Gedachtewisseling. Verslag

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Gedachtewisseling. Verslag"

Transcriptie

1 stuk ingediend op 1020 ( ) Nr maart 2011 ( ) Gedachtewisseling over het ontwerp van beheersovereenkomst tussen de Vlaamse Regering en nv De Scheepvaart en over het ontwerp van beheersovereenkomst tussen de Vlaamse Regering en Waterwegen en Zeekanaal NV (W&Z) Verslag namens de Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken uitgebracht door mevrouw Lies Jans en de heren Marino Keulen, Steve D Hulster en Sas van Rouveroij verzendcode: OPE

2 2 Stuk 1020 ( ) Nr. 1 Samenstelling van de commissie: Voorzitter: de heer Jan Peumans. Vaste leden: mevrouw Karin Brouwers, de heer Dirk de Kort, mevrouw Griet Smaers, de heer Marc Van de Vijver; de heren Pieter Huybrechts, Jan Penris, mevrouw Marleen Van den Eynde; de heren Marino Keulen, Sas van Rouveroij; de heren Steve D Hulster, Jan Roegiers; mevrouw Lies Jans, de heer Jan Peumans; de heer Peter Reekmans; de heer Dirk Peeters. Plaatsvervangers: de heren Ludwig Caluwé, Carl Decaluwe, Ward Kennes, Johan Sauwens; mevrouw Agnes Bruyninckx-Vandenhoudt, de heer Johan Deckmyn, mevrouw Katleen Martens; de heer Jean-Jacques De Gucht, mevrouw Annick De Ridder; mevrouw Michèle Hostekint, de heer Bart Martens; de heer Bart De Wever, mevrouw Tine Eerlingen; de heer Lode Vereeck; de heer Filip Watteeuw. V l a a m s Pa r l e m e n t 1011 B r u s s e l 0 2 / w w w. v l a a m s p a r l e m e n t. b e

3 Stuk 1020 ( ) Nr. 1 3 INHOUD I. Inleiding door mevrouw Hilde Crevits, Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken... 5 II. Uiteenzetting door de heer Erik Portugaels, gedelegeerd bestuurder van nv De Scheepvaart Situering Strategische en operationele organisatiedoelstellingen Vlot en veilig scheepvaartverkeer verzekeren Een toename van het vervoer over de waterweg nastreven De infrastructuur moderniseren en onderhouden Duurzaam en multifunctioneel beheer van de waterweg Commercieel grondbeleid Entiteitspecifieke strategische projecten Entiteitsoverschrijdende strategische projecten Engagementen interne werking... 9 III. Bespreking van het ontwerp van beheersovereenkomst van nv De Scheepvaart 9 1. Waterweg als volwaardig vervoersalternatief Modal shift Groei trafieken Verhogen bruggen Albertkanaal Sluizencomplex Wijnegem Onderhoud Veiligheid Watergebonden bedrijventerreinen Sluizen Blauwe Kei Woonboten Baggeren Kempische kanalen Promotie binnenvaart IV. Uiteenzetting door de heer Leo Clinckers, gedelegeerd bestuurder van W&Z Situering Strategische en operationele organisatiedoelstellingen Bijdragen aan een betere mobiliteit Beveiligen van de bevolking en beschermen van het patrimonium tegen schade door overstromingen Duurzaam ontwikkelen van de waterweg Uitbouwen van W&Z tot een performante organisatie... 15

4 4 Stuk 1020 ( ) Nr Strategische projecten Specifieke zaken Tarieven Samenwerkingsovereenkomsten Bijzondere bepaling Advies Inspectie van Financiën V. Bespreking van het ontwerp van beheersovereenkomst van W&Z Algemeen Betere mobiliteit Masterplan Horizon Modal shift Estuaire vaart Watergebonden bedrijventerreinen Kaaimuren Transportdeskundigen Beveiliging tegen overstromingen Beveiliging huizen Beveiliging industriële bebouwing Overstromingsgebieden Boven-Schelde, Dender en IJzer Duurzame ontwikkeling Vrijwaren diepgang Integraal waterbeleid Landschap Woonboten Performante organisatie Engagementen van de Vlaamse Regering Specifieke deel Gebruikte afkortingen Bijlagen Bijlage 1: Ontwerp van beheersovereenkomst tussen de Vlaamse Regering en nv De Scheepvaart Bijlage 2: Ontwerp van beheersovereenkomst tussen de Vlaamse Regering en het Agentschap Waterwegen en Zeekanaal... 79

5 Stuk 1020 ( ) Nr. 1 5 De Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken hield op 17 februari 2011 een gedachtewisseling met mevrouw Hilde Crevits, Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken, de heer Erik Portugaels, gedelegeerd bestuurder van nv De Scheepvaart, en de heer Leo Clinckers, gedelegeerd bestuurder van het agentschap Waterwegen en Zeekanaal (W&Z), over de respectievelijke ontwerpen van beheersovereenkomst tussen de Vlaamse Regering en beide extern verzelfstandigde agentschappen. Volgens artikel 8 (IVA s) en 14 (EVA s) van het kaderdecreet Bestuurlijk Beleid van 18 juli 2003 wordt een beheersovereenkomst voor de ondertekening ervan door de Vlaamse Regering meegedeeld aan het Vlaams Parlement. Het Vlaams Parlement beschikt dan over negentig dagen om (desgewenst) de overeenstemming tussen de beheersovereenkomst en de doelstellingen van de goedgekeurde beleidsnota te toetsen. Als bij het verstrijken van een beheersovereenkomst geen nieuwe beheersovereenkomst in werking is getreden, wordt volgens artikel 16, 2, van het kaderdecreet de bestaande overeenkomst van rechtswege verlengd, tot op het ogenblik dat een nieuwe beheersovereenkomst in werking treedt. De ontwerpen van beheersovereenkomst tussen de Vlaamse Regering en nv De Scheepvaart en tussen de Vlaamse Regering en Waterwegen en Zeekanaal NV werden aan het parlement meegedeeld op 21 december De gedachtewisseling kadert in de toetsingsbevoegdheid van het parlement. De ontwerpen van beheersovereenkomst zijn opgenomen als bijlage bij dit verslag. I. INLEIDING DOOR MEVROUW HILDE CREVITS, VLAAMS MINISTER VAN MOBILITEIT EN OPENBARE WERKEN Minister Hilde Crevits herinnert eraan dat de Vlaamse Regering op 17 december 2010 haar goedkeuring hechtte aan volgende drie ontwerpbeheersovereenkomsten : tussen de Vlaamse Regering en het agentschap Waterwegen en Zeekanaal NV (een EVA), het agentschap nv De Scheepvaart (een EVA) en het Agentschap voor Maritieme Dienstverlening en Kust (een IVA). Zij werden op 21 december 2010 overgezonden aan het Vlaams Parlement. De minister geeft hierbij een gezamenlijke inleiding op de toelichting van die drie beheersovereenkomsten. Het verslag van de commissiebespreking van de beheersovereenkomst met MDK is afzonderlijk gepubliceerd (Parl. St. Vl. Parl , nr. 987/1). De minister wijst op de procedure. Het kaderdecreet Bestuurlijk Beleid bepaalt dat het Vlaams Parlement binnen de negentig dagen de overeenstemming tussen de beheersovereenkomst en de doelstellingen van de goedgekeurde beleidsnota kan toetsen. Eerder besprak de commissie de beheersovereenkomsten met De Lijn 1 en het Agentschap Wegen en Verkeer 2. De beheersovereenkomsten die vandaag worden besproken zijn zogenaamd overeenkomsten van de tweede generatie. Ze zijn opgesteld in overeenstemming met de door de Vlaamse Regering opgelegde generieke bepalingen inzake de opmaak van beheers- en managementovereenkomsten. Daarbij werd rekening gehouden met de aanbevelingen van het Rekenhof ter zake. Zij kwamen tot stand in overleg met het Departement MOW, het agentschap en de minister zelf. Waar mogelijk werd ook inhoudelijk een maximale overeenstemming tussen de agentschappen nagestreefd. De beheersovereenkomsten vormen logischerwijze de verdere en operationele vertaling van het regeerakkoord 3 en de beleidsnota 4. De beleidsdoelstellingen zoals opgenomen in de beleidsnota werden geconcretiseerd tot op het niveau van het agentschap in de vorm 1 Parl. St. Vl. Parl , nr. 878/1 en Hand. Vl. Parl , nr. C98 OPE9. 2 Parl. St. Vl. Parl , nr. 974/1. 3 Regeringsverklaring van de Vlaamse Regering, met regeerakkoord (Parl. St. Vl. Parl. 2009, nr. 31/1). 4 Beleidsnota Mobiliteit en Openbare Werken , ingediend door mevrouw Hilde Crevits, Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken (Parl. St. Vl. Parl , nr. 217/1).

6 6 Stuk 1020 ( ) Nr. 1 van de strategische en operationele organisatiedoelstellingen, en hebben betrekking op de prestaties die het agentschap moet leveren vanuit zijn belangrijke opdracht als beleidsuitvoerder. Met andere woorden, iedere paragraaf uit de beleidsnota kan als het ware gekoppeld worden aan een of meer doelstellingen van een of meer agentschappen. Voor W&Z zijn dit volgende strategische doelstellingen: bijdragen aan een betere mobiliteit; beveiligen van de bevolking en beschermen van het patrimonium tegen de schade van overstromingen duurzaam ontwikkelen van de waterweg; uitbouwen van Waterwegen en Zeekanaal NV tot een performante organisatie. En voor nv De Scheepvaart: een vlot en veilig scheepvaartverkeer verzekeren, als dienst aan de economie en de burger; een toename van het vervoer via de waterwegen nastreven als volwaardig vervoersalternatief; de waterwegen en hun infrastructuur moderniseren en op een efficiënte manier onderhouden om adequaat te kunnen inspelen op de transportbehoeften; duurzaam en multifunctioneel beheer en gebruik van de waterwegen; een commercieel grondbeleid voeren om watergebonden bedrijventerreinen te creëren en het patrimonium op een marktconforme manier te valoriseren. Een beheersovereenkomst mag zich niet beperken tot het strategisch niveau. De strategische doelstellingen werden dan ook concreet vertaald naar specifieke operationele doelstellingen. Om tot een kwalitatieve dienstverlening voor vlot en veilig verkeer op het transportnet te komen, hebben de drie genoemde agentschappen een belangrijke rol te spelen, aldus minister Crevits. Wat de adviezen van de Inspectie van Financiën betreft, kan de minister melden dat er een gunstig advies is bekomen voor de beheersovereenkomst met MDK en nv De Scheepvaart, maar diezelfde Inspectie van Financiën gaf een ongunstig advies voor de beheersovereenkomst met W&Z. Dat is eigenaardig omdat de opbouw van de beheersovereenkomst van W&Z niet wezenlijk verschilt van die van nv De Scheepvaart. Bij de bespreking van de beheersovereenkomst met W&Z wordt hierop ingegaan. II. UITEENZETTING DOOR DE HEER ERIK PORTUGAELS, GEDELEGEERD- BESTUURDER VAN NV DE SCHEEPVAART 1. Situering De heer Erik Portugaels zegt dat De Scheepvaart een traditie heeft van beheersovereenkomsten. In 1998 had de nv al haar eerste beheersovereenkomst. Ondertussen zijn die beheersovereenkomsten verfijnd. Op vraag van de minister hebben De Scheepvaart en W&Z samen met het Departement MOW en de andere MOW-entiteiten een gezamenlijke MOW-missie en -visie opgesteld, waarin de relatie tussen de opdrachten voor infrastructuur en mobiliteit is uitgeschreven. Het duurzame, dynamische en commerciële beheer van waterwegen en watergebonden grondenbeheer van de waterweg omvat ook alle aspecten die daarmee verbonden zijn: het realiseren van nieuwe infrastructuur en het onderhouden van de bestaande, het stimuleren van het vervoer over het water, en een multifunctionele aanwending van de waterweg. Duurzaamheid en respect voor de draagkracht staan hierbij voorop. Een groot belang hecht De Scheepvaart aan de waarden klantgerichtheid, kwaliteit, efficiëntie en effectiviteit, veiligheid en integriteit, betrouwbaarheid en openheid.

7 Stuk 1020 ( ) Nr. 1 7 Het door de Vlaamse Regering goedgekeurde ontwerp van beheersovereenkomst met nv De Scheepvaart is opgesteld volgens het door de regering opgelegde sjabloon voor de beheersovereenkomsten van de tweede generatie. Het omvat volgende onderdelen: het beleidskader, missie en visie, vijf strategische organisatiedoelstellingen, veertien operationele organisatiedoelstellingen, dertien strategische projecten en de engagementen van de vennootschap aangaande de interne werking. De strategische doelstellingen zijn vertaald in operationele doelstellingen, entiteitsspecifieke strategische projecten en entiteitsoverschrijdende strategische projecten. De eerste twee categorieën zijn uitgedrukt in prestatie-indicatoren en streefwaarden; de laatste categorie in engagementen. Daarbij wordt de SMART-methode gehanteerd (specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch, tijdgebonden). Bij de strategische organisatiedoelstellingen staat een vlot en veilig scheepvaartverkeer voorop. De overige strategische organisatiedoelstellingen zijn: een toename van het goederenvervoer over de waterweg nastreven, de waterwegen en hun infrastructuur moderniseren en efficiënt onderhouden, een duurzaam en multifunctioneel beheer en gebruik van waterwegen, en een commercieel watergebonden grondbeleid. De heer Portugaels wil zich focussen op de hoofdlijnen zijnde de strategische en operationele organisatiedoelstellingen en de strategische projecten en verwijst voor de meer inhoudelijke elementen naar de tekst van de beheersovereenkomst. 2. Strategische en operationele organisatiedoelstellingen 2.1. Vlot en veilig scheepvaartverkeer verzekeren Een vlot en veilig scheepvaartverkeer verzekeren, als dienst aan de economie en burger, is de eerste strategische doelstelling en dat is logisch voor een waterwegbeheerder. De opdracht omvat onder meer de bediening van sluizen en beweegbare bruggen, het regelen van de scheepvaart, en het toezicht op en langs de waterwegen. Een maximale en kostenefficiënte scheepvaartafwikkeling en bediening wordt nagestreefd door te investeren in geïnformatiseerd verkeersmanagement, centralisatie, automatisering en afstandsbediening van kunstwerken. De exploitatie dient maximaal te beantwoorden aan kwaliteitsvereisten en veiligheidsnormen. Die strategische doelstelling is vertaald in twee operationele doelstellingen. Een eerste is de scheepvaart op een vlotte manier laten verlopen, onder meer door het optimaliseren van dienstverlening en informatie-uitwisseling (OOD 1.1). Dat wordt opgevolgd op twee wijzen. Vooreerst worden betrouwbare vertrek- en aankomsttijden en aanvaardbare doorlooptijden aangeboden. De prestatie-indicator hiervoor is de mate waarin doorlooptijden voor de beroepsvaart worden verzekerd. Het aantal overschrijdingen van de aanvaardbare doorlooptijd zal maximaal tien percent bedragen en wordt berekend op vijf modeltrajecten. Ten tweede engageert de vennootschap zich ertoe tijdig en accuraat informatie te laten verstrekken door het River Information Services (RIS) Hasselt. De prestatie-indicator hierbij is de mate waarin RIS Hasselt operationeel is. Er wordt getracht het RIS de klok rond operationeel te houden; de streefwaarde is 98% van de tijd. De tweede operationele doelstelling (OOD 1.2) betreft het verhogen van de veiligheid op de kanalen. Een goede werking van het RIS zal ongetwijfeld die veiligheid ten goede komen. Het is de bedoeling het aantal averijen en aanvaringen waarvoor de vennootschap aansprakelijk wordt gesteld te beperken tot twee per tienduizend scheepsbewegingen. Om die streefwaarde te bereiken is een duidelijke signalisatie en tijdige communicatie over hindernissen op het water noodzakelijk.

8 8 Stuk 1020 ( ) Nr Een toename van het vervoer over de waterweg nastreven De tweede strategische organisatiedoelstelling is het nastreven van een toename van het vervoer op de waterweg als volwaardig transportalternatief. Dat zal gebeuren door de mogelijkheden van de waterweg te promoten door gerichte communicatie en marketing (OOD 2.1), en door het aantrekken van nieuwe trafiek (OOD 2.2) De infrastructuur moderniseren en onderhouden De derde strategische doelstelling bestaat erin de waterwegen en hun infrastructuur te moderniseren en op een efficiënte manier te onderhouden om adequaat te kunnen inspelen op de transportbehoeften. Daartoe wil De Scheepvaart de capaciteit van het kanalennet verhogen door het wegwerken van infrastructurele knelpunten en bottlenecks (OOD 3.1). De vennootschap wil de kwaliteit van de infrastructuur op peil houden door duurzaam en efficiënt onderhoud (OOD 3.2). Kwaliteitsvolle infrastructuurwerken wil men realiseren met een performant project- en timemanagement (OOD 3.3) Duurzaam en multifunctioneel beheer van de waterweg Een duurzaam en multifunctioneel beheer en gebruik van de waterwegen is de vierde strategische organisatiedoelstelling. Daartoe streeft de vennootschap volgende operationele doelstellingen na: het ontwikkelen van een multifunctionele visie voor de beheerde waterwegen (OOD 4.1), het verzekeren van een voldoende wateraanbod (OOD 4.2), het evenwichtig beheren van de watersystemen volgens de principes van integraal waterbeleid (OOD 4.3), het verbeteren van de recreatieve mogelijkheden van de waterweg (OOD 4.4), en het milieuvriendelijk beheren van de waterweg en zijn aanhorigheden (OOD 4.5) Commercieel grondbeleid De vijfde strategische doelstelling is een commercieel grondbeleid voeren om watergebonden bedrijventerreinen te creëren en het patrimonium op een marktconforme manier te valoriseren. Dat wordt ingevuld door het ter beschikking stellen van watergebonden bedrijventerreinen (OOD 5.1) en door het valoriseren van watergebonden bedrijventerreinen met het oog op het verhogen van de trafiek (OOD 5.2). 3. Entiteitspecifieke strategische projecten De gedelegeerd bestuurder geeft een opsomming van de vijf strategische projecten die zijn gerelateerd aan de vijf strategische doelstellingen. Het gaat om entiteitspecifieke projecten. Aan de eerste strategische doelstelling, vlot en veilig verkeer garanderen, zijn twee strategische projecten verbonden: de uitbouw van intelligente sturings- en begeleidingssystemen en de uitbouw van een netwerk van wacht- en rustplaatsen. Voor de tweede strategische doelstelling, de promotie van de binnenvaart als transportalternatief, wordt een transportdeskundige permanent ingezet. De strategische projecten voor de modernisering van het waterwegennet van nv De Scheepvaart (SOD 3) zijn: het verhogen van bruggen op het Albertkanaal tot 9,10 meter, de aanpassing van het vak Wijnegem-Antwerpen tot een klasse VI-waterweg, het vrijwaren van voldoende sluiscapaciteit op het Albertkanaal, en de verruiming van de vaar- en schutcapaciteit op het kanaal Bocholt-Herentals. Voor het duurzaam en multifunctioneel beheer en gebruik van de waterwegen (SOD 4) wil De Scheepvaart een multifunctionele visie en een ontwikkelingsplan voor het waterwegennet ontwikkelen, pompinstallaties plaatsen op de sluizencomplexen van het Albertkanaal, en de Gemeenschappelijke Maas uitbouwen tot een duurzaam en ecologisch systeem.

9 Stuk 1020 ( ) Nr. 1 9 Aan de vijfde strategische doelstelling een commercieel grondbeleid voeren om watergebonden bedrijventerreinen te creëren en het patrimonium op een marktconforme manier te valoriseren beantwoordt volgend project: de ontwikkeling van de ENA-bedrijventerreinen (Economisch Netwerk Albertkanaal) met in het bijzonder de ontwikkeling van de terreinen Ham-Zwartenhoek, Lanaken en Dossche-site (Heusden-Zolder). 4. Entiteitsoverschrijdende strategische projecten Entiteitsoverschrijdend is de actieve medewerking van de vennootschap aan de uitwerking van het ontwerp van Infrastructuurdecreet, aan het project inzake de versnelling van investeringsprojecten, en aan het opzetten van een Dataroom MOW. 5. Engagementen interne werking Voor de interne werking engageert De Scheepvaart zich tot het verbeteren van efficiëntie en effectiviteit, het verhogen van de maturiteit van de organisatie, het voeren van een integriteitsbeleid en van een klachtenmanagement. III. BESPREKING VAN HET ONTWERP VAN BEHEERSOVEREENKOMST VAN NV DE SCHEEPVAART Verscheidene sprekers verklaren verheugd te zijn over het ontwerp van beheersovereenkomst. Volgens de heer Marino Keulen wijst het ontwerp erop dat De Scheepvaart een performante instelling is. Hij is in het bijzonder opgetogen door de engagementen van de vennootschap om mee te werken aan de versnelling van investeringsprojecten en aan het integraal waterbeheer. Ook staat hij achter de voorgenomen nulgroei op personeelsvlak waarbij geen afbreuk wordt gedaan aan de ambities. 1. Waterweg als volwaardig vervoersalternatief De heer Marino Keulen vraagt hoe De Scheepvaart zijn ambitie om meer trafiek te genereren wil nastreven. Gedelegeerd bestuurder Erik Portugaels legt uit dat de vennootschap in eerste instantie de vlotheid van de scheepvaart wil garanderen door de gevolgen van averij aan de sluizen en bruggen, stremming van het vaarverkeer, zoveel mogelijk te beperken. Hij verwijst daarvoor naar de operationele doelstelling 3.2 betreffende het op peil houden van de kwaliteit van de infrastructuur. Die doelstelling is een van de oudste van het agentschap; ze stond al in alle vorige beheersovereenkomsten. Zo stelt De Scheepvaart alles in het werk om bij averij de hinder tot een minimum te beperken door een snelle onderhoudsinterventie. In minimaal negentig percent van de gevallen moet een onderhoudsinterventie plaatsvinden binnen de drie uur; en dat streefdoel wordt telkenmale gehaald. De beschikbaarheid van een eigen centrale regie in Mol, gelegen midden het beheersgebied van de vennootschap draagt hiertoe in grote mate bij. Van daaruit wordt bij defecten aan sluizen of bruggen onmiddellijk met man en macht uitgerukt. Er is een reserve aan alle mogelijke wisselstukken ter beschikking. Er is een permanentie met een ploegensysteem. 2. Modal shift De heer Marino Keulen wil weten hoe de vennootschap de promotie van de waterweg als alternatieve vervoersmodus concreet zal aanpakken. Gedelegeerd bestuurder Erik Portugaels verklaart dat inspanningen worden gedaan om trimodaal te werken: waar het kan waterweg, weg en spoor met elkaar verbinden en inzetten op de meest aangewezen wijze. Soms dreigt er concurrentie in plaats van samenwerking, maar de vennootschap probeert met overleg tot aanvaardbare oplossingen te komen. Goede voorbeelden zijn de projecten in Meerhout en in Genk (met de onderne-

10 10 Stuk 1020 ( ) Nr. 1 ming ALZ). Het stimuleren van het gebruik van de binnenvaart gebeurt ook door het ter beschikking stellen van watergebonden bedrijventerreinen en diverse steunmaatregelen voor de binnenvaart. De Scheepvaart, die nog capaciteit over heeft op de kanalen, probeert waar mogelijk de modal shift naar de waterweg te realiseren, door reclame, door rechtstreeks naar de bedrijven toe te stappen en door inzet van een transportdeskundige. Mevrouw Griet Smaers wil graag wat meer informatie over die transportdeskundige. De heer Erik Portugaels antwoordt dat het agentschap al enkele jaren een overeenkomst lopende heeft met Voka en UNIZO om samen een transportdeskundige in te zetten. Die inzet heeft uitstekende resultaten. De deskundige stapt rechtstreeks op de bedrijven af. Hij onderzoekt samen met de bedrijfsleiding de mogelijkheden voor goederenvervoer over het water, ook voor nieuwe initiatieven zoals het palletvervoer via de binnenvaart en door het toepassen van nieuwe transporttechnieken. Het succes van de inzet van de transportdeskundige is aanzienlijk. 3. Groei trafieken Mevrouw Griet Smaers vraagt wat de concrete opbrengst is van de inzet van een transportdeskundige. Kunnen geen (streef)cijfers daarover worden gegeven? Hoeveel groei verwacht De Scheepvaart in de komende jaren komende vanuit de haven van Antwerpen? Het is niet eenvoudig om zomaar precieze groeiprognoses van de trafieken op de waterwegen van De Scheepvaart te geven, zegt de heer Erik Portugaels. Maar de verwachtingen inzake groei van de binnenvaart zijn algemeen positief, gezien allerhande factoren zoals de redelijk standvastige groei van de binnenvaart, de voortzetting van het kaaimurenprogramma, de inzet van een transportdeskundige enzovoort. In januari 2011 noteerde De Scheepvaart al 28,5% meer trafiek in vergelijking met de weliswaar nog in de crisis gesitueerde maand januari De terugval door de crisis lijkt echter al volledig te zijn gekeerd. Het transport over het water is nogal conjunctuurgevoelig; veertig percent van het vervoerde tonnage betreft bijvoorbeeld bouwmaterialen. Een toename van minimum twee percent per jaar lijkt echter geen vermetele prognose gelet op de trend van de vorige tien jaar en op de inspanningen die op alle vlakken worden gedaan. Ook de nieuwe initiatieven van de Vlaamse Regering in het kader van het FISN (Flanders Inland Shipping Network) ondersteunen de groei. Dat gaat onder andere om succesrijke maatregelen voor het stimuleren van palletvervoer en containertransport 4. Verhogen bruggen Albertkanaal Volgens de heer Marino Keulen is de verhoging van de bruggen op het Albertkanaal cruciaal voor het bereiken van de ambities om de trafieken op de waterwegen te verhogen. Daarvoor moet men immers doorvaart kunnen verlenen aan de vierlagige containervaart. Is dat haalbaar tegen de vooropgestelde deadline van 2020? Ook mevrouw Griet Smaers heeft belangstelling voor de verhoging van de bruggen op het Albertkanaal, een van de strategische projecten van de beheersovereenkomst. Zij herinnert aan de eerder gestelde deadline van 2018 voor het verhogen van alle bruggen. Is dat haalbaar en is de financiering afdoende? De heer Dirk Peeters is tevreden dat het Masterplan 2020 voorziet in de verhoging van een aantal bruggen op het Albertkanaal. Maar hoe zit het met de verhoging van de spoorwegbruggen? De NMBS-instanties in de Kempen kunnen daarover nog geen uitsluitsel geven. Spreker denkt heel concreet aan de spoorwegbrug in Herentals.

