OMGEVINGSVERGUNNING fase 1 met uitgebreide procedure
|
|
- Thijs Groen
- 6 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 OMGEVINGSVERGUNNING fase 1 met uitgebreide procedure Project Locatie Nummer : OU Verzonden : : Het ruimtelijk mogelijk maken van de bouw van bedrijfswoning met bijgebouw, zeugenstal, kraamzeugenstal, biggenstal, werktuigenberging, het aanleggen van een uitrit en het veranderen, uitbreiden en inwerking hebben van een varkenshouderij. : Grolseweg 19 in Beltrum (kadastrale gegevens: gemeente Eibergen, sectie V en nummer 244) Besluit 1. Gelet op artikel 2.1, 2.2 en paragraaf 2.3 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) zijn wij van plan aan de Maatschap G. van de Lagemaat, gevestigd op het adres Klompersweg 125 in Lunteren voor een inrichting gelegen aan de Grolseweg 19 in Beltrum de omgevingsvergunning te verlenen voor de volgende activiteiten: het gebruiken van een bouwwerk in strijd met het bestemmingsplan (Wabo artikel 2.1, lid 1, onder c) voor het oprichten een bedrijfswoning met bijgebouw, zeugenstal, kraamzeugenstal, biggenstal, werktuigenberging en het aanleggen van een uitrit. Deze afwijking van het bestemmingsplan met ID-IMROcode: nummer: NL.IMRO.1859.OVBGB plannaam: Buitengebied, Grolseweg 19 Beltrum (2011) milieuverantwoord ondernemen (artikel 2.1, lid 1, onder e, Wabo) voor het veranderen, uitbreiden en inwerking hebben van een varkenshouderij op het adres Grolseweg 19 in Beltrum; handelingen met gevolgen voor beschermde natuurgebieden (artikel 19d, lid 1, Nbw) voor het veranderen, uitbreiden en inwerking hebben van een varkenshouderij op het adres Grolseweg 19 in Beltrum. 2. Voor de onder 1. genoemde omgevingsvergunning geen exploitatieplan vast te stellen omdat het kostenverhaal anderszins is verzekerd. Procedure Bevoegd gezag Op basis van de door u ingediende gegevens blijkt dat wij bevoegd zijn om een beslissing te nemen over uw aanvraag (hoofdstuk 3 Besluit omgevingsrecht). Nemen van het besluit De voorbereiding tot het nemen van een besluit hebben wij uitgevoerd volgens de uitgebreide procedure (artikel 3.10 van de Wabo). Uw aanvraag hebben wij getoetst aan het Bouwbesluit, de gemeentelijke Bouwverordening, het bestemmingsplan, de redelijke eisen van welstand, de Wet milieubeheer, de Wet ammoniak en veehouderij, de Wet geurhinder en veehouderij en de Natuurbeschermingswet 1998 (artikelen 2.10, 2.14 en 2.18 van de Wabo). Daarnaast hebben wij uw aanvraag ook getoetst aan het Besluit omgevingsrecht en de Ministeriële regeling omgevingsrecht. Op basis van artikel 2.27, lid 1 van de Wabo hebben wij op 30 november 2010 de provincie Gelderland gevraagd om een verklaring van geen bedenkingen af te geven voor de activiteit handelingen met gevolgen voor beschermde natuurgebieden. Op 16 februari 2011 hebben wij een ontwerpverklaring van geen bedenkingen ontvangen van Gedeputeerde Staten van Gelderland. Op 14 april 2014 hebben wij een ontwerp verklaring van geen bedenkingen ontvangen van Gedeputeerde Staten van Overijssel.
2 Het is gebleken dat de aanvraag voldoet en daarom zijn wij voornemens de gevraagde omgevingsvergunning te verlenen. Bijlagen De volgende ingekomen documenten maken deel uit van dit besluit: aanvraagformulier omgevingsvergunning van 23 november 2010; landschappelijk inpassingsplan van mei 2013; ruimtelijke onderbouwing van april 2014; verkennend bodemonderzoek van 12 oktober 2010; veiligheids- en Gezondheidsplan van 12 oktober 2011; plattegrondtekening van de inrichting van 18 november 2010; beoordeling zienswijzen Buitengebied Grolseweg 19, Beltrum (2011) ; beoordeling zienswijzen op de eerder ter inzage gelegen ontwerp beschikking fase 1; de vvgb van de provincie Gelderland; de vvgb van de provincie Overijssel; aanvraagformulier milieuvergunning van 23 november 2010 met de volgende bijlagen: - toelichting aanvraag Wet milieubeheer - overzicht van de vergunde dieraantallen - overzicht van de aangevraagde dieraantallen - geurberekening veehouderij (V-Stacks vergunningen) - fijnstofbeoordeling - dimensioneringsplan luchtwasser
3 INHOUDSOPGAVE A. PROCEDUREEL Gegevens aanvrager Bevoegd gezag Ontvankelijkheid Uitgebreide procedure Verklaring van geen bedenkingen... 5 B. VOORSCHRIFTEN Het veranderen en in werking hebben van een inrichting Gedragsvoorschriften Registratie en onderzoeken Afvalstoffen van derden AFVALSTOFFEN Opslag van afvalstoffen Aanvullende voorschriften opslag van afvalstoffen AGRARISCHE ACTIVITEITEN Dieraantallen en stalsystemen ENERGIE GELUID EN TRILLINGEN Algemeen Representatieve bedrijfssituatie Twaalfdagenregeling Twaalfdagenregeling Aanvullende voorschriften transport, laden en lossen C. OVERWEGINGEN... 9 Voor de activiteit het gebruiken van een bouwwerk in strijd met het bestemmingsplan Het veranderen en in werking hebben van een inrichting Vergunde situatie Aangevraagde situatie Overzicht aantal en soort dieren Ligging bedrijf Nationale regelgeving Milieuhygiënische toetsing Europese regelgeving MER-plicht MER-beoordelingsplicht Vormvrije m.e.r.-beoordeling MILIEUASPECTEN Bodem Algemeen Agrarische bedrijven Lozing (afval)water Algemeen Agrarisch afvalwater Geluid (Externe) veiligheid Handelingen met gevolgen voor beschermde natuurgebieden... 24
4 A. PROCEDUREEL 1 Gegevens aanvrager Op 23 november 2010 hebben wij een aanvraag om een omgevingsvergunning ontvangen. Het betreft een verzoek van de heer G. van de Lagemaat, aan de Klomperweg 125 in Lunteren voor de inrichting gelegen aan de Grolseweg 19 in Beltrum. Het project waarvoor vergunning wordt gevraagd is als volgt te omschrijven: Omgevingsvergunning voor de activiteiten milieuverantwoord ondernemen voor het wijzigen, uitbreiden en inwerking hebben van een varkenshouderij aan de Grolseweg 19 in Beltrum. Gelet op bovenstaande omschrijving wordt een omgevingsvergunning gevraagd voor de volgende in de Wabo omschreven omgevingsaspecten: het veranderen en het inwerking hebben van een inrichting (artikel e Wabo) Het ruimtelijk mogelijk maken van de bouw van bedrijfswoning met bijgebouw, zeugenstal, kraamzeugenstal, biggenstal, werktuigenberging, het aanleggen van een uitrit en het veranderen, uitbreiden en inwerking hebben van een varkenshouderij. Als één of meer van bovengenoemde aspecten voorkomen, moet daarnaast beoordeeld worden of een aantal toestemmingsstelsels kan worden aangehaakt. Of daadwerkelijk moet worden aangehaakt, volgt niet uit de Wabo, maar uit de desbetreffende wet. De volgende stelsels zijn aangehaakt: handelingen met gevolgen voor beschermde natuurgebieden (artikel 19d.1 Nbwet) In artikel 47a van de Natuurbeschermingswet 1998 is bepaald dat de Natuurbeschermingswet wordt aangehaakt aan de omgevingsvergunning, indien voor de vergunningplichtige activiteiten tevens een omgevingsvergunning moet worden aangevraagd. 2 Bevoegd gezag Wij zijn het bevoegd gezag om de omgevingsvergunning te verlenen. Dit maken wij op uit bovenstaande projectbeschrijving en uit het bepaalde in hoofdstuk 3 van het Besluit omgevingsrecht (Bor). Wij zijn er procedureel en inhoudelijk voor verantwoordelijk, dat in ons besluit alle relevante aspecten aan de orde komen. Dit betreffen aspecten met betrekking tot de leefomgeving (zoals ruimte, milieu en natuur) en aspecten met betrekking tot bouwen, monumenten en brandveiligheid. Verder moeten wij ervoor zorgen dat de voorschriften die bij de omgevingsvergunning horen, op elkaar zijn afgestemd. 3 Ontvankelijkheid In artikel 2.8 van de Wabo staat welke gegevens en bescheiden die bij een aanvraag omgevingsvergunning moeten worden ingediend om tot een ontvankelijke aanvraag te komen. Dit is uitgewerkt in het Bor en in de Ministeriële regeling omgevingsrecht (Mor). Na ontvangst van de aanvraag hebben wij deze aan de hand van de Mor getoetst op ontvankelijkheid. Wij hebben de aanvrager verzocht om de aanvraag aan te vullen. Na binnenkomst van de gevraagde aanvullingen zijn van mening dat de aanvraag voldoende informatie bevat voor een goede beoordeling van de gevolgen van de werkzaamheden op de omgeving. De aanvraag is dan ook ontvankelijk en in behandeling genomen. 4 Uitgebreide procedure Deze beschikking is voorbereid met de uitgebreide voorbereidingsprocedure volgens afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht. Gelet hierop zijn wij niet verplicht om van de aanvraag kennis te geven in een of meer dag-, nieuws- of huis-aan-huisbladen of op een ander geschikte wijze, tenzij bij de voorbereiding van de beslissing op de aanvraag een milieueffectrapport (MER) moet worden gemaakt. Nu deze uitzonderingsgrond zich niet voordoet hebben wij de aanvraag niet gepubliceerd.
