R.K. Basisschool t Ruimteschip - Opmeer. Schoolveiligheidsplan

Transcriptie

1 R.K. Basisschool t Ruimteschip - Opmeer Schoolveiligheidsplan

2 Inhoud 1. COÖRDINATIE VEILIGHEID Schoolleiding Arbo-/veiligheidscoördinatoren Bedrijfshulpverlening Omgang met de media* SCHOOLGEBOUW EN OMGEVING Gebouw Toegang / schoolplein Gangen en trappen Sanitaire voorzieningen Lunchvoorzieningen Onderhoud, orde en netheid Hulpverleningsmiddelen Les- en werkruimtes Speellokaal kleuters Brandveiligheid SCHOOLREGELS Gedragsregels Beknopt overzicht gedragsregels Gedragscode* Vuistregels voor Internet-gebruik Medicijnverstrekking Aanpak verzuim Verlofregeling onder schooltijd * Verzuimbeleid personeel * Het absentie-registratiesysteem Aanpak pesten Plagen en pesten De school heeft inzicht in de veiligheidsbeleving van kinderen...31 pagina -2-

3 3.3.3 Pestprotocol Protocol Kindermishandeling Discriminatie Privacy Privacyreglement leerlinggegevens * Privacyreglement persoonsgegevens * Meldplicht bij seksuele misdrijven Informatieverstrekking aan gescheiden ouders Bijzondere afspraken rondom privacy van hiv-geïnfecteerde personen SCHOOLBINDING Buitenschoolse activiteiten Protocol door school georganiseerde reizen Schoolkamp Andere buitenschoolse activiteiten Beleid Vervoer per auto Bespreekbaar maken van incidenten Wat is een incident? Incidentenbespreking voor leerlingen Incidentenbespreking voor personeel Hanteren van conflicten Veiligheidsbeleving bij het personeel Introductie en begeleiding van nieuwe (beginnende en ervaren) leerkrachten * Begeleiding van ervaren leerkrachten * Klassenbezoek Bespreekbaar maken van incidenten Gedragscode in geval van (verbaal en fysiek) geweld en/of dreigen met fysiek geweld Het doelstellingengesprek* Het functioneringsgesprek * Het beoordelingsgesprek * Ouderparticipatie...71 pagina -3-

4 4.5.1 Oudervereniging Medezeggenschapsraad Toezicht en surveillance Toezicht Surveillance STAPPENPLANNEN EN RICHTLIJNEN Richtlijnen machtsmisbruik Richtlijnen ter voorkoming van seksuele intimidatie * Klachtenregeling ongewenste intimiteiten * Stappenplan ongevallen Procedure ongevallen Protocol bij overlijden* Ontruimingsplan SANCTIES Aanname en verwijdering * Sancties personeel Officiële sancties Waarschuwing Berisping Schorsing Ontslag INCIDENTENREGISTRATIE Doelen van incidentenregistratie KLACHTENREGELING Klachtenregeling algemeen Vertrouwenspersoon De vertrouwensinspecteur Aangifteplicht en meldplicht Rehabilitatie na valse aantijgingen KWALITEITSHANDHAVING VEILIGHEIDSBELEID Toetsing Instrumenten voor toetsing pagina -4-

5 De risicoinventarisatie en -evaluatie Strategieën voor succesvolle toetsing Evaluatie Evaluatievragen CONTACTADRESSEN BIJLAGE: Klachtenregeling De gemarkeerde hoofdstukken en/of paragrafen (*) zijn op SKO De Gouw niveau vastgesteld. De in grijs aangegeven titels zijn vastgestelde documenten die integraal zijn opgenomen. pagina -5-

6 1. COÖRDINATIE VEILIGHEID 1.1 Schoolleiding Een goede organisatie is onontbeerlijk om adequaat te kunnen optreden op het terrein van Arbo-zaken en daarmee op het terrein van veiligheid in de meest brede zin van het woord. Formeel is het bestuur van de school (het bevoegd gezag) hiervoor verantwoordelijk. In de meeste gevallen echter is de dagelijkse schoolleiding gemandateerd voor Arbo-zaken, al of niet gesteund door een van het bestuur afkomstig beleidsplan. De schoolleiding heeft de plicht zaken op het terrein van sociale en fysieke veiligheid van personeelsleden en leerlingen goed te organiseren en zorgvuldig in te bedden in de school. De schoolleiding legt de praktische uitvoering van de Arbo-wet en het Arbobesluit meestal in handen van een Arbo-coördinator, die al dan niet gesteund wordt door een werkgroep of commissie. De medezeggenschapsraad (MR) van de school oefent controle uit op de uitvoering van het Arbo-jaarplan en is in alle voorkomende gevallen bevoegd de Arbeidsinspectie en andere deskundigen hierbij in te schakelen. Omgekeerd wordt de medezeggenschapsraad bij Arbo-zaken altijd door de Arbeidsinspectie (en door de werkgever) rechtstreeks ingeschakeld en geïnformeerd. Schoolspecifieke gegevens De voorzitter van de medezeggenschapsraad is: Naam : dhr. Freek Tadic Fadjil 1.2 Arbo-/veiligheidscoördinatoren De Arbo-coördinator is in de dagelijkse praktijk van de school verantwoordelijk voor de uitvoering van maatregelen omtrent veiligheid die voortvloeien uit de Arbo-wet en het Arbo-besluit. De arbo-/veiligheidscoördinator treedt op als contactpersoon van de school met externe deskundigen; coördineert de uitvoering van het Arbo en materieel-beleid in de school; treedt op als contactpersoon van de school met onderhoudsdiensten, bewakingsdienst en aannemers; coördineert de uitvoering van het Arbo- en personeelsbeleid in de school; verzorgt de informatievoorziening in de school m.b.t. personele en materiële zaken op Arbo-terrein. is belast met de controle op veiligheid en gezondheid op het gebied van de fysieke inrichting van de gebouwen. pagina -6-

