Inhoudsopgave. 1. Regelgeving en regels... 4

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Inhoudsopgave. 1. Regelgeving en regels... 4"

Transcriptie

1

2 Inhoudsopgave 1. Regelgeving en regels De reikwijdte van de V&G wetgeving Algemene verplichtingen voor werkgever op het gebied van deskundige bijstand Milieuwetgeving, arbeidstijdenwetgeving en de CE-markering Taken, rechten en plichten Taakverdeling en verantwoordelijkheden Betekenis, doel en toepassing van VCA-certificatie Verplichte opleidingen en VCA-diploma's Richtlijnen voor veiligheidsregels en werkvergunningen (Aanvullende) werkvergunningen Veilig werken, overleg en inspecties Richtlijnen voor bevordering van veilig gedrag Algemene regels in relatie tot menselijk gedrag en veilig werken Aanpak voor bevorderen veilig gedrag Communicatie en instructie Communicatie en instructie Preventie Mogelijke preventieve maatregelen bij gevaren en risico's op het werk Aandachtspunten bij risicovolle werkzaamheden en de werkvoorbereiding (Taak)risicoanalyse, LMRA, V&G-jaarplan en Plan van Aanpak Werkplek Een ergonomische werkplek Veiligstellen van de werkplek en installatie Betekenis van de verschillende vormen van signalering en markering Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM) Toepassing, definitie en functie van PBM Verplichtingen van verstrekkers en gebruikers van PBM Arbeidsmiddelen Veilig werken met vaste machines, aangedreven handgereedschap en handgereedschap Definities, voorbeelden en algemene eisen (hijswerktuigen en hijstoebehoren) Algemene gevaren en veiligheidsmaatregelen (hijsen) Algemene gevaren, vereiste documenten en veiligheidsmaatregelen (hijswerktuigen) Specifieke werkzaamheden en omstandigheden Gevaren/risico's en veiligheidsmaatregelen bij lassen, snijden en branden Gevaren en veiligheidsmaatregelen bij sloopwerkzaamheden Gevaren van en veiligheidsmaatregelen bij het werken bij wand- en vloeropeningen Werken op hoogte Veiligheidsmaatregelen werken in besloten ruimtes Gevaren en veiligheidsmaatregelen bij het werken in besloten ruimtes Extra maatregelen... 39

3 Inhoudsopgave 9. Werken met gevaarlijke stoffen De risico's en veiligheidsmaatregelen van een gevaarlijke stof etiket/pictogram bepalen Onderscheid tussen het gebruik en het vervoer van gevaarlijke stoffen Maatregelen bij (mogelijke) blootstelling aan gevaarlijke stoffen Gevaren en de veiligheidsmaatregelen bij het werken met specifieke gevaarlijke stoffen Gevaren van en maatregelen tegen een te hoge en een te lage zuurstofconcentratie Gevaren en oorzaken van lekken en corrigerende en preventieve maatregelen Werken met biologische stoffen of substanties die biologische stoffen bevatten Kleurcodering van gascilinders en belangrijke gassen Elektriciteit en straling Gevaren bij het werken met elektriciteit Vereiste kwalificaties van personen die in contact kunnen komen met elektriciteit Gevaren en veiligheidsmaatregelen met ioniserende en niet-ioniserende straling Brand en explosie Gevaren voor brand en explosie Explosiegevaarlijke omgevingen en het gebruik van een persoonlijke explosiemeter Kiezen van het juiste blusmiddel Handelswijze bij brand Beheersen van incidenten en noodsituaties Bepalen van de juiste handelswijze bij incidenten Noodsituaties Bedrijfs- (intern) noodplan Bedrijfshulpverlening Evacuatieoefening Dit boek bevat de eind- en toetstermen van VCA Infra. Dit zijn de begrippen zoals deze gehanteerd kunnen worden tijdens het examen. Deze samenvatting is bruikbaar voor de voorbereiding op de examens van VCA Basis, VCA VOL en VIL VCU.

4 1. Regelgeving en regels 1.1. De reikwijdte van de V&G wetgeving Begrippen uit de nationale V&G wetgeving Het begrip ARBO (NL): Arbeidsomstandigheden Doelstellingen van de V&G-wetgeving - Bescherming bij het uitvoeren van werkzaamheden. - Verbeteren van veiligheid en gezondheid van werknemers op het werk. - Zo goed mogelijke arbeidsomstandigheden. Toepassingsgebied van de V&G-wetgeving Rechten en plichten: De wetgeving geeft de rechten en plichten aan van zowel werkgever als werknemer op het gebied van veiligheid en gezondheid op het werk en de omstandigheden waarin arbeid wordt verricht. Locatie: Alle plaatsen waar arbeid wordt verricht Personen: Werkgever en werknemers Toezicht op naleving van de wetgeving Bevoegdheden van de Inspectie SZW: - Toezicht houden op naleving Veiligheid- en gezondheidswetgeving. - Onderzoek instellen naar aanleiding van een ongeval. - Werknemers vragen naar een geldige legitimatie. - Eis stellen betreffende de wijze waarop de Veiligheid- en gezondheidswetgeving moet worden nageleefd. - Werkzaamheden stilleggen indien er een ernstig gevaar aanwezig is voor personen. - Opstellen proces-verbaal naar aanleiding van overtreding. - Waarschuwing geven naar aanleiding van afwijkingen van de regelgeving. De algemene verantwoordelijkheden vanuit de V&Gwetgeving voor de werkgever Uitgangspunten van de V&G-wetgeving - Werkgever zorgt voor de veiligheid en de gezondheid van werknemers inzake alle met de arbeid verbonden aspecten en voert daartoe een beleid. - Het leveren van Arbeid mag geen nadelige invloed hebben op de veiligheid en gezondheid van werknemers. - Gevaren opsporen en risico's beheersen van risico s. - Ondersteuning via deskundige personen of diensten. - Voorlichting en opleiding werknemers. - Overleggen en samenwerken met de werknemers(vertegenwoordiging). Waarborging welzijn - Inrichting van de werkplek moet aangepast zijn aan de werknemer. - Er moet rekening gehouden worden met persoonlijke factoren van de werknemer zoals leeftijd, geslacht, kennis van de voertaal en vakmanschap. - Eentonig werk vermijden. Zorg voor andere personen dan werknemers - Werknemers van andere werkgevers die zich op de werkplek bevinden. - Leveranciers, bezoekers, overige aanwezigen. - Omwonenden. Algemene verplichting van alle werkgevers op één locatie: Samenwerken bij de uitvoering van de maatregelen met betrekking tot de veiligheid en de gezondheid van de werknemers en hun optreden op dit vlak coördineren. Algemene regel ten aanzien van verantwoordelijkheid De werkgever die aanwijzingen geeft, toezicht houdt en middelen verstrekt, is ook verantwoordelijk voor de naleving van de V&G-wetgeving. De sanctioneringsmogelijkheden van de 'Inspectie SZW' Opstellen boeterapport naar aanleiding van sanctioneerbaar feit aan de werkgever/werknemer. Doelstellingen V&G wetgeving inzake uitzendwerk Ervoor zorgen dat uitzendkrachten, wat de veiligheid en gezondheid op het werk betreft, dezelfde mate van bescherming genieten als de overige werknemers van de inlenende onderneming. Uitgangspunten V&G wetgeving inzake uitzendwerk Verantwoordelijke voor de veiligheid en gezondheid bij uitzendwerk: De inlenende onderneming. VCA Eind- en toetstermen Pagina 4 van 54

5 De algemene verplichtingen op het gebied van preventie, bescherming en gezondheidstoezicht Bijstand op het gebied van preventie en bescherming - Het bedrijf stelt één of meer deskundigen (preventiemedewerker) aan. - Indien de onderneming intern niet over de nodige deskundigheid beschikt, doet de werkgever aanvullend beroep op externe bijstand. Verplichtingen ten aanzien van gezondheidstoezicht Verplichtingen: Periodiek werknemers in de gelegenheid stellen om een onderzoek te ondergaan ter voorkoming en beperking van risico s voor de gezondheid. Verplichtingen ten aanzien van gezondheidstoezicht Verplichtingen: Periodiek werknemers in de gelegenheid stellen om een onderzoek te ondergaan ter voorkoming en beperking van risico s voor de gezondheid 1.3. Milieuwetgeving, arbeidstijdenwetgeving en de CE-markering De grondbeginselen van de milieuwetgeving - Mens en omgeving beschermen tegen schadelijke effecten van activiteiten. - Uitstoot en afvalstromen beperken. - Zorgen voor een doelmatige en correcte verwijdering van afvalstoffen. Verplichtingen om doelen te bereiken - Productieprocessen aanpassen. - Zuinig en efficiënt omspringen met energie. - Zuinig en efficiënt omspringen met natuurlijke hulpbronnen. De grondbeginselen van de arbeidstijdenwetgeving - Afbakenen van maximale arbeidstijden en minimale rusttijden om te voorkomen dat de veiligheid en gezondheid in gevaar komt. - gevorderen van combineerbaarheid arbeid en zorgtaken/gezin Algemene verplichtingen voor werkgever op het gebied van deskundige bijstand Bijstand op het gebied van preventie en bescherming - Het bedrijf stelt één of meer deskundigen aan. - Indien de onderneming intern niet over de nodige deskundigheid beschikt, doet de werkgever aanvullend beroep op externe bijstand. Deskundige personen of diensten Functie van deskundige personen of diensten: Werkgever en werknemers bijstaan in de toepassing van de V&G-wetgeving. Belangrijkste taken (deskundige personen of diensten) (NL): - Meewerken aan de risico-inventarisatie en evaluatie. - Meewerken aan ongevallen- en incidentenonderzoek. - Adviseren van en samenwerken met de werknemers (vertegenwoordiging). - Uitvoeren van arbeidsgeneeskundige onderzoeken. - Begeleiding van werknemers die door ziekte niet in staat zijn hun arbeid te verrichten. Toepassingsgebied van het gezondheidstoezicht - Maatregelen voorstellen om gezondheidsschade tijdens uitoefenen van het beroep te voorkomen. - Voorkomen en tijdig opsporen van beroepsziekten. - Nagaan of een werknemer geschikt is voor een taak. Uitgangspunten - Rekening houden met persoonlijke situatie van de werknemer. - Samenhang met Veiligheids- en Gezondheidsbeleid. Toepassing (NL) Alle werknemers, beneden een bepaalde salarisgrens. Europese Richtlijnen ten opzichte van nationale wetgeving Een Europese richtlijn moet binnen een bepaalde periode omgezet worden in Nationale wetgeving. Een Europese verordening geldt meteen in alle lidstaten; lidstaten moeten hun nationale wetgeving waar nodig aanpassen zodat het niet tegenstrijdig is. Principes CE-markering - CE-markering moet door de fabrikant of invoerder aangebracht worden. - De CE-markering mag maar aangebracht worden op basis van een Technisch dossier en een verklaring van overeenstemming, waarin de fabrikant of invoerder bevestigt dat zijn product in overeenstemming is met de veiligheidseisen uit de Richtlijn. - Enkel CE gemarkeerde arbeidsmiddelen mogen op de markt gebracht worden. Betekenis CE-markering CE-markering op een arbeidsmiddel en PBM aangebracht betekent dat men er van uit mag gaan dat het product (bv arbeidsmiddel, machines, PBM, ) op veiligheidsvlak voldoet aan de betreffende Europese Richtlijn. VCA Eind- en toetstermen Pagina 5 van 54

6 1.4. Taken, rechten en plichten Algemene verplichtingen van de werknemer - Zorg dragen voor de eigen veiligheid en gezondheid en van andere betrokken personen. - Op de juiste wijze gebruik maken van en zorgdragen voor de persoonlijke beschermingsmiddelen. - Op de juiste manier gebruik maken van machines, toestellen, gereedschappen, gevaarlijke stoffen, vervoermiddelen en andere middelen. - Melden van incidenten aan leidinggevende. - Melden van ernstig en onmiddellijk gevaar voor de veiligheid en de gezondheid aan de leidinggevende. - Samenwerken met de werkgever en de preventiedienst op het gebied van het bevorderen van V&G op het werk. - Op positieve wijze bijdragen tot het preventiebeleid. - Zich onthouden van iedere daad van geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag op werk. - Opleiding volgen. - Voorlichting volgen. - Instructies volgen. - Aangebrachte beveiligingen niet veranderen of weghalen en op de juiste wijze gebruiken. Algemene rechten van de werknemer - Recht op informatie en opleiding. - Recht op onderbreking van werk bij dreigend en ernstig gevaar voor mensen. - Recht op een veilige en gezonde werkomgeving. Acties bij een dreigend, ernstig of onmiddellijk gevaar - De situatie onmiddellijk melden aan de leidinggevende. - Het werk stoppen en/of zich in veiligheid begeven. - Rekening houdend met zijn technische kennis en middelen zelf de passende maatregelen nemen om de gevolgen van een dergelijk gevaar te voorkomen. Algemene verplichtingen van de werkgever - Bevorderen van veiligheid, gezondheid en welzijn van de werknemers door het voeren van een preventiebeleid geïntegreerd in het bedrijfsbeleid - Planning van de preventie en de uitvoering van het beleid vanuit een systeembenadering (opstellen en uitvoeren van een globaal preventieplan en V&Gjaarplan) - Uitvoeren van een (schriftelijke) risicoanalyse - Raadplegen van deskundigen (interne en externe preventiedienst) - Overleg plegen met de werknemers - Bezorgen van doelmatige beschermingsmiddelen en erop toezien dat ze worden gebruikt - Zich onthouden van iedere daad van geweld, pesterijen of van ongewenst seksueel gedrag op werk - Melding en onderzoek van ernstige arbeidsongevallen aan de 'Inspectie SZW' - Doeltreffende maatregelen treffen voor hulpverlening en evacuatie - Zorgen voor een gepast onthaal, voorlichting, opleiding en instructies - Toezicht houden op de naleving van de instructies - De nodige maatregelen nemen voor de veiligheid en de gezondheid van derden op de arbeidsplaats Instantie voor melding ernstige arbeidsongevallen Arbeidsinspectie VGM-taken van operationeel leidinggevenden - Voorstellen en adviezen formuleren aan de werkgever - Ongevallen en incidenten onderzoeken en maatregelen voorstellen - Controle uitoefenen op arbeidsmiddelen en persoonlijke beschermingsmiddelen - Advies inwinnen van preventiediensten - Verifiëren of werknemers over vereiste bekwaamheid en informatie beschikken - Waken over de naleving van de instructies - Zich ervan vergewissen dat de werknemers de informatie begrijpen en in de praktijk brengen - Organiseren van het onthaal van de beginnend werknemer en een ervaren werknemer aanduiden voor de begeleiding - Meewerken aan risicobeheersing (RIE en TRA) - Uitvoeren veiligheidsinspecties - Organiseren van VGM-bijeenkomsten (toolboxmeetings) Verplichtingen inzake voorlichting en opleiding Voor aanvang van de werkzaamheden (bij werving, inclusief tijdelijke werknemers) - Bij overplaatsing of verandering van werkpost/functie. - Bij invoering van een nieuw arbeidsmiddel of verandering van een arbeidsmiddel. - Bij invoering van nieuwe werkprocedés, nieuwe technologie. Kenmerken goede voorlichting en opleiding - Afgestemd op aard, capaciteit en ervaring werknemer. - Afgestemd op de specifieke werkzaamheden. - Begrijpelijk. - Praktisch, niet alleen schriftelijk. - Verifiëren of werknemer de inhoud heeft begrepen. Verplichte inhoud van voorlichting en opleiding - Veiligheid, gezondheid en welzijn in het algemeen. - Gevaren op de werkplek. - Getroffen maatregelen. - Voorschriften en regels die in het bedrijf gelden. Manieren om motivatie van medewerkers te verbeteren - Tracht zoveel mogelijk inzicht te krijgen in de persoonlijkheid en capaciteiten van uw medewerkers. - Geef medewerkers geen opdrachten die onder of boven hun capaciteiten liggen. - Houd rekening met meningen, voorstellen, wensen en adviezen van uw medewerkers. VCA Eind- en toetstermen Pagina 6 van 54

7 - Laat uw medewerkers weten hoe u over hen denkt, evenals over hun prestaties op het gebied van veiligheid, gezondheid en milieu. - Beoordeel uw medewerkers zo objectief mogelijk. - Zorg er bij corrigerend optreden voor dat de medewerker niet in zijn waarde als vakman en als mens wordt aangetast. - Zorg voor een gezonde dosis zelfkritiek. - Luister goed naar wat een ander zegt. - Vertel medewerkers niet alleen hoe zij iets moeten doen maar ook waarom. - Geef het goede voorbeeld Taakverdeling en verantwoordelijkheden Wettelijke aansprakelijkheden met betrekking tot veiligheid en gezondheid - Verhoudingen tussen inlener, uitzendkracht en uitzendorganisatie. - De inlener staat in voor het toepassen van de veiligheids- en gezondheidswetgeving. - De uitzendorganisatie heeft specifieke taken: informatie aan de uitzendkracht. Formele en materiële werkgever - De formele werkgever heeft de medewerker feitelijk in dienst. - De materiële werkgever is degene onder wiens gezag de uitzendkracht werkt. Verantwoordelijke voor de arbeidsomstandigheden - De formele werkgever heeft de medewerker feitelijk in dienst - De materiële werkgever is degene onder wiens gezag de uitzendkracht werkt Wettelijke aansprakelijkheid met betrekking tot veiligheid en gezondheid - Bij uitzending is er sprake van een driehoeksverhouding: uitzendorganisatie, inlener en uitzendkracht. - De uitzendorganisatie is aansprakelijk i.v.m. de doorgeleidingsplicht. - De inlener, als materiële werkgever, is aansprakelijk voor de arbeidsomstandigheden van de uitzendkracht. Taken, rechten, plichten en bevoegdheden VG-aspecten bij uitzending - VG-risico s en beheersmaatregelen van de uitzendfuncties. - Te volgen procedure bij de aanvraag van uitzendkrachten en vastleggen van afspraken over VG-aspecten (instructie, informatie, PBM s, opleiding, ervaring). - Benodigde VG-documenten opvragen en juist kunnen interpreteren, bijvoorbeeld: de resultaten van een risicoanalyse, VG-regels en voorschriften, vakbekwaamheid. - Zorgvuldige selectie van uitzendkrachten. - Informatie aan uitzendkracht(en) over VG-aspecten en gemaakte afspraken met de inlener. - Te volgen procedure bij een ernstig ongeval met uitzendkrachten. Dossier van de uitzendkracht - Persoonsgegevens, sociale gegevens, werkvergunningen. - Kopie van een identificatiedocument. - Kopieën van relevante vakopleidingen, vervolgopleidingen, opleidingen risicovolle taken. - Werkervaring. - Kopieën of bewijzen van vereiste geldige certificaten/attesten/diploma s. - Evaluaties, notities m.b.t. uitzending, incidenten, enz. - Functiegerichte beperkingen. - Taalvaardigheid. - Bewijsstukken van medische geschiktheid (indien van toepassing). - Kopie van rijbewijs (indien van toepassing). Aandachtspunten (bij aanvraag door de inlener) - Functienaam. - Plaats, afdeling en werkomgeving. - Uit te voeren werkzaamheden en taken. - Risicovolle taken en beheersmaatregelen van de taak en werkplek. - Vereiste medische geschiktheid. - Aanwezige risico s (gevaarlijke stoffen, machines, situaties, processen). - Welke PBM s worden toegepast om deze risico s te beheersen. - Wie de PBM s bezorgt (uitzendorganisatie of inlener). - Wie de gebruiksinstructie PBM s geeft (uitzendorganisatie of inlener). - Vakopleiding/opleidingsniveau. - Ervaring. - Taalvaardigheid. - Het in bezit zijn van een geldig diploma Basisveiligheid VCA, tenzij in de aanvraag vermeld en door de inlener gemotiveerd dat Basisveiligheid VCA niet verplicht is. - Eisen i.v.m. Risicovolle taken. - Andere relevante opleidingen. Aandachtspunten (bij selectie) - Selectieprocedure van uitzendkracht(en) die voldoen aan de bij de aanvraag gestelde eisen. - Een afwijking of uitzondering t.a.v. de gestelde eisen in de aanvraag wordt voorgelegd aan de inlener voordat de definitieve selectie plaats vindt. - Bijkomende voorzorgsmaatregelen of afspraken worden vastgelegd op de selectie- of aanvraagdocument(en). - De inlener gaat akkoord met de afwijkende selectie. Wanneer er een afwijking is tussen de aanvraag en de selectie wordt hiervan notitie gemaakt door de uitzendorganisatie (datum, naam, functie). Specifieke VG-risico s en de VGM-regels en - voorschriften van de locatie - De uitzending, de risico s en beheersmaatregelen van de functie waarin zij worden geplaatst. VCA Eind- en toetstermen Pagina 7 van 54

8 - Sector/branche specifieke VG-regels en voorschriften. - De bij de inlener voorgeschreven persoonlijke beschermingsmiddelen en instructie over het juiste gebruik. - Medisch onderzoek, indien noodzakelijk. - Meldingsprocedure bij ongevallen met verzuim/werkverlet. Controle op de gemaakte afspraken met de inlener - Opvang in het bedrijf; kennismaking met de chef. - Persoon waarbij hij zich moet melden voor instructies over werkplek en taak. - Verstrekken en dragen van persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM). - De taak die de uitzendkracht uitvoert; de werklocatie en de omstandigheden. - Bevoegdheid en medische geschiktheid voor het uitvoeren van risicovolle. Evaluatie (met de inlener) - Vakbekwaamheid; theoretische kennis; zelfstandigheid; veilig uitvoeren van taken. - Motivatie; houding; communicatie; begrijpen van instructies (taalkennis). - Opvolgen VGM-regels en voorschriften; zich houden aan werkvergunningen; afspraken nakomen. - Correct omgaan met gereedschap; zorg voor gereedschap; opruimen. - Correct gebruik van PBM s; zorg voor PBM s. - Stellen van vragen bij onduidelijkheid; melden van afwijkingen; melden van onveilige situaties. - Communicatie en contacten met de uitzendorganisatie. Evaluatie (met de uitzendkracht) - Introductie en ontvangen instructies m.b.t. voorschriften en regels (VGM). - Verstrekking van persoonlijke beschermingsmiddelen en werkkleding. - Communicatie met contactpersoon en/of direct leidinggevende. - Werksituatie en werkomstandigheden m.b.t. veiligheid en gezondheid. - Voorzieningen zoals kleedruimte, kantine, sanitair. - Aandacht en toezicht op veilige werkomstandigheden. - Betrokkenheid bij VGM-instructies / bijeenkomsten (toolboxmeetings; start-werk instructie). Ongevallen met verzuim/werkverlet: - Procedure voor melding en registratie. - Communicatie van de procedure naar uitzendkrachten. - Correcte en volledige invulling van ongevallenformulier. - Registratie van alle ongevallen. - Jaarlijks opvolgen van de ongevallenstatistieken (IF). Geneeskundig onderzoek (NL) - Voor welke functies of specifieke werklocaties bij inleners een medisch onderzoek vereist is. - Medisch onderzoek door daartoe bevoegde personen of erkende medische diensten voor de bedrijfsgezondheidszorg. - Informatie naar uitzendkrachten over vereiste medische geschiktheid en uit te voeren medische onderzoeken, keuringen en herkeuringen. - Nagaan en bijhouden van medische geschiktheid van uitzendkrachten voor de functie die zij daadwerkelijk uitoefenen. - Nagaan welke medische onderzoeken de inlener zelf laat uitvoeren en hier (zonodig) medewerking aan te verlenen. - Weten dat het medisch onderzoek niet misbruikt mag worden om de gezondste kandidaat te selecteren. Afwijking van oorspronkelijke taken van de uitzendkracht - Voorafgaande informatie van de uitzendorganisatie en van de uitzendkracht. - Omschrijving van specifieke, bijkomende preventiemaatregelen. - Afspraken wie de uitzendkracht informeert, instructies en beschermingsmiddelen geeft Betekenis, doel en toepassing van VCA-certificatie VCA: VGM Checklist Aannemers VGM: veiligheid, gezondheid en milieu Checklist: vragenlijst uitgewerkt als doorlichting- en screeningsysteem Aannemers: bedrijven die voor en bij anderen (opdrachtgevers) werkzaamheden verrichten Doelstelling VCA-certificatie: Beheersing van de activiteiten op de werkvloer wat betreft VGM Doel: voorkomen incidenten (VGM) Doelgroep VCA-certificatie: Bedrijven die hun medewerkers risicovolle werkzaamheden of werkzaamheden in risicovolle omgevingen laten verrichten, zoals fabrieken, installaties en bouw Betekenis van het VCA-certificaat: Keurmerk om aan te tonen dat een bedrijf, conform de VCA-regels, aan VGM-beheersing doet VCA Eind- en toetstermen Pagina 8 van 54

9 Niveaus van VCA-certificatie: VCA* (één ster). Dit certificatieniveau is gericht op de directe VGM-zorg bij de activiteiten op de werkvloer VCA ** (twee sterren). Bovenop de elementen uit VCA* worden hierbij ook de veiligheidsstructuren en - systemen binnen het bedrijf van de aannemer beoordeeld Petrochemie: aan bedrijven die complexe risicovolle werkzaamheden in de petrochemie / petrochemische industrie uitvoeren worden bijkomende eisen gesteld, in aanvulling op VCA** Doelstelling van VCU-certificatie Betekenis VCU VCU staat voor "Veiligheid en gezondheid Checklist Uitzendorganisaties" Doelstelling VCU certificatie: Beheersing door uitzendorganisaties van het proces van ter beschikkingstelling van uitzendkrachten m.b.t. veiligheid en gezondheid op het werk Doelstelling van de VCO-certificatie Betekenis VCO: VCO staat voor Veiligheid, gezondheid en milieu Checklist Opdrachtgevers Doelstelling VCO certificatie De opdrachtgever zorgt voor de juiste voorwaarden en omstandigheden zodat VCA-gecertificeerde aannemers en uitzendkrachten, die uitgezonden zijn via VCUgecertificeerde organisaties en die voor hen op hun terrein risicovol werk komen doen, veilig werken Veiligheidspaspoort Het begrip veiligheidspaspoort: Persoonlijk document (boekje of digitale registratie) met belangrijke gegevens over gevolgde opleidingen, trainingen, medische geschiktheden en inentingen Voorwaarden voor invullen: De werkgever heeft een procedure opgesteld om er voor te zorgen dat het veiligheidspaspoort correct en tijdig wordt ingevuld Centraal Diploma Register (CDR) Het begrip CDR: In het Centraal Diplomaregister wordt het behalen van de volgende kwalificaties geregistreerd: 'Basisveiligheid VCA', 'Veiligheid voor operationeel leidinggevenden VCA', 'Veiligheid voor intercedenten en leidinggevenden VCU' en/of kwalificaties in het kader van de SSVV Opleidingen Gids. Het Centraal Diplomaregister wordt gebruikt voor verificatie van een diploma-/certificaat(nummer) of naam van een gediplomeerde/gecertificeerde Verplichte opleidingen en VCA-diploma's Betekenis van de verplichte opleidingen en VCAdiploma's SSVV Opleidingen Gids (NL): In de petrochemie is het verplicht dat bij een aantal activiteiten/functies de operationele medewerkers een examen hebben afgelegd bij een erkend centrum. Activiteiten in de petrochemie met verplicht examen (SSVV Opleidingen Gids) (NL): - Werken met een vorkheftruck. - Werken met een verreiker. - Werken met een hoogwerker. - Werken aan flensverbindingen en met fittingen. - Werken als buitenwacht. - Verplaatsen en begeleiden van lasten. - Werken met onafhankelijke ademhalingsbescherming. - Gasmeten: explosiegevaarlijke en toxische stoffen en zuurstof. Opleidingsvereisten in het kader van VCA: - Voor operationele medewerkers: diploma Basisveiligheid VCA (B-VCA). - Voor operationeel leidinggevenden aan operationele medewerkers: diploma "Veiligheid Operationeel Leidinggevenden VCA" (VOL-VCA). - Voor risicovolle taken: certificaat van de betreffende toets. Opleidingseisen voor uitzendkrachten en voor medewerkers van de uitzendorganisatie Opleidingseisen: De uitzendkrachten die uitgezonden worden naar inleners met een VCA-certificaat: diploma Basisveiligheid VCA De uitzendkracht, die uitgezonden wordt als operationeel leidinggevende bij een inlener: diploma Veiligheid voor Operationeel Leidinggevende VCA of VOL-VCA De intercedent en leidinggevenden in de uitzendorganisatie met een VCU-certificaat: diploma Veiligheid voor Intercedenten en Leidinggevenden VCU of VIL-VCU 1.8. Richtlijnen voor veiligheidsregels en werkvergunningen Algemene veiligheidsregels Doelgroep: - Voor de gehele organisatie. - Eigen personeel. - Uitzendkrachten. - Andere personen op de locatie. - Personeel van aannemers en onderaannemers. Richtlijnen: - Moeten schriftelijk vastgelegd zijn. - Moeten aan iedere persoon die voor het eerst de locatie betreedt, worden kenbaar gemaakt. - Moeten voldoende duidelijk en eenduidig zijn. - Moeten ook door anderstaligen begrepen kunnen worden. Toepassingsgebied: - Aan- en afmelden. - Verkeersregels op het terrein. VCA Eind- en toetstermen Pagina 9 van 54

