SKC Merwede. JEUGD beleidsplan

Transcriptie

1 SKC Merwede JEUGD beleidsplan Opgesteld door: Kees Cleton met jeugdcommissie 2010 Versie: 1.7

2 Inhoud 1 INLEIDING DOELSTELLINGEN ORGANISATIE STRUCTUUR JEUGDORGANISATIE TAKEN OVERLEG/COMMUNICATIE STRUCTUUR KEUZE EN SELECTIE BELEID SELECTIE PROCES SELECTIE CRITERIA AANVULLING TEAMS IGV AFWEZIGHEID OPLEIDING TRAINERS VAARDIGHEDEN JEUGD VAARDIGHEDEN SYSTEMEN IN HET KORFBAL TRAINING COACHEN BIJLAGE TRAININGS OEFENINGEN BIJLAGE FORMULIEREN TRAINING WEDSTRIJD

3 1 Inleiding Dit is het beleidsplan om de Jeugd afdeling van SKC merwede naar een gewenst niveau te brengen. Om dit beleid te realiseren is er inzet van enorm veel mensen nodig. Na het lezen van het plan hopen wij dat ook u deel wilt nemen en wilt helpen aan de ontwikkeling van de jeugdafdeling binnen onze vereniging. 1.1 Doelstellingen De jeugd afdeling is erop gericht talentvolle jeugdspelers zo op te leiden dat zij kunnen doorstromen naar de senioren selectie op top 1 e klasse niveau. De leden die niet op dit niveau kunnen en/of willen acteren moeten op hun eigen niveau met zoveel mogelijk plezier kunnen korfballen. Ieder lid zal wel de mogelijkheid geboden moeten worden aan te tonen op het door hem/haar gewenste niveau mee te kunnen doen. Om jeugdspelers door te kunnen laten stromen naar het senioren 1 e klasse niveau dient het korfbalniveau van de jeugdafdeling verhoogd te worden tov de huidige situatie. De A1, B1, C1, D1 en E1 moeten minimaal uitkomen in de 1 e klasse en daar bij de top 4 teams eindigen. Om korfbal op 1 e klasse niveau te spelen zijn er voldoende jeugd leden nodig om uit te kunnen selecteren, minimaal 2 teams per leeftijdscategorie. De doelstellingen: - Groei van spelende leden die zorgen voor voldoende concurrentie in de selecties. (Leden die voor het hoogste niveau gaan of hiervoor gestimuleerd worden) - Groei van kader om de commissies voldoende te bemannen en geschoolde trainers en coaches op het veld. - Streven naar leden behoud. - Groei van recreatieve leden. De uitdaging is TOP korfbal spelen, op een schitterende accommodatie met een fantastische groep vrijwilligers! 3

4 2 Organisatie De jeugdcommissie is verantwoordelijk voor het beleid op Sportief gebied, Financieel, Communicatie en Rand activiteiten. Sportief gebied: - Inschrijven en indelen van teams. - Organiseren van oefen/selectie wedstrijden. - Jeugd wedstrijd leiders aanwijzen. - Trainers en coaches zoeken - Opleiden en begeleiden trainers, coaches en jeugdwedstrijdleiders. - Doelstelling per team per seizoen bepalen Financieel: - Budget zoeken voor aan schaf goed materiaal - Werven van sponsoren voor jeugdteams of jeugd activiteiten Communicatie: - Informatie voorziening aan club blad en website - Werving jeugdleden Rand activiteiten: - Organisatie schoolkorfbal toernooi - Deelname aan toernooien - Ledenwerving 4

5 2.1 Structuur jeugdorganisatie De Jeugd Commissie bestaat uit: - Voorzitter jeugd commissie - Wedstrijdsecretaris jeugd - Lid tbv afschrijvingen en completeren teams - Administratief lid - Technisch lid (2 mensen) - Lid overige zaken 2.2 Taken Coördinator jeugd: De coördinator ondersteunt de trainers voornamelijk op technisch gebied om de prestaties te verbeteren. - Is regelmatig op trainingsavonden aanwezig. - Geeft advies aan jeugdbestuur mbt team indeling - Coördineert trainers begeleiding, wanneer welke techniek en oefenstof etc.. - Werven van geschikte personen voor training/leiding en begeleiding. - Overleg organiseren tussen trainers in betreffende leeftijdscategorie. Trainers en coaches: - Wekelijks begeleiden kinderen op training en wedstrijden. - Toepassen van de oefenstof zoals aangedragen door de coördinatoren. - Input geven voor selectie beleid. 5