11 Stuk 1020 ( ) Nr De heer Erik Portugaels geeft aan dat de eerste brug over het Albertkanaal die werd verhoogd tot 9,10 meter, de brug van Sledderlo-Genk was aan de Ford-fabriek. Die was eerst ontworpen voor een vrije hoogte van 7,00 meter en is in 1993 herbouwd op 9,10 meter gelet op de verwachte ontwikkelingen in het containervervoer in de binnenvaart. Vanaf 1993 heeft men ervoor geopteerd alle bruggen over het Albertkanaal te verhogen tot die hoogte. In het Masterplan 2020 voor Antwerpen is voorzien in de verhoging van alle bruggen van Antwerpen tot Meerhout. Op de waterwegen van De Scheepvaart werden in containers vervoerd waarvan er de containerterminal van Meerhout passeren. Als de bruggen op het traject Antwerpen-Meerhout al kunnen worden verhoogd tot 9,10 meter dan wordt de capaciteit al met één laag of 25% vermeerderd. De ambitie van De Scheepvaart is alleszins om het project van de verhoging van de bruggen binnen afzienbare tijd af te ronden. De reguliere kredieten volstaan echter niet om die brugverhogingen te financieren binnen de periode tot Daarom worden er momenteel mogelijkheden onderzocht naar alternatieve financiering zoals pps, waarbij door clustering van een aantal bruggen de kostprijs voor realisatie kan worden gedrukt. Wat de aanpassing van de spoorbrug in Herentals betreft, die is mee opgenomen in het Masterplan De Scheepvaart had al overleg met de NMBS over de herbouw van de brug van Herentals. De heer Portugaels verwijst ten slotte ook naar de problematiek van het verplaatsen van leidingen in sommige te herbouwen bruggen. Daarover pleegt De Scheepvaart al overleg met nutsmaatschappijen. 5. Sluizencomplex Wijnegem De heer Marino Keulen vindt in het ontwerp van beheersovereenkomst geen concreet uitvoeringstraject met betrekking tot het sluizencomplex van Wijnegem. Ook de heer Dirk de Kort kijkt belangstellend uit naar meer informatie. Wat het sluizencomplex in Wijnegem betreft, meldt de heer Erik Portugaels dat er een behoefteonderzoek is gebeurd. De resultaten van het behoefteonderzoek werden in januari 2011 toegelicht aan de omwonenden van de sluis. Uit die behoeftestudie, die een degelijk werkstuk is, blijkt dat de bouw van een vierde sluis, een extra duwvaartsluis, de enige oplossing is om te komen tot een moderne en duurzame infrastructuur die de verwachte toename van de trafieken meester kan. Een oplossing die erin zou bestaan de bestaande Noordersluis in Wijnegem om te bouwen tot een duwvaartsluis, zou tijdens de bouwperiode van zowat drie jaar reuzenopstoppingen veroorzaken met catastrofale gevolgen voor de scheepvaart. Als men rekening houdt met een trafiekstijging van slechts twee percent, zou bovendien de opgewaardeerde sluis na een jaar of zeven al weer gesatureerd zijn. De resultaten van het onderzoek zullen de basis vormen voor de verdere besluitvorming door de minister. Een vervolgtraject zal alleszins nog procedures van MER en GRUP omvatten. 6. Onderhoud De heer Marino Keulen vindt de opgegeven streefwaarde voor het onderhoudsbudget uitgedrukt in percentage van de waarde van het patrimonium aan de lage kant. Die streefwaarde is vastgesteld op 2,5% binnen de budgettaire mogelijkheden. Ervan uitgaande dat niet alle waterinfrastructuur veertig jaar meegaat, lijkt dat te weinig.

12 12 Stuk 1020 ( ) Nr Veiligheid De heer Marino Keulen herinnert aan het overstromen van het kanaal-brussel-charleroi in november Hij vraagt zich af of een dergelijk rampzalig incident uitgesloten is in het werkingsgebied van nv De Scheepvaart. 8. Watergebonden bedrijventerreinen De heer Marino Keulen vraagt hoe hij de operationele organisatiedoelstelling 5.1 moet begrijpen. Het gaat over het ter beschikking stellen van watergebonden bedrijventerreinen. Het lijkt de spreker zeer ambitieus om de oppervlakte van dergelijke terreinen in verhouding tot het totale grondenpatrimonium jaarlijks met twee percent te verhogen. Nochtans staat het zo vermeld als streefwaarde. Mevrouw Griet Smaers vraagt hoe realistisch die streefwaarde wel is en of de heer Portugaels kan aangeven wat men in het verleden met betrekking tot die doelstelling heeft gerealiseerd. De heer Erik Portugaels geeft toe dat er een fout is geslopen in de beheersovereenkomst. De streefwaarde voor het ter beschikking stellen van watergebonden bedrijventerreinen (OOD 5.1) is een jaarlijkse verhoging van de oppervlakte bedrijventerreinen ten opzichte van de totale oppervlakte in beheer van 0,2% in plaats van 2% zoals verkeerdelijk opgenomen in de overeenkomst. Dat komt concreet neer op minstens acht hectare per jaar en is realistisch gelet op de vooruitzichten inzake de realisatie van het ENA, weliswaar onder voorbehoud van de beschikbaarheid van voldoenden middelen. Hij verwijst naar de terreinen in Grobbendonk, Ham-Zwartenhoek, Diepenbeek, Genk enzovoort. Mevrouw Griet Smaers polst naar de moeilijkheden die De Scheepvaart ondervindt bij het realiseren van nieuwe bedrijventerreinen. Heeft de gedelegeerd bestuurder soms aanbevelingen voor het versnellen van projecten? De tijd om dergelijke projecten te realiseren duurt naar de mening van de heer Erik Portugaels inderdaad soms te lang, onder meer door het moeizame vergunningentraject waarvoor De Scheepvaart niet verantwoordelijk is. Het creëren van watergebonden industrieterreinen is evenwel de enige oplossing om in de toekomst meer trafiek te genereren. Men moet immers kunnen laden en lossen op de oevers. De Scheepvaart heeft sinds 1998 dertig kaaimuren gebouwd; die zijn nu al operationeel en ze leverden sinds hun realisatie al 45 miljoen ton extra trafiek op in plaats van de vooropgestelde 30 miljoen ton de helft meer dus. De heer Portugaels preciseert dat de vennootschap slechts gronden uit haar patrimonium verkoopt als ze niet watergebonden zijn. Met de opbrengst worden dan weer watergebonden gronden aangekocht. De heer Dirk de Kort leest in de beheersovereenkomst dat de opbrengst van de grondverkoop door de vennootschap ook mag worden aangewend voor de aankoop van andere onroerende goederen in het kader van de missie. Hoe zit dat? De heer Erik Portugaels verduidelijkt dat de opbrengst van de verkoop van gronden uit het patrimonium van de vennootschap in de globale middelen van de vennootschap terechtkomt. Er worden in principe alleen niet-watergebonden gronden verkocht. Daarmee worden dan watergebonden gronden aangeschaft. De Scheepvaart moet niet rekenen op extra kredieten om grond te kopen; dat moet met eigen middelen met gesloten beurs gebeuren. Als men zekerheid heeft dat een bedrijf dat op zoek is naar een vestiging langs de waterweg het vaste voornemen heeft de binnenvaart te gebruiken, dan laat men dat bedrijf bij de grondverwerving zijn gang gaan. Maar als De Scheepvaart niet zeker is van

13 Stuk 1020 ( ) Nr het voornemen van het bedrijf, dan zal De Scheepvaart de betrokken grond zelf verwerven en nadien de terreinen in concessie geven. Ook de opbrengsten van de concessies vanaf 2007 voert de vennootschap trouwens een marktconform grondbeleid worden gebruikt voor de aankoop van terreinen. 9. Sluizen Blauwe Kei Mevrouw Griet Smaers is blij met de opname als strategisch project van de vervanging van de sluizen 1, 2 en 3 op het kanaal Bocholt-Herentals door één sluis van minimum klasse IV. Als streefwaarde staat er dat de beleidsbeslissing op basis van de MKBA (maatschappelijke kosten-batenanalyse) ten laatste wordt genomen in het voorjaar van Er zou ook overleg komen met de lokale partners. Hoever staat het daarmee? De heer Erik Portugaels meldt dat er voor dit project een kosten-batenanalyse is gemaakt die de basis moest vormen voor verder overleg met andere instanties. Het overleg met ANB en de gemeenten Mol en Lommel heeft intussen plaatsgevonden. 10. Woonboten Mevrouw Marleen Van den Eynde vindt het jammer dat het ontwerp van beheersovereenkomst in het kader van de multifunctionaliteit van de waterweg geen melding maakt van de kwestie van de woonboten. Zij heeft weet van een enorme wachtlijst van 97 eigenaars van woonboten voor een ligplaats. De Scheepvaart heeft tot nu nog geen enkele concessie toegekend. Wonen die mensen dan illegaal? Die mensen kampen daardoor met tal van praktische problemen zoals het bekomen van een adres, het ontvangen van post op hun boot, de bevoorrading van water en energie, het lozen van afvalwater enzovoort. Multifunctionaliteit mag niet alleen gelden voor de jachten en de pleziervaart. De heer Erik Portugaels legt uit dat De Scheepvaart tot nu toe inderdaad nog geen concessies heeft verleend voor woonboten. Er is wel een actie Schoon Schip gestart, om precies een aantal schepen die niet thuishoren op de waterweg, zoals in het Straatsburgdok bijvoorbeeld, te verwijderen. Maar dat gaat niet zozeer om woonboten. Woonboten liggen vooral op het kanaal Dessel-Turnhout-Schoten. Heel wat mensen beschikken daar over een precaire toelating voor een ligplaats van De Scheepvaart. Er loopt een studie om nog meer mogelijkheden te creëren. Naar analogie met het gebruik bij Waterwegen en Zeekanaal zal worden onderzocht of er geen soort contract moet worden uitgewerkt om de woonbootbewoners een zekere rechtszekerheid te geven. Maar de heer Portugaels beklemtoont nogmaals dat er geen sprake is van illegaliteit gelet op het principe van de precaire vergunningen. 11. Baggeren Kempense kanalen De heer Dirk Peeters polst naar de problematiek van het baggeren van het kanaal Dessel- Turnhout-Schoten en het kanaal naar Beverlo. De heer Erik Portugaels antwoordt dat een eerste fase van de baggerwerken is aanbesteed. Er is een aanvraag gebeurd voor een bouw- en milieuvergunning voor het storten van een deel van de baggerspecie in een groeve. De doelstelling is om na de baggerwerken het kanaal risicoloos te laten bevaren door schepen met een diepgang van 2,10 meter in plaats van de 1,90 meter thans. 12. Promotie binnenvaart De heer Dirk de Kort wil weten hoe de promotionele activiteiten van de waterwegbeheerders zich verhouden tot de werking van Promotie Binnenvaart Vlaanderen.

14 14 Stuk 1020 ( ) Nr. 1 De heer Erik Portugaels herinnert aan de oprichting van de vzw Promotie Binnenvaart Vlaanderen, zowat twintig jaar geleden. Hij was daar medestichter van. De vzw doet de algemene promotie voor het gebruik van de waterweg en de sensibilisatie van het grote publiek. De waterwegbeheerders zelf doen hun eigen promotie gericht op de bedrijven die eventueel gebruik zouden kunnen maken van de beheerde waterwegen. Daartoe is binnen het werkgebied van de vennootschap, net als bij W&Z, een vzw Netwerk De Scheepvaart opgericht, die de belangen van de waterwegen en de waterweggebruikers behartigt. De vzw stelt zich ook tot doel de stakeholders bijeen te brengen voor het voeren van promotie gericht op het creëren van meer trafiek. IV. UITEENZETTING DOOR DE HEER LEO CLINCKERS, GEDELEGEERD BESTUURDER VAN W&Z 1. Situering Ir. Leo Clinckers situeert de beheersovereenkomst. Het publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap Waterwegen en Zeekanaal (W&Z) werd opgericht bij decreet van 2 april Dit decreet is in werking getreden op 30 juni Artikel 43bis van het decreet stelt dat de voorwaarden en modaliteiten voor de uitvoering van de opdrachten worden vastgelegd in een beheersovereenkomst. Het voorliggend ontwerp van beheersovereenkomst is opgesteld volgens het sjabloon opgelegd door de Vlaamse Regering voor de beheersovereenkomst van de tweede generatie. Het omvat volgende onderdelen: het beleidskader, missie en visie, vier strategische organisatiedoelstellingen, twaalf operationele organisatiedoelstellingen, en twee strategische projecten. De implementatie van de doelstellingen is meetbaar dankzij kengetallen en prestatie-indicatoren. Een set van vier strategische doelstellingen is uitgewerkt ter realisatie van de beleidsdoelstellingen. Die strategische organisatiedoelstellingen zijn: bijdragen aan een betere mobiliteit, het beveiligen van de bevolking en het beschermen van het patrimonium tegen schade door overstromingen, het duurzaam ontwikkelen van de waterweg, en het uitbouwen van W&Z tot een performante organisatie. Die laatste doelstelling betreft uiteraard de interne werking. 2. Strategische en operationele organisatiedoelstellingen 2.1. Bijdragen aan een betere mobiliteit Dat een waterwegbeheerder moet bijdragen aan een betere mobiliteit noemt de heer Clinckers een evidentie. W&Z wil die strategische doelstelling nastreven met het verbeteren van de capaciteit van de waterwegen (OOD 1.1), het verder ontwikkelen van een maatschappelijk georiënteerd grondbeheer (OOD 1.2), het vergemakkelijken van de toegang tot de waterweg en de overslag stimuleren (OOD 1.3), het verder ontwikkelen van de diversificatie van nieuwe productgroepen of -technieken (OOD 1.4), en het ontwikkelen en stimuleren van het vervoer over de waterweg (OOD 1.5) Beveiligen van de bevolking en beschermen van het patrimonium tegen schade door overstromingen De tweede strategische organisatiedoelstelling is erop gericht een hoger veiligheidsniveau te realiseren door investeringen en maatregelen om de schade te beperken. W&Z wil dat doen met twee operationele doelstellingen. De eerste is het verwezenlijken van infrastructuurwerken ter bescherming van de bevolking tegen waterschade (OOD 2.1). De tweede is het beperken van schade door overstromingen, onder meer door het operationeel houden van een accuraat verwittigingsysteem.

15 Stuk 1020 ( ) Nr Duurzaam ontwikkelen van de waterweg De heer Clinckers benadrukt dat W&Z de eerste twee strategische doelstellingen op een duurzame manier wil aanpakken en tevens de overige functies van de waterweg wil ontwikkelen. Het agentschap poogt de potentialiteiten van de waterweg op een duurzame manier te maximaliseren door in zijn werking steeds oog te hebben voor de aspecten van zowel mobiliteit, veiligheid als natuurlijkheid. Die drie aspecten worden daarbij beschouwd als één cluster. De operationele doelstellingen van dit strategisch streven zijn: het bevorderen van de bedrijfszekerheid van de waterweg (OOD 3.1), een integraal waterbeleid (OOD 3.2), het verbeteren van de recreatieve mogelijkheden van de waterweg en zijn aanhorigheden (OOD 3.4), en het inpassen van de waterweg in het landschap (OOD 3.5) Uitbouwen van W&Z tot een performante organisatie Als succesfactor voor de eerste drie strategische organisatiedoelstellingen, is er de doelstelling om de werking van W&Z blijvend te verbeteren. Daartoe wil men de maturiteit verhogen en efficiëntiewinsten boeken. 3. Strategische projecten W&Z wil zoals De Scheepvaart deelnemen aan het opstellen van het Infrastructuurdecreet en aan het zoeken naar methodes voor het versnellen van investeringsprojecten. 4. Specifieke zaken De heer Clinckers vestigt de aandacht op het specifieke deel van de overeenkomst Tarieven Dat gaat vooreerst over de verplichtingen van het agentschap inzake tarieven (artikel 26 van het oprichtingsdecreet). De vennootschap is bevoegd om scheepvaart-, haven- en terreingelden vast te stellen volgens de bepalingen in de beheersovereenkomst. W&Z verbindt zich ertoe tarieven vast te stellen die gebaseerd zijn op de kostprijs en de markwaarde. Voor de tarifering van vergunningen zal de vennootschap zich richten op het besluit van de Vlaamse Regering van 29 maart 2002, zodat de uniformiteit en de niet-discriminerende aard in heel het Vlaamse Gewest is gewaarborgd. De vennootschap zal maximaal één tariefwijziging per begrotingsjaar doorvoeren, en zal daarbij sterke schommelingen vermijden. Bovendien zullen nieuwe tarieven ten vroegste een maand na bekendmaking aan het cliënteel ingaan Samenwerkingsovereenkomsten Samenwerking is voor W&Z een belangrijk gegeven; en daarom is dat item expliciet opgenomen in de beheersovereenkomst. Het gaat niet alleen over samenwerking binnen het beleidsdomein MOW, maar ook met andere bestuursniveaus. Zeer veel activiteiten van de waterwegbeheerder hebben immers ook te maken met andere beleidsdomeinen. Zo kan de doelstelling van het ontwikkelen van de waterweg voor meer trafiek niet nagestreefd worden zonder intense en brede samenwerking met andere instanties Bijzondere bepaling De vennootschap zal onderzoeken in hoeverre tot ESR-neutraliteit kan worden gekomen als de vennootschap zich geheel of ten dele zou ontwikkelen tot een bedrijfseenheid afgescheiden van het Vlaamse Gewest.

16 16 Stuk 1020 ( ) Nr Advies Inspectie van Financiën In tegenstelling tot nv De Scheepvaart en het Agentschap MDK heeft W&Z voor zijn ontwerp van beheersovereenkomst een ongunstig advies bekomen van de Inspectie van Financiën. De heer Clinckers preciseert dat dit advies er is gekomen hoewel de inhoud van het ontwerp van beheersovereenkomst van W&Z is afgesteld op die van voormelde agentschappen. De Inspectie van Financiën voert een zestal argumenten aan om geen gunstig advies te geven. Een eerste argument gaat over de noodzaak om in de beheersovereenkomst de interventiemogelijkheid van de minister bevoegd voor Financiën en Begroting op te nemen. Welnu, het is opgenomen in artikel 21 van het ontwerp van beheersovereenkomst. Ten tweede vreest de inspecteur van Financiën dat door het opnemen in de beheersovereenkomst (artikel 12) van een aantal strategische investeringen, de Vlaamse Regering geëngageerd is om hoe dan ook die investeringen te financieren. W&Z wijst erop dat de lijst van strategische investeringsdossiers is gebaseerd op reeds beslist beleid of op studieopdrachten. Het engagement van de Vlaamse Regering is niets meer dan dat ze de noodzaak tot uitvoering van die projecten of studies herbevestigt. Expliciet is daarbij opgenomen dat ze die projecten of studies slechts zal laten uitvoeren binnen de budgettaire mogelijkheden. Het zullen uiteindelijk die budgettaire mogelijkheden zijn die de snelheid van uitvoering zullen bepalen. Daarom is ook geen einddatum opgenomen, in tegenstelling met de vorige beheersovereenkomst waarin dat wel het geval was. Voorts is ook volgende alinea toegevoegd: Indien één of meerdere van al deze engagementen van de Vlaamse Regering niet door haar of door het Vlaamse parlement worden gehonoreerd geeft dit in het kader van een vrijwaring van de kwaliteit van de dienstverlening aanleiding tot het verminderd en/of gewijzigd uitvoeren van de overeenkomstige taken en opdrachten, hetzij tot het verminderd en/of gewijzigd uitvoeren van taken en opdrachten die als minder prioritair worden beschouwd.. De uitvoering van projecten en studies hangt dus af van de middelen die ter beschikking worden gesteld. Een derde aanmerking van de Inspectie van Financiën heeft betrekking op het toekennen van leningsmachtigingen om grote infrastructuurwerken te realiseren. Volgens de Inspectie van Financiën moet dat geregeld worden met een beslissing ad hoc van de Vlaamse Regering. In zijn repliek verwijst W&Z naar het Vlaamse regeerakkoord. Dat heeft als ambitie een aantal investeringen uit te voeren. En om daarvoor de nodige middelen in te zetten zal de Vlaamse Regering dat kapitaal zelf lenen op de markt. Het is niet zo dat de Vlaamse Regering door de tekst van de beheersovereenkomst zich ertoe verbindt een leningsmachtiging te verlenen; de Vlaamse Regering zegt enkel toe dit te zullen overwegen. Ten vierde vreest de Inspectie van Financiën dat W&Z zou evolueren naar een privaatrechtelijke vennootschap. In de tekst van de beheersovereenkomst is dat helemaal niet terug te vinden. Artikel 27, dat de inspectie alarmeert, zegt enkel dat W&Z zal onderzoeken in hoeverre tot een ESR-neutraliteit kan worden gekomen. Op basis van dat onderzoek zal het de Vlaamse Regering zijn die zal beslissen. Overigens is W&Z een vennootschap van publiek recht. Als hier wijziging zou optreden wat niet de intentie is zal dit een expliciete beslissing van de Vlaamse Regering vergen. Een vijfde opmerking van de Inspectie van Financiën heeft betrekking op artikel 13, 4, een bepaling over regionalisering. Volgens de inspectie hoort die niet thuis in een beheersovereenkomst. W&Z repliceert met te wijzen op de zware verantwoordelijkheden die de vennootschap draagt voor een vlot en veilig scheepvaartverkeer. W&Z beschikt evenwel niet over alle bevoegdheden daartoe. Enkel een overdracht van bevoegdheden kan soelaas brengen. Aan de Vlaamse Regering wordt gevraagd om een dergelijke overheveling te beijveren wanneer de kans zich daartoe zou voordoen. Die bepaling ligt volledig in de lijn van de door de Vlaamse Regering aangehouden gedragslijn.

17 Stuk 1020 ( ) Nr Tot slot vraagt de Inspectie van Financiën haar rol binnen de verzoeningsprocedure, zoals bepaald in artikel 20 van de beheersovereenkomst, te schrappen. W&Z wijst erop dat die bepaling is overgenomen uit de vorige beheersovereenkomst en ook staat in de andere beheersovereenkomsten. De heer Clinckers merkt nog op dat de aanmerkingen van de Inspectie van Financiën uiteindelijk niet zijn bijgetreden door de heer Philippe Muyters, Vlaams minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke Ordening en Sport. Minister Hilde Crevits voegt daar aan toe dat bovendien de tekst van het ontwerp van beheersovereenkomst van W&Z gelijklopend is met die van nv De Scheepvaart, die wel een gunstig advies heeft verkregen van de Inspectie van Financiën. V. BESPREKING VAN HET ONTWERP VAN BEHEERSOVEREENKOMST VAN W&Z 1. Algemeen Hoewel de heer Clinckers de meeste aanmerkingen van de Inspectie van Financiën goed heeft weerlegt, is de heer Sas van Rouveroij van oordeel dat toch niet alle opmerkingen van het advies zijn beantwoord. Hij schaart zich achter de opmerking dat het ontwerp van beheersovereenkomst niet genoeg concrete gegevens bevat om te oordelen over de ambities van de vennootschap. Meer nog, hij heeft de indruk dat W&Z soms niet voldoende ambitieus is. Het stoort hem ook dat er nergens een tijdpad voor investeringen is opgenomen, hoewel de Vlaamse Regering in haar engagementen in de beheersovereenkomst wel naar een tijdpad verwijst. Minister Hilde Crevits beklemtoont dat in geen enkele beheersovereenkomst een investeringsprogramma is opgenomen. Wel worden enkele strategische projecten naar voren geschoven. Het zijn evenwel de investeringsprogramma s en de daaraan beantwoordende budgetten die zullen bepalen wat en hoeveel er wordt geïnvesteerd. Daarover beslist de regering. De minister zegt dat er gezocht is naar zo gelijklopend mogelijke indicatoren in de beheersovereenkomsten van de agentschappen die het scheepvaartverkeer beredderen. Een aantal van die indicatoren zijn voorzichtig ingevuld, in afwachting van de evolutie in de komende jaren. Niets belet om die indicatoren tijdens de uitvoering van de beheersovereenkomst op basis van de jaarlijkse evaluatie aan te scherpen. De minister herhaalt haar engagement om jaarlijks verslag uit te brengen aan de commissie over die uitvoering. Daarbij zullen De Scheepvaart en W&Z ook altijd samen worden bekeken. Zo is de indicator met betrekking tot de bekkenbeheersplannen identiek in beide beheersovereenkomsten. 2. Betere mobiliteit 2.1. Masterplan Horizon 2014 De heer Sas van Rouveroij vindt het Infrastructuurmasterplan voor de Vlaamse Waterwegen Horizon 2014 nog altijd een goed plan voor het wegwerken van de missing links in het waterwegennet. Maar moet men intussen al niet bezig zijn met het opstellen van een nieuw Masterplan 2020? De heer Leo Clinckers acht het logisch dat het Infrastructuurmasterplan voor de Vlaamse waterwegen Horizon 2014 als uitgangspunt wordt behouden voor investeringen gericht op het verbeteren van de capaciteit van de waterwegen (OOD 1.1). Dat plan is nog actueel, zij het misschien dat 2014 een gedurfde deadline is. In die zin prijst W&Z zich geluk-

18 18 Stuk 1020 ( ) Nr. 1 kig dat Horizon 2014 is bevestigd in het regeerakkoord; dat biedt een houvast voor de ontwikkeling van de bevaarbare waterwegen. De heer Sas van Rouveroij verbaast zich over het streefdoel voor het wegwerken van de missing links: het masterplan dat loopt tot 2014, moet zijn uitgevoerd tegen Is het niet mogelijk per link aan te geven wat het streefdoel is en een lijst van prioriteiten op te stellen? Mevrouw Griet Smaers vraagt of de timing om alle missing links tegen 2020 weg te werken wel realistisch is. De heer Leo Clinckers bevestigt de ambitie van W&Z om de missing links in het waterwegennet weg te werken tegen Het is niet omdat een investeringsdossier klaar is in 2014 dat het project in datzelfde jaar is gerealiseerd. En hij herhaalt dat de vennootschap daarvoor per dossier afhankelijk is van de budgettaire middelen die worden vrijgemaakt en dat het de regering is die de prioriteiten bepaalt Modal shift De heer Sas van Rouveroij is verheugd te lezen dat de vennootschap in haar strategische doelstellingen de ambitie koestert de modal shift naar de binnenvaart te bewerkstelligen. Maar hij is teleurgesteld door de weinig ambitieus verwoorde kengetallen en streefwaarden bij SOD 1. Hij ergert zich daarbij aan de argumentatie van W&Z om geen streefwaarden op te nemen voor de nagestreefde verhoging van de scheepstrafiek. Het ontwerp van beheersovereenkomst stelt dat het door het conjunctuurgevoelige karakter van de scheepvaart ( ) weinig zinvol is een streefwaarde te definiëren.. Men beperkt zich tot het verwijzen naar de trafiekindex als kengetal zonder norm. Spreker kent veel indicatoren die conjunctuurgevoelig zijn en waarvoor toch streefwaarden worden geformuleerd, bijvoorbeeld wat betreft het woon-werkverkeer. Door dat hier niet te doen, is de uitvoering van de beheersovereenkomst op dat punt in feite oncontroleerbaar. Het lid benadrukt dat het beleid dat streeft naar modal shift en modal split een doelstelling van eerste orde is van de regering. Hij staat daar vierkant achter. Mevrouw Karin Brouwers heeft ook haar vragen bij de manier waarop de modal shift zal worden verwezenlijkt. In de beheersovereenkomst staat bijvoorbeeld weinig over tarieven. Voor een bedrijf komt het erop aan dat het ook goedkoper wordt als wordt overgeschakeld op waterwegtransport. Zij verwijst daarvoor naar een voorbeeld op de vaart Leuven- Mechelen, waar enkele jaren geleden een speciale kade is gebouwd voor het vervoer van afval van het hele arrondissement Leuven, van de intercommunale EcoWerf, naar de verbrandingsoven van Beveren. Maar het project stokt omdat het vrachtverkeer over de weg nog steeds goedkoper is. Kan de binnenvaart zich voorbereiden op de invoering van de kilometerheffing voor vrachtwagens over de weg in 2013 waardoor de binnenvaart wellicht een aantrekkelijker alternatief zal kunnen bieden? De heer Leo Clinckers gaat ermee akkoord dat modal shift een belangrijk na te streven doelstelling moet zijn. Maar de waterwegbeheerder heeft niet op alle aspecten greep. De brandstofprijzen, allerhande reglementeringen enzovoort zijn externe factoren. Een concreet voorbeeld zoals het experiment met de aanvoer van afval naar de verbrandingsoven per binnenschip voor de Vlaams-Brabantse intercommunale EcoWerf maakt veel duidelijk. Voor dat project is zelfs een kaai gebouwd, die ook nuttig is voor ander transport. Het experiment is tot nu niet van de grond gekomen omdat het vervoer van afval over de waterweg moet gebeuren in gesloten perscontainers. Het transport over de weg kan gewoon gebeuren in open vrachtwagens. Onder gelijke omstandigheden zou het vervoer over de waterweg nu al goedkoper zijn, maar door die reglementering is het veel duurder.

