An Van den Bossche Dirk Van Lierde

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "An Van den Bossche Dirk Van Lierde"

Transcriptie

1 MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP CENTRUM VOOR LANDBOUWECONOMIE ONDERZOEK NAAR HET GEBRUIK VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN IN WINTERGERST, CICHOREI VOOR INULINE PRODUCTIE, SIERTEELT ONDER GLAS EN APPEL IN 2001 An Van den Bossche Dirk Van Lierde augustus 2003

2 VOORWOORD De gegevens van deze analyse werden verzameld door de land- en tuinbouwboekhouders van de afdeling Boekhoudkundige en Financiële Analyses van het Centrum voor Landbouweconomie onder leiding van ir. L. Vanorlé. Wij danken de leden van de Wetenschappelijke Raad voor Fytofarmacie voor hun opbouwende kritiek en de begeleiding die zij bij het tot stand brengen van deze analyse verstrekten.

3 INHOUDSOPGAVE Inleiding 3 1. Gegevensverzameling en methode Gebruik van het CLE boekhoudnet Materiaal Controle Methode Verbruik per hectare en penetratiegraad Verbruik per landbouwstreek en voor het Rijk 7 2. Wintergerst Arealen Gebruik van middelen op niveau van het Rijk Herbiciden Fungiciden Insecticiden Groeiregulatoren Overige producten Gebruik van middelen op niveau van de streken Gegevenstabellen Tabellen actieve stoffen wintergerst over het Rijk Tabellen actieve stoffen wintergerst per streek Cichorei voor inuline productie Arealen Gebruik van middelen op niveau van het Rijk Herbiciden Fungiciden Insecticiden Overige producten Tabellen actieve stoffen cichorei voor inuline over het Rijk Sierteelt onder glas Arealen Gebruik van middelen op niveau van het Rijk Herbiciden Fungiciden Insecticiden Acariciden Groeiregulatoren Overige producten Gegevenstabellen Tabellen actieve stoffen sierteelt onder glas over het Rijk Tabellen actieve stoffen azalea over het Rijk Appelteelt Arealen

4 5.2. Gebruik van middelen op niveau van het Rijk Herbiciden Fungiciden Insecticiden Acariciden Groeiregulatoren Overige producten Tabellen actieve stoffen laagstam appel over het Rijk

5 - Wintergerst - INLEIDING Door het Fonds voor de grondstoffen werd aan het Centrum voor Landbouweconomie (CLE) de opdracht gegeven om een studie te maken naar het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen in een aantal gewassen. In principe liep dit onderzoek over een periode van drie jaar, maar het werd uitgebreid met een bijkomend vierde jaar. In elk van die jaren wordt het verbruik van gewasbeschermingsmiddelen van een aantal teelten bestudeerd. In het verleden werd door het CLE reeds medewerking verleend aan dergelijke studies die werden uitgevoerd door de Wetenschappelijke Raad voor Fytofarmacie. De gegevens worden verzameld in het boekhoudnet van het CLE en worden door het CLE verwerkt in voorliggende analyse. Het doel is om voor een aantal teelten na te gaan welke gewasbeschermingsmiddelen worden gebruikt en hoeveel van elk gewasbeschermingsmiddel wordt verbruikt. De handelsproducten worden vervolgens omgezet tot de actieve stoffen die zij bevatten en ook voor deze worden het gebruik en de gebruikte hoeveelheden berekend. Er wordt nagegaan hoeveel bedrijven een bepaald product gebruiken, hoe groot de oppervlakte is die met het product wordt behandeld en hoeveel product er per hectare wordt gebruikt. Dit wordt gedaan op niveau van het Rijk en van de landbouwstreek. Tevens worden via een extrapolatiemethode de hoeveelheden geraamd die op niveau van het Rijk en de landbouwstreek door alle landbouwers die deze teelt in hun teeltplan hebben worden gebruikt. Hierbij moet opgemerkt worden dat alle gewasbeschermingsmiddelen, gebruikt in de volledige teelt, dus ook vlak vóór en kort na de teeltperiode en op de perceelsranden, worden opgenomen. Voor het boekjaar 2001 werden volgende teelten bestudeerd: wintergerst, cichorei voor inuline productie, sierteelt onder glas en laagstam appel. Voor alle teelten worden de middelen beschouwd die voor de volledige teelt met oogstjaar 2001 werden gebruikt. Waar mogelijk, werden de gegevens voor 2001 vergeleken met voorgaand onderzoek uitgevoerd in opdracht van het Fonds voor de grondstoffen. Voor wintergerst werden de resultaten van 2001 vergeleken met de resultaten van dezelfde teelt voor de jaren en (zie tabellen 2.1 tot en met 2.7) en voor appel met 1998 (zie tabellen 5.1 tot en met 5.5). De teelten die in deze analyse worden bestudeerd bestrijken een kleine 4,4 pct. van het Belgisch landbouwareaal zoals blijkt uit figuur

6 - Wintergerst - wintergerst 2,63% cichorei 1,05% appel 0,64% azalea 0,03% sierteelt onder glas 0,04% overige teelten 95,62% Figuur 1. Aandeel van de in de analyse bestudeerde teelten in het totale teeltareaal van de Belgische landbouwteelten in mei landbouwtelling 2001 van het Nationaal Instituut voor de Statistiek. De gegevens worden in tabellen per teelt vermeld. Bij elke teelt worden de stoffen gerangschikt volgens toepassingsgebied: herbiciden, fungiciden, insecticiden, acariciden, groeiregulatoren,

7 - Wintergerst - 1. GEGEVENSVERZAMELING EN METHODE 1.1. Gebruik van het CLE boekhoudnet Het CLE beschikt over een boekhoudnet dat als representatief kan worden beschouwd voor de Belgische land- en tuinbouw. Het boekhoudnet omvat een tal boekhoudingen van landbouwbedrijven en een 350-tal boekhoudingen van tuinbouwbedrijven. Algemeen wordt aanvaard dat dit boekhoudnet representatief is voor de populatie van de Belgische land- en tuinbouwbedrijven met een professioneel karakter. Het CLE heeft bovendien heel wat ervaring met de weging van boekhoudresultaten tot representatieve gegevens van de populatie of deelpopulaties (bedrijfstypes, landbouwstreken, enz.). In die optiek en omdat het CLE tijdens voorgaande jaren reeds heel wat medewerking heeft verleend aan de studies in verband met het verbruik van gewasbeschermingsmiddelen die voor de dienst grondstoffen werden uitgevoerd, werd het CLE aangezocht om zelf dergelijke studies uit te voeren. Elk jaar wordt op de bedrijven van het CLE boekhoudnet voor een aantal verschillende teelten het verbruik van gewasbeschermingsmiddelen genoteerd. De verzamelde gegevens worden verwerkt in een analyse Materiaal Zoals reeds werd vermeld, zijn de gegevens afkomstig uit het boekhoudnet van het CLE. Om de analyse uit te voeren werden door de boekhouders aan de bedrijfsleiders een aantal bijkomende gegevens gevraagd. Er werd een softwareprogramma ontworpen waarmee de boekhouders voor elk van de bestudeerde teelten de oppervlakte en een aantal andere gegevens kunnen invoeren. Verder wordt voor elk gewasbeschermingsmiddel dat voor een teelt wordt gebruikt de hoeveelheid en de waarde van het gewasbeschermingsmiddel genoteerd. Dit laatste laat een goede controle toe bij de afsluiting van de boekhouding omdat de totale waarde van de gewasbeschermingsmiddelen die in de boekhouding wordt vermeld gelijk moet zijn aan de som van de waarden van de afzonderlijke gewasbeschermingsmiddelen die voor de betreffende teelt via het softwarepakket werden ingebracht. Ter informatie wordt ook de eenheidsprijs vermeld (zowel bij het invoeren op het scherm, als bij het maken van de listings achteraf), dit laat toe om fouten bij het inbrengen op te sporen (vooral fouten in verband met de gebruikte eenheden, of het vergeten van cijfers in een getal, of gewoon het vergeten invoeren van een product). Bij het inbrengen van de gegevens heeft de boekhouder de keuze uit de volledige officiële lijst van de erkende handelsproducten. Er is uiteraard ook een mogelijkheid voorzien om het eventueel gebruik van niet erkende producten, of recent erkende producten aan te geven. Deze laatste worden dan bij de latere verwerking verder geanalyseerd

8 - Wintergerst Controle De aldus verzamelde gegevens komen van bij de provinciale boekhoudbureaus naar de Centrale Dienst in Brussel waar zij door de verantwoordelijke voor het project worden geanalyseerd op hun juistheid. De controles bestaan er o.a. in dat er per teelt lijsten worden afgedrukt met voor elk bedrijf de naam van de verbruikte handelsproducten, de hoeveelheid die per hectare werd gebruikt, de waarde per hectare en de waarde per eenheid product. Deze gegevens worden op verschillende manieren gesorteerd zodat gemakkelijk te controleren is of de opgegeven informatie correct is (de gegevens worden bijvoorbeeld gesorteerd volgens prijs per eenheid product waarbij onmiddellijk registraties met afwijkende prijzen opvallen, dit kan wijzen op fouten). In geval er onduidelijkheden zijn in de opgegeven informatie wordt de betrokken boekhouder verder ondervraagd. Via een ontworpen software worden de handelsproducten omgezet naar de actieve stoffen die zij bevatten waarbij de hoeveelheid van elke actieve stof wordt berekend. Deze omzetting is ook gebaseerd op de informatie die begrepen is in de officiële lijst van erkende producten. Ook deze gegevens worden andermaal gecontroleerd op hun juistheid Methode De aldus verwerkte en gecontroleerde gegevens worden vervolgens gebruikt in een analyse waarbij o.a. een aantal tabellen worden opgesteld met de gegevens in verband met het gebruik van de actieve stoffen per teelt. De elementen die een rol spelen in de voorstelling van de gegevens en de totale verbruiken die in de analyse worden berekend, worden in volgende paragrafen toegelicht Verbruiken per hectare en penetratiegraad In de tabellen die voor elke teelt worden opgesteld, wordt een overzicht gemaakt van de actieve stoffen die door de landbouwers van de steekproef worden gebruikt. Hierbij worden de oppervlaktes van de percelen die met eenzelfde actieve stof worden behandeld samengeteld en wordt ook de totale hoeveelheid van de actieve stof samengeteld. Er wordt dan berekend welke hoeveelheid van de actieve stof wordt gebruikt per hectare. De gegevens hebben dus betrekking op de hoeveelheden per hectare van de actieve stof die door de bedrijven van de steekproef wordt gebruikt, dit uitgedrukt per hectare teelt die met de stof werd behandeld. Op basis van deze gegevens kan ook de penetratiegraad van de actieve stof worden bepaald, deze is dan het percentage van de landbouwers in de steekproef die de betreffende stof hebben gebruikt. Er kan ook worden bepaald op welk deel van het areaal t.o.v. het totale areaal in de steekproef de betreffende actieve stof werd gebruikt

9 - Wintergerst Verbruiken per landbouwstreek en voor het Rijk Voor de berekening van het totale verbruik van de verschillende gewasbeschermingsmiddelen en actieve stoffen per landbouwstreek en voor het Rijk werd een extrapolatiemodel uitgewerkt dat hierna kort wordt beschreven. Uit voorgaande studies van het Fonds voor de grondstoffen weet men dat, om op een zelfde gewas een zelfde ziektebeeld of parasiet te bestrijden, de bedrijfsleiders de keuze hebben uit een groot aantal verschillende actieve stoffen. Het gebruik van een bepaalde stof kan regionaal meer verspreid zijn dan in een andere regio (o.a. afhankelijk van de publiciteit en de inzet van de regionale verdelers van gewasbeschermingsmiddelen). Ook kan afhankelijk van de grondsoort en plaatselijke omstandigheden de infectiedruk voor een bepaalde parasiet groter of kleiner zijn dan in een andere streek. Dit betekent dat het niet voldoende is om een voldoende representatief aantal bedrijven in de steekproef te hebben voor bijvoorbeeld een bepaalde landbouwstreek, maar dat er ook binnen die landbouwstreek geografisch een goede verdeling van de bedrijven moet zijn. Aangezien het aantal bedrijven in de steekproef beperkt is, betekent dit dat men een aangepast extrapolatiemodel moet opstellen dat eventuele correcties doorvoert. Hoe dit extrapolatiemodel werkt kan worden toegelicht aan de hand van het voorbeeld van wintergerst in de Condroz (zie figuur 2). Figuur 2. Ligging van de landbouwstreken in België - 7 -