5 5 Verklaring van geen bedenkingen In de Wabo en het Bor worden bestuursorganen vanwege hun specifieke deskundigheid of betrokkenheid aangewezen als adviseur. Op 16 februari 2011 hebben wij van de provincie Gelderland een ontwerpverklaring ontvangen waaruit blijkt dat er, gelet op het belang van de beschermde natuurgebieden Korenburgerveen en Stelkampsveld, geen bedenkingen zijn tegen het verlenen van de gevraagde vergunning. Op 14 april 2014 hebben wij van de provincie Overijssel een ontwerpverklaring ontvangen waaruit blijkt dat er geen bedenkingen zijn tegen het verlenen van de gevraagde vergunning. Publicatie ingekomen aanvraag Wij hebben de ontvangst van uw aanvraag op 7 december 2010 gepubliceerd in de bijlage Berkelbericht uit het huis-aan-huisblad Achterhoek Nieuws. Naar aanleiding van deze kennisgeving zijn geen reacties binnengekomen. Bevoegd gezag Op basis van de door u ingediende gegevens blijkt dat wij bevoegd zijn om een beslissing te nemen over uw aanvraag (hoofdstuk 3 Besluit omgevingsrecht). Nemen van het besluit Uw aanvraag voldoet niet aan het bestemmingsplan Buitengebied Berkelland Uw aanvraag geldt daarom als een verzoek om een buitenplanse afwijking als bedoeld in artikel 2.12, lid 1, onder a, sub 3 van de Wabo. De voorbereiding tot het nemen van een besluit hebben wij daarom uitgevoerd volgens de uitgebreide procedure (artikel 3.12 van de Wabo). Uw aanvraag hebben wij verder getoetst aan het Besluit omgevingsrecht en de Ministeriële regeling omgevingsrecht. Inspraakprocedure Op 1 juli 2008 heeft de gemeenteraad besloten om voorafgaand aan het toepassen van een buitenplanse afwijking van het bestemmingsplan, toepassing te geven aan de gemeentelijke Inspraakverordening en de uniforme algemene voorbereidingsprocedure (afdeling 3.4 Awb). De inspraakprocedure is gevoerd (artikel 5.20 van het Besluit omgevingsrecht) volgens de gemeentelijke Inspraakverordening. Uw aanvraag met bijlagen heeft van 16 november tot en met 27 december 2011 voor inspraak ter inzage gelegen waarbij de mogelijkheid is geboden om zienswijzen tegen de aanvraag in te dienen. Naar aanleiding van deze inspraakprocedure zijn er inspraakreacties binnengekomen. Deze reacties zijn opgenomen en weerlegd in het inspraakverslag. Het verslag beoordeling zienswijzen Buitengebied, Grolseweg 19, in Beltrum 2011 maakt onderdeel uit van dit besluit. Ter inzage legging ontwerpbesluit Tussen 12 september t/m 23 oktober 2012 heeft een ontwerp van dit besluit ter inzage gelegen en zijn belanghebbenden in de gelegenheid gesteld om zienswijzen naar voren te brengen (art Wabo / afd. 3.4 Awb). Van deze gelegenheid is gebruik gemaakt. Ter inzage legging ontwerpbesluit 2 e keer Tussen 29 mei t/m 9 juli 2013 heeft een ontwerp van dit besluit ter inzage gelegen en zijn belanghebbenden in de gelegenheid gesteld om zienswijzen naar voren te brengen (art Wabo/ afd. 3.4 Awb). Van deze gelegenheid is wel gebruik gemaakt. Zienswijzen De fase 1 en fase 2 vergunning hebben te gelijke tijd ter inzage gelegen. De afweging van de ingediende zienswijzen is meegenomen bij de behandeling van de eerste fase (definitieve) vergunning.
6 Ter inzage legging ontwerpbesluit (3 e keer) Tussen 30 april 2014 t/m 10 jnui 2014 heeft een ontwerp van dit besluit nogmaals ter inzage gelegen en zijn belanghebbenden in de gelegenheid gesteld om zienswijzen naar voren te brengen (art Wabo/afd. 3.4 Awb). Van deze gelegenheid is wel/geen gebruik gemaakt. Beroep Op de laatste bladzijde, na de handtekening onder dit besluit leest u hoe u beroep kunt instellen tegen dit besluit.
7 B. VOORSCHRIFTEN Aan de omgevingsvergunning zijn de volgende voorschriften verbonden: 1 Het veranderen en in werking hebben van een inrichting 1.1 Gedragsvoorschriften De inrichting moet schoon worden gehouden en in goede staat van onderhoud verkeren De inrichting mag niet toegankelijk zijn voor onbevoegden. Binnen de openingstijden mogen anderen dan het personeel van de inrichting uitsluitend onder toezicht in de inrichting aanwezig zijn Alle binnen de inrichting aanwezige machines, installaties en voorzieningen moeten overzichtelijk zijn opgesteld en altijd goed bereikbaar zijn Het aantrekken van insecten, knaagdieren en ongedierte moet worden voorkomen. Zo vaak de omstandigheden daartoe aanleiding geven, moet doelmatige bestrijding van insecten, knaagdieren en ander ongedierte plaatsvinden Tijdens het in bedrijf zijn van de inrichting moet personeel aanwezig zijn dat voor controle- en registratiewerkzaamheden is geïnstrueerd Degene die de inrichting drijft is verplicht aan alle in de inrichting werkzame personen, inclusief binnen de inrichting werkzaam zijnde derden, een schriftelijke instructie te verstrekken. Het doel van de instructie is gedragingen hunnerzijds uit te sluiten die het gevolg zouden kunnen hebben dat de inrichting niet overeenkomstig de vergunning en haar voorschriften in werking is. Een zodanige instructie behoort aan een daartoe door het bevoegd gezag aangewezen persoon op diens verzoek te worden getoond. Er moet toezicht worden gehouden op het naleven van deze instructie De in de inrichting aangebrachte of gebruikte verlichting moet zodanig zijn afgeschermd dat geen directe lichtstraling buiten de inrichting waarneembaar is Installaties of onderdelen van installaties welke buiten bedrijf zijn gesteld, moeten zijn verwijderd tenzij deze in een goede staat van onderhoud verkeren In geval van een langdurige onderbreking van de werkzaamheden (langer dan 6 maanden), bij bedrijfsbeëindiging of bij een faillissement moeten alle in de inrichting aanwezige afvalstoffen c.q. gevaarlijke (afval)stoffen volgens de hierop van toepassing zijnde wet- en regelgeving worden afgevoerd a. De vergunninghouder dient zes maanden voor het einde van de vergunningstermijn
8 danwel voor het beëindigen van het gebruik van de inrichting, een door het bevoegd gezag goedgekeurd plan te hebben, waarin beschreven staat of, op welke wijze en binnen welke termijn de binnen de inrichting aanwezige (afval)stoffen, materialen en installaties zullen worden verwijderd, aan wie ze zullen worden afgegeven en hoe een eventuele verdere ontmanteling van de inrichting zal plaatsvinden. Alle afvalstoffen moeten voor het verstrijken van de vergunningstermijn uit de inrichting worden afgevoerd Onderhoudswerkzaamheden, waarvan redelijkerwijs moet worden aangenomen, dat deze buiten de inrichting nadelige gevolgen voor het milieu kunnen veroorzaken, dan wel dat hiervan in de omgeving meer nadelige gevolgen voor het milieu worden ondervonden dan uit de normale bedrijfsvoering voortvloeit moeten ten minste 5 dagen voor de aanvang van de uitvoering aan het bevoegd gezag worden gemeld Klachten van derden en de actie die door de vergunninghouder is ondernomen om de bron van de klachten te onderzoeken en eventueel weg te nemen, moeten worden geregistreerd Indien uit de inhoud van keurings- en inspectierapporten blijkt dat gevaar voor verontreiniging dreigt, moet direct het bevoegd gezag daarvan in kennis worden gesteld. 1.2 Registratie en onderzoeken In de inrichting moet een centraal registratiesysteem aanwezig zijn waarin informatie omtrent onderhoud, metingen, keuringen, controles en gegevens van relevante milieuonderzoeken worden bijgehouden. In het registratiesysteem moet ten minste de volgende informatie zijn opgenomen: - De schriftelijke instructies voor het personeel; - De resultaten van in de inrichting uitgevoerde milieucontroles, keuringen, inspecties, metingen, registraties en onderzoeken; - Meldingen van ongewone voorvallen, die van invloed zijn op het milieu, met vermelding van datum, tijdstip en de genomen maatregelen; - Registratie van het energie- en waterverbruik; - Het bedrijfsenergieplan; - Het bedrijfsnoodplan; - Registratie van emissies; - Plan van aanpak reductie emissies; - De jaarlijkse voortgangsrapportages van de uitvoering van het plan van aanpak reductie emissies; - Metingen en storingen nageschakelde technieken; - De jaarlijkse voortgangsrapportages van de uitvoering van het energiebesparingsplan; - Registratie van klachten van derden omtrent milieu-aspecten en daarop ondernomen acties; - Een afschrift van de vigerende omgevingsvergunning(en) met bijbehorende voorschriften en meldingen; De in het vorig voorschrift bedoelde informatie moet in ieder geval tot aan het beschikbaar zijn van de resultaten van de eerst volgende meting, keuring, controle of
9 analyse, maar ten minste gedurende 5 jaar in de inrichting worden bewaard en ter inzage gehouden voor de daartoe bevoegde ambtenaren. 1.3 Afvalstoffen van derden De termijn van opslag van afvalstoffen mag maximaal één jaar bedragen. In afwijking hiervan mag de termijn van opslag van afvalstoffen maximaal drie jaar bedragen indien de vergunninghouder ten genoegen van het bevoegd gezag aantoont dat de opslag van afvalstoffen gevolgd wordt door nuttige toepassing van afvalstoffen. 2 AFVALSTOFFEN Gebruikte poetsdoeken, absorptiematerialen en overige gevaarlijke afvalstoffen die vrijkomen bij onderhoudswerkzaamheden en bij het verwijderen van gemorste dieselolie, smeerolie en hydraulische olie, moeten worden bewaard in vloeistofdichte en afgesloten emballage die bestand is tegen inwerking van de betreffende afvalstoffen. 2.2 Opslag van afvalstoffen De op- en overslag en het transport van afvalstoffen moeten zodanig plaatsvinden dat zich geen afval in of buiten de inrichting kan verspreiden. Mocht onverhoopt toch verontreiniging van het openbaar terrein rond de inrichting plaatsvinden, dan moeten direct maatregelen worden getroffen om deze verontreiniging te verwijderen De verpakking van gevaarlijk afval moet zodanig zijn dat: niets van de inhoud uit de verpakking kan ontsnappen; het materiaal van de verpakking niet door gevaarlijke stoffen kan worden aangetast, dan wel met die gevaarlijke stoffen een reactie kan aangaan dan wel een verbinding kan vormen; deze tegen normale behandeling bestand is; deze is voorzien van een etiket, waarop de gevaarsaspecten van de gevaarlijke stof duidelijk tot uiting komen Afvalstoffen moeten zodanig gescheiden van elkaar worden opgeslagen dat de verschillende soorten afvalstoffen ten opzichte van elkaar geen reactiviteit kunnen veroorzaken. 2.3 Aanvullende voorschriften opslag van afvalstoffen Vloeibare afvalstoffen in emballage moeten zijn geplaatst op een vloeistofdichte vloer of in een vloeistofdichte lekbak in het bebouwde deel van de inrichting Een vloeistofdichte lekbak moet, indien het (licht) ontvlambare vloeistoffen betreft, de gehele inhoud van de totale hoeveelheid opgeslagen vloeistoffen kunnen bevatten. In de overige gevallen moet de bak een inhoud hebben van ten minste de grootste verpakkingseenheid vermeerderd met 10% van de inhoud van de overige emballage.
10 2.3.3 Boven een vloeistofdichte lekbak met vloeibare afvalstoffen in emballage moet, indien deze buiten het bebouwde deel van de inrichting ligt, een afdak aanwezig zijn. Het afdak moet zo groot zijn dat regenwater niet binnen de vloeistofdichte lekbak kan komen Vloeibare afvalstoffen in emballage moeten worden bewaard op een vloeistofdichte vloer. De vloer moet zijn omgeven door een vloeistofdichte omwalling, een gotensysteem of een gelijkwaardige constructie van een zodanige capaciteit, dat ten minste de gemiddelde neerslaghoeveelheid van twee maanden binnen deze constructie kan worden opgevangen. Het verzamelde water moet tijdig worden afgevoerd Als afvalstof te beschouwen straalmiddel moet in gesloten verpakking in het bebouwde deel van de inrichting worden bewaard en regelmatig uit de inrichting worden afgevoerd Papierresten en huishoudelijk afval moeten worden opgeslagen in een gesloten (pers)container Verontreinigde emballage moet worden behandeld als gevulde emballage. Voor de bepaling van de opvangcapaciteit van een vloeistofdichte bak hoeft de opslagcapaciteit van de verontreinigde emballage niet meegerekend te worden. 3 AGRARISCHE ACTIVITEITEN 3.1 Dieraantallen en stalsystemen De volgende dieren mogen aanwezig zijn binnen de inrichting: Stal nr RAV code Diercategorie, Aantal huisvestigingssysteem dieren 1 D Guste/dragende 735 zeugen 1 D dekberen 2 1 D vleesvarkens D kraamzeugen D kraamzeugen 80 3 D Gespeende biggen ENERGIE Jaarlijks moet onderhoud worden uitgevoerd aan de stook- en verwarmingsinstallatie.
