Monitor CO 2 -uitstoot woningen Rotterdam 2011
|
|
- Fenna Eilander
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Monitor CO 2 -uitstoot woningen Rotterdam 2011
2
3 Monitor CO 2 -uitstoot woningen Rotterdam 2011 Projectnr drs PA de Graaf Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) Mei 2011 In opdracht van de DCMR Milieudienst Rijnmond 2
4 Verklaring der tekens: * = voorlopig gegeven, cq jaar met nog allemaal voorlopige gegevens = (nog) ontbrekend gegeven; in de toelichting bij de figuur is aangegeven hoe dat probleem dan is opgelost, namelijk door de waarde te gebruiken die gold voor het laatst bekende jaar Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) Blaak 34, 3011 TA Rotterdam Postbus 21323, 3001 AH Rotterdam Telefoon: (010) Fax: (010) infocos@sdrrotterdamnl Internet: Prijs: 10,00 Gegevens mogen worden overgenomen, mits met bronvermelding Verveelvoudiging voor eigen of intern gebruik toegestaan
5 INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING 5 2 LANDELIJKE ONTWIKKELINGEN SINDS ENERGIEVERBRUIK DOOR HUISHOUDENS; DOORREKENING NAAR CO 2 -UITSTOOT 9 31 Inleiding 9 32 Schatting CO 2 -emissies in 2004 en later door Rotterdamse huishoudens op basis van EVH- en Stedin-gegevens Schatting CO 2 -emissies in jaren vóór 2004 door Rotterdamse huishoudens op basis van het EVH Totaaloverzicht van alle uitkomsten 14 BIJLAGE: VERSCHILLEN FEITELIJKE EN IPCC-EMISSIES (Bron: CBS) 17 3
6 4
7 1 INLEIDING De gemeente Rotterdam streeft ernaar, de CO 2 -emissie in 2025 in haven en stad te halveren ten opzichte van 1990 In het kader daarvan is ook een monitor opgezet waarin de trend van de CO 2 - uitstoot wordt getoond Voor deze monitoring verscheen in 2007 een nulmeting van de CO 2 - uitstoot in 1990 en 2005 Voor een onderdeel van deze monitoring heeft de DCMR Milieudienst Rijnmond namens de gemeente Rotterdam de hulp ingeroepen van het Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS), namelijk voor de component(en) gebouwde omgeving (woningen) en midden- en kleinbedrijf en dienstverlening Bij woningen betreft het hier met name het gas- en elektriciteitsverbruik dat aan de bewoners van het grondgebied van de gemeente Rotterdam kan worden toegerekend (waarbij elektriciteitsverbruik in termen van CO 2 -uitstoot een onderdeel vormt van de component grote industrie en elektriciteitcentrales ) In september 2007 verscheen de COS-rapportage voor de nulmeting, en in juni 2008, september 2008, juni 2009 en mei 2010 verschenen vervolgmetingen 1 De voorliggende rapportage is een nieuwe vervolgmeting, omdat inmiddels wederom recentere gegevens beschikbaar zijn Voor het werkelijke energieverbruik door Rotterdamse huishoudens betreft dit overigens niet meer gegevens uit de bestanden van het EnergieVerbruik Huishoudens (EVH) van het CBS, maar rechtstreeks de achterliggende gegevens van netbeheerder Stedin Deze verandering leidt niet tot andere of niet zuiver vergelijkbare uitkomsten; in beide gevallen zijn ongecorrigeerde brongegevens, zonder uitsluiting van schijnbaar extreme waarden, gebruikt Wél zijn om twee andere redenen uitkomsten over voorgaande jaren veranderd: 1) De emissiefactoren voor elektriciteit (de omrekeningsfactoren waarmee kilowatturen elektriciteitsverbruik omgerekend worden in grammen CO 2 -uitstoot) zijn onlangs door CBS en Agentschap NL (het voormalige SenterNovem) herzien In paragraaf 31 wordt hierop nader ingegaan 2) Sinds 18 maart 2010 behoort de voormalige gemeente Rozenburg eveneens tot Rotterdam Vanaf dat moment moet dus ook de uitstoot door Rozenburgse huishoudens meegeteld worden Voor de vergelijkbaarheid zijn daarom voor jaren vóór dat moment de Rotterdamse verbruiksgegevens opgehoogd met de additionele bijdrage van Rozenbug in het kalenderjaar 2010: 2,4666% voor het gasverbruik, en 2,9418% voor het elektriciteitsverbruik Opbouw van deze rapportage Deze rapportage is als volgt opgebouwd In hoofdstuk 2 wordt allereerst een overzicht gepresenteerd van de landelijke ontwikkeling van de hoeveelheid CO 2 -uitstoot sinds 1990 In hoofdstuk 3 wordt vervolgens het energieverbruik door huishoudens voor de jaren 2004, 2006, 2007, 2009 en 2010 gepresenteerd, en worden deze gegevens doorgerekend naar hoeveelheden CO 2 -uitstoot voor de periode Dit hoofdstuk eindigt in paragraaf 34 met een totaaloverzicht van alle schattingen van de CO 2 -emissies door Rotterdamse huishoudens in figuur 34 En tenslotte is in een bijlage nog een overzicht van het CBS overgenomen van de verschillen tussen de hoeveelheden feitelijke en IPCC-emissies 1 Zie voor de vorige versie: Centrum voor Onderzoek en Statistiek (PA de Graaf): Vervolgmeting Monitor CO 2 - uitstoot Rotterdam, Woningen Versie mei 2010; Rotterdam, mei
8 6
9 2 LANDELIJKE ONTWIKKELINGEN SINDS 1990 Over de landelijke CO 2 -emissie produceert het CBS energie- en productiestatistieken middels de elektronische databank Statline op de website die onder meer ook worden gepubliceerd door het Milieu- en Natuurplanbureau (MNP) op haar website De landelijke hoeveelheden CO 2 -uitstoot in miljoenen kilogram volgens de IPCC-richtlijnen 2 zijn opgenomen in figuur 21 Figuur 21: Landelijke hoeveelheid CO 2 -uitstoot in miljoenen kilogram conform de IPCCrichtlijnen; Consumenten (huishoudens) Energiesector a Industrie a Raffinaderijen Verkeer en vervoer b Land- en tuinbouw en visserij Handel, diensten en overheid Milieudienstverlening Overige stationaire bronnen Totaal a ): Exclusief raffinaderijen b ): Totaal Mobiele bronnen, minus Mobiele bronnen in de landbouw en Visserij Bron: Emissieregistratie CBS/MNC, bewerking COS Deze gegevens zijn te vinden op de elektronische databank Statline op onder Natuur en Milieu > Lucht ( Emissies van broeikasgassen, berekend volgens IPCCvoorschriften ; versie 21 februari 2011) Volgens de algemene planning verschijnen de voorlopige cijfers over 2010 rond 1 september 2011, en de definitieve over 2010 in februari 2012 De emissie van CO 2 is tussen 1990 (het basisjaar van het Kyotoprotocol) en 2005 (het jaar dat de uitstoot van broeikasgassen voor het eerst onder het niveau van het basisjaar kwam) jaarlijks met gemiddeld 1% gestegen als gevolg van de groei van het energieverbruik en een toename van het personen- en goederenvervoer Na 2004 daalde de CO 2 -emissie, behalve in 2008, toen zij weer licht toenam door een hoger aardgasverbruik voor de verwarming van huizen en werkplekken in de relatief koude maanden van dat jaar Ook de tuinbouw verbruikte meer aardgas door het toegenomen aantal wkk-installaties In de industrie- en energiesector nam de CO 2 -emissie echter aanzienlijk af, omdat vooral in het vierde kwartaal van 2008 als gevolg van de recessie minder aardolie en steenkool werd verbruikt Deze afname kon de toename van de CO 2 -uitstoot in de andere sectoren echter niet volledig compenseren In 2009 nam de CO 2 -emissie met circa 3% af als gevolg van de economische crisis 3 Naast deze volgens de IPCC-voorschriften berekende totale emissies publiceert het CBS ook cijfers over de feitelijke emissies op of boven Nederlands grondgebied en continentaal plat 4 Fi De IPCC (Intergovernmental Panel on Climate Change) verzorgt de (wetenschappelijke) begeleiding van de uitvoering van het Kyoto-protocol In de Bijlage is een overzicht van het CBS overgenomen van de verschillen tussen de hoeveelheden feitelijke en IPCC-emissies Zie over de ontwikkeling van de broeikasemissies in Nederland in 2008 en 2009 de artikelen Broeikasemissies in Nederland, respectievelijk Broeikasemissies in Nederland, op de website van het Compendium voor de Leefomgeving In de Bijlage is een overzicht van het CBS overgenomen van de verschillen tussen de hoeveelheden feitelijke en IPCC-emissies 7
