Ondersteuningsprofiel van de Schoter Duijn te Den Helder, onderdeel van Stichting Kopwerk. Scholengroep Den Helder Zuid

Transcriptie

1 Ondersteuningsprofiel van de Schoter Duijn te Den Helder, onderdeel van Stichting Kopwerk. Scholengroep Den Helder Zuid 1. Functie van het ondersteuningsprofiel In het ondersteuningsprofiel beschrijft de school haar mogelijkheden om leerlingen te ondersteunen wanneer het regulier aanbod van de school onvoldoende aansluit bij de ontwikkeling van de leerling. In het ondersteuningsprofiel zijn de daarvoor relevante gegevens opgenomen zodat voor ouders, samenwerkingsverband en de overige scholen van de onderwijsgroep de mogelijkheden van de school duidelijk zijn. Het ondersteuningsprofiel maakt een onderscheid in basisondersteuning en extra ondersteuning. De basisondersteuning ligt bij voorkeur bij alle scholen op een gelijk niveau. Afspraken over een minimumniveau worden in het samenwerkingsverband gemaakt en gelden voor alle scholen. Extra ondersteuning kan per school verschillen. Bij extra ondersteuning gaat het om specifieke kwaliteiten van de school gericht op leerlingen die deze vorm van ondersteuning vragen. Extra ondersteuning vertaalt zich in arrangementen die de school kan bieden en waarvoor doorgaans extra middelen worden ingezet. Arrangementen kunnen deels structureel deel uitmaken van het ondersteuningsaanbod en deels een tijdelijk karakter hebben. Een arrangement geeft aan: - welke deskundigheid wordt ingezet - de tijd die beschikbaar is - het programma dat uitgevoerd wordt en de gebruikte materialen - het mogelijke specifieke gebruik van het schoolgebouw - samenwerking met ouders, onderwijs en mogelijke ketenpartners Het ondersteuningsprofiel geeft eveneens informatie over de basiskwaliteit van de school. Daarom is het oordeel van de inspectie over deze basiskwaliteit opgenomen in het ondersteuningsprofiel. Het ondersteuningsprofiel van de school vormt voor ouders een houvast bij schoolkeuze en voor de scholen/besturen een houvast bij de toelating van leerlingen en het vinden van de meest geschikte plek voor een leerling. De inhoud van dit schoolondersteuningsprofiel (SOP) bestaat uit: gegevens van de school karakteristiek en onderwijsvisie van de school kengetallen oordeel van de onderwijsinspectie organisatie van de ondersteuning ondersteuning sociaal emotionele ontwikkeling ondersteuning lezen en spelling ondersteuning rekenen en wiskunde grenzen aan ondersteuning professionalisering 1

2 2. Gegevens van de Schoter Duijn te Den Helder Directeur : L.J. de Haan-Waltmann (tijdelijk vervanger directie) Tel. : schoter-duijn@kopwerk.nl Website school : Website stichting : 3. Karakteristiek en onderwijsvisie van de school Algemeen Onze school is een Protestants Christelijke Basis School. Onze volledige naam is dan ook PCBS Schoter Duijn. Wij zijn een school van de stichting Kopwerk. Deze stichting heeft 24 scholen onder haar beheer in de kop van Noord-Holland. Dat wij een protestants christelijke school zijn wil niet zeggen dat wij niet open staan voor kinderen met een andere levensbeschouwelijke achtergrond. Ieder kind is welkom, wij verwachten wel van de ouders en de kinderen respect voor elkaar en elkaars overtuiging. Dit is uiteraard geen bijzondere wens, binnen onze multiculturele samenleving hoort dit vanzelfsprekend te zijn. Schoter Duijn staat centraal in de wijk "de Schooten" aan het Heiligharn 125. We beschikken over een prachtig ruim en licht gebouw dat in 1996 in gebruik is genomen. In 211 is het schoolgebouw verbouwd om aan onze toenemende behoefte aan extra ruimte voor het team en voor de hulp en ondersteuning aan (kleine groepen) kinderen te kunnen toekomen. Naast deze ruimtes, de klaslokalen en de hal, waarin we met alle kinderen gezamenlijk activiteiten en vieringen houden, hebben wij een jeugdbibliotheek en een kinderdagverblijf binnen onze muren. Met ingang van het schooljaar bezoeken ongeveer 175 kinderen onze school, verdeeld over 7 groepen. Onderwijsvisie Wij streven naar een onderwijsleersituatie waarbij de kinderen in een ononderbroken ontwikkelingsproces alle aspecten van de kinderlijke ontwikkeling doorlopen. Dit zijn de verstandelijke, de sociale, de emotionele, de motorische en de creatieve ontwikkelingen van een kind. Bij alles wat we doen proberen we rekening te houden met de ontwikkelingsfase en mogelijkheden van het kind. Onze school streeft naar Inclusief Onderwijs. Om dit te bereiken is ons onderwijssysteem adaptief en ontwikkelingsgericht. Dit betekent dat ons onderwijs is aangepast aan de onderwijsbehoeften van alle leerlingen. Hierbij wordt gebruik gemaakt van uiteenlopende materialen en instructieroutes. De leerlingen moeten in toenemende mate zelf verantwoordelijkheid nemen voor de planning en evaluatie van hun leerproces. 2