11 Ten minste eenmaal per jaar moet, met het oog op een optimale verbranding in de installatie, een beoordeling worden uitgevoerd van de noodzakelijke afstelling en staat van onderhoud. Beoordeling, afstelling, onderhoud en reparaties moet geschieden door een bedrijf dat is gecertificeerd volgens de certificatieregeling voor het uitvoeren van onderhoud en inspecties aan stookinstallaties, of over gelijkwaardige deskundigheid beschikt. Meetrapporten en verdere rapportage van het onderhoud moeten worden opgenomen in het logboek van de installatie, en moeten 5 jaar ter inzage voor het bevoegd gezag worden gehouden. 5 GELUID EN TRILLINGEN 5.1 Algemeen Het meten en berekenen van de geluidsniveaus en het beoordelen van de meetresultaten moet plaatsvinden overeenkomstig de Handleiding meten en rekenen Industrielawaai, uitgave Representatieve bedrijfssituatie Het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau L Ar,LT veroorzaakt door de in de inrichting aanwezige toestellen en installaties, door de in de inrichting verrichte werkzaamheden of activiteiten, alsmede door het transportverkeer binnen de grenzen van de inrichting, mag op de onderstaande beoordelingspunten niet meer bedragen dan: Beoordelingspunt LAr,LT) [in db(a)] Dag LAr,LT) [in db(a)] Avond Bosmansweg Grolseweg Bosmansweg 3a Bosmansweg LAr,LT) [in db(a)] Nacht Twaalfdagenregeling Van bovenstaande normen mag maximaal 12 maal per jaar afgeweken worden. Elke keer als gebruik gemaakt wordt van deze 12 dagen regeling moet dit vooraf (minimaal 3 dagen van te voren) gemeld worden bij de handhavers van de gemeente Berkelland In afwijking van wat is gesteld in voorschrift mag het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau L Ar,LT veroorzaakt door de ventilatie en het lossen van bulkvoer en het laden van varkens in de nacht, alsmede door het transportverkeer binnen de grenzen van de inrichting, op de onderstaande beoordelingspunten niet meer bedragen dan: Beoord. punt LAr,LT [in db(a)] Dag LAr,LT [in db(a)] Avond Bosmansweg Grolseweg Bosmansweg 3a LAr,LT [in db(a)] Nacht
12 Bosmansweg Het maximale beoordelingsniveau L Amax veroorzaakt door de in de inrichting aanwezige toestellen en installaties, door de in de inrichting verrichte werkzaamheden of activiteiten, alsmede door het transportverkeer binnen de grenzen van de inrichting, mag op de onderstaande beoordelingspunten niet meer bedragen dan: Beoordelingspunt LAr,LT) [in db(a)] Dag LAr,LT) [in db(a)] Avond Bosmansweg Grolseweg Bosmansweg 3a Bosmansweg Twaalfdagenregeling LAr,LT) [in db(a)] Nacht Van bovenstaande normen mag maximaal 12 maal per jaar afgeweken worden. Elke keer als gebruik gemaakt wordt van deze 12 dagen regeling moet dit vooraf (minimaal 3 dagen van te voren) gemeld worden bij de handhavers van de gemeente Berkelland In afwijking van wat is gesteld in voorschrift mag het maximale beoordelingsniveau L Amax veroorzaakt door de ventilatie en het lossen van bulkvoer en het laden van varkens in de nacht, alsmede door het transportverkeer binnen de grenzen van de inrichting, op de onderstaande beoordelingspunten niet meer bedragen dan: Beoord. punt LAr,LT [in db(a)] Dag LAr,LT [in db(a)] Avond Bosmansweg Grolseweg Bosmansweg 3a Bosmansweg LAr,LT [in db(a)] Nacht Aanvullende voorschriften transport, laden en lossen Het in deze vergunning met betrekking tot het maximale geluidniveau gestelde is niet van toepassing op het laden of het lossen ten behoeve van de inrichting voor zover dit plaatsvindt tussen uur en uur. Toelichting: Onder laad- en losactiviteiten worden ook aanverwante activiteiten verstaan zoals het op en van het terrein van de inrichting rijden, het slaan van autoportieren, het starten en wegrijden van de voertuigen. Het rijden van interne transportmiddelen, zoals vorkheftrucks, met als doel op- en overslag van goederen wordt niet gerekend onder laad- en losactiviteiten.
13 5.5.2 Het laden en lossen van goederen mag uitsluitend plaatsvinden op het terrein van de inrichting.
14 C. OVERWEGINGEN Om het besluit te kunnen nemen hebben wij het volgende overwogen: Voor de activiteit het gebruiken van een bouwwerk in strijd met het bestemmingsplan Bestemmingsplan Het perceel waarop u wilt bouwen ligt in het bestemmingsplan Buitengebied Berkelland Volgens het bestemmingsplan heeft uw perceel de bestemming Agrarisch met een bouwvlak. Door de realisatie van uw bouwplan wordt er buiten het bouwperceel gebouwd. Uw bouwplan is daardoor voor dit deel van het bouwplan in strijd met het bestemmingsplan. Een aanvraag die in strijd is met het bestemmingsplan geldt tevens als verzoek om het bouwwerk te gebruiken in strijd met het bestemmingsplan (artikel 2.11, lid 2 Wabo). Afwijking bestemmingsplan Voor zover de aanvraag betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, onder a Wabo, kan de omgevingsvergunning slechts worden verleend indien de activiteit niet in strijd is met een goede ruimtelijke ordening en de motivering van het besluit een goede ruimtelijke onderbouwing bevat (artikel 2.12, lid 1, sub a, onder 3 van de Wabo). Aan uw bouwplan voor het oprichten van een zeugenstal, biggenstal en een kraamzeugenschuur kunnen wij alleen meewerken door het toepassen van een afwijking van het geldende bestemmingsplan zoals bedoeld in artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3 o van de Wabo. De gemeenteraad van Berkelland nam op 14 september 2010 een besluit over het aanwijzen van categorieën van gevallen waarvoor het college van burgemeester en wethouders kunnen afwijken van een bestemmingsplan zonder een afzonderlijke verklaring van geen bedenkingen. Uw bouwplan voldoet aan de voorwaarden die in dit besluit zijn benoemd. Daarmee is ons college bevoegd om te beslissen op uw aanvraag zonder dat de gemeenteraad eerst moet worden gevraagd om een verklaring van geen bedenkingen af te geven. Ruimtelijke onderbouwing Voor uw bouwplan waarvoor een buitenplanse afwijking wordt gevraagd is een goede ruimtelijke onderbouwing opgesteld. Uit deze ruimtelijke onderbouwing blijkt dat er geen ruimtelijke belemmeringen zijn voor het verlenen van de gevraagde omgevingsvergunning. Tijdens de termijn van ter inzage legging van het ontwerpbesluit hebben wij wel reacties ontvangen. Exploitatie In artikel 6.12 lid 2 van de Wet ruimtelijke ordening is onder meer bepaald dat bij de toepassing van een buitenplanse afwijking kan worden besloten om geen exploitatieplan vast te stellen. Wij zijn met u een overeenkomst aangegaan waardoor het verhaal van kosten van de grondexploitatie over de in de buitenplanse afwijking begrepen gronden op een andere manier is verzekerd, zodat daarvoor geen exploitatieplan hoeft te worden vastgesteld. Bodem U heeft een bodemonderzoek aangeleverd. Wij hebben het onderzoeksrapport beoordeeld. Er blijken geen milieuhygiënische belemmeringen te zijn die de uitvoering van uw bouwplan verhinderen.
15 6 Het veranderen en in werking hebben van een inrichting 6.1 Vergunde situatie Voor de veehouderij is op 3 september 2001 een revisievergunning op grond van de Wet milieubeheer verleend. Op 1 oktober 2010 is de Wabo in werking getreden en is deze vergunning van rechtswege een omgevingsvergunning op basis van de Wabo geworden. 6.2 Aangevraagde situatie De aanvraag betreft een revisievergunning in verband met het veranderen, uitbreiden en in werking hebben van een varkenshouderij waarvoor al eerder een omgevingsvergunning werd verleend. Een korte opsomming van de activiteiten binnen het bedrijf: Het houden van varkens Het opslaan van: - vloeibare mest in mestkelders - vloeibare mest in een mestbassin - vaste mest op een mestplaat - ruwvoer - mengvoer - granen - dieselolie in een daarvoor bestemde tank in een lekbak - smeerolie in vaten in een lekbak - melk in een koeltank - medicijnen ten behoeve van de diergezondheid - reinigingsmiddelen ter preventie van dierziekten - bestrijdingsmiddelen voor de bestrijding van onkruid en ongedierte - zaagsel, hooi en stro Het in gebruik hebben van: - een bedrijfswoning - varkensstallen - een werkplaats - een (werktuigen)berging - een kantine - wasplaats Binnen de veehouderij wordt voornamelijk het volgende veranderd: Er blijft een klein stukje kraamstal staan alle overige gebouwen worden gesloopt; Er worden twee nieuwe stallen gebouwd. 6.3 Overzicht aantal en soort dieren In tabel 1 staan het aantal en soort dieren dat volgens de verleende omgevingsvergunning aanwezig mogen zijn binnen de het bedrijf. In tabel 2 staan het aantal en soort aangevraagde dieren.
