KENNISGEVING/INTWERP MER NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING LEEMANS LV. Hervergunning en verandering van een pluimveebedrijf - Rijkevorsel

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "KENNISGEVING/INTWERP MER NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING LEEMANS LV. Hervergunning en verandering van een pluimveebedrijf - Rijkevorsel"

Transcriptie

1 KENNISGEVING/INTWERP MER NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING LEEMANS LV Hervergunning en verandering van een pluimveebedrijf - Rijkevorsel Opdrachtgever Leemans LV Gammel Rijkevorsel KBO-nummer Vestigingseenheidsnummer Gammel Senator Coolsdreef 9 Projectlocatie Senator Coolsdreef Rijkevorsel Datum 6 juli juli 2017 Deskundigen- Studiebureaus SBB Accountants & Adviseurs Milieubureau Joveco bvba Diestsevest 32 bus 1a Kriesberg 29b 3000 Leuven 3221 Holsbeek Tel Tel Uitvoering Fax meet en 28 inspectiewerk Tel Erkende MER deskundigen coördinaten Handtekening Lucht (deeldomein geur en deeldomein luchtverontreiniging) Bodem (deeldomein pedologie) Water (deeldomein oppervlaktewater) Johan Versieren Kriesberg 29b 3221 Holsbeek tel joveco@scarlet.be Coördinator Johan Versieren Lucht (deeldomein geur) Isabelle Rommens Diksmuidseweg Ieper isabelle.rommens@sbb.be Fauna en Flora Geertrui Goyens Diestsevest 32 bus 1a 3000 Leuven geertrui.goyens@sbb.be Uitvoering Deskundigen meet- en inspectiewerk Fauna en Flora Lucht Annick Van de Walle Oostveldstraat Eeklo annick.van.de.walle@sbb.be Water Bodem Geluid Mens Landschap Initiatiefnemer An Maes Sara Kelchtermans Autobaan 2A 8210 Loppem an.maes@sbb.be Diestsevest 32 bus 1a 3000 Leuven Sara.kelchtermans@sbb.be Niet-technische samenvatting MER Leemans LV 1/44

2 Leemans LV Gammel Rijkevorsel tel Niet-technische samenvatting MER Leemans LV 2/44

3 Doel van de niet-technische samenvatting Dit is de niet-technische samenvatting van het milieueffectrapport, m.a.w. een beknopte samenvatting van het eigenlijke milieueffectrapport bestemd voor publiek en belanghebbenden. Een milieueffectrapport is een openbaar document waarin de milieueffecten van een project en de eventuele alternatieven voor het project, worden onderzocht. Het milieueffectrapport beslist niet of het project een vergunning krijgt, dit wordt beslist door de vergunningverlener die hierbij rekening houdt met het milieueffectrapport. De niet-technische samenvatting heeft als doel om aan publiek en belanghebbenden de relevante informatie uit het milieueffectrapport van het project te communiceren en hiermee publieke participatie in het vergunningsproces te bevorderen. Voor de uitgebreide technische informatie moet u het eigenlijke milieueffectrapport raadplegen. Inhoudsopgave 1 PROJECT BESCHRIJVING EN DOEL VAN HET PROJECT WAAROM EEN MER? SITUERING VAN HET PROJECT BEDRIJFSINFRASTRUCTUUR Huidige bedrijfsinfrastructuur Toekomstige bedrijfsinfrastructuur BEDRIJFSEXPLOITATIE Huidige exploitatiecyclus Toekomstige exploitatiecyclus BESCHRIJVING REFERENTIESITUATIE EN EFFECTEN PER DISCIPLINE VOOR VOORLIGGEND PROJECT GEUR EN LUCHT Actuele situatie Effecten Maatregelen genomen door het bedrijf en project geïntegreerde maatregelen Milderende maatregelen volgend uit het MER Verdere mogelijkheden of aanbevelingen WATER Actuele situatie Effecten Maatregelen genomen door het bedrijf en project geïntegreerde maatregelen Milderende maatregelen volgend uit het MER Verdere mogelijkheden of aanbevelingen BODEM Actuele situatie Effecten Maatregelen genomen door het bedrijf en project geïntegreerde maatregelen De verdere mogelijkheden... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd GELUID Actuele situatie Effecten Maatregelen genomen door het bedrijf en project geïntegreerde maatregelen Verdere mogelijkheden of aanbevelingen Niet-technische samenvatting MER Leemans LV 3/44

4 2.5 MENS Actuele situatie Effecten Milderende maatregelen FAUNA EN FLORA Actuele situatie Effecten Milderende maatregelen LANDSCHAP, BOUWKUNDIG ERFGOED EN ARCHEOLOGIE Actuele situatie Effecten Milderende maatregelen EINDCONCLUSIE Niet-technische samenvatting MER Leemans LV 4/44

5 1 PROJECT 1.1 BESCHRIJVING EN DOEL VAN HET PROJECT Het bedrijf van Leemans LV waarvoor het MER wordt opgemaakt, is de inrichting gelegen Senator Coolsdreef 9 te 2310 Rijkevorsel. Er is een vergunning aanwezig voor het houden van slachtkuikens. De kippen worden gehuisvest in twee AEA-stallen, volgens het systeem P-6.4 (Warmtewisselaar met luchtmengsysteem voor droging strooisellaag). De stallen zijn daarnaast ook voorzien van een stofbak. Voor de inrichting is het nodige toebehoren voorzien. De huidige milieuvergunning voor deze inrichting heeft een looptijd tot 3 maart Het doel is om een verandering 1 te realiseren door de bouw van een nieuwe slachtkuikenstal van stuks pluimvee. De stal zal conform de ter zake geldende wetgeving uitgerust worden als ammoniakemissie-arme stal, volgens het systeem P-6.4. De stal zal daarnaast ook voorzien worden van een stofbak. De huidige bezetting in de bestaande stallen zal eveneens geoptimaliseerd worden. In de nieuwe situatie zal een vergunning gevraagd worden voor totaal slachtkuikens. Om voldoende drinkwater te kunnen voorzien voor deze uitbreiding, wordt in de gewenste situatie ook een uitbreiding van de grondwaterwinning gevraagd. Daarnaast wordt ook een mazouttank met verdeelslang aangevraagd. De noodstroomaggregaat wordt verzwaard en er wordt bijkomend een transformator aangevraagd. De uitbreiding kadert in de optimalisatie van de kostenefficiëntie van het bedrijf. De initiatiefnemer wenst door de uitvoering van het project de economische draagkracht van de inrichting te optimaliseren. Dit om zo een rendabel en concurrentiewaardig bedrijf te bestendigen naar de toekomst. De uitbreiding vraagt een belangrijke financiële inspanning en brengt een grote verandering en reorganisatie teweeg op het bedrijf. Vandaar zal een vroegtijdige hernieuwing aangevraagd worden. Conform artikel 387 van het omgevingsvergunningendecreet (25/4/2014) wordt tevens een omgevingsvergunning voor onbepaalde duur gevraagd. De initiatiefnemer Leemans LV laat een milieueffectrapport opstellen om deze toe te voegen aan de aanvraag omgevingsvergunning, die noodzakelijk is ter uitvoering van het hier voorliggend project. De doelstelling van dit milieueffectrapport bestaat erin de effecten aan te tonen van de exploitatie van het bedrijf op het omliggende milieu, en dit zowel in de huidige toestand, als na de uitbreiding. 1.2 WAAROM EEN MER? Milieueffectrapportage (MER) is een instrument om de doelstellingen en beginselen van het milieubeleid te helpen realiseren, nl. het voorzorgsbeginsel en het beginsel van preventief handelen. Milieueffectrapportage is een juridisch-administratieve procedure waarbij alvorens een activiteit of een ingreep (projecten, beleidsvoornemens zoals plannen en programma's) plaatsvindt, de milieugevolgen ervan op een wetenschappelijk verantwoorde wijze worden bestudeerd, besproken en geëvalueerd. 1 Vlarem-definitie "veranderen van een inrichting": wijzigen, uitbreiden, toevoegen: - "wijzigen" : het verplaatsen binnen de vergunde inrichting, of het aanwenden van een andere fabricagemethode ; - "uitbreiden" : het vergroten in capaciteit, in drijfkracht of in oppervlakte op percelen waarop de geldende vergunning betrekking heeft ; - "toevoegen" : het vergroten in opslagcapaciteit, in drijfkracht of in oppervlakte op percelen, waarop de geldende vergunning geen betrekking heeft ; Niet-technische samenvatting MER Leemans LV 5/44

6 Het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004 houdende vaststelling van de categorieën van projecten onderworpen aan milieueffectrapportage vermeldt de categorieën van projecten die aan de projectm.e.r. worden onderworpen of waarvoor de initiatiefnemer een gemotiveerd verzoek tot ontheffing kan indienen. De initiatiefnemer vraagt een uitbreiding aan van de vergunning voor slachtkuikens. In de gewenste situatie wordt een vergunning gevraagd voor in totaal 3 stallen met plaatsen voor slachtkuikens. Dit project valt in rubriek 21a) Installaties voor intensieve pluimvee- of varkenshouderij met meer dan: plaatsen voor mesthoenders (ander gevogelte dan legkippen)" van de bijlage I lijst van bovenvermeld besluit en is bijgevolg m.e.r. -plichtig. Het project heeft eveneens betrekking op een activiteit die voorkomt op de lijst van bijlage III bij het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004 houdende vaststelling van de categorieën van projecten onderworpen aan milieueffectrapportage laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 1 maart 2013 inzake de nadere regels van de project-m.e.r.-screening, meer specifiek de rubriek 10j) "werken voor het onttrekken of kunstmatig aanvullen van grondwater, die niet zijn opgenomen in bijlage I of II". Voor het betrokken bedrijf werd er in het verleden geen MER of ontheffingsaanvraag ingediend voor deze inrichting. Er werd wel een project-m.e.r.-screeningsnota opgemaakt en toegevoegd bij de vorige milieuvergunningsaanvraag op naam van Heivelden Bvba (MLAV ). 1.3 SITUERING VAN HET PROJECT Het bedrijf van Leemans LV is gelegen Senator Coolsdreef 9 te 2310 Rijkevorsel. De kadastrale gegevens zijn 2 e afdeling, sectie E, kadastrale percelen 23R2 en 23T2. De stallen zijn volgens het gewestplan Turnhout (datum goedkeuring 30/09/1977) volledig gelegen in agrarisch gebied (zie onderstaande figuur). De afstand van het bedrijf t.o.v. andere gebieden zoals aangeduid op het gewestplan wordt weergegeven in onderstaande tabel. Er zijn geen APA's, BPA's of RUP's van kracht ter hoogte van de site of in de onmiddellijke omgeving. Tabel: Ligging bedrijf volgens gewestplan Gebied Afstand bedrijf (m) Richting Woongebied met landelijk karakter 255 NW Zone voor milieubelastende industrie 165 N - NW Woongebied 545 N Natuurgebied 605 W - NW Woonuitbreidingsgebied 1400 NO Het bedrijf is volledig gelegen op het grondgebied van Rijkevorsel. Het bedrijf ligt in vogelvlucht op ongeveer 9,5 km van de Nederlandse grens (N - NO). Niet-technische samenvatting MER Leemans LV 6/44

7 Figuur: Ligging bedrijf volgens gewestplan (bron: Geopunt Vlaanderen AGIV) 1.4 BEDRIJFSINFRASTRUCTUUR Huidige bedrijfsinfrastructuur De inplanting van de verschillende bedrijfsgebouwen en de detailplannen van de huidige bedrijfsinfrastructuur zijn weergegeven in onderstaande figuur. Op basis van de fotoreportage in bijlage 18.3 wordt ook een visueel overzicht gegeven van de bedrijfsgebouwen en omgeving. In onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van de stallen en gebouwen in de huidig vergunde situatie. Tabel: Overzicht stallen en bedrijfsgebouwen huidig vergunde toestand Stal/gebouw Diercategorie Beschrijving stal/gebouw Staltype 1 Pluimvee slachtkuikens Mechanische verluchting AEA P stofbak 2 Pluimvee slachtkuikens Mechanische verluchting AEA P stofbak Berging 1 - Opslag strooisel - Berging 2 - Stalling - landbouwvoertuigen/aanhangwagens Woning Niet-technische samenvatting MER Leemans LV 7/44

