DE KRITISCHE RECEPTIE VAN DOESCHKA MEIJSING

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "DE KRITISCHE RECEPTIE VAN DOESCHKA MEIJSING"

Transcriptie

1 UNIVERSITEIT VAN TILBURG DE KRITISCHE RECEPTIE VAN DOESCHKA MEIJSING In de periode van Algemene Cultuurwetenschappen Faculteit Geesteswetenschappen Bachelorscriptie 2009/2010 Suzanne Aussems S Begeleider: Dr. P.A. Bax 25 augustus 2010

2 4 au S Suzanne Aussems Universiteit van Tilburg Faculteit Geesteswetenschappen Algemene Cultuurwetenschappen Bachelorscriptie 2009/ P a g i n a

3 Voorwoord De afgelopen drie jaren, die ik mocht doorbrengen op de Universiteit van Tilburg, hebben mijn voorliefde voor literatuur opnieuw aangewakkerd. Ik heb altijd graag boeken van allerlei schrijvers mogen lezen, maar toen ik naar de universiteit mocht was het eindelijk zover dat ik dieper op de literatuur in mocht gaan. Het analyseren van zowel korte als lange verhalen en poëzie is nooit gaan vervelen. Zo mocht ik om te beginnen indrukken en visies van anderen in mij opnemen, en vervolgens zelf naar hartenlust experimenteren met de verschillende betekenislagen van niet alleen literatuur, maar ook van films, beeldende kunst en popmuziek. De theorie van onder andere Mieke Bal en Ann Rigney (Het leven van teksten) hebben mij een helder beeld verschaft wat de narratologie betreft en het kader waarin ik te werk kan gaan. Deze vaardigheid, het analyseren van literatuur, is mijns inziens van groot belang wanneer je een literair werk beoordeelt. Recensenten moeten niet alleen een esthetisch oordeel geven of iets zeggen over de structuur van een werk. Ook slechts een beschrijving van de kenmerkende schrijfstijl van een auteur volstaat niet. Critici moeten niet lukraak een korte samenvatting van de inhoud aanhalen, maar zeer zeker in staat zijn een eigen literaire analyse voor te leggen aan de lezer. Omdat ik tijdens mijn studie al meerdere malen literaire analyses heb gemaakt, leek het me interessant om van de gelegenheid gebruik te maken en het over een andere boeg te gooien, hoewel ik niet te veel van het onderwerp literatuurkritiek af wil wijken. Daarom heb ik besloten om de relatie tussen recensenten en literatuur te gaan bekijken. In plaats van de relatie tussen een literair werk en hoe ik het werk zie, vindt er dus een verschuiving plaats naar het literaire werk en hoe recensenten het werk ontvangen. Wat merken zij op aan een literair werk? Welk oordeel geven zij uiteindelijk? En welke invloed oefent deze beoordeling uit op het canoniseringsproces van een auteur? Dit zijn de vragen die mij dusdanig boeien dat ik mijn scriptie er aan wil wijden. De schrijfster die zich bij uitstek laat lenen voor het beantwoorden van dergelijke vragen, onder andere vanwege de indrukwekkende omvang van haar oeuvre en vanwege de grote mate van aandacht die zijn ontvangen heeft, is Doeschka Meijsing. 3 P a g i n a

4 Inhoudsopgave Paginanummer Inleiding 5 Onderzoeksvraag 6 Theoretisch kader 7 De problematiek van de auteurscarrière 8 Canonisering 9 Wanneer is een auteur gecanoniseerd? 11 Literaire waardeoordelen 14 Onderzoeksmodel 17 Onderzoeksresultaten 20 Recensiebeoordelingen 20 Genoemde auteurs 20 Eindoordelen 29 Media 33 Analyse 37 Aandacht voor Doeschka Meijsing 37 Het beeld 41 Mannen versus Vrouwen 48 Conclusie 44 Nawoord 56 Inventaris 57 Bibliografie 65 Bijlage: Recensiebeoordelingen 4 P a g i n a

5 Inleiding Doeschka Meijsing is één van mijn favoriete schrijfsters. Over de liefde is naar mijn mening haar beste werk, daar heeft zij in 2008 de AKO-literatuurprijs voor ontvangen. Daarnaast won zij ook de F. Bordewijkprijs en de Opzij literatuurprijs met dit deel van haar oeuvre, en werd zij in 2010 genomineerd voor de Inktaap. 1 Ik kwam het boek tegen toen ik in de bibliotheek rondneusde in de rekken met nieuwe boeken. Een stuk verderop, op een apart tafeltje, stond een aantal exemplaren van Over de liefde. Het bordje met het opschrift: Doeschka Meijsing, winnares AKO-literatuurprijs 2008 hing er een beetje verloren bij. Ik kende de auteur niet en dat wekte mijn nieuwsgierigheid. Ik wierp een korte blik op de kaft en op de flaptekst en besloot toen dat ik het boek wel mee zou nemen omdat ik toch pas twee boeken uitgekozen had. Eenmaal thuis aangekomen heeft het boek eerst anderhalve week onaangeraakt in de kast gestaan. Toen ik begon met lezen ging dat in het begin nogal moeizaam vanwege de trieste ondertoon van het verhaal. Ik moest ook even wennen aan de schrijfstijl en de vele zijsporen van het verhaal maakten dat ik steeds moest nadenken wat de hoofdlijn ook al weer was. Toch wist Meijsing me halverwege het verhaal te boeien, want ik moest en zou weten hoe het afliep. Meijsing is één van de grotere schrijfsters van eigen bodem. Zij debuteerde in het literaire tijdschrift de Revisor. De Revisor, opgericht in 1974, was destijds een broedplaats van talent. Zij gaf auteurs als Thomas Rosenboom, A.F.Th. van der Heijden, Dirk Ayelt Kooiman, Doeschka Meijsing, Nicolaas Matsier, P.F. Thomése, Frans Kellendonk en Kees 't Hart, de ruimte om verhalen te publiceren. 2 Opmerkelijk is dat Meijsing begonnen is te midden van mannelijke auteurs zoals Kellendonk, Matsier en Kooiman, die nu allen gecanoniseerd zijn. Omdat Meijsing de enige vrouwelijke auteur is die tegelijkertijd debuteerde en nu ook gecanoniseerd is, lijkt het me interessant om inzicht te verkrijgen in de receptie van Meijsing als schrijfster. In mijn theoretisch kader dat volgt zal ik uitgebreid ingaan op het begrip canonisering en een antwoord geven op de vraag wanneer een auteur gecanoniseerd is. Nu eerst maar eens een korte introductie van de gekozen schrijfster: Maria Johanna Meijsing is op 21 oktober 1947 geboren in Eindhoven. 3 Ze groeide op in Haarlem en ging naar het gymnasium. Daarna studeerde ze Nederlands en Algemene literatuurwetenschap in Amsterdam en sindsdien heeft ze onze hoofdstad nooit meer verlaten. Meijsing gaf van 1971 tot 1976 les aan het Ignatius college en werd vervolgens van 1976 tot 1978 wetenschappelijk medewerkster het instituut voor Neerlandistiek van de Universiteit van Amsterdam. 4 In 1978 werd ze literatuurredactrice van Vrij Nederland en tussen 1987 en [Auteur onbekend], Over de liefde genomineerd voor de Inktaap In: Website Uitgeverij Querido. (Verkregen op 21 april, 2010, van 2 Bax, S., (2000). De relatie tussen het literaire tijdschrift De revisor (1974-heden) en het postmodernisme in het Nederlandse literaire veld van de jaren zeventig en tachtig. In: Academisme ontrafeld. Hendrik-Ido-Ambacht, p. 9 (Beschikbaar via catalogus UvT). 3 Vos, De M., Bax, S., (2003). Doeschka Meijsing. In: Kritisch lexicon van de moderne Nederlandstalige literatuur / onder redactie van: Ad Zuiderent, Hugo Brems, Tom van Deel. Alphen aan den Rijn : Samsom [etc.], p. 1-17; A1-2; B [Auteur onbekend], Doeschka Meijsing. In: Website Vereniging openbare bibliotheken (Verkregen op 21 april, 2010, van 5 P a g i n a

6 van Elsevier. De gastcolleges die ze in 1987 aan de Universiteit van Groningen gaf, zijn gebundeld in Hoe verliefd is de toeschouwer? (1988). Meijsing publiceerde vanaf 1969 verhalen in Podium en later ook in het literaire tijdschrift de Revisor. Net als voor andere Revisor-schrijvers (o.a. Nicolaas Matsier, Frans Kellendonk en Dirk Ayelt Kooiman) speelt voor haar de problematische verhouding tussen werkelijkheid en verbeelding een belangrijke rol.5 Meijsing heeft een omvangrijk oeuvre, dat voor het grootste deel uit romans bestaat. Ze debuteerde in 1974 met de verhalenbundel De hanen en andere verhalen, niet lang daarna volgde in 1976 de roman Robinson. In 1977 schreef zij de roman De kat achterna en in 1980 schreef ze Tijger, tijger!, waar ze in 1981 de Multatuliprijs voor kreeg. In 1982 verscheen Utopia of De geschiedenissen van Thomas, een verhalenbundel waarin acht vertellingen aan bod komen. Na een korte pauze verschijnt Beer en jager in 1986 in de winkels. De sprookjesachtige roman grenst aan de volwassenenliteratuur maar ook aan de kinderliteratuur. De beproeving (1990), Vuur en zijde (1992), Beste vriend (1994) en De weg naar Caviano (1996) hebben allemaal eenzelfde thema dat te maken heeft met het verlies van een geliefde. Dit thema keert ook terug in haar roman De tweede man (2000), die genomineerd werd voor de AKO-literatuurprijs. Anno 2002 verschijnt de roman 100% chemie waarin de rol van familie sterk naar voren komt. Haar volgende roman schrijft ze in 2005 samen met haar broer Geerten Meijsing, de titel luidt: Moord en doodslag. Ten slotte schrijft ze in 2008 Over de liefde en sleept ze zoals gezegd de AKO-literatuurprijs in de wacht. Haar laatste twee werken bevatten overduidelijk autobiografische elementen. In 1989 ontving Meijsing de Annie Romeinprijs voor haar gehele oeuvre. Het juryrapport vatte de thematiek van haar werk als volgt samen: "De mens is reddeloos alleen en daarmee reddeloos verloren." 6. Meijsing heeft tot op heden een erg imposante loopbaan; van opkomend auteur bij het tijdschrift de Revisor, tot zelfstandig schrijfster. Ik vraag mij af welke ontwikkelingen zich voorgedaan hebben in het schrijverschap van Meijsing? Hoe heeft Meijsing zich ontwikkeld tot zelfstandig schrijfster en wat zeggen recensenten hierover? Ik wil onderzoeken welke factoren er een rol spelen in het canoniseringsproces van Meijsing. Zijn er persoonsgebonden factoren te ontdekken die van invloed zijn op het canoniseringsproces van de gekozen auteur? En speelt sekse een rol in het canoniseringsproces? Mijn onderzoeksvraag luidt: Welke factoren in de receptie van Doeschka Meijsing (in de periode van ) spelen een rol in het canoniseringsproces van deze schrijfster, en zorgen ervoor dat zij tegenwoordig een gecanoniseerd auteur is? Omdat Meijsing heel veel werken heeft (poëzie, verhalenbundels, artikelen, etcetera), wil ik me beperken tot haar romans voor het beantwoorden van mijn onderzoeksvraag. De eerder genoemde romans zullen de basis vormen van mijn onderzoek. Het zijn in totaal 5 Vos, De M., Bax, S., (2003). Doeschka Meijsing. In: Kritisch lexicon van de moderne Nederlandstalige literatuur / onder redactie van: Ad Zuiderent, Hugo Brems, Tom van Deel. Alphen aan den Rijn : Samsom [etc.], p. 1-17; A1-2; B Vos, De M., Bax, S., (2003). Doeschka Meijsing. In: Kritisch lexicon van de moderne Nederlandstalige literatuur / onder redactie van: Ad Zuiderent, Hugo Brems, Tom van Deel. Alphen aan den Rijn : Samsom [etc.], p. 1-17; A1-2; B P a g i n a

7 veertien romans, uitgegeven van 1974 tot en met Via de database van de krantenknipselbank Literom heb ik 161 bruikbare recensies over de boeken kunnen vinden. Ik ben me bewust van de onvolledigheid van Literom, maar binnen het tijdsbestek van dit onderzoek is het niet mogelijk om de bestanden aan te vullen met eventuele extra recensies uit het Nederlands Letterkundig Museum. Zonder enige twijfel is mijn verzameling incompleet. Zij is echter wel zo omvangrijk dat zij een betrouwbaar beeld kan geven van de ontwikkeling die de waardering voor het werk van Meijsing heeft ondergaan. De verzamelde recensies zal ik gaan onderwerpen aan een analyse die wordt beschreven in het volgende hoofdstuk; het theoretisch kader. 7 P a g i n a

8 Theoretisch kader In dit hoofdstuk zal ik mijn onderzoeksveld afbakenen en de gekozen opzet nader uiteenzetten. Mijn eerder gestelde onderzoeksvraag zal ik inhoudelijk toelichten. In mijn onderzoeksvraag komt het begrip canonisering aan bod. Voordat een auteur gecanoniseerd is, gaat er een lang proces aan vooraf. Om een inzicht te krijgen in dat proces wil ik bij het begin beginnen. De barrières die een beginnend auteur moet overbruggen worden in de volgende paragraaf, waarin ik de auteurscarrière vanaf het begin behandel, beschreven. Daarna zal ik een theorie uiteenzetten die het begrip canonisering verheldert. In de paragraaf over canonisering zal ik het ook hebben over de positie van mannen en vrouwen in de literaire wereld en in de canon van de Nederlandse literatuur. De paragraaf die volgt zal een antwoord geven op de vraag wanneer een auteur gecanoniseerd is. Vervolgens bespreek ik de manier waarop critici literatuur beoordelen. Ten slotte zal ik een onderzoeksmodel beschrijven aan de hand van de verschillende theorieën die ik uiteengezet heb, dat de basis zal vormen voor mijn onderzoek. De problematiek van de auteurscarrière Auteurs die weken, maanden of zelfs jaren geschreven hebben aan een werk hebben de grootste moeite om het werk te laten uitgeven. Vaak sturen zij hun manuscripten naar meerdere uitgeverijen toe in de hoop dat er een tussen zit die het werk wil uitgeven. Die uitgeverijen krijgen op hun beurt elke dag manuscripten binnen en moeten een selectie maken. Welke werken worden wel uitgegeven, en welke niet? Sommige uitgeverijen nemen de moeite om het manuscript door te nemen en te voorzien van commentaar wanneer zij het retourneren. Andere uitgevers sturen het zonder commentaar terug, soms zelfs zonder enige reden kenbaar te maken. Vooral voor debutanten is het moeilijk om een uitgeverij zo ver te krijgen dat ze het werk publiceren, omdat zij nog geen naam hebben gemaakt. De uitgever wordt voor de keus gesteld om een risico te nemen of niet. Vaak kiest deze ervoor om op safe te spelen en daardoor komt slechts een zeer kleine groep talent door deze eerste selectieprocedure heen. Een tweede selectieprocedure wordt beschreven in De regels van de smaak. Reproduktie en innovatie binnen de literatuurkritiek van Hugo Verdaasdonk. 7 Hij stelt dat deze procedure alles te maken heeft met smaak. Smaak is volgens hem de voorkeur of het gebrek aan voorkeur van bepaalde sociale groepen en instituties voor specifieke culturele objecten. Deze voorkeur wordt op verschillende manieren kenbaar gemaakt. Zo constateert hij dat literaire critici besluiten een werk wel, of niet te bespreken. Verdaasdonk stelt: Over langere termijn bezien, blijkt dat het merendeel der critici titels van een aantal auteurs regelmatig en die van andere auteurs slechts sporadisch recenseren; het aantal woorden dat hun beschouwingen omvatten ligt voor titels van bepaalde auteurs ver boven, ver onder of dichtbij het gemiddelde aantal woorden dat hun recensies plegen te belopen.. 8 Hij voegt hier 7 Verdaasdonk, H., (1985). De regels van de smaak. Reproduktie en innovatie binnen de literatuurkritiek. In: De regels van de smaak Uitgeverij Joost Nijsen, Amsterdam. 8 Verdaasdonk, H., (1985). De regels van de smaak. Reproduktie en innovatie binnen de literatuurkritiek. In: De regels van de smaak Uitgeverij Joost Nijsen, Amsterdam, Inleiding p P a g i n a

9 aan toe dat de mate aan aandacht die een werk ontvangt staat voor de kwaliteit ervan. Ook deze selectieprocedure draagt beslist bij aan de reputatie die auteurs en hun werken verwerven. 9 De laatste selectieprocedure die bijdraagt aan de reputatie van een auteur is die van het publiek. Het publiek besluit om bepaalde werken te kopen of te lenen en om andere werken terzijde te laten. Door voorkeuren aan de dag te leggen die door critici als goede literatuur zijn gelegitimeerd, bewijst het publiek volgens Verdaasdonk (1985) smaak te hebben voor literatuur. 10 Samengevat is het voor auteurs van belang dat een uitgeverij een risico durft te nemen met het werk van de auteur. Daarnaast hangt de kwaliteit van het werk af van de aandacht die critici aan het werk besteden. Beginnende auteurs publiceren in een tijdschrift om aansluiting te zoeken bij generatiegenoten, maar ook om de aandacht van critici en uitgeverijen te trekken. 11 Deze aandacht bepaalt uiteindelijk ook of de uitgever bereid is om de auteur een oeuvre op te laten bouwen en die titels uit te geven. 12 Het publiek laat zich beïnvloeden door de keuzes van de critici. Deze drie selectieprocedures schetsen een helder beeld van de barrières die een beginnend schrijver moet overbruggen om een carrière als auteur te kunnen beginnen. De eerste barrière, het vinden van een uitgeverij die het werk wil uitgeven, is het belangrijkst. Wanneer een werk eenmaal uitgegeven is, wordt de loopbaan van een auteur grotendeels bepaald door de aandacht die de critici aan het werk schenken. Zo vormt het samenspel van uitgeverijen, critici en het publiek de problematiek van de auteurscarrière. Canonisering Het woord canon komt van het Griekse kanoon dat maatstaf betekent. Met de canon wordt het geheel van belangrijke personen, teksten, kunstwerken, voorwerpen, verschijnselen en processen die samen laten zien hoe Nederland zich ontwikkeld heeft tot het land waarin we nu leven bedoeld. Deze canon moet het de inwoners van Nederland makkelijker maken om kennis over de geschiedenis en cultuur met elkaar te delen. De canon als verbindende factor dus, die Nederlanders een gemeenschappelijk referentiekader bezorgt. 13 Deze historische benadering van de canon is een goede basis om een beeld te schetsen van de literaire canon. Onder de literaire canon worden die boeken verstaan die algemeen als waardevol worden gezien en die aan nieuwe generaties moeten worden overgedragen. Het vaststellen ervan is altijd een dankbaar onderwerp van discussie geweest voor literaire critici, wetenschappers en 9 Verdaasdonk, H., (1985) De regels van de smaak. Reproduktie en innovatie binnen de literatuurkritiek. In: De regels van de smaak Uitgeverij Joost Nijsen, Amsterdam, Inleiding p Verdaasdonk, H., (1985). De regels van de smaak. Reproduktie en innovatie binnen de literatuurkritiek. In: De regels van de smaak Uitgeverij Joost Nijsen, Amsterdam, Inleiding p Bax, S., (2007). De constructie van het vierstromenland. Classificatie van poëzie in het literaire veld. In: De taak van de schrijver. Het poëticale debat in de Nederlandse literatuur ( ). s-hertogenbosch, p. 53. (Verkregen op 26 juni, 2010, van 12 Verdaasdonk, H., (1985). De regels van de smaak. Reproduktie en innovatie binnen de literatuurkritiek. In: De regels van de smaak Uitgeverij Joost Nijsen, Amsterdam, Inleiding p Akveld, J., (2006). Lezen met lijstjes. De canon van de Nederlandse literatuur. In: Lezen Uitgeverij Stichting lezen, Jaargang 1 nummer 2, p. 4 [Elektronische versie]. (Verkregen op 19 mei, 2010, van 9 P a g i n a

