HET STABILITEITSPROGRAMMA

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "HET STABILITEITSPROGRAMMA"

Transcriptie

1 HET STABILITEITSPROGRAMMA VAN BELGIË ( )

2 Voorwoord Het stabiliteitsprogramma van België legt de krachtlijnen en de doelstellingen vast voor het begrotingsbeleid in de periode Het moet samen gelezen worden met het nationaal hervormingsprogramma. Beide programma s vormen het nationaal begrotingsplan op middellange termijn. Het werd opgemaakt met als leidraad het document "Guidelines on the format and content of Stability and Convergence Programmes" van 3 september In toepassing van de samenwerkingsovereenkomst van 13 december 2013 is het stabiliteitsprogramma gebaseerd op het besluit en het overleg van het Overlegcomité van 30 april Op 30 april 2014 heeft de Ministerraad het stabiliteitsprogramma goedgekeurd. Aangezien er op zondag 25 mei 2014 federale en gewestverkiezingen zijn, bestaat het stabiliteitsprogramma uit een louter indicatief traject zowel voor de globale begrotingsdoelstelling als voor de verdeling van de doelstellingen over de verscheidene beleidsniveaus, waarover de volgende regeringen opnieuw zullen moeten overleggen en een beslissing nemen overeenkomstig de procedure voorzien in het samenwerkingsakkoord van 13 december 2013.

3 Inhoud 1 Inleiding Economische situatie en macro-economische hypothesen De internationale economische omgeving De evolutie van de conjunctuur in België De economische vooruitzichten van het Federaal Planbureau Saldo en schuld van de gezamenlijke overheid Krachtlijnen van het begrotingsbeleid De overheidsfinanciën op middellange termijn De evolutie van het structureel saldo Een vertaling naar nominale saldi Indicatieve verdeling van het traject De vermindering van de schuldgraad is in lijn met de Europese vereisten Vergelijking met het stabiliteitsprogramma en sensitiviteitsanalyse Vergelijking met het stabiliteitsprogramma Gevoeligheidsanalyse Realisaties Begroting Globale doelstelling Entiteit I Entiteit II Houdbaarheid van de overheidsfinanciën De budgettaire kost van de vergrijzing Het referentiescenario van de SCvV... 27

4 4.2 Beleidsstrategie Contingent liabilities Entiteit I Entiteit II Kwaliteit van de overheidsfinanciën De werkgelegenheid van oudere werknemers bevorderen Werken financieel aantrekkelijker maken en de koopkracht behouden De verlaging van de loonlasten voor de ondernemingen Het concurrentievermogen van de ondernemingen stimuleren Een meer evenwichtige fiscaliteit Het beheersen van de uitgaven Institutionele aspecten van de overheidsfinanciën Aanpassing van het begrotingskader aan de Europese regels De zesde staatshervorming... 51

5 1 Inleiding Sinds de federale regering in december 2011 is aangetreden, heeft ze de Staat hervormd, de overheidsfinanciën gesaneerd en sociale en economische hervormingen doorgevoerd. De zesde staatshervorming is goedgekeurd. De overheidsfinanciën zitten op het goede spoor. Verschillende sociale en economische hervormingen werden opgestart of uitgevoerd. In het raam van het beleid EU2020 zal België zich blijven inzetten voor een beleid dat de dynamiek van de economie wil verbeteren en aldus het maatschappelijk welzijn wil behouden. Net als in andere landen werden de overheidsfinanciën in België getroffen door de financiële crisis in 2008 en de economische crisis die eruit volgde. In 2009 heeft de Europese Commissie een procedure opgestart tegen België wegens een buitensporig begrotingstekort. Ondanks grote saneringsmaatregelen kon het buitensporig tekort niet op tijd worden weggewerkt. Daarop is België in juni 2013 in gebreke gesteld door de Raad van de Europese Unie. Het moest alle maatregelen nemen om zijn nominaal tekort terug te brengen tot 2,7 % van het bbp. Volgens de notificatie van april 2014 van het Instituut voor de Nationale Rekeningen zou het tekort in ,6 % van het bbp bedragen. In de komende weken zal de Europese Commissie beslissen of België uit de procedure bij buitensporige tekorten mag treden. Voor het eerst houdt het stabiliteitsprogramma rekening met het samenwerkingsakkoord van 13 december 2013 tussen de Federale Overheid, de Gemeenschappen, de Gewesten en de Gemeenschapscommissies betreffende de uitvoering van artikel 3, 1, van het Verdrag inzake stabiliteit, coördinatie en bestuur in de Economische en Monetaire Unie. In maart 2014 heeft de Afdeling Financieringsbehoeften van de overheid van de Hoge Raad van Financiën een advies uitgebracht over de globale begrotingsdoelstelling en de verdeling ervan over de verschillende overheidsniveaus. Het Overlegcomité heeft zich op dit advies gebaseerd om te overleggen over de globale begrotingsdoelstelling en de verdeling ervan in nominale en structurele termen. België heeft een begrotingsobjectief goedgekeurd om het structureel tekort te beperken tot - 1,4 % van het bbp voor Dit komt overeen met een nominaal tekort van -2,15 % van het bbp zoals gepland in het ontwerpbegrotingsplan. Vanaf 2015 zou het structureel saldo elk jaar moeten verbeterd worden met bijkomend 0,7 % van het bbp. Dit zou het mogelijk 1

6 moeten maken in 2016 een structureel evenwicht te bereiken en in 2017 een structureel overschot van 0,75 % van het bbp, wat overeenkomt met de middellangetermijndoelstelling. Dit traject zorgt voor een continue daling van de schuldgraad. Dit globaal traject met begrotingsobjectieven wordt verdeeld onder de verschillende entiteiten van de Belgische overheid. De verdeling die in aanmerking wordt genomen houdt rekening met de zesde staatshervorming. Ze houdt bijgevolg rekening met het mechanisme waarbij entiteit II bijdraagt aan de sanering van de overheidsfinanciën en aan het opvangen van de kosten van de vergrijzing zoals bepaald in de nieuwe bijzondere financieringswet. Aangezien er op zondag 25 mei 2014 federale en gewestverkiezingen zijn, bestaat het stabiliteitsprogramma uit een louter indicatief traject zowel voor de globale begrotingsdoelstelling als voor de verdeling van de doelstellingen over de verscheidene beleidsniveaus, waarover de volgende regeringen opnieuw zullen moeten overleggen en een beslissing nemen overeenkomstig de procedure voorzien in het samenwerkingsakkoord van 13 december Het is ook aan hen dat de verantwoordelijkheid toekomt om de nodige maatregelen te nemen om de aldus vastgelegde doelstellingen te realiseren. Deze maatregelen zullen in detail worden gegeven in hun meerjarenbegrotingsprogramma's. De Zesde staatshervorming is goedgekeurd. Hierdoor wordt een omvangrijk pakket bevoegdheden van het federaal niveau naar de gemeenschappen en de gewesten overgedragen. Als resultaat van deze overdracht zullen de gemeenschappen en de gewesten op deze gebieden een eigen samenhangend beleid kunnen voeren in lijn met de bevoegdheden die ze reeds gekregen hebben. De regering heeft van de economische relance een prioriteit gemaakt. Dit is in lijn met de aanbeveling van de Hoge Raad van Financiën. Deze beveelt aan dat het traject moet worden aangevuld met een beleid ter versterking van het groei- en tewerkstellingspotentieel. Daartoe heeft de federale regering, in samenspraak met de gemeenschappen en de gewesten en de sociale partners, het initiatief genomen een competitiviteits-, tewerkstellings- en relancepact uit te werken. 2

7 2 Economische situatie en macro-economische hypothesen 2.1 De internationale economische omgeving Aan de verslapping van de mondiale activiteit in 2011 kwam in de tweede helft van 2013 een einde. De groei was steviger in de geavanceerde economieën, in het bijzonder in de Verenigde Staten, zowel als in meerdere opkomende economieën. Verschillende factoren hebben de heropleving van de wereldwijde economische groei in de hand gewerkt, zoals de nieuwe versoepeling van de monetaire politiek in de VS, het minder restrictieve begrotingsbeleid in de eurozone of de expansieve monetaire en budgettaire politiek in Japan. De spanningen op de financiële markten zijn ook afgenomen. Volgens de wintervooruitzichten van de Europese Commissie, bedroeg de mondiale economische groei 2,9 % in Ze zou de volgende jaren nog oplopen tot 3,6 % in 2014 en 3,9 % in De Europese economie geraakte uit de recessie in de lente van In de loop van de drie resterende kwartalen van het jaar werd een lichte groei van het bbp geregistreerd. Rekening houdend met een zeer laag beginpunt, werd in 2013 nog een vermindering van de activiteit met 0,4 % waargenomen in de eurozone en ging het bbp licht vooruit met 0,1% in de Europese Unie (EU), volgens de wintervooruitzichten van de Europese Commissie. In de context van de versnelling van de wereldwijde activiteit, zou de groei van het bbp krachtiger zijn in Hij zou in de eurozone 1,2 % en in de Europese Unie 1,5% bedragen. De Europese groei zou nog versnellen in 2015 om uiteindelijk 1,8% in de eurozone en 2 % in de Europese Unie te bedragen. De binnenlandse vraag zou het voortouw moeten nemen op de uitvoer als motor van de economische groei. De evolutie van de indicatoren van het ondernemers- en consumentenvertrouwen bevestigt bovendien deze vooruitzichten van de versterking van de groei. Niettegenstaande de versterking van de groei in de meest kwetsbare landen, blijven de verschillen in groei tussen de lidstaten bestaan. Deze verschillen zijn een weergave van de ongelijke ervaringen van de landen tijdens de economische en financiële crisis en hun behoeften aan interne of externe aanpassingen. Er wordt niettemin verwacht dat deze uiteenlopende evoluties in de loop van de tijd zullen afnemen. 3

8 Zelfs als het Belgische bbp tegen hetzelfde tempo is gestegen als het gemiddelde van de drie voornaamste buurlanden, dan verbergt dit gemiddelde eveneens uiteenlopende evoluties. De prestaties van Frankrijk zijn vergelijkbaar met die van België. De groei was sterker in Duitsland, waar het bbp met 0,4 % toenam. In Nederland, daarentegen, ging het bbp met 1,1 % achteruit. 2.2 De evolutie van de conjunctuur in België Na meerdere kwartalen van stagnering of achteruitgang, heeft de economische activiteit in België weer aangeknoopt met een positieve groei sinds het tweede kwartaal van Deze opleving is gebaseerd op een toename van de uitvoer en een herstel van de privéconsumptie. Over het hele jaar is het bbp met 0,2 % gegroeid, terwijl het in 2012 met 0,1 % afnam. De eerder bescheiden stijging van de activiteit in 2013 wordt vooral verklaard door de doorwerking van de negatieve groei in het begin van het jaar. Het Belgisch bbp heeft zich in het eerste kwartaal van 2013 gestabiliseerd, voornamelijk ten gevolge van de traditionele vermindering van de overheidsinvesteringen na lokale verkiezingen. Het bbp nam nadien toe met 0,2 % in de loop van het tweede kwartaal (kwartaal-op-kwartaalgroei). Dit groeipercentage is vervolgens, in navolging van de gehele eurozone, gaandeweg versterkt om uiteindelijk 0,3 % te bedragen in het derde kwartaal en 0,4% in het laatste kwartaal. Het ondernemers- en consumentenvertrouwen is parallel aan deze herneming van de conjunctuur verbeterd. De barometer van de Nationale Bank van België, die het vertrouwen van de ondernemers meet, heeft zich sinds het tweede kwartaal van 2013 duidelijk hersteld. De graadmeter van het consumentenvertrouwen is eveneens gevoelig verbeterd na de forse verslechtering die eind 2012 vastgesteld werd. De indicator nam evenwel af in maart 2014, na de aankondiging van meerdere herstructureringen van ondernemingen. 2.3 De economische vooruitzichten van het Federaal Planbureau Het begrotingstraject van dit stabiliteitsprogramma is gestoeld op een voorafbeelding van maart 2014 van de economische vooruitzichten op middellange termijn voor de periode van het Federaal Planbureau. Wat de korte termijn betreft (de jaren 2014 en 2015), 4

