BINNENSTEDELIJKE HERSTRUCTURERING DOOR WONINGCORPORATIES
|
|
- Johan Andreas de Smedt
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 BINNENSTEDELIJKE HERSTRUCTURERING DOOR WONINGCORPORATIES EEN ONDERZOEK NAAR DE OVERWEGINGEN VAN CORPORATIES BIJ PARTICIPATIE AAN BINNENSTEDELIJKE HERSTRUCTURERING Ir. F.T.J. van der Zee Thesis MRE ( )
2 Colofon Titel rapport Binnenstedelijke herstructurering door woningcorporaties. Een onderzoek naar de overwegingen van woningcorporaties bij participatie aan binnenstedelijke herstructurering. Foto s omslag Herstructureringsprojecten in Den Haag (bron: beeldbank Staedion) Plaats en datum Delfgauw, Status Definitief d.d. 15 oktober 2012 Auteur Ir. F.T.J. van der Zee Begeleider Ir. W.J.M. Scheffers Amsterdam School of Real Estate
3 Voorwoord Voor u ligt de eindthesis die geschreven is voor de afstudeerfase van de opleiding Master of Real Estate (jaargang ). Toen mij aan het begin van het tweede jaar gevraagd werd om een onderwerp te zoeken voor de eindthesis, hoefde ik niet lang na te denken. Ik heb gekozen voor binnenstedelijke herstructurering, de meest interessante opgave die er is. Al snel vond ik hierbij de uitdaging om onderzoek te doen naar een houvast voor corporaties binnen dit relatief ongrijpbaar en sterk aan verandering onderhevige werkveld. De resultaten van het uitgevoerde onderzoek staan in dit rapport beschreven. Deze thesis is de afronding van een periode van ruim twee jaar waarin we als klas veel mooie momenten hebben meegemaakt: reizen (New York & Lissabon), studiestress, kinderen en nieuwe banen. Het maakt de klas hecht. Dit alles was volledig volgens verwachting. Helaas liep niet alles volgens verwachting. Het onverwachte overlijden van klasgenoot Michael Koomen kwam als een schok, ongeloof overheerste. Terugkijkend op de afgelopen periode, wil ik meerdere personen bedanken die mij de afgelopen 2 jaar gesteund hebben bij het volbrengen van deze studie. In het bijzonder wil ik Wim Scheffers bedanken voor zijn goede inhoudelijke scriptiebegeleiding. Zijn adviezen waren kritisch, helder en altijd constructief. Zijn enthousiasme heeft mij gestimuleerd om de scriptie volgens planning tot een goed einde te brengen. Daarnaast wil ik Yolanda Mante bedanken voor haar scriptiecoaching; dit is ten goede gekomen aan de kwaliteit van de thesis. Ook wil ik Staedion bedanken voor de mogelijkheid om de MRE-studie te mogen volgen. Tevens wil ik de geïnterviewde personen danken voor de energie en kostbare tijd die zij hebben vrijgemaakt voor het geven van een interview. De laatste alinea van mijn voorwoord wil ik wijden aan een drietal dat het grootste compliment en de meeste dankbetuiging verdient: mijn vrouw Eef en mijn kinderen Fem en Tuur. De studie heeft de afgelopen twee jaar veel gevergd. Avonden, weekenden en soms nachten zat ik in de boeken of achter de computer. Gelukkig is de opleiding achter de rug en zal er nu meer tijd beschikbaar zijn voor andere dingen! Fedde van der Zee Delfgauw, oktober
4 Samenvatting Woningcorporaties zijn actief op het domein van binnenstedelijke herstructurering met als doel om wijken weer leefbaar, vitaal en toekomstbestendig te maken. Woningcorporaties spelen bij een binnenstedelijke herstructurering een belangrijke rol gezien hun binnenstedelijke grondposities en hun taakvelden vanuit het Besluit Beheer Sociale Huursector (BBSH). De crisis heeft echter zijn weerslag op de vastgoedsector en hiermee ook op de investeringsmogelijkheden en -bereidheid van corporaties die zich toeleggen op herstructurering. Doordat de financieringsmogelijkheden beperkt worden en doordat de verdienmogelijkheden van woningcorporaties onder druk staan, komt de sturingspretentie van een corporatie bij een binnenstedelijke herstructurering op gespannen voet met de mogelijkheden van de realiteit. De overweging om al dan niet in een binnenstedelijke herstructurering te investeren, vraagt dus om een zorgvuldige overweging. In deze thesis staat de volgende hoofdvraag centraal: Op welke wijze kan een woningcorporatie, gegeven de wettelijke kaders, optimaal participeren aan een binnenstedelijke herstructurering? Het doel van thesis is om te komen tot een model dat bij kan dragen aan de overweging of participatie aan een binnenstedelijke herstructurering voor een corporatie zinvol is en hoe de participatie zo optimaal mogelijk vormgegeven kan worden. Het onderzoek betreft een praktijkgericht wetenschappelijk onderzoek, waarvan de uitkomsten kunnen fungeren als strategisch advies. Op basis van een literatuurstudie en een analyse van hedendaagse wetenschappelijke discussies is een overzicht ontstaan van zowel wettelijke kaders als van aspecten waarmee een woningcorporatie te maken krijgt binnen het domein van binnenstedelijke herstructurering. Door deze informatie in een matrix te bundelen ontstaat er een model. In dit model wordt onderscheid gemaakt tussen enerzijds wettelijke aspecten (BBSH en CFV) en anderzijds inhoudelijke aspecten (ontwikkelstrategie, financiering en samenwerkingsmodellen). Het model is empirisch toegepast middels een vergelijkende casestudy. Voor de casestudy zijn corporaties geselecteerd in steden waar de komende jaren zeer waarschijnlijk een verandering zal plaatsvinden qua bevolkingsgroei en bevolkingssamenstelling. Deze steden zijn Den Haag, Amsterdam en Utrecht. Uit de cases zijn meerdere conclusies te trekken ten aanzien van binnenstedelijke herstructurering door woningcorporaties. Zo blijkt er steeds meer aandacht te zijn voor een geleidelijke aanpak waarbij rekening wordt gehouden met bewoners en de bestaande situatie. Binnenstedelijke herstructurering is een traject van kleine stappen naar een 3
5 nieuwe gebiedsexploitatie. Het lijkt er sterk op dat er in de toekomst meer aandacht uitgaan naar een goed beheerde en geëxploiteerde stad, dan naar de geplande stad. Om dit te kunnen bereiken kunnen corporaties als organiserend vermogen fungeren tussen meerdere stakeholders. Om herstructureringen haalbaar te maken kunnen corporaties als organisator partijen samenbrengen in (nog niet bestaande) consortia. Het toetreden van nieuwe actoren uit andere bedrijfstakken is hierbij kansrijk om een binnenstedelijke herstructurering haalbaar te maken. Er dient hierbij gestuurd te worden op het sneller verkrijgen van positieve cashflows. Een herstructurering moet gerealiseerd worden zonder torenhoge voorinvesteringen voor de woningcorporatie. Uit de casestudy is geconcludeerd dat met het model inhoudelijke aspecten worden blootgelegd en eventuele pijnpunten geïdentificeerd worden. Het model ne hanteerbaar en toepasbaar. Middels het model kan een woningcorporatie komen tot meest optimale invulling van de wettelijk criteria. Tevens biedt het model de mogelijkheid om eventuele pijnpunten te verbeteren om alsnog de succeskans van een herstructurering te vergroten. 4
6 Inhoudsopgave Pagina Samenvatting 3 Hoofdstuk 1 Inleiding Aanleiding Probleem- en vraagstelling Afbakening Deelvragen Onderzoeksmethodiek Onderzoeksrelevantie 14 Hoofdstuk 2 Woningcorporaties en binnenstedelijke herstructurering Literatuuronderzoek (wetenschappelijk) Woningcorporaties Binnenstedelijke herstructurering Aspecten bij binnenstedelijke herstructurering Recente ontwikkelingen woningcorporaties en binnenst. herstructurering Ontwikkelingen woningcorporaties Ontwikkelingen binnenstedelijke herstructurering Discussies binnen het domein van binnenst. herstructurering Model 38 Hoofdstuk 3 Casestudy en analyse Den Haag: Staedion Amsterdam: Rochdale Utrecht: Mitros Den Haag: Vestia Analyse onderzoeksresultaten 50 5
7 Hoofdstuk 4 Conclusie Conclusie 4.2 Discussie: kwaliteit onderzoeksresultaten Aanbevelingen tot vervolgonderzoek Persoonlijke reflectie 56 Bijlagen Bijlage 1 Model blanco Bijlage 2: Modellen casussen: Regentesse Zuid (GIT-terrein): Staedion Jeruzalem: Rochdale Kanaleneiland Noord-Noord (Mitros) Haga Morgenstond: Vestia 6