10 guur 22 laat de verschillen voor het totaal en voor de sector Consumenten (huishoudens) zien Hoewel volgens beide definities landelijk de CO 2 -uitstoot tussen 1990 en 2005 met zo n 10% is toegenomen, is het aan huishoudens toe te rekenen deel daarvan volgens beide definities met 7% afgenomen Sindsdien is de CO 2 -uitstoot door huishoudens volgens beide definities eerst in vergelijkbare mate verder afgenomen, maar sinds 2008 ligt het weer bijna op het niveau van 2005 Deze fluctuaties worden bijna volledig veroorzaakt door de fluctuaties in het aardgasverbruik door huishoudens Figuur 22: Landelijke hoeveelheid CO 2 -uitstoot in miljoenen kilogram feitelijk en conform de IPCC-richtlijnen; totaal en Consumenten (huishoudens); Feitelijk: Totaal wv Consumenten (huish) Conform de IPCC-richtlijnen: Totaal wv Consumenten (huish) Aardgasverbruik a 314,92 301,47 277,73 310,74 312,39 a ): Het hier ter illustratie tevens opgenomen aardgasverbruik is hier uitgedrukt in PetaJoule 1 PJ = 31,6 miljoen m 3 aardgas Bron: Emissieregistratie CBS/MNC, bewerking COS Deze gegevens zijn te vinden op de elektronische databank Statline op onder Natuur en Milieu > Lucht ( Luchtverontreiniging, feitelijke emissies door alle bronnen respectievelijk Emissies van broeikasgassen, berekend volgens IPCC-voorschriften ; versies 15 respectievelijk 21 februari 2011) Volgens de algemene planning verschijnen de voorlopige cijfers over 2010 rond 1 september 2011, en de definitieve over 2010 in februari 2012 Aardgasverbruik Nederlandse woningen: CBS, Nederlandse Energiehuishouding (NEH) Deze gegevens zijn te vinden op de elektronische databank Statline op onder Industrie en energie > Energie > Totaalbeeld > Energiebalans (versie 4 november 2010 / 2 mei 2011) ( Totaal finaal verbruik ) Volgens de algemene planning verschijnen voorlopige cijfers over 2010 in juni/juli 2011, en de definitieve over 2010 in oktober/november
11 3 ENERGIEVERBRUIK DOOR HUISHOUDENS; DOORREKENING NAAR CO 2 -UITSTOOT 31 Inleiding Verbruiksgegevens Het CBS heeft van de energienetbedrijven de klantenbestanden over 2004 tot en met 2007 ontvangen, met daarin voor alle aansluitingen die horen bij het desbetreffende energienet het gasen elektriciteitsverbruik Deze klantenbestanden heeft het CBS gekoppeld aan onder meer zijn bedrijvenbestand, en aan het CBS-WoningenRegister Eind maart 2009 heeft het CBS uit deze bestanden voor het eerst gegevens gepubliceerd: het gemiddeld gasverbruik, het gemiddeld elektriciteitsverbruik en het aandeel stadsverwarming per gemeente, wijk en buurt in 2004 Onlangs zijn daar ook gegevens over 2006 aan toegevoegd De gegevens over 2007 zijn tot op heden nog niet gepubliceerd Op termijn worden de bronbestanden door het CBS onder voorwaarden ook ter beschikking gesteld voor onderzoek door derden Het COS heeft daarop vooruitlopend eind december 2008, begin juni 2009 en half mei 2010 door het CBS berekeningen laten verrichten op de bestanden Energieverbruik Huishoudens 2004 (EVH 2004), Energieverbruik Huishoudens 2006 (EVH 2006) en Energieverbruik Huishoudens 2007 (EVH 2007) over het energieverbruik in Nederlandse woningen in 2004 respectievelijk 2006 respectievelijk 2007 Deze gegevens zijn in principe definitief Deze EVH-bestanden bevatten (alleen) alle voor bewoning bestemde gebouwen per 1 januari van het betreffende jaar; woningen die geen gebouw zijn, zoals woonboten of woonwagens, ontbreken dus, en het energieverbruik en de CO 2 -uitstoot door het midden- en kleinbedrijf vallen daarmee buiten het bestek van de hier te presenteren berekeningen Anderzijds zijn wel alle soorten woonruimte bij de berekeningen meegenomen : niet alleen de gewone woningen, maar ook recreatiewoningen, wooneenheden en bijzondere woongebouwen Het energieverbruik in de EVH-bestanden is gebaseerd op het verbruik volgens meterstanden, dat is omgerekend naar een verondersteld verbruik per kalenderjaar Dit zal over het algemeen niet exact overeenkomen met het gebruik van een woning, maar het gemiddelde gebruik van een aantal woningen zal erg dicht bij het daadwerkelijke gemiddelde liggen Voor jaren na 2007 zijn het COS tot op heden nog geen gegevens uit het EVH bekend, maar dat is ook niet meer nodig Sinds kort beschikt het COS namelijk rechtstreeks over de door de gemeente Rotterdam aangekochte achterliggende gegevens over het gas- en elektriciteitsverbruik in Rotterdam in 209 en 2010 van netbeheerder Stedin Daarmee zijn de verbruiksgegevens voor deze monitor nu (relatief gezien) twee jaar recenter dan voorheen, zonder dat deze verandering tot andere of niet zuiver vergelijkbare uitkomsten leidt Alleen over 2008 zijn er nu geen daadwerkelijke verbruiksgegevens Dat is echter niet erg: omdat wél de verbruiksgegevens over 2007 en over 2009 bekend zijn, kan voor 2008 een (geïnterpoleerd) verbruik geschat worden, en het verbruik in 2008 is verder in geen enkel opzicht van invloed op uitkomsten over andere jaren In figuur 31 zijn de verbruiksgegevens weergegeven zoals die door CBS dan wel Stedin aan het COS zijn geleverd en die in deze monitor worden gebruikt Voor 2009 en 2010 zijn daarbij zowel de gegevens exclusief als die inclusief Rozenburg weergegeven 9
12 Figuur 31: Beschikbare verbruiksgegevens gas en elektriciteit Rotterdam, Gas, Rotterdam excl Rozenburg m m m m m 3 Idem incl Rozenburg m m 3 Elektriciteit, Rotterdam excl Rozenburg kwh kwh kwh kwh kwh Idem incl Rozenburg kwh kwh Bron CBS, EVH CBS, EVH CBS, EVH Stedin Stedin Bron: Het CBS heeft het COS in december 2008, juni 2009 en mei 2010 de EVH-verbruiksgegevens over 2004, 2006 respectievelijk 2007 geleverd De Stedin-gegevens over 2009 en 2010 zijn het COS door Stedin in februari 2011 geleverd De daling van het gasverbruik in 2007 ten opzichte van de eerdere jaren hangt samen met het feit dat 2007 een extreem warm jaar was Dit komt overeen met het landelijke beeld volgens het CBS; zie hierover ook aan het eind van dit hoofdstuk Rozenburg Sinds 18 maart 2010 behoort de voormalige gemeente Rozenburg eveneens tot Rotterdam Vanaf dat moment moet dus ook de uitstoot door Rozenburgse huishoudens meegeteld worden Voor de vergelijkbaarheid worden daarom voor jaren vóór dat moment de Rotterdamse verbruiksgegevens opgehoogd met de additionele bijdrage van Rozenburg in het kalenderjaar 2010 zoals die te berekenen is uit de verbruiken exclusief en inclusief Rozenburg uit figuur 31: 2,4666% voor het gasverbruik, en 2,9418% voor het elektriciteitsverbruik Omrekeningsfactoren Voor de omrekening van gas- en elektriciteitsgebruik naar CO 2 -uitstoot wordt voor deze monitor uitgegaan van de volgende relaties Figuur 32: Emissie gas Emissie elektriciteit CO 2 -emissie per Nm 3 gasverbruik en kwh elektriciteitsgebruik van huishoudens; ,7946 kg 1,7946 kg 1,7946 kg 1,7946 kg 1,7946 kg 1,7946 kg 1,7946 kg 1,7946 kg 684,6 gram 