Instantie. Onderwerp. Datum

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Instantie. Onderwerp. Datum"

Transcriptie

1 Instantie Hof van Cassatie Onderwerp Huwelijksvermogensrecht. Vereffening en verdeling. Woonstvergoeding. Verrekening Datum 18 mei 2009 Copyright and disclaimer Gelieve er nota van te nemen dat de inhoud van dit document onderworpen kan zijn aan rechten van intellectuele eigendom, die toebehoren aan bepaalde betrokkenen, en dat er u geen recht wordt verleend op die desbetreffende rechten. M&D Seminars wil u met dit document de nodige informatie verstrekken, zonder dat de in dit document vervatte informatie bedoeld kan worden als een advies. Bijgevolg geeft M&D Seminars geen garanties dat de informatie die dit document bevat, foutloos is, zodat u dit document en de inhoud ervan op eigen risico gebruikt. M&D Seminars, noch enige van haar directieleden, aandeelhouders of bedienden zijn aansprakelijk voor bijzondere, indirecte, bijkomstige, afgeleide of bestraffende schade, noch voor enig ander nadeel van welke aard ook betreffende het gebruik van dit document en van haar inhoud. M&D Seminars M&D CONSULT BVBA Eikelstraat DE PINTE Tel. 09/ Fax 09/ info@mdseminars.be -

2 18/05/2009 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C N C.F., eiseres, vertegenwoordigd door mr. Huguette Geinger, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 1000 Brussel, Quatre Brasstraat 6, waar de eiseres woonplaats kiest, tegen S.E., verweerder. I. RECHTSPLEGING VOOR HET HOF Het cassatieberoep is gericht tegen een arrest, op 13 maart 2007 gewezen door het Hof van Beroep te Brussel. De zaak is bij beschikking van de eerste voorzitter van 23 april 2009 verwezen naar de derde kamer. Afdelingsvoorzitter Ernest Waûters heeft verslag uitgebracht. Advocaat generaal Ria Mortier heeft geconcludeerd. II. CASSATIEMIDDEL De eiseres voert in haar verzoekschrift een middel aan. Geschonden wettelijke bepalingen de artikelen 213, 221, zesde lid, 223, 577 2, 577 2, 3, van het Burgerlijk Wetboek. de artikelen 1223, 1278, eerste en tweede lid, en 1280, eerste lid, van het Gerechtelijk Wetboek. Bestreden beslissing Het bestreden arrest verklaart het incidenteel hoger beroep van de eiseres ongegrond, en bevestigt het vonnis a quo van 26 april 2005 waarin de staat van vereffening verdeling opgesteld door de boedelnotaris wordt gehomologeerd voor wat betreft de woonstvergoeding hierin voorzien met ingang van 29 maart 1996, datum inleiding van de echtscheidingsprocedure, op grond van volgende overwegingen: "Wat betreft de woonstvergoeding 21. In het proces verbaal van zwarigheden van 11 december 2003 laat (de verweerder) opmerken dat de woonstvergoeding

3 dient te worden berekend vanaf de beschikking van de vrederechter van het 2de kanton Leuven van 18 maart 1991, rekening houdende met het feit dat in genoemde beschikking werd bepaald dat de vrederechter het onderhoudsgeld voor de kinderen heeft bepaald rekening houdende met het feit dat (de verweerder) geen kosteloos bewoningsrecht aanbood. (De verweerder) laat tevens opmerken dat (de eiseres) wel degelijk een persoonlijk onderhoudsgeld heeft gevorderd en overhandigt aan ondergetekende notaris de bewijzen hiervan (zie bladzijde 6 van de staat van actief en passief)'. (De eiseres) gaf te kennen dat in de berekening van de woonstvergoeding en de hoegrootheid ervan geen rekening werd gehouden met het feit dat de kinderen bij haar inwonen en dat dus deze woonstvergoeding dan ook dient verminderd'. 22. In zijn conclusie van 9 februari 2006 verwijst (de verweerder) naar de beschikking van de vrederechter van 18 maart 1991 waarin uitdrukkelijk staat opgenomen dat de verweerder geen kosteloos bewoningsrecht aanbiedt in de echtelijke woonst, onverdeeldheid van partijen'. Hij argumenteert dat derhalve zijn ex echtgenote een woonstvergoeding verschuldigd is vanaf het ogenblik dat partijen afzonderlijk dienden te wonen en aldus vanaf datum der feitelijke scheiding omdat vanaf die datum hij op zoek is moeten gaan naar een afzonderlijke verblijfplaats. 23. In haar conclusie van 9 januari 2006 verduidelijkt (de eiseres) dat ten vroegste vanaf 10 juli 2001, dit is de datum van overschrijving van het arrest van 27 februari 2001 in het register van de ambtenaar van de burgerlijke stand te Aarschot, een woonstvergoeding kan worden toegestaan aan (de verweerder). Zij merkt verder op dat de vrederechter in haar vonnis van 18 maart 1991 niet uitdrukkelijk aangaf of en in welke mate zij haar beslissing om haar te machtigen om de gezinswoning op exclusieve wijze te gebruiken, bepaalde ten titel van onderhoudsbijdrage dan wel bij wijze van (beheers)regeling. 24. Het komt het (hof van beroep) voor dat het gratis woonstvoordeel in de periode voorafgaand aan de procedure echtscheiding een component was in natura van de tussen partijen bestaande hulpverplichting voor de duur van het huwelijk. 25. De eerste rechter oordeelde terecht dat de woonstvergoeding verschuldigd is vanaf datum van de inleiding van de procedure echtscheiding. (Eiseres) heeft gratis en exclusief een onverdeeld onroerend goed bewoond en is uit dien hoofde een woonstvergoeding verschuldigd. Zij heeft immers dezelfde verplichting als iedere mede eigenaar die een onverdeeld goed exclusief in gebruik heeft. Het hoger beroep van (de verweerder) en het incidenteel beroep van (de eiseres) is wat dit onderdeel betreft ongegrond" (arrest pp ). De eerste rechter beoordeelde het geschil over de woonstvergoeding op grond van volgende overwegingen: "De echtgenoot die gratis een onverdeeld onroerend goed heeft bewoond is een woonstvergoeding aan de onverdeelde massa verschuldigd. Die echtgenoot heeft immers dezelfde verplichting als iedere mede eigenaar die een onverdeeld goed exclusief in gebruik heeft (artikel 577bis, 5, van het Burgerlijk Wetboek). De verschuldigde vergoeding bedraagt in principe de huurwaarde van het betrokken goed.

