., L,.,i>;ti.,:ck _,:I rf ~ i. ~.1>;;.:: I :..:\ L~0 _. lnlichtingen voor studenten en medewerkers van de onderafdeling der Wiskunde

Transcriptie

1 V T 57 H E - Eindhoven

2 I L,.,i>;ti.,:ck _,:I rf ~ i. ~.1>;;.:: I :..:\ L~0 _..._...., _., lnlichtingen voor studenten en medewerkers van de onderafdeling der Wiskunde Technische Hogeschool Eindhoven september 1978

3 INLEIDING REGELINGEN EN INFORMATIE P-examenrege1ing Rege1ing aanme1ding voor de tentamen- en examenzittingen Examenuits1agen S1agen Nader onderzoek Ver1engd examen Uitgeste1d examen Afwijzer, Studentengemeenschap Wiskunde (S.G.W.) Studiefaci1iteiten voor actieve studenten Adressen Bureau studentendecaan Studietoe1agen Mi1itaire dienst Werkzoekende academicus Bureau Studentenpsycho1ogen STUDIE VOOR HET P-EXAMEN A1gemeen Practicums Examen- en tentamenrege1ingen Tentamens natuurkunde Proeftentamens natuurkunde 'Cijfer afha1en' natuurkundevakken Werkgroep Ko11eges en instructies Overzicht P-studieprogramma (P-76) STUDIE VOOR HET K-EXAMEN A1gemeen Overzicht K 1 -studieprogramma <Kc76l Overzicht K2-studieprogramma <Kr77l STUDIE VOOR HET I-EXAMEN A1gemeen Het afstudeerprogramma Het afstudeerwerk Onderwijsbevoegdheid Leraarsvariant Seminaria Overzicht I-studieprogramma COLLEGES EN OEFENINGEN

4 1. In Ieiding De studie in de wiskunde aan de Technische Hogeschool Eindhoven is verdeeld in drie fasen, die elk worden afgesloten met een examen.!let eerste studiejaar biedt de student een eerste kennismaking met de wiskunde en met de natuurkunde. Dit laatste vak is gekozen vanwege de mogelijkheid om een veelsoortige toepassing van wiskunde op allg niveaus, dus ook in het eerste studiejaar, te tonen. Dit jaar wordt afgesloten met het P-examen. De studie voor het K-examen duurt, na het behalen van het P-examen, twee jaar, met na een jaar studie het zg. K -examen. 1 De K-examen studie behelst een verdieping van de wiskundige kennis alsmede een introductie in een aantal onderdelen van de toegepaste wiskunde: numerieke wiskunde, mechanica, mathematische fysica, statistiek en informatica. Na het K-examen komt het afstuderen in een van de vele mogelijke richtingen. Voor details betreffende deze afstudeerrichtingen wordt de lezer verwezen naar de T.H.-gids en naar de publikatie 'Afstuderen in de onderafdeling der Wiskunde'. Ieder studiejaar wordt onderverdeeld in semesters. In het najaarssemester wordt onderwijs gegeven van begin september tot midden december. Gedurende de maand januari daaropvolgend kunnen dan de studenten laten zien hoe zij het genoten onderwijs verwerkt hebben, door over de gedoceerde stof tentamen af te leggen. Het voorjaarssemester kent eveneens een onderwijsperiode, van eind januari tot eind mei. Over de in het voorjaarssemester behandelde stof is dan gelegenheid een tentamen af te leggen in juni, en voor sommige vakken ook in september. Hoewel volgens het rooster het totale studieprogramma in goed 5 jaar kan worden afgewerkt, vergt in de praktijk de wiskundestudie echter ongeveer 6~ jaar. Het is niettemin zaak van het begin af aan de studie grondig aan te pakken, en de stof zo te bestuderen dat deze aan iemand anders kan worden uitgelegd. In de wiskunde geldt, sterker dan in welk ander vak ook: niet helemaal begrijpen = helemaal niet begrijpen. Denk in het begin niet, dat de stof lijkt op die van de middelbare school. Studeren moet worden geleerd door te studeren. Dat eist veel tijd en veel doorzettingsvermogen van het begin af aan. Daartegenover staat dat de wiskunde een vak is waarvan het beoefenen, ook reeds in de beginfase van de studie, grate voldoening kan geven. Als de stof niet alleen reproduceerbaar is, maar met de nieuw verworven begrippen ook kan worden 'gespeeld' en ze toegepast kunnen worden, dan zal de studie naast een inspannende ook een plezierjge bezigheid blijken te zijn. 5

5 2. 2.l. Regelingen en informatie P-EXAMENREGELING De P-examenregeling houdt in dan na 1~ studiejaar (dus na de januari-examens in het tv1eede jaar dat men aan de T.H. is ingeschreven) geen vrijstellende tentamens voor het propaedeutische examen meer kunnen worden afgelegd. Tentamens die in de voorgaande 1~ jaar met voldoende resultaat zijn afgelegd, behouden hun geldigheid tot en met de januari-examenperiode na het derde demester. Dit betekent dat studenten die in de periode mei/juni (en waar mogelijk, in september) van hun eerste studiejaar alleen tentamens doen, in de januari-periode na het derde semester P-examen moeten doen, omdat hierna alle tot dan toe behaalde tentamenresultaten hun geldigheid verloren hebben. Studenten die onmiddellijk na afloop van hun eerste studiejaar P-examen doen, maar daarvoor worden afgewezen, behouden de voldoende resultaten tot en met de januari-examenperiode na het derde semester. Afwijzing voor het P-examen in laatstgenoemde periode betekent verlies van alle resultaten. Wenst men daarna nogmaals P-examen te doen, dan heeft men daartoe wel het recht, maar men zal dan alle vakken in een examenperiode moeten afleggen. Slechts bij uitzondering en na een gemotiveerd verzoek van de student, kan de onderafdeling ontheffing van deze regeling geven. Wanneer men een beroep wil doen op de onderafdeling voor deze ontheffing, dan dient men dit in de maand september van het tweede studiejaar schriftelijk op te geven aan drs. J.H. Timmermans REGELING AANMELDING VOOR DE TENTAMEN- EN EXAMENZITTINGEN Alle aanmeldingen dienen te geschieden bij het bureau Centrale Studentenadministratie in de hal van het hoofdgebouw, door middel van een aanmeldingsformulier, verkrijgbaar op dat bureau. De sluitingsdatum voor de examenperiode in januari is: 1 november, voor de periode in juni: 1 april en voor de septemberperiode: 15 augustus. Eventueel terugtrekken voor een tentamen is mogelijk tot 10 werkdagen voor het tentamen. Terugtrekken voor een examen kan geschieden tot en met de laatste werkdag voor de desbetreffende examenperiode (zie voor de perioden de agenda van de T.H.-gids). De juiste datum, plaats en tijd worden medegedeeld op de publikatieborden of door middel van een rooster dat door de Centrale Studentenadministratie wordt verstrekt EXAMENUITSLAGEN 6