7 Schoolspecifieke gegevens De arbo-/veiligheidscoördinator in de school is Naam : dhr. Ton Koelemeijer De school kent een werkgroep Preventie & Veiligheid waarin onderwerpen rond veiligheid, arbo-beleid enz. worden besproken. De werkgroep bestaat in het schooljaar 2014/2015 uit de volgende personen: Ton Koelemeijer (coördinator), Tanja Knijn, Carine Koopman en Marjon Smit. 1.3 Bedrijfshulpverlening De bedrijfshulpverlening (BHV) is de organisatie die optreedt bij calamiteiten in de school en bestaat uit getrainde leerkrachten en/of getrainde onderwijsondersteunende personeelsleden. Op basis van het aantal aanwezige medewerkers (in dit verband zijn dat ook leerlingen) is een minimum aantal bedrijfshulpverleners voor ieder dagdeel voorgeschreven: aantal medewerkers: 1 bedrijfshulpverlener aantal medewerkers: 2 bedrijfshulpverleners aantal medewerkers: 3 bedrijfshulpverleners aantal medewerkers: 4 bedrijfshulpverleners aantal medewerkers: 5 bedrijfshulpverleners Indien het schoolgebouw bestaat uit meerdere verdiepingen is dit voorschrift voor iedere verdieping afzonderlijk van toepassing. Schoolspecifieke gegevens In het schooljaar kent de school de volgende populatie: 129 leerlingen en 8 instroom, 1 directeur, 9 groepsleerkrachten, 1 conciërge / administratief medewerkster, 2 Pabo-stagiaires en 3 stagiaires onderwijsassistenten. totaal 153. De school heeft twee verdiepingen, echter de tweede verdieping wordt overdag niet gebruikt voor onderwijsdoeleinden. Volgens de voorschriften moet de school 2 BHV ers benoemen. In totaal heeft de school 4 gediplomeerde BHV ers. Deze zijn aanwezig op de volgende dagen: Naam Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag Tanja Knijn X X X Ton Koelemeijer X X X X X Carine Koopman X X X X pagina -7-

8 Marjon Smit X X X X Binnen het schoolgebouw zijn voldoende aanwijzingen opgehangen waarop, ten behoeve van het personeel en de leerlingen, op eenvoudige wijze is aangegeven wat te doen in geval van ongeval en calamiteit. De hulpverlening in de school wordt regelmatig getraind, zoals tijdens ontruimingsoefeningen, en bedrijfshulpverleners worden regelmatig bijgeschoold. Binnen de scholen van SKO West-Friesland is de directie verantwoordelijk voor het ontruimingsplan en geeft leiding aan de bedrijfshulpverleners (BHV'ers) Verder is de directie het centrale aanspreekpunt voor de hulpdiensten. Er vinden 3 ontruimingsoefeningen per jaar plaats. 1. Aan het begin van het jaar, dag en tijd zijn aangekondigd; 2. Halverwege het jaar: dag en tijd zijn niet aangekondigd, de week wel; 3. Aan het eind van het jaar, dag en tijd niet aangekondigd. De BHV ers hebben schooljaar twee trainingsbijeenkomsten: 1 april 2015 EHBO en 29 april 2015 brandbestrijding en ontruiming. Het verantwoordelijke directielid is Naam : Ella Molenaar 1.4 Omgang met de media* Mediabeleid. Het parool is trouw aan De Gouw 1. Inleiding De directies, personeelsleden, medezeggenschapsleden en bestuur kunnen te maken krijgen met de media (krant, radio en televisie). Dit kan te maken hebben met positieve acties, zoals een sponsorloop, Kinderboekenweek, jubilea, nieuwbouw, Carnaval e.d. Het is ook denkbaar dat de school te maken krijgt met andere publiciteit, bijv. een epidemie, brand, kindermishandeling e.d. Het is juist dan van belang om afspraken binnen de stichting te hebben wie er namens het bestuur of eventueel namens de betreffende gemeente of andere overheid het woord voert. In dit protocol worden hiervoor richtlijnen gegeven. 2. Verantwoordelijkheid Het bestuur is verantwoordelijk voor het te voeren beleid van de stichting. De directies en het college van bestuur hebben via een mandaatbesluit taken en bevoegdheden overgedragen gekregen. De directies hebben de vrijheid om contact te hebben met de pers om de activiteiten van hun school te promoten. Het bestuur vindt het niet noodzakelijk hiervoor aanvullende richtlijnen op te stellen. pagina -8-

9 In andere gevallen is het van belang dat er tussen directie en bestuur een goede afstemming plaatsvindt. Daarnaast vindt het bestuur het belangrijk, dat personeel geen negatieve berichtgeving over bestuur of school naar buiten brengt. In principe behoort kritiek intern te worden besproken op school of afhankelijk van de situatie met het bestuur. Het communiceren met de media voordat de gebruikelijke wegen voor de werknemer of medezeggenschapsraad zijn bewandeld, is niet in het belang van de school en van de stichting en om die reden niet toegestaan. Het bestuur kan een medewerker, die bewust negatieve publiciteit over de school en/of bestuur verspreidt of laat verspreiden op grond van het rechtspositiebesluit onderwijs disciplinair straffen. Op het moment dat de school geconfronteerd wordt met een ramp, een epidemie, een dramatisch sterfgeval enz. zullen de media vrijwel zeker contact opnemen met de school om nieuws te vergaren en te verspreiden. De media hebben hierin een eigen belang en dat is meestal niet het belang van de school of van de stichting. Over het algemeen werken de media snel (met name radio en televisie) met het risico dat de berichtgeving niet zorgvuldig gebeurt wat niet in het belang is van de school en de stichting. Bij de schrijvende pers kan in het geval van een interview altijd vooraf worden afgesproken, dat inzicht gekregen wordt in de concepttekst, om de tekst om feitelijke onjuistheden te kunnen controleren. Dit laatste komt namelijk bijna altijd voor. Op het moment dat het inclusief fouten wordt gedrukt, is herstel veel moeilijker. Indien een verzoek voor een interview wordt ontvangen, wordt altijd vooraf contact opgenomen met het college van bestuur. In het geval er sprake is van een calamiteit of ramp, waarbij de plaatselijke, provinciale of wellicht de landelijke overheid is betrokken, is het aan te bevelen om de communicatie met de pers over te laten aan voorlichtingsmedewerkers van deze instanties. De school kan zich dan in principe beperken tot het contact met deze medewerkers en het college van bestuur. 3. Wat te doen? Op het moment dat de media contact met school opnemen handelt de school als volgt: a. Binnen de school is de directeur of diens plaatsvervanger degene die de vertegenwoordiger van de media te woord staat. b. De leerkrachten, conciërge en andere personen die de telefoon aannemen zijn geïnstrueerd, dat ze de media onder geen beding te woord staan. Ze nemen de boodschap aan en verwijzen naar de directeur of diens plaatsvervanger. Als die niet bereikbaar is, worden naam en telefoonnummer genoteerd. c. In het geval dat er sprake is van een ernstige situatie op school, neemt de directeur contact op met het college van bestuur. d. Het college van bestuur informeert de voorzitter van de raad van toezicht. pagina -9-

