Arbo beleidsplan
|
|
- Rudolf Kuiper
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Arbo beleidsplan Beleidsplan Veilig Onderwijs Anti Agressie Protocol
2 Arbo beleidsplan
3 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Organisatie 3. Ziekteverzuimbeleid 4. Beleid ten aanzien van agressie, geweld, seksuele intimidatie en discriminatie 5. Inventarisatie en evaluatie van risico's (RI&E) 6. Arbeidstijdenbeleid 7. Voorlichting en onderricht 8. Bedrijfshulpverlening 9. Ongevallenregistratie en melding 10. Bronbestrijding 11. Uitvoering veiligheid in theorie en praktijk 12. Procesbeschrijving Verantwoordelijkheden 13. Verdeling taken en verantwoordelijkheden. 14. Financiering (BHV, aanpassingen, hulpmiddelen, etc) 15. Veiligheidsmanagement
4 1. Inleiding Het openbaar onderwijs in de gemeente Opsterland kent een leerlingenaantal per van 1661 leerlingen die 18 scholen bezoeken, verspreid over 15 dorpen. Het bestand van onderwijzend personeel en onderwijs ondersteunend personeel omvat ca. 180 personen. Deze scholen vallen allemaal onder de Stichting PRIMO-Opsterland die per 1 augustus 2008 verantwoordelijk is voor het openbaar onderwijs. Conform de verantwoordelijkheden en bevoegdheden vastgelegd in de wetten zoals de Wet op het Primair Onderwijs (WPO) en de Arbowet dient het bevoegd gezag er voor te zorgen dat leerlingen en personeelsleden in een veilige omgeving onderwijs verkrijgen en werken. Het huidige arbobeleidsplan dateert van november Sinds de aanpassing van de Arbowet in 2007 bestaat de wettelijke verplichting om een preventiemedewerker aan te stellen. In geval van de Stichting PRIMO-Opsterland is er gekozen voor de uitvoering van de taken door de personeelsfunctionaris. De preventiemedewerker geeft ondersteuning bij de zorg voor de dagelijkse veiligheid en gezondheid van de medewerkers evenals het voorkomen en beheersen van psychosociale arbeidsbelasting. Daarvoor heeft zij kennis nodig van de psychische en lichamelijke arbeidsrisico s binnen de organisatie en de te nemen preventieve maatregelen zodat goede arbeidsomstandigheden gewaarborgd zijn. Hoewel cijfers over veiligheid niet eenduidig zijn, worden ook onze scholen in toenemende mate geconfronteerd met veiligheidsvraagstukken. Daarbij gaat het niet alleen om vraagstukken over de arbeidsomstandigheden maar ook om allerlei vormen van overlast en onveiligheid. Zoals vandalisme, pesten, het gebruik van verbaal en fysiek geweld en discriminatie. Deze ontwikkelingen bederven de sfeer in de klas en in de school en tasten de effectiviteit en de kwaliteit van het onderwijs aan. Bovendien heeft geweld de neiging te escaleren; wie zich bedreigd voelt, slaat al gauw terug. Het verbeteren van de veiligheid op school en het verminderen van de overlast is daarom noodzakelijk. Een veilig schoolklimaat is een basisvoorwaarde voor prettig en effectief leren en werken. Parallel aan het arbobeleidsplan is het Sociaal veiligheidsplan opgesteld. 2. Organisatie In dit arbobeleidsplan zijn de beleidselementen ter realisatie van de hoofddoelstelling beschreven. In hoofdlijnen worden de arbo-activiteiten voor een periode van 4 jaar beschreven. Van elk element wordt voor zover als van toepassing aangegeven: wie verantwoordelijk is; welke procedures worden gevolgd; welke instrumenten worden gebruikt; welke ondersteuning aan interne of externe deskundigen wordt gevraagd; hoe de kwaliteitsborging is geregeld. De stichting PRIMO-Opsterland is eindverantwoordelijk voor het arbobeleidsplan. Het plan wordt telkens voor de periode van 4 jaar vastgesteld. Op bestuurlijk niveau is een preventiemedewerker benoemd en op schoolniveau een arbo-coördinator die zich bezighoudt met de daadwerkelijke uitvoering van een aantal arbotaken. Voor de uitvoering en evaluatie is een arbocommissie samengesteld. Deze arbocommissie bestaat uit een bestuurslid van de stichting PRIMO-Opsterland, de preventiemedewerker, een vertegenwoordiger van het directieteam en een lid van personeelsgeleding van de (G)MR. Het arbobeleidsplan wordt voor instemming voorgelegd aan de (G)MR. Na instemming wordt het arbobeleidsplan door het bestuur van de stichting PRIMO-Opsterland definitief vastgesteld en ingevoerd. Voor het eind van ieder schooljaar zal de arbocommissie het gevoerde arbobeleid aan de hand van dit arbobeleidsplan evalueren en zo nodig bijstellen. Op schoolniveau is de directeur verantwoordelijk voor het arbobeleid. Hij /zij zorgt voor een verdeling van arbotaken en is de overlegpartner van de stichting PRIMO-Opsterland. Via het mr-overleg heeft het personeel instemmingsrecht en inspraakmogelijkheid bij de totstandkoming van het arbobeleid. Op iedere school wordt voor de coördinatie van het arbobeleid een arbo-coördinator aangesteld. De werkzaamheden van de arbo-coördinator zijn vastgelegd in het taakbeleid en hij/zij is belast met de uitvoering van de arbotaken op schoolniveau
5 3. Ziekteverzuimbeleid In het IPB-Plan (zie staat het ziekteverzuimbeleid uitgebreid beschreven. PRIMO- Opsterland heeft al jaren een hoger verzuim dan het landelijk gemiddelde binnen het primair onderwijs. De personeelsfunctionaris hanteert een actief verzuimbeleid, waarin veelvuldig overleg is met de directeuren en de bedrijfsarts. Daarnaast is er vier keer per jaar een SMT. Ook heeft de personeelsfunctionaris verzuimgesprekken met langdurig zieke medewerkers om te inventariseren of de werkgever aan een oplossing kan bijdragen. Psychische klachten Het grootste deel van ons verzuim wordt al jaren bepaald door langdurig zieke leerkrachten die te kampen hebben met psychische klachten. Deze klachten kennen zelden een werkgerelateerde oorzaak, veelal is de oorzaak terug te vinden in de privé sfeer. Oplossingen die worden geboden zijn gesprekken met de bedrijfsmaatschappelijk werkster, ademhalingscursussen, mediation, assessment om te bepalen of iemand wel geschikt is voor zijn functie, etc. Indien de problematiek te groot is, zal ook de personeelsfunctionaris aansturen op een bezoek aan de huisarts met vraag om verwijzing naar een psycholoog. Voor oudere werknemers met psychische klachten, zoals werkdruk en verminderd werkplezier, heeft PRIMO een seniorenintervisie. Tijdens 5 middagen wordt onder begeleiding van twee bedrijfsmaatschappelijk werksters onderzocht waar de werkdruk door bepaald wordt en hoe deze anders ervaren kan worden. De intervisie is gestart in 2010 en is door de deelnemers bijzonder positief ervaren. Indien de bedrijfsarts ander werk adviseert, zal de personeelsfunctionaris met inachtneming van de rechtspositie proberen de medewerker daarvan te overtuigen. Lichamelijke klachten Bij lichamelijk klachten wordt advies gevraagd van de bedrijfsarts. Indien de bedrijfsarts een speciale stoel of verrijdbaar krukje adviseert, wordt die door PRIMO aangeschaft voor de betreffende medewerker. Voorrang bij plaatsing van een digitaal schoolbord is ook een optie. Het advies van de bedrijfsarts is leidend. Arbo dienstverlener PRIMO-Opsterland heeft gekozen voor een verrichtingencontract met ArboUnie. Dat betekent dat wij per verrichting, zoals bezoek aan de bedrijfsarts betalen. Alle extra diensten nemen we separaat af. Dat kan bij ArboUnie, maar ook bij andere aanbieders. PRIMO biedt haar medewerkers geen PAGO (Periodiek Arbeids Geneeskundig Onderzoek) aan, omdat ze van mening is dat de kosten daarvan niet opwegen tegen de opbrengsten. Een PAGO kost ongeveer ,- en dient om de drie jaar herhaald te worden. Met een PAGO wordt de belangrijkste veroorzaker van ons verzuim, de psychische problemen door privé-oorzaken, niet gesignaleerd. Deze worden dus ook niet aangepakt. Bij langdurig verzuim en een bezoek aan de bedrijfsarts, komt dit wel ter sprake. Een PAGO is meer gericht op leefstijl van medewerkers en lichamelijke klachten. 4. Beleid ten aanzien van agressie, geweld, seksuele intimidatie en discriminatie In het Arbobesluit staat in artikel 2.15: Indien werknemers worden of kunnen worden blootgesteld aan psychosociale arbeidsbelasting worden in het kader van de risico-inventarisatie en -evaluatie, bedoeld in artikel 5 van de wet, de risico's ten aanzien van psychosociale arbeidsbelasting beoordeeld en worden in het plan van aanpak, bedoeld in artikel 5 van de wet, met inachtneming van de stand van de wetenschap maatregelen vastgesteld en uitgevoerd om psychosociale arbeidsbelasting te voorkomen of indien dat niet mogelijk is te beperken. De begrippen seksuele intimidatie, werkdruk en agressie en geweld worden vanaf 2007 samengetrokken onder de noemer psychosociale arbeidsbelasting. PRIMO-Opsterland probeert de sociale veiligheid van haar medewerkers te waarborgen door de volgende instrumenten: Middels de periodieke RI&E wordt het personeel gevraagd naar de mate waarin zij zich veilig voelt. Op elke school is een vertrouwenspersoon benoemd De personeelsfunctionaris is vertrouwenspersoon voor al het personeel Er is een externe vertrouwenspersoon werkzaam bij de GGD Er is een klachtenregeling, welke terug te vinden is op de website van PRIMO Er is een anti-agressieprotocol, welke terug te vinden is op de website van PRIMO Er is een beleidsplan Veilig Onderwijs, welke terug te vinden is op de website van PRIMO