16 Tabel 1 diercategorie stalsysteem Groen Label/BWL biggenopfok (gespeende biggen) overige huisvestingssystemen; hokoppervlak maximaal 0,35 m2 RAV code aantal dieren OU per dier NH3 per dier max. emiss ie aantal OU/ seconde ammoni ak in kg/jaar max. emissie D ,8 0,6 0, ,4 646,8 247,94 biggenopfok (gespeende biggen) overige huisvestingssystemen; hokoppervlak groter dan 0,35 m2 D ,8 0,75 0, ,25 17,25 kraamzeugen (incl. biggen tot spenen) kraamzeugen (incl. biggen tot spenen) guste en dragende zeugen guste en dragende zeugen dekberen, 7 maanden en ouder vleesvarkens, opfokberen van ca. 25 kg tot 7 maanden, opfokzeugen van ca. 25 kg tot eerste dekking, zie eindnoot 5 ondiepe mestkelders met mest- en waterkanaal voormalig BB , zie eindnoot 4 D ,9 4 2, overige huisvestingssystemen D ,9 8,3 2, rondloopstal met zeugenvoerstation en strobed overige huisvestingssystemen, groepshuisvesting BWL V1 (voorheen BB ) D ,7 2,6 2, D ,7 4,2 2,6 467, overige huisvestingssystemen D ,7 5,5 5,5 18,7 5,5 5,5 overige huisvestingssystemen; hokoppervlak groter dan 0,8 m2 Tabel 2 diercategorie stalsysteem Groen Label/BWL biggenopfok (gespeende biggen) luchtwassystemen anders dan biologisch of chemisch; gecombineerd luchtwassysteem 85% emissiereductie met watergordijn en biologische wasser; hokoppervlakte groter dan 0,35 m2 (zie eindnoot 3) BWL V1; BWL D ,0 3,5 1, ,8 Totaal: RAV code aantal dieren OU per dier NH3 per dier max. emiss ie 17128,6 1934, ,49 aantal OU/ seconde ammoni ak in kg/jaar max. emissie D ,0 0,11 0, ,64 971,52 kraamzeugen (incl. biggen tot spenen) kraamzeugen (incl. biggen tot spenen) guste en dragende zeugen ondiepe mestkelders met mest- en waterkanaal voormalig BB , zie eindnoot 4 D ,9 4 2, mestpan onder kraamhok BWL D ,9 2,9 2, luchtwassystemen anders dan biologisch of chemisch; gecombineerd luchtwassysteem 85% emissiereductie met watergordijn en biologische wasser (zie eindnoot 3) BWL D ,8 0,63 2, ,
17 dekberen, 7 maanden en ouder vleesvarkens, opfokberen van ca. 25 kg tot 7 maanden, opfokzeugen van ca. 25 kg tot eerste dekking, zie eindnoot 5 luchtwassysteem anders dan biologisch of chemisch; gecombineerd luchtwassysteem 85% emissiereductie met watergordijn en biologische wasser (zie eindnoot 3) luchtwassystemen anders dan biologisch of chemisch; gecombineerd luchtwassysteem 85% emissiereductie met watergordijn en biologische wasser; hokoppervlak groter dan 0,8 m2 (zie eindnoot 3) BWL D ,8 0,83 5,5 5,6 1,66 11 BWL D ,5 0,53 1, ,5 350 Totaal: 18082,6 1845, , Ligging bedrijf De veehouderij ligt in het buitengebied van de gemeente Berkelland (Beltrum). De in de aanvraag genoemde activiteiten passen binnen het geldende bestemmingsplan buitengebied Eibergen, goedgekeurd op 27 juni Op basis van de kaart die hoort bij het Reconstructieplan Achterhoek en Liemers, bekend gemaakt op 30 mei 2005 ligt de veehouderij in een landbouwontwikkelingsgebied. De veehouderij ligt niet in een waterwingebied, grondwaterbeschermingsgebied of een stiltegebied. 6.5 Nationale regelgeving Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en Wet milieubeheer (Wm) In artikel 2.1, lid 1 onder e van de Wabo staat dat het verboden is zonder omgevingsvergunning een project uit te voeren voor zover dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit: a. het oprichten b. het veranderen of veranderen van de werking of c. het in werking hebben van een inrichting (veehouderij). In artikel 1.1, lid 1 van de Wabo staat dat met een inrichting wordt bedoeld een inrichting die behoort tot een categorie die is aangewezen op basis van artikel 1.1, lid 3 van de Wabo. In artikel 1.1 lid 3 van de Wabo staat dat op basis van een algemene maatregel van bestuur categorieën inrichtingen aangewezen worden als bedoeld in artikel 1.1, lid 4 van de Wet milieubeheer (Wm), waarvan het oprichten, het veranderen of veranderen van de werking of het in werking hebben moet worden onderworpen aan een voorafgaande toetsing, gezien de aard en de omvang van de nadelige gevolgen die de inrichtingen voor het milieu kunnen veroorzaken. Bij de maatregel worden als categorie in ieder geval aangewezen de inrichtingen waartoe een gpbv-installatie behoort. Binnen de veehouderij is een IPPC-installatie aanwezig. Onder een IPPC-installatie wordt een installatie verstaan als bedoeld in bijlage I van de EG-richtlijn (2010/75/EU) inzake industriële emissies. In artikel 1.1, lid 4 van de Wm staat dat onder een inrichting wordt verstaan, een inrichting behorende tot een categorie die op basis van artikel 1.1, lid 3 van de Wm is aangewezen. Daarbij worden als één inrichting beschouwd de tot eenzelfde onderneming of instelling behorende installaties die onderling technische, organisatorische of functionele bindingen hebben en in elkaars onmiddellijke nabijheid zijn gelegen. In artikel 1.1, lid 3 van de Wm staat dat bij algemene maatregel van bestuur categorieën van inrichtingen worden aangewezen, die nadelige gevolgen voor het milieu kunnen veroorzaken.
18 6.5.2 Besluit omgevingsrecht (Bor) In artikel 2.1, lid 2 van het Bor staat dat als categorieën vergunningplichtige inrichtingen worden aangewezen de categorieën inrichtingen waartoe een IPPC-installatie behoort en de categorieën inrichtingen die als zodanig zijn aangewezen in bijlage I, onderdeel B en C. Binnen de veehouderij is een IPPC-installatie aanwezig waardoor de inrichting vergunningplichtig is. Beoordeling van de aanvraag is uitgevoerd op basis van artikel 2.14 van de Wabo. Uit de beoordeling is gebleken dat de vergunning op basis van artikel 2.14 van de Wabo verleend kan worden Algemene Maatregelen van Bestuur (AMvB) In AMvB s worden direct werkende voorschriften gesteld. Deze voorschriften mogen niet in het voorschriftenpakket bij de beschikking worden opgenomen Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (Activiteitenbesluit) Binnen de inrichting vindt een aantal activiteiten plaats waarvoor hoofdstuk 3 uit het Activiteitenbesluit direct werkende regels stelt. Het gaat hier om de onderstaande activiteiten: Afleveren van vloeibare brandstof of gecomprimeerd aardgas aan motorvoertuigen voor het wegverkeer Opslaan en overslaan van goederen Opslaan van gasolie, smeerolie of afgewerkte olie in een bovengrondse opslagtank Het houden van dieren bij een type C bedrijf Algemene regels voor emissies naar de lucht Algemene regels voor bodembedreigende activiteiten Aan deze beschikking zijn voor deze activiteiten geen (aanvullende) voorschriften gesteld. Dit betekent dat u de betreffende paragrafen uit het Activiteitenbesluit en in de Activiteitenregeling moet raadplegen om te zien welke regels hierop van toepassing zijn. 6.6 Milieuhygiënische toetsing Gelet op artikel 2.14, lid 1 onder a van de Wabo hebben wij de volgende aspecten betrokken bij de beslissing op de aanvraag: de bestaande toestand van het milieu, voor zover de inrichting of het mijnbouwwerk daarvoor gevolgen kan veroorzaken; de gevolgen voor het milieu, mede in hun onderlinge samenhang bezien, die de inrichting of het mijnbouwwerk kan veroorzaken, mede gezien de technische kenmerken en de geografische ligging daarvan; de met betrekking tot de inrichting of het mijnbouwwerk en het gebied waar de inrichting of het mijnbouwwerk zal zijn of is gelegen, redelijkerwijs te verwachten ontwikkelingen die van belang zijn met het oog op de bescherming van het milieu; de mogelijkheden tot bescherming van het milieu, door de nadelige gevolgen voor het milieu, die de inrichting of het mijnbouwwerk kan veroorzaken, te voorkomen, of zoveel mogelijk te beperken, voor zover zij niet kunnen worden voorkomen; het systeem van met elkaar samenhangende technische, administratieve en organisatorische maatregelen om de gevolgen die de inrichting of het mijnbouwwerk voor het milieu veroorzaakt, te monitoren, te beheersen en, voor zover het nadelige gevolgen betreft, te verminderen, dat degene die de inrichting of het mijnbouwwerk drijft, met betrekking tot de inrichting of het mijnbouwwerk toepast, alsmede het milieubeleid dat hij met betrekking tot de inrichting of het mijnbouwwerk voert. Wij beperken ons tot die onderdelen van het toetsingskader die ook daadwerkelijk op onze beslissing van invloed (kunnen) zijn.
19 6.6.1 Wet ammoniak en veehouderij (Wav) De beoordeling van de aanvaardbaarheid van de door de veehouderij veroorzaakte ammoniakemissie bij beslissingen inzake de vergunningverlening vindt plaats aan de hand van de Wet ammoniak en veehouderij (Wav) en de Regeling ammoniak en veehouderij. Artikel 3, lid 1 Wav geeft aan dat bij de beslissing over een vergunning voor de oprichting of verandering van een veehouderij, de gevolgen van de ammoniakemissie uit de tot de veehouderij behorende dierenverblijven moet worden betrokken. Dit uitsluitend op de wijze zoals aangegeven in de artikelen 4 tot en met 7 van de Wav. In artikel 3, lid 2 Wav staat dat bij de beslissing over een vergunning voor het oprichten of veranderen van een veehouderij rekening moet worden gehouden met directe ammoniakschade. Onder directe ammoniakschade wordt verstaan de directe opname door planten en bomen van ammoniak, die afkomstig is uit dierenverblijven. Deze schade blijkt in de praktijk vooral plaats te vinden bij coniferen en fruitbomen, maar ook andere gewassen kunnen er gevoelig voor zijn. Of er sprake is van onaanvaardbare ammoniakschade kan beoordeeld worden aan de hand van het rapport "Stallucht en Planten" van het IMAG in Wageningen van juli Uit dit rapport blijkt dat schade door uitstoot van ammoniak uit stallen zich kan voordoen bij intensieve pluimvee- en varkenshouderijen. Om directe ammoniakschade te voorkomen, blijkt dat een afstand van minimaal 50 meter tussen stallen en meer gevoelige planten en bomen, zoals coniferen moet worden aangehouden. Bij de aanwezigheid van minder gevoelige planten en bomen moet een afstand van minimaal 25 meter worden aangehouden. Toetsing aan dit rapport is, volgens de uitspraak in casus E , nog steeds volgens de meest recente, algemeen aanvaarde milieutechnische inzichten. Er bevinden zich binnen een afstand van 25 en 50 meter van het bedrijf géén meer of minder gevoelige planten en bomen. Daardoor kan geconcludeerd worden dat in de aangevraagde situatie geen directe ammoniakschade zal optreden. De directe omwonenden (Grolseweg 21) geeft aan dat er coniferen staan op korte afstand van de luchtwasser en dat hij een kwekerij in deze planten soort heeft. Op de melding op grond van het activiteitenbesluit van Grolseweg 21 is echter aangegeven dan de kwekerij meer naar de weg zit niet binnen 50 meter van de luchtwassers. Hiernaast is gebleken dat het geen weigering grond voor de vergunning is. In artikel 6, lid 1 Wav staat dat een vergunning voor het veranderen van een veehouderij wordt geweigerd, als de aanvraag betrekking heeft op een uitbreiding van het aantal dieren van één of meer diercategorieën en een tot de veehouderij behorend dierenverblijf geheel of gedeeltelijk in een zeer kwetsbaar gebied ligt of in een zone van 250 meter rond een zeer kwetsbaar gebied. Op de gewijzigde kaart met de Gelderse Ecologische Hoofdstructuur (EHS) op grond van de Wet ammoniak en Veehouderij, behorend bij besluit van Gedeputeerde Staten van Gelderland van 9 mei 2006, ligt het bedrijf niet in een zeer kwetsbaar gebied of in een 250 meterzone van een zeer kwetsbaar gebied. De aanvraag voldoet aan de artikelen 4 t/m 7 van de Wav Besluit ammoniakemissie huisvesting veehouderij (Besluit huisvesting) Met het Besluit ammoniakemissie huisvesting veehouderij wordt invulling gegeven aan het algemene emissiebeleid voor heel Nederland. Er mogen geen nieuwe huisvestingssystemen meer vergund worden met een emissiefactor die hoger is dan de in bijlage 1 van het besluit gestelde maximale emissiewaarden. Het Besluit bevat (voorlopig) alleen maximale emissiewaarden voor varkens, pluimvee en melkrundvee. Nieuwe stallen zullen meteen moeten voldoen aan het besluit. Voor bestaande stallen geldt een overgangstermijn zoals genoemd in het Besluit huisvesting.