10 didactici. In de achttiende eeuw bestond de canon uit werken van mannelijke auteurs. 14 De wereld van critici en essayisten was vooral een mannenwereld. Vrouwen werden pas veel later toegelaten tot die wereld, en tot de canon van de Nederlandse literatuur. In de periode van 1770 tot 1850 doen vrouwelijke schrijfsters hun intrede in de literatuur. De reacties van de mannelijke recensenten in die periode zijn door Lia van Gemert en Ans Veltman bekritiseert in hun artikel Schrijfsters in de literaire kritiek tussen 1770 en Omdat de literaire wereld tot dan toe alleen toegankelijk was geweest voor mannen, heerste de gedachte dat vrouwen simpelweg niet genoeg kwaliteiten bezaten om tot die wereld toe te treden. Een vrouw was op het gebied van literatuur ondergeschikt aan de man. Dat blijkt ook uit de vele verwijzingen naar mannelijke gaven wanneer men een schrijfster wilde prijzen. De werken van vrouwelijke auteurs werden door mannelijke recensenten doorgaans geprezen met uitspraken als: Voor een vrouw scherp opmerkingsvermogen of om een Werk van deze verdienste te schrijven zelfs zonder de beschavende hulp van eenigen vriend. Ook geven Van Gemert en Veltman een voorbeeld van een recensent die zich afvraagt in zijn recensie of hier niet door een man hulp geboden is, gezien het streven naar volkomendheid en de vaste toon en gang. 15 In haar monografie Een hoofdstuk apart gaat Erica van Boven in op de denkbeelden over vrouwenliteratuur onder mannelijke critici in de jaren twintig en dertig van de twintigste eeuw. Ideeën over de vrouwelijke natuur en de vrouwelijke psyche spelen een belangrijke rol in de houding van critici. Van Boven geeft aan dat critici als Coster, Donker, Van leeuwen en Ter Braak psychologische theorieën aanvoeren om hun visies te onderbouwen op de specifieke stof en thematiek van de vrouwenromans. En om de beperktheid, het gebrek aan diepgang, en algemene menselijkheid te onderbouwen in hun recensies. Hierdoor ontstond er in de beoordeling van literatuur een onderscheid tussen mannen en vrouwen. 16 Mannelijke auteurs worden door dat onderscheid hoger gewaardeerd dan vrouwelijke auteurs. Literatuur geschreven door vrouwen wordt vaak gedefinieerd in relatie tot literatuur geschreven door mannen. Daardoor blijven de werken van vrouwelijke auteurs schaduwproducten, negatieven, atypische varianten van de echte literatuur die door mannen is geschreven. 17 Uit het voorgaande blijkt dat er dus iets bestaat zoals een canon. Om gecanoniseerd te worden moet de auteur wederom een strenge selectieprocedure doorstaan. Steeds hangt het van een selecte groep af of het werk van een auteur wel of geen erkenning krijgt. Een 14 Gemert, Van L., Veltman, A.J., (1997). Schrijfsters in de literaire kritiek tussen 1770 en In: W.J. van den Akker et al. (red.), Vrouwen en de canon. Speciaal nummer van Nederlandse Letterkunde 2 p. 258 [Elektronische versie]. (Verkregen op 19 mei, 2010, van 15 Gemert, Van L., Veltman, A.J., (1997). Schrijfsters in de literaire kritiek tussen 1770 en In: W.J. van den Akker et al. (red.), Vrouwen en de canon. Speciaal nummer van Nederlandse Letterkunde 2, p [Elektronische versie]. (Verkregen op 19 mei, 2010, van 16 Boven, Van, E., (1992). Vrouwenroman en vrouwbeeld. In: Een hoofdstuk apart, Vrouwenromans in de literaire kritiek Uitgeverij Sara/Van Gennep Amsterdam, p Meijer, M., (1991). Vrouw-en-literatuur. In: Sleutelwoorden : kernbegrippen uit de hedendaagse literatuurwetenschap / onder redactie van: Will van Peer & Katinka Dijkstra, Maastricht, p (Verkregen op 20 augustus, 2010, van 10 P a g i n a

11 gecanoniseerd auteur is zo uitzonderlijk goed dat zijn of haar werk niet vergeten mag worden. Eerst was de literaire wereld, en daarmee ook de canon, alleen toegankelijk voor mannen, later deden ook vrouwen hun intrede. Die toetreding werd alom getolereerd, maar niet geaccepteerd. Doordat vrouwen later zijn toegetreden tot de literaire wereld worden zij minder snel opgenomen in de canon. Uit de monografie van Erica van Boven blijkt dat er bijna een eeuw later er nog steeds sprake is van een onderscheid tussen mannen en vrouwen, waardoor de vrouw benadeeld wordt. Hoewel er tegenwoordig steeds meer vrouwen opgenomen worden in de canon, is het toch nog steeds moeilijker voor vrouwen dan voor mannen om gecanoniseerd te worden in de literatuur. Omdat Meijsing als vrouw te midden van mannelijke auteurs debuteerde, en zij later allen gecanoniseerd zijn, lijkt het me interessant om tijdens het analyseren van de recensies te letten op oordelen of uitspraken die te maken hebben met haar vrouwelijkheid. Wanneer is een auteur gecanoniseerd? Volgens Kees van Rees is de samenstelling van de canon en de hiërarchie binnen diezelfde canon het werk van critici. Hij spreekt over verschillende categorieën critici naast toonaangevende recensenten en minder toonaangevende recensenten. Tot die categorieën rekent hij essayisten, academische critici en literatuurhistorici. Hij stelt dat de door critici gemaakte keuzes de toekenning van kwaliteit impliceren. Het werkgebied van deze critici betreft nieuw uitgekomen titels van zowel debutanten als reeds gevestigde auteurs. Van Rees merkt op dat voor een groot aantal van die werken de kritiek slechts uit de journalistische hoek komt. Voor sommigen echter worden de door recensenten gemaakte keuzes later bekeken door de overige categorieën critici. De aandacht die het werk krijgt wordt groter en groter, totdat uiteindelijk een positie zichtbaar wordt binnen de hiërarchie van waardevolle werken. Om een positie binnen die hiërarchie te verwerven, en zelfs voor meesterwerk door te gaan, dient een werk onderwerp te zijn van permanente en brede aandacht van de kritiek volgens Van Rees. 18 Ik wil hier nog de aandacht aan toevoegen die een werk kan krijgen door toekenning van belangrijke en minder belangrijke prijzen. Als er een prijs aan een werk wordt toegekend straalt dat ook een zekere mate van kwaliteit uit. Het kan er toe leiden dat critici door de toekenning van een prijs besluiten om aandacht te schenken aan een werk. Voordat een werk wordt opgenomen in de hiërarchie van de canon, ondergaat het een langdurig proces van toekenning van kwaliteit door verschillende categorieën critici. De recensenten, critici, schrijven de literatuurgeschiedenis. Volgens de theorie van Van Rees (198) ligt het fenomeen orkestratie ten grondslag aan de ontwikkeling van consensus in de literatuurkritiek. Hiermee wordt bedoeld dat de critici niet altijd expliciet naar elkaars werk verwijzen, maar dat ze, als collectief, een vorm van overeenkomstig gedrag manifesteren. De critici staan met elkaar in wisselwerking. Zij zijn in een bepaald opzicht verwikkeld in een concurrentiestrijd om respect voor hun beweringen af te dwingen. Toch leiden hun gezamenlijke activiteiten tot eenzelfde doel: toekenning van de eigenheid en kwaliteit aan literaire werken. Critici die veel respect krijgen 18 Rees, Van, K., (1985). Consensusvorming in de literatuurkritiek. De door critici gemaakte keuzes impliceren toekenning van kwaliteit. In:Verdaasdonk, H., red., (1985). De regels van de smaak. Amsterdam, p P a g i n a

12 worden vaak bijgevallen door andere recensenten die minder toonaangevend zijn. Daaruit komt uiteindelijk een overeenkomstig gedrag voort. 19 Naarmate de reputatie van een veelbesproken auteur groeit en naarmate steeds meer critici het eens worden over de aard van diens werk, blijft dissidenten echter weinig anders over dan te zwijgen of om te gaan, dat wil zeggen zich voorzichtig aan te sluiten bij de consensusgroep. Het laatste alternatief betekent dat zij zich moeten aanpassen aan de overwegingen die inmiddels als legitiem worden erkend om het werk van de betrokken auteur naar aard en kwaliteit te karakteriseren. 20 Naast orkestratie speelt ook classificatie een rol in het canoniseringsproces. Critici classificeren een auteur in de loop van het canoniseringsproces. Dit doen zij aan de hand van factoren die de auteur gemeen heeft met andere auteurs. Of juist aan de hand van factoren die auteurs allemaal niet gemeen hebben. De mate van verwantschap en de mate van verschil tussen auteurs bepalen de indeling. Wanneer auteurs een verwantschap vertonen worden die gelijke aspecten benadrukt. Daarom zullen juist die aspecten het literair-historisch beeld bepalen. Zo wordt een auteur ingedeeld in een bepaalde categorie die volgens critici het beste bij hen past. Tussen deze classificaties is een duidelijke hiërarchie aanwezig. Een auteur die geclassificeerd is als Revisor-auteur wordt doorgaans als beter beschouwd dan een auteur die als realist geclassificeerd is. Een goede classificatie komt het canoniseringsproces van een auteur ten goede. Als de auteur eenmaal geclassificeerd is, is het moeilijk om het beeld dat gecreëerd is nog te veranderen. 21 Nel van Dijk voegt hier aan toe dat de verschillende media waarmee critici hun mening over het werk kenbaar maken ook een rol spelen in de canonvorming. Media verschillen in gewicht; uitspraken van critici wegen niet allemaal even zwaar. Ook hangt dat gewicht niet zozeer af van het individu dat deze uitspraken doet, maar wel van de context (met welk medium) de uitspraken gedaan worden. Van belang zijn de positie van het individu en de mate waarin de desbetreffende uitspraken trendsettend blijken te zijn voor collega s (orkestratie). 22 Nel van Dijk schrijft in haar artikel over Willem Elsschot dat het van belang is om banden aan te gaan met (toonaangevende) critici en belangrijke personen uit de literaire wereld. Relaties met auteurs of recensenten zorgen voor meer aanzien. Als een toonaangevend recensent in zijn recensies in blijft staan voor het schrijverschap van een auteur, is dit goed voor het canoniseringsproces. 23 Nel van Dijk vraagt zich in haar artikel over Willem Elsschot af hoe deze auteur zo veel aandacht heeft kunnen krijgen. Al snel constateert zij dat de redacteur van het tijdschrift 19 Rees, Van, K., (1985). Consensusvorming in de literatuurkritiek. De ontwikkeling van consensus over het werk van Hans Faverey. In:Verdaasdonk, H., red., (1985). De regels van de smaak. Amsterdam, p Rees, Van, K., (1985). Consensusvorming in de literatuurkritiek. Voorwaarden voor een succesvolle bijdrage aan consensusvorming. In:Verdaasdonk, H., red., (1985). De regels van de smaak. Amsterdam, p Bax, S., (2007). De constructie van het vierstromenland. Classificatie van poëzie in het literaire veld. In: De taak van de schrijver. Het poëticale debat in de Nederlandse literatuur ( ). s-hertogenbosch, p (Verkregen op 26 juni, 2010, van 22 Dorleijn, G.J., Rees, Van, C.J., (1999). Het aandachtsgebied literatuuropvattingen: Een tussenbalans. In: Literatuuropvattingen in het perspectief van het literaire veld Den Haag, p Dijk, Van, N., (1994). Ter Braak over Willem Elsschot. In: Nel van Dijk, De politiek van de literatuurkritiek. De reputatie-opbouw van Menno ter Braak in de Nederlandse letteren. [proefschrift] Eburon, Delft, p (Verkregen op 19 juni, 2010, van 12 P a g i n a

13 Forum, Menno ter Braak, erg veel openbare aandacht heeft besteed aan deze schrijver. Zo was hij enorm lovend over ieder werk van Willem Elsschot in zijn recensies naar buiten toe. Hij was echter helemaal niet lovend over Elsschot in zijn brieven naar zijn vriend Charles Edgar Du Perron, medeoprichter van het invloedrijke tijdschrift Forum. Van Dijk constateerde dat Ter Braak hier wel enig belang bij moest hebben. Dit belang vindt zij in de positionele en situationele factoren die meespelen bij de aandacht die Ter Braak als tijdschriftredacteur en dagbladrecensent voor Elsschot aan de dag legt. De manier waarop hij zich over Elsschot uitlaat wordt bepaald door de positie die deze auteur in Forum inneemt. Een onbekende auteur kan veeleer aan een tijdschrift gekoppeld worden dan een bekende auteur. Door hem aan het tijdschrift te koppelen werd het werk van Elsschot als goed en vanzelfsprekend beschouwd. Nadat Forum is opgeheven wegen deze aspecten minder zwaar, toch komt Ter Braak niet op zijn positieve uitlatingen terug. Daarnaast wijst Nel van Dijk erop dat er van het eerste werk van Elsschot bijna geen recensies zijn terug te vinden omdat er geen recensie-exemplaren verstuurd werden door de uitgeverij. De recensies die te vinden zijn, zijn natuurlijk de lovende recensies van Ter Braak. Volgens Nel van Dijk spelen ook de Eerste Wereldoorlog en het feit dat Willem Elsschot zijn eerste drie werken uitgaf bij drie verschillende uitgeverijen een rol in de beeldvorming van Willem Elsschot. 24 Critici konden hem alleen classificeren aan de hand van het tijdschrift Forum, verder was hij erg moeilijk te peilen. Zijn reputatie heeft hij te danken aan Ter Braak, die hem uit eigen belang onder zijn vleugels nam. Deze factoren en belangen van anderen kunnen dus een rol spelen in het canonvormingsproces van een auteur. Samengevat wordt het canonvormingsproces in werking gesteld wanneer een auteur zijn of haar eerste boek heeft uitgegeven. Volgens Kees van Rees en Nel van Dijk ligt het lot van een werk, of auteur, daarna vooral in handen van allerlei critici die er wel of geen aandacht aan besteden. Door die aandacht wordt er een mate van kwaliteit aan het werk toegekend. Des te meer aandacht, des te groter de kwaliteit van een werk en des te groter de kans dat het werk, en daarmee ook de auteur, wordt opgenomen in de canon. Als de critici continu veel aandacht aan de werken van een auteur besteden, overeenstemmend positief gedrag vertonen in hun beoordeling en als de auteur daarnaast ook belangrijke prijzen ontvangt en als de boeken goed verkopen, dan wordt er door dat proces een mate van kwaliteit aan een auteur toegekend en wordt deze gecanoniseerd. In de volgende alinea s zal ik kritiek geven op de theorieën van Van Dijk en Van Rees. Ik probeer de theorieën daar waar ik het nodig vind, aan te vullen in het kader van het beantwoorden van mijn onderzoeksvraag. Mijn kritiek op de theorie van Van Rees en Van Dijk is dat zij geen aandacht besteden aan prijzen die aan een werk toegekend worden. De theorie en het onderzoek van Kees van Rees verschaffen een overzicht van onderzoek waarin recensies structureel in groepen geplaatst worden op basis van positiviteit of negativiteit. In dat onderzoek worden individuele betekenissen van teksten en uitspraken niet meegenomen. De nadruk ligt daarbij niet meer op de inhoud van uitspraken, omdat die als betrekkelijk willekeurig wordt beschouwd, maar op 24 Dijk, Van, N., (1994). Ter Braak over Willem Elsschot. In: Nel van Dijk, De politiek van de literatuurkritiek. De reputatie-opbouw van Menno ter Braak in de Nederlandse letteren. [proefschrift] Eburon, Delft, p (Verkregen op 19 juni, 2010, van 13 P a g i n a

14 de recensie als geheel. Ik wil in mijn onderzoek juist aandacht besteden aan die individuele uitspraken om zo tot een steekhoudend oordeel te komen. Hoe positief of negatief een recensie is zal ik noteren net als Van Rees. Daarnaast noteer ik het medium waar de recensie in verschenen is en hoe vaak er door dat medium een recensie gepubliceerd is over Meijsing. Ook noteer ik door wie de recensies geschreven zijn, hoe vaak elke recensent een recensie aan Meijsing gewijd heeft, en of deze dan positief of negatief was. Nel van Dijk richt zich in haar proefschrift op niet-tekstuele factoren die een rol spelen in het canoniseringsproces van Willem Elsschot. Haar proefschrift impliceert dat het canoniseringsproces bij iedere auteur anders verloopt, dat het een persoonlijke kwestie is die wordt bepaald door situationele factoren. Zij gaat wel specifiek in op één auteur, maar ook zij richt zich niet op specifieke uitspraken en oordelen van critici. Het besproken onderzoek van Van Rees en het onderzoek van Nel van Dijk zijn mijns inziens te globaal. Zij halen beiden geen specifieke informatie uit recensies in hun onderzoeken. Ik wil in mijn onderzoek de receptie van één auteur (Meijsing) analyseren en aan de hand van individuele uitspraken van critici verklarende factoren proberen te vinden die ten grondslag liggen aan het canoniseringsproces van deze auteur. In mijn onderzoek bewandel ik de weg van de hermeneutiek en van de empirie, net als Van Dijk en Van Rees. Ik voeg er echter een groter deel empirisch onderzoek aan toe, zodat ik systematisch te werk kan gaan, veel recensies op een structurele manier op zins- en woordniveau kan verwerken, en zodat ik veel onderzoeksresultaten verkrijg per individuele recensie. In plaats van de recensies in categorieën te plaatsen, plaats ik de waardeoordelen die recensenten toekennen in categorieën om zo een gedetailleerder analyse te kunnen maken. Volgens Bax (2007) speelt ook de classificatie die recensenten toekennen aan een auteur een rol in het canoniseringsproces. Per recensie wil ik daarom alle genoemde auteurs noteren. Op die manier krijg ik een beeld van de classificatie van Meijsing. Mijn doel is om meer informatie te verkrijgen met deze manier van onderzoek doen. Om zo veel mogelijk bruikbare informatie uit de recensies te halen zal ik deze grondig analyseren aan de hand van de theorie van J.J.A. Mooij die ik in het volgende gedeelte van mijn theoretisch kader zal uiteenzetten. Literaire waardeoordelen Literatuur beoordelen vindt niet gestructureerd plaats. Er zijn geen vaste regels voor een goede beoordeling, er ontbreekt een analoog houvast voor de beoordeling van literatuur. Toch zijn er enige overeenkomsten tussen de beoordelingen. Elke recensent probeert namelijk zijn oordeel met en te staven en de verscheidenheid van die en is groot. Om die verscheidenheid aan te duiden wil ik de theorie gebruiken die J.J.A. Mooij 25 beschrijft in zijn boek Tekst en lezer. Mooij (1979) onderscheidt in zijn hoofdstuk De motivering van literaire waardeoordelen zes verschillende hoofdgroepen waar hij de en onder wil brengen. 25 Mooij, J.J.A., (1979). De motivering van literaire waardeoordelen, In: J.J.A. Mooij, Tekst en lezer. Opstellen over algemene problemen van de literatuurstudie. Atheneum - Polak & Van Gennep, Amsterdam, p [Elektronische versie]. (Verkregen op 2 mei, 2010, van 14 P a g i n a

15 De eerste groep betreft en die te maken hebben met het werk in relatie tot de werkelijkheid. Voor het gemak noemt hij deze en de realistische en. Dat wil zeggen, de recensent verbindt in zijn atie zekere beschrijvingen, mededelingen of vaststellingen in het werk met feiten, omstandigheden, gebeurtenissen en dergelijke in de wereld, voor zover deze hem direct of indirect bekend zijn. De beschrijvingen, mededelingen of vaststellingen worden vervolgens al dan niet als kloppend of als informatief beschouwd. Kortom: Hoe is het werk gerelateerd aan de werkelijkheid? Een onrealistisch werk kan zowel positief als negatief ervaren worden. Vanzelfsprekend geldt voor een realistisch werk dat het zowel positief als negatief ervaren kan worden. Voor verhalende werken gaat het hierbij dan meer in het bijzonder om de gedachte dat het werk de menselijke natuur, de gedragingen, strevingen en gevoelens van mensen, eventueel in tijdgebonden vormen, weergeeft en dient weer te geven. De tweede categorie die Mooij (1979) noemt is die van de emotivistische en. Deze en hebben betrekking op de gevoelsmatige uitwerking van het literaire werk. Als het werk een positieve uitwerking heeft kan de recensent dat verwoorden met: het werk is; aangrijpend, beklemmend, fascinerend, meeslepend of ook tragisch of komisch. Wanneer het werk een negatieve uitwerking heeft komt dit vaak tot uitdrukking met: vlak, weinigzeggend, warm- noch koudmakend, etcetera. Het gaat veelal om de uitdrukking van een levensgevoel. De morele en die hij omschrijft in de derde categorie hebben betrekking op de personages van een verhaal. De recensent beoordeelt hier een werk als goed of minder goed al naar gelang het morele beginselen lijkt te belichamen die hij goedkeurt of afkeurt. Dit kan tot uitdrukking komen in de handelingen en acties van de personages of een visie die het werk doordringt. De structurele en worden door de recensent gebruikt om de opbouw of constructie van het werk te prijzen of te misprijzen. Hij prijst het werk bijvoorbeeld als evenwichtig, uitgebalanceerd, economisch in de betrekking van doel en middelen, en vooral: inwendig samenhangend, geen losse eindjes. Het belangrijkste is dat het werk één geheel vormt. Om tegengestelde redenen kan het werk misprezen worden. Ook de schrijfstijl van een schrijver/schrijfster kan in deze categorie geloofd of afgekeurd worden. De vijfde hoofdgroep die Mooij (1979) hanteert is die van de intentionele en. Werken worden hier beoordeeld al naar gelang een schrijver zijn bedoelingen adequaat lijkt te hebben gerealiseerd. Deze atie is zeer omstreden: immers hoe kent men die bedoelingen nauwkeurig genoeg, en waren zij het wel waard om adequaat gerealiseerd te worden? De intentionele atie vindt echter nog steeds haar warme pleitbezorgers en men kan ze in vele kritieken tegenkomen Mooij, J.J.A., (1979). De motivering van literaire waardeoordelen, In: J.J.A. Mooij, Tekst en lezer. Opstellen over algemene problemen van de literatuurstudie. Atheneum - Polak & Van Gennep, Amsterdam, p. 257 [Elektronische versie]. (Verkregen op 2 mei, 2010, van 15 P a g i n a