10 - Wintergerst - De Condroz strekt zich uit over drie provincies: Henegouwen, Luik en Namen. Het gebied waarover deze streek zich uitstrekt is dan ook vrij groot en men mag aannemen dat in deze streek heel wat variatie voorkomt in behoefte aan middelen (omwille van o.a. verschillende infectiedruk). Om dit zo goed en nauwkeurig mogelijk weer te geven werd de Condroz ingedeeld in verschillende strata of cellen. Aanvankelijk werd gewerkt met cellen die bestonden uit de gebieden die tot de Condroz behoorden en in een zelfde arrondissement gelegen waren. Dit bleken echter te kleine strata te zijn en daarom werden de strata vergroot tot de gebieden van de Condroz die bij een zelfde provincie behoorden. Binnen elk van de aldus gevormde cellen, en dat zijn er in dit voorbeeld dus drie, werd vervolgens het aantal bedrijven uit de steekproef bepaald en werd het areaal wintergerst van de bedrijven in de steekproef bepaald. Dit werd vervolgens, cel per cel, vergeleken met het aantal bedrijven en het areaal dat volgens de landbouwtelling in deze cellen voorkomt. Men kon dan de cijfers van de steekproef vergelijken met deze van de telling en nagaan of het areaal in de steekproef voldoende groot was in verhouding met dit in de telling om betrouwbaar te zijn. Was het areaal in de steekproef te klein, of waren er in het geheel geen waarnemingen, dan werd overgegaan tot een hergroepering met de naburige cel. Op vraag van de begeleidingscommissie bleef deze hergroepering beperkt tot cellen van dezelfde landbouwstreek. Na hergroepering werd opnieuw nagegaan of het areaal van de steekproef voldoende groot was in vergelijking met het areaal van de populatie, indien dit niet het geval was werden opnieuw cellen toegevoegd. Vervolgens werd het verbruik van middelen per hectare berekend op basis van de gegevens van de bedrijven van de steekproef in de cel, of de gehergroepeerde cellen. Tenslotte werden voor elke cel de aldus bekomen gemiddelden per hectare vermenigvuldigd met het areaal dat volgens de landbouwtelling in de betreffende cel voorkomt om aldus het totale verbruik aan middelen voor een bepaalde teelt (in dit geval wintergerst) in de landbouwstreek te bekomen. Door een sommatie te maken over alle landbouwstreken bekomt men vervolgens het totale verbruik voor het Rijk. In het voorbeeld van de teelt van wintergerst in de Condroz was het areaal in de populatie en het aandeel van het areaal van de steekproefbedrijven tot dit areaal als volgt: Provincie areaal populatie (NIS) aandeel bedrijven steekproef t.o.v. NIS Henegouwen ha 2,7 % Luik ha 1,2 % Namen ha 5,1 % - 8 -

11 - Wintergerst - Men kan vaststellen dat voor de provincie Luik in de steekproef slechts 1,2 pct. van het areaal vertegenwoordigd is. Om een betrouwbaarder beeld te krijgen van het verbruik, voegt men deze cel samen met de dichtstbijzijnde cel, dit is in dit geval de Condroz in Namen. Er wordt van uit gegaan dat het middelenverbruik in de aangrenzende cel dit van de cel zelf dicht benadert. Bij de berekening gaat men te werk alsof ook de bedrijven van de steekproef in Namen in de cel van Luik zouden liggen. Men berekent dan voor elke actieve stof de verbruikte hoeveelheden van de steekproefbedrijven van Namen en Luik samen. Dan berekent men de gemiddelde verbruiken per hectare, en om het totaal voor de cel Luik te kennen vermenigvuldigt men deze verbruiken met 2.123, dit is het aantal hectare in de Condroz van Luik. Op deze manier bekomt men een betere raming voor het verbruik in deze cel. Aangezien wordt aangenomen dat in de twee andere cellen het areaal in de steekproef voldoende vertegenwoordigd is, worden voor deze twee cellen de verbruiken berekend op basis van de bedrijven uit deze cellen in de steekproef (voor Namen worden dus opnieuw de bedrijven uit de steekproef van de Condroz in Namen gebruikt). In feite komt het erop neer dat men getracht heeft om een beter representatief beeld te krijgen van de Condroz in Luik door het verbruik in deze cel gelijk te stellen aan het verbruik van de bedrijven uit de steekproef van Namen en Luik samen. Deze methode biedt als voordeel dat door dit systeem van extrapoleren optimaal rekening wordt gehouden met de regionale verdeling binnen een landbouwstreek. Nadeel is echter dat de som van de totale verbruiken vóór hergroepering lichte afwijkingen kan geven met de som van de verbruiken na hergroepering. Deze methode geeft echter de meest betrouwbare resultaten voor de totale verbruiken per landbouwstreek en voor het Rijk. Uit de gegevens van de tabellen blijkt dat tussen beide berekeningsmethoden voor de bestudeerde teelten weinig verschillen bestaan. Dit wijst op een goede spreiding van de steekproefbedrijven en een grote betrouwbaarheid van de resultaten. Anderzijds is het zo dat naarmate men naar kleinere aggregaten gaat, zoals de landbouwstreken, de methode van het hergroeperen een gepast algoritme is dat uitzonderlijke gevallen van slechte representativiteit automatisch opvangt. In de tabellen vindt men dan ook naast de kolommen met de gebruikte hoeveelheden per hectare die vóór hergroepering worden berekend (zie punt ) de totale hoeveelheden van de stoffen die in de betreffende landbouwstreek of in het Rijk werden gebruikt. Bij de berekening van deze totalen werd in een aantal gevallen overgegaan tot hergroepering van de strata om meer betrouwbare gemiddelde verbruiken per hectare te bekomen. Doordat gehergroepeerd wordt, speelt het toeval van de samenstelling van de steekproef een kleinere rol omdat het systeem er voor heeft gezorgd dat indien er te weinig bedrijven zijn in een stratum de betrouwbaarheid van de gegevens werd vergroot door het aantal waarnemingen groter te maken en dit door samenvoeging met een verwant stratum. Deze samenvoeging heeft slechts tot doel om de betrouwbaarheid van het berekende totaal verbruik te verhogen. Uiteindelijk hebben de twee methoden hun eigen voor- en nadelen - 9 -

12 - Wintergerst - afhankelijk van het gebruik dat men wil van maken van de vermelde cijfers. Het leek aangewezen beide gegevens op te nemen in de tabellen zodat er een maximum aan informatie ter beschikking komt van het Fonds. Tenslotte dient te worden opgemerkt dat voor het bepalen van de penetratiegraad, dit is het aantal bedrijven dat de actieve stof gebruikt, er geen hergroepering werd doorgevoerd van strata

13 - Wintergerst - 2. WINTERGERST 2.1. Arealen Het totale areaal wintergerst bedraagt volgens de landbouwtelling van het NIS in hectare, de teelt komt voor op bedrijven. Per landbouwstreek is de verdeling van het areaal als volgt: oppervlakte(ha) aantal bedrijven Zandstreek 817, Kempen 625, Zandleemstreek 5.670, Leemstreek , Condroz , Famenne 2.002, Overige streken 1.642, Rijk , De verdeling per provincie ziet er uit als volgt: oppervlakte(ha) aantal bedrijven Antwerpen 189,95 77 Vlaams-Brabant en Brussel HG 4.862, Waals-Brabant 3.399, West-Vlaanderen 761, Oost-Vlaanderen 1.040, Limburg 2.357, Henegouwen 6.498, Luik 5.795, Namen , Luxemburg 787, Wintergerst komt dus vooral voor in de Leemstreek (40,6 pct. van het areaal), de Condroz (30,0 pct.) en de Zandleemstreek (15,5 pct.). In deze drie streken samen vindt men 86,1 pct. van het totale wintergerstareaal in België. Verder kunnen nog de Famenne (5,5 pct.) en de Zandstreek (2,2 pct.) worden vermeld. De grootste arealen per bedrijf vindt men in de Condroz met gemiddeld 10,3 hectare en in de Famenne met gemiddeld 7,3 hectare per bedrijf. Het gemiddeld areaal wintergerst op niveau van het Rijk bedraagt 5,2 hectare per bedrijf. De belangrijkste provincie is de provincie Namen met 29,7 pct. van het areaal gevolgd door Henegouwen met 17,8 pct., Luik met 15,9 pct. en Vlaams-Brabant (samen

14 - Wintergerst - met het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (0,1 pct. van areaal)) met 13,3 pct. van het Belgische areaal. De gegevens die in deze analyse voor wintergerst worden vermeld hebben betrekking op het teeltjaar , dus gezaaid in 2000 en geoogst in In de volgende tabellen worden de verbruiken van de actieve stoffen vermeld. Eerst wordt een overzicht gegeven van de gebruikte actieve stoffen voor gans België, waarbij achtereenvolgens de herbiciden, fungiciden, insecticiden, groeiregulatoren en overige producten worden vermeld. Na de tabellen met de overzichten voor gans België worden de tabellen met dezelfde gegevens maar per landbouwstreek gegeven, enkel de landbouwstreken waar de teelt van wintergerst belangrijk is, worden vermeld Gebruik van middelen op niveau van het Rijk Op niveau van het Rijk bedragen de kosten van gewasbeschermingsmiddelen per hectare gemiddeld 130,56. In totaal wordt 3,05 kilogram actieve stof per hectare wintergerst gebruikt. Bij het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen kunnen volgende opmerkingen worden gemaakt: Herbiciden Het aantal actieve stoffen met herbicide werking die door de bedrijven van de steekproef in wintergerst worden gebruikt, bedraagt 45, verdeeld over 83 handelsproducten. Per hectare wordt gemiddeld 1,76 kilogram actieve stof met herbicide werking gebruikt. Globaal genomen worden voor 51,46 herbiciden per hectare wintergerst gebruikt. Bij de bodemherbiciden is isoproturon, met bladwerking tegen éénjarige grassen (vooral duist) en diverse dicotylen, het meest gebruikte middel. De actieve stof wordt op 56,1 pct. van het areaal gebruikt door 50,8 pct. van de wintergersttelers. Men vindt isoproturon terug in een groot aantal handelsproducten. Het wordt veel samen gebruikt met diflufenican in twee- tot vierledige mengsels. Diflufenican wordt toegepast op 26,3 pct. van het areaal en wordt door 23,3 pct. van de telers gebruikt. Het wordt nooit alleen toegepast maar steeds samen met andere actieve stoffen zoals isoproturon, ioxynil (resp. 16,8 pct. en 15,0 pct.), flurtamone (resp. 4,3 pct. en 3,6 pct.) en mecoprop-p (resp. 16,6 pct. en 11,9 pct. voor mecoprop en mecoprop-p samen). Chloortoluron wordt vooral kort na het zaaien gebruikt tegen éénjarige grassen en tweezaadlobbige onkruiden. Het wordt toegepast op 30,5 pct. van het areaal door 27,5 pct. van de telers. Pendimethalin (11,7 pct. van het areaal en 9,8 pct. van de telers) en trifluralin (7,6 pct. van het areaal en 6,2 pct. van de telers) worden soms bij chloortoluron toegevoegd om een betere werking tegen kleefkruid, muur, ereprijs, dovenetel en akkerviooltje te bekomen. Prosulfocarb, gebruikt ter bestrijding van éénjarige grassen en tweezaadlobbigen (o.a. muur en

