Bij deze maken wij graag gebruik van de mogelijkheid om te reageren op de ontwerp-richtlijn 645 Toegelaten instellingen volkshuisvesting.
|
|
- Jasper Sanders
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 RJ-Comm S I T É W O O N D I E N S T E N W O O N S T E D E wonen naar je zin Aan : Raad voor de Jaarverslaggeving Van : Drs P.J.M. de Schrijver RA en H.C. van den Bos RA c.c. : Betreft : Ontwerp-Richtlijn 645 Toegelaten instellingen volkshuisvesting Datum : 31 maart 2010 Geachte leden van de Raad, Bij deze maken wij graag gebruik van de mogelijkheid om te reageren op de ontwerp-richtlijn 645 Toegelaten instellingen volkshuisvesting. Vooraf In zijn algemeenheid missen wij een kader waarbinnen de wijzigingen moeten worden beschouwd. Met andere woorden, waar schiet in de ogen van de Raad de huidige RJ 645 tekort, waarom schiet de huidige RJ tekort en wat heeft de Raad beoogd met de o-rj 645. Het is goed te beseffen dat door het wijzigen van de richtlijn de financiële werkelijkheid van de corporaties niet verandert, maar wel de wijze waarop de financiële werkelijkheid wordt voorgesteld. Echter, de uitwerking van de ontwerprichtlijn zal leiden tot meer onduidelijkheden bij de gebruikers van de jaarrekening en meer vragen, omdat er voor velen onbegrijpelijke elementen in opgenomen zijn. Hierbij denken wij uiteraard niet aan de specialisten van het CFV, maar meer aan de belangenorganisaties en ook wel aan de financiële instellingen. Al lezende wordt duidelijk dat er overwegingen kunnen zijn om de toegelaten instellingen wel of niet als vastgoedbeleggers te kwalificeren, maar er wordt door de Raad geen keuze gemaakt. Dit lijkt ons wel gewenst. Het is nu aan de individuele instelling om te bepalen of zij zich een vastgoedbelegger vindt of niet. Voor de gebruiker van de jaarrekening en de onderlinge vergelijkbaarheid van de jaarrekeningen van de toegelaten instellingen is dit geen stap vooruit. Wij kunnen ons goed voorstellen dat twee verschillende corporaties met hetzelfde beleid op basis van de nu voorliggende ontwerprichtlijn tot verschillende waarderingsmethoden kunnen komen. Liever hadden wij gezien dat de Raad zich ondubbelzinnig had uitgesproken voor één wijze van waarderen van het vastgoed van woningcorporaties. Het zou te prijzen zijn als de Raad zich uitspreekt over hoe zij de sector zien. Zijn de corporaties primair bedoeld voor het huisvesten van de specifieke doelgroep en gebruiken zij daar de woningen als bedrijfsmiddel voor? Of zijn corporaties primair vastgoedbeleggers met een specifieke taak en daarbij behorende rendementsdoelstellingen? Hieruit kan dan de waarderingsgrondslag voor het vastgoed worden ontleend. Het beantwoorden van deze vraag verschaft helderheid aan alle belanghouders van de woningcorporaties en maakt de jaarrekeningen onderling beter vergelijkbaar. Verder zijn wij van mening dat enkele bepalingen op praktische wijze niet of slechts tegen meerkosten uitvoerbaar zijn en dat de ontwerprichtlijn een administratieve lastenverzwaring met zich meebrengt in een tijd waar juist sterk wordt ingezet op administratieve lastenverlichting en efficiency van de bedrijfsvoering. Bij de afzonderlijke paragrafen komen we hier op terug. Het vervallen van het mutatieoverzicht bedrijfswaarde juichen wij toe. 1
2 Tot slot lijkt het ons ongewenst en indruisen tegen de werkwijze van de RJ, om een aanpassing van de wijze waarop latente belastingvorderingen en latente belastingschulden in de jaarrekening zijn opgenomen wél aan te kondigen, maar zónder mogelijkheid van commentaar te verwerken in de definitieve Richtlijn Algemene uiteenzettingen Een tekstuele opmerking bij dit hoofdstuk is dat in alinea twee typologieën van onroerende zaken in exploitatie worden onderkend. Gezien de kerntaken van de toegelaten instellingen lijkt het ons gewenst om eerst het sociaal vastgoed te benoemen en daarna het commercieel vastgoed. Hetzelfde geldt voor alinea waarbij voor de kwalificatie van het sociaal vastgoed eerst de mogelijkheid van vastgoedbelegging wordt genoemd en daarna die van bedrijfsmiddel. De kwalificatie van maatschappelijk vastgoed als vorm van sociaal vastgoed wordt afhankelijk gemaakt van de huurder van het vastgoed terwijl de overige categorieën worden bepaald door de aard van het vastgoed, gecombineerd met het te voeren beleid. Hierdoor ontstaat er in onze ogen een diffuus systeem van kwalificatie en classificatie dat beïnvloed wordt door een exogene, externe gebeurtenis als een mutatie. De criteria die in paragraaf worden genoemd om te bepalen of sociaal vastgoed wordt gekwalificeerd als bedrijfsmiddel of vastgoedbelegging zijn naar onze mening te algemeen en voor meerdere uitleggen vatbaar. Dit komt de uiteindelijk gewenste onderlinge vergelijkbaarheid van corporaties in onze ogen niet ten goede. Actief verkoopbeleid Het is ons onduidelijk wat er met een actief verkoopbeleid wordt bedoeld. Kan dit specifieker worden gemaakt? Gaat het specifiek om voorgenomen beleid, of wordt ook de realisatie uit het verleden hierbij betrokken? In andere richtlijnen worden bijvoorbeeld percentages genoemd waaraan kan worden getoetst. Verder is de vraag welke verkopen bepalend zijn voor een actief verkoopbeleid. In o- RJ 645 worden verkopen onder voorwaarden (vov) verslaggevingstechnisch niet gezien als verkopen, maar als een vorm van financiering. Naar onze mening is het vooral van belang wat het primaire doel van de verkopen is. Is dat het dichten van de kloof tussen huur- en koopwoningen (vanuit de klant gezien) door het aanbieden van woningen met vov-contracten? Dan is het doel voornamelijk volkshuisvestelijk. Of is het doel het genereren van financiering voor investeringen, zoals bijvoorbeeld bij het uitponden van woningen. Terugkomend op het actief verkoopbeleid, maken vov hier wel of geen onderdeel van uit? Actief investeren in vastgoed Aan het criterium actief investeren in vastgoed zullen verreweg de meeste woningcorporaties wel kunnen voldoen. Is het niet in uitbreiding, dan is het wel in verbetering van de sociale huurwoningen of het maatschappelijk vastgoed of het aanpassen van vastgoed ten behoeve specifieke doelgroepen. Denk bijvoorbeeld ook aan energiebesparende maatregelen die binnen de corporatiewereld belangrijke vormen zullen gaan aannemen en die, evenals de meeste andere investeringen in deze categorie vastgoed, in de regel onrendabel zijn. De vraag blijft wel wat er wordt bedoeld met actief. Investeren is volgens ons per definitie actief. Maximaliseren huuropbrengst Het derde criterium, het maximaliseren van de huuropbrengst, gaat voor een sociale huurwoning op tot aan de huurtoeslaggrens. Hierboven zijn de woningen volgens deze ontwerp-richtlijn per definitie commercieel vastgoed. Bij maatschappelijk vastgoed is er niet een dergelijke bovengrens. Ook bij dit criterium is enige verduidelijking gewenst. Gedacht kan worden aan percentages van maximaal redelijk en het wel of niet accepteren van een onrendabele top bij maatschappelijk vastgoed. Gezien de tekst is er sprake van een vastgoedbelegging als aan het eerste of het tweede criterium wordt voldaan en aan het derde criterium. Met andere woorden, het huurprijsbeleid is leidend. 2