4 De aldus uit te voeren beheersrekening, die het gevolg is van de terugwerkende kracht van de echtscheiding tussen de echtgenoten wat hun goederen betreft tot op de dag van het instellen van de vordering tot echtscheiding is dan ook beperkt tot deze periode. In geval evenwel het exclusief genot van de gemeenschappelijke woning toegewezen wordt aan een onderhoudsgerechtigde echtgenoot kan geen woonstvergoeding worden opgeëist door de onderhoudsplichtige wanneer het bedrag van het onderhoudgeld en de helft van de huurwaarde hoger ligt dan het aandeel van de onderhoudsgerechtigde in de vruchten van de onverdeelde massa. Het gratis woonstvoordeel wordt in die omstandigheden als een component in natura beschouwd van de tussen echtgenoten bestaande hulpverplichting (art 213 van het Burgerlijk Wetboek). Het wordt niet betwist dat (de eiseres) na het instellen van de procedure in echtscheiding in de gezinswoning is blijven wonen en zij geen onderhoudsgeld heeft gevorderd, noch bekomen. De aanwending van de gemeenschappelijke inkomsten in de periode van de post communautaire onverdeeldheid ten behoeve van de kosten is zonder enige invloed op de beheerrekening van de onverdeeldheid tussen de echtgenoten en het verschuldigd zijn van een woonstvergoeding. De verplichting van de ouders aan hun kinderen levensonderhoud te verschaffen is geen wederzijdse hulpverplichting en dus totaal vreemd aan de vermogensrechterlijke verhouding van de gewezen echtgenoten ontstaan ingevolge de retroactieve ontbinding van het huwelijksvermogenstelsel. De boedelnotaris heeft derhalve terecht bij de beheersrekening een woonstvergoeding toegekend vanaf de dagvaarding in echtscheiding, zijnde 29 maart 1996" (vonnis a quo van 26 april 2005, p. 5 6, sub 3.3., a). Grieven 1. Naar luid van artikel 1278, eerste lid, van het Gerechtelijk Wetboek, heeft het vonnis of arrest waarbij de echtscheiding wordt uitgesproken, ten aanzien van de persoon van de echtgenoten gevolg vanaf de dag waarop de beslissing in kracht van gewijsde is getreden. Naar luid van het tweede lid van dezelfde wetsbepaling werkt het vonnis of arrest waarbij de echtscheiding wordt uitgesproken, ten aanzien van de echtgenoten, wat hun goederen betreft, terug tot op de dag waarop de vordering is ingesteld en, wanneer er meer dan één vordering is, tot op de dag waarop de eerste is ingesteld, ongeacht of zij werd toegewezen of niet. 2. Na de ontbinding van een huwelijksvermogensstelsel met een gemeenschap van goederen ontstaat tussen de echtgenoten een onverdeeldheid, de zogenaamde "post communautaire onverdeeldheid", die in de regel beheerst wordt door het gemene recht van gewone medeeigendom in artikel van het Burgerlijk Wetboek. Die onverdeeldheid bevat de goederen die aanwezig waren op het ogenblik waarop de ontbinding tussen de echtgenoten terugwerkt en de vruchten die deze goederen nadien hebben opgebracht. Krachtens artikel 577 2, 3, van het Burgerlijk Wetboek, heeft iedere mede eigenaar deel in de rechten en draagt bij in de lasten van de eigendom naar verhouding van zijn aandeel.

5 Hieruit volgt dat de deelgenoot die alleen het onverdeeld goed heeft gebruikt en het exclusief genot ervan heeft gehad, een vergoeding verschuldigd is die aan de deelgenoten toekomt en die gelijk is aan de opbrengstwaarde van dit goed. 3. De vrederechter kan, op grond van artikel 223 van het Burgerlijk Wetboek, bij grovelijk plichtsverzuim of bij ernstige verstoring van de verstandhouding tussen partijen, dringende en voorlopige maatregelen bevelen betreffende de persoon en de goederen van de echtgenoten en de kinderen. Deze dringende voorlopige maatregelen blijven, niettegenstaande de indiening van een echtscheidingsvordering, uitvoerbaar totdat de rechtbank, of de voorzitter van de rechtbank in kort geding op grond van artikel 1280, eerste lid, van het Gerechtelijk Wetboek, een beslissing heeft gewezen, tenzij die maatregelen een einde hadden genomen door het verstrijken van de door de vrederechter vastgestelde termijn. De regel in dit verband uitdrukkelijk voorzien door artikel 221, zesde lid, van het Burgerlijk Wetboek, geldt eveneens voor de beslissingen genomen op grond van artikel 223 van het Burgerlijk Wetboek. Bij afwezigheid van een beslissing van de rechtbank, of de voorzitter van de rechtbank in kort geding op grond van artikel 1280, eerste lid, van het Gerechtelijk Wetboek, blijft de beschikking van de vrederechter waarin het onderhoud tussen de echtgenoten werd geregeld, verder gelden lopende het echtscheidingsgeding totdat het huwelijk in de persoonlijke verhoudingen tussen de echtgenoten wordt ontbonden. De vrederechter kan ondermeer het gebruik van de gezinswoning aan een der echtgenoten toewijzen als voorlopige maatregel ter uitvoering van de in artikel 213 van het Burgerlijk Wetboek vervatte hulpverplichting tussen echtgenoten, al dan niet samen met de toekenning van een onderhoudsgeld. Hij kan dit gebruik echter ook louter als een bestuursmaatregel toewijzen zonder verband met de hulpverplichting tussen de echtgenoten. 4. De opbrengstwaarde die een echtgenoot genoten heeft van een tot de postcommunautaire onverdeeldheid behorend goed, zal moeten aangerekend worden op het aandeel van de gewezen echtgenoot in de netto vruchten en inkomsten van de postcommunautaire onverdeeldheid, en zal, in zoverre ze, samen met een eventueel genoten onderhoudsbijdrage, het aandeel van de echtgenoot in de vruchten van de onverdeeldheid niet overtreffen, een voorschot vormen op dit aandeel. In de mate dat, na voornoemde aanrekening, blijkt dat de echtgenoot, lopende het echtscheidingsgeding, meer ontvangen heeft dan zijn aandeel in de netto vruchten en inkomsten van de postcommunautaire onverdeeldheid, hebben het alimentair karakter van zowel het onderhoudsgeld als de genotswaarde van het goed, tot gevolg dat geen vergoeding verschuldigd is aan de andere echtgenoot. De in natura, in uitvoering van de hulpplicht, genoten voordelen, zijn, net zoals de onderhoudsbijdrage zelf, niet terugbetaalbaar. De rechter die uitspraak doet over de vereffening verdeling zal moeten nagaan of de onderhoudsrechter weze het de vrederechter waarvan de op grond van artikel 223 van het Burgerlijk Wetboek genomen beschikking verder uitwerking had lopende het echtscheidingsgeding, weze het de voorzitter in kort geding op grond van artikel 1280, eerste lid, van het Gerechtelijk Wetboek het gebruik van de gezinswoning aan een echtgenoot toewees als voorlopige maatregel ter uitvoering van de hulpverplichting tussen echtgenoten, dan wel louter als een bestuursmaatregel. 5. Te dezen behoorde de gezinswoning van partijen tot hun gemeenschappelijk vermogen, en had de eiseres het exclusieve genot ervan sinds de feitelijke scheiding van partijen in februari 1991.