8 Figuur: Plan huidige bedrijfsinfrastructuur Niet-technische samenvatting MER Leemans LV 8/44

9 Stallen In de huidig vergunde situatie zijn er in de Senator Coolsdreef 9, 2 pluimveestallen aanwezig. In elke stal zijn er slachtkuikens vergund. Deze stallen zijn gebouwd volgens het ammoniakemissiearm systeem P-6.4. Dit systeem omvat een warmtewisselaar met luchtmengsysteem voor droging van de strooisellaag. De bestaande stallen zijn achteraan voorzien van een stofbak. Mestopslag De kippenmest wordt na elke ronde onmiddellijk door een erkende ophaler opgehaald en geëxporteerd. Het reinigingswater van de bestaande pluimveestallen wordt op vandaag opgevangen in 3 citernes van 20 m³, en uitgereden volgens de bepalingen van het Mestdecreet. Voederopslag De voederopslag gebeurt in 6 voedersilo's naast de bestaande pluimveestal 2. Voedersilo's: 2 x 40 ton, 2 x 20 ton en 2 x 4 ton Watervoorziening De inrichting beschikt over een grondwaterwinning (GWW 1) op een diepte van 141 m met een opgepompt debiet van 17 m³/dag en m³/jaar. Er wordt water opgepompt uit 0254 Zand van Berchem en het grondwaterlichaam CKS_0200_GWL_2. Het grondwater is bestemd als drinkwater voor de dieren en voor het huishouden van de woning. Het regenwater van de bestaande gebouwen en de bestaande 2 pluimveestallen wordt opgevangen in de vijver (3.459 m³). Door middel van een pomp met een filteraanzuigbuis wordt dit water herbruikt als kuiswater voor de stallen. Tevens doet deze put dienst als aansluitpunt voor de brandweer. Het hemelwater dat gebruikt wordt als kuiswater dient voor het inweken van de stallen. Er wordt o.w.v. hygiënische redenen steeds afgewerkt met grondwater (hogedrukreiniger) uit GWW1. Regenwater van de verharding kan ter plaatse infiltreren. Opslag fossiele brandstoffen T1: opslag van l mazout in bovengrondse, dubbelwandige houder tussen de bestaande pluimveestallen. T2: gastank van l propaan bij de woning Een noodstroomgenerator is aanwezig tussen de bestaande pluimveestallen, van 65 kw x 50%. Er zijn twee stookinstallaties aanwezig van elk 650 kw, die werken op mazout, geplaatste in een zijgebouw tussen de bestaande pluimveestallen. De stookinstallaties moeten voldoen aan de emissiegrenswaarden van artikel van Vlarem II. Terreinverharding Vooraan de bestaande bergingen en woning is er betonverharding aangelegd met een totale oppervlakte van m². In de stedenbouwkundige vergunning afgeleverd op 3 maart 2016 is er m² verharding Niet-technische samenvatting MER Leemans LV 9/44

10 aangevraagd. Deze verharding is aangelegd tussen de vijver en stal 1 en vooraan de stallen 1 en 2 tot het einde van het perceel. Kadaveropslag Er is een gekoelde kadaveropslag aanwezig vooraan de bestaande pluimveestallen. Groenscherm en materialen Er is een groenscherm aanwezig. De omschrijving van het groenscherm werd mee opgenomen in de bouwvergunning (3 febr 2016) van de twee vergunde pluimveestallen stal 1 en stal 2. De weide ten O van de stallen wordt aangevuld met fruitbomen en een haag. Langs de oprit links wordt een rij fruitbomen voorzien. Ook vooraan de nieuwe verharding aan de straatzijde wordt een nieuwe haag geplant. De fruitbomen links van de oprit en de haag vooraan werden reeds aangeplant (zie ook bijlage 18.3 foto s). De fruitbomen en haag aan de perceelsgrens ten O werden nog niet aangeplant, dit zal gebeuren na de bouw van de nieuw aan te vragen pluimveestal. De bestaande pluimveestallen zijn uitgevoerd in betonpanelen met rode baksteenmotief (zichtkanten) en als dakbedekking zijn zwarte golfplaten gebruikt. Rond de aanwezige vijver zijn bomen ingeplant Toekomstige bedrijfsinfrastructuur De inplanting van de stallen en gebouwen in de gewenste situatie wordt weergegeven in onderstaande figuur. Tabel: Overzicht stallen en bedrijfsgebouwen gewenste toestand Stal/gebouw Diercategorie Beschrijving stal/gebouw Staltype 1 Pluimvee slachtkuikens Mechanische verluchting AEA P stofbak 2 Pluimvee slachtkuikens Mechanische verluchting AEA P stofbak 3 Pluimvee slachtkuikens Mechanische verluchting AEA P stofbak Berging 1 - Opslag strooisel - Berging 2 - Stalling - landbouwvoertuigen/aanhangwagens Woning Niet-technische samenvatting MER Leemans LV 10/44

11 Figuur: Plan toekomstige bedrijfsinfrastructuur Niet-technische samenvatting MER Leemans LV 11/44

12 Stallen Er wordt een nieuwe pluimveestal 3 voorzien naast de bestaande pluimveestallen. Deze pluimveestal wordt eveneens voorzien van het AEA-systeem P-6.4. Er wordt eveneens een stofbak voorzien achter de nieuw te bouwen stal. De bezetting in de bestaande stallen wordt geoptimaliseerd. Mestopslag De kippenmest wordt na elke ronde onmiddellijk door een erkende ophaler opgehaald en geëxporteerd. De opslag van reinigingswater blijft ongewijzigd. Voederopslag Er komt 1 voedersilo bij van 4 ton.watervoorziening Het debiet van de grondwaterwinning zal in de toekomst verhoogd worden. Het grondwater zal ook in de toekomst gebruikt worden als drinkwater voor de dieren en het huishouden. Hemelwater van de nieuw te bouwen kippenstal zal eveneens rechtstreeks naar de vijver worden afgevoerd. Het reinigen van de stallen gebeurt met regenwater uit de vijver. Door middel van een pomp met een filteraanzuigbuis wordt dit water herbruikt als kuiswater voor de stallen. Het hemelwater dat gebruikt wordt als kuiswater dient voor het inweken van de stallen. Er wordt o.w.v. hygiënische redenen steeds afgewerkt met grondwater (hogedrukreiniger) uit GWW1. Aangezien er water (hemelwater) zal onttrokken worden aan de vijver (max 98 m³ kuiswater), wordt deze vijver aanzien als een grondwaterwinning. Bij onttrekking uit dit reservoir zal immers een toestroming van grondwater vanuit de omgeving optreden. Het is een bestaande vijver, in de gewenste rubrieken wordet deze vijver mee opgenomen onder rubriek 53 van Vlarem. Opslag fossiele brandstoffen Er wordt een nieuwe tank T3 geplaatst van l mazout met verdeelslang. De noodstroomgenerator wordt verzwaard (220 kva of 176 kw x 50%) en komt te staan in berging 1. Er wordt bijkomend een transformator voorzien van 250 kva die eveneens in berging 1 komt te staan. Terreinverharding In de toekomstige situatie wordt er geen bijkomende verharding voorzien. Kadaveropslag Idem vergunde situatie. Groenscherm en materialen De groenaanplantinging is reeds voorzien bij de vorige bouwaanvraag en wordt weergegeven in Fout! Verwijzingsbron niet gevonden.. Hierbij werd reeds rekening gehouden met de uitbreiding van de nieuwe pluimveestal. Het groenscherm dat nu reeds aanwezig is zal dus uitgebreid worden met fruitbomen en een haag Niet-technische samenvatting MER Leemans LV 12/44

13 aan de perceelsgrens in het O. De nieuwe pluimveestal wordt in dezelfde materialen uitgevoerd als de bestaande pluimveestallen. 1.5 BEDRIJFSEXPLOITATIE Huidige exploitatiecyclus De pluimveehouderij is een slachtkippenhouderij. De infrastructuur voor het uitbaten van een slachtkippenbedrijf is vrij eenvoudig. De slachtkippen worden in één grote ruimte ondergebracht waarin de dieren vrij rondlopen. De vloer is gebetonneerd, al dan niet gepolierd. Op deze vloer wordt een strooisellaag aangebracht. De kuikens worden op het bedrijf gebracht als ééndagskuikens. Om de 7 weken worden eendagskuikens aangevoerd (er zijn ±7,5 rondes per jaar). De slachtkuikens worden afgevoerd op een leeftijd van ±42 dagen (dus 6-tal weken). De dieren worden niet meer omgehokt. Om hygiënische redenen wordt er voor gezorgd dat alle dieren bij de opzet van de stallen dezelfde ouderdom hebben. Normaal gezien worden de stallen gelijk opgevuld. Op deze manier kan, wanneer zich een besmettelijke ziekte zou voordoen, deze snel onder controle gebracht worden en is een blijvende besmetting op het bedrijf uitgesloten. Teneinde de arbeidspiek aan het einde van iedere toom tot een redelijk niveau te beperken, kan de opzet en de afvoer van de slachtrijpe dieren met een paar dagen verschoven per stal. Op week 5 wordt er 20 % van de kippen tussentijds uitgeladen. De uitval tijdens een ronde wordt verwacht op een gemiddelde van 3 %. Uitgevallen dieren worden onmiddellijk uit de stal verwijderd en tijdelijk gestockeerd in de gekoelde kadaveropslag. De kadavers worden opgehaald op het bedrijf door Rendac. Tussen iedere ronde wordt de stal zorgvuldig gereinigd. Vooreerst wordt de aanwezige mest uit de stal verwijderd. Vervolgens wordt de stal geborsteld. Daarna wordt de stal verder met water gereinigd en grondig ontsmet. Het reinigingswater wordt opgevangen in citernes. De mest van de dieren wordt gedurende de opkweek opgevangen in de strooisellaag en wordt na elke ronde afgevoerd van het bedrijf. Alle mest uit de stallen gaat naar een mestverwerkingsinstallatie of wordt geëxporteerd. Er is dus geen opslag van mest. Gedurende deze periode is de stal gedurende één week leeg. Op deze wijze worden ongeveer 7,5 ronden per jaar afgemest. Er wordt gewerkt volgens het Belplume-kwaliteitssysteem. Niet-technische samenvatting MER Leemans LV 13/44

14 Piekemissies kunnen aanleiding geven tot geurhinder/geurklacht. Binnen de reguliere bedrijfsvoering zijn geen piekemissies te verwachten, hiermee wordt dan ook geen rekening gehouden in de effectbeoordeling en de modellering, waarbij er wordt uitgegaan (cfr. Richtlijnenboek Landbouwdieren) van emissiecijfers per dier/dierplaats per jaar. Tijdens de leegstand zijn er geen dieren aanwezig (1 week na iedere ronde) en zijn er dus ook geen emissies. De mate waarin de leegstand mee in rekening gebracht wordt komt later in deze studie nog aan bod (punt 5.1.2). Bij het uitladen van de kippenmest uit de stal na een ronde, kan er eventueel een verhoogde geuremissie zijn (door de mest). Dit komt gemiddeld 7,5 maal voor per jaar, Uitladen van de mest gebeurt overdag en is beperkt in de tijd (+/- 3 u in de bestaande situatie). De mest wordt zo dicht mogelijk (recht voor de deur) geladen om geuremissies zo klein mogelijk te houden Toekomstige exploitatiecyclus In de toekomstige situatie zal er een nieuwe pluimveestal gebouwd worden en de plaatsen in de bestaande pluimveestallen zullen geoptimaliseerd worden. Er zullen in de gewenste toestand slachtkuikens gehuisvest worden. Er zullen dus in de toekomst meer dieren op hetzelfde bedrijf afgemest worden. Er zal op dezelfde manier gewerkt worden als in de huidige situatie. Niet-technische samenvatting MER Leemans LV 14/44

15 2 BESCHRIJVING REFERENTIESITUATIE EN EFFECTEN PER DISCIPLINE VOOR VOORLIGGEND PROJECT In het MER werd vertrekkende vanuit een gedetailleerde beschrijving van het project en de referentiesituatie van het gebied een inschatting gemaakt van de huidige en toekomstige effecten die het project veroorzaakt en zal veroorzaken. Daar waar noodzakelijk en/of mogelijk werden milderende maatregelen voorgesteld om de begrote effecten te milderen tot een aanvaardbaar niveau. De beoordeling in het MER is gebeurd op basis van een 7-delige waardeschaal, gaande van negatieve, matig negatieve, gering negatieve, geen of verwaarloosbare, gering positieve, matig positieve tot positieve effectbeoordeling. Het nulalternatief is het scenario waarbij geen vergunning verleend wordt. In dit scenario wordt het bedrijf verder uitgebaat tot de bestaande vergunning verlopen is. Indien de verandering en/of de vroegtijdige hernieuwing van de vergunning geweigerd wordt, valt de exploitant immers terug op de bestaande vergunning, met een looptermijn tot 03/03/2036. Voor het nulalternatief zijn de milieueffecten zoals deze verder in de effectenbespreking van de referentiesituatie besproken van toepassing tot het verlopen van de huidige vergunning. Het zijn de effecten die al aanwezig zijn in de bestaande situatie, met name de huidig vergunde situatie. De vergunde situatie, zoals besproken als referentiesituatie, is de reële situatie van het bedrijf op dit moment. Er is geen verschil tussen de reële situatie en de vergunde situatie. 2.1 GEUR EN LUCHT Actuele situatie Inzake de discipline lucht werd de impact van het bedrijf bekeken inzake geurhinder, stofhinder, ammoniakemissie en emissie broeikasgassen. Het bedrijf Leemans LV is gelegen Senator Coolsdreef 9 te 2310 Rijkevorsel, in agrarisch gebied. De bedrijfsomgeving wordt gekenmerkt door zijn agrarisch karakter. In de nabije omgeving zijn nog een aantal veeteeltbedrijven aanwezig. De 2 pluimveestallen aanwezig op het bedrijf huisvesten in de huidige situatie stuks slachtkuikens. Het aantal waarderingspunten voor pluimvee in de huidige situatie bedraagt 207 punten. Op basis van deze gegevens geeft Vlarem II een te respecteren afstand 250 meter aan. Aangezien de inrichting op ongeveer 670 m ligt van de hindergevoelige gebieden, wordt in de huidige situatie ruimschoots voldaan aan de verbods- en afstandsregels zoals opgenomen in Vlarem Effecten Inzake de discipline lucht werd de impact van het bedrijf bekeken inzake geurhinder, stofhinder, ammoniakemissie en emissie broeikasgassen. In de huidige situatie gaat het bedrijf gepaard met: Een geuremissie van OUE/s. In de huidige situatie zijn er 39 woningen die een aanzienlijk negatief effect ondervinden van het bedrijf Leemans LV en de andere bedrijven die behoren tot dezelfde bronnencluster. 7 woningen hiervan zijn gelegen in agrarisch gebied: naast het bedrijf Leemans LV, is er 1 particuliere woning en de woningen van 6 bedrijven behorende tot de cluster in het agrarisch Niet-technische samenvatting MER Leemans LV 15/44