8 Hoofdstuk 1 Inleiding Binnenstedelijke herstructurering is een veelbesproken onderwerp, ook bij woningcorporaties. Het gaat bij een binnenstedelijke herstructurering om zowel fysieke als sociale, culturele, economische en maatschappelijke aspecten. Een succesvolle binnenstedelijke herstructurering heeft hiermee een belangrijke binnenstedelijke betekenis. Binnen het werkveld binnenstedelijke herstructurering zijn een paar ingrijpende ontwikkelingen in corporatieland gaande, die de visie op binnenstedelijke herstructurering aanzienlijk gaan beïnvloeden op zowel korte als lange termijn. Deze ontwikkelingen hebben invloed op de investeringsmogelijkheid en -bereidheid van corporaties om te blijven investeren in een binnenstedelijke herstructurering. Gezien de hedendaagse ontwikkelingen is het de vraag op welke wijze woningcorporaties hiermee om dienen te gaan. In 1.1 wordt nader ingegaan op de aanleiding van deze thesis. In 1.2 staat de vraagstelling beschreven, alsmede de deelvragen die leiden tot beantwoording van de vraagstelling. In 1.3 wordt de onderzoeksmethodiek omschreven, waarna in 1.4 deze thesis wordt verantwoord vanuit wetenschappelijk en maatschappelijk opzicht. In 1.5 staat een globale leeswijzer voor de gehele thesis omschreven. 1.1 Aanleiding Binnenstedelijke herstructurering is geen nieuw begrip. Zo sprak men in het verleden al over wederopbouw en krotopruiming. Onlangs is de politiek via de nota s stedelijke vernieuwing, Mensen, wensen, wonen, 56 wijken komen te spreken over de 40 Vogelaarwijken (De Jong, 2008). In veel wijken die zijn gebouwd tussen 1950 en 1980 staat momenteel de uitvoering van binnenstedelijke herstructurering centraal. Niet alleen in Vogelaarwijken, ook in tal van andere naoorlogse wijken werken vele partijen en bewoners volop aan de wijkverbetering, zodat deze wijken leefbaar en toekomstbestendig worden. Aangezien corporaties vaak grondposities hebben in gebieden waar een ruimtelijke ontwikkeling voornemens is, speelt een corporatie een cruciale rol in het voortraject van een dergelijk investeringsprogramma (De Vernieuwde Stad, 2011). Er zijn twee ingrijpende ontwikkelingen in corporatieland gaande, die de visie op binnenstedelijke herstructurering aanzienlijk gaan beïnvloeden op zowel korte als lange termijn. De eerste grote ontwikkeling betreft de verandering in financieringsarrangementen, waardoor de kasstromen en financierbaarheid van corporaties onder druk komt te staan. 7
9 Belangrijke oorzaak hiervoor is het niet meer voorhanden zijn van WSW-borging voor functies die geen Dienst van Algemeen of Economisch Belang (DAEB) zijn (WSW, 2012). Als gevolg hiervan zal er meer commercieel voorgefinancierd moeten worden. Aangezien er tegenwoordig in een binnenstedelijke herstructurering door de dalende opbrengsten steeds minder winst wordt gemaakt, is het de vraag of financiers bereid zijn om te financieren. Daarnaast worden er ook eisen gesteld aan de zogenaamde kruissubsidiering (Aedes, 2012). Eigen middelen die voortkomen uit DAEB-activiteiten mogen namelijk tot een bepaalde grens worden besteed aan niet-daeb-activiteiten. Financiers willen zekerheid en tegelijkertijd gecompenseerd worden voor de risico s die zij lopen. Vanuit die hoek ontstaat er dus druk op woningcorporaties om de risicoprocessen en financiële kwaliteit te verbeteren en daarop te sturen. De tweede grote verandering is de verandering van het verdienmodel van corporaties. Waar in het verleden een binnenstedelijke herstructurering een goede verdienmogelijkheid was, is het tegenwoordig financieel lastiger om een sluitende businesscase te behalen. Het verdienmodel van een corporatie bestond sinds de brutering (jaren negentig) uit grofweg huurinkomsten, waardestijging, bestaande woningen verkopen, binnenstedelijke herstructurering en treasury (Aedes, 2012). De stagnerende verkoop van corporatiewoningen, het overwegend inflatievolgend huurbeleid en de heffing per 2014 vragen echter om een verbetering van het verdienmodel voor corporaties. In het recente verleden hebben veel corporaties forse verliezen geleden met hun activiteiten in herstructurering. Dat blijkt bijvoorbeeld uit het rapport sectorbeeld realisaties woningcorporaties, geschreven door het Centraal Fonds voor de Volkshuisvesting (CFV, 2011). In dat rapport staat omschreven dat de activiteit projectontwikkeling heeft geleid tot in totaal 749 verbindingen in De activiteit projectontwikkeling heeft de meeste verbindingen ten opzichte van andere activiteiten zoals dienstverlening, tussenholding en vastgoedexploitatie. Er blijken in 2010 in totaal 122 toegelaten instellingen te zijn die samen bijna 322 miljoen verlies leden. Hiertegenover staan 83 toegelaten instellingen die samen ruim 41 miljoen winst maakten op de activiteiten bij hun verbindingen. Het verschil tussen beide bedragen resulteert in een saldo van ruim 280 miljoen verlies. Corporaties werden vaak door gemeentelijke en landelijke politiek aangemoedigd en gestimuleerd om hun vermogens in te zetten voor binnenstedelijke herstructurering. Helaas leidde dit daarbij regelmatig tot grote financiële missers, als gevolg van een gebrek aan deskundigheid en/of integriteit (Building Business, 2011). Dat de situatie ernstig is, blijkt ook wel uit de signalen van het Waarborgfonds Sociale Woningbouw over de toenemende schulden- en leningenportefeuille van corporaties en van het Centraal Fonds Volkshuisvesting over de 8
10 steeds zwakker wordende vermogenspositie van de sector. Deze ontwikkelingen vormen hiermee een ernstige bedreiging voor de toekomstige investeringsruimte van woningcorporaties (CFV, 2009). Corporaties zijn naar aanleiding hiervan hun blik naar projectontwikkeling aan het heroverwegen. (CFV, 2011) 1.2 Probleem- en vraagstelling De crisis raakt de vastgoedsector en de corporaties die zich toeleggen op herstructurering. De sturingspretentie van een corporatie bij een binnenstedelijke herstructurering staat op gespannen voet met de mogelijkheden van de realiteit (Building Business, 2010). Dat vraagt om meer professionaliteit van corporaties. Corporaties moeten met passende risicoprofielen blijven investeren in een binnenstedelijke herstructurering. De overweging om al dan niet in een binnenstedelijke herstructurering te investeren, vraagt dus om een zorgvuldige besluitvorming. Deze zorgvuldigheid is nodig zodat corporaties kunnen komen tot zelfreflectie in relatie tot de voorliggende opgave. Het proces van succesvolle verandering bestaat uit meerdere stappen (Kotter & Rathgeber, 2006). Als eerste dient er een gevoel van urgentie te zijn en dient er besef te zijn van de huidige problematiek. Vervolgens dient er een visie en strategie te zijn voor de toekomst. Het doel van deze scriptie is om een bijdrage te leveren aan deze laatstgenoemde stap. Gezien de uitdagingen waarvoor corporaties staan, komen we tot de volgende centrale vraag: Op welke wijze kan een woningcorporatie, gegeven de wettelijke kaders, optimaal participeren aan een binnenstedelijke herstructurering? Het doel hiervan is inzicht te krijgen in de overwegingen die een corporatie moet maken, teneinde optimaal te kunnen participeren in een binnenstedelijke herstructurering. Het onderzoek resulteert in een model waarmee kan worden onderzocht of participatie in een binnenstedelijke herstructurering voor een corporatie zinvol is of niet. Tevens kan met het model bepaald worden op welke wijze de participatie het meest optimaal vormgegeven wordt. Het model fungeert hiermee als pré-beslismodel voor de beslissers binnen een woningcorporatie. 9
11 1.3 Afbakening Met wijze wordt gedoeld op de overwegingen aan de voorkant van een binnenstedelijke herstructurering. Hiermee wordt gedoeld op de initiatieffase waarbij er een strategische overweging gemaakt dient te worden. In deze thesis worden met woningcorporaties toegelaten instellingen bedoeld die werkzaam zijn binnen het kader van het Besluit Beheer Sociale Huursector (BBSH). Met optimaal wordt gedoeld op een zo goed mogelijke invulling van de uitgangspunten waaraan woningcorporaties dienen te voldoen. De voornaamste wettelijke kaders zijn gegeven vanuit het BBSH en het CFV. In dit onderzoek zal onderzocht worden hoe deze wettelijke kaders in het model verwerkt kunnen worden. Met binnenstedelijke herstructurering wordt in algemene zin gedoeld op het door publieke en private partijen gebiedsgericht ontwikkelen van gebieden om deze weer duurzaam en vitaal te maken om zo bewoners de mogelijkheid te bieden om maatschappelijk verder te komen. Dit betekent grofweg een fysieke en sociale opgave. In dit onderzoek wordt de nadruk gelegd op het fysieke. Met het fysieke wordt gedoeld op de ruimtelijke vraagstukken die zich voordoen. 1.4 Deelvragen Hieronder staat per hoofdstuk aangegeven welke deelvragen beantwoord dienen te worden. Woningcorporaties en binnenstedelijke herstructurering (hoofdstuk 2) Het doel van hoofdstuk 2 is te komen tot een model dat empirisch toegepast kan worden in hoofdstuk 3. Alvorens het model is opgesteld, dienen eerst de volgende deelvragen beantwoord te worden: Wat zijn woningcorporaties en in hoeverre doen zij aan binnenstedelijke herstructurering? Wat is een binnenstedelijke herstructurering en wat zijn de kenmerken? Welke aspecten zijn relevant binnen een binnenstedelijke herstructurering en wat zijn de kenmerken daarvan? Welke ontwikkelingen doen zich voor binnen het domein van woningcorporaties? 10
