1.1 Klager heeft medio 2013 een klacht ingediend bij de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna: de Commissie).

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "1.1 Klager heeft medio 2013 een klacht ingediend bij de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna: de Commissie)."

Transcriptie

1 Oordeel (klager / aspirant werkgever) De Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen: - mevrouw mr. M.A.C. Vijn, voorzitter; - de heer prof. dr. J.R. Anema; - de heer mr. drs. D.W.M. Weesie; leden van de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen. In tegenwoordigheid van mevrouw mr. H.M. de Quant en mevrouw mr. M.J.M. Bach; beiden plaatsvervangend secretaris. 1. De klacht 1.1 Klager heeft medio 2013 een klacht ingediend bij de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna: de Commissie). Klager heeft bij aspirant werkgever gesolliciteerd naar de functie van Hoofdconducteur (hierna: HC). In opdracht van aspirant werkgever is klager begin 2013 gekeurd door een bedrijfsarts (hierna: de keurend arts), die werkzaam is bij een arbodienst (hierna: de Arbodienst). De keurend arts heeft klager ongeschikt geacht voor de functie van HC. Redenen voor de afkeuring zijn met name een te groot veiligheidsrisico door de medische voorgeschiedenis van klager en zijn zeer lage belastbaarheid. Klager kan zich niet in deze keuringsuitslag vinden. Circa zes weken later is op verzoek van klager een second opinion gegeven door een coördinerend bedrijfsarts spoorveiligheid (hierna: de herkeurend arts) bij een andere arbodienst (hierna: de herkeurende arbodienst). De herkeurend arts adviseert om de beslissing met betrekking tot de ongeschiktheid voor de functie van HC te heroverwegen. De keurend arts heeft zijn besluit tot afkeuring niet herzien naar aanleiding van het advies van de herkeurend arts. Klager is niet in dienst genomen door aspirant werkgever. 1.2 Klager klaagt over het navolgende: 1) de aspirant werkgever hanteert ten onrechte te zware keuringseisen voor de functie van HC, omdat deze functie geen spoorveiligheidsfunctie is in de zin van het Besluit spoorwegpersoneel; 2) de keuring is niet goed uitgevoerd; 3) de argumentatie voor het ongeschikt verklaren van klager is niet juist. Klager vraagt de Commissie een oordeel uit te spreken over deze klacht. 2. Verloop van de procedure 2.1 Klager heeft medio 2013 per een klacht ingediend bij de Commissie. 2.2 Het secretariaat van de Commissie heeft telefonisch contact gehad met klager en hem geïnformeerd over de werkwijze van de Commissie bij de behandeling van een klacht. Dit telefoongesprek is in een bevestigd. 2.3 Klager heeft gereageerd en aanvullende stukken toegezonden. 2.4 Klager heeft telefonisch aan het secretariaat van de Commissie laten weten dat zijn klacht is gericht tegen zowel de aspirant werkgever, als de keurend arts. 2.5 De Commissie heeft de klacht doorgestuurd naar de aspirant werkgever. 1

2 2.6 De aspirant werkgever heeft een schriftelijke reactie met 3 bijlagen gezonden aan de Commissie, welke is doorgezonden aan klager. 2.7 De Commissie heeft aanvullende stukken opgevraagd bij klager. Deze stukken zijn door de Commissie per ontvangen. In verband met het vertrouwelijke karakter van de medische gegevens in de betreffende stukken zijn deze alleen aan de gemachtigde van de keurend arts doorgezonden. 2.8 De hoorzitting heeft plaatsgevonden in het najaar van Klager werd tijdens de zitting vergezeld door zijn echtgenote. Namens de aspirant werkgever zijn verschenen een manager en een advocaat, werkzaam bij aspirant werkgever (hierna: advocaat van de aspirant werkgever). 2.9 Klager heeft bij aanvang van de hoorzitting aangegeven er geen bezwaar tegen te hebben indien aspirant werkgever kennis zou nemen van vertrouwelijke medische gegevens betreffende klager. 3. De feiten 3.1 Klager is in het verleden circa 12 jaar HC geweest. Sinds enkele jaren is klager werkzaam als internationaal touringcarchauffeur. 3.2 De functie van chef van trein is sinds 3 december 2004 geen wettelijke veiligheidsfunctie meer. Na die datum heeft de aspirant werkgever de aanstellingskeuring voor de functie van HC gehandhaafd. De keuringseisen zijn daarbij niet gewijzigd. Eén en ander is schriftelijk vastgelegd in het Veiligheidsmanagementsysteem (hierna: VMS) van aspirant werkgever. 3.3 In opdracht van aspirant werkgever heeft de Arbodienst in het najaar van 2012 een rapport Medische keuringen HC en HC S&V, Verantwoording uitgebracht, waarin veiligheidstaken geïdentificeerd zijn voor de functie van HC. De Arbodienst adviseert in dit rapport de aspirant werkgever om de functie van HC te handhaven als functie met veiligheidstaken. In aansluiting op dit rapport heeft de Arbodienst een concept-advies Aanstellingskeuring HC en HC S&V, Medische eisen opgesteld. Op initiatief van de Arbodienst is eerdergenoemd concept-advies ter beoordeling voorgelegd aan een gespecialiseerde polikliniek (hierna: de Polikliniek), met het verzoek om advies uit te brengen ten aanzien van het vraagstuk van de keuringen van HC s. Daarnaast is aan de Polikliniek gevraagd een reactie te geven op eerdergenoemd rapport van de Arbodienst. Ten tijde van de keuring van klager had de Polikliniek haar advies nog niet uitgebracht. 3.4 Aspirant werkgever heeft de werving van HC s uitbesteed aan een uitzendbureau (hierna: het Uitzendbureau). Op de vacaturesite van aspirant werkgever staat het functieprofiel beschreven. Daarin is ook vermeld dat als laatste onderdeel van de selectieprocedure voor de functie van HC een medisch onderzoek plaatsvindt. Indien er een vacature is, staat op deze website een link naar de website van het Uitzendbureau. Daarop wordt vermeld dat voor de functie van HC een medische aanstellingskeuring zal plaatsvinden. Allereerst vindt een telefonisch interview plaats. Vervolgens doet de sollicitant een test op de computer, waarna de sollicitant eventueel een uitnodiging ontvangt voor een selectiegesprek met het Uitzendbureau en aspirant werkgever. In dat gesprek wordt de sollicitant in de regel - geïnformeerd over de veiligheidstaken van de HC en de daarmee samenhangende aanstellingskeuring. Door de sollicitant gestelde vragen over de medische keuring worden - indien mogelijk beantwoord, mede ter voorkoming van onjuiste verwachtingen. Het Uitzendbureau geeft uiteindelijk opdracht aan de Arbodienst voor het verrichten van een medische keuring. Er wordt door aspirant werkgever geen afschrift van (een deel van) het VMS verstrekt aan de sollicitant. 3.5 Klager heeft eind via het Uitzendbureau - bij aspirant werkgever gesolliciteerd naar de functie van HC en heeft de selectieprocedure met goed gevolg doorlopen. Naar 2

3 aanleiding daarvan is klager eind 2012 door de Arbodienst uitgenodigd voor een aanstellingskeuring. Bij de uitnodiging was een Vragenlijst medisch onderzoek spoorwegveiligheid gevoegd. Klager stelt geen informatie te hebben ontvangen over de keuringseisen en waar hij precies op wordt gekeurd. 3.6 De keuring heeft begin 2013 plaatsgevonden bij de Arbodienst. De keurend arts heeft vervolgens aan klager bericht dat hij ongeschikt wordt geacht voor de functie van HC. Overeenkomstig het Keuringsreglement Veiligheidskeuringen Railverkeer geeft de keurend arts geen verklaring van medische geschiktheid af. De keurend arts wijst klager daarbij op zijn recht een herkeuring aan te vragen. Uit het dossier is niet duidelijk geworden of en wanneer de aspirant werkgever hierover door de keurend arts is geïnformeerd. 3.7 Naar aanleiding van een vraag van klager heeft de keurend arts circa een maand later in een klager er op gewezen dat hij de mogelijkheid heeft een second opinion aan te vragen bij de herkeurende arbodienst. Er is spraakverwarring geweest tussen enerzijds klager en anderzijds de keurend arts over de begrippen herkeuring en second opinion. Op basis van de overgelegde stukken en hetgeen ter zitting naar voren is gebracht, lijkt het er op dat in ieder geval door de keurend arts een herkeuring is bedoeld. In het vervolg van dit oordeel wordt uitsluitend gesproken over herkeuring, ook indien in de stukken waarnaar wordt verwezen het begrip second opinion staat vermeld, tenzij het relevant is om (het onderscheid tussen) beide begrippen te benoemen. 3.8 Klager heeft het initiatief genomen tot een herkeuring en deze zelf bekostigd. De herkeuring vindt plaats door de herkeurende arbodienst. De herkeurend arts schrijft in zijn brief d.d. begin 2013: Mijn advies is om de beslissing met betrekking tot de ongeschiktheid voor de functie van [HC] te heroverwegen. Enerzijds op grond van de houdbaarheid van de gestelde eisen, anderzijds op grond van nieuwe en uitgebreidere en gunstiger nieuwe gegevens. Ik geef [de keuringsarts] dan wel [aspirant werkgever] ter overweging te besluiten tot een geschiktheid onder voorwaarde van verdere verbetering van de gezondheidsparameters of tegen de overweging van het wettelijk kader waarbinnen de juiste functiegeschiktheidseisen worden gesteld. Klager heeft de uitslag van de herkeuring zelf naar de aspirant werkgever gestuurd. 3.9 De Arbodienst heeft de beslissing tot afkeuring van klager niet willen herzien. De aspirant werkgever heeft klager vervolgens laten weten hem niet in dienst te nemen. In een brief heeft klager aan de aspirant werkgever laten weten protest aan te tekenen tegen de negatieve uitslag van de keuring door de Arbodienst. Klager is vervolgens via internet bij de Commissie terechtgekomen De aspirant werkgever reageert daarop in een brief aan klager. De aspirant werkgever benadrukt daarin dat aan de afwijzing een zorgvuldige afweging ten grondslag ligt. De aspirant werkgever bevestigt dat de functie van HC geen wettelijke veiligheidsfunctie is, zoals bijvoorbeeld die van machinist. De functie van HC is wel een functie met veiligheidstaken, waaronder de vertrekprocedure, veiligheid van derden en eigen veiligheid. De aspirant werkgever volgt, ook na heroverweging door de Arbodienst op grond van de herkeuring door de herkeurende arbodienst, het negatieve advies van de keurend arts. De aspirant werkgever ziet geen aanleiding om de beslissing om klager niet aan te nemen te herzien De Polikliniek brengt in de lente van 2013 (ná indiening van de klacht) advies uit over het concept-advies Aanstellingskeuring HC en HC S&V, Medische eisen. De Polikliniek concludeert in haar rapportage dat er redenen zijn voor het uitvoeren van een aanstellingskeuring voor HC s. De Polikliniek plaatst tegelijk enkele kritische kanttekeningen bij het rapport van de Arbodienst d.d. najaar Zo zijn de relevantie en de zwaarte van de veiligheidseisen in het concept advies van de Arbodienst niet goed uitgewerkt. Uit het advies van de Polikliniek volgt dan ook dat de door de Arbodienst opgestelde concept norm aanpassing behoeft. De Polikliniek merkt verder op dat [de 3