680,7 gram 644,9 gram 650,2 gram 650,2 gram 643,2 gram 626,4 gram 617,0 gram Emissie gas Emissie elektriciteit ,7946 kg 1,7915 kg 1,7915 kg (1,7915 kg) (1,7915 kg) 613,8 gram 594,8 gram 607,9 gram 592,5 gram (592,5 gr) Bron: Gas: Agentschap NL (S te Buck ea): Protocol monitoring hernieuwbare energie Update 2010; Den Haag, mei 2010: blz 60 Voor 2009 en 2010 zijn nog geen cijfers bekend, en wordt hier vooralsnog de emissiefactor voor gas uit 2008 gebruikt In de toekomst zal de emissiefactor voor aardgas overigens jaarlijks worden geactualiseerd Elektriciteit: CBS: Hernieuwbare energie in Nederland 2009; Den Haag/Heerlen, 2010: tabel 212 Een recentere emissiefactor voor 2009 is op verzoek door Agentschap NL aanvullend aan het COS geleverd Voor 2010 is nog geen cijfer berekend; dit gebeurt waarschijnlijk pas in juni 2010 Daarom wordt voor 2010, mede op advies van Agentschap NL, vooralsnog de emissiefactor voor elektriciteit uit 2009 gebruikt In deze monitor gebruikte factoren voor jaren waarvoor nog geen factoren bekend zijn, zijn in deze tabel tussen haakjes weergegeven In 2008 was het elektrisch rendement iets lager dan in 2007 Centrales met een lager rendement hebben iets méér gedraaid, en centrales met hoog rendement minder Dit kan om bijvoorbeeld onderhoudsredenen geweest zijn 10
13 De omrekeningsfactoren voor elektriciteit in figuur 32 verschillen van die die in voorgaande jaren zijn gebruikt, omdat CBS en Agentschap NL deze hebben herzien De achtergrond daarvan is het volgende In het Protocol Monitoring Hernieuwbare Energie en het Protocol Monitoring Energiebesparing werd in het verleden het elektrisch rendement op verschillende wijzen bepaald Toen beide protocollen onlangs moesten worden herzien, is besloten dit op elkaar af te stemmen en de berekening van het referentierendement gelijk te trekken Herziene uitkomsten Door de toevoeging van Rozenburg en de herziening van de CO 2 -emissiefactoren voor elektriciteit verschillen de uitkomsten in deze versie van deze monitor voor alle jaren met die uit vorige versies van deze monitor Verdere gegevens voor extrapolaties En tenslotte worden in deze monitor voor jaren waarvoor (nog) geen gegevens over het gebruik beschikbaar zijn extrapolaties (schattende voor- of achteruitberekeningen) verricht aan de hand van de volgende CBS-statistieken Figuur 33: Verdere CBS-statistieken voor extrapolaties; Emissie huishoudens landelijk a Elektrverbruik Ned woningen b Aantal woningen landelijk Aantal woningen Rotterdam Woningaandeel Rotterdam ,33 70,92 78,51 79,60 82,14 83,98 84,71 87, ,71% ,50% ,30% ,29% ,27% ,24% ,20% ,17% Emissie huishoudens landelijk a Elektrverbruik Ned woningen b Aantal woningen landelijk Aantal woningen Rotterdam Idem inclusief Rozenburg Woningaandeel Rotterdam Idem inclusief Rozenburg a ): b ): ,24 87,46 89,28 86, ,16% ,14% ,10% ,07% In miljoenen kilogram Betreft alleen gas Het verbruik is hier uitgedrukt in PetaJoule 1 PJ = 277,8 miljoen kwh ,04% 4,12% Bron: Emissieregistratie CBS/MNC, bewerking COS Deze gegevens zijn te vinden op de elektronische databank Statline op onder Natuur en Milieu > Lucht ( Emissies van broeikasgassen, berekend volgens IPCCvoorschriften ; versie 21 februari 2011) Volgens de algemene planning verschijnen de voorlopige cijfers over 2010 rond 1 september 2011, en de definitieve over 2010 in februari 2012 Voor 2010 wordt vooralsnog de emissie uit 2009 gebruikt Elektriciteitsverbruik Nederlandse woningen: CBS, Nederlandse Energiehuishouding (NEH) Deze gegevens zijn te vinden op de elektronische databank Statline op onder Industrie en energie > Energie > Totaalbeeld > Energiebalans (versie 4 november 2010 / 2 mei 2011) ( Totaal finaal verbruik ) Volgens de algemene planning verschijnen voorlopige cijfers over 2010 in juni/juli 2011, en de definitieve over 2010 in oktober/november 2011 Het verbruik in 1990, waarover het CBS geen gegevens heeft, betreft een extrapolatie van het COS En voor 2010 wordt vooralsnog het elektriciteitsverbruik uit 2009 gebruikt Aantallen woningen: CBS, voorraadaantallen per 1 januari Deze gegevens zijn te vinden op de elektronische databank Statline op 11
14 In de volgende paragrafen worden schattingen gepresenteerd van de CO 2 -emissies door Rotterdamse huishoudens in 2004, 2006, 2007, 2009 en 2010 op basis van verbruiksgegevens van het EVH en Stedin, en schattingen voor andere jaren op basis van verbruiksgegevens uit deze jaren en de CBS-statistieken uit figuur 32 Alleen de emissie-schattingen voor 2004, 2006, 2007, 2009 en 2010 zijn dus gebaseerd op werkelijke verbruiksgegevens uit dat jaar zelf 32 Schatting CO 2 -emissies in 2004 en later door Rotterdamse huishoudens op basis van EVH- en Stedin-gegevens In deze paragraaf wordt allereerst aan de hand van de uitkomsten van de oudste beschikbare bron, het EVH 2004, aangegeven hoe uit uitkomsten van een EVH CO 2 -emissies voor Rotterdamse huishoudens kunnen worden geschat Deze aanpak is analoog aan die in paragraaf 32 van de vorige rapportage, met twee verschillen: de toevoeging van Rozenburg, en het gebruik van de aangepaste emissiefactoren voor elektriciteit Volgens de uiteindelijke voor het COS door het CBS verrichte berekeningen op het Rotterdamse deel van het EVH 2004 bedroeg het totale gasverbruik door huishoudens in Rotterdam in miljoen m 3, en hun elektriciteitsverbruik 719 miljoen kwh Aannemende dat in m 3 gasverbruik overeenkwam met 1,7946 kg CO 2 -uitstoot (zie figuur 32), zou dat een Rotterdamse CO 2 -uitstoot ten gevolge van gasverbruik van 1,7946 x 329 miljoen m 3 = 590 miljoen kilogram betekenen; inclusief bijtelling voor Rozenburg: 605 miljoen kilogram Volgens die zelfde voor het COS door het CBS verrichte berekeningen op het EVH 2004 bedroeg het elektriciteitsverbruik door Rotterdamse huishoudens in miljoen kwh Aannemende dat in kwh elektriciteitsverbruik overeenkwam met 626,4 gram CO 2 -uitstoot (zie figuur 32), zou dat een Rotterdamse CO 2 -uitstoot ten gevolge van elektriciteitsverbruik betekenen van 450 miljoen kilogram; inclusief bijtelling voor Rozenburg: 464 miljoen kilogram Analoog kunnen uit het verbruik in 2006 volgens het EVH 2006 CO 2 -emissies voor 2006 voor Rotterdam worden geschat: - gasverbruik volgens EVH 2006: 308 miljoen m 3 ; - schatting CO 2 -emissie: 567 miljoen kilogram (inclusief bijtelling voor Rozenburg); - elektriciteitsverbruik volgens EVH 2006: 734 miljoen kwh; - schatting CO 2 -emissie: 464 miljoen kilogram (inclusief bijtelling voor Rozenburg) Analoog kunnen uit het verbruik in 2007 volgens het EVH 2007 CO 2 -emissies voor 2007 voor Rotterdam worden geschat: - gasverbruik volgens EVH 2007: 271 miljoen m 3 ; - schatting CO 2 -emissie: 498 miljoen kilogram (inclusief bijtelling voor Rozenburg); - elektriciteitsverbruik volgens EVH 2007: 729 miljoen kwh; - schatting CO 2 -emissie: 446 miljoen kilogram (inclusief bijtelling voor Rozenburg) Analoog kunnen uit het verbruik in 2009 volgens Stedin CO 2 -emissies voor 2009 voor Rotterdam worden geschat: - gasverbruik volgens Stedin: 298 miljoen m 3 ; - schatting CO 2 -emissie: 547 miljoen kilogram (inclusief bijtelling voor Rozenburg); 12