10 e. In principe is het college van bestuur het aanspreekpunt voor de media. De directeur doet geen uitspraken naar de media. (vertegenwoordigers van de pers zijn vaak heel erg goed getraind om je desondanks uitspraken te ontlokken. Ga nergens op in: volsta met de mededeling, dat eerst met het bestuur afgestemd moet worden en dat indien nodig later contact wordt opgenomen). f. Afhankelijk van de situatie kan afgesproken worden, dat een lid van de raad van toezicht de media te woord staat. g. In die gevallen waarin de plaatselijke, provinciale of landelijke overheid betrokken is (bijv.: epidemie, rampen e.d.) vindt het contact met de media plaats via de persvoorlichters van de betreffende overheidsinstanties. Er worden dan vaak aparte persconferenties belegd, waarvoor het niet noodzakelijk is om bij aanwezig te zijn. Het is in dit soort gevallen denkbaar, dat de school benaderd wordt voor bijv. reportages. Ook dan is het van belang, dat eerst overleg gevoerd wordt met jet college van bestuur en/of raad van toezicht. Bij het nemen van een beslissing zal rekening gehouden worden met de belangen van de kinderen en hun ouders/verzorgers. h. In het geval dat gevraagd wordt om kinderen te mogen interviewen, is vooraf toestemming van ouders/verzorgers nodig. i. Het bewust zoeken van negatieve publiciteit, die de school en/of het bestuur kunnen benadelen is niet toegestaan. Het bestuur hecht er waarde aan, dat de werknemers en de (gemeenschappelijke) medezeggenschapsraad de gebruikelijke kanalen van de interne communicatie gebruiken. Tot slot: het protocol is bedoeld ter ondersteuning van de medewerkers bij de stichting De Gouw, de medezeggenschapsraden en de GMR. Het is niet de bedoeling om de medewerkers en de (gemeenschappelijke) medezeggenschap te beperken in hun vrijheid van meningsuiting of hun reguliere taken en verantwoordelijkheden. Integendeel voor de reguliere zaken vindt het bestuur het niet noodzakelijk om aanvullende richtlijnen op te stellen. In ernstige situaties is het van belang, dat binnen de school en de stichting de communicatie goed en zorgvuldig gebeurt. Schoolspecifieke gegevens De school heeft haar beleid m.b.t. communicatie en PR vastgelegd in het Communicatieplan. pagina -10-

11 2 SCHOOLGEBOUW EN OMGEVING 2.1 Gebouw De fysieke inrichting van onze gebouwen voldoen aan de aandachtspunten die genoemd worden in de controlelijst veiligheid en gezondheid. Deze lijst is afkomstig van de stichting vervangingsfonds en bedrijfsgezondheidszorg voor het onderwijs en wordt als onderdeel van de RI & E gebruikt. Jaarlijks wordt een Plan van Aanpak opgesteld en na afloop van elk jaar geëvalueerd Toegang / schoolplein Schoolterrein en schoolgebouw zijn voor iedereen goed toegankelijk. Eventuele hoogteverschillen zijn ook voor lichamelijk gehandicapten te overbruggen en worden ijs- en sneeuwvrij gehouden. Het schoolterrein heeft een metalen afrastering van tenminste één meter hoogte met een afsluitbaar hek. Uitgangen van het schoolterrein naar de openbare weg zijn overzichtelijk in verband met het verkeer. Fietsers komen zonder gevaar vanaf het schoolterrein in het verkeer en omgekeerd. De bestrating van het schoolplein bevat geen gebreken. Terrein dat aan water grenst, is voorzien van een solide afrastering. Er zijn onderhoudscontracten t.a.v. speeltoestellen op het plein. De ondergrond is van een zacht materiaal: zand, gras, houtschaafsel, rubber tegels, zodat bij een val geen ernstig letsel kan ontstaan. De zandbak wordt na gebruik afgedekt en de ondergrond is waterdoorlatend. Het zand wordt eenmaal per twee jaar verschoond. Met betrekking tot fietsers geldt het volgende: de fietsen worden tussen de rekken gestald en op het plein wordt niet gefietst Gangen en trappen De in- en uitgangen zijn veilig toegankelijk: geen val- of struikelgevaar of scherpe voorwerpen. Vloeren en traptreden zijn voldoende stroef. Er zijn geen losse vloerdelen en oneffenheden. Kledinghaken, deurknoppen, radiatorknoppen of andere scherpe objecten zijn glad afgewerkt of goed afgeschermd, zodat ze niet gemakkelijk aanleiding kunnen geven tot verwondingen. Gangen, trappen en (nood)uitgangen zijn vrij van obstakels of opslag en niet geblokkeerd. In de gangen, hallen en gemeenschapsruimte zijn de (nood)uitgangen met pictogrammen aangegeven. pagina -11-

12 2.1.3 Sanitaire voorzieningen Er zijn voldoende goede toiletten voor personeel en leerlingen aanwezig. Er zijn afzonderlijke toiletten voor jongens en meisjes. Op of nabij de toiletten is gelegenheid voor handen wassen: er zijn zeep en schone handdoeken aanwezig. De handdoeken worden dagelijks ververst. Op de voorruimte van de toiletten die bestemd zijn voor de jongste leerlingen is zicht vanuit een groepsruimte mogelijk Lunchvoorzieningen Er is een aparte ruimte voor het personeel aanwezig. Er is een aparte overblijfvoorziening. Schoolspecifieke gegevens Overblijven Kinderen kunnen gebruik maken van tussenschoolse opvang. Dit gebeurt onder leiding van een overblijfkracht. Dit wordt gecoördineerd door de overblijfcoördinator. Deze overblijf coördinator is gecertificeerd. De TSO valt onder directe verantwoordelijkheid van de directie. De TSO commissie overlegt 2x per jaar met de directie en legt tijdens de jaarvergadering van de OR verantwoording naar de ouders af. Afspraken zijn rechtstreeks in te zien via de website in de schoolgids. De voor de school geldende afspraken gelden ook voor de tussenschoolse opvang. Kinderen gaan niet van het terrein af. Voor het veldje geldt dat kinderen daar o.l.v. overblijfkrachten mogen voetballen. De afspraken over het overblijven zijn vastgelegd in de folder Overblijfreglement. Overblijfcoördinator is: Naam : Anita Besse Onderhoud, orde en netheid Alle delen van de school worden schoongehouden volgens een op schrift gesteld programma, afgestemd op het gebruik en de functie van de ruimte. Er zijn voorzieningen om onderhouds- en schoonmaakmiddelen, hulpmaterialen, gereedschappen e.d. op te bergen. Schoonmaakmiddelen die gevaarlijk zijn bij consumptie worden achter slot en grendel bewaard. De afvalbakken in de lokalen worden wekelijk na het einde van de lestijd geleegd in de grote afvalcontainer Hulpverleningsmiddelen Het volgende is aanwezig: Twee goedgevulde verbandtrommels (één in de handvaardigheidskast, één in de directiekamer). pagina -12-

