Mestvergisting Maatschap Hartlief-Lammers te Donderen. Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Mestvergisting Maatschap Hartlief-Lammers te Donderen. Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem"

Transcriptie

1 Mestvergisting Maatschap Hartlief-Lammers te Donderen Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem

2 Inhoudelijke eindrapportage Smt-regeling Programma: Reductie Overige Broeikasgassen (ROB) Projecttitel Realisatie van een biomassa netwerkvergistinginstallatie voor elektriciteitsproductie middels WKK op biogas SenterNovem-projectnummer Verslagperiode t/m Naam aanvrager Mts Hartlief-Lammers Contactpersoon Dhr. M. van Seventer, SenterNovem-contactpersoon Mevr. I.J. Smit Aan dit project is in het kader van het Besluit milieusubsidies, Subsidieregeling milieugerichte technologie een subsidie verleend uit het programma Reductie Overige Broeikasgassen dat gefinancierd wordt door het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke ordening en Milieubeheer. Senter Novem beheert deze regeling. Trefwoorden: Duurzame energie, vergister, mestvergisting, drijfmest, digestaat, methaanreductie Sustainable energy, fermentor, Co fermentation, manure, fermented manure, methane reduction

3 Verkorte samenvatting Dit rapport beschrijft de bouw, opstart en de eerste vier maanden productie van de mestvergistingsinstallatie van Mts Hartlief te Donderen. Het projectidee is ontstaan rond december De vergunningsprocedure is ondank een art 19.1 procedure welke nodig was voor verruiming van het bouwblok, snel verlopen. De totale proceduretijd was 6 maanden. Op 15 september 2005 is de leverancier Host Oosterhof Holman begonnen met de bouw. De bouw is volgens planning in 5 maanden afgerond. De milieuresultaten van dit project zijn op te delen in een directe reductie van broeikasgassen t.g.v. een verkorte duur van de mestopslag en een indirect reductie als gevolg van de duurzaam geproduceerde energie. De resultaten van deze milieubesparing worden steeds weergegeven in een CO 2 emissie reductiefactor, uitgedrukt in ton CO 2 emissiereductie per jaar. De resultaten van 2006 worden ingeschat op basis van de vier maanden monitoring. De directe reductie zal in 2006 uitkomen rond kg CO 2 -equivalent Verwacht wordt dat de directe reductie in de toekomst zal toenemen tot ca kg CO 2 -equivalent. De indirecte reductie komt volgens verwachting uit op kg CO 2 en ligt daarbij 1,9% hoger dan vooraf ingeschat, veroorzaakt door een hogere stroomproductie. De totale CO 2 reductie komt in 2006 waarschijnlijk uit op 3981 ton CO 2 -equivalent reductie en ligt daarbij ca 1% hoger dan vooraf ingeschat De bruto investeringskosten bedragen voor dit project ca 2,9 miljoen euro. Gerekend met een belastingsvoordeel wat mogelijk is door de Energie investeringsaftrek (EIA) bedraagt de netto investering ca 2,5 miljoen euro. De jaarlijkse besparing berekend door alle kosten af te trekken van de gezamenlijke opbrengsten, bedraagt ca euro. Gerekend met investeringskosten en jaarlijkse besparing is een terugverdientijd van 8,2 jaar te berekenen. Bij aftrek van deze subsidie neemt de terugverdientijd af naar 7,0 jaar. Uitgaande van 94% benutte draaiuren (wat hier haalbaar lijkt te zijn) kan de terugverdientijd afnemen naar 6,7 jaar. In de toekomst kan de terugverdientijd verder afnemen door o.a. : uitbreiding van de motorcapaciteit, en bij toevoeging van optimalere hoogwaardige coproducten, afhankelijk van de ontwikkeling van de positieve lijst. Qua bedrijfsvoering zijn er vooral administratief vrij veel extra zaken bij te houden zoals bijvoorbeeld: verplichtingen vanuit de mestwetgeving, regelen van financieringen, bijhouden van het milieulogboek, aankoop materiaal, overleg met leveranciers, etc. Daarnaast moet er voor het opzetten van de juiste bedrijfsvoering extra aandacht worden besteed. Het voeren van de vergister is qua tijd flexibel, dit kan dus afgestemd worden met het voeren van het melkvee en het melken. Door de grote hoeveelheid is het soms wel nodig twee keer per dag te voeren. Enkele aandachtspunten betreffen de nationale regelgeving. Zo wordt de positieve lijst voor coproducten te langzaam uitgebreid. Daarnaast bied de mestwetgeving onvoldoende plaatsingsruimte voor digestaat (zie voor deze twee punten paragraaf 5.4.2). De moeizame afhandeling van de MEP subsidiëring is, ondanks extra aandacht voor dit onderwerp een tegenvaller gebleken. Er zijn veel partijen bij betrokken, zoals CertiQ, EnerQ, het netwerkbedrijf en het meetbedrijf. Hierdoor zijn, ondanks de start in februari, pas in juli 2006 de eerste MEP gelden uitbetaald.

4 Inhoudsopgave Verkorte samenvatting...3 Inhoudsopgave Inleiding Aanleiding Doelstelling Samenwerking met partners en derden Indeling van het rapport Technische beschrijving Algemene Beschrijving vergistingproces Beschrijving principe netwerkvergister Opzet van het project Algemene beschrijving Maatschap Hartlief Beginfase (voor looptijd project) Bouw van de vergister Resultaten van het project Milieuresultaten Directe reductie van methaan Indirecte reductie Totale reductie project Overige milieuresultaten Procesvoering Economische resultaten Investeringen Overzicht kosten en opbrengsten Terugverdientijd Toepasbaarheid Binnen het bedrijf Binnen de branche Buiten de branche Ervaringen tijdens bouw en opstart Bouw Ervaringen netwerkvergister Gevolgen voor de bedrijfsvoering Regelgeving Gemeentelijke regelgeving Nationale regelgeving Elektriciteitsaansluiting en bemetering MEP Toekomstige ontwikkelingen...19 Uitgebreide samenvatting...20 Bijlage 1: monitoring mestvergisting...22 A. Methaanemissiereductie t.g.v. kortere opslag...22 B. Energieproductie uit biomassa (indirecte broeikasgasreductie)...25 Bijlage 2: Verslag open dag...27 Bijlage 3: verloop geproduceerde elektriciteit per dag...29

5 1 Inleiding 1.1 Aanleiding Op het melkveebedrijf van maatschap Hartlief-Lammers worden momenteel 300 koeien gemolken. Het bedrijf heeft plannen om door te groeien naar een grootte van bijna 700 koeien. In de mest van de koeien zit veel energie, in de vorm van onverteerde organische stof. Wanneer de mest op een normale manier opgeslagen wordt, is sprake van methaanemissie. Methaan staat bekend als een sterk broeikasgas. Een ton methaanuitstoot staat gelijk aan 21 ton CO2 equivalenten. Wanneer mest onder anaerobe omstandigheden bij een temperatuur tussen de 30 en 50 graden Celsius bewaard wordt, zijn de omstandigheden ideaal voor bacteriën om de organische stof in de mest om te zetten in biogas. Dit biogas kan gebruikt worden om een warmtekrachtkoppeling op te laten draaien, welke stroom en warmte produceert. Op deze manier kan dus de energie uit de mest omgezet worden in duurzame energie. Om de installatie efficiënter te laten draaien, wordt naast mest gebruik gemaakt van co-producten zoals maïs, gras en andere producten. De vergiste mest, het digestaat, is een hoogwaardige meststof, welke een besparing kan leveren aan het gebruik van (milieuonvriendelijk geproduceerde) kunstmest. De aanleiding voor het project is om de energierijke mest te benutten om duurzame energie te produceren en een hoogwaardige meststof te krijgen. Er wordt op deze manier aan verschillende kanten voordeel gehaald. De methaanemissie wordt teruggedrongen en er wordt bespaard op fossiele brandstoffen, enerzijds door productie van energie en warmte, anderzijds door besparing op kunstmest. 1.2 Doelstelling Hoofddoelstelling is het bouwen en in gebruik nemen van een vergistingsinstallatie om de mest van het bedrijf optimaal te benutten. Daarnaast wordt door het demonstreren van deze vergister ook de techniek bij collega boeren en het grotere publiek onder de aandacht gebracht. 1.3 Samenwerking met partners en derden Maatschap Hartlief - Lammers heeft binnen dit project geen partners. Wel is er samenwerking met de volgende bedrijven: Oosterhof Holman (levering van de installatie), Essent (levering en huur van aansluiting op het elektriciteitsnet), (begeleiding gedurende het hele traject) en Amstellease (financiering van de installatie). 1.4 Indeling van het rapport Hieronder wordt beschreven hoe dit rapport is ingedeeld. Allereerst wordt in hoofdstuk twee ingegaan op de technische specificaties van de installatie. In hoofdstuk drie wordt een beschrijving gegeven van de planning, opzet en uitvoering van het project. Het belangrijkste resultaat van dit project, de realisatie van een vergistinginstallatie en het draaiend krijgen van deze installatie, wordt uitgebreid omschreven in het vierde hoofdstuk. Tevens wordt hier omschreven in welke mate de installatie bijdraagt aan het terugdringen van de uitstoot van broeikasgassen. Innovatief in duurzame projecten 5

6 2 Technische beschrijving 2.1 Algemene Beschrijving vergistingproces De vergistinginstallatie bestaat uit twee verwarmde vergisters voor de productie van biogas. In de vergisters worden bij een temperatuur van graden Celsius de procescondities bereikt waar onder anaerobe omstandigheden bacteriën organische stof kunnen omzetten in methaangas en CO 2. De drijfmest wordt vanuit de stallen zo snel mogelijk in de vergisters gebracht, om een zo hoog mogelijke gasopbrengst te garanderen en een zo laag mogelijke emissie van methaangas. De maïs, bietenpuntjes en eventuele overige vaste coproducten worden middels één vaste stof toevoersysteem direct in de vergisters ingebracht. De inhoud van de vergisters wordt met een paddelgigant geroerd om de inhoud te homogeniseren en drijflaagvorming te voorkomen. Het ontstane biogas uit de vergisters wordt opgevangen onder een membraandak, waar de aanwezige H 2 S in het gas zoveel mogelijk wordt omgezet in zwavel, welke terugvalt in de mest. De mest wordt naar drie navergisters gevoerd, waar de restproductie van gas wordt opgevangen, terwijl de mest afkoelt. Het gas wordt teruggevoerd naar de vergisters. De WKK zet het op druk gebrachte biogas om in elektriciteit en warmte. De elektriciteit wordt aan het net geleverd en deels voor eigen gebruik ingezet. De warmte wordt benut voor de verwarming van de vergisters, woonhuis en warmwatervoorziening in de stallen. Een flowschema van dit proces is in onderstaande figuur weergegeven. 2.2 Beschrijving principe netwerkvergister Specifiek aan de installatie van Hartlief Lammers is dat vergister en navergister zowel in serie als parallel met elkaar verbonden zijn, een zogenoemde netwerkvergister. De vergisterinhoud kan dus direct doorstromen van vergister 1 na één van de navergisters (parallel). Ook kan de vergisterinhoud van vergister 1 doorstromen naar vergister 2 en vervolgens na navergister 1, 2 en 3 (serie). Bij het in serie vergisten kan de verblijftijd van de ingevoerde stoffen in de vergister worden vergroot. Hierdoor worden deze co-substraten vollediger omgezet. Dit is met name van belang bij co-substraten die een lange omzettingsduur hebben, zoals maïs. Voor snel afbreekbare co-substraten is dit minder van belang. Een probleem wat zich voordoet bij het in serie vergisten is dat de capaciteit van de installatie afneemt (ten opzichte van parallelle vergisting). Aangezien het een volledig geroerde vergister betreft, is het droge stofgehalte in de vergister van belang. Deze mag niet te hoog worden. Hierdoor wordt de invoer in vergister 1 beperkt. Na vergister 1 is het droge stofpercentage gedaald, aangezien er materiaal is omgezet in biogas. Het droge stofpercentage in vergister 2 is daardoor veel lager. Daarnaast wordt ca 80-90% van het materiaal toch in vergister 1 al omgezet, zodat de gasproductie van vergister 2 lager is. Doordat er nog droge stofruimte in de tweede vergister is kan die dan weer worden opgevuld met sneller afbreekbare stromen, waardoor ook de gasproductie in vergister 2 stijgt. Hierdoor kan optimaler gebruik gemaakt worden van zowel snellere als langzamere stromen. Door parallelle vergisting ontstaan eigenlijk twee losse vergisters. De verwerkingscapaciteit van vaste stoffen als maïs is daardoor hoger. De omzetting wordt hierdoor wel wat lager, waardoor in de vergister minder gas uit een ton maïs wordt gehaald dan bij seriële vergisting. Tevens biedt het een mogelijkheid om gescheiden stromen te vergisten. Hierdoor is het Innovatief in duurzame projecten 6

