ONDERWIJSRAAD VGRAVENHAGE, 15 DEC. 1983

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "ONDERWIJSRAAD VGRAVENHAGE, 15 DEC. 1983"

Transcriptie

1 Äävies niet-ambielijke adviescommissie V/OB, ONDERWIJSRAAD VGRAVENHAGE, 15 DEC Nassaulaan 6 O.R. IV/390 S 2514 JS 's-gravenhage Bericht op het schrijven van 12 oktober 1983, WJZ U666/ 3U08 C. Betreffende: ontverp-besluit middelbaar dienstverlenings- en gezondheidszorgonderwijs. vdw/ak Tel de staatssecretaris van ondervijs en wetenschappen, mevr. drs. N.J. Ginjaar-Maas, Nieuwe Uitleg 1, 's-gravenhage. AAN ^_ ^P ^^ ^r In antwoord op uw bovengenoemd verzoek om advies inzake het ontwerp-besluit, houdende regelen met betrekking tot de inrichting en de eindexamens van het middelbaar dienstverlenings- en gezondheidszorgonderwijs met de daarbij behorende nota van toelichting bericht de Vierde Afdeling van de Onderwijsraad u het volgende. De Afdeling heeft hierbij betrokken het advies van de Inspectie MHNO/MSPO van november 1983 en het advies van enkele art. 3-organisaties. Voor zover zij daarmee instemt, gaat zij daarop in. De herstructurering van het middelbaar huishouden nijverheidsonderwijs en het middelbaar sociaal-pedagogisch onderwijs is sedert 1976 gebaseerd op de desbetreffende in de Tweede Kamer aanvaarde Beleidsnota van staatssecretaris De Jong. Ook al gingen de gedachten daarin nog uit naar een integrale invoering van het m.h.n.o./m.s.p.o.-nieuwe stijl in het jaar 1980, de ontwikkeling van een nieuwe schoolsoort uit een bestaande verloopt nimmer zo snel als de beleidsinstanties zich voorstellen. Ook blijkt het nieuwe onderwijs niet in alle opzichten te voldoen aan de doelstellingen, die in 1976 nog daaraan werden toegedacht. Het meest opvallende verschil is wel, dat het nieuwe m.d.g.o. niet zodanig gevarieerd - ook naar niveaus - is, dat in beginsel alle abituriënten uit de eerste cyclus van het voortgezet onderwijs toelaatbaar zijn, zoals in 1976 nog de bedoeling was. De Afdeling komt hierna hierop terug. De Afdeling juicht het toe, dat de onderwijskundige inrichting van het middelbaar dienstverlenings- en gezondheidszorgonderwijs (hierna te noemen: m.d.g.o.) en het examen thans bij algemene maatregel van bestuur zullen worden geregeld. Gezien de maatschappelijke zekerheid voor de scholen, voor de leerlingen en hun ouders en voor de arbeidsmarkt is regeling bij algemene maatregel van bestuur verre te verkiezen boven de goedkeuring van het leerplan via de algemene maatregel van bestuur ex artikel 2k, derde lid, van de Wet op het voortgezet onderwijs en boven de toepassing van artikel 29, tweede lid, tweede volzin, van deze wet. Desondanks heeft de Afdeling nog even overwogen, of de laatste weg toch niet noodzakelijk was, nu aan het conceptbesluit zovele juridische bezwaren ten grondslag liggen. Bij Man gelieve bi hat antwoord dagtekening an nummer van dit «chri yen ta vermelden

2 OR IV/390 S -2- haar advies van 18 november I983, OR IV/386 S, inzake de conceptcirculaire schoolinvoeringsplan m.d.g.o. heeft de Afdeling reeds gewezen op deze bezwaren. In het kort herhaalt de Afdeling hier, dat afgezien van het feit, dat artikel 23 nog niet is aangepast aan de toevoeging van de scholen voor m.d.g.o. aan artikel 1H van de wet, de wet slechts de mogelijkheid tot delegatie van wetgeving geeft aan een algemene maatregel van bestuur ten aanzien van de in het tweede lid van artikel 23 genoemde zaken. Het ontwerp-besluit gaat veel verder dan de wet toelaat door onder andere voorschriften te geven en zelfs subdelegatie toe te staan ten aanzien van zaken zoals het schoolwerkplan, het activiteitenplan, de eindtermen en het schoolinvoeringsplan. Het ontwerp-besluit, dat uit dien hoofde in strijd met de wet is, wijst de Afdeling op deze onderdelen dan ook af. Nu zou het in de bedoeling kunnen liggen om de Wet op het voortgezet onderwijs dienaangaande alsnog aan te passen aan het concept-besluit. Afgezien van het feit, dat aldoende een weg wordt bewandeld, die in tegenstelling is met een normale staatsrechtelijke gang van zaken, is de Afdeling van oordeel, dat aan het m.d.g.o. niet meer c.q. zwaardere eisen moeten worden gesteld dan aan de andere vormen van middelbaar beroepsonderwijs. Zodra voor het gehele middelbaar beroepsonderwijs de eis geldt van een schoolwerkplan, activiteitenplan e.d. dient het m.d.g.o. daarvan niet te worden uitgezonderd. Om deze reden is de Afdeling ook voor de bepaling in het ontwerp-besluit om de inwerkingtreding van de artikelen 12 en 13 ter zake van het schoolwerkplan en activiteitenplan voorlopig uit te stellen (zie artikel 83, eerste lid). Zolang dat echter niet het geval is, behoort de algemene maatregel van bestuur die de inrichting van het m.d.g.o. regelt, vooralsnog "slechts" de voorschriften te bevatten, die in artikel 23, tweede lid, van de wet, worden opgesomd. De Afdeling ziet op dit moment dan ook geen enkele reden om de wet dienaangaande aan te passen aan het concept-besluit. Mede uit een oogpunt van deregulering geeft de Afdeling verre de voorkeur aan een "eenvoudig" inrichtings- en examenbesluit, gebaseerd op de huidige tekst van de artikelen 23 en 29 van de wet. Dit geldt ook en met name ten aanzien van de in het concept-besluit geïntroduceerde "eindtermen". Ook in het Besluit opleiding leraren basisonderwijs van 26 september 1983 (Stb. 538) is hiervan sprake, nadat de Wet regeling PABO's (artikel III onder o) hieraan de wettelijke grondslag had gegeven. Daarmee kon de Zevende Afdeling van de Raad instemmen, omdat dit onderwijs een bijzondere positie inneemt, daar het leidt tot eindtermen, die de grondslag leggen voor het op de basisschool te geven onderwijs en de deugdelijkheid daarvan in hoge mate bepalen.

3 De Afdeling is echter van mening, dat ten aanzien van het m.d.g.o. het wellicht nuttig en nodig was ten tijde van de projecten herstructurering m.h.n.o./m.s.p.o. eindtermen te formuleren, die voor deze projecten richtinggevend zouden kunnen zijn. De overheid kan in projectsituaties ook gerechtigd zijn, ja is vaak zelfs verplicht duidelijke eisen c.q. doelstellingen te stellen, waarbij de marges smaller mogen zijn dan na de algehele invoering wanneer reeds een algemeen beeld omtrent het te bereiken niveau voorhanden kan zijn. Bij integrale invoering van een nieuw soort vàn scholen dient de overheid zich op normale wijze te houden aan de regeling, vastgelegd in de Wet op het voortgezet onderwijs, die van kracht is voor het "gewone" m.b.o. en gebaseerd is op de Grondwet. De waarborgen van deugdelijkheid wat dit betreft zijn te vinden in de inrichting van het onderwijs, blijkend uit onder andere de (basis)lessentabellen, en ook in de regeling van de examens en in de eindexamenprogramma's. Zeker wanneer weer "toezichthoudende gecommitteerden" een taak krijgen, zoals bij het m.d.g.o. (zie artikel 50 en de toelichting daarop) behoeven geen extra eisen te worden gesteld. De Afdeling is van mening, dat "eindtermen" slechts te rechtvaardigen zijn als objectief van buiten het onderwijs te stellen eisen, die gerelateerd zijn aan het beroep. Voor wat betreft het m.d.g.o. zouden hiervoor wellicht slechts in aanmerking komen de beroepenvelden, waarin assistenten gezondheidszorg werkzaam zullen zijn in verband met de wettelijke eisen ten aanzien van de volksgezondheid en de wereld van mode en kleding in verband met de vestigingseisen. Considerans. Het ontgaat de Afdeling, waarom verwezen wordt naar artikel 17 van de Wet invoering m.d.g.o. Dit artikel wijzigt artikel 2k van de Wet op het voortgezet onderwijs, dat met het ontwerp-besluit niets van doen heeft. Artikel 1. In dit artikel worden zeer vele begrippen van een omschrijving voorzien. De Afdeling is in de eerste plaats van mening, dat voor vergelijkbare vormen van onderwijs zoveel mogelijk dezelfde terminologieën met betrekking tot in wet of besluit gehanteerde begrippen moeten worden gebruikt. Zij wees daarop reeds in haar advies van 18 april 1983, OR IV/266 S, inzake de he_ versie van het voorlopig onderwijsleerplan/onderwijskundig kader fase 1.5 m.d.g.o. Zij refereert tevens wederom aan het concept-inrichtingsbesluit middelbaar landbouwonderwijs, dat soms geheel andere formuleringen bezigt dan het onderhavige concept-besluit. Teneinde ongewenste divergenties te vermijden, dient hierin dienaangaande meer overeenstemming te worden gebracht.