3 Ook streeft onze school naar een pedagogisch klimaat waarin kinderen zich geaccepteerd en veilig voelen. In zo n klimaat worden alle kinderen uitgedaagd te presteren naar beste kunnen. Hierbij moet aangesloten worden bij de basisbehoeften van leerlingen, te weten: competentie: geloof en plezier in eigen kunnen, relatie: het gevoel dat mensen je waarderen en met je om willen gaan, autonomie: het gevoel dat je zelfstandig iets kunt ondernemen. Voor verdere informatie verwijzen wij u naar onze website/schoolgids: 4. Kengetallen Leerlingaantallen Gewichtenleerlingen,3 Gewichtenleerlingen 1,2 Verwijzingen naar: - SBO - SO - Excellentie PK - Excellentie Eureka Oordeel van de onderwijsinspectie Naar aanleiding van haar bezoek van 7 mei 213 heeft de inspectie het volgende geconstateerd: - opbrengsten: de inspectie beoordeelt de eindopbrengsten van het onderwijs op Schoter Duijn als voldoende. In 212 liggen deze boven de ondergrens van de inspectie en in 213 liggen de resultaten boven de bovengrens van de inspectie. - zorg en begeleiding: de leraren van Schoter Duijn weten hoe hun leerlingen zich ontwikkelen aan de hand van methodeonafhankelijke toetsen en een observatie instrument voor de groepen 1/2. Zorgtrajecten worden door de leraren in voldoende mate geëvalueerd. - kwaliteitszorg: De school heeft in voldoende mate zicht op haar leerlingpopulatie en neemt maatregelen als blijkt dat de resultaten op sommige vakgebieden extra aandacht behoeven. 3

4 - De school dient zich te verbeteren op het terrein van: - analyse van toetsgegevens - doelen in ontwikkelingsprofielen adequaat aanpassen - eindtoetsresultaten opnemen in de schoolgids. De inspectierapporten en de verslagen van de schoolbezoeken van de inspectie zijn in te zien via de website 6. Organisatie van de ondersteuning Klasse of groepsniveau De leerkracht, eventueel met de intern begeleider (IB), organiseert ondersteuning en begeleiding in de klas of op school. De leerkracht informeert de ouders hierover. Schoolniveau Vanaf dit niveau worden de ouders/verzorgers intensief betrokken bij de ondersteuning die de leerling nodig heeft. Het gaat nu om meer complexe ondersteuningsvragen waarbij eventueel ook het schoolmaatschappelijk werk of andere deskundigheid kan worden ingezet. De in te zetten ondersteuning bespreken we tijdens de groepsbespreking en met de orthopedagoog in ons zorgteam. Scholengroepniveau Wanneer extra ondersteuning, die de school niet alleen kan bieden, noodzakelijk lijkt, kunnen we momenteel om extra middelen vragen bij het SWV of via een leerling gebonden financiering. Met ingang van 1 augustus 214 verandert dat: we vragen op basis van het groeidocument een zogenaamd "arrangement" aan bij het ondersteuningsteam (OTG) van de scholengroep. Bij toekenning van een arrangement voor extra ondersteuning, kan die ondersteuning zowel op de eigen school als op een andere school worden geboden. Ook in deze fase blijven ouders direct betrokken. Samenwerkingsverbandniveau Wanneer plaatsing op een voor speciaal basisonderwijs, speciaal onderwijs of op de plusvoorziening van het samenwerkingsverband aan de orde lijkt, dan dienen we deze aanvraag nu in bij de PCL, de Permanente Commissie Leerlingenzorg. Deze instantie beoordeelt de aanvraag en kan een toelaatbaarheidverklaring afgeven voor SO of SBaO. Met ingang van 1 augustus 214 ligt deze taak bij het SWV: in overleg met de ouders dient de school een aanvraag in bij het CTO (Commissie Toelaatbaarheid Onderwijsvoorzieningen). Het 4