12 Welke ontwikkelingen doen zich voor bij het domein van binnenstedelijke herstructurering? Welke wettenschappelijke discussies zijn er ten aanzien van de aspecten binnen een binnenstedelijke herstructurering en wat zijn de kenmerken daarvan? Welke modelmatige benadering dient een woningcorporatie te maken om optimaal te kunnen participeren in een binnenstedelijke herstructurering? Casestudy & analyse (hoofdstuk 3) Het doel van hoofdstuk 3 is om zowel het model (uit hoofdstuk 2) empirisch te toetsen als de onderzoeksresultaten te analyseren. In dit hoofdstuk staan de volgende deelvragen centraal: tot en met 3.4 Welke overwegingen heeft de corporatie gemaakt vooruitlopend op een binnenstedelijke herstructurering? Hoe verhouden de resultaten van de cases zich met het model? Conclusies en aanbevelingen (hoofdstuk 4) Het doel van dit hoofdstuk is om conclusies te trekken naar aanleiding van de onderzoeksresultaten en analyse van hoofdstuk 3. In hoofdstuk 4 staan de volgende deelvragen centraal: Welke conclusies kunnen worden getrokken over het model? Welke beperkingen kent het onderzoek? Welke aanbevelingen tot vervolgonderzoek zijn er? 1.5 Onderzoeksmethodiek Het onderzoek betreft een praktijkgericht wetenschappelijk onderzoek, waarvan de uitkomsten kunnen fungeren als strategisch advies. De theorie (T) resulteert in een model dat toegepast wordt in de praktijk (P). Pas nadat de (T) en (P) zijn uitgevoerd wordt in de analyse (A) onderzocht in hoeverre het model hanteerbaar is en of aanpassing nodig is. Theorie (hoofdstuk 2) Het eerste deel van het onderzoek bestaat uit literatuuronderzoek met als doel een theoretisch kader te ontwikkelen. De literatuur is geselecteerd vanuit het wettelijke oogpunt: BBSH en CFV. In hoofdstuk 2 zullen de wettelijke aspecten verder worden toegelicht. De (exploratieve) literatuurstudie is gericht op de theorie en wettenschappelijke discussies. Op het vlak van binnenstedelijke herstructurering is vrij veel literatuur voorhanden. Deze literatuur heeft echter niet altijd direct betrekking op de geformuleerde centrale vraag. Omdat binnenstedelijke herstructurering veel raakvlakken heeft met gebiedsontwikkeling, wordt in het theoretisch kader doorgeredeneerd vanuit 11
13 algemene theorie over gebiedsontwikkeling. Literatuur over gebiedsontwikkeling is namelijk genoeg voorhanden. Het literatuuronderzoek bestaat uit twee stappen. De eerste stap betreft een inventarisatie van wetenschappelijke literatuur. Hierdoor ontstaat een fundament waarop het onderzoek verder wordt gebouwd. Om de aansluiting met de maatschappelijke actualiteit te houden is er als tweede stap aandacht voor actuele discussies en opinies over gebiedsontwikkeling. Op deze wijze worden theorie en actualiteit met elkaar verbonden. Vanuit deze twee stappen wordt er doorgeredeneerd naar een model. Het model wordt in hoofdstuk 3 empirisch toegepast. Praktijk (3.1 tot en met 3.4) Het tweede deel van het onderzoek betreft een vergelijkende casestudy aangevuld met interviews. Het voordeel hiervan is dat er diepgaand en integraal inzicht wordt verkregen op de processen bij woningcorporaties die actief zijn op het vlak van binnenstedelijke herstructurering. Een ander voordeel van deze methode is dat bij een casestudy minder afstand tot de materie is vergeleken met (bijvoorbeeld) een kwantitatief survey. Daarnaast zullen de resultaten van een casestudy meer hanteerbaar zijn, wat ten goede komt aan de bruikbaarheid. Door deze aanpak wordt inzicht verworven in de verschillende variabelen die zich voordoen bij overwegingen binnen het domein van woningcorporaties en binnenstedelijke herstructurering. Deze aanpak heeft echter wel een schaduwzijde. Stokking (professor specialisatie methodologie) omschrijft dat de conclusies van casusonderzoek altijd beperkt generaliseerbaar zijn, aangezien het gebaseerd is op specifieke contextuele situaties (Stokking, 2003). Met dit gegeven zal in de analyse en conclusie van het onderzoek rekening worden gehouden. Bij het doorlopen van de casussen (3.1 tot en met 3.4) wordt een vast patroon gevolgd, namelijk het model dat in 2.3 wordt omschreven. De casussen worden afzonderlijk van elkaar bestudeerd. De onderzoeksresultaten worden in hoofdstuk 3 per casus beschreven. De onderzoeksresultaten worden in hoofdstuk 3 geanalyseerd (3.5). Hieronder worden de databronnen en selectie van onderzoekseenheden verantwoord: - Databronnen: de gewenste diepgang wordt verkregen door zogenaamde bronnentriangulatie, wat wil zeggen dat er gewerkt wordt met meerdere bronnen. Het interview is de belangrijkste databron. De te interviewen personen hebben een beslissende rol bij een binnenstedelijke herstructurering. Denk hierbij aan een ontwikkelingsmanager of een directeur/hoofd ontwikkeling. Indien de situatie daartoe aanleiding geeft, vindt er een aanvullend gesprek plaats met een projectmanager om zo benodigde aanvullende data te verkrijgen. Tijdens de interviews is er ruimte voor discussie en toelichting om zo misinterpretaties te voorkomen. Het voordeel hiervan is dat er dan interactie kan plaatsvinden met de ondervraagde. Zo kan er toelichting gegeven worden bij een vraag en/of antwoord en kan er (n.a.v. bijvoorbeeld gezichtsexpressie of lichaamstaal) gezocht worden 12
14 naar aanvullende (relevante) vragen. Een interview kan hiermee bijdragen aan een betere interpretatie van de case. Het praktijkonderzoek heeft hiermee een open benadering omdat op deze wijze meerdere onderwerpen en dwarsverbanden binnen de context onderzocht worden. Overige databronnen zijn besluitvormingsdocumenten, internet en de vakbladen. Het interview vindt individueel en face to face plaats; - Selectie onderzoekseenheden: de onderzoekseenheden betreffen woningcorporaties. Bij de voorselectie van woningcorporaties staat de centrale vraag centraal. Een willekeurige steekproef komt namelijk niet ten goede aan de externe geldigheid van onderzoeksresultaten. Er wordt in dit onderzoek gekozen voor corporaties die globaal veel op elkaar lijken (minimale variatie). Bij sterke verschillen tussen woningcorporaties is het namelijk lastiger om tot algemene beschrijvende uitspraken te komen. De minimale variatie wordt ondervangen door woningcorporaties te kiezen die zich allen bevinden in regio s/gebieden die de komende jaren zeer waarschijnlijk te maken krijgen met een bevolkingsgroei en een verandering in bevolkingssamenstelling. Een binnenstedelijke herstructurering heeft namelijk in dergelijke gebieden meer kans en noodzaak omdat juist die gebieden te maken krijgen met ruimtelijke vraagstukken. Er bestaat echter op dit moment veel onzekerheid over de toekomstige ontwikkeling van de woningmarkt. Zo blijkt ook uit de Ruimtelijke Verkenning 2011 Nederland in 2040: een land van regio s, van het Planbureau voor de Leefomgeving. Desalniettemin staan in de beschikbare literatuur meerdere bevindingen waaruit blijkt welke gebieden in de toekomst te maken gaan krijgen met demografische veranderingen. Zo kan uit onderzoek van ABF research worden geconcludeerd dat het regionaal woningtekort als percentage van het aantal huishoudens in 2020 zich voornamelijk concentreert in de regio s Amsterdam, Utrecht en Den Haag (ABF research, 2012). Op onderstaande afbeelding staat dit weergegeven met rood en oranje. Afbeelding 1.1: regionaal woningtekort als percentage van het aantal huishoudens in
