Nummer 6. Sittard-Geleen, 18 augustus Beste collega,

Transcriptie

1 Nummer 6 Sittard-Geleen, 18 augustus 2015 Beste collega, Bijgaand de zesde nieuwsbrief inzake de OGN De contactgroep OGN komt tweemaal per jaar bij elkaar om eventuele knelpunten te bespreken en om overeenstemming te bereiken over te hanteren tarieven en vergoedingen. De contactgroep is samengesteld uit een afvaardiging van Enexis en WML alsmede een afvaardiging van de Limburgse gemeenten. De Limburgse gemeenten worden momenteel vertegenwoordigd door de gemeenten Maastricht, Heerlen, Gulpen-Wittem, Sittard-Geleen en Venray. De contactgroep constateert dat de noord Limburgse gemeenten erg magertjes vertegenwoordigd zijn. Met name deze gemeenten worden hierbij opgeroepen om in de contactgroep aan te schuiven. Met nadruk willen wij erop wijzen veel waarde te hechten aan uw mening en willen we het u mogelijk maken invloed uit te oefenen op de afspraken die met de nutsbedrijven worden gemaakt. In dat licht vernemen wij graag van u of u zich wel of niet, en dan graag gemotiveerd, kunt vinden in de gemaakte afspraken dan wel voorstellen. U kunt uw reactie sturen naar ognlimburg@enexis.nl. In de eerstvolgende bijeenkomst van de contactgroep zullen de ingekomen reacties door ons worden meegenomen. Vindt u dit te indirect, dan kunt u ook namens uw gemeente in persoon deelnemen aan dit overleg. Als dat het geval is, schroom dan niet en maak dit kenbaar bij de heer Bob Bongers (bob.bongers@sittard-geleen.nl). Naar aanleiding van de vijfde nieuwsbrief hebben wij 2 reactie mogen ontvangen en wel van de gemeente Mook en Middelaar alsmede de gemeente Nederweert. Daarvoor onze dank. De door hen aangevoerde zaken hebben wij in ons overleg van 30 maart jl. met de nutsbedrijven besproken Onderstaand een samenvatting van de belangrijkste zaken die in de afgelopen bijeenkomst aan de orde zijn geweest Status van deze nieuwsbrief Terecht is gevraagd naar de status van deze nieuwsbrief en terecht is ook de opmerking gemaakt dat de contactgroep geen mandaat heeft van de overige, niet in de contactgroep vertegenwoordigde gemeenten, om zaken in de OGN 2011 te veranderen of aan te vullen.

2 De contactgroep OGN is in het leven geroepen met één belangrijk doel: het met elkaar in contact blijven van de contractpartners teneinde te voorkomen dat de overeenkomst een statisch document wordt. Dit heeft namelijk het gevaar in zich dat beide contractpartners na verloop van tijd door ruis en verschillen in interpretatie, stelling gaan nemen en uiteindelijk uit elkaar groeien. Regelmatig contact met elkaar maakt het mogelijk om problemen, ergernissen en/of verschillen van mening in het beginstadium onderling te bespreken. Daarnaast kunnen partijen, indien nodig, elkaar aanspreken op naleving van hetgeen in de OGN 2011 is afgesproken. Het is geenszins de intentie van de contactgroep om tijdens de contractperiode (10 jaar vanaf ondertekening) fundamentele wijzigingen aan te brengen. Dat is naar verwachting ook niet nodig omdat bij het tot stand komen van de OGN 2011, tijd nog moeite is gespaard om meningsverschillen vooraf uit te spreken. Bij tegenstrijdige belangen is gezamenlijk een afweging gemaakt waarna beide partijen tot een compromis zijn gekomen. Gesteld kan dan ook worden dat de OGN 2011 een weloverwogen en doordacht document is dat enerzijds door de gemeenten en anderzijds door de nutsbedrijven volledig wordt gedragen en dat tevens aan de belangen van beide partijen, voor zover deze tegenstrijdig zijn, in alle redelijkheid tegemoetkomt. In het basisdocument OGN 2011 is zo helder mogelijk op papier gezet wat tussen de partijen is afgesproken. Ondanks de zorgvuldigheid waarmee dat indertijd is gedaan kan, zoals ook in onze laatste