Aanbouw-wentelploegen (Super-)Albatros Variant (Super-)Albatros Vari-HydroAvant. Machinen-Nr. NL: Gebruikshandleiding

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Aanbouw-wentelploegen (Super-)Albatros Variant (Super-)Albatros Vari-HydroAvant. Machinen-Nr. NL: Gebruikshandleiding"

Transcriptie

1 Aanbouw-wentelploegen (Super-)Albatros Variant (Super-)Albatros Vari-HydroAvant Machinen-Nr. NL: Gebruikshandleiding

2 07.008

3 Voor het in gebruik nemen van de machine moet u deze gebruikshandleiding en de veiligheidsaanwijzingen ( Voor uw veiligheid ) zorgvuldig lezen - en opvolgen. De bediener moet geïnstrueerd zijn over het gebruik, het onderhoud en de veiligheidseisen en bekend zijn met de gevaren. Geef alle veiligheidsaanwijzingen ook door aan andere gebruikers. De van toepassing zijnde ongevalpreventievoorschriften, evenals de algemeen erkende veiligheidstechnische voorschriften, ARBO-voorschriften en het wegenverkeersreglement moeten opgevolgd worden. Let op de Waarschuwingssymbolen! (DIN 4844-W9) Aanwijzingen in deze handleiding met deze symbolen en waarschuwingssymbolen aan de machine waarschuwen voor gevaar! Let op! - symbool wijst op veiligheidsaanwijzingen die, als ze niet opgevolgd worden, gevaar voor de machine en de werking kunnen veroorzaken. Aanwijzing - symbool wijst op machinespecifieke bijzonderheden, die voor de onberispelijke werking van de machine op te volgen zijn. Verlies van garantie De machine is uitsluitend geconstrueerd voor de gebruikelijke toepassingen in de landbouw. Elk ander gebruik geldt als niet bedoeld gebruik en sluit alle aansprakelijkheid voor de hierdoor ontstane schade uit. Voor bedoeld gebruik hoort ook het nakomen van de voorgeschreven gebruiks-, onderhouds- en servicevoorwaarden alsook het exclusieve gebruik van originelereserveonderdelen. Bij het gebruik van accessoires en/of onderdelen van derden (slijt- en reserveonderdelen), die niet door Rabe vrijgegeven zijn, vervalt alle garantie. Eigenhandig uitgevoerde reparaties resp. veranderingen aan het werktuig en onvoldoende toezicht tijdens het gebruik sluiten elke aansprakelijkheid voor de daaruit resulterende schade uit. Eventuele gebreken bij levering (transportschade, onvolledigheid) moeten direct schriftelijk gemeld worden. Garantieclaims en de van toepassing zijnde garantievoorwaarden resp. beperkingen van de ansprakelijkheid zijn conform onze levervoorwaarden

4 4 05.0

5 Inhoudsopgave Bepaling van de waarschuwingssymbolen aan de machine...6 Bepalingen van de waarschuwingssymbolen aan de machine...7 Verklaring van de waarschuwingssymbolen...8 Voor uw veiligheid...0 Algemeen...0 Algemene veiligheidsaanwijzingen...0. Bedoeld gebruik...0. Algemene veiligheidsaanwijzingen en ongevalpreventievoorschriften.... Aangebouwde machines....3 Hydraulische installatie....4 Onderhoud... Machinegegevens...3 Montage...5 Hydraulische slangen koppelen (beschermkapkleur)...7 Wenteltest...7 Basisinstelling...8 Treklijn...8 Eerste lichaam-werkbreedte...9 Inzet op de akker...0 Werkdiepte...0 Over buik / over rug...0 Werkbreedteverstelling... Risterverlengstroken... Pakkerarm...3 Mestinlegger / voorschaar...4 Inlegafstrijkplaten...4 Schijfkouters...5 Ondergrondwoeler...5 Breekboutbeveiliging...6 Automatische steenbeveiliging HydroAvant...7 Transport - Ploeg zonder combiwiel...8 Transport - Ploeg met combiwiel...8 Omzetten in werkstand...8 Ploeg afkoppelen...9 Onderhoud...30 Restgevaren...3 Opgelet / transport

6 Bepaling van de waarschuwingssymbolen aan de machine

7 Bepalingen van de waarschuwingssymbolen aan de machine

8 Verklaring van de waarschuwingssymbolen Algemeen Waarschuwingssymbolen wijzen op mogelijk gevaarlijke zones; geeft aanwijzingen voor de werking zonder gevaar van de machine. De waarschuwingssymbolen zijn een bestanddeel van de machine. De waarschuwingssymbolen steeds zichtbaar houden (vrij van vuil) en bij beschadiging dienen deze te worden vervangen zij dienen betrokken te worden van Rabe [voor bestelnummer: zie onderdelenboek]. Voor ingebruikname gebruikshandleiding lezen Veiligheidsaanwijzingen opvolgen. Transport- en montageaanwijzingen opvolgen Accumulator staat onder druk Uitbouw en herstelling enkel uitvoeren volgens aanwijzing in het technische handboek Meerijden op de machine gedurende het werk en bij transport is niet toegelaten Laadbrug resp. platform alleen bij stilstaande - gemonteerde of veilig afgesteunde - machine betreden. Letten op de positie van de afsluitkraan Bij rijden op de openbare weg in blokkeerpositie brengen. Gedurende het werk de afsluitkraan openen Afstand houden Ploeg draait en zwenkt. Zich niet in het zwenkbereik ophouden

9 Albatros / Super-Albatros max.000/min max.00 bar Werkdruk / Omwentelingsfrequentie De werkdruk in de hydraulische installatie mag maximaal 00 bar zijn! De omwentelingsfrequentie van de aftakas mag maximaal 000 t/min bedragen! Knelgevaar bij oponthoud tussen tractor en machine Bij aankoppelen van de machinecombinatie aan de tractor mogen zich geen personen tussen tractor en machine ophouden! Bij het bedienen van de buitenbediening voor de driepunt niet tussen tractor en machine stappen. Voor instelling, onderhoud of herstelling de gebruikshandleiding lezen Veiligheidsaanwijzingen opvolgen. Instel- en montageaanwijzingen in acht nemen Na eerste gebruik alle bouten aantrekken Verder regelmatig alle bouten op vaste bevestiging controleren. Speciale aanhaalmomenten zie gebruikshandleiding resp. onderdelenboek. Momentsleutel gebruiken

10 Voor uw veiligheid Algemeen Deze paragraaf bevat algemene gedragsregels voor het bedoeld gebruik van de machine en veiligheidstechnische aanwijzingen, die u voor uw eigen veiligheid altijd moet opvolgen! De opsomming is zeer uitgebreid, enkele aanwijzingen zijn niet van toepassing op de geleverde machine. De samenvatting van deze aanwijzingen herinnert u echter vaak aan onbewust genegeerde veiligheidsvoorschriften bij het alledaags gebruik van machines. Algemene veiligheidsaanwijzingen Bij het aan- en afkoppelen mogen geen personen tussen tractor en machine staan; ook bij de bediening van de hydraulische buitenbediening niet tussen tractor en werktuig gaan staan! Letselgevaar! De tractorhydraulica voor het aan- en afkoppelen in zweefstand plaatsen! Vóór ieder gebruik tractor en machine op bedrijfs- en verkeersveiligheid controleren; de gebruiker is verantwoordelijk voor de veiligheid! Zorg voor een veilige bestuurbaarheid; eventueel gewichten aanbrengen aan de voorkant van de tractor! In de buurt van de stangen van de driepuntsbevestiging bestaat letselgevaar doorh knel- en schaarplaatsen! Voor gebruik van de machine resp. bij rijden erop letten, dat zich niemand in de buurt van de machine bevindt! Opstijgen en meerijden op de machine en het oponthoud in de gevarenzone zijn verboden! Afstand houden! Voor het verlaten van de tractor de machine laten zakken, motor afzetten en contactsleutel uittrekken! Instel- en onderhoudswerkzaamheden slechts uitvoeren, wanneer de machine gezakt is! Beveiligingsinstallaties dienen bij werking volledig aangebracht te zijn! Op steile hellingen (op beddinglijn) zwaartepuntplaats in aanmerking nemen bij het uitheffen. Tijdens transport de besturingsinrichtingen van de hydraulische installatie van de tractor tegen onbedoelde bediening vergrendelen! Voor de eerste inzet en na lang niet gebruiken alle lagers op voldoende smering en vaste bevestiging van alle bouten controleren! - maximale lengte voertuigcombinatie (tractor + machine) m - Breedte,55 m maximaal 3 m - Hoogte maximaal 4 m - maximaal totaalgewicht voertuigcombinatie 6 t, daarvan 0% op de vooras.. Bedoeld gebruik De machine is uitsluitend geconstrueerd voor de gebruikelijke toepassingen bij agrarische werkzaamheden (bedoeld gebruik). Elk ander daarbuiten vallend gebruik geldt als niet bedoeld gebruik. Voor de hieruit ontstane schade is de fabrikant niet aansprakelijk; het risico hiervoor ligt uitsluitend bij de gebruiker. Tot het bedoeld gebruik hoort ook het opvolgen van de door de fabrikant voorgeschreven gebruiks-, onderhouds- en instandhoudingsvoorschriften. De machine mag alleen gebruikt en onderhouden worden door personen die hier mee vertrouwd zijn en over de gevaren geïnstrueerd zijn. Geef alle veiligheidsaanwijzingen ook door aan andere gebruikers. De van toepassing zijnde ongevalpreventievoorschriften, evenals de algemeen erkende veiligheidstechnische voorschriften, ARBO-voorschriften en het wegenverkeersreglement moeten opgevolgd worden. Eigenhandig uitgevoerde reparaties resp. veranderingen aan de machine en onvoldoende toezicht tijdens het gebruik sluiten elke aansprakelijkheid voor de daaruit resulterende schade uit

