Inzage exemplaar. Toetsen oefenen - voor LVS toetsen van CITO - Groep 4 ISBN: Inhoud

Transcriptie

1 Inzage exemplaar Toetsen oefenen - voor LVS toetsen van CITO - Groep 4 ISBN: Inhoud - Taal - Begrijpend Lezen - Taal - Woordbetekenis - Rekenen De set bestaat uit 1. Een opgavenboek 2. Een antwoorden / uitlegboek Versie: 4 juli

2 Toetsen oefenen - voor LVS toetsen van CITO - Groep 4 Opgaven boek versie Actie kosteloos extra online oefenen Kijk of de actie loopt...* Heeft u deze boekenset nieuw aangeschaft (bij een andere leverancier dan SM&C Internet Services bv)? Dan kunt u mogelijk een kosteloos gebruiksrecht aanvragen om online te oefenen voor één of meerdere maanden. U kunt dan aanvullend (laten) oefenen en leren op de website of Tevens kunnen dan ontbrekende of nieuwe onderwerpen (m.b.t. de toetsing) geoefend worden. Aanvragen kosteloos online oefenen * - U meldt zich aan op de website of in het onderdeel Aanmeldcodes Actiecodes of - U neemt telefonisch contact op met uitgeverij SM&C Internet Services bv op om u aan te melden. * Kijk op de bedoelde websites of deze actie momenteel van toepassing is en voor hoeveel maanden u dan kosteloos gebruik kunt maken van een van deze websites. 2

3 Verantwoording In deze oefenboeken set staan oefenopgaven voor: - Taal Begrijpend lezen - Taal Woordbetekenis - Rekenen De oefenboeken set bestaat uit een opgavenboek en een antwoorden/uitlegboek. Dit is het opgavenboek. Een groot aantal onderwerpen kan met deze boekuitgave geoefend worden ter voorbereiding op de LVS toetsing in groep 4, echter niet alle onderwerpen. Wilt u aanvullend oefenen met meer uitgaven, dan verwijzen wij u naar een van onze websites, alwaar u een gebruiksrecht kunt aanschaffen voor een online oefenpakket: Disclaimer en errata De inhoud en/of onderwerpen van de LVS toetsing in groep 4 kunnen gewijzigd zijn / worden door de makers van de toets. Ook kan het zo zijn, dat bij u op school bepaalde onderwerpen niet getoetst worden. Informeert u tijdig bij uw school of dit het geval is en wat er anders is, zodat u goed op de hoogte bent wat wel en niet geoefend dient te worden uit deze boeken set (door uw zoon / dochter / leerling(en)). Voor errata met b.v. correcties verwijzen wij u naar Redactie SM&C Internet Services bv - Toetsendleren.nl Enschede juli

4 Opgaven boek Inhoudsopgave Onderwerp Pagina Begrijpend lezen deel 1 v1.0 - groep 4 5 vraag 1 t/m 50 Woordbetekenis deel 1 v1.0 groep 4 33 vraag 51 t/m 290 Rekenen deel 1 v1.0 groep vraag 291 t/m 410 4

5 Colofon Uitgever Projectleider : SM&C Internet Services BV, Enschede : Dhr. O.H.M. Sanders SM&C Internet Services BV Postbus RE Enschede Telefoon : info@smc.nl Web : Druk en oplage Eerste druk eerste oplage. Deze uitgave bestaat uit een opgaven boek en een antwoord/uitleg boek. Aanvullend Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, (digitale) kopie of op welke andere wijze ook, zonder voorafgaande toestemming van de uitgever. SM&C Internet Services BV, Enschede

