!!"#$%%&#'())(#%*#+"#$",-!""#$%&'$()*+'),-

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "!!"#$%%&#'())(#%*#+"#$",-!""#$%&'$()*+'),-"

Transcriptie

1 !!"#$%%&#'())(#%*#+"#$",-!""#$%&'$()*+'),-!%".-,%"*!+.+$/+--0**+-1&+-$.&2,$*+-34#+5+,$5""#$/))**+-34""/6+$),6+#-1)/&*+,7$#&341*#))6$ )//+'))/$-)'+,$#",6$6+$1);+/$>),$.&11+,9!%".'("../0-"0 &,;"#')1&+5+$1+>-1+,$:BA$CGG=9 1)(",/)). 1+>+,&,*+,$5),$++,$?+#*7$?""'7$1)>7$?/)67$,+-17$+&7$2",*7$5++#7$4"+67$20;7$4++#7$40&-7$ -1)/7$*+&17$-1))#17$+&,6$:F++-$,&+1$?),*7$&+6+#++,$>),$1+>+,+,=9$$ E$*+/+$>))#1+,$1+#$*#""11+$5),$6+$1+>+,&,*+,7$E$#"6+$>))#1+,$1+#$*#""11+$5),$6+$ 1+>+,&,*+,9 2"'4",.%%*!"#$%%&'()*+,-.#*(/-).0*(&()#1&(+(2.0(34#/(.#,(.#%/'&--0*2(5 A+#-1+$;)-+ L)$,)$F+/>+$F""#6+,-34)1$#++6-$*+>+,6$&-9 N""#?++/6O$!"#$%%&'##!())*#+"#$%%&#%&' PF++6+$;)-+!+$6"3+,1$.+*1$++,$F""#69$$Q/+341-$8$30#-&-1$'"+1$4+1$F""#6$"'6#))&+,9 N""#?++/6O$,)&*()-#+())*#+"#$%%&#%&!+#6+$;)-+

2 6"#$%%&'()*+,-.#*(/-).0*(&()#12&%'7+.0(34#/(.#8(9()#:%%&'()#%2#(()#&0; S-$4+1$*"+6R$$!+$1F++6+$>))#1$')*$"">$F"#6+,$"'*+6#))&69 S-$4+1$*"+6R$$!+$6+#6+$>))#1$')*$"">$F"#6+,$"'*+6#))&69 A,.9 <"#=&0(#%2#(()#&0; >"/"''+,$5),$U$>))#1+,=9 +#$)),$-1#)1+*&+W,$F"#6+,$*+F+#>19 +,$'"+1$6))#$++,$'""&+$.&,$#",6$?"0F+,9 N""#?++/6O 6+$?""'$+,$6+$4++#O$ +"#.""(#/0)12#+"#$%%&-#+"#.""(#3)/2#+"#$%%&-#+"#.""(#30*&2#*1#+"#$%%& 6+$*+&1$+,$6+$?+#*O$ +"#4"*2#52))2#%/#+"#$"(4-#+"#4"*2#6%%12#%/#+"#$"(4-#+"#4"*2#7)02#7)1#+"# $"(4 V"+1+,$6+$30#-&-1+,$+,>+/$++,$F+#>F""#6$*+?#0&>+,$";$4+1$"">$3"##+31$5+#5"+*+,R V"+1$6+$.&,$0&1$6#&+$-10>>+,$?+-1)),$";$'"+1+,$6+$30#-&-1+,$/),*+#+$.&,,+,$')>+,R V"+1+,$6+$30#-&-1+,$YY,$";$'++#6+#+$5+#?),6+,$."+>+,R$ "

3 B"#C(D()ECFG# N""#$6+.+$"+;+,&,*$'"+1+,$6+$30#-&-1+,$)/$+,>+/+$5""#.+1-+/-$&,*+"+;+,6$4+??+,9$ L++;$6+$30#-&-1+,$5+#-34&//+,6+$&,-1#031&+-9$!+$30#-&-1+,$1+>+,+,$F)1$.+$4"#+,9 N""#?++/6O 8"3"1#""1#$%%&#*1#."2#&*++"1#7)1#""1#$0)+' 8"3"1#*1#+"#$%%&#""1#7%4"0' 8"3"1#1))52#+"#$%%&#""1#"*' 8"3"1#("9.25#7)1#."2#"*#""1#.:*5' H"#I(.#50('!+$30#-&-1+,$4+??+,$6+$>))#12+-9 J"#K-#,(.#50(' V))>$'+1$6+$>/)-$++,$*+/&2>))#6&*$/&+69$B+*&,$'+1O$;1#%/#+"#2)<"0#52))2#""1#2))(2$";$ ;1#*1#+"#30)5#+))(#=*2#""1#>:<#:."$>0,,+,$6+$30#-&-1+,$6+$>+,,&-')>&,*-5#))*2+-$,"*$ ++,-$&,"+;+,+,$6""#$."5++/$'"*+/&2>$&,;"#')1&+$)),$6+$20;$1+$4),*+,=9 L"#M-)9755()'(#%(3()0)N#9%%&#*+,&03.(50;D(#N&%(2() V))>$++,$6"'&,"O$>))#12+-$'+1$)),$6+$+,+$>),1$++,$1+>+,&,*$+,$)),$6+$),6+#+$>),1$ ++,$F""#69 #

4 $

5 %

6 Ik heb de zon zien zakken in de zee Door Bie Valgaeren Doelgroep Gealfabetiseerde cursisten basiseducatie met een basiskennis van het Nederlands (na richtgraad 1.1.). Doelstellingen Een cursist kan informatie geven door te reageren op herkenbare vragen (BE 059). Een cursist kan een beleving formuleren (BE 058). Een cursist kan het globale onderwerp bepalen en de gedachtegang volgen in informatieve teksten zoals radio, tv, narratieve teksten (BE 064). De cursist kan een beschrijving geven (BE 073). Materiaal het lied Ik heb de zon zien zakken en de bijhorende ondersteuningsprent (deze kan je gratis downloaden op foto s van zonsondergang en zonsopgang uit (toeristische) tijdschriften zomerse vakantiefoto s het verhaal Hoe Mowie de zon ving (in de verhalenbundel Waar de vrouwen vandaan komen van Jeanne Kurvers, uitgegeven bij Coutinho) je kan aansluiten bij spreekrecht 1.2. hoofdstuk 17 : (José en Natalia vertellen over hun vakantie naar Argentinië/ de mooiste foto was die van de zonsondergang in Buenos Aires, ) Lesduur Deze les duurt ongeveer dertig minuten. Lesverloop 1. Kort introductiegesprek over de kalender en het weer Welke dag is het vandaag/gisteren/morgen? Welk weer is het vandaag (is het warm of koud)? Schijnt de zon vandaag? Welk seizoen is het nu? 2. Bespreking van de vakantiefoto s Waar is de foto genomen? Wat zie je op de foto s? In welk seizoen is de foto genomen? Wanneer ga jij op vakantie? vreemde eend: ik heb de zon zien zakken in de zee 1

7 3. Herhaling woordenschat zomer aan de hand van een woordbloem Schrijf het woord zomer op het bord. Rond het woord schrijven cursisten woorden die spontaan bij hen opkomen. Mogelijke woorden: vakantie/ strand / zon/ spelen/ buiten/ zee/ Opmerking: Noteer de woorden zelf op het bord. Zo ben je zeker dat ze juist geschreven zijn. 4. Bespreken van foto s met verschillende standen van de zon Toon de cursisten foto s van zonsopgang, zonsondergang en middagzon Stel enkele vragen over de foto s: Wanneer is deze foto genomen ( s morgens, s middags of s avonds?) Wat gebeurt er s avonds met de zon aan zee? Vertel de cursisten dat ze nu naar een liedje over de zon zullen luisteren. : 5. Eerste luisterronde (globaal luisteren) Welke woorden heb je gehoord? Staat een van deze woorden op het bord? 6. Tweede luisterronde (gericht luisteren) Geef de cursisten voor deze luisterronde de volgende opdracht: Noteer de woorden die je in het liedje hoort én die ook op het bord staan. Na het luisteren noteer je de woorden die de cursisten zeggen. Op die manier reconstrueer je de liedjestekst. 7. Derde luisterronde Breng de tekst van het liedje op het bord. Licht het refrein er eventjes uit. Wat betekent joepie? (in de zomer is het leuk) 8. Inoefenen van het liedje Oefen het liedje in met de CD. Ondersteun de tekst met gebaren: op zon maak je een cirkel op zak trek je twee verticale strepen met je handen op zee trek je een horizontale streep 9. Nabespreking Wat vinden jullie van het liedje? Een mogelijke opdracht als huiswerk: Vraag aan je kinderen of ze het liedje kennen en zing samen met hen vreemde eend: ik heb de zon zien zakken in de zee 2

8 10. Aanvullende leestekst: Hoe Mowie de zon ving Afhankelijk van het leesniveau van de cursisten lees je het verhaal zelf voor of laat je het de cursisten in stilte lezen. Na het lezen stel je enkele vragen ter begripscontrole: Hoe heet de jongen? Woont hij alleen? Is hij vlug bang? (nee, hij is dapper!) Wat is het probleem van de moeder? Wat doet Mowie? Wat is het verschil tussen lente/zomer en herfst/winter? Opmerking: Gevorderde cursisten kan je aan de hand van dit verhaal de verleden tijd van het werkwoord (OVT) uitleggen. Van welk woord komt woonde/klom/maakte? Zo ontdekken de cursisten zelf hoe de OVT in elkaar zit. vreemde eend: ik heb de zon zien zakken in de zee 3

9 Ik hou van u (Noordkaap) Door Marit Trioen Doelgroep: Analfabete of gealfabetiseerde anderstaligen niveau 1.1. Doelstellingen: Een cursist kan alle gegevens in een eenvoudige instructie begrijpen (BE 058). Een cursist kan een beleving formuleren (BE 058, BE 066). Een cursist kan relevante gegevens selecteren uit herkenbare vragen op beschrijvende wijze (BE 055). Een cursist kan relevante informatie geven door te reageren op herkenbare vragen (BE 055, BE 059). Een cursist kan het globale onderwerp bepalen en de gedachtegang volgen in informatieve teksten (BE 066). Materiaal: het lied Driekoningen en de kijkplaten van de vier seizoenen (deze kan je gratis downloaden op blanco woordkaartjes per seizoen 4 kleinere afbeeldingen met een typisch kenmerk. Zorg ervoor dat de verschillende zintuigen aan bod komen, bijvoorbeeld: zomer: een ijsje (kan je proeven), de zon (kan je zien/voelen), de zee (kan je horen/ruiken), enz. herfst: de regen (kan je voelen/horen/ruiken), de wind (kan je voelen), enz. vier grote witte vellen papier een stapel oude tijdschriften lijmstiften en scharen voor gealfabetiseerde groepen: de tekst van het lied Lesduur: Deze les is opgebouwd als een reeks suggesties. Afhankelijk van de beschikbare tijd en het niveau van de cursisten, kies je één of meerdere suggesties. Lesverloop: 1. Herhalen en uitbreiden van de woordenschat rond de zintuigen Herhaling van de lichaamsdelen via een tekenopdracht Geef elke cursist 5 blanco kaartjes. Geef de volgende tekenopdrachten: Teken een oog Teken een oor Teken een mond vreemde eend: ik hou van u 1

10 Teken een neus Teken een hand Als ze klaar zijn, leggen de cursisten de vijf kaartjes voor zich. Aanbrengen van de zintuiglijke werkwoorden Eerste ronde: De leerkracht stelt een vraag. De cursisten tonen het juiste kaartje. Waarmee kan ik kijken? (de cursist toont het kaartje van de ogen) Waarmee kan ik horen? Waarmee kan ik ruiken? Waarmee kan ik proeven? Waarmee kan ik voelen? Opmerkingen: Niet gekende werkwoorden ondersteun je met een gebaar. Herhaal het werkwoord telkens door één cursist luidop te laten antwoorden Voorbeeld: Waarmee kan ik ruiken? (wacht tot alle cursisten een kaartje gekozen hebben) Hasan, vertel mij eens, waarmee kan ik ruiken?(hasan toont de neus) Heel goed, ik ruik met mijn neus. Tweede ronde: De leerkracht toont een kaartje (bijvoorbeeld de ogen) en vraagt: Wat doe ik met mijn ogen? De cursist antwoordt: kijken. (Sterkere cursisten antwoorden met een goede zin: Ik kijk met mijn ogen) Doe dit voor alle zintuigen. Derde ronde: Via TPR worden de zintuiglijke werkwoorden verder ingeoefend. Geef elke cursist één of meerdere opdrachten. Steek er af en toe ook een onlogische of zelfs onmogelijke opdracht bij: Abbas, kijk naar de deur. Mehmet, voel aan jouw buik. Liana, ruik aan jouw potlood. Saida, proef jouw vinger. Opmerking: In een klas met een groot niveauverschil laat je af en toe een sterkere cursist zelf een opdracht formuleren. 2. Verkenning van de seizoenen Kort inleidend leergesprek over de seizoenen Hoeveel seizoenen zijn er? Welke? Welk seizoen is het nu in België? Welk seizoen is het nu in jouw land? Zijn de seizoenen in jouw land anders of hetzelfde? vreemde eend: ik hou van u 2

