Praktijkproef omgevingsplan. Verslag en conclusies
|
|
- Dina Lenaerts
- 5 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Praktijkproef omgevingsplan Verslag en conclusies
2 Colofon Deze handreiking is een product van het Programma Invoering Omgevingswet van de VNG. Kijk voor meer publicaties op Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op enige andere wijze zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de VNG. Disclaimer: Dit document is zorgvuldig en met medewerking van diverse partijen samengesteld; dit sluit eventuele onvolkomenheden niet uit. Aan de inhoud kunnen daarom geen rechten worden ontleend. Uitgebracht in opdracht van VNG Kenniscentrum Handhaving en Naleving. Juli
3 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 3 Inleiding 3 De standaarden voor het omgevingsplan: rol, nut en noodzaak 5 Aanpak en werkwijze praktijkproef 6 Beantwoording van de vraagstelling 7 Vraag 1: Ondersteunt de standaard alle vormen en typen van regels die we zouden willen gebruiken in een omgevingsplan? 7 Vraag 2: Biedt de standaard voldoende ruimte en mogelijkheden om te verwijzen naar beleidsdocumenten en andere gegevens(verzamelingen) buiten het omgevingsplan? 9 Vraag 3: Biedt de standaard voldoende ruimte om op de door ons gewenste wijze om te gaan met functies en activiteiten in het omgevingsplan? 11 Vraag 4: Zijn de structuurvereisten die zijn opgenomen in het toepassingsprofiel te weten structuurelementen, vaste inhoudsopgave, standaard opschriften werkbaar en nuttig voor gemeenten? 15 Vraag 5: Hoe zien we het gebruik van annotaties en de mate waarin de standaard deze al dan niet verplicht moet stellen? 17 Reflectie door leveranciers 20 Bijlage 1 Deelnemers praktijkproef 21 Bijlage 2 Voorlopige waardenlijst regelkwalificatie 22 Bijlage 3 Voorbeelden van scenario s externe verwijzingen 23 Versie
4 Inleiding Het omgevingsplan vervult een sleutelrol in het vertalen van (complexe) kaders uit de omgevingsvisie en de omgevingsprogramma s van een gemeente in regels. Hoewel het concept van het omgevingsplan op hoofdlijnen bekend is, leven bij gemeenten veel vragen aangaande dit kerninstrument. Deze liggen zowel op inhoudelijk vlak als op het gebied van de digitalisering van het plan. Deze vragen worden geadresseerd in diverse pilots en in het project handvatten voor het omgevingsplan. Ten behoeve van de digitale uitwisseling en verwerking van het omgevingsplan zal het Rijk in de ministeriele regeling standaarden voorschrijven waaraan het omgevingsplan dient te voldoen. Deze standaarden worden geformuleerd door het programma DSO, in samenwerking met deskundigen uit het gemeentelijk veld. Het is van groot belang te valideren of deze standaarden goed 1 en bruikbaar zijn voor het gemeentelijk veld. Het programma DSO heeft de standaarden daarom meermaals onderworpen aan een externe consultatie, waarin ook de VNG en diverse gemeenten hun zienswijze hebben gegeven. De VNG en het programma DSO hebben vastgesteld dat een aantal van de in de consultatie ingebrachte zienswijzen getoetst moet worden in een daarvoor op te zetten praktijkproef. Praktijkproeven vormen een generiek middel in de ontwikkeling van de Omgevingswet. Door praktijkproeven kunnen de instrumenten die ontwikkeld zijn voor de Omgevingswet, waaronder het DSO-LV, worden beproefd aan de hand van aan de praktijk ontleende casussen en/of content. Voor het omgevingsplan is een serie aan praktijkproeven voorzien, die telkens één aspect van het omgevingsplan en de daaraan verbonden processen zullen beproeven. De hier beschreven praktijkproef richt zich specifiek op de standaarden voor het omgevingsplan, te weten de generieke STOP standaard en het toepassingsprofiel voor het omgevingsplan 2 (TPOD) versie 0.9. De hoofdvraag in deze praktijkproef luidt als volgt: Bieden de standaarden voldoende mogelijkheden om het omgevingsplan op te stellen en te gebruiken zoals gemeenten dat wensen, in lijn met de verbeterdoelen van de Omgevingswet en de rol van dit kerninstrument daarbinnen? Deze rapportage begint met een beknopte toelichting op de noodzaak en rol van de standaarden. Vervolgens wordt de aanpak van de praktijkproef toegelicht. Het hart van deze rapportage bestaat uit verdieping en beantwoording van de vraagstelling aan de hand van deelvragen. De conclusies en aanbevelingen zijn opgenomen in de grijze tekstblokken in dit document. 1 Onder meer: juist, afdoende flexibel, beheerbaar, volledig, aansluitend bij wetgeving en DSOprincipes. 2 Medio 2017 is door het programma DSO-PR04 reeds een praktijkproef uitgevoerd die zich richtte op de volle breedte van de standaarden, dus ook die voor andere omgevingsdocumenten. Vanzelfsprekend zijn de ervaringen daaruit meegenomen in deze proef. 4
5 De standaarden voor het omgevingsplan: rol, nut en noodzaak Besluiten op grond van de Omgevingswet worden via de LVBB digitaal bekendgemaakt en beschikbaar gesteld. De informatie kan in de LVBB worden geraadpleegd en via het DSO-LV worden bevraagd (met serviceformules). De besluiten worden volgens bepaalde afspraken opgesteld en uitgewisseld. Dit soort afspraken heten gebundeld ook wel een standaard. Standaarden maken het mogelijk gegevens en documenten te vergelijken, te aggregeren, uniform en digitaal betekenisvol weer te geven en om deze zonder vervormingen of fouten uit te wisselen. Door het programma DSO en KOOP wordt, in afstemming met het ministerie van BZK, één Standaard voor Officiële Publicaties (STOP) ontwikkeld die gaat gelden voor alle officiële publicaties van overheden die, conform de bekendmakingsregelgeving en de Algemene wet bestuursrecht, openbaar bekend gemaakt moeten worden. Aanvullend daaraan wordt een Toepassingsprofiel Omgevingsdocumenten (TPOD) van deze standaard uitgewerkt, voor verschillende besluiten op grond van de Omgevingswet. Versie
6 Aanpak en werkwijze praktijkproef In totaal namen medewerkers van acht verschillende gemeenten en een omgevingsdienst deel aan de praktijkproef (zie bijlage 1). Hieronder bevonden zich G4, G40 en kleinere gemeenten. Alle gemeenten hebben voorafgaand aan de proef al serieus werk verzet om een (aanzet tot) een omgevingsplan op te stellen. Deze aanzetten tot het omgevingsplan zijn ingebracht in de praktijkproef. Daarnaast is een eerste permanent bèta versie van een staalkaart (Bedrijfsmatige activiteiten) ingebracht in de proef. De proef is uitgevoerd in vier sessies van een dag; tussentijds werd huiswerk door de deelnemers uitgevoerd. De VNG-BusinessLiaisonManager DSO trad op als facilitator van de sessies. De proef werd ondersteund door medewerkers van het DSO-project PR04 en medewerkers van invoeringsondersteuning, VNG en VNG Realisatie. Naast de sessies met de gemeentelijke deelnemers zijn ook twee bijeenkomsten georganiseerd voor leveranciers. In deze sessies werd door hen gereflecteerd op de (tussen-) resultaten van de praktijkproef. Voorafgaand aan de proef zijn de vraagstelling en de werkwijze aangescherpt met de deelnemende gemeenten. Daarbij is gebruik gemaakt van de reacties die de VNG en de G4 hebben gegeven in het kader van de consultatie van versie 0.85 van de STOP/TPODstandaard. Tijdens de gehele proef is een scheiding gemaakt tussen de standaard voor aanleveren van het omgevingsplan en de optimale opbouw van het omgevingsplan. Dit laatste punt maakt voor zover die vraag al generiek te beantwoorden is geen onderdeel uit van deze praktijkproef, maar van het project staalkaarten. De verschillende behoeften over de vorm en opbouw van het omgevingsplan waren leidend bij het beantwoorden van de verschillende deelvragen. Deze behoeften werden aangenomen als een gegeven. Daarbij werd bezien of de standaard in staat is de verschillende behoeften te ondersteunen. In de beantwoording van de vragen werd, waar mogelijk, in beeld gebracht welke mogelijke alternatieve oplossingen en aanbevelingen er bij een vraagstuk zijn. Dit om een open blik op deze alternatieven te houden. Bij de beoordeling van de alternatieven werd aandacht geschonken aan de verschillende perspectieven van de afzonderlijke belanghebbenden bij het instrument omgevingsplan: dat van de planmaker zelf, maar ook dat van de initiatiefnemer, de vergunningverlener en overige overheden. 6
7 Beantwoording van de vraagstelling Zoals toegelicht in de inleiding luidde de hoofdvraag in deze praktijkproef als volgt: Bieden de standaarden voldoende mogelijkheden om het omgevingsplan op te stellen en te gebruiken zoals gemeenten dat wensen, in lijn met de verbeterdoelen van de Omgevingswet en de rol van dit kerninstrument daarbinnen? Deze vraag is zeer breed en moeilijk in één keer te beantwoorden. Daarom is de vraagstelling onderverdeeld in vijf deelvragen, mede op basis van een aantal bevindingen in de consultatie: 1. Ondersteunt de standaard alle vormen en typen van regels die we zouden willen gebruiken in een omgevingsplan? 2. Biedt de standaard voldoende ruimte en mogelijkheden om te verwijzen naar beleidsdocumenten en andere externe gegevens(verzamelingen)? 3. Biedt de standaard voldoende ruimte om op de door ons gewenste wijze om te gaan met functies en activiteiten in het omgevingsplan? 4. Zijn de structuurvereisten die zijn opgenomen in het toepassingsprofiel te weten structuurelementen, vaste inhoudsopgave en standaard opschriften werkbaar en nuttig voor gemeenten? 5. Hoe zien we het gebruik van annotaties en de mate waarin de standaard deze al dan niet verplicht moet stellen? Bij het beantwoorden van de vragen is gebruik gemaakt van versie 0.9 van het toepassingsprofiel omgevingsplan en versie 0.85 van het toepassingsprofiel omgevingsverordening. Alle conclusies in dit document hebben betrekking op de 0.9 versie van het toepassingsprofiel omgevingsplan. De aanbevelingen richten zich op die versie. Dit ondanks het feit dat in sommige gevallen tijdens de proef al mondeling door het programma DSO-PR04 is gemeld dat de gewenste aanpassingen reeds zijn doorgevoerd in de volgende versie(s) van de standaard (0.91, 0.95). Vraag 1: Ondersteunt de standaard alle vormen en typen van regels die we zouden willen gebruiken in een omgevingsplan? Duiding en relevantie van de vraag De Omgevingswet beoogt een andere wijze van regulering dan het geval is onder de huidige wet- en regelgeving. Er moet zeker gesteld worden dat de standaard geen belemmering betekent voor de vormen en typen van regels die gemeenten daarbij willen hanteren. Afweging In de praktijkproef zijn de volgende vormen en typen van regels ter sprake gekomen, welke in ieder geval in het omgevingsplan opgenomen moeten kunnen worden: Gebodsbepalingen Verbodsbepalingen Bouwaanduidingen/maatvoeringsregels Voorwaardelijke verplichtingen Tijdelijke regels Procedureregels Indieningsvereisten Bewijslastregels Versie