4 OR IV/390 S -It- Ten aanzien van enkele onderdelen van artikel 1 merkt de Afdeling het volgende op. Van de werking van het concept-besluit wordt op grond van de omschrijving van het begrip "school" uitgezonderd de school c.q. de afdeling, die is aangewezen op grond van het Koninklijk besluit van 7 december 1973 (Stb. 62O). De Afdeling wijst erop, dat "de opleidingen voor assisterende beroepen in de gezondheidssector" in dit besluit zijn opgenomen (Koninklijk besluit van 11 september 198O, Stb. U93). De inrichting van deze opleidingen is echter ook geregeld in het onderhavige ontwerp-besluit. Derhalve moet in hoofdstuk VI "Slotbepalingen" alsnog een artikel worden opgenomen tot wijziging van het Koninklijk besluit van 7 december De Afdeling heeft geen bezwaar tegen het hanteren van het woord "studierichting", ook al is het een ruimer begrip dan "differentiatie" en minder ingeburgerd bij het m.d.g.o. dan de term "afstudeerrichting". Als omschrijving voor "studierichting" stelt de Afdeling voor: een toespitsing op een bepaalde beroepskwalificatie binnen het onderwijsprogramma van een afdeling. Het is de Afdeling niet duidelijk, waarom de wettelijke term "praktijktijd" niet wordt gehandhaafd in plaats van het nu opgevoerde "stage". In de omschrijving daarvan dient het woord "opleiding" te worden vervangen door : afdeling. Het begrippen-arsenaal ter zake van de examens is uitgebreid met enkel nauw omschreven nieuwe definities, waarvan het bezwaar kan zijn, dat in het besluit zelf toch weer andere omschrijvingen (moeten) worden gegeven. Zo is "examentoets" niet alleen gedefinieerd in artikel 1, maar ook nog eens in artikel 57, vierde lid, maar dan op iets andere wijze. Overigens is in het concept-besluit veel vaker sprake van het niet-gedefinieerde begrip "toets" dan van "examentoets", hetgeen verwarring te weeg kan brengen ten opzichte van de "tussentijdse toetsen (voortgangstoetsen), die nodig zijn voor het onderwijsleerproces zelf" (biz. 15 Nota van toelichting) Overigens is wat dit betreft niet duidelijk of "examentoets" alleen betrekking heeft op het centraal examen of ook geldt voor de schoolbeoordeling. Verder is in de omschrijving van het begrip "richlijn" in artikel 1 niet geheel terug te vinden de betekenis, die hieraan in onderwijskundige zin veelal wordt gehecht namelijk als aanwijzing van een te volgen handelwijze. De Afdeling kan zich voorstellen, dat een gedetailleerde omschrijving van allerlei begrippen onder de begripsbepalingen nuttig en nodig is, maar zij vraagt zich af, of in de Wet op het voortgezet onderwijs genoemde begrippen, zoals "diploma", "gecommitteerde", "deskundige", "praktijktijd" e.d. moeten worden gedefinieerd in het concept-besluit, terwijl de considerans verwijst naar de artikelen in de wet, die deze begrippen ook hanteren. Zij meent, dat slechts die

5 OR IV/390 S -5- begrippen omschrijving verdienen, waaraan uit een oogpunt van wetgeving niet valt te ontkomen. Artikel 2. De Afdeling acht het juist de in dit artikel genoemde afdelingen in het ontwerp-besluit wettelijk te regelen. Volledig afgerond zijn zij nog niet, maar de mogelijkheid het besluit, eenmaal van kracht, te wijzigen en aan te passen aan in de praktijk gebleken knelpunten doet de Afdeling wat dit betreft niet aarzelen. Zelfs zou zij op dit moment niet schromen in het ontwerp-besluit een plaats in te ruimen voor de afdelingen m.d.g.o.-u.v. en m.d.g.o.-v.p. althans voor wat betreft de algemene hoofdstukken en bepalingen van het besluit, opdat de ontwikkeling van deze afdelingen plaats heeft onder de vigeur van dit besluit. Daarmee zou enerzijds ook voor de toekomst zijn vastgelegd, dat deze afdelingen tot het m.d.g.o. behoren en zou voor wat betreft de afdeling m.d.g.o.-u.v. aan een periode van onzekerheid definitief een eind worden gemaakt. Anderzijds kan op de scholen, die het aangaat, eenzelfde algemene gedragslijn worden gevolgd ten aanzien van deze nieuwe afdelingen en de "reguliere" afdelingen, waardoor discrepanties worden voorkomen. In de naamgeving van de afdelingen is blijkens de Nota van Toelichting getracht consistentie te brengen door uit te gaan van de werksoort waarop wordt voorbereid. Hierdoor is echter naar het gevoelen van de Afdeling de naam van de afdeling Consumptief - huishoudtechnisch werk uit emancipatorisch oogpunt zo ongelukkig uitgevallen, dat zij u voorstelt voor deze afdeling, de benaming "civiele en consumptieftechnische diensten" (m.d.g.o.-ccd) in te voeren. Verder acht zij het aan te bevelen de term "assistentie" in de naamgeving van de afdeling AG te heroverwegen. Nu het toch niet is gelukt in de naam van elke afdeling de werksoort te benoemen (zie m.d.g.o.-mk) kan voor de afdeling m.d.g.o.-ag wellicht weer worden teruggegrepen op het begrip "assistenten". Artikel h. Ter zake van de toelaatbaarheidsvoorwaarden merkt de Afdeling het volgende op. Reeds in haar advies van 16 april 1980, OR 251 SPO, verzette zij zich ertegen om als toelaatbaarheidseisen aan elke opleiding ten minste twee 1.b.o.-vakken op C-niveau te verlangen. Op dat moment (198O) was in de diverse voorlopige onderwijsleerplannen een vak op A-niveau en vijf op B-niveau (Mode en Kleding), de "laagste" toelaatbaarheidseis. De Afdeling meende dat, indien mocht blijken, dat een te laag toelatingsniveau problemen veroorzaakte bij het doorlopen van een bepaalde opleiding, bij de integrale invoering nog altijd herziene toelatingsregelingen in specifieke gevallen waren te treffen.

6 . OR IV/390 S -6- Nog in de Vierde versie van het voorlopig onderwijsleerplan/onderwijskundig kader fase 1.5» de Afdeling toegezonden om advies op 21 maart I983, VO/LMB/MBO/ , kwamen opleidingen voor, die de'bezitter van een l.b.o.-diploma met zes vakken op B-niveau als toelaatbaar beschouwden. Enkele maanden later wordt echter besloten om daarvan af te zien en ten minste twee vakken op C-niveau te eisen, waaronder Nederlands (Voorontwerp-a.m.v.b. m.d.g.o. juni I983, VO/LMB/ 7-J+6205O en ontwerp-besluit artikel h). De Afdeling vraagt zich af, welke motieven hieraan ten grondslag liggen. Zij is van oordeel, dat ten aanzien van bepaalde afdelingen volstaan kan worden met de eerdergenoemde verlaagde toelaatbaarheidsnormen. Een voornaam argument, dat hiervoor pleit, is het feit, dat de leerlingen, die het aangaat, tot nu toe redelijk voor den dag zijn gekomen op de projectscholen, die zelf dan ook geen bezwaar ertegen blijken te hebben deze leerlingen toe te laten. Indien financiële motieven op de achtergrond een rol zouden meespelen, moet worden bedacht, dat leerlingen, die niet mogen worden toegelaten, maar wel sterk gemotiveerd zijn een opleiding aan een school voor m.d.g.o. te volgen, zich zullen (kunnen) aanmelden bij de afdeling interim algemene schakelopleiding en dientengevolge toch ten laste van het voor het m.d.g.o. beschikbaar gestelde budget zullen komen. Naar aanleiding van de relatie tussen motivatie en toelating wijst de Afdeling nog erop, dat naast de cijfermatige kwestie van het aantal vakken op C-niveau ook vele niet-meetbare en niet-toetsbare kwaliteiten en eigenschappen van de leerling een rol spelen, die hem geschikt kunnen maken een opleiding op m.d.g.o.-niveau met succes te kunnen volgen. Een opleiding op l.b.o.-c-niveau in het vak Nederlands is niet altijd noodzakelijk met name niet bij de afdeling m.d.g.o.-ab, waarbij een aangeboren creativiteit belangrijker is, en bij de afdeling m.d.g.o.-vz, of niet mogelijk bij bijvoorbeeld leerlingen uit culturele minderheden. Voor wat de toelaatbaarheidseisen van de afdeling m.d.g.o.-ag betreft voegt de Afdeling daar nog het volgende aan toe. Artikel k, tweede lid onder a, bepaalt dienaangaande, dat de bezitter van een diploma l.b.o. onder meer eindexamen moet hebben gedaan in ten minste scheikunde, kennis der natuur of natuur- en scheikunde. De Afdeling heeft moeite met deze eis, daar deze in strijd is met het tot nu toe gevoerde toelatingsbeleid (zie bijlage bij de circulaire van 28 oktober 1982, C VO/LMB-82-O29). Ook heeft de Afdeling bedenkingen tegen de in dit artikellid onder c geformuleerde toelaatbaarheidseis dat de bezitter van een diploma driejarig m.a.v.o. of een diploma m.a.v.o. tevens examen dient te hebben afgelegd in een van de vakken natuurkunde of scheikunde.