11 Welk seizoen vind jij het leukst? Waarom? Welk seizoen vind jij niet leuk? Waarom? Welke foto hoort bij welk seizoen? Hang de vier grote afbeeldingen van de seizoenen op het bord. Controleer of de cursisten op elke foto het seizoen herkennen. Verdeel de 16 kleinere afbeeldingen met de seizoenskenmerken onder de cursisten. De cursisten hangen de foto s om de beurt bij het juiste seizoen. Laat alle foto s op het bord hangen. Opmerking: Bij meer gevorderde groepen laat je de cursisten de handeling ondersteunen met een correcte zin. Voorbeeld: de zon schijnt in de zomer. Terugkoppeling aan de zintuigen De leerkracht tekent een oog, oor, hand, mond en neus op het bord. De cursisten rubriceren de seizoenskenmerken, die nog op het bord per seizoen hangen, volgens de zintuigen. Dit levert vaak interessante discussies op: Kan je de regen ruiken? Kan je de zee proeven? enz. Opmerking: De opdracht kan variëren naargelang het niveau van de groep: In beginnende groepen laat je de cursisten zelf de afbeeldingen onder het juiste zintuig hangen. De leerkracht ondersteunt verbaal. voorbeeld: Liliane hangt het ijsje bij de zomer. De leerkracht begeleidt: Goed, Liliane, een ijsje kan je proeven. In iets sterkere groepen haalt de leerkracht een afbeelding van het bord en toont deze aan de cursisten. De cursist moet dan het juiste antwoord geven. voorbeeld: Wat doe je met een ijsje? Een cursist antwoordt: Een ijsje kan je proeven. Gevorderde groepen vormen zelf goede zinnen. De leerkracht voert enkel de instructie uit. voorbeeld: Een cursist zegt Ik proef een ijsje, de leerkracht hangt het ijsje onder de mond. Als je weinig tijd hebt, kan je deze oefening ook gewoon mondeling overlopen. Groepswerk over de seizoenen Deel de klas in vier groepen. Elke groep maakt een collage van één seizoen. Na een op voorhand afgesproken tijd worden de collages aan elkaar getoond en voorgesteld. Ook hier kan je eventueel terugkoppelen aan de zintuigen. 3. Begrijpen en aanleren van het lied Eerste luisterronde Na het luisteren vraagt de leerkracht: Bij welk seizoen hoort dit liedje? Hoe weet je dat? vreemde eend: ik hou van u 3

12 Tweede luisterronde Vraag na het luisteren aan de cursisten: Wat voel je bij dit liedje? Wat zie je? Wat hoor je? enz. Derde luisterronde Deel de kijkplaat uit. Overloop de inhoud van het liedje aan de hand van de kijkplaat. Gealfabetiseerde groepen kan je (ook) de tekst geven. Licht moeilijke woorden als weiland en zorgen toe. Rond af met enkele vragen, waarbij je terugkoppelt aan de zintuigen: Wat voelt de zanger? (het is warm) Wat ziet de zanger? Meezingen met het lied De cursisten zingen het lied mee. Gealfabetiseerde groepen zingen het lied volledig mee, niet-gealfabetiseerde groepen zingen enkel het refrein. De docent ondersteunt het refrein met gebaren. 4. En verder Als je veel tijd hebt, kan je met je cursisten nog een zintuigenquiz spelen. Dit vraagt veel voorbereiding maar is erg leuk om te doen. In verschillende rondes komen op een speelse manier de verschillende zintuigen aan bod. Bovendien kan je op die manier allerhande woordenschat (bijvoorbeeld rond voeding) herhalen. Voorbeeld van een quiz: Eerste ronde: Zie je de tien verschillen tussen twee foto s/ prenten? Tweede ronde: Wat voel je? (steek een aantal voorwerpen in een zak) Derde ronde: Wat proef je? (de cursisten proeven geblinddoekt 5 dingen) Vierde ronde: Wat ruik je? (vul doosjes van filmrolletjes met bijvoorbeeld koffiebonen, shampoo, gras, enz.) Vijfde ronde: Wat hoor je? (haal in de bibliotheek een cd met verschillende (natuur)geluiden) vreemde eend: ik hou van u 4

13 Eerste sneeuw (Jan De Wilde) Door Tania Polak Doelgroep Hogere modules 1.2. Mondelinge en schriftelijke modules die vooral beschrijvend werken (mod. 14, 15,16) of werken rond beleving en emoties (mod.11). Doelstellingen Een cursist kan relevante gegevens selecteren uit herkenbare vragen op beschrijvende wijze (BE 055). Een cursist kan informatie geven door te reageren op herkenbare vragen (BE 059). Een cursist kan een mening formuleren op kopiërende wijze (BE 055). Een cursist kan een beleving formuleren op beschrijvende wijze (BE 059, BE 065). Materiaal het lied Eerste sneeuw en de bijhorende ondersteuningsprent (deze kan je gratis downloaden op kaartjes met de strofes en het refrein (zie bijlage) gatentekst Eerste sneeuw (zie bijlage) stroken met weerspreuken (zie bijlage) woordkaartjes (zie bijlage) instructiekaartjes (zie bijlage) Lesduur Uit deze suggesties kan je oefeningen kiezen en deze aanpassen aan je groep. De lesduur hangt dan ook af van het aantal oefeningen die je combineert. Lesverloop 1. Eerste luisterronde Waarover gaat het lied? Haal steekwoorden uit de antwoorden van de cursisten en schrijf deze op bord. 2. Tweede luisterronde Heb je nog meer woorden gehoord? Schrijf ze op bord. 3. Derde luisterronde Bespreek het lied aan de hand van de ondersteuningsprent. Ga dan dieper in op de inhoud van het liedje. vreemde eend: eerste sneeuw 1

14 Is het een vrolijk liedje? Ja? Nee? Soms? Wanneer wel? Wanneer niet? Deel de kaartjes met de strofes en het refrein op (zie bijlage). De cursisten steken hun strofe in de lucht wanneer ze deze horen. Maak een gatentekst en laat de cursisten het ontbrekende woord invullen na een luisterronde of laat hen het ontbrekende woord kiezen uit een lijst. 4. En verder Oefening met emotiekaartjes: Maak kaartjes met emoties ( of De cursisten steken bij elke strofe de passende emotie(s) in de lucht of duiden die aan. Oefening met woordkaartjes: Deel de woordkaartjes uit (zie bijlage). De cursisten krijgen een kaartje met 1 woord op. Je kan hetzelfde woord aan verschillende cursisten geven. Geef de gemakkelijkste woorden aan de zwakste cursist en geef sterkere cursisten meerdere woorden. De cursisten luisteren nog eens naar het lied. Wanneer ze hun woord horen, steken ze het kaartje in de lucht. Op het einde bespreek je de woorden nog eens: wat betekent jouw woord? Schrijf het woord op bord. Laat de cursisten een nieuwe zin met hetzelfde woord maken. Instructies geven: Deel de instructiekaartjes uit. De cursisten lezen de instructie en voeren ze uit. Of de cursisten lezen de instructie en vragen iemand anders om die uit te voeren. Van deze kaartjes kan je ook een matchoefening maken. Uitbreiding beschrijvende woordenschat: Laat cursisten hun eigen kledingstukken beschrijven. Werken met gerelateerde artikels en/of prenten: Gebruik artikels en prenten van het weerbericht (eerste sneeuw) of uit Wat een winter!, het prentenboek van Rotraut Susanne Berner (uitgegeven bij Lannoo, met lessuggesties op Werken rond het thema heimwee : Praat met de klas over heimwee naar vroeger en/of heimwee naar het land van herkomst. Denk jij soms aan vroeger? Denk jij soms aan jouw land? Welke emoties voel je daarbij? Laat de cursisten iets meenemen van vroeger of van hun land en laat hen daarover vertellen. Ze omschrijven eerst wat ze meegebracht hebben. Daarna vertellen ze welke emoties en/of herinneringen ze daarbij hebben. Afhankelijk van het niveau moet de cursist de VTT gebruiken. vreemde eend: eerste sneeuw 2

15 Gedichten maken: Vertrek vanuit het voorwerp dat de cursisten meegenomen hebben. Laat de cursisten een elfje schrijven, of laat hen eerst de woorden opschrijven die het voorwerp bij hen oproept. Vervolgens maken ze zinnen met de woorden. Stel telkens bijvragen: Wat voel je bij dit woord of bij deze prent? Wat doe je met dit voorwerp? Zie je daar kleuren bij? Moet je dan lachen? Maak van die zinnen korte tekstjes of gedichtjes. Neem een foto van elk voorwerp en maak een klasboekje Heimwee / Herinneringen / Denken aan vroeger met de bijhorende tekstjes erbij. Lees ter illustratie enkele verhalen rond sneeuwherinneringen voor (zie bijlage). Pas de tekst aan het niveau van je groep aan. Weerspreuken: Deel de strookjes uit (zie bijlage). De cursisten leggen de strookjes in de juiste volgorde (aan de hand van de maanden die erop staan). Je kan 1 strookje per duo geven. Ze moeten het dan lezen en proberen te begrijpen. Hierbij is wel wat hulp nodig. Wanneer ze het begrepen hebben, lezen de cursisten hun strookje voor en leggen het in eigen woorden uit. Ga de cursisten af volgens de maanden van het jaar. Verhalen rond sneeuw: Lees de verhalen voor. Dit kan als luisteroefening, of je werkt opnieuw met de emotiekaartjes. Waarom de sneeuw het sneeuwklokje geen kwaad doet is een kort verhaal over hoe de sneeuw aan zijn kleur komt (in: De betoverde tuin, Marie Mrstikova. Nederlandse vertaling van Els Nuijen. Uitgeversmaatschappij Holland, Haarlem, ISBN: ) De twaalf maanden. In dit oude aan Vrouw Holle verwante Tsjechische sprookje wordt een meisje met onmogelijke opdrachten weggestuurd door haar stiefmoeder. Het meisje ontmoet 12 wijze mannen die haar vriendelijk behandelen, en iedere keer kan Holena terugkeren naar haar steeds bozer wordende stiefmoeder en diens eigen dochter. ( Zoek op een krantenartikel over de eerste sneeuw. vreemde eend: eerste sneeuw 3

16 Bijlage: strookjes met de strofen en het refrein Ik werd heel langzaam wakker, ik wreef m'n ogen uit, ik werd heel langzaam wakker, ik wreef m'n ogen uit, ik kon het niet geloven, maar voor de vensterruit, viel zacht naar beneden, de eerste sneeuw. Mijn mama kwam naar boven, 't Is tijd om op te staan, mijn mama kwam naar boven, kom trek je kleren aan, mama, lieve mama, kijk eens naar beneden, ga je met mij mee, in de eerste sneeuw. Kijk eens naar omhoog en kijk de lucht is grijs en zit vol vlokken 'k wou dat dit kon blijven duren dat het nooit meer zou stoppen. 'k Voel me zo gelukkig in de eerste sneeuw, 'k Voel me zo gelukkig in de eerste sneeuw. Waar is mijn wollen muts nu, waar is mijn dikke sjaal, waar is mijn wollen muts nu, waar is mijn dikke sjaal, en ergens in de kelder ligt toch nog die slee, papa moet me duwen door de eerste sneeuw. Kijk eens naar omhoog en kijk de lucht is grijs en zit vol vlokken vreemde eend: eerste sneeuw 4

17 'k wou dat dit kon blijven duren dat het nooit meer zou stoppen. 'k Voel me zo gelukkig in de eerste sneeuw, 'k Voel me zo gelukkig in de eerste sneeuw. Nu twintig jaren later, heb ik geen zin om op te staan, nu twintig jaren later, kijk ik weer uit het raam, mijn mama zal niet komen, mijn mama is lang dood, ze ligt al lang beneden, in de eerste sneeuw. Kijk eens omhoog en kijk de lucht is grijs en zit vol vlokken. 'k Wou dat dit kon blijven duren, dat het nooit meer zou stoppen. 'k Voel me zo alleen in de eerste sneeuw, 'k Voel me zo alleen in de eerste sneeuw, in de eerste sneeuw vreemde eend: eerste sneeuw 5