15 Ook Marlet concludeert dat deze gebieden te maken krijgen met een veranderende bevolkingssamenstelling. Als gevolg hiervan zullen zich ruimtelijke vraagstukken voordoen. In dergelijke gebieden kan een corporatie bijvoorbeeld interesse van commerciële beleggers benutten, waarmee ze liquide middelen creëren voor investeringen in de herontwikkeling van de woningmarkt. Dit blijkt ook uit onderzoek van de Amsterdam School of Real Estate, waarin is geconcludeerd dat financiers een (andere) rol hebben in regio s met een toename in bevolkingssamenstelling vanwege een ander risicoprofiel (Schilder e.a., 2012). Deze thesis richt zich daarom op steden waar de komende jaren zeer waarschijnlijk een verandering zal plaatsvinden qua bevolkingsgroei (toename) en bevolkingssamenstelling. Op basis van voorgaande wordt het onderzoek gebaseerd op corporaties in de steden Den Haag. Amsterdam en Utrecht. Uit deze steden wordt een selectie van in totaal 4 corporaties gemaakt. Uit iedere plaats werd minimaal 1 woningcorporatie geselecteerd die enerzijds actief is op het gebied van binnenstedelijke herstructurering en anderzijds bereid is om deel te nemen aan dit onderzoek. Zodra de woningcorporaties geselecteerd zijn wordt er per woningcorporatie één herstructureringscasus geselecteerd. De criteria die werden gesteld bij de casusselectie waren: 1) het project bevind zich in de initiatieffase, en; 2) de herstructurering is gelegen in bestaand binnenstedelijk gebied. Analyse (3.5) In 3.5 worden de bevindingen uit de casestudy geanalyseerd. Op basis hiervan worden in hoofdstuk 4 conclusies worden getrokken ten aanzien van de centrale vraag. 1.6 Onderzoeksrelevantie Het onderzoek heeft zowel maatschappelijke als wetenschappelijke relevantie. Maatschappelijk De schaduwzijde van herstructureringen zijn de complexiteit en de vele risico s die dergelijke opgaven met zich meenemen. Dat komt onder meer door de vele betrokken actoren, de hoge investeringen, de zittende huurders en de binnenstedelijke situatie. Partijen zijn bij een herstructurering tot elkaar veroordeeld voor een langere periode. Iedere partij heeft haar eigen belang, wat bij samenwerkingen kan leiden tot complexiteit en als gevolg daarvan tot mogelijk slechte resultaten. Samenwerkingsprocessen verlopen geregeld stroef, omdat partijen niet altijd complementair zijn. In geval van stagnatie van herstructureringen dreigen meerdere publieke en private belangen ernstig in het nauw te 14
16 komen. Herstructureringen zijn trajecten waarvan de uitkomst niet altijd bekend is. Het is dus van belang dat er in het proces een zorgvuldige overweging plaatsvindt. Wetenschappelijk In de wetenschappelijke literatuur is veel geschreven over instrumenten voor het managen van processen. Deze theorieën zijn echter niet allemaal toereikend voor corporaties omdat deze instrumenten slechts ingaan op de methode. De toepasbaarheid (in relatie tot de context) wordt geregeld buiten beschouwing gelaten. Herstructureringen hebben echter een specifieke context gezien de vele externe variabelen die invloed hebben op de interne processen van de corporatie. Aangezien de huidige theorieën over sturingsinstrumenten niet toereikend zijn, zal deze scriptie een leemte opvullen tussen theorie en praktijk. De onderzoeksresultaten zullen inzicht geven in de wijze waarop een corporatie haar overweging beter kan uitvoeren door vroegtijdige integratie van meerdere aspecten. 15
17 Hoofdstuk 2 Woningcorporaties en binnenstedelijke herstructurering Het doel van dit hoofdstuk is te komen tot een model, dat in hoofdstuk 3 empirisch wordt toegepast middels een casestudy. Om te komen tot dat model worden in dit hoofdstuk de bevindingen uit de literatuurstudie omschreven. Tevens wordt omschreven welke wetenschappelijke discussies er op dit moment zijn over het domein van woningcorporaties en binnenstedelijke herstructurering. De literatuur wordt geselecteerd op relevantie rekening houdende met de onderzoeksvraag. Het wettelijke kaders van corporaties geldt hierbij als raamwerk. Dit hoofdstuk bestaat uit drie delen. Eerst zal vanuit de beschikbare literatuur beschreven worden op welke wijze corporaties invulling geven aan hun rol bij binnenstedelijke herstructurering (2.1). Hierbij komen zowel wettelijke als inhoudelijke aspecten aan bod. Vervolgens wordt een weergave beschreven van enkele wetenschappelijke discussies, gebaseerd op vakliteratuur, forums en congressen (2.2). In 2.3 wordt het model toegelicht middels de bevindingen uit paragraaf 2.1 en 2.2. Het model is het vertrekpunt voor de empirische toetsing in hoofdstuk Literatuuronderzoek Het doel van deze paragraaf is inzicht te geven in de bevindingen uit de literatuurstudie. In wordt omschreven wat woningcorporaties zijn en wat zij doen aan binnenstedelijke herstructurering. In wordt omschreven wat een binnenstedelijke herstructurering is en wat de kenmerken daarvan zijn. In wordt beschreven welke aspecten relevant zijn bij een binnenstedelijke herstructurering Woningcorporaties In deze paragraaf (2.1.1) wordt omschreven (a) wat woningcorporaties tegenwoordig doen; (b) in hoeverre zij actief zijn op het gebied van binnenstedelijke herstructurering; (c) welke ontwikkelingen zich op dit moment voordoen, en; (d) welke ontwikkelingen op de woningmarkt invloed hebben op de activiteiten van woningcorporaties. 16
18 a) Corporaties heden ten dage Woningcorporaties zijn verenigingen of stichtingen die zich tot doel stellen werkzaam te zijn in het belang van de volkshuisvesting. Deze organisaties kunnen krachtens de Woningwet de status van toegelaten instelling krijgen. De voornaamste eis om tot deze sector te worden toegelaten, is dat de doelstelling van de instelling is: het voorzien in huisvesting voor mensen die niet of onvoldoende in staat zijn daar op eigen kracht in te voorzien (BBSH, 2012). Ze spelen tevens een actieve rol in projecten die de leefbaarheid bevorderen. De Rijksoverheid stelt de spelregels op voor de woningcorporaties en houdt toezicht op hun activiteiten (BZK, 2012). Ultimo 2012 zijn er 455 toegelaten instellingen, variërend in grootte van 22 woongelegenheden tot circa woongelegenheden. De grootste woningcorporaties van Nederland hebben een balanstotaal van miljarden euro s en een omzet van honderden miljoenen euro s. Nederland heeft 7 miljoen woningen, waarvan er 2,4 miljoen eigendom zijn van corporaties (Aedes, 2012). Corporaties dienen werkzaam te zijn in het kader van het Besluit Beheer Sociale Huursector (hierna te noemen BBSH). Het BBSH regelt de taken van (en het toezicht op) sociale verhuurders. Corporaties die tot de toegelaten instellingen behoren, worden achteraf toegepast op hun functioneren en de geleverde volkshuisvestelijke prestaties. Het BBSH hanteert een zestal taakvelden (BBSH): 1 bouwen, aan- en verkopen en exploiteren van sociale huurwoningen; 2 investeren in leefbaarheid van buurten en wijken; 3 zorgdragen voor huisvesting van ouderen en gehandicapten (wonen en zorg); 4 instandhouden van de kwaliteit van het bezit; 5 zorgdragen van de financiële continuïteit; 6 betrekken van bewoners bij beleid en beheer. In het corporatiespeelveld is er naast het BBSH nog een andere belangrijke speler te identificeren, namelijk het Centraal Fonds voor de Volkshuisvesting (hierna te noemen CFV). Het CFV houdt financieel toezicht. Het CFV formuleert zijn rollen zowel als toezichthouder als steunverlener: - Toezichthouder: het Centraal Fonds Volkshuisvesting is de financiële toezichthouder voor de woningcorporatiesector; - Steunverlener: het Fonds fungeert sinds 1988 als saneringsfonds voor woningcorporaties. Als woningcorporaties niet beschikken over de noodzakelijke financiële middelen kunnen zij een beroep doen op de saneringsteun van het Fonds. 17
19 Het CFV houdt tezamen met de minister van Binnenlandse zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) extern toezicht. Het intern toezicht wordt verzorgd door de Raad van Commissarissen en de Raad van Toezicht van de corporatie (Aedes, 2012). b) Woningcorporaties en binnenstedelijke herstructurering Om hun taakvelden vanuit de BBSH optimaal in te vullen, zijn corporaties ook actief op het gebied van binnenstedelijke herstructurering. Binnenstedelijke herstructurering kan worden gedefinieerd als: het door publieke en private partijen gebiedsgericht ontwikkelen van het wonen, de woonomgeving en de leefomgeving in wijken en buurten om ze duurzaam vitaal te maken en haar bewoners de mogelijkheid te bieden maatschappelijk vooruit te komen (VROM, 2012). Binnenstedelijke herstructurering is hiermee een variant van project- en of gebiedsontwikkeling. Het is inmiddels steeds meer een gebruikelijke activiteit geworden van woningcorporaties (CFV, 2012). Middels dergelijke activiteiten worden enerzijds strategische doelstellingen behaald en anderzijds middelen gecreëerd die ingezet kunnen worden voor de te behalen doelstellingen. Bij een binnenstedelijke herstructurering wordt de voorraad verduurzaamd en wordt de binnenstedelijke vernieuwing krachtig vormgegeven. Met werkzaamheden op het gebied van binnenstedelijke herstructurering krijgen corporaties te maken met andere vraagstukken dan ze van oudsher gewend zijn. Ooit werden corporaties immers opgericht om te zorgen voor voldoende sociale huurwoningen. De samenleving kreeg echter minder behoefte aan alleen sociale huurwoningen (Aedes, 2012) waardoor de taak van corporaties verschoof naar de herontwikkeling van woonwijken en het bouwen van koopwoningen. Onder een gunstig economisch klimaat groeide hierbij het vermogen. c) Ontwikkelingen corporaties en binnenstedelijke herstructureringen Een aantal corporaties heeft zich de afgelopen jaren gericht op het ontwikkelen van koopwoningen en ander vastgoed. Sommige corporaties hebben daarbij ook projecten van ontwikkelaars gekocht en in grond geïnvesteerd. Deze corporaties hebben te maken met onverkochte voorraden en het afboeken van grondposities (CFV, 2011). Hierdoor wordt de solvabiliteit van de onderneming aangetast. De investeringsmogelijkheden van corporaties komen naar verwachting nog verder onder druk te staan door een stijging van onderhoudslasten, zeker als deze op jaarbasis procentueel sterker stijgen dan de huur, en door een stijging van de kapitaalmarktrente (CFV, 2011). Woningcorporaties konden voorheen gebruik maken van faciliteiten die door de overheid werden aangeboden. Het betrof hier faciliteiten zoals vrijstelling vennootschapsbelasting, 18
