NTFR-A 2017/1 Douane- en invoer-btw-schulden: niet altijd helder communicerende vaten

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "NTFR-A 2017/1 Douane- en invoer-btw-schulden: niet altijd helder communicerende vaten"

Transcriptie

1 NTFR-A 2017/1 Douane- en invoer-btw-schulden: niet altijd helder communicerende vaten Belastingjaar/tijdvak Wetsartikelen NTFRA-art. 1 Auteur A Tissir Y El Bojaddaini J Nuijten 1. Inleiding Begin juni 2016 heeft het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna: HvJ) uitspraak gedaan in de gevoegde zaken Eurogate II en DHL[1]. In dit arrest wordt door het HvJ ingegaan op de wisselwerking tussen douane- en invoer-btw-schulden. Bovendien heeft het HvJ in dit arrest voor het eerst expliciet geoordeeld dat geen invoer-btw is verschuldigd ondanks dat wel een douaneschuld is ontstaan. In dit artikel zal worden stilgestaan bij dit oordeel. Bezien zal worden of dit oordeel in overeenstemming is met het rechtskarakter van de btw. Daarnaast zal worden ingegaan op het moment van ontstaan van een douaneschuld, daar hier vragen over rijzen door de wijze waarop het HvJ tot zijn oordeel komt in de gevoegde zaken. Nu gelet op dit arrest en overigens ook een eerder door het HvJ gewezen arrest[2], het moment van ontstaan van een douaneschuld cruciaal is voor het al dan niet ontstaan van een met deze douaneschuld corresponderende invoer-btw-schuld, lijkt duidelijkheid op dit punt gewenst. De opzet van dit artikel is als volgt. De voor dit artikel relevante feiten uit de gevoegde zaken worden in par. 2 uiteengezet. In par. 3 zal worden ingegaan op het als gevolg van het niet-aftrekbaar zijn van de betwiste btw-schulden ontstane financiële belang. In par. 4 wordt ingegaan op de grondslagen waarop de douaneschulden in deze zaken zijn gebaseerd. Hierna zal in par. 5 de motivering van het HvJ in de zaak Eurogate II worden uiteengezet. Hierbij wordt met name ingegaan op het achterwege blijven van een btw-schuld en in dit kader zal een link worden gelegd met het moment van ontstaan van de douaneschuld in desbetreffende zaak. In par. 6 vindt een uiteenzetting plaats van de motivering van het HvJ in de zaak DHL. Ook hier wordt de link gelegd tussen het moment van ontstaan van de douaneschuld en het achterwege blijven van een btw-schuld. Daarnaast zal in deze paragraaf een link worden gelegd tussen de zaak DHL en de als gevolg van het inwerking treden van het Douanewetboek van de Unie (DWU) gewijzigde douanewetgeving. Vervolgens wordt in par. 7 ingegaan op de redelijkheid van de uitkomst van beide zaken met betrekking tot de Btwrichtlijn. Afgesloten wordt met een conclusie in par Feiten 2.1. Inleiding Goederen zijn vanaf het moment dat zij het douanegebied van de Europese Unie (hierna: EU) binnenkomen onderworpen aan douanetoezicht.[3] Voor deze goederen geldt dat zij binnen een bepaalde termijn onder een douaneregeling dienen te worden geplaatst. Een voorbeeld van een dergelijke douaneregeling is in het vrije verkeer brengen, ook wel aangeduid als invoeren. Plaatsing onder een dergelijke regeling heeft veelal verschuldigdheid van douanerechten en invoer-btw als gevolg. Naast de douaneregeling in het vrije verkeer brengen kent Europese douanewetgeving verschillende douaneregelingen die het ontstaan van een dergelijke verschuldigdheid uit- dan wel afstellen Opmerking vooraf Volledigheidshalve merken wij allereerst op dat de zaken Eurogate en Eurogate II dezelfde feiten betreffen. Het HvJ heeft in de zaak Eurogate uitspraak gedaan inzake de in dat arrest ontstane douaneschuld. In de zaak Eurogate II wordt vervolgens door het HvJ ingegaan op het al dan niet ontstaan van een btw-schuld.

2 2.3. Eurogate (II) In de zaak Eurogate (II) heeft belanghebbende gebruikgemaakt van de douaneregeling douane- entrepot. Deze regeling maakt het mogelijk om binnenkomende goederen onder schorsing van rechten op te slaan in een douane-entrepot. Een douane-entrepot is een opslagplaats waarin van buiten de EU afkomstige goederen vrij van belastingen en rechten bij invoer kunnen worden opgeslagen. Belanghebbende heeft als entreposeur houder van de vergunning douane-entrepot van deze regeling gebruikgemaakt om van haar klanten afkomstige goederen onder schorsing van rechten op te slaan om deze vervolgens verder te verzenden naar een bestemming buiten de EU. Bij de regeling douane-entrepot rust op de entreposeur de verplichting om het verlaten van de goederen uit het douane-entrepot de zogeheten uitslag tijdig op te nemen in de entrepotadministratie. Eurogate heeft echter verzuimd deze uitslag tijdig op te nemen in haar administratie. Dit verzuim is echter pas door de douaneautoriteiten geconstateerd op het moment dat de goederen reeds het grondgebied van de EU hebben verlaten. Het HvJ oordeelde in deze zaak (Eurogate) in 2012 dat het niet tijdig opnemen in de administratie van een uitslag uit een entrepot een douaneschuld doet ontstaan. Deze douaneschuld is volgens het HvJ gebaseerd op het hierna te bespreken art. 204 Communautair Douanewetboek (hierna: CDW). In de zaak Eurogate II, het vervolg op de zaak Eurogate, is vervolgens de vraag gerezen of in een dergelijke situatie tevens een btw-schuld ontstaat DHL In de zaak DHL zijn goederen door belanghebbende onder de Regeling extern communautair douanevervoer geplaatst. Op basis van deze regeling kunnen binnenkomende goederen onder schorsing van rechten worden vervoerd. Voorwaarde is wel dat de desbetreffende goederen binnen een bepaalde termijn bij het douanekantoor van bestemming moeten worden aangebracht. Belanghebbende heeft verzuimd deze goederen conform de voorwaarden van de toegepaste douaneregeling aan te brengen bij het kantoor van bestemming alvorens deze goederen weder uit te voeren. Dit verzuim heeft geleid tot het ontstaan van een douaneschuld ex art. 204 CDW. In de zaak DHL kwam, net als in de zaak Eurogate II, de vraag op of naast de douaneschuld een btw-schuld is ontstaan. Gezien de overeenkomsten tussen de zaken DHL en Eurogate II is bij beschikking van de president van het HvJ besloten deze zaken gevoegd te behandelen. 3. Financieel belang Het ontstaan van een btw-schuld is voor btw belaste activiteiten verrichtende ondernemers, vanwege de aftrekgerechtigdheid, in beginsel geen issue. Deze btw zal immers in de regel al in aftrek kunnen worden gebracht nog voordat deze moet worden afgedragen. In de gevoegde zaken geldt echter een onaangename uitzondering op deze hoofdregel. Dit kan als volgt worden toegelicht. Het recht op aftrek van omzetbelasting is Unierechtelijk geregeld in art. 168 Btw-richtlijn. Deze bepaling kent, voor wat betreft invoer-btw, aftrekrecht toe onder de voorwaarde dat de ingevoerde goederen worden gebruikt voor belaste handelingen. In de zaken Eurogate (II) en DHL werden de goederen in het kader van btw belaste logistieke diensten door logistieke dienstverleners voor belastingplichtige vervoerd. Volgens de Duitse inspecteur zijn in deze zaken de logistieke dienstverleners de btw verschuldigd, daar zij degenen zijn die de goederen aan de schorsingsregeling het belastbare feit voor de btw hebben onttrokken. Door het HvJ is in dit kader beslist dat, het enkele vervoer in het kader van een belaste vervoersdienst niet kan worden aangemerkt als gebruikt voor de belaste handelingen van belastingplichtige in de zin van art. 168 Btw-richtlijn. De belastingschuldige vervoerder van de aan invoer-btw onderworpen goederen geniet in situaties als in de zaken DHL en Eurogate (II) derhalve geen aftrekrecht. Noch is de btw in dergelijke situaties aftrekbaar bij de opdrachtgever, omdat deze niet degene is die de btw is verschuldigd en dit wel een vereiste is voor het uitoefenen van het recht op aftrek. Het feit dat de logistieke dienstverleners in beide zaken zaten opgescheept met een niet-aftrekbare btw-schuld kan de reden zijn voor het feit dat de btw-schulden tot aan het HvJ zijn bestreden. 4. Rechtsgrond douaneschuld 4.1. Inleiding Het douanegebied van de EU binnenkomende goederen dienen, zoals eerder aangegeven, onder een bepaalde douaneregeling te worden geplaatst. De goederen uit de zaak DHL waren met het oog op wederuitvoer onder de regeling douanevervoer geplaatst. Wederuitvoer van goederen die onder een dergelijke schorsingsregeling zijn geplaatst, leidt in beginsel niet tot verschuldigdheid van douanerechten of invoer-btw. Om van het uit deze regeling voortvloeiende uit- of afstel van verschuldigdheid te genieten, dienen de met deze regeling samenhangende formaliteiten strikt te worden nageleefd. Zo merkt het CDW het niet voldoen aan deze formaliteiten (art. 204 CDW) alsook het onttrekken van goederen aan het douanetoezicht (art. 203 CDW) aan als belastbaar feit Art. 203 en art. 204 CDW Het onderscheid tussen twee laatstgenoemde artikelen is in de loop der jaren herhaaldelijk onderwerp van discussie geweest. Met name de door het HvJ geformuleerde brede definitie van de in art. 203 CDW genoemde term onttrekken aan het douanetoezicht zou hiervan de oorzaak kunnen zijn.