9 zijn deze ramingen gebaseerd op de economische begroting van februari 2014, die aangepast werd om rekening te houden met de meest recente ontwikkelingen. De cijfers aangaande het internationaal economisch klimaat in 2014 en 2015 zijn gebaseerd op de wintervooruitzichten van de Europese Commissie. Voor de volgende jaren bouwt het Federaal Planbureau voort op de economische vooruitzichten van de Europese Commissie, uitgevoerd in het kader van het Europees semester in februari Volgens deze ramingen zou het bbp van de eurozone, na een stijging met 1,2 % in 2014 en met 1,8 % in 2015, blijven stijgen met een jaarlijks gemiddelde van 1,5 % over de periode Dit scenario steunt op de hypothese dat de output gap in 2018 zal worden gedicht. De wintervooruitzichten van de Europese Commissie voor 2014 en 2015 dienen als basis voor de hypotheses inzake de olieprijs en inzake de wisselkoers van de euro ten opzichte van de dollar. Er wordt verwacht dat de wisselkoers van de euro zich na 2015 zal stabiliseren en dat de olieprijs zal verhogen met een jaarlijks reëel groeipercentage tussen 1,5 % en 2 %. Het internationaal scenario blijft echter onderhevig aan meerdere onzekerheden. Het stopzetten van de expansieve monetaire politiek in de VS, een heropleving van de Europese schuldencrisis of een inzakking van de Chinese economische groei zouden de herneming van de Europese activiteit kunnen afremmen. Daartegenover zou de mondiale economie sterker kunnen blijken dan voorzien in het geval van een sneller herstel van het vertrouwen in de eurozone of van een grotere toename van de investeringen in de VS. Tabel 1: Externe omgeving: basishypothesen Interestvoet korte termijn (jaarlijks gemiddelde) 0,2 0,3 0,4 0,9 1,5 Interestvoet lange termijn (jaarlijks gemiddelde) 2,7 2,6 2,9 3,3 3,5 Wisselkoers USD/ x 100 (jaarlijks gemiddelde) 132,8 135,7 135,7 135,7 135,7 Nominale effectieve wisselkoers (2005=100) 103,3 103,9 104,2 104,2 104,2 Bbp-groei wereld (exclusief EU) (%) 3,6 4,1 4,4 4,6 4,6 Bbp-groei EU (%) 0,1 1,5 2 1,5 1,6 Groei van relevante buitenlandse markten (%) 1,4 4,4 5,8 5 5 Wereldimport in volume (exclusief EU) 3,5 5,4 6,1 7,2 7,1 Olieprijs (USD) 108,7 104,1 99,6 102,2 104,9 Bron : Federaal Planbureau 5

10 Het Federaal Planbureau verwacht een groei van het Belgisch bbp met 1,4 % in 2014 en met 1,8 % in Deze ramingen liggen in lijn met de wintervooruitzichten van de Europese Commissie. De economische activiteit zou in 2014, zoals in de voorgaande jaren, dynamischer zijn in België dan in de eurozone. In 2015 zou het groeitempo van het bbp echter vergelijkbaar zijn met dat van de eurozone. In de loop van de periode , zou het Belgisch bbp met gemiddeld 1,6% stijgen, d.w.z. aan een ietwat hoger tempo dan het gemiddelde van de eurozone. De output gap, die zeer negatief was in 2013 (-2,3 % van het bbp), zou gaandeweg verkleinen om naar het einde van de periode toe te verdwijnen. Tabel 2: Macro-economische vooruitzichten % verandering, tenzij anders aangegeven in miljard EUR 1. Bbp-groei tegen constante prijzen 327,8 0,2 1,4 1,8 1,7 1,7 2. Bbp in lopende prijzen (in miljarden euro) 381,7 1,5 2,9 3,5 3,4 3,4 Bestanddelen van de groei 3. Consumptieve bestedingen van de particulieren 171,3 0,6 1,3 1,6 1,6 1,6 4. Consumptieve bestedingen van de overheid 76,1 0,2 1 0,8 1 0,9 5. Bruto vaste kapitaalvorming 63,4-1,6 1,3 3,1 3,1 2,9 6. Veranderingen in voorraden en netto aankoop activa 1,7 1,7 1,7 1,7 1,6 1,6 7. Uitvoer van goederen en diensten 290,1 1,9 3 4,1 3,7 3,7 8. Invoer van goederen en diensten 277,3 1,3 2,7 3,9 3,7 3,6 Bijdrage tot de groei van het bbp 9. Totale finale vraag (3+4+5) -0,1 1,2 1,7 1,7 1,6 10. Veranderingen in voorraden en netto aankoop activa -0, Externe balans van goederen en diensten 0,5 0,3 0,2 0,1 0,1 Bron : Federaal Planbureau In 2012 heeft de aantasting van het consumentenvertrouwen geleid tot een daling van de uitgaven voor privé-consumptie met -0,3% en tot een verhoging van de spaarquote. Als gevolg van het herwonnen vertrouwen is de spaarneiging van de huishoudens enigszins afgenomen in 2013 en zou deze in 2014 stabiliseren. De uitgaven voor privé-consumptie zijn in 2013 aan een vergelijkbaar tempo als het reëel beschikbaar inkomen gestegen, namelijk aan 0,6 %, en deze trend zou zich doorzetten in 2014, met een stijging van 1,3 %. De evolutie van deze uitgaven beïnvloedt, rekening houdend met het gewicht ervan, die van de interne vraag gevoelig. Het geleidelijk herstel van de bedrijfsinvesteringen in 2013 was ontoereikend om de achteruitgang in 2012 te compenseren, zodat ze over heel 2013 nog met 0,5 % terugliepen. De stijging ervan zou 2,5 % bedragen in 2014 dank zij de verbetering van het vertrouwen van de ondernemingen, de verhoging van de bezettingsgraad van de productiecapaciteit en de 6

11 gunstige kredietvoorwaarden. De investeringen in woongebouwen zouden een lichte stijging vertonen in 2014, na een daling verleden jaar. Na een beperkte stijging in 2013 (1,9 %) zou de Belgische uitvoer in 2014 opnieuw sterk groeien onder invloed van de sterkere toename van de buitenlandse afzetmarkten en 3 % bedragen. Omwille van de matige toename van de binnenlandse vraag was de stijging van de invoer lager dan die van de uitvoer. De bijdrage van de netto-uitvoer tot de groei zou 0,6 % bedragen in 2013 en 0,2 % in De vertraging van de inflatie, zoals gemeten aan de hand van de nationale consumptieprijsindex, zette door in De verhoging van de consumptieprijzen nam af van 2,8 % in 2012 tot 1,1 % in Die afname is toe te schrijven aan de daling van de onderliggende inflatie en van de prijzen van de energieproducten. De afname van de onderliggende inflatie wordt verklaard door de tragere stijging van de loonkosten en de wijzigingen die zijn aangebracht aan de berekening van de prijsindex, terwijl de daling van de energieprijzen het gevolg is van de verlaging van de prijs van de petroleumproducten en van de toegenomen concurrentie tussen de energieleveranciers. De afname van de inflatie zou doorzetten in 2014; de prijzen zouden met 0,8% stijgen, in het bijzonder als gevolg van de daling van de energieprijzen, die nog versterkt zal worden door de verlaging van de BTW op elektriciteit voor de particulieren. In de periode zou de inflatie in België onder het gemiddelde van de eurozone liggen. Tabel 3: Prijsevolutie % verandering (2005=100) 1. Deflator bbp 116,4 1,4 1,4 1,6 1,6 1,6 2. Deflator consumptieve bestedingen van de particulieren 118,3 1,2 0,9 1,3 1,5 1,6 3. Evolutie HICP 119,6 1,2 0,9 1,3 1,5 1,6 4. Deflator consumptieve bestedingen van de overheid 126 2,1 0,7 1,9 1,8 1,7 5. Deflator investeringen ,7 1,7 1,9 1,9 6. Deflator uitvoer van goederen en diensten 113,2-0,4 0,6 0,9 1,6 1,8 7. Deflator invoer van goederen en diensten 116,3-0,4 0,2 0,8 1,7 2 Bron : Federaal Planbureau 7

12 In 2013 heeft de arbeidsmarkt nog niet de gunstige weerslag kunnen ondervinden van het vanaf het tweede trimester van dat jaar waargenomen conjunctuurherstel. De totale werkgelegenheid is gemiddeld over het jaar gedaald met 0,3 %. Op korte termijn zou de verslechtering van de arbeidsmarkt meer uitgesproken zijn dan tijdens de recessie van , met name wegens de impact van bedrijfsherstructureringen en doordat ondernemingen minder gebruik maakten van mechanismen om arbeidskrachten te behouden. De werkgelegenheidsvooruitzichten zouden samen met de heropleving van de economische activiteit verbeteren. De totale werkgelegenheid zou aldus met 0,3 % toenemen in Deze groei zou op middellange termijn aantrekken tot 0,7 %. De werkgelegenheidsgraad van de bevolking op arbeidsleeftijd (20-64 jaar) zou dalen van 64 % in 2012 tot 63,7 % in 2013, alvorens licht te stijgen tot 63,8 % in De werkloosheidsgraad volgens de Eurostat-definitie zou 8,4 % blijven in de periode Hij zou ruim onder de werkloosheidsgraad van de eurozone blijven (12,1 % in 2013 en 12 % in 2014). Dankzij de verbetering van de situatie op de Belgische arbeidsmarkt zou de werkloosheidsgraad vervolgens geleidelijk afnemen en 7,3 % bedragen op het einde van de projectieperiode. Tabel 4: Evolutie op de arbeidsmarkt % verandering, tenzij anders aangegeven Niveau 1. Binnenlandse werkgelegenheid 4544 a -0,3 0,3 0,7 0,7 0,8 2. Aantal gewerkte uren 7135,4 b -0,4 0,5 0,7 0,6 0,6 3. Werkloosheidsgraad (% definitie Eurostat) 8,4 8,4 8,4 8,3 8,2 7,9 4. Arbeidsproductiviteit per tewerkgestelde persoon 72,1 c 0,4 1,2 1, Arbeidsproductiviteit per gewerkt uur 45,9 d 0,6 0,9 1,1 1,1 1,1 6. Loonkost van werknemers (ESR-code D.1) 201,4 e 1,9 0,9 2,8 3,5 3,3 7. Loonkost per werknemer 53,1 f 2,3 0,7 2 2,6 2,3 a: duizenden; b: miljoen uren; c: duizend EUR; d: EUR; e: miljard EUR; f: duizend EUR Bron : Federaal Planbureau 8

13 3 Saldo en schuld van de gezamenlijke overheid 3.1 Krachtlijnen van het begrotingsbeleid Doelstellingen in structurele termen Bij de opmaak van dit stabiliteitsprogramma is de samenwerkingsovereenkomst van 13 december 2013 toegepast. Op basis van het advies de Afdeling Financieringsbehoeften van de overheid van de Hoge Raad van Financiën van maart 2014 heeft het Overlegcomité overleg gehouden over de globale begrotingsdoelstelling van de gezamenlijke overheid en de verdeling ervan in zowel structurele als nominale termen. Het traject voor de gezamenlijke overheid, zoals voorgesteld door de Afdeling Financieringsbehoeften, stoelt op drie principes. Ten eerste dient het uittreden uit de situatie van buitensporig begrotingstekort duurzaam te zijn. Ten tweede kadert het traject in een verderzetten van de begrotingssanering met oog voor de hoge schuldgraad en de hoge te verwachten vergrijzingskosten in België. Ten derde is er aandacht voor het versterken van het groeipotentieel van de economie en het verbeteren van de werkgelegenheid. In zijn advies stelt de Afdeling Financieringsbehoeften van de overheid van de Hoge Raad van Financiën een verbetering vast van de begrotingsresultaten in In de komende drie jaar moet deze structurele verbetering worden geconsolideerd en voortgezet tegen een stabiel tempo. België behoudt zijn verbintenis om zijn structureel saldo te verbeteren met 0,5 % in Dit komt overeen met de nominale doelstelling uit het ontwerpbegrotingsplan (-2,15 % van het bbp). In 2016 zou een evenwicht in structurele termen moeten worden gehaald. In 2017 zou de middellangtermijndoelstelling (0,75 %) moeten worden gerealiseerd. 9