16 De laatste groep die hij onderscheidt is ten slotte die van de vernieuwingsen. Recensenten gebruiken dit soort en om het accent te leggen op de oorspronkelijkheid van een werk. Literaire werken worden gewaardeerd al naar gelang zij iets nieuws brengen in de literaire ontwikkeling, door oude regels of verboden te doorbreken, nieuwe vormen of inhouden te ontwikkelen, of anderszins. Mooij (1979) onderscheidt de realistische en, emotivistische en, morele en, structurele en, intentionele en en vernieuwingsen. Voor elk van deze categorieën is wel iets te zeggen. De eerste categorie van de realistische en is misschien wel het duidelijkst gedefinieerd. Die groep is een belangrijke groep want een recensent kan haast niet anders dan vergelijken om te oordelen. Toch is dit niet de enige belangrijke groep want ook de tweede categorie is van belang. Een boek, een film of een toneelstuk, altijd roept het wel gevoelens bij je op. Die gevoelens druk je uit in woorden en die woorden neem je op in je waardeoordeel. De derde groep is eigenlijk de enige groep die wat van de karakters van een verhaal in zich opneemt. Soms kan een handeling van een personage zo onlogisch lijken, maar kan je het wel als positief ervaren omdat je constant aandachtig blijft en in het verhaal wordt gezogen. Maar het is ook mogelijk om dezelfde situatie als negatief te ervaren. De vierde categorie; structurele en, kan in mijn onderzoek niet ontbreken omdat hier het technische gedeelte van het schrijven om de hoek komt kijken. De specifieke stijl en structuur van een auteur kunnen hieruit afgeleid worden. Bij de vijfde hoofdgroep heb ik zo mijn twijfels. Wat heeft deze categorie voor toegevoegde waarde? In het citaat van Mooij (1979) geeft hij aan dat hij het hier over een omstreden categorie heeft. Hij vraagt zich af hoe iemand de pure bedoelingen kan kennen van de auteur. Dat is naar mijn mening in veel gevallen gissen naar het onbekende. Hoe kun je immers weten of de auteur niet gewoon wilde dat je het één zou denken maar dat het toch het ander is? Mooij (1979) vraagt zich dan ook af of deze bedoelingen het wel waard zijn om adequaat gerealiseerd te worden? Ik vind van niet. Daarom wil ik deze intentionele en dan ook weglaten uit de theorie die ik ga gebruiken. Ze hebben geen toegevoegde waarde als het gaat om het beantwoorden van mijn onderzoeksvraag. Toen ik de theorie van Mooij (1979) bestudeerde bleek al snel dat het de theorie aan een aantal dingen ontbrak. Sommige dingen werden gemakkelijk aan de kant geschoven met uitspraken als: Volledigheid kan dit schematische overzicht helaas niet beogen.. 27 Vandaar dat ik heb besloten om het intentionele te vervangen door het esthetische. Om de esthetische en te verduidelijken wil ik deze illustreren aan de hand van voorbeelden. In een recensie komt het vaak voor dat een recensent het literaire werk beschrijft met mooie zinnen, prachtige schrijfstijl of schitterende woordkeuze. Deze uitspraken zal ik indelen bij de esthetische en. Ik wil hier nog aan toevoegen dat het tegenovergestelde, niet- 27 Mooij, J.J.A., (1979). De motivering van literaire waardeoordelen, In: J.J.A. Mooij, Tekst en lezer. Opstellen over algemene problemen van de literatuurstudie. Atheneum - Polak & Van Gennep, Amsterdam, p. 257 [Elektronische versie]. (Verkregen op 2 mei, 2010, van 16 P a g i n a

17 schoonheid, ook onder deze noemer valt. Uitspraken als geen mooie zinnen, lelijke schrijfstijl etc. vallen onder het negatieve esthetische oordeel. In deze alinea wil ik een kritische blik werpen op de laatste hoofdgroep die door Mooij (1979) geformuleerd is; de vernieuwingselementen. De beschrijving van de term en de term zelf is naar mijn mening te specifiek. Ik begrijp waar de schrijver van de theorie heen wil als hij zegt: Literaire werken worden gewaardeerd al naar gelang zij iets nieuws brengen in de literaire ontwikkeling, door oude regels of verboden te doorbreken, nieuwe vormen of inhouden te ontwikkelen, of anderszins. 28, maar voor het beantwoorden van mijn onderzoeksvraag wil ik de nadruk niet leggen op de vernieuwende elementen. Ik wil graag de nadruk leggen op het vergelijken met andere werken. Als ik wil weten hoe het beeld dat recensenten hebben van Meijsing, zich heeft ontwikkeld in de loop der jaren, is het van belang om te onderzoeken wat recensenten van een werk vinden in vergelijking met haar andere werken. Hoe wordt Meijsing geclassificeerd door de recensenten? Met welke werken wordt haar werk vergeleken? Om deze vraag te beantwoorden wil ik de term vernieuwingsen aanpassen door deze literair-historische en te noemen. Elke waardeoordeel dat betrekking heeft op een vernieuwend element ten opzichte van andere werken, of het werk vergelijkt met andere werken, wordt in de literair-historische en opgenomen. Nu ik de theorie van Mooij (1979) aangepast heb, acht ik deze theorie geschikt voor mijn onderzoek. In mijn onderzoek wil ik graag een gedetailleerde analyse maken van de receptie van Meijsing. Daarvoor heb ik alle bruikbare informatie nodig uit iedere recensie. Het canoniseringsproces van een auteur hangt nauw samen met het beeld dat critici van de auteur hebben. De theorie die ik nu gevormd heb stelt mij in staat om waardeoordelen van critici te categoriseren, zodat ik aan de hand van de gelijkenissen tussen die waardeoordelen kan vaststellen wat voor beeld critici hebben van Meijsing, en of dat beeld in de loop der tijd veranderd is. Deze informatie stelt mij ook in staat om te waarnemen wat typerend is voor de schrijfster. In het volgende gedeelte van mijn theoretisch kader zal ik een model beschrijven waarin ik mijn onderzoeksresultaten kan noteren per recensie. Onderzoeksmodel In mijn onderzoek zal ik 161 recensies beoordelen aan de hand van deze criteria. Deze 6 criteria heb ik daarom opgenomen in een schema, om zo gemakkelijk mijn resultaten overzichtelijk in te voeren en weer te geven. Het is ook van belang om te weten of een waardeoordeel dat is gegeven positief of negatief is. Wanneer ik een waardeonderdeel invoer zal ik op dat moment aangeven of het positief of negatief is. Op basis van die gegevens produceer ik na het analyseren van elke recensie een algemeen eindoordeel onderaan in het schema. Het eindoordeel kan variëren van: Zeer positief Positief Neutraal Negatief Zeer negatief 28 Mooij, J.J.A., (1979). De motivering van literaire waardeoordelen, In: J.J.A. Mooij, Tekst en lezer. Opstellen over algemene problemen van de literatuurstudie. Atheneum - Polak & Van Gennep, Amsterdam, p. 257 [Elektronische versie]. (Verkregen op 2 mei, 2010, van 17 P a g i n a

18 Een neutraal eindoordeel zal haast niet voorkomen. Dit omdat waardeoordelen altijd de neiging hebben om overwegend positief of negatief te zijn. Artikelen zonder waardeoordelen, die meer op interviews of nieuwsberichten lijken zal ik niet mee laten tellen, omdat die eerder beschrijvend dan oordelend zijn. Die recensies zal ik zoveel mogelijk eruit proberen te filteren omdat die volstrekt irrelevant zijn voor mijn onderzoeksvraag. Deze helpen mij namelijk niet een beeld te construeren van Meijsing als schrijfster. Naast het algemeen eindoordeel zal ik een passende (slot)zin uit de recensie aan toevoegen om mijn keuze voor het algemeen eindoordeel te staven. Het leek me zeker zinvol om een cel toe te voegen met genoemde auteurs, omdat ik daar later één schema van wil maken. De genoemde auteurs geven inzicht in de classificatie van Meijsing. De rechtse zijde van het schema zal steekwoorden bevatten die bij één van de zes criteria horen. Dit zijn steekwoorden die direct de atie van het waardeoordeel weerspiegelen en bovendien een handige geheugensteun zijn. Links boven in het schema zal voor de duidelijkheid het nummer van de recensie staan, de titel van het werk, de naam van de recensent en de titel van de recensie die hij of zij heeft geschreven. Het schema zal er als volgt uit zien: Recensie # Titel Recensent Recensietitel 3. Morele Positief Negatief Genoemde auteurs: Zeer positief Zeer negatief Belangrijke zin uit de recensie Sommige waardeoordelen zijn moeilijk in te delen omdat er een overlap plaatsvindt. Een recensent kan uitspraken doen als: Het werk is veel genuanceerder dan dat van Leon de Winter.. Op het eerste gezicht zegt dit waardeoordeel iets over het werk in een literairhistorisch perspectief; namelijk dat het beter is dan een ander werk. Bij nadere beschouwing valt op dat er ook iets gezegd wordt over de schrijfstijl van Meijsing; namelijk dat zij haar werk genuanceerd geschreven heeft. Hoewel het één waardeoordeel is bevat het elementen die in te passen zijn in verschillende soorten aties. Daarom zal ik dergelijke waardeoordelen in mijn schema weergeven onder de noemer van beide en waar deze passen. Het steekwoord voor het structurele is in dit geval genuanceerder, en bij 18 P a g i n a

19 het literair-historisch zal genuanceerder dan het werk van Leon de Winter voldoen. In het volgende hoofdstuk zullen niet alleen de schema s van de recensiebeoordelingen aan bod komen, maar ook schema s die een totaal overzicht geven van resultaten. Ik zal uit de recensies zelf, uit de schema s van de recensiebeoordelingen, en uit mijn inventaris bruikbare resultaten halen. Voor deze resultaten heb ik een aantal tabellen ontworpen die al mijn resultaten overzichtelijk weergeven. Na de recensiebeoordelingen volgen schema s die per boek weergeven welke auteurs er genoemd zijn in de recensies van dat boek. Daarna volgt een tabel met een totaaloverzicht van alle genoemde auteurs in de recensies van de veertien werken. Vervolgens heb ik een tabel gemaakt die gebaseerd is op de eindoordelen van de recensenten. Van elke recensent zal ik noteren hoe veel recensies hij of zij aan Meijsing gewijd heeft en of deze recensies dan wel een positief of een negatief eindoordeel hadden. Ten slotte zal ik noteren in welk medium de recensies verschenen zijn, hoe vaak dat medium aandacht aan Meijsing heeft besteed, en door welke recensent de recensies geschreven zijn. Ik hoop interessante observaties te kunnen doen aan de hand van de onderzoeksresultaten die uit deze manier van onderzoeken zullen voortkomen. In mijn analyse van de receptie van Meijsing die volgt na mijn onderzoeksresultaten zal ik de gevonden resultaten proberen in te passen in het kader van mijn onderzoek. Welke observaties en bevindingen spelen een rol in het canoniseringsproces van Meijsing, en welke niet? Een inzicht in de receptie van Meijsing zal mij een inzicht verschaffen in het proces van canonisering van de schrijfster. Na de analyse van mijn onderzoeksresultaten zal ik op basis van mijn bevindingen in mijn conclusie een antwoord formuleren op de eerder gestelde onderzoeksvraag: Welke factoren in de receptie van Doeschka Meijsing (in de periode van ) spelen een rol in het canoniseringsproces van deze schrijfster, en zorgen ervoor dat zij tegenwoordig een gecanoniseerd auteur is? 19 P a g i n a

20 Onderzoeksresultaten De fase van het onderzoeken van de recensies heb ik afgerond en in dit hoofdstuk zal ik mijn resultaten rapporteren in de vorm van een aantal tabellen. Eerst volgen de resultaten van de recensiebeoordelingen, die in de bijlagen te vinden zijn. Dan volgen de tabellen met genoemde auteurs. Vervolgens komt een schema met eindoordelen aan bod en ten slotte de staan alle media die over Meijsing hebben gepubliceerd in een overzicht. Onderzoeksresultaten Recensiebeoordelingen Schema s met als invulling de waardeoordelen van de recensies: zie bijlage Onderzoeksresultaten Genoemde auteurs Per recensiebeoordeling is er een cel in het schema van de recensiebeoordeling opgenomen met als inhoud Genoemde auteurs. Deze genoemde auteurs heb ik in onderstaande schema s per boek gesorteerd. In de meest rechtse kolom staat het totale aantal keren dat een auteur genoemd is per boek. Deze aantallen heb ik later opgeteld en toegevoegd aan een tabel die alle genoemde auteurs bevat van de veertien titels. In de recensies van het boek Moord en doodslag kwam de naam Geerten Meijsing erg vaak voor omdat hij samen met zijn zus die dubbelroman heeft geschreven. Ik heb in het schema van dat boek de naam Geerten Meijsing weggelaten. In elke recensie werd hij natuurlijk genoemd omdat hij medeauteur is. Als ik hem wel in mijn schema zou opnemen zou dat het beeld dat ik wil beschrijven vervormen. Dan zou hij namelijk bovenaan staan in de laatste tabel als meest genoemde auteur. 1. De hanen en andere verhalen Aantal recensies: 14 Genoemde auteur Aantal keer genoemd Borges 3 Nabokov 2 Vestdijk 2 Riwka Bruining 2 Jan Wolkers 2 Hieke de Jong 1 Henkdrik Cramer 1 Carmiggelt 1 Noel Caward 1 Lin Scholte 1 Anne Marie Baart 1 Harry Mulisch 1 J. van Oudshoorn 1 Gerard van het Reve 1 Gerrit Achterberg 1 Arthur van Schendel 1 20 P a g i n a

21 Henry James 1 Terborgh 1 Slauerhoff 1 Jan Elburg 1 Tini Visser 1 Bob Willems 1 Proust 1 Maarten t Hart 1 Heimans 1 Bernink 1 Thijsse 1 Adriaan Morriën 1 2. Robinson Aantal recensies: 21 Genoemde auteur Aantal keer genoemd Vestdijk 4 Nicolaas Matsier 4 Melville 2 Gerard van het Reve 2 Maartje Luccioni 2 Borges 1 Arthur van Schendel 1 Proust 1 Harry Mulisch 1 Fred Koning 1 Sagan 1 Geert van Beek 1 Geerten Meijsing 1 Hester Albach 1 Mischa de Vreede 1 Simenon 1 Anton Koolhaas 1 Couperus 1 Marga Minco 1 Alain Fournier 1 Nabokov 1 J. van Oudshoorn 1 Choderlos de Laclos 1 Hella Haasse 1 Gerrit Krol 1 Membrecht 1 Louis Ferron 1 Hannes Meinkema 1 Achterberg 1 Jan Donkers 1 Jan Geurt Siebelink 1 Maarten t Hart 1 Josine A. Simons-Mees 1 Mevr. Van Rhijn-Naeff 1 Cissy van Marxveld 1 21 P a g i n a

22 3. De kat achterna Aantal recensies: 10 Genoemde auteur Aantal keer genoemd Vestdijk 3 Cornelis Verhoeven 2 Homerus 1 Margriet Kousen 1 Borges 1 Arthur van Schendel 1 Proust 1 Harry Mulisch 1 J. van Oudshoorn 1 Gerard van het Reve 1 Nabokov 1 Achterberg 1 4. Tijger, tijger! Aantal recensies: 9 Genoemde auteur Aantal keer genoemd William Blake 2 Marnix Gijsens 1 Nicolaas Matsier 1 Scheltema 1 Bouke B. Jagt 1 Jan van Eyk 1 5. Utopia of De geschiedenissen Aantal recensies: 8 van Thomas Genoemde auteur Aantal keer genoemd Leon de Winter 3 Nicolaas Matsier 3 Michel Tournier 1 Kafka 1 W.F. Hermans 1 Dirk Ayelt Kooiman 1 Damocles 1 Paul van Ostayen 1 Frans Kellendonk 1 Borges 1 Houtzager 1 Hedda Martens 1 Bob den Uyl 1 Biesheuvel 1 22 P a g i n a

23 6. Beer en jager Aantal recensies: 4 Genoemde auteur Aantal keer genoemd G.L. Durlacher 1 Nicolaas Matsier 1 Anton Koolhaas 1 Martine Bijl 1 Dirk Ayelt Kooiman 1 7. De beproeving Aantal recensies: 12 Genoemde auteur Aantal keer genoemd Chesterton 1 Milan Kundera 1 Anna Blaman 1 J.C. Bloem 1 Anton Koolhaas 1 Krol 1 Oek de Jong 1 8. Vuur en zijde Aantal recensies: 10 Genoemde auteur Aantal keer genoemd Marsman 4 Kellendonk 1 Italo Calvino 1 Borges 1 Augustinus 1 Nabokov 1 Jeanette Winterson 1 Virginia Woolf 1 Komrij 1 9. Beste vriend Aantal recensies: 6 Genoemde auteur Aantal keer genoemd Lewis Caroll 2 Hans Christian Andersen 1 Borges 1 Nabokov 1 23 P a g i n a

24 10. De weg naar Caviano Aantal recensies: 8 Genoemde auteur Aantal keer genoemd Italo Calvino 3 Virginia Woolf 2 Anton Koolhaas 1 Jan Hanlo 1 Renate Dorrestein 1 J.J. Voskuil 1 William Shakespeare 1 Johan de Meesters 1 W.G. van de Hulst De tweede man Aantal recensies: 16 Genoemde auteur Aantal keer genoemd Harry Mulisch 7 Umberto Eco 3 Marsman 2 Kouwenaar 1 Lucebert 1 J.H. Donner 1 Maarten t Hart 1 Roosenboom 1 Byatt 1 Paul Bowles 1 Dylan Thomas 1 Vestdijk 1 Kafka 1 Mary Renault % chemie Aantal recensies: 12 Genoemde auteur Aantal keer genoemd Geert Mak 1 Judith Koelemeijer 1 Marianne Frederiksson 1 Sebastian Haffner 1 Gerrit Komrij 1 Frans Kellendonk 1 Achterberg 1 Gerard van het Reve 1 Virginia Woolf 1 W.G. van de Hulst 1 24 P a g i n a

25 13. Moord en doodslag Aantal recensies: 13 Genoemde auteur Aantal keer genoemd Simenon 3 Lowry 2 Thomas Mann 2 Erika Mann 2 Joost Zwagerman 2 Connie Palmen 1 Gogol 1 Poesjkin 1 Paul Theroux 1 Harry Mulisch 1 Klaus Mann 1 Niels Rood 1 Lydia Rood 1 Renate Rubinstein 1 Alexander Zwagerman 1 Ronald Giphart 1 Karin Giphart 1 J.H. Donner 1 Nicci French 1 Martin Amis 1 Kingsley Amis 1 Homerus 1 Jeroen Brouwers 1 Charles Baudelaire Over de liefde Aantal recensies: 18 Genoemde auteur Aantal keer genoemd Frans Kellendonk 3 Geerten Meijsing 3 Gabriel Garcia Marquez 3 Stendhal 2 Renate Rubinstein 1 Theodor Holman 1 André Gide 1 Dirk Ayelt Kooiman 1 Nicolaas Matsier 1 Jeroen Brouwers 1 25 P a g i n a

26 Totaal aantal keer dat een auteur Aantal recensies: 161 genoemd werd Genoemde auteur Aantal keer genoemd Harry Mulisch 11 Vestdijk 10 Nicolaas Matsier 10 Borges 8 Marsman 7 Nabokov 6 Frans Kellendonk 6 Gerard van het Reve 5 Achterberg 4 Geerten Meijsing 4 Simenon 4 Anton Koolhaas 4 Italo Calvino 4 Virginia Woolf 3 J. van Oudshoorn 3 Gabriel Garcia Marquez 3 Arthur van Schendel 3 Proust 3 Maarten t Hart 3 Leon de Winter 3 Umberto Eco 3 Dirk Ayelt Kooiman 3 W.G. van de Hulst 2 Kafka 2 Melville 2 Riwka Bruining 2 Jan Wolkers 2 Maartje Luccioni 2 Gerrit Krol 2 Homerus 2 Cornelis Verhoeven 2 William Blake 2 Stendhal 2 Gerrit Komrij 2 Lewis Caroll 2 Lowry 2 J.H. Donner 2 Thomas Mann 2 Erika Mann 2 Joost Zwagerman 2 Renate Rubinstein 2 Jeroen Brouwers 2 Hieke de Jong 1 Hendrik Cramer 1 26 P a g i n a

27 Carmiggelt 1 Noel Caward 1 Lin Scholte 1 Anne Marie Baart 1 Heimans 1 Bernink 1 Thijsse 1 Adriaan Morriën 1 Henry James 1 Terborgh 1 Slauerhoff 1 Jan Elburg 1 Tini Visser 1 Bob Willems 1 Fred Koning 1 Sagan 1 Geert van Beek 1 Hester Albach 1 Mischa de Vreede 1 Couperus 1 Marga Minco 1 Alain Fournier 1 Choderlos de Laclos 1 Hella Haasse 1 Membrecht 1 Louis Ferron 1 Hannes Meinkema 1 Jan Donkers 1 Jan Geurt Siebelink 1 Josine A. Simons-Mees 1 Mevr. Van Rhijn-Naeff 1 Cissy van Marxveld 1 Margriet Kousen 1 Marnix Gijsens 1 Scheltema 1 Bouke B. Jagt 1 Jan van Eyk 1 Michel Tournier 1 W.F. Hermans 1 Damocles 1 Houtzager 1 Hedda Martens 1 Bob den Uyl 1 Biesheuvel 1 G.L. Durlacher 1 Martine Bijl 1 Chesterton 1 27 P a g i n a

28 Milan Kundera 1 Anna Blaman 1 J.C. Bloem 1 Paul van Ostayen 1 Oek de Jong 1 Augustinus 1 Jeanette Winterson 1 Hans Christian Andersen 1 Jan Hanlo 1 Renate Dorrestein 1 J.J. Voskuil 1 William Shakespeare 1 Johan de Meesters 1 Kouwenaar 1 Lucebert 1 Roosenboom 1 Byatt 1 Paul Bowles 1 Dylan Thomas 1 Mary Renault 1 Geert Mak 1 Judith Koelemeijer 1 Marianne Frederiksson 1 Sebastian Haffner 1 Connie Palmen 1 Gogol 1 Poesjkin 1 Paul Theroux 1 Klaus Mann 1 Niels Rood 1 Lydia Rood 1 Alexander Zwagerman 1 Ronald Giphart 1 Karin Giphart 1 Martin Amis 1 Kingsley Amis 1 Charles Baudelaire 1 Theodor Holman 1 André Gide 1 Observaties Vanaf het debuut van Meijsing wordt de naam Harry Mulisch in recensies over Meijsing genoemd. De schrijver duikt in totaal elf keer op in de recensies, daarmee is het de meest genoemde auteur van allemaal. Slechts bij één boek is hij de meest genoemde auteur, namelijk bij De tweede man, de elfde roman van de veertien die ik behandel. Hij wordt nog een enkele keer genoemd in de recensies van Moord en doodslag en daarna niet meer. De 28 P a g i n a

29 Recensenten auteurs die dan wel genoemd worden zijn Frans Kellendonk, Nicolaas Matsier en Dirk Ayelt Kooiman. Dit zijn net als Meijsing Revisor-auteurs. Nicolaas Matsier wordt vanaf het tweede boek Robinson een aantal keer genoemd. Kellendonk en Kooiman worden pas voor het eerst genoemd in recensies over Utopia of de geschiedenissen van Thomas. Tot de roman Beste vriend komen zij om beurten een enkele keer voor. Dan komen ze in de recensies van vijf boeken geen enkele keer ter sprake. Opvallend is dat zij in recensies van Over de liefde weer alle drie genoemd worden. Auteurs zoals Vestdijk, Borges, Nabokov, Calvino en Marquez worden vaak genoemd in de recensies. Opmerkelijk is dat Meijsing deze auteurs zelf ook vaak noemt in interviews. Deze auteurs zijn verbonden aan het literaire tijdschrift de Revisor. Omdat Meijsing ze zelf vaak noemt, en omdat deze auteurs verbonden zijn met de Revisor, staan zij zo hoog in de tabel van meest genoemde auteurs. Sommige auteurs en zelfs dichters vallen op omdat zij zo hoog in de lijst staan, maar het niet direct duidelijk is waarom zij daar staan. Dichters zoals Marsman en Achterberg, auteurs zoals Simenon en Van Oudshoorn. Onderzoeksresultaten Eindoordelen In elk schema van de recensiebeoordelingen heb ik een eindoordeel opgenomen dat kan variëren van: Zeer positief Positief Neutraal Negatief Zeer negatief Deze eindoordelen heb ik per recensent in een tabel gezet. Bovenaan in de tabel staan de recensenten die de meeste recensies hebben gewijd aan de boeken van Meijsing. In de meest rechtse kolom staat het totaal aantal recensies/eindoordelen. Die zijn onderling weer ingedeeld in zeer positief, positief, neutraal, negatief, zeer negatief. Onderaan de tabel staat het totaal aantal oordelen per categorie van alle titels bij elkaar. Daar heb ik ook percentages aan toegevoegd zodat het makkelijk te zien is hoe positief of negatief Meijsings werken werden ervaren door de recensenten. Zeer negatief eindoordeel Negatief eindoordeel Neutraal eindoordeel Positief eindoordeel Zeer positief eindoordeel Totaal aantal eindoordelen Tom van Deel Jaap Goedegebuure Arnold Heumakers Kees Fens Aad Nuis Wim Vogel Jeroen Vullings Marja Pruis Jan-Hendrik P a g i n a

30 Bakker Jacques Jacques Kruithof Carel Peeters Janet Luis Ingrid Hoogervorst M. Wilcke-van der Linden Ab Visser Everhard Huizing Hans Warren 2 2 Willem Bulter Daniëlle Serdijn 2 2 Alfred Kossmann 2 2 Arjaan van Nimwegen Max Pam Aleid Truijens 2 2 Jessica Durlacher 2 2 Jacq Firmin 1 1 Vogelaar Recensent onbekend 1 1 Leo Geerts 1 1 Reinjan Mulder 1 1 Jan Verstappen 1 1 Geert van Beek 1 1 Hannemieke 1 1 Postma Maud Cossaar 1 1 Recensent onbekend 1 1 P.M. Reinders 1 1 E.E. 1 1 Pierre Spaninks 1 1 Guus Luijters 1 1 Helga 1 1 Ruebsamen Recensent onbekend 1 1 Alstein 1 1 Anneriek de Jong 1 1 Recensent P a g i n a

31 onbekend Pierre H. Dubois 1 1 Jan Nies 1 1 Bertie Fokielman 1 1 A.M. de Koning 1 1 Fernand Auwera 1 1 Anneke Juffer 1 1 Robert Anker 1 1 Gerrit Jan Zwier 1 1 Inge van den 1 1 Blink Koos Hageraats 1 1 Anton Brand 1 1 André Matthijsse 1 1 Matee ten Wolde 1 1 Ton Verbeeten 1 1 Lucie Th. 1 1 Vermij Annemiek van Oosten 1 1 Wam de Moor 1 1 Jan van 1 1 Luxemburg Rico Bulthuis 1 1 Gemma Pappot 1 1 Herman Leys 1 1 Frans de Rover 1 1 andra Schutte 1 1 Recensent onbekend 1 1 Anthony Mertens 1 1 Arjan Peters 1 1 Yves van Kempen 1 1 Johan Diepstraten 1 1 Paul Verhuyck 1 1 Hans Warren 1 1 Recensent onbekend 1 1 Rijke de Wolf 1 1 Yra van Dijk 1 1 Recensent 1 1 onbekend Jan Paul Bresser P a g i n a

32 Max Nord 1 1 Piet Keijsers 1 1 Alle Lansu 1 1 Pieter Steinz 1 1 Theo Hakkert 1 1 Reinier Spreen 1 1 Onno Blom 1 1 Elisabeth Lockhorn 1 1 K.L. Poll 1 1 Jan Bettens 1 1 Hanneke van den Berg 1 1 Mark Cloostermans 1 1 Herman Jacobs 1 1 Kees t Hart 1 1 C. Peppelenbos 1 1 Julie de Mul 1 1 Dirk Leyman 1 1 Fleur Speet 1 1 Jann Ruyters 1 1 Arjen Fortuin 1 1 Annet de Jong 1 1 Karin Overmars 1 1 Atte Jongstra 1 1 Bert Bultinck 1 1 Jeroen Theunissen 1 1 Thomas van den Bergh 1 1 Lies Schut 1 1 Nico de boer 1 1 Maarten Dessing 1 1 Pieter Steinz 1 1 Frank Hellemans (6,8%) 34 (21,1%) 1 (0,7%) 65 (40,4%) 50 (31,1%) 161 (100%) Totaal zeer negatieve eindoordelen Totaal negatieve eindoordelen Totaal neutrale eindoordelen Totaal positieve eindoordelen Totaal zeer positieve eindoordelen Totaal aantal eindoordelen Observaties Wat me meteen opvalt aan de bovenstaande tabel is dat geen enkele recensent meer dan acht recensies heeft geschreven over Meijsing (volgens Literom). Er zijn weinig critici 32 P a g i n a

33 die het oeuvre van Meijsing systematisch gevolgd hebben. Tom van Deel komt met acht recensies het dichtst in de buurt. Na hem volgt Jaap Goedegebuure met zeven recensies, en op de derde plek staat Arnold Heumakers met vijf recensies. Deze drie recensenten zijn belangrijke jaren zeventig critici. Tom van Deel is hoofdredacteur bij de Revisor geweest en is een typische Revisor-criticus. Jaap Goedegebuure hoorde bij Tirade maar kon de Revisor erg waarderen. Verder zijn er door de overige recensenten hooguit drie tot vier recensies aan het oeuvre van Meijsing gewijd. Carel Peeters is één van de critici die opvallend weinig recensies over Meijsing geschreven heeft. Hij is werkzaam bij Vrij Nederland, waar Meijsing toch ook lange tijd heeft gewerkt. Daarnaast heeft hij in 1984 Houdbare Illusies uitgegeven, een boekje waarin Meijsing aan bod komt samen met Oek de Jong, Nicolaas Matsier, Leon de Winter, Frans Kellendonk en Dirk Ayelt Kooiman. 29 De gegeven eindoordelen zijn veelal positief, ook bovenin de tabel. Alleen Kees Fens geeft vier totaal verschillende eindoordelen. Jan-Hendrik Bakker, Jacques Kruithof en Carel Peeters geven drie verschillende eindoordelen. Janet Luis heeft een zeer negatief eindoordeel en twee zeer positieve eindoordelen gegeven. Jaap Goedegebuure en Tom van Deel zijn positiever over Meijsing dan Arnold Heumakers. In totaal is zeventig procent van alle eindoordelen positief en dertig procent negatief. Om te kunnen stellen dat deze verhouding een rol speelt in het canoniseringsproces zou ik deze percentages eigenlijk moeten vergelijken met die van een andere auteur. Voor nu wil ik slechts stellen dat er een positief beeld heerst van Meijsing dat bevorderlijk is voor haar canoniseringsproces. Onderzoeksresultaten Media In de inventaris die ik gemaakt heb van alle recensies staat vermeld in welk tijdschrift, in welke krant of in welk nieuws- of dagblad de recensie verschenen is. De bronnen heb ik in de onderstaande tabel gezet, samen met het aantal keer dat er een recensie opgenomen was in de bron. Sommige nieuws- of week/dagbladen zijn in de loop der tijd samengegaan of van naam veranderd. Die nieuwsbladen heb ik apart opgenomen in de tabel. De Tijd is bijvoorbeeld samengegaan met HP/Haagsche Post, de nieuwe naam is HP/De Tijd. Deze drie bladen hebben elk een aparte regel gekregen. Daarnaast heb ik ze bij elkaar opgeteld en onder de nieuwe naam in de tabel vermeld. In de tweede kolom staat het aantal keren dat een medium een recensie (deels) gewijd heeft aan Meijsing. Deels omdat met name de recensies over de eerder geschreven boeken ook gaan over andere auteurs en hun debuten of nieuw verschenen boeken. Ten slotte staan de recensenten die hebben geschreven voor het genoemde medium in de meest rechtse kolom. Sommige recensenten hebben in de loop der tijd voor verschillende tijdschriften e.d. geschreven en zij staan daarom vaker in de tabel. 29 Bax, S., (2000). De relatie tussen het literaire tijdschrift De revisor (1974-heden) en het postmodernisme in het Nederlandse literaire veld van de jaren zeventig en tachtig. In: Academisme ontrafeld Utrecht, p. 10 (Beschikbaar via catalogus UvT). 33 P a g i n a

34 Verschillende tijdschriften, kranten, magazines en andere bronnen waar de recensies in verschenen zijn Aantal keer dat een medium een recensie (deels) gewijd heeft aan Meijsing Recensenten die bij het medium horen Vrij Nederland 14 Carel Peeters Jacques Kruithof Koos Hageraats F. de Rover Jeroen Vullings E. Lockhorn HP/De Tijd 14 Aad Nuis Gemma Pappot Jaap Goedegebuure Wam de Moor Durlacher M. Pam J. Theunissen NRC Handelsblad 12 R. Mulder P.M. Reinders K.L. Poll A.M. de Koning Janet Luis A. Peters Arnold Heumakers P. Steinz A. Fortuin Trouw 11 Tom van Deel J. Ruyters De Volkskrant 10 Kees Fens Jaap Goedegebuure Arnold Heumakers Y. van Dijk A. Truijens Daniëlle Serdijn Het Parool 8 Max Nord G. Luijters P. Spaninks R. Anker Vermij A. Lansu Daniëlle Serdijn Karin Overmars De Groene Amsterdammer 8 Vogelaar. Schutte A. Mertens Yvonne van Kempen Marja Pruis Kees t Hart De Standaard 7 Kees Fens H. Leys 34 P a g i n a

35 Onno Blom P. Verhuyck Maartje Dessing Mark Cloostermans Haarlems Dagblad 6 Wim Vogel H. van den Bergh Leeuwarder Courant 5 J. van Luxemburg Ab Visser G.J. Zwier A. Jongstra C. Peppelenbos HP/Haagsche Post 5 Aad Nuis Gemma Pappot Jaap Goedegebuure HP/De Tijd 5 Wam de Moor Durlacher Jaap Goedegebuure M. Pam De Tijd 4 J. Theunissen Jaap Goedegebuure De Telegraaf 4 Ingrid Hoogervorst Lies Schut A. De Jong Nieuwsblad van het Noorden 4 Everhard Huizing A. Brand R. Spreen Elsevier 4 G. van Beek Durlacher J.P. Bresser T. van den Bergh Haagsche Courant 4 A. Matthijsse J.H. Bakker Nederlands Dagblad 4 M. Wilcke- van der Linden R. de Wolf De Limburger 3 Alfred Kossmann Ingrid Hoogervorst De Morgen 3 Bert Bultinck D. Leyman Provinciale Zeeuwse Courant 3 Hans Warren Utrechts Nieuwsblad 3 A. van Nimwegen Inge van den Blink Brabants Nieuwsblad 2 P. Keijsers Jaap Goedegebuure Tubantia 2 Willem Bulter Noordhollands Dagblad 2 T. Hakkert Nico de Boer Knack 2 F. Hellemans H. Jacobs Algemeen Dagblad 2 Recensent onbekend 35 P a g i n a

36 De Nieuwe 2 L. Geerts Alstein De Waarheid 2 E.E. A. Juffer Het Binnenhof 2 J. Nies J. Verstappen Het Vaderland 2 Dubois H. Ruebsamen Hervormd Nederland 2 A. de Jong M. ten Wolde De Stem 1 J. Diepstraten Leidsch Dagblad 1 Inge van den Blink Humo 1 Julie de Mul De Gelderlander 1 T. Verbeeten De Nieuwe Linie 1 H. Postma Het Vrije Volk 1 A. van Oosten De Gooi- en Eemlander 1 M. Cossaar Leesidee 1 J. Bettens Amersfoortse Courant 1 B. Fokielman Rotterdams Nieuwsblad 1 Bulthuis Het Financieele Dagblad 1 Fleur Speet De Nieuwe Gazet 1 F. Auwera Opzij 1 Janet Luis Observaties In de jaren zeventig was Carel Peeters redacteur van de bijlage van Vrij Nederland. Peeters heeft, hoewel hij maar drie recensies over Meijsing geschreven heeft volgens mijn onderzoek, wel veel over de Revisor gepubliceerd omdat hij een Revisor-liefhebber was. Daarom is het niet opvallend dat juist Vrij Nederland het meest over Meijsing gepubliceerd heeft. De toonaangevende grote nationale kranten en tijdschriften staan bovenaan in de tabel. Waarschijnlijk hebben de minder toonaangevende, kleinere bladen, het idee om te publiceren over Meijsing later pas overgenomen toen deze wat bekender was. Dat verklaart waarom zij minder recensies over haar gepubliceerd hebben. Opvallend is dat Tom van Deel steevast bij Trouw heeft gepubliceerd over Meijsing, maar dat Jaap Goedegebuure heeft over haar geschreven in De Volkskrant, Brabants Nieuwsblad, HP/Haagsche Post, De Tijd en later ook in HP/De Tijd, dat ontstond uit een samengaan van De Tijd en HP/Haagsche Post. Vrij Nederland, HP/De Tijd, NRC Handelsblad, Trouw, De Volkskrant, Het Parool, De Groene Amsterdammer en De Standaard hebben in totaal meer dan de helft van de 161 recensies over haar gepubliceerd. 36 P a g i n a

37 Analyse In dit hoofdstuk zal ik de mate van aandacht die Meijsing heeft gekregen analyseren met behulp van mijn theoretisch kader en mijn onderzoeksresultaten. Daarnaast zal ik het beeld gevormd door recensenten proberen te schetsen en op zoek gaan naar gelijkenissen in de categorieën van de waardeoordelen om zo het beeld aan te vullen. Ten slotte zal ik bespreken of de positie van de vrouw in de literaire wereld vanaf het debuut van Meijsing in 1974, een rol heeft gespeeld in haar canoniseringsproces. Aandacht voor Doeschka Meijsing In mijn theoretisch kader heb ik een beeld geschetst van de problematiek van de auteurscarrière. Uitgevers moeten bereid zijn een risico te nemen met een auteur. Uitgeverij Querido durfde in 1974 dat risico te nemen met Meijsing. Dat deze uitgeverij dat risico durfde te nemen is op zich niet echt een prestatie. Querido was destijds net als Meijsing nog op weg om bekendheid te verwerven. Meijsing en Queriodo waren allebei in opmars en hadden elkaar nodig. Wel had Querido toen al een serieuze uitstraling en publiceert de uitgeverij van begin af aan Nederlandse literatuur. Dat drukt al enigszins een stempel op een auteur en op het werk dat hij of zij uitgeeft. Meijsing heeft haar eerste literaire roman uitgegeven in Ik ben van mening dat het risico voor uitgeverij Querido minder groot was omdat Meijsing al eerder als schrijfster optrad voor het tijdschrift Podium en natuurlijk voor het hoogstaande literaire tijdschrift de Revisor. Beginnende auteurs publiceren in een tijdschrift om aansluiting te zoeken bij generatiegenoten, maar ook om de aandacht van critici en uitgeverijen te trekken. 30 Meijsing had de aandacht van Querido getrokken en de uitgeverij wist wat zij binnenhaalde en was zich bewust van het literaire gehalte van de werken van Meijsing. Vervolgens spreekt volgens Verdaasdonk (1985) de mate waarin een werk aandacht krijgt of niet, waarin een auteur aandacht krijgt of niet, voor de kwaliteit van een werk. Meijsings werken zijn veelbesproken in heel Nederland. De grote toonaangevende nationale bladen zoals Vrij Nederland, HP/De Tijd, De Volkskrant, NRC Handelsblad en Het Parool hebben veel recensies over haar gepubliceerd. Langzaam maar zeker begonnen ook minder toonaangevende media aandacht aan haar werken te besteden. Het toonaangevende Vrij Nederland heeft maar liefst veertien recensies aan de veertien werken die ik bespreek van Meijsing besteed. Dit heeft waarschijnlijk te maken met het feit dat Meijsing in 1978 literatuurredactrice was bij Vrij Nederland. Daarnaast was Carel Peeters, die zelf ook drie recensies over haar geschreven heeft, destijds redacteur van de bijlage van Vrij Nederland en hij was een groot liefhebber van de Revisor. 31 Naast Vrij Nederland heeft ook HP/De Tijd veertien recensies over Meijsing gepubliceerd. Met name Jaap Goedegebuure en Aad Nuis 30 Bax, S., (2007). De constructie van het vierstromenland. Classificatie van poëzie in het literaire veld. In: De taak van de schrijver. Het poëticale debat in de Nederlandse literatuur ( ). s-hertogenbosch, p. 53. (Verkregen op 26 juni, 2010, van 31 Bax, S., (2000). De relatie tussen het literaire tijdschrift De revisor (1974-heden) en het postmodernisme in het Nederlandse literaire veld van de jaren zeventig en tachtig. In: Academisme ontrafeld. Hendrik-Ido-Ambacht, p. 10 (Beschikbaar via catalogus UvT). 37 P a g i n a

38 zijn verantwoordelijk voor het schrijven van die recensies. Ook het NRC Handelsblad heeft veel recensies gepubliceerd met als onderwerp de werken van Meijsing. In totaal hebben negen recensenten twaalf recensies geschreven. Het dagblad Trouw heeft in totaal elf recensies gepubliceerd over de werken van Meijsing. Opvallend is dat acht van de elf recensies geschreven zijn door Tom van Deel. Één recensie is geschreven door Jan Ruyters en van twee recensies is de recensent onbekend, maar het is waarschijnlijk dat ook deze recensies toe te schrijven zijn aan Tom van Deel gezien de schrijfstijl, die verdacht veel weg heeft van zijn andere recensies. Tom van Deel heeft in de loop der jaren een reputatie als toonaangevend literatuurcriticus verworven. Hij heeft in veel weekbladen gepubliceerd, allerlei schrijvers geïnterviewd, gevolgd en besproken. Daarnaast heeft hij voor de Revisor gewerkt, gefunctioneerd als jurylid en was hij tevens verantwoordelijk voor het uitreiken van vele belangrijke literaire prijzen (o.a. P.C. Hooft-Prijs) als juryvoorzitter. 32 In de jaren zeventig was hij nog een opkomend criticus, net zoals Meijsing nog een opkomend schrijfster was. Door onder andere zijn werkzaamheden bij de Revisor en bij het opinieblad Trouw heeft hij zijn reputatie verworven. 33 Hij heeft zich in totaal acht keer uitgelaten over de werken van Meijsing. Twee keer was hij positief over de werken de schrijfster, slechts één keer negatief en vijf keer zeer positief. Zo zien we hoe er een wisselwerking ontstaat tussen een beginnend schrijver en een opkomend criticus. Zij hebben elkaar nodig en helpen elkaar op weg. Tom van Deel was niet de enige die Meijsing op weg hielp. Ook Jaap Goedegebuure, die promoveerde op het werk van de dichter Hendrik Marsman, heeft zeven keer een recensie over Meijsing geschreven, vijf keer was hij positief en twee keer erg positief. 34 In tegenstelling tot Tom van Deel, die alleen voor Trouw schreef, schreef Jaap Goedegebuure recensies over Meijsing voor De Volkskrant, HP/De Tijd, HP/Haagsche Post, De Tijd en Brabants Nieuwsblad. HP/Haagsche Post en De Tijd zijn samengegaan en vormen al een aantal jaar HP/De Tijd. De Volkskrant en HP/De Tijd zijn belangrijke nationale opinieweekbladen die destijds al als toonaangevend kunnen worden beschouwd. Als een toonaangevend recensent veel aandacht besteedt aan een auteur wordt dit opgemerkt door minder toonaangevende recensenten. Vaak nemen zij ook uitspraken en oordelen over van toonaangevende recensenten. Jaap Goedegebuure is erg positief over de werken van Meijsing. Het positieve karakter van de recensies van Tom van Deel en Jaap Goedegebuure is overgenomen door anderen en dat maakt hen trendsetters volgens de theorie van Van Rees (1985). Naarmate de reputatie van een veelbesproken auteur groeit en naarmate steeds meer critici het eens worden over de aard van diens werk, blijft dissidenten echter weinig anders over dan te zwijgen of om te gaan, dat wil zeggen zich voorzichtig aan te 32 [Auteur onbekend], Tom van Deel. Neerlandicus, dichter, bloemlezer, essayist, redacteur en recensent. In: Website VPRO (Verkregen op 21 augustus, 2010, van 33 [Auteur onbekend], T. van Deel: Recensent, Interpunctie dirigeert het lezen. In: Website Koninklijke Bibliotheek, Nationale bibliotheek van Nederland (Verkregen op 19 juli, 2010, van 34 Haas, De, B., Interview met Jaap Goedegebuure. In: Website Universiteit Leiden, Faculteit der Letteren (Verkregen op 20 juli, 2010, van 38 P a g i n a

39 sluiten bij de consensusgroep. Het laatste alternatief betekent dat zij zich moeten aanpassen aan de overwegingen die inmiddels als legitiem worden erkend om het werk van de betrokken auteur naar aard en kwaliteit te karakteriseren. 35 De eerste recensente die ervoor heeft gekozen om liever te zwijgen over Meijsing, dan zich aan te sluiten bij de consensusgroep, is Gemma Pappot. Van de eenentwintig recensies is er slechts één negatieve recensie geschreven over het debuut De hanen en andere verhalen. Deze recensie is door Gemma Pappot geschreven. Opmerkelijk is dat zij niet zo zeer het werk beoordeelt, maar eerder Meijsing zelf. Zij verwijt Meijsing dat zij geen feministische literatuur heeft geschreven, maar literatuur zoals mannen die tot dan toe schreven. Na deze recensie heeft Pappot geen aandacht meer besteedt aan Meijsing. Behalve door Pappot is het debuut van Meijsing erg positief ontvangen. Dat geldt niet voor haar tweede werk. Criticus Kees Fens beoordeelde De hanen en andere verhalen positief in De Volkskrant en een keer zeer positief in De Standaard. Over Robinson schreef hij ook twee recensies in De Volkskrant en in De Standaard. Deze waren echter negatief en zelf zeer negatief. Deze plotse ommekeer is haast niet te verklaren. Eerst is hij positief over de constructies die Meijsing gebruikt, daarna geeft hij alleen maar af op de kunstmatigheid die het verhaal krijgt door het gebruik van literaire middelen. Meer recensies van Kees Fens zijn er in Literom niet te vinden. Niet alleen Kees Fens was negatief over Robinson, maar ook Alfred Kossmann en Wim Vogel waren niet erg positief over het werk. Die eerste laat zich over De kat achterna ook negatief uit. Daarna horen we helemaal niets meer van Kossmann. Blijkbaar heeft hij besloten om liever te zwijgen dan zich aan te sluiten bij de consensusgroep. Wim Vogel laat na die ene negatieve recensie over Robinson een hele tijd niets van zich horen en dan schrijft hij jaren later opeens een positieve recensie over De tweede man, een zeer positieve recensie over 100% chemie en ten slotte een positieve recensie over Over de liefde. Waarschijnlijk heeft hij ingezien, in tegenstelling tot Kossmann, dat er sprake is van een consensusvorming waar hij zich hij zich als dissident beter aan kan aanpassen als hij over Meijsing wil schrijven. In de recensiebeoordelingen van De hanen en andere verhalen, Robinson en De kat achterna laat recensent Aad Nuis zich drie keer positief uit over Meijsing. Bij Tijger, tijger! geeft hij echter een negatief oordeel over het werk. Daarna besteedt hij geen aandacht meer aan Meijsing. Vanaf De kat achterna zijn Jaap Goedegebuure, Tom van Deel, Jacques Kruithof en Arjaan van Nimwegen de terugkerende namen van recensenten die zich positief uitlaten over de werken van Meijsing. Goedegebuure en Van Deel laten zich vanaf De Beproeving zelfs veelal zeer positief uit over Meijsing, afwisselend met positieve recensies. Hans Warren is de enige recensent die opvalt in de recensiebeoordelingen van Tijger, tijger!, Utopieën of De geschiedenissen van Thomas en Beer en jager vanwege zijn twee zeer negatieve recensies. Hij heeft Meijsing vanaf Robinson gevolgd, en daar was hij wel positief over. Vervolgens schrijft hij twee zeer negatieve recensies over Utopieën of De 35 Rees, Van, K., (1985). Consensusvorming in de literatuurkritiek. Voorwaarden voor een succesvolle bijdrage aan consensusvorming. In:Verdaasdonk, H., red., (1985). De regels van de smaak. Amsterdam, p P a g i n a

40 geschiedenissen van Thomas en over Beer en jager. Daarna heeft hij besloten om niet meer over Meijsing te schrijven. Arnold Heumakers heeft naast Tom van Deel en Jaap Goedegebuure de meeste recensies over Meijsing geschreven. Interessant is dat hij haar pas is gaan volgen vanaf De beproeving, haar zevende roman. Hij schreef over De beproeving en over Vuur en zijde een negatieve recensie. Jaap Goedegebuure en Tom van Deel, die zich al veel langer bezig hielden met Meijsing, schreven beiden zeer positieve recensies over die twee werken. De overwegingen van de aard en de kwaliteit van de werken van Meijsing werden langzaamaan als legitiem erkend. Dat moet Heumakers ook hebben ingezien, want over Beste vriend en De weg naar Caviano schrijft hij vervolgens een positieve en een zeer positieve recensie. Hij heeft er dus voor gekozen om zich voorzichtig aan te sluiten bij de consensusgroep. Ten slotte zie ik dat vanaf De tweede man de oordelen steeds positiever worden. Er worden relatief steeds minder negatieve oordelen gegeven en gemiddeld worden er rond de vijf positieve en vijf zeer positieve oordelen gegeven. Bij Over de liefde zijn er maar drie negatieve recensies van de achttien recensies in totaal. Deze zijn geschreven door recensenten die slechts één of twee kritieken over Meijsing hebben geschreven. Dan is er in totaal zes keer positief over Meijsing geschreven en maar liefst negen keer zeer positief. In totaal zijn er over de veertien werken, die ik heb uitgekozen van de schrijfster, in de database van Literom 161 bruikbare recensies te vinden. Dat zijn gemiddeld twaalf recensies per boek. Ongeveer zeventig procent van die recensies is positief en maar dertig procent negatief. Dit aantal zou aangevuld kunnen worden met recensies van het Nederlands Letterkundig Museum. Maar zelfs met alleen de recensies van Literom wil ik stellen dat Meijsing het onderwerp is geweest van continue aandacht van de media. Niet alleen literatuurcritici besteden veel aandacht aan haar, maar ook het publiek koopt en leest de boeken van Meijsing. In een recensie van Pieter Steinz over de dubbelroman Moord & Doodslag zegt hij over Geerten Meijsing: Bovendien kan hij niet verkroppen dat zij beter verkoopt.. 36 Broer Geerten ontving eerder de belangrijke literaire prijzen, maar zus zijn zus verkocht meer exemplaren. Over de liefde staat op nummer 55 in de CPNB-top 100 van Dat betekent dat er van Over de liefde in 2009 tussen de en exemplaren zijn verkocht. 37 Door boeken te kopen die het onderwerp zijn van continue aandacht van de critici, of belangrijke literaire prijzen gewonnen hebben, bewijst het publiek smaak te hebben. Meijsing won in 2009 van Leon de Winter de strijd om de Ako- Literatuurprijs met Over de liefde. Tevens won zij de F. Bordewijkprijs en de Opzij literatuurprijs met dit deel van haar oeuvre. De tweede man is in 2000 genomineerd voor de AKO-Literatuur prijs, en de roman 100% chemie is in 2003 genomineerd voor de Libris 36 Steinz, P., Op de brandstapel van de erfvijand. In: NRC Handelsblad, [Auteur onbekend], CPNB-top 100 van In: Website Stichting Collectieve Propaganda van het Nederlandse Boek (Verkregen op 20 juli, 2010, van 40 P a g i n a

41 Literatuur Prijs. 38 In de volgende alinea wil ik het hebben over de relaties tussen Meijsing en de mensen die haar hebben beoordeeld als jurylid en als criticus. Relaties tussen de schrijfster en critici en andere personen uit de literaire wereld zijn moeilijk te achterhalen, al vermoed ik wel dat er een band bestaat tussen Meijsing en Tom van Deel. Dit omdat hij steevast bij het uitkomen van een nieuw boek een recensie over haar werk geschreven heeft, veelal erg positief. Daarnaast ben ik ook in de recensies stukken tegengekomen die aanduiden dat Tom van Deel haar wel eens interviewde. Dat impliceert dat ze elkaar in persoon ontmoet hebben en dat ze elkaar dus kennen. Net als Meijsing heeft ook Tom van Deel voor de Revisor gewerkt. Ze zouden generatiegenoten genoemd kunnen worden omdat zij in de jaren zeventig allebei nog opkomend waren. Zoals Nel van Dijk aangaf is het belangrijk om relaties te hebben met invloedrijke personen uit de literaire wereld. Tom van Deel, die naast al zijn bezigheden als criticus ook jureerde voor belangrijke prijzen, was voor Meijsing een heel belangrijk contact in de literaire wereld. Daarnaast is mij opgevallen dat meer recensenten die over Meijsing hebben geschreven onderdeel zijn van jury s die belangrijke literaire prijzen uitreiken. Karin Overmars schrijft een zeer positieve recensie over Meijsings boek Over de liefde. Janet Luis schrijft een zeer positieve recensie voor NRC Handelsblad over De beproeving, vervolgens schrijft ze een zeer negatieve recensie voor NRC Handelsblad waarin ze vrijwel geen spaan heel laat van Vuur en zijde, waarna ze voor Opzij weer een zeer positieve recensie over Meijsings Over de liefde schrijft. De jury die destijds de Opzij literatuurprijs toekende aan Meijsings boek Over de liefde bestond uit Janet Luis, Karin Overmars, Erica van Boven, Mariët Meesters en D. Hooijer. Die erg positieve recensies zijn ongeveer een jaar verschenen voordat de prijs werd uitgereikt. 39 Het werkte in Meijsings voordeel dat twee van de vijf juryleden al op een positieve wijze bekend was met haar werk. Het beeld Mede dankzij de theorie van J.J.A. Mooij heb ik de waardeoordelen van de recensenten structureel in schema s kunnen indelen. Zo kon ik bepalen of een recensent een positief of een negatief eindoordeel gaf. Maar dat is niet het enige dat ik uit deze schema s kan opmaken. De steekwoorden geven ook een idee van de receptie van Meijsing. die herhaaldelijk voorkomen kunnen uiteindelijk als typerend voor deze schrijfster worden beschouwd. Het is van belang om een beeld te krijgen van de receptie van Meijsing om te begrijpen wat de critici van haar werk vonden. Welke kenmerken komen steeds weer terug en vormen daardoor een beeld van de schrijfster? Het is niet alleen belangrijk om te weten dat een recensent een werk als positief of negatief ervaart, maar wát hij dan juist als positief en als negatief ervaart en nog belangrijker waarom. Aan de hand van 38 [Auteur onbekend], Doeschka Meijsing. In: Website Vereniging van openbare bibliotheken (Verkregen op 21 april, 2010, van 39 [Auteur onbekend], Opzij Literatuurprijs 2008 Over de liefde van Doeschka Meijsing. In: Website Opzij, de vrouwelijke opinie, Amsterdam, februari (Verkregen op 26 juli, 2010, van 41 P a g i n a

42 individuele uitspraken over Meijsing wil ik een beeld schetsen van hoe zij van begin af aan ontvangen is. Daarom wil ik een citaat aanhalen van Aad Nuis die, in zijn recensie van het boek De hanen en andere verhalen, Meijsing in een categorie probeert te plaatsen: In soms briljante imitaties van grote voorgangers en met technische probeersels en hoogstandjes wordt gewerkt aan een eigen stijl en aan de ambachtelijke vaardigheid in afwachting van de wijsheid en de echte raadsels die met de jaren komen. In helemaal zuivere vorm komt dit type zelden voor, maar Doeschka Meijsing heeft er veel van weg.. 40 Meijsing valt volgens hem onder de categorie van de klassieke kunstopvattingen; imitaties van grote voorgangers en technische probeersels en hoogstandjes. De kern van zijn verhaal is dat Meijsings vroege werken veel weg hebben van de werken van Vestdijk, Borges en Nabokov. Zij schrijven boeken die een uitdaging zijn voor de intelligentie en de fantasie van de lezer, doordat ze hem een kunstig en ingewikkeld spel van betekenissen voorzetten, vol evenwijdigheden, oversprongen en dwarsverbindingen, zowel in de grote lijnen als in kleinigheden. Zijn literair-historische waardeoordelen bevatten vele vergelijkingen met Vestdijk en Borges. Hij zegt bijvoorbeeld dat de lichte, snelle, quasi-nonchalante toon, de beeldende beschrijvingen van personages en emoties, de onverwachte wendingen én tempowisselingen, de talrijke elkaar echoënde details en de intrige nauwelijks mogelijk zijn zonder Vestdijk. Volgens Aad Nuis ondergaat Meijsing een positieve ontwikkeling als we kijken naar hetgeen hij schrijft over Robinson. Dat boek is volgens hem minder pretentieus en beter geschreven dan De hanen en andere verhalen. Bij het lezen van dat boek moest hij voor het eerst niet meteen aan andere schrijvers denken. In Robinson is volgens hem onmiskenbaar een aanzet te vinden naar een zelfstandig en boeiend schrijverschap. Er is nog wel het een en ander dat ontleend is aan de geest van anderen, maar de eigen inzet neemt toe. Hij schrijft dan ook dat Meijsing het verdient om met toenemende belangstelling gevolgd te worden. Aad Nuis was in de jaren zeventig redacteur van het tijdschrift Tirade. Hij zet deze toon in de eerste recensie van De hanen en andere verhalen en van Robinson. Later is hij ook vol lof over De kat achterna, vanwege de nog ingewikkelder structuur die Meijsing hanteert. Hij schrijft dat de belofte van een boeiend en zelfstandig schrijverschap is ingelost in De kat achterna. Ongetwijfeld speelt hij een rol in de consensusvorming over de werken van Meijsing. 41 Recensent Kees Fens heeft zelfs twee recensies geschreven over het debuut De hanen en andere verhalen. Net als Aad Nuis was hij positief over het debuut, in één van de recensies zelfs zeer positief. Hij zei het volgende over de verhalenbundel: Zowel om de gevarieerde inhoud, als om de aanpak en de schrijfwijze die de verhalen aan het gemak van het realistische onttrekken en de gebeurtenissen als leven èn teken weergeven, zijn deze verhalen een heel bijzonder debuut te noemen Nuis, A., De doorbraak van een ijverige leerling In: HP/Haagse Post, Nuis, A., De doorbraak van een ijverige leerling In: HP/Haagse Post, Fens, K., Vertoning In: De Standaard, P a g i n a

43 en De verhalen zijn geschreven in wat je zou kunnen noemen een glanzende stijl: zeer beheerst en uiterst zorgvuldig proza, dat ook fraai is en door zijn zuinigheid de toehoorder-lezer niet loslaat, nieuwsgierig maakt ook, want alle kleinere details suggereren betekenis.. 43 Zijn uitspraken over het boek zijn uitermate complimenteus. De waardeoordelen die hij aan de verhalenbundel toekent kom ik ook tegen in latere recensies. In het blad Trouw is een maand later een recensie verschenen die veel overeenkomsten vertoont met beide recensies van Kees Fens. De recensent is onbekend in de database van Literom, maar gezien het feit dat het om Trouw gaat mogen we logischerwijs aannemen dat het hier om Tom van Deel gaat. De overeenkomsten zijn vooral toe te schrijven aan de manier waarop zij over de structuur van Meijsing schrijven. Zij zijn allebei lovend over de precisie waarmee de korte verhalen geconstrueerd zijn. Dezelfde en keren steeds weer terug. Intelligente structurering, construeren zonder dat de lezer meteen de constructies ontdekt en zorg voor de samenstelling van zorgvuldig geschreven proza blijken kenmerkend te zijn voor Meijsing. Deze orkestratie komt niet alleen terug in de recensies van De hanen en andere verhalen, maar ook bij de andere titels. Kees Fens geeft hier in zijn recensie een plausibele verklaring voor: Een schrijfster die eerder in De Revisor publiceerde en wier werk door de weloverwogen vorm ervan en het afstandelijke ook, enigszins representatief voor het blad kan genoemd worden, is Doeschka Meijsing.. 44 Het tijdschrift de Revisor speelt klaarblijkelijk een belangrijke rol in de receptie van Meijsing. In de recensies van De hanen en andere verhalen wordt het tijdschrift in drie recensies genoemd. In de recensie van Kees Fens, een recensie in De Tijd en een recensie in Algemeen Dagblad. Fens geeft in zijn recensie de denkwijze weer van de redactie van de Revisor. Hij schrijft dat de creatieve bijdragen van de Revisor op een literair-technisch niveau streng beoordeeld worden. De redactie van het blad blijft er volgens hem van overtuigd dat alleen doordachte vormen doorleefde literatuur kunnen opleveren. Die doordachte vormen vindt hij ook terug in de verhalen van Meijsing en daarom vindt hij haar enigszins representatief voor het blad. 45 Het feit dat de Revisor zo sterk aan haar wordt verbonden komt de classificatie van Meijsing ten goede. Zij wordt geclassificeerd als een schrijfster die een literair tijdschrift met een groot aanzien als opstapje gebruikte naar de wereld van de literaire romans. Een gevaarlijke classificatie omdat de lat heel erg hoog ligt, maar met slechts één negatieve recensie over haar debuut bewijst Meijsing volgens veel recensenten dat zij het waard is om te volgen. 43 Fens, K., Van de hoge, hoge stapel In: De Volkskrant, Fens, K., Vertoning In: De Standaard, Fens, K., Vertoning In: De Standaard, P a g i n a

44 Meijsing wordt steeds vaker geclassificeerd als Revisor-schrijfster. In de recensies van De hanen en andere verhalen en Robinson wordt die link gelegd door Kees Fens en in de recensies van Algemeen Dagblad komt het ook aan de orde. Drie recensenten spreken over Meijsing in verband met de Revisor in 35 recensies over haar eerste twee werken. In de recensies over haar latere werken wordt het verband steeds vaker beschreven. Andere recensenten leggen de link ook of nemen die bewust al dan niet bewust over van andere recensies die zij gelezen hebben. In De kat achterna wordt het verband overgenomen door Jan Verstappen (Het Binnenhof) en Hannemieke Postma (De Nieuwe Linie). Vervolgens kent ook Jacques Kruithof (Vrij Nederland) deze classificatie aan Meijsing toe in zijn recensie over het boek Tijger, Tijger!. In recensies over Utopia en de geschiedenissen van Thomas komt het verband nog vaker aan de orde en wordt het genoemd door Hans Warren (PZC), Robert Anker (Het Parool) en Jaap Goedegebuure (HP/Haagsche Post). Het verband tussen Meijsing en de Revisor wordt overgenomen door andere recensenten, totdat het verband vanzelfsprekend wordt en het langzaam verandert in een verankerd beeld van Meijsing als schrijfster van Revisor-proza. Revisor-proza dat het neusje van de literaire zalm beoogt te zijn; filosofisch getinte verhalen, vormkunstig prachtproza bij uitstek, volgens recensent Gerrit Jan Zwier (Leeuwarder Courant). 46 Kenmerkend voor het Revisor-proza, zoals ik het uit de recensies heb opgemaakt, zijn: inbedding van verhalen, geleidelijke ontknopingen, intertekstualiteit, erg ingewikkelde structuren, veel sprongen in de tijd en de verbeelding wordt als het ware als een raster over de realiteit gelegd. Zoals gezegd, een hoge standaard die hoge verwachtingen stelt aan Meijsing. Dat Meijsing als Revisor-schrijfster wordt geclassificeerd is ook te onderbouwen met de resultaten uit de tabel Genoemde auteurs. Auteurs zoals Dirk Ayelt Kooiman, Nicolaas Matsier, Frans Kellendonk en Oek de Jong zijn net als Meijsing ooit bij de Revisor begonnen. De naam Revisor-proza is dan wel enigszins misleidend omdat naast bijvoorbeeld Kooiman, Kellendonk, Meijsing en Matsier ook oudere auteurs als Nooteboom, Brakman, Mulisch en Krol in de traditie van het Revisor-proza schrijven en Leon de Winter als voorbeeld van een jongere auteur. Zij zijn oorspronkelijk echter niet bij het tijdschrift begonnen. Nicolaas Matsier is de meest genoemde Revisor-auteur, in de lijst van alle auteurs staat hij zelfs op een gedeelde tweede plaats. Hij werd in totaal tien keer genoemd. Frans Kellendonk is daarna met zes verwijzingen de meest genoemde Revisor-auteur. Dirk Ayelt Kooiman werd drie keer vermeld in alle recensies. Hij heeft in 1974 samen met Thomas Graftdijk de Revisor opgericht. 47 Oek de Jong werd slechts één keer genoemd en Kees t Hart helemaal niet. Meijsing wordt het vaakst met Matsier vergeleken. De werken worden langs elkaar gelegd en dat is niet zo verwonderlijk want Matsier debuteerde ongeveer in dezelfde periode als Meijsing en zij deelden natuurlijk hun schrijversachtergrond. In een recensie van het boek Robinson vind een recensent dat Meijsing een net zo wonderlijk talent heeft als Matsier. Een 46 Zwier, G.J., Een schijndode vulkaan In: Leeuwarder Courant, Bax, S., (2000). De relatie tussen het literaire tijdschrift De revisor (1974-heden) en het postmodernisme in het Nederlandse literaire veld van de jaren zeventig en tachtig. In: Academisme ontrafeld. Hendrik-Ido-Ambacht, p. 9 (Beschikbaar via catalogus UvT). 44 P a g i n a

45 tijd later, in een recensie over Utopia en de geschiedenissen van Thomas, schrijft recensent Hans Warren dat Meijsings talent aanzienlijk groter is dan dat van Matsier. 48 De auteur die het meest genoemd wordt van alle genoemde auteurs is Harry Mulisch. Hij werd in totaal elf keer vermeld in zowel negatieve als positieve contexten. Paul Verhuyck zegt in zijn recensie over De tweede man dat het werk soms iets van Eco en soms iets van Mulisch wegheeft in de positieve zin. Dat boek doet recensent Max Pam denken aan De ontdekking van de hemel van Mulisch. Hij zegt in zijn vergelijking dat Meijsing regelmatig de virtuoze verteltechniek mist waardoor je bij Mulisch bereid bent koketterieën en andere gekkigheid op de koop toe te nemen. Hij vindt het jammer dat het verhaal niet wat spannender opgeschreven is en wijt dat aan de Revisor-afstamming van Meijsing, die er volgens hem voor zorgt dat haar personages iets houtenklazerigs hebben. Dat zou Mulisch volgens hem allemaal niet overkomen. 49 Interessant is dat in de werken van Mulisch wel de kenmerken van Revisorproza te vinden zijn, maar dat hij deze niet binnen het tijdschrift heeft aangewend. Meijsing is volgens Max Pam te veel bezig met het toepassen van de regels die literatuur maken volgens de Revisor. Zijns inziens is ze te veel bezig met het skelet van het boek, dat komt onnatuurlijk over en is niet spannend. Meijsing wordt geplaatst binnen de stroming van het Revisor-proza, waar ook andere (oudere of jongere) auteurs toe gerekend worden van wie de oorsprong van het schrijverschap elders ligt. Ik ben van mening dat er binnen die stroming ook geclassificeerd wordt door recensenten. Ik denk namelijk dat zij een onderscheid maken tussen schrijvers die van oorsprong bij de Revisor vandaan komen en schrijvers van Revisor-proza, wiens oorsprong elders ligt. Er is maar één verschil tussen van oorsprong Revisor-auteurs en auteurs die Revisor-proza schrijven. Bij van oorsprong Revisor-auteurs, zoals Meijsing, schemeren de literaire technieken die zij heeft aangeleerd binnen de Revisor door, waardoor haar werken soms kunstmatig overkomen. Als het er op aankomt worden auteurs die de kenmerken van Revisor-proza niet zo overduidelijk hebben aangeleerd, zoals Harry Mulisch, hoger gewaardeerd. Binnen de stroming van het Revisor-proza en binnen de literaire canon wordt Mulisch hoger gewaardeerd dan Meijsing. In de noemer realistische en van het schema zijn duidelijke overeenkomsten te vinden die als een rode draad door het oeuvre van Meijsing lopen. Meijsing speelt namelijk een spel met de realiteit en de werkelijkheid. Tom van Deel zegt hierover het volgende: Haar krachtmeting met de wereld in "Robinson" heeft het inzicht opgeleverd dat de werkelijkheid het niet haalt bij de verbeelding en die wordt dan vervolgens aangewakkerd. Vandaar dat ik deze roman destijds beschreef als de geboorte van een schrijfster.. 50 Meijsing gebruikt in elk boek de verbeelding om de werkelijkheid aan te vullen. Over dit kenmerk van Revisor-proza wordt dan ook veelvuldig gespeculeerd in de recensies. 48 Warren, H., Meijsing & Matsier In: PZC: provinciale Zeeuwse courant Pam, M., Ken uw klassieken In: HP/De Tijd, Deel Van, T., Verlangen naar vereenzelviging In: Trouw, P a g i n a

46 Met Meijsings verbeelding is niets mis, veel recensenten blijven schrijven over de verbeelding als haar sterkste punt. Totdat Jaap Goedegebuure in zijn recensie over Utopia of de geschiedenissen van Thomas zich negatief uitlaat over haar verbeelding. Om met zijn woorden te spreken: Springerig en tegendraads, tegenstribbelend als een kind en soms een tikje narrig.. Daarnaast zegt hij ook dat de verbeelding zo langzamerhand is afgesleten tot het meest gangbare cliché van het kunstkritisch jargon hier te lande. 51 Jeroen Vullings is van mening dat Meijsing haar verbeelding het werk laat doen om de duistere werkelijkheid te verhullen. Daarmee is Over de liefde volgens hem onder het literaire vernis vooral een therapeutisch sprookje: de verbeelding wordt ingezet ter verwerking van een diepere en duistere werkelijkheid die ons, de autobiografische suggesties ten spijt, niet voorgeschoteld wordt. 52 Een aspect dat duidelijk naar voren komt en volgens erg veel recensenten storend is, is dat deze elementen van verbeelding onnatuurlijk overkomen door de manier waarop zij geconstrueerd zijn. Jan Verstappen schrijft over dit fenomeen in zijn recensie over De kat achterna: Met alle respect voor literaire ingrepen, verduidelijkingen, raadsels, strukturen, geloof ik toch dat ik meer eenvoudige waardering op kan brengen voor de weliswaar mislukte poging een roman te schrijven van de medewerkster aan het Limburgs Dagblad, Margriet Kousen, dan voor de trefzekere literaire overgooier (waar zo weinig onder schuil gaat) van Doeschka Meijsing, medewerkster van het Literaire Tijdschrift "De Revisor".. 53 Juist met die manier van construeren wil ik het verschil met schrijvers als Mulisch aanduiden en wil ik laten zien dat Meijsing in feite nog specifieker geclassificeerd wordt. Vaak vinden recensenten dat er een zekere kunstmatigheid zichtbaar wordt naarmate het verhaal vordert. Elementen uit het verhaal spelen te zeer een rol, zij worden te zwaar belast. Ze zijn te zichtbaar en spelen te nadrukkelijk op elkaar in. 54 Het feit dat het verhaal geschreven is en volgens Kees Fens niet gegroeid is, zoals het volgens hem hoort, ligt er te dik bovenop. Zijns inziens moet een schrijver zijn literaire middelen met zorg kiezen en een groot vermogen hebben bewust te construeren zonder dat de lezer direct ontdekt met constructies te doen te hebben. De lezer moet naar de ontknoping toe willen, de essentie van het verhaal onbewust willen leren kennen, zonder dat een constructie die verraadt of doet zien aankomen. En dat is volgens menig recensent vaak niet het geval bij Meijsing. Daar ligt mijns inziens het verschil tussen van oorsprong Revisor-auteur en schrijvers van Revisor-proza, zoals Harry Mulisch. Zij zijn beiden met constructies bezig, maar Mulisch heeft het vermogen om het skelet van het verhaal onzichtbaar te maken voor de lezer. Meijsing bezit dit vermogen wel, zoals Kees Fens twee verhalen uit De hanen en andere verhalen op die manier prijst, maar vaak komt het volgens de recensenten niet helemaal juist uit de verf. Dit wijten zij aan haar achtergrond als Revisor-auteur. De nadruk wordt te veel gelegd op de constructies, op het 51 Goedegebuure, J., Meijsings narrige verbeelding In: HP/Haagse Post, Vullings, J., Therapeutisch sprookje In: Vrij Nederland, Verstappen, J., Simpele meisjeslevens In: Het Binnenhof, Fens, K., Vertoning In: De Standaard, P a g i n a

47 skelet van het verhaal, dat net als bij mensen onzichtbaar zou moeten zijn. Niet voor niets noemen recensenten Vestdijk zo dikwijls als voorbeeld van Meijsing. Wie ooit een werk van Vestdijk aandachtig gelezen heeft zal opmerken dat zijn verhalen meerdere verhalen tegelijk vertellen. Of zoals Kees Fens dat zo treffend verwoordt: Bij Vestdijk draait nooit slechts een motor, maar een heel machinepark tegelijk.. 55 Een andere reden dat Vestdijk zo vaak wordt genoemd is omdat Meijsing zijn naam zelf noemt in interviews als zij nog een opkomend auteur is. Esthetische en kwamen veelvuldig voor in de recensies. Uit mijn analyse van de esthetische en blijkt dat de meerderheid van recensenten het erover eens is dat Meijsing mooi kan schrijven. Uitspraken als mooi boek, bijzonder goed geschreven, gewoonweg schitterend, prachtige zinnen en grandioze roman zijn geen zeldzaamheid. Sommige recensenten beschrijven werken van Meijsing zelfs met de woorden wonderschoon, fabelachtig, briljant, voortreffelijk en subliem. Vaak worden er passages of zinnen geciteerd uit het besproken werk om deze uitspraken nog wat extra kracht bij te zetten. Van De hanen en andere verhalen tot en met Over de liefde wordt het literaire gehalte van haar zinnen, passages en gehele werk geprezen. 56 Vanwege de continuïteit van deze uitspraken durf ik te stellen dat het typerend is geworden voor de schrijfster. Meijsing blijft haar publiek verrassen met zinnen en passages van een hoogstaand literair niveau. Zoals gezegd wordt Meijsing geclassificeerd als een Revisor-auteur. Maar wat zijn nu haar specifieke kenmerken als zelfstandig schrijfster? Uit mijn analyse van het realistische blijkt dat zij in elk werk een spel speelt met de verbeelding. Sprongen van het heden naar het verleden en weer terug komen vaak voor in haar werk. Zij laat volgens de recensenten graag hele stukken weg die de lezer zelf in mag vullen. Daarnaast zijn ze van mening dat Meijsing vooral in haar eerdere werken de personages levensecht neerzet, in latere werken wat zwakker. Het interessantste vind ik dat het woord kunstmatigheid vaak terugkomt. Uit de emotionele en blijkt dat geen enkele recensent blij wordt van Meijsings werken. Zij worden geboeid, het verhaal ingezogen door het intrigerende karakter van de personages. Thematiek speelt hier een duidelijke rol in. Verraad, verlies en de dood zijn terugkerende thema s in de werken van Meijsing. Uitspraken die vaak terugkeren zijn: verrassend, boeiend, koel en afstandelijk, intrigerend, onderkoeld emotioneel weergegeven en spannend. Over latere werken zeggen recensenten: humoristisch, ontroerend, indringend en meeslepend. De morele en zijn schaars gebleven. In de recensies van Robinson zijn er echter wel een aantal gegeven. Recensenten konden zich blijkbaar erg goed inleven in Robinson en hadden volop medeleven met dit geesteskind van Meijsing. Zo schrijven ze dat Robinson een echte lieverd is en dat ze er totaal niets aan kan doen dat alles loopt zoals het loopt. Haar moeder wordt beschreven als een jennend en slijmend monster en recensenten 55 Fens, K., Vertoning In: De Standaard, Zie bijlage Recensiebeoordelingen Esthetische en 47 P a g i n a

48 vragen zich af hoe zij haar kind zo kon behandelen. In recensies van het boek De beproeving kunnen critici zich niet inhouden over het gedrag van de hoofdpersoon en schrijven zij erg negatieve dingen neer als autistische klootzak en kreng. Uit de esthetische en blijkt vooral dat Meijsing haar zinnen schrijft zoals een dichter zijn regels dicht. Schone literatuur van een hoog niveau. Hier wil ik wel bij vermelden dat dit de mening is die het overgrote deel van de recensenten is toegedaan. Sommige recensenten vinden deze manier van schrijven knap vervelend en te geconstrueerd. Uit de literair-historische en blijkt dat menig werk van Meijsing barst van de literaircorrecte verwijzingen. Er wordt verwezen naar bijvoorbeeld Shakespeare, Marsman en verhalen uit de klassieke oudheid (Orpheus en Eurydike). Recensenten vergelijken in deze categorie het werk vaak met werken van Harry Mulisch, de stijl van Borges en Vestdijk, maar het vaakst met eerdere werken van Meijsing. Voornamelijk schrijven recensenten of zij het werk beter of slechter vinden dan eerdere werken van de schrijfster. Vanwege het hoge literaire niveau van haar werken wordt Meijsing dikwijls in hetzelfde hokje geplaatst als schrijvers zoals Nicolaas Matsier, Frans Kellendonk en Gerard van het Reve. Daarnaast wordt ook de dichter Gerrit Achterberg vaak genoemd in de recensies. Dit komt echter niet omdat zijn werk zo veel gelijkenissen vertoont met dat van Meijsing, maar doordat hij drie keer genoemd wordt door Aad Nuis in een aantal opsommingen die irrelevant zijn. Een andere dichter die vaak genoemd werd is Hendrik Marsman. Hij werd voornamelijk genoemd in de recensies over Vuur en zijde. Dit komt omdat Meijsing in een passage van dat boek verwijst naar het gedicht Paradise regained van Marsman. Daarnaast wordt Marsman vaak genoemd door Jaap Goedegebuure die Meijsing waarschijnlijk vergelijkt met Marsman omdat hij een biografie over hem heeft geschreven. 57 Mannen versus Vrouwen De reacties van de mannelijke recensenten in die periode zijn door Lia van Gemert en Ans Veltman bekritiseert in hun artikel Schrijfsters in de literaire kritiek tussen 1770 en Erica van Boven sluit hierop aan met haar boek Een hoofdstuk apart, Vrouwenromans in de literaire kritiek Tegenwoordig is vrijwel ondenkbaar dat er openlijk meningen geuit worden over een ondergeschikte positie van de vrouw tegenover de man. Discriminatie op basis van sekse gaat tegen onze normen en waarden in. Het is normaal om vrouwen gelijk te stellen aan mannen. Toch is dit niet altijd zo geweest. Hoewel mijn onderzochte recensies uit de periode van 1974 tot en met 2008 komen, ben ik toch uitspraken tegengekomen die verbazingwekkend goed in het artikel van Lia van Gemert en Ans Veltman passen. Om te begrijpen waar dergelijke uitspraken vandaan kwamen, is het van belang om de geschiedenis van de vorige eeuw te kennen. Ons land kent in de geschiedenis van de vrouwenemancipatie namelijk twee feministische golven. De eerste golf voltrok zich omstreeks het jaar Vrouwen streden om een plaats in het onderwijs en op de arbeidsmarkt, maar bovenal streden zij voor een algemeen kiesrecht. Toen in 1919 het algemeen kiesrecht voor vrouwen werd opgenomen in de wet werd het allemaal weer wat rustiger. Totdat Joke Smit in 1967 Het 57 Goedegebuure, J., Pijnlijk en groots In: De Tijd, P a g i n a

49 onbehagen van de vrouw publiceerde. Gedurende de jaren zeventig werd er flink geprotesteerd om de positie van de vrouw in de maatschappij te verbeteren. Niet alleen op politiek gebied, maar ook op het gebied van de literatuur was er een hoop heisa om. 58 In 1975 schreef Gemma Pappot in haar recensie dat vrouwen de afgelopen tien jaar wat meer ruimte hebben veroverd in de strijd der seksen. Dat is voor haar een reden om vrouwen apart te bespreken in een recensie. Vier debutanten heeft ze uitgekozen: Hieke de Jong, Riwka Bruining, Anne-Marie Baart en Doeschka Meijsing. Ze schrijft dat Meijsing de enige is die geen enkele moeite schijnt te hebben met de vrouwenstrijd, in tegenstelling tot de andere auteurs. Ook Marja Pruis is dezelfde mening toegedaan, maar dan wel vijfentwintig jaar later. In haar recensie over het boek De tweede man schrijft zij dat het opvallend was dat Meijsing juist in die tijd, toen er een stoet van vrouwelijke auteurs hun intrede deed in de literatuur, niet meeging in die stoet maar een verrassend tijd- en sekseloos debuut neerzette. 59 Pappot vindt dat Meijsings spel met tijd en ruimte haar labyrintische weergaven van de werkelijkheid uitvoert zoals Borges dat deed. Bovendien voert ze aan dat Meijsing zelfs zijn strakke en priesterlijke stijl heeft overgenomen. Haar punt is: wanneer vrouwen precies hetzelfde met begrippen als tijd en ruimte zouden omspringen als mannen, zou het geen zin hebben te wensen dat er méér vrouwelijke auteurs moeten komen om vrouwen de eigen gedachtewereld te laten verkennen. Daarom hoopt zij ook aan het einde van haar recensie dat de stijl van Borges slechts een vermomming is van Meijsing en dat deze haar niet in de huid is gegroeid. 60 Pappot is teleurgesteld omdat Meijsing in haar ogen niet de gedachtenwereld van de vrouw probeert te verkennen in haar werk. Met dit voorbeeld wil ik de denkwijzen van die periode illustreren. Het lijkt alsof Meijsing de vrouwenstrijd aan haar laars lapt en de dingen doet zoals zij dat het beste kan en wil, vrouwenstrijd of niet. Ab Visser is een recensent die het debuut van Meijsing in zijn recensie Meijsing prijst om haar originaliteit, haar ingenieuze composities en hij noemt het werk zelfs een verademing. Vervolgens eindigt hij zijn recensie met de conclusie dat Meijsings verhalen een bijna onvrouwelijke inslag hebben, hier en daar herinnerend aan de verhalen van Terborgh en Slauerhoff (twee mannelijke auteurs nota bene!). 61 In De Tijd verscheen een paar maanden eerder een recensie met de titel: Twee voortreffelijke debuten : Eindelijk weer eens een groot (vrouwelijk) talent. Ook hier wordt literatuur duidelijk in verband gebracht met sekse, zij het in de positieve zin. 62 Wat ik hiermee duidelijk wil maken is dat het onderscheid tussen 58 [Auteur onbekend], Geschiedenis van de vrouwenbeweging in Nederland. In: Website van IIAV. (Verkregen op 25 juli, 2010, van 59 Pruis, M., Man op drift In: De Groene Amsterdammer, Pappot, G., Vier vrouwen over de strijd der seksen In: HP/Haagse Post, Visser, A., Op zoek naar het edele In: Leeuwarder Courant, Recensent onbekend, Twee voortreffelijke debuten: Eindelijk weer eens een groot (vrouwelijk) talent In: De Tijd, P a g i n a

literatuur literariteit

literatuur literariteit De veelzijdigheid van literatuur literariteit Literariteit Levensvatbaarheid van teksten Een samenspel van factoren dat ervoor zorgt dat sommige teksten aldus literair zijn en als zodanig worden gekoesterd,

Nadere informatie

IETS OVER DE DAGBOEKEN VAN DOESCHKA MEIJSING

IETS OVER DE DAGBOEKEN VAN DOESCHKA MEIJSING IETS OVER DE DAGBOEKEN VAN DOESCHKA MEIJSING XANDRA SCHUTTE DAGBOEKEN BEN PEPERKAMP & ANNETTE PORTEGIES INLEIDING EN ANNOTATIES LERARENDAG LITERATUUR & SAMENLEVING VRIJE UNIVERSITEIT & ARBEIDERSPERS, AMSTERDAM

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands Module 1 t/m 3

Samenvatting Nederlands Module 1 t/m 3 Samenvatting Nederlands Module 1 t/m 3 Samenvatting door een scholier 1502 woorden 16 december 2010 6 8 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Laagland Module 1 Motivaties Verschillende motivaties waardoor

Nadere informatie

Onthullingen van Kennis

Onthullingen van Kennis Onthullingen van Kennis Caleidoscoop van Kennis Facetten verschuiven door tijd Vorm en structuur doemen op Gestalte gegeven door Kennis Patronen behouden het ritme De potentie van het punt Hoofdstuk 2

Nadere informatie

Bepaal eerst de probleemstelling of hoofdvraag

Bepaal eerst de probleemstelling of hoofdvraag Bepaal eerst de probleemstelling of hoofdvraag De probleemstelling is eigenlijk het centrum waar het werkstuk om draait. Het is een precieze formulering van het onderwerp dat je onderzoekt. Omdat de probleemstelling

Nadere informatie

INHOUD. Inleiding. Wisselende verhoudingen in het literaire systeem 11 Een chronisch debat 14

INHOUD. Inleiding. Wisselende verhoudingen in het literaire systeem 11 Een chronisch debat 14 5 INHOUD Inleiding. Wisselende verhoudingen in het literaire systeem 11 Een chronisch debat 14 Hoofdstuk 1. Theoretisch kader 19 1.1 De polysysteemtheorie 19 Object van onderzoek 21 Het repertoire 23 1.2

Nadere informatie

Schrijfster zijn in de negentiende eeuw

Schrijfster zijn in de negentiende eeuw LESPAKKET Schrijfster zijn in de negentiende eeuw literatuurmuseum.nl / verhalen / schrijfster-zijn-in-de-19e-eeuw OPDRACHTEN BIJ HET VERHAAL OVER SCHRIJFSTER ZIJN IN DE NEGENTIENDE EEUW INLEIDING Schrijfster

Nadere informatie

Hoofdstuk 2: Kritisch reflecteren 2.1. Kritisch reflecteren: definitie Definitie: Kritisch reflecteren verwijst naar een geheel van activiteiten die

Hoofdstuk 2: Kritisch reflecteren 2.1. Kritisch reflecteren: definitie Definitie: Kritisch reflecteren verwijst naar een geheel van activiteiten die Hoofdstuk 2: Kritisch reflecteren 2.1. Kritisch reflecteren: definitie Definitie: Kritisch reflecteren verwijst naar een geheel van activiteiten die worden uitgevoerd om uit het gevonden bronnenmateriaal

Nadere informatie

Latijn en Grieks in de 21ste eeuw

Latijn en Grieks in de 21ste eeuw Latijn en Grieks in de 21ste eeuw Kiezen voor Latijn en/of Grieks? Als leerling in het laatste jaar van de basisschool sta jij voor een belangrijke keuze. Welke studierichting moet je gaan volgen in het

Nadere informatie

Waar Bepaal ten slotte zo nauwkeurig mogelijk waar het onderwerp zich afspeelt. Gaat het om één plek of spelen meer plaatsen/gebieden een rol?

Waar Bepaal ten slotte zo nauwkeurig mogelijk waar het onderwerp zich afspeelt. Gaat het om één plek of spelen meer plaatsen/gebieden een rol? Hoe word ik beter in geschiedenis? Als je beter wilt worden in geschiedenis moet je weten wat er bij het vak geschiedenis van je wordt gevraagd, wat je bij een onderwerp precies moet kennen en kunnen.

Nadere informatie

BEOORDELINGSFORMULIER

BEOORDELINGSFORMULIER Faculteit Geesteswetenschappen Versie maart 2015 BEOORDELINGSFORMULIER MASTER SCRIPTIES Eerste en tweede beoordelaar vullen het beoordelingsformulier onafhankelijk van elkaar in. Het eindcijfer wordt in

Nadere informatie

Eisen en lay-out van het PWS

Eisen en lay-out van het PWS Eisen en lay-out van het PWS INHOUD EN OPZET VAN HET PROFIELWERKSTUK In het navolgende komen achtereenvolgens aan bod: de titelpagina, de inhoudsopgave, de inleiding, de hoofdtekst, de samenvatting, de

Nadere informatie

Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM

Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM Instructie Dit document hoort bij het beoordelingsformulier. Op het beoordelingsformulier kan de score per criterium worden ingevuld. Elk criterium kan op vijf niveaus

Nadere informatie

Europees Referentiekader

Europees Referentiekader Europees Referentiekader Luisteren Ik kan vertrouwde woorden en basiszinnen begrijpen die mezelf, mijn familie en directe concrete omgeving betreffen, wanneer de mensen langzaam en duidelijk spreken. Ik

Nadere informatie

Faculteit der Geesteswetenschappen Cluster Filosofie. Bachelor scriptiereglement voor de opleiding: Wijsbegeerte

Faculteit der Geesteswetenschappen Cluster Filosofie. Bachelor scriptiereglement voor de opleiding: Wijsbegeerte Faculteit der Geesteswetenschappen Cluster Filosofie Bachelor scriptiereglement voor de opleiding: Wijsbegeerte Vastgesteld door de Examencommissie CoH, clustercommissie Filosofie op 1-2-2019 Scriptiereglement

Nadere informatie

Niveaus van het Europees Referentiekader (ERK)

Niveaus van het Europees Referentiekader (ERK) A Beginnend taalgebruiker B Onafhankelijk taalgebruiker C Vaardig taalgebruiker A1 A2 B1 B2 C1 C2 LUISTEREN Ik kan vertrouwde woorden en basiszinnen begrijpen die mezelf, mijn familie en directe concrete

Nadere informatie

Examen VWO. Nederlands. tijdvak 1 maandag 18 mei 9.00-12.00 uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO. Nederlands. tijdvak 1 maandag 18 mei 9.00-12.00 uur. Bij dit examen hoort een bijlage. Examen VWO 2009 tijdvak 1 maandag 18 mei 9.00-12.00 uur Nederlands Bij dit examen hoort een bijlage. Dit examen bestaat uit 22 vragen en een samenvattingsopdracht. Voor dit examen zijn maximaal 50 punten

Nadere informatie

Boekverslag Nederlands Het Achterhuis door Anne Frank

Boekverslag Nederlands Het Achterhuis door Anne Frank Boekverslag Nederlands Het Achterhuis door Anne Frank Boekverslag door een scholier 1178 woorden 11 oktober 2016 3,9 9 keer beoordeeld Auteur Genre Anne Frank Geschiedenis, Dagboek, Eerste uitgave 1947

Nadere informatie

Ola Lanko en haar foto-genic installaties 14 oktober interview

Ola Lanko en haar foto-genic installaties 14 oktober interview Ola Lanko en haar foto-genic installaties 14 oktober interview Ola Lanko is altijd bezig met de werking van het medium fotografie. De kritische blik van de beschouwer is wat ze met haar werk wil overbrengen.

Nadere informatie

SSamenvatting. 1. Introductie

SSamenvatting. 1. Introductie S 1. Introductie PowerPoint is niet meer weg te denken bij presentaties. Het programma kende wereldwijd meer dan 200 miljoen gebruikers in 2012. Sommigen wenden het aan voor hun colleges, anderen voor

Nadere informatie

Deel ; Conclusie. Handleiding scripties

Deel ; Conclusie. Handleiding scripties Deel ; Conclusie Als je klaar bent met het analyseren van de onderzoeksresultaten, kun je beginnen met het opstellen van de conclusie(s), de eventuele discussie en het eventuele advies. In dit deel ga

Nadere informatie

Boekverslag Nederlands Ik mail je door Yvonne Kroonenberg

Boekverslag Nederlands Ik mail je door Yvonne Kroonenberg Boekverslag Nederlands Ik mail je door Yvonne Kroonenberg Boekverslag door een scholier 1665 woorden 24 april 2006 6,4 82 keer beoordeeld Auteur Genre Yvonne Kroonenberg Jeugdboek Eerste uitgave 2004 Vak

Nadere informatie

Niveaus Europees Referentie Kader

Niveaus Europees Referentie Kader Niveaus Europees Referentie Kader Binnen de niveaus van het ERK wordt onderscheid gemaakt tussen begrijpen, spreken en schrijven. Onder begrijpen vallen de vaardigheden luisteren en lezen. Onder spreken

Nadere informatie

Robinson van Doeschka Meijsing 1993 uitgegeven door Wolters-Noordhoff BV 3 e druk 91 Bladzijdes niveau 3 boek

Robinson van Doeschka Meijsing 1993 uitgegeven door Wolters-Noordhoff BV 3 e druk 91 Bladzijdes niveau 3 boek Robinson van Doeschka Meijsing 1993 uitgegeven door Wolters-Noordhoff BV 3 e druk 91 Bladzijdes niveau 3 boek Inhoud Over de schrijfster... 3 Over het boek... 4 Verwerkingsopdracht leeservaringen... 5

Nadere informatie

Kan ik het wel of kan ik het niet?

Kan ik het wel of kan ik het niet? 1 Kan ik het wel of kan ik het niet? Hieronder staan een aantal zogenaamde kan ik het wel, kan ik het niet-schalen. Deze hebben betrekking op uw taalvaardigheid in zowel het Nederlands als het Engels.

Nadere informatie

Common European Framework of Reference (CEFR)

Common European Framework of Reference (CEFR) Common European Framework of Reference (CEFR) Niveaus van taalvaardigheid volgens de Raad van Europa De doelstellingen van de algemene taaltrainingen omschrijven we volgens het Europese gemeenschappelijke

Nadere informatie

Inhoud. De zin van dit lexicon 7 LEMMA S. Aandacht 11. Aanvaarding 15. Afstand nemen 19. Alternatieve geneeswijzen 23. Bezoek 29.

Inhoud. De zin van dit lexicon 7 LEMMA S. Aandacht 11. Aanvaarding 15. Afstand nemen 19. Alternatieve geneeswijzen 23. Bezoek 29. Inhoud De zin van dit lexicon 7 LEMMA S Aandacht 11 Aanvaarding 15 Afstand nemen 19 Alternatieve geneeswijzen 23 Bezoek 29 Borstprothese 31 Chemotherapie 35 Controle 39 Dood 43 Eindigheid 47 Euthanasie

Nadere informatie

Niveaubepaling Nederlandse taal

Niveaubepaling Nederlandse taal Niveaubepaling Nederlandse taal Voor een globale niveaubepaling kunt u de niveaubeschrijvingen A1 t/m C1 doornemen en vaststellen welk niveau het beste bij u past. Niveaubeschrijving A0 Ik heb op alle

Nadere informatie

Onzichtbare voice-over in beeld

Onzichtbare voice-over in beeld Onzichtbare voice-over in beeld Een explorerend onderzoek naar de vormgeving van de documentaire in afstemming op het publiek met betrekking tot de onzichtbare voice-over in tekst en beeld Masterscriptie

Nadere informatie

Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM

Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM Instructie Dit document hoort bij het beoordelingsformulier. Op het beoordelingsformulier kan de score per criterium worden ingevuld. Elk criterium kan op vijf niveaus

Nadere informatie

Hardell: mobiel bellen en hersentumoren aan de belzijde

Hardell: mobiel bellen en hersentumoren aan de belzijde Hardell: mobiel bellen en hersentumoren aan de belzijde Kennisbericht over een publicatie in een wetenschappelijk tijdschrift: Hardell L, Carlberg M, Söderqvist F, Hansson Mild K, Meta-analysis of long-term

Nadere informatie

Laag Vaardigheden Leerdoelen Formulering van vragen /opdrachten

Laag Vaardigheden Leerdoelen Formulering van vragen /opdrachten Blooms taxonomie Laag Vaardigheden Leerdoelen Formulering van vragen /opdrachten Evalueren Evalueren = de vaardigheid om de waarde van iets (literatuur, onderzoeksrapport, presentatie etc) te kunnen beoordelen

Nadere informatie

MVO-Control Panel. Instrumenten voor integraal MVO-management. Intern MVO-management. Verbetering van motivatie, performance en integriteit

MVO-Control Panel. Instrumenten voor integraal MVO-management. Intern MVO-management. Verbetering van motivatie, performance en integriteit MVO-Control Panel Instrumenten voor integraal MVO-management Intern MVO-management Verbetering van motivatie, performance en integriteit Inhoudsopgave Inleiding...3 1 Regels, codes en integrale verantwoordelijkheid...4

Nadere informatie

Samenvatting Anders laagland hoofdstuk 1 t/m 6

Samenvatting Anders laagland hoofdstuk 1 t/m 6 Samenvatting Anders laagland hoofdstuk 1 t/m Samenvatting door S. 1847 woorden 22 maart 2013 5,5 5 keer beoordeeld Vak Anders H. 1 1 Persoonlijke smaak Je ontwikkeld je persoonlijke smaak met behulp ban

Nadere informatie

FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN

FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN REGELS VOOR HET SCHRIJVEN EN BEOORDELEN VAN BACHELORSCRIPTIES BIJ KUNST- EN CULTUURWETENSCHAPPEN (tot 1 september 2015 geldt dit reglement ook voor de BA Religiewetenschappen)

Nadere informatie

SECTORWERKSTUK 2013-2014

SECTORWERKSTUK 2013-2014 SECTORWERKSTUK 2013-2014 1 HET SECTORWERKSTUK Het sectorwerkstuk is een verplicht onderdeel voor alle leerlingen uit het Mavo. Het maken van een sectorwerkstuk is een manier waarop je, als eindexamenkandidaat,

Nadere informatie

Geven en ontvangen van steun in de context van een chronische ziekte.

Geven en ontvangen van steun in de context van een chronische ziekte. Een chronische en progressieve aandoening zoals multiple sclerose (MS) heeft vaak grote consequenties voor het leven van patiënten en hun intieme partners. Naast het omgaan met de fysieke beperkingen van

Nadere informatie

Eindkwalificaties van de bacheloropleiding Geschiedenis

Eindkwalificaties van de bacheloropleiding Geschiedenis Eindkwalificaties van de bacheloropleiding Geschiedenis Afgestudeerden van de opleiding hebben de onderstaande eindkwalificaties bereikt: I. Kennis Basiskennis en inzicht: 1. kennis van en inzicht in het

Nadere informatie

inleiding 4 verantwoording 7 leven en werk van nicolaas beets 8 titel en pseudoniem 14

inleiding 4 verantwoording 7 leven en werk van nicolaas beets 8 titel en pseudoniem 14 h inhoud g inleiding 4 verantwoording 7 leven en werk van nicolaas beets 8 titel en pseudoniem 14 thema s en motieven 16 Vaste gewoonten 16 Interieur en kleding 17 Conversatie 19 Humor 20 Sociale controle

Nadere informatie

Een geslaagde activiteit

Een geslaagde activiteit Een geslaagde activiteit Toelichting: Een geslaagde activiteit Voor Quest 4 heb ik een handleiding gemaakt met daarbij de bijpassend schema. Om het voor de leerkrachten overzichtelijk te maken heb ik gebruik

Nadere informatie

Samenvatting Dutch summary

Samenvatting Dutch summary Samenvatting Dutch summary SAMENVATTING INTRODUCTIE De afgelopen jaren zijn er in Nederland verschillende moordzaken geweest die vanaf de aanvang van het opsporingsonderzoek verkeerd werden geïnterpreteerd

Nadere informatie

Ted van Lieshout Floor van de Ven, H3G, Uitgeveri Plaats Jaar uitgave en druk Aantal bladzijdes Genre Inhoudsopgave Samenvatting

Ted van Lieshout Floor van de Ven, H3G, Uitgeveri Plaats Jaar uitgave en druk Aantal bladzijdes Genre Inhoudsopgave Samenvatting Boekverslag door F. 1662 woorden 8 juni 2016 7 7 keer beoordeeld Auteur Ted van Lieshout Genre Psychologische roman, Jeugdboek Eerste uitgave 1996 Vak Nederlands Gebr. Ted van Lieshout Floor van de Ven,

Nadere informatie

Connie Palmen De Wetten

Connie Palmen De Wetten Connie Palmen De Wetten Connie Palmen geboren: 25 november 1955 in Limburg opleiding: de studie Nederlandse Taal en Letterkunde en Filosofie in Amsterdam Bij Nederlands bleef ik met vragen zitten, die

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands Hoofdstuk 1 t/m 11

Samenvatting Nederlands Hoofdstuk 1 t/m 11 Samenvatting Nederlands Hoofdstuk 1 t/m 11 Samenvatting door een scholier 10 woorden 6 april 2001 6,6 190 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Laagland HOOFDSTUK 1. PERSOONLIJKE SMAAKONTWIKKELING Leesdossier:

Nadere informatie

Vertel eens - aanpak van Aidan Chambers

Vertel eens - aanpak van Aidan Chambers Vertel eens - aanpak van Aidan Chambers bijlage 6 2 Theorie Aidan Chambers wil met de Vertel eens-aanpak kinderen helpen goed te praten over wat zij hebben gelezen en goed naar elkaar te leren luisteren.

Nadere informatie

x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x

x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x Jaarplan GESCHIEDENIS Algemene doelstellingen Eerder gericht op kennis en inzicht 6 A1 A2 A3 A4 A5 Kunnen hanteren van een vakspecifiek begrippenkader en concepten, nodig om zich van het verleden een wetenschappelijk

Nadere informatie

5,5. Boekverslag door I woorden 20 juni keer beoordeeld. Psychologische roman Eerste uitgave 1975 Nederlands.

5,5. Boekverslag door I woorden 20 juni keer beoordeeld. Psychologische roman Eerste uitgave 1975 Nederlands. Boekverslag door I. 1450 woorden 20 juni 2013 5,5 4 keer beoordeeld Auteur Harry Mulisch Genre Psychologische roman Eerste uitgave 1975 Vak Nederlands Methode Nieuw Nederlands Inleiding Ik heb voor het

Nadere informatie

Het literaire tijdschrift De Revisor en het postmodernisme. Reactie op een beschouwing van Jaap Goedegebuure

Het literaire tijdschrift De Revisor en het postmodernisme. Reactie op een beschouwing van Jaap Goedegebuure Het literaire tijdschrift De Revisor en het postmodernisme. Reactie op een beschouwing van Jaap Goedegebuure Sander Bax bron Sander Bax, Het literaire tijdschrift De Revisor en het postmodernisme. Reactie

Nadere informatie

Format beoordelingsformulier FEM voor geschreven afstudeerwerk: de afstudeeropdracht Toelichting over het gebruik van het formulier:

Format beoordelingsformulier FEM voor geschreven afstudeerwerk: de afstudeeropdracht Toelichting over het gebruik van het formulier: Bijlage bij Andriessen, D. en Van der Marel, I. (2015) Beoordelingsmodel voor eindwerkstukken voor een Faculteit Economie & Manage-ment in het hbo. Tijdschrift voor Hoger Onderwijs, Jaargang 33, Nr. 2,

Nadere informatie

Latijn-wiskunde Latijn-moderne talen wetenschappen economie-wiskunde economie-moderne talen humane wetenschappen

Latijn-wiskunde Latijn-moderne talen wetenschappen economie-wiskunde economie-moderne talen humane wetenschappen Tweede graad aso In de tweede graad aso kies je voor een bepaalde richting. Ongeacht je keuze, blijft er een groot gemeenschappelijk basispakket van 26 lesuren algemene vakken. Het niveau van deze vakken,

Nadere informatie

Nederlandse Schrijvers

Nederlandse Schrijvers Nederlandse Schrijvers 1 / 6 2 / 6 3 / 6 Nederlandse Schrijvers Hieronder staat een alfabetische lijst van Nederlandse schrijvers van proza (romans, thrillers en andere fictie) over wie een eigen artikel

Nadere informatie

Samenvatting. (Summary in Dutch)

Samenvatting. (Summary in Dutch) (Summary in Dutch) 142 In dit proefschrift is de rol van de gezinscontext bij probleemgedrag in de adolescentie onderzocht. We hebben hierbij expliciet gefocust op het samenspel met andere factoren uit

Nadere informatie

De sociale psychologie van waargenomen rechtvaardigheid en de rol van onzekerheid

De sociale psychologie van waargenomen rechtvaardigheid en de rol van onzekerheid Kees van den Bos De sociale psychologie van waargenomen rechtvaardigheid en de rol van onzekerheid In deze bijdrage wordt sociaal-psychologisch onderzoek naar sociale rechtvaardigheid besproken. Sociaal-psychologen

Nadere informatie

Recensie Nederlands Een Schitterend Gebrek Arthur Japin

Recensie Nederlands Een Schitterend Gebrek Arthur Japin Recensie Nederlands Een Schitterend Gebrek Arthur Japin Recensie door A. 1809 woorden 12 maart 2017 8,1 4 keer beoordeeld Auteur Genre Arthur Japin Psychologische roman, Eerste uitgave 2003 Geschiedenis

Nadere informatie

BEOORDELINGSFORMULIER STAGES BACHELOR NIVEAU 3

BEOORDELINGSFORMULIER STAGES BACHELOR NIVEAU 3 Faculteit Geesteswetenschappen BEOORDELINGSFORMULIER STAGES BACHELOR NIVEAU 3 Onderstaand formulier betreft de beoordeling van het stageverslag en het onderzoeksverslag. Deze wordt door de begeleidende

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Dit proefschrift gaat over de invloed van inductieprogramma s op het welbevinden en de professionele ontwikkeling van beginnende docenten, en welke specifieke kenmerken van inductieprogramma s daarvoor

Nadere informatie

Compassie leven. 52 wekelijkse inspiraties vanuit Geweldloze Communicatie. PuddleDancer Press Samengesteld door Monie Doodeman

Compassie leven. 52 wekelijkse inspiraties vanuit Geweldloze Communicatie. PuddleDancer Press Samengesteld door Monie Doodeman Compassie leven 52 wekelijkse inspiraties vanuit Geweldloze Communicatie PuddleDancer Press Samengesteld door Monie Doodeman Inhoudsopgave Voorwoord Wekelijkse inspiraties 01 Geweld in de taal? Wie, ik?

Nadere informatie

Boekverslag door een scholier 1899 woorden 27 september keer beoordeeld. Eerste uitgave 1997 Nederlands

Boekverslag door een scholier 1899 woorden 27 september keer beoordeeld. Eerste uitgave 1997 Nederlands Boekverslag door een scholier 1899 woorden 27 september 2006 6 13 keer beoordeeld Auteur Genre Caja Cazemier Jeugdboek Eerste uitgave 1997 Vak Nederlands Opdracht 1: 1 Onderwerp: Het onderwerp van het

Nadere informatie

Stap 1 Voorafgaand aan het bestuderen van een nieuw onderwerp vatten leerlingen in kleine groepjes samen wat ze al van het onderwerp weten.

Stap 1 Voorafgaand aan het bestuderen van een nieuw onderwerp vatten leerlingen in kleine groepjes samen wat ze al van het onderwerp weten. Werkvorm 1 Stap 1 Voorafgaand aan het bestuderen van een nieuw onderwerp vatten leerlingen in kleine groepjes samen wat ze al van het onderwerp weten. Stap 2 Vervolgens formuleren ze vragen over wat ze

Nadere informatie

Samenvatting Literatuurkunde Cursus 1 Literatuur en lezer

Samenvatting Literatuurkunde Cursus 1 Literatuur en lezer Samenvatting Literatuurkunde Cursus 1 Literatuur en lezer Samenvatting door M. 1143 woorden 24 januari 2016 9 21 keer beoordeeld Vak Methode Literatuurkunde Laagland Nederlands literatuur cursus 1 1 Lezers

Nadere informatie

Uitwerking kerndoel 7 Nederlandse taal

Uitwerking kerndoel 7 Nederlandse taal Uitwerking kerndoel 7 Nederlandse taal Tussendoelen en leerlijnen Nederlandse taal Primair onderwijs In samenwerking met het expertisecentrum Nederlands Enschede, 1 juni 2006 Nederlands kerndoel 7 Stichting

Nadere informatie

Naam: Silke Bouwman Klas: 3T2 Lerares: Mevr. Scholten

Naam: Silke Bouwman Klas: 3T2 Lerares: Mevr. Scholten Naam: Silke Bouwman Klas: 3T2 Lerares: Mevr. Scholten Inhoudsopgave 1. Zakelijke gegevens 2. Samenvatting van het boek 3. Over de auteur 4. Over het boek 5. Leeservaringen 6. Recensie en eigen mening 1.

Nadere informatie

OBJECT, SUBJECT & FORMALITEITEN. Dr. S.J. van Gompel VVA ledenvergadering, Amsterdam, 9 november 2012

OBJECT, SUBJECT & FORMALITEITEN. Dr. S.J. van Gompel VVA ledenvergadering, Amsterdam, 9 november 2012 OBJECT, SUBJECT & FORMALITEITEN Dr. S.J. van Gompel VVA ledenvergadering, Amsterdam, 9 november 2012 Auteur & werk : twee kernbegrippen. HERA project: Of Authorship & Originality. IViR (Universiteit van

Nadere informatie

Academisch schrijven. Tips and tricks

Academisch schrijven. Tips and tricks Academisch schrijven Tips and tricks Overzicht ViP s ViP-1: structuur 1 ViP-2: refereren, parafraseren en citeren ViP-3: cohesie en zinsconstructies ViP-5: structuur 2 ViP-1: structuur 1 Titel en kopjes

Nadere informatie

Boekverslag Nederlands Kaas door Willem Elsschot

Boekverslag Nederlands Kaas door Willem Elsschot Boekverslag Nederlands Kaas door Willem Elsschot Boekverslag door een scholier 1890 woorden 23 augustus 2003 4,4 17 keer beoordeeld Auteur Genre Willem Elsschot Roman Eerste uitgave 1933 Vak Nederlands

Nadere informatie

Samenvatting Dautzenberg H8

Samenvatting Dautzenberg H8 Samenvatting Dautzenberg H8 Paragraaf 56 Elk boek kun je in drieën verdelen: voorwerk, eigenlijke tekst, nawerk. Onder voorwerk verstaan we alles wat voorafgaat aan het eerste hoofdstuk: omslag, titel,

Nadere informatie

Het meisje in mijn hoofd. Naam: Emma Oude Weernink Klas: 3T2 Docent: Mevrouw Scholten

Het meisje in mijn hoofd. Naam: Emma Oude Weernink Klas: 3T2 Docent: Mevrouw Scholten Het meisje in mijn hoofd. Naam: Emma Oude Weernink Klas: 3T2 Docent: Mevrouw Scholten Inhoudsopgave: Zakelijke gegevens Samenvatting van het boek Over de auteur Over het boek Leeservaringen Onderwerp Gebeurtenissen

Nadere informatie

Realiseren van VOET in Geschiedenis: leren leren I II III Leren leren

Realiseren van VOET in Geschiedenis: leren leren I II III Leren leren Realiseren van VOET in Geschiedenis: leren leren I II III Leren leren Welke afspraken worden gemaakt om geschiedenis te studeren? Wordt dit opgevolgd per graad en van graad tot graad? Leren leren blijft

Nadere informatie

Dé specialist voor uw schoolmediatheek. Innovatie Kennis Kwaliteit Vernieuwing Inspiratie

Dé specialist voor uw schoolmediatheek. Innovatie Kennis Kwaliteit Vernieuwing Inspiratie Dé specialist voor uw schoolmediatheek Innovatie Kennis Kwaliteit Vernieuwing Inspiratie NBD Biblion biedt een compleet pakket producten en diensten die bijdragen aan een efficiënte en moderne bedrijfsvoering

Nadere informatie

Studiehandleiding Ba-scriptie Kunsten, Cultuur en Media

Studiehandleiding Ba-scriptie Kunsten, Cultuur en Media Studiehandleiding Ba-scriptie Kunsten, Cultuur en Media Titel: Ba-scriptie Kunsten, Cultuur en Media Vakcode: LWX999B10 Opleiding: Kunsten, Cultuur en Media Studiefase: Bachelor 3 e jaar/ KCM Major Periode:

Nadere informatie

Immanuel Kant. Opmerkingen over het gevoel van het schone en het verhevene. Vertaling, inleiding en aantekeningen door Ike Kamphof

Immanuel Kant. Opmerkingen over het gevoel van het schone en het verhevene. Vertaling, inleiding en aantekeningen door Ike Kamphof opm Kamphof-Kant vs5 23-03-2006 13:31 Pagina 3 Immanuel Kant Opmerkingen over het gevoel van het schone en het verhevene Vertaling, inleiding en aantekeningen door Ike Kamphof opm Kamphof-Kant vs5 23-03-2006

Nadere informatie

technisch verslag literatuur

technisch verslag literatuur technisch verslag literatuur naam klas naam auteur pseudoniem? biografische gegevens boek geschreven in welk jaar? eerste uitgave: uitgever, jaar deze publicatie: uitgever, jaar aantal pagina's Heeft het

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 7 van het Eindexamenbesluit v.w.o.- h.a.v.o.- m.a.v.o.- v.b.o.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 7 van het Eindexamenbesluit v.w.o.- h.a.v.o.- m.a.v.o.- v.b.o. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 13602 25 juli 2011 Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 29 juni 2011, nr. VO/309740, houdende

Nadere informatie

Factsheet: De beleving van een vroege eerste geslachtsgemeenschap

Factsheet: De beleving van een vroege eerste geslachtsgemeenschap Factsheet: De beleving van een vroege eerste geslachtsgemeenschap Katrien Symons (contact: Katrien.Symons@UGent.be) Prof. Dr. Mieke Van Houtte Dr. Hans Vermeersch ACHTERGROND Een vroege eerste geslachtsgemeenschap

Nadere informatie

De volgende onderdelen moeten altijd in je boekverslag staan

De volgende onderdelen moeten altijd in je boekverslag staan Handleiding boekverslag Er zijn vele manieren om een boekverslag te maken, maar voor je eigen gemak is het van belang dat je een vaste volgorde aanhoudt. Bij de voorbereiding van je toetsen en je schoolexamen

Nadere informatie

Spotlight: Joris van Leeuwen

Spotlight: Joris van Leeuwen Om bekende en onbekende schrijvers van Nederlandse bodem die in de genre spanning / fantasy druk bezig zijn en een aantal boeken hebben gepubliceerd, toch wat meer bekendheid te geven, heb ik besloten

Nadere informatie

MULTIPERSPECTIVITEIT EN ERFGOEDEDUCATIE

MULTIPERSPECTIVITEIT EN ERFGOEDEDUCATIE MULTIPERSPECTIVITEIT EN ERFGOEDEDUCATIE Carla van Boxtel Meerstemmig erfgoed - 8 juni 2016 Genk MULTIPERSPECTIVITEIT Vormen van multiperspectiviteit Het belang van multiperspectiviteit Didactiek PERSPECTIEVEN

Nadere informatie

2.1 FaVoriete leestips

2.1 FaVoriete leestips Verhalend 2.1 FaVoriete leestips Van klasgenoten heb ik de volgende tips gekregen van boeken/tijdschriften die mij leuk lijken: 1.... 2.... 3.... Van de leraar heb ik de volgende tips gekregen van boeken/tijdschriften

Nadere informatie

Boer in Beeld Ontwikkelingsdoelen voor type 8

Boer in Beeld Ontwikkelingsdoelen voor type 8 Boer in Beeld Deze onderstaande ontwikkelingsdoelen gelden voor alle thema s. De meer specifieke ontwikkelingsdoelen per thema vind je onder de naam van het thema. Algemene ontwikkelingsdoelen. 2 Varkens

Nadere informatie

Doorlopende leerlijn vaardigheden Frans ERK (PO - havo/vwo) 2009 Streefniveaus en eindniveaus ERK per vaardigheid

Doorlopende leerlijn vaardigheden Frans ERK (PO - havo/vwo) 2009 Streefniveaus en eindniveaus ERK per vaardigheid Doorlopende leerlijn vaardigheden Frans ERK (PO - havo/vwo) 2009 Streefniveaus en eindniveaus ERK per vaardigheid Kernvaardigheden PO Onderbouw havo en vwo Tweede fase havo Tweede fase vwo 1. Leesvaardigheid

Nadere informatie

Rapport 834 Oud, W., & Emmelot, Y. (2010). De visitatieprocedure cultuurprofielscholen. Amsterdam: Kohnstamm Instituut.

Rapport 834 Oud, W., & Emmelot, Y. (2010). De visitatieprocedure cultuurprofielscholen. Amsterdam: Kohnstamm Instituut. Samenvatting Rapport 834 Oud, W., & Emmelot, Y. (2010). De visitatieprocedure cultuurprofielscholen. Amsterdam: Kohnstamm Instituut. In 2007 is de Vereniging CultuurProfielScholen (VCPS) opgericht, het

Nadere informatie

Examen VBO-MAVO-D. Nederlands, leesvaardigheid

Examen VBO-MAVO-D. Nederlands, leesvaardigheid Nederlands, leesvaardigheid Examen VBO-MAVO-D Voorbereidend Beroeps Onderwijs Middelbaar Algemeen Voortgezet Onderwijs Tijdvak 1 Maandag 21 mei 9.00 11.00 uur 20 01 Vragenboekje Voor dit examen zijn maximaal

Nadere informatie

Taxonomie van Bloom. (taxonomie = wetenschap van het indelen) 6. Creëren. Nieuwe ideeën, producten of gezichtspunten genereren

Taxonomie van Bloom. (taxonomie = wetenschap van het indelen) 6. Creëren. Nieuwe ideeën, producten of gezichtspunten genereren Taxonomie van Bloom (taxonomie = wetenschap van het indelen) 6. Creëren Nieuwe ideeën, producten of gezichtspunten genereren Ontwerpen, maken, plannen, produceren, uitvinden, bouwen 5. Evalueren Motiveren

Nadere informatie

Naam:. Klas:. Schooljaar:..

Naam:. Klas:. Schooljaar:.. Handleiding Lezen voor je literatuurlijst Nederlands Havo bovenbouw Naam:. Klas:. Schooljaar:.. Inhoudsopgave Lezen voor de lijst 3 Bepalen van je leesniveau 4 Overzicht van de leesniveaus 5 Literatuurlijsten

Nadere informatie

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/20358 holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/20358 holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/20358 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Witsenburg, Tijn Title: Hybrid similarities : a method to insert relational information

Nadere informatie

Bronnenbank Onderwijstheorie Tessa van Helden. Inhoudsopgave Pagina. Bron 1 Design Marcel Wanders. 2. Bron 2 ADHD in de klas. 2

Bronnenbank Onderwijstheorie Tessa van Helden. Inhoudsopgave Pagina. Bron 1 Design Marcel Wanders. 2. Bron 2 ADHD in de klas. 2 Bronnenbank Onderwijstheorie Tessa van Helden Inhoudsopgave Pagina Bron 1 Design Marcel Wanders. 2 Bron 2 ADHD in de klas. 2 Bron 3 Recensie over Boijmans van Beunigen 3 Bron 4 Flip in de klas. 4 Bron

Nadere informatie

Samenvatting (Summary in Dutch)

Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) Introductie In dit proefschrift evalueer ik de effectiviteit van de academische discussie over de ethiek van documentaire maken. In hoeverre stellen wetenschappers de juiste

Nadere informatie

Friese taal en cultuur VWO. Syllabus centraal examen 2010

Friese taal en cultuur VWO. Syllabus centraal examen 2010 Friese taal en cultuur VWO Syllabus centraal examen 2010 oktober 2008 2008 Centrale Examencommissie Vaststelling Opgaven vwo, havo, vmbo, Utrecht Alle rechten voorbehouden. Alles uit deze uitgave mag worden

Nadere informatie

Uitreiking Eline van Haarenprijs 5 oktober Openbare Bibliotheek Alkmaar. door juryvoorzitter Vera Wijnker

Uitreiking Eline van Haarenprijs 5 oktober Openbare Bibliotheek Alkmaar. door juryvoorzitter Vera Wijnker Uitreiking Eline van Haarenprijs 5 oktober Openbare Bibliotheek Alkmaar door juryvoorzitter Vera Wijnker Geachte familie, aanwezigen. In het bijzonder de genomineerden. Vandaag mag ik de Eline van Haarenprijs

Nadere informatie

1. Soorten wetenschappelijke informatiebronnen

1. Soorten wetenschappelijke informatiebronnen 1. Soorten wetenschappelijke informatiebronnen Wanneer je als student in het hoger onderwijs de opdracht krijgt om te zoeken naar wetenschappelijke informatie heb je de keuze uit verschillende informatiebronnen.

Nadere informatie

Erfgoedonderwijs als cultuuronderwijs. Barend van Heusden Afdeling Kunsten, Cultuur en Media

Erfgoedonderwijs als cultuuronderwijs. Barend van Heusden Afdeling Kunsten, Cultuur en Media Erfgoedonderwijs als cultuuronderwijs Barend van Heusden Afdeling Kunsten, Cultuur en Media 12/14/2012 2 Vragen... Hoe verhoudt erfgoed- zich tot cultuureducatie? Wat zijn kenmerkende eigenschappen van

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2010 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Italiaanse taal en cultuur Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel

Nadere informatie

Pecha Kucha: Wonder, R.J. Palacio. 1) Omslag

Pecha Kucha: Wonder, R.J. Palacio. 1) Omslag Pecha Kucha: Wonder, R.J. Palacio 1) Omslag Dit is de omslag van het boek. Je ziet een jongen met één oog. Ook zijn linkeroor is groter dan zijn rechteroor. Bij zijn wenkbrauw staat de tekst van de titel

Nadere informatie

Boekverslag Nederlands De vriendschap door Connie Palmen

Boekverslag Nederlands De vriendschap door Connie Palmen Boekverslag Nederlands De vriendschap door Connie Palmen Boekverslag door een scholier 1937 woorden 28 februari 2011 5,6 6 keer beoordeeld Auteur Genre Connie Palmen Psychologische roman, Filosofische

Nadere informatie

Culture, Organization and Management Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - P Culture Organization and Management -

Culture, Organization and Management Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - P Culture Organization and Management - Culture, Organization and Management Vrije Universiteit Amsterdam - der Sociale Wetenschappen - P Culture Organization and Management - 2014-2015 Vrije Universiteit Amsterdam - der Sociale Wetenschappen

Nadere informatie

Verantwoording en dank

Verantwoording en dank 204 Zorg om mensen met dementie Verantwoording en dank Dit boek bouwt voort op de inzichten die ik heb verwoord in Dement: zo gek nog niet en verscheen eerder als Dementie dichterbij in de reeks Cahiers

Nadere informatie

Toelichting M-nummers in relatie tot referentieniveaus Meijerink (4F)

Toelichting M-nummers in relatie tot referentieniveaus Meijerink (4F) Toelichting M-nummers in relatie tot referentieniveaus Meijerink (4F) 1. Mondelinge Taalvaardigheid Niveau 4F 1.1 Gesprekken Algemene omschrijving Kan in alle soorten gesprekken de taal nauwkeurig en doeltreffend

Nadere informatie

Deel 1 Structuur. Handleiding scripties

Deel 1 Structuur. Handleiding scripties Deel 1 Structuur Elke scriptie heeft een aantal onderdelen dat min of meer vaststaat. Mijn ervaring leert mij dat de onderdelen in de scriptie en de volgorde waarin je deze onderdelen verwerkt, afhankelijk

Nadere informatie

GELIJKE KANSEN IN BELGIË HISTORISCH ONDERZOEK

GELIJKE KANSEN IN BELGIË HISTORISCH ONDERZOEK GELIJKE KANSEN IN BELGIË HISTORISCH ONDERZOEK 1. TOELICHTING Tijdens het bezoek aan de Democratiefabriek hebben jullie kunnen vaststellen dat bepaalde elementen essentieel zijn om tot democratie te komen.

Nadere informatie

Bijlagen ( ) Eisen aan het onderzoeksvoorstel

Bijlagen ( ) Eisen aan het onderzoeksvoorstel Bijlagen (2008-2009) Eisen aan het onderzoeksvoorstel Het onderzoeksvoorstel dat na vier weken bij de begeleider moet worden ingediend omvat een (werk)titel, een uitgewerkte probleemstelling (die een belangrijke

Nadere informatie