De kern. van het elektronisch. dossier van de huisarts. J. Van Damme. Academisch Centrum voor Huisartsgeneeskunde
|
|
- Theophiel Juliaan Peeters
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 De kern van het elektronisch dossier van de huisarts J. Van Damme Academisch Centrum voor Huisartsgeneeskunde
2 Dit boekje is een vervolg / update op De patiënt, de huisarts en zijn dossier Jan Van Damme, Herman Nys en Tim Van Damme (ISBN ) verschenen in het voorjaar van 2003, waar alle onderwerpen in extenso behandeld worden. Prof. Dr. Jan Van Damme doceert huisartsgeneeskunde aan de K.U.Leuven en is mede-oprichter van de universitaire groepspraktijk, één van de sluitstenen van de huisartsopleiding.
3 DE KERN VAN HET ELEKTRONISCH DOSSIER VAN DE HUISARTS I. Inhoudstafel I. Inhoudstafel... 3 II. Inleiding... 4 III. Welke gegevens... 6 IV. Structuur = Orde houden... 7 A. Basisordening Tijd en auteur Rubrieken Vrije tekst of trefwoorden... 7 B. Ordening volgens inhoud Standaardschermen / specifiek dossier POMR... 9 C. Herordenen van gegevens... 9 V. Ondersteuning en bewaking A. Real time ondersteuning en bewaking B. Een belangrijke rubriek: planning VI. Juridisch ethische beschouwingen A. Algemeen B. Vertrouwelijkheid van gegevens C. Speciale aandacht VII. Zicht / inzicht op dossiergegevens A. Tijdens de consultatie B. Uitvoer van gegevens C. Uitvoer van een dossier VIII. Bijlagen A. Enkele begrippen B. Doel van toegang tot het dossier C. Definities / kenmerken van enkele rubrieken D. Codes en classificaties Medicaties Medicatie als allergeen Diagnose Andere codes E. De wet betreffende de rechten van de patiënt IX. Index
4 II. Inleiding De eerste bruikbare elektronische dossiersystemen voor de huisarts dateren van het midden van de jaren Hoog tijd dus om een toekomstgerichte stand van zaken te beschrijven. Het medisch dossier van de huisarts is een enorm ondergewaardeerd instrument in de gezondheidszorg. Het kan nochtans uitgroeien tot het centrale stuk rond de patiënt, waarin alle gegevens zowel van de eigen begeleiding van de huisarts als van de multidisciplinaire benadering en van de specialistische adviezen en behandelingen geïntegreerd zijn. Enkel wanneer dit gerealiseerd wordt bereikt het dossier zijn volle waarde. Dit is nu reeds mogelijk met het elektronisch dossier. De belangrijkste doelstelling van het elektronisch dossier moet de kwaliteitszorg zijn van de individuele patiënt. Men kan ondersteuning krijgen van administratieve aard. Men kan ondersteuning krijgen van medische aard op het niveau van het individuele dossier van de huisarts en van het dossier als verzamel- en integratieplaats van de medische gegevens van andere oorsprong dan het eigen contact met de patiënt. Mits aan sommige voorwaarden voldaan wordt kan deze ondersteuning uitgebreid worden tot verschillende vormen van bewaking (= interactieve ondersteuning) van medische aard. Zelfs kan dit uitgroeien tot een kwaliteitsinstrument voor de zorg van groepen patiënten zoals een praktijkpopulatie. Dit kan zich uiten in de zorgverlening zelf maar ook in de evaluatie van de kwaliteit van deze zorg bv. door concrete gegevens te leveren ter bespreking in de LOKgroep. Het multidisciplinaire karakter van de zorg voor de patiënt zal in de toekomst progressief nieuwe eisen van communicatie stellen. Ook daartoe wordt al een aanzet gegeven. Andere voorwaarden die kunnen leiden tot verzamelen van valabele gegevens voor epidemiologisch of ander wetenschappelijk onderzoek zijn enkel algemeen aanvaardbaar wanneer geen nieuwe eisen aan de registratie worden opgelegd. Dat binnen een onderzoeksproject hogere en andere eisen aan de registratie opgelegd worden is hiermee niet in contradictie. Het is belangrijk het dossier als werkinstrument in het contact met de patiënt te valoriseren. Normen en criteria creëren veel kansen tot een beter dossierbeheer maar houden ook een risico van verarming in: gestructureerd gegevens opslaan laat toe ze beter terug te vinden en op allerhande manieren te gebruiken, maar is ook een keurslijf waarbij de neiging ontstaat helemaal niet te registreren wat er niet in past. Het zal steeds een moeilijke evenwichtsoefening blijven tussen voldoende structuur (anders vindt men niets 4
5 terug en krijgt men nergens ondersteuning) en niet teveel structuur (anders is het niet bruikbaar). Hoe is dit document opgevat? Vooreerst stellen we de vraag: Welke gegevens registreren? Vervolgens wordt bekeken welke vormen van ordening belangrijk zijn om de eerste doelstelling van het dossier te verwezenlijken. Daarna behandelen we de mogelijkheden van ondersteuning en bewaking. We onderzoeken verder hoe de recente wetgevingen over het dossier en de rechten van de patiënt vertolkt moeten worden. Zicht op de gegevens tijdens het contact met de patiënt en de mogelijkheden en beperkingen van het uitwisselen van deze gegevens krijgen daarna onze aandacht. Tot slot brengen we in de bijlagen een poging tot uitzuiveren van enkele begrippen en de wettekst in verband met de rechten van de patiënt. Dit boekje is een vervolg / update op De patiënt, de huisarts en zijn dossier van Jan Van Damme, Herman Nys en Tim Van Damme (ISBN ) verschenen in het voorjaar van 2003, waar alle onderwerpen in extenso behandeld worden. 1 januari
6 III. Welke gegevens De registratie van de gegevens gebeurt best tijdens het contact met de patiënt. Dit beperkt het vergeten, en is voor sommige vormen van real time elektronische ondersteuning een absolute voorwaarde. Dat dit storend werkt in de relatie arts-patiënt kan niet ontkend worden. Of dit in mindere mate het geval is bij het papieren dossier is ten andere zeer de vraag. Het hangt van de computervaardigheid van de arts af hoe storend dit is, en nog veel meer van zijn consultatievaardigheid om dit correct in te schatten. Zo zal het noteren tijdens de anamnese van een banale virale infectie niet zo hinderlijk zijn als het nemen van notities tijdens het begeleiden van een rouwproces. Behalve voor het aansturen van het uitgeprinte voorschrift ligt het nut van de registratie vooral in de toekomst 1. Dit maakt het moeilijk. Wat men in de toekomst zal nodig hebben en op welke manier kan men niet steeds eenduidig voorzien. Toch ligt daar het antwoord op de vraag: Wat registeren en hoe? Een mogelijk criterium hiervoor is de zekerheids- en preciseringsgraad van de diagnose. Wanneer een diagnose voldoende precies en zeker is en verder onderzoek en follow-up overbodig is, zou het noteren van deze diagnose als verslag van het contact met de patiënt eigenlijk kunnen volstaan. Het is uitzonderlijk dat aan deze voorwaarden voldaan wordt in de dagelijkse praktijk. Hoe minder zekerheid er over de diagnose bestaat, hoe belangrijker het is de weg naar deze tentatieve diagnose met meer details te documenteren zodat ze eventueel op een later tijdstip kan herzien of gepreciseerd worden. Een speciaal probleem vormt de registratie van de normale bevindingen. Veel meer dan men zich realiseeert worden ze tijdens de consultatie gebruikt maar naderhand lijken ze onbelangrijk tot men ze nodig heeft. Men meet bv. voortdurend bloeddrukken, maar van hoeveel wordt de uitslag niet genoteerd? Zolang hij normaal is lijkt dit geen probleem. Maar bij een abnormale uitslag rijzen de vragen: Wanneer was de laatste normale uitslag? Was de vorige ook al maar randnormaal? Hoe lang is het geleden dat men bij deze patiënt de bloeddruk nog gemeten heeft? 1 De interactieve medische ondersteuning in real time berust vooral op de confrontatie van de huidige registratie met vroeger geregistreerde elementen. 6
7 IV. Structuur = Orde houden Als men een gegeven wenst terug te vinden moet afgesproken worden waar het moet geplaatst worden. A. Basisordening 1. Tijd en auteur Bij elke registratie moet het ogenblik van de registratie en de auteur door de computer automatisch genoteerd worden. De computer zal default veronderstellen dat de registratiedatum en de waardedatum dezelfde zijn. Indien men gegevens registreert uit het verleden kan men de waardedatum aanpassen Rubrieken Op het ogenblik van de registratie kent men een label toe aan het gegeven. Dit definieert welk soort gegeven het is: een gegeven uit de anamnese of uit het klinisch onderzoek, een diagnose, een medicatie, een andere behandeling, een vaccinatie, een voorschrift voor kinesitherapie, een resultaat van beeldvorming, enz. Het concept komt uit de SOEPregistratie: de labeling in Subjectief Objectief Evaluatie Planning. In een elektronische omgeving kan men dit uitbreiden tot allerhande andere labels Vrije tekst of trefwoorden Wanneer een arts gegevens moet kunnen lezen maakt het niet uit of die in vrije tekst of als trefwoord geregistreerd werden. Wanneer ze echter door de computer moeten gelezen en geïnterpreteerd worden zijn trefwoorden essentieel. Waar de computergegevens moeten voor dienen is bepalend voor de keuze van trefwoorden en de achterliggende codering en classificatie. Zie ook Codes en classificaties in de bijlage op p. 23. Indien men de gegevens enkel wenst te verzamelen voor wetenschappelijk onderzoek zal dit bepalen hoe gedetailleerd de registratie moet zijn. In functie van de begeleiding van de patiënt moet de registratie steeds zo gedetailleerd zijn als mogelijk. Het heeft geen zin te registreren dat de patiënt oogcomplicaties van diabetes heeft als men weet dat het om een background retinopathie gaat. Het argument dat de huisarts zelf dergelijk niveau van precisering zelden bereikt is waardeloos in de mate dat het dossier van de huisarts het centrale aanspreekpunt is van alle communicaties rond de patiënt. Waar een weinig precieze diagnose binnen de wetenschappelijke analyse afhankelijk van het opzet van het onderzoek soms wel, soms niet kan volstaan zal enkel een gedetailleerde notering als registratie-element voldoen. Naar wetenschappelijk onderzoek toe is het immers steeds 2 Bv. men registreert nu (= registratiedatum) dat patiënt op 05/12/1992 (= waardedatum) zijn tibia gebroken heeft. De registratiedatum -alhoewel medicolegaal belangrijk- is voor de arts in zijn contact met de patiënt zelden een belangrijk gegeven, de waardedatum is dit wel. 3 Zie een niet-limitatieve lijst in Definities / kenmerken van enkele rubrieken in de bijlage op p