19 Stuk 1020 ( ) Nr Wat de heer Sas van Rouveroij vooral zou willen kunnen volgen, zijn niet zozeer de absolute cijfers van het aantal ton vervoerd over de waterweg en het aantal vervoerde containers, maar wel de evolutie van het marktaandeel van de binnenvaart in het totaal vervoerd volume van de hele transportsector. Waarom wordt de eerste strategische doelstelling Bijdragen aan een betere mobiliteit niet uitgedrukt in modal shift in plaats van in aantal tonnen vervoerd over de waterweg? De heer Leo Clinckers wijst erop dat de conjuctuurgevoeligheid van de trafiek ook invloed heeft op de modal shift. De modal shift is bovendien afhankelijk van andere factoren, zoals het transportbeleid van de Europese Unie, het spoorwegbeleid enzovoort. Men kan wel een indicator uitwerken voor de modal shift, maar de invloed van W&Z daarop is veeleer marginaal. Zelfs over de evolutie van de trafiek heeft de waterwegbeheerder niet alles in handen. In 2009 werd men door de economische crisis geconfronteerd met een daling van de trafiek met dertien percent, na jaren van ononderbroken toename. Het is dan ook daarvoor niet mogelijk een concrete streefwaarde te formuleren. Een geregelde evaluatie van de beheersovereenkomst zal een heel wat scherper beeld geven dan een vergelijking met enig opgenomen cijfer in de beheersovereenkomst Estuaire vaart De heer Sas van Rouveroij betreurt dat in heel het ontwerp van beheersovereenkomst niets is opgenomen over de estuaire vaart. Dat is nochtans een wezenlijk element om te komen tot een ware modal shift. Hij vraagt dan ook wat W&Z beschouwt als binnenvaart. Als het gehanteerde begrip binnenvaart de estuaire vaart omvat, kan men aannemen dat alle omschreven doeleinden ook daarvoor gelden. De estuaire vaart is als dusdanig niet opgenomen in het ontwerp van beheersovereenkomst omdat het een project is dat lopende is. Het zit dus vervat onder de operationele doelstelling 1.4: Het verder ontwikkelen van de diversificatie van nieuwe productgroepen of technieken. W&Z wenst zich voort in te zetten voor die diversificatie, aldus de heer Leo Clinckers. Estuaire vaart is ook onder die noemer opgenomen in het ondernemingsplan. Een estuair schip is een binnenvaartschip als het aan binnenvaart doet, en dan moet het beantwoorden aan de vereisten van het Algemeen Politiereglement voor de Scheepvaart op de Binnenwateren (KB van 24 september 2006). De heer Sas van Rouveroij wijst erop dat de estuaire vaart intussen toch al niet meer zo innoverend is. Er zijn al drie schepen in de vaart en binnenkort loopt het vierde van stapel. Estuaire vaart verdient meer dan impliciet vervat te zijn onder die doelstelling Watergebonden bedrijventerreinen De heer Sas van Rouveroij acht het streefdoel om jaarlijks minstens m² bedrijventerrein effectief watergebonden te maken door er bedrijvigheid te vestigen (OOD 1.2) ook niet erg ambitieus. Dat is amper één hectare. In de vorige beheersovereenkomst was dat m². De heer Leo Clinckers vindt het geen terechte kritiek alsof het streefdoel om jaarlijks minstens tienduizend m² bedrijventerrein watergebonden te maken door er bedrijvigheid te vestigen wat minnetjes zou zijn. Het ambtsgebied van W&Z kan niet zomaar vergeleken worden met dat van De Scheepvaart, met zijn Albertkanaal en zijn ENA-ontwikkeling (Economisch Netwerk Albertkanaal). W&Z werkt in gebieden die overstromingsgevoelig zijn; het nastreven van een modal shift moet er altijd gepaard gaan met waterbeheersing. Ook zijn de oevers van verscheidene waterwegen van W&Z nu al volgebouwd en als die bebouwing bestaat uit bewoning, is het niet vanzelfsprekend om daar zomaar industrieterreinen tussen te wringen. De geformuleerde ambitie noemt spreker realistisch en geïnspireerd door de ervaringen met de vorige overeenkomst.

20 20 Stuk 1020 ( ) Nr. 1 Mevrouw Griet Smaers vraagt waarop dat streefdoel van m² is gebaseerd. Is dat een doortrekking van historische resultaten? Is er wel voldoende belangstelling bij het bedrijfsleven voor dergelijke terreinen? Er is zeker een reële vraag naar watergebonden terreinen bij het bedrijfsleven, zegt de heer Leo Clinckers. De transportdeskundigen spelen daarop in. Spreker wijst er wel op dat het onmogelijk is alle bedrijven een plaats te geven op de oevers van waterwegen. Hij herhaalt dat het creëren van nieuwe watergebonden bedrijventerreinen een bijzonder moeilijke opdracht is voor W&Z. Er moet bijvoorbeeld een evenwicht nagestreefd worden waarin ook plaats is voor wonen en ecologie. Een oplossing is het uitbouwen van een aantal containerterminals en regionale overslagcentra, waardoor meer bedrijven de waterweg kunnen gebruiken. De heer Sas van Rouveroij noemt het redeneren in termen van uitsluitend extra bedrijfsruimte voorbijgestreefd. Er moet ook gestreefd worden naar verdichting. Heel veel oude bedrijventerreinen kunnen verdicht worden. Zit die doelstelling vervat in de streefwaarde van m²? De heer Leo Clinckers antwoordt dat W&Z die verdichting al nastreeft. En de aldus gewonnen m² rekent men niet onder die m² Kaaimuren De heer Sas van Rouveroij is verwonderd over de bescheiden streefwaarde voor het vervangen van vrachtwagenritten per jaar door waterwegtransport door het afsluiten van ppsprojecten voor investeringen in laad- en losinfrastructuur. De streefwaarden van OOD 1.3 zijn het afsluiten van minimum twee principeovereenkomsten en het bekomen per principeovereenkomst van een gemiddeld engagement om jaarlijks vijfduizend vrachtwagenritten uit te sparen. Spreker wijst erop dat het streefdoel van de estuaire vaart tussen Zeebrugge, Antwerpen, Willebroek en Meerhout het weghalen is van de Vlaamse wegen van niet minder dan vrachtwagenritten per jaar is. De heer Leo Clinckers beklemtoont dat de ambities bij OOD 1.3 Het vergemakkelijken van de toegang tot de waterweg en de overslag stimuleren wel degelijk hoog liggen. Het gaat om pps-projecten voor de bouw en uitrusting van multifunctionele kades. Met de estuaire vaart waarbij ook vrachtvervoer over de weg wordt vervangen heeft die doelstelling niets te maken. Van nu tot 2015 wil W&Z minimum twee pps-overeenkomsten sluiten per jaar met bedrijven die een kaaimuur kunnen gebruiken. Per principeovereenkomst is daaraan een engagement verbonden om gemiddeld jaarlijks vijfduizend vrachtwagenritten uit te sparen. De heer Sas van Rouveroij preciseert dat hij de vergelijking tussen de gestelde vrachtwagenritten van de pps-projecten en de van de estuaire vaart alleen maar heeft gemaakt om aan te tonen dat er naar verhouding veel te weinig aandacht wordt besteed aan de estuaire vaart. Hij gewaagt van een schrijnende stilte. De heer Leo Clinckers zegt de heer van Rouveroij te begrijpen maar hij wijst erop dat het hier gaat over de beheersovereenkomst van W&Z. De overeenkomsten voor de estuaire vaart lopen en het is niet aan W&Z om zich rechtstreeks te gaan bemoeien met de exploitatie van die boten. In tegenstelling daarmee zijn de pps-overeenkomsten eigen projecten, waarop de vennootschap dus veel meer impact heeft en kan op afgerekend worden Transportdeskundigen Mevrouw Griet Smaers stelt belang in de werking met transportdeskundigen.

21 Stuk 1020 ( ) Nr De heer Leo Clinckers zegt met betrekking tot de transportdeskundigen op een zelfde manier te handelen als De Scheepvaart. W&Z is zeer tevreden van die mogelijkheid om rechtstreeks te gaan prospecteren bij bedrijven. 3. Beveiliging tegen overstromingen De heer Sas van Rouveroij begrijpt niet waarom de streefwaarde voor overstroomde woningen aan tijgebonden waterwegen niet meer dan veertig huizen per jaar dezelfde is als voor overstroomde woningen aan niet-tijgebonden waterwegen. De omstandigheden zijn er toch helemaal anders? De heer Leo Clinckers verduidelijkt dat W&Z uiteraard ernaar streeft dat geen enkel huis onder water loopt (SOD 2). Maar de streefwaarde is op veertig per jaar gesteld zowel voor huizen aan tijgebonden als aan niet-tijgebonden waterwegen om een doel in te schrijven dat haalbaar is. Mankementen aan de waterwegeninfrastructuur zijn nooit uit te sluiten. W&Z beheert aan tijgebonden waterwegen een vierhonderdtal kilometer dijken, waarbij elke dijk een zwak punt kan hebben gezien de honderden uitwateringssluisjes die ooit wel eens worden geconfronteerd met bijvoorbeeld een vaststekende boomstam die het sluiten belemmert. Een dijk aan een niet-tijgebonden waterweg wordt helemaal anders belast: een hele periode is er geen belasting en dan soms wekenlang een erg zware belasting. Dat levert dus andere overstromingsrisico s op. Door voor beide soorten waterwegen een zelfde streefwaarde van maximum veertig huizen te nemen, weten de bewoners in die gebieden dat ze gelijk worden beschermd. De heer Sas van Rouveroij concludeert dat er dus evengoed een streefwaarde van nul huizen kon worden opgenomen. Als er nul had gestaan, had niemand W&Z het ten kwade geduid als er toch huizen zouden worden getroffen door overstroming Beveiliging industriële bebouwing Wat de prestatie-indicator overstroomde m² in de industriële bebouwing betreft, vreest de heer Sas van Rouveroij dat W&Z de minister meesleurt in een heikele discussie. Het lid verneemt immers dat het ontwikkelen van industrieterreinen op waterzieke gronden en zelfs in overstromingsgebieden nog altijd doorgaat, ondanks de watertoets. De streefwaarde dat het aantal overstroomde m² in industriële bebouwing niet meer mag bedragen dan één percent van de totale industriële bebouwing langs de waterweg is in die zin gewaagd. Wat de streefwaarde betreft voor de bescherming tegen overstroming van industriële ruimte, wijst de heer Leo Clinckers op de omschrijving van de prestatie-indicator: overstromingen bij de hoogste was en/of stormvloed waarvoor de waterweg is ingericht. Dat is een indicator die W&Z zelf onder controle heeft. Als een waterkering overstroomt of doorbreekt hoewel zij is ingericht voor een hogere vloed, dan is dat falen toe te schrijven aan de waterwegbeheerder. In die geest moet de streefwaarde van één percent van de totale industriële bebouwing langs de waterweg worden begrepen Overstromingsgebieden Wat de realisatie van overstromingsgebieden betreft, is de heer Sas van Rouveroij erg ontgoocheld door het al te voorzichtig geformuleerde streefdoel, namelijk dat het percentage in uitvoering zijnde overstromingsgebieden ten opzichte van het totaal voorziene aantal overstromingsgebieden zoals bepaald in de beslissingen van de Vlaamse Regering moet toenemen. Als er eentje wordt gerealiseerd, is het streefdoel behaald. Er zijn thans een twaalftal overstromingsgebieden gerealiseerd, meldt de heer Leo Clinckers. KBR (Kruibeke-Bazel-Rupelmonde) is al tien jaar in uitvoering en is gebaseerd op het concept van het Sigmaplan van Daarmee wil spreker aangeven hoe moeilijk het is dergelijke projecten te realiseren. Het is in die omstandigheden bijzonder moeilijk daar concrete streefwaarden aan te verbinden.

22 22 Stuk 1020 ( ) Nr Boven-Schelde, Dender en IJzer Het intrigeert de heer Sas van Rouveroij dat bij het onderdeel infrastructuurwerken ter bescherming van de bevolking tegen waterschade wel verwezen wordt naar het geactualiseerd Sigmaplan en naar projecten op de Boven-Schelde, de Dender en de IJzer, zonder dat er een overzicht wordt geboden van alle geplande werken. Nergens is er een timing voor de realisatie van de stuwen op de Boven-Schelde en de Dender, hoewel de nood eraan heel actueel is geworden. De heer Leo Clinckers legt uit dat niet alle projecten nominatim zijn opgenomen in de beheersovereenkomst. Er zijn ook nog de jaarlijkse ondernemingsplannen. En het realiseren van projecten is gebonden aan de middelen die budgettair worden ter beschikking gesteld. Daarom ook is er nu geen timing opgenomen voor de realisatie van stuwen op de Dender, Boven-Schelde en IJzer. Hij kan wel aankondigen dat dit jaar de stuw in Kerkhove, Bovenschelde, wordt aanbesteed. Aan de dossiers van de stuwen op de Dender wordt al geruime tijd intens doorgewerkt; dit jaar kunnen de voorbereidingen voor de stuwen van Aalst en Geraardsbergen worden afgerond. Voor de IJzer wordt er voortgedaan aan de bescherming van het gebied rond het waterbekken van de Blankaart, door de Kreek van Nieuwendamme uit te baggeren en de oevers van de IJzer te inspecteren. Mevrouw Marleen Van den Eynde vraagt of W&Z wel voldoende middelen krijgt om zijn opdrachten zoals bijvoorbeeld op de Dender uit te voeren. De aanpak van de Dender is erg prioritair gezien de recente overstromingen. De heer Leo Clinckers verklaart dat voor de Dender de projecten lopende zijn en hij hoopt voor 2012 op de nodige kredieten voor realisatie. 4. Duurzame ontwikkeling 4.1. Vrijwaren diepgang De heer Sas van Rouveroij acht het streefdoel bij het vrijwaren van de diepgang van de waterweg (OOD 3.1) maar pover. De heer Leo Clinckers begrijpt dat men het niet ambitieus vindt om het aantal waterwegen waarop diepgangbeperkingen gelden niet te laten stijgen ten opzichte van de nulmeting in Maar men moet rekening houden met de externe omstandigheden. Bijvoorbeeld heeft W&Z na de wateroverlast van november 2010 op de Bovenschelde toch een diepgangbeperking moeten instellen omdat er toen een massale aanvoer is geweest van slibspecie door uitspoelingen in de bedding van de rivier. Dergelijke voorvallen vergen dan weer het gebruik van middelen die waren vrijgemaakt voor reguliere baggerwerken. In die situatie is het behouden van de huidige diepgang op zich al geen eenvoudige opdracht en dus wel degelijk ambitieus Integraal waterbeleid De heer Sas van Rouveroij merkt op dat ook voor de deelname van W&Z aan het integraal waterbeleid geen meetbare indicatoren zijn opgenomen, en ook geen uitvoeringstiming. Hij heeft weet van een eerste versie waarin die ambitie wel werd geconcretiseerd. De heer Leo Clinckers geeft toe dat dit in de vorige beheersovereenkomst concreter was verwoord. Maar het voorliggende ontwerp is sterk onderhevig aan budgettaire contraintes; vandaar dat men er zich toe beperkt te verwijzen naar de budgettaire mogelijkheden waarbinnen bij het opstellen van de investeringsprogramma s zal rekening worden gehouden met de in de waterbeheerplannen opgenomen acties. Als prestatie-indicator is, zoals bij de collega s van De Scheepvaart, alleen de actieve betrokkenheid in fora betreffende integraal waterbeleid opgenomen.

23 Stuk 1020 ( ) Nr Landschap De heer Sas van Rouveroij leest dat W&Z de historische waarden van de waterweg wil herstellen (OOD 3.5). Laat ons die historische waarde eerst niet aantasten, dan hoeven wij ze ook niet te herstellen, aldus het lid. Hij verklaart dat hij daarbij denkt aan het Schipdonkkanaal Woonboten Ook aan W&Z wil mevrouw Marleen Van den Eynde uitleg vragen over het beleid van de vennootschap met betrekking tot woonboten in het kader van het streven naar multifunctionaliteit. In tegenstelling met De Scheepvaart heeft W&Z daaromtrent wel al een beleid uitgestippeld. Er zijn al een heel aantal concessies en tijdelijke concessies toegekend en er zijn nog aanzienlijk veel concessieonderhandelingen bezig. Waarom duurt het zo lang? Het mag niet gebeuren dat er een soort waterzigeuners worden in het leven geroepen, van bootbewoners zonder wettelijke verblijfplaats. W&Z heeft met betrekking tot woonboten inderdaad een beleid ontwikkeld, antwoordt de heer Leo Clinckers. De vraag is groot. In overleg met de lokale overheden wordt op bepaalde locaties gezocht naar een uitbreiding van het aantal ligplaatsen. Er loopt een studie om extra ligplaatsen te creëren door de aanleg van gepaste oevers op een kanaal. 5. Performante organisatie De heer Sas van Rouveroij heeft bedenkingen bij de verplichtingen van het agentschap inzake tarieven (artikel 25 van het ontwerp van beheersovereenkomst). Hij leest dat de vennootschap nieuwe tarieven ten vroegste slechts zal laten ingaan één maand nadat deze aan het cliënteel zijn kenbaar gemaakt. In het Lokaal Pact worden de lokale besturen wel verplicht om twaalf maanden op voorhand om het even welke belastingsverhoging mee te delen aan het bedrijfsleven. De Vlaamse Regering vindt het onbehoorlijk bestuur dat het bedrijfsleven onverwacht wordt geconfronteerd met kostenstijgingen van fiscale of parafiscale aard. Waarom wordt datzelfde principe hier door diezelfde Vlaamse Regering niet gehanteerd? Minister Hilde Crevits zegt de opmerking te willen onderzoeken. Er is wel een verschil tussen belastingstarieven en commerciële tarieven voor het gebruik van de waterweg. Die bepaling is identiek in het ontwerp van beheersovereenkomst met De Scheepvaart en het is de aloude gebruikelijke gang van zaken. De heer Leo Clinckers vult aan dat het gaat om scheepvaart-, haven- en terreingelden, die geïndexeerd worden. Bovendien wijst de gedelegeerd-bestuurder op de bepaling dat de vennootschap sterke schommelingen in de tarifering zal vermijden. En ten slotte worden de aanpassingen ook doorgepraat met de vzw Waterwegen en Zeekanaal waarin de gebruikers zijn vertegenwoordigd. 6. Engagementen van de Vlaamse Regering De heer Sas van Rouveroij is het eens met het engagement van de Vlaams Regering om de overheveling te beijveren van de bevoegdheid over de algemene politie op de scheepvaartwegen naar de gewesten. Maar hij begrijpt niet goed het voornemen om de wetgeving met betrekking tot de onteigeningsbevoegdheid over te hevelen. Die onteigeningsbevoegdheid is toch al Vlaams? Minister Hilde Crevits legt uit dat zij uiteraard kan onteigenen wat zij ook voordurend doet. Maar dat de Comités van Aankoop nog altijd federaal zijn, noemt zij een slordigheid die moet rechtgezet worden.