10 - Hoe te handelen bij incidenten. - Scheiden van afval. - Melden van ongevallen, brand en incidenten. Fasen van de oorzaken-gevolgenreeks: 1. Achtergrond (organisatie). 2. Menselijk falen. 3. Onveilige handelingen en/of situaties. 4. Ongeval. 5. Letsel en/of schade. Toepassingsgebied: Bij taken, functies en werkzaamheden met een verhoogd risico. Werkzaamheden: - Betreden van besloten ruimten. - Werken op hoogte. - Warm/heet werk. - Werken in explosiegevaarlijke omgeving. - Gebruik van de vereiste persoonlijke beschermingsmiddelen. - Graafwerkzaamheden. - Gebruik van specifieke gereedschappen, apparatuur en werktuigen. - Afscherming. - Ventilatie. - Signalering. - Markering. Richtlijnen: - Moeten schriftelijk vastgelegd zijn. - Moeten voldoende duidelijk en eenduidig zijn. - Moeten voor betreffende/betrokken werknemer beschikbaar zijn. - Moeten voor betrokken werknemers toegelicht zijn. - Moeten bij de betrokken werknemers getoetst zijn of zij de regels begrepen hebben. - Moeten ook door anderstaligen begrepen kunnen worden (Aanvullende) werkvergunningen Doel (werkvergunning) Zeker stellen dat er overleg plaatsvindt, en formele toestemming gegeven wordt voor de werkzaamheden op het terrein en aan de installaties. Doel (aanvullende werkvergunning) - Het werk houdt specifieke risico s in. - Het werk vraagt specifieke opleiding of toelichting. - Voorwaarde om dat werk te verrichten is: het staat op schrift. - Voorwaarde om dat werk te verrichten is: het is toegelicht. - Voorwaarde om dat werk te verrichten is: het is ondertekend. Werkzaamheden met verplichting voor aanvullende werkvergunning - Betreden van een besloten ruimte. - Brandgevaarlijk werk ook vuurvergunning (BE) of heetwerkvergunning (NL), bijvoorbeeld: lassen, slijpen. - Graven in vervuilde ondergrond. - Graven in grond waar leidingen in liggen. - Werken aan of bij gevaarlijke stralingsbronnen. - Hijswerkzaamheden boven of in omgeving van belangrijke installaties. - Werken met of slopen van asbesthoudend materiaal. - Werken met gevaarlijke stoffen. - Werken op hoogte. Functies en inhoud van een werkvergunning - Overleggen met iedereen die bij het werk betrokken is. - Maken van bindende afspraken met iedereen die bij het werk betrokken is. - Vastleggen van de voorwaarden waaronder gewerkt moet worden. - Verlenen van toestemming voor het aanvangen van de werkzaamheden. Inhoud van de werkvergunning - Geldigheidsduur (meestal 1 dag). - Welke werkzaamheden worden gevraagd. - Wie gaat welk werk doen. - Maatregelen te nemen/genomen door de verstrekker van de werkvergunning. - Maatregelen te nemen door de operationele medewerkers, zij die de werkzaamheden verrichten. - Maatregelen om de werkomgeving na de werkzaamheden veilig achter te laten. - Bekrachtiging/ondertekening. - Voorwaarden voor de verlenging van de werkvergunning. Plichten van betrokken personen bij de werkvergunning - Controle op de vrijstelling van de installatie voor het aftekenen van de vergunning. - Doorspreken met de werkvergunninghouder over de aard van de werkzaamheden, de voorwaarden en de maatregelen, die genomen moeten worden voor het aftekenen van de werkvergunning. - Ondertekening van de werkvergunning. - Indien nodig, zorgt de verstrekker er voor dat de noodzakelijke metingen zijn verricht. - Indien verschillende werkzaamheden samen verricht worden zorgt de verstrekker voor de nodige coördinatie en afspraken tussen de tussenkomende partijen. VCA Eind- en toetstermen Pagina 10 van 54

11 Plichten (houder) - De houder is meestal de leidinggevende van de operationele medewerkers. - De houder geeft uitleg aan de operationele medewerkers. - De houder ondertekent de werkvergunning. - De houder ziet erop toe dat de werkzaamheden ook volgens de voorwaarden op de werkvergunning verlopen. - De houder zorgt ervoor dat de werkvergunning ter plaatse is. Plichten (operationele medewerkers) - Zich op de hoogte laten stellen van de inhoud van de werkvergunning. - Houden aan de voorwaarden voor de werkzaamheden, zoals omschreven in de werkvergunning. - Zich houden aan de maatregelen die op de werkvergunning vermeld staan. - Enkel werken met een geldige werkvergunning en rekening houden met de geldigheidsduur. Onderdelen van de werkvergunning - Hierin staat wat de werkzaamheden inhouden. - Hoe de werkzaamheden plaatsvinden. - Waar de werkzaamheden plaatsvinden. Maatregelen (door de verstrekker voorgeschreven) - De maatregelen om veilig te kunnen werken - Veilig stellen: steekflenzen, elektrisch en/of mechanisch vergrendelen - Meten en detecteren Maatregelen (door de operationele medewerker te nemen) - De maatregelen die door de operationele medewerkers moeten genomen worden om veilig te werken. - Alle persoonlijke beschermingsmiddelen moeten hier genoteerd worden. Ondertekening - Degenen die ondertekenen gaan akkoord met de inhoud van de werkvergunning. - De werkvergunning wordt ondertekend door de verstrekker, de houder en door de leidinggevende(n) van de uitvoerende(n) of door de uitvoerende(n) indien hij daartoe gerechtigd is. Plichten van de leidinggevende van de operationele medewerkers - De leidinggevende moet alle maatregelen van tevoren grondig doorspreken met de operationele medewerkers. - De leidinggevende moet zorgen dat de werkvergunning op de werkplek aanwezig is. - De leidinggevende moet de te nemen maatregelen door de verstrekker en de houder controleren. VCA Eind- en toetstermen Pagina 11 van 54

12 2. Veilig werken, overleg en inspecties 2.1. Richtlijnen voor bevordering van veilig gedrag Gedrag - Zorgdragen voor de eigen veiligheid en gezondheid en deze van andere betrokken personen. - Een positieve instelling. - Zich houden aan de veiligheidsvoorschriften en aanwijzingen en instructies opvolgen. - Andere medewerkers aanspreken op onveilige handelingen. - Onveilige situaties en incidenten melden en gepast ingrijpen. - Aandacht voor persoonlijke hygiëne, orde en netheid. Invloed van alcohol- en/of drugsgebruik - Verminderde waakzaamheid. - Verminderd of problematisch functioneren. - Verminderd inschattingsvermogen van situaties. - Drempelverlagend voor grensoverschrijdend gedrag. - Overschatting van de eigen mogelijkheden. - Verhoogde werkdruk op collega s en verstoring werkorganisatie. Gedrag bij alcohol- en/of drugsgebruik - Zich onthouden van alcohol- en drugsgebruik tijdens het werk of met invloed op het werk. - Problematisch gebruik signaleren aan de leidinggevende en zich onthouden van gevaarlijke werkzaamheden of werken die een gevaar voor anderen kunnen inhouden. - Hulp zoeken bij chronisch problematisch gebruik. Gebruik van medicijnen Ook sommige medicijnen kunnen de zelfde effecten hebben als drugs, raadpleeg de huisarts of risicovolle werkzaamheden uitgevoerd mogen worden bij het gebruik van medicijnen. Orde en netheid (good housekeeping) - Voorkomen van incidenten. - Voorkomen van vervuiling, milieuschade. - Aangenamere werkomgeving, positieve invloed op motivatie. - Voorkomen van verlies van gereedschappen en materialen. Voorbeelden van orde en netheid - Omgeving opruimen. - Restmaterialen afvoeren/opslaan. - Opslagsysteem voor gereedschappen en materialen. - Kabels ophangen (safety-hooks) of wegwerken. - Goede inrichting van de werkplaats/werf Algemene regels in relatie tot menselijk gedrag en veilig werken Gedrag en VGM-beleid - Gedrag of acceptatie van gedrag is een belangrijke oorzaak van ongevallen. - Na het beleid gericht op techniek en organisatie wordt via gedrag ingespeeld op de menselijke factor. Oorzaken van onveilig gedrag - Tolereren van overtredingen, gebrek aan leiderschap. - Gebrek aan kennis/informatie (= niet weten). - Verkeerd aanwijzen van taak (gebrek aan vaardigheden = niet kunnen). - Onwil (= niet willen). - Tegenstrijdige doelstellingen/opdrachten. - Ontbreken voorbeeldfunctie. Beleidselementen - Beleid gericht op betere veiligheidsprestaties. - Duidelijk geformuleerde opdracht. - Duidelijkheid over gewenst en ongewenst gedrag. - Duidelijkheid over prioriteit van veilig werken. - Sanctie- en beloningsbeleid. - Communicatie- en bewustmakingscampagnes. - Bedrijfscultuur. De rol van de leidinggevende - Leidinggevende bepaalt de werkwijze. - Leidinggevende houdt toezicht. - Leidinggevende beschikt over de benodigde informatie over de medewerkers, het werk en de omstandigheden. Elementen van organisatie - Gestructureerd overleg. - Veiligheidsgedrag observaties. - Juiste man op de juiste plaats. - Een goed onthaal/introductie. - Vragen en klachten adequaat afhandelen. Algemene gedragsregels - Medewerkers houden zich aan de veiligheidsvoorschriften. - Medewerkers spreken elkaar aan op onveilige handelingen. - Medewerkers grijpen direct in bij onveilige situaties. - Medewerkers stellen vragen bij onduidelijke situaties. - Geven van het goede voorbeeld. - Consequent reageren. - Toezicht houden en corrigeren - Ook kritisch zijn voor jezelf. - Advies inwinnen bij onduidelijke situaties. VCA Eind- en toetstermen Pagina 12 van 54

13 - Rekening houden met meningen, voorstellen, wensen en adviezen van uw medewerkers. - Duidelijke en overtuigende instructies geven aan medewerkers (hoe en waarom) Aanpak voor bevorderen veilig gedrag Gedragsbeïnvloeding om veiligheid en gezondheid te bevorderen Basisprincipes - Veilig gedrag stimuleren. - Onveilig gedrag afremmen. Strategieën (stimuleren veilig gedrag) - Succes van veilig gedrag benadrukken. - Nadelen van veilig gedrag verminderen. Strategieën (afremmen onveilig gedrag) - Gevolgen van onveilig werken verduidelijken. - Mogelijkheden tot onveilig gedrag bemoeilijken. Succes van veilig gedrag benadrukken - Veiligheidsonderwerpen regelmatig positief bespreken. - Duidelijke en overtuigende instructies geven aan medewerkers. - Veilig gedrag van medewerkers bij de beoordeling positief waarderen. - Het goede voorbeeld geven. - Veilig werken zien als goed vakmanschap. Nadelen van veilig gedrag verminderen - Zorgen voor hanteerbare veiligheidsvoorschriften. - Zorgen voor een goede bereikbaarheid van veiligheidsvoorzieningen. - Zorgen voor comfortabele persoonlijke beschermingsmiddelen. - Zorgen voor voldoende tijd om veilig te kunnen werken. Gevolgen van onveilig werken verduidelijken - Informatie geven over de gevaren. - Ongevallen en de gevolgen ervan tonen en bespreken. - Instructie geven over het voorkómen van onveilige handelingen en onveilige situaties. Mogelijkheden tot onveilig gedrag bemoeilijken - Aanbrengen van omheiningen en afzettingen. - Zorgen dat apparatuur alleen functioneert bij gebruik van de bijbehorende beveiligingen. - Slecht gereedschap en materiaal verwijderen. - Sancties stellen bij onveilig gedrag. Taken en aanpak van de intercedent Taken van de intercedent - Een juiste selectie in functie van: de vraag van de inlener, de taakinhoud en de capaciteiten en ervaringen van de uitzendkracht. - Verificatie van de veiligheid en gezondheid basiskennis van de uitzendkracht (bv Basisveiligheid VCA). - Evaluatie van de uitzendkracht na het vervullen van de opdracht. - Informatie aan de uitzendkracht over de noodzaak, de voordelen en het belang van veilig werken. Aanpak - Tracht zoveel mogelijk inzicht te verkrijgen in de capaciteiten van de uitzendkracht. - Geef de uitzendkracht geen opdrachten, die onder of boven hun capaciteiten liggen. - Houd rekening met meningen, voorstellen, wensen en adviezen van de uitzendkracht zelf. - Pols naar eventuele negatieve werkervaringen. - Laat de uitzendkracht weten hoe u en de inlener over hem denkt, inclusief de prestaties op gebied van veiligheid. - Beoordeel de uitzendkracht zo objectief mogelijk. - Zorg er bij corrigerend optreden voor dat de uitzendkracht niet in zijn waarde als vakman en als mens aangetast wordt. - Zorg voor een gezonde dosis zelfkritiek. - Voorkom zoveel mogelijk emotionele situaties. - Wees als intercedent niet bazig. - Tracht goed te luisteren naar wat een ander u te zeggen heeft Communicatie en instructie Communicatie van risico s en beheersmaatregelen naar de betrokkenen (inclusief uitzendkrachten) Algemene richtlijnen - Voor aanvang van de werkzaamheden. - Bij voorkeur op de werkplek laten plaatsvinden. Voorbeelden - Vergadering met opdrachtgevers en aannemers. - Overleg leidinggevende en operationele medewerkers. - Informatieoverdracht (briefing) bij verandering van ploegen. - VGM-bijeenkomst (toolboxmeeting) met operationele medewerkers. Algemene richtlijnen ten aanzien van uitzendkrachten - Algemene basisinformatie over de risico s bij het onthaal/ontvangst van de uitzendkracht door de intercedent: over de activiteiten en omstandigheden, over de functie en de werkplek, inlenende onderneming en uitzendorganisatie hebben een gedeelde plicht bij voorlichting van uitzendkrachten, de uitzendorganisatie moet de uitzendkracht informatie verstrekken over de werkplek en over de functie-eisen. - Specifiek arbeidsplek gebonden: bij het onthaal/ontvangst van de uitzendkracht door de inlener, bij voorkeur op de werkplek, bij voorkeur door de betrokken operationeel leidinggevende van de inlenende onderneming, voor aanvang van de werkzaamheden. VCA Eind- en toetstermen Pagina 13 van 54

14 Inhoud van algemene en specifieke voorlichting aan nieuwe medewerkers Inhoud (algemene voorlichting) - Algemene veiligheids- en gezondheidsregels. - Algemene voorschriften bij brand en alarm. - Meldingsprocedure bij (bijna) ongevallen en onveilige situaties. - De te volgen richtlijnen bij ongeval tijdens of op de weg van en naar het werk. - Noodzaak en gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen. Inhoud (specifieke voorlichting) - Gevaren op de werkplek. - Getroffen maatregelen. - Specifieke werkplekgebonden veiligheids- en gezondheidsregels. - Specifieke veiligheids- en gezondheidsregels gebonden aan de installaties, machines, arbeidsmiddelen. - Specifieke bedrijfsgebonden gegevens over gevaarlijke zones, evacuatiewegen, kantine, sanitair, enz. - Informatie over de in te nemen werkplek (functieeisen, gevaren, beheersmaatregelen) op basis van de informatie van de opdrachtgever. Voorlichting door de uitzendorganisatie - Algemene veiligheids- en gezondheidsregels. - Algemene voorschriften bij brand en alarm. - Melding van onveilige handelingen en situaties. - Wat te doen bij ongevallen tijdens het werk en bij ongevallen op de weg naar en van het werk. - Gegevens van de uitzendorganisatie (vestiging) en van de contactpersoon. - Beleidsverklaring van de uitzendorganisatie. - Noodzaak en gebruiksregels van persoonlijke beschermingsmiddelen. - Sectorspecifieke voorlichting (bv pictogrammen). - Informatie over de betreffende werkplek: functieeisen, gevaren en beheersmaatregelen. - Specifieke informatie door de inlener aangeleverd. - Specifieke voorschriften en regels van de inlener. - Toelichtingen over het vergunningssysteem van de inlener. - Overhandigen documentatie. Doorgeleidingsplicht - Inlener en uitzendorganisatie hebben een gedeelde plicht i.v.m. voorlichting van de uitzendkracht. - De uitzendorganisatie moet de uitzendkracht informatie verstrekken over de werkplek en over de eisen die gekoppeld zijn aan de functie en de werkzaamheden. - Deze informatie wordt aangeleverd door de inlener Communicatie en instructie Overleg in het kader van de V&G-wetgeving en VCA Twee vormen van overleg - Overleg tussen werkgever en de werknemersvertegenwoordiging - Werkoverleg met de werknemers VGM-bijeenkomst (toolboxmeeting) Deelnemers aan het overleg tussen werkgever en werknemersvertegenwoordiging - Werkgever (voorzitter) - Werkgevers (afvaardiging) - Werknemers (afvaardiging) - Deskundigen (bv. preventieadviseurs) Kenmerken van werkoverleg Kenmerken - Vindt regelmatig plaats - Vindt gestructureerd plaats (agenda, verslag) - Verloopt interactief van bovenaf en van onderaf Aandachtspunten en inhoud van een VGMbijeenkomst (toolboxmeeting) Maak duidelijke afspraken en leg ze schriftelijk vast in het verslag van de bijeenkomst. Toets of de boodschap(pen) begrepen is (zijn). Onderwerpen - Gebruiken van persoonlijke beschermingsmiddelen - Orde, netheid - Werkmethodes - (Nood)procedures - Incidenten, ongevallen - Werkplekinspecties Vereisten en de werkwijze bij VGM-bijeenkomsten (toolboxmeeting) Deelnemers Leiding van de afdeling/dienst Operationele medewerkers Het begrip VGM-bijeenkomst (toolboxmeeting) - Korte vergadering in informele sfeer VCA Eind- en toetstermen Pagina 14 van 54

15 - Over veiligheid, gezondheid en milieu - Met interactieve deelname van alle aanwezigen Doel Voorlichten en motiveren van medewerkers om onveilige handelingen/onveilig gedrag te voorkomen Aandachtspunten bij werkplekinspecties en observatierondes - Trek er voldoende tijd voor uit (circa 30 minuten) - Maak duidelijk wat de bedoeling is - Observeer 1 persoon, nooit een gehele groep tegelijk - Het is een regelmatige en geen occasionele taak van de leidinggevende (elke leidinggevende minimaal eenmaal per maand) - Observeer bij voorkeur met twee personen, maximaal met drie personen - Voorkom verstoring van de werkzaamheden, loop de medewerkers niet voor de voeten - Observeer de werkzaamheden en let vooral op de VGM-aspecten - Controleer of de procedures en voorschriften worden opgevolgd - Uw aanwezigheid leidt tot reacties, wanneer dit averechts werkt, dient u dit op een later tijdstip samen met de betrokkene te bespreken - Wanneer uw aanwezigheid de werkaanpak verandert, ga er op in - Maak notities - Kijk niet alleen, maar stel vragen, luister, geef adviezen en maak afspraken - Informeer de betrokkene over positieve en negatieve veiligheidsaspecten van het geconstateerde - Corrigeer op een zodanige manier dat die positief is voor de motivatie van de medewerkers - Geef aandacht aan incidenten die hebben plaatsgevonden - Communiceer op een zodanige manier dat de medewerker in zijn waarde wordt gelaten Voordelen van werkplekinspecties - Verhogen van het veiligheidsbewustzijn - Geven een goed inzicht van de veiligheidssituatie op de werkplek Werkplekinspecties - Verhogen van het veiligheidsbewustzijn - Geven een goed inzicht van de veiligheidssituatie op de werkplek Werkoverleg - Vindt regelmatig plaats - Vindt gestructureerd plaats (agenda, verslag) - Verloopt interactief van bovenaf en van onderaf Belang van overleg over veiligheid en gezondheid binnen de uitzendorganisatie Betrokkenheid van de directie en de leidinggevenden. Betrokkenheid van de uitzendkracht bij de VGMbijeenkomsten (toolboxmeetings) - De intercedent informeert de uitzendkracht over het bestaan en het doel van de VGM-bijeenkomsten (toolboxmeetings) - De uitzendkracht moet deelnemen aan de VGMbijeenkomsten (toolboxmeetings), die georganiseerd worden bij de inlener Onderwerpen - Collectieve beschermingsmiddelen - Persoonlijke beschermingsmiddelen - Opstelling (plaats) van medewerkers t.o.v. elkaar - Handelingen van medewerkers - Middelen: machines, gereedschap en apparatuur - Orde en netheid - Toepassen procedures Rapportage - Bevindingen - Is veilig werken en gedrag gemakkelijk/moeilijk/onmogelijk - Waren observator en geobserveerde het eens over veilig werken en gedrag - Welke acties genomen worden - Welke personen/diensten verantwoordelijk zijn voor deze actie - Welke personen/diensten verantwoordelijk zijn voor het opvolgen van deze actie VCA Eind- en toetstermen Pagina 15 van 54

16 3. Preventie 3.1. Mogelijke preventieve maatregelen bij gevaren en risico's op het werk Het begrip gevaar - Kenmerk van een stof of product dat een incident kan veroorzaken - Situatie die een incident kan veroorzaken Het begrip risico - Risico= kans x effect - Het risico wordt bepaald door de grootte van de kans dat een gevaar een ongeval veroorzaakt - Het risico wordt bepaald door de omvang van de schade (het gevolg) Risicoverhogende omstandigheden op het werk - Rommelige werkplek - Te veel of te weinig licht - Trillingen - Weersomstandigheden - Stof of vervuilde lucht - Werken in de omgeving van stralingsbronnen - Verkeer in de omgeving - Werken in een besloten ruimte - Moeilijke toegankelijke werkplek - Werkplek met weinig bewegingsruimte - Werkplek met weinig vluchtwegen - Gevaarlijke werkzaamheden in de omgeving - Complexiteit Preventie - Voorkomen dat het risico toeneemt - Maatregelen nemen om het risico te verminderen - Voorkomen dat een ongeval gebeurt - Voorkomen dat gezondheidsschade optreedt Voorkomen dat milieuschade optreedt Preventiemaatregelen en hiërarchie - Als eerste brongerichte maatregelen: uitschakelen van gevaren, wegnemen oorzaak, voorkomen, andere veiligere werkmethode kiezen - Als tweede het risico beperken of verminderen: collectieve beschermingen en beveiligingen, geschikte werkmethoden en arbeidsmiddelen. Blootstelling beperken in duur, frequentie, intensiteit, aantal personen - Als derde indien nog risico s blijven bestaan: persoonlijke beschermingsmiddelen Voorbeelden van beheersmaatregelen 1. Opleiding, informatie, instructie 2. signaleren, waarschuwen, etiketteren Organisatorische maatregelen: blootstelling beperken in duur, frequentie, intensiteit, aantal personen Risicobeheersing Risico Inventarisatie en - Evaluatie 1. Identificeren van de gevaren 2. Inventariseren van de risico s 3. Evalueren van de risico s Onderdelen van het risicobeheerssysteem: - Plannen van het beleid (methodes, taakverdeling) - Uitwerking van het beleid (doelstellingen en middelen) op basis van een RI&E: Risico- Inventarisatie en -Evaluatie - Uitvoering van het beleid - Evalueren en bijsturen van het beleid Gevaren op het werk - snijgevaar - valgevaar - Hoogte (vallen) - Brand - Ontploffing - Giftige stoffen - Lawaai - Stralingen - Bewegende onderdelen (bv. beknelling, geraakt worden) - Vallende voorwerpen, lasten - Voertuigen, verkeer Oorzaken van gevaren en risico's Bronnen van gevaar op werk - Soort werk - Werkplek of omgeving van de werkplek - Arbeidsmiddelen - Producten, materialen waarmee gewerkt wordt - Gedrag van de werknemer - Competentie Werkzaamheden of omstandigheden met gevaar en risico's - Werken met gevaarlijke stoffen - Werken met gevaarlijk gereedschap / machines VCA Eind- en toetstermen Pagina 16 van 54

17 - Werken met hoge drukken - Werken met stralingsbronnen - Graafwerkzaamheden - Werken met elektriciteit - Werken in koude - Werken in hitte - Werken in een lawaaierige omgeving - Werken op hoogte Onveilige handelingen en situaties Preventie: Voorkomen van onveilige handelingen en onveilige situaties Het begrip onveilige handeling Een onveilige handeling is een handeling die tot een ongeval kan leiden Het begrip onveilige situatie Een onveilige situatie is een situatie waarin gewerkt wordt zonder dat aan de voorwaarden voor veilig werken is voldaan en die tot een ongeval kan leiden Voorbeelden (onveilige handeling) - Werken zonder werkvergunningen of toelating in situaties waar dit opgelegd is - Niet gebruiken van voorgeschreven persoonlijk beschermingsmiddel - Het buiten werking stellen van beveiligingen - Gereedschap onjuist gebruiken - Kapot gereedschap gebruiken - Onjuist verplaatsen van een last Voorbeelden (onveilige situatie) - Geen of onvoldoende verlichting - Geen of geblokkeerde vluchtwegen - Niet opgeruimde werkvloeren - Geen of onvoldoende beveiligde apparatuur of machines Aanpak van onveilige situaties en handelingen - Wegnemen van de oorzaak - Afschermen/beveiligen - Waarschuwen - Anderen inschakelen - Juiste prioriteiten stellen Acties bij onveilige handeling - Melden aan de hiërarchische leidinggevende - (Laten) stoppen van de handeling Fasen van de oorzaken-gevolgenreeks 1. Achtergrond (organisatie) 2. Menselijk falen 3. Onveilige handelingen en/of situaties 4. Ongeval 5. Letsel en/of schade Aandachtspunten voor het te voeren beleid - Een ongeval is het resultaat van verschillende oorzaken - De oorzaken kunnen hun oorsprong op verschillende niveaus binnen het bedrijf hebben (zoals management, leidinggevenden, operationele medewerkers, uitvoerenden) - Het te voeren beleid moet daarom op de verschillende niveaus gericht zijn Ongevallenpiramide Veel onveilige situaties en handelingen kunnen uiteindelijk tot een ongeval met zeer ernstig letsel of een ongeval met dodelijke afloop leiden Oorzaken onveilige handelingen of onveilige situaties Voorbeelden (persoonsgebonden factoren) - Onvoldoende kennis - Onvoldoende ervaring - Onvoldoende motivatie - Onvoldoende aandacht Voorbeelden (taakgebonden factoren) - Onvoldoende en of onjuiste leiding en toezicht - Onjuiste werkmethode - Onvoldoende tijd voor de werkzaamheden krijgen - Het niet aanwezig zijn van benodigde apparatuur of gereedschap - Het niet goed onderhouden zijn van gereedschap of apparatuur Consequentie van de ongevallenpiramide voor het beleid Voorkomen en bestrijden van ALLE onveilige handelingen en ALLE onveilige situaties leidt tot minder ongevallen Mogelijke actiepunten (directie) - Vaststellen van een (meerjaren)plan ter verbetering van de arbeidsomstandigheden VCA Eind- en toetstermen Pagina 17 van 54

