CO₂ - emissie footprint januari juni 2015

Transcriptie

1 CO₂ - emissie footprint januari juni 2015 Oktober 2015

2

3 Inhoudsopgave Inleiding 4 1. Energieaspecten CO 2 footprint Scope 1 Directe emissies Scope 2 Indirecte emissies Invloed van meetonnauwkeurigheden en onzekerheden Scope 1 & Scope 3 Indirecte emissies Reductiedoelstellingen CO2-emmissie Energie Management Programma Gerealiseerde maatregelen Geplande maatregelen /12

4 Inleiding Deze CO₂ rapportage geeft inzicht in de CO₂ footprint van Agmi Traffic over het eerste half jaar van Tevens worden de reductiedoelstellingen en voorgenomen maatregelen ter reductie van CO₂ uitstoot aangegeven. Met deze rapportage verantwoordt Agmi haar CO 2 -prestaties aan interne en externe partijen in het kader van de CO 2 -Prestatieladder. Gehanteerde normen NEN-ISO : 2006 GHG-protocol a corporate accounting and reporting standard; Handboek CO 2 -Prestatieladder 2.1 SKAO Agmi Traffic BV RVV / Alisa Structures Tunnels & Lighting Verantwoordelijk persoon Statutair verantwoordelijk persoon voor de rapporterende organisatie is directeur dhr. G. Zwart, algemeen directeur van Agmi Traffic BV. Basisgegevens bedrijf Naam: Agmi Traffic BV Bezoekadres: Steenweg 11b Postcode: 5932 AC Plaats: Tegelen Postadres: Postbus 3028 Postcode: 5930 AA Plaats: Tegelen Telefoon: Fax: info@agmi.nl Web-pagina: 4/12

5 1. Energieaspecten Het primaire proces van Agmi betreft het ontwerpen, produceren, beheren en onderhouden van verschillende typen bewegwijzeringsystemen en bijbehorende bevestigingsconstructies. De producten worden in opdracht van derden gefabriceerd waarbij de werkzaamheden voor het plaatsen van de producten worden verricht door de aannemer die is ingeschakeld door de hoofdaannemer van het project. De energieaspecten zijn ingedeeld naar scope 1 en scope 2 conform de CO 2 -Prestatieladder. De richtlijnen van Stichting Klimaatvriendelijk Aanbesteden en Ondernemen (SKAO) worden daarbij gevolgd. De volgende energieaspecten in scope 1, 2 en 3 zijn geïdentificeerd: Scope 1 - Aardgasverbruik voor verwarming van de gebouwen en de moffeloven. - Brandstof verbruik van het leasewagenpark (diesel en benzine). - Brandstof verbruik eigen bedrijfsauto s (diesel en benzine). Scope 2 - Emissies ten gevolge van het elektriciteitsverbruik in de gebouwen. - Emissies van zakelijke kilometers die zijn afgelegd met privé-auto s. - Emissies van woon-werk kilometers die worden vergoed door de werkgever. - Emissies vrijgekomen door zakelijke vliegreizen. Scope 3 - Ingekocht papier; emissies die zijn vrijgekomen doordat Agmi papier en drukwerk heeft ingekocht. - Transport producten/ leveranciers; emissie van vervoer km s als gevolg van levering van grondstoffen en aflevering van producten. - Afval; emissies die vrijkomen bij verwerking van het bedrijfsafval. 5/12

