Crebocode: Dossiercode: Dossierjaar: Leerweg: bol / bbl. Zie examenplan bpv Verschilt per onderdeel

Transcriptie

1 Examenplan algemeen niveau 4 1.Overzicht 1.1.Specifieke examens Examenoverzicht opleiding: Pedagogisch Medewerker Jeugdzorg Medewerker maatschappelijke zorg gehandicaptenzorg Medewerker maatschappelijke zorg specifieke doelgroepen niveau 4 Instroomklas 3 e leerjaar JM3M bol / JM3MD bbl Crebocode: Dossiercode: Dossierjaar: Leerweg: bol / bbl Cohort: Instroomklas cohort Sector: GWS Team: SAW-J/M Vastgesteld op: Specifieke examens Code examenvorm kerntaak exameninhoud Periode afname Proeve A,B,C en D Toelichting: ingekocht bij Prove2Move SE2 SE3 SE4 Proeven van bekwaamheid Schriftelijke toets open vragen Schriftelijke meerkeuzento ets vaardigheidsto ets Zie examenplan 1,2,3 Psychologische stromingen Duur examen Zie examenplan bpv Verschilt per onderdeel 1 en 2 Stoornissentoets Inhoud afhankelijk van differentiatie JZ, SD en GZ 2 en 3 JZ: Competentie-model SD en GZ: vraaggestuurd werken Plaats afname Praktijk Resultaat Min. voldoende minuten school Min. 4.5 mits gecompenseerd met cijfer SE3 Het totaal van cijfers SE2 en SE3 gedeeld door twee moet minimaal een 5.5 zijn. Deel 1: 1.2 Deel 2: minuten school Min. 4.5 mits gecompenseerd met cijfer SE2 Het totaal van cijfers SE2 en SE3 gedeeld door twee moet minimaal een 5.5 zijn. 1.2 of minuten school Minimaal 5.5

2 1.2 Generieke examenonderdelen Code Examenvorm Vaardigheid taaltaak Niveau Periode afname RES_CE_3F digitaal Centraal examen: NEDIE3FGE S NEDIE3FSP R NEDIE3FSC H mondeling Lezen en Luisteren Gesprekken Voeren zakelijke tekst, informatie en instructie actief deelnemen aan een gesprek/ hulpverlenend gesprek mondeling Spreken Monoloog / presentatie dilemma (betoog) digitaal of schriftelijk Schrijven Toets correspondenti e Bericht schrijven n.a.v. monoloog 3F 3F 3F 3F tweede helft van de opleiding Periode 3.2 Periode 2.2 Periode 2.4 Periode 2.2 Periode 2.4 Duur examen Plaats afname 120 min. school 15 min. 15 min. School Resultaat + weging (1 decimaal) RES_CE 1x cijfe r 1x 30 min. School cijfe r 1x 40 min. 40 min. School cijfe r 1x RES_I E 1x Eindresultaa t (geheel cijfer) EIND_NED Dilemma schrijven Periode 2.3

3 Rekenen Code Examenvorm Vaardigheid Niveau Periode afname Duur examen REK_3F Centraal examen (digitaal) Getallen Verhoudingen Meten en Meetkunde Verbanden 3F 2 de helft van de opleiding Plaats afname Eindresultaat (geheel cijfer) 120 minuten School EIND_REK Engels generiek Code Examenvorm Vaardigheid Soort examen Niveau Periode afname Duur examen Plaats afname Resultaat + weging (1 decimaal) Eind-resultaat (geheel cijfer) ENG_LUI_B1 digitaal en/of schriftelijk Luisteren Instellingsexamen luisteren B1 Gedurende de gehele opleiding minuten school 1x Gemiddelde 5 cijfers ENG_LEZ_B1 digitaal of schriftelijk Lezen Instellingsexamen lezen B1 Gedurende de gehele opleiding minuten school 1x ENG_GSV_A2 mondeling Gesprekken voeren Instellingsexamen gesprekken A2 Gedurende de gehele opleiding 15 minuten school 1x ENG_SPR_A2 mondeling Spreken Instellingsexamen spreken A2 Gedurende de gehele opleiding minuten school 1x ENG_SCH_A2 digitaal of schriftelijk Schrijven Instellingsexamen schrijven A2 Gedurende de gehele opleiding 60 minuten school 1x

4 2. Beslisregels voor het diploma 2.1 Specifieke examenonderdelen Voor specifieke examenonderdelen geldt als eis: elk examenonderdeel moet met een voldoende zijn afgesloten. Het eindresultaat voor een examenonderdeel (kerntaak) kan gebaseerd zijn op één onderliggend examen maar er kunnen ook meerdere examens aan het eindresultaat bijdragen. Persoonlijk begeleider Gehandicaptenzorg Crebo Kerntaak 1 Code Resultaat Weging/beslisregel Eindresultaat Proeve B Proeve C Voldoende /goed Voldoende / goed PvB moet min. voldoende zijn PvB moet min. voldoende zijn Kerntaak 2 Code Resultaat Weging/beslisregel Eindresultaat Proeve A Proeve B Proeve C Proeve D Voldoende / goed Moet min. voldoende zijn Voldoende / goed Voldoende / goed Voldoende / goed Voldoende / goed Moet min. voldoende zijn Moet min. voldoende zijn Moet min. voldoende zijn Kerntaak 3 Code Resultaat Weging/beslisregel Eindresultaat Proeve B Proeve C Proeve D Voldoende / goed Voldoende / goed Voldoende / goed Moet min. voldoende zijn Moet min. voldoende zijn Moet min. voldoende zijn

