Ontheffing Wet natuurbescherming art. 3.1, lid 2, Wnb art. 3.5, lid 4, Wnb

Transcriptie

1 Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg Ontheffing Wet natuurbescherming art. 3.1, lid 2, Wnb art. 3.5, lid 4, Wnb Woningstichting HEEMwonen Renovatie 121 woningen te Landgraaf Zaaknummer: Kenmerk: 2017/58971 d.d. 24 augustus 2017 Verzonden: 28 augustus 2017

2 INHOUDSOPGAVE 1 Besluit Afschriften Rechtsbescherming Inwerkingtreding Voorschriften Algemene voorschriften Specifieke (soort)voorschriften Overige voorschriften Procedure Aanvraag Bevoegd gezag Voorbereidingsprocedure Overwegingen Beschermingsregimes Vogelrichtlijnsoorten 3.1 en Habitatrichtlijnsoorten Omschrijving aanvraag Huismus en gewone dwergvleermuis Andere bevredigende oplossing Belang Staat van instandhouding Conclusie Vogelrichtlijnsoort - art. 3.1, lid 2, Wnb Habitatrichtlijnsoort - art. 3.5, lid 4, Wnb Ten overvloede Zorgplicht /XXXXX 2

3 1 Besluit Gedeputeerde Staten van Limburg hebben op 5 april 2017, aangevuld op 14 juli 2017 en 10 augustus 2017, een aanvraag om ontheffing als bedoeld in de artikelen 3.3 en 3.8 Wet natuurbescherming (Wnb) ontvangen van Woningstichting HEEMwonen. De aanvraag betreft de renovatie van 121 woningen in de wijk Abdissenbosch te Landgraaf, in het leefgebied van de huismus en de gewone dwergvleermuis. De aanvraag is geregistreerd onder zaaknummer Gedeputeerde Staten van Limburg besluiten, gelet op de artikelen 3.3 en 3.8 Wnb en gelet op de overwegingen die zijn opgenomen in deze ontheffing: 1. aan Woningstichting HEEMwonen ontheffing te verlenen in het kader van de renovatie van 121 woningen in de wijk Abdissenbosch te Landgraaf; 2. dat ontheffing wordt verleend ten aanzien van de volgende verboden handelingen: het opzettelijk vernielen of beschadigen van nesten, rustplaatsen en eieren, of wegnemen van nesten, van de huismus (Passer domesticus), artikel 3.1, lid 2, Wnb; het beschadigen of vernielen van de voortplantingsplaatsen of rustplaatsen van de gewone dwergvleermuis (Pipistrellus pipistrellus), artikel 3.5, lid 4, Wnb. 3. dat aan deze ontheffing de in hoofdstuk 2 vermelde voorschriften verbonden zijn; 4. dat ontheffing wordt verleend voor de periode 1 oktober 2017 tot en met 30 september 2022; 5. dat de aanvraag en de bijbehorende stukken ontvangen op 5 april 2017, aangevuld op 14 juli 2017 en 10 augustus 2017, deel uitmaken van deze ontheffing, behoudens en voor zover daarvan bij dit besluit niet wordt afgeweken. Gedeputeerde Staten van Limburg namens dezen, drs. M.G.P.I. Arts Kwartiermaker Vergunningen Toezicht en Handhaving (VTH) 2017/XXXXX 3

