Wateronderzoek. 1 ste en 2 de graad secundair onderwijs Handleiding begeleider

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Wateronderzoek. 1 ste en 2 de graad secundair onderwijs Handleiding begeleider"

Transcriptie

1 Wateronderzoek 1 ste en 2 de graad secundair onderwijs Handleiding begeleider 1

2 Veldwerk: onderzoek in en rond het water WAT Ecologie bestudeert de relaties tussen levende wezens en hun omgeving en tussen levende wezens onderling. We focussen ons op één omgevingsfactor: water. Geen enkel wezen kan zonder water. Water heeft een zeer grote invloed op planten, dieren en de mens. Door de jongeren in de huid van een natuuronderzoeker te laten kruipen, komen ze te weten wat een waterplas is en wie haar bewoners zijn. OPZET Het veldwerk spitst zich toe op het leven in en rond het water. We focussen ons op biotisch wateronderzoek. We doen geen chemisch onderzoek wateronderzoek. Dit zijn de thema s die aan bod komen: 1. abiotische factoren onderzoeken: diepte, helderheid, temperatuur en zuurstofgehalte 2. waterplanten determineren 3. ongewervelde zoetwaterdieren (macro-invertebrata) scheppen en determineren 4. de biotische kwaliteit van het water bepalen 5. een voedselweb o.b.v. de gevonden waterdieren opstellen 6. waterproefjes over cohesiekrachten en oppervlaktespanning (facultatief) Ons uitgangspunt is om de jongeren zo zelfstandig mogelijk de opdrachten te laten uitvoeren, vergelijkingen te laten maken (b.v. tussen 2 waterplassen) en verwerkingsopdrachten op te lossen. Belangrijk hierbij is dat je als begeleider elke opdracht kort toelicht en de nodige afspraken maakt. De jongeren krijgen een veldwerkboekje waarbij de onderzoeksopdrachten beschreven staan. Bij elke onderzoeksopdracht vind je het nodige onderzoeksmateriaal terug:schepnetjes, loepenpotjes, meetinstrumenten, determineerkaarten, infobundels met de nodige achtergrondinformatie,. De groep kan je opsplitsen in subgroepjes, zodat elke groep met een thema aan de slag kan gaan. Het veldwerk onder onze begeleiding duurt 2 uur. Als je het veldwerk in eigen handen neemt, kan je natuurlijk de tijdsduur verlengen. 2

3 DOELSTELLINGEN Met deze biotoopstudie willen we voornamelijk ingaan op de wetenschappelijke methode: (experiment/meting, waarneming, determinatie, weergave van resultaten, besluitvorming) het analyseren van een biotoop en de onderlinge relaties tussen water, plantengroei, dieren en de mens in kaart brengen. De doelstellingen zijn gelinkt aan de VOETEN (de nieuwe vakoverschrijdende eindtermen) en het nieuwe leerplan natuurwetenschappen. MATERIAAL Al het materiaal vind je terug in onze waterkoffer, op te halen bij natuur & avontuur. Het veldwerkboekje voor de groep en de handleiding (met resultaten en besprekingen) voor de begeleider kan je downloaden op onze website. PLAATS Onder begeleiding is de afspraakplaats natuur & avontuur. Neem je het veldwerk in eigen handen, dan kan je naar de volgende plaatsen gaan (zie plan) zuur voedselarm water diels diep spiegelaar zwemvijver voedselrijk water kikkerkwartier blusput aan P10 blusput aan P1 P4 P7/8 3

4 4

5 INLEIDENDE VRAAG (voor iedereen) Water is levensnoodzakelijk: geen enkel aards wezen kan zonder water. Water heeft een zeer grote invloed op planten, dieren en de mens. Kan je zelf 2 voorbeelden geven? 1. Zonder water droogt mens, dier en plant uit en sterft uiteindelijk. 2. Een mens kan ongeveer een maand zonder voedsel leven, maar hooguit een week zonder water. Als een mens niet genoeg water opneemt, droogt hij uit. 3. Een mens bestaat uit 65 % water. Water bevindt zich in al onze organen en wordt door het hele lichaam getransporteerd om allerlei fysische functies te ondersteunen. 4. Water verwijdert afvalstoffen uit het menselijk lichaam. 5. Water is een grote voedselbron voor mens en dier. 6. Water reguleert de temperatuur van de aarde. 7. Water kan zeer verwoestend zijn. Denk aan tsunami s, overstromingen,. 8. ONDERZOEKSOPDRACHTEN (eventueel in groepjes) De ingevulde gegevens geven je een beeld van wat de mogelijke resultaten kunnen zijn. Hou er echter rekening mee dat de resultaten van de groepjes aanzienlijk kunnen afwijken. Alles hangt af van vennen/waterplassen je onderzoekt. Daarnaast speelt het verloop van de seizoenen ook een rol. Waar nodig, geven we extra achtergrondinformatie mee of verwijzen we naar de infobundel over water.

6 OPDRACHT 1: DE WATERPLAS EN ZIJN FYSICHE (ABIOTISCHE) KENMERKEN Wat Je meet de diepte van de waterplas. Je onderzoekt de helderheid van het water. Je meet de temperatuur van het water op verschillende niveaus n.l. onder het wateroppervlakte en op de bodem. Je bepaalt het zuurstofgehalte van het water o.b.v. een omrekeningstabel. In de bundel abiotische kenmerken van water vind je de uitleg over de metingen terug. Oplossingen Abiotische (fysische) kenmerken water Meetresultaten Naam plas water: blusput aan P 1 Datum: najaar, op een zonnig dag diepte (cm) 80 helderheid water (cm) zichtdiepte lichtdiepte temperatuur ( C) lucht juist onder wateroppervlakte bodem verzadigingsgraad van zuurstof in water (mg/l) 9,45 Even verduidelijken Wanneer je de helderheid van het water onderzoekt, meet je eigenlijk de zichtdiepte. De zichtdiepte geeft aan hoe diep je in het water kan kijken. De lichtdiepte geeft weer hoe ver het licht in het water kan doordringen. Dit is ongeveer 2 keer de zichtdiepte. Het licht moet immers tweemaal door het water namelijk naar het object en weer terug naar je ogen. 6

7 Voor helderheid gelden de volgende normen (zie kader). Wanneer de plas minder dan 100 cm diep is, kan je deze normen niet hanteren. gemeten waarden minder dan 50 cm slecht tussen 50 cm en 125 cm matig meer dan 125 cm goed helderheid troebel redelijk helder Verwerkingsvragen i.v.m. de helderheid van het water 1. Hoe kan helder water troebel worden? Geef 2 oorzaken. o Vissen kunnen de bodem omwoelen en zo het water vertroebelen. o door algengroei o zwevend slib o door de mens b.v. spelende kinderen in het water, vlotten die gebruikt worden in het water, chemische vervuiling door lozing, sleepnetten op de bodem gebruiken, 2. Welke invloed heeft troebel water op de onderwaterplanten? Onderwaterplanten gaan afsterven. Elke (onderwater)plant heeft immers zonlicht nodig voor hun groei en hun fotosyntheseproces. Door dit zonlicht kunnen ze suikers (voedingsstoffen) aanmaken en produceren ze zuurstof als afvalproduct. Op hun beurt hebben alle waterdiertjes zuurstof nodig om te kunnen overleven. Troebel water beïnvloedt indirect ook het dierenleven. Uitleg Helder water is voor veel dieren en planten van levensbelang. Wist je dat een roofvis, zoals b.v. een snoek, altijd op zicht jaagt? Hij moet ongeveer 2 meter zicht hebben om zijn prooi te kunnen waarnemen. Is het water erg troebel dan kan hij zijn prooi niet zien en zal de snoek verhongeren. De helderheid van het water bepaalt hoe diep het zonlicht kan doordringen. In helder water kan het licht dieper (zelfs tot op de bodem) doordringen. Hier profiteren de onderwaterplanten van. Zonlicht is immers levensbelangrijk voor hun groei en hun zuurstofproductie. Water wordt troebel als er veel algen in het water zitten of als de bodem wordt omgewoeld. Wanneer het water troebel is of een dichte bedekking heeft (b.v. met drijfbladeren van waterlelie en gele plomp), vind je geen (nauwelijks) onderwaterplanten. Het is immers daaronder te donker voor andere waterplanten. 7