5 Pedagogisch medewerker 4 Jeugdzorg Crebo Kerntaak 1 Code Resultaat Weging/beslisregel Eindresultaat Proeve A Voldoende / goed PvB moet min. voldoende zijn Proeve B Voldoende /goed PvB moet min. voldoende zijn Proeve C Voldoende / goed PvB moet min. voldoende zijn Voldoende / goed Kerntaak 2 Code Resultaat Weging/beslisregel Eindresultaat Proeve A Voldoende / goed Moet min. voldoende zijn Voldoende / goed Proeve B Voldoende / goed Moet min. voldoende zijn Proeve C Voldoende / goed Moet min. voldoende zijn Proeve D Voldoende / goed Moet min. voldoende zijn Kerntaak 3 Code Resultaat Weging/beslisregel Eindresultaat Proeve C Voldoende / goed Moet min. voldoende zijn Proeve D Voldoende / goed Moet min. voldoende zijn

6 Persoonlijk begeleider Specifieke doelgroepen Crebo Kerntaak 1 Code Resultaat Weging/beslisregel Eindresultaat Proeve B Voldoende /goed PvB moet min. voldoende zijn Proeve C Voldoende / goed PvB moet min. voldoende zijn Kerntaak 2 Code Resultaat Weging/beslisregel Eindresultaat Proeve A Voldoende / goed Moet min. voldoende zijn Voldoende / goed Proeve B Voldoende / goed Moet min. voldoende zijn Proeve C Voldoende / goed Moet min. voldoende zijn Proeve D Voldoende / goed Moet min. voldoende zijn Kerntaak 3 Code Resultaat Weging/beslisregel Eindresultaat Proeve B Voldoende / goed Moet min. voldoende zijn Proeve C Voldoende / goed Moet min. voldoende zijn Proeve D Voldoende / goed Moet min. voldoende zijn

7 KERNTAAK 3: UITVOEREN VAN ORGANISATIE- EN PROFESSIEGEBONDEN TAKEN KERNTAAK 2: OPVOEDEN EN ONTWIKKELEN VAN HET KIND/ DE JONGERE KERNTAAK 1: OPSTELLEN VAN EEN ACTIVITEITEN- PROGRAMMA EN PLAN VAN AANPAK In onderstaand schema wordt duidelijk de beslisregels voor het behalen van de proeve van bekwaamheid weer gegeven. Pedagogisch medewerker 4 jeugdzorg kwalificatiedossier Proeve van Bekwaamheid Begeleiden bij dagelijkse bezigheden Inzoomen op de cliënt en zijn omgeving Werken als ontwerper Ondersteunen bij regie Terugblikken en vooruitkijken Opdrachten Contact maken Een schone en veilige ruimte Een schone en veilige ruimte Voorbereiden en uitvoeren van activiteiten Kiezen van spel en/of speelmateriaal Verdieping in het kind/de jongere Van hulpverleningsplan naar praktijk Schrijven en uitvoeren van plan van aanpak op het gebied van persoonlijke verzorging Van hulpverleningsplan naar praktijk Schrijven en uitvoeren van plan van aanpak op het gebied van huishoudelijke werkzaamheden Inzicht in en aansturen van het groepsproces Beschrijving van de groep en het groepsproces Inzicht in en aansturen van het groepsproces Aansturen/beïnvloeden van het groepsproces Werken met het hulpverleningsplan Schrijven en uitvoeren van het plan van aanpak op het gebied van werk of scholing Werken met het hulpverleningsplan Schrijven en uitvoeren van het plan van aanpak op het gebied van vrije tijd Werken met het hulpverleningsplan Aanbevelingen voor het bijstellen van het hulpverleningsplan (Bege)leiden van de groep Uitvoeren van mentortaken Voortgangsgesprekken Uitvoeren van mentortaken Contact met het netwerk op het gebied van werk of scholing of vrije tijd Uitvoeren van mentortaken Contact met ouder/verzorger Regie voeren over de dagelijkse praktijk De reflecterende beroepsbeoefenaar Totaal score

8 0 De opdracht is met een onvoldoende afgesloten 1 De opdracht is met een voldoende afgesloten 2 De opdracht is met een goed afgesloten Kerntaak punten, dan resultaat kerntaak GOED punten, dan resultaat kerntaak VOLDOENDE 1 of meer opdrachten met 0 punten dan resultaat kerntaak ONVOLDOENDE Kerntaak punten, dan resultaat kerntaak GOED punten, dan resultaat kerntaak VOLDOENDE 1 of meer opdrachten met 0 punten dan resultaat kerntaak ONVOLDOENDE Kerntaak punten, dan resultaat kerntaak GOED punten, dan resultaat kerntaak VOLDOENDE 1 of meer opdrachten met 0 punten dan resultaat kerntaak ONVOLDOENDE