6 De eiseres werd, voorafgaand aan het inleiden van de echtscheidingsprocedure op 29 maart 1996, reeds bij beschikking van de Vrederechter van het tweede kanton Leuven van 18 maart 1991, gewezen op grond van artikel 223 van het Burgerlijk Wetboek, gemachtigd tot afzonderlijk verblijf in de echtelijke woonst. Verweerder maakte in het kader van de vereffening en verdeling na echtscheiding aanspraak op een woonstvergoeding sinds het tijdstip van de feitelijke scheiding, m.n. februari 1991, minstens sedert 18 maart 1991, datum van de beschikking van de vrederechter waarbij partijen tot afzonderlijke woonst werden gemachtigd (synthese beroepsbesluiten verweerder, p. 7, onderaan). Eiseres voerde aan slechts een woonstvergoeding verschuldigd te zijn vanaf het in kracht van gewijsde treden van het echtscheidingsarrest van 27 februari 2001 (beroepsbesluiten de eiseres, p. 5, onderaan en p. 6, onderaan; zie ook arrest p. 10, sub 23). Beide partijen concludeerden over de vraag of het exclusief verblijf van de eiseres in de echtelijke woonst al dan niet als een maatregel ter uitvoering van de hulpverplichting tussen echtgenoten diende te worden beschouwd, dan wel louter als een bestuursmaatregel, steunend op de draagwijdte van de tussen hen gewezen beschikking van de vrederechter van 18 maart Zij maakten geen melding van enige beschikking gewezen door de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg op grond van artikel 1280, eerste lid, van het Gerechtelijk Wetboek, na het inleiden van het echtscheidingsgeding, betreffende hun persoon, hun levensonderhoud of hun goederen lopende het echtscheidingsgeding. Volgens de verweerder betrof het door de vrederechter op 18 maart 1991 toegestane exclusief gebruik van de gezinswoning door de eiseres louter een bestuursmaatregel (syntheseberoepsbesluiten verweerder, p. 9, in medio). Naar de eiseres werd het gebruik van de gezinswoning op 18 maart 1991 aan haar toegewezen als voorlopige maatregel ter uitvoering van de hulpverplichting tussen echtgenoten (beroepsbesluiten eiseres, p. 5, onderaan en p. 6). De eiseres benadrukte in conclusie voor de appelrechters in dit verband ondermeer: dat in het vonnis van de vrederechter van 18 maart 1991 de verweerder ook werd veroordeeld tot het betalen van een onderhoudsgeld voor de kinderen (totaal frank), maar geen persoonlijk onderhoudsgeld diende te betalen aan de eiseres (ibid., p. 5, derde en vierde alinea); dat de vrederechter in de beschikking van 18 maart 1991 "echter niet uitdrukkelijk (aangaf) of en in welke mate (hij) zijn beslissing om (de eiseres) te machtigen om de gezinswoning op exclusieve wijze te gebruiken, bepaalde ten titel van onderhoudsbijdrage, dan wel bij wijze van (beheers)regeling", hoewel dit onderscheid van belang is om te kunnen uitmaken of zij een woonstvergoeding verschuldigd is (ibid., p. 5, zesde en zevende alinea).; "(dat) volgens (de eiseres) door de vrederechter geen persoonlijk onderhoudsgeld (werd) toegekend juist omdat haar al het exclusieve gebruik van de gezinswoning werd toegewezen" (ibid., p. 5, voorlaatste alinea); dat indien men de beslissing van de vrederechter inderdaad zou interprete ren als een loutere beheersmaatregel, dit zou betekenen dat niets aan de eiseres werd toegekend door de vrederechter, m.n. geen persoonlijk onderhoudsgeld, en ook geen kosteloos gebruik van de gezinswoning; dat deze interpretatie onhoudbaar is aangezien de eiseres toen werkloos was,

7 zodat haar enig inkomen haar werkloosheidsuitkering betrof, terwijl de verweerder wel werk had en opval lend meer inkomsten (ibid., p. 6, bovenaan). 6. Het bestreden arrest oordeelt dat het het hof (van beroep) "voorkomt" dat het gratis woonstvoordeel in de periode voorafgaand aan de procedure echtscheiding "een component was in natura van de tussen partijen bestaande hulpverplichting voor de duur van het huwelijk". Aldus geeft het te kennen dat het exclusief verblijf van de eiseres in de gezinswoning niet zomaar als een bestuursmaatregel tussen partijen kan worden beschouwd, maar daadwerkelijk een maatregel was ter uitvoering van de hulpverplichting tussen partijen. Het bestreden arrest spreekt niet tegen, of sluit minstens niet uit dat dit exclusief verblijf, zoals door beide partijen aangevoerd, steunt op de beschikking van de vrederechter van 18 maart Het bestreden arrest oordeelt niettemin dat de eiseres woonstvergoeding verschuldigd is vanaf het inleiden van de echtscheidingsprocedure, omdat de eiseres vanaf dan, gelet op de retroactieve ontbinding van het huwelijksvermogensstelsel ingevolge de echtscheiding, als onverdeelde mede eigenaar het exclusief genot van het goed heeft gehad en hiervoor verantwoording verschuldigd is. Hierbij neemt het de redengeving van de beslissing a quo over, waarin werd overwogen "(dat) niet betwist (wordt) dat (de eiseres) na het instellen van de procedure in echtscheiding in de gezinswoning is blijven wonen en zij geen onderhoudsgeld heeft gevorderd, noch bekomen". Het "niet vorderen" noch "bekomen" van enig onderhoudsgeld na het inleiden van de echtscheidingsprocedure doet evenwel geen afbreuk aan het feit dat het reeds vóór het inleiden van de echtscheidingsprocedure van de vrederechter op grond van artikel 223 van het Burgerlijk Wetboek bekomen verblijf in de echtelijke woonst ter uitvoering van de hulpverplichting tussen echtgenoten, uitwerking behoudt totdat de rechtbank, of de voorzitter van de rechtbank in kort geding op grond van artikel 1280, eerste lid, van het Gerechtelijk Wetboek, een beslissing heeft gewezen, tenzij die maatregelen een einde hadden genomen door het verstrijken van de door de vrederechter vastgestelde termijn. De hulpverplichting tussen de echtgenoten eindigt pas bij het in kracht van gewijsde gaan van de echtscheidingsbeslissing, en wordt geenszins beïnvloed door het enkele feit dat een echtscheidingsvordering aanhangig wordt gemaakt. 7. Nu het bestreden arrest (1) niet uitsluit dat het exclusief verblijf van de eiseres in de gezinswoning, zoals door beide partijen aangevoerd in conclusie, steunt op de beschikking van de vrederechter van 18 maart 1991, (2) noch uitsluit dat, zoals door de eiseres aangevoerd, uit deze beschikking voortvloeit dat het verblijf als een maatregel ter uitvoerig van de hulpplicht moet worden beschouwd, (3) noch vaststelt dat deze beschikking van 18 maart 1991 onderworpen was aan een door de vrederechter vastgestelde termijn, en (4) evenmin vaststelt dat de rechtbank, of de voorzitter van de rechtbank in kort geding op grond van artikel 1280, eerste lid, van het Gerechtelijk Wetboek, een beslissing heeft gewezen betreffende de persoon en de goederen van partijen, en (5) bovendien aanneemt dat het verblijf in de echtelijke woonst vóór het inleiden van de echtscheidingsprocedure een "component in natura (was) van de tussen partijen bestaande hulpverplichting voor de duur van het huwelijk", kon het, op grond van de enkele vaststellingen en overwegingen die het bevat, niet wettig oordelen dat sinds het inleiden van de echtscheidingsprocedure het verblijf plots geen "component in natura van de tussen partijen bestaande hulpverplichting voor de duur van het huwelijk" meer was, en de eiseres reeds vanaf het inleiden van de echtscheidingprocedure, en niet pas vanaf het definitief worden van de echtscheiding tussen partijen, een woonstvergoeding verschuldigd is.