20 vrijstelling leges, vrijstelling overdrachtsbelasting en goedkope grondprijzen (Aedes, 2012). Deze voordelen zijn er niet meer. Daarnaast is het speelveld van de BBSH nog meer aangepast. Dit onder druk van Brussel om een gelijk speelveld ( level playing field ) te creëren voor de corporaties ten opzichte van commerciële vastgoedpartijen. Kernpunten van die discussie zijn dat de commerciële activiteiten dienen te vallen onder de vennootschapsbelasting en dat er geen WSW-borging mogelijk is voor commerciële activiteiten. Wijzigingen in de wet- en regelgeving, in combinatie met huidige en verwachte marktontwikkelingen, beperken het investeringsvermogen en de terugverdienmogelijkheden van de corporatiesector. d) Ontwikkelingen woningmarkt De verwachting is dat de economische crisis nog lang zal doorwerken (Van Duijn, 2011). De economische crisis leidt immers tot sterk teruglopende overheidsinkomsten en daardoor tot sterk oplopende tekorten en schulden. Hierdoor zal er door de overheid meer bezuinigd moeten worden, wat een negatieve invloed heeft op de inkomens en hiermee koopkracht van gezinnen. Gezinnen kunnen vervolgens minder lenen terwijl de banken voorzichtiger zijn geworden. Het effect zal zijn dat de huizenprijzen verder onder druk komen te staan. Omdat de hypotheekrenteaftrek een kostbaar subsidiestelsel is, ligt een uitfasering van de hypotheekrenteaftrek op de loer (Van Duijn, 2011). Samenvatting paragraaf Woningcorporaties zijn werkzaam in het belang van de volkshuisvesting. Ze dienen werkzaam te zijn binnen het kader van de BBSH. Dit houdt ondermeer in dat er naast de focus op sociale huurwoningen ook aandacht besteed wordt aan investeringen in leefbaarheid, wonen en zorg, kwaliteit van het bezit, financiële continuïteit en bewonersparticipatie. Woningcorporaties vallen onder het financieel toezicht van het CFV, dat de rol heeft van toezichthouder en steunverlener. Om de taakvelden vanuit de BBSH optimaal in te vullen, zijn corporaties geregeld actief op het gebied van binnenstedelijke herstructurering. Dit staat echter sterk onder druk. Ten eerste omdat majeure investeringen invloed hebben op de solvabiliteit en hiermee investeringsruimte van corporaties; ten tweede omdat de eerder omschreven voordelen van woningcorporaties volledig zijn vervallen. Daarnaast is het de verwachting dat de huidige economische crisis nog lang een negatief effect zal hebben op de woningmarkt. Doordat de overheidsinkomsten teruglopen, komen overheidsbijdragen steeds meer onder druk te staan. 19
Gewoon goed. wonen WONINGSTICHTING BUITENLUST ONDERNEMINGSPLAN
Gewoon goed wonen WONINGSTICHTING BUITENLUST ONDERNEMINGSPLAN 2014-2018 2 WONINGSTICHTING BUITENLUST Hierbij presenteren wij met veel plezier ons ondernemingsplan 2014-2018 met als titel: GEWOON GOED WONEN
Nadere informatieEcht thuis. Ondernemingsplan 2011-2015
Echt thuis Ondernemingsplan 2011-2015 2 INLEIDING Mooiland is een woningcorporatie met circa 27.000 woningen verspreid over ruim 150 gemeenten in heel Nederland. Daarmee zijn wij een van de twintig grootste
Nadere informatieWSW trendanalyse woningcorporaties 2013-2017
WSW trendanalyse woningcorporaties 2013-2017 Risico s voor borgstelsel nemen toe Corporaties nemen maatregelen om de financiële conti - nuïteit te waarborgen. Dit is het gevolg van de overheidsmaatregelen
Nadere informatieEen gemengd woningfonds
Een gemengd woningfonds Cathelijne van den Berg 1/43 Inhoudsopgave Introductie Opzet onderzoek Literatuurstudie Onderzoeksresultaten Conclusie & aanbevelingen 2/43 Introductie Housing Woningcorporaties
Nadere informatieIlta van der Mast Naar een nieuw systeem van sociale volkshuisvesting
Ilta van der Mast Naar een nieuw systeem van sociale volkshuisvesting De wijze waarop de woningmarkt nu georganiseerd is met 2,4 miljoen sociale huurwoningen is niet meer houdbaar. We zullen naar een systeemverandering
Nadere informatieDomein en financiering
Congres 19-04-2011 Domein en financiering 1. Keuzes voor de toekomst De komende periode worden besluiten genomen die cruciaal zijn voor de toekomst van corporaties. De Europese Beschikking en de daaruit
Nadere informatieDe woning(beleggings)markt in beeld 2016
Research A Capital Value production De woning(beleggings)markt in beeld 2016 Samenvatting Ondanks de grote vraag krimpt de voorraad huurwoningen als er geen verdere maatregelen worden genomen. Er wordt
Nadere informatieAan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag
> Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Directoraat-Generaal Wonen en Bouwen Directie Woningmarkt Postbus 20011
Nadere informatieResolutie Corporatiesector
Resolutie Corporatiesector Indiener: Woordvoerder: Auteurs: David Struik (PC Wonen en Ruimtelijke Ordening) David Struik (PC Wonen en Ruimtelijke Ordening) Maarten van t Hek, Paul Le Doux, David Struik,
Nadere informatieMODEL SWOT ANALYSUS REAL ESTATE SWOT-ANALYSUS REAL ESTATE TOELICHTING EN HANDLEIDING
MODEL SWOT ANALYSUS REAL ESTATE SWOT-ANALYSUS REAL ESTATE TOELICHTING EN HANDLEIDING PORTEFEUILLEMANAGEMENT EN SWOT ANALYSE Portefeuillemanagement is een dynamisch proces waarbij telkens opnieuw geanalyseerd,
Nadere informatieCollegebesluit Collegevergadering: 11 december 2018
ONDERWERP Prestatieafspraken 2019 SAMENVATTING Gemeente, de Heemsteedse woningcorporaties Elan Wonen en Pre Wonen en hun huurdersorganisaties Bewonersraad Elan Wonen en Bewonerskern Pre streven een gemeenschappelijk
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 29 453 Woningcorporaties Nr. 337 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR WONEN EN RIJKSDIENST Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den
Nadere informatieSamenvattend overzicht bod corporaties reactie gemeente
Samenvattend overzicht bod corporaties reactie gemeente In deze bijlage wordt per thema aangegeven wat gezamenlijk en daarnaast wat afzonderlijk door de corporaties dan wel de gemeente (aanvullend) is
Nadere informatieActiviteitenoverzicht Midden-Groningen 2019
ACTIVITEITENOVERZICHT 2019 MIDDEN-GRONINGEN juni 2018 1. INLEIDING Voor u ligt het activiteitenoverzicht 2019 van Actium aan de gemeente Midden-Groningen, met daarin de voorgenomen activiteiten van Actium
Nadere informatieWoningwet woningcorporaties en gemeenten. Informatie voor gemeenten. de piketpalen gaan nu de grond in
Woningwet 2015 woningcorporaties en gemeenten Informatie voor gemeenten de piketpalen gaan nu de grond in drs. ad hereijgers april 2016 drs. ton streppel 1 Inhoud informatie over gemeente en Woningwet
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 32 847 Integrale visie op de woningmarkt Nr. 64 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR WONEN EN RIJKSDIENST Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Nadere informatieHuurinkomsten van corporaties, De gevolgen van het regeerakkoord
Huurinkomsten van corporaties, 2012 2021. De gevolgen van het regeerakkoord Johan Conijn & Wolter Achterveld Inleiding Op verzoek van Aedes heeft Ortec Finance de financiële gevolgen van het regeerakkoord
Nadere informatieDe Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag
> Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Rijnstraat 8 Den Haag Postbus 20011 2500 EA Den Haag Uw kenmerk 2012Z15612
Nadere informatieVooruit naar de oorsprong
Vooruit naar de oorsprong strategisch kader 2014-2016 1 Strategisch kader in 12 puntjes 1 We zien goed en plezierig wonen als basis van bestaan 2 We bieden mensen met lagere inkomens goede, passende woonruimte
Nadere informatievrom030224 Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 11 april 2003
vrom030224 Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 11 april 2003 Hierbij bied ik u de antwoorden aan op de vragen d.d. 12 maart jl. gesteld door de commissie voor Volkshuisvesting,
Nadere informatieHelp, een wooncoöperatie!
