Metrologische Reglementering

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Metrologische Reglementering"

Transcriptie

1 Ncg.doc MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN Bestuur Kwaliteit en Veiligheid Afdeling Metrologie Metrologische Dienst Metrologische Reglementering Reglement gevoegd bij het koninklijk besluit van 20 december 1972 betreffende de gasmeters - Gecoördineerde tekst - gewijzigd door het koninklijk besluit van 9 september 1974 (BS ) gewijzigd door het koninklijk besluit van 13 augustus 1979 (BS ) gewijzigd door het koninklijk besluit van 18 februari 1983 (BS ) gewijzigd door het koninklijk besluit van 3 januari 1989 (BS )

2 2 Reglement gevoegd bij het koninklijk besluit van 20 december 1972 betreffende de gasmeters *** zoals gewijzigd door het koninklijk besluit van 9 september 1974 (BS ) *** *** zoals gewijzigd door het koninklijk besluit van 13 augustus 1979 (BS ) *** *** zoals gewijzigd door het koninklijk besluit van 18 februari 1983 (BS ) *** *** zoals gewijzigd door het koninklijk besluit van 3 januari 1989 (BS ) *** Bijlage I. Reglement betreffende de gasmeters Hoofdstuk I - Terminologie en algemene voorschriften 1. Terminologie 1.1. Volume gasmeter Meetwerktuig dienende om het volume gas te bepalen dat door een leiding stroomt waarop het is aangesloten Balgengasmeter Volumetrische meter waarmede het doorgestroomde gasvolume gemeten wordt door de telling van het aantal ledigingen van meetkamers met heen- en weerbewegende wanden Natte gasmeter Volumetrische meter waarmede het doorgestroomde gasvolume gemeten wordt door de telling van het aantal ledigingen van beweegbare meetkamers waarvan één wand bestaat uit een vloeistofoppervlak Rotorgasmeter Volumetrische meter waarmede het doorgestroomde gasvolume gemeten wordt door de telling van het aantal omwentelingen van zuigers, die één of meer meetkamers vormen door wentelingen verwekt door de draaiende doorstroming van het gas Schoepenradgasmeter Niet volumetrische meter, waarmede het doorgestroomde gasvolume wordt gemeten door de telling van het aantal omwentelingen van een schoepenrad, dat in beweging wordt gebracht door de axiale doorstroming van het gas Meetgebied Het meetgebied van een gasmeter is begrensd door het maximale meetvermogen Qmax en het minimale meetvermogen Qmin Maximaal meetvermogen Het maximaal meetvermogen Qmax is het hoogste debiet waarvoor een gasmeter constructief is bestemd.

3 Minimaal meetvermogen Het minimaal meetvermogen Qmin is het debiet waaronder de miswijzingen van de meter de door dit reglement voorgeschreven maximaal toelaatbare fouten kunnen overschrijden Metende ruimte De metende ruimte van een volume-gasmeter is gelijk aan het volume gas dat nodig is om de meter zijn werkingscyclus te doen doorlopen, d.w.z. het geheel van de verplaatsingen der beweegbare organen van de meter aan het einde waarvan al deze organen, behalve het telwerk en zijn overbrengingen, hun oorspronkelijke stand voor het eerst innemen Werkdruk De werkdruk van een gasmeter is het verschil tussen de druk van het gas bij de inlaat van de gasmeter, en de atmosferische druk Referentiedruk De referentiedruk Pr van een gasmeter is de gasdruk waarop het aangegeven gasvolume is betrokken (zie hoofdstuk IV) Drukverbruik Het drukverbruik van een meter is het verschil tussen de druk gemeten aan de inlaat en aan de uitlaat van de meter gedurende het doorstromen van het gas Constante der naar buiten tredende overbrengingsinrichtingen De constante van een naar buiten tredende overbrengingsinrichting is de waarde van het gasvolume dat overeenstemt met een signaal dat door deze inrichting wordt gegeven (één asomwenteling, één impuls). 2. Algemene voorschriften 2.1. Constructie Materialen De meters moeten zijn vervaardigd van deugdelijk materiaal, met geringe inwendige spanningen, dat in geringe mate aan verandering onderhevig is door veroudering en dat voldoende bestand is tegen corrosie en tegen aantasting door de gebruikelijke gedistribueerde gassen of door eventuele condensaten daarvan Dichtheid van de kast De gasmeters moeten bij maximale werkdruk volkomen gasdicht zijn Bescherming tegen inwendige ingrepen De meters moeten zodanig zijn gebouwd dat iedere ingreep die de juistheid der metingen kan beïnvloeden, onmogelijk is zonder beschadiging van de ijk- of zegelmerken.

4 Stromingsrichting van het gas Op gasmeters waarvan de aanwijsinrichting slechts positief aanduidt bij doorstroming van het gas in één richting, moet deze richting door middel van een pijl zijn aangegeven. Deze pijl is niet vereist indien de stromingsrichting van het gas door de constructie is bepaald Metrologische eigenschappen De constructie van de meters moet waarborgen bieden tegen toevallige wijzigingen van de metrologische eigenschappen. Bij het maximaal meetvermogen moet een meter continu kunnen werken gedurende een periode bepaald bij de bijzondere voorschriften van hoofdstukken II, III en IV, zonder dat de wijzigingen van zijn metrologische eigenschappen de grenzen overschrijden door deze voorschriften vastgelegd Aanwijsinrichtingen en controle-element Aanwijsinrichting De aanwijsinrichtingen moeten bestaan uit rollen; het laatste element mag evenwel hierop een uitzondering vormen. De rollen moeten zijn becijferd in kubieke meter of in decimale veelvouden of delen van de kubieke meter. Op de plaat van de inrichting moet het symbool "m³" voorkomen De gebeurlijke rollen voor de aanwijzing van de decimale delen van de kubieke meter moeten zich duidelijk onderscheiden van de anderen en ervan afgescheiden zijn door een goed zichtbare komma Indien de becijfering van de laatste rol betrekking heeft op een tiendelig veelvoud van de kubieke meter, moet de plaat van de aanwijsinrichting één van de volgende aanduidingen dragen: a. hetzij één (of twee, of drie, enz...) vaste nullen na de laatste rol b. hetzij de aanduiding "x 10" (of "x 100" of "x 1000", enz...) zodat de aflezing steeds in m³ geschiedt De aanwijsinrichting moet voldoende becijferde rollen bezitten om, op één eenheid van de laatste rol na, het volume gas te kunnen aanduiden, dat doorstroomt op duizend uur bij het maximaal meetvermogen Controle-element De gasmeters moeten zodanig zijn ingericht dat zij met voldoende nauwkeurigheid kunnen onderzocht worden. Daartoe moeten zij voorzien zijn van een ingebouwd controleelement of van een inrichting waarvan een afneembaar controle-element kan worden verbonden Het ingebouwde controle-element kan bestaan uit het laatste element van de aanwijsinrichting, en kan op één der volgende wijzen zijn uitgevoerd : a. een continu beweegbare rol met becijfering en verdeelde schaal,

5 b. een wijzer die zich voor een vaste wijzerplaat met becijferde schaal beweegt, of een schijf voorzien van een becijferde schaal, die zich langs een vast aangebracht merkteken beweegt Op de becijferde schalen van de controle-elementen moet de cijfereenheid duidelijk en ondubbelzinnig zijn aangegeven in m³ of in decimale delen van de m³; aan het begin van de schaalverdeling moet het cijfer 0 staan De lengte van het schaaldeel moet over de gehele schaalverdeling constant zijn en mag niet minder bedragen dan 1 mm De waarde van het schaaldeel moet van de vorm 1 x 10 n, 2 x 10 n of 5 x 10 n m³ zijn, waarin n een positief of negatief geheel getal of nul is De deelstrepen moeten fijn zijn en een gelijke dikte hebben. Ingeval de waarde van het schaaldeel van de vorm 1 x 10 n of 2 x 10 n m³ is, moeten alle deelstrepen die een veelvoud van vijf aangeven, alsmede, indien de waarde van het schaaldeel van de vorm 5 x 10 n m³ is, alle deelstrepen die een veelvoud van twee aangeven zich onderscheiden door een grotere lengte Het merkteken of de wijzerpunt moet voldoende scherp zijn om een betrouwbare en gemakkelijke aflezing mogelijk te maken. Het controle-element mag voorzien zijn van een duidelijk afgetekend en voldoend groot merkteken bedoeld voor foto-elektrische aflezing. Het merkteken mag de schaalverdeling niet overlappen; het kan zo nodig de plaats van het cijfer 0 innemen. Dit merkteken mag niet schaden aan de afleesnauwkeurigheid Diameters van rollen en wijzerplaten De diameter der rollen moet tenminste 16 mm bedragen. De diameter der becijferde schaalverdelingen als bedoeld in paragraaf b. moet tenminste 32 mm bedragen Aflezing van de aanwijsinrichting De aanwijsinrichting moet zodanig zijn uitgevoerd dat aan het beginsel van aflezing door eenvoudige nevenschikking wordt voldaan Verspringen der cijfers Het verspringen van een cijferrol met één eenheid moet zich geheel voltrekken gedurende de tijd waarin de cijferrol, behorende tot de naast lagere decade, het laatste tiende gedeelte van zijn omwenteling maakt Afnemen van de aanwijsinrichting De meters moeten zodanig zijn geconstrueerd dat de aanwijsinrichting tijdens een onderzoek gemakkelijk kan worden afgenomen Hulpinrichtingen Gasmeters mogen zijn voorzien van : 5

6 a) inrichtingen voor betaling vooraf; b) ingebouwde impulsgevers; de uitgang van deze impulsgevers moet zijn voorzien van een opschrift waaruit de waarde van één impuls blijkt, in de vorm : "1 imp =,... m³ (of dm³)" of "1 m³ =,... imp". Deze hulpinrichtingen worden geacht deel uit te maken van de gasmeter zij dienen in dat geval bij de eerste ijk op de gasmeter te zijn aangesloten. Aan hun invloed op de meeteigenschappen van de gasmeter worden geen afzonderlijke eisen gesteld Gasmeters mogen zijn voorzien van aandrijfassen, waaronder zijn te verstaan uitgaande assen of andere voorzieningen voor het aandrijven van afneembare hulpinrichtingen. Het draaimoment dat door de gasmeter moet worden voortgebracht om de toegepaste hulpinrichtingen aan te drijven mag geen grotere verandering in de aanwijzing van de meter teweegbrengen dan de in de paragrafen van de hoofdstukken II en IV aangegeven waarden Indien slechts één aandrijfas aanwezig is, moet deze worden gekenmerkt door zijn constante, in de vorm "1 tr =... m³ (of dm³), zijn maximaal toelaatbare draaimoment, in de vorm Mmax =... N.mm, en zijn draairichting Indien meer dan één aandrijfas aanwezig is, moet elke aandrijfas worden gekenmerkt door de letter M met index, in de vorm M1, M2,... Mn door zijn constante, in de vorm 1 tr =... m³ (of dm³) en door zijn draairichting. Op de meter, bij voorkeur op de naamplaat, moet de volgende formule zijn vermeld : k1m1 + k2m knmn <= A N.mm waarin A de getalswaarde van het maximaal toelaatbare draaimoment op de aandrijfas met de grootste constante, indien uitsluitend deze as wordt belast. Deze as wordt gekenmerkt door de aanduiding Mi. ki (i = 1,2,...,n) een getalswaarde die wordt bepaald door ki = C1/Ci Mi (i = 1,2,...,n) het op de aandrijfas met de aanduiding Mi uitgeoefende draaimoment. Ci (i = 1,2,...,n) de constante van de aandrijfas met de aanduiding Mi *** zoals gewijzigd door KB BS *** De uitgaande assen van de aandrijfassen moeten op passende wijze worden afgeschermd wanneer zij niet zijn aangesloten op een verwijderbare hulpinrichting De verbinding tussen meetwerk en overbrengingsmechanisme mag bij een belasting met een draaimoment dat driemaal zo groot is als het volgens paragrafen en hierboven toelaatbare draaimoment, niet worden verbroken of gewijzigd Opschriften 6