3 Het HvJ heeft deze term gedefinieerd als elk handelen of nalaten dat als gevolg heeft dat de bevoegde douaneautoriteit, zelfs slechts tijdelijk, de toegang wordt belemmerd tot onder douanetoezicht staande goederen en wordt belet bepaalde controles uit te voeren. Verder heeft het HvJ zijn definitie van deze term genuanceerd door te beslissen dat reeds sprake is van een onttrekking aan het douanetoezicht wanneer goederen objectief aan het douanetoezicht worden onttrokken. Met objectief bedoelt het HvJ dat niet van belang is of de betreffende goederen daadwerkelijk worden gecontroleerd. Op basis van deze door het HvJ geformuleerde definitie kan derhalve worden geconcludeerd dat elk doen of nalaten dat er toe zou kunnen leiden dat de douane op enig moment, gedurende de toepassing van de schorsingsregeling de toegang tot de goederen wordt belemmerd en wordt belet bepaalde controles uit te voeren, een douaneschuld op grond van art. 203 CDW doet ontstaan. Art. 204 CDW bepaalt dat een douaneschuld ontstaat indien niet wordt voldaan aan de verplichtingen en voorwaarden van de diverse douaneregelingen. Veel van deze verplichtingen en voorwaarden zijn nu juist in het leven geroepen om te bewerkstelligen dat de bedoelde controles kunnen worden uitgevoerd. Zo ook de in de zaken DHL en (hierna te bespreken) B & S Global Transit Center (hierna: B & S GTC) aan de orde gekomen verplichtingen om onder schorsing van rechten vervoerde goederen aan te brengen bij het douanekantoor van bestemming. Niet-nakoming van een dergelijke verplichting vormt een belastbaar feit op grond van art. 204 CDW en kan er tevens toe leiden dat de vervoerde goederen objectief worden onttrokken aan het douanetoezicht, waardoor een belastbaar feit op grond van art. 203 CDW ontstaat. In een dergelijke situatie, waarin goederen aan het douanetoezicht worden onttrokken door niet- nakoming van een met een douaneregeling samenhangende verplichting, kan op basis van de bewoordingen van art. 204 CDW worden geconcludeerd dat een douaneschuld op grond van art. 203 CDW bestaat en niet op grond van art. 204 CDW. Uit de bewoordingen van art. 204 CDW volgt namelijk dat dit artikel uitsluitend van toepassing is in andere gevallen dan die bedoeld in art Art. 203 CDW heeft dus een zekere voorrang op art. 204 CDW. Dit volgt ook uit het dictum van het arrest B & S GTC. Daar heeft het HvJ namelijk beslist dat het niet voldoen aan de verplichting om onder schoring van rechten vervoerde goederen aan te brengen bij het kantoor van bestemming geen douaneschuld doet ontstaan op grond van art. 204 CDW, maar een op grond van art. 203 CDW. 5. Motivering van het Hof in de zaak Eurogate II 5.1. Motivering In de zaak Eurogate II heeft het HvJ beslist dat geen invoer-btw-schuld is ontstaan op basis van het volgende. Invoer is een belastbaar feit voor de btw op grond van de destijds geldende art. 2, lid 2, Zesde richtlijn. De term invoer wordt in die richtlijn, kort gezegd, gedefinieerd als het binnenbrengen van goederen in de Europese Gemeenschap. Op basis van art. 7, lid 3, Zesde richtlijn geldt daarbij, dat indien goederen onder een van een aantal in die richtlijn genoemde douaneregelingen waaronder de regeling douane-entrepot worden geplaatst, het belastbaar feit invoer dan daar plaatsvindt waar de goederen aan deze douaneregeling worden onttrokken. In de zaak Eurogate II is vastgesteld dat het tot de douaneschuld leidende verzuim de te late inschrijving in de entrepotadministratie pas is geconstateerd nadat de goederen zijn weder uitgevoerd. Het HvJ oordeelde in dit kader dan ook dat de goederen tot aan het moment van de wederuitvoer onder de regeling douane-entrepot vielen.[4] Nu de goederen tot aan het moment van wederuitvoer onder een schorsende douaneregeling vielen, heeft het HvJ beslist dat de goederen voor btw-doeleinden niet op het grondgebied van de EU zijn onttrokken aan de douaneregeling. Om die reden concludeerde het HvJ dat de goederen niet zijn ingevoerd in de zin van de Btwrichtlijn met als gevolg dat geen invoer-btw is verschuldigd Moment van onttrekking Het HvJ gaat in de zaak Eurogate II zonder verwijzing naar enig juridische basis uit van het gegeven dat de goederen aan de douaneschorsingsregeling zijn onttrokken op het moment dat is geconstateerd dat de entreposeur de uitslag niet tijdig in zijn administratie heeft opgenomen.[5] Wij vragen ons af hoe deze vaststelling te rijmen valt met art. 530, lid 3, Toepassingsverordening CDW (hierna: TCDW), gelezen in samenhang met art. 204, lid 2, CDW. Ter verduidelijking volgt nu een opsomming van een aantal rechtsregels op basis waarvan wij vervolgens beschrijven dat een andersluidende conclusie over het moment van onttrekken wellicht juridisch een stevigere fundering heeft kunnen hebben. Het niet tijdig opnemen in de entrepotadministratie van een uitslag leidt, aldus het HvJ in Eurogate, tot een douaneschuld ex art. 204 CDW. Uit eerdere jurisprudentie van het HvJ volgt dat voor btw-toepassingen goederen aan een schorsingsregeling worden onttrokken op het moment van ontstaan van een douaneschuld ex art. 204 CDW.[6] Art. 204, lid 2, CDW schrijft voor dat een douaneschuld op grond van het eerste lid ontstaat op het moment dat niet meer aan de voorwaarden van de toegepaste schorsingsregeling wordt voldaan, dan wel op het moment dat goederen onder een dergelijke regeling worden geplaatst. Art. 530, lid 3, TCDW schrijft voor dat een uitslag uit een entrepot uiterlijk op het moment dat de goederen de entrepot verlaten in de administratie moet zijn opgenomen.