13 Een automatische externe defibrillator (AED) (in de directiekamer). Een blusdeken (in het keukentje). Twee brandslangen op haspel (in bovenbouwhal en in gymhal kleuters). Zeven brandblusapparaten (verspreid door de school). De inhoud van de verbandtrommels wordt regelmatig gecontroleerd. Voor zover nodig, is iedereen op de hoogte van specifieke gezondheidsaspecten van leerlingen en personeel. Een overzicht is opgenomen in de Bereikbaarheidsmap. De aanwezige blusmiddelen zijn direct bereikbaar. Van de aanwezige blusmiddelen is de plek is aangeduid met een pictogram. Jaarlijks worden door een deskundige blusmiddelen gecontroleerd. Noodverlichting wordt jaarlijks gecontroleerd Les- en werkruimtes Wandcontactdozen, stekkers, verdeeldozen en snoeren zijn onbeschadigd en voldoende afgeschermd (kinderveilige wandcontactdozen plaatsen voor zover die binnen handbereik zijn of veiligheidsplaatjes aanbrengen). Er liggen geen losse snoeren op de grond (eventueel wordt een snoerdorpel gebruikt). De vloerafwerking is antistatisch en geluiddempend. De vloerafwerking is doelmatig te reinigen. De vloerafwerking heeft een lage rookproductie en voldoet aan eisen conform brandvoortplantingsklasse 5. Er wordt niet gerookt in het schoolgebouw. Er is voldoende verlichting voor de aard van het werk. De temperatuur is per ruimte regelbaar. Het meubilair is voldoende aangepast aan de lengteverschillen van de leerlingen Speellokaal kleuters De vloerafwerking is veerkrachtig, naadloos en stroef. De sporten van het klimrek zitten goed vast, kunnen niet meedraaien en vertonen geen beschadigingen. De glijplank/glijgoot en wipplank zijn onbeschadigd. De houten onderdelen van de springkast: passen stevig in elkaar. Schoolspecifieke gegevens De buitenspeeltoestellen worden jaarlijks gecontroleerd door John Koomen Hoveniers te Wognum. Datum laatste controle: Juni 2014 De inrichting van de speelzaal wordt jaarlijks gecontroleerd door Schelde Sports te Goes. Datum laatste controle: 2 juli 2014 pagina -13-

14 2.2 Brandveiligheid De gevolgen van een brand kunnen zeer ingrijpend zijn, daarom is een goede brandveiligheid van groot belang. Dit geldt in het bijzonder voor die gebouwen waar een verhoogd risico is of waar bij een brand de verwachte gevolgen bovenmatig ernstig kunnen zijn. De brandveiligheid van een schoolgebouw kent twee aspecten: 1. Het gebouw moet zijn gebouwd of worden verbouwd volgens voorschriften uit wetten, besluiten en verordeningen die er zijn voor de bouw. De brandweer wordt ingeschakeld bij de aanvraag van de bouwvergunning, maar ook na het verkrijgen hiervan is er tijdens de bouw of verbouwing vaak nog intensief contact met de brandweer. 2. Naast de bouwvergunning heeft de school een gebruiksvergunning nodig omdat los van de bouw ook het daadwerkelijke gebruik van het gebouw van invloed is op de brandveiligheid. De gebruiksvergunning wordt afgegeven door de gemeente na positief advies van de brandweer. In de gebruiksvergunning wordt het brandveilig gebruik van het gebouw geregeld. Schoolspecifieke gegevens Gebruiksvergunning t Ruimteschip beschikt over een gebruiksvergunning van de gemeente. De gebruiksvergunning is vastgesteld op: juni Plaats voor inzage van de gebruiksvergunning: Kantoor directie, brandveiligheidmap. Het beschikken over een gebruiksvergunning betekent dat de school voldoet aan de brandveiligheidseisen zoals die door de lokale brandweer zijn gesteld. Enkele voorbeelden: De school is gecompartimenteerd: brand en rook kunnen niet van het ene deel van het gebouw overslaan naar het andere. Er is op de vereiste plaatsen veiligheidsglas aangebracht. De school beschikt over voldoende blusmiddelen om beginnende brand te kunnen blussen. De blusmiddelen zijn geschikt voor de ruimten waarin ze in geval van brand kunnen worden gebruikt. De school beschikt over rookalarm- en een brandmeldinstallatie met een directe telefoonlijn met de brandweer. De school beschikt over een door de brandweer goedgekeurd ontruimingsplan. Alle gegevens zijn terug te vinden in het logboek brandveiligheid. Nood-evacuatieverlichting Nood-evacuatieverlichting is verlichting die mensen in staat stelt, indien nodig, op veilige wijze een ruimte te verlaten. De op de locatie aanwezige nood-evacuatieverlichting voldoet aan de voorschriften. pagina -14-

15 Dit is geverifieerd door: Naam controleur : Giant Klaver Datum controle : Rookmelders Een rookmelder is een apparaat dat reageert op de rookverschijnselen van een brand. Het heeft twee functies: het signaleren van een brand en het waarschuwen door het afgeven van een alarmsignaal. Rookmelders staan in verbinding staan met een meldcentrale Regio control waardoor beveiliging of brandweer automatisch wordt gewaarschuwd. Op t Ruimteschip zijn rookmelders aanwezig; de aanwezige rookmelders voldoen aan de voorschriften. Dit is geverifieerd door: Naam controleur : Giant Klaver Datum controle : Voor het onderhoud en gebruik van rookmelders gelden de volgende voorschriften: Test de rookmelders iedere maand. Vervang elk jaar de batterij. Reinig het toestel minstens eenmaal per jaar door het grondig af te stoffen. Haal de batterij er nooit uit, behalve om hem te vervangen. pagina -15-

16 3 SCHOOLREGELS 3.1 Gedragsregels De omgangsvormen tussen personeel en leerlingen van de school hebben een belangrijke invloed op de schoolcultuur. Daarom is het goed als er afspraken worden gemaakt op het gebied van sociale veiligheid. Gedragsregels vormen slechts een leidraad. Een gedragscode houdt niet in dat gedrag wat niet door regels is verboden, wel toelaatbaar is. Gedragsregels zijn breed toepasbare principes en uitgangspunten die algemeen geldend zijn en niet specifiek voor een school Beknopt overzicht gedragsregels De school hanteert de volgende gedragsregels: Binnenkomen en weggaan: Vanaf uur mag je binnenkomen, je gaat dan naar je klas. s Middags is dit uur. Je komt rustig binnen. Na binnenkomst ga je niet meer naar buiten. Je hangt je jas en tas netjes op en zet je eten en drinken op de afgesproken plaats. Om uur begint de les. s Middags is dit om uur. Voordat de les begint houd je rekening met je klasgenoten. Je gaat naar huis als de leerkracht toestemming geeft. Na uur kan de leerkracht je nog in de klas houden om je te spreken, je werk te laten afmaken of de klassendienst te doen. Omgaan met elkaar: Aan het begin van ieder schooljaar worden omgangsafspraken aangeleerd. Gedurende het jaar wordt hier op gezette wijze op terug gekomen. De lessen en uitgangspunten van De Vreedzame School zijn hiervoor leidraad voor ons. Kinderen leren samenwerken, m.n. in allerlei coöperatieve werkvormen die door het hele onderwijs een rol spelen. Kinderen leren samen te spelen door vooraf afspraken te maken over het buitenspelen en die na de pauze ook te evalueren met de kinderen. Bovenstaande brengt met zich mee dat Kinderen leren respect te hebben voor zichzelf en de ander. Kinderen leren reflecteren op hun eigen gedrag. Kinderen leren eerst een probleem zelf oplossen en als het niet lukt om hulp te vragen pagina -16-