3 De slotzin bij de criteria, het beleid is gericht op het realiseren van een zo optimaal mogelijk financieel rendement, kan zo worden geïnterpreteerd dat het sociaal vastgoed altijd als vastgoedbelegging kwalificeert, omdat er vanuit mag worden gegaan dat elke corporatie binnen de gegeven kaders streeft naar een zo optimaal mogelijk financieel rendement. Ook onrendabel investeren kan passen binnen het streven naar een zo optimaal mogelijk rendement De jaarrekening Alinea 205 De slotzin van deze alinea is dat De gekozen prijsgrondslag is van toepassing op alle onroerende zaken in exploitatie. Wil dit zeggen dat het sociaal vastgoed en het commercieel vastgoed op basis van dezelfde grondslag wordt gewaardeerd en dat het onderscheid tussen beide alleen van belang is voor de presentatie op de balans? Gezien het onderscheid tussen beide en de bediening van de verschillende doelgroepen, zou het naar onze mening logischer zijn geweest bij waardering van het sociaal vastgoed het kostprijsmodel te kunnen kiezen en voor waardering van het commercieel vastgoed het actuele waardemodel (andersom uiteraard niet). Alinea 208 In deze alinea is opgenomen dat de reële waarde dient te worden gebaseerd op de uitgangspunten van hoofdstuk 213, alinea 509 c. De argumentatie hierbij is dat voor sociaal vastgoed dat wordt gekwalificeerd als een vastgoedbelegging veelal geen courante prijzen op een actieve markt beschikbaar zijn. Eén van de criteria om te bepalen of sociaal vastgoed wel of geen vastgoedbelegging is, is of er sprake is van een actief verkoopbeleid. Als dat er wel is en er worden regelmatig woningen verkocht, dan is er naar onze mening ook een actieve markt (de woning wordt aangeboden bij mutatie, dit wijkt niet af van een verkoop door een particulier) en de prijzen zijn courant, getaxeerd door makelaars en koper en verkoper hebben hierover overeenstemming bereikt. Een verwijzing naar hoofdstuk 213, alinea 508, is meer op zijn plaats. Hierbij kan rekening worden gehouden met de verhuurde staat van het vastgoed. Alinea 212 In deze alinea wordt aangegeven hoe de bedrijfswaarde moet worden bepaald voor sociaal vastgoed dat kwalificeert als bedrijfsmiddel. Hierbij wordt gesteld dat de voorgenomen verkopen in de berekeningen moeten worden meegenomen. Dit duit echter op een actief verkoopbeleid en daarmee kwalificeert dit actief als een vastgoedbelegging. Naar onze mening kan in de bedrijfswaarde van sociaal vastgoed gekwalificeerd als bedrijfsmiddel dan ook geen sprake zijn van het inrekenen van verkoopopbrengsten. Alinea 214 Ook in deze alinea wordt aangegeven dat de aannames inzake verkoop van het sociaal vastgoed gekwalificeerd als bedrijfsmiddel voor de onderbouwing van de bedrijfswaarde relevant zijn. Dit lijkt strijdig met elkaar. Voor een nadere uiteenzetting over deze opmerking verwijzen wij naar ons commentaar op alinea 212 zoals eerder in dit stuk opgenomen. Alinea 218 In deze alinea staat vermeld dat ook bij toepassing van het actuele waardemodel volgens hoofdstuk 212 dient te worden afgeschreven. Ons ontgaat hier de combinatie van actuele waarde en afschrijven. Zoals wij het interpreteren geldt de actuele waarde voor het object als geheel dat wordt verhuurd. Vervolgens wordt de actuele waarde regelmatig, in ieder geval jaarlijks, herzien op basis van de meest actuele uitgangspunten. Afschrijvingen blijven dan achterwege. Verder zien wij in de toepassing van de componentenbenadering een toename van de administratieve lasten. Per woning zal voor zover mogelijk een uitsplitsing moeten worden gemaakt van de verschillende componenten en deze moeten worden bijgehouden. Naar onze mening zal de componentenbenadering niet brengen wat het beoogt, omdat verreweg de meeste woningen al jaren in beheer zijn en er diverse aanpassingen zijn geweest die niet meer zijn te herleiden naar een 3
4 toepasselijke boekwaarde per balansdatum van de verschillende te onderscheiden componenten. Uiteraard kan er worden gewerkt met schattingen en benaderingen. Maar wat wordt beoogd, een juist inzicht in de waarde van de verschillende componenten, kan niet worden bereikt. Hoogstens kan dit worden gesuggereerd. Tot slot kan de vraag worden gesteld of in de componentenbenadering de genoemde componenten wel de meest toepasbare zijn. Alinea 219 In deze alinea wordt gesteld dat de annuïtaire afschrijvingsmethode veelal niet passend is. De vragen die hierbij opkomen zijn dan al gauw in welke gevallen deze methode wel en niet passend is en welke methode dan wel passend is. Op de wijze zoals deze alinea nu is geformuleerd, is ze geen richtlijn. Alinea 221 Hierin is beschreven wat mede als een feitelijke verplichting moet worden verstaan: uitingen namens de toegelaten instellingen. Wij nemen aan dat dit uitingen door de toegelaten instellingen moeten zijn. Alinea 222 Als wij het goed lezen is het de bedoeling dat uitgaven die worden gedaan in het kader van herstructurering van een complex woningen als uitgaven na eerste verwerking worden betrokken in de bedrijfswaardeberekeningen van de huidige woningen, wetende dat er na de herstructurering andere woningen staan. Het lijkt ons logischer deze uitgaven te behandelen als vastgoed in ontwikkeling. Er ontstaat namelijk een nieuw actief dat niets meer met oude actief te maken heeft. Het kan zelfs zo zijn dat het nieuwe stedenbouwkundig plan significant afwijkt van de bestaande situatie. De uitgaven van de projectontwikkeling kunnen daarom naar onze mening niet worden meegenomen in de waardering van de bestaande onroerende zaken in exploitatie. Het lijkt ons beter hier hoofdstuk 221 Onderhanden projecten toe te passen. Alinea 227 Deze alinea gaat over de waardering van de onroerende zaken verkocht onder voorwaarden met een terugkoopplicht. Het komt ons voor als erg lastig te beredeneren over om woningen die je juridisch niet in bezit hebt, geen beschikking over hebt en waar je geen invloed op kunt uitoefenen, als bezitting op de balans op te nemen. Sterker nog, als deze woningen worden gewaardeerd op actuele waarde, gaat de jaarlijkse waardeverandering over de winst-en-verliesrekening. Met andere woorden, het jaarresultaat wordt mede bepaald door woningen die niet in bezit zijn en waar een corporatie geen invloed op heeft. Overigens heeft waardering van deze woningen tegen actuele waarde de voorkeur. Waarom wordt dit niet voorgeschreven? Bij waardering tegen actuele waarde is de vraag hoe deze kan worden vastgesteld. Uiteraard kan gewerkt worden met een indexering ten opzichte van de verkoopprijs en rekening houdend met de contractuele bepalingen op basis van bijvoorbeeld NVM-gegevens, maar dit zal in de meeste gevallen niet genoeg zijn (administratieve lastenverzwaring). De meeste kopers passen de woning naar hun eigen zin aan door bijvoorbeeld een nieuwe keuken en badkamer aan te brengen, de woning uit te breiden of een garage bij te bouwen. Bij een nieuwbouw is dit zelfs de regel. Ook is het mogelijk, maar in veel mindere mate, dat de koper de woning laat verloederen. Het punt is dat met indexering deze situaties niet worden ondervangen, maar ze hebben wel invloed op de bepaling van de terugkoopprijs. Het lijkt ons niet de bedoeling dat we woningen die niet van ons zijn jaarlijks door een makelaar laten taxeren voor het bepalen van de waarde van deze woningen op onze balans. De bewoners zullen hier geen begrip voor hebben en de taxateur waarschijnlijk niet toelaten. Wij hebben geen middelen om de bewoner te dwingen de taxateur toegang te verlenen. 4