11 . Algemene veiligheidsaanwijzingen en ongevalpreventievoorschriften Vóór ieder gebruik tractor en machine op bedrijfs- en verkeersveiligheid controleren; Volg de algemeen geldende veiligheidsaanwijzingen en ongevalpreventievoorschriften op! De op de machine aangebrachte waarschuwingen en instructies geven belangrijke aanwijzingen voor een veilig gebruik; het opvolgen hiervan dient voor uw eigen veiligheid! Bij het gebruik van de openbare weg de betreffende bepalingen opvolgen! Zorg dat u vóór gebruik vertrouwd bent met alle inrichtingen en bedieningselementen en de werking hiervan. Tijdens het gebruik is het hier te laat voor! De kleding van de gebruiker moet nauw aansluiten. Losse kleding vermijden! Ter vermijden van brandgevaar de machine zuiver houden! Vóór het wegrijden en het in gebruik nemen de directe omgeving controleren! (Kinderen!) Zorg dat u voldoende zicht hebt! Het meerijden tijdens de werkzaamheden en het transport is verboden! Machines volgens de voorschriften aankoppelen en alleen aan de voorgeschreven inrichtingen bevestigen! Tijdens het aan- en afkoppelen van de tractor moet u extra voorzichtig zijn! Tijdens het monteren en demonteren de beschermingsuitrusting in de juiste stand zetten! (Stabiliteit!) Gewichten altijd volgens de voorschriften aan de daarvoor voorziene bevestigingspunten aanbrengen! Rekening houden met toelaatbare aslasten, totaalgewicht en transportafmetingen! Transportuitrusting - zoals verlichting, waarschuwingsinrichtingen en evt. beschermingsinrichtingen controleren en monteren! Ontgrendelingskabels van snelkoppelingen moeten loshangen en mogen in de onderste stand niet uit zichzelf ontgrendelen! Verlaat de cabine nooit tijdens het rijden! Rijgedrag, bestuurbaarheid en remvermogen worden beïnvloed door aangebouwde of aangehangen machines en ballastgewichten. Zorg daarom voor voldoende bestuurbaarheid en remvermogen! Houd bij het rijden van bochten rekening met de uitzwenkbreedte en het uitzwenkend gewicht van de machine! Machines alleen in gebruik nemen als alle beschermingsinrichtingen aangebracht en in de beschermende stand staan! Het oponthoud in de werkzone is verboden! Niet in de draai- en zwenkzone van de machine gaan staan! Op extern bekrachtigde onderdelen (bijv. hydraulisch) bestaat letselgevaar door knellen en scharen! Vóór het verlaten van de tractor de machine op de grond zetten, motor uitzetten en sleutel uit het contactslot trekken! Er mag niemand aanwezig zijn tussen tractor en machine, zonder dat de machine door de parkeerrem en/ of door wielblokken beveiligd is tegen wegrollen! Ingeklapte frames en hefinrichtingen borgen in de transportstand!. Aangebouwde machines Vóór het aankoppelen of afkoppelen van machines aan de driepuntshefinrichting: bedieningsinrichting in de stand zetten waarbij onbedoeld heffen of zakken uitgesloten is! Bij driepuntsmontage dienen de montagecategorieën bij tractor en machine volstrekt overeenstemmen of op elkaar afgestemd worden! In de buurt van de stangen van de driepuntshefinrichting bestaat letselgevaar door knellen en scharen! Ook bij de bediening van de buitenbediening voor de aan de driepuntshefinrichting gemonteerde machine niet tussen tractor en machine gaan staan! In de transportstand van de machine altijd letten op voldoende zijdelingse begrenzing van de beweging van de driepuntshefinrichting van de tractor! Bij het rijden op de openbare weg met geheven machine moet de bedieningshendel vergrendeld zijn zodat de machine niet kan zakken! 05.0

12 .3 Hydraulische installatie Hydraulische installatie staat onder hoge druk! Let bij het aansluiten van hydraulische cilinders en motoren op de juiste aansluiting van de hydraulische slangen! Zorg dat tijdens het aansluiten van slangen aan de hydraulische installatie van de tractor dat zowel de hydraulische installatie aan de tractorkant als aan de machinekant drukloos is! Bij hydraulische werkingsverbindingen tussen tractor en machine dienen koppelingsmoffen en -stekkers gekenmerkt worden, zodat foutieve bedieningen uitgesloten worden! Bij het verwisselen van de aansluitingen keert de functie om (bijv. heffen/neerlaten) - ongevalgevaar! Hydraulische slangen regelmatig controleren en bij beschadigingen en veroudering vervangen! De vervangende hydraulische slangen moeten voldoen aan de technische eisen van de machinefabrikant! Bij het lekzoeken vanwege letselgevaar geschikte hulpmiddelen gebruiken! Onder hoge druk uittredende vloeistoffen (hydraulische olie) kunnen doordringen in de huid en zwaar letsel veroorzaken! Bij letsel direct een arts bezoeken! lnfectiegevaar! Vóór werkzaamheden aan de hydraulische installatie de machine neerzetten, installatie drukloos maken, motor uitzetten en sleutel uit het contactslot trekken!.4 Onderhoud Reparatie-, onderhouds- en reinigingswerkzaamheden en altijd alleen bij uitgeschakelde aandrijving en stilstaande motor uitvoeren! Sleutel uit het contactslot trekken! Regelmatig controleren of alle bouten en moeren goed vastzitten en indien nodig natrekken! Bij onderhoudswerkzaamheden bij opgeheven machine de machine altijd beveiligen door geschikte ondersteuningen! Tijdens het wisselen van werktuigen met snijkanten altijd geschikt gereedschap en handschoenen gebruiken! Olie, vet en filters altijd volgens de voorschriften afvoeren en verwerken! Vóór werkzaamheden aan de elektrische installatie altijd de stroomtoevoer scheiden! Bij elektrische laswerkzaamheden aan de tractor en aangebouwde machine de kabels van de dynamo en accu losmaken! Reserveonderdelen moeten minimaal voldoen aan de door de machinefabrikant vastgelegde technische eisen! Gebruik daarom voor uw eigen veiligheid alleen originele reserveonderdelen! 05.0

13 Machinegegevens A H max. H B max. 500 mm Aantal scharen Type ** Gewicht ca. kg (voor tractor tot ca. kw/pk) Framehoogte cm Max. hoogte (mm) Lengte A (mm) Werkbreedte B min. - max. (mm) Albatros V 0 M 06 (96 / 57 ( / 53 (5 / Albatros VHA 0 MS 30) 57 50) ) - 75/ Super-Albatros V 40 M (77 / (47 / (6 / 40) 00) 0) Super-Albatros VHA 40 M Super-Albatros V 60 M 580 (6 / 0) 848 (77 / 40) 080 (9 / 60)

14 Albatros : Kat.II, III of III kort Super-Albatros : Kat.III of III kort (koppelstang wisselbaar) Variant met breekboutbeveiliging Vari-HydroAvant met Hydro-steenbeveiliging Uitrusting: frameprofiel 40 of 60 mm, mechanische of hydraulische werkbreedteverstelling, hydraulische wenteling dubbelwerkend, mechanische trekpuntinstelling of hydraulisch bij framewentelinstallatie, eerste lichaam-werkbreedteaanpassing door parallelverschuiving met spindel of hydraulisch. Opties: Mestinlegger/maïsinlegger (ca. 35 kg per paar), inlegafstrijkplaten (ca. 4 kg), schijfkouters ( Variant enkel achterste gedeelte) glad of getand (ca. 45 kg, geveerd 5 kg), tipkouters (ca. 6 kg), ondergrondwoeler (ca. 6 kg), steunwiel metalen of luchtbanden (ca. 95 kg), combiwiel (ca. 45 kg), pakkerarm (ca. 90 kg bij Variant, 5 kg bij Avant/HydroAvant ), verlichtingsbalk

15 Montage Op gelijke aansluitmaten letten (cat.: tractor/machine). Trekstangen van de tractor even hoog plaatsen en na aankoppelen begrenzen op beperkte zijdelingse speling; voor transport zijdelings vast. Bandenspanning van de tractor controleren en doorrijbreedte tussen de banden controleren; de maat dient vooraan en achteraan ca. gelijk te zijn, de binnenzijden van de banden dienen in één lijn te liggen (/). De druk in het hydraulische systeem mag niet meer dan 00 bar zijn! De trekstangen op gelijke hoogte plaatsen. Ter vermindering van de wrijving aan de trekstangvanghaken en ter vermijding van schade aan de trekstang-koppeldelen, wordt een losse kogelhuls (/) met klemopvangprofiel (/) aangeraden. De kogel is daarbij op de ingevette koppelstang draaibaar

16 Koppelstang (3/) zodanig aanbrengen, dat de ploeg hoog genoeg geheven wordt, resp. bij trekken de trekstangen passend staan volgens tractor-gebruikshandleiding. 3 De topstang in de ploegkop zodanig aanbrengen, dat hij bij het werk met de ploeg lichtjes omhoog gaat (de topstangpen beveiligen tegen verdraaien zie 4/; op de tegenovergestelde zijde schijf en borgpen). De koppelinrichting (driepuntshefinrichting) op de juiste manier borgen

17 Hydraulische slangen koppelen (beschermkapkleur) Wentelen dubbelwerkend stuurventiel (rood); op functie heffen de slang van de cilinderaansluiting P aan cilinder gekenmerkt. Mogelijk is ook de aansluiting aan een enkelwerkend stuurventiel plus separate terugloop naar de tank slang van de cilinderaansluiting T ; hierbij is een hydraulisch bestuurde pakkerarm met extra enkelwerkend stuurventiel vereist. Breedteverstelling dubbelwerkend stuurventiel (groen), eerste lichaam-breedteaanpassing dubbelwerkend stuurventiel (blauw), HydroAvant enkelwerkend stuurventiel (wit). Wenteltest Ploeg heffen. Steunpoot omhoog plaatsen. Stuurventiel zo lang op heffen, tot de ploeg gewenteld is en tegen de spindel ligt (5/), resp. bij framewentelinstallatie opnieuw volledig gewenteld is dan stuurventiel op neutraal. Na ca. 8 seconden kan een nieuwe wenteling begonnen worden stuurventiel weer op heffen plaatsen. Wordt het stuurventiel gedurende korte tijd op dalen geplaatst, kan direct met een nieuwe wenteling begonnen worden. Blijkt bij het wentelen, dat de ploeg niet hoog genoeg geheven wordt (ondanks onder aangebrachte koppelstang), dan dienen de hefstangen van de driepuntshefinrichting ingekort te worden. Is dit niet voldoende, dan de topstang aan de ploeg hoger aanbrengen. 5 Controleer, dat de geheven ploeg ook bij het wentelen nergens tegenaan stoot, bv. tegen de openstaande achterruit!

