Projectplan Havenkwartier Zeewolde

Transcriptie

1 Projectplan Havenkwartier Zeewolde 24 september 2013 Opgesteld door Arcadis i.o.v. van Gemeente Zeewolde Kenmerk: : C - Definitief Waterschap Zuiderzeeland Postbus AE LELYSTAD telefoon: (0320) fax: (0320)

2 Projectplan HAVENKWARTIER ZEEWOLDE PROJECTPLAN GEMEENTE ZEEWOLDE :C Definitief :C - Definitief ARCADIS 1

3 Projectplan Inhoud 1 Inleiding Projectbeschrijving Ontwikkeling Havenkwartier Scope van het projectplan Aanleiding projectplan Bestuursovereenkomst tussen gemeente en Waterschap Leeswijzer Planvorming Besluiten en procedurestappen Inspraakprocedure Inspraak Beroep Informatievoorziening Communicatie Uitgangspunten voor het ontwerp van de primaire kering Basisprincipes veiligheid Randvoorwaarden en uitgangspunten Zonering Geotechnische randvoorwaarden Beheer en onderhoud Ontwerp Inleiding Beschrijving huidige situatie Ontwikkeling oplossingsrichting Primaire waterkering Profiel Dijkbekleding Aansluitconstructies Uitvoering Schutsluis Regionale waterkering Situatie Eisen en uitgangspunten Profiel Keersluis Inpassing ontwerp Inleiding Planologische inpassing Milieukundig onderzoek Grondstromen onderzoek ARCADIS :C - Definitief

4 Projectplan 5.5 Waterhuishouding Inleiding Oppervlaktewater Waterberging en Afvoer Oppervlaktewaterkwaliteit Effect gewijzigde dijkconstructie op grondwaterregime Grondwaterstudie Grondwaterstand en grondwaterstroming Grondwaterkwaliteit Landschap Cultuurhistorie en archeologie Natuur Inpassing ontwerp irt ondergrondse infrastructuur Toetsing ontwerp Inleiding Voorkoming en waar nodig beperking van overstromingen wateroverlast en waterschaarste Bescherming en verbetering van de chemische en ecologische kwaliteit van watersystemen Vervulling van maatschappelijke functies door watersystemen Conclusie Grondverwerving en vergunningen Grondverwerving Coördinatie binnen de Waterwet Vereiste vergunningen Schadevergoeding Uitvoering Algemeen Uitvoeringskader Fasering Transportroutes Beheer en onderhoud Zettingen Monitoring & Risico s Planning Bijlage 1 Ontwerp Havenkwartier en de primaire kering Bijlage 2 Tekeningen dwarsprofiel Bijlage 3 Rapportage Waterhuishouding en Rioleringsplan Havenkwartier Zeewolde Bijlage 4 Rapportage Havenkwartier Zeewolde ontwerp Waterkeringen :C - Definitief ARCADIS 3

5 Projectplan 4 ARCADIS :C - Definitief

6 Projectplan 1 Inleiding 1.1 PROJECTBESCHRIJVING Om de aanleg van de nieuwe woonwijk het Havenkwartier te realiseren wordt de primaire waterkering verlegd. De huidige primaire kering wordt een regionale waterkering. Het Havenkwartier wordt op deze wijze een buitendijkse woonwijk, beschermd door een regionale kering aan de zijde van het Wolderwijd en een primaire kering aan de zijde van de polder. De aanleg of wijziging van een waterstaat werk door of vanwege de beheerder ( hier Waterschap Zuiderzeeland ) moet volgens de Waterwet plaatsvinden overeenkomstig een daartoe door de beheerder vast te stellen projectplan. (artikel 5.4, eerste lid van de Waterwet.) Een projectplan moet volgens de Waterwet tenminste de volgende onderdelen bevatten: Een beschrijving van het betrokken werk De wijze waarop het wordt uitgevoerd Een beschrijving van de te treffen voorzieningen gericht op het ongedaan maken of beperken van de nadelige gevolgen van de uitvoering van het werk (artikel 5.4, lid 2 van de Waterwet) 1.2 ONTWIKKELING HAVENKWARTIER Het Havenkwartier is een van de deelgebieden binnen Polderwijk Noord in de gemeente Zeewolde. De realisatie van het Havenkwartier is speerpunt voor de gemeente Zeewolde. De voorgenomen activiteit betreft het aanleggen van een woonwijk, die in feite buitendijks komt te liggen. Voor het Havenkwartier zijn verschillende onderzoeken en ontwerpsessies uitgevoerd. Inmiddels heeft dit geleid tot een vastgesteld bestemmingsplan en een definitief stedenbouwkundig inrichtingsplan. Het bestemmingsplan maakt het gebruik als doorvaart tussen de polder en het Wolderwijd mogelijk alsmede de daarbij horende bouwmogelijkheden. In deze fase van de ontwikkeling is het noodzakelijk om aanvullend op de waterparagraaf uit het bestemmingsplan en het stedenbouwkundig inrichtingsplan nader in te gaan op de verlegging van de primaire waterkering. Om het Havenkwartier te realiseren wordt er een nieuwe primaire waterkering van ca. 1,2 kilometer rondom het plangebied gerealiseerd. De provincie gaat het Havenkwartier aanwijzen als buitendijks gebied, wat beschermd wordt met een regionale waterkering aan de zijde van het Wolderwijd en een primaire kering aan de zijde van de polder. De aanwijzing door de provincie en de stedenbouwkundige wens van verlaging van de waterkering zorgt voor een aanpassing van de huidige primaire waterkering (de toekomstige regionale waterkering). De nieuw te bouwen woningen kijken zo uit over het Wolderwijd. De ontsluitingsweg (Zeewolderweg) wordt tevens omgelegd en komt te liggen op de nieuwe primaire waterkering. Onderdeel van de plannen is de bouw van woningen en overige functies. Dit alles vindt deels plaats binnen de huidige keurzones van de aanwezige primaire waterkering. In de regionale kering komt een keersluis. In het Havenkwartier zelf komt een schutsluis met een groot verval van meer dan 5 m naar de polder. De vaarroute binnen het Havenkwartier maakt deel uit van de Blauwe Diamant, een nog gedeeltelijk aan te leggen recreatieve :C - Definitief ARCADIS 5

