Minder vrijheidsbeperking in de verstandelijke gehandicaptenzorg. Een literatuurstudie

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Minder vrijheidsbeperking in de verstandelijke gehandicaptenzorg. Een literatuurstudie"

Transcriptie

1 Een literatuurstudie Drs. C.M.C. Gooiker Dr. M. van Vliet Drs. M. Herps Drs. N. Heeringa Vilans, augustus 2011

2 1. Inleiding Vrijheidsbeperking omvat alle (fysieke en verbale) maatregelen die de vrijheid van een cliënt inperken (IGZ 2008). Deze definitie omvat de toepassing van fysieke hulpmiddelen zoals onrustbanden, armkokers of separatieruimte, maar ook gedragsbeïnvloedende medicatie, elektronische hulpmiddelen en vrijheidsbeperkende maatregelen voor bepaalde groepen of individuen. Deze literatuurstudie is uitgevoerd t.b.v. het project Ban de band uit Nederland van Vilans en richt zich op fysieke vrijheidsbeperkende maatregelen en in het bijzonder de Zweedse band. In de verstandelijke gehandicaptenzorg komt het toepassen van vrijheidsbeperking frequent voor. Het onderzoek Zorg voor vrijheid dat de Inspectie voor gezondheidszorg (IGZ) in 2008 publiceerde, laat zien dat van alle toegepaste vrijheidsbeperkende maatregelen in de onderzochte instellingen voor verstandelijke gehandicaptenzorg, het in 23 % van de toepassingen om fysieke vrijheidsbeperkende maatregelen gaat. Fixatiebanden, bedhekken en afzondering in de eigen kamer zijn de meest gebruikte toepassingen. Een groot aantal branche- en beroepsorganisaties voor de ouderenzorg en gehandicaptenzorg hebben in samenwerking met de IGZ een intentieverklaring getekend met de doelstelling in 2011 geen onrustbanden meer te gebruiken. Inmiddels zijn vele organisaties in de ouderenzorg en de gehandicaptenzorg succesvol bezig met het verantwoord afbouwen van vrijheidsbeperkende maatregelen binnen hun organisatie. Bijvoorbeeld met behulp van één van de door Vilans begeleide Zorg voor beter trajecten Maatregelen op maat of Ban de band uit Nederland. Het thema leeft in de langdurige zorg constateerde de IGZ in Medewerkers zijn zich meer bewust van mogelijke alternatieven. Bij de onderzochte instellingen zijn de maatregelen afgenomen, maar door het ontbreken van een landelijk registratiesysteem is geen landelijk beeld te geven (IGZ 2010). Voor de ouderenzorg zijn er internationale literatuuroverzichten beschikbaar (Hamers 2010). De aanleiding voor deze literatuurstudie is het ontbreken van een studieoverzicht voor de verstandelijke gehandicaptensector. Het doel van deze literatuurstudie is het verkrijgen van een overzicht van (inter) nationale literatuur in de periode over interventies, programma s of best practices gericht op het verminderen van de toepassing van vrijheidsbeperkende maatregelen in het algemeen en 1

3 onrustbanden in het bijzonder bij mensen met een verstandelijke beperking. Daarbij vormen de onderstaande vragen het uitgangspunt: 1. Welke interventies/programma s/best practices zijn in de internationale literatuur beschreven (zoals case studies, gecontroleerde studies) met als doelstelling het reduceren van het aantal vrijheidsbeperkende maatregelen in de zorg voor mensen met een verstandelijke beperking? 2. Wat zijn de belangrijkste componenten van deze beschreven interventies/programma s/best practices? 3. In welke omgeving zijn deze interventies/programma s/best practices toegepast en op welke vrijheidsbeperkende maatregelen hebben ze betrekking? 4. Wat zijn de effecten van de beschreven interventies/programma s/best practices op de toepassing van vrijheidsbeperkende maatregelen en specifiek op het gebruik van onrustbanden. In onderstaande paragrafen zal allereerst ingegaan worden op de gehanteerde onderzoeksmethode. Daarna komen de verschillende interventies en uitkomsten aan bod. Tot slot worden conclusies weergegeven. 2

4 2. Methode Om de onderzoeksvragen te beantwoorden is van juni tot september 2009 in diverse databestanden gezocht naar studies over het verminderen van vrijheidsbeperkende maatregelen (en in het bijzonder de onrustband) in de verstandelijke gehandicaptenzorg. Studies gericht op andere sectoren van zorg zoals verpleeghuizen en algemene en psychiatrische ziekenhuizen zijn niet in deze review meegenomen. Binnen de databestanden van medline, cochrane library en kennisplein gehandicaptenzorg is gezocht met (combinaties) van trefwoorden: intellectual disabilities, developmental disability, mental retardetion, physical/mechanical restraint (s), restraint reduction (programme), Swedish/waist belt. Daarnaast zijn literatuurlijsten van artikelen doorgenomen. Studies in het Nederlands en Engels over het verminderen van vrijheidsbeperkende maatregelen in de verstandelijke gehandicaptenzorg in de periode zijn geselecteerd. Onderzoeken over het afbouwen van vrijheidsbeperkende maatregelen bij tandheelkundige behandeling van mensen met een verstandelijke beperking zijn niet opgenomen in onderhavige studie, omdat deze niet bijdragen aan de beantwoording van de onderzoeksvraag. Er is niet geselecteerd op basis van onderzoeksdesign of in grootte van de studie. Deze studie is geen systematic review. 3

5 3. Resultaten 3.1 Algemeen De meeste studies met als thema vrijheidsbeperkende maatregelen in de gehandicaptenzorg gaan over het gebruik, de negatieve effecten en de risicofactoren van vrijheidsbeperkende maatregelen. In deze literatuurstudie gaat het om, zoals in de onderzoeksvragen beschreven staat, interventies gericht op het afbouwen van vrijheidsbeperkende maatregelen. Er zijn zeven studies gevonden die interventies beschrijven met als doel het afbouwen van vrijheidsbeperkende maatregelen. Geen van de studies is een gecontroleerde studie. De studies betreffen vaak een kleine onderzoekspopulatie. Het gaat in al deze studies vooral om fysieke maatregelen zoals time-out en houdgrepen. Geen enkele studie richt zich specifiek op onrustbanden. De reden van het toepassen van vrijheidsbeperkende maatregelen zijn vooral gericht op het omgaan met moeilijk verstaanbaar gedrag 1 (challenging behaviour). In de praktijk blijkt valneiging de meest voorkomende reden voor toepassing van een Zweedse band in bed in een intramurale instelling voor mensen met een verstandelijke beperking (IGZ 2002). Er zijn geen studies gevonden die ingaan op het afbouwen van vrijheidsbeperkende maatregelen (en specifieker een onrustband) die toegepast zijn om valgevaar bij mensen met een verstandelijke beperking af te wenden, bijvoorbeeld door epilepsie of ouderdom. Van deze zeven studies beschrijven vier studies interventies die gericht zijn op (individuele) cliënten. In paragraaf 3.4 en tabel 1 staan de bevindingen. De overige drie studies beschrijven interventies die gericht zijn op de (woon)omgeving of medewerker van cliënten. Zie hiervoor paragraaf 3.5 en tabel 2. Ten tijde van de data selectie is dankbaar gebruik gemaakt van het Journal of Applied research in intellectual disabilities dat een themanummer over vrijheidsbeperking heeft uitgegeven (2009,22). De gast redacteur van het themanummer bevestigt in het inleidende artikel dat er weinig wetenschappelijke studies zijn naar het veilig afbouwen van vrijheidsbeperkende maatregelen. Op basis van praktijkervaringen en beschikbare literatuur, geeft hij aan dat succesvolle interventies een vijftal componenten gemeenschappelijk hebben te weten: 1 Moeilijk verstaanbaar gedrag bestaat bijvoorbeeld uit fysieke agressie, zelfverwonding, destructief gedrag zoals het beschadigen van meubels, liegen, ongepast seksueel gedrag, ongepaste persoonlijke gewoontes zoals oneetbare dingen eten, schreeuwen, repeterende bewegingen maken of zeer veel aandacht opeisen. 4

6 - Betrouwbare en niet verhullende registratie en analyse van de incidenten en de vrijheidsbeperkende maatregelen (soort, aantal, de duur en de locatie). (Een afzonderingsruimte bijvoorbeeld geen kalmeerkamer noemen). - Focus op hoge risicosituaties/cliënten. - ontwikkel effectieve interventies op basis van een betrouwbare analyse van de cliënt/het ongewenste gedrag. - Training en ondersteuning van begeleiders, gedragskundigen en management; - Het gebruik van vrijheidsbeperkende maatregelen moeilijk maken, bijvoorbeeld door toestemming van veel lagen en veel administratieve rompslomp. De gehandicaptenzorg is in verschillende landen anders georganiseerd en heeft andere kenmerken en wetgeving dan de Nederlandse situatie. Dit heeft zijn weerslag op de interpretatie van de resultaten. In aanloop naar de resultaten uit de zeven studies die gericht zijn op het afbouwen van vrijheidsbeperkende maatregelen, wordt in paragraaf 3.2 en 3.3 een overzicht gegeven van respectievelijk de cliëntgebonden risicofactoren en de omgeving/medewerker gebonden factoren, die een rol spelen bij het toepassen van vrijheidsbeperkende maatregelen. 3.2 Cliëntgebonden factoren Mensen met een verstandelijke beperking hebben een verhoogde kans op een vrijheidsbeperkende maatregel afhankelijk van de mate van ernst van hun verstandelijke beperking, geslacht, soort en mate van moeilijk verstaanbaar gedrag, een psychiatrische aandoening en dan vooral autistische stoornissen. (O.m. Allen et al. 2009, Chaplin et. al 2009 en McGill et. al 2009) Bovenstaande studies bevestigen dat bij mannelijke cliënten met een matige tot ernstige verstandelijke beperking, een autistische stoornis en met agressief en/of destructief gedrag vaker één of meerdere vrijheidsbeperkende maatregelen toegepast worden. Het gaat dan vooral om fysieke vrijheidsbeperking (physical restraint), isolatie/afzondering (seclusion) en zo nodig gedragsbeïnvloedende medicatie (PRN medication). Bij zelfverwondend of niet geaccepteerd gedrag worden eerder mechanische maatregelen zoals helmen of spalken gebruikt. Deze maatregelen worden bij een kleiner aantal cliënten gebruikt, maar wel frequenter toegepast. Ook juridische status, het hebben van een signaleringsplan, communicatiemogelijkheden en leeftijd lijken van invloed vooral op de soort vrijheidsbeperkende maatregel. Cliënten met een juridische status en een signaleringsplan over agressie hebben meer risico op fysieke vrijheidsbeperking en sederende medicatie. Jongeren onder de 18 (intramuraal wonend) hebben 5