8 Regels over informatieuitwisseling Regels over coördinatie Sanctieregels Zorgplicht Algemene direct werkende regels Beoordelingsregels Regels over registratie Regels voor handhaving Vastgesteld is dat de standaard alle informatie-elementen bevat die noodzakelijk zijn om deze vormen en typen regels te kunnen vastleggen. Te weten: regeltekst, regelkwalificatie, werkingsgebied, informatieobject en geldigheidsgegevens. Een aandachtspunt daarbij is dat de bovenstaande lijst nog niet geheel kon worden gemapt op de voorlopige waardenlijst voor regelkwalificatie (zie bijlage 2). Dit betekent dat het binnen het TPOD weliswaar gewoon mogelijk is om een bewijslastregel te formuleren, maar dat deze regel niet als zodanig geannoteerd kan worden. (Dit zou tot gevolg hebben dat niet eenvoudig gezocht kan worden op bewijslastregels.) Een tweede punt van aandacht is dat zowel de waardenlijst regelkwalificaties, als de bovenstaande lijst, items bevatten die niet over-en-weer uitsluitend lijken te zijn, aangezien ze geordend zijn langs meerdere grootheden. Een regel kan bijvoorbeeld én een gebodsbepaling én een tijdelijke regel zijn. Ook lijken er inhoudelijke relaties te staan tussen de waarden voor regelkwalificaties (Is een beoordelingsregel gekoppeld aan een vergunningplicht?). Het viel buiten de mogelijkheden van deze praktijkproef om deze aandachtspunten nader te onderzoeken, maar het zou goed zijn om hier aandacht aan te besteden in een nadere analyse of volgende praktijkproef. Daarmee kan de bruikbaarheid van de lijst toenemen, zodat de raadpleegbaarheid van het omgevingsplan voor de gebruiker kan worden vergroot. Tenslotte is aan de orde gekomen dat het Toepassingsprofiel in een aantal paragrafen standaardfrasen voorstelt, die in de regels van het omgevingsplan moeten worden aangehouden, onder meer in paragraaf en Zo wordt in paragraaf van het toepassingsprofiel de standaardfrase In afwijking van artikel x.x lid y van [naam regeling] geldt voorgeschreven. Dit terwijl zoals uit de toelichtende tekst bij het TPOD ook al blijkt het mogelijk is dat een specifieke regel een verbijzondering, uitzondering, aanvulling of afwijking van een andere regel is. In meer algemene zin is de vraag gesteld of dergelijke instructies opgenomen moeten worden in het TPOD. Deze vraag kon niet binnen het tijdsbestek van de praktijkproef worden beantwoord. Conclusies 1 Het TPOD (versie 0.9) ondersteunt de in de praktijkproef onderzochte vormen en typen van regels in het omgevingsplan. Er bestaan nog vragen over de definitie en het gebruik van regelkwalificaties, onder meer in relatie tot de vormen en typen van omgevingsregels die zijn geïnventariseerd in deze proef. Het is de vraag of de in het TPOD opgenomen standaardfrasen daar thuis horen. De voorgeschreven standaardfrase in par is niet in lijn met de mogelijkheden die geschetst zijn in de toelichting en werkt belemmerend. 8
9 Aanbevelingen bij vraag 1 Aan het Programma DSO - PR04: Pas de in paragraaf opgenomen standaardfrase aan in lijn met de in de toelichting geschetste mogelijkheden. Aan de VNG en PR04 gezamenlijk: Voer een analyse uit op de concept waardenlijst voor regelkwalificaties en besteed hieraan aandacht in een volgende praktijkproef. Onderzoek daarbij tenminste de definities van de begrippen en de dekking van de waardenlijst. Overweeg om instructies die niet strikt noodzakelijk zijn voor het functioneren van de standaard, zoals die in par , vanuit het toepassingsprofiel over te brengen naar een handreiking of praktijkrichtlijn, aanvullend op of als onderdeel van de staalkaarten. Kanttekening Bovenstaande conclusies en aanbevelingen hebben uitsluitend betrekking op de vormen en typen van regels. De opschriften en regelindeling worden behandeld bij conclusie 6. Vraag 2: Biedt de standaard voldoende ruimte en mogelijkheden om te verwijzen naar beleidsdocumenten en andere gegevens (verzamelingen) buiten het omgevingsplan? Duiding en relevantie van de vraag Het omgevingsplan heeft een relatie met veel documenten en (geografische) gegevensverzamelingen buiten het omgevingsplan. We kunnen hierbij globaal gezien denken aan twee categorieën: 1) Planregel met open norm 2) Planregel waarbij externe informatie wordt gebruikt In het traject staalkaarten wordt aandacht besteed aan dergelijke verwijzingen. Daar komt o.a. de vraag aan de orde met welke criteria rekening gehouden moet worden bij het creëren van relaties tussen het omgevingsplan, beleidsdocumenten (o.a. statische en dynamische verwijzingen) en gegevens(verzamelingen). Ook de vraag waar rekening mee gehouden wordt bij het redactioneel vormgeven van een verwijzing in het omgevingsplan naar externe gegevens komt aan bod. In deze praktijkproef kwam de vraag aan de orde welke behoeften er zijn in het creëren van relaties tussen het omgevingsplan en deze externe gegevens en in hoeverre de standaard dit ondersteunt. Afweging Tijdens de praktijkproef zijn de volgende varianten onderscheiden (het betreft een niet limitatieve lijst): 1. Planregel met open norm: a. open norm zonder verwijzing naar beleidsregel b. open norm met verwijzing naar beleidsregel die als bijlage bij de regels van het omgevingsplan is gevoegd, de verwijzing is een interne link (statische verwijzing) c. open norm met verwijzing naar beleidsregel op externe locatie, bijvoorbeeld elders in de LVBB (dynamische verwijzing): i. Beleidsregel is al vastgesteld en via internet beschikbaar Versie
10 ii. Beleidsregel is nog niet vastgesteld en nog niet via internet beschikbaar, wordt enige tijd na vaststellen omgevingsplan vastgesteld en bekendgemaakt iii. Eerder vastgestelde en via internet beschikbare beleidsregel wordt gewijzigd, opnieuw vastgesteld en opnieuw via internet beschikbaar gesteld 2. Planregel waarbij externe informatie wordt gebruikt a. Het werkingsgebied van de planregel is niet met coördinaten begrensd maar in woorden omschreven; bij de toetsing of aan de regel wordt voldaan kan gebruik gemaakt worden van externe informatie, maar in de planregel is geen specifieke verwijzing naar de externe bron of informatie daarvoor opgenomen: i. externe informatie heeft met coördinaten begrensde objecten ii. Externe informatie heeft geen met coördinaten begrensde objecten b. In de planregel is geen specifieke verwijzing naar externe informatie opgenomen, maar bij de toetsing of aan de regel wordt voldaan kan gebruik gemaakt worden van externe informatie. c. In de planregel is een norm opgenomen, in bijv. de 'Wijze van meten en rekenen'-artikelen is bepaald dat bij de toetsing of aan de regel wordt voldaan gebruik wordt gemaakt van: i. in wijze van meten geformuleerde functionele eisen ii. specifieke, voorgeschreven software. 3. Planregel waarbij het werkingsgebied wordt ontleend aan externe gegevens/datasets a. In de planregels is een verwijzing opgenomen naar een geografisch afgebakend gebied dat niet in het omgevingsplan is vastgelegd. Voor de verschillende scenario s zijn voorbeeldregels uitgewerkt (zie bijlage 3). Van de scenario's 1c en 2c onder ii moeten de mogelijkheden in de uitwerking nog verder worden doordacht. Het lijkt er op dat de gebruiksvriendelijkheid van dat type verwijzingen in de LVBB kan worden vergroot. Dat kan buiten de scope van de praktijkproef plaatsvinden. Geconstateerd is dat het toepassingsprofiel 0.9 alleen verwijzingen toestaat naar een tekstelement of informatie-object in het omgevingsplan zelf, niet naar een tekstelement of informatie-object buiten het omgevingsplan. Daarmee ondersteunt de standaard dus niet alle bovenstaande scenario s. De deelnemers aan de praktijkproef hebben uitgesproken dat dit wel gewenst is. Daarbij is afgewogen dat er voor alle mogelijke scenario s geldt dat er zowel goede als ongewenste voorbeelden denkbaar zijn; zowel voorbeelden waarin de externe verwijzing geheel in lijn is met de gewenste rechtszekerheid, als ook voorbeelden waarin dit niet het geval is. Het is echter aan het bevoegd gezag de laatste situatie te voorkomen door professioneel handelen; dit risico moet niet langs de as van de standaard beperkt worden. Conclusies 2 Het TPOD (versie 0.9) ondersteunt niet alle gewenste scenario s omdat een verwijzing alleen kan worden gemaakt naar een tekstelement en een informatieobject in het omgevingsplan zelf, niet naar een tekstelement of informatieobject buiten het omgevingsplan 10
11 Aanbevelingen bij vraag 2 Aan het Programma DSO - PR04: Maak in het TPOD externe verwijzingen mogelijk, naar zowel documenten, tekstelementen, informatieobjecten als andersoortige informatiebronnen. Aan de VNG: Werk in afstemming met DIO en EB voorbeelden en instructies uit voor het correct gebruik van externe verwijzingen en neem deze op in handreikingen voor het opstellen van het omgevingsplan. Besteed daarin ook aandacht aan de beheerbaarheid en aan de minimale eisen van duurzaamheid bij externe verwijzingen (zie bijv. art over verwijzingen van uit regelgeving naar informatie op internet ). Maak daarbij waar mogelijk gebruik van bestaande standaarden en best-practices voor het maken en beheren van deze links. Vraag 3: Biedt de standaard voldoende ruimte om op de door ons gewenste wijze om te gaan met functies en activiteiten in het omgevingsplan? Duiding en relevantie van de vraag In de Omgevingswet is vastgelegd dat het omgevingsplan de ontwikkelingen in de fysieke leefomgeving kan sturen door het stellen van regels over activiteiten en regels die nodig zijn met het oog op een evenwichtige toedeling van functies aan locaties. Zowel functies als activiteiten hebben een werkingsgebied. Deze elementen in de wetgeving vinden hun doorwerking in de standaard, met name in het TPOD omgevingsplan. Er is veel discussie over de toepassing van functies en activiteiten (zie alternatieven en afwegingen hieronder). In het wetgevingstraject wordt mede daarom overwogen om de verplichting om functies toe te kennen te laten vervallen. Het gebruik van functies en activiteiten heeft tenslotte nog een verband met de in de standaard onderkende functie- en activiteitgroepen. Deze vraagstelling viel in de praktijkproef daarmee uiteen in twee deelvragen a) Hoe zien we het gebruik van functies en activiteiten en hoe vertaalt de gewenste wettelijke invulling zich in de standaard? b) Wat betekent dit voor de in de standaard onderkende functiegroepen en activiteitgroepen? Vraag 3a: Hoe zien we het gebruik van functies en activiteiten en hoe vertaalt de gewenste wettelijke invulling zich in de standaard? Alternatieven en afwegingen bij het gebruik van functies en activiteiten Er is een wijziging van art. 4.2 van de Omgevingswet in voorbereiding. De huidige tekst bleek bij eerdere vingeroefeningen met het omgevingsplan vragen op te roepen over het onderscheid dat zou bestaan tussen enerzijds regels over activiteiten zoals bedoeld in artikel 4.1 en anderzijds regels over een evenwichtige toedeling van functies aan locaties en andere regels die met het oog daarop nodig zijn zoals bedoeld in artikel 4.2. Het onderscheid tussen functies en activiteiten schept met de huidige wettekst eerder verwarring dan helderheid. Gaandeweg is de overtuiging gegroeid dat evenwichtig reguleren goed kan middels het reguleren van activiteiten, ook zonder het gebruik van functies. In de praktijkproef zijn daarom diverse alternatieven voor het gebruik van functies en activiteiten in het omgevingsplan verkend; dit aan de hand van de ingebrachte omgevingsplannen. Op hoofdlijnen werden de volgende alternatieven onderscheiden 1) Het omgevingsplan opbouwen vanuit functies. In deze benadering worden functies toegedeeld: op elke locatie in de gemeente minimaal één functie, waarna per functie wordt vastgesteld welke activiteiten daar zijn toegestaan. Versie