5 De waardering van de woningen vov op de balans suggereert een actuele waarde, maar is dat niet. Gezien de verbeteringen die de bewoners aan kunnen brengen, kunnen de verschillen tussen waardering en waarde groot zijn. Aangezien in deze alinea waardering op basis van het kostprijsmodel niet is opgenomen, gaan wij ervan uit dat op basis van deze waarderingsgrondslag de waardering jaarlijks ongewijzigd blijft. Dit wil zeggen op basis van de boekwaarde op het moment dat de woning onder voorwaarden werd verkocht. Alinea 228 Voor de bepaling van de terugkoopverplichting geldt voor het grootste gedeelte hetzelfde als hetgeen hierboven bij alinea 227 is vermeld. Aanvullend hierop vragen wij ons af op welke wijze de jaarlijkse aanpassing van de terugkoopverplichting wordt verwerkt, voor zover deze verplichting aan het begin van het jaar al bestond. Als deze via de winst-en-verliesrekening verloopt, heeft dit effect op het resultaat, terwijl het naar onze mening geen onderdeel van de samenstelling van het resultaat behoort te zijn. De richtlijn is op dit onderdeel onvolledig. Verder is het bij toepassing van het kostprijsmodel mogelijk dat de waardering van de woningen die niet in bezit zijn afwijken ten opzichte van terugkoopverplichting. De terugkoopverplichting wordt hoger dan de waarde van de woningen vov. Dit heeft behoorlijke gevolgen voor de balansverhoudingen en de kengetallen. Vooral de verwerking van de vov-contracten in de jaarrekening zoals in deze richtlijn is opgenomen, is een voorbeeld van de stelling dat de financiële werkelijkheid niet is veranderd, maar wel hoe die wordt voorgesteld. Onze verwachting is dat niet alle gebruikers van de jaarrekening deze wijze van verslaggeving zullen begrijpen. Tot slot kan het zo zijn dat het opnemen van de terugkoopverplichting gevolgen heeft voor de kredietwaardigheidstoets door het WSW, omdat het WSW mogelijk deze verplichting meeneemt bij het bepalen van de 2% aflossingsfictie. Alinea 229 Gedurende de bouw wordt de woning vov verwerkt in overeenstemming met de richtlijn 221 Onderhanden projecten. Dit houdt in dat de woningen op de balans worden opgenomen bij B II Onderhanden projecten. Gedurende de bouw wordt in feite de terugkoopverplichting al opgebouwd, evenals de actuele vov-waarde van deze woning. Zoals wij het zien wordt deze opbouw verantwoord bij Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden, hetzij als Materiële vaste activa, hetzij als Vastgoedbelegging. Op deze wijze is de richtlijn dan consistent. Het betekent wel dat één woning die in aanbouw is, op twee plaatsen als actief wordt verantwoord.. De onduidelijkheid bij deze alinea heeft betrekking op de waardering van de woningen vov op basis van het kostprijsmodel. Op het moment dat de woningen zijn verkocht, blijft de boekwaarde staan als waarde van de woning vov. Deze waarde verandert niet gedurende de tijd dat de woning niet in bezit is. Bij terugkoop wikkelt de jaarlijks aangepaste terugkoopverplichting af. Wat wordt dan de waarde van de woning op de balans en wat is de tegenhanger als de woning wordt gewaardeerd tegen de terugkoopprijs? Verder is in deze alinea opgenomen dat de teruggekochte woning onder andere kan worden geclassificeerd als onroerende zaak verkocht onder voorwaarden. Dat lijkt ons op het moment van terugkoop niet juist, de woning is op dat moment immers teruggekocht. Er blijven naar onze mening twee mogelijkheden over: onroerende zaak in exploitatie als de woning naar verwachting wordt verhuurd of onroerende zaak bestemd voor verkoop als het de verwachting is dat de woning wordt 5
6 verkocht. Op balansdatum kan er een discussie ontstaan of een woning nu bij de één of de ander hoort, vooral als de woning langere tijd onverhuurbaar en onverkoopbaar blijkt te zijn. Alinea 230 In het model voor de balans zijn de langlopende vorderingen uit hoofde van de BWS-subsidies en de daartegenover staande egalisatierekening niet meer opgenomen. Ook zijn de opbrengsten uit overheidsbijdragen niet meer in de modellen van de winst-en-verliesrekening opgenomen. Wat is hier de reden van? Verder is er een voorziening voor pensioenen opgenomen. Voor zover de pensioenen bij het SPW zijn ondergebracht is deze niet van toepassing. De post II 2. Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden lijkt overbodig. Als vastgoed verkocht is, duidt dat op een actief verkoopbeleid en is er dus sprake van sociaal vastgoed in exploitatie gekwalificeerd als vastgoedbelegging en niet van een bedrijfsmiddel. Verkochte woningen kunnen daarmee per definitie slechts onder categorie III Vastgoedbeleggingen voorkomen. Als gevolg van de nu voorgestelde kwalificatie en classificaties kan het voorkomen dat een investeringsproject van enige omvang en diversiteit op zes plaatsen in de jaarrekening wordt verantwoord. Splitsing en arbitraire toerekeningen zijn derhalve onvermijdelijk om daarna alle verschillende onderdelen op basis van het historische kostprijsmodel (voorgeschreven in alinea 215) te waarderen. Naar onze mening beperkt dit het gewenste inzicht van de ontwikkelingsactiviteiten in de jaarrekening. Er is een extra model voor de winst-en-verliesrekening geïntroduceerd, het functionele model. Niet is aangegeven op welke wijze de informatie voor dit model tot stand komt. Het is bekend dat redelijk recent een adviesbureau een model heeft uitgewerkt dat hiervoor bruikbaar is, maar het is geen gegeven dat dit model door alle toegelaten instellingen zal worden toegepast. Dit staat nog los van de aanpassingen die bij de verschillende corporaties moeten worden doorgevoerd om tot de informatie te komen (administratieve lastenverzwaring). De waarde van de informatie en de onderlinge vergelijkbaarheid is hiermee gering. Ook dit extra model voor de winst- en verliesrekening onderschrijft onze mening dat