7 . OR IV/390 S -7- Zij mist in de Nota van Toelichting argumenten, die het voorstaan van een toelatingsbeleid in vorenbedoelde zin, waarmede de doorstroming voor de leerlingen van het l.b.o. en het m.a.v.o. naar de afdeling m.d.g.o.-ag wordt bemoeilijkt, rechtvaardigen. Naar haar mening zouden deficiënties wat deze vakken betreft voor deze leerlingen in de lessentabel moeten kunnen worden opgevangen. De Afdeling heeft verder kennis ervan genomen dat de inspectie ingevolge artikel h, vijfde lid, in bijzondere gevallen ontheffing kan verlenen van de toelaatbaarheidsvoorwaarden genoemd in dit artikel. Volgens de Nota van Toelichting valt hierbij onder andere te denken aan volwassenen die op grond van kennis en ervaring kunnen worden geacht aan het vereiste toelatingsniveau te voldoen. De Afdeling vraagt zich echter af of hierbij wel een juist voorbeeld wordt gebruikt. Waar het in casu gaat om onderwijs aan dagscholen voor leerlingen van 16 tot 19 jaar, komen hiervoor, naar de mening van de Afdeling, eerder in aanmerking minderjarigen met bijvoorbeeld een andere culturele achtergrond of leerlingen, die een jaar kort-m.b.o. hebben gevolgd. Artikel 6. De Afdeling acht het te ver gaan een kandidaat-leerling, die de toelating tot een school wordt geweigerd, een recht van beroep tegen het schriftelijk en gemotiveerd uitgebrachte besluit van het bevoegd gezag ter zake te geven, waarbij deze niet-toegelaten kandidaat tevens het recht ontvangt kennis te nemen van alle op dat besluit betrekking hebbende adviezen en rapporten. De Afdeling is van oordeel, dat hiermede een beroepsgang in het leven wordt geroepen, die in strijd is met de onafhankelijkheid van het bevoegd gezag op dit gebied. Bovendien brengt deze beroepsgang een nodeloze procedurele gang van zaken met veel administratief werk met zich mee, en kan zij ongefundeerde verwachtingen bij een kandidaatleerling wekken. Om voormelde redenen meent de Afdeling dan ook dat een dergelijke beroepsgang moet worden afgewezen. Artikel 8. De Afdeling acht de hierbij toegestane marge van 2^0 uren tussen het maximum en het minimum aantal te geven lessen te gering. Een marge van 36O acht zij uit onderwijskundig en onderwijsorganisatorisch oogpunt te verkiezen, teneinde het bevoegd gezag met toepassing van artikel 38, zesde lid, de benodigde ruimte te kunnen bieden om de onderwijskundige situatie aan de school naar eigen inzicht te kunnen optimaliseren. Artikelen 9, 12 en 13. Voor wat betreft deze artikelen verwijst de Afdeling naar het algemene deel van dit advies. Zij gaat daarom op de inhoud van deze artikelen niet nader in.

8 Artikel 10. De Afdeling wijst erop, dat het begrip "basistabel" niet in het besluit wordt omschreven, terwijl tevens een toelichting op dit artikel in de Nota van Toelichting ontbreekt. Op grond van artikel 10, lid 2, kunnen vakken worden samengevoegd. De Afdeling vraagt zich af, of de verplichting van de minister nadere voorwaarden hieraan te verbinden in overeenstemming is met de delegatiebepalingen van de wet. De Afdeling acht het niet juist, indien als gevolg van de formulering van "stagedag" in artikel 10, lid 3, als "werkdag bij een stagebiedende organisatie", het uitwerken van stage-opdrachten op school, het vervaardigen van stageverslagen en stagebegeleidingsgesprekken voor zover zij op school plaatsvinden (zie bijvoorbeeld de methodische werkbegeleiding bij de afdelingen m.d.g.o.-sa, -AB, -AW) niet op een "stagedag" mag plaatsvinden. De tekst van artikel 10, lid 3, maakt dit thans onmogelijk. In de toelichting bij artikel 8 van het conceptbesluit zijn enkele voorbeelden opgenomen van een berekening van het aantal lessen, waarbij gebruik wordt gemaakt van de in artikel 10, lid 3, geboden mogelijkheid stages in leseenheden uit te drukken. De Afdeling wijst in de eerste plaats erop, dat het toestaan van een afronding van 10 tot 20 leseenheden (zie toelichting bij artikel 8) een verschil van 7 stagedagen kan uitmaken, hetgeen een groot verschil is gelet op het feit, dat bij de meeste afdelingen exact wordt vastgelegd hoelang een stage moet duren (65 dagen, 135 dagen of 200 dagen). Vervolgens komt het de Afdeling onjuist voor stages te creëren van 65 dagen, 135 dagen of 200 dagen. Logischer en onderwijsorganisatorisch eenvoudiger te verwerken voor de scholen zijn stages van 65 dagen, (2 x 65 =) 130 dagen of (3 x 65 =) 195 dagen. Op grond van de toelichting bij artikel 8 voornoemd kan een leerling toch nog op meer dagen uitkomen. Overigens acht de Afdeling het gewenst bij de afdelingen, waarbij niet het maximum- en het minimumaantal stagedagen worden voorgeschreven, hiertoe alsnog over te gaan met name in verband met problemen bij het verwerven van stageplaatsen c.q.. het uitschrijven van simulatie-opdrachten. Ten slotte zal in artikel 10, lid 3, niet van "lessen maar conform de toelichting van "leseenheden" moeten worden gesproken. Artikel 11. De Afdeling acht het uit een oogpunt van rechtszekerheid en ter waarborging van de deugdelijkheid een goede zaak, dat door het bevoegd gezag met de stagebiedende organisaties afspraken over de stages worden gemaakt. Het laat

9 OR IV/390 S -9- zich indenken, dat door het te zeer formaliseren van dergelijke afspraken zoals in voornoemd artikellid wordt voorgeschreven, stagebiedende organisaties, die zich niet strikt formeel wensen te binden, zullen afhaken, waardoor enerzijds een overeenkomst onmogelijk wordt, anderzijds er stageplaatsen verloren zullen kunnen gaan; te verwijzen valt in dit verband bijvoorbeeld naar het werkveld van de gezondheidszorg waar ziekenhuizen wel bereid zijn om samenwerkings- en stage-overeenkomsten te sluiten, terwijl huisartsen dienaangaande in het algemeen hiertoe niet wensen over te gaan. Daarenboven wordt in voornoemd artikellid de onjuiste indruk gewekt, dat het bevoegd gezag slechts een samenwerkings- en stage-overeenkomst mag afsluiten. Op grond van deze argumenten beveelt de Afdeling aan om ten aanzien van het bepaalde in artikel 11, vierde lid, meer fasering aan te brengen door niet voor te schrijven dat een overeenkomst moet worden gesloten - in ieder geval het imperatieve karakter hieraan te ontnemen -, maar dat afspraken over stages en samenwerking worden gemaakt. Ter zake van het zesde lid is de Afdeling onder verwijzing naar het algemeen gedeelte van dit advies van mening dat de hierbij aan de minister toegekende bevoegdheid tot het geven van nadere regels zich niet verdraagt met de delegatiebepalingen, zoals vervat in artikel 23, eerste en tweede lid, van de Wet op het voortgezet onderwijs. Artikel 1U. De Afdeling wijst erop, dat de zin "zodat deze bewoners, patiënten of cliënten meer in staat zijn tot een zinvolle inrichting van hun leven" niet alleen betrekking heeft op beeldende enz. activiteiten, maar op alle voorafgaande doelstellingen. Deze zin dient dan ook met een nieuw "gedachtenstreepje" aan te vangen, waarbij het woord "zodat" vervangen dient te worden door: opdat. Artikelen 16, 19, 22, 25, 28, 31, 3 1 * en 37 (basistabellen). De Afdeling constateert met genoegen dat er thans meer eenheid in de benamingen van de vakken in de onderscheiden afdelingen is aangebracht. Zij merkt echter op, dat de term "moderne vreemde taal" welke in de afgelopen zeven jaar onderwerp van discussie is geweest, thans is gewijzigd in "moderne taal". De Afdeling vraagt zich af, of dit juist is, daar onder "moderne taal" ook het vak Nederlands kan worden verstaan. De Afdeling heeft voorkeur voor het handhaven van de term "moderne vreemde taal". Op grond van artikel 10, tweede lid, mogen vakken tot geïntegreerde onderdelen van het onderwijsprogramma worden samengevoegd. In de basistabellen worden echter vakken soms gesplitst opgevoerd, terwijl het uit onderwijskundig en ook rechtspositioneel oogpunt veruit de voorkeur verdient deze