14 Tabel 5: De doelstellingen voor de periode Omschrijving norm Geraamd / te realiseren structureel saldo % bbp 2013 Geraamd structureel saldo als startpunt -1, Verbetering structureel saldo met 0,5 % -1, Verbetering structureel saldo met 0,7 % -0, Realiseren van een structureel evenwicht Realiseren van een structureel overschot van 0,75 % of de MTO 0,75 De structurele verbetering over de periode bedraagt jaarlijks 0,7 % van het bbp. Tegen 2017 zal het structureel saldo verbeterd worden met 2,7 % van het bbp ten opzichte van Het traject resulteert in het uitstel met een jaar van de middellangetermijndoelstelling in vergelijking met het vorig stabiliteitsprogramma. Het gaat wel verder dan het scenario dat gebaseerd zou zijn op de minimale verbeteringen vereist volgens het preventief luik van het Six-Pack voor landen die niet meer onderhevig zijn aan de procedure bij buitensporige tekorten, namelijk een verbetering van het structureel saldo met minstens 0,5 % per jaar. De spreiding van de structurele verbetering over de drie jaren 2015, 2016 en 2017 laat toe om rekening te houden met het groeiend rendement in de tijd van de structurele maatregelen, voornamelijk in de uitgaven. Het verzekert een meerjarig saneringsproces. Door in 2017 de MTO te halen en dit gedurende meerdere jaren vol te houden zal een behoorlijk deel van de begrotingskost van de vergrijzing kunnen worden geprefinancierd. Schuldvermindering Volgens het hier geschetste traject zal de schuldgraad op middellange termijn in voldoende mate afnemen. De schuldgraad van een land uit de eurozone neemt volgens de Europese regelgeving in voldoende mate af, als het verschil tussen de schuldgraad en de referentiewaarde (60% van het bbp) in de loop van drie jaren met gemiddeld een twintigste per jaar afneemt. Een land moet aan deze regel voldoen na een periode van drie jaar vanaf de correctie van het buitensporige tekort. Als België dus in 2014 uit de procedure bij buitensporige tekorten kan stappen, dan zal het in 2017 moeten voldoen aan het schuldcriterium. Het geschetste traject maakt dit mogelijk. 10

15 De verdeling van het traject onder de entiteiten In een institutionele structuur zoals die van België waar talrijke bevoegdheden en financiële middelen gedecentraliseerd zijn, moet de saneringsinspanning optimaal worden verdeeld. Voortaan gebeurt die verdeling krachtens de samenwerkingsovereenkomst van 13 december Volgens die overeenkomst worden bij het bijwerken van het stabiliteitsprogramma de begrotingsdoelstellingen van de verschillende beleidsniveaus in nominale en in structurele termen verdeeld door een besluit van het Overlegcomité. Dat besluit moet gebaseerd zijn op een advies van de Afdeling Financieringsbehoeften van de Hoge Raad van Financiën. Voortaan moet ook worden rekening gehouden met de nieuwe bijzondere financieringswet. Deze bevat mechanismen voor de gemeenschappen en de gewesten om bij te dragen tot de sanering van de overheidsfinanciën en de kosten van de vergrijzing. Sanering van de overheidsfinanciën als onderdeel van een breder beleid Dit programma focust op de krachtlijnen van het begrotingsbeleid. Na een periode van economische onzekerheid moet het begrotingsbeleid een evenwicht vinden tussen enerzijds de mogelijks negatieve weerslag op korte termijn van een restrictief begrotingsbeleid op de wereldeconomie en anderzijds de positieve weerslag van een dergelijk beleid op de rentelasten en de economische groei door het herstel van het vertrouwen (van de financiële markten). Aan de hand van een gericht relancebeleid en voldoende aandacht voor de concurrentiepositie van onze economie legt de regering zich toe op de versterking van het economisch groeipotentieel en op de bevordering van de werkgelegenheid. In het nationaal hervormingsprogramma worden de belangrijkste aspecten van dit beleid toegelicht. Ze zullen ook worden behandeld in het vijfde deel van dit stabiliteitsprogramma. 11

16 3.2 De overheidsfinanciën op middellange termijn De evolutie van het structureel saldo Het normatieve traject voor de gezamenlijke overheid is gebaseerd op een verbetering van het structurele saldo en op doelstellingen gedefinieerd in structurele termen. Lijn 10 in tabel 6 geeft de doelstellingen van België weer voor de periode De tabel vertaalt deze structurele doelstelling in een nominaal vorderingensaldo. Het te behalen nominaal saldo in een bepaald jaar zal afhangen van de evolutie van de output gap en de impact van eventuele eenmalige maatregelen. De omzetting van de structurele doelstelling in nominale termen hangt af van de raming van de cyclische component en dus van de potentiële groei en de output gap. Deze gegevens komen in onderstaande berekening van de economische vooruitzichten van het Federaal Planbureau. 1 Tabel 6: Samenstelling van het structureel saldo 2 In % bbp Bbp-groei tegen constante prijzen 0,2 1,4 1,8 1,7 1,7 2. Werkelijk vorderingensaldo -2,6-2,1-1,4-0,4 0,6 3. Rentelasten 3,2 3,1 3,0 2,9 2,8 4. Eenmalige en andere tijdelijke maatregelen 0,6 0,3 0,0 0,0 0,0 5. Potentiële bbp-groei 0,9 1,0 1,1 1,3 1,3 6. Output gap -2,3-1,9-1,2-0,7-0,3 7. Cyclische component van de begroting -1,3-1,0-0,7-0,4-0,2 8. Cyclisch gecorrigeerd vorderingensaldo (2-7) -1,3-1,1-0,7 0,0 0,8 9. Cyclisch gecorrigeerd primair saldo (8+3) 1,9 2,0 2,2 2,9 3,6 10. Structureel saldo (8-4) -1,9-1,4-0,7 0,0 0, Een vertaling naar nominale saldi Tabel 6 geeft het vorderingensaldo weer van de gezamenlijke overheid zoals het kan worden afgeleid uit de structurele benadering, rekening houdend met de aangenomen output gap. - 1 De methode die het Federaal Planbureau gebruikt en de verschillen met de prognoses van de Europese Commissie worden toegelicht in de nota "Zijn de prognose door de Europese Commissie en de output gap voor België geloofwaardig?" van het Federaal Planbureau (Igor Lebrun, maart 2014). - 2 Volgens het hier weerhouden indicatief traject wordt de middellange termijndoelstelling (MTO) van 0,75% van het bbp gerealiseerd in

17 Voor 2014 werd het nominale saldo genomen dat vastgelegd werd in het overlegcomité van juli 2013 en het ontwerpbegrotingsplan van oktober 2013 (-2,15 %). De verdeling van de inspanning tussen ontvangsten en uitgaven en tussen de verschillende ontvangsten- en uitgavencategorieën in tabel 7 is louter technisch en indicatief. Gezien de verkiezingen van 25 mei 2014 zullen de volgende regeringen de nodige maatregelen moeten nemen om de objectieven te realiseren. Artikel 9 van de richtlijn 2011/85 verplicht de lidstaten over een meerjarenbegrotingsprogramma te beschikken. Deze bepaling werd in Belgisch recht omgezet in artikel 124/3 van de wet van 22 mei 2003 houdende organisatie van de begrotingen van de comptabiliteit van de federale Staat en artikel 16/12 van de wet van 16 mei 2003 tot vaststelling van de algemene bepalingen die gelden voor de begrotingen, de controle op de subsidies en voor de boekhouding van de gemeenschappen en de gewesten, alsook voor de organisatie van de controle door het Rekenhof. Bij de opmaak van de begroting 2015 zullen de regeringen op deze basis een meerjarenbegrotingsprogramma moeten opmaken dat de hele regeerperiode dekt. Dit programma zal onder meer meerjarenbegrotingsdoelstellingen moeten bevatten, prognoses voor elke grote uitgaven- en ontvangstenpost en een beschrijving van het beleid op middellange termijn. 13

18 Tabel 7: Begrotingsvooruitzichten voor de gezamenlijke overheid (indicatief scenario) Niveau %bbp Vorderingensaldo per deelsector 1. Gezamenlijke overheid ,6-2,1-1,4-0,4 0,6 2. Federale overheid ,5-2,3-1,5-0,4 0,6 3. Gemeenschappen en gewesten -64 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 4. Lokale overheid ,2 0,1 0,1 0,0 0,0 5. Sociale verzekeringsinstellingen 335 0,1 0,0 0,0 0,0 0,0 Gezamenlijke overheid 6. Totale ontvangsten ,0 51,1 51,3 51,7 52,3 7. Totale uitgaven ,6 53,3 52,8 52,2 51,8 8. Vorderingensaldo ,6-2,1-1,4-0,4 0,6 9. Interestbetalingen (EDP) ,2 3,1 3,0 2,9 2,8 10. Primair saldo ,6 1,0 1,6 2,5 3,4 11. Eenmalige en tijdelijke maatregelen ,6 0,3 0,0 0,0 0,0 Belangrijkste componenten van de ontvangsten 12. Totale belastingen ,1 31,1 31,3 31,6 32,0 12a. Belastingen op productie en invoer ,9 12,9 12,8 12,8 12,9 12b. Belastingen op inkomen, vermogen, ,1 17,2 17,7 17,9 18,2 12c. Kapitaalbelastingen ,0 1,1 0,9 0,9 0,9 13. Sociale bijdragen ,3 16,8 16,8 17,0 17,1 14. Inkomen uit vermogen ,1 0,8 0,8 0,8 0,9 15. Andere ,5 2,4 2,3 2,3 2,3 16. Totale ontvangsten ,0 51,1 51,3 51,7 52,3 p.m. Gobale heffing ,0 48,5 48,7 49,2 49,7 Belangrijkste componenten van de uitgaven 17. Consumptieve bestedingen (bezoldigingen en intermediair verbruik) 16,8 16,3 16,0 15,7 15,3 18. Sociale uitkeringen ,5 26,3 26,1 26,0 25,9 waarvan Werkloosheidsuitkeringen ,3 2,2 2,1 2,0 1,9 19. Interestlasten ,2 3,1 3,0 2,9 2,8 20. Subsidies ,6 2,3 2,4 2,4 2,4 21. Bruto-investeringen in vaste activa ,6 1,5 1,6 1,6 1,6 22. Andere ,9 3,7 3,8 3,7 3,7 23. Totale uitgaven ,6 53,3 52,8 52,2 51, Indicatieve verdeling van het traject De verdeling tussen Entiteit I en Entiteit II gebeurt op basis van het principe dat Entiteit II en haar deelentiteiten een nominaal evenwicht moeten hebben in de volledige beschouwde periode, namelijk van 2014 tot en met 2017, met een uitzondering voor de jaren 2014 en 2015, waarin het geheel van de lokale besturen een overschot van 0,1 % van het bbp dient te realiseren. Dit komt overeen met de investeringscyclus van de lokale besturen, waarbij in niet-verkiezingsjaren een overschot dient te worden gerealiseerd om investeringen die vooral voorvallen in verkiezingsjaren te kunnen financieren. 14

19 Tabel 8: Verdeling van het traject 3 In % bpp Entiteit I Structureel saldo -1,8% -1,1% -0,1% 0,7% Vorderingensaldo -2,3% -1,5% -0,4% 0,6% Entiteit II Structureel saldo 0,4% 0,4% 0,2% 0,1% Vorderingensaldo 0,1% 0,1% 0,0% 0,0% Gezamenlijke overheid Structureel saldo -1,4% -0,7% 0,0% 0,7% Vorderingensaldo -2,1% -1,4% -0,4% 0,6% Verdeling van het traject binnen entiteit I Bij entiteit I wordt voor de sociale zekerheid het evenwicht behouden. Er wordt dus uitgegaan van de hypothese dat de federale Staat via een evenwichtsdotatie blijft waarborgen dat er in ESR-termen een evenwicht is in de sociale zekerheid. 4 Verdeling van het traject binnen entiteit II Het evenwichtstraject voor het geheel van de gemeenschappen en gewesten wordt in het voorstel van de Afdeling bereikt door voor elke gemeenschap en elk gewest een nominaal evenwicht voor te schrijven in de periode Op basis van dit nominaal evenwicht wordt dan het structureel saldo berekend per deelentiteit. In haar advies doet de Afdeling een voorstel voor deze berekening. Dit voorstel bestaat er in om de cyclische component van de begroting te verdelen over de verschillende deelentiteiten volgens hun respectieve aandelen in de finale uitgaven. 5 Een overzicht van de structurele en nominale saldi van de verschillende deelentiteiten wordt gegeven in bijlage Volgens het hier weerhouden indicatief traject wordt de middellange termijndoelstelling (MTO) van 0,75% van het bbp gerealiseerd in Deze technische hypothese vormt geen voorafname op de besluitvorming ter zake van de volgende regering. - 5 Dit gebeurt met uitzondering van de werkloosheidsuitgaven die toegewezen worden aan Entiteit I en het (marginale) cyclische bestanddeel bij de ontvangsten dat verdeeld wordt in functie van het aandeel van elke Entiteit in de fiscale ontvangsten. Zie bijlagen 6.3. en 6.4. van het Advies Begrotingstraject ter voorbereiding van het stabiliteitsprogramma , Hoge Raad van Financiën, Afdeling Financieringsbehoeften van de overheid, maart