6 2. CO 2 footprint In dit hoofdstuk worden de geïnventariseerde energieaspecten en CO 2 -emissies aangegeven. CO2-Footprint; 1e half jaar; emissie ton CO2 1 e hlfj 2015 perc. van totaal 1 e hlfj 2015 emissie ton CO2 1 e hlfj 2014 perc. van totaal 1 e hlfj 2014 emissie ton CO2 1 e hlfj 2013 perc. van totaal 1 e hlfj 2013 SCOPE 1 (Ingekochte brandstoffen) Aardgas % % 137, % Diesel (vervoer) % % 72, % Benzine (vervoer) % % 9,66 2.9% Sub totaal ,12 SCOPE 2 (Energie verbruik) Elektriciteit % % 77, % Zakelijk vervoer gedeclareerde km's % % 3,77 1.1% woon- werkverkeer % % 37, % vliegverkeer % % Sub totaal ,83 Totaal SCOPE 3 (Indirecte emissie) Papier verbruik ,2% % ,4% Transport % % ,7% Afval % % % Sub totaal Totaal ton 447 ton 493 ton ( ton) % tov % -14% -4.25% Uit bovenstaande blijkt dat de CO2-emmissie in 2015 en 2014/2013 sterk is afgenomen, 33% t.o.v Daarmee is de doelstelling van 15% CO2 vermindering ruimschoots gehaald. afval CO2 1e hlf jaar 2015 energie gas Door de invoering van groene stroom is nu de CO 2 -emmissie in het 1 e half jaar voor circa 34% (vh totaal) veroorzaakt door het aardgasverbruik, en 0.8% elektriciteit in het kantoor en productie. Het afval heeft een aandeel van 24% transport gr+pr vervoer mdw energie elek verzoer zakelijk De brandstof van het wagenpark, het woonwerk verkeer en transport van grondstoffen en producten heeft een aandeel van 41% Agmi is in 2015 overgegaan naar de inkoop van groene stroom en zal in het 2 e half jaar nog meer reductie van de CO2 uitstoot realiseren. 6/12

7 2.1 Scope 1 Directe emissies In onderstaande tabel zijn de directe emissies, scope 1, weergegeven. SCOPE 1 Directe CO2 emissies Eenheid Totaal verbruik Conversiefactor kgco2 Totaal emissie tonco2 Percentage (van scope 1) Ingekochte aardgas m , ,20 67,1% Personenauto's en lichte bedrijfswagens Ingekochte diesel ltr ,135 46,56 26,6% Ingekochte benzine ltr ,78 11,03 6,3% Overige energiedragers Protegon 20 m3 0 0,365 0,000 0,0% Tabel: totaal overzicht Scope 1, 1 e helft 2015 Totaal scope 1: 174,8 100% De totale directe emissie van scope 1 bedraagt 175 ton en is daarmee 51% van de totale uitstoot e half jaar Scope Aardgasgebruik De uitstoot van scope 1 wordt veroorzaakt door het gebruik van aardgas voor verwarming van de kantoren en productieruimte. Daarnaast wordt in het productieproductieproces aardgas gebruikt voor de verwarming en de moffelovens in de lakkerij. In 2015 was het aardgasverbruik 117 ton CO 2, in ton CO 2, in ton De toename van dit verbruik is te wijten aan de zachte winter van 2014 met een veel lager aantal graaddagen en een verminderde omzet waardoor de moffelovens minder gebruikt zijn Brandstofgebruik van het eigen wagenpark Binnen scope 2 is bijna de helft 57% van de uitstoot is toe te wijzen aan het brandstofverbruik van het eigen wagenpark. Dit betreffen zowel leaseauto s als een drietal eigen bedrijfswagens. Ten opzichte van 2014/2013 is hier een afname daar zuinigere auto s en een vermindering van het aantal lease auto s. Overige energiedragers Voor het lassen van productonderdelen wordt nog maar minimaal gebruik gemaakt van het gas Protegon 20, dat voor 20% uit CO 2 bestaat. Voor het lassen van de portalen wordt Argon gebruikt welke geen CO 2 uitstoot heeft. 7/12

8 2.2 Scope 2 Indirecte emissies In deze paragraaf worden de geïnventariseerde energieaspecten die leiden tot indirecte CO 2 - emissies, scope 2, in detail beschreven. SCOPE 2 Indirecte CO2 emissies door energieopwekking Eenheid Totaal verbruik Conversiefactor kgco2 Totaal emissie tonco2 Percentage (van scope 2) Elektriciteitsverbruik kantoor, loodsen kwh ,015 3,1 9,2% Zakelijk verkeer privéauto Gedeclareerde km's km 781 0,21 0,2 0,5% Woon-werk verkeer (vergoed) km ,21 28,9 86,4% Zakelijke vliegtuigreizen Retourvluchten > km km ,135 1,3 4,0% Tabel: totaal overzicht Scope 2, 1 e helft 2054 Totaal scope 2: 33,5 100% e half jaar Scope De indirecte CO 2 -emissies door scope 2 bronnen is grotendeels door de inkoop van groene stroom nog maar (3.1 ton - 9.2%) in het kantoor en in de productieruimte. Heet merendeel (29 ton - 87%) van de uitstoot binnen scope 2 wordt veroorzaakt door zakelijke kilometers die werknemers hebben gereden in hun privé-auto s. Dit is op te delen in zakelijke kilometers die worden afgelegd naar niet-standplaats locaties en de woonwerkkilometers die worden vergoed door de werkgever. Er is in het eerste half jaar van 2015 een kleine bijdrage (1,3 ton - 4%) in de uitstoot als het gevolg van (incidentele) zakelijke vliegreizen. Door de inkoop van groene stroom is de totale CO2 emissie van scope verminderd tot 33 ton. 8/12