bijeenkomst weer is gebleken, discussie ontstaan over de interpretatie van een bepaald artikel. De contactgroep bespreekt dergelijke zaken met als eerste intentie helderheid te scheppen. Het is ook mogelijk dat één van beide partijen in de praktijk tegen iets aanloopt dat niet in de OGN 2011 is geregeld. Wanneer een dergelijk item in de contactgroep wordt besproken, kan dat leiden tot onderlinge, aanvullende, afspraken. Dat betekent overigens niet dat dit op basis van de OGN 2011, afdwingbare afspraken zijn aangezien in de OGN 2011 hierover niets formeel is bepaald. Wanneer een individuele gemeente zich dus niet kan vinden in hetgeen in de contactgroep is afgesproken, is zij niet verplicht om ook in de lijn van die afspraken te handelen. De contactgroep zou het dan wel appreciëren wanneer de betreffende gemeente beargumenteerd aangeeft waarom zij de gemaakte afspraken niet draagt. Dat kan namelijk wezenlijk bijdragen aan de discussie tussen beide partijen. De zaken die in de contactgroep worden besproken worden via de nieuwsbrief naar alle overige gemeenten gecommuniceerd zodat ook zij deelgenoot worden van de aard van de gevoerde discussie en het eindresultaat ervan. Indien de behoefte bestaat zich in de discussie te mengen kan dit door schriftelijk het standpunt met bijbehorende argumenten op tafel te leggen Bij het verhelderen van interpretatieverschillen, het verduidelijken van bepalingen dan wel het maken van aanvullende afspraken van zaken die niet in de OGN 2011 zijn geregeld, wordt niets aan de inhoud van de OGN 2011 als zodanig gewijzigd. Er is dus geen sprake van een wijziging van hetgeen door het ondertekenen van de OGN 2011 is overeengekomen. Er is overigens tot nu toe ook nog geen aanleiding geweest om de OGN 2011 aan te passen. Ten behoeve van de overzichtelijkheid zal er voortaan aan de nieuwsbrief een overzicht worden toegevoegd waarin alle tot nu toe besproken zaken die betrekking hebben op de inhoud van de OGN 2011, worden opgenomen. Tot slot is nog vermeldenswaard dat in de contactgroep afspraken worden gemaakt over eenheidsprijzen en tarieven voor herstel van bestrating en groen. De eenheidsprijzen zijn bij het tot stand komen van de OGN vastgesteld en worden jaarlijks geïndexeerd. Deze prijzen zijn dus vast. De afgesproken tarieven voor herstel van bestrating en groen zijn richtinggevend. Het nutsbedrijf is bereid deze tarieven aan de gemeente te vergoeden wanneer de gemeente er voor kiest zelf voor het herstel zorg te dragen. Als een gemeente met deze prijzen niet uit de voeten kan is zij vrij om samen met het nutsbedrijf om tafel te gaan zitten en tot een andere vergoeding te komen.

3 Vergoeding beheer- en degeneratiekosten Elke gemeente die de OGN 2011 heeft ondertekend ontvangt op basis van het aantal aansluitingen van elk nutsbedrijf een vergoeding. Op basis van de nieuwe plancijfers is de vergoeding voor de beheer- en degeneratiekosten voor 2015 bepaald. In 2014 bedroeg dat voor Enexis een bedrag van 0,46 en voor WML een bedrag van 0,22 per aansluiting. Voor dit jaar komt de vergoeding uit op een bedrag van 0.61 per aansluiting voor Enexis en van 0,27 per aansluiting voor WML. De toename van het bedrag dat Enexis en WML dit jaar uitkeren in vergelijking met vorig jaar wordt veroorzaakt door een groter aantal geplande saneringswerkzaamheden. Eenheidsprijs voor asfaltherstel Op blz. 25 OGN staat vermeld dat bij grotere oppervlakten op basis van de werkelijke kosten een verrekening zal plaatsvinden. De vraag die zich nu voordoet is, wanneer is er sprake van een groter oppervlakte. Uit onderzoek bij diverse gemeenten (Heerlen, Maastricht, Gulpen-Wittem) blijkt dat het omslagpunt, dat wil zeggen de oppervlakte tot waarbij de vergoeding op basis