7 Op elke meter moeten, hetzij op de telwerkplaat, hetzij op een speciale plaat, hetzij over deze beide platen verdeeld, de navolgende opschriften worden vermeld : a) het modelgoedkeuringsteken; b) de identificatie van de fabrikant of zijn firmanaam; c) een fabrieksnummer en jaartal van vervaardiging; d) een voor de grootte van de meter kenmerkende aanduiding in de vorm van de hoofdletter G, gevolgd door een in de hoofdstukken II of IV vastgesteld getal; e) het maximale meetvermogen in de vorm : Qmax... m³/h; f) het miminale meetvermogen in de vorm : Qmin... m³/h (of dm³/h); g) de maximale werkdruk in de vorm Pmax...MPa (of kpa, Pa, bar of mbar); h) bij volumetrische gasmeters, de nominale inhoud van de metende ruimte in de vorm : V... m³ (of dm³); i) in voorkomend geval, de opschriften vermeld in de paragrafen en hierboven; deze opschriften mogen echter ook op andere platen of op de meter zelf worden aangebracht. Deze opschriften moeten onder de normale gebruiksomstandigheden van de meter goed zichtbaar, duidelijk leesbaar en onuitwisbaar zijn aangebracht De bevoegde dienst kan bepalen in welke gevallen de aard van het gas bij de opschriften moet worden vermeld Voorts kunnen op de gasmeter worden vermeld : de handelsbenaming, een bijzonder volgnummer, de naam van de gasdistributiemaatschappij, een Europees normalisatiemerk en een vermelding ten aanzien van verrichte herstellingen. Behoudens bijzondere toestemming is elk ander opschrift of elke andere aanduiding verboden Maximaal toelaatbare fouten De meetfouten worden uitgedrukt in relatieve waarde door de verhouding, in procent, van het verschil tussen het aangewezen volume en het volume dat werkelijk door de meter is gestroomd, tot dit laatste volume Deze fouten hebben betrekking op een meting met lucht waarvan de referentie-volumieke massa 1,2 kg/m³ bedraagt. Bij normale luchtdrukomstandigheden kan er aangenomen worden dat de lucht in een ijklaboratorium aan deze voorwaarde voldoet De maximaal toelaatbare fouten zijn vastgelegd in punt 5 van de hoofdstukken II en IV. Zij gelden voor de toegestane doorstromingsrichtingen Drukverbruik Maximaal toelaatbare waarden De maximaal toelaatbare waarden van het drukverbruik zijn vastgelegd in de hoofdstukken II en IV.

8 8 *** zoals gewijzigd door KB BS *** 2.7. Plaats van ijk en zegelmerken *** zoals gewijzigd door KB BS *** De plaatsen der merken moeten zodanig worden gekozen dat het demonteren van een onderdeel dat met één van de merken is verzegeld, beschadiging van het merk tot gevolg heeft. *** zoals gewijzigd door KB BS *** Indien de onder paragraaf 2.4. bedoelde opschriften zijn aangebracht op een niet onverbrekelijk met de gasmeter verbonden speciale opschriftenplaat moet de plaats van één der merken zodanig worden gekozen dat dit merk in geval van verwijdering van genoemde plaat wordt beschadigd; de bedoeling hiervan is verwijdering van de plaat te beletten. *** zoals gewijzigd door KB BS *** Er dient voor het aanbrengen van ijk of zegelmerken ruimte aanwezig te zijn : a) op alle niet onverbrekelijk met de gasmeter verbonden platen waarop een aanduiding staat als voorgeschreven in het onderhavig reglement; b) op alle delen van de meter die niet op andere wijze kunnen worden beveiligd tegen ingrepen: - waardoor de aanwijzing van het telwerk van de meter kan worden beïnvloed of gewijzigd; - waardoor de verbinding tussen meetwerk en telwerk kan worden gewijzigd of verbroken; - waardoor metrologisch belangrijke onderdelen van de meter kunnen worden verwijderd of verplaatst; c) op de aansluiting van de verwijderbare hulpinrichtingen of op de afschermingen bedoeld in paragraaf Modelgoedkeuring en eerste ijk 3.1. Modelgoedkeuring Bij de aanvraag tot modelgoedkeuring van een meter dienen de onderstaande documenten te worden gevoegd : - een beschrijving met vermelding van de technische kenmerken van de meter en van het principe van de werking; - een perspectieftekening of een foto; - een lijst van onderdelen met vermelding van de aard van de materialen waaruit zij zijn samengesteld; - een samenstellingstekening met vermelding van de samenstellende delen die in de onderdelenlijst zijn opgenomen; - een maatschets van de complete meter; - een tekening waarop de plaatsen van de ijk en zegelmerken zijn aangegeven; - een tekening van het telwerk met de justeermogelijkheden daarvan; - een maatschets van metrologisch belangrijke onderdelen; - een schets van de telwerkplaat en van de uitvoering van de opschriften;

9 - in voorkomend geval een tekening van de hulpinrichtingen bedoeld in paragraaf hierboven; - in voorkomend geval een tabel met de kenmerken van de uitgaande aandrijfassen (paragraaf hierboven); - een opgave van de overgelegde documenten; - een verklaring waaruit blijkt dat de meters die overeenkomstig het model worden vervaardigd, zullen voldoen aan de reglementaire veiligheidsvoorschriften, met name ten aanzien van de op de opschriftenplaat aangegeven maximale werkdruk In het modelgoedkeuringscertificaat wordt het volgende vermeld : - de naam en de woonplaats van degene op wiens naam het certificaat van de modelgoedkeuring is gesteld; - de model en/of handelsbenaming; - de voornaamste technische en metrologische kenmerken zoals minimaal en maximaal meetvermogen, de maximale werkdruk; - de nominale binnendiameter van de koppelstukken en, bij volumetrische gasmeters, de nominale inhoud van de metende ruimte; - het modelgoedkeuringsteken; - de geldigheidsduur van de modelgoedkeuring; - bij meters voorzien van aandrijfassen : a) indien één aandrijfas aanwezig is, de kenmerken van de as zoals aangegeven in paragraaf hierboven; b) indien meer dan één aandrijfas aanwezig is, de kenmerken van elke as en de formule zoals aangegeven in paragraaf hierboven; - de plaatsaanduiding voor het modelgoedkeuringsteken, voor de merken van eerste ijk en voor zegelmerken, eventueel op foto of op tekening; - de lijst van de documenten die het certificaat van modelgoedkeuring vergezellen; - bijzondere opmerkingen Eerste ijk *** zoals gewijzigd door KB BS *** De ten eerste ijk aangeboden gasmeters moeten bedrijfsgereed zijn. De eerste ijk waarborgt niet de juiste werking of de juiste aanwijzing van eventueel aangesloten hulpinrichtingen als bedoeld onder paragrafen en Op deze hulpinrichtingen worden, behoudens op de in paragraaf 2.7.3c, bedoelde aansluitingen daarvan, geen ijkmerk of zegelmerken aangebracht. *** gevoegd bij KB BS *** 3.3. IJk- en zegelmerken *** gevoegd bij KB BS *** Het aanbrengen De meters die met goed gevolg de proeven bij de ijk hebben ondergaan, worden : - voorzien van het ijkmerk van eerste ijk; 9

10 - voorzien van de zegelmerken op de daartoe bestemde in paragraaf vastgestelde plaatsen. *** gevoegd bij KB BS *** Strekking Het aanbrengen van merken van eerste ijk en zegelmerken op gasmeters houdt uitsluitend in dat de betrokken meters voldoen aan de voorschriften van het onderhavig reglement. 10

11 Hoofdstuk II. Balgengasmeters Meetgebied en grootte 1.1. De toelaatbare waarden van het maximaal meetvermogen en de bovenste grenzen van het overeenstemmend minimaal meetvermogen alsmede de minimumwaarde van de inhoud van de metende ruimte zijn in de onderstaande tabel in functie van de grootte (G) van de gasmeter vermeld : G Qmax Qmin V 1,6 2, , ,016 0,025 0,040 0,060 0,100 0,160 0,250 0,400 0,650 1,000 1,600 2,500 4,000 6,500 0,7 1,2 2,0 3,5 6, Wanneer voor een model van meter de waarde Qmin kleiner is dan het in tabel onder punt 1.1. aangegeven getal, dan moet de getalwaarde van deze Qmin overeenkomen met één der in de derde kolom van de tabel aangegeven getallen of een decimaal deel daarvan Meters met een meterinhoud die kleiner is dan de in tabel 1.1. gegeven waarde kunnen worden goedgekeurd mits het model van deze meters voldoet aan de eisen van de in punt beschreven proef in langdurig bedrijf. 2. Constructie bijzonderheden 2.1. De werkelijke inhoud van de metende ruimte, naar de definitie 1.9. van hoofdstuk I, mag van de nominale waarde ervan, overeenstemmend met het opschrift van hoofdstuk II niet meer dan 5 % in plus of in minus van deze laatste waarde afwijken. *** zoals gewijzigd door KB BS *** 2.2. De meters mogen worden voorzien van een inrichting die de normale werking van het meetorgaan verhindert wanneer het gas in een niet toegelaten richting stroomt. 3. Controle-element 3.1. Bij de meters G 1,6 tot en met G 6 moet het controle-element volgens punt van hoofdstuk I van dit reglement zijn uitgevoerd. Bij de meters G10 tot en met G650 moet het controle-element

12 - hetzij volgens ditzelfde voorschrift zijn uitgevoerd, - hetzij afneembaar zijn Wanneer het controle-element is uitgevoerd volgens punt van hoofdstuk I moeten de schaalwaarde van het controle-element en de becijfering ervan aan onderstaande bepalingen voldoen : Benaming van de meters Maximum schaalwaarde Becijfering per G1,6 t.e.m. G6 G10 t.e.m. G65 G100 t.e.m. G650 0,2 dm³ 2 dm³ 20 dm³ 1 dm³ 10 dm³ 100 dm³ 3.3. Bij meters waarvan het controle-element volgens punt van hoofdstuk I is uitgevoerd, mag de standaardafwijking bij een reeks van tenminste 30 opeenvolgende metingen die bij een doorstromingssnelheid van ca 0,1 Qmax en onder dezelfde voorwaarden met onderstaande aangegeven luchtvolumes worden verricht, de in onderstaande tabel vermelde waarden niet overschrijden : Benaming van de meters Te meten luchtvolumes Maximaal toelaatbare waarde van de standaardafwijking G1,6 t.e.m. G4 G6 G10 t.e.m. G65 G100 t.e.m. G V 10 V 10 V 5 V 0,2 dm³ 0,2 dm³ 2 dm³ 20 dm³ De te meten volumes lucht moeten vervangen worden door dichtbij liggende volumes, overeenstemmend met een geheel aantal omwentelingen van het controle-element. 4. Maximaal toelaatbare fouten 4.1. Algemene bepalingen *** zoals gewijzigd door KB BS *** De maximaal toelaatbare fouten in plus en min zijn in onderstaande tabel aangegeven. Debieten Maximaal toelaatbare fouten Q Bij eerste ijk In bedrijf * In bedrijf ** Qmin <= Q < 2Qmin 2Qmin = Q < 0,1Qmax 0,1Qmax <= Q <= Qmax 3 % 2 % 2 % 6 % 4 % 4 % -6 tot +3 % -6 tot +3 % 2 % * voor de meters gebouwd tot 31 december 1988, ** voor de meters gebouwd vanaf 1 januari 1989.