15 - Wintergerst - kleefkruid), wordt toegepast op 10,2 pct. van het areaal en heeft een penetratiegraad van 11,9 pct. Om een betere doeltreffendheid te krijgen tegen kamille, ereprijs, dovenetels en akkerviooltje wordt prosulfocarb meestal samen gebruikt met isoxaben, soms kort na het zaaien, doch bij voorkeur in het 1 2 bladstadium van het gewas over kleine onkruiden. Afzonderlijk wordt isoxaben vooral kort na zaaien ingezet tegen tweezaadlobbige onkruiden, en meer in het bijzonder tegen onkruiden die gemakkelijk ontsnappen aan ureumverbindingen. Het wordt toegepast op 8,1 pct. van het areaal en door 8,8 pct. van de telers. Prosulfocarb en isoxaben worden duidelijk meer ingezet in wintergerst dan in wintertarwe. De reden hiervoor is dat wintergerst vroeger wordt uitgezaaid met een snellere onkruidkieming tot gevolg bij nog hogere temperaturen. Van de herbicide groeistoffen, werkzaam tegen éénjarige probleemonkruiden, valt vooral fluroxypyr te vermelden. Het wordt toegepast op 33,3 pct. van het areaal en heeft een penetratiegraad van 26,4 pct. Ook mecoprop en mecoprop-p (samen op 16,6 pct. van het areaal en door 11,9 pct. van de telers gebruikt), met een analoog werkingsspectrum (kleefkruid en muur), zijn belangrijk. In geringere mate wordt ook dichloorprop en dichloorprop-p (samen op 6,6 pct. van het areaal en door 4,2 pct. van de wintergersttelers gebruikt) toegepast die eveneens doeltreffend zijn tegen duizendknopen (zoals perzikkruid, zwaluwtong en varkensgras). Tegen overblijvende onkruiden zoals akkerdistel, akkermelkdistel, wikke, zuringsoorten en akkerpaardenstaart gebruikt men vooral MCPA (9,3 pct. van het areaal en een penetratiegraad van 7,3 pct.), MCPB (resp. 0,8 pct. en 0,5 pct.) en 2,4-D (resp. 0,5 pct. en 0,5 pct.) worden nog weinig ingezet. Clopyralid (7,9 pct. van het areaal en 7,8 pct. van de telers) is zeer goed werkzaam tegen akkerdistel, akkermelkdistel en andere composieten zoals kamille en wordt dus vooral hiertegen ingezet. Van de contactherbiciden zijn ioxynil (16,8 pct. van het areaal en 15,0 pct. van de telers), tegen kamille, ereprijs en dovenetels, naast bifenox (resp. 9,3 pct. en 5,2 pct.) en carfentrazon-ethyl (resp. 1,8 pct. en 3,6 pct.) tegen probleemonkruiden zoals ereprijs, dovenetel, akkerviooltje en kleefkruid in diverse formuleringen nuttig. Fluoroglycofeen-ethyl (0,5 pct. van het areaal en 0,5 pct. van de telers) en bentazon (resp. 0,7 pct. en 1,6 pct.) zijn nagenoeg uit de praktijk verdwenen. De sulfonylureumverbindingen, na de opkomst toegediend in zeer lage doses tegen dicotyle onkruiden, hebben eveneens enig belang. Tribenuron-methyl, gebruikt op 19,4 pct. van het areaal en door 10,9 pct. van de telers, wordt het meest ingezet van deze groep. Naast tribenuron-methyl zijn er ook nog het recentere florasulam (resp. 17,3 pct. en 10,9 pct.) met een goede kleefkruid en dicotylen werking, maar ook metsulfuron-methyl (resp. 3,7 pct. en 5,7 pct.), amidosulfuron (resp. 8,9 pct. en 7,3 pct.) met een specifieke werking tegen kleefkruid en thifensulfuron-methyl (resp. 0,5 pct. en 1,0 pct.). Van de specifieke bladgramiciden wordt het meest beroep gedaan op imazamethabenz (23,3 pct. van het areaal en 14,5 pct. van de telers), naast fenoxaprop-p-ethyl

16 - Wintergerst - (+ mefenpyr-diethyl) (resp. 18,3 pct. en 14,0 pct.), alleen of in een formulering samen met isoproturon tegen bovenstaande duist, windhalm en wilde haver. De totaal herbiciden met bladwerking glyfosaat (1,8 pct. van het areaal en 2,6 pct. van de telers) en trimesium-glyfosaat (1,2 pct. van het areaal en 1,0 pct. van de telers) werden vermoedelijk ingezet als vóór-oogst behandeling tegen onkruidgrassen (kweek) en tweezaadlobbigen, vanaf het deegrijp stadium van de wintergerst. Uit de vergelijkende tabel 2.1 kan afgeleid worden dat de toediening van isoproturon in nagenoeg hetzelfde gebleven is in vergelijking met deze in (56,1 pct. van het wintergerst areaal vs. 59,1 pct.), naast deze van chloortoluron (30,5 pct. vs. 32,5 pct. in en 31,7 pct. in ). Ook diflufenican werd vrijwel in dezelfde mate ingezet in als in (resp. 26,3 pct. en 26,7 pct.); in (7,7 pct.) was dit herbicide slechts vrij recent in de handel. Het herbiciden gebruik in t.a.v. dit in is verhoogd voor de bladherbiciden fluroxypyr (33,3 pct. in vs. resp. 22,4 pct. in en 23,4 pct. van de oppervlakte in ), imazamethabenz-methyl (23,3 pct. vs. resp. 13,6 pct. en 2,6 pct. van de oppervlakte), tribenuron-methyl (19,4 pct. vs. 10,5 pct. in ), fenoxaprop- P-ethyl+mefenpyr-diethyl (resp. 18,3 pct. vs. 6,8 pct. en 2,2 pct.), amidosulfuron (8,9 pct. vs. resp. 5,8 pct. en 5,9 pct.) en van het bodemherbicide (met bladwerking) pendimethalin (11,7 pct. vs. resp. 5,9 pct. en 6,1 pct.). Anderzijds is de toediening afgenomen van mecoprop en mecoprop-p (16,6 pct. in vs. 20,2 pct. in en 34,1 pct. in ), wegens het hoger gebruik van nieuwere middelen tegen kleefkruid (o.a. fluroxypyr, florasulam en amidosulfuron). Ook de bodemherbiciden prosulfocarb (resp. 10,2 pct. vs. 26,3 pct. en 31,4 pct. van de oppervlakte) en isoxaben (8,1 pct. vs. resp. 26,3 pct. en 27,2 pct.) zijn fel achteruit gegaan. Tabel 2.1. : Evolutie (procentueel) van het gebruik van de voornaamste herbiciden in de wintergerstteelt in België Herbiciden Pct. behandelde oppervlakte Pct. gebruikers Isoproturon 35,7 59,1 56,1 36,2 50,2 50,8 Fluroxypyr 23,4 22,4 33,3 25,6 24,1 26,4 Chloortoluron 31,7 32,5 30,5 27,4 25,2 27,5 Diflufenican 7,7 26,7 26,3 7,7 23,7 23,3 Imazamethabenz-methyl 2,6 13,6 23,3 2,1 11,2 14,5 Tribenuron-methyl nog niet erkend 10,5 19,4 nog niet erkend 5,8 10,9 Fenoxaprop-P-ethyl (+ beschermstof mefenpyr-diethyl) 2,2 6,8 18,3 0,9 3,1 14,0 Florasulam nog niet erkend nog niet erkend 17,3 nog niet erkend nog niet erkend 10,9-14 -

17 - Wintergerst - Ioxynil 12,8 11,4 16,8 13,2 17,0 15,0 Mecoprop en mecoprop-p 34,1 20,2 16,6 29,1 16,1 11,9 Vervolg Tabel 2.1 Pct. behandelde oppervlakte Pct. gebruikers Pendimethalin 6,1 5,9 11,7 6,6 6,3 9,8 Prosulfocarb 31,4 26,3 10,2 25,2 25,5 11,9 Bifenox 12,4 10,3 9,3 11,7 8,0 5,2 MCPA 14,8 9,7 9,3 13,9 8,5 7,3 Amidosulfuron 5,9 5,8 8,9 4,9 4,5 7,3 Isoxaben 27,2 26,3 8,1 24,8 23,7 8,8 Clopyralid 1,1 8,0 7,9 1,3 10,3 7,8 Trifluralin 1,8 9,4 7,6 2,7 5,8 6,2 Dichloorprop en dichloorprop-p 15,0 6,8 6,6 10,8 5,4 4,2 Flurtamone nog niet erkend nog niet erkend 4,3 nog niet erkend nog niet erkend 3,6 Metsulfuron-methyl 5,6 5,7 3,7 4,1 5,4 5,7 Bromoxynil 0 1,5 2,9 0 2,4 2,1 Carfentrazon-ethyl nog niet erkend 6,4 1,8 nog niet erkend 4,0 3,7 Triasulfuron 0,3 0,3 1,6 0,3 1,0 2,1 Thifensulfuron-methyl 0 2,8 0,5 0 2,2 1,0 Flupyrsulfuron-methyl nog niet erkend nog niet erkend 0,5 nog niet erkend nog niet erkend 1,0 Bron: vroeger onderzoek voor het Fonds voor de grondstoffen In bedroeg de hoeveelheid herbiciden 2,52 kilogram per hectare wintergerst, in was dit 2,26 kilogram per hectare, dit is een afname van 10 %. Het gebruik van herbiciden per hectare nam verder af in de periode met in ,76 kilogram, dit is een afname met 22 pct. t.o.v en van 30 pct. t.o.v Voor een aantal actieve stoffen kunnen de gebruikte hoeveelheden die in de drie studies werden bekomen, worden vergeleken. Het gebruik per hectare is van 1994 naar 2001 afgenomen voor prosulfocarb en mecoprop en mecoprop-p doch anderzijds gestegen voor isoproturon en in geringe mate voor chloortoluron. Tabel 2.2. : Evolutie (kg/ha) van het gebruik van de voornaamste herbiciden in de wintergerstteelt in België kg actieve stof per hectare Totale hoeveelheid werkzame stof 2,52 2,26 1,76 Prosulfocarb 1,12 0,80 0,29 Chloortoluron 0,38 0,48 0,40 Isoproturon 0,33 0,50 0,57 Mecoprop en mecoprop-p 0,13 0,08 0,03 Bron: vroeger onderzoek voor het Fonds voor de grondstoffen

18 - Wintergerst Fungiciden In wintergerst, geoogst in 2001, worden op de bestudeerde bedrijven in totaal 26 verschillende actieve stoffen met fungicide werking gebruikt. Deze zijn verdeeld over 48 verschillende handelsproducten. Gemiddeld wordt, per hectare, 0,58 kilogram actieve stof fungicide gebruikt. De kosten van de toegepaste fungiciden bedragen 59,64 per hectare. Het meest gebruikte fungicide is azoxystrobin dat vooral gebruikt wordt in de strijd tegen roest. Producten die azoxystrobine bevatten worden gebruikt op 52,8 pct. van het totale wintergerstareaal in België en de actieve stof wordt door 40,9 pct. van de telers gebruikt. Op 27,4 pct. van het areaal wordt propiconazool gebruikt met een penetratiegraad van 23,3 pct. Propiconazool wordt gebruikt tegen witziekte, roest en bladvlekkenziekte en wordt meestal samen met cyprodinil toegepast. Cyprodinil wordt op 18,9 pct. van het areaal en door 16,1 pct. van de landbouwers gebruikt. Epoxiconazool wordt gebruikt tegen netvlekkenziekte, bladvlekkenziekte, roest en witziekte. Het wordt zowel alleen gebruikt als in mengsels zoals met kresoxim-methyl. Epoxiconazool wordt, in zijn mengsels of alleen, gebruikt op 25,4 pct. van het areaal door 24,9 pct. van de telers. Kresoxim-methyl wordt gebruikt op 13,4 pct. van het areaal en heeft een penetratiegraad van 13,5 pct. Fenpropimorf wordt in wintergerst steeds gebruikt in mengsels zoals met epoxiconazool, azoxystrobin en kresoxim-methyl. Op 21,3 pct. van het teeltoppervlakte wordt fenpropimorf gebruikt door 15,5 pct. van de landbouwers in de strijd tegen verschillende schimmelziektes. Carbendazim wordt vooral gebruikt tegen oogvlekkenziekte, het wordt op 15,0 pct. van het areaal toegepast door 9,3 pct. van de landbouwers. Het kan ook samen met flusilazool worden toegepast. Flusilazool wordt gebruikt op 20,3 pct. van het areaal door 10,4 pct. van de telers. Eveneens het vermelden waard is het gebruik van trifloxystrobin op 13,7 pct. van het areaal door 10,4 pct. van de telers. Trifloxystrobin wordt in mengsel met triazolen of propiconazool gebruikt ter bestrijding van bladvlekkenziekte, roest, witziekte en netvlekkenziekte. In tabel 2.3 worden de percentages van de oppervlakte dat behandeld wordt door de belangrijkste actieve stoffen vergeleken met de resultaten uit voorgaande onderzoeken (teeltseizoenen en ). Hieruit kan worden besloten dat de triazolengroep na een stijging van tot , een daling vertoont van tot Toch blijft deze groep de belangrijkste binnen de fungiciden in wintergerst. De stijging in toepassing tussen tot en daaropvolgende een daling tussen en komt voor bij propiconazool (20,0 pct. van het areaal in vs. 52,6 pct. in en 27,4 pct. in ), en bromuconazool (resp. 3,0 pct. vs. 8,2 pct. en 3,8 pct.). Het verbruik van epoxiconazool (23,5 pct. van het areaal in , 23,6 pct. in en 25,4 pct. in ), flusilazool (resp. 23,8 pct. vs. 24,1 pct. en 20,3 pct.) en cyproconazool (resp. 5,0 pct. vs. 8,3 pct. en 6,9 pct.) blijft nagenoeg constant. Het verbruik van tebuconazool vertoont een algemeen dalende