9 KERNTAAK 3: UITVOEREN VAN ORGANISATIE- EN PROFESSIEGEBONDEN TAKEN KERNTAAK 2: BIEDEN VAN ONDERSTEUNENDE, ACTIVERENDE BEGELEIDING EN ZORG KERNTAAK 1: OPSTELLEN VAN EEN PLAN VAN AANPAK In onderstaand schema wordt duidelijk de beslisregels voor het behalen van de proeve van bekwaamheid weer gegeven. Persoonlijk Begeleider Gehandicaptenzorg en Specifieke doelgroepen kwalificatiedossier Proeve van Bekwaamheid Begeleiden bij dagelijkse bezigheden Opdrachten Ondersteunen bij persoonlijke zorg op maat Stimuleren Activiteiten Budgetbeheer Inzoomen op de cliënt en zijn omgeving Werken als ontwerper Ondersteunen bij regie vooruitkijken Ondersteunen bij de ontwikkeling op het gebied van persoonlijke verzorging Ondersteunen bij de ontwikkeling op het gebied van wonen en huishouden Doorlopende groepsactiviteit aanbieden Geldstromen Een begeleidingsplan schrijven Van begeleidingsplan tot activiteitenplan Begeleiden vanuit het activiteitenplan Evalueren en bijstellen Plannen van aanpak schrijven voor groep/eenheid en individuele cliënt Uitvoeren van de plannen van aanpak Kwaliteitsslag maken: groep/ eenheid Kwaliteitsslag maken: individuele cliënt De reflecterende beroepsbeoefenaar Verpleegtechnische handelingen Totaal score Verpleegtechnische handelingen (alleen bij Gehandicaptenzorg) De opdracht is met een onvoldoende afgesloten 1 De opdracht is met een voldoende afgesloten 2 De opdracht is met een goed afgesloten

10 Kerntaak punten, dan resultaat kerntaak GOED 6-9 punten, dan resultaat kerntaak VOLDOENDE 1 of meer opdrachten met 0 punten dan resultaat kerntaak ONVOLDOENDE Kerntaak 2 (Specifieke doelgroepen) punten, dan resultaat kerntaak GOED punten, dan resultaat kerntaak VOLDOENDE 1 of meer opdrachten met 0 punten dan resultaat kerntaak ONVOLDOENDE Kerntaak 2 (Gehandicaptenzorg) punten, dan resultaat kerntaak GOED punten, dan resultaat kerntaak VOLDOENDE 1 of meer opdrachten met 0 punten dan resultaat kerntaak ONVOLDOENDE Kerntaak punten, dan resultaat kerntaak GOED punten, dan resultaat kerntaak VOLDOENDE 1 of meer opdrachten met 0 punten dan resultaat kerntaak ONVOLDOENDE

11 KERNTAAK 3: UITVOEREN VAN ORGANISATIE- EN PROFESSIEGEBONDEN TAKEN KERNTAAK 2: BIEDEN VAN ONDERSTEUNENDE, ACTIVERENDE BEGELEIDING EN ZORG KERNTAAK 1: OPSTELLEN VAN EEN PLAN VAN AANPAK Persoonlijk Begeleider Gehandicaptenzorg en Specifieke doelgroepen kwalificatiedossier Proeve van Bekwaamheid Opdrachten Begeleiden bij dagelijkse bezigheden Ondersteunen bij persoonlijke zorg op maat Stimuleren Activiteiten Budgetbeheer Inzoomen op de cliënt en zijn omgeving Werken als ontwerper Ondersteunen bij regie vooruitkijken Verpleegtechnische handelingen Ondersteunen bij de ontwikkeling op het gebied van persoonlijke verzorging Ondersteunen bij de ontwikkeling op het gebied van wonen en huishouden Doorlopende groepsactiviteit aanbieden Geldstromen Een begeleidingsplan schrijven Van begeleidingsplan tot activiteitenplan Begeleiden vanuit het activiteitenplan Evalueren en bijstellen Plannen van aanpak schrijven voor groep/eenheid en individuele cliënt Uitvoeren van de plannen van aanpak Kwaliteitsslag maken: groep/ eenheid Kwaliteitsslag maken: individuele cliënt De reflecterende beroepsbeoefenaar Verpleegtechnishe handelingen (alleen bij Gehandicaptenzorg) Totaal score 0 De opdracht is met een onvoldoende afgesloten 1 De opdracht is met een voldoende afgesloten 2 De opdracht is met een goed afgesloten

12 Kerntaak punten, dan resultaat kerntaak GOED 6-9 punten, dan resultaat kerntaak VOLDOENDE 1 of meer opdrachten met 0 punten dan resultaat kerntaak ONVOLDOENDE Kerntaak 2 (Specifieke doelgroepen) punten, dan resultaat kerntaak GOED punten, dan resultaat kerntaak VOLDOENDE 1 of meer opdrachten met 0 punten dan resultaat kerntaak ONVOLDOENDE Kerntaak 2 (Gehandicaptenzorg) punten, dan resultaat kerntaak GOED punten, dan resultaat kerntaak VOLDOENDE 1 of meer opdrachten met 0 punten dan resultaat kerntaak ONVOLDOENDE Kerntaak punten, dan resultaat kerntaak GOED punten, dan resultaat kerntaak VOLDOENDE 1 of meer opdrachten met 0 punten dan resultaat kerntaak ONVOLDOENDE

