Met begeleiding naar werk

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Met begeleiding naar werk"

Transcriptie

1 Met begeleiding naar werk Tweede vervolgmeting voor de 25%-doelstelling Centrum voor Beleidsstatistiek Harold Kroeze, Osman Baydar, Kathleen Geertjes, Henk van Maanen, Luuk Schreven, Esther Vieveen Centraal Bureau voor de Statistiek Voorburg/Heerlen, 2007

2 Verklaring der tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim = nihil = (indien voorkomend tussen twee getallen) tot en met 0 (0,0) = het getal is minder dan de helft van de gekozen eenheid niets (blank) = een cijfer kan op logische gronden niet voorkomen = 2003 tot en met /2004 = het gemiddelde over de jaren 2003 tot en met / 04 = oogstjaar, boekjaar, schooljaar enz., beginnend in 2003 en eindigend in / / 04 = oogstjaar, boekjaar enz., 2001/ 02 tot en met 2003/ 04 In geval van afronding kan het voorkomen dat de totalen niet geheel overeenkomen met de som der opgetelde getallen. Verbeterde cijfers in staten en tabellen zijn niet als zodanig gekenmerkt. Colofon Uitgever Centraal Bureau voor de Statistiek Prinses Beatrixlaan XZ Voorburg Omslag-ontwerp Wat Ontwerpers, Utrecht Prepress Centraal Bureau voor de Statistiek - Facilitair beheer Inlichtingen Tel. (088) Fax: (070) Via contactformulier: Bestellingen verkoop@cbs.nl Fax: (045) Internet Centraal Bureau voor de Statistiek, Voorburg/Heerlen, Verveelvoudiging is toegestaan, mits het CBS als bron wordt vermeld. ISSN: X-13

3 Inhoud Samenvatting 4 1. Inleiding Doel van het onderzoek Berekening van de uitstroom naar werk Indeling van het rapport Inhoud van de tabellenset 6 2. Uitstroom uit de werkloosheidsuitkering Inleiding Personen met WW in januari Uitstroom uit de uitkering van personen met een WW-uitkering in januari Uitstroom uit de bijstand Inleiding Onderzoekspopulatie Beëindiging van de bijstand Uitstroom naar werk Verschillen tussen Nederland en de MOSA-respons Uitstroom uit de uitkering na de start van begeleiding naar werk Inleiding Onderzoekspopulatie Uitstroom na de start van begeleiding naar werk Technische toelichting Inleiding Bronnen Methoden en definities Kwaliteit en representativiteit Veranderingen in berekeningswijze nulmeting, eerste vervolgmeting en tweede vervolgmeting Begrippenlijst Afkortingen 38 Literatuur 39 Tabellenset 41 Met begeleiding naar werk 3

4 Samenvatting Uitstroom naar werk Van de personen die in januari 2003 WW ontvingen, stroomde 33 procent binnen 24 maanden uit naar werk. Van de personen met WW in januari 2005 was dit 36 procent. De uitstroom naar werk uit de WW is het hoogst bij jongeren en mannen. Naarmate de uitkeringsperiode langer duurt, neemt de uitstroom naar werk af en is deze bovendien minder vaak duurzaam. Van de bijstandsgerechtigden in januari 2003 is 8 procent binnen twee jaar uitgestroomd naar werk. Dit percentage is gestegen tot 11 procent onder bijstandsgerechtigden in januari De uitstroom is het hoogst onder jongeren. Het aandeel vrouwen in de bijstand ligt hoger dan het aandeel mannen. Het percentage uitstroom uit de bijstandsuitkering binnen 24 maanden ligt bij mannen ongeveer twee keer zo hoog als bij vrouwen. Er zijn geen grote verschillen in uitstroompercentages tussen autochtonen en allochtonen. Uitstroom uit de bijstand neemt sterk af naarmate de registratieduur langer is. Tweede vervolgmeting voor de 25%-doelstelling De uitkomsten voor de 25%-doelstelling die in dit rapport worden gepresenteerd hebben uitsluitend betrekking op de uitkeringen in het gemeentedomein. Voor de 53 gemeenten die gegevens beschikbaar hebben gesteld over re-integratietrajecten, zijn resultaten over uitstroom naar werk na het starten van begeleiding naar werk opgenomen. Van de groep van personen met een uitkering in het gemeentedomein stroomt 10 procent uit naar werk binnen twee jaar na het starten van begeleiding naar werk in Van de groep personen die in 2003 gestart zijn met begeleiding naar werk, stroomt 14 procent binnen twee jaar uit naar werk, dit percentage is in 2004 gestegen naar 19 procent. Vanaf 2004 worden loonkostensubsidies ingezet om werkgevers te stimuleren om mensen die verder van de arbeidsmarkt afstaan, in dienst te nemen. Mensen die in 2002 begeleiding naar werk zijn gestart stromen weinig uit naar werk met een loonkostensubsidie. Mensen die in 2003 en 2004 begeleiding naar werk zijn starten, stromen vaker uit naar werk met een loonkostensubsidie. De uitstroom is voor beide groepen personen 2 procent. 4 Centraal Bureau voor de Statistiek

5 1. Inleiding 1.1 Doel van het onderzoek Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) heeft in de begroting van 2004 een algemene doelstelling opgenomen: het percentage personen dat na deelname aan een reïntegratietraject [binnen 24 maanden] uitstroomt naar reguliere arbeid, met een kwart te vergroten, de zogenoemde 25%-doelstelling die in 2007 gerealiseerd moet zijn. Om in 2008 te kunnen vaststellen of de 25%-doelstelling is gerealiseerd, is in 2005 een nulmeting en in 2006 een eerste vervolgmeting uitgevoerd. Dit jaar is de tweede vervolgmeting uitgevoerd. De uitkomsten geven een tussentijds overzicht van de stand van zaken van uitstroom naar werk na het volgen van begeleiding naar werk. Het Centrum voor Beleidsstatistiek van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS-MCB) heeft in opdracht van SZW uitkomsten berekend voor de tweede vervolgmeting van de 25%-doelstelling voor personen met een uitkering in het gemeentedomein. Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de re-integratie van personen met een bijstandsuitkering, een uitkering in het kader van de Algemene Nabestaandenwet (ANW) en voor personen zonder uitkering die zich als niet-werkende werkzoekende hebben ingeschreven bij het Centrum voor Werk en Inkomen (CWI). Door het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) worden uitkomsten over het UWV-domein berekend. Het UWV is verantwoordelijk voor de re-integratie van personen met een WW-uitkering of een arbeidsongeschiktheidsuitkering. In maart 2007 is een publicatie van CBS-MCB verschenen waarin de eerste, voorlopige, resultaten werden gepresenteerd voor de tweede vervolgmeting van de 25%-doelstelling. Deze nieuwe publicatie bevat de definitieve gegevens over de uitstroom uit de uitkering naar werk in loondienst in de jaren en over de tweede vervolgmeting van de 25%-doelstelling. De uitkomsten worden uitgesplitst naar leeftijdsgroep, geslacht, herkomstgroepering en registratieduur. 1.2 Berekening van de uitstroom naar werk De uitstroom naar werk is in de tweede vervolgmeting anders gedefinieerd dan in de eerdere metingen. De uitstroom naar werk zoals beschreven en berekend in de eerste vervolgmeting bevat de uitstroom naar regulier werk (met loonkostensubsidie of zonder loonkostensubsidie) en uitstroom naar gesubsidieerd werk. In deze tweede vervolgmeting wordt uitstroom naar gesubsidieerde arbeid (WIW- en ID-banen) niet langer gerekend tot uitstroom naar werk, omdat het geen regulier werk betreft. Deze uitstroom valt nu onder de uitstroom die niet gevolgd wordt door de start van een dienstverband, de zogenoemde uitstroom niet naar werk. Dit heeft als gevolg dat de uitstroom niet naar werk in 2002, en in mindere mate 2003, hoger komt te liggen dan in eerdere metingen het geval was. De uitstroom naar werk komt juist lager te liggen. Vanaf 2004 zijn er geen nieuwe WIW- of ID-banen gestart. Staat 1.1 dient als voorbeeld en maakt de verschillen tussen beide berekeningen aanschouwelijk. Staat 1.1 Verschil in berekening uitstroom naar werk tussen eerste en tweede vervolgmeting 2002 oude berekening (eerste vervolgmeting) 2002 nieuwe berekening (tweede vervolgmeting) Uitstroom binnen 24 maanden, niet naar werk Uitstroom binnen 24 maanden, naar werk w.v. Uitstroom naar gesubsidieerd werk Uitstroom naar regulier werk zonder loonkostensubsidie Uitstroom naar regulier werk met loonkostensubsidie Met begeleiding naar werk 5

6 1.3 Indeling van het rapport In hoofdstuk twee worden de uitkomsten over de uitstroom uit de WW toegelicht. Hierbij wordt ingegaan op de ontwikkeling van de uitstroom naar werk in de jaren Ook wordt gekeken naar de verschillen tussen jongeren en volwassenen, tussen personen uit verschillende herkomstgroeperingen en tussen mannen en vrouwen, waarbij wordt getoond dat het uitstroompercentage voor mannen hoger ligt dan voor vrouwen. Daarnaast is er aandacht voor de registratieduur van de uitkeringsperiode op peilmoment. Hoofdstuk drie behandelt de uitstroom uit de bijstand. Hierbij wordt gekeken naar de uitstroom naar werk in de jaren Ook wordt gekeken naar de verschillen tussen jongeren en volwassenen, tussen mannen en vrouwen en tussen personen uit verschillende herkomstgroeperingen en naar registratieduur. Hierbij komt onder andere naar voren dat de uitstroom binnen 24 maanden lager ligt voor personen met een lange registratieduur. Aan het einde van het hoofdstuk wordt ingegaan op de verschillen in de onderzoekspopulatie tussen Nederland en de (grote) gemeenten die gegevens over de inzet van re-integratie instrumenten hebben geleverd in het kader van de Monitor Scholing en Activering (de zogenoemde MOSA-respons). Hoofdstuk vier beschrijft de uitkomsten van de eerste en de tweede vervolgmeting, waarbij wordt ingegaan op de verschillen tussen de twee edities van de meting. Dit hoofdstuk is alleen gebaseerd op de uitkomsten van de MOSA-respons. Het hoofdstuk beschrijft dat de totale uitstroom uit de uitkering toeneemt. De toename betreft zowel de uitstroom naar werk als de uitstroom niet naar werk na de start van begeleiding naar werk in Er is verder aandacht voor de verschillen tussen jongeren en volwassenen, tussen mannen en vrouwen en tussen personen uit verschillende herkomstgroeperingen. De technische toelichting op het onderzoek staat in hoofdstuk vijf. Dit hoofdstuk bevat een beschrijving van de bronnen en de onderzoeksmethode. Daarnaast wordt een indicatie van de kwaliteit van de bestanden en variabelen gegeven. Ook worden veranderingen in de onderzoeksmethode ten opzichte van het voorgaande jaar beschreven. In de begrippenlijst worden alle in dit rapport genoemde begrippen verklaard. 1.4 Inhoud van de tabellenset De tabellenset bestaat uit drie onderdelen, die aan het eind van dit rapport zijn opgenomen. Onderdeel A: Uitstroom naar werk Onderdeel A bevat uitkomsten over personen met een WW- of bijstandsuitkering, die binnen 24 maanden na peilmoment hun uitkeringsperiode beëindigen. Deze uitstroom wordt uitgesplitst naar uitstroom naar werk zonder loonkostensubsidie, uitstroom naar werk met loonkostensubsidie en uitstroom niet naar werk. De peilmomenten zijn januari 2004 en januari Daarnaast zijn uitkomsten berekend over duurzame uitstroom voor personen met een uitkering in januari Voor personen met alleen een bijstandsuitkering zijn bovengenoemde uitkomsten ook berekend voor de MOSArespons. Onderdeel B: Uitstroom naar werk binnen 24/36 maanden na start begeleiding naar werk In dit onderdeel staan uitkomsten over uitkeringsperioden waarin begeleiding naar werk is gestart in 2003 en Het betreft hier de uitkomsten voor de MOSA-respons. Hierbij wordt gekeken naar beëindiging van de uitkeringsperiode binnen 24 en 36 maanden na de start van begeleiding naar werk. De uitstroom wordt uitgesplitst naar uitstroom naar werk zonder loonkostensubsidie, uitstroom naar werk met loonkostensubsidie en uitstroom niet naar werk. Dit onderdeel bevat de uitkomsten over de tweede vervolgmeting van de 25%-doelstelling. Er worden ook uitkomsten gegeven voor de duurzame uit- 6 Centraal Bureau voor de Statistiek

