III.3. Het fiscaal regime van de aanvullende pensioenen en sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "III.3. Het fiscaal regime van de aanvullende pensioenen en sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid"

Transcriptie

1 III.3. Aanvullende pensioenen en voordelen III.3. Het fiscaal regime van de aanvullende pensioenen en sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid a. Inleiding 1. Algemeenheden 1.1. Schematische beschrijving van het oude fiscale stelsel en krachtlijnen van de hervorming van het fiscaal stelsel inzake de aanvullende pensioenen Via een aantal fiscale maatregelen stimuleerde de overheid het vormen van een aanvullend pensioen, in het stelsel van de tweede pijler. De indeling in de tweede pijler verwijst naar de klassieke indeling van de oudedagsvoorzieningen. Volgens de gehanteerde indeling zijn er drie pijlers: de eerste pijler betreft de wettelijke pensioenen; de tweede pijler, is de spaarsom die in het kader van een beroepsactiviteit wordt bijeengespaard in het vooruitzicht van pensionering de derde pijler, zijn de spaarsommen die op individuele initiatief worden opgebouwd in het vooruitzicht van de pensionering. Meestal worden klassieke spaarvormen gekozen en levensverzekeringen op individuele basis onderschreven. Die gunstbehandeling gebeurt op verscheidene terreinen: Zo waren, overeenkomstig artikel 52, 3 b) van het WIB 92, aftrekbaar als beroepskost: de werkgeversbijdragen voor een aanvullende verzekering tegen ouderdom en vroegtijdige dood, voor het vestigen van een rente of van een kapitaal bij leven of overlijden. Verder voorzag artikel 145 1, 1 in een belastingvermindering voor betalingen als persoonlijke bijdragen voor aanvullende verzekering tegen ouderdom en vroegtijdige dood, met het oog op het vestigen van een rente of van een kapitaal bij leven of bij overlijden en die door de werkgever op de bezoldigingen zijn ingehouden. Ook de uitkeringen worden aan een afzonderlijke en door de band verlaagde aanslagvoet getaxeerd. Tot slot worden de uitkeringen bij vroegtijdige dood van het verzekerde personeelslid in een aantal gevallen van successierechten vrijgesteld. Kluwer s Verzekeringshandboek Afl. 57 (april 04) III

2 III. Fiscale aspecten In het Wetboek van Inkomstenbelasting ontbrak vóór de wet van 28 april 2003 (B.S., 15 mei 2003) een gunstige fiscale bepaling betreffende de premie en bijdragen welke door de werkgever werden betaald in het voordeel van zijn werknemers om een aanvullend pensioen te kunnen vormen. De gunstbehandeling wordt niet langer beperkt tot de collectieve voorzieningen: Ieder voordeel verkregen uit hoofde of naar aanleiding van het uitoefenen van de beroepswerkzaamheid voor een werknemer of een bedrijfsleider vormde een belastbaar inkomen. Die stelling werd categoriek en absoluut gevolgd, telkens premies werden uitgekeerd, in het individueel voordeel van een personeelslid of een bedrijfsleider. De verzekeringspremies die een onderneming stortte in het kader van de verhouding werkgever/personeelsleden en ter uitvoering van de door haar of door haar bemiddeling gesloten contracten, zonder beding van terugbetaling, tot het individueel voordeel van sommige personeelsleden (brandverzekering, verzekering tegen burgerlijke of familiale aansprakelijkheid, autoverzekering, individuele verzekering tegen lichamelijke ongevallen, enz.) vormden voor de onderneming weliswaar aftrekbare beroepskosten (Com. I.B. 52/194) maar aan de andere zijde gold volgens diezelfde commentaren (Com.IB 31/5) dat de betaalde premies echter onmiddellijk belastbaar waren als voordelen van alle aard. Hierbij maakte men geen enkel onderscheid, of het nu ging om verzekeringen zoals brandverzekering, verzekering tegen burgerlijke of gezinsaansprakelijkheid, verzekering van een autovoertuig, maar ook om een individuele levensverzekering, een levensverzekering die voortvloeit uit bepalingen van een groepsverzekeringscontract of van een extra-wettelijke voorzorgsregeling indien die verzekering niet van toepassing zou zijn op alle aangeslotenen of ten minste een groep onder hen, individuele verzekering tegen lichamelijke ongevallen enz.) Wet op de Aanvullende Pensioenen Pensioentoezeggingen in tweede pensioenpijler Door de wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid (verder aangeduid als de WAP) werd het gehele landschap van de aanvullende pensioenen te hervormd. In dit kader werd de tweede pensioenpijler volledig hertekend. III

3 III.3. Aanvullende pensioenen en voordelen Onder die tweede pensioenpijler wordt verstaan enerzijds de gewone pensioentoezeggingen en anderzijds de sociale pensioentoezeggingen. De gewone aanvullende pensioentoezeggingen moeten op sociaal vlak voortaan aan bepaalde voorwaarden voldoen. Zo bekomt men een zo groot mogelijke verspreiding en worden de rechten van de aangeslotenen maximaal gevrijwaard. De nieuwe sociale spelregels gelden enkel voor de aanvullende pensioenen in het voordeel van werknemers en roepen geen enkel recht in het leven voor de zelfstandige bedrijfsleiders, die van soortgelijke pensioenplannen genieten. Anderzijds werden de fiscale voorwaarden en de eraan gekoppelde voordelen dezelfde voor elke pensioenvorm van deze pijler. Toch blijven er verschillen bestaan tussen de sociale en prudentiële voorwaarden naargelang de bestemmeling van de voordelen een werknemer of een zelfstandige is. De sociale pensioentoezeggingen omvatten een aantal pensioenstelsels ten voordele van werknemers. Hier gelden eveneens een aantal bijkomende voorwaarden. Zij genieten van specifieke fiscale stimuli en worden niet meegerekend in de loonnorm. Deze bijkomende voorwaarden zijn van sociale aard en onder meer bedoeld om de verspreiding van aanvullende pensioenvoordelen voor werknemers te bevorderen Gewone pensioentoezeggingen De gewone pensioentoezeggingen omvatten de volgende vormen van aanvullende pensioenen: aanvullende pensioenstelsels ten voordele van werknemers, zowel op sector- als op ondernemingsvlak, evenals ten voordele van ambtenaren individuele pensioentoezeggingen ten voordele van werknemers individuele voortzetting van de pensioentoezeggingen zoals hierboven bedoeld aanvullende pensioenstelsels en individuele pensioentoezeggingen aan bepaalde zelfstandigen (mandatarissen van ondernemingen) naast het algemeen gekend stelsel van vrij aanvullend pensioen voor zelfstandigen. Deze afbakening van de gewone pensioentoezeggingen is vooral van belang op fiscaal vlak. De verschillende voormelde pensioenvormen worden op dezelfde wijze behandeld. Dezelfde fiscale voorwaarden en voordelen gelden voor alle voormelde vormen. Kluwer s Verzekeringshandboek Afl. 57 (april 04) III

4 III. Fiscale aspecten Aanvullende pensioenstelsels ten voordele van werknemers Op de aanvullende pensioenen is de wet van 6 april 1995 (verder de Wet Colla genoemd) van toepassing tot het in werking treden van de WAP. De wet Colla was een grote stap vooruit in de sociale bescherming van de aangesloten deelnemers aan een aanvullend ondernemingspensioen en van hun rechthebbenden. Het toepassingsgebied van deze wet was echter beperkt: De memorie van toelichting bij deze wet verwees expliciet naar bepaalde vormen van het sectorpensioen. Toch werden deze niet opgenomen in het toepassingsgebied van de wet. Het ging meer bepaald om de aanvullende pensioenen die georganiseerd werden op bedrijfstakniveau door de paritaire comités. Dit zijn de zogenaamde sectorpensioenen, die, hoewel ze slecht gekend zijn, al gedurende lange tijd bestaan. De eerste collectieve arbeidsovereenkomsten op sectorniveau vlak na de tweede wereldoorlog voorzagen reeds in aanvullende pensioenen. Sectorpensioenen zijn ouder dan de meeste ondernemingspensioenen. De WAP beoogt nu uitdrukkelijk deze sectorale regelingen en verruimt aldus de in voege zijnde reglementering op de aanvullende pensioenen Individuele pensioentoezegging ten voordele van werknemers en bedrijfsleiders Naast een verruiming tot de sectorfondsen, wordt het toepassingsgebied ook uitgebreid tot de individuele pensioentoezeggingen. Een individuele pensioentoezegging is een occasionele niet-stelselmatige pensioentoezegging van een werkgever aan één werknemer en zijn rechthebbenden. Het gaat om een individuele pensioentoezegging, wanneer een voordeel wordt toegekend aan een welbepaalde persoon, wegens persoonsgebonden redenen, en niet aan de personeelscategorie waartoe deze persoon behoort. Deze pensioentoezeggingen vielen naast de Wet Colla. De werknemer aan wie zo een pensioentoezegging werd gedaan kon niet genieten van de bescherming van de wet. Bij uittreding kon hij geen aanspraak maken op de eventuele reserves die reeds voordien zouden opgebouwd zijn. Door de WAP komt hierin verandering. Aangezien er geen redenen zijn waarom een werknemer aan wie een individuele pensioentoezegging is gedaan, van de bescherming van de wet zou verstoken blijven, wordt een zeer beperkte categorie van individuele pensioentoezeggingen uitdrukkelijk in de WAP opgenomen. III

5 Gevreesd werd dat een individuele pensioentoezegging aanleiding zou kunnen geven tot misbruiken. Daarom werden door de WAP in een aantal beperkingen voorzien, die misbruiken moeten onmogelijk maken, minstens bemoeilijken. Het ging hierbij om volgende bepalingen: III.3. Aanvullende pensioenen en voordelen Een individuele pensioentoezegging mag enkel worden toegestaan op voorwaarde dat in de onderneming voor alle werknemers een aanvullend pensioenstelsel bestaat. Een inrichter mag geen individuele pensioentoezegging doen tijdens de laatste 36 maanden vóór de pensionering, de brugpensionering of het sluiten van elke volgens artikel 268, 1, tweede lid, van de programmawet van 22 december 1989 houdende sociale bepalingen, daarmee gelijkgestelde overeenkomst. Bedoeld worden de zogenaamde CANADA DRY regelingen. Dit zijn uitstapregelingen, waarbij een onderneming die niet voldoet aan de regels om in aanmerking te komen voor een brugpensioenregeling, aan haar oudere werknemers, die in het gewone stelsel van de werkloosheidsverzekering in aanmerking komen voor de gunstige regeling voor oude werklozen, een ontslag aanbiedt, met daarbovenop een vergoeding ter aanvulling van de werkloosheidsuitkeringen. De Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen (tot in 2003 Controledienst voor de Verzekeringen genoemd) legt een inrichter, die het verbod om tijdens die laatste 36 maanden een individuele pensioentoezegging te doen, een administratieve geldboete op. Deze is gelijk aan 35 % van het kapitaal of het vestigingskapitaal van de rente. Die geldboete wordt ten voordele van de Schatkist geïnd. Bovendien voorziet de wet ook in een controlemaatregel. De inrichter is verplicht om elk jaar opnieuw aan de Commissie voor het Bank-, Financieen Assurantiewezen het aantal individuele pensioentoezeggingen per categorie van werknemers mee te delen! Daarnaast moet hij ook het bewijs bijvoegen dat in de onderneming voor alle werknemers een aanvullend pensioenstelsel bestaat. Deze regels komen voor in het sociale luik van de wet van 28 april Ze zijn dus enkel van toepassing op de pensioenbeloften, die gedaan worden aan werknemers Individuele voortzetting van de aanvullende pensioenstelsels en de individuele pensioentoezeggingen De WAP levert nog iets nieuws op. Nadat hij zijn werkgever heeft verlaten staat de werknemer zelf in voor de financiering van zijn extralegaal pensioen. Die mogelijkheid wordt beperkt. Ze dient eerder uitzonderlijk te Kluwer s Verzekeringshandboek Afl. 57 (april 04) III