10 OR IV/390 S -10- vakken direct al met andere vakken in de lessentabellen geintegreerd op te nemen. De Afdeling dringt in dit verband bij u erop aan in plaats van de vakken natuurkunde en scheikunde (artikelen 22 en 25) op te voeren het vak: natuur- en scheikunde (dit vak functioneert reeds lang bij de afdeling Intas). Ten aanzien van de nieuw uitgesplitste vakken algemene economie en bedrijfseconomie (artikel 22, 25, 28 en 31), die het geïntegreerde vak economie vormen, en de vakken verpleegkunde, verloskunde en kennis van ziektebeelden (artikelen 16 en 37), die zonder meer geïntegreerd kunnen worden tot het vak verpleegkunde, doet de Afdeling hetzelfde voorstel. Met de geïntegreerde aanbieding is in de projecten voldoende ervaring opgedaan. In ieder geval dienen die uitsplitsingen te worden tegengegaan, waarvan de noodzaak niet blijkt. In een aantal basistabellen komt voor het vak "theorie en methoden van " (artikelen 16, 19, 31, 3*+, 37)- De Afdeling geeft er de voorkeur aan daarbij niet de naam van de afdeling of de studierichting aan te geven, aangezien daarmede vaak niet de gehele beroepsvorming kan worden gedekt. De Afdeling stelt voor telkens te spreken van: theorie en methoden van de specifieke beroepsvorming (of in plaats hiervan: beroepsuitoefening). Hiermede wordt tevens voorkomen, dat al te gedetailleerde afsplitsingen, zoals bij de afdelingen m.d.g.o.-aw en -SA, nodig zijn. Artikel 18. De Afdeling ziet - overeenkomstig haar advies van 18 april 1983 voornoemd - niet de zin ervan in te differentiëren in drie studierichtingen bij de afdeling m.d.g.o.-aw. De zeer smalle opleiding tot ambulant hulpverleningswerker (m.d.g.o.-aw/ah) acht zij zelfs voor een differentiatie nog te beperkt. Wel kunnen er volgens haar door middel van enige variatie in programma-onderdelen bepaalde keuzemomenten zijn, waarin de hieraan verbonden aspecten de nadruk ontvangen, maar deze aspecten onderbrengen in een afzonderlijke studierichting verengen eerder de opleiding dan dat zij deze verruimen. Artikel 21. De Afdeling betreurt het, dat het niet mogelijk is gebleken de afdeling m.d.g.o.-ag te doen aanvangen met een globale basisassistentenopleiding, waarna een differentiatie in een van de assistentschappen kan worden gekozen. Artikelen Zoals in het algemene deel reeds is betoogd, stemt de Afdeling niet in met het inspectievoorstel de afdeling m.d.g.o.-ch nog niet in deze a.m.v.b. te regelen.

11 Artikel 38. In de formatieregeling van het m.d.g.o. zijn afzonderlijke begeleidingseenheden opgevoerd, die per afdeling kunnen verschillen. Daarmede stemt de Afdeling in, maar zij heeft de volgende bezwaren tegen de berekening van het aantal begeleidingseenheden in verhouding tot het aantal stagedagen (artikel 38, lid 3). Als basis voor deze formule heeft gediend êên begeleidingseenheid per leerling gedurende de stageperiode, waarbij voor de afdelingen m.d.g.o.-vz, -AB en -AW een "factorophoging" heeft plaatsgevonden. Bij de afdeling m.d.g.o.-vz heeft deze ophoging plaats, doordat leraarlessen worden omgezet in begeleidingsuren (blz. 10 Nota van toelichting). De Afdeling acht dit onjuist, daar korte stages in verhouding juist meer begeleidingstijd vergen in verband met werving, bezoek en de begeleiding zelf dan de lange stages, waarbij de leerling langer op een adres verblijft. Vervolgens is bij de afdeling m.d.g.o.-vz geen sprake van een keuze tussen het al dan niet omzetten van leraarlessen in begeleidingsuren, aangezien de 200 stagedagen (de Afdeling stelt voor 195 dagen, zie artikel 10) verplicht zijn. De begeleidingseenheden zijn niet uitsluitend ingesteld ten behoeve van de stagebegeleiding, zoals uit de Nota van toelichting valt op te maken en zoals ook is geponeerd in de circulaire van 3 februari I982, C VO/LMB/ MBO/2-81/039, inzake de "Schaduwformule" voor de projektscholen. Zij dienen - de Afdeling wees daarop reeds in haar advies van 18 april I983 voornoemd - mede voor de algemene studiebegeleiding tijdens het leerproces en met name voor de begeleiding bij het keuzeproces van de afstudeerrichting. De Afdeling stelt u gelet op het vorengaande daarom voor een formule voor de berekening van de begeleidingseenheden te hanteren, die de basis per leerling aangeeft voor de algemene begeleiding en stagewerving e.d., aangevuld met een component, die door de verhouding met het aantal stagedagen wordt bepaald. De formule, als bedoeld in artikel 38, zou daarom als volgt kunnen luiden: E = (0,15 + p x) 1, waarbij x een nader vast te stellen getal (bijvoorbeeld 0,1) is, en, waarbij p = (S = aantal stagedagen). (Derhalve: bij afdelingen met 65 stagedagen: P = 0,5; bij afdelingen met 130 stagedagen: P = 1; bij afdelingen met 195 stagedagen: P = 1,5-) Hiermede wordt een rechtvaardiger toedeling van de begeleidingsuren bereikt dan in de voorgestelde formule.

12 OR IV/390 S -12- De Afdeling juicht het toe, dat de mogelijkheid bestaat de zgn. facultatieve lessen om te zetten in taakeenheden dan wel begeleidingsuren (artikel 38, zesde lid). De Afdeling acht een omzetting tot alleen de begeleidingsuren een te grote beperking van de mogelijkheden van de scholen en wijst die daarom af. Artikel kf. Het is de Afdeling niet duidelijk, welke de relatie is van de in dit artikel weergegeven taken van de landelijke examencommissie en de in de Nota van toelichting bij dit artikel genoemde taken "evaluatie van en advisering over de inhoud van het examen en het examenprogramma". De Afdeling begrijpt uit de Nota van toelichting wel, dat met "examen", zoals vermeld in artikel h"j, eerste lid, het centraal examen wordt bedoeld. Artikel hô en U9. De Afdeling mist hierbij de exacte datum waarop de hierbedoelde commissies jaarlijks uiterlijk dienen te zijn ingesteld. Artikel 55- Uit de Nota van toelichting bij dit artikel valt op te maken, dat alleen "in bijzondere gevallen" toepassing aan de tweede volzin van dit artikel kan worden gegeven. De Afdeling meent, dat dit in het artikel zelf moet worden verwoord. Artikel 6k. De Afdeling vraagt zich af, of dit artikel ook doelt op "bijzondere gevallen" bij de herkansing. Verder dient in de toelichting nader te worden omschreven, wat wordt verstaan onder "bepaalde omstandigheden". Artikel 68. De omschrijving in het eerste lid van hetgeen bij de schoolbeoordeling moet worden getoetst beperkt naar het de Afdeling voorkomt de scholen in hun vrijheid bij de schoolbeoordeling te toetsen, hetgeen zij zelf van belang achten. De schoolbeoordeling moet immers de examenstof omvatten, die in het door u vastgestelde examenprogramma wordt opgenomen. De Afdeling kan zich voorstellen, dat scholen gezien bijvoorbeeld hun levensbeschouwelijke achtergrond dieper op bepaalde examenonderdelen zullen willen ingaan dan het examenprogramma voorschrijft. Ook kunnen de scholen bij hun onderwijs meer aan bod laten komen dan bij de onderdelen van de examenstof wordt voorgeschreven, hetgeen gelet op de formulering van artikel hk dan niet zou kunnen worden getoetst bij de schoolbeoordeling. De Afdeling meent, dat het besluit deze mogelijk-

13 OR IV/390 S -13- heden niet moet afsnijden, althans in de toelichting zal hierop moeten worden ingegaan. De Afdeling acht het met de inspectie niet reëel de gelegenheid te bieden reeds in het eerste leerjaar afsluitende examentoetsen te laten afleggen. Daarbij moet worden bedacht, dat het de scholen vrij staat om in tussentoetsen in het eerste jaar te onderzoeken, of leerlingen een bepaald vak geheel of gedeeltelijk beheersen, zonder dat dit tot vak, waarin in het eerste leerjaar examen moet worden gedaan, wordt "verheven". De Afdeling denkt hierbij aan een vak als machineschrijven bij de afdeling m.d.g.o.-ag. Artikel 75- Naar aanleiding van het advies van de inspectie ter zake merkt de Afdeling op het voor bepaalde onderdelen van de opleiding gewenst te achten dat een certificaat niet een onbeperkte geldigheidsduur heeft. Een eenmaal behaald certificaat garandeert immers niet, dat na verloop van tijd gewenste vaardigheden nog worden beheerst of dat niet wordt achtergelopen bij ontwikkelingen in het werkveld. Toch moet hierbij worden bedacht, dat waarschijnlijk vooral die vroegtijdige schoolverlaters op een later tijdstip alsnog het diploma m.d.g.o. wensen te behalen, die'in het werkveld eerst enige ervaring hebben opgedaan en als gevolg daarvan niet achterlopen op de ontwikkelingen daarin, althans daarmee bekend zijn. De Afdeling komt tot de conclusie, dat certificaten in de specifieke beroepsvakken in geldigheidsduur moeten kunnen worden beperkt, waarbij zij met name denkt aan specifieke vaardigheden van afdelingen, waarvan de examens mede zijn geregeld op grond van een wet. Wel moet rekening worden gehouden met de na het behalen van het certificaat in de betrokken werkvelden opgedane ervaring. In het concept-besluit zou daartoe moeten worden bepaald, dat in bijzondere gevallen de minister, tezamen met de minister van het betrokken departement, de Onderwijsraad gehoord, kan beslissen, dat certificaten een beperkte werkingsduur hebben. Aan artikel 75 zou daarom kunnen worden toegevoegd: Onze minister kan, in overeenstemming met de minister van economische zaken of van welzijn, volksgezondheid en cultuur, de Onderwijsraad gehoord, bepalen, dat in bijzondere gevallen certificaten een beperkte tijd geldig zijn. In de Nota van toelichting dient een motivering van deze bepaling te worden opgenomen. Overigens zouden korte na- en bijscholingscursussen in beroepsspecifieke onderdelen en vakken, die permanent worden gegeven, tegemoetkomen aan bezwaren tegen het bezit van een te "oud" certificaat. Tevens kunnen deze cursussen van belang zijn voor degenen, die reeds langer in het werkveld werkzaam zijn en wel een diploma bezitten.