16 gebied. In het woongebied met landelijk karakter ondervinden er 32 woningen een aanzienlijk negatief effect ten gevolge van de geuremissie van het bedrijf en van de anderen bedrijven behorende tot dezelfde bronnencluster. De huidige PM10-emissie bedraagt 1616 kg. Er zijn geen woningen in de huidige situatie die een beperkt negatief effect ondervinden. De bedrijfswoning van de exploitant l LV zelf, ondervindt een beperkt negatief effect (maar effecten op eigen terrein vallen in feite buiten het beoordelingskader). De huidige PM2,5-emissie bedraagt 136 kg. In de huidige situatie ondervindt er geen enkele woning een beperkt, een negatief of een aanzienlijk negatief effect ondervindt. In de huidige situatie is er een ammoniakemissie van 1785 kg NH 3/jaar. Voor de verzurende en vermestende impact van deze emissie, wordt verwezen naar de discipline Fauna en Flora. Een broeikasgasemissie (CH 4, N 2O en CO 2) van 143 ton CO 2-equivalenten ten gevolge van de dieren en het verbranden van fossiele brandstoffen. Hiermee heeft het bedrijf een bijdrage van 0,0002% van de CO 2-uitstoot in Vlaanderen. In de nieuwe situatie gaat het bedrijf gepaard met: Een geuremissie van OUE/s. Deze geuremissie veroorzaakt samen met de emissies van andere bedrijven behorende tot dezelfde bronnencluster een aanzienlijk negatief effect op 47 woningen. Door de uitbreiding van het bedrijf zijn er 8 bijkomende woningen die een aanzienlijk negatief effect ondervinden voor wat betreft het aspect geur voor de bronnencluster in het woongebied met landelijk karakter. In de huidige situatie en zijn er totaal 32 woningen met een aanzienlijk negatief effect in het woongebied met landelijk karakter, met een geurconcentratie hoger dan 5 OU E/m³ als 98P. In de toekomstige situatie worden dit er 40 in het woongebied met landelijk karakter. Er zijn 12 woningen met een beperkt negatief effect in de nieuwe situatie in het woongebied met landelijk karakter ten aanzien van 18 in de huidige situatie. Volgens de afstandsregels is er geen of verwaarloosbaar effect. Ter hoogte van het woongebied ten noordwesten van het bedrijf Leemans LV is de geurconcentratie als 98P lager dan 3 OU E/m³, of een verwaarloosbaar of geen effect. De geurconcentratie als 98P op clusterniveau ter hoogte van de drie dichtste woningen in agrarisch gebied voor verandering en na verandering, blijven gelijk. Het zijn woningen van drie bedrijven die behoren tot de cluster. Voor woning 20 gelegen Senator Coolsdreef 11 (inspraakreactie) is er een beperkte stijging van 0,5 Oue/m³ als P98.Voor de 2 woningen in het woongebied met landelijk karakter ten zw, blijft de geurconcentratie als 98P statuus quo. Deze woningen liggen dichter bij een ander bedrijf van de cluster dan bij het bedrijf van Leemans LV. Voor de woningen ten westen van het bedrijf Leemans LV wordt een stijging waargenomen gaande van 0,1 tot 0,8 Oue/m³ als P98. Er wordt gezocht naar milderende maatregelen om de stijging te voorkomen. Een jaarlijkse PM10-emissie van 2755 kg ten gevolge van stalemissies. In de nieuwe situatie zijn er geen woningen die een belangrijke bijdrage ondervinden van fijn stof. Er zijn 27 woningen die een beperkt negatief effect ondervinden van het bedrijf voor fijn stof. Bij het in rekening brengen van 20 % stofreductie voor de stofbak zijn er 5 woningen die een beperkt negatief effect ondervinden van fijn stof voor PM10. Een jaarlijkse PM2,5-emissie van 232 kg ten gevolge van stalemissies. Net zoals voor verandering is er geen enkele woning die een bijdrage ondervindt van fijn stof. Niet-technische samenvatting MER Leemans LV 16/44

17 Een ammoniakemissie van 3045 kg NH3/jaar. Voor de verzurende en vermestende impact van deze emissie, wordt verwezen naar de discipline Fauna en Flora. Een broeikasgasemissie (CH 4, N 2O en CO 2) van 282 ton CO 2-equivalenten ten gevolge van de dieren en het verbranden van fossiele brandstoffen. Hiermee heeft het bedrijf een bijdrage van 0,0003% van de CO 2-uitstoot in Vlaanderen. Opmerking : ten aanzien van de hierboven opgenomen evaluatie dient aangegeven te worden dat de impact binnen de eigen bedrijfsgrens in feite niet dient beoordeeld te worden Maatregelen genomen door het bedrijf en project geïntegreerde maatregelen Door het bedrijf genomen maatregelen Het bedrijf maakt in de huidige situatie reeds gebruik van het ammoniakemissiearme stalsysteem P-6.4. Warmtewisselaar met luchtmengsysteem voor droging strooisellaag' voor stal 1en 2. De bestaande stallen zijn ook voorzien van een stofbak achteraan de stal. Een stofbak zorgt voor de reductie van de stofuitstoot. Dit steunt op het principe om lucht af te buigen. De horizontale luchtstroom wordt omgebogen naar een verticale luchtstroom, waardoor de emissies hoger zullen uitgestoten worden. Een bijkomend voordeel valt te verwachten doordat er meer stof ter plekke zal neerslaan. Er kan dus vanuit gegaan worden dat dit een reducerend effect heeft op de stofemissies van het bedrijf (vnl. ten aanzien van de grovere fracties). Er zijn evenwel geen gegevens bekend m.b.t. het emissiereducerend effect inzake PM10. Een stofbak werkt met het principe van impactie en inertiedepositie. De uitstromende lucht wordt sterk van richting veranderd (horizontaal naar verticaal). Kleinere deeltjes zullen geneigd zijn de luchtstroom te volgen, terwijl grotere deeltjes uit de bocht vliegen en botsen tegen de wand van de stofbak. Door de zwaartekracht vallen de deeltjes vervolgens naar beneden en worden uit de lucht verwijderd. Een deel van het stof blijft ook aan de wand kleven. Een stofbak werkt deels volgens hetzelfde principe als de droogfilterwand zoals beschreven in het rapport BBT fijnstof van de Wageningen Universiteit (BBT Fijn stof, Beschrijving systemen en kosten, Rapport 476, Mei 2016, Wageningen UR Livestock Research), m.n. door impactie wordt stof verwijderd. De droogfilterwand is een end of pipe techniek voor het verwijderen van stofdeeltjes uit de ventilatielucht van pluimveestallen. Het bestaat uit een dubbele kunststof wand voorzien van instroom- en uitstroomgaten. Het geheel is zo opgebouwd dat de binnenstromende lucht sterk van richting wordt veranderd voordat deze weer naar buitenstroomt. Kleine deeltjes zullen geneigd zijn de luchtstroom te volgen, terwijl grotere deeltjes uit de bocht vliegen en botsen tegen de filterwand. Volgens dit rapport ligt het verwijderingsrendement van een droogfilterwand op 20-40%.Bij een droogfilterwand wordt bijgevolg, net zoals bij een stofbak, ook gebruik gemaakt van impactie om tot een emissie reducerend effect te komen. Echter de mogelijke emissiereductie bij een stofbak is niet gekend. Voor de berekeningen in dit MER werd geopteerd om de ondergrens van 20% reductie te hanteren voor de stallen met een stofbak (op basis van een experten inschatting). Een dergelijk percentage wordt gebruikt door andere deskundigen en ook in het rapport van ABO, "Uitbreiding en hernieuwing van pluimveehouderij " dossiercode PR0636 Initiatiefnemer Patersvijverhoeve bvba. Als geurbeïnvloedende maatregelen inzake voeder en voederwijze wordt in de BBT-studie het toedienen van meerfasenvoedering aangehaald. Doordat de voeders beter afgestemd zijn op de specifieke behoefte van de dieren, daalt de stikstofexcretie in de mest. Ook toediening van eiwitarm voeder heeft een significante reductie in de stikstofexcretie in de mest tot gevolg. Het bedrijf maakt gebruik van meerfasenvoeders met verlaagd fosforgehalte en ruw eiwitgehalte. Dit effect is niet meegenomen in de berekening van de geurconcentraties. De bekomen resultaten zijn dus een worst-case scenario. Niet-technische samenvatting MER Leemans LV 17/44

18 Bij het vullen van de silo s wordt gebruik gemaakt van stofzakken. De stallen worden op regelmatige basis intensief gereinigd. Dit resulteert in een beperking van de geuremissie. Op het bedrijf is reeds een gekoelde kadaveropslag voorzien. Het aantal transporten op het bedrijf wordt geoptimaliseerd, waardoor stofopwaaiing, slijtage emissies en emissies van verbrandingsgassen door het verbruik van mazout wordt beperkt. Het bedrijfsterrein wordt zo goed als kan proper en stofvrij gehouden. Er is een groenscherm aanwezig. Door het bedrijf geplande maatregelen De nieuwe stal wordt eveneens voorzien van een ammoniakemissiearm systeem. Het systeem is idem aan dat van de bestaande stallen, nl. P-6.4 Warmtewisselaar met luchtmengsysteem voor droging strooisellaag'. De nieuwe stal 3 wordt ook voorzien van een stofbak achteraan de stal, analoog aan stal 1 en stal Milderende maatregelen volgend uit het MER De stofbakken zullen op de bestaande en nieuwe stal verhoogd worden tot 10 m. Om het effect hiervan in kaart te brengen worden de berekening voor geur en stof opnieuw uitgevoerd. In de onderstaande tabel wordt de resultatentabel voor de geurimpact weergegeven voor de clusterbeoordeling bij toepassing van de milderende maatregel (MM) waarbij de stofbakken verhoogd worden tot 10m. Hierbij wordt de impact t.h.v. de bedrijven in de cluster mee beoordeeld. Tabel: Resultatentabel clusterbeoordeling (met inbegrip van de emissies van het bedrijf in de aanvraag) met MM verhoging stofbakken tot 10 m Geurcontour Verspreide woningen in agrarisch Woongebied met landelijk karakter Woongebied (woongebied, woonuitbreidingsge gebied bied, reservegebied voor woonuitbreiding) >10 OU E/m³ als 98P Vergund 7 woningen 10 woningen 0 woningen Nieuw 7 woningen 10 woningen 0 woningen Niet-technische samenvatting MER Leemans LV 18/44

19 Nieuw met MM 7 woningen 10 woningen 0 woningen 5-10 OU E/m³ als 98P Vergund 1 woning 22 woningen 0 woningen Nieuw 2 woningen 30 woningen 0 woningen Nieuw met MM 1 woning 22 woningen 0 woningen 3-5 OU E/m³ als 98P Vergund 1 woning 18 woningen 0 woningen Nieuw 0 woning 12 woningen 0 woningen Nieuw met MM 0 woningen 19 woningen 0 woningen Legende Aanzienlijk negatief effect Negatief effect Beperkt negatief effect Door de uitbreiding van het bedrijf zijn er 7 woningen die een aanzienlijk negatief effect ondervinden wat betreft het aspect geur voor de bronnencluster in de huidige, nieuwe en nieuwe situatie met milderende maatregelen in agrarisch gebied met een geurconcentratie hoger dan 10 OU E/m³ als 98P. Door het verhogen van de stofbakken tot 10 m zijn er geen bijkomende woningen die een aanzienlijk negatief effect ondervinden wat betreft het aspect geur voor de bronnencluster in het woongebied met landelijk karakter ten aanzien van de huidige situatie. In de huidige situatie en nieuwe situatie met milderende maatregelen zijn er totaal 32 woningen met een aanzienlijk negatief effect in het woongebied met landelijk karakter, met een geurconcentratie hoger dan 5 OU E/m³ als 98P. Er zijn 19 Niet-technische samenvatting MER Leemans LV 19/44

