Appendix Definities Wielerbesluit Besluit Medisch Verantwoord Sporten... 21

Transcriptie

1 Inleiding... 3 Hoofdstuk 1: Missie en procedure Missie De procedure... 4 Hoofdstuk 2: Ondersteuning jeugdwerking de visie en de algemene doelstellingen die de VWS vooropstelt de concrete acties die zullen worden ondernomen convenanten overleg tussen provinciaal jeugdwielrennen en jeugdbeleid op lokaal en regionaal niveau:... 6 Hoofdstuk 3: Kadervorming de visie en de algemene doelstellingen die de VWS vooropstelt de concrete acties die zullen worden ondernomen... 6 Hoofdstuk 4: Toegankelijkheid van het jeugdwerk de visie en de vakoverschrijdende doelstellingen die de VWS vooropstelt de concrete acties die zullen worden ondernomen... 7 Hoofdstuk 4: Communicatie en Informatie de visie en de algemene doelstellingen die de VWS vooropstelt: de concrete acties die zullen worden ondernomen... 8 Hoofdstuk 5: Geïntegreerd jeugdwielerbeleid Uitleendienst Adviseren van andere overheden op vlak van jeugdwerkbeleid... 8 Hoofdstuk 6: Geconcretiseerd in de praktijk TOTAALPLAN TRAINING... 9 Trainingsbegeleiding Promotionele Activiteiten Miniemen- en Aspirantenopleidingen Trainingsbegeleiding vanaf nieuwelingen VDAB Beroepsopleiding tot beroepsrenner Beloften Vlaamse Topsporters STRUCTUUR Promotionele Activiteiten Miniemen en Aspirantenopleidingen Trainingsbegeleidingen VDAB Beroepsopleiding tot beroepsrenner Beloften Vlaamse topsporters BUDGET A. ONKOSTENRAMING B. INKOMSTENRAMING JAARPLAN Promotionele aktiviteiten Opleidingen Trainingsbegeleiding Programma Antwerpen: zie jaarplan Programma Limburg: zie jaarplan Programma Oost-Vlaanderen: zie jaarplan Programma Vlaams-Brabant: zie jaarplan Programma West-Vlaanderen: zie jaarplan VDAB Vlaamse topsporters Beleidsplan 1

