ONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "ONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING"

Transcriptie

1 ONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING Burgemeester en wethouders van Asten zijn voornemens te beschikken op de aanvraag omgevingsvergunning, ingekomen op 3 oktober 2013, voor het oprichten van een melkveestal van: naam : A. & J. Aarts - Wulmsen KvK- / BSN-nummer : voor de locatie : Broekstraat 2a te Heusden gemeente Asten, sectie : P nummer(s) : 153 voor de activiteit(en) : Milieu RO (afwijken van de bestemming) Bouw Besluit(en) Op basis van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht de gevraagde omgevingsvergunning in ontwerp ter inzage te leggen, onder de vermelde voorschriften en de bepaling dat de gewaarmerkte stukken en bijlage(n) deel uitmaken van deze ontwerp omgevingsvergunning, voor de activiteit(en): Milieu RO (afwijken van de bestemming) Bouw Asten, 2014 namens het college van burgemeester en wethouders van Asten J.T.D. (Jeanny) Strijbosch - van Dillen coördinator team Vergunningen Verzonden d.d. Pagina 1 van 43 Dossiernummer: Z13-320

2 BIJLAGE(N) Overige bijgevoegde documenten De volgende documenten behoren bij het ontwerp besluit: Aanvraagformulier d.d. 3 oktober 2013; Bestektekening blad B.A.01 met stempeldatum ontvangst d.d. 17 februari 2014; Bestektekening blad B.A.02 met stempeldatum ontvangst d.d. 17 februari 2014; Brandcompartimentering van Brandveiligheid Erik Janse met stempeldatum ontvangst d.d. 2 juni 2014; Overzicht puttenplan en begane grondvloer met stempeldatum ontvangst d.d. 17 februari 2014; Constructietekening blad Overzicht kolommenplan met stempeldatum ontvangst d.d. 17 februari 2014; Constructietekening blad Overzicht kolommenplan met stempeldatum ontvangst d.d. 17 februari 2014; Constructietekening blad Overzicht kolommenplan met stempeldatum ontvangst d.d. 17 februari 2014; Constructietekening blad Overzicht kolommenplan met stempeldatum ontvangst d.d. 17 februari 2014; Archeologisch bureauonderzoek en verkennend booronderzoek; Historisch Bodemonderzoek; Rekenmodel BZV ingekomen op 19 augustus 2014; Gecombineerde opgave 2013 (Dienst Regelingen) ingekomen op 19 augustus 2014; Beoordelingsrapport Foqus Planet (certificering) ingekomen op 19 augustus 2014; Looplijnenschets ingekomen op 19 augustus 2014; BEX berekening ingekomen op 19 augustus 2014; Onderbouwing NGE berekening ingekomen op 19 augustus 2014; Ruimtelijke Onderbouwing d.d. 5 augustus ingekomen op 19 augustus 2014; Milieutekening, werknummer AAR001, d.d. 16 maart 2012, laatst gewijzigd 12 februari 2014; Aanvullingen aanvraag omgevingsvergunning milieu VOF Aarts, d.d. 27 maart 2014; Checklist waterbesparing, d.d. 14 februari 2014; Omschrijving welzijnsvloer W5 HCl BWL ; ISL3a berekening d.d. 8 mei 2014; Motivatie gekozen te beschermen objecten t.b.v. fijn stofberekening ISL3a; Afschrift besluit inzake beoordelingsplicht milieueffectrapportage, d.d. 21 mei 2013; Ontvangstbevestiging aanvraag Natuurbeschermingswet, d.d. 14 oktober 2013; Afschrift mailwisseling d.d. 3 oktober 2013 en 27 september 2013 inzake indienen aanvraag Natuurbeschermingswet bij groenewetten@brabant.nl. Nog in te dienen gegevens en bescheiden Op een later tijdstip (na vergunningverlening) aan te leveren gegevens en bescheiden volgens de Mor artikel 2.7. De gegevens en bescheiden van de betreffende constructiedelen moeten drie weken voor de uitvoering zijn ingediend. Het betreft tekeningen en berekeningen: 1. van de stalen dakplaten Het betreft tevens een opmerking ten aanzien van: 2. Voor de aanvang van de funderingswerkzaamheden dient door middel van sonderingen de ontgravingsdiepte tot de vaste laag vastgesteld te worden. Als een grondverbetering noodzakelijk is dan deze aanbrengen zoals door een adviseur omschreven. Pagina 2 van 43 Dossiernummer: Z13-320

3 Overwegingen algemeen De aanvraag is getoetst aan de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, het Besluit omgevingsrecht en de Ministeriele regeling omgevingsrecht en voldoet aan de van toepassing zijnde voorschriften. De besluitvormingsprocedure wordt uitgevoerd overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 3.3 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. Het ontwerpbesluit is overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.4 Algemene wet bestuursrecht, met ingang van datum gedurende 6 weken voor eenieder ter inzage gelegd. Gedurende bovengenoemde termijn kan eenieder schriftelijk zijn zienswijzen kenbaar maken bij het college van burgemeester en wethouders tegen het verlenen van de omgevingsvergunning. Activiteit: Milieu Overwegingen Bij het nemen van het ontwerp besluit is overwogen dat: Voor de activiteit inrichting deze aanvraag een vergunning betreft voor het oprichten en het in werking hebben, volgens artikel 2.1 eerste lid onder e, onder 1 en 3, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, van een agrarisch bedrijf met De aanvraag op basis van artikel 2.1 van het Besluit omgevingsrecht, in samenhang met de onderdelen B en C van bijlage 1 bij het Besluit omgevingsrecht, betrekking heeft op een vergunningplichtige inrichting. De inrichting behoort tot de categorieën 1.1, 5.1, 7.1, 8.1 en 9.1 van onderdeel C. De inrichting op basis van artikel 1.2 van het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer een type C inrichting is. Dit betekent dat bepaalde voorschriften uit dit besluit en de bijbehorende ministeriële regeling rechtstreeks van toepassing zijn. Vergunning wordt gevraagd in verband met het uitbreiden met een nieuwe melkrundveestal. Wij de aanvraag aan de hand van de Regeling omgevingsrecht hebben getoetst op ontvankelijkheid. Daarbij is gebleken dat een aantal gegevens ontbrak. De aanvrager is hierop in de gelegenheid gesteld om aanvullende gegevens te leveren. Deze gegevens zijn op 14 februari 2014 en 2 april 2014 ontvangen. Wij zijn van oordeel dat de aanvraag samen met de latere aanvulling daarop, voldoende informatie bevat voor een goede beoordeling van de gevolgen van de activiteit op de fysieke leefomgeving. De inrichting ligt aan de Broekstraat 2a te Heusden, kadastraal bekend als gemeente Asten sectie P, nummer 153, en 1391 en De omgeving van de inrichting wordt aangemerkt als agrarisch buitengebied. Vanuit de inrichting niet verontreinigd hemelwater van daken- en erfverhardingen afgevoerd wordt naar het oppervlaktewater. Hierop is paragraaf van het Activiteitenbesluit van toepassing. De coördinatieplicht uit paragraaf 3.5 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht is hierop niet van toepassing. De aanvraag is beoordeeld aan de hand van het toetsingskader zoals neergelegd in artikel 2.14 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, hoofdstuk 5 van de Wet milieubeheer, de Wet ammoniak en veehouderij en de Wet geurhinder en veehouderij. De beoordeling is verwoord in bijlage beoordelingsverslag Getoetst is aan de eis om de voor de inrichting in aanmerking komende Beste Beschikbare Technieken (BBT) toe te passen (artikel 2.14 lid 6 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht in samenhang met artikel 5.4 van het Besluit omgevingsrecht). Hierbij is rekening gehouden met de in bijlage 1 van de Regeling omgevingsrecht aangewezen BBT-documenten. In de Natuurbeschermingswet (Nbw) is opgenomen dat deze wet aanhaakt bij de Wabo wanneer een activiteit plaatsvindt in of om een Natura 2000-gebied en/of Pagina 3 van 43 Dossiernummer: Z13-320

4 beschermde natuurmonument en deze activiteit de kwaliteit van de habitats en de habitats van soorten verslechtert. Wanneer het aanhaken van toepassing is, moet het bevoegd gezag voor de omgevingsvergunning de aanvraag doorsturen naar het bevoegd gezag voor de Natuurbeschermingswet (Gedeputeerde Staten van de provincie) met het verzoek om een verklaring van geen bedenkingen (vvgb) af te geven. De aanvrager van de omgevingsvergunning is zelf verantwoordelijk om vooraf na te gaan of een activiteit invloed heeft op Natura 2000-gebieden en/of beschermde natuurmonumenten. Het vragen van een vvgb is niet nodig (aanhaken is niet van toepassing) wanneer al toestemming op basis van de Nbw is verkregen (Nbw-vergunning is verleend) of gevraagd op het tijdstip waarop de aanvraag voor een omgevingsvergunning is aangevraagd. Voor het voorgenomen project is op 27 september 2013 een Nbw-vergunning aangevraagd. De aanvraag voor een Nbwvergunning was ingediend voordat de aanvraag voor een omgevingsvergunning is ingediend. De Nbw haakt in dit geval niet aan bij de Wabo. Activiteit: Bouw en RO (afwijken van de bestemming) Overwegingen Bij het nemen van het besluit is overwogen dat: De aanvraag is getoetst aan artikel 2.1 en 2.10 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht; de aanvraag voldoet aan redelijke eisen van welstand; de aanvraag voldoet aan het Bouwbesluit; de aanvraag niet voldoet aan de regels van de bestemming Agrarisch met landschappelijke waarden in het geldende bestemmingsplan Buitengebied Asten 2008 en Buitengebied Asten 2008 tweede herziening", omdat de op te richten melkveestal gesitueerd is buiten het bouwblok; de aanvraag op grond van artikel 2.10, tweede lid van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht mede is aangemerkt als een aanvraag vergunning voor een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, Wabo en de vergunning slechts wordt geweigerd indien vergunningverlening met toepassing van artikel 2.12 Wabo niet mogelijk is; de aanvraag voldoet aan artikel 2.12, eerste lid, onder a, sub 3 Wabo, omdat de activiteit niet in strijd is met een goede ruimtelijke ordening en de motivering van het besluit een goede ruimtelijke onderbouwing bevat; de aanvraag voldoet aan de regels van de bestemming Waarde Archeologie 3 in het geldende bestemmingsplan Asten Archeologie 2012", omdat op basis van archeologisch onderzoek aangetoond is dat geen archeologische waarden aanwezig zijn dan wel de archeologische waarden niet onevenredig zullen worden of kunnen worden aangetast; gezien bovenstaande er vanuit stedenbouwkundig/planologisch oogpunt geen bezwaar bestaat tegen het verlenen van medewerking aan de activiteit planologisch gebruik; de aanvraag voldoet aan de nadere regels van de Verordening Ruimte 2014 en de Brabantse Zorgvuldigheidsscore Veehouderij (BZV) die op 19 maart 2014 in werking zijn getreden. Pagina 4 van 43 Dossiernummer: Z13-320