7 bijvoorbeeld mogelijk een derogatie 1 vergister (alleen graasdieren mest) en een niet derogatie (alleen hokdieren mest) vergister te gebruiken. Het eindproduct van de eerste vergister kan dan aan rundveehouders worden geleverd, zonder verlies van derogatie en de rest kan aan akkerbouwers worden geleverd, die geen derogatie hebben. Het voordeel van de netwerkvergister werd in eerste instantie gezien als een flexibiliteitvoordeel. Er kan zowel parallel als in serie worden vergist. Daarnaast kan onderling worden geënt, bij het eventueel stilvallen van het proces in een van de vergisters. De ervaringen van dit systeem worden beschreven in paragraaf 5.2. Mest Biogas Warmte Stallen en woonhuis WKK s Elektriciteit Mest Stallen Vergisters Navergisters Digestaatput Figuur 1 Flowschema vergistingsproces Enkele kengetallen van maatschap Hartlief - Lammers: Rundveedrijfmest m³/jaar Vergisterinhoud 2 x 1360 m³ bruto Opslagcapaciteit mest 3 x 4530 m³ bruto Procestemperatuur 39 ºC Mestverwarming d.m.v. wand en bodemverwarming Gasmotor 2 x 340 kwe Biogasproductie ca m³/jaar kwh productie ca kwh/jaar o.b.v. 90% belasting Zwavelreiniging door toevoeging lucht en door houten dakconstructie 1 Onderdeel van de mestwet die geld voor bedrijven die alleen graasdieren mest aanwenden en waarvan minimaal 70% van het bedrijfsareaal uit grasland bestaat. Voor deze bedrijven geld een verruiming van de gebruiksnorm voor dierlijke mest tot 250 kg N per hectare Innovatief in duurzame projecten 7

8 De installatie bestaat uit de volgende onderdelen: Onderdeel Capaciteit Eenheid Opmerkingen/ materiaal Vergisters 2 x m³ Beton met isolatie en damwandprofiel Navergisters 3 x m³ Beton Biogasopslag 2 x 400 m³ EPDM membraamdak WKK 3 x 340 kwe Vaste stof invoer 60 m³ Trioliet systeem Paddelgigant 1 x 15 kw In vergisters Mixers met aftakas 2 x 15 kw In vergisters Mixers met aftakas 3 x 15 kw In navergisters Ontwateringsunit Besturingskast 2 x Circulatiepomp 2 x warmwaterleidingen Warmtebuffer Inhoud 2 m³ Platen warmtewisselaar 1 gezamenlijke condensput en condensafscheider Scheiding warmte motor/ vergister verwarming Sleufsilo 4536 M 2 Voor opslag coproducten Aansluiting net 1000 kw Inclusief behuizing en aansluiting trafo - WKK Innovatief in duurzame projecten 8

9 3 Opzet van het project 3.1 Algemene beschrijving Maatschap Hartlief Melkveebedrijf Mts Hartlief - Lammers is een toonaangevend modern melkveebedrijf. Het bedrijf wordt gekenmerkt door de vele nieuwe innovaties (3 nieuwe stallen, nieuw melksysteem, vloersysteem etc). Het bedrijf heeft momenteel 300 melkkoeien maar groeit door (inmiddels vergund) naar 692 melkkoeien. Naast het melkveebedrijf heeft de maatschap ook een bedrijfstak als loonbedrijf. Hierdoor beschikt de maatschap over de mogelijkheden om zelf maïs te telen en digestaat uit te rijden. Voor de afzet van digestaat is gekozen voor uitbreiding van het eigen areaal, zodat er ook flexibeler kan worden gewerkt. De afzet is tot op heden geen probleem gebleken. Het betreft hier ook geen overschotgebied. 3.2 Beginfase (voor looptijd project) Het projectidee is ontstaan rond december Eind december is gestart met het aanvragen van de benodigde vergunningen bij de gemeente Tynaarlo. In maart 2005 zijn op de bouwlocatie een ecologisch en een archeologisch onderzoek uitgevoerd. Na positief resultaat van deze onderzoeken zijn de benodigde vergunningen per juli 2005 verleend. 3.3 Bouw van de vergister Op 15 september is Host Oosterhof Holman begonnen met de civiele werkzaamheden voor het bouwklaar maken van het terrein. Begin oktober is gestart met de bouw van de silo s. In de 2 e week van november is dit traject afgerond en kon gestart worden met het aanleggen van alle leidingen van en naar de vergister. Qua stalaanpassingen zijn er extra mixers geplaatst om de mest ook te kunnen transporteren bij lagere mestniveaus. Halverwege december is gestart met het afwerken van de vergistersilo s zoals het aanbrengen van isolatiemateriaal het bevestigen van het dak etc. Ook het aanbrengen van de losse componenten zoals de WKK s en het drogestof toevoersysteem is gestart halverwege december. Eind januari is de installatie aangesloten op het net door Essent. Vervolgens zijn door Dyzle de meters geplaatst voor de Mep meting en voor levering aan het elektriciteitsnet. De eerste vergister was gereed in de eerste week van februari Het vullen met mest kon toen beginnen, evenals het in bedrijf stellen van de eerste WKK. De voltooiing van de gehele bouw en het in werking stellen van beide vergisters, was rond eind februari gereed. De bouw is hiermee dus volgens planning verlopen (5 maanden). Het gehele project is afgerond op 1 april Het afgeronde project wil zeggen dat er een draaiende vergistinginstallatie op het bedrijf staat, die duurzame energie uit mest en coproducten produceert. De opening van de installatie en de open dag voor kennisoverdracht aan geïnteresseerd publiek hebben plaatsgevonden op 20 en 21 april Deze open dag is zeer goed bezocht, met ca bezoekers. In bijlage 2 is een verslag weergegeven van deze open dag. Innovatief in duurzame projecten 9

10 4 Resultaten van het project 4.1 Milieuresultaten De milieuresultaten zijn op te delen in een directe reductie van broeikasgassen t.g.v. een verkorte duur van de mestopslag en een indirect reductie als gevolg van de duurzaam geproduceerde energie. Voor het bepalen van de emissieresultaten van dit project is de installatie 4 maanden gevolgd volgens de richtlijnen monitoring mestvergistingsinstallaties. De resultaten van deze monitoring zijn weergeven in bijlage 1. In dit hoofdstuk worden de behaalde milieuresultaten volgens de TEWI methode beschreven Directe reductie van methaan De directe emissiereductie van methaan is een gevolg van de verkorte duur van de mestopslag. In de normale bedrijfssituatie ligt de mest jaarrond opgeslagen. Meestal worden de mestkelders twee keer per jaar volledig leeggereden. Gemiddeld ligt de mest dus minimaal 6 maanden opgeslagen. Daarnaast vindt in de normale landbouwpraktijk, tijdens het uitrijden nog emissie plaats. Methaan heeft zoals bekend een 21 x zo sterke broeikaswerking als CO 2. Om aan te geven hoe groot de reductiebesparing is wordt deze uitgedrukt in een CO 2 emissie - reductiefactor. In 2004 was voor rundveedrijfmest door SenterNovem een reductiecijfer voorgesteld van 13,2 kg CO 2 equivalenten per ton mest (aangegeven in het aanvraagformulier van de ROB subsidie 2004). In 2005 is deze bijgesteld naar 34 kg CO 2 equivalenten per ton mest. In tabel 1 wordt de berekende directe reductie weergegeven aan de hand van de nieuwste inschatting van Type mest Capaciteit Emissiereductiefactor kg CO 2 equiv/ton mest Totale reductie kg CO 2 equiv/jaar Melkvee Kalveren Kippen Totaal Tabel 1: berekende directe CO 2 reductie In tabel 2 wordt een nieuwe inschatting gegeven van de directe reductie in 2006 o.b.v. de werkelijke hoeveelheid ingevoerde mest (dit is deels een inschatting, de installatie draait nog geen volledig jaar). Bij deze nieuwe berekening valt op dat er geen kippenmest is ingevoerd. Dit was wel de intentie voor aanvang van het project. Op basis van een negatieve invloed van kippenmest op de stabiliteit van het proces (veroorzaakt door hogere N gehaltes en bij wisseling van verschillende mestpartijen) en de negatieve gevolgen voor de mestwet (grote aanvoer mineralen) is besloten voorlopig geen kippenmest in te voeren. In de toekomst kan afhankelijk van de mestwet wel kippenmest worden toegevoegd. De totale hoeveelheid drijfmest van melkvee is in 2005 nog ton lager dan gepland. De maatschap Hartlief Lammers heeft als doelstelling om door te groeien naar een omvang van 692 melkkoeien. In dat geval kan de geplande ton gemakkelijk worden gehaald. De aangegeven reductie in tabel 2 zal dan verder toenemen zodat het oorspronkelijke reductieniveau kan worden gehaald. Deze uitbreiding is door diverse oorzaken echter vertraagd. Er zijn ontwikkelingen om het melkquotum na 2014 af te schaffen. Gezien de huidige nog hoge aankoopprijzen van melkquotum is investering in melkquotum dus voorlopig onzeker. Daarnaast heeft de lang durende afhandeling van de MEP en het daarbij uitblijven van betalingen een vertragende werking op de financiële mogelijkheden om verder te investeren. In paragraaf 5.6 wordt verder ingegaan op dit punt. Innovatief in duurzame projecten 10

11 Type drijfmest Capaciteit Emissiereductiefactor kg CO 2 equiv/ton mest Totale reductie kg CO2 equiv/jaar Melkvee Jongvee Kippen 0 80 Totaal Tabel 2: nieuwe inschatting directe reductie in Indirecte reductie De indirecte reductie wordt behaald door de duurzaam geproduceerde elektriciteit en warmte uitgedrukt in kg CO 2 equivalenten per jaar. In tabel 3 wordt een overzicht gegeven van de vooraf berekende indirecte reductie van CO 2. Zoals blijkt uit de tabel wordt voor iedere duurzaam geproduceerde kwh een besparing van 0,61 ton CO 2 equivalenten gerekend. Daarnaast wordt voor iedere kwh die bespaard wordt op de huidige verwarmingskosten een besparing van 0,16 ton CO2 equivalenten gerekend. De opgeven productie is gebaseerd op 2 motoren met een vermogen van 340 kwh welke gedurende 7860 draaiuren op vollast produceren. Dit komt neer op een benuttingpercentage van ca 90 % van de totale uren per jaar. De verwachte hoeveelheid in te zetten warmte is gebaseerd op de normale vraag voor het verwarmen van de vergisters en een klein gedeelte voor het verwarmen van het woonhuis en warmwatervoorziening in de stallen. Dit wordt geschat op kwh per jaar. Vermenigvuldigd met de reductiefactoren levert dit een totale verwachte indirecte reductie van ton CO 2 equivalenten per jaar. Netto energieproductie kwh/jaar Indirecte reductie kg CO2 equiv/jaar Verwachte hoeveelheid te produceren elektriciteit * 0.61 = Verwachte hoeveelheid in te zetten warmte afkomstig van de installatie * 0.16 = Totaal Tabel 3: berekende verwachte indirecte reductie De werkelijk geproduceerde hoeveelheid kwh over de periode vanaf 11 februari tot eind mei wordt weergegeven in tabel 4. De elektriciteitsproductie start op 11 februari. Gedurende deze opstartmaand ligt de elektriciteitsproductie in deze maand al op circa 60% van de beoogde productie. In de maand maart wordt al de beoogde productie behaald van twee motoren van 340 kwh. Beide motoren draaien in deze maand al gemiddeld 22 uur per dag op volledige capaciteit. Dit productieniveau wordt ook gehaald in de maanden april en mei. In bijlage 3 is een grafiek weergegeven met het productieverloop per dag. Maand bruto productie (kwh) geleverd aan net (kwh) eigen verbruik (kwh) Benutting Biogas februari * % Maart % April % mei % *vanaf 11 februari Tabel 4: energieproductie vanaf 11 februari tot eind mei in kwh Op basis van de werkelijke productie tot 31 mei, is een nieuwe inschatting gemaakt voor het productieverloop gebaseerd op een bruto productie van ca kwh per maand en een eigen gebruik van vergister en bedrijf van kwh per maand komt de verwachte netto Innovatief in duurzame projecten 11