8 Soms ziet het water eruit als een groene soep. Dit komt door de algengroei. Onder invloed van veel zonlicht en veel voedingsstoffen in het water (b.v. nitraten) kunnen algen zich snel (soms explosief) vermenigvuldigen. Minder onderwaterplanten betekenen ook minder waterdiertjes (geen voedsel, nauwelijks zuurstof in het water). De helderheid van het water varieert gedurende het jaar - vaak onder invloed van de weersomstandigheden (blootstellingsduur aan de zon, regenbuien, onweer, warmte, ). Maar ook een overvloed aan fytoplankton (plantaardige organismen), de omgeving, vervuiling en de kwaliteit van het grondwater beïnvloeden de helderheid. i.v.m. de temperatuur van het water 3. Welke gemeten temperatuur (lucht of water) is het hoogst? Hoe komt dit? Tip: Denk aan zeewater in de zomer en in de winter. Lucht: een volume lucht warmt sneller op dan een volume water. Zeewater voelt op warme zomerdagen fris aan. Begin van de winter zal het water relatief warm aanvoelen. Een volume water koelt namelijk minder snel af dan een volume lucht. 4. Wat is het temperatuurverschil tussen het wateroppervlakte en de bodem? Hoe verklaar je dit verschil? Oppervlaktewater wordt nog beïnvloed door de luchttemperatuur. Hoe dieper de plas is, hoe minder dit speelt. NOOT: het Kikkerkwartier is vrij diep. In de andere plassen, zeker bij warme dagen, zal je minder (nauwelijks) temperatuurverschillen kunnen opmeten. Uitleg De temperatuur is een heel belangrijke factor voor het leven in water (een plas of een poel). Ze bepaalt immers de hoeveelheid opgeloste zuurstof in het water. De oplosbaarheid van zuurstof daalt bij een toename van de temperatuur. Hoe warmer het water is, hoe lager het zuurstofgehalte. Kortom, er is meer zuurstof aanwezig in koud water (= best oplosbaar). De temperatuurverschillen zijn kleiner op de dieptes dan aan de oppervlakte. Hoe dieper je meet, hoe minder de temperatuur beïnvloedt wordt door de luchttemperatuur. Een volume water warmt minder snel op dan eenzelfde volume lucht, maar koelt ook minder snel af. 8

9 i.v.m. de verzadigingsgraad van zuurstof in water Aangezien we geen chemische testset voorhanden hebben noch een elektronische zuurstofmeter, zullen we o.b.v. de zuurstoftabel en de gemeten temperatuur een omrekening doen. Dit is geen exacte (chemische) bepaling van het zuurstofgehalte in het water maar wel de bepaling van het maximale zuurstofgehalte, zodat de leerlingen weten dat er een link is tussen de temperatuur van het water en de zuurstofverzadigingsgraad in het water. 5. Zuurstof is een gas dat zich gemakkelijk kan oplossen in het water. Maar hoe komt zuurstof in het water terecht? Geef 1 oorzaak. o o door beweging: water gaat zich vermengen met lucht b.v. wind, regen, doordat onderwaterplanten zuurstof produceren 6. Wat is de link tussen de temperatuur en de verzadigingsgraad van opgeloste zuurstof in het water? Neem hiervoor de zuurstoftabel. Hoe hoger de temperatuur van het water is, hoe minder zuurstof zich kan oplossen in het water of hoe lager het zuurstofgehalte in het water is. Uitleg Bijna geen enkel dier kan zonder zuurstof leven. Ook de meeste waterdieren kunnen zonder zuurstof niet leven. Daarom is het heel erg belangrijk dat er voldoende zuurstof in het water aanwezig is. Net zoals zout, lost zuurstofgas in water op. Dus ook in water, net zoals in de lucht, is er zuurstof aanwezig die door dieren gebruikt wordt. Hoeveel zuurstof er in kan oplossen, is afhankelijk van de temperatuur van het water. Hoe warmer het water is, hoe minder zuurstof er in kan oplossen. Dit is ook één van de redenen waarom er in de zomer (wanneer het water warmer is dan in de winter) vaker vissterfte optreedt dan in de winter. 9

10 Zuurstoftabel Deze tabel geeft de verzadigingswaarde van opgeloste zuurstof aan in mg/l zoetwater bij een luchtdruk van 760mmHg = normale atmosferische luchtdruk of 1013,25 hpa (HectoPascal). watertemperatuur in graden celcius (C ) opgeloste zuurstof in mg per liter water (O 2 per mg/l) watertemperatuur in graden celcius (C ) opgeloste zuurstof in mg per liter water (O 2 per mg/l) Milieukwaliteitsnormen voor oppervlaktewateren zuurstofgehalte (bij 25 C) O2 milieukwaliteitsnorm basis milieukwaliteitsnorm voor viswater milieukwaliteitsnorm voor drinkwaterproductie > 5 mg/l > 7 mg/l > 5 mg/l bron: Vlarem II, 13de editie,

11 OPDRACHT 2: DE WATERPLANTEN Wat Je zoekt naar de waterplanten die in de verschillende plantengordels staan. Je brengt onbekende waterplanten op naam. De onderzochte plas is het Kikkerkwartier. Oplossingen oeverflora (oevervegetatie) afwezig schaars normaal overvloedig waterflora (watervegetatie) afwezig schaars normaal overvloedig Plantengordels: de verschillende standplaatsen van de waterplanten Naam wortelen in de bodem, maar groeien boven het water uit MAAR moerasplanten staan ongeveer altijd met hun voeten in het water, afhankelijk van het waterpeil van de plas (staan meestal in het water, maar bij lange drogere periodes niet meer) moeras-vergeet-me-nietje, gewone wederik, waterweegbree, kattenstaart, watermunt, waterzuring, wolfspoot, bitterzoet, waternavel, gele lis, bies, wateraardbei, pitrus, egelskop, veenmos oeverplanten de wortels en het onderste deel van de stengel moeten altijd onder water staan riet en lisdodde drijvende planten wortels hangen in het water of zitten in de bodem vast, maar de bladeren drijven witte waterlelie, veenwortel, fonteinkruid, gele plomp, kleine kroos, kikkerbeet ondergedoken planten of onderwaterplanten wortelen in de bodem en blijven helemaal onder water houtachtige planten bomen die van water houden aarvederkruid, hoornblad, sterrenkroos schietwilg boswilg geoorde wilg zwarte els zachte berk 11

12 Verwerkingsvragen 1. Waarom zijn waterplanten voor waterdieren belangrijk? Geef 2 redenen. o Waterplanten zorgen voor zuurstof in het water. o Waterplanten zijn een voedselbron voor verschillende waterdiertjes b.v. de poelslak. o Waterplanten zijn goede verstopplaatsen, zowel voor de prooi- als roofdieren. 2. Wat kunnen mogelijke oorzaken zijn waardoor er nauwelijks planten groeien? Geef 1 oorzaak. o Chemische of anorganische vervuiling o Op de Hoge Rielen zijn verschillende vennen zuur en voedselarm b.v. Kikkerkwartier, de Spiegelaar en Diels Diep. Weinig planten houden van zuur water behalve veenmos en waternavel. Ga met de groep naar deze planten op zoek. veenmos waternavel 12

13 OPDRACHT 3: DE ONGEWERVELDE WATERDIEREN Wat Je schept zo veel mogelijk verschillende (ongewervelde) waterdieren op. Je determineert de gevonden waterdiertjes en ordent ze in groepen. Je observeert de beweging en de ademhaling van 5 verschillende soorten waterdieren. De onderzochte plas is de blusput aan P1. Tips Zo kan je succesvol waterdiertjes scheppen. Zorg ervoor dat het water in het emmertje helder (niet troebel of modderig) is. Laat enkele drijvende waterplanten in het emmertje zitten. Sommige diertjes zullen zich hier tussen verstoppen. Schep op de verschillende leefplaatsen van de waterdiertjes. o langs de oeverzone o op het wateroppervlak o juist onder het wateroppervlak o tussen de begroeiing van de waterplanten o op de bodem Neem drijvende waterplanten en takken uit het water. Spoel ze in je emmertje. Oplossingen Breng de waterdiertjes op naam: zie tabel. 13

14 Tabel: gevonden ongewervelde waterdiertjes in blusput aan P10 DIERGROEP (ongewervelde waterdiertjes) soort 1: naam? soort 2: naam? soort 3: naam? soort 4: naam? aantal soorten per diergroep 1. platwormen 2. wormen 3. bloedzuigers visbloedzuiger 1 4. weekdieren (tweekleppigen en huisjesslakken) posthoornslak schijfhoornslak poelslak erwtenmossel 4 5. larven van de tweevleugelige insecten (muggen en vliegen) larve pluimmug steekmuglarve 2 6. schaaldieren of kreeftachtigen waterpissebed zoetwatervlokreeft 2 7. spinachtigen (mijten en spinnen) 8. waterwantsen (kenmerk: vleugels in X-vorm op de rug) ruggenzwemmer of bootsmannetje duikerwants schaatsenrijder 3 9. waterkevers en hun larven waterkever A geelgerande 2 waterkever 10. larven (nimfen) van libellen (waterjuffers en glazenmakers) larve glazenmaker A larve glazenmaker B arve waterjuffer larven van slijkvliegen larve slijkvlieg larven (nimfen) van haften (eendagsvliegen) zwemmende haftennimf larven van kokerjuffers larve van kokerjuffer A in koker 14. larven (nimfen) van steenvliegen larve van kokerjuffer B in koker 2 TOTAAL AANTAL VERSCHILLENDE SOORTEN ONGEWERVELDE WATERDIERTJES. Tel de laatste kolom samen. 21

15 Tabel: observatie ademhaling en voortbeweging van 5 waterdiertjes waterdier beweging ademhaling water(roof)kever Hij heeft 2 lange poten die hij als roeispanen gebruikt, waardoor hij heel snel vooruit komt. Met het uiteinde van het achterlijf neemt dit diertje onder zijn dekschilden een luchtbel mee onder water. Dit diertje neemt een luchtbel mee onder water. Wanneer een gedeelte van de zuurstof in de luchtbel verbruikt is, begint zuurstof zich vanuit het water naar de luchtbel te verplaatsen. Dit diertje kan zo een hele tijd onder water blijven en de zuurstof uit het water onrechtstreeks opnemen. Zo n luchtbel werkt als een zuurstofpomp en wordt een fysische kieuw genoemd. larve van een steekmug of larve waterkever Dit diertje maakt een kronkelende bewegingen om zich te verplaatsen De larve hangt met haar achterlijf tegen het wateroppervlak. Via een verlenging van het achtereinde van het lichaam (adembuis (sifo) of snorkel ) kan de larve rechtstreeks zuurstof uit de lucht opnemen. posthoornslak Ze kruipt langzaam open de bodem voort. Ze behoort tot de longslakken. Dit diertje ademt via longen. Voor luchtverversing moeten ze steeds aan het wateroppervlak komen. haftennimf (= larve eendagsvlieg) Zij maken een waaierende beweging. Dit diertje heeft gespecialiseerde ademhalingsorganen. Boven op het lichaam zijn er 2 rijen dunnen plaatjes, wat een soort kieuwen (tracheekieuwen genoemd) zijn. Zij maken een waaierende beweging, waardoor er steeds vers water langs de kieuwen stroomt. bloedzuiger Dit diertje beweegt zich enerzijds voort als een slang. Anderzijds heeft dit diertje 2 zuignappen, waardoor het zicht vasthecht, samentrekt en zich terug uitstrekt en vasthecht. Dit diertje haalt zuurstof uit het water via de huid.