6 Begrijpend lezen deel 1 v1.0 - groep 4 Taal - Begrijpend Lezen Voor het eerst in groep 4 Vraag 1 Info: Lees eerst de tekst, beantwoord dan de vraag. Bron 1: Een basisschool. Deze tekst is een gatentekst, dat wil zeggen op de plek waar --?-- staat, zijn een aantal woorden weggelaten. Dit vraagteken (?) staat voor een cijfer (bijv. 1 of 5). Voor het eerst in groep 4 1. Maandag is de eerste dag van het nieuwe schooljaar. 2. Jim heeft een broer die Geert heet en twee jaar ouder 3. is. Geert zegt tegen Jim: In groep 4 kom je 4. bij juf Staahlhart. Die slaat, is kampioen nablijven 5. en als je teveel kletst, plakt ze je mond af. 6

7 6. Op zaterdag en op zondag ook. Op maandag zegt 7. Jim tegen zijn moeder dat hij niet naar school kan, 8. omdat hij al drie dagen erge buikpijn heeft. 9. Moeder antwoordt: Onzin. Ik breng je wel. 10. Jim stapt het lokaal binnen. Hij gaat helemaal achter 11. in de klas zitten, Juf loopt vrolijk en 12. vriendelijk pratend door de klas. Ze zet naamkaartjes 13. op de tafeltjes. Dan komt ze bij Jim. 14. Zo, wie ben jij? Oei, wat kijk jij angstig. Wat is er 15. met je aan de hand? 16. Jim kijkt strak op de tafel en stottert: Ik heb zo n 17. buikpijn, juf. 18. Is Geert Tuinstra je broer? Jim knikt zonder haar 19. aan te kijken. Juf vraagt Elsje of ze Geert Tuinstra 20. uit groep 6 wil ophalen. 21. Als Geert binnenkomt zegt juf: Een jaar lang heb ik 22. je leren kennen. Ga naar het bord en schrijf wat je Jim wijs gemaakt hebt. 24. Geert loopt met een vuurrode kop naar het bord en begint 25. te schrijven. Even later --5--, zelfs Jim moet grinniken 26. en zijn buikpijn is weg. 27. Op het bord staat: Juf Staahlhart slaat nooit, ze laat nooit 28. iemand nablijven, ze plakt niemand de mond af, ze is lief. 29. Jim mag het kringgesprek beginnen en vertelt vrolijk en 30. ontspannen over zijn vakantie. Regelaanduiding: (r. 5) = ga naar en lees regel 5. (r. 5 t/m 7) = ga naar en lees de regels 5 tot en met 7. Vraag: Welke woorden moeten staan op in regel 3? A) op de vrijdag ervoor B) op de vrijdag erna C) op de zondag ervoor D) op de maandag erna 7

8 Woordbetekenis deel 1 v1.0 - groep 4 Taal - Woordbetekenis - Algemeen Ander woord voor...? Vraag 51 Info: Voorbeeld Wat is een ander woord voor dier? A) plant B) geest C) beest D) aap C) beest Vraag: Wat is een ander woord voor mild? A) treffend B) akelig C) zachtaardig D) onvriendelijk Vraag 52 Info: Geen info beschikbaar. Vraag: Wat is een ander woord voor winkel? A) zaak B) schuur C) pand D) woning 8

9 Het tegengestelde van...? (2) Vraag 75 Info: Voorbeeld Wat is het tegengestelde van kort? A) dom B) leeg C) lang D) bang C) lang Vraag: Wat is het tegengestelde van afwerend? A) aanhalig B) moeilijk C) handig D) angstig Vraag 76 Info: Geen info beschikbaar. Vraag: Wat is het tegengestelde van voorop? A) middenin B) prachtig C) listig D) achterop 9

10 Maak de zin af. (2) Vraag 267 Info: Voorbeeld Een verpleegster is iemand die... A) kranten bezorgt. B) zwemles geeft. C) in een ziekenhuis werkt. D) bloemen water geeft. C) in een ziekenhuis werkt. Vraag: Een stuurman is iemand die... A) een scooter bestuurt. B) een fiets bestuurt. C) een schip bestuurt. D) een auto bestuurt. Vraag 268 Info: Geen info beschikbaar. Vraag: Een scheidsrechter is iemand die... A) een wedstrijd leidt B) afval scheidt. C) lesgeeft op school. D) recht spreekt. 10