20 Tabel 3: Bijlage 1 als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van het Besluit huisvesting: Diercategorie Melk- en kalfkoeien ouder dan 2 jaar 9,5 1 Biggenopfok (gespeende biggen) 0,23 1,2 Kraamzeugen (incl. biggen tot spenen) 2,9 1,2 Guste- en dragende zeugen 2,6 1,2 Vleesvarkens, opfokberen van ca. 25 kg tot 7 maanden, 1,4 1,2 Maximale emissiewaarde in kg NH 3 per dierplaats per jaar opfokzeugen van ca. 25 kg tot eerste dekking Opfokhennen en hanen van legrassen; jonger dan 18 weken 0,006 bij batterijhuisvesting 3 Legkippen en (groot-)ouderdieren van legrassen 0,013 bij batterijhuisvesting 4,5 0,125 bij niet-batterijhuisvesting 1 (Groot-)ouderdieren van vleeskuikens 0,435 1 Vleeskuikens 0, De maximale emissiewaarde is niet van toepassing indien de dieren worden gehouden overeenkomstig de biologische productiemethoden, zoals bedoeld in het Landbouwkwaliteitsbesluit biologische productiemethode De maximale emissiewaarde is niet van toepassing indien varkens worden gehouden overeenkomstig de Algemene Voorwaarden van de PVV-regeling scharrelvarkens. Indien het een huisvesting betreft waarin de mestdroging in het huisvestingssysteem is geïntegreerd, bedraagt de maximale emissiewaarde 0,016. Indien het een huisvesting betreft waarin de mestdroging in het huisvestingssysteem is geïntegreerd, bedraagt de maximale emissiewaarde 0,028. De maximale emissiewaarde geldt niet voor aangepaste kooien als bedoeld in paragraaf 3.1 van het Legkippenbesluit In tabel 4 staat de ammoniakemissie van de aangevraagde situatie en de ammoniakemissie op grond van de maximale emissiewaarden zoals genoemd in het Besluit huisvesting: Tabel 4 Omschrijving diersoort Aantal NH3-factor aanvraag Totaal Max. emissiewaarde Totaal Gespeende biggen ,11 464,6 0,23 971,5 Gespeende biggen 0,03 0,0 0,23 0,0 Kraamzeugen 80 4,0 320,0 2,9 232,0 Kraamzeugen 160 2,9 464,0 2,9 464,0 Guste- en dragende zeugen 735 0,63 463,1 2,6 1911,0 Vleesvarkens 250 0,53 132,5 1,4 350,0 Vleesvarkens 1,0 0,0 1,4 0,0 Vleesvarkens 1,4 0,0 1,4 0,0 Totaal 1.844,2 3928,5 Uit tabel 4 kan worden afgelezen dat de aanvraag voldoet aan BBT via de intern salderingsmethode. 6.7 Europese regelgeving RIE-richtlijn Vanaf 1 januari 2013 is de Europese richtlijn industriële emissies (RIE) in de Nederlandse milieuwetgeving geïmplementeerd (richtlijn 2010/75/EU, PbEU L334). De RIE geeft milieueisen voor de installaties die genoemd staan in de bij de richtlijn behorende bijlage I. Wanneer een installatie daar genoemd is, spreken we van een IPPC-installatie. Voor veehouderijen vallen de volgende installaties onder de werking van de RIE: meer dan plaatsen voor pluimvee, meer dan plaatsen voor vleesvarkens (van meer dan 30 kg) of meer dan 750 plaatsen voor zeugen. De aanvraag betreft 975 plaatsen voor zeugen. Deze aantallen komen boven de drempelwaarde zoals genoemd in de RIE-richtlijn. Binnen de veehouderij is een gpbv-installatie aanwezig, een beoordeling op grond van de RIE-richtlijn, zoals deze is opgenomen in de Wet milieubeheer en Wet algemene bepalingen omgevingsrecht moet daarom worden uitgevoerd.
21 De aanvraag valt onder het toepassingsbereik van artikel 2 van de RIE-richtlijn. Er mag geen vergunning worden verleend als niet kan worden gegarandeerd dat de gpbv-installatie voldoet aan de eisen van de RIE-richtlijn (artikel 5 van de richtlijn). In artikel 11 van de RIE-richtlijn is de volgende opsomming gegeven van verplichtingen waaraan de ondernemer zeker moet voldoen: a. alle passende preventieve maatregelen tegen verontreinigingen worden getroffen, met name door toepassing van de beste beschikbare technieken; b. er wordt geen belangrijke verontreiniging veroorzaakt. c. het ontstaan van afvalstoffen wordt voorkomen; waar dat niet gebeurd, moeten die stoffen worden hergebruikt, wanneer dat technisch en economisch onmogelijk is, zodanig worden verwijderd dat milieueffecten worden voorkomen of beperkt; d. energie wordt op doelmatige wijze gebruikt; e. de nodige maatregelen worden getroffen om ongevallen te voorkomen en de gevolgen daarvan te beperken; f. bij de definitieve stopzetting van de activiteiten worden de nodige maatregelen getroffen om het gevaar van verontreiniging te voorkomen en het bedrijfsterrein weer in een acceptabele toestand te brengen. Puntsgewijze beoordeling van de genoemde verplichtingen: a. In alle stallen wordt een emissiearm huisvesting systeem toegepast; b. Er is een ontwerp-vvgb afgegeven hieruit blijkt dat er geen belangrijke verontreiniging is; c. Er zijn voorschriften opgenomen om het ontstaan van afvalstoffen te voorkomen; d. Er worden in de nieuwbouw maatregelen genomen om energieverbruik te voorkomen; e. Bij de verbouwing wordt voldaan aan de voorschriften van de arbeidsinspectie; f. In de voorschriften is opgenomen wat voor een maatregelen er genomen moeten worden als het bedrijf beëindigd wordt. De aanvraag betreft activiteiten die niet zodanig uitgevoerd worden dat er sprake is van een belangrijke verontreiniging op grond van de RIE-richtlijn. Gelet hierop is er geen sprake van een significant negatief effect op het dichtstbijzijnde zeer kwetsbare gebied M.e.r.-richtlijn 1.1 MER-plicht In het Besluit milieueffectrapportage (hierna Besluit m.e.r.) is in onderdeel C van de bijlage onder categorie 14 opgenomen wanneer voor de activiteit het fokken, mesten of houden van dieren een plicht tot het opstellen van een milieueffectrapport geldt. Dit is het geval bij het oprichten en/of uitbreiden en/of wijzigen van een installatie met meer dan: dierplaatsen voor mesthoenders; dierplaatsen voor hennen; dierplaatsen voor mestvarkens; 900 dierplaatsen voor zeugen. 1.2 MER-beoordelingsplicht Verder is in onderdeel D van de bijlage van het Besluit m.e.r. onder categorie 14 opgenomen dat, in de aangegeven situaties, een milieueffectrapport moet worden opgesteld wanneer de voorgenomen activiteit leidt tot belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu. Dit geldt voor het oprichten en/of uitbreiden en/of wijzigen van een installatie voor het fokken, mesten of houden van dieren met meer dan: dierplaatsen voor pluimvee; dierplaatsen voor mestvarkens; 750 dierplaatsen voor zeugen; dierplaatsen voor gespeende biggen; dierplaatsen voor pelsdieren; dierplaatsen voor voedsters; dierplaatsen voor vlees- en opfokkonijnen; 200 dierplaatsen voor melk-, kalf- en zoogkoeien; 340 dierplaatsen voor vrouwelijk jongvee; 340 dierplaatsen voor melk-, kalf- en zoogkoeien en vrouwelijk jongvee; dierplaatsen voor vleesrunderen;
22 2.000 dierplaatsen voor schapen en geiten; 100 dierplaatsen voor volwassen paarden of pony's; dierplaatsen voor struisvogels. Daarnaast is in het Besluit m.e.r. bepaald dat, wanneer de oprichting en/of uitbreiding en/of wijziging van een installatie voor het fokken, mesten of houden van dieren niet leidt tot een overschrijding van de drempelwaarden van onderdeel D van de bijlage van het Besluit m.e.r., ook moet worden vastgesteld of de activiteit belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu kan hebben. Hierbij moet ook rekening worden gehouden met de in bijlage III bij de EEG-richtlijn milieu-effectbeoordeling aangegeven omstandigheden. Indien uit deze afweging volgt dat er geen sprake kan zijn van belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu dan moet het niet nodig zijn van een mer-beoordeling worden gemotiveerd in het moederbesluit (het besluit op de aanvraag voor een omgevingsvergunning voor de activiteit inrichting). Wanneer er wel sprake kan zijn van belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu moet toch een milieueffectrapport worden opgesteld wanneer de voorgenomen activiteit daadwerkelijk leidt tot belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu. De activiteit waarvoor vergunning wordt aangevraagd heeft betrekking op het Wijzigen en uitbreiden van een installatie (huisvestingssysteem) voor het houden van zeugen met 600 dierplaatsen. In de aangevraagde situatie wordt het, in onderdeel C van de bijlage van het Besluit m.e.r., genoemde dieraantal voor zeugen niet overschreden. Dit betekent dat geen milieueffectrapport hoeft te worden opgesteld. 1.3 Vormvrije m.e.r.-beoordeling De activiteit waarvoor vergunning wordt aangevraagd heeft betrekking op het uitbreiden en wijzigen van een installatie (huisvestingssysteem) voor het houden van melkkoeien met 172 dierplaatsen. In de aangevraagde situatie worden de, in de onderdelen C en D van de bijlage van het Besluit m.e.r., genoemde dieraantallen niet overschreden. In het kader van de voorbereiding van dit plan is geconstateerd, dat het plan niet binnen een zeer kwetsbaar of waardevol gebied is gelegen. Op basis van wat hierna is beschreven onder 'Overwegingen en toetsingen' betreffende de milieuhygiënische aspecten (lucht, geur, externe veiligheid, geluid, water, BBT, energie, afvalstoffen en afvalwater) kan worden geconcludeerd, dat het milieubelang in voldoende mate is afgewogen en dat er geen nadelige effecten voor het milieu zijn te verwachten. Het opstellen van een milieueffectrapport is niet nodig. Met het voorgaande is aangesloten bij de indeling, zoals ook is toegepast in bijlage III bij de EEG-richtlijn milieu-effectbeoordeling. Daarbij worden plannen beoordeeld aan de hand van de volgende hoofdstukken, die vervolgens weer onderverdeeld zijn in criteria: de kenmerken van het project; de plaats waar de activiteit wordt verricht, de kenmerken van het plangebied in relatie met kwetsbaarheid van de omgeving; de kenmerken van de gevolgen van de activiteit, mogelijke effecten van de activiteit, o.a. bereik, waarschijnlijkheid en omkeerbaarheid. Kenmerken van het project: a. de omvang van het project; b. de cumulatie met andere projecten; c. het gebruik van natuurlijke hulpbronnen; d. de productie van afvalstoffen; e. verontreiniging en hinder; f. risico van ongevallen, met name gelet op de gebruikte stoffen en technologieën. De hiervoor onder a, c, d en e genoemde punten zijn in deze overwegingen beoordeeld, reden waarom wij de aangevraagde vergunning verleenbaar achten. Voor wat betreft het onder b gestelde (cumulatie) zijn voor zover ons bekend, in de omgeving van onderhavige inrichting geen andere activiteiten, wijzigingen of uitbreidingen aan de orde, waardoor cumulatie van emissies van geluid, ammoniak, geur en fijn stof toeneemt. Ten slotte is het onder punt f genoemde risico van ongevallen, ten gevolge van gebruikte stoffen en technologieën niet aanwezig, dan wel hoogstens verwaarloosbaar te achten. Plaats van het project Bij de mate van kwetsbaarheid van het milieu in de gebieden waarop het project van invloed kan zijn moet in het bijzonder in overweging worden genomen:
ONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING met uitgebreide procedure
ONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING met uitgebreide procedure Project : Het ruimtelijk mogelijk maken van de bouw van varkensstallen en het veranderen, uitbreiden en inwerking hebben van een varkenshouderij. Locatie
Nadere informatieBIJLAGE HOOFDLIJNEN NIEUWE AMMONIAKWETGEVING
BIJLAGE HOOFDLIJNEN NIEUWE AMMONIAKWETGEVING Hoofdlijnen Wet ammoniak en veehouderij 1. Werkingssfeer De Wet ammoniak en veehouderij (Wav) is een lex specialis ten opzichte van de Wet milieubeheer (Wm).