5 Activiteit: Milieu Voorschriften Bij de uitvoering van de werkzaamheden dient in acht te worden genomen dat: 1 ALGEMEEN 1.1 Gedragsvoorschriften De inrichting moet schoon worden gehouden en in goede staat van onderhoud verkeren Alle binnen de inrichting aanwezige machines, installaties en voorzieningen moeten overzichtelijk zijn opgesteld en altijd goed bereikbaar zijn Het aantrekken van insecten, knaagdieren en ongedierte moet worden voorkomen. Zo vaak de omstandigheden daartoe aanleiding geven, moet doelmatige bestrijding van insecten, knaagdieren en ander ongedierte plaatsvinden Degene die de inrichting drijft is verplicht aan alle in de inrichting werkzame personen, inclusief binnen de inrichting werkzaam zijnde derden, een schriftelijke instructie te verstrekken. Het doel van de instructie is gedragingen hunnerzijds uit te sluiten die het gevolg zouden kunnen hebben dat de inrichting niet overeenkomstig de vergunning en haar voorschriften in werking is. Een zodanige instructie behoort aan een daartoe aangewezen ambtenaar op diens verzoek te worden getoond. Er moet toezicht worden gehouden op het naleven van deze instructie Het vorige voorschrift heeft eveneens betrekking op personeel van derden dat binnen de inrichting werkzaamheden verricht De in de inrichting aangebrachte of gebruikte verlichting moet zodanig zijn afgeschermd dat geen directe lichtstraling buiten de inrichting waarneembaar is Installaties of onderdelen van installaties welke buiten bedrijf zijn gesteld, moeten zijn verwijderd tenzij deze in een goede staat van onderhoud verkeren In geval van een langdurige onderbreking van de werkzaamheden (langer dan 3 maanden), bij bedrijfsbeëindiging of bij een faillissement moeten alle in de inrichting aanwezige afvalstoffen c.q. gevaarlijke (afval)stoffen volgens de hierop van toepassing zijnde wet- en regelgeving worden afgevoerd Onderhoudswerkzaamheden, waarvan redelijkerwijs moet worden aangenomen, dat deze buiten de inrichting nadelige gevolgen voor het milieu kunnen veroorzaken, dan wel dat hiervan in de omgeving meer nadelige gevolgen voor het milieu worden ondervonden dan uit de normale bedrijfsvoering voortvloeit moeten ten minste 7 dagen voor de aanvang van de uitvoering aan het bevoegd gezag worden gemeld. Pagina 5 van 43 Dossiernummer: Z13-320

6 Klachten van derden en de actie die door de vergunninghouder is ondernomen om de bron van de klachten te onderzoeken en eventueel weg te nemen, moeten worden geregistreerd Indien uit de inhoud van keurings- en inspectierapporten blijkt dat gevaar voor verontreiniging dreigt, moet direct het bevoegd gezag daarvan in kennis worden gesteld. 1.2 Registratie en onderzoeken In de inrichting moet een centraal registratiesysteem aanwezig zijn waarin informatie omtrent onderhoud, metingen, keuringen, controles en gegevens van relevante milieuonderzoeken worden bijgehouden. In het registratiesysteem moet ten minste de volgende informatie zijn opgenomen: De schriftelijke instructies voor het personeel; De resultaten van in de inrichting uitgevoerde milieucontroles, keuringen, inspecties, metingen, registraties en onderzoeken (zoals keuringen van brandblusmiddelen, visuele inspectie van bodembeschermende voorzieningen, keuringen van tanks, keuringen van stookinstallaties, etc); Meldingen van ongewone voorvallen, die van invloed zijn op het milieu, met vermelding van datum, tijdstip en de genomen maatregelen; Registratie van het energie- en waterverbruik; Registratie van klachten van derden omtrent milieuaspecten en daarop ondernomen acties; Een afschrift van de vigerende omgevingsvergunning(en) met bijbehorende voorschriften en meldingen; Het advies van de brandweercommandant ten aanzien van aan te brengen blusmiddelen en brandwerende voorzieningen De in het vorig voorschrift bedoelde informatie moet in ieder geval tot aan het beschikbaar zijn van de resultaten van de eerst volgende meting, keuring, controle of analyse, maar ten minste gedurende 3 jaar in de inrichting worden bewaard en ter inzage gehouden voor de daartoe bevoegde ambtenaren. 2 AFVALSTOFFEN 2.1 Afvalscheiding Vergunninghouder is verplicht de volgende afvalstromen te scheiden, gescheiden te houden en gescheiden aan te bieden dan wel zelf af te voeren: de verschillende categorieën gevaarlijke afvalstoffen, onderling en van andere afvalstoffen; papier en karton; kadavers; kunststoffolie; overig bedrijfsafval Gebruikte poetsdoeken, absorptiematerialen en overige gevaarlijke afvalstoffen die vrijkomen bij onderhoudswerkzaamheden en bij het verwijderen van gemorste dieselolie, smeerolie en hydraulische olie, Pagina 6 van 43 Dossiernummer: Z13-320

7 moeten worden bewaard in vloeistofdichte en afgesloten emballage die bestand is tegen inwerking van de betreffende afvalstoffen. 2.2 Opslag van afvalstoffen De op- en overslag en het transport van afvalstoffen moeten zodanig plaatsvinden dat zich geen afval in of buiten de inrichting kan verspreiden. Mocht onverhoopt toch verontreiniging van het openbaar terrein rond de inrichting plaatsvinden, dan moeten direct maatregelen worden getroffen om deze verontreiniging te verwijderen De verpakking van gevaarlijk afval moet zodanig zijn dat: niets van de inhoud uit de verpakking kan ontsnappen; het materiaal van de verpakking niet door gevaarlijke stoffen kan worden aangetast, dan wel met die gevaarlijke stoffen een reactie kan aangaan dan wel een verbinding kan vormen; deze tegen normale behandeling bestand is; deze is voorzien van een etiket, waarop de gevaarsaspecten van de gevaarlijke stof duidelijk tot uiting komen Afvalstoffen moeten zodanig gescheiden van elkaar worden opgeslagen dat de verschillende soorten afvalstoffen ten opzichte van elkaar geen reactiviteit kunnen veroorzaken In de inrichting mag niet meer dan 10 kg/l (gevaarlijke) afvalstoffen worden bewaard. 2.3 Aanvullende voorschriften opslag van afvalstoffen Vloeibare afvalstoffen in emballage moeten zijn geplaatst op een vloeistofdichte vloer of in een vloeistofdichte lekbak in het bebouwde deel van de inrichting Een vloeistofdichte lekbak moet, indien het (licht) ontvlambare vloeistoffen betreft, de gehele inhoud van de totale hoeveelheid opgeslagen vloeistoffen kunnen bevatten. In de overige gevallen moet de bak een inhoud hebben van ten minste de grootste verpakkingseenheid vermeerderd met 10% van de inhoud van de overige emballage Boven een vloeistofdichte lekbak met vloeibare afvalstoffen in emballage moet, indien deze buiten het bebouwde deel van de inrichting ligt, een afdak aanwezig zijn. Het afdak moet zo groot zijn dat regenwater niet binnen de vloeistofdichte lekbak kan komen Verontreinigde emballage moet worden behandeld als gevulde emballage. Voor de bepaling van de opvangcapaciteit van een vloeistofdichte bak hoeft de opslagcapaciteit van de verontreinigde emballage niet meegerekend te worden. 2.4 Aanvullende voorschriften behandeling van afvalstoffen Het vervoer van het afval van de plaats van ontstaan/verzamelen in de inrichting naar de afvalcontainer(s) moet zodanig plaatsvinden, dat zich geen afval in de omgeving kan verspreiden. Pagina 7 van 43 Dossiernummer: Z13-320

8 2.4.2 Gemorste vaste gevaarlijke afvalstoffen moeten direct worden opgeruimd en opgeslagen in een daarvoor bestemde container van doelmatig materiaal of in daarvoor bestemde doelmatige emballage In de inrichting moet nabij de opslag van (vloeibaar) gevaarlijk afval, voor de aard van de opgeslagen stoffen geschikt materiaal aanwezig zijn om gemorste of gelekte stoffen te neutraliseren, indien nodig te absorberen en op te nemen Gemorste gevaarlijke afvalstoffen moeten zonodig worden geneutraliseerd. Zij moeten onmiddellijk worden opgenomen en behandeld als omschreven in het hoofdstuk gevaarlijke stoffen. De opgenomen gemorste (vloei)stof moet worden opgeslagen in daarvoor bestemde, voor de aard van de stof geschikte, gesloten emballage. 3 ENERGIE Toelichting: Als absorberend materiaal kan worden gebruikt perlite of vermiculite. 3.1 Voorschriften energiegebruik 4 WATER Het jaarlijks energieverbruik moet worden geregistreerd. Er kan worden volstaan met het bewaren van de energienota's. De vergunninghouder houdt deze gegevens vijf jaar in het bedrijf ter inzage voor het bevoegd gezag. Toelichting Deze registratie mag eventueel gecombineerd worden met het centraal registratiesysteem Vergunninghouder mag een energiebesparingsmaatregel, zoals is opgenomen in de Checklist energiebesparing veehouderij d.d. 27 maart 2014, vervangen door een gelijkwaardig alternatief, op voorwaarde dat de gelijkwaardigheid vooraf aan het bevoegde gezag wordt gemotiveerd. Onder gelijkwaardig wordt verstaan dat de alternatieve maatregel minstens evenveel bijdraagt aan de verbetering van de energie-efficiency en geen stijging geeft van de milieubelasting groter dan die van de vervangen maatregel. 4.1 Registratie 5 GELUID Vergunninghouder moet de jaarrekening van het waterverbruik binnen de inrichting bewaren. De gegevens moeten naar herkomst (drinkwater, grondwater en oppervlaktewater) worden geregistreerd (in m3). 5.1 Algemeen Pagina 8 van 43 Dossiernummer: Z13-320

9 5.1.1 Het meten en berekenen van de geluidsniveaus en het beoordelen van de meetresultaten moet plaatsvinden overeenkomstig de Handleiding meten en rekenen Industrielawaai, uitgave Representatieve bedrijfssituatie Het langtijdgemiddelde beoordelingsniveau LAr,LT veroorzaakt door de in de inrichting aanwezige toestellen en installaties, door de in de inrichting verrichte werkzaamheden of activiteiten, alsmede door het transportverkeer binnen de grenzen van de inrichting, in de representatieve bedrijfssituatie, mag ter plaatse van de gevel van woningen van derden niet meer bedragen dan: 40 db(a) op 1,5 m hoogte in de uren gelegen tussen en uur; 35 db(a) op 5 m hoogte in de uren gelegen tussen en uur; 30 db(a) op 5 m hoogte in de uren gelegen tussen en uur Het maximale geluidsniveau LAmax veroorzaakt door de in de inrichting aanwezige toestellen en installaties, door de in de inrichting verrichte werkzaamheden of activiteiten, alsmede door het transportverkeer binnen de grenzen van de inrichting, in de representatieve bedrijfssituatie, mag ter plaatse van de gevel van woningen van derden niet meer bedragen dan: 70 db(a) op 1,5 m hoogte in de uren gelegen tussen en uur; 65dB(A) op 5 m hoogte in de uren gelegen tussen en uur; 60 db(a) op 5 m hoogte in de uren gelegen tussen en uur. 5.3 Aanvullende voorschriften transport, laden en lossen 6 BODEM Het in deze vergunning met betrekking tot het maximale geluidniveau gestelde is niet van toepassing op het laden of het lossen ten behoeve van de inrichting voor zover dit plaatsvindt tussen uur en uur. Toelichting: Onder laad- en losactiviteiten worden ook aanverwante activiteiten verstaan zoals het op en van het terrein van de inrichting rijden, het slaan van autoportieren, het starten en wegrijden van de voertuigen. Het rijden van interne transportmiddelen, zoals vorkheftrucks, met als doel op- en overslag van goederen wordt niet gerekend onder laad- en losactiviteiten Gedurende het laden of het lossen mag de motor van het voertuig waarin wordt geladen of waaruit wordt gelost niet in werking zijn tenzij het in werking zijn van de motor noodzakelijk is voor het laden en het lossen Het laden en lossen van goederen mag uitsluitend plaatsvinden op het terrein van de inrichting. 6.1 Doelvoorschriften Het bodemrisico van een bodembedreigende activiteit moet door het treffen van een combinatie van maatregelen en voorzieningen voldoen aan een verwaarloosbaar bodemrisico zoals gedefinieerd in de NRB. Pagina 9 van 43 Dossiernummer: Z13-320