7 Projectplan vaarroute. Deze vaarroute ligt binnen het Havenkwartier op het niveau van het Wolderwijd. Verder zijn in de woonwijk een 2 tal doorvaarhavens voorzien en een aantal boothuizen. 1.3 SCOPE VAN HET PROJECTPLAN Sinds de nieuwe Waterwet moeten aanleg of wijziging van een waterstaatswerk door of vanwege de beheerder geschieden door het vaststellen van een projectplan. Dit wordt door de werkgroep van de Unie van Waterschappen zo geïnterpreteerd dat er ook een projectplanbesluit van de beheerder nodig is als een derde het initiatief neemt tot een wijziging. In het Havenkwartier wordt Rijkswaterstaat waterkwaliteits en waterkwantiteitsbeheerder van het oppervlaktewater en is verantwoordelijk voor het waterstaatkundig beheer. Rijkswaterstaat zal de wijzigingen in het beheer doorvoeren na realisatie van de primaire en regionale kering. De bouwplannen in Havenkwartier bevatten een deel van het dijktraject langs het Wolderwijd waarbij de Zeewolderdijk ter hoogte van de Zeewolderweg verlegd dient te worden en bebouwing in het Havenkwartier langs de dijk gepland staat (zie figuur 1). Aangezien dit in het beheergebied van Waterschap Zuiderzeeland valt dient vanuit waterkeringsbelang voor een dijkverlegging een projectplan te worden opgesteld. Dit projectplan betreft de inpassing van de 2 waterkeringen, 2 sluizen en het tussenliggende zandpakket in het Havenkwartier. Belangrijke punten hierbij zijn een schets van de huidige situatie, de toekomstige situatie en de verschillende fasen van uitvoering en hoe de waterveiligheid in die verschillende fasen gegarandeerd wordt. In figuur 1 zijn de huidige situatie en het ontwerp van het Havenkwartier te zien. Figuur 1 huidige en nieuwe situatie Havenkwartier 6 ARCADIS :C - Definitief

8 Projectplan 1.4 AANLEIDING PROJECTPLAN De Zeewolderdijk, is een categorie C kering en maakt onderdeel uit van dijkringgebied 8 (Flevoland). De waterkering heeft een overschrijdingsfrequentie van 1/4.000 en bebouwing binnen de keurzones van de waterkering is niet toegestaan. Bebouwing op en rond de primaire waterkeringen is verboden. In het Beleid bouwen nabij primaire waterkeringen van Waterschap Zuiderzeeland is opgenomen dat er onder voorwaarden binnen de stedelijke planontwikkelingsgebieden een vergunning kan worden verleend als het gaat om een aantal activiteiten. Een van die activiteiten is ruimtelijke ontwikkelingen indien bij de planvorming mogelijkheden worden opengehouden om te kunnen anticiperen op toekomstige ontwikkelingen, bijvoorbeeld een op hoogte aangelegde ontwikkeling. Gemeente Zeewolde heeft hier bij de planontwikkeling Havenkwartier rekening mee gehouden. Een van de zaken waartoe dit leidt is dat de nieuwe primaire waterkering wordt ontwikkeld met een overschrijdingsfrequentie van 1/ per jaar en wordt omgelegd over een lengte van ca. 1,2 km; de huidige kering langs het Wolderwijd wordt verlaagd van ca. 3,20+ NAP tot 2,20+ NAP met een overschrijdingsfrequentie van 1/1000 per jaar. 1.5 BESTUURSOVEREENKOMST TUSSEN GEMEENTE EN WATERSCHAP Voor de werkzaamheden in het Havenkwartier wordt een bestuursovereenkomst tussen gemeente en Waterschap opgesteld. Doel van deze overeenkomst is het vastleggen van de taken, verantwoordelijkheden en afspraken voor de realisatie van de waterstaatswerken in het Havenkwartier. 1.6 LEESWIJZER Dit Projectplan beschrijft de maatregelen voor het omleggen van de huidige kering in relatie tot de ontwikkeling van het Havenkwartier. Na een beschrijving van de aanleiding (hoofdstuk 1) en de planvorming (hoofdstuk 2) gaat dit Projectplan in op de ontwerpuitgangspunten in hoofdstuk 3. Hoofdstukken 4 en 5 geven een beschrijving van de hoofdlijnen voor het ontwerp en de inpassingsmaatregelen van de reconstructie. Hoofdstuk 6 gaat in op de toetsing van het ontwerp aan de uitganspunten van de Waterwet. In de daarop volgende hoofdstukken wordt ingegaan op: Grondverwerving en vergunningen (hoofdstuk 7); Uitvoering (hoofdstuk 8); In de bijlage 1 is een tekening opgenomen van het plangebied. In bijlage 2 een tekening van het dwarsprofiel van de dijk. Hierbij is inzicht gegeven in het ruimtegebruik van de mogelijke ingreep. Bijlage 3 en 4 gaan vervolgens in op de waterhuishouding, het rioleringsplan en het ontwerp waterkeringen van het Havenkwartier in Zeewolde :C - Definitief ARCADIS 7

9 Projectplan 2 Planvorming 2.1 BESLUITEN EN PROCEDURESTAPPEN De wijziging van een waterstaatswerk, zoals hier de primaire waterkering Zeewolderdijk, door of vanwege de beheerder geschiedt overeenkomstig een daartoe door hem vast te stellen Projectplan conform de Waterwet. Het Projectplan bevat een beschrijving van: Het betrokken werk (opgenomen in hoofdstuk 4). De wijze waarop dat zal worden uitgevoerd (hoofdstuk 8). Een beschrijving van de te treffen voorzieningen gericht op het ongedaan maken of beperken van de nadelige gevolgen van de uitvoering van het werk (hoofdstuk 5). Besluitvorming De Waterwet is van toepassing op de besluitvorming over het project Havenkwartier. Volgens deze wet moet de initiatiefnemer een Projectplan (art. 5.4 Waterwet) opstellen dat tot stand komt via de in deze wet voorgeschreven projectprocedure. Omdat de waterkering in eigendom en beheer is bij Waterschap Zuiderzeeland, is het waterschap het bevoegd gezag dat het Projectplan vaststelt. Het Projectplan moet daarna goedgekeurd worden door Gedeputeerde Staten van Provincie Flevoland (art. 5.7 Waterwet). Huidige status van afspraak in samenwerkingsovereenkomst Het onderliggende projectplan is opgesteld door Arcadis, in samenwerking met Waterschap Zuiderzeeland, de gemeente Zeewolde, Rijkswaterstaat IJsselmeergebied en Provincie Flevoland. 2.2 INSPRAAKPROCEDURE Belanghebbenden moeten uit het Projectplan kunnen afleiden wat de voorgenomen dijkreconstructie inhoudt, welke effecten dit heeft op de omgeving en welke maatregelen hier tegenover staan. Gelijktijdig met het in procedure brengen van dit Projectplan gaat de gemeente haar definitieve ontwerp afronden. Vervolgens worden na vaststellen van het projectplan en het definitief ontwerp benodigde vergunning aanvragen in procedure gebracht. Na het opstellen van de plannen volgt de projectprocedure met inspraak en beroep. Deze procedure heeft een doorlooptijd van circa 34 weken, met een mogelijke uitloop van 12 maanden voor de bodemprocedure. Hierna wordt een toelichting gegeven, waarna de stappen en doorloop worden samengevat. De Waterwet schrijft hierover het volgende voor: De Waterwet voorziet niet in een verplichte procedure voor de voorbereiding of vaststelling van een regulier' projectplan (dat geen betrekking heeft op primaire waterkeringen). Uitzondering is een specifieke categorie 8 ARCADIS :C - Definitief