6 Voorzitter JC: - Vergaderingen jeugd bestuur leiden - Contact persoon bestuur. - Problemen/knel punten signaleren en oplossen - Communiceert beleid met betrokkenen. - Bezoekt jeugdregio vergadering knkv - Is actief op het veld om zo voldoende contact en gevoel bij de jeugdafdeling te hebben. - Werven zoeken van geschikte personen voor training/leiding en begeleiding. Wedstrijdsecretaris JC: - Contact met knkv mbt wedstrijdzaken en team indelingen. - Contact met andere verenigingen. - Wedstrijden verzetten en communicatie aan trainers coaches - Verzorgen spelerskaarten, - Oefenwedstrijden organiseren - Aanwijzen JWL ers (scheidsrechters) - Bezoekt regio vergadering knkv - Stelt jaarverslag voor algemene ledenvergadering op. Lid tbv afschrijvingen en completeren teams: - Afschrijvingen aan nemen en verwerken, teams rond maken. Administratief lid JC: - Stelt lijsten team indelingen met trainingstijden ed op. - Samenstellen formulieren voor boekjes met spelerskaarten jeugd. - Algehele voorziening documenten en correspondentie. - Verzorgt communicatie richting clubblad en website. - Schoolkorfbal toernooien organiseren - Wedstrijdformulieren, routebeschrijvingen. - Notulen Technisch lid: - Coördineren van opleiding trainers, (eventueel extern kijken) - Technisch beleid met coördinatoren uitvoeren. Lid overige zaken: - Schoolkorfbal toernooien organiseren. - Clinics organiseren. - Trainingsdagen 6

7 2.3 Overleg/communicatie structuur + Wekelijks: - Jeugd coordinatoren o Overleg op veld met trainers/coaches in jeugd categorie. + iedere 4 weken: - Vergadering jeugdcommissie o Alle leden jeugdcommissie. - Bestuurs vergadering: o Leden bestuur = Voorzitter vanuit jeugcommissie. + iedere 6 weken: - Coördinatoren overleg. + 3 maal per jaar, halverwege de najaar, zaal en voorjaar competitie. - Trainers, coaches, jeugdcoördinator van betreffende leeftijd categorie. + Communicatie met kinderen en ouders: - Trainer/coach -> jeugd coördinator -> ouders o Bijvoorbeeld indien er problemen zijn met een kind. - Direct op het veld trainer/coach -> ouders Met betrekking tot selectie beleid en uitleg van keuzes: - Trainer/coach -> kinderen - Coördinatoren -> ouders Of Trainer/coach + Coördinator -> ouders Indien hier aanleiding voor is: Indien nodig moeten ouders voorbereid worden op bepaalde keuzes, als de inschatting is dat de keuze voor een bepaald kind teleurstellend is. Het is beter vooraf te informeren. Een redelijk gesprek en onderbouwen van een keuze met argumenten is dan eenvoudiger en zal makkelijker geaccepteerd worden. (Beter vooraf informeren dan achteraf boze/teleurgestelde mensen aan wie de keuze dan alsnog uitgelegd en onderbouwd moet gaan worden). De coördinator bespreekt de uitkomst met de voorzitter en kan zodoende aanvullende beslissingen nemen. 7

8 2.4 Keuze en selectie beleid Een scherp keuze/selectie beleid binnen de vereniging draagt bij aan: - Tool voor trainers en coaches ter stimulering van de kinderen. - Kinderen spelen op een niveau zodat ze zich optimaal kunnen ontwikkelen. - Prestatie van hoogst team op een zo hoog mogelijk niveau. - Gewenning aan positieve en negatieve gevoelens rond sportselecties. Algemeen zal een keuze/selectie beleid verbetering van mentaliteit van spelers en trainers moeten bewerkstelligen. Uitvoering: Aan het einde van ieder seizoen wordt er een inventarisatie gemaakt door de jeugdcommissie van beschikbare jeugdleden voor een betreffende leeftijdscategorie. De kinderen worden aan het einde van het seizoen in de leeftijdscategorie ingedeeld waar ze na de vakantie in uitkomen. Er worden enkele trainingen en wedstrijden georganiseerd om jeugdleden te testen en te beoordelen. Na de vakantie volgt indien nodig nog een laatste selectie (eventueel wedstrijd) en worden de keuzes aan de kinderen bekend gemaakt. Er moet gestreefd worden om voor begin van de competitie al een of meer wedstrijden in de uiteindelijke samenstelling te oefenen. Hiermee kan een goede voorbereiding op de competitie plaats vinden. 8

9 2.5 Selectie proces Bij aanvang van een nieuw seizoen wordt de volgende selectie cyclus doorlopen. Deze cyclus wordt aan het einde van het seizoen gestart en loopt door tot kort voor aanvang van het nieuwe seizoen. Overzicht beschikbare spelers in leeftijd categorie Uitnodiging spelers selectie training Training en beoordeling spelers Door jeugdcommissie Door trainers, coaches en jeugcoördinator Uitnodiging spelers selectiewedstrijd Door trainers, coaches en jeugcoördinator Beoordeling spelers Door trainers, coaches, jeugcoördinator en 1 ander lid van jeugdcommissie Uitnodiging spelers oefenwedstrijd Door trainers coaches en jeugcoördinator Beoordeling spelers en definitieve keuze Door trainers, coaches, jeugcoördinator en 1 ander lid van jeugdcommissie 9