13 2.2 Generieke examenonderdelen2.2 Generieke examenonderdelen Voor Nederlands, rekenen en Engels (alleen niveau 4) geldt een zak/slaagregeling. Deze regeling is gebaseerd op landelijke wettelijke regels. Voor deze opleiding geldt: Niveau 4 Schema uitslagregel generieke examens (Engels alleen niveau 4) Start opleiding Jaar diplomering Uitslagregel 2012, 2013, 2014, 2015 en , 2013 en tot 1 oktober 2014 Eindcijfer Engels niet lager dan een 5 Eindcijfers Nederlands en rekenen hebben geen invloed op diplomering; Verplichte deelname aan pilot en instellingsexamens v.a. 1 oktober 2014 tot 1 oktober 2015 Van de eindcijfers Engels en Nederlands 3F mag er één een 5 zijn, het andere eindcijfer moet tenminste een 6 zijn Pilot Rekenen 3F telt niet mee voor diplomering; verplichte deelname aan pilotexamen Van de eindcijfers Engels, Nederlands en Rekenen 3F mag één een 5 zijn de twee andere eindcijfers moeten tenminste een 6 zijn v.a. 1 oktober 2015 tot 1 oktober Van de eindcijfers Engels, Nederlands en Rekenen 3F mag één een 5 zijn de twee andere eindcijfers moeten tenminste een 6 zijn. Voor Engels geldt een verplichte deelname aan pilot examen 2.3 Examenonderdeel overstijgende regels 1. Loopbaan, Burgerschap moet zijn afgesloten met Voldaan Voor Loopbaan, Burgerschap geldt een inspanningsverplichting. De examencommissie dient na te gaan of aan de inspanningsverplichting is voldaan. Het verantwoordingdocument is een onderliggend document van dit examenplan. Is er geen verantwoordingsdocument, dan kan gebruik gemaakt worden van het document LB verantwoording. De kwalificatie-eisen voor loopbaan, burgerschap zijn te vinden op de site 2. De BeroepsPraktijkVorming (BPV) moet met een voldoende zijn afgesloten. Let wel: niet te verwarren met examineren in de BPV. Het beoordelingsinstrument is een onderliggend document van dit examenplan. Eventueel kan ook gebruik worden gemaakt van het document BPV verantwoording. 13

14 3. Beschrijving per examen of examenonderdeel 3.1 Specifieke examenonderdelen Schema P2M: kerntaken en werkprocessen 3.2 Generieke examenonderdelen Nederlands: Het beroep stelt ook specifieke eisen aan het taalniveau. Het kan zijn dat die eisen hoger liggen dan de generieke (algemene) eisen voor Nederlands. Deze eisen zijn terug te vinden in het kwalificatiedossier (KD). Beroepsgerichte taal- en rekeneisen hoeven niet apart te worden geëxamineerd en beoordeeld. Ze zijn impliciet verweven in de beroepscompetenties. Wanneer in het examen aangetoond is dat een student de kerntaken en werkprocessen beheerst dan is hiermee aangetoond dat ook de onderliggende, voorwaardelijke taal- en rekencomponenten beheerst worden. rekenen: Bij rekenen worden de vier domeinen (Getallen; Verhoudingen; Meten en Meetkunde; Verbanden) in één keer digitaal geëxamineerd waarbij het gebruik van eigen rekenapparatuur niet is toegestaan. Engels, niveau 4: Ook binnen je MBO studie zijn er studie-eisen voor wat betreft een moderne vreemde taal. Deze eisen worden uitgedrukt in het kwalificatiedossier met de zogenaamde CEF scores* (Common European Framework, een door heel Europa vastgestelde talennorm). Het vak Engels start in het nieuwe schooljaar met een intaketoets/entry-assessment. Naar aanleiding van de scores van de intaketoets, een gesprek en een luistertoets zal er een studietraject zijn voor het vak Engels. Om Engels te kunnen afronden moet je voor de 5 CEF gebieden* ( schrijven, lezen, spreken, luisteren en gesprekken voeren/interactie) het CEF niveau behalen dat is aangegeven in het kwalificatiedossier van jouw studie. *Een andere benaming voor de CEF scores/-gebieden is ERK, Europees Referentie Kader. 14

15 Kiezen van spel en/of speelmateriaal Voorbereiden en uitvoeren van activiteiten Een schone en veili keuken Een schone en veilige leefruimte Bouwen aan contact Schrijven en uitvoeren van het plan van aanpak op het gebied van vrije tijd Schrijven en uitvoeren van het plan van aanpak op het gebied van werk of scholing Aansturen van het groepsproces Beschrijving van de groep en het groepsproces Schrijven en uitvoeren van plan van aanpak op het gebied van huishoudelijke werkzaamheden Schrijven en uitvoeren van plan van aanpak op het gebied van persoonlijke verzorging Verdieping in het kind/de jongere Intakeprocedure en intakegesprek Kiezen van spel en/of speelmateriaal Voorbereiden en uitvoeren van activiteiten Een schone en veili keuken Een schone en veilige leefruimte Bouwen aan contact Pedagogisch Medewerker 4 Jeugdzorg Beoordelingseenheid A: Begeleiden bij dagelijkse bezigheden Beoordelingseenheid B: Inzoomen op de cliënt en zijn omgeving Beoordelingseenheid C: Werken als ontwerper Beoordelingseenheid D: Ondersteunen bij regie Overkoepelende proeve Vooruitkijken Toetsopdrachten Toetsopdrachten Toetsopdrachten Toetsopdracht Toetsopdracht Een Van Inzicht in en Werken met het schone hulpverlenings aansturen van hulpverleningsplan Uitvoeren van en plan naar het mentortaken veilige praktijk groepsproces ruimte 1 2a 2b a 3b 4a 4b 1a 1b 1c 2 1a 2a 2b 2 1 KERNTAAK 1: OPSTELLEN VAN EEN ACTVITEIENPROGRAMMA EN PLAN VAN AANPAK Werkprocessen Competenties 1.1 Inventariseert de situatie en wensen van het Onderzoeken kind/de jongere Op de behoeften en 1.2 Stelt een activiteitenprogramma op 1.3 Maakt een plan van aanpak verwachtingen van de klant richten Samenwerken en overleggen Plannen en organiseren Samenwerken en overleggen Formuleren en rapporteren 15