2 Appendix Definities Wielerbesluit Besluit Medisch Verantwoord Sporten Beleidsplan 2

3 Inleiding Dit beleidsplan is het plan waarin de Vlaamse Wielerschool aangeeft welke initiatieven het in de komende vier jaar zal nemen met betrekking tot de jeugdwerking wielrennen en de algemene werking. Een beleidsplan loopt steeds over meerdere jaren. Wielerbond Vlaanderen bepaalt het opleidingsbeleid. De Vlaamse Wielerschool staat in voor de uitvoering ervan. De wijze waarop het plan opgemaakt wordt, de hoofdstukken die erin moeten, het procedureverloop,... wordt bepaald door het decreet tot wijziging van het decreet van 27 maart 1991 inzake medisch verantwoorde sportbeoefening (= een wet van de Vlaamse Regering). Dat decreet is bekrachtigd op 19 maart 2004 en werd in het Belgische Staatsblad gepubliceerd op 10 mei Je vindt de volledige tekst als bijlage. Beleidsplan De Vlaamse Wielerschool stelt een beleidsplan op waarin ze te kennen geeft welk jeugdbeleid ze de volgende jaren wil voeren. Daarin wordt heel veel aandacht geschonken aan de ondersteuning van de jeugdwerking binnen de clubs, maar ook thema's als jeugdwelzijn en nog vele andere zullen ruimschoots aan bod komen. Hoofdstuk 1: Missie en procedure 1. Missie In de RvB van.zal de VWS het meerjaren Jeugdwerkbeleidsplan voorleggen. Dit plan kadert in het decreet tot wijziging van het decreet van 27 maart 1991 inzake medisch verantwoorde sportbeoefening. Dat decreet werd op 19 maart 2004 bekrachtigd en werd in het Belgisch Staatsblad gepubliceerd op 10 mei Het uitvoeringsbesluit werd door de Vlaamse Regering goedgekeurd op 16 april In het beleidsplan is duidelijk aangegeven binnen welke missie, vanuit welke uitgangspunten en volgens welke waarden het plan werd opgemaakt. Daarom geven we u eerst graag nog even onze missie mee: "zoveel mogelijk Vlaamse jongeren in kwaliteitsvolle omstandigheden het wielrennen laten beoefenen en de meest getalenteerde jongeren optimale ontplooiingskansen geven met aandacht voor de vrijwaring van de integriteit van de sport en de gezondheid van de jonge sportbeoefenaar". Alhoewel onze missie spreekt over "zoveel mogelijk jongeren" is het niet uitsluitend de bedoeling van de Vlaamse Wielerschool aandacht te hebben voor de kwantiteit. Kwantiteit moet in functie staan van kwaliteit. Kwaliteit betekent in deze context begeleiding, maatwerk en deskundigheid. Dit waren en zijn meteen ook de drie prioritaire werkingsprincipes én troeven van de Vlaamse Wielerschool. Over het ganse jaar was en is onze grootste zorg het "jeugdwielrennen". Zeker in een door de overheid gesubsidieerde structuur, moeten we in eerste instantie het wielrennen en de fiets bij de jeugd promoten. De maatschappelijke omgeving is niet meer vergelijkbaar met pakweg 20 jaar geleden. Daarom is een eigentijdse aanpak van het jeugdwielrennen nodig. Beleidsplan 3

4 2. De procedure 1. timing Het is de bedoeling dat het jaarplan telkens samen met de begroting zal worden voorgelegd aan de Raad van Bestuur. 2. inspraak Naar de toekomst toe zal..samengeroepen worden om de VWS te ondersteunen bij de opmaak van een jaarplan. 3. de instrumenten Het jeugdwerkbeleid wordt in grote mate mogelijk gemaakt door inzet van twee instrumenten: de begroting-jeugd en sponsoring. 4. de VWS : taken vast technisch personeel De algemeen technisch directeur : - Algemene administratie, coördinatie en sturing van de opleidingen in gans Vlaanderen - Meewerken aan het opleidingsplan WBV - Coördineren van de opleiding van miniemen in de permanente centra - Organiseren en aanvragen van wielerproeven voor miniemen - Coördineren van de opleiding van aspiranten in de permanente centra - Organiseren van opleidingsstages - Advies geven bij persoonlijke trainingsplannen - Coördinatie van de VDAB-opleiding - Trainingsbegeleiding van alle categorieën tijdens de voorbereidingsfase (in-door, out-door, pistetrainingen) - Medewerking aan schoolprojecten ter bevordering van het gebruik van de fiets en de promotie van de wielersport (SVS) - Trainingsbegeleiding tijdens stages - Trainingsbegeleiding tijdens weg-piste-cyclocross-mountainbike trainingen - Coördinatie sportpromotionele initiatieven - Taken opgelegd in overleg met de Raad van bestuur WBV De provinciale coördinator : - Algemene administratie, coördinatie en sturing van de VDAB-beroepsopleiding tot beroepsrenner in zijn provincie. - Organiseren van de VDAB-beroepsopleiding tot beroepsrenner als lesgever in desbetreffende provincie. - Opleiding van miniemen in het permanent centrum van de desbetreffende provincie - Organiseren en aanvragen van wielerproeven voor miniemen in de desbetreffende provincie - Opleiding van aspiranten in de desbetreffende provincie - Organiseren van opleidingsstages voor aspiranten in de desbetreffende provincie - Verschaffen van persoonlijke trainingsadviezen in de desbetreffende provincie - Trainingsbegeleiding van de jongeren tijdens de voorbereidingsfase (in-door, outdoor, pistetrainingen) - Medewerking aan schoolprojecten ter bevordering van het gebruik van de fiets en de promotie van de wielersport - Trainingsbegeleiding tijdens stages - Trainingsbegeleiding tijdens weg-piste-cyclocross-mountainbike trainingen - Coördinatie sportpromotionele initiatieven - Taken opgelegd in overleg met de Raad van bestuur WBV Beleidsplan 4