16 OPDRACHT 4: BIOTISCHE WATERKWALITEIT Wat Op basis van de gevangen waterdiertjes en de tabel waterkwaliteit bepaal je de graad van vervuiling van het water. Hoe ga je te werk? Stap 1 Wat is het meest voor vervuiling gevoelige waterdiertje dat we hebben gevangen? Omcirkel de rij. Stap 2 Hoeveel waterdiertjes die het meest voor vervuiling gevoelig zijn hebben we gevangen? 1 diertje of meer dan 1 diertje. Omcirkel de rij. Stap 3 Hoeveel verschillende soorten ongewervelde diertjes hebben we gevangen? (zie TOTAAL in vorige tabel) Omcirkel de kolom. Stap 4 Zoek het kruispunt van deze 2 antwoorden in de tabel op. Je komt op een cijfer uit. Dit is cijfer van de waterkwaliteit. Verwerkingsvraag 1. Wat drukt het cijfer van de waterkwaliteit (of biotische index) uit? In welke mate is er vervuiling in de waterplas? Zie tabel betekenis biotische index. o Er is amper vervuiling: het water is biologisch zuiver. o Het cijfer van de waterkwaliteit is 9. Dit betekent zeer goed. 16

17 Tabel: bepaling waterkwaliteit of de biotische index A indicator waterdiertjes = de vertegenwoordigers van de waterdiertjes per groep die het meest gevoelig of het minst gevoelig voor vervuiling zijn B totaal aantal gevonden verschillende soorten waterdiertjes het meest voor vervuiling gevoelige waterdiertje hoeveel indicatordiertjes platte larve van haft (ééndagsvlieg) > kokerjuffer met koker > larve ééndagsvlieg of > kaphoornslak zoetwatervlokreeft of larve libel of weekdier 5. zoetwaterpissebed of bloeduiger of waterwants of 6. borstelworm of vedermuggenlarve (tubifex of rode muggenlarve) 7. rattenstaartlarven of het minst voor vervuiling gevoelige waterdiertje Tabel: betekenis biotische index biotische index mate van niet of weinig matig ernstig sterk verontreiniging biologisch zuiver kwaliteit zeer goed goed matig slecht zeer slecht vergelijking kerngezond onwel ziek ernstig ziek coma - dood

18 OPDRACHT 5: VOEDSELWEB OPBOUWEN (ETEN EN GEGETEN WORDEN) Wat Je bouwt een voedselweb op a.h.v. de gevonden diertjes Oplossingen legende ik eet de andere op stekelbaars baars slijkvlieglarve staafwants ruggenzwemmer bloedzuiger larve waterkever waterspin larve pluimmug posthoornslak larve kriebelmug zoetwatervlokreeft afval plankton algen waterplanten zwanemossel Verwerkingsvragen 1. Geef 2 voorbeelden van volgende diergroepen. Baseer je hiervoor op de gevangen diertjes en het voedselweb. afvaleters: zoetwaterpissebed, larve steekmug, planten- of algeneters: duikerwants, larve vedermug, larve eendagsvlieg, vleeseters: geelgerande watertor, bloedzuiger, volwassen schrijvertje, waterschorpioen, alleseters: larve kokerjuffer, larve vedermug, 2. Wat gebeurt er met de waterdiertjes als we een snoek zouden uitzetten? Een snoek is een roofvis: hij eet alle kleinere waterdieren op, waardoor het voedselweb in elkaar zal stuiken.

19 Tabel: eetgewoonten van de waterdieren DIER VOEDSEL 1. ZOETWATERPOLIEPEN plankton, zeer kleine larven en nimfen van allerlei waterdieren 2. WORMEN o platwormen kleine insecten en kreeftachtigen o koordwormen afval (o.a. paardenhaarwormen) o borstelwormen afval 3. BLOEDZUIGERS sommige zuigen bloed van vissen, waterslakken en amfibieën sommige eten kleine en grote waterdieren op 4. WEEKDIEREN slakken o posthoornslak afval o schijfhoornslak algen en plantaardig afval o poelslak algen op planten of stenen o kaphoornslak algen op stenen mossels o erwtenmossel plankton o zwanemossel planton 5. KREEFTACHTIGEN (SCHAALDIEREN) o watervlo afval, algen, kleine kreeftachtigen o eenoogkreeftje plankton en afval o zoetwaterpissebed afval (o.a. rottende plantenmateriaal) o zoetwatervlokreeft planten en dode diertjes o zoetwaterkreeft alle mogelijke dieren en afval 6. SPINACHTIGEN o watermijt watervlooien, kleine kreeftachtigen, larven van muggen en eendagsvliegen o waterspin allerlei larven en nimfen van insecten, kleine kreefachtigen 7. LARVEN van MUGGEN en VLIEGEN o steekmug o pluimmug o dansmug of vedermug o daas o kriebelmug o langpootmug o zweefvlieg 8. INSECTEN SPRINGSTAARTEN KEVERS o waterroofkever en zijn larve (o.a. geelgerande watertor) o waterkever larve o volwassene schrijvertje of draaikevertje larve volwassene WANTSEN o schaatsenrijder o vijverloper o beekloper o ruggenzwemmer of bootsmannetje o duikerswants o zwemwants o staafwants o waterschorpioen algen en afval kleine insecten en kreeftachtigen algen en kreeftachtigen andere muggenlarven, kreeftachtigen algen en afval afval afval levend en dood plantenmateriaal alle mogelijke kleinere dieren alle mogelijke kleinere dieren algen en waterplanten algen en afval levende en dode dieren op het wateroppervlak dode en levende insecten op het wateroppervlak insecten op het wateroppervlak kleine insecten en kreeftachtigen in en op het water allerlei insecten en hun larven afval en algen allerlei waterdieren en visjes visjes, kikker- en salamandervisjes, alle waterdieren die kleiner zijn dan de wants zelf insecten en kreeftachtigen 19

20 EENDAGSVLIEGEN (nimf) of HAFTEN SLIJKVLIEGLARVE (nimf) STEENVLIEGEN (nimf) o heel jonge nimfen (< 0,5 cm) o oudere nimfen (> 0,5 cm) KOKERJUFFERS (larven) of SCHIETMOTTEN LIBELLEN (nimf) o waterjuffers o glazenmakers 9. AMFIBIEËN (kikkers, padden, salamanders) o larve (o.a. kikkervisje) o volwassene 10. VISSEN o voorn o modderkruiper o stekelbaars o baars algen, planten, plantenafval alle andere kleinere insecten algen en planten alle mogelijke kleinere dieren planten en kleine waterinsecten, dit kan dood of levend zijn andere larven en nimfen alle mogelijk kleinere dieren algen en waterplanten alle mogelijke kleinere dieren voornamelijk algen en waterplanten weekdieren, kleine kreeftachtigen, wormen en insectenlarven (alle diertjes die op de bodem leven) alle mogelijke kleinere dieren alle mogelijke dieren Uitleg van enkele begrippen Plankton: kleine plantjes en diertjes die in het water zweven Algen: wieren Deze plantjes kunnen zo klein zijn dat je ze met het blote oog niet kan zien. Op warme dagen kan een sloot of vijver veranderen in een groene soep. Deze groene schijn wordt veroorzaakt door een explosieve groei van algen en wieren. In zo n groene druppel leven wel miljoenen algen. Verschil tussen larve en nimf Larve: is het jonge stadium van sommige groepen insecten De larve is wormachtig van structuur en heeft geen of weinig harde delen (b.v. rups is larve van een vlinder) Dikwijls zijn de poten niet of nauwelijks ontwikkeld. Nimf: is ook het jonge stadium van een aantal groepen insecten De nimf lijkt echter vanaf de geboorte al op een volwassen exemplaar, maar de lengte is veel kleiner, de ledematen nog kort en de vleugels ontbreken. De soorten eters: detritivoor = afvaleter herbivoor = planten- of algeneter carnivoor = vleeseter omnivoor = alleseter 20