13 Bij de eerste ijk mogen de miswijzingen op een meter bij debieten Q tussen 2Qmin en Qmax niet alle 1 % overschrijden wanneer zij alle hetzelfde teken hebben Voor de maximaal toelaatbare fouten in bedrijf gelden dezelfde proefvoorwaarden als bij de eerste ijk (punt van hoofdstuk I van dit reglement) Bijzondere bepalingen *** zoals gewijzigd door KB BS *** Bij belasting van de aandrijfassen met de maximale draaimomenten die ingevolge paragrafen en van hoofdstuk I op de gasmeter zijn aangegeven, mag de aanwijzing van de gasmeter, onverminderd het bepaalde in paragraaf van hoofdstuk II bij Qmin met niet meer dan 1,5 % veranderen. 5. Drukverbruik 5.1. Totaal drukverbruik Het totale drukverbruik mag bij doorstroming van lucht met een volumieke massa van 1,2 kg/m³ bij een debiet gelijk aan Qmax gemiddeld niet hoger zijn dan : 13 Benaming van de meters G1,6 t.e.m. G10 G16 t.e.m. G40 G65 t.e.m. G650 Maximaal toelaatbare waarden van het gemiddelde totale drukverbruik Bij eerste ijk In bedrijf Pa mbar Pa mbar ,2 3,3 4, Mechanisch drukverbruik Het mechanisch drukverbruik d.i. het drukverbruik bij doorstroming van lucht met een volumieke massa van 1,2 kg/m³ bij een debiet begrepen tussen Qmin en 2Qmin mag onderstaande waarden niet overschrijden : Benaming van de meters G1,6 t.e.m. G40 G65 t.e.m. G650 Maximaal toelaatbare waarden van het gemiddelde totale drukverbruik Bij eerste ijk In bedrijf Pa mbar Pa mbar ,6 1, ,8 1,2 Bovenstaande waarden hebben betrekking op de maximale waarden van het mechanisch drukverbruik.

14 Bijzondere bepalingen Bij meters waarvan de bedrijfsdruk hoger ligt dan 0,1 MPa (1 bar), gelden de voorschriften volgens punt 5.2. hierboven inzake het mechanische drukverlies, terwijl het in paragraaf 5.1. hierboven bedoelde totale drukverlies van deze meters buiten beschouwing blijft Bij aansluiting van hulpinrichtingen mag het mechanisch drukverlies van de gasmeters met niet meer dan 20 Pa (0,2 mbar) toenemen. 6. Modelgoedkeuring 6.1. Voor de proeven te leveren gasmeters Behalve het exemplaar van het model moet de aanvrager aanstonds twee à zes proefmeters die overeenkomstig het model zijn vervaardigd, ter beschikking stellen van de bevoegde dienst. Op verzoek van de bevoegde dienst moet dit aantal worden verdeeld over verschillende G waarden wanneer gelijktijdig goedkeuring daarvoor wordt gevraagd. Naargelang van het verloop der proeven kunnen extra proefmeters worden verlangd Er kan toestemming worden verleend om van deze bepaling af te wijken, met dien verstande dat de proefmeters op een later tijdstip ter beschikking kunnen worden gesteld. Evenwel wordt niet eerder over de goedkeuring van het model beslist, dan na volledig onderzoek van deze proefmeters De proefmeters blijven eigendom van de aanvrager en worden hem na verlening van de modelgoedkeuring teruggegeven *** afgeschaft door KB BS *** *** afgeschaft door KB BS *** *** afgeschaft door KB BS *** *** afgeschaft door KB BS *** 6.2. Het onderzoek De proefmeters moeten voldoen aan de bepalingen van hoofdstuk I en van punt 1 t.e.m. 5 van dit hoofdstuk.

15 Voorts mag in het gehele meetgebied de afwijking tussen de grootste en kleinste waarde der fouten in functie van het debiet Q voor elke meter niet meer bedragen dan 3 % Het model en de proefmeters worden vervolgens onderworpen aan een proef bij langdurig bedrijf. Deze proef wordt uitgevoerd : Voor meters van G 1,6 t.e.m. G 10: bij maximaal meetvermogen van de meters, met lucht; bij meters op de kenplaat waarvan de aard van het te meten gas staat aangegeven, mag de proef geheel of gedeeltelijk met dat gas worden verricht; Bij meters van G16 t.e.m. G650 : zoveel mogelijk bij maximaal meetvermogen van de meters, met lucht of gas De duur van de proef bij langdurig bedrijf voor gasmeters waarvan de inhoud van de metende ruimte tenminste gelijk is aan de in de tabel van punt 1.1. vermelde waarden bedraagt : Voor de meters G 1,6 t.e.m. G 10: h; de proef mag worden onderbroken, zij moet evenwel binnen de 60 dagen zijn beëindigd; Voor de meters G16 t.e.m. G650 zodanig dat elke meter een lucht- of gasvolume meet overeenkomend met een bedrijf van h bij maximaal meetvermogen van de meter; de proef moet binnen de 6 maanden zijn beëindigd bij gasmeters waarvan de inhoud van de metende ruimte kleiner is dan de in de tabel van punt 1.1. vermelde waarden, bedraagt de duur van de proef h en moet de proef worden uitgebreid tot een groter aantal gasmeters dan voorgeschreven in punt naargelang van de G-waarde van de betrokken meter en de algemene kenmerken ervan. *** zoals gewijzigd door KB740909/BS *** Na de duurbeproeving moeten de gasmeters (met uitzondering van ten hoogste één indien de proef met drie of meer meters wordt genomen) aan alle onderstaande eisen voldoen: a) het verschil tussen het hoogste en het laagste punt van de miswijzingscurve van elke gasmeter afzonderlijk, bij debieten gelegen binnen het meetbereik van de gasmeter, mag niet meer bedragen dan 4 %. b) de waarden van de fouten mogen niet meer dan 1,5 % afwijken van de oorspronkelijk gevonden waarden. Deze regel is echter bij het debiet Qmin uitsluitend van toepassing op afwijkingen van de fout in negatieve zin; c) het mechanisch drukverbruik mag niet meer dan 20 Pa (0,2 mbar) zijn toegenomen Bij meters met één of meer aandrijfassen moet bij ten minste drie meters van elke G- waarde met lucht met een volumieke massa van 1,2 kg/m³ (zie paragraaf van hoofdstuk I) worden onderzocht of zij voldoen aan de voorschriften van paragraaf van hoofdstuk I alsmede van de paragrafen en van hoofdstuk II. Bij meters met meer dan één aandrijfas moet de proef worden uitgevoerd aan de as die de meest ongunstige waarde oplevert. Bij meters met dezelfde G-waarde wordt de kleinste van de verkregen waarden als de waarde van het maximaal toelaatbare draaimoment beschouwd. 15

16 Indien een model meters met verschillende G-waarden omvat, behoeft de proef inzake het draaimoment alleen bij meters met de kleinste G-waarde te worden uitgevoerd indien voor de grotere meters hetzelfde draaimoment geldt en indien hun aandrijfas door dezelfde of een grotere constante wordt gekenmerkt Wijziging van een reeds goedgekeurd model Indien de aanvraag om goedkeuring betrekking heeft op een wijziging van een reeds goedgekeurd model, beslist de bevoegde dienst die het oorspronkelijke model heeft goedgekeurd, naargelang van de aard van de wijziging of en in hoeverre de bepalingen van de punten 6.1., , en van toepassing zijn. 7. Eerste ijk 7.1. Indien de gasmeters moeten worden gebruikt met hulpinrichtingen aangedreven door naar buiten tredende aansluitingen, moeten deze inrichtingen reeds bij het ijken zijn aangesloten, tenzij de aansluiting daarvan na het ijken uitdrukkelijk is toegestaan in bijlage van het modelgoedkeuringsattest. *** zoals gewijzigd door KB740909/BS *** 7.2. Nauwkeurigheidsproeven Een gasmeter wordt geacht te voldoen aan de voorschriften inzake de maximaal toelaatbare fouten wanneer deze fouten bij onderstaande debieten niet worden overschreden : a. bij het debiet Qmin b. bij een debiet in de orde van grootte van 1/5 Qmax; c. bij debiet Qmax Wanneer het onderzoek onder andere omstandigheden wordt uitgevoerd moet de waarborg bestaan dat de bekomen resultaten gelijkwaardig zijn aan deze welke worden verkregen op grond van bovengenoemde proeven. 16

17 17 Hoofdstuk III. - Natte gasmeters De voorschriften betreffende de balgengasmeters zijn van overeenkomstige toepassing op de natte gasmeters. De mogelijkheid tot behoud van het juiste vloeistofniveau moet door een geschikte inrichting verzekerd zijn. Deze inrichting moet verzegelbaar zijn.

18 18 Hoofdstuk IV. - Rotormeters en schoepenradmeters 1. Meetgebied en benaming *** zoals gewijzigd door KB740909/BS *** 1.1. De gasmeters moeten naargelang van de G-waarden een der meetbereiken hebben, volgende uit onderstaande tabel: G Benaming Qmax Meetgebied Qmin m³/h m³/h Klein Gemiddeld Groot , , of uit de decimale veelvouden van de laatste vijf reeksen van waarden uit die tabel. 2. Constructiebijzonderheden 2.1. Rotormeters *** zoals gewijzigd door KB BS *** Voor het meten van het drukverlies moeten de meters bij de inlaat en bij de uitlaat zijn voorzien van een drukmeetpunt voor statische druk; de bij de inlaat gemeten druk geldt als referentiedruk De meters mogen zijn voorzien van een inrichting voor het draaien van de rotors met de hand, voor zover daardoor geen misbruik kan ontstaan ten aanzien van de juiste werking van de gasmeter Bij meters G 160 en groter mogen de lagers van de rotorassen zodanig zijn uitgevoerd dat deze zonder verbreking van zegelmerken toegankelijk zijn Schoepenradmeters De meters moeten zijn voorzien van een drukmeetpunt voor statische druk waarmede, eventueel indirect, de druk onmiddellijk voor het schoepenrad als referentiedruk kan worden gemeten.