10 Projectplan projectplannen als bedoeld in artikel 5.5 van de Waterwet die met spoed en op gecoördineerde wijze' tot stand moeten worden gebracht. Deze procedure geldt zowel voor het Rijk als voor waterschappen die primaire waterkeringen beheren. Verder kan deze procedure in bepaalde gevallen ook door de provincie via een waterverordening van toepassing worden verklaard op de aanleg of wijziging van andere waterstaatswerken in beheer bij een waterschap. Wanneer op een projectplan de projectprocedure van toepassing is, dan moet het projectplan worden voorbereid met toepassing van de procedure van afdeling 3.4 Awb. Ook zal in die gevallen op het ontwerp van het projectplan een ieder (niet enkel belanghebbenden) zienswijzen naar voren kunnen brengen. Ziet het projectplan op primaire waterkeringen, dan moet het binnen twaalf weken na het einde van de ter inzage legging worden vastgesteld, om zo spoedig mogelijk de overstromingsrisico's te kunnen beperken. Projectplannen waarop de projectprocedure van toepassing is, zullen tevens onderworpen zijn aan provinciale goedkeuring. Voor de voorbereiding van uitvoeringsbesluiten ten behoeve van het projectplan is in de Waterwet voorzien in een specifieke coördinatieprocedure, die ertoe leidt dat alle besluiten (vergunningen e.d.) binnen hetzelfde tijdsbestek worden genomen (Waterwet artikel 5.8 t/m 5.12 ). De provincie is daarbij het coördinerende gezag en kan medewerking vorderen van andere overheden (m.u.v. het Rijk). Overigens is de beheerder steeds bevoegd om aanvragen voor deze besluiten in te dienen, zodat geen belemmeringen ontstaan wanneer voor een vergunning op grond van een andere wet deze bijvoorbeeld alleen door de grondeigenaar kan worden aangevraagd. Bijvoorbeeld bij het aanvragen van een kapvergunning. In artikel 5.10 van de Waterwet is bepaald dat voor de uitvoering van het projectplan omgevingsvergunning voor een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo vereist is. Daartegen bestaat geen bezwaar, aangezien de planologische aanvaardbaarheid van een project al wordt beoordeeld in het kader van de op grond van artikel 5.7 vereiste provinciale goedkeuring van het projectplan. Het eerste lid van artikel 5.11 van de Waterwet regelt de bevoegdheid van gedeputeerde staten (GS) om een bestuursorgaan te overrulen als dat niet of niet tijdig op aanvraag een ontwerpuitvoeringsbesluit aan GS toezendt. Ook als een bestuursorgaan niet, niet tijdig of niet conform het projectplan beslist of een beslissing neemt die anderszins naar het oordeel van gedeputeerde staten wijziging behoeft, kan dat bestuursorgaan worden overruled. Zoals uit de tekst van het wetsartikel blijkt, geldt dit niet voor bestuursorganen van het rijk. Het tweede lid verklaart de in het eerste lid opgenomen bevoegdheid van gedeputeerde staten niet alleen van toepassing op ambtshalve besluiten ter uitvoering van het projectplan, maar ook op andere besluiten die zijn gericht op de realisering van de in het plan opgenomen voorzieningen. Het gaat hierbij om besluiten die facilitair zijn aan de feitelijke uitvoering van de werken en die met de inhoud van het plan geen directe relatie hebben. Te denken valt aan besluiten die op initiatief van de aannemer worden aangevraagd (bijv. een bouwvergunning voor een bouwkeet of het plaatsen van een hijskraan, een tijdelijk verkeersbesluit, etc.) Om te voorkomen dat tegen het vaststellingsbesluit en het goedkeuringsbesluit al beroep kan worden ingesteld, voordat beroep mogelijk is tegen de overige besluiten, is in artikel 5.13 van de Waterwet bepaald dat beroep tegen het vaststellings- of goedkeuringsbesluit pas mogelijk is, als de overige besluiten zijn bekendgemaakt (dit in afwijking van artikel 6:8 Awb) INSPRAAK De aanmeldingsnotitie m.e.r. en de beslissing van de provincie over de aanmeldingsnotitie liggen niet ter inzage. De beslissing of er wel/geen MER opgesteld moet worden wordt door de provincie voor de terinzage legging van het Projectplan genomen. Vervolgens legt het dagelijks bestuur van het waterschap gedurende zes weken het ontwerp Projectplan voor een ieder ter inzage :C - Definitief ARCADIS 9

11 Projectplan Na afloop van de ter inzagelegging van het ontwerp Projectplan stelt de Algemene Vergadering van het Waterschap het definitieve Projectplan vast en neemt hierbij de ontvangen zienswijzen mee in zijn afweging. Tegelijkertijd nemen de betreffende Bevoegde Gezagen, mede op basis van de zienswijzen, een definitief besluit ten aanzien van eventuele ingediende vergunningaanvragen. De vergunningaanvragen worden in dit geval in een latere ontwerpfase ingediend BEROEP Vervolgens nemen Gedeputeerde Staten van de Provincie een besluit omtrent goedkeuring. Gedeputeerde Staten motiveren hun besluit en leggen het goedkeuringsbesluit ter inzage tezamen met het Projectplan en de definitieve uitvoeringsbesluiten van de andere bevoegde gezagen. Tegen het goedkeuringsbesluit van Gedeputeerde Staten, het Projectplan en tegen alle overige besluiten kan beroep worden ingesteld bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State. Alleen degenen die een zienswijze tegen het ontwerp Projectplan hebben ingediend komt het recht van beroep toe. In de praktijk doet de Afdeling binnen zeven maanden na afloop van de beroepstermijn uitspraak. Samenvatting procedurestappen exclusief coördinatie uitvoeringsbesluiten Stadium Door Tijdspad Opstellen: Projectplan, Aanmeldingsnotitie t.b.v. m.e.r.-beoordeling Zeewolde Aanvaarding door Waterschap WZ Toezenden ontwerp Projectplan, Aanmeldingsnotitie WZ Besluit over m.e.r.-plicht op basis van de Aanmeldingsnotitie GS Publicatie ter inzagelegging Projectplan, besluit m.e.r.-beoordeling GS / WZ Mogelijkheid tot zienswijzen door een ieder GS Termijn 6 weken Verwerken zienswijzen en vaststellen definitief Projectplan en toezenden aan GS WZ 6 weken na ter inzage Goedkeuringsbesluit Projectplan GS 6 weken na ontvangst Publicatie goedkeuringsbesluit en ter inzagelegging GS goedkeuringsbesluit, Projectplan Mogelijkheid schriftelijk beroep bij Raad van State Termijn 6 weken Uitspraak Raad van State Termijn 12 maanden Vaststellen definitieve uitvoeringsbesluiten/vergunningaanvragen Bevoegde gezagen 6 weken na ter inzage * De besluiten treden in werking de dag na de bekendmaking. Vanaf dat moment hebben belanghebbenden echter de mogelijkheid om beroep in te stellen. Het beroep heeft echter geen schorsende werking, daarom kan bij het indienen van beroep tevens worden verzocht om een voorlopige voorziening. Na afloop van de termijn van zes weken kan worden vastgesteld of de besluiten onherroepelijk zijn en of met de werkzaamheden kan worden gestart. Tabel 1 Samenvatting procedurestappen 10 ARCADIS :C - Definitief