18 Bijlage: Gatentekst Eerste sneeuw Vul in: sneeuw mama muts ogen alleen lucht sjaal grijs kleren gelukkig Ik werd heel langzaam wakker, ik wreef m'n ogen uit, ik werd heel langzaam wakker, ik wreef m'n uit, ik kon het niet geloven, maar voor de vensterruit, viel zacht naar beneden, de eerste. Mijn mama kwam naar boven, 't Is tijd om op te staan, mijn mama kwam naar boven, kom trek je. aan, mama, lieve mama, kijk eens naar beneden, ga je met mij mee, in de eerste sneeuw. Kijk eens naar omhoog en kijk de lucht is en zit vol vlokken 'k wou dat dit kon blijven duren dat het nooit meer zou stoppen. 'k Voel me zo gelukkig in de eerste sneeuw, 'k Voel me zo gelukkig in de eerste sneeuw. Waar is mijn wollen muts nu, waar is mijn dikke, waar is mijn wollen...nu, waar is mijn dikke sjaal, en ergens in de kelder ligt toch nog die slee, papa moet me duwen door de eerste sneeuw. Kijk eens naar omhoog en kijk de lucht is grijs en zit vol vlokken 'k wou dat dit kon blijven duren dat het nooit meer zou stoppen. 'k Voel me zo gelukkig in de eerste sneeuw, 'k Voel me zo..in de eerste sneeuw. Nu twintig jaren later, heb ik geen zin om op te staan, nu twintig jaren later, kijk ik weer uit het raam, mijn mama zal niet komen, mijn.. is lang dood, ze ligt al lang beneden, in de eerste sneeuw. Kijk eens omhoog en kijk de is grijs en zit vol vlokken. 'k Wou dat dit kon blijven duren, dat het nooit meer zou stoppen. 'k Voel me zo alleen in de eerste sneeuw, 'k Voel me zo.. in de eerste sneeuw, in de eerste sneeuw. vreemde eend: eerste sneeuw 6

19 Bijlage: emotiekaarten vreemde eend: eerste sneeuw 7

20 Bijlage: woordkaarten Sneeuw Vlokken Langzaam Gelukkig Wollen muts Slee Kelder Grijs Omhoog Eerste Stoppen Dood vreemde eend: eerste sneeuw 8

21 Bijlage: instructiekaarten Kijk naar omhoog Ga naar beneden Doe je kleren aan Duw mij vreemde eend: eerste sneeuw 9

22 Bijlage: verhalen over sneeuwherinneringen (bron: 's Morgens stond vader - een wegens ziekte - vroeg gepensioneerd mijnwerker, als eerste op. Met kleine stukjes hout en krantenpapier stak hij de Leuvense stoof aan. Na een tijdje riep hij de kinderen op. We wasten ons in een klein teiltje koud water. Trokken onze gebreide lange broeken aan. Aten spek en dopten onze boterhammen in het vet en bestrooiden ze met bruine suiker. Enkel dicht bij de kachel was het warm. 's Middags als we even van school kwamen, stond de kachelbol vuurrood. Wat warmen en dan naar school waar de kachel in het midden van de klas stond. Enkel de gelukzakken die er rond zaten, hadden het warmer. Dan 's avonds na schooltijd, vlug donker. Gezellig rond de kachel. Vlug zijn, anders was de beste plaats bezet. Ik klein van gestalte, dook onder de Leuvense stoof, leerde daar mijn les en las een boek. De stenen die moeder dan in de oven had gelegd, werden omwikkeld met handdoeken en dan in bed gelegd om de voeten te verwarmen. Heerlijk onder de dekens op de strooien matras. 's Morgens dan vlug wat figuurtje steken op de bevroren ruiten. Dan volgde weer het ritueel van elke schooldag. Fijne herinneringen van een zoete bittere tijd! (Willy Duts uit Laakdal) Wij zouden trouwen in de winter om mooie foto's te kunnen nemen in de sneeuw. In 1966 was er nog geen sneeuw gevallen tot op 12 februari. Mijn moeder had rode lopers besteld om voor de kerkdeur te leggen en ook op de trappen van het stadhuis. In de nacht van 11/2/66 begon het plots te sneeuwen, zodat er tegen 10 uur een dik tapijt lag. De rode loper was besneeuwd en rond onze foto's op de zwarte auto was er een kraag van witte sneeuw. Dat was heel mooi, en dus was onze droom uitgekomen. (Agnes Willems uit Ronse) Een dertig jaar geleden moest een collega van mij die treinbestuurder was bij de NMBS een treindienst verzekeren van Doornik naar Kortrijk. Toen hij aan het inritsein van het station Moeskroen aankwam, was dat sein defect en moest hij een lange tijd wachten tot men het sein kon bedienen. Ondertussen was het ferm beginnen te sneeuwen en toen hij wilde vertrekken met zijn trein was er zoveel sneeuw voor de wielen van de trein dat hij niet meer kon rijden. de reizigers zijn dan moeten afstappen en 500 meter te voet door de sneeuw lopen naar het station. Het was maar een klein dieseltreintje (motorwagen type 43). We hebben er onder de collega's eens goed om gelachen. De bewuste machinist was trouwens bang dat hij een boete zou krijgen van de NMBS en is dan maar rondgegaan 'met zijn klak' in detrein om geld op te halen om die boete te betalen. (Daniel Deltour uit Mesen) Mijn moeder was op het einde van haar zwangerschap en stond op het punt te bevallen. De baby kondigde zich aan in de late avond van 12 december Alles lag er spekglad bij, er was geen openbaar vervoer, de taxi kwam niet, de huisdokter durfde niet en de opgeroepen ambulance was in de gracht gereden... De enige oplossing was een idee van mijn grootvader: een kar van stal gehaald - een matras erop en een kussen met enkele dekens erop en zo met mijn moeder naar de materniteit (ongeveer 6 km), inclusief kousen rond de klompen om schuiven te vermijden... Alles is dik in orde gekomen maar vader en grootvader konden twee dagen niet meer lopen van de stijve kuiten. Mijn moeder heet Maria en mijn vader heette Jozef en het verhaal staat bekend bij de buren als de 'vlucht naar Egypte'. (Gilbert Luyten uit Booischot) vreemde eend: eerste sneeuw 10

23 Bijlage : Weerspreuken Geeft januari een sneeuwtapijt, dan zijn we gauw de winter kwijt. Januari zonder regen is de boer zijn zegen. Lentemaands ruwheid, geeft zomermaands luwheid. Maart niet te droog en niet te nat, vult de boer zijn kist en vat. Hoe groen het in het veld ook ons oog bekoort, doch zelden houdt april zijn woord. Aprilleke zoet, geeft nog wel eens een witte hoed. Zingt de vink vroeg in de meimorgen, dan zal die voor regen zorgen. Een natte mei is boter in de wei. Met een zomerwervelwind is het weer ons goed gezind. Juni met veel donder, brengt de oogst ten onder. Is juli heet en droog, dan houdt de winter een kwaad betoog. Brengt juli hete gloed, zo gedijt september goed. Half augustus zonneschijn verschaft de boer een goed vat wijn. Komen de pluimen aan het riet, denk het is nazomer en geniet. De septemberregen komt de boer goed gelegen. Oktober geeft ons zonnige dagen, maar ook jicht en andere plagen. Blinkt in oktober hetzonnegoud, de winter volgt dan snel en koud. November heeft maar 30 dagen, maar dubbel wind en regenvlagen. Donder in decembermaand belooft veel wind in t jaar aanstaand. December zacht en dikwijls regen geeft weinig hoop op rijke zegen. vreemde eend: eerste sneeuw 11

24 Onder moeders paraplu Door Helga Gehre Doelgroep Niet-gealfabetiseerde cursisten vanaf module drie. Ook voor hogere modules en voor gealfabetiseerden is deze les geschikt. Doelstellingen Een cursist kan informatie geven door te reageren op herkenbare vragen (BE 059). Een cursist kan informatie vragen door herkenbare en gestructureerde vragen te stellen (BE 059). Een cursist kan in een gesprekssituatie een probleem formuleren (BE 058). De cursist kan in een gesprekssituatie een klacht of een probleem formuleren (BE 070). Een cursist kan relevante gegevens selecteren uit informatieve teksten (BE 062). Materiaal het lied Onder moeders paraplu en de bijhorende ondersteuningsprent (deze kan je gratis downloaden op drie weerkaarten (zie bijlage) foto's of materiaal bij het buitenweer woordkaarten: de maanden van het jaar (zie bijlage) woordkaarten: de seizoenen (zie bijlage) kaarten met de begindata van de verschillende seizoenen (zie bijlage) een klaskalender schoenen (bij voorkeur klompen), een spons en een kommetje, een paraplu, een regenjas en een stok een lege tafel en een groot doek leefomgeving-geluiden van Color cards Geluiden buiten (de gele serie : een kerkklok, spelende kinderen, een straatmuzikant, een drilboor, golven op de rotsen, een waterval, regen, wandelende kinderen in een herfstbos, een zaagmachine, onweer) het werkblad bij Color cards Geluiden buiten Lesverloop 1. Introductiegesprek over het weer Kijk naar buiten. Wat zie je allemaal. De cursisten (gealfabetiseerden) en/of de docent (niet-gealfabetiseerden) schrijven de woorden op. Stel gerichte vragen : Welk weer is het vandaag? Is het mooi weer? Is het slecht weer? Welke tekening hoort daarbij? vreemde eend: onder moeders paraplu 1

25 Hang de juiste ondersteuningsprenten op het bord of teken de verschillende weertypes zelf. 2. Auditieve discriminatie in de ruimte De cursisten sluiten hun ogen. Wat hoor je allemaal? De cursisten (gealfabetiseerden) en/of de docent (niet-gealfabetiseerden) schrijven de woorden op het bord. Leg de meegebrachte voorwerpen op de tafel, samen met de foto's van de Color cards Geluiden buiten. De cursisten sluiten hun ogen. Laat een aantal geluiden horen (de klompjes doe je tegen elkaar tikt, een paraplu die je open en dicht schuift). Welke geluiden heb je gehoord? Vervolgens mogen de cursisten enkele minuten naar de tafel kijken. Ze moeten zoveel mogelijk woorden opsommen. Kennen ze een woord niet, dan vragen ze de juiste naam aan de docent. Je kan ook een kimspel spelen: je neemt een voorwerp weg en de cursisten moeten raden welk voorwerp dat is. Deel dan de kaarten van Color cards Geluiden buiten uit. Laat de cd horen. Heeft een cursist de kaart met het geluid erop, dan steekt hij zijn kaart in de lucht en benoemt hij het geluid. Laat de cd nog eens horen. Geef er nog geen opdracht bij. Daarna deel je het werkblad uit. De cursisten moeten de geluiden in de juiste volgorde zetten. Schrijf 1 bij het geluid dat je eerst hebt gehoord. Schrijf 2 bij het volgende geluid. De cursisten proberen eerst zonder de cd (geheugentraining). Tot slot controleren de cursisten hun antwoord aan de hand van de cd. 3. Het lied beluisteren Eerste luisterronde Herhaal de voorwerpen die op de tafel liggen. Laat de cursisten het liedje horen. Wat is dit? (een liedje) Wat heb je begrepen? Welke woorden heb je gehoord? Geef geen verdere opdracht, laat de cursisten gewoon vertellen wat ze gehoord hebben. Tweede luisterronde Geef de opdracht te luisteren naar de voorwerpen. Welke voorwerpen hoor je in het liedje? Schrijf de voorwerpen die de cursisten aanbrengen op bord. Bij een zwakke groep kan je de luisteropdracht verdelen : één groep luistert naar paraplu, een andere naar regen, een andere naar de regenjas, enz. Bouw het lied op aan de hand van drie woorden: paraplu, klompjes, stok vreemde eend: onder moeders paraplu 2

26 Derde luisterronde Verdeel de klas in drie groepen. Elke groep moet meer informatie geven over de paraplu, de klompjes en de stok. De cursisten geven de informatie na de derde luisterronde. Bij een gealfabetiseerde groep kan je de zinnen op bord schrijven. Stel bijvragen indien de cursisten onvoldoende inhoud aanbrengen: Welk weer is het? Hoe heten de kinderen? Wie is Jan? Hoe voelen de kindjes zich? De wind heeft een naam. Welke? Waarom lachen ze? Vierde luisterronde Geef voor het luisteren de volgende opdracht: Hoe vaak hoor je 'onder moeders paraplu'? Let op! Je hoort immers ook twee keer OP moeders paraplu. Hier kan je ingaan op de voorzetsels. Vijfde luisterronde Geef de prenten die bij het lied horen. De cursisten moeten deze in de juiste volgorde hangen. Doe dit klassikaal of maak een werkblad. Afhankelijk van het inlevingsvermogen van je groep kan je de cursisten per drie de opdracht geven het lied te spelen: Hanneke, Janneke en de wind. Dat maakt het visueler voor de cursisten. 4. Na het luisteren Auditieve en visuele discriminatie Lees de volgende paren voor. Wat klinkt hetzelfde? kindjes vriendjes, klik tik, zoetjes snoetjes, trok stok, klantjes handjes, hi - nie Afhankelijk van het niveau van je groep kan je de tekst uitdelen en de cursisten de opgegeven woorden laten kleuren. Sequenties: eerst dan daarna Lees de zes zinnen uit het lied voor. De cursisten moeten ze in de goede volgorde zetten. 1.De kindjes lopen onder de paraplu. 2.Het regent. 3.De wind waait zacht. 4.De wind waait hard. 5.De kinderen houden de paraplu stevig vast. 6.Ze zijn blij. Zing het liedje samen met de cursisten. Indien de tekst ondersteuning biedt, kan dat met de tekst. Indien niet, dan kan je de cursisten vooral 'onder moeders paraplu' laten meezingen. Oriëntatie in de tijd vreemde eend: onder moeders paraplu 3