12 2) Omgevingsplan opbouwen vanuit activiteiten. Functietoedeling speelt in dat geval een veel meer marginale rol. 3) Een combinatie van beide bovenstaande benaderingen. Binnen de groep deelnemers bestonden uiteenlopende ideeën over de voor- en nadelen van de bovenstaande alternatieven. Die voor- en nadelen zijn op hoofdlijnen besproken. Elementen die daarbij aan de orde kwamen waren de beheerlast, het dienstverleningsperspectief (incl. de serviceformules van DSO-LV), de visualisatie van de verschillende alternatieven en duidelijkheid/rechtszekerheid. Daarbij is geconstateerd dat de groep behoefte heeft aan alle drie de alternatieven, waaruit volgt dat de verplichting om functies gebiedsdekkend te gebruiken ongewenst is. Met andere woorden: de voorgenomen wijziging van art. 4.2 van de Omgevingswet wordt door de deelnemers ondersteund. Vervolgens is bezien of het toepassingsprofiel in de weg staat van het gebruik van de verschillende alternatieven. De aandacht ging daarbij met name uit naar paragraaf 5.3.6, waarin de relatie tussen functie, activiteiten en werkingsgebieden is beschreven. In de discussies werd tevens aangestipt dat het loslaten van het verplicht gebruik van functies wellicht consequenties heeft voor de presentatiestandaard, maar dit kon binnen het tijdsbestek van de proef niet verder onderzocht worden. Dit heeft geleid tot de volgende conclusies en aanbevelingen. Conclusies 3a De praktijkproefdeelnemers ondersteunen het loslaten van de verplichting om functies (gebiedsdekkend) te gebruiken. Het gebruik van functies moet wel mogelijk blijven. Dit biedt de mogelijkheden om een activiteitgericht omgevingsplan op te stellen, zonder dat de mogelijkheden om functiegericht te werken of te differentiëren belemmerd worden. TPOD versie 0.9 is (vanzelfsprekend) gebaseerd op de situatie dat er een wettelijke verplichting is om functies te gebruiken. Paragraaf van het toepassingsprofiel staat de door de deelnemers gewenste differentiatie in relaties tussen functies, activiteiten en werkingsgebieden in de weg en creëert een extra verplichting ten opzichte van de Omgevingswet, namelijk dat een functie altijd moet worden gekoppeld aan een regel over een activiteit. Paragraaf creëert verwarring door de eis dat alleen regels met rechtsgevolg mogen worden opgenomen, doordat wordt verwezen naar planologisch gebruik en door het introduceren van een regel met bijzondere eigenschappen. Aan een regel kan op twee manieren een werkingsgebied worden toegekend: 1. door rechtstreeks een werkingsgebied te verbinden aan de regel 2. via de functietoedeling. De standaard ondersteunt beide methodes. 12
13 Aanbevelingen bij vraag 3a Aan het Programma DSO - PR04: Pas de standaarden aan op het loslaten van de verplichting om functies te gebruiken en heb daarbij in het bijzonder aandacht voor de doorwerking hiervan in de presentatiestandaard. Laat de, in het toepassingsprofiel opgenomen verplichting, vervallen dat een functie te allen tijde moet worden gekoppeld aan een regel over een activiteit. Bezie of paragraaf kan worden herschreven naar een paragraaf waarin wordt verduidelijkt dat een regel altijd een werkingsgebied heeft en vice versa. Aan VNG en PR04 gezamenlijk: Overweeg om instructies die niet strikt noodzakelijk zijn voor het functioneren van de standaard, zoals in paragraaf 5.3.6, vanuit het toepassingsprofiel over te brengen naar een handreiking of praktijkrichtlijn, aanvullend op de staalkaarten. Vraag 3b: Hoe staan we tegenover de functiegroepen en activiteitgroepen zoals deze worden onderkend in de standaard? Duiding en relevantie van dit vraagstuk Het TPOD omgevingsplan onderkent in de 0.9 versie functiegroepen en activiteitgroepen. Deze roepen veel vragen op bij de deelnemende gemeenten. Vormen deze groepen een hiërarchie in de totale systematiek? Moeten ze zichtbaar zijn in het omgevingsplan? Komt er juridische betekenis aan toe? De auteur van de standaard (PR04) heeft de informatiekundige achtergrond van deze begrippen toegelicht: Het benoemen van functies en activiteiten zelf is bewust vrijgelaten in de standaard: voor functies en activiteiten worden geen vaste waardenlijsten gehanteerd. Dit betekent dat alle gemeenten zelf hun activiteiten en functies zullen benoemen, en dat naar verwachting dus honderden functies en activiteiten zullen ontstaan. Dit zal resulteren in problemen in zoeken en filteren van regels en in visualisatie van regels op de kaart (bijvoorbeeld onhanteerbaar lange lijsten in een zoekveld voor activiteit ) Daarom zijn de functie- en activiteitgroepen in het model opgenomen. Deze hebben wel een afgebakende en beheerde waardenlijst en vormen een middel om gelijkende functies en activiteiten onder één gezamenlijke noemer te brengen. Deze noemer heeft geen juridische betekenis; de begrippen functiegroep en activiteitgroep moeten dus enkel als een tag of label worden gezien; als een wijze van annoteren van functies en activiteiten. In onderstaande paragrafen wordt aan de hand van alternatieven en afwegingen nader op het vraagstuk ingegaan. Alternatieven en afwegingen bij het gebruik van functiegroepen en activiteiten 1. Laat functiegroepen en activiteitgroepen geheel vervallen, laat de benoeming van functies en activiteiten vrij Dit scenario zal erin resulteren dat de gebruiker van het DSO-LV bij het zoeken naar functie of activiteit zeer lange en moeilijk begrijpelijke lijsten te zien zal krijgen. De visualisatie van regels op de kaart zal zeer heterogeen worden. Dit kan mogelijk deels worden voorkomen door beheerde waardenlijsten aan te leggen. 2. Handhaaf functie en activiteitgroepen, maak duidelijk dat daar geen juridische betekenis aan toekomt en dat deze net als overige functionele annotaties - enkel zijn bedoeld voor visualisatie en zoeken, en laat dit tot uiting komen in de naam van deze begrippen Dit alternatief laat de vrijheid om functies en activiteiten te onderkennen intact, en biedt een oplossing voor het zoek- en visualisatievraagstuk. Dit vraagt wel dat glashelder wordt gemaakt dat deze begrippen geen juridische betekenis hebben. Versie
14 Door de naam van de begrippen te wijzigen kan de kans worden verkleind dat in de praktijk ongewenste (juridische) betekenis aan deze begrippen wordt toegekend. De praktijkproef maakt duidelijk dat de huidige naamgeving en beschrijving verwarring oproepen, maar dat er evenwel een systematiek nodig is om functies en activiteiten te kunnen clusteren. Met andere woorden: de praktijkproef maakt duidelijk dat alternatief 1 ongewenst is. Conclusies 3b Er is behoefte aan systematiek om functies en activiteiten te kunnen labelen of categoriseren op basis van een gemeenschappelijke noemer, ten behoeve van overzichtelijkheid bij zoeken, filteren en visualisatie. Aanbevelingen bij vraag 3b Aan het Programma DSO - PR04 Maak in de toelichting duidelijk dat bovengenoemde systematiek gebruikt wordt in het annoteren van regels en net als overige functionele annotaties enkel een rol speelt in visualisatie en zoeken van functies en activiteiten (zie ook conclusie 7) Laat dit bij voorkeur in de naam van het begrip tot uiting komen (suggesties: functielabel, functietrefwoord). 14
15 Vraag 4: Zijn de structuurvereisten die zijn opgenomen in het toepassingsprofiel te weten structuurelementen, vaste inhoudsopgave, standaard opschriften werkbaar en nuttig voor gemeenten? Duiding en relevantie van de vraag De standaard kent diverse middelen om de structuur van een omgevingsplan (tot op zekere hoogte) te standaardiseren. 1. Structuurelementen o Dit betreft een generieke hiërarchie voor niveaus in de tekst). Van document naar afdeling naar artikel en lid. De hiërarchie sluit aan bij de aanwijzingen voor de regelgeving 2. Inhoudsopgave o Dit betreft een vaste verzameling en volgorde van hoofdstukken 3. Vaste opschriften o Dit betreft de systematiek (par ) van het verplicht gebruik van standaardopschriften van een aantal veel te gebruiken en veel te raadplegen afdelingen, artikelen en leden (opgenomen in 5.3.2). Dergelijke elementen kunnen enerzijds bruikbaar zijn om de structuur van het omgevingsplan een zekere eenduidigheid te geven c.q. te harmoniseren, ten behoeve van de raadpleger/gebruiker van het plan en de geautomatiseerde ontsluiting (machineleesbaarheid). Anderzijds bestaat de zorg dat dergelijke structuurvereisten de keuzevrijheid in het omgevingsplan belemmeren. Vraag 4a: Zijn de structuurelementen werkbaar en nuttig voor gemeenten? Bij deze deelvraag is door de deelnemers aan de praktijkproef de volgende conclusie getrokken. Conclusies 4a Het aantal opgenomen niveaus in het TPOD (versie 0.9, paragraaf ) is niet in alle gevallen voldoende. Het feit dat TPOD0.9 het toestaat om werkingsgebieden toe te kennen aan leden, opsommingen binnen een lid en afzonderlijke zinsdelen, draagt bij aan de bruikbaarheid van de set aan structuurelementen. Aanbevelingen bij vraag 4a Aan het Programma DSO - PR04 Voeg één of twee extra niveaus toe aan de in paragraaf opgenomen niveaus. Vraag 4b: Is de vaste inhoudsopgave werkbaar en nuttig voor gemeenten? Alternatieven en afwegingen Binnen dit vraagstuk zijn in de praktijkproef 3 mogelijke alternatieven geïdentificeerd. 1. De standaard schrijft een vaste inhoudsopgave voor 2. De standaard schrijft geen vast inhoudsopgave voor, gemeenten worden geheel vrijgelaten t.a.v. de inhoudsopgave 3. De standaard schrijft geen vaste inhoudsopgave voor, daarbij worden wel voorbeelden en praktijkrichtlijnen/handreikingen opgesteld voor gemeenten Alternatief 1 (verplichte inhoudsopgave) heeft als mogelijk voordeel dat toegankelijkheid van de verzamelde plannen verbetert. Deze zullen in structuur immers vergelijkbaar zijn. Dit kan bijdragen aan de bruikbaarheid van de plannen door initiatiefnemers, belanghebbenden, Versie