14 * OR IV/390 S Artikel 78. De Afdeling kan zich voorstellen, dat het in het eerste lid van dit artikel opgenomen tijdstip (1 augustus), waarop het verslag van het examen moet worden ingezonden, voor vele scholen te vroeg valt. Toch zal dit mede afhangen van de inhoud van de voorschriften omtrent de wijze, waarop deze verslagen moeten worden ingericht, die de minister op grond van het derde lid kan verstrekken. Artikel 83. Voor wat betreft dit artikel verwijst de Afdeling naar het algemene deel van dit advies en naar zijn reeds eerder aangehaalde advies van 18 november I983, OR IV/386 S, inzake de concept-circulaire schoolinvoeringsplan m.d.g.o. Namens de Afdeling voornoemd, [mr. W.J.E. van de Water, coördinerend secretaris).

Advies niet-ambtelijke adviesçomm^iç WOB.

Advies niet-ambtelijke adviesçomm^iç WOB. Advies niet-ambtelijke adviesçomm^iç oz.b*> WOB. Onderwijsraad Aan de staatssecretaris van onderwijs Nassaulaan 6 2514 JS 's-gravenhage en wetenschappen, Tel. 070-63 79 55 mevrouw drs. N.J. Ginjaar-Maas,

Nadere informatie

Bijlage I bij notulen Afd. 2B. Advies niet-ambteiijke adviescommissie. Nassaulaan JS 's-gravenhage Tel

Bijlage I bij notulen Afd. 2B. Advies niet-ambteiijke adviescommissie. Nassaulaan JS 's-gravenhage Tel ONDERWIJSRAAD OR - 2B/1006 S Bericht op het schrijven van Bijlage I bij notulen 1987-5 Afd. 2B Advies niet-ambteiijke adviescommissie WOB. ongedateerd, VO/BO/MBO 2-732674; ingekomen 10 februari 1987. model-examenregeling

Nadere informatie

De Raad van State gehoord (advies van 31 januari 2003, nr. W /III);

De Raad van State gehoord (advies van 31 januari 2003, nr. W /III); Besluit van houdende wijziging van het Besluit staatsexamens vwo-havo-mavo 2000 en van het Eindexamenbesluit v.w.o.- h.a.v.o.-m.a.v.o.-v.b.o. onder meer in verband met versoepeling van de uitslagregeling

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2003 106 Besluit van 4 maart 2003, houdende wijziging van het Besluit staatsexamens vwo-havo-mavo 2000 en van het Eindexamenbesluit v.w.o.-h.a.v.o.-m.a.v.o.-v.b.o.

Nadere informatie

Uw kenmerk BVE/BI d.d. 8 januari 1992

Uw kenmerk BVE/BI d.d. 8 januari 1992 Advies niet-ambtelijke adviescommissie WOB. Aan de minister van onderwijs en wetenschappen, de heer dr. ir. J.M.M. Ritzen, Postbus 25000, 2700 LZ Zoetermeer. Onderwijsraad Nassaulaan 6 2514 JS 's-gravenhage

Nadere informatie

Wijzigingswet Wet op het voortgezet onderwijs, enz. (invoering basisvorming in voortgez... De citeertitel is door de wetgever vastgesteld.

Wijzigingswet Wet op het voortgezet onderwijs, enz. (invoering basisvorming in voortgez... De citeertitel is door de wetgever vastgesteld. Page 1 of 6 (Tekst geldend op: 04-07-2004) Algemene informatie Eerst verantwoordelijke ministerie: Afkorting: Niet officiële titel: Citeertitel: Soort regeling: OCenW De citeertitel is door de wetgever

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2010 194 Wet van 29 april 2010 tot vaststelling van regels over referentieniveaus voor de taal- en rekenvaardigheden van leerlingen (Wet referentieniveaus

Nadere informatie

Citeertitel: Landsbesluit dagscholen v.w.o., h.a.v.o., m.a.v.o. ==================================================================== HOOFDSTUK I

Citeertitel: Landsbesluit dagscholen v.w.o., h.a.v.o., m.a.v.o. ==================================================================== HOOFDSTUK I Intitulé : LANDSBESLUIT, houdende algemene maatregelen, ter uitvoering van de artikelen 11, eerste lid, 21, eerste en tweede lid, en 29 van de Landsverordening voortgezet onderwijs (AB 1989 no. GT 103)

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2012 2013 33 157 Wijziging van onder meer de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet College voor examens in verband met de

Nadere informatie

ONDERWIJSRAAD. 2 6 FEB.i*885. A'dvïes niet-ambtelijke adviescomnissi« 's-gravenhage, 26 oktober 1984, DGVO 12943; ingekomen op 8 november 1984, AAN

ONDERWIJSRAAD. 2 6 FEB.i*885. A'dvïes niet-ambtelijke adviescomnissi« 's-gravenhage, 26 oktober 1984, DGVO 12943; ingekomen op 8 november 1984, AAN ONDERWIJSRAAD OR - /624 S Bericht op het schrijven van 26 oktober 1984, DGVO 12943; ingekomen op 8 november 1984, Betreffende: A'dvïes niet-ambtelijke adviescomnissi«wob - C en D-eindexamenprogramma's

Nadere informatie

WJZ /3469 d.d. 29 december 1988

WJZ /3469 d.d. 29 december 1988 Advies niet-ambtelijke adviescommissie WOB. Onderwijsraad Aan de staatssecretaris van onderwijs en wetenschappen, mevrouw drs. N.J. Ginjaar-Maas, Postbus 25000, 2700 LZ Zoetermeer,- Nassaulaan 6 2514 JS

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 30 187 Wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs ter aanpassing van de profielen in de tweede fase van het vwo en het havo (aanpassing profielen

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2005 2006 30 323 Wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs inzake vervanging van de basisvorming door een nieuwe regeling voor de onderbouw (regeling

Nadere informatie

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 13 april 2016, nr. W /I);

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 13 april 2016, nr. W /I); Besluit van 22 april 2016 tot wijziging van onder meer het Inrichtingsbesluit WVO en het Eindexamenbesluit VO in verband met de invoering van profielen in het vmbo, alsmede modernisering van de beroepsgerichte

Nadere informatie

Nassauiaan JS 's-gravenhage Tel

Nassauiaan JS 's-gravenhage Tel nkinfpwmçpaan Aclvîes nîet-ambtelijlce acmescomnïssfe UINUCKWUÖKAAU WQB VGRAVENHAGE, OR - /652 S Bericht op het schrijven van WJZ 5708/3094 d.d. 30 november 1984. Betreffende! Ontwerp-besluit, houdende

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 157 Wijziging van onder meer de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet College voor examens in verband met de

Nadere informatie

Dit is een initiatief tot het doen van een wetsvoorstel ter toevoeging van de volgende wetsregels:

Dit is een initiatief tot het doen van een wetsvoorstel ter toevoeging van de volgende wetsregels: Initiatief Wetsvoorstel inzake examinering in groepsverband Dit is een initiatief tot het doen van een wetsvoorstel ter toevoeging van de volgende wetsregels: Wet tot regeling van het voortgezet onderwijs:

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 146 Wijziging van onder meer de Wet educatie en beroepsonderwijs inzake voortgezet algemeen volwassenenonderwijs en overige educatie Nr. 2 VOORSTEL

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 313 Wijziging van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet op het voortgezet onderwijs in verband met wijzigingen

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1997 588 Besluit van 15 november 1997, houdende wijziging van het Inrichtingsbesluit v.w.o.-h.a.v.o.-m.a.v.o.-v.b.o., het Eindexamenbesluit v.w.o.-h.a.v.o.-m.a.v.o.-v.b.o.

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1997 501 Besluit van 23 september 1997, houdende regels inzake de opleiding tot en de deskundigheid van de apothekersassistent (Besluit opleiding

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1995 55 Besluit van 27 januari 1995, houdende wijziging van een aantal algemene maatregelen van bestuur op grond van de Interimwet op het speciaal

Nadere informatie

Onderwijsraad. Aan de minister van onderwijs. 2700 LZ Zoetermeer. Tel. 070-6379 55. vy/eb d.d. 2k november 1988

Onderwijsraad. Aan de minister van onderwijs. 2700 LZ Zoetermeer. Tel. 070-6379 55. vy/eb d.d. 2k november 1988 Onderwijsraad Aan de minister van onderwijs en vetenschappen, Nassaulaanß Postbus 25000, 2514 JS 's-gravenhage 2700 LZ Zoetermeer. Tel. 070-6379 55 Ons kenmerk Uw kenmerk, _ 's-gravenhage,2 H JAN, laöa

Nadere informatie

D/W ONDERWIJSRAAD ZEVENDE AFDELING O.R. 53 W.V.O. 8 januari I970.

