Slachtofferrechten in het strafproces: en de praktijk. 1. Inleiding

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Slachtofferrechten in het strafproces: en de praktijk. 1. Inleiding"

Transcriptie

1 Slachtofferrechten in en de praktijk Mr. A.J.J.G. Schijns * * Advocaat bij Beer advocaten te Amsterdam en onderzoeker aan de Vrije Universiteit te Amsterdam. 1. Inleiding 1. Titel IIIa Sv. 2. Zie voor een historisch overzicht van de ontwikkeling van slachtofferrechten in het strafproces: S. van der Aa en M.S. Groenhuijsen, Slachtofferrechten in het strafproces: drie stapjes naar voren en een stapje terug?, AA 2012, p Het gaat om dood door schuld zaken zoals bedoeld in artikel 6 van de Wegenverkeerswet 1994 en artikel 307 van het Wetboek van Strafrecht. 4. Richtlijn 2012/29/EU van het Europees parlement en de Raad van 25 oktober 2012 tot vaststelling van de minimumnormen voor de rechten, de ondersteuning en de bescherming van slachtoffers van strafbare feiten, en ter vervanging van kaderbesluit 2001/220/JBZ, PbEU 2012, L Wet van 8 maart 2017, Stb. 2017, Zie ook het pleidooi daartoe van Groenhuijsen en Van der Aa: Van der Aa & Groenhuijsen 2012, p Er is de afgelopen decennia en jaren sprake van een toenemende aandacht voor de rechtspositie van slachtoffers van misdrijven. Het slachtoffer heeft sinds 2011 een eigen titel in het Wetboek van Strafvordering 1 ), en daarmee een eigen positie in het strafproces. Ook andere regelgeving en beleid met betrekking tot de positie van slachtoffers zijn in betrekkelijk korte tijd binnen het strafrecht geïntroduceerd. 2 ) Zo hebben nabestaanden van slachtoffers van dood door schuld een aanspraak op een tegemoetkoming uit het Schadefonds Geweldsmisdrijven. 3 ) De nieuwste loot aan de stam is de Europese richtlijn tot vaststelling van minimumnormen voor de rechten, de ondersteuning en de bescherming van slachtoffers van strafbare feiten (hierna ook: de Richtlijn) 4 ), die op 1 april 2017 in de Nederlandse wetgeving is geïmplementeerd. 5 ) Het valt toe te juichen dat men met nieuwe wetgeving een verdere bijdrage levert aan de rechtspositie van slachtoffers van misdrijven in het strafproces. Toch rijst de vraag of het niet effectiever is om de uitvoering van reeds bestaande rechten en verworvenheden in het strafproces te optimaliseren. 6 ) Uit 258

2 ARTIKEL het strafproces de theorie mijn eigen waarnemingen in de praktijk komt namelijk het beeld naar voren dat het aan die uitvoering nog wel eens schort. 7) In dit artikel bespreek ik eerst kort de Richtlijn, en ga ik vervolgens in op de praktische uitwerking van enkele slachtofferrechten en op knelpunten die ik in mijn eigen praktijk heb ervaren. 2. De Richtlijn De Richtlijn strekt ertoe de beginselen van het EU Kaderbesluit van maart 2001 inzake de status van het slachtoffer in het strafproces 8) te herzien en aan te vullen, en de slachtofferbescherming in de hele EU naar een hoger plan te tillen. 9) Dat doet de Richtlijn door regels te geven over passende informatie, ondersteuning en bescherming van slachtoffers van strafbare feiten, opdat zij adequaat aan de strafprocedure kunnen deelnemen (art. 1 Richtlijn). De Richtlijn omvat bepalingen over de verstrekking van informatie en ondersteuning (art. 3-9), over deelname aan de strafprocedure (art ), over de bescherming van slachtoffers en erkenning van slachtoffers met specifieke beschermingsbehoeften (art ). De Richtlijn staat niet op zichzelf, maar past in de tendens van de afgelopen decennia waarin in toenemende mate het belang is onderkend van de bescherming van de rechten van het slachtoffer onder internationaal recht. Daaronder is begrepen het belang van internationale standaarden die het recht van slachtoffers onderkennen om op een adequate manier te kunnen deelnemen aan het strafproces. Te denken valt aan de United Nations Declaration of Basic Principles of Justice for Victims of Crime and Abuse of Power (1985) en de Council of Europe Recommendation on the Position of the Victim in the Framework of Criminal Law and Procedure (1985). Op Europees niveau werden deze protocollen verder uitgewerkt en toegespitst in het EU Kaderbesluit van 2001, dat in het bijzonder gaat over respect voor de veiligheid, waardigheid, privé- en familieleven van slachtoffers, en de erkenning van de negatieve effecten van misdrijven op slachtoffers. De bedoelingen van de Europese regelgever blijken uit de uitvoerige toelichting op de Richtlijn in de Preambule, en uit het bijbehorende Guidance Document. 10) Het Guidance Document maakt duidelijk dat de lidstaten moeten onderkennen dat het slachtoffer een belangrijke rol heeft in het strafproces: Member States should ensure that the national criminal justice system recognises the victim as an individual with individual needs, with a key role in the criminal proceedings ( ) 11) De minimumnormen in de Richtlijn beogen te waarborgen dat het slachtoffer die key role daadwerkelijk adequaat kan vervullen. Definitie slachtoffer De Richtlijn geeft minimumnormen voor de rechten van slachtoffers van strafbare feiten. Hoe is het begrip slachtoffer gedefinieerd? Vallen ook de nabestaanden van een overleden slachtoffer onder het bereik van de Richtlijn? Art. 2 van de Richtlijn bepaalt dat onder slachtoffer zowel wordt verstaan de natuurlijke persoon die als rechtstreeks gevolg van een strafbaar feit schade, met inbegrip van lichamelijke, geestelijke of emotionele schade of economisch nadeel, heeft geleden, als familieleden van een persoon wiens overlijden rechtstreeks is veroorzaakt door een strafbaar feit en die schade hebben geleden als gevolg van het overlijden van die persoon. Ook deze indirecte slachtoffers moeten volgens de opstellers van de Richtlijn gebruik kunnen maken van de door de Richtlijn geboden bescherming (overweging 19 van de Richtlijn). Deze definitie noopte de Nederlandse wetgever tot een wijziging van het begrip slachtoffer. Art. 51a lid 1 Sv definieerde voorafgaand aan de implementatie een slachtoffer immers uitsluitend als degene die als rechtstreeks gevolg van een strafbaar feit vermogensschade of ander nadeel heeft ondervonden. Nabestaanden van het directe slachtoffer konden weliswaar aanspraak maken op de rechten die het slachtoffer (bij leven) zouden zijn toegekomen (art. 51d Sv (oud)), maar zij vielen niet onder de wettelijke definitie van het begrip slachtoffer. Inmiddels bepaalt art. 51a Sv, in navolging van de Richtlijn, dat onder slachtoffer ook de nabestaanden worden begrepen, gedefinieerd als de familieleden van een persoon wiens overlijden rechtstreeks veroorzaakt is door een strafbaar feit. De Nederlandse tekst gaat echter niet zover als de Richtlijn, die aan de nabestaanden, willen zij gebruik kunnen maken van de rechten onder de Richtlijn, als voorwaarde verbindt dat zij schade hebben geleden als gevolg van het overlijden van het directe slachtoffer Erkenning van de negatieve gevolgen van misdrijven op slachtoffers. 7. De auteur staat als advocaat slachtoffers van zeden- en geweldsmisdrijven bij in hun verhaal van schade via het straf- en het civiele proces. 8. Kaderbesluit 2001/220/JBZ van de Raad van 15 maart 2001 inzake de status van het slachtoffer in de strafprocedure, PbEG 2001, L 82/1. 9. Zie over het Kaderbesluit: M.S. Groenhuijsen en A. Pemberton, het slachtoffer in de strafrechtelijke procedure: de implementatie van het Europese Kaderbesluit, Victimologie, slachtofferschap en samenleving, Justitiële verkenningen 2007, 33(3), p DG Justice Guidance Document related to the transposition and implementation of Directive 2012/29/EU, European Commission, DG Justice, december 2013, Ref. Ares(2013) /12/ Guidance Document, p. 7. Verkeersrecht 7/