12 productie uit rond de kwh/jaar. De bruto productie bedraagt dus ca kwh. Als de productie doorzet op dit niveau dan draaien de WKK s dus 94 % van de tijd op maximaal vermogen. Dit is dus minimaal 4 % boven verwachting. Het warmteverbruik van de vergister wordt niet apart gemeten. Hiervoor wordt dus uitgegaan van een schatting van ca 140 kw thermisch vermogen wat de vergister vraagt, berekend op basis van het volume en het temperatuurverschil van de ingevoerde mest en de temperatuur van de vergisterinhoud. Dit resulteert in een verbruik van ca kw thermisch. Het warmte verbruik van het woonhuis en bedrijf was berekend aan de hand van een normaal verbruik van ca m3 aardgas. Omgerekend naar kwh is dat een hoeveelheid warmte van ca kwh. Momenteel is dit nog niet aangesloten. Dit zal later waarschijnlijk wel gerealiseerd worden. Voorlopig is de benutting van warmte dus kwh lager dan vooraf is ingeschat. In tabel 5 is de nieuwe inschatting van de indirecte reductie verder uitgewerkt. Gerekend met de reductiefactoren levert dit een totale indirecte reductie op van ton equivalenten per jaar. De totale indirecte reductie bedraagt hierbij hoger dan volgens verwachting. Netto energieproductie Indirecte reductie kwh/jaar kg CO2 equiv/jaar Verwachte hoeveelheid te produceren elektriciteit * 0.61 = Verwachte hoeveelheid in te zetten warmte afkomstig * 0.16 = van de installatie Totaal Tabel 5: nieuwe inschatting indirecte reductie Totale reductie project De totale reductie van het project is eveneens uitgedrukt in ton CO 2 equivalenten per jaar. Volgens verwachting was dit ( =) / 1000 = 3955 ton CO 2 equivalenten per jaar. Wanneer deze techniek op deze wijze zou worden toegepast op alle veehouderij bedrijven in Nederland waar vergisting mogelijk is volgens een onderzoek van Praktijkonderzoek Veehouderij perspectieven mestvergisting op Nederlandse melkvee- en varkensbedrijven 2 dan zou dit een potentiële reductie opleveren van 1,54 Mton CO 2 equivalenten per jaar. Na berekening aan de hand van 4 maanden monitoring is de verwachte reductie op projectniveau 3981 ton CO 2 equivalenten per jaar. De potentiële reductie is in dat geval 2.27 Mton CO 2 equivalenten per jaar. Deze stijging wordt veroorzaakt door de hogere stroomproductie en door de lagere hoeveelheid mest Overige milieuresultaten Digestaat heeft zoals bekend een hogere bemestende werking dan gewone drijfmest. Hierdoor kan bespaard worden op de kunstmestgift per hectare. Het afgelopen seizoen heeft de maatschap Hartlief Lammers op grasland de kunstmestgift verlaagd met 700 kg product en dus 150 kg N per hectare. Gerekend over 100 hectare grasland levert dit een besparing van kg N. Op het maïsland is gemiddeld 100 kg kunstmest minder gestrooid met daarin 20 kg N. Dit heeft over 500 hectare maïsland ook een besparing geleverd van kg N. In totaal is dus kg N minder gestrooid dan andere jaren. Uit literatuurwaarden blijkt dat er 38,9 MJ nodig is voor de productie van 1 kg N uit kunstmest. De verlaging van de kunstmestgift door toediening van digestaat heeft in dit project dus een besparing van MJ opgeleverd per jaar ,Lent, A.J.H. van; Dooren, H.J.C. van Innovatief in duurzame projecten 12

13 De gewasproductie lijkt in vergelijking met andere jaren niet af te nemen. De gebruiksperiode is te kort om hier verdere conclusies aan te verbinden, aangezien de seizoensinvloeden groter zijn dan de bemestingsinvloeden. Ook kan vermeld worden dat digestaat reukloos is. Dit kan een voordeel bieden bij het uitrijden bij percelen die dicht tegen bebouwing aanliggen Procesvoering De temperatuur van de vergister is tijdens de monitoringsperiode gehandhaafd op ca 38 graden Celsius. Er zijn daarbij geen problemen opgetreden met het handhaven van de temperatuur. Dit wordt centraal geregeld. Het proces verloopt verder stabiel door weging op het toevoersysteem. Hiermee wordt daadwerkelijk gecheckt of het ingevoerde materiaal in overeenstemming is met het beschikbare motorvermogen. Na afstemming van voerhoeveelheid op het aanwezige motorvermogen kan stabiel gedraaid worden op 94% beschikbaarheid. Er is opgestart met digestaat uit een andere vergister, hierdoor is de opstartperiode bekort tot enige weken. Na de periode wordt er mest toegevoegd uit de loopstal. De ingevoerde hoeveelheid is op basis van de mestproductie van de veestapel, waarbij gestreefd wordt naar een constant peil in de loopstal. Coproducten worden toegevoegd op basis van een voerschema. Hierbij wordt ook gekeken naar de gasproductie. Als de motoren meer dan 22 uren per dag vol vermogen draaien wordt de voeding steeds langzamer opgevoerd. De voeding stabiliseert bij het bereiken van vol vermogen van de motoren. Het proces verloopt op deze manier stabiel sinds de opstart. De gemiddelde verblijfsperiode van het materiaal in de vergisters zit na de opstart gemiddeld op ca 35 dagen. In de navergister is de verblijftijd, afhankelijk van de vullingsgraad ca 90 dagen. De gasproductie van dit proces zijn weergeven in tabel 4. Hierbij kan nog het onderscheid gemaakt worden welk deel van de vergisters en welk deel van de navergister afkomstig is. Uit metingen van de gasproductie van de navergisters blijkt dat deze een gasproductie halen van ongeveer 30 m3/uur per navergister. Bij volledige vulling van alle navergisters zou dan ca m3 gas van de navergister afkomstig kunnen zijn. Ten opzichte van de totale productie is dat ca. 27%. Natuurlijk zullen de navergisters na uitrijden weer leeg zijn, zodat dit percentage in de praktijk lager zal liggen. Mest uitrijden Voor het uitrijden moet het digestaat goed gemixt worden om drijflaagvorming te voorkomen. Hierna moet direct worden uitgereden. Als dit niet gebeurt ontstaat een te inhomogene massa, waardoor de bemestende waarde afwijkt. Daarnaast blijven dan te veel vaste delen achter, waardoor ophoping kan plaatsvinden. Door het extra mixen voorafgaand aan het uitrijden worden dergelijke problemen voorkomen. Ook door de gasdichte kappen op de naopslagen is het gebruik van de naopslagen op details verschillend dan bij een reguliere mestopslag met kap. Bij het uitrijden van veel mest moet onder de kap van de napopslag extra gas worden toegelaten, aangezien er in een korte periode bijvoorbeeld 2000 m 3 mest verdwijnt, moet er 2000 m 3 gas worden toegelaten, aangezien de gasproductie te laag is om dit te ondervangen. Daarom wordt tijdelijk lucht boven de naopslag toegelaten. Hiertoe moet een luchttoevoer worden geopend. Indien dit niet gebeurt wordt een onderdruk boven de mestopslag gecreëerd, waardoor het dak een te grote onderdruk krijgt te verwerken. De praktijk geeft aan dat het dak van de naopslag hier niet tegen bestand is. Innovatief in duurzame projecten 13

14 Ontzwaveling Door de leverancier wordt standaard een extra actief koolfilter bij de opstart gebruikt, aangezien de biologische ontzwaveling in het dak dan nog op gang moet komen. Dit filter is na de opstart gehandhaafd. Mede daardoor ligt het H2S gehalte vrij constant op 0 ppm. Dit zal mogelijk een gunstigere uitwerking hebben op de onderhoudskosten. Dit zal vervolgens afgezet worden tegen de kosten van actief kool. 4.2 Economische resultaten Investeringen In hoofdstuk 2 is een overzicht gegeven van de technische specificaties met ook alle toebehoren zoals sleufsilo s etc. Dit alles is in één offerte aangeboden door het bouwbedrijf Host Oosterhof Holman VOF. Ook is een shovel aangeschaft voor het toedienen van de coproducten in de vaste stoftoevoer. Verder is aangeschaft een onderstel met opbouwtank voor mesttransport (afvoer digestaat) en opbouw transportbak voor aanvoer van coproducten. In tabel 6 is een overzicht gegeven van deze investeringen voor dit project. Investering Bedrag Vergister met toebehoren (zie bijlage offerte) Shovel* ,- Onderstel met opbouwtank voor mesttransport en opbouw transportbak voor co-materiaal ,- Totaal ,- * De shovel wordt voor 50% aan dit project toegerekend, de werkelijke kosten liggen dus hoger. Tabel 6:overzicht investeringen Overzicht kosten en opbrengsten In tabel 7 wordt een overzicht gegeven van de vaste en variabele kosten per jaar. Door de lagere input van mest en de hogere input van coproducten wijken deze kosten enigszins af van de raming welke bij aanvraag van de subsidie is gemaakt. Daarnaast zijn ook vaste kosten gerekend voor verzekering van de installatie, een accountant en bemeterings en trafokosten welke niet in de subsidie aanvraag zijn opgevoerd. Accountantskosten zijn nodig om te voldoen aan de voorwaarden van de MEP regeling. De bemeterings en trafokosten zijn vaste bedragen die betaald worden voor het huren van de transformator en het uitvoeren van de bemetering van de installatie. In totaal bedragen de kosten voor deze installatie ,- per jaar. Vaste kosten Aantal Prijs per eenheid Totale kosten Verzekeringskosten 2.500,- Accountantskosten 3.000,- Bemeterings en trafokosten 1.500,- Variabele kosten Onderhoudskosten WKK /kWh ,- Onderhoudskosten installatie / kwh ,- Afvoer olie ,5 / liter 6.000,- Mestafzetkosten ,- / ton ,- Aanvoer maïs / ton ,- Aanvoer bietenpuntjes ,- /ton Totaal Tabel 7: overzicht vaste en variabele kosten per jaar Innovatief in duurzame projecten 14