6 III. Fiscale aspecten blijven, aangezien collectieve stelsels meer bijdragen tot de democratisering. Deze individuele spaarvorm wordt niet beschouwd als behorende tot de derde pijler maar blijft deel uitmaken van de tweede pijler. Hij blijft genieten van de fiscale voordelen op deze pijler van toepassing Sociale pensioentoezeggingen Nieuwe vorm van pensioentoezeggingen Teneinde de uitbouw van meer sociale stelsels en vooral van voornamelijk sectorale plannen te stimuleren werd in de WAP een nieuwe vorm van pensioentoezeggingen ingevoerd, de sociale pensioentoezeggingen. Om die nog meer aantrekkelijk te maken werden hiervoor een aantal specifieke fiscale voordelen uitgewerkt. Die voordelen situeren zich hoofdzakelijk op het vlak van de jaarlijkse taks op de verzekeringscontracten. Zie de artikelen 173 tot 183 van het Wetboek van de met het zegel gelijkgestelde taksen. Men zal zich trouwens niet verkijken op de term verzekeringscontracten. Volgens het artikel 174 worden met de verzekeringen gelijkgesteld, de contracten van lijfrente of tijdelijke renten gesloten met een verzekeringsonderneming evenals elke verbintenis aangegaan door de pensioeninstellingen en de rechtspersonen belast met de uitvoering van de solidariteitstoezegging bedoeld in de wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid. Evenmin wordt het toestaan van sociale toezeggingen begrensd door de eventuele loonnorm. De betaalde premies of bijdragen in dergelijke pensioentoezegging vallen buiten de loonnorm. Nochtans wordt niet iedere pensioentoezegging, die behoort tot de tweede pijler, aanzien als een sociaal pensioenstelsel. Alleen bepaalde pensioenstelsels ten voordele van werknemers, zowel op sectoraal als op bedrijfsvlak, komen in aanmerking als ze voldoen aan strenge voorwaarden. Individuele pensioentoezeggingen komen niet in aanmerking. Zomin trouwens als pensioentoezeggingen aan zelfstandigen. Aan die bijkomende voordelen van de sociale pensioenstelsels zijn dus verschillende voorwaarden verbonden. Een aantal voorwaarden zijn gemeenschappelijk voor alle stelsels. Andere voorwaarden zijn verschillend en houden rekening met de eigen aard van enerzijds de sectorale en anderzijds de ermee gelijkgestelde ondernemingsstelsels Gemeenschappelijke voorwaarden: Men spreekt slechts van een sociaal pensioenstelsel, wanneer de toezegging voldoet aan volgende regels: III

7 III.3. Aanvullende pensioenen en voordelen het aanvullend pensioenplan moet voor alle werknemers gelden het aanvullend pensioenplan moet in een luik pensioen en in een luik solidariteit voorzien het luik solidariteit moet een minimum aan solidaire rechten bevatten die in een in de Ministerraad overlegd koninklijk besluit worden vastgesteld. Deze solidariteitsprestaties zijn opgenomen in het K.B. van 14 november 2003 tot vaststelling van de solidariteitsprestaties verbonden met de sociale pensioenstelsels., B.S., 14 november 2003 de twee luiken van het plan moeten paritair beheerd worden of aan een paritair toezicht onderworpen zijn de winst, na aanleg van alle voorzieningen, moet worden verdeeld en de kosten worden beperkt volgens gelijkaardige principes als deze van het koninklijk besluit van 14 mei 1969 betreffende de toekenning van bovenwettelijke voordelen aan de werknemers bedoeld bij koninklijk besluit nr. 50 van 24 oktober 1967 betreffende het rust- en overlevingspensioen voor werknemers (het zogenaamde KB 69) Specifieke voorwaarden per type plan Naar gelang de toezegging wordt ingevoerd op sector- dan wel op ondernemingsniveau gelden bijzondere regels. Voor de sectorplannen Hier gelden volgende normen (zie art. 10 WAP): de pensioentoezegging moet van toepassing zijn op alle werknemers die onder het stelsel ingericht door de CAO vallen; de CAO waarbij het pensioenstelsel wordt ingevoerd moet van onbepaalde duur zijn en door de Koning algemeen bindend verklaard. Voorafgaandelijk aan een eventuele opzegging van de collectieve arbeidsovereenkomst moet het paritair orgaan, waarin deze overeenkomst werd gesloten, de beslissing nemen om het pensioenstelsel op te heffen. De beslissing tot opheffing van een sectoraal pensioenstelsel is enkel geldig wanneer zij 80 % van de stemmen van de leden die de werkgevers vertegenwoordigen en 80 % van de stemmen van de leden die de werknemers vertegenwoordigen, heeft bekomen. de sectorale CAO vermeldt dat zij werd gesloten in toepassing van deze wet en in uitvoering van de beslissing van de representatieve organisaties in het betrokken paritair comité of sub-comité en dat ze als enig onderwerp de invoering van een sectoraal pensioenstelsel heeft. Tot slot kan er een tussenvorm bestaan, waarbij op sectorniveau wel een CAO wordt afgesloten, die voorziet in de inrichting van een sociale pensioentoezegging, maar die toch nog een actieve tussenkomst van de werkgever mogelijk maakt: Met name kan de sectorale arbeidsovereenkomst bepalen dat een werkgever de pensioentoezegging zelf organiseert. De zogenaamde opting out is echter wel beperkt tot het luik pensioenen. Kluwer s Verzekeringshandboek Afl. 57 (april 04) III

8 III. Fiscale aspecten Voor de solidariteitstoezegging is opting out uitgesloten. Dit betekent dat de werknemers van een werkgever die aan opting out doet, enerzijds genieten van een pensioentoezegging op ondernemingsniveau (waarvan de inhoud minstens gelijkwaardig is aan de toezegging die vastgelegd werd in het sectorplan) en anderzijds van een solidariteitstoezegging op sectorniveau. Voor de sectoren waar geen sectorplan werd ingevoerd Wanneer de werkgever niet behoort tot een sector, waarin een sociale pensioentoezegging werd ingevoerd, kan hij toch nog zelf een sociaal pensioenstelsel invoeren. Dan moet hij wel volgende normen volgen: het aanvullend pensioenplan moet voor alle werknemers van de onderneming gelden het aanvullend pensioenplan moet door middel van een CAO worden ingesteld of, indien het omwille van het ontbreken van een overlegstructuur binnen de onderneming niet mogelijk is om een CAO af te sluiten, door middel van een bijzondere procedure. De beslissing tot opheffing van het plan moet aan dezelfde voorwaarden voldoen en moet op dezelfde basis genomen worden, o.a. 80 % van de stemmen van de leden die de werknemers en de werkgevers vertegenwoordigen bij CAO een solidariteitstoezegging moet aan de pensioentoezegging verbonden zijn de totale winst onder de aangeslotenen, in verhouding tot hun reserves, moet worden verdeeld en de kosten moeten worden beperkt volgens de regels vastgesteld door de Koning Het luik solidariteit Toen de wetgever het idee van de sociale pensioentoezeggingen lanceerde, was het niet alleen de bedoeling om het toepassingsgebied van de aanvullende pensioen verplicht uit te breiden tot alle werknemers, die tot een bepaalde sector behoorden of tot alle werknemers van een onderneming. Daarnaast had hij ook nog de bedoeling om de ontwikkeling van de solidariteit te bevorderen, door fiscale stimuli. Voor de sociale pensioentoezeggingen werd geëist dat aan die prestaties ook solidariteitsprestaties gebonden werden. De praktische uitwerking werd vastgelegd door het koninklijk besluit van 14 november 2003 tot vaststelling van de solidariteitsprestaties verbonden met de sociale aanvullende pensioenstelsels. III

9 III.3. Aanvullende pensioenen en voordelen Dit koninklijk besluit somt een aantal prestaties op, die erkend worden als solidariteitsprestaties. Het gaat hierbij om prestaties die voorzien in: 1 de financiering van de opbouw van het aanvullend rust- en/of overlijdenspensioen tijdens: de periodes van tijdelijke werkloosheid in de zin van de artikelen 49, 50 en 51 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, en de werkloosheid ten gevolge van overmacht, staking of lock-out of ten gevolge van een sluiting wegens jaarlijkse vakantie; de periodes van onvrijwillige werkloosheid, beperkt tot 12 maanden; de vergoede periodes van arbeidsongeschiktheid wegens ziekte, invaliditeit, bevallings- of zwangerschapsrust, en de periodes die worden gedekt door een tijdelijke arbeidsongeschiktheid ten gevolge van een arbeidsongeval of een beroepsziekte; de periodes van deelname aan cursussen of studiedagen die gewijd zijn aan sociale promotie; de periodes:. tijdens dewelke de loopbaan onderbroken geweest is volgens de voorwaarden van artikel 100 van de wet van 22 januari 1985 of van het koninklijk besluit van 2 januari 1991 betreffende de toekenning van onderbrekingsuitkeringen;. van inactiviteit tijdens dewelke de werknemer vanaf 50 jaar zijn prestaties verminderd heeft overeenkomstig de voorwaarden van artikel 102 van de wet van 22 januari 1985 of gebruik gemaakt heeft van de bepalingen van het koninklijk besluit van 2 januari 1991 betreffende de toekenning van onderbrekingsuitkeringen;. tijdens dewelke de werknemer zijn arbeidsprestaties geschorst of verminderd heeft overeenkomstig artikel 3 van CAO nr. 77bis van de Nationale Arbeidsraad, met een maximum van 12 maanden;. tijdens dewelke de werknemer zijn prestaties verminderd heeft vanaf 50 jaar op basis van artikel 9 van CAO nr. 77bis van de Nationale Arbeidsraad;. van ouderschapsverlof, vaderschapsverlof, verlof om palliatieve verzorging te verstrekken of verlof om een zieke ouder te verzorgen; faillissement van de werkgever tot 6 maand na de faillietverklaring; 2 de vergoeding onder vorm van rente van inkomstenverlies bij: permanente arbeidsongeschiktheid van meer van 66 % beperkt tot euro per jaar; overlijden tijdens beroepsloopbaan beperkt tot euro per jaar; 3 de betaling van een rente van maximum euro per jaar in geval van ernstige ziekte; 4 de verhoging van lopende pensioenrenten of overlevingsrenten. Kluwer s Verzekeringshandboek Afl. 68 (mei 07) III

10 III. Fiscale aspecten Nochtans werd wel voorzien dat de renten bedoeld in 2 en 3 waarvan het jaarlijkse bedrag kleiner is dan 300 euro in kapitaal mogen worden vereffend. Bovendien voorziet het koninklijk besluit in een geleide keuze: om te genieten van het bijzonder statuut moet de solidariteitstoezegging die verbonden is met de pensioentoezegging minimaal twee onderscheiden prestaties omvatten, die zijn opgesomd onder 1, en één prestatie onder deze opgesomd onder 2 of 4. Verder moet ook een minimum budget besteed worden aan de financiering van de solidariteitstoezegging. Dit budget moet minstens 4,40 % van de stortingen voor de pensioentoezegging bedragen. Eigenlijk stemt dit budget minimaal overeen met de besparing die de werkgever verwezenlijkt op de premietaksen. Het beheer en de financiering van de pensioentoezegging worden geregeld in het koninklijk besluit van 14 november 2003 tot vaststelling van de regels inzake de financiering en het beheer van de solidariteitstoezegging (B.S., 14 november 2003, tweede editie) Een nieuwe ingreep: de wet van 27 oktober 2006 Een ingrijpende wijziging aan de organisatie van de sector van de aanvullende pensioenen vond plaats op het einde van Met name werd op 27 oktober 2006 de wet betreffende het toezicht op de instellingen voor bedrijfspensioenvoorzieningen aangenomen. Deze wet zo lezen we in de memorie van toelichting had een tweevoudig doel. In de eerste plaats regelt het de omzetting van de richtlijn 2003/41/EG van het Europese Parlement en de Raad van 3 juni 2003 betreffende de werkzaamheden van en het toezicht op instellingen voor bedrijfspensioenvoorziening. Normaal had België die richtlijn al moeten omzetten voor september 2005, maar hier werd een bepaalde vertraging opgelopen. Hoofddoel van de richtlijn was de openstelling van de landsgrenzen voor grensoverschrijdende organisatie van een aanvullend pensioen. Na uitvoering van de richtlijn betekende dit dat het voor een Belgische onderneming mogelijk wordt om voor het beheer van haar pensioenregeling, aan te sluiten bij een in een andere lidstaat van de Europese Economische Ruimte gevestigde instelling voor bedrijfspensioenvoorziening, en omgekeerd. Dit komt er dus op neer dat aan de instellingen voor bedrijfspensioenvoorziening wordt toegestaan een grensoverschrijdende III