6 Slagen Men slaagt en verkrijgt een diploma indien men - bevoegd is om examen te doen {zie hoofdstuk 3, par van de T.H.-gids), zich voor het examen heeft opgegeven en het examengeld heeft betaald, - voor alle vakken voldoende resultaten heeft behaald {c.q. vrijstelling heeft verkregen), - aan de practicumeisen heeft voldaan. Indien men aan de laatste twee voorwaarden niet heeft voldaan, beslist de examenvergadering Nader onderzoek De examens in de onderdelen waarvoor een nader onderzoek werd opgelegd, moeten zo spoedig mogelijk en in overleg met de betrokken docent v66r de eerstvolgende examenzitting van de onderafdeling met voldoende resultaat zijn afgelegd. Men slaagt in dit geval zonder opnieuw in de examenvergadering te worden beoordeeld. Wordt voor het nader onderzoek weer een onvoldoende behaald, dan wordt de examenuitslag omaezet in een verlengd examen Verlengd examen De examens in de onderdelen waarvoor een verlengd examen werd opgelegd, moeten uiterlijk in de eerstvolgende examenperiode worden afgelegd. De kandidaat dient zich opnieuw als examinandus aan te melden en komt dus wederom in behandeling in de examenvergadering. Worden voor een verlengd examen onvoldoende resultaten behaald, dan beraadt de examenvergadering zich over de dan te volgen weg Uitgesteld examen Indien men na aanmelding voor een examen door ziekte niet aan het examen of aan een deel ervan kan deelnemen, dient men zich met overlegging van een medische verklaring te wenden tot de studentenadministratie van de onderafdeling. Alsdan kunnen bijzondere regelingen worden getroffen Afwijzen Afwijzen voor een examen houdt over het algemeen in dat de geldigheid van alle resultaten, behorende tot het examen waarvoor men is afgewezen, vervalt. Over eventueel 'behoud van voldoende examenresultaten' beslist de examenvergadering. Voor het P- (P 1 -)examen bestaat zoals gezegd een afzonderlijke regeling {zie par van deze qids en hoofdstuk 3, par d. van de T.H.-gi.ds). Indien men behoefte heeft aan een nadere uitleg van het hierboven gestelde, kan men zich wenden 7

7 tot de studentenadministratie van de onderafdeling der Wiskunde STUDENTENGEMEENSCHAP WISKUNDE (S.G.W.) Iedereen die als student aan de onderafdeling der Wiskunde is ingeschreven, maakt deel uit van de S.G.W. De instelling van de S.G.W. en iedere vorm van organisatie daarbinnen heeft de behartiging van de studentenbelangen tot doel. Voor de realisatie van deze belangen zijn de volgende organisaties van belang: l Studentenraad (S.R.). De Studentenraad, die samengesteld is uit studenten uit alle studiefasen, houdt zich bezig met problemen welke op onderwijsniveau op de onderafdeling der Wiskunde leven (voor de eerstejaars hebben hierin uit iedere instruktiegroep twee studenten zitting). Diegenen, die interesse hebben om plaats te nemen in de Studentenraad kunnen zich melden bij het Studentenbureau. 2 Studentenbureau (S.B.). De taken van het Studentenbureau zijn: a het onderhouden van contacten met de onderafdeling en de S.G.W.; b het assisteren bij ce uitvoering van besluiten van de Studentenraad; c het verlenen van medewerking aan de abiturientendag, de eerstejaarsintroductie en de follow-up van de introductie voor zover het de onderafdeling der Wiskunde betreft; d het beheer van de financien van de S.G.W.; e het verlenen van medewerking aan de organisatie van excursies, sporttoernooien, etc. (met name dienen hier de buitenlandse- en de jongerejaars excursies te worden genoemd). Het Studentenbureau is voor 1978 samengesteld uit: Bert Wennekes coordinator Ine van Bakel secretaris Frans Beenker commissaris Het Studentenbureau is gevestigd op HG 7.61 (tel. (47) 2815). 3 Werkwinkel (W.W.). De Werkwinkel houdt zich bezig met: - het verrichten van administratief werk t.b.v. S.R. en S.B.; - de verzorging en de uitgifte van oude tentamenopgaven. De Werkwinkel is gevestigd op HG 7.59 (tel (47)3150). 8

8 2.5. STUDIEFACILITEITEN VOOR ACTIEVE STUDENTEN Aan studenten, die zich verdienstelijk maken tegenover een orgaan van de Technische Hogeschool (raden en commissies van de hogeschool, besturen studieverenigingen, besturen studentenverenigingen etc.), worden op hun verzoek door de docenten faciliteiten toegekend in de vorm van mondelinge i.p.v. schriftelijke tentamens, verlen~ing geldigheidsduur van tentamens e.d. De onderafdeling juicht activiteiten, welke bevorderend werken voor het maatschappelijk verantwoordelijkheidsbesef, respectievelijk de persoonlijke vorming, toe. Een aantal van deze activiteiten zijn opgenomen in het studieprogramma van de onderafdeling in de vorm van colleges uit de voorkandidaatscyclus van de onderafdeling der Wijsbegeerte en Maatschappijwetenschappen of een toegelaten keuze-college in de I-fase. Honorering van activiteiten in de vorm van het toekennen van studie-eenheden vindt binnen de onderafdeling niet plaats ADRESSEN Decaan van de onderafdeling HG 5.13 tel. (47)2750 Drs. J.H. Timmermans, coordinator HG 6.16 tel. (47)2909 le- en 2e-jaars wiskunde-onderwijs Studentenadministratie van de HG 5.07 tel. (47)2767/ onderafdeling (47)3625 Studentendecaan HG B.08 tel. (47)2263 S~udentenpsycholoog HG B.03 tel. (47) BUREAU STUDENTENDECAAN, HG kamer B.08, tel. (47)2263 Inlichtingen en advies bij vragen van persoonlijke en zakelijke aard. Voorts informaties en advies met betrekking tot studietoelagen, uitstel van militaire dienst en toelating tot examens. Spreekuur: na afspraak via secretaresse (HG B.08, (47)2263). Voor korte informatieve gesprekken: open spreekuur op dinsdagmiddag na aanmelding bij secretaresse. Zie verder T.H.-gids par Studietoelagen Regelingen betreffende rijksstudietoelagen, rentedragende studieleningen, huwelijkstoelagen, kinderbijslag en -aftrek e.d. Zie T.H.-gids par