10 2.6 Selectie criteria Selectie criteria zijn: - Voor het eerste team wordt voor de beste kinderen in de betse team samenstelling gekozen. Het tweede teams staan de daarop volgende kinderen etc.. - Technische en tactische vaardigheid Hoofdstuk 3 geeft de minimaal gewenste vaardig heden per leeftijdscategorie aan. - Ambitie & mentaliteit Kinderen moeten de ambitie hebben om sportief op het hoogste niveau te presteren en ook daarnaar te handelen. Op de trainingen en in wedstrijden wordt maximale inzet verwacht, kinderen die de training verstoren kunnen niet in het 1 e selectie team opgesteld worden omdat ze de ontwikkeling van anderen verhinderen. - Trainingsbereidheid Kinderen die niet alle trainingen volgen komen in principe niet in aanmerking voor de 1 e selectie. Indien er sprake is van duidelijk kwaliteit verschil kan onder voorwaarden toch voor de betere speler die minder vaak traint gekozen worden. - Geslacht en 8-tal (een selectie team bestaat altijd uit 4 jongens en 4 meisjes) De 1 e selectie bestaat uit 4 jongens en 4 meisjes. Trainers en coaches worden geacht regelmatig bij de 2 e selectie aanwezig te zijn om te beoordelen of hier kwalitatief betere kinderen spelen. Om kinderen breder op te leiden kan gekozen worden het 1 e en 2 e team tegelijk te trainen. Indien het kwaliteits verschil tussen 1 e en 2 e te groot is kan men hier beter van af zien. (indien er met meer dan 8 kinderen in een 1 e selectie team gespeeld word verdwijnt de noodzaak om de overige kinderen te blijven beoordelen, dit is niet wenselijk) - Leeftijd Leeftijd is niet het belangrijkste criteria, jongere kinderen kunnen gerust in een hogere leeftijd categorie indien dit ten goede van prestaties van het desbetreffende team en kind komt. Andersom, oudere kinderen in een lagere leeftijd categorie, kan ook. Bij de team samenstelling is de leeftijd van een kind geen belangrijk criterium. De jeugd moet vanaf de E leeftijd tot het hoogste senioren team gewend raken aan regelmatige selecties. Hierdoor leren ze te accepteren dat team samenstellingen wisselen men soms afvalt en soms wel geselecteerd kan worden voor een team. Tevens is de voortdurende druk van geselecteerd te worden voor een hoger of lager team een zeer geschikte stimulans om tijdens wedstrijden en trainingen een optimale prestatie te vragen van de kinderen. Belangrijk is om na selectie kinderen wel de reden of achtergrond van keuzes toe te lichten en aan te geven dat er gedurende het seizoen steeds weer selectie kan plaats vinden. Te denken aan de 3 competities najaar, zaal, voorjaar. Eerlijkheid is wel belangrijk geef kinderen niet het idee dat ze voor een bepaald team in aanmerking komen als dat in de praktijk niet het geval is. 10

11 2.7 Aanvulling teams igv afwezigheid Een team moet altijd aangevuld worden met de beste speler van onderliggend team uit dezelfde leeftijdcategorie. Hiermee krijgt de trainer de kans deze kinderen te zien spelen igv afwezigheid van een basis kracht. Bij voorkeur kan het kind gevraagd worden om voorafgaand met de wedstrijd een keer mee te trainen. Het kind kan zich bewijzen en zijn prestaties laten zien tijdens de wedstrijd. Uitverkiezing om mee te mogen met een hoger team moet als beloning gezien worden. Indien door organisatorische redenen niet aangevuld kan worden vanuit een onderliggend team is het mogelijk af te wijken van de regel. Bijvoorbeeld indien het onderliggende team kampioen kan worden en het bovenliggende team geen belangen meer heeft. In principe wordt een team nooit vanuit een hoger team of hogere leeftijdscategorie aangevuld, tenzij onderliggende teams tegelijk spelen met het team dat aangevuld moet worden of als het hier het laagste 8-tal betreft. Een lid van de Jeugd commissie heeft als hoofdtaak de teams wekelijks aan te vullen en rond te maken. Dit lid moet zich regelmatig op de hoogte stellen over de wensen van trainers en coaches ten aanzien van invallers. Eventueel overlegt dit lid met de jeugdcoördinator over aanvulling van de teams. Aanvullingsschema: 11

12 3 Opleiding trainers Er moet een duidelijke structuur ontstaan welke aan trainers en coaches een handvat geeft over: - Wat wordt er van de trainer/coach verwacht - Hoe moet de trainer/coach de training indelen - De trainer/coach weet welke vaardigheden zijn spelers/ster moeten leren. - De trainer/coach weet waar hij met vragen en problemen terecht kan. De JC wil dat de sporters een zo goed mogelijke training krijgen. Trainers dienen hiervoor geschoold en begeleid te worden. Trainers worden begeleid met: 1. Oefeningen en trainingen (uit het jeugdplan) 2. Oefeningen en technieken worden in blokken van 6 weken door de jeugd coördinatoren aangedragen. Het is de bedoeling deze oefenstof tijdens het blok van 6 weken op de trainingen uitgevoerd wordt in de hele betreffende jeugd categorie. (dus bijvoorbeeld bij alle E teams) 3. Trainers bijeenkomsten die 3 x per seizoen gehouden worden. Eventueel met behulp van hoofdtrainer of selectie spelers. - Er wordt over een bepaald thema gesproken dat de komende periode aandacht krijgt (bijvoorbeeld Schot, doorloper, bepaald system) - Problemen kunnen besproken worden - Ideeën kunnen uitgewisseld worden 4. Het volgen van KNKV cursussen. Via het KNKV zijn diverse opleidingen beschikbaar, de vereniging geeft trainers de gelegenheid en stimuleert hen deze opleidingen te volgen. 12