4 Arbodienst] criteria zijn gebaseerd op de eisen voor machinisten en dus niet passend voor de eisen die aan [HC s] worden gesteld. Deze criteria zullen volledig herzien moeten worden. De Polikliniek geeft aan dat er geen duidelijke relatie bestaat tussen de door [Arbodienst] genoemde belastbaarheidseisen en passende medische criteria en onderzoeksmethoden. De door de Arbodienst genoemde criteria op de gebieden neurologie (inclusief OSAS), cardiologie en endocrinologie zijn - volgens de Polikliniek - vooral gebaseerd op het optreden van de aandoeningen die een acute verstoring van de handelingsgeschiktheid kunnen geven en niet op de belastbaarheidseisen: voldoende visuele waarneming, auditieve waarneming en alertheid/bewustzijn. Bij deze aandoeningen moet de verhouding tussen het veiligheidsrisico en de frequentie van het optreden van de handelingsbekwaamheid beter worden uitgewerkt. Ten aanzien van de (ook voor de keuring van klager relevante) belastingseisen lopen, klauteren/klimmen oordeelt de Polikliniek dat de hiermee samenhangende fysieke vaardigheden in het rapport van de Arbodienst wel evenwichtig zijn beoordeeld. 4. Standpunten klager 4.1 Samengevat komen de standpunten van klager op het navolgende neer: a) De functie van touringcarchauffeur, waarvoor klager onlangs is gekeurd en geschikt geacht is vergelijkbaar met de functie van HC bij aspirant werkgever. b) De eigen specialist van klager heeft voorafgaande aan de keuring tegen klager gezegd dat hij hem op dat moment geschikt achtte voor de functie van HC. c) De functie van HC is geen wettelijke veiligheidsfunctie in de zin van het Besluit spoorwegpersoneel. Het is ook geen functie met veiligheidstaken. d) De bijzondere functie-eisen / keuringseisen zijn klager niet voldoende duidelijk geworden. e) De aspirant werkgever en keurend arts hanteren ten onrechte de zwaardere bijzondere functie-eisen voor de wettelijke veiligheidsfunctie van machinist ook voor de functie van HC. f) De veiligheidstaken, die door aspirant werkgever en de keurend arts zijn benoemd komen slechts incidenteel voor. g) Klager heeft aspirant werkgever diverse malen gevraagd of de afkeuring zou worden heroverwogen en wat daarvoor de procedure is. Daarop heeft klager pas na lange tijd een antwoord gekregen, luidende dat er geen reden was voor herziening van het besluit tot ongeschikt verklaring van klager voor de functie van HC. h) Het bevreemdt klager dat aspirant werkgever in haar verweerschrift verwijst naar een regeling in ontwikkeling, neergelegd in een advies van de Polikliniek d.d. lente Dat is een half jaar nadat klager is gekeurd door de keurend arts. Het betreft regelgeving, die nog niet aan de ondernemingsraad (hierna: OR) van aspirant werkgever is voorgelegd, laat staan is goedgekeurd. i) Om de hierboven genoemde redenen had de aspirant werkgever het negatieve advies van de keurend arts niet moeten volgen. De aspirant werkgever dient klager in dienst te nemen en in staat te stellen om klager uiterlijk op 1 september 2013 in te laten stromen in de opleiding voor HC. 4.2 Klager verzoekt de Commissie een oordeel uit te spreken. 5. Standpunten aspirant werkgever 5.1 Kort samengevat komen de standpunten van de aspirant werkgever op het navolgende neer: a) Veiligheid is één van de kernwaarden van aspirant werkgever. b) Op grond van artikel 4 Wet op de medische keuringen (Wmk) mag een aanstellingskeuring worden verricht, indien er bijzondere eisen op het punt van de medische geschiktheid moeten worden gesteld. Er is voldoende reden/rechtvaardiging geweest om met het oog op de veiligheid van mens en materieel in dit geval een proportionele medische aanstellingskeuring door daartoe bevoegde artsen te laten plaatsvinden. 4

5 c) De functie van touringcarchauffeur is moeilijk vergelijkbaar met de functie van HC bij aspirant werkgever. d) Sinds het opheffen van de functie van HC eind 2004 als wettelijke veiligheidsfunctie is de aspirant werkgever bezig met de ontwikkeling van beleid over onder meer de aanstellingskeuring voor die functie. e) Aspirant werkgever ziet de functie van HC sindsdien niet langer als een wettelijke veiligheidsfunctie, maar wel als een functie met veiligheidstaken. Die veiligheidstaken zijn beschreven in het VMS van aspirant werkgever. Daarop zijn in 2004 normen gebaseerd, die momenteel opnieuw tegen het licht worden gehouden. f) De Arbodienst heeft op verzoek van de aspirant werkgever in haar rapport Medische keuringen HC en HC S&V, Verantwoording d.d. najaar 2012 veiligheidstaken geïdentificeerd voor de functie van HC. Deze veiligheidstaken zijn: 1. de vertrekprocedure (het controleren van in-/uitstappers, verkrijgen van vertreksignalen, het geven van vertreksein aan de machinist); 2. veiligheid van derden (bij calamiteiten en verstoringen begeleiden van reizigers via de ballast naar een veilige plek buiten de trein); 3. eigen veiligheid (na aanrijdingen en verstoringen lopen langs de trein om slachtoffers te schouwen, af te dekken of hulp te bieden). Aspirant werkgever herkent zich daarin. g) Vanwege de veiligheidstaken van de HC is er ook naar de mening van de Arbodienst nog steeds voldoende aanleiding voor het verrichten van aanstellingskeuringen. h) Deze veiligheidstaken maken immers dat er bijzondere eisen op het punt van de medische geschiktheid mogen worden gesteld. i) In het concept-advies van de de Arbodienst Aanstellingskeuring HC en HC S&V, Medische eisen wordt de relatie tot veiligheidstaken gelegd op de navolgende onderdelen: - Vertrekprocedure; - Begeven in en lopen op het spoor; - Veilig begeleiden van anderen; - Zichzelf in veiligheid brengen. j) Klager is in opdracht van aspirant werkgever gekeurd, in lijn met de advisering in eerdergenoemd rapport van de Arbodienst. k) De keuring is conform artikel 2 Wmk naar haar aard, inhoud en omvang beperkt gebleven tot het doel waarvoor zij wordt verricht. l) In het voorjaar van 2013 heeft ook de Polikliniek geconcludeerd dat er redenen zijn voor het uitvoeren van een aanstellingskeuring voor HC s. De Polikliniek plaatst tegelijk wel enkele kritische kanttekeningen bij het rapport van de Arbodienst d.d. najaar m) De Polikliniek doet de aanbeveling om op basis van de in haar rapport genoemde belastbaarheidseisen en hieraan gerelateerde medische criteria geschikte onderzoeksmethoden te selecteren met gepaste keuringscriteria voor de HC. Die criteria dienen transparant te zijn over het oordeel geschikt, geschikt onder voorwaarden of (tijdelijk) ongeschikt. n) De aspirant werkgever neemt de aanbevelingen van de Polikliniek zeer serieus. Zij neemt deze aanbevelingen over in het nog in 2013 ter instemming aan de OR voor te leggen voorgenomen besluit inzake de medische keuringen voor de functies van HC en HC S&V. o) Gelet op de rapporten van de Arbodienst en de Polikliniek lijdt het geen twijfel dat ook na het opheffen van de HC als wettelijke veiligheidsfunctie, er voldoende bijzondere eisen verbonden zijn aan die functie op het gebied van belastbaarheid en veiligheid, om een aanstellingskeuring te rechtvaardigen. p) De aspirant werkgever heeft na de herkeuring door de herkeurende arbodienst de ongeschiktheidsverklaring van klager zorgvuldig heroverwogen. Aspirant werkgever ziet gelet op het bovenstaande geen aanleiding om het afgegeven negatieve medische advies van de eigen keurend arts naast zich neer te leggen. q) Het feit dat het beleid van de aspirant werkgever nog in ontwikkeling is en aan de hand van de aanbevelingen van de Polikliniek nog zal worden bijgeschaafd doet daar niet aan af. 5