27 Neem de ondersteuningsprenten van de seizoenen. Vraag aan de cursisten bij welk seizoen dit liedje past: zomer, herfst, winter of lente? (zowel herfst al lente zijn mogelijk) Wanneer begint de lente? Wanneer eindigt de lente? Neem je kalender en zoek de begindatum van de lente. In welke maand valt deze datum? Laat de cursisten deze datum kleuren op hun eigen kalender en op de klaskalender. Laat één cursist de juiste maand kiezen uit de woordkaarten van de maanden. Herhaal hetzelfde voor de seizoenen en voor de begindatum van de herfst. Het weer Toon de drie weerkaarten. Welke weerkaart hoort bij dit liedje? Ofwel bespreek je alleen de weerkaart die bij het liedje past. Ofwel bespreek je de drie weerkaarten en selecteer je achteraf de weerkaart bij het liedje. Hoe warm kan het worden? Hoe koud kan het worden? Is er veel wind? Hoe weet je dat? Wordt het mooi weer? 5. En verder Deze ideeën kan je nog verder uitwerken: Gericht luisteren De cursisten beluisteren een weerbericht. Deel verschillende ondersteuningsprenten van het weer uit. De cursisten steken de juiste prent omhoog. Oriëntatie in de tijd: lente - herfst Zorg voor prenten en foto s die bij de lente en de herfst passen, of laat de cursisten zelf enkele woorden aanbrengen. Maak een werkblad met de opdracht: kleur alles van de herfst bruin, kleur alles van de lente geel. Werk met een jaarkalender. Laat cursisten de juiste maanden bruin kleuren voor de herfst en geel voor de lente. Zoek woorden die dezelfde structuur hebben als de woorden uit het liedje (wind: één lettergreep regen: twee lettergrepen paraplu: drie lettergrepen) Welke kleren draag je in de lente/herfst? Neem enkele kledingsstukken mee in een zak. Beschrijf ze. De cursisten moeten ze herkennen. vreemde eend: onder moeders paraplu 4

28 Bijlage 1: woordkaarten januari februari maart april mei vreemde eend: onder moeders paraplu 5

29 juni juli augustus september oktober vreemde eend: onder moeders paraplu 6

30 november december De zomer De lente De herfst vreemde eend: onder moeders paraplu 7

31 De winter vreemde eend: onder moeders paraplu 8

32 Bijlage 2: de weerkaarten vreemde eend: onder moeders paraplu 9

33 !!"#$%&'#'($'!""#$%&'$()*+'),-!&$)("&$*!+.+$/+--0**+-1&+-$.&2,$*+-34#+5+,$5""#$/))**+-34""/6+$),6+#-1)/&*+,7$#&341*#))6$ 8989$:5),);$'"60/+$<=9!&$)+,$))#'($' >+, $ 30#-&-1 $?), $ #+/+5),1+ $ *+*+5+,- $ -+/+31+#+, $ 0&1 $ 4+#?+,@)#+$ 5#)*+, $ >+, $ 30#-&-1 $ )//+ $ #+/+5),1+ $ *+*+5+,- $ &, $ ++, $ ++,5"06&*+ $ &,-1#031&+ $ ++,$30#-&-1$?),$0&1$'",6+/&,*+$&,;"#')1&+$++,5"06&*+7$3",3#+1+$*+*+5+,-$-+/+31+#+,$ :C>DGH=9 -.,$"#..) 4+1 $/&+6 $I!#&+?",&,*+,J$+,$6+$@&24"#+,6+$",6+#-1+0,&,*-A#+,1$:6+.+ $?),$2+$*#)1&-$ 6"B,/")6+,$"A$BBB95#++'6+++,69@+K&,6+?/)-941'= ++,$1+?+,&,*$5),$++,$?+#,*+.&,$:5)6+#7$'"+6+#$+,$?&,6+#+,= ++,$?#"", ')*,+1+, 4+1$#+3+A1$5""#$6#&+?",&,*+,1))#1$:.&+$@&2/)*+= &,*#+6&L,1+,$5""#$6+$1))#1$:'++/7$@"1+#7$H$+&+#+,7$-0&?+#7$5),&//+-0&?+#7$++,$@"",$+,$ ++,$'""&$A)A&+#= 4+1$,++'M$+,$*++;-A+/$:.&+$@&2/)*+= /$+0$")&&*!"#$%&'()*+&,-!")-#.(%,%/#,%#0*,1 N#))*$)),$++,$30#-&-1$";$4&2$*+1#"0B6$&-9 (&+$&-$6+$@))-$140&-O$P&2$";$.&2,$5#"0BO Q))1$6+$*#"1+$1+?+,&,*$5),$4+1$?+#,*+.&,$.&+,9$$ P"0$++,$5#))**+-A#+?$'+1$2+$30#-&-1+,R!"#$"%$&"'$'()$*#$&++%,$$P),*$6+$?#"",$'+1$++,$')*,++1$@&2$6+$20&-1+$A+#-"",9!"#$-#.-$/#-$0#.*,!"#$1(20-$3((2$*#$4.#*"50,!"#$6##-$+..#%7$1"#-$+..#%$3+5$*#$2#%-$3+5$/#-$0#1"5,!"#$&+4-$*#$-++2-#5, S)$5+#6+#$&,$"A$6+$1))#1+,9!+55##2$&+4$'#$-++2-#5,$!+-$/#&$'#$5(*"0, 5#++'6+$++,6R$!#&+?",&,*+, #

34 !"#$%&'(')"*#+("#),%('#'-.'#""*#)//&)#0/11"*2#1&(34"*#*%#""*#'5"$(/6"#-5+&/$,)7#8(3#./1"*#""*#+&("1-*(*4"*)//&)7!"#$%&'()*+,#&-#&'.-/ (('+ 9"&)"6#+"#$%&'(')"*#+/)#:(3#-5#;"'#3/*%/&(#""*#+&("1-*(*4"*)//&)#0/11"*#(*#<"64(=7 0--*#"*#""*#.--(#5/5("&7 B//)#+"#$%&'(')"*#//*#+"#,/*+#?/*#+"#(*4&"+(=*)"*#0&/(*')-&."*#,-"#;"#+"#)//&)# ;-%+"*#0/11"*7#C/)#+-"*#;"#""&')2#:/)#"&*/D#C/)#+-"*#;"#.")#+"#0--*D##E*#.")#,")#5/5("&D B"4#+/*#;"6F#%()#,-"#3"#+&("1-*(*4"*)//&)#.//1)#G;("#0(36/4"H7 B"4#%()#+/)#+"#5"&'--*#+("#+"#0--*#,""F)2#+"#1&--*#1&(34)#"*#1-*(*4I0//'#?--&#+("#+/4# ('7 K")#6"%1')"#('#*/)%%&6(31#/6'#3"#,")#0"'6/4#'/."*#.")#3"#16/'#1/*#./1"*#"*#("./*+#+"# )//&)#)"4"*#+"#?-64"*+"#+/4#),%('#1/*#/F0/1)7 3"#401.12#500'#661#&(2 8")#+"#1&--*#+("#3"#4".//1)#,"0)#-5#"*#4""F#+"#$%&'(')"*#-5+&/$,)"*7 L-.#""*#0"")3"#1-*(*16(31#-?"&#)"&:(36#3"#+"#-5+&/$,)"*#4""F)7!""#$%&'$""($)"(*+!""#$%&'$""($',-+!""#$%&'$""($./*0//1+ 2,3$&4$""($)"(*$,0-*560&"#*+ 2,3$&4$""($',-$,0-*560&"#*+ 2,3$&4$""($./*0//1$,0-*560&"#*+ M""F#+"#1&--*#//*#""*#/*+"&"#$%&'(')2#+("#+/*#1-*(*4#'5""6)7 N"".#+"#1&--*#/F#"*#6//)#,".#*-4#O#-5+&/$,)"*#4"?"*7 7"#89.:+-'-1#1(('#*-+#;.-& 9"&)"6#+"#$%&'(')"*#""&')#-?"&#+"#)&/+()("#?/*#,")#+&("1-*(*4"*;(*4"*7 P-*+#;"'#3/*%/&(#4//*#+"#."*'"*#?/*#+"%&#)-)#+"%&#;(*4"*7 8"#1&(34"*#+/*#.""')/6#""*#$"*)3"#?--&#,")#6("+7!"#1(*+"&"*#')"1"*#,")#$"*)3"#(*#,%*#'5//&5-)2#?-6:/''"*"*#4"?"*#,")#//*#""*# 4-"+#+-"67 7//8$'"$&"%,(1$4/(&(3$-."0"(9$$7//8$'"$&"%,(1$:"33"(;$3""#$%&'+++9 <,*$%/"*$'"$3"="(9

35 !"#$%&'()*'+,-%./0!"#$%"&'($)#($*"#+,$$-.+#/0$12#+#/$23$+#$4"&+#/#&, 12&')3++%$.().-&%.4('*.*&.5'((6.7+6.*&.7+*&'.(8.*&.9(&*&'.6++'.-&%.5#6*:..;&%.5#6*. #$.6".#99&'$.*&.4++$:<!"#$%&'()*'+,-%.=0!.($"5$#/$1#($12#+#/,!.($"5$#/$1#($6.+#/, A'(4&&'.-&%.3#&*.&&6$.B&38.9&%.*&.,"'$#$%&6: C+. '(6*. 7(('. 6#&"D&. )(%3(*&6. #6. *&. 53+$E. -&%. $&,'&%+'#++%E. *&.,(F'*#6+%#&E. &&6.,(33&?+:.. G+.-&%.3#&*.%&33&6.*&.7+*&'$.19+66&6<.-&%.?&3*:.H&.9(&*&'$.17'("D&6<.4&$3#$$&6.D+%. 9&%.-&%.?&3*.?&4&"'%: >)9&'5#6?0 I3$.&J%'+.(&8&6#6?.5+6.K&.*#,%&&$.*(&6.9&%.*&.&"'(.)('%&9(66&&:. /"#$%&*0''(&.(#1(2(&-&3(&#*11)#.(#3(%'2%4(,-5(().(#3)1(6(& L++5.&&6.3#K$%K&.9&%.#6?'&*#M6%&6.7(('.*&.*'#&5(6#6?&6%++'%: N)&&3.-&%.6&&9O.&6.?&&8$)&3: L++5.&&6.5('%.%&5$%K&.(7&'.H'#&5(6#6?&61%++'%<.&6.3&&$.-&%.9&%.K&.,"'$#$%&6: 7'&&9*&.&&6*0.H'#&5(6#6?&6!

36 !"#$%&'()*+','-.*/+"'012"2&'2.%%+. "2&+'/"32.'2)*4''$5*61.'+5*7*'"'+'25*89"0'+5*:%2"$$'89"0'+5*''2*6112*'2*''2*411"* -%-"'+ ;'+0;"#<') B1'&*6"#*/'*'"&'$'2*21&*''28*>*:1$$'/"&'*'"'+'2*.1'*'2*0$9.8'2*4%%+? C'2&*61.'+*'2*89"0'+? D"'.*E'.*'"4'2&8'$*'+6"#? B1'&*/'*:%2"$$'89"0'+*.1'? F1'*/%2*/'*'";"..'2*'2*/'*6112*'+6"#? G'.*6'8$%&*"8*0$%%+? :+''4/'*''2/)*F+"'012"2&'2!

37 !"#$%&'()*(+',(-''./('-(&''012'$ 3'(12''$,(4',(12'$("-(,5''(&67'2'-8 97:"&*( 4',(12'$;76:(<=-"2(4',("-(1,67='-('-(.%%=('6(''-(1$%-&(.''> ''-(2"7-(2'6(&67'2,"'-(=%%6,#'1(2'6(&67'2 ''-(:7;;'$1,''-

38 ! "##$ % &##' ( ") * "##$ + "##$, &##' - &##'. ") / ")!0 &##'!! "##$!% ")!( &##'!* "##$!+ &##'!, "##$!- &##'!. "##$!/ ") %0 &##' %! "##$ %% &##' %( "##$ %* ")!!"##$%#&##'%(&)"*#+,'*'-#'

39 !" #$!% &''(!) &''(!* #''+!, &''( -. #''+ -/ #''+ -! #$ -- &''( -0 &''( -" #''+ -% #$ -) &''( -* #''+ -, #$ 0. &''( 0/ #''+ 0! &''( 0- #''+ 00 #$ 0" &''( 0% #$ 0) #''+ 0* &''(!!"##$%#&##'%(&)"*#+,'*'-#'

40 !""#$""%$&"%'!""#$""%$&"%'!""#$""%$&"%'!""#$""%$()#*'!""#$""%$()#*'!""#$""%$()#*'!""#$""%$!+,'!""#$""%$!+,'!""#$""%$!+,'!""#$""%$-)*'!""#$""%$-)*'!""#$""%$-)*'!""#$""%$*).'!""#$""%$*).'!""#$""%$*).'!""#$""%$/)('!""#$""%$/)('!""#$""%$/)('!""#$""%$,".'!""#$""%$,".'!""#$""%$,".'!""#$""%$.+('!""#$""%$.+('!""#$""%$.+('!""#$""%$0+('!""#$""%$0+('!""#$""%$0+('!""#$""%$(),'!""#$""%$(),'!""#$""%$(),'!"##$%#&##'%(&)"*#+,'*'-#'!