8 mogelijk gedetailleerde trefwoorden in bredere categorieën te verzamelen. De omgekeerde weg is niet mogelijk. Het gebruik van trefwoorden is nu al essentieel voor bv. diagnoses, medicaties, allergenen en laboratoriumuitslagen. Naarmate meer toepassingen van computerondersteuning beschikbaar worden neemt het gebruik van trefwoorden ook in andere categorieën van gegevens toe (bv. klachten, symptomen, leefgewoontes, biometrische gegevens, soorten beeldvorming, verrichtingen). B. Ordening volgens inhoud Wanneer men de gegevens die medisch inhoudelijk verband houden bijeen wenst te zien tijdens het patiëntcontact zijn volgende methodes van registratie geschikt. 1. Standaardschermen / specifiek dossier Indien over een manier van benaderen van een bepaalde aandoening voldoende consensus bestaat is het mogelijk al de gegevens te bewaren in een of meerdere standaardschermen of een specifiek dossier. Dit kunnen gegevens zijn uit elke mogelijke rubriek. Theoretisch zou men dit kunnen uitwerken voor elke aandoening. De klassieke voorbeelden zijn Zwangerschapsdossier Diabetesdossier Hypertensiedossier COPD dossier Kind en Gezin dossier Evaluatie bejaarde dossier Preventiedossier Arbeidsongevallen dossier (tenminste voor zijn administratieve aspecten) Het protocol welke gegevens in elk van deze standaardschermen moeten verzameld worden en aan welke frequentie 4 deze moeten bevraagd / onderzocht worden valt buiten het bestek van dit document. Deze gegevens in enkele schermen verzamelen brengt reeds een medische meerwaarde bij. Immers zo krijgt de arts alle items van de beste manier van begeleiden netjes bij elkaar en aangevuld met de frequentie van opvolgen. Natuurlijk moet alles geïntegreerd blijven in het hoofddossier. Dit betekent dat de gegevens, onafhankelijk van de wijze van registreren, steeds op dezelfde wijze verder behandeld worden alsof ze in een rubriek (zie hoger) zouden neergelegd zijn. Een diagnose hier geregistreerd blijft een diagnose en moet dus ook in de lijst van diagnoses staan. Bij het voorschrift van een medicatie die in het verleden een allergische reactie veroorzaakte, moet de computer dit ook hier signaleren. Een BD of een gewicht in een specifiek scherm geregistreerd moet ook bij de algemene biometrische gegevens voorkomen. Sommige heel specifieke parameters (zoals bv. fundushoogte, graad van 4 Bv. hoe dikwijls roken bevragen, met welke frequentie bloed voor HbA1c prikken. 8
9 cervixontsluiting uit het zwangerschapsdossier) hoeven niet in het hoofddossier voor te komen. 2. POMR Probleemgericht registreren (Problem Oriented Medical Registration) bestaat uit twee elementen. 1. Het aanleggen van een probleemlijst: dit geeft in enkele punten een omschrijving van deze patiënt uit medisch oogpunt. Het is aan de arts te bepalen welke problemen hij belangrijk genoeg vindt om ze in de probleemlijst op te nemen. Volgende criteria zijn richtinggevend: alle chronische aandoeningen 5 (bv. diabetes, COPD, hypertensie, epileptie, coloncarcinoom, enz.); alle aandoeningen waar men langer dan enkele contactmomenten zal mee bezig zijn (bv. fracturen, a fortiori deze waarbij nu reeds laattijdige complicaties kunnen voorzien worden, zoals fracturen dwars door een gewricht); alle recidiverende aandoeningen (bv. een eenmalig veronderstelde cystitis die op korte termijn blijkt te recidiveren kan men alsnog in de lijst opnemen); de gegevens die een interimaris in één oogopslag moet weten om de patiënt correct te begeleiden. Het is evident dat men bij wetenschappelijk onderzoek meer stringente regels kan opleggen. 2. Het koppelen van de geregistreerde gegevens aan de items van deze lijst. Indien men voor elke aandoening een specifiek dossier / standaardschermen kan maken blijft enkel het aanleggen van de probleemlijst nuttig. Aangezien dit in de context van huisartgeneeskunde natuurlijk onmogelijk is kan men de gegevens, die (nog) niet in een specifiek dossier kunnen gevat worden, op het ogenblik van de registratie of naderhand aan een of meerdere items van de probleemlijst koppelen. Dit biedt geen ondersteuning bij wat moet bevraagd of onderzocht worden in verband met dit probleem, zoals standaarschermen dit doen, maar laat wel toe later het verslag van alle gegevens te verzamelen die met dit probleem te maken hebben (zie journaal). C. Herordenen van gegevens De geregistreerde gegevens verouderen niet gelijkmatig. Sommige gegevens blijven actueel belangrijk ook al zijn ze vele jaren oud 6, maar van de meeste gegevens vermindert het belang in functie van de tijd. Om voldoende inzicht te behouden in een lijst zijn op gebied van diagnose en behandeling (in mindere mate ook in de probleemlijst) drie categorieën essentieel: 1. actueel, actief of huidig. Wat ook de waardedatum van dit gegeven is, het blijft actueel belangrijk. 5 Theoretisch hoeft men zich niet te beperken tot diagnoses maar kan men hier ook allergieën, familiale antecedenten enz. invoeren. In het papieren dossier verzamelt dit alle gegevens die men tijdens elk patiëntcontact voor ogen wenst te hebben. In het elektronisch dossier bestaan hier betere middelen voor. 6 Denk aan de diagnose en de behandeling van diabetes of epilepsie. 9
10 2. antecedent. Dit gegeven is niet meer actueel, maar blijft belangrijk in het totaalbeeld van de patiënt archief. Dit zijn gegevens die niet meer actueel en eigenlijk niet meer belangrijk zijn. Meestal vormen ze de grootste groep en om die reden verstoren ze ook het inzicht. Zij blijven bewaard en kunnen zo nodig opnieuw geraadpleegd worden maar staan niet in het zicht van de arts bij elk contact. 7 Bv. een genezen maagulcus zal het medicatiebeleid blijven beïnvloeden; een appendectomie in het verleden werpt een ander licht op pijn in de rechter fossa. 10
11 V. Ondersteuning en bewaking A. Real time ondersteuning en bewaking Men maakt een wat artificieel onderscheid tussen administratieve en medisch inhoudelijke ondersteuning, en een real time bewaking van medische gegevens. Met ondersteuning wordt bedoeld dat de arts via één klik met de muis de aangepaste informatie op scherm krijgen. Met bewaking wordt bedoeld dat de computer zelf de nodige gegevens in het dossier van de patiënt opzoekt en wanneer nodig signaal geeft aan de arts. Enkele voorbeelden van administratieve / medische ondersteuning: opzoeken van dossiers; gebruik van afkortingen en keuzelijsten; gebruik van standaardbrieven; gebruik van standaardvoorschriften; voorstellen van standaarddosering; afprinten van posologieblad, vaccinatiestatus; berekeningen maken (bv. leeftijd zwangerschap, kreatinineklaring, BMI, enz.); grafische voorstelling van gegevens. Enkele voorbeelden van bewaking: bewaking allergie; bewaking contra-indicaties; bewaking interacties; bewaking intoleranties; dosiscontrole; vergelijken van het management van de arts van een bepaalde pathologie met een evidence of consensus based protocol 8. Het is hierbij belangrijk aan te stippen dat zelfs voor de bewakingen de arts geen andere manier van registreren hoeft te gebruiken en geen andere ordening dan wat in dit document voorgesteld wordt. De enige voorwaarde is het gebruik van de trefwoorden overal waar het voorzien is. De grote complexiteit van de bewakingen wordt voor het overige volledig vanuit het programma gestuurd. 8 Een voorbeeld ter verduidelijking. De computer analyseert de handelwijze van de arts bij de type 2 diabetes patiënt en vergelijkt deze met de consensus. Bv. werd de patiënt tijdig naar de oogarts gestuurd? Werd voldoende aandacht gegeven aan zijn lipidenprofiel? Wanneer werden zijn voeten laatst bekeken? Dit is mogelijk bij de patiënten in groep en in real time bij elke individuele patiënt. Voor deze autoevaluatie hoeven de gegevens de computer van de arts niet te verlaten! 11
12 B. Een belangrijke rubriek: planning In vroegdiagnose en primaire / secundaire preventie is de ondersteuning van het elektronisch dossier van onschatbare waarde. Een rubriek planning kan aan de arts op het geschikte ogenblik elke actie voorstellen wanneer deze rubriek maar correct ingevuld wordt. De bronnen die deze rubriek kunnen voeden zijn zeer verscheiden. De belangrijkste voorbeelden: risicorubriek: beroepsrisico; risicorubriek: familiale anamnese; risicorubriek: andere; opvolgen van sommige aandoeningen; opvolgen vaccinatieschema; monitoring van sommige medicaties. De bedoeling is duidelijk: wanneer het ogenblik van een controle aangebroken is zal de computer dit signaleren aan de arts. Enkele voorbeelden om dit concept te verduidelijken. Uit het domein familiale risico s: o diabetes in de familiale anamnese veroorzaakt automatisch in de planning de melding actief opsporen van diabetes vanaf leeftijd van 45 jaar. Zolang de diagnose van diabetes niet gesteld werd zal dit signaal om de 2 jaar terugkomen; o coloncarcinoom in de familie veroorzaakt de suggestie een colonoscopie te laten uitvoeren op een leeftijd 10 jaar jonger dan de ontdekking van het carcinoom bij het familielid. Zolang de diagnose niet gesteld werd zal dit signaal om de 5 jaar terugkomen. Uit het domein persoonlijke voorgeschiedenis: o een zwangerschapsdiabetes zal aanbevelen actief diabetes op te sporen vanaf de leeftijd van 45 jaar; o een kind van meer dan 4 kg bij de geboorte (dit is een gegeven te vinden in het zwangerschapsdossier) zal aanbevelen actief diabetes op te sporen vanaf de leeftijd van 45 jaar bij de moeder. o een geboortegewicht van meer dan 4 kg zal aanbevelen actief diabetes op te sporen van de leeftijd van 45 jaar. Uit het domein persoonlijke geschiedenis (diagnose): o diabetes veronderstelt een jaarlijkse oftalmologische controle 9. Uit het domein persoonlijke geschiedenis (behandeling): o tijdens gebruik van Cordarone (en zelfs wanneer niet meer in gebruik) kan de planning periodiek nazicht schildklier bewaken. Het moeilijkste probleem om dit correct uit te voeren is het ontbreken op zeer veel domeinen van een evidence of consensus ondersteund protocol (zoals ook in de voorbeelden hierboven). 9 Deze planning kan ook actief ondersteund worden in de standaarschermen. 12