3 Onevenredige belasting van het strafgeding. 12. Met uitzondering van het recht op een individuele beoordeling om specifieke beschermingsbehoeften te onderkennen, art. 51aa lid 3 sub b Sv. 13. Wet van 17 december 2009 tot wijziging van het Wetboek van Strafvordering, het Wetboek van Strafrecht en de Wet Schadefonds geweldsmisdrijven ter versterking van de positie van het slachtoffer in het strafproces, Stb. 2010, Zie voor een uitvoerige bespreking van deze slachtofferrechten: A.H. Sas, Schadevergoeding via de strafrechtelijke procedure, in: J. Wildeboer en S. Binkhorst (red.), Handboek Personenschade, Deventer: Kluwer 2016, p ; G.J.M. Corstens en M.J. Borgers, Het Nederlandse strafprocesrecht, Deventer: Kluwer 2014, p Kamerstukken II 2007/08, 30143, Herstelrecht is in art. 51a lid 1 sub d Sv gedefinieerd als het in staat stellen van het slachtoffer en de verdachte of de veroordeelde, indien zij er vrijwillig mee instemmen, actief deel te nemen aan een proces dat gericht is op het oplossen van de gevolgen van het strafbare feit, met behulp van een onpartijdige derde. 17. Besluit van 24 augustus 2016, houdende regels voor de rechten, de ondersteuning en de bescherming van slachtoffers van strafbare feiten, Stb. 2016, Aanwijzing slachtofferzorg, Stcrt. 2017, nr Modelregeling inzake passende verblijfsomgeving slachtoffers: rechtspraak.nl/sitecollectiondocuments/ Modelregeling-inzake-passende-verblijfsomgeving-slachtoffers.pdf (art. 2 sub a onder ii). Onder familieleden verstaat de Nederlandse wet de echtgenoot, de geregistreerde partner dan wel een andere levensgezel van het slachtoffer, de bloedverwanten in rechte lijn, de bloedverwanten in de zijlijn tot en met de vierde graad en de personen die van het slachtoffer afhankelijk zijn (art. 51a lid 1 sub a onder 2b Sv). In de praktijk kan discussie ontstaan over een andere levensgezel, zo bleek tijdens de strafzitting tegen degene die ervan werd verdacht de nieuwe vriend van zijn ex-vriendin te hebben doodgestoken. Deze ex-vriendin en het overleden slachtoffer hadden sinds drie maanden een intieme relatie, en het was volgens de rechtbank de vraag of dat voldoende was voor het zijn van andere levensgezel. Zonder deze vraag bevestigend te hebben beantwoord, heeft de rechtbank uit praktische overwegingen besloten de nieuwe vriendin van het overleden slachtoffer toch gebruik te laten maken van haar spreekrecht. Buiten de definitie van slachtoffer vallen de erfgenamen terzake van hun onder algemene titel verkregen vordering, voor zover zij niet onder de definitie van familieleden vallen. Dit geldt ook voor de personen genoemd in art. 6:108 lid 2 BW, zijnde eenieder die de kosten voor de lijkbezorging heeft gedragen. Deze personen kunnen overigens wel gebruik maken van de rechten van het slachtoffer 12), ook al vallen zij niet onder de definitie van slachtoffer (art. 51d Sv). Rechten van slachtoffers Vóór de implementatie van de Richtlijn in 2017 beschikten de slachtoffers al over een substantieel aantal rechten in het strafproces. De in 2011 in werking getreden Wet ter versterking van de positie van het slachtoffer in het strafproces 13) codificeerde een catalogus van rechten voor misdrijfslachtoffers, waaronder het spreekrecht, het recht op kennisneming van de processtukken, het recht op bijstand op de terechtzitting en het recht op een correcte bejegening. 14) Ook de mogelijkheid tot schadeverhaal in het strafproces is in 2011 aanzienlijk verruimd. Toen is het eenvoudscriterium vervangen door het criterium dat de behandeling van de vordering geen onevenredige belasting van het strafgeding mocht opleveren (art. 361 lid 3 Sv). Het doel van deze wijziging was te bewerkstelligen dat de strafrechter zoveel als mogelijk en vaker dan voorheen inhoudelijk over de vordering van de benadeelde partij zou beslissen. 15) In 2011 is ook de zogenoemde voorschotregeling geïntroduceerd. Deze maakt het mogelijk dat de schade van slachtoffers, indien en voor zover deze door de strafrechter inhoudelijk is beoordeeld, door de Staat wordt vergoed, waarna de Staat verhaal op de dader neemt (art. 36f lid 7 Sr). Over deze schadevergoedingsmogelijkheid kom ik hierna nog te spreken. Nederland voldeed dus op een aantal belangrijke punten al aan de in de Richtlijn genoemde rechten. Op een aantal punten echter noodzaakte de Richtlijn tot een aanpassing van het Wetboek van Strafvordering, dat sinds 1 april 2017 is uitgebreid met de volgende nieuwe rechten voor het slachtoffer: - Uitbreiding van het recht op informatie (art. 51ab en 51ac Sv); - Recht op toegang tot slachtofferhulp (art. 51aa lid 3 onder a Sv); - Recht op (rechts)bijstand tijdens het voorbereidend onderzoek (art. 51c Sv); - Recht op een individuele beoordeling om specifieke beschermingsbehoeften te onderkennen (art. 51aa lid 3 Sv). Daarnaast voorziet de implementatiewet in een uitbreiding van de regeling rondom tolken en vertaling van relevante processtukken (art. 51ca Sv) en krijgt het herstelrecht een prominentere rol door het opnemen van een definitie van herstelrecht in de wet 16) en door het bevorderen dat het slachtoffer wordt gewezen op de mogelijkheden van herstelrechtvoorzieningen (art. 51h lid 1 Sv). De nieuwe rechten en voorzieningen zijn nader uitgewerkt in het Besluit slachtoffers van strafbare feiten 17) en in de herziene Aanwijzing slachtofferzorg. 18) 3. Recht op een correcte bejegening Art. 19 lid 1 van de Richtlijn bepaalt dat de lidstaten voorwaarden scheppen waaronder contact tussen het slachtoffer en diens familieleden en de dader kan worden vermeden in gebouwen waarin de strafprocedure wordt gevoerd. Lid 2 voegt daaraan toe dat lidstaten ervoor zorgen dat nieuwe gerechtsgebouwen afzonderlijke wachtruimten voor slachtoffers hebben. Het recht op een correcte bejegening was al voor de implementatie van de Richtlijn in het Wetboek van Strafvordering neergelegd (art. 51a lid 2 Sv). Art. 51a Sv is een instructienorm die zich richt tot de officier van justitie. Tijdens de zitting geldt dat de voorzitter van de rechtbank zorg draagt voor een correcte bejegening van het slachtoffer of de nabestaanden (art. 2a lid 2 Sv). Onder het recht op correcte bejegening wordt onder meer verstaan het zorgen voor een passende verblijfsomgeving voor het slachtoffer in de rechtbank. 19) Dit is verder uitgewerkt in de Modelregeling inzake passende verblijfsomgeving slachtoffers. De Modelregeling schrijft onder meer voor hoe bodes bij rechtbanken en hoven slachtoffers een professioneel, kwalitatief goede en doelmatige opvang kunnen bieden. Ook schrijft de regeling voor dat ongewenste confrontatie met de verdachte moet worden vermeden en dat het slachtoffer een vooraf vastgestelde plek in de zittingszaal inneemt. In zoverre voldoet de Nederlandse regelgeving en het beleid aan de Richtlijn. In de praktijk blijkt deze Modelregeling echter vooral bij ernstige geweldsmisdrijven, die worden berecht door de meervoudige kamer van de rechtbanken, goed 260