12 Projectplan 2.3 INFORMATIEVOORZIENING Waterschap Zuiderzeeland is bevoegd gezag voor het ter inzage leggen van het projectplan en daarmee belast met de communicatie over deze ter inzage legging. In de bestuursovereenkomst tussen gemeente Zeewolde en Waterschap Zuiderzeeland is afgesproken dat de organisaties gezamenlijk over het Havenkwartier communiceren, waarbij de gemeente het initiatief neemt en afstemt met het waterschap. Duidelijk is wel dat er op een aantal verschillende niveaus met belanghebbenden wordt gesproken. Deze belanghebbenden zijn onderverdeeld in: Stuurgroep; bestaande uit bestuurders van het Waterschap, de Gemeente en eventueel andere betrokken bestuursorganen en maatschappelijke instellingen. Projectgroep; bestaande uit ambtelijke vertegenwoordigers van het Waterschap, de Gemeente en eventueel andere betrokken bestuursorganen en maatschappelijke instellingen. Belanghebbenden; degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken. Belangstellenden; bestaande uit een ieder die interesse heeft in het project. Voor de belanghebbenden bestaat de mogelijkheid om beroep en bezwaar in te dienen bij het ter inzage leggen van de vergunningen en dit projectplan. Belangstellenden worden op de hoogte gebracht door het aankondigen van de ter inzage legging van het projectplan in kranten. 2.4 COMMUNICATIE Bestemmingsplan Polderwijk Noord In het kader van de bestemmingsplan procedure is een ieder in de gelegenheid gesteld een reactie te geven op de notitie reikwijdte en detailniveau als start van de aan het bestemmingsplan gekoppelde m.e.r. procedure. Vervolgens heeft het ontwerpbestemmingsplan tezamen met het plan MER ter inzage gelegen, waarbij een ieder in de gelegenheid is gesteld om een zienswijze naar voren te brengen. Hiervan is geen gebruik gemaakt, waarna het bestemmingsplan op 26 april 2012 ongewijzigd is vastgesteld. Er is ook geen beroep ingesteld, dit betekent dat het bestemmingsplan op 21 juni 2012 in werking is getreden en onherroepelijk geworden is. Dit bestemmingsplan kent bij recht bouwmogelijkheden toe voor de sluizen en daarbij behorende bouwwerken en kent voor het overige gebied een uit te werken bestemming. Vergunningverlening (omgevingsvergunning voor bouwen en aanleggen) In het kader van vergunningverlening op basis van het hierboven genoemde bestemmingsplan wordt kennis gegeven van de ingekomen aanvraag en de verleende vergunning. Voor zover de aanvragen passen binnen het bestemmingsplan is er geen aparte planologische procedure nodig waarbij belanghebbende in de gelegenheid worden gesteld een zienswijze naar voren te brengen. Men kan dan wel in bezwaar tegen de verleende vergunning. Voor zover er vergunningen nodig zijn in een nog uit te werken gebied, zal een planologische procedure nodig zijn, namelijk de procedure voor uitwerking van het bestemmingsplan. Dit zogeheten uitwerkingsplan zal in ontwerp ter inzage worden gelegd waarbij belanghebbenden hun zienswijze naar voren kunnen brengen en eventueel in beroep kunnen tegen het vastgestelde uitwerkingsplan :C - Definitief ARCADIS 11

13 Projectplan 3 Uitgangspunten voor het ontwerp van de primaire kering 3.1 BASISPRINCIPES VEILIGHEID Op dit moment heeft de primaire waterkering een overschrijdingsfrequentie van 1/4.000 en is bebouwing in de keurzones van de primaire waterkering niet toegestaan. Voor de nieuwe waterkering wordt een overschrijdingsfrequentie van 1/ per jaar aangehouden. Hiermee wordt ingespeeld op een mogelijke toekomstige verhoging van de normfrequentie. 3.2 RANDVOORWAARDEN EN UITGANGSPUNTEN Waterschap Zuiderzeeland is eigenaar en beheerder van de primaire waterkering. De primaire waterkering wordt ontworpen volgens de Leidraad Zee en Meerdijken (TAW, 1999; LZM) en het daarbij behorende Addendum (ENW, 2009; addendum LZM) en de overige Leidraden en Technische Rapporten van TAW en ENW, voor zover van toepassing. De sluizen worden ontworpen volgens de Leidraad Kunstwerken (TAW, 2003 op de opvolger daarvan). In de tabel op de volgende pagina zijn de specifieke eisen en afgeleide eisen voor het Havenkwartier opgenomen (zie ook bijlage 4). 12 ARCADIS :C - Definitief

14 Projectplan Onderdeel waarde bron opmerking normfrequentie 1/ per jaar wszzl betreft de verwachtte toekomstige situatie, momenteel is de normfrequentie van dijkring 8 1/4000 per jaar waterstand nu NAP + 0,79 m Promovera, 1/ per jaar stijging waterpeil randmeren 0,3 m nationaal waterplan (2009) in verband met peilbeheer robuustheidstoeslag waterstand toeslag voor waterstandsoscillaties 0,2 m Addendum LZM reservering voor toekomstige ontwikkelingen en onzekerheden 0,1 m LZM ontwerpwaterstand NAP + 1,39 m Promovera + toeslagen NAP + 0,79+0,3+0,2+0,1 m ontwerpkruinhoogte NAP + 1,89 m LZM minimale waarde indien geen golfaanval aanwezig is, aan te houden voor de kruinlijnen Kruinbreedte 3 m LZM Buitentaludhelling 1:4 ws ZZL in het noordelijke tracédeel is een helling van 1:3 acceptabel Binnentaludhelling 1:3 ws ZZL Afstand dijk - teensloot 5 m ws ZZL in het noordelijke tracédeel is een afstand van 3 m acceptabel Helling teensloot 1:3 ws ZZL Polderpeil NAP 5,2 m ws ZZL schadefactor macrostabiliteit 1,155 Addendum TR Waterkerende Grondconstructies schematiseringsfactor 1,3 Addendum TR Waterkerende Grondconstructies schematiseringsfactor 1,1 Addendum TR Waterkerende Grondconstructies eis stabiliteitsfactor Ondergrond 1,155*1,3 = 1,50 à 1,155*1,1 = 1,27 toepassen grondverbetering Addendum TR Waterkerende Grondconstructies ws ZZL lengte dijkring 8: 141 km, normfrequentie 1/ per jaar bovengrens, startwaarde ondergrens, uitgebreid onderzoek beschikbaar en/of zeer veilige schematisering Tabel 2 Uitgangspunten dijkontwerp 3.3 ZONERING Bij een waterkering worden diverse zones gedefinieerd, die in de keur van het Waterschap een rol spelen. Waterschap Zuiderzeeland onderscheidt de volgende zones: Kernzone: het centrale gedeelte van de waterkering dat als zodanig in de legger of keur is aangegeven. Binnenbeschermingszone: een zone van 20 m breed aan weerszijden van de kernzone; :C - Definitief ARCADIS 13