5 CTO geeft een toelaatbaarheidverklaring af die nodig is voor een plaasting op één van deze voorzieningen. Aanwezige expertise personeel - Op Schoter Duijn zijn beide Intern Begeleiders, (tevens waarnemer directietaken) master SEN (Special Educational Needs). Zij hebben kennis en ervaring op het gebied van begeleiding bij cognitieve en gedragsondersteuningsbehoeften. Voor meer informatie over onze zorgstructuur verwijzen we u naar hooofdstuk 4 van onze schoolgids, dat geheel is gewijd aan de wijze waarop we onze ondersteuning aan leerlingen organiseren. - Wetenschap en techniekcoördinator: deze leerkracht ondersteunt bij de ontwikkeling van de wetenschap en technieklessen en is altijd aanwezig tijdens de voorbereidingen van de thema's. - Cultuurcoördinator: Deze leerkracht is verantwoordelijk voor het realiseren van de kerndoelen uit het leergebied kunstzinnige en culturele orientatie. - Rekencoördinator: bewaakt en bevordert de inhoudelijke kwaliteit van het onderwijs in rekenen en wiskunde. - Taalcoördinator: Deze leerkracht bewaakt en bevordert de inhoudelijke kwaliteit van het onderwijs in taal en lezen. - Schoolopleider: Deze leerkracht is betrokken bij de opleiding van alle stagiaires (eerste en vierde jaars) van alle Kopwerkscholen. - ICT-coördinator: Deze leerkracht coördineert en ondersteunt bij alle aan ICT gerelateerde zaken op Schoter Duijn. - Taalcoördinatoren woordenschat: deze leerkrachten verzorgen het extra aanbod voor jongste kleuters met een taalachterstand in de passieve woordenschatontwikkkeling. Dit wordt gerealiseerd op 6 verschillende scholen binnen de gemeente Den Helder. Aanmeldprocedure: Wanneer ouders hun kind aanmelden op Schoter Duijn, waarbij ze aangeven dat hun kind een specifieke ondersteuningsbehoefte heeft, gaan we altijd eerst met hen in gesprek. Samen met de ouders/verzorgers kijken we wat het kind nodig heeft. We bespreken de mogelijkheden die we als school kunnen bieden. We willen een realistisch ontwikkelingsperspectief schetsen op basis van een reële inschatting van de onderwijsbehoeften van het kind. Wanneer we tot de conclusie komen dat plaatsing op Schoter Duijn niet haalbaar of minder wenselijk is, gaan we samen met de ouders/verzorgers op zoek naar een beter alternatief in de regio. De school neemt hierbij het initiatief, waarbij intensieve communicatie en afstemming essentieel zijn. 7. Ondersteuning Sociaal Emotionele Ontwikkeling 7.1 Basiskwaliteit Een steeds belangrijker wordend aspect van het onderwijs is het begeleiden van de kinderen met betrekking tot de sociaal emotionele ontwikkeling. Voor het aanleren en versterken van 5