4 ARTIKEL uitgevoerd te worden. Bij minder ernstige delicten die door de politierechter worden behandeld, maak ik in de praktijk nog regelmatig mee dat slachtoffer en dader in de gang voor de zittingzaal op enkele meters van elkaar zitten te wachten tot de zitting begint. Dat het gaat om minder ernstige zaken, betekent uiteraard niet per se dat die voor een slachtoffer minder confronterend zijn. Ook daar zou daarom aandacht moeten zijn voor de uitvoering van de Modelregeling door de rechterlijke instanties en het OM. Datzelfde geldt voor het zorgen voor een passende plaats van het slachtoffer of de nabestaanden in de zittingzaal, hetgeen ook onder het bereik valt van het recht op een correcte bejegening. In mijn praktijk komt het nog regelmatig voor dat het slachtoffer met zijn advocaat moet plaatsnemen op de stoelen achterin de zaal, naast en tussen andere belangstellenden. Dat leidt tot de ongewenste situatie dat de advocaat met het (omvangrijke) dossier op schoot genoodzaakt is vanuit die positie in de zaal zijn werk te doen. Dit terwijl de schrijvende pers wel gebruik kan maken van de tafels vooraan, waar er voldoende ruimte is voor laptops en schrijfblokken. Ook komt het wel eens voor dat aan de benadeelde partij wordt gevraagd om plaats te nemen op de stoelen in de zaal die zich bevinden aan de kant van, en achter, de verdachte. Het slachtoffer zit dan tussen de familie van verdachte. Dit leidt onnodig tot pijnlijke situaties. 4. Recht op informatie en recht kennisneming van de processtukken Een belangrijk recht voor het slachtoffer is het recht op kennisneming van de voor hem relevante stukken uit het dossier (art. 51b lid 1 Sv). Dit recht is om een aantal redenen belangrijk voor een slachtoffer. Ten eerste schuilt dat belang in de uitoefening van de rechten die hem als slachtoffer toekomen, zoals het spreekrecht en de voeging als benadeelde partij. Daarnaast schuilt het belang in de behoefte van het slachtoffer om de feiten te kennen rondom het misdrijf. 20) Vooral voor nabestaanden van een overleden slachtoffer is kennis van de toedracht van het misdrijf van belang, zowel als het gaat om een geweldsmisdrijf als om een verkeersmisdrijf. Bij een verkeersmisdrijf gaat het om de vragen hoe hard er precies is gereden, of er alcohol in het spel was (zowel bij verdachte als bij slachtoffer), en of er getuigen waren en wat die precies gezien hebben. Vooral als het onderzoek lang duurt, kan het geduld van slachtoffers en nabestaanden behoorlijk op de proef worden gesteld. Hier ligt een uitdaging voor het OM om tussentijds goed te communiceren met (de advocaat van) het slachtoffer over de stand van zaken in het onderzoek. Daarbij hoeven geen onderzoeksresultaten te worden vrijgegeven als dat niet in het belang van het onderzoek is, maar wel kan worden uitgelegd wat er precies aan onderzoek wordt uitgevoerd. Mijn ervaring is dat als tussentijds geïnformeerd wordt (schriftelijk, in een slachtoffergesprek met de officier van justitie, of door de politie) over de vorderingen in het onderzoek, slachtoffers beter in staat zijn dat geduld op te brengen. Datzelfde geldt voor informatie over de datum van de terechtzitting. Indien het onderzoek is afgerond en de datum van de zitting lang op zich laat wachten, stuit dat op onbegrip bij het slachtoffer. Een slachtoffer wil verder met zijn leven en kan dat gevoelsmatig pas als de terechtzitting is geweest. De vaak lange duur tot aan de zitting zou aanvaardbaarder zijn voor slachtoffers als er actief vanuit het OM gecommuniceerd zou worden over de voortgang van het strafproces. Dit sluit ook aan bij de slachtofferrechten die zijn vastgelegd in de Aanbeveling van de Raad van Europa betreffende de bijstand aan slachtoffers van misdrijven. 21) Dit zou een actieve communicatie moeten zijn, en niet alleen passief op verzoek van de advocaat. Het wrange is dat het plannen van een zittingsdatum, of zelfs meerdere data, vanwege de omvang van het dossier en de verwachte duur van de behandeling ter terechtzitting, juist lastig is bij ernstige geweldsmisdrijven. Actieve en tussentijdse communicatie vanuit het OM met het slachtoffer zou hier een hoop onbegrip bij het slachtoffer kunnen wegnemen. Ook de snelheid waarmee de relevante stukken beschikbaar komen is een onderdeel van het recht op informatie en, indirect, van het recht op correcte bejegening. Ook de schadevergoeding kan afhankelijk zijn van een tijdige beschikbaarheid van de stukken. Zo is bij verkeersongevallen en verkeersmisdrijven een spoedige beschikbaarheid van het proces-verbaal onmisbaar voor een adequate schadeafwikkeling. Zonder een procesverbaal zal een WAM-verzekeraar immers geen definitief standpunt innemen en blijft het slachtoffer van schadevergoeding verstoken. In de Instructie Afhandeling Verkeersongevallen is over de levertijd van een proces-verbaal bepaald dat als uitgangspunt geldt dat het proces-verbaal binnen 60 dagen na de pleegdatum zal zijn ingezonden. 22) Dat de praktijk hiermee soms nog in schril contrast staat, blijkt uit aanhoudende geluiden dat bij verkeersongevallen en verkeersmisdrijven het opvragen van een proces-verbaal bij de Stichting Processen Verbaal in sommige gevallen een lange adem vergt. 23) Deze praktijk verhoudt zich slecht tot het in de Richtlijn en de wet opgenomen recht op (tijdige) kennisneming van de stukken. 5. Recht op beslissing inzake schadevergoeding Het recht op een beslissing over de schadevergoeding binnen het strafproces is terecht een wezenlijk onderdeel van de hiervoor beschreven internationale kaders voor slachtofferrechten. Passende plaats van slachtoffer of nabestaanden in de zittingzaal. 20. V.C. Ammerlaan, Na de ramp. De rol van de overheid bij de (schade-)afwikkeling van rampen vanuit een belangenperspectief van de slachtoffers, (diss. Tilburg), Veenendaal: Universal Press 2009, o.a. p. 26, 29, Art. 6 Aanbeveling 2006 (8) van de Raad van Europa van 14 juni Art. 7 van de Instructie, die raadpleegbaar is via 2015I003https:// 23. Zie ook: G.M. van Wassenaer, De efficiënte overheid: over de vruchteloze zoektocht naar een proces-verbaal, VR 2010 afl. 5, p Verkeersrecht 7/

5 24. H.J.R. Kaptein, Solidariteit door individualisering van aansprakelijkheid, in: N.F. van Manen en R.H. Stutterheim (red.), Wie draagt de schade?, Nijmegen: Ars Aequi Libri 1998, p. 87 en de aldaar genoemde verwijzingen naar o.a. J. Rawls, A theory of Justice, Harvard University Press Recht doen aan slachtoffers. Visiedocument, Ministerie van Veiligheid en Justitie, 2013, p. 18, Zie ook de beantwoording van schriftelijke vragen naar aanleiding van de beleidsdoorlichting slachtofferzorg: Aanhangsel handelingen II 2014/15, 33199, 6, antwoord op vragen 23 en W.M. Schrama & T. Geurts, Civiel schadeverhaal door slachtoffers van strafbare feiten. De rol van de civiele procedure: gebruik, knelpunten en oplossingsrichtingen, Den Haag: WODC 2012, p. 108; J.D.M. van Dongen, M.R. Hebly & S.D. Lindenbergh, Je hebt geluk als je van een pauw mag plukken. Ervaringen van slachtoffers van strafbare feiten met het verhalen van hun schade, Den Haag: WODC 2013, p. 17 en A.J.J.G. Schijns, Naar een verzekerd slachtofferrecht. Effectief schadeverhaal van slachtoffers van misdrijven via het private verzekeringsrecht, 2017, p Zie ook: R.S.B. Kool e.a., Civiel schadeverhaal via het strafproces. Een verkenning van de rechtspraktijk en regelgeving betreffende de voeging benadeelde partij, Den Haag: Boom Juridische Uitgevers 2016, p. 149, , , ; J.M. Emaus en R.B.S. Kool, Civiel schadeverhaal via het strafproces anno Verslag van een onderzoek naar de praktijk van de besluitvorming van de strafrechter ten aanzien van de afdoening van de voeging benadeelde partij, TVP 2017/1, p. 5 en 8. Zie voor deze zelfde conclusie specifiek met betrekking tot de shockschadevordering: E.S. Engelhard, M.R. Hebly en I. van der Zalm, De shockschadevordering in het strafproces, TVP 2015/4, p. 87 en p Zie ook: F.M. Ruitenbeek- Bart & A.J.J.G. Schijns, De schadeclaim van het slachtoffer van strafbare feiten. Bruggenbouwer tussen twee rechtsgebieden? TvP 2014/2, p ; A.J.J.G. Schijns, De letselschadevordering van het slachtoffer in het strafproces: een zwakte in de strafrechtelijke slachtofferbescherming. Enkele oplossingsrichtingen voor een verbetering van het schadeverhaal na een misdrijf, TPWS 2015/8, p Zie voorts S.D. Lindenbergh, De letselschadevordering in het strafproces, dat moet beter kunnen, NJB 2014 (39), p. 2699; A.H. Sas, Schadevergoeding via de strafrechtelijke procedure, in: J. Wildeboer en S. Binkhorst (red.), Handboek Personenschade, Deventer: Kluwer 2016, p Kool e.a. 2016, p Genormeerd in de Letselschade Richtlijn Studievertraging van de Letselschaderaad. 30. Een dergelijk hoger beroep is alleen mogelijk indien verdachte en/of OM geen hoger beroep bij de strafrechter hebben ingesteld tegen het vonnis. 31. De vergoeding voor de bijstand van slachtoffers in het strafproces vanuit de Raad voor Rechtsbijstand bedraagt in totaal minder dan 1.000,-. Vergoeding van misdrijfschade wordt beschouwd als één van de belangrijkste waarden die de mens van nature heeft. 24) Ook in de maatschappij en de politiek is het een breed gedragen uitgangspunt dat slachtoffers van misdrijven hun schade vergoed krijgen. 25) Art. 16 van de Richtlijn bepaalt dat het slachtoffer er recht op heeft om in de loop van het strafproces een beslissing over de schadevergoeding door de dader te verkrijgen. Art. 16 lid 1 draagt de lidstaten op dat recht te waarborgen. Nederland voldoet op dit punt reeds aan de Richtlijn. Het slachtoffer kan zich immers als benadeelde partij in het strafproces voegen en een vergoeding van de schade vorderen van de verdachte (art. 51f lid 1 Sv). Voor zover dat niet lukt, staat in theorie de mogelijkheid open van een procedure bij de civiele rechter. - In theorie -, omdat uit praktijkonderzoek blijkt dat slachtoffers van misdrijven deze weg om voor de hand liggende redenen nauwelijks bewandelen. 26) Het procesrisico rust bij een civiele procedure op het slachtoffer. Het slachtoffer moet bewijzen dat onrechtmatig jegens hem is gehandeld en dat hij daardoor schade lijdt. Het bewijs van het causaal verband en de omvang van de schade geschiedt in (complexe) letselschadezaken veelal door de inschakeling van deskundigen. De daarmee verband houdende kosten komen voor rekening van het slachtoffer. Een slachtoffer kan die kosten slechts opbrengen als hij voldoende inkomsten of vermogen heeft, of als hij beschikt over een rechtsbijstandsverzekering met een toereikende verzekerde som. Ook als alle inspanningen tot een toewijzend vonnis leiden, betekent dat voor het slachtoffer nog niet dat hij schadeloos wordt gesteld. Vaak wordt een slachtoffer geconfronteerd met een dader die over onvoldoende vermogensbestanddelen beschikt om de schade te vergoeden. In dat verband is van belang dat het bij schade wegens letsel en overlijden vaak gaat om substantiële bedragen, die afhankelijk van de leeftijd en de inkomenspositie van het slachtoffer kunnen oplopen tot honderdduizenden euro s. Bij opzettelijk veroorzaakte schade komt de aansprakelijkheidsverzekering echter niet tot uitkering. Het resultaat daarvan is dat een slachtoffer, veelal ook na een succesvolle civiele procedure, blijft zitten met een groot deel van zijn schade. Hij kan weliswaar een incassokantoor inschakelen om maandelijks een bedrag van de schadevergoeding bij de dader te incasseren, maar de keerzijde is dat het slachtoffer hierdoor een groot deel van zijn leven aan de dader verbonden blijft. Naast het procesrisico rust dus ook het incassorisico op het slachtoffer. Omdat de civiele route voor het slachtoffer geen aantrekkelijke optie is, is de vergoedingsmogelijkheid in de strafprocedure zo belangrijk voor een effectief schadeverhaal. Uit de praktijk komt echter het beeld naar voren dat ook deze vergoedingsmogelijkheid in veel gevallen van complexe schade niet bevredigend werkt, omdat veel vorderingen wegens een onevenredige belasting van het strafgeding niet-ontvankelijk worden verklaard. 27) Uit onderzoek blijkt dat ook vorderingen die zien op minder complexe schade in één derde van de gevallen niet-ontvankelijk worden verklaard. 28) Enkele willekeurige voorbeelden uit de praktijk onderschrijven deze onderzoeksconclusies. Het eerste voorbeeld ziet op twee verschillende slachtoffers met kaakletsel na mishandeling. Hun met bewijsstukken onderbouwde vordering in het strafproces zag op toekenning van smartengeld, niet vergoede medische kosten voor orthodontische behandeling, studievertraging 29) en enkele overige materiële schadeposten. In beide gevallen wezen de betreffende strafrechters alleen een bedrag aan smartengeld toe (van circa 1.000,-), en verklaarden zij de vorderingen voor het overige zonder nadere motivering niet-ontvankelijk. Een ander voorbeeld betreft de vordering van een slachtoffer dat in zijn eigen woning met zoutzuur was overgoten. Alleen de vordering tot vergoeding van immateriële schade werd door de strafrechter tot een bedrag van 2.000,- toegewezen. De overige onderbouwde vorderingen tot vergoeding van reeds geleden schade werden niet niet-ontvankelijk verklaard, maar werden zonder nadere motivering afgewezen. Een afwijzing van de vordering door de strafrechter heeft, anders dan een niet-ontvankelijk verklaring, tot gevolg dat de vordering niet meer bij de civiele rechter kan worden aangebracht. Behoudens de (beperkte) mogelijkheid van een hoger beroep bij de civiele rechter tegen het strafvonnis met betrekking tot het afgewezen gedeelte van de vordering 30), kan een slachtoffer zijn vordering, nadat deze is afgewezen door de strafrechter, niet meer in rechte afdwingen en is van zijn vordering niet meer over dan een natuurlijke verbintenis. Deze voorbeelden leiden in de praktijk tot frustratie; niet alleen bij de slachtoffers maar ook bij hun belangenbehartigers. Ook na investering van veel tijd en geld in de onderbouwing van een schadevordering, wordt deze wel zonder nadere motivering niet-ontvankelijk verklaard vanwege een onevenredige belasting van het strafgeding. Daardoor wordt het voor gespecialiseerde advocaten minder goed mogelijk om slachtoffers in het strafproces bij te staan. Daarbij moet worden bedacht dat deze advocaten hun werk vrijwel kosteloos doen. 31) Deze praktijk brengt bovendien het risico mee dat belangenbehartigers het grootste deel van de schade die meestal het meest complex is buiten het strafproces laten, omdat zij anticiperen op het oordeel van de strafrechter dat deze vordering een onevenredige belasting vormt van het strafproces. Op grond van het voorgaande is de vraag gerechtvaardigd of het strafproces het slachtoffer in de praktijk wel een effective remedy biedt voor het verhaal van zijn schade, als bedoeld in de internationale regelgeving, waaronder de Richtlijn. Verbetering van het schadeverhaal behoeft prioriteit, en het verdient aanbeveling bij de op stapel staande modernisering van het Wetboek van Strafvordering bijzondere aandacht te geven aan de invulling en uitvoe- 262