9 2.3 Invloed van meetonnauwkeurigheden en onzekerheden Scope 1 & 2 Scope 1 Het jaarverbruik van aardgas is gebaseerd op de meterstandstanden van de aardgasmeter die maandelijks door Agmi wordt opgenomen. Deze gegevens worden doorgegeven aan de gebouweigenaar die deze als verbruiksgegevens doorgeeft aan het energiebedrijf voor de facturatie. Daarnaast worden deze gegevens ook maandelijks geadministreerd door de KAMcoördinator van Agmi in een digitaal systeem. Het kantoorgedeelte en de productiehal zijn aangesloten op één hoofdmeter, waardoor een verdere specificatie niet mogelijk is. Deze gegevens worden als voldoende betrouwbaar geacht voor het berekenen van het jaarverbruik. De gegevens over het brandstofverbruik van het wagenpark (zowel leaseauto s als eigen auto s) zijn gebaseerd op de tankgegevens van de brandstofpassen. Op deze wijze wordt per kenteken het aantal getankte liters brandstof per tankbeurt geregistreerd, gespecificeerd naar diesel en euro loodvrij benzine. De brandstof is gebaseerd op de werkelijke hoeveelheid ingekochte hoeveelheid brandstof en dus betrouwbaar. Het verbruik van het gas Protegon is berekend door de beginvoorraad te vermeerderen met de bestellingen en vervolgens is de eindvoorraad hier weer vanaf getrokken. Deze wijze van administreren wordt als voldoende betrouwbaar bevonden. Voor de berekeningen zijn, met uitzondering voor Protegon20, de conversiefactoren gebruikt zoals opgenomen in het Generieke handboek CO2-Prestatieladder versie 2.1. Voor de conversiefactor voor Protegon 20 is gerekend met de waarden zoals deze staan vermeld op het productblad van The Linde Group. Scope 2 De hoofdelektriciteitsmeter is voorzien van telemetrie waarmee maandelijks de verbruiken worden opgenomen door het energiebedrijf. Tevens worden handmatig aan het begin van iedere maand de meterstanden van de hoofdmeter opgenomen door Agmi en geadministreerd. Na ontvangst van de factuur van de energieleverancier worden deze gegevens gecontroleerd aan de hand van de eigen opgenomen standen. Bij de berekening van de CO 2 -uitsoot is uitgegaan van de telemetrie gegevens waardoor een betrouwbaar verbruik is toegepast. De meetgegevens van het brandstofverbruik van privé auto s waarmee zakelijke ritten zijn gemaakt, zijn afkomstig uit de salarisadministratie en betreffen het totaal aan gedeclareerde kilometers voor zakelijke reizen in Voor het woon-werk verkeer is vanuit de salarisadministratie vastgesteld welke werknemers een vergoeding hiervoor ontvangen en hoeveel dagen per week werkzaam zijn. Vervolgens is aan de hand van een routeplanner de reisafstand bepaald tussen het woonadres en het adres van Agmi in Tegelen. Op basis van het aantal werkweken is de totale kilometrage per jaar per desbetreffende werknemer berekend. Voor beide categorieën geldt dat het niet gespecificeerd is welk type brandstof of motorklasse het betreft, vandaar dat is gerekend met de conversiefactor voor de categorie Brandstoftype niet bekend. Voor het berekenen van de vliegkilometers is gebruik gemaakt van de afstanden tussen de vliegvelden en berekend d.m.v. de site Deze gegevens zijn hemelsbreed en daardoor niet de exacte verbruik cijfers, echter de uitstoot is een zeer klein (1%) van de totale CO 2 -uitstoot. 9/12

