangt op, weert af. Ze is je fluwelen schild. Maar soms laat ze jou in de steek. En los.

26 haiku Was huid maar een jas. Dan kon ik ze omruilen als ze niet goed zat.

27 dichter Jouw huid is papier waarop het zo zacht schrijven is. Verzen die zeggen hoe graag en hoezeer. En wat ik op je schrijf, lees jij van buiten naar binnen. En dan mompel je: Kom maar, dichter...

28 vertier In het zachte pretpark van de avond zijn we elkaars huidige vertier.

29 Huid, ze neemt je overal mee.

30 huid Is huid mannelijk of is ze vrouwelijk? Is huid eenzijdig of is ze dubbelzijdig? Is huid buitenkant of is ze ook binnenkant? Wil huid koesteren of gekoesterd worden? Huid is zo moeilijk.

31 slang Ik wou dat ik een slang was. Ja, echt wel! Dan kroop ik uit mijn vel.

32 jeuk Ik wil van mijn huid af en mijn huid soms van mij. Dan jeukt ze of trekt ze: Laat mij los, laat mij los! Maar wat moet ik zonder huid? (En huid zonder mij?)

33 haiku Haartjes op mijn huid. Ze veren wel eens recht als iemand eraan komt.

34 zien Ik zie mijn huid, maar zij mij nooit, ook al ligt zij om mij heen geplooid. Is dat geen raar idee?

35 Huid, ze keert zich wel eens om.

36 haiku Mijn huid verbergt zich wel eens knusjes onder haar. Of zij onder mij.

37 inpakken Toen ik ter wereld kwam (kroop of gleed), werd ik niet goed ingepakt. Mijn papiertje scheurt zo nu en dan. Maar jij bent lief en pakt mij af en toe voorzichtig weer in.

38 dikhuid Een olifant heet ook wel dikhuid. Dat komt omdat hij een dik vel heeft dat stevig aan hem kleeft. En ook al prik je er je nagel in of geef je hem een mep, een dikhuid gaat niet gauw stuk. O, wat heeft hij toch geluk!

39 flinterdun Voorzichtig, schat, ik ben gemaakt van vlinderpapier. Flinterdun? Ja, van vlinderdun flinterpapier.

40 schelden Je kunt iemand de huid vol schelden. Maar soms, zo af en toe, doet ze dat zelf al.

41 Huid, ze overvelt je soms.

42 glas Ik ben van glas. Raak me niet aan of ik breek, val uiteen in scherven die geen geluk. Zelfs het kijken doet soms al pijn.

43 overname Mijn huid is mijn hebben en houden. En af en toe mag jij mij even lenen, mij even van mij overnemen. Dan lig ik, met heel mijn hebben en houden, in jouw handen. Het is een delicate overname, nee, overgave.

44 lippen Mijn lippen, jouw lippen, wonderlijke huidjes, stukjes binnenkant en buitenkant tegelijk. En ik kus je. Met mijn binnenste buitenkant jouw buitenste binnenkant.

45 haiku Zoals je je soms verspreken kunt, zo kun je je ook verstrelen.

46 negligé Daar lig je weer, in de fijnste negligé die je hebt, je negligé van huid. En ik weet: kom ik aan je, dan scheur je...

47 Huid, ze is mijn huidige verblijf.

48 rits Wie lang geleden, toen alles pas begon, de huid verzon, die vergat een rits. Dan kon ik er zippppp even stiekem uit. Wie steekt er nog een rits in mijn huid?

49 vlinder Ik vlinder door het leven. En pak je mij vast, ook al is het maar voor even, dan blijft er altijd wat van mij aan jou kleven.

50 2014 Uitgeverij Pigmalion vzw, Houtakkerstraat 33, B-2275 Gierle en Geert De Kockere Een e-book Gezet uit de DTL Haarlemmer Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of op welke wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. D/2014/5673/30 NUR 306

51

52