21 OPDRACHT 6: WATERPROEFJES OPPERVLAKTESPANNING WAT? Met eenvoudige proefjes kan je het begrip oppervlaktespanning aanbrengen. Zo krijg je een antwoord op de vraag hoe kunnen dieren op het wateroppervlakte lopen. Er zijn verschillende waterdiertjes geschept. Vestig de aandacht op de diertjes die op het water leven (o.a. de schaatsenrijder, de vijverloper, ). Stel de volgende vragen: Hoe doen ze het? Kan jij op het water lopen? Er is blijkbaar iets speciaals met het diertje en/of het water aan de hand. Welk geheim draagt dit diertje met zich mee? PROEF 1: DUIMSPIJKERPROEF Wat heb je nodig? enkele droge duimspijkers zonder gat en plastic hoesje kommetje met water evt. toiletpapier en stokje Hoe ga je te werk? Vraag: Is de duimspijker lichter of zwaarder dan water? Iemand neemt de duimspijker en laat deze in het kommetje water vallen. De duimspijker zinkt onmiddellijk. De duimspijker is duidelijk zwaarder dan water, het drijft niet! Nu doen we iets waardoor de duimspijker wel kan drijven op het water! Neem een duimspijker en legt deze met zijn hoofdje voorzichtig op het wateroppervlak. De duimspijker blijft drijven. Tip voor een onvaste hand: laat een stukje toiletpapier op het water oppervlak drijven. Vervolgens laat je een duimspijker op het toiletpapier vallen (1 stukje toiletpapier voor 1 duimspijker!). Duw het toiletpapiertje nu onder. Besluit: Watermoleculen vormen een vlies aan de oppervlakte. Hierdoor kan de duimspijker op het water blijven drijven. Hierdoor kunnen eveneens waterdiertjes zoals de schaatsenrijder op het water lopen. Nog een opmerking: Een duimspijker drijft niet zoals een kurk of een stuk hout want hij komt helemaal niet in het water! Pluk je hem voorzichtig weer van het wateroppervlak dan merk je dat die duimspijker helemaal niet nat is. De duimspijkers drijven dus niet, maar liggen echt op het water. Je merkt duidelijk het putje dat ze in het wateroppervlak duwen. 21

22 PROEF 2: VERVUILING IN HET WATER Wat heb je nodig? kommetje water met duimspijkers alias schaatsenrijders (vorige proef) kan met water afwasmiddel Hoe ga je te werk? Iemand maakt afwaswater en giet dit water in het kommetje met de duimspijkers. Vraag: Wat gebeurt er? De duimspijkers zinken. Vraag: Hoe kan dit? Water heeft toch een sterke kracht? Besluit: Zeep (= vervuild water) verbreekt (vermindert) de oppervlaktespanning. (Zeep zorgt ervoor dat water zich gemakkelijk gaat hechten aan vuil dan aan elkaar.) De waterdiertjes kunnen niet meer over het water lopen en zullen verdrinken. Vervuild water veroorzaakt een ramp. Alles raakt uit evenwicht. Voedselwebben vallen uiteen. 22

23 23

Biotoopstudie water. 1ste en 2 de graad secundair onderwijs Veldwerkboekje

Biotoopstudie water. 1ste en 2 de graad secundair onderwijs Veldwerkboekje Biotoopstudie water 1ste en 2 de graad secundair onderwijs Veldwerkboekje Veldwerk: onderzoek in en rond het water WAT? Ecologie bestudeert de relaties tussen levende wezens en hun omgeving en tussen levende

Nadere informatie

klimaatstad water leeft 1 Bio

klimaatstad water leeft 1 Bio water leeft 1 Bio Biologisch wateronderzoek 2 werkbundel voor 2 de en 3 de graad secundair onderwijs Biologisch wateronderzoek 3 WATER LEEFT Biologisch wateronderzoek Om een uitspraak te doen over de kwaliteit

Nadere informatie

WATER LEEFT Biologisch wateronderzoek

WATER LEEFT Biologisch wateronderzoek Biologisch wateronderzoek 1 WATER LEEFT Biologisch wateronderzoek Om een uitspraak te doen over de kwaliteit van het water kan je naast een chemisch wateronderzoek ook een biologische methode toepassen.

Nadere informatie

Praktijkopdrachten groep 7/8.

Praktijkopdrachten groep 7/8. Praktijkopdrachten groep 7/8. 1 2 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 2 Opdrachten bij de water excursie 3 Hoe ziet de plas eruit?...3 Planten in het water en op de oever.3 Voorbeelden van planten in om de poel

Nadere informatie

Opdrachtkaarten water

Opdrachtkaarten water Opdrachtkaarten water OPDRACHT 2: HOE HELDER IS HET WATER? Ruikt het water? Is het water troebel of helder? Zie je met je ogen de bodem van de plas? Helder water is belangrijk voor roofvissen zoals de

Nadere informatie

Ecologie voedselweb van zoetwater

Ecologie voedselweb van zoetwater Ecologie voedselweb van zoetwater Inleiding: In een voedselweb worden de relaties tussen organismen duidelijk. In alle voedselketens en dus ook een voedselweb start de reeks / basis met een groen organisme.

Nadere informatie

Werkblad slootdiertjes

Werkblad slootdiertjes Werkblad slootdiertjes Hoe groot is het dier? Hoeveel poten heeft het dier? Hoe ziet de achterkant van het dier eruit? Zit er bij de kop rode franje? Heeft het dier een schelp? Hoe heet het dier? 0, 4,

Nadere informatie

NR.3 EEN VIJVER, MEER DAN WATER ALLEEN. 3 vijverbiotoopstudie-a5.indd 1

NR.3 EEN VIJVER, MEER DAN WATER ALLEEN. 3 vijverbiotoopstudie-a5.indd 1 NR.3, R E V J I V N E E LEEN L A R E AN WAT D R E E PSTUDIE M BIOTOO 3 vijverbiotoopstudie-a5.indd 1 8/04/14 10:19 IN DIT NUMMER 3 TER VOORBEREIDING 4 De kringloop van het water 5 AAN HET WERK 5 Het veldwerk

Nadere informatie

ANTWOORDBLADEN WATEREXCURSIE. 1 Tekenblad bij Opdracht 1. Naam van de school: Naam van de sloot of de straat langs de sloot: Jullie namen:

ANTWOORDBLADEN WATEREXCURSIE. 1 Tekenblad bij Opdracht 1. Naam van de school: Naam van de sloot of de straat langs de sloot: Jullie namen: ANTWOORDBLADEN WATEREXCURSIE 1 Tekenblad bij Opdracht 1 Naam van de school: Naam van de sloot of de straat langs de sloot: Jullie namen: Water antwoord- en rapportbladen 2015 1 2 VERONTREINIGING 2a Zet

Nadere informatie

Bepaling van de biotische index van zoetwater

Bepaling van de biotische index van zoetwater 1 Inleiding Bepaling van de biotische index van zoetwater Op basis van het voorkomen van ongewervelden of aan de hand van de aanwezige planktonorganismen kan stilstaand of stromend water in vier kwaliteitsklassen

Nadere informatie

Chemisch wateronderzoek 1. klimaatstad. water leeft 2. Abio. klimaatstad

Chemisch wateronderzoek 1. klimaatstad. water leeft 2. Abio. klimaatstad Chemisch wateronderzoek 1 water leeft 2 Abio Chemisch wateronderzoek 2 Chemisch wateronderzoek 3 WATER LEEFT Chemisch wateronderzoek Een goede waterkwaliteit is van groot belang voor het leven van waterdieren

Nadere informatie

NR.3 EEN VIJVER, MEER DAN WATER ALLEEN. 3 vijverbiotoopstudie-leerkracht-a5.indd 1

NR.3 EEN VIJVER, MEER DAN WATER ALLEEN. 3 vijverbiotoopstudie-leerkracht-a5.indd 1 NR.3 RKRACHT, R E V J I V N E E LE E OR DE LE O V D A A IDR LEEN L A R E AN WAT D R E E PSTUDIE M BIOTOO 3 vijverbiotoopstudie-leerkracht-a5.indd 1 5/03/14 10:22 IN DIT NUMMER 3 INLEIDING 4 4 Resultaten:

Nadere informatie

Informatie: zoetwaterdiertjes

Informatie: zoetwaterdiertjes Informatie: zoetwaterdiertjes In het zoete water wonen heel veel diertjes. Ze zien er best schattig uit, maar pas op! Leven in een sloot is heerl gevaarlijk. Kijk maar eens naar dit diertje. Het is de

Nadere informatie

Lopen er beesten op het water? De sloot in al haar lagen

Lopen er beesten op het water? De sloot in al haar lagen L E E S T E K S T Lopen er beesten op het water? De sloot in al haar lagen Sloten zijn meestal geen natuurlijke waterwegen, maar worden door de mens gegraven omdat er vaak problemen zijn om het overtollige

Nadere informatie

Veldwerkkist Water. docentenhandleiding

Veldwerkkist Water. docentenhandleiding Veldwerkkist Water docentenhandleiding Uitg.: Amsterdams NME Centrum De veldwerkkist Water maakt onderdeel uit van een set van 7 kisten waarmee natuur-, milieu- en land schaps onderzoek gedaan kan worden.