8 Op grond van de vaststellingen en overwegingen die het bevat sluit het bestreden arrest immers niet of alleszins niet wettig uit dat het verblijf van de eiseres in de gezinswoning, ook na het inleiden van de echtscheidingsprocedure tot aan het in kracht van gewijsde gaan van het echtscheidingsarrest tussen partijen van 27 februari 2001, en zoals door de eiseres in conclusie aangevoerd, een uitvoering was van de hulpverplichting tussen partijen (schending van de artikelen 213, 221, zesde lid, 223, 577 2, en 577 2, 3, van het Burgerlijk Wetboek, en de artikelen 1278, eerste en tweede lid, en 1280, eerste lid, van het Gerechtelijk Wetboek). Het kon dienvolgens ook niet wettig de staat van vereffening en verdeling homologeren wat betreft de woonstvergoeding (schending van artikel 1223 van het Gerechtelijk Wetboek). III. BESLISSING VAN HET HOF Beoordeling 1. Artikel 221, zesde lid, van het Burgerlijk Wetboek bepaalt dat de door de vrederechter krachtens dit artikel verleende ontvangstmachtiging, wanneer naderhand een verzoekschrift tot echtscheiding of tot scheiding van tafel en bed wordt ingediend, niettemin uitvoerbaar blijft tot aan de beslissing van de rechtbank of van de voorzitter van de rechtbank in kort geding. Artikel 223, eerste lid, van dit wetboek bepaalt dat, indien een der echtgenoten grovelijk zijn plicht verzuimt, de vrederechter, op verzoek van de andere echtgenoot, dringende voorlopige maatregelen betreffende de persoon en de goederen van de echtgenoten en de kinderen beveelt. Het tweede lid van dit artikel bepaalt dat hetzelfde geschiedt op verzoek van een der echtgenoten, indien de verstandhouding tussen hen ernstig verstoord is. 2. Uit de aard en de samenhang van die bepalingen volgt dat de regel van het zesde lid van voormeld artikel 221 ook toepasselijk is op beslissingen van de vrederechter die uitspraak doet in het kader van de hem bij artikel 223 toegekende bevoegdheid, tenzij echter de door de vrederechter bevolen maatregelen een einde hebben genomen door het verstrijken van de door hem vastgestelde tijd. Aldus blijft, wanneer naderhand een verzoekschrift tot echtscheiding of tot scheiding van tafel en bed wordt ingediend, een krachtens het eerste en tweede lid van artikel 223 van het Burgerlijk Wetboek bevolen maatregel van toekenning van het uitsluitend genot van de gezinswoning aan een van de echtgenoten gelden tot aan de beslissing van de rechtbank of van de voorzitter van de rechtbank in kort geding, in zoverre de bevolen maatregel nog niet is vervallen door het verstrijken van de door de vrederechter bepaalde duur ervan. 3. De krachtens artikel 223, eerste en tweede lid, opgelegde maatregel van uitsluitend genot van de gezinswoning kan, naargelang van het geval, zijn opgelegd als uitvoering in natura van de hulpverplichting tussen de echtgenoten tijdens het huwelijk of als loutere bestuursmaatregel. 4. Wordt het uitsluitend genot van de gezinswoning toegekend als uitvoering in natura van de hulpverplichting tussen de echtgenoten, dan is er, naargelang hetgeen waarmee de vrederechter heeft rekening gehouden, aanleiding tot verrekening van dit genot van de echtgenoot op zijn aandeel in de inkomsten van de onverdeelde goederen en wordt, in het geval het aandeel van de onderhoudsgerechtigde echtgenoot in de onverdeelde inkomsten hoger is dan het genoten voordeel, dit genot in zoverre aangezien als een voorschot op dit aandeel. 5. Krachtens artikel 1278, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek, werkt het vonnis of arrest waarbij de echtscheiding wordt uitgesproken, ten aanzien van de echtgenoten, wat hun