20 De volgende regeringen zullen opnieuw moeten overleggen en een beslissing nemen, overeenkomstig de procedure voorzien in het samenwerkingsakkoord van 13 december De vermindering van de schuldgraad is in lijn met de Europese vereisten In de jaren voor de financiële en economische crisis was de schuldgraad geleidelijk afgenomen. De financiële en economische crisis heeft de schuldgraad echter opnieuw sterk doen stijgen. Dit was het gevolg van zowel endogene als exogene factoren. Bij afnemend bbp stijgt de schuldgraad bijvoorbeeld zelfs bij gelijkblijvende schulden. Ook werden de landen van de Europese Unie geconfronteerd met grote begrotingstekorten. Zo waren er bepaalde sociale voorzieningen (zoals werkloosheidsuitkeringen) die toenamen in de crisis. Daarnaast moesten de overheden echter ook ingrijpen om de financiële sector te stabiliseren. Daarenboven was er de weerslag op de schuld van de verschillende Europese steunoperaties en -mechanismen. Gezien de hoge schuldgraad en de gevoeligheid van de Belgische economie voor plotse renteschommelingen, had de Belgische regering zich ertoe verbonden de schuldgraad onder de 100 % van het bbp te houden. Daartoe werden talrijke maatregelen genomen. Bij het derde kwartaalrapport in maart 2014 over het buitenmatig tekort werd de schuldgraad geraamd op 99,9 % in 2013 en op 99,6 % voor De consolidatieperimeter werd door het Instituut voor de Nationale Rekeningen echter uitgebreid, zodat de schuldgraad geraamd wordt op 101,5 % in 2013 (notificatie van het INR van april) en op 101,2 % in Voor de komende jaren zal men dankzij een positieve groei en een vermindering van het financieringssaldo kunnen rekenen op een endogene daling van de schuldgraad. Tussen 2014 en 2017 zou er een daling van de schuldgraad met 8 % van het bbp moeten gerealiseerd worden. Dat betekent een daling van de schuldgraad van ongeveer 2,7 % per jaar, wat meer is dan de verplichtingen die voortvloeien uit de Europese regelgeving. 6-6 De regelgeving bepaalt dat de schuld elk jaar moet dalen met een 1/20ste van het verschil tussen de schuldgraad en de drempel van 60 % van het bbp. Deze jaarlijkse daling is berekend als een gemiddelde over drie jaar. Voor een lidstaat die uit de procedure bij buitensporige tekorten treedt, wordt deze vereiste beschouwd als voldaan als die staat voldoende vooruitgang heeft geboekt gedurende een overgangsperiode 16

21 Tabel 9: Bepalende factoren voor de schuldgraad op middellange termijn In % bbp Schuldgraad 101,5 101,2 99,4 96,7 93,2 2. Evolutie van de schuldgraad 0,4-0,3-1,8-2,7-3,5 Bepalende factoren evolutie brutoschuldgraad 3. Primair saldo 0,6 1,0 1,6 2,5 3,4 4. Interestbetalingen 3,2 3,1 3,0 2,9 2,8 5. Exogene factoren die de schuldgraad beïnvloeden -0,7 0,3 0,2 0,2 0,2 p.m. Endogene factoren 1,1-0,6-2,0-2,9-3,7 p.m. Impliciet interestniveau (in %) 3,2 3,1 3,0 3,0 3,0 van drie jaar. Zie artikel 2, 1bis van verordening (EG) nr. 1467/97 over de bespoediging en verduidelijking van de tenuitvoerlegging van de procedure bij buitensporige tekorten. 17

22 3.3 Vergelijking met het stabiliteitsprogramma en sensitiviteitsanalyse Vergelijking met het stabiliteitsprogramma Het saneringstraject dat België voorstelt in het kader van het huidige stabiliteitsprogramma zet de afbouw van het tekort en de overheidsschuld voort in lijn met het vorige stabiliteitsprogramma en beantwoordt aan de eisen ter zake vooropgesteld door de Raad van de Europese Unie. Tabel 10 vergelijkt de groeihypothesen alsook de begrotingsdoelstellingen in de opeenvolgende stabiliteitsprogramma s. De economische groei wordt verwacht relatief vergelijkbaar te zijn met de prognoses van vorig jaar. Er wordt een stijging van de groei verwacht tot 2015 (1,8 %). De groei zou zich stabiliseren vanaf 2016 (1,7 %). België heeft conform de aanbevelingen van de Hoge Raad van Financiën beslist het structureel evenwicht uit te stellen tot In het vorige programma was dit voorzien voor Het doel is de MTO te bereiken in 2017 (0,75 %). De schuldgraad ligt hoger dan wat vorig jaar werd verwacht. Dit kan grotendeels worden verklaard door de uitbreiding van de consolidatieperimeter door het INR in april Vanaf 2014 wordt een continue afbouw van de schuldgraad ingepland. Het blijft noodzakelijk de schuld af te bouwen en begrotingsoverschotten op te bouwen op middellange termijn om de houdbaarheid van de overheidsfinanciën te waarborgen in de context van de vergrijzing van de bevolking. 18

23 Tabel 10: Vergelijking met het vorig stabiliteitsprogramma 7 En % du PIB Bbp-groei Vorige bijwerking 0,2 1,5 1,6 1,7 Huidige bijwerking 0,2 1,4 1,8 1,7 1,7 Verschil 0,0-0,1 0,2 0,0 Vorderingensaldo Vorige bijwerking -2,5-2,0-0,5 0,4 Huidige bijwerking -2,6-2,1-1,4-0,4 0,6 Verschil -0,1-0,1-0,9-0,8 Structureel saldo Vorige bijwerking -1,8-1,2 0,0 0,7 Huidige bijwerking -1,9-1,4-0,7 0,0 0,7 Verschil -0,1-0,2-0,7-0,7 Brutoschuldgraad Vorige bijwerking 100,0 99,0 96,5 93,0 Huidige bijwerking 101,5 101,2 99,4 96,7 93,2 Verschil 1,5 2,2 2,9 3, Gevoeligheidsanalyse Zoals reeds aangegeven blijven de economische vooruitzichten onzeker in een context van schuldencrisis in de eurozone en onzekerheid op de financiële markten. In die context is het overeenkomstig de Code of Conduct van belang sensitiviteitsanalyses uit te voeren op de macro-economische parameters voor het traject dat in dit stabiliteitsprogramma is uitgetekend. Er worden twee alternatieve scenario s onderzocht. Het eerste scenario gaat uit van een vertraging van de economische groei met 0,5 procentpunt per jaar over de periode , of 2 % gecumuleerd over de beschouwde periode. Het tweede scenario gaat er van uit dat de groei van het bbp in de periode jaarlijks 0,5 procentpunt hoger ligt dan in de basishypothese. - 7 Volgens het hier weerhouden indicatief traject wordt de middellange termijndoelstelling (MTO) van 0,75% van het bbp gerealiseerd in Voor 2016 werd in het vorige stabiliteitsprogramma een structurele doelstelling van 0,75% van het bbp voorgesteld, wat in voorliggend stabiliteitsprogramma afgerond wordt als 0,7% van het bbp. 19

24 Bij deze analyse wordt uitgegaan van een constante elasticiteit van de overheidsfinanciën ten opzichte van het bbp zoals deze worden geschat door de Europese Commissie, namelijk 0,55 voor België 8. In het geval van een hogere groei wordt het vorderingensaldo mechanisch sneller positief. Bij een groei die 0,5 % hoger zou liggen dan het referentiescenario, zou het vorderingensaldo in 2014 met 0,27 % bbp verbeteren. In 2017 zou de impact op het vorderingensaldo van een groei die elk jaar 0,5 % hoger ligt dan het referentiescenario 1,1% bbp bedragen. In dit scenario zou in 2016 een nominaal overschot van 0,5 % van het bbp worden gerealiseerd. In 2017 zou een overschot van 1,7 % van het bbp worden gerealiseerd. In dit geval wordt bijgevolg eveneens een versnelde schuldafbouw (in % van het bbp) gerealiseerd. Bij een lagere groei dan verwacht is de impact ook jaarlijks 0,27 % bbp, wat betekent dat in 2014 het vorderingensaldo zou verslechteren met 0,27 % bbp. Dit zou oplopen tot 1,1 % bbp in Die toename van het tekort wordt verklaard door enerzijds inkomstenfactoren, zoals een daling van de belastinginkomsten, en anderzijds uitgavenfactoren, in het bijzonder een stijging van de werkloosheidsuitkeringen. Tabel 11: Impact van groeischommelingen op het vorderingensaldo In % bbp Stabiliteitsprogramma Reële BBP-groei 0,2 1,4 1,8 1,7 1,7 Vorderingensaldo -2,6-2,1-1,4-0,4 0,6 Positieve afwijking met 0,5 procentpunt Reële BBP-groei 1,9 2,3 2,2 2,2 Vorderingensaldo -1,8-0,9 0,5 1,7 Negatieve afwijking met 0,5 procentpunt Reële BBP-groei 0,9 1,3 1,2 1,2 Vorderingensaldo -2,4-2,0-1,2-0,5 8 Gilles Mourre, George-Marian Isbasoiu, Dario Pernoster and Matteo Salto, The cyclically-adjusted budget balance used in the EU fiscal framework : an update, Economic Papers 478 (European Commission), March

25 3.4 Realisaties 2013 In haar stabiliteitsprogramma van april 2013 heeft de Belgische regering voorzien om het structureel saldo voor 2013 terug te brengen van -2,9 % naar -1,8 %. Dit kwam overeen met een beperking van het nominaal vorderingensaldo tot 2,5 % van het bbp. Op basis van de berekening van de Europese Commissie heeft de Raad van de Europese Unie in zijn besluit van 21 juni 2013 bepaald dat België in 2013 zijn tekort moet beperken tot 2,7 % van het bbp, om een voldoende veiligheidsmarge te behouden ten opzichte van de 3 %- grens. Op het Overlegcomité op 2 juli 2013 heeft de federale overheid zich ertoe verbonden het tekort van entiteit I te beperken tot 2,4 % van het bbp ( miljoen EUR), met een veiligheidsmarge van 226 miljoen EUR hierin inbegrepen. Voor entiteit II dient rekening te worden gehouden met een reserve om het geraamd tekort van de lokale besturen te compenseren en met een correctie voor de bijdrage tot het responsabiliseringsmechanisme voor de pensioenen. Aldus zouden de gemeenschappen en gewesten hun tekort moeten beperken tot -173 miljoen EUR (of -0,05 % van het bbp). Het geraamd vorderingensaldo van de lokale besturen bedroeg op het moment van deze beslissing -260 miljoen EUR. Globaal werd de doelstelling voor het vorderingensaldo van entiteit II dus vastgelegd op -433 miljoen EUR of -0,11 % van het bbp. De meeste recente ramingen van het INR (notificaties van april 2014) gaan uit van een tekort van 2,6 % van het bbp voor Tabel 12: Vorderingensaldi In % van het BBP Realisaties Realisaties Stabiliteits Overlegcomité Realisaties programma Gezamenlijke overheid -3,8-4,1-2,5-2,5-2,6 Entiteit I Entiteit II -3,4-3,6-2,5-2,4-2,4 Federale overheid -3,5-3,6-2,5-2,4-2,5 Sociale zekerheid 0,1 0,0 0,0 0,0 0,1-0,4-0,5 0,0-0,1-0,2 Structureel saldo -3,4-2,9-1,8-1,8-1,9 21