16 ketenpartners en provincies (meervoudig bronhouderschap). Ook kunnen leveranciers de standaard inhoudsopgave inbouwen in hun software, deze software daarmee slimmer maken en zo de gebruiksvriendelijkheid van deze systemen verhogen. Een vaste inhoudsopgave leidt echter tot schijnzekerheid over de structuur van het plan: tijdens de praktijkproef is aangetoond dat een groot aantal regels uit voorbeeldplannen even goed kan landen in het ene of het andere hoofdstuk van het plan. Dat betekent dat het doel van de standaard inhoudsopgave niet zal worden bereikt. Bovendien is annoteren volgens de deelnemers aan de praktijkproef belangrijker voor de vindbaarheid en doorzoekbaarheid van de regels in een omgevingsplan dan een vaste inhoudsopgave. Immers, de verwachting is dat meeste doelgroepen het plan niet zozeer zullen raadplegen vanuit een inhoudsopgave, maar dat zij gebruik zullen maken van een digitale viewer om bijvoorbeeld te bevragen wat er op een bepaalde locatie toegestaan is. Alternatief 2 (geen verplichte inhoudsopgave, geen ondersteuning) heeft als kenmerk dat gemeenten geheel vrij zijn in de opbouw van hun plan. Aandachtspunt daarbij is dat de afzonderlijke besluiten moeten aggregeren tot één geaggregeerde toestand. Keuzen die bij de eerste besluiten worden gemaakt door een gemeente zullen dus langer doorwerken en kunnen niet eenvoudig worden bijgesteld. Alternatief 3 (geen verplichte, wel modellen met ondersteuning) Enkele gemeenten in de praktijkproef gaven nadrukkelijk aan dat bij een niet verplichte inhoudsopgave ondersteuning in de vorm van modellen met toelichting nadrukkelijk gewenst is. Daarbij werd de verwachting uitgesproken dat veel, vooral kleinere gemeenten, dezelfde behoeften hebben. De nu opgenomen inhoudsopgave kan naar de mening van de groep de basis voor één van de modellen zijn. Daarbij is de wens geuit om een hoofdstuk algemene regels in te voegen, voorafgaand aan hoofdstuk 2; ook het invoegen van een hoofdstuk transformatiegebieden moet worden overwogen. Dit laatste vanuit de notie dat in grote delen van gemeenten de nadruk zal liggen op beheer en dat er vaak bekende hotspots zijn waarin men uit het oogpunt van ingrijpende veranderingen andere regels wenst. Dit kan verder worden uitgewerkt in de staalkaarten. Een voordeel van het aanbieden van een (beperkte) set aan modellen is dat deze door softwareleveranciers aangeboden kunnen worden. Juist door de keuze tussen alternatieven aan te bieden worden gemeenten gestimuleerd om na te denken over de mogelijkheden van het omgevingsplan en hun keuze daarin te bepalen. In de gehele discussie over de voorgaande alternatieven kwam keer op keer terug dat annoteren de grootste bijdrage kan en moet leveren aan het ontsluiten van het omgevingsplan. Goed annoteren is een vele malen krachtiger middel dan een vaste inhoudsopgave om plannen transparant en doorzoekbaar te maken. Dit geldt ook voor de standaard-indeling van veel voorkomende regels. Conclusies 4b Een door de standaard voorgeschreven vaste inhoudsopgave is onwenselijk. Dit belemmert de gemeenten in hun vrijheid om het plan naar eigen inzicht op te stellen en levert niet de gewenste bijdrage aan doorzoekbaarheid en eenvormigheid van het plan. Goede modellen met toelichtingen (bijv. staalkaarten) en de daarbij horende overwegingen vormen een goed middel om gemeenten te ondersteunen in het opstellen van het plan, en stimuleren om overwogen keuzen te maken. De sleutel voor transparante en doorzoekbare plannen ligt in goed annoteren. 16
17 Aanbevelingen bij vraag 4b Aan het Programma DSO - PR04: Verwijder de in het toepassingsprofiel opgenomen standaard-inhoudsopgave en standaard-indeling van veel voorkomende regels (par ). Aan de VNG: Vul de staalkaarten aan met enkele (mogelijke) modellen voor een inhoudsopgave van het omgevingsplan, inclusief toelichting en afwegingen. Besteed in de te ontwikkelen ondersteuning aan gemeenten ruim aandacht aan nut, noodzaak en methoden van annoteren. Vraag 4c: Zijn de opschriften werkbaar en nuttig voor gemeenten? In lijn met het bovenstaande is door de deelnemers aan de praktijkproef voor de vaste opschriften eenzelfde conclusie getrokken en aanbeveling gedaan. Conclusies 4c Door de standaard voorgeschreven vaste opschriften zijn onwenselijk. Dit belemmert gemeenten in hun vrijheid om het plan naar eigen inzicht op te stellen en levert niet de gewenste bijdrage aan doorzoekbaarheid en eenvormigheid van het plan. Goede modellen met toelichtingen (bijv. staalkaarten) en overwegingen daarbij vormen een goed middel om gemeenten te ondersteunen in het opstellen van het plan, en kunnen gemeenten stimuleren overwogen keuzen te maken De sleutel voor transparante en doorzoekbare plannen ligt in goed annoteren. Aanbevelingen bij vraag 4c Aan het Programma DSO - PR04: Verwijder de in het toepassingsprofiel opgenomen vaste opschriften en standaardindeling van veel voorkomende regels (par ). Aan de VNG: Vul de staalkaarten aan met suggesties voor opschriften voor veelvoorkomende regels Vraag 5: Hoe zien we het gebruik van annotaties en de mate waarin de standaard deze al dan niet verplicht moet stellen? Duiding en relevantie van de vraag Annoteren vindt zijn oorsprong in het feit dat computers teksten onvoldoende eenduidig kunnen interpreteren. Om ongestructureerde tekst machine leesbaar te maken moeten de elementen van het omgevingsplan geclassificeerd worden, vaak door middel van gestandaardiseerde tags zoals metadata. Deze maken het mogelijk om het plan beter voor het informatiesysteem doorzoekbaar te maken en om de betekenis en van de betreffende tekst te vertalen in de operaties van het systeem. Versie
18 De standaard onderscheidt 3 typen annotaties 3, te weten: 1. Metadata Metadata zijn de kenmerken die een besluit of regeling als geheel beschrijven (we zouden ze ook Documentannotaties kunnen noemen). Ze zijn noodzakelijk om het besluit in de LVBB te kunnen verwerken en in de regeling te kunnen consolideren. Ze hebben hun herkomst deels in de STOP en deels in het TPOD. 2. Informatieobjecten In omgevingsdocumenten kan informatie worden opgenomen die niet eenvoudig in tekstuele vorm te beschrijven is. Denk daarbij aan de aanduiding van het werkingsgebied van een regel door middel van geo-coördinaten en de waarde die per locatie voor een bepaalde norm is vastgesteld. Deze informatie wordt vastgelegd in informatie-objecten. Informatie-objecten hebben hun herkomst in het TPOD. Ze zijn onderdeel van het besluit en kunnen derhalve alleen door een besluit van het bevoegd gezag worden gewijzigd. 3. Functionele annotaties Functionele annotaties zijn annotaties die de raadpleging en bevraging van omgevingsdocumenten makkelijker maken, weergave van objecten op een kaart door middel van symboliek (kleur, arcering etc. dus meer dan alleen de begrenzing van het werkingsgebied) mogelijk maken en het beheer van het omgevingsdocument ondersteunen. Ze zijn geen onderdeel van het besluit en kunnen - in de regeling - gewijzigd worden zonder dat het bevoegd gezag daarover een besluit neemt. Voorbeeld: De regel Ter plaatse van het werkingsgebied van de functie 'Bedrijf categorie 2' is het verboden de gebruiksactiviteit 'het uitoefenen van detailhandel in ter plaatse vervaardigde goederen' te verrichten zonder dat daarvoor aan het bevoegd gezag een melding is gedaan." wordt geannoteerd met: - Regelkwalificatie: meldingsplicht - Activiteit: uitoefenen detailhandel in ter plaatse vervaardigde goederen - Activiteitengroep: gebruiksactiviteit - Locatie: werkingsgebied Bedrijf categorie 2 Door deze annotaties resulteert bevraging in het DSO in het antwoord dat op de betreffende locatie het uitoefenen van detailhandel in ter plaatse vervaardigde goederen is toegestaan mits daarvoor een melding aan het bevoegde gezag is gedaan. Zoals eerder beschreven in dit document wordt de meerwaarde van annoteren breed gedragen door de deelnemers aan de praktijkproef. Verschillende deelnemers hebben in de proef geoefend met het annoteren van hun ingebrachte plan. Metadata zijn noodzakelijk voor verwerking in de LVBB, daarover is geen verschil van mening. Informatieobjecten bevatten essentiële informatie uit het besluit die niet of moeilijk in tekst kunnen worden uitgedrukt. Als daar gebruik van wordt gemaakt hoort daar ook bij dat die informatie wordt geannoteerd. Een verplichting daarvoor is dan volgens de deelnemers aan de praktijkproef op z n plaats. De discussie bij annoteren spitste zich in de praktijkproef toe op de vraag in hoeverre functioneel annoteren verplicht moet worden gesteld in de standaard. Alternatieven en afwegingen Ten aanzien van de verplichting om functionele annotaties aan te brengen bestaan er twee alternatieven: o Functioneel annoteren verplichten o Functioneel annoteren niet verplichten 3 Dit is de classificatie zoals opgenomen in TPOD 0.9 (de basis voor deze praktijkproef). Opgemerkt moet worden dat in de TPOD versie(s) daarna deze classificatie reeds is gewijzigd in 1) Juridisch noodzakelijk, 2) Digitaal noodzakelijk en 3) overige annotaties. De aanbevelingen opgenomen bij 5 veranderen hierdoor niet wezenlijk, deze gelden in dat geval voor de derde genoemde categorie. 18
19 Alternatief 1: De aanname achter de verplichting is dat gemeenten en hun softwareleveranciers het annoteren alleen zullen uitvoeren indien er een verplichting is, en dat die verplichting daadwerkelijk kan bijdragen aan het maken van annotaties. Een aandachtspunt is dat als voor een verplichting wordt gekozen, die verplichting betrekking moet hebben op de hele geconsolideerde versie en niet alleen op wijzigingsbesluiten. Anders kan een verplichting een averechts effect hebben. Een verplichting is niet of nauwelijks afdwingbaar, laat staan dat afgedwongen kan worden dat de kwaliteit van de annotaties naar behoren is voor het nagestreefde doel. Alternatief 2 heeft als kenmerk dat gemeenten in hun eigen tempo ervaring kunnen opdoen met annoteren. Afhankelijk van hun visie op dienstverlening, middelen en kennis kunnen ze hier stappen in zetten. Bij het annoteren zou wel goede ondersteuning gerealiseerd moeten worden, zowel in de systemen als in handreikingen, fora etc. Een randvoorwaarde is dat de functies om te kunnen annoteren deel uitmaken van de plansoftware. Een nadeel hiervan is, indien gemeenten hun verantwoordelijkheid niet nemen, de verminderde dienstverlening richting initiatiefnemers en belanghebbenden. Immers, een niet-geannoteerd omgevingsplan kan alleen als integraal tekstdocument beschikbaar gesteld worden en ondersteunt daardoor geen gerichte oriëntatievragen zoals welke regels gelden hier ten aanzien van bouwen? De deelnemers aan de praktijkproef waren het erover eens dat functioneel annoteren van groot belang is voor de gebruikers van het plan, evenals voor de functionaliteit van het DSO- LV en andere toepassingen. De deelnemers erkennen het risico dat gemeenten