17 Jaarlijks worden groepsafspraken vastgesteld met de kinderen en schoolregels worden doorgenomen. Deze regels zijn er op gericht dat leerlingen en leraren op een respectvolle manier met anderen omgaan. De leraren vertonen voorbeeldgedrag. Ze moeten de kinderen ook een voorbeeld geven in het respectvol omgaan met elkaar, de leerlingen en de ouders. Het aanleren van waarden en normen komt ook systematisch aan bod door het gebruik van de methode De Vreedzame School. Eten en drinken Onder lestijd snoep je alleen als een jarige trakteert Eten doen we buiten en we drinken binnen tijdens het voorlezen na de pauze. Je ruimt je beker, bakje en verpakking weer op voordat je met je werk verder gaat. Bij het eten en drinken zit je op een stoel. Duidelijk zichtbaar hangen in de school de volgende documenten met afspraken: Regels voor de gang en de hal 1. We houden onze school netjes. Dat betekent dus ook dat je bij de voordeur je voeten veegt, dat je je jas in de luizencape hangt, dat je na schooltijd de luizencape netjes ophangt, dat je opruimt als je op de hal hebt gewerkt, dat je (gym-)tassen en brieven na schooltijd mee naar huis neemt. 2. In de hal storen we anderen niet. Dat betekent dus ook dat je deuren rustig open en dicht doet, dat je stil werkt en fluisterend overlegt, dat er niet meer dan twee kinderen aan één tafel werken, dat er steeds één jongen of meisje uit de klas tegelijk naar de wc gaat, er bij het boeken ruilen maximaal 2 per klas bij de kast staan. 3. In de gang en de hal lopen we rustig. Dat betekent dus ook dat je van elkaar afblijft als je naar buiten gaat, dat je stil bent als je naar gym, zwemmen of een excursie gaat (ook bij de kapstok) dat je rustig bent als de ochtendpauze begint of is afgelopen. Gedragsregels Hal-activiteiten 01. Je zit normaal op je stoel, zonder andere kinderen om je heen lastig te vallen. 02. Je zit recht op je stoel. Achterin mogen kinderen niet op leuningen zitten. pagina -17-

18 03. Als je een blaadje met liedjes mee hebt, ga je op dat blaadje zitten als je het niet nodig hebt. Na afloop mogen de blaadjes en boekjes mee naar huis. Zorg er dus voor dat ze niet gescheurd of gevouwen zijn. Hou ze netjes. 04. Bij een viering gaan we met respect om met wat er op het podium gebeurt. Het gaat dan niet om het presteren, maar om samen goed bezig te zijn. Applaus, gejuich hoort daar dus niet bij. 05. Een viering vier je met elkaar en met z n allen. Er wordt dan ook met aandacht (zonder gepraat e.d.) gekeken naar dat wat er gebeurt op het podium. Er wordt meegezongen, meegedanst, meegebeden als daarom wordt gevraagd. 06. Het is niet makkelijk om iets te doen voor heel veel publiek. We vinden dat dan ook heel knap. Iedereen krijgt dan ook positieve aandacht. Boe-geroep en gejoel hoort daar niet bij. 07. Het is eenvoudig om je aan de regels en afspraken te houden. Als je je niet aan de afspraken en regels houdt, krijg je één korte waarschuwing. Als je je dan nog niet kunt gedragen, word je naar de klas gestuurd en krijg je werk te maken. Dat kan ook gebeuren door iemand anders dan je eigen meester of juf! 08. Als je naar de klas bent gestuurd, moet je bij een volgende halactiviteit in de klas blijven. Dan zit je die tijd in de klas te werken. Pleinregels voor de pauzes 1. Op het plein wordt gezellig gespeeld, maar je mag natuurlijk ook lekker chillen. Dat houdt bijvoorbeeld in: met de basketbal wordt gebasketbald, met een tennis- of handbal mag worden gegooid. houd altijd rekening met de andere, spelende kinderen. duw-, trek- of schopspelletjes zijn niet gezellig, ook niet voor de lol. een sliert bij slierttikkertje wordt gesplitst bij 4 kinderen. 2. Alleen op het grasveld wordt gevoetbald. Maar als het regent of heeft geregend, bepaalt de meester of juf die buiten loopt of het veldje gebruikt mag worden. Als de onderbouw niet mag, mag de bovenbouw ook niet. Wacht voor de bovenbouwpauze bij het hek totdat de bel van de onderbouw gaat. Pas dan mag je op het veldje. 3. Houd rekening met elkaar, dan is het voor iedereen veilig en plezierig. 4. We houden het plein netjes en ruim. Dat houdt dus bijvoorbeeld in: als je op de fiets mag komen zet je je fiets achter de gele streep met het voorwiel richting hek, dat je het afval in de afvalbakken doet, dat je na de pauze het spelmateriaal op de juiste plek opbergt Gedragscode* pagina -18-