7 stroom, waarbij de begeleiding naar werk gestart is in het eerste halfjaar van 2003 en het eerste halfjaar van Onderdeel C: Uitstroom naar werk van personen naar uitstroomjaar Onderdeel C bevat uitkomsten over personen met een bijstandsuitkering die begeleiding naar werk zijn gestart in 2003 en De uitkomsten betreffen alleen MOSA-respons en worden uitgesplitst naar jaar van uitstroom 2003, 2004, 2005 en De uitstroom wordt uitgesplitst naar uitstroom naar werk met loonkostensubsidie en uitstroom naar werk zonder loonkostensubsidie. De beëindiging van een uitkeringsperiode en de uitstroom naar werk hoeft in deze tabellen niet binnen 24 maanden na de start van begeleiding naar werk plaats te vinden. Overzicht van de belangrijkste begrippen Uitkeringsperiode Een uitkeringsperiode van een persoon is een periode waarin een persoon aaneensluitend of samenlopend een of meerdere WW-, bijstands- of arbeidsongeschiktheidsuitkeringen ontvangt. Bij het bepalen van de start- en beëindigingsdatum van een uitkering is gekozen voor het betalingsconcept. Een uitkeringsmaand telt in deze optiek alleen mee als er op de laatste vrijdag van de maand sprake is van recht op de uitkering en bovendien in de desbetreffende maand een betaling heeft plaatsgevonden. Uitstroom Elke onderbreking van de uitkeringsperiode van meer dan een maand wordt gezien als uitstroom. Uitstroom kan uitstroom naar werk zijn, maar kan ook het gevolg zijn van demografische oorzaken, zoals het bereiken van de 65-jarige leeftijd of overlijden. Beëindiging van een uitkeringsperiode van een persoon, waarbij de persoon niet binnen zes maanden opnieuw uitkeringsgerechtigd wordt, wordt beschouwd als duurzame uitstroom uit de uitkering. Uitstroom naar werk Als in een periode van één maand voor de uitstroommaand tot drie maanden na de uitstroommaand een nieuwe baan start, wordt dit beschouwd als uitstroom naar werk. De uitstroommaand is de eerste maand na een uitkeringsperiode waarin een persoon geen recht meer heeft op een uitkering en/of waarin geen betaling heeft plaatsgevonden. Gemeentedomein Personen met bijstand behoren tot het gemeentedomein. Personen die zowel WW en/of een arbeidsongeschiktheidsuitkering als bijstand ontvangen en hun eerste begeleiding naar werk krijgen van het UWV, worden echter niet tot het gemeentedomein gerekend. Ook personen met een uitkering in het kader van de Algemene Nabestaandenwet (ANW) en personen zonder uitkering die zich als niet werkend werkzoekende hebben ingeschreven bij het CWI behoren tot het gemeentedomein. Over deze personen zullen in dit onderzoek geen uitkomsten worden berekend. Met begeleiding naar werk 7

8 Registratieduur De registratieduur van een uitkeringsperiode geeft het aantal maanden weer dat op het peilmoment is verstreken sinds de aanvang van de uitkeringsperiode. Voor de tabellen van onderdeel A is het peilmoment januari 2004 of januari Voor de tabellen van onderdeel B is het peilmoment de maand waarin de eerste begeleiding naar werk is gestart. Begeleiding naar werk Begeleiding naar werk bestaat uit een re-integratietraject, gesubsidieerd werk of een loonkostensubsidie. Deze vormen van begeleiding hebben als doel te voorkomen dat personen langdurig werkloos worden of in een sociaal isolement terecht komen. Bij re-integratietrajecten gaat het bijvoorbeeld om het aanbieden van een opleiding of het geven van beroepskeuzeadvies, maar ook vergoeding van kinderopvang of doorverwijzing naar hulpverlening behoort tot de mogelijkheden. De 25%-doelstelling Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) heeft in de begroting van 2004 een algemene doelstelling opgenomen: het percentage personen dat na deelname aan een reïntegratietraject [binnen 24 maanden] uitstroomt naar reguliere arbeid, met een kwart te vergroten. Zowel de personen met een uitkering in het gemeentedomein, als de personen met een uitkering in het UWV-domein, als de personen zonder uitkering die als niet-werkend werkzoekende ingeschreven staan bij het CWI én in 2002 begeleiding naar werk zijn gestart, behoren tot de doelpopulatie van de 25%-doelstelling. In deze publicatie worden alleen de personen beschreven met een uitkering in het gemeentedomein. MOSA-respons De Monitor Scholing en Activering (MOSA) bevat gegevens van personen die gebruik maken van instrumenten die gemeenten aanwenden om werkzoekenden te begeleiden naar de (reguliere) arbeidsmarkt. Bij de tweede vervolgmeting zijn evenals bij de eerste vervolgmeting alleen die gemeenten meegerekend die voor alle jaren 2002, 2003 en 2004 gegevens hebben geleverd. 8 Centraal Bureau voor de Statistiek

9 2. Uitstroom uit de werkloosheidsuitkering 2.1 Inleiding De Werkloosheidswet (WW) Doel van de Werkloosheidswet (WW) is werknemers te verzekeren tegen de financiële gevolgen van werkloosheid. Werknemers hebben recht op WW wanneer ze geheel of gedeeltelijk werkloos zijn en in de periode voorafgaand aan hun werkloosheid voldoende weken hebben gewerkt. Ze moeten beschikbaar zijn voor de arbeidsmarkt en bijvoorbeeld geen Ziektewetuitkering of een uitkering op grond van de Wet Arbeid en Zorg ontvangen. Een WW-uitkering kan geheel of gedeeltelijk worden beëindigd al naargelang de mate waarin het werk wordt hervat. Een WW-uitkering stopt als de maximale uitkeringsduur verstreken is, en bij het bereiken van de 65 jarige leeftijd. De maximale uitkeringsduur van een persoon wordt bepaald door de duur van zijn arbeidsverleden. Hoe korter een persoon gewerkt heeft, hoe korter hij of zij recht heeft op een WW-uitkering. Jongeren zullen mede om die reden korter in de WW zitten dan volwassenen. In de afgelopen jaren hebben een aantal wetswijzigingen plaatsgevonden, die invloed hebben op de in- en uitstroom bij de WW. Ten eerste hebben personen die na 11 augustus 2003 werkloos zijn geworden, geen recht meer op een vervolguitkering. De vervolguitkering is de uitkering die volgt op de loongerelateerde uitkering (uitkering afhankelijk van de duur van het arbeidsverleden) bij voortdurende werkloosheid. Wie vóór 11 augustus 2003 werkloos is geworden behoudt de oude uitkeringsrechten. Zij hebben na afloop van de loongerelateerde uitkering nog recht op een vervolguitkering. De duur van deze vervolguitkering is normaal gesproken twee jaar, maar maximaal drie en een half jaar voor werknemers die op de eerste werkloosheidsdag 57,5 jaar of ouder waren. Ten tweede is per 1 april 2006 de wekeneis strenger geworden. Dit betekent dat een persoon in de periode van 36 weken onmiddellijk voorafgaande aan de werkloosheid minstens 26 weken als werknemer moet hebben gewerkt. Vóór april 2006 moest een persoon minstens 26 uit 39 weken hebben gewerkt om te voldoen aan de wekeneis voor recht op WW. Ten derde hebben nieuwe werklozen per 1 oktober 2006 minder lang recht op een WW-uitkering. De totale duur van de uitkering in maanden is vanaf die datum gelijkgesteld aan het arbeidsverleden in jaren. De uitkeringsduur bedraagt nu minimaal drie maanden en maximaal 38 maanden. Personen die werkloos zijn geworden vóór oktober 2006 hebben maximaal vijf jaar recht op WW. Tot slot is vanaf oktober 2004 doorstroom naar de WW vanuit de WAO mogelijk. Veel personen die op 1 oktober 2004 een arbeidsongeschiktheidsuitkering ontvingen, zijn herbeoordeeld volgens de regels van het nieuwe Schattingsbesluit. De personen van wie de WAO-uitkering is ingetrokken, zijn voor een deel doorgestroomd naar de WW. De ontwikkeling van het aantal WW-uitkeringen is onder andere afhankelijk van de economische groei. In de afgelopen 40 jaar is de ontwikkeling van het aantal WW-uitkeringen anticyclisch geweest ten opzichte van de economische groei. Daling aantal werklozen In figuur 2.1 is de ontwikkeling van het aantal personen met WW van te zien. Na een toename van het aantal personen met WW vanaf het derde kwartaal van 2002 tot en met het eerste kwartaal van 2005, is een daling van het aantal WW ers te zien vanaf april Deze daling vond met een vertraging van een jaar plaats op de economische ontwikkelingen. De economische groei vanaf 2003 zorgt voor meer werkgelegenheid en minder werklozen. In december 2006 zijn er 20 procent minder personen met een WW-uitkering dan in december De instroom in de WW in 2006 is ook verminderd door invoering van de strengere wekeneis. Met begeleiding naar werk 9

10 2.1 Personen met WW en economische groei 4,0 3,5 3,0 2,5 2,0 1,5 1,0 0,5 0 0,5 % x I II III IV I II III IV I II III IV I II III IV I II III IV Economische groei (linkeras) (mutatie bbp ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar) Aantal personen met WW (rechteras) 2.2 Personen met WW in januari 2005 In deze paragraaf wordt de samenstelling van de groep van personen met een WWuitkering in de maand januari 2005 vergeleken met de samenstelling van de groep van personen met een WW-uitkering in januari van de jaren (staat 2.1). De uitkomsten hebben betrekking op personen met recht op WW en een uitgekeerd bedrag aan WW in de maand januari. Personen die naast WW een arbeidsongeschiktheidsuitkering ontvangen, zijn niet opgenomen in de staten en figuren in dit hoofdstuk; personen met WW en bijstand wel. Het aantal WW-uitkeringen ligt hoger dan het aantal personen met een WW-uitkering. Een werknemer kan namelijk bij meerdere werkgevers werk (arbeidsuren) verliezen, waardoor een persoon meer dan één WW-uitkering kan ontvangen. De gegevens over 2002 komen uit het rapport Uitstroom naar Werk (2005), de gegevens over 2003 komen uit het rapport Vanuit de uitkering naar werk (2006); de gegevens over 2004 en 2005 zijn vastgesteld in deze tweede vervolgmeting. Het aantal personen met WW is van januari 2002 tot januari 2005 toegenomen. In januari 2005 bedroeg het aantal personen met een WW-uitkering 261 duizend. Hiervan hadden ruim 4 duizend personen zowel een WW- als een bijstandsuitkering. Het aantal personen met een WW-uitkering in januari 2005 is 14 procent hoger dan in januari Het aandeel jongeren met WW blijft stabiel op ongeveer 3 procent. Meer mannen dan vrouwen hebben een WW-uitkering. Wel is het percentage vrouwen met WW in januari Staat 2.1 Personen (15 64 jaar) met WW naar leeftijdsgroep, geslacht en herkomstgroepering, januaristand x Totaal % Leeftijdsgroep Jongeren (15 22 jaar) Volwassenen (23 64 jaar) Geslacht Mannen Vrouwen Herkomstgroepering Autochtonen Westers-allochtonen Niet-westerse allochtonen Personen die in januari tevens een arbeidsongeschiktheidsuitkering ontvangen, zijn niet in deze staat opgenomen. 10 Centraal Bureau voor de Statistiek