in het geval van druk op tijd en middelen onvoldoende zullen annoteren. De deelnemers doen de aanbeveling om nader te bezien hoe dit risico geminimaliseerd kan worden. Daarbij staat men niet afwijzend tegenover een eventuele verplichting om te annoteren, mits goed uitgewerkt wordt wat die verplichting precies inhoudt, hoe de verplichting wordt vormgegeven en welke juridische grondslag daarvoor is. Ook is het relevant om in beeld te brengen hoe annoteren door plansoftware kan worden ondersteund. De voor- en nadelen daarvan dienen dan afgewogen te worden tegen de vooren nadelen van alternatief 2. Ook voor dat alternatief waren voorstanders bij de deelnemers aan de praktijkproef. Citaat: Annoteren is zó belangrijk dat we het niet verplicht moeten stellen. Conclusies 5 Functioneel annoteren is van groot belang voor de gebruikers van het plan, evenals voor functionaliteit in het DSO en in andere toepassingen Er bestaat zonder gerichte en effectieve flankerende maatregelen een reëel risico op kwalitatief minder goed geannoteerde omgevingsplannen. Aanbevelingen bij vraag 5 Aan de VNG: Neem functionaliteit ter ondersteuning van annoteren op als verplichting in conformiteitseisen voor plansystemen en in eventuele andere (model)documenten gericht op het verwerven en inrichten van de informatievoorziening. Onderzoek met welke maatregelen het risico genoemd in conclusie 5 (2 e bullit) geminimaliseerd kan worden en wat een eventuele verplichting tot annoteren voor gemeenten daaraan kan bijdragen. Werk daarbij gezamenlijk met EB en PR04 uit wat een eventuele verplichting precies inhoudt, welke juridische grondslag daarvoor is, hoe gehandhaafd kan worden en tenslotte hoe een verplichting vorm kan krijgen in de plansoftware en in de validatie van het omgevingsplan. Versie
20 Reflectie door leveranciers In het verlengde van de praktijkproef gemeenten zijn twee bijeenkomsten georganiseerd met leveranciers uit het gemeentelijk veld. Daarin zijn de (tussen-)resultaten van de proef, zoals verwoord in de voorgaande paragrafen, met hen gedeeld en besproken. Aanwezig waren zowel softwareleveranciers als bureaus die gemeenten inhoudelijk ondersteunen bij het maken van regels. Een lijst met deelnemers is opgenomen in bijlage 1. De resultaten van de leveranciersbijeenkomsten zijn als volgt: In principe kunnen leveranciers goed uit de voeten met de TPOD standaard. Wel geven zij een aantal aandachtpunten mee die van belang zijn voor de ontwikkeling van écht passende software; Belangrijk voor de leveranciers is om bij toekomstige aanpassing van het TPOD (na versie 1.0) alleen toevoegingen te doen, geen zaken te verwijderen; Leer van de oplossingen die al gebruikt worden voor standaardisatie, voorbeelden die daarbij genoemd werden zijn wetten.nl en juriconnect (standaard voor externe verwijzingen); Een verplichte inhoudsopgave is niet nodig wanneer annoteren goed wordt toegepast en wanneer wordt voorzien in praktische richtlijnen voor de inhoudsopgave. Zet toegepaste begrippen altijd in hoofdstuk 1; Modelleren is eenvoudiger voor leveranciers wanneer regels gecategoriseerd kunnen worden. De software is dan passender; De koppeling tussen functies en activiteiten is ingewikkeld wanneer er sprake is van meer dan geen (0) of één (1) koppeling. Wanneer van meerdere koppelingen sprake is, is de koppeling volgens de leveranciers nietszeggend; Functiegroepen en activiteitengroepen dienen volgens leveranciers geen juridische betekenis te krijgen. Deze groepen moeten vooral voor het visualiseren gebruikt worden en niet in het besluit opgenomen worden. Als toevoeging aan de lijst met vormen en typen van regels (zie pag. 4) zijn sanctieregels en indieningsvereisten genoemd. 20
21 Bijlage 1 Deelnemers praktijkproef Gemeenten Gemeente Alphen aan den Rijn Gemeente Alphen aan den Rijn Gemeente Amsterdam Gemeente Bergen op Zoom Gemeente Bergen op Zoom Gemeente Den Haag Gemeente Den Haag Omgevingsdienst Regio Nijmegen Gemeente Rijssen- Holten Gemeente Rijssen- Holten Gemeente Rotterdam Gemeente Rotterdam Gemeente Soest Gemeente Soest Gemeente Soest Gemeente Utrecht Martijn Koppes Esther Poot Remco Bakker Esther Weterings Anja Musters Daniel van Dijk Mark Verschuur Wolter Ziggers Jan Danker Nicky Luttikhuis Marloes Hildebrant Ward Dekkers Reinier Kalt Klaas van Haaften Odile de Man Wim van Gelder Programma DSO PR04 Diana Castrop Nadine van Dun Nienke Janssen Gerard Wolbers Programma Aan de Slag, invoeringsondersteuning Jos Dolstra Annemieke Schattenberg VNG(R) Sofie Berns Maarten Engelberts Wimfred Grashoff Arjan Kloosterboer Erwin Oord Deelnemers leveranciersbijeenkomst Herman Assink ID-GIS René vd Zweerde Kuiper Compagnons Rein Bruinsma en Simon Bos geluid RHDHV Annetje Knap Giskit Bas Jansen IAM4 Remco Koenders Roxit Patrice Kordelaar Value en Result Bas Bijtelaar (plaatsvervanger) ESRI Versie
22 Bijlage 2 Voorlopige waardenlijst regelkwalificatie Algemene regel Attribueren van de bevoegdheid om maatwerkvoorschriften of vergunningvoorschriften te stellen Beoordelingsregel Gebod Indieningsvereiste Informatieplicht Instructieregel Maatwerkregel Meldingplicht Monitoringsregel Omgevingswaarde Programmaplicht Toepassingsbereik Toegestaan Verbod Vergunningplicht Zorgplicht 22
23 Bijlage 3 Voorbeelden van scenario s externe verwijzingen Voorbeeldregels voor scenario's 1. Planregel met open norm a. Open norm zonder verwijzing naar beleidsregel Voorbeeldregel: Het bouwen en gebruiken van gebouwen ten behoeve van de activiteit 'het exploiteren van een supermarkt' is alleen toegestaan wanneer wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid voor motorvoertuigen en fietsen. b. Open norm met verwijzing naar beleidsregel die als bijlage bij de regels van het omgevingsplan is gevoegd, verwijzing is link. Voorbeeldregel: Het bouwen en gebruiken van gebouwen ten behoeve van de activiteit 'het exploiteren van een supermarkt' is alleen toegestaan wanneer wordt voldaan aan de parkeernormen voor motorvoertuigen en fietsen, als vastgelegd in Bijlage bij de regels 1 Parkeernormen. c. Open norm met verwijzing naar beleidsregel op externe locatie, bv elders in LVBB i. Beleidsregel is al vastgesteld en via internet beschikbaar Voorbeeldregel: Het bouwen en gebruiken van gebouwen ten behoeve van de gebruiksactiviteit 'het exploiteren van een supermarkt' is alleen toegestaan wanneer wordt voldaan aan de parkeernormen voor motorvoertuigen en fietsen, als vastgelegd in de Beleidsnota Parkeren. [NB: Beleidsnota Parkeren is een verwijzing naar de beleidsnota die is bekendgemaakt in de LVBB/(elektronisch) Gemeenteblad] ii. Beleidsregel is nog niet vastgesteld en nog niet via internet beschikbaar, wordt enige tijd na vaststellen omgevingsplan vastgesteld en bekendgemaakt Voorbeeldregel??? iii. Eerder vastgestelde en via internet beschikbare beleidsregel wordt gewijzigd, opnieuw vastgesteld en opnieuw via internet beschikbaar gesteld Voorbeeldregel: Het bouwen en gebruiken van gebouwen ten behoeve van de activiteit 'het exploiteren van een supermarkt' is alleen toegestaan wanneer wordt voldaan aan de parkeernormen voor motorvoertuigen en fietsen, als vastgelegd in de Beleidsnota Parkeren. 2. Planregel waarbij informatieproduct wordt gebruikt a. Het werkingsgebied van de planregel is niet met coördinaten begrensd maar in woorden omschreven, in de planregel is geen verwijzing opgenomen, bij de toetsing of aan de regel wordt voldaan kan gebruik gemaakt worden van een informatieproduct. Voorbeeldregel 1: In het werkingsgebied van de functie Woongebied is in ieder hoekpand de activiteit het uitoefenen van detailhandel' toegelaten. Voorbeeldregel 2: voor het in openbaar gebied oprichten van laadpalen ten behoeve van het opladen van elektrische voertuigen bedraagt de afstand tussen de laadpaal en een boom ten minste 3 meter b. In de planregel is geen verwijzing naar externe informatie opgenomen, bij de toetsing of aan de regel wordt voldaan kan gebruik gemaakt worden van externe informatie. Het aantal horecavestigingen bedraagt niet meer dan 30% van het totale aantal vestigingen in het werkingsgebied van de functie 'Centrumgebied'. c. In de planregel is een norm opgenomen, in bv de 'Wijze van meten en rekenen'- artikelen is bepaald dat bij de toetsing of aan de regel wordt voldaan gebruik wordt gemaakt van: i. In wijze van meten geformuleerde functionele eisen Versie
Consultatie standaarden STOP/TPOD v0.97. Parallelsessie: opstellen OW-besluiten
Consultatie standaarden STOP/TPOD v0.97 Parallelsessie: opstellen OW-besluiten 28.01.2019 Foto plaatsen Opstellen OWbesluiten Totstandkoming toepassingsprofielen Input uit: Wet- en regelgeving Ministerie
Nadere informatieToepassingsprofiel voor het omgevingsplan. Consultatiebijeenkomst PR04 15 februari 2018
Toepassingsprofiel voor het omgevingsplan Consultatiebijeenkomst PR04 15 februari 2018 1. Van bestemmingsplannen en verordeningen naar omgevingsplan 2. Doelstellingen toepassingsprofiel, meervoudig bronhouderschap
Nadere informatieConsultatie PR04. Parallelsessie Inhoud. 15 februari 2018
Consultatie PR04 Parallelsessie Inhoud 15 februari 2018 Deze parallelsessie 1. Korte introductie/herhaling op STOP/TPOD 2. Belangrijkste uitgangspunten TPOD versie 0.85: Omgevingsverordening AMvB + MR
Nadere informatieVisualisatie Toepassingsprofiel Omgevingsplan. 25 juli 2017
Visualisatie Toepassingsprofiel Omgevingsplan 25 juli 2017 Inhoudsopgave - Inleiding - Huidige situatie - Nieuwe situatie - Betekenis voor werkproces - Overzicht nu en straks Inleiding Inleiding Omgevingswet
Nadere informatieAlles wat je eigenlijk al over de standaarden had willen weten Door: Nienke Jansen en Luc de Horde, Geonovum
Alles wat je eigenlijk al over de standaarden had willen weten Door: Nienke Jansen en Luc de Horde, Geonovum Publicatieproces OW-besluiten Besluit Annotaties Besluit Tekst Werkingsgebied, vastgelegd in
Nadere informatieBetreft: Doeluitwerking in standaard STOP/TPOD
OGB Programma Directoraat- Generaal Omgevingswet Programmadirectie Eenvoudig Beter Contactpersoon Jeroen van Bruggen jeroen.bruggen@minbzk.nl 06 52833259 Betreft: Doeluitwerking in standaard STOP/TPOD
Nadere informatieVisualisatie Toepassingsprofiel AMvB. 12 juli 2017
Visualisatie Toepassingsprofiel AMvB 12 juli 2017 Inhoudsopgave - Inleiding - Huidige situatie - Nieuwe situatie - Betekenis voor werkproces - Overzicht nu en straks Inleiding Inleiding Omgevingswet Inleiding
Nadere informatieConsultatie standaarden STOP/TPOD v
Consultatie standaarden STOP/TPOD v0.97 28.01.2019 Programma Tijd Onderdeel 13:30 Opening 13:40 De onderdelen van de standaard 13:50 Toepassingsprofielen 14:20 Besluiten (verschilweergave/ geometrie) presentatiestandaard
Nadere informatieNotitie. Algemene reactie op vragen/opmerkingen consultatie V085 versie STOP-TPOD standaarden.