18 - Delegeren van taken, bevoegdheden en benodigde middelen aan afdelingen en medewerkers in het bedrijf - Zorg dragen voor een goede organisatie van het arbeidsomstandighedenbeleid - Zorg dragen voor een goede overlegstructuur over arbeidsomstandigheden en verantwoordelijkheden - Uitwerken van het V&G-beleid in procedures en voorschriften - Zorg dragen voor voldoende training en instructie Mogelijke actiepunten (operationeel leidinggevende) - Toezien op de naleving van procedures en voorschriften - Uitvoeren van periodieke inspecties - Geven van instructie en training over gezondheidsrisico s bij het werk - Systematisch rapporteren van ongevallen - Planmatige aanpak van onveilige handelingen en situaties - Bespreken van problemen en klachten met betrekking tot het arbobeleid tijdens het afdelingsen werkoverleg - Regelmatige evaluatie van de resultaten van doorgevoerde verbeterpunten naar aanleiding van onveilige handelingen en situaties 3.2. Aandachtspunten bij risicovolle werkzaamheden en de werkvoorbereiding Risicovolle werkzaamheden en taken Risicovolle werkzaamheden - Werkzaamheden in een risicovolle omgeving - Uitvoeren van risicovolle taken Risicovolle taken Binnen de onderneming worden de risicovolle taken vastgelegd op basis van de RI&E en de (taak-) risicoanalyse Aandachtspunten bij risicovolle werkzaamheden Gedragsregels (vóór aanvang risicovolle werkzaamheden) - Beschikbaarheid en kennis van de werkvergunning - Beschikbaarheid en kennis van de (T)RA - Verwijzen naar voorzorgsmaatregelen in de bedrijfsvoorschriften van de opdrachtgever - Slechts aanvangen wanneer aan alle voorwaarden is voldaan - Het doen van een laatste minuut risico analyse (LMRA) Gedragsregels (bij afwijkingen van werkplan) - Werkzaamheden stop laten zetten - (Taak-)risicoanalyse bijstellen en met alle betrokken medewerkers bespreken - Bijgestelde (taak-)risicoanalyse met verantwoordelijke supervisor en/of opdrachtgever en eventueel preventie medewerker / veiligheidsdeskundige bespreken Gedragsregels (voor leidinggevende tijdens uitvoering risicovolle werkzaamheden) - Regelmatig controleren of het werk volgens de gemaakte afspraken wordt uitgevoerd - Gebruik maken van afgesproken beheersmaatregelen - Voldoende aanwezig zijn - Ingrijpen als afgeweken wordt van de gemaakte afspraken Aanpak van de intercedent - Informatie aan de uitzendkracht over de risicovolle taken - Afspraken met de inlener hoe de uitzendkracht wordt geïnformeerd (instructies, opleiding, toetsen etc.) Veiligheidsaspecten in de werkvoorbereiding Doel van de werkvoorbereiding: Het vaststellen van een werkwijze die veilig is en geen gezondheidsschade veroorzaakt Veiligheidsaspecten - Tijdsplanning voor het totale werk - De volgorde waarin de werkzaamheden veilig kunnen worden uitgevoerd - Welke materialen, gereedschappen en machines nodig zijn om de klus veilig uit te voeren - De benodigde tijd en maatregelen die nodig zijn om het werk op een veilige en gezonde wijze te kunnen uitvoeren Preventieve maatregelen omtrent de mens, de organisatie, de techniek en de omgeving Aspecten - De mens - De organisatie - De techniek - De omgeving Preventieve maatregel (aspect mens) - Kennis verkrijgen - Vaardigheden bezitten - Gedrag, bv. Geconcentreerd werken, opgeruimde werkplek Preventieve maatregel (aspect organisatie) - Doelmatige werkmethoden - Toezicht door leidinggevenden Preventieve maatregel (aspect techniek) - Machines met veilig technisch ontwerp (CEmarkering) gebruiken - Onderhouden van gereedschappen - Ergonomisch ontwerp Preventieve maatregel (aspect omgeving) Veilige inrichting van de werkplek die optimale bescherming biedt tegen omgevingsbelasting VCA Eind- en toetstermen Pagina 18 van 54

19 3.3. (Taak)risicoanalyse, LMRA, V&G-jaarplan en Plan van Aanpak Directe oorzaken van een ongeval of incident Onveilig handelen Onveilige situatie (Taak-) risicoanalyse Een analyse van de gevaren die zijn verbonden aan de uitvoering van (risicovolle) taken t.a.v. de veiligheid en gezondheid van de werknemers Doel van een (taak-) risicoanalyse Het analyseren en evalueren van risico s om beheersmaatregelen af te spreken voor het uitvoeren van een (risicovolle) taak of een taak in een risicovolle omgeving Schriftelijk verslag van de resultaten van Risico Inventarisatie en Evaluatie of Taak Risico Analyse en de maatregelen die de werkvloer gaat nemen. Doel: - Zeker stellen dat de resultaten van het onderzoek tot de uitvoering van effectieve maatregelen leiden - Zeker stellen dat de herhaling van incidenten wordt voorkomen Inhoud - De te treffen maatregelen - In te zetten middelen, mensen en eventueel de kosten - Termijn voor uitvoering - Verantwoordelijke voor uitvoering - Opvolging - Evaluatie van maatregelen LMRA (Laatste Minuut Risico Analyse) LMRA is een praktische methode om op de werkplek zelf na te gaan of het werk veilig uitgevoerd kan worden. Aandachtspunten van de LMRA - Voor aanvang werkzaamheden of nieuwe taak - Bij verandering van werkomstandigheden - Ook bij routinematige - Zelf doen Situaties met een noodzaak tot op- of bijstellen van een (taak-) risicoanalyse Maken van een (taak) risico analyse - Bij het uitvoeren van taken en werkzaamheden waar geen procedures voor zijn - Voor aanvang van nieuwe projecten - Bij het aanschaffen van nieuwe machines - Bij verbouw of nieuwbouw - Bij het opstellen en evalueren van procedures - Indien voorgeschreven in het vergunningensysteem - Bij het inschakelen van een jongere, een stagiair of een uitzendkracht Bijstellen van een (taak) risico analyse - Werkplan blijkt in de praktijk niet meer uitvoerbaar - Men beschikt niet over het juiste gereedschap of de juiste middelen - De installatie is niet meer druk/gasvrij of spanningsvrij - Werkcondities zijn veranderd V&G-jaarplan Op schrift gesteld uitvoeringsplan voor verbetering arbeidsomstandigheden. Doel: - Te bereiken doelstellingen - Concrete preventiemaatregelen - In te zetten middelen (organisatorisch, financieel, materieel) - Taakverdeling - Verantwoordelijk voor uitvoering - Termijn Plan van aanpak VCA Eind- en toetstermen Pagina 19 van 54

20 4. Werkplek 4.1. Een ergonomische werkplek - Gevoelloze vingertoppen - Witte vingers Gezondheidsklachten (lichaamstrillingen) - Maagklachten - Rugklachten - Hoofdpijn - Spierpijn - Verminderde concentratie en vermoeidheid - Aandoeningen aan het evenwichtsorgaan Aandachtspunten voor verlichting op de werkplek Voldoende verlichting om de details te kunnen waarnemen Gevaren van blootstelling aan te veel geluid - Concentratieverlies - Tijdelijke en / of blijvende gehoorvermindering - Vermindering spraakverstaanbaarheid Mogelijke gevolgen van blootstelling aan te veel geluid - Verstoring van de communicatie die nodig is tijdens de werkzaamheden - Niet horen van waarschuwingen of hulpgeroep - Blijvende gehoorschade - Nervositeit - Verminderde concentratie en vermoeidheid - Hoofdpijn - Versnelde ademhaling - Maag- en darmklachten - Verhoogde bloeddruk Verschijnselen van blijvend gehoorverlies - Moeite hebben met het horen van hoge tonen of zachte geluiden - Moeite hebben met telefoneren - Moeite hebben met het volgen van een gesprek in rumoerige omgeving - Horen van fluit-, piep- of bromtonen, die niet uit de omgeving komen Oorzaken struikelen, uitglijden of verstappen - Niet-egale of losse ondergrond - Klein hoogteverschil - Grotere hoogteverschillen - Oorzaken met betrekking tot de beperkingen van het menselijk lichaam, zoals een te hoge afstap - Losliggende tegels - Rennen - Gladde vloeren, geboende vloeren - Onaangepast schoeisel Methoden en maatregelen ter voorkoming van struikelen, uitglijden of verstappen Bij het ontwerp en de voorbereiding moet zorg besteed worden aan het voorkomen van onveilige situaties. Good housekeeping: een ordelijke en nette werkplek - Zo snel mogelijk verhelpen van onveilige situaties - Goed opletten tijdens verplaatsingen te voet - Geen dingen dragen die het gezichtsveld hinderen - De voorziene wegen en paden volgen - Gepast schoeisel dragen Methoden en maatregelen (beheersing van gevaren) - Door het scheiden van mens en gevaar met behulp van een fysieke afscheiding - Aangepaste verlichting Praktische hulpmiddelen voor inschatting van geluids(druk)niveaus Meeteenheid geluids(druk)niveau: db(a) of decibel(a) Soorten fysieke trillingen Hand-/armtrillingen: Kunnen ontstaan bij gebruik van mechanisch (hand)gereedschap Lichaamstrillingen: Kunnen overgebracht worden via een voertuig, grote installatie of bewegende vloer Gevaren en gevolgen van blootstelling aan te veel trillingen Gezondheidsklachten (hand- en armtrillingen) - Pijn in handen en armen - Beschadiging van bloedvaten en gewrichten in de vingers en in de hand Gevaren en veiligheidsmaatregelen voor handmatig tillen en verplaatsen Houding - Met een rechte rug en gebogen knieën tillen - Last zo dicht mogelijk tegen het lichaam aanhouden VCA Eind- en toetstermen Pagina 20 van 54

21 Gevaren - Rugblessures door verkeerd tillen - Vallen van de last door onvoldoende grip - Bekneld raken van vingers bij het neerzetten van de last Veiligheidsmaatregelen - Maximaal te tillen gewicht 23 kg (NL) en 25 kg (BE) (advies) - Tillen tijdens het zitten voorkomen - Niet te hoog tillen - Last niet te ver verplaatsen - Op gladde, niet egale vloeren, gaten en trappen letten - Zelf het tempo bepalen en korte pauzes inlassen - Rustig tillen Veiligheidsmaatregelen voor tillende persoon - PBM dragen - Regelmatig van houding wisselen Elementen van het systeem mens en werkomgeving Werkomgeving - Licht - Geluid - Klimaat - Trillingen Lichamelijke belasting - Inspanning - Beweging - Werkhouding Eenvoudige theoretische achtergronden van geluidsdruk Geluids(druk)niveau bij twee geluidsbronnen - Twee gelijke geluidsbronnen geven samen een verhoging van het geluids(druk)niveau met 3 db (logaritmisch effect) - Het resultaat van twee verschillende geluids(druk)niveaus samen kan bepaald worden aan de hand van een tabel Relatie tussen geluids(druk)niveau en afstand Een verdubbeling van de afstand geeft een vermindering van circa 6 db(a) Beheersmaatregelen tegen teveel geluid en prioriteiten Beheersmaatregelen en prioriteiten 1. Geluids(druk)niveau geluidsbron verminderen 2. Geluidsbron afschermen 3. Geluid trillingen in de omgeving dempen 4. Persoonlijke bescherming van gehoor Geluids(druk)niveau en noodzakelijke maatregelen Vanaf 80 db(a): mogelijkheid gehooronderzoek, gehoorbescherming ter beschikking stellen Vanaf 85 db(a): beheersplan met maatregelen, gehoorbescherming laten dragen, signalering met borden Veiligheidsmaatregelen tegen gevaren van trillingen - Aandacht geven bij de aanschaf van machines - Het aanbrengen van demping/isolatie, bv. handgereedschappen voorzien van een gedempt handvat of trillingdempende handschoenen gebruiken - Toepassen van alternatieve technieken - Beperken van de blootstellingsduur Invloedsfactoren en beheersmaatregelen voor een prettig werkklimaat Factoren (werkcomfort) - Klimatologische omstandigheden - Inspanning - Kleding Factoren (klimatologische omstandigheden) - Omgevingstemperatuur - Stralingswarmte - Luchtvochtigheid - Hinderlijke luchtbeweging Beheersmaatregelen werkcomfort - Temperatuur zo behaaglijk en gelijkmatig houden als redelijkerwijs mogelijk is en aangepast aan de fysieke inspanning - Geen hinderlijke luchtbeweging - Blootstelling beperken - Indien nodig het verstrekken van specifieke PBM - Vochtbalans op peil houden Aandachtspunten voor verlichting op de werkplek - Voldoende verlichting om de details te kunnen waarnemen - Oudere werknemers hebben meer licht nodig - Contrasten in een werkruimte mogen niet te groot zijn - Weerspiegeling van licht moet voorkomen worden - De lichtintensiteit van de lampen kan verminderen met toename van de gebruiksduur of ouderdom - Afhankelijk van de werkzaamheden moet de verlichtingssterkte voldoen aan de regelgeving Lichamelijke en mentale belasting Factoren (lichamelijke belasting) - Zwaarte van het werk - Bewegingen die gemaakt moeten worden - Werkhouding Werkomstandigheden en lichamelijke klachten - Duur van de inspanning - Langdurig moeten zitten of staan - Verkeerde houding - Blootstelling aan trillingen - Veel terugkerende handelingen moeten uitvoeren - Bovenmatige inspanning zoals zwaar tillen VCA Eind- en toetstermen Pagina 21 van 54

22 Functie rustpauze Voorkomen van overbelasting Het begrip statische belasting Belasting veroorzaakt door het aanhoudend spannen van de spieren Gevaren voor gezondheid bij statische belasting - Verminderde doorbloeding met als gevolg gevoelloosheid - Spierpijn en/of kramp - Chronische vermoeidheid Het begrip dynamische belasting Belasting veroorzaakt door beweging van spieren, achtereenvolgens aanspannen en ontspannen Gezondheidsklachten bij overmatige dynamische belasting - Vermoeidheid - Spierpijn - Letsel Factoren (mentale belasting) - Werkdruk - Taak versus capaciteiten - Relatie met collega s - Relatie met leidinggevenden en ondergeschikten - Fysische arbeidsomstandigheden - Arbeidstijdenregeling - Werk(on)zekerheid - Infrastructuur, uitrusting Risicovol handmatig tillen en veiligheidsmaatregelen bij handmatig tillen Factoren (individuele belastbaarheid bij handmatig tillen) Mate waarin men fysiek in staat is om te tillen - Als de regels voor veilig tillen en verplaatsen het gevaar niet genoeg verminderen, moet de werkgever passende hulpmiddelen geven en laten gebruiken - Verzorgen van een training en instructie voor het veilig tillen en verplaatsen - Gezondheidstoezicht indien risico op rugletsel bestaat Aandachtspunten bij zittend en staand werken Richtlijnen voor correct zitten - Wissel regelmatig van houding: lopen, staan, zitten, verschillende zithoudingen - Zorg voor een optimale zithouding Optimale zithouding - Goede ondersteuning van de bovenbenen op het zitvlak van de stoel - Goede stand van de rug - Ontlasting van de schouders, bv. armsteunen Werkomstandigheden waarbij staand werken de voorkeur verdient boven zittend werken - Als er onvoldoende beenruimte is - Als krachten groter dan 45 N (4,5 kg) moeten worden gebruikt - Bij vaak laag, hoog of ver van het lichaam reiken - Als er vaak van de werkplek moet worden opgestaan - Als er neerwaartse krachten moeten worden uitgeoefend Hulpmiddel bij staand werken Sta steun: deze ontlast benen en voeten doordat het lichaamsgewicht wordt opgevangen Factoren (risicovol handmatig tillen) - Horizontale afstand tussen lichaam en last - Verticale afstand tussen last en grond - Verticale verplaatsingsafstand - Frequentie - Mate waarin het bovenlichaam in een gedraaide positie staat ten opzichte van het onderlichaam - Contactoppervlak van handen met de last - Gewicht van de last - Afmeting van de last in relatie met het zwaartepunt Organisatorische regels - Laat werknemers zelf het tempo bepalen - Las korte pauzes in - Verdeel tilwerkzaamheden over meerdere mensen Maatregel voor zwangere vrouwen - Zwangere vrouwen mogen de laatste drie maanden van de zwangerschap geen lasten tillen - Veiligheidsmaatregelen: - Als het werk op geen enkele manier veilig kan worden uitgevoerd, dan moet de werkgever een ander manier van werken laten toepassen VCA Eind- en toetstermen Pagina 22 van 54

23 4.2. Veiligstellen van de werkplek en installatie Functie van steekflenzen en situaties voor toepassing van een steekflens - Scheiden van leidingdelen - Afsluiten toevoerleidingen naar vaten, tanks of installaties - De grootte is afhankelijk van de afstand van waarop ze moeten gezien worden Situaties - Bij schoonmaken, repareren, inspecteren, spoelen, gasvrij maken/uitstomen van leiding, vaten/tanks en/of installaties - Vervangen van afsluiters en apparatuur op leidingen die producten transporteren - Bij het werken in een besloten ruimte (toevoerleidingen moeten dan worden afgesloten) Functie en werkwijze bij veiligstellen van installaties en apparatuur - Voorkomen dat apparaten en installatieonderdelen onbedoeld in beweging komen - Voorkomen dat apparaten, machines en installatieonderdelen onbedoeld onder elektrische spanning komen - Controle op het drukvrij zijn van installaties en of apparatuur Werkwijze - Alleen veiligstellen door bevoegde personen - Buiten gebruik stellen - Borgen tegen wederinschakeling en markeren - Controleren of installatie of apparatuur veiliggesteld is 4.3. Betekenis van de verschillende vormen van signalering en markering Principes van veiligheids- en gezondheidssignalering (wetgeving) - Mogelijke gevaren - Opgelegde maatregelen - Verplicht dragen van persoonlijke beschermingsmiddelen - EHBO- en brandbestrijdingsmiddelen - Evacuatiewegen - Signalering is een onderdeel van de preventie aanpak Groepen signaleringsborden - Verbodsbord - Gebodsbord - Waarschuwingsbord - Veiligheidsvoorziening - Brandbestrijdingsmiddelen Eisen voor veiligheids- en gezondheidssignalering - Ze moeten zo zijn aangebracht dat ze worden opgemerkt door degenen waarvoor ze zijn bedoeld - De vormgeving moet zodanig zijn dat de betekenis duidelijk is voor alle betrokkenen - Ze moeten eenduidig zijn - Bij voorkeur pictogrammen met zo weinig mogelijk verklarende tekst Vorm en betekenis van de verbodsborden Vormgeving - Rond wit bord met een rode rand en een rode diagonale streep. - In het witte vlak bevindt zich een symbool in het zwart Betekenis van de verbodsborden - verboden te roken - vuur - open vlam en roken verboden - verboden voor voetgangers - verboden met water te blussen - geen drinkwater - geen toegang onbevoegden - verboden voor transportvoertuigen - niet aanraken Vorm en betekenis van gebodsborden Vormgeving - Rond blauw bord - In het blauw een symbool in het wit Verplicht dragen van: - oogbescherming - veiligheidshelm - gehoorbescherming - adembescherming - veiligheidsschoenen - veiligheidshandschoenen - lichaamsbescherming - gelaatsbescherming - individueel veiligheidsharnas VCA Eind- en toetstermen Pagina 23 van 54

24 Vorm en betekenis van de waarschuwingsborden - nooddouche - ogen spoelen - telefoon voor redding - eerste hulp - verzamelplaats Vorm en betekenis van borden voor brandbestrijding Vormgeving - Driehoekig geel bord met een zwarte rand - In het gele vlak is in het zwart het symbool weergegeven Algemene betekenis - Gevaar - Waarschuwing - Pas op Betekenis van de volgende waarschuwingsborden - algemeen gevaar - belangrijk magnetisch veld - bijtende stoffen - biologisch gevaar - explosieve stoffen - gevaar voor elektrische spanning Betekenis van de volgende waarschuwingsborden - giftige stoffen - hangende lasten - lage temperaturen - laserstraal - niet-ioniserende straling Betekenis van de volgende waarschuwingsborden - ontvlambare stoffen of hoge temperatuur - oxiderende stoffen - radioactieve stoffen - schadelijke of irriterende stoffen - struikelen, transportvoertuigen - vallen door hoogteverschil Vorm en betekenis van borden voor veiligheidsvoorzieningen Vormgeving - Vierkant of rechthoekig groen bord - Daarin een wit pictogram Algemene betekenis - Waar zijn de (nood)uitgangen - Waar zijn de hulpverleningsmiddelen en evacuatiewegen te vinden Betekenis van de borden voor veiligheidsvoorziening (redding of aanwijzing) - uitgang - nooduitgang vluchtweg - eerste hulp - te volgen richting Vormgeving - Vierkant of rechthoekig rood bord - Daarin een wit pictogram Algemene betekenis - Aangeven waar de brandbestrijdingsmiddelen te vinden zijn: de weg ernaar toe - Aangeven waar de brandbestrijdingsmiddelen te vinden zijn: de plaats zelf Betekenis van de borden voor brandbestrijdingsmiddelen: - ladder - brandblusapparaat - brandslang - telefoon voor brandmelding - weg naar brandbestrijdingsmateriaal Betekenis van markeringen - Linten - Markeringen Vorm en toepassingsgebied linten - Ze duiden op gevaar/risico, linten zijn geen afschermingen - De linten hebben een rood-witte of geel-zwarte kleur Toepassingen geel zwarte markering - Signalering van smalle/lage doorgangen - Signalering van voorwerpen die kunnen stoten of waartegen de persoon zich kan stoten, bijvoorbeeld kraanblok - Markering van gebieden met gevaarlijke stoffen Markering aan trappen - Markering (streep) van een afwijkende kleur (meestal geel of wit) om bovenste traptrede aan te duiden - Markering (streep) van een afwijkende kleur (meestal geel of wit) om onderste traptrede aan te duiden - Aanduiden struikelgevaar - Aangeven weinig onderscheid tussen vloer en traptrede Markering van doorgangen en stapelruimten - Witte of gele strepen - Doorgangen vrijhouden; niet stockeren of stapelen - Stockeren of stapelen binnen het gemarkeerde oppervlak VCA Eind- en toetstermen Pagina 24 van 54

25 5. Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM) - Gelaatschermen - Lasbrillen, laskappen, lasschermen, lashelmen, lasmaskers 5.1. Toepassing, definitie en functie van PBM Toepassing - Als gevaren niet bij de bron weggenomen kunnen worden - Als gevaren niet kunnen worden geïsoleerd of afgeschermd - Als gevaren niet door collectieve maatregelen kunnen worden opgelost Definitie - Iedere uitrusting die bestemd is om door de werknemer gedragen of vastgehouden te worden teneinde hem te beschermen tegen één of meer gevaren die zijn veiligheid of gezondheid op het werk kunnen bedreigen - Aanvullingen en accessoires die samen gebruikt moeten worden bij de PBM Functie Moeten de drager beschermen tegen gevaren die zijn veiligheid of gezondheid kunnen bedreigen 5.2. Verplichtingen van verstrekkers en gebruikers van PBM Plichten van fabrikanten/eisen - Wettelijk opgelegde bescherming daadwerkelijk bieden - Betrouwbaar zijn - Getest zijn - CE-markering hebben Verantwoordelijke voor beschikbaar stellen Werkgever of inlener Verplichtingen van werknemer - Regelmatig controleren - Juist gebruiken - Zorgvuldig opslaan - Goed beheren Gevaren voor de ogen en het gelaat en toepassingen en veilig gebruik van de verschillende PBM Gevaren - Rondvliegende harde, scherpe deeltjes - Rondvliegende gloeiende deeltjes bij slijpen, lassen, branden - Rondvliegende stofdeeltjes bij hakken, boren - Rondvliegende spatten van vloeistoffen: corrosief, irriterend, schadelijk - Warmte, licht, straling: ultraviolet (UV) en infrarood (IR) Vormen - Veiligheidsbrillen - Ruimzichtbrillen Eigenschappen Glazen van gehard glas of kunststof, meestal met zijkapjes Ruimzichtbril: sluit op het gezicht aan, open of volledig stofdichte ventilatieopeningen in de opstaande rand Gelaatsscherm: scherm over het hele gezicht van kunststof of metaalgaas (geen bescherming tegen stoffen, gassen, dampen, stofdeeltjes, die van onder komen) Lasbril: heldere ruit uit gehard glas of kunststof en donkere ruit (meestal opklapbaar) Laskappen, lasschermen: over het hele gezicht, met donkere ruit (soms in combinatie met heldere ruit) Gebruik Veiligheidsbril: tegen rondvliegende harde, scherpe deeltjes Ruimzichtbril: in een stoffige omgeving, bij slijpen, hakken en boren en tegen spatten van gevaarlijke vloeistoffen Gelaatscherm: tegen rondvliegend stof, gevaarlijke vloeistoffen en rondvliegende gloeiende deeltjes bij kortsluiting, bij werk met hogedrukreinigers (geen bescherming tegen stoffen, gassen, dampen, stofdeeltjes, die van onder komen) Lasbril: bij lassen met gas en tegen rondvliegende deeltjes bij het afbikken en slijpen Laskap/-scherm/-helm/-masker: bij elektrisch lassen en tegen ultraviolette en infrarode straling, warmte en rondvliegende metaaldeeltjes en vonkjes Gevaren voor het gehoor, toepassingen en veilig gebruik van de verschillende PBM VCA Eind- en toetstermen Pagina 25 van 54

26 Vormen Filtermaskers met een stoffilter Filtermaskers met een gas/dampfilter Onafhankelijke ademhalingsbescherming met ademlucht via flessen of ademluchtleiding Onafhankelijke ademhalingsbescherming met een aanzuiging van verse lucht Gevaren - Lawaaidoofheid op lange termijn - Andere geluiden worden gemaskeerd - Verstaanbaarheid wordt verstoord Vormen - Watten - Proppen - Pluggen - Oordoppen - Otoplastieken - Oorkappen Eigenschappen en gebruik - Watten of propjes: geplastificeerd en geven een maximale bescherming van ongeveer 10 db(a) - Pluggen: speciaal vormgegeven kunststof staafjes of vervormbare schuimrolletjes die in het oor gedragen worden, de maximale bescherming is ongeveer 10 tot 15 db(a) - Universele oordoppen: speciaal gevormd, ze zitten vast aan een beugel die om de nek wordt gedragen, afhankelijk van de toonhoogte geven ze een bescherming tussen de 10 en 15 db(a) - Otoplastieken: gemaakt van een afgietsel in het oor, bevat een verwisselbaar of instelbaar filter dat geluid tegenhoudt, maximale bescherming ongeveer 25 db(a) - Hoorkappen: zien er uit als een grote koptelefoon, sluiten de oren van de omgeving af, beschermingsfactor is afhankelijk van de soort kap en de hoogte van het geluid, maximale bescherming ongeveer 25 db(a) - Eisen m.b.t. verstrekking en gebruik: - Ter beschikking stellen bij een geluids(druk)niveau vanaf 80 db(a) - Laten dragen bij een geluids(druk)niveau vanaf 85 db(a) Gevaren voor de ademhaling en toepassingen en veilig gebruik van de verschillende PBM Gevaren Te lage zuurstofconcentratie Te hoge concentratie aan dampen, gassen of stofdeeltjes Hinder door damp, gas, stof Algemene eigenschappen - Filtermaskers reinigen de in te ademen lucht - Onafhankelijke ademhalingsbescherming: de schone lucht afkomstig van een externe bron wordt in het masker geblazen bijvoorbeeld via flessen, ademluchtleiding of ademluchtunit Eigenschappen (filtermaskers) - Niet gebruiken bij te lage zuurstofconcentraties - Filters zijn beperkt bruikbaar afhankelijk van het soort filter, de concentratie aan producten in de lucht en de hoeveelheid lucht die ingeademd wordt - Stoffilters zijn ingedeeld in de klassen: P1 hinderlijk stof, P2 schadelijk stof, P3 giftig stof - Gasdampfilters zijn ingedeeld naar opnamevermogen en naar het soort damp/gas dat door de filter wordt weerhouden - Stoffilters houden geen gassen of dampen tegen - Stoffilters verstoppen bij langdurig gebruik - Gasdampfilters raken verzadigd en slaan door Gebruik (filtermaskers) - Als de concentratie van de verontreiniging hoger is dan de grenswaarde - Controle of de toegepaste protectiefactor (TPF) past bij de concentratie van de verontreiniging en of het filter geschikt is voor het te filteren gas/damp of stof Gebruik (onafhankelijke ademhalingsbescherming) - Bij minder dan 19% zuurstof in de lucht - Bij grote en onbekende concentraties van gevaarlijke stoffen in de lucht Gebruik (onafhankelijke ademhalingsbescherming in besloten ruimte) Bij werken waarbij de grenswaarde overschreden wordt Gebruik (filterademhalingsbeschermingsmiddelen) - Wegwerpmasker (Snuitje): alleen tegen stof, niet bij gassen of dampen - Half- en volgelaatmaskers met inlegmechanisme: alleen tegen stof, niet bij gassen of dampen - Half- en volgelaatmaskers (meestal van rubber) met schroefrand: tegen stof en gassen of dampen - Volgelaatmaskers: bedekken het hele gezicht Werking (luchtkap als onafhankelijk ademhalingsbeschermingsmiddel) - Gedragen los over het hoofd met steunen op de schouders - Lucht wordt onderaan de kap aan de voorzijde afgevoerd VCA Eind- en toetstermen Pagina 26 van 54