6 wenselijk gedrag, het leren samenwerken, verantwoordelijkheid dragen en andere sociaal emotionele aspecten in het kader van burgerschap, werken wij in de groepen 3 t/m 8 met "Taakspel", hanteren wij drie gedragsregels binnen de hele school en werken alle leerkrachten de eerste 6 schoolweken van het jaar met "Grip op de groep". 7.2 Basisondersteuning Wanneer kinderen door een bepaalde oorzaak zich niet of minder snel ontwikkelen op het gebied van de sociaal emotionele ontwikkeling (al dan niet als gevolg van een aanwijsbare aangetoonde oorzaak als bijvoorbeeld ADHD, autisme gerelateerde stoornissen of anderszins), is het aan de leerkrachten om de kinderen hierin specifiek te begeleiden. Met name door de steeds grotere kennis die hierover beschikbaar komt en de steeds hogere eisen die de maatschappij aan de scholen stelt om deze kinderen te begeleiden, is het van belang om hierin continu te blijven scholen en te ontwikkelen. De leerkrachten op Schoter Duijn zijn mede door de begeleiding van de afgelopen jaren vanuit de Regionale Expertise Centra (REC's) in staat om al veel ondersteuning in eenvoudige en enkelvoudige vorm op school te bieden. Echter: begeleiding en ondersteuning kunnen bieden is geen "vast" gegeven. Deze zal steeds moeten worden afgestemd op de specifieke ondersteuningsbehoeften van het kind. Daarbij komt dat door wisselingen in personele bezetting de ondersteuningsmogelijkheden kunnen wisselen. Het hieronder genoemde aanbod geeft dan ook vooral een indicatie weer van de ondersteuning die we in principe kunnen bieden, gerelateerd aan onze ondersteuningsstructuur. Begeleiding zal altijd afgestemd worden in overleg met de ouders en moet passen binnen de mogelijkheden van de school. We kunnen nu de volgende ondersteuning realiseren op het gebied van de sociaal emotionele ontwikkeling: - ADHD: mogelijke symptonen herkennen, opstellen handelingsplan/begeleidingsplan, structurele aanpak in de klas, al dan niet met externe ondersteuning - PDD-NOS: mogelijke symptonen herkennen, opstellen handelingsplan/begeleidingsplan, bieden van vaste structuur en veiligheid in de reguliere klassensituatie - Meerkunners en hoogbegaafdheid: mogelijke symptonen herkennen, aansluiten bij ontwikkelbehoeften in de klas o.a. met behulp van het aanbod uit de Pittige Plustorens, eventueel plaatsen in plusklas - Faalangst en concentratieproblemen: herkennen, gerichte begeleding door individuele gesprekken door leerkracht en/of intern begeleider en/of externe coach ( School Maatschappelijk Werk, opvoedpoli). - Pestgedrag: herkennen, aanpak via pestprotocol 6

7 7.3 Extra ondersteuning In een aantal gevallen hebben kinderen behoefte aan meer spcialistische ondersteuning. Zo nodig wordt nader onderzocht welke ondersteuning nodig is. In overleg met het ondersteuningsteam van de scholengroep (OTG) vindt vertaling plaats in de vorm van een arrangement, waarin doorgaans het ter beschikking stellen van deskundige formatie en/of middelen en duidelijke werkdoelen zijn opgenomen. In goed overleg met de ouders wordt dit opgenomen in het groeidocument. 8. Ondersteuning lezen en spelling 8.1 Basiskwaliteit Op Schoter Duijn wordt veel aandacht besteed aan het leesonderwijs. Er wordt een doorgaande lijn gehanteerd in zowel het technisch als het begrijpend lezen. In groep 1-2 worden op een zinvolle manier voorbereidende activiteiten aangeboden, uitgevoerd en geregistreeerd. In groep 3 wordt gestart met het aanvankelijk leesproces. In groep 3 maken we hierbij gebruik van de methode "Veilig leren lezen". Deze methode biedt het leren lezen en leren schrijven geintegreerd aan. Momenteel zijn wij ons als team aan het scholen (via de OBD Noordwest)om het leesonderwijs vanaf groep 4 te optimaliseren, waar het leesplezier een belangrijke voorwaarde voor is. Vanaf groep 5 gebruiken we voor het begrijpend lezen de methode "Goed gelezen" en de CITO-oefenboeken van begrijpend lezen. 8.2 Basisondersteuning We toetsen het begrijpend lezen aan de hand van de methodegebonden toetsen van "Goed gelezen" en sinds januari 214 met de CITO toets voor begrijpend lezen vanaf groep 4. Het technisch lezen wordt getoetst volgens het CITO AVI toetssysteem vanaf niveau M3 t/m M7 en de tweejaarlijkse afname van decito DMT (drieminuten toets), waarbij het lezen op woordniveau wordt getoetst. De genoemde CITO toetsen laten zien wanneer een leerling (on) voldoende leesvorderingen maakt. Wanneer er sprake is van een stagnatie of juist een versnelling in de leesontwikkeling, krijgen deze leerlingen een verlengde, intensievere (voor-) instructie van de leekracht of een ander aangepast aanbod. 8.3 Extra ondersteuning Voor leerlingen die ondanks de uitbreiding van de instuctie en oefentijd onvoldoende vorderingen maken, treffen we extra maatregelen. Minimaal vier maal per week krijgt de leerling in een kleine groep extra ondersteuning van bij voorkeur de eigen leerkracht met behulp van de werkwijzen van het RALFI en CONNECT lezen. In totaal gaat het hierbij om tenmiste twee uur per week gerichte extra oefening. Door de huidige inzet van leerkrachten en klassenassistenten en een strak rooster kunnen we deze inzet waarborgen. Wanneer ook ondanks deze maatregelen een opvallende achterstand (of stagnatie) blijft bestaan, wordt er in kaart gebracht of er mogelijk sprake is van een ernstige leesprobleem of 7

