PROGRAMMA: WAT VIND JIJ?

Transcriptie

1 Rise and shine Leeftijd: 12-16, 16+ Soort bijeenkomst: Soort werkvorm: heel programma Thema: Bijbel, Pasen Tijdsduur: 2 uur en 55 min. Keuzeprogramma rond de Goede Week en Pasen. Meningsvorming, Bijbeltekst met verbeelding, verwerkingsvorm bij Bijbel (schrijven), verwerkingsvorm bij Bijbel (drama), verwerkingsvorm bij passieverhaal (schilderijen), creatieve werkvorm, afsluiting PROGRAMMA: WAT VIND JIJ? Doelstellingen : de jongeren maken kennis met het thema en leren hun positie te bepalen Tijdsduur: tien minuten Nodig: foto's, pennen Vraag alle aanwezigen uit de download een foto te zoeken die voor hen het best de betekenis van Pasen weergeeft. Laat iedereen op zijn of haar gemak een foto uitzoeken, geef iedereen de tijd. Laat hen kort op de achterkant schrijven waarom deze foto volgens hen het best bij Pasen past. Let op dat ze nog wel ruimte overhouden! Ga, als iedereen een foto heeft uitgezocht, in een grote kring zitten en maak een rondje: waarom heb je de foto uitgezocht? Wat maakt deze foto duidelijk? NOG ÉÉN KEERTJE... Doelstelling: (nieuwe) elementen uit het verhaal benoemen Tijdsduur: ongeveer vijftien minuten Nodig: het lijdensverhaal uit één van de Evangeliën Lees met elkaar het passieverhaal. Eventueel kan je de verschillende rollen' (Judas, Petrus, Pilatus, Jezus, etc.) verdelen, zodat de lange tekst wat interactiever wordt. Lees het eerst een keer hardop voor, geef vervolgens iedereen nog even de tijd het in alle rust voor zichzelf voor te lezen. Praat daarna nog even door over het verhaal aan de hand van de volgende vragen: - Wat vind je van het verhaal? - Lees je nu iets volkomen nieuws, iets wat je eerder nog niet was opgevallen? - Wat precies? - Kijk je nu anders tegen het Paasverhaal aan nu je dit ontdekt' hebt? - Zit er iets in waar je in je eigen leven wat aan hebt? - Wat precies? Praat hier nog even over door.

2 JOURNALISTEN UIT DE EERSTE EEUW Doelstelling: herschrijven' van de geschiedenis, in het onderwerp komen Tijdsduur: dertig minuten Nodig: pennen, schrijfblokken, grote vellen papier (van flap-over of vellen op A3-formaat), stiften Verdeel de groep in twee helften. De ene helft is reporter bij een bepaalde krant of tijdschrift. Dit kan een serieus dagblad zijn, maar ook een roddelblad. De andere helft mag een personage uit het verhaal kiezen (Pilatus, Judas, Petrus, Maria Magdalena, etc. Laat een reporter tegenover een personage plaatsnemen. De reporter gaat het personage interviewen. Wissel na vijf minuten (de personages blijven zitten, de reporters schuiven een plaats op). Doe dit totdat alle reporters alle personages hebben geïnterviewd. Maak nu weer groepjes van twee. Ieder groepje gaat nu een coverstory van zijn of haar krant of magazine maken. Dat kan alleen een kop en een lead (eerste stukje) zijn of een heel artikel, dat ligt aan de tijd die je er verder nog aan wilt besteden. Laat iedereen aan het einde zijn of haar krantenartikel voorlezen. DRAMATISCH Doelstelling: Inleven in (een stukje) van het Paasverhaal Tijdsduur: een uur Nodig: eventueel het Passieverhaal uit de download, eventueel verkleedkleren en attributen Deze werkvorm vergt wat voorbereiding: het uitspelen van het Paasverhaal is niet makkelijk. Daarom is het handig om van tevoren een versie èn een invalshoek te kiezen. Welk evangelie wil je gebruiken? En welke invalshoek? Je kan ervoor kiezen om een historische interpretatie te doen (en dan is het handig om wat informatie uit die tijd op te zoeken) of juist het verhaal in deze tijd te plaatsen en meer ruimte te geven aan wat de jongeren in het verhaal wel of niet aanspreekt. In het verleden was het (vooral in de Rooms-katholieke kerk) gebruikelijk om in de kerk het lijdensverhaal uit te spelen. Deze Passie-spelen' begonnen heel klein (het lijdensverhaal werd opgelezen met verschillende stemmen), maar groeiden door de jaren heen uit tot de grootste toneelstukken die tijdens het kerkelijk jaar in de kerk gehouden mochten worden. Aangezien het op een gegeven moment wel erg uit de hand begon te lopen, besloot de Paus de Passiespelen te verbieden. Het uitspelen van een bijbelverhaal vraagt goede begeleiding: het inleven in de emoties van anderen kan soms veel oproepen bij jongeren. Je kan daarom kiezen om de tekst te blijven volgen, maar als jullie gewend zijn aan het uitspelen van verhalen, kunnen jullie ook een wat vrijere vorm kiezen. Verdeel de rollen onder de jongeren. Als er te weinig jongeren zijn, kan je er ook voor kiezen om meerdere rollen aan één persoon te geven. Het leuke van deze werkvorm is dat je het Paasverhaal vanuit één van beide manieren kan belichten. Als je wat meer de kant van de gebeurtenis in de geschiedenis' wilt belichten, kan je veel aandacht besteden aan de historische waarheden. Wil je dat de jongeren meer de vertaalslag naar hun eigen leven maken, zou je ervoor kunnen kiezen om het verhaal in deze tijd af te laten spelen en wat meer ruimte te geven aan de emoties. Praat voordat je begint goed met de jongeren en zorg ook dat je nog voldoende tijd inplant om na te praten. EMOTIES KIJKEN Doelstelling: aan de hand van schilderijen over het Paasverhaal napraten Tijdsduur: dertig minuten