24 24 Stuk 1020 ( ) Nr Specifieke deel In het specifieke deel leest de heer Sas van Rouveroij een zin die hij bestempelt als Vlaanderen oude stijl : Voor particulieren geldt het algemene principe dat ze enkel betrokken worden bij de realisatie van de organisatiedoelstellingen voor zover zij de maatschappelijke roeping van de vennootschap dienen.. Betekent dit dat burgerinitiatieven alleen worden betrokken als zij de roeping van de vennootschap dienen? Spreker refereert aan vzw Het Groot Gedelf. Betekent het citaat dat W&Z er absoluut niet mee wil samenwerken of zelfs maar contact mee wil houden omdat de vzw niet akkoord gaat met het project Seine-Schelde-West van W&Z? Ook wanneer het maatschappelijk middenveld standpunten inneemt die het beleid niet zinnen, moeten worden gehoord, aldus het lid. Hij vindt dat deze bepaling haaks staat met de missie van de vennootschap waarin gezegd wordt dat rekening wordt gehouden met elke klant en alle maatschappelijke actoren. Minister Hilde Crevits vindt het vreemd dat die zin in het ontwerp van beheersovereenkomst van W&Z is opgenomen en niet in het ontwerp van De Scheepvaart. Dat kan niet; ofwel moet die bepaling in beide ontwerpen staan ofwel in geen van beide. Tekstueel moeten de teksten van beide waterwegbeheerders gelijklopen. De heer Leo Clinckers merkt op dat die zin staat onder artikel 26 Samenwerkingsovereenkomsten. Hij mag niet uit zijn verband worden gerukt. De bepaling heeft niets te maken met participatie van burgerinitiatieven. In het verleden heeft W&Z enkele minder goede ervaringen gehad met particuliere dienstenleveranciers. In de toekomst wil men dat voorkomen. Als een particulier een contract sluit om bepaalde opdrachten uit te voeren voor W&Z, wil de vennootschap dat hij zich schikt naar haar verschillende doelstellingen zoals met betrekking tot integriteit, discretie enzovoort. Minister Hilde Crevits blijft evenwel erop aandringen dat de teksten van de beheersovereenkomsten van W&Z en De Scheepvaart gelijklopend zijn; als die paragraaf blijft staan bij W&Z, moet hij ook worden toegevoegd aan de tekst van De Scheepvaart. Misschien moet die tekst dan ook wat worden bijgeschaafd om alle mogelijke misverstanden over zijn draagwijdte te voorkomen. Jan PEUMANS, voorzitter Lies JANS Marino KEULEN Steve D HULSTER Sas VAN ROUVEROIJ, verslaggevers

25 Stuk 1020 ( ) Nr Gebruikte afkortingen ANB AWV ENA ESR EVA FISN GRUP IVA KB KBR MDK MER MKBA MOW NMBS OOD OW pps SMART SOD UNIZO Voka vzw W&Z Agenschap Natuur en Bos Agentschap Wegen en Verkeer Economisch Netwerk Albertkanaal Europees Stelsel der Rekeningen extern verzelfstandigd agentschap Flanders Inland Shipping Network gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan intern verzelfstandigd agentschap koninklijk besluit Kruibeke-Bazel-Rupelmonde Agentschap voor Maritieme Dienstverlening en Kust milieueffectenrapport maatschappelijke kosten-batenanalyse Mobiliteit en Openbare Werken Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen operationele organisatiedoelstelling openbare werken publiek-private samenwerking specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch, tijdsgebonden strategische organisatiedoelstelling Unie van Zelfstandige Ondernemers Vlaams netwerk van ondernemingen vereniging zonder winstoogmerk Agentschap Waterwegen en Zeekanaal NV

26 26 Stuk 1020 ( ) Nr. 1

27 Stuk 1020 ( ) Nr BIJLAGE 1: Ontwerp van beheersovereenkomst tussen de Vlaamse Regering en nv De Scheepvaart

28 28 Stuk 1020 ( ) Nr. 1

29 Stuk 1020 ( ) Nr Versie Beheer overeenkomst Beheersovereenkomst tussen: De Vlaamse Regering nv De Scheepvaart 1 januari december 2015

30 30 Stuk 1020 ( ) Nr. 1 I N H O U D S O P G A V E DEEL A. G E N E R I E K 32 Hoofdstuk I. Algemene bepalingen 32 Artikel 1. Ondertekenende partijen 32 Artikel 2. Voorwerp van de overeenkomst 32 Artikel 3. Inwerkingtreding en duur van de overeenkomst 32 Artikel 4. Definities 33 Hoofdstuk II. Engagementen van het agentschap 34 Artikel 5. Relevante beleidsdoelstellingen / beleidskader 34 Artikel 6. Strategische organisatiedoelstellingen 37 Artikel 7. Operationele organisatiedoelstellingen 42 Artikel 8. Strategische Projecten 54 Artikel 9. Interne werking 60 Artikel 10. Aanvullende opdrachten 62 Artikel 11. Andere engagementen 62 Hoofdstuk III. Engagementen van de Vlaamse Regering 64 Artikel 12. Financiële bepalingen 64 Artikel 13. Andere engagementen 66 Hoofdstuk IV. Financiële betrekkingen tussen de ondertekenende partijen 68 Artikel 14. Herkomst van de financiële middelen van het agentschap 68 Artikel 15. Financiële betrekkingen tussen de ondertekenende partijen 69 Artikel 16. Algemene bepalingen inzake het beheer van de financiële 70 middelen Hoofdstuk V. Opvolging, rapportering en evaluatie 71 Artikel 17. Opvolging 71 Artikel 18. Rapportering 72

31 Stuk 1020 ( ) Nr Artikel 19. Evaluatie 72 Hoofdstuk VI. Geschillenregeling 73 Artikel 20. Geschillenregeling 73 Hoofdstuk VII. Aanpassingen beheersovereenkomst - opschortende 74 voorwaarden Artikel 21. Aanpassing van de beheersovereenkomst opschortende 74 voorwaarden Hoofdstuk VIII. Aanvullende bepalingen en overgangsbepalingen 74 Artikel 22. Bijzondere regelingen in verband met de pensioenlasten 74 Artikel 23. Aanvullende bepalingen 75 Artikel 24. Overgangsbepalingen 75 DEEL B. S P E C I F I E K 76 Artikel 25. Verplichtingen van het agentschap inzake tarieven 76 Artikel 26. Samenwerkingssovereenkomsten 76 Artikel 27. Bijzondere bepalingen ten gevolge van specifieke situaties, 77 eigen aan het agentschap

32 32 Stuk 1020 ( ) Nr. 1 DEEL A. G E N E R I E K Hoofdstuk I Algemene bepalingen Artikel 1. Ondertekenende partijen Tussen 1. De Vlaamse Regering, vertegenwoordigd door Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken, mevrouw Hilde Crevits, en 2. Het extern verzelfstandigd agentschap De Scheepvaart, naamloze vennootschap van publiek recht, ondernemingsnummer , met zetel te Hasselt, Havenstraat 44, vertegenwoordigd door de voorzitter van de Raad van Bestuur, de heer Willy Claes, en door zijn gedelegeerd bestuurder, de heer Erik Portugaels, wordt de volgende beheersovereenkomst afgesloten Artikel 2. Voorwerp van de overeenkomst Deze beheersovereenkomst wordt afgesloten in uitvoering van artikel 14 van het kaderdecreet. Ze vormt een wederzijdse overeenkomst die handelt over de bijzondere regels en voorwaarden waaronder nv De Scheepvaart uitvoering geeft aan haar missie, taken en bevoegdheden zoals deze zijn bepaald krachtens artikel 5 tot en met artikel 20 van het decreet. Deze beheersovereenkomst is tegelijk ook een sturings- en opvolgingsinstrument, in het bijzonder gericht op een doelmatige uitvoering of dienstverlening, opvolging en evaluatie. Deze beheersovereenkomst legt de wederzijdse rechten en verplichtingen vast van de regering en De Scheepvaart bij alle activiteiten die De Scheepvaart uitvoert ter realisatie van haar opdracht van publiek belang. Artikel 3. Inwerkingtreding en duur van de overeenkomst Onderhavige beheersovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2011.

33 Stuk 1020 ( ) Nr Onder voorbehoud van de mogelijkheid tot verlenging, wijziging, schorsing en ontbinding van de beheersovereenkomst, wordt zij afgesloten voor de beheersperiode tot en met 31 december die eindigt uiterlijk negen maanden na de beëdiging van een nieuwe regering na algehele vernieuwing van het Vlaams Parlement. Als bij het verstrijken van een beheersovereenkomst geen nieuwe beheersovereenkomst in werking is getreden, wordt de bestaande overeenkomst van rechtswege verlengd, tot op het ogenblik dat een nieuwe beheersovereenkomst in werking treedt. Als geen nieuwe beheersovereenkomst in werking is getreden binnen een termijn van één jaar na de in het voorgaande lid bedoelde verlenging, of wanneer een beheersovereenkomst werd ontbonden of geschorst, kan de regering na overleg met de Raad van Bestuur, voorlopige regels vaststellen inzake de bijzondere regels en voorwaarden waaronder De Scheepvaart zijn taken vervult. De beheersovereenkomst kan worden aangepast op vraag van één van de contracterende partijen in de gevallen en volgens de modaliteiten bepaald in art. 21. Artikel 4. Definities Voor de toepassing van deze overeenkomst wordt verstaan onder: minister: de Vlaamse minister bevoegd voor Mobiliteit en Openbare Werken; gedelegeerd bestuurder: de gedelegeerd bestuurder van nv. De Scheepvaart; departement: het departement Mobiliteit en Openbare Werken; kaderdecreet: het kaderdecreet bestuurlijk beleid van 18 juli 2003 en latere wijzigingen; decreet: het decreet van 2 april 2004 betreffende de omzetting van de Dienst voor de Scheepvaart in het publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap De Scheepvaart; De Scheepvaart: het extern verzelfstandigd agentschap nv De Scheepvaart; vennootschap / agentschap: het extern verzelfstandigd agentschap nv De Scheepvaart; Raad van Bestuur: de Raad van Bestuur van nv De Scheepvaart Gedelegeerd bestuurder en Raad van Bestuur zijn twee agentschapspecifieke aanvullingen.

34 34 Stuk 1020 ( ) Nr. 1 II Engagementen van het agentschap Artikel 5. Relevante beleidsdoelstellingen / beleidskader De Vlaamse Regering heeft door middel van vijf concrete plannen met daaraan specifiek gekoppelde acties haar doelstellingen bepaald in het regeerakkoord Een daadkrachtig Vlaanderen in beslissende tijden ( ). De doelstellingen en acties uit het regeerakkoord die relevant zijn voor de vennootschap zijn terug te vinden in volgende items: I. Vlaanderen bestrijdt de economische crisis 2) Een duurzaam investeringsplan II. Vlaanderen in Actie om de toekomst te winnen Doorbraak 4: Slimme draaischijf van Europa: slimme mobiliteit en logistiek Doorbraak 5: Groen en dynamisch stedengewest III. Inzetten op een warme samenleving 3) Toerisme IV. Een slagkrachtige overheid Deze doelstellingen en acties uit het regeerakkoord zijn door de bevoegde minister verder geconcretiseerd in de beleidsnota Mobiliteit en Openbare Werken ( ). De strategische (SBD) en operationele beleidsdoelstellingen (OBD) uit de beleidsnota die relevant zijn voor de vennootschap zijn de volgende: 1 Een kwalitatieve dienstverlening voor vlot en veilig verkeer op het transportnet 1.1 Vlot en veilig verkeer De bestaande maritieme en waterwegnetwerken optimaal benutten 1.3 Logistiek Vlaanderen als slimme draaischijf van Europa Logistieke ketens versterken en in Vlaanderen verankeren Innovatie in de logistieke ketens stimuleren Promotie van Vlaanderen als logistieke regio Logistiek Vlaanderen Samen sterk

35 Stuk 1020 ( ) Nr Efficiënte en kostenbewuste overheid Een toekomstgericht mobiliteitsbeleid Mobiliteit tegen de juiste prijs 2 Een kwalitatief hoogstaande en goed doordachte infrastructuur 2.1 De schakels van het vervoersnetwerk optimaal beheren en uitbouwen Het waterwegennet beheren en gericht uitbreiden Veilige infrastructuur 2.2 De economische poorten - de zeehavens en de luchthavens versterken Multimodale terminals/hot spots ontwikkelen 3 Openbare werken meer dan mobiliteit 3.2 Integraal waterbeleid Van een integraal waterbeleid naar een geïntegreerd waterbeleid De Europese Kaderrichtlijn Water, de Europese Overstromingsrichtlijn en het Vlaams Decreet Integraal Waterbeleid verder implementeren 3.3 Inzetten op het beheersen van de waterkwantiteit 3.4 Multifunctionaliteit Naar een milieugeïntegreerde functie Naar een nieuwe ruimtelijke - landschappelijke functie Architecturale en stedenbouwkundige kwaliteit Uitbouwen van het toeristisch potentieel van de waterwegen en de kust In de volgende hoofdstukken wordt bij de operationele doelstellingen steeds de link gemaakt met de beleidsnota en verder toegelicht in bijlage 2. Het beleid van de Vlaamse Regering, zoals bepaald in het regeerakkoord en de beleidsnota, zal verder worden aangevuld en gespecificeerd door middel van de jaarlijkse beleidsbrieven van de minister. Daarnaast geeft het sociaal-economische impulsprogramma van de Vlaamse Regering, Vlaanderen in Actie (ViA), mee vorm aan het beleidskader door verder in te zetten op slimme, duurzame en hoogwaardige logistieke activiteiten met een hoge toegevoegde waarde en werkgelegenheid. Hierbij gaat de aandacht hoofdzakelijk uit naar doorbraak 5 Vlaanderen als slimme draaischijf van Europa en de doelstellingen rond logistiek en infrastructuur, mobiliteit en milieu.

36 36 Stuk 1020 ( ) Nr. 1 Daarnaast zal De Scheepvaart zich inschakelen in de uitvoering van de relevante beleidskeuzes uit het decreet integraal waterbeleid, het Masterplan 2020 en het project Flanders Logistics. Aanvullingen en aanpassingen van het overheidsbeleid kunnen aanleiding geven tot een aanpassing van de bepalingen van de beheersovereenkomst volgens de voorwaarden van artikel 21. Het formele beleidskader van De Scheepvaart wordt bepaald door artikel 5 van het decreet dat het doel, de missie en de taken van de vennootschap vastlegt. Missie De Scheepvaart staat in voor een duurzaam, dynamisch en commercieel beheer van waterwegen en watergebonden gronden. Daartoe investeert De Scheepvaart voortdurend in de realisatie van nieuwe en het onderhouden van bestaande infrastructuur en staat ze in voor een klantgerichte, kwaliteitsvolle en veilige dienstverlening. De Scheepvaart stimuleert het gebruik van waterwegen en watergebonden gronden en draagt zorg voor een maatschappelijk verantwoord en multifunctioneel waterwegbeleid. Visie De visie omschrijft hoe de vennootschap het beoogde resultaat tracht te bereiken. De Scheepvaart wil als klantgericht, kwaliteitsvol en dynamisch agentschap haar waterwegen en patrimonium optimaal inzetten in een Vlaams beleid dat gericht is op een duurzame mobiliteit en een logistiek toekomstperspectief. Dit met respect voor de draagkracht en de multifunctionaliteit van de waterweg. De Scheepvaart hecht hierbij groot belang aan een aantal waarden: - Klantgerichtheid - Kwaliteit, efficiëntie en effectiviteit - Veiligheid - Integriteit, betrouwbaarheid en openheid De vennootschap zal zich inschakelen in de realisatie van de missie van het beleidsdomein: Het beleidsdomein Mobiliteit en Openbare Werken staat in voor een veilige, duurzame, vlotte en slimme mobiliteit in Vlaanderen en voor het geïntegreerd en efficiënt beheren en ontwikkelen van infrastructuur ten dienste van maatschappij en economie.

37 Stuk 1020 ( ) Nr Artikel 6 Strategische organisatiedoelstellingen Situering Uitgaande van het beleidskader, zoals samengevat in artikel 5, en van haar visie en missie stelt de vennootschap vijf strategische organisatiedoelstellingen voorop: Een vlot en veilig scheepvaartverkeer verzekeren, als dienst aan de economie en de burger; Een toename van het vervoer via de waterwegen nastreven als volwaardig vervoersalternatief; De waterwegen en hun infrastructuur moderniseren en op een efficiënte manier onderhouden om adequaat te kunnen inspelen op de transportbehoeften; Duurzaam en multifunctioneel beheer en gebruik van de waterwegen; Een commercieel grondbeleid voeren om watergebonden bedrijventerreinen te creëren en het patrimonium op een marktconforme manier te valoriseren; De vijf strategische organisatiedoelstellingen worden in onderhavig artikel nader omschreven en gekaderd. In artikel 7 worden de strategische doelstellingen verder uitgewerkt in operationele doelstellingen die worden gemeten aan de hand van prestatie-indicatoren en streefwaarden. Deze doelstellingen kunnen in de jaarlijkse ondernemingsplannen worden aangevuld en/of gewijzigd. Artikel 8 omvat de strategische projecten die de uitvoering van de strategische doelstellingen verder vorm moeten geven. De relatie tussen de doelstellingen uit het Vlaams regeerakkoord, de beleidsnota Mobiliteit en Openbare Werken en de strategische en operationele doelstellingen van de beheersovereenkomst zijn weergegeven in de tabel als bijlage 2.

38 38 Stuk 1020 ( ) Nr. 1 De vijf strategische organisatiedoelstellingen SOD 1: Een vlot en veilig scheepvaartverkeer verzekeren, als dienst aan de economie en de burger Eén van de hoofdopdrachten van De Scheepvaart is de organisatie van het scheepvaartverkeer op de kanalen binnen haar ambtsgebied. Deze opdracht omvat in hoofdzaak het bedienen van de sluizen en de beweegbare bruggen, het regelen van de scheepvaart, en het toezicht op en langs de waterwegen. Een maximale en kostenefficiënte scheepvaartafwikkeling en bediening wordt nagestreefd door te investeren in geïnformatiseerd verkeersmanagement, centralisatie, automatisering en afstandsbediening van kunstwerken. De exploitatie dient maximaal te beantwoorden aan kwaliteitsvereisten en veiligheidsnormen. De Scheepvaart wil instaan voor een vlotte en kwaliteitsvolle dienstverlening waarbij de minder hinder-filosofie maximaal wordt toegepast. Bedieningstijden van de kunstwerken worden afgestemd op de behoeften en vereisten van een kwaliteitsvolle dienstverlening om de binnenvaart zijn rol als betrouwbare en kwaliteitsvolle modus optimaal te laten vervullen binnen de logistieke keten en de Vlaamse economie. SOD 2: Een toename van het vervoer via de waterwegen nastreven als volwaardig vervoersalternatief. De Scheepvaart stelt zich tot doel het transport via de kanalen te stimuleren en het aandeel van het vrachtvervoer via waterweg te vergroten. De modal shift naar de waterweg moet worden bevorderd zonder hierbij concurrentieverstorend te zijn. Hiertoe worden concrete maatregelen uit het verleden bestendigd en nieuwe acties op het getouw gezet. Deze maatregelen hebben voornamelijk betrekking op: - Het voeren van een actieve prospectie van potentiële watergebonden klanten onder meer door het inzetten van transportdeskundigen die ondernemingen ondersteunen bij het onderzoek naar de potenties van de binnenvaart. Onder watergebonden klanten wordt verstaan, bedrijven die een substantiële tonnage over de kanalen vervoeren of kunnen vervoeren.

39 Stuk 1020 ( ) Nr Bestaande, geplande en toekomstige initiatieven zoals Waterslag, Kraanschip, Inlanav, Watertruck, zullen op hun meerwaarde worden getoetst en desgevallend in de markt geïmplementeerd worden. - Het voeren van een grondbeheer dat erop gericht is nieuwe vestigingsmogelijkheden te creëren voor watergebonden ondernemingen (zie ook strategische doelstelling 5); - Het oordeelkundig toekennen van tussenkomsten in het kader van publiek-private samenwerking voor het bouwen van laad- en losinstallaties; - Het beogen van een diversificatie door het transport van nieuwe productgroepen te stimuleren, zoals onder andere stukgoederen, ondeelbare elementen, palletdistributie, stadsdistributie en goederen uit de afvalsector; - Het voeren van een doorgedreven promotie en informatieverstrekking naar bedrijven, verladers en de overheid. - Het aandeel van de binnenvaart in de modal split gaandeweg te verhogen. SOD 3: De waterwegen en hun infrastructuur moderniseren en op een efficiënte manier onderhouden om adequaat te kunnen inspelen op de transportbehoeften. De Scheepvaart staat binnen de beschikbare budgetten in voor de modernisering en het onderhoud van de waterwegen en hun infrastructuur. Ze stelt hiertoe jaarlijks een investeringsprogramma op voor de realisatie van nieuwe infrastructuur en voor de vervanging en de verbetering van bestaande infrastructuur en draagt er zorg voor dat de goedgekeurde programma s optimaal worden uitgevoerd. Alle bouw- en onderhoudswerken dienen een vooropgestelde kwaliteitsnorm te behalen in termen van kostprijs, gebruiks- en onderhoudsvriendelijkheid. De jaarlijkse investeringsprogramma s geven uitvoering aan het Infrastructuurmasterplan voor de waterwegen Horizon 2014, een masterplan van de waterwegbeheerders dat de visie omvat omtrent de noodzakelijke investeringen om het Vlaamse waterwegennet toekomstgericht uit te bouwen en te laten gebruiken. De Vlaamse regering erkende in haar regeerakkoord het Infrastructuurmasterplan als het uitgangspunt voor het investeringsbeleid voor de waterwegen in Vlaanderen.

40 40 Stuk 1020 ( ) Nr. 1 Inzake nieuwe infrastructuur streeft De Scheepvaart naar een capaciteitsverhoging op de hoofdtransportnetten d.m.v. diverse maatregelen zoals het wegwerken van infrastructurele knelpunten. Strategische projecten in dit verband zijn: - De aanpassing van het kanaalvak Wijnegem-Antwerpen tot een klasse VIb waterweg; - De verhoging van de bruggen op het Albertkanaal tot een vrije hoogte van 9,10 m wat vier-lagen-containervaart mogelijk maakt; - De verhoging van de sluiscapaciteit op het Albertkanaal teneinde de doorstroming van de binnenvaart te kunnen garanderen; - de verhoging van de capaciteit van het kanaal Bocholt Herentals (Sluizen Blauwe Kei), teneinde het gebruik van het netwerk van Kempense kanalen te optimaliseren. Uiteraard wordt het bestaande patrimonium zo efficiënt mogelijk onderhouden. Ook voor de structurele (buitengewone) onderhoudswerken stelt De Scheepvaart jaarlijks programma s op. De voornaamste onderhoudsactiviteiten betreffen onderhouds- en herstellingswerken aan sluizen en bruggen, oeververdediging, onderhoud aan bermen, grachten, jaagpaden, grondduikers, enz. Dit onderhoud wordt deels in eigen regie uitgevoerd en deels uitbesteed. SOD 4: Duurzaam en multifunctioneel beheer en gebruik van de waterwegen De waterwegen en hun infrastructuur worden op een oordeelkundige wijze ter beschikking gesteld ten behoeve van diverse gebruikers. De watersystemen worden beheerd volgens de principes van het integraal waterbeheer met aandacht voor hun multifunctionaliteit en met respect voor draagkracht van de watersystemen. Uiteraard heeft de transportfunctie een hoge prioriteit, maar waterwegen vervullen ook nog andere belangrijke functies: de watervoorziening voor drinkwaterproductie, industrie, landbouw en natuur, de bescherming tegen wateroverlast en watertekort, recreatie op en langs het water (recreatief gebruik van jaagpaden, yachting, passagiersvaart, watersport, hengelsport, etc.) en de aandacht voor het milieu vormen de speerpunten van de multifunctionele benadering van de waterwegen van nv De Scheepvaart. Hoewel de

41 Stuk 1020 ( ) Nr integratie van de verschillende functies geen evidente oefening is levert de vennootschap maximale inspanningen om conflicten te vermijden. De Scheepvaart geeft uitvoering aan het Beleidsplan Waterrecreatie- en Watertoerisme en speelt een actieve rol in het overlegplatform terzake. De Scheepvaart participeert actief aan het Fietsteam. De bekommernis omtrent het milieu concretiseert De Scheepvaart door de toepassing van de NTMB-principes bij de realisatie van nieuwe infrastructuur. De mogelijkheden van energie uit waterkracht zullen worden benut en er is een voortdurende aandacht voor de inpassing van de waterweg in het landschap en omgeving. Bij nieuwe projecten wordt het ontstaan van vismigratieknelpunten vermeden. Er wordt ook toegekeken op de veiligheid van de infrastructuur teneinde wateroverlast te vermijden. In het kader van integraal waterbeleid werkt het agentschap mee aan de opmaak en de uitvoering van de deelbekken-, bekken-, en stroomgebiedsbeheerplannen met als doel haar projecten optimaal af te stemmen op deze waterbeheerplannen. De problematiek van mogelijke wateroverlast en overstromingen doet zich in het bijzonder voor in de Maasvallei. De veiligheid tegen overstromingen wordt op duurzame wijze verder verhoogd, met aandacht voor de andere functies van de Maasvallei (natuur, recreatie, etc.). De Scheepvaart zal meewerken aan de uitvoering van de Overstromingsrichtlijn. Voor de Maasvallei zullen hierbij overstromingskaarten en een risicobeheerplan opgesteld worden. Het agentschap zal door het meewerken aan een grensoverschrijdend risicobeheerplan voor de Maasvallei het basisprincipe van de richtlijn betreffende de aanpak van de overstromingsrisico s op stroomgebiedniveau in de praktijk brengen. SOD 5: Een commercieel grondbeleid voeren om watergebonden bedrijventerreinen te creëren en het patrimonium op een marktconforme manier te valoriseren. De Scheepvaart voert een strategisch en commercieel grondbeleid waarbij de niet watergebonden terreinen kunnen worden vervreemd, om op die wijze meer middelen vrij te maken voor het verwerven van watergebonden gronden. De beschikbaarheid van

42 42 Stuk 1020 ( ) Nr. 1 watergebonden terreinen is een vereiste om nieuwe bedrijven aan te trekken en zo meer overslag te realiseren langs de oevers van de beheerde waterwegen. Anderzijds worden de beheerde gronden op een commerciële wijze ter beschikking gesteld van kandidaat-gebruikers. Voor het bepalen van de huurvergoedingen wordt rekening gehouden met de actuele grondwaarde van de betrokken percelen. Dit moet toelaten het patrimonium op een marktconforme manier te valoriseren en de inkomsten te optimaliseren. Het economisch netwerk Albertkanaal (ENA) is een zeer belangrijk project in het kader van het uitvoeren van het watergebonden grondbeleid van De Scheepvaart. Het ENA, waarin De Scheepvaart participeert, heeft tot doel de economische sterkten van het gebied nabij het Albertkanaal op elkaar af te stemmen en de economische groei en verbonden mobiliteitsproblemen gestructureerd op te vangen, ondermeer door de ontwikkeling van nieuwe regionale bedrijventerreinen en de herstructurering van bestaande bedrijventerreinen. De Scheepvaart zal actief en constructief deelnemen aan het ENA-coördinatieplatform. Economische belangen zijn echter niet de enige bekommernis van nv De Scheepvaart. Het evenwicht tussen mens, natuur en industrie vormt de basis waarop het commercieel grondbeleid verder wordt uitgebouwd. Artikel 7 Operationele organisatiedoelstellingen De vijf strategische doelstellingen worden verder uitgewerkt in operationele doelstellingen die worden gemeten aan de hand van prestatie-indicatoren en streefwaarden. Deze doelstellingen kunnen in de jaarlijkse ondernemingsplannen worden aangevuld en/of gewijzigd. SOD 1: Een vlot en veilig scheepvaartverkeer verzekeren, als dienst aan de economie en de burger OOD 1.1 De scheepvaart op een vlotte manier laten verlopen, onder meer door het optimaliseren van dienstverlening en informatie-uitwisseling

43 Stuk 1020 ( ) Nr Een klantgerichte en efficiënte bediening van de kunstwerken vertaalt zich in een vlotte afwikkeling van de scheepvaart met betrouwbare vertrek- en aankomsttijden en aanvaardbare doorlooptijden met het oog op just-in-time transport. Prestatie-indicator De mate waarin doorlooptijden voor de beroepsvaart worden verzekerd Streefwaarde Maximaal 10% overschrijdingen van de doorlooptijd voor modeltrajecten Door het tijdig en accuraat informeren van en de optimale dienstverlening aan binnenvaartondernemers en verladers streeft De Scheepvaart er naar de binnenvaart op zijn waterwegen zo vlot mogelijk te laten verlopen. River Information Services Hasselt speelt hierin een cruciale rol. Het RIS Hasselt staat continu (24/7) in voor : - de opvolging van het watersysteem; - de opvolging van calamiteiten en hinder op de waterweg; - de communicatie hieromtrent; - het registreren en verwerken van meldingen m.b.t. de waterwegen van De Scheepvaart - de wisselwerking met RIS Evergem Prestatie-indicator De mate waarin RIS Hasselt operationeel is. Streefwaarde Minimaal 98% van de tijd. OOD 1.2 Het verhogen van de veiligheid op de kanalen Veiligheid vormt een belangrijke troef van de binnenvaart t.o.v. de andere modi. De Scheepvaart stelt alles in het werk om de veiligheid op zijn waterwegen te waarborgen om zo averijen en aanvaringen te voorkomen. Prestatie-indicator Aantal averijen en aanvaringen waarvoor de vennootschap aansprakelijk wordt gesteld t.o.v. aantal schepen Streefwaarde Maximaal 2 averijen en aanvaringen op waterwegen / scheepsbewegingen