13 4 Vaardigheden jeugd 4.1 Vaardigheden Hieronder is beschreven per jeugdcategorie wat de spelers en speelsters moeten weten en kunnen. Het gaat erom dat trainers en coaches gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor het aanleren van deze vaardigheden. Voor het aanleren van alle vaardigheden geldt: De techniek goed aanleren en veel corrigeren is hierbij erg belangrijk, zo hoeft er later minder gecorrigeerd te worden. Het is uiteraard niet de bedoeling dat men alleen bezig is met corrigeren. Maar wanneer hier de eerste weken van de training veel aandacht aan wordt besteedt, zal het resultaat hiervan zichzelf aandienen. Kangoeroes (5,0-6,0 jaar) * Maak vooral veel plezier, dat is waar deze kleintjes voor komen, probeer niet alleen spelletjes met de kinderen te doen. * Laat ze kennis maken met de bal en de korf. * Gooien en vangen zijn de zaken die veel aandacht vragen. * Schieten op een lagere korf om de techniek aan te leren. F-jeugd (6,1 7,0 jaar) * Gooien en vangen zijn de zaken die nog steeds veel aandacht vragen. * Na verloop van tijd moet bij de kinderen duidelijk worden dat korfbal zowel uit aanvallen als verdedigen bestaat. * De scoringstechnieken van schot, doorloop en strafworp moeten in beginsel worden aangeleerd. De strafworp moet onderhands geleerd worden. * Beginnen met het aanleren van de doorloop. * Leer de kinderen wat voorverdedigen is * Het 1:1 verdedigen moet aangeleerd worden. E-pupillen (8-10 jaar) * Het gooien en vangen vereist nog steeds veel aandacht. Ook de verkeerde hand moet nu gebruikt worden. * Het schot, de doorloop en de strafworp dient verbeterd te worden. Ook kan een begin gemaakt worden met het aanleren van de vrije bal. * Leer de kinderen uit beweging te schieten, op één been. * Tactisch moeten de eerste stappen gezet worden. In de eerste plaats is de positie in het vak van groot belang. Zowel zonder als met balbezit. Er dient begonnen te worden met de spel systemen 4-0 en 3-1. * Het 1:1 verdedigen moet men onder de knie hebben. * Er moet bewust aandacht besteedt worden aan het insnijden vanuit de diverse posities: voor en achter de korf. Leer het gebruik van de korf als blok. * Het spelsysteem 2-2 moet worden aangeleerd bij de kinderen. Hierbij moet aangeleerd worden hoe de afvang gepakt kan worden. 13

14 D-pupillen (10-12 jaar) * Men gaat spelen met een grotere bal, hierdoor zal gooien en vangen lastiger worden. Besteedt hier dus nog steeds veel aandacht aan. * Ook de scoringstechnieken schot, doorloop, strafworp en vrije bal worden lastiger met een grotere bal. Besteedt hier dus ook nog veel aandacht aan. * De spelsystemen 4-0 en 3-1 moeten verder worden verfijnd. * Uit het voorgaande kan geleerd worden dat er niet moet worden geschoten als er geen afvang is. * Voorverdedigen moet worden geperfectioneerd. * Leer de kinderen functioneren als een team. Elkaar helpen in de vorm van elkaar te coachen hoort daar zeker bij. * Het 1:1 verdedigen kan verbeterd worden. * Gooien en vangen moet geen enkel probleem meer opleveren. * De afvang moet goed verzorgd worden. (uitblokken) C-aspiranten (12-14 jaar) * Met de overgang naar de hogere korf is het belangrijk dat de techniek van de kinderen goed blijft. Veel aandacht besteden aan het schot, doorloop, strafworp en vrije bal op de hogere korf. * De spelsystemen 4-0, 3-1 en 2-2 moeten bij alle kinderen onder de knie zijn. * Het coachen van elkaar tijdens de wedstrijden moet een vaste gewoonte worden. * Het 1:1 verdedigen moet geen enkel probleem zijn. Collectief verdedigen (ballijnen, voorverdedigen) moeten ook goed uitgevoerd worden. * Leer de kinderen ook wat achterverdedigen is. B-aspiranten (14-16 jaar) * De techniek van alle denkbare onderdelen moeten onder de knie zijn (gooien, vangen, schieten, doorloop, strafworp en vrije bal) * Het schieten uit beweging moet verbeterd worden. Het is een belangrijk middel om te scoren tijdens de wedstrijden. Besteedt hier dus veel aandacht aan. * De spelsystemen 4-0, 3-1 en 2-2 moeten worden verbeterd. Inzicht krijgen is van groot belang. * Uitblokken moet geen enkel probleem meer zijn. * Voorverdedigen, ballijnen en achterverdedigen moeten geen problemen meer opleveren. A-aspiranten (16-19 jaar) * De spelsystemen 4-0, 3-1 en 2-2 en de afwisseling moeten vlot gespeeld kunnen worden. * Inzicht krijgen is van groot belang. 14