Nadere informatie

WATER LEEFT Chemisch wateronderzoek

WATER LEEFT Chemisch wateronderzoek Chemisch wateronderzoek 1 WATER LEEFT Chemisch wateronderzoek Een goede waterkwaliteit is van groot belang voor het leven van waterdieren en waterplanten. Biologisch leven in het water is afhankelijk van

Nadere informatie

Bepaling van de biotische index van zoetwater

Bepaling van de biotische index van zoetwater 1 Inleiding Bepaling van de biotische index van zoetwater Op basis van het voorkomen van ongewervelden of aan de hand van de aanwezige planktonorganismen kan stilstaand of stromend water in vier kwaliteitsklassen

Nadere informatie

ONDERZOEKSBLAD WATER LEEFT GROEP 7-8

ONDERZOEKSBLAD WATER LEEFT GROEP 7-8 1 ONDERZOEKSBLAD WATER LEEFT GROEP 7-8 (WATERKWALITEIT EN NATUUR) DOCENT Ga nu zelf op onderzoek uit naar water in jouw omgeving! Welke planten groeien in het water, welke dieren leven er en hoe natuurlijk

Nadere informatie

Wateronderzoek. 2 de en 3 de graad basisonderwijs Handleiding begeleider

Wateronderzoek. 2 de en 3 de graad basisonderwijs Handleiding begeleider Wateronderzoek 2 de en 3 de graad basisonderwijs Handleiding begeleider 1 Veldwerk: onderzoek in en rond het water WAT Water heeft een zeer grote invloed op planten, dieren en de mens: geen enkel wezen

Nadere informatie

In de troebele sloot kunnen daarentegen geen boten varen en deze zal dus, volgens ons, veel minder vervuild zijn.

In de troebele sloot kunnen daarentegen geen boten varen en deze zal dus, volgens ons, veel minder vervuild zijn. Verslag door een scholier 1793 woorden 30 mei 2017 7,4 7 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Biologie voor jou Helderheid en waterdieren Namen: Rosa van den Hoeven, Laila Vogel en Aryanne Abma Klas: G3A

Nadere informatie

Waterleven. Doel: Aan de hand van het determineren van de beestjes die in de sloot voorkomen conclusies trekken over de waterkwaliteit.

Waterleven. Doel: Aan de hand van het determineren van de beestjes die in de sloot voorkomen conclusies trekken over de waterkwaliteit. Waterleven Doel: Aan de hand van het determineren van de beestjes die in de sloot voorkomen conclusies trekken over de waterkwaliteit. Tijd: In het veld : 60 minuten Uitwerking : 30 minuten Benodigdheden:

Nadere informatie

NR.3 EEN VIJVER, MEER DAN WATER ALLEEN BIOTOOPSTUDIE EEN VIJVER, MEER DAN WATER ALLEEN

NR.3 EEN VIJVER, MEER DAN WATER ALLEEN BIOTOOPSTUDIE EEN VIJVER, MEER DAN WATER ALLEEN NR.3 EEN VIJVER, MEER DAN WATER ALLEEN BIOTOOPSTUDIE EEN VIJVER, MEER DAN WATER ALLEEN IN DIT NUMMER 3 TER VOORBEREIDING 4 De kringloop van het water 5 AAN HET WERK 5 Het veldwerk 6 Determinatiekaart planten

Nadere informatie

in de s sloten & plassen

in de s sloten & plassen tad in de s sloten & plassen 2 De kringloop van het water Ü Een regendruppel vertelt: 3 Sloten De Bourgoyen-Ossemeersen zijn een meersengebied met vele sloten. Deze werden lang geleden gegraven om het

Nadere informatie

NR.3 LEIDRAAD VOOR DE LEERKRACHT EEN VIJVER, MEER DAN WATER ALLEEN BIOTOOPSTUDIE EEN VIJVER, MEER DAN WATER ALLEEN

NR.3 LEIDRAAD VOOR DE LEERKRACHT EEN VIJVER, MEER DAN WATER ALLEEN BIOTOOPSTUDIE EEN VIJVER, MEER DAN WATER ALLEEN NR.3 LEIDRAAD VOOR DE LEERKRACHT EEN VIJVER, MEER DAN WATER ALLEEN BIOTOOPSTUDIE EEN VIJVER, MEER DAN WATER ALLEEN IN DIT NUMMER 3 INLEIDING 4 4 Resultaten: waterdieren- en planten 5 Bespreking: De waterkwaliteit

Nadere informatie

Uitleenkoffer Ontdek de onderwaterwereld. Wat

Uitleenkoffer Ontdek de onderwaterwereld. Wat Uitleenkoffer Ontdek de onderwaterwereld Wat Ontdek de Hoge Rielen eens van héél dichtbij. Met schepnetjes vang je waterdiertjes in het kikkerkwartier of in de blusputten. In de waterkoffer vind je zoekkaarten

Nadere informatie

Levend water: 10-12 jaar (handleiding)

Levend water: 10-12 jaar (handleiding) NMEC De Helix Levend water: 10-12 jaar (handleiding) 1 Handleiding Doelgroep Periode Levend water 10-12 jarigen april tot eind oktober Duur van de activiteit Ongeveer 2 uur Materiaal voor de gids - Enkele

Nadere informatie

Excursie water. docentenhandleiding

Excursie water. docentenhandleiding Excursie water docentenhandleiding Uitgave: ANMEC Excursie water docentenhandleiding Ontwikkeld in opdracht van Stadsdeel Zeeburg, als onderdeel van het project NME in stadsdeel Zeeburg Redactie/layout:

Nadere informatie

HET ZOETWATER ONDERZOEK 2

HET ZOETWATER ONDERZOEK 2 HET ZOETWATER ONDERZOEK 2 GROEP 4-5 - 6 Ik wou dat ik een vissie was, en maar zwemmen en maar zwemmen in een plas. Ik zou me leve weer opnieuw willen beginne, naar dan met vinne! Annie M.G. Schmidt Post-

Nadere informatie

ONDERZOEK NAAR DE WATERKWALITEIT

ONDERZOEK NAAR DE WATERKWALITEIT ONDERZOEK NAAR DE WATERKWALITEIT Naam: Klas: Datum: 1 Situering van het biotoop Plaats: Type water: vijver / meer / ven / moeras/ rivier / kanaal / poel / beek / sloot / bron Omgeving: woonkern / landbouwgebied

Nadere informatie

Een project van het IVN Veldhoven / Vessem voorjaar 2009

Een project van het IVN Veldhoven / Vessem voorjaar 2009 Een project van het IVN Veldhoven / Vessem voorjaar 2009 Doelgroep: groepen 4 t/m 8 Plaats: een goed bereikbare plek aan stilstaand of stromend water (zie kaartje). Doel: Ontdekken dat er zich een interessante

Nadere informatie

Werkblad Waterrapport 1 - Kleur van het water

Werkblad Waterrapport 1 - Kleur van het water Werkblad Waterrapport - Kleur van het water Water in sloten, plassen, meren en rivieren kan allerlei verschillende kleuren hebben door de stoffen die erin opgelost zijn. Meestal betekent helder en lichtgekleurd

Nadere informatie

Voorbereiding post 2. Hap, ik heb je! Groep 4-5-6

Voorbereiding post 2. Hap, ik heb je! Groep 4-5-6 Voorbereiding post 2 Hap, ik heb je! Groep 4-5-6 Welkom bij IVN Valkenswaard-Waalre Dit is de digitale voorbereiding op post 2: Hap, ik heb je! voor groep 4, 5 en 6. Inhoud: Algemeen Verhaal Spel Werkvel

Nadere informatie

Diertjes vangen en bekijken

Diertjes vangen en bekijken Hossebos wateropdracht 1 Diertjes vangen en bekijken Zoek een plekje aan de waterkant, waar je goed bij het water kunt. Leg alle materialen klaar. Vul het aquarium half met water en zet het op een plekje

Nadere informatie

Rapportage project: Vaststellen van de nulsituatie in de gemeente Noordenveld bij de vijverpartij de vijfde verloting.

Rapportage project: Vaststellen van de nulsituatie in de gemeente Noordenveld bij de vijverpartij de vijfde verloting. Page 1 of 35 Rapportage project: Vaststellen van de nulsituatie in de gemeente Noordenveld bij de vijverpartij de vijfde verloting Uitgevoerd door: Laboratorium Specialist in vijverwaterkwaliteit Page

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Bijlagen. 1. Inleiding...3. 2. Leerdoelen en lesinhoud... 4. 3. Organisatie van de les... 6. 3.1 Voorbereiding op school...