27 - Toegevoegde lucht wordt zonder belemmering in de luchtkap gevoerd - Toegevoegde lucht is afkomstig van een compressor via ademluchtleidingen of via ademluchtleidingen of via leidingen op een ventilator Werking (volgelaatsmaskers met luchtflessen als onafhankelijke adembescherming) De lucht wordt via een longautomaat uit de flessen in de ademruimte aangezogen Eisen (gebruiker van onafhankelijke ademhalingsbeschermingsmiddelen) - Instructie en oefening voor gebruik - Lucht voor verseluchtkappen, ademluchtleidingen en ademluchtflessen onder druk gefilterd en van goede kwaliteit - Goed onderhouden en regelmatig schoonmaken - Controleren of het masker goed passend is (fit test) - Geen gezichtsbeharing (kan voor lekken zorgen en de goede werking belemmeren) Gevaren voor het hoofd en eigenschappen en gebruik van de verschillende PBM Gevaren Vallende voorwerpen en stoten Vorm Veiligheidshelm Eigenschappen Binnenwerk: schok opvangen en over het hoofd verdelen Buitenwerk: voldoende stevig om het vallende voorwerp/de stoot te beletten om het hoofd te bereiken Gebruik - Binnenwerk goed afstellen - Na bepaalde periode vervangen - Vervangen na val, stoot of vallend voorwerp - Metalen helmen zijn in de industrie verboden: geleiden elektriciteit Gevaren voor handen en armen en toepassingen en veilig gebruik van verschillende PBM Gevaren Scherpe voorwerpen, hitte, koude, straling, gevaarlijke stoffen Vormen - Handschoenen in verschillende materialen - Handschoenen met verlengde pols- en/of armbescherming in verschillende materialen Gebruik - Snijbestendige handschoenen bij snijden - Isolerende handschoenen bij hitte of koude - Kunststof of rubber handschoenen bij gevaarlijke stoffen Wanneer niet (leren of stoffen handschoenen) - Geen leren of stoffen handschoenen bij het gebruik van gevaarlijke stoffen - Wanneer niet (handschoenen): - Alleen nauwsluitende handschoenen in de buurt van draaiende delen om niet gegrepen te worden Gevaren voor voeten en benen en toepassingen en veilig gebruik van verschillende PBM Vormen Veiligheidsschoenen Veiligheidslaarzen Gevaren Vallen van voorwerpen Trappen in scherpe voorwerpen Gevaarlijke stoffen Uitglijden Opstapelen van statische elektriciteit Eigenschappen Versterkte neus om de tenen te beschermen tegen vallen van zware voorwerpen Versterkte zool tegen trappen in scherpe voorwerpen Antislipzool Gebruik In de bouw zijn veiligheidsschoenen met versterkte neus en versterkte zool verplicht Veiligheidslaarzen zijn verplicht waar water, gevaarlijke stoffen aanwezig kunnen zijn Antistatische schoenen in explosiegevaarlijk gebied Gebruiksregels veiligheidsschoenen Regelmatig onderhouden en invetten Natte schoenen niet bij de verwarming drogen Vervangen als ze versleten zijn of met gevaarlijke stoffen in aanraking zijn geweest Gevaren voor het lichaam en toepassingen en veilig gebruik van verschillende PBM Gevaren Vormen - Overall - Beschermende kleding - Wegwerpkleding - Doorwerkkleding Bevuiling Gevaarlijke stoffen Warmte Koude Regen Slechte zichtbaarheid VCA Eind- en toetstermen Pagina 27 van 54

28 - Isolerend ondergoed - Regenkleding - Signaalkleding Gebruik - Overall: tegen bevuiling, voor lassen en slijpen - Beschermende kleding: gebruiken gevaarlijke stoffen, hitte, koude, straling - Signaalkleding: gebruiken voor zichtbaarheid - Doorwerkkleding en isolerend ondergoed: bij lage temperaturen Antistatische kleding: in omgeving met explosiegevaar Gevaar en veiligheidsmaatregelen na een val met een veiligheidsharnas - Afknellen van de bloedsomloop naar het onderlichaam met als gevolg bewusteloosheid en eventueel de dood binnen minuten - Altijd proberen te blijven bewegen met de benen en zich trachten op te trekken aan de vallijn om de druk op de benen te verlagen - Minimaal met 2 personen werken, om hulp in te roepen Gebruiksregels - Niet schoonblazen met perslucht - Vervuilde kleding direct reinigen of omwisselen - Gesloten dragen bij bewegende, draaiende delen - Kapotte kleding onmiddellijk laten herstellen of vervangen - Wegwerpkleding wordt na 1 keer dragen weggegooid Toepassingen en veilig gebruik van de verschillende PBM tegen vallen Vormen Systemen die de val verhinderen: veiligheidsharnas, een verbindingslijn en een verankeringspunt Systemen die de val opvangen: veiligheidsharnas, valdemper, verbindingslijn en verankeringspunt Gebruik - Het positioneringsysteem zo gebruiken dat vallen onmogelijk is door steeds voldoende afstand tot de rand van het werkvlak (afgrond) - Valopvangsysteem: zo gebruiken dat de valhoogte zoveel mogelijk beperkt wordt en dat de schok bij de val zoveel mogelijk gedempt wordt - Persoonlijke valbeschermingsmiddelen: gebruiken wanneer de andere beveiligingen zoals leuningen, randbeveiliging of vangnet niet kunnen worden toegepast Gebruiksregels - Valbescherming die een val heeft opgevangen laten keuren - Valbeschermingssystemen en veiligheidsharnassen minstens eenmaal per jaar laten keuren - Vanglijnen mogen niet vervuild zijn - Valdempers en veiligheidsharnassen opslaan op een droge en schone plaats - Veiligheidsharnassen moeten goed passen en afgestemd zijn op de drager - Controle door de gebruiker op onder andere slijtage en rafels Keuringsvereisten Minstens eenmaal per jaar door een daartoe gecertificeerd bedrijf VCA Eind- en toetstermen Pagina 28 van 54

29 6. Arbeidsmiddelen 6.1. Veilig werken met vaste machines, aangedreven handgereedschap en handgereedschap Algemene gevaren en mogelijke letsels - Gegrepen worden door bewegende delen - Getroffen worden door wegvliegend materiaal / deeltjes - Bekneld raken - Elektrocutie - Hoge of lage temperatuur van het werkstuk - Gehoorschade door lawaai - Lichamelijke klachten door trillingen - Fysieke overbelasting door foute houding - Storing in de besturing of energiebron - Afleiden van de bediener - Snij- of schaafwonden - Slecht onderhoud - Ontwrichting van hand en pols en kneuzingen door verkeerd gebruik - Brand of explosie door vonkoverslag - Letsel door het happen van gereedschap - Lang uitlopen van machines - Aanraken snijdende delen - Inademen schadelijke stof Algemene eisen - Periodieke keuring - Geldigheidsduur met sticker of kleurcodering - Gebruiks- en onderhoudsvoorschrift hebben in de taal van het land waar hij gebruikt wordt - Na 1995 voorzien zijn van een CE-markering - Bewegende delen zijn afgeschermd - In goede staat zijn en geschikt voor het uit te voeren werk Algemene veiligheidsmaatregelen - Uitgeschakeld bij onderhoudswerkzaamheden - Nooit draaien met een geopende aandrijving - De vloer rond machines en vast opgesteld gereedschap moet opgeruimd, schoon, vlak, droog en stroef zijn - Voor het bedienen van de machine moet er voldoende loop- en bewegingsruimte zijn - Persoonlijke beschermingsmiddelen moeten aanwezig zijn en op de juiste manier gebruikt worden - Op de juiste manier bedienen - Afscherming gevaarlijke zone - Rem voor het niet te lang uitlopen van machine - Aanwezigheid instructiekaart voor bediening (machines) - Goede stofafzuiging (indien van toepassing) - Vaste machines zijn voorzien van een noodstop Functie (noodstop) In geval van nood de machine zo snel mogelijk te doen stoppen Eisen (noodstop) - Goed bereikbaar - Duidelijk zichtbaar en herkenbaar zijn - Na gebruik noodstop kan de installatie enkel opnieuw opstarten met de normale opstartprocedure Functie (nullastschakelaar/nulspanningschakelaar) Een nullastschakelaar/nulspanningschakelaar zorgt ervoor dat de machine niet automatisch start als de spanning is weggevallen en daarna terug aanwezig is Veiligheidsmaatregelen en de eisen (bediener van machines) - Voldoende opleiding en ervaring hebben - 18 jaar of ouder (voor het bedienen van gevaarlijke machines) - Geen loszittende kleding of loshangende sieraden of haren dragen - Alleen nauwsluitende handschoenen dragen wanneer contact met roterende onderdelen mogelijk is en/of wanneer er gevaar is gegrepen te worden - Beveiliging niet overbruggen, onklaar maken of verwijderen - Draaiende machine niet onbeheerd achterlaten - De plaats en functie van de noodstop kennen Gevaren, de eisen en de veiligheidsmaatregelen bij (kolom)boormachines Gevaren en mogelijke letsels en schade Losslaan van werkstuk Letsel door breken boor Verwonding door het wegvegen van het boorsel met de hand Verwonding door spanen Spatten van koel- of snijolie Eisen Doorzichtig scherm tussen boor en gebruiker Preventiemaatregelen Werkstuk goed vastzetten Boorsel wegvegen met een krullenkwast of krullenhaak Gevaren, eisen en veiligheidsmaatregelen bij vast opgestelde slijpmachines Gevaren en mogelijke letsels en schade - Rondvliegende deeltjes: oogletsel - Kapotspringen slijpsteen - Klemmen van werkstuk tegen slijpsteen - Verwonding door het aanraken van een draaiende slijpsteen - Inademen van slijpstof VCA Eind- en toetstermen Pagina 29 van 54

30 Eisen - Machine moet een geschikte beschermkap hebben, bevestigd aan een stevig statief - Spouwmessupport met een bij het zaagblad passend spouwmes aanwezig - Goed instelbare, geschikte hulpgeleider aanwezig - Eén of meer aansluitingen voor de stofafzuiging aanwezig Eisen - Slijpstenen zijn voldoende rond - Slijpkant van de steen is vlak - Twee slijpstenen op één machine mogen niet teveel in grootte verschillen - Afstand tussen de leunspaan en de slijpsteen is maximaal 3 mm - Zijkanten van de stenen zijn afgeschermd - Beschermruitje aanwezig Preventiemaatregelen - Alleen deskundig personeel mag de slijpstenen monteren of vervangen - Leunspaan moet regelmatig worden bijgesteld - Leunspaan mag alleen worden versteld bij een stilstaande machine - Beschermruitje moet altijd gebruikt worden - Vervaldatum van de slijpstenen controleren Gevaren, eisen en veiligheidsmaatregelen bij vast opgestelde cirkelzagen Gevaren en mogelijke letsels en schade - Getroffen of gegrepen worden door de zaag of andere bewegende delen - Getroffen worden door afgezaagde, wegvliegende delen van het product - Gezondheidsklachten door inademen van schadelijk stof Preventiemaatregelen - Duwhout gebruiken om kleine of smalle werkstukken veilig door te voeren - Zaagblad juist instellen - Een tweede persoon of rollenbaan gebruiken bij grote werkstukken Veilig werken met aangedreven handgereedschap Algemene gevaren en mogelijke letsels - Gegrepen worden door bewegende delen - Getroffen worden door wegvliegend materiaal / deeltjes - Bekneld raken - Elektrocutie - Hoge of lage temperatuur van het werkstuk - Gehoorschade door lawaai - Lichamelijke klachten door trillingen - Fysieke overbelasting door foute houding - Afleiden van de bediener - Snij- of schaafwonden - Slecht onderhoud - Ontwrichting van hand en pols en kneuzingen door verkeerd gebruik - Brand of explosie door vonkoverslag - Letsel door het happen van gereedschap - Letsel door het losschieten van een luchtslang - Lang uitlopen van machines - Aanraken snijdende delen - Inademen schadelijke stof - Wegschieten nagel (nagel- en nietmachine) - Terugslaan nagel en afwijken op harde materialen (nagel- en nietmachine) - Doorboren werkstuk met nagel (nagel- en nietmachine) Algemene eisen - Periodieke keuring - Geldigheidsduur met sticker of kleurcodering - Gebruiks- en onderhoudsvoorschrift hebben in de taal van het land waar hij gebruikt wordt - Na 1995 voorzien zijn van een CE-markering - Bewegende delen zijn afgeschermd - In goede staat zijn en geschikt voor het uit te voeren werk Algemene veiligheidsmaatregelen - Persoonlijke beschermingsmiddelen moeten aanwezig zijn en op de juiste manier gebruikt worden - Op de juiste manier bedienen - Afscherming gevaarlijke zone VCA Eind- en toetstermen Pagina 30 van 54

31 - Aangedreven handgereedschap is voorzien van een dodemansknop - Goede stofafzuiging (indien van toepassing) Werking van de dodemansknop Als je het bedieningsmiddel loslaat dan stopt de machine of het gereedschap Veiligheidsmaatregelen en de eisen (bediener aangedreven gereedschap) - Voldoende opleiding en ervaring hebben - Geen loszittende kleding of loshangende sieraden of haren dragen - Alleen nauwsluitende handschoenen dragen wanneer contact met roterende onderdelen mogelijk is en/of wanneer er gevaar is gegrepen te worden - Beveiliging niet overbruggen, onklaar maken of verwijderen Veiligheidsmaatregelen Werkstuk moet worden vastgezet Maximale toerental van de schijf mag nooit worden overschreden Handslijpmachine mag pas worden neergelegd als de slijpschijf stilstaat Zijkant van de schijf niet gebruiken (bijvoorbeeld om af te bramen) Afbraamschijven gebruiken voor het afbramen Doorslijpschijven alleen gebruiken voor het doorslijpen en niet voor het afbramen Eisen en veiligheidsmaatregelen bij handcirkelzagen Algemene eisen en veiligheidsmaatregelen bij aangedreven handgereedschap Eisen (elektrisch aangedreven handgereedschap) Dubbel geïsoleerd niet geaard Dubbele isolatie onder vochtige omstandigheden Dubbel geïsoleerd is geen bescherming tegen water en vochtige omgeving Veiligheidsmaatregelen (pneumatisch aangedreven handgereedschap) Regelmatig pauze nemen bij trillende werkzaamheden Luchttoevoer na gebruik afsluiten Eisen en veiligheidsmaatregelen bij handslijpmachine Eisen Beschermkap schermt deel van de zaag dat niet zaagt, volledig af Automatische beschermkap over deel van de zaag dat zaagt Spouwmes: aangepast aan diameter en dikte van de zaag Veiligheidsmaatregelen Zaagblad en geleider zo instellen dat het zaagblad zo weinig mogelijk uitsteekt onder het te zagen werkstuk Assistentie door tweede persoon indien nodig Zaag niet laten klemmen Elektriciteitssnoer/kabel steeds achter zaag houden Eisen en veiligheidsmaatregelen bij nagel- en nietmachines Eisen Zijhandvat hebben (afhankelijk van het vermogen van de handslijpmachine) Beschermkap om de slijpschijf Aangedreven handgereedschap is voorzien van een dodemansknop Informatie op slijpschijf Deze gegevens bevatten: de naam van de fabrikant, maximaal toelaatbaar toerental, afmeting van de schijf, toepassing, jaartal, aanduiding voor welk materiaal de schijf bedoeld is VCA Eind- en toetstermen Pagina 31 van 54

32 Eisen Beveiliging tegen ongewild schieten Veiligheidsmaatregelen Controleren maximale werkdruk Geleider leeg bij plaatsen van lader Nieten of nagels aangepast aan apparaat, materiaal en vorm van werkstuk Vrije hand ver van machine Kop stevig op werkstuk drukken Eisen en veiligheidsmaatregelen bij kettingzagen Slagsleutel heeft een touwtje om te voorkomen dat hij valt / wegschiet als hij losgeslagen wordt Eisen (schroevendraaiers) Precies op maat zijn voor de schroefgleuf Niet te scherp blad Veiligheidsmaatregelen (schroevendraaiers) Kleine werkstukken vastklemmen / vastzetten Eisen (vijlen) Het heft moet in goede conditie en onbeschadigd zijn Heft zit stevig vast aan vijl Eisen (beitels) Geen bramen op de beitelkop Beitel moet zijn voorzien van handbescherming Eisen (tangen) Bek en scharnier zijn gaaf en schoon Eisen Handvatten: trillingvrij met antislip Inwendige trilling demping Beschermbeugel Kettingrem met terugslagbeveiliging Ketting opvangmechanisme Wel vasthouden met twee handen Beschermkap (voor de ketting) Uitgebalanceerd Achterste handvat: bescherming tegen breuk van de ketting Vergrendeling van de bediening, met automatische ontkoppeling van de bedieningsknop Veiligheidsmaatregelen Bediener heeft een aangepaste opleiding met toets Broek en handschoenen met anti snij- en blokkeervezels Opstelling zodanig dat bij terugslag de ketting het lichaam niet raakt De juiste zaagblad / kettingcombinatie gebruiken De kettingzaag altijd bedienen met twee handen Eisen (messen) Mes aangepast aan de aard van het werk Scherpe messen Veiligheidsmaatregelen (messen) Snij van het lichaam weg Uitschuifbaar lemmet niet te ver uitschuiven Versleten deel van het lemmet afbreken met lemmetbreker of tang Eisen (zagen) Zaag aangepast aan het werk Veiligheidsmaatregelen (zagen) Enkel goed geslepen, scherpe zaagbladen gebruiken Goede zetting van de zaag Blad goed aanspannen Tanden vooruit 6.2. Definities, voorbeelden en algemene eisen (hijswerktuigen en hijstoebehoren) Eisen, gevaren en veiligheidsmaatregelen bij handgereedschap Eisen (hamer) Kop goed vast op de steel Steel ongeschonden Kop gaaf Eisen (moersleutels) Onbeschadigd zijn Bek past precies op moer Veiligheidsmaatregelen (moersleutels) Steel enkel verlengen met de juiste hulpstukken Bij voorkeur ringsleutel gebruiken in plaats van steeksleutel Voorbeelden (hijswerktuigen) Hijskranen, torenkranen, rolbruggen, handtakels Functie (hijswerktuigen) Verticaal en horizontaal verplaatsen van lasten VCA Eind- en toetstermen Pagina 32 van 54

33 Definitie (hijstoebehoren) Hulpmaterialen voor het hijsen van lasten (bv. Oogbouten, sluitingen, hijsbanden, kettingen, kabels) Algemene eisen (hijswerktuigen en hijstoebehoren) Gekeurd zijn, keuringsbewijs aanwezig, keuringsstatus herkenbaar zijn aangebracht op het hijswerktuig Gegevens over de maximale belasting Op of aan het hijstoebehoren, een plaat of ring, gestempeld in het materiaal 6.3. Algemene gevaren en veiligheidsmaatregelen (hijsen) Algemene gevaren (hijswerktuigen en hijstoebehoren) Omvallen van het hijswerktuig (bv. kraan) Vallen van de last Algemene veiligheidsmaatregelen (hijswerktuigen en hijstoebehoren) Toegelaten werkbelasting niet overschrijden Last op de juiste wijze aanslaan Regelmatige visuele controle van het materieel Spreidhoek van twee- of driesprong zo klein mogelijk houden Windkracht Gebruiksaanwijzing van de fabrikant van de kraan opvolgen Bepalend voor keuze van hijstoebehoren Afmeting en vorm van de last Afstand van verplaatsing 6.4. Algemene gevaren, vereiste documenten en veiligheidsmaatregelen (hijswerktuigen) Gevaren (hijswerktuigen) Omvallen van het hijswerktuig Raken van uitrusting Binnen de draaicirkel door het hijswerktuig worden geraakt Slecht weer Veiligheidsmaatregelen (hijswerktuigen) Regelmatig controleren op beschadigingen en slijtage Bediener van een hijswerktuig en assistent moeten elkaar goed kunnen begrijpen, zien en horen Stempelen Goede afstemming bij de inzet van meerdere hijswerktuigen Aanwezige documenten (hijswerktuigen) Kraanboek (waarin alle keuringen en onderhoudswerkzaamheden worden afgetekend) Hijstabellen en hijsgrafieken (waarin is opgenomen welk gewicht op welke afstand mag worden verplaatst) Keuringsbewijs van lieren, takels, hijsmasten, extra kettingen, hijsjuk en ander hijsgereedschap Documenten voor de bediener (hijswerktuigen) Deskundigheidsbewijs (hijsbewijs) (verplicht voor torenkranen, mobiele kranen en heistellingen met een lastmoment gelijk of groter dan 10 tonmeter) Registratieboekje (waarin is opgenomen hoelang de bediener met het hijswerktuig heeft gewerkt en met welke soorten hijswerktuigen hij / zij ervaring heeft) Voorbeelden en veiligheidsmaatregelen (hijstoebehoren) Veiligheidsmaatregelen (kettingen) Een schalm mag alleen belast worden in de richting van de lange as Kettingwerk niet forceren Ketting met uitgerekte of vervormde schalmen afkeuren Tegen scherpe hoeken van de last beschermen Alleen een speciale koppelschalm gebruiken voor het verlengen van kettingen Bouten van sluitingen helemaal aandraaien Punt van een haak nooit belasten Veiligheidsmaatregelen (staalkabels) Opslaan aan een rek in een droge, goed geventileerde ruimte Contact met vocht en corrosieve stoffen vermijden Regelmatig inspecteren op corrosie en slijtage Beschermen met kanthout of hoekbeschermers als de last scherpe hoeken heeft Niet knopen Niet gebruiken bij slechte splitsen Niet gebruiken bij breuknesten of gebroken streng Niet gebruiken bij sterke roestvorming Niet gebruiken bij uitwendige beschadigingen Niet gebruiken bij gebroken of gescheurde kabelverbindingen Niet gebruiken bij vermindering van de diameter Voorbeelden (hijsgereedschappen) Hijsjuk Tweesprong, driesprong, viersprong Maximale spreidhoek tussen kabels in een samenstel 120 graden Voorbeelden van situaties (hijsjuk) Verplaatsen van een last met gecompliceerde afmetingen precies boven het zwaartepunt Bij weinig ruimte boven de last Bij veelvuldig verplaatsen van gelijksoortige lasten Doordat de kabels recht hangen is er geen kans dat ze over de last naar elkaar toeschuiven Definitie, voorbeelden, gevaren en veiligheidsmaatregelen (handtakels) Definitie (handtakel) Hijstoestel zonder aandrijving dat met de hand bediend wordt Voorbeelden van situaties (handtakels) Positionering in verticale en horizontale richting van lasten tijdens hijswerkzaamheden VCA Eind- en toetstermen Pagina 33 van 54

34 Als het gebruik van een kraan niet efficiënt is Gevaren (handtakels) Het breken van een onderdeel van de takel Het breken van het punt waaraan de takel is bevestigd Definitie, gevaren en preventiemaatregelen (palletwagens) Veiligheidsmaatregelen (handtakels) Voldoende stevige aanslagpunten gebruiken (nooit aan bordessen, pijpleidingen enz.) Haak niet op de punt belasten Niet overbelasten Hendel nooit met een pijp verlengen Voor gebruik controleren, bij defecten terugbrengen voor herstelling en melden aan de leidinggevende Definitie, gevaren, veiligheidsmaatregelen en eisen (vorkheftrucks) Definitie Een voertuig met een hefhoogte van 20 cm dat geschikt is voor het handmatig of elektrisch verplaatsen van pallets Definitie Een voertuig voor het verplaatsen van lasten op de vorken of met speciale hulpmiddelen Gevaren Vallen van last Kantelen lading Kantelen voertuig Aanrijden personen, goederen, gebouwen Beschadiging van goederen en uitrusting door verkeerd gebruik Inademen dieselmotorenemissie bij werken in afgesloten ruimte met heftruck op diesel Veiligheidsmaatregelen Contragewicht nooit verzwaren Stabiel laden, last over de twee vorken spreiden Zonder speciale werkbak geen personen heffen Zicht van chauffeur moet optimaal zijn Zonder speciaal hulpmiddel niet hijsen Zonder speciaal ingerichte zitplaats niet meerijden Rekening houden met personen in de omgeving Gevaren Rugklachten door verkeerde werkhouding Pijnlijke schouder en armen door het trekken aan een palletwagen met te zware lasten Beknelling van vingers, enkels, voeten en tenen Vallen van de lading Aanrijden personen, goederen, gebouwen Beschadiging van goederen en uitrusting door verkeerd gebruik Preventiemaatregelen Stabiel laden, last over de twee vorken spreiden Rijden over egale grond Zorgen voor genoeg manoeuvreerruimte Preventiemaatregelen (bediener van palletwagens) Trekken aan de palletwagen, niet duwen Goede houding Eisen (vorkheftruckchauffeur) Beschikken over getoetste deskundigheid Gebruiken van de veiligheidsgordel VCA Eind- en toetstermen Pagina 34 van 54

35 7. Specifieke werkzaamheden en omstandigheden 7.1. Gevaren/risico's en veiligheidsmaatregelen bij lassen, snijden en branden Gevaren/risico's (elektrisch lassen) Elektrocutie Brand en explosie door hittevorming en wegspringende spetters Verbranding van de huid door vrijkomende UV-straling Verbranding van het hoornvlies door vrijkomende UVstraling Verblinding van de ogen door vrijkomende infrarood straling Warmtestraling Vergiftiging door lasrook Longaandoeningen door inademen van lasrook Verkeerde werkhouding Fel licht Veiligheidsmaatregelen (elektrisch lassen) Werkvergunningensysteem Afzuiging van lasrook Ventilatie Persoonlijke bescherming: laskap, lasschort, laskleding, veiligheidsschoenen, luchtgeventileerde laskap Lasgordijnen voor bescherming van personen in de omgeving tegen UV- en infraroodstraling Blusmiddelen onder handbereik Gevaren/risico's (autogeen lassen, snijden en branden) Cilinder met zuurstof onder druk, brandbevorderend, oxiderend Cilinder met acetyleen of propaan, brandbaar en explosief Vlamterugslag Brand of explosie Propaan is zwaarder dan lucht en blijft hangen in putten, uitgravingen en kelders Vrijkomen gevaarlijke stoffen Lawaai Veiligheidsmaatregelen Valbeveiliging Rekening houden met draagkracht van overblijvende constructie Zonder specifiek plan niet boven of onder elkaar werken Gebruik stortkokers Persoonlijke beschermingsmiddelen; helm, veiligheidsschoenen, overall, adembescherming, gehoorbescherming Inventariseren concentratie gevaarlijke stoffen (asbestinventarisatie) Specifieke veiligheidsmaatregelen bij het verwijderen van keramische vezels met een lage kans op het vrijkomen van stof of vezels: Aanbrengen van een fixeermiddel Zo weinig mogelijk breken Gebruik P3 stoffilter Dragen van een wegwerpoverall Stortkoker niet gebruiken Toepassing keramische vezels: isolatiemateriaal voor hoge temperaturen. Bijvoorbeeld in hoogovens (staalindustrie) kraakinstallaties (chemische industrie), huishoudtoestellen en als vezelbekledingen en panelen. Productvormen Keramische platen Cement en harders Keramisch vorm- en vulmiddel Flexibele keramische materialen Elektrisch isolatiemateriaal 7.3. Gevaren van en veiligheidsmaatregelen bij het werken bij wand- en vloeropeningen Veiligheidsmaatregelen (autogeen lassen en snijden met zuurstof en acetyleen) Acetyleenfles moet rechtop staan of liggen onder een hoek van minstens 30 Bij gebruik van acetyleen maatregelen treffen met betrekking tot ventilatie en eventueel gas meten Vlamdover in slang tussen acetyleenfles en brander Slangbreukbeveiliging Terugstroombegrenzers op gas- en zuurstofslang van brander 7.2. Gevaren en veiligheidsmaatregelen bij sloopwerkzaamheden Gevaren Verstappen en struikelen Uitstekende constructiedelen Werken op hoogte Instabiliteit bij sloopfront Vallend sloopmateriaal Instorting Gevaren Vallen door een wandopening Vallen in een vloeropening Getroffen worden door een object dat door een vloerof wandopening valt VCA Eind- en toetstermen Pagina 35 van 54