4 Nu het niet tijdig in de administratie opnemen van een uitslag een douaneschuld ex art. 204 CDW doet ontstaan, kan op basis van art. 204, lid 2, CDW jo. art. 530, lid 3, TCDW, worden geconcludeerd dat deze douaneschuld uiterlijk ontstaat op het moment dat de goederen het entrepot hebben verlaten. Vanaf dat moment voldoet de entreposeur niet meer aan de voorwaarden voor toepassing van de schorsingsregeling. Het moge duidelijk zijn dat op dit moment de goederen het grondgebied van de EU nog niet hebben verlaten. Nu uit rechtspraak van het HvJ volgt dat voor btw-toepassingen goederen aan een schorsingsregeling worden onttrokken op het moment dat een douaneschuld ex art. 204 CDW ontstaat, kan worden gesteld dat de goederen, nog voordat zij waren wederuitgevoerd, reeds aan de schorsingsregeling zijn onttrokken. In dat geval gaat de redenering dat geen omzetbelasting is verschuldigd omdat de goederen tot aan het moment van wederuitvoer niet zijn onttrokken niet op. Het is ons niet geheel duidelijk waarom het HvJ het moment van het constateren van het verzuim heeft aangenomen als het moment waarop de goederen aan de regeling worden onttrokken. Zegt het HvJ hiermee impliciet dat in een dergelijke situatie ook de douaneschuld op dat moment ontstaat? Zo ja, hoe verhoudt dit zich tot de in art. 221 CDW opgenomen bepalingen inzake verjaring van een douaneschuld. Volgens deze bepalingen vangt de verjaringstermijn aan op het moment dat de betreffende douaneschuld ontstaat. Moet nu worden geconcludeerd dat de verjaringstermijn in de zaak Eurogate of in andere situaties waarin is verzuimd goederen tijdig in de administratie op te nemen pas aanvangt op het moment dat dit verzuim door de autoriteiten wordt geconstateerd? 6. Motivering van het hof in de zaak DHL 6.1. Motivering Zoals eerder vermeld is in de zaak DHL verzuimd om de onder schorsing van rechten vervoerde goederen aan te brengen bij het kantoor van bestemming, alvorens deze goederen weder uit te voeren. Dit verzuim heeft, aldus het bestreden aanslagbiljet en de verwijzingsbeslissing, geleid tot het ontstaan van een douaneschuld ex art. 204 CDW. Het HvJ stelt op basis hiervan vast dat de goederen tot op het moment van wederuitvoer onder de regeling douanevervoer zijn gebleven.[7] Het HvJ beslist vervolgens, geheel in overeenstemming met zijn motivering in de zaak Eurogate II, dat geen btw-schuld is ontstaan omdat de betreffende goederen tot aan het moment van wederuitvoer niet aan de schorsingsregeling zijn onttrokken Moment van onttrekking Het HvJ heeft in de zaak DHL op basis van het feit dat de verwijzingsrechter heeft aangenomen dat een douaneschuld is ontstaan ex art. 204 CDW, vastgesteld dat de litigieuze goederen tot aan het moment van wederuitvoer niet aan de schorsingsregeling zijn onttrokken. Het arrest B & S GTC zou in dit kader mogelijk een ander beeld kunnen opwekken. In het arrest B & S GTC is beslist dat het niet voldoen aan de verplichting om onder schorsing van rechten vervoerde goederen aan te brengen bij het kantoor van bestemming geen douaneschuld doet ontstaan op grond van art. 204 CDW, maar op grond van art. 203 CDW. Verder is in rechtsoverweging 33 van laatstgenoemde arrest geoordeeld dat: B & S, door het niet nakomen van haar uit artikel 96, lid 1, onder a) van het douanewetboek voortvloeiende verplichting om de goederen voordat zij het douanegebied van de Unie verlaten, aan te brengen bij hun respectieve douanekantoren van bestemming, die goederen nog voordat deze dat gebied hadden verlaten, heeft onttrokken aan het douanetoezicht. De aan voornoemde oordelen van het HvJ in de zaak B & S GTC ten grondslag liggende feiten komen ons inziens exact overeen met de juridisch relevante feiten in de zaak DHL. Immers, in beide zaken heeft belastingplichtige verzuimd de door hem onder schorsing van rechten vervoerde goederen, conform de toegepaste schorsingsregeling, aan te brengen bij het betreffende kantoor van bestemming alvorens de goederen weder uit te voeren. Derhalve kan op basis van het arrest B & S GTC worden geconcludeerd dat de douaneautoriteiten in de zaak DHL een douaneschuld ex art. 203 CDW hadden moeten opleggen. Daarnaast kan op basis van rechtsoverweging 33 van dit arrest worden geconcludeerd dat de betreffende goederen nog voor de wederuitvoer aan de schorsingsregeling zijn onttrokken. Indien het HvJ, gelet op het arrest B & S GTC, zou hebben vastgesteld dat inderdaad een douaneschuld op de voet van art. 203 CDW is ontstaan en de goederen inderdaad nog voordat deze zijn weder uitgevoerd zijn onttrokken aan de schorsingsregeling, dan gaat hier de redenering dat geen btw is verschuldigd omdat de goederen tot aan het moment van wederuitvoer niet zijn onttrokken, niet op. Derhalve rijst de vraag: zou in de zaak DHL invoer-btw verschuldigd zijn indien het HvJ in lijn met overwegingen uit het arrest B & S GTC zou hebben vastgesteld dat de betreffende douaneschuld is ontstaan op basis van art. 203 CDW? 6.3. Douanewetboek van de Unie Het beantwoorden van deze vraag wordt ietwat gecompliceerd indien daarbij rekening wordt gehouden met de gewijzigde wetgeving op het gebied van het ontstaan en het tenietgaan van een douaneschuld als gevolg van het inwerkingtreden van het DWU. Art. 203 en art. 204 CDW zijn in dit DWU samengevoegd in art. 79, lid 1, DWU. Indien zich onder de werking van het DWU een situatie als in de zaak DHL voordoet, kan voor wat betreft de douaneschuld op basis van art. 124, lid 1, onderdeel k, DWU worden geconcludeerd dat deze schuld tenietgaat. Het maakt in dit kader niet uit of de douaneschuld is ontstaan wegens een onttrekking of een non-compliance met de voorwaarden van de schorsingsregeling. Als zich nu onder de werking van het DWU een geval als in de zaak DHL voordoet, is het dan gelet op het arrest B & S GTC mogelijk dat een douaneschuld teniet gaat in een situatie waarin invoer-btw verschuldigd is en blijft?

5 7. Redelijke uitkomst Ondanks de opgeroepen vraagtekens bij de motivering en de geconstateerde inconsistentie in de rechtspraak van het HvJ, is de uitkomst in het arrest Eurogate II en DHL wat ons betreft redelijk en lijkt deze te stroken met de doelstelling van de Btw-richtlijn. De doelstelling van deze richtlijnen is namelijk het belasten van consumptieve bestedingen. De heffingssystematiek van de btw is er dan ook op gericht om de heffing van consumptieve bestedingen te waarborgen. Nu in de zaken Eurogate II en DHL vast is komen te staan dat de goederen het grondgebied van de EU hebben verlaten, lijkt btw-heffing ter waarborging van belastingheffing op consumptieve bestedingen niet meer nodig. Conclusie Het HvJ heeft uitspraak gedaan in de gevoegde zaken Eurogate II en DHL. Gezien de overeenkomsten tussen beide zaken is het HvJ voor wat betreft de verschuldigdheid van invoer-btw in beide zaken tot een gelijkluidend oordeel gekomen. De motivering van het HvJ heeft in beide zaken vragen bij ons doen rijzen. In de zaak Eurogate II rees de vraag: waarom heeft het HvJ ter bepaling van het moment waarop goederen voor btw-toepassing aan een schorsingsregeling zijn onttrokken aansluiting gezocht bij het moment van constateren van een verzuim? Bovendien rees de vraag of dit gevolgen heeft voor het aanvangsmoment van de in art. 221 CDW opgenomen verjaringstermijn. Het oordeel over de verschuldigdheid van invoer-btw in de zaak DHL is gebaseerd op de vaststelling dat de in kwestie onder schorsing van rechten vervoerde goederen tot op het moment van wederuitvoer niet zijn onttrokken aan de betreffende douaneregeling. Deze vaststelling lijkt niet in overeenstemming met het eerder door het HvJ gewezen arrest B & S GTC. De vraag rijst of het HvJ ook zou hebben geoordeeld dat geen invoer-btw is verschuldigd indien, gelet op het arrest B & S GTC, is vastgesteld dat een douaneschuld op grond van art. 203 CDW is ontstaan. Een ontkennend antwoord hierop doet dan weer de vraag rijzen: kan onder de werking van het DWU de situatie bestaan waarin een invoer-btw-schuld ontstaat en blijft bestaan ondanks dat de daarmee corresponderende douaneschuld tenietgaat? Voor wat betreft de uitkomst in de zaken Eurogate II en DHL zijn we van mening dat deze, gezien de doelstelling van de Btw-richtlijn, redelijk is. [1] HvJ 2 juni 2016, zaken C-226/14 en C-228/14 (Eurogate II en DHL), NTFR 2016/607, r.o [2] HvJ 15 mei 2014, zaak C-480/12 (X BV), NTFR 2014/1724, r.o. 54. [3] Art. 37 van het tot 1 mei 2016 (en derhalve in de besproken zaken) van toepassing zijnde CDW (art. 134 van het thans van toepassing zijnde DWU). [4] HvJ 2 juni 2016, zaken C-226/14 en C-228/14 (Eurogate en DHL), NTFR 2016/607, r.o. 65. [5] HvJ 2 juni 2016, C-226/14 en C-228/14 (Eurogate en DHL), NTFR 2016/607, r.o [6] HvJ 15 mei 2014, zaak C-480/12 (X BV), NTFR 2014/1724, r.o. 54. [7] HvJ 2 juni 2016, zakenc-226/14 en C-228/14 (Eurogate en DHL), NTFR 2016/607, r.o. 77, laatste volzin. Bron: Datum: :22:35 Alle rechten voorbehouden. Alle auteursrechten en databankrechten van deze tekst worden uitdrukkelijk voorbehouden. Deze rechten berusten bij Sdu Uitgevers. Niets uit NDFR mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch,mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. All rights reserved. No part of this publication may be reproduced, stored in a retrieval system, or transmitted in any form or by any means, electronic, mechanical, photocopying, recording or otherwise, without the publisher s prior consent.