Inhoudsopgave. Bijlagen. 1. Inleiding...3. 2. Leerdoelen en lesinhoud... 4. 3. Organisatie van de les... 6. 3.1 Voorbereiding op school... Leve(n), de sloot! n m e - l e s s e n s e r i e v o o r g r o e p 5 e n 6 Inhoudsopgave 1. Inleiding...3 2. Leerdoelen en lesinhoud... 4 3. Organisatie van de les... 6 3.1 Voorbereiding op school... 6

Nadere informatie

Beestige bundel van: 1

Beestige bundel van: 1 Beestige bundel van: 1 2 Ordening van organismen organisme = een levend wezen, iets wat leeft. Er zijn meer dan anderhalf miljoen soorten organismen. Om een overzicht te krijgen worden deze organismen

Nadere informatie

Voorbereiding post 3. Allemaal beestjes Groep

Voorbereiding post 3. Allemaal beestjes Groep Voorbereiding post 3 Allemaal beestjes Groep 4-5-6-7-8 Welkom bij IVN Valkenswaard-Waalre Dit is de digitale voorbereiding op post 3: Allemaal beestjes, voor groep 4, 5, 6, 7 en 8. Inhoud: Algemeen Verhaal

Nadere informatie

Vergelijkende studie en besluitvorming

Vergelijkende studie en besluitvorming Vergelijkende studie en besluitvorming - Verschillende biotopen: vijver / ven / beek - Stroomsnelheid: snelstromend / stilstaand water - Seizoenen: voorjaar / najaar Extra: basis leggen voor vergelijkende

Nadere informatie

Voorbereiding post 2. Hap, ik heb je! Groep 7-8

Voorbereiding post 2. Hap, ik heb je! Groep 7-8 Voorbereiding post 2 Hap, ik heb je! Groep 7-8 Welkom bij IVN Valkenswaard-Waalre Dit is de digitale voorbereiding op post 2: Hap, ik heb je! voor groep 7 en 8. Inhoud: Algemeen Verhaal Spel Werkvel Opruimen

Nadere informatie

BIOLOGIE Bovenbouw P.O. Fris viswater

BIOLOGIE Bovenbouw P.O. Fris viswater BIOLOGIE Bovenbouw P.O. Fris viswater x www.dlwbiologie.wordpress.com Oriëntatiefase Het voorkomen van organismen in het oppervlaktewater heeft een directe relatie met de kwaliteit van water. Elk ecosysteem

Nadere informatie

Opdrachten Oevergroep

Opdrachten Oevergroep Opdrachten Oevergroep Ho, stop! Voordat jullie met de schepnetjes naar het water rennen, eerst even dit! De Waal is de drukst bevaren rivier van Europa en door haar bedding stromen miljoenen liters water

Nadere informatie

1. Biotische factoren (zijn afkomstig van andere organismen) - voedsel - soortgenoten - ziekteverwekkers - vijanden

1. Biotische factoren (zijn afkomstig van andere organismen) - voedsel - soortgenoten - ziekteverwekkers - vijanden Ecologie De wetenschap die bestudeert waarom bepaalde planten en dieren ergens in een bepaalde leefomgeving (milieu) voorkomen en wat de relaties zijn tussen organisme en hun milieu 1. Biotische factoren

Nadere informatie

Allemaal water Oppervlakte water: Water in sloten, rivieren, meren, zeeën en oceanen.

Allemaal water Oppervlakte water: Water in sloten, rivieren, meren, zeeën en oceanen. Module 5: Basisstof 1: Een dag met water Allemaal water Oppervlakte water: Water in sloten, rivieren, meren, zeeën en oceanen. Grondwater: water diep in de grond. Zoet: Oppervlakte water zoet. Zout: Oppervlakte

Nadere informatie

Onderzoeksrapport. onderdeel van het. Vissenschool Lespakket. Dit onderzoeksrapport is van: ... ...

Onderzoeksrapport. onderdeel van het. Vissenschool Lespakket. Dit onderzoeksrapport is van: ... ... Onderzoeksrapport onderdeel van het Vissenschool Lespakket Dit onderzoeksrapport is van:............................................................................................ Sportvisserij Nederland,

Nadere informatie

PACCO-PARAMETERS DO - DOSSOLVED OXYGEN EC- DE ELEKTRISCHE CONDUCTIVITEIT ORP- DE REDOXPOTENTIAAL T - DE TEMPERATUUR. PaccoParameters

PACCO-PARAMETERS DO - DOSSOLVED OXYGEN EC- DE ELEKTRISCHE CONDUCTIVITEIT ORP- DE REDOXPOTENTIAAL T - DE TEMPERATUUR.   PaccoParameters PACCO-PARAMETERS PH DO - DOSSOLVED OXYGEN EC- DE ELEKTRISCHE CONDUCTIVITEIT ORP- DE REDOXPOTENTIAAL T - DE TEMPERATUUR PH De ph geeft de zuurtegraad van het water weer. Ze varieert doorgaans op een schaal

Nadere informatie

Opdrachtenboekje. Waterkant

Opdrachtenboekje. Waterkant enboekje Dit boekje is van Naam:... School:... Groep:... Waterkant - 1 - Dit heb je nodig Lichtgrensmeter 2 loeppotjes aquariumbakje plastic lepel of klein schepnetje groot schepnet zoekkaart waterdiertjes

Nadere informatie

SPREEKBEURT SLUIERSTAARTGOUDVIS

SPREEKBEURT SLUIERSTAARTGOUDVIS l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n SPREEKBEURT SLUIERSTAARTGOUDVIS VISSEN OVER HOUDEN VAN HUISDIEREN WE HEBBEN DE BELANGRIJKSTE INFORMATIE OVER DE SLUIERSTAARTGOUDVIS

Nadere informatie

In de ecologie bestudeert men de relatie tussen de organismen en het milieu waar ze voorkomen.

In de ecologie bestudeert men de relatie tussen de organismen en het milieu waar ze voorkomen. Samenvatting Thema 3: Ecologie Basisstof 1 In de ecologie bestudeert men de relatie tussen de organismen en het milieu waar ze voorkomen. Waarom leeft het ene dier hier en het andere dier daar? Alle organismen

Nadere informatie

Opdrachten thema. Veluwe

Opdrachten thema. Veluwe Opdrachten thema Schema groepjes en opdrachten bij vorm 2: elke opdracht vaste begeleider Groepje 1: schaatsenrijders Groepje 2: beekprikken Groepje 3: schrijvertjes Groepje 4: bloedzuigers Groepje 5:

Nadere informatie

Voorbereiding post 3. Allemaal beestjes Groep 1-2-3

Voorbereiding post 3. Allemaal beestjes Groep 1-2-3 Voorbereiding post 3 Allemaal beestjes Groep 1-2-3 Welkom bij IVN Valkenswaard-Waalre Dit is de digitale voorbereiding op post 3: Allemaal beestjes, voor groep 1, 2 en 3. Inhoud: Algemeen Verhaal Spel

Nadere informatie

Thema 2 Planten en dieren

Thema 2 Planten en dieren Naut samenvatting groep 7 Mijn Malmberg Thema 2 Planten en dieren Samenvatting Eten en gegeten worden Als je de leefomgeving van een plant of dier bestudeert, kijk je naar de levenloze natuur; dus naar

Nadere informatie

Ga je mee op watersafari?

Ga je mee op watersafari? Ga je mee op watersafari? handleiding voor de leerkracht 2 handleiding voor de leerkracht Beste leerkracht Binnenkort komt u met uw leerlingen van groep 5 en/of 6 naar Nationaal Park Weerribben-Wieden

Nadere informatie

Kreeftachtigen hebben meestal kleine ogen, waar ze maar weinig mee zien. Ze kunnen wel bijzonder goed ruiken.

Kreeftachtigen hebben meestal kleine ogen, waar ze maar weinig mee zien. Ze kunnen wel bijzonder goed ruiken. Kreeftachtigen Er zijn veel verschillende soorten kreeftachtigen. Van ieder soort leven er vaak zeer grote aantallen in zee. Kreeftachtigen zijn bijvoorbeeld de roeipootkreeftjes, de zeepissebedden en

Nadere informatie

1e klas. BiNaSch slootwateronderzoek. Deze reader is van: Scala Rietvelden Vakgroepen natuurkunde, scheikunde en biologie 1e klas. Klas:.

1e klas. BiNaSch slootwateronderzoek. Deze reader is van: Scala Rietvelden Vakgroepen natuurkunde, scheikunde en biologie 1e klas. Klas:. 1e klas BiNaSch slootwateronderzoek Deze reader is van: Klas:. Docent: Vakgroepen natuurkunde, scheikunde en biologie 1e klas Waterkwaliteit In deze lessencyclus ga je naar de kwaliteit van het water van

Nadere informatie

Plantenkennis Waterplanten

Plantenkennis Waterplanten Plantenkennis Waterplanten Lijst 2 Algemene informatie Waterplanten De planten in, op en aan het water zijn onder te verdelen in de volgende groepen: oeverplant moerasplant echte waterplanten Functies

Nadere informatie

verwerking : wat is een bos?

verwerking : wat is een bos? verwerking : wat is een bos? Leven vestigt zich op plaatsen waar het goed is om te leven. Er zijn verschillende factoren die de leefomgeving vorm geven : levende factoren, niet-levende factoren en menselijke

Nadere informatie

die dit programma zelf willen begeleiden TWEEDE EN DERDE GRAAD SECUNDAIR ONDERWIJS

die dit programma zelf willen begeleiden TWEEDE EN DERDE GRAAD SECUNDAIR ONDERWIJS Handleiding voor leerkrachten en gidsen die dit programma zelf willen begeleiden WATER : BIOTISCHE INDEX TWEEDE EN DERDE GRAAD SECUNDAIR ONDERWIJS Natuureducatiecentrum De Vroente Putsesteenweg 129 2920