15 De kostprijzen zijn per kostensoort gebaseerd op de volgende aannames: Onderhoudskosten: zijn gebaseerd op het onderhoudscontract van de WKK s en installatie. Afvoer olie: Hiermee wordt bedoelt het verversen en afvoeren van olie. Dit is een inschatting op basis van informatie van de leverancier. Mestafzetkosten: Dit zijn de referentiekosten die zijn gerekend bij het aankopen en pachten van gronden. Er wordt door de uitbreiding van het landbouwareaal weinig mest naar derden afgezet. Dat brengt namelijk extra weeg en bemonsteringskosten met zich mee. Verder bestaan deze kosten met name uit transport en verwerkingskosten, zoals uitrijden. Op dit moment zijn de afzetkosten in de markt veel hoger. Aanvoer maïs: Aangezien de maïs door de mts Hartlief Lammers zelf wordt geoogst zijn er geen aankoopprijzen beschikbaar. De kosten zijn daarom op basis van ingeschatte kostprijzen, bij de dit jaar gerealiseerde opbrengsten: o Pacht/financiering gronden: 600/ha o Bewerkingskosten (zaaien en oogsten): 900/ha o Opbrengst: ca. 55 ton/ha o Inkuilen: ca 1,-/ton Dit geeft gemiddeld 28,27 euro/ton en is afgerond op 28 euro/ton Bietenpuntjes: Kosten zijn deels aankoop en deels vervoer. Dit zijn kosten die deels zijn ingeschat, aangezien het vervoer zelf gedaan is, is niet alles helemaal gescheiden op te voeren. De opbrengsten zijn weergeven in tabel 8. Deze zijn door de hogere productie van elektriciteit hoger dan in de aanvraag is opgevoerd. Daarnaast zijn ook extra opbrengsten opgevoerd doordat er bespaard kon worden op de kunstmestgift, zoals aangeven in paragraaf Opbrengstsoort Aantal Prijs per eenheid Totale opbrengsten MEP ,- Verkoop elektriciteit (uitgaande van gemiddeld 5.0 ct/kwh) ,- Besparing kunstmestgift kg N 0.66* ,- Totaal ,- Tabel 8: overzicht opbrengsten 2006 Bron Quin Terugverdientijd De netto besparing bedraagt op basis van bovenstaande opbrengsten en kosten ,- per jaar. De totale investering van dit project bedraagt ,-. Van deze investeringskosten kan iedere ondernemer energie investeringsaftrek (E.I.A) aanvragen bij de belastingsdienst. Gerekend met een E.I.A. percentage van 44% en een belastingstarief van 30 % betekend dit een netto aftrek van ca ,-. De netto investeringskosten voor dit project liggen dan op ,- Op basis van deze investeringkosten en netto besparing is de terugverdientijd 8,2 jaar. Wanneer ook het ROB subsidiebedrag in mindering van de aanschafkosten wordt gebracht is de terugverdientijd 7,0 jaar. Wanneer rekening wordt gehouden met een toename van benutte draaiuren naar 94% zoals in de laatste maanden het geval is, neemt de terugverdientijd af naar 6,7 jaar. Daarnaast kan in de verdere looptijd van het project de terugverdientijd verder worden verlaagd door: uitbreiding van de motorcapaciteit, en bij toevoeging van optimalere hoogwaardige coproducten, afhankelijk van de ontwikkeling van de positieve lijst. Innovatief in duurzame projecten 15

16 4.3 Toepasbaarheid Binnen het bedrijf De vergistingsinstallatie vormt binnen het eigen bedrijf een voorziening voor het eigen gebruik van elektriciteit. Daarnaast wordt door het vergistingsproces digestaat geproduceerd, wat een hogere en constantere bemestingswaarde heeft dan rundveedrijfmest. Hiervoor is dit jaar ca. 125 ton minder kunstmest gestrooid Binnen de branche Vergisting kan gebruikt worden op een groot aantal melkveehouderijbedrijven in Nederland. Vergisting zal door de verdergaande schaalvergroting in de Nederlandse veehouderij steeds meer in beeld komen. In de toekomst zal vergisting door het stimuleren van broeikasgasreducerende maatregelen steeds meer worden toegepast Buiten de branche Ook varkenshouders, pluimveehouders en andere drijfmestproducerende bedrijven kunnen van deze techniek gebruik maken. Het biedt voor deze partijen ook een goede afzetmogelijkheid voor de mest. Innovatief in duurzame projecten 16

17 5 Ervaringen tijdens bouw en opstart 5.1 Bouw De bouw is voorspoedig verlopen. De planning van de bouw was om in september te starten en volledig in productie te zijn per maart Deze planning is gehaald. In januari is het eerste digestaat in de vergister gegaan. De hoeveelheid tijd die er door de opdrachtgever in is gestoken viel wel tegen. Er is meer tijd voor nodig geweest dan vooraf was aangenomen. Tijdens de bouw bleek de levering van het trafohuis voor de netaansluiting een probleem te zijn. Hierdoor kwam de stroomvoorziening tijdens de opstart in gevaar. Dit probleem is door Essent Netwerk opgelost, door tijdelijk een noodstroom aggregaat ter beschikking te stellen. Tijdens de bouw zijn kleine aanpassingen in goed overleg met de hoofdaannemer verwerkt. 5.2 Ervaringen netwerkvergister In paragraaf 2.2 is het principe van een netwerkvergister uitgelegd. De praktijk bij mts. Hartlief Lammers is dat na de opstart eigenlijk alleen maar van het parallelle systeem gebruik is gemaakt, met name vanwege het gebruik van overwegend vaste stromen, zoals bietenpunten en maïs. Om de motoren volledig te benutten is daarvan een zodanig grote stroom nodig dat het droge stofpercentage van de vergisters te ver zou oplopen, waardoor het proces in de eerste vergister niet meer in de hand te houden zou zijn. Dit geeft dan een probleem met de roerbaarheid van de vergisterinhoud en een groot risico voor verzuring van de vergister. De verminderde efficiëntie in gasopbrengst van de parallelle vergisters wordt opgevangen door uit de navergisters het restgas te winnen. Daarnaast is er nog geen meerwaarde aan gescheiden stromen in verband met derogatie, door het gebruik van overwegend eigen grond. Vooralsnog zal van het parallelle systeem gebruik worden gemaakt. Indien het ingaande recept veranderd (met meer vloeibare en snel afbreekbare co-stromen) wordt bekeken of het zinvol is deze praktijk aan te passen. 5.3 Gevolgen voor de bedrijfsvoering Administratief zijn er vrij veel extra zaken bij te houden zoals bijvoorbeeld: verplichtingen vanuit de mestwetgeving, regelen van financieringen, bijhouden van het milieulogboek, aankoop materiaal, overleg met leveranciers, etc. Dit geeft meer drukte dan verwacht. Daarnaast moet er voor het opzetten van de juiste bedrijfsvoering extra aandacht worden besteed. Wat vooral lastig is gebleken is het afwikkelen van de gegevens die nodig zijn voor de uitbetaling van de MEP en de vergoeding voor de groene stroom. Voor het laatste is het een voordeel dat Greenchoice met voorschotten werkt, die vanaf de eerste maand direct zijn uitbetaald, ook al was één en ander administratief nog niet volledig rond. De eerste uitbetaling van de MEP liet lang op zich wachten, ca 6 maanden. Dit geeft extra druk op de financiering. Uiteindelijk is dit opgelost, maar de onzekerheid met betrekking tot het moment van uitbetaling brengt extra financieringskosten met zich mee. Het voeren van de vergister is qua tijd flexibel, dit kan dus afgestemd worden met het voeren van het melkvee en het melken. Door de grote hoeveelheid is het soms wel nodig twee keer per dag te voeren. Energie maïs bestaat uit latere rassen, die dus langer doorgroeien. De oogstperiode wordt daarmee langer, zodat efficiënter gebruik gemaakt kan worden van het materiaal wat mts Hartlief Lammer beschikbaar heeft voor de maïsoogst. Dit geeft dus enig combinatie voordeel. Voor de afzet van digestaat is gekozen voor uitbreiding van het eigen areaal, zodat er ook flexibeler kan worden gewerkt. De afzet is tot op heden geen probleem gebleken. Het betreft hier ook geen overschotgebied. Innovatief in duurzame projecten 17

18 5.4 Regelgeving Gemeentelijke regelgeving Het bouwblok van grotere veehouderijen is vaak onvoldoende voor de bijplaatsing van een mestvergistingsinstallatie. Om het bouwblok te vergroten moet dan een Art 19.1 procedure worden doorlopen. De medewerking van de gemeente Tynaarlo is hierbij zeer positief ervaren. De termijnen van deze procedure zijn ruimschoots gehaald. Ook de milieuvergunning en bouwvergunningen zijn soepel verlopen. De totale proceduretijd bedroeg ca. 6 maand, inclusief de art procedure Nationale regelgeving Op zich is de positieve lijst een goede ontwikkeling geweest, zodat in ieder geval een knelpunt is opgelost met betrekking tot de status van het eindproduct. De positieve lijst wordt echter nog onvoldoende snel uitgebreid, aangezien onduidelijk is wie een aanvraag voor een nieuw product gaat betalen, de leverancier van het product of de ontvanger. De ontvanger wil het niet doen omdat de leverancier er dan ook mee naar anderen kan, omdat de leverancier niet aan de ontvanger gebonden is. De leverancier heeft ook andere afzetmogelijkheden en concurrenten en wacht vaak af totdat die de aanvraag doen en bijbehorende kosten maken. Een doelgerichte (op de uiteindelijke samenstelling van het mestproduct) generieke regeling voor het eindproduct zou wat dat betreft uitkomst bieden. Er hoeft dan niet steeds per stof te worden gekeken. Dit kan bijvoorbeeld aansluiten bij de methode van de (Besluit overige organische meststoffen) B.O.O.M. regelgeving. Daarnaast is de mestwetgeving beperkend. Veel bedrijven komen door het toevoegen van coproducten, wat economisch noodzakelijk is om te kunnen mestvergisten in de problemen met de plaatsingsruimte. Om aan dit knelpunt tegemoet te komen zijn er plannen gemaakt om mineralen afkomstig uit co-producten niet mee te tellen voor de gebruiksnorm dierlijke mest. Dit lijkt in eerste instantie zeer positief. Voorwaarde hierbij is echter dat sprake moet zijn van volledige aanwending van het digestaat op het eigen bedrijf. In veel gevallen hebben agrariërs slechts voldoende land om de door hun veestapel geproduceerde mest te kunnen plaatsen. In veel vergisters is het aandeel mest 50 tot. 70 procent van de totale input. Dit betekent dat 30 tot 50 procent van het digestaat bestaat uit co-producten en binnen de gebruiksnormen voor stikstof en fosfaat op het eigen land dient te worden gebracht. Het volgende rekenvoorbeeld demonstreert dat een gemiddelde agrariër hiermee niet uit de voeten kan. Rekenvoorbeeld Een bedrijf met 120 koeien met bijbehorend jongvee heeft een mestproductie van m 3 per jaar. Hierbij wordt ton maïs bijgevoegd. 1 ton maïs bevat 4,2 kg stikstof en 2,4 kg fosfaat. Met ton maïs is dit kg fosfaat. Een hoeveelheid van m³ mest bevat kg stikstof, wat met derogatie kan worden geplaatst op 72 hectare. In deze dierlijke mest zit kg fosfaat. Dit is 95 kg per hectare. De norm voor 2006 is maximaal 110 kg fosfaat per hectare. Naast de dierlijke mest kan dus 15 kg fosfaat aangebracht worden uit de maïs. Totaal op dit bedrijf is dat kg fosfaat. Doordat er kg fosfaat uit maïs is vergist, moet er in dit geval kg fosfaat worden afgevoerd. Als gevolg van de afgekondigde maatregel van Veerman, mag er niks worden afgevoerd en biedt deze maatregel dus vooralsnog geen perspectief. Indien de beperking van de afvoer wordt opgeheven zal er meer mogelijk zijn. Det digestaat kan dan eventueel na scheiding als kunstmestvervanger dienen. Hiermee zou een extra indirecte energiebesparing worden bewerkstelligd, wat dus nog meer milieuvoordelen geeft. Innovatief in duurzame projecten 18