Datum van inontvangstneming : 16/02/2018

Datum van inontvangstneming : 16/02/2018 Datum van inontvangstneming : 16/02/2018 C-26/18-1 Zaak C-26/18 Samenvatting van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 98, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering van

Nadere informatie

BTW BIJ IN- en UITVOER. Marja van den Oetelaar/Samatha Speelman

BTW BIJ IN- en UITVOER. Marja van den Oetelaar/Samatha Speelman BTW BIJ IN- en UITVOER Marja van den Oetelaar/Samatha Speelman Douaneschuld Douaneschuld ontstaat: - Invoer (in vrije verkeer brengen) - Onttrekking aan het douanetoezicht - Niet voldoen aan verplichtingen

Nadere informatie

Nieuwe aangifte Regeling extern douanevervoer voor geweigerde en teruggezonden goederen zonder aanbrengen douanekantoor vereist feitenonderzoek

Nieuwe aangifte Regeling extern douanevervoer voor geweigerde en teruggezonden goederen zonder aanbrengen douanekantoor vereist feitenonderzoek Uitgave 49, 3 december 2015> 2015/3071 Nieuwe aangifte Regeling extern douanevervoer voor geweigerde en teruggezonden goederen zonder aanbrengen douanekantoor vereist feitenonderzoek Hof van Justitie van

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 14/11/2014

Datum van inontvangstneming : 14/11/2014 Datum van inontvangstneming : 14/11/2014 Samenvatting C-226/14-1 Zaak C-226/14 Samenvatting van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 98, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 11/12/2015

Datum van inontvangstneming : 11/12/2015 Datum van inontvangstneming : 11/12/2015 Vertaling C-571/15-1 Zaak C-571/15 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 6 november 2015 Verwijzende rechter: Hessisches Finanzgericht (Duitsland)

Nadere informatie

Axel Spiessens BTW BIJ INVOER RESULTATEN UIT ACADEMISCH ONDERZOEK

Axel Spiessens BTW BIJ INVOER RESULTATEN UIT ACADEMISCH ONDERZOEK Axel Spiessens BTW BIJ INVOER RESULTATEN UIT ACADEMISCH ONDERZOEK 1 STELLING Er moet het een en ander veranderen of beter worden geregeld in de regelgeving 2 PROGRAMMA o Onderzoeksvragen o Rechtskarakter

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 14/11/2014

Datum van inontvangstneming : 14/11/2014 Datum van inontvangstneming : 14/11/2014 Samenvatting C-228/14-1 Zaak C-228/14 Samenvatting van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 98, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering

Nadere informatie

De heffing van douanerechten, btw en accijns bij invoer

De heffing van douanerechten, btw en accijns bij invoer De heffing van douanerechten, btw en accijns bij invoer Geschreven door: M.M. Tusveld LL.B. Internationaal en Europees belastingrecht 2015-2016 Inhoudsopgave Inleiding 2 De douane-unie 5 De heffing van

Nadere informatie

Onderzoek als project

Onderzoek als project Onderzoek als project Onderzoek als project Met MS Project Ben Baarda Jan-Willem Godding Eerste druk Noordhoff Uitgevers Groningen/Houten Ontwerp omslag: Studio Frank & Lisa, Groningen Omslagillustratie:

Nadere informatie

De Rechtbank te 's-gravenhage (nr. AWB 07/663 OB) heeft het tegen die uitspraak ingestelde beroep ongegrond verklaard.

De Rechtbank te 's-gravenhage (nr. AWB 07/663 OB) heeft het tegen die uitspraak ingestelde beroep ongegrond verklaard. ECLI:NL:HR:2011:BM6699, Hoge Raad, 13-05-2011, 09/03108 Inhoudsindicatie Gegevens Instantie Datum uitspraak Datum Publicatie Hoge Raad 13-05-2011 13-05-2011 Formele relaties Conclusie: ECLI:NL:PHR:2011:BM6699

Nadere informatie

Inleiding Administratieve Organisatie. Opgavenboek

Inleiding Administratieve Organisatie. Opgavenboek Inleiding Administratieve Organisatie Opgavenboek Inleiding Administratieve Organisatie Opgavenboek drs. J.P.M. van der Hoeven Vierde druk Stenfert Kroese, Groningen/Houten Wolters-Noordhoff bv voert

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 09/06/2015

Datum van inontvangstneming : 09/06/2015 Datum van inontvangstneming : 09/06/2015 Vertaling C-204/15-1 Datum van indiening: 4 mei 2015 Verwijzende rechter: Zaak C-204/15 Verzoek om een prejudiciële beslissing Augstākā tiesa (Letland) Datum van

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE LIJST VAN AFKORTINGEN INLEIDING...1

INHOUDSOPGAVE LIJST VAN AFKORTINGEN INLEIDING...1 INHOUDSOPGAVE LIJST VAN AFKORTINGEN... v INLEIDING...1 1. INLEIDING DOUANERECHT...3 1.1. Algemeen...3 1.1.1. Vrijhandelszone...3 1.1.2. Tariefunie...4 1.1.3. Douane-unie...4 1.2. Wetgeving...5 1.3. Heffingen

Nadere informatie

Date de réception : 29/11/2011

Date de réception : 29/11/2011 Date de réception : 29/11/2011 0-, /._,-", I. i._ I Itnl,." 2 i ';".' 'f ";.~'1! "j~j- lu! i..., ::.:::J Hoge Raad der Nederlanden I Derde Kamer Nr. 09/05101 30 september 2011 Ingeschreven in het register

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 27 OKTOBER 2015 P.14.1783.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.14.1783.N I BELGISCHE STAAT, fod Financiën, vertegenwoordigd door de minister van Financiën, met kantoor te 1000 Brussel, Wetstraat

Nadere informatie

Mededeling nr. 18. Kolenbelasting. Douane Belastingdienst

Mededeling nr. 18. Kolenbelasting. Douane Belastingdienst Douane Belastingdienst Mededeling 26 maart 2013 Mededeling nr. 18 Kolenbelasting DO 118-1Z*1FD 18.1 Inleiding Met ingang van 1 januari 2008 is onder de naam kolen belasting een nieuwe belasting ingesteld

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 15 september 2005 *

ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 15 september 2005 * ARREST VAN 15. 9. 2005 ZAAK C-140/04 ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 15 september 2005 * In zaak C-140/04, betreffende een verzoek om een prejudiciële beslissing krachtens artikel 234 EG, ingediend door

Nadere informatie

Belastingrecht, Voorzieningenrechter. Locatie: Breda. Zaaknummer BRE 16/847. uitspraak van 4 maart 2016

Belastingrecht, Voorzieningenrechter. Locatie: Breda. Zaaknummer BRE 16/847. uitspraak van 4 maart 2016 ECLI:NL:RBZWB:2016:1625, Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 04-03-2016, BRE - 16 _ 847 Inhoudsindicatie Belanghebbende heeft haar zetel in het Verenigd Koninkrijk. Zij heeft de inspecteur verzocht (i) haar