18 Basisinstelling Trekpunt (6/Z) en eerste lichaam-werkbreedte (6/B) kunnen vooraf op het erf bij benadering ingesteld worden. De fijninstelling gebeurt dan bij het inzetten. In het instelcentrum zijn beide instelinrichtingen overzichtelijk bepaald en gescheiden te verstellen. De basisinstelling gebeurt bij gemiddelde werkbreedteinstelling (ca. 4 cm per lichaam bij Albatros Vari-Avant 40 3/50 ) met cilinder (6/3) resp. spindel instellen. 3 6 Treklijn Met spindel (6/) resp. cilinder (aanslag 7/) de machine in de rijrichting parallel aan de wentelas plaatsen

19 Eerste lichaam-werkbreedte met spindel (6/, resp. hydraulisch) de maat (C) instellen (horizontale afstand van het midden van de wentelas tot het eerste lichaam bij rechte ploegstand). De maat (C) is o.a. afhankelijk van de binnenafstand van de banden (A = afstand tussen de banden) en de werkbreedte per lichaam (B); is de gemiddeelde werkbreedte per lichaam in de tabel niet vermeld, dan is de maat (C) als tussenwaarde te nemen zie voorbeeld b. Kleine breedte Werkbreedte per lichaam B A C: Afstand wentelas tot installatie (cm) eerste lichaam Voorbeelden: a) gemiddelde werkbreedte per lichaam 40 cm afstand tussen de banden 30 cm maat C 8 cm b) gemiddelde werkbreedte per lichaam 4 cm afstand tussen de banden 30 cm maat C 7 cm Hydraulische eerste lichaam-breedteaanpassing niet onder belasting gebruiken alleen bij geheven machine verstellen

20 Inzet op de akker De trekstangen van de tractor moeten zich tijdens het werk zijdelings kunnen bewegen. In geheven positie moeten ze, voor zover de installatie van de tractor het toelaat, zijdelings vast zijn. 8 Werkdiepte Met de driepuntshefinrichting in het bereik trekkrachtregeling resp. mengregeling de gewenste diepgang kiezen. Met de topstang de gelijkmatige werkdiepte van alle ploeglichamen instellen het ploegframe moet parallel aan het bodemoppervlak liggen. Voor een beter beginnen van de voor en om de driepuntshefinrichting van de tractor te ontlasten, is het bij de trekstangregeling eventueel een voordeel, de topstang in het sleufgat aan de ploeg aan te brengen; daarbij de topstangpen vooraan in het sleufgat stellen. Bij uitvoering met een steunwiel resp. combiwiel wordt dit pas na de gewenste diepte-instelling in contact gebracht met de bodem alleen steunwerking. Diepte-instelling met spindel (9/ resp. 0/); een dieptecompensatie van linker naar rechter ploegzijde kan worden veranderd door het draaien van de aanslag excenter (9/ resp. 0/) Over buik / over rug Elke ploegzijde wordt afzonderlijk ingesteld. Bodemoppervlak en ploeglichaam dienen in een rechte hoek (90 ) ten opzichte van elkaar te staan (zie fig.). - Spindel (9/) voor rechtswerkende ploegzijde - Spindel (9/) voor linkswerkende ploegzijde Met de over buik- en over rug-verstelling kan ook de diepte van het voorste ploeglichaam ingesteld worden. Werkt het eerste lichaam van een ploegzijde te ondiep, dan kan dit door de ploeg meer over buik te stellen gecompenseerd worden

21 Treklijn en eerste lichaamwerkbreedte Een eventuele trekijncorrectie resp. eerste lichaam-werkbreedteaanpassing bij gemiddelde werkbreedte-instelling uitvoeren (zie basisinstelling ). Moeten beide instellingen gecorrigeerd te worden, eerst treklijn dan breedteaanpassing. Latere aanpassingen van de werkbreedte van het eerste lichaam die o.a. resulteren uit andere werkdiepten resp. hellingen beïnvloeden de treklijninstelling in onbelangrijke mate Treklijn (positie van de trekstangen): de tractor moet zonder zijdelingse druk door de voor lopen. Wanneer de zijdelings beweegbare trekstangen zich niet ongeveer in het midden van de tractor bevinden en daardoor zijdelingse druk optreedt, dient dit met spindel resp. cilinder (6/) gecorrigeerd te worden (aan cilinder de aanslag / verdraaien sleutel /3 met bout /4 beveiligen in de sleuf). Spindel/cilinder (6/) korter driepuntshefinrichting trekt naar het geploegde Spindel/cilinder (6/) langer driepuntshefinrichting trekt naar het ongeploegde Trekt de tractor bv. voor naar het geploegde, dan de spindel resp. cilinder ietwat inkorten. Cilinder steeds tegen de aanslag laten steunen. 3 Eerste lichaam-werkbreedte: moet aan de werkbreedte van de andere lichamen aangepast worden. Met spindel (6/) resp. hydraulisch het ploegframe parallel verschuiven: Ploegframe naar het geploegde verschuiven eerste lichaam smaller Ploegframe naar het ongeploegde verschuiven eerste lichaam breder Hydraulische eerste lichaam-breedteaanpassing niet onder belasting gebruiken alleen bij geheven machine verstellen. 05.0

22 Werkbreedteverstelling Na de basisinstelling (treklijn, eerste lichaambreedte) kan met spindel resp. cilinder (6/3) de gewenste werkbreedte ingesteld worden; hydraulisch: in kleine stappen tijdens het rijden. De treklijn en de eerste lichaam-werkbreedte worden daarbij automatisch aangepast. spindel/cilinder langer werkbreedte kleiner spindel/cilinder korter werkbreedte groter 3 6 Risterverlengstroken (indien gemonteerd, /) Allemaal gelijkmatig instellen; niet te diep, opdat zij niet in de geploegde bodem blijven staan. 05.0

23 3 Pakkerarm Voor transport en voor het aanploegen kan de pakkerarm inzwenken en vastgezet worden; bij HydroAvant kan het buitenste deel van de arm naar voor draaien (3/), bij Variant de trekstang naar (4/) omsteken. In werkpositie de arm in een rechte hoek ten opzichte van de rijrichting plaatsen bij HydroAvant het buitenste deel van de arm draaien en vastzetten, bij Variant de trekstang (4/) in de overeenkomstige gatenrijen aanbrengen. (Is bij het aanploegen de pakkerarm ingedraaid, kan deze het uitwijkende overbelaste lichaam aanstoten; daarom voorzichtig aanploegen resp. eerst met voldoende ruimte de pakkerarm in werkpositie brengen.) Bij hydraulische vangarm en ontkoppelinstallatie de pennen (4/) in de vanghaken plaatsen, wanneer de pakkerarm bij geheven ploeg rondom obstakels dient meegetrokken te worden. Het bedienen van de ontkoppelinstallatie bij aansluiting aan de wentelcilinder gebeurt door het druk geven in de tegenovergestelde richting dan men wentelt druk op aansluiting T (is op de wentelcilinder aangegeven)

24 3 4 Mestinlegger / voorschaar Voorscharen en schijven worden bij werkbreedtewijziging automatisch versteld. 3 5 De positie tot het ploeglichaam, de afstand voor het ploeglichaam en de diepte instellen. Opzij van het lichaam door steel. Afstand voor het lichaam door draaien van de geleidingsplaat (5/4) en steel. De diepte zodanig begrenzen, dat de schaarsnede over de gehele breedte recht in de bodem werkt. Letten op eenzelfde instelling van het voorste lichaam! De rode kleurmarkering aan tandschijven (5/3) kenmerkt de fabrieksinstelling. Bij montage van de ronde steel-inlegger getande schijf (5/) en drukstuk (5/) gebruiken (getande schijf met cijfers naar boven telkens in werkpositie). Inlegafstrijkplaten De inlegafstrijkplaten zijn in de gleuven van de houder in de hoogte verstelbaar. Niet te diep instellen, zodat het wegstromen van de aarde niet te sterk wordt afgeremd. De inlegafstrijkplaten dienen er bij kruimelende bodem voor, om de bovenste laag van de bodem onderin de voor te leggen; overeenkomstig de werkdiepte en ploegsnelheid instellen. Vooraan (akkerzijde) dient de inlegplaat op het rister te rusten. De steunbouten naar wens instellen (6/). Op zware, vaste niet kruimelende bodem dienen in de plaats van de inlegafstrijkplaten voorscharen gebruikt te worden

25 ca. 5 cm ca. -4 cm 7 8 Schijfkouters Bij HydroAvant voor alle lichamen, bij Variant enkel voor het laatste lichaam aan te brengen. Diepte zodanig begrenzen, dat tussen het lagerhuis van het schijfkouter en de bodem ca. 5 cm vrije ruimte is getande schijf (7/) verdraaien. Afstand aan de akkerzijde tot het lichaam ca. - 4 cm; door draaien van de arm instellen: Variant schroeven (8/ = draaipunt) en (8/) losdraaien (met 40 Nm aantrekken). Aan de stelring (7/) het zijdelings uitzwenken begrenzen; daarbij erop letten, dat de schijfkouters in de rijrichting heen en weer kunnen bewegen. Wordt de ploeg in horizontale positie met combiwiel verplaatst, dienen de stelringen (7/) bijzonder vast aangetrokken zijn. Ondergrondwoeler Woeldiepte verstelbaar (6/). Overbelastingsbeveiliging: breekbout M 6x (6/3). Voor het afkoppelen van de ploeg, de ondergrondwoelers naar achteren zwenken breekbout verwijderen

26 Breekboutbeveiliging Breekbout (9/) ook bij steenbeveiliging ingebouwd (0/) boutkop steeds aan de ploeglichaamzijde monteren. Na het vervangen van een breekbout ook de andere bouten (9/ resp. 0/) natrekken. Aanhaalmomenten bouten - Nm Breekbout/draaipuntbout Normale ploeg Steenbeveiliging 35 / / Enkel originele breekbouten gebruiken! (zie onderdelenboek). Bij terugzwenken van het omhooggeklapte lichaam bestaat knelgevaar. Het ploeglichaam enkel vanaf de achterzijde benaderen het betrokken ploeglichaam wijst naar beneden. Is het uitgezwenkte ploeglichaam geblokkeerd, de bout iets losdraaien. in elk geval geschikt werktuig (9/3), bv. speciale RABE-sleutel en handschoenen gebruiken! Geldt ook voor de consoleschroeven! Belangrijk: op de aanhaalmomenten letten!