19 - Wintergerst - trend (30,1 pct. van het areaal in vs. 14,8 pct. in en 9,4 pct. in ). Metconazool, nog niet erkend in , vertoont een stijgende toepassing van 2,9 pct. van het areaal in naar 5,7 pct. in De tweede belangrijkste groep binnen de fungiciden zijn de strobilurines die een duidelijk stijgend succes kenden sinds hun erkenning. Het gebruik van azoxystrobin, nog niet erkend in , steeg van 27,7 pct. van het areaal in naar 52,8 pct. in Het gebruik van kresoxim-methyl, eveneens nog niet erkend in , bleef relatief constant met 14,6 pct. van het areaal in en 13,4 pct. in Het relatief recentere trifloxystrobin, nog niet erkend in toonde een toepassing op 13,7 pct. van het wintergerstareaal. De morfolinen-groep omvat fenpropimorf en fenpropidin als voornaamste fungiciden in wintergerst. Globaal zien we een toename in belang van deze groep. Evenwel vertoont fenfropimorf pas een stijging tussen en (resp. 15,5 pct. van het areaal in vs. 13,2 pct. in en 21,3 pct. in ). Fenpropidin stijgt eerst in gebruik van 0,2 pct. in tot 12,7 pct. in en neemt dan weer af naar 2,8 pct. in Carbendazim blijft vrijwel constant in gebruik tussen en (resp. 27,5 pct. en 27,2 pct.) en vertoont een dalend gebruik tussen en (15,0 pct.). Cyprodinil vertoont een stijgend gebruik naar 41,2 pct. van het teeltareaal in en vervolgens een daling naar 18,9 pct. in Dezelfde trend vertoont iprodione met 7,3 pct. van het areaal in en 3,2 pct. in Famoxadone is recentelijk erkend en vertoont een verbruik op 4,9 pct. van het areaal in Prochloraz werd gebruikt op 7,8 pct. van het areaal in , dit verbruik steeg lichtjes naar 9,1 pct. in en daalde dan naar 2,8 pct. in Chloorthalonil, tenslotte, vertoont een dalend verbruik met een toepassing op 28,5 pct. van het areaal in , 12,2 pct. in en nog 5,5 pct. in Tabel 2.3. : Evolutie (procentueel) van het gebruik van de voornaamste fungiciden in de wintergerstteelt in België Fungiciden Morfolinen: Pct. behandelde oppervlakte Pct. gebruikers fenpropimorf 15,5 13,2 21,3 7,2 11,2 15,5 fenpropidin 0,2 12,7 2,8 0,9 11,2 2,6 Totaal morfolines 15,7 25,9 24,1 8,1 22,4 18,1 Triazolen: propiconazool 20,0 52,6 27,4 21,2 42,0 23,3 epoxiconazool 23,5 23,6 25,4 16,4 21,9 24,9-17 -

20 - Wintergerst - flusilazool 23,8 24,1 20,3 18,6 17,4 10,4 tebuconazool 30,1 14,8 9,4 22,1 13,4 8,8 cyproconazool 5,0 8,3 6,9 4,5 6,3 6,2 Vervolg Tabel 2.3 Pct. behandelde oppervlakte Pct. gebruikers metconazool (cis/trans 84/16) nog niet erkend 2,9 5,7 nog niet erkend 2,2 4,7 bromuconazool 3,0 8,2 3,8 2,7 8,5 3,1 Totaal triazolen 105,4 134,5 98,9 85,5 111,7 81,4 Strobilurines: azoxystrobin nog niet erkend 27,7 52,8 nog niet erkend 21,4 40,9 trifloxystrobin nog niet erkend nog niet erkend 13,7 nog niet erkend nog niet erkend 10,4 kresoxim-methyl nog niet erkend 14,6 13,4 nog niet erkend 14,3 13,5 Totaal strobilurines - 42,3 79,9-35,7 64,8 Benzimidazolen: carbendazim 27,5 27,2 15,0 23,9 17,9 9,3 Totaal benzimidazolen 27,5 27,2 15,0 23,1 17,9 9,3 Cyprodinil 0,0 41,2 18,9 0,0 30,8 16,1 Chloorthalonil 28,5 12,2 5,5 24,3 9,8 3,6 Famoxadone nog niet erkend nog niet erkend 4,9 nog niet erkend nog niet erkend 2,6 Prochloraz 7,8 9,1 2,8 9,7 8,0 4,2 Iprodione 0,0 7,3 3,2 0,0 7,1 2,6 Bron: vroeger onderzoek voor het Fonds voor de grondstoffen Het gemiddeld gebruik van fungiciden bedroeg in ,68 kilogram per hectare. Dit steeg tot 0,84 in en daalde dan weer naar 0,58 kilogram per hectare in De trend die reeds in werd gezien van een dalend gebruik van chloorthalonil en tebuconazool zette zich verder in de periode tot Tabel 2.4. : Evolutie (kg/ha) van het gebruik van enkele fungiciden in de wintergerstteelt in België die een sterk afnemend verbruik vertonen tussen 1993 en 2000 kg actieve stof per hectare Totale hoeveelheid werkzame stof 0,68 0,84 0,58 Chloorthalonil 0,16 0,09 0,04 Tebuconazool 0,09 0,05 0,01 Bron: vroeger onderzoek voor het Fonds voor de grondstoffen Insecticiden Het aantal actieve stoffen met insecticide werking die op de bedrijven van de steekproef worden gebruikt bedraagt 9, verdeeld over 9 handelsproducten. Tevens wordt er

21 - Wintergerst - nog een actieve stof met zowel insecticide als acaricide werking gebruikt, verdeeld over twee handelsproducten. Het gebruik van insecticiden is vrij beperkt, per hectare wordt gemiddeld slechts 0,02 kilogram actieve stof gebruikt. De kosten voor de insectengewasbeschermingsmiddelen bedragen slechts 1,17 per hectare. De meeste insecticiden in wintergerst worden gebruikt om bladluizen te bestrijden, dit vooral om de overdracht van virussen zoals dit van de dwergvergelingsziekte te voorkomen. De meest gebruikte actieve stof met insecticide werking is lambda-cyhalothrin, dit is een maag- en contactinsecticide. Het wordt toegepast op 3,4 pct. van het areaal en wordt gebruikt door 3,1 pct. van de telers. Verder kunnen dimethoaat, deltamethrin en zetacypermethrine worden vermeld met een toepassing op resp. 2,9 pct., 2,2 pct. en 1,4 pct. van het areaal en gebruikt door resp. 0,5 pct., 1,0 pct. en 2,1 pct. van de telers. In werd er 0,01 kilogram insecticiden per hectare toegepast, in was dit 0,02 en in ook 0,02. Het insecticidengebruik is dus relatief constant rond een waarde van 0,02 kilogram per hectare. Na een toename in gebruik tussen en van lambda-cyhalothrin, deltamethrin, fluvalinaat, cyfluthrin, cypermethrin en pirimicarb (resp. 0,0 pct. 4,0 pct., 0,2 pct., 1,8 pct., 0,0 pct. en 1,5 pct. van het areaal in vs. 7,5 pct., 5,8 pct., 2,1 pct., 5,6 pct., 3,2 pct. en 1,9 pct. van het areaal in ), vertoont het gebruik van deze actieve stoffen een kleinere of grotere afname tot (resp. 3,4 pct., 2,2 pct., 1,1 pct., 0,0 pct., 0,0 pct., 0,0 pct. van het areaal in ). Dimethoaat werd gebruikt op 0,7 pct. van het areaal in , vertoont een daling naar 0,0 pct. in en vervolgens een stijging naar 2,9 pct. van het areaal in Het gebruik van zetacypermethrine vertoont een stijgende trend van 0 pct. in naar 1,1 pct. in en tot 1,4 pct. in Tabel 2.5. : Evolutie (procentueel) van het gebruik van de voornaamste insecticiden in de wintergerstteelt in België Insecticiden Pct. behandelde oppervlakte Pct. gebruikers Lambda-cyhalothrin 0,0 7,5 3,4 0,0 4,0 3,1 dimethoaat 0,7 0,0 2,9 0,9 0,0 0,5 deltamethrin 4,0 5,8 2,2 0,9 2,7 1,0 zetacypermethrine 0,0 1,1 1,4 0,0 1,3 2,1 fluvalinaat 0,2 2,1 1,1 0,4 0,9 0,5 cyfluthrin 1,8 5,6 0,0 0,9 2,7 0,0 cypermethrin 0,0 3,2 0,0 0,0 1,3 0,0 pirimicarb 1,5 1,9 0,0 2,2 1,3 0,0 Totale hoeveelheid werkzame stof per hectare 0,01 0,02 0,

22 - Wintergerst - Bron: vroeger onderzoek voor het Fonds voor de grondstoffen Groeiregulatoren In de teelt van wintergerst wordt op de bedrijven van de steekproef gebruik gemaakt van in totaal vier verschillende groeiregulatoren die een halmverkortende werking hebben zodat het legeren wordt tegengegaan. De groeiregulatoren zijn verdeeld over 19 verschillende handelsproducten. Gemiddeld wordt 0,66 kilogram groeiregulerende actieve stof per hectare gebruikt voor een totaal bedrag van 16,73 per hectare. De belangrijkste groeiregulator is ethefon dat op 78,9 pct. van het areaal wordt toegepast door 70,0 pct. van de wintergersttelers. Als groeiregulator wordt ook veel gebruik gemaakt van chloormequat dat op 21,5 pct. van het areaal wordt toegepast door 20,7 pct. van de telers. Het wordt soms samen gebruikt met ethefon. Trinexapac-ethyl wordt gebruikt op 16,2 pct. van het areaal en heeft een penetratiegraad van 11,4 pct. Verder valt ook mepiquatchloride te vermelden, dat op 9,5 pct. van het areaal door 10,4 pct. van de telers wordt toegepast. Het wordt gebruikt in mengsel met ethefon en chloormequat. Bij vergelijking met resultaten voor de teeltseizoenen en kan worden besloten dat de meest gebruikte groeiregulator ethefon een constant gebruik vertoont van 84,1 pct. van het areaal in en 84,2 pct. in en vervolgens een lichte daling naar 78,9 pct. van het areaal in Eveneens een daling in percentage areaal, behandeld door chloormequat en mepiquatchloride moet worden opgemerkt (resp. 41,7 pct. en 37,4 pct. van het areaal in vs. 34,9 pct. en 15,5 pct. in naar 21,5 pct. en 9,5 pct. in ) Het gebruik van trinexapac-ethyl vertoont een stijgende trend van 0,0 pct. in naar 6,2 pct. in en 16,2 pct. in ). Tabel 2.6. : Evolutie van het gebruik van de voornaamste groeiregulatoren in de wintergerstteelt in België Groeiregulatoren Pct. behandelde oppervlakte Pct. gebruikers Ethefon 84,1 84,2 78,9 89,4 75,5 70,0 Chloormequat 41,7 34,9 21,5-32,1 20,7 Trinexapac-ethyl 0,0 6,2 16,2 0,0 6,7 11,4 mepiquatchloride 37,4 15,5 9,5 38,0 16,1 10,4 imazaquin 0,0 0,6 0 0,0 1,3 0 Bron: vroeger onderzoek voor het Fonds voor de grondstoffen In onderstaande tabel valt op dat het gebruik van groeiregulatoren in wintergerst zeer stabiel blijft over de jaren heen, namelijk ongeveer een verbruik van 0,66 kilogram per hectare. Hetzelfde geldt voor het verbruik van ethefon dat tijdens de periode zo n 0,40 kilogram per hectare bedraagt