9 Militaire dienst Regelingen betreffende uitstel van eerste oefening, waarschuwingsoproep, aanvragen van uitste1, vervroegd ver1of, opkomstdatums, promotie-uitstel, uitste1 van herha1ingsoefening, gewetensbezwaren e.d. Zie T.H.-gids par Werkzoekende academicus Informaties betreffende de inkomenspositie van werk1oze academici, tijde1ijke tewerkste1lingsrege1ing en bemidde- 1ing voor werkzoekende academici. Zie T.H.-gids par Bureau Studentenpsycho1ogen, HG kamer B.03, tel. (47)2060 Hu1p bij studieprob1emen en persoon1ijke moei1ijkheden, 66k a1s deze nog niet duide1ijk aanwijsbaar zijn, in de vorm van gesprekken en/of groepstherapie. Psychologisch onderzoek a11een na onder1ing over1eg. Hu1p bij onderzoek naar de geschiktheid voor de gekozen studie, dan we1 voor een andere studie of beroepsop1eiding. Mede hiervoor is bij het bureau een uitgebreide documentatie beschikbaar over studie- en beroepsmoge1ijkheden op het niveau van het tertiair onderwijs. Sinds enige tijd geeft het Bureau Studentenpsycho1ogen eenmaa1 per semester een cursus studievaardigheden. Deze cursus is bestemd voor studenten die ontevreden zijn over hun wijze van studeren en voor hen die ondanks gewerkt te hebben, niet de verwachte studieresu1taten behaa1den. De cursus bestaat uit 9 wekelijkse bijeenkomsten. E1ke bijeenkomst duurt 2 uur. Een van de be1angrijkste doe1en van de cursus is het kritischer en methodischer leren studeren. Er wordt onder meer aandacht besteed aan: a studieplanning op lange en korte termijn; b het bestuderen van boeken, dictaten, college lopen, enz.; c het oplossen van vraagstukken; d de direkte voorbereiding op tentamens/examen. Dit alles om tot een beter opnemen en verwerken van de studiestof te komen. Men probeert dit te bereiken door het maken van oefeningen zm1el tijdens de bijeenkomsten als thuis. Bovendien wordt er gedurende de bijeenkomsten uitleg gegeven en worden de oefeningen besproken. Tegen het eind van elk semester bestaat er verder voor st.identen de gelegenheid tot het volgen van een zogenaamde 'stoomcursus'. Deze cursus bestaat uit 4 wekelijkse bijeenkomsten van elk 3 u.1r gedurende welke in kart bestek de belangrijkste studievaardigheden zullen worden behandeld. 10

10 Deze cursus is speciaal bedoeld voor studenten die dit semester aan de gewone cursus studievaardigheden mee hadden willen doen, maar daar te 1aat achter zijn gekomen en tach niet wi11en wachten tot het vo1gende semester. Minimaa1 aanta1 deelnemers: 6. Belangste11enden voor de gewone cursus studievaardigheden of voor de 'stoom-cursus' kunnen zich wenden tot J.L.M. Prins, psycho1oog, kamer HG B.02, tel. (47)4513. Voor gesprekken, onderzoek naar studiegeschiktheid, gebruikmaking van documentatie, aanmelden bij de assistente (HG B.03, tel. (47)2060). Zander voorafgaande afspraak kunnen studenten bij de studentenpsycho1ogen terecht: maandag van tot uur. Zie verder T.H.-gids par

11 3. 3.l. Studie voor het P-examen ALGEMEEN Om te slagen voor het P-examen wiskunde moeten met voldoende resultaat de volgende tentamens zijn afgelegd: wiskunde 10; wiskunde 20; algebra en analyse I; algebra en analyse II; inleiding in de mechanica; elektriciteit en magnetisme I voor WSK; elektriciteit en magnetisme II voor WSK; trillingen. Bovendien moeten met voldoende resultaat een wiskundepracticum en een modellenpracticum voltooid zijn. Facultatief zijn in het P-examen opgenomen vakken uit de Wijsbegeerte en maatschappijwetenschappen, deze kunnen evenwel als keuzevakken in het K 1 - examen worden opgenomen. De vakken '1'/iskunde 10' (in het najaarssemester) en 'Wiskunde 20' (in het voorjaarssemester) behoren tot het P-examen programma van vrijwel alle studenten van de T.H. De stof sluit aan op de middelbare schoolstof. Daarnaast wordt op het wiskundepracticum geoefend in het maken van vraagstukken. Van het college is een syllabus verkrijgbaar, voor de oefeningen een opgavenverzameling. De vakken 'Algebra en analyse I' (in het najaarssemester) en 'Algebra en analyse II' (in het voorjaarssemester) zijn speciaal bedoeld voor de wiskunde studenten en beogen een meer systematische opbouw van de wiskunde te geven. Er wordt twee uur per week college over deze vakken gegeven, en op het wiskundepracticum wordt met de gegeven stof geoefend. Gebruikt wordt het boek 'Algebra en analyse' van dr. S.T.M. Ackermans en dr. J.H. van Lint, uitgave Academic Service, Den Haag. Dit boek is, behalve bij de boekhandel, tegen gereduceerde prijs verkrijgbaar bij het Reductiebureau, kamer 8, Studentencentrum en de TH-boekhandel in het Hoofdgebouw. Bij het eerste semestervak 'Inleiding in de mechanica' is een vraagstukkenpracticum van een middag in de twee weken. Het college zal worden gegeven aan de hand van het boek van Alonso/ Finn. Het deelnemen aan dit practicum is niet verplicht. Vanwege het grote belang wordt het echter iedere student met klem aangeraden. Bij de natuurkundecolleges, waapjoor syllabi verkrijgbaar zijn, wordt een uur per week instructie gegeven. 12