11 2005 gestegen ten opzichte van januari De verdeling naar herkomst is nauwelijks gewijzigd. Driekwart van de groep personen met WW is van autochtone herkomst. 2.3 Uitstroom uit de uitkering van personen met een WW-uitkering in januari In deze paragraaf is van de personen met een WW-uitkering in januari nagegaan of de uitkeringsperiode binnen 24 maanden is beëindigd. Uitgangspunt is dat personen niet langer uitkeringsafhankelijk mogen zijn. Doorstroom naar een andere uitkering, bijvoorbeeld de bijstandsuitkering, wordt dan ook niet gezien als uitstroom uit de uitkering. Ook een verlaging van de uitkering door het vinden van een deeltijdbaan, wordt niet als uitstroom uit de uitkering beschouwd. Wanneer hieronder sprake is van uitstroom uit de uitkering, wordt bedoeld uitstroom uit de uitkeringsperiode zoals hierboven beschreven. Verder is van de personen met WW weergegeven of ze wel of niet binnen 24 maanden uitstromen naar werk in loondienst. Tot slot is van de personen met WW in januari 2004 ook de duurzame uitstroom naar werk beschreven. De uitstroom uit de uitkering binnen 24 maanden is toegenomen (staat 2.2, figuur 2.2). Van de personen met WW in januari 2005 hebben 200 duizend personen de uitkering binnen twee jaar beëindigd. Dit betekent zowel in absolute, als in relatieve zin een stijging van de uitstroom in vergelijking met de uitstroom uit de uitkering van personen met WW in januari De uitkering kan worden beëindigd door uitstroom naar werk. Door de economische groei vanaf 2004 zijn meer banen beschikbaar gekomen, waardoor meer mensen Staat 2.2 Personen (15 64 jaar) met WW naar type uitstroom, januaristand x Totaal % Geen uitstroom binnen 24 maanden Uitstroom binnen 24 maanden, niet naar werk Uitstroom binnen 24 maanden, naar werk Personen die in januari tevens een arbeidsongeschiktheidsuitkering ontvangen, zijn niet in deze staat opgenomen. 2.2 Uitstroom naar werk van personen met WW in januari, aantal personen met WW in januari (x 1 000) Geen uitstroom Uitstroom niet naar werk Uitstroom naar werk Met begeleiding naar werk 11

12 kunnen uitstromen naar werk. De uitstroom naar werk is dan ook toegenomen over de jaren. Van de personen met WW in januari 2005 zijn 95 duizend personen binnen 24 maanden uitgestroomd naar werk. Ondanks de stijging in het aantal personen dat uitstroomt naar werk, blijft het percentage uitstroom naar werk van personen met WW in januari 2005 gelijk aan dat van de WW ers in januari Dit betekent dat een groter deel wel uit de uitkering stroomt, maar niet naar werk. Het aantal personen dat is uitgestroomd uit de uitkering maar niet naar werk in loondienst, is dan ook zowel absoluut (naar 106 duizend) als relatief (naar 40 procent) toegenomen ten opzichte van het aantal personen met WW in januari 2004 dat niet naar werk is uitgestroomd. Meer mannen dan vrouwen stromen uit naar werk De uitstroom uit de uitkering binnen 24 maanden is bij zowel mannen als vrouwen toegenomen (staat 2.3). Vrouwen stromen relatief vaker uit de uitkering dan mannen, maar vrouwen stromen minder vaak uit naar werk. Onder zowel mannen als vrouwen met WW in januari 2005 is de uitstroom uit de uitkering toegenomen in vergelijking met mannen en vrouwen met WW in januari Het percentage uitstroom naar werk is hierbij echter gelijk gebleven, terwijl de uitstroom niet naar werk onder zowel mannelijke als vrouwelijke WW ers is toegenomen. Staat 2.3 Personen (15 64 jaar) met WW per geslacht naar type uitstroom, januaristand x Geslacht Mannen Vrouwen Mannen met WW in januari Geen uitstroom binnen 24 maanden Uitstroom binnen 24 maanden, niet naar werk Uitstroom binnen 24 maanden, naar werk Vrouwen met WW in januari Geen uitstroom binnen 24 maanden Uitstroom binnen 24 maanden, niet naar werk Uitstroom binnen 24 maanden, naar werk % Personen die in januari tevens een arbeidsongeschiktheidsuitkering ontvangen, zijn niet in deze staat opgenomen. Hogere uitstroom naar werk bij jongeren Zowel onder jongeren als volwassenen is de uitstroom uit de uitkering toegenomen (staat 2.4). Van de jongeren (15 22 jaar) met WW in januari 2005 is een iets hoger Staat 2.4 Personen (15 64 jaar) met WW per leeftijdsgroep naar type uitstroom, januaristand x Leeftijdsgroep Jongeren (15 22 jaar) Volwassenen (23 64 jaar) Jongeren (15 22 jaar) met WW in januari Geen uitstroom binnen 24 maanden Uitstroom binnen 24 maanden, niet naar werk Uitstroom binnen 24 maanden, naar werk Volwassenen (23 64 jaar) met WW in januari Geen uitstroom binnen 24 maanden Uitstroom binnen 24 maanden, niet naar werk Uitstroom binnen 24 maanden, naar werk % Personen die in januari tevens een arbeidsongeschiktheidsuitkering ontvangen, zijn niet in deze staat opgenomen. 12 Centraal Bureau voor de Statistiek

13 percentage uitgestroomd naar werk in vergelijking met jongeren met WW in januari Van de volwassen WW ers (23 64 jaar) in januari 2005 stromen 192 duizend personen uit de uitkering binnen 24 maanden; van de volwassen personen met WW in januari 2004 zijn 157 duizend personen uit de uitkering gestroomd. In aantal is de uitstroom uit de uitkering en ook de uitstroom naar werk flink toegenomen, maar van de volwassenen met WW in januari 2005 bleef het percentage uitstroom naar werk stabiel. Het percentage uitstroom niet naar werk bij volwassenen is juist toegenomen van 36 procent naar 41 procent. Bij jongeren is de uitstroom niet naar werk stabiel gebleven op 26 procent. Figuur 2.3 laat zien dat naarmate WW ers ouder zijn, de uitkering relatief minder vaak binnen 24 maanden wordt beëindigd. Wanneer de uitkering wel wordt beëindigd, stroomt men naarmate de leeftijd toeneemt relatief minder vaak uit naar werk. Van de personen met WW in januari 2004 die binnen 24 maanden zijn uitgestroomd naar werk, neemt ook de duurzame uitstroom af met het vorderen van de leeftijd. Dit houdt in dat ouderen wat vaker dan jongeren een nieuwe uitkering hebben binnen een half jaar na uitstroom uit de uitkering naar werk. 2.3 Duurzame uitstroom naar werk van personen met WW in januari 2004, naar leeftijdsgroep jaar jaar jaar jaar Geen uitstroom Uitstroom niet naar werk Geen duurzame uitstroom naar werk Duurzame uitstroom naar werk % Hogere uitstroom uit de uitkering bij niet-westerse allochtonen Van de WW ers in januari 2005 van autochtone en westers allochtone herkomst, is 76 procent binnen twee jaar uitgestroomd uit de uitkering (staat 2.5). Onder nietwesterse allochtonen is 82 procent van de uitkeringen binnen 24 maanden beëindigd. De uitstroom naar werk is onder autochtonen en niet-westerse allochtonen licht toegenomen en bij westerse allochtonen gelijk gebleven in vergelijking met januari Onder westerse en niet-westerse allochtonen stroomden relatief meer WW ers niet uit naar werk na het beëindigen van de uitkering dan onder autochtonen. Door hun geringe arbeidsverleden hebben jongeren vaak maar een korte periode recht op een WW-uitkering en stromen niet vaak door naar de bijstand. De uitkering is dan ook meestal binnen 24 maanden beëindigd. Allochtone jongeren met WW in januari 2004 zijn in vergelijking met autochtone jongeren relatief minder vaak uitgestroomd naar werk (figuur 2.4). De uitstroom naar werk is onder westerse allochtonen hoger dan onder niet-westerse allochtonen. Onder volwassenen is het verschil in uitstroom naar werk tussen autochtonen en allochtonen minder groot. Wel is onder zowel jonge als volwassen niet-westerse allochtonen relatief minder vaak sprake van duurzame uitstroom naar werk in vergelijking met jonge en volwassen autochtonen. Met begeleiding naar werk 13

14 Staat 2.5 Personen (15 64 jaar) met WW per herkomstgroepering naar type uitstroom, januaristand x Herkomstgroepering Autochtonen Westerse allochtonen Niet-westeres allochtonen Autochtonen met WW in januari Geen uitstroom binnen 24 maanden Uitstroom binnen 24 maanden, niet naar werk Uitstroom binnen 24 maanden, naar werk Westerse allochtonen met WW in januari Geen uitstroom binnen 24 maanden Uitstroom binnen 24 maanden, niet naar werk Uitstroom binnen 24 maanden, naar werk Niet-westerse allochtonen met WW in januari Geen uitstroom binnen 24 maanden Uitstroom binnen 24 maanden, niet naar werk Uitstroom binnen 24 maanden, naar werk % Personen die in januari tevens een arbeidsongeschiktheidsuitkering ontvangen, zijn niet in deze staat opgenomen. 2.4 Duurzame uitstroom naar werk van jongeren (15 22 jaar) met WW in januari 2004, naar herkomstgroepering Autochtone jongeren Westerse allochtone jongeren Niet-westerse allochtone jongeren Geen uitstroom % Uitstroom niet naar werk Geen duurzame uitstroom naar werk Duurzame uitstroom naar werk Lagere uitstroom naar werk bij langdurige werkloosheid In januari 2004 is een derde van de WW ers langer dan een jaar uitkeringsgerechtigd. Naarmate de uitkeringsperiode langer duurt, neemt de uitstroom naar werk af (figuur 2.5). Onder personen met een uitkering korter dan een jaar in januari 2004, is meer dan de helft binnen 24 maanden uitgestroomd naar werk, terwijl onder personen met een registratieduur langer dan drie jaar slechts een tiende binnen 24 maanden is uitgestroomd naar een baan in loondienst. Van de personen met een WW-uitkering in januari 2004 die binnen 24 maanden zijn uitgestroomd naar werk heeft 85 procent een half jaar na uitstroom geen nieuwe uitkering en is daarmee duurzaam uitgestroomd. Personen met een langdurige uitkering zijn ongeveer in dezelfde mate als personen met een kortdurende uitkering duurzaam uitgestroomd. Van de groep van personen die wel uit de uitkering stromen maar niet naar werk, wordt een deel van de uitstroom door demografische redenen veroorzaakt. In figuur 2.6 is de groep personen met WW in januari 2005 grafisch weergegeven. Daarin zijn ook demografische oorzaken van uitstroom weergegeven. 14 Centraal Bureau voor de Statistiek