20 woningen met een beperkt negatief effect in de nieuwe situatie met milderende maatregelen in het woongebied met landelijk karakter. In de vergunde situatie waren dit er 18. Voor woning 20 gelegen Senator Coolsdreef 11 (inspraakreactie) is de stijging nu beperkt tot 0,2 Oue/m³ als P98. Door de uitvoering van het project met MM. De absolute concentratie op clusterniveau t.h.v. deze woning is < 10 OU E/m³ als 98P. De geurconcentratie is dus aanvaardbaar. Voor de woningen ten westen van het bedrijf Leemans LV wordt een beperkte daling, een status quo of een beperkte stijging waargenomen ten aanzien van de huidige situatie of een daling ten aanzien van de toekomstige situatie. Hierdoor is de geurconcentratie voor de uitbreiding bij de referentiewoningen op clusterniveau aanvaardbaar. Tabel: Gedetailleerd overzicht van de geurconcentraties in de cluster (OUe/m³) als 98P voor de huidige en de geplande situatie ter hoogte van de dichtstbijzijnde woningen met MM verhoging stofbakken tot 10 m (Fout! Verwijzingsbron niet gevonden. bijlage 18.1) Geurconcentratie (OUe/m³) als 98P op clusterniveau Woning* Huidige situatie Nieuwe toestand Nieuwe toestand met MM 1 woning (bedrijf 1 in cluster) AG 2 woning (bedrijf 2 in cluster)ag 19 woning (bedrijf 3 in 13,2 13,2 13,2 cluster)ag 20 woning AG woning WLK 19,4 19,4 19,4 4 woning WLK 11,7 11,7 11,7 5 woning WLK 5,5 5,9 5,4 6 woning WLK 5,8 6,0 5,6 7 woning WLK 5,4 5,5 5,4 8 woning WLK 5,6 6,0 5,6 9 woning WLK 5,4 5,8 5,3 10 woning WLK 5,3 5,3 5,2 11 woning WLK 4,9 5,1 5,0 12 woning WLK 4,8 5,6 4,9 13 woning WLK 4,9 5,2 4,9 14 woning WLK 6,1 6,2 5,9 15 woning WLK 5,2 5,3 5,2 16 woning WLK 5,8 5,9 5,8 17 woning WLK 6,4 6,5 6,4 18 woning WLK 4,9 5,5 5,0 (*): AG = agrarisch gebied; WLK = woongebied met landelijk karakter Voor deze woningen worden tenslotte de geurconcentraties berekend weergegeven voor de huidige situatie, de gewenste en voor de gewenste situatie met milderende maatregelen als 98P, die enkel door het bedrijf zelf veroorzaakt worden (individuele benadering). De individuele geurconcentraties t.h.v. de meest nabijgelegen woningen, gelegen in agrarisch gebied en het woongebied met landelijk karakter zijn lager dan 3 OUe/m³. Wat betreft de individuele benadering waren er geen negatieve effecten ter Niet-technische samenvatting MER Leemans LV 20/44

21 hoogte van de nabijgelegen woningen. Dit geldt ook bij toepassing van de milderende maatregel (geuruitstoot op 10 m). De geurimpact neemt met de MM beperkt af. Tabel: Gedetailleerd overzicht van de geurimpact veroorzaakt door het bedrijf van Leemans LV (OUe/m³) als 98P voor de huidige en de geplande situatie ter hoogte van de dichtstbijzijnde woningen met MM verhoging stofbakken tot 10 m Individuele geurconcentratie (OUe/m³) als 98P Woning Huidige situatie Nieuwe toestand Nieuwe toestand met MM 1 woning (bedrijf 1 in 1,5 2,0 1,8 cluster) AG 2 woning (bedrijf 2 in 1,2 1,5 1,4 cluster) AG 19 woning (bedrijf 3in 0,8 1,2 1,0 cluster) AG 20 woning AG 1,8 3,2 2,8 3 woning WLK 1,6 2,5 2,3 19 woning (bedrijf 3in 0,8 1,2 1,0 cluster) AG 4 woning WLK 1,6 2,6 2,3 5 woning WLK 1,4 2,7 2,5 6 woning WLK 1,5 3,0 2,7 7 woning WLK 1,5 2,9 2,6 8 woning WLK 1,8 2,8 2,5 9 woning WLK 1,7 2,6 2,4 10 woning WLK 1,6 2,4 2,1 11 woning WLK 1,5 2,3 2,1 12 woning WLK 1,4 2,2 1,9 13 woning WLK 1,2 2,1 1,8 14 woning WLK 1,3 2,1 1,9 15 woning WLK 1,1 1,9 1,8 16 woning WLK 1,1 2,0 1,7 17 woning WLK 1,2 2,0 1,7 18 woning WLK 0,9 1,4 1,3 (*): AG = agrarisch gebied; WLK = woongebied met landelijk karakter Door verhoging van de stofbakken tot 10 m en het hanteren van 20 % reductie voor PM10 bekomen we volgende eveneens andere resultaten. De reductie van 20 % voor PM2,5 is wellicht een overschatting en wordt hierdoor niet doorgerekend. Na het doorrekenen van de stofreductie en verhoging van het emissiepunt tot 10 m zijn er nog 3 particuliere woningen die een beperkt negatief effect, m.n. tussen 1% - 3% van 31,3 µg/m³ ondervinden van het bedrijf voor PM10. De bedrijfseigen woning werd niet in rekening gebracht. Indien we enkel rekening houden met het verhogen van de stofbakken tot 10 m en de 20 %,reductie niet doorrekenen (worst-case), dan zijn er 10 woningen met een beperkt negatief effect. Er is dus een daling van 17 woningen met een beperkt negatief effect t.o.v. de nieuwe situatie zonder milderende maatregelen. Tabel: Effectoverzicht impact fijn stof na verhogen van de uitstoot (Fout! Verwijzingsbron niet gevonden. bijlage 18.1) Niet-technische samenvatting MER Leemans LV 21/44

22 Toetsing Aantal woningen huidige Aantal woningen nieuwe Aantal woningen nieuwe Aantal woningen nieuwe situatie Beoordeling situatie situatie situatie met stofbakken op 10 m met 20 % reductie, 10 m uitstoot PM10 - toetsing tov 31,3 µg/m³ 1% < X <3% van de milieukwaliteitsnorm of richtwaarde 3% < X <10% van de milieukwaliteitsnorm of richtwaarde X >10% van de milieukwaliteitsnorm of richtwaarde Beperkt negatief effect Negatief effect Aanzienlijk negatief effect Toetsing Aantal Aantal Aantal Beoordeling woningen huidige situatie woningen nieuwe situatie woningen nieuwe sit met stofbakken op 10 m PM2.5 - toetsing tov 25 µg/m³ 1% < X <3% van de milieukwaliteitsnorm of richtwaarde* 3% < X <10% van de milieukwaliteitsnorm of richtwaarde X >10% van de milieukwaliteitsnorm of richtwaarde Beperkt negatief effect Negatief effect Aanzienlijk negatief effect De exploitant voorziet in een aanvulling van het bestaande groenscherm. De inplanting van het groenscherm werd reeds in de vorige bouwaanvraag mee opgenomen. Het bedrijf Leemans LV is ingekleed door de aanwezige groenaanplantingen en bomenrijen ten westen van de twee bestaande stallen. Aan de voorkant van het berijfbedrijf zijn groenaanplantingen aanwezig. De nieuwe stal zal zich op een aanvaardbare wijze in de omgeving kunnen integreren. Ten O van de nieuwe stal wordt het groenscherm uitgebreid door fruitbomen en een haag. De positieve impact van deze maatregelen kan evenwel niet kwantitatief doorgerekend worden. Niet-technische samenvatting MER Leemans LV 22/44

23 Verdere mogelijkheden of aanbevelingen Volgende maatregelen lijken op het bedrijf het best inpasbaar: - goed strooiselmanagement -> mogelijke reductie: 10-50% Mogelijkheden voor reductie van broeikasgasemissies Aanbevolen wordt om op het bedrijf een energieaudit te laten uitvoeren, opdat een goed zicht zou bekomen worden op het energieverbruik. Via zo n audit kunnen veelal enkele besparende maatregelen doorgevoerd worden. Eveneens kan bij het uitvoeren van een energieaudit aandacht besteed worden aan de mogelijkheid voor het bedrijf tot het duurzaam opwekken van energie. Onderzoek naar mogelijkheden voor reductie geurhinder In Nederland werd er in 2003 een meetcampagne uitgevoerd om de invloed van een landschapselement (windsingel) op de verspreiding van emissies (in eerste instantie voornamelijk ammoniak) uit een varkenshouderij na te gaan (Van Dijk et al., 2004). Deze meetcampagne werd uitgevoerd bij een vleesvarkenshouderij met ruim dierplaatsen. Aan de oostzijde van het stallencomplex lag op ca. 20 m afstand van de dichtstbijzijnde stal een vrij uniforme windsingel. De situering is zo, dat bij wind uit zuidwestelijke tot westelijke richting de emissiepluim vanuit de stal grotendeels door en over de windsingel verspreid werd. De begroeiing in de meetcampagne bestond uit loofbomen (acacia, zomereik en berk) met struiken. De hoogte van de windsingel was ca m, en de breedte ca Als gevolg van deze Nederlandse meetcampagne werd onderzocht op welke manier landschapselementen in staat zijn om de impact van de emissies te verminderen (Van Dijk et al., 2005). Hieruit bleek dat landschapselementen zoals windsingels een fysiek obstakel vormen voor de verspreiding van stoffen en deeltjes in de atmosfeer. Het effect wordt voornamelijk bepaald door twee elkaar tegenwerkende processen: verhoogde depositie en snelheidsdemping. De resultaten uit het Nederlandse onderzoek laten zien dat een windsingel op korte afstand van een stal de ongewenste verspreiding van ammoniak, maar ook van andere agrarische emissies zoals fijn stof en geur tegengaat en dat de bomen in de windsingel een deel van de stikstof opnemen vanuit de lucht. De geurreductie door een windsingel zal op twee manieren gebeuren. Enerzijds zal geur (die zich als gas verspreidt) als gevolg van de extra turbulentie die ontstaat door de beplanting, worden gemengd en verdund met hogere luchtlagen waardoor de geurbelasting op leefniveau afneemt. Anderzijds zullen geurpartikels die geadsorbeerd worden aan stofdeeltjes gedeeltelijk door de beplanting worden gecapteerd (Van Dijk et al., 2005). Het windbrekend effect, waardoor een lagere dispersie optreedt, veroorzaakt echter een tegenovergesteld effect, en zal het verdunnend effect beperken. Hierdoor wordt de positieve impact van de hierboven vermelde elementen gedeeltelijk teniet gedaan. Ook aan de universiteit van McGill in Canada loopt momenteel eveneens een project naar het effect van natuurlijke windsingels op de verspreiding en het terugdringen van geur. Hieruit blijkt dat windsingels moeten bestaan uit minimum 2 rijen bomen of struiken, met variabele hoogtes, geplaatst loodrecht op de meest overheersende windrichting. Zij vermelden dat hoge barrières rond bvb. mestopslagplaatsen voor een geurreductie kunnen zorgen van 26 tot 92% aan de windluwe zijde (Bradshaw, 2003). Mogelijke milderende maatregelen voor het bedrijf Leemans LV: Niet-technische samenvatting MER Leemans LV 23/44