Nadere informatie

Docentenhandleiding Onderzoek Leefomgeving

Docentenhandleiding Onderzoek Leefomgeving Docentenhandleiding Onderzoek Leefomgeving Doelgroep: Groep 6,7 en 8 Leerstofgebied: Natuur en techniek Werkvorm: Buiten in groepjes van 3 leerlingen Duur: 45 minuten buiten + 30 minuten nabespreken in

Nadere informatie

Bewoners. Noordzee. Introductie. Als de Noordzee een paspoort zou hebben dan zou het er zo uitzien:

Bewoners. Noordzee. Introductie. Als de Noordzee een paspoort zou hebben dan zou het er zo uitzien: Gemiddelde: diepte 94 meter Oppervlak: 572.000 km2 Bodem: hoofdzakelijk zand Bewoners van de Noordzee Introductie Als de Noordzee een paspoort zou hebben dan zou het er zo uitzien: De Noordzee is natuurlijk

Nadere informatie

INVENTARISATIE VAN DE HEEMTUIN IN DE GOUDSE HOUT DOOR DE WERKGROEP ZOETWATERBIOLOGIE

INVENTARISATIE VAN DE HEEMTUIN IN DE GOUDSE HOUT DOOR DE WERKGROEP ZOETWATERBIOLOGIE INVENTARISATIE VAN DE HEEMTUIN IN DE GOUDSE HOUT DOOR DE WERKGROEP ZOETWATERBIOLOGIE In de periode april t/m september 2015 is door de werkgroep Zoetwaterbiologie het dierlijk waterleven in de Heemtuin

Nadere informatie

INVENTARISATIE VAN DE REEUWIJKSE HOUT DOOR DE WERKGROEP ZOETWATERBIOLOGIE

INVENTARISATIE VAN DE REEUWIJKSE HOUT DOOR DE WERKGROEP ZOETWATERBIOLOGIE INVENTARISATIE VAN DE REEUWIJKSE HOUT DOOR DE WERKGROEP ZOETWATERBIOLOGIE 4 4 3 1 2 Bemonsterde locaties (foto s Iemkje Tijsseling) In de periode april t/m september 2014 is door leden van de werkgroep

Nadere informatie

l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n SPREEKBEURT AXOLOTL AMFIBIEËN OVER HOUDEN VAN HUISDIEREN

l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n SPREEKBEURT AXOLOTL AMFIBIEËN OVER HOUDEN VAN HUISDIEREN l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n SPREEKBEURT AXOLOTL AMFIBIEËN OVER HOUDEN VAN HUISDIEREN WE HEBBEN DE BELANGRIJKSTE INFORMATIE OVER DE AXOLOTL BIJ

Nadere informatie

Deel 3 Materiële vereisten

Deel 3 Materiële vereisten Deel 3 Materiële vereisten Opmerkingen vooraf De volgende lijst met materiële vereisten heeft vooral betrekking op de practica (Aan de slag) die voorkomen in het leerwerkboek 4. In de lijst is ook materiaal

Nadere informatie

Kijk een kikker. Maak kennis met kikkers van Nederland! Groep 5 en 6. Kennis maken. Observeren. Leren

Kijk een kikker. Maak kennis met kikkers van Nederland! Groep 5 en 6. Kennis maken. Observeren. Leren Kijk een kikker Maak kennis met kikkers van Nederland! Kennis maken Observeren Leren Inleiding op de lessen: Bij de lente horen natuurlijk amfibieën, zoals kikkers, padden en salamanders. Dit zijn soorten

Nadere informatie

Docentenhandleiding veldwerk

Docentenhandleiding veldwerk Docentenhandleiding veldwerk Inhoudsopgave Inleiding 2 Les 1 3 Les 2 5 Veldwerk 7 Les 3 Les 4 ~ 1 ~ Inleiding In deze docentenhandleiding kun je een aantal zaken vinden die over de lessen gaan. Zo kun

Nadere informatie

Een kreeft in de klas

Een kreeft in de klas Een kreeft in de klas Leerdagboek van:... Een kreeft in de klas Wat doet de kreeft? Kijk een poosje heel nauwkeurig naar de kreeft. Schrijf heel nauwkeurig op wat de kreeft doet en hoe hij dat doet. Doe

Nadere informatie

Waterbeestjes schoolkrant

Waterbeestjes schoolkrant Waterbeestjes schoolkrant Watertrappers en luchthappers Nederland Waterland In Nederland is veel water. Er zijn veel sloten en plassen en er stromen een aantal rivieren door Nederland naar de zee. Rivierwater

Nadere informatie

Biotoopstudie THEMA 7

Biotoopstudie THEMA 7 THEMA 7 Biotoopstudie In dit thema ga je op ontdekking in een biotoop. Door waarnemingen zoek je naar biotische factoren. Door metingen bepaal je enkele abiotische factoren van de lucht en de bodem. Je

Nadere informatie

Kaartenset ongewervelde dieren

Kaartenset ongewervelde dieren Kaartenset ongewervelde dieren Deze set met plaatjes is het eerste deel van de kaartjes met gewervelde- en ongewervelde dieren op. Ieder kaartje bevat een afbeelding van het dier in kwestie, met daarbij

Nadere informatie

Voorbereiding post 2. Hap, ik heb je! Groep 1-2-3

Voorbereiding post 2. Hap, ik heb je! Groep 1-2-3 Voorbereiding post 2 Hap, ik heb je! Groep 1-2-3 Welkom bij IVN Valkenswaard-Waalre Dit is de digitale voorbereiding op post 2: Hap, ik heb je! voor groep 1, 2 en 3. Inhoud: Algemeen Verhaal Spel Werkvel

Nadere informatie

Ook het lichaam van de schaatsenrijder heeft zo n waterafstotend waslaagje.

Ook het lichaam van de schaatsenrijder heeft zo n waterafstotend waslaagje. Startmoment: Observatie van het leven in de vijver en op het wateroppervlak. Vaststelling: Sommige diertjes kunnen op het water lopen en wij niet. Probleemstelling: Hoe kan dit ligt het aan de diertjes

Nadere informatie

Waterkwaliteitsbepaling m.b.v. Macrofauna

Waterkwaliteitsbepaling m.b.v. Macrofauna Inhoud Waterkwaliteitsbepaling m.b.v. Macrofauna Inleiding Proef 1. Algemene bepalingen. Proef 2. Bepaling waterkwaliteit met behulp van kleine waterdieren (makrofauna). Verzameltabel voor alle resultaten.

Nadere informatie

Werkblad Natuurlijk water in de Kwebben

Werkblad Natuurlijk water in de Kwebben Werkblad Natuurlijk water in de Kwebben Droppie in de Kwebben Hallo allemaal! Wat fijn dat jullie straks naar de Kwebben in Vught gaan! Mijn naam is Droppie en ik weet alles over water. Wist je dat water

Nadere informatie

01 De hut vol info. POSTENTOCHTantwoordblad. biotoopstudie. 4. ja/neen. 5. ja/neen GROEP

01 De hut vol info. POSTENTOCHTantwoordblad. biotoopstudie. 4. ja/neen. 5. ja/neen GROEP 01 De hut vol info 1........ 2....... ha Het natuurreservaat is zo groot als.... voetbalvelden. 3......... 4. ja/neen 1...... 2...... 5. ja/neen een schildpad..... 6. 5 km 2 km 02 Vier landschappen op

Nadere informatie

Ordening. Bacteriën Schimmels Planten Dieren

Ordening. Bacteriën Schimmels Planten Dieren Ordening Bacteriën Schimmels Planten Dieren Bacteriën Kenmerken cellen: celwand geen celkern geen bladgroenkorrels eencellig planten zich voort door deling voeden zich meestal met dode resten van organismen

Nadere informatie

Leg voorzichtig een vloeipapiertje op het water. wel of niet in het riool?

Leg voorzichtig een vloeipapiertje op het water. wel of niet in het riool? Waterproefjes Drijvende punaise Zelf aan de slag met water? Hier staan een aantal schaal waterproefjes die je thuis of in de klas kunt doen. vloeipapier Sommige natuur- en milieu-educatiecentra hebben

Nadere informatie

Waterproefjes. Drijvende punaise. Nodig schaal vloeipapier punaises met platte metalen kop afwaszeep

Waterproefjes. Drijvende punaise. Nodig schaal vloeipapier punaises met platte metalen kop afwaszeep Waterproefjes Zelf aan de slag met water? Hier staan een aantal waterproefjes die je thuis of in de klas kunt doen. Sommige natuur- en milieu-educatiecentra hebben ook kant en klare leskisten met waterproefjes.

Nadere informatie

Verwerkingsles biodiversiteit onderbouw

Verwerkingsles biodiversiteit onderbouw Verwerkingsles biodiversiteit onderbouw Doelen: Kinderen weten dat sommige dieren, zoals kikkers en vlinders, gedaanteverwisselingen doormaken tijdens hun leven Kinderen ontdekken dat rupsen en vlinders

Nadere informatie

Een bovenbouwproject van IVN Veldhoven Eindhoven Vessem voorjaar 2015

Een bovenbouwproject van IVN Veldhoven Eindhoven Vessem voorjaar 2015 Een bovenbouwproject van IVN Veldhoven Eindhoven Vessem voorjaar 015 Doelgroep: groepen 5 t/m 8 Plaats: Rond de school, in de wijk, in een park, vlindertuin bij d n Aard, Ariespad 5, 550 EZ Veldhoven.