Help, een wooncoöperatie! Naar een nieuw segment op de woningmarkt Tineke Lupi, (Platform31) Hanno van Megchelen (Coöperatie Roggeveenstraat) Richelle Krens (Haag Wonen) en Ludolf de Boer (Gemeente Den
Nadere informatieInvloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting
xvii Invloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting Samenvatting IT uitbesteding doet er niet toe vanuit het perspectief aansluiting tussen bedrijfsvoering en IT Dit proefschrift is het
Nadere informatieDatum 27 november 2009 Betreft Oordeelsbrief 2009. Geacht bestuur,
L0705 Veenendaalse Woningstichting t.a.v. het bestuur Postbus 168 3900 AD VEENENDAAL Rijnstraat 8 Postbus 30941 2500 GX Den Haag www.vrom.nl Datum 27 november 2009 Betreft Oordeelsbrief 2009 Geacht bestuur,
Nadere informatieKWALITEITSPROFIEL RVC WONEN VIER- LINGSBEEK
KWALITEITSPROFIEL RVC WONEN VIER- LINGSBEEK ALGEMEEN Woningstichting Wonen Vierlingsbeek is een kleine woningcorporatie (ca. 500 vhe) met een sterke lokale binding. De stichting wordt bestuurd door een
Nadere informatieNotitie over het scheidings- en splitsingsvoorstel
Notitie over het scheidings- en splitsingsvoorstel Scheidings- en splitsingsvoorstel van woningcorporaties Stek (incl. Warmunda) en Vooruitgang In september 2016 is een scheidings- en splitsingsvoorstel
Nadere informatieVisie op toezicht Raad van commissarissen WBO Wonen
Visie op toezicht Raad van commissarissen WBO Wonen Versie: september 2018 Vastgesteld door raad van commissarissen en bestuur: 19 november 2018 Inleiding Met de invoering van de Woningwet per 1 juli 2015
Nadere informatieMEMO HERZIENING WONINGWET
MEMO HERZIENING WONINGWET Nieuwe corporatiebestel van kracht op 1 juli 2015 Op 17 maart 2015 heeft de Eerste Kamer unaniem ingestemd met de gewijzigde Woningwet 1 die tot doel heeft het functioneren van
Nadere informatieInvesteringen in de woningmarkt
Investeringen in de woningmarkt Woningcorporaties hebben de sleutel in hadden, als het om gaat de woningnood in de stedelijke gebieden te helpen terugbrengen. De woningcorporaties van De Vernieuwde Stad
Nadere informatieDE SLAG OM HET MIDDENVELD. Johan Conijn 16 mei 2019, Den Bosch
DE SLAG OM HET MIDDENVELD Johan Conijn 16 mei 2019, Den Bosch AANGENOMEN MOTIE RONNES 2 APRIL 2019 Behandeling Wet maatregelen middenhuur: dat de bouw van middenhuurwoningen door marktpartijen nauwelijks
Nadere informatieBrief van de minister voor Wonen en Rijksdienst
27926 Huurbeleid Nr. 216 Herdruk 1 Brief van de minister voor Wonen en Rijksdienst Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 21 maart 2014 Hierbij doe ik u het volgende toekomen:
Nadere informatieWorkspace Design Onderzoeksopzet voor SOZAWE
Workspace Design Onderzoeksopzet voor SOZAWE Datum: 16 december 2010 Ir. Jan Gerard Hoendervanger Docent-onderzoeker Lectoraat Vastgoed Kenniscentrum Gebiedsontwikkeling NoorderRuimte Hanzehogeschool Groningen
Nadere informatieProfielschets van de omvang en samenstelling van de Raad van Commissarissen en zijn leden.
Bijlage a Profielschets van de omvang en samenstelling van de Raad van Commissarissen en zijn leden. De functie van de Raad van Commissarissen. In deze profielschets wordt eerst ingegaan op de achtergronden
Nadere informatieVisie op besturen en toezicht houden
Visie op besturen en toezicht houden Vastgesteld door directeur-bestuurder en raad van commissarissen op 14 februari 2018 Inleiding De nieuwe woningwet die op 1 juli 2015 in werking is getreden en de nieuwe
Nadere informatieToezichtkader Raad van Commissarissen. Stichting Woningcorporatie Plicht Getrouw. Identificatie:
Toezichtkader Raad van Commissarissen Stichting Woningcorporatie Plicht Getrouw Identificatie: Versie: februari 2019 Vastgesteld in vergadering RvC d.d.: 18 februari 2019 Gecommuniceerd met Bestuur: februari
Nadere informatieCorporatie in Perspectief
Samenvatting CFV 2010 Corporatie in Perspectief L0278 Zaanstad Samenvatting Corporatie in Perspectief Ter introductie In Corporatie in Perspectief is te zien hoe de volkshuisvestelijke en financiële kengetallen
Nadere informatieAan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus EA Den Haag
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag DG Bestuur en Wonen www.rijksoverheid.nl www.facebook.com/minbzk www.twitter.com/minbzk Uw kenmerk Datum 15 december
Nadere informatieCorporatie in Perspectief
Samenvatting CFV 2011 Corporatie in Perspectief L0151 Eindhoven Samenvatting Corporatie in Perspectief Ter introductie In Corporatie in Perspectief is te zien hoe de volkshuisvestelijke en financiële
Nadere informatieBeleggers in gebiedsontwikkeling
Beleggers in Incentives en belemmeringen voor een actieve rol van institutionele beleggers bij de herontwikkeling van binnenstedelijke gebieden P5 presentatie april 2015 Pelle Steigenga Technische Universiteit
Nadere informatieOp 19 mei 2014 stelde u ons college schriftelijke vragen over de verkoop van huurwoningen door Vestia.
De heer P. Beeldman Westeinde 12 2841 BV MOORDRECHT ** verzenddatum 27 mei 2014 onderwerp uw kenmerk bijlage afdeling VROM behandeld door J.D. Lindeman telefoon 0180-639976 Geachte heer Beeldman, Op 19
Nadere informatieKiezen, Delen én Doen Samen voor een sterke woningmarkt. platform woningcorporaties noord-holland noord
Kiezen, Delen én Doen Samen voor een sterke woningmarkt platform woningcorporaties noord-holland noord Voorwoord Op 15 december 2011 is door ruim 20 corporaties uit de subregio s Noordkop, West-Friesland,
Nadere informatieGewijzigd op: 12-6-2014 10:23. Petten, 4 juni 2014. Het ministerie van BZK. Afdeling Policy Studies ECN-N--14-015. Van Tigchelaar, C. Aan.