15 Projectplan Buitenbeschermingszone: in stedelijk gebied een zone van 155 m breed buitendijks en 80 m breed binnendijks (naast de binnenbeschermingszones);. De kerngrenzen (kernzone en beschermingszones) worden vastgelegd door het Waterschap in de legger. Bebouwing is in principe niet toegestaan binnen de keurzones. Onder bepaalde voorwaarden is bebouwing wel toegestaan. Dit beleid is aangegeven in het Beleid bouwen nabij primaire waterkeringen en in Beleid primaire waterkeringen voor windmolens, kabels en leidingen en beplantingen d.d. 21 december 2009 van Waterschap Zuiderzeeland. In de tekeningen bij dit projectplan zijn de zoneringen weergegeven. (Zie bijlage 1) 3.4 GEOTECHNISCHE RANDVOORWAARDEN De gehanteerde geotechnische opbouw, grondparameters en ontwerpuitgangspunten staan in beschreven in de het ontwerprapport Havenkwartier Zeewolde, Ontwerp Waterkeringen ARCADIS, kenmerk , projectnummer B ( Zie bijlage 4) 3.5 BEHEER EN ONDERHOUD Voor de nieuwe situatie worden in een (gewijzigde) legger de verantwoordelijkheid voor beheer en onderhoud van de primaire en de regionale waterkering vastgelegd. Waterschap Zuiderzeeland is beheerder van het binnendijks watersysteem en is dijkbeheerder en zal de primaire kering beheren en onderhouden. Dit omvat het geheel van het grondlichaam van de dijk inclusief kwelsloot. Ten aanzien van het beheer en onderhoud van de regionale kering wordt nog nader overleg gevoerd tussen gemeente Zeewolde en Waterschap Zuiderzeeland. Rijkswaterstaat is waterkwaliteits en kwantiteitsbeheerder van het water in het buitendijks gebied Havenkwartier (zie onderstaande afbeelding) en is verantwoordelijk voor het waterstaatkundig beheer. In een overeenkomst tussen RWS en gemeente worden afspraken gemaakt over het operationele beheer van de buitendijkse gelegen gebieden (nautisch, waterkwaliteit, keersluis etc.). RWS is bevoegd gezag maar gaat geen onderhoud uitvoeren. Het is de bedoeling om het beheer van de sluizen bij de provincie Flevoland onder te brengen, aangezien zij vrijwel alle sluizen in Flevoland beheert. Figuur 2: Beheergrens Rijkswaterstaat 14 ARCADIS :C - Definitief

16 Projectplan 4 Ontwerp 4.1 INLEIDING Om de aanleg van het Havenkwartier te realiseren wordt de primaire waterkering verlegd. De huidige primaire kering wordt een regionale waterkering. Het Havenkwartier wordt op deze wijze een buitendijkse woonwijk, beschermd door een regionale kering. Het Havenkwartier wordt op een verhoogd maaiveld aangelegd, rond een eveneens aan te leggen stelsel van havens. De havens zijn via een keersluis in de regionale kering te bereiken vanaf het randmeer. In de primaire waterkering komt een schutsluis, die het Havenkwartier verbind met de binnendijks aan te leggen vaarroute De Blauwe Diamant. In dit hoofdstuk wordt een korte toelichting op het ontwerp van de primaire en regionale waterkering gegeven. In bijlage 4 is de rapportage over het ontwerp van de waterkeringen opgenomen waarin de te hanteren normering, constructieve voorwaarden, toekomstige meerpeilstijging, te verwachten bodemdaling en een verwijzing naar de gehanteerde leidraden staat. 4.2 BESCHRIJVING HUIDIGE SITUATIE De primaire waterkering loopt momenteel direct langs het randmeer (het Wolderwijd) en is aangelegd bij de aanleg van de Flevopolders. De dijk is, zoals gebruikelijk bij de IJsselmeerpolderdijken, aangelegd op een grondverbetering en is opgebouwd uit zand. De taluds zijn voorzien van steenbekleding. Uit de toetsing van de categorie C keringen van dijkring 8 is gekomen dat de steenbekleding van de Zeewolderdijk als onvoldoende wordt beoordeeld. 4.3 ONTWIKKELING OPLOSSINGSRICHTING Het tracé van de nieuwe dijk is gebaseerd op het stedenbouwkundig ontwerp. Het ontwerp van de dijk is traditioneel: de samendrukbare lagen worden geheel of grotendeels vervangen door zand. De dijk wordt ook uit zand opgebouwd. Het (nieuwe) buitendijkse maaiveld wordt voor de realisering van het Havenkwartier opgehoogd, waardoor het nieuwe buitentalud deels onder de grond komt te liggen :C - Definitief ARCADIS 15

17 Projectplan 4.4 PRIMAIRE WATERKERING PROFIEL Het profiel van het VO van de nieuwe primaire waterkering is in hoofdlijn gegeven in Tabel 2 en is te vinden in bijlage 2 en 4 van dit projectplan. De ontsluitingsweg wordt op een berm op het binnentalud ontworpen. Deze berm fungeert tevens als stabiliteitsberm. Binnendijks is een kwelsloot of watergang voor de afvoer van kwelwater aanwezig, of deze wordt gerealiseerd (zie bijlage 2). Een nadere uitwerking tijdens de DO fase kan nog wijzigingen met zich mee brengen DIJKBEKLEDING De bekleding van de dijk bestaat uit een kleilaag met gras. De dikte van de kleilaag is afgestemd op de functie: buitendijks is de kleilaag dikker dan binnendijks. Als scheidingslaag tussen de dijk en het op te hogen Havenkwartier wordt een geogrid toegepast AANSLUITCONSTRUCTIES De nieuwe waterkering wordt aangesloten op de bestaande waterkering. De opbouw van de nieuwe dijk is in hoofdlijn gelijk aan die van de oude dijk. De overgang in de kruinhoogte vindt plaats in het nieuwe tracé, zodat de te handhaven primaire kering niet verlaagd hoeft te worden UITVOERING Voor de aanleg van de nieuwe waterkering wordt eerst de bestaande deklaag verwijderd. Bij de aansluitingen aan de huidige waterkering zou dit een verzwakking van de huidige kering veroorzaken. Omdat te voorkomen worden tijdelijke constructies ontworpen. Deze worden in een later stadium verder uitgewerkt. Uitgangspunt daarbij is dat de waterkeringsveiligheid op geen enkele moment lager wordt SCHUTSLUIS In de nieuwe primaire waterkering wordt een schutsluis aangelegd, om doorgang te bieden aan pleziervaartuigen. De afmetingen van de sluis zijn afgestemd op de te verwachten benodigde capaciteit. De schutsluis dient te voldoen aan de eisen voor kunstwerken in primaire waterkeringen, zoals onder andere verwoord in de Leidraad Kunstwerken. 16 ARCADIS :C - Definitief