6 5.2 De klacht is ongegrond. 6. Overwegingen van de Commissie Ontvankelijkheid 6.1 Wat de ontvankelijkheid van de Commissie betreft: de klacht ziet op de toepassing van de Wet op de Medische keuringen (hierna: Wmk). De Commissie verklaart zich ontvankelijk. Twee afzonderlijke oordelen 6.2 Voorop staat dat, gelet op de tekst en de doelstellingen van de Wmk en overige regelgeving, waaronder het Protocol Aanstellingskeuringen van juni 1995, in werking sinds 1 januari , moet worden uitgegaan van een strikte scheiding van verantwoordelijkheden en bevoegdheden tussen de keuringvrager en de keurend artsen. De Commissie brengt daarom twee afzonderlijke oordelen uit; één tegen aspirant werkgever en één tegen de keurend arts (Arbodienst). Onderhavig oordeel ziet op het handelen van de aspirant werkgever. Geen inhoudelijk oordeel geschiktheid 6.3 De Commissie geeft geen inhoudelijk oordeel over het al dan niet geschikt zijn van klager voor de functie van HC, nu een dergelijk oordeel toekomt aan zijn keurend arts. Het is de taak van de Commissie een oordeel te geven over de vraag of de uitvoering van de aanstellingskeuring voldoet aan de Wmk en het Besluit aanstellingskeuringen. Artikel 1 Wmk: aanstellingskeuring 6.4 Artikel 1, lid a van de Wmk bepaalt voor zover hier van belang dat onder een keuring wordt verstaan: vragen over de gezondheidstoestand van de keurling en het verrichten van medisch onderzoek in verband met het aangaan of wijzigen van: 1. Een burgerrechtelijke arbeidsverhouding, die bij of krachtens de Ziektewet, de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen of de Wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering als dienstbetrekking wordt aangemerkt; 2. ( ). 6.5 De Commissie dient te beoordelen of in deze zaak sprake is van een aanstellingskeuring. Tijdens de medische keuring zijn vragen gesteld over de gezondheidstoestand van de keurling en wordt medisch onderzoek verricht. De keuring is beslissend. In dit geval leidt een geschiktheidsverklaring als uitslag van de keuring tot een aanstelling als HC. Dit betekent dat sprake is van een aanstellingskeuring als bedoeld in artikel 1, lid a van de Wmk. De aspirant werkgever moet dan ook voldoen aan de verplichtingen die de Wmk en het Besluit aanstellingskeuringen aan (aspirant) werkgever opleggen. 6.6 De Commissie dient vervolgens na te gaan of aspirant werkgever in het kader van de uitvoering van de aanstellingskeuring van klager heeft voldaan aan de eisen van de Wmk en het Besluit aanstellingskeuringen. Artikel 4 Wmk en artikel 3 Besluit aanstellingskeuringen: bijzondere eisen 6.7 Artikel 4, lid 1 van de Wmk bepaalt in samenhang met artikel 3, lid 1 van het Besluit aanstellingskeuringen dat een aanstellingskeuring alleen mag plaatsvinden, indien aan de vervulling van de betreffende functie en de daarbij behorende taken bijzondere eisen op het punt van medische geschiktheid moeten worden gesteld. 6.8 Onder bijzondere eisen op het punt van medische geschiktheid wordt verstaan: - de bescherming van de gezondheid en de veiligheid van de keurling en van derden bij de uitvoering van de desbetreffende arbeid; en 1 Het Protocol Aanstellingskeuringen kan blijkens de nota van toelichting bij het Besluit tot regeling van aanstellingskeuringen van 23 november 2001, stb. 2001, 597 en bij het Besluit tot regeling van de klachtenbehandeling aanstellingskeuringen van 23 november 2001, Stb. 2001, 598, worden beschouwd als een nadere invulling van de Wmk en het Besluit Aanstellingskeuringen. 6

7 - de risico s voor de gezondheid en de veiligheid, die niet met gangbare maatregelen, overeenkomstig de stand der wetenschap en professionele dienstverlening, kunnen worden gereduceerd. De risico s die met de functie samenhangen moeten dus in eerste instantie zoveel mogelijk door de werkgever worden voorkomen door het treffen van preventieve maatregelen. Een aanstellingskeuring mag derhalve alleen worden verricht in die situaties, waarbij functie-eisen een bijzonder beroep doen op de medische geschiktheid van de kandidaat. Artikel 8 Wmk en artikel 3 Besluit aanstellingskeuringen: schriftelijke vastlegging en advies 6.9 In artikel 8, lid 1 Wmk is bepaald dat de aspirant werkgever het doel van de keuring, de vragen welke ten aanzien van de keuring worden gesteld, en de medische onderzoeken welke mogen worden verricht, schriftelijk vastlegt. In samenhang daarmee is in artikel 3, lid 2 Besluit aanstellingskeuringen vastgelegd dat de aspirant werkgever, voordat hij de bijzondere eisen op het punt van medische geschiktheid én het hiervoor genoemde doel, de vragen en onderzoeken vastlegt, schriftelijk advies daarover en over de rechtmatigheid van de keuring vraagt aan een bedrijfsarts, tenzij een schriftelijk advies al eerder met betrekking tot eenzelfde functie is verstrekt en de omstandigheden en de gangbare maatregelen ongewijzigd zijn gebleven Veiligheid is een van de kernwaarden van aspirant werkgever. Het veiligheidsbeleid van aspirant werkgever heeft onder meer het minimaliseren van schade aan personen en materieel tot doel. Indien aanpassen van de organisatie van het werk en de techniek niet (meer) mogelijk is, is de mens een belangrijke factor. In het Handboek Hoofdconducteur handelt hoofdstuk 3 over veiligheid. In VMS 12.2, Keuringen, 4.0 is in de paragraaf Interne eisen bepaald dat in het geval van veiligheidsfuncties wordt gesproken over wettelijke (machinist en rangeerder) en niet wettelijke veiligheidsfuncties (chef trein (= HC), bevoegd spoorbetreder, procesleider perron, en vertrekassistent). Voor de niet wettelijke veiligheidsfuncties zijn er geen wettelijke inhoudelijke eisen rondom de keuring van medewerkers. Aspirant werkgever heeft voor de niet wettelijke veiligheidsfuncties interne eisen opgesteld en hanteert de term veiligheidstaak De functie van HC valt sinds 3 december 2004 niet meer onder de wettelijke veiligheidsfuncties. Ook het Besluit spoorwegpersoneel 2011 is niet van toepassing. De functie van HC heeft wel veiligheidstaken. Deze veiligheidstaken zijn, aldus aspirant werkgever: a. de vertrekprocedure; b. veiligheid van derden; c. eigen veiligheid. Naar het oordeel van aspirant werkgever moeten in verband met deze veiligheidstaken bijzondere eisen op het punt van de medische geschiktheid worden gesteld, op grond waarvan een aanstellingskeuring rechtmatig en gerechtvaardigd is. In het VMS heeft aspirant werkgever schriftelijk vastgelegd wat de bijzondere functie-eisen zijn en dat de voormalige Railned P003 richtlijnen van het IVW gehanteerd worden bij de keuring. Deze bijzondere functie-eisen en daarbij behorende keuringseisen zijn gelijkluidend aan de eisen, die werden gesteld toen de functie van HC nog als wettelijke veiligheidsfunctie werd gekwalificeerd In het najaar van 2012 brengt de Arbodienst - in opdracht van aspirant werkgever - een advies uit over de medische aanstellingskeuringen van de HC en de HC S&V. De Arbodienst adviseert in zijn rapport om de HC als functie met veiligheidstaken, waarvoor een aanstellingskeuring is toegestaan te handhaven, zowel om inhoudelijke, als praktische redenen (handhaving inbedding verplichting in VMS). De Arbodienst heeft voorts een voorstel gedaan voor de medische eisen Op initiatief van de Arbodienst is eerdergenoemd concept-advies ter beoordeling voorgelegd aan de Polikliniek, met het verzoek advies uit te brengen. De Polikliniek heeft in het voorjaar van 2013 kritische kanttekeningen gemaakt bij het concept-advies 7