7 meer kans op mechanische vrijheidsbeperking, fysieke vrijheidsbeperking en separatie. Boven de 18 wordt eerder crisismedicatie en fysieke vrijheidsbeperking toegepast (McGill 2009, Allen 2009). De studies geven geen verklaring voor het verschil in soort vrijheidsbeperking, juridische status en de leeftijd van de cliënt. Uit o.a. de studies van Allen et al. (2009), Chaplin et al. (2009) en McGill et al. (2009) blijkt dat het om een klein aantal cliënten in een instelling gaat waarbij relatief veel vrijheidsbeperkende maatregelen zoals fysieke vrijheidsbeperking en/of medicatie worden toegepast. Vaak is sprake van zeer moeilijk verstaanbaar gedrag. Dat ook minder beperkende interventies zoals deescalatietechnieken succesvol gebruikt worden bij het beheersen van ernstig en gevaarlijk uitdagend gedrag, zoals wapendreiging en aanvallen blijkt uit de studie van Chaplin et al. (2009). 3.3 Factoren m.b.t. omgeving en medewerkers Naast cliëntgebonden factoren speelt de (woon)omgeving en medewerkers een rol bij het toepassen van vrijheidsbeperkende maatregelen. Uit diverse studies (o.a. Deveau et al 2009; Finn & Sturmey 2009; Boisjoli et al. 2009; Emerson et al. 2005; Vallenga; 2009; Williams 2009) blijkt dat naast type woonomgeving en soort zorg mogelijk ook transities en type dagbesteding een rol spelen. Emerson et al. (2005) onderzochten de soort woonomgeving in relatie tot vrijheidsbeperkende maatregelen. Qua woonomgeving is het verblijf in een intramurale (BOPZ) omgeving vermoedelijk een risicofactor omdat daar meer cliënten met moeilijk verstaanbaar gedrag wonen. Ook blijkt volgens Emerson et al. (2005) dat in een gespecialiseerde (extramurale) woonvorm voor probleemgedrag meer fysieke maatregelen en meer psychofarmaca gebruikt wordt om probleemgedrag te beheersen ten opzichte van een vergelijkbare (extramurale) woonvorm met een gemêleerde cliëntengroep. Gegevens over vrijheidsbeperking bij (thuiswonende) kinderen met een verstandelijke beperking zijn schaars. Allen (2008) aangehaald in Allen (2009) geeft aan dat er aanwijzingen zijn dat fysieke vrijheidsbeperking (in tegenstelling tot gedrag beïnvloedende medicatie) vaker wordt toegepast bij kinderen dan bij volwassenen, waarschijnlijk omdat het makkelijker gaat qua postuur en kracht, aldus Allen. Allen (2006) aangehaald in Matson & Boisjoli (2009) geeft weer dat 20% van de ouders van kinderen met ernstig uitdagend gedrag regelmatig vrijheidsbeperkende maatregelen gebruikt. Het is onduidelijk of het om kinderen met en/of zonder een verstandelijke beperking gaat. Drie kwart van deze ouders hebben hiervoor geen training gehad. Dit wordt, aldus de onderzoeker, mede veroorzaakt door een taboe op dit onderwerp en de toegankelijkheid van trainingen. 6

8 Volgens Finn & Sturen (2009) zorgen vooral transities (overgangen van bijvoorbeeld de woning naar het activiteitencentrum) en veel zitwerk tot probleem gedrag in dagbestedingscentra. Ook zij geven aan dat het vaak een kleine groep cliënten betreft die verantwoordelijk zijn voor alle vrijheidsbeperkende maatregelen. Daarnaast lijkt het wel of niet plannen van een maatregel en het besluitvormingsproces een rol te spelen in de toepassing van vrijheidsbeperkende maatregelen. De mate van planning van een maatregel zegt iets over het verloop van het toepassen. In een studie van Williams (2009) komt naar voren dat er vaker geplande maatregelen toegepast worden. Ongeplande toepassing van maatregelen resulteert vaker in letsel (voor cliënt en/of medewerker). Het besluitvormingsproces rondom vrijheidsbeperkende maatregelen speelt ook een rol. Vallenga (2009) heeft het besluitvormingsproces rondom beschermende (en soms ook vrijheidsbeperkende) maatregelen bij mensen met een verstandelijke beperking en epilepsie onderzocht. Het lijkt er op dat een zorgvuldig en systematisch besluitvormingsproces (inclusief voortdurende evaluatie) met draagvlak vanuit familie en het hele team van zorgmedewerkers (en niet alleen de persoonlijk begeleider) zorgt voor betere afweging van risico op letsel en de toepassing van vrijheidsbeperkende maatregelen. Welk effect dit heeft op het aantal maatregelen blijkt niet uit de studie van Vallenga. Uit Brits onderzoek (Deveau & Mc Gill; 2009) blijkt dat één op de drie onderzochte organisaties een vorm van vrijheidsbeperkende maatregelen toepast. Deze organisaties hebben bijna allemaal beleid, training en een monitoringsysteem. Volgens de onderzoekers is vrijheidsbeperking desondanks nog steeds een veelgebruikt middel dat eerder wijst op routinematig gebruik in plaats van gebruik in uiterste noodzaak. Ook McGill et al. (2009), Boisjoli & Matson (2009) en Luiselli et al. (2009) bevestigen dat vrijheidsbeperking alleen als laatste middel mag worden ingezet als alle alternatieven niet werken, mits opgenomen in het signaleringsplan, inclusief evaluatie en door getraind personeel. Deveau & McDonnell (2009) pleiten niet alleen voor aandacht voor het beheersen van het gebruik van vrijheidsbeperkende maatregelen, maar vooral ook voor expliciete aandacht voor afbouw van maatregelen in zowel het beleid als op de werkvloer. 3.4 Interventies op cliënt niveau gericht op het verminderen van vrijheidsbeperkende maatregelen In tabel 1 is de beschrijving van vier studies weergegeven die gericht zijn op het afbouwen van (geplande) vrijheidsbeperkingen bij (individuele) cliënten. Bij alle vier de studies is afname van het gebruik en/of tijdsduur van de vrijheidsbeperkende maatregel gerealiseerd. Het is bij geen van de studies duidelijk welke elementen exact geleid hebben tot succes. 7

9 Een belangrijk component van alle studies ligt in de (multidisciplinaire) analyse van het probleem gedrag die de handelingsrichting voor de interventies vaak bepaalt. De multidisciplinaire aanpak zorg voor het uitsluiten/behandelen van medische en psychiatrische oorzaken van het probleem gedrag. Er is in de studies gebruik gemaakt van observaties, video opnamen, dossieranalyse, incidenten registratie en open gesprekken met begeleiders, gedragsdeskundigen en verwanten om een analyse van het probleemgedrag te maken. Om een beter inzicht in werkzame elementen en handelingsrichting te krijgen, pleitten de Moor & Didden (2009) voor het afnemen van een functionele analyse 2 van het probleemgedrag voor de start van een interventie (vooral indien sprake is van ernstig probleemgedrag.) De studies in tabel 1 laten zien dat het afbouwen van (fysieke) maatregelen met diverse eenvoudige middelen/interventies te realiseren is. Naar aanleiding van de uitgevoerde analyses werd bijvoorbeeld de dagbesteding aangepast en werd de ondersteunende communicatie verbeterd (Oudshoorn, 2007; de Moor & Didden, 2009). De studie van Luiselli (2009) laat zien dat het vaststellen van gedragsspecifieke criteria in combinatie met het verminderen van uitlokkende en in stand houdende variabelen van het probleemgedrag, fysieke vrijheidsbeperking reduceert. Zo werd op een school met kinderen met gedragsproblemen ingevoerd dat er alleen fysieke vrijheidsbeperking (protective holding/fysieke interventie technieken) wordt uitgevoerd bij bepaalde gedragsspecifieke criteria en niet op het moment dat het personeel de situatie als onhandelbaar beschouwt. Daarnaast werden na analyse van gedrag individuele interventies ingezet, gericht op het wegnemen van de oorzaken van het negatieve gedrag, zoals keuze in de volgorde van het dagprogramma, communicatietraining en het ontvangen van instructies buiten het klaslokaal. Luiselli (2009) geeft aan dat er bij mensen met een verstandelijke beperking ook winst te behalen valt in afname van tijdsduur van de fysieke vrijheidsbeperking door het maken van andere afspraken. In plaats van het loslaten van mensen, nadat het ongewenste gedrag gestopt is (behaviour-contingent release = BCR) kan ook gekozen worden de vrijheidsbeperking te stoppen na een vooraf afgesproken tijdstip (bijvoorbeeld na 60 seconden) ongeacht het gedrag op dat moment (Fixed-time release=ftr). Dit leidde op een school voor jongeren met een beperking en gedragsproblemen tot een gemiddelde vermindering van de duur van de vrijheidsbeperking met de helft. Ook de frequentie van de vrijheidsbeperkingen nam af. Daarnaast blijkt het mogelijk ook de vast afgesproken tijd systematisch korter te laten worden met een minder ingrijpende fysieke vrijheidsbeperking (holding vs. Handen rustig naast lichaam leiden). Iwata, Rolider& Dozier (2009) geven aan dat het belangrijk is eenmaal geïmplementeerde maatregelen te evalueren op effectiviteit. In de door hun uitgevoerde studie (zie tabel 1) is geprobeerd de vaak lang van kracht zijnde time-out programma s ten gevolge van 2 Een functionele analyse van probleemgedrag (ook wel functie analyse of functionele gedragsanalyse) is het volgens een gestructureerde methode inventariseren van uitlokkende en in standhoudende variabelen van het probleemgedrag. Deze wordt over het algemeen uitgevoerd door een gedragskundige. 8