18 Projectplan 4.5 REGIONALE WATERKERING SITUATIE De huidige primaire kering ter hoogte van het Havenkwartier wordt na het gereedkomen van de nieuwe primaire kering een regionale waterkering, ter bescherming van de nieuw te bouwen woonwijk Havenkwartier EISEN EN UITGANGSPUNTEN De waterkering moet voldoen aan de eisen zoals gegeven in de Leidraad Zee en Meerdijken (TAW 1999) Voor de keersluis gelden de eisen zoals gegeven in de Leidraad Kunstwerken (TAW 2003)). Voor een regionale waterkering die buitendijks gebied beschermd, zijn door Waterschap Zuiderzeeland en provincie Flevoland de eisen opgegeven zoals in de volgende tabel vermeld. onderdeel waarde bron Opmerking normfrequentie 1/1.000 per jaar Provincie Flevoland Aanwijzing nieuw buitendijks gebied waterstand nu NAP + 0,57 m Promovera, 1/1.000 per jaar stijging waterpeil randmeren 0,3 m Nationaal Waterplan (2009) in verband met peilbeheer robuustheidstoeslag waterstand toeslag voor waterstandsoscillaties 0,2 m Addendum Leidraad Zee- en Meerdijken. 0,1 m LZM reservering voor toekomstige ontwikkelingen en onzekerheden ontwerpwaterstand NAP + 1,17 m Promovera NAP + 0,57+0,3+0,2+0,1 m ontwerpkruinhoogte NAP + 1,79 m Promovera berekening met Promovera, dwarsprofiel 4 (Arcadis 2012). kruinbreedte 3 m LZM/ Waterschap Zuiderzeeland binnendijkse waterstand gelijk of in geringe mate afwijkend van de waterstand op het Wolderwijd Er is een open verbinding via de keersluis aanwezig. schadefactor macrostabiliteit 1,08 Handreiking Ontwerpen en Verbeteren van keringen langs regionale rivieren (deze verwijst door naar het Addendum TR Waterkerende Grondconstructies schematiseringsfactor 1,3 Addendum TR Waterkerende Grondconstructies bovengrens, beperkt grondonderzoek beschikbaar schematiseringsfactor 1,1 ondergrens, uitgebreid onderzoek beschikbaar en/of zeer veilige schematisering eis stabiliteitsfactor 1,08*1,3 = 1,40 à 1,08*1,1 = 1,19 Addendum TR Waterkerende Grondconstructies Tabel 3 Uitgangspunten regionale waterkering :C - Definitief ARCADIS 17

19 Projectplan PROFIEL De huidige primaire kering wordt verlaagd van ca. NAP 3,20m tot NAP + 2,2 m. Dit voldoet ruim aan de minimale eis voor de kruinhoogte volgens Tabel 3. Overigens blijft het profiel ongewijzigd. Het binnendijkse maaiveld wordt opgehoogd, om de aanleg van het Havenkwartier mogelijk te maken. Dit komt de stabiliteit van de binnentaluds ten goede KEERSLUIS In de waterkering wordt een keersluis aangelegd. De keersluis wordt in verband met de waterveiligheid gesloten als een waterstand wordt verwacht die hoger wordt dan het maaiveld van het Havenkwartier. Dit zijn waterstanden die zeer zelden optreden. De keersluis zal daarom maar zelden gesloten hoeven te worden vanwege de waterveiligheid. Voor de inrichting van de havens binnen het Havenkwartier wordt echter uitgegaan van lagere waterstanden. Om eventuele schade aan steigers en boten te voorkomen, zal daarom de keersluis al bij lagere waterstanden worden gesloten. In de wintermaanden (november t/m maart) zal de keersluis permanent gesloten zijn. 18 ARCADIS :C - Definitief

20 Projectplan 5 Inpassing ontwerp 5.1 INLEIDING Om het ontwerp goed te kunnen uitvoeren moet rekening worden gehouden met diverse aspecten in het plangebied die speciale inpassing vragen. Dit zijn onder meer grondwater, milieukundige aspecten en aanwezige nutsvoorzieningen. In dit hoofdstuk wordt speciaal ingegaan op deze aspecten. 5.2 PLANOLOGISCHE INPASSING Voor het gebied Polderwijk is in 2004 een globaal bestemmingsplan opgesteld met daarin uit te werken woonbestemmingen. De uitgangspunten van de nog te ontwikkelen delen Bergkwartier, Waterkwartier en Havenkwartier zijn sindsdien vanwege de omvang van de woonwijk gewijzigd. Daarom is in april 2012 het bestemmingsplan Polderwijk Noord vastgesteld. De locatie van het Havenkwartier is hierin globaal bestemd. De beoogde vaarroute tussen de Hoofdvaart en het Wolderwijd is hierin wel bestemd. Binnen het plangebied Havenkwartier is door middel van het bestemmingsplan de realisatie van de schutsluis en het verleggen van de primaire waterkering mogelijk gemaakt. De voorgenomen activiteiten zoals omschreven in dit projectplan passen hiermee in het nieuwe bestemmingsplan. Voor herinrichting van het plangebied inclusief de genoemde werken wordt een omgevingsvergunning aangevraagd. Meer informatie hierover is te vinden in hoofdstuk MILIEUKUNDIG ONDERZOEK De woonwijk Havenkwartier wordt in de huidige situatie gebruikt voor agrarische doeleinden. Uit bodem en geohydrologisch onderzoek dat is uitgevoerd ten behoeve van het MER voor de Polderwijk blijkt dat ter plaatse van het plangebied slechts lichte verontreinigingen voorkomen. Het betreft marginale verhogingen ten opzichte van de achtergrondwaarde. De realisatie van het Havenkwartier wordt dan ook niet in de weg gestaan door dit aspect. 5.4 GRONDSTROMEN ONDERZOEK In het MER en het bestemmingsplan Polderwijk Noord zijn tevens uitspraken gedaan over de bodemopbouw en de grondbalans. Voor deze aspecten gelden geen wettelijke criteria. De aspecten hebben daarom ook geen gevolgen gehad voor de vaststelling van het bestemmingsplan. In de beoogde situatie zal de bodem in het Havenkwartier flink worden opgehoogd. Dit zal het proces van zetting en bodemdaling met name in de bovenste lagen versnellen. De oorspronkelijke bodemopbouw wordt daarmee enigszins verstoord. Dit effect verschilt niet wezenlijk van de ontwikkeling in de autonome situatie :C - Definitief ARCADIS 19