13 VI. Juridisch ethische beschouwingen A. Algemeen De arts heeft de wettelijke verplichting een dossier bij te houden. Over de inhoud hiervan is de wetgeving weinig concreet. Men moet zich dus refereren naar wat algemeen aanvaard wordt door de beroepsgroep. Documenten zoals dit kunnen bijdragen tot de concrete invulling hiervan. B. Vertrouwelijkheid van gegevens Elk geregistreerd gegeven is min of meer vertrouwelijk. Het komt er op aan de principes van beroepsgeheim, privacy van de arts, privacy van de patiënt, recht op informatie te verzoenen en in de structuur van het dossier correct te vertalen zodat het hanteerbaar blijft. In het papieren dossier verlopen alle communicaties in aanwezigheid van de arts: dit betekent dat deze op het ogenblik van de communicatie binnen de rechten en plichten die de wet en de beroepsethiek opleggen, de keuze maakt wat gecommuniceerd wordt en op welke manier. In het computerdossier is het de bedoeling dat veel communicaties (semi-)automatisch verlopen: dit betekent dat de communicatie op zich niet altijd in aanwezigheid van de arts verloopt. Daarenboven gaat het dikwijls over grote hoeveelheden informatie, zodat het zelfs in zijn aanwezigheid praktisch onmogelijk is elk gegeven op zijn vertrouwelijkheid te controleren. Enkel wanneer men op het ogenblik van de registratie de graad van vertrouwelijkheid van elk gegeven vastlegt kan dit correct verlopen. Elk persoonsgebonden gegeven heeft een graad van vertrouwelijkheid, oplopend van very low tot very high. Men kan dit ook definiëren vanuit toegankelijkheid, die dan in dalende lijn loopt (lage vertrouwelijkheid = hoge / vrije toegankelijkheid; hoge vertrouwelijkheid = lage / beperkte toegankelijkheid): [VL] = Vrije toegang: lage graad van vertrouwelijkheid (bv. administratieve gegevens), [L] = Verzorgende toegang of de gegevens die voor alle zorgverleners toegankelijk zijn 10, 10 Bij het multidisciplinair dossier: toegang tot deze medische gegevens voor elke hulpverlener. Bv. allergiegegevens, maar ook alle gegevens van het medisch-, verpleegkundig-, kine- of psychologiedossier waarvan men oordeelt dat ze voor alle hulpverleners van belang zijn. 13
14 [M] = Gewone toegang (alles van eigen beroepsgroep 11 ), [H] = Beperkte toegang (alles behalve persoonlijke bemerkingen 12 ), [VH] = Persoonlijke toegang (alles ook persoonlijke nota s 13 ). Behalve voor de laagste graad van vertrouwelijkheid moet in elke categorie nog de mogelijkheid bestaan de gegevens voor de patiënt af te sluiten wanneer die zijn recht op niet-informatie uitoefent 14, wanneer de mededeling van het gegeven ernstige schade aan de patiënt zou kunnen toebrengen 15, wanneer het om gegevens over derden gaat. Dit is zeer frequent in psychiatrische en genetische rubrieken. Dit kan bv. weinig arbeidsintensief voor de arts geregeld worden als de computer afhankelijk van de rubriek waarin geregistreerd wordt, default een welbepaalde graad van vertrouwelijkheid aan de gegevens verleent. Aanvullend hierbij kan deze graad van vertrouwelijkheid van het gegeven door de auteur altijd gewijzigd worden 16. Als de graden van vertrouwelijkheid op een kritische manier aan de rubrieken toegekend werden zal dit laatste slechts zelden nodig zijn. De motivatie van het overrulen van de defaultvertrouwelijkheid van een gegeven en van het uitzonderlijke afsluiten van een gegeven, moet eveneens kunnen geregistreerd worden. In het gebruik van de gegevens zijn drie begrippen belangrijk. Autorisatie: in een groepspraktijk of een multidisciplinaire context is het belangrijk dat de systeembeheerder erop waakt dat de toegang van elk lid tot het systeem gedifferentiëerd wordt: Wie heeft toegang tot wat en met welk doel 17? Dezelfde regels moeten gelden voor mono-usersystemen als een secretariaatskracht of een interimaris toegang kan krijgen tot het dossier. 11 Bij het multidisciplinair dossier: toegang tot de gegevens van eigen groep: dus de arts tot het medisch deel van het dossier, de verpleging tot verpleegkundig deel van het dossier, kinesist tot kinesitherapeutisch deel van het dossier, psycholoog tot psychologisch dossier, enz.). Vooral voor de gegevens van de arts en de psycholoog is dit van cruciaal belang. 12 Dit is oa de toegang die de patiënt kan hebben op basis van de wet op de patiëntenrechten. 13 In het dossier van de huisarts kan men uitgaan van de veronderstelling dat wie toegang heeft tot de persoonlijke bemerkingen ook toegang heeft tot alle andere gegevens: men mag in de toegangsregeling een hiërarchie zien. In polyklinische diensten gaat deze veronderstelling niet zomaar op en is de toegangsregeling complexer. 14 Onder de voorwaarden bepaald in art.7 3. van De wet betreffende de rechten van de patiënt. zie p Onder de voorwaarden bepaald in art.7 4. van De wet betreffende de rechten van de patiënt. zie p Een voorbeeld waarom dit essentieel is: peni-allergie wordt geregistreerd en hoort dus bij de rubriek allergie. Deze heeft default een lage vertouwelijkheidsgraad en mag dus door alle zorgverleners gelezen worden. AIDS wordt geregistreerd in de rubriek diagnose. Dit heeft een veel hogere vertrouwelijkheidsgraad. Maar als de patiënt stelt dat de veiligheid van alle verzorgers primeert op het beroepsgeheim, kan dit in overleg toch toegankelijk gemaakt worden voor alle hulpverleners en dus op hetzelfde vertrouwelijkheidsniveau als allergie gezet worden. Maar ook omgekeerd: de zelfmoordpoging van 20 jaar geleden moet op vraag van de patiënt een hoger vertrouwelijkheidslabel krijgen, alhoewel deze diagnose blijft staan in de rubriek antecedenten van diagnose, waar alle artsen toegang tot hebben. 17 Zie bijlage Doel van toegang tot het dossier op p. 19. Er moet minstens een onderscheid gemaakt worden tussen bekijken-herschikken-kopiëren, die geen wijzingingen in de gegevens van het dossier teweeg brengen, en invoeren-wijzigen-schrappen, die dit wel doen. 14
15 Rechtmatig gebruik. Het is niet omdat men het recht van toegang heeft tot het dossiersysteem, dat men ook recht van toegang tot een specifiek dossier heeft of tot elk onderdeel van dit specifieke dossier, en evenmin dat men alles in dit dossier mag doen. Daarom is het essentieel dat elke toegang tot een dossier gelogd wordt: dit laat toe misbruiken op te sporen. Authentificatie. Het moet duidelijk gesteld worden dat elke gebruiker volledig verantwoordelijk is voor het gebruik, en dus ook eventueel misbruik, van zijn paswoord. Als een paswoord gebruikt wordt moet steeds verondersteld worden dat de eigenaar van dit paswoord inderdaad ingelogd heeft. Natuurlijk kunnen hier ook meer gesofisticeerde systemen voor gebruikt worden. C. Speciale aandacht Artsen moeten speciale zorg besteden aan de vertrouwelijkheid van de gegevens die onder de hoogste categorie van vertrouwelijkheid vallen. Dit zijn gegevens waarop de patiënt geen recht van toegang heeft. Teveel gegevens daar klasseren maakt het dossier tot een lege doos, die ook zijn functie als werkinstrument niet meer kan vervullen. Er wordt gesteld dat gegevens die de arts in discussies of verwijzingen gebruikt niet in deze categorie kunnen vallen. die verworven zijn uit hetero-anamese omwille van hun dikwijls minder betrouwbaar karakter. die over anderen dan de eigenlijke patiënt gaan, zoals veel gegevens uit de psychiatrie en uit de genetica. 15
16 VII. Zicht / inzicht op dossiergegevens A. Tijdens de consultatie De computer is het instrument bij uitstek om dezelfde gegevens op veel verschillende manieren voor te stellen. De manier van invoeren heeft geen invloed op de manier van uitvoeren: wanneer men de juiste labels toegekend heeft kan de computer via allerhande filters de gewenste verzameling van gegevens onmiddellijk op het scherm brengen of uitprinten. De belangrijkste manieren van zicht zijn: De verschillende vormen van journaal: men kan een chronologisch overzicht van gegevens vragen en hierbij definiëren welke gegevens men wenst. Het kan bv. gaan om een chronologisch opgebouwde verzameling van o wat tijdens elk patiëntcontact geregistreerd werd (dit journaal krijgt men ook in het papieren dossier); o de gegevens van diagnose en behandeling; o enkel de gegevens van diagnose en behandeling die het kenmerk actueel en antecedent hebben (dus niet de gegevens die achteraf het kenmerk archief gekregen hebben); o alles wat geregistreerd werd en te maken heeft met de eerste (tweede, enz.) item uit de probleemlijst. De medicatiehistoriek die door de computer zelf gemaakt werd: bij elk voorschrift houdt de computer bij wat voorgeschreven werd en wanneer; De standaardschermen houden in se ook de verzameling van de gegevens in die met zwangerschap, COPD, diabetes, enz. te maken hebben; Een overzicht van de laboratoriumgegevens, hetzij per datum van aanvraag of per laboratoriumonderzoek, hetzij een verzameling van uitslagen (bv. een selectie van uitslagen rond de follow-up van diabetes); Numerieke gegevens (laboratoriumuitslagen, maar ook gewichtsevolutie, schedelomtrek, enz.) kan men ook grafisch voorstellen. Voor sommige gegevens is dit enkel boeiend als ze geprojecteerd worden op percentielcurves. De computer kan ook allerhande berekeningen uitvoeren als de gegevens maar aanwezig zijn. Bv. BMI, berekening kreatinineklaring, berekenen cardiovasculair risicoprofiel. B. Uitvoer van gegevens Het aspect uitvoer naar het scherm / de printer voor eigen gebruik van de behandelende arts wordt hierboven besproken. Andere vormen van uitvoer zijn: 16
17 Uitvoer naar de patiënt (op basis van het al lang bestaande recht op informatie van de patiënt en op basis van de recente wetgeving terzake); Uitvoer ter gelegenheid van verwijzing: men kan (semi-)automatisch gegevens extraheren uit het dossier en integreren in de documenten bij een verwijzing; Verschillende vormen van automatische uitvoer zoals essentialia als dossier voor wachtdienst of meer uitgebreid in het kader van samenwerkingsverbanden. Dit laatste vergt meer uitleg. Het is mogelijk automatisch, en rekening houdend met de graad van vertrouwelijkheid van de gegevens, een extractie te maken uit het dossier van de patiënt, deze elektronisch te exporteren en op een server klaar te houden voor raadpleging door andere hulpverleners. Wanneer de huisarts voor een patiënt, waarvan hij de GMD-bewaarder 18 is, een gegeven wijzigt of aanvult in één van de rubrieken hieronder vermeld, moet dit automatisch doorgegeven worden (bv. eenmaal per dag) naar de server 19. Elke toegang op de server tot deze gegevens door een geautoriseerde gebruiker moet ook steeds automatisch een bericht genereren naar de verzendende huisarts, vergelijkbaar met de logging van de toegang tot het dossier. Dit bericht kan ook een verslag van de observaties van de dienstdoende arts bevatten. Deze extractie kan de meest essentiële gegevens bevatten en een minimum dossier realiseren voor een wachtdoende arts of een urgentiedienst. Om welke gegevens het gaat wordt bepaald in overleg. Het zou bij voorbeeld kunnen zijn: Diagnoses met het kenmerk actueel en antecedent. Probleemlijst. Behandelingen met het kenmerk actueel en antecedent. Medicaties. Allergieën. Zwangerschap. Risicofactoren. Vaccinatiestatus. Men kan deze lijst aanvullen voor artsen die onderling intense afspraken hebben rond het verzekeren van continuïteit (samenwerkingsverbanden). Verslag van meest recente consultaties. Verslag van meest recente laboratoriumonderzoeken. Verslag van meest recente beeldvorming. Gegevens uit de planning, bv. beperkt tot de eerst volgende maand. 18 GMD = globaal medisch dossier. Dit is essentieel: er mag per patiënt slechts één extract bestaan. Als enkel de arts GMD-bewaarder dit extract kan maken is aan deze voorwaarde voldaan. 19 De extreem belangrijke aspecten van autorisatie (= mag deze persoon wel in deze gegevens kijken) en van authentificatie ( = is deze persoon wel wie hij beweert te zijn) komen in dit document niet aan bod. Als deze aspecten niet zeer nauwkeurig geregeld worden is geen enkele automatische communicatie mogelijk. Het zijn echter geen aspecten van het dossier op zich, wel van het beheer van de server waar deze informatie langs zal lopen bij (semi-)automatisch verkeer. 17