27 3 Automatische steenbeveiliging HydroAvant De kracht, die nodig is om het ploeglichaam omhoog te laten klappen, is verstelbaar vanaf de tractorstoel. Aan enkelwerkend stuurventiel aansluiten. Hydraulische druk wijzigen kraan (/) openen. Minimumdruk: 0 bar, maximale druk: ca. 00 bar. Na de drukinstelling kraan (/) sluiten. De kracht (hydraulische druk), waarmee het ploeglichaam in de bodem drukt, zodanig instellen, dat het ploeglichaam vast in de bodem staat, maar licht uitwijkt bij stenen. Tussen haakse hefboom (/) en aanslag (/3) ca. 3 mm afstand met bout (/) instellen. (Hydraulische druk hiervoor verminderen). Voor het afkoppelen van de ploeg de automatische steenbeveiliging drukloos maken! 3 Het is verboden, wijzigingen aan hydro-opslag (3/3) uit te voeren door machinale bewerking, lassen of andere maatregelen. Voor elke ingreep aan het hydraulische circuit dient de hydro-opslag volledig vloeistoftechnisch als ook drukloos gemaakt te worden. Onderhoud, service en/of verwijdering van onderdelen mag enkel uitgevoerd worden door voldoende gekwalificeerd personeel

28 Transport - Ploeg zonder combiwiel Rechtskerende ploegzijde wijst omlaag. Meerscharige ploeg met hydraulische breedte-instelling en/of framezwenkvoorziening "smal" achter de tractor zwenken en beveiligen stekker (4/; bij werkzaamzaamheden in 4/). Giekarm (voor pakker) inzwenken en borgen. Onderste koppelstang van de tractor aan de zijkant vastmaken. Besturingsapparaten van de tractor borgen. Transportinstructies: zie pagina 33. Transport - Ploeg met combiwiel Framezwenkvoorziening "smal" achter de tractor zwenken stekker in Pos 4/ laten. Bij transport op het combiwiel, stekker absoluut in Pos 4/ vastzetten. Onjuiste stekkerpositie leidt tot schade aan de zwenkcilinder Ploeg iets heffen, stekker (5/) loskoppelen, het wiel ietwat om de verticale as draaien en in boorgat (5/3) vastzetten met steekstok borgen (5/). Stekker (5/5) voor transport in boorgat (5/6, 6/6) plaatsen. Onder de ploegkop de tussenlaag-vergrendeling omleggen (7/). Ploeg heffen. Ploeg langzaam draaien - vergrendelt automatisch in de tussenlaag. Bovenste stuurstang op de ploeg lossen. 7 6 Omzetten in werkstand Bovenste stuurstang plaatsen en ploeg heffen. Tussenlaag-vergrendeling (7/) lossen, ploeg met de hand iets uit de tussenlaag draaien, vervolgens hydraulisch in werkstand brengen. Stekker (5/) loskoppelen, wiel iets draaien en in boorgat (6/4) vastzetten. Stekker (5/5) in werkstand in boorgat (5/7) plaatsen

29 Ploeg afkoppelen Op het rechtsdraaiende lichaam en steunpoot wegzetten. Letten op veilige plaatsing! Lengte steunpoot passend instellen. Hydraulische slangen drukloos maken en afkoppelen. Beschermkappen aanbrengen. Alle blanke oppervlakken invetten. Bij ondergrondwoelers breekbouten (6/3) losmaken en ondergrondwoelers naar achter zwenken

30 Onderhoud Bij werkzaamheden aan de aangekoppelde machine, motor uitzetten en contactsleutel uittrekken! Niet werken aan geheven machine! geheven machines tegen onverwacht zakken bijkomend ondersteunen! Voor werkzaamheden aan het hydraulische systeem de machine laten zakken en het hydraulische systeem drukloos maken! Hydrauliekolie op voorgeschreven wijze afvoeren. Na eerste inzet (ca. 8 uur) alle bouten natrekken, daarna regelmatig op vaste bevestiging controleren momentsleutel gebruiken! Aanhaalmomenten: bouten aan de risters met 80 Nm aantrekken ook aan het strokenrister - van de koppelstang: Albatros 600 Nm Super-Albatros 400 Nm Ploeglichaambouten: zie tabel bladzijde 6 Bij uitrusting met inlegafstrijkplaten erop letten, dat de stutbouten hierop rusten (6/). Alle lagers met smeernippel regelmatig met multifunctioneel vet op basis van lithium smeren: bv. aan wentel-, zwenk- en breedte-instelcilinder, wentelas, kantelspindels (8/), geleidingsrails (8/), spindellagers (8/3), framebouten (8/4), console- en parallelogramlagers (8/4, 8/5), zwenkbegrenzing (8/6), lagerbouten bij hydraulische pakkerarm, schijven, steunwiel (combiwiel) inclusief houder, bij bodem met veel stenen de lagers van de steenbeveiliging dagelijks smeren (HydroAvant). Wiellagers, schijfkouterlagers en wentelaslagers controleren resp. opnieuw instellen

31 9 Aan het combiwiel is de zwenkas (9/) nastelbaar kroonmoer regelt de draaisnelheid bij het wentelen. Koppelingsplaatsen inoliën, spindels lopend houden. Hydraulische slangen regelmatig controleren en bij beschadiging resp. verharding omwisselen (onderdelenboek). Slangen zijn onderhevig aan natuurlijke veroudering, de gebruiksduur mag 5-6 jaar niet overschrijden. Bij het reinigen met waterstraal (in het bijzonder onder hoge druk) niet direct op de lagers gericht houden. Aan afgekoppelde machine alle blanke oppervlakken met corrosiebeschermingsmiddel en zuigerstangen met zuurvrij vet conserveren. Lakschade herstellen. Slijtdelen tijdig vervangen; scharen en zoolijzers, voordat het ploeglichaam begint te verslijten. Bij scharen met verwisselbare punt, de punt eerst omdraaien en dan monteren. Nieuwe risters moeten met de spindel met omwentelingen voorgespannen worden (defecte risters vervangen zie onderdelenboek). Uitsluitend originele-rabe-onderdelen en nieuwe originele bouten gebruiken! Bandenspanning: tastwiel combiwiel,5 bar 3,75 bar

32 Restgevaren Gevarenzone Knelpositie draaispindel Omvallen Vallen van de voorscharen na het losmaken van de instelbout Vallen van de schijven bij het losmaken van de instelbout Activeren van de steenbeveiliging Versleten stroken, risters, verzonken bouten Ondergrondwoelers bij transport in halfgedraaide positie Wegzetten met ondergrondwoelers Opmerking Verklaring pictogram Gebruikshandleiding juist aan-/ afkoppelen Gebruikshandleiding voorscharen Gebruikshandleiding schijven Gebruikshandleiding steenbeveiliging Aanwijzing in gebruikshandleiding op door slijtage ontstane scherpe kanten Aanwijzing in gebruikshandleiding op omgekeerde montage. Aanwijzing in gebruikshandleiding op wegzetten enkel bij ingeklapte ondergrondwoelers

33 Opgelet / transport Machine in transportpositie brengen; controleer of de machine transportklaar is. Het op de machine meerijden en het oponthoud in de gevarenzone is verboden! De transportsnelheid aanpassen aan de omstandigheden van rijden op de openbare weg; bij transport met combiwiel hoogst toegelaten snelheid 5 km/u (= getrokken machine). Wees voorzichtig in bochten: de machine zwenkt uit! De bepalingen van het wegenverkeersreglement moeten opgevolgd worden. Volgens de voorschriften van het wegenverkeersreglement is de gebruiker verantwoordelijk voor de verkeersveilige samenstelling van tractor en machine bij het rijden op de openbare weg. Machines mogen de veilige besturing van de trekker niet beïnvloeden. Door de gemonteerde machine mogen de toegelaten tractor-asbelastingen, het toegelaten totaal gewicht en de bandendraagkracht (afhankelijk van de snelheid en de bandenspanning) niet overschreden worden. De voorasbelasting moet voor een veilige besturing minimaal 0 % van het leeggewicht van het voertuig zijn. De hoogst toegelaten transportbreedte bedraagt 3 m. Bij bredere machines is een ontheffing vereist. Aan de omtrek van de machine mogen geen delen zodanig uitsteken, dat zij het verkeer in gevaar brengen. Kunnen uitstekende delen niet vermeden worden, moeten ze afgedekt en duidelijk gemarkeerd worden. Beschermingsmiddelen zijn ook vereist voor het kenbaar maken van de buitenomtrek alsook de achterwaartse beveiliging bv. rood/wit gestreepte waarschuwingsplaten 43 x 43 mm

34 Verlichting is noodzakelijk, wanneer aangekoppelde machines de tractorlichten bedekken of indien de zichtomstandigheden ingevolge de weersomstandigheden dit vereisen: bv. vooraan en achteraan, wanneer de machine zijdelings meer dan 40 cm over de verlichtingsinstallatie van de tractor uitsteekt of zich ter achterwaartse beveiliging op meer dan m afstand tussen tractorachterlichten en machine-einde bevindt. Machines met transportwiel (combiwiel getrokken machine ) dienen steeds te rijden met ontstoken rode lichten achteraan en ontstoken gele lichten aan de zijkant ook overdag. (Begrenzingslichten, wanneer de machine zijdelings meer dan 400 mm buiten de tractorlichten uitsteekt.) Benodigde waarschuwingsborden en verlichtingsinstallaties raden wij aan om direct van de handel te betrekken. Voor verlichtingseenheden volgens DIN 07 zijn bij RABE ook achteraf opschroefbare bevestigingsprofielen verkrijgbaar