12 Practicums De studenten v10rden verdeeld in groepen van 15 a 20 personen, die elk een practicurnbegeleider krijgen toegewezen. Iedere week wordt door de practicumbegeleider een hoeveelheid huiswerk opgegeven, dat na correctie, zonodig klassikaal wordt besproken. Om de student vanaf het begin de gelegenheid te geven om te controleren of hij de stof voldoende heeft verwerkt, wordt elke veertien daqen een zogenaamde practicumtoets afgenomen (in totaal 12x gedurende het gehele eerste studiejaar). Indien de practicumbegeleider van oordeel is, dat een student met voldoende zorg gedurende het gehele jaar het opgegeven huiswerk heeft gemaakt, wordt hem een practicumcijfer toegekend, dat het gemiddelde zal zijn van de negen hoogste resultaten van de veertiendaagse toetsen. Dit cijfer komt als verplicht onderdeel op de examenlijst voor het P-examen. Naast het wiskundepracticum bestaat een modellenpracticum gewijd aan het toepassen van wiskunde op problemen, afkomstig uit niet-wiskundige vakgebieden. In groepjes van twee studenten worden een aantal opgaven uitgewerkt, gerapporteerd en daarna met de practicumleiding besproken. Op grond van de prestaties gedurende het practicum wordt een eindcijfer voor dit practicum vastgesteld. Ook dit cijfer komt als verplicht onderdeel op de examenlijst voor het P-examen. Nadere inlichtingen over de organisatie van deze practicums worden in het begin van het studiejaar verstrekt door de studiebegeleiders EXAMEN- EN TENTAMENREGELINGEN Het normale verloop van het eerste studiejaar is als volgt. De student loopt in het najaarssemester alle vakken die op het rooster staan. Hij geeft zich v66r de sluitingsdatum op voor de tentamens die hij in januari kan afleggen (zie ook het overzicht verder in dit hoofdstuk). Dit zijn: wiskunde 10 januari elektrici tei t en magnetisme I voor 1'/SK januari/februari inleiding in de mechanica januari algebra en analyse I januari Elk vak waarvoor hij voldoende haalt, hoeft hij niet meer op de volgende examenzitting te doen. Haalt hij een onvoldoende voor een vak, dan doet hij het of tussentijds en/of bij de volgende tentamen-/examenzitting over. In het voorjaarssemester loopt de student weer de colleges die op het rooster staan en hij geeft zich (weer v66r de sluitingsdatum) op voor het P-examen in juni of september. 13

13 Hij moet nu alle vakken die hem nog resten, voor het examen in juni en/of in september doen (zie ook het overzicht verder in dit hoofdstuk). Deze vakken zijn: Wiskunde 20 juni elektriciteit en magnetisrne II voor WSK/ trillingen juni/september algebra en analyse II juni/september Verder de overgebleven vakken uit de januari-periode. Weet de student van te voren, dat het hem niet mogelijk is alle vakken in juni/september te halen, dan geeft hij zich niet op als examenkandidaat, maar als tentaminandus en alleen voor die vakken, die hij meent te kunnen halen. Als men echter een redelijke kans heeft alle af te leggen vakken in de periode juni/september met voldoende resultaat af te leggen, dan moet men zich zeker voor het examen opgeven. Hieronder een overzicht van de tijdvakken waarin tentamen voor het P-examen in juli, c.q. september afgelegd kan \vorden en het tijdstip waarop de practicums moeten zijn verricht (p = proeftentamen, t = tentamen, v= verricht). nov. jan. febr. mrt. juni sept. Wiskunde 10 t t Wiskunde 20 t t Algebra en analyse I t t t I Algebra en analyse II t t t Inleiding mechanica t t Elektr. en magn. I voor WSK p ; t t t Elektr. en magn. II voor WSK/ trillingen! t p t t i I I Practicum wiskunde I - II Modellenpracticum v v 14

14 3. 3. TENTAMENS NATUURKUNDE Bij voldoende resultaat voor een tentamen krijgt men vrijstelling van het examen in dat vak. Dit houdt tevens in dat een onvoldoende tentamencijfer (5 of minder) niet als examenresultaat kan gelden. Gelegenheid tot het doen van tentamen wordt gegeven: a in de examenperiodes januari en mei-juni; b voor de eerste-semestervakken in maart/april; c voor de tweede-semestervakken omstreeks 1 september. De bedoeling van deze tussentijdse tentamens is de studenten in de gelegenheid te stellen hun tentamens te spreiden. De afdeling der Technische Natuurkunde heeft aan de deelname aan tentamens een aantal beperkingen verbonden, te weten: a indien men voor een eerste-semestervak in januari een 3 of lager behaalt, mag niet aan het eerstvolgende tussentijdse tentamen worden deelgenomen; b indien men in een eerste-semestervak voor de derde maal tentamen doet, en dan een onvoldoende behaalt, mag in dat vak geen tentamen meer worden gedaan; c indien men in een tweede-semestervak voor de tweede maal tentamen doet, en dan een onvoldoende haalt, mag in dat vak geen tentamen meer worden gedaan. De regels b en c zijn alleen van belang voor hen die uitstel van de P-regeling hebben; voor een reguliere student maken ze geen verschil, omdat er tach niet meer tentamengelegenheden zijn. De bedoeling van deze beperkingen is te stimuleren pas dan aan een tentamen deel te nemen als men er naar eigen overtuiging klaar voor is. Men moet leren zichzelf te taxeren PROEFTENTAMENS NATUURKUNDE Ongeveer half oktober wordt voor de eerste-semester natuurkundevakken een proeftentamen georganiseerd. De bedoeling ervan is drieledig: 1 men kan kennismaken met het tentamensysteem en het type vragen dat verwacht kan worden; 2 men krijgt van zichzelf een idee in hoeverre men 'bij' is; 3 men kan zichzelf van te voren taxeren, en dan achteraf zijn oordeel met dat van de afdeling confronteren. Deelname aan het proeftentamen brengt geen enkel risico met zicb mee. 15