15 - elektriciteitsverbruik volgens Stedin: 728 miljoen kwh; - schatting CO 2 -emissie: 444 miljoen kilogram (inclusief bijtelling voor Rozenburg) En tenslotte kunnen analoog uit het verbruik in 2010 volgens Stedin ook weer CO 2 -emissies voor 2010 voor Rotterdam worden geschat: - gasverbruik volgens Stedin: 303 miljoen m 3 (gedurende het hele jaar: inclusief Rozenburg); - schatting CO 2 -emissie: 542 miljoen kilogram; - elektriciteitsverbruik volgens Stedin: 758 miljoen kwh (eveneens: inclusief Rozenburg); - schatting CO 2 -emissie: 449 miljoen kilogram 33 Schatting CO 2 -emissies in jaren vóór 2004 door Rotterdamse huishoudens op basis van het EVH 2004 Als wordt aangenomen dat het aandeel van Rotterdamse huishoudens in het totale energieverbruik door huishoudens relatief in de periode niet is veranderd (dat wil zeggen: alleen veranderde met het aantal woningen 5 ), kunnen ook voor eerdere jaren hoeveelheden CO 2 - uitstoot door Rotterdamse huishoudens worden geschat door de uitstoot in 2004 te corrigeren voor de veranderingen in de uitstoot door huishoudens landelijk (figuur 33), de veranderingen in de relatieve uitstoot per m 3 (figuur 32) en de veranderingen in de aantallen Rotterdamse en Nederlandse woningen (figuur 33) Zo bedraagt de schatting voor de component gas in 1990 op basis van het EVH 2004: ofwel emissie Rotterdamse huishoudens in 2004 x (landelijke emissie in 1990 / idem in 2004) x (relatieve emissie in 1990 / idem in 2004) x (woningaandeel Rotterdam in 1990 / idem in 2004) 605 miljoen kilogram x (19700 / 19300) x (1,7946 / 1,7946) x (4,71% / 4,20%) = = 692 miljoen kilogram (al inclusief bijtelling voor Rozenburg) Op een vergelijkbare wijze als bij de component gas kan ook een omvang van de Rotterdamse emissie voor de component elektriciteit in 1990 worden geschat aan de hand van de veranderingen in de relatieve uitstoot per kwh (figuur 32), de veranderingen in het elektriciteitsverbruik van Nederlandse woningen (figuur 32) en de veranderingen in de aantallen Rotterdamse en Nederlandse woningen (figuur 32): ofwel emissie Rotterdamse huishoudens in 2004 x (relatieve emissie in 1990 / idem in 2004) x (elektriciteitsverbruik Nederlandse woningen in 1990 / idem in 2004) x (woningaandeel Rotterdam in 1990 / idem in 2004) 464 miljoen kilogram x (684,6 / 626,4) x (63,33 / 84,71) x (4,71% / 4,20%) = = 424 miljoen kilogram (al inclusief bijtelling voor Rozenburg) 5 Overal waar hier over woningen wordt gesproken, worden alle woningen bedoeld Dit betekent met name ook, dat de verhouding tussen de leegstand in Rotterdam en de landelijke leegstand in een basisjaar (hier: 2004) ook voor de andere jaren geldend wordt verondersteld 13
16 34 Totaaloverzicht van alle uitkomsten In figuur 34 staan de schattingen van de CO 2 -emissies door Rotterdamse huishoudens zoals hierboven bedoeld en omschreven in miljoenen kilogrammen en geïndexeerd op 1990 = 100% Figuur 34a: Schatting CO 2 -emissie door Rotterdamse huishoudens (inclusief Rozenburg) in miljoenen kilogrammen conform de IPCC-richtlijnen; Emissie huishoudens R dam: gas elektriciteit totaal * 2010* Bron: Rekenmodel COS op basis van eerdergenoemde gegevens Uitkomsten over 2004 (niet opgenomen in de tabel, maar gebruikt om 1990 te schatten), 2006 en 2007 zijn gebaseerd op de EVH s van 2004 respectievelijk 2006 respectievelijk 2007, en daarmee net zo definitief als de achterliggende EVH-uitkomsten Uitkomsten over 2009 en 2010 zijn gebaseerd op gegevens van Stedin, en daarmee net zo definitief als de achterliggende Stedin-gegevens Uitkomsten over jaren vóór 2004 zijn gebaseerd op achteruitberekeningen op basis van het EVH 2004, en daarmee net als die over 2004 in principe definitief Uitkomsten over 2009 en 2010 zijn voor wat de omrekening naar CO 2 -emissie betreft echter nog deels op voorlopige cijfers gebaseerd (zie figuur 32) De ervaring heeft inmiddels overigens geleerd, dat ook emissiefactoren nog wel eens met terugwerkende kracht kunnen worden herzien Voor 2005 en 2008 zijn hier door het COS geïnterpoleerde gegevens gebruikt, omdat het COS voor deze jaren niet over verbruiksgegevens beschikt De op schattingen van verbruiksgegevens gebaseerde uitkomsten (dus: die over de jaren vóór 2004, 2005 en 2008) zijn cursief weergegeven Figuur 34b: Schatting CO 2 -emissie door Rotterdamse huishoudens (inclusief Rozenburg) in miljoenen kilogrammen conform de IPCC-richtlijnen; ; 1990 = % 100% 80% 60% Gas Elektriciteit Totaal 40% 20% 0%
17 De emissie door gas lag in 1995 iets hoger dan in 1990, en is daarna met inmiddels in totaal zo n 20% gedaald Deze daling was redelijk gelijkmatig, en is vrijwel geheel toe te schrijven aan een daling van het verbruik; de emissie per m 3 verschilde van jaar op jaar immers nauwelijks (zie figuur 32) In 2007 waren verbruik en emissie extra laag doordat 2007 een extreem warm jaar was Ook landelijk waren verbruik en emissie in 2007 eenmalig een stuk lager; zie figuur 35 Figuur 35: Aardgasverbruik en CO 2 -emissie door aardgas landelijk, Emissie huishoudens landelijk a Aardgasverbruik Nederlandse woningen b Aardgasverbruik Rotterdam (excl Rozenb) c ,74 328, , ,47 308, ,73 271, , ,39 297,93 295,47 a ): In miljoenen kilogram Betreft alleen gas b ): Het verbruik is hier uitgedrukt in PetaJoule 1 PJ = 31,6 miljoen m 3 aardgas c ): In miljoenen m 3 Bron: Emissieregistratie CBS/MNC, bewerking COS Deze gegevens zijn te vinden op de elektronische databank Statline op onder Natuur en Milieu > Lucht ( Emissies van broeikasgassen, berekend volgens IPCCvoorschriften ; versie 21 februari 2011) Aardgasverbruik Nederlandse woningen: CBS, Nederlandse Energiehuishouding (NEH) Deze gegevens zijn te vinden op de elektronische databank Statline op onder Industrie en energie > Energie > Totaalbeeld > Energiebalans (versie 4 november 2010 / 2 mei 2011) ( Totaal finaal verbruik ) Aardgasverbruik Rotterdam: Stedin Doordat voor 2008 voor Rotterdam niet is uitgegaan van een werkelijk verbruik, maar van het gemiddelde van het verbruik in 2007 en 2009, zijn verbruik en emissie voor 2008 in figuur 34 overigens wellicht wat onderschat De emissie door elektriciteit fluctueert door de jaarlijkse veranderingen in het verbruik (zie figuur 31) en in de emissie per kwh (zie figuur 32) De trend van het verbruik is stijgend (ook landelijk; zie figuur 33, 2e regel), en die van de emissie per kwh is in iets minder sterke mate dalend Resultaat: per saldo in % méér emissie dan in 1990 De uitkomsten over 2004, 2006 en 2007 zijn gebaseerd op de EVH s van 2004 respectievelijk 2006 respectievelijk 2007, en daarmee net zo definitief als de achterliggende EVH-uitkomsten Uitkomsten over 2009 en 2010 zijn gebaseerd op gegevens van Stedin, en daarmee net zo definitief als de achterliggende Stedin-gegevens Uitkomsten over jaren vóór 2004 zijn gebaseerd op achteruitberekeningen op basis van het EVH 2004, en daarmee net als die over 2004 in principe definitief Uitkomsten over 2009 en 2010 zijn voor wat de omrekening naar CO 2 -emissie betreft echter nog deels op voorlopige cijfers gebaseerd (zie figuur 32) De ervaring heeft inmiddels overigens geleerd, dat ook emissiefactoren nog wel eens met terugwerkende kracht kunnen worden herzien 15
18 16