21 Projectplan In het kader van de realisatie van het Havenkwartier zal ook de Blauwe Diamant aangelegd worden. De daarbij vrijkomende grond zal in belangrijke mate bijdragen aan het benodigde ophoogmateriaal voor het Havenkwartier zelf. De hoeveelheden en de toepasbaarheid van deze grond zal in een latere fase in een gedetailleerd grondstromenplan worden verwoord. Voor de samenstelling is met name gebruik gemaakt van de uitgevoerde boringen en sonderingen door Inpijn Blokpoel: resultaten geotechnisch onderzoek, 02P001665, 6 maart 2012 Op basis van het eerste grondstomen onderzoek zijn de volgende conclusies getrokken: Een deel van het vrijkomende zand kan gebruikt worden voor de kern van de dijk. Gescheiden ontgraven van de geschikte en minder geschikte partijen is dan noodzakelijk. Dit moet worden opgenomen in het grondstromenplan. De vrijkomende klei kan worden gebruikt als onderste deel van de ophoging van het Havenkwartier. Dit is gunstig vanwege de hogere weerstand tegen kwel en wegzijging en het versnellen van het consolidatieproces. Dit is ongunstig door de sterkere inklinking van het materiaal en toekomstige noodzakelijke ophogingen (hogere onderhoudskosten). De vrijkomende klei voldoet niet voor de bekleding van de dijk, vanwege het te grote organisch stofgehalte in alle onderzochte boringen (groter dan 5%). Deze klei moet worden aangevoerd. Voor de ophoging van het Havenkwartier is onvoldoende materiaal uit het gebied zelf voorhanden. Dit zal worden aangevuld met ophoogzand. De af te graven grond van de toekomstige regionale kering kan alleen dienen voor een deel van de ophoging van het Havenkwartier als het Havenkwartier gefaseerd wordt aangelegd. Een nadere beschouwing van zetting en consolidatie van ondergrond en opgebrachte grond zal verder moeten plaatsvinden in de DO fase. 5.5 WATERHUISHOUDING INLEIDING Het watersysteem is beschreven in de rapportage Waterhuishouding en Rioleringsplan Havenkwartier Zeewolde welke als bijlage 3 bij deze rapportage is gevoegd. Hierin is aangegeven (par ) dat gewerkt wordt met de beslisboom afkoppelen van het waterschap Zuiderzeeland. Voor lozing op oppervlaktewater zal de kwaliteit van het water moeten voldoen aan de eisen van RWS, aangezien RWS waterkwaliteits en kwantiteitsbeheerder van het oppervlaktewater in het buitendijks gebied van Havenkwartier is. Het toekomstige oppervlaktewater in het plangebied zoals in onderstaande figuur is aangegeven is ca m² groot. 20 ARCADIS :C - Definitief

22 Projectplan OPPERVLAKTEWATER Voor wat betreft oppervlaktewater worden uit de onderzoeken van bijlage 3 en 4 de volgende conclusies getrokken: Er worden geen problemen verwacht bij hevige regenbuien omdat er een volledig gescheiden stelsel is en er dus geen overstorten van huishoudelijk afvalwater zullen plaatsvinden in het Havenkwartier. Afvoer van hemelwater op het oppervlakte water heeft een relatief kleine bijdrage in de jaarlijkse nutriëntenbelasting omdat er veel doorstroming is met kwalitatief goed water uit het Wolderwijd. Wel kan afstromend hemelwater leiden tot jaarvrachten zware metalen zoals koper en zink. Dit zal grotendeels in de waterbodem van het Havenkwartier of van regionaal polderwater ophopen. Dit is een aanvaardbaar neveneffect van het toepassen van een gescheiden systeem. Bij het baggeren wordt de kwaliteit van het slib bepaald. Het water dat via het Havenkwartier richting het polderwater stroomt bevat minder nutriënten en heeft een lagere saliniteit (zoutgehalte) dan het polderwater. Inlaten van Wolderwijdwater zal niet tot eutrofiëring of verzilting van het polderwater leiden. Concentraties gaan eerder omlaag. De doorstroming van alle delen van het Havenkwartier is ook bij langdurige droogte voldoende mits de schutactiviteiten blijven plaatsvinden. Wanneer schutactiviteiten afnemen kan de verblijftijd in het watersysteem oplopen tot meer dan 2 maanden. Er ontstaat dan een mogelijk risico op waterkwaliteitsproblemen. Echter de nutriëntenconcentraties van het inlaatwater zijn dusdanig laag dat ook bij langere verblijftijden de kans op ernstige problemen klein is. Er worden geen problemen verwacht met algenbloei in de wintermaanden (als er geen schutactiviteit is) omdat er dan nauwelijks algenontwikkeling is. Het peil in het Havenkwartier is meestal gelijk en nooit hoger dan het peil in het Wolderwijd. Door wegzijging in het Havenkwartier en het schutten stroomt het water vanuit het Wolderwijd door het Havenkwartier richting de polder. De enige stroming vanuit het Havenkwartier richting het Wolderwijd kan bij westenwind of door vaarbeweging van plezierschepen plaatsvinden. De invloed hiervan zal zich beperken tot de havenmond. De waterkwaliteit in de het Wolderwijd zal hier niet door worden beïnvloed. Op basis van de geanalyseerde situatie zijn er geen grote waterkwaliteitsknelpunten te verwachten, er worden niet direct aanvullende maatregelen voorgesteld WATERBERGING EN AFVOER Doordat het Havenkwartier wordt aangelegd met een drooglegging voor woningen van minimaal 1,30m t.o.v. zomerpeil, zijn voldoende mogelijkheden om water te bergen in geval dat de keersluis is gesloten. Door wegzijging en schutverlies neemt de waterafvoer naar de omgeving toe. Regenwater binnen het plangebied kan onder vrij verval naar het oppervlaktewater worden afgevoerd OPPERVLAKTEWATERKWALITEIT Het oppervlaktewater in het Havenkwartier wordt ingericht als een haven, met een strakke stedelijke uitstraling. Dit resulteert in een diepe rechte bak, met een strakke oeverinrichting. Hiermee wordt gekozen voor een ontwerp zonder een natuurlijke inrichting van het watersysteem en de oevers, welke een zuiverende werking van het oppervlaktewater zou hebben. Op basis van de ervaring van de gemeente bij de Aanloophaven Zeewolde worden echter geen oppervlaktewaterkwaliteitsproblemen verwacht. In een nog nader op te stellen calamiteitenplan worden nadere afspraken gemaakt bij vervuiling of blauwalg in Havenkwartier overeenkomstig het Waterakkoord van 30 september :C - Definitief ARCADIS 21