8 van de Arbodienst. Conclusie is dat de concept normen van de Arbodienst (deels) dienen te worden gewijzigd. Dat is nog niet gebeurd. Het beleid is nog in ontwikkeling. De aspirant werkgever heeft het voornemen om een voorgenomen besluit daartoe nog dit jaar voor te leggen aan de OR. In de tussentijd handhaaft de aspirant werkgever zijn beleid, dat is gebaseerd op de Railned P003 richtlijnen Klager is gekeurd op basis van de keuringseisen, opgenomen in het concept-advies van de Arbodienst d.d. najaar Die keuringseisen komen overeen met de sinds eind 2004 gehanteerde eisen. Het zijn dezelfde eisen die werden gebruikt toen de HC nog als wettelijke veiligheidsfunctie werd gekwalificeerd. De Commissie is echter van mening dat niet gesteld kan worden dat de omstandigheden en de gangbare maatregelen in deze functie ongewijzigd zijn gebleven in de zin van artikel 3 lid 2 van het Besluit aanstellingskeuringen Het concept-advies van de de Arbodienst wordt door de Commissie gezien als beleid in ontwikkeling van de aspirant werkgever. De Polikliniek heeft - na de keuring van klager enkele zeer kritische kanttekeningen geplaatst bij het concept-advies van de Arbodienst. Door de Polikliniek is onder meer gezegd dat de relevantie en zwaarte van de veiligheidseisen door de Arbodienst niet goed zijn uitgewerkt en dat de concept norm aanpassing behoeft. De criteria zijn gebaseerd op de eisen voor machinisten, die niet passend zijn voor de functie van HC. Een feit waarop ook de herkeurend arts aspirant werkgever via klager begin 2013 had gewezen. Er bestaat volgens de Polikliniek geen relatie tussen de door de Arbodienst genoemde belastbaarheidseisen en passende medische criteria en onderzoeksmethoden. Aspirant werkgever heeft te kennen gegeven dat zij de aanbevelingen van de Polikliniek zeer serieus neemt en haar voorgenomen beleid zal wijzigen Aspirant werkgever is door klager rechtstreeks op de hoogte gesteld van de herkeuring en de door de herkeurende arbodienst gedane aanbeveling. De Commissie is van mening dat de heroverweging die, aldus aspirant werkgever, heeft plaatsgevonden na de herkeuring, onvoldoende is gemotiveerd. Het had op de weg van aspirant werkgever gelegen om haar beslissing om klager niet in dienst te nemen conform het advies van de herkeurend arts te heroverwegen Sinds de functie van HC geen wettelijke veiligheidsfunctie meer is, is er een lange periode van circa 8 jaar verstreken. Door de aspirant werkgever is erkend dat het beleid nog in ontwikkeling is en dat men nog dit jaar hoopt het nieuwe beleid ter instemming aan de OR voor te leggen. De Commissie meent dan ook dat niet voldaan is aan artikel 8, lid 1 Wmk en artikel 3, lid 2 Besluit aanstellingskeuringen. Artikel 8 Wmk en artikel 5 Besluit aanstellingskeuringen: informatieverplichting vooraf 6.18 Ten aanzien van deze klacht is verder artikel 8 Wmk in het geding. De aspirant werkgever heeft op grond van artikel 8, lid 2 van de Wmk de verplichting om een sollicitant vooraf goed te informeren over de medische keuring en over diens rechten bij keuringen. Hieronder verstaat de Commissie informatie verschaffen over het doel van de keuring en over de vragen en de onderzoeken die daarbij aan bod komen, maar ook over het recht op herkeuring. Verder is in artikel 5 van het Besluit aanstellingskeuringen geregeld, dat de aspirant werkgever klager tijdig voor aanvang van de medische keuring desgevraagd het advies van de medische keuringsinstantie ter beschikking stelt en dat de aspirant werkgever klager informeert over de mogelijkheid om een klacht in te dienen bij de Commissie Op basis van de overgelegde stukken en de tijdens de hoorzitting van klager en aspirant werkgever verkregen informatie, is het navolgende vast komen te staan. Aspirant werkgever heeft klager niet op eigen initiatief en voorafgaande aan de keuring zelf schriftelijk geïnformeerd over de medische keuring, anders dan dat op de vacaturesite in het profiel van HC is vermeld dat een medisch onderzoek deel uit maakt van de selectieprocedure. Klager is door aspirant werkgever ook niet gewezen op zijn rechten bij keuring, zoals de mogelijkheid van een herkeuring en het kunnen indienen van een klacht bij de Commissie. Evenmin is (het relevante deel uit) het VMS en het advies van 8

9 de bedrijfsarts aan klager ter beschikking gesteld. Het is voor de Commissie niet mogelijk om vast te stellen of het Uitzendbureau, in opdracht van aspirant werkgever, klager wel tijdig en voldoende heeft geïnformeerd. Dat doet echter ook niet ter zake. Naar het oordeel van de Commissie heeft de aspirant werkgever hierin een eigen verantwoordelijkheid. Die verantwoordelijkheid kan aspirant werkgever niet afschuiven, zonder te verifiëren of door het Uitzendbureau jegens klager aan de verplichtingen ingevolge de Wmk en het Besluit aanstellingskeuringen wordt voldaan De Commissie stelt vast dat aspirant werkgever klager vóór aanvang van de keuring noch daarna voldoende en op begrijpelijke wijze schriftelijk en/of mondeling heeft geïnformeerd over doel, vragen en onderzoeken als hiervoor bedoeld. Datzelfde geldt ten aanzien van klager s rechten bij de keuring. Dit ondanks dat klager herhaaldelijk bij aspirant werkgever, dan wel het Uitzendbureau om nadere informatie heeft verzocht. Artikel 12 Wmk: recht op herkeuring 6.21 Op grond van artikel 12 Wmk heeft de keurling recht op een herkeuring, indien aan de keuring een negatieve gevolgtrekking, dan wel een positieve gevolgtrekking onder bepaalde beperkingen wordt verbonden. De keurling dient zijn wens daartoe met redenen omkleed binnen een week nadat de genoemde gevolgtrekking aan hem is medegedeeld kenbaar te maken. De keuringvrager dient een regeling te treffen voor herkeuring door een onafhankelijk geneeskundige. De kosten van de herkeuring worden gedragen door de keuringvrager. Deze mag echter een redelijke bijdrage van de keurling verlangen Er is spraakverwarring geweest tussen enerzijds klager en anderzijds de keurend arts over de begrippen herkeuring en second opinion. Als gevolg daarvan en door onvoldoende informatie aan en ondersteuning van klager door aspirant werkgever en/of de keurend arts heeft klager uiteindelijk een second opinion gevraagd aan de herkeurende arbodienst. Uit de processtukken en hetgeen ter zitting naar voren is gebracht leidt de Commissie af dat de keurend arts gedoeld heeft op een herkeuring. Klager heeft deze herkeuring zelf moeten bekostigen. Het verslag daarvan heeft hij alleen aan aspirant werkgever gezonden. De kosten van de herkeuring hadden naar het oordeel van de Commissie moeten worden gedragen door aspirant werkgever. 7. Oordeel van de Commissie Op grond van bovenstaande overwegingen komt de Commissie tot het navolgende oordeel: De klacht is gegrond. De aspirant werkgever heeft in het kader van de uitvoering van de aanstellingskeuring van klager niet voldaan aan de eisen van de Wmk en het Besluit aanstellingskeuringen. De aspirant werkgever heeft gehandeld in strijd met artikel 8, lid 1 van de Wmk en artikel 3, lid 2 Besluit aanstellingskeuringen, respectievelijk met artikel 8, lid 2 van de Wmk en artikel 5 Besluit aanstellingskeuringen. Voorts heeft de aspirant werkgever gehandeld in strijd met artikel 12, lid 3 van de Wmk. Ten overvloede beveelt de Commissie aspirant werkgever aan om: a. zo spoedig mogelijk voor de functie HC de bijzondere eisen op het punt van de medische geschiktheid, het doel van de keuring, de vragen welke ten aanzien van de gezondheid zullen worden gesteld en de medische onderzoeken welke mogen worden verricht schriftelijk vast te leggen; b. aan klager alsnog de kosten van de herkeuring te vergoeden. De voorzitter: De plaatsvervangend secretaris: 9

10 mw. mr. M.A.C. Vijn mw. mr. M.J.M. Bach Den Haag,

1.1 Klager heeft medio 2013 een klacht ingediend bij de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna: de Commissie).

1.1 Klager heeft medio 2013 een klacht ingediend bij de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna: de Commissie). Oordeel 2013-04 (klager / keurend arts) De Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen: - mevrouw mr. M.A.C. Vijn, voorzitter; - de heer prof. dr. J.R. Anema; - de heer mr. drs. D.W.M. Weesie;

Nadere informatie

1.2 Op 26 juli 2004 heeft verzoeker om hem moverende redenen zijn verzoek ingetrokken.

1.2 Op 26 juli 2004 heeft verzoeker om hem moverende redenen zijn verzoek ingetrokken. 2005-01 Utrecht, 9 februari 2005 1. Het signaal 1.1 Op 27 mei 2004 heeft de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna: Commissie) een verzoek om advies ontvangen over de vraag of het

Nadere informatie

2.4 De Commissie heeft de klacht op 18 januari 2011 doorgestuurd naar verweerster.

2.4 De Commissie heeft de klacht op 18 januari 2011 doorgestuurd naar verweerster. Oordeel 2011-04 Commissie: mr. drs. C.M.F. van Roessel, voorzitter, mr. E.P. Harderwijk, bedrijfsarts en mr. M.A.C. Vijn, leden van de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen in tegenwoordigheid

Nadere informatie

De klacht richting verweerder als keuringsvrager bestaat uit de volgende klachtonderdelen:

De klacht richting verweerder als keuringsvrager bestaat uit de volgende klachtonderdelen: Oordeel 2011-01 Commissie: mr. E. Cremers - Hartman, voorzitter, drs. E.P. Harderwijk, bedrijfsarts en mr. M.A.C. Vijn, leden van de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen in tegenwoordigheid

Nadere informatie

De klacht gaat over de procedure, gevolgd bij de sollicitatie van klaagster naar de functie van receptioniste bij aspirant werkgever.