23 - Wintergerst - Tabel 2.7. : Evolutie (kg/ha) van het gebruik van de voornaamste groeiregulator in de wintergerstteelt in België kg actieve stof per hectare Totale hoeveelheid werkzame stof 0,65 0,66 0,66 Ethefon 0,41 0,42 0,39 Bron: vroeger onderzoek voor het Fonds voor de grondstoffen Overige producten De overige producten zijn een beperkt aantal producten die niet onder de categorie herbicide, fungicide, insecticide of groeiregulator vallen. De stoffen uit deze groep hebben een verbruik van 0,03 kilogram per hectare en het bedrag dat daarbij hoort is 1,56 per hectare. Het zijn meestal additieven die in beperkte mate worden gebruikt. Het zijn vooral oliën die als doel hebben de contactwerking van herbiciden te verbeteren. Mollusciciden zoals methiocarb, metaldehyde en thiodicarb worden ingezet in de slakkenverdelging 2.3. Gebruik van middelen op niveau van de streken Bij de bespreking van de gewasbeschermingsmiddelen per landbouwstreek wordt enkel nog de aandacht gevestigd op gegevens die afwijken van wat bij de bespreking voor het volledige Rijk werd vermeld. Streken, waarvan onvoldoende of geen gegevens beschikbaar zijn, worden niet behandeld. Het betreft volgende streken: de Polders en Duinen, de Zandstreek, de Kempen, de Henegouwse Kempen, de Fagne, de Hoge Ardennen, de Ardennen en de Jura. Het gebruik van bestrijdingsmiddelen in de Zandleemstreek is relatief goed gelijklopend met dat van het Rijk. Bij de herbicide actieve stoffen wordt imazamethabenz op een lager aandeel van het areaal toegepast in de Zandleemstreek (6,4 pct.) t.o.v. het Rijk (23,3 pct.). Ook isoproturon, tribenuron-methyl, florasulam en mecoprop met mecoprop-p samen, kennen een grotere toepassing op niveau van het Rijk dan in de Zandleemstreek, met resp. 56,1 pct., 19,4 pct., 17,3 pct. en 16,6 pct. van het areaal in het Rijk t.o.v. 36,3 pct., 3,2 pct., 4,5 pct. en 5,3 pct. van het areaal in de Zandleemstreek. Bij de fungiciden is epoxiconazool de derde meest gebruikte actieve stof op niveau van het Rijk terwijl deze in de Zandleemstreek pas op de zevende plaats komt. Ook flusilazool is belangrijker in het Rijk (20,3 pct. van het areaal) dan in de Zandleemstreek (4,8 pct. van het areaal)

24 - Wintergerst - In de Leemstreek wordt een goede 0,6 kilogram meer gebruikt aan bestrijdingsmiddelen dan globaal op niveau van het Rijk. Vooral groeiregulatoren, gevolgd door fungiciden en herbiciden kennen een hogere toepassing in de Leemstreek dan gemiddeld in het Rijk. Bij de herbicide stoffen neemt imazamethabenz de derde plaats in bij de Leemstreek en de vijfde in het Rijk met bijhorende percentages behandelde teeltoppervlakte van resp. 34,3 pct. in de Leemstreek en 23,3 pct. in het Rijk. Chloortoluron, de derde meest gebruikte actieve stof met herbicide werking op niveau van het Rijk (30,5 pct. van het areaal) komt pas op de vijfde plaats in de Leemstreek (21,4 pct. van het areaal). Bij de fungiciden zijn vooral epoxiconazool (resp. 42,5 pct. van het areaal in de Leemstreek vs. 25,4 pct. in het Rijk) en kresoxim-methyl (resp. 21,9 pct. vs. 13,4 pct.) belangrijker in de Leemstreek dan gemiddeld op niveau van het Rijk. Bij de insecticiden valt vooral het hogere gebruik van lambda-cyhalothrin ( 9,3 pct. van het areaal) op t.o.v. dat in het Rijk (3,4 pct.). Het gebruik van bestrijdingsmiddelen in wintergerst is iets hoger in de Condroz (3,37 kilogram per hectare) dan gemiddeld in het Rijk. Dit is te wijten aan een hoger gebruik van herbiciden in de Condroz t.o.v. het Rijk. Vooral het hoger gebruik van tribenuron-methyl (40,3 pct. van het teeltareaal in de Condroz vs. 19,4 pct. in het Rijk) en van florasulam (32,8 pct. in de Condroz vs. 17,3 pct. in het Rijk) valt op. Het gebruik van middelen met fungicide werking is in de Condroz verschillend van dat in het Rijk. Propiconazool, op niveau van het Rijk op één na meest gebruikte fungicide (27,4 pct. van het areaal) komt in de Condroz op de vierde plaats (27,7 pct. van het areaal). Epoxiconazool is op niveau van het Rijk het derde belangrijkste fungicide (25,4 pct. van het areaal), terwijl dit in de Condroz op de zesde plaats staat (23,8 pct. van het areaal). In de Condroz zijn flusilazool (42,5 pct. van het areaal) en carbendazim (33,8 pct. van het areaal) resp. de tweede en derde meest gebruikte fungicide terwijl zij op niveau van het Rijk resp. pas op de vijfde en zevende plaats komen (resp. 20,3 pct. en 15,0 pct. van het areaal). Bij de insecticiden valt op dat er in de steekproef bedrijven in de Condroz geen gebruik werd gemaakt van lambda-cyhalothrin terwijl deze actieve stof het meest gebruikt wordt op niveau van het Rijk. In de Condroz is dimethoaat het meest gebruikte insecticide (7,9 pct. van het areaal in de Condroz vs. 2,9 pct. op niveau van het Rijk). Het gebruik van groeiregulatoren is goed vergelijkbaar met dat van het Rijk In de Famenne wordt er een 0,5 kilogram minder bestrijdingsmiddelen gebruikt per hectare wintergerst t.o.v. het Rijk. Hier wordt vooral minder gebruik gemaakt van herbiciden t.o.v. het Rijk. Opvallend is dat het meest aangewende herbicide in het Rijk, isoproturon, in de Famenne pas op de dertiende plaats komt (toepassing op 56,1 pct. van het areaal in het Rijk t.o.v. 6,7 pct. van het areaal in de Famenne). Chloortoluron staat op de plaats van meest gebruikt herbicide in de Famenne (52,7 pct. in de Famenne t.o.v. 30,5 pct. in het Rijk). Mecoprop en mecoprop-p staan op de tweede plaats in de Famenne (36,0 pct.) en op de tiende plaats op niveau van het Rijk (16,6 pct.). Ook bifenox wordt in vergelijking met het gemiddeld gebruik in het Rijk (9,3 pct. van het areaal) veel toegepast in de Famenne (26,9 pct.). Diflufenican wordt dan weer weinig gebruikt in de Famenne (6,7 pct.) t.o.v. het Rijk (26,3 pct.). Imazamethabenz, in het Rijk op de vijfde plaats met een toepassing op 23,3 pct. van het areaal, wordt niet gebruikt in de steekproef in de Famenne. Ook in het fungicide gebruik onderscheidt de Famenne zich van het gemiddeld verbruik op niveau van het Rijk

25 - Wintergerst - Cyprodinil is in de Famenne de derde (21,8 pct. van het areaal) en tebuconazool de vierde (18,8 pct.) belangrijkste fungicide stof terwijl deze op niveau van het Rijk op resp. de zesde (18,9 pct.) en de tiende (9,4 pct.) plaats komen. Op niveau van het Rijk staan epoxiconazool en fenpropimorf resp. op de derde (25,4 pct.) en vierde plaats (21,3 pct.) terwijl deze in de Famenne resp. op de zevende (12,4 pct.) en de zesde (13,3 pct.) plaats komen. Flusilazool werd niet gebruikt in de steekproef in de Famenne terwijl deze de vijfde belangrijkste fungicide stof is op niveau van het Rijk. Het gebruik van groeiregulatoren in de Famenne is relatief goed te vergelijken met dat van het Rijk, er wel rekening mee houdend dat in de Famenne slechts twee actieve stoffen toegepast werden. Een laatste groot verschil tussen de Famenne en het Rijk is dat de steekproefbedrijven uit de Famenne geen insecticide gebruikt hebben terwijl er globaal in België zo n 0,02 kilogram per hectare wintergerst wordt ingezet

An Van den Bossche Dirk Van Lierde

An Van den Bossche Dirk Van Lierde MINISTERIE VAN MIDDENSTAND EN LANDBOUW BESTUUR VOOR ONDERZOEK EN ONTWIKKELING CENTRUM VOOR LANDBOUWECONOMIE TAPAS 2001 (Final Report) BELGIUM EN version will follow ONDERZOEK NAAR HET GEBRUIK VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN

Nadere informatie

Bepaling van het verbruik van bestrijdingsmiddelen in de Vlaamse landbouw

Bepaling van het verbruik van bestrijdingsmiddelen in de Vlaamse landbouw Bepaling van het verbruik van bestrijdingsmiddelen in de Vlaamse landbouw An Van den Bossche, Dirk Van Lierde Centrum voor Landbouweconomie (CLE) Studie uitgevoerd in opdracht van de Vlaamse Milieumaatschappij,

Nadere informatie

MAXIMALE RENTABILITEITSOPPERVLAKTEN VOOR DE PERIODE 25/11/ /11/2022

MAXIMALE RENTABILITEITSOPPERVLAKTEN VOOR DE PERIODE 25/11/ /11/2022 //////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// MAXIMALE RENTABILITEITSOPPERVLAKTEN VOOR

Nadere informatie

De evolutie en tendensen op regionaal en provinciaal niveau worden verderop in deze barometer besproken.

De evolutie en tendensen op regionaal en provinciaal niveau worden verderop in deze barometer besproken. NOTARISBAROMETER VASTGOED WWW.NOTARIS.BE T1 2017 Barometer 32 VASTGOEDACTIVITEIT IN BELGIË De index van de vastgoedactiviteit klimt in het 1 ste trimester van 2017 naar een nieuw record: 128,36 punten.

Nadere informatie

NOTARISBAROMETER S LANDBOUWGRONDEN LANDBOUWGRONDEN GEMIDDELDE PRIJZEN EN OPPERVLAKTE IN

NOTARISBAROMETER S LANDBOUWGRONDEN LANDBOUWGRONDEN GEMIDDELDE PRIJZEN EN OPPERVLAKTE IN NOTARISBAROMETER LANDBOUWGRONDEN WWW.NOTARIS.BE S1 2018 Deze Notarisbarometer zoomt in op de gemiddelde prijzen van landbouwgronden in België. Onder landbouwgronden worden de gronden beschouwd waarop gewassen

Nadere informatie

De inflatie zakte in juni nog tot 1,5 punten. De daaropvolgende maanden steeg de inflatie tot 2,0 in augustus (Bron: NBB).

De inflatie zakte in juni nog tot 1,5 punten. De daaropvolgende maanden steeg de inflatie tot 2,0 in augustus (Bron: NBB). NOTARISBAROMETER VASTGOED WWW.NOTARIS.BE T3 2017 Barometer 34 MACRO-ECONOMISCH Het consumentenvertrouwen trekt sinds juli terug aan, de indicator stijgt van -2 in juni naar 2 in juli en bereikte hiermee

Nadere informatie

NOTARISBAROMETER S LANDBOUWGRONDEN LANDBOUWGRONDEN GEMIDDELDE PRIJZEN EN OPPERVLAKTE N 2

NOTARISBAROMETER S LANDBOUWGRONDEN LANDBOUWGRONDEN GEMIDDELDE PRIJZEN EN OPPERVLAKTE N 2 NOTARISBAROMETER LANDBOUWGRONDEN WWW.NOTARIS.BE S1 2019 N 2 Deze notarisbarometer zoomt in op de gemiddelde prijzen van landbouwgronden in België. Onder landbouwgronden worden de gronden beschouwd waarop

Nadere informatie

EVOLUTIE VAN DE MARKT

EVOLUTIE VAN DE MARKT Notarisbarometer VASTGOED www.notaris.be 2016 Barometer 31 VASTGOEDACTIVITEIT IN 106,4 106,8 101,7 103,4 105,9 102,8 98,9 101,4 99,2 105,0 105,3 104,7 115,4 112,1 111,8 118,0 116,1 127,0 124,7 127,9 115,8

Nadere informatie

NIEUW! Flordimex 480

NIEUW! Flordimex 480 Flordimex 480 Producten 2013 Amid-Thin W Spuitpoeder 8 % 1-naftylacetamide Erkenningsnummer: 6011P/B Verpakking: 12 x 1 kg Vruchtdunningsmiddel in fruit n In appelbomen. Beta-Sure Emulgeerbaar concentraat