23 Projectplan 5.6 EFFECT GEWIJZIGDE DIJKCONSTRUCTIE OP GRONDWATERREGIME GRONDWATERSTUDIE De aanleg van het Havenkwartier is in feite een ophoging welke volledig omsloten blijft door een dijk. Het verhoogde waterpeil in het Havenkwartier wordt geremd door de omliggende dijklichamen. De berekende effecten op de grondwaterstanden (zie bijlage 3) zijn op basis daarvan weinig verassend en de uitstraling naar de omgeving blijft beperkt. De wegzijging naar de omgeving vanuit de waterlopen in het Havenkwartier is wel behoorlijk. Inlaat van water zal in droge perioden nodig zijn om de waterlopen op peil te houden. Voor de kwel naar de polder worden geen problemen verwacht, het verschil in de waterbalans is met waarden van 5m3/dag tot 28 m3/dag nauwelijks significant. De kwel naar de kwelsloot laat ter plaatse van het Havenkwartier een afname in kwel van circa 200m3/dag zien door de aanleg van het Havenkwartier. In de nieuw te graven Blauwe Diamant wordt extra kwel afgevangen waardoor dit positieve effect op de kwel weer teniet gedaan wordt. De effecten op de omgeving van de aanleg van het Havenkwartier zijn beperkt, de effecten op de landbouw zijn beoordeeld met de HELP tabellen van Alterra en komen uit op een à twee procent verschil in nat of droogteschade GRONDWATERSTAND EN GRONDWATERSTROMING Door het verhogen van het oppervlaktepeil zal de horizontale en verticale kwel in het Havenkwartier afnemen. De kwelflux richting het omliggende poldergebied zal toenemen. Dit sluit aan bij autonome maatregelen om het grondwaterpeil te verhogen en verdroging te bestrijden en wordt daarom positief beoordeeld GRONDWATERKWALITEIT Daarnaast wordt de grondwaterkwaliteit positief beïnvloed door de verbinding met het Wolderwijd. In het gebied rondom het Havenkwartier is de invloed hiervan beperkt, doordat een groot deel van de kwel wordt weggevangen door een kwelsloot; door het omhoog brengen van het waterpeil zal de invloed van neerslag in het Havenkwartier toenemen. Dit leidt tot een verzoeting van het grondwater. 5.7 LANDSCHAP In de huidige situatie is al een dijk aanwezig. Deze primaire kering wordt omgelegd over een lengte van ca. 1,2 km en bevindt zich deels achter het Havenkwartier. De huidige kering langs het Wolderwijd wordt verlaagd van ca. 3,20+ NAP tot 2,20+ NAP (zie bijlage 2 dwarsprofiel 5). Met de verlegging van de dijk, waar dit projectplan betrekking op heeft, zal qua beleving van het landschap niets veranderen. Uitvoering van het bestemmingsplan leidt namelijk tot alleen het aanpassen/verleggen van de Zeewolderdijk. Er is daardoor sprake van aantasting van de dijk als cultuurhistorisch element, maar in de schaal van het landschap zal de aanpassing van de dijk niet opvallen (bijvoorbeeld vanaf de Gooiseweg). Bovendien wordt met de realisatie van de sluis het peilverschil tussen het Wolderwijd en de polder zichtbaar gemaakt. Dit draagt bij aan de ruimtelijke kwaliteit van het plangebied. Wel is er bij het rijden over de omgelegde dijk geen zicht meer op het water. De invloed van de dijkaanpassing op het landschap wordt daarom als minimaal beoordeeld. 22 ARCADIS :C - Definitief

24 Projectplan 5.8 CULTUURHISTORIE EN ARCHEOLOGIE Uit archeologisch veldonderzoek is gebleken dat ter plaatse van het plangebied geen beschermenswaardige archeologische vindplaatsen worden aangetroffen. Het gebied is daardoor vrijgegeven voor andere ruimtelijke functies 5.9 NATUUR Beschrijving gebiedsbescherming (zie ook aanmeldingsnotitie MER) Het plangebied ligt naast het Wolderwijd dat deel uitmaakt van het Natura 2000 gebied Veluwe randmeren (zie Afbeelding 3). Het Wolderwijd is een waardevol natuurgebied. Het Natura 2000 gebied is tevens aangewezen als Ecologische Hoofdstructuur (EHS). Ten zuidwesten van Zeewolde maakt het Horsterwold deel uit van de EHS. Afbeelding 3: Begrenzing Natura 2000 gebied Veluwerandmeren (geel gebied), Horsterwold (EHS) en ligging Havenkwartier (rode stip) Beschrijving soortenbescherming In de Tabel 4 worden de soorten aangegeven die binnen en rond het plangebied worden verwacht en zijn aangetroffen, ingedeeld naar de categorisering van de Flora en faunawet :C - Definitief ARCADIS 23

25 Projectplan Vrijstellingsregeling Flora- en faunawet Ontheffingsregeling Flora- en faunawet Tabel 1 Zwanenbloem, gewone vogelmelk en dotterbloem Mol, egel, veldmuis, bosmuis, bosspitsmuis, huisspitsmuis, haas, konijn, wezel en hermelijn Kleine watersalamander, bruine kikker, gewone pas en middelste groene kikker Tabel 2 Rietorchis Kleine modderkruiper en rivierdonderpad (in Wolderwijd) Tabel 3 Bijlage 1 Ringslang AMvB Waterspitsmuis Bijlage IV Gewone en ruige dwergvleermuis (foeragerend) Habitatrichtlijn Rugstreeppad Vogels Cat. 1 t/m 4 Geen Cat. 5 Oeverzwaluw Tabel 4 Beschermde soorten in en rond het plangebied Beoordeling effecten gebiedsbescherming Bij het aanleggen van de waterkering leidt vooral de aanleg van de keersluis tot verstoring in het Wolderwijd als gevolg van onderwaterlawaai. Dit wordt veroorzaakt door het slaan van damwanden. Maatregelen zijn noodzakelijk om significante effecten uit te kunnen sluiten. In de Passende Beoordeling zijn technieken beschreven die daarvoor beschikbaar en in de praktijk getoetst zijn. Indien deze technieken toegepast worden als mitigerende maatregel leiden deze tijdelijke effecten nauwelijks tot verstoring van het gebied. Het areaalverlies van beschermde habitats ter plaatse van de sluis bedraagt slechts enkele tienden van een hectare en is ten opzichte van de totale arealen in dit Natura 2000 gebied verwaarloosbaar klein. Ook het leefgebied van de te beschermen vissoorten wordt slechts zeer plaatselijk en tijdelijk verstoord. Beoordeling effecten soortenbescherming In het Wolderwijd komen enkele beschermde soorten voor. De rivierdonderpad en kleine modderkruiper (tabel 2 soorten Ffw) kunnen door de werkzaamheden aan de dijk verstoord en aangetast worden. Deze effecten worden veroorzaakt doordat een doorgang van de Polderwijk naar het Wolderwijd wordt voorzien. De werkzaamheden aan de dijk zijn van tijdelijke aard en van beperkte omvang. Voor de kleine modderkruiper en rivierdonderpad blijft voldoende geschikt leefgebied over zodat de instandhouding van de soorten nooit in gevaar komt. Aantasting tijdens de werkzaamheden dient in het kader van de Flora en faunawet voorkomen te worden, dit kan door de soorten voorafgaand aan de werkzaamheden te verplaatsen. Voor zowel de kleine modderkruiper als rivierdonderpad is hiervoor geen ontheffing nodig als met een goedgekeurde gedragscode wordt gewerkt. Dit betekent dat er als gevolg van de aanpassing van de waterkering geen negatief effect optreedt. Aanbeveling Om overtreding van de Flora en faunawet te voorkomen dienen mitigerende en compenserende maatregelen genomen te worden. Deze maatregelen dienen in een compensatieplan uitgewerkt en geconcretiseerd te worden. 24 ARCADIS :C - Definitief