10 agressief gedrag te evalueren en gefaseerd af te bouwen bij 34 mensen met een verstandelijke beperking in een dagactiviteitencentrum. De time-out bestaat uit het verwijderen van de cliënt uit de nabije omgeving van de gewenste activiteit direct na het ongewenste gedrag. Er was geen time-out ruimte aanwezig. Het resultaat was dat bij 21 cliënten het probleemgedrag niet toenam en zelfs afnam. Bij deze cliënten zijn geen alternatieven ingezet. Bij 3 personen is de time-out toch weer als maatregel ingezet vanwege ernstige toename van het probleem gedrag. Dit gedrag verminderde weer na het instellen van de time-out maatregel. Bij 10 cliënten is het probleem gedrag toegenomen, maar met een minder zwaar alternatief opgelost, bijvoorbeeld door het samen met de cliënt opstellen van een contract dat beschrijft hoe de cliënt zich gedraagt (behavioural contracting), het op vaste tijdstippen geven wat men graag wil bijvoorbeeld aandacht (non-contingent reinforcement = NCR), bekrachtiging van gewenst gedrag of het negeren van het gedrag (escape extintion). Verder benadrukken verschillende onderzoekers (De Moor & Didden, Oudshoorn en Luiselli) dat leidinggevenden die sturen op afbouw een bevorderende invloed op het afbouwprogramma hebben. Dit wordt ook bevestigd door onderzoek in de ouderenzorg (Gulpers et al. 2010). 9

11 Tabel 1: Auteur (jaar publicatie) Interventies op cliënt niveau gericht op het verminderen van vrijheidsbeperkende maatregelen Doelstelling Belangrijke componenten van de interventie Omvang Setting (N=) Soort studie Uitkomstmaten Conclusie Moor, J., & Didden, R. (2009). Verminderen van agressief gedrag en verminderen van vrijheidsbeperkende maatregelen (separatie en gedragsbeïnvloedende medicatie) van individuele cliënt - Multi disciplinaire analyse en diagnostiek van cliëntkenmerken, woon en dagbesteding en agressie gedrag - Individuele maatregelen gericht op omgang met probleemgedrag (signalering plan), aanpassingen op het gebied van dagbesteding en woonsituatie en ondersteunende communicatie 8 dagdelen activiteiten buitenshuis Cliënt met matige/lichte verstandelijke beperking wonend op crisis plaats in zorg zware woongroep in intramurale VG instelling met bopzaanmerking. N=1 Niet gecontroleerde gevalsbeschrijving Agressie-incidenten en aantal separaties - reductie van agressie en separatie tot nul gedurende meer dan 6 maanden - psychofarmaca afbouw Oudshoorn,C. (2007). Reductie van gebruik van armkokers overdag zonder toename van zelf verwondend gedrag en zonder toename van psychofarmaca (in eerder stadium afgebouwd) bij individuele cliënt. - multidisciplinaire analyse van cliëntkenmerken, zelfverwondend gedrag, begeleiding - Individuele maatregelen gericht op extinctie van probleemgedrag, communicatiesysteem, begeleiding en activiteit bij momenten zonder armkoker met beschrijving van mogelijke reacties van cliënt. Niet beschreven Woning van cliënt met ernstige verstandelijke beperking. N=1 Niet gecontroleerde gevalsbeschrijving Duur van gebruik armkoker - vermindering van gebruik armkokers (vermindering staat niet uitgedrukt in tijd) Iwata, B., Rolider, N., & Dozier, C. (2009) Verminderen van vrijheidsbeperken de maatregelen in dagactiviteitencentrum (Time-out= tijdelijk geen toegang tot - op basis van analyse van probleem gedrag is in 12 maanden de time out procedures afgebouwd (3-5 procedures per maand zodat monitoring en het inzetten van alternatieven mogelijk is). 24 maanden Dagactiviteitencentrum voor mensen met een matige verstandelijke beperking en agressief gedrag N=34 Niet gecontroleerd Frequentie en/of duur van time-out - bij 91% (31 van de 34 cliënten) heeft de interventie geleid tot het stoppen van de afzondering. Bij 10 cliënten nam het probleemgedrag toe, maar zijn minder vrijheidsbeperkende maatregelen ingezet. (bekrachtiging, uitdoving en gedragsafspraken) 10

12 Auteur (jaar publicatie) Doelstelling Belangrijke componenten van de interventie Omvang Setting (N=) Soort studie Uitkomstmaten Conclusie aandacht en voorkeur activiteiten in de ruimte zelf) Luiselli, J. (2009). Beschrijving van literatuur over twee benaderingen (Antecedente controle en fixed time release) waardoor de toepassing van fysieke vrijheidsbeperkende maatregelen vermindert. - Antecedente controle = M.b.v. (functionele) analyse de functies en oorzak(en) van probleem gedrag achterhalen en individuele handelings-richting bepalen (door de uitlokkende situatie weg te nemen is fysieke vrijheidsbeperking niet/minder nodig) - Fixed time release (FTR) = stoppen met fysieke vrijheidsbeperking na vooraf bepaalde tijd in plaats van behaviour contingent release(bcr) = stoppen met maatregel als ongewenste gedrag vooraf bepaald aantal seconden gestopt is. Fade out; langzaam afbouwen van tijd tot vrijlaten lijkt veelbelovend. Niet beschreven Verschillende onderzoeken onder jongeren op een school voor mensen met een verstandelijke beperking. N=3 Niet gecontroleerd; review Frequentie en /of duur van vrijheidsbeperking (protective holding/physical restraint zonder mechanical devices) - Afname van frequentie van fysieke vrijheidsbeperking tot bijna nul na het invoeren van individuele aanpassingen van risicosituaties. - Tijdsduur van fysieke vrijheidsbeperking neemt af. - Fade out; Langzaam afbouwen van tijd tot loslaten lijkt veelbelovend 11

13 3.5 Interventies op omgeving/medewerker niveau gericht op het verminderen van vrijheidsbeperkende maatregelen Tabel 2 geeft kort de drie studies weer die gericht zijn op het afbouwen van vrijheidsbeperking op instellingsniveau/medewerkerniveau. De studies laten allen een effect op reductie van vrijheidsbeperkende maatregelen zien. Het gaat om niet gecontroleerde studies. Sanders (2009), Williams, et al. (2009) en Singh et al. (2009) beschrijven in hun studies meerdere interventies/componenten die op instellings- en medewerkerniveau ingezet zijn om reductie van vrijheidsbeperking te krijgen (zie tabel 2). Alle besproken interventies van de studies in tabel 2 hebben deskundigheidsbevordering als component. Het kan hierbij gaan om een middag theorie rondom omgaan met probleem gedrag tot een meerdaagse training met alternatieve technieken en vaardigheden zoals blocking en meditatieve&stress reducerende technieken en inzichten om anticiperend in plaats van beheersmatig met probleem gedrag om te gaan. Singh et al. (2009) hebben het effect onderzocht van aandachtstraining (mindfulness training) op het toepassen van vrijheidsbeperkende maatregelen. Een team begeleiders van 20 cliënten met een verstandelijke beperking volgde 12 sessie van 2 uur aandachtstraining. Zowel tijdens de trainingsperiode als in de 23 weken erna is het aantal incidenten, de fysieke vrijheidsbeperking, crisis medicatie en letsel bij personeel en mede bewoners afgenomen. In geen van de drie genoemde studies is de rol van de cliënt en/of familie en verwanten benoemd. In de studies van Sanders (2009) en Williams et al. (2009) is de reductie van vrijheidsbeperking organisatiebreed en over een periode van meerdere jaren aangepakt. Aanleiding voor beide programma s was het aantal (ernstige) incidenten. Hieronder volgt een uitgebreidere beschrijving van de componenten en effecten van deze interventieprogramma s Beschrijving componenten en effect van studie van Sanders (2009) Sanders (2009) beschrijft een vierjarig organisatie breed afbouw programma voor vrijheidsbeperking in een kleine organisatie in de VS (120 cliënten waarvan 75 kinderen met alle niveaus van verstandelijke beperking wonend in de 21 woongroepen en 250 personeelsleden). In de studie wordt een effect van 99,4% bereikt in afname van het totale aantal vrijheidsbeperkende maatregelen in vier jaar tijd. Deze reductie percentages zijn ook in andere vergelijkbare studies gemeld (Bullard et al

14 aangehaald in Sanders 2009). In de studie wordt niet beschreven welke maatregelen precies zijn afgebouwd en of het probleem gedrag is afgenomen. De aanpak van het project was 4-ledig. Allereerst zijn het draagvlak en de gevoelens van medewerkers gepeild en geïnventariseerd. Met deze input (ondersteuning personeel en waarborgen veiligheid) is een actieplan gemaakt door het MT en besproken met alle betrokkenen. Ten tweede is er scholing opgezet met een theoretisch deel over alternatieven voor vrijheidsbeperkende maatregelen en aandacht voor de zorgvisie en de bejegening van cliënten gebaseerd op het hebben van begrip voor de stress van cliënten in plaats van een beheersmatige aanpak. In een praktijkgedeelte is met extraordinary blocking techniques geoefend, als alternatief voor de vrijheidsbeperkende maatregelen. Deze extraordinary blocking techniques kunnen bestaan uit kussens, beenzakken en andere zachte materialen die zowel de cliënt als zorgmedewerkers beschermen bij een crisis. De multidisciplinaire teams hebben zelf in de praktijk per cliënt gezocht naar dit soort alternatieven. Ten derde werd het management meer betrokken bij de directe hulpverlening. Managers draaiden on-call diensten en waren dag en nacht direct beschikbaar op de groep om te ondersteunen bij risico situaties. Als vierde is er een registratieprocedure geïmplementeerd met als doel goede debriefing met personeel en waar mogelijk met de cliënt. Ook het management was hierbij nauw betrokken en kon zo direct verbeteracties doorvoeren. Hypothetisch gezien kan afbouwen van vrijheidsbeperkende maatregelen gepaard gaan met toename van letsel bij personeel. In deze studie heeft Sanders (2009) onderzocht dat letsel van zorgmedewerkers opgelopen door cliënten is afgenomen met 37,7%. Er zijn geen andere studies bekend die gericht zijn op reductie van vrijheidsbeperking, waarbij letsel van personeel beschreven staat. Sanders (2009) heeft de kosten van het door het letsel veroorzaakte verloren tijd en salariskosten voor verzuim gedurende het vierjarige programma verzameld. Er blijkt een afname in kosten van door cliënten veroorzaakt letsel bij personeel van 93% in vier jaar: $ in het jaar voor de interventie vervolgens per jaar afnemend naar $ in het laatste jaar van de interventie Beschrijving van componenten en effect van de studie van Williams et al. (2009) In een grote intramurale instelling voor mensen met een verstandelijke beperking (800 cliënten) zijn na assessment 41 cliënten met pica (een vorm van zelf verwondend gedrag waarbij niet eetbare dingen gegeten worden zoals aarde, latex handschoenen, munten, batterijen, veters etc.) gediagnosticeerd. Om dit ongewenste gedrag te beletten droegen de meeste cliënten fixerende maatregelen zoals armkokers. Personeel heeft training ontvangen over Pica en het afbouwen van de fixerende maatregelen. Voor cliënten is na 13