44 44 Stuk 1020 ( ) Nr. 1 SOD 2: Een toename van het vervoer via de waterwegen nastreven als volwaardig vervoersalternatief. OOD 2.1 De mogelijkheden van de waterweg promoten door gerichte communicatie en marketing. Ondernemingen zijn vaak nog onvoldoende op de hoogte van de mogelijkheden die de binnenvaart biedt. Door promotie en informatieverstrekking worden bedrijven wegwijs gemaakt in de mogelijkheden van de waterweg en de binnenvaart. De Scheepvaart communiceert via verschillende kanalen: - De Scheepvaart is actief deelnemer in overlegfora waarin de netwerking met de sector en/of de promotie van de binnenvaart centraal staan; - de vennootschap neemt deel aan beurzen en evenementen; - haar website wordt continu geüpdatet; - De Scheepvaart communiceert (pro)actief met de pers over haar activiteiten; - er wordt werk gemaakt van doelgroepgerichte publicaties om de dienstverlening aan de klanten te verbeteren en de mogelijkheden van de binnenvaart te promoten. Prestatie-indicator - aantal overlegfora waarin DS actief is. - aantal beurzen/ evenementen waaraan DS deelneemt. - aantal persberichten - Aantal doelgroepgerichte publicaties. Streefwaarde - DS is actief in minimaal 5 overlegfora - DS neemt deel aan minimaal 1 beurs/evenement per jaar - DS verspreidt minimaal 1 persbericht per maand - DS maakt minimaal 1 doelgroepgerichte publicatie per jaar. De Scheepvaart verzamelt en actualiseert data, analyseert en rapporteert m.b.t. transporten op het beheerde kanalennet en stelt online gegevens ter beschikking. Prestatie-indicator De beschikbaarheid van statistische verslagen. Streefwaarde - maandverslag n : beschikbaar 2 weken na einde van de maand n-1

45 Stuk 1020 ( ) Nr jaarverslag N: beschikbaar eind april jaar N +1. OOD 2.2 Het aantrekken van nieuwe trafiek Bijdragen tot een oplossing voor de mobiliteitsproblematiek is en blijft een kernopdracht voor de vennootschap. Door het aantrekken van nieuwe trafieken en de inschakeling van de binnenvaart in de logistieke keten van ondernemingen tracht De Scheepvaart mee te bouwen aan een meer duurzame oplossing voor de mobiliteitsproblemen. De inspanningen zijn er op gericht om het aandeel van de binnenvaart in de modal split gaandeweg te verhogen voornamelijk door het uitvoeren van goederenstroomanalyses bij bedrijven en het oordeelkundig toekennen van vergunningen en concessies aan watergebonden bedrijven. Prestatie-indicator Nieuw aangetrokken trafiek. Streefwaarde De Scheepvaart trekt nieuwe trafieken aan die tezamen ton per jaar of het equivalent hiervan via de binnenvaart vervoeren gedurende de looptijd van de beheersovereenkomst. Om bij te dragen aan een verhoging van de scheepvaarttrafiek beoogt de vennootschap een diversificatie van het transport over het water naar nieuwe technieken en productgroepen zoals o.a. containers, stukgoederen, goederen uit de afvalsector, gepalletiseerde goederen,... Verder zal de waterweg ook maximaal benut worden voor het transport van bouwmaterialen, sloopafval en grondspecie van en naar bouwwerven en zal er werk gemaakt worden van innovatieve vervoer- en overslagconcepten voor het optimaliseren en rendabiliseren van het vervoersaanbod op de kleinere waterwegen. Prestatie-indicator Graad van ontwikkeling van de diversificatie van nieuwe productgroepen en/of innovatieve technieken Streefwaarde Het opzetten van minstens twee proefprojecten, al dan niet in samenwerking met derden, inzake diversificatie van vervoerde producten en/of innovatie.

46 46 Stuk 1020 ( ) Nr. 1 Om vlot toegang te krijgen tot en gebruik te kunnen maken van de mogelijkheden die de binnenvaart biedt hebben de bedrijven nood aan laad- en losinstallaties. Via de PPSregeling zorgt De Scheepvaart voor de bouw van nieuwe kaaimuren en faciliteert op die manier de toegang tot de waterweg. Prestatie-indicator Tienjaarlijkse overslagwaarde van de nieuwe overeenkomsten inzake de PPSregeling voor de bouw van laad- en losinstallaties. Streefwaarde Minimum ton. SOD 3: De waterwegen en hun infrastructuur moderniseren en op een efficiënte manier onderhouden om adequaat te kunnen inspelen op de transportbehoeften. OOD 3.1: De capaciteit van het kanalennet verhogen door het wegwerken van infrastructurele knelpunten en bottlenecks. De weg te werken infrastructurele knelpunten en bottlenecks die de binnenvaart moeten toelaten in de toekomst zijn rol ten volle te kunnen vervullen, zijn vervat in het Infrastructuurmasterplan voor de Vlaamse waterwegen Horizon Vier projecten inzake het wegwerken van infrastructurele knelpunten zijn voor het netwerk van De Scheepvaart aan de orde. De Scheepvaart aanziet deze als strategische projecten die vermeld worden in artikel 8. OOD 3.2: De kwaliteit van de infrastructuur op peil houden door duurzaam en efficiënt onderhoud Om een bedrijfszekere scheepvaartafwikkeling en maximale veiligheid te kunnen garanderen is het essentieel dat de infrastructuur zich in goede staat bevindt. Inspectie, voortdurende monitoring, preventief en curatief onderhoud van de infrastructuur (bruggen en oevers) zijn hiervoor onontbeerlijk. Deze aspecten worden opgevolgd door middel van volgende indicatoren.

47 Stuk 1020 ( ) Nr Prestatie-indicator Onderhoudsbudget als percentage van de waarde van het patrimonium Streefwaarde 2,5 %, binnen de budgettaire mogelijkheden Prestatie-indicator Kwaliteitsindicator bruggen op basis van specifiek opgezet quotatiesysteem Streefwaarde Voortdurende verbetering t.o.v. de nulmeting 2009 Prestatie-indicator Geïnspecteerd aantal kilometers kanaaloevers in ophoging Streefwaarde Uitbreiding van het aantal totaal-inspecties van oevers met 35 km per jaar. De bedieningsmechanismen van sluizen en bruggen worden regelmatig aan een grondig onderhoud onderworpen. De Scheepvaart streeft ernaar om stremmingen ten gevolge van technische defecten zo veel mogelijk te beperken. Prestatie-indicator Aantal uren stremming ingevolge technische defecten t.o.v. totaal aantal bedieningsuren. Streefwaarde Maximaal 0.1% van de totale bedieningstijd. Naast het onderhoud van bruggen, sluizen en oevers is het vrijwaren van de diepgang een cruciale factor om een vlot en veilig scheepvaartverkeer te kunnen garanderen. De diepgang op de kanalen wordt periodiek opgemeten en waar nodig voert De Scheepvaart baggerwerken uit. Hierdoor tracht het agentschap diepgangbeperkingen voor het scheepvaartverkeer tot een minimum te beperken. Prestatie-indicator Performantie-index diepgang als maatstaf voor de impact op de trafiek. Streefwaarde De jaarlijkse performantie-index van alle waterwegen samen bedraagt minimaal 97 % van de maximum performantie-index Ingeval van incidenten stelt De Scheepvaart alles in het werk om de hinder tot een minimum te beperken.

48 48 Stuk 1020 ( ) Nr. 1 Prestatie-indicator Interventiesnelheid bij incidenten. Streefwaarde In minimaal 90% van de gevallen vindt een onderhoudsinterventie plaats binnen de 3 uur. OOD 3.3: Het realiseren van kwaliteitsvolle infrastructuurwerken met een performant project- en timemanagement Het agentschap ziet toe op de kwaliteit van de infrastructuurwerken. Dit gebeurt aan de hand van volgende indicatoren die een maatstaf zijn voor de kwaliteit van de voorbereiding van het project, de kwaliteit van de uitvoering van het project en voor de planning van de projecten. Prestatie-indicator Aantal klachten tijdens en na de werken t.o.v. totaal aantal werken Streefwaarde Het aantal klachten mag maximaal 5% van het aantal gerealiseerde werken zijn. Prestatie-indicator De mate waarin de totale kost buiten een marge van +15% valt ten opzichte van aanbesteding/totaal aantal projecten Streefwaarde Mag bij maximaal 15% van de projecten voorkomen Prestatie-indicator Gerealiseerde projecten t.o.v. geplande projecten Streefwaarde Minimaal 80% van de geplande projecten wordt jaarlijks gerealiseerd.

49 Stuk 1020 ( ) Nr SOD 4: Duurzaam en multifunctioneel beheer en gebruik van de waterwegen OOD 4.1: Ontwikkelen van een multifunctionele visie voor de beheerde waterwegen Deze doelstelling is gerelateerd aan een strategisch project dat vermeld wordt in artikel 8. OOD 4.2: Het verzekeren van een voldoende wateraanbod Het risico-management van waterwegbeheer omvat inzonderheid het beheersen van de waterkwantiteit. De Scheepvaart staat in voor het bewaken van waterpeilen en het verzekeren van de waterbevoorrading t.b.v. de verschillende functies Prestatie-indicator Mate waarin voldoende water ter beschikking wordt gesteld Streefwaarde Behoudens de beperkingen van het Maasafvoerverdrag wordt volledig aan de watervraag voldaan. Voor de monitoring van de waterhuishouding heeft de vennootschap een netwerk van peilstations en debietmeters geïnstalleerd. Bij storing of uitval van een onderdeel van het meetnet zal de onderhoudsaannemer zo snel mogelijk gecontacteerd worden. Prestatie-indicator Percentage van de gevalideerde gevallen waarbij binnen de 2 uur een onderhoudsaannemer gecontacteerd werd. Streefwaarde 95% van de gevalideerde gevallen. OOD 4.3: Het evenwichtig beheren van de watersystemen volgens de principes van integraal waterbeleid De vennootschap speelt een actieve rol in het tot stand komen en behouden van een evenwichtig en duurzaam integraal waterbeleid. De Scheepvaart zal meewerken aan de

50 50 Stuk 1020 ( ) Nr. 1 uitvoering van een geïntegreerd waterbeleid waarbij het evenwicht tussen veiligheid (overstromingsrisico s), economie, ecologie en kwaliteit bewaakt wordt. Bij de opmaak van de investeringsprogramma s zal, binnen de budgettaire mogelijkheden, rekening gehouden worden met de stroomgebied- en bekkenbeheerplannen. De Scheepvaart is actief deelnemer aan overlegfora betreffende integraal waterbeleid, op verschillende niveaus : stroomgebiedniveau : Internationale Maascommissie bekkenniveau : ambtelijk overleg en bekkenbestuur deelbekkenniveau : waterschappen CIW-werkgroepen Prestatie-indicator Betrokkenheid van nv De Scheepvaart in overlegfora betreffende integraal waterbeleid. Streefwaarde De vennootschap is actief deelnemer aan de verschillende overlegfora. nv De Scheepvaart is als mede-rivierbeheerder de motor voor de grensoverschrijdende omvorming van het rivierbed van de Gemeenschappelijke Maas tot een duurzaam, ecologisch systeem dat klaar is voor de toekomstige klimaatontwikkelingen en met een verhoogde veiligheid voor de aangrenzende bevolking. Een grensoverschrijdende analyse identificeert de resterende knelpunten. Een beperkt aantal ingrepen, met een sterk veiligheidsverhogend effect, dient gerealiseerd te worden aan de Vlaamse zijde van de rivier. De eerste aandacht gaat naar het voorkomen van dijkdoorbraken. Prestatie-indicator Aantal overstromingen in bebouwd gebied van de Gemeenschappelijke Maas als gevolg van dijkdoorbraken Streefwaarde Geen overstromingen als gevolg van dijkdoorbraken. De Scheepvaart draagt bij het ontwerp van zijn infrastructuurprojecten zorg voor de principes van integraal waterbeleid.

51 Stuk 1020 ( ) Nr Prestatie-indicator Aantal negatieve wateradviezen voor projecten/ totaal aantal wateradviezen Streefwaarde Maximaal 5% OOD 4.4: Multifunctionaliteit: het verbeteren van de recreatieve mogelijkheden van de waterweg Waterwegen hebben ook een belangrijke recreatieve functie. De Scheepvaart werkt binnen de geëigende overlegstructuren actief mee aan de uitvoering van het 12- puntenplan van het beleidsplan waterrecreatie, - sport en -toerisme van de waterwegen in Vlaanderen. De Scheepvaart stelt zijn waterwegen voor verschillende recreatieve initiatieven en evenementen ter beschikking en ziet toe op een conflictloos gebruik terzake. Dit zal opgevolgd worden door de volgende indicatoren : Aanvraagbehandeling : Prestatie-indicator Mate waarin aanvragen voor recreatieve evenementen tijdig verwerkt worden. Streefwaarde 95% van de aanvragen worden binnen de 30 dagen verwerkt. Conflictloos gebruik : Prestatie-indicator Aantal gegronde klachten als gevolg van conflicten t.o.v. het totaal aantal evenementen. Streefwaarde Maximaal 5 %. Doorvaarten van pleziervaartuigen : Prestatie-indicator Aantal doorvaarten van pleziervaartuigen op zon- en feestdagen aan kunstwerken Streefwaarde Niet van toepassing wegens kengetal

52 52 Stuk 1020 ( ) Nr. 1 Aanlegplaatsen voor passanten : Prestatie-indicator Aantal beschikbare aanlegplaatsen voor passanten in jacht- en passantenhavens Streefwaarde Niet van toepassing wegens kengetal Recreatieve evenementen : Prestatie-indicator Aantal recreatieve evenementen op en nabij de waterweg Streefwaarde Niet van toepassing wegens kengetal OOD 4.5: Multifunctionaliteit: Het milieuvriendelijk beheren van de waterweg en zijn aanhorigheden De ontwikkeling van de waterwegen gebeurt met voortdurende aandacht voor de duurzaamheid en natuurlijkheid. Zowel in de uitwerking van specifieke projecten als bij de uitvoering van infrastructuurwerken wordt aandacht geschonken aan een ecologisch verantwoorde infrastructuur en beheer. Concreet wordt telkens nagegaan op welke wijze de principes van natuurtechnische milieubouw (NTMB) kunnen worden toegepast bij infrastructuurwerken. De opportuniteiten voor de bouw van waterkrachtcentrales worden onderkend en, waar opportuun, geïmplementeerd. Prestatie-indicator Streefwaarde (vanaf 2013) Geproduceerde kwh uit waterkracht Minimum kwh SOD 5: Een commercieel grondbeleid voeren om watergebonden bedrijventerreinen te creëren en het patrimonium op een marktconforme manier te valoriseren. OOD 5.1: Het ter beschikking stellen van watergebonden bedrijventerreinen

53 Stuk 1020 ( ) Nr De Scheepvaart ijvert voor het verhogen van het operationeel aanbod inzake watergebonden bedrijventerreinen, hetzij door eigen initiatieven, hetzij door samenwerking met derden of het participeren in / stimuleren van initiatieven van derden. De Scheepvaart maakt een aantal watergebonden bedrijventerreinen bouwrijp en voorziet ze van de nodige nutsvoorzieningen. Projecten die kaderen in de uitwerking van het Economisch Netwerk Albertknaal vormen strategische projecten die zijn vermeld in artikel 8. Prestatie-indicator Oppervlakte bedrijventerreinen / totale oppervlakte gronden in beheer Streefwaarde Jaarlijkse verhoging met 2% OOD 5.2: Het valoriseren van watergebonden bedrijventerreinen met het oog op het verhogen van de trafiek Voor de watergebonden bedrijventerreinen in beheer ijvert De Scheepvaart voor het aantrekken van duurzame watergebonden activiteiten. Dergelijke activiteiten creëren op twee manieren meerwaarde voor de vennootschap. In eerste instantie door de huuropbrengsten. In tweede instantie door de overslag die ze via de waterweg genereren. Prestatie-indicator Oppervlakte verhuurde watergebonden terreinen (in m²) Streefwaarde Jaarlijkse verhoging met m² Prestatie-indicator Overslag langs de oevers van de beheerde waterwegen Streefwaarde Jaarlijkse stijging

54 54 Stuk 1020 ( ) Nr. 1 Artikel 8. Strategische projecten Entiteitsoverschrijdende strategische projecten De vennootschap onderschrijft de strategische projecten inzake de uitwerking van een infrastructuurdecreet, het versnellen van investeringsprojecten en het opzetten van een MOW-dataroom : Infrastructuurdecreet Om in de toekomst sneller te kunnen inspelen op maatschappelijke behoeftes onderzoeken we in het beleidsdomein MOW de mogelijkheid van een meer gebalde decretale procedure om infrastructuurprojecten sneller en met meer rechtszekerheid te realiseren. Dit Infrastructuurdecreet of Investeringsdecreet moet een effectief kader scheppen waarbinnen de decreetgever sneller vergunningen kan verlenen, onder meer voor projecten binnen het domein van de openbare werken. Tegelijkertijd versterken we met het oprichten van beleidsdomeinoverschrijdende projectgroepen de samenwerking tussen alle beleidsdomeinen die betrokken zijn bij de realisatie van infrastructuurprojecten. De uitwerking van een investeringsdecreet gebeurt in samenwerking tussen meerdere entiteiten en afdelingen van het beleidsdomein MOW. De Scheepvaart zal zijn kennis en expertise van elke stap van een grootschalig infrastructuurwerk inbrengen bij de voorbereidingen van het Investeringsdecreet. Ook kennis met betrekking tot mogelijke struikelblokken en valkuilen bij grootschalige projecten, zullen gedeeld worden in de voorbereiding van het Investeringsdecreet. In het najaar 2010 wordt een studieopdracht aanbesteed. De Scheepvaart zal in de begeleidende stuurgroep vertegenwoordigd zijn en de studie gezamenlijk met het departement MOW begeleiden. Versnellen infrastructuurprojecten Het agentschap zal een constructieve bijdrage leveren binnen het algemene voorbereidingstraject "versnellen investeringsprojecten". Onder meer op basis van de kennis aanwezig binnen het agentschap, zowel terreinkennis als ook meer beleidsmatige kennis met betrekking tot zeer operationeel gerichte wetgeving, wordt input geleverd ten aanzien van mogelijke verbeteringen in bestaande wetgeving en bestaande praktijken. MOW data-room Het agentschap zal actief meewerken aan het opzetten van een MOW data-room.

55 Stuk 1020 ( ) Nr Entiteitspecifieke strategische projecten De vennootschap onderscheidt verschillende strategische projecten die de uitvoering van de vijf strategische doelstellingen in de toekomst verder vorm moeten geven. In wat volgt worden voor elke strategische doelstelling de strategische projecten opgesomd. SOD 1: Een vlot en veilig scheepvaartverkeer verzekeren, als dienst aan de economie en de burger Uitbouw van intelligente sturings- en begeleidingssystemen De uitbouw van sturings- en begeleidingssystemen conform de Europese RIS-richtlijn zal de vlotheid en veiligheid voor de binnenvaart op het waterwegennet van De Scheepvaart verhogen. Dit vertaalt zich concreet in : - ter beschikking stellen van actuele Inland ECDIS kaarten voor de waterwegen klasse IV en hoger ; - eenmalige aanmelding en betaling voor beroepsscheepvaart; - verspreiden van berichten aan de schipperij volgens de EU-standaard; - invoeren van Automatic Identification System (AIS) tegen een nog te bepalen datum - faciliteren van het gebruik van AIS; - toepassen van een communicatie- en opvolgsysteem voor calamiteiten op de waterwegen. Prestatie-indicator Implementatie van de verschillende acties van de RIS-richtlijn Streefwaarde Respecteren van de timing voor implementatie Uitbouw van een netwerk van wacht- en rustplaatsen Door de uitbouw van een netwerk van wacht- en rustplaatsen voor de beroepsvaart, voorzien van gepaste faciliteiten, kunnen niet actieve binnenschepen op een veilige en comfortabele manier afgemeerd worden zonder gevaar voor het doorgaande scheepvaartverkeer.

56 56 Stuk 1020 ( ) Nr. 1 Prestatie-indicator Omvang en niveau van uitrusting van wacht- en rustplaatsen Streefwaarde Het waterwegennet van De Scheepvaart beschikt in 2015 over voldoende wacht- en rustplaatsen met gepaste faciliteiten en nutsvoorzieningen SOD 2: Een toename van het vervoer via de waterwegen nastreven als volwaardig vervoersalternatief. Inzet van transportdeskundigen De inzet van transportdeskundigen is er op gericht om ondernemingen te informeren over de mogelijkheden van de binnenvaart binnen de logistieke keten en hen ertoe aan te zetten van de binnenvaart gebruik te maken om zo het aandeel van de binnenvaart in de modal split van het goederenvervoer gaandeweg te verhogen. Prestatie-indicator Permanente inzet van transportdeskundige(n) Streefwaarde Gerealiseerde modal shift als kengetal. Aantal ontwikkelde initiatieven als kengetal. SOD 3: De waterwegen en hun infrastructuur moderniseren en op een efficiënte manier onderhouden om adequaat te kunnen inspelen op de transportbehoeften. De weg te werken infrastructurele knelpunten en bottlenecks die de binnenvaart moet toelaten in de toekomst zijn rol ten volle te kunnen vervullen, zijn vervat in het Infrastructuurmasterplan voor de Vlaamse waterwegen Horizon Vier projecten inzake het wegwerken van infrastructurele knelpunten zijn voor het netwerk van De Scheepvaart van strategisch belang. Verhoging bruggen op Albertkanaal tot een vrije hoogte van 9,10 m Het project omvat de verhoging van alle bruggen over het Albertkanaal om vier-lagencontainervaart mogelijk te maken.

57 Stuk 1020 ( ) Nr Prestatie-indicator Aantal verhoogde bruggen Streefwaarde Een uitvoeringstraject dat toelaat tegen einde 2020 alle brugverhogingen te realiseren Albertkanaal : aanpassing van het vak Wijnegem Antwerpen tot een klasse VIb waterweg Het project omvat het realiseren van een verbreding en verdieping van het kanaalvak Wijnegem-Antwerpen om het varen met vierbaks-duwkonvooien mogelijk te maken. Prestatie-indicator Realisatiegraad van het kanaalvak Wijnegem-Antwerpen Streefwaarde Een uitvoeringstraject dat toelaat tegen einde 2020 de aanpassing te realiseren Albertkanaal. Vrijwaren van voldoende sluiscapaciteit De combinatie van de voorspelde trafiektoename en schaalvergroting op het Albertkanaal zal voor gevolg hebben dat de intensiteit van het schutten van schepen aan de verschillende sluizencomplexen van het Albertkanaal in de toekomst gestaag zal toenemen en (onaanvaardbare) wachttijden kunnen optreden. nv De Scheepvaart wil tijdig de gepaste maatregelen nemen om op alle sluizencomplexen voldoende sluiscapaciteit te vrijwaren om de vlotheid en veiligheid van de scheepvaart op het Albertkanaal te vrijwaren. Een onderzoek naar de noodzaak tot en de timing van een capaciteitsuitbreiding vormt de basis voor een beleidsbeslissing inzake de capaciteitsuitbreiding. In voorkomend geval wordt de beslissing omgezet in een uitvoeringstraject. Prestatie-indicator Uitvoeringstraject capaciteitsuitbreiding Streefwaarde Beleidsbeslissing op basis van behoefteonderzoek ten laatste voorjaar Kanaal Bocholt-Herentals. Verruiming van de vaar- en schutcapaciteit De sluizen 1, 2 en 3 op het kanaal Bocholt-Herentals vormen een bottleneck voor de vaar- en schutcapaciteit. Met de vervanging van de drie 600 ton-sluizen door één sluis van minimum klasse IV wordt hieraan verholpen.

58 58 Stuk 1020 ( ) Nr. 1 Een maatschappelijke kosten-batenanalyse vormt de basis voor een beleidsbeslissing inzake de verruiming van de vaar- en schutcapaciteit. In voorkomend geval wordt de beslissing omgezet in een uitvoeringstraject. Prestatie-indicator Uitvoeringstraject vervanging sluizen Streefwaarde Beleidsbeslissing op basis van MKBA ten laatste voorjaar SOD 4: Duurzaam en multifunctioneel beheer en gebruik van de waterwegen Het agentschap ontwikkelt een multifunctionele visie en stelt een ontwikkelingsplan op voor haar waterwegennet met aandacht voor alle functies. Prestatie-indicator Beschikbaarheid van multifunctionele visie en ontwikkelingsplan Streefwaarde Beschikbaar in De beschikbaarheid van pompinstallaties op de sluizencomplexen van het Albertkanaal kadert in de uitvoering van het Maasfvoerverdrag met Nederland dat zowel aan Vlaanderen als Nederland beperkingen oplegt inzake de waterafname uit de Maas bij lage debieten. De pompinstallaties moeten het De Scheepvaart mogelijk maken om de waterbeschikbaarheid blijvend af te stemmen op de watervraag. Gelet op het hogere waterverbruik wordt in eerste instantie de realisatie van pompinstallaties op de sluizencomplexen van Ham en Olen beoogd. Prestatie-indicator Streefwaarde Beschikbaarheid van pompcapaciteit Project Ham operationeel in Project Olen operationeel in nv De Scheepvaart is als mede-rivierbeheerder de motor voor de grensoverschrijdende omvorming van het rivierbed van de Gemeenschappelijke Maas tot een duurzaam, ecologisch systeem dat klaar is voor de toekomstige klimaatontwikkelingen en met een verhoogde veiligheid voor de aangrenzende bevolking.