4 1.1 Afschriften Dit besluit is verzonden aan: Woningstichting HEEMwonen, postbus 135, 6460 AC te Kerkrade. Een afschrift van dit besluit is verzonden aan: Gemeente Landgraaf, postbus 31000, 6370 AA te Landgraaf. 1.2 Rechtsbescherming Als dit besluit uw belang rechtstreeks raakt en u het met de inhoud van dit besluit niet eens bent, kunt u bezwaar maken. U moet dan binnen zes weken na de dag waarop dit besluit is verzonden een bezwaarschrift indienen. Gedurende deze termijn liggen het besluit en de bijbehorende stukken, na telefonische afspraak via , ter inzage in het Gouvernement aan de Limburglaan 10 te Maastricht. Op deze procedure is de Algemene wet bestuursrecht (Awb) van toepassing. Het bezwaarschrift dient te worden ondertekend en bevat ten minste: a. de naam en het adres van de indiener; b. de datum; c. het zaaknummer en een omschrijving van het besluit waartegen het beroep is gericht, en; d. de redenen van het bezwaar (motivering). Het bezwaarschrift dient te worden gericht aan: Gedeputeerde Staten van Limburg Cluster Juridische Zaken en Inkoop, team Rechtsbescherming Postbus MA Maastricht. Voor meer informatie verwijzen wij u naar Klik vervolgens op e-loket. Het indienen van een bezwaarschrift heeft geen schorsende werking. Als u een bezwaarschrift heeft ingediend, dan kunt u tevens een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening indienen bij de Voorzieningenrechter van de Rechtbank Limburg, sector Bestuursrecht, Postbus 950, 6040 AZ Roermond. U kunt ook digitaal een verzoek indienen bij genoemde rechtbank via Daarvoor moet u wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD). Raadpleeg de genoemde site voor de precieze voorwaarden. 1.3 Inwerkingtreding Dit besluit treedt in werking na toezending of uitreiking aan de belanghebbende(n) tot wie het besluit is gericht, onder wie begrepen de aanvrager. Indien de voorzieningenrechter positief beslist op een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening als bedoeld in artikel 8:81 van de Awb, wordt de werking van het onderhavige besluit geschorst. 2017/XXXXX 4

5 2 Voorschriften 2.1 Algemene voorschriften 1. De ontheffing wordt slechts voor de onder hoofdstuk 1 genoemde soorten en beschreven verboden handelingen verleend. 2. Het gebied waarvoor de ontheffing geldt, betreft het projectgebied aan de Bernadettelaan, Reeweg, Kapittelstraat, Abdijhof, Abdissenlaan en Thornsestraat, één en ander zoals is weergegeven op pag. 23 van het bij de aanvraag gevoegde rapport Activiteitenplan ontheffing Wet Natuurbescherming Abdissenbosch Landgraaf (Ecoplanning Maastricht, 10 augustus 2017; hierna: activiteitenplan). 3. De ontheffing geldt alleen voor de werkzaamheden en maatregelen die conform de aanvraag worden uitgevoerd, voor zover in deze ontheffing zelf niet anders is aangegeven. 4. Behoudens nadere toestemming van het college van Gedeputeerde Staten van de provincie Limburg worden de voorgestelde renovatiewerkzaamheden en maatregelen uitgevoerd in de periode 1 maart september 2019 conform de planning/routering als beschreven in het activiteitenplan. 5. Indien blijkt dat de onder voorschrift 4 genoemde termijn niet voldoende is om de werkzaamheden waarop de ontheffing betrekking heeft uit te voeren, dient minimaal dertien weken voor het verstrijken van deze termijn, een nader toestemmingsverzoek ingediend te worden. 6. Tijdens de uitvoering van de werkzaamheden is een afschrift van deze ontheffing op de locatie van de werkzaamheden aanwezig. Deze wordt op verzoek aan een toezichthouder van de provincie Limburg ter inzage gegeven. 7. De onder voorschriften 8 tot en met 17 bedoelde maatregelen en andere in het activiteitenplan opgenomen ecologische maatregelen worden uitgewerkt in een ecologisch werkprotocol dat ten allen tijde op locatie aanwezig is en waarmee het uitvoerend personeel bekend is. 2.2 Specifieke (soort)voorschriften Huismus 8. Uiterlijk 1 oktober 2017 worden op aanwijzing van een ecologisch deskundige vier kunstmatige nestlocaties voor de huismus (Vivara Pro Woodstone, Sevilla Woodstone of vergelijkbaar) gecreëerd op een ecologisch geschikte plaats in het projectgebied. 9. De verblijven van de huismus worden steeds conform de planning op pag. 25 (schema 4.2) van het activiteitenplan en op aanwijzing van een deskundige op zodanige wijze ongeschikt gemaakt dat is verzekerd dat verstoring zo veel mogelijk beperkt wordt, geen huismussen vast komen te zitten en de verblijven voorafgaande aan de werkzaamheden ontoegankelijk blijven. 2017/XXXXX 5