24 De aanwezige groenelementen dienen dus zeker behouden te blijven en kunnen mogelijks verder uitgebouwd worden. Een positief effect hiervan kan zeker verwacht worden. Bij de modellering werd geen rekening gehouden met de groenelementen, zodat dit als een worst-case scenario beschouwd kan worden. Onderzoek naar mogelijkheden voor reductie fijn stof Niettegenstaande de impact van het bedrijf op de fijn stof belasting in de omgeving globaal gezien als beperkt beschouwd kan worden, en geen overschrijdingen van de grenswaarden aangetoond worden in het studiegebied, wordt in wat volgt toch aandacht geschonken aan mogelijke milderende maatregelen. Implementatie hiervan is, cfr. het beoordelingskader van het RLB-lucht van LNE, en de hierin opgenomen koppeling met milderende maatregelen evenwel niet vereist op korte of middellange termijn. In Nederland wordt ook onderzoek uitgevoerd naar de mogelijkheden om specifiek de uitstoot van fijn stof uit de veehouderij te beperken. In de Buisonjé & Aarnink (2008) werden de opties voor reductie van stofemissies uit pluimveestallen onderzocht. Voor elk gangbaar staltype met een hoge emissie van fijn stof, zoals rondhuisvesting en volière, werden maatregelen geïnventariseerd die de fijnstofemissie kunnen reduceren. Daarbij is aangegeven of deze maatregelen op de korte termijn (implementatierijp in 2009) of op de langere termijn implementatierijp in 2011) toegepast kunnen worden in de praktijk. In dit onderzoek worden de mogelijke technieken in categorieën opgedeeld: 1) Stofreductie door aanpak van de bron Volgende zaken kunnen een invloed hebben op de stofemissie: - de eigenschappen van het strooiselmateriaal: houtkrullen geven bijvoorbeeld minder stof dan gehakseld stro (Aarnink e.a., 2004). Daarnaast is het mogelijk strooisel vooraf te ontstoffen. - de frequentie van bijstrooien of vervanging van strooisel - de dikte van de strooisellaag: in de varkenshouderij zou een dikke laag stro(oisel) mogelijks zorgen voor lagere stofconcentratie, of dit voor pluimvee een vergelijkbaar effect heeft, is nog niet gekend - het vochtgehalte van de strooisellaag De geschatte haalbare emissiereductie door aangepast strooiselmanagement bedraagt 10 50%. 2) Stofreductie door het voorkómen van stofvorming Volgende maatregelen vallen hieronder: - verbeterde, gesloten transportsystemen voor voer en strooiselmateriaal in de stal. - korrelkwaliteit van het voer: zodat de korrels tijdens het transport en in de stal niet uit elkaar vallen en verstoffen. Gezien in de pluimveehouderij gesloten voersystemen gangbaar zijn en aan de korrelkwaliteit reeds veel aandacht geschonken wordt, hebben dergelijke maatregelen echter minder perspectieven. 3) Stofreductie door het voorkómen van stofopname in de lucht - het bevorderen van rustig gedrag van de dieren (bijvoorbeeld door een extra schemerperiode of een langere donkerperiode te geven) geeft naar verwachting een reductie van de stofemissie (10 30%), maar is eenvoudig te realiseren, vooral op (vlees)pluimveebedrijven die (semi)continu verlichting toepassen. Wel moet men naar een optimum zoeken tussen het lichtschema, vigerende welzijnseisen en de productie van de dieren. - het aanbrengen van een film van plantaardige olie in de stal (waardoor het stof wordt gebonden aan alle oppervlakken in de stal, met name in het strooisel) lijkt perspectief te bieden op een hoge reductie met % Niet-technische samenvatting MER Leemans LV 24/44

25 en is in principe bij alle ventilatiesystemen toepasbaar. Momenteel wordt nog onderzoek uitgevoerd naar een systeem voor het aanbrengen van een oliefilm in vleeskuikenstallen. Te vochtig strooisel kan problemen leveren met de voetzolen van de dieren. - i.p.v. plantaardige olie kan ook water gebruikt worden, hierbij zijn wisselende resultaten verkregen. Aangezien water snel verdampt, moet er regelmatig worden verneveld. Bovendien moet naar een optimaal vochtgehalte van het strooisel gestreefd worden, aangezien te vochtig strooisel een negatief effect heeft op de ammoniakemissie en problemen kan geven met de voetzolen van de dieren. De hoeveelheid water die tijdens zeer warme dagen verneveld wordt in de inkomende lucht op veel pluimveebedrijven om de temperatuur in de stal te verlagen, komt niet in het strooisel terecht, doordat dit water snel in de lucht verdampt, en heeft bijgevolg geen effect op de stofproductie. Voor een effectieve stofreductie moet meer water worden gebruikt, zodat het strooisel vochtig wordt, wat een aanpassing van het vernevelsysteem vergt. 4) Stofreductie door middel van luchtbehandeling Luchtwassers kunnen zorgen voor een reductie van de fijnstofemissie op vrij korte termijn bij stallen met mechanische ventilatie. Stallen met lengteventilatie zijn hiervoor het meest geschikt. Het toepassen van luchtwassers op pluimveebedrijven met alternatieve huisvesting (leghennen) en grondhuisvesting (vleeskuikens, kalkoenen) ligt echter moeilijker. De hoge stofconcentraties op deze bedrijven stellen hoge eisen aan de capaciteit van de luchtwasser. Er kan snel vervuiling en verstopping van het waspakket kan optreden. Conclusie: De Buisonjé en Aarnink (2008) vermelden als meest geschikte technieken voor een substantiële reductie van de fijnstofemissie uit pluimveestallen op de korte termijn luchtwassers of het aanbrengen van een plantaardige oliefilm over het strooisel in de stal, vanwege het grote reductiepotentieel. Eenvoudiger maatregelen, maar met een geringer reductiepotentieel, zijn verbetering van het strooiselmanagement en toepassing van relatief eenvoudige watergordijnen en nevelgordijnen. Voor vleeskuikens wordt ook het bevorderen van rustig diergedrag door aangepaste lichtschema s als eenvoudig toepasbare reductietechniek beschouwd. Ook ionisatie van lucht zou een vrij snel inpasbare techniek zijn. Voor alle reductietechnieken is echter nog bijkomend onderzoek nodig, voor deze systemen breed in de praktijk kunnen worden geïmplementeerd. Mogelijke milderende maatregelen voor het bedrijf Leemans LV: Luchtwassers op pluimveestallen zijn in de praktijk moeilijk toepasbaar. Het geactualiseerde richtlijnenboek voor de activiteitengroep Landbouwdieren (Willems et al., 2009) haalt aan dat in de praktijk blijkt dat luchtwassers moeilijk realiseerbaar zijn bij pluimveestallen omwille van de praktische problemen als gevolg van de hoge stofbelasting. De hoge stofconcentraties veroorzaken verstopping van het waspakket waardoor de werking van het systeem reeds na enkele dagen niet meer voldoet. Dit kan men wel tegengaan door voor de wasser een stofafvang te voorzien. Volgende maatregelen lijken op het bedrijf het best inpasbaar: - goed strooiselmanagement -> mogelijke reductie: 10-50% Mogelijkheden voor reductie van broeikasgasemissies Aanbevolen wordt om op het bedrijf een energieaudit te laten uitvoeren, opdat een goed zicht zou bekomen worden op het energieverbruik. Via zo n audit kunnen veelal enkele besparende maatregelen doorgevoerd worden. Eveneens kan bij het uitvoeren van een energieaudit aandacht besteed worden aan de mogelijkheid voor het bedrijf tot het duurzaam opwekken van energie. Niet-technische samenvatting MER Leemans LV 25/44

AANMELDING MILIEUEFFECTRAPPORT BIJLAGE FIGUREN DE MEIBOOM BVBA. Hervergunning en uitbreiding van een varkenshouderij ZWEVEZELE

AANMELDING MILIEUEFFECTRAPPORT BIJLAGE FIGUREN DE MEIBOOM BVBA. Hervergunning en uitbreiding van een varkenshouderij ZWEVEZELE AANMELDING MILIEUEFFECTRAPPORT BIJLAGE 18.1. FIGUREN DE MEIBOOM BVBA Hervergunning en uitbreiding van een varkenshouderij ZWEVEZELE Opmaak en begeleiding: SBB Accountants & Adviseurs Milieubureau Joveco

Nadere informatie

KENNISGEVING/ONTWERP-MER BIJLAGE FIGUREN FLAVIEHOEVE GCV. Hernieuwing en uitbreiding van een pluimveehouderij VEURNE

KENNISGEVING/ONTWERP-MER BIJLAGE FIGUREN FLAVIEHOEVE GCV. Hernieuwing en uitbreiding van een pluimveehouderij VEURNE KENNISGEVING/ONTWERP-MER BIJLAGE FIGUREN FLAVIEHOEVE GCV Hernieuwing en uitbreiding van een pluimveehouderij VEURNE Opdrachtgever Flaviehoeve GCV Noordmoerstraat 5 8630 Veurne KBO-nummer 0828.449.185 Vestigingseenheidsnummer

Nadere informatie

Deel 10. Niet-technische samenvatting PRMER-0018

Deel 10. Niet-technische samenvatting PRMER-0018 Deel 10. Niet-technische samenvatting PRMER-0018 10.1 Ruimtelijke situering Het bedrijf is gelegen aan de Statiestraat 56 te Dentergem. Volgens het kadastraal plan bevindt het bedrijf zich op volgende

Nadere informatie

Bezwaarschrift aanvraag pluimveehouderij Yvan Moonen, Kriekelswarande zn Diest

Bezwaarschrift aanvraag pluimveehouderij Yvan Moonen, Kriekelswarande zn Diest Bezwaarschrift aanvraag pluimveehouderij Yvan Moonen, Kriekelswarande zn Diest Middels dit bezwaarschrift wens ik bezwaar in te dienen tegen de voormelde milieuvergunningsaanvraag op gronde van volgende

Nadere informatie

AANMELDING/ONTWERP-MER NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING MEYNS WIM. Hernieuwing en uitbreiding van een pluimveehouderij OUDENBURG

AANMELDING/ONTWERP-MER NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING MEYNS WIM. Hernieuwing en uitbreiding van een pluimveehouderij OUDENBURG AANMELDING/ONTWERP-MER NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING MEYNS WIM Hernieuwing en uitbreiding van een pluimveehouderij OUDENBURG Opdrachtgever Meyns Wim Waerevaartstraat 7 8460 OUDENBURG KBO-nummer 0766.025.331

Nadere informatie

Uitdagingen en oplossingen milieu pluimveesector

Uitdagingen en oplossingen milieu pluimveesector Uitdagingen en oplossingen milieu pluimveesector Symposium Innoplus Het Kippenparadijs Patrick Herijgers 14/11/2017 Geel Carl De Braeckeleer 21/11/2017 Tielt Grote veranderingen omgevingsvergunning? Bepaalde

Nadere informatie

AMV/ /1001/B. Ministerieel besluit houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking

AMV/ /1001/B. Ministerieel besluit houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking ^\ Vlaamse Regering AMV/00015605/1001/B Ministerieel besluit houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking van artikel 5.9.4.4 van titel II van het VLAREM, ingediend door de bvba DGST, Waterstraat

Nadere informatie

INFORMATIEVERGADERING 19/06/2012

INFORMATIEVERGADERING 19/06/2012 INFORMATIEVERGADERING 19/06/2012 Milieuvergunningsaanvraag KL1 VAMO BVBA Ter Poperenweg 9 8560 Moorsele (Wevelgem) OVERZICHT INFOVERGADERING 1. Beknopte beschrijving project 2. MER-plicht 3. Situering

Nadere informatie

MER TECHNISCHE SAMENVATTING. Hernieuwing en uitbreiding van een pluimveehouderij. Wuustwezel

MER TECHNISCHE SAMENVATTING. Hernieuwing en uitbreiding van een pluimveehouderij. Wuustwezel MER NIET TECHNISCHE SAMENVATTING VAN GASTEL GERT LV Hernieuwing en uitbreiding van een pluimveehouderij Wuustwezel Titel Opdrachtgever Projectlocatie MER Van Gastel Gert LV Heivelden 25 2990 Wuustwezel

Nadere informatie

Uitbreiding slachtkuikenbedrijf Van Bijsterveldt tot slachtkuikens te Ravels. Initiatiefnemer: 24/01/2019

Uitbreiding slachtkuikenbedrijf Van Bijsterveldt tot slachtkuikens te Ravels. Initiatiefnemer: 24/01/2019 Vlaamse Overheid Departement Omgeving Afdeling Gebiedsontwikkeling, Omgevingsplanning en projecten Directie Gebiedsontwikkeling Team Mer Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel T 02/553 80 79 mer@vlaanderen.be

Nadere informatie

Scopingsadvies Project-MER Uitbreiding en vroegtijdige hernieuwing van een gemengd veeteeltbedrijf in Poperinge (Watou)

Scopingsadvies Project-MER Uitbreiding en vroegtijdige hernieuwing van een gemengd veeteeltbedrijf in Poperinge (Watou) Vlaamse Overheid Departement Omgeving Afdeling Gebiedsontwikkeling, Omgevingsplanning en projecten Milieueffectrapportage Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel T 02/553 80 79 mer@vlaanderen.be www.omgevingvlaanderen.be

Nadere informatie

Scopingsadvies Project-MER Uitbreiding en hernieuwing van een gemengd veeteeltbedrijf in Ieper

Scopingsadvies Project-MER Uitbreiding en hernieuwing van een gemengd veeteeltbedrijf in Ieper Vlaamse Overheid Departement Omgeving Afdeling Gebiedsontwikkeling, Omgevingsplanning en projecten Milieueffectrapportage Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel T 02/553 80 79 mer@vlaanderen.be www.omgevingvlaanderen.be