15 een functionele analyse 2 een individueel programma opgesteld. Daarnaast is de omgeving aangepast. Voor cliënten met een ernstige mate van pica is er een pica veilige woning gekomen. Ook is er meer controle bijvoorbeeld op de toegang tot latex handschoenen. Bij het grootste deel van de cliënten met pica is een afname bereikt van het ongewenste gedrag. Alle continu toegepaste mechanische maatregelen zijn afgebouwd. Enkele cliënten konden op termijn van de pica veilige woning naar een minder restrictieve woonomgeving verhuizen. De afweging tussen risico op ernstige gevolgen van pica en meer vrijheid bleef een continu aandachtspunt. 2 Een functionele analyse van probleemgedrag (ook wel functie analyse of functionele gedragsanalyse) is het volgens een gestructureerde methode inventariseren van uitlokkende en in standhoudende variabelen van het probleemgedrag. Deze wordt over het algemeen uitgevoerd door een gedragskundige. 14

16 Tabel 2: Interventies op omgeving/medewerker niveau gericht op het verminderen van vrijheidsbeperkende maatregelen Auteur (jaar publicatie) Doelstelling Belangrijke componenten van de interventie Omvang Setting (N=) Soort studie Uitkomstmaten Conclusie Sanders, K. (2009) Vermindering vrijheidsbeperking zonder toename van door cliënten veroorzaakt letsel bij personeel. - Peiling draagvlak en gevoelens van personeel - Scholing personeel gericht op ondersteuning en geruststelling van een cliënt bij stress in plaats van beheersen en fysiek ingrijpen. Daar naast training in Extraordinary Blocking technieken (gebruik van kussens, beenzakken en andere zachte materialen om cliënt in crisis en personeel te beschermen) als alternatief voor vrijheidsbeperking. -Directe betrokkenheid van (hoger) management bij werkvloer (direct oproepbaar bij agressie incident) Vier jaar Intramurale instelling met woon en dagvoorziening voor mensen met een verstandelijke beperking in de VS. 75 kinderen van 7-21 jaar en 43 volwassenen met autisme en/of (matige tot ernstige) verstandelijke beperking en probleem gedag. Er zijn 21 woongroepen waar 24 uurs zorg geboden wordt door 250 medewerkers. (N=118) Niet gecontroleerd Aantal vrijheidsbeperkende maatregelen Aantal letsels door cliënten bij personeel Kosten van ziekte vervanging van personeel met letsel veroorzaakt door cliënten - 99,4% afbouw van vrijheidsbeperkende maatregelen (Physical restraint; de term wordt niet nader gedefinieerd en de soort maatregelen worden niet gespecificeerd of beschreven) gedurende de project periode. - afname van letsel bij personeel met 37,7% - 93% kosten reductie in uitgaven van door cliënten veroorzaakt letsel bij personeel (ziekte vervangingskosten) -Registratie en monitoring van het aantal vrijheidsbeperkingen en de letsels van personeel door cliënten met als doel om te leren van incidenten. Williams, D. et al. (2009) Follow-up studie (na 9 jaar) van een interventie programma om Pica (vorm van zelf verwondend gedrag dat zich uit in het eten van niet eetbare materialen zoals munten, rubberen handschoenen, - Training van personeel - Assessment en Individueel Behandelprogramma - Omgeving aanpassen en toezicht houden op pica veilige omgeving en gestructureerde dagindeling instellen 9 jaar Intramurale instelling (800 cliënten). Na screening 41 mensen met een ernstige verstandelijke beperking en pica gediagnosticeerd. (N=41) Niet gecontroleerd aantal pica incidenten mate van continu toegepaste mechanische vrijheidsbeperking - Pica is bij 29 cliënten bijna tot geheel afgenomen. - alle continue toegepaste mechanische vrijheidsbeperking (zoals helmen met bedekte mond, armspalken, handschoenen) is afgenomen. De studie geeft geen aantallen of percentages. - van de 26 cliënten die in de pica veilige omgeving zijn gaan wonen, 15

17 Auteur (jaar publicatie) Doelstelling Belangrijke componenten van de interventie Omvang Setting (N=) Soort studie Uitkomstmaten Conclusie ontlasting of zand) te verminderen bij mensen met een verstandelijke beperking. zijn er na jaarlijkse evaluatie 6 naar een minder beperkende omgeving verhuisd en 8 naar een minder beperkende pica veilige woning. Singh, N. et al., (2009). De invloed van aandachtstraining op het gebruik van fysieke vrijheidsbeperking bij agressief en destructief gedrag van mensen met een verstandelijke beperking Aandachtstraining (Mindfullness training) voor cliënten en begeleiders. Programma bestaat uit een trainingsdeel (12 keer) met onder andere meditatie, technieken voor een verhoogde aandacht en omgaan met vooroordelen, stress en ten slotte de fase van toepassen van lesstof op werkvloer. 40 weken Twee groepen van 23 personeelsleden en 20 cliënten (van 4 woningen) met milde tot diepe verstandelijke beperking van vier groepswoningen hebben de mindfullness training gevolgd. (N=20) Niet gecontroleerd Multiple base line design 7 variabelen: Aantal incidenten Aantal geobserveerde incidenten (zonder reactie van begeleiders) Aantal verbale correcties van personeel Aantal vrijheidsbeperkende maatregelen Aantal maal crisis medicatie Aantal letsels van personeel en mede cliënten - Afname van alle variabelen behalve observatie van dreigend gedrag zonder reactie van personeel. Met name de fysieke vrijheidsbeperkende maatregelen en de nood medicatie zijn na 0- meting gedurende de invoering van de geleerde lesstof in de praktijk tot bijna nul afgenomen. - Veranderingen zoals de verhuizing van een cliënt of een nieuw personeelslid zijn direct terug te zien in de data. Er is dan meer probleem gedrag waarbij fysieke vrijheidsbeperking en medicatie wordt toegepast. 16

18 4. Conclusies De tabellen 1 en 2 geven in belangrijke mate een antwoord op de in de inleiding gestelde vragen. Hieronder volgen per vraag de belangrijkste conclusies. 1. Welke interventies/programma s/best practices zijn in de internationale literatuur beschreven (zoals case studies, gecontroleerde studies) met als doelstelling het reduceren van het aantal vrijheidsbeperkende maatregelen in de zorg voor mensen met een verstandelijke beperking? De gevonden studies variëren van case studies tot multiple baseline design. Er zijn onvoldoende effectstudies gevonden om harde uitspraken te doen over effectiviteit van interventies die vrijheidsbeperkende maatregelen afbouwen. De beschreven studies geven wel een indruk en overzicht van de complexe werkelijkheid rondom vrijheidsbeperkende maatregelen. Het begrip vrijheidsbeperking wordt in de aangehaalde studies verschillend ingevuld. Meestal gaat het om de fysieke maatregelen. In sommige onderzoeken horen daar gedrag beïnvloedende medicatie en fixatiematerialen bij. In enkele onderzoeken wordt onderscheid gemaakt tussen separatie, mechanische, chemische en fysieke maatregelen (physical restraint bijvoorbeeld een houdgreep wrap ). Individuele regels en elektronische hulpmiddelen (domotica) zijn geen onderwerp van de beschreven studies. 2. Wat zijn de belangrijkste componenten van deze beschreven interventies/programma s/best practices? Zorgvuldige besluitvorming rondom vrijheidsbeperkende maatregelen heeft een positieve invloed op risicoafweging en toepassing van vrijheidsbeperkende maatregelen. Dit zal routinematig toepassen ook kunnen voorkomen en vraagt om aandacht voor afbouw van vrijheidsbeperkende maatregelen. Een multidisciplinaire analyse & besluitvorming, gedrag specifieke criteria en evaluatie leiden tot een vermindering van vrijheidsbeperkende maatregelen. De inventarisatie om tot afbouw te komen is zeer individueel bepaald en verschilt per cliënt. Naast de soort en het aantal vrijheidsbeperkingen valt er ook winst te behalen in de afname van tijdsduur van vrijheidsbeperking. 17

19 Betrokkenheid van cliënt/verwanten bij besluitvorming rondom vrijheidsbeperkende maatregelen is in het meeste onderzoek geen onderwerp. Deskundigheidsbevordering als onderdeel van personeelsgerichte interventies heeft een positief effect op reductie van vrijheidsbeperkingen. Stress reducerende technieken en een cliëntgerichte benadering leiden tot afbouw van vrijheidsbeperkende maatregelen en minder letsel bij personeel. Hieruit volgt dat onderstaande componenten in combinatie een belangrijke rol spelen: - draagvlak en betrokkenheid van medewerkers, management en cliënten /verwanten; - scholing van personeel; - registratie, monitoring en evaluatie van het aantal en soort vrijheidsbeperkende maatregelen per cliënt en locatie; - een individueel plan opstellen op basis van een multidisciplinaire analyse van het probleemgedrag, risicotaxatie en analyse van omgeving een individueel plan opstellen. Dit plan bestaat uit een afbouwplan, alternatieven, bejegeningsplan (cliënt gericht) en signaleringsplan. 3. In welke omgeving zijn deze interventies/programma s/best practices toegepast en op welke vrijheidsbeperkende maatregelen hebben ze betrekking? De meeste studies zijn uitgevoerd in een intra- of semimurale setting of bij dagbesteding. In intramurale setting en gespecialiseerde woonomgeving worden meer vrijheidsbeperkende maatregelen toegepast door de concentratie van cliënten met probleemgedrag. Transitiemomenten en veel zitwerk bij dagbesteding geven aanleiding tot probleemgedrag. Het zijn, internationaal gezien, vaak kleine groepen cliënten met ernstig probleemgedrag die verantwoordelijk zijn voor de meerderheid van de vrijheidsbeperkende maatregelen. Vraag is of dit ook voor de Nederlandse situatie geldt. Er is weinig bekend over het gebruik van vrijheidsbeperkende maatregelen bij thuiswonende mensen met een verstandelijke beperking. 18