19 BIJLAGE: VERSCHILLEN FEITELIJKE EN IPCC-EMISSIES (Bron: CBS) Volgens de IPCC-voorschriften worden de CO 2 -emissies door verbranding van biomassa (hout, organisch afval, maar ook biogas) niet meegeteld De emissies hiervan worden geacht op korte termijn weer te worden opgenomen in planten, etc Door hun kort-cyclische aanwezigheid in de atmosfeer dragen ze niet bij tot een verhoging van de CO 2 -concentratie Bij de berekening van feitelijke emissies van Emissies naar lucht worden de verbrandingsemissies van biomassa wel meegenomen De overige (feitelijke) broeikasgasemissies door stationaire bronnen worden conform de IPCCmethodiek berekend Bij de mobiele bronnen bestaat een aantal verschillen, te weten: - De IPCC-emissies door wegverkeer worden berekend op basis van de afzet van motorbrandstoffen; de feitelijke emissies op basis van het aantal voertuigkilometers op Nederlands grondgebied - De IPCC-emissies door recreatievaartuigen zitten in de emissies door wegverkeer, doordat het niet mogelijk is de afzet aan de recreatievaart af te splitsen van de totale afzet van motorbrandstoffen De feitelijke emissies van de recreatievaart worden wel apart berekend - De zeevaart wordt in tegenstelling tot bij de feitelijke emissies niet meegenomen bij de berekening van de IPCC-cijfers - De IPCC-emissies door de binnenvaart omvatten alleen de emissies door schepen met een binnenlandse bestemming; de feitelijke emissies zijn berekend op basis van alle vaarbewegingen op Nederlands grondgebied - Bij de luchtvaart worden alleen de binnenlandse vluchten meegenomen bij de IPCCemissies De feitelijke emissies zijn gebaseerd op alle starts van en landingen op Nederlandse vliegvelden - De IPCC-emissies zijn inclusief defensie-activiteiten (vlieg- en vaarbewegingen) tbv internationale operaties Bij de feitelijke emissies gaat het uitsluitend om de militaire activiteiten binnen Nederland Deze worden niet apart onderscheiden, maar zijn opgenomen in de diverse categorieën mobiele bronnen, zoals zeevaart, luchtvaart en overige mobiele bronnen 17
20
Monitor CO 2 -uitstoot woningen Rotterdam 2012
Monitor CO 2 -uitstoot woningen Rotterdam 2012 Monitor CO 2 -uitstoot woningen Rotterdam 2012 Projectnr 12-3596 drs PA de Graaf Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) April 2012 In opdracht van de
Nadere informatieVervolgmeting Monitor CO 2 - uitstoot Rotterdam, Woningen Versie mei 2010
Vervolgmeting Monitor CO 2 - uitstoot Rotterdam, Woningen Versie mei 2010 Vervolgmeting Monitor CO 2 - uitstoot Rotterdam, Woningen Versie mei 2010 Projectnr. 10-3257 drs. P.A. de Graaf Centrum voor Onderzoek
Nadere informatieVervolgmeting Monitor CO 2 - uitstoot Rotterdam, Woningen Versie juni 2009
Vervolgmeting Monitor CO 2 - uitstoot Rotterdam, Woningen Versie juni 2009 Vervolgmeting Monitor CO 2 - uitstoot Rotterdam, Woningen Versie juni 2009 Projectnr. 09-3064 drs. P.A. de Graaf Centrum voor
Nadere informatieCO2-monitor 2013 s-hertogenbosch
CO2-monitor 2013 s-hertogenbosch Afdeling Onderzoek & Statistiek Maart 2013 2 Samenvatting In deze monitor staat de CO2-uitstoot beschreven in de gemeente s-hertogenbosch. Een gebruikelijke manier om de
Nadere informatieVERVOLGMETING MONITOR CO 2 -UITSTOOT ROTTERDAM, WONINGEN Versie september 2008
VERVOLGMETING MONITOR CO 2 -UITSTOOT ROTTERDAM, WONINGEN Versie september 2008 Projectnummer 07-2757 drs PA de Graaf Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) September 2008 In opdracht van de DCMR Milieudienst
Nadere informatieBroeikasgasemissies in Nederland,
Indicator 19 mei 2009 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De totale uitstoot van broeikasgassen
Nadere informatieCO 2 -uitstootrapportage 2011
Programmabureau Klimaat en Energie CO 2 -uitstootrapportage 2011 Auteurs: Frank Diependaal en Theun Koelemij Databewerking: CE Delft, Cor Leguijt en Lonneke Wielders Inhoud 1 Samenvatting 3 2 Inleiding
Nadere informatieBroeikasgasemissies in Nederland,
Indicator 8 september 2010 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De totale uitstoot van broeikasgassen
Nadere informatieAanbod en verbruik van elektriciteit,
Indicator 14 november 2017 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. In 2016 bedroeg het totale
Nadere informatieEnergieverbruik door huishoudens,
Indicator 8 February 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. In 2016 verbruiken huishoudens
Nadere informatieCO 2 -uitstoot 2008-2014 gemeente Delft
CO 2 -uitstoot 28-214 gemeente Delft Notitie Delft, april 215 Opgesteld door: L.M.L. (Lonneke) Wielders C. (Cor) Leguijt 2 April 215 3.F78 CO 2-uitstoot 28-214 1 Woord vooraf In dit rapport worden de tabellen
Nadere informatieEnergieverbruik per bedrijfstak,
Indicator 7 september 2016 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. In 2015 (voorlopig cijfer)
Nadere informatieBroeikasgasemissies in Nederland per sector,
Indicator 8 september 2010 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De emissie van koolstofdioxide
Nadere informatieCuraçao Carbon Footprint 2015
Willemstad, March 2017 Inhoudsopgave Inleiding 2 Methode 2 Dataverzameling 3 Uitstoot CO2 in 2010 3 Uitstoot CO2 in 2015 4 Vergelijking met andere landen 5 Central Bureau of Statistics Curaçao 1 Inleiding
Nadere informatieVerzurende stoffen: emissies per beleidssector (NEC),
Verzurende stoffen: emissies per beleidssector (NEC), 1990-2009 Indicator 26 mei 2011 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt
Nadere informatieWestvoorne CO 2 - uitstoot
Westvoorne CO 2 - uitstoot De grafiek geeft de CO 2-uitstoot verdeeld over de hoofdsectoren over de jaren 2010 tot en met 2013. Cijfers zijn afkomstig uit de Klimaatmonitor van RWS. Cijfers over 2014 zijn
Nadere informatieMonitor energie en emissies Drenthe
Monitor energie en emissies Drenthe 2012-2015 - november 2017 www.ecn.nl Monitor energie en emissies Drenthe 2012-2015 Deze monitor sluit aan op de notitie Energie en emissies Drenthe 2020, 2023 en 2030
Nadere informatieBroeikasgasemissies in Nederland,
Indicator 4 juni 2008 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De totale uitstoot van broeikasgassen
Nadere informatieRendementen en CO -emissie van elektriciteitsproductie in Nederland, update 2012
Webartikel 2014 Rendementen en CO -emissie van 2 elektriciteitsproductie in Nederland, update 2012 Reinoud Segers 31-03-2014 gepubliceerd op cbs.nl CBS Rendementen en CO2-emissie elektriciteitsproductie
Nadere informatieOntwikkeling van enkele emissies naar lucht 1990 2009
11 0 Ontwikkeling van enkele emissies naar lucht 1990 2009 C.S.M. Olsthoorn Publicatiedatum CBS-website: 4 juli 2011 Den Haag/Heerlen Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer **
Nadere informatieRevisie energiebalans 1990 tot en met 1994
Paper Revisie energiebalans 1990 tot en met 1994 Oktober 2016 CBS 2014 Scientific Paper 1 Inhoud 1. Inleiding 3 2. Revisie per energiedrager 3 2.1 Kolen en kolenproducten 4 2.2 Olie 4 2.3 Aardgas 6 2.4
Nadere informatieEnergieverbruik per sector,
Indicator 29 september 2014 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. In 2013 is het energieverbruik
Nadere informatieTabellenbijlage. Michiel Hekkenberg (ECN) Martijn Verdonk (PBL) (projectcoördinatie) Oktober 2014 ECN-O--14-052
Tabellenbijlage Michiel Hekkenberg (ECN) Martijn Verdonk (PBL) (projectcoördinatie) Oktober 2014 ECN-O--14-052 Verantwoording Dit rapport is de tabellenbijlage bij de Nationale Energieverkenning 2014 verschenen