6 10. Geschikte kopgevels van te renoveren woningen worden conform de beschrijving op pag van het activiteitenplan voorzien van (in totaal) 110 permanente huismusverblijven. Daarvan zijn uiterlijk 1 augustus verblijven beschikbaar. 11. De vier tijdelijke kunstmatige nestlocaties voor de huismus als bedoeld in voorschrift 8 worden enkel ontmanteld op aanwijzing van een deskundige en indien deze ruime tijd zijn verlaten en ten minste 46 permanente voorzieningen als bedoeld in voorschrift 10 beschikbaar zijn. Gewone dwergvleermuis 12. Uiterlijk 1 oktober 2017 worden op aanwijzing van een ecologisch deskundige twaalf vleermuisvoorzieningen (type Vivara Pro VK WS 02 of vergelijkbaar) geplaatst op een ecologisch geschikte plaats in het plangebied. 13. De verblijven van de gewone dwergvleermuis worden steeds conform de planning op pag. 25 (schema 4.2) van het activiteitenplan en op aanwijzing van een deskundige op zodanige wijze ongeschikt gemaakt dat is verzekerd dat verstoring zo veel mogelijk beperkt wordt, geen gewone dwergvleermuizen vast komen te zitten en de verblijven voorafgaande aan de werkzaamheden ontoegankelijk blijven. 14. Het ongeschikt maken van vleermuisverblijven vindt plaats tijdens een periode waarin de minimumtemperatuur gedurende ten minste drie opeenvolgende dagen boven 8 ºC is geweest. 15. Wanneer op enig moment een rustende vleermuis wordt aangetroffen worden de werkzaamheden gestaakt. Wanneer de vleermuizen zelf zijn gevlogen, kunnen de werkzaamheden worden hervat. In geen geval worden vleermuizen gevangen en verplaatst. 16. Geschikte kopgevels van te renoveren woningen worden conform het ontwerp op pag. 26 (figuur 4.3) van het activiteitenplan voorzien van (in totaal) 110 permanente vleermuisverblijven. Daarvan zijn uiterlijk 1 augustus verblijven beschikbaar. 17. De twaalf tijdelijke voorzieningen voor de gewone dwergvleermuis als bedoeld in voorschrift 12 worden enkel ontmanteld op aanwijzing van een deskundige en indien deze ruime tijd zijn verlaten en de permanente voorzieningen als bedoeld in voorschrift 16 beschikbaar zijn. 2.3 Overige voorschriften 18. De werkzaamheden, conform bovengenoemde voorschriften, dienen te worden uitgevoerd onder begeleiding van een deskundige op het gebied van de soorten waarvoor ontheffing is verleend. Onder een deskundige wordt verstaan: a. een inhoudelijke medewerker op het gebied van soorten bij een ecologisch adviesbureau; b. of een persoon die beschikt over een afgeronde hbo- of universitaire opleiding met als zwaartepunt (Nederlandse) ecologie; c. of een persoon die beschikt over een afgeronde mbo-opleiding, soortenherkenning en zorgvuldig handelen ten opzichte van die soorten; d. of een persoon die beschikt over een door ervaring opgedane gelijkwaardig niveau; 2017/XXXXX 6

7 e. of een persoon die zich aantoonbaar actief inzet op het gebied van de soortenbescherming en is werkzaam of aangesloten bij een Nederlandse beschermingsorganisatie; f. of een persoon die zich aantoonbaar actief inzet op het gebied van de monitoring en/of bescherming van soorten. 2017/XXXXX 7

8 3 Procedure 3.1 Aanvraag Op 5 april 2017, aangevuld op 14 juli 2017 en 10 augustus 2017, heeft Woningstichting HEEMwonen een aanvraag om ontheffing ingediend voor de volgende in de Wnb verboden handelingen: het opzettelijk vernielen of beschadigen van nesten, rustplaatsen en eieren, of wegnemen van nesten, van de huismus (Passer domesticus), artikel 3.1, lid 2, Wnb; het beschadigen of vernielen van de voortplantingsplaatsen of rustplaatsen van de gewone dwergvleermuis (Pipistrellus pipistrellus), artikel 3.5, lid 4, Wnb. De aanvraag bestaat uit de volgende stukken: Aanvraagformulier ontheffing - inclusief module soortenbescherming, ondertekend op 27 maart 2017; Activiteitenplan ontheffing Wet Natuurbescherming Abdissenbosch Landgraaf, Ecoplanning Maastricht, 10 augustus Bevoegd gezag De handelingen worden in zijn geheel verricht in de provincie Limburg. Gelet op artikel 1.3 Wnb en de artikelen 3.3 en 3.8 is ons college het bevoegd gezag voor het verlenen van de ontheffing. 3.3 Voorbereidingsprocedure Dit besluit is voorbereid met de reguliere voorbereidingsprocedure als beschreven in titel 4.1 van de Awb. Op een aanvraag om ontheffing wordt op grond van artikel 5.1, lid 1, Wnb in beginsel binnen dertien weken na de datum van ontvangst beslist. Ingevolge artikel 5.1, lid 2, Wnb is de beslistermijn met zeven weken verlengd. Van het besluit wordt mededeling gedaan via de internetsite van de provincie Limburg ( 2017/XXXXX 8