5 5. de begroting jeugd De begroting, de financiële middelen die de VWS ter beschikking heeft is een zeer belangrijk werkinstrument om tot een goed jeugdbeleid te komen. De begroting zoals die werd goedgekeurd door de RVB in zitting van.. werd opgenomen als bijlage 1. Hoofdstuk 2: Ondersteuning jeugdwerking 1. de visie en de algemene doelstellingen die de VWS vooropstelt doelstelling : De VWS wil het jeugdwielrennen dat binnen de Vlaamse Gemeenschap actief/aanwezig is op een zo optimaal mogelijke wijze ondersteunen en dit zowel inhoudelijk, materieel als financieel. Daarbij wil ze een grote diversiteit en een betere spreiding binnen de provincies realiseren en respect betonen voor het bestaande zonder de aandacht te verliezen voor vernieuwing. Die ondersteuning zal gebeuren vanuit de visie dat het BLOSO en de WBV specifieke doelstellingen en opdrachten hebben en samen een complementair jeugdwerkbeleid moeten verzorgen. 2. de concrete acties die zullen worden ondernomen 2.1. sturen en stimuleren werking van de opleidingscentra Vanuit de provinciale centra worden de verschillende sub-centra en club-centra logistiek ondersteund, o.a. via : - vervolmaking en bijscholing opleiders en begeleiders in de clubs; - ter beschikking stellen opleiders en begeleiders; - uitlenen van materiaal; structurele subsidie aan opleidingscentra Tegen 1 december 2004 moeten alle opleidingscentra (clubs) die voor de uitvoering van hun activiteiten willen vergoed worden, een werkingsprogramma indienen via het secretariaat van de VWS. In zitting van heeft de RVB beslist dat X aantal initiatieven daarvoor in aanmerking komen. Tegen 1 januari 2005 moeten zij alle activiteiten van 2004 die recht geven op subsidies geëvalueerd hebben. Het wordt ook mogelijk dat startende jeugdwielerinitiatieven een aanvraag doen om subsidies. Dit moet opstartende organisaties,die een meerwaarde kunnen betekenen voor het jeugdwielrennen, in staat stellen te starten. Dit zorgt voor een permanente vernieuwing projectondersteuning Voorbeeld: dikke banden (moet verder uitgewerkt worden) Beleidsplan 5

6 3. convenanten - Er moet een convenant worden afgesloten met de WBV jaren voor de vaste som van per jaar. - Verder moet er gezocht worden naar het afsluiten van convenanten met de verschillende provinciebesturen om de toegankelijkheid tot het jeugdwielrennen te vergroten. - Er moet ook gezocht worden naar een mogelijke convenant met SVS en de gemeentelijke sportdiensten (oa. Jeugdsportcontract). 4. overleg tussen provinciaal jeugdwielrennen en jeugdbeleid op lokaal en regionaal niveau: Binnen de structuur van WBV is er op elk niveau een aanwezigheid van vertegenwoordigers van de VWS. In de Raad van beheer van WBV zijn er 3 afgevaardigden van VWS. Op Vlaams niveau wordt er iedere X maand door de voorzitter van de Jeugdcommissie WBV een vergadering georganiseerd met daarin alle provinciale voorzitters van de Jeugdcommissies. Op provinciaal niveau wordt er op geregelde tijdstippen door de voorzitter van de provinciale Jeugdcommissie WBV een vergadering samengeroepen met daarin minimum de coördinator VWS van de desbetreffende provincie. Hoofdstuk 3: Kadervorming 1. de visie en de algemene doelstellingen die de VWS vooropstelt doelstelling : In consequentie met de doelstellingen met betrekking tot de ondersteuning van het Jeugdwielrennen zal de VWS het organiseren van kadervorming verder ondersteunen als middel om te komen tot een kwalitatieve en kwantitatieve groei van het jeugdwielrennen. Dit kan onder meer gebeuren door het faciliteren van bestaande initiatieven of door het nemen van eigen initiatieven maar steeds in overleg met het werkveld en in complementariteit met andere overheidsorganisaties (Bloso VTS). Er moet worden gestreefd om minimaal 2 maal per jaar terugkomdagen met algemene brainstorming te organiseren (clinics). 2. de concrete acties die zullen worden ondernomen Kadervorming rond specifieke thema's Er is de mogelijkheid dat externe vragen binnenlopen bij de VWS om samen een vormings- of bijscholingsinitiatief op poten te zetten in samenwerking met WBV, VTS of andere organisaties Jeugdvormingsinfrastructuur Er wordt verder gewerkt aan de uitbouw van de provinciale centra. (moet verder uitgewerkt worden adhv locatiestudies) 2.3. Stageplaatsen creëren Er wordt mogelijkheid geboden aan cursisten, in opleiding aan de VTS, stage te laten volgen en praktijkervaring op te doen. Beleidsplan 6