11 III.3. Aanvullende pensioenen en voordelen activiteit te ontwikkelen, net zoals verzekeringsondernemingen dat al langer dan tien jaar kunnen. Maar België had ook een eigen agenda: Volgens de wetgever heeft het ontwerp ook een ambitieuzer doel, namelijk voor de tweedepensioenpijler een coherent wetgevend kader uitwerken. Met name is het zo dat de richtlijn een dubbel gevolg heeft: Enerzijds erkent de richtlijn dat indien een instelling voor bedrijfspensioenvoorziening gelegen in een lidstaat (lidstaat van oorsprong) een pensioenplan beheert in een andere lidstaat (lidstaat van ontvangst) dat de sociale en arbeidswetgeving van de lidstaat van ontvangst van toepassing is. Maar daarnaast wordt wat de wijze van beheer van de pensioeninstelling een principe gevolgd, dat we ook kennen uit de verzekeringsector, nl. het principe van de home country control. Om grensoverschrijdende activiteiten mogelijk te maken, zet de richtlijn een geharmoniseerd minimumkader op voor de werking van en het toezicht op de instellingen voor bedrijfspensioenvoorziening, gewoonlijk aangeduid met de term pensioenfondsen en pensioenkassen. De richtlijn bevat ook enkele verplichtingen inzake de informatieverstrekking aan de aangeslotenen en begunstigden. Het toepassingsgebied van de richtlijn beperkt zich tot de pensioenregelingen die gebonden zijn aan een beroepsactiviteit. Hiermee bedoelt men loontrekkenden, bedrijfsleiders en zelfstandigen, alsook, in bepaalde gevallen, ambtenaren. Wettelijke socialezekerheidsstelsels horen hier niet bij. Veel van de verplichtingen die de richtlijn oplegt, bestonden al in de Belgische reglementering. Daarom gaf de Belgische wetgever er in zijn regeling, en dit om motieven van stabiliteit en continuïteit, er de voorkeur om zoveel mogelijk het bestaand wettelijk kader over te nemen. De nieuwe regels van de richtlijn hebben vooral betrekking op de procedures in verband met grensoverschrijdende activiteiten. Verschillende artikelen wijzigen ook een aantal informatieverplichtingen in de WAPZ en de WAP. In de tweede plaats heeft de wet ook een coördinatie tot doel van de verschillende toezichtsregelingen voor de instellingen die belast zijn met de uitvoering van de pensioenregelingen. Kluwer s Verzekeringshandboek Afl. 68 (mei 07) III

12 III. Fiscale aspecten Voor België ging het voornamelijk om de volgende regelingen: de wet van 9 juli 1975 betreffende de controle der verzekeringsondernemingen, het koninklijk besluit van 14 mei 1985 betreffende de toepassing van de wet van 9 juli 1975 betreffende de controle der verzekeringsondernemingen, op de particuliere voorzorgsinstellingen, het koninklijk besluit van 5 april 1995 betreffende de toepassing van de wet van 9 juli 1975 betreffende de controle der verzekeringsondernemingen, op de pensioenkassen bedoeld in artikel 2, 3, 4, van voornoemde wet. Maar in het zog van die nieuwe wet werd ineens ook de uitvoeringsbesluiten, zowel ter uitvoering van de WAP, als van het WAPZ en het K.B. Leven grondig hervormd, waarbij alle bepalingen, die de inhoud en uitvoering van pensioentoezeggingen uit het K.B. Leven werden overgeheveld naar het het koninklijk besluit van 14 november 2003 houdende uitvoering van de wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid. Een (al dan niet gewild) gevolg van die laatste beweging heeft tot gevolg, dat voor wat betreft pensioentoezeggingen, die een vennootschap doet aan haar bedrijfsleider, is evenwel dat hier nagenoeg geen enkel onderdeel meer wettelijk geregeld is... Partijen hernemen hier bijna volledig hun vrijheid om in het contract te regelen, zodat de bedrijfsleider enkel maar rechten, die in het contract worden toegekend, kan doen gelden Wijzigingen door de wet houdende Diverse Bepalingen (I) van 27 december 2006 Onder Hoofdstuk IX van Titel XVII van de wet houdende Diverse Bepalingen (I) van 27 december 2006 werden bepalingen opgenomen die worden omschreven als: HOOFDSTUK IX. Wijzigingen van sommige bepalingen van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 teneinde ze in overeenstemming te brengen met bepaalde principes van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap en de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte. Dit hoofdstuk moest de bepalingen van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (WIB 92) die handelen over de aanvullende pensioenen, de individuele levensverzekeringscontracten en het pensioensparen aanpassen aan een aantal principes opgenomen in het Verdrag tot Oprichting van de Europese Gemeenschap en de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (verder: EG-Verdrag en EEROvereenkomst). III

13 Directe aanleiding tot de wijziging is het feit dat de Europese Commissie op 16 december 2003 een gemotiveerd advies had getroffen dat op 19 december 2003 aan de Belgische autoriteiten is toegestuurd. Met dat gemotiveerd advies stelt de Europese Commissie vast dat de tekst van de artikelen 59, 1, 1, 1451, 1453, 364bis en 364ter, WIB 92 en van de artikelen 173 en 177, 3 van het Wetboek der met het zegel gelijkgestelde taksen en 224/2bis van de Algemene verordening op de met het zegel gelijkgestelde taksen, niet conform de voornoemde Europese beginselen waren. De opgesomde bepalingen van het Belgische interne recht bevatten namelijk een nationaliteitsclausule die het voor buitenlandse spelers in de markt van de aanvullende pensioenen en de individuele levensverzekeringscontracten moeilijk, zoniet onmogelijk maakt om hun producten aan rijksinwoners van België aan te bieden. Daarnaast waren er maatregelen die een ontradend effect hebben op belastingplichtigen die hun in België opgebouwd aanvullend pensioenkapitaal naar het buitenland zouden willen overbrengen. Als vervolg op dat gemotiveerd advies heeft de Europese Commissie op 21 december 2004 een procedure tot ingebrekestelling tegen de Belgische staat ingesteld teneinde België voor het Europees Hof van Justitie te brengen (zaak C-522/04). De Belgische Overheid heeft dan het initiatief genomen de bestaande wetgeving aan te passen. 2. Overzicht van de fiscale hervorming, opgenomen in de WAP Twee fiscale Wetboeken worden gewijzigd door de WAP: 2.1. Wetboek van de Inkomstenbelastingen Betaling van de premie III.3. Aanvullende pensioenen en voordelen Voordelen die voor werknemers en bedrijfsleiders voortvloeien uit de tenlasteneming door de werkgever of de onderneming van bijdragen voor aanvullende pensioentoezeggingen, solidariteitstoezeggingen, toezeggingen bij overlijden of arbeidsongeschiktheid, toezeggingen medische kosten (ziekenhuisopname, dagverpleging, palliatieve thuiszorg), toezeggingen afhankelijkheid, ernstige aandoeningen en andere persoonsverzekeringen, worden in de regel niet langer belast bij de verkrijger van het voordeel. Kluwer s Verzekeringshandboek Afl. 68 (mei 07) III

14 III. Fiscale aspecten Sommige van die bijdragen zijn bij de werkgever binnen bepaalde grenzen aftrekbaar als beroepskost (aanvullende pensioentoezeggingen, solidariteitstoezeggingen, toezeggingen bij overlijden of arbeidsongeschiktheid). Andere werkgeversbijdragen zijn niet aftrekbaar als beroepskost (medische kosten, afhankelijkheid, ernstige aandoeningen en andere persoonsverzekeringen) Werkgeversbijdragen voor individuele aanvullende pensioentoezeggingen in het voordeel van werknemers, zijn slechts aftrekbaar als beroepskost voor zover zij een maximumbedrag van euro (te indexeren bedrag) per jaar niet overschrijden. Ze zijn bij de begunstigde vrijgesteld als voordeel van alle aard op voorwaarde dat in de onderneming ook een collectieve toezegging bestaat die voor de werknemers of een bijzondere categorie ervan op eenzelfde en nietdiscriminerende wijze toegankelijk is Bijdragen van de onderneming voor individuele aanvullende pensioentoezeggingen in het voordeel van regelmatig bezoldigde bedrijfsleiders zijn aftrekbaar als beroepskost. Voor diezelfde regelmatig bezoldigde bedrijfsleiders vormen die bijdragen geen belastbaar voordeel van alle aard Inzake de persoonlijke bijdragen voor aanvullende pensioenen van werknemers en bedrijfsleiders, blijft een belastingvermindering van toepassing. Met dien verstande dat die bijdragen niet meer mogen bedragen dan euro per jaar (niet geïndexeerd) wanneer zij gebeuren in het kader van een individuele voortzetting van een pensioentoezegging gesloten in het voordeel van een werknemer door een nieuwe werkgever bij wie geen collectieve toezegging bestaat Uitkering De uitkeringen die ingevolge de voornoemde toezeggingen gebeuren zijn bij de rechthebbende: belastbaar wanneer de bijdragen geheel of gedeeltelijk als een aftrekbare beroepskost werden aangemerkt niet belastbaar wanneer de bijdragen niet als een aftrekbare beroepskost werden aangemerkt of in geval van toezeggingen die niet tot doel hebben een inkomensverlies te dekken De aanvullende pensioenen die voortvloeien uit een collectieve toezegging en uit individuele toezeggingen zijn afzonderlijk belastbaar wanneer zij: onder de vorm van een kapitaal worden uitgekeerd III