36 Veiligheidsmaatregelen Afdekken met draagkrachtig materiaal, vast verbonden met ondergrond Aanbrengen leuningen of hekwerk Als beveiliging niet mogelijk is, dan gevaar markeren en benadering bemoeilijken Zorgvuldig graven, de gevaren en regels bij graafwerkzaamheden Risico voor de veiligheid Milieurisico Gevaren/risico's Elektrocutie door het beschadigen van onder spanning staande kabels Brand en explosie door het beschadigen van gas- en olieleidingen Bedolven worden door inkalving van de sleuf Wateroverlast door instromend water Bodemvervuiling door het beschadigen van leidingen met gevaarlijke stoffen Verstikking door het beschadigen van gasleidingen Grond vervuild door gevaarlijke stoffen en/of biologische stoffen Blootstelling aan gevaarlijke stoffen. Geraakt worden door de graafmachine Regels voor zorgvuldig graven Alleen graven wanneer liggingsgegevens bekend zijn Alleen graven op aanwijzing van leidinggevende of aannemer Proefsleuven graven Aanwijzingen van netbeheerder opvolgen Alleen graven nadat de ligging van kabels en leidingen is vastgesteld door proefsleuven binnen 1,5 meter van de opgegeven ligging Eventuele afwijkende ligging of schade melden bij de leidinggevende Bij gebruik van graafmachine een niet getande graafbak gebruiken Veiligheidsmaatregelen voor het werken bij of in uitgravingen Goede stut- en taludvoorzieningen Helling van het talud aanpassen aan diepte van de uitgraving en aard van de ondergrond Uitgegraven aarde op veilige afstand Beschoeiing goed laten aansluiten bij de rand van de uitgraving Voertuigen, materialen en materieel op veilige afstand Hekwerk rond uitgraving Geen gascilinders in uitgraving Twee toegangen voorzien Diepe uitgraving beschouwen als besloten ruimte Melding van schade aan kabel of leiding bij netbeheerder Verplichte melding van elke graafactiviteit bij KLIC/Kadaster Melding van afwijkende ligging (afwijking > 1 meter) en aanwezigheid van een onbekend net (weesleiding) aan KLIC/Kadaster Alleen (laten) graven wanneer KLIC-/Kadasterinformatie beschikbaar is 7.4. Werken op hoogte Regelgeving Vanaf een stahoogte van 2,5 meter boven de vloer Werken met valgevaar boven een gevaarlijk punt zoals bewegende delen of wateroppervlak Gevaren/risico's Vallen (bv. van dakrand, verdieping etc.) Door een vloeropening vallen Vallende voorwerpen Veiligheidsmaatregelen (werken op hoogte) Veilige steiger (stelling), bordes of werkvloer aanbrengen Aanbrengen van doelmatige hekwerken, leuningen of andere gelijksoortige voorzieningen: minimum leuning, tussenleuning en plint (kantlijst) Vangnetten aanbrengen Vloeropeningen dichtleggen Persoonlijke beschermingsmiddelen gebruiken Veiligheidsmaatregelen (werken op schuine daken) Loopplanken gebruiken: wanneer de bedekking van het dak niet sterk genoeg is en om zich op het hellend vlak te verplaatsen Vangnetten ophangen wanneer er grote openingen in het dak zitten en dakrandvoorziening voorzien aan de randen van het hellend dak Veiligheidsmaatregelen (werken op platte daken binnen vier meter binnen van de dakrand) Dakrandbeveiliging of vangnetten aanbrengen Gebruik van veiligheidsharnas, indien collectieve beveiliging onmogelijk is Gebruikswijze van materiaal voor het werken op hoogte Wettelijk verplichte informatie-uitwisseling tussen netbeheerder en graver Verplichtingen volgens de Grondroerdersregeling Oriëntatie door middel van opvragen liggingsgegevens Verplichting voor grondroerder/feitelijke graver tot zorgvuldig graven en het bieden van gelegenheid daartoe VCA Eind- en toetstermen Pagina 36 van 54

37 Inzet van ladders Voor het overbruggen van een bepaalde hoogte Voor het uitvoeren van lichte en kortstondige werkzaamheden Gebruiksregels van ladders bij lichte werkzaamheden De ladder is goedgekeurd en voorzien van een keuringssticker Stahoogte minder dan 5 meter Statijd minder dan 2 uur Krachtuitoefening minder dan 50 Newton (N) (5 kg) Reikwijdte maximaal een armlengte Boven windkracht 6 ladders niet gebruiken Lange ladders (> 25 sporten) borgen tegen wegglijden Veiligheidsmaatregelen (ladders) Opstellen onder hoek van ca 75 graden Aan onderzijde borgen tegen wegzakken of uitglijden Aan bovenzijde borgen tegen zijdelingswegglijden Ladder moet minimaal 1 meter uitsteken boven plaats waartoe de ladder toegang geeft Ladder plaatsen op stevige ondergrond, niet achterstevoren of ondersteboven Sporten en ladderschoenen schoonhouden, ladder niet beklimmen met gladde of vervuilde zolen Beklimmen met gezicht naar ladder toe Toegang tot ladder vrijhouden van obstakels Blokkeer een deur of doorgang achter de ladder Metalen ladders op minimaal twee meter afstand van onder spanning staande delen plaatsen Heb drie contactpunten met ladder: twee voeten, één hand; twee handen, één voet Regels voor het opbouwen en veranderen van een steiger(stelling) Bevoegde toezichthouder aanwezig tijdens de opbouwwerkzaamheden Stabiliteitsberekening van de steiger (stelling) en instructies voor op- of ombouw beschikbaar Alleen opgeleide steigerbouwers/steigermonteurs mogen een steiger opbouwen Veiligheidsmaatregelen (staande steiger(stelling) Niets aan de constructie van de steiger (stelling) veranderen Geen materiaal of gereedschap op de vloer van de steiger (stelling) achterlaten Niet werken op een trap of ladder die op de steiger (stelling) is geplaatst Niet zwaarder belasten dan de maximale belasting die op de steigerkaart staat Functie van de specifieke tekening (voorheen steigerkaart) Geeft de maximaal toelaatbare belasting aan Geeft aan of steiger (stelling) betreden mag worden Geeft aan of de steiger (stelling) gekeurd is en tot wanneer de keuring geldig is Veiligheidsmaatregelen Hangbruginstallatie (voorheen hangsteigers) Bediener mag niet weggaan wanneer er personen in de hangsteiger zijn en de bediening niet op de hangsteiger zelf is Bij storingen steiger (stelling) verlaten Niet gebruiksklaar en onbeheerd achterlaten Bij geen of beperkt oogcontact tussen bediener en personen in de hangsteiger hulpmiddelen voor communicatie gebruiken Maximale belasting niet overschrijden Eerst testen voor gebruik Personen in de hangsteiger moeten een veiligheidsharnas dragen die gehaakt is aan een speciaal bevestigingspunt Omgeving onder de steiger (stelling) afzetten met lint of met hekken Alleen verlaten indien ondersteunend op een vast oppervlak Veiligheidsmaatregelen (rolsteigers) Alle wielen blokkeren voor het beklimmen Van binnenuit beklimmen Materiaal en gereedschap op een veilige manier naar boven brengen Werkvloer opgeruimd houden Niet op de stabilisatoren staan Stabilisatoren met wielen zijn niet toegestaan Regels voor het verplaatsen van rolsteigers Niet verplaatsen als er nog iets of iemand op de rolsteiger is Stabilisatoren zonder wieltjes moeten bij het verrijden zo laag mogelijk bij de grond blijven, stabilisatoren met wieltjes moeten op de grond blijven Ervoor zorgen dat stabilisatoren niet kunnen verschuiven tijdens het verplaatsen Ondergrond moet vlak en hard zijn, anders voorzieningen aanbrengen zoals rails Eisen (personenwerkbakken) Gekeurd zijn en hiervan moet een schriftelijk bewijs aanwezig zijn Opgehangen door een viersprong Bevat aan de buitenzijde informatie over: toelaatbare werklast; eigen massa, toelaatbaar aantal personen Eisen (personenwerkbakken) Gekeurd zijn en hiervan moet een schriftelijk bewijs aanwezig zijn Opgehangen door een viersprong Bevat aan de buitenzijde informatie over: toelaatbare werklast; eigen massa, toelaatbaar aantal personen Eisen voor hoogwerkers en gevaren en veiligheidsmaatregelen bij het werken met hoogwerkers Definitie hoogwerker Verplaatsbaar arbeidsmiddel ingericht voor het verplaatsen van personen om op hoogte te werken Voorbeelden van hoogwerkers Zelfrijdende hoogwerker VCA Eind- en toetstermen Pagina 37 van 54

38 Hoogwerker op aanhangwagen, vrachtwagen of bestelauto Schaarlift Gevaren Elektrocutie Aanrijding Vallende voorwerpen van platform Beknelling tussen object en platform Omvallen van de hoogwerker Uit platform vallen Eisen voor hoogwerkers Geldig keuringsbewijs hebben Zichtbare keuringssticker hebben Plaat met het maximum toelaatbaar gewicht hebben Gebruikershandleiding hebben Duidelijke aanduidingen bij de bediening hebben Veiligheidsmaatregelen Horizontaal op een vlakke ondergrond staan Rijden: alleen met ingeschoven stabilisatoren, de hoofdarm naar beneden, de bak in de neutraalstand en conform de gebruiksaanwijzing Niet gebruiken voor hijswerkzaamheden Niet gebruiken als personenlift Personen in de bak moeten valbeveiliging gebruiken die aan de bak is vastgemaakt Als de personen in de bak hoger dan 25 meter boven de grond zijn, moeten ze een portofoon gebruiken Bij gebruik in een risicovolle omgeving moet assistentie op de begane grond aanwezig zijn Eisen voor bedieners van hoogwerkers Beschikken over aantoonbaar getoetste deskundigheid VCA Eind- en toetstermen Pagina 38 van 54

39 8. Veiligheidsmaatregelen werken in besloten ruimtes 8.1. Gevaren en veiligheidsmaatregelen bij het werken in besloten ruimtes Onderhouden van communicatie met persoon in ruimte Alarmeren van hulpverlenende afdelingen/diensten als persoon in de ruimte in gevaar is Controleren ventilatie Eis voor de persoon die is belast met permanente observatie (buitenwacht/mangatwacht) Beschikken over aantoonbaar getoetste deskundigheid Verhoogd verstikkingsgevaar Zuurstoftekort door aanwezigheid van inert gas Verhoogd brand- en explosiegevaar Te weinig ventilatie, waardoor onderste explosiegrens snel wordt bereikt Aanwezigheid van brandbare stoffen in de ruimte Aanwezigheid van brandbare stoffen in het materiaal of bij verwijdering van roestlagen Open vuur of vonken in de besloten ruimte Zuurstoflekkage uit slangen of niet goed dichtgedraaide branders Kenmerken Nauw, klein, nat, glad en weinig bewegingsruimte Niet bedoeld voor het verblijf van personen Nauwelijks natuurlijke ventilatie Moeilijk toegankelijk Slechte vluchtmogelijkheden Slecht verlicht Leidingen en kabels op onverwachte plaatsen Voorbeelden Opslagreservoirs of -tanks Riolen en leidingen Liftschachten, kruipruimten en kelders Tentjes bij uitgraving, pijpleidingen Eisen voor betreding Minimale zuurstofpercentage 19% Aanwezig explosief gasmengsel minder dan 10% van de LEL Concentratie giftige stoffen of dampen moet lager zijn dan de grenswaarde Adequate luchtverversing Waarschuwingsborden voor de toegang tegen betreding van onbevoegden Leidingen die op de ruimte zijn aangesloten moeten zijn afgeblind of losgekoppeld Met geldige werkvergunning of een schriftelijk vrijgave Betreders zijn 18 jaar of ouder De ruimte is schoon en droog Met permanente observatie Regels voor metingen bij gevaar voor verstikking, bedwelming, vergiftiging, brand of explosie Uitgevoerd door deskundig persoon Op meerdere plaatsen Periodiek of continu Veiligheidsmaatregel (toezicht bij gevaar voor verstikking, bedwelming, vergiftiging, brand of explosie) Toezicht uitoefenen Verhoogde vergiftigingsgevaar Aanwezigheid van giftige stoffen en te weinig ventilatie waardoor de concentratie boven de grenswaarde kan komen Verhoogd gevaar voor elektrocutie Door slechte ventilatie is de lichaamstemperatuur hoger en is er meer vochtigheid, hierdoor is er meer geleiding Veiligheidsmaatregel (verblijfsduur) Zo kort mogelijk Extra persoonlijke beschermingsmiddelen Onafhankelijke adembescherming (dus: geen filtermaskers) bij een concentratie aanwezige gevaarlijke gassen/dampen boven de grenswaarde en bij een te laag zuurstofpercentage Gehoorbescherming (afhankelijk van type werkzaamheden en aard van besloten ruimte) Reddingslijn, tenzij deze extra gevaar oplevert Gaspak (als er mogelijk gassen en/of dampen zijn met gevaar voor huidopname). Veiligheidsmaatregelen (ventilatie) Natuurlijke ventilatie Mechanische ventilatie Plaatselijke afzuiging bij het vrijkomen van gassen en dampen Veiligheidsmaatregelen (elektrocutie) Elektrische apparatuur op de juiste wijze spanningsvrij maken In besloten ruimtes met geleidende wanden gebruik maken van veilige spanning 8.2. Extra maatregelen Regel voor beweegbare delen in besloten ruimtes Door een deskundige buiten bedrijf laten zetten en laten vergrendelen VCA Eind- en toetstermen Pagina 39 van 54

40 Veiligheidsmaatregelen (gebruik van zuurstof en andere gassen) Vooraf slangen controleren op lekken Gasflessen buiten de ruimte plaatsen Tijdens pauzes en bij einde van de werkzaamheden de branders en slangen buiten de ruimte plaatsen Veiligheidsmaatregelen (las- en snijwerkzaamheden) Alle brandbare stoffen weghalen of afdekken Blusmiddelen binnen handbereik houden Controleren op zuurstoflekken Plaatselijke afzuiging in verband met lasdampen Bij elektrisch lassen een veilige spanning gebruiken Veiligheidsmaatregelen (aanbrengen van verfproducten) Gebruik onafhankelijke adembescherming Ventilatie van de hele ruimte Alle apparatuur moet geaard zijn in verband met statische elektriciteit Ventilatie moet tot enige dagen na schilderwerkzaamheden plaatsvinden VCA Eind- en toetstermen Pagina 40 van 54

41 9. Werken met gevaarlijke stoffen 9.1. De risico's en veiligheidsmaatregelen van een gevaarlijke stof etiket/pictogram bepalen Indeling en schadelijke werking van gevaarlijke stoffen Categorieën Explosief Oxiderend Zeer licht ontvlambaar, licht ontvlambaar, ontvlambaar Giftig, zeer giftig Schadelijk Irriterend Bijtend of corrosief Kankerverwekkend Milieugevaarlijk Sensibiliserend Elementen (oude etiket) R-zinnen S-zinnen Elementen (nieuwe etiket) Naam (namen) van het/de product(en) Gevarenpictogrammen Risico's en gevaren (H-zinnen) Preventiemaatregelen - veiligheidsaanbevelingen (Pzinnen) Gegevens leverancier / invoerder Betekenis van gevarenpictogrammen van gevaarlijke stoffen Definitie Stoffen die een gevaar vormen voor de gezondheid en/of voor de omgeving Gevaren, voorbeelden en pictogrammen Explosieve stoffen exploderen gemakkelijk, ook zonder inwerking van zuurstof, bij een bepaalde temperatuur, in contact met andere stoffen, bij schokken of bij wrijvingen, bv. munitie, TNT, buskruit Zeer licht en licht ontvlambare stoffen vliegen zeer gemakkelijk in brand, zelfs bij normale omgevingstemperaturen (21 C), bv. benzine, aceton, white spirit Oxiderende of brandbevorderende stoffen maken zuurstof vrij en reageren daardoor heftig met andere (brandbare) stoffen en bevorderen de verbranding, bv. zuurstofwater/waterstofperoxide, ozon, zuurstof Zeer giftige en giftige stoffen geven een belangrijke kans op ernstige verschijnselen bij inademen, inslikken of opname via de huid, bv. koolstofmonoxide, H2S, methanol, benzeen Schadelijke stoffen geven mildere verschijnselen dan bij giftige stoffen bij inademen, inslikken of opname via de huid, bv. verf, lak, houtbeschermingsproducten Bijtende stoffen tasten huid, ogen, longen en slijmvliezen aan bij contact, bv. zuren en basen Irriterende stoffen hebben een beperktere werking dan de bijtende producten, ze kunnen ontstekingen veroorzaken bij contact met de huid, ogen, longen en slijmvliezen, bv. verdunde of zwakke zuren en basen, veel solventen, polyestermastic. Kankerverwekkende stoffen kunnen tot kanker leiden, bv. Asbest, benzeen, vinylchloride, dieselrook Milieugevaarlijke stoffen zijn gevaarlijk voor milieu en dieren, bv. CFK s, bepaalde pesticiden Sensibiliserende stoffen kunnen allergie veroorzaken, bv. bepaalde harsen en kleurmiddelen, sommige verven, metaalbehandelingsmiddelen, haarkleurmiddelen 9.2. Onderscheid tussen het gebruik en het vervoer van gevaarlijke stoffen Bij vervoer in de werkomgeving wordt ook rekening gehouden met het gevaar dat hierbij kan optreden Gevarenpictogrammen (conform GHS richtlijn) Explosieve / ontplofbare stoffen Licht ontvlambare en zeer licht ontvlambare stoffen Oxiderende stoffen Giftige en zeer giftige stoffen Schadelijke en irriterende stoffen Bijtende / corrosieve stoffen Milieugevaarlijke stoffen Gezondheidsgevaar op lange termijn Gassen onder druk Pictogram van asbest Betekenis van gevaren en veiligheidsaanbevelingen (zinnen) op nieuwe etiketten Betekenis (gevaren zinnen) De gevaren (of risico's) die een stof/product kan inhouden Betekenis (veiligheidsaanbevelingen) De te nemen veiligheidsmaatregelen om risico's bij het werken met het product te voorkomen Indeling en schadelijke werking van gevaarlijke stoffen Categorieën Explosief Oxiderend Zeer licht ontvlambaar, licht ontvlambaar, ontvlambaar Giftig, zeer giftig VCA Eind- en toetstermen Pagina 41 van 54

42 Schadelijk Irriterend Bijtend of corrosief Kankerverwekkend Milieugevaarlijk Sensibiliserend Definitie Stoffen die een gevaar vormen voor de gezondheid en/of voor de omgeving Gevaren, voorbeelden en pictogrammen: Gevaren, voorbeelden en pictogrammen Explosieve stoffen exploderen gemakkelijk, ook zonder inwerking van zuurstof, bij een bepaalde temperatuur, in contact met andere stoffen, bij schokken of bij wrijvingen, bv. munitie, TNT, buskruit Zeer licht en licht ontvlambare stoffen vliegen zeer gemakkelijk in brand, zelfs bij normale omgevingstemperaturen (21 C), bv. benzine, aceton, white spirit Oxiderende of brandbevorderende stoffen maken zuurstof vrij en reageren daardoor heftig met andere (brandbare) stoffen en bevorderen de verbranding, bv. zuurstofwater/waterstofperoxide, ozon, zuurstof Zeer giftige en giftige stoffen geven een belangrijke kans op ernstige verschijnselen bij inademen, inslikken of opname via de huid, bv. koolstofmonoxide, H2S, methanol, benzeen Schadelijke stoffen geven mildere verschijnselen dan bij giftige stoffen bij inademen, inslikken of opname via de huid, bv. verf, lak, houtbeschermingsproducten Bijtende stoffen tasten huid, ogen, longen en slijmvliezen aan bij contact, bv. zuren en basen Irriterende stoffen hebben een beperktere werking dan de bijtende producten, ze kunnen ontstekingen veroorzaken bij contact met de huid, ogen, longen en slijmvliezen, bv. verdunde of zwakke zuren en basen, veel solventen, polyestermastic. Kankerverwekkende stoffen kunnen tot kanker leiden, bv. Asbest, benzeen, vinylchloride, dieselrook Milieugevaarlijke stoffen zijn gevaarlijk voor milieu en dieren, bv. CFK s, bepaalde pesticiden Sensibiliserende stoffen kunnen allergie veroorzaken, bv. bepaalde harsen en kleurmiddelen, sommige verven, metaalbehandelingsmiddelen, haarkleurmiddelen Onderscheid tussen het gebruik en het vervoer van gevaarlijke stoffen in de werkomgeving Bij vervoer in de werkomgeving wordt ook rekening gehouden met het gevaar dat hierbij kan optreden Inhoud van het etiket Elementen (oude etiket) R-zinnen S-zinnen Elementen (nieuwe etiket) Naam (namen) van het/de product(en) Gevarenpictogrammen Risico's en gevaren (H-zinnen) Preventiemaatregelen - veiligheidsaanbevelingen (Pzinnen) Gegevens leverancier / invoerder Betekenis van gevarenpictogrammen van gevaarlijke stoffen Gevarenpictogrammen (conform GHS richtlijn) Explosieve/ontplofbare stoffen Licht ontvlambare en zeer licht ontvlambare stoffen Oxiderende stoffen Giftige en zeer giftige stoffen Schadelijke en irriterende stoffen Bijtende/corrosieve stoffen Milieugevaarlijke stoffen Gezondheidsgevaar op lange termijn Gassen onder druk Betekenis van gevaren en veiligheidsaanbevelingen (zinnen) op nieuwe etiketten Betekenis (gevaren zinnen) De gevaren (of risico's) die een stof/product kan inhouden Betekenis (veiligheidsaanbevelingen) De te nemen veiligheidsmaatregelen om risico's bij het werken met het product te voorkomen Veiligheidsinformatieblad Doel Informatie verschaffen over de gevaren van de betreffende stof Informatie verschaffen over de te nemen veiligheidsmaatregelen Inhoud Grenswaarde (MAC-waarde) Samenstelling Wijze van opname Wijze van opslag Directe gevaren Etikettering Eerste hulp Betekenis (vakken van de gevarendiamant) Rode vlak (boven): brandgevaar Blauwe vlak (links): risico voor de gezondheid Gele vlak (rechts): instabiliteit Witte vlak (onder): reactie met bluswater en eventuele specifieke gevaren VCA Eind- en toetstermen Pagina 42 van 54

43 Betekenis (cijfers in de gevarendiamant) Cijfer van 0 tot 4, hoe hoger het cijfer hoe groter het gevaar 9.3. Maatregelen bij (mogelijke) blootstelling aan gevaarlijke stoffen Maatregelen (bron) Eliminatie: door geen gebruik te maken van een gevaarlijke stof Vervanging: vervangen door een minder gevaarlijke stof (bv. een verf met oplosmiddel vervangen door verf op waterbasis) Aanpassing (bv. de grondstof niet in poedervorm gebruiken, maar in tabletvorm) Maatregel (plaatselijk afzuigen) Afzuiging van de gevaarlijke damp, gas of stofdeeltjes direct op de plaats waar de verontreiniging ontstaat, bv. bij lassen Maatregel (scheiden van mens en bron) Fysieke scheiding tussen de mens en de gevaarlijke stoffen of chemische processen door bv. een muur, gesloten reactorvaten, een trekkast/zuurkast Maatregel ventilatie Verontreinigde lucht naar buiten zuigen en schone lucht naar binnen brengen Gebruik persoonlijke monitor Op borsthoogte dragen en niet onder de kleding Testen voor gebruik of getest zijn voor gebruik Te ondernemen acties bij alarm Wijze van opname in het lichaam Opnamewegen gevaarlijke stoffen Via de mond Via de huid Via de ademhalingsorganen Directe opname in de bloedbaan Wijze van opname gevaarlijke stoffen Eten en drinken met vuile handen Aanraking van oplosmiddelen of oplosmiddelen in verf Inademen van stof, gas, nevel en damp Door een open wond Persoonlijke hygiëne maatregelen Eten en drinken in speciale ruimte, vuile werkkleding uittrekken (vuil en stof verzamelen zich in de kleding), handen en gezicht schoonmaken, een wond zo snel mogelijk schoonmaken, verzorgen en afdekken Gebruiken van goede persoonlijke beschermingsmiddelen Medische geschiktheid bij het werken met gevaarlijke stoffen Aan de hand van de blootstelling en zijn gezondheidstoestand wordt nagegaan of hij geschikt is en blijft Periodiek medisch onderzoek bij het werken met gevaarlijke stoffen Medisch onderzoek moet bepalen of de werknemer geschikt blijft om verder te werken met de gevaarlijke stof Periodiciteit is afhankelijk van product en blootstelling, voor de meeste stoffen eenmaal per jaar Prioriteiten van de maatregelen bij (mogelijke) blootstelling aan gevaarlijke stoffen Prioriteiten In eerste instantie maatregelen aan de bron (andere producten gebruiken, tabletten in plaats van stof) In tweede instantie technische, collectieve en organisatorische maatregelen (plaatselijke afzuiging, ventilatie) In derde instantie persoonlijke beschermingsmiddelen Maatregelen bij (mogelijke) blootstelling aan gevaarlijke stoffen Eliminatie: door geen gebruik te maken van een gevaarlijke stof Vervanging: vervangen door een minder gevaarlijke stof (bv. een verf met oplosmiddel vervangen door verf op waterbasis) Aanpassing (bv. de grondstof niet in poedervorm gebruiken, maar in tabletvorm) Maatregel (plaatselijk afzuigen): Afzuiging van de gevaarlijke damp, gas of stofdeeltjes direct op de plaats waar de verontreiniging ontstaat, bv. bij lassen Maatregel (scheiden van mens en bron): Fysieke scheiding tussen de mens en de gevaarlijke stoffen of chemische processen door bv. een muur, gesloten reactorvaten, een trekkast/zuurkast Maatregel (ventilatie) Verontreinigde lucht naar buiten zuigen en schone lucht naar binnen brengen Gebruik persoonlijke monitor Op borsthoogte dragen en niet onder de kleding Testen voor gebruik of getest zijn voor gebruik Te ondernemen acties bij alarm Wijze van opname in het lichaam Opnamewegen gevaarlijke stoffen Via de mond Via de huid Via de ademhalingsorganen Directe opname in de bloedbaan Wijze van opname gevaarlijke stoffen Eten en drinken met vuile handen Aanraking van oplosmiddelen of oplosmiddelen in verf Inademen van stof, gas, nevel en damp Door een open wond VCA Eind- en toetstermen Pagina 43 van 54