Nadere informatie

Scopingsadvies Project-MER Uitbreiding en vroegtijdige hernieuwing milieuvergunning van slachtkuikenbedrijf Pollo NV te Oud-Turnhout

Scopingsadvies Project-MER Uitbreiding en vroegtijdige hernieuwing milieuvergunning van slachtkuikenbedrijf Pollo NV te Oud-Turnhout Vlaamse Overheid Departement Omgeving Afdeling Gebiedsontwikkeling, Omgevingsplanning en projecten Milieueffectrapportage Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel T 02/553 80 79 mer@vlaanderen.be www.omgevingvlaanderen.be

Nadere informatie

Wiga NV: uitbreiding van een varkenshouderij tot varkens te Heuvelland

Wiga NV: uitbreiding van een varkenshouderij tot varkens te Heuvelland Vlaamse overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Dienst Mer Koning Albert II-laan 20, bus 8 1000 BRUSSEL tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75 Goedkeuring

Nadere informatie

NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING MER. Gemengde veehouderij Tuytelaers Dirk, Kijkverdriet 10, 2380 Ravels

NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING MER. Gemengde veehouderij Tuytelaers Dirk, Kijkverdriet 10, 2380 Ravels NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING MER Gemengde veehouderij Tuytelaers Dirk, Kijkverdriet 10, 2380 Ravels Opdrachtgever Tuytelaers Dirk Kijkverdriet 10 2380 Ravels KBO-nummer 0731.533.121 Vestigingseenheidsnummer

Nadere informatie

11. Niet-technische samenvatting PRMER-0028 en 0029

11. Niet-technische samenvatting PRMER-0028 en 0029 11. Niet-technische samenvatting PRMER-0028 en 0029 11.1 Ruimtelijke situering Veldkaaistraat Het bedrijf is gelegen aan de Veldkaaistraat z/n te Ardooie. Volgens het kadastraal plan is het bedrijf gelegen

Nadere informatie

Scopingsadvies Project-MER Hervergunning en verandering van pluimveehouderij Bart Bax LV in Weelde

Scopingsadvies Project-MER Hervergunning en verandering van pluimveehouderij Bart Bax LV in Weelde Vlaamse Overheid Departement Omgeving Afdeling Gebiedsontwikkeling, Omgevingsplanning en projecten Milieueffectrapportage Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel T 02/553 80 79 mer@vlaanderen.be www.omgevingvlaanderen.be

Nadere informatie

AMV/000/150708/1002. Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, zoals herhaaldelijk gewijzigd;

AMV/000/150708/1002. Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, zoals herhaaldelijk gewijzigd; J" Vlaamse Regering. -... AMV/000/150708/1002 Besluit van de Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur houdende uitspraak over het beroep aangetekend tegen het besluit van de deputatie van de

Nadere informatie

Vlaamse Regering : ~ AMV /1 004/B

Vlaamse Regering : ~ AMV /1 004/B J' Vlaamse Regering : ~............ AMV1000143935/1 004/B Besluit van de Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur houdende uitspraak over het beroep aangetekend tegen het besluit van de deputatie

Nadere informatie

Scopingsadvies Project-MER Hervergunning en uitbreiding van een varkenshouderij : Messely Klaas te Kortrijk

Scopingsadvies Project-MER Hervergunning en uitbreiding van een varkenshouderij : Messely Klaas te Kortrijk Vlaamse Overheid Afdeling Gebiedsontwikkeling, Omgevingsplanning en projecten Milieueffectrapportage Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel T 02/553 80 79 mer@vlaanderen.be www.omgevingvlaanderen.be

Nadere informatie

Goedkeuringsverslag milieueffectrapport

Goedkeuringsverslag milieueffectrapport Vlaamse overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Koning Albert II-laan 20, bus 8 1000 BRUSSEL tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75 Goedkeuringsverslag

Nadere informatie

Varkensbedrijf Kodeva te Torhout

Varkensbedrijf Kodeva te Torhout Vlaamse overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Dienst Mer Koning Albert II-laan 20, bus 8 1000 BRUSSEL tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75 Project-MER-Verslag

Nadere informatie

Hervergunning, uitbreiding en wijziging van een veeteeltbedrijf en biogasinstallatie

Hervergunning, uitbreiding en wijziging van een veeteeltbedrijf en biogasinstallatie Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Dienst Mer Graaf de Ferrarisgebouw Koning Albert II-laan 20 1000 BRUSSEL tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75 Project-MER

Nadere informatie

Gebruikershandleiding rekenmodel Vee-combistof (pluimvee) (Versie: mei 2019)

Gebruikershandleiding rekenmodel Vee-combistof (pluimvee) (Versie: mei 2019) Gebruikershandleiding rekenmodel Vee-combistof (pluimvee) (Versie: mei 2019) Algemeen Bij pluimveestallen kunnen verschillende technieken worden gebruikt om de emissie van fijnstof (PM 10 ) te reduceren.

Nadere informatie

Ontheffing tot het opstellen van een MER. ontheffingsbeslissing. Project: Omvorming en Samenvoeging van 2 veeteeltbedrijven.

Ontheffing tot het opstellen van een MER. ontheffingsbeslissing. Project: Omvorming en Samenvoeging van 2 veeteeltbedrijven. administratie Milieu-, Natuur-, Land- en Waterbeheer afdeling Algemeen Milieu- en Natuurbeleid, cel Mer Graaf de Ferrarisgebouw Koning Albert II-laan 20, bus 8 1000 BRUSSEL tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75

Nadere informatie

MER BIJLAGE 18.2 NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING VAN MARCKE BVBA. Hervergunning en verandering van een bedrijf voor varkens WORTEGEM-PETEGEM

MER BIJLAGE 18.2 NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING VAN MARCKE BVBA. Hervergunning en verandering van een bedrijf voor varkens WORTEGEM-PETEGEM MER BIJLAGE 18.2 NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING VAN MARCKE BVBA Hervergunning en verandering van een bedrijf voor varkens WORTEGEM-PETEGEM Opdrachtgever VAN MARCKE BVBA Rijborgstraat 10 9790 Wortegem-Petegem

Nadere informatie

MER BIJLAGE 18.2 NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING VULSTEKE STEFAAN. Hernieuwing en uitbreiding van een varkenshouderij KORTEMARK

MER BIJLAGE 18.2 NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING VULSTEKE STEFAAN. Hernieuwing en uitbreiding van een varkenshouderij KORTEMARK MER BIJLAGE 18.2 NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING VULSTEKE STEFAAN Hernieuwing en uitbreiding van een varkenshouderij KORTEMARK Opdrachtgever VULSTEKE STEFAAN Galgestraat 11 8610 Kortemark KBO-nummer 0878.477.035

Nadere informatie

AANMELDING/ONTWERP-MILIEUEFFECTRAPPORT BIJLAGE 18.7 NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING. Moors Renaat. Hervergunning en verandering van een varkenshouderij

AANMELDING/ONTWERP-MILIEUEFFECTRAPPORT BIJLAGE 18.7 NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING. Moors Renaat. Hervergunning en verandering van een varkenshouderij AANMELDING/ONTWERP-MILIEUEFFECTRAPPORT BIJLAGE 18.7 NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING Moors Renaat Hervergunning en verandering van een varkenshouderij RIEMST Colofon Titel Opdrachtgever Aanmelding/Ontwerp-MER

Nadere informatie

Scopingsadvies Project-MER Uitbreiding en vroegtijdige hernieuwing milieuvergunning van een slachtkuikenbedrijf. Aerts Kristof te Beerse

Scopingsadvies Project-MER Uitbreiding en vroegtijdige hernieuwing milieuvergunning van een slachtkuikenbedrijf. Aerts Kristof te Beerse Vlaamse Overheid Afdeling Gebiedsontwikkeling, Omgevingsplanning en projecten Milieueffectrapportage Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel T 02/553 80 79 mer@vlaanderen.be www.omgevingvlaanderen.be

Nadere informatie

NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING MER. Milieueffectrapport. Pluimveehouderij Mertens Poultry LV, Berkendreef 25, 2990 Wuustwezel

NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING MER. Milieueffectrapport. Pluimveehouderij Mertens Poultry LV, Berkendreef 25, 2990 Wuustwezel NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING MER Milieueffectrapport Pluimveehouderij Mertens Poultry LV, Berkendreef 25, 2990 Wuustwezel Opdrachtgever Mertens Poultry LV Molenstraat 24 2990 Wuustwezel KBO-nummer 0811.249.503

Nadere informatie

Scopingsadvies Project-MER Uitbreiding van een veeteeltbedrijf : De Lindehoeve/Carrebrouck Koen te Diksmuide

Scopingsadvies Project-MER Uitbreiding van een veeteeltbedrijf : De Lindehoeve/Carrebrouck Koen te Diksmuide Vlaamse Overheid Departement Omgeving Afdeling Gebiedsontwikkeling, Omgevingsplanning en projecten Milieueffectrapportage Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel T 02/553 80 79 mer@vlaanderen.be www.omgevingvlaanderen.be

Nadere informatie

Pluimveehouderij met stalruimte voor 90.000 stuks pluimvee te Assenede ten gevolge van een hernieuwing van de milieuvergunning

Pluimveehouderij met stalruimte voor 90.000 stuks pluimvee te Assenede ten gevolge van een hernieuwing van de milieuvergunning Vlaamse overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Dienst Mer Koning Albert II-laan 20, bus 8 1000 BRUSSEL tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75 Project-MER-Verslag

Nadere informatie

AMV/ /1001. Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, zoals herhaaldelijk gewijzigd;

AMV/ /1001. Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, zoals herhaaldelijk gewijzigd; AMV/000154831/1001 Besluit van de Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur houdende uitspraak over het beroep aangetekend tegen het besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 29

Nadere informatie

AMV/ /1002. Gelet op het decreet vàn 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, zoals herhaaldelijk gewijzigd;

AMV/ /1002. Gelet op het decreet vàn 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, zoals herhaaldelijk gewijzigd; Vlaamse Regering,~ ~ nj- AMV/000153659/1002 Besluit van de Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur houdende uitspraak over het beroep aangetekend tegen het besluit van de deputatie van de provincie

Nadere informatie

RECENTE EVOLUTIES IN HET VLAAMSE GEURBELEID

RECENTE EVOLUTIES IN HET VLAAMSE GEURBELEID RECENTE EVOLUTIES IN HET VLAAMSE GEURBELEID Bijdrage van LNE afdeling Lucht, Hinder, Risicobeheer, Milieu & Gezondheid VEMIS platform BELEID, 19 juni 2012 Topics 1. IMPACT 2. MER RL-BOEK Lucht actualisatie

Nadere informatie

Project-MER-Verslag. Project: Initiatiefnemer:

Project-MER-Verslag. Project: Initiatiefnemer: Vlaamse overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Dienst Mer Koning Albert II-laan 20, bus 8 1000 BRUSSEL tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75 Project-MER-Verslag

Nadere informatie

Vlaamse Regering ~~'t~= AMV/000222/1004

Vlaamse Regering ~~'t~= AMV/000222/1004 Vlaamse Regering ~~'t~= = >.~ ~ :4~._,,~ - AMV/000222/1004 Besluit van de Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur houdende uitspraak over het beroep aangetekend tegen het besluit van de deputatie

Nadere informatie

Komt er een oplossing?

Komt er een oplossing? Komt er een oplossing? Onderzoek ammoniak en fijn stof Hilko Ellen Hoe ammoniak reduceren? Hoe ammoniak reduceren? Via voer: toevoegingen lager eiwitgehalte controle / handhaving? Geen vorming in mest/

Nadere informatie

AMV/ /1004. De Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur,

AMV/ /1004. De Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur, AMV/00035702/1004 Besluit van de Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur houdende uitspraak over het beroep aangetekend tegen het besluit van de deputatie van de provincie Limburg van 12 mei

Nadere informatie

OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN DE BVBA VEVAR MET BETREKKING TOT EEN VARKENSBEDRIJF, GELEGEN IN 2321 HOOGSTRATEN (MEER), SLUISKENSWEG 10.

OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN DE BVBA VEVAR MET BETREKKING TOT EEN VARKENSBEDRIJF, GELEGEN IN 2321 HOOGSTRATEN (MEER), SLUISKENSWEG 10. Besluit /hs. Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen BESLUIT VAN DE DEPUTATIE VAN DE PROVINCIE ANTWERPEN OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN DE BVBA VEVAR MET BETREKKING TOT EEN VARKENSBEDRIJF,

Nadere informatie

Scopingsadvies Project-MER Uitbreiding, wijziging en hernieuwing van het gemengd veeteeltbedrijf Danny Delcroix

Scopingsadvies Project-MER Uitbreiding, wijziging en hernieuwing van het gemengd veeteeltbedrijf Danny Delcroix Vlaamse Overheid Departement Omgeving Afdeling Gebiedsontwikkeling, Omgevingsplanning en projecten Milieueffectrapportage Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel T 02/553 80 79 mer@vlaanderen.be www.omgevingvlaanderen.be

Nadere informatie

NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING MER. Van Otten lv, Merksplas

NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING MER. Van Otten lv, Merksplas NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING MER Van Otten lv, Merksplas Opdrachtgever: Van Otten lv Meyenbos 5-7 2330 Merksplas Projectlocatie: Meyenbos 5-7 2330 Merksplas Uitvoerend studiebureau: ABO NV Derbystraat

Nadere informatie

Richtlijnen milieueffectrapportage. Hernieuwing van de milieuvergunning voor een pluimveehouderij met stalruimte voor leghennen (Vanthournout)

Richtlijnen milieueffectrapportage. Hernieuwing van de milieuvergunning voor een pluimveehouderij met stalruimte voor leghennen (Vanthournout) administratie Milieu-, Natuur-, Land- en Waterbeheer afdeling Algemeen Milieu- en Natuurbeleid, cel Mer Graaf de Ferrarisgebouw Koning Albert II-laan 20, bus 8 1000 BRUSSEL tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75

Nadere informatie

AANVRAAG OMGEVINGSVERGUNNING

AANVRAAG OMGEVINGSVERGUNNING AANVRAAG OMGEVINGSVERGUNNING PROVINCIALEWEG 4 TE T VELD Ing. L. Polinder Augustus 2015 Bijlagen bij de melding Omgevingsvergunning MELDER: VOF A. Groen Provincialeweg 4 1735 ET T Veld Onderstaande bijlagen

Nadere informatie

BBT-conclusies intensieve pluimvee- of varkenshouderij

BBT-conclusies intensieve pluimvee- of varkenshouderij BBT-conclusies intensieve pluimvee- of varkenshouderij Michael Martens (michael.martens@vlaanderen.be) Dep. Omgeving, afd. GOP, directie Omgevingsprojecten BBT-conclusies: inleiding Gepubliceerd in Publicatieblad

Nadere informatie

Scopingsadvies Project-MER Verandering van een varkenshouderij DGST BVBA in Lille

Scopingsadvies Project-MER Verandering van een varkenshouderij DGST BVBA in Lille Vlaamse Overheid Departement Omgeving Afdeling Gebiedsontwikkeling, Omgevingsplanning en projecten Milieueffectrapportage Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel T 02/553 80 79 mer@vlaanderen.be www.omgevingvlaanderen.be

Nadere informatie

Reductie fijn stof bij pluimveestallen: beschikbare maatregelen. Hilko Ellen Informatiebijeenkomst Wychen

Reductie fijn stof bij pluimveestallen: beschikbare maatregelen. Hilko Ellen Informatiebijeenkomst Wychen Reductie fijn stof bij pluimveestallen: beschikbare maatregelen Hilko Ellen Informatiebijeenkomst Wychen 10-02-2011 Onderwerpen Aanpassingen oude technieken Nieuwe technieken Oliefilm Opgenomen in Rav;

Nadere informatie

Uitbreiding milieuvergunning pluimveehouderij. NV Sininvest, Moorslede (Roeselare)

Uitbreiding milieuvergunning pluimveehouderij. NV Sininvest, Moorslede (Roeselare) Vlaamse overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Dienst Mer Koning Albert II-laan 20, bus 8 1000 BRUSSEL tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75 Project-MER-Verslag

Nadere informatie

Richtlijnen milieueffectrapportage

Richtlijnen milieueffectrapportage Vlaamse overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Koning Albert II-laan 20, bus 8 1000 BRUSSEL tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75 Richtlijnen milieueffectrapportage

Nadere informatie

Vlaamse Regering AMV/000150456/1002

Vlaamse Regering AMV/000150456/1002 Vlaamse Regering AMV/000150456/1002 Besluit van de Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur houdende uitspraak over de beroepen aangetekend tegen het besluit met nummer M03/43014/40/21A11/BUKVDS

Nadere informatie

Ontheffing tot het opstellen van een MER

Ontheffing tot het opstellen van een MER Vlaamse overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid, Dienst Mer Koning Albert II-laan 20, bus 8 1000 BRUSSEL Tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75 Ontheffing

Nadere informatie

Bijlage aanvraag omgevingsvergunning

Bijlage aanvraag omgevingsvergunning Bergs Advies B.V. Dorpstraat 55 6095 AG Baexem Telefoon Fax E-mail Internet (0475) 49 44 07 (0475) 49 23 63 info@bergsadvies.nl www.bergsadvies.nl Rabobank 14.42.17.414 K.v.K. Roermond nr. 12065400 BTW

Nadere informatie

De Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur,

De Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur, AMV/00011483/1002/B Besluit van de Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur houdende uitspraak over de beroepen aangetekend tegen het besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 25

Nadere informatie

Toelichting berekening ISL3a t.a.v. luchtkwaliteit

Toelichting berekening ISL3a t.a.v. luchtkwaliteit Toelichting berekening ISL3a t.a.v. luchtkwaliteit d.d. 22 december 2015 Initiatiefnemer Maatschap H. en E. Brink Halerweg 1 9433 TE ZWIGGELTE In lucht zitten, hoe schoon ook, altijd kleine, vaste en vloeibare

Nadere informatie

MILIEUEFFECTRAPPORT BIJLAGE NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING MESSELY KLAAS. Hervergunning en uitbreiding van een varkenshouderij KORTRIJK

MILIEUEFFECTRAPPORT BIJLAGE NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING MESSELY KLAAS. Hervergunning en uitbreiding van een varkenshouderij KORTRIJK MILIEUEFFECTRAPPORT BIJLAGE 18.3. NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING MESSELY KLAAS Hervergunning en uitbreiding van een varkenshouderij KORTRIJK Opmaak en begeleiding: SBB Accountants & Adviseurs Milieubureau

Nadere informatie

Milieueffectrapport voor het uitbreiden van een varkensbedrijf

Milieueffectrapport voor het uitbreiden van een varkensbedrijf Vlaamse overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Dienst Mer Koning Albert II-laan 20, bus 8 1000 BRUSSEL tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75 Project-MER-Verslag

Nadere informatie

Richtlijnen milieueffectrapportage

Richtlijnen milieueffectrapportage Vlaamse overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Dienst Mer Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 BRUSSEL Tel: 02/553.80.79 e-mail: mer@vlaanderen.be

Nadere informatie

Verzoek tot ontheffing van het opstellen van een project-mer: Ontheffingsbeslissing. Project:

Verzoek tot ontheffing van het opstellen van een project-mer: Ontheffingsbeslissing. Project: Vlaamse overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Dienst Mer Koning Albert II-laan 20 bus 8, 1000 BRUSSEL Tel. (02)553 80 79 - Fax (02)553 80 75 www.mervlaanderen.be Verzoek tot ontheffing van

Nadere informatie

KENNISGEVING/ONTWERP MILIEUEFFECTRAPPORT LEEMANS LV. Hervergunning en verandering van een pluimveehouderij RIJKEVORSEL

KENNISGEVING/ONTWERP MILIEUEFFECTRAPPORT LEEMANS LV. Hervergunning en verandering van een pluimveehouderij RIJKEVORSEL KENNISGEVING/ONTWERP MILIEUEFFECTRAPPORT LEEMANS LV Hervergunning en verandering van een pluimveehouderij RIJKEVORSEL Opmaak en begeleiding: SBB Accountants & Adviseurs Milieubureau Joveco bvba Diestsevest

Nadere informatie

WET MILIEUBEHEER aanvraag vergunning Agrarische sectortevens

WET MILIEUBEHEER aanvraag vergunning Agrarische sectortevens WET MILIEUBEHEER aanvraag vergunning Agrarische sectortevens beschrijving ROBA Advies B.V. Florijn 4 Postbus 330 5750 AH Deurne tel. 0493-326030 fax. 0493-311939 1 Inrichting 1.1 Algemene gegevens Aanleiding:

Nadere informatie

Scopingsadvies Project-MER Uitbreiding van een bestaande varkenshouderij en exploitatie van een nieuwe pluimveehouderij te Borgloon.

Scopingsadvies Project-MER Uitbreiding van een bestaande varkenshouderij en exploitatie van een nieuwe pluimveehouderij te Borgloon. Vlaamse Overheid Departement Omgeving Afdeling Gebiedsontwikkeling, Omgevingsplanning en projecten Milieueffectrapportage Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel T 02/553 80 79 mer@vlaanderen.be www.omgevingvlaanderen.be

Nadere informatie

AANMELDING/ONTWERP-MILIEUEFFECTRAPPORT BIJLAGE 18.2 NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING PORCUS BVBA. Hervergunning en uitbreiding van een varkenshouderij

AANMELDING/ONTWERP-MILIEUEFFECTRAPPORT BIJLAGE 18.2 NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING PORCUS BVBA. Hervergunning en uitbreiding van een varkenshouderij AANMELDING/ONTWERP-MILIEUEFFECTRAPPORT BIJLAGE 18.2 NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING PORCUS BVBA Hervergunning en uitbreiding van een varkenshouderij WUUSTWEZEL Colofon Titel Aanmelding/Ontwerp-MER Opdrachtgever

Nadere informatie

Vlaamse Regering : AMV/ /1006

Vlaamse Regering : AMV/ /1006 Vlaamse Regering : ); -- AMV/00068291/1006 Besluit van de Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw houdende uitspraak over het beroep aangetekend tegen het besluit van de deputatie van de provincie

Nadere informatie

Reductie fijn stof bij pluimveestallen: beschikbare maatregelen. Hilko Ellen

Reductie fijn stof bij pluimveestallen: beschikbare maatregelen. Hilko Ellen Reductie fijn stof bij pluimveestallen: beschikbare maatregelen Hilko Ellen Onderwerpen Aanpassing stal (ventilatie) Plan van aanpak Beschikbare reducerende technieken Aanpassingen aan stal Verhogen emissiepunt

Nadere informatie

NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING. Project-MER 0329. MER Varcap, Verrebroek

NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING. Project-MER 0329. MER Varcap, Verrebroek NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING Project-MER 0329 MER Varcap, Verrebroek Opdrachtgever: Varcap NV Borringstraat 19 9130 Verrebroek Projectlocatie: Borringstraat 19 9130 Verrebroek Uitvoerend studiebureau:

Nadere informatie

KENNISGEVING/ONTWERP-MER MILIEUEFFECTRAPPORT VAN GASTEL LV

KENNISGEVING/ONTWERP-MER MILIEUEFFECTRAPPORT VAN GASTEL LV KENNISGEVING/ONTWERP-MER MILIEUEFFECTRAPPORT VAN GASTEL LV Hernieuwing en uitbreiding van een pluimveehouderij tot een totaal van 160.000 stuks pluimvee WUUSTWEZEL Opmaak en begeleiding: SBB Accountants

Nadere informatie

De Berghoeve bvba Zoutleeuw

De Berghoeve bvba Zoutleeuw Vlaamse overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Dienst Mer Koning Albert II-laan 20, bus 8 1000 BRUSSEL tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75 Project-MER-Verslag

Nadere informatie

Bijlage 8 bij het ministerieel besluit houdende wijziging van een aantal formulieren naar aanleiding van inwerkingtreding van

Bijlage 8 bij het ministerieel besluit houdende wijziging van een aantal formulieren naar aanleiding van inwerkingtreding van Bijlage 8 bij het ministerieel besluit houdende wijziging van een aantal formulieren naar aanleiding van de inwerkingtreding van de omgevingsvergunning Bijlage 19 bij het besluit van de Vlaamse Regering

Nadere informatie

Vlaams beleid luchtverontreiniging en. milieuvergunningsaanvragen

Vlaams beleid luchtverontreiniging en. milieuvergunningsaanvragen Vlaams beleid luchtverontreiniging en milieuvergunningsaanvragen Geert Pillu Adviesverlener LNE afdeling Milieuvergunningen Brugge Vlaams beleid luchtverontreiniging en milieuvergunningsaanvragen Kennis

Nadere informatie

Varkenshouderij Straathof Koningsbosch BV, gemeente Echt-Susteren Toetsingsadvies over het milieueffectrapport en de aanvulling daarop

Varkenshouderij Straathof Koningsbosch BV, gemeente Echt-Susteren Toetsingsadvies over het milieueffectrapport en de aanvulling daarop Varkenshouderij Straathof Koningsbosch BV, gemeente Echt-Susteren Toetsingsadvies over het milieueffectrapport en de aanvulling daarop 23 december 2008 / rapportnummer 1851-62 1. OORDEEL OVER HET Initiatiefnemer

Nadere informatie

Vlaamse Regering : AMV/ /1 002

Vlaamse Regering : AMV/ /1 002 .... Vlaamse Regering : AMV/00018771 /1 002 Besluit van de Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur houdende uitspraak over het beroep aangetekend tegen het besluit van de deputatie van de provincié

Nadere informatie

Richtlijnen milieueffectrapportage: Uitbreiding pluimveebedrijf Segers Dirk (Arendonk) tot braadkippen.