19 Voor maatschap Hartlief Lammers speelt deze problematiek momenteel een minder grote rol aangezien het bedrijf nu nog voldoende afzetmogelijkheden heeft. In de toekomst, zou dit wel een probleem kunnen worden, bij eventueel verdere opschaling. 5.5 Elektriciteitsaansluiting en bemetering De aansluiting van de installatie op het elektriciteitsnetwerk wordt altijd verzorgt door het netwerkbedrijf. Daarnaast moet de installatie bemeterd worden. Hierdoor kan de elektriciteitsproductie worden gemeten en kunnen de standen doorgeven worden aan EnerQ die de uitbetaling van de MEP verzorgd. De ondernemer is zelf vrij in de keuze voor een bedrijf wat de bemetering verzorgt. Mts Hartlief Lammers heeft ervoor gekozen een ander bedrijf de bemetering te laten uitvoeren dan het netwerkbedrijf. Dit heeft in het eerste jaar de nodige aanloopproblemen gegeven. De meetwaarden die het meetbedrijf meet, moeten namelijk weer doorgegeven worden aan de netbeheerder die de standen eerst moet goedkeuren voordat de standen doorgegeven worden aan EnerQ. Vooral het communiceren van de standen tussen de drie verschillende partijen heeft in dit project zeer moeizaam verlopen. 5.6 MEP De uitbetaling van de MEP subsidie heeft bij de Mts Hartlief Lammers voor veel problemen gezorgd. De MEP subsidie wordt uitbetaald door EnerQ. Dit bedrijf is weer afhankelijk van certificaten die afgeven moeten worden door CertiQ. Daarnaast heeft de hierboven beschreven problematiek rond de meting ook vertraging opgeleverd voor het uitbetalen van de MEP subsidie. De snelheid van afhandelen door de betrokkenheid van veel verschillende partijen laat veel te wensen over. Al met al heeft dit geleid tot grote vertraging van uitbetaling van de MEP subsidie. Zo is er in februari gestart met de productie van groene stroom, terwijl de eerste betaling pas in juli heeft plaatsgevonden. De opbrengst die de investeerder hiermee misloopt moet zelf worden voorgefinancierd. Bij een installatie van deze omvang gaat het daarbij om grote bedragen. 5.7 Toekomstige ontwikkelingen Ondanks de problemen die er ten aanzien van de bemetering en de MEP waren en nog steeds zijn, heeft de maatschap Hartlief Lammers nog steeds vertrouwen in dit systeem van het opwekken van duurzame energie. Doordat de gasproducties van de vergister niet tegenvallen en het proces stabiel verloopt, is maatschap Hartlief - Lammers bezig om uit te breiden in capaciteit. Innovatief in duurzame projecten 19

20 Uitgebreide samenvatting Dit rapport beschrijft de bouw, opstart en het eerste vier maanden productie van de mestvergistingsinstallatie van Mts Hartlief te Donderen. Dit modern melkveebedrijf heeft momenteel 300 melkkoeien maar groeit door (inmiddels vergund) naar 692 melkkoeien Aanleiding voor het project is om de drijfmest op dit bedrijf te benutten om duurzame energie te produceren en een hoogwaardige meststof te krijgen. Er wordt op deze manier aan verschillende kanten voordeel gehaald. De methaanemissie wordt teruggedrongen en er wordt bespaard op fossiele brandstoffen, enerzijds door productie van energie en warmte, anderzijds door besparing op kunstmest. Het projectidee is ontstaan rond december Op 15 september 2005 is de leverancier Host Oosterhof Holman hier begonnen met de civiele werkzaamheden voor het bouwklaar maken van het terrein. De voltooiing van de gehele bouw en het in werking stellen van beide vergisters, was rond eind februari gereed. De bouw is hiermee volgens planning in 5 maanden verlopen De opening van de installatie en de open dag voor kennisoverdracht aan geïnteresseerd publiek hebben plaatsgevonden op 20 en 21 april Deze open dag is zeer goed bezocht, met ca bezoekers. In bijlage 2 is een verslag weergegeven van deze open dag. De milieuresultaten van dit project zijn op te delen in een directe reductie van broeikasgassen t.g.v. een verkorte duur van de mestopslag en een indirect reductie als gevolg van de duurzaam geproduceerde energie. De resultaten van deze milieubesparing worden steeds weergegeven in een CO 2 emissie reductiefactor, uitgedrukt in ton CO 2 emissiereductie per jaar. De resultaten voor de directe reductie zijn ingeschat o.b.v ton rundveedrijfmest, ton kalverdrijfmest en ton kippenmest ingeschat op kg CO 2. De hoeveelheid ingevoerde rundveedrijfmest ligt in 2006 nog op ton drijfmest. Dit vanwege een minder snelle uitbreiding van de melkveestapel door onzekerheid rond de afschaffing van het melkquotum. Daarnaast is de aangegeven kippenmest niet ingevoerd. De mestwet vormt hiervoor een belemmering, vanwege te hoog oplopende afzetkosten van het digestaat bij toevoeging van de kippenmest. De direct reductie in 2006 komt hierdoor uit op kg CO 2. Verwacht wordt dat na verdere uitbreiding van de melkveestapel de directe reductie kan toenemen tot het vooraf ingeschatte niveau van ca kg CO 2. De indirecte reductie was vooraf ingeschat op een kwh productie van kwh. Beide WKK s draaien in dat geval op 90 %. Na vier maanden is gebleken dat Mts Hartlief Lammers nu al ongeveer 94% van de tijd op vol vermogen kan draaien. Inclusief de opstartmaand komt het benuttingpercentage in 2006 waarschijnlijk al uit op ca 92% en wordt er ca kwh geproduceerd. Samen met de benutte warmte komt de indirecte reductie uit op kg CO 2 en ligt daarbij 1,9% hoger dan vooraf ingeschat door de hogere stroomproductie. De totale CO 2 reductie komt ondanks de lagere mestinput in 2006 uit op 3981 ton CO 2 reductie en ligt daarbij ca 1% hoger dan vooraf ingeschat. De bruto investeringskosten bedragen voor dit project ca 2,9 miljoen euro. Gerekend met een belastingsvoordeel wat mogelijk is door de Energie investeringsaftrek (EIA) bedraagt de netto investering ca 2,5 miljoen euro. De jaarlijkse besparing berekend door alle kosten af te trekken van de gezamenlijke opbrengsten, bedraagt ca euro. Gerekend met deze investeringskosten en jaarlijkse besparing is een terugverdientijd van 8,2 jaar te berekenen. Bij aftrek van deze subsidie neemt de terugverdientijd af naar 7,0 jaar. Uitgaande van 94% benutte draaiuren (wat hier haalbaar lijkt te zijn) kan de terugverdientijd afnemen naar 6,7 jaar. Innovatief in duurzame projecten 20

Mestvergisting Swinkels te Vlagtwedde. Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem

Mestvergisting Swinkels te Vlagtwedde. Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem Mestvergisting Swinkels te Vlagtwedde Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem Inhoudelijke eindrapportage Smt-regeling Programma: Reductie Overige Broeikasgassen (ROB) Projecttitel Realisatie

Nadere informatie

Mestvergisting De Betonpleats te Oudemirdum. Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem

Mestvergisting De Betonpleats te Oudemirdum. Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem Mestvergisting De Betonpleats te Oudemirdum Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem Inhoudelijke eindrapportage Smt-regeling Programma: Reductie Overige Broeikasgassen (ROB) Projecttitel

Nadere informatie

Mestvergisting Maatschap Hotsma te Biddinghuizen. Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem

Mestvergisting Maatschap Hotsma te Biddinghuizen. Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem Mestvergisting Maatschap Hotsma te Biddinghuizen Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem Inhoudelijke eindrapportage Smt-regeling Programma: Reductie Overige Broeikasgassen (ROB) Projecttitel

Nadere informatie

Mestvergisting Maatschap Pronk te Warmenhuizen. Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem

Mestvergisting Maatschap Pronk te Warmenhuizen. Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem Mestvergisting Maatschap Pronk te Warmenhuizen Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem Inhoudelijke eindrapportage Smt-regeling Programma: Reductie Overige Broeikasgassen (ROB) Projecttitel

Nadere informatie

Mestvergisting Maatschap Vermue - Poelma te Winsum. Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem

Mestvergisting Maatschap Vermue - Poelma te Winsum. Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem Mestvergisting Maatschap Vermue - Poelma te Winsum Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem Inhoudelijke eindrapportage Smt-regeling Programma: Reductie Overige Broeikasgassen (ROB) Projecttitel

Nadere informatie

Mestvergisting Maatschap Natuurenergie Onstwedde te Onstwedde. Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem

Mestvergisting Maatschap Natuurenergie Onstwedde te Onstwedde. Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem Mestvergisting Maatschap Natuurenergie Onstwedde te Onstwedde Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem Inhoudelijke eindrapportage Smt-regeling Programma: Reductie Overige Broeikasgassen

Nadere informatie

Mestvergisting Prins vof te Lellens. Programma reductie overige broeikasgassen. SenterNovem

Mestvergisting Prins vof te Lellens. Programma reductie overige broeikasgassen. SenterNovem Mestvergisting Prins vof te Lellens Programma reductie overige broeikasgassen SenterNovem Inhoudelijke eindrapportage Smt-regeling Programma: Reductie Overige Broeikasgassen (ROB) Projecttitel Realisatie

Nadere informatie

Mestvergisting Maatschap Schuitema te Mussel. Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem

Mestvergisting Maatschap Schuitema te Mussel. Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem Mestvergisting Maatschap Schuitema te Mussel Programma reductie overige broeikasgassen Senter Novem Inhoudelijke eindrapportage Smt-regeling Programma: Reductie Overige Broeikasgassen (ROB) Projecttitel

Nadere informatie

Melkveebedrijf Familie Prinsen

Melkveebedrijf Familie Prinsen Project mestwaardering Open dag 4 maart 2015 Melkveebedrijf Familie Prinsen Mestvergistingsinstallatie Fermtec Systems Locatie KTC de Marke Het bedrijf Biomassa voor vergisting In de vergister wordt jaarlijks

Nadere informatie

Compact Plus biogasinstallatie, Lierop, 600 kw

Compact Plus biogasinstallatie, Lierop, 600 kw Hoe maak je biogas? Inhoud presentatie Wie en wat is Biogas Plus? Hoe werkt een biogasinstallatie? Voor wie is een biogasinstallatie interessant? Is een biogasinstallatie duurzaam? Zijn subsidies nodig?

Nadere informatie

Uw kenmerk Ons kenmerk Datum verzoek 2 april 2010

Uw kenmerk Ons kenmerk Datum verzoek 2 april 2010 Aan het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Asten Afdeling Ruimtelijk Ordening T.a.v. de heer S. Olschewsky Postbus 290 5720 AG Asten Uw kenmerk Ons kenmerk Datum 100486-002-verzoek

Nadere informatie

Biogas: In 2011 startte het samenwerkingsverband. Het doel van het project was Biogas

Biogas: In 2011 startte het samenwerkingsverband. Het doel van het project was Biogas Resultaten: Project Besloten kringloop door kleinschalig mestvergisting in de veehouderij. Biogas: In 2011 startte het samenwerkingsverband. Het doel van het project was Biogas produceren met betaalbare

Nadere informatie

SenterNovem Bundeling van de resultaten van de mestvergistingprojecten van de ROB-subsidieregeling

SenterNovem Bundeling van de resultaten van de mestvergistingprojecten van de ROB-subsidieregeling SenterNovem Bundeling van de resultaten van de mestvergistingprojecten van de ROB-subsidieregeling onderdeel van: Programma reductie overige broeikasgassen SenterNovem DLV Bouw Milieu en Techniek Postbus

Nadere informatie

Bio-energie. van de Boer. www.host.nl

Bio-energie. van de Boer. www.host.nl NL Bio-energie van de Boer www.host.nl HoSt Microferm: duurzame energie uit mest Het Microferm concept is ontwikkeld voor boeren die de eigen mest verwerken. De Microferm is uitermate geschikt voor agrarische

Nadere informatie

Systeemdocument AgriMoDEM mestraffinage

Systeemdocument AgriMoDEM mestraffinage vestiging Drachten behorende bij onderbouwing Knarweg 14, Lelystad. Op het gebied van schoon en zuinig produceren, heeft de agrarische sector nog een aantal belangrijke doelstellingen te behalen. Belangrijkste

Nadere informatie

Quickscan energie uit champost

Quickscan energie uit champost Quickscan energie uit champost Paddenstoelenpact 27 juni 2018 Stijn Schlatmann en Erik Kosse Achtergrond Wekelijks 16.000 ton champost Strengere regelgeving in Duitsland Kosten voor afvoer ca 15 per ton

Nadere informatie

Mestverwerking in De Peel

Mestverwerking in De Peel Mestverwerking in De Peel Mestverwerking Jan van Hoof, Jeanne Stoks, Wim Verbruggen Maart 2012 Agenda Doel van de avond Wat is mest? Wat is het mestprobleem? Waar komt mest vandaan? Hoeveel mest is er?