9 goederen betreft, terug tot op de dag waarop de vordering is ingesteld en, wanneer er meer dan één vordering is, tot op de dag waarop de eerste is ingesteld, ongeacht of zij werd toegewezen of niet. Door de ontbinding van het huwelijksstelsel ontstaat tussen de partijen een postcommunautaire onverdeeldheid, die de goederen bevat die aanwezig waren op het ogenblik waarop de ontbinding van het huwelijk tussen de echtgenoten terugwerkt, evenals de vruchten die deze goederen nadien hebben opgebracht. Krachtens artikel 577 2, 3, van het Burgerlijk Wetboek, heeft de mede eigenaar deel in de rechten en draagt hij bij in de lasten van de eigendom naar verhouding van zijn aandeel. Hieruit volgt dat de deelgenoot die alleen het genot van een onverdeeld goed heeft gehad, voor dit uitsluitend genot aan de deelgenoten een vergoeding verschuldigd is. 6. Uit het voorgaande volgt dat de gevolgen van de krachtens artikel 223, eerste en tweede lid, van het Burgerlijk Wetboek toegekende maatregel van uitsluitend genot van de gezinswoning aan een van de echtgenoten, die ook blijft gelden na het inleiden van de echtscheiding tot aan de beslissing van de rechtbank of van de voorzitter van de rechtbank in kort geding en nog niet is vervallen door het verstrijken van de door de vrederechter bepaalde duur ervan, verschillend zijn naargelang die maatregel bestaat als uitvoering van de alimentatieverplichting in natura dan wel als loutere bestuursmaatregel. De aard van de maatregel verandert evenwel niet door de enkele omstandigheid van het inleiden van de eis tot echtscheiding. 7. Het arrest oordeelt dat de toekenning door de vrederechter, ten titel van dringende en voorlopige maatregel, van het genot van de gezinswoning aan de eiseres voor de periode voorafgaand aan de procedure echtscheiding, een component was in natura van de tussen de partijen bestaande hulpverplichting voor de duur van het huwelijk. Het arrest kon voor het genot van de gezinswoning dat de eiseres op grond van diezelfde maatregel van de vrederechter na het inleiden van de echtscheiding bleef hebben, dan ook niet meer zonder meer een woonstvergoeding toekennen aan de verweerder, maar hoogstens overgaan tot een verrekening, zoals in randnummer 4 gesteld. Het arrest dat na voormelde vaststelling aan de verweerder zonder meer een woonstvergoeding toekent voor het genot van de gezinswoning door de eiseres na het inleiden van de echtscheiding, verantwoordt zijn beslissing niet naar recht. Dictum Het Hof, Vernietigt het bestreden arrest in zoverre dit uitspraak doet over de toekenning van een woonstvergoeding in de vereffening en verdeling en uitspraak doet over de kosten. Beveelt dat van dit arrest melding zal worden gemaakt op de kant van het gedeeltelijk vernietigde arrest. Houdt de kosten aan en laat de beslissing daaromtrent aan de feitenrechter over. Verwijst de aldus beperkte zaak naar het Hof van Beroep te Antwerpen.

10 Dit arrest is gewezen te Brussel door het Hof van Cassatie, derde kamer, samengesteld uit afdelingsvoorzitter Robert Boes, als voorzitter, afdelings voorzitter Ernest Waûters, en de raadsheren Eric Dirix, Alain Smetryns en Koen Mestdagh, en in openbare terechtzitting van 18 mei 2009 uitgesproken door afdelingsvoorzitter Robert Boes, in aanwezigheid van advocaatgeneraal Ria Mortier, met bijstand van griffier Philippe Van Geem.

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 2 FEBRUARI 2012 C.10.0498.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.10.0498.N M.C., eiseres, vertegenwoordigd door mr. Willy van Eeckhoutte, advocaat bij het Hof van Cassatie, kantoor houdende te 9051

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Hof van Cassatie Onderwerp Echtscheiding. Hulpplicht tussen echtgenoten. Voorlopige maatrgeleen t.o.v. de echtgenoten m.b.t. het levensonderhoud Datum 5 juni 2014 Copyright and disclaimer De

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 5 DECEMBER 2013 C.13.0041.N-C.13.0067.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest I Nr. C.13.0041.N T.P., eiser, vertegenwoordigd door mr. Huguette Geinger, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling hof van cassatie Onderwerp Huwelijksvermogensrecht. Wettelijk stelsel. Ontbinding. Vereffening. Vergoeding door het gemeenschappelijk vermogen Datum 21 januari 2011 Copyright and disclaimer

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 26 JUNI 2015 C.14.0463.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.14.0463.N M.M., eiseres, vertegenwoordigd door mr. Bruno Maes, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen F.D., verweerder, vertegenwoordigd

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 12 SEPTEMBER 2008 C.07.0394.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.07.0394.N L. J.-P., eiser, vertegenwoordigd door mr. Lucien Simont, advocaat bij het Hof van Cassatie, kantoor houdende te 1050

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 19 SEPTEMBER 2011 C.10.0278.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.10.0278.N H. S., eiser, vertegenwoordigd door mr. Bruno Maes, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 1000 Brussel, Central

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Hof van Cassatie Onderwerp Faillissement. Curator. Vorderingsrecht. Vennootschap onder firma. Uittredende vennoten. Gedifferentieerde gehoudenheid Datum 7 november 2013 Copyright and disclaimer

Nadere informatie

Instantie. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum Instantie Hof van Cassatie Onderwerp Feitelijke scheiding. Vermoeden van toerekenbaarheid. Omkering Datum 22 december 2008 Copyright and disclaimer Gelieve er nota van te nemen dat de inhoud van dit document

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Hof van Cassatie Onderwerp Rechten en verplichtingen. Echtgenoten. Feitelijke scheiding. Hulp- en bijstandsverplichting. Vordering tot onderhoudsbijdrage. Ontstaan of voortduren van de scheiding.

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 24 JANUARI 2011 C.09.0446.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.09.0446.N 1. INOX CONSTRUCT, naamloze vennootschap, met zetel te 8650 Houthulst, Poelkapellestraat 52, 2. V.M., eisers, vertegenwoordigd

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 29 MEI 2015 C.13.0615.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.13.0615.N Ch. V., eiseres, vertegenwoordigd door mr. Johan Verbist, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 2000 Antwerpen,

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 28 NOVEMBER 2013 C.12.0523.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.12.0523.N L., eiseres, vertegenwoordigd door mr. Huguette Geinger, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 1000 Brussel,

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 20 SEPTEMBER 2010 S.09.0039.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. S.09.0039.N D.A., eiser, vertegenwoordigd door mr. Bruno Maes, advocaat bij het Hof van Cassatie, kantoor houdende te 1000 Brussel,

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Hof van Cassatie Onderwerp Bewijskracht onderhandse akte. Conventionele borgtocht. Vertegenwoordiging vennootschap. Bevoegdheden en vertegenwoordiging Datum 29 september 2014 Copyright and disclaimer

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 5 OKTOBER 2012 C.11.0184.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.11.0184.N J.T., eiseres, vertegenwoordigd door mr. Huguette Geinger, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 1000 Brussel,

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Hof van Cassatie Onderwerp Verlies maatschappelijk kapitaal N.V. Opdrachten openbaar ministerie Datum 17 oktober 2014 Copyright and disclaimer De inhoud van dit document kan onderworpen zijn