16 Kiezen van spel en/of speelmateriaal Voorbereiden en uitvoeren van activiteiten Een schone en veili keuken Een schone en veilige leefruimte Bouwen aan contact Schrijven en uitvoeren van het plan van aanpak op het gebied van vrije tijd Schrijven en uitvoeren van het plan van aanpak op het gebied van werk of scholing Aansturen van het groepsproces Beschrijving van de groep en het groepsproces Schrijven en uitvoeren van plan van aanpak op het gebied van huishoudelijke werkzaamheden Schrijven en uitvoeren van plan van aanpak op het gebied van persoonlijke verzorging Verdieping in het kind/de jongere Intakeprocedure en intakegesprek Kiezen van spel en/of speelmateriaal Voorbereiden en uitvoeren van activiteiten Een schone en veili keuken Een schone en veilige leefruimte Bouwen aan contact Pedagogisch Medewerker 4 Jeugdzorg Beoordelingseenheid A: Begeleiden bij dagelijkse bezigheden Beoordelingseenheid B: Inzoomen op de cliënt en zijn omgeving Beoordelingseenheid C: Werken als ontwerper Beoordelingseenheid D: Ondersteunen bij regie Overkoepelende proeve Vooruitkijken Toetsopdrachten Toetsopdrachten Toetsopdrachten Toetsopdracht Toetsopdracht Een Van Inzicht in en Werken met het schone hulpverlenings aansturen van hulpverleningsplan Uitvoeren van en plan naar het mentortaken veilige praktijk groepsproces ruimte a 2b 3a 3b 4a 4b 1a 1b 1c 2 1a 2a 2b 2 1 KERNTAAK 2: OPVOEDEN EN ONTWIKKELEN VAN HET KIND/DE JONGERE Werkprocessen Competenties 2.1 Biedt het Aansturen kind/de jongere opvang Begeleiden Aandacht en begrip tonen Samenwerken en overleggen Omgaan met verandering en aanpassen 2.2 Biedt het Begeleiden kind/de jongere Ethisch en integer persoonlijke verzorging handelen Op de behoeften en verwachtingen van de klant richten Instructies en procedures opvolgen 16

17 De reflecterende beroepsbeoefenaar Regie voeren over de dagelijkse praktijk Contact met ouder/verzorger Contact leggen of onderhouden met het netwerk op het gebied van werk of scholing of vrije tijd Voortgangsgesprekken (Bege)leiden van de groep Aanbevelingen voor het bijstellen van het hulpverleningsplan Schrijven en uitvoeren van het plan van aanpak op het gebied van vrije tijd Schrijven en uitvoeren van het plan van aanpak op het gebied van werk of scholing Aansturen van het groepsproces Beschrijving van de groep en het groepsproces Schrijven en uitvoeren van plan van aanpak op het gebied van huishoudelijke werkzaamheden Schrijven en uitvoeren van plan van aanpak op het gebied van persoonlijke verzorging Verdieping in het kind/de jongere Intakeprocedure en intakegesprek Kiezen van spel en/of speelmateriaal Voorbereiden en uitvoeren van activiteiten Een schone en veili keuken Een schone en veilige leefruimte Bouwen aan contact Pedagogisch Medewerker 4 Jeugdzorg Beoordelingseenheid A: Begeleiden bij dagelijkse bezigheden Beoordelingseenheid B: Inzoomen op de cliënt en zijn omgeving Beoordelingseenheid C: Werken als ontwerper Beoordelingseenheid D: Ondersteunen bij regie Overkoepelende proeve Vooruitkijken Toetsopdrachten Toetsopdrachten Toetsopdrachten Toetsopdracht Toetsopdracht Een schone en veilige ruimte Van hulpverlenings plan naar praktijk Inzicht in en aansturen van het groepsproces Werken met het hulpverleningsplan Uitvoeren van mentortaken 1 2a 2b a 3b 4a 4b 1a 1b 1c 2 1a 1b 1c 2 1 KERNTAAK 2: OPVOEDEN EN ONTWIKKELEN VAN HET KIND/DE JONGERE Werkprocessen Competenties 2.3 Draagt zorg voor de Begeleiden ruimte en huishoudelijke Materialen en werkzaamheden R middelen inzetten Instructies en procedures opvolgen 2.4 Biedt het Begeleiden kind/de jongere Materialen en ontwikkelingsgerichte middelen inzetten activiteiten aan Plannen en organiseren 2.5 Ondersteunt het Begeleiden kind/de jongere bij werk, Samenwerken en scholing en vrije tijd overleggen 17