Nadere informatie

Belastingwetgeving 2015

Belastingwetgeving 2015 Belastingwetgeving 2015 Opgaven Niveau 5 MBA Peter Dekker RA Ludie van Slobbe RA Uitgeverij Educatief Belastingwetgeving Opgaven Niveau 5 MBA Peter Dekker RA Ludie van Slobbe RA Eerste druk Uitgeverij

Nadere informatie

Belastingrecht MBA 2014

Belastingrecht MBA 2014 Belastingrecht MBA 2014 Uitwerkingen opgaven Deel 6 Formeel belastingrecht Henk Guiljam Noordhoff Uitgevers Groningen/Houten Belastingrecht MBA 2014 Uitwerkingen Noordhoff Uitgevers Groningen/Houten 1

Nadere informatie

Belastingrecht voor het ho 2012

Belastingrecht voor het ho 2012 Belastingrecht voor het ho 2012 Uitwerkingen opgaven Deel 9 Formeel belastingrecht Henk Guiljam Noordhoff Uitgevers Groningen Belastingrecht voor het ho 2012 Uitwerkingen Noordhoff Uitgevers Groningen

Nadere informatie

Bedrijfsadministratie

Bedrijfsadministratie Bedrijfsadministratie Opgaven Niveau 5 MBA Peter Kuppen Frans van Luit Bedrijfsadministratie MBA Niveau 5 Opgaven Opgaven Bedrijfsadminstratie MBA Niveau 5 P. Kuppen F. van Luit Eerste druk Noordhoff

Nadere informatie

Belastingwetgeving 2015

Belastingwetgeving 2015 Belastingwetgeving 2015 Opgaven Niveau 5 MBA Peter Dekker RA Ludie van Slobbe RA Uitgeverij Educatief Ontwerp omslag: www.gerhardvisker.nl Ontwerp binnenwerk: Ebel Kuipers, Sappemeer Omslagillustratie:

Nadere informatie

Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad, tot vaststelling van het communautair douanewetboek (CDW) Titel I. Algemene bepalingen

Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad, tot vaststelling van het communautair douanewetboek (CDW) Titel I. Algemene bepalingen INHOUDSOPGAVE CDW Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad, tot vaststelling van het communautair douanewetboek (CDW) Titel I. Algemene bepalingen Hoofdstuk 1. Toepassingsgebied en basisdefinities Artikel

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 5 NOVEMBER 2013 P.12.2030.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest P.12.2030.N I GASTON SCHUL bv, met zetel te 4836 LA Breda (Nederland), Kantoor Hazeldonk 23, beklaagde en burgerrechtelijk aansprakelijke

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 11 juli 2002 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 11 juli 2002 * ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 11 juli 2002 * In zaak C-371/99, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 234 EG van de Hoge Raad der Nederlanden, in het aldaar aanhangig geding tussen Liberexim

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 23/05/2014

Datum van inontvangstneming : 23/05/2014 Datum van inontvangstneming : 23/05/2014 Samenvatting C-187/14-1 Zaak C-187/14 Samenvatting van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 98, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering

Nadere informatie

Basisstudie in het boekhouden

Basisstudie in het boekhouden OPGAVEN Basisstudie in het boekhouden M.H.A.F. van Summeren, P. Kuppen, E. Rijswijk Zevende druk Basisstudie in het boekhouden Opgavenboek Opgavenboek Basisstudie in het boekhouden M.H.A.F. van Summeren

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNHO:2016:3625

ECLI:NL:RBNHO:2016:3625 ECLI:NL:RBNHO:2016:3625 Instantie Datum uitspraak 21-03-2016 Datum publicatie 01-06-2016 Rechtbank Noord-Holland Zaaknummer AWB - 15 _ 1343 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie

BPM. Dwangsom. Kennelijk niet-ontvankelijk. Bezwaar tegen voldoening op aangifte van nihil. Immateriële schadevergoeding. Proceskosten.

BPM. Dwangsom. Kennelijk niet-ontvankelijk. Bezwaar tegen voldoening op aangifte van nihil. Immateriële schadevergoeding. Proceskosten. ECLI:NL:GHARL:2017:4578, Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 30-05-2017, 15/00942 Inhoudsindicatie BPM. Dwangsom. Kennelijk niet-ontvankelijk. Bezwaar tegen voldoening op aangifte van nihil. Immateriële schadevergoeding.

Nadere informatie

EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL BELASTINGEN EN DOUANE-UNIE

EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL BELASTINGEN EN DOUANE-UNIE EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL BELASTINGEN EN DOUANE-UNIE Brussel, 11 september 2018 KENNISGEVING AAN BELANGHEBBENDEN TERUGTREKKING VAN HET VERENIGD KONINKRIJK EN EU-REGELS OP HET GEBIED VAN DE

Nadere informatie

1. Inleiding. 1 Verordening (EG) nr. 1383/2003 van de Raad van 22 juli 2003 inzake het optreden van

1. Inleiding. 1 Verordening (EG) nr. 1383/2003 van de Raad van 22 juli 2003 inzake het optreden van 01-02-2012 Richtlijnen van de Europese Commissie betreffende de handhaving van intellectuele-eigendomsrechten (IER) door de douaneautoriteiten van de EU met betrekking tot goederen, met name geneesmiddelen,

Nadere informatie

Belastingrecht voor het ho 2014

Belastingrecht voor het ho 2014 Belastingrecht voor het ho 2014 Uitwerkingen opgaven Deel 1 Inleiding belastingrecht Bart Kosters Noordhoff Uitgevers Groningen/Houten Belastingrecht voor het ho 2014 Uitwerkingen Noordhoff Uitgevers Groningen/Houten

Nadere informatie

RESULTAATGERELATEERDE

RESULTAATGERELATEERDE erde OVER NO CURE NO PAY RESULTAATGERELATEERDE BELONING Resultaatgerelateerde beloning Over no cure no pay OVER NO CURE NO PAY RESULT AATGERELATEERDE BELONING RESULTAATGERELATEERDE BELONING 02 Resultaatgerelateerde

Nadere informatie

Blommaert. Bedrijfseconomische Analyses OPGAVEN. Blommaert & Bedrijfseconomie vanuit managementperspectief. Zevende druk

Blommaert. Bedrijfseconomische Analyses OPGAVEN. Blommaert & Bedrijfseconomie vanuit managementperspectief. Zevende druk Blommaert Blommaert & Bedrijfseconomische Analyses Bedrijfseconomie vanuit managementperspectief OPGAVEN Zevende druk Bedrijfseconomische Analyses Opgaven en uitwerkingen Bedrijfseconomische Analyses

Nadere informatie

Projectdocument. PQR scope 3 emissieinventarisatie. Betreft: Bij: Versie: 2.0 Datum: 7 mei 2018 Referentienummer: CO2-prestatieladder eis 4.A.

Projectdocument. PQR scope 3 emissieinventarisatie. Betreft: Bij: Versie: 2.0 Datum: 7 mei 2018 Referentienummer: CO2-prestatieladder eis 4.A. Betreft: Bij: Auteur(s): Najim Belkadi Versie: 2.0 Datum: 7 mei 2018 Referentienummer: CO2-prestatieladder eis 4.A.1 2018 PQR, all rights reserved. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, op

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 21/06/2016

Datum van inontvangstneming : 21/06/2016 Datum van inontvangstneming : 21/06/2016 Vertaling C-238/16-1 [DDP de référence: C-412/15] Zaak C-238/16 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 26 april 2016 Verwijzende rechter: Finanzgericht

Nadere informatie

De basis van het Boekhouden

De basis van het Boekhouden De basis van het Boekhouden Werkboek Niveau 3 BKB/elementair boekhouden Hans Dijkink de basis van het boekhouden Niveau 3 BKB/elementair boekhouden Werkboek Hans Dijkink Noordhoff Uitgevers Groningen/Houten

Nadere informatie

Hoge Raad geeft inzicht over wijze van instelling en heffing antidumpingrechten. Relevante Europese wetgeving

Hoge Raad geeft inzicht over wijze van instelling en heffing antidumpingrechten. Relevante Europese wetgeving Kijk op NLFiscaal voor online versie NLF 2018/0326 Aanduiding definitieve antidumpingrechten op het aanslagbiljet is juist HR, 2 februari 2018, 16/00791, ECLI:NL:HR:2018:125 SAMENVATTING De Europese Commissie