35

36 Bestelnummer NL04 Uitgave 05.0 Versie 04 Taal NL Vertaling van de originele handleiding DE Grégoire-Besson GmbH Am Rabewerk D-495 Bad Essen Germany Phone: +49(0) Fax: +49(0) Aangeboden door: op: (bedrijfsstempel)

Gebruikshandleiding Woeler Combi-Digger

Gebruikshandleiding Woeler Combi-Digger Bestelnr. 9900.01.44NL02 Gebruikshandleiding Woeler Combi-Digger niederländisch Gebruikshandleiding Woeler Combi-Digger Voor het in gebruik nemen van het werktuig moet u deze gebruikshandleiding en de

Nadere informatie

GEBRUIKSHANDLEIDING (VERTAALDE HANDLEIDING) Diepwoeler

GEBRUIKSHANDLEIDING (VERTAALDE HANDLEIDING) Diepwoeler GEBRUIKSHANDLEIDING (VERTAALDE HANDLEIDING) NL Machinenr. Diepwoeler Combi Digger CD, serie 4 w w w. r a b e - g b. d e Voor ingebruikname van het apparaat moet u deze gebruikshandleiding en de veiligheidsinstructies

Nadere informatie

Verklaring van de symbolen (pictogrammen)

Verklaring van de symbolen (pictogrammen) Verklaring van de symbolen (pictogrammen) Waarschuwingssymbolen verwijzen naar mogelijke gevaren: zij geven aanwijzingen voor de veilige bediening van de machine. Zorg dat de waarschuwingssymbolen altijd

Nadere informatie

STIGA VILLA 92M

STIGA VILLA 92M STIGA VILLA 92M 8211-3037-01 1. 2. A C B 3. 4. 5. 6. A+5 A B+5 B 7. 8. 2 9. 10. R L L+R X Z Y 11. 12. W V 3 NEDERLANDS NL SYMBOLEN De volgende symbolen staan op de machine om u eraan te herinneren dat

Nadere informatie

Bestelnummer NL01. Bedieningshandleiding. Driepunts aanbouw-wentelploeg (Super-) Albatros / - (Hydro)Avant

Bestelnummer NL01. Bedieningshandleiding. Driepunts aanbouw-wentelploeg (Super-) Albatros / - (Hydro)Avant Bestelnummer 9900.00.01NL01 Bedieningshandleiding Driepunts aanbouw-wentelploeg (Super-) Albatros / - (Hydro)Avant niederländisch Voor uw veiligheid Dit supplement bij de handleiding bevat algemene gedragsregels

Nadere informatie

STIGA VILLA 92 M 107 M

STIGA VILLA 92 M 107 M STIGA VILLA 92 M 107 M 8211-3037-03 1. 2. A C B 3. 4. 5. 6. A+5 A B+5 B 7. 8. 2 9. 10. R L L+R Z X Y 11. 12. W V 3 NEDERLANDS NL SYMBOLEN Op de machine ziet u de volgende symbolen om u eraan te herinneren

Nadere informatie

HANDLEIDING VOOR GEBRUIK EN ONDERHOUD EN VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN versie 2.0

HANDLEIDING VOOR GEBRUIK EN ONDERHOUD EN VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN versie 2.0 HANDLEIDING VOOR GEBRUIK EN ONDERHOUD EN VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN versie 2.0 QMAC VEEGMACHINES TRACTOR: 1.50 1.75-2.25-2.70 LEPELINSTEEK: 1.50 1.75 2.25 INHOUD 1. Constructie pag. 3 1.a. Beschrijving 1.b.

Nadere informatie

STIGA VILLA 85 M

STIGA VILLA 85 M STIGA VILLA 85 M 8211-3039-01 1. 2. A B 3. 4. 5. 6. 7. 8. 2 R L 9. 10. Z X V W Y 11. 3 NL NEDERLANDS SYMBOLEN Op de machine ziet u de volgende symbolen om u eraan te herinneren dat voorzichtigheid en oplettendheid

Nadere informatie

STIGA PARK 107 M HD 8211-3042-02

STIGA PARK 107 M HD 8211-3042-02 STIGA PARK 107 M HD 8211-3042-02 S SVENSKA 1 2 3 4 5 7 A B 6 SVENSKA 8 9 X Z S Y W V 10 NEDERLANDS NL SYMBOLEN Op de machine ziet u de volgende symbolen om u eraan te herinneren dat voorzichtigheid en

Nadere informatie

Reparatiehandleiding voor. koppelschotel JSK 26 D

Reparatiehandleiding voor. koppelschotel JSK 26 D Reparatiehandleiding voor koppelschotel JSK 26 D ZDE 199 7 17 6/213 1 Voorwoord Inhoudsopgave Pagina Koppelschotels zijn mechanische koppelinrichtingen voor voertuigen welke onderhevig zijn aan typegoedkeuring

Nadere informatie

4 Aan- en afkoppelen 74

4 Aan- en afkoppelen 74 4 74 4.1 Gedragen werktuigen Eerst moet je weten wat allemaal lading is. Lading noemen we in elk geval alle personen, dieren en goederen die je met een trekker kunt vervoeren. Maar lading zijn ook alle:

Nadere informatie

Voor uw veiligheid. Het apparaat is uitsluitend geconstrueerd voor de normale toepassing bij agrarische werkzaamheden (reglementair gebruik).

Voor uw veiligheid. Het apparaat is uitsluitend geconstrueerd voor de normale toepassing bij agrarische werkzaamheden (reglementair gebruik). Voor uw veiligheid Dit supplement bij de handleiding bevat algemene gedragsregels voor het reglementaire gebruik van het apparaat en tevens veiligheidstechnische instructies die u omwille van uw eigen

Nadere informatie

STIGA PARK 92 M 107 M

STIGA PARK 92 M 107 M STIGA PARK 92 M 107 M 8211-3036-06 1. Park -1993 5. 2. Park -1993 6. 3. Park -1993 7. 4. Park -1993 8. 9. 13. 10. 14. R 11. L 15. Z X A+5 A B+5 B Y W 12. 16. V L+R NL NEDERLANDS SYMBOLEN Op de machine

Nadere informatie

Werken met. De Clippeleir Machines 5-25. 5.3 Aankoppelen. Zorg bij het aankoppelen dat zich niemand tussen de tractor en de houtversnipperaar bevindt.

Werken met. De Clippeleir Machines 5-25. 5.3 Aankoppelen. Zorg bij het aankoppelen dat zich niemand tussen de tractor en de houtversnipperaar bevindt. 5.3 Aankoppelen Let op! Zorg bij het aankoppelen dat zich niemand tussen de tractor en de houtversnipperaar bevindt. De houtversnipperaar wordt in de driepuntshefinrichting van de tractor gehangen. Het

Nadere informatie

STIGA PARK 107M

STIGA PARK 107M STIGA PARK 107M 8211-3036-01 1. Park -1993 5. 2. Park -1993 6. 3. Park -1993 7. 4. Park -1993 8. 9. 13. 10. 14. 11. 15. A+5 A B+5 B 12. 16. NEDERLANDS NL SYMBOLEN De volgende symbolen staan op de machine

Nadere informatie

Sulky Line Painter 1200

Sulky Line Painter 1200 Form No. 3355 9 Rev C Sulky Line Painter 00 Modelnr. 403 6000000 en hoger Gebruikershandleiding Registreer uw product op www.toro.com Vertaling van de oorspronkelijke instructies (NL) Inhoud Blz. Inleiding....................................

Nadere informatie

Handleiding: minigraafkraan 1000 KG Kubota U10-3

Handleiding: minigraafkraan 1000 KG Kubota U10-3 Handleiding: minigraafkraan 1000 KG Kubota U10-3 Bediening 1 Contactslot 2 Urenteller 3 Waarschuwingslampje 4 Claxonschakelaar 5 Schakelaar werklamp 1 Gashendel 2 Rijhendel (links) 3 Rijhendel (rechts)

Nadere informatie

Practicum opdracht Trekker/ploeg combinatie

Practicum opdracht Trekker/ploeg combinatie Practicum opdracht Trekker/ploeg combinatie Foto: www.deere.com Begripskennis afstelling en uitlijning voor leerlingmonteurs in het BBL traject niveau 2/3 1 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1. 1.1 Inleiding/doelstelling.

Nadere informatie

STIGA PARK 107M

STIGA PARK 107M STIGA PARK 107M 8211-3036-03 1. Park -1993 5. 2. Park -1993 6. 3. Park -1993 7. 4. Park -1993 8. 2 9a. 9b. Pro 18-Pro 20 13. 10. 14. R L 11. 15. L A+5 A B+5 B Z X Y 12. 16. V W 3 NEDERLANDS NL SYMBOLEN

Nadere informatie

HANDLEIDING. MULTIDISC is een geregistreerde merknaam waarvan het uitsluitend gebruiksrecht toekomt aan ondernemingen van het TULIP-concern.

HANDLEIDING. MULTIDISC is een geregistreerde merknaam waarvan het uitsluitend gebruiksrecht toekomt aan ondernemingen van het TULIP-concern. HANDLEIDING MULTIDISC is een geregistreerde merknaam waarvan het uitsluitend gebruiksrecht toekomt aan ondernemingen van het TULIP-concern. 2004. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden

Nadere informatie

1.1 ALGEMENE VOORZORGSMAATREGEL

1.1 ALGEMENE VOORZORGSMAATREGEL A VLEUGELOPENER INHOUD..2 ALGEMENE VOORZORGSMAATREGEL INSTALLATIE A. STANDAARD INSTALLATIE B. AFSTANDEN TABEL C. ONDERDELEN VAN INSTALLATIE D. INSTALLATIE VAN GELICALISEERDE WAPENOPENER E. DRAADVERBINDING.

Nadere informatie

VIBRO FLEX 7400. Handleiding

VIBRO FLEX 7400. Handleiding VIBRO FLEX 7400 NL Handleiding Inhoud Inleiding... 3 Identificatie... 3 Verklaring van de symbolen... 4 Veiligheid... 5 Algemeen veiligheidsadvies... 5 Aan- en afkoppelen... 5 Driepuntskoppeling... 6 Bediening...