15 4.2 Systemen in het korfbal Om de doorstroming gemakkelijker te laten verlopen en om invallers bij hun invalbeurt beter tot hun recht te laten komen is het goed om al vroeg in de jeugd in aanraking te komen met deze spelsystemen. In de lijst met vaardigheden staat aangegeven wanneer men van de jeugd mag verwachten dat bepaalde technieken beheerst worden. Dit geldt niet alleen voor de standaard vaardigheden gooien, vangen, aanvallen en verdedigen, maar dit geldt juist voor de spelsystemen. Systeem 4-0 Het eerste getal geeft altijd aan hoeveel aanvallers er zijn (in 4-0 zijn dat er dus 4) In principe kunnen die allemaal tot scoren komen. Het tweede getal aan hoeveel personen er bij de korf te vinden zijn in of de aansteunpositie of de afvangpositie (in dit geval dus geen) Heel belangrijk bij het 4-0 systeem is dat de ruimtes in het vak groot worden gehouden en er constant beweging is van de spelers die niet in balbezit zijn. Dit ruim houden begint al voor dat de bal het vak binnenkomt. De spelers/sters stellen zich op in een vierkant (of ruit) waarbij de korf onbezet is. Om beurten wordt van achter uit het vak geprobeerd om de bal bij de middellijn op te halen. Als de bal eenmaal in het vak is, dient ervoor gezorgd te worden dat er telkens driehoeken worden gevormd. Dit houdt in dat er zowel links als rechts van de spelers/ster die in balbezit is wordt aangeboden/vrij gelopen. In principe zijn er dus vier aanvallers, die allen tot scoren kunnen komen. Alleen gaat dit niet op bij 4-0, omdat er geen personen onder de korf voor de afvang staan. Elk schot zou dus balverlies betekenen. Als je 4-0 heel simpel zou willen benoemen, is het niets anders dan de bal rondspelen zonder dat de korf bezet is. Vanuit 4-0 moet er dus eerst over worden gegaan in een ander systeem, om daadwerkelijk tot aanvallende acties te kunnen. Systeem 3-1 In dit systeem zijn er drie aanvallers en staat één persoon onder de korf. Vanuit het 4-0 systeem wordt de korf neergezet door een dame of heer. De drie aanvallers moeten door middel van samenspel tot afronding zien te komen. Hierbij is het niet de bedoeling om in de snijden voor de aansteunpositie. Door tempo versnellingen, in- en uithoeken moeten de aanvallers vrij zien te komen en tot schot zien te komen. Wanneer een doelpoging is ondernomen, kan men opnieuw beginnen in de 4-0 situatie. Systeem 2-2 In dit spelsysteem staan twee spelers/sters onder de korf (één als aangever, één als afvanger) en zijn er twee aanvallers. Vanuit het 4-0 systeem wordt eerst de korf neergezet door een dame of heer, vervolgens snijdt de andere dame of heer in voor de aansteunpositie. De overgebleven aanvallers (dames of heren) proberen door gebruik te maken van de aansteun tot een doelpoging te komen. Wanneer een doelpoging is ondernomen, kan men opnieuw beginnen in de 4-0 situatie. 15