6 ARTIKEL ring van het ontvankelijkheidscriterium van art. 361 lid 3 Sv. 32) In dat verband zou het nuttig zijn te bezien hoe andere Europese landen, bijvoorbeeld België en Duitsland, het recht op een beslissing op schadevergoeding in hun strafproces hebben vormgegeven. 6. Recht op bijstand in het voorbereidend onderzoek Het recht op bijstand in de strafprocedure bestond reeds vóór de implementatie van de Richtlijn (art. 51c lid 1 Sv). Het zag specifiek op de mogelijkheid dat het slachtoffer zich ter zitting kon laten bijstaan. Door de implementatie van de Richtlijn (art. 3 lid 3, art. 13 en art. 20 sub c) is daaraan toegevoegd dat het slachtoffer ook in het voorbereidend onderzoek recht heeft op bijstand. Lid 2 bepaalt dat die bijstand kan geschieden door een advocaat, door zijn wettelijk vertegenwoordiger of door een persoon naar keuze. De vraag rijst hoever de bijstand door een advocaat kan gaan. Tijdens de terechtzitting mag de advocaat zich in ieder geval uitlaten over alle aspecten van de civiele vordering van de benadeelde partij. Dat ziet niet alleen op de omvang van de schadeposten, maar ook op de vraag of de verdachte naar burgerlijk recht aansprakelijk is voor de ontstane schade (art. 36f lid 2 Sr). Naar mijn idee zou de advocaat van het slachtoffer ook de strafrechtelijke onrechtmatigheid van de gedraging, het causaal verband met de civiele schade en de toerekening daarvan moeten kunnen adresseren. Datzelfde geldt voor de vraag of er naar burgerlijk recht een rechtvaardigingsgrond (zoals noodweer) bestaat. In mijn praktijk voer ik echter regelmatig discussies ter terechtzitting over de aandacht die ik als slachtofferadvocaat besteed aan de hierboven genoemde thema s. Dat zal eens te meer gelden voor betrokkenheid bij het voorbereidend strafrechtelijke onderzoek. Wat de rol van de advocaat van het slachtoffer in die fase omvat, is immers op basis van de tekst van de Richtlijn en de wet niet aanstonds duidelijk. Mag die advocaat aanwezig zijn bij het verhoor van de verdachte en van alle getuigen door de rechter-commissaris? De Richtlijn spreekt over het laten vergezellen van het slachtoffer door zijn wettelijk vertegenwoordiger of een persoon naar keuze. Art. 51c lid 1 en lid 2 Sv spreken van het zich doen bijstaan. Daaruit lijkt te volgen dat het recht op bijstand alleen ziet op situaties waarin het slachtoffer zelf wordt gehoord of bij een zitting aanwezig is. Anderzijds geldt dat vóór de implementatie van de Richtlijn de slachtofferadvocaat al de mogelijkheid had (en nog steeds heeft) om voor een verhoor bij de rechter-commissaris op grond van art. 187c Sv bijzondere toegang te verzoeken. Rechters-commissarissen blijken de vraag naar de ruimte die art. 187c Sv biedt om een advocaat bij het verhoor toe te laten verschillend te benaderen. Soms wordt een verzoek tot toegang tot het verhoor standaard afgewezen wanneer de getuige geen slachtoffer is, terwijl anderen een ja, tenzijbeleid lijken te hanteren. 33) Beide benaderingen passen binnen art. 187c Sv. Uit de wetsgeschiedenis volgt dat het artikel in het bijzonder is ingevoerd ter bescherming van getuigen die tevens slachtoffer zijn, maar ook is overwogen dat de reikwijdte van het artikel ruimer is. 34) Indien de slachtofferadvocaat toegang tot het verhoor is verleend, rijst de vraag wat zijn rol is. Mag hij slechts toehoorder zijn of kan hij, zoals zijn beroepsuitoefening meebrengt, ook inhoudelijk deelnemen? In de huidige praktijk hangt het van de rechter-commissaris af hoeveel ruimte aan een slachtofferadvocaat wordt gegund. Het komt nu nog regelmatig voor dat een rechter-commissaris de advocaat van het slachtoffer er bij binnenkomst al op wijst dat er voor hem geen rol is weggelegd, in die zin dat hij zich moet onthouden van inmenging, laat staan dat een actieve deelname wordt getolereerd. Deze gang van zaken verhoudt zich mijns inziens niet tot het recht op bijstand waar art. 51c Sv (nieuw) op ziet. De aanwezigheid van een advocaat heeft alleen maar nut als de advocaat kan deelnemen aan (een deel van) het strafrechtelijk proces. Het enkele toegang verlenen aan de advocaat, in die zin dat deze als toehoorder in de hoek mag zitten, heeft weinig toegevoegde waarde voor het slachtoffer. In het kader van de modernisering van het Wetboek van Strafvordering zal aandacht worden besteed aan de vraag of in het wetboek een recht op rechtsbijstand moet worden neergelegd voor de gewone getuige. 35) Het verdient aanbeveling in dat verband ook stil te staan bij de rol van de slachtofferadvocaat bij getuigenverhoren in het voorbereidend onderzoek, in het licht van art. 51c Sv. 7. Conclusie De implementatie van de Europese Richtlijn tot vaststelling van minimumnormen voor de rechten, de ondersteuning en de bescherming van slachtoffers van strafbare feiten draagt uiteraard bij (althans op papier) aan de positie van slachtoffers van misdrijven in het strafproces. Toch zou mijn boodschap aan beleidsmakers en andere betrokken instanties zijn, om reeds bestaande verworvenheden beter te benutten. In dit artikel heb ik duidelijk willen maken dat de basis goed is, maar de uitvoering in de praktijk nog zoveel beter kan. Ik heb verschillende knelpunten besproken, waarvan het meest relevant is dat het slachtoffer daadwerkelijk in het strafproces een beslissing op zijn schadevordering moet kunnen krijgen, en dat die niet zonder nadere motivering niet-ontvankelijk wordt verklaard (kennelijk vanwege de complexiteit). Alleen op die manier wordt gewaarborgd dat de minimumnormen van de Richtlijn ertoe leiden dat het slachtoffer zijn key role in het strafproces daadwerkelijk adequaat kan uitoefenen. Reeds bestaande verworvenheden beter benutten. 32. Kamerstukken II, 2015/16, 29279, nr. 321, waarin de planning is opgenomen voor de modernisering van het Wetboek van Strafvordering de komende jaren. Een conceptwetsvoorstel voor Boek 1, met een aparte titel voor het slachtoffer, is al gereed: kamerstukken/2017/02/07/wetsvoorsteltot-vaststelling-van-boek-1-van-het-nieuwewetboek-van-strafvordering-strafvorderingin-het-algemeen 33. F. Ahlers, Een recht op rechtsbijstand voor getuigen in het strafproces?, Strafblad 2016, p Kamerstukken II, 1992/93, 23251, 3, p Kamerstukken II 2015/16, 29279, nr. 278, p. 106 (Contourennota Modernisering Wetboek van Strafvordering). Verkeersrecht 7/

