COMMISSIE VOOR RUIMTELIJKE UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2018

Transcriptie

1 SINT INT-MARTENS ARTENS-LATEM ATEM GEMEENTELIJKE COMMISSIE VOOR RUIMTELIJKE ORD RDENING Secretariaat: Dorp 1, 9830 St.-Martens-Latem tel. 09/ fax. 09/ UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2018 Aanwezig P. Lefranc voorzitter T. Embo, J. Van De Keere, J. Sanders, G. Gyselynck - leden P. Van Herp secretaris Aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning renovatie en uitbreiding museum Dhondt-Dhaenens Op 20 april 2015 bracht de GECORO advies uit over een ontwerp van gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan voor dezelfde site. Op 29 mei 2017 bracht de GECORO ongunstig advies uit over een eerste stedenbouwkundige vergunningsaanvraag strekkende tot de renovatie en uitbreiding van het museum Dhondt- Dhaenens. Deze eerste aanvraag werd ingetrokken op 29 juni De GECORO stelt andermaal vast dat de piste van een RUP verlaten blijft en dat het museum de plannen wenst te realiseren via een stedenbouwkundige vergunningsaanvraag. Het belangrijkste verschil tussen het RUP en deze tweede aanvraag is de oppervlakte van de uitbreiding die nagenoeg gehalveerd werd. De belangrijkste verschillen tussen de eerste en de tweede aanvraag: - De Museumlaan wordt principieel ontoegankelijk gemaakt, uitgezonderd hulpdiensten, zwakke weggebruikers en speciale transporten. De toegang wordt georganiseerd via de Pontstraat. - De inkom van het gebouw wordt bestemd als inkom/tentoonstellingsruimte. Het multifunctionele gebruik wordt verlaten. - Het aantal parkeerplaatsen op de bouwpercelen wordt teruggeschroefd. A. De stedenbouwkundige voorschriften Het bouwperceel is volgens het gewestplan Gentse en Kanaalzone gelegen in woonpark. Artikel 6 van het inrichtingsbesluit bepaalt onder meer wat volgt: 1.2. Aangaande de woongebieden kunnen de volgende nadere aanwijzingen worden gegeven: 1 / 5

2 de woningdichtheid: Onder woningdichtheid van een op het plan begrensd gebied wordt het aantal woningen per hectare verstaan: (...) de gebieden met geringe dichtheid zijn die waar de gemiddelde dichtheid 15 woningen per hectare niet overschrijdt; de woonparken zijn gebieden waarin de gemiddelde woningdichtheid gering is en de groene ruimten een verhoudingsgewijs grote oppervlakte beslaan; (...). Luidens het voormelde artikel is de bestemming woonpark een nadere aanwijzing van de bestemming woongebied, in die zin dat de woonparken gebieden zijn waarin de gemiddelde woningdichtheid gering is en de groene ruimten een verhoudingsgewijs grote oppervlakte beslaan. Noch de woningdichtheid, noch de verhouding tussen groene ruimten en bebouwde oppervlakte, noch de minimumoppervlakte van de percelen worden in het voormelde artikel bepaald. Het vereiste van een verhoudingsgewijs grote oppervlakte aan groene ruimte moet voor ieder bouwperceel in het woonpark afzonderlijk worden beoordeeld. De stelling dat het vereiste van een verhoudingsgewijs grote oppervlakte aan groene ruimten enkel voor het hele bestemmingsgebied kan worden beoordeeld en niet voor elk perceel of elke woongelegenheid afzonderlijk zou de beoordeling van dit bestemmingsvoorschrift voor elke afzonderlijke vergunningsaanvraag bijzonder moeilijk en onzeker maken, nu voor elke specifieke nieuwe aanvraag zou moeten worden uitgemaakt of de groene ruimten in het hele bestemmingsgebied door de nieuwe aanvraag nog steeds een verhoudingsgewijs grote oppervlakte beslaan. Een woonpark is in principe bedoeld als een woongebied van louter residentiële aard en bijgevolg in principe helemaal gericht op het rustig verblijven in een homogeen voor wonen bestemd woongebied midden het groen. Artikel 5 van het inrichtingsbesluit bepaalt onder meer: 1. De woongebieden: 1.0. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (...). Overeenkomstig artikel van het inrichtingsbesluit kunnen de inrichtingen voor dienstverlening/sociaal-culturele inrichtingen, waaronder kantoorgebouwen en musea, slechts in woongebied worden toegestaan voor zover ze niet omwille van hun taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd en voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. Die eerste voorwaarde houdt in dat de inrichting bestaanbaar moet zijn met de bestemming woongebied, waarbij met de taken van bedrijf de aard van de activiteit wordt bedoeld. Bij het beoordelen van de bestaanbaarheid met de bestemming van woongebied moet rekening worden gehouden met de aard en de omvang van het bedrijf, waardoor dat laatste inzonderheid om redenen van ruimtelijke ordening niet in het betrokken woongebied kan worden inge- 2 / 5