41 !""#$""!$%"!&!""#$""!$%"!&!""#$""!$%"!&!""#$""!$'()*&!""#$""!$'()*&!""#$""!$'()*&!""#$""!$+,#&!""#$""!$+,#&!""#$""!$+,#&!""#$""!$-(*&!""#$""!$-(*&!""#$""!$-(*&!""#$""!$*(.&!""#$""!$*(.&!""#$""!$*(.&!""#$""!$/('&!""#$""!$/('&!""#$""!$/('&!""#$""!$#".&!""#$""!$#".&!""#$""!$#".&!""#$""!$.,'&!""#$""!$.,'&!""#$""!$.,'&!""#$""!$0,'&!""#$""!$0,'&!""#$""!$0,'&!""#$""!$'(#&!""#$""!$'(#&!""#$""!$'(#&!"##$%#&##'%(&)"*#+,'*'-#'!

42 !"#$""%#&!"#$""%#&'!"#$""%#()!"#$""%#*+!"#$""%#)!"#$""%#(!"#$""%#(,!"#$""%#,!"#$""%#(-!"#$""%#*.!"#$""%#*'!"#$""%#/!"##$%#&##'%(&)"*#+,'*'-#'!"

43 !"##$%#&##'%(&)"*#+,'*'-#'!!

44 !"##$%#&##'%(&)"*#+,'*'-#'!"

45 !"##$%#&##'%(&)"*#+,'*'-#'!"

46 !"##$%#&##'%(&)"*#+,'*'-#'!"

47 !"##$%#&##'%(&)"*#+,'*'-#'!"

48 !"##$%#&##'%(&)"*#+,'*'-#'!"

49 Hoor de wind waait door de bomen Door Helga Gehre Doelgroep Analfabete anderstaligen die reeds 180 uren Nederlands gevolgd hebben (alfa module 4). Doelstellingen Een cursist kan informatie geven door te reageren op herkenbare vragen (BE 059). Een cursist kan het globale onderwerp bepalen en de gedachtegang volgen in informatieve teksten zoals radio, tv, narratieve teksten (BE 064). een cursist kan uit mondelinge informatie eenvoudige, concrete gegevens selecteren (BE064). Materiaal het lied Hoor de wind waait door de bomen en de bijhorende ondersteuningsprent (deze kan je gratis downloaden op aflevering acht van de televisieserie Dag Sinterklaas rode en groene kaartjes foto s en prenten rond het thema sinterklaas 8 rijmkaartjes met daarop de woorden wind, vind, bomen, komen, wachten, nachten, snel, wel memory sinterklaas (zie bijlage) Lesduur Deze les duurt ongeveer één uur. Lesverloop 1. Situeren van het lied aan de hand van Dag Sinterklaas Kijk samen met de cursisten naar de aflevering van Dag Sinterklaas, waarin Bart Peeters op zoek gaar naar het mooiste sinterklaasliedje. Wie zie je? Welke liedjes hoor je? Ken je zelf Sinterklaasliedjes? Welk liedje vind jij mooi? Maak vervolgens een woordbloem op het bord rond sinterklaas. Breng verschillende foto s mee. Wanneer de cursisten het noemen, hang je de foto aan het bord. 2. Eerste luisterronde Kijk naar de woordbloem. vreemde eend: hoor de wind waait door de bomen 1

50 Heb je woorden gehoord die op het bord hangen? Schrijf de letter w op bord. Welke letter is dat? Ken je woorden met 'w'? Laat de cursisten eerst de woorden opsommen die ze kennen. Stel vervolgens een aantal vragen. Welk seizoen is het nu? (winter) Welke dag komt na dinsdag? Ik was mij met (water) Luister nog eens naar het lied. Welke woorden beginnen met w? 3. Tweede luisterronde Deel de kaartjes uit. Welke woorden rijmen? De kaartjes worden bij elkaar op het bord gehangen. Twee cursisten blijven aan het bord staan. Bij de volgende luisterronde moeten zij de kaartjes in de goede volgorde hangen. Deel de tekeningen uit en laat ze bij de juiste woorden hangen. Zo bouw je de tekst van het liedje langzaamaan op, wat de nodige ondersteuning biedt om het samen te zingen. 4. Zinnen maken Maak goede zinnen bij de inhoud van het lied. Zo hoor je ook of de cursisten de inhoud begrepen hebben. Laat het lied indien nodig nog eens horen. De cursisten krijgen het eerste woord telkens cadeau. Stel bij elke zin verdere vragen om de vraagwoorden in te oefenen. voorbeeld: de wind waait door de bomen Wat waait door de bomen? Wat doet de wind? Waar waait de wind? 5. Tegenstellingen Oefen de tegenstellingen lelijk mooi, goed slecht, donker licht, snel traag, wel niet. Elke cursist krijgt een rood en een groen kaartje. Zeg enkele zinnen. Komt de zin overeen met de inhoud van het lied, dan steken de cursisten een groene kaart in de lucht. Komt de zin niet overeen, dan steken ze een rode kaart op. voorbeeldzinnen: De wind waait niet door de bomen. De wind waait ook in huis. De Sint vindt het mooi weer. Hij rijdt door donkere nachten. Zijn paard is traag. De kinderen wachten niet. De sint komt wel. vreemde eend: hoor de wind waait door de bomen 2

51 6. Tegenstellingen aanvullen De cursisten vullen enkele zinnen aan. Gealfabetiseerde groepen doen dit schriftelijk, analfabete groepen mondeling. De Sint is niet jong maar. De baard van Sint is niet zwart maar. De zak is niet vol maar. Piet is niet wit maar. Het paard loopt in brede straten en in straten Er zijn grote Pieten en. Spanje is niet dichtbij maar. Het cadeau is niet groot maar. 7. Laatste luisterronde Deel de memorykaartjes uit (zie bijlage). Op elk kaartje staat een woord dat in het lied voorkomt. Elke cursist krijgt één of meerdere kaartjes. Laat het lied horen. Wanneer de cursist het woord hoort dat op zijn kaartje staat, steekt hij het omhoog. Vervolgens moeten de cursisten de tekeningen in de juiste volgorde aan bord hangen. Eerst proberen ze dit zonder het lied nog eens te horen. Daarna laat je het lied ter controle nog eens horen. Tot slot deel je per drie cursisten de kaartjes in tweevoud uit. De cursisten spelen memory. Ze zeggen het woord dat ze omdraaien luidop. vreemde eend: hoor de wind waait door de bomen 3

52 Bijlage: memorykaartjes vreemde eend: hoor de wind waait door de bomen 4

53 Lang zal hij leven Door Tania Polak Doelgroep Lagere alfamodules (richtgraad 1.1.) Doelstellingen Een cursist kan alle gegevens in een eenvoudige instructie (prescriptieve teksten) begrijpen (BE 058). Een cursist kan relevante gegevens selecteren uit informatieve teksten zoals tabellen (BE 062). Een cursist kan uit schriftelijke informatie eenvoudige, concrete gegevens noteren. Een cursist kan een korte informatieve tekst zoals een berichtje schrijven (BE 062). Een cursist kan een formulier en een document met betrekking tot personalia invullen (BE 061). Een cursist kan een eenvoudige instructie formuleren (BE 065). Een cursist begrijpt alle relevante gegevens in een eenvoudige instructie op beschrijvende wijze (BE 058). Een cursist kan het globale onderwerp bepalen in informatieve teksten (BE 056). Materiaal het lied Lang zal hij leven en de bijhorende ondersteuningsprent (deze kan je gratis downloaden op de tekst van het lied (zie bijlage) een cadeautje voor de jarige werkwoordkaartjes (zie bijlage) recept petit-beurre-taart (zie bijlage) Opmerking: deze les is natuurlijk het leukst wanneer er een jarige in de klas is. Lesverloop 1. Introductie Laat de prent zien. Wat zie je op de prent? Is het een feest? Waarom? Overloop alle woorden die uit de tekening afgeleid kunnen worden: het cadeautje, de ballon, plezier, versiering, feestje, jarig, snoep, lachen, enz. De docent schrijft de woorden eventueel op het bord. 2. Beluisteren van het liedje Laat het lied een aantal keer beluisteren. Vraag de cursisten welke woorden ze gehoord hebben. vreemde eend: lang zal hij leven 1

Onder moeders paraplu Door Helga Gehre

Onder moeders paraplu Door Helga Gehre Onder moeders paraplu Door Helga Gehre Doelgroep Niet-gealfabetiseerde cursisten vanaf module drie. Ook voor hogere modules en voor gealfabetiseerden is deze les geschikt. Doelstellingen Een cursist kan

Nadere informatie

Eerste sneeuw (Jan De Wilde) Door Tania Polak

Eerste sneeuw (Jan De Wilde) Door Tania Polak Eerste sneeuw (Jan De Wilde) Door Tania Polak Doelgroep Hogere modules 1.2. Mondelinge en schriftelijke modules die vooral beschrijvend werken (mod. 14, 15,16) of werken rond beleving en emoties (mod.11).

Nadere informatie

Leve de lente! (Rotraut Susanne Berner) Door Helga Gehre

Leve de lente! (Rotraut Susanne Berner) Door Helga Gehre Leve de lente! (Rotraut Susanne Berner) Door Helga Gehre Doelgroep Analfabete of gealfabetiseerde anderstaligen niveau 1.1. Deze les is gemaakt voor cursisten alfa mod. 4, maar is ook voor andere modules

Nadere informatie

Lang zal hij leven Door Tania Polak

Lang zal hij leven Door Tania Polak Lang zal hij leven Door Tania Polak Doelgroep Lagere alfamodules (richtgraad 1.1.) Doelstellingen Een cursist kan alle gegevens in een eenvoudige instructie (prescriptieve teksten) begrijpen (BE 058).

Nadere informatie

De boom staat op de berg Door Kim Wagemans

De boom staat op de berg Door Kim Wagemans De boom staat op de berg Door Kim Wagemans Doelgroep Deze lessuggesties zijn geschreven voor laaggeschoolde anderstaligen, richtgraad 1.1. (vanaf module 2). Werk bij voorkeur met kleine groepen (acht cursisten),

Nadere informatie

Het is herfst (Rotraut Susanne Berner) Door Helga Gehre

Het is herfst (Rotraut Susanne Berner) Door Helga Gehre Het is herfst (Rotraut Susanne Berner) Door Helga Gehre Doelgroep Analfabete of gealfabetiseerde anderstaligen niveau 1.1. Deze les is gemaakt voor cursisten alfa mod. 2., maar een aantal ideeën zijn ook

Nadere informatie

Lesleidraad. Beste docent

Lesleidraad. Beste docent 2 Lesleidraad Beste docent De zomer van Atlas komt eraan. Honderden anderstaligen kunnen zich de laatste week van juni inschrijven voor het zomeraanbod bij Atlas. We willen de cursisten de kans geven om

Nadere informatie

ALTIJD IS KORTJAKJE ZIEK Door Tania Polak

ALTIJD IS KORTJAKJE ZIEK Door Tania Polak ALTIJD IS KORTJAKJE ZIEK Door Tania Polak Doelgroep Laaggeschoolde cursisten: - analfabete cursisten in hogere modules - gealfabetiseerde cursisten in lagere modules Doelstellingen - De cursisten kunnen

Nadere informatie

KLEIN KLEIN KLEUTERTJE Door Tania Polak

KLEIN KLEIN KLEUTERTJE Door Tania Polak KLEIN KLEIN KLEUTERTJE Door Tania Polak Doelgroep Laaggeschoolde cursisten: - analfabete cursisten in hogere modules - gealfabetiseerde cursisten in lagere modules Doelstellingen - De cursisten kunnen

Nadere informatie

De zomer van Atlas 2018

De zomer van Atlas 2018 De zomer van Atlas 2018 Beste docent Naar jaarlijkse gewoonte organiseert Atlas leuke en leerrijke activiteiten tijdens de zomermaanden. Hieronder vind je belangrijke informatie. Vermeld je deze info zeker

Nadere informatie

Zonnige zomer (Rotraut Susanne Berner) Door Tania Polak

Zonnige zomer (Rotraut Susanne Berner) Door Tania Polak Zonnige zomer (Rotraut Susanne Berner) Door Tania Polak Doelgroep Analfabete of gealfabetiseerde anderstaligen niveau 1.1. Deze les is gemaakt voor cursisten alfa mod. 2., maar een aantal ideeën zijn ook

Nadere informatie

Pasen met peuters en kleuters. Jojo is weg

Pasen met peuters en kleuters. Jojo is weg Pasen met peuters en kleuters Beertje Jojo is weg Thema Maria is verdrietig, haar beste Vriend is er niet meer. Wat is Maria blij als ze Jezus weer ziet. Hij is opgestaan uit de dood! Wat heb je nodig?