Contactpersoon , Sandra van Wijngaarden Notitie Algemene reactie op vragen/opmerkingen consultatie V085 versie STOP-TPOD standaarden. M E.vanCapelleveen@geonovum.nl S.vanWijngaarden@geonovum.nl
Nadere informatieEven voorstellen. Jolanda van Gils Adviseur digitalisering Omgevingsvisie en -verordening
Even voorstellen Jolanda van Gils Adviseur digitalisering Omgevingsvisie en -verordening Lieuwe Koopmans medeopsteller Rostandaarden betrokken bij pilots DSO Provincie Gelderland Tercera BV Ministerie,
Nadere informatieBeslispunten annoteren in STOP-TPOD
Programmaonderdeel DSO Notitie Beslispunten annoteren in STOP-TPOD Contactpersoon Jitske Brommet M jitske.brommet@minbzk.nl T 06-52599614 Voorstel Annotaties 1 kunnen in de STOP-TPOD-standaard en in de
Nadere informatieValidatie- en conformiteitsregels
Validatie- en conformiteitsregels Definitie: Criteria waaraan software die gebruik maakt van de STOP/ TPOD standaard moet voldoen. Het doel van validatie- en conformiteitsregels is om de digitale verwerking
Nadere informatieFunctionele demonstratie Digitaal Stelsel Omgevingswet. Connect the dots...and color! Kennisdag Leveranciers. Utrecht, V0.
Functionele demonstratie Digitaal Stelsel Omgevingswet Connect the dots...and color! Kennisdag Leveranciers Utrecht, 09-10-2018 V0.1 Integraal beeld voor de gebruikers Planmaker Initiatiefnemer Belanghebbende
Nadere informatieDocument (levering 1 augustus) Niet/0.99. waarde-eenheid combinaties. idealisatie. nauwkeurigheid functiegroep,
Document 0.97 0.98 (levering 1 augustus) Niet/0.99 Presentatiemodel Beschrijving intelligent Uitwerking symbolisatiemethodiek kaartobject waarde-eenheid combinaties Principes van symbolisatie Uitwerking
Nadere informatieStandaarden Omgevingsdocumenten. Paul Janssen Geonovum
Standaarden Omgevingsdocumenten Paul Janssen Geonovum 2017-05-18 Inhoud Omgevingswet - mijn motivatie Omgevingswet - rol van standaarden Programma standaarden omgevingswet en context Nieuwe principes nieuwe
Nadere informatieHandvatten voor het Omgevingsplan
Handvatten voor het Omgevingsplan Slagsessies april 2018 Mijn organisatie bereid zich al voor op het omgevingsplan volgens de Ow Programma Inleiding Project Handvatten Staalkaarten voor het omgevingsplan
Nadere informatieHandvatten voor het Omgevingsplan
Handvatten voor het Omgevingsplan G32 themagroep Omgevingswet, 19 april 2018 Programma Inleiding Project Handvatten Staalkaarten voor het omgevingsplan Voortgang van het project Lessons learned Een voorbeeld
Nadere informatieCollectiviteit en Sourcing
Collectiviteit en Sourcing 16 september 2016 Wim Bakkeren Wimfred Grashoff Wat gaan we vandaag doen Verkennen thema collectiviteit - Aan de hand van casus omgevingswet - Wat kunnen we collectief doen -
Nadere informatieLeveranciersdag PR20 inkijk voor leveranciers in STOP-TPOD-standaard
Leveranciersdag PR20 inkijk voor leveranciers in STOP-TPOD-standaard Programma Tijd Onderdeel Door Inkijk in de consultatiedoelen en consultatiereikwijdte Opbouw van de STOP-TPOD standaard Presentatie
Nadere informatieBijlagen Bijlage X: Lijst met werkingsgebieden Bijlage XI: Toepassingsbereik Bijlage XII: Risico s en beheersmaatregelen Bijlage XIII: Beheer van
Inhoudsopgave Handreiking Waterschapsverordening Datum: 31-01-2019 Versie: 0.9, ter informatie aan KBG Toelichting/context: De inhoudsopgave geeft een volledig overzicht weer van de producten die TROWA
Nadere informatieToepassingsprofiel generiek
Toepassingsprofiel generiek Versie 0.97 Geonovum KOOP Datum 24 januari 2019 Pagina 1 van 60 Colofon OW-besluit generiek Versie 0.97 Projectnaam Standaard Officiële Publicaties met specifieke toepassing
Nadere informatieConsultatie standaarden STOP/TPOD v0.97. Informatiekundig perspectief
Consultatie standaarden STOP/TPOD v0.97 Informatiekundig perspectief 28.01.2019 Agenda Informatiestroom door de keten van plan tot publicatie Speciale aandacht voor: A. Toepassing CIM Omgevingswet (welke
Nadere informatieVisualisatie Toepassingsprofiel Waterschapsverordening. 20 juli 2017
Visualisatie Toepassingsprofiel Waterschapsverordening 20 juli 2017 Inhoudsopgave - Inleiding Omgevingswet - Huidige situatie - Nieuwe situatie - Betekenis voor werkproces - Overzicht nu en straks 2 Inleiding
Nadere informatieToepassingsprofiel reactieve interventie
Toepassingsprofiel reactieve interventie Versie 0.97.1 Geonovum KOOP Datum 16 mei 2019 Pagina 1 van 18 Colofon Omgevingswet-besluit reactieve interventie Versie 0.97.1 Projectnaam Standaard Officiële
Nadere informatieVragen SLAG-sessie verdieping Digitaal Stelsel Omgevingswet Hoe weet ik wat ik moet doen als bevoegd gezag? Voor de gemeenten is er een checklist en een handreiking en een nulmeting (inclusief ambitiebepaling)
Nadere informatieINTERNETCONSULTATIE STOP/TPOD GEONOVUM
INTERNETCONSULTATIE STOP/TPOD GEONOVUM maart 2019 Kennislab Omgevingswet heeft gereageerd op de STOP/TPOD versie 097 die door Geonovum begin dit jaar is gepubliceerd. In de reactie wordt met name ingegaan
Nadere informatieDigitaal Stelsel Omgevingswet
Digitaal Stelsel Omgevingswet Wat houdt het in? Wat zijn de verschillen met de huidige situatie? Hoe wordt het ontwikkeld? Welke systemen koppelen vanuit het lokaal bevoegd gezag? 10 januari 2019 Introductie
Nadere informatieEindrapport Praktijkproef Harmoniseren van begrippen
Eindrapport Praktijkproef Harmoniseren van begrippen 1 Colofon Deze handreiking is een product van het Programma Invoering Omgevingswet van de VNG. Kijk voor meer publicaties op www.vng.nl/omgevingswet.