De klacht gaat over de procedure, gevolgd bij de sollicitatie van klaagster naar de functie van receptioniste bij aspirant werkgever. Oordeel 2018-02 klaagster / aspirant werkgever Op 21 december 2017 is klaagster, als onderdeel van de sollicitatieprocedure, gevraagd een sollicitatieformulier in te vullen. De klacht richt zich tegen

Nadere informatie

2.3 De Commissie heeft de klacht op 11 april 2011 doorgestuurd naar verweerder met het verzoek om een reactie.

2.3 De Commissie heeft de klacht op 11 april 2011 doorgestuurd naar verweerder met het verzoek om een reactie. Oordeel 2011-05 Commissie: prof. mr. W.H.A.C.M. Bouwens, voorzitter, mr. M.A.C. Vijn, en drs. W.M. van de Fliert, leden van de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen, in tegenwoordigheid van

Nadere informatie

1 Het signaal. 2. De schriftelijke procedure

1 Het signaal. 2. De schriftelijke procedure Aanbeveling 2010-01 Commissie: mr. E. Cremers - Hartman, voorzitter, mr. M.A.C. Vijn en drs. W.M. van de Fliert, leden van de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen in tegenwoordigheid van

Nadere informatie

2.1 De Commissie heeft zich beraad over de ontvankelijkheid van de klacht.

2.1 De Commissie heeft zich beraad over de ontvankelijkheid van de klacht. Oordeel 2004-13 Utrecht, 12 november 2004 1 De klacht Op 30 april 2004 heeft klager de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna: Commissie) verzocht haar oordeel uit te spreken over

Nadere informatie

1.2 Op 26 juli 2004 heeft verzoeker om hem moverende redenen zijn verzoek ingetrokken.

1.2 Op 26 juli 2004 heeft verzoeker om hem moverende redenen zijn verzoek ingetrokken. 2005-02 9 februari 2005 1. Het signaal 1.1 Op 27 mei 2004 heeft de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna: Commissie) een verzoek om advies ontvangen over de vraag of het in opdracht

Nadere informatie

2.2 Partijen zijn in de gelegenheid gesteld hun standpunten nader toe te lichten tijdens de hoorzitting op 21 juni 2005.

2.2 Partijen zijn in de gelegenheid gesteld hun standpunten nader toe te lichten tijdens de hoorzitting op 21 juni 2005. Oordeel 2005-10 Utrecht, 5 augustus 2005 1 De klacht 1.1 Op 12 april 2005 heeft klager de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna: Commissie) verzocht haar oordeel uit te spreken over

Nadere informatie

De klacht richting verweerder bestaat uit de volgende klachtonderdelen:

De klacht richting verweerder bestaat uit de volgende klachtonderdelen: Oordeel 2011-02 Commissie: mr. E. Cremers - Hartman, voorzitter, mr. E.P. Harderwijk, bedrijfsarts en mr. M.A.C. Vijn, leden van de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen in tegenwoordigheid

Nadere informatie

2.1 De Commissie heeft zich beraad over de ontvankelijkheid van de klacht.

2.1 De Commissie heeft zich beraad over de ontvankelijkheid van de klacht. Oordeel 2004-12 Utrecht, 12 november 2004 1 De klacht Op 30 april 2004 heeft klager de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna: Commissie) verzocht haar oordeel uit te spreken over

Nadere informatie

2.1 Op 10 september en op 7 oktober 2009 heeft de Commissie klaagster nadere vragen gesteld.

2.1 Op 10 september en op 7 oktober 2009 heeft de Commissie klaagster nadere vragen gesteld. Oordeel 2010-03 Commissie: mr. E. Cremers - Hartman, voorzitter, prof. mr. W.H.A.C.M. Bouwens en drs. E.P. Harderwijk, bedrijfsarts, leden van de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen in

Nadere informatie

2.1 De Commissie heeft het verzoek in behandeling genomen en een onderzoek ingesteld.

2.1 De Commissie heeft het verzoek in behandeling genomen en een onderzoek ingesteld. Oordeel 2005-07 Utrecht, 28 april 2005 1 De klacht 1.1 Op 27 januari 2005 heeft klager de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna: Commissie) verzocht haar oordeel uit te spreken over

Nadere informatie

Oordeel De klacht

Oordeel De klacht Oordeel 2012-01 Commissie: mevrouw mr. drs. C.M.F. van Roessel, voorzitter, mevrouw mr. C.W.G. Rayer en de heer mr. drs. E.P. Harderwijk, leden van de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen,

Nadere informatie

2.1 De Commissie heeft in het kader van haar onderzoek schriftelijke informatie gevraagd bij de werkgever en de Arbo-dienst.

2.1 De Commissie heeft in het kader van haar onderzoek schriftelijke informatie gevraagd bij de werkgever en de Arbo-dienst. 2004-08 Utrecht, 8 juni 2004 1. Het signaal 1.1 Op 31 oktober 2003 heeft de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna te noemen: Commissie) een signaal ontvangen dat in opdracht van de

Nadere informatie

Oordeel Utrecht, 28 april De klacht

Oordeel Utrecht, 28 april De klacht Oordeel 2005-08 Utrecht, 28 april 2005 1 De klacht 1.1 Op 27 januari 2005 heeft klager de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna: Commissie) verzocht haar oordeel uit te spreken over

Nadere informatie

Utrecht, 12 februari 2007

Utrecht, 12 februari 2007 Oordeel 2007-01 Utrecht, 12 februari 2007 Commissie: Th.M.G. van Berkestijn, arts, voorzitter, mr. E. Cremers - Hartman en mr. M.J. Kelder, bedrijfsarts, leden van de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen

Nadere informatie

Uit de overlegde bescheiden en uit hetgeen is gesteld en niet is weersproken staat voor zover van belang het navolgende vast.

Uit de overlegde bescheiden en uit hetgeen is gesteld en niet is weersproken staat voor zover van belang het navolgende vast. 1 Oordeel 2003-02 16 juli 2003 1 De klacht Op 5 maart 2003 heeft klaagster de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen verzocht haar oordeel uit te spreken over de vraag of de keuring in het

Nadere informatie

Medische keuring bij een sollicitatie, mag dat?

Medische keuring bij een sollicitatie, mag dat? Medische keuring bij een sollicitatie, mag dat? Een medische keuring of aanstellingskeuring kan soms onderdeel zijn van een sollicitatieprocedure. Dit mag alleen als het voor de functie noodzakelijk is

Nadere informatie

Een school of schoolbestuur mag stukken die persoonsgegevens bevatten niet zomaar delen met derden. ADVIES inzake de klacht van:

Een school of schoolbestuur mag stukken die persoonsgegevens bevatten niet zomaar delen met derden. ADVIES inzake de klacht van: 108218 - Een school of schoolbestuur mag stukken die persoonsgegevens bevatten niet zomaar delen met derden. ADVIES inzake de klacht van: de heer en mevrouw [klagers] te [woonplaats], ouders van twee voormalige

Nadere informatie

De Wet op de medische keuringen. Ken uw rechten en plichten als sollicitant, werkgever of bedrijfsarts

De Wet op de medische keuringen. Ken uw rechten en plichten als sollicitant, werkgever of bedrijfsarts De Wet op de medische keuringen Ken uw rechten en plichten als sollicitant, werkgever of bedrijfsarts Nieuwe baan? Zomaar keuren mag niet! De Wet op de medische keuringen en het Besluit aanstellingskeuringen

Nadere informatie

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET KATHOLIEK ONDERWIJS. Klacht betreffende een volgens de vader onjuist schoolkeuzeadvies

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET KATHOLIEK ONDERWIJS. Klacht betreffende een volgens de vader onjuist schoolkeuzeadvies LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET KATHOLIEK ONDERWIJS Advies nummer 2014 Z -08 datum 27 juni 2014 Klacht betreffende een volgens de vader onjuist schoolkeuzeadvies De school heeft geen passend schoolkeuzeadvies

Nadere informatie

1.2 De Commissie heeft de klacht niet in behandeling genomen, omdat klager geen belang (meer) had bij zijn klacht.

1.2 De Commissie heeft de klacht niet in behandeling genomen, omdat klager geen belang (meer) had bij zijn klacht. Oordeel 2003-06 2 december 2003 1 Het signaal 1.1 Op 26 juni 2003 heeft de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna te noemen: Commissie) een klacht ontvangen over de verstrekking van

Nadere informatie

UITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. F.J.

UITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. F.J. 107289 UITSPRAAK in het geding tussen: A, wonende te B, verzoeker, hierna te noemen A gemachtigde: de heer mr. S.L. Knols en het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen

Nadere informatie

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS ADVIES 2012-35 15 maart 2013 Het is de commissie niet gebleken van omstandigheden die voor de school reden hadden moeten zijn om te twijfelen

Nadere informatie

SAMENVATTING Klacht over onzorgvuldig handelen directie en MR bij invoering continue rooster; PO

SAMENVATTING Klacht over onzorgvuldig handelen directie en MR bij invoering continue rooster; PO SAMENVATTING 104849 - Klacht over onzorgvuldig handelen directie en MR bij invoering continue rooster; PO Een aantal ouders klaagt erover dat de directeur onzorgvuldig heeft gehandeld door aan de MR een

Nadere informatie

Oordeel Utrecht, 15 december De klacht

Oordeel Utrecht, 15 december De klacht Oordeel 2004-14 Utrecht, 15 december 2004 1 De klacht 1.1 Op 30 augustus 2004 heeft klaagster de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna: Commissie) verzocht haar oordeel uit te spreken

Nadere informatie

Wet op de medische keuringen

Wet op de medische keuringen Wet op de medische keuringen Wet van 5 juli 1997, Stb. 1997, 365 (Verbeterblad), houdende regels tot versterking van de rechtspositie van hen die een medische keuring ondergaan (Wet op de medische keuringen),

Nadere informatie

DÉ GEDRAGSCODE VOOR WERVING & SELECTIE

DÉ GEDRAGSCODE VOOR WERVING & SELECTIE SOLLICITATIE CODE DÉ GEDRAGSCODE VOOR WERVING & SELECTIE De NVP Sollicitatiecode (hierna te noemen: de code ) bevat basisregels die organisaties en sollicitanten naar het oordeel van de Nederlandse Vereniging

Nadere informatie

Oordeel Klaagster / Defensie

Oordeel Klaagster / Defensie Oordeel 2018-03 Klaagster / Defensie Klaagster heeft bij het ministerie van Defensie (Defensie) gesolliciteerd naar een militaire functie. Klaagster heeft, als onderdeel van haar sollicitatieprocedure,

Nadere informatie

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET KATHOLIEK ONDERWIJS

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET KATHOLIEK ONDERWIJS LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET KATHOLIEK ONDERWIJS Advies nummer 2014-Z-02 datum 16 mei 2014 Klacht betreffende het niet correct toepassen van de vakantieregeling en andere wetgeving ten opzichte

Nadere informatie

Klacht over informatieverstrekking aan jeugdzorg en ex-partner ongegrond omdat de school zorgvuldig gehandeld heeft.