20 4. Wat zijn de effecten van de beschreven interventies/programma s/best practices op de toepassing van vrijheidsbeperkende maatregelen en specifiek op het gebruik van onrustbanden. De studies beschrijven een afname van vrijheidsbeperkende maatregelen, zowel in aantal, soort als tijdsduur (ten gevolge van andere afspraken). Geen enkele studie gaat in op het afbouwen van onrustbanden. De-escalatietechnieken lijken ook bij ernstig en gevaarlijk uitdagend gedrag effectief ingezet te kunnen worden. 19

The Whole is More. A Contextual Perspective on Attitudes and Reactions of Staff towards Aggressive Behaviour of Clients with ID in Residential

The Whole is More. A Contextual Perspective on Attitudes and Reactions of Staff towards Aggressive Behaviour of Clients with ID in Residential The Whole is More. A Contextual Perspective on Attitudes and Reactions of Staff towards Aggressive Behaviour of Clients with ID in Residential Institutions M.H. Knotter Samenvatting Het onderzoek in dit

Nadere informatie

Succesbepalende factoren voor zorg in vrijheid

Succesbepalende factoren voor zorg in vrijheid Succesbepalende factoren voor zorg in vrijheid Jan Hamers Als ik later in het verpleeghuis ben opgenomen, hoop ik dat de zorgverlener mij vastbindt als hij/zij denkt dat dit goed voor mij is. EENS / ONEENS

Nadere informatie

Gezondheidsraad (1999). Dagbesteding voor mensen met een ernstige meervoudige handicap. Den Haag: Gezondheidsraad.

Gezondheidsraad (1999). Dagbesteding voor mensen met een ernstige meervoudige handicap. Den Haag: Gezondheidsraad. DAGBESTEDING Dagbesteding voor personen met ernstige meervoudige beperkingen is steeds meer en beter uitgewerkt. Dit is een positieve evolutie, gezien het deelnemen aan activiteiten op meerdere manieren

Nadere informatie

Universitair Medisch Centrum Groningen

Universitair Medisch Centrum Groningen Universitair Medisch Centrum Groningen Beter af met minder Reduction of Inappropriate psychotropic Drug use in nursing home residents with dementia Claudia Groot Kormelinck Prof.dr. Sytse Zuidema Probleemgedrag

Nadere informatie

1 RAPPORT. Rapport naar aanleiding van het extra bezoek aan Triade Almere op 21 januari 2009

1 RAPPORT. Rapport naar aanleiding van het extra bezoek aan Triade Almere op 21 januari 2009 1 RAPPORT Rapport naar aanleiding van het extra bezoek aan Triade Almere op 21 januari 2009 Amsterdam, april 2009 2 INSPECTIE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Resultaten inspectiebezoek

Nadere informatie

Zorg in vrijheid. Vrijheidsbeperkende maatregelen Informatie over beleid Voor cliënten en familie. Versie 4

Zorg in vrijheid. Vrijheidsbeperkende maatregelen Informatie over beleid Voor cliënten en familie. Versie 4 Zorg in vrijheid Vrijheidsbeperkende maatregelen Informatie over beleid Voor cliënten en familie Versie 4 Inleiding Vrijheid is voor de meeste mensen in Nederland een gegeven. Toch komt het in zorginstellingen

Nadere informatie

Beleid 'onvrijwillige zorg' Vrijheidsbeperking binnen Lang Verblijf. woonzorg en dagbesteding

Beleid 'onvrijwillige zorg' Vrijheidsbeperking binnen Lang Verblijf. woonzorg en dagbesteding Beleid 'onvrijwillige zorg' Vrijheidsbeperking binnen Lang Verblijf woonzorg en dagbesteding 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Wanneer wordt onvrijwillige zorg toegepast? 4 3. De wetgeving 5 3.1 Wet bijzondere

Nadere informatie

Ik ben blij dat ik vandaag hier op dit congres ben. Als iemand zich verzet tegen wassen moet je even doorzetten

Ik ben blij dat ik vandaag hier op dit congres ben. Als iemand zich verzet tegen wassen moet je even doorzetten Stap voor stap van vrijheidsbeperkende maatregelen af Ik ben blij dat ik vandaag hier op dit congres ben 11 januari 2016 Femke de Wit Senior adviseur Vilans Het uitluistersysteem is niet vrijheidsbeperkend

Nadere informatie

Stoppen met langdurig antipsychoticagebruik voor gedragsproblemen. Gerda de Kuijper Arts verstandelijk gehandicapten/senior onderzoeker

Stoppen met langdurig antipsychoticagebruik voor gedragsproblemen. Gerda de Kuijper Arts verstandelijk gehandicapten/senior onderzoeker Stoppen met langdurig antipsychoticagebruik voor gedragsproblemen Gerda de Kuijper Arts verstandelijk gehandicapten/senior onderzoeker Congres Focus op onderzoek Utrecht 22 juni 2015 Inhoud presentatie

Nadere informatie

1 RAPPORT. Rapport naar aanleiding van het extra bezoek aan Triade Midden-Flevoland op 21 januari 2009

1 RAPPORT. Rapport naar aanleiding van het extra bezoek aan Triade Midden-Flevoland op 21 januari 2009 1 RAPPORT Rapport naar aanleiding van het extra bezoek aan Triade Midden-Flevoland op 21 januari 2009 Amsterdam, april 2009 2 INSPECTIE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Resultaten

Nadere informatie

Antwoord van minister Schippers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 16 juli 2014)

Antwoord van minister Schippers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 16 juli 2014) AH 2568 2014Z11398 Antwoord van minister Schippers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 16 juli 2014) 1 Heeft u het NOS-bericht 'separeercel nog te vaak gebruikt' gelezen en het Nieuwsuur-item

Nadere informatie

Onderlinge verbondenheid. begeleiding en zorg voor mensen met een verstandelijke en/of andere beperkingen

Onderlinge verbondenheid. begeleiding en zorg voor mensen met een verstandelijke en/of andere beperkingen Onderlinge verbondenheid begeleiding en zorg voor mensen met een verstandelijke en/of andere beperkingen Onderlinge verbondenheid Alleen in verbondenheid met de ander kan je mens zijn. Door de ander ontdek

Nadere informatie

GEEF ME DE 5- METHODIEK IN DE ZORG

GEEF ME DE 5- METHODIEK IN DE ZORG GEEF ME DE 5- METHODIEK IN DE ZORG Effectiviteit Geef me de 5-methodiek in zorginstelling JP van den Bent In dit rapport worden de wetenschappelijke bevindingen beschreven betreffende de effectiviteit

Nadere informatie

Zorg voor leven in vrijheid

Zorg voor leven in vrijheid Zorg voor leven in vrijheid Beleid en visie van Archipel over het voorkomen van vrijheidsbeperkende maatregelen het gevoel van samen Zorg voor leven in vrijheid Beleid en visie van Archipel over het voorkomen

Nadere informatie

Gezondheid en arbeidsparticipatie: determinanten, gevolgen en bouwstenen voor reïntegratie

Gezondheid en arbeidsparticipatie: determinanten, gevolgen en bouwstenen voor reïntegratie Gezondheid en arbeidsparticipatie: determinanten, gevolgen en bouwstenen voor reïntegratie Prof Dr Lex Burdorf Afdeling Maatschappelijke Gezondheidszorg Erasmus MC, Rotterdam Gezondheid van uitkeringsgerechtigden

Nadere informatie

Commissie VBM September 2015. Procedure Besluitvorming toepassen vrijheidsbeperkende maatregelen

Commissie VBM September 2015. Procedure Besluitvorming toepassen vrijheidsbeperkende maatregelen Commissie VBM September 2015 Procedure Besluitvorming toepassen vrijheidsbeperkende maatregelen Procedure Besluitvorming toepassen vrijheidsbeperkende maatregelen De besluitvorming over en het toepassen

Nadere informatie

Inventarisatie vrijheidsbeperkende maatregelen

Inventarisatie vrijheidsbeperkende maatregelen Inventarisatie vrijheidsbeperkende maatregelen Hoofddoel van het verbetertraject Maatregelen op maat is: Het voorkomen of verminderen van het vrijheidsbeperkende maatregelen en het toepassen van minder

Nadere informatie

EVB+ in beeld! Wat hebben mensen met een EVB+ nodig? Hoe kunnen we (toekomstige) professionals scholen? Hoe doen we inclusief onderzoek?

EVB+ in beeld! Wat hebben mensen met een EVB+ nodig? Hoe kunnen we (toekomstige) professionals scholen? Hoe doen we inclusief onderzoek? Wat hebben mensen met een EVB+ nodig? Kunnen we biofeedback gebruiken? Hoe kunnen we (toekomstige) professionals scholen? EVB+ in beeld! Wat is de invloed van spanning? Hoe doen we inclusief onderzoek?