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 30 143 Wijziging van het Wetboek van Strafvordering ter versterking van de positie van het slachtoffer in het strafproces Nr. 2 VOORSTEL VAN WET

Nadere informatie

Het opschrift van de Eerste afdeling van Titel IIIA van het Eerste Boek komt te luiden: EERSTE AFDELING Definities

Het opschrift van de Eerste afdeling van Titel IIIA van het Eerste Boek komt te luiden: EERSTE AFDELING Definities [2 juni 2015] Implementatie van richtlijn 2012/29/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 tot vaststelling van minimumnormen voor de rechten, de ondersteuning en de bescherming van

Nadere informatie

Recht en bijstand bij juridische procedures

Recht en bijstand bij juridische procedures Recht en bijstand bij juridische procedures In deze folder leest u meer 0900-0101 (lokaal tarief) over de juridische bijstand door Slachtofferhulp Nederland en de rechten van slachtoffers. Een wirwar van

Nadere informatie

Advies Conceptwetsvoorstel implementatie EU-richtlijn minimumnormen slachtoffers van strafbare feiten

Advies Conceptwetsvoorstel implementatie EU-richtlijn minimumnormen slachtoffers van strafbare feiten contactpersoon De staatssecretaris van Veiligheid en Justitie mr. F. Teeven Postbus 20301 2500 EH Den Haag datum 7 oktober 2014 Voorlichting e-mail voorlichting@rechtspraak.nl telefoonnummer 06-46116548

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2018 2019 34 915 Goedkeuring van het op 7 juli 2017 te Tallinn tot stand gekomen Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en Oekraïne inzake internationale

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 34 257 Wijziging van het Burgerlijk Wetboek, het Wetboek van Strafvordering en het Wetboek van Strafrecht teneinde de vergoeding van affectieschade

Nadere informatie

Aanwijzing. Slachtofferzorg. Parket Curaçao

Aanwijzing. Slachtofferzorg. Parket Curaçao Aanwijzing Slachtofferzorg Parket Curaçao Samenvatting Deze aanwijzing stelt regels betreffende de bejegening van slachtoffers van misdrijven, zoals zeden, geweld- en verkeersmisdrijven. Daarbij worden

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2010 1 Wet van 17 december 2009 tot wijziging van het Wetboek van Strafvordering, het Wetboek van Strafrecht en de Wet schadefonds geweldsmisdrijven

Nadere informatie

33000 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar 2012

33000 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar 2012 33000 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar 2012 Nr. 75 Brief van de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie Aan de Voorzitter van

Nadere informatie

CONCEPT AMvB Besluit slachtoffers van strafbare feiten

CONCEPT AMvB Besluit slachtoffers van strafbare feiten CONCEPT AMvB Besluit slachtoffers van strafbare feiten Besluit van..., houdende regels voor de rechten, de ondersteuning en de bescherming van slachtoffers van strafbare feiten (Besluit slachtoffers van

Nadere informatie

Vervolging. Getuigenverhoor rechter-commissaris

Vervolging. Getuigenverhoor rechter-commissaris Als u in de strafzaak door een advocaat wordt bijgestaan, is het van belang dat u de advocaat op de hoogte houdt van de voortgang in het onderzoek. Na aangifte zal het politieonderzoek waarschijnlijk nog

Nadere informatie

Slachtofferrechten in Europe

Slachtofferrechten in Europe Frida Wheldon - EU Richtlijn tot vaststelling van minimumnormen voor de rechten, de ondersteuning en de bescherming van slachtoffers van strafbare feiten Slachtofferrechten in Europe 28 EU Lidstaten Verschillende

Nadere informatie

Wet schadefonds geweldsmisdrijven in werking per 1.1.2012

Wet schadefonds geweldsmisdrijven in werking per 1.1.2012 Regelingen en voorzieningen CODE 6.5.6.32 Wet schadefonds geweldsmisdrijven in werking per 1.1.2012 bronnen Nieuwsbericht Schadefonds geweldsmisdrijven 6.6.2011; www.schadefonds.nl Wet van 6 juni 2011

Nadere informatie

Voegen in het strafproces

Voegen in het strafproces Voegen in het strafproces Voegen in het strafproces april 2011 U bent slachtoffer geworden van een misdrijf of overtreding en u heeft daarbij schade geleden. Eén van de mogelijkheden om uw schade vergoed

Nadere informatie

Geachte heerteeven, Strekking wetsvoorstel

Geachte heerteeven, Strekking wetsvoorstel h& NEDERLANDSE r,pr VERENIGING VOOR RECHTSPRAAK De Staatssecretaris van Vefligheid en Justitie Mr. F. Teeven Postbus 2030! 2SOOEH DEN HAAG Dutem 31 oktober 20l4 Uw keuw.,k Coetectpwvoen AdvIes op het voorontwerp

Nadere informatie

Faculteit der Rechtsgeleerdheid. Faculteit der Rechtsgeleerdheid Naar een verzekerd slachtofferrecht 21 september 2016

Faculteit der Rechtsgeleerdheid. Faculteit der Rechtsgeleerdheid Naar een verzekerd slachtofferrecht 21 september 2016 Faculteit der Rechtsgeleerdheid Naar een verzekerd slachtofferrecht 21 september 2016 Naar een verzekerd slachtofferrecht? Onderzoek naar de mogelijkheden van effectief schadeverhaal voor slachtoffers

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2010 2011 32 363 Aanpassing van de Wet schadefonds geweldsmisdrijven in verband met uitbreiding van de categorieën van personen die recht hebben op een uitkering

Nadere informatie

VOOR RECHTSPRAAK NEDERLANDSE VERENIGING. Geachte heer Teeven,

VOOR RECHTSPRAAK NEDERLANDSE VERENIGING. Geachte heer Teeven, NEDERLANDSE VERENIGING VOOR RECHTSPRAAK De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie Mr. F. Teeven Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG Datum 16december 2013 Uw kenmerk 436418 Contactpersoon J.M.A. Timmer

Nadere informatie

Rapport. Datum: 16 maart 1998 Rapportnummer: 1998/060

Rapport. Datum: 16 maart 1998 Rapportnummer: 1998/060 Rapport Datum: 16 maart 1998 Rapportnummer: 1998/060 2 Klacht Op 3 maart 1997 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer W. te Zeewolde met een klacht over een gedraging van het arrondissementsparket

Nadere informatie

Het wetsvoorstel Wet deelgeschilprocedure voor letsel- en overlijdensschade

Het wetsvoorstel Wet deelgeschilprocedure voor letsel- en overlijdensschade Rotterdam Institute of Private Law Accepted Paper Series Het wetsvoorstel Wet deelgeschilprocedure voor letsel- en overlijdensschade M.P.G. Schipper & I. van der Zalm Published in AV&S 2010/3, nr. 15,

Nadere informatie

Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

De positie van het slachtoffer in het strafproces. 2.1. Definitie slachtoffer. 2.2. Correcte bejegening. 2. De rechten van het slachtoffer

De positie van het slachtoffer in het strafproces. 2.1. Definitie slachtoffer. 2.2. Correcte bejegening. 2. De rechten van het slachtoffer 2. De rechten van het slachtoffer 2.1. Definitie slachtoffer In de wet is een definitie van het begrip slachtoffer opgenomen: degene die als rechtstreeks gevolg van een strafbaar feit vermogensschade of

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

Het slachtoffer in het strafproces

Het slachtoffer in het strafproces Het slachtoffer in het strafproces Mijn mobiele telefoon a. Staat natuurlijk al uit. b. Staat nog aan, maar die zet ik nu onmiddellijk uit. c. Omdat ik heel belangrijk ben laat ik die aanstaan, maar wel