6 Formele Meldingen Bij de vertrouwenspersoon van zowel PRIMO als de GGD komen geen meldingen binnen en de uitslag van RI&E s geeft ook geen onveiligheid aan. Naast de officiële meldingen van incidenten zijn er ook andere manieren waarop een organisatie de sociale veiligheid en de waardering van het beleid in kaart kan brengen. Onderzoeken onder medewerkers en trainingen op het gebied van sociale veiligheid blijken inzicht te bieden in ervaringen met agressie en onveiligheid, die op basis van het meldingssysteem niet boven water komen. Dergelijke methoden kunnen daarmee bijdragen aan het inzicht in het belang van maatregelen rond sociale veiligheid en daarmee aan het draagvlak binnen de organisatie voor het uitvoeren van de maatregelen. Met het instellen van de algemene klachtenregeling waarborgt PRIMO-Opsterland een goede afhandeling van klachten over ongewenst gedrag binnen de organisatie. De meeste medewerkers lijken in grote lijnen tevreden te zijn over het sociale veiligheidsbeleid en de instrumenten die daarvoor worden ingezet. Aangezien een groot deel weinig ervaring heeft met incidenten, is het echter moeilijk te beoordelen of deze tevredenheid terecht is. Voor medewerkers lijkt het het belangrijkst te zijn dat ze weten dat de leidinggevende signalen van agressie serieus neemt en indien nodig actie onderneemt richting de leerling of ouders. Echter, preventief is er nog niets structureel geregeld. Voor leerlingen organiseren we sociale weerbaarheidstrainingen, maar deze bieden we nog niet aan voor het personeel. Op schoolniveau worden wel afspraken gemaakt over hoe om te gaan met (verbaal) agressieve ouders, zoals nooit een gesprek alleen voeren. Door toenemende mondigheid van ouders en leerlingen, is PRIMO van mening dat er preventief meer geregeld moet worden. Uiterlijk 1 januari 2012 gaat PRIMO de behoefte voor een weerbaarheidstraining voor het voltallige personeel inventariseren en desgewenst aanbieden. Daardoor wordt tevens de kennis over sociale veiligheid bij de directie verhoogt en kan zij er in teambesprekingen aandacht aan schenken en indien nodig meldingen goed opvangen en afhandelen. Bij de bekendheid en het gebruik van de instrumenten spelen de leidinggevenden namelijk een cruciale rol. Zij kunnen als eerste de signalen oppikken van incidenten of onveilige werksituaties. Bovendien vertrouwen medewerkers vooral op hun leidinggevende bij het aanpakken van onveilige situaties en het inzetten van ondersteuning. Als leidinggevenden het belang niet uitdragen van instrumenten als het melden van incidenten, het bespreken van ervaringen en het tijdig inschakelen van hulp, zullen medewerkers hier dus weinig gebruik van maken. 5. Inventarisatie en evaluatie van de risico s (RI&E) Sinds 1 januari 1994 is de RI&E verplicht voor alle werkgevers (behalve voor wie Zelfstandige zonder personeel is). Een Risico-Inventarisatie en -Evaluatie (RI&E) is een inventarisatie van de gevaren binnen een bedrijf met betrekking tot de veiligheid, de gezondheid en het welzijn van de werknemers. In de evaluatie wordt van deze gevaren een risico-inschatting gemaakt, waarbij gekeken wordt naar de kans dat een gevaar zich voordoet, het effect dat het teweegbrengt en de frequentie waarmee werknemers aan het gevaar worden blootgesteld. In de RI&E moet een Plan van Aanpak (PVA) worden opgenomen waarin is aangegeven welke maatregelen de werkgever gaat nemen in verband met de geconstateerde risico s, en binnen welke termijn deze worden genomen, dit is wettelijk verplicht. Verder moeten in een RI&E de arbeidsongevallen uit het verleden worden opgenomen RI&E is de opvolger van de Algemene School Verkenning en is in 2004 voor het eerst uitgevoerd door de ArboUnie. Daaropvolgend zijn voor alle scholen plannen van aanpak opgesteld. In deze plannen van aanpak zijn alle genoemde onderdelen van een prioriteitencode voorzien. Opzet van de code: W = wettelijk verplicht 1 = urgent 2 = hoge prioriteit / belangrijk risico 3 = matige prioriteit / mogelijk risico 4 = lage prioriteit / gering risico Gedurende de periode zijn de prioriteiten W, 1 en 2 uitgevoerd door het Gemeentebedrijf. Daar waar het mogelijk was, zijn prioriteit 3 en 4 uitgevoerd. De inventarisatie en evaluatie (RI&E) vindt plaats op bestuurlijk niveau. Het bestuur is eindverantwoordelijk voor de RI&E. De preventiemedewerker is verantwoordelijk voor de uitvoering van de risico-inventarisatie. Één keer in de 3 jaar wordt de RI&E uitgevoerd door de preventiemedewerker in samenwerking met de arbo-coördinator
7 Voor de periode wordt voor de RI&E gebruik gemaakt van de Arbomeester (primair onderwijs). De resultaten van de RI&E worden ter advies voorgelegd aan de MR. Jaarlijks dient de preventiemedewerker te bepalen of gewijzigde omstandigheden een gehele of gedeeltelijke herhaling van de RI&E noodzakelijk maken. In ieder geval wordt jaarlijks een veiligheidscontrole uitgevoerd met de daarvoor beschikbare controlelijsten uit de Arbomeester. Conform de nieuwe Arbo-wet van 2007 is iedere school verplicht na een RI&E een plan van aanpak te maken. Dit plan van aanpak naar aanleiding van de RI&E moet een overzicht bevatten van de knelpunten op arbogebied die het komende jaar worden aangepakt. In het plan van aanpak staat ook vermeld op welke termijn de activiteiten worden uitgevoerd, hoe hoog de kosten zijn en wie verantwoordelijk is voor de uitvoering. Tevens is zichtbaar welke activiteiten reeds zijn uitgevoerd. Ieder jaar wordt het plan van aanpak geëvalueerd, voorgelegd aan de medezeggenschapsraad en waar nodig bijgesteld. De Arbomeester van het Vf/Pf is een erkend branche-instrument voor de Risico-Inventarisatie en - Evaluatie (RI&E) in het primair onderwijs. Met behulp van de site van Vf/Pf wordt de RI&E uitgevoerd en invulling gegeven aan het arbobeleid op de scholen. 6. Arbeidstijdenbeleid Elke leerkracht heeft te maken met een normjaartaak (zie IPB-plan). Onderwijzend personeel werkt per week structureel meer uren, waardoor het 10 weken vakantie per jaar kan opnemen. Ter vergelijk; de gemiddelde Nederlandse werknemer werkt 36 uur per week en heeft 5 weken vakantie. Een fulltime leerkracht met een middag adv dient nog steeds 40 uur per week te werken, dus 9 uur per dag. Van die 40 uur is 23½ uur voor het lesgeven en 16½ uur voor voorbereiding en overige taken. Deze taken zijn onderverdeeld in niet lesgevende taken en deskundigheidsbevordering. Elk jaar wordt er bekeken of de taken voor het beheer van de school, werkgroepen, sportactiviteiten, cultuur en feestelijkhedengoed eerlijk zijn verdeeld over de verschillende leerkrachten. Daarbij wordt uitgegaan van de grootte van de aanstelling, de wensen en sterke kanten van de personeelsleden. De verdeling van de taken wordt aan het begin van het schooljaar bepaald en vastgelegd. De planning van het schooljaar is dan bekend en dus ook de (inhoudelijk) teamvergaderingen, teamscholing, ouderavonden, feestelijke activiteiten, etc. De directeuren sturen er op aan dat hun leerkrachten zoveel mogelijk werk op school doen, om werk en privé zoveel mogelijk gescheiden te houden. Hierdoor is meer collegiaal overleg mogelijk en heeft de directeur beter zicht op urenbesteding en het bewaken van grenzen. Wanneer een leerkracht klaagt over een te hoge werkdruk, zal door de directeur eerst naar het totaal van de gewerkte uren worden gekeken en vervolgens naar de besteding van die uren. Daar komt bij dat het teamgevoel meestal na schooltijd ontstaat; een goede sfeer zorgt voor meer energie en samenwerking. Beide hebben een positieve uitwerking op de werkdrukbeleving. 7. Voorlichting en onderricht Voorlichting en onderricht vormen een wezenlijk onderdeel van het arbobeleid. De arbo-coördinator is verantwoordelijk voor deze taak die zowel tijdens teamvergaderingen als in afzonderlijke sessies of individuele gesprekken aan de orde kunnen komen. Onderwerpen die bijvoorbeeld aan de orde kunnen komen zijn: de introductie arbozaken aan nieuwe medewerkers, stagiaires en leerlingen; de veiligheids- en werkinstructies voor leerkrachten en leerlingen. Cursus verzuimgesprekken voeren voor leidinggevenden Indien uit de RI&E of het directieoverleg naar voren komt, dat bepaalde voorlichting nodig is, dan zal de preventiemedewerker dit organiseren. Te denken valt hierbij ook aan een training ergonomie
8 8. Bedrijfshulpverlening De directeur is verantwoordelijk voor de bedrijfshulpverlening (BHV). De preventiemedewerker coördineert de bedrijfshulpverlening. Voor de inrichting van de BHV op schoolniveau kan gebruik gemaakt worden van de controlelijst Bedrijfshulpverlening voor het Onderwijs van het Vervangingsfonds. De Arbo-Unie verzorgt de noodzakelijke opleiding voor de BHV-ers. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van de scholingsgelden. Minstens 1 keer per jaar wordt met medewerking van de brandweer het ontruimingsplan geoefend. 9. Ongevalregistratie en -melding Er dient een ongevalregistratie te worden bijgehouden. In een ongevallenregister moet de werkgever in ieder geval ongevallen bijhouden die enig lichamelijk letsel en/of (ziekte)verzuim tot gevolg hebben. Daarnaast worden ook de ongevallen geregistreerd die weliswaar niet tot verzuim leiden, maar wel lichamelijk letsel tot gevolg hebben. Hierdoor kunnen gevaarlijke situaties sneller worden opgespoord. De registratie wordt bijgehouden door de arbo-coördinator of door een ander daartoe aangewezen persoon. Hiertoe maakt men gebruik van een ongevalformulier. De ongevalformulieren zijn verkrijgbaar bij de arbocoördinator. Invulling van het formulier geschiedt binnen 24 uur na het ongeval door het meest of eerst betrokken personeelslid bij het ongeval. De arbo-coördinator houdt het ongevallenregister bij en overlegt ieder kwartaal met de directeur. De melding van ongevallen aan de arbeidsinspectie is verplicht bij die ongevallen die leiden tot ernstig lichamelijk of geestelijk letsel dan wel tot de dood. Onder ernstige schade aan de gezondheid wordt verstaan, schade die binnen 24 uur leidt tot een opname voor behandeling of observatie in een ziekenhuis. Ook poliklinische behandeling van ernstig letsel behoort hiertoe. In de arboregeling is een model opgenomen voor een schriftelijke melding. 10. Bronbestrijding De arbo-coördinator is verantwoordelijk voor een verantwoord toxische stoffen beleid (o.a. adequate registratie en opslag) en een adequate arbeidsomstandigheden- en milieuafweging bij inkoop van hulpmiddelen, machines, apparatuur, meubilair etc. Het toezien op de naleving van de onderhoudscontracten ten aanzien van (preventief) onderhoud van hulpmiddelen, machines en apparatuur is tevens de verantwoordelijkheid van de arbo-coördinator. Bij de opdrachtverlening en investering door de stichting PRIMO-Opsterland bij bouwactiviteiten en inrichting van gebouw, lokalen en werkruimtes wordt uitdrukkelijk rekening gehouden met de arboregelgeving en milieuaspecten 11. Uitvoering veiligheid in theorie en praktijk In het kader van het arbobeleid heeft veiligheidsmanagement als doel het voorwaarden scheppen voor een zo veilig mogelijk schoolgebouw en omgeving en het stimuleren dat leerkrachten en leerlingen zich daarbinnen veilig gedragen. We bereiken dit door: jaarlijks het gebouw te beoordelen op veiligheid en een actieplan op te stellen voor het oplossen van de knelpunten; jaarlijks te bekijken of de huisregels met betrekking tot veiligheid voldoen en ervoor te zorgen dat leerkrachten en leerlingen daarover expliciet geïnformeerd worden; een ontruimingsplan op te stellen en dit jaarlijks te oefenen met personeel en leerlingen; bij te houden welke risico s en ongelukken zich op of om de school voordoen; elk jaar af te sluiten met een beknopt verslag van wat het afgelopen jaar gebeurd is op veiligheidsgebied en van wat komend jaar op de agenda staat