15 3.5. 'CIJFER AFHALEN' NATUURKUNDEVAKKEN Bij de schriftelijke tentamen- en examenzittingen van de natuurkundevakken bestaat het instituut 'cijfer afhalen'. Dit betekent dat het schriftelijke werk in duplo gemaakt wordt (doorschrijfsysteem). Na afloop van de zitting wordt het originele werk ingeleverd, behoudt men het duplicaat en ontvangt iedere deelnemer de uitgewerkte antwoorden op de vragen met de beoordelingsnormen, zodat men zelf het totaalcijfer kan berekenen aan de hand van de duplicaten. Enige dagen na de schriftelijke zitting worden op de prikborden van het auditorium en bij de kamer van mevr. Zuidema in N-laag (NA 02-24) de groepslijsten voor 'cijfer afhalen' bekendgemaakt. In een kort gesprek met de corrector worden dan de uitkomsten vergeleken en het definitieve cijfer vastgesteld. Bij dit gesprek is ook een arbiter aanwezig die bij grate verschillen intervenieert WERKGROEP KOLLEGES EN INSTRUCTIES Om het contact tussen de eerstejaarsstudenten en hun instructeurs te bevorderen bestaat de zg. 'Werkgroep Kolleges en Instructies' (W.K. en I.). Hierin hebben zitting alle instructeurs plus uit iedere instructiegroep een door de studenten uit die groep aan te wijzen voorman. Deze werkgroep vergadert ongeveer eenmaal per maand, waarbij allerlei problemen over instructies, colleges, proeftentamens, tentamens, etc. aan de orde zullen komen. Het verdient aanbeveling om, zodra de indeling van instructiegroepen heeft plaatsgevonden en men weet met wie men samen in een groep zit, voor zichzelf uit te maken wie als voorman zou kunnen optreden. 16

16 3.7. OVERZICHT P-STUDIEPROGRAMMA (P-76) Uren per week 2 6 Simons 2 Van der Meiden 2 De Graaf 2 De Hoog l Colleges en ochtendinstructies eerste semester Wijsbegeerte en maatschappijwetenschappen 1 Wiskunde 10 voor WSK, N en T Algebra en analyse I Inleiding in de mechanica Elektriciteit en magnetisme I voor Wsk Instructie elektriciteit en magnetisme I voor WSK Middagen/uren (u) Oefeningen en practicums eerste semester oer semester/week Practicum wiskunde I-II 7 2.1~3.3 Modellenpracticum 2 u Oefeningen inleiding in de mechanica Uren per week 2 6 Simons 2 Van der 2 De Hoog 1 l Massen Meiden Colleges en ochtendinstructies tweede semester Wijsbegeerte en maatschappijwetenschappen 1 Wiskunde 20 voor WSK, N en T Algebra en analyse II Elektriciteit en magnetisme II voor WSK Instructie elektriciteit en magnetisme II voor WSK Trillingen Middagen per semester Oefeningen en practicums tweede semester Practicum wiskunde I-II !1odellenpracticum l voor het P-examen facu1tatief, er kan een keuze worden gemaakt uit de reeks van de vo1gende l.y & MW- en BDK-vakken en deze kunnen als keuzevakken worden opgenomen in het Kl-examen: Bakker/Uit den Bogaart, Taa1 als communicatiemidde1; Berthelet, Problemen van ontwikkelings1anden I; Sneed, Filosofie van de natuurwetenschappen; Diverse docenten, Aktue1e economische problemen; Den Hartog, Kwantitatieve economie; Van Houten/Tromp, Onderwerpen uit de socio1ogie; Meuwese/Van Vonderen-Van Staveren, Onderwerpen uit de sociale psycho1ogie; Kwee, Mens en techniek; Botter/Geurts/Horringa/Mulder, Inleiding tot de organisatiekunde. 17

17 Studie voor het K-examen ALGEMEEN De kandidaatsstudie is ingedeeld in twee gedeelten (K - en 1 K -examen) en strekt zich uit over het tweede en derde studiejaar. 2 Het tweede studiejaar, af te sluiten met het K 1 -examen, is analoog aan het eerste studiejaar ingericht. Het beoogt een verdere uitbouw van de in het eerste jaar gelegde grondslag. In het derde studiejaar, af te sluiten met het K 2 -examen, biedt het onderwijs in de \dskunde enerzijds een afronding van algemene fundamentele onderwerpen, anderzijds een zodanige verscheidenheid, dat een basis wordt gelegd voor ieder van de na het kandidaatsexamen te kiezen afstudeerrichtingen (zie hiervoor hoofdstuk 5, punt 5.2). 18

18 4.2. OVERZICHT K 1 -STUDIEPROGRAMMA (K 1-76) Uren per week 2 4 Simons 2 Van Lint 2 Lunbeck 2 Steenland 2 l Ferguson Middagen per semester Kramers Uren per week 2 2 Peremans 2 Van Lint Alb las 4 Steutel colleges en ochtendinstructies derde semester Wijsbegeerte en maatschappijwetenschappen Wiskunde 30 voor WSK, N en E Algebra en analyse III Informatica I Golven voor WSK-III Instructie golven voor WSK-III Statistische fysica Oefeningen en practicums derde semester Practicum wiskunde III-IV Oefeningen informatica I Practicum natuurkunde voor WSK-III Colleges en ochtendinstructies vierde semester Wijsbegeerte en maatschappijwetenschappen Wiskunde 40 voor WSK, N en T Algebra en analyse IV Theoretische mechanica Kansrekening en statistiek Middagen/uren (u) Oefeningen en practicums vierde semester per semester/week 28 2 u Practicum wiskunde III-IV Oefeningen theoretische mechanica Oefeningen kansrekening en statistiek voor het K -examen wiskunde zijn twee vakken (4 semesteruren) uit 1 de reeks van de volgende W & 1.11'7- en BDK-vakken verplicht: Bakker/Uit den Bogaart, Taal als communicatiemiddel; Betholet, Problemen van ontwikkelingslanden; Sneed, Filosofie van de natuurwetenschappen; Diverse docenten, Aktuele economische problemen; Den Hartog, Kwantitatieve economie; Van Houten/Tromp, Onderwerpen uit de sociologie; Meuwese/Van Vonderen-Van Staveren, Onderwerpen uit de sociale psychologie; Kwee, Mens en techniek; Botter/Geurts/Horrinqa/Mulder, Inleiding tot de organisatiekunde. ussf?r.ti.-iclse tentamer:s ir.. november en a;::,::-.: J. rr.og~lijk. 19