59 Stuk 1020 ( ) Nr Prestatie-indicator Mate waarin de Gemeenschappelijke Maas tot een duurzaam, ecologisch systeem wordt uitgebouwd Streefwaarde Uitvoering van het grensoverschrijdend actieprogramma conform de afgesproken timing SOD 5: Een commercieel grondbeleid voeren om watergebonden bedrijventerreinen te creëren en het patrimonium op een marktconforme manier te valoriseren. De ontwikkeling van watergebonden bedrijventerreinen in het kader van het Economisch Netwerk Albertkanaal geeft uitvoering aan de beslissing van de Vlaamse regering terzake. Conform de beslissingen treedt De Scheepvaart voor een aantal projecten als trekker en/of ontwikkelaar op. Volgende projecten worden als strategisch aanzien : Prestatie-indicator Beschikbaarheid van terreinen op het regionaal bedrijventerrein Dossche te Heusden-Zolder Streefwaarde Tegen 31 december 2011 is op de Dossche site 9 ha watergebonden industriegrond beschikbaar voor nieuwe bedrijven. Prestatie-indicator Beschikbaarheid van terreinen op het regionaal bedrijventerrein te Lanaken Streefwaarde Tegen 31 december 2011 is op het bedrijventerrein te Lanaken 18 ha, waarvan 9 ha watergebonden, beschikbaar voor nieuwe bedrijven. Prestatie-indicator Beschikbaarheid van terreinen op het regionaal bedrijventerrein Ham Zwartenhoek Streefwaarde Tegen 30 juni 2014 is op het bedrijventerrein te Ham 89 ha, waarvan 30 ha watergebonden, beschikbaar voor nieuwe bedrijven.

60 60 Stuk 1020 ( ) Nr. 1 Artikel 9. Interne werking 1. Efficiëntie en effectiviteit De Scheepvaart zal in haar jaarlijkse ondernemingsplannen de nodige maatregelen en performantiemaatstaven opnemen om meetbare efficiëntiewinsten te realiseren. Hierbij zullen ook alle medewerkers gestimuleerd worden hun taken en werkmethodes in vraag te stellen en verbetervoorstellen te doen. Het agentschap engageert zich om in uitvoering van het Vlaams regeerakkoord betreffende de nulgroei inzake personeel de totale personeelsomvang en kost onder controle te houden. Zo zal het reëel aantal medewerkers van De Scheepvaart, uitgedrukt in VTE, maximaal gelijk blijven aan het reëel aantal VTE op het moment van het ingaan van het Vlaams Regeerakkoord , namelijk 15 juli Het aantal VTE bedroeg op dat ogenblik 591,45 (= indicator). Indien het reëel aantal VTE is gestegen tussen het moment van het ingaan van het Vlaams Regeerakkoord en de aanvang van deze beheersovereenkomst, engageert De Scheepvaart zich om in de ondernemingsplannen een actieplan opnemen met het oog op de volledige afbouw van de personeels- en personeelskosttoename uiterlijk twee jaar voor het einde van de beheersovereenkomst. Uit het eerste ondernemingsplan opgemaakt na de ondertekening van de beheersovereenkomst moet duidelijk blijken hoe deze doelstelling zal worden gehaald. Indien de volledige afbouw niet binnen het agentschap zelf kan verwezenlijkt worden, kunnen interne compensaties in het reëel aantal VTE binnen het beleidsdomein enkel in rekening gebracht worden als daarover een consensus bestaat in de Beleidsraad en op voorwaarde dat het gaat over een effectieve, gegarandeerde en éénduidige afbouw met eenzelfde meetbaar effect op het aantal personeelsleden als van het agentschap wordt gevraagd. Elke personeelsuitbreiding ingevolge nieuw beleid, die niet kan worden ingevuld door middel van interne rekrutering of verschuivingen van personeel (binnen het agentschap en in tweede orde binnen het beleidsdomein, als daarover consensus bestaat binnen de Beleidsraad) zal door De Scheepvaart gemotiveerd worden en voorafgaandelijk ter goedkeuring aan de Vlaamse regering worden voorgelegd.

61 Stuk 1020 ( ) Nr In uitvoering van het regeerakkoord engageert de vennootschap zich om door middel van het jaarlijkse ondernemingsplan concreet invulling te geven aan de nodige verbetertrajecten zodat efficiëntiewinsten gerealiseerd zijn tegen het einde van de beheersperiode. Hiernaast zal De Scheepvaart oog hebben voor besparingen op algemene werkingskosten en overhead, zonder daarbij het niveau van de dienstverlening in het gedrang te brengen. Daartoe zal het agentschap maximaal, maar oordeelkundig gebruik maken van de centrale MOD s via samenwerkingsovereenkomsten. Tenslotte zal De Scheepvaart ook de principes van efficiëntie en effectiviteit hanteren bij het afsluiten van nieuwe samenwerkingsovereenkomsten met andere overheidsinstanties en derden. 2. Verhogen maturiteit van de organisatie Het agentschap verhoogt de maturiteit van de eigen organisatie aan de hand van een verbetertraject. Op basis van de bevindingen van de eigen interne audit en eventuele andere externe audits, worden elk jaar twee thema s, waarop De Scheepvaart beter kan/dient te presteren, met een concreet actieplan in het ondernemingsplan opgenomen. De Scheepvaart verbindt er zich niettemin toe voor alle te monitoren thema s een verbetertraject op te zetten en te concretiseren in de jaarlijkse ondernemingsplannen. Voor het eerste jaar van de beheersovereenkomst zal de klemtoon liggen op het HRMbeleid en de risicobeheersing. 3. Integriteit De vennootschap maakt voor alle personeelsleden werk van een geïntegreerd en doeltreffend integriteitsbeleid, waarbij enerzijds de integriteitsrisico s op proces- en functieniveau geïdentificeerd en/of geëvalueerd worden met het oog op het definiëren van beheersingsmaatregelen. De vennootschap ziet toe op de verdere uitvoering van het binnen de vennootschap ontwikkelde integriteitsbeleid. 4. Klachtenmanagement De Scheepvaart organiseert haar klachtenbehandeling conform het decreet houdende toekenning van een klachtrecht ten aanzien van bestuursinstellingen van 1 juni 2001 en zoals gewijzigd op 20 februari De klachtenbehandelaar vervult zijn functie

62 62 Stuk 1020 ( ) Nr. 1 autonoom en behandelt alle klachten van schippers, bedrijven, overheden en burgers. De contactgegevens van de klachtenbehandelaar staan vermeld op de website van nv De Scheepvaart. Jaarlijks wordt gerapporteerd aan de ombudsdienst van het Vlaams Parlement. De afhandeling van klachtendossiers kunnen leiden tot aanpassing van procedures of tot de verspreiding van instructies naar de personeelsleden. Artikel 10. Aanvullende opdrachten Ingeval van toewijzing aan De Scheepvaart van aanvullende opdrachten zal vooraf een berekening van de nodige middelen worden uitgevoerd. Vervolgens zal in overleg tussen de partijen worden onderzocht of de vennootschap deze aanvullende opdrachten op zich kan nemen en in welke mate dit mogelijk is met de beschikbare middelen, dan wel of er extra middelen moeten worden toegekend of dat er herschikkingen moeten gebeuren. In geval door omstandigheden of door de aard van de zaak zich aanvullende opdrachten aan De Scheepvaart opdringen, engageert de Vlaamse Regering zich om met de vennootschap te overleggen over de middelen welke noodzakelijk zijn voor deze aanvullende opdrachten. Artikel 11. Andere engagementen Overeenkomstig haar missie engageert de vennootschap zich nadrukkelijk om haar doelstellingen te realiseren op een duurzame wijze en in het kader van een maatschappelijk project. Duurzaamheid houdt in dat de wijze waarop de vennootschap haar doelstellingen realiseert de toekomstige generaties niet of minimaal belast. In het kader van een maatschappelijk project streeft de vennootschap er naar door haar activiteiten een maximale maatschappelijke meerwaarde te realiseren in plaats van een maximale economische of commerciële waarde, waarbij het economisch-commercieel aspect slechts één van de vele maatschappelijke parameters is. Concreet betekent dit dat De Scheepvaart bijzondere aandacht heeft voor ecologische en ruimtelijke waarden en technieken zoals o.a. duurzaam gebruik van water, het recreatief gebruik van waterwegen en aanhorigheden, benutten van de mogelijkheden voor alternatieve energiewinning, toepassen van natuurtechnische milieubouw, respect voor fauna en flora

63 Stuk 1020 ( ) Nr in en langs de waterwegen, minimaal gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen, architecturale en stedenbouwkundige kwaliteit van nieuwe infrastructuur, De Scheepvaart engageert zich ertoe om beleidsmatig actief mee te werken aan de toepassing van de principes mobiliteit tegen de juiste prijs en kostenterugwinning van waterdiensten. Instrumenten hiervoor zijn enerzijds de vaarrechten waarbij betracht wordt alle maatschappelijke kosten te internaliseren en anderzijds de vergoedingen voor watercaptaties waarbij men de consument wil aanzetten tot een doordacht en duurzaam gebruik van het oppervlaktewater. De Scheepvaart wil bedrijven er verder toe aanzetten om rationeel na te denken over een duurzame en kostenefficiënte organisatie van hun transportstromen. Hiervoor zet De Scheepvaart de samenwerking met VOKA en UNIZO inzake de inzet van transportdeskundigen voort. Deze deskundigen informeren bedrijven over de voordelen die de binnenvaart kan bieden en ondersteunen hen bij de afweging naar het inzetten van de binnenvaart in hun logistieke keten. De Scheepvaart onderschrijft de visie inzake het clusteren en bundelen van goederenstromen. Door goederenstromen te clusteren en te bundelen zal de aantrekkelijkheid van de alternatieve modi alsmaar toenemen. Logistieke knooppunten worden dus bij voorkeur bi- of trimodaal ontsloten. Dit alles moet leiden tot een betere benutting van de bestaande capaciteit. Wanneer locaties multimodaal ontsloten zijn dienen ook de mogelijke voordelen van comodaliteit onderzocht te worden. Het verschaffen van modus-neutrale informatie is hierbij cruciaal. Hoewel het niet tot de opdracht van De Scheepvaart behoort om bedrijven modus-neutrale informatie te verschaffen zal de vennootschap wel haar medewerking verlenen aan de inschakeling van modusneutrale logistieke consulenten. Comodaliteit heeft nog een groot potentieel en wordt dan ook beschouwd als één van de mogelijke oplossingen voor zowel bedrijfsinterne logistieke problemen als voor negatieve maatschappelijke effecten van een te eenzijdig modusgebruik. De vennootschap zal jaarlijks uiterlijk op 1 november een voorstel van indicatief investeringsprogramma met toelichting aan de minister voorleggen. De vennootschap legt daarnaast jaarlijks tegen 15 januari eventuele voorstellen tot aanpassing ingevolge de realisatie van het jaarprogramma van het vorige jaar voor aan de minister.

64 64 III Engagementen van de Vlaamse Regering Stuk 1020 ( ) Nr. 1 Artikel 12. Financiële bepalingen De financiële engagementen van de Vlaamse Regering passen binnen de contraintes van de meerjarenbegroting en de jaarlijks door het Vlaams Parlement gestemde begroting. Dit gebeurt met een maximale vrijwaring van de kwaliteit van de dienstverlening. Onverminderd vorige bepaling kent het Vlaamse Gewest, voor de duur van de overeenkomst, aan De Scheepvaart jaarlijkse dotaties toe om haar in staat te stellen haar opdrachten uit te voeren in overeenstemming met de voorgestelde doelstellingen en derhalve de performantiemaatstaven te bereiken. - voor de ontoereikendheid van haar exploitatie-ontvangsten: lastens basisallocatie MBO MG voor de infrastructuurinvesteringen: lastens basisallocatie MBO MG De dodatie-enveloppe wordt op zijn minst jaarlijks geïndexeerd volgens de percentages die in toepassing van de begrotingsrichtlijnen worden voorzien voor het betrokken jaar. Bovendien zal ernaar gestreefd worden aan De Scheepvaart jaarlijks een aandeel van de voor de waterwegen bestemde FFEU-kredieten toe te wijzen. De minister verbindt zich er toe uiterlijk op 15 februari van het jaar X de goedgekeurde programma's aan de vennootschap over te maken. Deze datum verlaat overeenkomstig met de eventuele vertraging die door de vennootschap wordt veroorzaakt bij het indienen van de ontwerpprogramma s doch de referentiedatum voor het behalen van de doelstellingen met betrekking tot de vastleggingsgraad blijft in dit laatste geval behouden. Om de continuïteit te verzekeren wordt evenwel in december van het jaar X-1 reeds een voorlopig akkoord gegeven m.b.t. het investeringsprogramma. De Vlaamse regering onderschrijft de noodzaak tot uitvoering van de volgende strategische projecten en zal hiertoe binnen de perken van de jaarlijkse begroting middelen aan de vennootschap toewijzen om de uitvoering ervan mogelijk te maken. De Vlaamse regering en De Scheepvaart zullen voor de realisatie van deze projecten de financieringsmogelijkheden onderzoeken en vaststellen in functie van de streefdoelen en

65 Stuk 1020 ( ) Nr prioriteiten voor de verschillende projecten: verhoging van de investeringsdotatie, leningsmachtiging, alternatieve financiering en het genereren van bijkomende inkomsten zijn mogelijke opties. Dit is het geval voor volgende projecten : o Infrastructuurmasterplan voor de Vlaamse waterwegen - Horizon o Masterplan 2020 Mobiliteit Antwerpen. o Speerpuntprojecten Kaderrichtlijn Water. o Acties in het kader van de realisatie van het Economisch Netwerk Albertkanaal, inzonderheid de ontwikkeling van watergebonden bedrijventerreinen. o Het streven naar een onderhoudsbudget dat 2,5% bedraagt van de waarde van het patrimonium. Indien één of meerdere van al deze engagementen van de Vlaamse Regering niet door haar of door het Vlaamse parlement worden gehonoreerd geeft dit in het kader van een vrijwaring van de kwaliteit van de dienstverlening aanleiding tot het verminderd en/of gewijzigd uitvoeren van de overeenkomstige taken en opdrachten, hetzij tot het verminderd en/of gewijzigd uitvoeren van taken en opdrachten die als minder prioritair worden beschouwd. De financiële engagementen die door het Vlaams parlement gestemd worden, zullen doorvertaald worden in het jaarlijks ondernemingsplan. Een gewijzigd overheidsbeleid en gevallen van overmacht kunnen resulteren in materiële stijgingen van de uitgaven en/of een daling van de inkomsten buiten de controle van het agentschap. In dit geval streven beide partijen naar een zo evenwichtig mogelijke oplossing met dien verstande dat te allen tijde een optimale dienstverlening verzekerd kan blijven. Het jaarlijks ondernemingsplan zal rekening houden met de beschikbare budgettaire ruimte. Bij de overdracht in eigendom van de door De Scheepvaart beheerde gewestgronden en infrastructuur zoals voorzien in artikel 25 van het Decreet moeten saneringsverplichtingen ingevolge mogelijke historische vervuiling op risicogronden (overeenkomstig de bepalingen in het Bodemdecreet en het Vlarebo) worden voldaan. Hierbij kan gebruik gemaakt worden van artikel 164 van het Bodemdecreet, waarbij de

66 66 Stuk 1020 ( ) Nr. 1 besluiten van de bodemonderzoeken worden overgenomen door de verwerver i.c. De Scheepvaart. De Scheepvaart dient daartoe jegens OVAM een Verbintenis tot oriënterend bodemonderzoek, beschrijvend bodemonderzoek, bodemsanering en nazorg aan te gaan en voor de uitvoering van zijn verplichtingen een financiële zekerheid stellen, begroot op een bedrag van euro per jaar gedurende een periode van 23 jaar. De Vlaamse Regering zal op voorstel van De Scheepvaart een beslissing nemen over de wijze waarop deze zekerheid kan worden gesteld. Artikel 13. Andere engagementen Naast het verstrekken van de vereiste dotatie zoals hiervoor omschreven in hoofdstuk 12, zullen de Vlaamse regering en De Scheepvaart in het licht van onderhavige beheersovereenkomst nog een aantal aanvullende engagementen aangaan. Deze worden hierna omschreven. 1. Corporate governance In uitvoering van het kaderdecreet en rekening houdend met het primaat van de politiek, engageren de Vlaamse regering en De Scheepvaart zich ertoe wederzijds de principes van corporate governance of deugdelijk bestuur te zullen nastreven. 2. Engagementen naar toekomstige regelgeving De voorbereiding van nieuwe decreten en uitvoeringsbesluiten, alsook van wijzigingen aan bestaande decreten en uitvoeringsbesluiten, die van invloed zijn op het decretale kader van De Scheepvaart, gebeurt in onderling overleg tussen de partijen. 3. Regionalisering De Vlaamse Regering zal zich beijveren voor de overheveling van de bevoegdheid over de algemene politie op de scheepvaartwegen naar de gewesten, zoals deze thans geregeld is door artikel 6 4, 3' van de bijzondere wet. De Vlaamse Regering beschouwt de vennootschap - voor wat betreft haar ambtsgebied - als de verantwoordelijke voor de binnenvaart. 4. Samenwerking binnen het beleidsdomein

67 Stuk 1020 ( ) Nr De Scheepvaart stelt zich op als loyaal en actief deelnemer aan de beleidsraad (BR) en het managementcomité (MCB) van het beleidsdomein Mobiliteit en Openbare Werken en zal de erin gemaakte afspraken correct naleven. 5. De relatie tussen beleidsondersteuning en beleidsuitvoering Conform de principes van Beter Bestuurlijk Beleid staat het departement in voor de ondersteuning van de minister bij de beleidsvoorbereiding en beleidsevaluatie. Om deze opdracht goed te vervullen heeft het departement nood aan kwalitatieve informatie, onder andere komende van De Scheepvaart, met betrekking tot alle aspecten die rechtstreeks en onrechtstreeks verband houden met de binnenscheepvaart. De Scheepvaart staat in voor de beleidsuitvoering en vertaalt het door de minister ontwikkelde beleid in strategische en operationele doelstellingen met het oog op de realisatie van de gewenste beleidseffecten. Om dit beleid doeltreffend te vertalen heeft De Scheepvaart nood aan actuele macro-analyses en informatie. Om aan beide informatiebehoeften te voldoen en zowel de beleidsondersteuning als de beleidsuitvoering te optimaliseren, engageren De Scheepvaart en de Vlaamse regering zich ertoe de principes van de nieuwe organisatiestructuur van de Vlaamse overheid, verankerd in het kaderdecreet na te leven en volgende afspraken na te komen: De Scheepvaart zal het departement in zijn beleidsondersteunende taak ondersteunen door middel van de toelevering van relevante informatie en analyseresultaten en de inbreng van expertise. De Scheepvaart zal op vraag van het departement de relevante informatie aanleveren (bijv. statistisch materiaal, rapporten met beleidsrelevante elementen, ). Het departement zal macroanalyses en beleidsondersteunende documenten leveren aan De Scheepvaart. Het opzetten van een MOW data-room. De Vlaamse regering verbindt zich ertoe om De Scheepvaart intensief te betrekken bij de voor het agentschap relevante beleidsvoorbereiding. De Scheepvaart heeft inzake beleidsvoorbereiding initiatiefrecht naar de minister.

68 68 Stuk 1020 ( ) Nr Communicatie en informatie-uitwisseling De Scheepvaart en haar raad van bestuur zijn verantwoordelijk voor een transparante werking en een goede doorstroming van informatie ten aanzien van de minister. De Vlaamse regering verbindt zich ertoe om de gegevens die binnen haar invloedssfeer liggen en nuttig zijn voor het uitoefenen van de opdrachten van De Scheepvaart, ter beschikking te stellen van De Scheepvaart. De partijen verbinden zich ertoe om vertrouwelijke gegevens die in het kader van de uitvoering van de beheersovereenkomst worden verstrekt, waaronder persoonsgebonden of concurrentieel-strategisch belangrijke informatie, vertrouwelijk te behandelen. 7. De realisatie van het grondbeleid De Vlaamse regering engageert zich om de nodige middelen ter beschikking te stellen aan nv De Scheepvaart om als initiatiefnemer op te treden voor de ontwikkeling van terreinen in het kader van het Economisch Netwerk Albertkanaal. IV Financiële betrekkingen tussen de ondertekenende partijen Artikel 14. Herkomst van de financiële middelen van het agentschap De financiële middelen van De Scheepvaart, die afkomstig zijn van het Vlaamse Gewest of de Vlaamse Gemeenschap zijn opgenomen in de geëigende programma s van de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap. Het gaat inzonderheid over de basisallocaties, vermeld in hoofdstuk 12. Overeenkomstig artikel 38 van het decreet heeft De Scheepvaart als inkomsten de financiële middelen die zijn overeengekomen in onderhavige beheersovereenkomst, alsook de inkomsten uit activiteiten die De Scheepvaart overeenkomstig het decreet kan uitoefenen, zoals inkomsten die verworven zijn uit watervangen en uit de vervreemding, het beheer, de verhuring of de concessie van gronden. De Scheepvaart kan met derden samenwerkings- en financieringsovereenkomsten afsluiten in het kader van de realisatie van haar missie en opdrachten. De externe

69 Stuk 1020 ( ) Nr financiering, die hieruit kan resulteren, moet het mogelijk maken haar werking te optimaliseren en te kunnen investeren in de beheerde waterwegen en hun aanhorigheden op een ESR-neutrale wijze en zonder een beroep te doen op aanvullende dotaties. Een aantal investeringsprojecten kan geheel of ten dele door derden worden gefinancierd. Het betreft zeer uiteenlopende projecten zoals studies en infrastructuurwerken met financiële ondersteuning vanuit de EU of van de private sector, werken met financiële inbreng van andere overheden (zoals BAM). De totaliteit van de externe financiering van deze projecten wordt opgenomen in de begroting en zijn als bijkomend te beschouwen ten aanzien van het goedgekeurd investeringsprogramma. De Vlaamse regering kan aan De Scheepvaart terugvorderbare voorschotten verstrekken, in aanvulling op de inkomsten van De Scheepvaart. De regels voor de aanvraag, vaststelling, toekenning en terugbetaling van die voorschotten worden door de Vlaamse regering vastgesteld. Onverminderd de overdracht in eigendom van de beheerde gronden en het onroerend patrimonium aan De Scheepvaart, worden de verkoopopbrengsten ervan toegewezen aan De Scheepvaart, die de opbrengsten conform de patrimoniumwetgeving, uitsluitend kan aanwenden voor de aankoop of eigen ontwikkeling van andere onroerende goederen in het kader van haar missie. Artikel 15. Financiële betrekkingen tussen de ondertekenende partijen Inzake financieel beleid is De Scheepvaart tot nader order onderworpen aan de wet van 16 maart 1954 betreffende de controle op sommige instellingen van openbaar nut en het BVR 21/05/1997 betreffende een geïntegreerde economische boekhouding en budgettaire rapportering voor de openbare instellingen. Het agentschap engageert zich bij het nastreven van de organisatiedoelstellingen, tot het realiseren van het in de begroting voorziene ESR-saldo en de generieke besparingsmaatregelen, die in het kader van het algemeen begrotingsbeleid van de Vlaamse regering zouden worden opgelegd. Niettemin kan De Scheepvaart haar gerealiseerde eigen meerontvangsten aanwenden om de gevolgen van de besparingen te milderen en de dienstverlening op peil te houden.

70 70 Stuk 1020 ( ) Nr. 1 Het begrotingssaldo van het jaar wordt aangewend om een exploitatiereservefonds aan te leggen dat gebruikt zal worden voor de financiering van onvoorziene uitgaven, andere dan die uitgaven die het gevolg zijn van een gewijzigd overheidsbeleid. De aanwending van de aldus opgebouwde reserves wordt onderworpen aan de voorafgaande goedkeuring door de minister en het akkoord van de minister van Financiën en Begroting, of zijn afgevaardigde. De Vlaamse regering engageert zich, mits de vennootschap geheel of ten dele ESRneutraal is, om het toekennen van een leningsmachtiging aan de vennootschap te overwegen voor het realiseren van infrastructuurwerken waarvan de investeringskost de normale begrotingsenveloppe overstijgt, zoals voor de versnelde realisatie van de strategische projecten, zoals vermeld onder hoofdstuk 12. Artikel 16. Algemene bepalingen inzake het beheer van de financiële middelen De Scheepvaart zal haar financiële middelen beheren volgens de voorschriften van: - de wet van 16/03/1954 betreffende de controle op sommige instellingen van openbaar nut; - het besluit van de Vlaamse regering van 21/05/1997 betreffende een geïntegreerde economische boekhouding en budgettaire rapportering. Als naamloze vennootschap van publiek recht is De Scheepvaart bovendien gevat door de bepalingen van het Wetboek van Vennootschappen en de wet van 17/07/1975 op de boekhouding van de ondernemingen. Inzake het louter thesauriebeheer bestendigt het agentschap zijn aansluiting met het Centraal Financieringsorgaan (C.F.O.), middels een driepartijen-overeenkomst met de minister bevoegd voor financiën en begroting en de centrale bankier. Op basis van haar operationele meerjarenplanning maakt De Scheepvaart een financieel meerjarenplan op voor de volledige looptijd van de beheersovereenkomst. De Scheepvaart zal jaarlijks, uiterlijk op de datum bepaald in de begrotingsinstructies, de inhoudelijke voorstellen indienen bij de minister voor het bepalen van haar dotatie voor het volgende begrotingsjaar.