9 12. Procesbeschrijving Verantwoordelijkheden 13. Verdeling taken en verantwoordelijkheden. In het kader van de uitvoering van het arbobeleid dient uiteraard een aantal taken en verantwoordelijkheden te worden verdeeld. Hiervoor is geen blauwdruk te geven. De verdeling van taken en bevoegdheden is van meerdere factoren afhankelijk. Te denken valt aan: de organisatie en omvang van de stichting PRIMO- Opsterland, de onderwijssector, de grootte van de scholen, het aantal scholen, het directiestatuut etc. Hieronder is een voorbeeld van een mogelijke verdeling van taken en verantwoordelijkheden weergegeven. Preventiemedewerker opstellen arbobeleidsplan delegeren van taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden, en eventueel aanstellen van arbocoördinator coördineren en stimuleren van de uitvoering van de werkzaamheden overleg met en informatievoorziening naar: bestuur en GMR signaleren van risico's bewaken voortgang plan van aanpak begeleiding risico-inventarisatie/evaluatie coördinatie bedrijfshulpverlening Directie verdeling en van taken delegeren taken overleg met personeel Personeelsgeleding MR/GMR Overleg / advies / instemming t.a.v.: contract Arbo-dienst risico-inventarisatie en -evaluatie plan van aanpak. Arbo-coördinator uitvoering risico-inventarisatie samen met de preventiemedewerker invulling bedrijfshulpverlening informatievoorziening collega s signaleren van risico s te bespreken met de collega s
10 14. Financiering De uitgaven die gemoeid zijn met arbobeleid dienen betaald te worden uit het budget Personeel & Arbeid. Hiervoor zijn geen richtlijnen, we hebben te maken met 1 lumpsum. Het is daarmee mogelijk om zoveel mogelijk formatie in te zetten op scholen, maar dat heeft dan weer consequenties op andere gebieden. PRIMO-Opsterland bestudeert dus kritisch alle uitgaven, ook die voor arbobeleid. De huidige werkwijze kenmerkt zich door: Wettelijke verplichtingen worden altijd zorgvuldig uitgevoerd; Indien nodig en door de bedrijfsarts geadviseerd, dan worden bepaalde hulpmiddelen of diensten zeker en onmiddellijk (in)gekocht; Elk PRIMO-schoolgebouw is voorzien van ergonomisch verantwoorde meubelen en inrichting. Jaarlijks besteedt PRIMO-Opsterland de volgende bedragen aan arbozorg: Contract Arbounie ,- Uitvoeren RI&E 7.000,- BHV-opleidingen 8.000,- Psycho-sociale coaching ,- Totaal: ,
11 15. Veiligheidsmanagement Veiligheidsmanagement heeft als doel: Voorwaarden scheppen voor een zo veilig mogelijk schoolgebouw en omgeving. Stimuleren dat leerkrachten en leerlingen zich daarbinnen veilig gedragen. Dit bereiken we door: 1. jaarlijks het gebouw te beoordelen op veiligheid en een actieplan op te stellen voor het oplossen van de knelpunten; 2. jaarlijks te bekijken of de huisregels met betrekking tot veiligheid voldoen en ervoor te zorgen dat leerkrachten en leerlingen daarover expliciet geïnformeerd worden; 3. een ontruimingsplan op te stellen en dit jaarlijks te oefenen met personeel en leerlingen; 4. bij te houden welke risico s en ongelukken zich op of om de school voordoen; 5. elk jaar af te sluiten met een beknopt verslag van wat het afgelopen jaar gebeurd is op veiligheidsgebied en van wat komend jaar op de agenda staat Inspectie van de accommodatie Veiligheid begint bij het schoolgebouw. Sommige scholen moeten het doen met een sterk verouderd gebouw, andere hebben het geluk dat hun accommodatie goed onderhouden en ingericht is volgens de laatste normen. In beide gevallen is echter jaarlijkse inspectie nodig, want veiligheid is geen statische kwestie. Elk gebouw, nieuw of oud, verandert voortdurend. Weliswaar vooral in de details, maar juist die kunnen onverwachte ongelukken veroorzaken. Bovendien zijn de leerlingen elk jaar weer anders en is veiligheid een wisselwerking tussen omgeving en het gedrag van de kinderen. Daarom wijkt onze aanpak af van de bestaande methodes. Die richten zich meestal op de vaste materiële eigenschappen van het interieur (een tafel moet zo hoog zijn, een gang zo breed). Deze methode gaat uit van het gedrag van leerlingen. Normen zijn immers niet zaligmakend en kinderen onvoorspelbaar. Deze methode vraagt daarom niet zozeer om technisch inzicht, maar vooral om ervaring met leerlingen. De beoordeling geschiedt aan de hand van inspectielijsten. Deze geven voorbeelden van regelmatig voorkomende ongelukken. Gevraagd wordt om per voorbeeld te beoordelen of er een kans bestaat dat dit ongeluk hier zal gebeuren en zo ja, hoe groot dan de kans is op een ernstige afloop. Dat hangt sterk af van de situatie. De combinatie van Kans en Ernst bepaalt de maat voor de urgentie: Urgent: Alle ongelukken die ernstig kúnnen aflopen, zelfs al is de kans relatief klein dat ze zullen gebeuren. Noodzakelijk: Ongelukken die meestal beperkte gevolgen zullen hebben, maar die wel gemakkelijk kunnen gebeuren. Wenselijk: Ongelukken die een vrij onschuldige afloop zullen hebben en die bovendien zeer incidenteel zullen gebeuren. De mate van urgentie helpt u bij het stellen van prioriteiten in te nemen maatregelen. De inspectie kent vier stappen: o Inspecteren Het doorlopen van het gebouw aan de hand van de bijgevoegde lijsten. Dit kost weinig tijd als de leerkrachten elk een deel van het gebouw voor hun rekening nemen. o Rubriceren naar urgentie De aangekruiste risico s invoeren in het computerprogramma. Het programma rangschikt vervolgens de ingevoerde gegevens naar urgentie. o Maatregelen bepalen In het computerprogramma staan achter elk scenario suggesties om de risico s te verkleinen. Deze maatregelen kunt u opnemen in het actieplan. o Actieplan opstellen Vastleggen wanneer deze maatregelen doorgevoerd zullen worden en wie daarin een rol spelen
12 15.2. De huisregels De veiligheid van de accommodatie is de eerste factor in het ontstaan van ongelukken. Het gedrag van de gebruikers is de tweede factor. Daarom zijn goede afspraken met het team en de leerlingen onmisbaar. Iedere school maakt die natuurlijk, maar te vaak wordt gewerkt met stilzwijgende afspraken of een half woord. Of met regels die in de praktijk moeilijk na te leven zijn. Afspraken binnen het team We gaan elk jaar na of de huisregels voldoen. We zetten de bestaande regels op een rij en bespreekt deze kritisch tijdens een teamvergadering. Vindt iedereen ze volledig, duidelijk en werkbaar? Verwacht men nog problemen met de naleving ervan? Deze discussie leidt er niet alleen toe dat iedereen nog eens aan de afspraken herinnerd wordt, tevens blijven de huisregels op deze manier actueel. De MR moet wel instemmen met eventuele wijzigingen. Afspraken met de leerlingen De huisregels kunnen het beste met de leerlingen besproken worden op het moment dat ze relevant zijn. Bijvoorbeeld aan het begin van een handvaardigheidsles (Hoe hanteer je het gereedschap?), of als de klas voor de eerste keer naar de buiten het terrein gelegen gymzaal gaat (Hoe fiets je de weg op?). Om er zeker van te zijn dat iedere leerkracht de regels eenduidig uitlegt en de leerlingen ook het waarom van die regels begrijpen, is een serie leskaarten toegevoegd voor de introductie van een aantal belangrijke basisregels Het ontruimingsplan Ook al hebben we er alles aan gedaan om het gebouw zo veilig mogelijk te maken en de leerlingen zich verantwoord te laten gedragen, dan nog kan er iets mis gaan. Brand bijvoorbeeld. Dan is een goed ontruimingsplan en een geoliede organisatie een must. Zo'n ontruimingsplan moet informatie bevatten over het aantal leerlingen, het alarmnummer van de brandweer, het type gebouw, aantal verdiepingen, de gebruikte alarmsignalen, de plattegrond van elke verdieping met daarop de vluchtwegen, nooduitgangen en de plaats van blusmiddelen, de taakverdeling binnen het team, enzovoort. De brandweer is graag bereid te adviseren. Elke medewerker moet dit plan kennen en in bezit hebben. Dit geldt ook voor ouders en vrijwilligers die regelmatig meehelpen op school. Het ontruimingsplan mag geen dode letter zijn, het moet bij personeel en leerlingen in het hoofd gegrift zijn. Bovendien moet de procedure in de praktijk ook uitvoerbaar zijn. Daarom is een jaarlijkse oefening onmisbaar. Zo n oefening houdt meer in dan alleen onverwachts het alarmsignaal aanzetten. De ontruimingsoefening verloopt in vier stappen: o Bespreking met het team Via een oefening op papier gaan we na of iedereen snapt wat hij moet doen en of de taakverdeling helder is. o Aangekondigde oefening Dag en tijdstip zijn ruim van tevoren aangekondigd zodat de leerkrachten de procedure met de klas kunnen doorspreken. Uit de nabespreking van de oefening blijkt welke zaken aangepast moeten worden. o Deels aangekondigde oefening Wel de dag maar niet het tijdstip is bekend gemaakt. Ook nu is er tijd om de(eventueel aangepaste) procedures van tevoren door te spreken. De oefening wijst uit of de procedure inmiddels geheel sluitend is. o Niet aangekondigde oefening Pas nu zal blijken of men het hoofd echt koel weet te houden. Brandveiligheid Een goed ontruimingsplan en een goede organisatie kunnen in geval van brand veel ellende voorkomen. Maar naast organisatorische eisen moeten ook het gebouw en de inventaris aan een aantal brandveiligheidseisen voldoen. Zijn er bijvoorbeeld voldoende vluchtroutes in het gebouw aanwezig? Ga regelmatig na of het gebouw en inventaris nog aan de brandveiligheidseisen voldoen. Daarbij laten we ons adviseren door de brandweer