Nadere informatie

Ordening. Planten Dieren Bacteriën Schimmels

Ordening. Planten Dieren Bacteriën Schimmels Ordening Planten Dieren Bacteriën Schimmels Indeling plantenrijk Indeling dierenrijk Planten Kenmerken plantencellen: celwanden celkernen bladgroenkorrels Wieren Sporenplanten Zaadplanten Wieren / Algen

Nadere informatie

Werkblad - Les 2 - Waterbouw en ecologie

Werkblad - Les 2 - Waterbouw en ecologie BOUWEN MET DE NATUUR In Nederland proberen we de natuur te herstellen, maar de natuur kan zelf ook een handje helpen. Dit gebeurt bijvoorbeeld bij de aanleg van de Marker Wadden, een eilandengroep in het

Nadere informatie

Naam:_ KIKKERS. pagina 1 van 6

Naam:_ KIKKERS. pagina 1 van 6 Naam:_ KIKKERS _ De kikker is een amfibie. Er zijn veel soorten kikkers op de wereld. In Nederland zie je de bruine en de groene kikker het meest. De groene kikkers zijn graag veel in het water, de bruine

Nadere informatie

Experimenten KIT. werkboekje. Dokter in de wetenschap: Klas:

Experimenten KIT. werkboekje. Dokter in de wetenschap: Klas: Experimenten werkboekje KIT Dokter in de wetenschap: Klas: 1 Licht/zon Zonnebaden in het licht Zonlicht is heel belangrijk voor planten. Als een plant enkele dagen geen of onvoldoende licht krijgt, begint

Nadere informatie

3.1. Algemeen doel van de lescyclus Doelstellingen Doel van de activiteit Materialen & benodigdheden...

3.1. Algemeen doel van de lescyclus Doelstellingen Doel van de activiteit Materialen & benodigdheden... 1 Inhoudsopgave Inleiding... 3 1. Doelgroep... 4 2. Relatieschema... 4 3. Opzet van de lescyclus... 5 3.1. Algemeen doel van de lescyclus... 5 3.2. Doelstellingen... 5 4. Relatie met de kerndoelen... 5

Nadere informatie

Water leeft! Waterdiertjes onder de loep. Groep 5/6

Water leeft! Waterdiertjes onder de loep. Groep 5/6 er d n o s e j /6 rt 5 e i terd Groep a W p d e e lo Water leeft! Waterdiertjes onder de loep Groep 5/6 Colofon Initiatief De samenwerkende NME-centra van Zuid-Holland Inhoud en tekst Werkgroep Water

Nadere informatie

ken Waterdiertjes ontdek Groep 3/4

ken Waterdiertjes ontdek Groep 3/4 ken k e td on s e /4 rtj 3 e i terd Groep a W Water leeft! Waterdiertjes ontdekken Groep 3/4 Colofon Initiatief De samenwerkende NME-centra van Zuid-Holland Inhoud en tekst Werkgroep Water van het programma

Nadere informatie

Piramidetocht. Namen: Colofon. Uitgave 2015 Nationaal Park Weerribben-Wieden Veldopdrachten:

Piramidetocht. Namen: Colofon. Uitgave 2015 Nationaal Park Weerribben-Wieden  Veldopdrachten: Colofon Uitgave 2015 Nationaal Park Weerribben-Wieden www.np-weerribbenwieden.nl Piramidetocht Veldopdrachten: Life & Nature centrum de RietNymf Illustraties: Femke van Gent Vormgeving: Ontwerpbureau Lood

Nadere informatie

Doel: Na deze opdracht weet je wat een voedselkringloop is en hoe het leven van planten en dieren met elkaar samenhangt.

Doel: Na deze opdracht weet je wat een voedselkringloop is en hoe het leven van planten en dieren met elkaar samenhangt. Thema: Bestaat vrede? Vak: Ruimte, aarde en milieu De ecologische kringloop De voedselkringloop Moeilijkheid: *** Tijdsduur: ** Juf Nelly De kringloop in de natuur Doel: Na deze opdracht weet je wat een

Nadere informatie

Dossiernummer: 23-10-2013 Projectnummer:

Dossiernummer: 23-10-2013 Projectnummer: Bijlagen bij verordening subsidies natuurvriendelijke oevers en vispaaiplaatsen 2014: 1. Inrichtingseisen natuurvriendelijke oevers en vispaaiplaatsen; 2. Richtlijnen voor natuurvriendelijk onderhoud.

Nadere informatie

Wetland. Groot Wilnis-Vinkeveen

Wetland. Groot Wilnis-Vinkeveen Groot Wilnis-Vinkeveen Moeras met Lisdodde in de Krimpenerwaard Wetland Wetland is een mozaïek van open water, drijvende waterplanten, planten die met hun voeten in het water staan, riet dat in het water

Nadere informatie

Amfibieën. Les 1 Kenmerken amfibieën en de kikker. 1. De leerkracht vertelt dat de les gaat over hoe je amfibieën kunt herkennen.

Amfibieën. Les 1 Kenmerken amfibieën en de kikker. 1. De leerkracht vertelt dat de les gaat over hoe je amfibieën kunt herkennen. Amfibieën Les 1 Kenmerken amfibieën en de kikker Inhoud 1. De leerkracht vertelt dat de les gaat over hoe je amfibieën kunt herkennen. Hulpmiddel Prezi les 1: http://prezi.com/hwpatwdyvqpv/?utm_campaign

Nadere informatie

bij vraag 2 Hoeveel munten er in het glas passen ligt aan de grootte van de munten en aan het glas.

bij vraag 2 Hoeveel munten er in het glas passen ligt aan de grootte van de munten en aan het glas. NAO proefjes Antwoorden werkbladen en extra informatie 1. Munten in borrelglaasje munten Het glas is eigenlijk te vol met, maar het stroomt niet over. Het in het glas staat bol, het komt er boven uit.

Nadere informatie

In het water. Allemaal beestjes. Onderzoeken. Scheppen. Dit heb je nodig: Schepnetje. Dit heb je nodig: Petrischaaltje Zoekkaart Waterdiertjes Loep

In het water. Allemaal beestjes. Onderzoeken. Scheppen. Dit heb je nodig: Schepnetje. Dit heb je nodig: Petrischaaltje Zoekkaart Waterdiertjes Loep In het water 1 Allemaal beestjes In sloten en plassen leven veel waterdiertjes zoals libellen, kikkers en visjes. In schoon water hebben deze waterbewoners het meer naar hun zin dan in vies water. In vies

Nadere informatie

Water leeft! Waterdieren onder de microscoop. Groep 7/8

Water leeft! Waterdieren onder de microscoop. Groep 7/8 p r oo c s o rd e d on 8 n iere ep 7/ d r te Gro Wa ic m e Water leeft! Waterdieren onder de microscoop Groep 7/8 Colofon Initiatief De samenwerkende NME-centra van Zuid-Holland Inhoud en tekst Werkgroep

Nadere informatie

Ga je mee op watersafari?

Ga je mee op watersafari? Informatie en reserveringen voor het Nationaal Park Weerribben-Wieden: www.np-weerribbenwieden.nl Beulakerpad 1 8326 AH Sint Jansklooster t 0527-246196 / 06-12890380 e n.vanderlaan@ivn.nl Ga je mee op

Nadere informatie

Aantekeningen Hoofdstuk 2: Planten, dieren, mensen BBL. 2.1 Namen 1 Hoe komen planten en dieren aan hun naam? De naam van een plant of een dier kan: *

Aantekeningen Hoofdstuk 2: Planten, dieren, mensen BBL. 2.1 Namen 1 Hoe komen planten en dieren aan hun naam? De naam van een plant of een dier kan: * Aantekeningen Hoofdstuk 2: Planten, dieren, mensen BBL 2.1 Namen 1 Hoe komen planten en dieren aan hun naam? De naam van een plant of een dier kan: * * * 2 Hoe kun je de naam van een organisme opzoeken?

Nadere informatie

INSECTEN. werkboekje

INSECTEN. werkboekje INSECTEN werkboekje 20 maart 2009 Dag lieve kleine vlinder Waar vlieg je toch naartoe? Breng jij misschien de eitjes weg, ben jij nu al moe? Jouw eitjes worden rupsjes. die groeien heel erg vlug. ook krijgen

Nadere informatie

Thema 4 Voortplanting

Thema 4 Voortplanting Naut samenvatting groep 8 Mijn Malmberg Thema 4 Voortplanting Samenvatting Zaad, plant, boom De voortplanting zorgt ervoor dat mensen, dieren en planten kunnen voortbestaan. Bij planten vindt de bevruchting

Nadere informatie

Les 5 Een goede bodem

Les 5 Een goede bodem Pagina 1 Les 5 Een goede bodem 1 Bodemsoorten-/Composthooples Er zijn verschillende soorten grond in Nederland. Elke soort grond is anders. Sommige planten houden van arme, voedingsloze grond en anderen

Nadere informatie

Een opzoekboekje voor insecten en ander klein grut!

Een opzoekboekje voor insecten en ander klein grut! Een opzoekboekje voor insecten en ander klein grut! Over dit zoekboekje Ze kruipen, sluipen, krinkelen en krioelen om ons heen. Onder boomschors verscholen, van de mooiste bloemen proevend, onder je bed

Nadere informatie