10 6.2 Aanvullende voorschriften voorzieningen Een vloeistofdichte lekbak moet, indien het (licht) ontvlambare vloeistoffen betreft, de gehele inhoud van de totale hoeveelheid opgeslagen vloeistoffen kunnen bevatten. In de overige gevallen moet de bak een inhoud hebben van ten minste de grootste verpakkingseenheid vermeerderd met 10% van de inhoud van de overige emballage Boven een vloeistofdichte lekbak met vloeibare (afval)stoffen in emballage moet, indien deze buiten het bebouwde deel van de inrichting ligt, een afdak aanwezig zijn. Het afdak moet zo groot zijn dat regenwater niet binnen de vloeistofdichte lekbak kan komen Vloeibare (afval)stoffen in emballage moeten worden bewaard op een vloeistofdichte vloer. De vloer moet zijn omgeven door een vloeistofdichte omwalling, een gotensysteem of een gelijkwaardige constructie van een zodanige capaciteit, dat ten minste de gemiddelde neerslaghoeveelheid van twee maanden binnen deze constructie kan worden opgevangen. Het verzamelde water moet tijdig worden afgevoerd Een gemorste of gelekte vloeibare bodembedreigende vloeistof moet zodanig effectief worden opgevangen of opgeruimd dat deze kan worden afgevoerd via een daartoe bedoeld afvoersysteem of naar een daartoe erkend verwerker Hemelwater dat op of in een bodembeschermende voorziening terecht kan komen, moet regelmatig van of uit de voorziening wordt verwijderd of worden afgevoerd via een daartoe bedoeld afvoersysteem Een lekbak waarin vloeibare bodembedreigende stoffen in verpakking of in een opslagtank wordt opgeslagen, heeft een opvangcapaciteit van ten minste 110% van de inhoud van de grootste verpakkingseenheid of opslagtank, met dien verstande dat de opvangcapaciteit ten minste 10% is van de inhoud van alle opgeslagen stoffen Een lekbak die toegepast wordt voor het opvangen van lek- of morsvloeistoffen moet op de volgende punten gecontroleerd worden: de lekbak correct is gepositioneerd zodat lekkende of wegspattende stoffen opgevangen kunnen worden; de materiaalkeuze van de lekbak afgestemd is op de aard van de stof die kan vrijkomen. 6.3 Aanvullende voorschriften beheermaatregelen Voor alle bodembeschermende voorzieningen zoals vloeistofdichte voorzieningen, vloeistofkerende voorzieningen en lekbakken moet een inspectie en onderhoudprogramma aanwezig en operationeel zijn. Op basis van de resultaten van de bodemrisicoanalyse volgens voorschrift moet vastgesteld worden welke voorzieningen opgenomen worden in het inspectie- en onderhoudprogramma. Het inspectie- en onderhoudprogramma geeft inzicht in: welke voorzieningen worden gecontroleerd en geïnspecteerd; wie de controles en inspecties uitvoert; Pagina 10 van 43 Dossiernummer: Z13-320

11 de frequenties van de controles en de inspecties; de onderzoeksmethode en criteria van de controles en inspecties; op welke wijze de controles en inspecties worden vastgelegd; op welke wijze onderhoudswerkzaamheden worden geïnitieerd In de bedrijfsinterne procedures en werkinstructies moet ten minste worden aangegeven op welke wijze: de staat en goede werking van bodembeschermende voorzieningen, verpakkingen en apparatuur waarin vloeibare bodembedreigende stoffen worden opgeslagen of getransporteerd, wordt gecontroleerd; er voor zorg wordt gedragen dat zo vaak als de omstandigheden daarom vragen inspecties op morsingen en lekkages plaatsvinden, en is gewaarborgd dat gemorste of gelekte stoffen direct worden opgeruimd Degene die de inrichting drijft, moet ervoor zorgen dat de medewerkers die binnen de inrichting bodembedreigende activiteiten verrichten, op de hoogte zijn van de bedrijfsinterne procedures en werkinstructies, dat deze worden nageleefd en binnen de inrichting zodanig aanwezig zijn dat een ieder daarvan op eenvoudige wijze kennis kan nemen De controle, het onderhoud en het beheer van bodembeschermende voorzieningen moet zodanig plaatsvinden dat vrijgekomen stoffen zijn verwijderd voordat deze in de bodem kunnen geraken. 6.4 Aanvullende voorschriften preventiemaatregelen Vergunninghouder dient lekkages te verhelpen en morsingen op te ruimen ongeacht de zwaarte van de getroffen voorzieningen (good housekeeping) Personeel moet zijn geïnstrueerd en getraind in de juiste bediening van de procesapparatuur, de daartoe uit te voeren handelingen en de bijbehorende beschermende maatregelen. Hierbij hoort ook de training in het gebruik van noodmaatregelen, het opruimen van vrijgekomen stoffen en het melden van incidenten bij de daartoe aangewezen verantwoordelijke personen Gemorste bodembedreigende vloeistoffen als oliën, vetten en chemicaliën moeten direct worden opgeruimd. Hiertoe moeten absorptiemateriaal en neutraliserende stoffen in voldoende mate en gebruiksgereed aanwezig zijn. Gebruikte absorptie- of neutralisatiemiddelen moeten worden bewaard en afgevoerd als gevaarlijk afval. 6.5 Aanvullende voorschriften agrarisch De gedeelten van de inrichting waar tengevolge van de bedrijfsvoering voor het milieu schadelijke (vloei)stoffen op of in de bodem kunnen komen, moeten zijn voorzien van een vloer die bestand is tegen die (vloei)stoffen. De vloer moet zodanig zijn uitgevoerd dat (vloei)stoffen of verontreinigd hemelwater niet in de bodem en/of het oppervlaktewater kunnen geraken Het is verboden vloeistoffen definitief op of in de bodem te brengen. Toelichting: Pagina 11 van 43 Dossiernummer: Z13-320

12 Oppervlaktewater, hemelwater of drinkwater zijn hiervan uitgezonderd, indien daaraan geen verontreinigende stoffen zijn toegevoegd, de concentratie verontreinigende stoffen niet door een bewerking van water is toegenomen en indien daaraan geen warmte is toegevoegd Een riolering voor de afvoer van afvalwater of verontreinigend hemelwater moet vloeistofdicht en bestand zijn tegen de daarvoor afgevoerde (vloei)stoffen. De vloeistofdichtheid van de riolering moet aangetoond worden overeenkomstig het daartoe krachtens het Besluit bodemkwaliteit aangewezen normdocument door een bedrijf dat daartoe beschikt over een erkenning op grond van dat besluit. 7 AGRARISCH AFVALWATER 7.1 Afvalwater algemeen Het waterverbruik moet worden beperkt. Hiertoe moet, tenzij dit om technische of organisatorische redenen niet mogelijk is, gebruik worden gemaakt van een hogedrukreiniger. 8 HET HOUDEN VAN DIEREN 8.1 Algemeen In de inrichting mogen ten hoogste de volgende aantallen dieren aanwezig zijn: Stal Diercategorie/huisvestingssysteem Aantal dieren 1 Vrouwelijk jongvee tot 2 jaar 68 2 Melk- en kalfkoeien ouder dan 2 jaar, overige huisvestingssystemen, 10 permanent opstallen 3 Melk- en kalfkoeien ouder dan 2 jaar, overige huisvestingssystemen, 150 permanent opstallen 4 Vrouwelijk jongvee tot 2 jaar 72 7 Melk- en kalfkoeien ouder dan 2 jaar, ligboxenstal met V-vormige vloer van 256 geprofileerde vloerelementen in combinatie met een gierafvoerbuis en met mestschuif (BWL V1) Dierlijk afval mag niet op het terrein van de inrichting worden begraven. Het afval moet zo spoedig mogelijk, volgens de bij of krachtens het Besluit dierlijke bijproducten en de Regeling dierlijke bijproducten gestelde regels, uit de inrichting worden verwijderd. Het bewaren van dierlijk afval, in afwachting van afvoer naar een destructiebedrijf, moet zodanig geschieden dat geen geurhinder optreedt, het aantrekken van ongedierte wordt voorkomen en geen vermenging met ander afval of materiaal optreedt. Verder mag het dierlijk afval geen visuele hinder veroorzaken Op het terrein van de inrichting mag geen mest worden verbrand Ramen en deuren van stallen moeten gesloten worden gehouden voor zover ze geen functie hebben voor luchtinlaat of het doorlaten van personen, dieren, vaste mest of goederen. Pagina 12 van 43 Dossiernummer: Z13-320

13 9 BOUWCONTROLE EMISSIEARME SYSTEMEN 9.1 Controle op de bouw van de stal De vloeren in stal 7 mogen uitsluitend zijn aangebracht, nadat de uitvoering van afstorten door het bevoegd gezag is gecontroleerd en is goed bevonden Stal 7 mag pas in gebruik worden genomen ten behoeve van het houden van melk- en kalfkoeien, nadat de uitvoering van het totale stalsysteem door het bevoegd gezag is gecontroleerd en is goed bevonden. 9.2 Mededeling aan bevoegd gezag Voor het kunnen uitvoeren van de hiervoor aangegeven controle(s) doet de inrichtinghouder hiervan schriftelijk mededeling aan het bevoegd gezag. Toelichting: Het gaat hier om de controle op de uitvoering van een deel van de stal, bijvoorbeeld het afvoersysteem, of van het gehele stalsysteem of luchtwassysteem (de zogenaamde 'opleveringscontrole'). Het hoeft niet zo te zijn dat alle stallen / systemen tegelijkertijd moeten of kunnen worden gecontroleerd. Als niet alle controles gelijktijdig kunnen plaatsvinden zijn meerdere mededelingen nodig In de mededeling wordt aangegeven welke controle kan worden uitgevoerd en welke stal het betreft De mededeling moet minimaal 5 werkdagen voorafgaand aan de beschreven activiteit plaatsvinden. Toelichting: De in dit voorschrift bedoelde activiteit kan een bouwkundige activiteit zijn (bijvoorbeeld het storten van de keldervloer) maar kan ook het in gebruik nemen van (een deel van) de stal zijn. 10 OPSLAG EN BEHANDELING VAN MEST (DROGE, VASTE, DRIJF- EN KUNSTMEST) 10.1 Behandeling en bewaring van drijfmest, algemeen Het brengen van mest in de opslagruimte moet geschieden met een gesloten aanvoerleiding die zo dicht mogelijk bij de bodem van de opslagruimte uitmondt De afvoerpunten van de opslagruimte moeten door middel van goed sluitende deksels gesloten worden gehouden, behoudens tijdens het ledigen ervan De opslagruimte mag niet zijn voorzien van een overstort (noodoverloop) Het terrein van de inrichting mag niet worden bevloeid of op andere wijze van een laag mest of gier worden voorzien, behoudens bij het bemesten Pagina 13 van 43 Dossiernummer: Z13-320

14 van grond volgens de normale bemestingspraktijk Transport van dunne mest (drijfmest) en gier moeten plaatsvinden in volledig gesloten tankwagens De uitvoering van een mestbassin Een mestbassin voor het bewaren van dunne mest, moet zijn uitgevoerd overeenkomstig de door het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer en het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij uitgegeven publicatie Richtlijnen Mestbassins 1992 (RM 1992) Een mestbassin voor het bewaren van dunne mest, moet zijn afgedekt. Een afdekking moet zijn uitgevoerd overeenkomstig de RM Het mestbassin moet worden gebouwd door een bedrijf (bouwer/aannemer) dat is gecertificeerd op grond van de beoordelingsrichtlijn BRL 2342 "Mestbassins/ Afdekkingen voor mestbassins". Toelichting: Een overzicht van de gecertificeerde bedrijven is te vinden op Een gewaarmerkte verklaring van de bouwer/aannemer waar uit blijkt dat het mestbassin en de afdekking daarvan aan de RM 1992 voldoet, moet binnen 1 maand na de oprichting daarvan aan het bevoegd gezag worden overgelegd en moet overigens aan een vertegenwoordiger van het bevoegd gezag kunnen worden getoond Delen van de bouwconstructie en de afdekking van een mestbassin moeten voor het verstrijken van de referentieperiode, zoals genoemd in de RM 1992, worden vervangen, tenzij een beoordeling door een bedrijf, dat is gecertificeerd op grond van de beoordelingsrichtlijn BRL 2344 "Advisering verlenging referentieperiode voor mestbassins en afdekkingen voor mestbassins", uitwijst dat er een volgend tijdsbestek van gebruik kan zijn. Een door gecertificeerde bedrijf afgegeven bewijs van deze beoordeling moet binnen 1 maand na de beoordeling aan het bevoegd gezag worden overgelegd en moet overigens aan een vertegenwoordiger van het bevoegd gezag kunnen worden getoond. In dit bewijs moet voor de desbetreffende onderdelen van de bouwconstructie of de afdekking een nieuwe referentieperiode zijn aangegeven. Toelichting: In de publicatie RM 1992 zijn de volgende referentieperioden opgenomen: 20 jaar voor houten, betonnen, metalen en gemetselde mestbasssins / afdekkingen; 10 jaar voor overige bassins / afdekkingen (foliebassins, mestzakken, spankappen etc.); 5 jaar voor een kruinslab. Op grond van een beoordeling in het kader van de BRL 2344 kan een nieuwe referentieperiode worden vastgesteld van: 0-5 jaar voor mestsilo's van beton, metselwerk of hout en afdekking van beton op basis van uitsluitend een uitwendige inspectie; 0-10 jaar voor mestsilo's van beton, metselwerk, staal of hout en Pagina 14 van 43 Dossiernummer: Z13-320