13 15.4. Het bijhouden van risico s en ongelukken Veiligheidsmanagement betekent anticiperen op risico's. Elke dag kunnen zich risico's voordoen waar we nog niet eerder bij hebben stilgestaan. Voorvallen die vandaag met een sisser aflopen, kunnen morgen net zo goed een heel andere wending nemen. Als die ervaringen alleen in het hoofd van de betrokken leerkrachten blijven zitten, is de kans groot dat hun collega's opnieuw zelf door schade en schande wijs moeten worden. Daarom is het belangrijk om elkaar te informeren over gesignaleerde risico's en ongelukken. Bovendien geeft een dergelijke registratie een goed beeld van de werkelijke veiligheid op de school. Het is nuttig om ook risico's en ongelukken bij te houden die buiten schooltijd gebeuren. Bijvoorbeeld op weg naar huis of op een favoriete speelplek. Formeel zijn deze weliswaar niet onze problemen, maar ze kunnen een aanleiding vormen om extra aandacht in de klas te besteden aan een bepaald onderwerp. Of om derden in te seinen, zoals ouders of de gemeente. Het bijhouden van risico's en ongelukken kent drie aspecten: Melden Het stimuleren van de teamleden om risico s en ongelukken die ze zelf waargenomen of gehoord hebben, te melden. Daarnaast kan ook een oproep aan leerlingen en ouders om dergelijke situaties te melden waardevolle informatie opleveren. Beschrijven Gesignaleerde risico's of ongelukken beknopt samenvatten. Door dit op een standaardformulier te doen, voorkomen we dat er relevante informatie verloren gaat. Terugkoppelen Registreren heeft alleen zin als er lering uit getrokken wordt. Daarom verspreiden u op gezette tijden een memo onder de teamleden, waarin kort aangestipt wordt wat er zich de afgelopen tijd heeft voorgedaan en welke maatregelen zijn of worden getroffen Het veiligheidsverslag Ouders verwachten dat hun kind heelhuids thuiskomt uit school. Ook wettelijk wordt een en ander van de school geëist. Bijvoorbeeld de risico-inventarisatie en -evaluatie, de regelgeving ten aanzien van aansprakelijkheid voor de veiligheid van speeltoestellen, enzovoort. Daarom is het zinvol om elk jaar een veiligheidsverslag op te stellen. Geen lijvig en formeel stuk dat snel in een bureaula verdwijnt, maar een beknopte en overzichtelijke samenvatting van alles wat er op uw school op het gebied van veiligheid is gebeurd. Bovendien garandeert deze verslaglegging dat goede ideeën en voornemens niet ten onder gaan in de drukte van alledag. Opstellen van het verslag Het verslag is een bundeling van hetgeen al eerder verzameld is: de resultaten van de veiligheidsinspectie, de aanscherping van de huisregels, het verloop van de ontruimingsoefening en de maatregelen naar aanleiding van het ongevaldossier. Eventueel aangevuld met extra activiteiten zoals ouderavonden, speciale lesprojecten, enzovoort. We hoeven deze bestaande informatie slechts te voorzien van kop (inleiding) en staart (conclusie). Presentatie van het verslag Het veiligheidsverslag is belangrijk genoeg om te presenteren aan het personeel, zodat iedereen exact weet wat de stand van zaken is. Ook het bestuur, de MR, de oudercommissie en ouders zullen interesse hebben in de bevindingen en plannen. Zo zien zij dat de school de veiligheid van hun kinderen serieus neemt en dat er iets gedaan wordt met hun eventuele klachten en wensen. Het veiligheidsverslag kan bovendien een rol spelen in uw overleg met externe partijen, zoals GGD of gemeente. Ons verzoek om ondersteuning wint aan kracht als we een heldere analyse op tafel kunnen leggen en aan kunnen tonen dat we zelf ook de handen uit de mouwen hebt gestoken
14 15.6. De arbocoördinator als veiligheidscoördinator Veiligheidsmanagement bestrijkt uiteenlopende activiteiten. Daardoor lijkt het een flinke extra werkbelasting. Dat valt echter mee. Niet alleen omdat we een aantal zaken waarschijnlijk reeds doen, maar ook omdat de werkmaterialen in deze map zo opgezet zijn dat we met minimale tijdsinvestering het maximale kunnen bereiken. Het hele proces zal nog efficiënter verlopen als we iemand benoemen tot veiligheidscoördinator. Dat is organisatorisch makkelijk en schept duidelijkheid voor iedereen. Wie de rol vervult, kan per school verschillen. Het maakt onderdeel uit van het taakbeleid. De arbocoördinator hoeft niet zelf al het werk uit te voeren. Hij of zij zorgt ervoor dat het proces in gang blijft en treedt op als aanspreekpunt voor collega's, leerlingen en ouders. Samengevat zijn de taken van de coördinator: Inspectie schoolgebouw De inspectie organiseren, teamleden instrueren en de ingevulde inspectielijsten verwerken. Huisregels De bestaande regels inventariseren, een bespreking met het team organiseren, de definitieve afspraken formuleren en leerkrachten stimuleren om deze actief met de leerlingen te bespreken. Ontruimingsoefening Het ontruimingsplan opstellen, de oefening organiseren, coördineren en evalueren, waar nodig de procedure bijstellen. Bijhouden van risico's en ongelukken Leerkrachten (en eventueel leerlingen en ouders) stimuleren riskante situaties te melden, deze meldingen verwerken op de formulieren en op gezette tijden een memo verspreiden onder de teamleden. Veiligheidsverslag Alle informatie bundelen, voorzien van kop en staart en de presentatie (intern en eventueel extern) voorbereiden Relatie met de Arbowet 2007 De zorg voor een veilig, gezond en prettig werkklimaat is een plicht die de Arbeidsomstandighedenwet (Arbowet 2007) iedere werkgever oplegt. Aandacht voor de veiligheid van het (school)- gebouw en de omgeving, de zogenaamde fysieke veiligheid, is één van de onderwerpen uit het brede palet van aandachtsgebieden Bijscholing Willen we het veiligheidsvraagstuk gedegen aanpakken, dan is gerichte bijscholing een goede start. De Arbowet schrijft 1 bedrijfshulpverlener (BHV er) op 50 aanwezigen voor, of minimaal 5 bij meer dan 250 aanwezigen (leerlingen, medewerkers, vrijwilligers). In geval van nood zijn de taken van een BHV er: het verlenen van eerste hulp bij ongevallen; het beperken en bestrijden van brand; het alarmeren van collega s en evacueren van leerlingen; het alarmeren van en samenwerken met hulpverleningsinstanties. Maar eigenlijk moet iedere leerkracht of begeleider van kinderen in geval van nood doeltreffend kunnen optreden. Goede scholing is noodzakelijk voor BHV ers en wenselijk voor alle andere leerkrachten Aansprakelijkheid in het algemeen Veel scholen vragen zich af hoe het zit met aansprakelijkheid. Wie is er aansprakelijk als er een ernstig ongeluk gebeurt op school? Als een ernstig ongeluk is veroorzaakt omdat een zaak niet voldoet aan de eisen die men daaraan in de gegeven omstandigheden mag stellen, is de eigenaar van die zaak aansprakelijk. Een dakpan die plotseling valt (door gebrekkig onderhoud), scherpe hoeken aan voorwerpen, gaten in het schoolplein, glas in de zandbak etc. De eigenaar is hiervoor aansprakelijk, zonder dat daarvoor hoeft te worden aangetoond dat dit gebrek veroorzaakt is door een handeling of het nalaten daarvan dat hem/haar te verwijten valt. Dit heet risicoaansprakelijkheid. De eigenaar moet gewoonweg instaan voor de deugdelijkheid van een roerende zaak of opstal, en heeft de plicht dat product goed te onderhouden. Als een kind valt op het schoolplein, omdat daar een gat zit, is de school aansprakelijk, zonder dat apart bewezen hoeft te worden dat het de school verweten kan worden dat er onvoldoende onderhoud is gepleegd. Een gat is per definitie verwijtbaar
15 Die aansprakelijkheid geld ook voor personen. Indien op de school een kind een actie onderneemt die haar in gevaar brengt en een volwassene is daarvan getuige dan is die persoon ook aansprakelijk (art. 6:170 uit het Burgerlijk Wetboek). Strafrechtelijke en civielrechtelijke aansprakelijkheid Bij het bepalen van aansprakelijkheid na een ongeluk wordt een onderscheid gemaakt tussen strafrechtelijke en civielrechtelijke aansprakelijkheid. Strafrechtelijke aansprakelijkheid houdt in dat er een wet is overtreden waar een straf op staat, bijvoorbeeld de Arbowet. Als de Arbeidsinspectie dit constateert, en de zaak voorlegt aan een Officier van Justitie, kan zowel het schoolbestuur (rechtspersoon) als een individuele leerkracht worden vervolgd. De ouders van een kind dat een ernstig ongeluk heeft gekregen in school, kunnen het schoolbestuur of een leerkracht daarnaast zelf civielrechtelijk aansprakelijk stellen. Dan geldt dat er sprake moet zijn van aantoonbaar verwijtbaar handelen of nalaten van handelen (onrechtmatigheid), schuld, toerekenbaarheid en schade. Dit wordt ook wel onrechtmatige daad genoemd. Er moet daarbij natuurlijk een causaal verband zijn tussen de schade en de daad. Aansprakelijkheidsstelling op grond van art. 6:173 en 6:174 uit het Burgerlijk Wetboek is ook mogelijk. Complexe zaken Aansprakelijkheidskwesties zijn vaak complex en hangen af van de specifieke situatie en de omstandigheden van het ongeval. In het algemeen geldt dat de kans op een ongeval kan worden verkleind door goede afspraken te maken met alle betrokkenen over hun taken en bevoegdheden. Dit geldt met name voor situaties als schoolzwemmen of overblijven, waar derden betrokken bij zijn als een overblijfkracht of een zweminstructeur. Aansprakelijkheid en Overblijven Het aantal kinderen dat overblijft in de middagpauze op scholen groeit. In de Wet op het primair onderwijs is vastgelegd dat het bevoegd gezag de leerlingen in de gelegenheid stelt onder toezicht de middagpauze in het schoolgebouw en op het terrein van de school door te brengen. De school stelt het lokaal ter beschikking en maakt afspraken met begeleiders. Wettelijk is de school alleen verplicht ruimte beschikbaar te stellen voor overblijfmogelijkheden. In dit schemergebied zijn verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid vaak onduidelijk. Natuurlijk blijft de school tot op zekere hoogte verantwoordelijk. Als door achterstallig onderhoud een gevaarlijke situatie ontstaat, dan kan de school verantwoordelijk worden gehouden. In de wet is geen bepaling opgenomen over wie uiteindelijk verantwoordelijk is voor het toezicht, maar uit de memorie van toelichting blijkt dat de wetgever het vanzelfsprekend acht dat het schoolbestuur er zorg voor draagt dat iemand of een instantie verantwoordelijk is voor het toezicht. In de wet is ook opgenomen dat het schoolbestuur zorgdraagt voor een verzekering tegen wettelijke aansprakelijkheid. Wat te doen? Het veiligst is het om alle betrokkenen bij het overblijven (leerlingen, toezichthoudende ouders) een verzekering af te laten sluiten. In sommige gevallen dekt de schoolverzekering dit, wanneer de ouders gelijkgesteld worden aan het personeel. Maar in andere gevallen wordt het overblijven geregeld door een stichting of een vereniging en moet een aparte verzekering worden afgesloten. Ook voor overblijven geldt dus dat de verhoudingen en de daarbij behorende verantwoordelijkheden duidelijk moeten zijn. Hoewel de school slechts een ruimte ter beschikking stelt, wordt zij wel geacht het toezicht te organiseren. Heldere afspraken hierover zijn essentieel. Aansprakelijkheid en Speeltoestellen (incl. ondergrond) Op veel schoolpleinen staan speeltoestellen in alle soorten en maten waarmee jaarlijks nogal wat ongelukken gebeuren. Vandaar dat de overheid in 1997 het Besluit Veiligheid attractie- en speeltoestellen, kortweg het Attractiebesluit, heeft ingevoerd. Dit besluit bevat eisen waaraan nieuwe en bestaande speeltoestellen moeten voldoen en eisen ten aanzien van het onderhoud van speeltoestellen. Wanneer een leerling gewond raakt bij een ongeval met een speeltoestel komt de aansprakelijkheid aan de orde. De productaansprakelijkheid van de fabrikant geldt ook bij de speeltoestellen (art. 6:185). Als een speeltoestel niet voldoet aan de eisen van het Attractiebesluit, is de school aansprakelijk. Contractueel wordt de jaarlijkse controle en onderhoud uitgevoerd door een gespecialiseerd bedrijf. Speeltoestellen die niet voldoen aan de eisen worden dan wel onmiddellijk hersteld of afgevoerd. In een logboek wordt de stand van zaken vastgelegd. Deze is door de school digitaal te raadplegen. Als vanzelf sprekend worden er alleen goedgekeurde toestellen aangeschaft. Bescherming tegen aansprakelijkheid (bij speeltoestellen) Een school kan zich beschermen tegen aansprakelijkheidsstelling door ervoor te zorgen dat alle toestellen veilig zijn. Het Attractiebesluit vermeld dat bij een speeltoestel redelijkerwijze verwacht mag worden dat gebruik geen gevaar oplevert voor de veiligheid of de gezondheid van personen. Richtlijnen hiervoor staan in de Europese normen voor speeltoestellen (EN 1176, EN 1177). De wet verwijst naar deze normen als zijnde