D/W ONDERWIJSRAAD ZEVENDE AFDELING O.R. 53 W.V.O. 8 januari I970. ONDERWIJSRAAD SECRETARIAAT: BEZUIDENHOUTSEWEG 125 'S-GRAVENHAGE TEL. 070-83 61 94 O.R. 53 W.V.O. Bericht op schrijven vanj I4 november 1969, kenmerk BVO/j-164549. Betreffende: ontwerp algemene maatregel

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2006 251 Wet van 27 april 2006 tot wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs ter aanpassing van de profielen in de tweede fase van het vwo

Nadere informatie

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: (voorstel van wet tot) wijziging van diverse onderwijswetten vanwege de invoering van een lager examenniveau voor rekenen, een diploma entreeopleiding zonder Nederlandse taal en rekenen en het kunnen beperken

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2006 20 Besluit van 20 december 2005 tot wijziging van het Bevoegdhedenbesluit WPO tot vaststelling van de bewijzen van bekwaamheid die bevoegdheid

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 27 206 Wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs, de Wet educatie en beroepsonderwijs en de Wet op de expertisecentra in verband met de

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2015 390 Wet van 14 oktober 2015 tot wijziging van onder meer de Wet educatie en beroepsonderwijs in verband met het regelen van keuzedelen waarop

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 661 Wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs, de Wet voortgezet onderwijs ES, de Wet college voor toetsen en examens alsmede de Wet

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2016 88 Wet van 10 februari 2016 tot wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs, de Wet voortgezet onderwijs BES en enkele aanverwante wetten

Nadere informatie

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, van xxx, nr. WJZ/ xxx, directie Wetgeving en Juridische Zaken;

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, van xxx, nr. WJZ/ xxx, directie Wetgeving en Juridische Zaken; Besluit van houdende deskundigheideisen aan gastouders in de kinderopvang (Besluit deskundigheidseisen gastouders kinderopvang) Op de voordracht van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Nadere informatie

Raad voor Cultuur. Mijnheer de Staatssecretaris,

Raad voor Cultuur. Mijnheer de Staatssecretaris, Aan De Staatssecretaris van Onderwijs, en Wetenschappen P/a de algemene rijksarchivaris Postbus 90520 2509 LM s-gravenhage Onderwerp Ontwerp-selectielijst archiefbescheiden beleidsterrein Middelbaar beroepsonderwijs

Nadere informatie

Advies niet-ambtsiijke adviescommissie WOB.

Advies niet-ambtsiijke adviescommissie WOB. 5 Advies niet-ambtsiijke adviescommissie WOB. 198 WVO 2 2 CED. 1981 3 november I98I, WJZ 2531/3328 B. ontverp-a.ra.v.b. betreffende eindexamenregeling dagscholen voor m.a.v.o. de staatssecretaris van ondervijs

Nadere informatie

Besluit van houdende wijziging van de regels omtrent het generiek examenonderdeel Engels voor de middenkader- en specialistenopleiding (mbo-4)

Besluit van houdende wijziging van de regels omtrent het generiek examenonderdeel Engels voor de middenkader- en specialistenopleiding (mbo-4) Besluit van houdende wijziging van de regels omtrent het generiek examenonderdeel Engels voor de middenkader- en specialistenopleiding (mbo-4) Op de voordracht van Onze Minister van Onderwijs, Cultuur

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 34 160 Wijziging van onder meer de Wet educatie en beroepsonderwijs in verband met het regelen van keuzedelen waarop beroepsopleidingen mede worden

Nadere informatie

Advies niet-ambtelijke adviescommissie WOB.

Advies niet-ambtelijke adviescommissie WOB. Advies niet-ambtelijke adviescommissie WOB. Onderwijsraad Aan de staatssecretaris van onderwijs Nassaulaan 6 en wetenschappen, 2514JS 's-gravenhage mevrouw drs. N.J. Ginjaar-Maas, Tel. 070-63 79 55 Postbus

Nadere informatie

Regelgeving referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen versie 1.2

Regelgeving referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen versie 1.2 Regelgeving referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen versie 1.2 Op 29 april 2010 is de Wet referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen vastgesteld. De wet legt het kader vast voor de lagere, meer

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 323 Wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs inzake vervanging van de basisvorming door een nieuwe regeling voor de onderbouw (regeling

Nadere informatie

»vi^.^4*/ OyCtM^+c **.. 21 oktober 1968

»vi^.^4*/ OyCtM^+c **.. 21 oktober 1968 ONDERWIJSRAAD SECRETARIAAT: BEZU1DENHOUTSEWEG 125 'S-GRAVENHAGE TEL. 070-83 6194»vi^.^4*/ OyCtM^+c **.. 21 oktober 1968 Bericht op het schrijven van 31 juli 1968, D.G.W- 167279 Betreft; ontwerp-besluit

Nadere informatie

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: [concept 23 april 2014, versie t.b.v. internetconsultatie] wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs en enkele aanverwante wetten in verband met het invoeren van profielen in het voorbereidend beroepsonderwijs

Nadere informatie

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs, de Wet voortgezet onderwijs BES en enkele aanverwante wetten in verband met het invoeren van profielen in het voorbereidend beroepsonderwijs en het middelbaar

Nadere informatie

Rapport. inzake. de stichting FUNDASHON E HENDE. tegen. de Minister van Verkeer, Vervoer en Ruimtelijke Planning

Rapport. inzake. de stichting FUNDASHON E HENDE. tegen. de Minister van Verkeer, Vervoer en Ruimtelijke Planning Rapport inzake de stichting FUNDASHON E HENDE tegen de Minister van Verkeer, Vervoer en Ruimtelijke Planning Scharlooweg 41, Tel: (+5999) 461-0303 Fax: (+5999) 461-9483 Info@ombudsman-curacao.cw 1. Inleiding

Nadere informatie

EXAMENBESLUIT HAVO/VWO

EXAMENBESLUIT HAVO/VWO EXAMENBESLUIT HAVO/VWO De Onderwijsraad is een onafhankelijk adviescollege, ingesteld bij wet van 15 mei 1997 (de Wet op de Onderwijsraad). De Raad adviseert, gevraagd en ongevraagd, over hoofdlijnen van

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2017 43 Wet van 25 januari 2017 tot wijziging van onder meer de Wet educatie en beroepsonderwijs inzake aanscherping van de eisen met betrekking tot

Nadere informatie

Nassaulaan 6 en wetenschappen, Tel. 070-63 79 55 mevrouw drs. N.J. Ginjaar-Maas, Europaweg 4, 2727 SK Zoetermeer.

Nassaulaan 6 en wetenschappen, Tel. 070-63 79 55 mevrouw drs. N.J. Ginjaar-Maas, Europaweg 4, 2727 SK Zoetermeer. Advies niet-ambtelijke adviescommissie WOB. Onderwijsraad IT. t *3i Aan de staatssecretaris van onderwijs Nassaulaan 6 2514JS 's-gravenhage en wetenschappen, Tel. 070-63 79 55 mevrouw drs. N.J. Ginjaar-Maas,

Nadere informatie

de staatssecretaris van onderwijs en wetenschappen, drs. G. van Leijenhorst, Postbus 25OOO, 27OO LZ Zoetermeer. Formatiebesluit IS0VS0

de staatssecretaris van onderwijs en wetenschappen, drs. G. van Leijenhorst, Postbus 25OOO, 27OO LZ Zoetermeer. Formatiebesluit IS0VS0 Akmeniiiiicni AP\ Advies niet-ambteiijke adviescomnissi«onderwijsraad W0B, S. GRAVENHAGE, -6 FEB.if985 Nassaulaan ó O.R. UI/99897 LO 2514 JS 's-gravonhage L L.. Tel. 070-63 79 55 Bericht op het schrijven

Nadere informatie

ONDE RWIJS RAAD. 7 december 1967 O.R. 12 W.V.O. Bericht op het schrijven dd. 25 oktober 1967, A.V.O

ONDE RWIJS RAAD. 7 december 1967 O.R. 12 W.V.O. Bericht op het schrijven dd. 25 oktober 1967, A.V.O ONDE RWIJS RAAD SECRETARIAAT: BEZUIDENHOUTSEWEG 115 'S-GRAVENHAGE TEL. 070-83 6194 O.R. 12 W.V.O.

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden. RMC-wet 2001. Jaargang 2001 Staatsblad 2001 636 1

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden. RMC-wet 2001. Jaargang 2001 Staatsblad 2001 636 1 RMC-wet 2001 636 Wet van 6 december 2001 tot wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs, de Wet educatie en beroepsonderwijs en de Wet op de expertisecentra in verband met de invoering van de verplichting

Nadere informatie

Advies niet-ambtelijke adviescommii-,.. WOB.