19 Indien voor het schoepenrad een smoorinrichting voor de gasstroom aanwezig is, kunnen de meters behalve het in punt geëiste drukmeetpunt, onmiddellijk voor deze inrichting, van een ander drukmeetpunt zijn voorzien, met behulp waarvan te samen met het drukmeetpunt volgens punt het drukverschil aan de smoorinrichting kan worden gemeten. *** zoals gewijzigd door KB BS *** 2.3. Drukmeetpunten *** zoals gewijzigd door KB BS *** De boorgaten voor drukmeetpunten moeten een diameter van ten minste 3 mm hebben. Sleufvormige drukmeetpunten moeten in de stromingsrichting een breedte van ten minste 2 mm en een dwarsdoorsnede van ten minste 10 mm² hebben. *** zoals gewijzigd door KB BS *** De drukmeetpunten moeten zijn voorzien van een gasdicht afsluitorgaan. *** gevoegd bij KB BS *** Het drukmeetpunt voor de referentiedruk moet duidelijk zichtbaar en onuitwisbaar zijn voorzien van de aanduiding "pr" en het ander drukmeetpunt van de aanduiding "p". 3. Controle-element 3.1. In toepassing van de bepalingen volgens punt a) en b) van hoofdstuk I mag de schaalwaarde van het controle-element ten hoogste bedragen : voor de grootten G 16 tot G 65 inbegrepen... 0,002 m³, voor de grootten G 100 t.e.m. G ,02 m³, voor de grootten G 1000 t.e.m. G ,2 m³, voor de grootten G en meer... 2,0 m³ De schaalverdeling van het controle-element moet als volgt zijn becijferd : voor de grootten G 16 tot G 65 inbegrepen per... 0,01 m³, voor de grootten G 100 en G 650 per... 0,1 m³, voor de grootten G 1000 en G 6500 per... 1,0 m³, en bij de grootten G en meer per... 10,0 m³. 4. Maximaal toelaatbare fouten 4.1. Algemene bepalingen De maximaal toelaatbare fouten in plus en min zin zijn in onderstaande tabel aangegeven: 19

20 20 Debieten Q Qmin <= Q < 0,2 Qmax 0,2 Qmax <= Q <= Qmax Bij eerste ijk 2 % 1 % Maximaal toelaatbare fouten In bedrijf 3 % 1,5 % 4.2. Bijzondere bepalingen Bij belasting van de aandrijfassen met de maximale draaimomenten, die ingevolge de paragrafen en van hoofdstuk I op de gasmeter zijn aangegeven, mag de aanwijzing van de gasmeter bij Qmin maximaal met de in onderstaande tabel aangegeven waarden veranderen : Qmin 0,05 Qmax 0,1 Qmax 0,2 Qmax Veranderingen van de aanwijzing bij Qmin 1 % 0,5 % 0,25 % 4.3. De maximaal toelaatbare fouten in bedrijf gelden onder dezelfde proefvoorwaarden als bij de eerste ijk. 5. Modelgoedkeuring 5.1. Voor de proeven te leveren meters Behalve het exemplaar van het model moet de aanvrager aanstonds twee à zes proefmeters die overeenkomstig het model zijn vervaardigd, ter beschikking stellen van de bevoegde dienst. Op verzoek van de bevoegde dienst moet dit aantal worden verdeeld over verschillende G- waarden wanneer gelijktijdig goedkeuring daarvoor wordt gevraagd. Naargelang van het verloop der proeven kunnen extra proefmeters worden verlangd Er kan toestemming worden verleend om van deze bepaling af te wijken, met dien verstande dat de proefmeters op een later tijdstip ter beschikking kunnen worden gesteld. Evenwel wordt niet eerder over de goedkeuring van het model beslist, dan na ontvangst en onderzoek van deze proefmeters.

21 De proefmeters blijven eigendom van de aanvrager en worden hem na verlening van de modelgoedkeuring teruggegeven *** afgeschaft door KB BS *** *** afgeschaft door KB BS *** *** afgeschaft door KB BS *** *** afgeschaft door KB BS *** 5.2. Het onderzoek Het onderzoek omvat in het bijzonder het vaststellen van de fouten van elke meter door een proef met lucht met volumieke massa van 1,2 kg/m³. Elk resultaat van elke proef wordt afzonderlijk in beschouwing genomen De miswijzingscurve van elke meter moet, in het meetgebied waarvoor de goedkeuring is aangevraagd liggen binnen de grenzen van de maximaal toelaatbare fouten bij eerste ijk Bij elke meter mag het verschil tussen de hoogste en de laagste waarde van de miswijzingen in het meetbereik tussen 1/2 Qmax en Qmax niet groter zijn dan 1 % De gasmeters worden daarna onderworpen aan een proef in langdurig bedrijf met lucht of met gas De proef in langdurig bedrijf moet zoveel mogelijk geschieden bij maximaal meetvermogen van de meters. De meters worden zolang in bedrijf gehouden totdat een luchtof gasvolume is gemeten dat overeenkomt met een bedrijfsduur van 1000 uur bij maximaal meetvermogen deze bedrijfsduur mag evenwel niet langer dan zes maanden zijn Na de proef in langdurig bedrijf moeten de meters opnieuw worden onderzocht met lucht met een volumieke massa van 1,2 kg/m³ waarbij dezelfde standaard apparatuur als bij de keuring volgens punt dient te worden gebruikt. Onder deze omstandigheden van onderzoek a) mogen de voor de in punt 6.2. aangegeven debieten vastgestelde miswijzingen bij elke gasmeter (met uitzondering van ten hoogste één) niet meer dan 1 % afwijken van de bij het onderzoek volgens punt vastgestelde waarden en b) mag het verschil tussen het hoogste en het laagste punt van de miswijzingscurve bij elke meter (met uitzondering van ten hoogste één) in het meetgebied tussen 1/2 Qmax en Qmax niet groten zijn dan 1,5 % Meters met aandrijfassen Bij meters met één of meer aandrijfassen moet bij ten minste drie meters van elke G- waarde met lucht met een volumieke massa van 1,2 kg/m³ (zie paragraaf van 21

22 hoofdstuk I) worden onderzocht of zij voldoen aan de voorschriften van paragraaf van hoofdstuk I en van hoofdstuk IV. Bij meters met meer dan één aandrijfas moet de proef worden uitgevoerd aan de as die de meest ongunstige waarde oplevert. Bij meters met dezelfde G-waarde wordt de kleinste van de verkregen waarden als de waarde van het maximaal toelaatbare draaimoment beschouwd. Indien een model meters met verschillende G-waarden omvat, behoeft de proef inzake het draaimoment alleen bij meters met de kleinste G-waarde te worden uitgevoerd indien voor de grotere meters hetzelfde draaimoment geldt en indien hun aandrijfas door dezelfde of een grotere constante wordt gekenmerkt Bij meters met meer dan één waarde voor Qmin behoeft alleen de proef bedoeld in paragraaf hierboven voor de kleinste waarde van Qmin te worden uitgevoerd. De toelaatbare draaimomenten voor de overige meetbereiken kunnen aan de hand van het beproevingsresultaat worden berekend. Voor het omrekenen naar andere waarden van Qmin gelden de volgende regels : a) bij constant debiet is de verandering van de fout evenredig met het draaimoment; b) bij constant draaimoment is de verandering van de fout bij rotorgasmeters omgekeerd evenredig met het debiet en bij turbinegasmeters omgekeerd evenredig met het kwadraat van het debiet. 6. Eerste ijk 6.1. Indien de meters moeten worden gebruikt met hulpinrichtingen aangedreven door naar buiten tredende aansluitingen, dan moeten deze inrichtingen reeds bij het ijken zijn aangesloten tenzij de aansluiting daarvan na het ijken uitdrukkelijk is toegestaan in bijlage van het modelgoedkeuringsattest *** zoals gewijzigd door KB BS *** 6.2. Juistheidsproeven Een meter wordt geacht te voldoen aan de voorschriften inzake de maximaal toelaatbare fouten, wanneer deze fouten bij onderstaande debieten niet worden overschreden : Qmin, 0,10 Qmax (indien deze waarde groter is dan Qmin), 0,25 Qmax 0,40 Qmax, 0,70 Qmax en Qmax. Wanneer het onderzoek onder afwijkende omstandigheden wordt uitgevoerd moeten uit de resultaten daarvan ten minste dezelfde conclusies als die, verkregen op grond van de eerder genoemde proeven kunnen worden getrokken Van de in punt 6.2. opgegeven debieten zijn afwijkingen toegestaan van plus of min 5 %. 22

23 Bijlage II. Reglement betreffende de technische controle van de balgengasmeters 23 *** bijgevoegd door KB BS *** 1. Aan de technische controle bepaald in dit reglement worden onderworpen, de in bedrijf zijnde balgengasmeters, hierna " meters " genoemd, die sinds 1 januari 1976 zijn gebouwd en waarvan meer dan 2000 eenheden van een zelfde constructeur, type en maximaal debiet in het net zijn geïnstalleerd. Onverminderd het bepaalde in punt 8, wordt de controle uitgevoerd in het 10e, 15e, 20e en 25e op het bouwjaar volgende jaar. 2. De meters welke in bedrijf zijn worden verdeeld in loten. Een lot omvat het geheel van de balgengasmeters gekarakteriseerd door een gegeven constructeur, een gegeven type, een gegeven maximum debiet en het bouwjaar. Enkel de loten groter dan 500 meters komen in aanmerking. 3. Voorleggen der loten. Elk gasdistributiebedrijf moet elk jaar in de maand januari aan de Algemene Inspectie van de Metrologie het aantal gasmeters mededelen van eenzelfde constructeur, van een gegeven type, met een gegeven maximum debiet en die, wat hun bouwjaar betreft, 10, 15, 20 of 25 jaar oud zijn. 4. Terugkerende meters. De meters die terugkomen tengevolge van opzegging van het abonnement, afbraak van het gebouw enz., en waarvan het bouwjaar overeenstemt met het jaartal van de meters die dat jaar moeten onder- zocht worden, worden door de eigenaar van de meters verzameld en ter beschikking gesteld van de Algemene Inspectie van de Metrologie. 5. Steekproef Onverminderd het bepaalde in punt 12, tweede lid, wordt uit elk lot een trekking verricht, zodanig dat alle meters uit dit lot gelijke kans hebben getrokken te worden. Het aantal meters van de steekproef, zoals vermeld in onderstaande tabel, wordt, wat de nog in het net geïnstalleerde meters betreft, tot 50 % teruggebracht indien er met terugkerende meters dient rekening te worden gehouden, in welk geval de overige 50 % uit terugkerende meters bestaan. De meters bekomen door de statistische trekking vormen groep I. De terugkerende meters vormen groep II. Groep III is de som van de groepen I en II. 6. Elke meter uit deze steekproef wordt aan de volgende proeven onderworpen : één bij een debiet van 0,2 Qmax en één bij een debiet van Qmax. Een meter wordt slecht genoemd indien de fouten bij één der hierboven genoemde debieten de maximaal toelaatbare fout in bedrijf te buiten gaat.