9 4 Overwegingen De Wet natuurbescherming bevat regels voor het behoud van de biologische diversiteit en de bescherming van kwetsbare dier- en plantensoorten en hun natuurlijke leefomgeving. Enerzijds is Nederland hiertoe gehouden op grond van internationale verdragen en Europese richtlijnen. De Wet natuurbescherming kent daarom beschermingsregels voor soorten die onder de Europese Vogelrichtlijn zijn beschermd ( Vogelrichtlijnsoorten ) in paragraaf 3.1, alsmede voor soorten die middels de Europese Habitatrichtlijn en de verdragen van Bern en Bonn bescherming genieten ( Habitatrichtlijnsoorten ) in paragraaf 3.2. Anderzijds voorziet paragraaf 3.3 van de wet in regels voor een limitatief aantal soorten waarvan de bescherming niet internationaalrechtelijk is geregeld, maar waartoe de nationale wetgever op eigen initiatief heeft besloten ( andere soorten ). Deze drie beschermingsregimes kennen elk eigen verbodsbepalingen en voorwaarden voor ontheffing van de verboden. De voorliggende aanvraag heeft betrekking op de beschermingsregimes voor Vogelrichtlijnsoorten ( 3.1) en Habitatrichtlijnsoorten ( 3.2). 4.1 Beschermingsregimes Vogelrichtlijnsoorten 3.1 en Habitatrichtlijnsoorten 3.2 Op 5 april 2017, aangevuld op 14 juli 2017 en 10 augustus 2017, hebben wij ontvangen van Stichting HEEMwonen een aanvraag om ontheffing van het in artikel 3.1, lid 2, Wnb opgenomen verbod om nesten, rustplaatsen en eieren opzettelijk te vernielen of te beschadigen, of nesten weg te nemen van de huismus (Passer domesticus). De ontheffingsaanvraag is ingediend ten behoeve van de renovatie van 121 woningen in de wijk Abdissenbosch te Landgraaf, voor de periode 1 oktober 2017 tot en met 30 september Voorts voorziet de aanvraag met het oog op de bovengenoemde renovatie in een verzoek om ontheffing van het in artikel 3.5, lid 4, Wnb opgenomen verbod om de voortplantingsplaatsen of rustplaatsen van de gewone dwergvleermuis (Pipistrellus pipistrellus) te beschadigen of te vernielen, voor de periode 1 oktober 2017 tot en met 30 september Een ontheffing van de bovengenoemde verbodsbepalingen kan worden verleend als aan elk van de volgende voorwaarden, zoals opgenomen in de artikelen 3.3, lid 4, Wnb en 3.8, lid 5, Wnb, is voldaan: er bestaat geen andere bevredigende oplossing; de handeling is nodig in het kader van een of meer van de in bovengenoemde artikelen genoemde belangen; de maatregelen leiden niet tot een verslechtering van de staat van instandhouding van de desbetreffende soort en er wordt geen afbreuk gedaan aan het streven de populaties van de betrokken soort in hun natuurlijke verspreidingsgebied in een gunstige staat van instandhouding te laten voortbestaan. Een toetsing aan deze aspecten heeft plaatsgevonden, en is beschreven in paragraaf Omschrijving aanvraag Woningcorporatie HEEMwonen gaat in de wijk Abdissenbosch te Landgraaf (X , Y ) grootschalig onderhoud plegen aan 121 huurwoningen. Het projectgebied bestaat uit huurwoningen aan de Bernadettelaan, Reeweg, Kapittelstraat, Abdijhof, Abdissenlaan en Thornsestraat. Het betreft jarenvijftigwoningen met een lessenaarsdak bestaande uit holle dakpannen, aan beide zijden geflankeerd door een dakgoot. De renovatie heeft betrekking op het isoleren van gevels, spouwmuren en daken, en het plaatsen van nieuwe kozijnen. Bij de isolatie van spouwmuren worden de spouwen volledig gedicht met isolatiemateriaal waarbij de spouwen in feite verdwijnen. 2017/XXXXX 9