van het afgesproken tarief ( 160,47) toereikend is, bij ca. 100 m 2 ligt (aaneengesloten). Het bedrag dat wordt vergoed bij een te asfalteren aaneengesloten oppervlakte van meer dan 100 m 2 wordt vastgesteld op 112,33. Dit tarief zal bij de eerstvolgende wijziging worden opgenomen in de tabel voor vergoedingen voor het herstraten van sierbestrating. Voor de goede orde, dit zijn geen afgesproken of vastgestelde tarieven maar richtinggevende tarieven. Gebruik begeleidingsformulieren 3 en 4, conform bijlage 4 van de OGN 2011 Naar aanleiding van berichten dat de afwikkeling van de formulieren 3 en 4 door WML niet soepel verloopt, heeft WML intern de oorzaak hiervan onderzocht. Gebleken is dat de verschillende divisies binnen WML ieder op hun eigen manier acteren. In een aantal gevallen strookt die werkwijze niet met de afspraken zoals die zijn gemaakt bij het opstellen van de OGN. WML heeft toegezegd alles in het werk te stellen om hier verbetering in te brengen. Straatpotten WML De aanwezigheid van straatpotten van WML in de openbare bestrating gaat soms ten koste van de veiligheid voor de gebruikers ervan omdat ze niet altijd gelijk liggen met het bestratingoppervlak. Bovendien is de bestrating rondom de pot soms verzakt. WML geeft aan zich bewust te zijn van het probleem maar wijst ook op de noodzaak van de afsluiters. Daar moet men in geval van calamiteiten eenvoudig bij kunnen worden gekomen. Onderzocht is of de straatpotten onder de bestrating kunnen worden weggestopt. Technisch gezien is dat mogelijk maar het gaat wel ten koste van de toegankelijkheid. WML is bereid uit esthetische oogpunt bij reconstructies straatpotten die zich bevinden in sierbestrating, voortaan onder de bestrating te leggen Dit betekent overigens wel dat wanneer de afsluiter gebruikt moet worden, de sierbestrating opengebroken moet worden. Bij klinker en tegelbestrating is de esthetische overweging niet aan de orde. In dergelijke bestratingstypen blijven de straatpotten daarom gewoon in de bestrating liggen. Overigens, mocht de veiligheid in het geding zijn omdat of de straatpotten of de bestrating rondom de straatpotten na verloop van tijd verzakken, dan kan dit altijd bij WML worden gemeld. Melding van storingen en werken van kleine omvang door WML Op basis van de OGN (artikel ) dienen storingen zo spoedig mogelijk doch uiterlijk op de eerstvolgende werkdag bij de gemeente te worden gemeld. Kleine werken dienen uiterlijk de laatste werkdag voorafgaand aan de week waarin de werkzaamheden zijn gepland bij de gemeente te worden gemeld (artikel ). WML blijkt zich niet consequent aan deze afspraken te houden. WML zal intern onderzoeken wat de oorzaak hiervan is.

4 Interpretatie artikelen , en Naar aanleiding van een discussie tussen Enexis enerzijds en een Limburgse gemeente anderzijds is de interpretatie van artikel besproken in relatie tot de artikelen en Op basis van artikelen en dienen de uitkomende grondsoorten in de oorspronkelijke volgorde en laagdikte te worden teruggebracht. In geval er sprake is van open wegverhardingen dient op grond van artikel de bovenste laag uit minimaal 10 cm zand te bestaan. Dat betekent dat wanneer van oorsprong de bovenste laag uit slechts 5 cm zand bestaat en er wordt goed gescheiden ontgraven, er nadien 5 cm extra zand moet worden aangebracht. Is er in de bovenste laag onder de elementenverharding van oorsprong geen zand aanwezig, dan zal er nadien 10 cm zand dienen te worden aangebracht. Overigens is het onder rijbanen met een open wegverharding niet aanbevelenswaardig om 10 cm zand aan te brengen. Voor het waarborgen van de stabiliteit is dan maximaal 5 cm zand gebruikelijk. Werkzaamheden in bermen. Naar aanleiding van een ontvangen reactie dat de