24 24 7. Grootte van de steekproef Aantal van het lot Aantal meters van de steekproef groep I * ** Criterium van afkeuring groep II * ** groep III * ** 501 tot en meer * criterium bij 6,5 % (wat overeenstemt met ten hoogste 6,5 % slechte meters in het aan de steekproef onderworpen lot) ** criterium bij 10 % (wat overeenstemt met ten hoogste 10 % slechte meters in het aan de steekproef onderworpen lot). Het criterium van afkeuring wordt gevormd door het maximaal toegestaan aantal van slechte meters in de steekproef. Het lot is aanvaard indien het aantal slechte meters in de steekproef kleiner is dan het aantal voorgeschreven als criterium van afkeuring bij 10 % (en dit in iedere groep afzonderlijk) en indien het gemiddelde van de fouten van de meters in de steekproef binnen de grenzen ligt van de maximale toegelaten fouten bij eerste ijk. In geval van afkeuring van het lot moet een tweede reeks proeven worden uitgevoerd overeenkomstig het dubbel steekproefplan dat in nagevolgde tabel wordt weergegeven. Deze steekproef zal uitsluitend betrekking hebben op nog in het net geïnstalleerde meters, met uitsluiting van de terugkerende meters. Aantal meters van het lot Dubbele steekproef Criterium van definitieve aanvaarding Criterium van definitieve afkeuring 501 tot en meer eerste 50 tweede 50 eerste 80 tweede 80 C1 <= 7 C1 + C2 <= 18 C1 >= 11 C1 + C2 <= 26 C1 >= 11 C1 + C2 >= 19 C1 >= 16 C1 + C2 >= 27 C 1 : aantal slechte meters van de eerste steekproef. C 2 : aantal slechte meters van de tweede steekproef. Indien het aantal slechte meters in de eerste steekproef van de dubbele steekproef kleiner dan of gelijk is aan het criterium voor definitieve aanvaarding, is het lot aanvaard. Indien het aantal slechte meters groter dan of gelijk is aan het criterium voor definitieve afkeuring, wordt het lot afgekeurd. Indien het aantal slechte meters gevonden in de eerste steekproef tussen het eerste criterium voor definitieve aanvaarding en definitieve afkeuring ligt, moet er eentweede steekproef uitgevoerd worden. Het aantal slechte meters in de eerste en de tweede steekproef moet samengesteld worden. Indien het aantal slechte meters kleiner of gelijk is aan het tweede criterium voor definitieve aanvaarding, wordt het lot aanvaard. In tegengesteld geval wordt het lot afgekeurd. 8. Deze proeven gebeuren systematisch op de meters met een ouderdom van 10 en 20 jaar. Indien bij die proeven 50 % van de meters binnen de grenzen liggen van de maximale

25 toelaatbare fouten in eerste ijk of indien de steekproef minder slechte meters telt dan het criterium van afkeuring bij 6,5 % wordt het betrokken lot vrijgesteld van de volgende vijfjarige controle. 9. De meters van de steekproef waarvan de fouten niet binnen de grenzen liggen verreist voor de eerste ijk, mogen slechts na het ondergaan van de eerste ijk weer in het net geplaatst worden. 10. Het beproeven van de steekproefmeters gebeurt door de Algemene Inspectie van de Metrologie, hetzij in de Algemene Inspectie van de Metrologie, hetzij in een door deze Algemene Inspectie goedgekeurd station. De proeven op de meters gebeuren met droge lucht waarvan de relatieve vochtigheid kleiner is dan 10 %. 11. De meters van een definitief afgekeurd lot moeten vervangen worden voor 31 december van het tweede jaar dat volgt op het jaar tijdens hetwelk het lot definitief is afgekeurd. 12. Administratieve voorschriften. Elke gasverdeler moet de nodige schikkingen treffen om over de volgende inlichtingen in een gemakkelijk te consulteren vorm te kunnen beschikken : - de constructeur; - het type van de meter - het maximaal debiet - het bouwjaar; - het serienummer of fabricagenummer - de plaats van opstelling. Het aantal meters van de steekproef zal over de verdelers worden gespreid in verhouding tot het percentage van hun meters in het totale lot. De keuze van de uit het netweg te nemen meters en de wijze waarop dit geschiedt, worden in onderling overleg tussen de verdelers en de ambtenaren van de Algemene Inspectie van de Metrologie vastgesteld. Gezien om gevoegd te worden bij Ons besluit van 3 januari BOUDEWIJN Van Koningswege : De Minister van Economische Zaken en het Plan W. CLAES 25

betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der Lid-Staten inzake gasmeters

betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der Lid-Staten inzake gasmeters 6. 9. 71 Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen Nr. L 202 / 21 RICHTLIJN VAN DE RAAD van 26 juli 1971 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der Lid-Staten inzake gasmeters (71

Nadere informatie

RICHTLIJN VAN DE RAAD van 26 juli 1971 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der Lid-Staten inzake gasmeters (71/318/EEG)

RICHTLIJN VAN DE RAAD van 26 juli 1971 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der Lid-Staten inzake gasmeters (71/318/EEG) 1971L0318 NL 11.04.1978 002.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B RICHTLIJN VAN DE RAAD van 26 juli 1971 betreffende

Nadere informatie

Metrologische Reglementering

Metrologische Reglementering NCH.doc - 24.01.2001 MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN Bestuur Kwaliteit en Veiligheid Afdeling Metrologie Metrologische Reglementering Reglement gevoegd bij het koninklijk besluit van 2 maart 1981 betreffende

Nadere informatie

Metrologische Reglementering

Metrologische Reglementering NLM.doc - 2013-10-15 1 Bestuur Kwaliteit en Veiligheid Afdeling Metrologie Metrologische Dienst Metrologische Reglementering Koninklijk besluit van 6 april 1979 betreffende meetinstallaties en gedeeltelijke

Nadere informatie

Metrologische Reglementering

Metrologische Reglementering (NTE / 980925) MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN Bestuur Kwaliteit en Veiligheid Afdeling Kwaliteit Metrologische Dienst Metrologische Reglementering Reglement gevoegd bij het ministerieel besluit van 22

Nadere informatie

Metrologische Reglementering

Metrologische Reglementering Nec.doc - 2002-12-06 MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN Bestuur Kwaliteit en Veiligheid Afdeling Metrologie Metrologische Reglementering Koninklijk besluit van 6 juli 1981 betreffende de instrumenten bestemd

Nadere informatie

Metrologische Reglementering

Metrologische Reglementering (NLR / 16.01.2001) MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN Bestuur Kwaliteit en Veiligheid Afdeling Metrologie Metrologische Reglementering Koninklijk besluit van 14 april 1977 betreffende de stoffelijke lengtematen

Nadere informatie

Metrologische Reglementering

Metrologische Reglementering NBR.doc 20000228 MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN Bestuur Kwaliteit en Veiligheid Afdeling Metrologie Metrologische Dienst Metrologische Reglementering Koninklijk besluit van 12 januari 1976 betreffende

Nadere informatie

Metrologische Reglementering

Metrologische Reglementering (NRL / 16.01.2001) MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN Bestuur Kwaliteit en Veiligheid Afdeling Metrologie Metrologische Reglementering Reglement gevoegd bij het koninklijk besluit van 14 april 1977 betreffende

Nadere informatie

IJkregeling gasmeters EZ

IJkregeling gasmeters EZ IJkregeling gasmeters EZ «IJkwet» 12 december 1997/nr. 97078387 WJA/W De Minister van Economische Zaken, Gelet op de artikelen 13, vierde lid, en 28 van de IJkwet en artikel 2, tweede lid, van het IJkreglement:

Nadere informatie

Metrologische Reglementering

Metrologische Reglementering K_2010928 / 20101209 Kwaliteit en Veiligheid Afdeling Reglementering en Controlebeleid Wettelijke Metrologie Metrologische Reglementering 28 SEPTEMBER 2010. - Koninklijk besluit betreffende de installatie

Nadere informatie

Metrologische Reglementering

Metrologische Reglementering K_20081219 / 20110221 Kwaliteit en Veiligheid Afdeling Reglementering en Controlebeleid Wettelijke Metrologie Metrologische Reglementering 19 DECEMBER 2008. - Koninklijk besluit betreffende ijkmassa's

Nadere informatie

: LANDSBESLUIT, houdende algemene maatregelen, ter uitvoering van artikel 17 van de IJkverordening

: LANDSBESLUIT, houdende algemene maatregelen, ter uitvoering van artikel 17 van de IJkverordening Intitulé : LANDSBESLUIT, houdende algemene maatregelen, ter uitvoering van artikel 17 van de IJkverordening Citeertitel: Lengtematenbesluit Vindplaats : AB 1988 no. 26 Wijzigingen: Geen = 1. Algemene bepalingen

Nadere informatie

===================================================================== Artikel 1

===================================================================== Artikel 1 Intitulé : LANDSBESLUIT, houdende algemene maatregelen, ter uitvoering van artikel 7 van de IJkverordening (AB 987 no. GT 4), juncto artikel 6, eerste lid, van het Algemeen ijkbesluit (AB 987 no. GT 5)

Nadere informatie

(Besluiten waarvan de publikatie niet voorwaarde is voor de toepassing) RAAD RICHTLIJN VAN DE RAAD. van 26 juni 1975

(Besluiten waarvan de publikatie niet voorwaarde is voor de toepassing) RAAD RICHTLIJN VAN DE RAAD. van 26 juni 1975 26. 7. 75 Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen Nr. L 196/ 1 II (Besluiten waarvan de publikatie niet voorwaarde is voor de toepassing) RAAD RICHTLIJN VAN DE RAAD van 26 juni 1975 inzake de onderlinge

Nadere informatie

Metrologische Reglementering

Metrologische Reglementering (NIT / 011212) MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN Bestuur Kwaliteit en Veiligheid Afdeling Metrologie Metrologische Reglementering Ministerieel besluit van 21 maart 1961 betreffende de modelgoedkeuring en

Nadere informatie

RICHTLIJN VAN DE RAAD. van 4 maart 1974

RICHTLIJN VAN DE RAAD. van 4 maart 1974 28. 3. 74 Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen Nr. L 84/3 RICHTLIJN VAN DE RAAD van 4 maart 1974 betreffende de onderlinge aanpassing der wetgevingen van de Lid-Staten inzake gewichten van 1 mg

Nadere informatie

Metrologische Reglementering

Metrologische Reglementering NML.doc - 2013-10-15 Bestuur Kwaliteit en Veiligheid Afdeling Metrologie Metrologische Dienst Metrologische Reglementering Reglement bijgevoegd aan het koninklijk besluit van 6 april 1979 betreffende meetinstallaties

Nadere informatie

IN WERKING STELLEN VAN DE TEMPERATUURHERLEIDING VAN EEN ELEKTRONISCHE

IN WERKING STELLEN VAN DE TEMPERATUURHERLEIDING VAN EEN ELEKTRONISCHE PROCEDURE V15-3-01-N Datum: 08-04-2002 Pagina: 2/5 IN WERKING STELLEN VAN DE TEMPERATUURHERLEIDING VAN EEN ELEKTRONISCHE AANWIJSINRICHTING BIJ EEN MEETINSTALLATIE GEMONTEERD OP EEN TANKWAGEN 1. Toepassingsgebied

Nadere informatie

GEWAPEND BETONSTAAL GERIBDE KOUDVERVORMDE DRAAD

GEWAPEND BETONSTAAL GERIBDE KOUDVERVORMDE DRAAD OCBS Vereniging zonder winstoogmerk Keizerinlaan 66 B 1000 BRUSSEL www.ocab-ocbs.com TECHNISCHE VOORSCHRIFTEN PTV 303 Herz. 4 2013/12 PTV 303/4 2013 GEWAPEND BETONSTAAL GERIBDE KOUDVERVORMDE DRAAD HERZIENING

Nadere informatie

Metrologische Reglementering

Metrologische Reglementering K_20100928_3 / 20110117 Kwaliteit en Veiligheid Afdeling Reglementering en Controlebeleid Wettelijke Metrologie Metrologische Reglementering 28 SEPTEMBER 2010. - Koninklijk besluit betreffende de automatische

Nadere informatie

houdende aanpassing aan de vooruitgang van de techniek van de Richtlijnen 75/106/EEG en 76/211/EEG van de Raad in de sector van de voorverpakkingen

houdende aanpassing aan de vooruitgang van de techniek van de Richtlijnen 75/106/EEG en 76/211/EEG van de Raad in de sector van de voorverpakkingen 4. 11. 78 Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen Nr. L 311/21 RICHTLIJN VAN DE COMMISSIE van 28 september 1978 houdende aanpassing aan de vooruitgang van de techniek van de Richtlijnen 75/106/EEG

