HOOR! KLEUTERS. Vossenoren

Transcriptie

1 HOOR! KLEUTERS Vossenoren Dit spel is een kort luistermoment. Laat de kinderen gericht luisteren door de handen achter de oren te krommen als vossenoren. Hierdoor vergroten de oorschelpen en vangen ze meer geluid op. Een vos luistert naar de geluiden achter hem door zijn oren te draaien. Dit kan nagebootst worden door de handen naar achter te krommen. De begeleider maakt een kring met de kinderen en laat ze gericht luisteren met de ogen dicht en hun handen als vossenoren. Wat horen jullie? Horen jullie iets speciaals? Een kikker, koekoek, specht, eend, kraai, sprinkhaan,... K1

2 Sluipende vossen 1 blinddoek takken van 30 cm ter plaatse De kinderen zitten in een grote kring, zij zijn de vossen. In het midden zit een kind. Het kind is de mama eend met kuikens en wordt geblinddoekt. De kuikens zijn in de buurt van hun ouder op zoek naar voedsel. Dit wordt voorgesteld door takken rond de eend te leggen op 0,5 tot 1 m afstand. De begeleider duidt een vos aan. De vos sluipt zo stil mogelijk naar de eend en probeert een tak (kuiken) te vangen. Wanneer mama eend de vos hoort, wijst zij in de richting van het geluid en roept KWAK. Goed gehoord? Dan moet de vos terug naar zijn plaats in de kring. Daarna duidt de begeleider een andere vos aan. Tip: Varieer in ondergrond (gras of bladeren) Probeer zonder jas/ schoenen Probeer op handen en voeten K2 Kikkerspel Dit is een variant op 1,2,3, piano. De kinderen springen als een kikker naar een aangeduid eindpunt, de poel. Aan de poel staat een reiger met zijn rug naar de kikkers. Nadat de reiger 1, 2, 3 reiger geroepen heeft, draait hij zich om. Op dat moment moeten alle kikkers bevriezen. De kikkers die nog bewegen worden gezien door de reiger en opgegeten. De kinderen die genoemd worden door de reiger gaan aan de kant zitten. K3

3 Beestenboel dierkaartjes (koekoek, kikker, hond, slang, bij, koe) --> in zijvak oor De begeleider bekijkt samen met de kinderen de dierkaartjes De dieren worden benoemd en de geluiden samen geoefend. Elk kind krijgt een dierkaartje. Ssssssst, niet verklappen, het moet geheim blijven. De kinderen verspreiden zich over het terrein. Na een signaal bootsen alle kinderen het geluid van hun dier na. Ze gaan op zoek naar hun soortgenootjes. K4 Natuurorkest Er zit muziek in de natuur! Elk kind gaat op zoek naar iets waar hij muziek kan maken. Maakt een tak tegen een tak een ander geluid als tegen de grond of tegen een boom? Hard trommelen, zacht trommelen, tikken, raspen, wrijven,... het kan allemaal! Hoor je de wind in het riet of de bladeren? Kan je met stenen muziek maken? Hoe klinkt het als er in een leeg slakkenhuis of notendopje geblazen wordt? Hoe klinken noten, eikels, bessen,... als je ze schudt in een potje? Samen vormen de kinderen een groot orkest met de begeleider als dirigent! Wordt het een prachtige kakafonie, een stevige mars of een spectaculaire symfonie? K5

4 Regenbui Maak samen met je klas een regenbui! De kinderen gaan met hun hele lichaam geluid maken, zodat het klinkt als regen. De begeleider bepaalt het tempo en de overgangen. Laat het echt langzaam aanzwellen tot je een stortbui hebt. Ideaal als regendans bij warm, droog weer. Bij regenweer kan je de regenbui eerst opbouwen en daarna weer laten afnemen. Het begint zachtjes te spetteren: We slaan met een vinger op een andere vinger Nu harder en sneller... Vervolgens klappen we in de handen Dan trommelen we op de borstkast Vervolgens kletsen we met de handen op de bovenbenen We eindigen stampend met de voeten op de aarde... Wat een stortbui! K6 Natuur- en Milieucentrum De Bourgoyen Driepikkelstraat Mariakerke nme.stad.gent

5