Afnameprotocol - Oneven Groep

Transcriptie

1 Afnameprotocol - Oneven Groep Lees dit document grondig vóór je begint! Hieronder vind je een stappenplan om de testen af te nemen. Neem dit document steeds mee naar een testafname. Stap 1 - Ik vertrek naar een testafname en neem mee: Wat cursief staat zit niet in het pakket dat je afhaalde op het secretariaat. 1. Een leerlingbundel (+ extra bundel) met daarin: Begeleidende brief ouders Informed consent Vragenlijst schrijfmotivatie Kennistest: Scoreformulier Woordspelling Scoreformulier Overige spelling Scoreformulier Morfologie en syntaxis Vragenlijst voor de leestekst Leestekst 'Hoe gevaarlijk is een tekenbeet' Antwoordformulier 'Hoe gevaarlijk is een tekenbeet' Vragenlijst na de leestekst 2. Afnamemateriaal voor mezelf: Dit afnameprotocol! Woordspelling: Verbeterwijzer Geluidsopname (via de website ter plaatse afspelen of afhalen op voorhand) Overige spelling: Verbeterwijzer Morfologie en syntaxis: Verbeterwijzer Algemeen: Computer Hoofdtelefoon of boxen van goeie kwaliteit 1 blauwe én 1 groene balpen (+ reserve) Chronometer (mag gsm zijn) Afnameprotocol Oneven Groep 1

2 Stap 2: Ik kom aan bij de leerling thuis en ik: 1. laat de ouders de begeleidende brief lezen. 2. laat de ouders de informed consent tekenen. 3. vraag of ik toegang krijg tot internet (dit heb ik nodig voor het laatste onderdeel van de kennistest). 4. zoek een stille plaats om de testen af te nemen. In de ruimte zijn enkel de leerling en ik aanwezig. Ik plaats me recht tegenover de leerling (indien mogelijk). 5. controleer of de geluidsinstallatie werkt. 6. neem in de correcte volgorde alle testen af. 7. respecteer de voorziene pauze. Afnameprotocol Oneven Groep 2

3 Stap 3: Testafname * Ik geef altijd zelf de nodige documenten aan de leerling. * Ik respecteer de volgorde waarin de documenten in het bundeltje zitten. Deze komt overeen met de volgorde in dit afnameprotocol. 1. Codering participanten: Op het eerste blad van de vragenlijst voor schrijfmotivatie laat ik de leerling alle persoonlijke gegevens invullen. Het unieke nummer dat de leerling krijgt is de combinatie van mijn studentennummer met daarna 1 of 2. In de rechterbovenhoek van elk blad schrijf ik dit nummer dat ik aan de leerling toekende. (Hiervoor is geen extra vakje voorzien, je mag het vrij opschrijven.) 2. Vragenlijst schrijfmotivatie: Ik geef de leerling de vragenlijst waarvan ze al het voorblad hebben ingevuld, en ik laat de leerling de vragenlijst invullen met de volgende instructies: "Je hebt zojuist een vragenlijst gekregen rond schrijven en spellen. Het is de bedoeling dat je deze waarheidsgetrouw invult. Er zijn geen goede of foute antwoorden, alleen eerlijke en oneerlijke. Probeer dus zo snel en zo eerlijk mogelijk te antwoorden. Zowel de voor- als achterkant van de bladen zijn bedrukt. Je krijgt hiervoor ongeveer 25 minuten de tijd." Wanneer de leerling klaar is (indien nodig mag je de 25 minuten overschrijden) haal je de vragenlijst op. 3. Kennistest: 3.1. Woordspelling (15') Testmateriaal: Scoreformulier 'Woordspelling' (leerlingbundel) Verbeterwijzer 'Woordspelling' Geluidsopname 'Woordspelling' Computer Hoofdtelefoon of boxen van goeie kwaliteit 1 blauwe én 1 groene balpen Afnameprotocol Oneven Groep 3