15 afdekking van beton op basis van een uitwendige en inwendige inspectie; 0-5 jaar voor mestsilo's van staal met een binnenhoes van kunststof; 0-5 jaar voor foliebassins en mestzakken; 0-5 jaar voor afdekkingen van kunststof Na afloop van een (door een gecertificeerde bedrijf) vastgestelde nieuwe referentieperiode moet opnieuw een beoordeling plaatsvinden. Het vorige voorschrift is van toepassing op de beoordeling Gebruiksvoorschriften Bij het vullen of ledigen van een mestbassin of anderszins mag geen verontreiniging van de bodem of het oppervlaktewater plaatsvinden Bij het aan- en afvoeren van de dunne mest mag de omgeving niet worden verontreinigd. Transport moet plaatsvinden in gesloten tankwagens of in een gesloten mestdichte leiding Bewaren en transporteren van kunstmest Nitraathoudende kunstmeststoffen mogen niet in een stookruimte of in een opstellingsruimte van een stookinstallatie worden bewaard Binnen 10 m van nitraathoudende kunstmeststoffen mogen zich geen K1- of K2-vloeistoffen bevinden en binnen 5 m geen K3-vloeistoffen. 11 MESTVERWERKING 11.1 Algemeen Binnen de inrichting mag uitsluitend rundveemest worden gescheiden, die binnen de inrichting is geproduceerd Binnen de inrichting mag maximaal m3 mest per jaar worden gescheiden. De maximale verwerkingscapaciteit van de mestverwerkingsinstallatie mag niet meer dan 80 m3 per dag bedragen Mestscheidingsinstallatie De mestscheidingsinstallatie moet gesloten zijn uitgevoerd, behoudens de afvoeropeningen van dikke fractie en noodzakelijke ontluchtingsopeningen De mestscheidingsinstallatie met bijbehorende leidingen en onderdelen moet zodanig zijn gedimensioneerd, geïnstalleerd en worden onderhouden dat altijd een goede werking is gewaarborgd Bij storingen of lekkages in het systeem dient de installatie zelfstandig te stoppen en verantwoordelijke personen direct te waarschuwen. De drooginstallatie dient beveiligd te zijn om bij calamiteiten schade aan de omgeving of het milieu zoveel mogelijk te voorkomen De scheidingsinstallatie dient niet toegankelijk te zijn voor onbevoegden. Pagina 15 van 43 Dossiernummer: Z13-320

16 12 ACTIVITEITEN MET BETREKKING TOT MOTOREN, MOTORVOER- EN VAARTUIGEN EN ANDERE GEMOTORISEERDE APPARATEN 12.1 Onderhouden en repareren van motoren, motorvoertuigen en andere gemotoriseerde apparaten De vloer van een ruimte waar herstelwerkzaamheden worden uitgevoerd moet vloeistofkerend zijn en van onbrandbaar materiaal zijn vervaardigd. Doorvoeringen van kabels of leidingen door de vloer moeten vloeistofkerend zijn afgewerkt Het schoonmaken van onderdelen of spuitapparatuur met behulp van organische oplosmiddelen, moet plaatsvinden in een afsluitbare bak of in een afsluitbaar vat, dan wel in een speciaal reinigingssysteem, waarbij de vloeistof wordt gerecirculeerd en in een gesloten vat wordt bewaard. Een deksel van een dergelijke bak of vat mag alleen worden geopend voor het vullen of leeghalen van de reinigingsvloeistof of voor het in- en uithalen van de te reinigen materialen Het repareren of het behandelen van de oppervlakte en het deconserveren en het voorzien van antiroestbehandeling van motoren, motorvoertuigen, andere gemotoriseerde apparaten of onderdelen daarvan, waarbij vloeistoffen vrij kunnen komen, moet plaatsvinden boven een bodembeschermende voorziening Het is verboden in de inrichting: werkzaamheden te verrichten, waarbij vuur wordt gebruikt in de onmiddellijke nabijheid van een brandstofreservoir en andere delen van een motorvoertuig of werktuig, die brandstof bevatten of kunnen bevatten; motorvoertuigen, werktuigen of onderdelen schoon te branden; motorvoertuigen of werktuigen te pletten of te stapelen; buiten het bebouwde deel herstelwerkzaamheden uit te voeren; uitdeukwerkzaamheden te verrichten; afvalstoffen, zoals gebruikte poetsdoeken en lege verfblikken, anders te bewaren dan in gesloten bussen, vaten of bakken van onbrandbaar materiaal De opslag van accu's moet plaatsvinden in een vloeistofdichte bak die bestand is tegen het in de accu's aanwezige elektrolyt. Indien de bak buiten is opgesteld, moet deze tegen inregenen zijn beschermd. Het opladen van accu's moet plaatsvinden op een vloeistofdichte vloer en op een goed geventileerde plaats. 13 ACTIVITEITEN MET BETREKKING TOT METAAL 13.1 Lassen van metalen Ten behoeve van het doelmatig verspreiden van emissies naar de buitenlucht, moet voor zover het afgezogen lasrook vanwege het lassen met metalen betreft, die naar de buitenlucht wordt afgevoerd, bovendaks en omhoog gericht worden afgevoerd Laskabelisolaties moeten regelmatig, doch ten minste eenmaal per maand, Pagina 16 van 43 Dossiernummer: Z13-320

17 worden gecontroleerd op slijtage. Defecte laskabels moeten worden vervangen of worden gerepareerd Ter voorkoming van lichthinder buiten de inrichting moet de plaats waar laswerkzaamheden plaatsvinden, worden afgeschermd met bijvoorbeeld schotten, schermen of gordijnen Binnen een straal van 10 m van las- en snijwerkzaamheden mogen zich geen licht ontvlambare (vloei)stoffen of brandgevaarlijke stoffen bevinden. 14 OVERIGE ACTIVITEITEN 14.1 In werking hebben van een noodstroomaggregaat Een noodstroomvoorziening moet ten minste eenmaal per maand op de juiste werking worden gecontroleerd en mag slechts als noodvoorziening worden gebruikt Een noodstroomaggregaat moet zodanig zijn afgesteld en worden onderhouden dat een nagenoeg rookloze verbranding wordt verkregen In een ruimte waarin een noodstroomaggregaat staat opgesteld, mogen geen werkzaamheden anders dan ten behoeve van controle en onderhoud van het noodstroomaggregaat worden verricht Een noodstroomaggregaat moet zodanig zijn opgesteld dat geen gevaar voor brand bestaat. Een noodstroomaggregaat, al dan niet met bijbehorende brandstoftank, moet op doelmatige wijze tegen mechanische beschadiging en handelingen van onbevoegden zijn beschermd In een ruimte waarin een noodstroomaggregaat is opgesteld, mag ten hoogste 200 liter gasolie of ten hoogste 20 liter benzine aanwezig zijn In de ruimte waarin een noodstroomaggregaat is opgesteld moet een doelmatige ventilatie aanwezig zijn De uitmonding van de afvoerleiding voor verbrandingsgassen moet zodanig in de buitenlucht zijn gesitueerd dat door deze gassen buiten de inrichting geen hinder wordt veroorzaakt. 15 BESTRIJDINGSMIDDELEN 15.1 Bewaring bestrijdingsmiddelen Op de deur van een kast moet met duidelijk leesbare letters het opschrift "BESTRIJDINGSMIDDELEN, VERBODEN TOEGANG VOOR ONBEVOEGDEN, OPEN VUUR EN ROKEN VERBODEN" zijn aangebracht, en een afbeelding van een doodshoofd van ten minste 60 mm hoogte De elektrische installatie in een bewaarplaats moet zijn vervaardigd van materiaal dat voldoende tegen chemische invloeden bestand is of daartegen is gevrijwaard. Pagina 17 van 43 Dossiernummer: Z13-320

18 15.2 Verwerking en gebruik van bestrijdingsmiddelen Gewasbeschermingsmiddelen en biociden worden aangemaakt in en vanuit speciaal daarvoor bestemd vaatwerk Leidingen die bestemd zijn voor het transport van gewasbeschermingsmiddelen, biociden of een oplossing daarvan, zijn bovengronds gelegd Pompen, vaatwerk en leidingen bestemd voor het aanmaken en doseren van gewasbeschermingsmiddelen en/of biociden, staan niet in rechtstreekse vaste verbinding met een drinkwaterleiding Drinkwater dat wordt gebruikt voor het aanmaken van gewasbeschermingsmiddelen of biociden wordt uitsluitend door middel van een onderbreektank aan de waterleiding onttrokken Tijdens het aanmaken van gewasbeschermingsmiddelen of biociden worden gemorste droge gewasbeschermingsmiddelen en biociden onmiddellijk droog opgenomen en gemorste vloeibare gewasbeschermingsmiddelen en biociden direct geïmmobiliseerd en in een speciaal daartoe bestemd vat gebracht. Daartoe zijn voldoende materialen en absorberende middelen voor onmiddellijk gebruik aanwezig Een buitenopslag voor gedompelde producten of voor tijdens het dompelen gebruikte emballage, is tegen inregenen beschermd. 16 OPSLAG VAN GEVAARLIJKE STOFFEN IN VERPAKKING GEEN VUURWERK, VASTE KUNSTMEST E. A. ONTPLOFB STOF 16.1 Gasflessen, algemeen Indien de uitwendige toestand van een gasfles zodanig is dat aan de deugdelijkheid moet worden getwijfeld, moet de gasfles ter herkeuring worden aangeboden aan een door het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aangewezen keuringsinstelling Beschadigde of lekke gasflessen moeten onmiddellijk in de buitenlucht worden gebracht en worden gemerkt met het woord 'DEFECT', respectievelijk 'LEK'. Ook moeten direct maatregelen worden getroffen om brand-, explosie-, verstikkings- of vergiftigingsgevaar te voorkomen. De desbetreffende gasflessen moeten aan de leverancier worden teruggezonden Gasflessen, gebruik Gasflessen mogen niet in de nabijheid van vuur en van brandgevaarlijke stoffen staan Gasflessen moeten steeds bereikbaar zijn en er moeten voorzieningen zijn getroffen dat ze niet kunnen omvallen. Pagina 18 van 43 Dossiernummer: Z13-320

19 16.3 Opslag van gasflessen In de werkplaats mogen maximaal 210 liter gassen in gasflessen aanwezig zijn In de inrichting mogen maximaal de volgende gassen in gasflessen aanwezig zijn: 2 gasflessen met argon 4 gasflessen met menggas; 1 gasfles met acetyleen De binnen de inrichting aanwezige gasflessen moeten worden opgeslagen overeenkomstig paragrafen 6.1 en 6.2 van PGS 15:2011. Toelichting: Dit en de volgende voorschriften zijn van toepassing als binnen de inrichting gasflessen met een waterinhoud van 150 liter of meer worden opgeslagen. Gasflessen die zijn verbonden aan een lastoestel hoeven niet te worden meegerekend Een inpandige opslagvoorziening voor gasflessen moet zijn geconstrueerd, uitgevoerd en worden gebruikt overeenkomstig paragraaf 3.2 van PGS 15: Een uitpandige opslagvoorziening voor gasflessen moet zijn geconstrueerd, uitgevoerd en worden gebruikt overeenkomstig paragraaf 3.2 en voorschriften en van PGS 15: Lege gasflessen moeten worden opgeslagen overeenkomstig de voorschriften voor volle gasflessen van deze vergunning Opslag van vloeibare bodembedreigende stoffen in verpakking Reinigingsmiddelen moeten worden bewaard in goed gesloten verpakking Lege, niet gereinigde verpakking moet worden behandeld als volle. Toelichting: Voor de bepaling van de opvangcapaciteit van een vloeistofdichte bak hoeft de opslagcapaciteit van de niet gereinigde verpakking niet meegerekend te worden In de inrichting moet nabij de opslag van vloeistoffen in verpakking, voor de aard van de opgeslagen stoffen geschikt materiaal aanwezig zijn om gemorste of gelekte stoffen te neutraliseren, indien nodig te absorberen en op te nemen Gemorste vloeistoffen moeten zonodig worden geneutraliseerd. Zij moeten onmiddellijk worden opgenomen en behandeld als omschreven onder het hoofdstuk gevaarlijke stoffen. De opgenomen gemorste (vloei)stof moet worden opgeslagen in daarvoor bestemde, voor de aard van de stof geschikte, gesloten verpakking. Pagina 19 van 43 Dossiernummer: Z13-320