3 plant, ofwel wegens het intrinsiek hinderlijk of storend karakter van het bedrijf, ofwel wegens het bijzonder karakter van het woongebied (bijvoorbeeld louter residentiële wijk of woonpark). Bij het beoordelen van de verenigbaarheid met de onmiddellijke omgeving moet worden uitgegaan van de specifieke kenmerken van de onmiddellijke omgeving, die voornamelijk afhankelijk zijn van de aard en het gebruik of de bestemming van de in die omgeving bestaande gebouwen of open ruimten. B. Beoordelingsgegevens Beschrijving van de aangevraagde werken: - Terreinoppervlakte (som van 3 percelen): m². - Uitbreiding: m² bebouwing = totaal van m² + villa meander 141 m². - Bouwvolume: m³ (gegevens dossierafdruk). - Publieksgerichte functie museum: volgens beschrijvende nota: i) vaste presentatie en tijdelijke tentoonstellingen, ii) activiteiten met het oog op interactie met het publiek, iii) communicatie, promotie en marketing. - Bestemming van het gebouw: volgens de beschrijvende nota: i) centrale inkomhal (onthaal en tentoonstellingsruimte), grote en kleine tentoonstellingszaal, ii) voormalige conciërgewoning (vernieuwbouw): kantoren en bibliotheek personeel op eerste verdieping, ondersteunende functies (sanitair, lockers, personeelskeuken, ) op gelijkvloers, iii) voormalig depot: nieuw bouwvolume met atelier, berging en stookplaats, iv) nieuwe tentoonstellingszaal met ondergronds depot. - Verhardingen, trappen en hellingen (337 m²), parkeerzone voor 23 wagens tussen villa en museum enkel toegankelijk vanaf Pontstraat, toekomstige hoofdinkom (grasbetondallen 298 m²), parking aan westzijde museum (grindgazon: 1066 m²), wegenis (grindverharding m²), behoud toegangspoort Museumlaan (zwakke weggebruiker, urgentiedienst en uitzonderlijk transport) versperd voor autoverkeer. - Onverhard (groenaanleg): m². - Volgens charter: vanaf 2005 wordt tweesporenbeleid gevoerd: museum en kunstencentrum; in overleg met de gemeente zoekt men naar een definitieve oplossing voor de vraag naar parkeergelegenheid (aanbieden van een shuttledienst vanaf externe parking voor het jaarlijkse tuinfeest); het aantal manifestaties met meer dan 100 personen wordt beperkt tot max. 20 per jaar (geen feestzaal wel polyvalente zaal), thans gemiddeld bezoekers per jaar. In de beschrijvende nota wordt terecht aangevoerd dat het bouwperceel aan noord-, oost- en westzijde omgeven wordt door verkavelingen met open bebouwingen en aan de zuidzijde aansluit op de Pontstraat. De omgeving is overwegend residentieel. C. Beoordeling Geringe woningdichtheid 3 / 5