18 De belangrijkste op niveau van de huisarts misschien zelfs de enige voorwaarde om dit te kunnen realiseren is het respecteren van de afspraken rond het orde houden in het dossier. Dit lijkt eenvoudig maar is het allerminst! C. Uitvoer van een dossier Het is steeds mogelijk een volledig dossier als een document uit te voeren, rekening houdend met de vertrouwelijkheidsgraden van de gegevens. Dit kan op papier of elektronisch. De mogelijkheden deze gegevens in een ander dossiersysteem in te voeren zijn vergelijkbaar met het invoeren van om het even welk rapport. Als men vertekt van een goed geordend dossier, wat betekent dan een volledig dossier? Wat met de persoonlijke nota s van de arts (dit heeft met de privacywetgeving in hoofde van de (huis)arts te maken)? Wat met gegevens die de patiënt niet wenst door te geven (dit heeft met de privacywetgeving en de rechten van de patiënt te maken)? Wat met gegevens over anderen, zoals in vele dossieronderdelen met psychosociale en genetische inslag (dit heeft met de privacywetgeving en beroepsgeheim ten aanzien van derden te maken)? Wat met de gegevens van anamnese en klinisch onderzoek van vele jaren terug en met de massa gearchiveerde gegevens (dit heeft met onnuttige ballast in het dossier te maken)? Er moeten keuzes gemaakt worden hoe men met deze vragen zal omspringen. Dit wordt grotendeels ondervangen door de vertrouwelijkheid van de gegevens (zie hoger) correct in te voeren. Echte elektronische integratie 20 van de gegevens in een ander dossiersysteem ligt veel complexer. Dit vergt een hele reeks afspraken over structurering van het dossier. Hebben beide systemen bv. dezelfde administratieve structuur? dezelfde essentiële rubrieken? hetzelfde concept van actief / antecedent / archief? hetzelfde concept van probleemgericht registreren? dezelfde of converteerbare codes minstens in de rubrieken diagnose, medicatie en allergie? Dit lijkt eenvoudig maar in werkelijkheid is zelfs dit minimum op dit ogenblik niet mogelijk zonder belangrijk verlies aan informatie. 20 Actieve diagnoses, diagnoses met het kenmerk antecedent en huidige medicaties uit dossier 1 worden bv. als gecodeerde items van respectievelijk diagnoses, antecedenten van diagnoses en huidige medicaties in dossier 2 ingevoerd. 18
19 VIII. Bijlagen A. Enkele begrippen Actief of huidig Antecedent Archief Journaal of historiek Rubriek Kenmerk of attribuut van een gegeven (diagnose, medicatie, behandeling, probleem enz.) dat er op wijst dat het op dit ogenblik bij de patiënt leeft en al dan niet nu het onderwerp is van de aandacht van de arts. Kenmerk of attribuut van een gegeven (vooral diagnose en behandeling) dat er op wijst dat het een gegeven uit het verleden is (en in die zin niet meer actief of huidig) maar dat belangrijk blijft in het totaalbeeld van de patiënt. In de probleemlijst zal men meestal de term passief gebruiken. Kenmerk of attribuut van een gegeven dat er op wijst dat het geen belangrijke invloed meer heeft op de gezondheid van de patiënt of op de besluitvorming rond deze gezondheidstoestand. De chronologische verzameling van de gegevens die antwoorden op de vraag: Wanneer werden welke gegevens geregistreerd / automatisch door de computer verzameld?. Door het instellen van allerhande filters moet de computer de gegevens die men nu niet wenst, en die steeds de overgrote meerderheid vormen, niet op scherm / printer te tonen. Dit verhoogt in belangrijke mate de overzichtelijkheid. Een van de belangrijkste basisordeningen: aan elk gegeven wordt een label toegekend dat dit gegeven identificeert als een gegeven van anamnese, klinisch onderzoek, diagnose, medicatie, allergie, planning, technisch onderzoek, enz. B. Doel van toegang tot het dossier Bekijken Herschikken Kopiëren Invoeren Wijzigen MEN WIJZIGT DE GEGEVENS NIET Zonder iets aan de gegevens te wijzigen kan men ze op verschillende manieren voorstellen. Op papier of elektronisch. MEN WIJZIGT DE GEGEVENS Hierbij hoort ook de basisordening van de gegevens (dit is een anamnesegegeven, een uitslag van een meting, een diagnose, enz.). Feitelijk wil dit zeggen invoeren van een nieuw gegeven. Hierbij gaat het oude gegeven nooit verloren. Soms wordt het onzichtbaar voor de gebruiker, zoals wanneer men een fout corrigeert. 19
20 Schrappen Soms blijft het gewoon staan, zodat de evolutie kan gevolgd worden. Soms wordt er een andere kenteken op geplaatst (bv. de vertrouwelijkheid van het gegeven wordt gewijzigd) Soms wordt het verplaatst van één rubriek naar een andere en krijgt het dus een andere kenmerk (bv. de diagnose wordt naar antecedenten of naar archief verplaatst). Wil zeggen dat het gegeven onzichtbaar wordt voor de gebruiker en nog enkel door tussenkomst van de programmeur opnieuw zichtbaar kan gemaakt worden. Feitelijk is dit dus een speciale vorm van wijzigen. C. Definities / kenmerken van enkele rubrieken De omschrijving van de onderscheiden rubrieken spreekt enkel over de uitvoer naar scherm / printer en omvat geen criteria over de organisatie van de gegevensopslag in de computer. Allergieën Beeldvorming Behandeling Biometrie Briefwisseling in De opsomming van alle producten waar deze patiënt allergisch op reageert. Vooral de lijst van actieve en niet-actieve ingrediënten van medicaties zijn hier belangrijk (als trefwoord) 21. Dit is een essentiële voorwaarde om de bewaking van allergie en kruisallergie bij het voorschrijven te realiseren. Een onderscheid actief / antecedent / archief van deze rubriek is zinloos en gevaarlijk. Verzameling van alle uitslagen van beeldvormende technieken. Sommige systemen verzamelen alle binnenkomende rapporten in één rubriek briefwisseling. Het is handig wanneer uitslagen van beeldvorming apart bewaard worden, bij voorkeur geklasseerd onder trefwoorden. Dit laat naast klasseren op datum ook klasseren op soort toe, zo kan men bv. alle rx thorax bijeen zien. Niet-medicamenteuse behandelingen. Het onderscheid actief / antecedent / archief is belangrijk. Opsomming van alle biometrische gegevens, bij voorkeur in trefwoorden. Binnenkomende rapporten. Bij voorkeur te klasseren op datum, op auteur of op soort. 21 Artsen zullen bijna steeds beweren dat het niet mogelijk is juist te weten welk van de verschillende ingrediënten de allergische reactie veroorzaakt. Men veronderstelt dan maar dat het actieve product verantwoordelijk is. Dit is wetenschappelijk niet correct en daarenboven geen oplossing bij samengestelde medicaties. De enige mogelijkheid is dat de arts uit alle potentiële allergenen zijn keuze maakt en zich realiseert dat dit een werkhypothese is en geen definitief statement. Men zou kunnen stellen dat men hier niet vastlegt waaraan de patiënt allergisch is maar wel welke allergenen moeten bewaakt worden. Als in de toekomst door het overrulen van de waarschuwing bij een nieuw vooorschrift blijkt dat bv. een kleurstof of een bewaarmiddel niet verantwoordelijk is, kan men steeds het allergeen uit de lijst verwijderen. 20
21 Briefwisseling uit Diagnose Evaluatie Intoleranties Het is erg nuttig het besluit van de rapport apart te bewaren: dit laat sneller inzicht toe, en is hét deel dat in verdere briefwisseling soms gebruikt wordt. Uitgaande brieven. Eventueel samen te voegen met de rubriek inkomende rapporten. De arts moet zoveel als mogelijk aan een groep van klachten en symptomen een etiket toekennen, dat de meeste gegevens van prognose en behandeling inhoudt. Het gebruik van zo nauwkeurig mogelijke trefwoorden is belangrijk (zie verder in Codes en classificatie vanaf p. 23). Ideaal zou zijn dat aan elke diagnose een graad van precisering en een graad van zekerheid toegekend wordt. Een diagnose met een lage zekerheidsgraad, waarover men via de behandeling meer zekerheid wenst te verwerven, kan men een werkhypothese noemen. Het onderscheid actief / antecedent / archief is essentieel om inzicht in de huidige ziektegeschiedenis van de patiënt te behouden en om bewaking op contra-indicaties mogelijk te maken. Immers een groot aantal van diagnoses wordt naderhand triviaal en moet uit de actieve lijst verdwijnen. In het originele SOEPsysteem: de rubriek waar diagnoses verzameld werden. Enkel wanneer de arts er niet toe komt een diagnose te stellen of oordeelt dat zijn bedenkingen niet het statuut van diagnose moeten krijgen, zou men hier voorlopige (?) conclusies kunnen registreren. Opsomming van alle producten die deze patiënt niet verdraagt. Dit is dikwijls een erg subjectieve beleving van de patiënt, al dan niet gesteund op gekende nevenwerkingen. Actieve bewaking hiervan is mogelijk. Dit is fundamenteel onderscheiden van allergiebewaking, vooreerst omdat het niet over een (pseudo-)allergische reactie gaat maar vooral omdat het begrip kruisintolerantie niet bestaat. De arts moet bij het invoeren zelf 22 Neem bv. een van de hoofdstukken uit de inhoudstafel van het Gecommentarieerd geneesmiddelenrepertorium. Wenst men een bewaking van het volledige hoofdstuk 6 (zenuwstelsel) of van 6.2 (neuroleptica) of van (butyrofenonen en defenylpiperidinen) of van de butyrofenonen of van pipamperon of van dipiperon of van dipiperon compr. 21