15 III.3. Aanvullende pensioenen en voordelen aan werknemers en aan bedrijfsleiders ofwel naar aanleiding van hun pensionering, ofwel vanaf de leeftijd van 60 jaar, ofwel naar aanleiding van het overlijden van de persoon waarvoor het aanvullend pensioen is gevormd. Voor contracten gesloten gedurende een termijn van zes maanden na de bekendmaking van de WAP in het Belgisch Staatsblad, mag de leeftijd van 60 jaar worden vervangen door de leeftijd van 58 jaar Na ontvangst van het kapitaal kan het worden afgestaan en omgezet in een rente. Die rente wordt niet als een pensioen aangemerkt maar vormt een inkomen uit een roerend vermogen. Dat roerend inkomen wordt vastgesteld op 3 % van het afgestane kapitaal en belast tegen het tarief van 15 % Intern gefinancierde pensioenbeloften (kapitalen die niet met voorafgaande stortingen zijn gevormd) kunnen, overeenkomstig de sociale bepalingen van de WAP, nog slechts worden toegekend aan zelfstandige bedrijfsleiders met een mandaat. Derhalve behouden de kapitalen die aan die specifieke categorie van bedrijfsleiders gratis worden toegekend hun huidig aanslagstelsel (afzonderlijk belastbaar tegen het tarief van 16,5 % wanneer ze in bepaalde gunstige omstandigheden worden uitgekeerd) Gratis kapitalen die in strijd met de sociale bepalingen van de WAP in bepaalde gunstige omstandigheden worden toegekend aan werknemers of aan de andere categorieën van bedrijfsleiders dan de begunstigden die in III.3.a.9 zijn bedoeld, worden afzonderlijk belast: tegen het tarief van 16,5 % wanneer zij worden uitgekeerd in uitvoering van een contractuele verbintenis die is gesloten vóór de inwerkingtreding van de WAP; tegen het tarief van 33 % wanneer zij worden uitgekeerd in uitvoering van een contractuele verbintenis die is gesloten vanaf de inwerkingtreding van de WAP Tenslotte worden een aantal overgangsbepalingen ingevoerd. Sommige daarvan zijn afgestemd op de overgangsbepalingen die voor het sociale luik gelden. Andere moeten ervoor zorgen dat: de bestaande regels van toepassing blijven op de bedrijfsleiderverzekeringen die zijn gesloten vóór de inwerkingtreding van dit wetsontwerp de omzetting van een bedrijfsleiderverzekering in een individuele aanvullende pensioentoezegging in het voordeel van de bedrijfsleider, een fiscaal neutrale verrichting is dezelfde fiscale neutraliteit wordt gewaarborgd wanneer in de onderneming gevormde aanvullende pensioentoezeggingen worden overgedragen naar een pensioeninstelling buiten de onderneming. Kluwer s Verzekeringshandboek Afl. 68 (mei 07) III

16 III. Fiscale aspecten 2.2. Wetboek van de met het zegel gelijkgestelde taksen Jaarlijkse taks Het tarief van de jaarlijkse taks op de verzekeringspremies of pensioenbijdragen wordt van 9,25 % gebracht op 4,40 % voor de tweede pijler pensioenvorming en voor de collectieve toezeggingen die moeten worden beschouwd als een aanvulling van de wettelijke uitkeringen bij arbeidsongeschiktheid door (arbeids)ongeval of (beroeps)ziekte, ook indien deze toezeggingen in plannen met premiebudget worden begrepen; dit telkens mits bepaalde voorwaarden worden nageleefd Verplichte standaarddekking Voor de plannen met premiebudget wordt voorzien in een systeem van verplichte standaard dekkingen waarvoor geen uitsluiting op grond van een medisch onderzoek mogelijk is Bestaande toezeggingen Er wordt voorzien in een overgangsperiode van 5 jaar om de bestaande toezeggingen te confirmeren aan de fiscale bepalingen van het wetsontwerp Sociale pensioentoezeggingen Premies en bijdragen die worden betaald in het kader van sociale pensioentoezeggingen worden vrijgesteld Winstdeelnemingen De sommen die worden verdeeld als winstdeelneming door voorzorgsinstellingen worden voortaan onderworpen aan de jaarlijkse taks op de winstdeelnemingen, net zoals voor de beroepsverzekeraars 3. Nieuwe termen Voor een goed begrip van de wettelijke regeling van de Aanvullende pensioenen is het wel noodzakelijk om zich een aantal nieuwe termen eigen te maken, die werden ingevoerd door de wet van 28 april Alhoewel deze termen eigenlijk enkel opgelegd worden voor het sociale luik van de WAP, zullen ze gaan behoren tot het gewone taalgebruik inzake aanvullende pensioenen. III

17 III.3. Aanvullende pensioenen en voordelen Aldus 3.1. Aanvullend pensioen: het rust- en/of overlevingspensioen bij overlijden van de aangeslotene vóór of na pensionering, of de ermee overeenstemmende kapitaalswaard, die op basis van de in een pensioenreglement of een pensioenovereenkomst bepaalde verplichte stortingen worden toegekend ter aanvulling van een krachtens een wettelijke socialezekerheidsregeling vastgesteld pensioen Pensioentoezegging: de toezegging van een aanvullend pensioen door een inrichter aan één of meerdere werknemers en/of hun rechthebbenden. Een pensioentoezegging kan voortaan twee vormen aannemen, nl.: pensioenstelsel of individuele pensioentoezegging 3.3. Pensioenstelsel Dit is een collectieve pensioentoezegging 3.4. Individuele pensioentoezegging Dit is een occasionele, niet-stelselmatige pensioentoezegging aan één werknemer en/of zijn rechthebbenden 3.5. Inrichter Gaat het om een sectorplan, dan verwijst de term inrichter naar de rechtspersoon, paritair samengesteld, aangeduid via een collectieve arbeidsovereenkomst door de representatieve organisaties van een paritair comité of subcomité, opgericht volgens hoofdstuk III van de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, dat een pensioenstelsel invoert. Gaat het op een plan op ondernemingsvlak dat duidt de term inrichter op een werkgever die een pensioentoezegging doet Onderneming Wanneer de WAP de term onderneming gebruikt, dan gaat het om de technische bedrijfseenheid, zoals omschreven in artikel 14 van de wet van 20 september 1948 houdende organisatie van het bedrijfsleven. Kluwer s Verzekeringshandboek Afl. 68 (mei 07) III

18 III. Fiscale aspecten 3.7. Aangeslotene De WAP definieert in het sociale luik de aangeslotene als de werknemer die behoort tot de categorie van het personeel waarvoor de inrichter een pensioenstelsel heeft ingevoerd en die aan de aansluitingsvoorwaarden van het pensioenreglement voldoet, of aan wie de inrichter een individuele pensioentoezegging heeft gedaan en de gewezen werknemer die nog steeds actuele of uitgestelde rechten geniet overeenkomstig het pensioenreglement of de pensioenovereenkomst. Deze laatste groep wordt in het jargon al eens aangeduid als slapers. Wanneer de pensioentoezegging wordt gedaan in het voordeel van een bedrijfsleider, is hij de aangeslotene in het pensioenstelsel of de individuele pensioentoezegging. Dit spreekt voor zich Pensioenreglement Het reglement waarin de rechten en de verplichtingen van de inrichter, van de werkgever, de aangeslotenen en van hun rechthebbenden, de aansluitingsvoorwaarden en de regels inzake de uitvoering van het pensioenstelsel worden bepaald Pensioenovereenkomst De overeenkomst waarin de rechten en de verplichtingen van de werkgever, van de aangeslotene en zijn rechthebbenden en de regels inzake de uitvoering van de individuele pensioentoezegging worden bepaald; Uittreding Deze term verwijst naar een belangrijk moment in de vorming van aanvullende pensioenen. Het reglement vermeldt een aantal gevolgen bij uittreding. Wanneer de aangeslotene rechten ontleent aan een pensioentoezegging, die op sectorniveau wordt ingericht, dan betekent de uittreding de beëindiging van de arbeidsovereenkomst, anders dan door overlijden of pensionering, voor zover de werknemer geen nieuwe arbeidsovereenkomst heeft gesloten met een werkgever die onder het toepassingsgebied van hetzelfde pensioenstelsel valt als dat van zijn vorige werkgever. Wanneer de inrichter een werkgever is dan betekent de uittreding de beëindiging van de arbeidsovereenkomst, anders dan door overlijden of pensionering. III

19 Door de wet van 27 oktober 2006 werd het begrip uittreding verder uitgebreid. Voortaan wordt wanneer de inrichter de werkgever is onder uittreding ook verstaan, de overgang van een werknemer in het kader van een overgang van een onderneming, van een vestiging of van een deel van een onderneming of een vestiging, naar een andere onderneming of naar een andere vestiging, als gevolg van een conventionele overdracht of een fusie, waarbij het pensioenstelsel van de werknemer niet wordt overgedragen. Met die regeling wilde men een bijkomende bescherming voorzien voor de aangeslotenen waarvan de onderneming waar zij werken, of een deel daarvan wordt overgenomen, terwijl de overnemer de pensioenverplichting niet wenst over te nemen. Overeenkomstig de CAO 32bis, die de rechten en verplichtingen tussen werkgever en werknemer bij een overgang van de onderneming regelt, is de overnemer gehouden nagenoeg alle rechten en verplichtingen van de werknemers over te nemen. De enige uitzondering hierop vormen de aanvullende sociale toezeggingen. Om de deelnemers toe te laten ten opzichte van de overlater de rechten bij uittreding, waaronder onder andere het recht tot volstorting behoort, uit te oefenen, heeft met het begrip uittreding ook tot die situatie waarin de overnemer het aanvullend pensioen niet verder zet, uitgebreid Verworven prestaties De prestaties waarop de aangeslotene aanspraak kan maken overeenkomstig het pensioenreglement of de pensioenovereenkomst, indien hij bij zijn uittreding zijn verworven reserves bij de pensioeninstelling laat Verworven reserves De reserves waarop de aangeslotene op een bepaald ogenblik recht heeft overeenkomstig het pensioenreglement of de pensioenovereenkomst Toezegging van het type vaste bijdragen De verbintenis tot het betalen van vooraf vastgestelde bijdragen Toezegging van het type vaste prestaties III.3. Aanvullende pensioenen en voordelen De verbintenis tot het uitkeren van een bepaalde prestatie in rente of in kapitaal. De WAP heeft een reeds langer bestaande vorm van pensioentoezeggingen geofficialiseerd. Er wordt voor het eerst een wettelijke regeling aangetrof- Kluwer s Verzekeringshandboek Afl. 68 (mei 07) III

20 III. Fiscale aspecten fen voor zogenaamde cash balance-plannen. Deze toezeggingen krijgen een wettelijke bekrachtiging in artikel 21 WAP, die eigenlijk de aard van de prestatie bepaalt: Wanneer de pensioentoezegging met betrekking tot de rust- en/of overlevingspensioenen bij overlijden na de pensionering betrekking heeft op een bedrag dat verkregen wordt op basis van de bedragen die aan de aangeslotenen zijn toegekend op vervaldagen die vastgesteld zijn in het pensioenreglement of in de pensioen-overeenkomst, zijn de minimale verworven reserves, in afwijking van artikel 19, gelijk aan het resultaat van de kapitalisatie van de reeds toegekende bedragen, berekend overeenkomstig het pensioenreglement of de pensioenovereenkomst.. Het gaat hier om pensioentoezeggingen, waarbij een bepaalde prestatie op einddatum beloofd wordt, maar waarbij die prestatie wordt bepaald door verwijzing naar een netto forfaitair spaarbedrag dat op de vastgestelde vervaldagen aan elke aangeslotene wordt toegekend (zonder noodzakelijk werkelijk gestort te moeten zijn). Dit bedrag wordt gekapitaliseerd aan een theoretisch rendement dat in het pensioenreglement of in de pensioenovereenkomst is omschreven (bijvoorbeeld het gemiddelde rendement van staatsfondsen van een bepaalde duur). De werkgever stort wat nodig is om die prestatie te bereiken. Dit in functie van het werkelijk behaalde rendement. Die plannen worden technisch gezien beschouwd als zijnde van het type vaste prestaties. Wat hun concept betreft, staan ze echter dicht bij plannen van het type vaste bijdragen met tariefgarantie. Het gaat bijvoorbeeld om de toezegging van een pensioenkapitaal op het ogenblik van het bereiken van de pensioenleeftijd. Met dien verstande dat dit pensioenkapitaal gelijk zal zal zijn aan bijvoorbeeld 2 % van de bezoldiging die de aangeslotene ieder jaar heeft ontvangen, gekapitaliseerd aan 3 % vanaf 1 januari van ieder jaar, volgend op een volledig jaar tewerkstelling, tot aan de pensioenleeftijd Pensioeninstelling Een instelling die wordt belast met de uitvoering van de pensioentoezegging. In de regel gaat het hier om verzekeringsondernemingen en voorzorgsinstellingen, welke de nieuwe manier is om de vroegere pensioenfondsen aan te duiden Solidariteitstoezegging De toezegging van solidariteitsprestaties door een inrichter aan de werknemers en/of hun rechthebbenden. III