10 De werkzaamheden zullen gefaseerd plaatsvinden. De eerste fase tussen (begin) maart 2018 en (eind) juli 2018 bestaat uit de renovatie van woningen aan de Bernadettelaan, Reeweg, Kapittelstraat en Abdisselaan Tussen (half) augustus 2018 en (eind) juli 2019 worden vervolgens woningen aan de Abdijhof, Abdissenlaan (resterende woningen) en Thornsestraat gerenoveerd. Zie ook figuur 1 (bron: pag. 23 activiteitenplan). Figuur 1: het projectgebied en voorgestelde werkvolgorde Huismus Verspreid over het projectgebied zijn in te renoveren panden dertig nestplaatsen van de huismus waargenomen. De verblijfplaatsen bevinden zich in de dakgoten van de woningen en onder dakpannen. Deze dertig (jaarrond beschermde) nestplaatsen van de huismus verdwijnen (tijdelijk) als gevolg van de ingreep. Gewone dwergvleermuis In te renoveren woningblokken zijn voorts dertig vaste verblijfplaatsen van de gewone dwergvleermuis aangetroffen, verspreid over 28 te renoveren woningen. Het betreft twintig paarverblijven en tien zomerverblijven. De verblijven bevinden zich onder de dakrand en onder het daklood bij de schoorsteen. Deze dertig (jaarrond beschermde) verblijfplaatsen van de gewone dwergvleermuis verdwijnen (tijdelijk) als gevolg van de ingreep. 2017/XXXXX 10

11 4.3 Huismus en gewone dwergvleermuis Andere bevredigende oplossing Het project is locatiegebonden. De woningen zullen na renovatie vele malen energiezuiniger zijn en een gezonder binnenklimaat bieden, waarmee onder andere wordt bijgedragen aan de vervulling van de klimaatafspraken uit het Energieakkoord (zie hierna onder 4.3.2). De jarenvijftigwoningen verkeren bovendien in slechte staat. Het alternatief voor renovatie is sloop. Dit zal echter leiden tot het permanent verdwijnen van de aanwezige verblijfplaatsen en heeft daarmee een groter effect op de populaties van de huismus en gewone dwergvleermuis in het projectgebied. In de planning van de werkzaamheden is zoveel mogelijk rekening gehouden met de huismus en gewone dwergvleermuis. De grootschalige renovatie is echter ingrijpend voor bewoners, die gedurende de werkzaamheden niet elders worden ondergebracht. De woningen zullen minder beschermd zijn tegen weersinvloeden en bewoners leveren in op privacy, veiligheid en leefcomfort. Een integrale, doorlopende en efficiënte aanpak is daarom noodzakelijk om voor huurders een acceptabele woonsituatie te behouden. Gelet hierop en gezien het bestaan van verschillende kwetsbare periodes voor verschillende betrokken soorten, is het volledig werken buiten de kwetsbare periodes niet haalbaar. Met de gekozen werkvolgorde wordt wél een tijdige aanwezigheid van (permanente) vervangende nestplaatsen en rust- en voortplantingsverblijven gegarandeerd (zie hierna onder 4.3.3). Op locaties waar in de meest kwetsbare periode van de huismus of gewone dwergvleermuis wordt gewerkt, worden tijdig (buiten de kwetsbare periode) maatregelen getroffen om de aanwezigheid van broedende, parende of rustende exemplaren van de betrokken soort gedurende de kwetsbare periode te voorkomen. Ook (elders) wordt verzekerd dat zo min mogelijk verstoring optreedt en dat de werkzaamheden plaatsvinden nadat de verblijfplaatsen zijn verlaten. Met deze zorgvuldige aanpak wordt het doden van gebouw-verblijvende soorten voorkomen en worden de betrokken vleermuis- en vogelsoorten zo veel mogelijk ontzien in de kwetsbare periodes. Voor de ingreep, waarop de aanvraag betrekking heeft, bestaat geen andere bevredigende oplossing Belang Op het aanvraagformulier is aangegeven dat de ontheffing is aangevraagd op basis van de volgende belangen: Volksgezondheid of de openbare veiligheid De renovatie van 121 jarenvijftigwoningen draagt bij aan de verbetering van de volksgezondheid door de woningen zodanig te isoleren dat vocht en tocht in huis beperkt blijven. Vocht bevordert de ontwikkeling van schimmels, bacteriën en huismijt, die een bedreiging vormen voor de gezondheid van de bewoners. De te renoveren woningen naderen bovendien het einde van de gebruiksduur en bevatten asbesthoudend materiaal (dakbeschot). Als deze niet op korte termijn worden gerenoveerd, vervallen de woningen zodanig dat deze een gevaar voor de bewoners en de openbare veiligheid kunnen vormen. Deze belangen, die in paragraaf 3.1 (Vogelrichtlijnsoorten) worden genoemd, wegen in dit concrete geval zwaarder dan het belang dat met het behoud van de oorspronkelijke nestplaatsen van de huismus is gediend. Volksgezondheid, de openbare veiligheid of andere dwingende redenen van groot openbaar belang De renovatiewerkzaamheden worden mede uitgevoerd om de woningen energiezuiniger te maken. Het energielabel van de woningen in het plangebied is gemiddeld label F. Als gevolg van de renovatiewerkzaamheden zullen de 121 woningen het energielabel B krijgen. Dit betekent dat het 2017/XXXXX 11