20 Toelichting: Als absorberend materiaal kan worden gebruikt perlite of vermiculite Vloeistoffen in emballage moeten zijn geplaatst op een vloeistofdichte vloer of in een vloeistofdichte lekbak in het bebouwde deel van de inrichting Een vloeistofdichte lekbak moet een inhoud hebben van ten minste de grootste verpakkingseenheid vermeerderd met 10% van de inhoud van de overige emballage Opslag verpakte gevaarlijke stoffen, kernvoorschriften In stal 7 mogen maximaal 432 kg of liter verpakte reinigingsmiddelen en 144 kg of liter verpakte zuren aanwezig zijn In de inrichting mogen maximaal de volgende verpakte gevaarlijke stoffen aanwezig zijn: 144 kg of liter zuren (ADR-klasse 8); 432 kg of liter reinigingsmiddelen (niet ADR geklassificeerd); 200 liter bestrijdingsmiddelen. BIJLAGE: BEGRIPPEN ** VOOR ZOVER EEN DIN-, NEN-, NEN-EN-, OF NEN-ISO-NORM,...: Voor zover in een voorschrift verwezen wordt naar een DIN-, DIN-ISO, NEN-, NEN-EN-, NEN-ISO-, NVN-norm, AI-blad, BRL, CPR, PGS of NPR, wordt de uitgave bedoeld die voor de datum waarop de vergunning is verleend het laatst is uitgegeven met tot die datum uitgegeven aanvullingen of correctiebladen. Indien er sprake is van reeds bestaande constructies, toestellen, werktuigen en installaties is -de norm, BRL, CPR, PGS, NPR of het AI-blad van toepassing die bij de aanleg of installatie van die constructies, toestellen, werktuigen en installaties is toegepast, tenzij in het voorschrift anders is bepaald. Alle onderstaande verklaringen en definities zijn van toepassing op de in de voorschriften gebruikte benamingen en termen, aangevuld met, dan wel in afwijking van de in NEN 5880 (Afval en afvalverwijdering, Algemene termen en definities) en de NEN 5884 (Afval en afvalverwerking, termen en definities voor bouw- en sloopafval) gegeven verklaringen en definities. BESTELADRESSEN: publicaties zijn in ieder geval verkrijgbaar bij de onderstaande instanties: - AI-bladen bij: SDU Service, afdeling Verkoop Postbus EA DEN HAAG telefoon (070) telefax (070) PGS-richtlijnen zijn digitaal verkrijgbaar via - DIN, DIN-ISO, NEN, NEN-EN, NEN-ISO, NVN-normen en NPR-richtlijnen bij: Nederlands Normalisatie-instituut (NEN), Afdeling verkoop Postbus GB DELFT telefoon (015) telefax (015) Pagina 20 van 43 Dossiernummer: Z13-320

21 - BRL-richtlijnen bij: KIWA Certificatie en Keuringen Postbus AB RIJSWIJK telefoon (070) telefax (070) InfoMil is het informatiecentrum in Nederland over milieu wet- en regelgeving. ADR: Accord européen relatif au transport international des marchandises Dangereuses par Route. AFVALSTOFFEN: Het begrip afvalstoffen is gedefinieerd in artikel 1.1 van de Wet milieubeheer: Alle stoffen, preparaten of voorwerpen, waarvan de houder zich ontdoet, voornemens is zich te ontdoen of zich moet ontdoen. AS SIKB 6700: Accreditatieschema Inspectie bodembeschermende voorzieningen, onderliggende protocollen en examenreglement. BASSIN: Een reservoir voor de opslag van vloeistoffen dat niet gelegen is onder een gebouw, doch waarvan een aanwezige bovenafdekking de functie van vloer kan vervullen. BEDRIJFSRIOLERING: Een stelsel van buizen, verbindingstukken en elementen zoals straat- en trottoirkolken, gootelementen, verzamelputten en installaties, zoals slibvangputten, olie-waterscheider en controleputten voor de opvang en afvoer van bedrijfsafvalwater. BODEMBEDREIGENDE ACTIVITEIT: Elke activiteit die een risico van verontreiniging van de bodem met zich meebrengt, als gevolg van de aard van die activiteit en als gevolg van de fysische en chemische eigenschappen van de stoffen waarmee de activiteit wordt uitgevoerd. Bij het vaststellen of een activiteit bodembedreigend is worden eventuele maatregelen en voorzieningen die zijn getroffen om het risico van die activiteit uit te sluiten buiten beschouwing gelaten. BODEMBEDREIGENDE STOF: Stof die overeenkomstig het Stoffenschema van de NRB 2012 de bodem kan verontreinigen. BODEMBESCHERMENDE VOORZIENING: Een vloeistofkerende voorziening, een vloeistofdichte vloer of verharding of een andere doelmatige fysieke voorziening, ter voorkoming van immissies in de bodem. BRANDBARE VLOEISTOFFEN: WMS-categorie: zeer licht ontvlambaar Grenzen: Kookpunt ten hoogste 308 K (35 C) en vlampunt lager dan 273 K (0 C). Klasse 0 WMS-categorie: licht ontvlambaar Grenzen: Vlampunt van 273 K (0 C) tot 294 K (21 C). Klasse 1 WMS-categorie: Ontvlambaar Pagina 21 van 43 Dossiernummer: Z13-320

*15.182956* 15.182956

*15.182956* 15.182956 omgevingsvergunning wijzigen van vergunningvoorschriften (ogv art 2.31 WABO) wijzigen van vergunningvoorschriften (ogv art 2.31 WABO) Beschikking 236848 *15.182956* 15.182956 ONTWERP-OMGEVINGSVERGUNNING

Nadere informatie

VOORSCHRIFTEN. behorende bij de veranderingsvergunning Wm

VOORSCHRIFTEN. behorende bij de veranderingsvergunning Wm VOORSCHRIFTEN behorende bij de veranderingsvergunning Wm betreffende het voornemen tot het reinigen van afvalwater van derden in de bestaande Biologische Voorzuivering Installatie (BVZI) Attero Noord BV

Nadere informatie

BESLUIT AMBTSHALVE WIJZIGING OMGEVINGSVERGUNNING

BESLUIT AMBTSHALVE WIJZIGING OMGEVINGSVERGUNNING BESLUIT AMBTSHALVE WIJZIGING OMGEVINGSVERGUNNING Onderwerp Burgemeester en wethouders van de gemeente Uden besluiten, gelet op paragraaf 2.6 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), cot het

Nadere informatie

(ONTWERP)BESLUIT AMBTSHALVE WIJZIGING OMGEVINGSVERGUNNING

(ONTWERP)BESLUIT AMBTSHALVE WIJZIGING OMGEVINGSVERGUNNING (ONTWERP)BESLUIT AMBTSHALVE WIJZIGING OMGEVINGSVERGUNNING Onderwerp Burgemeester en wethouders van de gemeente Uden zijn, gelet op paragraaf 2.6 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), voornemens

Nadere informatie

Bijlage 3 (Voorschriften en Voorwaarden)

Bijlage 3 (Voorschriften en Voorwaarden) Bijlage 3 (Voorschriften en Voorwaarden) INHOUDSOPGAVE 1 ALGEMEEN ONDERDEEL BOUW... 3 2 VOORWAARDEN ONDERDEEL AFWIJKEN BESTEMMINGSPLAN... 5 3 ALGEMEEN MILIEU... 6 3.1 Gedragsvoorschriften... 6 3.2 Registratie

Nadere informatie

Voorschriften behorende bij de omgevingsvergunning m.b.t. art. 2.1 lid 1 onder e Wabo (milieu)

Voorschriften behorende bij de omgevingsvergunning m.b.t. art. 2.1 lid 1 onder e Wabo (milieu) Bijlage 3: Voorschriften behorende bij de omgevingsvergunning m.b.t. art. 2.1 lid 1 onder e Wabo (milieu) VOORSCHRIFTEN BEHORENDE BIJ DE MILIEUVERGUNNING VAN: Mts. Vroege Burg. ten Holteweg 39 7751 CR

Nadere informatie

Besluit Burgemeester en wethouders van Uden besluiten om vergunning te verlenen voor:

Besluit Burgemeester en wethouders van Uden besluiten om vergunning te verlenen voor: omgevingsvergunning wijzigen van vergunningvoorschriften (ogv art 2.31 WABO) wijzigen van vergunningvoorschriften (ogv art 2.31 WABO) Beschikking 236848 *16.003995* 16.003995 OMGEVINGSVERGUNNING nr. 236848

Nadere informatie

VOORSCHRIFTEN. behorende bij het ontwerpbesluit. betreffende de Wet milieubeheer voor de inrichting. Sunny-Egg-Systems BV te Rogat

VOORSCHRIFTEN. behorende bij het ontwerpbesluit. betreffende de Wet milieubeheer voor de inrichting. Sunny-Egg-Systems BV te Rogat 1 VOORSCHRIFTEN behorende bij het ontwerpbesluit betreffende de Wet milieubeheer voor de inrichting Sunny-Egg-Systems BV te Rogat INHOUDSOPGAVE 1 AFVALSTOFFEN 3 1.1. Afvalscheiding 3 2 BODEM 3 2.1. Doelvoorschriften

Nadere informatie

VOORSCHRIFTEN. behorende bij het ontwerpbesluit. betreffende de Wet milieubeheer voor de inrichting. Avebe u.a. te Gasselternijveen

VOORSCHRIFTEN. behorende bij het ontwerpbesluit. betreffende de Wet milieubeheer voor de inrichting. Avebe u.a. te Gasselternijveen 1 VOORSCHRIFTEN behorende bij het ontwerpbesluit betreffende de Wet milieubeheer voor de inrichting Avebe u.a. te Gasselternijveen 2 INHOUDSOPGAVE 1 ALGEMEEN 3 1.1. Algemeen 3 2 AFVALSTOFFEN 3 3 BODEM

Nadere informatie

... V O O R S C H R I F T E N I N H O U D BEGRIPPEN...2

... V O O R S C H R I F T E N I N H O U D BEGRIPPEN...2 BIJLAGE 1 Gewaarmerkte voorschriften omgevingsvergunning (Milieu) Behoort bij de beschikking van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Steenbergen van: CZAV, Havenweg 67-69 te Dinteloord.

Nadere informatie

VOORSCHRIFTEN BEHORENDE BIJ DE MILIEUVERGUNNING VAN:

VOORSCHRIFTEN BEHORENDE BIJ DE MILIEUVERGUNNING VAN: Voorschriften milieu Zaaknummer: 607098 Vergunninghouder: Maatschap H. en E. Brink Projectomschrijving: Wijzigen stalinrichting en plaatsen mestloods VOORSCHRIFTEN BEHORENDE BIJ DE MILIEUVERGUNNING VAN:

Nadere informatie

Dorpsstraat 4 5113 TE, Ulicoten

Dorpsstraat 4 5113 TE, Ulicoten VOORSCHRIFTEN behorende bij een omgevingsvergunning op basis van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht voor het oprichten en in werking hebben van een inrichting aan het adres Hondseindsebaan 1 in

Nadere informatie

Omgevingsvergunning. De omgevingsvergunning wordt verleend onder de bepaling dat de gewaarmerkte stukken en bijlagen deel uitmaken van de vergunning.

