Streekbeleid G28+ Regionetwerk Gent

Transcriptie

1 PROJECTVERSLAG Datum provincieraad = Laatste nuttige zitting deputatie = MAT = NIEUW Streekbeleid G28+ Regionetwerk Gent Bevoegde gedeputeerden: Peter Hertog en Geert Versnick 1. Achtergrond en aanleiding tot project ESF-oproep Versterkt Streekbeleid Projectaanvraag indieningsperiode 3 - Oproepnummer G28+, Regionetwerk Gent. Op het bestuurlijke overleg van 16 december 2016 werd door de burgemeesters en vertegenwoordiging deputatie het mandaat gegeven om samen met de partners van het Regionetwerk Gent een projectaanvraag uit te werken in het kader van Verscherpt streekbeleid. Op basis van verschillende Regiolabs, werkgroepen en burgemeestersoverleg werd een projectaanvraag gefinaliseerd. In de aanvraag zijn vijf werkpakketten voorzien, waarvan werkpakketten 1, 3, 4 en 5 te maken hebben met economie (partner: Provincie Oost-Vlaanderen) en werkpakket 2 te maken heeft met mobiliteit (trekker: Provincie Oost-Vlaanderen): 7.1 WERKPAKKET 1: Grensoverschrijdend werken en ondernemen Strategische doelstelling: duurzaam versterken arbeidsmarkt in functie van een future fit economische ontwikkeling Met deze strategische doelstelling willen we deel-antwoorden vinden op de vraag of onze regio en haar economische weefsel voldoende veerkrachtig en wendbaar zijn om zich aan te passen aan de voortdurende veranderende economische en maatschappelijke evoluties en omstandigheden? Concreet biedt de ESF-call streekdynamiek de opportuniteit de samenwerking binnen de economische regio - de economische motor Groot Gent en de blik op de grensregio Terneuzen gericht - op het vlak van arbeidsmarkt te versterken (operationele doelstelling 1.1.) anderzijds een jobs en skills agenda 21ste eeuw uit te werken (operationele doelstelling 1.2.). De operationalisering van de strategische doelstelling hanteert enkele principes, nl niet de big bang, maar kleine stapjes leiden tot verandering en concrete acties scherpen de strategische visie aan Operationele doelstelling : skillsagenda voor de regio ontwikkelen met specifieke aandacht voor de competentiekloof Operationele doelstelling: grensoverschrijdende arbeidsmarkt subregio Gent- Terneuzen optimaliseren 7.2 WERKPAKKET 2: Stadsregionale ontwikkeling Strategische doelstelling 2.1: Een mobiele stadsregio Operationele doelstelling: Een gemeentegrensoverschrijdende samenwerking rond mobiliteit Actualisering van de studie Missing links verkeersnetwerken Oost-Vlaanderen voor onze regio in functie van economische ontsluiting en/of woon-werkverkeer met inbegrip van personen- en goederenverkeer. De missing links omvatten: weg-, spoorweg, water en