15 2.5 Duurzame uitstroom naar werk van personen met WW in januari 2004, naar registratieduur 0 11 maanden maanden maanden >36 maanden Geen uitstroom Uitstroom niet naar werk Geen duurzame uitstroom naar werk Duurzame uitstroom naar werk % Met begeleiding naar werk 15

16 3. Uitstroom uit de bijstand 3.1 Inleiding Wet werk en Bijstand (WWB) Iedere Nederlander moet in zijn eigen levensonderhoud voorzien. Personen die niet genoeg inkomen of vermogen hebben en geen aanspraak kunnen maken op andere voorzieningen krijgen, totdat ze een baan gevonden hebben, een bijstandsuitkering. Tot 1 januari 2004 werd dit geregeld via de Algemene Bijstandswet (ABW), vanaf januari 2004 via de Wet Werk en Bijstand (WWB). Het arbeidsverleden heeft geen invloed op de hoogte en duur van een bijstandsuitkering. Leeftijd, woonsituatie en vermogensbezit wel. Beëindiging van de bijstand kan het gevolg zijn van het vinden van werk, maar kan ook andere oorzaken hebben, zoals het trouwen met een partner met voldoende inkomen. Personen met bijstand In dit onderzoek wordt gesproken over personen in de bijstand. Een bijstandsuitkering wordt echter toegekend aan een huishouden. Een huishouden dat bestaat uit een (echt)paar is in het onderzoek opgenomen als twee aparte personen. Het is echter één bijstandsuitkering. Het aantal personen met een bijstandsuitkering is daardoor hoger dan het aantal bijstandsuitkeringen. In de periode waren er per jaar gemiddeld 395 duizend personen met een bijstandsuitkering. Personen die naast een bijstandsuitkering een arbeidsongeschiktheidsuitkering en/of een WW-uitkering hebben, zijn in dit totaal niet meegeteld. Paragraaf 3.2 beschrijft enkele kenmerken van personen met een bijstandsuitkering. De verschillen in de aard van de uitkering en de kenmerken van personen met WW of bijstand hebben invloed op de uitstroomkansen van personen met een WW- of bijstandsuitkering. Paragraaf 3.3 geeft een beschrijving van de uitstroom van personen met een bijstandsuitkering. Van de bijstandsgerechtigden in de onderzoeksperiode neemt het percentage dat binnen twee jaar uitstroomt toe van 30 procent onder bijstandsgerechtigden in 2002 tot 36 procent onder bijstandsgerechtigden in In paragraaf 3.4 wordt de uitstroom naar werk beschreven. Hierbij wordt als eerste een onderscheid gemaakt tussen werk met en zonder loonkostensubsidie. Vervolgens wordt het verschil tussen duurzame en niet-duurzame uitstroom naar werk bekeken. Ten slotte wordt in paragraaf 3.5 het verschil aangegeven tussen uitkomsten voor Nederland en de zgn. MOSA-respons. De MOSA-respons bestaat uit 53 (grote) gemeenten die over meerdere jaren gegevens registreren van instrumenten die zijn ingezet om te voorkomen dat personen langdurig werkloos worden of in een sociaal isolement terecht komen. De cijfers in dit hoofdstuk gaan over personen met een bijstandsuitkering in januari 2002, 2003, 2004 en De cijfers over 2002 komen uit het rapport Uitstroom naar Werk (2005). De cijfers over 2003 komen uit het rapport Vanuit de uitkering naar werk (2006). 3.2 Onderzoekspopulatie Persoonskenmerken Over de jaren is het aantal bijstandsgerechtigden dat een bijstandsuitkering had in de maand januari stabiel gebleven (staat 3.1). De overgrote meerderheid van de 16 Centraal Bureau voor de Statistiek

17 bijstandsgerechtigden bestaat uit volwassenen van jaar. Slechts vijf op de honderd bijstandsgerechtigden zijn jongeren van jaar. Er zijn meer vrouwen met bijstand dan mannen. Zes op de tien bijstandsgerechtigden is vrouw. De helft van de bijstandsgerechtigden is autochtoon. Bijna vier op de tien bijstandsgerechtigden is niet-westers allochtoon. Over het algemeen verandert er in de periode weinig in de samenstelling van de persoonskenmerken van bijstandsgerechtigden. Wel is het aantal niet-westerse allochtonen in de onderzoekspopulatie iets toegenomen over de jaren. Staat 3.1 Personen (15 64 jaar) met bijstand naar leeftijdsgroep, geslacht en herkomstgroepering, januaristand x Totaal % Leeftijdsgroep Jongeren (15 22 jaar) Volwassenen (23 64 jaar) Geslacht Mannen Vrouwen Herkomstgroepering Autochtonen Westerse allochtonen Niet-westerse allochtonen Personen die in januari tevens een arbeidsongeschiktheidsuitkering of WW ontvangen, zijn niet in deze staat opgenomen. Verschil met WW Terwijl van het aantal personen dat een bijstandsuitkering had in de maand januari niet veel is veranderd, was in hoofdstuk 2 te zien dat het aantal personen met een WW-uitkering in deze periode is verdubbeld. Het aandeel jongeren in de bijstand is iets hoger dan het aandeel jongeren met een werkloosheidsuitkering. Een opmerkelijker verschil is het aandeel van mannen en vrouwen met een bijstands- of WW-uitkering. Onder bijstandsgerechtigden zijn de vrouwen in de meerderheid, terwijl bij de personen met een WW-uitkering juist de mannen in de meerderheid zijn. De helft van de bijstandsgerechtigden is autochtoon, terwijl van de personen met WW bijna driekwart autochtoon is. 3.3 Beëindiging van de bijstand Uitstroom In deze paragraaf is beschreven in hoeverre personen met een bijstandsuitkering in januari 2002, 2003, 2004 of 2005, binnen 24 maanden uit de uitkering stromen. Van de bijstandsgerechtigden in januari 2002 is 30 procent binnen twee jaar uitgestroomd. Dit percentage is gestegen tot 36 procent onder bijstandsgerechtigden in januari Ongeveer drie op de tien personen die binnen twee jaar vanuit de bijstandsuitkering zijn uitgestroomd, stromen uit naar een baan. In staat 3.3 is een uitsplitsing gemaakt naar leeftijdsgroep. Hierbij zijn grote verschillen te zien in de uitstroom tussen jongeren en volwassenen. Terwijl onder beide leeftijdsgroepen de totale uitstroom is toegenomen, blijft onder jongeren de uitstroom uit de uitkering het hoogst. De uitstroom is gestegen van 54 procent onder jongeren met bijstand in januari 2002 tot 66 procent onder jongeren met bijstand in januari Onder vol- Met begeleiding naar werk 17

18 Staat 3.2 Personen (15 64 jaar) met bijstand naar type uitstroom, januaristand x Totaal % Geen uitstroom binnen 24 maanden Uitstroom binnen 24 maanden, niet naar werk Uitstroom binnen 24 maanden, naar werk Personen die in januari tevens een arbeidsongeschiktheidsuitkering of WW ontvangen, zijn niet in deze staat opgenomen. Staat 3.3 Personen (15 64 jaar) met bijstand per leeftijdsgroep naar type uitstroom, januaristand x Leeftijdsgroep Jongeren (15 22 jaar) Volwassenen (23 65 jaar) Jongeren (15 22 jaar) Geen uitstroom binnen 24 maanden Uitstroom binnen 24 maanden, niet naar werk Uitstroom binnen 24 maanden, naar werk Volwassenen (23 64 jaar) Geen uitstroom binnen 24 maanden Uitstroom binnen 24 maanden, niet naar werk Uitstroom binnen 24 maanden, naar werk % Personen die in januari tevens een arbeidsongeschiktheidsuitkering of WW ontvangen, zijn niet in deze staat opgenomen. wassenen zijn deze percentages 29 respectievelijk 35 procent. De uitstroom naar werk is onder beide leeftijdsgroepen ook iets toegenomen over de jaren. Van de jongeren met bijstand in januari 2005 is 31 procent uitgestroomd naar werk, terwijl van de volwassenen met bijstand in januari procent is uitgestroomd naar werk. Naast de uitstroom naar werk is onder beide leeftijdsgroepen ook een stijging te zien van de uitstroom niet naar werk. Het aandeel vrouwen in de bijstand ligt hoger dan het aandeel mannen. Zes op de tien personen met een bijstandsuitkering is vrouw. Deze vrouwen stromen relatief minder vaak uit naar werk dan mannen (staat 3.4). Over de periode is onder zowel Staat 3.4 Personen (15 64 jaar) met bijstand per geslacht naar type uitstroom, januaristand x Geslacht Mannen Vrouwen Mannen Geen uitstroom binnen 24 maanden Uitstroom binnen 24 maanden, niet naar werk Uitstroom binnen 24 maanden, naar werk Vrouwen Geen uitstroom binnen 24 maanden Uitstroom binnen 24 maanden, niet naar werk Uitstroom binnen 24 maanden, naar werk % Personen die in januari tevens een arbeidsongeschiktheidsuitkering of WW ontvangen, zijn niet in deze staat opgenomen. 18 Centraal Bureau voor de Statistiek

19 mannen als vrouwen de totale uitstroom toegenomen. In deze periode is ook de uitstroom naar werk onder beide geslachten gestegen. Als wordt gekeken naar de uitstroom niet naar werk, is te zien dat onder mannen deze uitstroom stabiel blijft, terwijl onder vrouwen deze uitstroom iets toeneemt over de jaren. Wanneer wordt uitgesplitst naar herkomst, zijn er geen grote verschillen te zien in de uitstroom. Onder alle groepen van herkomst is zowel de uitstroom naar werk als de uitstroom niet naar werk iets toegenomen over de jaren. Voor autochtonen, westerse allochtonen en niet-westerse allochtonen met bijstand in januari 2005 is het uitstroompercentage naar werk 11 procent. Van de personen met een bijstandsuitkering in januari 2004 kan ook de registratieduur in deze maand van de uitkeringsperiode worden bekeken. Van alle bijstandsgerechtigden in januari 2004 staat 59 procent op dat moment drie jaar of langer geregistreerd als persoon met een uitkering. Naarmate de registratieduur van de uitkeringsperiode langer is, daalt het percentage personen met een bijstandsuitkering dat binnen twee jaar is uitgestroomd. Dit geldt zowel voor personen die zijn uitgestroomd naar werk, als voor personen die niet uitstromen naar werk. Staat 3.5 Personen (15 64 jaar) met bijstand per registratieduur naar type uitstroom, januaristand x % Registratieduur 0 11 maanden maanden maanden maanden maanden Geen uitstroom binnen 24 maanden Uitstroom binnen 24 maanden, niet naar werk Uitstroom binnen 24 maanden, naar werk maanden Geen uitstroom binnen 24 maanden Uitstroom binnen 24 maanden, niet naar werk Uitstroom binnen 24 maanden, naar werk maanden Geen uitstroom binnen 24 maanden Uitstroom binnen 24 maanden, niet naar werk 9 26 Uitstroom binnen 24 maanden, naar werk maanden Geen uitstroom binnen 24 maanden Uitstroom binnen 24 maanden, niet naar werk Uitstroom binnen 24 maanden, naar werk 9 4 Personen die in januari tevens een arbeidsongeschiktheidsuitkering of WW ontvangen, zijn niet in deze staat opgenomen. Verschil met WW Het percentage personen dat uitstroomt uit de bijstand is beduidend lager dan het percentage dat uitstroomt uit de WW. Terwijl bijna vier op de tien personen met een bijstandsuitkering in januari 2005 binnen twee jaar uitstroomt, stroomt bijna acht op de tien personen met een WW-uitkering in januari 2005 binnen twee jaar uit de uitkering. Eén op de tien bijstandsgerechtigden in januari 2005 stroomt uit naar werk. Onder personen met een WW-uitkering in januari 2005 geldt dit voor bijna vier op de tien personen. 3.4 Uitstroom naar werk In de vorige paragraaf is beschreven in hoeverre personen met een bijstandsuitkering in januari 2002, 2003, 2004 of 2005, binnen 24 maanden uit de uitkering stromen. In deze paragraaf wordt de groep personen met bijstand in januari 2004 of 2005 die uitstroomt naar werk nader bekeken. Met begeleiding naar werk 19