26 Het resultaat in termen van nominaal vorderingensaldo (2,6 %) ligt dicht bij de doelstellingen vastgelegd in het stabiliteitsprogramma (2,5 %) en de beslissing van het Overlegcomité (2,5 %) en is beter dan deze vastgelegd in de ingebrekestelling van België, in juni 2013, door de Raad van de Europese Unie. Voor entiteit I bedraagt het tekort 2,4 % van het bbp. De doelstelling vastgelegd door het Overlegcomité is nageleefd. De minder goede resultaten voor de federale overheid kunnen gecompenseerd worden door een licht overschot in de sociale zekerheid. Entiteit II zou 2013 afsluiten met een tekort van 0,2 % terwijl de doelstelling 0,1 % bedroeg. Deze overschrijding is toe te schrijven aan de lokale overheden. 22

27 3.5 Begroting Globale doelstelling Beslissing van het overlegcomité van 17 juli 2013 Voor 2014 heeft het overlegcomité een doelstelling voor het vorderingensaldo van entiteit I bepaald van -2,25 % van het bbp en een overschot van 0,1% van het bbp voor entiteit II. De respectievelijke doelstellingen voor entiteit I en entiteit II moeten aangepast worden voor de impact van het niet storten door de Gemeenschappen en Gewesten van het bedrag dat dient om de voorziene stijging van de responsabiliseringsbijdrage met betrekking tot de pensioenen van hun ambtenaren (132 miljoen EUR) te dekken. Er wordt dus een bedrag van 132 miljoen EUR gereserveerd in de begrotingen van de Gemeenschappen en Gewesten conform de beslissing van het overlegcomité van 17 juli Ontwerpbegrotingsplan Het ontwerpbegrotingsplan 2014 is in oktober 2013 opgesteld op basis van deze beslissing van het overlegcomité van 17 juli Entiteit I Om zijn doelstelling voor 2014 te bereiken heeft de federale regering bij de opmaak van de initiële begroting discretionaire maatregelen genomen voor een totaal van 2.761,7 miljoen EUR. Deze maatregelen betreffen zowel besparingen op de primaire uitgaven als nieuwe inkomsten of relancemaatregelen. Deze maatregelen werden in detail weergegeven in het in oktober 2013 ingediende ontwerpbegrotingsplan. Om haar doelstelling te halen heeft de federale regering op 17 januari 2014 een omzendbrief goedgekeurd over begrotingsbehoedzaamheid. De omzendbrief beschrijft de aanpak en de methode om de begrotingsdoelstelling van 2014 te halen. Het gaat om bewarende maatregelen die aan de federale en programmatorische overheidsdiensten, het Ministerie van Landsverdediging en de federale politie worden opgelegd. Hij geldt ook voor de instellingen van openbaar nut, gelijkaardige diensten die van de federale overheid afhangen en de instellingen van sociale zekerheid. 23

28 Concreet voorziet de omzendbrief in : Een blokkering voor de FOD s en POD s van de personeelskredieten ten belope van 2 %, de werkingskredieten van 15% en de investeringskredieten van 20 %. Een identieke blokkering wordt doorgevoerd voor de te consolideren instellingen voor het gedeelte van hun uitgaven gedekt door een dotatie. Een vrijgave (25 % per trimester) van de niet-geblokkeerde vastleggings- en vereffeningskredieten voor de FOD s en POD s; Een doorgedreven maandelijkse opvolging van de uitvoering van de begroting van de FOD s en POD s, de te consolideren instellingen en de instellingen van de sociale zekerheid. Daarnaast heeft de regering een planning voor de begrotingswerkzaamheden opgesteld. Deze voorzag in een begrotingscontrole eind maart die gebaseerd is op een nota van het monitoringcomité. Deze begrotingscontrole heeft de doelstelling van -2,25 % van het bbp voor Entiteit I bevestigd Entiteit II 9 a) De Vlaamse Gemeenschap De begroting 2013 van de Vlaamse Gemeenschap is afgesloten met een beperkt overschot. Daarmee realiseert de Vlaamse regering opnieuw haar doelstelling van een begroting in evenwicht, het derde evenwicht op rij. Ook voor 2014 is een begroting in evenwicht goedgekeurd door het Vlaamse Parlement. Gezien 2014 een jaar van regeringswissel is, werd ook een rem gezet op de kredieten 2014: slechts 7/12en van de voorziene begrotingskredieten worden vrijgegeven. Deze maatregel verzekert dat de volgende Vlaamse regering op een correcte manier aan haar werkzaamheden zal kunnen beginnen, en nog voldoende mogelijkheden zal hebben om bij te sturen waar nodig. - 9 Deze sectie is gebaseerd op de bijdragen van de verschillende gefedereerde entiteiten voor het opstellen van het rapport in het kader van de procedure bij buitensporige tekorten van maart

29 b) Het Waals Gewest en de Franse Gemeenschap De begrotingen voorzien een overschot van duizend EUR voor het Waals Gewest en een tekort van duizend EUR voor de Franse Gemeenschap. De werkzaamheden voor de begrotingscontrole 2014 zijn afgerond. De regering van het Waals Gewest en de regering van de Franse Gemeenschap hebben de omzendbrief goedgekeurd op 27 februari Krachtens de decreten van 15 en 20 december 2011 strekt deze begrotingscontrole ertoe de weerslag te evalueren van de nieuwe ramingen van de macro-economische parameters uit de economische begroting van 12 februari 2014 op de vooruitzichten van de ontvangsten en de kredieten voor uitgaven in Het resultaat ervan wordt vergeleken met de begrotingsdoelstelling die beide regeringen hebben vastgelegd bij de opmaak van de oorspronkelijke begroting In dit stadium worden de begrotingsdoelstellingen van het Waals Gewest en van de Franse Gemeenschap bevestigd. c) Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Conform aan de afspraken die op het interfederaal overleg zijn gemaakt, heeft het Brussels Hoofdstedelijk Gewest haar tekort in ESR-termen volledig weggewerkt in de begroting Meer zelfs, ze is er voor het eerst sinds jaren in geslaagd een begroting met een licht overschot van 6 miljoen EUR op te stellen. In die begroting wordt bovendien rekening gehouden met de aan haar gevraagde bijdrage in de sanering van de globale openbare financiën voor een bedrag van 17,7 miljoen EUR, een bedrag dat in mindering wordt gebracht van de voorziene doorstortingen vanwege de federale overheid. Met de begroting 2014 wordt bijgevolg de structurele omslag gemaakt van begrotingen met een tekort naar begrotingen met een overschot, en dit 2 jaar vroeger dan gepland. 25

SYNTHESE EN AANBEVELINGEN

SYNTHESE EN AANBEVELINGEN SYNTHESE EN AANBEVELINGEN Dit Advies van de Afdeling Financieringsbehoeften van de overheid kadert in de voorbereiding van het Stabiliteitsprogramma 2019-2022 dat eind april 2019 moet worden overgemaakt

Nadere informatie

HET STABILITEITSPROGRAMMA

HET STABILITEITSPROGRAMMA HET STABILITEITSPROGRAMMA VAN BELGIË (2015-2018) Voorwoord Het stabiliteitsprogramma van België legt de krachtlijnen en de doelstellingen vast voor het begrotingsbeleid in de periode 2015-2018. Het moet

Nadere informatie

HET STABILITEITSPROGRAMMA

HET STABILITEITSPROGRAMMA HET STABILITEITSPROGRAMMA VAN BELGIË (2013-2016) Voorwoord Het Belgisch stabiliteitsprogramma legt de krachtlijnen en doelstellingen vast voor het budgettair beleid voor de periode 2013-2016. Het moet

Nadere informatie

Hoge Raad van Financiën, afdeling "Financieringsbehoeften van de Overheid" PERSMEDEDELING:

Hoge Raad van Financiën, afdeling Financieringsbehoeften van de Overheid PERSMEDEDELING: Hoge Raad van Financiën, afdeling "Financieringsbehoeften van de Overheid" PERSMEDEDELING: Advies Begrotingstraject voor het Stabiliteitsprogramma 2012-2015 Dit Advies is het eerste van de nieuw samengestelde

Nadere informatie

Perscommuniqué. Het Federaal Planbureau evalueert de gevolgen van de duurdere dollar en de hogere olieprijzen voor de Belgische economie

Perscommuniqué. Het Federaal Planbureau evalueert de gevolgen van de duurdere dollar en de hogere olieprijzen voor de Belgische economie Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Perscommuniqué Brussel, 15 september 2000 Het Federaal Planbureau evalueert de gevolgen van de duurdere dollar en de hogere olieprijzen voor de

Nadere informatie

Instituut voor de nationale rekeningen. Nationale rekeningen

Instituut voor de nationale rekeningen. Nationale rekeningen Instituut voor de nationale rekeningen Nationale rekeningen Rekeningen van de overheid 2013 Inhoud van de publicatie De rekeningen van de Belgische overheid worden opgesteld volgens de definities van het

Nadere informatie

Begrotingstraject ter voorbereiding van het stabiliteitsprogramma synthese

Begrotingstraject ter voorbereiding van het stabiliteitsprogramma synthese Federale Overheidsdienst Financiën - België Documentatieblad 74 ste jaargang, nr. 1, 1 ste kwartaal 2014 Begrotingstraject ter voorbereiding van het stabiliteitsprogramma 2014-2017 - synthese HOGE RAAD

Nadere informatie

Voorjaarsprognoses : Europees herstel houdt aan ondanks nieuwe risico's

Voorjaarsprognoses : Europees herstel houdt aan ondanks nieuwe risico's IP/11/565 Brussel, 13 mei 2011 Voorjaarsprognoses 2011-2012: Europees herstel houdt aan ondanks nieuwe risico's Het geleidelijke herstel van de EU-economie zet door, zo blijkt uit de vooruitzichten voor

Nadere informatie

ADVIES VAN DE COMMISSIE. van over het ontwerpbegrotingsplan van België. {SWD(2018) 511 final}

ADVIES VAN DE COMMISSIE. van over het ontwerpbegrotingsplan van België. {SWD(2018) 511 final} EUROPESE COMMISSIE Brussel, 21.11.2018 C(2018) 8011 final ADVIES VAN DE COMMISSIE van 21.11.2018 over het ontwerpbegrotingsplan van België {SWD(2018) 511 final} NL NL ALGEMENE OVERWEGINGEN ADVIES VAN DE

Nadere informatie

SYNTHESE EN AANBEVELINGEN

SYNTHESE EN AANBEVELINGEN SYNTHESE EN AANBEVELINGEN Dit Advies van de Afdeling Financieringsbehoeften van de overheid kadert in de voorbereiding van het Stabiliteitsprogramma 2017-2020 dat eind april 2017 moet worden overgemaakt

Nadere informatie

De houdbaarheid van de overheidsfinanciën in het licht van de vergrijzing

De houdbaarheid van de overheidsfinanciën in het licht van de vergrijzing De houdbaarheid van de overheidsfinanciën in het licht van de vergrijzing Seminarie voor leerkrachten, 26 oktober 2016 Stefan Van Parys Bruno Eugène INTERN Departement Studiën Groep Overheidsfinanciën

Nadere informatie

Voorstelling van het verslag van maart 2015 van de HOGE RAAD VOOR FINANCIËN AFDELING "FINANCIERINGSBEHOEFTEN VAN DE OVERHEID"

Voorstelling van het verslag van maart 2015 van de HOGE RAAD VOOR FINANCIËN AFDELING FINANCIERINGSBEHOEFTEN VAN DE OVERHEID Voorstelling van het verslag van maart 2015 van de HOGE RAAD VOOR FINANCIËN AFDELING "FINANCIERINGSBEHOEFTEN VAN DE OVERHEID" Evolutie van het Europese wetgevende kader De "Six Pack" Preventief gedeelte:

Nadere informatie

Instituut voor de nationale rekeningen. Nationale rekeningen

Instituut voor de nationale rekeningen. Nationale rekeningen Instituut voor de nationale rekeningen Nationale rekeningen Rekeningen van de overheid 2017 Inhoud van de publicatie De rekeningen van de Belgische overheid worden opgesteld volgens de definities van het

Nadere informatie

SYNTHESE. Budgettaire evoluties van de Gezamenlijke Overheid

SYNTHESE. Budgettaire evoluties van de Gezamenlijke Overheid SYNTHESE Budgettaire evoluties van de Gezamenlijke Overheid Het vorderingensaldo van de Gezamenlijke Overheid is in 2014 met 0,3 procentpunt bbp verslechterd tot 3,2% bbp en overschreed bijgevolg tijdelijk

Nadere informatie

Focus op de financiën van de gefedereerde entiteiten

Focus op de financiën van de gefedereerde entiteiten Sessie 2: Opmaak van de regionale economische middellangetermijnprojecties Focus op de financiën van de gefedereerde entiteiten Vincent Frogneux, FPB 20 november 2018 Overzicht Historiek Economische en

Nadere informatie

Recente geschiedenis van de Belgische overheidsfinanciën

Recente geschiedenis van de Belgische overheidsfinanciën Recente geschiedenis van de Belgische overheidsfinanciën Seminarie voor leerkrachten, 26 oktober 2016 Luc Van Meensel Patrick Bisciari Departement Studiën Groep Overheidsfinanciën DS.16.08.374_NL Structuur

Nadere informatie

Voorjaarsprognose : naar een licht herstel

Voorjaarsprognose : naar een licht herstel EUROPESE COMMISSIE - PERSBERICHT Voorjaarsprognose 2012-13: naar een licht herstel Brussel, 11 mei 2012 Na de productiekrimp eind 2011 wordt de EU-economie nu geacht in een milde recessie te verkeren.