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting De levensverwachting van mensen met een ernstige psychiatrische aandoening (EPA) is gemiddeld 13-30 jaar korter dan die van de algemene bevolking. Onnatuurlijke doodsoorzaken zoals

Nadere informatie

De weg naar bandenloze zorg in Nederland

De weg naar bandenloze zorg in Nederland De weg naar bandenloze zorg in Nederland Prof. dr. Jan Hamers Department of Health Services Research Focusing on Chronic Care and Ageing 1 Gefeliciteerd met het 10 jarig jubileum! namens de 2 1 3 Kenmerken

Nadere informatie

Dr. Hilde Verbeek 15 april 2014. Department of Health Services Research Focusing on Chronic Care and Ageing 1

Dr. Hilde Verbeek 15 april 2014. Department of Health Services Research Focusing on Chronic Care and Ageing 1 Dr. Hilde Verbeek 15 april 2014 Department of Health Services Research Focusing on Chronic Care and Ageing 1 Doelstelling Nurses on the Move Bijdragen aan verbetering kwaliteit van zorg in verpleeg- en

Nadere informatie

Isabel DeClerq - 3 de licentie orthopedagogiek 1

Isabel DeClerq - 3 de licentie orthopedagogiek 1 WONEN Mensen met ernstige meervoudige beperkingen wonen meestal in traditionele residentiële voorzieningen. Niettemin pleit men ervoor ook deze mensen meer onder te brengen in kleinschalige settings, huizen

Nadere informatie

VRIJHEIDSBEPERKING: STATE OF THE ART

VRIJHEIDSBEPERKING: STATE OF THE ART VRIJHEIDSBEPERKING: STATE OF THE ART Mr.dr. Brenda Frederiks (VUmc) Mr.dr. Vivianne Dorenberg (VUmc) Dr. Jolanda Habraken (Tilburg University/Tranzo) Drs. Baukje Schippers (VU) Dr. Clasien de Schipper

Nadere informatie

VISIE OP PROBLEEMGEDRAG

VISIE OP PROBLEEMGEDRAG VISIE OP PROBLEEMGEDRAG INLEIDING Bij het Centrum voor Consultatie en Expertise (CCE) kunnen zorgprofessionals en anderen terecht voor expertise over ernstig en aanhoudend probleemgedrag. Het gaat om probleemgedrag

Nadere informatie

Healthy Ageing onderzoek naar leefstijl van mensen met een verstandelijke beperking

Healthy Ageing onderzoek naar leefstijl van mensen met een verstandelijke beperking Healthy Ageing onderzoek naar leefstijl van mensen met een verstandelijke beperking Doorwerking in de beroepspraktijk Drs. Hanneke Vochteloo, de Zijlen Dr. Aly Waninge Lectoraat Healthy Ageing, Allied

Nadere informatie

Onvrijwillige zorg in de thuissituatie

Onvrijwillige zorg in de thuissituatie Onvrijwillige zorg in de thuissituatie Jan Hamers 1 Voorbeelden lopende projecten 24-uurs verpleeghuiszorg voor mensen met dementie op de zorgboerderij Nurses on the move Bewegen gerelateerd aan dagelijkse

Nadere informatie

Separeren: voltooid verleden tijd?

Separeren: voltooid verleden tijd? Onderzoeksresultaten van een non-separeerbeleid Annet Smit senior wetenschappelijk medewerker ProCES INHOUD ambitie de Gelderse Roos onderbouwing, thema s onderzoek : Cijfers Kwalitatieve gegevens : Ervaringen

Nadere informatie

Kennissynthese arbeid en psychische aandoeningen. Dr. F.G.Schaafsma Dr. H. Michon Prof. dr. J.R. Anema

Kennissynthese arbeid en psychische aandoeningen. Dr. F.G.Schaafsma Dr. H. Michon Prof. dr. J.R. Anema Kennissynthese arbeid en psychische aandoeningen Dr. F.G.Schaafsma Dr. H. Michon Prof. dr. J.R. Anema Ernstige Psychische Aandoeningen (EPA) Definitie consensus groep EPA¹ - Sprake van psychische stoornis

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 207 208 Deel I Het wordt steeds belangrijker gevonden om kinderen een stem te geven. Hierdoor kunnen kinderen beter begrepen worden en kan hun ontwikkeling worden geoptimaliseerd.

Nadere informatie

Eindrapport: Zorg voor ongedwongenheid PWO 044/

Eindrapport: Zorg voor ongedwongenheid PWO 044/ Eindrapport: Zorg voor ongedwongenheid PWO 044/ 2011-2013 Els Peters Geert Rogiers Hogeschool PXL Elfde-Liniestraat 24 B-3500 Hasselt www.pxl.be - www.pxl.be/facebook 1 Partners Onderzoeksopzet Doelstelling:

Nadere informatie

Organisaties. Onderzoeksvraag Wat werkt? 3 aandachtsgebieden. Wat werkt? 3 aandachtsgebieden. Wat werkt? 3 aandachtsgebieden

Organisaties. Onderzoeksvraag Wat werkt? 3 aandachtsgebieden. Wat werkt? 3 aandachtsgebieden. Wat werkt? 3 aandachtsgebieden Organisaties Symposiumleider: Carlo Schuengel Focus op Onderzoek 2 december 2011 Marja Hodes, Marieke Meppelder, Jos de Kimpe, Carlijn Nieuwenhuis, Sabina Kef, Cees Janssen, Lieneke Claassens, Elleke Lemmers,

Nadere informatie

Resultaatsverslag. N.a.v. inspectiebezoek van Zorgcentrum Herema State in Heerenveen. op 14 februari 2017

Resultaatsverslag. N.a.v. inspectiebezoek van Zorgcentrum Herema State in Heerenveen. op 14 februari 2017 Resultaatsverslag N.a.v. inspectiebezoek van Zorgcentrum Herema State in Heerenveen op 14 februari 2017 Heerenveen, 31 juli 2017 Inleiding Op 14 februari heeft de Inspectie voor de Gezondheidszorg (hierna:

Nadere informatie

Dinette van Timmeren Lectoraat Healthy Ageing, Allied Health Care and Nursing

Dinette van Timmeren Lectoraat Healthy Ageing, Allied Health Care and Nursing De noodzaak van evidence based signaleren van somatische gezondheidsproblemen bij mensen met ZEVMB! Reden voor vervolgonderzoek. Dinette van Timmeren Lectoraat Healthy Ageing, Allied Health Care and Nursing

Nadere informatie

Vrijheidsbeperking bij dementie; prevalentie, negatieve effecten en reductie

Vrijheidsbeperking bij dementie; prevalentie, negatieve effecten en reductie Vrijheidsbeperking bij dementie; prevalentie, negatieve effecten en reductie Prof. dr. Jan PH Hamers Als ik later in het verpleeghuis ben opgenomen, hoop ik dat de zorgverlener mij vastbindt als hij/zij

Nadere informatie

Vrijheidsbeperkende maatregelen. Vrijheidsbeperkende maatregelen terugdringen? in de langdurende zorg. Vilans helpt mee

Vrijheidsbeperkende maatregelen. Vrijheidsbeperkende maatregelen terugdringen? in de langdurende zorg. Vilans helpt mee Vrijheidsbeperkende maatregelen in de langdurende zorg Vrijheidsbeperkende maatregelen terugdringen? Vilans helpt mee Hoe staat je organisatie ervoor? Kom erachter hoe het staat met vrijheidsbeperking

Nadere informatie

Analyse verbeterpunten psychofarmacagebruik

Analyse verbeterpunten psychofarmacagebruik Analyse verbeterpunten psychofarmacagebruik Deze vragenlijst is ontwikkeld om het proces van de inzet van psychofarmaca in kaart te brengen. Hiermee wordt inzichtelijk gemaakt of de inzet van psychofarmaca

Nadere informatie

Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Boerderij Ruimzicht te Oldelamer op 10 januari Amsterdam, mei 2013

Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Boerderij Ruimzicht te Oldelamer op 10 januari Amsterdam, mei 2013 Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Boerderij Ruimzicht te Oldelamer op 10 nuari 2013 Amsterdam, mei 2013 Inleiding Op 10 nuari 2013 heeft de Inspectie voor de Gezondheidszorg (hierna: de inspectie)

Nadere informatie

Onderzoekers: diverse onderzoekers, in binnen- en buitenland onder leiding van Prof. Dr. C. Vlaskamp, Dr. A. van der Putten & Drs. P.

Onderzoekers: diverse onderzoekers, in binnen- en buitenland onder leiding van Prof. Dr. C. Vlaskamp, Dr. A. van der Putten & Drs. P. Alle projecten richten zich op personen met (zeer) ernstige verstandelijke en meervoudige beperkingen en staan onder leiding van Prof. Dr. C. Vlaskamp en/of Dr. A. van der Putten. Lopende projecten 1.

Nadere informatie

Implementatie van Individuele Plaatsing & Steun voor mensen met ernstige psychische aandoeningen

Implementatie van Individuele Plaatsing & Steun voor mensen met ernstige psychische aandoeningen Implementatie van Individuele Plaatsing & Steun voor mensen met ernstige psychische aandoeningen KCVG onderzoekers: M. Vukadin, F.G. Schaafsma, J.R. Anema Trimbos Instituut: H. Michon GGZ In geest - Actenz:

Nadere informatie

Erkenningscommissie Interventies Beoordelingsformulier. Eindoordeel van de erkenningscommissie over de interventie

Erkenningscommissie Interventies Beoordelingsformulier. Eindoordeel van de erkenningscommissie over de interventie Interventie: Families First Deelcommissie: 1 Erkenningscommissie Interventies Beoordelingsformulier Datum vergadering: 11 april 2014 Eindoordeel van de erkenningscommissie over de interventie De commissie

Nadere informatie

Vrijheidsbeperkende interventies Informatie voor patiënten, familie en andere betrokkenen

Vrijheidsbeperkende interventies Informatie voor patiënten, familie en andere betrokkenen Vrijheidsbeperkende interventies Informatie voor patiënten, familie en andere betrokkenen De behandelend arts of de verpleegkundige heeft met u gesproken over het toepassen van vrijheidsbeperkende interventies

Nadere informatie

Publiekslezing 11 maart :45 16:30 uur Maastrichtzaal, Universiteitssingel 40. Speciale gast : Drs. Martin van Rijn, Staatssecretaris VWS

Publiekslezing 11 maart :45 16:30 uur Maastrichtzaal, Universiteitssingel 40. Speciale gast : Drs. Martin van Rijn, Staatssecretaris VWS Publiekslezing 11 maart 2017 12:45 16:30 uur Maastrichtzaal, Universiteitssingel 40 Speciale gast : Drs. Martin van Rijn, Staatssecretaris VWS De kwaliteit van onze ouderenzorg Prof. Dr. Jan Hamers Twitter:

Nadere informatie

Gehechtheidsproblematiek bij jongvolwassenen met lvb

Gehechtheidsproblematiek bij jongvolwassenen met lvb Gehechtheidsproblematiek bij jongvolwassenen met lvb Een interventieprogramma Monique Boon Ton van der Wiel Psychische en Gedragsproblemen Relatief vaak sprake van psychische en gedragsproblemen. onder

Nadere informatie

Bij gebrek aan bewijs

Bij gebrek aan bewijs Bij gebrek aan bewijs kennis is macht! internet in de spreekkamer P.A. Flach Bedrijfsarts Arbo- en milieudienst RuG 09-10-2006 1 3 onderdelen 1. Wat is EBM 2. Zoeken in PubMed 3. Beoordelen van de resultaten

Nadere informatie

De Relatie tussen Mindfulness en Psychopathologie: de Mediërende. Rol van Globale en Contingente Zelfwaardering