44 Persoonlijke hygiëne maatregelen Eten en drinken in speciale ruimte, vuile werkkleding uittrekken (vuil en stof verzamelen zich in de kleding), handen en gezicht schoonmaken, een wond zo snel mogelijk schoonmaken, verzorgen en afdekken Gebruiken van goede persoonlijke beschermingsmiddelen Vergiftigingsfactoren Omgevings- en productfactoren Toestand of voorkomen van de stof (stof, nevel, gas, damp, vast, vloeistof) Giftigheid van de stof Concentratie van de stof in de ademlucht Duur van de blootstelling aan de stof Vergiftigingsfactoren Menselijke factoren Fysieke inspanning: bij zwaar werk haal je dieper en sneller adem en zo zal je meestal meer gevaarlijke stof binnenkrijgen. Conditie van het slachtoffer: als je fitter bent heb je meer weerstand Gewicht van het slachtoffer: hoe zwaarder de persoon, hoe minder invloed de stof normaal heeft. Leeftijd van het slachtoffer: jonge personen en ouderen hebben meestal meer last. Grootte van het blootgestelde huidoppervlak: hoe groter het huidoppervlak waarmee de stof in aanraking is geweest, des te groter is de impact. Dikte van de huid: hoe dunner de huid, die in contact is geweest met de stof, des te groter is de impact. Gevoeligheid: sommige personen zijn gevoeliger voor bepaalde stoffen dan anderen. Inwerking en effecten van gevaarlijke stoffen in het lichaam Hoofdpijn Duizeligheid Evenwichtstoornissen Maagkrampen Misselijkheid Braakneigingen Hartkloppingen Benauwdheid Wazig of dubbel zien Allergie Twee soorten van vergiftiging Acute vergiftiging: vergiftiging vrij snel tijdens of direct na de blootstelling aan de gevaarlijke stof (bv. COvergiftiging) Chronische vergiftiging: vergiftiging na langdurige en herhaaldelijke blootstelling aan de gevaarlijke stof (bv. Oplosmiddelen, zware metalen in lage doses) Monitoring tijdens het werk Het tijdens het werk, voor korte en/of langere periode, meten van mogelijke blootstelling aan gevaarlijke stoffen en beoordelen van de uitkomst aan de hand van de grenswaarden om kans op gezondheidsschade tijdens dit werk in te schatten en te voorkomen Medische geschiktheid bij het werken met gevaarlijke stoffen Aan de hand van de blootstelling en zijn gezondheidstoestand wordt nagegaan of hij geschikt is en blijft Periodiek medisch onderzoek bij het werken met gevaarlijke stoffen Medisch onderzoek moet bepalen of de werknemer geschikt blijft om verder te werken met de gevaarlijke stof Periodiciteit is afhankelijk van product en blootstelling, voor de meeste stoffen eenmaal per jaar Betekenis van grenswaarden De maximale concentratie van een gevaarlijke stof als tijdsgewogen gemiddelde over een referentieperiode, waarboven geen enkele werknemer blootgesteld mag worden Voorwaarden voor geldigheid van grenswaarden Bij normale, gezonde personen Bij een normale werkdag Bij een normale werkweek In normale werkomstandigheden Bij normale fysieke inspanning Beperkingen van reukwaarneming Veel gevaarlijke dampen of gassen hebben geen reuk of kleur Reukgrens kan boven de toegelaten grenswaarde liggen Geur van de gevaarlijke stof kan worden gemaskeerd door andere, niet gevaarlijke stoffen Geur is subjectief of persoonsafhankelijk 9.4. Gevaren en de veiligheidsmaatregelen bij het werken met specifieke gevaarlijke stoffen Werkwijze bij asbestverdacht materiaal Werkwijze Voordat werkzaamheden worden uitgevoerd op locaties waar asbest mogelijk aanwezig is moet aan de hand van een asbestinventarisatie een beoordeling plaatsvinden van het risico op blootstelling aan asbest Als het vermoeden bestaat dat er sprake is van asbest moet het werk onmiddellijk worden stilgelegd Waarschuw de operationeel leidinggevende en de opdrachtgever De opdrachtgever laat een monster nemen door een onafhankelijk laboratorium om vast te stellen of het om asbest gaat In geval van asbest, verwijderen overeenkomstig de wettelijke voorschriften Asbestwetgeving en de handelswijze bij aanwezigheid van asbest Het nieuw ver- en bewerken van asbest is verboden Asbesthoudend afval moet gescheiden ingezameld en opgehaald worden VCA Eind- en toetstermen Pagina 44 van 54

45 Waar risico voor contact met asbest aanwezig is wordt een specifiek label aangebracht Asbestproducten die door niet-gecertificeerde bedrijven verwijderd mogen worden Pakkingen die zonder te breken/verspanen verwijderd kunnen worden Vaste (hechtgebonden) asbestproducten die zonder te breken weggenomen kunnen worden Deze werkzaamheden mogen alleen uitgevoerd worden door daarvoor opgeleide werknemers (Deskundig Asbest Verwijderaar) Gezondheidseffecten bij blootstelling aan asbest Kans op asbestose, asbestlongkanker, mesothelioom Mogelijke asbestlocaties en te volgen werkwijze Warmte-isolatie aan alle soorten toestellen en uitrusting Flenzen en lagerafdichtingen Brandwerend maken van staalconstructies en constructies van bovengrondse tanks In en achter bemetseling van fornuizen en ketels en constructies van bovengrondse tanks Isolatie in elektrische apparatuur In brandwerende dekens Remvoeringen Rioolbuizen Afdichtingsmateriaal Dak- en wandbeplating Vloerbedekking Werkwijze Een risicobeoordeling op basis van een asbestinventarisatie moet zijn uitgevoerd Eventuele uitsluitingen in de asbestinventarisatie betreffen niet de locatie waar de werkzaamheden moeten plaatsvinden Werkwijze bij asbestverdacht materiaal Voordat werkzaamheden worden uitgevoerd op locaties waar asbest mogelijk aanwezig is moet aan de hand van een asbestinventarisatie een beoordeling plaatsvinden van het risico op blootstelling aan asbest Als het vermoeden bestaat dat er sprake is van asbest moet het werk onmiddellijk worden stilgelegd Waarschuw de operationeel leidinggevende en de opdrachtgever De opdrachtgever laat een monster nemen door een onafhankelijk laboratorium om vast te stellen of het om asbest gaat In geval van asbest, verwijderen overeenkomstig de wettelijke voorschriften Organische oplosmiddelen, cyclische verbindingen, zware metalen, koolstofmonoxide, verven en lakken, cement en kwartsstof Voorbeelden Organische oplosmiddelen: vaak van aardolie gemaakt, bijvoorbeeld terpentine Cyclische verbindingen, bijvoorbeeld benzeen, fenol, tolueen en xyleen Zware metalen: bijvoorbeeld lood, kwik en zink Schadelijke werking Organische oplosmiddelen: via inademing, hoofdpijn op korte termijn, aantasting van de hersenen op lange termijn Cyclische verbindingen: benzeen en fenol zijn giftig, benzeen is bovendien kankerverwekkend Zware metalen: zeer giftig Koolstofmonoxide: via inademing, is zeer giftig, verdringt zuurstofopname in het bloed en explosiegevaar Verven en lakken (zie organische oplosmiddelen) Cement: irriterend voor de ademhalingswegen en de huid, gevaar voor oogletsel, in natte toestand chemische brandwonden bij langdurend contact Kwartsstof: langdurige inademing kan leiden tot stoflongen Huishoudmiddelen Ontstoppingsmiddelen: bijtend Verven, vernissen: mogelijk met organische oplosmiddelen Organische oplosmiddelen: ontvlambaar of licht ontvlambaar, bij langdurend gebruik hersenletsel, ontvet de huid (bijvoorbeeld White spirit) Afwasproducten voor afwastoestel: irriterend, kans op ernstig oogletsel 9.5. Gevaren van en maatregelen tegen een te hoge en een te lage zuurstofconcentratie Zuurstofconcentratie bij normale omstandigheden: 21% Minimale toegestane zuurstofconcentratie: 19% Gevolgen bij afwijking normale zuurstofconcentratie Hoger dan 21%: verhogen brand- en explosiegevaar Lager dan 19%: zuurstofgebrek, gevolg afhankelijk van het percentage: versuffing, bewusteloosheid en dood Omstandigheden (te lage zuurstofconcentratie) Gebrek aan ventilatie Corrosie Andere reacties waardoor zuurstof verbruikt wordt: bv. bacteriologische en biologische reacties, brand Stoffen die vrijkomen in een ruimte en daardoor de lucht en bijgevolg de zuurstof verdringen (bv. Stikstof, andere inerte gassen) VCA Eind- en toetstermen Pagina 45 van 54

46 Omstandigheden (te hoge zuurstofconcentratie) Lekken van zuurstof uit leidingen, zuurstofflessen Maatregelen (te lage zuurstofconcentratie) Zuurstoftekort opheffen door de ruimte mechanisch te beluchten Onafhankelijke adembescherming toepassen Handen wassen Inentingen 9.8. Kleurcodering van gascilinders en belangrijke gassen Maatregelen (te hoge zuurstofconcentratie) Toepassen van slangbreukbeveiliging Geen zuurstofflessen in de ruimte (bv. besloten ruimte) 9.6. Gevaren en oorzaken van lekken en corrigerende en preventieve maatregelen Gevolgen Verspreiden van product in de ademlucht Gevaar voor brand Milieuverontreiniging Uitglijden Oorzaken Slecht onderhoud van installaties Slecht monteren van flenzen Foutieve procedure bij overgieten Lekkende kranen / afdichtingen Beschadiging (bv. aanrijding door vorkheftruck) Preventieve en corrigerende maatregelen Regelmatig controleren of installatie in orde is Alleen opgeleid personeel voert herstellingen en werkzaamheden uit Elk begin van lekken melden Voldoende grote lekbak onder tanks Lekken vakkundig repareren Gelekt product vakkundig verwijderen 9.7. Werken met biologische stoffen of substanties die biologische stoffen bevatten Omstandigheden/plaatsen voor mogelijk schadelijke biologische stoffen Afvalverwerking Gezondheidszorg Landbouw Voedingsindustrie Contact met dieren Riolen Waterzuiveringsinstallaties Vervuilde grond Farmaceutische industrie Biotechnologische industrie Principe voor het onderscheid tussen gascilinders Kleurcodering volgens oude en nieuwe code Kleurcode op de cilinders van zuurstof, stikstof, koolstofdioxide, lucht en acetyleen Zuurstof (witte schouder) Stikstof (zwarte schouder) Koolstofdioxide (grijze schouder) Lucht (lichtgroene schouder) Acetyleen (kastanjebruine schouder) Aandachtspunten voor het gebruik van de juiste gascilinder Kijk naar de kleurcode op de cilinder (gasfles) Verifieer aan de hand van het etiket Veiligheidsmaatregelen voor de opslag van gascilinders Goed vastzetten Beschermen tegen nadelige weersinvloeden Afschermen van zonnestralen en andere warmtestralingsbronnen Batterijen met gasflessen niet op de arbeidsplaats opstellen Voldoende ventilatie van opslagruimte Niet opslaan bij kelders en putten (veel gassen zijn zwaarder dan lucht en kunnen blijven 'hangen') Zuurstofflessen gescheiden houden van flessen met brandbare gassen Aangepaste blusmiddelen en water als koelmiddel vlakbij opslagruimte Vormen van gezondheidsschade Infecties/ziekten, vergiftigingen, allergie, schimmels en parasieten Specifieke preventiemaatregelen Huidbescherming, zoals: beschermende kleding, handschoenen, beschermingscrème Oogbescherming bij gevaar voor spatten Adembescherming VCA Eind- en toetstermen Pagina 46 van 54

47 10. Elektriciteit en straling Gevaren bij het werken met elektriciteit Gevaren Elektrocutie Verwondingen door vonk en vlambogen Letsel door een elektrische schok en reactie op een elektrische schok Brand- en explosiegevaar Invloedsfactoren op stroomsterkte bij stroomdoorgang door het lichaam Spanningsverschil Weerstand van de ondergrond, incl. schoeisel (linoleum en een rubbermat hebben een hoge weerstand, een aarden, met klinkers bedekte bodem of een betonnen vloer zijn goed geleidend en hebben dus een lagere weerstand) Secundair letsel bij het werken met elektriciteit Bij een stroomdoorgang kan de getroffene schrikken en daardoor letsel oplopen Bij een kortsluiting geraakt worden door rondvliegend materiaal Bij een kortsluiting weggeslingerd worden door de drukgolf Ongevalsoorzaken bij het werken met elektriciteit Defecte en ondeugdelijke machines, toestellen en leidingen Slechte of ontbrekende aardverbindingen Foutieve aanleg of montage Directe of indirecte Aanraking van onder spanning staande delen Onoordeelkundig gebruik van elektrische installaties en/of materialen Onoplettendheid, onachtzaamheid en onwetendheid Gevaren bij het werken met elektriciteit Elektrocutie Verwondingen door vonk en vlambogen Letsel door een elektrische schok en reactie op een elektrische schok Brand- en explosiegevaar Invloed van een elektrische stroom op het lichaam Spanningsverschil Weerstand van de ondergrond, incl. schoeisel (linoleum en een rubbermat hebben een hoge weerstand, een aarden, met klinkers bedekte bodem of een betonnen vloer zijn goed geleidend en hebben dus een lagere weerstand) Secundair letsel bij het werken met elektriciteit Bij een stroomdoorgang kan de getroffene schrikken en daardoor letsel oplopen Bij een kortsluiting geraakt worden door rondvliegend materiaal Bij een kortsluiting weggeslingerd worden door de drukgolf Ongevalsoorzaken bij het werken met elektriciteit Defecte en ondeugdelijke machines, toestellen en leidingen Slechte of ontbrekende aardverbindingen Foutieve aanleg of montage Directe of indirecte aanraking van onder spanning staande delen Onoordeelkundig gebruik van elektrische installaties en/of materialen Onoplettendheid, onachtzaamheid en onwetendheid Theorie van elektrocuties Invloedfactoren op letsel Weg die de stroom door het lichaam aflegt Stroomsterkte Tijdsduur van de stroomdoorgang Invloed van elektrische stroom van 30 ma: Bloeddruk stijging, moeilijke, onregelmatige hartslag, bewusteloosheid, kans op hartkamerfibrillatie, verkramping Verschil tussen gelijk- en wisselspanning: Gelijkspanning is minder gevaarlijk dan wisselspanning (over het algemeen) 110 V gelijkspanning en 50 V wisselspanning zijn (onder droge omstandigheden) ongevaarlijk (richtlijn) Gelijkspanning veroorzaakt bij kortsluitingen grotere vlambogen dan wisselspanning Veiligheidsmaatregelen bij het werken met elektriciteit Fysieke afscherming Dubbele isolatie Isolatie Aardlekbeveiliging Gebruik van zeer lage spanningen Aarding Fysieke afscherming Door het aanbrengen van een afscherming of omhulsel worden onder spanning staande delen onbereikbaar gemaakt Voorbeelden Schakelkast Omkasting van een wasmachine Isolatie Spanningvoerende delen zijn onbereikbaar gemaakt door ze te omgeven met niet geleidend materiaal dat alleen kan worden verwijderd door het kapot te maken Voorbeelden van isolatiematerialen Rubber Kunststof Keramiek Aardlekschakelaar Detecteert aardlekken, zodra er stroom naar aarde boven een bepaalde waarde optreedt, schakelt de aardlekschakelaar de spanning af VCA Eind- en toetstermen Pagina 47 van 54

48 Beperkingen Biedt geen absolute veiligheid Moet regelmatig getest worden Biedt geen bescherming tegen overstroom, opwarming en kortsluiting Veiligheidsaarding Verbinding van de uitwendige metalen delen van elektrische toestellen met aarde Functie Bij een defect in een elektrisch toestel wordt voorkomen dat uitwendige metalen onder spanning komen te staan Regel Bij het aarden zoveel mogelijk aansluiten op het bestaande aardnet Steigers (stellingen) en aardleiding Aarding van steigers (stellingen) is verplicht wanneer zich er op en/of aan de steigers elektrische kabels, leidingen en/of elektrisch materieel (zoals handgereedschap) bevinden die onder een niet-veilige spanning staan Veiligheidsmaatregel op het gebied van elektriciteit die moet worden genomen bij containers Volgens de voorschriften aansluiten Gevaren en veiligheidsmaatregelen bij het gebruik van tijdelijk elektrisch materieel Veiligheidsmaatregelen vóór het werken met elektrisch materieel Visueel controleren op beschadigingen en afwijkingen Beschadigingen melden en beschadigd materieel niet gebruiken Beveiligingswaarde van de aardlekschakelaar in de bouwstroomaansluitkast voor extra veiligheid 30 ma aardlekschakelaar (per uitgaande voeding) Gevaar (kabelhaspels) Indien een kabelhaspel niet geheel is afgerold bij gebruik, dan kan deze ten gevolge van opwarming zeer heet worden en brand veroorzaken Veiligheidsmaatregelen (kabelhaspels) Altijd bij gebruik het maximaal toelaatbare vermogen van de haspel in opgerolde en uitgerolde toestand respecteren Kabelhaspel volledig ontrollen Gevaar (voedings- en verlengkabels) Overbelasting van de kabel Veiligheidsmaatregel (voedings- en verlengkabels) Zekerstellen dat de voedings- of verlengkabel geschikt is voor het vermogen van de aangesloten apparaten Beveiligingen aan de omkastingen Dubbele isolatie (teken invoegen) beveiligt niet tegen indringen van vocht en stof Beveiliging tegen indringen van vocht (b.v regen) Beveiliging tegen indringen van stof Beveiliging tegen stoten en vallende voorwerpen Statische elektriciteit en veiligheidsmaatregelen Definitie Opbouw van elektrische spanning anders dan in reguliere elektriciteitssystemen Situaties met kans op statische elektriciteit Opstijgende gas- of dampbellen die turbulentie veroorzaken Bij verfspuiten of andere gelijkwaardige activiteiten Wrijven over kunststof Pneumatisch transport van poeders en korrels in mengers, doseersluizen van weegbunkers, tankauto s Wrijving door kleding over de huid Drijfriemen Bij sommige vloeistoffen, bij stroming door een kunststofleiding of bij het roeren Lopen over een kunststof vloerbedekking Gevaren Ontlading van statische elektriciteit kan resulteren in een vonkoverslag Elektronische apparatuur kan door statische ontladingen defect raken Maatregelen ter beperking van statische elektriciteit Pijpleidingen, apparatuur en tanks aarden Valhoogte van het product in een opslagtank of -vat beperken Stroomsnelheid beperken Bij het aarden zoveel mogelijk aansluiten op het bestaande aardleidingnet Antistatisch schoeisel en kleding dragen Antistatisch materiaal aan de vloeistof toevoegen Vereiste kwalificaties van personen die in contact kunnen komen met elektriciteit Definitie (ioniserende straling) Straling die in staat is elektrisch geladen deeltjes in het bestraalde materiaal (bijvoorbeeld de celstructuur van het menselijk lichaam) te laten ontstaan en daardoor de structuur van dat materiaal kan veranderen Definitie (radioactieve stof) Stof die ioniserende straling uitzendt Activiteiten en situaties met ioniserende straling Aardgaswinning, verwerken van erts Geneeskunde, verpleging Kerncentrales Detectieapparaten Materiaalcontrole Meetapparatuur in de procesindustrie VCA Eind- en toetstermen Pagina 48 van 54

49 Definitie (natuurlijke radioactiviteit) Het door natuurlijke stoffen spontaan uitzenden van ioniserende straling Invloedfactoren op de mate van blootstelling Afstand tot de stralingsbron Soort radioactieve stof Duur van de blootstelling aan de straling Gevaren en veiligheidsmaatregelen met ioniserende en niet-ioniserende straling Veiligheidsmaatregelen bij ioniserende straling Zo ver mogelijk verwijderd blijven Vermijden besmetting met een radioactieve stof door een goede hygiëne en verpakkingen met radioactieve stof heel te laten Gebied rond de bron afzetten Juiste PBM dragen Waarschuwingsborden plaatsen (Permanente) metingen uitvoeren Verplichtingen voor werknemers die werken aan apparaten of stoffen met ioniserende straling Meten en opvolgen van de persoonlijke dosis straling die opgenomen is Medische keuring ondergaan Taken van de stralingsdeskundige waarop een onderneming beroep moet doen Toezicht houden op stralingsveiligheid en hygiëne Controleren of werknemers, gereedschap, materieel of werkplek besmet zijn Zonodig extra maatregelen voorschrijven of werkzaamheden stilleggen Niet-ioniserende straling Overige, minder sterke straling dan ioniserende straling, niet in staat om ionen te laten ontstaan Voorbeelden Microgolven Ultraviolet straling Zonlicht Laserstralen Infraroodstraling Radiogolven Veiligheidsmaatregelen bij niet-ioniserende straling Aandacht voor instructies en informatie op toestellen Respecteer de instructies met betrekking tot de duur van het gebruik Respecteer veiligheidsafstanden VCA Eind- en toetstermen Pagina 49 van 54

50 11. Brand en explosie Gevaren voor brand en explosie Ontstekingsbron Een ontstekingsbron verschaft de energie waarmee een stof kan ontbranden of exploderen Voorbeelden van ontstekingsbronnen: vlammen (open vuur) en hete gassen, mechanische vonken en lasvonken, elektrische installaties en materieel, hete oppervlakken, statische elektriciteit, bliksem Explosie Een explosie is een zeer snel verlopende brand met vrijkomende drukgolf Invloed van brand op de omgeving Invloed rook en verbrandingsgassen Beperkte zichtbaarheid Mogelijk giftig of schadelijk De verbrandingsgassen zijn lichter dan lucht Benodigde factoren voor het ontstaan van een brand of explosie Brandbare stof Ontstekingsenergie Zuurstof Begrippen in relatie tot brand en explosie Vlampunt (ontvlammingstemperatuur) De laagste temperatuur waarbij een vloeistof zoveel ontvlambare damp ontwikkelt, dat deze, onder normale luchtomstandigheden, in de aanwezige lucht ontstoken kan worden Explosiegrenzen (ontploffingsgrens) Minimum of maximum hoeveelheid gas/damp in lucht waarbij een explosie mogelijk wordt Grenzen van het explosiegebied Zelfontbrandingstemperatuur De laagste temperatuur waarbij een stof spontaan ontbrandt zonder enig hulpmiddel, gemeten onder normale luchtomstandigheden Explosiegebied Mengverhouding tussen lucht en een gas/damp waarbij een explosie kan optreden Het gebied tussen de onderste en bovenste explosiegrens Onderste explosiegrens (ontploffingsgrens) Lower Explosion Limit De minimale hoeveelheid gas/damp die in lucht aanwezig moet zijn om een explosie te veroorzaken Bovenste explosiegrens (ontploffingsgrens) Bovenste explosiegrens = "Upper Explosion Limit" De maximale hoeveelheid gas/damp in de lucht waarbij nog een explosie kan plaatsvinden Invloed hitte Brand warmt producten in de omgeving op, waardoor ze de zelfontbrandingstemperatuur kunnen bereiken en spontaan ontvlammen Stralingswarmte warmt gasflessen en reservoirs in de omgeving zodanig op dat ze kunnen scheuren en ontploffen Door de hitte is het moeilijk de brand te benaderen Explosiegevaarlijke omgevingen en het gebruik van een persoonlijke explosiemeter Explosiegevaarlijke omgevingen In een explosiegevaarlijke omgeving is het mogelijk dat er een explosief mengsel ontstaat In deze omgeving moeten speciale maatregelen genomen worden ter voorkoming van de ontsteking van mogelijk aanwezige explosiegevaarlijke mengsels Branches/sectoren waar explosierisico's aanwezig kunnen zijn: chemische industrie, vuilstortplaatsen, energiecentrales, afvalverwerkingsbedrijven, gasbedrijven, houtverwerkende industrie, landbouwbedrijven (biogas), metaalverwerkende bedrijven, levensmiddelen en veevoerindustrie, farmaceutische industrie, raffinaderijen, recyclingbedrijven. Signalisatiebord Waarschuwingsbord met vermelding Ex (zie hiernaast). Gebruik van een persoonlijke explosiemeter Op borsthoogte dragen en niet onder de kleding Testen voor gebruik of getest zijn voor gebruik Te ondernemen acties bij alarm Explosiegevaarlijke omgevingen In een explosiegevaarlijke omgeving is het mogelijk dat er een explosief mengsel ontstaat In deze omgeving moeten speciale maatregelen genomen worden ter voorkoming van de ontsteking van mogelijk aanwezige explosiegevaarlijke mengsels VCA Eind- en toetstermen Pagina 50 van 54

51 Branches/sectoren waar explosierisico's aanwezig kunnen zijn: chemische industrie, vuilstortplaatsen, energiecentrales, afvalverwerkingsbedrijven, gasbedrijven, houtverwerkende industrie, landbouwbedrijven (biogas), metaalverwerkende bedrijven, levensmiddelen en veevoerindustrie, farmacheutische industrie, raffinaderijen, recyclingbedrijven. Signalisatiebord Waarschuwingsbord met vermelding Ex Producten die kunnen leiden tot een explosiegevaarlijke omgeving en de verschillende zones Zones (gas en stof) Zones 0, 1 en 2 gas Zones 20, 21 en 22: stof Hoe lager het getal, des te hoger is het risico en de kans op een ontplofbare atmosfeer en des te strenger zijn de eisen aan de installaties en werkzaamheden Producten Brandbare gassen/dampen Vloeistoffen met vlampunt lager dan omgevingstemperatuur Stofwolken Specifieke voorschriften voor een explosiegevaarlijke omgeving: Goedgekeurde, geschreven toelating voor uitvoeren van de taak Voorgeschreven persoonlijke beschermingsmiddelen (veiligheidsschoenen en veiligheidskleding die geen statische elektriciteit opwekken) Arbeidsmiddelen en activiteiten volgens de werkvergunning (explosieveilige arbeidsmiddelen, mobiele telefoons en gereedschap) Specifieke voorschriften en voorzorgsmaatregelen volgens de werkvergunning Aanwezigheid van geschreven instructies Gepaste opleiding voor betrokken werknemers Gebruik van een stationaire (vast opgestelde) explosiemeter Bij opstelling rekening houden met: mogelijke bron van gasontsnapping, windrichting, dichtheid van gas, afstand tot de bron In geval van alarmsignaal van de explosiemeter, ontstekingsbronnen uitschakelen, de zone verlaten en ter kennis brengen In geval van een ander alarm en indien van toepassing, de ontstekingsbronnen uitschakelen en de zone verlaten Gebruik van een persoonlijke explosiemeter Op borsthoogte dragen en niet onder de kleding Testen voor gebruik of getest zijn voor gebruik Te ondernemen acties bij alarm Kiezen van het juiste blusmiddel Indeling in brandklassen Klasse A: vastestoffenbrand Klasse B: vloeistoffenbrand Klasse C: gassenbrand Klasse D: metalenbrand Niet geclassificeerde branden Omschrijving brandklassen A: branden van vaste stoffen, zogenaamde droge vuurhaarden, bv. Hout, papier, katoen, plastic, textiel B: branden van vloeibare of vloeibaar wordende stoffen, zogenaamde vette vuurhaarden, bv. benzine, olie, alcoholen, verven, rubber, paraffine, oplosmiddelen C: branden van gassen, zoals methaan, propaan, butaan, acetyleen D: branden van metalen, zoals magnesium, aluminium, kalium, natrium, legeringen van metalen nietgeklasseerde branden, zoals branden aan en in elektrische apparatuur Blusmiddelen en brandklassen Blusmethoden (klasse A brand) Blussen met water Blussen met bluspoeder (in de praktijk ABC-poeder) Blussen met schuim Blusdeken, te gebruiken bij brandende producten en personen en brand op een vlakke grond Blusmethoden (klasse B brand) Blussen met bluspoeder (in de praktijk ABC of BCpoeder) Blussen met schuim Blussen met zand Blusmethoden (klasse C brand) Gastoevoer afsluiten Blussen met bluspoeder (in de praktijk ABC of BCpoeder) Blusmethoden (klasse D brand) Blussen met specifiek bluspoeder Blusmethoden (niet geclassificeerde brand) Blussen met koolstofdioxide Blussen met aangepast schuim Belangrijkste blusprincipes Brandstof uitschakelen/verwijderen Ontstekingsenergie verminderen en warmte wegnemen door afkoeling Zuurstof verdringen en zuurstofafsluiting Ontstekingsbron wegnemen VCA Eind- en toetstermen Pagina 51 van 54