7 Hoofdstuk 4: Toegankelijkheid van het jeugdwerk 1. de visie en de vakoverschrijdende doelstellingen die de VWS vooropstelt Doelstelling: De VWS wil vanuit vaststellingen binnen de denkcel wielrennen en andere Vlaamse overheidsinstanties in verband met sport (meer specifiek wielrennen) werken aan de fysieke en psychische toegankelijkheid van het jeugdwielrennen. Dit zal zich uiten in maatregelen die uitdrukkelijk gericht zijn op het jeugdwielrennen. Deze maatregelen kunnen zich richten naar de gespecialiseerde werkingen. Visie: Het bestuur gelooft immers in de positieve kracht van het jeugdwielrennen, in het feit dat deelname aan het jeugdwielrennen, kinderen en jongeren sterker maakt met het oog op hun persoonsvorming en dus ook met het oog op hun deelname aan de samenleving. Ook de sociale en educatieve mogelijkheden van het wielrennen bieden veel perspectieven. Daarenboven is er ook een groot geloof in de intrinsieke potentie aan positieve kracht bij de jongeren zelf. 2. de concrete acties die zullen worden ondernomen Permanente screening van het werkveld en detectie van noden Dit gebeurt continu door de provinciale coördinator en door de sporttechnische medewerkers WBV die verslag uitbrengen aan de algemeen technisch directeur Onderzoek naar behoeften van lokaal jeugdwerk in de club Een onderzoek zal gebeuren naar de noden en behoeften van het lokale jeugdwielrennen met betrekking tot toegankelijkheid van clubs. Dit gebeurt continu door de provinciale coördinator en door de sporttechnische medewerkers WBV die verslag uitbrengen aan de algemeen technisch directeur Blinde vlekken of zwarte gaten detecteren op basis van de inventaris. Dit gebeurt continu door de provinciale coördinator en door de sporttechnische medewerkers WBV die verslag uitbrengen aan de algemeen technisch directeur Het aanbod in de sector inventariseren, centraliseren en promoten Dit gebeurt continu door de provinciale coördinator en door de sporttechnische medewerkers WBV die verslag uitbrengen aan de algemeen technisch directeur Inventaris maken van alle jeugdwielerinitiatieven Heel erg nauw aansluitend bij vorige acties moet er een zeer nauwkeurige inventaris opgemaakt worden en voortdurend bijgewerkt worden. Deze inventaris wordt opgesteld door de verschillende sporttechnische medewerkers en overgemaakt aan de algemeen technisch directeur Promotie helpen ondersteunen voor het jeugdwielrennen, de sector in the picture zetten. Het jeugdwielrennen is nog te weinig bekend, zowel bij de kinderen/jongeren als hun ouders. Op basis van de inventaris, waarvan sprake hierboven, zal een folder - specifiek voor niet-aangeslotenen - worden opgemaakt (annex website) die het bedoelde jeugdwerk moet promoten. Andere promotiemiddelen zijn het ondersteunen van aktiviteiten en events met als specifieke doelgroep de niet-aangeslotenen. Beleidsplan 7