Nadere informatie

AFSTELLINGEN MACHINES GILLES

AFSTELLINGEN MACHINES GILLES Gescheiden werkgangen AFSTELLINGEN MACHINES GILLES Werkgang van het type "gescheiden" omvattende een ontbladeraar één of twee rotoren, een rooier-zwadlegger met 3 zonnen en een bunkerlader van 16 of 25

Nadere informatie

STIGA PARK 121 M

STIGA PARK 121 M STIGA PARK 121 M 8211-3011-09 1. Park -1993 5a. D 5b. 2. Park -1993 6a. Park -1999 6b. Park 2000- F G H 3. Park -1993 7. I I 4. Park -1993 8. 2 J 9. 13. 10. 14. Z X Y W V 11. 15. Denna produkt, eller delar

Nadere informatie

1 Let op de luchtdruk Nog voor het aanbouwen wordt de bandenspanning gecontroleerd.

1 Let op de luchtdruk Nog voor het aanbouwen wordt de bandenspanning gecontroleerd. Met de juiste Machines optimaal demonstreren Afstelling Bij het demonstreren van een trekker maken veel verkopers een kapitale fout: ze schenken te weinig aandacht aan het arbeidsresultaat van de hele

Nadere informatie

Wentelploegen. MASTER Serie be strong, be KUHN

Wentelploegen. MASTER Serie be strong, be KUHN Wentelploegen MASTER Serie 103 www.kuhn.com be strong, be KUHN 2 MASTER 103 De ploegtechniek van KUHN De ploegtechniek van KUHN Concurrentiekracht en rentabiliteit zijn ook in de toekomst doorslaggevende

Nadere informatie

Aanbouw-wentelploeg Cayron 200

Aanbouw-wentelploeg Cayron 200 Cayron Cayron Aanbouw-wentelploeg Cayron 200 Met de ontwikkeling van een ploeg in eigen huis toont AMAZONE zijn innovatieve kracht en zet zo de 150-jarige ploeghistorie van de firma s Rud. Sack en BBG

Nadere informatie

Gebruiksaanwijzing NL

Gebruiksaanwijzing NL NL Gebruiksaanwijzing Inhoud Voorwoord 2 Machine gegevens 2 Veiligheid 3 Algemene veiligheidsinstructies 3 Aankoppelen en ontkoppelen 3 Driepuntsaanspanning 3 In gebruik name 3 Transport veiligheid 4 Voor

Nadere informatie

GEBRUIKSAANWIJZING (Vertaling) Hefttafel Type(s) , , ,2

GEBRUIKSAANWIJZING (Vertaling) Hefttafel Type(s) , , ,2 1. Gebruikersgroepen Taken Bediener Bediening, visuele controle Vakpersoneel GEBRUIKSAANWIJZING (Vertaling) Hefttafel Type(s) 1097.0,75 1097.1,25 8718.0,2 Aanbouwen, slopen, reparatie, onderhoud Keuringen

Nadere informatie

3. BEDIENINGSVOORSCHRIFTEN

3. BEDIENINGSVOORSCHRIFTEN 3. BEDIENINGSVOORSCHRIFTEN Voordat tot bediening van de aanhangwagen wordt overgegaan moet de informatie uit het hoofdstuk "Veiligheid" bekend zijn. Dit hoofdstuk is bestemd voor bedieners zoals aangegeven

Nadere informatie

Voor alle toepassingen: stoppelbewerking, primaire grondbewerking, losmaken van de bouwvoor en zaadbed voorbereiding

Voor alle toepassingen: stoppelbewerking, primaire grondbewerking, losmaken van de bouwvoor en zaadbed voorbereiding Centaur Voor alle toepassingen: stoppelbewerking, primaire grondbewerking, losmaken van de bouwvoor en zaadbed voorbereiding Zoekt u een multifunctionele grondbewerkingsmachine? Een machine voor ondiepe

Nadere informatie

JALOUZIËN. Bedienings- en montagehandleiding

JALOUZIËN. Bedienings- en montagehandleiding Bedienings- en montagehandleiding Woord vooraf Deze handleiding geeft inzicht in de werking, de montage en het onderhoud van de door Geha bv geleverde apparaten. U dient zich tijdens plaatsing en montage

Nadere informatie

Rumptstad. RPV Ploegenserie. Het summum van ploegtechniek! Voor bekeken akkerbouwers! Rumptstad * *

Rumptstad. RPV Ploegenserie. Het summum van ploegtechniek! Voor bekeken akkerbouwers! Rumptstad *  * Rumptstad RPV Ploegenserie Voor bekeken akkerbouwers! Het summum van ploegtechniek! Rumptstad * www.rumptstad.nl * 0187-616 100 RPV Ploegenserie Het summum van Ploegtechniek! De Rumptstad RPV serie Deze

Nadere informatie

DL 26 NDT. Manual /30

DL 26 NDT. Manual /30 DL 26 NDT Manual 9000-608-32/30 2 9000-608-32/30 2008/12/10 Inhoud Belangrijke informatie 1. Algemeen...4 1.1 Richtlijnen...4 1.2 Algemene aanwijzingen...4 1.3 Verwijdering van het apparaat als afval...4

Nadere informatie

Transport over land en te water laten van de boot

Transport over land en te water laten van de boot Transport over land en te water laten van de boot Hier lees je alles over het transporteren van boten over het land. Ook lees je hier alles over het te water laten en uit het water halen van je boot. Vervoer

Nadere informatie

Figuur 1-2: Rondgaande ploegen worden gebruikt voor de hoofdgrondbewerking.

Figuur 1-2: Rondgaande ploegen worden gebruikt voor de hoofdgrondbewerking. Soorten ploegen Kun je met een wentelploeg bovenover rijden of kan dat alleen maar met een rondgaande ploeg? En is een ecoploeg een wentelploeg of een ploeg die bovenover rijdt? Allemaal benamingen waar

Nadere informatie

Reinigingssysteem nageschakelde verwarmingsoppervlakken en bekleding keerkamer

Reinigingssysteem nageschakelde verwarmingsoppervlakken en bekleding keerkamer Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Reinigingssysteem nageschakelde verwarmingsoppervlakken en bekleding keerkamer Voor Vitoligno 300-C, 8 en 12 kw Veiligheidsinstructies Volg deze veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

2 elements-zwadharken

2 elements-zwadharken 2 elements-zwadharken Zijafleg- en middenafleg-harken Middenafleg-harken - driepuntsophanging R 655 DS - een middenafleg-hark met driepuntsaanbouw Driepuntsophanging Beweegbare elementophanging -- De harkelementen

Nadere informatie

INHOUD. www.contimac.be 2

INHOUD. www.contimac.be 2 INHOUD 1. Gebruik... 3 2. Gebruik en onderhoud... 3 3. Technische kenmerken... 5 4. Smering... 5 5. Accessoires... 5 6. Geleverde delen... 5 7. Onderdelenlijst en -tekening... 6 CE Certifikaat van overeenstemming...

Nadere informatie

GEBRUIKSAANWIJZING (Vertaling)

GEBRUIKSAANWIJZING (Vertaling) 1. GEBRUIKERSGROEPEN Taken Bediener Bediening, visuele controle Vakpersoneel Aanbouwen, slopen, reparatie, onderhoud Keuringen GEBRUIKSAANWIJZING (Vertaling) NL Dommekracht Type 11.1,5 11.3 11.5 11.10

Nadere informatie

Handleiding voor monteren, demonteren en gebruik

Handleiding voor monteren, demonteren en gebruik Handleiding voor monteren, demonteren en gebruik D000A Productbeschrijving: Licht rollend individueel platform «PIRL» Conform de norm NF P 9-. Voor individueel gebruik. poten apart verstelbaar. Beveiligde

Nadere informatie

200 bar, 15 l/min., l, tandemasser met honda benzine motor (11,7 Hp 8.6 kw) Instructies voor gebruik, onderhoud en transport.

200 bar, 15 l/min., l, tandemasser met honda benzine motor (11,7 Hp 8.6 kw) Instructies voor gebruik, onderhoud en transport. Handleiding mobiele hogedrukreiniger 200 bar, 15 l/min., 1.140 l, tandemasser met honda benzine motor (11,7 Hp 8.6 kw) Instructies voor gebruik, onderhoud en transport. Inhoud 1. Veiligheidsinstructies...

Nadere informatie

BGR 233 GEKEURD (DE) Gebruikshandleiding Laadbrug. Bekijk de instructievideo op www.kruizinga.nl

BGR 233 GEKEURD (DE) Gebruikshandleiding Laadbrug. Bekijk de instructievideo op www.kruizinga.nl BGR 233 GEKEURD (DE) Gebruikshandleiding Laadbrug Bekijk de instructievideo op www.kruizinga.nl Lees mij eerst! 1Lees deze handleiding zorgvuldig voor de laadbrug te gebruiken. De handleiding omschrijft

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. Pellettoevoer met flexibele worm. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. voor Vitoligno 300-P

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. Pellettoevoer met flexibele worm. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. voor Vitoligno 300-P Montage- en servicehandleiding voor de vakman VIESMANN Pellettoevoer met flexibele worm voor Vitoligno 300-P Veiligheidsinstructies Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk

Nadere informatie

Overstapbordes. t.b.v. Sky-Light hangbruginstallatie. Gebruikershandleiding VEILIG WERKEN OP HOOG

Overstapbordes. t.b.v. Sky-Light hangbruginstallatie. Gebruikershandleiding VEILIG WERKEN OP HOOG Overstapbordes t.b.v. Sky-Light hangbruginstallatie VEILIG WERKEN OP HOOG Skyworks B.V. Hoofdkantoor: Postbus 38 2650 AA Berkel en Rodenrijs tel. 010-514 00 50 fax 010-514 00 55 e-mai: info@skyworks.nl

Nadere informatie

Onderhouds- en gebruikshandleiding windsteunen

Onderhouds- en gebruikshandleiding windsteunen Onderhouds- en gebruikshandleiding windsteunen Attentie Belangrijke aanwijzingen voor eindgebruikers Vóór de inbedrijfstelling a.u.b. volledig doorlezen! De handleiding moet bij de eindgebruiker blijven.