12 energieverbruik van de woningen drastisch wordt teruggebracht. Hiermee wordt een positieve bijdrage geleverd aan het terugdringen van CO2-emissies en het tegengaan van klimaatverandering zoals onder meer is vastgelegd in het Energieakkoord. Bovendien gelden de overwegingen die hierboven met betrekking tot volksgezondheid en openbare veiligheid zijn beschreven ook voor de gewone dwergvleermuis. Deze belangen, die in paragraaf 3.2 (Habitatrichtlijnsoorten) worden genoemd, wegen in dit geval zwaarder dan het belang dat met het behoud van de oorspronkelijke verblijfplaatsen van de gewone dwergvleermuis is gediend Staat van instandhouding Huismus De staat van instandhouding van de huismus in Nederland is matig ongunstig (Sovon.nl). Mede daarom is de lokale populatie in de wijk Abdissenbosch goed in kaart gebracht. In de directe omgeving zijn buiten het woningbezit van HEEMwonen zestig gebruikte verblijfplaatsen van de huismus aangetroffen. Gelet op de resultaten van de inventarisatie en het gegeven dat gedurende de voorgestelde werkperiode in de omgeving geen vergelijkbare (renovatie)projecten plaatsvinden, heeft de renovatie naar verwachting invloed op 30 procent van de huismuspopulatie in Abdissenbosch. Dit is een fractie van de populatie van Parkstad Limburg. Met de gekozen planning is bovendien gegarandeerd dat de directe omgeving tijdig wordt voorzien van vervangende voorzieningen voor de huismus. Gedurende de werkzaamheden brengt HEEMwonen gaandeweg 114 verblijfplaatsen aan. Het betreft vier tijdelijke verblijfplaatsen (in mussenkasten) en 110 permanente verblijfplaatsen. De permanente verblijfplaatsen worden gerealiseerd door het verruimd aanbrengen van kantdakpannen in de kopgevels van de gerenoveerde woningen, waardoor de onderliggende ruimtes toegankelijk blijven voor de huismus. De vervangende nestplaatsen zijn een aanvulling op de minimaal vijftig reeds beschikbare alternatieve verblijfplaatsen ter plaatse van de kopgevels van woningen in de directe omgeving (die niet gerenoveerd worden maar wel geschikt zijn). Voorts blijven struiken in de omgeving behouden en stimuleert HEEMwonen bewoners om extra groen te planten. Deze groenvoorzieningen worden door de huismus onder meer benut als foerageerlocatie. De handelingen, waarop de aanvraag betrekking heeft, leiden zo niet tot een verslechtering van de (lokale en landelijke) staat van instandhouding van de huismus. Gewone dwergvleermuis De gewone dwergvleermuis is de meest algemeen voorkomende vleermuis in Nederland. Deze soort wordt in heel Nederland waargenomen en komt vooral voor in de bebouwde omgeving. De landelijke staat van instandhouding wordt als gunstig beschouwd. In de wijk Abdissenbosch zijn buiten het woningbezit van HEEMwonen 84 gebruikte verblijfplaatsen van de gewone dwergvleermuis aangetroffen. Gelet op de resultaten van de inventarisatie en het gegeven dat gedurende de voorgestelde werkperiode in de omgeving geen vergelijkbare (renovatie)projecten plaatsvinden, is de aanname dat de renovatie invloed heeft op maximaal 26 procent van de populatie in de wijk Abdissenbosch, een fractie van de populatie in Parkstad Limburg. Desalniettemin wordt het projectgebied ook voor de gewone dwergvleermuis geschikt gehouden met extra maatregelen. Voorafgaande en gedurende de renovatiewerkzaamheden plaatst HEEMwonen twaalf (tijdelijke) vleermuiskasten en 110 permanente verblijfplaatsen voor de gewone dwergvleermuis. De permanente voorzieningen worden gecreëerd door aan kopgevels van hoek- en eindwoningen boeiboorden/windveren aan te brengen, waardoor de gerenoveerde panden toegankelijk blijven voor 2017/XXXXX 12