8 leesstoornis. Deze kinderen krijgen als "mogelijk dyslect" (visnet) een aangepast aanbod, waarbij het lezen ondersteund wordt en spelling extra geïnstrueerd en geoefend wordt. Om daadwerkelijk vast te stellen of er sprake is van dyslexie toetsen we kinderen vanaf eind groep 4 of groep 5, conform het landelijke vastgestelde dylexieprotocol. Wanneer dyslexie wordt vastgesteld komen de kinderen volgens het traject in aanmerking voor wekelijkse begeleiding via ONL (Onderwijszorg Nederland). Wanneer de problemen blijven bestaan of toenemen wordt dit besproken in het zorgteam. Dit team bestaat uit de leerkracht, de orthopedagoog van de OBD, de directie en intern begeleider. Tijdens deze bespreking wordt advies gegeven over de verdere aanpak en het aanbod en het eventueel aanvragen van een onderzoek. Uiteraard vindt onderzoek plaats in overleg met de ouders/verzorgers. 9. Ondersteuning rekenen en wiskunde 9.1 Basiskwaliteit Over het algemeen verwerven de meeste leerlingen met behulp van het onderwijsaanbod uit de methode (Wereld In Getallen) voldoende vaardigheden in hun ontwikkeling naar functionele rekenvaardigheden. De referentieniveaus geven vulling aan de inhoud en moeilijkheid. Voor het basisonderwijs geldt het streefniveau (1S) en fundamenteel niveau (1F). In de groepen 1/2 wordt gewerkt met gerichte observaties en met hulp van een leerlingvolgsysteem (OVM) wordt de (reken-) ontwikkeling gevolgd. Hierbij wordt door middel van een beredeneerd aanbod van rekenactiviteiten aangesloten bij de onderwijsbehoeften van het jonge kind, de zogenaamde "zone van de naaste ontwikkeling". Hierbij wordt o.a. gebruik gemaakt van de bronnenboeken en computerprogramma's van "De wereld in getallen" en "IK en KO rekenen". Schoter Duijn werkt vanaf groep 3 met de nieuwste versie van de methode "De wereld in getallen". Deze realistische rekenmethode gaat uit van situaties in het dagelijks leven en biedt niet alleen rijtjes sommen aan. Binnen verschillende thema's worden er in blokken reeds aangeleerde vaardigheden herhaald en wordt de stof met een nieuw rekenonderdeel aangevuld. Zo ontstaat stap voor stap inzicht in de rekenstof. De rekenstof kan worden aangeboden in drie verschillen niveaus, waarbij de leerkracht de leerlingen specifieke instructie en verwerkingsmogelijkheden geeft. Na ieder blok wordt door middel van een toets die de kinderen in hun toetsboek maken bekeken of de leerling de stof beheerst. Afhankelijk van de uitkomst van de toets krijgt de leerling gerichte oefeningen die aansluiten bij zijn of haar niveau. Kinderen die de stof al goed beheersen krijgen in een aantal gevallen een aparte aanpak, waarbij er gedifferentieerd wordt op tempo, inhoud en hoeveelheid. 9.2 Basisondersteuning De reguliere basisondersteuning bij het rekenonderwijs bestaat uit structureel werken op verschillende niveaus, aangevuld met aparte leerlijnen, voor kinderen die extra ondersteuning nodig hebben. Extra oefenstof, extra instructie aan de instructietafel of juist extra uitdagende 8