16 een goede manier om aan de wettelijke eisen te voldoen. Als exploitant van de speeltoestellen dienen we deze goed te onderhouden en te inspecteren. Daarnaast dienen we per speeltoestel een logboek bij te houden met gegevens over het speeltoestel, exploitant, fabrikant, eventuele keuringen, alle inspecties, onderhoud en reparaties en alle eventuele ongevallen met een toedrachtsomschrijving. Wanneer aansprakelijk? Als het ongeval is veroorzaakt doordat het speeltoestel onveilig is dan kan het schoolbestuur daarvoor wél aansprakelijk worden gesteld. Het gaat hier om een risicoaansprakelijkheid. Het kan ook zijn dat de school in zijn zorgplicht tekort is geschoten wanneer er onvoldoende toezicht door het personeel was. Dit heeft niets te maken met de (on)deugdelijkheid van het speeltoestel zélf, maar met de (algemene) verplichting om toezicht te houden onder schooltijd. Tot slot kan in specifieke gevallen de producent aansprakelijk worden gehouden. De producent moet bij het ontwerp, vervaardiging en instructies die hij meegeeft aan de school of installateur rekening houden met mogelijk gebruik van het toestel door de kinderen
17 Beleidsplan Veilig Onderwijs
18 Inleiding Agressie, geweld en seksuele intimidatie in het onderwijs zijn niet iets nieuws. Door een reeks gebeurtenissen in de afgelopen jaren is echter de aandacht in de media voor agressie en geweld in het onderwijs toegenomen. Desalniettemin worden te veel geweldsincidenten gebagatelliseerd of in de doofpot gestopt. Geweld, agressie en seksuele intimidatie komen in veel vormen voor. Het gaat kort samengevat - om alle menselijke handelen, dat geestelijke, lichamelijke of financiële schade veroorzaakt bij een andere persoon of bij een organisatie zoals een school(bestuur). Voorbeelden te over: vernielingen, discriminatie, handtastelijkheden, verbaal geweld, dreiging met geweld, afpersen, dreigen met het gebruik of daadwerkelijk gebruiken van wapens, mishandeling en seksuele intimidatie. De grens wanneer er van schade gesproken kan worden is niet altijd even duidelijk, tenzij we uitgaan van het ervaren van geweld of agressie door het slachtoffer. Om tot een verbetering van de veiligheid en welbevinden van leerlingen en leerkrachten in het onderwijs te komen is dit schoolveiligheidsplan opgezet. De aard van de werkzaamheden in de school maken een speciale benadering van de problematiek noodzakelijk. De meeste werknemers in de school hebben als professional ook een pedagogischdidactische opdracht en als gevolg daarvan een duidelijke gezagsverhouding met leerlingen en hun ouders/verzorgers. De pedagogische en afhankelijkheidsrelatie tussen leraar en leerling (en tussen directeur en leerling) kan in de praktijk een bron zijn voor het ontstaan van agressie bij de leerling of diens ouders of verzorgers. Dit schoolveiligheidsplan zal daarom betrekking hebben op alle werknemers, maar ook op leerlingen en ouders of verzorgers en is gericht op de preventie van en het optreden na incidenten. Nauw verweven met dit plan is het Arbo-beleidsplan van Stichting Primo Opsterland. In dat plan wordt dieper ingegaan op de materiële zaken, die gevaar opleveren en die met gebruikmaking van de ARBO-meester risico s inventariseert. Dit veiligheidsplan gaat dieper in op het gedrag van alle groeperingen, die bij het onderwijs zijn betrokken
19 Inhoudsopgave Inleiding... 2 Inhoudsopgave Schoolveiligheidsplan Preventiebeleid Incident beleid Nazorg beleid Begeleiding machtsmisbruik binnen het onderwijs Uitgangspunten Incidenten Scholing en informatie Aangifte doen Politie Advies en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) Berisping, schorsing of verwijderen van leerlingen Draaiboek opvang na een schokkende gebeurtenis Protocol opvang na een schokkende gebeurtenis Gedragsregels en gedragscodes Gedragscode voorkomen ongewenst seksueel gedrag Gedragscode voorkomen pesten Gedragscode voorkomen discriminatie Ongewenste aanwezigheid op het schoolplein Algemene definitie Juridische definitie Toelichting Maatregelen onderwijsinstelling en maatregelen politie Beveiliging gebouw Arbo beleid Belangrijke telefoonnummers Bijlagen Protocol voor opvang leerkrachten bij ernstige incidenten (bijlage 1) Protocol voor opvang leerlingen bij ernstige incidenten (Bijlage 2) Protocol voor melding (dreigen met) agressie en/of geweld (verbaal en fysiek) of seksuele intimidatie (Bijlage 3) Protocol sterfgeval collega, leerling, ouder. (Bijlage 4) Registratieformulier (Bijlage 5) Ongevalmelding t.b.v. de Arbeidsinspectie (Bijlage 6) Stroomschema opvang bij ernstige incidenten. (Bijlage 7) Stroomschema agressie en/of geweld. (Bijlage 8) Stroomschema seksuele intimidatie (Bijlage 9) Stroomschema sterfgeval (Bijlage 10)
20 2 Schoolveiligheidsplan Het schoolveiligheidsplan dient aan de volgende eisen te voldoen: Bepalingen aangaande preventief beleid; Bepalingen aangaande incident beleid; Bepalingen aangaande nazorg beleid. 2.1 Preventiebeleid Voorkomen is beter dan genezen. Aan preventie van geweld en agressie moet meer dan nu het geval is aandacht worden besteed. Beleid ter voorkoming van geweldsuitbarstingen in de school, en preventie gericht op uitval van werknemers wanneer zich onverhoopt toch incidenten voor hebben gedaan, lijkt landelijk gezien te falen. Gezien de resultaten van onderzoeken, die zijn geweest over agressie en geweld op school, moet dit ook voorkomen op scholen van ons bestuur. De Arbeidsomstandighedenwet 1998, kortweg de Arbo-wet, geeft aan dat de werkgever adequaat beleid moet voeren tegen agressie en geweld. De werkgever voert een zo goed mogelijk arbeidsomstandighedenbeleid ten behoeve van zowel zijn werknemers als voor de leerlingen op de betrokken onderwijsinstellingen. (Zie ook: Arbobeleidsplan) Binnen het (algemene) Arbo-beleid, voert de werkgever een beleid met betrekking tot het beschermen van werknemers en leerlingen tegen seksuele intimidatie en tegen agressie en geweld (tweede lid artikel 4 Arbo-wet). Dit beleid moet gebaseerd zijn op een inventarisatie en analyse van alle feitelijke risico s in de werkorganisatie, de Risico-Inventarisatie en Evaluatie, ofwel de RI&E. Specifiek moet aandacht worden besteed aan bepaalde risicogroepen, zoals jongeren die meer dan volwassenen geneigd zijn tot het uitproberen van mensen, apparaten en situaties, aan leerlingen die de taal onvoldoende machtig zijn en bijgevolg instructies en aanwijzingen onvoldoende begrijpen, aan mensen met andere culturele achtergronden die Nederlandse normen en waarden niet aanvaarden, aan verschillen tussen de risico s in en buiten het klaslokaal enz. De RI&E bevat een jaarlijkse registratie van arbeidsongevallen en incidenten die zich hebben voorgedaan of afgespeeld in en rond de betrokken instelling. Deze zijn vastgelegd in het Arbo jaarverslag. Ter uitvoering van het voorgenomen beleid moet er een plan van aanpak worden opgesteld. Elk jaar dient op basis van de wet verslag te worden uitgebracht aan de medezeggenschapsraad over de resultaten van het gevoerde beleid en de feitelijke aanpak, en een overzicht te worden verstrekt van de concrete beleidsvoornemens voor de komende tijd. Jaarlijks wordt met de directie een voortgangsgesprek gehouden naar aanleiding van het Plan van Aanpak. De verslaggeving wordt door middel van het voortgangsverslag aangeboden aan de MR. Het Plan van Aanpak en eventueel ook de RI&E kan indien nodig worden aangepast. De medezeggenschapsraad heeft instemmingsrecht met betrekking tot voornemens van het bevoegd gezag om regels vast te stellen of te wijzigen op het gebied van arbeidsomstandigheden. Als onderdeel van de RI&E en het Plan van Aanpak dient derhalve aan het beschermen van werknemers en leerlingen tegen seksuele intimidatie en tegen agressie en geweld uitdrukkelijk aandacht te worden besteed (tweede lid artikel 4 Arbo-wet). Deze preventieve aandacht kan worden gerealiseerd via een afzonderlijk onderzoek door of in samenwerking met de arbodienst. Het contract met o.a. de arbodienst en G.G.D. kunnen daartoe afspraken bevatten inzake de gewenste inzet van gespecialiseerde medewerkers van deze dienst en de daaraan verbonden kosten. Bij het onderzoek en het opstellen van concrete beleidsvoornemens is gebruik gemaakt van diverse instrumenten die in het onderwijs zijn ontwikkeld (bijvoorbeeld: Project de veilige school, veiligheidsthermometers, de vragenlijst de veilige school). Agressie, geweld en seksuele intimidatie en welbevinden wordt jaarlijks aan de orde gesteld: Tijdens individuele gesprekken met medewerkers Tijdens teamvergaderingen; Tijdens directieoverleg: Tijdens bestuursoverleg; In overleggen met en van de medezeggenschapsraden; In de RI&E en plan van aanpak
Veiligheidsplan. Versie: apr.2014. Veiligheidsplan Pagina 1 van 6
Veiligheidsplan Versie: apr.2014 Veiligheidsplan Pagina 1 van 6 Inhoud blz. 2 Inleiding blz. 3 1. Informatie bestuur blz. 3 2. Fysieke veiligheid: inspectie van de accommodatie blz. 3 Stappenplan inspectie
Nadere informatieWerkveld Datum Instemming/Advies GMR Vastgesteld CvB
Werkveld Datum Instemming/Advies GMR Vastgesteld CvB Personeel Juni 2017 31-05-2017 12-06-2017 3.21 Arbobeleid Personeel/Arbobeleid Inhoudsopgave 1. Uitgangspunten 3 2. Organisatie 4 2.1 Preventiemedewerker
Nadere informatieBijlage 4 INTEGRAAL VEILIGHEIDSBELEID. Unicoz onderwijsgroep primair onderwijs
Bijlage 4 INTEGRAAL VEILIGHEIDSBELEID Unicoz onderwijsgroep primair onderwijs Versie 19-11-2012 Inhoudsopgave 1. Uitgangspunten 2. Hoofddoelstellingen 3. Organisatie 3.1. Coördinatie veiligheid 3.2. Preventiemedewerkers
Nadere informatieArbobeleid Als voorgenomen besluit vastgesteld in Mei 2012 GMR en hebben ingestemd in 2012 Versie Oktober 2013
Arbobeleid Als voorgenomen besluit vastgesteld in Mei 2012 GMR en hebben ingestemd in 2012 Versie Oktober 2013 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3. 2. Organisatie-inrichting 4. 2.1. Contact en overleg. 4. 2.2.