52 Gevaren en nadelen van verschillende blusmiddelen Water Geeft waterschade Elektrisch geleidend Er zijn vrij veel chemische stoffen die heftig op water reageren Gevaarlijk indien gebruikt op brandende vloeistof: brandende vloeistoffen spatten uiteen met steekvlam tot gevolg; veel vloeistoffen drijven op water zodat de brand zich verspreidt Gevoelig voor bevriezing Milieuschade door het verontreinigd bluswater Schuim Geeft beperkte schade Gevoelig voor bevriezing Schuim kan elektrisch geleidend zijn Zand Het zand koekt snel aaneen en verhardt Bluspoeder Beperkt afkoelend Vermindert het zicht in kleine ruimten Geeft schade Vervuilt Koolstofdioxide Kans op vrieswonden door de lage temperatuur Kan verstikkend werken door zuurstofverdringing Blusdekens Men moet tot dicht bij de brandhaard komen Indien niet goed toegepast: gevaar voor de blusser Indien niet goed of niet volledig afgedekt is er meer kans op letsel en schade Het begrip katalyse Bepaalde producten kunnen de brand (reactie brandstof en zuurstof) beïnvloeden: positieve katalysator bevordert de reactiesnelheid, zal dus de brand aanwakkeren Bepaalde producten kunnen de brand (reactie brandstof en zuurstof) beïnvloeden: negatieve katalysator vertraagt de reactiesnelheid, zal dus de brand vertragen Bluspoeder Remt de verbrandingsreactie af tussen de brandbare stof en zuurstof, negatieve katalyse Beperkt zuurstofafsluitend Koolstofdioxide Zuurstofverdringend en beperkt afkoelend vermogen Blusdekens Zuurstofafsluitend Handelswijze bij brand Handelswijze (ontdekken van een brand) Zorg voor je eigen veiligheid Meld de brand Waarschuw de mensen in de omgeving van de brand Sluit deuren en ramen Breng mensen in veiligheid Blus de brand als je het kan Handelswijze (blussen) Zorg steeds voor je eigen veiligheid Kies het juiste blusmiddel Doof het vuur Blijf aandachtig als het vuur gedoofd lijkt, het kan aanwakkeren Als je het niet aankan, stop en evacueer Handelswijze (behandeling van brandwonden) Zo snel mogelijk, gedurende minstens 15 minuten spoelen met water Taken heetwerkwacht Preventieve acties om brand te voorkomen Toezien op de eisen uit de heetwerkvergunning Bij ontstaan van brand hulpdiensten inschakelen Begin van brand blussen tot brandweer/interventieploeg aankomt Eerste hulp toepassen Eis heetwerkwacht Aangepaste opleiding Bluseigenschappen van verschillende blusmiddelen Water Beperkt zuurstofverdringend door stoom en afkoelend vermogen Schuim Sluit de zuurstoftoevoer aan de brandhaard af en afkoeling Zand Sluit de zuurstoftoevoer af VCA Eind- en toetstermen Pagina 52 van 54

53 12. Beheersen van incidenten en noodsituaties Bepalen van de juiste handelswijze bij incidenten Ongeval Ongewenste gebeurtenis met schade (aan materiaal, milieu of wat betreft tijdverlies) en/of letsel als gevolg Bijna-ongeval Ongewenste gebeurtenis zonder schade of letsel, die onder iets andere omstandigheden tot schade en of letsel had kunnen leiden Incident Ongewenste gebeurtenis met of zonder schade of letsel Noodzakelijke stappen om herhaling te voorkomen Onmiddellijk handelen Melden Registreren Onderzoeken Plan van aanpak Handelswijze bij ongevallen Het ongeval moet gemeld worden bij de direct leidinggevende Begeleiding van slachtoffer naar medische dienst Directe maatregelen om herhaling te voorkomen De interne instructies volgen Handelswijze bij bijna-ongevallen Direct maatregelen nemen (situaties markeren / handeling (laten) stoppen) Melding doen bij leidinggevende Registratie van ongevallen, bijna-ongevallen en onveilige situaties en handelingen Vastleggen van gegevens voor het beleid van het bedrijf Lessen uit trekken en maatregelen om herhaling te voorkomen Betrokkenen bij de afhandeling van arbeidsongevallen met uitzendkrachten Indien de uitzendorganisatie nalatig is met betrekking tot het plan van aanpak, kan de loondoorbetalingsplicht met 1 jaar verlengd worden Doel van ongevallenonderzoek Achterhalen welke factoren de oorzaak zijn geweest van het ongeval om voorstellen te formuleren om soortgelijke ongevallen in de toekomst te voorkomen Basiselementen van een goed ongevallenonderzoek Onderzoek op de plaats van het ongeval Verzamelen van feiten en gegevens die tot het ongeval hebben geleid Interviewen van betrokkenen en getuigen Analyse van onderzoeksresultaten Eindrapport met aanbevelingen/actiepunten om herhaling te voorkomen Aandachtspunten voor het eindrapport Omschrijving, feiten en gegevens Analyse Gerichte aanbevelingen om herhaling te voorkomen Aandachtspunten voor het onderzoek op de plaats van het ongeval Zo snel mogelijk Maak schetsen, tekeningen en foto s Aanwezige documenten Kijk naar bijzondere omstandigheden, bijvoorbeeld het weer Aandachtspunten voor het verzamelen van feiten en gegevens die tot het ongeval hebben geleid Neem monsters op de plaats van het ongeval Bewaar het verzamelde materiaal op een geschikte plaats Leg vast hoe en waar het gegevensmateriaal is verkregen Aandachtspunten voor het interviewen van getuigen en betrokkenen Leg vast wie moet worden geïnterviewd Interview elk slachtoffer en de getuigen Vermijd verminking van getuigeninformatie Zoek naar oorzaken en niet naar schuldigen Leg getuigenverklaringen vast Koppel terug naar de getuigen Verantwoordelijke ongevallenonderzoek De inlener staat in voor het ongevallenonderzoek Verantwoordelijke ziekteverzuim De uitzendorganisatie staat in voor het ziekteverzuim Doel van de Wet Verbetering Poortwachter De kansen op re-integratie van zieke werknemers binnen of buiten de onderneming verbeteren Verplichtingen van de uitzendorganisatie in het kader van de Wet Verbetering Poortwachter Het opstellen en uitvoeren van een plan van aanpak voor de re-integratie van de zieke werknemer VCA Eind- en toetstermen Pagina 53 van 54

54 13. Noodsituaties Bedrijfs- (intern) noodplan Een beschrijving van maatregelen en voorzieningen die een bedrijf heeft voorbereid voor het geval er zich noodsituaties voordoen Doel De effecten van mogelijke noodsituaties beperken Informatie voor operationele medewerkers ( en tijdelijke werknemers): Plattegrond bedrijfsterrein (het evacuatieplan) Waarschuwingsmiddelen (het evacuatieplan) Alarm (het evacuatieplan) Oefeningen (het evacuatieplan) Locatie beschikbare hulpmiddelen (de interventie) Eerste hulp (de interventie) Wegnemen van de oorzaak (de interventie) Melden ongevallen, noodsituaties (het melden) Waarschuwing hulpdiensten (het melden) Evacuatieplan en de eerste interventie Informatie voor de werknemer van de contractor of de uitzendkracht bij het onthaal/ontvangst Wegen Waarschuwingsmiddelen Alarm: types Oefeningen en noodsituaties Alarmering, melden en afmelden van noodsituaties Waarschuwing van interne en externe hulpdiensten EHBO middelen Het begrip noodsituatie Noodsituaties die worden veroorzaakt door ongevallen, brand, explosie, ongecontroleerde ontsnapping van vloeistoffen, gas, biologische agentia of radioactieve straling Dreiging van een noodsituatie door noodweer, natuurrampen, sociale onrust, (dreiging van) terroristische aanslag, verlies infrastructuur Fasen bij de beheersing en bestrijding van noodsituaties Eerste melding Handelingen en maatregelen Beëindiging Het begrip eerste melding Beschrijving op welke manieren een noodsituatie gemeld kan worden en welke informatie daarbij gecommuniceerd moet worden Het begrip handelingen en maatregelen (afhankelijk van de ernst en de omvang van de noodsituatie) Evacuatie Interventie: blussen, beveiligen, opruimen Reddingsoperaties Hulpverlening De onderdelen van de beëindiging van de noodsituatie Wie gemachtigd is/zijn om de noodsituatie als beëindigd te verklaren De wijze waarop de beëindiging kenbaar wordt gemaakt Doelen van opleiding en oefening ten aanzien van bedrijfs- (intern) noodplannen Voorbereiden van het personeel op noodsituaties Testen van het bedrijfs(intern) noodplan Testen of het personeel voldoende is voorbereid op noodsituaties Bedrijfshulpverlening Verplichtingen Moet in ieder bedrijf/iedere instelling georganiseerd zijn Dat bedrijfshulpverlening voor het desbetreffende bedrijf gewaarborgd is Er moet aan bepaalde opleidingseisen voldaan worden Het gaat om een vastgesteld takenpakket Vastgestelde taken Verlenen van eerste hulp Bestrijden van beginnende brand In noodsituaties evacueren van werknemers en andere personen die zich in het bedrijf bevinden Minimale eisen ten aanzien van eerste hulp EHBO-middelen steeds ter beschikking Opgeleide hulpverleners Evacuatieoefening Wettelijke regeling De kandidaat weet dat minstens eenmaal per jaar een evacuatieoefening dient gehouden te worden De kandidaat weet dat er aan oefeningen bij opdrachtgevers deelgenomen moet worden Instructies met betrekking tot evacuatie Waar zijn de verzamelplaats(en) Wat zijn de evacuatiemogelijkheden Wat zijn de instructies van de opdrachtgever Handelingen en volgorde bij een evacuatiesignaal Onmiddellijk werk onderbreken, externe communicatie stoppen Instructies van de opdrachtgever opvolgen Zich naar de verzamelplaats begeven, conform evacuatieplan Geen liften gebruiken Evacueren dwars op de windrichting, weg van de bron Bij aankomst op de verzamelplaats aanwezigheid melden VCA Eind- en toetstermen Pagina 54 van 54

-2- Noem voorbeelden van orde en netheid (good housekeeping). -2- Bij welke werkzaamheden kan een aanvullende werkvergunning nodig zijn?

-2- Noem voorbeelden van orde en netheid (good housekeeping). -2- Bij welke werkzaamheden kan een aanvullende werkvergunning nodig zijn? -2- Bij welke werkzaamheden kan een aanvullende werkvergunning nodig zijn? -2- Noem voorbeelden van orde en netheid (good housekeeping). -2- Noem enkele gevaren op het werk. -2- Noem werkzaamheden of omstandigheden

Nadere informatie

De doelstellingen van de Arbowet zijn: het verbeteren van de veiligheid en gezondheid van medewerkers

De doelstellingen van de Arbowet zijn: het verbeteren van de veiligheid en gezondheid van medewerkers 1. Wetgeving 1.1 Arbowet In januari 2007 is de Arbowet 2007 van kracht geworden. Het begrip Arbo staat voor Arbeidsomstandigheden en heeft betrekking op Veiligheid, Gezondheid en Welzijn (VGW). De Arbowet

Nadere informatie

Eind- en Toetstermen Uniek VOL en Uniek VIL

Eind- en Toetstermen Uniek VOL en Uniek VIL Eind- en Toetstermen Uniek VOL en Uniek VIL 01-04-2015 Pagina 1 01. Wetgeving 02. Gevaren, risico s en preventie 03. Ongevallen: oorzaken en preventie 04. Veiligheidsgedrag 05. Taken, rechten, plichten

Nadere informatie

AANVULLING VIL-VCU (op VOL-VCA versie 4.3)

AANVULLING VIL-VCU (op VOL-VCA versie 4.3) AANVULLING VIL-VCU (op VOL-VCA versie 4.3) Deze aanvulling is speciaal bedoeld voor kandidaten die zich voorbereiden op het VIL- VCU examen. Er is een zeer grote overlap in vereiste kennis tussen VOL-VCA

Nadere informatie

Eind- en Toetstermen VOL VCA April 2015

Eind- en Toetstermen VOL VCA April 2015 Eind- en Toetstermen VOL VCA April 2015 01-04-2015 Pagina 1 01. Wetgeving 02. Gevaren, risico s en preventie 03. Ongevallen: oorzaken en preventie 04. Veiligheidsgedrag 05. Taken, rechten, plichten en

Nadere informatie

-1- Over welke domeinen gaat de V&G-wetgeving? -1- Voor wie geldt de V&Gwetgeving? -1- Noem de twee vormen van overleg.

-1- Over welke domeinen gaat de V&G-wetgeving? -1- Voor wie geldt de V&Gwetgeving? -1- Noem de twee vormen van overleg. -1- Noem de groepen signaleringsborden. -1- Noem de twee vormen van overleg. -1- Noem de verschillende vormen van markeringen. -1- Over welke domeinen gaat de V&G-wetgeving? -1- Voor wie geldt de V&Gwetgeving?

Nadere informatie

Eind- en Toetstermen VIL VCU

Eind- en Toetstermen VIL VCU Eind- en Toetstermen VIL VCU Mei 2014 01-05-2014 Pagina 1 01. Wetgeving 02. Gevaren, risico s en preventie 03. Ongevallen: oorzaken en preventie 04. Veiligheidsgedrag 05. Taken, rechten, plichten en overleg

Nadere informatie

Rapportage Eind- en Toetstermen Compleet Versie april 2013

Rapportage Eind- en Toetstermen Compleet Versie april 2013 Rapportage Eind- en Toetstermen Compleet Versie april 2013 01-04-2013 Pagina 1 01. Wetgeving 02. Gevaren, risico s en preventie 03. Ongevallen: oorzaken en preventie 04. Veiligheidsgedrag 05. Taken, rechten,

Nadere informatie

VEILIGHEIDS-CHECKLIST AANNEMERS: VOOR LEIDINGGEVENDEN

VEILIGHEIDS-CHECKLIST AANNEMERS: VOOR LEIDINGGEVENDEN Succes Invest Movan Cash Flow Management BVBA 1 Opleiding PRODUCTFICHE 2018 CODE: VCL Faraday Safety Training VZW Faraday Safety VOF VEILIGHEIDS-CHECKLIST AANNEMERS: VOOR LEIDINGGEVENDEN Veiligheid Checklist

Nadere informatie

Verschillenanalyse tussen VCU 2007/04 en 2011/05

Verschillenanalyse tussen VCU 2007/04 en 2011/05 1.1 Wordt het VG beheerssysteem in de hoofdvestiging en in all bij de VCU certificatie betrokken nevenvestigingen toegepast en intern beoordeeld door de hoofdvestiging? Minimumeisen: De uitzendorganisatie

Nadere informatie

Eind- en toetstermen Basisveiligheid VCA en Veiligheid voor Operationeel Leidinggevenden VCA (ETT B-VCA en VOL-VCA)

Eind- en toetstermen Basisveiligheid VCA en Veiligheid voor Operationeel Leidinggevenden VCA (ETT B-VCA en VOL-VCA) Eind- en toetstermen Basisveiligheid VCA en Veiligheid voor Operationeel Leidinggevenden VCA (ETT B-VCA en VOL-VCA) Copyright CCVD VCA, 12-3-2009 Pagina 1 van 80 01. Wetgeving 01.01 Grondbeginselen veiligheids-

Nadere informatie

Eind- en Toetstermen April 2015

Eind- en Toetstermen April 2015 Eind- en Toetstermen April 2015 01-04-2015 Pagina 1 01. Wetgeving 02. Gevaren, risico s en preventie 03. Ongevallen: oorzaken en preventie 04. Veiligheidsgedrag 05. Taken, rechten, plichten en overleg

Nadere informatie

De doelstellingen van de Arbowet zijn: het verbeteren van de veiligheid en gezondheid van medewerkers

De doelstellingen van de Arbowet zijn: het verbeteren van de veiligheid en gezondheid van medewerkers 1. Wetgeving 1.1 Arbowet In januari 2007 is de Arbowet 2007 van kracht geworden. Het begrip Arbo staat voor Arbeidsomstandigheden en heeft betrekking op Veiligheid, Gezondheid en Welzijn (VGW). De Arbowet

Nadere informatie

Voorbeeld. versie 2; 26 juni 2017 pagina 1 van 5. Registratienummer 0000H0. Naam opleidingsinstituut CBR

Voorbeeld. versie 2; 26 juni 2017 pagina 1 van 5. Registratienummer 0000H0. Naam opleidingsinstituut CBR Registratienummer 0000H0 Naam opleidingsinstituut CBR Versienummer en datum Opleidingsplan Cursuscode, cursusnaam en type training U05-2 VCA Eendaags, regulier en in dagdelen (opgeknipt) Doel Het doel

Nadere informatie

Het echte VOL-VCA examen dat u na de opleiding gaat maken omvat 70 vragen en daarvoor heeft u maximaal 105 minuten de tijd.

Het echte VOL-VCA examen dat u na de opleiding gaat maken omvat 70 vragen en daarvoor heeft u maximaal 105 minuten de tijd. Dit proefexamen omvat 35 vragen over de hoofdstukken 1 tot en met 3 van het PBNA lesboek VOL-VCA. Aan dit proefexamen mogen maximaal 50 minuten besteed worden. Elk goed antwoord levert u 1 punt op. Voor

Nadere informatie

Het kader van het Welzijn op het Werk Toelichting bij de wet van 4 augustus 1996

Het kader van het Welzijn op het Werk Toelichting bij de wet van 4 augustus 1996 Het kader van het Welzijn op het Werk Toelichting bij de wet van 4 augustus 1996 Welzijnsdag 12 november 2012 1 Inhoudsopgave Korte schets wetgeving De risicoanalyse Preventiemaatregelen Rolverdeling in

Nadere informatie

Rapportage EIND _ TOETSTERMEN 2015

Rapportage EIND _ TOETSTERMEN 2015 Rapportage EIND _ TOETSTERMEN 2015 01-04-2015-01-05-2015 Pagina 1 van 65 01. Wetgeving 02. Gevaren, risico s en preventie 03. Ongevallen: oorzaken en preventie 04. Veiligheidsgedrag 05. Taken, rechten,

Nadere informatie

Certificatiecriteria VCA*/**/petrochemie versie 2008/5.1

Certificatiecriteria VCA*/**/petrochemie versie 2008/5.1 Certificatiecriteria VCA*/**/petrochemie versie 2008/5.1 Inhoudsopgave 1 Algemeen... 2 1.1 Doel van dit document... 2 1.2 Toepassingsgebied... 2 1.3 Beheer van dit document... 2 1.4 Referenties... 2 1.5

Nadere informatie

Dit is een door het CCV goedgekeurd lesplan

Dit is een door het CCV goedgekeurd lesplan Pagina 1 van 8 1. Naam en registratienummer Opleider: 2. Versienummer: 201703-002 / 07-03-2017 3. Code en type training U05-2 Eendaags E-learning (systeem: All Secure Cargo) 4. Naam training: VCA 5. Doel

Nadere informatie

Codex over het welzijn op het werk. Boek I.- Algemene beginselen. Titel 2. Algemene beginselen betreffende het welzijnsbeleid

Codex over het welzijn op het werk. Boek I.- Algemene beginselen. Titel 2. Algemene beginselen betreffende het welzijnsbeleid Codex over het welzijn op het werk Boek I.- Algemene beginselen Titel 2. Algemene beginselen betreffende het welzijnsbeleid Omzetting in Belgisch recht van de Europese richtlijn 89/391/EEG van de Raad

Nadere informatie

Welzijnsbeleid - Risicoanalyse

Welzijnsbeleid - Risicoanalyse Welzijnsbeleid - Risicoanalyse Infodocument Welzijnsbeleid - Risicoanalyse 1 Wettelijke aspecten Elke werkgever moet zorgdragen voor het uitschakelen van gevaarlijke arbeidsomstandigheden. Hij dient de

Nadere informatie

Voorbeeld. Naam opleider en registratienummer CBR, registratienummer 0000H0. Versienummer en datum Opleidingsplan versie 1; 25 maart 2016

Voorbeeld. Naam opleider en registratienummer CBR, registratienummer 0000H0. Versienummer en datum Opleidingsplan versie 1; 25 maart 2016 Naam opleider en registratienummer CBR, registratienummer 0000H0 Versienummer en datum Opleidingsplan versie 1; 25 maart 2016 Code en type training Code: U05-2 VCA Type: Eendaags, regulier en in dagdelen

Nadere informatie

Toelichting en gebruik V&G-deelplan.

Toelichting en gebruik V&G-deelplan. Toelichting en gebruik V&G-deelplan. SMT Bouw & Vastgoed streeft ernaar de Veiligheid, Gezondheid en Milieu aspecten op haar projectlocaties optimaal te beheersen. Om dit te realiseren hanteert SMT Bouw

Nadere informatie

Uitvoerend Comité van Deskundigen VCA

Uitvoerend Comité van Deskundigen VCA Document UCvD 2011/03 (07.02.2011) Uitvoerend Comité van Deskundigen VCA Besluitenlijst, interpretaties en verduidelijkingen VCA 2008/05 en VCU 2007/04 VCA 2008/05 en VCA 2008/5.1 Vraag 1.5. Betrokkenheid

Nadere informatie

Aantoonbaar leiderschap door opdrachtgevers

Aantoonbaar leiderschap door opdrachtgevers V C O GM HECKLIST PDRACHTGEVERS V C O GM HECKLIST PDRACHTGEVERS Stichting Samenwerken Voor Veiligheid (SSVV) Postbus 443 2260 AK Leidschendam +31 (0) 70-337 87 55 info@ssvv.nl www.vca.nl veiligheid gezondheid

Nadere informatie

KB van 28 maart 2014 Brandpreventie op de arbeidsplaatsen

KB van 28 maart 2014 Brandpreventie op de arbeidsplaatsen KB van 28 maart 2014 Brandpreventie op de arbeidsplaatsen Situering Het koninklijk besluit (KB) van 28 maart 2014 betreffende de brandpreventie op de arbeidsplaatsen vervangt en verruimt artikel 52 van

Nadere informatie

Hoofdstuk Paragraaf Eindterm Toetsterm 1. Wetgeving 1.5 Grondbeginselen arbeidstijdenwetgeving De kandidaat kan de doelstellingen van de

Hoofdstuk Paragraaf Eindterm Toetsterm 1. Wetgeving 1.5 Grondbeginselen arbeidstijdenwetgeving De kandidaat kan de doelstellingen van de Hoofdstuk Paragraaf Eindterm Toetsterm 1. Wetgeving 1.5 Grondbeginselen arbeidstijdenwetgeving 1.5.1 De kandidaat kan de doelstellingen van de wetgeving inzake arbeidstijden omschrijven 1.5.1.1 De kandidaat

Nadere informatie

Nieuwe VCA (versie 2008/05) Toelichting

Nieuwe VCA (versie 2008/05) Toelichting Nieuwe VCA (versie 2008/05) Toelichting Vijfde versie van de VCA checklist : VCA 2008/05 Het was een moeilijke bevalling maar de nieuwe VCA, de vijfde versie inmiddels al, (versie 2008/05) is eindelijk

Nadere informatie

taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden vast te leggen voor de bij hem in dienst zijnde werknemers;

taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden vast te leggen voor de bij hem in dienst zijnde werknemers; A. Arbo-beleid. De Arbo-wet stelt als eis dat de werkgever zijn ondernemingsbeleid zodanig inricht, dat rekening wordt gehouden met de veiligheid, gezondheid en welzijn van de werknemers. Dat dit ook geldt

Nadere informatie

VCA 2008. Toelichting wijzigingen

VCA 2008. Toelichting wijzigingen Toelichting wijzigingen Inleiding VCA ValQ biedt ondersteuning bij: ontwikkeling van mens en organisatie ValQ helpt ook bij het opzetten van managementsystemen die kunnen worden gecertificeerd (VCA/OHSAS/ISO

Nadere informatie

VascoDG Management Consultancy

VascoDG Management Consultancy 1: VEILIGHEIDS-, GEZONDHEIDS- EN MILIEU (VGM)-BELEID EN ORGANISATIE, BETROKKENHEID VAN DE DIRECTIE Vragen Documenten Niveau -=n.v.t. =must vraag =aanvullende vraag Voldaan: 1.1: Heeft het bedrijf een VGMbeleidsverklaring?

Nadere informatie

VGM-deelplan Onderaannemers

VGM-deelplan Onderaannemers Toelichting en gebruik VGM-deelplan. Heijmans streeft ernaar de Veiligheid, Gezondheid en Milieu aspecten op haar projectlocaties optimaal te beheersen. Om dit te realiseren hanteert Heijmans een veiligheids-

Nadere informatie

Algemene informatie VCU

Algemene informatie VCU Algemene informatie VCU Algemene informatie VCU pagina 1 van 11 Inhoudsopgave 1 VCU norm... 3 1.1 Inleiding VCU norm... 3 1.2 VCU cyclus... 3 1.3 Afwijkingen... 4 Slotwoord... 6 Bijlagen... 7 Definities

Nadere informatie

Dit is een door het CCV goedgekeurd opleidingsplan

Dit is een door het CCV goedgekeurd opleidingsplan Pagina 1 van 8 1. CBR Registratienummer 2. Naam opleider 3. Versienummer en datum 201705-003 / 01-01-2018 4. Cursuscode, cursusnaam en type training U05-2, VCA, 1-daags, e-learning (systeem: All Secure

Nadere informatie

Arbobeleid. Titus Terwisscha van Scheltinga

Arbobeleid. Titus Terwisscha van Scheltinga Arbobeleid Titus Terwisscha van Scheltinga Veiligheid, Gezondheid, Welzijn en PSA Veiligheid: Machineveiligheid Brandpreventie en bestrijding Vluchtwegen en nooduitgangen Veilige machines en installaties

Nadere informatie

Functieprofiel: Arbo- en Milieucoördinator Functiecode: 0705

Functieprofiel: Arbo- en Milieucoördinator Functiecode: 0705 Functieprofiel: Arbo- en Milieucoördinator Functiecode: 0705 Doel Initiëren, coördineren, stimuleren en bewaken van Arbo- en Milieuwerkzaamheden binnen een, binnen de bevoegdheid van de leidinggevende,

Nadere informatie

Certificatiecriteria VCU versie 2011/05

Certificatiecriteria VCU versie 2011/05 Certificatiecriteria VCU versie 2011/05 Inhoudsopgave 1 Algemeen... 3 1.1 Doel van dit document... 3 1.2 Toepassingsgebied... 3 1.3 Beheer van dit document... 3 1.4 Referenties... 3 1.5 Definities en afkortingen...