De Relatie tussen Mindfulness en Psychopathologie: de Mediërende. Rol van Globale en Contingente Zelfwaardering De Relatie tussen Mindfulness en Psychopathologie: de Mediërende Rol van Globale en Contingente Zelfwaardering The relation between Mindfulness and Psychopathology: the Mediating Role of Global and Contingent

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 119 120 Samenvatting 121 Inleiding Vermoeidheid is een veel voorkomende klacht bij de ziekte sarcoïdose en is geassocieerd met een verminderde kwaliteit van leven. In de literatuur

Nadere informatie

Onderzoek naar voorschrijven door Verpleegkundig Specialisten. Anneke Francke, mede namens Marieke Kroezen (NIVEL) 19 juni 2014

Onderzoek naar voorschrijven door Verpleegkundig Specialisten. Anneke Francke, mede namens Marieke Kroezen (NIVEL) 19 juni 2014 Onderzoek naar voorschrijven door Verpleegkundig Specialisten Anneke Francke, mede namens Marieke Kroezen (NIVEL) 19 juni 2014 In de praktijk horen we niet alleen dat de kwaliteit van het voorschrijven

Nadere informatie

Samenvatting en conclusies

Samenvatting en conclusies Samenvatting en conclusies Plan- en procesevaluatie van de scholing van gevangenispersoneel in Verbal Judo Het onderzoek Verbal Judo (Thompson, 1984) is een methode waarbij mensen anderen op een kalme

Nadere informatie

Samenvatting (Dutch summary)

Samenvatting (Dutch summary) Parenting Support in Community Settings: Parental needs and effectiveness of the Home-Start program J.J. Asscher Samenvatting (Dutch summary) Ouders spelen een belangrijke rol in de ontwikkeling van kinderen.

Nadere informatie

Zorg zelf voor beter Omgaan met probleemgedrag - een lessenmodule. sessie 1

Zorg zelf voor beter Omgaan met probleemgedrag - een lessenmodule. sessie 1 Zorg zelf voor beter Omgaan met probleemgedrag - een lessenmodule sessie 1 Doelstellingen lessenmodule Weten hoe je beter kunt omgaan met probleemgedrag van bewoners/cliënten Gezamenlijk met het team de

Nadere informatie

Krijg GRIP op probleemgedrag bij dementie. Methodiek voor multidisciplinaire zorgteams

Krijg GRIP op probleemgedrag bij dementie. Methodiek voor multidisciplinaire zorgteams Krijg GRIP op probleemgedrag bij dementie Methodiek voor multidisciplinaire zorgteams GRIP is een methodiek waarmee probleemgedrag van mensen met dementie in zorginstellingen op een gestructureerde en

Nadere informatie

Blad 1. Bijlage 3. Nadere beschrijving productcodes en diensten Maatwerkvoorziening Begeleiding

Blad 1. Bijlage 3. Nadere beschrijving productcodes en diensten Maatwerkvoorziening Begeleiding Bijlage 3. Nadere beschrijving product en diensten Maatwerkvoorziening Begeleiding Op basis van de prestatiebeschrijvingen opgesteld door de Nza (2013). Nza F125 Dagactiviteit GGZ-LZA (p/u.) Toeleidingtraject

Nadere informatie

Ban de Band Eindrapportage 16 november 2012

Ban de Band Eindrapportage 16 november 2012 Ban de Band 2012 Eindrapportage 16 november 2012 Met trots presenteert SWZ de resultaten van het project Ban de Band 2012 Het project Ban de Band is begin februari 2012 van start gegaan bij 13 van de 15

Nadere informatie

MASTER ORTHOPEDAGOGIEK SCRIPTIE

MASTER ORTHOPEDAGOGIEK SCRIPTIE FACULTEIT DER MAATSCHAPPIJ- EN GEDRAGSWETENSCHAPPEN Graduate School of Childhood Development and Education MASTER ORTHOPEDAGOGIEK SCRIPTIE 2016-2017 De beïnvloeding van tijdoriëntatie, timemanagement en

Nadere informatie

List of publications. List of publications 213

List of publications. List of publications 213 List of publications List of publications 213 Publications in English Bekkema N., Veer A. de, Hertogh C. & Francke A. Perspectives of people with mild intellectual disabilities on care-relationships at

Nadere informatie

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ 2011. Bijlage 7. Behandeling

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ 2011. Bijlage 7. Behandeling 2011 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Doelstelling functie 4 2.1 Algemeen 4 2.2 Continue, systematische, langdurige en multidisciplinaire zorg (CSLM) 5 2.3 gericht op herstel en/of het aanleren van vaardigheden

Nadere informatie

Erkenningscommissie Interventies Beoordelingsformulier. Eindoordeel van de erkenningscommissie over de interventie

Erkenningscommissie Interventies Beoordelingsformulier. Eindoordeel van de erkenningscommissie over de interventie Interventie: Taallijn Deelcommissie: 3 Erkenningscommissie Interventies Beoordelingsformulier Datum vergadering: 8 oktober 2015 / 2 juni 2016 Eindoordeel van de erkenningscommissie over de interventie

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle   holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/20890 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Koelewijn, Hennie Title: Quality of work and well-being of health care employees

Nadere informatie

Ontwikkelplan Omgaan met onbegrepen gedrag

Ontwikkelplan Omgaan met onbegrepen gedrag Ontwikkelplan 2017-2018 Omgaan met onbegrepen gedrag 1a. Niveau Ervaren kwaliteit van leven door de cliënt. 1b. Kwaliteitsthema Interventies bij probleemgedrag 1c. Aard van de afspraak Nieuw 2. Doelstelling

Nadere informatie

De waarde van zorgboerderijen/ zorgmaneges voor de gezondheid van deelnemers. Simone de Bruin 24 november 2012

De waarde van zorgboerderijen/ zorgmaneges voor de gezondheid van deelnemers. Simone de Bruin 24 november 2012 De waarde van zorgboerderijen/ zorgmaneges voor de gezondheid van deelnemers Simone de Bruin 24 november 2012 1 24 november 2012 Inhoud 1. Zorgboerderijen in Nederland 2. Kenmerken van dagopvang/dagbesteding

Nadere informatie

hoofdstuk 3 hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5

hoofdstuk 3 hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5 Samenvatting Een vroeggeboorte heeft een grote impact op het kind en zijn ouders, zelfs na de opname op de neonatologieafdeling. Te vroeg geboren kinderen laten meer gedragsproblemen zien dan op tijd geboren

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 28 augustus 2013 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 28 augustus 2013 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 2008 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Rijnstraat 50 255 XP DEN HAAG T 070 340 79 F 070 340 78 34

Nadere informatie

Samenvatting Samenvatting

Samenvatting Samenvatting Samenvatting Samenvatting Binnen het domein van hart- en vaatziekten is een bypassoperatie de meest uitgevoerde chirurgische ingreep. Omdat bij een hartoperatie het borstbeen wordt doorgesneden en er meestal

Nadere informatie

Startnotitie. Terugdringen toepassen vrijheidsbeperkende middelen en maatregelen

Startnotitie. Terugdringen toepassen vrijheidsbeperkende middelen en maatregelen Startnotitie Terugdringen toepassen vrijheidsbeperkende middelen en maatregelen STATUS Beleidsnotitie Startnotitie Vrijheidsbeperkende maatregelen Auteur(s) Anke Nieuwland Datum 15 April 2010 Advies/instemming

Nadere informatie

Bijlage 1. Criteria ondersteuning, dagactiviteiten, kortdurend verblijf

Bijlage 1. Criteria ondersteuning, dagactiviteiten, kortdurend verblijf Bijlage 1. Criteria ondersteuning, dagactiviteiten, kortdurend verblijf Als bedoeld in hoofdstuk 6, paragraaf 2. 1. Ondersteuning Ondersteuning thuis zijn activiteiten gericht op het bevorderen van zelfredzaamheid

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag www.rijksoverheid.nl Uw

Nadere informatie

MH ID. Richtlijnen en principes. 29 maart Over diagnostiek en behandeling van gedragsproblemen bij mensen met een verstandelijke beperking

MH ID. Richtlijnen en principes. 29 maart Over diagnostiek en behandeling van gedragsproblemen bij mensen met een verstandelijke beperking Richtlijnen en principes MH ID Over diagnostiek en behandeling van gedragsproblemen bij mensen met een verstandelijke beperking 29 maart 2011 Barbara Pot, orthopedagoge/gz psychologe Meest voorkomende

Nadere informatie

Datum 1 juli 2014 Onderwerp Beantwoording Kamervragen over het onderzoek naar het verband tussen medicijngebruik en agressie

Datum 1 juli 2014 Onderwerp Beantwoording Kamervragen over het onderzoek naar het verband tussen medicijngebruik en agressie 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

Onderzoek in uitvoering. Wieke Bockstael Pauline Mourits

Onderzoek in uitvoering. Wieke Bockstael Pauline Mourits Onderzoek in uitvoering Wieke Bockstael Pauline Mourits Onderzoek in uitvoering: Invloed fysieke omgeving/exploitatie kleinschalig wonen voor dementerenden Proefwoning dementie Royal Rustique 2 Aanleiding:

Nadere informatie

Aan: zorgaanbieders en zorgprofessionals

Aan: zorgaanbieders en zorgprofessionals Aan: zorgaanbieders en zorgprofessionals Utrecht, 5 oktober 2017 Kenmerk: 17.158 SvB/CG Betreft: Indicatoren voor basisveiligheid Kwaliteitskader verpleeghuiszorg Geachte leden, Graag willen we u informeren

Nadere informatie

Rapport naar aanleiding van de individuele toetsing dwangbehandeling (artikel 38c, lid 7 Wet Bopz)

Rapport naar aanleiding van de individuele toetsing dwangbehandeling (artikel 38c, lid 7 Wet Bopz) Rapport naar aanleiding van de individuele toetsing dwangbehandeling (artikel 38c, lid 7 Wet Bopz) In Te Datum Van

Nadere informatie

Beleid en implementatie aanpak ouderenmishandeling.