Nadere informatieArbobeleid. Als voorgenomen besluit vastgesteld in Mei 2012 GMR en hebben ingestemd in 2012. aanpassingen)
Arbobeleid Als voorgenomen besluit vastgesteld in Mei 2012 GMR en hebben ingestemd in 2012 Versie 2015 (tekstuele aanpassingen) Inhoudsopgave 1. Inleiding 3. 2. Organisatie-inrichting 4. 2.1. Contact en
Nadere informatieBeleidsplan Arbeidsomstandigheden
Vastgesteld 2 december 2010, in revisie oktober 2016 1. Inleiding Het College van Bestuur (CvB) van CSG De Waard en de directies van de scholen zijn verantwoordelijk voor het arbobeleid. Dit beleidsplan
Nadere informatieARBOBELEIDSPLAN. Delta-onderwijs: prettig, veilig en gezond. (maart 2017)
ARBOBELEIDSPLAN Delta-onderwijs: prettig, veilig en gezond (maart 2017) 1 1. Inleiding Onze medewerkers zijn de dragers van de kwaliteit van onderwijs. Delta-onderwijs streeft ernaar alle medewerkers een
Nadere informatieArbobeleidskader Lucas
Arbobeleidskader Lucas t.b.v de scholen voor VO van de Lucas 1. Uitgangspunten Het bestuur van Lucas en de directie(s) van de aangesloten scholen zijn verantwoordelijk voor het schoolbeleid. Het arbobeleid
Nadere informatieArchipelschool De Golfslag
Inhoud 1 Inleiding 3 2 Coördinatie veiligheid 4 2.1 Arbocommissie 4 2.2Bovenschoolse preventiemedewerker 4 2.3 Arbocoördinator en preventiemedewerker 4 2.4 Bedrijfshulpverlening 4 2.5 Veiligheid schoolplein
Nadere informatieSCHOOLVEILIGHEIDSPLAN MONTESSORISCHOOL ELZENEIND
SCHOOLVEILIGHEIDSPLAN MONTESSORISCHOOL ELZENEIND Inhoudsopgave Inleiding Onderzoek Visie schoolveiligheidsplan Montessorischool Elzeneind Doelstelling beleidsplan Preventief beleid Curatief beleid Registratie
Nadere informatieMolenstraat 25 8331 HP Steenwijk Tel/fax 0521-512820 directie@clemensschool.nl. Protocol voor opvang bij ernstige incidenten. Sint Clemensschool
Molenstraat 25 8331 HP Steenwijk Tel/fax 0521-512820 directie@clemensschool.nl Protocol voor opvang bij ernstige incidenten Sint Clemensschool School Sint Clemensschool Bevoegd gezag Stichting Catent Bestuursnummer
Nadere informatieARBOBELEIDSPLAN. voor Het Nuborgh College
ARBOBELEIDSPLAN voor Het Nuborgh College Goedgekeurd door MR d.d.: april 2010 Inhoudsopgave 1. Uitgangspunten - Arbobeleid in essentie - Preventieve zorg - Deskundige ondersteuning 2. Organisatie - Arbocommissie
Nadere informatieProtocol voor melding (dreigen met) agressie en/of geweld (verbaal en fysiek) of seksuele intimidatie
Molenstraat 25 8331 HP Steenwijk Tel/fax 0521-512820 directie@clemensschool.nl Protocol voor melding (dreigen met) agressie en/of geweld (verbaal en fysiek) of seksuele intimidatie Sint Clemensschool School
Nadere informatieARBO BELEID. Krammer HE Brielle /
ARBO BELEID Krammer 8 3232 HE Brielle 0181-470467/68 0181-470469 Inleiding Op scholen vormen arbeidsomstandigheden een veel besproken onderwerp. De gezondheid en het welzijn van het personeel is vaak in
Nadere informatieBijlage 3. Protocol bij ernstige incidenten
Bijlage 3 Protocol bij ernstige incidenten Vooral naar aanleiding van geweldincidenten die in ons land plaatsvonden tussen leerlingen, tussen een leerling en een personeelslid en tussen een ouder en een
Nadere informatieARBOBELEIDSPLAN. Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Gouda 2013-2017
ARBOBELEIDSPLAN Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Gouda 2013-2017 2 Inhoudsopgave 1. Uitgangspunten - Arbobeleid in essentie - Preventieve zorg - Deskundige ondersteuning 2. Organisatie - Arbocommissie
Nadere informatiePesten. Wie heeft welke rol
Pesten Wie heeft welke rol Wat zegt de wet Doelvoorschriften t.a.v. PSA Psychosociale arbeidsbelasting Seksuele intimidatie Agressie en geweld Pesten Discriminatie Werkdruk Werkgever verplicht beleid te
Nadere informatieARBOBELEIDSPLAN. Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Zaanstad 2010-2015
ARBOBELEIDSPLAN Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Zaanstad 2010-2015 Mei 2010 Inleiding Dit arbobeleidsplan is opgesteld voor Stichting OVO Zaanstad en is een voortzetting van het huidige arbobeleidsplan
Nadere informatieVeiligheidsplan Het Venster
Veiligheidsplan Het Venster Het Venster Churchill-laan 18 5421 HA Gemert 0492-390151 info@bshetvenster.nl www.bshetvenster.nl September 2016 Inhoudsopgave: 1. Visie, doelen en uitgangspunten. 3 2. Huidige
Nadere informatieARBOBELEIDSPLAN. voor het primair onderwijs
ARBOBELEIDSPLAN voor het primair onderwijs Versie: mei 2015 Inhoudsopgave 1. Uitgangspunten 2. Hoofddoelstellingen 3. Organisatie 3.1. P&O denktank 3.2. Preventiemedewerkers 3.3. Bedrijfshulpverlening
Nadere informatiePersonen en instanties met specifieke taken dit is onderdeel van het Veiligheidsbeleid
Versie 1.0 6 maart 2019 Personen en instanties met specifieke taken dit is onderdeel van het Veiligheidsbeleid COLOFON Aalberseplein 5 2805 EG Gouda T 0182-67 00 51 E secretariaat@degroeiling.nl W www.degroeiling.nl
Nadere informatieVeiligheidsplan Basisschool Rehoboth Naaldwijk
Veiligheidsplan 2016-2020 Basisschool Rehoboth Naaldwijk PCPOW Rehoboth Veiligheidsplan 1. Inleiding Volgens de Arbeidsomstandighedenwet is iedere instelling in Nederland - en dus ook iedere school - verplicht
Nadere informatieArbobeleidsplan. De Groeiling. De Groeiling, stichting voor katholiek en interconfessioneel primair onderwijs Gouda en omstreken
Arbobeleidsplan De Groeiling De Groeiling, stichting voor katholiek en interconfessioneel primair onderwijs Gouda en omstreken Bestuurskantoor De Groeiling Aalberseplein 5 Postbus 95 2800 AB Gouda secretariaat@degroeiling.nl
Nadere informatie1. Inleiding 2. Elementen van sociale veiligheid: A. Inzicht:
1. Inleiding Dit beleidsplan is een integraal beleidsplan voor sociale veiligheid. Dit wil zeggen dat het beleidsplan zich richt op alle vormen van agressie, geweld, seksuele intimidatie, discriminatie
Nadere informatieARBOBELEIDSPLAN. Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Gouda
ARBOBELEIDSPLAN Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Gouda 2017-2021 Inhoudsopgave Inhoud 1 Uitgangspunten... 3 1.1 Arbobeleid in essentie... 3 1.2 Preventieve zorg... 3 1.3 Deskundige ondersteuning/verzuimbegeleiding...
Nadere informatieaf. Met dit protocol, in haar handelen en in haar beleid wil Klik Kinderopvang
Grensoverschrijdend gedrag Klik Kinderopvang wijst alle vormen van grensoverschrijdend gedrag af. Met dit protocol, in haar handelen en in haar beleid wil Klik Kinderopvang grensoverschrijdend gedrag voorkomen
Nadere informatieARBOBELEID 2012-2016
ARBOBELEID 2012-2016 1. Uitgangspunten Het College van Bestuur van de Stichting Catent en de directeuren van de aangesloten scholen zijn verantwoordelijk voor het stichtings- c.q. schoolbeleid. Het arbobeleid
Nadere informatieAlgemene klachtenregeling Onderwijs
Algemene klachtenregeling Onderwijs Juridisch kader De Wet op het primair onderwijs behandelt in artikel 14 de klachtenregeling. Ouders dan wel verzorgers, en personeelsleden kunnen bij de klachtencommissie,
Nadere informatieARBO BELEIDSPLAN 2010-2014. 9 december 2009/11 janauri2010
ARBO BELEIDSPLAN 2010-2014 9 december 2009/11 janauri2010 Arbo beleidsplan stichting ROOS 2010-2014 Inhoudsopgave 1. Uitgangspunten 2. Hoofddoelstellingen 3. Organisatie en organogram 3.1. Arbo commissie
Nadere informatiePlan Sociale Veiligheid
Plan Sociale Veiligheid OPENBAAR ONDERWIJS AAN DE AMSTEL 15 e montessorischool Maas en Waal 1 Voorwoord Volgens de Arbeidsomstandighedenwet is iedere instelling in Nederland - en dus ook elke school -
Nadere informatieVastgesteld op 14 april 2004 ARBOBELEIDSPLAN
Vastgesteld op 14 april 2004 ARBOBELEIDSPLAN Inhoudsopgave 1. Uitgangspunten - Arbobeleid in essentie - Preventieve zorg - Arbodienst 2. Organisatie - Arbocoördinator en arbowerkgroep - Bedrijfshulpverlening
Nadere informatieEckartcollege / Pleincollege Nuenen
Veiligheidsbeleid PESTEN, AGRESSIE, GEWELD EN SEKSUELE INTIMIDATIE Januari 2017 Eckartcollege / Pleincollege Nuenen Inhoud: INLEIDING 3 VISIE 4 BASISGEDRAGSREGELS 4 DOELSTELLINGEN 5 ACTIVITEITEN 5 PREVENTIEMEDEWERKER
Nadere informatieProtocol Hulp aan leerling en personeel
Protocol Hulp aan leerling en personeel IV PROTOCOL Agressie, geweld, seksuele intimidatie, discriminatie en pesten binnen de school (Dit protocol is gebaseerd op het beleidsplan in bijlage I) Hieronder
Nadere informatieArbozorg, intern organiseren of uitbesteden? Vangnet of maatwerk?