22 Medicatie Medicatiehistoriek Objectief Planning Probleemlijst Reden tot contact Risico s: andere Risico s: beroep Risico s: familiale antecedenten Subjectief beslissen op welk niveau 22 hij deze bewaking wenst. Medicamenteuze behandelingen: van hieruit worden alle voorschriften aangemaakt. Het gebruik van trefwoorden op verpakkingsniveau is hiervoor imperatief. Het onderscheid actief / antecedent / archief is belangrijk. Immers het grootste aantal van de voorgeschreven medicaties wordt naderhand triviaal en zal bij niet-herordenen elk inzicht in de medicatielijst onmogelijk maken. Ook voor de bewaking op interacties tussen de medicaties is dit onderscheid noodzakelijk. Er is geen bezwaar de antecendenten en gearchiveerde gegevens in dezelfde antecedenten / archief onder te brengen als de niet-medicamenteuze behandelingen. Het onderscheid in twee rubrieken tussen acute en chronische medicatie 23 is in het elektronisch dossier niet wenselijk. Automatisch aangemaakte rubriek: telkens een voorschrift gemaakt wordt zal de computer hier deze lijst aanvullen. Vooral boeiend in de discussie hoeveel potentieel verslavende middelen werden voorgeschreven. De gegevens van het klinisch onderzoek. Rubriek waar alle toekomstige acties verzameld en bewaakt kunnen worden. Deze neemt o.a. een centrale plaats in bij het ondersteunen van de primaire en secudaire preventie. Alles wat de arts belangrijk genoeg vindt om te promoveren tot probleem. Dit is een belangrijk inhoudelijk ordeningsprincipe. Het laat toe snel inzicht te krijgen op de medische problemen van de patiënt en bij koppeling van alle gegevens aan deze items ook probleemgerichte journaals te maken. De belangrijkste aanmeldingsklacht in de termen van de patiënt. De term komt uit het transitieproject waar in functie van deze ingangspoort het verder diagnostisch en therapeutisch beleid van de huisarts opgevolgd werd. Andere dan beroeps- en familiale risico s die de arts wil opvolgen. De risico s die het beroep van de patiënt meebrengt en waar eventueel follow-up voor nodig is. Actieve bewaking is mogelijk. De belangrijke familiale gegevens die in de toekomst implicatie kunnen hebben, vooral in functie van preventie en vroegdiagnose. Actieve bewaking is mogelijk. De gegevens van de anamnese. 23 Welke medicatie neemt de patiënt nu is de kernvraag. In het papieren dossier, waar de mogelijkheid gegevens in antecedenten of in archief te plaatsen feitelijk niet te realiseren is, zit het antwoord in de som van de chronische medicaties (die op een aparte lijst kunnen staan) en de recent voorgeschreven medicaties (die in de laatste lijnen van het journaal staan). Dit in onderscheiden rubrieken verzamelen in het elektronisch dossier vermindert het inzicht. Zowel op gebied van aantal medicaties als vooral in functie van het nakijken van interacties is het nadelig met 2 lijsten te moeten werken! Een attribuut acuut / chronisch kan nuttig zijn indien men bv. automatisch de acute medicatie wenst te archiveren na verloop van tijd. 22
23 Usus Vaccinaties Verrichtingen Werkhypothesen De leefgewoonten van de patiënt: gebruik alcohol, roken enz. De lijst van toegediende vaccins. Bij voorkeur inclusief de suggestie van het vervolgvaccin. Actieve bewaking is mogelijk, eventueel via automatisch opnemen in de rubriek planning. Verslag van de verrichtingen die de arts uitvoert zoals EKG, longfunctie, enz. Een diagnose met een lage zekerheidsgraad waarover men via de behandeling meer zekerheid wenst te verwerven. Dikwijls wordt dit ook gebruikt om het voorlopige denkkader van de arts (differentiaaldiagnose) te vatten. D. Codes en classificaties Wanneer men trefwooorden / codes / classificaties gaat gebruiken moet men zich eerst goed afvragen wat de eerste doelstelling van deze codering is en beseffen dat daardoor andere doelstellingen steeds in mindere mate zullen gerealiseerd worden. De belangrijkste vraag is natuurlijk in welke mate deze code / classificatie de primaire doelstelling van het dossier dient, m.a.w. of deze code / classificatie de best mogelijke keuze is in functie van de individuele zorg voor de patiënt. 1. Medicaties CNK 24 is de code die in de apotheek gebruikt wordt. Aangezien, naast de geheugenfunctie, de eerste 25 doelstelling van de registratie van de medicaties de mogelijkheid van het voorschrijven vanuit de computer is, lijkt deze code geschikt want daarvoor werd hij gemaakt en (zeker niet te onderschatten) daarvoor wordt hij continu onderhouden. Van zodra een dossiersysteem echter andere functies (bv. een of andere bewaking op gebied van medicaties) wenst te implementeren voldoet deze code niet en moet er dus een mapping gelegd worden. 2. Medicatie als allergeen Actieve allergiebewaking 26 is een belangrijke mogelijkheid van het elektronisch dossier. Dit is meteen een voorbeeld waar de CNK ontoereikend is, die heeft immers een band met de verpakking 27 en niet met de verschillende componenten 28 van de medicaties. De 24 CNK = Code National(e) Kode heeft een unieke band met elke verkoopsverpakking van een medicatie. 25 In elk geval de eerste doelstelling in de tijd. Het gaat zelfs verder: in de mate dat de arts vanuit deze registratie ook automatisch een goed voorschrift kan genereren (dus onmiddellijke beloning) mag men aannemen dat deze registratie met meer aandacht en correcter uitgevoerd zal worden. 26 Dus niet enkel de medicatie waaraan allergie bekend is in een venster brengen (dit is niet verschillend van het papieren dossier, waar de allergie op het voorblad in het rood gemarkeerd staat) maar actief bij het voorschrijven de arts signaleren dat hij iets voorschrijft waarvoor minstens voor een van de componenten een (kruis)allergie geregistreerd staat. 27 De code is o.a. verschillend voor kleine en grote verpakkingen en voor andere merken met dezelfde samenstelling. 28 Denk aan medicaties met verschillende actieve producten maar ook aan alle andere bestanddelen zoals kleurstoffen, bewaarmiddelen, enz. die evenzeer als allergeen moeten gemarkeerd worden en binnen deze context waarschijnlijk veel belangrijker zijn dan algemeen aangenomen wordt. 23
24 homologatiecriteria stellen geen enkele terminologie of code voor, en de databank van het Belgisch Centrum Farmacotherapeutische Informatie door het ministerie geleverd is niet gecodeerd op het niveau van actieve ingrediënten en hulpstoffen. Het systeem moet hier dan zelf zijn keuzes maken. Het probleem is echter dat op die manier dit gegeven niet kan gecommuniceerd worden (behalve in vrije tekst natuurlijk), terwijl het toch één van de belangrijke gegevens is bij overdracht van een dossier. 3. Diagnose Het is een stelling in de (huisarts-)geneeskunde dat de diagnose zo precies moet zijn als nodig om zo veilig en correct mogelijk de volgende stap in het beleid ten aanzien van de patiënt te kunnen zetten, niet meer nauwkeurig en ook niet minder. Dit wil dus zeggen dat in de huisartsgeneeskunde zeer veel diagnoses op een zeer algemeen niveau blijven (bv. griepaal syndroom, gastritis, enz.) of zelfs enkel als symptoomdiagnose kunnen geregistreerd worden (bv. hoofdpijn, die zeer vaak enkele dagen later al verdwenen is zodat nauwkeuriger diagnostisch handelen niet wenselijk is). Maar het moet ook mogelijk zijn zeer nauwkeurige diagnoses te registreren (bv. graad van diabetesretinopathie of van AV-block of de TNM uitgebreidheid van een tumor) omdat de therapeutische gevolgen fundamenteel verschillend zijn. Of deze doorgedreven diagnosestelling door de huisarts zelf gebeurde of het gevolg is van een specialistisch onderzoek / kliniekopname doet hierbij niet ter zake. In het licht van het globaal medisch dossier, waarbij het dossier van de huisarts een centrale spil moet worden in de verbetering van de communicatie tussen alle gezondheidswerkers, is het essentieel dat de diagnoses zo verfijnd als bekend geregistreerd worden. De huidige keuze in de homologatiecriteria voor ICPC2 29 laat dit niet toe. Een bijkomend probleem zijn de verschillende coderingen in gebruik bij de huisarts en in kliniekmilieu. Voor de huisarts pleit men in de homologatiecriteria voor de ICPC2 30 (wat in se geen registratiecode is) met aanvulling van de ICD De koppeling aan ICD 9, die in de kliniekmiddens en ook in de huisartsgeneeeskunde ruim in gebruik is, wordt nergens vermeld. 29 ICPC = International Classification Primary Care 30 Soms wordt de indruk gegeven dat indien een diagnose een ICPC-codering heeft, alle eisen vervuld zijn voor verdere verwerking. Dit is echter niet zo. Een ICPC2-classificatie is een classificatiesysteem waarin aandoeningen worden geordend volgens een bepaalde structuur. Als dusdanig is het een goede en internationaal aanvaarde classificatie. De rubrieken van de ICPC2 zijn echter niet geschikt om te diagnosticeren, daarvoor zijn andere meer specifieke termen nodig. De lijst met diagnose-termen moet voldoen aan de specifieke eisen van de huisartsgeneeskunde en de cultuur van de gemeenschap. Het moet mogelijk zijn om deze diagnosen individueel nader te omschrijven. Ideaal bestaat deze lijst met diagnosen uit trefwoorden met een eigen code. Deze code kan dan automatisch gelinkt worden aan een ICPC2-code. Op deze manier beinvloedt de codering het proces van diagnosticeren niet. Wanneer men bijvoorbeeld wil weten hoeveel patiënten in een populatie een postzonale neuralgie vertonen, dan kan men dit niet bepalen aan de hand van de incidentie van S70 herpes zoster. Deze rubriek omvat immers zowel patienten met herpes zoster als patienten met postherpetische neuralgie. 31 ICD = International Classification of Diseases. 24
INHOUDSTAFEL I. INLEIDING...1
INHOUDSTAFEL I. INLEIDING...1 II. ENKELE STELLINGEN...4 A. Algemeen...4 B. In de consultatieplaats...5 C. Ondersteuning, gegevensbanken en protocollen...6 D. Veiligheid...7 E. Taak overheid/beroepsvereniging...7
Nadere informatieGestructureerd registreren
Gestructureerd registreren Workshop Health One Day 2015 Nicolas Delvaux Huisarts Lissewege, Onderzoeker ACHG Wat moet een modern EMD kunnen? Wat is een EMD? p Kern: n Bewaarplaats voor patiëntengegevens
Nadere informatieBasisstructuur van een elektronisch medisch dossier. Koen Thomeer
Basisstructuur van een elektronisch medisch dossier Koen Thomeer Doel presentatie een goed gestructureerd EMD is noodzakelijk om andere ICT-toepassingen mogelijk te maken preventie (selectie populatie
Nadere informatieHoofdstuk 5:... 50 Het patientendossier als referentiedocument... 50 1. Inleiding... 51 2. Inhoud van het patientendossier... 52
Hoofdstuk 5:... 50 Het patientendossier als referentiedocument... 50 1. Inleiding... 51 2. Inhoud van het patientendossier... 52 Officiële versie 2015 - Hoofdstuk 5 49 Hoofdstuk 5: Het patientendossier
Nadere informatieM f E o D l I i D O. Medidoc Gebruikersclub
M f E o D l I i D O a uitgave van de Medidoc Gebruikersclub C 2010 27 34 Parameters aanmaken Recent komt er een beweging op gang om progressief meer parameters te gebruiken, die uitwisselbaar zijn, niet
Nadere informatieM f E o D l I i D O C. a uitgave van de. Medidoc Gebruikersclub 18-19
M f E o D l I i D O C a uitgave van de Medidoc Gebruikersclub 2009 18-19 26 Ongevallen en verzekeringen Vanaf versie 6.4 werd het ongevallendossier volledig uitgewerkt. Evident heeft dit medische en administratieve
Nadere informatieHet elektronisch dossier van de zorgverlener en de patiënt wordt het belangrijkste instrument om nieuwe medische kennis te verwerven