Nadere informatieToepassingsprofiel voorbereidingsbesluit
Toepassingsprofiel voorbereidingsbesluit Versie 0.97.1 Geonovum KOOP Datum 16 mei 2019 Pagina 1 van 20 Colofon Omgevingswet-besluit voorbereidingsbesluit Versie 0.97.1 Projectnaam Standaard Officiële
Nadere informatieKerninstrument Programma en Informatievoorziening
Kerninstrument Programma en Informatievoorziening Notitie kerninstrument Programma en Informatievoorziening Inleiding De Omgevingswet introduceert een vijftal kerninstrumenten voor gemeenten. De invoering
Nadere informatieHandvatten voor het Omgevingsplan
Handvatten voor het Omgevingsplan Handvatten voor het Omgevingsplan 29 mei 2018 Programma Inleiding Project Handvatten Staalkaarten voor het omgevingsplan Voortgang van het project Lessons learned Stappenplan
Nadere informatiePraktijkproef Digitaliseren Testversie Omgevingsvisie Rotterdam
Praktijkproef Digitaliseren Testversie Omgevingsvisie Rotterdam Rapportage deel 1: Verkenning Praktijkproef digitaliseren Testversie Omgevingsvisie Rotterdam Inleiding en context Binnen de Omgevingswet
Nadere informatieOmgevingsdocumenten presenteren. Luc de Horde Fokke Plantinga
Omgevingsdocumenten presenteren Luc de Horde Fokke Plantinga Wie zijn wij? Wie bent u? Wat presenteren wij Toelichten methodiek verbeelden besluit en regeling Wat stelt het bevoegd gezag vast In hoeverre
Nadere informatieVerdiepingssessie Consultatie STOP-TPOD standaarden
Verdiepingssessie Consultatie STOP-TPOD standaarden 12.03.2018 Programma Tijd Onderdeel Door Doel van deze verdiepingssessie OGB besluit complexiteitsreductie irt STOP-TPOD Verdieping Digi-Juri aspecten
Nadere informatieVergunningverlening en de Omgevingswet Regiobijeenkomst Vereniging BWT - Heerenveen
Vergunningverlening en de Omgevingswet Regiobijeenkomst Vereniging BWT - Heerenveen Nienke van Renssen 18 april 2018 1. Stand van zaken Omgevingswet 2. Omgevingsplan 3. De Knip: -Technische en ruimtelijke
Nadere informatieRoadmap gemeenten, praktijkproeven & leveranciersbetrokkenheid
Roadmap gemeenten, praktijkproeven & leveranciersbetrokkenheid Kennismiddag Leveranciers DSO 9 oktober 2018 Bas Hoondert, VNG Realisatie Van plan tot publicatie Gebiedsoriëntatie Gebiedsanalyse Opstellen
Nadere informatieHandvatten voor het Omgevingsplan. VBWTN Congres Project Handvatten Omgevingsplan
Handvatten voor het Omgevingsplan VBWTN Congres 12-10-2017 Project Handvatten Omgevingsplan Programma Inleiding Het project Handvatten omgevingsplan Wat is het omgevingsplan? Verschillen omgevingsplan
Nadere informatieSAMENVATTING VERKENNING MIGRATIE LANDELIJKE VOORZIENINGEN
SAMENVATTING VERKENNING MIGRATIE LANDELIJKE VOORZIENINGEN Met de komst van de Omgevingswet gaan per 1-1 2021 de drie landelijke voorzieningen (Activiteitenbesluit Internet Module (AIM), het Omgevingsloket
Nadere informatieHoofdstuk 3. Verantwoording methode doelgerichte digitale regelgeving. Hoofdstuk 3. Verantwoording methode doelgerichte digitale regelgeving
Hoofdstuk 3. Verantwoording methode doelgerichte digitale regelgeving Datum: 22 maart 2019 Versie: definitief, 2.0, vastgesteld door PMT (07-03-2019) Toelichting/context: Waterschappen gaan uit van de
Nadere informatieKetensamenwerking in de regio. Foto plaatsen. Roadshow Midden-Nederland i.s.m. Provincie Flevoland. Lelystad, 8 juni 2017
Foto plaatsen Ketensamenwerking in de regio Roadshow Midden-Nederland i.s.m. Provincie Flevoland Lelystad, 8 juni 2017 Ketensamenwerking in de regio Kern Omgevingswet (heel kort) en het belang van ketensamenwerking
Nadere informatieFoto plaatsen. Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) Update G augustus 2017
Foto plaatsen Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) Update G32 31 augustus 2017 Inhoud Het Digitaal Stelsel Omgevingswet: biedt integraal inzicht in wat wel of niet kan binnen de fysieke leefomgeving, zorgt
Nadere informatieUitleg is gebaseerd op informatie uit de Handreiking waterschapsverordening van het project TROWA (Transitieondersteuning Omgevingswet
Uitleg is gebaseerd op informatie uit de Handreiking waterschapsverordening van het project TROWA (Transitieondersteuning Omgevingswet Waterschappen). Met name de hoofdstukken 1 en 2 en bijlagen. De Omgevingswet
Nadere informatieDigitaal Stelsel Omgevingswet. André van Nijkerken Gijs van Duijn
Digitaal Stelsel Omgevingswet André van Nijkerken Gijs van Duijn Digitaliseringsopgave Omgevingswet Bouw & implementatie van een digitaal stelsel ter ondersteuning van het werken met/volgens de Omgevingswet
Nadere informatieCORA 1.0 Bedrijfs- en ICT-referentiearchitectuur voor woningcorporaties
CORA 1.0 Bedrijfs- en ICT-referentiearchitectuur voor woningcorporaties Hoe zorgen we ervoor dat we nieuwe diensten en producten soepel in onze bedrijfsvoering op kunnen nemen? Hoe geven we betere invulling
Nadere informatieInitiatiefvoorstel Omgevingswet
Initiatiefvoorstel Omgevingswet Rotterdam, september 2016 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 2 Inleiding 3 1. Uitgangspunten 4 2. Hoofdlijnen 5 3. Consequenties voor Rotterdam 6 4. Aanbevelingen 7 Conclusie 8
Nadere informatieInspiratie omgevingsplannen
Provero-congres 2016 Inspiratie omgevingsplannen 24-05-2016 Kor van Dijk Lopende initiatieven Prototype omgevingsplan (IenM) Staalkaartenproject VNG/RWS Standaarden Geonovum/Kadaster Chw-experimenten (80)
Nadere informatieCIM OW, CIM OP en IMOP (STOP/TP) zijn in detail beschreven in separate documenten:
Vertaling CIM OP Deze notitie beschrijft de samenhang tussen het Conceptueel Informatie Model Omgevingswet (CIM OW), het CIM Officiële Publicaties (CIM OP) en het Informatiemodel Officiële Publicaties
Nadere informatieProgramma Digitaal Stelsel Omgevingswet 1 e Praktijkproef Standaarden STOP-TPOD
Programma Digitaal Stelsel Omgevingswet 1 e Praktijkproef Standaarden STOP-TPOD Opbouw van deze inleiding over de praktijkproef 1. Positionering van de STOP-TPOD standaarden 2. Basisprincipes mutatiegericht
Nadere informatieHet Digitaal Stelsel Omgevingswet Standaard IMTR/STTR. 13 juni 2017
Het Digitaal Stelsel Omgevingswet Standaard IMTR/STTR 13 juni 2017 Wat willen we vandaag bereiken? Doelstellingen 1. Informeren over de standaard voor het aanleveren van Toepasbare regels aan het DSO 2.
Nadere informatieVisualisatie Toepassingsprofiel Omgevingsverordening. 12 juli 2017
Visualisatie Toepassingsprofiel Omgevingsverordening 12 juli 2017 Inhoudsopgave - Inleiding Omgevingswet - Huidige situatie - Nieuwe situatie - Betekenis voor werkproces - Overzicht nu en straks Visualisatie
Nadere informatieRuimtelijkeplannen.nl & DSO programma - Transitie van Wro naar Omgevingswet
Ruimtelijkeplannen.nl & DSO programma - Transitie van Wro naar Omgevingswet Ruimtelijkeplannen.nl & DSO programma Transitie van Wro naar Omgevingswet ir. Arie Duindam, 23 mei 2019 Focus deze presentatie
Nadere informatieProof of Concept standaard voor omgevingsdocumenten
Proof of Concept standaard voor omgevingsdocumenten Contactpersoon Lars Paardekooper E l.paardekooper@geonovum.nl T 06 51 63 83 57 Datum 22 juni 2017 In het kader van de ontwikkeling van het Digitaal Stelsel
Nadere informatieDigitaal Stelsel Omgevingswet
Digitaal Stelsel Omgevingswet Wat houdt het in? Wat is de stand van zaken? Hoe wordt het ontwikkeld? Welke systemen koppelen vanuit het lokaal bevoegd gezag? 10 januari 2019 DSO: landelijke én lokale
Nadere informatieToepassingsprofiel AMvB en MR
Toepassingsprofiel AMvB en MR Versie 0.97.5.0 Geonovum KOOP Datum 3 april 2019 Pagina 1 van 84 Colofon OW-besluit AMvB en MR Versie 0.97.5.0 Projectnaam Standaard Officiële Publicaties met specifieke
Nadere informatieIntroductie Digitaal Stelsel Omgevingswet. Gijs van Duijn en Peter Kok
Introductie Digitaal Stelsel Omgevingswet Gijs van Duijn en Peter Kok 5 september 2018 18/10/18 Wat is er voor nodig om de omgevingswet in te Niks, voeren? publicatie van de invoeringswet alleen.. Kerninstrumentarium
Nadere informatieInvoering Omgevingswet G40 31 oktober 2018
Invoering Omgevingswet G40 31 oktober 2018 Agenda Opening / Agenda Actualiteiten De digitaliseringsopgave Omgevingswet en DSO De verschillende sporen Risico s Actualiteiten Invoering Roadmap, staalkaarten
Nadere informatieTROWA. Visie en scope Informatiemodel Waterschapsverordening. Datum : : 2.0, definitief
TROWA Visie en scope Informatiemodel Waterschapsverordening Datum : 0-02-209 Versie : 2.0, definitief Documenthistorie Datum Versie Beschrijving 29--208 0. Initiële versie 07-2-208 0.2 Aangevulde/gecorrigeerde
Nadere informatieReacties van ministerie van Infrastructuur en Milieu op de internetconsultatie
Reacties van ministerie van Infrastructuur en Milieu op de internetconsultatie Regeling omgevingsregime hoofdspoorwegen Openbare internetconsultatie van 15 maart 2016 tot en met 12 april 2016 d.d. 7 juli
Nadere informatieHet Digitaal Stelsel Omgevingswet Standaard IMTR/STTR Leverancierdag. 16 mei 2017
Het Digitaal Stelsel Omgevingswet Standaard IMTR/STTR Leverancierdag 16 mei 2017 1. Doel Wat willen we vandaag bereiken? Doelstellingen 1. Informeren over de standaard voor het aanleveren van Toepasbare
Nadere informatieFactsheet Doelenboom. Factsheet Doelenboom
Factsheet Doelenboom Datum: 29 maart 2019 Versie: definitief, 2.0, vastgesteld door PMT (07-03-2019) Toelichting/context: Waterschappen gaan uit van de methode van functionele classificatie en willen op
Nadere informatieFoto plaatsen. Digitaal Stelsel Omgevingswet
Foto plaatsen Digitaal Stelsel Omgevingswet Wat is het DSO en hoe werkt het? Waarom komt er een DSO? Digitalisering is een belangrijk instrument om de Omgevingswet tot een succes te maken. Daarom wordt
Nadere informatieOmgevingswet Regels en maatwerk
Omgevingswet Regels en maatwerk Linda van Berkel Twitter: @AandeslagOw LinkedIn: Aan de slag met de Omgevingswet www.aandeslagmetdeomgevingswet.nl Welkom Doel Omgevingswet Regels van Rijk, provincie, waterschap
Nadere informatieToepassingsprofiel omgevingsplan
Toepassingsprofiel omgevingsplan Versie 0.97.1 Geonovum KOOP Datum 23 januari 2019 Pagina 1 van 104 Colofon OW-besluit omgevingsplan Versie 0.97 Projectnaam Standaard Officiële Publicaties met specifieke
Nadere informatieFoto plaatsen. Het DSO en de Omgevingswet. Philip Hessing programmamanagement invoeringsondersteuning
Foto plaatsen Het DSO en de Omgevingswet Philip Hessing programmamanagement invoeringsondersteuning 19 juni 2017 Architectuur op hoofdlijnen De basis vanuit de Visie DSO het Pakket van Eisen en Doelarchitectuur.
Nadere informatieConsultatie PR04 V085 Berichtenmodel / Muteren & consolideren
Consultatie PR04 V085 Berichtenmodel / Muteren & consolideren 5.0.08 Onderwerpen Berichtenmodel (Specificaties Aanleverkoppelvlak LVBB): Hoe verloopt de interactie met het aanleverpunt van de LVBB/ROD?