20 Werk met of zonder loonkostensubsidie Van de groep personen met een bijstandsuitkering in januari 2004 die binnen 24 maanden zijn uitgestroomd naar werk, bestaat 70 procent uit volwassenen van jaar. Van deze groep volwassenen stroomt 6 procent uit naar een baan met loonkostensubsidie (figuur 3.1). Van de overige twee leeftijdsgroepen onder de volwassenen, jaar en jaar, stromen respectievelijk 11 en 4 procent uit naar een baan met loonkostensubsidie. Onder jongeren is dit 7 procent. 3.1 Uitstroom naar werk van personen met bijstand in januari 2004, naar leeftijdsgroep x Jongeren (15 22 jaar) Volwassenen (23 44 jaar) Volwassenen (45 54 jaar) Volwassenen (55 64 jaar) Uitstroom naar werk zonder loonkostensubsidie Uitstroom naar werk met loonkostensubsidie Iets meer dan de helft van de groep personen met een bijstandsuitkering in januari 2004 die binnen 24 maanden is uitgestroomd naar werk, bestaat uit mannen. Mannen stromen relatief iets vaker uit naar een baan met loonkostensubsidie dan vrouwen. Ook onder autochtonen, westerse allochtonen en niet-westerse allochtonen is er geen groot verschil in uitstroom naar werk met of zonder loonkostensubsidie. Van de autochtonen en westerse allochtonen met een bijstandsuitkering in januari 2004 die binnen 24 maanden zijn uitgestroomd naar werk, stroomt 6 procent uit naar een baan met loonkostensubsidie. Onder niet-westerse allochtonen is dit 7 procent. 3.2 Uitstroom naar werk van personen met bijstand in januari 2004, naar registratieduur x maanden maanden maanden >36 maanden Uitstroom naar werk zonder loonkostensubsidie Uitstroom naar werk met loonkostensubsidie 20 Centraal Bureau voor de Statistiek

21 Iets minder dan de helft van de groep personen met een bijstandsuitkering in januari 2004 die binnen 24 maanden zijn uitgestroomd naar werk, bestaat uit personen met een registratieduur in januari van 0 11 maanden. Van deze groep personen stroomt 5 procent uit naar een baan met loonkostensubsidie (figuur 3.2). Onder personen die langer dan 11 maanden staan geregistreerd als uitkeringsgerechtigde ligt dit percentage rond de 8 procent. Van de bijstandsgerechtigden in januari 2004 is 34 procent binnen 24 maanden uitgestroomd. Onder de bijstandsgerechtigden in januari 2005 is dit percentage gestegen naar 36 procent. Van de uitstromers met bijstand in deze maanden stroomt 29 respectievelijk 31 procent uit naar een baan. Onder bijstandsgerechtigden in januari 2004 die uitstromen naar werk is dit voor 7 procent van de personen een baan met loonkostensubsidie. Onder de bijstandsgerechtigden in januari 2005 is dit percentage gestegen naar 10 procent. Van de personen die wel uit de uitkering stromen maar niet naar werk, wordt een deel door demografische redenen veroorzaakt. In figuur 3.3 is de groep personen met bijstand in januari 2005 grafisch weergegeven. Daarin zijn ook enkele demografische redenen van de uitstroom weergegeven. Duurzame of niet-duurzame uitstroom naar werk Naast het onderscheid in uitstroom naar werk met en zonder loonkostensubsidie, kan ook een onderscheid worden gemaakt tussen duurzame en niet-duurzame uitstroom naar werk. Uitstroom uit de uitkering wordt als duurzaam beschouwd, wanneer een persoon niet binnen zes maanden opnieuw uitkeringsgerechtigd wordt. Van de bijstandsgerechtigden in januari 2004 die binnen 24 maanden zijn uitgestroomd naar een baan, stromen bijna negen op de tien personen duurzaam uit. Wanneer de duurzame uitstroom naar werk van personen met bijstand in januari 2004 verdeeld naar leeftijdsgroep wordt bekeken, is te zien dat naarmate de leeftijd toeneemt, het percentage personen dat duurzaam uitstroomt naar werk kleiner wordt (figuur 3.4). Vrouwen die binnen 24 maanden vanuit de bijstand zijn uitgestroomd naar werk stromen relatief iets vaker duurzaam uit dan mannen. Ook tussen de verschillende groepen van herkomst zijn geen grote verschillen te zien in duurzame uitstroom. Onder autochtonen Met begeleiding naar werk 21

22 3.4 Duurzame uitstroom naar werk van personen met bijstand in januari 2004, naar leeftijdsgroep jaar jaar jaar jaar Geen uitstroom Uitstroom niet naar werk Geen duurzame uitstroom naar werk Duurzame uitstroom naar werk % die binnen 24 maanden zijn uitgestroomd naar een baan is het percentage dat duurzaam is uitgestroomd 89 procent. Onder westerse en niet-westerse allochtonen is dit percentage 88 respectievelijk 87 procent. 3.5 Duurzame uitstroom naar werk van personen met bijstand in januari 2004, naar registratieduur 0 11 maanden maanden maanden >36 maanden Geen uitstroom Uitstroom niet naar werk Geen duurzame uitstroom naar werk Duurzame uitstroom naar werk % Wanneer de duurzame uitstroom naar werk van personen met bijstand in januari 2004 verdeeld naar registratieduur in deze maand wordt bekeken, is te zien dat naarmate personen langer staan geregistreerd als uitkeringsgerechtigde, het percentage dat duurzaam uitstroomt naar werk kleiner wordt (figuur 3.5). 3.5 Verschillen tussen Nederland en de MOSA-respons In de tabellenset zijn gegevens beschikbaar over uitstroom naar werk van personen met een bijstandsuitkering. De gegevens zijn niet alleen voor Nederland als geheel beschikbaar, er zijn ook gegevens opgenomen van gemeenten uit de MOSA-respons. Een definitie van de MOSA-respons en een opsomming van deze gemeenten worden gegeven in paragraaf Centraal Bureau voor de Statistiek

Vanuit de uitkering naar werk

Vanuit de uitkering naar werk Vanuit de uitkering naar werk Eerste vervolgmeting voor de 25%-doelstelling Centrum voor Beleidsstatistiek 06002 Dennis Lanjouw, Osman Baydar, Mariëtte Goedhuys, Frank van der Linden Centraal Bureau voor

Nadere informatie

Werkt begeleiding naar werk?

Werkt begeleiding naar werk? 08 07 Werkt begeleiding naar werk? Derde vervolgmeting voor de 25%-doelstelling Mariëtte Goedhuys, Kathleen Geertjes, Martine de Mooij, Linda Muller, Esther Vieveen Centrum voor Beleidsstatistiek (rapport

Nadere informatie

Eindrapport Sluitende aanpak 2006 (gemeentedomein) Uitstroom en begeleiding naar werk van bijstandsgerechtigden en niet-uitkeringsgerechtigden

Eindrapport Sluitende aanpak 2006 (gemeentedomein) Uitstroom en begeleiding naar werk van bijstandsgerechtigden en niet-uitkeringsgerechtigden Eindrapport Sluitende aanpak 2006 (gemeentedomein) Uitstroom en begeleiding naar werk van bijstandsgerechtigden en niet-uitkeringsgerechtigden Antoinette van Poeijer en Caroline Bloemendal Centraal Bureau

Nadere informatie

Uitstroom naar Werk. Centrum voor Beleidsstatistiek Dennis Lanjouw, Frank van der Linden, May Hua Oei, Mathilda Copinga

Uitstroom naar Werk. Centrum voor Beleidsstatistiek Dennis Lanjouw, Frank van der Linden, May Hua Oei, Mathilda Copinga Uitstroom naar Werk Centrum voor Beleidsstatistiek 05004 Dennis Lanjouw, Frank van der Linden, May Hua Oei, Mathilda Copinga Centraal Bureau voor de Statistiek Voorburg/Heerlen, 2005 Verklaring der tekens.

Nadere informatie

Nulmeting 60%-doelstelling Uitstroom naar ar werk (voorlopige cijfers)06

Nulmeting 60%-doelstelling Uitstroom naar ar werk (voorlopige cijfers)06 07 Nulmeting 60%-doelstelling Uitstroom naar ar werk (voorlopige cijfers)06 Maaike Hersevoort, Daniëlle ter Haar en Luuk Schreven Centrum voor Beleidsstatistiek (paper 08010) Den Haag/Heerlen Verklaring

Nadere informatie

Eindrapport Sluitende aanpak 2005 (gemeentedomein)

Eindrapport Sluitende aanpak 2005 (gemeentedomein) Eindrapport Sluitende aanpak 2005 (gemeentedomein) Uitstroom en begeleiding naar werk van bijstandsgerechtigden en niet-uitkeringsgerechtigen Han van den Berg en Antoinette van Poeijer Centraal Bureau

Nadere informatie

Uitstroom uit de WW binnen twee jaar na instroom

Uitstroom uit de WW binnen twee jaar na instroom 08 Uitstroom uit de WW binnen twee jaar na instroom 08 Henk van Maanen, Mathilda Copinga-Roest en Marleen Geerdinck Centrum voor Beleidsstatistiek (maatwerk) Den Haag/Heerlen 2009 Verklaring van tekens.

Nadere informatie

Onderzoek Sluitende aanpak 2006

Onderzoek Sluitende aanpak 2006 Publicatiedatum CBS-website: 31 augustus 2007 Onderzoek Sluitende aanpak 2006 Instroom in 2005 en langdurig geregistreerden (gemeentedomein) Henk Amptmeijer, Caroline Bloemendal, Dennis Lanjouw, Antoinette

Nadere informatie

Niet-werkende werkzoekenden en uitkeringsgerechtigden

Niet-werkende werkzoekenden en uitkeringsgerechtigden Niet-werkende werkzoekenden en uitkeringsgerechtigden Gemeente Enschede 2002-2006 Centrum voor Beleidsstatistiek Frank van der Linden, Daniëlle ter Haar Centraal Bureau voor de Statistiek Voorburg/Heerlen,

Nadere informatie

Niet-werkende werkzoekenden en uitkeringsgerechtigden

Niet-werkende werkzoekenden en uitkeringsgerechtigden Niet-werkende werkzoekenden en uitkeringsgerechtigden Gemeente Amersfoort 2002-2006 Centrum voor Beleidsstatistiek Frank van der Linden, Daniëlle ter Haar Centraal Bureau voor de Statistiek Voorburg/Heerlen,

Nadere informatie

Aan het werk met re-integratieondersteuning

Aan het werk met re-integratieondersteuning Aan het werk met re-integratieondersteuning Zesmeting, fase 3 21-11-2014 gepubliceerd op cbs.nl CBS Centraal Bureau voor de Statistiek Sociaal Economische Trends, januari 2014, 01 1 Inhoud Inleiding 4

Nadere informatie

aanpak 2007: instroom in het eerste halfjaar aar ar van 2006

aanpak 2007: instroom in het eerste halfjaar aar ar van 2006 07 Eerste uitkomsten 0m Sluitende aanpak 2007: instroom in het eerste halfjaar aar ar van 2006 Dennis Lanjouw en Caroline Bloemendal Publicatiedatum CBS-website: 9 april 2008 Voorburg/Heerlen Verklaring

Nadere informatie

VOORLOPIGE UITKOMSTEN VOOR HET GEMEENTEDOMEIN. Dennis Lanjouw, Osman Baydar, Mariëtte Goedhuys en Frank van der Linden. Maart 2006

VOORLOPIGE UITKOMSTEN VOOR HET GEMEENTEDOMEIN. Dennis Lanjouw, Osman Baydar, Mariëtte Goedhuys en Frank van der Linden. Maart 2006 Centraal Bureau voor de Statistiek Centrum voor Beleidsstatistiek EERSTE VERVOLGMETING 25%-DOELSTELLING; VOORLOPIGE UITKOMSTEN VOOR HET GEMEENTEDOMEIN Dennis Lanjouw, Osman Baydar, Mariëtte Goedhuys en

Nadere informatie

Eerste uitkomsten sluitende aanpak 2006: instroom in de eerste helft van 2005 (gemeentedomein) Herziene versie

Eerste uitkomsten sluitende aanpak 2006: instroom in de eerste helft van 2005 (gemeentedomein) Herziene versie Eerste uitkomsten sluitende aanpak 2006: instroom in de eerste helft van 2005 (gemeentedomein) Herziene versie Caroline Bloemendal, Antoinette van Poeijer en Dennis Lanjouw Centraal Bureau voor de Statistiek

Nadere informatie

Een nieuwe start, of niet?