Nadere informatie

MINISTER GEENS ONTVANGT ADVIES VAN DE HOGE RAAD VOOR FINANCIEN OVER DE RECENTE BUDGETTAIRE EVOLUTIES

MINISTER GEENS ONTVANGT ADVIES VAN DE HOGE RAAD VOOR FINANCIEN OVER DE RECENTE BUDGETTAIRE EVOLUTIES Federale Overheidsdienst FINANCIEN Brussel, 8 november 2013 De Minister van Financiën Persbericht MINISTER GEENS ONTVANGT ADVIES VAN DE HOGE RAAD VOOR FINANCIEN OVER DE RECENTE BUDGETTAIRE EVOLUTIES Minister

Nadere informatie

De macro-economische vooruitzichten voor de wereldeconomie: evenwichtige groei in Europa, terugval in de Verenigde Staten en Japan

De macro-economische vooruitzichten voor de wereldeconomie: evenwichtige groei in Europa, terugval in de Verenigde Staten en Japan Economie en onderneming De macro-economische vooruitzichten 2006-2012 voor de wereldeconomie: evenwichtige groei in Europa, terugval in de Verenigde Staten en Japan Meyermans, E. & Van Brusselen, P. (2006).

Nadere informatie

Instituut voor de nationale rekeningen. Nationale rekeningen

Instituut voor de nationale rekeningen. Nationale rekeningen Instituut voor de nationale rekeningen Nationale rekeningen Rekeningen van de overheid 2015 Inhoud van de publicatie De rekeningen van de Belgische overheid worden opgesteld volgens de definities van het

Nadere informatie

Uitdagingen voor de sociale zekerheid vanuit een macro-economisch perspectief

Uitdagingen voor de sociale zekerheid vanuit een macro-economisch perspectief Uitdagingen voor de sociale zekerheid vanuit een macro-economisch perspectief LBC-NVK en ACV West-Vlaanderen, lezingen over de toekomst van onze sociale zekerheid Kortrijk, 9 november 2017 Jan Smets, Gouverneur

Nadere informatie

Budgettaire saldi en verklarende factoren

Budgettaire saldi en verklarende factoren SYNTHESE In dit Advies van de Afdeling Financieringsbehoeften worden de budgettaire resultaten van de diverse overheden tot en met 2013 getoetst aan de vastgelegde doelstellingen in het Stabiliteitsprogramma

Nadere informatie

Regionale economische vooruitzichten 2014-2019

Regionale economische vooruitzichten 2014-2019 2014/6 Regionale economische vooruitzichten 2014-2019 Dirk Hoorelbeke D/2014/3241/218 Samenvatting Dit artikel geeft een bondig overzicht van enkele resultaten uit de nieuwe Regionale economische vooruitzichten

Nadere informatie

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Vragen aangeduid met een * toetsen in het bijzonder het inzicht en toepassingsvermogen. Deze vragenreeksen zijn vrij beschikbaar.

Nadere informatie

HOGE RAAD VAN FINANCIEN

HOGE RAAD VAN FINANCIEN HOGE RAAD VAN FINANCIEN AFDELING «FINANCIERINGSBEHOEFTEN VAN DE OVERHEID» ADVIES RECENTE BUDGETTAIRE EVOLUTIES EN BEOORDELING ERVAN TEN OPZICHTE VAN HET STABILITEITSPROGRAMMA NOVEMBER 2013 De Leden van

Nadere informatie

Communiqué. Verloop van de Belgische uitvoermarkten

Communiqué. Verloop van de Belgische uitvoermarkten INSTITUT DES COMPTES NATIONAUX INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN BUREAU FÉDÉRAL DU PLAN FEDERAAL PLANBUREAU Communiqué 20.06.2003 Economische Begroting 2004 Overeenkomstig de wet van 21 december 1994

Nadere informatie

De economische groei bedroeg 0,2 % in het eerste kwartaal van Over het hele jaar 2018 nam het bbp met 1,4 % toe

De economische groei bedroeg 0,2 % in het eerste kwartaal van Over het hele jaar 2018 nam het bbp met 1,4 % toe Instituut voor de nationale rekeningen PERSCOMMUNIQUÉ 2019-04-29 Links: Publicatie NBB.Stat Algemene informatie De economische groei bedroeg 0,2 % in het eerste kwartaal van 2019 Over het hele jaar 2018

Nadere informatie

Voorjaarsprognoses 2013: EU-economie herstelt langzaam van een aanhoudende recessie

Voorjaarsprognoses 2013: EU-economie herstelt langzaam van een aanhoudende recessie EUROPESE COMMISSIE PERSBERICHT Brussel, 3 mei 2013 Voorjaarsprognoses 2013: EU-economie herstelt langzaam van een aanhoudende recessie Na in 2012 in een recessie te hebben verkeerd, zal de EU-economie

Nadere informatie

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 29.5.2013 COM(2013) 382 final Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD tot aanmaning van België om maatregelen te treffen om het tekort te verminderen in de mate die nodig wordt

Nadere informatie

Economische najaarsprognoses 2013: geleidelijk herstel, externe risico's

Economische najaarsprognoses 2013: geleidelijk herstel, externe risico's EUROPESE COMMISSIE PERSBERICHT Brussel, 5 november 2013 Economische najaarsprognoses 2013: geleidelijk herstel, externe risico's In de afgelopen maanden zijn er een aantal bemoedigende signalen geweest

Nadere informatie

Economische voorjaarsprognoses 2015: herstel wint aan kracht dankzij economische rugwind

Economische voorjaarsprognoses 2015: herstel wint aan kracht dankzij economische rugwind Europese Commissie - Persbericht Economische voorjaarsprognoses 2015: herstel wint aan kracht dankzij economische rugwind Brussel, 05 mei 2015 De economie in de Europese Unie profiteert dit jaar van een

Nadere informatie

SYNTHESE EN AANBEVELINGEN

SYNTHESE EN AANBEVELINGEN SYNTHESE EN AANBEVELINGEN In dit advies van de Afdeling Financieringsbehoeften van de Overheid van de Hoge Raad van Financiën (hierna: de Afdeling) worden de recente budgettaire evoluties besproken. Vooraleer

Nadere informatie

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD. tot intrekking van Besluit 2010/288/EU betreffende het bestaan van een buitensporig tekort in Portugal

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD. tot intrekking van Besluit 2010/288/EU betreffende het bestaan van een buitensporig tekort in Portugal EUROPESE COMMISSIE Brussel, 22.5.2017 COM(2017) 530 final Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD tot intrekking van Besluit 2010/288/EU betreffende het bestaan van een buitensporig tekort in Portugal

Nadere informatie

ECONOMISCHE VOORUITZICHTEN 2003

ECONOMISCHE VOORUITZICHTEN 2003 Brussel, 10 maart 2003 Federaal Planbureau /03/HJB/bd/2027_n ECONOMISCHE VOORUITZICHTEN 2003 Veelbelovend herstel wereldeconomie in eerste helft van 2002 werd niet bevestigd in het tweede halfjaar In het

Nadere informatie

België scoorde in blessuretijd: de cijfers

België scoorde in blessuretijd: de cijfers De verheerlijking van lopende zaken tegen het licht gehouden 2 juni 2013 Tijdens de jaren 2010 en 2011 was er in België geen volwaardige federale regering. In 2012 leverde België wel de nodige structurele

Nadere informatie

Begrotingstraject ter voorbereiding van het Stabiliteitsprogramma synthese

Begrotingstraject ter voorbereiding van het Stabiliteitsprogramma synthese Federale Overheidsdienst Financiën - België Documentatieblad 75 ste jaargang, nr. 1, 1 ste kwartaal 2015 Begrotingstraject ter voorbereiding van het Stabiliteitsprogramma 2015-2018 - synthese HOGE RAAD

Nadere informatie

Perscommuniqué van het Federaal Planbureau

Perscommuniqué van het Federaal Planbureau Brussel, 19/05/06 Meer informatie Francis Bossier (F), fb@plan.be, 02/507.74.43 Ingrid Bracke (NL), ib@plan.be, 02/507.74.45 Vincent Geortay vg@plan.be 02/507.73.39 0478/283.487 Kunstlaan 47-49 1000 Brussel

Nadere informatie

ADVIES BEGROTINGSTRAJECT TER VOORBEREIDING VAN HET STABILITEITSPROGRAMMA HOGE RAAD VAN FINANCIEN

ADVIES BEGROTINGSTRAJECT TER VOORBEREIDING VAN HET STABILITEITSPROGRAMMA HOGE RAAD VAN FINANCIEN HOGE RAAD VAN FINANCIEN AFDELING «FINANCIERINGSBEHOEFTEN VAN DE OVERHEID» ADVIES BEGROTINGSTRAJECT TER VOORBEREIDING VAN HET STABILITEITSPROGRAMMA 2013-2016 MAART 2013 1 De Leden van de Afdeling: J. SMETS,

Nadere informatie

Schema 1 Overzicht van het Belgische begrotingskader

Schema 1 Overzicht van het Belgische begrotingskader SYNTHESE Dit Advies van de Hoge Raad van Financiën, Afdeling Financieringsbehoeften van de Overheid (hierna: de Afdeling) bestaat uit twee delen. In Deel I ( Evaluatie van het Samenwerkingsakkoord van

Nadere informatie

Economische ontwikkelingen en overheidsfinanciën in 2012. Economische ontwikkelingen in België en evolutie van de rentevoeten

Economische ontwikkelingen en overheidsfinanciën in 2012. Economische ontwikkelingen in België en evolutie van de rentevoeten Published on Rapports annuels (http://5046.lcl.fedimbo.be) Accueil > Printer-friendly PDF Economische ontwikkelingen en overheidsfinanciën in 2012 Economische ontwikkelingen in België en evolutie van de

Nadere informatie

De economische groei bedraagt 0,4 % in het eerste kwartaal van Over het hele jaar 2017 neemt het bbp met 1,7 % toe

De economische groei bedraagt 0,4 % in het eerste kwartaal van Over het hele jaar 2017 neemt het bbp met 1,7 % toe Instituut voor de nationale rekeningen PERSCOMMUNIQUÉ 2018-04-27 Links: Publicatie NBB.Stat Algemene informatie De economische groei bedraagt 0,4 % in het eerste kwartaal van 2018 Over het hele jaar 2017

Nadere informatie

CRB CCR SR/LVN Conclusies van de sociale gesprekspartners op basis van de documentatienota Macro economische context

CRB CCR SR/LVN Conclusies van de sociale gesprekspartners op basis van de documentatienota Macro economische context CRB 2016-0510 SR/LVN 03.02.2016 Conclusies van de sociale gesprekspartners op basis van de documentatienota Macro economische context 2 CRB 2016-0510 Overzicht groei sinds 1996 Onder invloed van de conjuncturele

Nadere informatie

technisch verslag CRB 2012-1603

technisch verslag CRB 2012-1603 technisch verslag CRB 2012-1603 CRB 2012-1603 DEF CM/V/CVC/SDh Technisch verslag van het secretariaat over de maximale beschikbare marges voor de loonkostenontwikkeling 21 december 2012 2 CRB 2012-1603

Nadere informatie

Regionale economische vooruitzichten

Regionale economische vooruitzichten 2015/2 Regionale economische vooruitzichten 2015-2020 Dirk Hoorelbeke D/2015/3241/213 Samenvatting Dit webartikel geeft een bondig overzicht van de nieuwe regionale economische vooruitzichten tot 2020.