Arbozorg, intern organiseren of uitbesteden? Vangnet of maatwerk? December 2010 Arbozorg, intern organiseren of uitbesteden? Vangnet, of maatwerk? Tot voor kort was elke werkgever verplicht aangesloten
Nadere informatieArbobeleid. Titus Terwisscha van Scheltinga
Arbobeleid Titus Terwisscha van Scheltinga Veiligheid, Gezondheid, Welzijn en PSA Veiligheid: Machineveiligheid Brandpreventie en bestrijding Vluchtwegen en nooduitgangen Veilige machines en installaties
Nadere informatieArbobeleidsplan Panta Rhei, stichting voor r.k., openbaar en algemeen bijzonder primair onderwijs
Arbobeleidsplan 2017-2021 Panta Rhei, stichting voor r.k., openbaar en algemeen bijzonder primair onderwijs sbureau Panta Rhei Bezoekadres: Overgoo 13, 2266 JZ Leidschendam Postadres: Postbus 103, 2270
Nadere informatiePesten 30 augustus 2013
Pesten 30 augustus 2013 richtlijnen obomd richtlijnen obomd Beleid t.a.v. agressie, geweld, seksuele intimidatie en discriminatie Uit: Personeelsbeleidsplan 6.4 Beleid omtrent agressie, geweld, seksuele
Nadere informatieVeiligheidskaart. Checklist voor een veilige school. Naam school/locatie:
eiligheidskaart Checklist voor een veilige school Naam school/locatie: Inleiding In 2008 is het project Kwaliteitsteams eiligheid van start gegaan. Deze vijf regionale teams zijn ingesteld in opdracht
Nadere informatieBeleid agressie en geweld OPSO en SPOOR
Beleid agressie en geweld OPSO en SPOOR -2015 Status: Datum Geleding Naam November 2014 Steller M. Selij / G. Stavenuiter Projectgroepen Directeurenoverleg Alle directeuren SPOOR/OPSO December 2014 GMR
Nadere informatieVoorstel Regiegroep aanbevelingen voor de. Opzet van een Sociaal Veiligheidsplan
Voorstel Regiegroep aanbevelingen voor de Opzet van een Sociaal Veiligheidsplan Inleiding Volgens de Arbeidsomstandighedenwet is iedere instelling in Nederland - en dus ook elke school - verplicht om beleid
Nadere informatieOPVANG LEERLINGEN BIJ INCIDENTEN M.B.T. AGRESSIE, GEWELD OF (SEKSUELE) INTIMIDATIE
OPVANG LEERLINGEN BIJ INCIDENTEN M.B.T. AGRESSIE, GEWELD OF (SEKSUELE) INTIMIDATIE Apeldoorn, 1 december 2006 Auteur M.H. Luikinga Afdeling Personeel & Organisatie December 2006 INHOUD blz. 1 Inleiding...
Nadere informatieOPVANG PERSONEEL BIJ INCIDENTEN M.B.T. AGRESSIE, GEWELD OF (SEKSUELE) INTIMIDATIE
OPVANG PERSONEEL BIJ INCIDENTEN M.B.T. AGRESSIE, GEWELD OF (SEKSUELE) INTIMIDATIE Apeldoorn, 1 december 2006 Auteur M.H. Luikinga Afdeling Personeel & Organisatie December 2006 INHOUD blz. 1 Inleiding...
Nadere informatieProtocol machtsmisbruik / meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling
geweld en kindermishandeling Doelgroep: Directies, leerkrachten en interne contactpersonen in primair onderwijs In deze protocollen beperken we ons tot een korte beschrijving van de taken die de interne
Nadere informatieARBOBELEIDSPLAN 2012
ARBOBELEIDSPLAN 2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Organisatie en Verantwoordelijkheden... 4 2.1 Organogram... 4 2.2 Verantwoordelijkheden... 5 2.2.1... 5 2.2.2 Preventiemedewerkers... 5 2.2.3 Direct
Nadere informatieMelding incidenten op school protocol + formulier
Wettelijke basis: Artikel 3 Arbowet. Relatie met overige documenten: - Schoolregels; - Gedragregels; - Arbo-beleidsplan; - Pestprotocol; - Klachtenprocedure. Begripsomschrijving Volgens Van Dale is een
Nadere informatieversie juni 2015 VEILIGHEIDSPLAN MZH Veiligheidsplan MZH
versie juni 2015 VEILIGHEIDSPLAN MZH Veiligheidsplan MZH Inhoudsopgave 1. Onze visie, doelen en uitgangspunten... 3 2. De huidige situatie op het gebied van schoolveiligheid... 4 3. Communicatie en voorlichting...
Nadere informatieProtocol voor het handelen bij ongevallen
Protocol voor het handelen bij ongevallen Maart 2016 Op grond van de Arbeidsomstandighedenwet, kortweg de Arbowet, is de werkgever verplicht om ongevallen op te nemen in een ongevallenregister en ernstige
Nadere informatieBedrijfshulpverlening: informatie voor werknemers
Bedrijfshulpverlening: informatie voor werknemers Elk bedrijf heeft één of meerdere bedrijfshulpverleners nodig. De bedrijfshulpverleners hebben een voorpostfunctie: zij treden op als voorpost van brandweer,
Nadere informatie11 Visie op schoolveiligheid. Clusius College Purmerend. Clusius College Purmerend Versie 091126
11 Visie op schoolveiligheid Clusius College Purmerend Clusius College Purmerend Versie 091126 Inhoudsopgave Visie op schoolveiligheid... 1 1. Beleidsmatige aspecten... 2 2. Sociale aspecten... 3 3. Grensoverschrijdende
Nadere informatieVeiligheidsplan DKC het Parelhof
Veiligheidsplan DKC het Parelhof Inhoud Veiligheidsplan Kindcentrum... 3 Inleiding... 3 De wettelijke vereisten... 3 Visie, algemene doelen en uitgangspunten.... 4 Sociale veiligheid... 4 Fysieke veiligheid...
Nadere informatieProtocol Bedrijfsnoodplan en bedrijfshulpverlening
Bedrijfsnoodplan en Nederlandse Vereniging van Dierentuinen Postbus 15458 1001 ML Amsterdam 020 5246080 Info@nvddierentuinen.nl Versie D2 van juni 2012 1. Inleiding Dierenparken moeten zijn voorbereid
Nadere informatieBijlage 2: Klachten regelement Klachten regelement Autstekend
Bijlage 2: Klachten regelement Klachten regelement Autstekend 1 Inhoud 1. Doelstelling... 3 2. Verantwoordelijkheden... 3 3. Beschrijving procedure... 3 3.1 Interne klachten... 4 3.2.Vertrouwenspersoon...
Nadere informatieProtocol 2: het vermoeden van seksuele intimidatie tussen kinderen onderling in de schoolsituatie.
Pagina 1 van 7 2.2.10. PROTOCOL PREVENTIE MACHTSMISBRUIK Bron:: JGZ protocol PMM - concept 4 GGD Hart voor Brabant Moet iedereen het weten? Draaiboek bij crisissituaties seksuele intimidatie in het primair
Nadere informatieHandleiding voor het opstellen van een bedrijfsnoodplan
Handleiding voor het opstellen van een bedrijfsnoodplan HR-CentruM Samenwerken aan je loopbaan! November 2010 Inhoudsopgave Inleiding 3 Bedrijfsnoodplan 4 Belangrijke bedrijfsgegevens 4 De bedrijfshulpverleningsorganisatie
Nadere informatieVignet Fysieke veiligheid, po
Vignet Fysieke veiligheid, po Vragenlijst Fysieke veiligheid Onder fysieke veiligheid wordt verstaan: De bescherming tegen het oplopen van letsel door een onveilige omgeving of onveilig gedrag in de fysieke
Nadere informatieARBOBELEIDSPLAN VAN. Samenwerkingsbestuur Primair Onderwijs Venray en regio
ARBOBELEIDSPLAN VAN Samenwerkingsbestuur Primair Onderwijs Venray en regio 11 november 2004. Arbobeleidsplan SPOVenray 11 november 2004 Vooraf Dit Arbobeleidsplan is bedoeld voor schoolbestuur, bovenschools
Nadere informatieStichting Cambium College voor Openbaar Voortgezet Onderwijs. Regeling interne vertrouwensperoon Bijlage bij klachtenreglement
Stichting Cambium College voor Openbaar Voortgezet Onderwijs Regeling interne vertrouwensperoon Bijlage bij klachtenreglement Datum instemming Directie 27 juni 2016 Datum instemming MR 18 juli 2016 Communicatie
Nadere informatieINTEGRAAL PERSONEELSBELEID ROELOF VAN ECHTEN COLLEGE 2007-2011
INTEGRAAL PERSONEELSBELEID ROELOF VAN ECHTEN COLLEGE 2007-2011 Versie 1.0 April 2007 Inhoudsopgave 1. Arbo- en milieubeleidsverklaring - Nieuw arbobeleid - Preventieve zorg - Arbo-dienst 2. Organisatie
Nadere informatieKLACHTENREGELING BERG EN BOSCHSCHOOL
KLACHTENREGELING BERG EN BOSCHSCHOOL Klachtenregeling Berg en Boschschool - april 2015 1 1 Inleiding In artikel 3 van de Arbowet is opgenomen dat het bevoegd gezag beleid betreffende preventie en bestrijding
Nadere informatieHandboek Personeelsmanagement
Handboek Personeelsmanagement Hoofdstuk 8 : ARBO Onderwerp : Melding (bijna) bedrijfsongevallen, agressie en geweld en (mogelijke) beroepsziekten. Datum : 1 augustus 2006 Versie : 1.0 Autorisatie : RvB,
Nadere informatiePROTOCOL GRENSOVERSCHRIJDEND GEDRAG
PROTOCOL GRENSOVERSCHRIJDEND GEDRAG Op de Lidwinaschool gelden algemene gedragsregels voor leerlingen, leerkrachten, ouders, schoolleiding en andere medewerkers. Die staan beschreven in een gedragscode.
Nadere informatieKlachtenProtocol SKPOOV
KlachtenProtocol SKPOOV Voorwoord In iedere organisatie waarin mensen samen werken worden fouten gemaakt. Dit geldt zowel voor de medewerkers als voor de leerlingen op onze school. Belangrijk hierin is
Nadere informatieHet derde hoofdstuk beschrijft met welk doel en met welke betrokkenen over het veiligheidsbeleid wordt gecommuniceerd.
Datum: Advies DBR: 21 02 2013 Besluit CvB: 18 03 2013 Instemming/advies GMR: 21 05 2013 Besluit CvB definitief: 21 05 2013 Looptijd tot: 01 01 2016 1. Inhoudsopgave 1. Inhoudsopgave... 2 2. Inleiding...