Een nieuwe start, of niet? Een nieuwe start, of niet? Cijferonderzoek Sluitende Aanpak 2004 Centrum voor Beleidsstatistiek 05003 Maartje Rienstra, Mariëtte Goedhuys, Han van den Berg en Harold Kroeze Centraal Bureau voor de Statistiek

Nadere informatie

Tweemeting Uitstroomdoelstelling re-integratieondersteuning Voorlopige cijfers 2006 en eerste halfjaar 2007

Tweemeting Uitstroomdoelstelling re-integratieondersteuning Voorlopige cijfers 2006 en eerste halfjaar 2007 Tweemeting Uitstroomdoelstelling re-integratieondersteuning Voorlopige cijfers 2006 en eerste halfjaar 2007 Esther Vieveen, Mariëtte Goedhuys, Nicol Sluiter CBS, Centrum voor Beleidsstatistiek Maart 2010

Nadere informatie

Jaarcijfers Sluitende aanpak 2008

Jaarcijfers Sluitende aanpak 2008 Jaarcijfers Sluitende aanpak 2008 Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim = nihil = (indien voorkomend tussen twee getallen) tot en met 0 (0,0) = het getal is kleiner

Nadere informatie

Tweede vervolgmeting 25%-doelstelling; voorlopige uitkomsten voor het gemeentedomein

Tweede vervolgmeting 25%-doelstelling; voorlopige uitkomsten voor het gemeentedomein Tweede vervolgmeting 25%-doelstelling; voorlopige uitkomsten voor het gemeentedomein Harold Kroeze, Osman Baydar, Mariëtte Goedhuys en Frank van der Linden Centraal Bureau voor de Statistiek Voorburg/Heerlen,

Nadere informatie

Van uitkering naar werk

Van uitkering naar werk Van uitkering Esther Vieveen In januari 5 waren er in Nederland 243 duizend WW ers en duizend bijstandsontvangers. Voor sommigen van hen was de kans om binnen twee jaar weer aan het te zijn groter dan

Nadere informatie

Registraties gesubsidieerde arbeid en loonkostensubsidies nader bekeken Centrum voor Beleidsstatistiek

Registraties gesubsidieerde arbeid en loonkostensubsidies nader bekeken Centrum voor Beleidsstatistiek Registraties gesubsidieerde arbeid en loonkostensubsidies nader bekeken Centrum voor Beleidsstatistiek Maartje Rienstra en Wendy Jenje-Heijdel Centraal Bureau voor de Statistiek Voorburg/Heerlen, 2007

Nadere informatie

Mathilda Copinga, Dennis Lanjouw en May Hua Oei. Augustus 2005

Mathilda Copinga, Dennis Lanjouw en May Hua Oei. Augustus 2005 Centraal Bureau voor de Statistiek Centrum voor Beleidsstatistiek UITSTROOM UIT DE UITKERING NAAR WERK Mathilda Copinga, Dennis Lanjouw en May Hua Oei Augustus 2005 Op 1 januari 2004 is de Wet werk en

Nadere informatie

Aan het werk met of zonder re-integratieondersteuning

Aan het werk met of zonder re-integratieondersteuning 09 Aan het werk met of zonder re-integratieondersteuning Voorlopige cijfers 2008 Harold Kroeze Martine de Mooij Esther Vieveen Centrum voor Beleidsstatistiek Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken

Nadere informatie

Geheel of gedeeltelijk eltelijk uit de uitkering naar werk

Geheel of gedeeltelijk eltelijk uit de uitkering naar werk 07 Aan het werk 0r met re-integratie Geheel of gedeeltelijk eltelijk uit de uitkering naar werk Wilco de Jong, Henk van Maanen, Frank van der Linden en Alderina Dill-Fokkema Centrum voor Beleidsstatistiek

Nadere informatie

Langs de zijlijn, hoe verder? Herziene versie. Cijferonderzoek Sluitende Aanpak Centrum voor Beleidsstatistiek 05001

Langs de zijlijn, hoe verder? Herziene versie. Cijferonderzoek Sluitende Aanpak Centrum voor Beleidsstatistiek 05001 Langs de zijlijn, hoe verder? Cijferonderzoek Sluitende Aanpak 2003 Herziene versie Centrum voor Beleidsstatistiek 05001 Paula van der Brug, Mathilda Copinga en Maartje Rienstra Voor de oorspronkelijke

Nadere informatie

Voorpublicatie Diversiteit in cijfers 2005

Voorpublicatie Diversiteit in cijfers 2005 08 07 Voorpublicatie Diversiteit in cijfers 2005 Karin Hagoort, Kathleen Geertjes en Osman Baydar Centrum voor Beleidsstatistiek (maatwerk) Voorburg/Heerlen, 2008 Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken

Nadere informatie

re-integratieondersteuning

re-integratieondersteuning s08 Eenmeting uitstroomdoelstelling, 0o oelstelling, re-integratieondersteuning eondersteuning (voorlopige cijfers) Henk van Maanen, Marleen Geerdinck en Nicol Sluiter Centrum voor Beleidsstatistiek Den

Nadere informatie

SRG-uitstroom Conclusie

SRG-uitstroom Conclusie Opdrachtgever SZW SRG-uitstroom 2014 Conclusie Opdrachtnemer Centraal Bureau voor de Statistiek / W. van Andel, E. Ebenau, L. van Koperen, P. Molenaar-Cox, A. Redeman, M. Sterk-van Beelen, J. Weidum Onderzoek

Nadere informatie

Aan het werk met re-integratieondersteuning

Aan het werk met re-integratieondersteuning Aan het werk met re-integratieondersteuning Driemeting uitstroom naar werk, voorlopige cijfers 11 Martine de Mooij Pascal van den Berg Mariëtte Goedhuys Jamie Graham Wilco de Jong Lotte Ooststrom Sita

Nadere informatie

Jongeren met een tijdelijk contract in 2009 en 2010

Jongeren met een tijdelijk contract in 2009 en 2010 Jongeren met een tijdelijk contract in 2009 en 2010 11 Martine de Mooij Vinodh Lalta Sita Tan Centraal Bureau voor de Statistiek Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer ** = nader

Nadere informatie

Arbeidsparticipatie icipatie Almere 2006

Arbeidsparticipatie icipatie Almere 2006 0i08 08 Arbeidsparticipatie icipatie Almere 2006 Maaike Hersevoort en Nicol Sluiter Centrum voor Beleidsstatistiek (maatwerk) Den Haag/Heerlen, 2009 Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig

Nadere informatie

Aan het werk met of zonder reintegratieondersteuning.

Aan het werk met of zonder reintegratieondersteuning. Opdrachtgever SZW Aan het werk met of zonder reintegratieondersteuning, 2008 Opdrachtnemer CBS/ Centrum voor Beleidsstatistiek H, Kroeze, K. Geertjes, M. Goedhuys... [et al.] Onderzoek Aan het werk met

Nadere informatie

Derde vervolgmeting 25%-doelstelling

Derde vervolgmeting 25%-doelstelling Derde vervolgmeting 25%-doelstelling Voorlopige uitkomsten gemeentedomein0 07 n07 eting elling ling voor het n Mariëtte Goedhuys, Karin Hagoort, Luuk Schreven, Esther Vieveen Centrum voor Beleidsstatistiek

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek

Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Centrum voor Beleidsstatistiek Technische toelichting bij de Tweede vervolgmeting uitstroom naar werk 1. Inleiding Het doel van dit onderzoek is het presenteren van gegevens

Nadere informatie

Locatie van banen, opleiding van niet werkend werkzoekenden, in- en uitstroom van uitkeringen

Locatie van banen, opleiding van niet werkend werkzoekenden, in- en uitstroom van uitkeringen Locatie van banen, opleiding van niet werkend werkzoekenden, in- en uitstroom van uitkeringen Gemeente Enschede 2002-2006 Centrum voor Beleidsstatistiek Frank van der Linden, Mariëtte Goedhuys-van der

Nadere informatie

Aan het werk met re-integratieondersteuning

Aan het werk met re-integratieondersteuning Aan het werk met re-integratieondersteuning Vijfmeting, fase 3 29-11-2013 gepubliceerd op cbs.nl Inhoud Inleiding 5 1. Beschrijving van het onderzoek 6 1.1 Populatie 6 1.2 Onderzoeksmethode 7 1.3 Bronnen

Nadere informatie

De toedeling aan deze uitkeringssituaties is afhankelijk van de volgende uitgangspunten:

De toedeling aan deze uitkeringssituaties is afhankelijk van de volgende uitgangspunten: Inleiding Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) heeft op verzoek van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) uitkomsten berekend over de Sluitende aanpak. De eerste uitkomsten

Nadere informatie

Gemiddelde looptijd werkloosheidsuitkeringen nog geen jaar

Gemiddelde looptijd werkloosheidsuitkeringen nog geen jaar Gemiddelde looptijd werkloosheidsuitkeringen nog geen Ton Ferber In de jaren 1992 2001 was de gemiddelde looptijd van een WWuitkering elf maanden. Van de 4,3 miljoen beëindigde uitkeringen was de gemiddelde

Nadere informatie

Aan het werk met re-integratieondersteuning

Aan het werk met re-integratieondersteuning Aan het werk met re-integratieondersteuning Driemeting uitstroom naar werk, definitieve cijfers 11 Lotte Oostrom Sander Dalm Jamie Graham Martine de Mooij Nicol Sluiter Sita Tan Carlijn Verkleij Centraal

Nadere informatie

Met re-integratieondersteuning op weg naar werk

Met re-integratieondersteuning op weg naar werk 09 Met re-integratieondersteuning op weg werk Eenmeting doelstelling uitstroom werk Karin Hagoort Chantal Wagner Marleen Geerdinck Nicol Sluiter Centrum voor Beleidsstatistiek Verklaring van tekens. =

Nadere informatie

IN EERSTE HALFJAAR 2002. Paula van der Brug en Robert Selten. April 2005. Het aantal gestarte trajecten in het eerste halfjaar van 2002.