Nadere informatieVerbruik van hernieuwbare energie
Indicator 11 juli 2017 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Het aandeel hernieuwbare energie
Nadere informatieEmissies door de zeescheepvaart,
Indicator 26 maart 2019 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Het betreft hier de feitelijke
Nadere informatieEmissies naar lucht door de energievoorziening,
Indicator 1 mei 2012 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De emissies van vrijwel alle belangrijke
Nadere informatieBroeikasgasemissies in Nederland per sector,
Indicator 19 mei 2009 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De emissie van koolstofdioxide (CO2)
Nadere informatieEmissies naar lucht door de industrie,
Indicator 25 maart 2019 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De industrie levert voor alle
Nadere informatieEmissies naar lucht door de energievoorziening,
Indicator 29 april 2014 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De emissies van een aantal belangrijke
Nadere informatieAanbod en verbruik van elektriciteit,
Indicator 27 augustus 2012 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Het totale elektriciteitsverbruik
Nadere informatieNationale Energieverkenning 2014
Nationale Energieverkenning 2014 Remko Ybema en Pieter Boot Den Haag 7 oktober 2014 www.ecn.nl Inhoud Opzet van de Nationale Energieverkenning (NEV) Omgevingsfactoren Resultaten Energieverbruik Hernieuwbare
Nadere informatieDerde voortgangsrapportage CO2-emissiereductie.
Derde voortgangsrapportage CO2-emissiereductie. Graag informeren wij u over de uitkomsten van onze Carbon Footprint en de derde CO 2 Emissie-inventarisatie, dit alles over 2014. Hierin zijn de hoeveelheden
Nadere informatieEmissies naar lucht door huishoudens,
Indicator 1 mei 2012 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De emissies van kooldioxide, stikstofoxiden
Nadere informatieBeschrijving monitoring en bepaling CO2-uitstoot gemeente Utrecht. Versie 8, juni 2017
Beschrijving monitoring en bepaling CO-uitstoot gemeente Utrecht Versie 8, juni 07 Monitoring van stedelijke CO emissie Zowel binnen als buiten de gemeente Utrecht zijn er veel initiatieven om grip te
Nadere informatieOpdrachtgever: Directie HKV lijn in water. 3.A.1 CO 2 -emissie inventaris eerste helft 2015. ten behoeve van de CO 2 -Prestatieladder
Opdrachtgever: Directie HKV lijn in water 3.A.1 CO 2 -emissie inventaris eerste helft 2015 ten behoeve van de CO 2 -Prestatieladder Titel: CO 2 -emissie inventaris eerste helft 2015 Auteurs: R. Hurkmans
Nadere informatieVoortgangsrapportage Carbon Footprint eerste half jaar 2012
Voortgangsrapportage Carbon Footprint eerste half jaar 2012 Van Vulpen B.V. Pagina 1 van 12 Verantwoording Titel jaar 2012 : Voortgangsrapportage Carbon Footprint eerste half Versie : 1.0 Datum : 14-11-2012
Nadere informatieRapport. Klimaatvoetafdruk 2010 van Van Vessem & Le Patichou. (openbare versie)
Rapport Klimaatvoetafdruk 21 van Van Vessem & Le Patichou (openbare versie) Auteur: drs. Han van Kleef Datum: 4 april 211 Document: 2724RAPP1144 Rapport Klimaatvoetafdruk 21 Van Vessem & Le Patichou 1.
Nadere informatieInhoudsopgave. 1. Samenvatting en conclusies. 2. Bebouwde Omgeving. 3. Bedrijven & Industrie (inclusief Utiliteitsbouw) 4.
CO 2 -monitor Haarlem 2013 De CO 2 -monitor heeft sinds 2012 heeft een andere opzet dan voorgaande jaren. Er is nu een management samenvatting waarin de grote lijnen en hoofdconclusies worden weergegeven
Nadere informatieBerekening van emissies stationaire bronnen door brandstofverbruik11
0 Berekening van emissies stationaire bronnen door brandstofverbruik11 Bas Guis Publicatiedatum CBS-website: 4 juli 2011 Den Haag/Heerlen Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer
Nadere informatieEMISSIE- INVENTARIS 2015. 2-mei 2016, www.dehaasmaassluis.nl
EMISSIE- INVENTARIS 015 -mei 016, www.dehaasmaassluis.nl 1 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 1.1 Introductie 3 1. Organisatorische grens 3 1.3 Basisjaar 3 1.4 Wijziging berekening ten opzichte van 014 3 1.5
Nadere informatieEmissies naar lucht door huishoudens,
Indicator 25 maart 2019 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De emissies van kooldioxide (CO
Nadere informatieVoortgangsrapportage Carbon Footprint eerste helft 2018 Takke Groep
Voortgangsrapportage Carbon Footprint eerste helft 2018 Takke Groep Verantwoording Titel : Voortgangsrapportage Carbon Footprint Periode : 1-1-2018 tot en met 30-6-2018 Revisie : 1.0 Datum : 17 december
Nadere informatieCompensatie CO 2 -emissie gemeentelijke organisatie Den Haag over 2013
Compensatie CO 2 -emissie gemeentelijke organisatie Den Haag over 2013 Inhoud 1 Aanleiding 1 2 Werkwijze 2 2.1. Bronnen 2 2.2. Kentallen 2 3 CO 2 -emissie gemeentelijke organisatie 3 4 Ontwikkeling 5 5
Nadere informatieEmissiekentallen elektriciteit. Kentallen voor grijze en niet-geoormerkte stroom inclusief upstream-emissies
Emissiekentallen elektriciteit Kentallen voor grijze en niet-geoormerkte stroom inclusief upstream-emissies Notitie: Delft, januari 2015 Opgesteld door: M.B.J. (Matthijs) Otten M.R. (Maarten) Afman 2 Januari
Nadere informatieCompensatie CO 2 - emissie gemeentelijke organisatie Den Haag over 2012
Compensatie CO 2 - emissie gemeentelijke organisatie Den Haag over 2012 Inhoud 1 Aanleiding 1 2 Werkwijze 2 2.1. Bronnen 2 2.2. Kentallen 2 3 CO 2 -emissie gemeentelijke organisatie 3 4 Ontwikkeling 5
Nadere informatieBruto elektriciteitsproductie en inzet energiedragers,
Bruto elektriciteitsproductie en inzet energiedragers, 1998-2017 Indicator 29 januari 2019 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens
Nadere informatieBruto elektriciteitsproductie en inzet energiedragers,
Bruto elektriciteitsproductie en inzet energiedragers, 1998-2016 Indicator 6 juli 2017 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt
Nadere informatieOpdrachtgever: Directie HKV lijn in water. 3.A.1 CO 2 -emissie inventaris eerste helft 2015. ten behoeve van de CO 2 -Prestatieladder
Opdrachtgever: Directie HKV lijn in water 3.A.1 CO 2 -emissie inventaris eerste helft 2015 ten behoeve van de CO 2 -Prestatieladder Titel: CO 2 -emissie inventaris eerste helft 2015 Auteurs: R. Hurkmans
Nadere informatieMonitoring scope 1 en 2
Werk Bewust! Antea Group en Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen projectnr. 080365 Onderdeel CO2 prestatieladder 12 jun 2015 Bijlage bij - 3.B.2 Energiemanagementsprogramma Monitoring scope 1 en 2 1
Nadere informatieVerbruik van duurzame energie,
Indicator 15 december 2009 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Het aandeel duurzaam in het
Nadere informatieVerbruik van duurzame energie,
Indicator 28 april 2009 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Het aandeel duurzaam in het binnenlandse
Nadere informatieHernieuwbare elektriciteit,
Indicator 9 april 2015 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. In 2014 (voorlopige cijfers) bedroeg
Nadere informatieCO2-emissies verklaard,
Indicator 14 mei 2019 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. In de publicaties van onder meer
Nadere informatieCO₂-nieuwsbrief. De directe emissie van CO₂ - vanuit scope 1 is gemeten en berekend als 1.226 ton CO₂ -, 95% van de totale footprint.