Klacht over informatieverstrekking aan jeugdzorg en ex-partner ongegrond omdat de school zorgvuldig gehandeld heeft. 108179 - Klacht over informatieverstrekking aan jeugdzorg en ex-partner ongegrond omdat de school zorgvuldig gehandeld heeft. ADVIES inzake de klacht van: [klager] te [woonplaats], ouder van [de leerling],

Nadere informatie

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET KATHOLIEK ONDERWIJS. Advies Klachtnummer 2015 N-3/8 8 april 2015

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET KATHOLIEK ONDERWIJS. Advies Klachtnummer 2015 N-3/8 8 april 2015 LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET KATHOLIEK ONDERWIJS Advies Klachtnummer 2015 N-3/8 8 april 2015 School stelt zich ten opzichte van gescheiden vader partijdig op. Moeder krijgt informatie die de vader

Nadere informatie

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET KATHOLIEK ONDERWIJS

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET KATHOLIEK ONDERWIJS LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET KATHOLIEK ONDERWIJS Advies Klachtnummer 2015 N-22 19 juni 2015 Bij het wijzigen van de schooltijden zijn procedurele fouten gemaakt. Een vruchtbare gedachtewisseling

Nadere informatie

RAAD VAN DISCIPLINE. De raad heeft het volgende overwogen en beslist naar aanleiding van de op 10 januari 2011 binnengekomen klacht van:

RAAD VAN DISCIPLINE. De raad heeft het volgende overwogen en beslist naar aanleiding van de op 10 januari 2011 binnengekomen klacht van: 11-005A ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA2002 RAAD VAN DISCIPLINE Beslissing in de zaak onder nummer van: 11-005A RAAD VAN DISCIPLINE in het ressort Amsterdam BESLISSING d.d. 13 september 2011 in de zaak 11-005A

Nadere informatie

2.1 Op 18 augustus 2006 heeft de Commissie verweerder schriftelijk in kennis gesteld van de klacht met bijlagen.

2.1 Op 18 augustus 2006 heeft de Commissie verweerder schriftelijk in kennis gesteld van de klacht met bijlagen. Oordeel 2006-14 Utrecht, 31 oktober 2006 Commissie: Th.M.G. van Berkestijn, arts, voorzitter, prof. mr. A.C. Hendriks en mevrouw mr. M.J.M. Kelder, bedrijfsarts, leden van de Commissie Klachtenbehandeling

Nadere informatie

Het College van Toezicht (hierna: het College) heeft het volgende overwogen en beslist:

Het College van Toezicht (hierna: het College) heeft het volgende overwogen en beslist: COLLEGE VAN TOEZICHT VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN PEDAGOGEN EN ONDERWIJSKUNDIGEN 16-05 Uitspraak van het College van Toezicht van de Nederlandse Vereniging van pedagogen en Onderwijskundigen (hierna:

Nadere informatie

De klacht betreft zowel het handelen van verweerder als het handelen van de Koninklijke Luchtmacht (hierna: het bevoegd gezag).

De klacht betreft zowel het handelen van verweerder als het handelen van de Koninklijke Luchtmacht (hierna: het bevoegd gezag). Oordeel 2009-05 Commissie: mr. E. Cremers - Hartman, voorzitter, mr. M.A.C. Vijn en mr. C.M.F. van Roessel, bedrijfsarts, leden van de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen in tegenwoordigheid

Nadere informatie

SAMENVATTING. inzake de klacht van: de heer A te B, vader van C, D, E en F A, klager. tegen

SAMENVATTING. inzake de klacht van: de heer A te B, vader van C, D, E en F A, klager. tegen SAMENVATTING 105668 - Klacht over informatieverstrekking aan derden, over informeren van ouders over vorderingen/welbevinden, over niet volledig/niet tijdig verstrekken van leerlingdossiers, over niet

Nadere informatie

Raad voor Rechtsbijstand

Raad voor Rechtsbijstand Internet Www.rvr.org Postbus 24080 3502 MB Utrecht Crocsckan 35 3521 BJ Utrocht Centraal kantoor Utrecht Raad voor Rechtsbijstand TeL 068-7871000. Fax088-787 10 8 Doorkiesnr. : 088-7871020 Datum : 30 juli

Nadere informatie

2.2 Bij brief van 10 september 2004 heeft klager aanvullende bescheiden gestuurd.

2.2 Bij brief van 10 september 2004 heeft klager aanvullende bescheiden gestuurd. Oordeel 2005-04 Utrecht, 14 maart 2005 1 De klacht 1.1 Op 7 september 2004 heeft klager de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna: Commissie) verzocht haar oordeel uit te spreken over

Nadere informatie

SAMENVATTING. 104771 - Klacht over medewerking aan AMK-onderzoek; PO

SAMENVATTING. 104771 - Klacht over medewerking aan AMK-onderzoek; PO SAMENVATTING 104771 - Klacht over medewerking aan AMK-onderzoek; PO Een vader klaagt dat de IB'er zonder indicatie en overleg onjuiste informatie heeft verschaft aan het AMK en aan de logopedist en de

Nadere informatie

UITSPRAAK. de medezeggenschapsraad van [de school], te [vestigingsplaats], verzoeker, hierna te noemen de MR

UITSPRAAK. de medezeggenschapsraad van [de school], te [vestigingsplaats], verzoeker, hierna te noemen de MR 108719 - Adviesgeschil over benoeming directeur. Het bevoegd gezag heeft de MR ten onrechte niet in de gelegenheid gesteld vooraf advies te geven; ook als MR-leden deelnemen in de BAC, moet het bevoegd

Nadere informatie

De klacht betreft zowel het handelen van verweerder als het handelen van de uitslaggevend keuringsarts.

De klacht betreft zowel het handelen van verweerder als het handelen van de uitslaggevend keuringsarts. Oordeel 2009-03 Commissie: mr. E. Cremers - Hartman, voorzitter, mr. M.A.C. Vijn en mr. C.M.F. van Roessel, bedrijfsarts, leden van de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen in tegenwoordigheid

Nadere informatie

d. Secretaris: de medewerker van het LUMC die door de raad van Bestuur is aangesteld als ambtelijk secretaris klachtenadviescommissie;

d. Secretaris: de medewerker van het LUMC die door de raad van Bestuur is aangesteld als ambtelijk secretaris klachtenadviescommissie; Regeling klachtenadviescommissie Dit document is van toepassing op de klachtenadviescommissie van het LUMC en beschrijft de werkwijze en verantwoordelijkheden van deze commissie. Hiermee wordt voldaan

Nadere informatie

Informatie aan niet-opdrachtgever. Bouwkundige staat. Mededelings- en onderzoeksplicht. Asbest.

Informatie aan niet-opdrachtgever. Bouwkundige staat. Mededelings- en onderzoeksplicht. Asbest. Informatie aan niet-opdrachtgever. Bouwkundige staat. Mededelings- en onderzoeksplicht. Asbest. De koper van een woning (klager) stelt dat de verkopend makelaar (beklaagde) onjuist c.q. onzorgvuldig heeft

Nadere informatie

Advies aan: Het bestuur van Stichting X, Stichting voor Speciaal Onderwijs (verder: het bevoegd gezag),

Advies aan: Het bestuur van Stichting X, Stichting voor Speciaal Onderwijs (verder: het bevoegd gezag), LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE KATHOLIEK ONDERWIJS Schooladvies en deelname aan Citotoets. De Commissie stelt vast dat er geen aanknopingspunten zijn om de oordeelsvorming van verweerder in twijfel te trekken.

Nadere informatie

Klachtenreglement Coaching Rondom Kanker

Klachtenreglement Coaching Rondom Kanker Klachtenreglement Coaching Rondom Kanker Inleiding Coaching Rondom Kanker (CRK) heeft besloten een klachtenprocedure in het leven te roepen en heeft daarvoor het volgende reglement vastgesteld. Tevens

Nadere informatie

Verder klaagt verzoekster over de wijze waarop het UWV te Venlo haar klacht heeft behandeld.

Verder klaagt verzoekster over de wijze waarop het UWV te Venlo haar klacht heeft behandeld. Rapport 2 h2>klacht Verzoekster klaagt erover dat een met naam genoemde verzekeringsarts van het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen te Heerlen (UWV) bij het vaststellen van de belastbaarheid

Nadere informatie

Klachtenregeling Vereniging Spierziekten Nederland (VSN)

Klachtenregeling Vereniging Spierziekten Nederland (VSN) Klachtenregeling Vereniging Spierziekten Nederland (VSN) De VSN doet haar uiterste best om haar leden zo goed mogelijk van dienst te zijn. Toch is het mogelijk dat er zaken fout gaan of niet zoals afgesproken.

Nadere informatie

Bekijk hier de uitspraak van de Commissie van Beroep GCHB 2010-401

Bekijk hier de uitspraak van de Commissie van Beroep GCHB 2010-401 Bekijk hier de uitspraak van de Commissie van Beroep GCHB 2010-401 Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 89 d.d. 3 mei 2010 (mr. drs. M.L. Hendrikse, voorzitter, mr. B.F. Keulen

Nadere informatie

- het op 4 juni 2014 ingekomen klaagschrift van [klager] ( klager ), inclusief 5 producties;

- het op 4 juni 2014 ingekomen klaagschrift van [klager] ( klager ), inclusief 5 producties; RAAD VAN TUCHT VERENIGING VAN REGISTERCONTROLLERS Datum uitspraak: 4 november 2014 Zaaknummer: RvT VRC 2014-02 de heer [klager], wonende te [woonplaats 1] gemachtigde: de heer mr. R.M. Braat K L A G E

Nadere informatie

Raad voor Rechtsbijstand

Raad voor Rechtsbijstand / Het bestuur van de Raad heeft het advies van de Commissie Rechtsbijstand Asiel en Onderwerp : gegrondverklaring klacht mevrouw, Tel. 088-787 1000 Fax 088-787 1000 besluit waarschuwing Namens het bestuur

Nadere informatie

Uit de overgelegde bescheiden en uit hetgeen ter zitting is gebleken staat voorzover hier van belang het navolgende vast.