Nadere informatieStroomschema: klachtenroutes bij Ongewenste Omgangsvormen
Stroomschema: klachtenroutes bij Ongewenste Omgangsvormen De Wet schrijft voor dat elke school een klachtenregeling heeft. Iedereen binnen de school (leerlingen, ouders, docenten, leidinggevenden, overige
Nadere informatie2013-2014. Veiligheidsplan. De Werkschuit
2013-2014 Veiligheidsplan De Werkschuit Inhoudsopgave 1. Onze visie, doelen en uitgangspunten... 3 2. Onze huidige situatie op het gebied van schoolveiligheid... 4 3. Onze prioriteiten en het plan van
Nadere informatieRegeling Vertrouwenspersonen. Stichting Limburgs Voortgezet Onderwijs
Regeling Vertrouwenspersonen Stichting Limburgs Voortgezet Onderwijs Preambule Steeds meer scholen gaan over tot het inschakelen van één of meerdere vertrouwenspersonen. Op grond van Arbo-wet en de CAO
Nadere informatieProtocol Opvang en nazorg na schokkende gebeurtenissen
Protocol Opvang en nazorg na schokkende gebeurtenissen Doel Door een goede opvang en nazorg bij schokkende gebeurtenissen wordt het risico op psychische overbelasting verminderd. Er is sprake van een schokkende
Nadere informatieVrijwilligers en Arbeidsomstandigheden
Vrijwilligers en Arbeidsomstandigheden Frank Rijshouwer Hogere Veiligheidskundige 20 juni 2006 1 Arbowetgeving Arbeidsomstandighedenwet Arbeidsomstandighedenbesluit Arbeidsomstandighedenregeling Arbo-
Nadere informatieRegeling Vertrouwenspersonen Leerlingen
Regeling Vertrouwenspersonen Leerlingen Preambule Op grond van Arbo-wet en de CAO Voortgezet Onderwijs heeft de werkgever de plicht om beleid te voeren dat is gericht tegen seksuele intimidatie, pesten,
Nadere informatieGedragscode Agressie, Geweld, Seksuele Intimidatie en Discriminatie (AGSI&D) Stichting Westelijke Tuinsteden
Gedragscode Agressie, Geweld, Seksuele Intimidatie- en Discriminatie (AGSI&D) 2013-2017 Stichting Openbaar Basis Onderwijs Westelijke Tuinsteden Gedragscode Agressie, Geweld, Seksuele Intimidatie en Discriminatie
Nadere informatieArbeidsomstandigheden
t b r o n s e k Arbeidsomstandigheden T Inleiding Wettelijke regels Veiligheid, gezondheid en welzijn Rechten en plichten Uitvoering arbobeleid Inleiding Johan ter Veer, administratief medewerker bij blikfabriek
Nadere informatieExterne Vertrouwenspersonen Arbo Technische Groothandel. Wim van Es Coördinator Externe Vertrouwenspersonen
Externe Vertrouwenspersonen Arbo Technische Groothandel Wim van Es Coördinator Externe Vertrouwenspersonen Onderwerpen 1 Ongewenste Omgangsvormen - Wat is het - Hoe vaak komt het voor - Wat zijn de gevolgen
Nadere informatieMEDEWERKERS VRAGENLIJST BRANCHE-RIE TECHNISCHE GROOTHANDEL
1 Betrekken medewerkers bij de uitvoering van de RI&E. Medewerkers zijn een belangrijke bron van informatie over veiligheid en gezondheid op het werk. Zij hebben belang bij veilige en gezonde werkomstandigheden.
Nadere informatieVeel gestelde vragen 1
In dit document zijn de antwoorden op veel gestelde vragen opgenomen. Veel gestelde vragen 1 1. Wat is een BHV-plan? Een document waarin een werkgever schriftelijk vastlegt op welke restrisico s de BHV
Nadere informatieMeetUp Verzuim. Draag bij aan de aanpak van verzuim! INZICHTEN & AANPAK! HANDREIKING VOOR ONDERNEMINGSRADEN
MeetUp Verzuim INZICHTEN & AANPAK! Draag bij aan de aanpak van verzuim! HANDREIKING VOOR ONDERNEMINGSRADEN Inleiding Het (langdurig) verzuim in de VVT stijgt de laatste paar jaar gestaag. De sociale partners
Nadere informatieGrensoverschrijdend gedrag
Grensoverschrijdend gedrag Inleiding De maatschappij krijgt steeds meer te maken met vormen van grensoverschrijdend gedrag. Ook binnen de kinderopvang wordt grensoverschrijdend gedrag door kinderen, ouders
Nadere informatieBasisinspectiemodule Ongewenste Omgangsvormen
Basisinspectiemodule Ongewenste Omgangsvormen Deze BasisInspectieModule (BIM) is opgesteld aan de hand van de stand van de wetenschap en is geschreven voor intern gebruik door de InspectieSZW. Verder is
Nadere informatieGEDRAGSCODE AGRESSIE EN ONVEILIGHEID
GEDRAGSCODE AGRESSIE EN ONVEILIGHEID In deze gedragscode is vastgelegd wat de uitgangspunten zijn van Cavent op het gebied van bejegening en het omgaan met elkaar. Datum vaststelling : 1 juni 2005 Vastgesteld
Nadere informatieBijlage. Voorbeeld uitwerking minimaal werkdrukbeleid
Bijlage Voorbeeld uitwerking minimaal werkdrukbeleid Toelichting: door het vastleggen van het beleid ten aanzien van werkdruk kun je altijd actief of op verzoek helderheid geven over dit beleid aan je
Nadere informatieVignet Fysieke Veiligheid, po. Beleid. Vragenlijst Fysieke Veiligheid
Vignet Fysieke Veiligheid, po Vragenlijst Fysieke Veiligheid Bij het beantwoorden van de vragenlijst is het handig om de volgende zaken bij de hand te hebben: Schoolgids Schoolbeleidsplan Beleid 1. Geef
Nadere informatieRI&E agressie en geweld
Bijlage H RI&E agressie en geweld De Arbeidsomstandighedenwet verplicht werkgevers tot het opstellen van een risico inventarisatie en evaluatie (RI&E). Onderdeel van deze RI&E zijn agressie en geweldsrisico
Nadere informatieArbo en de rechten van de OR
Arbo en de rechten van de OR In de Arbowet zijn verplichtingen voor de werkgever en plichten en rechten voor de werknemer vastgelegd. De achtergrondfilosofie van de Arbowet is eenvoudig: de werkgever moet
Nadere informatieIN VEILIGE HANDEN. IVN-afdeling Vecht en Plassengebied
IN VEILIGE HANDEN Beleid ter voorkoming van seksueel misbruik en ander ongewenst gedrag IVN-afdeling Vecht en Plassengebied Inleiding IVN-afdeling Vecht en Plassengebied wil de vrijwilligers en de deelnemers
Nadere informatieBeleidsplan Sociale Veiligheid op bs. St. Caecilia
Beleidsplan Sociale Veiligheid op bs. St. Caecilia versie juni 2016 Inleiding Dit beleidsplan is een integraal beleidsplan voor sociale veiligheid. Dit wil zeggen dat het beleidsplan zich richt op alle
Nadere informatieZIEKTEVERZUIMBELEIDSPLAN. voor de Stichting Katholiek Onderwijs Mergelland
ZIEKTEVERZUIMBELEIDSPLAN voor de Stichting Katholiek Onderwijs Mergelland INHOUDSOPGAVE PAGINA 1. INLEIDING 1.1 Uitgangspunten 2 2. BELEID 3 2.1 Preventief beleid 3 2.1.1 Inzet medewerkers 3 2.1.2 Functioneringsgesprek
Nadere informatiethyssenkrupp Materials Nederland B.V. Arbobeleid
Arbobeleid Inhoudsopgave 1 Uitgangspunten 2 Doelstellingen 3 Organisatie 3.1 Arbo-commissie 3.2 VGWM-commissie 3.3 Preventiemedewerkers 3.4 Bedrijfshulpverlening 3.5 Vertrouwenspersoon 3.6 Manager Kwaliteit,
Nadere informatieOpgesteld : maart 2006 Vastgesteld : juni 2006. Beleidsplan Omgaan met Agressie en Geweld SKB De Veenplas
Opgesteld : maart 2006 Vastgesteld : juni 2006 Beleidsplan Omgaan met Agressie en Geweld SKB De Veenplas Inhoudsopgave Inleiding 2 Preventief beleid 3 Curatief beleid 5 Registratie en evaluatie 6 Organisatie
Nadere informatieJeugd gezond heids zorg. 0-19 jaar
Jeugd gezond heids zorg 0-19 jaar Ongewenst gedrag binnen het onderwijs Meldingsregeling Vertrouwenspersoon Inleiding Meldingen van machtsmisbruik Soms is er sprake van meldingen over een vorm van machtsmisbruik
Nadere informatieVolleybalvereniging Woudenberg. Functie- en taakomschrijving vertrouwenspersoon. Beleid vertrouwenspersoon Volleybalvereniging Woudenberg
Volleybalvereniging Woudenberg Functie- en taakomschrijving vertrouwenspersoon 1 1 Inleiding Binnen de Volleybalvereniging Woudenberg vinden we dat we met respect met elkaar moeten omgaan. Stelregel is:
Nadere informatieArbowet, beleid & arbeidsomstandigheden
Syllabus Arbowet, beleid & arbeidsomstandigheden Verzuimpreventie, veilig werken en een integrale aanpak U lapt de regels van de Arbowet natuurlijk niet aan uw laars. Maar kent u al uw arboverantwoordelijkheden?
Nadere informatieProtocol veilig klimaat
Protocol veilig klimaat Onze school wil een veilige school zijn voor iedereen. Kernwoorden hierbij zijn respect voor en acceptatie van elkaar. Een goede samenwerking tussen personeel, ouders/verzorgers
Nadere informatieFunctie en taakomschrijving vertrouwenspersoon
Functie en taakomschrijving vertrouwenspersoon VEILIG SPORTKLIMAAT Budovereniging Asahi Inhoudsopgave 1 Inleiding 2 2 Doel van aanstelling van een vertrouwenscontactpersoon 2 3 Taken en bevoegdheden van
Nadere informatieIII. Route bij signalen van seksueel grensoverschrijdend gedrag tussen kinderen onderling
III. Route bij signalen van seksueel grensoverschrijdend gedrag tussen kinderen onderling Stap 1 In kaart brengen van signalen Stap 1: In kaart brengen van signalen De beroepskracht: observeert; raadpleegt
Nadere informatieR-S1 Schoolveiligheidsplan. Stichting Katholiek Onderwijs Borsele
R-S1 Schoolveiligheidsplan Stichting Katholiek Onderwijs Borsele Status: definitief besluit AB 24-11-14 vastgesteld Vergadering d.d voorzitter secretaris GMR J / N 24-11-14 Voorwoord In een snel veranderende
Nadere informatieARBO- en MILIEUBELEIDSPLAN. Van Hall Larenstein 2011 ----- 2015
ARBO- en MILIEUBELEIDSPLAN Van Hall Larenstein 2011 ----- 2015 Inhoudsopgave 1. Uitgangspunten 3 2. Hoofddoelstellingen 3 3. Organisatie 4 3.1. Stuurgroep 5 3.2. Arbo / milieu commissie 5 3.3. Arbocoördinator
Nadere informatieOndertekening. Dit Beleid Arbeidsomstandigheden Proloog (juli 2016) is vastgesteld door het College van
I I openbaar basisonderwijs leeuwarden Ondertekening Dit Beleid Arbeidsomstandigheden Proloog (juli 2016) is vastgesteld door het College van Bestuur van de Stichting Proloog na instemming van de personeelsgeleding
Nadere informatieVerbetercheck ongewenst gedrag VVT Workshop ongewenst gedrag
Verbetercheck ongewenst gedrag VVT Workshop ongewenst gedrag Vul deze verbetercheck in om zicht te krijgen op waar uw organisatie staat met de aanpak rond ongewenst gedrag. Aan de hand van de scores kunt
Nadere informatieRapport Inspectie Arbeidsomstandigheden
Rapport Inspectie Arbeidsomstandigheden School: PCSS voor basisonderwijs De Arend Vestiging: Nunspeet Beschrijving: Protestants Christelijk Speciale School voor Basisonderwijs Onderzoek: drs. P.A. de Kloe
Nadere informatieBeleid en implementatie aanpak ouderenmishandeling.
Beleid en implementatie aanpak ouderenmishandeling. 1. Sociaal beleid in breder verband Ontwikkelen beleid: een complex proces Het ontwikkelen en implementeren van beleid voor preventie en aanpak van grensoverschrijdend
Nadere informatie