Nadere informatiePagina 1 van 49 Registratienummer: Z / D
Postbus 8035 5601 KA Eindhoven T: 088-369 03 69 I: www.odzob.nl Ontwerpbeschikking van Burgemeester en wethouders van Heeze-Leende op de op 11 juli 2016 bij hen ingekomen aanvraag van J.P. Hendriks te
Nadere informatieONTWERPBESLUIT OMGEVINGSVERGUNNING. datum: 11 mei 2017 Provincie Gelderland Zaaknummer: 2017WB0071
ONTWERPBESLUIT OMGEVINGSVERGUNNING datum: 11 mei 2017 Provincie Gelderland Zaaknummer: 2017WB0071 Onderwerp Op 26 januari 2017 is een aanvraag voor een omgevingsvergunning op grond van de Wet algemene
Nadere informatieBerkelland. gemeente. OMGEVINGSVERGUNNING met uitgebreide procedure -6 JUNI 2019
gemeente Berkelland OMGEVINGSVERGUNNING met uitgebreide procedure Project Locatie Nummer Verzonden : het verbouwen van een stal naar manege : Bruggertweg 2 in Beltrum (kadastrale gegevens: gemeente Eibergen,
Nadere informatiein in ii mi ii mm ii ii
Hartveroverende Heerlyckheit in in ii mi ii mm ii ii 16int00435 Zaaknummer: gemeente Hilvarenbeek mm. VERZONDEN 2 2FEB 2Bl B OMGEVINGSVERGUNNING 20140122 Besluit Burgemeester en wethouders van Hilvarenbeek,
Nadere informatieARCHIEF. OMGEVINGSVERGUNNING met uitgebreide procedure
ARCHIEF qemeente ^ Berkelland Project Locatie OMGEVINGSVERGUNNING met uitgebreide procedure Nummer : OU 2015019 Verzonden 2 6 AU6. 2016 ; vergroten van een geitenstal Deventer Kunstweg 1 a in Beltrum (kadastrale
Nadere informatiePagina 1 van 50 Registratienummer: Z / D
Postbus 8035 5601 KA Eindhoven T: 088-369 03 69 I: www.odzob.nl Ontwerpbeschikking van Burgemeester en wethouders van Heeze-Leende op de op 11 augustus 2016 bij hen ingekomen aanvraag van Melkveebedrijf
Nadere informatieOntwerp omgevingsvergunning UV
Ontwerp omgevingsvergunning UV 20150044 Aanvraag Op 13 april 2015 is een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het veranderen van een rundveehouderij op het adres Stokershorst 5 te Nederweert-Eind.
Nadere informatieONTWERPBESCHIKKING. Omgevingsvergunning beperkte milieutoets. datum: 28 juni 2016 Gemeente Bronckhorst nr
ONTWERPBESCHIKKING Omgevingsvergunning beperkte milieutoets datum: 28 juni 2016 Gemeente Bronckhorst nr. 2016-0629 Aanvraag Op 24 maart 2016 heeft u een aanvraag voor een omgevingsvergunning beperkte milieutoets
Nadere informatieKadastrale ligging: Mestbassins: Gem. Coevorden, Dalen Sectie H nr. 485
Bijlage 1: Overwegingen m.b.t. art. 2.1 lid 1 onder e Wabo (milieu) Bijlage behorende bij de omgevingsvergunning: Nummer: 20110227/129546 Bedrijfsgegevens Naam: Mts IJken Adres: Middendorp 17 Plaats: Wachtum
Nadere informatieEenheid Klant - Bouwen, Wonen & Ondernemen. Vormvrije Mer beoordeling
Eenheid Klant - Bouwen, Wonen & Ondernemen Datum : 17 september 2013 Onderwerp : Vormvrije Mer beoordeling Opsteller : Arie Johannes Vormvrije Mer beoordeling Inleiding Op 2 september 2013 is een aanvraag
Nadere informatieOmgevingsvergunning OV
Omgevingsvergunning OV 20130168 Aanvraag Op 06 december 2013 is een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het veranderen van een varkenshouderij (OBM) op het adres Hennesweg 41 te Ospel.
Nadere informatieOntwerp besluit UV
Ontwerp besluit UV 20160070 Aanvraag en verzoek Op 3 mei 2016 is voor het adres Aan 't Ven 6 te Nederweert ingekomen: 1. Een omgevingsvergunning aanvraag voor het veranderen van een pluimveehouderij (OBM)
Nadere informatieOMGEVINGSVERGUNNING met uitgebreide procedure
gemeente "*' Berkelland Project Locatie OMGEVINGSVERGUNNING met uitgebreide procedure : Het oprichten van een woning ; Wiersseweg 82 in Ruurio (kadastrale gegevens: gemeente Ruurio, sectie P en nummer
Nadere informatieOmgevingsvergunning OV 20140031
Omgevingsvergunning OV 20140031 Aanvraag Op 28 februari 2014 is een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het veranderen van een paardenhouderij (inclusief camping) op het adres Grasdijk
Nadere informatieBeoordeling omgevingsvergunning beperkte milieutoets
Beoordeling omgevingsvergunning beperkte milieutoets 1. Procedurele overwegingen 1.1. Gegevens aanvrager Wij hebben op 3 december 015 een aanvraag ontvangen voor een omgevingsvergunning als bedoeld in
Nadere informatieWet algemene bepalingen omgevingsrecht
Wet algemene bepalingen omgevingsrecht Beschikking OMGEVINGSVERGUNNING Gedeputeerde Staten van Gelderland hebben op 7 juli 2014 een aanvraag voor een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1 lid
Nadere informatieONTWERPBESLUIT OMGEVINGSVERGUNNING FASE 1. datum: 29 december 2016 Provincie Gelderland Zaaknummer: OLO
ONTWERPBESLUIT OMGEVINGSVERGUNNING FASE 1 datum: 29 december 2016 Provincie Gelderland Zaaknummer: OLO 2456129 Onderwerp Op 14 juli 2016 is een aanvraag voor een gefaseerde omgevingsvergunning op grond
Nadere informatieVAN DER MEER. Inwerkingtreding Besluit Huisvesting. Oosterwolde, 11 augustus 2008
Inwerkingtreding Besluit Huisvesting Oosterwolde, 11 augustus 2008 Op 1 april jongstleden is het Besluit ammoniakemissie huisvesting veehouderij (Besluit huisvesting) inwerking getreden. Het Besluit huisvesting
Nadere informatieBIJLAGE 2. Milieuneutrale wijziging
BIJLAGE Milieuneutrale wijziging Milieuneutrale wijziging van de (werking van de) inrichting De heer W.B.M. Aarts heeft aan de Polderdreef 5 te Liessel de beschikking over een varkenshouderij. De inrichting
Nadere informatiePagina 1 van 51 Registratienummer: Z / D
Postbus 8035 5601 KA Eindhoven T: 088-369 03 69 I: www.odzob.nl Beschikking van Burgemeester en wethouders van Heeze-Leende op de op 11 augustus 2016 bij hen ingekomen aanvraag van Melkveebedrijf Noordman
Nadere informatieBijlage 2 Milieuneutraal veranderen
Bijlage 2 Milieuneutraal veranderen voor de inrichting gelegen aan Molenhuisweg 10 Vlierden Vlierden INHOUDSOPGAVE 1 GEGEVENS INRICHTING 1 2 GEGEVENS VERANDERING (NIET TECHNISCH) 1 3 MER-(BEOORDELINGS)PLICHT
Nadere informatieBIJLAGEN OBM Melkvee- en loonbedrijf De Molswaerd Heulenslag 36 A 2971 VG BLESKENSGRAAF. Projectleider Bouw Rundvee C. de Ruijter
BIJLAGEN OBM Melkvee- en loonbedrijf De Molswaerd Heulenslag 36 A 2971 VG BLESKENSGRAAF Projectleider Bouw Rundvee C. de Ruijter 06 53 16 91 75 Datum 31-05-2017 Inhoudsopgave 1. Rubriek Gegevens inrichting...
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 16865 1 juli 2015 Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, van 24 juni 2015, nr. IENM/BSK-2015/115905,
Nadere informatieOntwerp omgevingsvergunning UV
Ontwerp omgevingsvergunning UV 20160092 Aanvraag Op 17 juni 2016 is een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het veranderen van een varkenshouderij op het adres Nieuwstraat 31 te Ospel.
Nadere informatieOMGEVINGSVERGUNNING BEPERKTE MILIEUTOETS
ONTWERPBESLUIT OMGEVINGSVERGUNNING BEPERKTE MILIEUTOETS Onderwerp Burgemeester en wethouders van de gemeente Woensdrecht hebben op 2 oktober 2014 een aanvraag om een omgevingsvergunning beperkte milieutoets
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Nr. Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. 20228 28 december 2009 Regeling van de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 10 december
Nadere informatieOmgevingsvergunning. De omgevingsvergunning wordt verleend onder de bepaling dat de gewaarmerkte stukken en bijlagen deel uitmaken van de vergunning.