Nadere informatie

Presentatie HoSt Microferm voor CLM/NMU

Presentatie HoSt Microferm voor CLM/NMU Presentatie HoSt Microferm voor CLM/NMU 25-11-2010 Door Bart Brouwer Sheet 1 of 26 Agenda Introductie HoSt B.V. Waarom Microferm? Het Microferm concept Beschrijving installatie Voordelen Economie Vragen

Nadere informatie

De varkenshouderij: een energieke sector!

De varkenshouderij: een energieke sector! De varkenshouderij: een energieke sector! John Horrevorts Research Development, 1. Onderzoeks- en ontwikkelcentrum 1. Validatie onderzoek 2. Ontwikkeling nieuwe innovaties 2. Kennis- en businesscentrum

Nadere informatie

Luchtkwaliteit: ammoniak en broeikasgassen. VK Loonwerkers Najaar 2018

Luchtkwaliteit: ammoniak en broeikasgassen. VK Loonwerkers Najaar 2018 Luchtkwaliteit: ammoniak en broeikasgassen VK Loonwerkers Najaar 2018 Dit project wordt mede mogelijk gemaakt door: Methaan Lachgas Kooldioxide Ammoniak Nitraat Fosfaat Milieuopgave melkveehouderij 1 Ammoniak

Nadere informatie

Biowkk in de glastuinbouw Praktijkvoorbeeld BioEnergieBergerden. 10 september 2009 Zevenhuizen Presentatie; Jan Willemsen

Biowkk in de glastuinbouw Praktijkvoorbeeld BioEnergieBergerden. 10 september 2009 Zevenhuizen Presentatie; Jan Willemsen Biowkk in de glastuinbouw Praktijkvoorbeeld BioEnergieBergerden 10 september 2009 Zevenhuizen Presentatie; Jan Willemsen 2004 Doelstelling Initiatiefnemers 2004 Doelstelling Initiatiefnemers Rendement

Nadere informatie

Elektrificeren van erfwerkzaamheden op een melkveebedrijf

Elektrificeren van erfwerkzaamheden op een melkveebedrijf Elektrificeren van erfwerkzaamheden op een melkveebedrijf Hoeveel CO 2 bespaar je hiermee? 1 Elektrificeren van erfwerkzaamheden op een melkveebedrijf; hoeveel CO2 bespaar je hiermee? Erfwerkzaamheden

Nadere informatie

Vergisting anno 2010 Rendabele vergister onder SDE 2010. Hans van den Boom 22 april 2010 Sectormanager Duurzame Energie

Vergisting anno 2010 Rendabele vergister onder SDE 2010. Hans van den Boom 22 april 2010 Sectormanager Duurzame Energie Vergisting anno 2010 Rendabele vergister onder SDE 2010 Hans van den Boom 22 april 2010 Sectormanager Duurzame Energie Financieren Duurzame energie binnen Rabobank Groep Maatwerk Sustainability naast Food

Nadere informatie

DS% de juiste indicator? ENERGIE UIT MEST OPBOUW PRESENTATIE MEST # MEST. Mest mest. Wet- en regelgeving. Vloerkeuze en kelderplan

DS% de juiste indicator? ENERGIE UIT MEST OPBOUW PRESENTATIE MEST # MEST. Mest mest. Wet- en regelgeving. Vloerkeuze en kelderplan WORKSHOP VERGISTEN 2016 ENERGIE UIT Biogasbubbel doorgeprikt Hopen op beter tijden met vergister Mestvergisting niet rendabel In Duitsland is de schwung er ook een beetje uit Vergister hoort niet op boerenerf

Nadere informatie

Mestverwaarding middels monovergisting en digestaatverwerking

Mestverwaarding middels monovergisting en digestaatverwerking Mestverwaarding middels monovergisting en digestaatverwerking Uitwerking business case in opdracht van: IGEV - Regio Noord-Veluwe Door: Kroes Kringloopoptimalisatie en DOFCO BV in samenwerking met Hellebrekers

Nadere informatie

Ruimtelijke motivering Mts. Hartlief Lammers Bijlage 1

Ruimtelijke motivering Mts. Hartlief Lammers Bijlage 1 Ruimtelijke motivering Mts. Hartlief Lammers Bijlage 1 In deze notitie worden de uitbreidingsplannen van Mts. Hartlief Lammers toegelicht. De ondernemer wenst een verruiming in de omgevingsvergunning van

Nadere informatie

GroenGas InOpwerking. Kleinschalige biogasopwaardering met Bio-Up. Rene Cornelissen (CCS) 11 maart 2015

GroenGas InOpwerking. Kleinschalige biogasopwaardering met Bio-Up. Rene Cornelissen (CCS) 11 maart 2015 GroenGas InOpwerking Kleinschalige biogasopwaardering met Bio-Up Rene Cornelissen (CCS) 11 maart 2015 Kleinschalige biogasopwaardering met Bio-Up Inhoudsopgave CCS Inleiding Situatie kleinschalige vergisting

Nadere informatie

Kwantificering van innovaties op de Energiemix van Twente. 4 maart 2014

Kwantificering van innovaties op de Energiemix van Twente. 4 maart 2014 Kwantificering van innovaties op de Energiemix van Twente 4 Inleiding Het doel van de TDA is om focus aan te brengen in de kansrijke en verbindende initiatieven in Twente bij het realiseren van een duurzame

Nadere informatie

Innovatieve mestverwerking op de boerderij

Innovatieve mestverwerking op de boerderij Innovatieve mestverwerking op de boerderij Groen gas productie en nutriëntenterugwinning René Cornelissen (CCS) 7 juni 2017 Inhoudsopgave CCS Mest Kleinschalige mono-mestvergisting Bio-Up, Groen Gas op

Nadere informatie

Milieu. Waterkwaliteit: Denk aan: nitraat uitspoeling / erfwater / gewasbeschermingsmiddelen / alles wat oppervlakte- en grondwater kan vervuilen

Milieu. Waterkwaliteit: Denk aan: nitraat uitspoeling / erfwater / gewasbeschermingsmiddelen / alles wat oppervlakte- en grondwater kan vervuilen Naam: Milieu Waterkwaliteit: Denk aan: nitraat uitspoeling / erfwater / gewasbeschermingsmiddelen / alles wat oppervlakte- en grondwater kan vervuilen Slootrandenbeheer Baggeren Krabbescheer bevorderen

Nadere informatie

HR WKK met CO 2 winning

HR WKK met CO 2 winning HR WKK met CO 2 winning Door: Herman Klein Teeselink HoSt Sheet 1 of 22 Inhoud HoSt HoSt ImtechVonkV.O.F. - Reinigen van rookgassen - Rookgascondensor / Scrubber - Nat elektrostatisch filter - Waterbehandeling

Nadere informatie

BEMESTINGSPROEVEN NETWERK MICROVERGISTERS. Albert-Jan Bos Dinsdag 22 november 2016

BEMESTINGSPROEVEN NETWERK MICROVERGISTERS. Albert-Jan Bos Dinsdag 22 november 2016 BEMESTINGSPROEVEN NETWERK MICROVERGISTERS Albert-Jan Bos Dinsdag 22 november 2016 BEMESTINGSPROEVEN NETWERK MICROVERGISTERS Opbrengstproeven De Marke en Den Eelder 2015 en 2016 Meting NH 3 emissie De Marke

Nadere informatie

GroenLinks Bronckhorst. Themabijeenkomst Groengas Hoe groen is ons gas? 2 juni 2015

GroenLinks Bronckhorst. Themabijeenkomst Groengas Hoe groen is ons gas? 2 juni 2015 GroenLinks Bronckhorst Themabijeenkomst Groengas Hoe groen is ons gas? 2 juni 2015 Waarom co-vergisten Omdat de meststoffenwet veehouders verplicht de overtollige (mineralen in de) mest te ver(be)werken

Nadere informatie

Ammoniakreductie, een zaak van het gehele bedrijf

Ammoniakreductie, een zaak van het gehele bedrijf Ammoniakreductie, een zaak van het gehele bedrijf Pilotveehouder Henk van Dijk Proeftuinadviseur Gerrit de Lange Countus Accountants Proeftuin Natura 2000 Overijssel wordt mede mogelijk gemaakt door: 8

Nadere informatie

Thermofiele Slibgisting en Stikstofterugwinning op RWZI Bath

Thermofiele Slibgisting en Stikstofterugwinning op RWZI Bath Openbaar Eindrapport Projectnummer: Projecttitel: DEI1400022 Thermofiele Slibgisting en Stikstofterugwinning op RWZI Bath 1 SAMENVATTING Dit project is een demonstratie van energiewinning uit hernieuwbare

Nadere informatie

Mest, mestverwerking en wetgeving

Mest, mestverwerking en wetgeving Mest, mestverwerking en wetgeving Harm Smit Beleidsmedewerker Economische Zaken, DG AGRO Inhoud Feiten en cijfers. Huidig instrumentarium. Visie op mestverwerking en hoogwaardige meststoffen Toekomstig

Nadere informatie

Kalvermest scheiden op bedrijfsniveau. Edze Westra Msc Stroe/Wekerom

Kalvermest scheiden op bedrijfsniveau. Edze Westra Msc Stroe/Wekerom Kalvermest scheiden op bedrijfsniveau Edze Westra Msc. 8-2-2018 Stroe/Wekerom Aanleiding Mestwet Verwachtingen Wettelijke maatregelen Mestscheiding Wat is mestscheiden? Producten Voorbeeld resultaten Mestafzet

Nadere informatie

Workshop mestvergisting. Jan Willem Bijnagte CCS Energie advies

Workshop mestvergisting. Jan Willem Bijnagte CCS Energie advies Workshop mestvergisting Jan Willem Bijnagte CCS Energie advies Bijnagte@cocos.nl BioEnergy Farm 2 Project beschrijving Europees project Markt ontwikkeling mono-mestvergisting Verspreiden onafhankelijke

Nadere informatie

Presentatie Microferm studiegroep Westhoek Holsteins

Presentatie Microferm studiegroep Westhoek Holsteins Presentatie Microferm studiegroep Westhoek Holsteins Door Bart Brouwer Sheet 1 of 26 Agenda Introductie HoSt B.V. Waarom Microferm? Het Microferm concept Beschrijving installatie Voordelen Economie Vragen

Nadere informatie

Bijlage notitie 2. Ex ante evaluatie mestbeleid 2013 Plaatsingsruimte fosfaat uit meststoffen in 2015 en daarna

Bijlage notitie 2. Ex ante evaluatie mestbeleid 2013 Plaatsingsruimte fosfaat uit meststoffen in 2015 en daarna Bijlage notitie 2. Ex ante evaluatie mestbeleid 2013 Plaatsingsruimte fosfaat uit meststoffen in 2015 en daarna W.J. Willems (PBL) & J.J. Schröder (PRI Wageningen UR) november 2013 Sinds 2010 is de gebruiksnorm

Nadere informatie

Kringloop neutraal denken Emissie, mineralen, energie

Kringloop neutraal denken Emissie, mineralen, energie Kringloop neutraal denken Emissie, mineralen, energie Eddie ter Braack Waarom nieuwe generatie vergister-raffinage Ontwikkeling/Stand van zaken op dit moment Nog uit te voeren acties Problemen grootschalige

Nadere informatie

Vruchtbare Kringloop Overijssel = Kringlooplandbouw. Gerjan Hilhorst WUR De Marke

Vruchtbare Kringloop Overijssel = Kringlooplandbouw. Gerjan Hilhorst WUR De Marke Vruchtbare Kringloop Overijssel = Kringlooplandbouw Gerjan Hilhorst WUR De Marke Kringlooplandbouw Kringlooplandbouw begint met het verminderen van de verliezen => sluiten van de kringloop => minder aanvoer

Nadere informatie

Mono vergisting in Wijnjewoude?!