4 De GECORO stelt vast dat de woningdichtheid niet toeneemt. Verhouding groene ruimte bebouwde ruimte Op een totale oppervlakte van m² is er % inname door gebouwen en een totale terreininname van de gebouwen en verhardingen (excl. grindgazon) van 26.7% volgens de beschrijvende nota. Deze verhouding van groene en bebouwde ruimte kan gevolgd worden voor zover 1) de zgn. overloopparking (met grindgazon) zoals aangegeven maximaal 20 keer per jaar wordt gebruikt, wat het behoud van de groene aanleg ervan kan verzekeren, en 2) de brandweervereisten geen ontsluiting langs de Museumlaan opleggen, wat wellicht bijkomende verharding aan de overloopparking zou betekenen. Dit voorwaardelijk aanvaard percentage ligt net boven het maximum van de interne gemeentelijke richtlijn waarbij in woonpark maximaal 25% van het terrein mag ingenomen worden door gebouwen en verhardingen. De GECORO is van oordeel dat dit onder de gestelde voorwaarde in overeenstemming kan worden geacht met artikel van het inrichtingsbesluit. Bestaanbaarheid en verenigbaarheid De bestaanbaarheid met de bestemming woongebied houdt verband met de aard en de omvang van de inrichting, waardoor deze laatste inzonderheid om redenen van ruimtelijke ordening niet in het betrokken woongebied kan worden ingeplant, ofwel wegens het intrinsiek hinderlijk of storend karakter van de inrichting, ofwel wegens het bijzonder karakter van het woongebied. Wat betreft de aard: MDD wenst het museum te renoveren en uit te breiden. De belangrijkste wijziging ten opzichte van het huidige volume bestaat uit de uitbreiding met een nieuwe tentoonstellingszaal met ondergronds depot aan de oostzijde en het omvormen van de centrale inkomhal tot onthaal en tentoonstellingsruimte. De activiteiten zullen niet verschillen van de huidige activiteiten. Wat betreft de omvang: De oppervlakte van het museum neemt toe met ruim één derde of 474 m²; het totale volume bedraagt ,85 m³. Voorts wordt het terrein ingericht met 23 parkeerplaatsen voor dagelijks gebruik (voldoet aan CROW kencijfer van 1.2 plaatsen/100m²) en 48 occasionele plaatsen (max. 20/jaar) in grindgazon. De parking aan de Museumlaan heeft een capaciteit van ongeveer 36 plaatsen. Voor de opvang van grote bezoekersaantallen (bijvoorbeeld jaarlijkse tuinfeest) wordt overlegd met de gemeente om te werken met een shuttle dienst. Het aantal manifestaties met meer dan 100 personen wordt op jaarbasis beperkt tot maximum 20. De GECORO is van oordeel dat een zuivere museumfunctie (tentoonstelling van permanente en tijdelijke collecties) ook in zijn uitgebreide vorm bestaanbaar is met het woonpark voor zover er geen toegang is via de Museumlaan, uitgezonderd hulpdiensten en voetgangers/fietsers. Activiteiten ( manifestaties ) die geen direct verband houden met de publieke museumfunctie (permanente/tijdelijke tentoonstelling) zijn niet bestaanbaar met het woonpark. De vergunningsaanvrager heeft toegelicht dat de delocalisatie van het jaarlijkse tuinfeest wordt overwogen. En dat over het inzetten van een shuttledienst bij manifestaties (maximaal 20 per jaar) met meer dan 100 bezoekers gesprekken worden gevoerd. Mits delocalisatie van het jaarlijks tuinfeest en het effectief inzetten van een shuttledienst bij de maximaal 20 manifestaties 4 / 5

5 per jaar, kan de bestaanbaarheid van deze aciviteiten toch aangenomen worden voor zover er geen toegang is via de Museumlaan. De verenigbaarheid met de onmiddellijke omgeving houdt verband met de specifieke kenmerken van de onmiddellijke omgeving die voornamelijk afhankelijk zijn van de aard en het gebruik of de bestemming van de in die omgeving bestaande gebouwen of open ruimten. De onmiddellijke omgeving wordt gekenmerkt door een zuiver residentiële functie bestaande uit open bebouwingen. Volgens de bestemmingsvoorschriften en het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan moet het parkkarakter worden behouden. Met een terreininname van voorwaardelijk aanvaard % beantwoordt de aanvraag min of meer aan de interne richtlijn van de gemeente. De GECORO is dan ook van oordeel dat het bouwprogramma verenigbaar kan worden geacht met de onmiddellijke omgeving. BESLUIT: Rekening houdend met voormelde elementen verleent de GECORO een voorwaardelijk gunstig advies. De aanvraag is voorwaardelijk bestaanbaar met het woonpark en verenigbaar met de onmiddellijke omgeving mits 1) De organisatie en communicatie van de toegang langs de Pontstraat, uitgezonderd zwakke weggebruikers, hulpdiensten en speciale transporten. 2) De organisatie van shuttle diensten voor iedere activiteit (maximaal 20 per jaar) waarvan het te verwachten bezoekersaantal hoger ligt dan 100 personen. 3) De delocalisatie van het jaarlijks tuinfeest. De GECORO adviseert deze voorwaarden bij vergunningverlening op te nemen. Namens de Gemeentelijke Commissie voor Ruimtelijke Ordening, de secretaris, de voorzitter, get. P. VAN HERP get. P. LEFRANC 5 / 5