9 opdrachten stimuleren de kinderen om zich verder te ontwikkelen. In veel gevallen wordt de intern begeleider gevraagd om mee te denken over de meest effectieve aanpak voor de leerling. 9.3 Extra ondersteuning Wanneer de achterstand van een kind op rekengebied aanleiding geeft tot verder onderzoek, neemt de intern begeleider in overleg met de leerkracht een Pedagogisch didactisch onderzoek (PDO) af. Hierbij wordt gekeken naar de reeds aangeleerde strategieën en de beheersing en toepassing hiervan. Wanneer de problemen zijn vastgesteld, kan met behulp van een individueel arrangement gewerkt worden aan de ontbrekende of zwakke schakels in de verschillende leerlijnen. Voor een deel kan gebruik gemaakt worden van onderdelen van de reguliere methode. We zetten als het ware een stap terug en nemen een deel van de leerlijn alsnog door. Ook staan hulpmaterialen zoals "Maatwerk" en "Sprongen vooruit" en "Zeker weten" ter beschikking om tijdelijk extra accent te leggen op onderdelen van leerlijnen binnen de verschillende domeinen. Wanneer de problemen blijven bestaan of toenemen wordt dit besproken in het zorgteam. Dit team bestaat uit de leerkracht, de orthopedagoog van de OBD, de directie en intern begeleider. Tijdens deze bespreking wordt advies gegeven over de verdere aanpak en het aanbod en het eventueel aanvragen van een onderzoek. Uiteraard vindt onderzoek plaats in overleg met de ouders/verzorgers. 1. Grenzen aan ondersteuning Schoter Duijn besteedt veel tijd en energie aan het begeleiden van een kind met een bijzondere ondersteuningsbehoefte. In samenspraak met ouders stellen we een ondersteuningsarrangement op. Echter, we blijven een reguliere basisschool die tegen grenzen van ondersteuning kan oplopen. Deze grenzen zijn bereikt wanneer: - een leerling zo agressief is dat de veiligheid van andere leerlingen, de leerkracht en/of zichzelf in het geding is. - er ondanks de nodige ondersteuning stilstand is in de volledige ontwikkeling (sociaal emotioneel en cognitief) gedurende een langere periode, waarbij de oorzaak niet ligt in bijzondere omstandigheden zoals gezondheid of thuisproblematiek. Wanneer de grens van onze ondersteuning bereikt is, gaan we over naar het niveau van bovenschoolse ondersteuning. 11. Professionalisering Schoter Duijn is een lerende organisatie. Voortdurend houden wij de ontwikkelingen binnen alle vakgebieden in de gaten en passen wij ons beleid aan. Als team Schoter Duijn participeren we binnen "School aan zet", School aan zet activeert scholen en helpt de kwaliteit van het 9

10 Nederlandse onderwijs, (nog verder) te verbeteren. Hierbij focust Schoter Duijn zich met name op het HRM gebied. Dit houdt in: De basis van goed onderwijs is een goede leraar. Daarom verdient een gerichte aanpak van professionalisering een structurele plaats binnen het onderwijs. Bij een lerende organisatie gaat het om goed personeelsbeleid, professionele ruimte voor leraren, ruime carrièremogelijkheden en scholing. Voor Schoter Duijn zijn de volgende doelen gesteld: - De verschillen binnen het professioneel handelen tussen collega's is over twee jaar weg. - Er is aandacht voor elkaar op een professionele manier - Leerkrachten kunnen handelen naar en reflecteren op de behaalde resultaten en de daarbij gekozen doelen. 1