Nadere informatie

Artikelen De letselschadevordering van het slachtoffer in het strafproces: een zwakte in de strafrechtelijke slachtofferbescherming

Artikelen De letselschadevordering van het slachtoffer in het strafproces: een zwakte in de strafrechtelijke slachtofferbescherming Mr. A.J.J.G. Schijns1 Artikelen De letselschadevordering van het slachtoffer in het strafproces: een zwakte in de strafrechtelijke slachtofferbescherming Enkele oplossingsrichtingen voor een verbetering

Nadere informatie

In dit informatieblad. 1 U staat er niet alleen voor

In dit informatieblad. 1 U staat er niet alleen voor Slachtoffers en Justitie In dit informatieblad krijgt u informatie over wat uw rechten als slachtoffer of nabestaande in een strafproces zijn, hoe een strafproces werkt en welke hulp beschikbaar is. Nabestaanden

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2018 133 Besluit van 20 april 2018 tot vaststelling van bedragen voor nadeel van naasten dat niet in vermogensschade bestaat (Besluit vergoeding affectieschade)

Nadere informatie

Rapport. Datum: 2 maart 2004 Rapportnummer: 2004/068

Rapport. Datum: 2 maart 2004 Rapportnummer: 2004/068 Rapport Datum: 2 maart 2004 Rapportnummer: 2004/068 2 Klacht Verzoeker, slachtoffer van poging doodslag gepleegd door zijn ex-vriendin op 10 december 1999, klaagt erover dat het arrondissementsparket te

Nadere informatie

Slachtofferadvocatuur

Slachtofferadvocatuur Slachtofferadvocatuur De rol van de advocatuur in de bijstand van slachtoffers van ernstige gewelds- en zedenmisdrijven Rapport 16 november 2018 Dr. N.A. Elbers Mr. dr. S. Meijer I.M. Becx, MSc Mr. A.J.J.G.

Nadere informatie

Verruiming spreekrecht in rechtszaal van kracht

Verruiming spreekrecht in rechtszaal van kracht Regelingen en voorzieningen CODE 6.5.6.28 Verruiming spreekrecht in rechtszaal 1.9.2012 van kracht tekst bronnen Nieuwsbericht ministerie van Veiligheid en Justitie 10.7.2012; www.rijksoverheid.nl Wet

Nadere informatie

Slachtoffers en Justitie

Slachtoffers en Justitie Slachtoffers en Justitie Dit informatieblad informeert u over uw rechten in een strafproces als slachtoffer of nabestaande. Het beschrijft ook hoe een strafproces werkt en welke hulp beschikbaar is. In

Nadere informatie

Fonds Slachtofferhulp

Fonds Slachtofferhulp Fonds Slachtofferhulp OBD Voorzitter Prof. mr Retec,an VoLLenhoven Postbus 93166 2509AD DenHaag T 070 363 59 36 F 070 363 5937 Ministerie van VeiLigheid en Justitie t.a.v. Staatssecretaris van Veiligheid

Nadere informatie

Rapport. Rapport over een klacht over de (hoofd)officier van justitie te Den Haag en de griffie van de rechtbank Den Haag. Datum: 12 december 2012

Rapport. Rapport over een klacht over de (hoofd)officier van justitie te Den Haag en de griffie van de rechtbank Den Haag. Datum: 12 december 2012 Rapport Rapport over een klacht over de (hoofd)officier van justitie te Den Haag en de griffie van de rechtbank Den Haag. Datum: 12 december 2012 Rapportnummer: 2012/197 2 Klacht Verzoeker is in 2005 het

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 34 236 Implementatie van richtlijn 2012/29/EU van het Europees parlement en de Raad van 25 oktober 2012 tot vaststelling van minimumnormen voor

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2011 2012 32 853 Wijziging van de regeling van de bevrijdende verjaring in het Burgerlijk Wetboek in geval van schade veroorzaakt door strafbare feiten C

Nadere informatie

Ons kenmerk z Contactpersoon. Onderwerp Advies inzake Boeken 3 tot en met 6 nieuwe Wetboek van Strafvordering

Ons kenmerk z Contactpersoon. Onderwerp Advies inzake Boeken 3 tot en met 6 nieuwe Wetboek van Strafvordering Autoriteit Persoonsgegevens Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag Bezuidenhoutseweg 30, 2594 AV Den Haag T 070 8888 500 - F 070 8888 501 autoriteitpersoonsgegevens.nl Aan de Minister van Justitie en Veiligheid

Nadere informatie

2014D36200 LIJST VAN VRAGEN

2014D36200 LIJST VAN VRAGEN 2014D36200 LIJST VAN VRAGEN De vaste commissie voor Veiligheid en Justitie heeft over de beleidsdoorlichting slachtofferzorg (Kamerstuk 33 199, nr. 4) de navolgende vragen ter beantwoording aan de Staatssecretaris

Nadere informatie

Is het spreekrecht de start van een oneerlijk proces? Een evaluatie van het Nederlandse Spreekrecht van het slachtoffer en de rechten van de verdachte

Is het spreekrecht de start van een oneerlijk proces? Een evaluatie van het Nederlandse Spreekrecht van het slachtoffer en de rechten van de verdachte Is het spreekrecht de start van een oneerlijk proces? Een evaluatie van het Nederlandse Spreekrecht van het slachtoffer en de rechten van de verdachte Naam: Lisanne Burgers Studentnummer: 11112514 Email:

Nadere informatie

Je rechten na een verkeersongeval. Rechtenbrochure Rondpunt vzw

Je rechten na een verkeersongeval. Rechtenbrochure Rondpunt vzw Je rechten na een verkeersongeval Rechtenbrochure Rondpunt vzw COLOFON Je rechten na een verkeersongeval 2018 Redactieadres Verantwoordelijke uitgever Rondpunt vzw Uitbreidingstraat 518 bus 2.01 2600 Berchem

Nadere informatie

Concept 25 juni 2014 MEMORIE VAN TOELICHTING ALGEMEEN. 1. Inleiding

Concept 25 juni 2014 MEMORIE VAN TOELICHTING ALGEMEEN. 1. Inleiding Concept 25 juni 2014 Implementatie van richtlijn 2012/29/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 tot vaststelling van minimumnormen voor de rechten, de ondersteuning en de bescherming

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 44630 31 december 2015 Besluit van de Minister van Veiligheid en Justitie van 2 december 2015, kenmerk 708251, tot vaststelling

Nadere informatie

Naar een verzekerd slachtofferrecht: onderzoek naar effectief schadeverhaal. voor slachtoffers van misdrijven. private verzekeringsrecht

Naar een verzekerd slachtofferrecht: onderzoek naar effectief schadeverhaal. voor slachtoffers van misdrijven. private verzekeringsrecht Naar een verzekerd slachtofferrecht: onderzoek naar effectief schadeverhaal van slachtoffers van misdrijven via het private verzekeringsrecht M r. A. J. J. G. S c h i j n s * 1. Inleiding In opdracht van

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 35 116 Wijziging van het Wetboek van Strafvordering en de Overleveringswet ter implementatie van richtlijn nr. 2016/800/EU van het Europees Parlement

Nadere informatie

De uitbreiding van de positie van slachtoffers en nabestaanden in het Nederlandse strafproces.

De uitbreiding van de positie van slachtoffers en nabestaanden in het Nederlandse strafproces. De uitbreiding van de positie van slachtoffers en nabestaanden in het Nederlandse strafproces. Van spreekrecht naar adviesrecht? Naam: Steffi de Rijck ANR: S645765 Afstudeerrichting: Strafrecht Afstudeerdatum:

Nadere informatie

Juridische ondersteuning

Juridische ondersteuning Juridische ondersteuning In deze brochure staat informatie over de juridische ondersteuning voor: Slachtoffers van verkeersongevallen Nabestaanden van slachtoffers van dodelijke verkeersongevallen Slachtoffers

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2017:5840

ECLI:NL:RBDHA:2017:5840 ECLI:NL:RBDHA:2017:5840 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 01-06-2017 Datum publicatie 01-06-2017 Zaaknummer 09/852030-17 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

Gehoord de gerechten, adviseert de Raad als volgt. 1

Gehoord de gerechten, adviseert de Raad als volgt. 1 De minister van Veiligheid en Justitie mr. I.W. Opstelten Postbus 20301 2500 EH Den Haag datum 3 juni 2013 doorkiesnummer 06-18609322 e-mail uw kenmerk 377747 Voorlichting@rechtspraak.nl Advies Wetsvoorstel

Nadere informatie

15490/14 cle/gar/as 1 DG D 2B

15490/14 cle/gar/as 1 DG D 2B Raad van de Europese Unie Brussel, 17 november 2014 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2013/0409 (COD) 15490/14 NOTA van: aan: het voorzitterschap Raad DROIPEN 129 COPEN 278 CODEC 2241 Nr. Comdoc.:

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2013 85 Wet van 28 februari 2013 tot implementatie van richtlijn nr. 2010/64/EU van het Europees Parlement en de Raad van 20 oktober 2010 betreffende

Nadere informatie

U hebt een schadevergoeding toegewezen gekregen

U hebt een schadevergoeding toegewezen gekregen Regelingen en voorzieningen CODE 6.5.3.7 U hebt een schadevergoeding toegewezen gekregen bronnen www.cjib.nl, januari 2011 Openbaar Ministerie, brochure: Hoe krijg ik mijn schade vergoed? januari 2011

Nadere informatie

ECLI:NL:RBOVE:2017:2237

ECLI:NL:RBOVE:2017:2237 ECLI:NL:RBOVE:2017:2237 Instantie Rechtbank Overijssel Datum uitspraak 26-04-2017 Datum publicatie 31-05-2017 Zaaknummer 08/910083-15 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Raadkamer

Nadere informatie

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over de regionale politie eenheid Amsterdam en het Openbaar Ministerie te Amsterdam

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over de regionale politie eenheid Amsterdam en het Openbaar Ministerie te Amsterdam Rapport Rapport naar aanleiding van een klacht over de regionale politie eenheid Amsterdam en het Openbaar Ministerie te Amsterdam Datum: 30 december 2013 Rapportnummer: 2013/213 2 Feiten Verzoeker is

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2016 2017 34 257 Wijziging van het urgerlijk Wetboek, het Wetboek van Strafvordering en het Wetboek van Strafrecht teneinde de vergoeding van affectieschade

Nadere informatie

De concrete voorstellen in dit pamflet dragen in de optiek van de VVD bij aan het verwezenlijken van deze doelstellingen.