Derde voortgangsrapportage CO₂-emissie reductie Hierbij informeren wij u over de uitkomsten van onze Carbon Footprint en de derde CO₂ -emissie inventarisatie, betreffende de periode van juni 2014 tot en
Nadere informatieEnergie: inleiding en beleid Gepubliceerd op Compendium voor de Leefomgeving (
Indicator 11 augustus 2010 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Energiedragers De economie
Nadere informatieMilieubarometer 2010-2011
NOTITIE Nr. : A.2007.5221.01.N005 Versie : definitief Project : DGMR Duurzaam Betreft : Milieubarometer 2010-2011 Datum : 6 januari 2012 Milieubarometer 2010-2011 Inleiding De milieubarometer is een instrument,
Nadere informatieEmissies naar lucht door verkeer en vervoer,
Indicator 24 oktober 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Met uitzondering van kooldioxide,
Nadere informatieDocumentatierapport Energieverbruik
Centraal Bureau voor de Statistiek Centrum voor Beleidsstatistiek Documentatierapport Energieverbruik Datum: 17 januari 2014 Bronvermelding Publicatie van uitkomsten geschiedt door het onderzoeksbureau
Nadere informatieEmissies naar lucht door verkeer en vervoer,
Indicator 5 april 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Met uitzondering van kooldioxide,
Nadere informatieECN-N Energiescenario s Drenthe 2030
December 2016 ECN-N--16-031 Energiescenario s Drenthe 2030 Gerdes, J. Gewijzigd op: 16-12-2016 13:20 2 Inhoud 1 Context van de energiescenario s voor 2030 4 2 Uitgangspunten voor drie scenario s 5 3 Ontwikkelingen
Nadere informatieVoortgangsrapportage CO 2 emissies ProRail Scope 1 en 2, eigen energiegebruik
Voortgangsrapportage CO 2 emissies ProRail Scope 1 en 2, eigen energiegebruik Rapportage 1 e half jaar 2017 en prognose CO 2 voetafdruk 2017 Autorisatie paraaf datum gecontroleerd prl Projectleider Van
Nadere informatieNulmeting. update 1.0. Energieverbruikscijfers Wijnjewoude (plus verwachting 2015)
Nulmeting update 1.0 Energieverbruikscijfers Wijnjewoude 2008 2014 (plus verwachting 2015) Henk Janssen/april 2016 Nulmeting update 1.0 Wijnjewoude in 10 jaar energieneutraal. Dat is de doelstelling van
Nadere informatieEmissies van broeikasgassen door de land- en tuinbouw,
Emissies van broeikasgassen door de land- en tuinbouw, 1990-2009 Indicator 19 oktober 2010 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens
Nadere informatieVoortgangsrapportage Carbon Footprint eerste helft 2016 Takke Groep
Voortgangsrapportage Carbon Footprint eerste helft 2016 Takke Groep Verantwoording Titel : Voortgangsrapportage Carbon Footprint Periode : 1-1-2016 tot en met 30-6-2016 Revisie : 1.0 Datum : 6 juli 2016
Nadere informatieEnergie nulmeting. Regio Amstelland-Meerlanden. Bosch & Van Rijn Consultants in renewable energy & planning. Twynstra Gudde Adviseurs en Managers
Energie nulmeting Regio Amstelland-Meerlanden Concept 22 oktober 2008 Opdrachtgever: Twynstra Gudde Adviseurs en Managers Opgesteld door: Bosch & Van Rijn Drs. G. Bosch Ing. J. Dooper Inhoudsopgave 1.
Nadere informatieDoor: Vincent Damen Ninja Hogenbirk Roel Theeuwen
Door: Vincent Damen Ninja Hogenbirk Roel Theeuwen 31 mei 2012 INHOUDSOPGAVE Inleiding... 3 1. Totale resultaten... 4 1.1 Elektriciteitsverbruik... 4 1.2 Gasverbruik... 4 1.3 Warmteverbruik... 4 1.4 Totaalverbruik
Nadere informatieEmissie-inventaris 2018
Emissie-inventaris 2018 Onderdeel: CO2-Prestatieladder norm 3.A.1 Opdrachtgever: Waalpartners bv Inhoudsopgave 1 Organisatorische grens (GHG-Protocol methode 1 top down, 4.1.-7.3)... 1 1.1 Verantwoordelijken...
Nadere informatieVoortgangsrapportage Carbon Footprint eerste helft 2017 Takke Groep
Voortgangsrapportage Carbon Footprint eerste helft 2017 Takke Groep Verantwoording Titel : Voortgangsrapportage Carbon Footprint Periode : 1-1-2017 tot en met 30-6-2017 Revisie : 1.0 Datum : 7 juli 2017
Nadere informatieHernieuwbare elektriciteit,
Indicator 10 januari 2011 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. In 2009 is de productie van
Nadere informatieRol energiedragers binnen de Nederlandse energievoorziening
Indicator 12 februari 2013 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Energie speelt een cruciale
Nadere informatieHernieuwbare elektriciteit,
Indicator 17 juli 2013 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De productie van hernieuwbare elektriciteit
Nadere informatieVoortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2014
Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2014 CO 2 Prestatieladder - Niveau 3 Datum: 1 november 2014 Versie: 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 1 2. Basisgegevens... 2 2.1 Beschrijving van de organisatie...
Nadere informatieEmissie broeikasgassen in Europa,
Indicator 11 januari 2011 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. In 2009 nam de Europese uitstoot
Nadere informatie38,6. CO 2 (ton/jr) 2014
Carbon footprint Op basis van de diverse soorten CO 2 -emissies is de totale CO 2 -emissie van Den Ouden Groep berekend. 9,8 38,6 51,6 Diesel personenwagens Diesel combo's en busjes Hybride personen wagens
Nadere informatieRapport 16 oktober 2014
CO 2 -EMISSIE INVENTARIS SCOPE 1 EN 2 OVER 2014 AANEMINGSBEDRIJF VAN DER ZANDEN BV EN VAN DER ZANDEN MILIEU BV IN HET KADER VAN DE CO 2 -PRESTATIELADDER Rapport 16 oktober 2014 INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING...