19 4. 3. OVERZICHT K 2 -STUDIEPROGRAMI1A (K 2-77) Uren per week, middagen (m) per semester Colleges, ochtendinstructies, oefeningen en practicums vijfde semester Kernvakken 3 Van Lint 14 m 2 De Bruijn 12 m 2 Rem 14 m 2 Sluijter 2 A1blas 2 2 Doornbos 7 m 3 Schram, P. 3 Kooy Uren per week, middagen (m) per semester Wiskunde Oefeningen wiskunde Lineaire analyse I Oefeningen lineaire analyse I De kunst van het programmeren Oefeningen kunst van het programmeren In1eiding tot de mathematische fysica Keuzevakken Toegepaste mechanica Oefeningen toegepaste mechanica Lineaire mode11en Oefeningen 1ineaire mode11en Fysische transportverschijnse1en E1ektromagnetisch veld I Colleges, ochtendinstructies, oefeningen en practicums zesde semester Kernvakken 2 Ve1tkamp 19 m 2 De Bruijn 2 Boersma 7 m 2 Wessels 7 m 2 \'Vessels 7 m 2 Van Lint 2 Van Lint Numerieke wiskunde I Oefeningen numerieke wiskunde I 2 Keuzevakken Maattheorie en Lebesque-integratie Voortgezette functietheorie Oefeningen voortgezette functietheorie Bes1iskunde Oefeningen bes1iskunde Stochastische processen I Oefeningen stochast~sche processen I Discrete wiskunde I 3 of Discrete wiskunde II van deze keuzevakken zijn er vijf voor het K 2 -examen verplicht, de niet gekozen vakken kunnen a1s keuzevak in een afstudeerprogramma voor het I-examen worden opgenomen; bij sommige nakandidaatsco1leges 20

20 wordt de inhoud van een of meer van deze keuzecolleges bekend verondersteld. Bij het maken van een keuze houde men derhalve zoveel mogelijk rekening met de later te kiezen afstudeerrj_chting. 2 waarvan vijf middagen in de eerste week van het semester veer oefeningen in het programmeren. 3 wordt om het andere jaar gegeven, niet in de cursus wordt om het andere jaar gegeven, wel in de cursus

21 5. Studie voor het 1-examen 5.1. ALGEMEEN In het vierde en vijfde jaar van de opleiding bereidt men zich voor op het ingenieursexamen. In de semesters VII, VIII en IX volgt men colleges en eventueel instructies, neemt men deel aan practicums en werkgroepen en vervaardigt men scripties. Tevens krijgt men een tweetal beperkte opdrachten (stages) op wiskundig gebied HET AFSTUDEEP.PPOGRAMMA Is een student met zijn studie gevorderd tot ongeveer het K-examen, dan dient hij zich te orienteren ten aanzien van zijn afstudeerprogramma, d.i. zijn studieprogramma voor het ingenieursexamen. Dit programma is door de onderafdeling niet in detail voorgeschreven, maar wordt door de student, in overleg met een of meer hoogleraren en lectoren, opgesteld en daarna ter goedkeuring voorgelegd aan de onderafdeling, c.q. de Commissie voor de Opleiding tot Wiskundig Ingenieur. Gedetailleerde informatie over de te volgen werkwijze en over de in acht te nemen regels zijn te verkrijgen: a bij de afstudeercommissie van de onderafdeling (L.H.M. Janssen, tel. (47) 2752 en drs. F. Remmen, tel. (47) 3663); b uit een door de onderafdeling en de Studieraad van de wiskundige studievereniging 'Sunya' uitgegeven publikatie 'Afstuderen in de onderafdeling der Wiskunde' van januari 1974 en herzien in september 1976 door het Studentenbureau. Deze publikatie is verkrijgbaar bij de studentenadministratie van de onderafdeling,of wordt uitgereikt bij het behalen van het K 1 -examen. Om de omvang van een afstudeerprogramma kwantitatief te formuleren is het begrip 'studie-eenheid' ingevoerd. Een tentamen over een college van 2 semesteruren (eventueel met bijbehorende instructie) correspondeert in het algemeen met 2 studie-eenheden. Een practicum van 1 middag per week gedurende 1 semester correspondeert met 1 studie-eenheid. Het uitvoeren van een zg. normale stage met een duur van ca. 30 middagen telt voor 2 studie-eenheden. Voor eventuele andere onderdelen van een afstudeerprogramma wordt het equivalent in studie-eenheden vastgesteld in overleg tussen de betrokken docent en de Commissie voor de Oplej_ ding tot Wiskundig Ingenieur. In dit verband wordt vermeld dat voornoemde commissie zich over de waardering in studie-eenheden van een aantal onderdelen in het programma van de niet-leraarsvariant 22

22 heeft uitgesproken, t.w.: achtergronden van de schoolwiskunde, waardering met l studie-eenheid; encyclopedia van de algebra en de getaltheorie, waardering met 2 studie-eenheden; algemene onderwijskunde I, waardering met 2 studie-eenheden; algemene onderwijskunde II, geen waardering in studieeenheden; practicum algemene onderwijskunde, waardering met 1 studie-eenheid. Een afstudeerprogramma omvat bij voorkeur ongeveer 36 studieeenheden met een minimum van 32 en een maximum van 40 studie-eenheden. Hiervan moeten tenminste 20 studie-eenheden betrekking hebben op colleges of literatuurstudies en tenminste 4 studie-eenheden op stages. Daarnaast moet worden aangegeven bij welke docent (de afstudeerdocent) en in welk gebied van de wiskunde (de afstudeerrichting) men zijn afstudeerwerk wil verrichten. Voor de samenstelling van een afstudeerprogramma dient contact opgenomen te worden met tenminste twee docenten. Verder wordt aangeraden de diverse onderdelen van het afstudeerprogramma zodanig te kiezen dat zij enerzijds een samenhangend geheel vormen, maar anderzijds niet een te smal terrein bestrijken. In de meeste gevallen zal het opgegeven programma samenhangen met de gekozen afstudeerrichting. Aanbevolen wordt een van de volgende afstudeerrichtingen te kiezen: A mathematische fysica; B mechanica; beide richtingen houden zich in hoofdzaak bezig met de wiskundige behandeling van fysisch-technische problemen, veelal met behulp van analytische methoden; C statistiek, kansrekening, methoden van de operations research; deze richting richt zich enerzijds op het trekken van conclusies uit waarnemingen over wiskundige modellen met een stochastisch karakter, anderzijds op wiskundige en numerieke aspecten van beslissingsproblemen; D numerieke wiskunde; houdt. zich beziq met de analyse en de verwerkingsalgorit.men voor numeriek-wiskundige problemen, veelal in samenhang met. andere problemen uit de wiskunde of uit haar toepassingsgebieden; E informatica; richt zich op de problemen samenhangende met de procesmatige verwerking van (numerieke en niet-numerieke) in- 23