4 Verloop: Deel 1 Geef de leerling een blauwe pen en het scoreformulier 'Woordspelling'. (de groene pen is voor later) Geef de leerling de volgende opdracht (wat cursief staat moet je uitvoeren): "Vul rechts bovenaan je gegevens in. Enkel je naam en de datum van vandaag zijn voldoende, de rest laat je open. Je naam kan je invullen in het vak ID." "Met de volgende test gaan we jouw spellingsvaardigheid op woordniveau na. Door middel van een geluidsopname worden een aantal woorden gedicteerd. Het is de bedoeling dat je deze woorden opschrijft volgens de correcte Nederlandstalige spelling. Je moet de woorden in dezelfde volgorde opschrijven als dat ze voorgelezen worden. Je begint hier (duid 'lijn 1' aan) en je gaat op de achterkant van dit blad verder (blad omdraaien). Het tempo van het dictee ligt hoog. Als je niet kan volgen, probeer je het woord dat je het laatst hoorde volledig op te schrijven, sla je het volgende woord over en pik je terug aan bij het woord dat hierop volgt. Er is ook een achterkant aan het blad. Na het dictee zullen de overgeslagen woorden opnieuw gedicteerd worden en mag je het dictee aanvullen. Van de laatste kolom met bolletjes in moet je je niets aantrekken. Dat is voor straks." "Ben je klaar? Dan start ik nu de geluidsopname" (start geluidsopname) Verloop: deel 2 Als de opname stopt neem je jouw 'verbeterwijzer' bij de hand zodat je woorden kan herhalen die de leerling straks aangeeft. Je vertelt verder: "Je mag de blauwe balpen teruggeven en je krijgt deze groene in de plaats. Nu is het de bedoeling dat je de verschillende woorden overloopt. Als je merkt dat je een woord niet invulde, dan zeg je het nummertje van de rij waar het woord ontbreekt zodat ik het opnieuw kan dicteren. Je dient de woorden in het groen aan te vullen. Als je nog een fout ziet, mag je die ook in het groen verbeteren. Na je verbetering moet je nu ook per woord aanduiden hoe zeker je bent dat je het woord correct hebt geschreven. Je doet dit door het juiste bolletje in te kleuren. (Je neemt het formulier, wijst aan en zegt: onzeker (ik gok) - bijna zeker (ik denk het) - heel zeker (ik weet het zeker)" Afnameprotocol Oneven Groep 4

5 PAUZE (15 minuten): Veel leerlingen zullen hun resultaat willen weten, ga hier echter niet op in. Dit kan de motivatie van de leerling, en dus ook je onderzoek, beïnvloeden! 3.2. Overige spellingsregels (10') Testmateriaal: Scoreformulier 'Overige spellingsregels' (leerlingbundel) Verloop: Geef de leerling een blauwe pen en het scoreformulier 'Overige spellingsregels'. Geef de leerling de volgende opdracht (wat cursief staat moet je uitvoeren): "Vul opnieuw je gegevens bovenaan rechts in. Enkel je naam en de datum van vandaag zijn voldoende, de rest laat je open. Je naam kan je invullen in het vak ID." " Ook deze test is een spellingstest. Hier zullen andere spellingsregels aan bod komen. Op dit blad (tonen) staan een aantal woorden of zinnen opgesomd. In een aantal van deze woorden/zinnen zijn fouten opgenomen, andere zijn dan weer juist geschreven. Het is de opdracht de fouten te verbeteren. Je kan kiezen uit één van de volgende acties: letter(s) verbeteren, aanvullen of weglaten; hoofdletter(s) toevoegen of wegnemen; leestekens(s) verbeteren, aanvullen of weglaten; woordteken(s) (. - ' ^ ` ) verbeteren, aanvullen of weglaten; spatie(s) toevoegen (schrijf dan een / ) of wegnemen (schrijf dan een () ). Per opgave is maximaal 1 actie vereist. Dit betekent dat, als je bijvoorbeeld woordtekens aan het aanpassen bent, je nooit een hoofdletter zal moeten aanvullen. Het kan wel zijn dat je meerdere woordtekens moet verbeteren. Een opgave kan als zin worden beschouwd als er een werkwoord in voorkomt. Geef per opgave aan hoe zeker je bent van je antwoord (onzeker (ik gok) - bijna zeker (ik denk het) - heel zeker (ik weet het zeker)). Er is opnieuw een achterkant om in te vullen." "Ben je klaar? Dan mag je nu starten" Afnameprotocol Oneven Groep 5

6 3.3 Morfologie en syntaxis (10') Testmateriaal: Scoreformulier 'Morfologie en syntaxis' (leerlingbundel) Setting Geef de leerling een blauwe pen en het scoreformulier 'Morfologie en syntaxis. Geef de leerling de volgende opdracht (wat cursief staat moet je uitvoeren): "Vul opnieuw eerst je gegevens bovenaan rechts in. Enkel je naam en de datum van vandaag zijn voldoende, de rest laat je open. Je naam kan je invullen in het vak ID" " Zodadelijk zal je een aantal zinnen overlopen. In de zinnen zijn een aantal fouten opgenomen. Deze fouten zijn morfologisch of syntactisch van aard. Dit wil zeggen dat er fouten op woord- of zinsniveau in kunnen voorkomen. Werkwoordvervoegingen, stijlfouten, dan-of-als-regels,... zijn hier voorbeelden van. Zoek naar eventuele fouten en verbeter ze. Niet alle zinnen zijn foutief geschreven. Het maximum aantal fouten in een zin is 1. Geef, na iedere zin, aan hoe zeker je bent van je beslissing (onzeker (ik gok) - bijna zeker (ik denk het) - heel zeker (ik weet het zeker)). Er is opnieuw een achterkant om in te vullen." "Ben je klaar? Dan mag je nu starten" Afnameprotocol Oneven Groep 6