19 Gedragscode Inleiding In deze gedragscode worden richtlijnen gegeven wat de Stichting Katholiek Onderwijs De Gouw wenselijk vindt en welke verwachtingen zij heeft van het gedrag van haar personeel, stagiaires, leerlingen en ouders. De situatie op iedere school van De Gouw is specifiek. Dit betekent dat op schoolniveau afspraken gemaakt kunnen worden binnen de kaders die op Gouwniveau zijn vastgesteld. Afspraken en/of omgangsregels, welke per groep of op schoolniveau zijn vastgesteld, mogen niet strijdig zijn met in dit stuk genoemde uitgangspunten en/of gedragsregels. 1. Uitgangspunten: Leerkrachten of stagiaires zijn zich bewust van de voorbeeldfunctie die zij naar collega s, kinderen en ouders toe hebben. Zij houden daarbij rekening met de gevoelens die bij ouders van onze leerlingen zouden kunnen leven. Leerkrachten hebben een representatieve functie en zijn zich daarvan bewust. Het gedrag uit zich op een wijze die positief bijdraagt aan het realiseren van goed onderwijs. Het gedrag van leerkrachten en stagiaires draagt bij aan een prettige, veilige en een stimulerende speelleer- en onderwijssituatie. Het gedrag van leerkrachten en stagiaires draagt bij aan een sfeer van wederzijds respect en vertrouwen. Deze gedragscode is van toepassing als leidraad en richtlijn voor houding en handelen van iedereen, die werkt of stage loopt bij de Stichting Katholiek Onderwijs De Gouw. Zij moeten deze uitgangspunten onderschrijven en naleven. 2. Gedragsregels voor leerkrachten en stagiaires Wij verwachten: dat zij zich beleefd, fatsoenlijk en betrouwbaar gedragen ten opzichte van ieder ander in de school en op het plein. Brutaal taalgebruik, schelden, racistische opmerkingen of discriminerende uitingen en agressief gedrag worden niet geaccepteerd; dat zij netjes omgaan met alle speelmaterialen, boeken, meubilair en andere materialen van de school: dat zij zorgvuldig en netjes omgaan met eigen kleren en spullen; dat geldt ook ten aanzien van andermans kleren en spullen; dat zij zich onthouden van seksistisch taalgebruik, seksueel getinte grappen, toespelingen, wijze van aanspreken en handelen dat door anderen als seksistisch en/of kwetsend ervaren kan worden; dat zij zich onthouden van lichamelijk, geestelijk of verbaal geweld; pagina -19-

20 dat zij er op toezien, dat er geen discriminerende en/of racistische teksten of afbeeldingen worden gebruikt; dat zij in gepaste kleding op school komen. Wat gepast is, is moeilijk aan te geven, maar we spreken elkaar aan op wat we als ongepast ervaren. Als ongepast wordt in ieder geval beschouwd: - kleding en sieraden die vanwege tekst of symboliek grof is, uitlokken tot agressie of discriminatie of bedoeld zijn om reacties op te wekken - kleding die een goede communicatie en identificatie in de weg staat (bijv. petten, zonnebrillen en gezicht bedekkende sluier - kleding die sterk de aandacht afleidt van het onderwijsproces het dragen van een hoofddoek, enkel als uitdrukking van geloof, is toegestaan mits de grondslag van de school gerespecteerd wordt. Tijdens de gymles mag dit geen gevaar opleveren voor betrokkene en/of anderen; dat zij een voorbeeld zijn in lichaamsverzorging. 3. Gedragsregels voor leerlingen Wij verwachten: dat zij zich beleefd, fatsoenlijk en betrouwbaar gedragen ten opzichte van ieder ander in de school en op het plein. Brutaal taalgebruik, schelden, racistische opmerkingen of discriminerende uitingen en agressief gedrag worden niet geaccepteerd; dat zij zich onthouden van seksistisch taalgebruik, seksueel getinte grappen, toespelingen, wijze van aanspreken en handelen dat door anderen als seksistisch en/of kwetsend ervaren kan worden; dat zij zich onthouden van lichamelijk, geestelijk of verbaal geweld; dat zij netjes omgaan met alle speelmaterialen, boeken, meubilair en andere materialen van de school; dat zij zorgvuldig en netjes omgaan met eigen kleren en spullen. dat geldt ook ten aanzien van andermans kleren en spullen; dat zij in het groepslokaal geen kleding dragen die een goede communicatie en identificatie in de weg staat bijv. petten, zonnebrillen en gezichtsbedekkende sluier. Het dragen van een hoofddoek, enkel als uitdrukking van geloof, is toegestaan mits de grondslag van de school gerespecteerd wordt. Tijdens de gymles mag dit geen gevaar opleveren voor betrokkene en/of anderen. 4. Gedragsregels voor ouders Wij verwachten: dat zij zich beleefd, fatsoenlijk en betrouwbaar gedragen ten opzichte van ieder ander in de school en op het plein. Brutaal taalgebruik, schelden, racistische opmerkingen of discriminerende uitingen en agressief gedrag worden niet geaccepteerd; dat zij zich onthouden van seksistisch taalgebruik, seksueel getinte grappen, toespelingen, wijze van aanspreken en handelen dat door anderen als seksistisch en/of kwetsend ervaren kan worden; pagina -20-

21 dat zij zich onthouden van lichamelijk, geestelijk of verbaal geweld; dat zij netjes omgaan met alle speelmaterialen, boeken, meubilair en andere materialen van de school; dat zij hun kind(eren) een lichaamsverzorging geven die voldoet aan algemene normen. 5. Sancties Incidenten waarbij sprake is van agressie en geweld tegen leerkrachten, stagiaires, leerlingen en ouders worden geregistreerd (formulier Incidentregistratie) en gemeld aan de veiligheidscoördinator (zie Schoolveiligheidsplan De Gouw Hoofdstuk 8 Incidentenregistratie en Bijlage A formulier Registratie Incident w.o. agressie en geweld. In geval van (verbaal en fysiek) geweld en/of dreigen met fysiek geweld door leerkrachten kunnen sancties zoals een waarschuwing, berisping, schorsing en ontslag worden toegepast (zie Schoolveiligheidsplan SKO De Gouw Hoofdstuk 7 Sancties, paragraaf t/m 7.2.5) In geval van (verbaal en fysiek) geweld en/of dreigen met fysiek geweld door leerlingen kunnen sancties zoals schorsing en verwijdering worden toegepast (zie Schoolveiligheidsplan SKO De Gouw Hoofdstuk 7 Sancties, paragraaf 7.1) Bij strafbare feiten, zoals o.a. fysiek geweld en bedreigen, wordt aangifte gedaan bij de politie door de betrokkene of het bevoegd gezag (zie Schoolveiligheidsplan De Gouw Hoofdstuk 9 Klachtenregeling, paragraaf 9.4). Veroorzaakte schade wordt altijd verhaald op de dader(s). Schoolspecifieke gegevens De school heeft de afspraken voor stagiaires vastgelegd in de brochure Afspraken stagiaires. Stagiaires ontvangen deze brochure bij de start van hun stage Vuistregels voor Internet-gebruik Binnen onze school gelden onderstaande vuistregels voor het gebruik van internet. Deze zijn vastgelegd in het Internetprotocol Internet op school De kinderen van onze school kunnen gebruik maken van internet. Wij hebben ervoor gekozen de leerlingen van alle klassen die mogelijkheid te bieden. Kinderen maken gebruik van internet ter verrijking van het onderwijs: om informatie te zoeken, deskundigen te kunnen raadplegen. Software van methodes die wij gebruiken verwijst meer en meer naar internetsites voor aanvullend, actueel en alternatief materiaal. Soms ook is software van methodes alleen via internet te benaderen. Wij volgen de strategie van begeleiden, confronteren en aansturen van onze leerlingen i.p.v. filteren bij het gebruik van het World Wide Web. Immers het filteren van kernwoorden schermt de mogelijkheid om op ongewenste websites te komen niet altijd af pagina -21-