Petten, 4 juni 2014 Afdeling Policy Studies Van Tigchelaar, C. Aan Het ministerie van BZK Kopie Onderwerp Nulmeting subsidieregeling voor verhuurders Aanleiding In het Nationaal energieakkoord is met de
Nadere informatieMarleen van de Westelaken Vincent Peters Informatie over Participatieve Methoden
HANDOUT SCENARIO-ONTWIKKELING Marleen van de Westelaken Vincent Peters Informatie over Participatieve Methoden SCENARIO-ONTWIKKELING I n h o u d Scenario-ontwikkeling 1 1 Wat zijn scenario s? 1 2 Waarom
Nadere informatieAan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 20 april 2018 Rapportage plancapaciteit
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Turfmarkt 147 Den Haag Postbus 20011 2500 EA Den Haag www.rijksoverheid.nl
Nadere informatieRisico s in grondexploitatie. Gemeente Súdwest-Fryslân. Rekenkamer Súdwest-Fryslân. Maart 2012
Risico s in grondexploitatie Gemeente Súdwest-Fryslân Rekenkamer Súdwest-Fryslân Maart 2012 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1: Opzet van onderzoek 2 Hoofdstuk 1: Opzet van onderzoek 1.1 Inleiding en aanleiding
Nadere informatieQuick Scan Integrale Stedelijke Vernieuwing tot 2020
Quick Scan Integrale Stedelijke Vernieuwing tot 2020 De Vernieuwde Stad CONCEPT In opdracht van De Vernieuwde Stad Anke Kilian-Polhuis Martijn van Veelen December 2006 Rapportnummer: 95150 RIGO Research
Nadere informatieDatum: 3 maart 2014 Betreft: consultatie-versie van de novelle op de Herzieningswet toegelaten instellingen. Geachte heer Blok,
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Aan de Minister voor Wonen en Rijksdienst de heer drs. S.A. Blok Postbus 20011 2500 EA DEN HAAG Datum: 3 maart 2014 Betreft: consultatie-versie
Nadere informatieVOORBEELD. Verkoop van huurwoningen. De nieuwe regels voor verkoop van sociale huurwoningen. Derde (geheel herziene) druk, april 2014
Verkoop van huurwoningen De nieuwe regels voor verkoop van sociale huurwoningen Derde (geheel herziene) druk, april 2014 VERKOOP VAN HUURWONINGEN De nieuwe regels voor verkoop van sociale huurwoningen
Nadere informatieEen brede kijk op onderwijskwaliteit Samenvatting
Een brede kijk op onderwijskwaliteit E e n o n d e r z o e k n a a r p e r c e p t i e s o p o n d e r w i j s k w a l i t e i t b i n n e n S t i c h t i n g U N 1 E K Samenvatting Hester Hill-Veen, Erasmus
Nadere informatieVOORBEELD OPLEIDINGSPROGRAMMA BESTUUR EN/OF RAAD VAN TOEZICHT
VOORBEELD OPLEIDINGSPROGRAMMA BESTUUR EN/OF RAAD VAN TOEZICHT Inleiding Door de ontwikkelingen bij woningcorporaties worden de bestuurlijke organen gedwongen om zich te professionaliseren. Een bestuurder
Nadere informatieWoningwet Tekst en uitleg voor huurdersorganisaties. Tweede druk, februari 2016
Woningwet 2015 Tekst en uitleg voor huurdersorganisaties Tweede druk, februari 2016 WONINGWET 2015 Tweede druk, februari 2016 2016 Nederlandse Woonbond Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave
Nadere informatieStichting Futura Impact Europadossier t.b.v. toezichthouders
Sectorgroep Woningcorporaties Stichting Futura Impact Europadossier t.b.v. toezichthouders PwC Agenda Waar gaat het om? Financiële gevolgen Onderwerpen voor nadere uitwerking Conclusies Slide 2 Waar gaat
Nadere informatieConvenant betreffende een financiële impuls ten behoeve van de Kwaliteitssprong Rotterdam Zuid (2012-2015).
Convenant betreffende een financiële impuls ten behoeve van de Kwaliteitssprong Rotterdam Zuid (2012-2015). - Preambule - Partijen, De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, handelend
Nadere informatieToezicht- en toetsingskader
Toezicht- en toetsingskader Woonstichting Hulst hecht veel waarde aan goed bestuur (governance). Het doel van governance is het scheppen van waarborgen voor realisatie van de (maatschappelijke) doelstellingen,
Nadere informatieAan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Postbus EA Den Haag
Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag www.rijksoverheid.nl www.facebook.com/minbzk www.twitter.com/minbzk Uw kenmerk 2019Z00755 Datum 14 februari 2019
Nadere informatiePublicaties Stadsdeelbestuur 2010
Publicaties Stadsdeelbestuur 2010 Stadsdeelraad Vergaderstukken/raadsvoorstellen 28 september 2010-r Voorstel van Raadsleden Van Lissum en De Meij (VVD) over Effecten van Europese maatregel voor huishoudens
Nadere informatieDe woningcorporatiesector in beeld 2016
De woningcorporatiesector in beeld 1 De Autoriteit woningcorporaties (Aw) brengt jaarlijks de financiële positie en prestaties van de woningcorporatiesector in beeld. Dit gebeurt op basis van de cijfers
Nadere informatieDe Vrom-raad: Tijd voor keuzes en Stap voor Stap
Hervorming van de woningmarkt? De Vrom-raad: Tijd voor keuzes en Stap voor Stap Peter Boelhouwer, Onderzoeksinstituut OTB 15-06-2010 Challenge the future Inhoud Disfunctioneren Nederlandse woningmarkt
Nadere informatieToezichts- en Toetsingskader van de Veenendaalse Woningstichting
Toezichts- en Toetsingskader van de Veenendaalse Woningstichting Vastgesteld in de vergadering van de Raad van Commissarissen d.d. 22 november 2017 Inhoud 1 Samenvatting... 3 2 Aanleiding en inleiding...
Nadere informatieZienswijze op concept woonvisie 2015 2020
Zienswijze op concept woonvisie 2015 2020 Meppel, 7-7-2015 Geacht college, De Huurdersvereniging Meppel heeft als belanghebbende de concept woonvisie 2015 2020 van u ontvangen. Waarvoor onze hartelijke
Nadere informatieKadernota Vastgoed 2015
Kadernota Vastgoed 2015 1 Inhoudsopgave Inleiding 3 Belang voor Vastgoed in Deventer 3 Gemeentelijke doelstellingen 3 Programma s 3 Vastgoedportefeuille 3 Strategisch 3 Niet-strategisch 4 Concernhuisvesting
Nadere informatieNederlandse samenvatting (Summary in Dutch)
Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch) 159 Ouders spelen een cruciale rol in het ondersteunen van participatie van kinderen [1]. Participatie, door de Wereldgezondheidsorganisatie gedefinieerd als
Nadere informatieEen eigen(wijze) kijk op financiële sturing. Aedes Corporatiedag 2012. - Welkomst dia bij binnenkomst.
Een eigen(wijze) kijk op financiële sturing. Aedes Corporatiedag 2012 - Welkomst dia bij binnenkomst. 1 Een eigen(wijze) kijk op financiële sturing Thom Wolters Gert Boels 2 Introductie Aanleiding Introductie
Nadere informatieAdvies. Bewoners Advies Groep. Begroting 2014
Advies Bewoners Advies Groep Begroting 2014 November 2013 Het advies in hoofdlijn: 1. De ambitie van Nijestee moet vooral gericht zijn op de kerntaken, goede en betaalbare huisvesting voor de doelgroep
Nadere informatieONINGWET WAT BETEKENT DIT VOOR DE GEMEENTE?
ONINGWET WAT BETEKENT DIT VOOR DE GEMEENTE? WWW.AEDES.NL MAART 2015 DE NIEUWE ONINGWET Vanaf 1 juli 2015 gelden nieuwe regels voor woningcorporaties. De invoering van de nieuwe Woningwet betekent dat ook
Nadere informatieAan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus EA Den Haag
> Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Turfmarkt 147 Den Haag Postbus 20011 2500 EA Den Haag Uw kenmerk Datum
Nadere informatieVOORBEELD. Woningwet 2015. Tekst en uitleg voor huurdersorganisaties. Eerste druk, mei 2015
Woningwet 2015 Tekst en uitleg voor huurdersorganisaties Eerste druk, mei 2015 WONINGWET 2015 Eerste druk, mei 2015 2015 Nederlandse Woonbond Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden
Nadere informatieBijlage 1: Woningbouwprogramma Dommelkwartier en relatie Lage Heide. 2010-2020 Segment Nieuwbouw Sloop Verkoop Totaal
Bijlage 1: Woningbouwprogramma Dommelkwartier en relatie Lage Heide Volgens de laatste Provinciale Prognose (2011) bedraagt de woningbouw behoefte in Valkenswaard een netto toevoeging van 1.230 woningen
Nadere informatieProfielschets van de omvang en samenstelling van de Raad van Commissarissen en zijn leden
Bijlage a Profielschets van de omvang en samenstelling van de Raad van Commissarissen en zijn leden De functie van de Raad van Commissarissen. In deze profielschets wordt eerst ingegaan op de achtergronden
Nadere informatieDuurzame obligatie bindt meer beleggers aan de corporatiesector
Duurzame obligatie bindt meer beleggers aan de corporatiesector Prof. dr. ir. Bastiaan Zoeteman en ir. René Goorden 1 Op 6 juli 2016 heeft BNG Bank haar eerste duurzame Social Bond ten behoeve van de financiering
Nadere informatieOnderzoeksplan thesis MMI
Onderzoeksplan thesis MMI M.C. Loof 3 januari 2013 Inhoudsopgave 1 Inleiding 1 2 Business/ICT Alignment 1 3 Alignment rond de meldkamers 1 4 Aanpak van het onderzoek 2 4.1 Startpunt van het onderzoek....................
Nadere informatieDatum 23 augustus 2011 Betreft Beantwoording schriftelijke kamervragen met kenmerk 2011Z15841 en 2011Z15842
> Retouradres Postbus 20951 2500 EZ Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Cluster Rijnstraat 8 Postbus 20951 2500 EZ Den Haag www.rijksoverheid.nl
Nadere informatieVisie WSW op aflossingsplicht leningen Daeb aan niet-daeb
Visie WSW op aflossingsplicht leningen Daeb aan niet-daeb September 2014 Bij administratieve scheiding gaat het om interne boekhoudkundige leningen. Bij juridische scheiding betreft het leningen van de
Nadere informatieDatum: Betreft: Hoorzitting / rondetafelgesprek Evaluatie verhuurderheffing. Algemene reactie CPB op evaluatie verhuurderheffing
CPB Notitie Aan: Commissie Wonen en Rijksdienst Centraal Planbureau Van Stolkweg 14 Postbus 80510 2508 GM Den Haag T (070)3383 380 I www.cpb.nl Contactpersoon Johannes Hers Datum: 29-06-2016 Betreft: Hoorzitting
Nadere informatie1.D VERNIEUWING VAN DE STADSVERNIEUWING - na de Novelle
1.D VERNIEUWING VAN DE STADSVERNIEUWING - na de Novelle Stadsvernieuwing Transvaal Dag van de Projectontwikkeling, 15 mei 2014 Vernieuwing van de stadsvernieuwing Willem Krzeszewski Staedion Transvaal
Nadere informatieToetsings- en toezichtskader RvC
1. Inleiding De governancecode voor woningcorporaties stelt dat een woningcorporatie dient te beschikken over een toetsingskader op basis waarvan de Raad van Commissarissen haar functie van intern toezichthouder
Nadere informatieToezichts- en Toetsingskader Nijestee
Toezichts- en Toetsingskader Nijestee Vastgesteld in de vergadering van de Raad van Commissarissen d.d. 8 februari 2017 Inhoudsopgave 1 Samenvatting... 2 2 Aanleiding en inleiding... 3 3 Toezichtskader...