Nadere informatie

Voorbeeld kalibratie procedure voor drukmeters

Voorbeeld kalibratie procedure voor drukmeters Technische Commissie Drukmeting Voorbeeld kalibratie procedure voor drukmeters INHOUD 1 Inleiding 2 2 Uitwerking kalibratieprocedure 3 3 Wijzigingen ten opzichte van de vorige versie 4 4 Modelcertificaat

Nadere informatie

Metrologische Reglementering

Metrologische Reglementering Kwaliteit en Veiligheid Afdeling Metrologie Reglementering Metrologie Metrologische Reglementering 2 MAART 2007 - Koninklijk besluit tot vaststelling van bijzondere regels inzake de aanduiding van de hoeveelheid

Nadere informatie

Gelet op de artikelen 9 en 14 van het Meetinstrumentenbesluit I en artikel 8 van het Meetinstrumentenbesluit II;

Gelet op de artikelen 9 en 14 van het Meetinstrumentenbesluit I en artikel 8 van het Meetinstrumentenbesluit II; (Tekst geldend op: 14-03-2013) Regeling van de Minister van Economische Zaken van 23 november 2006, nr. WJZ 6098739, houdende regels omtrent de eisen bij het gebruik van in Europese richtlijnen opgenomen

Nadere informatie

BETONSTAAL GERIBDE en GEDEUKTE STAVEN GERIBDE en GEDEUKTE DRAAD met hoge ductiliteit

BETONSTAAL GERIBDE en GEDEUKTE STAVEN GERIBDE en GEDEUKTE DRAAD met hoge ductiliteit OCBS Vereniging zonder winstoogmerk Keizerinlaan 66 B 1000 BRUSSEL www.ocab-ocbs.com TECHNISCHE VOORSCHRIFTEN PTV 302 Herz. 7 2015/6 PTV 302/7 2015 BETONSTAAL GERIBDE en GEDEUKTE STAVEN GERIBDE en GEDEUKTE

Nadere informatie

4900 snelheid = = 50 m/s Grootheden en eenheden. Havo 4 Hoofdstuk 1 Uitwerkingen

4900 snelheid = = 50 m/s Grootheden en eenheden. Havo 4 Hoofdstuk 1 Uitwerkingen 1.1 Grootheden en eenheden Opgave 1 a Kwantitatieve metingen zijn metingen waarbij je de waarneming uitdrukt in een getal, meestal met een eenheid. De volgende metingen zijn kwantitatief: het aantal kinderen

Nadere informatie

2015 no. 59 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

2015 no. 59 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA 2015 no. 59 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA MINISTERIЁLE REGELING van 2 december 2015 ter uitvoering van artikel 2, tweede lid, van de Veiligheidsverordening (AB 1990 no. GT 31) (Regeling keuring liften) Uitgegeven,

Nadere informatie

NATIONALE MAATSCHAPPIJ DER BELGISCHE SPOORWEGEN TECHNISCHE BEPALING CONDENSATOREN GEBRUIKT IN DE STROOMKRINGEN VAN DE SEININRICHTING

NATIONALE MAATSCHAPPIJ DER BELGISCHE SPOORWEGEN TECHNISCHE BEPALING CONDENSATOREN GEBRUIKT IN DE STROOMKRINGEN VAN DE SEININRICHTING NATIONALE MAATSCHAPPIJ DER BELGISCHE SPOORWEGEN TECHNISCHE BEPALING S - 93 CONDENSATOREN GEBRUIKT IN DE STROOMKRINGEN VAN DE SEININRICHTING Heruitgave Deze versie werd niet gewijzigd, enkel de lay-out

Nadere informatie

Controle van rotoren turbinegasmeters

Controle van rotoren turbinegasmeters 11 april 2013 Controle van rotoren turbinegasmeters Poolbesluit controlejaar 2012 MM 11 april 2013 Controle van rotoren turbinegasmeters Poolbesluit controlejaar 2012 2013 Kiwa N.V. Alle rechten voorbehouden.

Nadere informatie

Statistische controle Balgengasmeters en Ultrasone gasmeters

Statistische controle Balgengasmeters en Ultrasone gasmeters GT - 120429 4 april 2013 Statistische controle Balgengasmeters en Ultrasone gasmeters Poolbesluit controlejaar 2012 Aanvullingen controlejaar 2011 4 april 2013 Statistische controle Balgengasmeters en

Nadere informatie

Koudwatermeters DN 50

Koudwatermeters DN 50 Belgische Federatie voor de Watersector vereniging zonder winstoogmerk Kolonel Bourgstraat, 127 BE - 1140 Brussel Tel: + 32 (0)2 706 40 90 - Fax: + 32 (0)2 706 40 99 E-mail: info@belgaqua.be http//:www.belgaqua.be

Nadere informatie

BIJLAGE INDIVIDUELE GOEDKEURING ELEKTRISCHE VOERTUIGEN

BIJLAGE INDIVIDUELE GOEDKEURING ELEKTRISCHE VOERTUIGEN BIJLAGE INDIVIDUELE GOEDKEURING ELEKTRISCHE VOERTUIGEN Deze bijlage bevat de eisen en de wijze van keuren die direct gerelateerd zijn aan de bouw van, of ombouw naar een elektrisch en hybride elektrisch

Nadere informatie

Rijkswaterstaat Bouwdienst

Rijkswaterstaat Bouwdienst Leveringsvoorwaarden, kwaliteitseisen en pagina : 1 van 11 EISEN STAALKABELS Leveringsvoorwaarden, kwaliteitseisen en keuringseisen voor staalkabels. document : NBD 00639 uitgave : 10-03-2005 afd./opsteller

Nadere informatie

Statistische controle Balgengasmeters en Ultrasone gasmeters

Statistische controle Balgengasmeters en Ultrasone gasmeters GT - 170031 17 mei 2017 Statistische controle Balgengasmeters en Ultrasone gasmeters besluit controlejaar 2016 GT - 170031 17 mei 2017 Statistische controle Balgengasmeters en Ultrasone gasmeters besluit

Nadere informatie

RICHTLIJN 2009/34/EG VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

RICHTLIJN 2009/34/EG VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD 28.4.2009 Publicatieblad van de Europese Unie L 106/7 RICHTLIJNEN RICHTLIJN 2009/34/EG VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 23 april 2009 betreffende voor meetmiddelen en metrologische controlemethoden

Nadere informatie

Metrologische Reglementering

Metrologische Reglementering K_19920918 / 2009-07-11 Kwaliteit en Veiligheid Afdeling Reglementering en Controlebeleid Wettelijke Metrologie Metrologische Reglementering 18 SEPTEMBER 1992. - Koninklijk besluit betreffende de benamingen

Nadere informatie

Evaluatie volumebepalingssysteem

Evaluatie volumebepalingssysteem Evaluatie volumebepalingssysteem 2014 Evaluatie Volumebepalingsysteem 2014 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd, openbaar gemaakt, opgeslagen in een gegevensopzoeksysteem

Nadere informatie

BETONSTAAL MECHANISCHE VERBINDINGEN VAN BETONSTAAL

BETONSTAAL MECHANISCHE VERBINDINGEN VAN BETONSTAAL OCBS Vereniging zonder winstoogmerk Keizerinlaan 66 B 1000 BRUSSEL www.ocab-ocbs.com TECHNISCHE VOORSCHRIFTEN PTV 309 Herz. 0 2014/9 PTV 309/0 2014 BETONSTAAL MECHANISCHE VERBINDINGEN VAN BETONSTAAL HERZIENING

Nadere informatie

INSTALLATIES 12 ONAFHANKELIJKHEID VAN EEN ELEKTRISCHE INSTALLATIE TEN OVERSTAAN VAN ANDERE INSTALLATIES

INSTALLATIES 12 ONAFHANKELIJKHEID VAN EEN ELEKTRISCHE INSTALLATIE TEN OVERSTAAN VAN ANDERE INSTALLATIES 9 9.01 ELEKTRISCHE Nominale spanning Elektrische installaties moeten in al hun onderdelen onderworpen en uitgevoerd worden in functie van hun nominale spanning 9.02 Regels van goed vakmanschap gelijkvormigheid

Nadere informatie

Inhoud. Eenheden... 2 Omrekenen van eenheden I... 4 Omrekenen van eenheden II... 9 Omrekenen van eenheden III... 10

Inhoud. Eenheden... 2 Omrekenen van eenheden I... 4 Omrekenen van eenheden II... 9 Omrekenen van eenheden III... 10 Inhoud Eenheden... 2 Omrekenen van eenheden I... 4 Omrekenen van eenheden II... 9 Omrekenen van eenheden III... 10 1/10 Eenheden Iedere grootheid heeft zijn eigen eenheid. Vaak zijn er meerdere eenheden

Nadere informatie

KVBG/ /2002

KVBG/ /2002 Versie 10/2002 KVBG/2000.60.01 Lastenboek voor de controle van de dichtheid van de binneninstallaties voor brandbaar gas lichter dan lucht,verdeeld door leidingen, bij de opening van de gasmeter 1/7 1.

Nadere informatie

Gearchiveerd op 23/11/2010

Gearchiveerd op 23/11/2010 Provinciale dienst van:... Datum:... Verantwoordelijke Controleur:... Nr:... Operator : Adres :............ TRA 258 Niet EG meststoffen: Verpakking en etiket [258] v2 C : conform NC : niet-conform NA :

Nadere informatie

Metrologische Reglementering

Metrologische Reglementering OIMLR61N.doc - 2001-02-12 MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN Bestuur Kwaliteit en Veiligheid Afdeling Metrologie Metrologische Dienst Metrologische Reglementering OMZENDBRIEF aan de fabrikanten, de invoerders

Nadere informatie

EXACT- Periode 1. Hoofdstuk Grootheden. 1.2 Eenheden.

EXACT- Periode 1. Hoofdstuk Grootheden. 1.2 Eenheden. EXACT- Periode 1 Hoofdstuk 1 1.1 Grootheden. Een grootheid is in de natuurkunde en in de chemie en in de biologie: iets wat je kunt meten. Voorbeelden van grootheden (met bijbehorende symbolen): 1.2 Eenheden.

Nadere informatie

Statistische controle Balgengasmeters en Ultrasone gasmeters

Statistische controle Balgengasmeters en Ultrasone gasmeters GT - 160035 24 mei 2016 Statistische controle Balgengasmeters en Ultrasone gasmeters besluit controlejaar 2015 GT - 160035 24 mei 2016 Statistische controle Balgengasmeters en Ultrasone gasmeters besluit

Nadere informatie

Uitvoeringsregeling Toegestane Shuttles 2015/2016

Uitvoeringsregeling Toegestane Shuttles 2015/2016 Uitvoeringsregeling Toegestane Shuttles 2015/2016 Het bestuur heeft in zijn vergadering op 23 februari 2015 op basis van het Algemeen Wedstrijdreglement, Hoofdstuk II, artikel 4, lid 1 voor het seizoen

Nadere informatie

TECHNISCHE STEEKKAART Nr. T.V./041/3-A bladzijde 2. Het vloeibaar twee componenten epoxyhars bevat minstens 60 % epoxyhars, verharder inbegrepen.