Omgevingsvergunning. De omgevingsvergunning wordt verleend onder de bepaling dat de gewaarmerkte stukken en bijlagen deel uitmaken van de vergunning. Dossiernummer: 2011/16386 Omgevingsvergunning Burgemeester en wethouders van Zundert zijn voornemens om overeenkomstig de besluitvormingsprocedure als bedoeld in artikel 3.10 van de Wet algemene bepalingen

Nadere informatie

Pagina 1 van 49 Registratienummer: Z / D

Pagina 1 van 49 Registratienummer: Z / D Postbus 8035 5601 KA Eindhoven T: 088-369 03 69 I: www.odzob.nl Ontwerpbeschikking van Burgemeester en wethouders van Heeze-Leende op de op 11 juli 2016 bij hen ingekomen aanvraag van J.P. Hendriks te

Nadere informatie

Pagina 1 van 50 Registratienummer: Z / D

Pagina 1 van 50 Registratienummer: Z / D Postbus 8035 5601 KA Eindhoven T: 088-369 03 69 I: www.odzob.nl Ontwerpbeschikking van Burgemeester en wethouders van Heeze-Leende op de op 11 augustus 2016 bij hen ingekomen aanvraag van Melkveebedrijf

Nadere informatie

Kadastrale ligging: Mestbassins: Gem. Coevorden, Dalen Sectie H nr. 485

Kadastrale ligging: Mestbassins: Gem. Coevorden, Dalen Sectie H nr. 485 Bijlage 1: Overwegingen m.b.t. art. 2.1 lid 1 onder e Wabo (milieu) Bijlage behorende bij de omgevingsvergunning: Nummer: 20110227/129546 Bedrijfsgegevens Naam: Mts IJken Adres: Middendorp 17 Plaats: Wachtum

Nadere informatie

Leges: bouwactiviteiten : 6.291,00 buitenplanse afwijking (bouw/aanleg) Wabo art 2.12 lid 1 onder a 3o : 4.917,00

Leges: bouwactiviteiten : 6.291,00 buitenplanse afwijking (bouw/aanleg) Wabo art 2.12 lid 1 onder a 3o : 4.917,00 ONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING (Wabo artikel 2.1) Dossiernummer: VROM/HZ_WABO-2014-0257 Burgemeester en wethouders van de gemeente Someren Datum gezien de aanvraag van : Twan Kusters Holding B.V. vertegenwoordigd

Nadere informatie

Aan Burgemeester en Wethouders van de gemeente: Naam drijver van de inrichting Adres en telefoonnummer Postcode en plaats

Aan Burgemeester en Wethouders van de gemeente: Naam drijver van de inrichting Adres en telefoonnummer Postcode en plaats RM16 - Meldingsformulier InfoMil Besluit mestbassins milieubeheer Vooraf Dit formulier is bedoeld voor degene die van plan is een bedrijf op te richten, uit te breiden of te wijzigen, dan wel de werking

Nadere informatie

VOORSCHRIFTEN. behorende bij het besluit. betreffende de Wet milieubeheer. voor de inrichting. G. Hindriks, Oosterwijk WZ 24 H te Nieuw-Dordrecht

VOORSCHRIFTEN. behorende bij het besluit. betreffende de Wet milieubeheer. voor de inrichting. G. Hindriks, Oosterwijk WZ 24 H te Nieuw-Dordrecht VOORSCHRIFTEN behorende bij het besluit betreffende de Wet milieubeheer voor de inrichting G. Hindriks, Oosterwijk WZ 24 H te Nieuw-Dordrecht 2 INHOUDSOPGAVE VOORSCHRIFTEN BESLUIT BEHEER AUTOWRAKKEN 3

Nadere informatie

WET MILIEUBEHEER BESCHIKKING

WET MILIEUBEHEER BESCHIKKING WET MILIEUBEHEER BESCHIKKING Gegevens aanvrager Naam aanvrager : De heer Van Manen namens Kloosterboer Elst Bv Adres : Handelsweg 5 Postcode en plaats : 6662 NH ELST Gegevens inrichting Naam inrichting

Nadere informatie

Omgevingsvergunning uitgebreide procedure WBD

Omgevingsvergunning uitgebreide procedure WBD Omgevingsvergunning uitgebreide procedure WBD1309454 Burgemeester en wethouders hebben op 16 december 2013 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het project herbouw van de stal. De aanvraag

Nadere informatie

1.1.1 De inrichting moet schoon worden gehouden en in goede staat van onderhoud verkeren.

1.1.1 De inrichting moet schoon worden gehouden en in goede staat van onderhoud verkeren. INHOUDSOPGAVE VOORSCHRIFTEN MILIEU... 2 1 ALGEMEEN... 2 1.1 Gedragsvoorschriften... 2 1.2 Registratie en onderzoeken... 2 2 AFVALSTOFFEN... 3 2.1 Afvalscheiding... 3 3 AFVALWATER... 3 3.1 Algemeen... 3

Nadere informatie

odijmond REGIO WATERLAND

odijmond REGIO WATERLAND Gemeente Waterland - k MRĨ 2015 INGEKOMEN Gemeente Waterland O 4 MRT 2015 GESCAND odijmond REGIO WATERLAND Gemeentewerf Monnickendam De heer J.A.J. Borst Postbus 1000 1140 BA MONNICKENDAM VERZONDEN -3

Nadere informatie

Milieuneutrale wijziging van de (werking van de) inrichting (Wabo art 2.1 lid 1 onder e en art 3.10 lid 3)

Milieuneutrale wijziging van de (werking van de) inrichting (Wabo art 2.1 lid 1 onder e en art 3.10 lid 3) Milieuneutrale wijziging van de (werking van de) inrichting (Wabo art 2.1 lid 1 onder e en art 3.10 lid 3) 1 Veranderingen Beschrijf de voorgenomen veranderingen van de inrichting. 1. De volgende afvalwaterstromen

Nadere informatie

Beknopt overzicht maatregelen bij AIM sessie Au1fl0pooft

Beknopt overzicht maatregelen bij AIM sessie Au1fl0pooft Beknopt overzicht maatregelen bij AIM sessie Au1fl0pooft Dit pdf bestand kunt u gebruiken als checklist bij de controle of een maatregel is uitgevoerd. In dit bestand staan per relevante activiteit uit

Nadere informatie

BESCHIKKING D.D. 23 APRIL 2007 - NR. MPM7609 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESCHIKKING D.D. 23 APRIL 2007 - NR. MPM7609 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESCHIKKING D.D. 23 APRIL 2007 - NR. MPM7609 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Algemene wet bestuursrecht/wet milieubeheer INLEIDING Op 6 juni 2006 hebben wij het verzoek van De Jong Gameren B.V.

Nadere informatie

Vragenlijst controle autobedrijven

Vragenlijst controle autobedrijven Opslag van afvalstoffen inclusief autowrakken Bewaart u gevaarlijke en niet-gevaarlijke afvalstoffen gescheiden? Ja Nee Voert u afvalstoffen gescheiden af naar een erkend inzamelaar? Ja Nee Slaat u accu

Nadere informatie

beschikking omgevingsvergunning Registratienummer: 20120161

beschikking omgevingsvergunning Registratienummer: 20120161 Aanvraag: Burgemeester en wethouders hebben op 27 maart 2012 via het omgevingsloket online een aanvraag om een omgevingsvergunning ontvangen voor het uitbreiden van een winkelpand op de volgende locatie:

Nadere informatie

Ontwerp omgevingsvergunning UV

Ontwerp omgevingsvergunning UV Ontwerp omgevingsvergunning UV 20150044 Aanvraag Op 13 april 2015 is een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het veranderen van een rundveehouderij op het adres Stokershorst 5 te Nederweert-Eind.

Nadere informatie

*14.040393*14.040393omgevingsvergunningomgevingsvergunning150743543

*14.040393*14.040393omgevingsvergunningomgevingsvergunning150743543 Zaaknummer: 186570 Behoort bij besluit van het college van burgemeester en wethouders van Uden van, 09 01 2015 wnd. hoofd afdeling Bouwen en Milieu. *14.040393*14.040393omgevingsvergunningomgevingsvergunning150743543

Nadere informatie

Omgevingsvergunning. Bijgevoegde documenten De volgende bij het besluit behorende gewaarmerkte documenten worden digitaal nagezonden:

Omgevingsvergunning. Bijgevoegde documenten De volgende bij het besluit behorende gewaarmerkte documenten worden digitaal nagezonden: Omgevingsvergunning Burgemeester en Wethouders hebben op 23 december 2016 een aanvraag om omgevingsvergunning ontvangen van Jawelbouw BV voor het project het bouwen van acht woningen in bouwplan De Bamere

Nadere informatie

Deze voorschriften tot en met worden van kracht naast de artikelen van de verleende vergunningen.

Deze voorschriften tot en met worden van kracht naast de artikelen van de verleende vergunningen. BESLUIT WIJZIGING OMGEVINGSVERGUNNING Omgevingsdienst Brabant Noord Onderwerp De provincie Brabant-Noord heeft 17 februari 2017verzocht voor de inrichting Provincie Noord- Brabant bureau Verkeersbeheer,

Nadere informatie

het oprichten van een appartementengebouw Onyxdijk 167 te Roosendaal

het oprichten van een appartementengebouw Onyxdijk 167 te Roosendaal Stichting S&L Zorg T.a.v. D. van Randwijk Postbus 148 4700 AC Roosendaal NEDERLAND contactpersoon : Mevr. M. Bezemer (Aanw.op ma,di,do) Roosendaal : doorkiesnummer : (0165) 579875 (W20_vrl_OU) onderwerp

Nadere informatie

Omgevingsdienst Brabant Noord

Omgevingsdienst Brabant Noord ONTWERPBESLUIT OMGEVINGSVERGUNNING WIJZIGEN Omgevingsdienst Brabant Noord Onderwerp Gemeente Uden heeft op 16 december 216 een verzoek ontvangen van de Provincie Noord-Brabant (hierna de provincie) voor

Nadere informatie

Hoogstratensebaan 51 5111 EZ Baarle-Nassau

Hoogstratensebaan 51 5111 EZ Baarle-Nassau VOORSCHRIFTEN behorende bij een omgevingsvergunning op basis van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht voor het oprichten en in werking hebben van een inrichting aan het adres Baarleseweg 28a in Ulicoten.

Nadere informatie

Pagina 1 van 51 Registratienummer: Z / D

Pagina 1 van 51 Registratienummer: Z / D Postbus 8035 5601 KA Eindhoven T: 088-369 03 69 I: www.odzob.nl Beschikking van Burgemeester en wethouders van Heeze-Leende op de op 11 augustus 2016 bij hen ingekomen aanvraag van Melkveebedrijf Noordman

Nadere informatie

Het project waarvoor vergunning wordt gevraagd is als volgt te omschrijven: Het in gebruik nemen en verbouwen van een vakantie-appartementsgebouw.