Nadere informatie

ZEG ROODKAPJE, WAAR GA JIJ HENEN? Door Bie Valgaeren

ZEG ROODKAPJE, WAAR GA JIJ HENEN? Door Bie Valgaeren ZEG ROODKAPJE, WAAR GA JIJ HENEN? Door Bie Valgaeren Doelgroep Gealfabetiseerde cursisten NT2 die al een basisniveau Nederlands bereikt hebben (bijvoorbeeld einde Richtgraad 1.1) Doelstellingen Luistervaardigheid:

Nadere informatie

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1 MEMORY WOORDEN 1.1 TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1 ik jij hij zij wij jullie zij de baby het kind ja nee de naam TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 2 MEMORY WOORDEN 1.2 TaalCompleet A1 Memory Woorden

Nadere informatie

Driekoningen Door Kim Wagemans. Deze lessuggesties zijn geschreven voor laaggeschoolde anderstaligen, richtgraad 1.1. (vanaf module 2).

Driekoningen Door Kim Wagemans. Deze lessuggesties zijn geschreven voor laaggeschoolde anderstaligen, richtgraad 1.1. (vanaf module 2). Driekoningen Door Kim Wagemans Doelgroep Deze lessuggesties zijn geschreven voor laaggeschoolde anderstaligen, richtgraad 1.1. (vanaf module 2). Doelstellingen Een cursist kan relevante gegevens selecteren

Nadere informatie

SOCIALE VAARDIGHEDEN MET AFLATOUN

SOCIALE VAARDIGHEDEN MET AFLATOUN SOCIALE VAARDIGHEDEN MET AFLATOUN Dit thema is opgesplitst in drie delen; gevoelens, ruilen en familie. De kinderen gaan eerst aan de slag met gevoelens. Ze leren omgaan met de gevoelens van anderen. Daarna

Nadere informatie

Auditieve oefeningen over het weer

Auditieve oefeningen over het weer Auditieve oefeningen over het weer Boek van de week: 1; Boris en de paraplu 2; Het weer 3; 4; Auditieve synthese (Henk Hak en Piet Plak) Lettergrepen samenvoegen tot een woord Letters samenvoegen tot een

Nadere informatie

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S 2 Ik en autisme In het vorige hoofdstuk is verteld over sterke kanten die mensen met autisme vaak hebben. In dit hoofdstuk vertellen we over autisme in het algemeen. We beginnen met een stelling. In de

Nadere informatie

Soms ben ik eens boos, en soms wel eens verdrietig, af en toe eens bang, en heel vaak ook wel blij.

Soms ben ik eens boos, en soms wel eens verdrietig, af en toe eens bang, en heel vaak ook wel blij. Lied: Ik ben ik (bij thema 1: ik ben mezelf) (nr. 1 en 2 op de CD) : Weet ik wie ik ben? Ja, ik weet wie ik ben. Weet ik wie ik ben? Ja, ik weet wie ik ben. Ik heb een mooie naam, van achter en vooraan.

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 3 Kinderen

Spreekopdrachten thema 3 Kinderen Spreekopdrachten thema 3 Kinderen Opdracht 1 bij 3.2 Jullie zijn bij het consultatiebureau. Cursist A: je bent arts bij het consultatiebureau. Cursist B: je bent met je baby van twee maanden bij het consultatiebureau.

Nadere informatie

Soms is er thuis ruzie Dan is mama boos en roept soms omdat ik mijn speelgoed niet opruim Maar ik heb daar helemaal niet mee gespeeld Dat was Bram,

Soms is er thuis ruzie Dan is mama boos en roept soms omdat ik mijn speelgoed niet opruim Maar ik heb daar helemaal niet mee gespeeld Dat was Bram, Soms is er thuis ruzie Dan is mama boos en roept soms omdat ik mijn speelgoed niet opruim Maar ik heb daar helemaal niet mee gespeeld Dat was Bram, mijn kleine broer Dat is niet van mij mama Dan zegt ze

Nadere informatie

OPA EN OMA DE OMA VAN OMA

OPA EN OMA DE OMA VAN OMA Hotel Hallo - Thema 4 Hallo opdrachten OPA EN OMA 1. Knip de strip. Strip Knip de strip los langs de stippellijntjes. Leg de stukken omgekeerd en door elkaar heen op tafel. Draai de stukken weer om en

Nadere informatie

Een meneer heeft veel ballonnen. Hij roept: Kinderen, kom erbij! Mijn ballonnen die zijn gratis. Wie wil een ballon van mij?

Een meneer heeft veel ballonnen. Hij roept: Kinderen, kom erbij! Mijn ballonnen die zijn gratis. Wie wil een ballon van mij? Een meneer heeft veel ballonnen. Hij roept: Kinderen, kom erbij! Mijn ballonnen die zijn gratis. Wie wil een ballon van mij? Wat een mooie luchtballonnen! Geel, oranje, groen en blauw. Kies maar uit Daan,

Nadere informatie

Je eigen nieuwjaarsbrief

Je eigen nieuwjaarsbrief Je eigen nieuwjaarsbrief Doelgroep Eerste, tweede, derde graad Aard van de activiteit De leerlingen schrijven zelf een nieuwjaarsbrief voor hun ouders. Vooraf Verzamel allerhande nieuwjaarsbrieven: tekstjes

Nadere informatie

Handleiding. UNICEF Handleiding lessuggestie Gedicht groep 7-8. Gedicht

Handleiding. UNICEF Handleiding lessuggestie Gedicht groep 7-8. Gedicht UNICEF Handleiding lessuggestie Gedicht groep 7-8 Handleiding Gedicht In het Kinderrechtenverdrag van de Verenigde Naties zijn de rechten voor het kind opgenomen. U maakt deze rechten concreet en zichtbaar,

Nadere informatie

Tom zingt taal. Oefenmateriaal. Tom Clement. Tom Clement

Tom zingt taal. Oefenmateriaal. Tom Clement. Tom Clement Tom zingt taal Oefenmateriaal Beste leerkracht Je gaat naar de voorstelling Tom zingt taal kijken. Als smaakmaker geeft Tom 3 liedjes prijs die je op voorhand in de klas kan beluisteren. In deze bijlage

Nadere informatie

Gedichten werkboekje. Naam: Groep:

Gedichten werkboekje. Naam: Groep: Gedichten werkboekje Naam: Groep: Gedichten lezen 1. Wat valt je als eerste op bij dit gedicht? Bang Bang, dat ik het nooit vergeten zal. Ik zal het nooit vergeten. Ik zag hem daar voor het laatst in de

Nadere informatie

1. Joris. Voor haar huis remt Roos. Ik ben er. De gordijnen beneden zijn weer dicht.

1. Joris. Voor haar huis remt Roos. Ik ben er. De gordijnen beneden zijn weer dicht. 1. Joris Hé Roos, fiets eens niet zo hard. Roos schrikt op en kijkt naast zich. Recht in het vrolijke gezicht van Joris. Joris zit in haar klas. Ben je voor mij op de vlucht?, vraagt hij. Wat een onzin.

Nadere informatie

Opstartles 10. EXTRA Oefenen met woorden bij de lessen

Opstartles 10. EXTRA Oefenen met woorden bij de lessen www.edusom.nl Opstartles 10. EXTRA Oefenen met woorden bij de lessen Het is belangrijk om veel woorden te leren. In deze extra les vindt u extra woorden bij de Opstartlessen 1 t/m 5. Kijk ook eens naar

Nadere informatie

Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 3 Het weer

Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 3 Het weer Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 3 Het weer 1 Woorden 1 de bliksem 2 de donder 3 de jas 4 de muts 5 het onweer 6 de paraplu 7 de plas 8 de regen 9 de regenboog 1 10 de sjaal 11 de sneeuw 12 de sneeuwbal

Nadere informatie

Picknick met taart (Thé Tjong-Khing) Door Kim Wagemans

Picknick met taart (Thé Tjong-Khing) Door Kim Wagemans Picknick met taart (Thé Tjong-Khing) Door Kim Wagemans Doelgroep Deze lessuggesties zijn geschreven voor laaggeschoolde anderstaligen, richtgraad 1.1. (vanaf module 2). Doelstellingen Een cursist begrijpt

Nadere informatie

LEERKRACHTGEDEELTE ACTIVITEIT: SMOORVERLIEFD: HOE ZEG IK HET MET EEN LIED?

LEERKRACHTGEDEELTE ACTIVITEIT: SMOORVERLIEFD: HOE ZEG IK HET MET EEN LIED? LEERKRACHTGEDEELTE ACTIVITEIT: SMOORVERLIEFD: HOE ZEG IK HET MET EEN LIED? Omschrijving De leerlingen zoeken uit hoe een eenvoudig liefdesliedje in elkaar zit en focussen daarbij op het spel met begin-,

Nadere informatie

Dino en het ei. Duur activiteit: 30 minuten Lesdoelen: De kleuters: kunnen een prent linken aan een tekst; kunnen het verhaal navertellen.

Dino en het ei. Duur activiteit: 30 minuten Lesdoelen: De kleuters: kunnen een prent linken aan een tekst; kunnen het verhaal navertellen. Dino en het ei Bibliografie: Demyttenaere, B. (2004). Dino en het ei. Antwerpen: Standaard. Thema: niet alles is steeds wat het lijkt, illusies Korte inhoud: Elke nacht staat er een groot wit ei tussen

Nadere informatie

Korte cursus sinterklaasgedichten schrijven

Korte cursus sinterklaasgedichten schrijven Taal actief 3 Handleiding groep 6 en 7 Korte cursus sinterklaasgedichten schrijven Dit is een extra activiteit die past binnen het thema sinterklaas. Tijdsduur 45 minuten Tip: De kinderen die moeite hebben

Nadere informatie

Introductie: Brom en Bram

Introductie: Brom en Bram ! Activiteit 43 Brom, Bram en Brim Ontwikkelingsaspecten De kleuters doen ervaringen op met het onderscheiden van klanken (auditieve discriminatie). Materiaal kopies van de tekeningen van Brom en Bram

Nadere informatie

LEERKRACHTGEDEELTE ACTIVITEIT: ZEG HET MET EEN T- SHIRT

LEERKRACHTGEDEELTE ACTIVITEIT: ZEG HET MET EEN T- SHIRT LEERKRACHTGEDEELTE ACTIVITEIT: ZEG HET MET EEN T- SHIRT Omschrijving van de activiteit De leerlingen bedrukken een T-shirt met een eigen tekst op basis van instructies. Fase Overgang fase alfabetisering

Nadere informatie

Brood, tafel, maaltijd houden

Brood, tafel, maaltijd houden Brood, tafel, maaltijd houden Route 1: Aan tafel Kaart lezen Is brood de moeite waard? Ons broodje is gebakken Elke prent heeft een cijfer. Welke tekst hoort erbij? Geef die hetzelfde cijfer. Nog een beetje

Nadere informatie

LESBRIEF. Karel is jarig. Samenvatting: De begrippen zijn: Wij maken kinderdromen waar www.clavisbooks.com

LESBRIEF. Karel is jarig. Samenvatting: De begrippen zijn: Wij maken kinderdromen waar www.clavisbooks.com Samenvatting: Bij dit boek zijn een aantal downloads beschikbaar. Liesbet Slegers heeft deze speciaal getekend als aanvullend educatief materiaal. Het doel van de download ballon is verhaalbegrip en woordenschat

Nadere informatie

LESBRIEF. Karel is jarig. Samenvatting: De begrippen zijn: Wij maken kinderdromen waar www.clavisbooks.com

LESBRIEF. Karel is jarig. Samenvatting: De begrippen zijn: Wij maken kinderdromen waar www.clavisbooks.com Samenvatting: Bij dit boek zijn een aantal downloads beschikbaar. Liesbet Slegers heeft deze speciaal getekend als aanvullend educatief materiaal. Het doel van de download ballon is verhaalbegrip en woordenschat

Nadere informatie

Jezus vertelt, dat God onze Vader is

Jezus vertelt, dat God onze Vader is Eerste Communieproject 26 Jezus vertelt, dat God onze Vader is Jezus als leraar In les 4 hebben we gezien dat Jezus wordt geboren. De engelen zeggen: Hij is de Redder van de wereld. Maar nu is Jezus groot.