Nadere informatie

Gewasbeschermingsmiddelen en bijen: (on) mogelijkheden van een regionale analyse

Gewasbeschermingsmiddelen en bijen: (on) mogelijkheden van een regionale analyse Gewasbeschermingsmiddelen en bijen: (on) mogelijkheden van een regionale analyse Adriaan Guldemond, Luuk Lageschaar & Peter Leendertse (CLM) CLM Onderzoek en Advies, guldemond@clm.nl Data over gewasbeschermingsmiddelengebruik

Nadere informatie

Studies. De Plaatselijke werkgelegenheidsagentschappen. Beschrijvende analyse

Studies. De Plaatselijke werkgelegenheidsagentschappen. Beschrijvende analyse Studies De Plaatselijke werkgelegenheidsagentschappen Beschrijvende analyse van 1995 tot 1999 Inleiding Deze analyse heeft tot doel na 5 jaar een balans op te maken van het stelsel van de Plaatselijke

Nadere informatie

Belgisch areaal aardappelen 2015

Belgisch areaal aardappelen 2015 02.4 Belgisch areaal aardappelen 2015 V. De Blauwer (Inagro), D. Florins (FIWAP) Samenvatting In 2015 werden iets minder aardappelen uitgeplant. De daling was echter beperkt en het totale areaal blijft

Nadere informatie

Evolutie van de Belgische voorraden

Evolutie van de Belgische voorraden Evolutie van de Belgische voorraden 2015-2016 V. De Blauwer (Inagro), D. Florins (FIWAP), P. Lebrun (FIWAP) Samenvatting Jaarlijks houden FIWAP, CARAH, PCA en Inagro een enquête om de evolutie van de aardappelvoorraden

Nadere informatie

Regionale verdeling van de notariële vastgoedindex

Regionale verdeling van de notariële vastgoedindex notarisbarometer Vastgoed, vennootschappen, familie www.notaris.be A B C D E n 9 April - juni Trimester 2 - Vastgoedactiviteit in België Prijsevolutie Registratierechten Vennootschappen De familie A Vastgoedactiviteit

Nadere informatie

400 g/l pendimethalin

400 g/l pendimethalin Stomp 400 SC Toelatingsnummer 10766 N W.14 Productgroep: herbicide Formulering: suspensie concentraat Werkzame stof: 400 g/l pendimethalin N: Milieugevaarlijk Waarschuwingszinnen: 50/53 Zeer vergiftig

Nadere informatie

- 1 - uitnodiging VOORJAARSVERGADERING. Dinsdag 26 februari 2008 om 19:30u. vergaderzaal PIBO Sint-Truidersteenweg 323 te Tongeren

- 1 - uitnodiging VOORJAARSVERGADERING. Dinsdag 26 februari 2008 om 19:30u. vergaderzaal PIBO Sint-Truidersteenweg 323 te Tongeren - 1 - uitnodiging VOORJAARSVERGADERING Dinsdag 26 februari 2008 om 19:30u. vergaderzaal PIBO Sint-Truidersteenweg 323 te Tongeren Programma: Inleiding: mevr. Elly Vanspauwen, directeur P.I.B.O. Onkruidbestrijding

Nadere informatie

Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen Juli - september 2015

Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen Juli - september 2015 Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen Juli - september 2015 n 26 T/3 www.notaris.be VASTGOEDACTIVITEIT IN BELGIË 99,8 101 102,1 102,6 106,4 106,8 101,7 103,4 105,9 94,1 94,9 102,8 98,9

Nadere informatie

Studiepopulatie. Gezondheidsenquête, België, 1997.

Studiepopulatie. Gezondheidsenquête, België, 1997. In deze paragraaf worden een aantal kenmerken van de steekproef besproken. Het gaat om de volgende socio-demografische karakteristieken : verblijfplaats : per regio en per provincie; geslacht en leeftijd;

Nadere informatie

Voorwoord. Medewerkers PIBO-Campus vzw. Voorjaarsvergadering 26 februari 2013, PIBO-Campus

Voorwoord. Medewerkers PIBO-Campus vzw. Voorjaarsvergadering 26 februari 2013, PIBO-Campus Voorwoord Nu de resultatenvergaderingen van maïs, suikerbieten, cichorei, voedergewassen, granen en biologische teelten van het voorbije teeltjaar gepasseerd zijn en het einde van de winter nabij is, wordt

Nadere informatie

plage-lestijden onderwijzer

plage-lestijden onderwijzer plage-lestijden onderwijzer Schooljaar 2010-2011 - Schooljaar 2011-2012 Vlaams ministerie van Onderwijs & Vorming Agentschap voor Onderwijsdiensten (AgODi) Koning Albert II-laan 15, 1210 Brussel http://www.ond.vlaanderen.be/wegwijs/agodi

Nadere informatie

Hoog aantal vastgoedtransacties in het afgelopen trimester. De vastgoedmarkt herpakt zich na een relatief rustige maand maart

Hoog aantal vastgoedtransacties in het afgelopen trimester. De vastgoedmarkt herpakt zich na een relatief rustige maand maart I. Vastgoedactiviteit in België Hoog aantal vastgoedtransacties in het afgelopen trimester De vastgoedmarkt herpakt zich na een relatief rustige maand maart In het 2de trimester van 2013 waren er in ons

Nadere informatie

Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen

Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen Verantwoordelijke uitgever: Erik Van Tricht, Koninklijke Federatie van het Belgisch Notariaat, Bergstraat, 30-34 - 1000 Brussel Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen VASTGOEDACTIVITEIT

Nadere informatie

STUDIE Faillissementen 2 november 2016 Opnieuw forse stijging in oktober

STUDIE Faillissementen 2 november 2016 Opnieuw forse stijging in oktober STUDIE Faillissementen 2 november 2016 Opnieuw forse stijging in oktober 1 september 2016 2 Overname en gebruik van dit onderzoek wordt aangemoedigd bronvermelding Graydon Belgium. Deze brochure is louter

Nadere informatie

EVOLUTIE OP JAARBASIS (2017 YTD 2018) EVOLUTIE OP 5 JAAR (2013 YTD 2018)

EVOLUTIE OP JAARBASIS (2017 YTD 2018) EVOLUTIE OP 5 JAAR (2013 YTD 2018) NOTARISBAROMETER VASTGOED WWW.NOTARIS.BE T2 2018 Barometer 37 SAMENVATTING VASTGOEDACTIVITEIT INDEX VASTGOEDACTIVITEIT T2 2018 EVOLUTIE T1 2018 T2 2018 EVOLUTIE T2 2017 T2 2018 GEMIDDELDE PRIJZEN EVOLUTIE

Nadere informatie

Rendabiliteit van sojateelt in Vlaanderen. Jef Van Meensel 23/11/2017 ILVO ILVO

Rendabiliteit van sojateelt in Vlaanderen. Jef Van Meensel 23/11/2017 ILVO ILVO Rendabiliteit van sojateelt in Vlaanderen Jef Van Meensel 23/11/2017 ILVO Focus Heeft soja een plaats in m n teeltplan? Bedrijfseconomisch Technisch Focus Heeft soja een plaats in m n teeltplan? Bedrijfseconomisch

Nadere informatie

Afzet van chemische gewasbeschermingsmiddelen,

Afzet van chemische gewasbeschermingsmiddelen, Indicator 6 november 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De afzet van chemische gewasbeschermingsmiddelen

Nadere informatie

Sectorfoto PSC

Sectorfoto PSC Sectorfoto 2009-2013 PSC 149.01 Elektriciens: Installatie en Distributie 2014 Vormelek vzw Marlylaan 15/8 b2 1120 Brussel Tel.: 02/476.16.76 Fax: 02/476.17.76 Geen enkel gedeelte van dit werk mag gereproduceerd

Nadere informatie

Definitieve resultaten eindejaarscontroles

Definitieve resultaten eindejaarscontroles Definitieve resultaten eindejaarscontroles Persbericht 14 januari 211 2 Na zes weken sensibilisering en alcoholcontroles op de weg maken Staatssecretaris voor Mobiliteit Etienne Schouppe en het Belgisch

Nadere informatie

notarisbarometer 101,6 99, ,2 99,8 94,1 Belgisch vastgoed zet de economische crisis een hak

notarisbarometer 101,6 99, ,2 99,8 94,1 Belgisch vastgoed zet de economische crisis een hak notarisbarometer Vastgoed, vennootschappen, familie www.notaris.be A B C D E n 11 Oktober - december Trimester 4 - Vastgoedactiviteit in België Prijsevolutie Registratierechten Vennootschappen De familie

Nadere informatie

landbouw en natuurlijke omgeving 2010 landbouw-breed CSPE BB minitoets bij opdracht 4

landbouw en natuurlijke omgeving 2010 landbouw-breed CSPE BB minitoets bij opdracht 4 landbouw en natuurlijke omgeving 2010 landbouw-breed CSPE BB minitoets bij opdracht 4 variant a Naam kandidaat Kandidaatnummer Meerkeuzevragen Omcirkel het goede antwoord (voorbeeld 1). Geef verbeteringen

Nadere informatie

Exploitatie van bioscoopzalen ( 35 mm of meer )

Exploitatie van bioscoopzalen ( 35 mm of meer ) T2.1 Structurele en kwalitatieve inlichtingen T2.1.1 Bioscopen volgens het aantal zalen T2.1.2 Zalen en zitplaatsen T2.1.3 Aantal beschikbare zitplaatsen volgens het aantal zalen T2.1.4 Zalen die het hele

Nadere informatie

- 1 - uitnodiging VOORJAARSVERGADERING. Dinsdag 27 februari 2007 om 19:30u. vergaderzaal PIBO Sint-Truidersteenweg 323 te Tongeren

- 1 - uitnodiging VOORJAARSVERGADERING. Dinsdag 27 februari 2007 om 19:30u. vergaderzaal PIBO Sint-Truidersteenweg 323 te Tongeren - 1 - uitnodiging VOORJAARSVERGADERING Dinsdag 27 februari 2007 om 19:30u. vergaderzaal PIBO Sint-Truidersteenweg 323 te Tongeren Info: Jos Fagard: 012/39.80.46 Programma: Inleiding: mevr. Elly Vanspauwen,

Nadere informatie

De vrouwen hebben dan ook een grotere kans op werkloosheid (0,39) dan de mannen uit de onderzoekspopulatie (0,29).

De vrouwen hebben dan ook een grotere kans op werkloosheid (0,39) dan de mannen uit de onderzoekspopulatie (0,29). In het kader van het onderzoek kreeg de RVA de vraag om op basis van de door het VFSIPH opgestelde lijst van Rijksregisternummers na te gaan welke personen op 30 juni 1997 als werkloze ingeschreven waren.

Nadere informatie

De waalse landbouw in cijfers

De waalse landbouw in cijfers De waalse landbouw in cijfers 2017 Opmerking : Vanaf 2011, om redenen van administratieve vereenvoudiging, berusten de enquêtes niet meer op de landbouwers die aan de landbouwtelling hebben deelgenomen

Nadere informatie

Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen Oktober - december 2014

Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen Oktober - december 2014 Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen Oktober - december 2014 n 23 T/4 www.notaris.be VASTGOEDACTIVITEIT IN BELGIË 99,7 99,8 101 102,1 102,6 106,4 106,8 101,7 102,8 94,1 94,9 98,9 101,4

Nadere informatie

86,3 87,7 +1,66% -8,62%

86,3 87,7 +1,66% -8,62% Vastgoed, familie, vennootschappen januari maart Trimester 1-21 www.notaris.be 1. Index van de vastgoedactiviteit in België n 4 12 12 11 18,2 11 1 94,3 11,1 11,6 94,4 99,2 1, 99,7 1 86,3 9 87,7 9 8 27

Nadere informatie

... Graydon studie. Faillissementen. November 2017

... Graydon studie. Faillissementen. November 2017 ... Graydon studie Faillissementen November 2017 1 december 2017 [Typ hier] [Typ hier] [Typ hier] Overname en gebruik van dit onderzoek wordt aangemoedigd bronvermelding Graydon Belgium. Deze brochure

Nadere informatie

DE WAALSE LANDBOUW IN CIJFERS

DE WAALSE LANDBOUW IN CIJFERS DE WAALSE LANDBOUW IN CIJFERS Update : Februari 2014 Opmerking Om redenen van administratieve vereenvoudiging berust de enquête van 2011 niet meer op de landbouwers die hebben deelgenomen aan de landbouwtelling