11 Rekenen deel 1 v1.0 - groep 4 Rekenen - Geld Peren en appels Vraag 291 Info: Bekijk de bron. Bron 1: Peren. Vraag: Wat kosten 8 peren samen? A) 1. B) 2. C) 3. D) 4. 11

12 Rekenen - Getallen en getalsbenadering Blokjes chocolade Vraag 303 Info: Bekijk de bron. Bron 1: Chocolade. Er zijn 3 chocolade tabletten, elk tablet heeft 12 blokjes. Vraag: Hoeveel blokjes chocolade zitten op de 3 tabletten samen? A) 12 B) 24 C) 36 D) 48 12

13 Het zagen van een plank Vraag 331 Info: Bekijk de bron. Bron 1: Een plank van 100 centimeter. Op de afbeelding kun je al zien waar de plankjes gezaagd worden (= bij de dwarsstreepjes). Gezaagd wordt er bij 25, 50 en 75 centimeter. Zo ontstaan 4 plankjes. Vraag: Stel dat er 4 gelijke plankjes worden gezaagd (= even lang) uit de plank van 100 centimeter. Hoe lang is ieder plankje dan? A) 20 centimeter. B) 25 centimeter. C) 30 centimeter. D) 35 centimeter. 13

14 Rekenen - Schaal en ruimtelijk inzicht Een blokjesfiguur Vraag 339 Info: Bekijk de bron. Bron 1: Blokjes. Vraag: Uit hoeveel blokjes bestaat de blokjesfiguur in totaal? Ook eventueel niet zichtbare blokjes moeten meegeteld worden. A) 9 B) 10 C) 11 D) 12 14

15 Toetsen oefenen - voor LVS toetsen van CITO - Groep 4 Antwoorden en uitleg boek versie

16 Verantwoording In deze oefenboeken set staan oefenopgaven voor: - Taal Begrijpend lezen - Taal - Woordbetekenis - Rekenen De oefenboeken set bestaat uit een opgavenboek en een antwoorden/uitlegboek. Dit is het antwoorden/uitlegboek. Een groot aantal onderwerpen kan met deze boekuitgave geoefend worden ter voorbereiding op de LVS toetsing in groep 4, echter niet alle onderwerpen. Wilt u aanvullend oefenen met meer uitgaven, dan verwijzen wij u naar een van onze websites, alwaar u een gebruiksrecht kunt aanschaffen voor een online oefenpakket: Disclaimer en errata De inhoud en/of onderwerpen van de LVS toetsing in groep 4 kunnen gewijzigd zijn / worden door de makers van de toets. Ook kan het zo zijn, dat bij u op school bepaalde onderwerpen niet getoetst worden. Informeert u tijdig bij uw school of dit het geval is en wat er anders is, zodat u goed op de hoogte bent wat wel en niet geoefend dient te worden uit deze boeken set (door uw zoon / dochter / leerling(en)). Voor errata met b.v. correcties verwijzen wij u naar Redactie SM&C Internet Services bv - Toetsendleren.nl Enschede juli

17 Antwoorden en uitleg boek Inhoudsopgave Onderwerp Pagina Begrijpend lezen deel 1 v1.0 - groep 4 5 vraag 1 t/m 50 Woordbetekenis deel 1 v1.0 groep 4 25 vraag 51 t/m 290 Rekenen deel 1 v1.0 groep 4 83 vraag 291 t/m

18 Colofon Uitgever Projectleider : SM&C Internet Services BV, Enschede : Dhr. O.H.M. Sanders SM&C Internet Services BV Postbus RE Enschede Telefoon : info@smc.nl Web : Druk en oplage Eerste druk eerste oplage. Deze uitgave bestaat uit een opgaven boek en een antwoord/uitleg boek. Aanvullend Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, (digitale) kopie of op welke andere wijze ook, zonder voorafgaande toestemming van de uitgever. SM&C Internet Services BV, Enschede