Richtlijnen milieueffectrapportage: Uitbreiding pluimveebedrijf Segers Dirk (Arendonk) tot braadkippen. Vlaamse Overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Graaf de Ferrarisgebouw Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 BRUSSEL tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75 Richtlijnen milieueffectrapportage: Uitbreiding

Nadere informatie

A. Persoonlijke gegevens. B. Bedrijfsgegevens

A. Persoonlijke gegevens. B. Bedrijfsgegevens A. Persoonlijke gegevens 1. Naam 2. Adres 3. Postcode 4. Stad 5. Land 6. Telefoonnummer B. Bedrijfsgegevens 7. Hoeveel jaar relevante ervaring in het houden van pluimvee heeft de bedrijfsverantwoordelijke?

Nadere informatie

KENNISGEVING/ONTWERP-MER MILIEUEFFECTRAPPORT VAN DE LOCHT GUY. Hernieuwing en uitbreiding van een gemengde veeehouderij met pluimvee en rundvee

KENNISGEVING/ONTWERP-MER MILIEUEFFECTRAPPORT VAN DE LOCHT GUY. Hernieuwing en uitbreiding van een gemengde veeehouderij met pluimvee en rundvee KENNISGEVING/ONTWERP-MER MILIEUEFFECTRAPPORT VAN DE LOCHT GUY Hernieuwing en uitbreiding van een gemengde veeehouderij met pluimvee en rundvee WUUSTWEZEL Opmaak en begeleiding: SBB Accountants & Adviseurs

Nadere informatie

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten; Besluit /kh/mige. Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen BESLUIT VAN DE DEPUTATIE VAN DE PROVINCIE ANTWERPEN OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN DE HEER VERSTRAELEN GUY MET BETREKKING TOT

Nadere informatie

Vlaamse Regering ~~~=

Vlaamse Regering ~~~= Vlaamse Regering ~~~= :nt. ';"J' >'7 = AMV1000143256/1004 Besluit van de Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw houdende uitspraak over de beroepen aangetekend tegen het besluit van de deputatie

Nadere informatie

Eenheid Klant - Bouwen, Wonen & Ondernemen. Vormvrije Mer beoordeling

Eenheid Klant - Bouwen, Wonen & Ondernemen. Vormvrije Mer beoordeling Eenheid Klant - Bouwen, Wonen & Ondernemen Datum : 17 september 2013 Onderwerp : Vormvrije Mer beoordeling Opsteller : Arie Johannes Vormvrije Mer beoordeling Inleiding Op 2 september 2013 is een aanvraag

Nadere informatie

Afspraken ivm inputparameters bij gebruik van IFDM PC, IMPACT en IMPACTSCORE NH3 inzake landbouwdossiers

Afspraken ivm inputparameters bij gebruik van IFDM PC, IMPACT en IMPACTSCORE NH3 inzake landbouwdossiers Afspraken ivm inputparameters bij gebruik van IFDM PC, IMPACT en IMPACTSCORE NH3 inzake landbouwdossiers Parameter Afspraak Mogelijke vereenvoudiging Voorbeelden Ligging (X,Y) en aantal bronnen per stal

Nadere informatie

NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING MER. Jansen Galgenvoort lv, Sint-Lenaarts (Brecht)

NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING MER. Jansen Galgenvoort lv, Sint-Lenaarts (Brecht) NIET-TECHNISCHE SAMENVATTING MER Jansen Galgenvoort lv, Sint-Lenaarts (Brecht) Opdrachtgever: Jansen Galgenvoort lv Oosteneind 12A 2328 Meerle Projectlocatie: Oostmalsebaan z/n 2960 Sint-Lenaarts (Brecht)

Nadere informatie

Vormen van milieueffectrapportage in Vlaanderen

Vormen van milieueffectrapportage in Vlaanderen Vormen van milieueffectrapportage in Vlaanderen Pascal Van Ghelue Geograaf - Diensthoofd Dienst Begeleiding Gebiedsgerichte Planprocessen Inhoud 1. Doel milieueffectrapportage 2. Regelgeving 3. Rapportagevormen

Nadere informatie

A. Maatregelen voor verdergaande verbetering omgevingskwaliteit

A. Maatregelen voor verdergaande verbetering omgevingskwaliteit A. Maatregelen voor verdergaande verbetering omgevingskwaliteit Deltabig b.v. Herenweg 4 Aagtekerke 1. Huidige plan Het plan wat beoordeeld is door de AAZ, had betrekking op onderstaande dieraantallen,

Nadere informatie

Melding Activiteitenbesluit milieubeheer

Melding Activiteitenbesluit milieubeheer Melding Activiteitenbesluit milieubeheer Aanvrager: Dhr. W.A. Maalderink Akkermansstraat 11 7021 LW ZELHEM INHOUDSOPGAVE Uitwerking melding op grond van het Activiteitenbesluit milieubeheer voor het bedrijf

Nadere informatie

BIJLAGE 2. Milieuneutrale wijziging

BIJLAGE 2. Milieuneutrale wijziging BIJLAGE Milieuneutrale wijziging Milieuneutrale wijziging van de (werking van de) inrichting De heer W.B.M. Aarts heeft aan de Polderdreef 5 te Liessel de beschikking over een varkenshouderij. De inrichting

Nadere informatie

Emissiereductie veehouderij

Emissiereductie veehouderij Emissiereductie veehouderij Wat zit er in de pijplijn van onderzoek bij WUR? 30-11-2016, Hilko Ellen Opbouw presentatie Korte introductie Wet- en regelgeving Onderzoek maatregelen melkvee vleesvee varkens

Nadere informatie

Emissiebeperkende maatregelen fijn stof pluimveehouderij. Nico Ogink

Emissiebeperkende maatregelen fijn stof pluimveehouderij. Nico Ogink Emissiebeperkende maatregelen fijn stof pluimveehouderij Nico Ogink Inhoud Ontwikkeling van stofreductie methoden voor pluimveebedrijven Overzicht van nu beschikbare methoden voor pluimveebedrijven Programma

Nadere informatie

ISP. Studiedag leraars van land- en tuinbouwscholen. 20 december 2016

ISP. Studiedag leraars van land- en tuinbouwscholen. 20 december 2016 Emissies @ ISP Studiedag leraars van land- en tuinbouwscholen 20 december 2016 Wat is ISP? Projectwerking Advieswerking The big four Fijn stof Geur Ammoniak Broeikasgas Fijn stof Geur Ammoniak Broeikasgas

Nadere informatie

Toelichting op aanvraag om omgevingsvergunning activiteit milieu. Locatie: Oosterterpweg SJ WIERINGERWERF

Toelichting op aanvraag om omgevingsvergunning activiteit milieu. Locatie: Oosterterpweg SJ WIERINGERWERF Toelichting op aanvraag om omgevingsvergunning activiteit milieu Locatie: Oosterterpweg 20 1771 SJ WIERINGERWERF Inhoud 1. Vergunde veebezetting... 3 2. Toelichting op voornaamste wijzigingen... 4 3. Aan

Nadere informatie

VORMVRIJE M.E.R.-BEOORDELING

VORMVRIJE M.E.R.-BEOORDELING VORMVRIJE M.E.R.-BEOORDELING HOOGSTRAAT UDEN GEMEENTE Colofon Vormvrije m.e.r.-beoordeling Projectnummer: Versie: 1 Datum: 2 augustus 2016 Opdrachtnemer Agrifirm Waalkade 33 5347 KR Oss Locatie 17 Uden

Nadere informatie

Ontheffing tot het opstellen van een MER

Ontheffing tot het opstellen van een MER Vlaamse overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid, Dienst Mer Koning Albert II-laan 20, bus 8 1000 BRUSSEL Tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75 Ontheffing

Nadere informatie

p r o v i n c i e Limburg

p r o v i n c i e Limburg p r o v i n c i e Limburg D i r e c t i e Ruimte D i e n s t Milieuvergunningen De deputatie van de provincie Limburg Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning en zijn latere

Nadere informatie

Uitbreiding pluimveebedrijf Adams te Ell, gemeente Leudal

Uitbreiding pluimveebedrijf Adams te Ell, gemeente Leudal Uitbreiding pluimveebedrijf Adams te Ell, gemeente Leudal Toetsingsadvies over het milieueffectrapport en de aanvulling daarop 8 februari 2010 / rapportnummer 2193-63 1. OORDEEL OVER HET MER R. en T.

Nadere informatie

Ontheffing tot het opstellen van een MER. Ontheffingsbeslissing. Project: De uitbreiding van een varkensbedrijf tot 850 zeugen en 958 andere varkens

Ontheffing tot het opstellen van een MER. Ontheffingsbeslissing. Project: De uitbreiding van een varkensbedrijf tot 850 zeugen en 958 andere varkens !!"#$ %###&'()) *#"+,,-.$#./01*#"+,,-.$#./, Ontheffing tot het opstellen van een MER Ontheffingsbeslissing Project: De uitbreiding van een varkensbedrijf tot 850 zeugen en 958 andere varkens Initiatiefnemer:

Nadere informatie

Oprichting pluimveebedrijf Maatschap Huisman, gemeente Dalfsen Toetsingsadvies over het milieueffectrapport

Oprichting pluimveebedrijf Maatschap Huisman, gemeente Dalfsen Toetsingsadvies over het milieueffectrapport Oprichting pluimveebedrijf Maatschap Huisman, gemeente Dalfsen Toetsingsadvies over het milieueffectrapport 22 januari 2010 / rapportnummer 2138-54 1. OORDEEL OVER HET MER Maatschap Huisman is voornemens

Nadere informatie

AMV/ /1007 DE VLAAMSE MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW, Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, zoals

AMV/ /1007 DE VLAAMSE MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW, Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, zoals ^ \ Vlaamse Regering AMV/000119824/1007 Ministerieel besluit houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking van artikel 5.9.6.1, 2,1, van titel II van het VLAREM ingediend door Luc en Yves Van Caeneghem,

Nadere informatie

OVER DE VERGUNNINGSAANVRAAG VAN DE GCV LOKIP MET BETREKKING TOT EEN GEMENGD VEEBEDRIJF, GELEGEN TE 2330 MERKSPLAS, LOCHTENBERG 3B.

OVER DE VERGUNNINGSAANVRAAG VAN DE GCV LOKIP MET BETREKKING TOT EEN GEMENGD VEEBEDRIJF, GELEGEN TE 2330 MERKSPLAS, LOCHTENBERG 3B. Besluit /kadc. Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen BESLUIT VAN DE DEPUTATIE VAN DE PROVINCIE ANTWERPEN OVER DE VERGUNNINGSAANVRAAG VAN DE GCV LOKIP MET BETREKKING TOT EEN GEMENGD VEEBEDRIJF,

Nadere informatie

Scopingsadvies Project-MER Modernisering van het Albertkanaal tussen de Noorderlaanbrug en de sluis van Wijnegem

Scopingsadvies Project-MER Modernisering van het Albertkanaal tussen de Noorderlaanbrug en de sluis van Wijnegem Vlaamse Overheid Departement Omgeving Afdeling Gebiedsontwikkeling, Omgevingsplanning en projecten Milieueffectrapportage Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel T 02/553 80 79 mer@vlaanderen.be www.omgevingvlaanderen.be

Nadere informatie

Vlaamse Regering.:~~~= '~~ = :n~ " "~ AMV/000151415/1004

Vlaamse Regering.:~~~= '~~ = :n~  ~ AMV/000151415/1004 Vlaamse Regering.:~~~= '~~ = :n~ " "~ AMV/000151415/1004 Besluit van de Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur houdende uitspraak over het beroep aangetekend tegen het besluit van de deputatie

Nadere informatie

Afspraken ivm inputparameters bij gebruik van IMPACT en IMPACTSCORETOOL inzake landbouwdossiers

Afspraken ivm inputparameters bij gebruik van IMPACT en IMPACTSCORETOOL inzake landbouwdossiers Afspraken ivm inputparameters bij gebruik van IMPACT en IMPACTSCORETOOL inzake landbouwdossiers Parameter Afspraak Mogelijke vereenvoudiging Voorbeelden Ligging (X,Y) en aantal bronnen per stal Bedrijf

Nadere informatie

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning en zijn latere wijzigingen;

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning en zijn latere wijzigingen; p r o v i n D i r e c t i e Ruimte D i e n s t Milieuvergunningen De deputatie van de provincie Limburg Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning en zijn latere wijzigingen;

Nadere informatie

Besluit van de Deputatie

Besluit van de Deputatie directie Leefmilieu dienst Milieu- en natuurvergunningen Gelet op de mededeling van kleine verandering op 23 september 2011 ingediend door de heer Zaman Jan, Eeckbergstraat 64 te 9170 Sint-Gillisvergadering

Nadere informatie