21 III.3. Aanvullende pensioenen en voordelen Solidariteitsreglement Het reglement waarin de rechten en de verplichtingen van de inrichter, van de werkgever, van de aangeslotenen en/of hun rechthebbenden, de aansluitingsvoorwaarden en de regels inzake de uitvoering van de solidariteitstoezegging worden bepaald Normale Pensioenleeftijd De normale pensioenleeftijd wordt voor het eerst duidelijk gedefinieerd in de regeling voor aanvullende pensioenen voor werknemers. Dit gebeurde door het koninklijk besluit van 12 januari 2007 tot wijziging van het koninklijk besluit van 14 november 2003 houdende uitvoering van de wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid. De normale pensioenleeftijd wordt in artikel 1 van dit K.B. gedefinieerd: voor de pensioentoezeggingen ingesteld door een collectieve arbeidsovereenkomst, een pensioenreglement of een pensioenovereenkomst gesloten voor 1 januari 2007 of die voortvloeien uit de verlenging van een voor die datum gesloten collectieve arbeidsovereenkomst, de pensioenleeftijd die is vermeld in de collectieve arbeidsovereenkomst, het pensioenreglement of de pensioenovereenkomst; voor elke andere pensioentoezegging: 65 jaar. 4. Beperking van het toepassingsgebied De aanvullende pensioenen, geregeld door de wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid, hebben een ruimer toepassingsgebied, dan de aanvullende pensioenen, waarbij verzekeringsondernemingen optreden als pensioeninstelling. Naast de verzekeringsondernemingen kunnen ingevolge de wijzigingen aangebracht door de wet van 27 oktober 2006 betreffende het toezicht op de instellingen voor bedrijfspensioenvoorzieningen ook nog als voorzorgsinstelling belast met het opbouwen van aanvullende pensioenen optreden: 1 een instelling voor bedrijfspensioenvoorziening naar Belgisch recht, bedoeld in Titel II van de wet van 27 oktober 2006; 2 een instelling voor bedrijfspensioenvoorziening die ressorteert onder het recht van een andere lidstaat dan België, bedoeld in de wet van 27 oktober Kluwer s Verzekeringshandboek Afl. 68 (mei 07) III

22 III. Fiscale aspecten Deze wet trad in werking op 1 januari Naast de bestaande verzekeringsondernemingen waarvoor prudentieel voorlopig niets wijzigde, mochten de op dat ogenblik bestaande instellingen, die aanvullende pensioenen beheerden volgens de regels van de controlewet van 9 juli 1975, te weten: a) de voorzorgsinstellingen opgericht als afzonderlijke rechtspersonen wier bedrijvigheid bestaat uit: het opbouwen ten individuele of ten collectieve titel van bovenwettelijke voordelen inzake pensioen, overlijden en blijvende invaliditeit voor het personeel of de bedrijfsleiders van één of van verschillende private ondernemingen; het opbouwen ten individuele of ten collectieve titel van wettelijke pensioenen of bovenwettelijke voordelen inzake pensioen, overlijden en blijvende invaliditeit voor het personeel of de bedrijfsleiders van één of van verschillende publiekrechtelijke rechtspersonen; b) de voorzorgsinstellingen die met datzelfde doel zijn opgericht, in de schoot van: een private onderneming; een fonds voor bestaanszekerheid, onderworpen aan de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid; een publiekrechtelijke rechtspersoon, onderworpen aan de wet van 17 juli 1975 met betrekking tot de boekhouding van de ondernemingen; voorlopig hun activiteit verderzetten. Wanneer die instellingen zijn opgericht onder de vorm van een vereniging zonder winstoogmerk of een onderlinge verzekeringsvereniging, hebben de tijd tot 1 januari 2012 om zich om te vormen in een organisme voor de financiering van pensioenen, beheerst door Hoofdstuk II van Titel II van deze wet. De omvorming wordt beslist door de algemene vergadering van de vereniging zonder winstoogmerk of van de onderlinge verzekeringsvereniging, en dit bij gewone meerderheid van de aanwezige of vertegenwoordigde leden. Onmiddellijk na die beslissing tot omvorming worden de statuten van het organisme voor de financiering van pensioenen vastgesteld volgens dezelfde regels. Deze omzetting laat de rechtspersoonlijkheid van de instelling voor bedrijfspensioenvoorziening die blijft voortbestaan in de nieuwe vorm, onverlet. III

SOLIDARITEITSREGLEMENT VOOR DE BEDIENDEN TEWERKGESTELD IN HET PARITAIR COMITÉ 220. Inhoudstafel... 1. 1 Voorwerp... 2. 2 Werking in de tijd...

SOLIDARITEITSREGLEMENT VOOR DE BEDIENDEN TEWERKGESTELD IN HET PARITAIR COMITÉ 220. Inhoudstafel... 1. 1 Voorwerp... 2. 2 Werking in de tijd... Bijlage 4 SOLIDARITEITSREGLEMENT VOOR DE BEDIENDEN TEWERKGESTELD IN HET PARITAIR COMITÉ 220 Inhoudstafel Inhoudstafel... 1 1 Voorwerp... 2 2 Werking in de tijd... 2 3 Aansluiting... 2 4 De solidariteitsinstelling

Nadere informatie

SOLIDARITEITSREGLEMENT VOOR DE WERKNEMERS TEWERKGESTELD IN HET PARITAIR COMITÉ 302. Inhoudstafel... 1. 1 Voorwerp... 2. 2 Werking in de tijd...

SOLIDARITEITSREGLEMENT VOOR DE WERKNEMERS TEWERKGESTELD IN HET PARITAIR COMITÉ 302. Inhoudstafel... 1. 1 Voorwerp... 2. 2 Werking in de tijd... SOLIDARITEITSREGLEMENT VOOR DE WERKNEMERS TEWERKGESTELD IN HET PARITAIR COMITÉ 302 Inhoudstafel Inhoudstafel... 1 1 Voorwerp... 2 2 Werking in de tijd... 2 3 Aansluiting... 2 4 De solidariteitsinstelling

Nadere informatie

Afdeling 6. Aftrekbaarheid van de uitkeringen in hoofde van de werkgever. Afdeling 7. Belastbaarheid van de uitkeringen in hoofde van de begunstigden

Afdeling 6. Aftrekbaarheid van de uitkeringen in hoofde van de werkgever. Afdeling 7. Belastbaarheid van de uitkeringen in hoofde van de begunstigden gen dan 1.990 EUR per jaar (2.080 EUR voor aanslagjaar 2010). Dat jaarbedrag wordt verminderd in verhouding tot de dagen van aansluiting tijdens hetzelfde jaar bij een pensioenstelsel 922. Afdeling 6.

Nadere informatie

Schematisch overzicht van het taxatiestelsel dat van toepassing is op aanvullende pensioenen van werknemers, bedrijfsleiders en zelfstandigen.

Schematisch overzicht van het taxatiestelsel dat van toepassing is op aanvullende pensioenen van werknemers, bedrijfsleiders en zelfstandigen. Algemene administratie van de FISCALITIT - Centrale diensten Directie I/5A Circulaire nr. Ci.RH.332/604.868 (AOIF Nr. 67/2010) dd 03.11.2010 Personenbelasting Belastingstelsel van het aanvullend pensioen

Nadere informatie

COMMISSIE VOOR HET VRIJ AANVULLEND PENSIOEN VOOR ZELFSTANDIGEN ADVIES NR. 2 VAN 15 SEPTEMBER 2003

COMMISSIE VOOR HET VRIJ AANVULLEND PENSIOEN VOOR ZELFSTANDIGEN ADVIES NR. 2 VAN 15 SEPTEMBER 2003 COMMISSIE VOOR HET VRIJ AANVULLEND PENSIOEN VOOR ZELFSTANDIGEN ADVIES NR. 2 VAN 15 SEPTEMBER 2003 INVENTARIS VAN DE VRAGEN BETREFFENDE TITEL II, HOOFDSTUK I, AFDELING 4 VAN DE PROGRAMMAWET (I) VAN 24 DECEMBER

Nadere informatie

COMMISSIE VOOR AANVULLENDE PENSIOENEN ADVIES nr. 20 de dato 3 mei 2007. Verklarend lexicon van de gehanteerde begrippen in de jaarlijkse pensioenfiche

COMMISSIE VOOR AANVULLENDE PENSIOENEN ADVIES nr. 20 de dato 3 mei 2007. Verklarend lexicon van de gehanteerde begrippen in de jaarlijkse pensioenfiche COMMISSIE VOOR AANVULLENDE PENSIOENEN ADVIES nr. 20 de dato 3 mei 2007 Gelet dat de Commissie voor aanvullende pensioenen, samengesteld krachtens art. 53 van de Wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende

Nadere informatie

Bijlage 1 bij Circulaire WAP nr. 7 over de regels betreffende het paritair beheer en het toezichtscomité INHOUD

Bijlage 1 bij Circulaire WAP nr. 7 over de regels betreffende het paritair beheer en het toezichtscomité INHOUD Toezicht op de pensioeninstellingen en de binnenlandse verzekeringsondernemingen Bijlage 1 bij Circulaire WAP nr. 7 over de regels betreffende het paritair beheer en het toezichtscomité * In de tekst moeten

Nadere informatie

SAMEN OP WEG NAAR EEN AANVULLEND PENSIOEN VOOR IEDEREEN

SAMEN OP WEG NAAR EEN AANVULLEND PENSIOEN VOOR IEDEREEN SAMEN OP WEG NAAR EEN AANVULLEND PENSIOEN VOOR IEDEREEN Frank Vandenbroucke Minister van sociale zaken en pensioenen Didier Reynders Minister van Financiën Een nieuw elan voor aanvullende pensioenen:!

Nadere informatie

Instelling voor bedrijfspensioenvoorziening (IBP)

Instelling voor bedrijfspensioenvoorziening (IBP) CLAEYS & ENGELS Advocaten Vorstlaan 280 1160 Brussel Tel +32 2 761 46 00 Fax +32 2 761 47 00 Pensioenfonds info@claeysengels.be www.claeysengels.be Instelling voor bedrijfspensioenvoorziening (IBP) www.iuslaboris.com

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZ/10/141 BERAADSLAGING NR 10/080 VAN 7 DECEMBER 2010 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR

Nadere informatie

Verklarend lexicon van de gehanteerde begrippen in de jaarlijkse pensioenfiche

Verklarend lexicon van de gehanteerde begrippen in de jaarlijkse pensioenfiche BV07083 24.05.2007 Verklarend lexicon van de gehanteerde begrippen in de jaarlijkse pensioenfiche Alle werknemers die aangesloten zijn bij een aanvullende pensioentoezegging ontvangen jaarlijks een pensioenfiche

Nadere informatie

Gelet op de brief van de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid van 2 oktober 2006;

Gelet op de brief van de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid van 2 oktober 2006; SCSZ/06/142 1 BERAADSLAGING NR 06/078 VAN 17 OKTOBER 2006 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR DE KRUISPUNTBANK VAN DE SOCIALE ZEKERHEID AAN DE PENSIOENINSTELLING VAN DE SECTOR VAN

Nadere informatie

Update@Work September 2010 - Nummer 5 - Jaargang 6

Update@Work September 2010 - Nummer 5 - Jaargang 6 Employee Benefits Update@Work September 2010 - Nummer 5 - Jaargang 6 Databank Aanvullende Pensioenen of DB2P: aangifte-instructies De Gegevensbank Opbouw Aanvullende Pensioenen die in het leven werd geroepen

Nadere informatie

Samenvatting van de belangrijkste wijzigingen aan de algemene voorwaarden

Samenvatting van de belangrijkste wijzigingen aan de algemene voorwaarden Samenvatting van de belangrijkste wijzigingen aan de algemene voorwaarden 1. Vereffening van de uitkering bij leven Sinds 1 januari 2016 kan in het stelsel van de loontrekkende werknemers het aanvullend

Nadere informatie

SECTORAAL SOLIDARITEITSREGLEMENT ANNEX AAN SECTORAAL SOCIAAL AANVULLEND PENSIOENREGLEMENT ten gunste van de werknemers van het NPCHA

SECTORAAL SOLIDARITEITSREGLEMENT ANNEX AAN SECTORAAL SOCIAAL AANVULLEND PENSIOENREGLEMENT ten gunste van de werknemers van het NPCHA SECTORAAL SOLIDARITEITSREGLEMENT ANNEX AAN SECTORAAL SOCIAAL AANVULLEND PENSIOENREGLEMENT ten gunste van de werknemers van het NPCHA Solidariteitsreglement PSC 301.01 NPCHA 1 0.PREAMBULE In uitvoering

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZ/11/004 BERAADSLAGING NR 11/003 VAN 11 JANUARI 2011 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZ/10/090 BERAADSLAGING NR 10/053 VAN 6 JULI 2010 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZ/08/064 BERAADSLAGING NR. 08/022 VAN 8 APRIL 2008 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR

Nadere informatie

Rekening houdend met de financieringsmethode, kan er een onderscheid worden gemaakt tussen verschillende types van pensioenplannen.