geen duidelijke keuzes worden gemaakt in de ontwerp richtlijn. Twee winst- en verliesrekeningen in één jaarrekening komt de eenduidigheid en de leesbaarheid van de jaarrekening in onze ogen niet ten goede. Daarbij is tevens de vraag of hierbij ook twee volwaardige toelichtingen moeten worden opgenomen, alsmede verschillende grondslagen uiteengezet moeten worden bij beide modellen. In de modellen voor de winst-en-verliesrekening is de post leefbaarheid opgenomen. In de sector is geen eensluidende definitie van leefbaarheid en de bijbehorende kosten. Wat de een leefbaarheid noemt, noemt de ander onderhoud. De inzet van een huismeester houdt mede verband met de leefbaarheid in een complex. Daarnaast zijn er kosten voor leefbaarheid die al elders zijn verantwoord, zoals de inzet van huismeesters. De post leefbaarheid geeft hierdoor niet weer wat het beoogt weer te geven en de onderlinge vergelijkbaarheid tussen de verschillende corporaties gaat niet op. Verder is er een post voor opbrengsten en lasten (waarom geen baten en lasten of opbrengsten en kosten) servicecontracten opgenomen. Wat wordt hieronder verstaan? Zijn dit alleen de stook- en servicekosten en opbrengsten of ook andere servicecontracten, bijvoorbeeld onderhoud voor zorginstellingen, technisch beheer voor maatschappelijke instellingen? Alinea 240 Het opnemen van de terugkooprechten en plichten bij de niet in de balans opgenomen activa is in ieder geval in de situatie van terugkoopplicht niet juist, want deze zijn op grond van alinea 228 wel opgenomen, en leidt tot dubbele informatie. Bij de gebruiker van de jaarrekening kan de indruk 6
7 ontstaan dat er nog meer verplichtingen zijn dan die in de balans staan, terwijl dit met betrekking tot de terugkoopverplichting niet zo is. Alinea 241 In deze alinea wordt onder andere verwezen naar alinea Hierin is opgenomen dat de schatting van de te ontvangen of te betalen netto kasstroom bij het afstoten aan het einde van de levensduur het bedrag dient te zijn dat een rechtspersoon verwacht te ontvangen in een zakelijke transactie tussen onafhankelijke ter zake kundige partijen na aftrek van de te verwachten kosten van het afstoten. Wel dit zeggen dat de restwaarde van het vastgoed in exploitatie in de bedrijfswaarde kan worden bepaald op basis van bijvoorbeeld een exit yield of geïndexeerde taxaties (beide rekening houdend met kosten)? Het jaarverslag, de overige gegevens en de overige informatie Alinea 401 In deze alinea wordt gesproken over een overzicht cijfermatige kerngegevens en prognoses. Dit overzicht is reeds sinds 2007 vervangen door de gegevensopvraag door Corpodata in de vorm van dpi (prospectieve informatie) en dvi (verantwoordingsinformatie). Deze opmerking geldt ook voor alinea 402. Tot slot Het is een behoorlijke reactie geworden. Meer dan dat wij vooraf hadden verwacht. Als we de o-rj nog eens van wat meer afstand proberen te beschouwen, is het beeld dat de nieuwe RJ 645 een compromisstuk is. In plaats van de gewenste duidelijkheid in de waardering van het vastgoed, blijven de verschillende keuzes bestaan. Naar onze mening zijn de criteria van de keuzes zo geformuleerd dat je als corporatie daar weinig handvatten kunt vinden. Het zou beter zijn als de RJ kiest voor één heldere lijn. Daar kun je het dan mee eens zijn of niet, maar het is dan wel helder. Ook kunnen wij ons goed voorstellen dat gebruikers van de jaarrekeningen van woningcorporaties niet vinden wat ze zoeken. Door de hoeveelheid aan te maken keuzes en richtlijnen die voor meerdere interpretaties vatbaar zijn, worden de jaarrekeningen van corporaties in toenemende mate onvergelijkbaar. De RJ is er om onder andere te onderzoeken wat de informatiebehoefte van de gebruikers is en hoe die, in samenspraak met de opstellers en controleurs kan worden ingevuld. Laten we daarom tot een heldere richtlijn komen, waarin de eigenheid van de corporaties tot uitdrukking komt. Als u dat wenst, zijn wij graag bereid een toelichting op onze reactie te komen geven. Met vriendelijke groeten, Drs P.J.M. de Schrijver RA Sité Woondiensten H.C. van den Bos RA Woonstede 7
RJ-Uiting 2010-1: 'Ontwerp-Richtlijn 645 Toegelaten instellingen volkshuisvesting
RJ-Uiting 2010-1: 'Ontwerp-Richtlijn 645 Toegelaten instellingen volkshuisvesting Inleiding RJ-Uiting 2010-1 bevat ontwerp-richtlijn 645 Toegelaten instellingen volkshuisvesting. De Raad voor de Jaarverslaggeving
Nadere informatieBetreft: Commentaar RJ-Uiting 2010-3: Herziene ontwerp-richtlijn 645 Toegelaten instellingen volkshuisvesting
RJ-Comm. 1147 Raad voor de Jaarverslaggeving Per e-mail (rj@rjnet.nl) Raad voor de Jaarverslaggeving Antonio Vivaldistraat 2-8 1083 HP AMSTERDAM Rotterdam, 1 december 2010 Betreft: Commentaar RJ-Uiting
Nadere informatieRJ-Uiting 2010-3: 'Herziene ontwerp-richtlijn 645 Toegelaten instellingen volkshuisvesting
RJ-Uiting 2010-3: 'Herziene ontwerp-richtlijn 645 Toegelaten instellingen volkshuisvesting Inleiding RJ-Uiting 2010-3 bevat de herziene ontwerp-richtlijn 645 Toegelaten instellingen volkshuisvesting. De
Nadere informatieRJ-Uiting : Richtlijn 645 Toegelaten instellingen volkshuisvesting
RJ-Uiting 2018-2: Richtlijn 645 Toegelaten instellingen volkshuisvesting Inleiding In de RJ-Uiting 2017-12: Ontwerp-richtlijn 645 Toegelaten instellingen volkshuisvesting heeft de RJ wijzigingen voorgesteld
Nadere informatieDeloitte. Brief. uitgebracht aan de voorzitter van de Raad voor de Jaarverslaggeving te Amsterdam
RJ-Comm. 1148 Brief uitgebracht aan de voorzitter van de Raad voor de Jaarverslaggeving te Amsterdam Richtlijn 645 Raad voor de Jaarverslaggeving Woningcorporaties De10 tte. Deloitte Accountants B.V. Wilhelminakade
Nadere informatieRJ-Uiting : 'Richtlijn 645 Toegelaten instellingen volkshuisvesting (herzien 2011)
RJ-Uiting 2011-2: 'Richtlijn 645 Toegelaten instellingen volkshuisvesting Inleiding RJ-Uiting 2011-2 bevat de herziene Richtlijn 645 Toegelaten instellingen volkshuisvesting. De Raad voor de Jaarverslaggeving
Nadere informatie1 Ontwerp-Richtlijn 120 Prijsgrondslagen, paragraaf 4
Postbus 7984 1008 AD Amsterdam RJ-Comm. 1006 PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. Thomas R. Malthusstraat 5 1066 JR Amsterdam Postbus 90351 1006 BJ Amsterdam Telefoon (020) 568 66 66 Fax (020) 568 68
Nadere informatieCENTRAAL FONDS VOLKSHUISVESTING
Onroerende zaken in exploitatie, bestemd voor verkoop Bij het bepalen van de bedrijfswaarde van voor verkoop bestemde huurwoningen verwijst de richtlijn voor woningcorporaties (RJ 645) naar de richtlijn
Nadere informatie± < > < < < > > < > > < < < > > < > > < < < > < > < >= < >= < >= < >= < >= < >= . Periode . < 20,0 15,0 Solvabiliteit 2,4 2,2 Rentedekkingsgraad percentage 10,0 5,0 ratio
Nadere informatieDe RJ is hierbij bijzonder geïnteresseerd in het antwoord op de vraag of u deze ontwerp- Interpretatie nuttig vindt.