16 4.3 Training Zoals uit het eerder genoemde blijkt, beschrijft dit jeugdplan vrijwel alle facetten van het korfbal. Het is aan de trainers om de kinderen/jongeren deze vaardigheden bij te brengen. Let wel dat een en ander afhankelijk is van de kwaliteit en de motivatie van de groep. Onder het kopje training wordt uiteengezet hoe de jeugdcommissie graag ziet dat de trainingen worden verzorgd. Uiteraard nemen we de eerder vermelde criteria als leidraad Algemeen Bij het geven van training zijn twee aspecten zeer belangrijk. A) didactiek= kunst of methode van onderwijzen. B) methodiek=volgens een bepaalde manier handelend. A. Didactiek Uiteraard volgen hieronder geen voorschriften over hoe er training gegeven moet worden. Iedereen doet dit op zijn/haar eigen manier. Wel volgen een aantal aandachtspunten: * Het allerbelangrijkste is dat je de kinderen op een bepaalde manier voor je moet winnen. Dit zal niet lukken als je jezelf arrogant opstelt en je boven het kind verheft. Voor alles moet je interesse tonen in het kind en zijn omgeving. Dit kan betrekking hebben op zijn school, gezinsleven of noem maar op. Laat merken dat de kinderen wat voor je betekenen door ze positief te benaderen. Naast interesse is enthousiasme het tweede middel om kinderen voor je te winnen. Een trainer die van het uur dat hij/zij training geeft drie kwartier met zijn handen in zijn zakken staat, straalt niets uit. Kinderen zullen je zien als iemand die bevelen geeft en nemen je niet serieus. * Zorg voor een sportieve instelling. In de eerste plaats betekent dit dat een trainer sportief gekleed is. Je kunt de kinderen niet verplichten om in sportkleding te komen als je zelf in een spijkerbroek en nette schoenen op het veld staat. Buiten de kleding zegt je houding ook veel. Ga bijv.zelf niet zitten als de kinderen dit ook niet mogen. Tenslotte als je samen training geeft, heb dan tijdens een trainingsuur alleen oog voor de kinderen en ga niet voortdurend met je trainingsmaatje of een ander in discussie. * Ga zo staan dat de hele groep je kan overzien. Let op dat er geen kinderen achter je gaan staan. Deze kunnen dan je gebaren niet zien terwijl die vaak zeer belangrijk zijn. * Probeer zelfverzekerd over te komen. Je blijft mens dus fouten maken mag. Kinderen vinden het heerlijk als je een blunder begaat. Het beste is om dan mee te lachen en gewoon verder te gaan. * Om het voorgaande te bewerkstelligen is het nodig je goed voor te bereiden. Bedenk van te voren wat je gaat doen en wat je wil zeggen. Schrijf dit desnoods puntsgewijs op. * Maak de groepjes zo klein mogelijk. * Ga als volgt te werk: Doe een oefening eerst voor. 16

17 Zeg wat het doel van de oefening is. Laat de kinderen de oefening doen. * Blijf vervolgens opletten of de oefening goed wordt uitgevoerd. Corrigeer veel. Hierbij heb je verschillende mogelijkheden. In de eerste plaats kan je werken met je stem. Je kunt de oefening stil leggen en zeggen wat er fout gaat. Het is ook mogelijk door middel van stemverheffing duidelijk te maken dat je niet tevreden bent. Je kunt ook kiezen om de oefening nogmaals te demonstreren. Dit kan op de goede manier, zoals het zou moeten. Je kan het ook overdreven foutief doen. Concreet: - Gooien: schouder naar voren, arm naar achter, juiste voet voor. - Schot: stand handen, bal bij kin/neus, 1-2 naar bene.. - Verdedigend: achteruitlopen,.. * Het kan soms weken, maanden of jaren duren voordat een kind iets beheerst. Let op dat je niet te snel iets gaat doen wat voor de kinderen te moeilijk is. Bijv doorloopbal als het kind nog niet kan vangen, etc.. B. Methodiek Dit zegt iets over het soort oefening dat je gebruikt. Je moet ervan uit gaan dat je kinderen bepaalde dingen moet leren. Je brengt ze dus van iets dat ze niet (goed) beheersen tot iets dat ze wel (goed) beheersen. De manier waarop je dit doet is uiteraard heel belangrijk. Zorg hierbij voor een goede opbouw en ga niet te snel. 17

18 Een aantal punten ter ondersteuning: 1) Bereid de trainingen thuis goed voor. (dit geldt overigens ook voor wedstrijden). In de eerste plaats vergt training geven een goede voorbereiding. Hij/zij die naar het veld komt met de gedachte om eventjes training te gaan geven aan een groep jongelui, overschat waarschijnlijk zichzelf en onderschat zijn spelers/sters. Kinderen hebben ook razend snel door of een training lekker loopt. Als dit niet het geval is gaan ze snel vervelen, wat resulteert in een geïrriteerde trainer/ster en een groep die geen nieuwe vaardigheden heeft geleerd. 2) Een training moet niet te eenzijdig zijn. Let op dat je niet te snel door bepaalde oefenstof gaat. Kinderen moeten eerst de oefeningen begrijpen en goed kunnen uitvoeren alvorens een stapje verder te gaan. Er kan beter een oefening goed gaan dan 5 maal half (= helemaal niet goed). 3) Techniek is zeer belangrijk. Blijf hierin altijd corrigeren. Blijf ook corrigeren. Vooral wat de techniek betreft is dit zeer belangrijk. Hiermee kun/moet je al beginnen bij de F jeugd en blijft van belang tot en met de B- aspiranten. Je zult zien dat als de techniek niet goed is, dit op latere leeftijd haast niet meer te verbeteren is. Kinderen zijn hierin ook vreselijk eigenwijs. Een opmerking als: " Ja, maar hij gaat er toch in" is een zeer vaak gehoorde. 4) Werk veel in partijvormen. Buiten dat dit leerzaam is, vinden de kinderen dit ook leuk. Sommige punten zijn niet eenvoudig te trainen. Wat te denken van het verdedigen en aan het tactische deel van het spel. Beide zaken zijn het beste te leren door veel in partijvormen te werken. Dit zou een 1:1 situatie kunnen zijn, maar beter is een 4:4 spel. Train tijdens een dergelijke partijvorm telkens één aspect bv. voorverdedigen, ballijnen afschermen, 1:1 verdedigen, diagonaal ballen gooien. Stop het spel als iets fout gaat en leg uit wat er fout ging en geef de verbetering aan. 5) Training moet praktijkgericht zijn, maar vergeet de theorie niet. Tenslotte is training geven vooral praktijkgericht bezig zijn. De fouten die in een vorige wedstrijd werden gemaakt worden genoemd en verwerkt in een oefening die aangeeft hoe het wel moet. Tevens wordt naar de volgende wedstrijd toegeleefd. Uiteraard ontkom je er niet aan om ook een deel theorie te behandelen. Gebruikte termen als voorverdedigen of 1:1 duelleren, kan je gemakkelijk op een training uitleggen. 18