3 Nodig: schilderijen van Rembrandt Het Passieverhaal bevat veel emoties. Daarom is het verhaal één van de grootste inspiratiebronnen voor kunstenaars om te verbeelden. Rembrandt van Rijn bijvoorbeeld. Hij heeft veel verschillende schilderijen gemaakt naar aanleiding van het verhaal. Ieder schilderij laat een andere emotie van het bijbelverhaal zien. Deze schilderijen zijn een mooie aanleiding om door te praten over de emoties die het verhaal bij de jongeren oproept. Verdeel de jongeren in vier groepen en geef iedere groep één schilderij. Laat hen in groepjes het schilderij bespreken aan de hand van de volgende vragen: - Welke emotie(s) is/zijn het meest duidelijk te zien op dit schilderij? - Passen deze emoties bij het moment dat Rembrandt heeft afgebeeld? Waarom wel/niet? - Heb jij ook wel eens deze emoties gehad? Wat gebeurde er op dat moment in je leven? - Hoe voelde jij je toen op dat moment? - Zou jij het verhaal ook op deze manier afbeelden of zou je dingen anders doen? - Heb je het idee dat het verhaal dat hier uitgebeeld wordt, jou kan helpen als je deze emoties hebt? Op welke manier? Laat de groepjes na twintig minuten weer terugkomen in de kring en praat nog tien minuten plenair na. CREATIEF Doel: op een creatieve manier het Paasverhaal verbeelden Tijdsduur: twintig minuten Nodig: handleiding geleide meditatie, knutselmateriaal, bijvoorbeeld schilderdoeken, verf en kwasten Vraag de jongeren om een rustige plek in de ruimte te zoeken en een gemakkelijke houding aan te nemen. Laat hen hun ogen sluiten en volg de instructies op de download. Door middel van geleide meditatie tast je samen met de jongeren de ervaring van Maria, zoals deze in het evangelie van Johannes beschreven is, af. Rond het rustig af en praat even na aan de hand van de volgende vragen: - Wat viel je het meest op in het verhaal? - Wat raakte je? - Welke persoon en welke emotie vond je het meest belangrijk? Laat hen daarna een schilderij maken naar aanleiding van de meditatie en het gesprek. Het gaat hier niet om het werkstuk zelf, maar om wat hun gevoelens en verhaal hierbij zijn! Maak aan het einde van de tijd een rondgang langs de schilderijen aan de hand van de volgende vragen: - Wat heb je geschilderd, welk element van het verhaal staat het meest centraal? - Waarom heb je het op deze manier geschilderd? - Zou je iets aan het schilderij kunnen hebben, als je zo'n zelfde situatie of gevoel zou meemaken? Waarom (niet)? Tip: als de jongeren dit ook willen, zou je de schilderijen in de kerk een plaats kunnen geven tijdens de dienst op Paasmorgen. TOEGEVOEGDE WAARDE Doel: afsluiten van de bijeenkomst Tijdsduur: tien minuten

4 Nodig: foto's, pen en papier Vraag de jongeren de foto die ze aan het begin van de bijeenkomst hebben uitgezocht nog eens erbij te pakken. Laat hen in stilte nog eens lezen wat ze op de achterkant hebben geschreven. Zijn ze het er nog steeds mee eens? Of is de betekenis van de foto veranderd? Laat hen op de achterkant nog iets over Pasen schrijven. De foto kunnen ze meenemen naar huis en ergens neerzetten.

5