Nadere informatieWat gemeenten per minimaal moeten kunnen en/of hebben voor uitvoering van de OW. (minimum)
Wat gemeenten per 1-1-2021 minimaal moeten kunnen en/of hebben voor uitvoering van de OW (minimum) Roadmap gemeenten Betreft versie concept 22-5-2019 Zonder aanvullingssporen, omdat deze nog politiek
Nadere informatieToekomstbestendige bestemmingsplannen Themabijeenkomst 19 september 2017
Toekomstbestendige bestemmingsplannen Themabijeenkomst 19 september 2017 Even voorstellen Roeland Mathijsen Senior adviseur Omgevingsrecht / Partner bij BRO Actief binnen: Provero (werkgroep) BNSP Kennislab
Nadere informatieDigitaal Stelsel Omgevingswet
Digitaal Stelsel Omgevingswet Een introductie Gijs van Duijn en Peter Kok (Aan de Slag/DSO) 10 januari 2019 Introductie DSO Wat houdt DSO in? Wat zijn de verschillen met de huidige situatie? Keuzemenu
Nadere informatieFoto plaatsen. Samenwerking toepasbare regels. Presentatie Slag-sessie Eindhoven 13 april 2017
Foto plaatsen Samenwerking toepasbare regels Presentatie Slag-sessie Eindhoven 13 april 2017 Inhoud Waarom van belang? Wat Zijn toepasbare regels? Hoe werkt dat in de praktijk? Wat levert DSO? Wat is de
Nadere informatieGemeentelijke applicaties Omgevingswet en DSO
Gemeentelijke applicaties Omgevingswet en DSO Provero, 29 mei 2018 Bas Hoondert Han Wammes VNG Realisatie Onderwerpen 1. Processen als vertrekpunt 2. Gemeentelijke processen en Digitaal Stelsel Omgevingswet
Nadere informatieToepasbare Regels binnen de nieuwe Omgevingswet. 29 mei 2018 Annemieke Vliegen Aan de slag met de omgevingswet
Toepasbare Regels binnen de nieuwe Omgevingswet 29 mei 2018 Annemieke Vliegen Aan de slag met de omgevingswet Wat verandert er met de nieuwe omgevingswet? 1 Ruimtelijke plannen 2 Activiteitenbesluit internet
Nadere informatieVEREENVOUDIGEN DIENSTVERLENING IS EEN COMPLEXE OPGAVE
VEREENVOUDIGEN DIENSTVERLENING IS EEN COMPLEXE OPGAVE Izakjan Dekker BLM DSO-Waterschappen Krichia Conferentie 12 oktober 2017 1. WAAROM DOEN WE DIT? Inzichtelijkheid, voorspelbaarheid en gebruiksgemak
Nadere informatieResultaten gesprekssessie 1 Elektronische Productinformatie
Resultaten gesprekssessie 1 Elektronische Productinformatie De gesprekssessie werd geopend met een korte inleiding over het onderwerp Elektronische productinformatie. Hierin werd onder andere geïllustreerd
Nadere informatieNotitie Doel en noodzaak conceptueel (informatie)model
Notitie Doel en noodzaak conceptueel (informatie)model Deelprogramma Digitaal Stelsel Omgevingswet Contactpersoon A.J. Sloos Inleiding Het conceptuele model waar behoefte aan is, is het diepste representatieniveau
Nadere informatieHoe schrijf je regels? Wetgevingstechniek voor de Omgevingswet
Hoe schrijf je regels? Wetgevingstechniek voor de Omgevingswet Programma Regels en tips voor het schrijven van goede regels 100 Ideeën voor de gemeentelijke regelgeving (Igr) Toegankelijk wetgeven onder
Nadere informatieG32 Ambtelijke Themagroep Omgevingswet & Platform31 leerkring
4 oktober 2018 G32 Ambtelijke Themagroep Omgevingswet & Platform31 leerkring DSO en regeldruk Start in 2016: impactanalyse of Geen impactanalyse maar pilot Omgevingsplan Pilot was fictieve ambtelijke vingeroefening
Nadere informatieWat moet je doen om met de Omgevingswet te kunnen werken? Doelstellingen voor Daniël van Dijk VNG
Wat moet je doen om met de Omgevingswet te kunnen werken? Doelstellingen voor 1-1-21 Daniël van Dijk VNG Schakeldag, juni 2019 Overzicht 1. Werken met de Omgevingswet een groeipad 2. Bestuurlijke ambitie
Nadere informatieGebruik API vanuit Registratie Omgevingsdocumenten. Waarom, Wat, Hoe werkt het? Versie: 15 februari 2018
Gebruik API vanuit Registratie Omgevingsdocumenten Waarom, Wat, Hoe werkt het? Versie: 15 februari 2018 Agenda Context LVBB? HOE werkt de LVBB binnen het DSO? GEBRUIK van de API? 15 februari 2018 Context
Nadere informatieeen toetsende rol. Het nee tenzij denken wordt vervangen door het ja mits perspectief;
Omgevingswet: wat verandert er voor gemeenten? Met de invoering van de omgevingswet veranderen er veel zaken voor gemeenten. Het doel van de omgevingswet is om de verschillende verordeningen en versnipperde
Nadere informatieInformatiehuis Ruimte sluit de brug tussen oud en nieuw. Jeroen van der Veen (Kadaster) Projectmanager informatiehuis Ruimte
Informatiehuis Ruimte sluit de brug tussen oud en nieuw Jeroen van der Veen (Kadaster) Projectmanager informatiehuis Ruimte Onderwerpen 1. Wat doet project informatiehuis Ruimte 2. Wat is de overbruggingsfunctie
Nadere informatieOntwikkelingen rond Toepasbare Regels. 13 februari 2018
Ontwikkelingen rond Toepasbare Regels 13 februari 2018 Wat willen we vandaag bereiken? Vincent van Dijk, product owner Annemieke Vliegen, business analist Doelstellingen 1. Informeren over de standaard
Nadere informatieToepassingsprofiel waterschapsverordening
Toepassingsprofiel waterschapsverordening Versie 0.97 Geonovum KOOP Datum 21 december 2018 Pagina 1 van 72 Colofon OW-besluit waterschapsverordening Versie 0.97 Projectnaam Standaard Officiële Publicaties
Nadere informatiePROGRAMMA VAN EISEN PROGRAMMA VAN EISEN LAS/LVS (V)SO
PROGRAMMA VAN EISEN LAS/LVS (V)SO HANDREIKING UITVRAAG INKOOP LAS/LVS (V)SO PROGRAMMA VAN EISEN LAS/LVS (V)SO PROGRAMMA VAN EISEN LAS/LVS (V)SO > HANDREIKING UITVRAAG INKOOP LAS/LVS (V)SO (bijlage 1) INVULFORMULIER
Nadere informatieOmgevingswet, Omgevingsplan & Staalkaarten. Staalkaart. Piet de Nijs. Handvatten voor het Omgevingsplan OMWB D01
Staalkaart Omgevingswet, Omgevingsplan & Staalkaarten Piet de Nijs Handvatten voor het Omgevingsplan OMWB D01 Introductie Wie ben je? Ervaring met de Omgevingswet? Beeld tot nu toe? Afwegingsruimte Samenhang
Nadere informatieKRIHCIA. Enkele feiten. In 1992 (25 jaar geleden) initiatief voor oprichting KRIHCIA. In 1993 officieel opgericht
KRIHCIA Enkele feiten In 1992 (25 jaar geleden) initiatief voor oprichting KRIHCIA In 1993 officieel opgericht Aanleiding: elkaar beter leren kennen/van elkaar leren/kennis vergaren Geen internet Geen
Nadere informatieWat gaan we doen vandaag? Omgevingsplan: eigen afwegingen en gebruiksruimte. Het omgevingsplan in het kort
Omgevingsplan: eigen afwegingen en gebruiksruimte Liesbeth Schippers Daniëlle Roelands-Fransen Wat gaan we doen vandaag? Het omgevingsplan in het kort Eigen afweging en gebruiksruimte: de theorie Eigen
Nadere informatieTransitiefase Omgevingsplan Wimfred Grashoff, VNG
Transitiefase Omgevingsplan Wimfred Grashoff, VNG Stelling: MIJN ORGANISATIE IS AL OPTIMAAL VOORBEREID OP DE TRANSITIEFASE! Ministerie van Infrastructuur en Milieu 28 mei 2019 Ministerie van Infrastructuur
Nadere informatieKoers invoering Omgevingswet Boxtel
Koers invoering Omgevingswet Boxtel Inleiding In strategische visie van Boxtel voor 2020 staat dat we voorop willen blijven met duurzaamheid, aan een sterk centrum willen, toerisme en recreatie tot een
Nadere informatieDe nieuwe Omgevingswet. Molenadviesraad Amersfoort Mark Ravesloot, senior adviseur molens
De nieuwe Omgevingswet Molenadviesraad 7-4-2017 Amersfoort Mark Ravesloot, senior adviseur molens Uitgangspunten Omgevingswet Vormt basis voor het nieuwe stelsel van regelgeving voor de fysieke leefomgeving
Nadere informatieDe uitvoering van de Omgevingswet vindt plaats in het. Programma Aan de slag met de Omgevingswet. (Adsmo)
De uitvoering van de Omgevingswet vindt plaats in het Programma Aan de slag met de Omgevingswet (Adsmo) Dienstverleningsvisie van de Omgevingswet Met één klik op de kaart krijg ik automagisch alle voor
Nadere informatieSamenhang omgevingsplan, waterschapsverordening en omgevingsverordeningen. Simon Handgraaf Nicoline van den Heuvel
Samenhang omgevingsplan, waterschapsverordening en omgevingsverordeningen Simon Handgraaf Nicoline van den Heuvel Programma Aan de Slag met de Omgevingswet Ministerie van BZK Slagsessies, juli 2019 Inhoud
Nadere informatieSamen organiseren van de Omgevingswet
Samen organiseren van de Omgevingswet Digitaal Stelsel,Klantreizen en Serviceformules Bestuurdersdag 30 november 2016 Erik Dolle (VNG) Hanneke Kunst (KING) Inhoud: Invoering van de Omgevingswet Wat betekent
Nadere informatieProgrammaraad. Gebruikersevaluatie DSO-LV kwartaalresultaten
Programmaraad Programmaraad Beslisnotitie Contactpersoon Wimfred Grashoff Onderwerp Gebruikersevaluatie DSO-LV kwartaalresultaten Agendanummer 5.0 Akkoord indiener Kristel Lammers Actiehouder Wimfred Grashoff
Nadere informatieStaalkaart bedrijfsmatige activiteiten in het omgevingsplan
Staalkaart bedrijfsmatige activiteiten in het omgevingsplan VMR Rein Bruinsma 12 april 2018 Staalkaart bedrijfsmatige activiteiten Dit is een breed onderwerp, en we hebben beperkt tijd! Deze presentatie
Nadere informatieHoofdlijnen invoeringswet
Hoofdlijnen invoeringswet Technische briefing Tweede Kamer 29 september 2016 Eenvoudig Beter Planning voorhang AMvB s Tweede Kamer Technische briefing 29 september Ronde tafel bijeenkomst 10 oktober Schriftelijke
Nadere informatieZaanse Omgevingswet Woordenboek. Concept
0 Zaanse Omgevingswet Woordenboek Concept 1 VOORWOORD Wetteksten zijn natuurlijk een feest voor juristen, maar het gemiddelde raadslid zal er niet heel enthousiast van worden. Wanneer je je als raadslid
Nadere informatieNaar een nieuw Omgevingswet proof LIB. 9 november 2015, secretarissenoverleg AM Esther van der Klis
Naar een nieuw Omgevingswet proof LIB 9 november 2015, secretarissenoverleg AM Esther van der Klis Lobby LIB Schiphol (Beleids-)inhoudelijke spoor (Bestuurlijk ) juridische spoor Hoofdlijnen beleidsinhoudelijke
Nadere informatieIntegratie van verordeningen in het omgevingsplan. Themabijeenkomst 18 september 2018
Integratie van verordeningen in het omgevingsplan Themabijeenkomst 18 september 2018 Opzet sessie Integratie van verordeningen: Aanpak: voorbeeld gemeente Hardenberg door Jasmijn van Tilburg (BRO) Ontwikkelingen
Nadere informatieBijlage I: Instrumenten voor de waterschappen
Bijlage I: Instrumenten voor de waterschappen Datum: 13 september 2019 Versie: definitieve versie 2.0, vastgesteld Toelichting/context: In de Handreiking waterschapsverordening geven we aan wat nodig is
Nadere informatie