Nadere informatie

Recente budgettaire evoluties en beoordeling ervan ten opzichte van de Stabiliteitsprogramma s (oktober 2012)

Recente budgettaire evoluties en beoordeling ervan ten opzichte van de Stabiliteitsprogramma s (oktober 2012) Federale Overheidsdienst Financiën - België Documentatieblad 72e jaargang, nr. 2, 2e kwartaal 2012 Recente budgettaire evoluties en beoordeling ervan ten opzichte van de Stabiliteitsprogramma s (oktober

Nadere informatie

Bijwerking van het advies van maart 2011 ten gevolge van de gewijzigde economische context

Bijwerking van het advies van maart 2011 ten gevolge van de gewijzigde economische context Federale Overheidsdienst Financiën - België Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011 Bijwerking van het advies van maart 2011 ten gevolge van de gewijzigde economische context HOGE RAAD VAN

Nadere informatie

Glossarium. Begroting

Glossarium. Begroting 1. Glossarium Begroting Verwachte uitgaven die nodig zijn voor de behoeften van de Staat of van andere overheden voor een bepaalde periode en raming van de ontvangsten om die uitgaven te dekken. Wet tot

Nadere informatie

HET STABILITEITSPROGRAMMA VAN BELGIË (2009-2012)

HET STABILITEITSPROGRAMMA VAN BELGIË (2009-2012) HET STABILITEITSPROGRAMMA VAN BELGIË (2009-2012) Inhoud Inhoud... 2 Inleiding... 4 1 Economische toestand en macro-economische hypothesen... 6 1.1 Economische context... 6 1.2 Economische vooruitzichten

Nadere informatie

Voorstel voor een ADVIES VAN DE RAAD. betreffende het economisch partnerschapsprogramma van Nederland

Voorstel voor een ADVIES VAN DE RAAD. betreffende het economisch partnerschapsprogramma van Nederland EUROPESE COMMISSIE Brussel, 15.11.2013 COM(2013) 910 final 2013/0397 (NLE) Voorstel voor een ADVIES VAN DE RAAD betreffende het economisch partnerschapsprogramma van Nederland NL NL 2013/0397 (NLE) Voorstel

Nadere informatie

Overheid en economie

Overheid en economie Overheid en economie Overheid en economie Het aandeel van de overheid in de economie, de overheid als actor en de overheid op regionaal niveau, een verkenning Inleiding Het begrip economische groei komt

Nadere informatie

Perscommuniqué. De evolutie van de Belgische economie tegen 2006, bestudeerd door het Federaal Planbureau

Perscommuniqué. De evolutie van de Belgische economie tegen 2006, bestudeerd door het Federaal Planbureau Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Perscommuniqué 18 mei 2001 De evolutie van de Belgische economie tegen 2006, bestudeerd door het Federaal Planbureau De groei van de wereldeconomie

Nadere informatie

De economische groei bedraagt 0,5 % in het eerste kwartaal van 2017

De economische groei bedraagt 0,5 % in het eerste kwartaal van 2017 Instituut voor de nationale rekeningen PERSCOMMUNIQUÉ 28-4-2017 Links: Publicatie NBB.Stat Algemene informatie De economische groei bedraagt 0,5 % in het eerste kwartaal van 2017 Over het hele jaar 2016

Nadere informatie

Factsheet 1 WAAROM EEN INVESTERINGSPLAN VOOR DE EU?

Factsheet 1 WAAROM EEN INVESTERINGSPLAN VOOR DE EU? Factsheet 1 WAAROM EEN INVESTERINGSPLAN VOOR DE EU? Als gevolg van de wereldwijde economische en financiële crisis heeft de EU met een laag investeringsniveau te kampen. Alleen met gezamenlijke gecoördineerde

Nadere informatie

HET STABILITEITSPROGRAMMA

HET STABILITEITSPROGRAMMA HET STABILITEITSPROGRAMMA VAN BELGIË (2012-2015) Voorwoord Het Belgisch stabiliteitsprogramma legt de krachtlijnen en doelstellingen vast voor het budgettair beleid voor de periode 2012-2015. Het moet

Nadere informatie

Statistisch Magazine Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012

Statistisch Magazine Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012 Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012 Inleiding Lorette Ford De economische ontwikkeling van een land kan door middel van drie belangrijke economische indicatoren

Nadere informatie

Krachtlijnen van het achtste Jaarverslag van de Studiecommissie voor de Vergrijzing

Krachtlijnen van het achtste Jaarverslag van de Studiecommissie voor de Vergrijzing Krachtlijnen van het achtste Jaarverslag van de Studiecommissie voor de Vergrijzing Aan de langetermijnvooruitzichten van de sociale uitgaven, gepresenteerd in het achtste jaarverslag van de Studiecommissie

Nadere informatie

REKENHOF. Onderzoek van de begroting 2016 van de Vlaamse Gemeenschap

REKENHOF. Onderzoek van de begroting 2016 van de Vlaamse Gemeenschap REKENHOF Onderzoek van de begroting 2016 van de Vlaamse Gemeenschap Vlaams Parlement, Commissie Algemeen Beleid, Financiën en Begroting 17 november 2015 1. Normnaleving 1. Normnaleving Doelstellingen overheden

Nadere informatie

I4XLGEMEEN E3EHEERSCOMITE VOOR HET SOCIAAL STATUUT DER ZELFSTANDIGEN

I4XLGEMEEN E3EHEERSCOMITE VOOR HET SOCIAAL STATUUT DER ZELFSTANDIGEN I4XLGEMEEN E3EHEERSCOMITE VOOR HET SOCIAAL STATUUT DER ZELFSTANDIGEN Opgericht bij de wet van 30december1992 Brussel, 23 maart 2017 Verslag nr. 2017102 Verslag aan de Regering Afgeleverd op eigen initiatief

Nadere informatie

Consumptieve bestedingen van de particulieren 2.0 2.6 1.4 Consumptieve bestedingen van de overheid 0.0 2.1 2.6 Bruto vaste kapitaalvorming 4.2 5.9 4.

Consumptieve bestedingen van de particulieren 2.0 2.6 1.4 Consumptieve bestedingen van de overheid 0.0 2.1 2.6 Bruto vaste kapitaalvorming 4.2 5.9 4. Kerncijfers voor de Belgische economie Wijzigingspercentages in volume - tenzij anders vermeld Consumptieve bestedingen van de particulieren 2.0 2.6 1.4 Consumptieve bestedingen van de overheid 0.0 2.1

Nadere informatie

GEEN AARDSCHOK IN DE BOUW, MAAR HERSTEL IS NIET VOOR MORGEN!

GEEN AARDSCHOK IN DE BOUW, MAAR HERSTEL IS NIET VOOR MORGEN! GEEN AARDSCHOK IN DE BOUW, MAAR HERSTEL IS NIET VOOR MORGEN! De balans 2008 ziet er nog goed uit De productie heeft stand gehouden... Volgens de ramingen van het Instituut voor de Nationale Rekeningen

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2010) 739 definitief.

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2010) 739 definitief. RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 22 juni 2010 (29.06) (OR. en) 11311/10 ECOFIN 392 UEM 223 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese

Nadere informatie

Evaluatie van begroting 2013

Evaluatie van begroting 2013 Evaluatie van begroting 2013 Toelichting Vlaams Parlement 29 januari 2013 Inhoudstafel 2 Initiële begroting 2013 Moeilijke begrotingsopmaak Welke keuzes werden gemaakt Eenmalige factoren Evaluatie door

Nadere informatie

bij de aanpassing van de middelenbegroting en de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2015

bij de aanpassing van de middelenbegroting en de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2015 ingediend op 17-A (2014-2015) Nr. 1 24 april 2015 (2014-2015) Toelichtingen bij de aanpassing van de middelenbegroting en de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar

Nadere informatie

BIJLAGE. bij de DISCUSSIENOTA OVER DE VERDIEPING VAN DE ECONOMISCHE EN MONETAIRE UNIE

BIJLAGE. bij de DISCUSSIENOTA OVER DE VERDIEPING VAN DE ECONOMISCHE EN MONETAIRE UNIE EUROPESE COMMISSIE Brussel, 31.5.2017 COM(2017) 291 final ANNEX 3 BIJLAGE bij de DISCUSSIENOTA OVER DE VERDIEPING VAN DE ECONOMISCHE EN MONETAIRE UNIE NL NL Bijlage 3. Voornaamste economische tendensen

Nadere informatie

Conjunctuur - nulgroei in 2015

Conjunctuur - nulgroei in 2015 Conjunctuur - nulgroei in 2015 De cijfers die wijzen op een groei van meer dan 3 % in 2014 en een aantal vergunde woningen dat 10 % hoger ligt, geven de illusie van een stevig herstel voor de bouw. Maar

Nadere informatie

Advies. Tussentijds advies over het begrotingsbeleid van de Vlaamse gemeenschap

Advies. Tussentijds advies over het begrotingsbeleid van de Vlaamse gemeenschap Brussel, 16 juni 2009 160609_Begrotingsadvies 2009_ tussentijds Advies Tussentijds advies over het begrotingsbeleid van de Vlaamse gemeenschap 2009 2014 Inleiding Volgens de gebruikelijke procedure brengt

Nadere informatie

SYNTHESE EN AANBEVELINGEN

SYNTHESE EN AANBEVELINGEN SYNTHESE EN AANBEVELINGEN In dit advies van de Afdeling Financieringsbehoeften van de Overheid van de Hoge Raad van Financiën (hierna: de Afdeling) worden de recente budgettaire evoluties besproken. Vooraleer

Nadere informatie

~LGEMEEN lweheers~omite

~LGEMEEN lweheers~omite ~LGEMEEN lweheers~omite VOOR HET SOCIAAL STATUUT DER ZELFSTANDIGEN Opgericht bij de wet van 30 december 1992 Brussel, 21 april 2016 Verslag nr. 2016/03- Verslag aan de Regering Afgeleverd op eigen initiatief

Nadere informatie

Waar staan we? Enkele begrippen verduidelijkt Van waar komen we? Waar gaan we naartoe? 30 JAAR DEFICITS EN SCHULD IN BELGIË. Inhoud van de lezing

Waar staan we? Enkele begrippen verduidelijkt Van waar komen we? Waar gaan we naartoe? 30 JAAR DEFICITS EN SCHULD IN BELGIË. Inhoud van de lezing UNIVERSITEIT DERDE LEEFTIJD LEUVEN 3 JAAR DEFICITS EN SCHULD IN BELGIË Inhoud van de lezing Enkele begrippen verduidelijkt Van waar komen we? Waar gaan we naartoe? Prof. André Decoster Centrum voor Economische

Nadere informatie

Het cyclische herstel ombuigen in duurzame en inclusieve groei. Gouverneur Jan Smets NBB jaarverslag 2017

Het cyclische herstel ombuigen in duurzame en inclusieve groei. Gouverneur Jan Smets NBB jaarverslag 2017 Het cyclische herstel ombuigen in duurzame en inclusieve groei Gouverneur Jan Smets NBB jaarverslag 2017 DE WERELD EN EUROPA IN 2017: De economische groei versnelde Het monetaire beleid bleef ondersteunend...