8 Hoofdstuk 4: Communicatie en Informatie 1. de visie en de algemene doelstellingen die de VWS vooropstelt: Doelstelling: De VWS wil haar beleid in het algemeen en haar jeugdwielrenbeleid meer in het bijzonder op een optimale, permanente en hedendaagse wijze communiceren. Onder meer initiatieven die 'leeftijdsgenuanceerde' informatie geven, kunnen daartoe ondernomen worden. Daarnaast wil het bestuur ook een meerwaarde vormen in de communicatie en interactie tussen jeugdwielrenners en topsporters. 2. de concrete acties die zullen worden ondernomen de jeugdnieuwsbrief De eerste digitale nieuwsbrief verschijnt in januari Elke maand (behalve in juli en augustus) zal een exemplaar via het internet worden verspreid. Het adressenbestand zal verder worden uitgebreid met alle belanghebbenden website rond jeugd De kernwoorden voor deze vernieuwing zijn: duidelijkheid, jeugdig uitzicht, interactiviteit en bruikbaarheid helpdesk 2.4. intern netwerk voor opleiders Via het intern netwerk van WBV kan er door de provinciale coördinator informatie aan het ledenbestand van WBV worden toegevoegd omtrent de aangesloten leden van VWS. 2.5.Cyclink magazine: Vier maal per jaar wordt er mee gewerkt aan de speciale uitgave Cyclink-VWS uitgegeven door WBV. Hoofdstuk 5: Geïntegreerd jeugdwielerbeleid Wanneer er vanuit andere diensten of sectoren beleid wordt gevoerd dat zich tot het jeugdwielrennen richt, dan kan men spreken van een geïntegreerd jeugdwielrenbeleid voor zover de beleidsmaatregelen en instrumenten op elkaar zijn afgestemd en dus een mooi geheel vormen. 1. Uitleendienst Uitleenformules waar materiaal kan worden ontleend dat nuttig is voor het jeugdwielrennen via WBV stimuleren en promoten. 2. Adviseren van andere overheden op vlak van jeugdwerkbeleid Dit kan gebeuren via de Bloso denkcel, de Vlaamse Regering, de Vlaamse sportraad, MVS, Beleidsplan 8

9 Hoofdstuk 6: Geconcretiseerd in de praktijk 1. TOTAALPLAN TRAINING VLAAMSE WIELERSCHOOL-WIELERBOND VLAANDEREN Vlaamse Topsporters VDAB-statuut Beloften Clubs Trainingsbegeleiding Clubs Miniemen en aspiranten Opleiding Promotionele wieleractiviteiten Clubs Beleidsplan 9