De concrete voorstellen in dit pamflet dragen in de optiek van de VVD bij aan het verwezenlijken van deze doelstellingen. Slachtoffer zijn van een misdrijf is ingrijpend. Het draagt bij aan de verwerking van dit leed als slachtoffers het gevoel hebben dat zij de aandacht krijgen die zij verdienen. Dat zij zo goed mogelijk

Nadere informatie

Aanvraag Uitkering nabestaande

Aanvraag Uitkering nabestaande Aanvraag Uitkering nabestaande Is het overleden slachtoffer geen naaste van u, maar heeft u wel de begrafenis of crematie betaald? Dan kunt u met dit formulier een aanvraag indienen voor een tegemoetkoming

Nadere informatie

Het wetsvoorstel is op 18 december 2007 met algemene stemmen aangenomen door de Tweede Kamer.

Het wetsvoorstel is op 18 december 2007 met algemene stemmen aangenomen door de Tweede Kamer. Overzicht van stemmingen in de Tweede Kamer afdeling Inhoudelijke Ondersteuning aan De leden van de vaste commissie voor Justitie Betreffende wetsvoorstel: 30143 Wijziging van het Wetboek van Strafvordering,

Nadere informatie

Aangifte doen En dan?

Aangifte doen En dan? www.politie.nl/slachtoffer Aangifte doen En dan? 17035-1 Informatie voor slachtoffers van een misdrijf 1 Bent u slachtoffer van een misdrijf? Is er bijvoorbeeld bij u ingebroken? Of heeft iemand u mishandeld?

Nadere informatie

Slachtoffers hebben óók recht op hun rechten

Slachtoffers hebben óók recht op hun rechten Slachtoffers hebben óók recht op hun rechten Onderzoek naar de wijze waarop de rechten van slachtoffers met betrekking tot het spreekrecht, de schriftelijke slachtofferverklaring en de vordering tot schadevergoeding

Nadere informatie

Rapport. Datum: 28 juni 2006 Rapportnummer: 2006/232

Rapport. Datum: 28 juni 2006 Rapportnummer: 2006/232 Rapport Datum: 28 juni 2006 Rapportnummer: 2006/232 2 Klacht Verzoekster klaagt erover dat het arrondissementsparket te Rotterdam bij brief van 3 november 2004 heeft geweigerd om haar financieel tegemoet

Nadere informatie

Onderwerp: Concept-Contourennota Modernisering Wetboek van Strafvordering

Onderwerp: Concept-Contourennota Modernisering Wetboek van Strafvordering Aan de Minister van Veiligheid en Justitie, De heer mr. G.A. van der Steur Postbus 20301 2500 EH Den Haag Onderwerp: Concept-Contourennota Modernisering Wetboek van Strafvordering Geachte heer Van der

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 19376 14 juli 2015 Advies Raad van State inzake het voorstel van wet tot implementatie van richtlijn 2012/29/EU van het

Nadere informatie

De positie van het slachtoffer in het strafproces

De positie van het slachtoffer in het strafproces De positie van het slachtoffer in het strafproces Een onderzoek naar het vorderen van schadevergoeding als benadeelde partij in het strafproces en de wijze van onderbouwing van de vordering. Demi Treuren

Nadere informatie

De positie van het slachtoffer in het strafproces. 3.2. De benadeelde. 3.3. Nabestaanden. 3.4. Splitsing van de vordering door de benadeelde

De positie van het slachtoffer in het strafproces. 3.2. De benadeelde. 3.3. Nabestaanden. 3.4. Splitsing van de vordering door de benadeelde 3. Schadevergoeding (voegen) 3.2. De benadeelde Degene die rechtstreeks schade heeft geleden door een strafbaar feit, kan zich ter zake van zijn vordering tot schadevergoeding als benadeelde partij voegen

Nadere informatie

HET VERNIEUWDE ONTVANKELIJKHEIDSCRITERIUM IN DE VOEGINGSPROCEDURE

HET VERNIEUWDE ONTVANKELIJKHEIDSCRITERIUM IN DE VOEGINGSPROCEDURE HET VERNIEUWDE ONTVANKELIJKHEIDSCRITERIUM IN DE VOEGINGSPROCEDURE Een onderzoek naar de toepassing van het ontvankelijkheidscriterium door strafrechters en de wijze van onderbouwing van de vordering tot

Nadere informatie

Woord vooraf 13. Afkortingen 15

Woord vooraf 13. Afkortingen 15 Woord vooraf 13 Afkortingen 15 1 Achtergrond en opbouw van het onderzoek 17 1.1 Inleiding 17 1.2 Onderzoeksvraag en deelvragen 20 1.3 Maatschappelijke relevantie van het onderzoek 20 1.4 Terminologie 22

Nadere informatie

Hebben goedgevonden en verstaan: ARTIKEL I

Hebben goedgevonden en verstaan: ARTIKEL I Besluit van, houdende wijziging van het Besluit justitiële en strafvorderlijke gegevens in verband met de implementatie van de richtlijn 2011/93/EU van het Europees Parlement en de Raad ter bestrijding

Nadere informatie

Management samenvatting

Management samenvatting Management samenvatting Achtergrond, doelstelling en aanpak Op 1 januari 2014 is de Wet conservatoir beslag ten behoeve van het slachtoffer (hierna: conservatoir beslag) 1 in werking getreden. Doel van

Nadere informatie

Meldingsplichtige arbeidsongevallen. Meld ze direct bij de Inspectie SZW

Meldingsplichtige arbeidsongevallen. Meld ze direct bij de Inspectie SZW Meldingsplichtige arbeidsongevallen Meld ze direct bij de Inspectie SZW De Inspectie SZW werkt aan eerlijk, gezond en veilig werk en bestaanszekerheid voor iedereen 2 Meldingsplichtige arbeidsongevallen

Nadere informatie

Gehoord de gerechten heeft de Raad de eer u als volgt te berichten.

Gehoord de gerechten heeft de Raad de eer u als volgt te berichten. Aan de Minister van Justitie t.a.v. mw. mr. M.F.M. de Groot Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG datum 16 januari 2006 contactpersoon mr. A. Kuijer doorkiesnummer 070-361 9706 a.kuijer@rvdr.drp.minjus.nl e-mail

Nadere informatie

Datum 29 januari 2010 Onderwerp WODC-onderzoek 'Strafrechtelijke ontzetting uit beroep of ambt'

Datum 29 januari 2010 Onderwerp WODC-onderzoek 'Strafrechtelijke ontzetting uit beroep of ambt' > Retouradres Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.justitie.nl Onderwerp WODC-onderzoek

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

Leidraad voor het nakijken van de toets

Leidraad voor het nakijken van de toets Leidraad voor het nakijken van de toets STRAFPROCESRECHT 14 OKTOBER 2011 (Uit het antwoord moet blijken dat de cursist de stof heeft begrepen en juist heeft toegepast; een enkel ja of nee is niet voldoende)

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2016 475 Wet van 17 november 2016, houdende implementatie van richtlijn nr. 2013/48/EU van het Europees Parlement en de Raad van 22 oktober 2013 betreffende

Nadere informatie

ECLI:NL:PHR:2007:AZ6118 Parket bij de Hoge Raad Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 00636/06

ECLI:NL:PHR:2007:AZ6118 Parket bij de Hoge Raad Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 00636/06 ECLI:NL:PHR:2007:AZ6118 Instantie Parket bij de Hoge Raad Datum uitspraak 06-03-2007 Datum publicatie 06-03-2007 Zaaknummer 00636/06 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken - Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Het recht van het slachtoffer op inzage en toevoeging van processtukken binnen het strafproces

Het recht van het slachtoffer op inzage en toevoeging van processtukken binnen het strafproces Het recht van het slachtoffer op inzage en toevoeging van processtukken binnen het strafproces Een onderzoek naar de regulering en de praktijk van het recht van het slachtoffer op inzage en toevoeging

Nadere informatie

1 t Landelijk kantoor

1 t Landelijk kantoor 1 t Landelijk kantoor ////// 1- Postbus 14208 Slachtofferhulp Ihf27 N e d e r t a ii d 3561 PE Utrecht T 0302340116 E info@siachtofferhuip.nl W www.slachtofferhulp.nl Aan de Minister van Veiligheid en