2 fietssnelweginfrastructuur. Voorstel tot strategische prioriteitsbepaling aan de hogere overheden voor onze regio. Kennisuitwisseling en afstemming tussen de verschillende overheden/organisaties over hun investeringsplannen en coördinatie daarvan: a. Gemeentes: wegenwerken, heraanleg pleinen, stations, bushaltes; b. De Lijn: gebiedsevaluaties, aanpassen haltes, doorstromingsmaatregelen; c. Provincie: aanleg fietssnelwegen, mobiliteitscampagnes, subsidieprojecten; d. AWV: realisaties langsheen gewestwegen; e. De Vlaamse Waterweg NV (W&Z) en Maritieme Toegang: realisaties langsheen waterwegen; f. Havenbedrijf Gent en Waaslandhaven; g. Intercommunales; h. POM; i. Infrabel / NMBS; j. Coördinatie van de acties die nodig zijn voor de versnelde realisatie van minstens 2 duurzame mobiliteitsassen in de regio (2 bloembladen) Operationele doelstelling: Initiatieven opschalen voor duurzaam woon-werkverkeer Het monitoren van de pendelbewegingen van bedrijven met meer dan 100 werknemers (gebruik makend van de driejaarlijkse cijfers van de federale overheidsdienst Mobiliteit) en concrete acties opstarten i.f.v. modal shift Opstarten van de testkaravaan: hierbij wordt een brede waaier aan vervoermiddelen ter beschikking gesteld aan de werknemers van deelnemende bedrijven. Gedurende een aantal weken kan men deze vervoermiddelen gratis proberen voor woon-werkverkeer. De testkaravaan bestaat uit klassieke fietsen, elektrische fietsen, vouwfietsen, elektrische bakfietsen, en fietskarren. De testkaravaan gaat verder dan de fiets, met probeerpassen voor de trein, bus, Blue Bike en carpoolpromotie, of een combinatie van diverse mogelijkheden. Opmaken van een stappenplan zodat het netwerk van fietssnelwegen binnen de regio op een georganiseerde en functionele wijze kan tot stand gebracht worden. Organiseren van participatie- en communicatiemomenten rond de aanleg van fietssnelwegen met het oog op het creëren van draagvlak en oplossen van knelpunten WERKPAKKET 3: Kernversterking Strategische doelstelling : flexibele, multifunctionele kernen Kernversterking betekent sterker inzetten op de historische verweving van wonen en werken. Het zijn bij uitstek de lokale besturen die een belangrijke rol hebben in het doordacht faciliteren en begeleiden van die verweving. Het realiseren van wonen is niet de grootste uitdaging. Lokale besturen staan voor de uitdaging om ruimte voor ondernemen in de kernen te behouden, te stimuleren en te creëren. Een gebrek aan draagvlak, financieel interessantere alternatieven, een evoluerende marktbehoefte, gewijzigd consumentengedrag, of de complexiteit van een vestiging in de kernen zorgen ervoor dat economische activiteiten en werkgelegenheid steeds vaker wijzigen of verdwijnen. Het wegtrekken van bedrijvigheid uit de kern heeft ook heel wat negatieve gevolgen. Er ontstaat leegstand, de leefkwaliteit vermindert, de mobiliteitsbehoeften stijgen bij het verder scheiden van het wonen, werken en winkelen en er moet nieuwe open ruimte ingenomen worden om bedrijven te huisvesten. De lokale besturen hebben nood aan bijkomende concrete en bruikbare instrumenten om naast de bestaande instrumenten kernversterking te realiseren, met name op het gebied van ondernemen en werkgelegenheid Operationele doelstelling: aanbieden van roterende voorzieningen in kernen

3 7.4. WERKPAKKET 4: Productief landschap Operationele doelstelling: kleinschalige initiatieven rond maakindustrie, sociale economie en circulaire economie steunen en mee organiseren Het hergebruik en sluiten van materiaalkringen is op vandaag voor heel wat ondernemingen en sectoren nog een grote uitdaging. Een circulair systeem probeert materialenkringlopen maximaal te sluiten door grondstoffen zo lang mogelijk in de economie te houden. Technologische evoluties maken het steeds interessanter om materialen opnieuw als grondstof in te zetten. Daarnaast wil een nieuwe generatie consumenten steeds meer duurzame producten en diensten. Samen met een toenemende schaarste aan grondstoffen en sterk wijzigende grondstofprijzen maakt dit de circulaire economie tot een steeds interessanter businessmodel. Een circulaire economie houdt zowel voor de regio als op individueel bedrijfsniveau heel wat opportuniteiten in. Een circulaire economie kan extra jobs en welvaart creëren. Het sluiten van materiaalkringen vraagt gespecialiseerde bedrijven die zowel toegang hebben tot reststromen als tot bedrijven die deze materialen na bewerking opnieuw kunnen gebruiken. Voor een bedrijf biedt circulaire economie heel wat kansen zoals kostenoptimalisatie, het uitsluiten van leveringsrisico's, innovatiepotentieel en nieuwe samenwerkingsmogelijkheden. Circulaire economie wordt als een motor beschouwd voor groei en innovatie in de regio. Omwille van de huidige technologische evoluties, zijn er veel meer mogelijkheden op vlak van recuperatie en is er een maatschappelijke verschuiving in denken. Er is m.a.w. een markt voor circulaire producten en diensten. De circulaire economie biedt kansen om wezenlijke stappen te zetten in de richting van een koolstofarme economie en samenleving. Door grondstoffen maximaal in gesloten kringlopen te brengen kunnen kosten verlaagd worden, en verhoogt ook de toeleveringszekerheid. 7.5 WERKPAKKET 5: Bestuurlijke intervisie en interactie Strategische doelstelling: versterken van het draagvlak voor intergemeentelijke en interbestuurlijke samenwerking, en geven de streek een duidelijke identiteit Operationele doelstelling: definiëren van het DNA van de streek en hun onderscheiden subregionale entiteiten, om het draagvlak van intergemeentelijke samenwerking te vergroten, en de streek een gezicht te geven Strategische doelstelling: verhogen van de bestuurlijke efficiëntie van gemeenten en andere betrokken bestuursniveaus, door meer synergie inzake beleid en kennisdeling Operationele doelstelling: vertalen van de diverse uitdagingen voor de streek in concrete handvaten, die bruikbaar zijn voor strategische planning van de betrokken besturen, en definiëren een gemeenschappelijke socio-economische agenda die de streek als geheel vooruit helpt Operationele doelstelling: zorgen voor expertise- en kennisdeling tussen de diverse besturen, en ontwikkelen het Regiolab als methodiek voor bestuurlijke intervisie en maatschappelijke participatie 2. Probleemstelling Er zijn tal van uitdagingen voor de sociaaleconomische ontwikkeling van de streek. Deze staan opgenomen in hoofdstuk 6 van het ESF-dossier en betreffen hoofdzakelijk demografische groei, de arbeidsmarkt, de haven van Gent, tewerkstelling en de kenniseconomie, stadregionale ontwikkeling, mobiliteit en klimaat, kernversterking en een productief landschap. Een sociaaleconomische ontwikkeling in de regio hangt nauw samen met een mobiliteitsbeleid in de regio. De hoofdlijnen van het mobiliteitsbeleid worden nog uitgezet door een generiek en verkokerd beleid. Een generiek bovenlokaal beleid is ontoereikend voor de specifieke noden per regio. Bovendien wordt het mobiliteitsvraagstuk meestal louter verkeerstechnisch en voor het openbaar vervoer eenzijdig bedrijfstechnisch benaderd. Parameters zoals wegcapaciteit, snelheid, rendabiliteit, performantie en veiligheid domineren. Aandacht voor omgeving of buurt zijn vaak secundair. Tussen verschillende bestuurlijke entiteiten zijn er vaak inhoudelijke tegenstrijdigheden, en gebrek aan samenwerking en afstemming.