Nadere informatieCorporatie in Perspectief
Samenvatting CFV 2009 Corporatie in Perspectief L2108 Eindhoven Samenvatting Corporatie in Perspectief Ter introductie In toenemende mate is er behoefte om met behulp van kengetallen inzicht te krijgen
Nadere informatieCONCEPT T.B.V. INTERNETCONSULTATIE MEMORIE VAN TOELICHTING I. ALGEMEEN DEEL. 1. Aanleiding
CONCEPT T.B.V. INTERNETCONSULTATIE MEMORIE VAN TOELICHTING I. ALGEMEEN DEEL 1. Aanleiding Aanleiding voor dit wetsvoorstel is het Sociaal Huurakkoord 2018 dat Aedes en Woonbond hebben gesloten op 21 december
Nadere informatieConcept VOORWOORD BESTUURDER bij begroting 2011 van de Alliantie
Concept VOORWOORD BESTUURDER bij begroting 2011 van de Alliantie Ambitieus programma In de samenleving is het laatste jaar een realistisch beeld ontstaan over de financiële positie van corporaties. Het
Nadere informatieNEUTRAAL EN AARDGASVRIJ OP NAAR CO 2. -neutraal en/of aardgasvrij wonen. Uw navigatie naar toekomstbestendig CO 2. Bepaal je eigen route naar CO 2
P NAAR C 2 NEUTRAAL EN AARDGASVRIJ Uw navigatie naar toekomstbestendig C 2 -neutraal en/of aardgasvrij wonen Bepaal je eigen route naar C 2 -neutraal en aardgasvrij, met een toekomstbestendig, gewild en
Nadere informatieDe toegevoegde financiële waarde van kantoortransformatie naar woningen
De toegevoegde financiële waarde van kantoortransformatie naar woningen Alyssa Kraag 4232437 21 Januari 2015 Introductie START Achtergrond Onderzoeksopzet FASE 1 Onderzoeksanalyse FASE 2 Literatuuronderzoek
Nadere informatieProfielschets Raad van Commissarissen stichting TBV Vastgesteld op
Profielschets Raad van Commissarissen stichting TBV Vastgesteld op 17-5-2017 TBV Wonen is een betrokken en klantgerichte woningcorporatie met ruim 7500 woningen in Tilburg. Zij richt zich op de huisvesting
Nadere informatieWelke keuzes maakt u op weg naar een duurzaam maatschappelijk bedrijfsmodel?
Welke keuzes maakt u op weg naar een duurzaam maatschappelijk bedrijfsmodel? Inleiding Duurzaam - Maatschappelijk - Bedrijfsmodel Strategische sturing gericht op gezond bedrijfsmodel Lange termijn financieel
Nadere informatie6 september Zomerbloeii.
6 september Zomerbloeii. Themabijeenkomst: Maatschappelijk Rendement Raeflex Catharijnesingel 56, 3511 GE Utrecht Postbus 8068, 3503 Utrecht (030) 230 31 50 www.raeflex.nl Visitaties van Raeflex Gestart
Nadere informatieGevolgen Woonakkoord voor corporaties
Gevolgen Woonakkoord voor corporaties Johan Conijn en Wolter Achterveld 14 februari 2013 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Doorrekening Woonakkoord... 3 2.1 Uitgangspunten... 3 2.2 Financiële randvoorwaarden...
Nadere informatie3 Management van ICT-kosten en baten
3 Management van ICT-kosten en baten Stand van zaken in de woningcorporatiesector Patrick van Eekeren en Menno Nijland Het bepalen van de hoogte van de ICT-kosten (en baten), bijvoorbeeld door gebruik
Nadere informatieTabel 3-1 bedragen x 1.000
3 Ruimte en Wonen Wat mag het kosten Tabel 3-1 bedragen x 1.000 2018 2019 2020 2021 2022 actualisatie perspectief energie hoofdinfrastructuur -0,1 actualisatie Wabo 1,0 0,3 0,3 0,3 0,3 kavelwinkel ICT
Nadere informatieRecente ontwikkelingen op het gebied van de volkshuisvesting. Raadscommisie Ruimte en Vastgoed 24 maart 2015 Gabrielle van Asseldonk
Recente ontwikkelingen op het gebied van de volkshuisvesting Raadscommisie Ruimte en Vastgoed 24 maart 2015 Gabrielle van Asseldonk Programma Recente ontwikkelingen op het gebied van de volkshuisvesting:
Nadere informatiePlatform Wonen Assen 3 oktober 2013
Platform Wonen Assen 3 oktober 2013 Aanvalsplan wonen Albert Smit wethouder financiën, vastgoed, grondzaken en wonen 1 Aanvalsplan wonen: aanleiding Sinds 2008: Economische recessie Stagnerende woningmarkt
Nadere informatieUITNO DIGING. Symposium 30 jaar BIEB 1000 woningen 8 DECEMBER 2011 SYMPOSIUM PARKTHEATER EINDHOVEN
UITNO DIGING Symposium 30 jaar BIEB 1000 woningen 8 DECEMBER 2011 SYMPOSIUM PARKTHEATER EINDHOVEN THEMA S PARALLELSESSIES 1. CPO in bestaande buurten en dorpen Hoe ga je met de bestaande (particuliere)
Nadere informatieRaadsvoorstel. Raadsvergadering : Voorstel : Agendapunt :
374977 Raadsvoorstel Raadsvergadering : 03-12-2013 Voorstel : 2013-108 Agendapunt : Zaaknummer : 1894/2013/9778 Documentnummer : 1894/2013/30903 Datum : Onderwerp Achtervangovereenkomst ten behoeve
Nadere informatieToezichtvisie, Toezichtkader en Toetsingskader RvC Woonstichting Valburg Thuis in Overbetuwe
Toezichtvisie, Toezichtkader en Toetsingskader RvC Woonstichting Valburg 29-01-2018 Thuis in Overbetuwe P a g i n a 1 11 1. Inleiding De nieuwe woningwet die op 1 juli 2015 in werking is getreden en de
Nadere informatieBijlage bij brief Modernisering Huurbeleid
Bijlage bij brief Modernisering Huurbeleid Inleiding Om inzicht te krijgen in de effecten van het beleid op segregatie, is het noodzakelijk de lokale situatie en de samenstelling van de voorraad in ogenschouw
Nadere informatieHet heft in eigen handen met de wooncoöperatie
Het heft in eigen handen met de wooncoöperatie Tineke Lupi, projectleider Platform31 netwerk bijeenkomst van afterworknet, op 31 oktober 2017 Den Haag Wat is een wooncoöperatie? Zelforganisatie in het
Nadere informatieSAMEN BOUWEN VLAANDEREN
aan ZEEUWS- VLAANDEREN Samen bouwen Dit is de gezamenlijke visie van Clavis, Woonstichting Hulst en Woongoed Zeeuws- Vlaanderen op de sociale volkshuisvesting in Zeeuws-Vlaanderen. Ons motto: samen bouwen.
Nadere informatieWoningmarkt en corporatiesector. Johan Conijn
Woningmarkt en corporatiesector Johan Conijn Ruimteconferentie PBL 21 mei 2013 Inhoud Woningmarktdebat Positie woningcorporatie Regeer- en woonakkoord DrieKamerModel 2 Woningmarkt Overmatige subsidiering
Nadere informatieTrends ontwikkeling financiële positie woningcorporaties
Trends ontwikkeling financiële positie woningcorporaties Het WSW is in overgegaan op een nieuwe wijze van risicomonitoring van woningcorporaties, op basis van kasstromen in plaats van bedrijfswaarde. In
Nadere informatieKrimp in Fryslân. Inwonertal
Krimp in Fryslân Bevolkingsdaling, lokaal en regionaal, is een vraagstuk van nu én de komende jaren. Hoewel pas over enkele decennia de bevolking van Fryslân als geheel niet meer zal groeien, is in sommige
Nadere informatieEconomische crisis en Woningmarktbeleid. Valentin Neevel 22 april 2010
Economische crisis en Woningmarktbeleid Valentin Neevel 22 april 2010 Inhoud 1. Korte termijneffecten: reactie Kabinet-Balkenende IV op de kredietcrisis 2. Langetermijneffecten van de kredietcrisis 3.
Nadere informatie