Diagnostics Quality of care EMD als registratie- en kennisinstrument Education development Care for the elderly Nicolas Delvaux, 22 oktober 2015 www.achg.be Het elektronisch dossier van de zorgverlener
Nadere informatieOntologie, classificatie, terminologie en codificatie in de Authentieke Bron Geneesmiddelen voor het e-health Platform in België
Ontologie, classificatie, terminologie en codificatie in de Authentieke Bron Geneesmiddelen voor het e-health Platform in België Prof. Dr. R. Vander Stichele, IT-Coordinator Belgisch Centrum voor Farmacotherapeutische
Nadere informatieElektronisch medisch dossier
Elektronisch medisch dossier Doc: a106005 Tijdschrift: 106 p. 4 Datum: 18/09/2004 Origine: NR Thema's: Dossier (Medisch-) Informatica Elektronisch medisch dossier De Commissie Informatica van de Wetenschappelijke
Nadere informatieContext Informatiestandaarden
Context Informatiestandaarden Inleiding Om zorgverleners in staat te stellen om volgens een kwaliteitsstandaard te werken moeten proces, organisatie en ondersteunende middelen daarop aansluiten. Voor ICT-systemen
Nadere informatieEMD EN SUMEHR DE HUISARTS IN DE GEZONDHEIDSZORG ANNO 2017
EMD EN SUMEHR DE HUISARTS IN DE GEZONDHEIDSZORG ANNO 2017 EMD SUMEHR SUMEHR # EMD EMD SUMEHR Werkinstrument van de HA Document voor de continuïteit van zorgen Continu wijzigend : doorlopende film Momentopname:
Nadere informatieHET GEINFORMATISEERD PATIENTENDOSSIER IN DE RUST- EN VERZORGINGSTEHUIS ET RUSTOORDEN VOOR OUDEREN
HET GEINFORMATISEERD PATIENTENDOSSIER IN DE RUST- EN VERZORGINGSTEHUIS ET RUSTOORDEN VOOR OUDEREN Een registratiemodel voor verzorgingsgegevens In het belang van de resident in een rust- en verzorgingscentrum,
Nadere informatieM f E o D l I i D a O. uitgave van de Medidoc Gebruikersclub
M f E o D l I i D a O uitgave van de Medidoc Gebruikersclub C 2010 28 vanaf versie 6.6 35 Opvolgen van antistolling Zorgvuldig opvolgen van antistolling vereist een specifieke verzameling van gegevens
Nadere informatieA.1 VOLLEDIG VERPLEEGDOSSIER ALS VERGOEDINGSVOORWAARDE
ADVIES VERPLEEGDOSSIERS A. NOPENS HET VERPLEEGDOSSIER A.1 VOLLEDIG VERPLEEGDOSSIER ALS VERGOEDINGSVOORWAARDE Het bijhouden van een volledig verpleegdossier per patiënt is noodzakelijk voor het verkrijgen
Nadere informatieOKIDO. Organisatie van Kinesitherapeutisch Dossier. Wetenschappelijke Vereniging van Vlaamse Kinesitherapeuten vzw. Website: http://www.wvvk.
OKIDO Organisatie van Kinesitherapeutisch Dossier Wetenschappelijke Vereniging van Vlaamse Kinesitherapeuten vzw Website: http://www.wvvk.be 08/02/2007 OKIDO FOD Volksgezondheid 1 Eerste intermediair verslag:
Nadere informatieBijlage 2. Voorbeeldmatrix toegang tot patiëntengegevens
Bijlage 2 Voorbeeldmatrix toegang tot patiëntengegevens Hieronder treft u een Voorbeeldmatrix aan die een grafische weergave bevat van functionarissen (hulpverleners en anderen) en hun bevoegdheden met
Nadere informatieRechten en plichten van de patiënt
Rechten en plichten van de patiënt Inleiding Als patiënt hebt u een aantal rechten en plichten die zijn vastgelegd in de Wet Bescherming Persoonsgegevens, de Wet op de Geneeskundige Behandelingsovereenkomst
Nadere informatieElk zijn eigen dossier en toch e e n dossier. Welke toekomst voor het EMD?
Elk zijn eigen dossier en toch e e n dossier DISCUSSIEDOCUMENT Welke toekomst voor het EMD? Prof. em. dr. Jan Van Damme jan.vandamme@med.kuleuven.be COPYRIGHT: alles van deze uitgave mag worden vermenigvuldigd
Nadere informatieWEEK VAN DE PATIËNTVEILIGHEID
WEEK VAN DE PATIËNTVEILIGHEID UZ Leuven vindt het belangrijk om de verwachtingen van u als patiënt of familie te kennen. Zo kunnen we werken aan voortdurende verbetering van onze patiëntenzorg. Sinds eind
Nadere informatieGEZONDHEIDSENQUETE 2013
GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 5: PREVENTIE Stefaan Demarest, Rana Charafeddine (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat
Nadere informatieTherapeutische link en geïnformeerde instemming van de patiënt(e).
Pagina 1 van 5 Therapeutische link en geïnformeerde instemming van de patiënt(e). Voor veel online diensten waarbij aan u dossiergegevens beschikbaar gesteld moet er een therapeutische link zijn tussen
Nadere informatieSAMENVATTING VAN DE RESULTATEN VAN DE FRKVA-INDICATOREN AGRESSIVITEIT
SAMENVATTING VAN DE RESULTATEN VAN DE FRKVA-INDICATOREN 2014-2015-2016 AGRESSIVITEIT 1 Inhoudstafel I. INLEIDING... 3 II. METHODOLOGIE... 3 STRUCTUURINDICATOREN... 3 PROCESINDICATOREN... 5 RESULTAATINDICATOREN...
Nadere informatieAP6 Delen om samen te werken
AP6 Delen om samen te werken AP6 Partager afin de Collaborer Basisinformatie + hoe ze te bewaren/toegankelijk te maken 1. Een EPD voor alle zorgberoepen Om gegevens te kunnen delen dient elk zorgberoep
Nadere informatieWST 1 AP 1 (DMG = EMD) Basis. Actiepunten
WST 1 AP 1 (DMG = EMD) Basis Het EMD is de authentieke bron voor gegevensdeling door de huisarts. Deze gegevensdeling krijgt vorm door sumehr, medicatieschema en alle andere exportformaten voor gedeelde
Nadere informatieRESULTATEN VIP² GGZ CGG PRISMA VZW -
RESULTATEN VIP² GGZ 2017 - CGG PRISMA VZW - VISIE & AANPAK KWALITEIT TE MONITOREN EN TE VERBETEREN Kwaliteitszorg is een belangrijk thema binnen de werking van ons centrum. Het verbeteren van de kwaliteit
Nadere informatieStudiebewijzen en Discimus Secundair Onderwijs
Studiebewijzen en Discimus Secundair Onderwijs 31 juli 2017 WISA helpdesk Inhoudsopgave 1 Studiebewijzen 2 1.1 Studiebewijzen................................... 3 1.1.1 Definitie van de studiebewijzen......................
Nadere informatieInhoud. 5 Chantage (2) Een kritische blik op de verkregen gegevens De tandarts schrijft Slot...56 Literatuur...
1 Tornen.... 1 1.1 Tornen aan zekerheden... 2 1.2 Samenvatting van de essenties uit het gepubliceerde verslag.... 2 1.3 Kritische noot vooraf.... 3 1.4 Feedback op de zes gememoreerde essenties.... 3 1.5
Nadere informatieProf. dr. M.W. van Tulder Prof. dr. B.W. Koes. Evidence-based handelen bij lage rugpijn
Prof. dr. M.W. van Tulder Prof. dr. B.W. Koes Evidence-based handelen bij lage rugpijn Prof. dr. M.W. van Tulder Prof. dr. B.W. Koes Evidence-based handelen bij lage rugpijn Epidemiologie, preventie, diagnostiek,
Nadere informatieGedeeld Farmaceutisch Dossier. Symposium De E- huisarts 22/03/2014
Gedeeld Farmaceutisch Dossier Symposium De E- huisarts 22/03/2014 Lokaal Farmaceutisch dossier Wettelijke : apotheker moet voorgeschreven geneesmiddelen registreren Tenzij de patiënt bezwaar maakt mogen
Nadere informatieDefinitie : SPOEDGEVALLEN ACUTE ZORG
Definitie : SPOEDGEVALLEN ACUTE ZORG Acute zorg 1 lijn Eerste definitie : eerste lijn wordt van uitgeschakeld Tweede definitie : hier kan voor 90% in de eerstelijn worden afgehandeld. Gebaseerd op huisartsgeneeskundige
Nadere informatieIMPULSFONDS VOOR HET MIGRANTENBELEID
IMPULSFONDS VOOR HET MIGRANTENBELEID HANDLEIDING VOOR DE WEBAPPLICATIE Op deze pagina s vindt u de nodige informatie om te werken met de webapplicatie van het Impulsfonds. Wij raden u aan om deze pagina
Nadere informatieFunctiefamilie DO Dossierbeheerders
Functiefamilie DO Dossierbeheerders DOEL Dossiers (of één of meer opeenvolgende stappen van een dossier) behandelen volgens de geldende reglementering of procedures teneinde het dossier te finaliseren
Nadere informatieM f E o D l I i D O. Medidoc Gebruikersclub
M f E o D l I i D O a uitgave van de Medidoc Gebruikersclub C 2010 24 31 De patiënt oproepen Sinds de versie 6.5 zijn er nieuwe mogelijkheden om het dossier van de patiënt te vinden / te openen. Even de
Nadere informatieRechten en plichten van de patiënt
1/5 Algemeen Rechten en plichten van de patiënt Inleiding Als patiënt hebt u een aantal rechten en plichten die zijn vastgelegd in de Wet Bescherming Persoonsgegevens, de Wet op de Geneeskundige Behandelingsovereenkomst
Nadere informatieEen geïntegreerd zorgmodel voor abnormale moeheid: Oost-en West Vlaanderen
Een geïntegreerd zorgmodel voor abnormale moeheid: Oost-en West Vlaanderen Rol van de kinesitherapeut D Hooghe Simon Axxon, Physical Therapy in Belgium CVS: Voorstel van proefproject Inleiding: 2009: KCE
Nadere informatieDe rechten en plichten van de patiënt
1/6 Algemeen De rechten en plichten van de patiënt Inleiding Als patiënt hebt u een aantal rechten en plichten die zijn vastgelegd in de Wet Bescherming Persoonsgegevens, de Wet op de Geneeskundige Behandelingsovereenkomst
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting De levensverwachting van mensen met een ernstige psychiatrische aandoening (EPA) is gemiddeld 13-30 jaar korter dan die van de algemene bevolking. Onnatuurlijke doodsoorzaken zoals
Nadere informatieImplementatie van SNOMED CT in het EPD: secundair gebruik van data voor ICD-10-BE 25/09/2015
Implementatie van SNOMED CT in het EPD: secundair gebruik van data voor ICD-10-BE 25/09/2015 Overzicht Inleiding Registratie van klinische gegevens in SNOMED CT Mapping SNOMED CT naar ICD-10-CM/PCS Semi-automatische
Nadere informatieCEGEKA GROEP NV Universiteitslaan 9 B-3500 Hasselt T F E BTW BE RPR Hasselt
Medische software Geachte dokter, C-Specialist is een krachtig softwarepakket voor automatisatie van uw specialistenpraktijk. Het programma heeft reeds een aantal jaren van groei achter de rug in de praktische
Nadere informatieEen gebruiksvriendelijk Zorgplan vanuit het HIS Erica Bastiaanssen, maart 2016
Een gebruiksvriendelijk Zorgplan vanuit het HIS Erica Bastiaanssen, maart 2016 Inleiding Vanuit persoonsgerichte zorg maken de huisarts, POH en de patiënt samen afspraken over de zorg, die aansluiten bij
Nadere informatieHandleiding Zorgverlenersportaal
Handleiding Zorgverlenersportaal Franciscus Gasthuis & Vlietland 27-9-2016 Versie 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding pag. 3 1.1. Algemeen pag. 3 1.2 Leeswijzer pag. 3 2. Het Zorgverlenersportaal in vogelvlucht
Nadere informatieZelfevaluatie hoofdstuk Huisapotheker
Vragenlijst: Deze tool laat u toe om door middel van een aantal vragen een balans op te maken van de kwaliteit binnen uw apotheek, teneinde deze waar nodig te verbeteren. Kies bij elke vraag het meest
Nadere informatieWet op de Geneeskundige Behandelingsovereenkomst (WGBO)
Wet op de Geneeskundige Behandelingsovereenkomst (WGBO) Hieronder vindt u een samenvatting van de inhoud van de WGBO. Voor verdere informatie verwijzen wij u naar het Burgerlijk Wetboek Boek 7: Bijzondere
Nadere informatieCBPL Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer Drukpersstraat Brussel Formulier Codering Persoonsgegevens.