10 1.1. Promotionele Activiteiten Ondersteuning promotionele activiteiten georganiseerd door X Miniemen- en Aspirantenopleidingen Miniemen: voor de inhoud : zie jaarlijks opleidingsprogramma opgesteld door WBV in samenwerking met VWS. In de leeftijdsgroep 8 11 jaar is het doel zoveel mogelijk kinderen fietsvaardigheden aan te leren in nauwe samenwerking met de scholen, de clubs en de ouders. Een veelzijdig tot wielersport motiverende vriendelijke multidisciplinaire basis leggen met tal van motorische vaardigheden. Basistraining: Sport en spel Aspiranten In de leeftijdsgroep jaar is het doel motorische vaardigheden verder ontwikkelen met accent op snelheid en uitvoering. Dit in zeer nauwe samenwerking met de school, de clubs en de ouders. Hier moet reeds op langere termijn gewerkt worden om deze kinderen langlopend te binden aan de wielersport. Basistraining: Drie jaar algemene sportmotorische ontwikkeling, vorming, opleiding, rekening houdend, in aanmerking nemend wielersportspecifieke ontwikkelingscomponenten van 12 tot 14 jarige atleten. Baserend op de conditionele bekwaamheid, geschiktheid, talent: Algemene Kracht (circuit) Algemene uithouding Snelheid Beweeglijkheid Coördinatie Wielerspecifieke bekwaamheid, geschiktheid, talent: Ontwikkelingszwaartepunten op de weg, de baan en veld (multidisciplinair) Beheersing over de fiets Techniektraining sturen, trappen, remmen en schakeltechniek Rijden in groep: Achter elkaar, naast elkaar (met twee..), door elkaar Doel van de ontwikkelingsfase: Ontwikkeling en scholing van algemene sportmotorische vaardigheden Scholing van wielersportspecifieke vaardigheden. TIJDSPLAN VAN DE OPLEIDING Miniemen: 8-11 jaar Verplicht: 24 uur opleiding over 12 bijeenkomsten (woensdag namiddag of weekend) Facultatief: 36 weken begeleiding December, januari, februari (woensdag) Zaal: sport en spel Buiten: MTB (weekend) + Piste Maart, april, mei, juni, juli, augustus, september: Koersfiets Competitie: Juli, augustus, september, oktober: Wielerproeven Beleidsplan 10

11 Aspiranten: jaar Verplicht: 24 uur opleiding over 6 tot 8 bijeenkomsten (woensdag namiddag of weekend) of weekstage Facultatief: 42 weken begeleiding November, december, januari, februari: Zaal: sport en spel(woensdag) Buiten : MTB of cyclocross (weekend) Piste: Maart, april, mei, juni, juli, augustus, september: Koersfiets weg 1 x per week Piste training met vaste pion Competitie: Mei, juli, augustus, september, oktober: Wegwedstrijden of MTB wedstrijden December, januari: Pistewedstrijden of cyclocross 1.3. Trainingsbegeleiding vanaf nieuwelingen Door de systematisch opgelegde training en prestatievraag zullen de sporters continue naar sportspecifieke prestaties geleid worden. Vanaf nu wordt de training toenemend wielersportspecifieker, zonder dat de algemene sportmotorische vorming verwaarloosd wordt. Algemene sportmotorische ontwikkeling Het doel is de ontwikkeling en de bevestiging, stabilisering van de snelheidvaardigheden met in het bijzonder de scholing van de motoriek en de coördinatie vaardigheden. Wielerspecifieke bekwaamheid, geschiktheid, talent: Weg, Cross, Piste, MTB vanaf juniores orienteren. TIJDSPLAN VAN DE TRAINING Beleidsplan 11

12 1.4. VDAB Beroepsopleiding tot beroepsrenner Beloften Opleiding bestemd voor: Werkzoekende Leervorm: Groepsleren Programma: 1. Eerste jaar: - maatschappelijke vorming in het kader van zelfredzaamheid - kunnen lezen, begrijpen en uitvoeren van trainingsschema s - weten wat realistische en haalbare doelstelling zijn - kunnen luisteren naar het eigen lichaam - kennis van begrippen uit de trainingsleer - kennis van de vaktaal in het Frans-Engels - gebruik van een hartslagmeter - sportrecht : statuut van een niet-professioneel sportbeoefenaar - informatie rond de verzekering die is verbonden aan de vergunning - sportvoeding - gedragscode en sportethiek 2. Tweede jaar: - zelfstandig kunnen zijn - trainingsschema s proberen opstellen, uitvoeren en aanpassen - realistische doelstellingen zelf kunnen bepalen en deze ook kunnen bereiken. - kunnen bijsturen van trainingsplanning adhv ervaringen - kennis van basisprincipes in de trainingsleer - kennis van de vaktaal in het Spaans-Italiaans - informatica: gebruik van een trainingsprogramma - sportrecht : statuut van een beroepsrenner, boekhouding, belastingsplicht, werkloosheid - algemene informatie rond ongevallen en verzekeringen - doping - spreken voor een camera Algemene bepalingen: Opleiden van kandidaat-wielrenners i.f.v. een professionele carrière. Het is de bedoeling dat de renner tijdens de opleiding een evolutie doormaakt van amateurisme, via semi-professionalisme tot professionalisme en dit op alle vlakken. De opleiding bestaat uit 2 jaarcycli : A. Het zomergedeelte of zuiver praktijk gedeelte (van 01/01 tot 15/10) Bestaat uit de individuele trainingen onder leiding van een erkend trainer of de centrumverantwoordelijke. - Opstellen van een jaarplanning met doelstellingen, perioden en wedstrijden. - Uitvoeren van gedifferentieerde groepstrainingen. - Maandelijks en individueel: * bespreken van de maandplanning * evalueren van het maandrapport * bespreken van tactiek en motivatie * evalueren van wedstrijden en remediëring * voorbereiden van een wedstrijd - Evaluatie van het afgelopen jaar adhv een jaarverslag. Bespreking en remediëring. Beleidsplan 12