IN EERSTE HALFJAAR 2002. Paula van der Brug en Robert Selten. April 2005. Het aantal gestarte trajecten in het eerste halfjaar van 2002. Centraal Bureau voor de Statistiek Centrum voor Beleidsstatistiek UITSTROOM UIT DE UITKERING NA START REÏNTEGRATIETRAJECT IN EERSTE HALFJAAR 2002 Paula van der Brug en Robert Selten April 2005 Op 1 januari

Nadere informatie

Met re-integratieondersteuning 0g op weg naar werk

Met re-integratieondersteuning 0g op weg naar werk 07 t07 Met re-integratieondersteuning 0g eondersteuning op weg naar werk Nulmeting doelstelling elling uitstroom naar werk Frank van der Linden, Daniëlle ter Haar, Marleen Geerdinck, Maaike Hersevoort

Nadere informatie

Aan het werk met re-integratie ondersteuning

Aan het werk met re-integratie ondersteuning 132 Aan het werk met re-integratie ondersteuning Vijfmeting uitstroom naar werk, voorlopige cijfers Marieke Bosch, Elisabeth Eenkhoorn, Vinodh Lalta, Frank Pijpers, Annemieke Redeman, Miriam de Roos en

Nadere informatie

Statistisch Bulletin. Jaargang 71 2015 35

Statistisch Bulletin. Jaargang 71 2015 35 Statistisch Bulletin Jaargang 71 2015 35 27 augustus 2015 Inhoud 1. Arbeid en sociale zekerheid 3 Werkloosheid verder gedaald 3 Werkloze beroepsbevolking 4 2. Inkomen en bestedingen 5 Consumenten zijn

Nadere informatie

werkwillendheid eid van ouderen (50-64 jaar) in 2007

werkwillendheid eid van ouderen (50-64 jaar) in 2007 08 Arbeidsparticipatie 0i icipatie en werkwillendheid eid van ouderen (50-64 jaar) in 2007 Maaike Hersevoort, Marleen Geerdinck en Lian Kösters Centrum voor Beleidsstatistiek (maatwerk) Den Haag/Heerlen

Nadere informatie

Aan het werk met re-integratie ondersteuning

Aan het werk met re-integratie ondersteuning 12 1 Aan het werk met re-integratie ondersteuning Viermeting uitstroom naar werk, voorlopige cijfers Esther Vieveen Carlijn Verkleij Jeroen van den Tillaart Miriam de Roos Jamie Graham Vinodh Lalta en

Nadere informatie

27 september Statistisch Bulletin. no. Jaargang. Centraal Bureau voor de Statistiek

27 september Statistisch Bulletin. no. Jaargang. Centraal Bureau voor de Statistiek 27 september 2012 Statistisch Bulletin 12 39 no. Jaargang 68 Centraal Bureau voor de Statistiek Verklaring van tekens. gegevens ontbreken * voorlopig cijfer ** nader voorlopig cijfer x geheim nihil (indien

Nadere informatie

Aan het werk met re-integratieondersteuning

Aan het werk met re-integratieondersteuning Aan het werk met re-integratieondersteuning Vijfmeting, fase 2 Elisabeth Eenkhoorn Jamie Graham Vinodh Lalta Frank van der Linden Frank Pijpers Annemieke Redeman Miriam de Roos Carlijn Verkleij 16-08-2013

Nadere informatie

Kenmerken van wanbetalers zorgverzekeringswet

Kenmerken van wanbetalers zorgverzekeringswet Publicatiedatum CBS-website: 22 augustus 2007 Kenmerken van wanbetalers zorgverzekeringswet Centraal Bureau voor de Statistiek Verklaring der tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim

Nadere informatie

Participatiewet. Figuur 2: Personen met bijstandsuitkering: verdeling naar leeftijd januari 2015 december % 80% 49% 54% 60% 40% 42% 37% 20%

Participatiewet. Figuur 2: Personen met bijstandsuitkering: verdeling naar leeftijd januari 2015 december % 80% 49% 54% 60% 40% 42% 37% 20% Participatiewet Sinds 1 januari 215 is de Participatiewet van kracht. Deze wet vervangt de Wet werk en bijstand (Wwb), de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) en een groot deel van de Wet werk en arbeidsondersteuning

Nadere informatie

Langdurig met een uitkering

Langdurig met een uitkering Langdurig met een uitkering Harry Bierings en John Michiels In september 5 waren er 1,5 miljoen personen die een arbeidsongeschiktheids-, bijstands- en/of werkloosheidsuitkering ontvingen. Van hen zat

Nadere informatie

Voorlopige uitkomsten Sluitende Aanpak 2003

Voorlopige uitkomsten Sluitende Aanpak 2003 Voorlopige uitkomsten Sluitende Aanpak 2003 De lidstaten van de Europese Unie hebben in 1997 de intentie uitgesproken om alle werkzoekenden "een nieuwe start te bieden voordat zij twaalf maanden werkloos

Nadere informatie

Aan het werk met re-integratieondersteuning

Aan het werk met re-integratieondersteuning Aan het werk met re-integratieondersteuning Viermeting uitstroom naar werk, beschrijving belangrijkste uitkomsten 12 1 Sita Tan Vinodh Lalta Miriam de Roos Jamie Graham Annemieke Redeman Nicol Sluiter

Nadere informatie

Statistisch Bulletin. Jaargang 71 2015 13

Statistisch Bulletin. Jaargang 71 2015 13 Statistisch Bulletin Jaargang 71 2015 13 26 maart 2015 Inhoud 1. Arbeid en sociale zekerheid 3 CBS: Werkloosheid gedaald door afname beroepsbevolking 3 Werkloze beroepsbevolking 1) 5 2. Inkomen en bestedingen

Nadere informatie

Ziekteverzuim naar leeftijd en geslacht, 2002 2005

Ziekteverzuim naar leeftijd en geslacht, 2002 2005 0i07 07 Ziekteverzuim naar leeftijd en geslacht, 2002 2005 Frank van der Linden en Anouk de Rijk Centrum voor Beleidsstatistiek (maatwerk) Voorburg/Heerlen, 2008 Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken

Nadere informatie

Na de WW duurzaam aan het werk?

Na de WW duurzaam aan het werk? Na de WW duurzaam aan het werk? Kathleen Geertjes en Tirza König Na het beëindigen van de werkloosheidsuitkering vindt minder dan de helft van de mensen een baan voor langere tijd. Vooral ouderen, mensen

Nadere informatie

25 maart Statistisch Bulletin. no. Jaargang. Centraal Bureau voor de Statistiek

25 maart Statistisch Bulletin. no. Jaargang. Centraal Bureau voor de Statistiek 25 maart 2010 Statistisch Bulletin 10 12 no. Jaargang 66 Centraal Bureau voor de Statistiek Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim = nihil 2009 2010 = 2009 tot en met

Nadere informatie

Statistisch Bulletin. Jaargang 71 2015 17

Statistisch Bulletin. Jaargang 71 2015 17 Statistisch Bulletin Jaargang 71 2015 17 23 april 2015 Inhoud 1. Arbeid en sociale zekerheid 3 CBS: Meer mensen aan het werk, vooral jongeren 3 Werkloze beroepsbevolking 4 2. Inkomen en bestedingen 5 Vertrouwen

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Arbeidsongeschiktheidsuitkeringen sterk teruggelopen. Vooral minder nieuwe WAO-uitkeringen

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Arbeidsongeschiktheidsuitkeringen sterk teruggelopen. Vooral minder nieuwe WAO-uitkeringen Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB06-026 6 maart 2006 9.30 uur Arbeidsongeschiktheidsuitkeringen met 60 duizend gedaald In 2005 is het aantal uitkeringen van de belangrijkste sociale zekerheidsregelingen

Nadere informatie

(65%) Totaal Mannen Vrouwen. Totaal jaar jaar

(65%) Totaal Mannen Vrouwen. Totaal jaar jaar Ontwikkeling van de WW in de periode 21 24 Ton Ferber Tussen eind 21 en eind 24 is het aantal WW-uitkeringen bijna verdubbeld. Vooral het aantal uitkeringen aan mannen jonger dan 45 is sterk gestegen.

Nadere informatie

Achterblijvers in de bijstand

Achterblijvers in de bijstand Achterblijvers in de Paula van der Brug, Mathilda Copinga en Maartje Rienstra Van de mensen die in 2001 in de kwamen, was 37 procent eind 2003 nog steeds afhankelijk van een suitkering. De helft van deze

Nadere informatie

Meerdere keren zonder werk

Meerdere keren zonder werk Meerdere keren zonder werk Antoinette van Poeijer Ontvangers van een - of bijstandsuikering en ers worden gestimuleerd (weer) aan de slag te gaan. In veel gevallen is dat succesvol. Er zijn echter ook

Nadere informatie

Statistisch Bulletin. Jaargang

Statistisch Bulletin. Jaargang Statistisch Bulletin Jaargang 72 2016 20 20 mei 2016 Inhoud 1. Arbeid en sociale zekerheid 3 Werkloosheid daalt licht 3 Werkloze beroepsbevolking (17) 4 Verklaring van tekens 5 Colofon 5 Meer recente gegevens

Nadere informatie

10. Veel ouderen in de bijstand

10. Veel ouderen in de bijstand 10. Veel ouderen in de bijstand Niet-westerse allochtonen ontvangen 2,5 keer zo vaak een uitkering als autochtonen. Ze hebben het vaakst een bijstandsuitkering. Verder was eind 2002 bijna de helft van

Nadere informatie

Werkloosheid Redenen om niet actief te

Werkloosheid Redenen om niet actief te Sociaal Economische Trends 2013 Sociaaleconomische trends Werkloosheid Redenen 2004-2011 om niet actief te zijn Stromen op en duren de arbeidsmarkt Werkloosheidsduren op basis van de Enquête beroepsbevolking

Nadere informatie

Pensioenfondsen ndsen en hun deelnemers,

Pensioenfondsen ndsen en hun deelnemers, Pensioenfondsen ndsen en hun deelnemers, 17 Eddy van de Pol Publicatiedatum CBS-website: 1 april 9 Den Haag/Heerlen Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim = nihil =

Nadere informatie

Kwartaalrapportage 1/08

Kwartaalrapportage 1/08 Kwartaalrapportage 1/08 Landelijke Jeugdmonitor Rapportage 1e kwartaal 2008 Centraal Bureau voor de Statistiek Voorburg/Heerlen, 2008 Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x

Nadere informatie

Deelname van allochtonen aan de Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) over 1e halfjaar 2001

Deelname van allochtonen aan de Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) over 1e halfjaar 2001 Centraal Bureau voor de Statistiek Divisie Staven Centrum voor Beleidsstatistiek i.o. Postbus 4000 2270 JM Voorburg Deelname van allochtonen aan de Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) over 1e halfjaar 2001

Nadere informatie

Duur van uitkeringssituaties

Duur van uitkeringssituaties Duur van uitkeringssituaties Harry Bierings, Ton van Maanen en John Michiels In september 5 ontvingen 7 duizend personen in de leeftijd van 15 tot 65 een werkloosheids- of bijstandsuitkering. Ruim de helft

Nadere informatie

Aan het werk met re-integratie ondersteuning

Aan het werk met re-integratie ondersteuning 12 1 Aan het werk met re-integratie ondersteuning Viermeting uitstroom naar werk, definitieve cijfers Esther Vieveen Miriam de Roos Nicol Sluiter Jamie Graham Marion Sterk Vinodh Lalta Elisabeth Eenkhoorn

Nadere informatie

Dynamiek in de WW. Uitkomsten en toelichting. Centrum voor Beleidsstatistiek. Mathilda Coppinga Marleen Geerdinck Linda Muller Alderina Dill

Dynamiek in de WW. Uitkomsten en toelichting. Centrum voor Beleidsstatistiek. Mathilda Coppinga Marleen Geerdinck Linda Muller Alderina Dill Dynamiek in de WW Uitkomsten en toelichting 09 Mathilda Coppinga Marleen Geerdinck Linda Muller Alderina Dill Centrum voor Beleidsstatistiek Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer

Nadere informatie

veiligheid en economische zaken, minder voor bijstand en onderwijs

veiligheid en economische zaken, minder voor bijstand en onderwijs 07 s07 Meer gemeentegeld 0e entegeld voor veiligheid en economische zaken, minder voor bijstand en onderwijs Wouter Jonkers Publicatiedatum CBS-website: 7 april 2008 Voorburg/Heerlen Verklaring van tekens.