Mono vergisting in Wijnjewoude?! Mono vergisting in Wijnjewoude?! Jan Willem Bijnagte bijnagte@cocos.nl www.cocos.nl 06 82404591 Inhoud CCS Mono mestvergisting Gasverwaarding Noord Deurningen Bio-Up Kansen Wijnjewoude Mono mestvergisting

Nadere informatie

Biobased economy in het Groene Hart

Biobased economy in het Groene Hart Biobased economy in het Groene Hart Energie & Bio/Groen Gas 27 juni 2013, Langeraar, Michiel van Galen Inhoud Landelijke doelen energie en beleid Stimuleringsbeleid Groen Gas Het proces Stand van zaken

Nadere informatie

Mestscheiding Annelies Gorissen

Mestscheiding Annelies Gorissen Mestscheiding Annelies Gorissen 16/05/2017, Kinrooi Dunne fractie Rijk aan N & K Drijfmest Rijk aan N, P en K Mestscheider Dikke fractie Rijk aan P Waarom scheiden? Beperken mestafvoer: concentreren van

Nadere informatie

Kringloop neutraal denken Emissie, mineralen, energie

Kringloop neutraal denken Emissie, mineralen, energie Kringloop neutraal denken Emissie, mineralen, energie Eddie ter Braack Waarom nieuwe generatie vergister-raffinage Ontwikkeling/Stand van zaken op dit moment Nog uit te voeren acties Problemen grootschalige

Nadere informatie

Samenvatting. Inkomensverlies per ha grasland

Samenvatting. Inkomensverlies per ha grasland Samenvatting 1 De veenweidegebieden ondervinden verschillende problemen, zoals bodemdaling, een verminderde kwaliteit van het oppervlaktewater en een aanzienlijke bijdrage aan de CO 2 -emissie. Een verlaagd

Nadere informatie

Pagina: 1. CO2-projectplan H4A. BV

Pagina: 1. CO2-projectplan H4A. BV Pagina: 1 CO2-projectplan H4A. BV Status: Datum: Projectnaam: Projectnummer: Opdrachtgever: Opgesteld door: Gecontroleerd / goedgekeurd door: Datum / paraaf goedkeuring: Definitief Pagina: 2 INHOUDSOPGAVE

Nadere informatie

Ontwerp, bouw en demonstratie van een vergistingsinstallatie op een biologische boerderij. Bomers GROENLO

Ontwerp, bouw en demonstratie van een vergistingsinstallatie op een biologische boerderij. Bomers GROENLO P.O. Box 920 7550 AX Hengelo, Industrieplein 3, 7553 LL Hengelo, The Netherlands Tel.: +31 (0)74 2401807 Fax: +31 (0)74 2401810 E-mail: info@host.nl Internet: www.host.nl Bank: Fortis rek. nr. 64.48.84.177

Nadere informatie

Modelberekening ECOFERM

Modelberekening ECOFERM Modelberekening ECOFERM Een financiële en ecologische vergelijking 10 maart 2016, Chris de Visser Inhoud Werkwijze en methode Resultaten Rantsoen kalveren Mest- en mestverwerking Eendenkroos Broeikasgasemissies

Nadere informatie

Introductie HoSt B.V.

Introductie HoSt B.V. HR Hout WKK (Vink Sion) voor glastuinbouw en stadverwarming door HoSt Imtech Vonk vof door H. Klein Teeselink info@host.nl Introductie HoSt B.V. Inhoud: Waarom biomassa WKK, belang van warmte? Wie zijn

Nadere informatie

1. Energieverbruik op uw bedrijf

1. Energieverbruik op uw bedrijf Bedrijfsnummer: 886 Datum uitdraai monitor: 6-1-218 1. Energieverbruik op uw bedrijf Het energieverbruik ligt op uw bedrijf in 217 op 44,3 kwh per 1. kilo melk. Hiervan is 4,8 voor overige elektrische

Nadere informatie

Kosten/baten-analyse MC-installaties en gebruikerservaringen MC

Kosten/baten-analyse MC-installaties en gebruikerservaringen MC Kosten/baten-analyse MC-installaties en gebruikerservaringen MC LEI Wageningen UR: Co Daatselaar Aanleiding en doelstellingen onderzoek Veel mest elders af te zetten tegen hoge kosten, druk verlichten

Nadere informatie

Mestsituatie en de verwerkingsplicht Gelderse Vallei en Utrechts zandgebied

Mestsituatie en de verwerkingsplicht Gelderse Vallei en Utrechts zandgebied Mestsituatie en de verwerkingsplicht Gelderse Vallei en Utrechts zandgebied Jaap Uenk DOFCO Beheer BV, Ruurlo, 27 februari 2014, Barneveld j.uenk@dofco.nl INHOUD Introductie Mest- en mineralensituatie

Nadere informatie

Opties voor productie van duurzame energie in de regio Helmond d.m.v. van mest en andere biomassa

Opties voor productie van duurzame energie in de regio Helmond d.m.v. van mest en andere biomassa Opties voor productie van duurzame energie in de regio Helmond d.m.v. van mest en andere biomassa Jennie van der Kolk, Alterra Helmond, 22-02-13 Nico Verdoes, Livestock Research Inhoud presentatie Wetenschapswinkel

Nadere informatie

Renewable energy in the Reijerscop area Peter Dekker Luc Dijkstra Bo Burgmans Malte Schubert Paul Brouwer

Renewable energy in the Reijerscop area Peter Dekker Luc Dijkstra Bo Burgmans Malte Schubert Paul Brouwer Renewable energy in the Reijerscop area Peter Dekker Luc Dijkstra Bo Burgmans Malte Schubert Paul Brouwer Introductie Methode Subsidies Technologien Wind Zon Geothermisch Biomassa Externe Investeerders

Nadere informatie

Kansen voor mestscheiding

Kansen voor mestscheiding Kansen voor mestscheiding Studiemiddag Inagro 29 maart 2012 Gerjan Hilhorst Livestock Research De Marke Koeien & Kansen is een samenwerkingsverband van 16 melkveehouders, proefbedrijf De Marke, Wageningen

Nadere informatie

De business case: Mest verwaarden. Hans van den Boom Sectormanager Food & Agri Rabobank Nederland

De business case: Mest verwaarden. Hans van den Boom Sectormanager Food & Agri Rabobank Nederland De business case: Mest verwaarden Hans van den Boom Sectormanager Food & Agri Rabobank Nederland Hengelo 28 maart 2014 mln. kg fosfaat Export van fosfaat moet met 50% stijgen 200 175 150 125 100 75 50

Nadere informatie

Uitslag KringloopWijzer

Uitslag KringloopWijzer Uitslag KringloopWijzer Bedrijfspecifieke excretie melkvee Bedrijfs-kringloopscore Jaaropgave : 2014 Omschrijving : plomp 2014 feb15 Naam veehouder : Plomp Agro Vof Straat + huisnummer : Geerkade 10 Postcode

Nadere informatie

De afvalwaterzuivering als energiefabriek

De afvalwaterzuivering als energiefabriek De afvalwaterzuivering als energiefabriek Joop Colsen Energiebesparing op RWZI s anno 2010 www.colsen.nl info@colsen.nl Introductie (1) Afvalwaterzuivering levert energie op: Door vergisting van biomassa

Nadere informatie

Notitie Bemestingswaarde van digestaten

Notitie Bemestingswaarde van digestaten 1 Notitie Bemestingswaarde van digestaten J.J. Schröder (lid LTO-Commissie Bemesting Grasland en Voedergewassen) Wageningen, 25 oktober 2016 Digestaat is een algemene benaming voor meststoffen afkomstig

Nadere informatie

Presentatie voor Agrivaknet Kleinschalig mest vergisten met Microferm

Presentatie voor Agrivaknet Kleinschalig mest vergisten met Microferm Presentatie voor Agrivaknet Kleinschalig mest vergisten met Microferm Door Bart Brouwer Sheet 1 of 26 Kleinschalige mestvergisting met Microferm Staatssecretaris Joop Atsma en gedeputeerde Theo Rietkerk

Nadere informatie

Voortgangsrapportage Ketenanalyse Bermgras

Voortgangsrapportage Ketenanalyse Bermgras 2018 Voortgangsrapportage Ketenanalyse Bermgras Den Ouden Groep B.V. Hermalen 7 5481 XX Schijndel Contact persoon: Dhr. Rob Aartssen Tel.: 073 543 1000 Email: info@denoudengroep.com Datum: 05-11-2015 Versie:

Nadere informatie

Scheiding van biologische varkensmest met een decanteercentrifuge

Scheiding van biologische varkensmest met een decanteercentrifuge Scheiding van biologische varkensmest met een decanteercentrifuge Veldhoven, 18 Mei 2004 Ing. W.J.Buiter ZLTO-Advies Inleiding Vanwege de vraag naar organische stof uit biologische varkensmest voor de

Nadere informatie

Financiële baten van windenergie

Financiële baten van windenergie Financiële baten van windenergie Grootschalige toepassing van 500 MW in 2010 en 2020 Opdrachtgever Ministerie van VROM i.s.m. Islant Auteurs Drs. Ruud van Rijn Drs. Foreno van der Hulst Drs. Ing. Jeroen

Nadere informatie

Optimale benutting van de energie input van een houtgestookte centrale door plaatsing rookgascondensor en CO2- benutting met PVT

Optimale benutting van de energie input van een houtgestookte centrale door plaatsing rookgascondensor en CO2- benutting met PVT Resultaten en bevindingen van project Optimale benutting van de energie input van een houtgestookte centrale door plaatsing rookgascondensor en CO2- benutting met PVT Dit rapport is onderdeel van de projectencatalogus

Nadere informatie

Project omschrijving Groen gas Hub Ameland

Project omschrijving Groen gas Hub Ameland Project omschrijving Groen gas Hub Ameland Vertrouwelijk Datum: 19 maart 2010 Pagina: 1 van 9 1 Introductie Eneco heeft in 2007 een convenant ondertekend, samen met de Gemeente Ameland, Gasterra en de

Nadere informatie

Groen Gas BBQ TKI Mestvergisten en digestaatverwerking September 2017

Groen Gas BBQ TKI Mestvergisten en digestaatverwerking September 2017 Groen Gas BBQ TKI Mestvergisten en digestaatverwerking September 2017 1 Voorbeeld vergisting Elektriciteit naar net Gasmotor CHP Afgaskoelers biogas restwarmte Meng bassin vergister Pasteurisatie ByoPast

Nadere informatie

Vergistingstest BATCHTESTEN. Klant 2401/086/A1. Testsubstraat: Maisrestanten. Mystery Man

Vergistingstest BATCHTESTEN. Klant 2401/086/A1. Testsubstraat: Maisrestanten. Mystery Man Vergistingstest BATCHTESTEN 2401/086/A1 Testsubstraat: Maisrestanten Klant Mystery Man Datum: 05-Juli-2012 1 Voorwoord is een werkmaatschappij welke voornamelijk actief is in de agri-food branche en de

Nadere informatie

Duurzame energie uit mestopslagen in Veendam

Duurzame energie uit mestopslagen in Veendam Resultaten en bevindingen van project Duurzame energie uit mestopslagen in Veendam Dit rapport is onderdeel van de projectencatalogus energie-innovatie. Tussen 2005 en 2011 kregen ruim 800 innovatieve

Nadere informatie

Gedetailleerde doelen Duurzame Zuivelketen

Gedetailleerde doelen Duurzame Zuivelketen Gedetailleerde doelen Duurzame Zuivelketen Inleiding Via de Duurzame Zuivelketen streven zuivelondernemingen (NZO) en melkveehouders (LTO) gezamenlijk naar een toekomstbestendige en verantwoorde zuivelsector.