13 B. Het wintergedeelte met zuiver theoretisch lessen (van 15/10 tot 31/12) - Trainingsleer - Vaktaalcursus - Informatica - Sportrecht - Verzekeringen en belastingsplicht - Sportvoeding en doping - Voordracht 1.5. Vlaamse Topsporters De VWS helpt bij het topsportbeleid van WBV dat wordt uitgewerkt door de topsportcoördinator bij WBV. Beleidsplan 13

14 2. STRUCTUUR Promotionele Activiteiten 2.2. Miniemen en Aspirantenopleidingen A. 24-uren opleiding 1. in een provinciaal centrum min. voorwaarde : * 1 centrum per Vlaamse provincie * personeel : 1 voltijdse provinciale coördinator 2 opleiders aangeduid door VWS-WBV 2 verantwoordelijke initiators of trainer B * financieel : * deelnemers : iedereen 2. in een sub-centrum min. voorwaarde : * opgericht en geleid door het provinciaal centrum * in een omtrek van 25 km geen andere opleidingsplaats * personeel : 1 opleider aangeduid door VWS-WBV 1 verantwoordelijke initiator of trainer B * financieel : * deelnemers : iedereen 3. in een club-centrum min. voorwaarde : * gebonden aan 1 vaste locatie binnen de fusie- en aangrenzende gemeenten * beschikt over de nodige infrastructuur 1 leslokaal douches/wasgelegenheid volgwagens met bestuurders * personeel (sporttechnisch) : 1 opleider (verbonden aan de club) erkend door VWS - OFWEL 1 opleider uitgezonden door provinciaal centrum - 1 vaste initiator of begeleider (wegkapitein) - bij splitsing, elke groep min. 1 erkend gediplomeerde VTS * deelnemers : leden van de club bij voorkeur minimaal 6 deelnemers bij aanvang van de opleiding Beleidsplan 14

15 B. permanente opleiding 1. in een provinciaal centrum min. voorwaarde : * 1 centrum per Vlaamse provincie * infrastructuur : 1 leslokaal 1 vast bureau met tel/fax computer/internet kopieermachine 1 lokaal met fietsergometer 1 polyvalente zaal 1 wielerpiste (in nabijheid) douches eigen volgwagen een aantal huurfietsen (kleine mtb koersfietsen) * personeel : 1 full-time technisch directeur en opleider 1 opleider aangeduid door VWS-WBV 2 verantwoordelijke initiators of trainer B 1 mecanicien - onderhoudsman * financieel : * deelnemers : iedereen 2. in een sub-centrum min. voorwaarde : * infrastructuur : 1 leslokaal 1 polyvalente zaal 1 wielerpiste (in nabijheid) douches/wasgelegenheid volgwagen * personeel : 1 opleider aangeduid door VWS-WBV 2 verantwoordelijke initiators of trainer B 1 mecanicien - onderhoudsman * financieel : * deelnemers : iedereen Beleidsplan 15