Rekening houdend met de financieringsmethode, kan er een onderscheid worden gemaakt tussen verschillende types van pensioenplannen. CLAEYS & ENGELS Advocaten Vorstlaan 280 1160 Brussel Tel +32 2 761 46 00 Fax +32 2 761 47 00 De groepsverzekering info@claeysengels.be www.claeysengels.be www.iuslaboris.com I WAT IS EEN GROEPSVERZEKERING?

Nadere informatie

De individuele pensioentoezegging

De individuele pensioentoezegging CLAEYS & ENGELS Advocaten Vorstlaan 280 1160 Brussel Tel +32 2 761 46 00 Fax +32 2 761 47 00 De individuele pensioentoezegging info@claeysengels.be www.claeysengels.be www.iuslaboris.com I WAT IS EEN INDIVIDUELE

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid 1 Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZ/15/004 BERAADSLAGING NR 06/082 VAN 14 NOVEMBER 2006, GEWIJZIGD OP 13 JANUARI 2015, MET BETREKKING TOT DE

Nadere informatie

Paritair Comité voor het Hotelbedrijf. Collectieve arbeidsovereenkomst van 28 juni 2012 tot invoering van het sociaal sectoraal pensioenstelsel.

Paritair Comité voor het Hotelbedrijf. Collectieve arbeidsovereenkomst van 28 juni 2012 tot invoering van het sociaal sectoraal pensioenstelsel. Paritair Comité voor het Hotelbedrijf. Collectieve arbeidsovereenkomst van 28 juni 2012 tot invoering van het sociaal sectoraal pensioenstelsel. *** 1. Voorwerp 1.1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst

Nadere informatie

Waarborg en Sociaal Fonds Voedingsindustrie Aanvullend pensioen. Wat?

Waarborg en Sociaal Fonds Voedingsindustrie Aanvullend pensioen. Wat? Waarborg en Sociaal Fonds Voedingsindustrie Aanvullend pensioen Wat? Sinds 1 april 2004 genieten alle arbeiders van de voedingsnijverheid een aanvullend pensioen, ofwel op basis van het sectoraal sociaal

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZ/08/187 BERAADSLAGING NR 08/069 VAN 2 DECEMBER 2008 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS

Nadere informatie

Fiche 8 AANVULLENDE PENSIOENEN

Fiche 8 AANVULLENDE PENSIOENEN Fiche 8 AANVULLENDE PENSIOENEN (Werknemers: W. 28.04.2003 op de aanvullende pensioenen (de WAP); Zelfstandigen: programmawet 24.12.2002 - W. 27.10.2006 betreffende het toezicht op de instellingen voor

Nadere informatie

COMMISSIE VOOR AANVULLENDE PENSIOENEN ADVIES. nr. 15. de dato. 7 december 2006

COMMISSIE VOOR AANVULLENDE PENSIOENEN ADVIES. nr. 15. de dato. 7 december 2006 COMMISSIE VOOR AANVULLENDE PENSIOENEN ADVIES nr. 15 de dato 7 december 2006 Gelet dat de commissie voor aanvullende pensioenen, samengesteld krachtens art. 53 van de Wet van 28 april 2003 betreffende de

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZ/09/137 BERAADSLAGING NR 09/075 VAN 1 DECEMBER 2009 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid 1 Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZ/11/147 BERAADSLAGING NR 11/095 VAN 6 DECEMBER 2011 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid 1 Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZ/14/132 BERAADSLAGING NR. 14/070 VAN 2 SEPTEMBER 2014 INZAKE DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR DE KRUISPUNTBANK

Nadere informatie

Vragenlijst Sectoraal Pensioenstelsel

Vragenlijst Sectoraal Pensioenstelsel Vragenlijst Sectoraal Pensioenstelsel Tenzij anders vermeld peilen de vragen steeds naar de situatie op 31 december 2017 Deze vragenlijst dient in principe te worden ingevuld voor elk pensioenstelsel afzonderlijk.

Nadere informatie

Jaaroverzicht VAPZ & RIZIV

Jaaroverzicht VAPZ & RIZIV Jaaroverzicht VAPZ & RIZIV 1. wat is een jaaroverzicht? Een jaaroverzicht bezorgt u een jaarlijks overzicht van de bewegingen op uw contract tijdens het afgelopen kalenderjaar (E). 2. nieuwe gegevens op

Nadere informatie

I. RUST- EN OVERLEVINGSPENSIOEN

I. RUST- EN OVERLEVINGSPENSIOEN I. RUST- EN OVERLEVINGSPENSIOEN De wetgeving legt voortaan de externe financiering van de individuele toezeggingen op (met naleving van bepaalde voorwaarden en beperkingen - cfr. infra). Sinds 16 november

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid 1 Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZ/11/046 BERAADSLAGING NR 11/032 VAN 5 APRIL 2011 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR

Nadere informatie

Bijlagen. Inhoudstafel. Titel I Algemene bepaling Art.1. Wetsverwijzing

Bijlagen. Inhoudstafel. Titel I Algemene bepaling Art.1. Wetsverwijzing Bijlagen Overzicht van de wet betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid Titel I Algemene bepaling Art.1.

Nadere informatie

INTERPRETATIE VAN HET BEGRIP EFFECTIEF ACTIEF

INTERPRETATIE VAN HET BEGRIP EFFECTIEF ACTIEF INTERPRETATIE VAN HET BEGRIP EFFECTIEF ACTIEF Opdat sommige kapitalen en afkoopwaarden in aanmerking zouden kunnen komen voor een fiscaal gunstig regime (hetzij de aanslagvoet van 10 %, hetzij de beperking

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid 1 Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZ/12/317 BERAADSLAGING NR. 12/095 VAN 6 NOVEMBER 2012 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS

Nadere informatie

SECTORAAL PENSIOENSTELSEL. Collectieve arbeidsovereenkomst van 4 april 2006 tot invoering van een sectoraal aanvullend pensioenstelsel

SECTORAAL PENSIOENSTELSEL. Collectieve arbeidsovereenkomst van 4 april 2006 tot invoering van een sectoraal aanvullend pensioenstelsel SECTORAAL PENSIOENSTELSEL Collectieve arbeidsovereenkomst van 4 april 2006 tot invoering van een sectoraal aanvullend pensioenstelsel Artikel 1 - Toepassingsgebied Deze collectieve arbeidsovereenkomst

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid 1 Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZ/11/129 BERAADSLAGING NR 11/085 VAN 8 NOVEMBER 2011 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS

Nadere informatie

Circulaire WAP - nr. 4. Betreft : Jaarlijkse mededeling betreffende de individuele pensioentoezeggingen

Circulaire WAP - nr. 4. Betreft : Jaarlijkse mededeling betreffende de individuele pensioentoezeggingen Toezicht op de aanvullende pensioenen Brussel, 15 november 2005 Circulaire WAP - nr. 4 Betreft : Jaarlijkse mededeling betreffende de individuele pensioentoezeggingen Mevrouw, Mijnheer, De wet van 28 april

Nadere informatie

9. Aanvullende pensioenen

9. Aanvullende pensioenen 9. Aanvullende pensioenen In de privé-sector heeft ongeveer 1 werknemer op 3 een aanvullend pensioen. Daarmee situeert België zich gelijk aan het Europees gemiddelde, maar duidelijk onder het Verenigd

Nadere informatie

Circulaire CBFA_2008_17 van 26 augustus 2008.

Circulaire CBFA_2008_17 van 26 augustus 2008. Circulaire CBFA_2008_17 van 26 augustus 2008. Beheers- en werkingsregels als bedoeld in artikel 79 van de wet van 27 oktober 2006 betreffende het toezicht op de instellingen voor bedrijfspensioenvoorziening

Nadere informatie

De juridische nieuwslijn Lexalert informeert u gratis en per e-mail over de juridische actualiteit. Schrijf gratis in via www.lexalert.

De juridische nieuwslijn Lexalert informeert u gratis en per e-mail over de juridische actualiteit. Schrijf gratis in via www.lexalert. Algemene administratie van de FISCALITEIT Centrale diensten Dienst Personenbelasting Circulaire nr. Ci.RH.332/621.312 (AAFisc Nr. 13/2013) dd. 23.04.2013 Personenbelasting Belastingstelsel van het aanvullend

Nadere informatie

SCSZ/06/044. Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank van 15 maart 2006; Gelet op het verslag van de heer Michel Parisse.

SCSZ/06/044. Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank van 15 maart 2006; Gelet op het verslag van de heer Michel Parisse. SCSZ/06/044 1 BERAADSLAGING NR. 06/035 VAN 18 APRIL 2006 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR DE KRUISPUNTBANK VAN DE SOCIALE ZEKERHEID AAN DE PENSIOENINSTELLING VAN DE METAALSECTOR,

Nadere informatie

(met inbegrip van de solidariteitstoezeggingen die tot doel hebben een aanvullend pensioen toe te kennen)

(met inbegrip van de solidariteitstoezeggingen die tot doel hebben een aanvullend pensioen toe te kennen) I. RUST - EN OVERLEVINGSPENSIOEN GROEPSVERZEKERING (met inbegrip van de solidariteitstoezeggingen die tot doel hebben een aanvullend pensioen toe te kennen) 1. Bijdrage van de werkgever / onderneming 1.1.