Advies niet-ambtelijke adviescommii-,.. WOB. Advies niet-ambtelijke adviescommii-,.. WOB. Onderwijsraad Aan de staatssecretaris van onderwijs en wetenschappen, mevrouw drs. N.J. Ginjaar-Maas, Postbus 25000, 2700 LZ Zoetermeer. Nassaulaan 6 2514JS

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 9990 16 juni 2011 Herplaatsing Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 27 mei 2011, nr. WJZ/303092

Nadere informatie

Het college van bestuur en docentenexaminatoren van het Scala College voor gymnasium-atheneumhavo-vmbo te Alphen aan den Rijn,

Het college van bestuur en docentenexaminatoren van het Scala College voor gymnasium-atheneumhavo-vmbo te Alphen aan den Rijn, Programma van Toetsing en Afsluiting in 3-vmbo Algemeen Het college van bestuur en docentenexaminatoren van het Scala College voor gymnasium-atheneumhavo-vmbo te Alphen aan den Rijn, daartoe gemachtigd

Nadere informatie

Advies niet-ambtelijke adviescommissie WOB. Onderwijsraad

Advies niet-ambtelijke adviescommissie WOB. Onderwijsraad ÜT? R>2 3 Advies niet-ambtelijke adviescommissie WOB. Onderwijsraad Aan de minister van onderwijs en wetenschappen, de heer drs. W.J. Deetman, Postbus 25000, 2700 LZ Zoetermeer. Nassaulaan 6 2514 JS 's-gravenhage

Nadere informatie

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. (Tekst geldend op: 18-12-2013) Besluit van 23 april 2012 tot wijziging van het Eindexamenbesluit VO, het Staatsexamenbesluit VO en het Examen- en kwalificatiebesluit beroepsopleidingen WEB in verband met

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting 1976-1977 14 501 Wijziging van de Overgangswet WVO. (herziening regeling t.a.v. de bewijzen van bekwaamheid tot het geven van voortgezet onderwijs) Nr. 1 KONINKLIJKE

Nadere informatie

ONDERWIJSRAAD. - 6 FEB. i985 AAN WOB. Advies niet-arr.bteiijke adviescommissie

ONDERWIJSRAAD. - 6 FEB. i985 AAN WOB. Advies niet-arr.bteiijke adviescommissie ONDERWIJSRAAD O* UI/100189 LO Bericht op het schrijven van 26 oktober 1984, WJZ.5738/227 1 B; ingekomen 1 november 1984. Betreffende: Ontwerp-Onderwijskundig besluit ISOVSO. Advies niet-arr.bteiijke adviescommissie

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1995 1996 24 683 Wijziging van onder meer de Wet op het basisonderwijs, de Interimwet op het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs en de

Nadere informatie

ONDERWIJSRAAD <,. G RAVENHAGE, 2 2 OKT. 1986

ONDERWIJSRAAD <,. G RAVENHAGE, 2 2 OKT. 1986 A3vks niet-ambtelijke adviescommissie ONDERWIJSRAAD

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1995 380 Besluit van 18 juli 1995, houdende wijziging van het Uitvoeringsbesluit WHW in verband met aanvullende eisen met het oog op de inschrijving

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 15700 21 maart 2018 Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 13 maart 2018, nr. 2018-0000037011,

Nadere informatie

Examen Reglement 01-06-15. Postbus 744 9700 AS Groningen www.openbaaronderwijs groepgroningen.nl K.v.K. 345.7373.3838. Datum

Examen Reglement 01-06-15. Postbus 744 9700 AS Groningen www.openbaaronderwijs groepgroningen.nl K.v.K. 345.7373.3838. Datum 01-06-15 Examen Reglement Onderwerp Examenreglement VWO, HAVO, VMBO Openbaar Onderwijs Groep Groningen Definitief Bezoekadres Postadres L. Springerlaan 39 9727 KB Groningen Postbus 744 9700 AS Groningen

Nadere informatie

Onderwerp ontwerp-selectielijst archiefbescheiden beleidsterrein "Invoerrechten en accijnzen" over de periode

Onderwerp ontwerp-selectielijst archiefbescheiden beleidsterrein Invoerrechten en accijnzen over de periode Raad voor Cultuur Aan de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen p/a de algemene rijksarchivaris Postbus 90520 2509 LM 's-gravenhage Onderwerp ontwerp-selectielijst archiefbescheiden beleidsterrein

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 33 740 Wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs en de Wet voortgezet onderwijs BES in verband met het vervangen van de verplichte maatschappelijke

Nadere informatie

REGELING TOELATING MASTEROPLEIDINGEN

REGELING TOELATING MASTEROPLEIDINGEN REGELING TOELATING MASTEROPLEIDINGEN UNIVERSITEIT LEIDEN Het College van Bestuur van de Universiteit Leiden, gelet op artikel 7.31 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek juncto

Nadere informatie

EERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL. Vergaderjaar 2016/17

EERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL. Vergaderjaar 2016/17 EERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL Vergaderjaar 2016/17 34 446 Wijziging van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet op het voortgezet onderwijs in verband met de invoering

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 34 184 Wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs, de Wet voortgezet onderwijs BES en enkele aanverwante wetten in verband met het invoeren

Nadere informatie

Öt.% ONDERWIJSRAAD. 30 september Eerste Afdeling O.E. 229 H.O. Bericht op schrijven van 17 augustus 1966, D.G.W. I46776/I

Öt.% ONDERWIJSRAAD. 30 september Eerste Afdeling O.E. 229 H.O. Bericht op schrijven van 17 augustus 1966, D.G.W. I46776/I ONDERWIJSRAAD SECRETARIAAT: BEZUIDENHOUTSEWEG 125 S-GRAVENHAGE TEL. 070-83 61 M Öt.% % O.E. 229 H.O. 30 september 1966 Bericht op schrijven van 17 augustus 1966, D.G.W. I46776/I Onderwerp: ontwerp-besluit

Nadere informatie

UITSLAG, HERKANSING EN DIPLOMERING. Artikel 23 Eindcijfer eindexamen

UITSLAG, HERKANSING EN DIPLOMERING. Artikel 23 Eindcijfer eindexamen HOOFDSTUK V UITSLAG, HERKANSING EN DIPLOMERING Artikel 23 Eindcijfer eindexamen 1. Het eindcijfer voor alle vakken van het eindexamen wordt uitgedrukt in een geheel cijfer uit de reeks 1 tot en met 10.

Nadere informatie

Regeling modellen diploma s v.w.o.-h.a.v.o.-v.m.b.o.

Regeling modellen diploma s v.w.o.-h.a.v.o.-v.m.b.o. Algemeen Verbindend Voorschrift Betreft de onderwijssector(en) Informatie CFI/ICO Voorgezet onderwijs vo 079-3232.444 Regeling modellen diploma s v.w.o.- h.a.v.o.-v.m.b.o. Bestemd voor scholen voor voortgezet

Nadere informatie

Advies nïet-ambt< :ommis Bijlage bij notulen » afa. 2B WOB. 's-gravenhage, 2 4 DEC, 198? 19

Advies nïet-ambt< :ommis Bijlage bij notulen » afa. 2B WOB. 's-gravenhage, 2 4 DEC, 198? 19 » ( ONDERWIJSRAAD OR - 2B/1164 S Bericht op het schrijven van 15 oktober 1987, kenmerk WJZ 9583/3452 B/3453 B. Betreffende: Wetsvoorstel voorbereidend beroepsonderwijs ca. Advies nïet-ambt< :ommis Bijlage

Nadere informatie

Gelet op artikel 6g1, derde lid, van de Wet op het voortgezet onderwijs en artikel 12b, derde lid, van de Wet voortgezet onderwijs BES:

Gelet op artikel 6g1, derde lid, van de Wet op het voortgezet onderwijs en artikel 12b, derde lid, van de Wet voortgezet onderwijs BES: Besluit van tot wijziging van het Inrichtingsbesluit WVO en het Inrichtingsbesluit WVO BES in verband met vakanties en andere dagen waarop geen onderwijs wordt verzorgd Op de voordracht van de Staatssecretaris

Nadere informatie

^ONDERWIJSRAAD...GRAVENHAGE. -2 JULI «81

^ONDERWIJSRAAD...GRAVENHAGE. -2 JULI «81 Advies niet-ambtelijke adviescommissie W.O.B. ^ONDERWIJSRAAD...GRAVENHAGE. -2 JULI «81 Nassoulaon 6 < OR. 11/888 AVO 2514 JS '»-Gravenhage Bericht op het schrijven van 11 maart 1981; VO/AV/730.098. Betreffende:

Nadere informatie

Procedureverordening voor advisering tegemoetkoming in planschade gemeente Renkum

Procedureverordening voor advisering tegemoetkoming in planschade gemeente Renkum Procedureverordening voor advisering tegemoetkoming in planschade gemeente Renkum De raad van de gemeente Renkum; Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 december 2012; Gelet op artikel

Nadere informatie

U I T S P R A A K en

U I T S P R A A K en U I T S P R A A K 0 9-0 3 3 en 0 9-0 4 1 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake de beroepen van de heer XXX te Breda, appellant tegen de Centrale Examencommissie Geneeskunde,

Nadere informatie

Onderwijs- en Examenregeling 2012/2013

Onderwijs- en Examenregeling 2012/2013 Onderwijs- en Examenregeling 2012/2013 Masteropleidingen Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Biologie Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Natuurkunde Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Scheikunde

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2001 2002 Nr. 397 27 844 Regels inzake de veiligheid en kwaliteit van lichaamsmateriaal dat kan worden gebruikt bij een geneeskundige behandeling (Wet veiligheid