13 de gewone dwergvleermuis. Deze voorzieningen zijn een aanvulling op de minimaal vijftig verblijven die reeds beschikbaar zijn in kopgevels van oudere hoek- en eindwoningen buiten het woningbezit van HEEMwonen. Met de handelingen, waarop de aanvraag betrekking heeft, wordt dan ook geen afbreuk gedaan aan het streven de populatie van de gewone dwergvleermuis in het natuurlijke verspreidingsgebied in een gunstige staat van instandhouding te laten voortbestaan. 4.4 Conclusie Vogelrichtlijnsoort - art. 3.1, lid 2, Wnb Het toetsingskader dat betrekking heeft op het beschermen van Vogelrichtlijnsoorten biedt ten aanzien van de huismus voldoende gronden voor ontheffingverlening van de verbodsbepaling als opgenomen in artikel 3.1, lid 2, Wnb Habitatrichtlijnsoort - art. 3.5, lid 4, Wnb Voorts biedt het toetsingskader dat betrekking heeft op het beschermen van Habitatrichtlijnsoorten ten aanzien van de gewone dwergvleermuis voldoende gronden voor ontheffingverlening van de verbodsbepaling als opgenomen in artikel 3.5, lid 4, Wnb Ten overvloede Het is toegestaan de renovatiewerkzaamheden uit te voeren zonder ontheffing van de verbodsbepaling uit artikel 3.1, lid 2, Wnb voor de zwarte roodstaart (Phoenicurus ochruros) die in de directe omgeving van de Thornsestraat 5 nestelt, mits de in het activiteitenplan (pag. 16) genoemde maatregel (werken buiten het kwetsbare seizoen) wordt uitgevoerd. Het is mogelijk dat in het projectgebied andere, dan uit onderzoeken gebleken, beschermde soorten voorkomen. In dat geval is mogelijk toch sprake van een overtreding van een of meer verbodsbepalingen van paragraaf 3.1, paragraaf 3.2 Wnb en/of paragraaf 3.3 Wnb. Bij (mogelijke) overtreding van verboden waarvoor bij dit besluit geen ontheffing is verleend, dient bij het bevoegd gezag een (aanvullende) ontheffing te worden aangevraagd Zorgplicht Onverminderd de vrijstellingen, gedragscodes en ontheffingen dient altijd de wettelijke zorgplicht als bedoeld in artikel 1.11 Wnb voor in het wild levende dieren en planten en hun directe leefomgeving in acht te worden genomen. Dat houdt in dat eenieder voldoende zorg in acht neemt voor de in het wild levende dieren en planten, alsmede voor hun directe leefomgeving. 2017/XXXXX 13