23 L Z formatie met behulp \ an rekenac:tomaten; leraarsvariant; deze richting is bedoeld voor hen die een loopbaan bij het onderwijs beogen. Voor deze richting geldt een speciale regeling voor de ingenieursstudie; zie hiervoor onder Leraarsvariant (5.5.); vrije studierichting; deze richting is bedoeld voor hen die zich niet speciaal op een der eerdergenoemde richtingen willen vastleggen. Het is gewenst dat het afstudeerprogramma ook colleges en practicums uit andere afdelingen van de hogeschool bevat. Bij de keuze hiervan late men zich leiden door de overweging dat zij met het hoofddoel van het afstudeerprogramma moeten samenhangen en dat zij inzicht geven in de praktisch-technische achtergrond van de problemen die men als wiskundig ingenieur te behandelen zal krijgen HET AFSTUDEERWERK Het laatste gedeelte van de studie wordt geheel besteed aan het afstudeerwerk waaraan men in het algemeen pas begint als alle tentamens, practicums, stages, etc. met succes zijn volbracht. Het afstudeerwerk omvat het zelfstandig bewerken van een probleem uit de wiskunde, veelal samenhangend met problemen uit de technische of bedrijfskundige sfeer. Het vergt onder normale omstandigheden, afhankelijk van de aard van dit werk, zes tot negen maanden bij een volle dagtaak. Van het afstudeerwerk dient een goed gedocumenteerd verslag gemaakt te worden; voorts wordt hierover tenminste een voordracht gehouden. Als dit alles is uitgevoerd, kan het doctoraal examen worden afgelegd. Voor de leraarsvariant geldt een andere regeling, zie hiervoor ONDERWIJSBEVOEGDHEID Voor de bezitter van het diploma wiskundig ingenieur is het mogelijk de bevoegdheid te ven;erven tot het geven van onderwijs in de vakken wiskunde, natuurkunde en mechanica. Voor de bevoegdheid wiskunde bestaat het vakdidactisch gedeelte uit een college didactiek van de wiskunde ( /Seidel), een college achtergronoen van de schoclwiskunde ( /Seidel) en een hospiteerstage. Toelatingseis tot het vakdidactisch gedeelte is het K-examen. Voor nadere informatie over het algemeen didactische en pedagogische deel, het vakdidactische deel en de bevoegdheid natuurkunde en mechanica wordt verwezen naar de T.H.-gids, hoofdstuk 3, par

24 5.5. LERAARSVARIANT Voor de samenstelling van het afstudeerprogramma, dat evenals bij de andere richtingen bij voorkeur 36 studie-eenheden met een minimum van 32 en een maximum van 40 studie-eenheden omvat, kiest de student een der andere afstudeerrichtingen van de onderafdeling als hoofdrichcing. Tenminste een derde van de studie-eenheden dient aan de hoofdrichting te worden besteed. In de regel zullen verder de volgende curriculumonderdelen in het programma dienen voor te komen: college encyclopedie van de algebra en de getaltheorie ( ); college methodologie van de natuurkunde ( ); college taal en structuur van de wiskunde ( ); stage taal en structuur van de wiskunde ( ); stage ontwikkeling van het wiskundeonderwijs. De samenstelling van het afstudeerprogramma geschiedt in overleg met de commissie programma leraarsvariant. Het afstudeerwerk van de andere afstudeerrichtingen wordt bij de leraarsvariant vervangen door de volgende curriculumonderdelen: l een scriptie met een bewerkingstijd van ongeveer 3 maanden. Deze scriptie kan aansluiten bij de gekozen hoofdrichting, bij een onderdeel van het speciale leraarscurriculum of bij enig ander onderdeel van het programma. Deze scriptie dient te worden afgerond met een onderwijskundige evaluatie; 2 pedagogisch-didactische vorming. Deze bestaat uit het algemeen didactisch en pedagogisch gedeelte, zoals dit verzorgd wordt door de algemene onderwijskunde en een vakdidactisch gedeelte dat uit de volgende onderdelen bestaat: college didactiek van de wiskunde ( /Seidel); college achtergronden van de schoolwiskunde ( /SeideU; 6 a 7 weken van 2 middagen instituutspracticum ( ); 60 uur hospiteerstage. Voor gedetailleerde informatie over het algemeen didactisch en pedagogisch gedeelte en het vakdidactisch gedeelte wordt verwezen naar de T.H.-gids, par Nadere inlichtingen over curriculumonderdelen van de leraarsvariant kunnen worden verkregen bij drs. C.P. van Nieuwkasteele, HG 6.60, tel. (47)3877. Aanmelding voorde stage ontwikkeling van het wiskundeonder WlJS en het instituutspracticum dient geruime tijd voor de aanvang plaats te vinden bij bovengenoemde. 25

25 De student die de leraarsvariant heeft gevolgd, verwerft bij het verkrijgen van het diploma \dskundig ingenieur tevens de onderwijsbevoegdheid voor wiskunde SEMINARIA De onderafdeling heeft enkele van haar activiteiten als seminaria aangemerkt. In tegenstelling tot colleges zal bij seminaria als regel de overdracht van wetenschap geschieden in de vorm van groepsbesprekingen, in zgn. 'clubverband'. Het is mogelijk seminaria in het afstudeerprograrr~~a op te nemen. Momenteel worden door de onderafdeling de volgende seminaria verzorgd: Ackermans Seminarium 'A Hilbert Space Problem Book'; Van Lint Seminarium O.P. Lossers; Simons/ Steutel Seminarium kansrekening; Van Lint/ Peremans Seminarium lichamen; Van Lint Seminarium combinatorial theory Voor nadere informatie over inhoud en semester wordt verwezen naar hoofdstuk 6, par. 6.2 van de T.H.-gids. 26

26 5.7. OVERZICHT I-STUDIEPROGRN1MA Uren per week, middagen (m) per semester Colleges, ochtendinstructies, oefeningen en practicums zevende semester 2 Ackermans 2 Van Lint 2 Hautus 2 Boersma 2 Bouwkamp 2 Boersma 2 Alb las 2 3 Alb las 1 Alb las 3 Alb las 1 Alb las 2 Veltkamp 14 m 2 Veltkamp 2 Benders 2 Benders 2 Hautus 2 Wessels 7 m 2 l"lessels 7 m 2 Steutel 2 Doornbos 7 m 2 Doornbos 7 m 2 Kruse man Aretz 2 Peremans 2 2 Van Lint/Peremans 2 Van Lint 2 De Bruijn 2 De Bruijn 2 Seidel 2 Seidel 12 a. 14 :n Seminarium 'A Hilbert Space Problem Book'S Seminarium 'O.P. Lossers Gewone differentiaalvergelijkingen Partiele differentiaalvergelijkingen To~gepaste analyse I Toegepaste analyse II Toegepaste mechanica Oefeningen toegepaste mechanica Continufrmsmechanica Plasticiteitsleer Theorie van de mechanische stabiliteit Bijzondere onderwerpen uit de mechanica: a dynamica Numerieke wiskunde II Oefeningen numerieke wiskunde II Matrixtheorie Optimaliseringsmethoden I Capita optimaliseringsmethoden Lineaire multivariabele systemen Stochastische beslissingsproblemen Oefeningen stochastische beslissingsproblemen Stochastische processen II Oefeningen stochastische ~rocessen II Voortgezette kansrekening Statistische theorie van proefopzetten Oefeningen statistische theorie van proefopzetten Lineaire modellen Oefeningen lineaire modellen Capita selecta uit de informatica Toegepaste logica I4 Oefeningen toegepaste logica I Seminarium lichamen Seminarium combinatorial theory Combinatoriek5 Wiskundige talen4 Didactiek van de wiskunde Achtergronden van de schoolwiskunde Instituutspracticum 27