18 Kiezen van spel en/of speelmateriaal Voorbereiden en uitvoeren van activiteiten Een schone en veili keuken Een schone en veilige leefruimte Bouwen aan contact Schrijven en uitvoeren van het plan van aanpak op het gebied van vrije tijd Schrijven en uitvoeren van het plan van aanpak op het gebied van werk of scholing Aansturen van het groepsproces Beschrijving van de groep en het groepsproces Schrijven en uitvoeren van plan van aanpak op het gebied van huishoudelijke werkzaamheden Schrijven en uitvoeren van plan van aanpak op het gebied van persoonlijke verzorging Verdieping in het kind/de jongere Intakeprocedure en intakegesprek Kiezen van spel en/of speelmateriaal Voorbereiden en uitvoeren van activiteiten Een schone en veili keuken Een schone en veilige leefruimte Bouwen aan contact Pedagogisch Medewerker 4 Jeugdzorg Beoordelingseenheid A: Begeleiden bij dagelijkse bezigheden Beoordelingseenheid B: Inzoomen op de cliënt en zijn omgeving Beoordelingseenheid C: Werken als ontwerper Beoordelingseenheid D: Ondersteunen bij regie Overkoepelende proeve Vooruitkijken Toetsopdrachten Toetsopdrachten Toetsopdrachten Toetsopdracht Toetsopdracht Een schone en veilige ruimte Van hulpverlenings plan naar praktijk Inzicht in en aansturen van het groepsproces Werken met het hulpverleningsplan Uitvoeren van mentortaken 1 2a 2b a 3b 4a 4b 1a 1b 1c 2 1a 2a 2b 2 1 KERNTAAK 3: UITVOEREN VAN ORGANISATIE- EN PROFESSIEGEBONDEN TAKEN Werkprocessen Competenties 3.1 Werkt aan deskundigheidbevordering en professionalisering van het beroep 3.2 Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg 3.3 Stemt de werkzaamheden af met betrokken 3.8 Evalueert de werkzaamheden Instructies en procedures opvolgen Samenwerken en overleggen Plannen en organiseren Formuleren en rapporteren Analyseren R Reken- en wiskundige elementen zijn meegenomen in dit werkproces 18

19 Monsters verzamelen voor diagnostiek Wonden verzorgen Medicijnen distribueren en toedienen Eerste hulp bij ademstilstand en circulatiestilstand Eerste hulp bij verwonding, verslikking, verstikking en vergiftiging De reflecterende beroepsbeoefenaar Kwaliteitsslag: individuele cliënt Kwaliteitsslag: groep/eenheid Uitvoeren van de plannen van aanpak Plannen van aanpak schrijven voor groep/eenheid en individuele cliënt Evalueren en bijstellen Begeleiden vanuit het activiteitenplan Van begeleidingsplan tot activiteitenplan Een begeleidingsplan schrijven Ondersteunen bij de ontwikkeling op gebied van wonen en huishouden Ondersteunen bij de ontwikkeling op het gebied van persoonlijke verzorging Inkopen doen Ondersteunen bij werk/ dagbesteding, scholing of vrije tijd Ondersteunen bij wonen en huishouden Ondersteunen bij persoonlijke zorg op maat Persoonlijk Begeleider Gehandicaptenzorg Beoordelingseenheid A: Begeleiden bij dagelijkse bezigheden Beoordelingseenheid B: Inzoomen op cliënt en zijn omgeving Beoordelingseenheid C: Werken als ontwerper Beoordelingseenheid D: Ondersteunen bij regie Overkoepelende proeve Vooruitkijken Overkoepelende proeve Verpleegtechnisch handelen Toetsopdrachten Toetsopdrachten Toetsopdrachten Toetsopdracht Toetsopdrachten Toetsopdrachten Spil in het web Verlenen van eerste hulp a 1b KERTAAK 1: OPSTELLEN VAN EEN PLAN VAN AANPAK KERNTAAK 2: BIEDEN VAN ONDERSTEUNENDE, ACTIVERENDE BEGELEIDING EN ZORG Werkprocessen Competenties 1.1 Inventariseert hulpvragen van de cliënt* 1.2 Schrijft het plan van aanpak* 1.3 Specificeert het plan van aanpak tot een activiteitenplan 2.1 Ondersteunt de cliënt bij de persoonlijke verzorging 2.2 Ondersteunt de cliënt bij wonen en huishouden* Aandacht en begrip tonen Onderzoeken Samenwerken en overleggen Formuleren en rapporteren Analyseren Formuleren en rapporteren Plannen en organiseren Op de behoeften en verwachtingen van de klant richten Begeleiden Aandacht en begrip tonen Ethisch en integer handelen Begeleiden Materialen en middelen inzetten Op de behoeften en verwachtingen van de klant richten Instructies en procedures opvolgen 19

20 Monsters verzamelen voor diagnostiek Wonden verzorgen Medicijnen distribueren en toedienen Eerste hulp bij ademstilstand en circulatiestilstand Eerste hulp bij verwonding, verslikking, verstikking en vergiftiging De reflecterende beroepsbeoefenaar Kwaliteitsslag: individuele cliënt Kwaliteitsslag: groep/eenheid Uitvoeren van de plannen van aanpak Plannen van aanpak schrijven voor groep/eenheid en individuele cliënt Evalueren en bijstellen Begeleiden vanuit het activiteitenplan Van begeleidingsplan tot activiteitenplan Een begeleidingsplan schrijven Ondersteunen bij de ontwikkeling op gebied van wonen en huishouden Ondersteunen bij de ontwikkeling op het gebied van persoonlijke verzorging Inkopen doen Ondersteunen bij werk/ dagbesteding, scholing of vrije tijd Ondersteunen bij wonen en huishouden Ondersteunen bij persoonlijke zorg op maat Persoonlijk Begeleider Gehandicaptenzorg Beoordelingseenheid A: Begeleiden bij dagelijkse bezigheden Beoordelingseenheid B: Inzoomen op cliënt en zijn omgeving Beoordelingseenheid C: Werken als ontwerper Beoordelingseenheid D: Ondersteunen bij regie Overkoepelende proeve Vooruitkijken Overkoepelende proeve Verpleegtechnisch handelen Toetsopdrachten Toetsopdrachten Toetsopdrachten Toetsopdracht Toetsopdrachten Toetsopdrachten Spil in het web Verlenen van eerste hulp a 1b KERNTAAK 2: BIEDEN VAN ONDERSTEUNENDE, ACTIVERENDE BEGELEIDING EN ZORG Werkprocessen Competenties 2.3 Ondersteunt de cliënt bij dagbesteding* 2.4 Begeleidt een groep cliënten op sociaalmaatschappelijk gebied 2.5 Ondersteunt de cliënt bij het voeren van de regie over zijn leven 2.6 Ondersteunt het sociale systeem 2.7 Voert verpleegtechnische handelingen uit Begeleiden Aandacht en begrip tonen Materialen en middelen inzetten Plannen en organiseren Begeleiden Samenwerken en overleggen Materialen en middelen inzetten Plannen en organiseren Omgaan met verandering en aanpassen Aansturen Overtuigen en beïnvloeden Begeleiden Omgaan met verandering en aanpassen Materialen en middelen inzetten Instructies en procedures opvolgen 20