RJ-Uiting 2005-5 Ten geleide De Raad voor de Jaarverslaggeving (RJ) heeft het verzoek ontvangen van het Koninklijk NIVRA d.d. 29 december 2004 om een uitspraak te doen over de verwerking van terugkoopverplichtingen
Nadere informatie213.1 Hoofdstuk 213 / Vastgoedbeleggingen
213.1 Hoofdstuk 213 / Vastgoedbeleggingen artikel 11 Besluit actuele waarde; en artikel 2:390 BW. Definities 104 De volgende begrippen worden in dit hoofdstuk gebruikt. De betekenis van deze begrippen
Nadere informatieDe invulling van de actuele waarde bij woningcorporaties
De invulling van de actuele waarde bij woningcorporaties Notitie ten behoeve van de Raad voor de Jaarverslaggeving namens de delegatie van gebruikers van de werkgroep Toegelaten Instellingen Volkshuisvesting
Nadere informatieRJ-Uiting : Actuele kostprijs
RJ-Uiting 2017-2: Actuele kostprijs Algemeen Met RJ-Uiting 2016-11 Actuele kostprijs heeft de Raad voor de Jaarverslaggeving (RJ) enige wijzigingen voorgesteld om nadere duiding te geven over het begrip
Nadere informatieGeconsolideerde balans per 31 december 2014 (na voorgestelde resultaatbestemming x 1.000)
Geconsolideerde balans per 31 december 2014 (na voorgestelde resultaatbestemming x 1.000) 31 December 2014 31 December 2013 VASTE ACTIVA Immateriële vaste activa Software en website 497 473 Materiële vaste
Nadere informatieRJ-Uiting : Actuele kostprijs
RJ-Uiting 2016-11: Actuele kostprijs Algemeen Op 9 oktober 2015 is de Uitvoeringswet richtlijn jaarrekening (wetsvoorstel 34 176) in het Staatsblad gepubliceerd (Staatsblad 2015, nr. 349). Deze Uitvoeringswet
Nadere informatieRJ-Uiting : Ontwerp-alinea s toelichtingsbepalingen van RJ 272 Belastingen naar de winst
RJ-Uiting 2019-4: Ontwerp-alinea s toelichtingsbepalingen van RJ 272 Belastingen naar de winst Inleiding De Raad voor de Jaarverslaggeving (RJ) heeft besloten om de toelichtingsbepalingen in hoofdstuk
Nadere informatieHandreiking voor het toepassen van RJ 645 (2011)
Handreiking voor het toepassen van RJ 645 (2011) Handreiking voor het toepassen van RJ645 (2011) INHOUDSOPGAVE HANDREIKING VOOR HET TOEPASSEN VAN RJ 645 (2011) DOOR TOEGELATEN INSTELLINGEN VOLKSHUISVESTING
Nadere informatieSytse Duiverman 12 februari 2019
Actualia Externe verslaggeving 2018 Sytse Duiverman 12 februari 2019 Nieuwe verslaggevingsregels voor 2018 Nieuwe Richtlijnen voor de jaarverslaggeving 2018 Belangrijkste wijzigingen (boekjaar 2018) 1/3
Nadere informatieFinquiddity Vermogensbeheer B.V., Hilversum Nummer kamer van koophandel: Gegenereerd op 10:40 25 mei 2016
31/12/2015 31/12/2014 Balans Balans voor of na resultaatbestemming Na Activa Vaste activa Materiële vaste activa 2.130 13.323 Vaste activa 2.130 13.323 Vlottende activa Vorderingen 781.596 683.707 Liquide
Nadere informatieJAARREKENING 2014 STICHTING OPENBARE BIBLIOTHEEK OLST-WIJHE
JAARREKENING 2014 STICHTING OPENBARE BIBLIOTHEEK OLST-WIJHE Balans per 31 december (na resultaatbestemming) ACTIVA 2014 2013 1. Vaste activa 1.1 inventaris 7.948 10.358 1.2 machines 738 1.355 1.3 automatisering
Nadere informatieDe invulling van de actuele waarde bij woningcorporaties
De invulling van de actuele waarde bij woningcorporaties Notitie ten behoeve van de Raad voor de Jaarverslaggeving namens de delegatie van gebruikers van de werkgroep Toegelaten Instellingen Volkshuisvesting
Nadere informatieRJ-Uiting : Ontwerp-alinea s RJ 122 Prijsgrondslagen voor vreemde valuta
RJ-Uiting 2019-7: Ontwerp-alinea s RJ 122 Prijsgrondslagen voor vreemde valuta Inleiding In het kader van de periodieke beoordeling van niet-wettelijke opties in de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving
Nadere informatie1. GECONSOLIDEERDE KENGETALLEN
1. GECONSOLIDEERDE KENGETALLEN Kengetallen (geconsolideerd) 2012 2011 2010 2009 2008 1. Gegevens verhuureenheden in exploitatie Woningen en woongebouwen 7.257 7.308 7.237 6.926 6.770 Parkeergelegenheden
Nadere informatieRotterdams Vastgoedfonds I CV. Halfjaarcijfers 2011
Halfjaarcijfers 2011 INHOUD Blad Balans per 30 juni 2011 3 Winst- en verliesrekening over de periode 1 januari 2011 t/m 30 juni 2011 4 Kasstroomoverzicht over de periode 1 januari 2011 t/m 30 juni 2011
Nadere informatieRJ-Uiting : Richtlijn 645 Toegelaten instellingen volkshuisvesting
RJ-Uiting 2016-9: Richtlijn 645 Toegelaten instellingen volkshuisvesting Algemeen In april 2016 is RJ-Uiting 2016-6 Ontwerp-richtlijn 645 Toegelaten instellingen volkshuisvesting gepubliceerd. In deze
Nadere informatieJAARREKENING 2015 STICHTING OPENBARE BIBLIOTHEEK OLST-WIJHE
JAARREKENING 2015 STICHTING OPENBARE BIBLIOTHEEK OLST-WIJHE 1 Balans per 31 december (na resultaatbestemming) ACTIVA 2015 2014 1. Vaste activa 1.1 inventaris 37.625 7.948 1.2 machines 120 738 1.3 automatisering
Nadere informatieWooninc. verkorte jaarrekening 2014
1 1. GECONSOLIDEERDE KENGETALLEN Kengetallen (geconsolideerd) 2014 2013 2012 2011 2010 2009 1. Gegevens verhuureenheden in exploitatie Woningen en woongebouwen 8.115 8.150 7.257 7.308 7.237 6.926 Parkeergelegenheden
Nadere informatieJAARREKENING 2014 STICHTING OPENBARE BIBLIOTHEEK RAALTE
JAARREKENING 2014 STICHTING OPENBARE BIBLIOTHEEK RAALTE Balans per 31 december (na resultaatbestemming) ACTIVA 2014 2013 1. Vaste activa 1.1 terreinen 13.317 13.317 1.2 inventaris 153.507 157.886 1.3 automatisering
Nadere informatieWijziging waardering vastgoed in het MKB. Per boekjaar 2016
Wijziging waardering vastgoed in het MKB Per boekjaar 2016 2017 Koninklijke NBA Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt in
Nadere informatiePublicatierapport 2017 Ontwikkelingsbedrijf Noord-Holland Noord N.V. Alkmaar 2 mei 2018
Publicatierapport 2017 Ontwikkelingsbedrijf Noord-Holland Noord N.V. Alkmaar 2 mei 2018 Geconsolideerde jaarrekening Ontwikkelingsbedrijf Noord-Holland Noord NV, Alkmaar 2 Geconsolideerde balans per 31
Nadere informatieHALFJAARVERSLAG. AEFIDES Vastgoed XII CV te Groningen. Over de periode 11 december 2007 t/m 30 juni 2008
HALFJAARVERSLAG AEFIDES Vastgoed XII CV te Groningen Over de periode 11 december 2007 30 juni 2008 INHOUD Pagina HALFJAARVERSLAG 1 Resultaat over 11 december 2008 30 juni 2008 3 2 Balans per 30 juni 2008
Nadere informatieFinancieel Verslag 2014 Stichting Mama Watoto
Financieel Verslag 214 Stichting Mama Watoto 1 Inhoud Jaarrekening Balans per 31 december 214 5 Winst-en-verliesrekening over 214 7 Toelichting op de balans en winst- en verliesrekening 1 Overige gegevens
Nadere informatieJAARREKENING 2014. thuis ENERGIE B.V.
JAARREKENING 2014 thuis ENERGIE B.V. Inhoudsopgave 1. DOELSTELLING 5 2. BALANS PER 31 DECEMBER 2014 6 3. WINST- EN VERLIESREKENING OVER 2014 8 4. WAARDERINGSGRONDSLAGEN 9 5. TOELICHTING OP DE BALANS 10
Nadere informatieHoofdstuk 270 / De winst- en verliesrekening 270.1
Hoofdstuk 270 / De winst- en verliesrekening 270.1 Het verschil tussen de reële waarde en het nominale bedrag van de tegenprestatie wordt over de periode tot de verwachte ontvangst als rentebate verwerkt.