Nadere informatie

Gelet op het sectoraal pensioenreglement gevoegd als bijlage bij voormelde collectieve arbeidsovereenkomst van 16 november 2006;

Gelet op het sectoraal pensioenreglement gevoegd als bijlage bij voormelde collectieve arbeidsovereenkomst van 16 november 2006; SCSZ/07/003 1 BERAADSLAGING NR. 07/005 VAN 9 JANUARI 2007 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR DE KRUISPUNTBANK VAN DE SOCIALE ZEKERHEID AAN DE INRICHTER EN DE PENSIOENINSTELLING

Nadere informatie

ADDENDUM (dd. 07/2017) aan de algemene en bijzondere voorwaarden van de pensioentoezegging voor bedrijfsleiders met ref. 6112

ADDENDUM (dd. 07/2017) aan de algemene en bijzondere voorwaarden van de pensioentoezegging voor bedrijfsleiders met ref. 6112 ADDENDUM (dd. 07/2017) aan de algemene en bijzondere voorwaarden van de pensioentoezegging voor bedrijfsleiders met ref. 6112 Dit addendum bevat een aantal wijzigingen aan de bovengenoemde algemene en

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZ/11/023 BERAADSLAGING NR 11/018 VAN 1 MAART 2011 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid 1 Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZ/14/116 BERAADSLAGING NR. 14/062 VAN 2 SEPTEMBER 2014 INZAKE DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR DE KRUISPUNTBANK

Nadere informatie

INTERPRETATIE VAN HET BEGRIP EFFECTIEF ACTIEF

INTERPRETATIE VAN HET BEGRIP EFFECTIEF ACTIEF INTERPRETATIE VAN HET BEGRIP EFFECTIEF ACTIEF Opdat sommige kapitalen en afkoopwaarden in aanmerking zouden kunnen komen voor een fiscaal gunstig regime (hetzij de aanslagvoet van 10%, hetzij de beperking

Nadere informatie

CAO van 30 september 2009 tot vaststelling van de overgangsregeling in het kader van de invoering van de sectorale tweede pensioenpijler

CAO van 30 september 2009 tot vaststelling van de overgangsregeling in het kader van de invoering van de sectorale tweede pensioenpijler CAO van 30 september 2009 tot vaststelling van de overgangsregeling in het kader van de invoering van de sectorale tweede pensioenpijler Art. 1 Voorwerp van deze CAO Deze CAO stelt voor de arbeiders van

Nadere informatie

Raad voor het Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen. Brussel, 10 december 2003 ADVIES N 3

Raad voor het Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen. Brussel, 10 december 2003 ADVIES N 3 Raad voor het Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen Brussel, 10 december 2003 ADVIES N 3 Uitgebracht door de Raad voor het Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen betreffende de vragen die door

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Federale Overheidsdienst Financiën www.minfin.fgov.be Onderwerp Circulaire nr. Ci.RH.332/583.327 (AOIF Nr. 42/2010). Personenbelasting. Beroepskosten. Voordeel van alle aard. Niet-aftrekbare

Nadere informatie

SECTORAAL SOLIDARITEITSREGLEMENT ANNEX AAN SECTORAAL SOCIAAL AANVULLEND PENSIOENREGLEMENT ten gunste van de werknemers van het NPCHA

SECTORAAL SOLIDARITEITSREGLEMENT ANNEX AAN SECTORAAL SOCIAAL AANVULLEND PENSIOENREGLEMENT ten gunste van de werknemers van het NPCHA SECTORAAL SOLIDARITEITSREGLEMENT ANNEX AAN SECTORAAL SOCIAAL AANVULLEND PENSIOENREGLEMENT ten gunste van de werknemers van het NPCHA Solidariteitsreglement PSC 301.01 NPCHA 1 0.PREAMBULE In uitvoering

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Inburgering, Wonen, Gelijke Kansen en Armoedebestrijding; BESLUIT:

DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Inburgering, Wonen, Gelijke Kansen en Armoedebestrijding; BESLUIT: Voorontwerp van decreet betreffende het Vlaams Pensioenfonds en het publieke pensioenstelsel voor de contractuele personeelsleden van de diensten van de Vlaamse overheid en andere besturen DE VLAAMSE REGERING,

Nadere informatie

Kan een VAPZE gecombineerd worden met een groepsverzekering?

Kan een VAPZE gecombineerd worden met een groepsverzekering? Kan een VAPZE gecombineerd worden met een groepsverzekering? Sedert enkele jaren hebben zelfstandigen de mogelijkheid om via hun sociaal verzekeringsfonds een aanvullend pensioen op te bouwen, het zogenaamde

Nadere informatie

HERVORMING VAN DE WET OP DE AANVULLENDE PENSIOENEN: WAT IS NIEUW?

HERVORMING VAN DE WET OP DE AANVULLENDE PENSIOENEN: WAT IS NIEUW? HERVORMING VAN DE WET OP DE AANVULLENDE PENSIOENEN: WAT IS NIEUW? De hervorming van de aanvullende pensioenen die werd aangekondigd in aansluiting op de hervorming van de 1 ste pijler van de pensioenen

Nadere informatie

Sectoraal pensioenstelsel

Sectoraal pensioenstelsel Sectoraal pensioenstelsel CAO van 15 maart 2016 gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid betreffende het aanvullend sectoraal pensioenstelsel voor de bedienden van de scheikundige

Nadere informatie

a) Aanvullend Sectoraal Pensioenstelsel: het pensioenstelsel dat door deze CAO wordt ingevoerd.

a) Aanvullend Sectoraal Pensioenstelsel: het pensioenstelsel dat door deze CAO wordt ingevoerd. CAO van 5 augustus 2010 gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid tot invoering van een aanvullend sectoraal pensioenstelsel voor de bedienden van de scheikundige

Nadere informatie

Nieuwe regels voor de aanvullende pensioenen vanaf 2016

Nieuwe regels voor de aanvullende pensioenen vanaf 2016 Nieuwe regels voor de aanvullende pensioenen vanaf 2016 De nouvelles règles pour les pensions complémentaires à partir de 2016 De wet van 18 december 2015 ter waarborging van de duurzaamheid en het sociale

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid 1 Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZ/11/057 BERAADSLAGING NR 11/036 VAN 3 MEI 2011 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR

Nadere informatie

De bedrijfsleidersverzekering is een levensverzekering gesloten door een onderneming in haar eigen voordeel, op het hoofd van een bedrijfsleider.

De bedrijfsleidersverzekering is een levensverzekering gesloten door een onderneming in haar eigen voordeel, op het hoofd van een bedrijfsleider. Vorstlaan 280 1160 Brussel Tel +32 2 761 46 00 Fax +32 2 761 47 00 www.claeysengels.be info@claeysengels.be DE BEDRIJFSLEIDERSVERZEKERING www.iuslaboris.com De bedrijfsleidersverzekering is een levensverzekering

Nadere informatie

Update@Work Juli 2012 Nummer 3 Jaargang 8

Update@Work Juli 2012 Nummer 3 Jaargang 8 Update@Work Juli 2012 Nummer 3 Jaargang 8 Regeerakkoord Di Rupo (l): enkele fiscale maatregelen inzake de 2de pijler krijgen concrete vorm Via update@work van december 2011 informeerden wij u over de maatregelen

Nadere informatie

INDIVIDUELE RESERVE-OVERDRACHT VOOR AANVULLENDE PENSIOENEN TUSSEN VERZEKERINGSONDERNEMINGEN

INDIVIDUELE RESERVE-OVERDRACHT VOOR AANVULLENDE PENSIOENEN TUSSEN VERZEKERINGSONDERNEMINGEN LEVEN 2015-14 / BIJLAGE 1 LEVEN/ TECHN. COMM. COLLECTIEF 2015-88/A INDIVIDUELE RESERVE-OVERDRACHT VOOR AANVULLENDE PENSIOENEN TUSSEN VERZEKERINGSONDERNEMINGEN 22 september 2015 Inleiding Definities Voor

Nadere informatie

Sectoraal pensioenstelsel voor de diamantsector Transparantieverslag 2018

Sectoraal pensioenstelsel voor de diamantsector Transparantieverslag 2018 Sectoraal pensioenstelsel voor de diamantsector Transparantieverslag 2018 1. Welke instellingen komen tussen in het beheer van uw aanvullend pensioen? De inrichter van het sectoraal pensioenstelsel ten

Nadere informatie

Sectoraal pensioenstelsel voor de sector van het drukkerij-, grafische kunst- en dagbladbedrijf Transparantieverslag 2016

Sectoraal pensioenstelsel voor de sector van het drukkerij-, grafische kunst- en dagbladbedrijf Transparantieverslag 2016 Sectoraal pensioenstelsel voor de sector van het drukkerij-, grafische kunst- en dagbladbedrijf Transparantieverslag 2016 1. Welke instellingen komen tussen in het beheer van uw aanvullend pensioen? De

Nadere informatie

SOLIDARITEITSREGLEMENT

SOLIDARITEITSREGLEMENT Bijlage[b1][b2] 2 : SOLIDARITEITSREGLEMENT HOOFDSTUK 1 ALGEMEENHEDEN Sectie 1. DOEL EN VOORWERP VAN DE SOLIDARITEITSTOEZEGGING Het Solidariteitsreglement wordt opgemaakt in uitvoering van de collectieve

Nadere informatie

INDIVIDUELE RESERVE-OVERDRACHT VOOR AANVULLENDE PENSIOENEN TUSSEN VERZEKERINGSONDERNEMINGEN EN INSTELLINGEN VOOR BEDRIJFSPENSIOENVOORZIENING

INDIVIDUELE RESERVE-OVERDRACHT VOOR AANVULLENDE PENSIOENEN TUSSEN VERZEKERINGSONDERNEMINGEN EN INSTELLINGEN VOOR BEDRIJFSPENSIOENVOORZIENING LEVEN 2015-14 / BIJLAGE 2 LEVEN/ TECHN. COMM. COLLECTIEF 2015-88/B INDIVIDUELE RESERVE-OVERDRACHT VOOR AANVULLENDE PENSIOENEN TUSSEN VERZEKERINGSONDERNEMINGEN EN INSTELLINGEN VOOR BEDRIJFSPENSIOENVOORZIENING

Nadere informatie

Pensioenplan voor de arbeiders van de baksteensector

Pensioenplan voor de arbeiders van de baksteensector Pensioenplan voor de arbeiders van de baksteensector www.federale.be www.baksteen.be Voorwoord Eind 2011 werd een sectoraal pensioenplan ingevoerd voor de arbeiders van de baksteensector. Met dit sectorpensioenplan

Nadere informatie

Voorafgaande beslissing nr dd

Voorafgaande beslissing nr dd Home > Modifications récentes > Voorafgaande beslissing nr. 2012.154 dd. 12.06.2012 Voorafgaande beslissing nr. 2012.154 dd. 05.06.2012 Aanvullende pensioentoezeggingen Toekenning winstdeelname door OFP

Nadere informatie

Vragen & Antwoorden I. PENSIOENLEEFTIJD - AFLOOP VAN DE PENSIOENTOEZEGGING

Vragen & Antwoorden I. PENSIOENLEEFTIJD - AFLOOP VAN DE PENSIOENTOEZEGGING Newsletter 07/2016 Vragen & Antwoorden Evolutie van de reglementering van de tweede pijler Versterking van het aanvullende karakter van de tweede pijler (EBI flash Evolutie van de tweede pijler deel 3

Nadere informatie

VIP-PLAN VOOR BEDRIJFSLEIDERS EN WERKNEMERS

VIP-PLAN VOOR BEDRIJFSLEIDERS EN WERKNEMERS VIP-PLAN VOOR BEDRIJFSLEIDERS EN WERKNEMERS INDIVIDUELE PENSIOENTOEZEGGING 30.30.014/10 09/08 U bent bedrijfsleider en u wil een extra-legaal pensioenvoordeel - gefinancierd do of aan bepaalde personeelsleden.

Nadere informatie

Gelet op de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, inzonderheid op artikel 15;

Gelet op de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, inzonderheid op artikel 15; SCSZ/07/007 1 BERAADSLAGING NR. 07/004 VAN 9 JANUARI 2007 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR DE VERENIGING ZONDER WINSTOOGMERK CIMIRE AAN DE RIJKSDIENST VOOR PENSIOENEN MET HET

Nadere informatie

PROGRAMMAWET (I) VAN 27 DECEMBER 2006. (B.S. 28 december 2006, 3e editie) Uittreksels

PROGRAMMAWET (I) VAN 27 DECEMBER 2006. (B.S. 28 december 2006, 3e editie) Uittreksels PROGRAMMAWET (I) VAN 27 DECEMBER 2006 (B.S. 28 december 2006, 3e editie) Uittreksels Aangevuld, gewijzigd of aangepast door: - de wet van 21 december 2007 houdende diverse bepalingen (I) (B.S. 31 december

Nadere informatie

Pensioenplan voor de arbeiders van de baksteensector

Pensioenplan voor de arbeiders van de baksteensector Pensioenplan voor de arbeiders van de baksteensector Update 2018-2019 www.federale.be www.baksteen.be Voorwoord Eind 2011 werd een sectoraal pensioenplan ingevoerd voor de arbeiders van de baksteensector.