Nadere informatie

Aan de minister van Veiligheid en Justitie Mr. I.W. Opstelten Postbus EH DEN HAAG. Geachte heer Opstelten,

Aan de minister van Veiligheid en Justitie Mr. I.W. Opstelten Postbus EH DEN HAAG. Geachte heer Opstelten, Aan de minister van Veiligheid en Justitie Mr. I.W. Opstelten Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG doorkiesnummer 070 361 9721 e-mail voorlichting@rechtspraak.nl uw kenmerk 5692855/11/6 onderwerp Adviesaanvraag

Nadere informatie

Rapport. Datum: 15 september 2003 Rapportnummer: 2003/317

Rapport. Datum: 15 september 2003 Rapportnummer: 2003/317 Rapport Datum: 15 september 2003 Rapportnummer: 2003/317 2 Klacht Verzoeker klaagt er over dat het arrondissementsparket te Assen onvoldoende inhoudelijk heeft gereageerd op de brief van zijn rechtsbijstandverzekeraar

Nadere informatie

Specialisatieopleiding Bijstand aan EGZ-slachtoffers 2016

Specialisatieopleiding Bijstand aan EGZ-slachtoffers 2016 Specialisatieopleiding Bijstand aan EGZ-slachtoffers 2016 1. Inleiding In 2015 is van start gegaan de specialisatieopleiding voor advocaten Bijstand aan EGZ-slachtoffers. Deze opleiding is getiteld Bijstand

Nadere informatie

VOOR RECHTSPRAAK NEDERLANDSE VERENIGING. De Minister van Veiligheid en Justitie Mr. l.w. Opstelten Postbus EH DEN HAAG.

VOOR RECHTSPRAAK NEDERLANDSE VERENIGING. De Minister van Veiligheid en Justitie Mr. l.w. Opstelten Postbus EH DEN HAAG. NEDERLANDSE VERENIGING VOOR RECHTSPRAAK De Minister van Veiligheid en Justitie Mr. l.w. Opstelten Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG Datum 28 maart 2014 Uw kenmerk 476490 Contactpersoon J.M.A. Timmer Onderwerp

Nadere informatie

Datum 23 februari 2012 Onderwerp Beantwoording Kamervragen over de voorlopige hechtenis van dhr. R.

Datum 23 februari 2012 Onderwerp Beantwoording Kamervragen over de voorlopige hechtenis van dhr. R. 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den

Nadere informatie

Klaverblad Verzekeringen. Wat te doen bij letselschade?

Klaverblad Verzekeringen. Wat te doen bij letselschade? Klaverblad Verzekeringen Wat te doen bij letselschade? Klaverblad Verzekeringen Afrikaweg 2 2713 AW Zoetermeer Postbus 3012 2700 KV Zoetermeer sinds 1850 Telefoon 079-3 204 204 Fax 079-3 204 291 Internet

Nadere informatie

Nederlandse Orde van Advocaten T.a.v. drs. L. Korsten Postbus 30851 2500 GW Den Haag FALK-courier

Nederlandse Orde van Advocaten T.a.v. drs. L. Korsten Postbus 30851 2500 GW Den Haag FALK-courier Nederlandse Orde van Advocaten T.a.v. drs. L. Korsten Postbus 30851 2500 GW Den Haag FALK-courier Inzake: Betreft: concept-wetsontwerp beslag t.b.v. slachtoffers Utrecht, 30 september 2011. Geachte heer

Nadere informatie

Naar een verzekerd slachtofferrecht

Naar een verzekerd slachtofferrecht Amsterdam Centre for Comprehensive Law Vrije Universiteit Amsterdam Naar een verzekerd slachtofferrecht Effectief schadeverhaal van slachtoffers van misdrijven via het private verzekeringsrecht Mr. A.J.J.G.

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 23473 28 april 2017 Aanwijzing slachtofferzorg Rechtskarakter: Aanwijzing in de zin van art. 130 lid 4 Wet RO Van: College

Nadere informatie

Deze brochure 3. Dagvaarding 3. Bezwaarschrift 3. Rechtsbijstand 4. Slachtoffer 4. Inzage in uw dossier 4. Getuigen en deskundigen 5.

Deze brochure 3. Dagvaarding 3. Bezwaarschrift 3. Rechtsbijstand 4. Slachtoffer 4. Inzage in uw dossier 4. Getuigen en deskundigen 5. U MOET TERECHTSTAAN INHOUD Deze brochure 3 Dagvaarding 3 Bezwaarschrift 3 Rechtsbijstand 4 Slachtoffer 4 Inzage in uw dossier 4 Getuigen en deskundigen 5 Uitstel 5 Aanwezigheid op de terechtzitting 6 Verstek

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 36061 29 juni 2018 Aanwijzing slachtofferrechten Rechtskarakter: Aanwijzing in de zin van art. 130 lid 6 Wet RO Van: College

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 32 363 Aanpassing van de Wet schadefonds geweldsmisdrijven in verband met uitbreiding van de categorieën van personen die recht hebben op een uitkering

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/jenv

Nadere informatie

Modelregeling inzake passende verblijfsomgeving slachtoffers

Modelregeling inzake passende verblijfsomgeving slachtoffers Modelregeling inzake passende verblijfsomgeving slachtoffers COLOFON Deze uitgave is gemaakt in samenwerking met het Programma Strafsector en bestemd voor de rechtbanken en gerechtshoven. Rechten Aan deze

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2014:381. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 13/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2013:2556, Gevolgd

ECLI:NL:HR:2014:381. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 13/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2013:2556, Gevolgd ECLI:NL:HR:2014:381 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 18-02-2014 Datum publicatie 19-02-2014 Zaaknummer 13/02084 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2013:2556,

Nadere informatie

Slachtofferhulp. concept wetsvoorstel betreffende hétieggen van conservatoir beslag door de staat voor slachtoffers van misdrijven.

Slachtofferhulp. concept wetsvoorstel betreffende hétieggen van conservatoir beslag door de staat voor slachtoffers van misdrijven. ~,tl~ 3 / Nootailfafiltoor 7: ~.,1 e d 1ff 0 Postbus 14208 3508 SH Utrecht Pallas Athertedreef 27 3561 PE Utrecht 03023401 16 F 030 231 76 55 info@s~achtofferhuip.fli w www.s}achtofferhulp.ni / Ministerie

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 18951 31 maart 2017 Regeling van de Minister van Veiligheid en Justitie van 29 maart 2017, nr. 2045950 houdende regels

Nadere informatie

Civiel schadeverhaal via het strafproces anno 2016

Civiel schadeverhaal via het strafproces anno 2016 Civiel schadeverhaal via het strafproces anno 2016 Verslag van een onderzoek naar de praktijk van de besluitvorming van de strafrechter ten aanzien van de afdoening van de voeging benadeelde partij M r.

Nadere informatie

Rapport. Datum: 9 november 2007 Rapportnummer: 2007/251

Rapport. Datum: 9 november 2007 Rapportnummer: 2007/251 Rapport Datum: 9 november 2007 Rapportnummer: 2007/251 2 Klacht Verzoeker deed op 2 maart 2004 aangifte tegen zijn buurman, de heer Y, wegens vernieling van een aantal bomen, struiken en planten. Verzoeker

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 012 Wijziging van de Opiumwet en de Wet wapens en munitie in verband met de verruiming van de kring van ambtenaren, belast met de opsporing

Nadere informatie

VOORWOORD... 4 INLEIDING... 5. Aanleiding... 5. Schadevergoeding... 5. Probleemstelling... 6. Opbouw... 7. HOOFDSTUK 1. Schadevergoeding...

VOORWOORD... 4 INLEIDING... 5. Aanleiding... 5. Schadevergoeding... 5. Probleemstelling... 6. Opbouw... 7. HOOFDSTUK 1. Schadevergoeding... MARINA LUIJKX DE ONEVENREDIGE BELASTING VAN HET STRAFGEDING Een onderzoek naar de invulling van het vernieuwde criterium van art. 361 lid 3 Sv Juni 2012 INHOUDSOPGAVE VOORWOORD... 4 INLEIDING... 5 Aanleiding...

Nadere informatie

Brief aan de minister van Rechtsbescherming Drs. S. Dekker Postbus EH DEN HAAG

Brief aan de minister van Rechtsbescherming Drs. S. Dekker Postbus EH DEN HAAG Advies over de wijziging van de Wet schadefonds geweldsmisdrijven in verband met het opheffen van de rechtspersoonlijkheid van het fonds, uitbreiding van de taakuitoefening tot de openbare lichamen Bonaire,

Nadere informatie

Enkele achtergronden bij de beslissing om geen onderzoek in te stellen tegen Jorge Zorreguieta. Voorgeschiedenis. Aangifte 2001

Enkele achtergronden bij de beslissing om geen onderzoek in te stellen tegen Jorge Zorreguieta. Voorgeschiedenis. Aangifte 2001 Enkele achtergronden bij de beslissing om geen onderzoek in te stellen tegen Jorge Zorreguieta Voorgeschiedenis Aangifte 2001 Eerder werd aangifte gedaan tegen Jorge Zorreguieta in 2001 ter zake van foltering

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2010:BO2558

ECLI:NL:HR:2010:BO2558 ECLI:NL:HR:2010:BO2558 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 02-11-2010 Datum publicatie 03-11-2010 Zaaknummer 09/00354 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2010:BO2558

Nadere informatie