Nadere informatie

2.1. In cassatie kan van het volgende worden uitgegaan.

2.1. In cassatie kan van het volgende worden uitgegaan. Nederlands Tijdschrift voor Fiscaal Recht /12 Ingevoerde spaarlampen zijn van niet-preferentiële Chinese oorsprong Belastingjaar/tijdvak 2007-2008 Brondocumenten Beroepschrift in cassatie bij HR nr. 15/00462

Nadere informatie

Belastingrecht voor het ho 2014

Belastingrecht voor het ho 2014 Belastingrecht voor het ho 2014 Uitwerkingen opgaven Deel 7 Erfbelasting en schenkbelasting Henk Guiljam Noordhoff Uitgevers Groningen/Houten Belastingrecht voor het ho 2014 Uitwerkingen Noordhoff Uitgevers

Nadere informatie

Vertegenwoordiging bij douaneaangiften

Vertegenwoordiging bij douaneaangiften Informatieblad Maart 2013 Vertegenwoordiging bij douaneaangiften Inhoudsopgave 1 Waarom dit informatieblad 1 2 Vertegenwoordiging in hoofdlijnen 1 3 U bent belanghebbende (importeur, exporteur of vergunninghouder)

Nadere informatie

Handleiding Eetmeter. Aan de slag. in beroep en bedrijf. Handleiding Eetmeter. februari 2007

Handleiding Eetmeter. Aan de slag. in beroep en bedrijf. Handleiding Eetmeter. februari 2007 Aan de slag in beroep en bedrijf februari 2007 Branche Uitgevers 1 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand dan wel

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 13 FEBRUARI 2015 F.12.0130.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. F.12.0130.N EXPOL SPEDITIONSGESELLSCHAFT mit beschränkter Haftung, vennootschap naar Duits recht, met zetel te 59759 Arnsberg (Duitsland),

Nadere informatie

VRAGEN ALGEMEEN EN WETGEVING Oefenvragen

VRAGEN ALGEMEEN EN WETGEVING Oefenvragen VRAGEN ALGEMEEN EN WETGEVING Oefenvragen Vraag 1 Wie zijn in Nederland aangewezen als douaneautoriteiten? Zoek ook in de nationale wetgeving. Motiveer uw antwoord. Vraag 2 Geef aan wat de status is van

Nadere informatie

SYLLABUS SECURITY AWARENESS WORKSHOP Personeel

SYLLABUS SECURITY AWARENESS WORKSHOP Personeel 3/10/2012 TRIO SMC SYLLABUS SECURITY AWARENESS WORKSHOP Personeel Pagina 1 van 9 Verantwoording 2012 Uniformboard te Vianen en 2012 Trio SMC te Almere. Copyright 2012 voor de cursusinhoud Trio SMC te Almere

Nadere informatie

Arbo- en verzuimbeleid

Arbo- en verzuimbeleid r i c h t l i j n v o o r d e a r b o c a t a l o g u s Arbo I n f o r m a t i e 1 Arbo- en verzuimbeleid Elfde herziene druk Arbo-Informatieblad 1 1-12-2010 11:02:47 colofon Uitgave Sdu Uitgevers Sdu

Nadere informatie

Vertegenwoordiging bij douaneaangiften

Vertegenwoordiging bij douaneaangiften Vertegenwoordiging bij douaneaangiften Bent u importeur, exporteur of heeft u een vergunning voor een economische douaneregeling en wilt u uw aangifteproces uitbesteden aan een douaneagent? Wat kan deze

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 19.7.2016 COM(2016) 477 final 2016/0229 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD houdende wijziging van Verordening (EU) nr. 952/2013 tot vaststelling

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 1 februari 2001 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 1 februari 2001 * ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 1 februari 2001 * In zaak C-66/99, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag (thans artikel 234 EG) van het Finanzgericht Bremen (Duitsland),

Nadere informatie

Jaarrekening. Henk Fuchs OPGAVEN- EN WERKBOEK. Tweede druk

Jaarrekening. Henk Fuchs OPGAVEN- EN WERKBOEK. Tweede druk Jaarrekening Henk Fuchs OPGAVEN- EN WERKBOEK Tweede druk Jaarrekening Opgaven- en werkboek Jaarrekening Opgaven- en werkboek Henk Fuchs Tweede druk Noordhoff Uitgevers Groningen/Houten Opmaak binnenwerk:

Nadere informatie

Boekhouden geboekstaafd Opgaven

Boekhouden geboekstaafd Opgaven Boekhouden geboekstaafd Wim Broerse, Derk Jan Heslinga, Wim Schauten 13 e druk Boekhouden geboekstaafd 1 Drs. W.J. Broerse Drs. D.J.J. Heslinga Drs. W.M.J. Schauten Dertiende druk Noordhoff Uitgevers

Nadere informatie

Gerechtshof 's-hertogenbosch Instantie Datum uitspraak Datum publicatie ECLI ECLI:NL:GHSHE:2006:AZ8214

Gerechtshof 's-hertogenbosch Instantie Datum uitspraak Datum publicatie ECLI ECLI:NL:GHSHE:2006:AZ8214 Gerechtshof 's-hertogenbosch, 25-08-2006, 05/00487 Inhoudsindicatie Ingevolge artikel 3.20, lid 5, van de Wet IB 2001is de bijtelling privé-gebruik auto, als bedoeld in dat artikel, niet van toepassing

Nadere informatie

<p>geen verlaagd tarief overdrachtsbelasting voor onroerende zaak die naar haar aard niet bestemd is voor bewoning.</p>

<p>geen verlaagd tarief overdrachtsbelasting voor onroerende zaak die naar haar aard niet bestemd is voor bewoning.</p> ECLI:NL:GHARL:2017:638, Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 31-01-2017, 16/01041 Inhoudsindicatie geen verlaagd tarief overdrachtsbelasting voor onroerende zaak die naar haar aard niet bestemd is voor bewoning.

Nadere informatie

Fiscale Jaarrekening. Henk Fuchs Yvonne van de Voort UITWERKINGEN. Tweede druk

Fiscale Jaarrekening. Henk Fuchs Yvonne van de Voort UITWERKINGEN. Tweede druk Fiscale Jaarrekening Henk Fuchs Yvonne van de Voort UITWERKINGEN Tweede druk Fiscale jaarrekening Uitwerkingen opgaven Fiscale jaarrekening Uitwerkingen opgaven Henk Fuchs Yvonne van de Voort Tweede

Nadere informatie

BTW-bulletin, De aftrek van btw staat niet meer rotsvast

BTW-bulletin, De aftrek van btw staat niet meer rotsvast BTW-bulletin, De aftrek van btw staat niet meer rotsvast Samenvatting Op 18 december 2014 heeft het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna HvJ) arrest gewezen over de aftrek van btw als sprake is

Nadere informatie

www.europesefiscalestudies.nl Voorzitter: Prof. dr. R.N.G. van der Paardt

www.europesefiscalestudies.nl Voorzitter: Prof. dr. R.N.G. van der Paardt Stichting Europese Fiscale Studies Heet u van harte welkom bij het Seminar: Ontwikkelingen in de BTW- en douanejurisprudentie bij internationale goederentransacties Voorzitter: Prof. dr. R.N.G. van der

Nadere informatie

opgaven- en werkboek GECONSOLIDEERDE JAARREKENING Henk Fuchs 1e druk

opgaven- en werkboek GECONSOLIDEERDE JAARREKENING Henk Fuchs 1e druk opgaven- en werkboek Henk Fuchs GECONSOLIDEERDE JAARREKENING 1e druk Geconsolideerde jaarrekening Opgaven- en werkboek Geconsolideerde jaarrekening Opgaven- en werkboek Henk Fuchs Eerste druk Noordhoff

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 02/06/2015

Datum van inontvangstneming : 02/06/2015 Datum van inontvangstneming : 02/06/2015 Samenvatting C-186/15 1 Zaak C-186/15 Samenvatting van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 98, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering

Nadere informatie

Bedrijfsadministratie MBA

Bedrijfsadministratie MBA Bedrijfsadministratie MBA Henk Fuchs Sarina van Vlimmeren OPGAVEN- EN WERKBOEK Tweede druk Bedrijfsadministratie MBA Opgaven- en werkboek Bedrijfsadministratie MBA Henk Fuchs Sarina van Vlimmeren Tweede