71 Stuk 1020 ( ) Nr In de aanvraag moet een koppeling gemaakt worden met de realisatie van beleidsinitiatieven van de minister. V Opvolging, rapportering en evaluatie Artikel 17. Opvolging Het agentschap is zelf verantwoordelijk voor de uitbouw en het functioneren van een systeem van interne organisatiebeheersing en interne controle. Het behoort tot de opdracht van andere instanties om na te gaan of dit intern systeem naar behoren werkt. Teneinde op een systematische wijze opvolging te geven aan de goede uitvoering van de algemene en bijzondere opdrachten van De Scheepvaart zal zij haar intern managementinformatiesysteem verder uitbouwen. Uit dit systeem zullen de gegevens geput worden voor de systematische rapporteringen aan de minister. Het systeem zal ondermeer gericht zijn op het meten en rapporteren van de prestatie-indicatoren met betrekking tot de opvolging van de doelstellingen en projecten van de vennootschap zoals deze in onderhavige overeenkomst zijn opgenomen. De minister kan, in het kader van de opvolging en de uitoefening van het toezicht, op ieder ogenblik aan de gedelegeerd bestuurder informatie, rapportering en verantwoording vragen over bepaalde aangelegenheden, zowel op geaggregeerd niveau als op niveau van individuele onderwerpen en dossiers. Het Rekenhof treedt op als externe controle-instantie, overeenkomstig zijn opdracht. Het agentschap engageert zich tot een loyale medewerking aan de externe controle en audit van zijn activiteiten en systemen, uitgevoerd door de daartoe gemachtigde instanties. De uitvoering van de aanbevelingen geformuleerd tijdens de externe controle of audit zullen worden opgevolgd door de gedelegeerd bestuurder. Op regelmatige tijdstippen wordt aan het departement en aan de minister verslag uitgebracht over de gerealiseerde vorderingen ten aanzien van de voorgestelde aanbevelingen.

72 72 Stuk 1020 ( ) Nr. 1 Artikel 18. Rapportering Het agentschap zal over de uitvoering van de beheersovereenkomst aan de minister rapporteren door middel van jaarrapporteringen en een afsluitend eindrapport over de beheersovereenkomst. Het ontwerp van jaarrapport over de uitvoering van de beheersovereenkomst zal worden overgemaakt aan het departement en aan de minister vóór 31 maart van het jaar volgend op het betrokken jaar. Het eindrapport over de uitvoering van de beheersovereenkomst wordt bezorgd aan de minister en aan het departement zes maanden vóór het einde van de beheersovereenkomst. De rapporten moeten minimaal volgende elementen bevatten: - rapportering over de uitvoering van het ondernemingsplan van jaar X - een overzicht van de resultaten van de indicatoren en de realisatie van de strategische en operationele organisatiedoelstellingen uit de beheersovereenkomst - toelichting over interne en externe factoren die van invloed kunnen zijn op de verdere realisatie van de strategische doelstellingen uit de beheersovereenkomst, - rapportering over de uitvoering van de begroting o rapportering over de uitvoering van het door de minister goedgekeurde - ondernemingsplan voor het komende jaar - (geactualiseerd) financieel meerjarenplan voor de verdere looptijd van de beheersovereenkomst Het ondernemingsplan voor het daaropvolgende jaar wordt opgemaakt na de definitieve goedkeuring door de Vlaamse Regering van de begrotingsopmaak en het indienen van de beleidsbrief van de minster in het Vlaams Parlement. Het nieuwe ondernemingsplan wordt toegezonden aan de minister. Artikel 19. Evaluatie De uitvoering van de beheersovereenkomst wordt jaarlijks geëvalueerd door de contracterende partijen. Tijdens een jaarlijks overlegmoment in de maand mei bespreken de minister en het agentschap (vertegenwoordigd door de gedelegeerd bestuurder) de voortgang van de beheersovereenkomst, op basis van de evaluatie die door het agentschap werd voorbereid. Wanneer de in de beheersovereenkomst voorziene

73 Stuk 1020 ( ) Nr verplichtingen door een partij niet worden nageleefd, plegen de partijen overleg over de te nemen bijsturingsmaatregelen. Bij de jaarlijkse evaluatie van de uitvoering van de beheersovereenkomst zullen de partijen nagaan of er al dan niet aanpassingen aan de beheersovereenkomst moeten worden aangebracht. De aanpassing van de beheersovereenkomst gebeurt overeenkomstig de bepalingen van artikel 21. De investering van de Vlaamse Regering in het agentschap zal ten gronde worden geëvalueerd op basis van de realisatie van de strategische doelstellingen uit de beheersovereenkomst en de baten die dit voor Vlaanderen heeft opgeleverd. Het resultaat van deze evaluatie zal bepalend zijn voor de condities van een nieuwe beheersovereenkomst tussen het agentschap en de Vlaamse Regering. Deze evaluatie wordt door de Vlaamse Regering georganiseerd in de eerste helft van De Vlaamse Regering zal daartoe de gepaste evaluatieorganen aanstellen die over de expertise beschikken om de activiteiten, de resultaten en het potentieel van het agentschap vakkundig te kunnen beoordelen. VI Geschillenregeling Artikel 20. Geschillenregeling Vermits een beheersovereenkomst een sturingsinstrument is, onder de vorm van een werkafspraak binnen de overheid en dus strikt genomen geen contractuele, juridisch bindende overeenkomst tussen overheid en derden, wordt er geen mogelijkheid ingebouwd om een burgerrechterlijke procedure in te stellen, ook niet nadat alle middelen tussen de contractanten zouden zijn uitgeput. Geschillen die ontstaan bij de uitvoering van de beheersovereenkomst worden in eerste instantie in onderling overleg geregeld tussen de beide contractanten. In tweede instantie worden geschillen geregeld via een verzoeningsprocedure waarbij een college van deskundigen een voorstel tot oplossing van het geschil formuleert. Dit college bestaat uit een afgevaardigde van de minister, een afgevaardigde van De Scheepvaart, een inspecteur van Financiën en een vierde persoon aangeduid door de eerste 2 afgevaardigden. Elk van de contractanten kan een verzoeningsprocedure aanvatten.

74 74 Stuk 1020 ( ) Nr. 1 Op basis van dit advies beraden beide contractanten zich en wanneer dan nog geen consensus mogelijk blijkt, beslist de regering, nadat de raad van bestuur van De Scheepvaart zijn standpunt heeft bepaald. VII Aanpassingen beheersovereenkomst - opschortende voorwaarden Artikel 21. Aanpassing van de beheersovereenkomst - opschortende voorwaarden Indien zich tijdens de duur van de overeenkomst ingrijpende wijzigingen voordoen, hetzij in de maatschappelijke omgeving waarin De Scheepvaart actief is, hetzij in de beleidsopties, hetzij door een interventie van de Vlaamse minister, bevoegd voor financiën en de begroting in overleg met de Vlaamse Regering ten gevolge van een belangrijke wijziging van het financiële engagement van de Vlaamse regering tijdens de duur ven de beheersovereenkomst, en deze wijzigingen de opdrachten van De Scheepvaart in die mate veranderen dat deze veranderingen niet kunnen ingepast worden in de vigerende afspraken tussen de partijen, dan kan de beheersovereenkomst op vraag van één der ondertekenende partijen (of van de minister bevoegd voor financiën en begroting) opnieuw onderhandeld en aangepast worden. VIII Aanvullende bepalingen en overgangsbepalingen Artikel 22. Bijzondere regelingen in verband met de pensioenlasten De Scheepvaart staat in voor de administratie en de uitbetaling van de pensioenen aan haar gepensioneerde personeelsleden en verbindt zich ertoe om deze taak effectief en efficiënt te vervullen. Het Vlaams Gewest kent jaarlijks een dotatie toe ter financiering van de pensioenverplichtingen van De Scheepvaart, zoals bepaald in artikel 42 3 en 4 van het besluit van de Vlaamse regering van 21 mei 1997 betreffende een geïntegreerde economische boekhouding en budgettaire rapportering voor de Vlaamse Openbare Instellingen. Deze dotatie is bepaald in de enveloppe voorzien in hoofdstuk 12.

75 Stuk 1020 ( ) Nr Voor de financiering van de pensioenverplichtingen uit het verleden wordt aan De Scheepvaart bovendien jaarlijks uit het VFLD-fonds een bedrag toegekend dat overeenstemt met het bedrag dat De Scheepvaart hiertoe zelf in eigen begroting voorziet. Artikel 23. Aanvullende bepalingen De Vlaamse Regering engageert zich, conform artikel 8 van het Kaderdecreet Bestuurlijk Beleid, om onderhavige beheersovereenkomst, evenals elke verlenging, wijziging, schorsing of ontbinding ervan, vóór de ondertekening ervan, mee te delen aan het Vlaams Parlement. De beheersovereenkomst zal eveneens gepubliceerd op de portaalsite van de Vlaamse overheid. De vennootschap engageert zich om deze beheersovereenkomst, evenals elke verlenging, wijziging, schorsing of ontbinding ervan, publiek kenbaar te maken door te tekst ervan integraal te publiceren via zijn website op het internet en dit uiterlijk één maand na elke beslissing of goedkeuring dienaangaande. Artikel 24. Overgangsbepalingen

76 76 Stuk 1020 ( ) Nr. 1 S P E C I F I E K D E E L Artikel 25. Verplichtingen van het agentschap inzake tarieven Onverminderd de decretale bepalingen ter zake, kan De Scheepvaart eveneens tarieven aanrekenen aan derden voor het leveren van geïndividualiseerde prestaties. Deze tarieven zijn ofwel gebaseerd op een effectieve kost of op basis van een gangbare marktprijs. In het bijzonder is De Scheepvaart overeenkomstig artikel 19 van het decreet gemachtigd tot het innen van rechten van welke aard ook, wegens het gebruik van een waterweg, van zijn infrastructuur en van zijn aanhorigheden, alsmede van de watervangen, van de watergebonden gronden en van de infrastructuur daarop. De vennootschap zal inzake de tarifiëring voor vergunningen in de zin van het besluit van de Vlaamse Regering van 29 maart 2002 betreffende het toekennen van vergunningen, het vaststellen en innen van retributies voor het privatieve gebruik van het openbaar domein van de wegen, de waterwegen en hun aanhorigheden, de zeewering en de dijken zich, wat de voorwaarden betreft, richten tot het desbetreffende besluit zodat de uniformiteit en het niet-discriminerend karakter in het ganse Gewest is gewaarborgd. Overeenkomstig artikel 19 lid 3 van het decreet stelt de raad van bestuur de tarieven vast in overeenstemming met de tariefstructuur zoals bepaald in bijlage 3. De raad van bestuur kan tijdens de looptijd van deze beheersovereenkomst deze tariefstructuur verder aanvullen. Onverminderd mogelijke bilaterale afspraken met andere overheden worden deze rechten uitsluitend geïnd door De Scheepvaart. Artikel 26. Samenwerkingsovereenkomsten Met het oog op een optimale dienstverlening beschikt De Scheepvaart over de bevoegdheid om samenwerkingsovereenkomsten te sluiten en duurzame samenwerkingsverbanden aan te gaan met derden. Deze samenwerking moet gestoeld zijn op een complementariteit van activiteiten en initiatieven gericht op de realisatie van de strategische organisatiedoelstellingen van De Scheepvaart. De lopende samenwerkingsovereenkomsten worden periodiek geëvalueerd en indien nodig

77 Stuk 1020 ( ) Nr bijgestuurd. Bijlage 6 geeft een overzicht van de lopende samenwerkingsovereenkomsten. De vennootschap zal jaarlijks in het ondernemingplan vaststellen welke nieuwe samenwerkingsovereenkomsten opportuun zijn. Daarnaast zal de vennootschap met de nodige entiteiten samenwerken rond specifieke thema s zonder dat dit noodzakelijk in een formele samenwerkingsovereenkomst dient uit te monden. De vennootschap zal de nodige acties nemen en ondersteunen voor de oprichting van shared service centers, met name een dienstencentrum dat ondersteunende diensten kan verlenen volgens het principe van de vrije winkelnering. De shared service centers kan voor de uitvoering van de opdrachten een beroep doen op onderaannemers, met name de agentschappen binnen de Vlaamse overheid. Artikel 27. Bijzondere bepalingen ten gevolge van specifieke situaties, eigen aan het agentschap De vennootschap zal onderzoeken in hoeverre tot een ESR-neutraliteit kan gekomen worden ten einde, geheel of ten dele te evolueren naar een bedrijfseenheid afgescheiden van het Vlaamse Gewest en zet zich in om hiertoe de voorwaarden te creëren. De basis hiervoor is het herkwalificeren van de investeringsdotatie in een inbreng in het kapitaal van nv De Scheepvaart en het toekennen van een marktconforme vergoeding van de Vlaamse overheid aan nv De Scheepvaart voor het beheer van haar waterwegen gekoppeld aan het gebruik van het waterwegennet. Opgemaakt te Brussel, op Ieder van de ondertekenende partijen verklaart een door alle partijen ondertekend exemplaar te hebben ontvangen. Voor de Vlaamse Regering Voor nv De Scheepvaart Hilde Crevits Willy Claes Erik Portugaels Minister van Mobiliteit en Openbare werken Voorzitter Gedelegeerd bestuurder

78 78 Stuk 1020 ( ) Nr. 1

79 Stuk 1020 ( ) Nr BIJLAGE 2: Ontwerp van beheersovereenkomst tussen de Vlaamse Regering en het Agentschap Waterwegen en Zeekanaal

80 80 Stuk 1020 ( ) Nr. 1

81 Stuk 1020 ( ) Nr. 1 81

Verzoekschrift. over het opspuiten van eilanden op de Vlaamse Banken voor de kust. Verslag

Verzoekschrift. over het opspuiten van eilanden op de Vlaamse Banken voor de kust. Verslag stuk ingediend op 381 (2009-2010) Nr. 1 16 februari 2010 (2009-2010) Verzoekschrift over het opspuiten van eilanden op de Vlaamse Banken voor de kust Verslag namens de Commissie voor Mobiliteit en Openbare

Nadere informatie

Ontwerp van decreet. Verslag. namens de Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken uitgebracht door de heren Carl Decaluwe en Marino Keulen

Ontwerp van decreet. Verslag. namens de Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken uitgebracht door de heren Carl Decaluwe en Marino Keulen stuk ingediend op 841 (2010-2011) Nr. 2 17 maart 2011 (2010-2011) Ontwerp van decreet houdende instemming met het samenwerkingsakkoord tussen de Federale Staat en de Gewesten van 3 december 2009 betreffende

Nadere informatie

Voorstel van resolutie

Voorstel van resolutie stuk ingediend op 224 (2009-2010) Nr. 2 31 augustus 2011 (2010-2011) Voorstel van resolutie van de heer Peter Reekmans betreffende het terugvorderen van de eind 2008 toegekende bonussen aan drie managers

Nadere informatie

Jaarlijks 40 miljoen ton goederen via Albertkanaal

Jaarlijks 40 miljoen ton goederen via Albertkanaal 01-04-2014, p.21 Limburg Jaarlijks 40 miljoen ton goederen via Albertkanaal Bij de brug over het Albertkanaal in Vroenhoven werd een samenwerkingsovereenkomst ondertekend tussen nv De Scheepvaart en de

Nadere informatie

Info- en ontmoetingsdag. Paula Palmans Afdelingshoofd PCO - Woordvoerder 9 mei 2012

Info- en ontmoetingsdag. Paula Palmans Afdelingshoofd PCO - Woordvoerder 9 mei 2012 Info- en ontmoetingsdag Paula Palmans Afdelingshoofd PCO - Woordvoerder 9 mei 2012 1 Organogram MOW 2 Organisatiestructuur Vlaamse overheid als enige aandeelhouder Raad van bestuur: Gebruikers van de waterweg:

Nadere informatie

Albertkanaal : Gateway to Europe Heden en toekomst

Albertkanaal : Gateway to Europe Heden en toekomst 12 en 13 juni 2013 Albertkanaal : Gateway to Europe Heden en toekomst ir. Chris Danckaerts algemeen directeur 1 Albertkanaal : Gateway to Europe Heden en toekomst 1. Facts & figures 2. Toekomstperspectief

Nadere informatie

Ontwerp van decreet. betreffende het vervoer van gevaarlijke goederen over de binnenwateren. Verslag

Ontwerp van decreet. betreffende het vervoer van gevaarlijke goederen over de binnenwateren. Verslag stuk ingediend op 1600 (2011-2012) Nr. 2 1 juni 2012 (2011-2012) Ontwerp van decreet betreffende het vervoer van gevaarlijke goederen over de binnenwateren Verslag namens de Commissie voor Mobiliteit en

Nadere informatie

Verslag. Voorstel van resolutie

Verslag. Voorstel van resolutie stuk ingediend op 630 (2009-2010) Nr. 3 26 oktober 2010 (2010-2011) Voorstel van resolutie van mevrouw Lydia Peeters en de heer Marino Keulen betreffende de invoering van een regeling betreffende inritten

Nadere informatie

betreffende het tijdelijk tolvrij maken van de Liefkenshoektunnel bij wijze van proef

betreffende het tijdelijk tolvrij maken van de Liefkenshoektunnel bij wijze van proef stuk ingediend op 1924 (2012-2013) Nr. 2 28 maart 2013 (2012-2013) Voorstel van resolutie van de heren Jan Penris en Filip Dewinter, mevrouw Marijke Dillen en de heer Joris Van Hauthem betreffende het

Nadere informatie

STERKE EN SLIMME INFRASTRUCTUUR

STERKE EN SLIMME INFRASTRUCTUUR STERKE EN SLIMME INFRASTRUCTUUR ir. Chris Danckaerts algemeen directeur nv De Scheepvaart dia 1 REACTIES FISN-VRAAGSTELLING blijven investeren in uitbouw waterwegennet bekommernis verouderde infrastructuur

Nadere informatie

Uitdagingen aangaan Verwachtingen inlossen

Uitdagingen aangaan Verwachtingen inlossen Uitdagingen aangaan Verwachtingen inlossen ir. Chris Danckaerts gedelegeerd bestuurder Multimodaal.Vlaanderen 28/3/18 Nergens zo lang in de file als in België Voorspelde groei 2030 (Federaal Planbureau

Nadere informatie

Traject Toegelaten afmetingen Verplicht lengte breedte diepgang varen uit de oever op minstens. Albertkanaal

Traject Toegelaten afmetingen Verplicht lengte breedte diepgang varen uit de oever op minstens. Albertkanaal Toegelaten afmetingen op de kanalen beheerd door nv De Scheepvaart I. Afmetingen In afwijking van artikel 1 2 en van artikel 2 van het Bijzonder Reglement van de kanalen beheerd door nv De Scheepvaart

Nadere informatie

Binnenvaart, de vlotste verbinding tussen havens en hun hinterland

Binnenvaart, de vlotste verbinding tussen havens en hun hinterland Binnenvaart, de vlotste verbinding tussen havens en hun hinterland ir. Chris Danckaerts algemeen directeur nv De Scheepvaart International Congress 20 jaar PBV Inhoud Binnenvaart in Vlaanderen Uitdagingen

Nadere informatie

Imog persberichten april / mei 2014

Imog persberichten april / mei 2014 Imog persberichten april / mei 2014 www.imog.be imo Bron: Het Nieuwsblad - 10 mei 2014 Bron: Het Wekelijks Nieuws - 9 mei 2014 Bron: Het Laatste Nieuws - 7 mei 2014 Bron: Het Nieuwsblad - 8 mei 2014 Bron:

Nadere informatie

Voorstelling Waterwegen en Zeekanaal NV. door Kevin Polfliet, communicatieverantwoordelijke afdeling Zeekanaal

Voorstelling Waterwegen en Zeekanaal NV. door Kevin Polfliet, communicatieverantwoordelijke afdeling Zeekanaal Voorstelling Waterwegen en Zeekanaal NV door Kevin Polfliet, communicatieverantwoordelijke afdeling Zeekanaal Bron: PBV Vlaamse waterwegen binnen Europa Vlaanderen: logistiek knooppunt Belangrijke rol

Nadere informatie

Verslag. over het ontwerp van decreet

Verslag. over het ontwerp van decreet 574 (2015-2016) Nr. 2 ingediend op 8 februari 2016 (2015-2016) Verslag namens de Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking, Toerisme en Onroerend Erfgoed

Nadere informatie

Beheersovereenkomst

Beheersovereenkomst Beheersovereenkomst 2011-2015 I N H O U D S O P G A V E DEEL A. G E N E R I E K 4 Hoofdstuk I. Algemene bepalingen 4 Artikel 1. Ondertekenende partijen 4 Artikel 2. Voorwerp van de overeenkomst 4 Artikel

Nadere informatie

Voorstel van resolutie. betreffende de verbreding van de ring rond Brussel. Verslag

Voorstel van resolutie. betreffende de verbreding van de ring rond Brussel. Verslag stuk ingediend op 159 (2009-2010) Nr. 5 18 juli 2012 (2011-2012) Voorstel van resolutie van de heer Sven Gatz, de dames Irina De Knop, Gwenny De Vroe en Ann Brusseel en de heren Marino Keulen en Sas van

Nadere informatie

Bezoek vzw Kanaalgidsen aan de sluis van Zemst op dinsdag 16 april 2013

Bezoek vzw Kanaalgidsen aan de sluis van Zemst op dinsdag 16 april 2013 Bezoek vzw Kanaalgidsen aan de sluis van Zemst op dinsdag 16 april 2013 Voorstelling van Waterwegen en Zeekanaal NV door Kevin Polfliet, communicatieverantwoordelijke afdeling Zeekanaal Vlaamse waterwegen

Nadere informatie

Streefbeeldstudie kanaal naar Charleroi en kanaalomgeving op het grondgebied van de stad Halle. Versie 03.02.2012

Streefbeeldstudie kanaal naar Charleroi en kanaalomgeving op het grondgebied van de stad Halle. Versie 03.02.2012 Streefbeeldstudie kanaal naar Charleroi en kanaalomgeving op het grondgebied van de stad Halle Versie 03.02.2012 Inhoud Situering ABC-as / kanaal naar Charleroi / studiegebied streefbeeld Historiek kanaal

Nadere informatie

Ontwerp van decreet. Verslag

Ontwerp van decreet. Verslag stuk ingediend op 1457 (2011-2012) Nr. 2 7 maart 2012 (2011-2012) Ontwerp van decreet tot wijziging van de wet van 5 juli 1956 betreffende de wateringen, van de wet van 3 juni 1957 betreffende de polders,

Nadere informatie

Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken

Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken vergadering C234 OPE18 zittingsjaar 2010-2011 Handelingen Commissievergadering Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken van 12 mei 2011 2 Commissievergadering nr. C234 OPE18 (2010-2011) 12 mei 2011

Nadere informatie

Voorstel van resolutie. betreffende het opstellen van een actieplan voor gevaarlijke transporten door het Vlaamse Gewest. Verslag

Voorstel van resolutie. betreffende het opstellen van een actieplan voor gevaarlijke transporten door het Vlaamse Gewest. Verslag stuk ingediend op 2080 (2012-2013) Nr. 2 23 januari 2014 (2013-2014) Voorstel van resolutie van de heren Björn Rzoska, Dirk Peeters en Hermes Sanctorum betreffende het opstellen van een actieplan voor

Nadere informatie

De meest recente call voor TEN-T-aanvragen is in de maand februari 2015 afgelopen.

De meest recente call voor TEN-T-aanvragen is in de maand februari 2015 afgelopen. SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 883 van MARINO KEULEN datum: 13 maart 2015 aan BEN WEYTS VLAAMS MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN Projecten TEN-T - Stand van zaken

Nadere informatie

TITEL I OPRICHTING VAN EEN INTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP "INTERNE AUDIT VAN DE VLAAMSE ADMINISTRATIE"

TITEL I OPRICHTING VAN EEN INTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP INTERNE AUDIT VAN DE VLAAMSE ADMINISTRATIE Besluit van de Vlaamse Regering tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap Interne Audit van de Vlaamse Administratie en tot omvorming van het auditcomité van de Vlaamse Gemeenschap tot het

Nadere informatie

Advies. Over de conceptnota Vlaams strategisch spoorbeleid. Brussel, 20 juli VHC_ADV_ _Vlaamse_spoorstrategie

Advies. Over de conceptnota Vlaams strategisch spoorbeleid. Brussel, 20 juli VHC_ADV_ _Vlaamse_spoorstrategie Advies Over de conceptnota Vlaams strategisch spoorbeleid Brussel, 20 juli 2012 VHC_ADV_20120720_Vlaamse_spoorstrategie Vlaamse Havencommissie Wetstraat 34-36, 1040 Brussel T +32 2 209 01 11 F +32 2 217

Nadere informatie

Brussel, 10 september _AdviesBBB_Toerisme_Vlaanderen. Advies. Oprichtingsdecreet Toerisme Vlaanderen

Brussel, 10 september _AdviesBBB_Toerisme_Vlaanderen. Advies. Oprichtingsdecreet Toerisme Vlaanderen Brussel, 10 september 2003 091003_AdviesBBB_Toerisme_Vlaanderen Advies Oprichtingsdecreet Toerisme Vlaanderen Inhoud Inhoud... 2 1. Inleiding...3 2. Krachtlijnen van het advies... 3 3. Advies...4 3.1.