Nadere informatiewww.pwc.nl Pauzelandschappen KISS 15 januari 2013
www.pwc.nl Pauzelandschappen KISS 15 januari 2013 Inhoud 1. Inleiding 2. Theorie 2.1. bedrijfseconomisch 2.2. fiscaal 3. Aandachtspunten 3.1. bedrijfseconomisch 3.2. fiscaal 4. Stellingen 2 Inleiding -
Nadere informatieJaarrekening Stichting Beheer Onroerend Goed Seinpost Slinge. Verslagperiode 1 januari december 2016
Verslagperiode 1 januari 2016-31 december 2016 Gegenereerd op 28 jun 2017 Inhoudsopgave FINANCIEEL VERSLAG 3 Voorwoord 4 Resultaatanalyse 5 Financiële positie 7 Kengetallen 9 JAARREKENING 10 Balans 11
Nadere informatieRJ-Uiting : Richtlijn 212 Materiële vaste activa ; de verwerking van kosten van groot onderhoud
RJ-Uiting 2018-5: Richtlijn 212 Materiële vaste activa ; de verwerking van kosten van groot onderhoud Inleiding Verduidelijking overgangsbepaling verwerkingswijze kosten van groot onderhoud In de Richtlijnen
Nadere informatieBOEKJAAR 2014 2013 2012 2011 2010 2009 2008 2007. Woningen in exploitatie 91 91 91 91 91 91 91 91
KENGETALLEN BOEKJAAR 2014 2013 2012 2011 2010 2009 2008 2007 AANTAL VERHUUREENHEDEN Woningen in exploitatie 91 91 91 91 91 91 91 91 TOTAAL VERZEKERDE WAARDE 21.747 21.747 21.255 20.205 15.442 16.754 17.166
Nadere informatieVaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa Vorderingen Liquide middelen
BALANS PER 31 DECEMBER 2016 (na resultaatbestemming) 31 december 2016 31 december 2015 ACTIVA Vaste activa Materiële vaste activa 10.623 13.669 Financiële vaste activa 155.276 - Vlottende activa 165.899
Nadere informatieAEFIDES INSPIRATIS I BV TE GRONINGEN. Jaarverslag 2011 25 april 2012
AEFIDES INSPIRATIS I BV TE GRONINGEN Jaarverslag 2011 INHOUDSOPGAVE Pagina JAARVERSLAG 1 Opdracht 2 2 Algemeen 3 3 Resultaat 4 4 Financiële positie 5 5 Directieverslag 6 JAARREKENING 1 Balans per 31 december
Nadere informatieFinanciële verantwoording stichting SOKA Balans per 31 december Activa. Vaste activa. Vlottende Activa. Passiva
Financiële verantwoording stichting SOKA 2017 Balans per 31 december 2017 Activa Vaste activa Materiele vaste activa 3.935.731 Vlottende Activa Vorderingen 9.994 Liquide middelen 260.740 4.106.465 Passiva
Nadere informatieTen geleide bij editie RJk-bundel
Ten geleide bij editie 2005 - RJk-bundel INLEIDING Voor u ligt alweer de tweede editie van de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving voor kleine rechtspersonen (RJk-bundel). Deze editie is net als de vorige
Nadere informatieIngangsdatum De ontwerp-richtlijn 640 Organisaties-zonder-winststreven en ontwerp-richtlijn 650 Fondsenwervende organisaties worden van kracht voor
RJ-Uiting 2017-13: Ontwerp-richtlijn 640 (en RJk C1 (Kleine)) Organisaties-zonderwinststreven en Ontwerp-richtlijn 650 (en RJk C2 (Kleine)) Fondsenwervende organisaties Algemeen In de jaareditie 2017 van
Nadere informatieRotterdams Vastgoedfonds I CV. Halfjaarcijfers 2010
Halfjaarcijfers 2010 INHOUD Blad Balans per 30 juni 2010 3 Winst- en verliesrekening over de periode 1 januari 2010 t/m 30 juni 2010 4 Kasstroomoverzicht over de periode 1 januari 2010 t/m 30 juni 2010
Nadere informatieStichting Beheer Warenar Kerkstraat HE Wassenaar
Kerkstraat 75 2242 HE INHOUDSOPGAVE Pagina Balans per 31 december 2016 1 Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling 2 Toelichting op de balans per 31 december 2016 6 A BALANS PER 31 DECEMBER 2016
Nadere informatieNE-iT Hosting B.V. De Tienden 26c 5674 TB NUENEN. Publicatierapport Handelsregister Kamer van Koophandel voor Brabant, dossiernummer
NE-iT Hosting B.V. De Tienden 26c 5674 TB NUENEN Publicatierapport 2016 Handelsregister Kamer van Koophandel voor Brabant, dossiernummer 17254018. Vastgesteld door de algemene vergadering d.d. 17 mei 2017
Nadere informatieFinancieel verslag Stichting De Nijensteen, Heerde
Financieel verslag 2015 Stichting De Nijensteen, Heerde Inhoud Jaarrekening 3 Balans per 31 december 2015 (na voorgestelde resultaatbestemming) 4 Staat van baten en lasten over 2015 5 Grondslagen van waardering
Nadere informatieRotterdams Vastgoedfonds VI CV. Halfjaarcijfers 2010
Halfjaarcijfers 2010 INHOUDSOPGAVE Blad Balans per 30 juni 2010 3 Winst- en verliesrekening over de periode 1 januari 2010 t/m 30 juni 2010 4 Kasstroomoverzicht over de periode 1 januari 2010 t/m 30 juni
Nadere informatieInhoudsopgave. Jaarrekening. Geconsolideerde jaarrekening
Jaarrekening 2014 Stichting Standvast Wonen Gevestigd te Nijmegen, Takenhofplein 3 Toegelaten als instelling, werkzaam in het belang van de volkhuisvesting, op 1 januari 2002 onder de naam Stichting Standvast
Nadere informatieQ&A Handboek Marktwaardering
Q&A Handboek Marktwaardering Jaarrekening... 1 Oppervlakte... 1 Complex... 2 Splitsing daeb/niet daeb... 2 Model BOG/MOG... 2 Model parkeren... 2 Objectgegevens... 3 Mutatiekans... 3 Eindwaarde... 4 Contante
Nadere informatieWaardering van vastgoedbeleggingen in de balans, ofwel: hoe goed wilt u zich voordoen? :25
Waardering van vastgoedbeleggingen in de balans, ofwel: hoe goed wilt u zich voordoen? 11-09-2018 07:25 Een vennootschap die bij het waarderen van een vastgoedbelegging een keuze maakt uit drie waarderingsstelsels
Nadere informatieJaarrekening 2013. van Stichting Goed Wonen. Statutaire vestigingsplaats: Gemert Adres: Drossard de la Courtstraat 51 5421 JG Gemert
1 Jaarrekening 2013 van Stichting Goed Wonen Statutaire vestigingsplaats: Gemert Adres: Drossard de la Courtstraat 51 5421 JG Gemert 2 Inhoudsopgave Balans per 31 december 2013 3 Winst- en verliesrekening
Nadere informatieCommentaar jaareditie 2017
Ernst & Young Accountants LLP Boompjes 258 3011 XZ Rotterdam Postbus 2295 3000 CG Rotterdam Tel: +31 88 407 10 00 Fax: +31 88 407 89 70 ey.com Raad voor de Jaarverslaggeving Per e-mail (rj@rjnet.nl) Raad
Nadere informatie2
2 ij ij ij ij ij ij Nettogerealiseerd resultaat verkoop vastgoedportefeuille Overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille Niet-gerealiseerde
Nadere informatieStichting mimakkus Jaarrekening 2018
BALANS PER 3 DECEMBER 208 ACTIVA 208 VASTE ACTIVA MATERIËLE VASTE ACTIVA 500 VLOTTENDE ACTIVA Debiteuren 7.248 Overige vorderingen 2.34 Liquide middelen 77.54 96.76 Totaal activa 97.26 PASSIVA EIGEN VERMOGEN
Nadere informatieANBI Publicatie Stichting DOB Ecology, Amsterdam
ANBI Publicatie 2017 Stichting DOB Ecology, Amsterdam Inhoud Jaarrekening 3 Balans per 31 december 2017 (na voorgestelde resultaatbestemming) 4 Staat van baten en lasten over 2017 5 Algemene grondslagen
Nadere informatieANBI Publicatie Stichting DOB Ecology, Amsterdam
ANBI Publicatie 2018 Stichting DOB Ecology, Amsterdam Inhoud Jaarrekening 3 Balans per 31 december 2018 (na voorgestelde resultaatbestemming) 4 Staat van baten en lasten over 2018 5 Algemene grondslagen
Nadere informatieNE-iT Automatisering B.V. De Tienden 26c 5674 TB Nuenen. Publicatierapport 2016
NE-iT Automatisering B.V. De Tienden 26c 5674 TB Nuenen Publicatierapport 2016 Handelsregister Kamer van Koophandel voor Brabant, dossiernummer 17161342. Vastgesteld door de algemene vergadering d.d. 17
Nadere informatieVaste activa Immateriële vaste activa Materiële vaste activa Vorderingen Liquide middelen
BALANS PER 31 DECEMBER 2016 (na resultaatbestemming) 31 december 2016 31 december 2015 ACTIVA Vaste activa Immateriële vaste activa - 1.375 Materiële vaste activa 121.931 176.592 Vlottende activa 121.931
Nadere informatieCorporatie in Perspectief
Samenvatting CFV 2009 Corporatie in Perspectief L2108 Eindhoven Samenvatting Corporatie in Perspectief Ter introductie In toenemende mate is er behoefte om met behulp van kengetallen inzicht te krijgen
Nadere informatieDe RJ nodigt u uit tot het inzenden van reacties en commentaren op deze RJ-Uiting. Deze ziet de RJ graag uiterlijk 1 mei 2006 tegemoet.