Nadere informatie

Duurzaamheid co-vergisting van dierlijke mest

Duurzaamheid co-vergisting van dierlijke mest Duurzaamheid co-vergisting van dierlijke mest In opdracht van SenterNovem onder projectnummer 2021-06-20-10-004/0357-04-02-02-004 en bestelnummer 4700011172 2 Alterra-rapport 1437 Duurzaamheid co-vergisting

Nadere informatie

DE KRINGLOOPWIJZER en Grassa!Raffinage

DE KRINGLOOPWIJZER en Grassa!Raffinage DE KRINGLOOPWIJZER en Grassa!Raffinage Kansen voor Gras Bas Aarts (Melkveehouderij Aarts vof) Martijn Wagener (Grassa) 1 Indeling Aanleiding Is er een positief effect van Grassa!raffinage aan te tonen

Nadere informatie

Mestscheiding, waarom zou u hiermee aan de slag gaan?

Mestscheiding, waarom zou u hiermee aan de slag gaan? Mestscheiding, waarom zou u hiermee aan de slag gaan? Via project Langs de Linge is er op donderdag 8 december een demonstratie rondom mestscheiding gehouden. Deze demonstratie vond plaats op het melkveebedrijf

Nadere informatie

Voortgangsrapportage 3 CO 2 -Prestatieladder

Voortgangsrapportage 3 CO 2 -Prestatieladder CO 2 -Prestatieladder Inhoudsopgave INLEIDING... 3 BRANDSTOF... 4 REDUCTIEDOELSTELLING... 4 RESULTATEN... 4 GROENAFVAL... 5 KETENANALYSE... 5 REDUCTIEDOELSTELLING... 5 HOEVEELHEID GROENAFVAL... 5 TRANSPORT

Nadere informatie

Mesdag Zuivelfonds NLTO

Mesdag Zuivelfonds NLTO Onderwerpen Mesdagfonds Actuele thema s die keuze vragen Onderzoek uitspoeling stikstof (WUR) Onderzoek vastlegging CO2 (AEQUATOR) Conclusie en aanbevelingen Mesdag Zuivelfonds NLTO Ontstaan: fonds kwaliteit

Nadere informatie

DE RYCK Klima. 1 kw primaire energie 2,25 kw warmte. ŋ verlies op motor 10% netto vermogen op WP 34% geeft warmte afvoer verwarmingscircuit

DE RYCK Klima. 1 kw primaire energie 2,25 kw warmte. ŋ verlies op motor 10% netto vermogen op WP 34% geeft warmte afvoer verwarmingscircuit DE RYCK Klima LUWAGAM : pomp lucht-water aangedreven met gasmotor PAUL DE RYCK Werking op laag niveau (buitenlucht min. 0 C) omzetten naar warmte op hoog niveau (buiswater max. 50 C) Serreverwarming buis

Nadere informatie

Bouw ACRRES onderzoeksvergister

Bouw ACRRES onderzoeksvergister Bouw ACRRES onderzoeksvergister Durk Durksz ACRRES - Wageningen UR Oktober 2012 PPO.nr. 522 2012 Wageningen, ACRRES Wageningen UR Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd,

Nadere informatie

Tijdelijke duurzame energie

Tijdelijke duurzame energie Tijdelijke duurzame energie Tijdelijk Uitgewerkte businesscases voor windenergie, zonne-energie en biomassa Anders Bestemmen Tijdelijke duurzame energie Inleiding In het Corporate Innovatieprogramma van

Nadere informatie

TEO/WKO WARMTE BESTAANDE WOONWIJK HEEG

TEO/WKO WARMTE BESTAANDE WOONWIJK HEEG TEO/WKO WARMTE BESTAANDE WOONWIJK HEEG In het dorp Heeg is voor een wijk met 800 slecht geisoleerde woningen onderzocht of verwarmen met thermische energie uit de nabijgelegen watergang Greft haalbaar

Nadere informatie

Geachte melkveehouder,

Geachte melkveehouder, Geachte melkveehouder, Vanaf 23 januari 2018 wordt de KringloopWijzer uitgebreid met een klimaatmodule. Hiermee krijgt u gemakkelijk inzicht in de broeikasgasproductie van uw bedrijf en hoe u deze kan

Nadere informatie

Méér uit mest halen Stand van zaken anno 2017

Méér uit mest halen Stand van zaken anno 2017 Méér uit mest halen Stand van zaken anno 2017 Jaap Uenk DOFCO BV, Twello VAB, 5 oktober 2017 Inhoud Introductie Opties op bedrijfsniveau Mestmarkt in Nederland Export van onbehandelde mest Stand van zaken

Nadere informatie

Grondgebruik (ha) Grasland 27,00 Bouwland 5,00. Aantal graasdieren (incl. uitgeschaard naar natuurterrein) 100 Melkkoeien 90,0

Grondgebruik (ha) Grasland 27,00 Bouwland 5,00. Aantal graasdieren (incl. uitgeschaard naar natuurterrein) 100 Melkkoeien 90,0 1. CONCLUSIES 1.1. BEDRIJFSSITUATIE Grondgebruik (ha) Grasland 27,00 Bouwland 5,00 Aantal graasdieren (incl. uitgeschaard naar natuurterrein) 100 Melkkoeien 90,0 Melkproductie (totaal per jaar) 765.000

Nadere informatie

Duurzaamheid co-vergisting van dierlijke mest

Duurzaamheid co-vergisting van dierlijke mest Duurzaamheid co-vergisting van dierlijke mest K.B. Zwart D.A. Oudendag P.A.I. Ehlert P.J. Kuikman Alterra-rapport 1437, ISSN 1566-7197 Duurzaamheid co-vergisting van dierlijke mest In opdracht van SenterNovem

Nadere informatie

Realisatie mestvergistingsinstallatie Praktijkcentrum Sterksel

Realisatie mestvergistingsinstallatie Praktijkcentrum Sterksel Projectbrochure 1 Novem projectnummer 355500/5540 Realisatie mestvergistingsinstallatie Praktijkcentrum Sterksel A.V. van Wagenberg M. Timmerman Augustus 2003 1 Van dit project is ook een uitgebreider

Nadere informatie

Duurzame mestverwerking voor productie van schone energie en groene mineralen

Duurzame mestverwerking voor productie van schone energie en groene mineralen Duurzame mestverwerking voor productie van schone energie en groene mineralen MTS vd Lageweg Hendrikus van de Lageweg 1 Inhoud MTS vd Lageweg Mestplaatsing veehouderij sectoren / sector belang Doelen Wat

Nadere informatie

Klimaatneutrale landbouw? Binnen bereik??

Klimaatneutrale landbouw? Binnen bereik?? Klimaatneutrale landbouw? Binnen bereik?? Road map Klimaatvriendelijk: carbon footprint Wat is carbon footprint? Wat is klimaatneutraal? Broeikasgassen en akkerbouw Het project boerenklimaat.nl Perspectief

Nadere informatie

buffer warmte CO 2 Aardgas / hout WK-installatie, gasketel of houtketel brandstof Elektriciteitslevering aan net

buffer warmte CO 2 Aardgas / hout WK-installatie, gasketel of houtketel brandstof Elektriciteitslevering aan net 3 juli 2010, De Ruijter Energy Consult Energie- en CO 2 -emissieprestatie van verschillende energievoorzieningsconcepten voor Biologisch Tuinbouwbedrijf gebroeders Verbeek in Velden Gebroeders Verbeek

Nadere informatie

PROJECTBESCHRIJVING. Microferm met WKK en Gasopwerking

PROJECTBESCHRIJVING. Microferm met WKK en Gasopwerking Thermen 10 Bank: ING rek. nr. 65.85.11.920 7521 PS Enschede K.v.K. Enschede nr. 06091862 The Netherlands VAT: NL8082.65.386.B.01 Tel: +31 53 460 9080 IBAN: NL19INGB0658511920 Fax: +31 53 460 9089 BIC:

Nadere informatie

de bodem in de kringloop wijzer Frank Verhoeven ir Frank

de bodem in de kringloop wijzer Frank Verhoeven ir Frank de bodem in de kringloop wijzer Frank Verhoeven ir Frank Verhoeven Verstand van het platteland! Boerenverstand werken aan praktische duurzaamheid! Zo verkopen we de melk Wat is duurzame melk? Blije koeien:

Nadere informatie

Handleiding invullen van KringloopWijzer in de Centrale Database

Handleiding invullen van KringloopWijzer in de Centrale Database Handleiding invullen van KringloopWijzer in de Centrale Database Inhoud Inloggen op Mijn KringloopWijzer... 3 Invullen van de KringloopWijzer... 4 Bedrijf... 5 Klimaat... 6 Dier... 7 Veestapel... 7 Graasdieren...

Nadere informatie

Carbon footprint 2011

Carbon footprint 2011 PAGINA i van 12 Carbon footprint 2011 Opdrachtgever: Stuurgroep MVO Besteknummer: - Projectnummer: 511133 Documentnummer: 511133_Rapportage_Carbon_footprint_2011_1.2 Versie: 1.2 Status: Definitief Uitgegeven

Nadere informatie

Projectgroep Biomassa & WKK

Projectgroep Biomassa & WKK Projectgroep Biomassa & WKK SDE 2009 De Stimuleringsregeling Duurzame Energieproductie uitgevoerd door SenterNovem in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken. 7 mei 2009 Jan Bouke Agterhuis Beleidskant

Nadere informatie

Resultaten KringloopWijzers 2016

Resultaten KringloopWijzers 2016 Resultaten KringloopWijzers 2016 7 september 2017 Gerjan Hilhorst WLR - De Marke Het belang van lage verliezen Mineralenverliezen belasten het milieu EU beleid: beperken verliezen uit landbouw Streven:

Nadere informatie

Biogas is veelzijdig. Vergelijking van de opties 1-2-2012. Vergelijking opties voor benutting van biogas

Biogas is veelzijdig. Vergelijking van de opties 1-2-2012. Vergelijking opties voor benutting van biogas 1--1 Ongeveer 7 deelnemende organisaties Promotie van optimale benutting van biomassa Kennisoverdracht door workshops, excursies, nieuwsbrief en artikelen in vakbladen Vergelijking opties voor benutting

Nadere informatie

Oplossing mestafzet voor de veehouderij in De Liemers

Oplossing mestafzet voor de veehouderij in De Liemers Oplossing mestafzet voor de veehouderij in De Liemers Presentatie Ing. Jaap Uenk MAB LTO Noord afdeling De Liemers, 3 november 2010 Inhoud presentatie Ontwikkeling mestsituatie in Nederland Ontwikkeling

Nadere informatie

Bio-WKK en WKK in de glastuinbouw: meer met minder

Bio-WKK en WKK in de glastuinbouw: meer met minder Voor kwaliteitsvolle WarmteKrachtKoppeling in Vlaanderen Bio-WKK en WKK in de glastuinbouw: meer met minder 16/12/2010 Cogen Vlaanderen Daan Curvers COGEN Vlaanderen Houtige biomassa in de landbouw 16

Nadere informatie