Nadere informatie

De waarde van een TRA voor het laboratorium. Introductie + Onderwerpen

De waarde van een TRA voor het laboratorium. Introductie + Onderwerpen De waarde van een TRA voor het laboratorium Risicomanagement voor het lab Joost van Doorn Introductie + Onderwerpen De waarde van een TRA voor het laboratorium VAPRO versterkt en ontwikkelt het menselijk

Nadere informatie

ORGANISATIEBESCHRIJVING KWALITEITSZORGSYSTEEM

ORGANISATIEBESCHRIJVING KWALITEITSZORGSYSTEEM ORGANISATIEBESCHRIJVING KWALITEITSZORGSYSTEEM Voor het beschikbaar stellen van uitzendkrachten en detacheren van medewerkers overeenkomstig VG Checklist Uitzendorganisaties. DEKACHERING B.V. Kladseweg

Nadere informatie

SSVV Opleidingengids TOETSMATRIJS THEORIE-EXAMEN: WERKEN ALS BUITENWACHT (MANGATWACHT) Algemeen (basisbegrippen) Wetgeving (Arbowet) Cesuur: 17

SSVV Opleidingengids TOETSMATRIJS THEORIE-EXAMEN: WERKEN ALS BUITENWACHT (MANGATWACHT) Algemeen (basisbegrippen) Wetgeving (Arbowet) Cesuur: 17 Toetsduur: 30 minuten Cesuur: 7 TOETSMATRIJS THEORIE-EXAMEN: WERKEN ALS BUITENWACHT (MANGATWACHT) Onderwerpen: Algemeen (basisbegrippen) Wetgeving (Arbowet) Code Onderwerpen Tax. Code Toetstermen: De kandidaat

Nadere informatie

Het grijze boekje. Richtlijn veilig, gezond en milieutechnisch verantwoord werken in de funderingsbranche. Concept

Het grijze boekje. Richtlijn veilig, gezond en milieutechnisch verantwoord werken in de funderingsbranche. Concept Het grijze boekje Richtlijn veilig, gezond en milieutechnisch verantwoord werken in de funderingsbranche Concept Richtlijn Veilig, gezond en milieutechnisch verantwoord werken in de funderingsbranche -

Nadere informatie

Opstellen GPP en JAP op basis van verslagen. Els Fias

Opstellen GPP en JAP op basis van verslagen. Els Fias op basis van verslagen Els Fias GPP: Globaal PreventiePlan JAP: JaarActiePlan Wettelijke instrumenten bij de organisatie van de preventie in elke onderneming of instelling Vereisen een zorgvuldige, methodische

Nadere informatie

Van Bedrijfsrie naar V&G plan. Toon Westerburger

Van Bedrijfsrie naar V&G plan. Toon Westerburger Van Bedrijfsrie naar V&G plan Toon Westerburger Toon Westerburger Middelbaar veiligheidskundige Bijna 20 jaar werkzaam bij Arbode Adviseur RIE s, V&G plannen, VCA*/**/Petrochemie en VCU Opleider Basisveiligheid

Nadere informatie

3. Betrokkenen: (specifieke) Verantwoordelijkheden / Bevoegdheden

3. Betrokkenen: (specifieke) Verantwoordelijkheden / Bevoegdheden Bestand: Document6 Goedgekeurd door: Revisie: Eigenaar: Datum goedkeuring: Versienummer: 1 Opgesteld door: Functie opsteller: Code: Pagina 1 van 10 1. Doel en Toepassingsgebied Deze procedure legt de afspraken

Nadere informatie

SSVV Opleidingengids TOETSMATRIJS THEORIE-EXAMEN: WERKEN ALS BUITENWACHT (MANGATWACHT) Algemeen (basisbegrippen) Wetgeving (Arbowet)

SSVV Opleidingengids TOETSMATRIJS THEORIE-EXAMEN: WERKEN ALS BUITENWACHT (MANGATWACHT) Algemeen (basisbegrippen) Wetgeving (Arbowet) Toetsduur: 30 minuten TOETSMATRIJS THEORIE-EXAMEN: WERKEN ALS BUITENWACHT (MANGATWACHT) Cesuur: 17 punten of meer is een voldoende Onderwerpen: Algemeen (basisbegrippen) Wetgeving (Arbowet) Code Onderwerpen

Nadere informatie

U05-2 VCA CBR Registratienummer. 2. Naam opleider

U05-2 VCA CBR Registratienummer. 2. Naam opleider 1. CBR Registratienummer 2. Naam opleider 3. Versienummer en datum 201705-003 / 01-01-2018 4. Cursuscode, cursusnaam en type training U05-2, VCA, 1-daags, e-learning (systeem: All Secure Cargo) 5. Doel

Nadere informatie

Safety Regulations. Uitvoeren van risicobeoordelingen: VGM plan, TRA en LMRA

Safety Regulations. Uitvoeren van risicobeoordelingen: VGM plan, TRA en LMRA Pagina: 1 van 5 1. Wijzigingen t.o.v. vorige versie Geen, eerste versie. 2. Toepassingsgebied Dit veiligheidsvoorschrift is van toepassing op alle werkzaamheden die binnen de inrichtingsgrenzen van de

Nadere informatie

Herziening VCA-ETT. Peter van Dijk. 30 mei 2016

Herziening VCA-ETT. Peter van Dijk. 30 mei 2016 Herziening VCA-ETT Peter van Dijk 30 mei 2016 Inhoud Doel, huidige en gewenste situatie Knelpunten & oplossingen Resultaten Structuur ETT Voorbeelden Planning VCA- Basisveiligheid Doel bevorderen en borgen

Nadere informatie

HOOFDSTUK 1 - VGM-BELEID EN -ORGANISATIE, BETROKKENHEID VAN DE DIRECTIE

HOOFDSTUK 1 - VGM-BELEID EN -ORGANISATIE, BETROKKENHEID VAN DE DIRECTIE HOOFDSTUK 1 - VGM-BELEID EN -ORGANISATIE, BETROKKENHEID VAN DE DIRECTIE Het voeren van een gestructureerd beleid, gericht op de continue verbe- tering van VGM en het reduceren van ongevallen, incidenten,

Nadere informatie

ONTHAAL EN BEGELEIDING VAN BEGINNENDE WERKNEMERS

ONTHAAL EN BEGELEIDING VAN BEGINNENDE WERKNEMERS ONTHAAL EN BEGELEIDING VAN BEGINNENDE WERKNEMERS Nadine Gilis juriste FOD werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Directie humanisering van de arbeid Afdeling normen Doelstelling De mogelijkheden van

Nadere informatie

VGWM A WAY OF LIVING WERKVERGUNNINGEN. Standaards voor professionals, wees alert!

VGWM A WAY OF LIVING WERKVERGUNNINGEN. Standaards voor professionals, wees alert! A WAY OF LIVING Standaards voor professionals, wees alert! Werk veilig of werk niet Binnen de NAM wordt gewerkt met werkvergunningen. Hierin worden de afspraken vastgelegd die zijn gemaakt over de uitvoering

Nadere informatie

VGM-projectplan Omschrijving werkzaamheden

VGM-projectplan Omschrijving werkzaamheden VGM-projectplan Omschrijving werkzaamheden besteknummer: Datum: Opgesteld door: Gezien door veiligheidskundige: Afgegeven aan/verzonden naar opdrachtgever: Ontvangen en goedgekeurd door opdrachtgever d.d.

Nadere informatie

VCA 2017/6.0 WAT IS ER VERANDERD? Oktober 2018

VCA 2017/6.0 WAT IS ER VERANDERD? Oktober 2018 VCA 2017/6.0 WAT IS ER VERANDERD? Oktober 2018 Hannelie Pleij Senior adviseur Veiligheid, Arbo Support Projectcoördinator voor SSVV Voormalig lid CCvD-VCA voor Uneto-Vni In de zaal? VCA*/VCA**/VCAP? 1

Nadere informatie

Welzijn en opleidingen

Welzijn en opleidingen Welzijn en opleidingen De wetgeving over het welzijn op het werk verplicht werkgevers de nodige maatregelen te nemen om het welzijn van de werknemers te bevorderen tijdens de uitvoering van hun werk. Een

Nadere informatie

HSE guidelines december 2012 WERKVERGUNNINGEN HSE LIFE THE NATIONAL OIL&GAS INDUSTRY STANDARD FOR PROFESSIONALS

HSE guidelines december 2012 WERKVERGUNNINGEN HSE LIFE THE NATIONAL OIL&GAS INDUSTRY STANDARD FOR PROFESSIONALS S HSE guidelines december 2012 WERKVERGUNNINGEN HSE LIFE THE NATIONAL OIL&GAS INDUSTRY STANDARD FOR PROFESSIONALS Werk veilig of werk niet Bij werkzaamheden aan installaties en systemen zijn strikte procedures

Nadere informatie

Toetsmatrijs. Opgesteld door: CCV. Examenonderdeel. Voorman Inboedelverhuizer. Opgenomen in de toets: Toetsvorm: Aantal vragen /opdrachten:

Toetsmatrijs. Opgesteld door: CCV. Examenonderdeel. Voorman Inboedelverhuizer. Opgenomen in de toets: Toetsvorm: Aantal vragen /opdrachten: Opgesteld door: CCV Examenonderdeel Code: Naam: Voorman Inboedelverhuizer n.v.t. Voorman Inboedelverhuizer Schriftelijk 1. Beroepshouding, communicatie en leidinggeven 1.1 De kandidaat kan zijn taken,

Nadere informatie

Bouwplaatsreglement. Algemene Veiligheids- en gezondheidsvoorschriften (onder)aannemers

Bouwplaatsreglement. Algemene Veiligheids- en gezondheidsvoorschriften (onder)aannemers Bouwplaatsreglement & Algemene Veiligheids- en gezondheidsvoorschriften (onder)aannemers Datum 19-04-2017 1 INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE... 2 1 Inleiding... 3 2 Doelstelling... 3 3 Verbeteringen... 3 4

Nadere informatie

SENSIBILISERING M.B.T. VERANTWOORDELIJKHEDEN EN AANSPRAKELIJKHEDEN WAT ZOU ER ALLEMAAL KUNNEN VERKEERD (AF)LOPEN?

SENSIBILISERING M.B.T. VERANTWOORDELIJKHEDEN EN AANSPRAKELIJKHEDEN WAT ZOU ER ALLEMAAL KUNNEN VERKEERD (AF)LOPEN? SENSIBILISERING M.B.T. VERANTWOORDELIJKHEDEN EN AANSPRAKELIJKHEDEN WAT ZOU ER ALLEMAAL KUNNEN VERKEERD (AF)LOPEN? Franky De Witte, Senior consultant veiligheid. Officiële versie 30 september 2010 INLEIDING

Nadere informatie

Leidraad bij de aanschaf van persoonlijke beschermingsmiddelen Keuze, gebruik, reiniging en onderhoud

Leidraad bij de aanschaf van persoonlijke beschermingsmiddelen Keuze, gebruik, reiniging en onderhoud Leidraad bij de aanschaf van persoonlijke beschermingsmiddelen Keuze, gebruik, reiniging en onderhoud Het aanschaffen van systemen en producten die een bepaalde veiligheid moeten waarborgen kan niet vergeleken

Nadere informatie

Kick-off STOPS. Werkzaamheden 2015 Twence BV 29 januari 2015

Kick-off STOPS. Werkzaamheden 2015 Twence BV 29 januari 2015 Kick-off STOPS Werkzaamheden 2015 Twence BV 29 januari 2015 1 Programma kick-off STOPS 2015 Algemene zaken Stop regels Firmapresentatie: BOUMAN Veiligheidsbarometer 2014 VG&M plan (veiligheid, gezondheid

Nadere informatie

Het echte B-VCA examen dat u na de opleiding gaat maken omvat 40 vragen en daarvoor heeft u maximaal 60 minuten de tijd.

Het echte B-VCA examen dat u na de opleiding gaat maken omvat 40 vragen en daarvoor heeft u maximaal 60 minuten de tijd. Dit proefexamen omvat 20 vragen over de hoofdstukken 1 tot en met 3 van het PBNA lesboek Basisveiligheid VCA. Aan dit proefexamen mogen maximaal 30 minuten besteed worden. Elk goed antwoord levert u 1

Nadere informatie

Branchetoetsdocument: Arbo en veiligheid

Branchetoetsdocument: Arbo en veiligheid pagina van 5 Branchetoetsdocument: Arbo en veiligheid Versie 4. VERVALLEN - Vervangen door RI&E en Preventiemedewerker (alle branche) Deelbranche(s) Camper en Caravan Algemene beschrijving & doelstelling

Nadere informatie

Arbeidsomstandigheden en uitzendkrachten Hoe is dat geregeld?

Arbeidsomstandigheden en uitzendkrachten Hoe is dat geregeld? Arbeidsomstandigheden en uitzendkrachten Hoe is dat geregeld? Arbeidsomstandigheden en uitzendkrachten Hoe is dat geregeld? Werkt u met een uitzendonderneming of bent u dat binnenkort van plan? Dan is

Nadere informatie

De ri&e en het plan van aanpak

De ri&e en het plan van aanpak De ri&e en het plan van aanpak Door: Jaap Bijl (Bijl Opleiding en Advies) 0. Inhoud 1. Samenvatting 2. Wettelijke grondslag 3. Wat is een ri&e en pva? 4. Waarom een ri&e? 5. Waar leidt een ri&e toe? 6.

Nadere informatie

Eind en toetstermen: Introductie en risico s herkennen in de Petrochemie voor Wacht en Toezichthoudende functies

Eind en toetstermen: Introductie en risico s herkennen in de Petrochemie voor Wacht en Toezichthoudende functies SS Opleidingengids Eind en toetstermen: Introductie en risico s in de Petrochemie voor Wacht en Toezichthoudende functies Toelichting: De eindtermen onder het hoofdstuk Introductie in de Petrochemie worden

Nadere informatie

BHK Langens Betonboringen bv

BHK Langens Betonboringen bv Rapport Periodiek onderzoek 2 BHK Langens Betonboringen bv VCA* 2008/5.1 Datum onderzoek: 8 mei 2017 Inhoud 1. Algemene bedrijfsgegevens... 3 2. Gegevens met betrekking tot het VGM-beheersysteem... 3 3.

Nadere informatie

I001 - werkvergunningen. Documentinformatie

I001 - werkvergunningen. Documentinformatie I001 - werkvergunningen Toepassingsgebied RWE Generation NL Geldigheid tot 01-09-2020 Documentinformatie Versie Versiedatum Autorisatie V.3.0 01-09-2017 Manager Health, Safety en Security - R. Kamst Wijzigingen

Nadere informatie

Brandwacht (AV-011) (inclusief: Blussen met kleine blusmiddelen (AV-012)) Versie UCvD

Brandwacht (AV-011) (inclusief: Blussen met kleine blusmiddelen (AV-012)) Versie UCvD Min. aantal vragen Wetgeving en VCA 3 De kandidaat kent de wettelijke vereisten en/of regels van goede praktijk waaraan de brandbestrijdingsmiddelen dienen te voldoen. 3 De kandidaat kan het doel, de opbouw

Nadere informatie

'Geert Mattheeuws 14 september /6.0

'Geert Mattheeuws 14 september /6.0 'Geert Mattheeuws 14 september 2018 2017/6.0 Agenda 1. Toepassingsgebied : voor wie bedoeld? 2. Certificatieniveaus 3. Structuur van de nieuwe VCA 2017/6.0 4. VCA 2017/6.0 : algemeen 5. VCA 2017/6.0 Checklist

Nadere informatie

Werken met CMR stoffen

Werken met CMR stoffen Werken met CMR stoffen Jasper Hersbach Hoofd Veiligheid 1 Werken met CMR stoffen in de praktijk In deze workshop zullen we vooral aandacht besteden aan twee aspecten: Hoe wordt de arbeidshygiënische strategie

Nadere informatie

NIEUWE VCA 2017/6.0 Vanaf 2 april 2018

NIEUWE VCA 2017/6.0 Vanaf 2 april 2018 NIEUWE VCA 2017/6.0 Vanaf 2 april 2018 1 Partner voor Preventie Situering: welzijnswet 4 In werking vanaf 2 april 2018 Overgangsregeling op komst 5 5 belangrijke aanpassingen 1. Terug naar de basis 2.

Nadere informatie

Vanaf nu moeten, bij een ernstig arbeidsongeval, ook de psychosociale oorzaken opgenomen worden in het omstandig verslag.

Vanaf nu moeten, bij een ernstig arbeidsongeval, ook de psychosociale oorzaken opgenomen worden in het omstandig verslag. Februari 2016 Periodieke informatie van de preventiedienst InfoRisk ERNSTIGE ARBEIDSONGEVALLEN Het omstandig verslag en de oorzaken van psychosociale aard. De wet van 28 februari 2014 introduceerde bijzondere

Nadere informatie

VERANTWOORDELIJKHEDEN BIJ UITVOERING VAN WELZIJNSWET EN IN HET BIJZONDER VAN DE HIERARCHISCHE LIJN

VERANTWOORDELIJKHEDEN BIJ UITVOERING VAN WELZIJNSWET EN IN HET BIJZONDER VAN DE HIERARCHISCHE LIJN VERANTWOORDELIJKHEDEN BIJ UITVOERING VAN WELZIJNSWET EN IN HET BIJZONDER VAN DE HIERARCHISCHE LIJN Werk brengt risico s met zich mee. Het productieproces, het transport, de werkorganisatie, de omgeving

Nadere informatie

ERRATA VCA 2008/5.1 1 ERRATA VCA 2008/5.1

ERRATA VCA 2008/5.1 1 ERRATA VCA 2008/5.1 ERRATA VCA 2008/5.1 1 ERRATA VCA 2008/5.1 Vanaf 1 juli 2010 is de nieuwe VCA 2008/5.1 in voegen. De VCA 2008/5.1 bestaat uit de VCA 2008/05-checklist met deze errata-lijst! PAGINA VRAAG VCA 2008/05 ERRATUM

Nadere informatie

In dit document zijn de letterlijke teksten van relevante wetsartikelen opgenomen.

In dit document zijn de letterlijke teksten van relevante wetsartikelen opgenomen. In dit document zijn de letterlijke teksten van relevante wetsartikelen opgenomen. Relevante wet-en regelgeving BHV1 1. Arbeidsomstandighedenwet (van kracht sinds 1 januari 2007) N.B. Achter de artikelen

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 VGM-beleid en -organisatie, betrokkenheid van de directie

Hoofdstuk 1 VGM-beleid en -organisatie, betrokkenheid van de directie VCA 2017/60 Hoofdstuk 1 VGM-beleid en -organisatie, betrokkenheid van de directie Het voeren van een gestructureerd beleid, gericht op continue verbetering van VGM en het reduceren van ongevallen, incidenten,

Nadere informatie

Circulaire BRANDPREVENTIE

Circulaire BRANDPREVENTIE OP DE ARBEIDSPLAATSEN PRINCIPE De wetgeving betreffende de brandpreventie op de arbeidsplaatsen ( Codex Boek III, Titel 3) legt duidelijk uit welke maatregelen de werkgevers moeten nemen inzake brandpreventie.

Nadere informatie

Risico s Vallen van hoogte. Collectieve beschermingsmiddelen Niet van toepassing.

Risico s Vallen van hoogte. Collectieve beschermingsmiddelen Niet van toepassing. Toolbox: Veilig werken met persoonlijke valbeveiliging Het doel van een toolboxmeeting is om de aandacht en motivatie voor veiligheid en gezondheid binnen het bedrijf te verbeteren. Wat is persoonlijke

Nadere informatie

LAST- MINUTE RISICOANALYSE

LAST- MINUTE RISICOANALYSE LAST- MINUTE RISICOANALYSE LMRA PERSOONLIJKE RISICOANALYSE Naam uitvoerder : Functie : LAST-MINUTE RISICOANALYSE PERSOONLIJKE RISICOANALYSE SAMEN STREVEN NAAR EEN VEILIGERE WERKPLEK Bij Stork zijn we persoonlijk

Nadere informatie

Relatie eindtermen en toetstermen deelkwalificatie Bedrijfsbeheer Carrosseriebranche Niveau 4 CREBO-nummer: 55011

Relatie eindtermen en toetstermen deelkwalificatie Bedrijfsbeheer Carrosseriebranche Niveau 4 CREBO-nummer: 55011 elatie eindtermen en toetstermen deelkwalificatie Bedrijfsbeheer Carrosseriebranche Niveau 4 CEBO-nummer: 55011 Eindterm Markering en Verkoop 1 De kandidaat kan de doelstellingen en de fasen van een marktonderzoek

Nadere informatie

HSE guidelines. december 2012 WERKVERGUNNINGEN HSE LIFE THE NATIONAL OIL&GAS INDUSTRY STANDARD FOR PROFESSIONALS

HSE guidelines. december 2012 WERKVERGUNNINGEN HSE LIFE THE NATIONAL OIL&GAS INDUSTRY STANDARD FOR PROFESSIONALS HSE guidelines S december 2012 WERKVERGUNNINGEN HSE LIFE THE NATIONAL OIL&GAS INDUSTRY STANDARD FOR PROFESSIONALS Werk veilig of werk niet Bij werkzaamheden aan installaties en systemen zijn strikte procedures

Nadere informatie

Op enkele sheets staat in de rechterbovenhoek VOL-VCA. Deze sheets maken deel uit van de VOL-VCA examen-les-stof.

Op enkele sheets staat in de rechterbovenhoek VOL-VCA. Deze sheets maken deel uit van de VOL-VCA examen-les-stof. TOOLBOX LMRA LET OP! LEES EERST DE ONDERSTAANDE TEKST. Op enkele sheets staat in de rechterbovenhoek VOL-VCA. Deze sheets maken deel uit van de VOL-VCA examen-les-stof. De cursisten die de cursus Basisveiligheid

Nadere informatie

Circulaire 2015 02 BRANDPREVENTIE

Circulaire 2015 02 BRANDPREVENTIE Brandpreventie op de arbeidsplaatsen PRINCIPE De nieuwe wetgeving betreffende de brandpreventie op de arbeidsplaatsen (KB van 28 maart 2014) legt duidelijk uit welke maatregelen de werkgevers moeten nemen

Nadere informatie

Koninklijk besluit van 27 maart 1998 betreffende het beleid inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk (B.S

Koninklijk besluit van 27 maart 1998 betreffende het beleid inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk (B.S Koninklijk besluit van 27 maart 1998 betreffende het beleid inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk (B.S. 31.3.1998) Gewijzigd bij: (1) koninklijk besluit van 3 mei 1999 betreffende

Nadere informatie

Checklist voor controle (audit) NEN 4000

Checklist voor controle (audit) NEN 4000 Rigaweg 26, 9723 TH Groningen T: (050) 54 45 112 // F: (050) 54 45 110 E: info@precare.nl // www.precare.nl Checklist voor controle (audit) NEN 4000 Nalooplijst hoofdstuk 4 Elementen in de beheersing van

Nadere informatie

Voorbeeld-RI&E, met Plan van Aanpak (met dank aan ArboUnie Noordwest Nederland)

Voorbeeld-RI&E, met Plan van Aanpak (met dank aan ArboUnie Noordwest Nederland) Voorbeeld-RI&E, met (met dank aan ArboUnie Noordwest Nederland) De rapportage van een RI&E vindt meestal plaats in tabelvorm. Hierin komen de volgende onderdelen voor: Het onderwerp waar het risico betrekking

Nadere informatie

Van Kerckhoven Groep. Aan alle bouw relaties van de Van Kerckhoven Groep. Geachte directie,

Van Kerckhoven Groep. Aan alle bouw relaties van de Van Kerckhoven Groep. Geachte directie, Aan alle bouw relaties van de Geachte directie, De Inspectie SZW (welke valt onder het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid) handhaaft onder andere de wetten over veilig en gezond werk (arbeidsomstandigheden).

Nadere informatie

1. Ontstaan en situering. 2. VCA VCU VCO certificatie. 3. BeSaCC-attestering. 4. VCA-opleidingen. 5. Europese samenwerking. Editie: april 2015

1. Ontstaan en situering. 2. VCA VCU VCO certificatie. 3. BeSaCC-attestering. 4. VCA-opleidingen. 5. Europese samenwerking. Editie: april 2015 Voorstelling 1. Ontstaan en situering 2. VCA VCU VCO certificatie 3. BeSaCC-attestering 4. VCA-opleidingen 5. Europese samenwerking 2 1. Ontstaan en situering Heel wat activiteiten en taken worden uitbesteed

Nadere informatie

Informatieblad Vergelijking ISO45001 en VCA N180522, 25 JUNI 2018 INFORMATIEBLAD VERGELIJKING ISO45001 EN VCA

Informatieblad Vergelijking ISO45001 en VCA N180522, 25 JUNI 2018 INFORMATIEBLAD VERGELIJKING ISO45001 EN VCA Informatieblad Vergelijking ISO45001 en VCA 1 De overtuiging - en ervaring - van SCCM is dat elke organisatie (hoe klein ook) betere gezondheids- en veiligheidsprestaties behaalt door het gebruik van de

Nadere informatie

> < Risicoanalyse. Taak-risicoanalyse (TRA)

> < Risicoanalyse. Taak-risicoanalyse (TRA) Taak-risicoanalyse (TRA) Een taak-risicoanalyse (TRA) is een analyse van de gevaren die verbonden zijn aan de uitvoering van risicovolle taken, ten aanzien van de veiligheid en gezondheid van werknemers.

Nadere informatie

Veilig werken & doen veilig werken

Veilig werken & doen veilig werken Veilig werken & doen veilig werken Inhoud Wettelijke aspecten dhr. Tom Vermeersch, R.D. TWW Oost-Vlaanderen: Veiligheids- en gezondheidsplan (veiligheidscoördinatie) Contract hoofdaannemer/onderaannemer/nevenaannemers,.

Nadere informatie

V.C.A. belang voor de industrie. Koen Bollaerts Nationaal Adviseur Preventie & Kwaliteit Antwerpen 27 oktober 2009

V.C.A. belang voor de industrie. Koen Bollaerts Nationaal Adviseur Preventie & Kwaliteit Antwerpen 27 oktober 2009 V.C.A. belang voor de industrie Koen Bollaerts Nationaal Adviseur Preventie & Kwaliteit Antwerpen 27 oktober 2009 Koen Bollaerts Veiligheidskundige niveau 1 15 jaar ervaring met veiligheid en kwaliteit

Nadere informatie

De definities die hier gegeven zijn slaan enkel op deze projecten voor niet particuliere doelen

De definities die hier gegeven zijn slaan enkel op deze projecten voor niet particuliere doelen 1.1. de partijen 1.1.1.overzicht In het KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE TIJDELIJKE OF MOBIELE BOUWPLAATSEN worden verschillende tussenkomende partijen vernoemd. Aan elk van deze partijen worden taken en

Nadere informatie

BIJLAGE. - PROCEDURE VOOR PSYCHOSOCIALE RISICO S

BIJLAGE. - PROCEDURE VOOR PSYCHOSOCIALE RISICO S BIJLAGE. - PROCEDURE VOOR PSYCHOSOCIALE RISICO S 1. DOEL, DEFINITIES EN TOEPASSINGSGEBIED 1.1. Doel Deze procedures dragen bij tot het welzijn van werknemers en vullen de algemene wijze om psychosociale

Nadere informatie

1. Arbowet: plichten van de werkgever

1. Arbowet: plichten van de werkgever Handboek Ondernemingsraad en Personeelsvertegenwoordiging Inhoudsopgave 1. Arbowet: plichten van de werkgever... 1 1.1 Pak risico s aan bij de bron... 2 1.2 Wat is psychosociale arbeidsbelasting (PSA)?...

Nadere informatie

SSVV Opleidingengids TOETSMATRIJS THEORIE-EXAMEN: WERKEN ALS BUITENWACHT (MANGATWACHT) Algemeen (basisbegrippen) Wetgeving (Arbowet)

SSVV Opleidingengids TOETSMATRIJS THEORIE-EXAMEN: WERKEN ALS BUITENWACHT (MANGATWACHT) Algemeen (basisbegrippen) Wetgeving (Arbowet) Toetsduur: 30 minuten TOETSMATRIJS THEORIE-EXAMEN: WERKEN ALS BUITENWACHT (MANGATWACHT) Cesuur: 17 punten of meer is een voldoende Onderwerpen: Algemeen (basisbegrippen) Wetgeving (Arbowet) Code Onderwerpen

Nadere informatie

Rapport. Certificeringsonderzoek. 12 mei 2015. BHK Langens Betonboringen bv VCA* 2008/5.1. auditrapport C+ versie 7-11-2013 1 van 7

Rapport. Certificeringsonderzoek. 12 mei 2015. BHK Langens Betonboringen bv VCA* 2008/5.1. auditrapport C+ versie 7-11-2013 1 van 7 Rapport Certificeringsonderzoek 2 mei 205 VCA* 2008/5. 48 auditrapport C+ versie 7--203 van 7 BEVINDINGEN ONDERZOEK Bedrijf Bedrijfsnaam Organisatorische eenheid Verkort documentatieonderzoek Omdat het

Nadere informatie

IPV - Opleidingsadviseur van de voedingssector

IPV - Opleidingsadviseur van de voedingssector Wettelijke verplichtingen inzake het onthaal van uitzendkrachten De organisatie van het onthaal van uitzendkrachten wordt wettelijk geregeld door de CAO nr. 22 betreffende het onthaal en de aanpassing

Nadere informatie

Melden van (bijna )ongevallen en gevaarlijke situaties

Melden van (bijna )ongevallen en gevaarlijke situaties Datum Kenmerk Melden van (bijna )ongevallen en gevaarlijke situaties Voor het invullen van dit formulier kunt u contact opnemen met de preventiemedewerker 1 (arbo en milieucoördinator) van uw faculteit

Nadere informatie

Technisch ploegleider

Technisch ploegleider Technisch ploegleider wegen en rioleringen C1-C3 m/v contractueel voltijds opname in een wervingsreserve 1. Publicatie 2. Functiebeschrijving 3. Selectieprogramma 4. Aanbod en verloning 1. Publicatie 2.

Nadere informatie