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 17 SEPTEMBER 2015 C.13.0304.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.13.0304.N J. M., eiser, vertegenwoordigd door mr. Huguette Geinger, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 1000 Brussel,

Nadere informatie

Instantie. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum Instantie Hof van Cassatie Onderwerp Scheepvaart. Averijregeling. Aard. Hypothecaire schuldeiser. Rechten Datum 29 september 2006 Copyright and disclaimer Gelieve er nota van te nemen dat de inhoud van

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 24 JANUARI 2011 C.09.0635.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.09.0635.N S.J., eiser, vertegenwoordigd door mr. Johan Verbist, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 1000 Brussel, Brederodestraat

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Hof van Cassatie Onderwerp Schenkingen. Doorslaggevende beweegreden. Onvrijwillige verkeerde voorstelling van de werkelijkheid. Dwaling. Grond tot nietigheid Datum 14 januari 2013 Copyright

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 30 MAART 2009 C.07.0557.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.07.0557.N 1. H.S., 2. V.M., eisers, vertegenwoordigd door mr. Ludovic De Gryse, advocaat bij het Hof van Cassatie, kantoor houdende

Nadere informatie

Instantie. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum Instantie Hof van Cassatie Onderwerp Fiscaal recht. Tijdelijke handelsvennootschap. Geen rechtspersoonlijkheid. Geen vestiging van gemeentebelasting Datum 14 februari 2008 Copyright and disclaimer Gelieve

Nadere informatie

Instantie. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum Instantie Hof van Cassatie Onderwerp Koophandel. Handelsagentuur. Concurrentiebeding. Aard. Verbintenis. Vordering. Verjaring. Termijn. Aanvang Datum 18 mei 2006 Copyright and disclaimer Gelieve er nota

Nadere informatie

Instantie. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum Instantie Hof van Cassatie Onderwerp Lijfrente Kanscontract Datum 6 september 2002 Copyright and disclaimer Gelieve er nota van te nemen dat de inhoud van dit document onderworpen kan zijn aan rechten

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 4 OKTOBER 2010 C.09.0475.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.09.0475.N V.H., eiser, vertegenwoordigd door mr. Huguette Geinger, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 1000 Brussel,

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Hof van Cassatie Onderwerp Ondeelbare aard van de huurovereenkomst. Huurovereenkomst door meerdere huurders of verhuurders afgesloten. Begrip Datum 28 juni 2013 Copyright and disclaimer De inhoud

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Hof van Cassatie Onderwerp Duur. Bijzondere verjaringstermijnen. Vijfjarige verjaring. Geregeld betaalbare schulden. Verstrekken van mobiele telefonie Datum 25 januari 2010 Copyright and disclaimer

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 7 DECEMBER 2015 C.15.0152.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.15.0152.N NATIONAAL VERBOND VAN SOCIALISTISCHE MUTUALITEITEN, met zetel te 1000 Brussel, Sint-Jansstraat 32-38, eiser, vertegenwoordigd

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 5 SEPTEMBER 2013 C.12.0476.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.12.0476.N K., eiser, vertegenwoordigd door mr. Willy van Eeckhoutte, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 9051 Gent,

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Hof van Cassatie Onderwerp Handelshuur. Huur kleinhandel binnen een grootwarenhuis. Toepassing handelshuurwetgeving Datum 20 maart 2014 Copyright and disclaimer De inhoud van dit document kan

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 15 SEPTEMBER 2014 C.13.0017.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.13.0017.N P. S. eiser, vertegenwoordigd door mr. Huguette Geinger, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 1000 Brussel,

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 9 JANUARI 2017 C.16.0217.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.16.0217.N ADVOCATENKANTOOR ANN HERREMAN bvba, met zetel te 1790 Affligem, Calloystraat 2, in haar hoedanigheid van syndicus van de

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Hof van Cassatie Onderwerp Veroordeling tot betaling van een uitkering tot onderhoud. Voorwaarde. Voorafgaande ingebrekestelling van de schuldenaar Datum 3 november 2009 Copyright and disclaimer

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 2 NOVEMBER 2018 C.17.0393.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.17.0393.N 1. P&V VERZEKERINGEN cvba, met zetel te 1210 Sint-Joost-ten-Node, Koningsstraat 151-153, 2. AXA BELGIUM nv, met zetel te

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 26 JUNI 2008 C.07.0494.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.07.0494.N AVERO SCHADEVERZEKERING BENELUX, vennootschap naar Nederlands recht met zetel te 3703 NH Zeist (Nederland), Handelsweg 2, die

Nadere informatie

Instantie. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum Instantie Hof van Cassatie Onderwerp Faillissement. Faillissementsakkoord en gerechtelijk akkoord. Rechtspleging. Derdenverzet van zaakvoerders en vennoten. Datum 9 februari 2007 Copyright and disclaimer

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 12 JUNI 2008 C.07.0236.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.07.0236.N 1. D.K.L, en, 2. K.R., eisers, vertegenwoordigd door mr. Bruno Maes, advocaat bij het Hof van Cassatie, kantoor houdende te

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling hof van cassatie Onderwerp Arbeidsovereenkomst. Arbeidsduur deeltijds tewerkgestelde werknemer. Socale inspectie Datum 2 mei 2011 Copyright and disclaimer De inhoud van dit document kan onderworpen

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 7 NOVEMBER 2013 C.12.0095.N- C.12.0110.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest I. Nr. C.12.0095.N 1. J V D H, 2. A V L, 3. H V D H, 4. E V D H, 5. L V D H, allen in hun hoedanigheid van erfgenamen van wijlen

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 15 DECEMBER 2006 F.05.0019.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. F.05.0019.N 1. S.W., en zijn echtgenote, 2. O.W., eisers, vertegenwoordigd door mr. Pierre van Ommeslaghe, advocaat bij het Hof van

Nadere informatie

Instantie. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum Instantie Hof van Cassatie Onderwerp Bewijs. Strafzaken. Bewijsvoering. Onrechtmatig verkregen bewijs. Toelaatbaarheid. Beoordeling door de rechter Datum 23 maart 2004 Copyright and disclaimer Gelieve

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 27 MEI 2011 C.10.0197.N-C.10.0205.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest I Nr. C.10.0197.N CID LINES nv, met zetel te 8900 Ieper, Waterpoortstraat 2, eiseres, vertegenwoordigd door mr. Bruno Maes, advocaat

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 4 FEBRUARI 2011 C.10.0412.N1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.10.0412.N O. K., aan wie rechtsbijstand is verleend bij beslissing van het bureau voor rechtsbijstand op 24 juni 2010 (G.09.0231.N),