19 Begrijpend lezen deel 1 v1.0 - groep 4 Taal - Begrijpend Lezen Voor het eerst in groep 4 Vraag 1 Het juiste antwoord kan niet zijn: B) op de vrijdag erna. Het juiste antwoord kan niet zijn: D) op de maandag erna. Dan is de eerste schooldag al voorbij. Bovendien, op zondag is er geen school. Het juiste antwoord kan niet zijn: C) op de zondag ervoor. Jim zegt (r. 6 t/m 8) op maandag (de eerste dag van het nieuwe schooljaar) dat hij al drie dagen erge buikpijn heeft. A) op de vrijdag ervoor Antwoord: A Vraag 2 In r. 8 zegt Jim dat hij al drie dagen erge buikpijn heeft. Dat betekent dat hij op maandag, zondag en zaterdag buikpijn heeft. C) heeft Jim buikpijn. Antwoord: C 19

20 Woordbetekenis deel 1 v1.0 - groep 4 Taal - Woordbetekenis algemeen Ander woord voor...? Vraag 51 C) zachtaardig Antwoord: C Vraag 52 A) zaak Antwoord: A Vraag 53 D) slapheid Antwoord: D Vraag 54 B) geruisloos Antwoord: B 20

21 Het tegengestelde van...? (2) Vraag 75 A) aanhalig Antwoord: A Vraag 76 D) achterop Antwoord: D Vraag 77 B) bedroefd Antwoord: B Vraag 78 C) hartig Antwoord: C 21

22 Maak de zin af. (2) Vraag 267 Een stuurman doet zijn werk aan boord van een schip. Hij bestuurt het schip. C) een schip bestuurt. Antwoord: C Vraag 268 Een scheidsrechter zorgt ervoor dat een wedstrijd volgens de regels gespeeld wordt. A) een wedstrijd leidt. Antwoord: A Vraag 269 Een spion werkt voor een bepaald land om geheime informatie van een ander land te krijgen. B) geheime informatie verzamelt. Antwoord: B 22

23 Rekenen deel 1 v1.0 - groep 4 Rekenen - Geld Peren en appels Vraag peren kosten samen 1. 4 peren kosten dan 2. 8 peren kosten dan 4. Het juiste antwoord is: D. 4. Antwoord: D Vraag peren kosten samen 1. 1 = 100 eurocent. 2 peren kosten samen 100 eurocent. 1 peer kost dan 50 eurocent. Want 2 x 50 eurocent = 100 eurocent. Het juiste antwoord is: B. 50 eurocent. Antwoord: B 23

24 Rekenen - Getallen en getalsbenadering Blokjes chocolade Vraag 303 Er zijn 3 chocolade tabletten, elk tablet heeft 12 blokjes. Dus = 36 blokjes. Het antwoord is: C. 36. Antwoord: C Vraag 304 Er zijn 3 chocolade tabletten, elk tablet heeft 12 blokjes = 36 blokjes chocolade. Of Van elk tablet chocolade krijgt ieder 6 blokjes, want = 12 blokjes. Of Van 12 blokjes krijgt ieder de helft = 6 blokjes. Er zijn 3 tabletten. 3 tabletten x 6 = 18 blokjes. Het antwoord is: B. 18. Antwoord: B 24

25 Het zagen van een plank Vraag 331 Bekijk de bron. Bron 2: Een plank van 100 centimeter. Op de afbeelding kun je al zien waar de plankjes gezaagd worden (= bij de dwarsstreepjes). Gezaagd wordt er bij 25, 50 en 75 centimeter. Zo ontstaan 4 plankjes. Ieder plankje is dan 25 centimeter lang. Dus zo ontstaan 4 plankjes van 25 centimeter. Het antwoord is: B. 25 centimeter. Antwoord: B 25

26 Rekenen - Schaal en ruimtelijk inzicht Een blokjesfiguur Vraag 339 Bekijk de bron. Bron 2: Blokjes. De blokjesfiguur bestaat uit in totaal 10 blokjes. Het antwoord is: B. 10. Antwoord: B 26