22 Internetafspraken met kinderen De volgende afspraken zijn met de kinderen besproken en hangen duidelijk zichtbaar bij de computers: 1. Als je op internet zit, weet meester of juf daarvan. 2. Je logt alleen in met de naam van je groep. 3. Op het internet gebruik je alleen je voornaam. Andere persoonlijke gegevens zoals foto s, achternaam, adres en telefoonnummer houd je voor jezelf. Het adres en telefoonnummer van de school geef je alleen door na toestemming van de juf of de meester. 4. Als je op een site komt waarvoor je een wachtwoord nodig hebt of waar gevraagd wordt een wachtwoord aan te maken, waarschuw je meester of juf. 5. Bij het gebruik van een zoekmachine, bijvoorbeeld Ilse of Google, gebruik je normale zoekwoorden, woorden dus die niets te maken hebben met seks, discriminatie, geweld of grof taalgebruik. 6. Als je op internet vervelende informatie tegenkomt, waarschuw je meteen meester of juf. Zij weten dan of ze actie moeten ondernemen. 7. Downloaden van bestanden mag alleen met toestemming van meester of juf. Dat geldt ook voor het uitprinten van iets. 8. Meester Sjef gaat over de instellingen van de computer. Je houdt de instellingen dus zoals hij ze heeft gemaakt. 9. De computers op school gebruiken we alleen voor schoolse zaken, privézaken (bijvoorbeeld: social media als facebook, hyves, msn, muziek luisteren, iets bestellen) doe je thuis als dat mag. 10. Bij en in de buurt van de computers gelden de normale schoolregels voor werken op de hal. Mobiele telefoons en internet Voor het gebruik van mobiele telefoons is het Beleid mobiele telefoons opgesteld. Sancties Als er afspraken bewust niet nagekomen worden, zal de groepsleerkracht actie ondernemen: De eerste keer wordt de leerling aangesproken op zijn of haar gedrag. Als dit gebeurt door een andere dan de eigen leerkracht, wordt dit doorgegeven aan de groepsleerkracht. Deze maakt een notitie in de klassenmap. De tweede keer is er ook contact met de ouders. De leerkracht informeert de ouders en vraagt de ouders dit met hun kind te bespreken. De derde keer leidt tot uitsluiting van het gebruik van de computers voor een nader te bepalen tijd. Afhankelijk van de aard en de ernst, kan de leerkracht na overleg met de directie besluiten hiervan af te wijken. De ouders worden hierover altijd ingelicht. Ouders en leerkrachten worden door de directie gewezen op hun verantwoordelijkheid en voorbeeldfunctie. Gedragsafspraken met leerkrachten: pagina -22-

23 Internet wordt gebruikt voor educatieve doeleinden. Kinderen werken nooit alleen achter de computer. Er is altijd een leerkracht en /of een stagiaire die toezicht houdt op de kinderen en wat zij op de computer doen. Er worden geen sites bekeken die niet aan onze fatsoensnormen voldoen. Onder de regenpauzes mogen kinderen spelletjes spelen op internet. Ook dan gelden de afspraken m.b.t. wachtwoorden, social media en onze fatsoensnormen enz. Er wordt aan de kinderen uitgelegd, waarom zij bepaalde sites wel of niet mogen bekijken. De leerkracht draagt zorg voor een omgeving waarin kinderen open kunnen vertellen wanneer zij op een ongewenste, onbedoelde site komen. Het is meestal immers niet hun schuld. Regels en wetten met betrekking tot copyright worden in acht genomen. Informatie die terug te voeren is op leerlingen mag niet op het openbare deel van het net terechtkomen. Voor geldt ook het briefgeheim, maar op grond van pedagogische verantwoordelijkheid mogen de leerkrachten van leerlingen bekijken. Leerkrachten zijn alert op eventuele ongewenste gedragingen van leerlingen op Internet. Leerkrachten zijn zich bewust van hun eigen voorbeeld gedrag en welke invloed dit gedrag heeft ten opzichte van de kinderen. Met onze website willen we informatie verstrekken over onze school aan iedereen die daarnaar op internet op zoek is. Deze informatie bestaat uit beschrijving van de identiteit van de school, vertaald in een visie. De wijze van omgang met en zienswijze op kinderen, de beschrijving van leergebieden en lesstof, de activiteiten die de school ontplooit, enz. We richten ons hierbij zowel op degenen die de school reeds bezoeken, als op hen wiens belangstelling voor onze school hierdoor gewekt zou kunnen worden. Op onze website is tevens recente informatie te vinden over actuele gebeurtenissen in en rond de school. Privacy De afspraken over vermelding van namen en plaatsen van foto s op de website zijn afspraken gemaakt in ons Privacyreglement. De afspraken m.b.t. de website zijn o.a.: 1. We gebruiken op de website alleen de voornamen van leerlingen en eventueel de groep waar het kind inzit. Verder worden er geen andere gegevens van de leerlingen bekend gemaakt. 2. We plaatsen op het openbare gedeelte van de website alleen afbeeldingen van leerlingen in algemene situaties en bij voorkeur waarbij ze niet alleen op een foto staan. 3. Ouders van wie een afbeelding van hun kind in een individuele situatie op de website is geplaatst, kunnen de websitebeheerder verzoeken de afbeelding te verwijderen. pagina -23-