TECHNISCHE STEEKKAART Nr. T.V./041/3-A bladzijde 2. Het vloeibaar twee componenten epoxyhars bevat minstens 60 % epoxyhars, verharder inbegrepen. TECHNISCHE STEEKKAART Nr. T.V./041/3-A bladzijde 2. II. DE FUNCTIE TWEE COMPONENTEN EPOXY: Het vloeibaar twee componenten epoxyhars bevat minstens 60 % epoxyhars, verharder inbegrepen. III. BEKLEDINGSPROCES:

Nadere informatie

TECHNISCHE STEEKKAART nr TS 80/01-A. Koudwatermeters DN < 50

TECHNISCHE STEEKKAART nr TS 80/01-A. Koudwatermeters DN < 50 Belgische Federatie voor de Watersector vereniging zonder winstoogmerk Kolonel Bourgstraat, 127 BE - 1140 Brussel Tel: + 32 (0)2 706 40 90 - Fax: + 32 (0)2 706 40 99 E-mail: info@belgaqua.be http//:www.belgaqua.be

Nadere informatie

Statistische controle

Statistische controle 11 april 2013 Statistische controle Elektronische Volume Herleidingsinstrumenten Poolbesluit controlejaar 2012 11 april 2013 Statistische controle Elektronische Volume Herleidingsinstrumenten Poolbesluit

Nadere informatie

Theorie: Het maken van een verslag (Herhaling klas 2)

Theorie: Het maken van een verslag (Herhaling klas 2) Theorie: Het maken van een verslag (Herhaling klas 2) Onderdelen Een verslag van een experiment bestaat uit vier onderdelen: - inleiding: De inleiding is het administratieve deel van je verslag. De onderzoeksvraag

Nadere informatie

LOPUC. Een manier om problemen aan te pakken

LOPUC. Een manier om problemen aan te pakken LOPUC Een manier om problemen aan te pakken LOPUC Lees de opgave goed, zodat je precies weet wat er gevraagd wordt. Zoek naar grootheden en eenheden. Schrijf de gegevens die je nodig denkt te hebben overzichtelijk

Nadere informatie

Statistische controle Elektronische Volume Herleidingsinstrumenten

Statistische controle Elektronische Volume Herleidingsinstrumenten 23 maart Statistische controle Elektronische Volume Herleidingsinstrumenten Poolbesluit controlejaar 2011 23 maart Statistische controle Elektronische Volume Herleidingsinstrumenten Poolbesluit controlejaar

Nadere informatie

Wiskundige vaardigheden

Wiskundige vaardigheden Inleiding Bij het vak natuurkunde ga je veel rekenstappen zetten. Het is noodzakelijk dat je deze rekenstappen goed en snel kunt uitvoeren. In deze presentatie behandelen we de belangrijkste wiskundige

Nadere informatie

Vo (EG) Nr. 1455/99, gewijzigd bij Vo (EG) Nr. 2706/00; Vo (EG) Nr. 2147/02; Vo (EG) Nr. 46/03, Vo (EG) Nr. 907/04 PAPRIKA'S

Vo (EG) Nr. 1455/99, gewijzigd bij Vo (EG) Nr. 2706/00; Vo (EG) Nr. 2147/02; Vo (EG) Nr. 46/03, Vo (EG) Nr. 907/04 PAPRIKA'S Vo (EG) Nr. 1455/99, gewijzigd bij Vo (EG) Nr. 2706/00; Vo (EG) Nr. 2147/02; Vo (EG) Nr. 46/03, Vo (EG) Nr. 907/04 PAPRIKA'S I. DEFINITIE VAN HET PRODUCT Deze norm heeft betrekking op paprikavariëteiten

Nadere informatie

Meten is Weten. 1 Inhoud... 1

Meten is Weten. 1 Inhoud... 1 1 Inhoud 1 Inhoud... 1 2 Meten is weten... 2 2.1 Inleiding... 2 2.2 Debieten... 2 2.2.1 Elektromagnetische debietmeters... 4 2.2.2 Coriolis... 4 2.2.3 Vortex... 4 2.2.4 Ultrasoon... 4 2.2.5 Thermische

Nadere informatie

Meetvoorwaarden voor productie-installaties met registratie van nuttig aangewende warmte

Meetvoorwaarden voor productie-installaties met registratie van nuttig aangewende warmte Meetvoorwaarden voor productie-installaties met registratie van nuttig aangewende warmte Bijlage 3 behorende bij artikel I, onderdeel O, van de Regeling van de Minister van Economische Zaken, Landbouw

Nadere informatie

PROBETON vzw Aarlenstraat 53/B9 1040 Brussel Tel.: +32 (0)2 237 60 20 Fax : +32 (0)2 735 63 56 mail@probeton.be www.probeton.be

PROBETON vzw Aarlenstraat 53/B9 1040 Brussel Tel.: +32 (0)2 237 60 20 Fax : +32 (0)2 735 63 56 mail@probeton.be www.probeton.be PROBETON vzw Beheersorganisme voor de controle van de betonproducten PROBETON vzw Aarlenstraat 53/B9 1040 Brussel Tel.: +32 (0)2 237 60 20 Fax : +32 (0)2 735 63 56 mail@probeton.be www.probeton.be TECHNISCHE

Nadere informatie

Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, titel III, hoofdstuk II, afdeling III, onderafdeling 4. Ondernemingen die investeren in een raamovereenkomst voor de productie van een audiovisueel werk Art. 194ter.

Nadere informatie

Metrologische Reglementering

Metrologische Reglementering (NTG / 980925) MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN Bestuur Kwaliteit en Veiligheid -------- Afdeling Kwaliteit --------- Metrologische Dienst 0 Metrologische Reglementering Reglement gevoegd bij bij het koninklijk

Nadere informatie

GASTEC QA Keuringseis 191 Maximum debiet beveiligingskleppen

GASTEC QA Keuringseis 191 Maximum debiet beveiligingskleppen Januari 2001 GASTEC QA Keuringseis 191 Maximum debiet beveiligingskleppen COLOFON GASTEC NV, Centrum voor Gastechnologie, werkt voor energiebedrijven, fabrikanten en andere opdrachtgevers met behoefte

Nadere informatie

Evaluatie volumebepalingssysteem

Evaluatie volumebepalingssysteem Evaluatie volumebepalingssysteem 2012 Evaluatie Volumebepalingsysteem 2012 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd, openbaar gemaakt, opgeslagen in een gegevensopzoeksysteem

Nadere informatie

BE 500 ES. Nieuwe staalsoort met hoge ductiliteit: BETONSTAAL GERIBDE en GEDEUKTE STAVEN GERIBDE en GEDEUKTE DRAAD

BE 500 ES. Nieuwe staalsoort met hoge ductiliteit: BETONSTAAL GERIBDE en GEDEUKTE STAVEN GERIBDE en GEDEUKTE DRAAD OCBS Vereniging zonder winstoogmerk Keizerinlaan 66 B 1000 BRUSSEL www.ocab-ocbs.com TECHNISCHE VOORSCHRIFTEN PTV 302 Herz. 6 2015/3 BETONSTAAL GERIBDE en GEDEUKTE STAVEN GERIBDE en GEDEUKTE DRAAD HERZIENING

Nadere informatie

Vo (EG) Nr. 1677/88, gewijzigd bij Vo (EG) Nr. 888/97 en Vo (EG) Nr. 46/03, Vo (EG) Nr. 907/04 KOMKOMMERS

Vo (EG) Nr. 1677/88, gewijzigd bij Vo (EG) Nr. 888/97 en Vo (EG) Nr. 46/03, Vo (EG) Nr. 907/04 KOMKOMMERS Vo (EG) Nr. 1677/88, gewijzigd bij Vo (EG) Nr. 888/97 en Vo (EG) Nr. 46/03, Vo (EG) Nr. 907/04 KOMKOMMERS I. DEFINITIE VAN HET PRODUCT Deze norm heeft betrekking op komkommers van de variëteiten (cultivars)

Nadere informatie

Eisen VWA/Nmi. Q n. In formules: 1. x Q n. Van e-voorverpakking in gram of ml. In % van Q n In gram of ml

Eisen VWA/Nmi. Q n. In formules: 1. x Q n. Van e-voorverpakking in gram of ml. In % van Q n In gram of ml Eisen VWA/Nmi Op voorverpakkingen van levensmiddelen staat vaak de letter e, achter de massa- of volumeaanduiding. Dit e-teken is een garantieteken dat de massa- of volume-inhoud van een voorverpakking

Nadere informatie

TARIEVEN PER 1 JANUARI 2015

TARIEVEN PER 1 JANUARI 2015 PER 1 JANUARI 2015 INHOUD ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 Aard van de tarieven 4 Artikel 2 Begripsomschrijvingen 4 Artikel 3 Kosten van de aansluiting 5 Artikel 4 Minimum kosten aansluiting 5 OPBOUW VAN

Nadere informatie

TOEPASSING VAN HET BENOR-MERK IN DE SECTOR VAN DE STAALPRODUCTEN VOOR BETON. Controlemodaliteiten toepasselijk op de Producenten van Voorspanstaal

TOEPASSING VAN HET BENOR-MERK IN DE SECTOR VAN DE STAALPRODUCTEN VOOR BETON. Controlemodaliteiten toepasselijk op de Producenten van Voorspanstaal OCBS Vereniging zonder winstoogmerk Pleinlaan 5 B 1050 BRUSSEL www.ocab-ocbs.com CONTROLEUITRUSTING ECU 625 Herz. 1 2010/12 ECU 625/1 2010 TOEPASSING VAN HET BENOR-MERK IN DE SECTOR VAN DE STAALPRODUCTEN

Nadere informatie

KONINKRIJK BELGIE MINISTERIE VAN VERKEER EN INFRASTRUCTUUR CIRCULAIRE. Uitgave : 2

KONINKRIJK BELGIE MINISTERIE VAN VERKEER EN INFRASTRUCTUUR CIRCULAIRE. Uitgave : 2 KONINKRIJK BELGIE MINISTERIE VAN VERKEER EN INFRASTRUCTUUR Bestuur van de Luchtvaart CIRCULAIRE CIR/EQUIP-02 Datum 06/84 Uitgave : 2 Betreft : Goedkeuring van de recipiënten vervaardigd in het buitenland

Nadere informatie

Uitvoeringsregeling Toegestane Shuttles 2018/2019

Uitvoeringsregeling Toegestane Shuttles 2018/2019 Uitvoeringsregeling Toegestane Shuttles 2018/2019 Het bestuur heeft in zijn vergadering op juli 2018 op basis van het Algemeen Wedstrijdreglement, Hoofdstuk II, artikel 4, lid 1 voor het seizoen 2018/2019

Nadere informatie

WIJ BEATRIX, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

WIJ BEATRIX, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. WET van 11 december 1980, houdende uitvoering van het op 18 maart 1970 te 's- Gravenhage tot stand gekomen Verdrag inzake de verkrijging van bewijs in het buitenland in burgerlijke en in handelszaken WIJ

Nadere informatie

FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE

FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE 26 SEPTEMBER 2013. Koninklijk besluit betreffende de herijk van meetinstallaties voor andere vloeistoffen dan water [C 2013/11508] FILIP,

Nadere informatie

TECHNISCHE GEGEVENS doorstromingsgegevens bepaling van de doorstromingsfactor en de doorlaatdiameter

TECHNISCHE GEGEVENS doorstromingsgegevens bepaling van de doorstromingsfactor en de doorlaatdiameter TECHNISCHE GEGEVENS doorstromingegevens bepaling van de doorstromingsfactor en de doorlaatdiameter Bepaling van de grootte van de afsluiters Een goede keuze van de grootte van de afsluiters is belangrijk.