Uit de overgelegde bescheiden en uit hetgeen ter zitting is gebleken staat voorzover hier van belang het navolgende vast. Oordeel 2003-05 16 juli 2003 1 De klacht Op 20 maart 2003 heeft klaagster de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna te noemen: Commissie) verzocht haar oordeel uit te spreken over

Nadere informatie

Het advies van de Commissie Wetenschappelijke Integriteit

Het advies van de Commissie Wetenschappelijke Integriteit LOWI Advies 2015, nr. 10 Advies van het LOWI van 17 september 2015 ten aanzien van een verzoek van, bij het LOWI ingediend op 17 augustus 2015 betreffende het voorlopig besluit van het Bestuur van, inzake

Nadere informatie

Datum verzoekschrift Het verzoek tot onderzoek is op 28 december 2012 binnengekomen bij het secretariaat van de Overijsselse Ombudsman.

Datum verzoekschrift Het verzoek tot onderzoek is op 28 december 2012 binnengekomen bij het secretariaat van de Overijsselse Ombudsman. Dossiernummer 2012 091 Rapport Verzoeker De heer M. G. Almelo. Datum verzoekschrift Het verzoek tot onderzoek is op 28 december 2012 binnengekomen bij het secretariaat van de Overijsselse Ombudsman. Betreft

Nadere informatie

3. DE FEITEN Uit de overgelegde bescheiden en uit hetgeen is gesteld en niet weersproken staat - voorzover van belang het navolgende vast.

3. DE FEITEN Uit de overgelegde bescheiden en uit hetgeen is gesteld en niet weersproken staat - voorzover van belang het navolgende vast. 2002-03 Utrecht, 4 juni 2003 1 DE KLACHT 1.1 Op 5 maart 2002 heeft de vertegenwoordiger van klaagster de Commissie Klachtbehandeling Aanstellingskeuringen verzocht haar oordeel uit te spreken over de vraag

Nadere informatie

SAMENVATTING. 104778 klacht over beslissing directeur om geen verlof te verlenen aan leerling; PO

SAMENVATTING. 104778 klacht over beslissing directeur om geen verlof te verlenen aan leerling; PO SAMENVATTING Landelijke Klachtencommissie Onderwijs 104778 klacht over beslissing directeur om geen verlof te verlenen aan leerling; PO Ouders hebben verlof gevraagd voor een gezinsvakantie buiten de schoolvakantie

Nadere informatie

Oordeel klager / aspirant werkgever

Oordeel klager / aspirant werkgever Oordeel 2015-02 klager / aspirant werkgever Klager heeft gesolliciteerd naar de functie van reservist bij de Koninklijke Landmacht (ministerie van Defensie). Uit de aanstellingskeuring bleek dat klager

Nadere informatie

VERLOOP VAN DE PROCEDURE

VERLOOP VAN DE PROCEDURE SAMENVATTING 105535 - Klacht over doubleren, over informatieverstrekking aan Raad voor de Kinderbescherming en het (niet) beantwoorden van brieven; PO Een vader klaagt erover dat de school heeft besloten

Nadere informatie

Beslissing op bezwaar

Beslissing op bezwaar Beslissing op bezwaar Kenmerk: 678208/679078 Betreft: bezwaar tegen besluit op Wob-verzoek en besluit tot openbaarmaking daarvan Beschikking van het Commissariaat voor de Media betreffende het bezwaar

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 6-0 7 4 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het College van beroep van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellante tegen de Raad van Bestuur

Nadere informatie

Kamer van Toezicht over de Notarissen en Kandidaat-notarissen te Rotterdam

Kamer van Toezicht over de Notarissen en Kandidaat-notarissen te Rotterdam 01/10 ECLI:NL:TNOKROT:2010:YC0465 KAMER VAN TOEZICHT Beslissing in de zaak onder nummer van: 01/10 Kamer van Toezicht over de Notarissen en Kandidaat-notarissen te Rotterdam Reg.nr. 01/10 Beslissing op

Nadere informatie

Klacht over informatieverstrekking gescheiden ouder zonder ouderlijk gezag, en over weigering rechtstreeks met hem te communiceren.

Klacht over informatieverstrekking gescheiden ouder zonder ouderlijk gezag, en over weigering rechtstreeks met hem te communiceren. 108408 - Klacht over informatieverstrekking gescheiden ouder zonder ouderlijk gezag, en over weigering rechtstreeks met hem te communiceren. inzake de klacht van: ADVIES [Klager], wonende te [woonplaats],

Nadere informatie

1. Het verloop van de procedure

1. Het verloop van de procedure 16.075T (W) Beslissing van de wrakingskamer van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd De wrakingskamer van het College van Toezicht, hierna te noemen: de wrakingskamer, heeft het volgende

Nadere informatie

TUCHTRAAD FINANCIËLE DIENSTVERLENING (ASSURANTIËN) UITSPRAAK in de zaak nr. [nummer] klaagster,

TUCHTRAAD FINANCIËLE DIENSTVERLENING (ASSURANTIËN) UITSPRAAK in de zaak nr. [nummer] klaagster, TUCHTRAAD FINANCIËLE DIENSTVERLENING (ASSURANTIËN) UITSPRAAK 17-022 in de zaak nr. [nummer] inzake de klacht ingediend door: mevrouw mr. [naam 1], hierna te noemen klaagster, met betrekking tot: [naam

Nadere informatie

1.2 De Commissie heeft de klacht niet in behandeling genomen, omdat klager geen belang (meer) had bij zijn klacht.

1.2 De Commissie heeft de klacht niet in behandeling genomen, omdat klager geen belang (meer) had bij zijn klacht. Oordeel 2003-07 2 december 2003 1 Het signaal 1.1 Op 26 juni 2003 heeft de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna te noemen: Commissie) een klacht ontvangen over de verstrekking van

Nadere informatie

Landelijke Klachtencommissie Onderwijs De school heeft volgens de regels gehandeld bij het afgeven van het schooladvies.

Landelijke Klachtencommissie Onderwijs De school heeft volgens de regels gehandeld bij het afgeven van het schooladvies. 107257 - De school heeft volgens de regels gehandeld bij het afgeven van het schooladvies. inzake de klacht van: ADVIES mevrouw A en de heer B te G/H, ouders van C, klagers tegen mevrouw D, directeur van

Nadere informatie

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN U I T S P R A A K Nr. i n d e k l a c h t nr. 2003.0351 (005.03) ingediend door: hierna te noemen klaagster', tegen: hierna te noemen verzekeraar'. De Raad van Toezicht

Nadere informatie

CENTRAAL TUCHTCOLLEGE

CENTRAAL TUCHTCOLLEGE C2010.295 CENTRAAL TUCHTCOLLEGE voor de Gezondheidszorg Beslissing in de zaak onder nummer C2010.295 van: , wonende te , appellant, klager in eerste aanleg, gemachtigde: R. Melchers,

Nadere informatie

RAAD VAN TOEZICHT VOOR DE OCTROOIGEMACHTIGDEN Postbus 3219, 2280 GE Rijswijk telefoon fax

RAAD VAN TOEZICHT VOOR DE OCTROOIGEMACHTIGDEN Postbus 3219, 2280 GE Rijswijk telefoon fax RAAD VAN TOEZICHT VOOR DE OCTROOIGEMACHTIGDEN Postbus 3219, 2280 GE telefoon 070-3905578 fax 070-3905171 BESCHIKKING A. - B. 1. Bij brief van 13 augustus 1999 heeft de heer A. bij de Raad van Toezicht

Nadere informatie

DE RAAD VAN TOEZICHT ZUID VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM geeft de volgende uitspraak in de zaak van:

DE RAAD VAN TOEZICHT ZUID VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM geeft de volgende uitspraak in de zaak van: Onjuiste taxatiewaarde. Echtscheiding. Teruggave opdracht. Beklaagde heeft op verzoek van klager en zijn ex-echtgenote een woning getaxeerd en heeft zijn opdrachtgevers een concept-taxatierapport toegezonden.

Nadere informatie

Rapport. Rapport over een klacht over het College bescherming persoonsgegevens. Datum: 29 december Rapportnummer: 2011/368

Rapport. Rapport over een klacht over het College bescherming persoonsgegevens. Datum: 29 december Rapportnummer: 2011/368 Rapport Rapport over een klacht over het College bescherming persoonsgegevens Datum: 29 december 2011 Rapportnummer: 2011/368 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat het College bescherming persoonsgegevens

Nadere informatie

School hoefde moeder niet te informeren over ontvangst en inhoud brief van ex-echtgenoot. ADVIES

School hoefde moeder niet te informeren over ontvangst en inhoud brief van ex-echtgenoot. ADVIES 107679 - School hoefde moeder niet te informeren over ontvangst en inhoud brief van ex-echtgenoot. inzake de klacht van: A te B, moeder van C, klaagster tegen - D, docent op E, locatie F en - G, docent

Nadere informatie

ADVIES. inzake de klacht van: de heer A, wonende te B, vader van C, klager. tegen. D College, locatie E, te B, verweerster

ADVIES. inzake de klacht van: de heer A, wonende te B, vader van C, klager. tegen. D College, locatie E, te B, verweerster 107548 - Een school moet de niet-gezaghebbende ouder die daar om verzoekt, informatie verstrekken over belangrijke zaken die de persoon, verzorging of opvoeding van het kind betreffen. inzake de klacht

Nadere informatie

5 Op grond van art 23p ROW 1995 overweegt de voorzitter van de Raad het volgende:

5 Op grond van art 23p ROW 1995 overweegt de voorzitter van de Raad het volgende: Beslissing Mw. A. - B. Per brief van 31 juli 2003 richt mw. A. (hierna A.) zich tot de Raad van Toezicht voor Octrooigemachtigden (hierna de Raad) met een klacht wegens niet geleverde diensten en het hiervoor