Het project waarvoor vergunning wordt gevraagd is als volgt te omschrijven: Het in gebruik nemen en verbouwen van een vakantie-appartementsgebouw. OMGEVINGSVERGUNNING 20110088 Aanvraag Mevrouw L.M.T. Otten heeft op 29 juni 2011 een aanvraag omgevingsvergunning ingediend voor het verzoek tot in gebruik name van een vakantie-appartementsgebouw op het

Nadere informatie

* *

* * omgevingsvergunning bouwen van een woning, afwijken van het bestemmingsplan en aanleggen van een inrit bouwen van een woning, afwijken van het bestemmingsplan en aanleggen van een inrit Beschikking ZD18.010597

Nadere informatie

in in ii mi ii mm ii ii

in in ii mi ii mm ii ii Hartveroverende Heerlyckheit in in ii mi ii mm ii ii 16int00435 Zaaknummer: gemeente Hilvarenbeek mm. VERZONDEN 2 2FEB 2Bl B OMGEVINGSVERGUNNING 20140122 Besluit Burgemeester en wethouders van Hilvarenbeek,

Nadere informatie

Procedure De besluitvormingsprocedure is uitgevoerd overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.10 Wabo. De volgende activiteiten zijn beoordeeld aan:

Procedure De besluitvormingsprocedure is uitgevoerd overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.10 Wabo. De volgende activiteiten zijn beoordeeld aan: gemeente Hardinxveld-Giessendam (Ontwerpbesluit)OMGEVINGSVERGUNNING GemHG/UIT/48734 Zaaknummer: O 2018-124 Gezien het verzoek ingekomen op 9 oktober 2018 van Stichting Waardeburgh Vastgoed, Bonkelaarplein

Nadere informatie

Ontwerp Omgevingsvergunning

Ontwerp Omgevingsvergunning *18-2246023* *18-2246023* Ontwerp Omgevingsvergunning Kenmerk : WABO-2017-0517 Aanvraagnummer (OLO) : 3127455 Aanvrager : Maatschap Vestjens-Van Enckevort Onderwerp : oprichten van een rijhal met ontvangst-

Nadere informatie

tômgevingsd/msŕ jc Midden- ca Wts-t-Brabaat

tômgevingsd/msŕ jc Midden- ca Wts-t-Brabaat tômgevingsd/msŕ jc Midden- ca Wts-t-Brabaat Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant c2ļ2223073472392 Van Gansewinkel Milieutechniek BV, Middenweg 15 te Moerdijk. t9mgevingsdí'm.sŕÿ Midden-

Nadere informatie

BESCHIKKING WET MILIEUBEHEER

BESCHIKKING WET MILIEUBEHEER BESCHIKKING WET MILIEUBEHEER ONDERWERP Op 30 november 1993 is voor L.W.M. de Bruijn, Jac. Thijssenstraat 24 te Nederasselt, een oprichtingsvergunning verleend voor een machinale houtbewerkingsinrichting

Nadere informatie

Checklist Gebruik en Opslag gevaarlijke stoffen Houtbewerking, bouwnijverheid en installatietechniek

Checklist Gebruik en Opslag gevaarlijke stoffen Houtbewerking, bouwnijverheid en installatietechniek Naam bedrijf Contactpersoon Adres vestiging Postcode + plaats Telefoonnummer Postadres Naam inspecteur Datum controle Activiteitenbesluit Type A Type B Type C Postcode + plaats Telefoonnummer nio = niet

Nadere informatie

Omgevingsvergunning. De omgevingsvergunning wordt verleend onder de bepaling dat de hieronder genoemde stukken deel uitmaken van de vergunning:

Omgevingsvergunning. De omgevingsvergunning wordt verleend onder de bepaling dat de hieronder genoemde stukken deel uitmaken van de vergunning: inn i in MI ii mm ii ii OOG O O Omgevingsvergunning Burgemeester en wethouders hebben op 29 juli 2013 een aanvraag om een omgevingsvergunning ontvangen voor het bouwen van een woning met bijgebouw. De

Nadere informatie

Pluimveehouderij Bouma

Pluimveehouderij Bouma Voorschriften die behoren bij de beschikking d.d. 3 januari 2011 betreffende de revisievergunning ingevolge de Wet milieubeheer voor Pluimveehouderij Bouma, De Trije Roeden 4, Boelenslaan VOORSCHRIFTEN

Nadere informatie

[ONTWERP] Omgevingsvergunning UV 31844

[ONTWERP] Omgevingsvergunning UV 31844 Haaren Helvotrt Esch Biezenmorrel gemeente Haaren [ONTWERP] Omgevingsvergunning UV 31844 Burgemeester en Wethouders hebben op 13 juli 2016 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het vestigen

Nadere informatie

1. VERGUNDE SITUATIE 2. AMBTSHALVE WIJZIGING

1. VERGUNDE SITUATIE 2. AMBTSHALVE WIJZIGING ONTWERPBESLUIT Assen, @ Ons kenmerk @ Behandeld door de heer W. Ratering (0592) 36 58 24 Onderwerp: Ontwerpbesluit ingevolge de Wet milieubeheer (Wm) voor op- en overslagstation gemeente Assen ONTWERPBESLUIT

Nadere informatie

OMGEVINGSVERGUNNING Datum: 11 november 2014

OMGEVINGSVERGUNNING Datum: 11 november 2014 OMGEVINGSVERGUNNING Datum: 11 november 2014 Burgemeester en wethouders hebben op 14 januari 2013 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het legaliseren van appartementen. De aanvraag

Nadere informatie

(ONTWERP) OMGEVINGSVERGUNNING

(ONTWERP) OMGEVINGSVERGUNNING (ONTWERP) OMGEVINGSVERGUNNING Burgemeester en wethouders van Moerdijk hebben op 19 december 2013 een aanvraag om een omgevingsvergunning als bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo)

Nadere informatie

Omgevingsvergunning UV/

Omgevingsvergunning UV/ Aanvraag Burgemeester en wethouders hebben op 10 maart 2011 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen van C.A. van Zon, Barrierweg 62 a te Liempde voor het gedeeltelijk verbouwen van het bijgebouw

Nadere informatie

B E S C H I K K I N G Omgevingsvergunning Uitgebreide procedure Omgevingsvergunning wijzigen

B E S C H I K K I N G Omgevingsvergunning Uitgebreide procedure Omgevingsvergunning wijzigen B E S C H I K K I N G Omgevingsvergunning Uitgebreide procedure Omgevingsvergunning wijzigen Onderwerp Wij hebben op 8 februari 2016 een verzoek ontvangen van Van den Berg en van Trigt B.V., handelend

Nadere informatie

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant op de op 10 mei 2006 bij hen ingekomen aanvraag van Van Gansewinkel Nederland BV aan Spaarpot 6 te Geldrop om een vergunning krachtens artikel 8.1

Nadere informatie

* * * *

* * * * *17-0063583* *17-0063583* Ontwerp Omgevingsvergunning Kenmerk : WABO-2017-0113 Aanvraagnummer (OLO) : 2816284 Aanvrager : Boerderij Wienes Onderwerp : nieuwbouw zorgboerderij bij Zorgboerderij Wienes Locatie

Nadere informatie

ONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING

ONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING ONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING verleend aan: Salt voor: solid soda dosering activiteiten: milieuneutraal veranderen (fase 1) locatie: Oosterhorn 4, Farmsum kenmerk bevoegd gezag: GR-VERG-2018-000460 kenmerk

Nadere informatie

*15.183695* 15.183695

*15.183695* 15.183695 omgevingsvergunning veranderen (intern) van een zorgcentrum en het brandveilig gebruiken van een zorgcentrum (intern) veranderen van een zorgcentrum en het brandveilig gebruiken van een zorgcentrum Beschikking

Nadere informatie

* * omgevingsvergunningomgevingsvergunning

* * omgevingsvergunningomgevingsvergunning Zaaknummer: 185120 Behoort bij besluit van het college van burgemeester en wethouders van Uden van, 09 01 2015 wnd. hoofd afdeling Bouwen en Milieu. *14.040380*14.040380omgevingsvergunningomgevingsvergunning

Nadere informatie

Burgemeester en wethouders van de gemeente Stadskanaal.

Burgemeester en wethouders van de gemeente Stadskanaal. Burgemeester en wethouders van de gemeente Stadskanaal. Aanvraag: Op 11 oktober 2011 is bij de gemeente Stadskanaal een aanvraag een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het het bouwen

Nadere informatie

Omgevingsvergunning. Zaaknummer: O

Omgevingsvergunning. Zaaknummer: O Omgevingsvergunning Zaaknummer: O-17-0229 Burgemeester en wethouders hebben op 24 mei 2017 een aanvraag om een omgevingsvergunning als bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) ontvangen

Nadere informatie

ODMH Omgevingsdienst Midden-Holland

ODMH Omgevingsdienst Midden-Holland WET ALGEMENE BEPALINGEN OMGEVINGSRECHT BESCHIKKING MILIEUASPECT INRICHTINGEN (artikel 3.10 lid 3 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht) Datum Nummer aanvraag Gegevens aanvrager Naam aanvrager Postbus

Nadere informatie

Checklist voor Opslaan van gevaarlijke stoffen in verpakking niet zijnde vuurwerk, nitraathoudende kunstmeststoffen en andere ontplofbare stoffen

Checklist voor Opslaan van gevaarlijke stoffen in verpakking niet zijnde vuurwerk, nitraathoudende kunstmeststoffen en andere ontplofbare stoffen Nr. 4.1.1 Checklist voor Opslaan van gevaarlijke stoffen in verpakking niet zijnde vuurwerk, nitraathoudende kunstmeststoffen en andere ontplofbare stoffen Vindplaats Activiteitenbesluit: 4.1.1, artikel

Nadere informatie

OMGEVINGSVERGUNNING WABO. verleend aan. Talen Recycling. t.b.v. het. bouwen van een bedriffspand. locatie. Wagenmaker 8, 9502 ES Stadskanaal

OMGEVINGSVERGUNNING WABO. verleend aan. Talen Recycling. t.b.v. het. bouwen van een bedriffspand. locatie. Wagenmaker 8, 9502 ES Stadskanaal OMGEVINGSVERGUNNING WABO verleend aan Talen Recycling t.b.v. het bouwen van een bedriffspand locatie Wagenmaker 8, 9502 ES Stadskanaal Groningen, 16 juni 2011 Zaaknummer: 227 Procedure nr. 12549 Inhoudsopgave

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INGEVOLGE DE WM VOOR H. SMIT V.O.F. SCHROOT- EN METAALHANDEL TE BORGER

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INGEVOLGE DE WM VOOR H. SMIT V.O.F. SCHROOT- EN METAALHANDEL TE BORGER ONTWERP Assen, @ Ons kenmerk @ Behandeld door mevrouw S. Stoetman (0592) 36 58 78 Onderwerp: Ontwerpbesluit ingevolge de Wet milieubeheer (Wm) voor H. Smit v.o.f. Schroot- en Metaalhandel te Borger ONTWERPBESLUIT

Nadere informatie

Beknopt overzicht maatregelen bij AIM sessie Aw4k7idfksg

Beknopt overzicht maatregelen bij AIM sessie Aw4k7idfksg Beknopt overzicht maatregelen bij AIM sessie Aw4k7idfksg Dit pdf bestand kunt u gebruiken als checklist bij de controle of een maatregel is uitgevoerd. In dit bestand staan per relevante activiteit uit

Nadere informatie

Overige bijgevoegde documenten Onlosmakelijk onderdeel van deze vergunning zijn de bijgevoegde en als zodanig gewaarmerkte stukken.

Overige bijgevoegde documenten Onlosmakelijk onderdeel van deze vergunning zijn de bijgevoegde en als zodanig gewaarmerkte stukken. omgevingsvergunning realiseren van een zonnepark en handelen in strijd met regels ruimtelijke ordening realiseren van een zonnepark en handelen in strijd met regels ruimtelijke ordening Beschikking 261760

Nadere informatie

Workshop bodem. Barimfinale 12 juni 2008 door Mark Diependaal. Mlieudienst IJmond. Programma

Workshop bodem. Barimfinale 12 juni 2008 door Mark Diependaal. Mlieudienst IJmond. Programma Workshop bodem Barimfinale 12 juni 2008 door Mark Diependaal Mlieudienst IJmond 1 Programma Korte herhaling Bodemonderzoek, hoe en wat Uitwerking NRB in Activiteitenbesluit Normdocumenten en Kwalibo Casus

Nadere informatie

Ontwerpbesluit Omgevingsvergunning UV/

Ontwerpbesluit Omgevingsvergunning UV/ Aanvraag Burgemeester en wethouders hebben op 01 juni 2018 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen van Hurks bouw Eindhoven, Postbus 671 te Eindhoven voor het realiseren van 34 appartementen.