RJ-Uiting 2006-1 Ten geleide De Raad voor de Jaarverslaggeving (RJ) heeft het verzoek ontvangen om een uitspraak te doen over de verwerking in de jaarrekening van om niet verkregen en gekochte CO2 emissierechten.
Nadere informatieVASTE ACTIVA Materiële vaste activa VLOTTENDE ACTIVA Vorderingen Liquide middelen
BALANS PER 31 DECEMBER 2017 (na voorstel resultaatverdeling) 31 december 2017 31 december 2016 ACTIVA VASTE ACTIVA Materiële vaste activa 7.958 - VLOTTENDE ACTIVA Vorderingen 1.035.332 230.003 Liquide
Nadere informatieStichting Healthcare Christian Fellowship International Centre, Voorthuizen
Balans per 31 december 2017 Na resultaatbestemming ACTIVA VASTE ACTIVA Materiële vaste activa 31 december 2017 Onroerende zaken 261.849 271.523 Inventaris 359 571 Vervoermiddelen 8.925 - Financiële vaste
Nadere informatieVaste activa Materiële vaste activa Vlottende activa Vorderingen Liquide middelen
BALANS PER 31 DECEMBER 2016 (na resultaatbestemming) 31 december 2016 31 december 2015 ACTIVA Vaste activa Materiële vaste activa 405.393 280.653 Vlottende activa Vorderingen 77.575 80.469 Liquide middelen
Nadere informatie(Voor de EER relevante tekst)
19.12.2015 L 333/97 VERORDENING (EU) 2015/2406 VAN DE COMMISSIE van 18 december 2015 houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1126/2008 tot goedkeuring van bepaalde internationale standaarden voor jaarrekeningen
Nadere informatieDe Woonplaats. Jaarrekening 2013
De Woonplaats Jaarrekening 2013 2 Inhoudsopgave Jaarrekening 1 Balans per 31 december 2013 3 Winst- en verliesrekening over 2013 5 Kasstroomoverzicht 2013 6 Grondslagen voor balanswaardering en resultaatbepaling
Nadere informatieStichting Vrienden van het Mauritshuis te s-gravenhage
BALANS PER 31 DECEMBER 2016 (na verwerking van het resultaat) ACTIEF 31.12.2016 31.12.2015 MATERIËLE VASTE ACTIVA 5.184.551 4.292.292 VOORRADEN 362.102 439.375 VORDERINGEN EN OVERLOPENDE ACTIVA 175.528
Nadere informatieBijlage 1: Beschrijving berekening beleidwaarde
Bijlage 1: Beschrijving berekening beleidwaarde De beleidswaarde wordt bepaald door op vier aspecten aanpassingen door te voeren in de uitgangspunten van de DCF berekening van de marktwaarde. De (lagere)
Nadere informatieJaarrekening Stichting Seinpost Slinge (Kerkelijk) Verslagperiode 1 januari december 2016
Verslagperiode 1 januari 2016-31 december 2016 Gegenereerd op 27 jun 2017 Inhoudsopgave FINANCIEEL VERSLAG 3 Voorwoord 4 Financiële positie 5 Kengetallen 6 JAARREKENING 7 Balans 8 Winst- en verliesrekening
Nadere informatieVisie ABN AMRO op woningcorporaties
Visie ABN AMRO op woningcorporaties 1december 2011 Astrid van Arum, Sectorspecialist Woningcorporaties De nieuwe bank: het beste van twee werelden LOGO KLANT binnen dit kader Op 1 juli 2010 zijn Fortis
Nadere informatieDrieKamerModel. Johan Conijn
DrieKamerModel Johan Conijn 18 september 2012 DrieKamerModel Het DrieKamerModel is een integraal, strategisch sturingsconcept voor een corporatie. Het is een antwoord in de al langlopende discussie over
Nadere informatieSchiphol Group. Jaarverslag
Schiphol Group Jaarverslag 2012 18. Latente belastingen Met ingang van 1 januari 2002 is Schiphol Group onderworpen aan winstbelasting. Op 8 september 2006 is de vaststellingsovereenkomst door Schiphol
Nadere informatieSPECIALISTERREN B.V. KOBALTWEG CE UTRECHT PUBLICATIERAPPORT 2016
SPECIALISTERREN B.V. KOBALTWEG 11 3542CE UTRECHT PUBLICATIERAPPORT 2016 Handelsregister Kamer van Koophandel voor Woerden, dossiernummer 24396392. Vastgesteld door de algemene vergadering d.d. 14 augustus
Nadere informatieRJ-Uiting : Ontwerp-richtlijn 645 Toegelaten instellingen volkshuisvesting
RJ-Uiting 2016-6: Ontwerp-richtlijn 645 Toegelaten instellingen volkshuisvesting Inleiding Ingaande 1 juli 2015 is de Herzieningswet toegelaten instellingen volkshuisvesting (Stb. 2015, 145) van kracht.
Nadere informatieAantal werknemers * Het resultaat na belasting en het eigen vermogen zijn gedeeld door aandelen.