16 2.3.Trainingsbegeleidingen (nog uit te werken leerlijn) Beleidsplan 16

17 2.4. VDAB Beroepsopleiding tot beroepsrenner Beloften Opleidingscentra: provinciaal centrum Planning en organisatie: Doorlopende instapdatum (met een maximum van 50 (60) deelnemers). Herinschrijving vanaf 1 oktober voor het volgende jaar. Contracten op jaarbasis. Maximum 2 jaar (1 jaar optioneel). Toelatingsvoorwaarden Inschrijvingsmodaliteiten: Rennersvergunning WBV en woonachtig in Vlaanderen Voldoen aan selectiecriteria (moet verder uitgewerkt worden adhv nieuwe selectiecriteria/toelatingsvoorwaarden om de norm van 50 (60) cursisten in opleiding te halen) 2.5. Vlaamse topsporters 3. BUDGET 2005 A. ONKOSTENRAMING 2005 provinciaal centrum 24-uur - permanent sub-centrum club-centrum vb. Onkostenraming en benodigdheden 24-uur opleiding aspiranten Accommodatie : Leslokaal Kleedkamers met douches Volgauto s : 15 deelnemers 1 >20 deelnemers 2 minimum Begeleiders (gediplomeerden) : opleiders en initiators 15 deelnemers 2 begeleiders (opleider + min. 1 VTS diploma) X 24 uren X 11,52 = 552,96 2 begeleiders X.km X 0,28 = 20 deelnemers 4 begeleiders (2 opleiders + min. 2 VTS diploma) X 24 uren X 11,52 = 1105,92 4 begeleiders X.km X 0,28 = 30 deelnemers 6 begeleiders (3 opleiders + min. 3 VTS diploma) X 24 uren X 11,52 = 1658,88 6 begeleiders X.km X 0,28 = Kilometervergoeding en uurloon: Bloso tarief Beleidsplan 17

18 B. INKOMSTENRAMING Opleidingen miniemen en aspiranten - Dagopleiding 40, (2004) - Opleidingsstage (afh. van locatie ) 2. Trainingsbegeleiding Lidgeld: 40, (2004) Deelname aan het programma van het centrum Eventuele variabele kosten: gebruik Piste, fiets, fitness, individuele begeleiding, enz.. Voorbeeld individuele begeleiding per maand 50, één consultatie (30 ) trainingsplanning, trainingsadvies, wekelijkse opvolging van trainingen (30 ) wekelijkse opvolging van wedstrijd (15 ) telefonisch advies (15 ) per jaar nieuweling 300, junior 350, belofte 400, opstellen jaarplan trainingsplanning trainingsadvies bijwonen training wedstrijdplanning.. 3. Activiteiten VWS VDAB-statuut - Subsidiëring opleiding door club te betalen 65, /maand Vlaamse topsporters (nog te bepalen) Beleidsplan 18

19 4. JAARPLAN Promotionele aktiviteiten 2. Opleidingen Miniemenopleidingen: zie jaarplan Aspirantenopleidingen: zie jaarplan 3. Trainingsbegeleiding Programma Antwerpen: zie jaarplan Programma Limburg: zie jaarplan Programma Oost-Vlaanderen: zie jaarplan Programma Vlaams-Brabant: zie jaarplan Programma West-Vlaanderen: zie jaarplan Beleidsplan 19

20 4. VDAB 5. Vlaamse topsporters Beleidsplan 20

21 Appendix 1. Definities VWS = Vlaamse Wielerschool WBV = Wielerbond Vlaanderen VTS = Vlaamse Trainersschool VDAB = Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling RvB = Raad van Beheer MVS: Medisch Verantwoord Sporten Opleider = gediplomeerde VTS erkend door de VWS 2. Wielerbesluit Nog in te voegen 3. Besluit Medisch Verantwoord Sporten Nog in te voegen Beleidsplan 21