Nadere informatie

Hefbrugkriks hand hydraulisch of pneumatisch hydraulisch

Hefbrugkriks hand hydraulisch of pneumatisch hydraulisch s hand hydraulisch of pneumatisch hydraulisch nl/ta-bjxxxx -1 INHOUDSOPGAVE pagina 1 Inleiding 02 2 Gebruik van de handleiding 02 3 Beschrijving van de hefbrugkrik 02 4 Veiligheid 02 5 Technische specificaties

Nadere informatie

Lees aandachtig deze handleiding vooraleer u uw Strider scooter gebruikt!

Lees aandachtig deze handleiding vooraleer u uw Strider scooter gebruikt! ST4 HANDLEIDING INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING 2. VEILIGHEID 3. BEDIENING 4. ZITPOSITIE 5. RIJDEN 6. BATTERIJEN OPLADEN 7. ONDERHOUD 8. TECHNISCHE GEGEVENS 1. INLEIDING Deze handleiding geldt voor de volgende

Nadere informatie

4.0 Opstellen van de verhuislift

4.0 Opstellen van de verhuislift 4.0 Opstellen van de verhuislift 4.1.0 Waarschuwingen Verhuisliften moeten volgens aanwijzingen van de fabrikant door ter zake kundig personeel worden op- en afgebouwd. De lift moet worden opgesteld op

Nadere informatie

Componenten voor hydraulische uitrusting. Algemeen. Maatregelen vóór het starten van een nieuw hydraulisch systeem

Componenten voor hydraulische uitrusting. Algemeen. Maatregelen vóór het starten van een nieuw hydraulisch systeem Algemeen Algemeen De volgende componenten voor het bedienen van hydraulische uitrusting kunnen af fabriek worden besteld: De volgende componenten zijn beschikbaar: Bedieningshendel Hydraulische olietank

Nadere informatie

MASTER. Serie 102 Wentelploegen GRONDBEWERKING OP MAAT!

MASTER. Serie 102 Wentelploegen GRONDBEWERKING OP MAAT! MASTER Serie 102 Wentelploegen GRONDBEWERKING OP MAAT! KUHN wentelploegen Concurrentiekracht en rentabiliteit bepalen de toekomst van de hedendaagse landbouw. De technologieën die gebruikt werden bij het

Nadere informatie

Handleiding: Rupsdumper roterende kipbak.

Handleiding: Rupsdumper roterende kipbak. Handleiding: Rupsdumper roterende kipbak. Veiligheidsvoorzieningen Beschermingsvoorzieningen mogen alleen worden verwijderd resp. geopend na stilstand van de dumper met geactiveerde parkeerrem, uitschakelen

Nadere informatie

Graaflaadcombinatie JCB 4CX-M. druk 1

Graaflaadcombinatie JCB 4CX-M. druk 1 NSN:3805-17-120-5458 NSN:3805-17-120-9367 PN 015034 TECHNISCHE HANDLEIDING Graaflaadcombinatie JCB 4CX-M druk 1 BEDIENING EN GEBRUIKSONDERHOUD Vastgesteld door de Directeur Defensie Materieel Organisatie,

Nadere informatie

Printed: 07.07.2013 Doc-Nr: PUB / 5071466 / 000 / 00

Printed: 07.07.2013 Doc-Nr: PUB / 5071466 / 000 / 00 OORSPRONKELIJKE GEBRUIKSAANWIJZING DD-ST-150/160-CCS Kruisrails Lees de handleiding beslist voordat u de machine de eerste keer gebruikt. Bewaar deze handleiding altijd bij het apparaat. Geef het apparaat

Nadere informatie

Agrifab_A4_Lawn_sweeper.book Seite 1 Freitag, 4. März : Printed in U.S.A. Form 48882

Agrifab_A4_Lawn_sweeper.book Seite 1 Freitag, 4. März : Printed in U.S.A. Form 48882 Agrifab_A4_Lawn_sweeper.book Seite 1 Freitag, 4. März 2005 5:30 17 GR DK Printed in U.S.A. Form 48882 Agrifab_A4_Lawn_sweeper.book Seite 17 Freitag, 4. März 2005 5:30 17 Bedieningshandboek Gazon- en bladveegmachine

Nadere informatie

GEBRUIKSAANWIJZING (Vertaling)

GEBRUIKSAANWIJZING (Vertaling) 1. Gebruikersgroepen Taken Bediener Bediening, visuele controle Vakpersoneel GEBRUIKSAANWIJZING (Vertaling) NL Dommekracht Type 11.1,5 11.3 11.5 11.10 1188.1,5 1188.3 1188.5 1188.10 Aanbouwen, slopen,

Nadere informatie

Aanvulling op de technische handleiding. MOVIMOT -opties MLU.1A, MLG.1A, MBG11A, MWA21A. Uitgave 06/2008 16663675 / NL. www.sew-eurodrive.

Aanvulling op de technische handleiding. MOVIMOT -opties MLU.1A, MLG.1A, MBG11A, MWA21A. Uitgave 06/2008 16663675 / NL. www.sew-eurodrive. Aandrijfelektronica \ Aandrijfautomatisering \ Systeemintegratie \ Service SEW-EURODRIVE GmbH & Co KG P.O. Box 3023 D-76642 Bruchsal / Germany Phone +49 7251 75-0 Fax +49 7251 75-1970 sew@sew-eurodrive.com

Nadere informatie

PowerTill PowerTill Rotorkopeg. Moving agriculture ahead

PowerTill PowerTill Rotorkopeg. Moving agriculture ahead PowerTill 1000 PowerTill 1000 Rotorkopeg Moving agriculture ahead Zaaibedbereider De rotorkopeggen bieden heel veel voordelen voor het zaaiklaar maken van uw grond: De grond wordt in een keer over de hele

Nadere informatie

INLEIDING VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN SYMBOLEN. De symbolen in deze gebruiksaanwijzing. Symbolen op het apparaat

INLEIDING VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN SYMBOLEN. De symbolen in deze gebruiksaanwijzing. Symbolen op het apparaat INLEIDING Deze gebruiksaanwijzing is bedoeld voor Rapid 100E. Lees ze eerst grondig door alvorens u het apparaat in gebruik neemt. Deze gebruiksaanwijzing bevat de veiligheidsvoorschriften, de voorschriften

Nadere informatie

Oorspronkelijke gebruiksaanwijzing. Routetrein CX T. Aanvullingopdeseriebedieningsinstructies. vandetrekkercxt 51048070051 NL - 02/2012

Oorspronkelijke gebruiksaanwijzing. Routetrein CX T. Aanvullingopdeseriebedieningsinstructies. vandetrekkercxt 51048070051 NL - 02/2012 Oorspronkelijke gebruiksaanwijzing Routetrein CX T Aanvullingopdeseriebedieningsinstructies vandetrekkercxt 1050 51048070051 NL - 02/2012 Inhoudsopgave g 1 Voorwoord Informatie over de documentatie...

Nadere informatie

STIGA PARK 2WD. 110 Combi Pro. 125 Combi Pro

STIGA PARK 2WD. 110 Combi Pro. 125 Combi Pro STIGA PARK 2WD 110 Combi Pro 125 Combi Pro 8211-0546-03 1 2 2 1 3 4 5 6 7 8 C A B 2 9 10 1/3 11 12 D 13 24 Nm 3 NEDERLANDS NL 1 ALGEMEEN Dit symbool geeft een WAARSCHU- WING weer. Als de instructies niet

Nadere informatie

STIGA PARK 110 S

STIGA PARK 110 S STIGA PARK 110 S 8211-3009-06 1. 2. F G 3. H 4. NEDERLANDS NL SYMBOLEN De volgende symbolen staan op de machine om u eraan te herinneren dat voorzichtigheid en oplettendheid bij gebruik vereist zijn. De

Nadere informatie

Handleiding. Tilly Light fietsendrager

Handleiding. Tilly Light fietsendrager Handleiding Tilly Light fietsendrager mei 2015 Tilly Light BV Inhoudsopgave Algemeen 4 Onderdelen 5 Stekker aansluiting 10 Eerste gebruik 11 Op de auto plaatsen 15 Fietsen plaatsen 18 Rijden 23 Fietsen

Nadere informatie

Machine stilleggen en vergrendelen (sleutel verwijderen) 112 en leidinggevende verwittigen

Machine stilleggen en vergrendelen (sleutel verwijderen) 112 en leidinggevende verwittigen AANHANGWAGEN TRACTOR 1. Waarschuwing en algemene richtlijnen Bij nood Machine stilleggen en vergrendelen (sleutel verwijderen) 112 en leidinggevende verwittigen OPGEPAST Aanhangwagens al dan niet voorzien

Nadere informatie

Instituut voor Landbouwtechniek en Rationalisatie

Instituut voor Landbouwtechniek en Rationalisatie BULLETIN No.66 BEPROEVING CAPPON TREKKERPLOEG TYPE TWZ Instituut voor Landbouwtechniek en Rationalisatie (,;:< Dr. S.L.Mansholtlaan 12,Wageningen DE CAPPON TREKKERPLOEG TYPE TWZ Fabrikant: Fa. Iz. Cappon,

Nadere informatie

G E B R U I K S H A N D L E I D I N G. ALP-Lift Luchtlift. Pagina 1

G E B R U I K S H A N D L E I D I N G. ALP-Lift Luchtlift. Pagina 1 G E B R U I K S H A N D L E I D I N G ALP-Lift Luchtlift Pagina 1 Inhoudsopgave Pagina 1. Algemeen 3 2. Toepassingsgebied 3 3. Beschrijving ALP-Lift montagelift 3 4. Veiligheidsvoorschriften 3 5. Ingebruikname

Nadere informatie

Fig Veiligheid

Fig Veiligheid 3.4.2 Crankstel; bij inrijden van een nieuwe skelter Na een gebruiksperiode van enkele dagen (bij intensief gebruik) tot twee weken (bij normaal gebruik) dienen de bevestigingsbouten (zie Fig. 3) waarmee