CBPL Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer Drukpersstraat 35 1000 Brussel Formulier Codering Persoonsgegevens Lees dit eerst Noteer Het indienen van een aangifte of van een geheel
Nadere informatieOCMWCPASA036 (annulering en wijziging van multifunctioneel attest)
OCMWCPASA036 (annulering en wijziging van multifunctioneel attest) Inhoud 1) Inleiding... 2 2) Wetgeving... 2 3) Historiek... 2 4) Wie gebruikt de dienst? Voor wie en naar wie? En binnen welke termijnen?...
Nadere informatiePraktijkopdracht Klinisch Redeneren
Praktijkopdracht Klinisch Redeneren Inleiding Via deze praktijkopdracht werk je aan je verpleegkundige vakdeskundigheid. De opdracht helpt je om achtergrondkennis te verwerven van de patiënten binnen het
Nadere informatieCEGEKA GROEP NV Universiteitslaan 9 B-3500 Hasselt T F E BTW BE RPR Hasselt
Medische software Geachte dokter, C-Specialist is een krachtig softwarepakket voor automatisatie van uw specialistenpraktijk. Het programma heeft reeds een aantal jaren van groei achter de rug in de praktische
Nadere informatieDataregistratie en classificatie in de toekomst
Dataregistratie en classificatie in de toekomst Naar een optimale ondersteuning van de AVG arts en huisarts in de dagelijkse praktijkvoering, nu en in de toekomst Kees van Boven Toekomstvisie Met wie werk
Nadere informatieSectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Gezondheid»
Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Gezondheid» SCSZG/11/134 BERAADSLAGING NR 11/088 VAN 18 OKTOBER 2011 MET BETREKKING TOT DE NOTA BETREFFENDE DE ELEKTRONISCHE BEWIJSMIDDELEN
Nadere informatieKent u de cijfers van uw hart?
Kent u de cijfers van uw hart? CHOLESTEROL? GEWICHT/ BUIKOMTREK? UW? BLOEDDRUK? SUIKERGEHALTE? V.U.: Dr Freddy Van de Casseye - Elyzeese-Veldenstraat 63-1050 Brussel Belgische Cardiologische Liga www.cardiologischeliga.be
Nadere informatieGebruik van uw medische gegevens en lichaamsmateriaal. Heeft u bezwaar?
Gebruik van uw medische gegevens en lichaamsmateriaal Heeft u bezwaar? Inleiding U bezoekt het Radboudumc voor onderzoek en/of behandeling. Om u zo goed mogelijk te kunnen onderzoeken en/of behandelen
Nadere informatieELG vuistregels met betrekking tot de ADEPD richtlijn, met name het aanmaken en onderhouden van episodes
ELG vuistregels met betrekking tot de ADEPD richtlijn, met name het aanmaken en onderhouden van episodes Toelichting op deze vuistregels vindt u onder Overwegingen bij de gemaakte keuzes Registreer voor
Nadere informatieFoto: halfpoint. 123rf.com. methodisch werken
1 Foto: halfpoint. 123rf.com methodisch werken Methodisch werken 1 Als zorgprofessional doe je nooit zomaar iets. Je werkt volgens bepaalde methodes en procedures. In dit hoofdstuk leer je wat methodisch
Nadere informatiePeer review Het elektronisch Kinesitherapeutisch dossier
Peer review Het elektronisch Kinesitherapeutisch dossier Inleiding Waarom een dossier? Efficiëntie in het werk en communicatie dankzij informatisering en automatisering Hulp bij het nemen van beslissingen
Nadere informatieRESULTATEN ENQUÊTE OVER OVERLEG APOTHEKERS-HUISARTSEN
RESULTATEN ENQUÊTE OVER OVERLEG APOTHEKERS-HUISARTSEN Om na te gaan in welke mate de huisartsen en apothekers uit dezelfde wijk contact hebben en met elkaar overleggen, verstuurden de Apothekers van Brussel
Nadere informatiePrivacyreglement versie: 1 auteur: Wieneke Groot invoerdatum: maart 2014 vaststellingsdatum: herzieningsdatum: september 2015
Privacyreglement versie: 1 auteur: Wieneke Groot invoerdatum: maart 2014 vaststellingsdatum: herzieningsdatum: september 2015 beheerder (functie/naam): Wieneke Groot, POH management bestemd voor: patiënten,
Nadere informatieBewaking op verkeersdeelname IR V-1-1-1
1/11 Z-Index Alexanderstraat 11 2514 JL Den Haag Postbus 16090 2500 BB Den Haag T 070-37 37 400 F 070-37 37 401 info@z-index.nl www.z-index.nl KvK: Haaglanden 27177027 Auteur(s) Drs. L. Grandia Drs. E.
Nadere informatieEURO BOOKS ONLINE - Digitaal bladeren in juridische uitgaven. Uitgave 2013. C.I.P. Koninklijke Bibliotheek Albert I NUR 820 I.S.B.N.
EURO BOOKS ONLINE - Digitaal bladeren in juridische uitgaven Uitgave 2013 C.I.P. Koninklijke Bibliotheek Albert I NUR 820 I.S.B.N. 2013 by Euro Books Uitgegeven door Euro Trans Lloyd Kaleshoek 8 8340 Damme
Nadere informatieMijn GezondheidsPlatform
Mijn GezondheidsPlatform Handleiding Mijn zorgdossier U kunt via Mijn zorgdossier in het menu persoonlijke en medische gegevens vastleggen. Hieronder ziet u om welke onderdelen het gaat. Deze worden vervolgens
Nadere informatieCEGEKA GROEP NV Universiteitslaan 9 B-3500 Hasselt T +32 11 24 02 34 F +32 11 23 34 25 E info@cegeka.be BTW BE 0448 621 832 RPR Hasselt www.cegeka.
Medische software Geachte dokter, C-Specialist is een krachtig softwarepakket voor automatisatie van uw specialistenpraktijk. Het programma heeft reeds een aantal jaren van groei achter de rug in de praktische
Nadere informatieSectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Gezondheid»
Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Gezondheid» SCSZG/15/088 BERAADSLAGING NR 11/088 VAN 18 OKTOBER 2011, GEWIJZIGD OP 9 JUNI 2015, MET BETREKKING TOT DE NOTA BETREFFENDE
Nadere informatieChronische Pijn Protocol Dossier (CPP)
Chronische Pijn Protocol Dossier (CPP) Het kiezen van dit type dossier doet u in de verwijzing. U maakt daar een nieuwe verwijzing aan en u kiest Chronisch Pijn Protocol bij Dossier type. U kunt vervolgens
Nadere informatieDe Programma-matrix. http://www.programmamatrix.be/ Functie van de Programma-matrix
De Programma-matrix Informatie over educatieve programma's kunnen wij terugvinden op de Programma-matrix. De Programma-matrix is een elektronische databank gemaakt in samenwerking met Nederland. De nieuwe
Nadere informatieC a s e S t u d y E l k o f i n C o n t a c t i n f o r m a t i e
C a s e S t u d y E l k o f i n C o n t a c t i n f o r m a t i e Koen Piers Boudewijnlaan 1 Ondernemingsnr. 0808.450.557 0486/666.543 3590 Diepenbeek Rekeningnr. 979-5766597-49 koen@aurealis.be België
Nadere informatieVersie 26april 2016 (EvA/BC/2016/FAQ-list)
Veelgestelde vragen Jeugdgezondheidszorg In deze lijst met veelgestelde vragen vindt u antwoorden op vragen rondom privacy, inzage van dossiers, etc. Staat uw vraag er niet tussen of zijn de antwoorden
Nadere informatieVlaamse overheid Departement Economie, Wetenschap en Innovatie Afdeling Strategie en Coördinatie Koning Albert II-laan 35, bus 10 1030 Brussel
Evaluatie van beleid en beleidsinstrumenten Protocol tussen de entiteit 1 verantwoordelijk voor de (aansturing van de) evaluatie en (de instelling verantwoordelijk voor) het beleidsinstrument Vlaamse overheid
Nadere informatieDe handreiking Gegevensuitwisseling in het kader van Bemoeizorg ( 2005) biedt een helder kader voor besluitvorming binnen netwerken.