Nadere informatie

WMK en algemene gezondheidsvragen

WMK en algemene gezondheidsvragen WMK en algemene gezondheidsvragen Carel Hulshof 1 Casus (CKA Aanbeveling 2010-01) Dhr A solliciteert naar de functie van treinverkeersleider. Hij wordt hiervoor gekeurd Aanstellingskeuring algemene vragenlijst,

Nadere informatie

Rapport. Datum: 13 oktober 2004 Rapportnummer: 2004/401

Rapport. Datum: 13 oktober 2004 Rapportnummer: 2004/401 Rapport Datum: 13 oktober 2004 Rapportnummer: 2004/401 2 Klacht Het niet opnemen van een rechtsmiddelenclausule conform artikel 3:45 van de Algemene wet bestuursrecht in de beslissing van 17 december 2003

Nadere informatie

Raad van Toezicht Amsterdam van de Nederlandse Vereniging van Makelaars en Taxateurs in onroerende goederen NVM DE LOOP VAN DE PROCEDURE

Raad van Toezicht Amsterdam van de Nederlandse Vereniging van Makelaars en Taxateurs in onroerende goederen NVM DE LOOP VAN DE PROCEDURE Voorlichting/belangen niet-opdrachtgever. Ontbreken schriftelijke vastlegging koopovereenkomst. Verkoop aan derde. Bevoegdheid t.a.v. schadevergoeding. Klaagster was geïnteresseerd in een woning die beklaagde

Nadere informatie

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE CHRISTELIJK ONDERWIJS

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE CHRISTELIJK ONDERWIJS LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE CHRISTELIJK ONDERWIJS Informatieverstrekking gescheiden ouders met terugwerkende kracht tijdens het hervatten van het gezag, inschrijving zonder toestemming ex-partner en informatieverstrekking

Nadere informatie

Het bestuur van het Noordelijk Belastingkantoor; Gelet op de hoofdstukken 6 en 7 van de Algemene wet bestuursrecht;

Het bestuur van het Noordelijk Belastingkantoor; Gelet op de hoofdstukken 6 en 7 van de Algemene wet bestuursrecht; Reglement behandeling bezwaarschriften Het bestuur van het Noordelijk Belastingkantoor; Gelet op de hoofdstukken 6 en 7 van de Algemene wet bestuursrecht; Besluit: Het Reglement behandeling bezwaarschriften

Nadere informatie

SAMENVATTING ADVIES Klacht over informatieverstrekking en klachtbehandeling; PO

SAMENVATTING ADVIES Klacht over informatieverstrekking en klachtbehandeling; PO SAMENVATTING 105698 - Klacht over informatieverstrekking en klachtbehandeling; PO Een gescheiden vader klaagt erover dat de school hem onvoldoende informeert over zijn kinderen en informatie aan de Raad

Nadere informatie

16.058T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ

16.058T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ 16.058T Beslissing van het College van Toezicht van het Kwaliteitsregister Jeugd, hierna te noemen: SKJ Het College van Toezicht, hierna te noemen: het College, heeft in de onderhavige zaak beraadslaagd

Nadere informatie

Gezien het voorstel van Gedeputeerde Staten, d.d. 21 juli 2009, nr. 2009-013327,

Gezien het voorstel van Gedeputeerde Staten, d.d. 21 juli 2009, nr. 2009-013327, Provinciale Staten Vergadering d.d. 23 september 2009 Besluit nr. PS2009-658 PROVINCIALE STATEN VAN GELDERLAND Gezien het voorstel van Gedeputeerde Staten, d.d. 21 juli 2009, nr. 2009-013327, Gelet op

Nadere informatie

SAMENVATTING. de heer A te B, ouder van C, een leerling op de regionale scholengemeenschap D, klager

SAMENVATTING. de heer A te B, ouder van C, een leerling op de regionale scholengemeenschap D, klager SAMENVATTING 105724 - Klacht over schorsing; VO Een vader klaagt erover dat de school zijn zoon op onjuiste gronden heeft geschorst en voor deze schorsing geen eenduidige reden heeft aangevoerd. De school

Nadere informatie

ANONIEM BINDEND ADVIES

ANONIEM BINDEND ADVIES ANONIEM BINDEND ADVIES Partijen : A te B vs C te D, in deze vertegenwoordigd door E te F en G te D, in deze vertegenwoordigd door E te F Zaak : Geneeskundige zorg, preventieve bodyscan Zaaknummer : 2009.00199

Nadere informatie

Verordening behandeling bezwaarschriften 2006

Verordening behandeling bezwaarschriften 2006 Verordening behandeling bezwaarschriften 2006 Het Algemeen Bestuur van de IGSD Veluwerand; gezien het voorstel van het dagelijks bestuur van 14-6-2006; gelet op de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht

Nadere informatie

LEI Plagiaat ongegrond

LEI Plagiaat ongegrond CASUS WETENSCHAPPELIJKE INTEGRITEIT 2016 LEI Plagiaat ongegrond Universiteit Leiden 1. Onderwerp van de klacht Plagiaat 2. Advies van de Commissie Wetenschappelijke Integriteit 25 mei 2016 De Commissie

Nadere informatie

ADVIES. het D, gevestigd te B, vertegenwoordigd door de heer E, directeur, verweerder

ADVIES. het D, gevestigd te B, vertegenwoordigd door de heer E, directeur, verweerder 107557 - School heeft een gescheiden vader voldoende adequaat en op gelijke wijze van informatie voorzien over zijn zoon. inzake de klacht van: de heer A, wonende te B, ouder van C, klager tegen ADVIES

Nadere informatie

Rapport. inzake. de stichting FUNDASHON E HENDE. tegen. de Minister van Verkeer, Vervoer en Ruimtelijke Planning

Rapport. inzake. de stichting FUNDASHON E HENDE. tegen. de Minister van Verkeer, Vervoer en Ruimtelijke Planning Rapport inzake de stichting FUNDASHON E HENDE tegen de Minister van Verkeer, Vervoer en Ruimtelijke Planning Scharlooweg 41, Tel: (+5999) 461-0303 Fax: (+5999) 461-9483 Info@ombudsman-curacao.cw 1. Inleiding

Nadere informatie

Verweerder heeft op 7 november 1995 een verweerschrift ingediend.

Verweerder heeft op 7 november 1995 een verweerschrift ingediend. Zaaknummer: 1995/147 Rechter(s): mrs. Loeb, Martens, dr Brommer Datum uitspraak: 4 maart 1996 Partijen: X tegen het college van bestuur van de Rijksuniversiteit Groningen Trefwoorden: Fatale datum, bekendmaking

Nadere informatie

Klachtenregeling ongewenst gedrag voor de decentrale overheid 2011

Klachtenregeling ongewenst gedrag voor de decentrale overheid 2011 Bijlage: Klachtenregeling ongewenst gedrag voor de decentrale overheid 2011 Artikel 1 Begripsomschrijving Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder: a. bevoegd gezag: het orgaan dat in

Nadere informatie

Veilig Thuis Gelderland-Midden

Veilig Thuis Gelderland-Midden Veilig Thuis Gelderland-Midden Advies- en Meldpunt Huiselijk Geweld en Kindermishandeling KLACHTENREGELING Datum: 01-01-2019 Versie: 4.0 Status: Vastgesteld door MT (23/11/18) en OR (11/12/18) VOORWOORD

Nadere informatie

De klacht is ontvankelijk. De CKA acht zich bevoegd en verklaart de klacht gegrond. De CKA heeft kort samengevat het volgende overwogen.

De klacht is ontvankelijk. De CKA acht zich bevoegd en verklaart de klacht gegrond. De CKA heeft kort samengevat het volgende overwogen. Oordeel 2017-07 klager / Defensie Klager heeft bij het ministerie van Defensie (Defensie) gesolliciteerd naar een militaire functie. Klager heeft, als onderdeel van zijn sollicitatieprocedure, een Psychologisch

Nadere informatie

Echtscheiding, perikelen bij. Onvoldoende overleg opdrachtgever. Ongepast optreden.

Echtscheiding, perikelen bij. Onvoldoende overleg opdrachtgever. Ongepast optreden. 18-24 RvT Amsterdam 200 BELANGENBEHARTIGING OPDRACHTGEVER Echtscheiding, perikelen bij. Onvoldoende overleg opdrachtgever. Ongepast optreden. Klager en zijn ex-partner zijn door de voorzieningenrechter

Nadere informatie

Wet van 5 juli 1997, houdende regels tot versterking van de rechtspositie van hen die een medische keuring ondergaan (Wet op de medische keuringen)

Wet van 5 juli 1997, houdende regels tot versterking van de rechtspositie van hen die een medische keuring ondergaan (Wet op de medische keuringen) (Tekst geldend op: 27-06-2013) Wet van 5 juli 1997, houdende regels tot versterking van de rechtspositie van hen die een medische keuring ondergaan (Wet op de medische keuringen) Wij Beatrix, bij de gratie

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Bekendmaking vaststelling beleid Burgemeester en wethouders van Heemskerk maken bekend de beleidsregel Klachtenregeling ongewenst gedrag voor de decentrale overheid 2017" vast te stellen. De nieuwe beleidsregel

Nadere informatie

Het ondertekende verzoek tot onderzoek van 4 april 2011, is op 5 april 2011 binnengekomen bij het secretariaat van de Overijsselse Ombudsman.

Het ondertekende verzoek tot onderzoek van 4 april 2011, is op 5 april 2011 binnengekomen bij het secretariaat van de Overijsselse Ombudsman. Dossiernummer 2010 100 Oordeel Verzoeker De heer J. B te Zwolle Datum verzoekschrift Het ondertekende verzoek tot onderzoek van 4 april 2011, is op 5 april 2011 binnengekomen bij het secretariaat van de

Nadere informatie