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 27 MEI 2019 S.18.0025.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. S.18.0025.N ENERSYS bvba, met zetel te 2800 Mechelen, Egide Walschaertsstraat 2, eiseres, vertegenwoordigd door mr. Willy van Eeckhoutte,

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Hof van Cassatie Onderwerp Bewijs van verbintenissen. Gegrond op de bedoeling van de partijen Datum 22 april 2010 Copyright and disclaimer De inhoud van dit document kan onderworpen zijn aan

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 28 JUNI 2012 C.10.0608.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.10.0608.N D.T., eiser, vertegenwoordigd door mr. Huguette Geinger, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 1000 Brussel, Quatre

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 7 FEBRUARI 2014 C.12.0545.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.12.0545.F A. N., Mr. Simone Nudelholc, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen H. G., Mr. Paul Lefèbvre, advocaat bij het Hof van

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 9 MEI 2016 C.14.0442.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.14.0442.N MOBISTAR nv, met zetel te 1140 Evere, Bourgetlaan 3, eiseres, vertegenwoordigd door mr. Johan Verbist, advocaat bij het Hof van

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 23 OKTOBER 2003 C.01.0365.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.01.0365.N M.T. eiser, vertegenwoordigd door Mr. Adolf Houtekier, advocaat bij het Hof van Cassatie, kantoor houdende te 2800 Mechelen,

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling hof van cassatie Onderwerp Valsheid in geschriften. Conclusie neergelegd in een procedure tot echtscheiding. Conclusie houdende een vordering tot onderhoudsgeld op grond van valse beweringen.

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 15 MEI 2015 C.14.0269.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.14.0269.N VLAAMSE GEMEENSCHAP, vertegenwoordigd door de Vlaamse regering, in de persoon van de minister-president, met kabinet te 1000

Nadere informatie

Instantie. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum Instantie Hof van Cassatie Onderwerp Huur van diensten. Aannemingsovereenkomst. Aansprakelijkheid. Verborgen gebrek. Vordering Datum 2 februari 2006 Copyright and disclaimer Gelieve er nota van te nemen

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Hof van Cassatie Onderwerp Benelux Merkenwet. Benelux-Verdrag intellectuele eigendom. Verval. Teken. Gebruik. Bescherming. Mogelijkheid Datum 15 september 2011 Copyright and disclaimer De inhoud

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 13 FEBRUARI 2006 C.04.0454.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.04.0454.F M. M., Mr. Isabelle Heenen, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen T. M. I. RECHTSPLEGING VOOR HET HOF Het cassatieberoep

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 3 MEI 2012 C.11.0340.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.11.0340.N H D M, als curator van het faillissement van Ryckaert-Neyt bvba, eiser, vertegenwoordigd door mr. Johan Verbist, advocaat bij

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 7 FEBRUARI 2011 C.10.0147.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.10.0147.N GENERALI BELGIUM nv, met zetel te 1050 Brussel, Louizalaan 149, eiseres, vertegenwoordigd door mr. Huguette Geinger, advocaat

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 12 JANUARI 2012 C.10.0683.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.10.0683.N CITY MOTORS GROUP nv, met zetel te 2030 Antwerpen, Noorderlaan 89, eiseres, vertegenwoordigd door mr. Bruno Maes, advocaat

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 5 JUNI 2015 C.14.0568.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.14.0568.N EEG SLACHTHUIS VERBIST IZEGEM nv, met zetel te 8870 Izegem, Gentse Heerweg 78, eiseres, vertegenwoordigd door mr. Johan Verbist,

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling hof van beroep Brussel Onderwerp Gerechtelijke vereffening-verdeling. Artikel 1207 e.v. Ger. W. Deelakkoorden: geldigheid en bindende kracht. Artikel 1447 BW betreffende de overname van de gezinswoning

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 23 SEPTEMBER 2013 C.12.0559.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.12.0559.N D., eiser, vertegenwoordigd door mr. Huguette Geinger, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 1000 Brussel,

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 27 JANUARI 2006 C.04.0201.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.04.0201.N V. A., Mr. Cécile Draps, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen D. P. I. RECHTSPLEGING VOOR HET HOF Het cassatieberoep

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 16 APRIL 2015 C.14.0466.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.14.0466.F R. T., Mr. Paul Alain Foriers, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen P. R. I. RECHTSPLEGING VOOR HET HOF Het cassatieberoep

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 7 NOVEMBER 2013 C.12.0570.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.12.0570.N Jean de CHAFFOY de COURCELLES, advocaat, met kantoor te 1000 Brussel, Kunstlaan 24, bus 9 A, in zijn hoedanigheid van curator

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 16 NOVEMBER 2009 S.09.0044.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. S.09.0044.N FONDS TOT VERGOEDING VAN DE IN GEVAL VAN SLUITING VAN ONDERNEMINGEN ONTSLAGEN WERKNEMERS, met zetel te 1000 Brussel, Gasthuisstraat

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 7 NOVEMBER 2014 C.14.0122.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.14.0122.N 1. M. H., 2. A. D. K., eisers, toegelaten tot de rechtsbijstand bij beslissing van 6 januari 2014 (nr. G.13.0163.N) vertegenwoordigd

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 1 JUNI 2007 C.05.0385.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.05.0385.N 1. D.L., 2. D.L., eisers, vertegenwoordigd door mr. Huguette Geinger, advocaat bij het Hof van Cassatie, kantoor houdende te

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 10 SEPTEMBER 2007 S.07.0003.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. S.07.0003.F A. T., Mr. Michel Mahieu, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen OPENBAAR CENTRUM VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN VAN LUIK.

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 18 MAART 2011 C.10.0015.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.10.0015.N C.B.S. IMMO II nv, met zetel te 2018 Antwerpen, Schupstraat 1, eiseres, vertegenwoordigd door mr. Michel Mahieu, advocaat

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 19 JANUARI 2009 S.08.0099.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. S.08.0099.N RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID, met zetel te 1060 Brussel, Victor Hortaplein 11, eiser, vertegenwoordigd door mr. Antoine

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Hof van Cassatie Onderwerp Bedrijfsvoorheffing. Niet-doorstorting. Aansprakelijke bestuurders of zaakvoerders. Onrechtmatige daad. Datum 5 september 2013 Copyright and disclaimer De inhoud van

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België. Arrest

Hof van Cassatie van België. Arrest 16 NOVEMBER 2009 C.09.0135.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.09.0135.N LANDSBOND DER CHRISTELIJKE MUTUALITEITEN, met zetel te 1031 Brussel, Haachtsesteenweg 579, eiser, vertegenwoordigd door