7 3.4. Samenvatting schrijven (30') Testmateriaal: Vragenlijst voor de leestekst Leestekst 'Hoe gevaarlijk is een tekenbeet' Antwoordformulier 'Hoe gevaarlijk is een tekenbeet' Vragenlijst na de leestekst Verloop: deel 1 Geef de leerling een blauwe pen en de 'Vragenlijst voor de leestekst'. Geef de leerling de volgende opdracht: "Voor we met de laatste oefening beginnen wil ik jullie vragen om deze vragenlijst waarheidsgetrouw in te vullen. Jullie krijgen hiervoor 5 minuten." Verloop: deel 2 Neem je chronometer bij de hand. Stel hem in zodat hij na 1, 2 en 3 minuten afgaat. Geef de leerling de volgende opdracht (pas daarna krijgen ze de leestekst): "De volgende taak bestaat uit het stillezen van een tekst. De tekst bestaat uit twee pagina s en gaat over tekenbeten. Je leest hem in één keer door, herhaal stukken niet, ook al vind je ze moeilijk. Je start op mijn teken met het lezen van de tekst in stilte. Na 1 minuut, 2 minuten en 3 minuten klop ik even op tafel: zet dan een streepje onder het woord dat je net hebt gelezen. Lees dan gewoon rustig verder. Na het derde klopje lees je gewoon de tekst volledig uit en laat je weten dat je klaar bent." Geef de leerling een blauwe pen en de leestekst 'Hoe gevaarlijk is een tekenbeet'. Zeg 'start' en start de chronometer. Klop na 1, 2 en 3 minuten op tafel en noteer de eindtijd in de rechterbovenhoek van de leestekst. (onder het unieke leerlingnummer) Neem de tekst weg. Afnameprotocol Oneven Groep 7

8 Verloop: deel 3 Geef de leerling de volgende opdracht (pas daarna krijgen ze het antwoordformulier 'Hoe gevaarlijk is een tekenbeet'): "Nu maak je een samenvatting van de tekst op het hiervoor voorziene blad. Je mag geen gebruik maken van kladpapier en ook mag je de tekst niet meer gebruiken. Je kiest zelf hoe lang je de tekst maakt maar je vermeldt wel enkel de hoofdzaken. Ook hier zal ik even op tafel kloppen wanneer er 1, 2 en 3 minuten voorbij zijn. Zet ook dan een streepje onder het woord dat je net hebt geschreven en werk rustig verder. Wanneer je klaar bent, leg je je pen op tafel. Probeer zo goed mogelijk door te werken. De tijd wordt telkens genoteerd. Zorg er anderzijds wel voor dat je tekst volledig en begrijpbaar is. " Geef de leerling een blauwe pen en het antwoordformulier 'Hoe gevaarlijk is een tekenbeet'. Zeg 'start' en start de chronometer. Klop na 1, 2 en 3 minuten op tafel en noteer de eindtijd in de rechterbovenhoek van het antwoordformulier 'Hoe gevaarlijk is een tekenbeet'. (onder het unieke leerlingnummer) Verloop: deel 4 Geef de leerling een blauwe pen en de 'Vragenlijst na de leestekst'. Geef de leerling de volgende opdracht: "Na het schrijven van deze samenvatting wil ik jullie vragen om deze vragenlijst waarheidsgetrouw in te vullen. Jullie krijgen hiervoor 1 minuut." 3.5. Lextale (5') Ga naar de website Ga naar Take Test en selecteer onderaan 'Dutch'. Afnameprotocol Oneven Groep 8

9 Vervolgens vul je de naam in van de leerling en jouw adres. Daarna druk je op next. Naam leerling Jouw adres Laat de leerling nu alleen de instructies lezen zoals die op het scherm hieronder verschijnen. Dan drukt hij/zij op start en doorloop de test. Wanneer de test afgelopen is krijg je onderstaand scherm te zien. Zorg ervoor dat jouw adres ingevuld staat. Voor de zekerheid schrijf je het percentage op de achterkant van 'Vragenlijst na de leestekst'. Klik dan op 'Send'. Afnameprotocol Oneven Groep 9

10 Stap 4: Bedank de leerling voor zijn/haar deelname! Stap 5: Data verwerken en ingeven (dit doe je thuis) Verbetersleutel.pdf DatabestandIngeven.pdf Databestand.xlsx Afnameprotocol Oneven Groep 10