Nadere informatie

DOUANE & ACCIJNZEN WELKOM. DWU: Douanewetboek van de Unie BIENVENUE. Werner Rens

DOUANE & ACCIJNZEN WELKOM. DWU: Douanewetboek van de Unie BIENVENUE. Werner Rens DOUANE & ACCIJNZEN WELKOM DWU: Douanewetboek van de Unie BIENVENUE Werner Rens NIEUWE WETGEVING & OVERGANGSBEPALINGEN STRUCTUUR DWU BTI, WAARDE, RTO, GOEDGEKEURDE PLAATS AEO BIJZONDERE REGELINGEN VEREENVOUDIGDE

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 06/03/2017

Datum van inontvangstneming : 06/03/2017 Datum van inontvangstneming : 06/03/2017 Vertaling C-45/17-1 Zaak C-45/17 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 30 januari 2017 Verwijzende rechter: Conseil d État (Frankrijk) Datum

Nadere informatie

Zaak T-205/99. Hyper Srl tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen

Zaak T-205/99. Hyper Srl tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen Zaak T-205/99 Hyper Srl tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen Douanerechten Invoer van televisietoestellen uit India Ongeldige certificaten van oorsprong Verzoek tot kwijtschelding van invoerrechten

Nadere informatie

Communicatieplan Versie: 6.0 Datum: 18 mei 2017

Communicatieplan Versie: 6.0 Datum: 18 mei 2017 Versie: 6.0 Datum: 18 mei 2017 2016 PQR, all rights reserved. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, op geautomatiseerde wijze opgeslagen of openbaar gemaakt in enige vorm of op enigerlei wijze,

Nadere informatie

Amendement 1 Anneleen Van Bossuyt namens de Commissie interne markt en consumentenbescherming AMENDEMENTEN VAN HET EUROPEES PARLEMENT *

Amendement 1 Anneleen Van Bossuyt namens de Commissie interne markt en consumentenbescherming AMENDEMENTEN VAN HET EUROPEES PARLEMENT * 23.1.2019 A8-0368/1 Amendement 1 Anneleen Van Bossuyt namens de Commissie interne markt en consumentenbescherming Verslag A8-0368/2018 Jasenko Selimovic Douanewetboek van de Unie: opname van de Italiaanse

Nadere informatie

AAN DE PRESIDENT EN DE DAMES EN HEREN RECHTERS VAN HET HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN SCHRIFTELIJKE OPMERKINGEN

AAN DE PRESIDENT EN DE DAMES EN HEREN RECHTERS VAN HET HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN SCHRIFTELIJKE OPMERKINGEN EUROPESE COMMISSIE ORIGINEEL ***** Brussel, 21 april 2008 JURM(08)12029 AAN DE PRESIDENT EN DE DAMES EN HEREN RECHTERS VAN HET HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN SCHRIFTELIJKE OPMERKINGEN

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 14 JANUARI 2011 F.09.0122.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. F.09.0122.N BELGISCHE STAAT, vertegenwoordigd door de minister van Financiën, met kantoor te 1000 Brussel, Wetstraat 12, voor wie optreedt

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 07/06/2013

Datum van inontvangstneming : 07/06/2013 Datum van inontvangstneming : 07/06/2013 I!Entree 2 7 MARS 2013 C-.A6'1IA3-0 Hoge Raad der Nederlanden Derde Kamer Nr. 11/02595 8 maart 2013 Ingeschreven in het register van het Hof van Justitie onder

Nadere informatie

Boekhouden geboekstaafd

Boekhouden geboekstaafd Boekhouden geboekstaafd Drs. H. Fuchs S.J.M. van Vlimmeren OPGAVEN Zevende druk Boekhouden geboekstaafd 2 Opgaven Boekhouden geboekstaafd 2 Opgaven Drs. H. Fuchs S. J. M. van Vlimmeren Zevende druk Noordhoff

Nadere informatie

Elementaire praktijk van de Financiering Werkboek

Elementaire praktijk van de Financiering Werkboek Elementaire praktijk van de Financiering Werkboek Niveau 4 PDB Mariëlle de Kock elementaire praktijk van de financiering Niveau 4 PDB Werkboek Mariëlle de Kock Noordhoff Uitgevers Groningen/Houten Ontwerp

Nadere informatie

Het DWU, overpeinzingen en verbazingen

Het DWU, overpeinzingen en verbazingen Het DWU, overpeinzingen en verbazingen Prof. Walter de Wit Hoogleraar Internationaal en Europees Douanerecht, Erasmus Universiteit Rotterdam Partner Global Trade bij EY walter.de.wit@nl.ey.com Inhoud presentatie

Nadere informatie

WIJZIGINGSBLAD A2. Regeling Brandmeldinstallaties 2002 BMI 2002 / A2 VEILIGHEID DOOR SAMENWERKING. Versie : 1.0. Publicatiedatum : 1 april 2012

WIJZIGINGSBLAD A2. Regeling Brandmeldinstallaties 2002 BMI 2002 / A2 VEILIGHEID DOOR SAMENWERKING. Versie : 1.0. Publicatiedatum : 1 april 2012 WIJZIGINGSBLAD A2 Regeling Brandmeldinstallaties 2002 BMI 2002 / A2 Publicatiedatum : 1 april 2012 Ingangsdatum : 1 april 2012 VEILIGHEID DOOR SAMENWERKING VOORWOORD A2:2012/BMI 2002 Pagina 2/5 Dit wijzigingsblad

Nadere informatie

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBDHA:2015:10274, Bekrachtiging/bevestiging

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBDHA:2015:10274, Bekrachtiging/bevestiging ECLI:NL:GHDHA:2016:1491, Gerechtshof Den Haag, 06-04-2016, BK-15/01012 en BK-15/01013 Inhoudsindicatie Gegevens Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 06-04-2016 Datum Publicatie 26-05-2016 Formele

Nadere informatie

Bedrijfsadministratie MBA

Bedrijfsadministratie MBA Bedrijfsadministratie MBA Henk Fuchs Sarina van Vlimmeren UITWERKINGEN Tweede druk Bedrijfsadministratie MBA Uitwerkingen Bedrijfsadministratie MBA Uitwerkingen Henk Fuchs Sarina van Vlimmeren Tweede

Nadere informatie

AANGENOMEN TEKSTEN Voorlopige uitgave

AANGENOMEN TEKSTEN Voorlopige uitgave Europees Parlement 2014-2019 AANGENOMEN TEKSTEN Voorlopige uitgave P8_TA-PROV(2019)0047 Douanewetboek van de Unie: opname van de Italiaanse gemeente Campione d'italia en de Italiaanse wateren van het meer

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 28/03/2013

Datum van inontvangstneming : 28/03/2013 Datum van inontvangstneming : 28/03/2013 luxembourg c - ~~///3 - Entrée 2 5 FEV. 2013 oge Raad der Nederlanden Derde Kamer Nr. 11/04457 1 februari 2013 Ingeschreven in het register van het Hof van Justitie

Nadere informatie

Serie: Elementaire theorie accountantscontrole. Auditing & Assurance: Bijzondere opdrachten. Hoofdredactie Prof. dr. G.C.M.