Juridisch zakmes ( bron Jolanda van Boven) Naast een contextuele analyse is het toepassen van het juridische kader van groot belang. Bij OGGZ problematiek en het toepassen van dwang en drang nemen de coördinator
Nadere informatieIndividueel zorgplan
Individueel zorgplan Diazon Hafank Inhoudsopgave Individueel Zorgplan 3 Stap voor stap 5 stap 1: Gezondheid & behoeften 5 stap 2: Meetwaarden 6 stap 3: Uw doel & acties 8 stap 4: Evaluatie 10 Bereid het
Nadere informatieRegistreren in het HIS. Carel Bakx Wim de Grauw Willem van Gerwen Kees van Boven
Registreren in het HIS Carel Bakx Wim de Grauw Willem van Gerwen Kees van Boven Doel van deze verkenningstocht: leren om klachten en ziekten systematisch vast te leggen Achtergronden van ICPC Wat is ICPC?
Nadere informatie7. Zorgtrajecten. Inleiding. suggestievragen
7. Zorgtrajecten Inleiding Een zorgtraject beoogt een multidisciplinaire benadering van de chronisch zieke patiënt. De toepassing van een zorgtraject gaat echter gepaard met een aantal administratieve
Nadere informatieUw patiëntendossier en privacy
Uw patiëntendossier en privacy UZ Leuven werkt met één centraal dossier per patiënt, over alle specialisaties heen. Dit dossier is volledig elektronisch en bevat gegevens van artsen, verpleegkundigen en
Nadere informatieUitgevoerd onderzoek in de huisartsenpraktijk
Uitgevoerd onderzoek in de huisartsenpraktijk ELLEN BANIERINK ANIOS INTERNE GENEESKUNDE 06-12-2016 Inhoud Aanleiding Vorming onderzoeksvoorstel Het onderzoek Praktisch gezien Planning Verloop Problemen
Nadere informatieIndividueel Zorgplan: Referentiemodel
Individueel Zorgplan: Referentiemodel Versie 2., oktober 206 Inhoud Individueel Zorgplan: Referentiemodel... Inleiding... 2 Individueel zorgplan... 2 Referentiemodel versie 2.... 2 Werken met een individueel
Nadere informatieHandleiding MyHealthViewer
Handleiding MyHealthViewer VERSIE 1.1 DATUM: 16/11/2018 MyHealthViewer MyHealthViewer is een software applicatie specifiek ontworpen voor jou als burger om jouw gezondheidszorggegevens te kunnen bekijken
Nadere informatieVoorlopige minimale dataset Diabetes
Voorlopige minimale dataset Diabetes Bestand 1: Identificatie client/patient nummer Begindatum_zorgtraject Einddatum_zorgtraject Reden_einddatum_zorgtraject Einde kalenderjaar Verwijzing naar 2e lijn Overlijden
Nadere informatieUw medisch dossier. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee!
Uw medisch dossier Voor een goede medische behandeling is het noodzakelijk dat uw behandelend arts een dossier bijhoudt. Dit dossier bevat aantekeningen over uw gezondheidstoestand en gegevens over de
Nadere informatieVerstandelijke Beperking en Psychiatrie; praktijk richtlijnen
Verstandelijke Beperking en Psychiatrie; praktijk richtlijnen Congres Focus op Onderzoek, 22 juni 2015 Gerda de Kuijper, AVG/senior senior onderzoeker CVBP/UMCG Dederieke Festen AVG/senior onderzoeker
Nadere informatieGebruikershandleiding. Beheer Enveloppen
Gebruikershandleiding Beheer Enveloppen Inleiding Via Beheer Enveloppen kunt u heel eenvoudig een groot aantal betalingsbestanden voorbereiden, waarvan niet noodzakelijk alle gegevens al gekend en ingevuld
Nadere informatieuw medische gegevens elektronisch delen?
patiënteninformatie uw medische gegevens elektronisch delen? Dat kan via het LSP Ziekte, blessure of een ongeval komt vaak onverwacht. Daardoor kunt u terecht komen bij een (onbekende) arts, een andere
Nadere informatieOCMWCPASPensionRegisterConsult (Raadpleging van het Pensioenkadaster)
OCMWCPASPensionRegisterConsult (Raadpleging van het Pensioenkadaster) Inhoudstafel 1) Inleiding... 2 2) Wetgeving... 2 Voorgeschiedenis... 2 4) Wie gebruikt de dienst? Voor wie en naar wie? Binnen welke
Nadere informatieNa ingave van uw doc-check paswoord, opent u uw kwaliteitshandboek door te klikken op het APB-nr van de apotheek.
Basisprincipes My quality assistant in 1-2-3 onder de knie! Via http://www.myqualityassistant.be/ kan u (na ingave van uw doc-check paswoord) inloggen in uw eigen online kwaliteitshandboek. Bij problemen
Nadere informatieACHIL: evaluatie van de zorgtrajecten diabetes mellitus type 2 en chronische nierinsufficiëntie
ACHIL: evaluatie van de zorgtrajecten diabetes mellitus type 2 en chronische nierinsufficiëntie Achil Phase 1 (2009-2013). Ambulatory Care Health Information Laboratory Feedback rapport Lokale Multidisciplinaire
Nadere informatieDOP DIGITAAL ONCO PLATFORM
DOP DIGITAAL ONCO PLATFORM Samenwerking tussen Universitair Ziekenhuis Gent VZW CoZo Vlaanderen Universitair Centrum voor Verpleegkunde en Vroedkunde Aanleiding ehealth in de oncologie Belang van patiëntenparticipatie
Nadere informatieegezondheid: hoe te gebruiken in de dagelijkse praktijk?
egezondheid: hoe te gebruiken in de dagelijkse praktijk? guy.hans@uza.be @GuyHans_1 2 Enkele (r)evoluties in de gezondheidszorg Meer chronische zorg (vs louter acute zorg) Zorg op afstand (monitoring,
Nadere informatie2008-20092009. Opzet Organisatie Onderwerpen volgende lessen
Farmaceutische zorg Farmanager Bejaardenzorg 2008-20092009 Opzet Organisatie Onderwerpen volgende lessen 1 Farmanager Bejaardenzorg 2008-20092009 Optimalisatie van de farmaceutische zorg door middel van
Nadere informatieKlinisch redeneren BBL/BBL-i/ BOL/Vakbekwaam/HBOV Opdracht: Start klinisch redeneren: - observeren van een patiënt.
Klinisch redeneren BBL/BBL-i/ BOL/Vakbekwaam/HBOV Opdracht: Start klinisch redeneren: - observeren van een patiënt. Inleiding In dit onderdeel beschrijven we de opdracht, maar allereerst krijg je algemene
Nadere informatieHoe kan men een beeld krijgen van de algemene medische toestand en/of van bepaalde belangrijke chronische aandoeningen van individuele patiënten?
Hoe kan men een beeld krijgen van de algemene medische toestand en/of van bepaalde belangrijke chronische aandoeningen van individuele patiënten? Greenock zal automatisch vragen om een pathologie te linken
Nadere informatieCEGEKA GROEP NV Universiteitslaan 9 B-3500 Hasselt T F E BTW BE RPR Hasselt
Medische software Geachte dokter, C-Specialist is een krachtig softwarepakket voor automatisatie van uw specialistenpraktijk. Het programma heeft reeds een aantal jaren van groei achter de rug in de praktische
Nadere informatieBROKIS Zorgcoach BENU Check
BROKIS Zorgcoach BENU Check De online tool ter ondersteuning van de farmaceutische zorg in de BENU apotheek Versie 31 maart 2015 1 Inleiding BENU Check De BENU Check is een online tool die gebruikt kan
Nadere informatieStappenplan voor het zorgtraject diabetes
Stappenplan voor het zorgtraject diabetes Informatie voor patiënten Februari 2011 In samenwerking met zorgtrajectpromotoren Uw gegevens Naam: Adres:. Telefoon/GSM: E-mailadres:. Geboortedatum:. Kleefbriefje
Nadere informatieSectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Gezondheid»
1 Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Gezondheid» SCSZ/11/049 AANBEVELING NR 11/01 VAN 19 APRIL 2011 BETREFFENDE HET TOEGANGSRECHT VAN DE PATIËNT TOT DE BESTEMMELINGEN
Nadere informatiePrivacyreglement HAP S. Broens
Privacyreglement HAP S. Broens Verstrekking van uw persoonsgegevens aan derden De medewerkers van HAP S. Broens hebben de verplichting vertrouwelijk met uw persoonsgegevens om te gaan. Dit houdt bijvoorbeeld
Nadere informatieHandleiding voor CTR-gebruikers
Handleiding voor CTR-gebruikers Inhoud 1. Inleiding 3 2. Basisbegrippen 3 3. Toegang 4 3.1. Technische vereisten 4 3.2. Hoe opent u CTR? 4 3.3. Keuze van het profiel 4 4. Algemeen overzicht 5 4.1. Hoofding
Nadere informatieBijkomende informatie voor de registratie van de doodsoorzaak
Bijkomende informatie voor de registratie van de doodsoorzaak 1. Veld 31: A2_CODE_DIAG_CAUSE_DEATH Veld 31 A2_CODE_DIAG_CAUSE_DEATH behoort tot het bestand STAYHOSP in domein 3 van de administratieve gegevens.
Nadere informatieVitalink Kindrapport. Delen van gegevens uit het K&G kinddossier, voor een betere zorg. Jan Lenssen, Diensthoofd ICT-ontwikkeling
Vitalink Kindrapport Delen van gegevens uit het K&G kinddossier, voor een betere zorg Jan Lenssen, Diensthoofd ICT-ontwikkeling Doel van het project Vitalink Kindrapport Kind en Gezin heeft ikv. preventieve
Nadere informatieOntdek. de nieuwe versie van uw e-banking solution. Pay@Finpost. Grondige actualisering. Nieuwe functionaliteiten. Informatie in realtime
Pay@Finpost Ontdek de nieuwe versie van uw e-banking solution Grondige actualisering Nieuwe functionaliteiten Informatie in realtime Efficiënter en gebruiksvriendelijker Inhoud 1. De evolutie van de nieuwe
Nadere informatieSectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling "Gezondheid"
Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling "Gezondheid" SCSZG/17/143 BERAADSLAGING NR. 17/014 VAN 21 FEBRUARI 2017, GEWIJZIGD OP 18 JULI 2017, BETREFFENDE DE MEDEDELING VAN
Nadere informatieKwaliteitsproject Digitale insultregistratie
Kwaliteitsproject Digitale insultregistratie Door: Edwin Rutgers Organisatie: ASVZ Inhoudsopgave kwaliteitsproject 1. Inleiding 1.1. Probleemdefiniëring 1.2. Doelstelling 2. Informatie vooraf 3. Kwaliteitscirkels
Nadere informatieVITALINK NEXT GENERATION
VITALINK NEXT GENERATION Dominique Dejonckheere Programma manager ICT Agentschap Zorg en Gezondheid WAT IS VITALINK? > Platform voor het veilig delen van gegevens die niet 24u/24 7d/7 beschikbaar zijn
Nadere informatieRichtlijn Elektronisch Patiëntendossier (EPD) in de sportgeneeskundige praktijk goedgekeurd door ALV op 17 september 2015
Richtlijn Elektronisch Patiëntendossier (EPD) in de sportgeneeskundige praktijk goedgekeurd door ALV op 17 september 2015 Goedgekeurd door ALV op 17-09-2015 (VSG7763) 1 Inhoudsopgave Functies van het Elektronisch
Nadere informatie