Nadere informatieEmissies naar lucht door verkeer en vervoer,
Indicator 12 april 2016 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Met uitzondering van kooldioxide,
Nadere informatieCARBON FOOTPRINT 2014
CARBON FOOTPRINT 2014 HOGESCHOOL UTRECHT 16 april 2015 078353524:A - Definitief C05013.000012.0500 Inhoud 1 Uitgangspunten... 3 1.1 Boundaries... 3 1.2 Scope definitie... 3 1.3 Gehanteerde uitgangspunten...
Nadere informatieVerbruik van duurzame energie,
Indicator 4 juli 2008 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Het aandeel duurzaam in het binnenlands
Nadere informatieHernieuwbare elektriciteit,
Indicator 3 september 2010 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. In 2009 is de productie van
Nadere informatieVoortgangsrapportage emissies scope 1, 2 en 3. Monitoring doelstellingen 2015 scope 1 en 2
4.B.2 Voortgangsrapportage emissies scope 1, 2 en 3 Evaluatie 1 e halfjaar 215 & Monitoring doelstellingen 215 scope 1 en 2 Van Steenis Geodesie BV Ringveste 7b 3992 DD HOUTEN Van Steenis Geodesie BV Duurstedeweg
Nadere informatieBeschrijving monitoring en bepaling CO 2-uitstoot gemeente Utrecht. Versie 5.0 dd 19 februari 2015
Beschrijving monitoring en bepaling CO 2-uitstoot gemeente Utrecht Versie 5.0 dd 9 februari 205 Monitoring De laatste jaren is er een toenemende belangstelling naar inzicht in de energieverbruiken en de
Nadere informatieCO2-Emissie-inventaris
Nebest Adviesgroep B.V. Marconiweg 2 T 085 489 01 00 4131 PD Vianen F 085 489 01 01 Postbus 106 E info@nebest.nl 4130 EC Vianen I www.nebest.nl CO2-Emissie-inventaris 2017 Opdrachtgever Nebest Adviesgroep
Nadere informatieBijlage 1: klimaatdoelstellingen & ambities
Bijlage 1: klimaatdoelstellingen & ambities Mondiale ambities In 1992 is in Rio de Janeiro in het VN-Klimaatverdrag de doelstelling vastgelegd om de concentraties van broeikasgassen in de atmosfeer te
Nadere informatieNulmeting. Energieverbruikscijfers Wijnjewoude 2008 2013 (plus verwachting 2014)
Nulmeting Energieverbruikscijfers Wijnjewoude 2008 2013 (plus verwachting 2014) Henk Janssen/februari 2015 Nulmeting Wijnjewoude in 10 jaar energieneutraal. Dat is de doelstelling van WEN. Om de komende
Nadere informatieWarmteleveringen in de CBS Energiebalans
Paper Warmteleveringen in de CBS Energiebalans Oktober 2015 CBS Centraal Bureau voor de Statistiek Losse elektronische publicatie, 1 1. Inleiding Momenteel is er een toenemende belangstelling voor warmteleveringen
Nadere informatieVoortgangsrapportage CO 2 reductie 2013
Voortgangsrapportage CO 2 reductie 2013 CO 2 Prestatieladder - Niveau 3 Datum: 17 maart 2014 Versie: 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 1 2. Basisgegevens... 2 2.1 Beschrijving van de organisatie... 2 2.2
Nadere informatieVoortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2013
Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2013 CO 2 Prestatieladder - Niveau 3 Datum: 1 november 2013 Versie: 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 1 2. Basisgegevens... 2 2.1 Beschrijving van de organisatie...
Nadere informatieCO-2 Rapportage Electrotechnische Industrie ETI bv Vierde Broekdijk JD Aalten Kamer van koophandel Arnhem
CO-2 Rapportage 2013 Electrotechnische Industrie ETI bv Vierde Broekdijk 16 7122 JD Aalten Kamer van koophandel Arnhem 09080078 Aalten 2-5-2014 Versie 2.1 H.J.Slot Geaccordeerd J.Nannings Directeur Inhoudsopgave
Nadere informatieCO 2 inventarisatie 2015 - Q1 t/m Q1. Versie: 1.0, 14-4-2015
CO 2 inventarisatie 2015 - Q1 t/m Q1 Versie: 1.0, 14-4-2015 Inventory boundary Organizational boundaries voestalpine WBN assembleert en bouwt wisselconstructies voor, t.b.v. de railinfrastructuur. Het
Nadere informatieMonitor sociale woningvoorraad stadsregio Rotterdam
Monitor sociale woningvoorraad stadsregio Rotterdam Monitor sociale woningvoorraad stadsregio Rotterdam G.H. van der Wilt en W.H.M. van der Zanden Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) April 2012
Nadere informatieEfficiEncy Duurzaam. EnErgiEbEsparing. Warmte en koude. KEnnis industrie. energie financiering. instrumenten. GebouwDe omgeving
Warmte en koude Kennis, advies, instrumenten en financiële steun EfficiEncy Duurzaam GebouwDe omgeving energie financiering KEnnis industrie instrumenten EnErgiEbEsparing De Nederlandse overheid streeft
Nadere informatieCO 2 inventarisatie 2015 - Q1 t/m Q2. Versie: 1.0, 10-7-2015
CO 2 inventarisatie 2015 - Q1 t/m Q2 Versie: 1.0, 10-7-2015 Inventory boundary Organizational boundaries voestalpine WBN assembleert en bouwt wisselconstructies voor, t.b.v. de railinfrastructuur. Het
Nadere informatieVermeden broeikaseffect door recycling van e-waste
Vermeden broeikaseffect door recycling van e-waste 29-214 Datum: 27 juli 215 Versie: 1.1 In opdracht van: Opgesteld door: Hendrik Bijker Wecycle Laura Golsteijn Marisa Vieira Dit rapport is geschreven
Nadere informatieCO 2 inventarisatie 2014 - Q1 t/m Q4. Versie: 1.0, 13-1-2015
CO 2 inventarisatie 2014 - Q1 t/m Q4 Versie: 1.0, 13-1-2015 Inventory boundary Organizational boundaries voestalpine WBN assembleert en bouwt wisselconstructies voor, t.b.v. de railinfrastructuur. Het
Nadere informatieHalfjaarlijkse CO 2 rapportage 2015
Halfjaarlijkse CO 2 rapportage 2015 Status: Definitief Datum van uitgifte: 16-08-2015 Datum van ingang: 07-09-2015 Versienummer: 1.0 Inhoud 1. INLEIDING... 3 2. CO 2 EMISSIES 1E HALFJAAR 2015... 4 2.1
Nadere informatieVerbruik van hernieuwbare energie,
Indicator 20 december 2010 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Het aandeel hernieuwbare energie
Nadere informatieRapportage monitoring CO2 emissie en Energiebesparing gemeente Kerkrade 2012. CO2 emissie gemeente Kerkrade
Rapportage monitoring CO2 emissie en Energiebesparing gemeente Kerkrade 2012 CO2 emissie gemeente Kerkrade Afdeling Milieu en Bouwen gemeente Kerkrade januari 2013 INHOUDSOPGAVE: Inhoud 1. Inleiding...
Nadere informatieCARBON FOOTPRINT 2015 Hogeschool Utrecht 3 MAART 2016
Hogeschool Utrecht 3 MAART 2016 Contactpersonen IR. B. (BAȘAK) KARABULUT Adviseur T +31 (0)88 4261 322 M +31 (0)6 312 02492 E basak.karabulut@arcadis.com Arcadis Nederland B.V. Postbus 4205 3006 AE Rotterdam
Nadere informatieDuurzame elektriciteit,
Indicator 2 maart 2010 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. In 2009 is de productie van duurzame
Nadere informatieEmissie-inventaris scope 1 en scope 2 over 2016 (3.A.1)
Emissie-inventaris scope 1 en scope 2 over (3.A.1) Bovenstaande afbeelding geeft de verdeling van CO 2-emissies naar de verschillende scopes weer. Scope 1 emissies of directe emissies zijn emissies door
Nadere informatie