Dossiernummer: 2011/16386 Omgevingsvergunning Burgemeester en wethouders van Zundert zijn voornemens om overeenkomstig de besluitvormingsprocedure als bedoeld in artikel 3.10 van de Wet algemene bepalingen
Nadere informatieWet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht
Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht Ontwerpbeschikking Omgevingsvergunning Aanvrager : Van Gansewinkel Nederland B.V. Aangevraagde activiteiten : Ambtshalve wijziging in verband met IPPC toets Locatie
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Directoraat-Generaal Milieu en Internationaal; Directie Duurzaamheid
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 35929 31 december 2013 Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu van 13 december 2013, nr. IENM/BSK-2013/297853,
Nadere informatieProgramma. Activiteitenbesluit. Introductie Activiteitenbesluit (landbouw) Inhoud. Landbouwbedrijven in het Activiteitenbesluit
14 maart 2013 Programma Activiteitenbesluit Agrarische activiteiten 10.00 Activiteitenbesluit agrarische activiteiten 11.30 Pauze 11.45 Agrarische lozingen 12.45 Lunch 13.15 Glastuinbouw 14.15 Pauze 14.30
Nadere informatieHet project waarvoor vergunning wordt gevraagd is als volgt te omschrijven: Het in gebruik nemen en verbouwen van een vakantie-appartementsgebouw.
OMGEVINGSVERGUNNING 20110088 Aanvraag Mevrouw L.M.T. Otten heeft op 29 juni 2011 een aanvraag omgevingsvergunning ingediend voor het verzoek tot in gebruik name van een vakantie-appartementsgebouw op het
Nadere informatieONTWERP- UITGEBREIDE PROCEDURE OMGEVINGSVERGUNNING met gedeeltelijke verlening en gedeeltelijke weigering
Project Locatie ONTWERP- UITGEBREIDE PROCEDURE OMGEVINGSVERGUNNING met gedeeltelijke verlening en gedeeltelijke weigering Nummer : OU 2017011 Verzonden : : bouwen van een vleesvarkensstal en een berging/bijgebouw
Nadere informatieDEFINITIEVE VERGUNNING. EEW Energy from Waste Delfzijl BV
DEFINITIEVE VERGUNNING verleend aan EEW Energy from Waste Delfzijl BV ten behoeve van de activiteit het wijzigen van de verwerkingscapaciteit (locatie: Oosterhorn 38, 9936 HD te Farmsum) Groningen, 17
Nadere informatieveranderen van milieu-inrichting Steenbergen, 28 maart 2013
z.n.a. UM1302432 *UM1302432* ons kenmerk : UM1302432 zaaknummer : ZK13000036 uw kenmerk : 703215 uw brief van : 31 januari 2013 afdeling : Publiekszaken contactpersoon : Chris Franken telefoonnr. : 0167-543
Nadere informatieONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING met uitgebreide procedure
Project Locatie Nummer : AB 2019083 Verzonden : ONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING met uitgebreide procedure : het uitbreiden van de bestaande boerderij en bouw van een schuur : Barchemseweg 73 in Ruurlo (kadastrale
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 9998 29 juni 2010 Regeling van de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 17 juni 2010,
Nadere informatieOmgevingsvergunning UV/
Aanvraag Burgemeester en wethouders hebben op 10 maart 2011 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen van C.A. van Zon, Barrierweg 62 a te Liempde voor het gedeeltelijk verbouwen van het bijgebouw
Nadere informatieMelding Activiteitenbesluit milieubeheer
Melding Activiteitenbesluit milieubeheer Aanvrager: Dhr. W.A. Maalderink Akkermansstraat 11 7021 LW ZELHEM INHOUDSOPGAVE Uitwerking melding op grond van het Activiteitenbesluit milieubeheer voor het bedrijf
Nadere informatieVERZONDEN 0 8 SEP 2016
J.;! gemeente Hilvarenbeek inuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiii 16int02800 Zaaknummer: 20150248 VERZONDEN 0 8 SEP 2016 OMGEVINGSVERGUNNING 20150248 Ontwerpbesluit Burgemeester en wethouders van Hilvarenbeek,
Nadere informatie* *
omgevingsvergunning bouwen van een woning, afwijken van het bestemmingsplan en aanleggen van een inrit bouwen van een woning, afwijken van het bestemmingsplan en aanleggen van een inrit Beschikking ZD18.004277
Nadere informatieBeschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant
Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Directie Ecologie Ons kenmerk C2024428/2752304 op de op 26 april 2011 bij hen ingekomen aanvraag van FrieslandCampina Consumer Products, om vergunning
Nadere informatieONTWERP UITGEBREIDE OMGEVINGSVERGUNNING
ONTWERP UITGEBREIDE OMGEVINGSVERGUNNING Project Locatie Nummer : OU 2018023 Verzonden : : Het realiseren van een zonnepark, voor de duur van 30 jaar. : Munsterjansdijk tussen de Achterste Russchemorsdijk
Nadere informatieWet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht
Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht Ontwerpbeschikking Omgevingsvergunning Aanvrager : IJsbeer Energie Steenwijk B.V. Aangevraagde activiteiten : Gedeeltelijke intrekking omgevingsvergunning voor wat
Nadere informatieOMGEVINGSVERGUNNING *D * D
*D170252216* D170252216 OMGEVINGSVERGUNNING Aanvrager : Tapijtfabriek Intercarpet BV Datum besluit : 24 mei 2017 Onderwerp : aanpassen vergunning Locatie : Tweede Broekdijk 1 te Aalten OLO-nummer : 2807768
Nadere informatiehet oprichten van een appartementengebouw Onyxdijk 167 te Roosendaal
Stichting S&L Zorg T.a.v. D. van Randwijk Postbus 148 4700 AC Roosendaal NEDERLAND contactpersoon : Mevr. M. Bezemer (Aanw.op ma,di,do) Roosendaal : doorkiesnummer : (0165) 579875 (W20_vrl_OU) onderwerp
Nadere informatieBESCHIKKING. Omgevingsvergunning beperkte milieutoets. datum: 27 september 2016 Gemeente Bronckhorst nr
BESCHIKKING Omgevingsvergunning beperkte milieutoets datum: 27 september 2016 Gemeente Bronckhorst nr. 2016-0629 Aanvraag Op 24 maart 2016 heeft u een aanvraag voor een omgevingsvergunning beperkte milieutoets
Nadere informatieOmgevingsvergunning uitgebreide procedure WBD
Omgevingsvergunning uitgebreide procedure WBD1309454 Burgemeester en wethouders hebben op 16 december 2013 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het project herbouw van de stal. De aanvraag
Nadere informatieEen veehouderij breidt uit
Een veehouderij breidt uit CASUS 4 april 2013 Annelies Uijtdewilligen Wat gaan we doen U krijgt een situatie beschreven, zoals deze op uw bureau kan komen. U denkt na: wat ga ik doen. Dan max. 3 minuten
Nadere informatie*14.040393*14.040393omgevingsvergunningomgevingsvergunning150743543
Zaaknummer: 186570 Behoort bij besluit van het college van burgemeester en wethouders van Uden van, 09 01 2015 wnd. hoofd afdeling Bouwen en Milieu. *14.040393*14.040393omgevingsvergunningomgevingsvergunning150743543
Nadere informatieWeigering omgevingsvergunning
Ontwerpbesluit van Gedeputeerde Staten van Limburg Weigering omgevingsvergunning Oprichting Vleesvarkensstallen, voerkeuken, luchtwassers, loods, mest- en sleufsilo s Klevar B.V. te gemeente Horst aan
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 69967 12 december 2017 Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, van 11 december 2017, nr. IENM/BSK-2017/281210,
Nadere informatieMelding Activiteitenbesluit milieubeheer
Melding Activiteitenbesluit milieubeheer Aanvrager: VOF Looman Hebbink Hogeveldweg 6 & 6a 7021 MS ZELHEM INHOUDSOPGAVE Uitwerking van de melding Activiteitenbesluit milieubeheer, voor de veehouderij van
Nadere informatieOmgevingsvergunning. 2. aan deze vergunning voorschriften te verbinden.
bladaanduiding : 1/9 Omgevingsvergunning Inleiding Burgemeester en Wethouders hebben op 30 september 2016 een aanvraag om omgevingsvergunning fase 2 ontvangen van Biomineralen B.V., vertegenwoordigd door
Nadere informatieOntwerp OMGEVINGSVERGUNNING uitgebreide procedure
Project Locatie Nummer : AB 2018066 Verzonden : Ontwerp OMGEVINGSVERGUNNING uitgebreide procedure : Het uitbreiden van bedrijfsbebouwing met een overkapping : Slootsdijk 21 in Ruurlo (kadastrale gegevens:
Nadere informatieBESCHIKKING WET ALGEMENE BEPALINGEN OMGEVINGSRECHT Milieu Omgevingsvergunning beperkte milieutoets
BESCHIKKING WET ALGEMENE BEPALINGEN OMGEVINGSRECHT Milieu Omgevingsvergunning beperkte milieutoets Aanvraag Datum aanvraag Datum ontwerp beschikking Datum definitieve beschikking Olo nummer Dossier nummer
Nadere informatieEventuele voettekst. Tekening wordt aangeleverd. De melding bevat geen tekening. Hoe lost u dit op? Is er een OBM nodig?