Persbericht N.V. Bever Holding heeft over het eerste halfjaar 2015 een negatief resultaat voor belastingen behaald van 1.412.000 als gevolg van een negatieve exploitatie uit vastgoed van 188.000, netto
Nadere informatieANBI Publicatie Stichting De Nijensteen, Heerde
ANBI Publicatie 2017 Stichting De Nijensteen, Heerde Inhoud Jaarrekening 3 Balans per 31 december 2017 (na voorgestelde resultaatbestemming) 4 Staat van baten en lasten over 2017 5 Grondslagen van waardering
Nadere informatie1. GECONSOLIDEERDE KENGETALLEN
1. GECONSOLIDEERDE KENGETALLEN Kengetallen (geconsolideerd) 2013 2012 2011 2010 2009 1. Gegevens verhuureenheden in exploitatie Woningen en woongebouwen 8.150 7.257 7.308 7.237 6.926 Parkeergelegenheden
Nadere informatieVerslaggeving van toegelaten instellingen volkshuisvesting
66 Verslaggeving van toegelaten instellingen volkshuisvesting Ernst-Jan Jungheim en Lianne Suurland SAMENVATTING Dit artikel beschrijft de uitkomsten van het onderzoek naar de wijze waarop woningcorporaties
Nadere informatieTen geleide bij editie 2011
Ten geleide bij editie 2011 Algemeen Voor u ligt de nieuwe editie van de Richtlijnen voor de jaarverslaggeving voor grote en middelgrote rechtspersonen. Editie 2011 is van toepassing voor verslagjaren
Nadere informatieStichtingsvermogen (1) Vrije reserve Langlopende schulden (2) Kortlopende schulden
BALANS PER 31 DECEMBER 2017 (na resultaatbestemming) 31 december 2017 31 december 2016 ACTIVA Vaste activa Materiële vaste activa 367.046 405.393 Vlottende activa Vorderingen 116.538 77.575 Liquide middelen
Nadere informatieDeloitte. Brief. uitgebracht aan de voorzitter van de Raad voor de Jaarverslaggeving te Amsterdam
RJ-Comm. 1144 Brief uitgebracht aan de voorzitter van de Raad voor de Jaarverslaggeving te Amsterdam Richtlijn 645 Raad voor de Jaarverslaggeving Woningcorporaties De10 tte. Deloitte Accountants B.V. Wilhelminakade
Nadere informatieTitel Datum. Q&A beleidswaarde 18 september 2018 Pagina 1/7. Q&A Beleidswaarde
Pagina 1/7 Q&A Beleidswaarde Pagina 2/7 Inhoudsopgave 1 INLEIDING... 3 2 ALGEMEEN BELEIDSWAARDE / MARKTWAARDE... 4 2.1 MOET DE MARKTWAARDE FULL OF BASISVERSIE ALS STARTPUNT WORDEN GEHANTEERD?... 4 2.2
Nadere informatieFinancieel verslag Stichting Waga Winschoten. Fin verslag Stichting Waga 2018.xlsx
Financieel verslag 2018 Stichting Waga Winschoten Pagina 1 Inhoud Jaarrekening 2 Balans per 31 december 2017 3 Staat van baten en lasten 2017 4 Toelichting op de balans en de staat van baten en lasten
Nadere informatieTen geleide bij editie 2008
Ten geleide bij editie 2008 ALGEMEEN Voor u ligt een nieuwe editie van de Richtlijnen voor de jaarverslaggeving voor grote en middelgrote ondernemingen. In deze bundel is een aantal aanpassingen te vinden
Nadere informatieJaarverslag 2010 Rhodenborg Beleggingen I BV Houten
Jaarverslag 2010 Rhodenborg Beleggingen I BV Houten Inhoudsopgave pagina Jaarrekening Balans per 31 december 2010 2 Algemene toelichting 3 Grondslagen voor de waardering van activa en passiva 4 Grondslagen
Nadere informatie1. JAARREKENING Stichting Beeldende Kunst Noord-Kennemerland mei 2017
1. JAARREKENING Stichting Beeldende Kunst Noord-Kennemerland - 1-22 mei 2017 1.1 Balans per 31 december 2016 (Na resultaatbestemming) 31 december 2016 31 december 2015 ACTIVA Vaste activa Immateriële vaste
Nadere informatieKerngegevens 30-jun dec jun-16. Bedrijfsresultaat (x 1.000) Netto resultaat (x 1.000)
Persbericht N.V. Bever Holding heeft over het eerste halfjaar 2017 een negatief resultaat voor belastingen behaald van 444.963 als gevolg van een negatieve exploitatie uit vastgoed van 44.063, netto financieringskosten
Nadere informatieActiva Passiva
1. Balans per 31 december 2017 (na resultaatbestemming) Activa 2017 2016 Vaste activa Materiële vaste activa (4.1) 886.598 1.167.766 886.598 1.167.766 Vlottende activa Vorderingen (4.2) 1.013.791 120.755
Nadere informatieStichting Beheer Warenar Kerkstraat HE Wassenaar
Kerkstraat 75 2242 HE INHOUDSOPGAVE Pagina Balans per 31 december 2017 1 Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling 2 Toelichting op de balans per 31 december 2017 5 BALANS PER 31 DECEMBER 2017 (voor
Nadere informatieStichting Amivedi BALANS PER 31 DECEMBER 2017 ACTIVA VASTE ACTIVA. IMMATERIËLE VASTE ACTIVA Website MATERIËLE VASTE ACTIVA 190
BALANS PER 31 DECEMBER 2017 ACTIVA 2017 VASTE ACTIVA IMMATERIËLE VASTE ACTIVA Website 27.72 MATERIËLE VASTE ACTIVA 190 FINANCIËLE VASTE ACTIVA Effecten - VLOTTENDE ACTIVA Overige vorderingen 1.621 Liquide
Nadere informatieVaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa
BALANS PER 31 DECEMBER 2017 (na resultaatbestemming) 31 december 2017 31 december 2016 ACTIVA Vaste activa Materiële vaste activa 7.577 10.623 Financiële vaste activa 119.000 210.276 Vlottende activa 126.577
Nadere informatieRaad voor de Jaarverslaggeving Antonio Vivaldistraat 2-8 1083 HP AMSTERDAM. Rotterdam, 4 januari 2011. Betreft: Commentaar Jaaredities 2010
Ernst & Young Accountants LLP Marten Meesweg 51 3068 AV Rotterdam Postbus 488 3000 AL Rotterdam Tel.: +31 (0) 88-407 5013 Fax: +31 (0) 88-407 5837 www.ey.nl RJ-Comm. 1150 Raad voor de Jaarverslaggeving
Nadere informatieMateriële vaste activa (1) Inventaris Vorderingen (2) Overige vorderingen Overlopende activa
JAARREKENING Balans per 31 december 2015 Winst-en-verliesrekening over 2015 Kasstroomoverzicht 2015 Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling Toelichting op de balans per 31 december 2015 Toelichting
Nadere informatieSynVest Fund Management B.V. Hogehilweg 5-Z 1101 CA AMSTERDAM. Publicatiebalans 2015
Hogehilweg 5-Z 1101 CA AMSTERDAM Publicatiebalans 2015 Vastgesteld door de Algemene Vergadering d.d. 29 juni 2016. Hogehilweg 5-Z 1101 CA AMSTERDAM Publicatiebalans 2015 Ingeschreven bij de Kamer van Koophandel
Nadere informatieNBA Alert 30. Jaarrekeningcontrole woningcorporaties 2012
NBA Alert 30 Jaarrekeningcontrole woningcorporaties 2012 April 2013 Status NBA Alert Deze publicatie, die tot stand is gekomen onder verantwoordelijkheid van de NBA, beoogt registeraccountants en accountants-administratieconsulenten
Nadere informatieJaarrekening. BrightNL Coöperatie U.A. Statutair gevestigd te Amsterdam KvK inschrijving:
Jaarrekening BrightNL Coöperatie U.A. Statutair gevestigd te Amsterdam KvK inschrijving: 60880651 Rapport inzake de jaarrekening 2015 Inhoudsopgave JAARREKENING 3 BALANS PER 31 DECEMBER 2015 3 WINST- EN
Nadere informatieStichting Noppes West-Friesland te Beverwijk. BALANS PER 31 DECEMBER 2017 (voor resultaatbestemming) 31 december december 2017 ACTIVA
BALANS PER 31 DECEMBER 2017 (voor resultaatbestemming) 31 december 2017 31 december 2016 ACTIVA Vaste activa Materiële vaste activa 164.001 121.931 Vlottende activa Vorderingen 190.648 67.466 Liquide middelen
Nadere informatieVinc Vastgoed Management I B.V. gevestigd te Rotterdam
#ORG=saa#VES=rdm#PAP=vbl Vinc Vastgoed Management I B.V. gevestigd te Rotterdam Financieel verslag over het boekjaar 1-1-2014 / 30-6-2014 #ORG=saa#VES=rdm#PAP=vlg Vinc Vastgoed Management I B.V., Rotterdam
Nadere informatieDe Woonplaats. Jaarrekening 2014
De Woonplaats Jaarrekening 2014 2 Inhoudsopgave Jaarrekening 1 Balans per 31 december 2014 3 Winst- en verliesrekening over 2014 5 Kasstroomoverzicht 2014 6 Grondslagen voor balanswaardering en resultaatbepaling
Nadere informatieStichting Jazz Orchestra of the Concertgebouw gevestigd te Amsterdam. Jaarverslag 2017
Stichting Jazz Orchestra of the Concertgebouw gevestigd te Jaarverslag 2017 1 Inhoudsopgave Pagina 1. Jaarrekening 1.1 Balans per 31 december 2017 4 1.2 Staat van baten en lasten over 2017 6 1.3 Grondslagen
Nadere informatie