19 4.4 Coachen Coachen is het begeleiden van een ploeg. Wat er bij het begeleiden van een jeugdploeg komt kijken, behandelen we hieronder. Belangrijk is om het doel van het coachen in de gaten te houden. Gaat het puur om resultaat of ligt het doel op een iets ander vlak. (vooral plezier) Het is uiteraard het meest ideaal als de trainer dezelfde is als diegene die de ploeg tijdens de wedstrijd begeleid. Je kent dan immers de kwaliteiten en de zwakke plekken van de spelers/sters als individu als ook het collectief. Het is raadzaam om de taak van de coach in een aantal fasen te verdelen, te weten: 1) Voor de wedstrijd 2) Tijdens de wedstrijd (ook de rust) 3) Na de wedstrijd Voor de wedstrijd Het klinkt vreemd en misschien wat arrogant maar er is er maar een de baas en dat is de coach. Natuurlijk geldt dit ook voor de trainer. Toch zal je merken dat de kinderen meegaander zijn met een coach dan met een trainer. Een kind heeft ook altijd meer zin in een wedstrijd dan in een training. * Wees ruim van te voren aanwezig.! In feite moet jij de kinderen opvangen. Zeker in het geval van invallende spelers/sters is dit belangrijk. Het is dan allemaal wat vreemd en onwennig. Door een goede opvang zijn kinderen de zenuwen al snel kwijt. Het eerste punt klinkt flauw, maar is van groot belang. * Maak de opstelling. Probeer het team/de vakken zo evenwichtig mogelijk samen te stellen. Hierbij kan van belang zijn: lengte, snelheid, scorend vermogen, inzicht etc. * Laat de kinderen omkleden en kennis maken met het veld en de bal. * Als ze er allemaal zijn, wordt collectief een warming up gehouden. (bij de allerkleinsten is een echte warming up nog niet nodig. Zorg er dan voor dat er op een ander wijze aan het Wij-gevoel wordt gewerkt. * Tenslotte wordt de bespreking gehouden. De opstelling wordt vrij gegeven. Maak de bespreking niet te lang. Geef puntsgewijs wat zaken door (bijv. voorverdedigen, goed in de handen plaatsen want de bal is nat en dus glad, etc.) Kinderen kunnen niet veel onthouden. Wel is het belangrijk om de strijdlust nog wat aan te wakkeren. * Na nog wat in te schieten, zal de wedstrijd beginnen. 19

20 Tijdens de wedstrijd Zeker bij de wat jongere kinderen is het een kwestie van ze veel aanmoedigen. Verder kan je af en toe nog een aanwijzing kwijt. Maar veel valt er niet te coachen. Bij de wat oudere jeugd is dit toch al heel anders. Je kunt ze individueel aanwijzingen geven, maar ook als collectief. Vaak werkt het beter om de kinderen naar je toe te roepen en ze dan toe te spreken dan om iets hard door het veld te schreeuwen, hoewel dat uiteraard wel tot de mogelijkheden behoort. Om te coachen moet je de kinderen wel redelijk tot goed kennen. Je weet dan tot hoe ver je kunt gaan en je kunt vooraf al inschatten of je aanwijzingen van waarde zijn. Sommige kinderen zijn uitermate gevoelig (overgevoelig) voor kritiek. Je aanwijzing was bedoeld om het kind beter in de wedstrijd te helpen. In plaats van je doel te bereiken haal je een dergelijk kind helemaal uit de wedstrijd. Uiteraard is het van de stand in de wedstrijd en de kwaliteit van het vertoonde spel afhankelijk van wat je hier gaat zeggen. Wees te allen tijde eerlijk. Iemand die zegt dat het best goed gaat terwijl de werkelijkheid het tegengestelde laat zien, zal snel door de kinderen worden ontmaskerd. Kinderen kunnen over het algemeen goed tegen opbouwende kritiek. Dit moet dan wel uit positieve (complimentjes) en negatieve kritiek bestaan. Na de wedstrijd Het is goed om na de wedstrijd nog even samen uit te blazen. Misschien onder het genot van iets te drinken. Je kunt de wedstrijd direct analyseren door de goede en minder goede dingen naar voren halen. Zeker in het geval dat de trainer niet de begeleider is, anders kun je kiezen dit voor de eerste training te doen. Let hier op het volgende: Bij de jonge kinderen dient de nadruk te leggen op wat ze goed hebben gedaan. Het foute wel noemen maar nadruk ligt op het positieve Bij de ouderen is het precies andersom. De nadruk ligt op het foutieve Dit dient wel gecorrigeerd te worden. Ergens iets van zeggen en niet verbeteren is zinloos. Wedstrijdformulier Het wedstrijdformulier wordt na de wedstrijd ingevuld en uitgewisseld. De scheidsrechter zal hierin een leidende rol vervullen. Vul dit formulier goed in. Dit voorkomt problemen en boetes. Let in het bijzonder op de kop van het formulier. Zijn de aanvangstijden en het wedstrijdnummer goed ingevuld. Vergelijk ook even met het formulier van de tegenpartij. Uiterste noodzaak Het is wel eens voorgekomen dat een ploeg van Merwede door de tegenstander en het "vijandige" publiek onheus is bejegend. Dit is een kwalijke zaak, die in samenspraak met de daarvoor bestemde besturen moet worden opgelost of worden voorkomen. Hier ligt voor de coach een moeilijke taak. Hij moet beslissen of de ploeg de wedstrijd uit speelt of dat hij/zij zijn team van het veld haalt. Dit is uiteraard een zeer zware maatregel, die je niet te snel moet hanteren. Als het niet anders kan hoort het echter wel tot de mogelijkheden. Laat dit altijd aan de jeugdcommissie weten, zij zullen dan verder actie ondernemen. 20