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 22 FEBRUARI 2018 C.17.0313.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.17.0313.N TERRA COTTA nv, met zetel te 2950 Kapellen, Stationsstraat 37, eiseres, vertegenwoordigd door mr. Martin Lebbe, advocaat

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 28 JUNI 2012 C.11.0069.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.11.0069.N C.W., eiseres, vertegenwoordigd door mr. Paul Lefèbvre, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 1050 Brussel, Louizalaan

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 24 MEI 2012 F.11.0053.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. F.11.0053.N STAD BRUSSEL, vertegenwoordigd door het college van burgemeester en schepenen, met kantoor te 1000 Brussel, Grote Markt 1, eiseres,

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 8 DECEMBER 2014 S.13.0099.N-S.13.0126.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest I Nr. S.13.0099.N RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID, met zetel te 1060 Sint-Gillis, Victor Hortaplein 11, eiser, vertegenwoordigd

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 4 FEBRUARI 2016 F.13.0107.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. F.13.0107.N P. T., eiser, met als raadsman mr. Felix Ruysschaert, advocaat bij de balie te Tongeren, met kantoor te 3700 Tongeren, 18

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 12 DECEMBER 2014 F.13.0134.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. F.13.0134.N R.S., eiser, vertegenwoordigd door mr. Paul Wouters, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 3000 Leuven, Koning

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp

Instelling. Onderwerp Instelling Hof van Cassatie Onderwerp Schuldvergelijking. Mogelijkheid Datum 15 mei 2014 Copyright and disclaimer De inhoud van dit document kan onderworpen zijn aan rechten van intellectuele eigendom

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 30 NOVEMBER 2012 C.11.0332.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.11.0332.N L.C., eiser, vertegenwoordigd door mr. Huguette Geinger, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 1000 Brussel,

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 22 MEI 2014 F.12.0188.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. F.12.0188.N BELGISCHE STAAT, vertegenwoordigd door de minister van Financiën, met kabinet te 1000 Brussel, Wetstraat 12, voor wie optreedt

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 2 MAART 2006 C.05.0061.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.05.0061.N V.S. in zijn hoedanigheid van curator van het faillissement BVBA A.A. Renovatiewerken, eiser, vertegenwoordigd door mr. Johan

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 5 MAART 2015 C.14.0017.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.14.0017.F AXA BELGIUM nv, Mr. Antoine De Bruyn, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen P. P. I. RECHTSPLEGING VOOR HET HOF Het cassatieberoep

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 1 DECEMBER 2005 C.04.0581.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.04.0581.N V. G. G., eiseres, vertegenwoordigd door Mr. Huguette Geinger, advocaat bij het Hof van Cassatie, kantoor houdende te 1000

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Hof van Cassatie Onderwerp Wet van 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument. Artikel 40. Verkoop met verlies. Verkoopprijs Datum 13 januari

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 12 MEI 2016 C.14.0561.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.14.0561.N BELGISCHE STAAT, vertegenwoordigd door de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, met kabinet te 1000 Brussel, Kruidtuinlaan

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 10 MEI 2012 C.11.0132.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.11.0132.N GEMEENSCHAPPELIJK MOTORWAARBORGFONDS, met zetel te 1210 Brussel, Liefdadigheidsstraat 33/1, eiser, vertegenwoordigd door mr.

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 29 OKTOBER 2009 C.08.0448.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.08.0448.N 1. ARGENTA SPAARBANK, naamloze vennootschap, met zetel te 2018 Antwerpen, Belgiëlei 49-53, 2. ARGENTA ASSURANTIES, naamloze

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 13 MEI 2013 C.11.0762.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.11.0762.N BEROEPSINSTITUUT VAN VASTGOEDMAKELAARS (BIV), met zetel te 1000 Brussel, Luxemburgstraat 16 B, eiser, vertegenwoordigd door

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 5 JUNI 2009 C.07.0482.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.07.0482.N 1. W.C., en, 2. V. F., eisers, vertegenwoordigd door mr. Michel Mahieu, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 1050

Nadere informatie

Instantie. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum Instantie Hof van Cassatie Onderwerp Jaarlijkse vakantie - Vakantiegeld - Bedienden - Veranderlijk loon - Enkel en dubbel vakantiegeld - Berekening - Art. 39, K.B. 30 maart 1967 Datum 15 januari 1996 Copyright

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 10 SEPTEMBER 2015 C.13.0529.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.13.0529.N GEWESTELIJK STEDEBOUWKUNDIG INSPECTEUR VOOR HET GRONGEBIED VAN DE PROVINCIE VLAAMS-BRABANT, met kantoor te 3000 Leuven,

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 10 NOVEMBER 2011 C.10.0438.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.10.0438.N PARK ATLANTIS vme, met zetel te 8420 De Haan, Torenhofstraat 2, vertegenwoordigd door syndicus DE ROECK bvba, met zetel

Nadere informatie

Instantie. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum Instantie Hof van Cassatie Onderwerp Successierechten Dwaling in de aangifte Datum 13 september 2002 Copyright and disclaimer Gelieve er nota van te nemen dat de inhoud van dit document onderworpen kan

Nadere informatie

Instantie. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum Instantie Hof van Cassatie Onderwerp Auteursrecht Muziek in afgesloten werkplaats Datum 26 januari 2006 Copyright and disclaimer Gelieve er nota van te nemen dat de inhoud van dit document onderworpen

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 3 OKTOBER 2014 C.13.0164.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.13.0164.N BESTLEASE bvba, met zetel te 8670 Koksijde, Goudbloemstraat 8, eiseres, vertegenwoordigd door mr. Johan Verbist, advocaat

Nadere informatie

Hof van Cassatie 14/11/ Nr. C N

Hof van Cassatie 14/11/ Nr. C N Hof van Cassatie 14/11/2008 - Nr. C.07.0417.N (bron: http://jure.juridat.just.fgov.be/ ) H. A., eiser, vertegenwoordigd door mr. Michel Mahieu, advocaat bij het Hof van Cassatie, kantoor houdende te 1050

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 3 APRIL 2009 C.07.0455.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.07.0455.N B. M., eiseres, vertegenwoordigd door mr. Huguette Geinger, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 1000 Brussel,

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 19 NOVEMBER 2015 C.13.0335.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.13.0335.N T. C., eiseres, toegelaten tot de rechtsbijstand bij beslissing van 28 juni 2013 (nr. G.13.0062.N), vertegenwoordigd door

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 5 MAART 2015 C.13.0358.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.13.0358.F MAATSCHAPPIJ VOOR HET INTERCOMMUNAAL VERVOER TE BRUSSEL, Mr. Paul Wouters, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen M. S.,

Nadere informatie