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 16 oktober 2001

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 16 oktober 2001 A D V I E S Nr. 1.372 ------------------------------- Zitting van dinsdag 16 oktober 2001 Ontwerp van koninklijk besluit tot vaststelling van de solidariteitsprestatie verbonden met de sociale aanvullende

Nadere informatie

Echtscheiding en aanvullend pensioen. Verdeling van de aanvullende pensioenrechten. * Wanneer? Verdeling op het ogenblik van de echtscheiding

Echtscheiding en aanvullend pensioen. Verdeling van de aanvullende pensioenrechten. * Wanneer? Verdeling op het ogenblik van de echtscheiding 3//0 9:9:0 AM Verdeling op het ogenblik van de echtscheiding Verdeling van de verworven rechten gebeurt op het ogenblik van de echtscheiding Verschillende opties voor de vereffeningvan de verworven rechten

Nadere informatie

SECTORPENSIOENPLAN VOOR DE ARBEIDERS VAN DE BETONINDUSTRIE

SECTORPENSIOENPLAN VOOR DE ARBEIDERS VAN DE BETONINDUSTRIE SECTORPENSIOENPLAN VOOR DE ARBEIDERS VAN DE BETONINDUSTRIE Paritair Subcomité 106.02 cao van 9 oktober 2006 VOORWOORD Met de ondertekening van de cao van 9 oktober 2006 werd de invoering van een sectoraal

Nadere informatie

Vakantiegeld... 2 Jaarlijkse gratificatie... 2 Jaarlijkse premie... 4 Bijdrage van de werkgevers in de vervoerkosten van het personeel...

Vakantiegeld... 2 Jaarlijkse gratificatie... 2 Jaarlijkse premie... 4 Bijdrage van de werkgevers in de vervoerkosten van het personeel... 3100000 Paritair Comité voor de banken Vakantiegeld... 2 Jaarlijkse gratificatie... 2 Jaarlijkse premie... 4 Bijdrage van de werkgevers in de vervoerkosten van het personeel... 4 De hierna vermelde CAO

Nadere informatie

Informatieveiligheidscomité Kamer sociale zekerheid en gezondheid

Informatieveiligheidscomité Kamer sociale zekerheid en gezondheid 1 Informatieveiligheidscomité Kamer sociale zekerheid en gezondheid IVC/KSZG/19/186 BERAADSLAGING NR. 19/100 VAN 2 JULI 2019 BETREFFENDE DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR DE KRUISPUNTBANK VAN DE

Nadere informatie

Richtlijn betreffende bescherming rechten op aanvullend pensioen

Richtlijn betreffende bescherming rechten op aanvullend pensioen Richtlijn betreffende bescherming rechten op aanvullend pensioen Richtlijn 98/49/EG van de Raad van 29 juni 1998 betreffende de bescherming van de rechten op aanvullend pensioen van werknemers en zelfstandigen

Nadere informatie

Door een aantal wettelijke beschikkingen moest een einde komen aan dergelijke vorm van aanvullende pensioenfondsen.

Door een aantal wettelijke beschikkingen moest een einde komen aan dergelijke vorm van aanvullende pensioenfondsen. PC 216 NOTARIAAT AANVULLEND PENSIOEN DER NOTARISBEDIENDEN Woord Vooraf In het verleden (vóór 1987) bestond er voor de notarisbedienden een aanvullend pensioen volgens een repartitiesysteem, verspreid over

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid 1 Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZ/10/073 BERAADSLAGING NR 10/042 VAN 1 JUNI 2010 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR

Nadere informatie

Sociaal sectoraal pensioenstelsel van de elektriciens Transparantieverslag 2016

Sociaal sectoraal pensioenstelsel van de elektriciens Transparantieverslag 2016 Sociaal sectoraal pensioenstelsel van de elektriciens Transparantieverslag 2016 1. Welke instellingen komen tussen in het beheer van uw aanvullend pensioen? De inrichter van het sociaal sectoraal pensioenstelsel

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid 1 Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZG/18/060 BERAADSLAGING NR. 18/038 VAN 6 MAART 2018 INZAKE DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR DE KRUISPUNTBANK

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 55 VAN 13 JULI 1993 TOT INSTELLING VAN EEN REGELING VAN AANVULLENDE VERGOEDING

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 55 VAN 13 JULI 1993 TOT INSTELLING VAN EEN REGELING VAN AANVULLENDE VERGOEDING COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 55 VAN 13 JULI 1993 TOT INSTELLING VAN EEN REGELING VAN AANVULLENDE VERGOEDING VOOR SOMMIGE OUDERE WERKNEMERS, IN GEVAL VAN HAL- VERING VAN DE ARBEIDSPRESTATIES, GEWIJZIGD

Nadere informatie

Paritair Comité voor de bedienden van de textielnijverheid en het breiwerk

Paritair Comité voor de bedienden van de textielnijverheid en het breiwerk 2140000 Paritair Comité voor de bedienden van de textielnijverheid en het breiwerk Sectoraal akkoord 2009 2010... 2 Collectieve arbeidsovereenkomst van 24 april 2009 (92.203)... 2 Invoering van een nieuwe

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 55 VAN 13 JULI 1993 TOT INSTELLING VAN EEN REGELING VAN AANVULLENDE VERGOEDING

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 55 VAN 13 JULI 1993 TOT INSTELLING VAN EEN REGELING VAN AANVULLENDE VERGOEDING COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 55 VAN 13 JULI 1993 TOT INSTELLING VAN EEN REGELING VAN AANVULLENDE VERGOEDING VOOR SOMMIGE OUDERE WERKNEMERS, IN GEVAL VAN HAL- VERING VAN DE ARBEIDSPRESTATIES, GEWIJZIGD

Nadere informatie

SCSZ/06/044. Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank ontvangen op 21 februari 2006; Gelet op het verslag van de heer Michel Parisse.

SCSZ/06/044. Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank ontvangen op 21 februari 2006; Gelet op het verslag van de heer Michel Parisse. SCSZ/06/044 1 BERAADSLAGING NR. 06/033 VAN 18 APRIL 2006 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR DE KRUISPUNTBANK VAN DE SOCIALE ZEKERHEID AAN DE PENSIOENINSTELLING VAN DE TRANSPORTSECTOR,

Nadere informatie

Update@Work Januari 2013 Nummer 1 Jaargang 9

Update@Work Januari 2013 Nummer 1 Jaargang 9 Update@Work Januari 2013 Nummer 1 Jaargang 9 Programmawet van 27.12.2012: de bijzondere RSZ-bijdragen van 1,5% en van 8,86% betreffende de 2 de pijler Het Belgisch Staatsblad van 31 december 2012 publiceerde

Nadere informatie

Titel V. De overzeese sociale zekerheid

Titel V. De overzeese sociale zekerheid Titel V. De overzeese sociale zekerheid De twee socialezekerheidsstelsels die door de Dienst Overzeese Sociale Zekerheid (DOSZ) worden beheerd, vallen dan wel onder de Belgische binnenlandse wetten, toch

Nadere informatie

WET VAN 5 MEI 2014 BETREFFENDE DIVERSE AANGELEGENHEDEN INZAKE DE PENSIOENEN VAN DE OVERHEIDSSECTOR. (B.S. 02.06.2014) Uittreksels

WET VAN 5 MEI 2014 BETREFFENDE DIVERSE AANGELEGENHEDEN INZAKE DE PENSIOENEN VAN DE OVERHEIDSSECTOR. (B.S. 02.06.2014) Uittreksels FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID WET VAN 5 MEI 2014 BETREFFENDE DIVERSE AANGELEGENHEDEN INZAKE DE PENSIOENEN VAN DE OVERHEIDSSECTOR. (B.S. 02.06.2014) Uittreksels De Kamers hebben aangenomen

Nadere informatie

SOCIAAL FONDS VAN DE BETONINDUSTRIE. in samenwerking met. Sectorpensioenplan. voor de arbeiders van de betonindustrie. SFBI Sectorpensioenplan 1

SOCIAAL FONDS VAN DE BETONINDUSTRIE. in samenwerking met. Sectorpensioenplan. voor de arbeiders van de betonindustrie. SFBI Sectorpensioenplan 1 SOCIAAL FONDS VAN DE BETONINDUSTRIE in samenwerking met voor de arbeiders van de betonindustrie SFBI 1 2 SFBI Voorwoord Sophie Bulcke Voorzitter Sociaal Fonds van de Betonindustrie In 2005 werd binnen

Nadere informatie

WETBOEK VAN DE INKOMSTENBELASTINGEN 1992 VAN 10 APRIL 1992. (B.S. 30.07.1992) Uittreksel TITEL II. - PERSONENBELASTING.

WETBOEK VAN DE INKOMSTENBELASTINGEN 1992 VAN 10 APRIL 1992. (B.S. 30.07.1992) Uittreksel TITEL II. - PERSONENBELASTING. WETBOEK VAN DE INKOMSTENBELASTINGEN 1992 VAN 10 APRIL 1992. (B.S. 30.07.1992) Uittreksel TITEL II. - PERSONENBELASTING. HOOFDSTUK II. - Grondslag van de belasting. AFDELING IV. - Beroepsinkomen. ONDERAFDELING

Nadere informatie

Inhoudstafel. Deel I - Groepsverzekering of IPT. Voorwoord... 1. Inhoudstafel. 1. Schema... 5. 2. Algemeen... 6

Inhoudstafel. Deel I - Groepsverzekering of IPT. Voorwoord... 1. Inhoudstafel. 1. Schema... 5. 2. Algemeen... 6 Inhoudstafel Voorwoord.... 1 Deel I - Groepsverzekering of IPT 1. Schema.................................................... 5 2. Algemeen.................................................. 6 2.1. Waarom

Nadere informatie

Auteur. Onderwerp. Datum

Auteur. Onderwerp. Datum Auteur Rijksdienst voor de Sociale Verzekeringen der Zelfstandigen Onderwerp Aanvullende pensioenen voor zelfstandigen. Datum 22 december 2003 Copyright and disclaimer Gelieve er nota van te nemen dat

Nadere informatie

SCSZ/06/044. Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank ontvangen op 21 februari 2006; Gelet op het verslag van de heer Michel Parisse.

SCSZ/06/044. Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank ontvangen op 21 februari 2006; Gelet op het verslag van de heer Michel Parisse. SCSZ/06/044 1 BERAADSLAGING NR. 06/032 VAN 18 APRIL 2006 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR DE KRUISPUNTBANK VAN DE SOCIALE ZEKERHEID AAN DE PENSIOENINSTELLING VAN DE SECTOR VAN

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 23 oktober

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 23 oktober A D V I E S Nr. 1.418 Zitting van woensdag 23 oktober 2002 --------------------------------------------------- Ontwerp van koninklijk besluit tot vaststelling van de regels inzake de financiering en het

Nadere informatie

Brugpensioen : hoofdelijke bijdragen en sociale inhoudingen. Belangrijke wijzigingen vanaf 1 april 2010

Brugpensioen : hoofdelijke bijdragen en sociale inhoudingen. Belangrijke wijzigingen vanaf 1 april 2010 Inhoudstafel Nieuwe hoofdelijke bijdragen inzake brugpensioen... 2 Nieuwe hoofdelijke bijdragen inzake pseudobrugpensioen (Canada Dry private sector)... 4 Vrijstelling van de werkgeversbijdrage en de sociale

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR.77 TER

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR.77 TER COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR.77 TER ----------------------------------------------------------------------------- Zitting van woensdag 10 juli 2002 --------------------------------------------- COLLECTIEVE

Nadere informatie

De berekening van de 80%-grens gebeurt op basis van verscheidene parameters die hieronder toegelicht worden.

De berekening van de 80%-grens gebeurt op basis van verscheidene parameters die hieronder toegelicht worden. 8. PENSIOENPLAN Algemeen De vennootschap kan in het voordeel van de bedrijfsleider een extrawettelijk pensioen opbouwen en de lasten hiervan als beroepskost aanmerken. Zij kan dit echter niet onbeperkt.

Nadere informatie