21 Monsters verzamelen voor diagnostiek Wonden verzorgen Medicijnen distribueren en toedienen Eerste hulp bij ademstilstand en circulatiestilstand Eerste hulp bij verwonding, verslikking, verstikking en vergiftiging De reflecterende beroepsbeoefenaar Kwaliteitsslag: individuele cliënt Kwaliteitsslag: groep/eenheid Uitvoeren van de plannen van aanpak Plannen van aanpak schrijven voor groep/eenheid en individuele cliënt Evalueren en bijstellen Begeleiden vanuit het activiteitenplan Van begeleidingsplan tot activiteitenplan Een begeleidingsplan schrijven Ondersteunen bij de ontwikkeling op gebied van wonen en huishouden Ondersteunen bij de ontwikkeling op het gebied van persoonlijke verzorging Inkopen doen Ondersteunen bij werk/ dagbesteding, scholing of vrije tijd Ondersteunen bij wonen en huishouden Ondersteunen bij persoonlijke zorg op maat Persoonlijk Begeleider Gehandicaptenzorg Beoordelingseenheid A: Begeleiden bij dagelijkse bezigheden Beoordelingseenheid B: Inzoomen op cliënt en zijn omgeving Beoordelingseenheid C: Werken als ontwerper Beoordelingseenheid D: Ondersteunen bij regie Overkoepelende proeve Vooruitkijken Overkoepelende proeve Verpleegtechnisch handelen Toetsopdrachten Toetsopdrachten Toetsopdrachten Toetsopdracht Toetsopdrachten Toetsopdrachten Spil in het web Verlenen van eerste hulp a 1b KERNTAAK 3: UITVOEREN VAN ORGANISATIE- EN PROFESSIEGEBONDEN TAKEN Werkprocessen Competenties 3.1 Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.2 Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg 3.3 Stemt de werkzaamheden af met betrokkenen 3.4 Voert coördinerende taken uit 3.5 Evalueert de geboden ondersteuning* Instructies en procedures opvolgen Samenwerken en overleggen Plannen en organiseren Samenwerken en overleggen Plannen en organiseren Aandacht en begrip tonen Formuleren en rapporteren Analyseren R Reken- en wiskundige elementen zijn meegenomen in dit werkproces Beoordelingseenheid A is definitief. 21

22 De reflecterende beroepsbeoefenaar Kwaliteitsslag: individuele cliënt Kwaliteitsslag: groep/eenheid Uitvoeren van de plannen van aanpak Plannen van aanpak schrijven voor groep/eenheid en individuele cliënt Evalueren en bijstellen Begeleiden vanuit het activiteitenplan Van begeleidingsplan tot activiteitenplan Een begeleidingsplan schrijven Ondersteunen bij de ontwikkeling op gebied van wonen en huishouden Ondersteunen bij de ontwikkeling op het gebied van persoonlijke verzorging Inkopen doen Ondersteunen bij werk/ dagbesteding, scholing of vrije tijd Ondersteunen bij wonen en huishouden Ondersteunen bij persoonlijke zorg op maat Persoonlijk Begeleider Specifieke Doelgroepen Beoordelingseenheid A: Begeleiden bij dagelijkse bezigheden Beoordelingseenheid B: Inzoomen op cliënt en zijn omgeving Beoordelingseenheid C: Werken als ontwerper Beoordelingseenheid D: Ondersteunen bij regie Overkoepelende proeve Vooruitkijken Toetsopdrachten Toetsopdrachten Toetsopdrachten Toetsopdracht Toetsopdrachten Spil in het web KERTAAK 1: OPSTELLEN VAN EEN PLAN VAN AANPAK Werkprocessen Competenties 1.1 Inventariseert hulpvragen van de cliënt* 1.2 Schrijft het plan van aanpak* 1.3 Specificeert het plan van aanpak tot een activiteitenplan Aandacht en begrip tonen Onderzoeken Samenwerken en overleggen Formuleren en rapporteren Analyseren Formuleren en rapporteren Plannen en organiseren Op de behoeften en verwachtingen van de klant richten 22