Nadere informatie

M V. Inleiding opdrachten. Opgave 1. Meetinstrumenten en grootheden. Vul het schema in. stopwatch. liniaal. thermometer. spanning.

M V. Inleiding opdrachten. Opgave 1. Meetinstrumenten en grootheden. Vul het schema in. stopwatch. liniaal. thermometer. spanning. Inleiding opdrachten Opgave 1. Meetinstrumenten en grootheden Vul het schema in. Meetinstrument Grootheid stopwatch liniaal thermometer spanning hoek van inval oppervlak Opgave. Formules Leg de betekenis

Nadere informatie

Metrologische Reglementering

Metrologische Reglementering (NPS / 16.01.2001) MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN Bestuur Kwaliteit en Veiligheid Afdeling Metrologie Metrologische Reglementering Reglement gevoegd bij het koninklijk besluit van 9 september 1975 betreffende

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2001 2002 Nr. 397 27 844 Regels inzake de veiligheid en kwaliteit van lichaamsmateriaal dat kan worden gebruikt bij een geneeskundige behandeling (Wet veiligheid

Nadere informatie

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 1

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 1 Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 1 Samenvatting door M. 935 woorden 5 november 2014 7,9 5 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Systematische natuurkunde Kwantitatieve waarneming: waarnemen zonder

Nadere informatie

... Datum:... Verantwoordelijke Controleur:... Nr: TRA 2020 EG-Meststoffen - Verpakking en etikettering (inclusief handelsnormen) [2020] v1

... Datum:... Verantwoordelijke Controleur:... Nr: TRA 2020 EG-Meststoffen - Verpakking en etikettering (inclusief handelsnormen) [2020] v1 Provinciale dienst van:... Datum:... Verantwoordelijke Controleur:... Nr:... Operator : Adres :............ N uniek TRA 2020 EG-Meststoffen - Verpakking en etikettering (inclusief handelsnormen) [2020]

Nadere informatie

N.V. WATERBEDRIJF GRONINGEN

N.V. WATERBEDRIJF GRONINGEN N.V. WATERBEDRIJF GRONINGEN TARIEVEN- REGELING INHOUD Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen 3 Artikel 1 Aard van de tarieven 3 Artikel 2 Begripsomschrijvingen 3 Artikel 3 Kosten van de aansluiting 4 Artikel

Nadere informatie

GEMEENTELIJK ONTHEFFINGENBELEID MILIEUZONE RIJSWIJK 2017 BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN RIJSWIJK,

GEMEENTELIJK ONTHEFFINGENBELEID MILIEUZONE RIJSWIJK 2017 BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN RIJSWIJK, Corsa nummer:17.121849 GEMEENTELIJK ONTHEFFINGENBELEID MILIEUZONE RIJSWIJK 2017 BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN RIJSWIJK, Gelezen het Convenant" Stimulering Schone Vrachtauto's en Milieuzonering d.d. 23

Nadere informatie

IJkregeling gewichten EZ

IJkregeling gewichten EZ IJkregeling gewichten EZ «IJkwet» 12 december 1997/nr. 97078385 WJA/W De Minister van Economische Zaken, Gelet op de artikelen 11, derde lid, en 13, vierde lid, van de IJkwet en artikel 2, tweede en vijfde

Nadere informatie

FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE

FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE [C 2017/10293] 1 DECEMBER 2016. Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 11 maart 1966 tot verklaring van openbaar

Nadere informatie

Vo (EG) Nr. 1292/81, gewijzigd bij Vo (EG) Nr. 888/97 Vo (EG) Nr. 1135/01 en Vo (EG) Nr. 46/03, Vo (EG) Nr. 907/04 AUBERGINES

Vo (EG) Nr. 1292/81, gewijzigd bij Vo (EG) Nr. 888/97 Vo (EG) Nr. 1135/01 en Vo (EG) Nr. 46/03, Vo (EG) Nr. 907/04 AUBERGINES Vo (EG) Nr. 1292/81, gewijzigd bij Vo (EG) Nr. 888/97 Vo (EG) Nr. 1135/01 en Vo (EG) Nr. 46/03, Vo (EG) Nr. 907/04 AUBERGINES I. DEFINITIE VAN HET PRODUCT Deze norm heeft betrekking op aubergines, vruchten

Nadere informatie

Exact periode = 1. h = 0, Js. h= 6, Js 12 * 12 = 1,4.10 2

Exact periode = 1. h = 0, Js. h= 6, Js 12 * 12 = 1,4.10 2 Exact periode 1.1 0 = 1 h = 0,000000000000000000000000000000000662607Js h= 6,62607. -34 Js 12 * 12 = 1,4. 2 1 Instructie gebruik CASIO fx-82ms 1. Instellingen resetten tot begininstellingen

Nadere informatie

MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN, MINISTERIE VAN FINANCIEN EN MINISTERIE VAN MIDDENSTAND EN LANDBOUW

MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN, MINISTERIE VAN FINANCIEN EN MINISTERIE VAN MIDDENSTAND EN LANDBOUW MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN, MINISTERIE VAN FINANCIEN EN MINISTERIE VAN MIDDENSTAND EN LANDBOUW 27 NOVEMBER 1998. - Koninklijk besluit betreffende normen voor de energie-efficiëntie van huishoudelijke

Nadere informatie

Statistische controle Balgengasmeters en Ultrasone gasmeters

Statistische controle Balgengasmeters en Ultrasone gasmeters GT - 140291 31 maart 2015 Statistische controle Balgengasmeters en Ultrasone gasmeters besluit controlejaar 2014 GT - 140291 31 maart 2015 Statistische controle Balgengasmeters en Ultrasone gasmeters besluit

Nadere informatie

Positie-aflezing. - LED of LCD-aflezing - met geïntegreerde microprocessor. Walda Impuls b.v. Delta 60 6825 MS Arnhem Tel 026-3638302 Fax 026-3638304

Positie-aflezing. - LED of LCD-aflezing - met geïntegreerde microprocessor. Walda Impuls b.v. Delta 60 6825 MS Arnhem Tel 026-3638302 Fax 026-3638304 SERIE Z-54 Positie-aflezing - LED of LCD-aflezing - met geïntegreerde microprocessor Walda Impuls b.v. Delta 60 6825 MS Arnhem Tel 026-3638302 Fax 026-3638304 ELGO - ELECTRIC GmbH D - 78239 Rielasingen,

Nadere informatie

Over gewicht Bepaling van de dichtheid van het menselijk lichaam.

Over gewicht Bepaling van de dichtheid van het menselijk lichaam. Over gewicht Bepaling van de dichtheid van het menselijk lichaam. Inleiding. In het project Over gewicht worden gewichtige zaken op allerlei manieren belicht. In de wiskundeles heb je aandacht besteed

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1997 693 Wet van 4 december 1997, houdende regels betreffende de maten, gewichten, meet- en weegwerktuigen en meetinstrumenten (IJkwet) Wij Beatrix,

Nadere informatie

VOORSPANSTAAL - STRENGEN

VOORSPANSTAAL - STRENGEN OCBS Vereniging zonder winstoogmerk Ravensteinstraat 4 B 1000 BRUSSEL www.ocab-ocbs.com TECHNISCHE VOORSCHRIFTEN PTV 311 Herz. 5 2012/6 PTV 311/5 2012 VOORSPANSTAAL - STRENGEN HERZIENING 5 BENOR vzw Goedgekeurd

Nadere informatie

NATIONALE MAATSCHAPPIJ DER BELGISCHE SPOORWEGEN TECHNISCHE BEPALING

NATIONALE MAATSCHAPPIJ DER BELGISCHE SPOORWEGEN TECHNISCHE BEPALING NATIONALE MAATSCHAPPIJ DER BELGISCHE SPOORWEGEN TECHNISCHE BEPALING F - 1 LEVERING VAN UITRUSTINGEN MET OMVORMERS VOOR DE VOEDING VAN KOPLICHTEN 24 V 80 W MET EEN INGEBOUWDE KNIPPERINRICHTING EN VOOR DE

Nadere informatie

NATIONALE NATUURKUNDE OLYMPIADE. Tweede ronde - theorie toets. 21 juni beschikbare tijd : 2 x 2 uur

NATIONALE NATUURKUNDE OLYMPIADE. Tweede ronde - theorie toets. 21 juni beschikbare tijd : 2 x 2 uur NATIONALE NATUURKUNDE OLYMPIADE Tweede ronde - theorie toets 21 juni 2000 beschikbare tijd : 2 x 2 uur 52 --- 12 de tweede ronde DEEL I 1. Eugenia. Onlangs is met een telescoop vanaf de Aarde de ongeveer

Nadere informatie

Datum ondertekening. Bron bekendmaking

Datum ondertekening. Bron bekendmaking Zoek regelingen op overheid.nl Nederlandse Antillen Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl! LANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN, van de 16de september 1970 ter

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2008 99 Wet van 13 maart 2008 tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 in verband met het aanmerken van het kentekenregister als basisregistratie

Nadere informatie

Privacyreglement Stichting Houtdatwerkt

Privacyreglement Stichting Houtdatwerkt Privacyreglement Stichting Houtdatwerkt Artikel 1 Begripsbepalingen In dit reglement wordt verstaan onder: de wet: de Wet bescherming persoonsgegevens; persoonsgegeven: elk gegeven over een geïdentificeerde

Nadere informatie

de weerstandscoëfficiënt van de bochten is nagenoeg onafhankelijk van het slangtype.

de weerstandscoëfficiënt van de bochten is nagenoeg onafhankelijk van het slangtype. TNO heeft een onderzoek naar de invloed van een aantal parameters op de wrijvings- en weerstandscoëfficiënten van DEC International -slangen en -bochten uitgevoerd (rapportnummer 90-042/R.24/LIS). De volgende

Nadere informatie

Koninklijk Besluit van 2 augustus 1977 betreffende de veiligheidsinrichtingen en de signalisatie van overwegen.

Koninklijk Besluit van 2 augustus 1977 betreffende de veiligheidsinrichtingen en de signalisatie van overwegen. Koninklijk Besluit van 2 augustus 1977 betreffende de veiligheidsinrichtingen en de signalisatie van overwegen. Van commentaar voorzien door Caelen Erik Laatste wijziging: KB 20 december 2007, BS 15 juli

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 30 980 Aanvulling van de Algemene wet bestuursrecht met een regeling over samenhangende besluiten (Wet samenhangende besluiten Awb) Nr. 2 VOORSTEL

Nadere informatie

Regeling zendvoorwaarden radioamateurs

Regeling zendvoorwaarden radioamateurs 1. Regeling zendvoorwaarden radioamateurs MINISTERIELE BESCHIKKING van 3 november 1989, bepalende de opneming in de afzonderlijke afdeling van het Afkondigingsblad van Aruba van de geldende tekst van de

Nadere informatie

(van toepassing vanaf ) HOOFDSTUK I. - Definities.

(van toepassing vanaf ) HOOFDSTUK I. - Definities. Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 21 januari 1999 betreffende het verlaagd tarief van de successierechten in geval van overdracht van kleine en middelgrote ondernemingen (van toepassing

Nadere informatie

Verdrag inzake de betekening en de kennisgeving in het buitenland van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke en in handelszaken

Verdrag inzake de betekening en de kennisgeving in het buitenland van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke en in handelszaken Verdrag inzake de betekening en de kennisgeving in het buitenland van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke en in handelszaken De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Verlangend

Nadere informatie