4 Het leeuwendeel van de investeringen en middelen gaat nog steeds naar het autosysteem waardoor vervoersmaatschappijen NMBS en De Lijn omwille van eng efficiëntie denken tot het minimum gereduceerde vervoerplannen moeten maken die vaak te weinig voeling hebben met de wensen uit de diverse regio s. Lokale besturen hebben vaak te weinig mogelijkheden om te sturen terwijl ruimtelijke planning op lokaal niveau dan weer onvoldoende rekening houdt met de eigenheid van openbaarvervoerstructuren en hun exploitatie. Het probleem van herschaling van processen gaat ook vaak samen aan een probleem van framing. Investeringen in belangrijke dossiers gebeuren vaak erg sectoraal als gevolg van hoe de Vlaamse overheid is georganiseerd. Een meer geïntegreerde benadering op regionaal niveau biedt kansen om makkelijker naar win-win te zoeken voor diverse stakeholders 3. Doelstelling en beoogde resultaten 1. Een gemeentegrensoverschrijdende samenwerking rond mobiliteit 1.1. Is er een dynamische inventaris en prioritering van de missing links in onze regio opgesteld; 1.2. Wordt er minstens 2 x jaar een regiolab georganiseerd, waarbij zowel vanuit mobiliteitsvragen als aanbod de multimodaliteit als de missing links binnen de regio wordt geagendeerd en een voorstel tot coördinatie wordt uitgewerkt, en wordt een overlegplatform per bloemblad opgestart; 1.3. Worden vanuit die coördinatie thematische of plaatsafhankelijke mobiliteitsoplossingen puntsgewijs voorgesteld en uitgewerkt; minstens 2 mobiliteitsassen worden versneld gerealiseerd. 2. Initiatieven opschalen voor duurzaam woon-werkverkeer 2.1. Is er een monitor van de pendelbewegingen van grote bedrijven in onze regio Minstens 20 bedrijven(terreinen) maken gebruik van de testkaravaan (ca testers) en wordt verder opgevolgd Stappenplan per fietssnelweg wordt opgemaakt en gefaseerd gerealiseerd zodat een ontsloten netwerk ontstaat Voor de fietssnelwegen in minstens 2 bloembladen worden specifieke participatie- en commu- nicatiemomenten georganiseerd voor de versnelde realisatie van de fietssnelweg. 3. Het provinciebestuur/dienst economie zal actief bijdragen tot de werkpakketten 1, 3, 4 en 5. Deze sluiten sterk aan bij het provinciaal beleid. Voor werkpakket 1 betreft dit de grensoverschrijdende samenwerking, de engagementen in de Kanaalzone Gent-Terneuzen en Euregio Scheldemond. Voor pakket 3 is er een duidelijke link met de ondersteuning van de lokale economie, kernversterking en middenstand. In pakket 4 zitten acties vervat op het vlak van zowel sociale economie als circulaire economie (een klimaatinnovatieve economie). Pakket 5 bevat zowel beleidsmatige opvolging economie, als de inzet van cijfers, data en analyse. De volledige oplijsting van strategische en operationele doelstellingen, uitdagingen, acties en betrokken actoren staan opgelijst in het ESF-dossier. 4. Link met het meerjarenplan