Nadere informatie

Tweeassige trekkers juli 2008

Tweeassige trekkers juli 2008 Tweeassige trekkers juli 2008 Inhoud Inleiding 5 1 Veiligheid en milieu 1.1 Lekkage van brandstof, olie of koelvloeistof 1.2 Wettelijke regels 7 7 7 2 Starten, wegrijden en stoppen 2.1 Starten 2.2 Wegrijden

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. Lamellenrooster. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. Voor Vitoligno 300-C, 8 en 12 kw

VIESMANN. Montagehandleiding. Lamellenrooster. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. Voor Vitoligno 300-C, 8 en 12 kw Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Lamellenrooster Voor Vitoligno 300-C, 8 en 12 kw Veiligheidsinstructies Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. Uitvoer met veerbladen. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. voor Vitoligno 300-H

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. Uitvoer met veerbladen. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. voor Vitoligno 300-H Montage- en servicehandleiding voor de vakman VIESMANN Uitvoer met veerbladen voor Vitoligno 300-H Veiligheidsinstructies Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk

Nadere informatie

Bedienings- en Onderhoudshandleiding

Bedienings- en Onderhoudshandleiding Bedienings- en Onderhoudshandleiding Sloop en sorteergrijper: S 400-D Inhoudsopgave Pagina Voorkant 1 Inhoudsopgave 2 CE Verklaring 3 EG Verklaring 4 Garantievoorwaarden 5 Voorwoord 6 Algemene veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

Hybride ploeg VariTansanit

Hybride ploeg VariTansanit Hybride ploeg VariTansanit Geavanceerde ploegtechniek Dezelfde werkkwaliteit voor minder kosten Meting Ploegen met elkaar vergeleken 6-scharige ploegen met 3 m werkbreedte, ploegdiepte 22 cm Gemiddelde

Nadere informatie

Overzicht. Inhoudsopgave

Overzicht. Inhoudsopgave 1 13 3 4 1 11 13 M+P-11A-0349 Overzicht 1. Beschermdop. Kogelkop 3. Vergrendelingskogel 4. Arrêteerkogel (voor vergrendeling). Knop. Stop. Sleutel 11. Rode markering op knop 1. Witte markering op kogelkop

Nadere informatie

Montage-instructies: Speed Triple (vanaf VIN ) - Speed Triple R - Street Triple - Street Triple R (vanaf VIN ) A en A

Montage-instructies: Speed Triple (vanaf VIN ) - Speed Triple R - Street Triple - Street Triple R (vanaf VIN ) A en A Nederlands Montage-instructies: Speed Triple (vanaf VIN 461332) - Speed Triple R - Street Triple - Street Triple R (vanaf VIN 471042) A9638059 en A9638060 Hartelijk dank dat u voor deze originele Triumph-accessoireset

Nadere informatie

Fig. 1 NOODDEURCONCEPTEN EN 1125 DB-PPES1 PPES1.280815. t 088 500 2800 f 088 500 2899 73 MODELLEN E-PPES1, E-APPES1

Fig. 1 NOODDEURCONCEPTEN EN 1125 DB-PPES1 PPES1.280815. t 088 500 2800 f 088 500 2899 73 MODELLEN E-PPES1, E-APPES1 NOODDEURCONCEPTEN EN 5 MODELLEN E-PPES, E-APPES DB-PPES PPES.8085 ALGEMEEN Uitsluitend originele onderdelen mogen worden gebruikt. De installatie moet worden uitgevoerd door een gekwalificeerd persoon

Nadere informatie

Handleiding. Bij het installeren en / of samenbouwen van de apparatuur moet voor de ingebruikname alle veiligheidscomponenten zijn aangebracht.

Handleiding. Bij het installeren en / of samenbouwen van de apparatuur moet voor de ingebruikname alle veiligheidscomponenten zijn aangebracht. Woord vooraf Handleiding Het doel van deze handleiding is de gebruiker een inzicht te geven in de werking, montage en het onderhoud van de door Geha bv geleverde apparaten. Voordat u begint met de plaatsing

Nadere informatie

Gebruiksaanwijzing MBS 502/2

Gebruiksaanwijzing MBS 502/2 Gebruiksaanwijzing LISSMAC lintzaag MBS 502/2 Gebruiksaanwijzing LISSMAC lintzaag - MBS 502/2 1. INBEDRIJFSTELLING De machine is uitgerust met een 220 V lichtnet motor. Alle machines worden met ontspannen

Nadere informatie

Installation instructions, accessories. Sneeuwkettingen. Volvo Car Corporation Gothenburg, Sweden. Pagina 1 / 15 R

Installation instructions, accessories. Sneeuwkettingen. Volvo Car Corporation Gothenburg, Sweden. Pagina 1 / 15 R Installation instructions, accessories Instructienr. 30664147 Versie 1.0 Ond. nr. Sneeuwkettingen R7700468 Volvo Car Corporation Sneeuwkettingen- 30664147 - V1.0 Pagina 1 / 15 Uitrusting A0000162 R7700458

Nadere informatie

SCdefault. 900 Montagerichtlijn

SCdefault. 900 Montagerichtlijn SCdefault 900 Montagerichtlijn SITdefault Fietshouder, dak MONTERINGSANVISNING INSTALLATION INSTRUCTIONS MONTAGEANLEITUNG INSTRUCTIONS DE MONTAGE Accessories Part No. Group Date Instruction Part No. Replaces

Nadere informatie

Adapters en verloopmoeren van metaal

Adapters en verloopmoeren van metaal Adapters en verloopmoeren van metaal Bedieningshandleiding Extra talen www.stahl-ex.com Inhoudsopgave 1 Algemene gegevens...3 1.1 Fabrikant...3 1.2 Gegevens over de bedieningshandleiding...3 1.3 Andere

Nadere informatie

Montagehandleiding. Side-by-Side-combinatie SBS

Montagehandleiding. Side-by-Side-combinatie SBS Montagehandleiding Side-by-Side-combinatie 290316 7085626-00 SBS... Algemene veiligheidsvoorschriften Inhoudsopgave 1 Algemene veiligheidsvoorschriften... 2 2 Opstelafmetingen... 2 3 Side-by-Side montage...

Nadere informatie

Instituut voor Landbouwtechniek en Rationalisatie BEPROEVING MÉLOTTE TREKKERPLOEG TYPE QM 14P. BULLETIN No Dr. S.L. Mansholtlaan 12, Wageningen

Instituut voor Landbouwtechniek en Rationalisatie BEPROEVING MÉLOTTE TREKKERPLOEG TYPE QM 14P. BULLETIN No Dr. S.L. Mansholtlaan 12, Wageningen BULLETIN No. 196 BEPROEVING MÉLOTTE TREKKERPLOEG TYPE QM 14P t**i> Mrr S Instituut voor Landbouwtechniek en Rationalisatie Dr. S.L. Mansholtlaan 12, Wageningen DE MELOTTE TREKKERPLOEG TYPE QM 14 P Fabrikant:

Nadere informatie

Powerpack. gebruikshandleiding

Powerpack. gebruikshandleiding Powerpack gebruikshandleiding 1 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding De RMA powerpack is een hulpmiddel voor de begeleiding. Het vergemakkelijkt het duwen van een rolstoel gebruiker. De hulpmotor is niet ontworpen

Nadere informatie

GEBRUIKSAANWIJZING LGM-3500

GEBRUIKSAANWIJZING LGM-3500 GEBRUIKSAANWIJZING LGM-3500 Met de aankoop van deze Bio versnipperaar Shredder 3500-Compact, heeft u een machine die u zeer veel diensten zal bewijzen om op optimale wijze zeer diverse materialen voor

Nadere informatie

HANDLEIDING. Sesame. Thermoplastic Tank Technologies

HANDLEIDING. Sesame. Thermoplastic Tank Technologies HANDLEIDING Sesame Thermoplastic Tank Technologies INSTALLATIE- EN GEBRUIKSAANWIJZING INHOUD 1. ALGEMEEN 3 2. BELANGRIJK 3 3. INSTALLATIE EXPANSIEVAT 4 4. GEBRUIK EXPANSIEVAT 5 5. VERVANGEN LUCHTCEL 5

Nadere informatie

Stuurkolom. Met elektrische stuurbekrachtiging OPEL CORSA B. Veiligheidsaanwijzingen. Benodigd speciaal gereedschap.

Stuurkolom. Met elektrische stuurbekrachtiging OPEL CORSA B. Veiligheidsaanwijzingen. Benodigd speciaal gereedschap. Stuurkolom Met elektrische stuurbekrachtiging OPEL CORSA B Veiligheidsaanwijzingen Bij werkzaamheden aan de stuurbekrachtiging dient op orde en netheid te worden gelet. Tijdens de demontage van de stuurkolom

Nadere informatie

Overzicht. Inhoudsopgave

Overzicht. Inhoudsopgave 1 11 3 10 9 8 4 M+P-11A-1 Overzicht 1. Beschermdop. Kogelkop 3. Vergrendelingskogels 4. Ontspannerkogel (voor vergrendeling). Knop. Stop. Sleutel 8. Centrering 9. Rode markering op knop 10. Witte markering

Nadere informatie

Voornaaf/ cassettenaaf (schijfrem)

Voornaaf/ cassettenaaf (schijfrem) (Dutch) DM-HB0005-03 Dealerhandleiding RACE MTB Trekking Stads-toer/ comfort-fiets STADS-SPORT E-BIKE Voornaaf/ cassettenaaf (schijfrem) HB-M4050 FH-M4050 HB-M3050 FH-M3050 HB-RM33 FH-RM33 FH-RM35 HB-TX505

Nadere informatie

MASTER. MASTER 112 Wentelploegen GRONDBEWERKING OP MAAT!

MASTER. MASTER 112 Wentelploegen GRONDBEWERKING OP MAAT! MASTER MASTER 112 Wentelploegen GRONDBEWERKING OP MAAT! De KUHN ploegen Concurrentiekracht en rentabiliteit bepalen de toekomst van de landbouw. De technologieën die gebruikt werden bij het ontwerp van

Nadere informatie