27 1 wordt eenmaa1 per drie semesters gegeven, we1 in de cursus wordt bij vo1doende belangstel1ing gegeven. 3 wordt na over1eg met de docent gegeven. 4 wordt om het andere jaar gegeven, we1 in de cursus wordt om het andere jaar gegeven, niet in de cursus wordt eenmaa1 per drie semesters gegeven, niet in de cursus eenmaa1 per 14 dagen. 8 Hordt niet gegeven in de cursus

28 Uren per week, middagen (m) per semester Colleges, ochtendinstructies, oefeningen en practicums achtste semester 2 Ackermans 2 De Bruijn 2 De Bruijn 2 van Lint 14 m 2 Boersma 7 m 2 Boersma 2 Bouwkamp 1 Alb las 2 Alb las 2 Alb las 2 Veltkamp 14 m 2 Benders 2 Benders 2 Hautus 2 Wessels 7 m 2 Wessels 7 m 2 Simons/Steutel 2 Doornbos 2 Doornbos 7 m 2 Doornbos 7 m 2 Dijkstra 2 Lunbeck 14 m 2 Lunbeck 2 Kruseman Aretz 2 Peremans 2 Peremans 2 Peremans 2 Van Lint 2 Van Lint 2 van Lint 2 De Bruijn 2 Seidel 12 a 14 m Lineaire analyse II Maattheorie en Lebesgue-integratie Asyrnptotiek Seminarium 'O.P. Lossers' 'P6lya en Szeg6-practicum l Voortgezette functietheorie Oefeningen voortgezette functietheorie Capita selecta partiele differentiaalvergelijkingen Capita selecta uit de toegepaste wiskunde Bijzondere onderwerpen uit de mechanica b elasticiteitstheorie Lineaire elasticiteitstheorie I2 Lineaire eleasticiteitstheorie II 2 Numerieke wiskunde III Oefeningen numerieke wiskunde III Optimaliseringsmethoden II Capita optimaliseringsmethoden Optimalisering van regelsystemen5 Besliskunde Oefeningen besliskunde Stochastische processen I Oefeningen stochastische processen I Seminarium kansrekening Multivariate analyse6 Simultane uitspraken7 Oefeningen simultane uitspraken Verdelingsvrije methoden6 Oefeningen verdelingsvrije methoden Cornrnunicatie en synchronisatie Informatica II Oefeningen informatica II Informatica III Capita selecta uit de informatica Toegepaste logica IIl Encyclopedie uan de algebra en de getaltheorie4 Groepentheorie4 Discrete wiskunde Il Discrete wiskunde II4 Seminarium combinatorial theory Taal en structuur van de ~iskunde4 Stage taal en structuur van de ~riskunde Tensorrekening5 Instituutspracticum

29 1 wordt om het andere jaar gegeven, we1 in de curs us wordt bij vo1doende be1angste11ing gegeven. 3 wordt na over1eg met de docent gegeven. 4 wordt om het andere jaar gegeven, niet in de curs us wordt eenmaa1 per drie semesters gegeven, we1 in de curs us wordt niet ieder jaar gegeven, niet in de cursus wordt niet ieder jaar gegeven, we1 in de cursus eenmaa1 per 14 dagen. Het is ook moge1ijk in het afstudeerprogramma een of meer van de vo1- gende vakken op te nemen, we1ke verzorgd worden door de Katho1ieke Hogeschoo1 Ti1burg (facu1teit Economische Wetenschappen) Wiskundige economie (capita) nr. studiegids KHT-FEW: docenten Ruys/Weddepoh1 aanta1 uren 2 per week semester najaar en voorjaar Econometrie (capita) nr. studiegids KHT-FEW: docenten P1asmans/Schi1derinck aanta1 uren 2 per week semester najaar Bedrijfseconometrie (capita) nr. studiegids KHT-FE\'1: docent Verheijen aanta1 uren 2 per week semester najaar en voorjaar Waarschijn1ijkheidsrekening en wiskundige statistiek V nr. studiegids KHT-FEW: docent Van der Genugten aanta1 uren 2 per week (+ 2 uren instructie per week) semester najaar Toegepaste statistiek nr. studiegids KHT-FEW: docent Frijns aanta1 uren 2 per week semester voorjaar 30

30 Simulatie nr. studiegids Kll7-FE~I: docent Kleijnen aantal uren 2 per week (+ practicum) semester voorjaar Capita selecta variatierekening en optimal control nr. studiegids KHT-FEv:: docent Paardekooper aantal uren 2 per week semester najaar Mathematische statistiek nr. studiegids KHT-FEW: docent Van der Genugten aantal uren 2 per week semester voorjaar Voor een onschrijving van de inhoud van de hierboven vermelde colleges wordt verwezen naar hoofdstuk 6, 6.2 van de T.H.-gids. N. B. Teneinde misverstanden te voorkomen, wordt er met nadrul: op gewezen, dat studenten,die van plan zijn aan een of rneer van deze colleges en oefeningen te gaan deelnernen, overleg moeten plegen met hun afstudeerdocent en met de docent onder wiens verantwoordelijkheid dez" colleges in 'I'ilburg worden verzorgd. 6. Colleges en oefeningen Voor inlichtingen over door de onderafdeling der Wiskunde verzorgde colleges en oefeningen, alsmede over in de studieprograrnma's voorkornende colleges en oefeningen verzorgd door andere afdelingen, v1ordt verwezen naar hoofdstuk 6 van de T.H.-gids: 'Studievakken en hun docenten'. 31