5 Beleidsdoelstelling + nr = Nieuwe impulsen geven aan de Oost-Vlaamse economie en Oost-Vlaanderen uitbouwen tot een multifunctionele kennisregio en een logistieke topregio Actieplan + nr = Administratieve en inhoudelijke ondersteuning verlenen aan de werking van de nieuwe initiatieven inzake streekbeleid Actie + nr = Het ESF-project 'Versterkt Streekbeleid G28+ Regionetwerk Gent' mee uitvoeren Gevraagde personeelsbezetting Aanvragende dienst = R03 - dienst Mobiliteit VTE + functietitel + rang = 2 VTE / Beleidsmedewerker Mobiliteit / Av Graad + salarisschalen = beleidsmedewerker - A1a-A1b-A2a Looptijd project en duur contract = tot en met 30 september 2019 (2 jaar) Gemiddelde loonlast op jaarbasis = ,94EUR inclusief maaltijdcheques Gemiddelde werkingskost op jaarbasis = EUR - deze werkingskost houdt rekening met de huisvesting (60 %), de ICT-benodigdheden (30 %) en een deel algemene kosten (10 %). Aanvragende dienst = E01 dienst Economie, Europese en Internationale samenwerking VTE + functietitel + rang = 1 VTE / Beleidsmedewerker lokale en ruimtelijke economie / Av Graad + salarisschalen = beleidsmedewerker / A1a-A1b-A2a Looptijd project en duur contract = tot en met 30 september 2019 (2 jaar) Gemiddelde loonlast op jaarbasis = ,47EUR inclusief maaltijdcheques Gemiddelde werkingskost op jaarbasis = EUR - deze werkingskost houdt rekening met de huisvesting (60 %), de ICT-benodigdheden (30 %) en een deel algemene kosten (10 %). 7. Financiële haalbaarheid Goedkeuring ESF-dossier wordt pas eind juni verwacht. De werkpakketten en acties van het ESF-dossier waarbij provincie trekker is van het luik mobiliteit en klimaat - is in bijlage toegevoegd. Voor de opzet van ESF-project werd geput uit het provinciaal projectenfonds (cf. agenda PR dd. 5 oktober punt 24 betreffende de overeenkomst scheidingsaandeel en modaliteiten van uittreding). Het gaat om een bedrag van euro op jaarbasis. Voor wat betreft de exploitatiekosten werd voorgesteld om de vroegere RESOCmiddelen in te zetten. Het gaat om euro voor het volledige projectgebied. Voorgesteld wordt om dit bedrag als nominatieve subsidie toe te kennen aan Veneco, die het ESF-project coördineert (voor OVK zal de provincie de werkingsmiddelen beheren). Voor wat betreft personeel, in het bijzonder m.b.t. de uitrol van de acties waar wij als provincie trekker en/of partner, is volgende personeelsinzet noodzakelijk: 3 VTE

6 beleidsmedewerker (Av). Dit is een personeelskost van ,41 euro op jaarbasis. De ESF-subsidie voor Provincie bedraagt euro op jaarbasis. De eigen bijdrage voor ESF-personeel bedraagt ,41 euro op jaarbasis. De projectfiche met het overzicht van ontvangsten (subsidie ESF) en specifieke kosten vindt u terug in bijlage. Dit schema vormt voor ingave van budgetten in 2017, 2018 en Voor dienst economie - ESF Acties economie in pakketten 1, 3, 4 en euro gesubsidieerd ESF (* 2 jaar) ,47 euro feitelijke personeelskost A1 (*2 jaar) Eigen bijdrage: ,47 euro (*2 jaar) Om dit te financieren zal het vrijgekomen budget van de nog niet ingevulde functies van coördinator expert aan. De beide functies zullen ten vroegste 1 juli 2017 ingevuld worden waardoor er een budget van ,91 euro ter beschikking is. Daarnaast zullen voor 2018 en 2019 de middelen die vrijkomen zijn door de loopbaanonderbreking van Bart De Lepeleere, beleidsmedewerker economie en toerisme investeren in het project. Met ingang van 1 september 2016 werd Bart De Lepeleere toegestaan om zijn loopbaan (-1/5e) gedeeltelijk te onderbreken tot aan zijn rustpensioen (vrijgekomen middelen op jaarbasis: ,63 euro). 8. Functiebeschrijving Voor dienst mobiliteit wordt een bestaande functiebeschrijving gebruikt, met name beleidsmedewerker Mobiliteit. Voor dienst Economie, Europese en Internationale samenwerking wordt een nieuwe functiebeschrijving opgemaakt, met name beleidsmedewerker lokale en ruimtelijke economie die aan de provinciegriffier wordt voorgelegd ter goedkeuring.