Serie: Elementaire theorie accountantscontrole. Auditing & Assurance: Bijzondere opdrachten. Hoofdredactie Prof. dr. G.C.M. Serie: Elementaire theorie accountantscontrole Auditing & Assurance: Bijzondere opdrachten Hoofdredactie Prof. dr. G.C.M. Majoor RA Auteurs Drs. B.A. Heikoop-Geurts RA M.J.Th. Mooijekind RA Drs. H.L. Verkleij

Nadere informatie

Gebruikershandleiding Statistieken

Gebruikershandleiding Statistieken Gebruikershandleiding Statistieken DOCUMENT DATUM 21-11-2014 AUTEUR I-Signaal Copyright 2014 i-signaal B.V. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een

Nadere informatie

tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland van 12 februari 2015, nummer LEE 13/1129, in het geding tussen belanghebbende en

tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland van 12 februari 2015, nummer LEE 13/1129, in het geding tussen belanghebbende en Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 05-04-2016, 15/00291 Inhoudsindicatie Heffingsambtenaar maakt de waarde van een in de commerciële sfeer geëxploiteerde onroerende zaak niet aannemelijk. Hof stelt de waarde

Nadere informatie

Emotie Detective WERKBOEK - OUDERS

Emotie Detective WERKBOEK - OUDERS Emotie Detective WERKBOEK - OUDERS Groepstraining Emotie Detective 2015 - Simone van Geel & Paulien Foekens Ontwerp, omslag en binnenwerk: Simone van Geel, Paulien Foekens, Joep Deiman Opmaak: Simone van

Nadere informatie

VOORSTEL VAN WET. Economische Zaken. Artikel I

VOORSTEL VAN WET. Economische Zaken. Artikel I Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten in verband met het van toepassing worden van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en van de Raad van 9 oktober 2013 tot vaststelling

Nadere informatie

SYLLABUS CURRICULUM VITAE & DIPLOMA WORKSHOP

SYLLABUS CURRICULUM VITAE & DIPLOMA WORKSHOP 12/10/2012 TRIO SMC SYLLABUS CURRICULUM VITAE & DIPLOMA WORKSHOP Pagina 1 van 10 Verantwoording 2012 Uniformboard te Vianen en 2012 Trio SMC te Almere. Copyright 2012 voor de cursusinhoud Trio SMC te Almere

Nadere informatie

EIDR GEWIJZIGDE WETGEVING INZAKE VERGUNNINGEN VEREENVOUDIGING

EIDR GEWIJZIGDE WETGEVING INZAKE VERGUNNINGEN VEREENVOUDIGING EIDR GEWIJZIGDE WETGEVING INZAKE VERGUNNINGEN VEREENVOUDIGING AGENDA 1. Definitie + aanvraag 2. Gewijzigde voorwaarden vergunningen EiDR 3. Alternatieven EiDR 4. Bespreking bestaande vergunningen en mogelijke

Nadere informatie

Bouwen op een gemeenschappelijk verleden aan een succesvolle toekomst Welling, Derk Theodoor

Bouwen op een gemeenschappelijk verleden aan een succesvolle toekomst Welling, Derk Theodoor University of Groningen Bouwen op een gemeenschappelijk verleden aan een succesvolle toekomst Welling, Derk Theodoor IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF)

Nadere informatie

2. In het arrest van 20 september 2001 heeft het Hof uitspraak gedaan over twee prejudiciële vragen die respectievelijk betrekking hadden op:

2. In het arrest van 20 september 2001 heeft het Hof uitspraak gedaan over twee prejudiciële vragen die respectievelijk betrekking hadden op: Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 11 juni 2002 (26.06) (OR. fr) PUBLIC 9893/02 Interinstitutioneel dossier: 2001/0111 (COD) LIMITE 211 MI 108 JAI 133 SOC 309 CODEC 752 BIJDRAGE VAN DE IDISCHE

Nadere informatie

NIEUWE SJABLONEN VOOR KLEOS GEBRUIKERSINSTRUCTIE

NIEUWE SJABLONEN VOOR KLEOS GEBRUIKERSINSTRUCTIE NIEUWE SJABLONEN VOOR KLEOS GEBRUIKERSINSTRUCTIE Kleos Postbus 23 7400 GA Deventer T: 0570 67 35 55 F: 0172 46 69 98 E: software@kluwer.nl I: kleos.kluwer.nl/ Hoewel bij deze uitgave de uiterste zorg is

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 9 JANUARI 2015 F.12.0177.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. F.12.0177.N BELGISCHE STAAT, vertegenwoordigd door de minister van Financiën, met kabinet te 1000 Brussel, Wetstraat 12, voor wie optreedt

Nadere informatie

GECONSOLIDEERDE JAARREKENING

GECONSOLIDEERDE JAARREKENING uitwerkingen Henk Fuchs GECONSOLIDEERDE JAARREKENING 1e druk Geconsolideerde jaarrekening Uitwerkingen opgaven Geconsolideerde jaarrekening Uitwerkingen opgaven Henk Fuchs Eerste druk Noordhoff Uitgevers

Nadere informatie

First sale, royalty s en andere ontwikkelingen in het douanerecht. Erik Scheer en Gooike van Slooten

First sale, royalty s en andere ontwikkelingen in het douanerecht. Erik Scheer en Gooike van Slooten First sale, royalty s en andere ontwikkelingen in het douanerecht Erik Scheer en Gooike van Slooten First sale, royalty s en andere ontwikkelingen in het douanerecht Agenda: First sale, royalty s en verbondenheid

Nadere informatie

Fase A. Jij de Baas. Gids voor de Starter. 2012 Stichting Entreprenasium. Versie 1.2: november 2012

Fase A. Jij de Baas. Gids voor de Starter. 2012 Stichting Entreprenasium. Versie 1.2: november 2012 N W O Fase A Z Jij de Baas Gids voor de Starter Versie 1.2: november 2012 2012 Stichting Entreprenasium Inleiding 2 School De school Inleiding 2 Doelen 3 Middelen 4 Invoering 5 Uitvoering 6 Jij de Baas:

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 28 MEI 2013 P.11.1707.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest P.11.1707.N I WAAGNATIE nv, met zetel te 2030 Antwerpen, Leopolddok 218-Achterkaai, burgerrechtelijk aansprakelijke partij, eiseres, vertegenwoordigd

Nadere informatie

Elementaire praktijk van de Bedrijfsadministratie

Elementaire praktijk van de Bedrijfsadministratie Elementaire praktijk van de Bedrijfsadministratie Werkboek Niveau 4 PDB Hans Dijkink Elementaire praktijk van de Bedrijfsadministratie Niveau 4 PDB Werkboek Hans Dijkink Noordhoff Uitgevers Groningen/Houten

Nadere informatie

WIJZIGINGSBLAD A2. BORG 2005 versie 2 / A2 VEILIGHEID DOOR SAMENWERKING. Versie : 2.2. Publicatiedatum : 31 maart 2010. Ingangsdatum : 1 april 2010

WIJZIGINGSBLAD A2. BORG 2005 versie 2 / A2 VEILIGHEID DOOR SAMENWERKING. Versie : 2.2. Publicatiedatum : 31 maart 2010. Ingangsdatum : 1 april 2010 WIJZIGINGSBLAD A2 Nationale Beoordelingsrichtlijn BORG 2005 versie 2 Procescertificaat voor het ontwerp, de installatie en het onderhoud van inbraakbeveiliging BORG 2005 versie 2 / A2 Publicatiedatum :

Nadere informatie

Basiskennis Calculatie

Basiskennis Calculatie Basiskennis Calculatie Henk Fuchs Sarina van Vlimmeren UITWERKINGEN Derde druk Basiskennis Calculatie Uitwerkingen Basiskennis Calculatie Uitwerkingen Henk Fuchs Sarina van Vlimmeren Derde druk Noordhoff

Nadere informatie

Vrije Verkeer: Directe Vertegenwoordiging (januari 2014) INHOUD

Vrije Verkeer: Directe Vertegenwoordiging (januari 2014) INHOUD INHOUD 2 Inleiding 2 Wat houdt directe vertegenwoordiging in? 3 Toepassing directe vertegenwoordiging 4 Begrip direct vertegenwoordiger en vertegenwoordigde 4 Wie kan zich direct laten vertegenwoordigen

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie

Publicatieblad van de Europese Unie 4.5.2005 L 117/13 VERORDENING (EG) Nr. 648/2005 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 13 april 2005 houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad tot vaststelling van het communautair

Nadere informatie

Belastingrecht voor het ho 2010

Belastingrecht voor het ho 2010 Belastingrecht voor het ho 2010 Uitwerkingen opgaven Deel 1 Inleiding belastingrecht Bart Kosters Noordhoff Uitgevers Groningen/Houten Belastingrecht voor het ho 2010 Uitwerkingen Noordhoff Uitgevers Groningen/Houten

Nadere informatie

Handleiding Menukeuze

Handleiding Menukeuze Aan de slag in beroep en bedrijf Handleiding Menukeuze Branche Uitgevers 1 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand

Nadere informatie

Zevende, herziene druk, derde oplage Illustraties Richard Flohr. C.E. Zegwaart-Braam

Zevende, herziene druk, derde oplage Illustraties Richard Flohr. C.E. Zegwaart-Braam verzorging/biologie 1 Zevende, herziene druk, derde oplage 2010 Illustraties Richard Flohr C.E. Zegwaart-Braam ISBN 978-90-76612-84-3 Spondi, Didam, The Netherlands Alle rechten voorbehouden. Niets uit

Nadere informatie