Nadere informatie

Arbeidsmarkt Onderwijs

Arbeidsmarkt Onderwijs Nieuwsbrief NOVEMBER 2011 Arbeidsmarkt Onderwijs Inleiding In dit nummer 1 Inleiding 1 Vlaanderen - Vraag 3 Vlaanderen - Aanbod 5 Brussel - Vraag 6 Brussel - Aanbod Elke maand schetsen we u aan de hand

Nadere informatie

30 3 DE TRIMESTER 2016

30 3 DE TRIMESTER 2016 Verantwoordelijke uitgever: Erik Van Tricht, Koninklijke Federatie van het Belgisch Notariaat, Bergstraat, 30-34 - 1000 Notarisbarometer Vastgoed VASTGOEDACTIVITEIT IN T/3 Juli - september 2016 n 30 3

Nadere informatie

Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen Juli - September 2013

Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen Juli - September 2013 Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen Juli - September 2013 n 18 T/3 www.notaris.be VASTGOEDACTIVITEIT IN BELGIË 87,7 101,6 100 99,8 101 102,1 102,6 106,4 106,8 101,7 99,2 99,2 102,8 94,1

Nadere informatie

Bruikbare herbiciden in potchrysant

Bruikbare herbiciden in potchrysant Bruikbare herbiciden in potchrysant - Alle teelten 1, Sierplanten 1,1, sierbomen en -heesters 1,1,1, coniferen (sierbomen) open lucht incl. boom- en struikenkwekerijen Kerstsparren onder bescherming open

Nadere informatie

Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen

Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen Verantwoordelijke uitgever: Lorette Rousseau, Koninklijke Federatie van het Belgisch Notariaat, Bergstraat, 30-34 - 1000 Brussel Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen VASTGOEDACTIVITEIT

Nadere informatie

Gewasbescherming wintertarwe en wintergerst

Gewasbescherming wintertarwe en wintergerst Gewasbescherming wintertarwe en wintergerst Departement Landbouw en Visserij Afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling Voorlichting Granen Versie 2009 Jean-Luc LAMONT Burg. Van Gansberghelaan 115a - 9820

Nadere informatie

Monitor 2016Q4 15 Pag. MONITOR FLEXI-JOBS

Monitor 2016Q4 15 Pag. MONITOR FLEXI-JOBS Monitor 2016Q4 15 Pag. MONITOR FLEXI-JOBS 1 Flexi-jobs: Synthese Tabel 1: Aantal en aandeel flexi-arbeid -2016Q4- Aantal Aandeel Werkgevers 5 223 21,4% Arbeidsplaatsen tijdens kwartaal 1 16 831 9,4% Voltijdsequivalenten

Nadere informatie

Werkloosheidscijfers Tijdelijke werkloosheid Faillissementen

Werkloosheidscijfers Tijdelijke werkloosheid Faillissementen De impact van de economische crisis in West Limburg Werkloosheidscijfers Tijdelijke werkloosheid Faillissementen MEI 2009 1. Werkloosheid 1.1 Niet werkende werkzoekenden Een eerste indicator die de economische

Nadere informatie

- 1 - uitnodiging VOORJAARSVERGADERING. Dinsdag 17 februari 2009 om 19u30 vergaderzaal PIBO Sint-Truidersteenweg 323 te Tongeren

- 1 - uitnodiging VOORJAARSVERGADERING. Dinsdag 17 februari 2009 om 19u30 vergaderzaal PIBO Sint-Truidersteenweg 323 te Tongeren - 1 - uitnodiging VOORJAARSVERGADERING Dinsdag 17 februari 2009 om 19u30 vergaderzaal PIBO Sint-Truidersteenweg 323 te Tongeren Programma: Inleiding: mevr. Elly Vanspauwen, directeur P.I.B.O. Onkruidbestrijding

Nadere informatie

Vennootschappen onderworpen aan de vennootschapsbijdrage

Vennootschappen onderworpen aan de vennootschapsbijdrage Vennootschappen onderworpen aan de vennootschapsbijdrage Rijksinstituut voor de Sociale Verzekeringen der Zelfstandigen (2001), Statistiek van de aangesloten vennootschappen jaar 2000, 68 p. Begin juni

Nadere informatie

PRODUCTIEREKENING VAN DE VLAAMSE LAND- EN TUINBOUW 2012

PRODUCTIEREKENING VAN DE VLAAMSE LAND- EN TUINBOUW 2012 AMS FOCUS 212 PRODUCTIEREKENING VAN DE VLAAMSE LAND- EN TUINBOUW 212 Vlaamse overheid Departement Landbouw en Visserij 1. Blik op de productierekeningen 2. Productiewaarde 3. Intermediair verbruik 4. Netto

Nadere informatie

Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen Oktober - december 2013

Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen Oktober - december 2013 Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen Oktober - december 2013 n 19 T/4 www.notaris.be VASTGOEDACTIVITEIT IN BELGIË 87,7 101,6 100 99,8 101 102,1 102,6 106,4 106,8 101,7 99,2 99,2 102,8

Nadere informatie

De waalse landbouw in cijfers

De waalse landbouw in cijfers De waalse landbouw in cijfers 2015 Opmerking : Vanaf 2011, om redenen van administratieve vereenvoudiging, berusten de enquêtes niet meer op de landbouwers die aan de landbouwtelling hebben deelgenomen

Nadere informatie

Voorwoord. Medewerkers PIBO-Campus vzw. Voorjaarsvergadering 1 maart 2011, PIBO-Campus

Voorwoord. Medewerkers PIBO-Campus vzw. Voorjaarsvergadering 1 maart 2011, PIBO-Campus Voorwoord Nu de resultatenvergaderingen van maïs, suikerbieten, cichorei, voedergewassen, granen en biologische teelten van het voorbije teeltjaar gepasseerd zijn en het einde van de winter nabij is, wordt

Nadere informatie

Arbeidsmarkt Onderwijs

Arbeidsmarkt Onderwijs Nieuwsbrief NOVEMBER 2012 Arbeidsmarkt Onderwijs Inleiding In dit nummer 1 Inleiding 1 Vlaanderen - Vraag 3 Vlaanderen - Aanbod 5 Brussel - Vraag 6 Brussel - Aanbod Elke maand schetsen we u aan de hand

Nadere informatie

Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen

Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen Verantwoordelijke uitgever: Erik Van Tricht, Koninklijke Federatie van het Belgisch Notariaat, Bergstraat, 30-34 - 1000 Brussel Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen VASTGOEDACTIVITEIT

Nadere informatie

Producten 2019 NIEUW: Fusilade Max Ikanos Starship Sulcogan Trimaxx

Producten 2019 NIEUW: Fusilade Max Ikanos Starship Sulcogan Trimaxx Producten 2019 : Fusilade Max Ikanos Starship Sulcogan Trimaxx Selectief insecticide in de glastuinbouw. Emulsie concentraat 100 g/l pyriproxyfen Erkenningsnummer: 8526P/B Verpakking: 24 x 500 ml In tomaat,

Nadere informatie

Arbeidsmarkt Onderwijs

Arbeidsmarkt Onderwijs Nieuwsbrief OKTOBER 2011 Arbeidsmarkt Onderwijs Inleiding In dit nummer 1 Inleiding 1 Vlaanderen - Vraag 3 Vlaanderen - Aanbod 5 Brussel - Vraag 6 Brussel - Aanbod Elke maand schetsen we u aan de hand

Nadere informatie

NIEUW Nagano PRODUCTEN 2018

NIEUW Nagano PRODUCTEN 2018 NIEUW Nagano PRODUCTEN 2018 Selectief insecticide in de glastuinbouw Emulsie concentraat 100 g/l pyriproxyfen Erkenningsnummer: 8526P/B Verpakking: 24 x 500 ml > > In tomaat, aubergine en pepino (onder

Nadere informatie

Ontwikkeling leerlingaantallen

Ontwikkeling leerlingaantallen Ontwikkeling leerlingaantallen Elk jaar wordt op 1 oktober het leerlingaantal van elke basisschool geregistreerd door de Dienst Uitvoering Onderwijs (). Op basis van deze leerlingtelling wordt de bekostiging

Nadere informatie

NIEUW Blossom Protect Boni Protect SmartGrass

NIEUW Blossom Protect Boni Protect SmartGrass NIEUW Blossom Protect Boni Protect SmartGrass PRODUCTEN 2017 Selectief insecticide in de glastuinbouw Emulsie concentraat 100 g/l pyriproxyfen Erkenningsnummer: 8526P/B Verpakking: 24 x 500 ml > > In tomaat,

Nadere informatie

IMA-monitor van de toepassing van de verplichte sociale derdebetalersregeling door huisartsen

IMA-monitor van de toepassing van de verplichte sociale derdebetalersregeling door huisartsen 1 IMA-monitor van de toepassing van de verplichte sociale derdebetalersregeling door huisartsen Boekhoudperiode 2015T1 2016T4 Publicatiedatum: 20 juni 2017 Auteurs: Belinda ten Geuzendam, Didier Saint-Jean,

Nadere informatie

Gewasbeschermingsmiddelen in Vlaanderen: validatie emissies en waterkwaliteit

Gewasbeschermingsmiddelen in Vlaanderen: validatie emissies en waterkwaliteit 17/3/214 Gewasbeschermingsmiddelen in Vlaanderen: validatie emissies en waterkwaliteit Emissie Symposium, Utrecht, 13 maart 214 Leen Van Esch, Ingeborg Joris, Guy Engelen en Piet Seuntjens Doelstelling

Nadere informatie

Toestand en evolutie van de bodemvruchtbaarheid in België

Toestand en evolutie van de bodemvruchtbaarheid in België BODEMVRUCHTBAARHEID Toestand en evolutie van de bodemvruchtbaarheid in België Stan Deckers Piet Ver Elst Wegwijs in de bodemvruchtbaarheid van de Belgische akkerbouw- en weilandpercelen (2004-2007) Inhoud

Nadere informatie

Boxer WG en aanbevelingen, 10701 N W.10 bij etiketinstructie versie 10

Boxer WG en aanbevelingen, 10701 N W.10 bij etiketinstructie versie 10 Boxer WG en aanbevelingen, 10701 N W.10 bij etiketinstructie versie 10 Wettelijk Gebruiksvoorschrift Toegestaan is uitsluitend het professionele gebruik als onkruidbestrijdingsmiddel in de volgende sgebieden

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. De Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. De Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 6208 28 maart 2012 Besluit van de Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie van 21 maart 2012, nr.

Nadere informatie

Suikerbieten. magazine

Suikerbieten. magazine Suikerbieten magazine 1 Inhoud Suikerbietenmagazine De suikerbiet 4 Cruciaal in onze voedselketen Beste landbouwer, Overzicht van de Syngenta rassen 6 Rhizomanie tolerante rassen Tyler 6 Escault 6 Rhizomanie

Nadere informatie

Arbeidsmarkt Onderwijs

Arbeidsmarkt Onderwijs Nieuwsbrief SEPTEMBER 2011 Arbeidsmarkt Onderwijs Inleiding In dit nummer 1 Inleiding 1 Vlaanderen - Vraag 3 Vlaanderen - Aanbod 5 Brussel - Vraag 6 Brussel - Aanbod Elke maand schetsen we u aan de hand

Nadere informatie

Tuberculose in Vlaanderen 2002

Tuberculose in Vlaanderen 2002 Tuberculose in Vlaanderen 2002 Inleiding Tuberculose is nog steeds een van de belangrijkste en meest frequent voorkomende geregistreerde infectieziektes. Exacte cijfers zijn pas te verkrijgen na grondige

Nadere informatie

Grondwaterstandindicator freatisch grondwater Juli 2014

Grondwaterstandindicator freatisch grondwater Juli 2014 Grondwaterstandindicator freatisch grondwater Juli 2014 De grondwaterstandindicator geeft een beeld van de huidige stijghoogte van het grondwater ten opzichte van het verleden. De analyse van de stijghoogtegegevens

Nadere informatie

De waalse landbouw in cijfers

De waalse landbouw in cijfers De waalse landbouw in cijfers 2016 Opmerking : Vanaf 2011, om redenen van administratieve vereenvoudiging, berusten de enquêtes niet meer op de landbouwers die aan de landbouwtelling hebben deelgenomen

Nadere informatie

T NOTARISBAROMETER VASTGOED. Barometer 33

T NOTARISBAROMETER VASTGOED. Barometer 33 NOTARISBAROMETER VASTGOED WWW.NOTARIS.BE T2 2017 Barometer 33 INHOUD: In het kort... 2 Vastgoedactiviteit in België... 2 Prijsevolutie van het residentieel vastgoed in België... 2 Op macro economisch niveau...