24 4. We gebruiken van ouders en leerkrachten voornamen en achternamen en alleen indien nodig telefoonnummers en adressen. 5. Aan het begin van het schooljaar vragen we ouders op het zg. bereikbaarheidsformulier toestemming voor plaatsing van foto s op de website We respecteren de keuze van de ouders. 6. We plaatsen geen filmopnames op de website. Opmeer, 11 januari 2013 Voor de kinderen hangt duidelijk zichtbaar bij de computers een verkorte versie van het Internetprotocol Waarom een internetprotocol? Een protocol is een lijst afspraken die je met iemand maakt. In een internetprotocol staan regels hoe je op een goede manier gebruik maakt van internet op school. Als dit protocol in de klas is besproken, gaan de meesters en juffen er van uit dat je je hier aan zult houden. We maken deze afspraken met elkaar om te voorkomen dat jij problemen krijgt door het gebruik van internet op school en om ervoor te zorgen dat internet leuk blijft. De afspraken 1. Als je op internet zit, weet meester of juf daarvan. 2. Je logt alleen in met de naam van je groep. 3. Op het internet gebruik je alleen je voornaam. Andere persoonlijke gegevens zoals foto s, achternaam, adres en telefoonnummer houd je voor jezelf. Het adres en telefoonnummer van de school geef je alleen door na toestemming van de juf of de meester. 4. Als je op een site komt waarvoor je een wachtwoord nodig hebt of waar gevraagd wordt een wachtwoord aan te maken, waarschuw je meester of juf. 5. Bij het gebruik van een zoekmachine, bijvoorbeeld Ilse of Google, gebruik je normale zoekwoorden, woorden dus die niets te maken hebben met seks, discriminatie, geweld of grof taalgebruik. 6. Als je op internet vervelende informatie tegenkomt, waarschuw je meteen meester of juf. Zij weten dan of ze actie moeten ondernemen. 7. Downloaden van bestanden mag alleen met toestemming van meester of juf. Dat geldt ook voor het uitprinten van iets. 8. Meester Sjef gaat over de instellingen van de computer. Je houdt de instellingen dus zoals hij ze heeft gemaakt. 9. De computers op school gebruiken we alleen voor schoolse zaken, privézaken (bijvoorbeeld: social media als facebook, msn, muziek luisteren, iets bestellen) doe je thuis als dat mag. 10. Bij en in de buurt van de computers gelden de normale schoolregels voor werken op de hal. pagina -24-

25 3.1.4 Medicijnverstrekking Stichting Katholiek Onderwijs De Gouw wil zorgvuldig omgaan met het verstrekken van medicijnen aan kinderen door haar personeelsleden en het verrichten van medische handelingen bij kinderen. Op basis van het beleidsstuk Medicijnverstrekking is een eigen Ruimteschipdocument gemaakt. Beleid medicijnverstrekking en verrichten van medische handelingen Medicijnverstrekking door leerkrachten Het komt voor dat ouders aan de leerkracht verzoeken of deze het kind voorgeschreven medicijnen of andere middelen tijdens schooltijd een aantal keren per dag wil toedienen. Voorbeelden hiervan zijn pufjes voor astma, antibiotica na een ziekte, Ritalin of Concerta voor kinderen met ADHD, een middel tegen epilepsie, hoestsiroop bij keelpijn, een middel tegen allergie. In deze gevallen vraagt de leerkracht altijd eerst aan de ouders of het mogelijk is dat zij zelf de medicijnen kunnen toedienen. Dit kan bijvoorbeeld voordat het kind s morgens naar school gaat en / of tijdens de middagpauze. Als dit niet mogelijk is, legt de leerkracht de vraag voor aan de directie of aan het verzoek gevolg moet worden gegeven. De directie kan het besluit eerst voorleggen aan de Teamvergadering. Een besluit om wel of niet toe te dienen, is vervolgens een besluit voor de hele schoolloopbaan van het kind. Als besloten wordt om niet toe te dienen, kan bekeken worden of een uitzondering moet worden gemaakt voor bijv. kamp groep 8 of een excursie / schoolfeest. Als de school besluit de medicijnen te verstrekken, dan dienen de ouders een Toestemmingsverklaring verstrekking van medicijnen in te vullen en te ondertekenen. Ook het toedienen van een aspirine is een medische handeling; ouders dienen hiervoor toestemming te geven. Als er geen getekende Toestemmingsverklaring verstrekken van medicijnen aanwezig is, moet de leerkracht dus telefonisch contact opnemen met één van de ouders en toestemming vragen. Het komt de laatste jaren steeds vaker voor dat kinderen op kamp / schoolreisje medicijnen zoals reispilletjes, aspirine en / of ibuprofen mee hebben en zelf innemen. Om de aansprakelijkheid af te dekken is het ook hier van belang dat er van tevoren een toestemmingsverklaring door de ouders wordt ondertekend. Overblijfkrachten mogen in geen geval medicijnen verstrekken aan kinderen. Als wordt besloten tot verstrekking van medicijnen, gelden de volgende aanbevelingen: Noteer iedere verstrekking van een medicijn in een klassenmap of logboek (tijd, datum en dosering). pagina -25-

26 Bewaar de medicijnen op een voor kinderen niet toegankelijke plaats. Accepteer alleen een medicijn in de originele verpakking (met bijsluiter) die zijn uitgeschreven op de naam van het kind. Lees de bijsluiter goed, zodat u de eventuele bijwerkingen kent. Controleer wat de vervaldatum van het medicijn is. In het geval deze datum bereikt dan wel overschreden is, neem contact op met de ouder. In geen geval wordt het medicijn aan het kind verstrekt. Verrichten van medische handelingen door leerkrachten Het komt voor dat ouders vragen of een leerkracht medische handelingen wil verrichten bij hun kind. Met de huidige rugzakleerlingen in de scholen gebeurt dat steeds vaker. In specifieke gevallen kan het gaan om het geven van sondevoeding of een injectie. Deze handelingen zijn onderdeel van de wet Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg (BIG). Deze wet is bedoeld voor mensen die werken in de gezondheidszorg en legt uit, wie bepaalde medische handelingen mogen verrichten. De wet BIG geldt niet voor onderwijsgevenden, maar biedt wel mogelijkheden anderen te bekwamen in het verrichten van medische handelingen. Echter anderen mogen bepaalde medische handelingen wel verrichten in opdracht van een arts. Zij dienen dan wel de bekwaamheid te bezitten deze handelingen te kunnen verrichten. Een leerkracht die bijvoorbeeld dagelijks een injectie aan een leerling wil geven, dient door een arts bekwaam voor het uitvoeren van medische handelingen verklaard te worden. In deze verklaring worden dan de handelingen beschreven die door die persoon uitgevoerd mogen worden. De verklaring is persoonsgebonden, dus bij afwezigheid mag de handeling niet door een ander worden uitgevoerd. Kortom: Zonder deze verklaring mogen leerkrachten geen medische handelingen op school verrichten dit i.v.m. civielrechtelijke aansprakelijkheid en zelfs mogelijke strafrechtelijke vervolging. Aansprakelijkheid Het bestuur heeft een aansprakelijkheidsverzekering afgesloten voor het onderwijspersoneel; hier is het medisch handelen bij inbegrepen. 3.2 Aanpak verzuim Verlofregeling onder schooltijd * Beleid verlof onder schooltijd (Wijziging n.a.v. publicatie OC&W d.d. 16 juli 2012) 1. Inleiding Leerlingen op een basisschool zijn leerplichtig. Dit betekent dat leerlingen naar school gaan en niet verzuimen. Verzuim leidt tot het missen van onderwijs en de kans op het oplopen van leerachterstanden bij een kind nemen daardoor toe. Het is alleen toegestaan om te verzuimen als een leerling ziek is of als er vooraf pagina -26-