Nadere informatie

Hoe (slecht) gaat het met de conjunctuur? Edwin De Boeck Fedustria 13 oktober 2011

Hoe (slecht) gaat het met de conjunctuur? Edwin De Boeck Fedustria 13 oktober 2011 Hoe (slecht) gaat het met de conjunctuur? Edwin De Boeck Fedustria 3 oktober Grote Recessie was geen Grote Depressie Wereldhandel Aandelenmarkt 9 8 7 8 VS - S&P-5 vergelijking met crash 99 Wereld industriële

Nadere informatie

Vereisten Europese Unie m.b.t. begrotingstrajecten lidstaten en toepassing op België

Vereisten Europese Unie m.b.t. begrotingstrajecten lidstaten en toepassing op België Vereisten Europese Unie m.b.t. begrotingstrajecten lidstaten en toepassing op België Gert De Smet Bernard Remy 2 I. Inleiding Overzicht II. Overzicht vereisten EU op budgettair en macro-economisch vlak

Nadere informatie

Begrotingstraject ter voorbereiding van het stabiliteitsprogramma

Begrotingstraject ter voorbereiding van het stabiliteitsprogramma Federale Overheidsdienst Financiën - België Documentatieblad 73e jaargang, nr. 1, 1e kwartaal 2013 Begrotingstraject ter voorbereiding van het stabiliteitsprogramma 2013-2016 HOGE RAAD VAN FINANCIËN Afdeling

Nadere informatie

Instituut voor de nationale rekeningen. Nationale rekeningen

Instituut voor de nationale rekeningen. Nationale rekeningen Instituut voor de nationale rekeningen Nationale rekeningen Rekeningen van de overheid 2016 Inhoud van de publicatie De rekeningen van de Belgische overheid worden opgesteld volgens de definities van het

Nadere informatie

ECONOMISCHE INDICATOREN VOOR BELGIE

ECONOMISCHE INDICATOREN VOOR BELGIE WEKELIJKSE PUBLICATIE NATIONALE BANK VAN BELGIE DEPARTEMENT ALGEMENE STATISTIEK SYNTHESE VAN DE PROGNOSES 998 r r Realisaties NBB EC OESO EC OESO (veranderingspercentages tov het voorgaande jaar) A BBP

Nadere informatie

SYNTHESE. Budgettaire realisaties van de Gezamenlijke Overheid 1

SYNTHESE. Budgettaire realisaties van de Gezamenlijke Overheid 1 SYNTHESE Budgettaire realisaties van de Gezamenlijke Overheid 1 Het vorderingensaldo dat de Gezamenlijke Overheid in 2015 realiseerde bedroeg -2,6% bbp. Dit is een verbetering van 0,5 procentpunt bbp ten

Nadere informatie

Voor welke uitdagingen plaatst de vergrijzing ons?

Voor welke uitdagingen plaatst de vergrijzing ons? Voor welke uitdagingen plaatst de vergrijzing ons? Réunion du groupe de travail 1 de la Conférence nationale des pensions, 25 février 2009 Henri BOGAERT I. LANGETERMIJNVOORUITZICHTEN I.1. Demografische

Nadere informatie

DOOR MEDEWERKERS VAN HET EUROSYSTEEM SAMENGESTELDE MACRO- ECONOMISCHE PROJECTIES VOOR HET EUROGEBIED

DOOR MEDEWERKERS VAN HET EUROSYSTEEM SAMENGESTELDE MACRO- ECONOMISCHE PROJECTIES VOOR HET EUROGEBIED DOOR MEDEWERKERS VAN HET EUROSYSTEEM SAMENGESTELDE MACRO- ECONOMISCHE PROJECTIES VOOR HET EUROGEBIED Op basis van de tot 20 mei 2005 beschikbare informatie hebben medewerkers van het Eurosysteem projecties

Nadere informatie

bij de aanpassing van de middelenbegroting en de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2018

bij de aanpassing van de middelenbegroting en de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2018 ingediend op 17 (2017-2018) Nr. 1 27 april 2018 (2017-2018) Toelichtingen bij de aanpassing van de middelenbegroting en de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar

Nadere informatie

HOGE RAAD VAN FINANCIEN AFDELING «FINANCIERINGSBEHOEFTEN VAN DE OVERHEID»

HOGE RAAD VAN FINANCIEN AFDELING «FINANCIERINGSBEHOEFTEN VAN DE OVERHEID» HOGE RAAD VAN FINANCIEN AFDELING «FINANCIERINGSBEHOEFTEN VAN DE OVERHEID» Principes van de Afdeling betreffende haar evaluatieopdracht ingevolge het Samenwerkingsakkoord van 13 december 2013 en bepaling

Nadere informatie

Recepten voor duurzame groei Beschouwingen naar aanleiding van het Jaarverslag 2014 van de Nationale Bank van België

Recepten voor duurzame groei Beschouwingen naar aanleiding van het Jaarverslag 2014 van de Nationale Bank van België Recepten voor duurzame groei Beschouwingen naar aanleiding van het Jaarverslag 2014 van de Nationale Bank van België Financieel Forum West-Vlaanderen Kortrijk - 24 februari 2015 Jan Smets A. De stand van

Nadere informatie

Recepten voor duurzame groei Beschouwingen naar aanleiding van het Jaarverslag 2014 van de Nationale Bank van België

Recepten voor duurzame groei Beschouwingen naar aanleiding van het Jaarverslag 2014 van de Nationale Bank van België Recepten voor duurzame groei Beschouwingen naar aanleiding van het Jaarverslag 2014 van de Nationale Bank van België Financieel Forum Gent - 26 februari 2015 Jan Smets A. De stand van zaken 1. De (lange)

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 3 december 2009 (08.12) (OR. en) 17115/09 UEM 315

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 3 december 2009 (08.12) (OR. en) 17115/09 UEM 315 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 3 december (08.2) (OR. en) 75/09 UEM 35 NOTA van: aan: Betreft: het secretariaat-generaal van de Raad de delegaties Advies van de Raad over de aanvulling op het geactualiseerde

Nadere informatie

Bijlage: Technische invulling Stabiliteit en Groeipact verdrukt onbedoeld publieke investeringen

Bijlage: Technische invulling Stabiliteit en Groeipact verdrukt onbedoeld publieke investeringen Bijlage: Technische invulling Stabiliteit en Groeipact verdrukt onbedoeld publieke investeringen In deze bijlage wordt uiteengezet waarom en op welke wijze de huidige methodiek uit het Stabiliteit en Groei

Nadere informatie

De economische groei bedraagt 0,3 % in het eerste kwartaal van 2015. De economische activiteit stijgt met 1,1 % over het hele jaar 2014

De economische groei bedraagt 0,3 % in het eerste kwartaal van 2015. De economische activiteit stijgt met 1,1 % over het hele jaar 2014 Instituut voor de nationale rekeningen 2015-04-29 Links: Publicatie NBB.stat Algemene informatie De economische groei bedraagt 0,3 % in het eerste kwartaal van 2015 De economische activiteit stijgt met

Nadere informatie

ADVIES VAN DE COMMISSIE. van betreffende het ontwerpbegrotingsplan van BELGIË

ADVIES VAN DE COMMISSIE. van betreffende het ontwerpbegrotingsplan van BELGIË EUROPESE COMMISSIE Brussel, 28.11.2014 C(2014) 8800 final ADVIES VAN DE COMMISSIE van 28.11.2014 betreffende het ontwerpbegrotingsplan van BELGIË NL NL ADVIES VAN DE COMMISSIE van 28.11.2014 betreffende

Nadere informatie

HET STABILITEITSPROGRAMMA VAN BELGIË (2006-2009)

HET STABILITEITSPROGRAMMA VAN BELGIË (2006-2009) HET STABILITEITSPROGRAMMA VAN BELGIË (2006-2009) ACTUALISATIE 2005 INHOUDSTAFEL 1. Inleiding: algemeen beleidskader en doelstellingen...1 2. De economische context...4 2.1. De internationale context...4

Nadere informatie

Perscommuniqué. Het Federaal Planbureau actualiseert zijn economische vooruitzichten voor de periode

Perscommuniqué. Het Federaal Planbureau actualiseert zijn economische vooruitzichten voor de periode Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Perscommuniqué 26 mei 2003 Het Federaal Planbureau actualiseert zijn economische vooruitzichten voor de periode 2003-2008 Wereldwijde en Europese

Nadere informatie

Recente budgettaire evoluties en beoordeling ervan ten opzichte van het Stabiliteitsprogramma

Recente budgettaire evoluties en beoordeling ervan ten opzichte van het Stabiliteitsprogramma Federale Overheidsdienst Financiën - België Documentatieblad 73e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2013 Recente budgettaire evoluties en beoordeling ervan ten opzichte van het Stabiliteitsprogramma HOGE RAAD

Nadere informatie

Regionale economische vooruitzichten

Regionale economische vooruitzichten Regionale economische vooruitzichten 2013- Executive summary Juni 2013 Bureau fédéral du Plan Federaal Planbureau Institut Bruxellois de Statistique et dʹanalyse Brussels Instituut voor Statistiek en Analyse

Nadere informatie

NATIONALE REKENINGEN Derde kwartaal. Kwartaalaggregaten. Instituut voor de Nationale Rekeningen

NATIONALE REKENINGEN Derde kwartaal. Kwartaalaggregaten. Instituut voor de Nationale Rekeningen NATIONALE REKENINGEN 1999 - Derde kwartaal Kwartaalaggregaten Instituut voor de Nationale Rekeningen Dienst Financiële en Economische Statistieken Nationale Bank van België, Brussel Inhoud van de publicatie

Nadere informatie

Voorstel voor een ADVIES VAN DE RAAD. betreffende het economisch partnerschapsprogramma van SLOVENIË

Voorstel voor een ADVIES VAN DE RAAD. betreffende het economisch partnerschapsprogramma van SLOVENIË EUROPESE COMMISSIE Brussel, 15.11.2013 COM(2013) 911 final 2013/0396 (NLE) Voorstel voor een ADVIES VAN DE RAAD betreffende het economisch partnerschapsprogramma van SLOVENIË NL NL 2013/0396 (NLE) Voorstel

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 26 juni 2017

PERSBERICHT Brussel, 26 juni 2017 PERSBERICHT Brussel, 26 juni 2017 Vastgoedprijsindex 1ste kwartaal 2017 Volgens voorlopige cijfers bedroeg het jaarlijkse inflatiecijfer voor de vastgoedprijzen 5,4% in het eerste kwartaal van 2017 tegenover

Nadere informatie

DOOR MEDEWERKERS VAN HET EUROSYSTEEM OPGESTELDE MACRO-ECONOMISCHE PROJECTIES VOOR HET EUROGEBIED

DOOR MEDEWERKERS VAN HET EUROSYSTEEM OPGESTELDE MACRO-ECONOMISCHE PROJECTIES VOOR HET EUROGEBIED DOOR MEDEWERKERS VAN HET EUROSYSTEEM OPGESTELDE MACRO-ECONOMISCHE PROJECTIES VOOR HET EUROGEBIED Op basis van de tot 24 mei 2007 beschikbare informatie hebben medewerkers van het Eurosysteem projecties

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 26 september 2016

PERSBERICHT Brussel, 26 september 2016 PERSBERICHT Brussel, 26 september 2016 Vastgoedprijsindex 2de kwartaal 2016 o Volgens voorlopige cijfers bedraagt de geschatte jaarlijkse inflatie van de vastgoedprijzen 2,4% in het tweede kwartaal 2016

Nadere informatie

Spoor A2: De overdrachten aan de Gemeenschappen en Gewesten in het kader van de Bijzondere Financieringswet: K. Algoed D.

Spoor A2: De overdrachten aan de Gemeenschappen en Gewesten in het kader van de Bijzondere Financieringswet: K. Algoed D. Spoor A2: De overdrachten aan de Gemeenschappen en Gewesten in het kader van de Bijzondere Financieringswet: 2007-2030 K. Algoed D. Heremans KULeuven 18 December 2008 Algemeen secretariaat Steunpunt beleidsrelevant

Nadere informatie

Moedige overheden. Stille kampioenen = ondernemingen. Gewone helden = burgers

Moedige overheden. Stille kampioenen = ondernemingen. Gewone helden = burgers Moedige overheden Stille kampioenen = ondernemingen Gewone helden = burgers Vaststellingen Onze welvaart kalft af Welvaartscreatie Arbeidsparticipatie Werktijd Productiviteit BBP Capita 15-65 Bevolking

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 vwo 2006-II

Eindexamen economie 1-2 vwo 2006-II 4 Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 Een voorbeeld van een juiste berekening

Nadere informatie

Vlaams ontwerpbegrotingsplan

Vlaams ontwerpbegrotingsplan ingediend op 33 (20152016) Nr. 1 6 oktober 2015 (20152016) Vlaams ontwerpbegrotingsplan Bijdrage van de Vlaamse Regering aan het ontwerpbegrotingsplan, bedoeld in artikel 6 van verordening (EU) nr. 473/2013

Nadere informatie