Wat gaan we doen U krijgt een situatie beschreven, zoals deze op uw bureau kan komen. Een veehouderij breidt uit RWS Leefomgeving Kenniscentrum InfoMil Edwin Cornelissen U denkt na: wat ga ik doen. Dan
Nadere informatieOMGEVINGSVERGUNNING (Ontwerp)
OMGEVINGSVERGUNNING (Ontwerp) verleend aan Rabobank Zuid en Oost Groningen voor het bouwen van een Rabobank geldkiosk aan de Hoofdweg 29 in Bellingwolde Veendam Nummer gemeente: 141114 Nummer Liza: 26644
Nadere informatieOntwerpbesluit omgevingsvergunning ingevolge artikel 2.30 en 2.31 Wabo:
Ontwerpbesluit omgevingsvergunning ingevolge artikel 2.30 en 2.31 Wabo: Ambtshalve aanpassing omgevingsvergunning Zaaknummer: 1178985 De Nederlandsche Bank N.V. Het dagelijkse bestuur van de Nederlandsche
Nadere informatieMelding Activiteitenbesluit milieubeheer
Melding Activiteitenbesluit milieubeheer Aanvrager: Gj Wunderink, Gj Wunderink-Gotink, Gd Wunderink en Be Wunderink Strodijk 23 7251 RS VORDEN INHOUDSOPGAVE Uitwerking van de melding Activiteitenbesluit
Nadere informatieONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING
ONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING verleend aan: Salt voor: solid soda dosering activiteiten: milieuneutraal veranderen (fase 1) locatie: Oosterhorn 4, Farmsum kenmerk bevoegd gezag: GR-VERG-2018-000460 kenmerk
Nadere informatieBeschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant
Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Ons kenmerk C2140613/3540209 op aanvraag om een omgevingsvergunning ingevolge de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) van Van Gansewinkel
Nadere informatieONTWERP UITGEBREIDE PROCEDURE OMGEVINGSVERGUNNING
Project Locatie Nummer : AB 2016295 Verzonden : ONTWERP UITGEBREIDE PROCEDURE OMGEVINGSVERGUNNING : uitbreiden van de stal met een werktuigenberging : Past. C. M. van Everdingenstraat 61 in Rietmolen (kadastrale
Nadere informatieBESLUIT. Omgevingsvergunning (intrekking op verzoek) datum: Gemeente Bronckhorst nr
BESLUIT Omgevingsvergunning (intrekking op verzoek) datum: 31-03-2016 Gemeente Bronckhorst nr. 2015-3024 Onderwerp Op 31 november 2015 is een vergunning op basis van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht
Nadere informatieBeschikking OMGEVINGSVERGUNNING. verleend aan. Suiker Unie Vierverlaten. ten behoeve van de activiteit bouwen en mliieuneutraal veranderen
Beschikking OMGEVINGSVERGUNNING verleend aan Suiker Unie Vierverlaten ten behoeve van de activiteit bouwen en mliieuneutraal veranderen voor het plaatsen van een noodwaterbuffertank (locatie: Fabriekslaan
Nadere informatieONTWERP Omgevingsvergunning UV
ONTWERP Omgevingsvergunning UV 42868. Burgemeester en Wethouders hebben op 6 maart 2018 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het legaliseren van het gebruik van een loods. De aanvraag
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 18729 18 oktober 2011 Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu van 3 oktober 2011, nr. DP2011054569,
Nadere informatieOntwerp Omgevingsvergunning
De heer J.B. Kamphuis Kloosterallee 3 8167 LT Oene Zaaknummer : 48503 Behandeld door : Team Ontwikkeling Vergunningverlening Telefoonnummer : 14 0578 Onderwerp : Ontwerp omgevingsvergunning uitgebreid
Nadere informatieBijlagen Obm. Rasing - Kuijpers V.O.F. Kanaalstraat RP LIESSEL. Locatie: Kanaalstraat RP LIESSEL
Bijlagen Obm Rasing - Kuijpers V.O.F. Kanaalstraat 10 5757 RP LIESSEL Locatie: Kanaalstraat 10 5757 RP LIESSEL Adviseur / projectleider A.J.M. de Groot 06-83905420 Datum: 05-08-2014 DLV Bouw, Milieu en
Nadere informatieBeschikking Wet milieubeheer
Beschikking Wet milieubeheer Besluit van burgemeester en wethouders van Woensdrecht. Datum beschikking: 16-12-2008 Onderwerp aanvraag Op 3 juli 2008 is een aanvraag om vergunning ingevolge de Wet milieubeheer
Nadere informatieBESCHIKKING. Omgevingsvergunning beperkte milieutoets. datum: 2 november 2015 Gemeente: Bronckhorst zaaknummer:
BESCHIKKING Omgevingsvergunning beperkte milieutoets datum: 2 november 2015 Gemeente: Bronckhorst zaaknummer: 2015-1774 Aanvraag Op 3 september 2015 ontvingen wij een aanvraag voor een omgevingsvergunning
Nadere informatie[ONTWERP] Omgevingsvergunning UV 31844
Haaren Helvotrt Esch Biezenmorrel gemeente Haaren [ONTWERP] Omgevingsvergunning UV 31844 Burgemeester en Wethouders hebben op 13 juli 2016 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het vestigen
Nadere informatieONTWERP. OMGEVINGSVERGUNNING Dorpsstraat 20 in Lattrop-Breklenkamp
ONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING Dorpsstraat 20 in Lattrop-Breklenkamp Zaaknummer : WABO-2017-1420) OLO nummer : 3326517 Documentnummer : Burgemeester en wethouders van Dinkelland beschikken op de aanvraag
Nadere informatie* UM * Melk- en fokveebedrijf Graumans
15 augustus 2012 * UM1209581* Melk- en fokveebedrijf Graumans ons kenmerk : UM1209581 zaaknummer : ZK12000582 uw kenmerk : 522247 uw brief van : 15 augustus 2012 afdeling : Publiekszaken contactpersoon
Nadere informatieWet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht
Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht Beschikking Omgevingsvergunning Aanvrager : A. Talen Recycling Aangevraagde activiteiten : Het aanleggen van twee in- en uitritten Locatie : Burgemeester Niemeijerstraat
Nadere informatieONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING Uitgebreide procedure
Project Locatie Nummer : OU 2018011 Verzonden : ONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING Uitgebreide procedure : Het uitbreiden van de bedrijfswoning : Meenweg 4 te Beltrum (kadastrale gegevens: gemeente Eibergen,
Nadere informatieBesluit Met ingang van 16 mei 2019 ligt met bijbehorende stukken gedurende zes weken ter inzage het besluit om:
Burgemeester en wethouders van Voorst maken het volgende bekend: BESLUIT (ACTIVITEIT MILIEU) Wet algemene bepalingen omgevingsrecht Besluit Met ingang van 16 mei 2019 ligt met bijbehorende stukken gedurende
Nadere informatie* *
omgevingsvergunning bouwen van een woning, afwijken van het bestemmingsplan en aanleggen van een inrit bouwen van een woning, afwijken van het bestemmingsplan en aanleggen van een inrit Beschikking ZD18.010597
Nadere informatieWet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht
Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht Procedurele Overwegingen Aanvrager : Bel Leerdammer B.V. Aangevraagde activiteiten : Plaatsen van een sprinklerbuffertank en bijbehorend pomphuis Locatie : Rondweg
Nadere informatietômgevingsd/msŕ jc Midden- ca Wts-t-Brabaat
tômgevingsd/msŕ jc Midden- ca Wts-t-Brabaat Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant c2ļ2223073472392 Van Gansewinkel Milieutechniek BV, Middenweg 15 te Moerdijk. t9mgevingsdí'm.sŕÿ Midden-
Nadere informatieWet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht
Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht Beschikking Omgevingsvergunning Aanvrager : FrieslandCampina Cheese & Butter B.V. Aangevraagde activiteiten : Milieuneutraal veranderen en bouwen Locatie : Coevorderweg
Nadere informatieBESCHIKKING VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN THOLEN
BESCHIKKING VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN THOLEN Aan: W.P. van der Wekken Randweg 8 a 4693 PA POORTVLIET Kenmerk: Afdeling: Vergunningverlening Datum: 5 september 2016 Onderwerp: Omgevingsvergunning
Nadere informatieOmgevingsvergunning. Bijgevoegde documenten De volgende bij het besluit behorende gewaarmerkte documenten worden digitaal nagezonden:
Omgevingsvergunning Burgemeester en Wethouders hebben op 23 december 2016 een aanvraag om omgevingsvergunning ontvangen van Jawelbouw BV voor het project het bouwen van acht woningen in bouwplan De Bamere
Nadere informatieOMGEVINGSVERGUNNING Datum: 11 november 2014
OMGEVINGSVERGUNNING Datum: 11 november 2014 Burgemeester en wethouders hebben op 14 januari 2013 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het legaliseren van appartementen. De aanvraag
Nadere informatieBESCHIKKING INTREKKING OMGEVINGSVERGUNNING. Smurfit Kappa Solid Board BV
BESCHIKKING INTREKKING OMGEVINGSVERGUNNING van Smurfit Kappa Solid Board BV ten behoeve van de productie van massief karton (Locatie: KM1, Cereswijk 6 te Oude Pekela) Groningen, 14januari 2014 Nr. 2014-00964/3,
Nadere informatiePagina 1 van 14 Registratienummer: Z / D
Postbus 8035 5601 KA Eindhoven T: 088-369 03 69 I: www.odzob.nl Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant op de op 13 oktober 2016 bij hen ingekomen aanvraag van Suez Water NV te Venlo, om
Nadere informatieOMGEVINGSVERGUNNING Uitgebreide procedure
Gemeente ^ Berkelland OMGEVINGSVERGUNNING Uitgebreide procedure Project Het gebruiken van een schuur voor Bed en Breakfast/recreatie Locatie : Vosheuvelweg 2 in Ruurlo, (kadastrale gegevens: gemeente Ruurlo,
Nadere informatie*15.159324* 15.159324
omgevingsvergunning plaatsen van een luchtkanaal, overkapping en luchtwasser (Fase 2) plaatsen van een luchtkanaal, overkapping en luchtwasser (Fase 2) Beschikking 239368 *15.159324* 15.159324 ONTWERP-OMGEVINGSVERGUNNING
Nadere informatiePROVINCIAAL BLAD. Eerste wijzigingsverordening Verordening natuurbescherming Noord-Brabant
PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van de provincie Noord-Brabant Nr. 2613 13 juni 2017 Eerste wijzigingsverordening Verordening natuurbescherming Noord-Brabant Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Gelet
Nadere informatieBESLUIT INTREKKING OMGEVINGSVERGUNNING. Transportbedrijf P. Pikkert V.O.F.
BESLUIT INTREKKING OMGEVINGSVERGUNNING van Transportbedrijf P. Pikkert V.O.F. Voor de op- en overslag van rejects, bietenstaartje en/of perspulp, zand/grind en bestratingsmaterialen (Locatie: Roderwolderdijk
Nadere informatieDit besluit is voorbereid volgens de procedure van paragraaf 3.3 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
Pagina 1 van 6 Burgemeester en Wethouders van de gemeente Leiderdorp Aanhef Van de heer B.D. Borreman, wonende Poortwacht 28 te Leiderdorp, is op 10 november 2014 een verzoek ontvangen waarbij om een eerste
Nadere informatieGemeente Bergen Datum besluit Datum verzending: Nummer
Omgevingsvergunning (artikel 2.1, 2.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht) Gemeente Bergen Datum besluit Datum verzending: Nummer 2011.00165 Gezien het verzoek ingediend door: De heer E.F. Schneider
Nadere informatieOMGEVINGSVERGUNNING met uitgebreide procedure
OMGEVINGSVERGUNNING met uitgebreide procedure Project : Het veranderen, uitbreiden en in werking hebben van een melkrundveehouderij. Locatie : Waliënseweg 42 Winterswijk Huppel Kadastrale gegevens gemeente
Nadere informatie(ONTWERP) OMGEVINGSVERGUNNING
(ONTWERP) OMGEVINGSVERGUNNING Burgemeester en wethouders van Moerdijk hebben op 19 december 2013 een aanvraag om een omgevingsvergunning als bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo)
Nadere informatieInhoud. Activiteitenbesluit agrarische activiteiten. Landbouwinrichtingen type B. Introductie Activiteitenbesluit (landbouw)
Inhoud Activiteitenbesluit agrarische activiteiten RWS Leefomgeving Kenniscentrum InfoMil Frences van de Ven Introductie Landbouwinrichtingen type B en C Veehouderijen: OBM, melding, ammoniak & geur Agrarische
Nadere informatieBeschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant
Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Ons kenmerk C2144823/3654471 op de op 17 maart 2014 bij hen ingekomen aanvraag van Fransen Gerrits Vastgoed BV, om vergunning krachtens de Wet algemene
Nadere informatieProgramma. Activiteitenbesluit agrarische activiteiten RWS Leefomgeving Kenniscentrum InfoMil Waldo Kaiser. Inhoud
Programma Activiteitenbesluit agrarische activiteiten RWS Leefomgeving Kenniscentrum InfoMil Waldo Kaiser 10.00 Intro & Activiteitenbesluit agrarische activiteiten I 11.15 Pauze 11.30 Agrarische lozingen
Nadere informatieDEFINITIEVE BESCHIKKING WET ALGEMENE BEPALINGEN OMGEVINGSRECHT CONSIDERANS
DEFINITIEVE BESCHIKKING WET ALGEMENE BEPALINGEN OMGEVINGSRECHT CONSIDERANS Aanvraag Datum aanvraag Datum ontwerp beschikking Datum definitieve beschikking Olo nummer Dossier nummer BAG nummer 03 maart
Nadere informatieProvinciaal blad van Noord-Brabant
Provinciaal blad van Noord-Brabant ISSN: 0920-1408 Onderwerp Eerste wijzigingsverordening Verordening stikstof en Natura 2000 Noord- Brabant 2013 Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant, Bijlage(n) - Gelet
Nadere informatie