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Daling bijstand en WW neemt af. Ruim 300 duizend bijstandsuitkeringen

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Daling bijstand en WW neemt af. Ruim 300 duizend bijstandsuitkeringen Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB02-075 17 april 2002 9.30 uur Daling bijstand en WW neemt af Het aantal bijstands- en WW-uitkeringen is in de tweede helft van 2001 verder afgenomen. Dit

Nadere informatie

Factsheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014. Werkloosheid stijgt naar 24% Definities. Nummer 6 juni 2014

Factsheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014. Werkloosheid stijgt naar 24% Definities. Nummer 6 juni 2014 Nummer 6 juni 2014 Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014 Factsheet Ondanks eerste tekenen dat de economie weer aantrekt blijft de werkloosheid. Negen procent van de Amsterdamse beroepsbevolking is werkloos

Nadere informatie

Een nieuwe start, of niet?

Een nieuwe start, of niet? Een nieuwe start, of niet? Maartje Rienstra, Mariëtte Goedhuys, Han van den Berg en Harold Kroeze Mensen zonder baan die niet op eigen kracht weer aan het werk komen, krijgen begeleiding naar werk door

Nadere informatie

Vluchtelingen in Nederland Stromen op de arbeidsmarkt 2008-2011 Linda Muller, Jeroen van den Tillaart en Caroline van Weert

Vluchtelingen in Nederland Stromen op de arbeidsmarkt 2008-2011 Linda Muller, Jeroen van den Tillaart en Caroline van Weert Vluchtelingen in Nederland Stromen op de arbeidsmarkt 2008-2011 Linda Muller, Jeroen van den Tillaart en Caroline van Weert CBS, Centrum voor Beleidsstatistiek December 2012 Inhoud Stroomschema 1. Vluchtelingen

Nadere informatie

Verwachte baanvindduren werkloze 45-plussers

Verwachte baanvindduren werkloze 45-plussers Sociaaleconomische trends 213 Verwachte baanvindduren werkloze 45-plussers Harry Bierings en Bart Loog juli 213, 2 CBS Centraal Bureau voor de Statistiek Sociaaleconomische trends, juli 213, 2 1 De afgelopen

Nadere informatie

Eenmeting uitstroomdoelstelling re-integratieondersteuning

Eenmeting uitstroomdoelstelling re-integratieondersteuning 09 Eenmeting uitstroomdoelstelling re-integratieondersteuning Voorlopige cijfers 2005 en 2006 Maaike Hersevoort Marleen Geerdinck Chantal Wagner Centrum voor Beleidsstatistiek Verklaring van tekens. =

Nadere informatie

10. Banen met subsidie

10. Banen met subsidie 10. Banen met subsidie Eind 2002 namen er 178 duizend personen deel aan een van de regelingen voor gesubsidieerd werk. Meer dan eenzesde van deze splaatsen werd door niet-westerse allochtonen bezet. Ze

Nadere informatie

Bijlage 1 Ontwikkeling arbeidsmarktpositie jongeren

Bijlage 1 Ontwikkeling arbeidsmarktpositie jongeren Bijlage 1 Ontwikkeling arbeidsmarktpositie jongeren Definities jongeren 1. De doelgroep jongeren van de PDTFJ betreft jongeren van 15 t/m 22 buiten het volledig dagonderwijs. Arbeidsmarktcijfers over deze

Nadere informatie

Statistisch Bulletin. Jaargang

Statistisch Bulletin. Jaargang Statistisch Bulletin Jaargang 72 2016 51 22 december 2016 Inhoud 1. Arbeid en sociale zekerheid 3 Iets minder dan een half miljoen werklozen 3 Werkloze beroepsbevolking 1) (21) 4 Verklaring van tekens

Nadere informatie

Samenloop van zorg en inkomen 2009

Samenloop van zorg en inkomen 2009 11 Samenloop van zorg en inkomen 2009 Esther Vieveen Mariëtte Goedhuijs Martje Roessingh Centraal Bureau voor de Statistiek Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer ** = nader voorlopig

Nadere informatie

Helft van de gemeentelijke uitgaven in 2005 door top-25

Helft van de gemeentelijke uitgaven in 2005 door top-25 Publicatiedatum CBS-website: 21 juli 2007 Helft van de gemeentelijke uitgaven in 2005 door top-25 G. Batenburg, P.N.J. Tesselaar Centraal Bureau voor de Statistiek Voorburg/Heerlen 2007 Verklaring der

Nadere informatie

Han van den Berg, Antoinette van Poeijer en Mira Peeters-Bijlsma. September 2006

Han van den Berg, Antoinette van Poeijer en Mira Peeters-Bijlsma. September 2006 Centraal Bureau voor de Statistiek Sector Statistische analyse personen Voorburg UITKOMSTEN SLUITENDE AANPAK 2005: INSTROOM IN 2004 (GEMEENTEDOMEIN) Han van den Berg, Antoinette van Poeijer en Mira Peeters-Bijlsma

Nadere informatie

22 september Statistisch Bulletin. no. Jaargang. Centraal Bureau voor de Statistiek

22 september Statistisch Bulletin. no. Jaargang. Centraal Bureau voor de Statistiek 22 september 2011 Statistisch Bulletin 11 38 no. Jaargang 67 Centraal Bureau voor de Statistiek Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim = nihil 2010 2011 = 2010 tot

Nadere informatie

maatschappelijke afdeling Beleidsonderzoek en Geo Informatie

maatschappelijke afdeling Beleidsonderzoek en Geo Informatie 107 maatschappelijke zorg 10 108 Maatschappelijke zorg Aantal huishoudens met een bijstandsuitkering verder afgenomen Het aantal huishoudens met een bijstandsuitkering is in 2009 met 3,1% gedaald, tot

Nadere informatie

Definitieve uitkomsten Sluitende aanpak 2007

Definitieve uitkomsten Sluitende aanpak 2007 Definitieve uitkomsten Sluitende aanpak 2007 Uitstroom en re-integratieondersteuning van WW-ers, bijstandsgerechtigden en niet-uitkeringsgerechtigden Caroline Bloemendal en Geerten Kruis Centraal Bureau

Nadere informatie

Kans op een baan na de WW nader bekeken

Kans op een baan na de WW nader bekeken Kans op een baan na de WW nader bekeken Kathleen Geertjes Een jongere met een Werkloosheidswetuitkering is doorgaans sneller weer aan de slag dan een 5-plusser. Toch kan de kans van een 5-plusser op een

Nadere informatie

Allochtonen bij de overheid, 2003 en 2005

Allochtonen bij de overheid, 2003 en 2005 Allochtonen bij de overheid, 2003 en 2005 Uitkomsten en toelichting Centrum voor Beleidsstatistiek Maartje Rienstra en Osman Baydar Centraal Bureau voor de Statistiek Voorburg/Heerlen, 2007 Verklaring

Nadere informatie

afdeling Beleidsonderzoek en Geo Informatie

afdeling Beleidsonderzoek en Geo Informatie 107 maatschappelijke zorg 10 108 Maatschappelijke zorg Veel uitkeringsgerechtigden alleenstaand In 2006 is het aantal huishoudens met een periodieke uitkering licht gestegen (+1,3%), tot 2.087 huishoudens

Nadere informatie

Aan het werk met of zonder re-integratieondersteuning

Aan het werk met of zonder re-integratieondersteuning Aan het werk met of zonder re-integratieondersteuning Definitieve cijfers, 2008 en 2009 109 Lotte Oostrom Marion Sterk Martine de Mooij Centrum voor Beleidsstatistiek Verklaring van tekens. = gegevens

Nadere informatie

12. Vaak een uitkering

12. Vaak een uitkering 12. Vaak een uitkering Eind 2001 hadden niet-westerse allochtonen naar verhouding 2,5 maal zo vaak een uitkering als autochtonen. De toename van de WW-uitkeringen in 2002 was bij niet-westerse allochtonen

Nadere informatie

Verhuizingen 0n n van personen tussen Twentse gemeenten, 2007

Verhuizingen 0n n van personen tussen Twentse gemeenten, 2007 08 Verhuizingen 0n n van personen tussen Twentse gemeenten, 2007 Harold Kroeze en Ivo Gorissen Centrum voor Beleidsstatistiek Den Haag/Heerlen Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig

Nadere informatie

De arbeidsmarkt- en inkomenspositie van moeders met jonge kinderen in Karin Hagoort, Maaike Hersevoort en Mariëtte Goedhuys

De arbeidsmarkt- en inkomenspositie van moeders met jonge kinderen in Karin Hagoort, Maaike Hersevoort en Mariëtte Goedhuys De arbeidsmarkt- en inkomenspositie van moeders met jonge kinderen in 2004 Karin Hagoort, Maaike Hersevoort en Mariëtte Goedhuys Centraal Bureau voor de Statistiek Voorburg/Heerlen, 2007 Verklaring der

Nadere informatie

Labour Market Policy database

Labour Market Policy database 098 Labour Market Policy database Definitieve cijfers 2007 en voorlopige cijfers 2008 Luuk Schreven Pascal van den Berg Ineke Bottelberghs Wilco de Jong Centrum voor Beleidsstatistiek Verklaring van tekens.

Nadere informatie

Persbericht. Niet-westerse allochtonen tweemaal zo vaak een uitkering. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Niet-westerse allochtonen tweemaal zo vaak een uitkering. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB01-187 24 augustus 2001 9.30 uur Niet-westerse tweemaal zo vaak een uitkering Eind 1999 ontvingen anderhalf miljoen mensen in Nederland een bijstands-,

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB05-081 8 juli 2005 9.30 uur De in dit persbericht genoemde cijfers over de bijstandsuitkeringen zijn aangepast. Zie hiervoor de persmededeling van 11 augustus

Nadere informatie

Landelijke Jeugdmonitor. Rapportage 2e kwartaal 2007

Landelijke Jeugdmonitor. Rapportage 2e kwartaal 2007 Landelijke Jeugdmonitor Rapportage 2e kwartaal 2007 Centraal Bureau voor de Statistiek Voorburg/Heerlen, 2007 Verklaring der tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim = nihil = (indien

Nadere informatie

Voorlopige 0c cijfers Sluitende aanpak 2007:

Voorlopige 0c cijfers Sluitende aanpak 2007: 07 g07 Voorlopige 0c cijfers Sluitende aanpak 2007: Uitstroom en begeleiding eleiding naar werk van WW ers, bijstandsgerechtigden gden en niet-uitkeringsgerechtigden Caroline Bloemendal, Geerten Kruis,

Nadere informatie

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam. nummer 5 maart 2013

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam. nummer 5 maart 2013 Fact sheet nummer 5 maart 2013 Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam Er zijn ruim 133.000 jongeren van 15 tot en met 26 jaar in Amsterdam (januari 2012). Met de meeste jongeren gaat het goed in het onderwijs

Nadere informatie

STATISTISCH JAARBOEK. 10 maatschappelijke zorg

STATISTISCH JAARBOEK. 10 maatschappelijke zorg 95 STATISTISCH JAARBOEK 2002 10 96 Maatschappelijke zorg Uitkeringsgerechtigden in 2002 weer lager dan voorgaande jaren Op 1 januari 2002 waren er 1.956 uitkeringsgerechtigden in Hengelo; het laagste aantal

Nadere informatie