Nadere informatie

:-: Omgevingsvergunning. Besluit van Gedeputeerde Staten 1) van Limburg. milieuneutraal. Rockwool B.V. te Roermond

:-: Omgevingsvergunning. Besluit van Gedeputeerde Staten 1) van Limburg. milieuneutraal. Rockwool B.V. te Roermond :-: Besluit van Gedeputeerde Staten 1) van Limburg Omgevingsvergunning milieuneutraal Rockwool B.V. te Roermond Besluit 2011-0021 d.d. 21 april 2011 Verzonden: 26APR m 1. OMGEVINGSVERGUNNING BESLUIT (milieuneutraal)

Nadere informatie

Dorpsstraat 7 5113 TE, Ulicoten

Dorpsstraat 7 5113 TE, Ulicoten VOORSCHRIFTEN behorende bij een omgevingsvergunning op basis van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht voor het oprichten en in werking hebben van een inrichting aan het adres Hondseindsebaan 2 in

Nadere informatie

Gemeente Bergen Datum besluit Datum verzending: Nummer

Gemeente Bergen Datum besluit Datum verzending: Nummer Omgevingsvergunning (artikel 2.1, 2.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht) Gemeente Bergen Datum besluit Datum verzending: Nummer 2011.00165 Gezien het verzoek ingediend door: De heer E.F. Schneider

Nadere informatie

* * * *

* * * * *18-0011304* *18-0011304* Omgevingsvergunning Kenmerk : WABO-2017-0118 Aanvraagnummer (OLO) : 2818780 Aanvrager : R.A.G. van Gool Onderwerp : tijdelijk - persoonsgebonden- gedoogbeschikking ten behoeve

Nadere informatie

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Directie Ecologie Ons kenmerk C2039301/2811531 op de op 8 juli 2011 bij hen ingekomen aanvraag van Caldic Chemie Produktie BV, om vergunning krachtens

Nadere informatie

1 ALGEMEEN Algemeen BODEMBESCHERMING Voorzieningen en beheermaatregelen Nulsituatiebodemonderzoek 17

1 ALGEMEEN Algemeen BODEMBESCHERMING Voorzieningen en beheermaatregelen Nulsituatiebodemonderzoek 17 INHOUDSOPGAVE 1 ALGEMEEN 17 1.1 Algemeen 17 2 BODEMBESCHERMING 17 2.1 Voorzieningen en beheermaatregelen 17 2.2 Nulsituatiebodemonderzoek 17 3 AFVALSTOFFEN 18 3.1 Toegestane activiteiten 18 4 GELUID 18

Nadere informatie

Besluit omgevingsvergunning (uitgebreide procedure)

Besluit omgevingsvergunning (uitgebreide procedure) Besluit omgevingsvergunning (uitgebreide procedure) Datum omgevingsvergunning: Kernmerk: Dossiernummer (OLO): 2114755 Op 19 december 2015 hebben wij een verzoek ontvangen van Stichting Werk-Leerboerderij

Nadere informatie

ONTWERP Omgevingsvergunning UV 23675

ONTWERP Omgevingsvergunning UV 23675 ONTWERP Omgevingsvergunning UV 23675 Burgemeester en Wethouders hebben op 24 april 2015 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het realiseren van een erfafscheiding/toegangspoort. De

Nadere informatie

Ontwerp besluit UV

Ontwerp besluit UV Ontwerp besluit UV 20160070 Aanvraag en verzoek Op 3 mei 2016 is voor het adres Aan 't Ven 6 te Nederweert ingekomen: 1. Een omgevingsvergunning aanvraag voor het veranderen van een pluimveehouderij (OBM)

Nadere informatie

Omgevingsvergunning uitgebreide procedure 8241

Omgevingsvergunning uitgebreide procedure 8241 Omgevingsvergunning uitgebreide procedure 8241 Burgemeester en wethouders hebben op 19 juni 2016 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het project woonhuis Wiekarthof 1 Cothen. De aanvraag

Nadere informatie

Omgevingsvergunning. 2. aan deze vergunning voorschriften te verbinden.

Omgevingsvergunning. 2. aan deze vergunning voorschriften te verbinden. bladaanduiding : 1/9 Omgevingsvergunning Inleiding Burgemeester en Wethouders hebben op 30 september 2016 een aanvraag om omgevingsvergunning fase 2 ontvangen van Biomineralen B.V., vertegenwoordigd door

Nadere informatie

Lelystad * Beschikking d.d. 10 mei 2012 Omgevingsvergunning L gemeente. Lisdoddeweg 36 oprichten van een aardappelopslag

Lelystad * Beschikking d.d. 10 mei 2012 Omgevingsvergunning L gemeente. Lisdoddeweg 36 oprichten van een aardappelopslag gemeente Lelystad * Beschikking d.d. 10 mei 2012 Omgevingsvergunning L20110290 Lisdoddeweg 36 oprichten van een aardappelopslag Gemeente Lelystad Stadhuisplein 2 Postbus 91 8200 AB Lelystad U 0320 www.lelystad.nl

Nadere informatie

OMGEVINGSVERGUNNING. intrekking terreindeel Salt. gedeeltelijke intrekking omgevingsvergunning. Oosterhorn 4 te Farmsum

OMGEVINGSVERGUNNING. intrekking terreindeel Salt. gedeeltelijke intrekking omgevingsvergunning. Oosterhorn 4 te Farmsum OMGEVINGSVERGUNNING verleend aan AkzoNobelChemicals BV voor: intrekking terreindeel Salt activiteiten locatie: kenmerk bevoegd gezag: gedeeltelijke intrekking omgevingsvergunning Oosterhorn 4 te Farmsum

Nadere informatie

* *

* * *15.077900* 15.077900 omgevingsvergunning bouwen van 9 woningen bouwen van 9 woningen Beschikking 229461 OMGEVINGSVERGUNNING nr. 229461 Uitgebreide procedure Het College van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

Besluit omgevingsvergunning (uitgebreide procedure)

Besluit omgevingsvergunning (uitgebreide procedure) Besluit omgevingsvergunning (uitgebreide procedure) Datum omgevingsvergunning: 7 september 2016, kadastraal bekend als gemeente Borsele, sectie AL nr. 660,, kadastraal bekend als gemeente Borsele, sectie

Nadere informatie

* *

* * omgevingsvergunning bouwen van een woning, afwijken van het bestemmingsplan en aanleggen van een inrit bouwen van een woning, afwijken van het bestemmingsplan en aanleggen van een inrit Beschikking ZD18.004277

Nadere informatie

Ontwerpbesluit omgevingsvergunning ingevolge artikel 2.30 en 2.31 Wabo:

Ontwerpbesluit omgevingsvergunning ingevolge artikel 2.30 en 2.31 Wabo: Ontwerpbesluit omgevingsvergunning ingevolge artikel 2.30 en 2.31 Wabo: Ambtshalve aanpassing omgevingsvergunning Zaaknummer: 1178985 De Nederlandsche Bank N.V. Het dagelijkse bestuur van de Nederlandsche

Nadere informatie

V O O R S C H R I F T E N A C T I V I T E I T M I L I E U

V O O R S C H R I F T E N A C T I V I T E I T M I L I E U BIJLAGE 1. VOORSCHRIFTEN Voorschriften behorende bij het besluit van Burgemeester en Wethouders van Weert d.d. xx-xx-2014 m.b.t. zeugenhouderij, St. Sebastiaanskapelstraat 9a, 6003 NS te Weert Activiteitenbesluit:

Nadere informatie

DEFINITIEVE BESCHIKKING WET ALGEMENE BEPALINGEN OMGEVINGSRECHT CONSIDERANS

DEFINITIEVE BESCHIKKING WET ALGEMENE BEPALINGEN OMGEVINGSRECHT CONSIDERANS DEFINITIEVE BESCHIKKING WET ALGEMENE BEPALINGEN OMGEVINGSRECHT CONSIDERANS Aanvraag Datum aanvraag Datum ontwerp beschikking Datum definitieve beschikking Olo nummer Dossier nummer BAG nummer 03 maart

Nadere informatie

ONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING

ONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING VOORBLAD Besluit Burgemeester en wethouders hebben op 27 oktober 2014 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het bouwen van een opslagruimte. De aanvraag gaat over Veluwstraat 36 in Ewijk

Nadere informatie

* *

* * omgevingsvergunning bouwen van een woning en afwijken van het bestemmingsplan bouwen van een woning en afwijken van het bestemmingsplan Beschikking *18.114334* 18.114334 ONTWERP-OMGEVINGSVERGUNNING nr.

Nadere informatie

* *

* * omgevingsvergunning handelen in strijd met regels ruimtelijke ordening voor het vestigen van een bouwbedrijf, bouwen van een kantoor, werkplaats en opslagruimte handelen in strijd met regels ruimtelijke

Nadere informatie

Bijlage 3b Aanwijzing van categorieën van gevallen, beperkingen en

Bijlage 3b Aanwijzing van categorieën van gevallen, beperkingen en Bijlage 3b Aanwijzing van categorieën van gevallen, beperkingen en voorschriften, afwijkingen en nadere eisen Nr. Activiteiten in waterwingebieden en grondwaterbeschermingsgebieden 1. zorgplicht 1. dat

Nadere informatie

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Zeeland

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Zeeland Beschikking van Gedeputeerde Staten van Zeeland Aan: Indaver Compost B.V. Polenweg 1 4455 SX, Nieuwdorp Kenmerk: W-AOV140468/ 00082615 Afdeling: Vergunningverlening Datum: 12 januari 2015 Onderwerp: Omgevingsvergunning

Nadere informatie

Ontwerpbesluit omgevingsvergunning voor de activiteiten planologische afwijking van het bestemmingsplan en bouwen

Ontwerpbesluit omgevingsvergunning voor de activiteiten planologische afwijking van het bestemmingsplan en bouwen Ontwerpbesluit omgevingsvergunning voor de activiteiten planologische afwijking van het bestemmingsplan en bouwen Burgemeester en wethouders hebben op 30 mei 2012 van Grinie B.V., Broek 1C, 5446 PS Wanroij

Nadere informatie

Gelet op hoofdstuk 3 van het Besluit omgevingsrecht (Bor) zijn wij bevoegd om op deze aanvraag te beslissen.

Gelet op hoofdstuk 3 van het Besluit omgevingsrecht (Bor) zijn wij bevoegd om op deze aanvraag te beslissen. beschikking Omgevingsvergunning Documentnummer: 921860 Aanvraag Op 20 februari 2013 hebben wij, burgemeester en wethouders van de gemeente Alblasserdam, een aanvraag omgevingsvergunning als bedoeld in

Nadere informatie

ONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING LET OP! Dit is nog geen omgevingsvergunning. Hiermee kunt u nog niet starten met de werkzaamheden.

ONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING LET OP! Dit is nog geen omgevingsvergunning. Hiermee kunt u nog niet starten met de werkzaamheden. VOORBLAD Besluit Burgemeester en wethouders hebben op 12 september een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het plaatsen van een. De aanvraag gaat over nabij Van Heemstraweg 2 te Weurt

Nadere informatie

*15.173770* 15.173770

*15.173770* 15.173770 omgevingsvergunning brandveilig gebruik van het zorgcentrum brandveilig gebruik van het zorgcentrum Beschikking 243812 *15.173770* 15.173770 ONTWERP-OMGEVINGSVERGUNNING nr. 243812 Uitgebreide procedure

Nadere informatie

Maatschap Van Hooijdonk Weg naar Wouw 38 Huijbergen

Maatschap Van Hooijdonk Weg naar Wouw 38 Huijbergen Maatschap Van Hooijdonk Kadastraal gemeente, sectie D nummer 169. VOORSCHRIFTEN behorende bij nieuwe, de gehele inrichting omvattende vergunning ingevolge de WET MILIEUBEHEER INHOUDSOPGAVE 1 ALGEMEEN...

Nadere informatie

Naleven van de regels, de normaalste zaak van de wereld

Naleven van de regels, de normaalste zaak van de wereld Naleven van de regels, de normaalste zaak van de wereld In deze factsheet leest u over een aantal milieu- en veiligheidsvoorschriften waar u als ondernemer mee te maken heeft. U ziet voorbeelden hoe u

Nadere informatie

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht Ontwerpbeschikking Omgevingsvergunning Aanvrager : Van Gansewinkel Nederland B.V. Aangevraagde activiteiten : Ambtshalve wijziging in verband met IPPC toets Locatie

Nadere informatie

Beschikking Wet milieubeheer

Beschikking Wet milieubeheer Beschikking Wet milieubeheer Besluit van burgemeester en wethouders van Woensdrecht. Datum beschikking: 16-12-2008 Onderwerp aanvraag Op 3 juli 2008 is een aanvraag om vergunning ingevolge de Wet milieubeheer

Nadere informatie

Afdeling 4.1. Op- en overslaan van gevaarlijke en andere stoffen en gassen en het vullen van gasflessen

Afdeling 4.1. Op- en overslaan van gevaarlijke en andere stoffen en gassen en het vullen van gasflessen Bron: www.overheid.nl (Tekst geldend op: 25-02-2014) Activiteitenbesluit milieubeheer Afdeling 4.1. Op- en overslaan van gevaarlijke en andere stoffen en gassen en het vullen van gasflessen 4.1.1. Opslaan

Nadere informatie