23 De reflecterende beroepsbeoefenaar Kwaliteitsslag: individuele cliënt Kwaliteitsslag: groep/eenheid Uitvoeren van de plannen van aanpak Plannen van aanpak schrijven voor groep/eenheid en individuele cliënt Evalueren en bijstellen Begeleiden vanuit het activiteitenplan Van begeleidingsplan tot activiteitenplan Een begeleidingsplan schrijven Ondersteunen bij de ontwikkeling op gebied van wonen en huishouden Ondersteunen bij de ontwikkeling op het gebied van persoonlijke verzorging Inkopen doen Ondersteunen bij werk/ dagbesteding, scholing of vrije tijd Ondersteunen bij wonen en huishouden Ondersteunen bij persoonlijke zorg op maat Persoonlijk Begeleider Specifieke Doelgroepen Beoordelingseenheid A: Begeleiden bij dagelijkse bezigheden Beoordelingseenheid B: Inzoomen op cliënt en zijn omgeving Beoordelingseenheid C: Werken als ontwerper Beoordelingseenheid D: Ondersteunen bij regie Overkoepelende proeve Vooruitkijken Toetsopdrachten Toetsopdrachten Toetsopdrachten Toetsopdracht Toetsopdrachten Spil in het web KERNTAAK 2: BIEDEN VAN ONDERSTEUNENDE, ACTIVERENDE BEGELEIDING EN ZORG Werkprocessen Competenties 2.1 Ondersteunt de cliënt bij de persoonlijke verzorging 2.2 Ondersteunt de cliënt bij wonen en huishouden* 2.3 Ondersteunt de cliënt bij dagbesteding* 2.4 Begeleidt een groep cliënten op sociaalmaatschappelijk gebied Begeleiden Aandacht en begrip tonen Ethisch en integer handelen Begeleiden Materialen en middelen inzetten Op de behoeften en verwachtingen van de klant richten Instructies en procedures opvolgen Begeleiden Aandacht en begrip tonen Materialen en middelen inzetten Plannen en organiseren Begeleiden Samenwerken en overleggen Materialen en middelen inzetten Plannen en organiseren Omgaan met verandering en aanpassen 23

24 De reflecterende beroepsbeoefenaar Kwaliteitsslag: individuele cliënt Kwaliteitsslag: groep/eenheid Uitvoeren van de plannen van aanpak Plannen van aanpak schrijven voor groep/eenheid en individuele cliënt Evalueren en bijstellen Begeleiden vanuit het activiteitenplan Van begeleidingsplan tot activiteitenplan Een begeleidingsplan schrijven Ondersteunen bij de ontwikkeling op gebied van wonen en huishouden Ondersteunen bij de ontwikkeling op het gebied van persoonlijke verzorging Inkopen doen Ondersteunen bij werk/ dagbesteding, scholing of vrije tijd Ondersteunen bij wonen en huishouden Ondersteunen bij persoonlijke zorg op maat Persoonlijk Begeleider Specifieke Doelgroepen Beoordelingseenheid A: Begeleiden bij dagelijkse bezigheden Beoordelingseenheid B: Inzoomen op cliënt en zijn omgeving Beoordelingseenheid C: Werken als ontwerper Beoordelingseenheid D: Ondersteunen bij regie Overkoepelende proeve Vooruitkijken Toetsopdrachten Toetsopdrachten Toetsopdrachten Toetsopdracht Toetsopdrachten Spil in het web KERNTAAK 2: BIEDEN VAN ONDERSTEUNENDE, ACTIVERENDE BEGELEIDING EN ZORG Werkprocessen Competenties 2.5 Ondersteunt de cliënt bij het voeren van de regie over zijn leven 2.6 Ondersteunt het sociale systeem 2.7 Voert verpleegtechnische handelingen uit Aansturen Overtuigen en beïnvloeden Begeleiden Omgaan met verandering en aanpassen Materialen en middelen inzetten Instructies en procedures opvolgen 24

25 De reflecterende beroepsbeoefenaar Kwaliteitsslag: individuele cliënt Kwaliteitsslag: groep/eenheid Uitvoeren van de plannen van aanpak Plannen van aanpak schrijven voor groep/eenheid en individuele cliënt Evalueren en bijstellen Begeleiden vanuit het activiteitenplan Van begeleidingsplan tot activiteitenplan Een begeleidingsplan schrijven Ondersteunen bij de ontwikkeling op gebied van wonen en huishouden Ondersteunen bij de ontwikkeling op het gebied van persoonlijke verzorging Inkopen doen Ondersteunen bij werk/ dagbesteding, scholing of vrije tijd Ondersteunen bij wonen en huishouden Ondersteunen bij persoonlijke zorg op maat Persoonlijk Begeleider Specifieke Doelgroepen Beoordelingseenheid A: Begeleiden bij dagelijkse bezigheden Beoordelingseenheid B: Inzoomen op cliënt en zijn omgeving Beoordelingseenheid C: Werken als ontwerper Beoordelingseenheid D: Ondersteunen bij regie Overkoepelende proeve Vooruitkijken Toetsopdrachten Toetsopdrachten Toetsopdrachten Toetsopdracht Toetsopdrachten Spil in het web KERNTAAK 3: UITVOEREN VAN ORGANISATIE- EN PROFESSIEGEBONDEN TAKEN Werkprocessen Competenties 3.1 Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionaliserin g van het beroep 3.2 Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg 3.3 Stemt de werkzaamheden af met betrokkenen 3.4 Voert coördinerende taken uit R 3.5 Evalueert de geboden ondersteuning Instructies en procedures opvolgen Samenwerken en overleggen Plannen en organiseren Samenwerken en overleggen Plannen en organiseren Aandacht en begrip tonen Formuleren en rapporteren Analyseren 25