werkzaamheden in bermen (verdichten en uitvlakken) niet naar behoren plaatsvinden, komt de contactgroep tot de conclusie dat in de OGN 2011 duidelijk is geregeld hoe het werk in bermen en plantsoenen dient te worden uitgevoerd. Het wordt derhalve niet nodig geacht om aanvullende afspraken hierover te maken. Een gemeente kan wanneer er niet of niet voldoende wordt verdicht en/of uitgevlakt, het nutsbedrijf hierop rechtstreeks aanspreken. Oplevering van werkzaamheden Het nutsbedrijf is zowel de initiator van de eerste oplevering (direct na het werk) als de tweede (na 1 jaar garantietermijn). Indien het nutsbedrijf dit vergeet werkt dat voor de gemeente alleen maar voordelig uit. Immers de feitelijke garantietermijn loopt dan in de tijd langer door. Weesleidingen Weesleidingen zijn leidingen waarvan geen enkele netwerkbeheerder het eigendom claimt. De leiding wordt dan automatisch toegewezen aan de gemeente hetgeen betekent dat de gemeente als beheerder van die leiding wordt aangemerkt. Enexis biedt aan te onderzoeken of een dergelijke leiding/kabel nog in bedrijf is en wat er (voorheen) mee getransporteerd wordt (werd). Zij wil echter dat de gemeente het eventuele met dit onderzoek gemoeid zijnde risico (aansprakelijkheid en vervolgschade) verzekerd. Afgevraagd wordt of de gemeente dit risico wel kan verzekeren. Een en ander zal worden onderzocht. WOW Limburg In Limburg is begin 2011 in navolging van de landelijke WOW (Wegbeheerders Ontmoeten Wegbeheerders) ook een WOW opgericht. Wegbeheerders Ontmoeten Wegbeheerders is in 2007 in het leven geroepen om de samenwerking tussen wegbeheerders te bevorderen. Het platform organiseert, faciliteert en stimuleert de landelijke en regionale ontmoeting tussen de wegbeheerders van rijk, provincies, gemeenten en waterschappen. De uitwisseling van kennis en ervaring op het gebied van het wegbeheer staat hierbij centraal. In Limburg zijn naast Rijkswaterstaat en de provincie Limburg de gemeenten Weert, Venlo, Roermond, Sittard-Geleen, Heerlen en Maastricht vertegenwoordigd. Verwezen wordt naar de site: Op deze site is inmiddels ook een artikel over de OGN 2011 geplaatst. Belemmering uitvoering werkzaamheden Ziut Ziut voert voor diverse gemeenten het beheer van de openbare verlichting uit. Tot voor kort had Ziut nog toegang tot de stations van Enexis. Ziut heeft recentelijk evenwel alle sleutels moeten inleveren. Ziut wordt hierdoor belemmerd in haar serviceverlening. Enexis geeft aan dat momenteel overleg plaatsvindt tussen Enexis en Ziut. Het is even afwachten wat dat oplevert.

5 Synfra en gemeenten Het BL10 overleg heeft de afgelopen twee jaar niet meer plaatsgevonden. Er wordt onderzocht of er een koppeling mogelijk is tussen Gemma en Moor. Indien u na het lezen van deze nieuwsbrief nog vragen of opmerkingen heeft of u loopt in de praktijk tegen bepaalde problemen aan, dan kunt u deze kwijt op het speciaal hiervoor geopende e- mailadres, te weten ognlimburg@enexis.nl. In de contactgroep zullen deze zaken dan worden besproken. Bij acute problemen kan ook direct contact worden opgenomen met één van de onderstaand genoemde leden van de contactgroep. Onder aan deze brief vindt u de namen met de daarbij behorende contactgegevens. Vriendelijke groet, Namens de contactgroep Bob Bongers Contactgroepleden gemeenten: 1. gemeente Heerlen: Jan Rosing j.rosing@heerlen.nl 2. gemeente Maastricht: John Lamerigts John.lamerigts@maastricht.nl Charles Remeijers charles.remeijers@maastricht.nl 3. gemeente Gulpen-Wittem Wiel Dumoulin wiel.dumoulin@gulpen-wittem.nl 4. gemeente Sittard-Geleen: Bob Bongers bob.bongers@sittard-geleen.nl Jos Ploum jos.ploum@sittard-geleen.nl 5. gemeente Venray: Coby Siebers coby.siebers@venray.nl John Park john.park@venray.nl