21 5 Bijlage trainings oefeningen Dit is een aparte bijlage. 21

22 6 Bijlage formulieren In deze bijlage een aantal formulieren welke gebruikt kunnen worden voor diverse beoordelingen. 22

23 6.1 Training Datum Team Trainers Aantal aanwezige kinderen.. /.. / Ingevuld door: Aanvang training Zijn trainers op tijd Zijn trainers correct gekleed (sportief) Staan de materialen op tijd klaar Begint de training op tijd Heeft de training een voorbereiding gemaakt Wordt de spelers uitgelegd wat ze deze training gaan doen Ja / Nee Inleiding training Ja / Nee Begint de training met een opwarm oefening (warming-up) Individuele vaardigheden Ja / Nee Aan welke vaardigheden wordt er gewerkt Schot uit stilstand Schot uit beweging Doorloop Gooien vangen.. Worden spelers duidelijk gecorrigeerd wanneer nodig Blijven de trainers de spelers corrigeren Zijn de oefeningen nuttig voor deze leeftijd en sluiten ze aan bij de gewenste vaardigheden uit het jeugdplan 23

24 spel systeem Welke system worden er geoefend Is de uitleg duidelijk Is de oefening op niveau van spelers Ja / Nee Slot Wat wordt als slot oefening gedaan:.... Hoe lang duurt het slot. Minuten Indruk trainer Trainer doet de oefeningen voor Past de trainer bij de groep (leeftijd, fanatisme, etc..) Trainer geeft training met plezier Ja / Nee Indruk spelers Ja / Nee Hebben de kinderen plezier Hebben kinderen respect voor de trainer en luisteren ze goed Algemeen: 24

25 6.2 Wedstrijd Datum Team Trainers/coach Aantal aanwezige kinderen.. /.. /.... Ingevuld door:.. Aanvang wedstrijd Zijn trainers/coach op tijd Zijn trainers/coach correct gekleed (sportief) Staan de materialen op tijd klaar Warmung op gedaan Inschieten gedaan Voorbereidend praatje Ja / Nee Tijdens de wedstrijd Houden de trainers/coach zich met de wedstrijd bezig Hoe zijn de trainers/coach langs de lijn Fanatiek / rustig Hoe praten de trainers/coach tegen de kinderen schreeuwen / normaal / zacht Roept trainer regelmatig iemand bij zich Geeft trainer/coach regelmatig aanwijzingen Zijn de aanwijzingen juist en nuttig Ja / Nee.. Tijdens de wedstrijd Hoe zijn de kinderen Fanatiek / rustig Voeren de spelers opdrachten uit Luisteren de kinderen tijdens de wedstrijd naar de trainer/coach Spelen de kinderen volgens een systeem Welk? Is het niveau van tegenstander goed voor deze ploeg Ja / Nee. 25

26 Tijdens de rust Houden de trainers/coach zich met de wedstrijd bezig Roept trainer/coach de kinderen bij zich Geeft trainer/coach duidelijke aanwijzigingen Geeft de trainer/coach kinderen individueel aanwijzingen Ja / Nee Na de wedstrijd Roept trainer/coach de kinderen bij zich Geeft trainer/coach duidelijke aanwijzigingen Geeft de trainer/coach kinderen individueel aanwijzingen Worden materialen opgeruimd Ja / Nee Algemeen: 26

27 De volgende bronnen zijn gebruikt bij samenstelling van dit jeugdplan: