PROVINCIE FLEVOLAND. mr.drs. T. van der Wal - J.N.J

Transcriptie

1 PROVINCIE FLEVOLAND Postbus AB Lelystad Stichting Faunabeheereenheid Flevoland De heer H.J. Ernsten Hopweg PX BANT Telefoon (0320) Fax (0320) mo(7 Website Verzenddatum _ f4 SEP. tm Bijlagen Uw kenmerk Ons kenmerk Onderwerp Flora- en faunawet: ontheffing voor het doden van grauwe ganzen, het verstoren van nesten en het schudden van eieren van grauwe ganzen Geachte heer Ernsten, Op 3 juli 2015 hebben wij uw aanvraag voor een ontheffing ex artikel 68 voor het doden van overzomerende grauwe ganzen met het geweer en het verstoren van nesten en het schudden van eieren van grauwe ganzen ontvangen, ter voorkoming van belangrijke schade aan gewassen in de gehele provincie Flevoland. Hierbij ontvangt u ons besluit. Met dlt besluit trekken wij ons besluit van 4 maart 2015 in, met kenmerk , voor een ontheffing artikel 68 Flora- en faunawet: voor het doden van grauwe ganzen ter voorkoming van belangrijke schade. Een afschrift van deze brief is ter kennisneming verstuurd aan onder andere het Faunafonds, Stichting De Faunabescherming, Dierenbescherming Nederland, Vogelbescherming Nederland en de Omgevingsdienst. Hoogachtend, Gedeputeerde Staten van Flevoland, De secretaris.,.^ de voorzitter. mr.drs. T. van der Wal - J.N.J Inlichtingen bij Ing. M. Kolen Doorkiesnummer Bezoekadres Visarenddreef 1 Lelystad

2 2 Beschikking van GEDEPUTEERDE STATEN VAN FLEVOLAND op een verzoek voor een ontheffing op grond van artikel 68 van de Flora- en faunawet. Inhoudsopgave A. Onderwerp aanvraag B. Wettelijk kader C. Beleidsuitgangspunten bij de beoordeling D. Inhoudelijke beoordeling E. Advies Faunafonds F. Besluit G. Kennisgeving en afschriften H. Bezwaar I. Ondertekening A. Onderwerp aanvraag Op 3 juli 2015 hebben wij van de heer Ernsten, secretaris van Stichting Faunabeheereenheid Flevoland, een aanvraag voor een ontheffing ex artikel 68 van de Flora- en faunawet ontvangen voor het doden van overzomerende grauwe ganzen (Anser anser) op agrarische percelen in de gehele provincie Flevoland ter voorkoming van belangrijke schade aan gewassen. Daarnaast is ontheffingaangevraagd voor het verstoren van nesten en het schudden van eieren in de bebouwde kom van Almere, Lelystad, Dronten en Emmeloord. B. Wettelijk kader De Flora- en faunawet (hierna Ffwet) is het wettelijk kader voor de soortbescherming van in Nederland in het wild levende planten en dieren. In overeenstemming met artikel 4, lid 1, onderdeel b van de Ffwet zijn alle van nature op het Europese grondgebied van de lidstaten van de Europese Unie voorkomende vogels aangemerkt als beschermde inheemse diersoorten. In de Bekendmaking lijsten beschermde Inheemse diersoorten 2013 wordt de grauwe gans vermeld als van nature voorkomend op het Europese grondgebied van de lidstaten van de Europese Unie. Onder de algemene verbodsbepalingen betreffende dieren van de Ffwet vermeldt artikel 9, dat het verboden is dieren, behorende tot een beschermde inheemse diersoort, te doden, te verwonden, te vangen, te bemachtigen of met het oog daarop op te sporen. Volgens artikel 10 is het daarnaast verboden deze dieren opzettelijk te verontrusten. Voigens artikel 11 is het verboden nesten, holen of andere voortplantings- of vaste rust- of verblijfplaatsen van dieren te beschadigen, te vernielen, uit te halen, weg te nemen of te verstoren. Tenslotte staat in artikel 12 aangegeven dat het verboden is om eieren van dieren, te zoeken, te rapen, uit het nest te nemen, te beschadigen of te vernielen. In overeenstemming met artikel 68, lid 1, onderdeel c hebben Gedeputeerde Staten de bevoegdheid om ter voorkoming van belangrijke schade aan gewassen, een ontheffing te verlenen van het bepaalde in onder andere de artikelen 9, 10, 11 en 12, mits er geen andere bevredigende oplossing bestaat en indien er geen afbreuk wordt gedaan aan een gunstige staat van instandhouding van de soort. C. Beleidsuitgangspunten bij de beoordeling Verordening beheer en schadebestrijding dieren Flevoland In artikel 3, tweede lid van deze provinciale verordening is aan grondgebruikers vrijstelling verleend van het verbod op het opzettelijk verontrusten van een aantal beschermde inheemse diersoorten op

3 3 hun gronden in Flevoland. In bijlage 1 bij deze verordening, waarin alle soorten staan vermeld waarvoor deze vrijstelling geldt, is de grauwe gans opgenomen. Hiermee hebben Provinciale Staten invulling gegeven aan hun bevoegdheid op basis van artikel 65, lid 4 van de Ffwet tot het verlenen van vrijstelling. Grondeigenaren mogen grauwe ganzen dan ook actief verjagen van hun landbouwpercelen bij dreigende schade. Nota Flora- & Fauna Flevoland. In de Nota Flora en Fauna Flevoland is als algemene beleidsregel opgenomen, dat - ter voorkoming van belangrijke schade aan gewassen, vee, bossen, bedrijfsmatige visserij en wateren - op voorhand ontheffing krachtens artikel 68 van de Ffwet verleend kan worden voor het doden van een soort, a. die in tenminste twee van de vijf voorgaande jaren belangrijke schade in Flevoland heeft veroorzaakt, of b. waarvoor in tenminste drie van de vijf voorafgaande jaren ontheffing is verleend ten behoeve van dit belang, c. mits uit de populatiegegevens van de soort blijkt dat de instandhouding van de betreffende soort niet In het geding komt. Onder belangrijke schade aan gewassen verstaan GS conform landelijke afspraken een lagere geldelijke opbrengst door toedoen van dieren die niet gedood mogen worden van minimaal 250,- per geval. Faunabeheerplan Het Faunabeheerplan , dat door Gedeputeerde Staten op 4 juni 2014 is goedgekeurd, richt zich op het proactief voorkomen en beperken van schade van overzomerende grauwe ganzen, waarbij actief wordt ingezet op het voorkomen van nieuwe broedkernen van de grauwe gans in de provincie en de schade veroorzaakt door overzomerende ganzen teruggedrongen wordt tot het niveau van Relatie met instandhoudingsdoelstellingen Flevolandse Natura 2000-gebieden De grauwe gans is voor een aantal in Flevoland gelegen Natura 2000-gebieden aangewezen als nietbroedvogel. In tabel 1 is een overzicht opgenomen van de Natura 2000-gebieden waarin dit het geval is, de hoogte van het instandhoudingsdoel en de huidige staat van instandhouding. Wanneer gekeken wordt naar de maanden waarin de maximale aantallen geteld worden in de diverse Natura 2000-gebieden dan valt op dat het in het Zwarte Meer en Ketelmeer & Vossemeer vooral om ovewinteraars gaat (piekaantallen in respectievelijk oktober-maart en novemberfebruari). In het IJsselmeer ligt de piek in juni en gaat het vermoedelijk vooral om regionale vogels of ruiers uit het buitenland. Het Markermeer & IJmeer kent een piek in juni-juli en een in oktober, waarbij de laatste piek vermoedelijk betrekking heeft op doortrekkers, terwijl de eerste piek. regionale vogels betreft. In de Oostvaardersplassen ligt de piek traditiegetrouw in juni tijdens de ruitijd. De Lepelaarsplassen laat duidelijk een broedpopulatie zien met een piek in april-juni. Met uitzondering van de Oostvaardersplassen worden de instandhoudingsdoelstellingen in alle Natura 2000-gebieden ruimschoots gehaald. Dit betekent dat afschot van grauwe ganzen ter voorkoming van schade in het agrarisch gebied en het beheer van overzomerende grauwe ganzen geen invloed zal hebben op de instandhoudingsdoelstellingen in het gros van de Natura gebieden. In de ruitijd bezoeken grote aantallen grauwe ganzen de Oostvaardersplassen, ze verblijven dan in het gebied. In het concept-beheerplan voor de Oostvaardersplassen wordt geconcludeerd dat schadebestrijding een verstorend of verslechterend effect van beperkte orfivang op de draagkracht van het leefgebied heeft en dat dit effect niet wezenlijk negatief is voor het realiseren van de instandhoüdingsdoelstelling.

4 4 Tabel 1. Overzicht van Natura 2000-gebieden in Flevoland met een instandhoudingsdoelstelling voor de grauwe gans en Natura 2000-gebied Instandhoudingsdoel Staat van instandhouding IJsselmeer Markermeer & IJmeer Zwarte Meer Ketelmeer Et Vossemeer Eemmeer & Gooimeer Zuidoever Oostvaardersplassen Lepelaarplassen gemiddeld 580 vogels (seizoensgemiddelde) gemiddeld 510 vogels (seizoensgemiddelde) gemiddeld 630 vogels (seizoensgemiddelde) gemiddeld 680 vogels (seizoensgemiddelde) gemiddeld 300 vogels (seizoensgemiddelde) gemiddeld vogels (seizoensgemiddelde) gemiddeld 240 vogels (seizoensgemiddelde) vogels vogels 887 vogels vogels. 709 vogels vogels. 381 vogels D Inhoudelijke beoordeling Belangrijke schade Grauwe ganzen brengen jaarlijks schade toe. Over de afgelopen 5 jaren bedroeg de schade gemiddeld ,- per jaar, zoals blijkt uit tabel 2. Tabel 2 Schadecijfers veroorzaakt door overzomerende grauwe ganzen In Flevoland Jaartal Totale schade Conclusie Grauwe ganzen hebben ondanks verjagingsacties, ondersteund door afschot, de afgelopen jaren belangrijke schade toegebracht in Flevoland. Geen andere bevredigende oplossing Uit de aanvraag blijkt dat, naast knalapparaten en schriklint, ook Flash Harry wordt ingezet als preventieve maatregel om grauwe ganzen te verjagen. Mogelijke andere oplossingen zijn het weren van dieren door gebruik te maken van preventieve maatregelen. Voorbeelden hiervan zijn vogelverschrikkers, nabootsing roofvogel, ballonnen en spandraden. Deze middelen hebben echter een geringe effectiviteit vanwege de gewenning die snel optreedt.

5 5 Staat van instandhouding van de grauwe gans In Flevoland broeden ongeveer 800 broedparen, waarvan circa 85% in Zuidelijk Flevoland broedt met de voornaamste populatie in de Oostvaardersplassen. Deze populatie schommelt tussen de 400 en 600 broedparen. Daarnaast wordt geconstateerd dat in alle waterrijke gebieden van de provincie zich nieuwe broedkernen aan het ontwikkelen zijn. Grauwe Gans (broedvogels) broedvoael trend Nederland MetViierK Ecotogische Monitoring (Sovon, CBS) Uit bovenstaande grafiek blijkt dat de stand van de grauwe gans in Nederland nog steeds exponenrieel groeit, ondanks het feit dat er jaarrond grauwe ganzen worden geschoten ter voorkoming van schade aan gewassen. Ook over de laatste 10 seizoenen is er volgens de website van SOVON sprake van een significante toename van het aantal broedvogels met meer dan 5% per jaar, wat neerkomt op een minimale verdubbeling van de stand in 15 jaar. Gebruik ontheffing voorgaande jaren In 2009 is op basis van de ervaringen in de voorgaande jaren een meerjarige ontheffing verleend voor het doden van overzomerende grauwe ganzen op schadepercelen. Deze'ontheffing was geldig tot en met 31 december In 2014 en 2015 is ook ontheffing verleend voor het doden van grauwe ganzen. Hier is jaarlijks veelvuldig gebruik van gemaakt. In tabel 3 zijn zowel het aantal keren dat van de ontheffing gebruik is gemaakt als het aantal geschoten grauwe ganzen vermeld. Tabel 3 Gebruik ontheffing over de afgelopen jaren Jaartal Aantal keren dat gebruik is gemaakt van de ontheffing Aantal geschoten grauwe ganzen Gegevens overgenomen uit jaarlijkse rapportages faunabeheereenheid. In zijn ontheffingsaanvraag geeft de FBE- secretaris aan dat de afgelopen jaren hebben geleerd dat verjagen alleen schade niet kan voorkomen. De ganzen wennen zeer snel aan preventiemiddelen en schrikken hier niet meer van. Daarnaast wordt met het verjagen het probleem van het ene perceel naar het andere perceel verplaatst. Afschot is daarom noodzakelijk. Beperken populatie overzomerende grauwe ganzen Door de exponentiële groei van overzomerende grauwe ganzen in Nederiand neemt de financiële schade van ganzen toe. Om de schade terug te brengen tot het niveau 2005 (conform het Ganzenakkoord) zijn aanvullende maatregelen noodzakelijk. Namelijk in de periode 1 juli-1 november het venagen/afschieten van grauwe ganzen die zich op percelen met stoppel of teeltrestitutie bevinden. De ganzen komen in deze periode hier massaal foerageren en door in deze periode te verjagen/afschieten kan ingegrepen worden in de stand van de ganzen.

6 6 Om de populatiegroei in de bebouwde kom van Almere, Lelystad, Dronten en Emmeloord te beperken wordt het verontrusten, verjagen en het rapen, insmeren, prikken en schudden van eieren toegestaan in de bebouwde kom van de genoemde gemeenten. Met als doel om een verder groei van de betreffende populaties overzomerende grauwe ganzen in stadsparken, tochten en vaarten te voorkomen. Plaats van inzet Stichting Faunabeheereenheid Flevoland vraagt een ontheffing aan voor ondersteunend afschot voor de gehele provincie op agrarische percelen. Daarnaast vraagt de Stichting Faunabeheereenheid Flevoland ontheffing aan voor het verontrusten, verjagen, rapen, insmeren, prikken en schudden van eieren binnen de bebouwde kom van de gemeenten Almere, Lelystad, Dronten en Emmeloord. Uitvoerders De ontheffing wordt aangevraagd voor de faunabeheerders van Stichting Faunabeheer Flevoland, dat als uitvoerend orgaan functioneert van de Stichting Faunabeheereenheid Flevoland. Gezien het uitgebreide werkgebied verzoekt de faunabeheereenheid om jachtaktehouders toe te staan de faunabeheerders te ondersteunen. Periode De ontheffing wordt aangevraagd voor de periode van 1 maart 2015 tot 1 november E. Advies Faunafonds Op 26 augustus 2015 heeft het faunafonds advies uitgebracht aan de Provincie Flevoland over de ontheffing. Het faunafonds geeft aan dat ganzen in Nederland toenemen met een gemiddeld percentage van 5% en dat het belang is om adequaat en efficiënt op te treden tegen het toenemend aantal ganzen. Het bestuur van het faunafonds geeft een aantal overwegingen mee aan de Provincie. Het faunafondsngeeft aan dat er veel maatregelen zijn opgenomen in de ontheffing die beperkingen opleveren als een meldingsplicht 24 uur vooraf, de ondersteuning van maximaal 4 jachtaktehouders en het gebruik van preventieve middelen. Daarnaast adviseert het bestuur van het Faunafonds om alle wettelijke middelen toe te staan bij de bestrijding van overzomerende grauwe ganzen. Daarnaast geeft het Faunafonds aan dat bestrijding 1 uur voor zonsopkomst en 1 uur na zonsondergang effectief kan zijn. Tenslotte stelt het Faunafonds voor om de tweede periode op 1 juli te starten in plaats van 31 juli. De provincie Flevoland heeft de ontheffing verdeeld over twee perioden om per periode de noodzakelijke voorschriften te kunnen voorschrijven. In de tweede periode zijn er minder regels waardoor het faunabeheer adequaat kan worden uitgevoerd en het mogelijk is om bestrijding van overzomerende grauwe ganzen mogelijk te maken. Hierbij is aangesloten op het voorstel van de faunabeheereenheid en het Faunafonds.

7 7 F. Besluit tot verlenen van de ontheffing GEDEPUTEERDE STATEN VAN FLEVOUND HEBBEN BESLOTEN Op grond van artikel 68 van de Flora- en faunawet, En gelet op de artikelen 9, 10 van de Flora- en faunawet, Overwegende dat er geen andere bevredigende oplossing bestaat ter bestrijding en beperking van belangrijke schade aan granen, aardappelen, suikerbleten, peulvruchten, grasland, graszaad en vollegrondsgroenten En dat door inzet van ondersteunend afschot geen afbreuk wordt gedaan aan de gunstige staat van instandhouding van overzomerende grauwe gans (Anser anser) in Nederland, Het Faunafonds gehoord hebbende, AAN Stichting Faunabeheer Flevoland te Bant ONTHEFFING TE VERLENEN voor het doden van.grauwe ganzen met behulp van het geweer ter voorkoming van belangrijke schade aan granen, aardappelen, suikerbieten, peulvruchten, grasland, graszaad en vollegrondsgroenten op agrarische gronden in de provincie Flevoland, met uitzondering van de beschermde gebieden en voor het verontrusten, verjagen, en het rapen, insmeren, prikken en schudden van eieren In de bebouwde kom van Almere, Lelystad, Dronten en Emmeloord En deze ontheffing van kracht te verklaren tot 1 november Aan deze ontheffing worden de volgende voorwaarden verbonden: Algemene voorwaarden 1. Definities: Faunabeheerder = jachtopzichter in dienst van de Stichting Faunabeheer Flevoland. Grauwe gans = de van nature wild in Nederland voorkomende ondersoort Anser anser anser, alsook gedomesticeerde grauwe ganzen Inclusief de geheel witte vorm (beter bekend onder de naam boerengans of soepgans), alsook hybriden van de grauwe gans en andere (ganzen)soorten. Jachtaktehouder = jager die zijn jachtveld heeft in de provincie Flevoland en aangesloten is bij de Stichting Faunabeheer Flevoland. Standganzen = grauwe ganzen die zich gedurende de zomerperiode in Flevoland bevinden. Schadegevoelig perceel = een perceel in agrarisch gebruik waar aanmerkelijke schade is geconstateerd dan wel aanmerkelijke schade dreigt te ontstaan. 2. De gebruiker van de-ontheffing moet ter plaatse waar deze een der handelingen verricht waartoe de ontheffing strekt, aan toezichthouders (politie of daartoe door de provincie aangewezen ambtenaren) op eerste aanvraag onmiddellijk de volgende zaken tonen: a. een gewaarmerkte kopie van de ontheffing; b. een geldig Identiteitsbewijs; c. een geldige jachtakte; d. een geldige grondgebruikersverklaring.

8 8 3. De houder van de ontheffing brengt maandelijks verslag uit aan de provincie Flevoland en de OFGV over de wijze waarop van de ontheffing gebruik is gemaakt. Het verslag bevat in ieder geval een registratie van de plaats, de tijd en het effect van het gebruik van de ontheffing. Tevens wordt het aantal gedode ganzen per actie vermeld en het aantal nesten waar maatregelen zijn uitgevoerd, per nest wordt aangegeven welke acties zijn uitgevoerd. 4. Het gebruik van de ontheffing is voorbehouden aan de faunabeheerders in dienst van de Stichting wildbeheereenheid Flevoland. Voordat gebruik van deze ontheffing kan worden gemaakt door de faunabeheerders dienen zij door de FBE-secretaris te worden geïnstrueerd over de verplichtingen en beperkingen van deze ontheffing. 5. De jachtaktehouder ontvangt van de faunabeheerder voor de duur van de ondersteuning een gewaarmerkte kopie van deze ontheffing. 6. De jachtaktehouder houdt een overzicht bij (per perceel), van waar hij is geweest, welke dieren hij heeft geschoten en hoeveel dieren hij heeft geschoten. 7. De ontheffing mag alleen gebruikt worden in de periode 1 maart-1 november ( ). 8. Afschot mag plaatsvinden van een uur voor zonsopgang tot een uur na zonsondergang. Specifieke voorwaarden 1. maart-1 iuli 9. Het gebruik van de ontheffing mag niet eerder plaatsvinden dan nadat de ontheffinghouder bij de eerste actie op het betreffende schadeperceel hiervan 24 uur van te voren melding heeft gedaan vla het adres faunamelding@ofgv.nl onder vermelding van naam en telefoonnummer faunabeheerder, kavelnummer van de domeinkaart, tljdstip(pen), uitgevoerde preventieve maatregelen en aard van voorgenomen handelingen. 10. Voor vervolgacties die na een onderbreking van langer dan een week na de eerste actie plaats vinden, dient telkens opnieuw een melding gedaan te worden. 11. De faunabeheerders kunnen zich bij het gebruik van de ontheffing laten ondersteunen door maximaal 4 jachtaktehouders aangesloten bij de WBE faunabeheer Flevoland. De faunabeheerder is verantwoordelijk voor het toezicht op de jachtaktehouders. De faunabeheerder Instrueert de jachtaktehouders over de verplichtingen en beperkingen van deze ontheffing. 12. De jachtaktehouder mag het perceel pas verlaten nadat de faunabeheerder zich ter plekke vergewist heeft van het soort en de aantallen geschoten dieren. 13. Afschot vindt in de periode 1 maart-1 juli alleen plaats op schadepercelen in de provincie Flevoland. 14. Van deze ontheffing kan slechts gebruik worden gemaakt nadat preventief tenminste een akoestische maatregel (bv knalapparaat of ansiapistool) en een visuele maatregel (bv. vlaggen, nabootsing roofvogel, ballonnen en/of vogelverschrikker) uit het Handboek Faunaschade is toegepast. Visuele middelen dienen op een onderlinge afstand van maximaal loom te.worden geplaatst. Bij afschotacties dienen de uitgevoerde preventieve maatregelen zichtbaar aanwezig te zijn op de betreffende schadepercelen. 15. Het gebruik van lokmiddelen is n1et toegestaan. 16. Het verontrusten verjagen en het rapen. Insmeren, prikken en schudden van eieren 1s toegestaan binnen de bebouwde kom van Almere, Lelystad, Dronten en Emmeloord. 17. De beheermaatregel eieren schudden, insmeren, weghalen en verstoren van nesten wordt slechts ingezet in de periode 1 maart-31 mei, tussen zonsopkomst en zonsondergang. 18. De coördinatie van de beheermaatregel verontrusten, verjagen en het rapen, insmeren, prikken en schudden van eieren wordt uitgevoerd door de secretaris van de FBE. Specifieke voorwaarden 1 iuli-1 november 19. Het gebruik van de ontheffing mag niet eerder plaatsvinden dan nadat de ontheffinghouder/faunabeheerder hiervan van te voren melding heeft gedaan via het e- mailadres faunamelding@ofgv.nl onder vermelding van naam en telefoonnummer faunabeheerder, kavelnummer van de domeinkaart, tijdstip (pen) en aard van voorgenomen handelingen. 20. Voor vervolgacties die na een onderbreking van langer dan een week na de eerste actie plaatsvinden, dient telkens opnieuw een melding gedaan te worden.

9 9 Ons.kenmerk: 21. De faunabeheerders kunnen zich bij het gebruik van de ontheffing laten ondersteunen door maximaal 16 jachtaktehouders (per faunabeheerder) aangesloten bij de WBE faunabeheer Flevoland. De faunabeheerder is verantwoordelijk voor het toezicht op de jachtaktehouders. De faunabeheerder instrueert de jachtaktehouders over de verplichtingen en beperkingen van deze ontheffing. 22. Afschot vindt in de periode ljuli-1 november enkel plaats op agrarische gronden van de provincie Flevoland. In deze periode zijn preventieve maatregelen niet noodzakelijk. 23. Het gebruik van lokmiddelen is toegestaan. Overige bepalingen 24. Deze ontheffing kan op grond van de criteria genoemd in artikel 80 van de Flora- en Faunawet worden gewijzigd/ingetrokken. 25. Gegevens van ringen en/of halsbanden die worden aangetroffen op gedode ganzen moeten met opgave van plaats en datum van afschot worden doorgegeven aan het Vogeltrekstation Arnhem. G. Kennisgeving en afschriften Een kennisgeving van dit besluit zal zo spoedig mogelijk geplaatst worden In het huis-aan-huisblad Flevopost. Een afschrift van dit besluit wordt door ons verzonden aan: Rijksdienst voor Ondernemend Nederland; Het bestuur van het Faunafonds; Colleges van burgemeester en wethouders van de Flevolandse gemeenten; Stichting de Faunabescherming; Dierenbescherming Nederland; Vogelbescherming Nederland; De Koninklijke Jagersvereniging; Het hoofd van het team Water, Bodem en Natuur van de OFGV; Politie Midden-Nederland. H. Bezwaar Tegen dit besluit kunt u binnen zes weken na datum van verzending van deze brief schriftelijk bij ons bezwaar maken. Uw bezwaarschrift dient ondertekend te zijn en voorzien van uw naam en ad res, de datum, een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht en de gronden van het bezwaar. Nadere informatie over de bezwaarprocedure treft u aan in het hierna volgende informatieblad. I. Ondertekening Lelystad, Hoogachtend, Gedeputeerde Staten van Flevoland, de secretaris, de voorzitter, mr.drs. T. van der Wai><rN.J. Appelman

10 10 Informatieblad bezwaarprocedure Gedeputeerde Staten van Flevoland Bezwaar Tegen onze besluiten kunt u op grond van artikel 7:1 van de Algemene wet bestuursrecht binnen zes weken na datum van verzending ervan bij ons schriftelijk bezwaar maken: Uw bezwaarschrift dient ondertekend en voorzien te zijn van uw naam en adres, de datum, een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht en de gronden van het bezwaar. Verzoek om voorlopige voorziening Wanneer u van mening bent dat, in afwachting van de behandeling van uw bezwaarschrift, een voorlopige voorziening moet worden getroffen, kunt u een verzoek daartoe indienen bij de voorzieningenrechter. Het adres is Rechtbank Midden-Nederland, Afdeling Bestuursrecht, vooriopige voorzieningen, Postbus 16005, 3500 DA Utrecht. Uw verzoek om voorlopige voorziening wordt pas in behandeling genomen wanneer u griffierecht heeft betaald. De rechtbank laat u weten hoe hoog het griffierecht is en op welke wijze u dit kunt overmaken. Overslaan van de bezwaarschriftenprocedure Op grond van artikel 7:1a van de Algemene wet bestuursrecht kunt u in uw bezwaarschrift aangeven dat u de bezwaarschriftenprocedure wilt overslaan en rechtstreeks in beroep wilt gaan bij de bestuursrechter. In artikel 7:1 a tweede lid van de Algemene wet bestuursrecht is bepaald dat wij een dergelijk verzoek in ieder geval moeten afwijzen wanneer: A) het bezwaarschrift is gericht tegen het niet op tijd nemen van een besluit. B) tegen het besluit door een andere belanghebbende ook een ander bezwaarschrift Is Ingediend waarin zo' n verzoek niet is gedaan en dit bezwaarschrift ontvankelijk is. Wij stemmen alleen in met het verzoek om de bezwaarschriftenprocedure over te slaan, wanneer de zaak daarvoor geschikt is. Wanneer dit het geval is, zenden wij het bezwaarschrift door aan de bevoegde rechter. Proceskostenvergoeding Tot slot wijzen wij u er nog op dat u op grond van artikel 7:15, tweede lid van de Algemene wet bestuursrecht bij ons - voordat wij een besluit hebben genomen op uw bezwaarschrift - een verzoek kunt indienen om de kosten die u redelijkerwijs in verband met de behandeling van uw bezwaarschrift moet maken, te vergoeden. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om kosten van rechtsbijstand, kosten van een getuige/deskundige; reis- en verblijfkosten, kosten van uittreksels uit openbare registers, telefoongesprekken. Bij het Indienen van zo'n verzoek moet u het bedrag van de vergoeding aangeven en stukken overleggen waaruit blijkt dat u deze kosten daadwerkelijk heeft gemaakt. Bij het besluit dat wij op het bezwaarschrift nemen, wordt tegelijkertijd een besluit genomen op een ingediend verzoek om vergoeding van de kosten.