Nadere informatie

Eenzaam. De les. Inhoud. Doel. Materiaal. Belangrijk. les

Eenzaam. De les. Inhoud. Doel. Materiaal. Belangrijk. les 8 Inhoud 1 Eenzaam De Soms ben je alleen en vind je dat fijn. Als alleen zijn niet prettig aanvoelt, als je niet in je eentje wilt zijn, dan voel je je eenzaam. In deze leren de leerlingen het verschil

Nadere informatie

Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten

Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten www.edusom.nl Opstartlessen Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten Wat leert u in deze les? Een gesprek voeren over familie, vrienden en buurtgenoten. Antwoord geven op vragen. Veel succes! Deze les

Nadere informatie

Liefde, voor iedereen gelijk?

Liefde, voor iedereen gelijk? Seksuele diversiteit graad 2 Lesvoorbereiding Liefde, voor iedereen gelijk? Bij lesmateriaal, bij deze les op de site, vind je het nodige lesmateriaal voor deze les: Print de verhalen 'Het geheim van Mirjam'

Nadere informatie

SCHIPPER, MAG IK OVERVAREN? Door Kim Wagemans

SCHIPPER, MAG IK OVERVAREN? Door Kim Wagemans SCHIPPER, MAG IK OVERVAREN? Door Kim Wagemans Doelgroep RG 1.1: niet- of zwakgealfabetiseerde NT2 cursisten. Het functionele deel van deze lesvoorbereiding kan je behouden voor de hogere groepen (vanaf

Nadere informatie

muziek en tekst: Marco Lenaerts

muziek en tekst: Marco Lenaerts DE LIEDJESTEKSTEN VAN 'RADIO SINTERKLAAS' EEN CD VAN THEATER RAT muziek en tekst: Marco Lenaerts PIETENSCHOOL Wil je een toffe job? Geef het zoeken maar niet op. Wil je werken voor de Sint? Was dat je

Nadere informatie

Inleiding 8 DEEL Les 1 - ik ben, jij bent 14 A1 - Ik kan het werkwoord zijn goed gebruiken. Ik kan vertellen wie ik ben en waar ik ben.

Inleiding 8 DEEL Les 1 - ik ben, jij bent 14 A1 - Ik kan het werkwoord zijn goed gebruiken. Ik kan vertellen wie ik ben en waar ik ben. INHOUD Inleiding 8 DEEL 1 13 Les 1 - ik ben, jij bent 14 A1 - Ik kan het werkwoord zijn goed gebruiken. Ik kan vertellen wie ik ben en waar ik ben. Les 2 - Wie is het? 19 A1 - Ik kan de persoonsnamen gebruiken.

Nadere informatie

Handleiding basiswoordenschat.

Handleiding basiswoordenschat. basiswoordenschat. Inleiding. In de basismodule wordt een basis van ongeveer 80 woorden gelegd. Deze woorden worden aangeboden om de woordenschat, maar ook om de communicatieve vaardigheden van de cursist

Nadere informatie

Regen. ( 20 oktober 14 november)

Regen. ( 20 oktober 14 november) Regen ( 20 oktober 14 november) In Nederland regent het vaak. Kinderen komen dus van jongs af aan in aanraking met regen. In het thema leren de kinderen allerlei begrippen die met regen te maken hebben.

Nadere informatie

Lesdoelen: Werkvormen: Benodigdheden: Prentenboeken: Les 10: Hoe zeg ik nee. Lesoverzicht. Basis

Lesdoelen: Werkvormen: Benodigdheden: Prentenboeken: Les 10: Hoe zeg ik nee. Lesoverzicht. Basis Les 10: Hoe zeg ik nee Lesoverzicht Lesdoelen: Kinderen weten het verschil tussen prettige en onprettige situaties en kunnen deze herkennen. Kinderen weten dat ze onprettige aanrakingen mogen weigeren.

Nadere informatie

2. Auditieve Sinthese: A: Lettergrepen samenvoegen tot een woord. B: Letters samenvoegen tot een woord.

2. Auditieve Sinthese: A: Lettergrepen samenvoegen tot een woord. B: Letters samenvoegen tot een woord. Auditieve taaloefeningen bij het onderwerp: Max en de toverstenen. 1. Auditieve Analyse: A: Eén en twee lettergrepen. B: Drie of meer lettergrepen. 2. Auditieve Sinthese: A: Lettergrepen samenvoegen tot

Nadere informatie

NAAM ORGANISATIE: KDV DE KNUFFEL ACTIVITEIT:

NAAM ORGANISATIE: KDV DE KNUFFEL ACTIVITEIT: ADRES: Kinderopvang Knuffel Machteld Versweyveld Columbiastraat 231 2030 Antwerpen NAAM ORGANISATIE: KDV DE KNUFFEL CONTACTGEGEVENS: 035413154 KDV.knuffel@stad.antwerpen.be ACTIVITEIT: TREFWOORDEN: VOORTDUREND

Nadere informatie

Melkweg. Naar de speelzaal. Lezen van Alfa B naar Alfa C. Taal en ouders: Peuters. Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn Stockmann

Melkweg. Naar de speelzaal. Lezen van Alfa B naar Alfa C. Taal en ouders: Peuters. Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn Stockmann Melkweg Lezen van Alfa B naar Alfa C Naar de speelzaal Taal en ouders: Peuters Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn Stockmann Colofon Melkweg: Naar de speelzaal, 0 Dit boekje is een uitgave van Stichting

Nadere informatie

Lesbrief bij de voorstelling Tik Tak Slaap

Lesbrief bij de voorstelling Tik Tak Slaap Lesbrief bij de voorstelling Tik Tak Slaap Babette Groenewege Feikes Huis Introductie Binnenkort gaat u met uw klas naar de voorstelling Tik Tak Slaap: een voorstelling over Pop die niet kan slapen en

Nadere informatie

Lesbrief. Voetstappen Kader Abdolah

Lesbrief. Voetstappen Kader Abdolah Lesbrief Voetstappen Kader Abdolah Doe meer met Leeslicht! Bij een aantal boeken in de serie Leeslicht kunt u een gratis lesbrief downloaden van www.eenvoudigcommuniceren.nl. In deze lesbrief staan vragen,

Nadere informatie

Juf Sabine en juf Maaike

Juf Sabine en juf Maaike Je moet daar heel wat voor kunnen: - Je moet goed kunnen lezen - En ook goed begrijpen wat je leest - Je moet goed kunnen opzoeken - En goed kunnen kiezen wat je wel en niet nodig hebt. - Je moet je verhaal

Nadere informatie

IK BEN EEN MUZIKANTJE Door Kim Wagemans

IK BEN EEN MUZIKANTJE Door Kim Wagemans IK BEN EEN MUZIKANTJE Door Kim Wagemans Doelgroep RG 1.1: niet- of zwakgealfabetiseerde NT2-cursisten. Doelstellingen - Luisteren: de cursist kan informatie halen uit een mededeling - Voorbereidend lezen

Nadere informatie

Lessuggestie Heimwee. Gedichtenbundel Warboel: Pagina

Lessuggestie Heimwee. Gedichtenbundel Warboel: Pagina Lessuggestie Heimwee Voor het lezen 10 minuten De leerkracht laat de kinderen in een kring zitten. Ook pakken de kinderen hun meegebrachte voorwerp erbij. De leerkracht begint een gesprek met de kinderen

Nadere informatie

Alles onder de knie? 1 Herhalen. Intro. Met de docent. 1 Werk samen. Lees het begin van de gesprekjes. Maak samen de gesprekjes af.

Alles onder de knie? 1 Herhalen. Intro. Met de docent. 1 Werk samen. Lees het begin van de gesprekjes. Maak samen de gesprekjes af. Intro Met de docent Wat ga je doen in dit hoofdstuk? 1 Herhalen: je gaat herhalen wat je hebt geleerd in hoofdstuk 7, 8 en 9. 2 Toepassen: je gaat wat je hebt geleerd gebruiken in een situatie over werk.

Nadere informatie

Thema Op het werk. Lesbrief 16. Herhaling thema.

Thema Op het werk. Lesbrief 16. Herhaling thema. http://www.edusom.nl Thema Op het werk Lesbrief 16. Herhaling thema. Wat leert u in deze les? De woorden van les 12, 13, 14 en 15. Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente Den Haag

Nadere informatie

OPZOEKEN IN HET WOORDENBOEK (1)

OPZOEKEN IN HET WOORDENBOEK (1) OPZOEKEN IN HET WOORDENBOEK (1) In de les leer je vaak nieuwe woorden. Je docent kan je helpen, maar je kan nieuwe woorden ook in het woordenboek opzoeken. Wat moet je doen? 1. Neem een woordenboek en

Nadere informatie

Lesbrief. Blauw water Simone van der Vlugt

Lesbrief. Blauw water Simone van der Vlugt Lesbrief Blauw water Simone van der Vlugt Doe meer met Leeslicht! Bij een aantal boeken in de serie Leeslicht kunt u een gratis lesbrief downloaden van www.eenvoudigcommuniceren.nl. In deze lesbrief staan

Nadere informatie

Instructie 1. Heb jij je voelsprieten uitstaan? De relatie met je cliënt

Instructie 1. Heb jij je voelsprieten uitstaan? De relatie met je cliënt Instructie 1 De relatie met je cliënt Heb jij je voelsprieten uitstaan? Met behulp van dit werkblad onderzoek je of je je voelsprieten hebt uitstaan naar de cliënt. Kies een cliënt en vul met die cliënt

Nadere informatie

Luisteren en samenvatten

Luisteren en samenvatten Luisteren en samenvatten Goede communicatie, het voeren van een goed gesprek valt of staat met luisteren. Vaak denk je: Dat doe ik van nature. Maar schijn bedriegt: luisteren is meer dan horen. Vaak luister

Nadere informatie

Navorming rond poëzie Sandrine Lambert

Navorming rond poëzie Sandrine Lambert Navorming rond poëzie Sandrine Lambert Dit document bevat een reeks praktische oefeningen om poëzie te maken met een groep en zo te streven naar een individueel resultaat. OEFENING Gebruik steeds een heel

Nadere informatie

Verhaal: Jozef en Maria

Verhaal: Jozef en Maria Verhaal: Jozef en Maria Er was eens een vrouw, Maria. Maria was een heel gewone jonge vrouw, net zo gewoon als jij en ik. Toch had God haar uitgekozen om iets heel belangrijks te doen. Iets wat de hele

Nadere informatie

Kies 4 kinderen uit en zing de zeppelin. Rijd als een auto door de klas en geef iedereen een autodropje

Kies 4 kinderen uit en zing de zeppelin. Rijd als een auto door de klas en geef iedereen een autodropje Kies 4 kinderen uit en zing de zeppelin. Rijd als een auto door de klas en geef iedereen een autodropje Rijd als een auto achteruit door de klas en geef iedereen een autodropje Zing het liedje gaan we

Nadere informatie

Auteur: Mirjam Wind, docent en coördinator NT2, Educatie Video s: Gabe Dijkstra en Rick Biemolt, studenten Alfa-college, MultiMedia en Design

Auteur: Mirjam Wind, docent en coördinator NT2, Educatie Video s: Gabe Dijkstra en Rick Biemolt, studenten Alfa-college, MultiMedia en Design Woord voor Woord is een programma mondelinge vaardigheden NT2 voor analfabete beginners. Het omvat 12 lessen. De ontwikkeling van het programma en de daarbij behorende video s is mogelijk gemaakt door

Nadere informatie

Tuin van Heden 3 en 4 Werken met kunst in de paasperiode. Kernles 1: Kunstenaar, wat vertel je mij?

Tuin van Heden 3 en 4 Werken met kunst in de paasperiode. Kernles 1: Kunstenaar, wat vertel je mij? Tuin van Heden 3 en 4 Werken met kunst in de paasperiode Opmerking vooraf: Voor de uitwerking van deze lessen hebben we doelen gehaald uit verschillende thema s van de betreffende graad. Na elk doel verwijzen

Nadere informatie

weer: regen, wind, onweer en zon ander soort kleding aantrekt dat je het niet koud krijgt weer vaker voorkomen in bepaalde seizoenen

weer: regen, wind, onweer en zon ander soort kleding aantrekt dat je het niet koud krijgt weer vaker voorkomen in bepaalde seizoenen Seizoenen GROEP 1-2 11 75 minuten 1, 43, 51, 54 en 55 De leerling: weer: regen, wind, onweer en zon ander soort kleding aantrekt dat je het niet koud krijgt weer vaker voorkomen in bepaalde seizoenen kleding

Nadere informatie

Lesbrief Waar de Wind Woont

Lesbrief Waar de Wind Woont Lesbrief Waar de Wind Woont Deze lesbrief bevat 4 opdrachten. Opdracht 1 is een nagesprek. In opdracht 2 maakt de docent met de kinderen een klank-koor. Hiermee gaan ze in opdracht 3 verder en gebruiken

Nadere informatie

Tuin van Heden.nu 1 Mag ik zijn wie ik ben? Van In 5

Tuin van Heden.nu 1 Mag ik zijn wie ik ben? Van In 5 Tuin van Heden.nu 1 Mag ik zijn wie ik ben? Van In 5 5 Tuin van Heden.nu 1 Mag ik zijn wie ik ben? Van In 6 Zacheüs (1) Het is erg druk in de stad vandaag. Iedereen loopt op straat. Zacheüs wurmt zich

Nadere informatie

Luisteren: muziek (A2 nr. 7)

Luisteren: muziek (A2 nr. 7) OPDRACHTEN LUISTEREN: MUZIEK www.nt2taalmenu.nl nt2taalmenu is een website voor mensen die Nederlands willen leren én voor docenten NT2. Iedereen die Nederlands wil leren, kan gratis online oefenen. Kijk

Nadere informatie

Wat ga je doen? Wat zet je klaar? Wie doet er mee en waar? Hoe zit het in elkaar?