Nadere informatie

Arbeidsmarkt Onderwijs

Arbeidsmarkt Onderwijs Nieuwsbrief FEBRUARI 2011 Arbeidsmarkt Onderwijs Inleiding In dit nummer 1 Inleiding 1 Vlaanderen - Vraag 3 Vlaanderen - Aanbod 5 Brussel - Vraag 6 Brussel - Aanbod Elke maand schetsen we u aan de hand

Nadere informatie

Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen April - juni 2014

Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen April - juni 2014 Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen April - juni 2014 n 21 T/2 5 jaar www.notaris.be VASTGOEDACTIVITEIT IN BELGIË 99,2 99,8 101 102,1 102,6 106,4 106,8 101,7 102,8 94,1 94,9 98,9 101,4

Nadere informatie

INDEX VASTGOEDACTIVITEIT T EVOLUTIE OP JAARBASIS

INDEX VASTGOEDACTIVITEIT T EVOLUTIE OP JAARBASIS NOTARISBAROMETER VASTGOED WWW.NOTARIS.BE T3 2018 Barometer 38 SAMENVATTING VASTGOEDACTIVITEIT INDEX VASTGOEDACTIVITEIT T3 2018 EVOLUTIE T2 2018 T3 2018 EVOLUTIE T3 2017 T3 2018 GEMIDDELDE PRIJZEN TRIMESTRIËLE

Nadere informatie

Analyse van de vooraanmeldingen voor de lerarenopleidingen

Analyse van de vooraanmeldingen voor de lerarenopleidingen Analyse van de vooraanmeldingen voor de lerarenopleidingen Aanmelding voor opleidingen tot vo docent steeds vroeger, pabo trekt steeds minder late aanmelders juni 2009 Inleiding Om de (toekomstige) leraartekorten

Nadere informatie

DE PRODUCTIEREKENING VAN DE VLAAMSE LAND- EN TUINBOUW

DE PRODUCTIEREKENING VAN DE VLAAMSE LAND- EN TUINBOUW FOCUS 214 DE PRODUCTIEREKENING VAN DE VLAAMSE LAND- EN TUINBOUW 214 Vlaamse overheid Departement Landbouw en Visserij 1. Blik op de productierekeningen 2. Productiewaarde 3. Intermediair verbruik 4. Netto

Nadere informatie

Impact van de Russische boycot op de prijzen en de uitvoer van bepaalde landbouwproducten

Impact van de Russische boycot op de prijzen en de uitvoer van bepaalde landbouwproducten Impact van de Russische boycot op de prijzen en de uitvoer van bepaalde landbouwproducten FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie Algemene Directie Economische Analyses en Internationale Economie

Nadere informatie

NOTARISBAROMETER VASTGOED MACRO-ECONOMISCHE FACTOREN. Barometer 35

NOTARISBAROMETER VASTGOED MACRO-ECONOMISCHE FACTOREN. Barometer 35 NOTARISBAROMETER VASTGOED WWW.NOTARIS.BE 2017 Barometer 35 INHOUD Macro-economische factoren... 1 Vastgoedactiviteit... 2 Vastgoedactiviteit in België... 2 Vastgoedactiviteit Regionale verdeling... 3 Vastgoedactiviteit

Nadere informatie

Arbeidsmarkt Onderwijs

Arbeidsmarkt Onderwijs Nieuwsbrief JANUARI 2011 Arbeidsmarkt Onderwijs Inleiding In dit nummer 1 Inleiding 1 Vlaanderen - Vraag 3 Vlaanderen - Aanbod 5 Brussel - Vraag 6 Brussel - Aanbod Elke maand schetsen we u aan de hand

Nadere informatie

Arbeidsmarkt Onderwijs

Arbeidsmarkt Onderwijs Nieuwsbrief OKTOBER 2012 Arbeidsmarkt Onderwijs Inleiding In dit nummer 1 Inleiding 1 Vlaanderen - Vraag 3 Vlaanderen - Aanbod 5 Brussel - Vraag 6 Brussel - Aanbod Elke maand schetsen we u aan de hand

Nadere informatie

Nieuw Kyleo MaxCel Rizolex 500 SC

Nieuw Kyleo MaxCel Rizolex 500 SC Nieuw Kyleo MaxCel Rizolex 500 SC Producten 2015 Amid-Thin W Vruchtdunningsmiddel in fruit Spuitpoeder 8 % 1-naftylacetamide Erkenningsnummer: 6011P/B Verpakking: 12 x 1 kg > > In appelbomen. Beta-Sure

Nadere informatie

Arbeidsmarkt Onderwijs

Arbeidsmarkt Onderwijs Nieuwsbrief DECEMBER 2012 Arbeidsmarkt Onderwijs Inleiding In dit nummer 1 Inleiding 1 Vlaanderen - Vraag 3 Vlaanderen - Aanbod 5 Brussel - Vraag 6 Brussel - Aanbod Elke maand schetsen we u aan de hand

Nadere informatie

Vastgoed April - juni 2016 VASTGOEDACTIVITEIT IN BELGIË 105,3 105,0. Op macro-economisch niveau

Vastgoed April - juni 2016 VASTGOEDACTIVITEIT IN BELGIË 105,3 105,0. Op macro-economisch niveau Verantwoordelijke uitgever: Erik Van Tricht, Koninklijke Federatie van het Belgisch Notariaat, Bergstraat, 30-34 - 1000 Notarisbarometer 29 n Vastgoed April - juni 2016 T/2 2DE TRIMESTER 2016 www.notaris.be

Nadere informatie

Producten groenbeheer Fiche zaden, eenjarigen en vaste planten (versie 10/02/2015) Bijlage

Producten groenbeheer Fiche zaden, eenjarigen en vaste planten (versie 10/02/2015) Bijlage Een inschrijver dient te kunnen aantonen dat het totale bedrijfsverbruik aan gewasbeschermingsmiddelen en meststoffen de vooropgestelde normen niet overschrijdt. Registreren Een inschrijver dient zijn

Nadere informatie

Evolutie van de Belgische voorraden

Evolutie van de Belgische voorraden Evolutie van de Belgische voorraden 2012-2013 V. De Blauwer (Inagro), D. Florins (FIWAP), P. Lebrun (FIWAP) Samenvatting Jaarlijks houden FIWAP, CARAH, PCA en Inagro een enquête om de evolutie van de aardappelvoorraden

Nadere informatie

Prijzen houden stand, maar de activiteit daalt. derde trimester met 5,1% naar beneden ten opzichte van de derde trimester van 2009.

Prijzen houden stand, maar de activiteit daalt. derde trimester met 5,1% naar beneden ten opzichte van de derde trimester van 2009. Vastgoed, familie, vennootschappen juli - september Trimester 3-21 www.notaris.be 1. Index van de vastgoed-activiteit in België n 6 12 12 11 18,2 11 1 11,1 11,6 1 99,2 1 99,7 99,8 94,3 94,4 94,1 1 9 86,3

Nadere informatie

Rapportage meldingen everzwijn Limburg Thomas Scheppers & Jim Casaer

Rapportage meldingen everzwijn Limburg Thomas Scheppers & Jim Casaer INBO.R.2012.16 INBO.R.2012.26 Wetenschappelijke instelling van de Vlaamse overheid Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek INBO Geraardsbergen Gaverstraat 4 9500 Geraardsbergen T: +32 54 43 71 11 F: +32

Nadere informatie

Regionale verdeling van de vastgoedactiviteit

Regionale verdeling van de vastgoedactiviteit notarisbarometer Vastgoed, vennootschappen, familie www.notaris.be A B C D n 1 Juli - september Trimester 3-211 Vastgoedactiviteit in België Prijsevolutie Registratierechten Vennootschappen A Vastgoedactiviteit

Nadere informatie

Overlevingsstrategieën voor een multifunctionele landbouw in verstedelijkte gebieden

Overlevingsstrategieën voor een multifunctionele landbouw in verstedelijkte gebieden Overlevingsstrategieën voor een multifunctionele landbouw in verstedelijkte gebieden DEEL II: Bijlage II - 1 1 Ruimtelijke structuur van België 1.1 Kenmerken en de interne dynamiek van de landbouw De ruimtelijke

Nadere informatie

gegevens van TekenNet 2017 en resultaten van de studie op ziektekiemen in teken die werden verzameld op mensen [1]

gegevens van TekenNet 2017 en resultaten van de studie op ziektekiemen in teken die werden verzameld op mensen [1] Gepubliceerd op sciensano.be (https://www.sciensano.be) Home > Surveillance van tekenbeten in België: gegevens van TekenNet 2017 en resultaten van de studie op ziektekiemen in teken die werden verzameld

Nadere informatie

De regionale impact van de economische crisis

De regionale impact van de economische crisis De regionale impact van de economische crisis Damiaan Persyn Vives Beleidspaper 11 Juli 2009 VIVES Naamsestraat 61 bus 3510 3000 Leuven - Belgium Tel: +32 16 32 42 22 www.econ.kuleuven.be/vives De regionale

Nadere informatie

Arbeidsmarkt Onderwijs

Arbeidsmarkt Onderwijs Nieuwsbrief SEPTEMBER 2010 Arbeidsmarkt Onderwijs Inleiding In dit nummer 1 Inleiding 1 Vlaanderen - Vraag 3 Vlaanderen - Aanbod 5 Brussel - Vraag 6 Brussel - Aanbod Elke maand schetsen we u aan de hand

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 22 december 2015

PERSBERICHT Brussel, 22 december 2015 PERSBERICHT Brussel, 22 december 2015 Positieve arbeidsmarktevoluties in het derde kwartaal van 2015 De werkgelegenheidsgraad bij de 20- tot 64-jarigen bedroeg in het derde kwartaal van 2015 67,4% en steeg

Nadere informatie

STUDIE. Faillissementen januari 2017

STUDIE. Faillissementen januari 2017 STUDIE Faillissementen januari 2017 01/02/2017 Overname en gebruik van dit onderzoek wordt aangemoedigd bronvermelding Graydon Belgium. Deze brochure is louter ter informatie opgesteld. De gegevens zijn

Nadere informatie

Houtbouw. in België vervolg op de enquêtes en uitgevoerd door Hout Info Bois 12% 2 % 5 % Hout Info Bois

Houtbouw. in België vervolg op de enquêtes en uitgevoerd door Hout Info Bois 12% 2 % 5 % Hout Info Bois Houtbouw in België 2015-2016 2 % 12% 5 % Hout Info Bois vervolg op de enquêtes 2011-2012 en 2013-2014 uitgevoerd door Hout Info Bois Sinds 2013 werkt Hout Info Bois samen met het Office Économique Wallon

Nadere informatie

Gebruik van gewasbeschermingsmiddelen in de landbouw per gewas,

Gebruik van gewasbeschermingsmiddelen in de landbouw per gewas, Gebruik van gewasbeschermingsmiddelen in de landbouw per gewas, 2012-2016 Indicator 16 January 2019 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere

Nadere informatie

Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen

Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen Januari - Maart 2013 n 16 T/1 www.notaris.be VASTGOEDACTIVITEIT IN BELGIË 87,7 101,6 100 99,8 101 102,1 102,6 106,4 106,8 101,7 99,2 99,2 102,8 94,1

Nadere informatie

Arbeidsmarkt Onderwijs

Arbeidsmarkt Onderwijs Nieuwsbrief OKTOBER 2010 Arbeidsmarkt Onderwijs Inleiding In dit nummer 1 Inleiding 1 Vlaanderen - Vraag 3 Vlaanderen - Aanbod 5 Brussel - Vraag 6 Brussel - Aanbod Elke maand schetsen we u aan de hand

Nadere informatie

2 BEMESTING WINTERTARWE

2 BEMESTING WINTERTARWE 2 BEMESTING WINTERTARWE 2.1 Bekalking, basisbemesting en stikstofbemesting in wintertarwe W. Odeurs 1, J. Bries 1 Een beredeneerde bemesting is een belangrijke teelttechnische factor voor het bekomen van

Nadere informatie

Arbeidsmarktbarometer Onderwijs

Arbeidsmarktbarometer Onderwijs Arbeidsmarktbarometer Onderwijs Basisonderwijs en secundair onderwijs December 29 VLAAMS MINISTERIE VAN ONDERWIJS EN VORMING AGENTSCHAP VOOR ONDERWIJSDIENSTEN (AgODi) Arbeidsmarktbarometer Onderwijs december

Nadere informatie