10 2.4 Scope 3 Indirecte emissies Een volledige inventarisatie van de scope 3 emissie is geen vereiste voor de CO 2 - Prestatieladder. Voor deze scope is het papierverbruik, transport en afval in kaart gebracht aan de hand van de facturen van leveranciers, papierleverancier en drukkerij, afval verwerker en transporteur. SCOPE 3 Overige indirecte CO2 emissies 1e half jaar Eenheid Totaal verbruik Conversiefactor kgco2 Totaal emissie tonco2 Percentage (van scope 3) Papier verbruik kg ,68 1,2% transport naar klant km ,89 32,5% transport van leverancier km ,06 5,8% Afval kg ,53 60,5% Tabel: totaal overzicht Scope 3, 1 e helft 2015 Totaal scope 3: 138,16 100,0% e half jaar Scope Het eerste half jaar was van scope 3 de CO 2 uitstoot in ton, in ton en in ton en in ton. Er is een geringe afname omdat de uitstoot in scope 3 stabiliseert m.b.t. afval en transport-km. Het transport naar de klant (32%) en het afval (61%) hebben in scope 2 de grootste bijdragen. Het papierverbruik is door de digitalisering tot 1% gereduceerd. 10/12

11 3. Reductiedoelstellingen 3.1 CO2-emmissie Doelstelling De reductiedoelstelling CO2-emissie van Agmi is voor de periode : - scope 1: 3% in een periode van 5 kalenderjaren (gemiddeld 0.6% per jaar) ten opzichte van het basisjaar scope 2: 5% in een periode van 5 kalenderjaren (gemiddeld 1% per jaar) ten opzichte van het basisjaar scope 3: 5% in een periode van 5 kalenderjaren (gemiddeld 1% per jaar) ten opzichte van het basisjaar Resultaat: De CO2-emmissie in zijn totaliteit per half jaar is sterk gedaald (521 in 2011 naar 346 in 2015). Een totale reductie van 33.6 % t.o.v. het basisjaar wat dus binnen de doelstelling valt. hlfjaar hlfjaar hlfjaar hlfjaar hlfjaar energie gas verzoer zakelijk energie elek vervoer mdw transport gr+pr afval + papier hlfjaar hlfjaar hlfjaar hlfjaar hlfjaar scope 1 scope 2 scope 3 totaal scope scope scope totaal Conclusie 1e half jaar resultaat tov scope 1 27,6% 40,4% 5,8% 12,2% scope 2 1,6% -5,6% 7,9% -73,8% scope 3-15,5% -33,1% -34,3% -42,3% Totaal 1,5% -4,4% -12,1% -33,6% energie gas verzoer zakelijk energie elek vervoer mdw transport gr+pr afval + papier Het resultaat voor scope 1 (0.6 % per jaar) wordt hoofdzakelijk bepaald door het gas verbruik en is sterk afhankelijk van de verwarming van de ruimten. In het jaarverbruik (zie verslag over geheel 2014) zien we een vermindering in de halfjaar resultanten zien we geen vermindering (+12%). Het resultaat voor scope 2 (1% per jaar) is sterk gedaald door de invoering van groene elektriciteit en wordt de doelstelling ruimschoots gehaald (-74%). Het resultaat voor scope 3 (1% per jaar) valt door de afval reductie ruim binnen de doelstelling (-42%). 11/12

12 3.2 Energie Management Programma Gerealiseerde maatregelen De volgende maatregelen zijn gerealiseerd. - Inkoop van groene stroom (vanaf ) - Elektrisch oplaadpunt voor auto s - Lease van auto s met A-label of <25% bijtelling. Er zijn nu nog maar 2 auto s (van de 10) die geen A-label zijn. - Cradle to cradle certificaat VICA portalen Geplande maatregelen De volgende maatregelen zijn in de planning opgenomen om de komende periode (2015) te realiseren. - Energie zuinigere verlichting in de productie hal - Reduceren van het gasverbruik betreffende verwarming van de productiehal. 12/12