Nadere informatie

Besluit van tot wijziging van onder meer het Besluit samenwerking VO-BVE inzake verruiming van uitbestedingsmogelijkheden naar het vavo

Besluit van tot wijziging van onder meer het Besluit samenwerking VO-BVE inzake verruiming van uitbestedingsmogelijkheden naar het vavo Besluit van tot wijziging van onder meer het Besluit samenwerking VO-BVE inzake verruiming van uitbestedingsmogelijkheden naar het vavo Op de voordracht van Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

Nadere informatie

MINISTERIE VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

MINISTERIE VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP MINISTERIE VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP Nr. WJZ/2005/30013 (3764) (Hoofd) Afdeling DIRECTIE WETGEVING EN JURIDISCHE ZAKEN Nader rapport inzake het voorstel van wet houdende wijziging van de Wet

Nadere informatie

ONDERWIJSRAAD WOB. VGRAVENHAGE, 28 DEC. 1982

ONDERWIJSRAAD WOB. VGRAVENHAGE, 28 DEC. 1982 Aavies niot-ambtelijke adviekommiss.9 ONDERWIJSRAAD WOB. VGRAVENHAGE, 28 DEC. 1982 OR - Nassaulaan' 6 1 T5 S. 2514 JS 's-gravenhage Bericht op het schrijven van 2 november 1982, WJZ 3565 1/3332. Betreffende:

Nadere informatie

Algemene regels schoolexamens & PTA d Oultremontcollege 2014 2015

Algemene regels schoolexamens & PTA d Oultremontcollege 2014 2015 Algemene regels schoolexamens & PTA d Oultremontcollege 2014 2015 Afdeling vmbo GT / vmbo KB / vmbo BB Examen 2015 1 REGELING EXAMENS EXAMEN 2015 Voor u liggen de algemene regels schoolexamens van het

Nadere informatie

Partijen: De medezeggenschapsraad van de openbare basisschool "De Quint" te Alkmaar, nader aan te duiden als medezeggenschapsraad (MR)

Partijen: De medezeggenschapsraad van de openbare basisschool De Quint te Alkmaar, nader aan te duiden als medezeggenschapsraad (MR) Uitspraaknr. G416 Datum: 17 november 1993 Soort geschil: Interpretatiegeschil Partijen: De medezeggenschapsraad van de openbare basisschool "De Quint" te Alkmaar, nader aan te duiden als medezeggenschapsraad

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 31 278 Wijziging van de Wet rijonderricht motorrijtuigen 1993 naar aanleiding van de evaluatie van de doeltreffendheid en de effecten van deze

Nadere informatie

Regeling behandeling bezwaar- en beroepschriften Onderwijsgroep Galilei 2016

Regeling behandeling bezwaar- en beroepschriften Onderwijsgroep Galilei 2016 Regeling behandeling bezwaar- en beroepschriften Onderwijsgroep Galilei 2016 (opgenomen in Hoofdstuk 30 van het Handboek Governance) HOOFDSTUK I. BEGRIPSBEPALINGEN. ARTIKEL 1. In deze regeling wordt verstaan

Nadere informatie

Ontwerp-Experimentenwet onderwijs. Zijne Excellentie de staatssecretaris van onderwijs en wetenschappen, Nieuwe Uitleg 1, 's-gravenhage.

Ontwerp-Experimentenwet onderwijs. Zijne Excellentie de staatssecretaris van onderwijs en wetenschappen, Nieuwe Uitleg 1, 's-gravenhage. ONDE RWIJS RAAD SECRETARIAAT: BEZUIDENHOUTSEWEG 125 S-GRAVENHAGE TEL. 070-83 61 94 f* jo^s/u^-*,. O^f 4 oktober 1968 Bericht op schrijven dd. 3 juli 1968, D.G.O. 940. Betreft: D/AB Ontwerp-Experimentenwet

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2012 217 Besluit van 23 april 2012 tot wijziging van het Eindexamenbesluit VO, het Staatsexamenbesluit VO en het Examen- en kwalificatiebesluit beroepsopleidingen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 34 732 Wijziging van enige onderwijswetten in verband met het aanbrengen van enkele aanpassingen met beperkte beleidsmatige gevolgen en enkele

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 33 993 Wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs in verband met de integratie van het leerwegondersteunend onderwijs en praktijkonderwijs

Nadere informatie

Ontwerpbesluit tot wijziging van de Nadere voorschriften permanente educatie 1 oktober 2009 Indienen reacties uiterlijk 23 oktober 2009

Ontwerpbesluit tot wijziging van de Nadere voorschriften permanente educatie 1 oktober 2009 Indienen reacties uiterlijk 23 oktober 2009 Ontwerpbesluit tot wijziging van de Nadere voorschriften permanente educatie 1 oktober 2009 Indienen reacties uiterlijk 23 oktober 2009 Besluit tot wijziging van de Nadere voorschriften permanente educatie

Nadere informatie

ONDERWIJSRAAD. 13DEC.it883. Bijlage bij notulen I983-II Vierde Afdeling. 's-gravenhage, AAN

ONDERWIJSRAAD. 13DEC.it883. Bijlage bij notulen I983-II Vierde Afdeling. 's-gravenhage, AAN Bijlage bij notulen I983-II Vierde Afdeling ONDERWIJSRAAD O.R. IV/U02 S Bericht op hat schrijven van 9 november 1983, VO/VB-65U7 Betreffende 1 Overdracht havo-toppen. vdw/cr 's-gravenhage, Nassaulaon 6

Nadere informatie

Advies niet-ambtelijke adviescommissie ONDERWIJSRAAD WOB.,. eravenhage, t 2 Sfp. 19fl6

Advies niet-ambtelijke adviescommissie ONDERWIJSRAAD WOB.,. eravenhage, t 2 Sfp. 19fl6 Advies niet-ambtelijke adviescommissie ONDERWIJSRAAD WOB.,. eravenhage, t 2 Sfp. 19fl6 Nassaulaan 6 2514 JS 0 -R */877 S-II ' S - Gravenha 9e, L.. Tel. 070-63 79 55 Bericht op het schrijven van 7 juli

Nadere informatie

Mededeling vaststelling syllabi centraal examen vmbo 2008 en 2009

Mededeling vaststelling syllabi centraal examen vmbo 2008 en 2009 Voorlichtingspublicatie Betreft de onderwijssector(en) Informatie CFI/ICO Voorgezet onderwijs vo 079-3232.444 bvh 079-3232.666 Mededeling vaststelling syllabi centraal examen vmbo 2008 en 2009 Bestemd

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 32 812 Wijziging van onder meer de Wet op de expertisecentra in verband met de kwaliteit van het speciaal en voortgezet speciaal onderwijs Nr.

Nadere informatie

REGELING TOELATING MASTEROPLEIDINGEN UNIVERSITEIT LEIDEN

REGELING TOELATING MASTEROPLEIDINGEN UNIVERSITEIT LEIDEN REGELING TOELATING MASTEROPLEIDINGEN UNIVERSITEIT LEIDEN Het College van Bestuur van de Universiteit Leiden, gelet op artikel 7.30b, vierde lid, van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2001 2002 Nr. 396 28 067 Wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek onder meer ter uitvoering van in de nota «Zicht op kwaliteit»

Nadere informatie

't-gravenhage, Naisaulaan JS '»-Graven ha ge UI

't-gravenhage, Naisaulaan JS '»-Graven ha ge UI ONDERWIJSRAAD O.R. /1150 S Bericht op hat ichrijven van 't-gravenhage, Naisaulaan 6 2514 JS '»-Graven ha ge UI. 070-63 79 55 17 1987 r etr**fende i toepassing artikel 26 Wet op het voortgezet onderwijs

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1995 1996 24 770 Invoering van en aanpassing van wetgeving aan de Vaststellingswet titel 7.10 Burgerlijk Wetboek (arbeidsovereenkomst) (Invoeringswet titel

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2015 274 Besluit van 29 juni 2015 tot wijziging van het Tijdelijk besluit Saba Comprehensive School BES in verband met het invoeren van Engelstalig

Nadere informatie

O N D E RWIJS RAAD. 29 maart I966. Tweede Afdeling. O.R. 206 Exp. Bericht op schrijven van 2 februari I966, V.H.M.0. 295363. Aan

O N D E RWIJS RAAD. 29 maart I966. Tweede Afdeling. O.R. 206 Exp. Bericht op schrijven van 2 februari I966, V.H.M.0. 295363. Aan O N D E RWIJS RAAD SECRETARIAAT: BEZUIDENHOUTSEWEG 125 S-GRAVENHAGE TEL. 070-83 61 94 O 17> c^e^é 29 maart I966 O.R. 206 Exp. Bericht op schrijven van 2 februari I966, V.H.M.0. 295363 Betr.; eindexamen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar 1987-1988 19790 Sectorvorming en vernieuwing in het middelbare beroepsonderwijs Nr. 24 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS EN WETENSCHAPPEN Aan de

Nadere informatie

Beleidsregel bevoegdheid basisonderwijs, speciaal basisonderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs voor buitenlandse diploma s

Beleidsregel bevoegdheid basisonderwijs, speciaal basisonderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs voor buitenlandse diploma s Beleidsregel Betreft de onderwijssector(en) Informatie CFI/ICO Primair Onderwijs po 079-3232.333 Beleidsregel bevoegdheid basisonderwijs, speciaal basisonderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs voor

Nadere informatie