Wat ga je doen? Wat zet je klaar? Wie doet er mee en waar? Hoe zit het in elkaar? 2 vogel Piet Wat ga je doen? Wat zet je klaar? Wie doet er mee en waar? De peuters luisteren en spelen met het prentenboek Vogel Piet. Het verhaal gaat over vogel Piet, een vogeltje zonder veren. het prentenboek

Nadere informatie

Veertien leesteksten. Leesvaardigheid A1. Te gebruiken bij : Basisexamen Inburgering Studieboek. Ad Appel

Veertien leesteksten. Leesvaardigheid A1. Te gebruiken bij : Basisexamen Inburgering Studieboek. Ad Appel Veertien leesteksten Leesvaardigheid A1 Te gebruiken bij : Basisexamen Inburgering Studieboek Ad Appel Uitgave: Appel, Aerdenhout 2011-2016 Verkoopprijs: 1,95 Ad Appel Te bestellen via www.adappelshop.nl

Nadere informatie

Auditieve oefeningen bij het thema:

Auditieve oefeningen bij het thema: Auditieve oefeningen bij het thema: Boek van de week: 1; Olifant en de tijdmachine 2; Kikker en het Nieuwjaar 3; Tijd 4; Vriendjes vandaag en morgen Verhaalbegrip: Bij elk boek stel ik de volgende vragen:

Nadere informatie

1. Nooit in orde! Wat moeten wij met u nu aanvangen? Wat moeten wij met u nu doen? Gade gij nu nooit eens luisteren? Ge zijt echt niet te doen!

1. Nooit in orde! Wat moeten wij met u nu aanvangen? Wat moeten wij met u nu doen? Gade gij nu nooit eens luisteren? Ge zijt echt niet te doen! 1. Nooit in orde! Wat moeten wij met u nu aanvangen? Wat moeten wij met u nu doen? Gade gij nu nooit eens luisteren? Ge zijt echt niet te doen! Ge zijt nooit in orde! Ge zijt altijd te laat! Ge zijt nooit

Nadere informatie

O, antwoordde ik. Verder zei ik niets. Ik ging vlug de keuken weer uit en zonder eten naar school.

O, antwoordde ik. Verder zei ik niets. Ik ging vlug de keuken weer uit en zonder eten naar school. Voorwoord Susan schrijft elke dag in haar dagboek. Dat dagboek is geen echt boek. En ook geen schrift. Susans dagboek zit in haar tablet, een tablet van school. In een map die Moeilijke Vragen heet. Susan

Nadere informatie

Sneeuwman kan. Luk Depondt Guido Van Genechten GEGEVENS BOEK: KORTE INHOUD: ISBN 978 90 5924 404 7 15,95. Uitgeverij: Bakermat

Sneeuwman kan. Luk Depondt Guido Van Genechten GEGEVENS BOEK: KORTE INHOUD: ISBN 978 90 5924 404 7 15,95. Uitgeverij: Bakermat Sneeuwman kan... Luk Depondt Guido Van Genechten GEGEVENS BOEK: ISBN 978 90 5924 404 7 15,95 Uitgeverij: Bakermat Suggesties: Emy Geyskens KORTE INHOUD: Sneeuwman kan glijden op het ijs en op sneeuw, brullen

Nadere informatie

Wardje Wasbeer: Daar zijn echte vrienden voor!

Wardje Wasbeer: Daar zijn echte vrienden voor! Wardje Wasbeer: Daar zijn echte vrienden voor! Julia Boehme Stefanie Dahle GEGEVENS BOEK: ISBN 978 90 5924 432 0 13,99 Uitgeverij Bakermat Suggesties: Emy Geyskens Vanaf 3 jaar Ook verschenen: Wardje Wasbeer

Nadere informatie

SELECTIE VAN TEKSTEN, INCLUSIEF DE OORSPRONKELIJKE TEKST

SELECTIE VAN TEKSTEN, INCLUSIEF DE OORSPRONKELIJKE TEKST SELECTIE VAN TEKSTEN, INCLUSIEF DE OORSPRONKELIJKE TEKST NU: OUD: Sinterklaasje, kom maar binnen Sinterklaasje, kom maar binnen met je Piet, want we zingen allemaal blij een lied. Misschien heeft u wel

Nadere informatie

Les 1 Voorspellen Leestekst: De nieuwe computer. Introductiefase: 2. Vraag: "Kan iemand mij vertellen wat voorspellen betekent?"

Les 1 Voorspellen Leestekst: De nieuwe computer. Introductiefase: 2. Vraag: Kan iemand mij vertellen wat voorspellen betekent? Les 1 Voorspellen Leestekst: De nieuwe computer "Welkom:..." Introductiefase: 1. "We gaan vandaag proberen te voorspellen." 2. Vraag: "Kan iemand mij vertellen wat voorspellen betekent?" 3. Discussie:...

Nadere informatie

KOPIEERBLADEN. THEMA 5: Ik wil ridder worden! Plantyn - TotemTaal - Thema 5: ik wil ridder worden!

KOPIEERBLADEN. THEMA 5: Ik wil ridder worden! Plantyn - TotemTaal - Thema 5: ik wil ridder worden! KOPIEERBLADEN THEMA 5: Ik wil ridder worden! 97 97 Wat moet je doen om ridder te worden? Vind je dit goed? Moet er nog iets bij? Als je de opdrachten hier goed uitvoert, krijg je een ridderdiploma. Page

Nadere informatie

U leert in deze les "toestemming vragen". Toestemming vragen is vragen of u iets mag doen.

U leert in deze les toestemming vragen. Toestemming vragen is vragen of u iets mag doen. TOESTEMMING VRAGEN les 1 spreken inleiding en doel U leert in deze les "toestemming vragen". Toestemming vragen is vragen of u iets mag doen. Bij toestemming vragen is het belangrijk dat je het op een

Nadere informatie

2009-2010 Nummer 5. henkensonja@hotmail.com) tienkeveenstra@hotmail.com

2009-2010 Nummer 5. henkensonja@hotmail.com) tienkeveenstra@hotmail.com 2009-2010 Nummer 5 Juf Lassche 292787/ juf Veenstra 038 4600725 henkensonja@hotmail.com) tienkeveenstra@hotmail.com Bijbelverhalen en liedjes week 47 en 48: Maandag: klein klein kindje Dinsdag: Mozes wordt

Nadere informatie

Geelzucht. Toen pakte een vrouw mijn arm. Ze nam me mee naar de binnenplaats van het huis. Naast de deur van de binnenplaats was een kraan.

Geelzucht. Toen pakte een vrouw mijn arm. Ze nam me mee naar de binnenplaats van het huis. Naast de deur van de binnenplaats was een kraan. Geelzucht Toen ik 15 was, kreeg ik geelzucht. De ziekte begon in de herfst en duurde tot het voorjaar. Ik voelde me eerst steeds ellendiger worden. Maar in januari ging het beter. Mijn moeder zette een

Nadere informatie

Luisteren: muziek (A1 nr. 7)

Luisteren: muziek (A1 nr. 7) OPDRACHTEN LUISTEREN: MUZIEK www.nt2taalmenu.nl nt2taalmenu is een website voor mensen die Nederlands willen leren én voor docenten NT2. Iedereen die Nederlands wil leren, kan gratis online oefenen. U

Nadere informatie

Mijn naam is:! Mijn Pietennaam is:

Mijn naam is:! Mijn Pietennaam is: Mijn naam is: Mijn Pietennaam is: Dit boekje is gemaakt door Bas Wesseling, leerkracht op RKBS Klippeholm en docent aan PABO INHolland, i.s.m Bazar Media. Inhoudsopgave Vak Onderwerp Bladzijde Rekenen

Nadere informatie

Luisteren: muziek (B1 nr. 1)

Luisteren: muziek (B1 nr. 1) OPDRACHTEN LUISTEREN: MUZIEK www.nt2taalmenu.nl nt2taalmenu is een website voor mensen die Nederlands willen leren én voor docenten NT2. Iedereen die Nederlands wil leren, kan gratis online oefenen. U

Nadere informatie

Op de vlucht. Lesprogramma. Voor kinderen van 8-12 jaar. Logo Share tech mono. Pay off Exo 2.0 Regular

Op de vlucht. Lesprogramma. Voor kinderen van 8-12 jaar. Logo Share tech mono. Pay off Exo 2.0 Regular Lesprogramma Voor kinderen van 8-12 jaar Op de vlucht Stichting Gave Marie Curiestraat 35, 3846 BW Harderwijk 0341 460328 servicedesk@gave.nl www.gave.nl Beste kinderwerker, Het dode jongetje op het strand.

Nadere informatie

TITEL ACTIVITEIT + beschrijving: filosofisch gesprek over geloven.

TITEL ACTIVITEIT + beschrijving: filosofisch gesprek over geloven. TITEL ACTIVITEIT + beschrijving: filosofisch gesprek over geloven. Beginsituatie: De lln doen als inleiding op het project rond geloven en de kerkwandeling, een filosofisch gesprek. Er komen verschillende

Nadere informatie

Luisteren: muziek (B1 nr. 4)

Luisteren: muziek (B1 nr. 4) OPDRACHTEN LUISTEREN: MUZIEK www.nt2taalmenu.nl nt2taalmenu is een website voor mensen die Nederlands willen leren én voor docenten NT2. Iedereen die Nederlands wil leren, kan gratis online oefenen. Kijk

Nadere informatie

Licht en donker bijna kerstmis

Licht en donker bijna kerstmis Licht en donker bijna kerstmis 1 Jaar/groep: OV1 Project: : advent en kerstmis : licht en donker Geplande timing (wanneer, hoelang) 4 weken Gerealiseerde timing (wanneer, hoelang) Blikopener: Licht toelaten,

Nadere informatie

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken - 2 - Weer huiswerk? Nee, deze keer geen huiswerk, maar een boekje óver huiswerk! Wij (de meesters en juffrouws) horen jullie wel eens mopperen als je huiswerk opkrijgt.

Nadere informatie

DOOR KIRSTEN DE MAESSCHALK MAITHÉ DILLE KATIA WOLFF

DOOR KIRSTEN DE MAESSCHALK MAITHÉ DILLE KATIA WOLFF VOOR RG 1.2 DOOR KIRSTEN DE MAESSCHALK MAITHÉ DILLE KATIA WOLFF INHOUD Woordje van het Huis van het Nederlands en het Red Star Line Museum Doelgroep Algemene doelstelling Lespakket LESBLOK 1 IN DE KLAS

Nadere informatie

Bijeenkomst over geloofsopvoeding Moeilijke kindervragen

Bijeenkomst over geloofsopvoeding Moeilijke kindervragen DOELSTELLINGEN De ouders hebben ervaren dat hun kind niet het enige is dat moeilijke vragen stelt en dat zij elkaar kunnen ondersteunen in de omgang hiermee. De ouders kunnen met hun kind in gesprek gaan

Nadere informatie

Zin in schrijven! Workshop vrij en creatief schrijven voor jonge anderstaligen door Fros van der Maden - auteur Op Schrift -

Zin in schrijven! Workshop vrij en creatief schrijven voor jonge anderstaligen door Fros van der Maden - auteur Op Schrift - Zin in schrijven! Workshop vrij en creatief schrijven voor jonge anderstaligen door Fros van der Maden - auteur Op Schrift - I Oefenen met observeren 1. Het woordenschilderij A Kijk 60 seconden heel goed

Nadere informatie

Adam en Eva eten van de boom

Adam en Eva eten van de boom Adam en Eva eten van de boom God maakt een prachtig paradijs. Hij zegt: Het is heel goed. Maar God heeft ook een vijand, En weet jij wel wat hij doet? Het mooie wat God heeft gemaakt, maakt hij juist graag

Nadere informatie

de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop.

de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop. Woordenlijst bij hoofdstuk 4 de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop. alleen zonder andere mensen Hij is niet getrouwd. Hij woont helemaal a, zonder familie.

Nadere informatie

3.5. Vertellenderwijze, niet moraliseren! 3.5.1. Verkenning van het verhaal " #

3.5. Vertellenderwijze, niet moraliseren! 3.5.1. Verkenning van het verhaal  # 3.5. Vertellenderwijze, niet moraliseren 1 3.5.1. Verkenning van het verhaal "# $$ %& " # 1 H. BERGHMANS & G. EVRARD, Bijbelverhalen in beeld, het leven van Jezus, Altoria Averbode, 1999. ' 3.5.2. Uitdieping

Nadere informatie