Nadere informatie

betreffende de administratieve samenwerking op het gebied van belastingen

betreffende de administratieve samenwerking op het gebied van belastingen stuk ingediend op 2017 (2012-2013) Nr. 2 6 juni 2013 (2012-2013) Ontwerp van decreet betreffende de administratieve samenwerking op het gebied van belastingen Verslag namens de Commissie voor Algemeen

Nadere informatie

PERSMEDEDELING VAN DE VLAAMSE OVERHEID 7 november 2012 VLAAMSE REGERING KIEST VOOR BREED OVERLEG BIJ UITVOERING PLANNEN HAVEN VAN ANTWERPEN

PERSMEDEDELING VAN DE VLAAMSE OVERHEID 7 november 2012 VLAAMSE REGERING KIEST VOOR BREED OVERLEG BIJ UITVOERING PLANNEN HAVEN VAN ANTWERPEN PERSMEDEDELING VAN DE VLAAMSE OVERHEID 7 november 2012 VLAAMSE REGERING KIEST VOOR BREED OVERLEG BIJ UITVOERING PLANNEN HAVEN VAN ANTWERPEN Centraal Netwerk geïnstalleerd Vandaag werd in Antwerpen het

Nadere informatie

Publiek-Private Samenwerking voor de bouw van laad- en losinstallaties. Evaluatierapport Opgemaakt door de Commissie kaaimuren

Publiek-Private Samenwerking voor de bouw van laad- en losinstallaties. Evaluatierapport Opgemaakt door de Commissie kaaimuren Publiek-Private Samenwerking voor de bouw van laad- en losinstallaties Evaluatierapport 1998 2010 Opgemaakt door de Commissie kaaimuren april 2011 1 Inhoud Situering... 3 De projecten... 4 Evaluatie van

Nadere informatie

VERZOEKSCHRIFT. over het Antwerpse havengebied VERSLAG

VERZOEKSCHRIFT. over het Antwerpse havengebied VERSLAG Zitting 2005-2006 19 oktober 2005 VERZOEKSCHRIFT over het Antwerpse havengebied VERSLAG namens de Commissie voor Openbare Werken, Mobiliteit en Energie uitgebracht door mevrouw Annick De Ridder en de heer

Nadere informatie

PLENAIRE VERGADERINGEN

PLENAIRE VERGADERINGEN AGENDA AANGEPAST PLENAIRE VERGADERINGEN Donderdag 10.07.2008 vanaf 14.00 uur Actuele vragen (Regl. art. 82) Voorstel van decreet Beraadslaging Voorstel van decreet van mevrouw Marleen Vanderpoorten houdende

Nadere informatie

Zeeschelde. Kanaal Gent- Brugge. Kanaal Brussel- Charleroi

Zeeschelde. Kanaal Gent- Brugge. Kanaal Brussel- Charleroi HANDLEIDING STEUNMAATREGEL voor het ondersteunen van nieuwe trafieken die met middelgrote schepen vervoerd worden op vaarwegen met infrastructurele knelpunten Kanaal Gent- Brugge Zeeschelde Kanaal Brussel-

Nadere informatie

V ERHOUDING GOEDERENGROEPEN

V ERHOUDING GOEDERENGROEPEN V ERHOUDING GOEDERENGROEPEN 0 landbouwproducten 1 voedingswaren 2 vaste brandstoffen 3 petroleumproducten 4 ertsen 5 metaalproducten 6 bouwmaterialen 7 meststoffen 8 nijverheidsproducten 9 allerhande VERVOERDE

Nadere informatie

Adviesvraag: voorontwerp van decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning en van de Vlaamse Codex

Adviesvraag: voorontwerp van decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning en van de Vlaamse Codex Advies Beroepsmogelijkheden milieuvergunningsdecreet Codex Ruimtelijke Ordening Brussel, Minaraad, 5 juli 2011 Brussel, SERV, 6 juli 20111 SERV_ADV_20110706_decreetberoepen Sociaal-Economische raad van

Nadere informatie

Verzoekschrift. Verslag. namens de Commissie voor Algemeen Beleid, Financiën en Begroting uitgebracht door mevrouw Griet Smaers

Verzoekschrift. Verslag. namens de Commissie voor Algemeen Beleid, Financiën en Begroting uitgebracht door mevrouw Griet Smaers stuk ingediend op 2525 (2013-2014) Nr. 1 7 april 2014 (2013-2014) Verzoekschrift over de invoering van het klein beschrijf voor een eerste schijf van het kadastraal inkomen (ki) voor de registratierechten

Nadere informatie

Bedrijventerrein Woestijne

Bedrijventerrein Woestijne Bedrijventerrein Woestijne Aalter Inhoud 1. Inleiding en situering 1 2. Inrichtingsplan 4 2.1 Ontsluiting 6 2.2 Zonering 8 2.3 Woestijnegoed 10 2.4 Duurzaam bedrijventerrein 12 3. Uitgifte van terreinen

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE en SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Goedkeuring van 1 addendum bij de sectorconvenant Transport en logistiek en Grondafhandeling op Luchthavens

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 12 juli 2016;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 12 juli 2016; Besluit van de Vlaamse Regering houdende de bepaling van voorwaarden voor een bijzondere oproep om voor bepaalde woongelegenheden een erkenningskalender in te dienen en tot wijziging van de regelgeving

Nadere informatie

Beheersovereenkomst 2011-2015

Beheersovereenkomst 2011-2015 0 BEHEERSOVEREENKOMST TUSSEN DE VLAAMSE REGERING EN WATERWEGEN EN ZEEKANAAL NV 1 JANUARI 2011-31 DECEMBER 2015 DEEL A. GENERIEK...2 HOOFDSTUK I. ALGEMENE BEPALINGEN... 2 Artikel 1. Ondertekenende partijen...2

Nadere informatie

De Vlaamse minister van Mobiliteit, Openbare werken, Vlaamse Rand, Toerisme en Dierenwelzijn NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

De Vlaamse minister van Mobiliteit, Openbare werken, Vlaamse Rand, Toerisme en Dierenwelzijn NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Pagina 1 van 5 De Vlaamse minister van Mobiliteit, Openbare werken, Vlaamse Rand, Toerisme en Dierenwelzijn NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Ontwerp van decreet tot wijziging van diverse bepalingen

Nadere informatie

Verzoekschrift. over de voorwaarden voor de Vlaamse aanmoedigingspremie Landingsbaan social profit. Verslag

Verzoekschrift. over de voorwaarden voor de Vlaamse aanmoedigingspremie Landingsbaan social profit. Verslag stuk ingediend op 1448 (2011-2012) Nr. 1 23 januari 2012 (2011-2012) Verzoekschrift over de voorwaarden voor de Vlaamse aanmoedigingspremie Landingsbaan social profit Verslag namens de Commissie voor Economie,

Nadere informatie

Ontwerp van decreet. houdende wijziging van het tarief op het recht op verdelingen en gelijkstaande overdrachten

Ontwerp van decreet. houdende wijziging van het tarief op het recht op verdelingen en gelijkstaande overdrachten stuk ingediend op 1529 (2011-2012) Nr. 1 14 maart 2012 (2011-2012) Ontwerp van decreet houdende wijziging van het tarief op het recht op verdelingen en gelijkstaande overdrachten verzendcode: FIN 2 Stuk

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: ontwerpbesluit tot regeling van steun aan projecten van collectief O&O en collectieve kennisverspreiding

Nadere informatie

nr. 237 van ROBRECHT BOTHUYNE datum: 2 januari 2017 aan LIESBETH HOMANS Lokale besturen - Financieringsmogelijkheden

nr. 237 van ROBRECHT BOTHUYNE datum: 2 januari 2017 aan LIESBETH HOMANS Lokale besturen - Financieringsmogelijkheden SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 237 van ROBRECHT BOTHUYNE datum: 2 januari 2017 aan LIESBETH HOMANS VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, WONEN,

Nadere informatie

VOORSTEL VAN RESOLUTIE

VOORSTEL VAN RESOLUTIE Stuk 1479 (2007-2008) Nr. 2 Zitting 2007-2008 17 maart 2008 VOORSTEL VAN RESOLUTIE van de heren Frans Peeters, Jos De Meyer en Flor Koninckx, mevrouw Annick De Ridder en de heren Joris Vandenbroucke en

Nadere informatie

VR DOC.0161/1

VR DOC.0161/1 VR 2019 0802 DOC.0161/1 DE VLAAMSE MINISTER VAN Mobiliteit, Openbare Werken, Vlaamse Rand, Toerisme en Dierenwelzijn, NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van Besluit van de Vlaamse Regering

Nadere informatie

VR DOC.0003/2

VR DOC.0003/2 VR 2019 1101 DOC.0003/2 Besluit van de Vlaamse Regering inzake de herziening of de opheffing van stedenbouwkundige voorschriften van algemene en bijzondere plannen van aanleg en gemeentelijke ruimtelijke

Nadere informatie

Fusie Waterwegen en Zeekanaal NV en nv De Scheepvaart

Fusie Waterwegen en Zeekanaal NV en nv De Scheepvaart Fusie Waterwegen en Zeekanaal NV en nv De Scheepvaart 1 Huidige situatie 2 Economische- en mobiliteitsuitdagingen Files Prognoses vrachtvervoer Efficiëntieverhoging voor versterking investeringen Logistieke

Nadere informatie

over de achterstand in de verwerking en terugbetaling van de verkeersbelasting, met de Vlaamse ombudsman

over de achterstand in de verwerking en terugbetaling van de verkeersbelasting, met de Vlaamse ombudsman stuk ingediend op 1108 (2010-2011) Nr. 1 4 mei 2011 (2010-2011) Gedachtewisseling over de achterstand in de verwerking en terugbetaling van de verkeersbelasting, met de Vlaamse ombudsman Verslag namens

Nadere informatie

Extern verzelfstandigde agentschappen in privaatrechtelijke vorm Dr. Steven Van Garsse Manager Vlaams Kenniscentrum PPS Overzicht Inleiding Begrip Wanneer Welke vorm Statuut PEVA s praktisch Onderscheid

Nadere informatie

Verzelfstandiging in het Gemeentedecreet

Verzelfstandiging in het Gemeentedecreet Verzelfstandiging in het Gemeentedecreet Verzelfstandiging in het gemeentedecreet Doel gemeentedecreet: gemeenten een keuzemenu aanbieden Twee soorten verzelfstandiging: - Intern: geen rechtspersoonlijkheid:

Nadere informatie

Studie Transport Bis. Arne Allosserie stafmedewerker Ruimte en Infrastructuur Transport en Logistiek, POM West-Vlaanderen

Studie Transport Bis. Arne Allosserie stafmedewerker Ruimte en Infrastructuur Transport en Logistiek, POM West-Vlaanderen Studie Transport Bis Arne Allosserie stafmedewerker Ruimte en Infrastructuur Transport en Logistiek, POM West-Vlaanderen DOELSTELLING Centrale onderzoeksvraag -> Geografisch afgebakend op West-Vlaanderen:

Nadere informatie

COMMISSIEVERGADERINGEN AANPASSING

COMMISSIEVERGADERINGEN AANPASSING AGENDA COMMISSIEVERGADERINGEN AANPASSING De aanpassing betreft volgende vergaderingen Dinsdag 17.09.2013-14:00 uur: Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid, Gezin en Armoedebeleid Hans Memlingzaal - 2

Nadere informatie

betreffende het vastleggen van ambitieuze onderhandelingsdoelstellingen voor de Vlaamse Regering op de Klimaatconferentie in Kopenhagen

betreffende het vastleggen van ambitieuze onderhandelingsdoelstellingen voor de Vlaamse Regering op de Klimaatconferentie in Kopenhagen stuk ingediend op 282 (2009-2010) Nr. 2 9 december 2009 (2009-2010) Voorstel van resolutie van de heer Bart Martens, en de dames Tinne Rombouts, Liesbeth Homans en Gwenny De Vroe betreffende het nieuwe

Nadere informatie

houdende wijziging van het decreet van 3 mei 2013 betreffende de bescherming van de verkeersinfrastructuur in geval van bijzonder wegtransport

houdende wijziging van het decreet van 3 mei 2013 betreffende de bescherming van de verkeersinfrastructuur in geval van bijzonder wegtransport ingediend op 1189 (2016-2017) Nr. 1 1 juni 2017 (2016-2017) Voorstel van decreet van Annick De Ridder, Dirk de Kort, Mathias De Clercq, Bert Maertens, Karin Brouwers en Paul Van Miert houdende wijziging

Nadere informatie

De verhoging van de bruggen over het Albertkanaal en de verbreding van het vak Wijnegem-Antwerpen.

De verhoging van de bruggen over het Albertkanaal en de verbreding van het vak Wijnegem-Antwerpen. De verhoging van de bruggen over het Albertkanaal en de verbreding van het vak Wijnegem-Antwerpen. ir. Arie Vermin, afdelingshoofd afdeling Waterbouwkunde nv De Scheepvaart Verhogen van de bruggen - waarom

Nadere informatie

Voorontwerp van decreet houdende instemming met het samenwerkingsakkoord betreffende de financiering van de strategische spoorweginfrastructuren

Voorontwerp van decreet houdende instemming met het samenwerkingsakkoord betreffende de financiering van de strategische spoorweginfrastructuren Advies Voorontwerp van decreet houdende instemming met het samenwerkingsakkoord betreffende de financiering van de strategische spoorweginfrastructuren Brussel, 25 mei 2018 Mobiliteitsraad Wetstraat 34-36

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van decreet houdende diverse maatregelen inzake de herstructurering

Nadere informatie

Brussel, 12 november _Advies_wijzigingsdecreet_VLM. Advies. Wijzigingsdecreet VLM

Brussel, 12 november _Advies_wijzigingsdecreet_VLM. Advies. Wijzigingsdecreet VLM Brussel, 12 november 2003 121103_Advies_wijzigingsdecreet_VLM Advies Wijzigingsdecreet VLM 1. Situering van de adviesvraag en van het advies Op 29 oktober 2003 ontving de SERV de adviesvraag met betrekking

Nadere informatie

Advies. over het ontwerp van kaderdecreet Vlaamse ontwikkelingssamenwerking

Advies. over het ontwerp van kaderdecreet Vlaamse ontwikkelingssamenwerking Brussel, 5 juli 2006 050706_Advies_kaderdecreet_Vlaamse_ontwikkelingssamenwerking Advies over het ontwerp van kaderdecreet Vlaamse ontwikkelingssamenwerking 1. Inleiding Op 24 mei 2006 heeft Vlaams minister

Nadere informatie

Besluit van de Vlaamse Regering tot regeling van de cofinanciering van onderzoek en ontwikkeling in het kader van overheidsopdrachten

Besluit van de Vlaamse Regering tot regeling van de cofinanciering van onderzoek en ontwikkeling in het kader van overheidsopdrachten Besluit van de Vlaamse Regering tot regeling van de cofinanciering van onderzoek en ontwikkeling in het kader van overheidsopdrachten DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 21 december 2001 houdende

Nadere informatie

VR DOC.0797/1

VR DOC.0797/1 VR 2019 2405 DOC.0797/1 DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE en SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van Samenwerkingsakkoord tussen de Federale staat, het Waals Gewest, het

Nadere informatie

Verzoekschrift. over opleidingscheques voor Vlamingen die buiten het Vlaamse of Brusselse Hoofdstedelijke Gewest werken. Verslag

Verzoekschrift. over opleidingscheques voor Vlamingen die buiten het Vlaamse of Brusselse Hoofdstedelijke Gewest werken. Verslag stuk ingediend op 1447 (2011-2012) Nr. 1 23 januari 2012 (2011-2012) Verzoekschrift over opleidingscheques voor Vlamingen die buiten het Vlaamse of Brusselse Hoofdstedelijke Gewest werken Verslag namens

Nadere informatie

Ontheffing tot het opstellen van een MER. Ontheffingsbeslissing. Project: Gemengd Regionaal Bedrijventerrein Veedijk te Turnhout.

Ontheffing tot het opstellen van een MER. Ontheffingsbeslissing. Project: Gemengd Regionaal Bedrijventerrein Veedijk te Turnhout. Vlaamse Overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Graaf de Ferrarisgebouw Koning Albert II-laan 20, bus 8 1000 BRUSSEL tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75 Ontheffing tot het opstellen van een

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 30 april 2018;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 30 april 2018; Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van 15 juli 2002 betreffende de verscherpte loodsplicht voor vaartuigen in de Belgische territoriale zee en vaarwateren

Nadere informatie

DE VLAAMSE MINISTER VAN BESTUURSZAKEN, BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, TOERISME EN VLAAMSE RAND,

DE VLAAMSE MINISTER VAN BESTUURSZAKEN, BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, TOERISME EN VLAAMSE RAND, Vlaamse Re&ehg Ministerieel besluit tot invoering van de maaltijdcheque in elektronische vorm en tot vaststelling van de personeelscategorieën en diensten van de Vlaamse overheid die voor de berekening

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - ontwerp van decreet houdende de wijziging van het decreet van 30 april 2009 betreffende de organisatie

Nadere informatie

VR DOC.0923/1BIS

VR DOC.0923/1BIS VR 2018 2007 DOC.0923/1BIS DE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT Visienota - Kwaliteits- en registratiemodel voor de dienstverleners binnen Werk /////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////

Nadere informatie

Eigen trafiek Brussel % % Transit % % Totaal % %

Eigen trafiek Brussel % % Transit % % Totaal % % PERSBERICHT 24 februari 2012 TRAFIEKEN IN DE BRUSSELSE HAVEN GEVEN IN 2011 EEN DUIDELIJKE GROEI AAN EN HALEN WEER HET PEIL VAN VÓÓR DE CRISIS. De watergebonden overslag in de Brusselse haven heeft voor

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING De Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Inburgering, Wonen, Gelijke Kansen en Armoedebestrijding NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Principiële beslissing tot het afsluiten van een dienstverleningsovereenkomst

Nadere informatie

Advies. Subsidiebesluit. Brussel, 12 december SERV_ADV_ _algemeneregelssubsidies.docx

Advies. Subsidiebesluit. Brussel, 12 december SERV_ADV_ _algemeneregelssubsidies.docx Advies Subsidiebesluit Brussel, 12 december 2012 SERV_ADV_20121212_algemeneregelssubsidies.docx Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen Wetstraat 34-36, 1040 Brussel T +32 2 209 01 11 F +32 2 217 70 08

Nadere informatie

Voorstelling MOW en afdeling Beleid

Voorstelling MOW en afdeling Beleid Voorstelling MOW en afdeling Beleid 1 1 1 Structuur beleidsdomein MOW Minister van Mobiliteit en Openbare Werken Beleidsraad Strategische adviesraad Mobiliteit (MORA) Maritieme Dienstverlening en Kust

Nadere informatie

Symposium nv De Scheepvaart De Europese ambitie van het Albertkanaal. 25 juni 2012. Toespraak door de heer Willy CLAES. Voorzitter nv De Scheepvaart

Symposium nv De Scheepvaart De Europese ambitie van het Albertkanaal. 25 juni 2012. Toespraak door de heer Willy CLAES. Voorzitter nv De Scheepvaart 1 Symposium nv De Scheepvaart De Europese ambitie van het Albertkanaal 25 juni 2012 Toespraak door de heer Willy CLAES Voorzitter nv De Scheepvaart Geachte aanwezigen, Voor dit eerste symposium van nv

Nadere informatie

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving VR 2019 2903 DOC.0390/3 RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving advies 65.442/3 van 14 maart 2019 over een ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering houdende de regeling van subsidies aan gemeenten in het

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZ/09/100 BERAADSLAGING NR 09/053 VAN 1 SEPTEMBER 2009 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS

Nadere informatie

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN BELGISCH STAATSBLAD 31.12.2012 Ed. 2 MONITEUR BELGE 88957 GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN VLAAMSE GEMEENSCHAP COMMUNAUTE

Nadere informatie

Project Eiland Zwijnaarde Infovergadering infrastructuur. Merelbeke, 09/02/2015

Project Eiland Zwijnaarde Infovergadering infrastructuur. Merelbeke, 09/02/2015 Project Eiland Zwijnaarde Infovergadering infrastructuur Merelbeke, 09/02/2015 Panel Mathias De Clercq, eerste schepen Stad Gent; en voorzitter Raad van Bestuur nv Eiland Zwijnaarde Michel Deveen, Waterwegen

Nadere informatie

DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE en SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE en SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE en SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering houdende wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering

Nadere informatie

WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS

WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS 68046 BELGISCH STAATSBLAD 24.12.2008 Ed. 2 MONITEUR BELGE WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE

Nadere informatie

Voorontwerp van decreet houdende wijziging van het decreet van 31 juli 1990 betreffende het publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd

Voorontwerp van decreet houdende wijziging van het decreet van 31 juli 1990 betreffende het publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd Advies Voorontwerp van decreet houdende wijziging van het decreet van 31 juli 1990 betreffende het publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap Vlaamse Vervoersmaatschappij De Lijn,

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 51 Mobiliteit en Openbare Werken 20 NOVEMBER 2013. nv De Scheepvaart. Besluit van de Raad van Bestuur tot wijziging van de regelgeving betreffende de verlening van een vaarvergunning in de vorm van een

Nadere informatie

1. Hoeveel van de projecten die werden goedgekeurd werden inmiddels uitgevoerd?

1. Hoeveel van de projecten die werden goedgekeurd werden inmiddels uitgevoerd? SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 67 van JORIS POSCHET datum: 23 oktober 2015 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT Bovenlokale sportinfrastructuur - Evaluatie Het wegwerken

Nadere informatie

PLENAIRE VERGADERINGEN

PLENAIRE VERGADERINGEN AGENDA PLENAIRE VERGADERINGEN Woensdag 07.07.2010 vanaf 10.00 uur Begroting Beraadslaging Ontwerp van decreet houdende de eindregeling van de begroting van de Vlaamse Gemeenschap en van instellingen van

Nadere informatie

501 ( ) Nr april 2010 ( ) stuk ingediend op. Voorstel van decreet

501 ( ) Nr april 2010 ( ) stuk ingediend op. Voorstel van decreet stuk ingediend op 501 (2009-2010) Nr. 1 26 april 2010 (2009-2010) Voorstel van decreet van de heren Koen Van den Heuvel en Ward Kennes, mevrouw Griet Smaers en de heren Kris Van Dijck, Jan Peumans en Peter

Nadere informatie

De omgevingsvergunning komt eraan!

De omgevingsvergunning komt eraan! De omgevingsvergunning komt eraan! Sessie : vergunning Werner Van Hoof teammanager gebiedsontwikkeling VVSG studiedag : 23 november 2011 Dienstverlenende vereniging Opgericht in 1973, sinds 2003 intercommunale

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZ/10/122 BERAADSLAGING NR. 09/053 VAN 1 SEPTEMBER 2009, GEWIJZIGD OP 5 OKTOBER 2010, MET BETREKKING TOT DE

Nadere informatie

VR DOC.1214/1BIS

VR DOC.1214/1BIS VR 2018 2610 DOC.1214/1BIS DE VLAAMSE MINISTER VAN CULTUUR, MEDIA, JEUGD EN BRUSSEL NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering houdende de wijziging van het besluit

Nadere informatie

Chris Danckaerts Afgevaardigd Bestuurder De Vlaamse Waterweg Administrateur Délégué De Vlaamse Waterweg

Chris Danckaerts Afgevaardigd Bestuurder De Vlaamse Waterweg Administrateur Délégué De Vlaamse Waterweg Chris Danckaerts Afgevaardigd Bestuurder De Vlaamse Waterweg Administrateur Délégué De Vlaamse Waterweg 1 Studiedag Performante Overheid Fusie De Scheepvaart Waterwegen & Zeekanaal ir. Chris Danckaerts,

Nadere informatie

VR DOC.0988/2

VR DOC.0988/2 VR 2019 0207 DOC.0988/2 VR 2019 0207 DOC.0988/2 Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 25 juli 2014 tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van

Nadere informatie

Vlaamse Regering.^SLT

Vlaamse Regering.^SLT Vlaamse Regering.^SLT Besluit van de Vlaamse Regering inzake de werking en de samenstelling van de Vlaamse Luchthavencommissie DE VLAAMSE REGERING. Gelet op het decreet van 7 mei 2004 Inzake de Sociaal-Economische

Nadere informatie

Vlaamse regering. Besluit van de Vlaamse regering betreffende de bevoegdheid, de samenstelling en de werking van de Vlaamse Havencommissie

Vlaamse regering. Besluit van de Vlaamse regering betreffende de bevoegdheid, de samenstelling en de werking van de Vlaamse Havencommissie Vlaamse regering Besluit van de Vlaamse regering betreffende de bevoegdheid, de samenstelling en de werking van de Vlaamse Havencommissie DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 27 juni 1985 op de

Nadere informatie

Albertkanaal. De schepen zijn naargelang de grootte en beladingsgraad opgesplitst in twee categorieën:

Albertkanaal. De schepen zijn naargelang de grootte en beladingsgraad opgesplitst in twee categorieën: Albertkanaal De schepen zijn naargelang de grootte en beladingsgraad opgesplitst in twee categorieën: K: Schepen van CEMT-klasse I of II en schepen van andere klassen met een diepgang van 1.50m of lager

Nadere informatie

Vlaamse Baaien Duurzame Kust als rode draad

Vlaamse Baaien Duurzame Kust als rode draad Vlaamse Baaien Duurzame Kust als rode draad ir. Luc Van Damme Projectleider Vlaamse Baaien Afdeling Maritieme Toegang Departement Mobiliteit en Openbare Werken Project Vlaamse Baaien 2100 initiatief van

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE en SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering houdende de wijziging van diverse bepalingen van het koninklijk

Nadere informatie

Memorie van toelichting

Memorie van toelichting [Voorontwerp van] decreet houdende wijziging van het decreet van 21 december 2001 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2002 en het decreet van 30 april 2009 betreffende de organisatie en

Nadere informatie

Advies. Voorontwerp van decreet houdende wijziging van decretale bepalingen inzake wonen als gevolg van het bestuurlijk beleid

Advies. Voorontwerp van decreet houdende wijziging van decretale bepalingen inzake wonen als gevolg van het bestuurlijk beleid Brussel, 9 november 2005 091105_ Advies Voorontwerp van decreet houdende wijziging van decretale bepalingen inzake wonen als gevolg van het bestuurlijk beleid Inhoud Inhoud... 2 1. Inleiding... 3 2. Advies...

Nadere informatie

Voorstel van resolutie. betreffende de mobiliteit over de weg in het Waasland. Verslag

Voorstel van resolutie. betreffende de mobiliteit over de weg in het Waasland. Verslag stuk ingediend op 2344 (2013-2014) Nr. 2 10 maart 2014 (2013-2014) Voorstel van resolutie van de heren Jos De Meyer, Bart Van Malderen, Marius Meremans en Marc Van de Vijver betreffende de mobiliteit over

Nadere informatie

Voorstel van resolutie. betreffende de fiets als volwaardig transportmiddel. Verslag

Voorstel van resolutie. betreffende de fiets als volwaardig transportmiddel. Verslag stuk ingediend op 2251 (2013-2014) Nr. 2 21 januari 2014 (2013-2014) Voorstel van resolutie van de heren Dirk de Kort en Steve D Hulster, de dames Tine Eerlingen en Karin Brouwers, de heer Jan Roegiers

Nadere informatie

De beleidsnota Omgeving

De beleidsnota Omgeving Briefadvies De beleidsnota Omgeving 2014-2019 Briefadvies over de beleidsnota Omgeving 2014-2019 Datum van goedkeuring 9 december 2014 Volgnummer 2014 039 Coördinator + e-mailadres Sandra Sliwa, sandra.sliwa@minaraad.be

Nadere informatie