Beleid en implementatie aanpak ouderenmishandeling. Beleid en implementatie aanpak ouderenmishandeling. 1. Sociaal beleid in breder verband Ontwikkelen beleid: een complex proces Het ontwikkelen en implementeren van beleid voor preventie en aanpak van grensoverschrijdend

Nadere informatie

Dutch Summary - Nederlandse Samenvatting

Dutch Summary - Nederlandse Samenvatting 119 Hoofdstuk 1 - Algemene inleiding Hoofdstuk 1 bevat algemene informatie over type 2 diabetes, waarin onderwerpen aan bod komen zoals: risicofactoren voor het ontwikkelen van type 2 diabetes, de gevolgen

Nadere informatie

Indicatoren basisveiligheid voor de verpleeghuiszorg in 2018

Indicatoren basisveiligheid voor de verpleeghuiszorg in 2018 Home no. 2 April 2018 Eerdere edities Verenso.nl Indicatoren basisveiligheid voor de verpleeghuiszorg in 2018 Sandra van Beek, Marie-Julie van Hoof svanbeek@verenso.nl Sandra van Beek, Marie-Julie van

Nadere informatie

Scholing voor oudere werknemers: literatuuroverzicht en kosten-baten analyse

Scholing voor oudere werknemers: literatuuroverzicht en kosten-baten analyse Scholing voor oudere werknemers: literatuuroverzicht en kosten-baten analyse Wim Groot & Henriette Maassen van den Brink In samenwerking met Annelies Notenboom, Karin Douma en Tom Everhardt, APE Den Haag

Nadere informatie

Een onzichtbaar probleem

Een onzichtbaar probleem Gedragsproblemen bij mensen met een ernstige verstandelijke en meervoudige beperking, komt het voor en kunnen we het beïnvloeden?! Petra Poppes! Annette van der Putten! Carla Vlaskamp Een onzichtbaar probleem

Nadere informatie

Vallen bij ouderen. Vragen Vallen over bij valproblematiek. Laat ze niet vallen! Dode a.g.v val

Vallen bij ouderen. Vragen Vallen over bij valproblematiek. Laat ze niet vallen! Dode a.g.v val Dr. Lotte Enkelaar Bewegingswetenschapper, fysiotherapeut Laat ze niet vallen! On one s own feet Falls, risk factors and falls prevention in persons with mild to moderate intellectual disabilities Vragen

Nadere informatie

Fidelity of a Strengths-based method for Homeless Youth

Fidelity of a Strengths-based method for Homeless Youth Fidelity of a Strengths-based method for Homeless Youth Manon krabbenborg, Sandra Boersma, Marielle Beijersbergen & Judith Wolf s.boersma@elg.umcn.nl Homeless youth in the Netherlands Latest estimate:

Nadere informatie

Samenvatting. Welk type zorg is PDL?

Samenvatting. Welk type zorg is PDL? Samenvatting In dit proefschrift is de zorgverlening volgens Passiviteiten Dagelijks Leven (PDL) beschreven. PDL wordt in toenemende mate toegepast in de Nederlandse en Vlaamse ouderenzorg en men ervaart

Nadere informatie

Kleinschalig wonen met domotica Matchmaking Event. 4 augustus 2009 Johan van Dijkhuizen

Kleinschalig wonen met domotica Matchmaking Event. 4 augustus 2009 Johan van Dijkhuizen Kleinschalig wonen met domotica Matchmaking Event 4 augustus 2009 Johan van Dijkhuizen Doelstelling en agenda Doel: Delen belang 1) denken vanuit zorgvraag 2) zorgen voor gedragenheid en 3) werken met

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 200 NEDERLANDSE SAMENVATTING Duizeligheid is een veel voorkomend probleem bij ouderen. Tot 30% van de thuiswonende ouderen van 65 jaar en ouder ervaart enige vorm van duizeligheid.

Nadere informatie

Een verslag van coachende begeleidingsgesprekken met een klasgenoot over de leerdoelen en leerpunten tijdens de stage.

Een verslag van coachende begeleidingsgesprekken met een klasgenoot over de leerdoelen en leerpunten tijdens de stage. Specificaties Medewerker maatschappelijke zorg Titel: Soort: Werksituatie: Eindproduct: Coachend begeleiden en sociaal activeren Cursus Gehandicaptenzorg, geestelijke gezondheidszorg, verslavingszorg,

Nadere informatie

impact from intervention strategies A case example from the baking industry

impact from intervention strategies A case example from the baking industry Prospective evaluation of the health impact from intervention strategies A case example from the baking industry Samenwerking Nick Warren, Health and Safety Laboratory Dick Heederik, IRAS, Utrecht University

Nadere informatie

De inzet van robots in de behandeling van autisme. Bibi Huskens en Rianne Verschuur

De inzet van robots in de behandeling van autisme. Bibi Huskens en Rianne Verschuur De inzet van robots in de behandeling van autisme Bibi Huskens en Rianne Verschuur In samenwerking met: Emilia Barakova TU/e Jan Gillesen TU/e Tino Lourens TiViPe Met dank aan: Agentschap NL Deelnemende

Nadere informatie

HOOFDSTUK 1: INLEIDING

HOOFDSTUK 1: INLEIDING 168 Samenvatting 169 HOOFDSTUK 1: INLEIDING Bij circa 13.5% van de ouderen komen depressieve klachten voor. Met de term depressieve klachten worden klachten bedoeld die klinisch relevant zijn, maar niet

Nadere informatie

Schijndissertatie van het proefschrift: The management of neuropsychiatric symptoms in people with young-onset dementia

Schijndissertatie van het proefschrift: The management of neuropsychiatric symptoms in people with young-onset dementia Schijndissertatie van het proefschrift: The management of neuropsychiatric symptoms in people with young-onset dementia Improving specialized long-term care Britt Appelhof, Eindhoven 2019 Cover design:

Nadere informatie

De gevolgen van een verminderd werkvermogen voor duurzame inzetbaarheid

De gevolgen van een verminderd werkvermogen voor duurzame inzetbaarheid De gevolgen van een verminderd werkvermogen voor duurzame inzetbaarheid Tilja van den Berg & Lex Burdorf Afdeling Maatschappelijke Gezondheidszorg Erasmus MC, Rotterdam Aanleiding Zorgsector Aanleiding

Nadere informatie

Methodologie als kern van twijfelachtige onderzoekspraktijken: prevalentie en preventie. prof. dr. Lex Bouter

Methodologie als kern van twijfelachtige onderzoekspraktijken: prevalentie en preventie. prof. dr. Lex Bouter Methodologie als kern van twijfelachtige onderzoekspraktijken: prevalentie en preventie prof. dr. Lex Bouter Inhoud Wat is het probleem? Categorieën, frequentie, determinanten Wat is eraan te doen? Educatie

Nadere informatie

Keuzevrijheid en vrijheidsbeperking

Keuzevrijheid en vrijheidsbeperking Keuzevrijheid en vrijheidsbeperking Het beste uit jezelf Waarom mag je niet altijd doen wat je wilt? Steven is ernstig gehandicapt. Eén van zijn beperkingen is dat hij niet kan praten. Je moet dus goed

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 18 september 2012 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 18 september 2012 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 2008 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 25 VX DEN HAAG T 070 340 79 F 070 340 78 34

Nadere informatie

Chapter 10 Samenvatting

Chapter 10 Samenvatting Chapter 10 Samenvatting Chapter 10 De laatste jaren is de mortaliteit bij patiënten met psychotische aandoeningen gestegen terwijl deze in de algemene populatie per leeftijdscategorie is gedaald. Een belangrijke

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Addendum A 173 Nederlandse samenvatting Het doel van het onderzoek beschreven in dit proefschrift was om de rol van twee belangrijke risicofactoren voor psychotische stoornissen te onderzoeken in de Ultra

Nadere informatie

De zorg is onze passie, verbeteren ons vak. Productive Ward

De zorg is onze passie, verbeteren ons vak. Productive Ward Productive Ward Verbeter de kwaliteit, veiligheid en doelmatigheid van uw zorg door reductie van verspilling Brochure Productive Ward CBO 2012 CBO, Postbus 20064, 3502 LB UTRECHT Alle rechten voorbehouden.

Nadere informatie

Omgaan met suïcide risico. Crisisinterventies. Jeroen Decoster, MD PhD. Psychiater - psychotherapeut MCT, spoedgevallen en EPSI-unit

Omgaan met suïcide risico. Crisisinterventies. Jeroen Decoster, MD PhD. Psychiater - psychotherapeut MCT, spoedgevallen en EPSI-unit Omgaan met suïcide risico Crisisinterventies Jeroen Decoster, MD PhD Psychiater - psychotherapeut MCT, spoedgevallen en EPSI-unit psychiatrische hospitalisatie = enkel een noodzakelijk middel om een

Nadere informatie

M. Helleman Rn MScN T. van Achterberg Rn PhD P.J.J. Goossens Rn PhD APRN A. Kaasenbrood, MD, PhD

M. Helleman Rn MScN T. van Achterberg Rn PhD P.J.J. Goossens Rn PhD APRN A. Kaasenbrood, MD, PhD De interventie Bed op Recept voor patiënten met een borderline persoonlijkheidsstoornis laat patiënten groeien in autonomie, zelfmanagement en vaardigheden M. Helleman Rn MScN T. van Achterberg Rn PhD

Nadere informatie

Hartpatiënten Stoppen met Roken De invloed van eigen effectiviteit, actieplannen en coping plannen op het stoppen met roken

Hartpatiënten Stoppen met Roken De invloed van eigen effectiviteit, actieplannen en coping plannen op het stoppen met roken 1 Hartpatiënten Stoppen met Roken De invloed van eigen effectiviteit, actieplannen en coping plannen op het stoppen met roken Smoking Cessation in Cardiac Patients Esther Kers-Cappon Begeleiding door:

Nadere informatie

Observationeel onderzoek Patiënt-controleonderzoek Cohortonderzoek Cross-sectioneel Systematisch review

Observationeel onderzoek Patiënt-controleonderzoek Cohortonderzoek Cross-sectioneel Systematisch review Zoekstrategie JGZ-richtlijn Taalontwikkeling Om de uitgangsvragen op een gestructureerde manier uit te werken zijn deze eerst omgevormd tot PICO uitgangsvragen. Hierbij wordt achtereenvolgens het volgende

Nadere informatie

ZZP-Productenboek Volledig Pakket Thuis (VPT)

ZZP-Productenboek Volledig Pakket Thuis (VPT) ZZP-Productenboek Volledig Pakket Thuis (VPT) Informatie over zorgproducten van Amerpoort voor mensen met een verstandelijke beperking die thuis wonen Een zorgzwaartepakket (ZZP) is een manier om aan te

Nadere informatie

KOSTENEFFECTIVITEIT RE-INTEGRATIETRAJECTEN

KOSTENEFFECTIVITEIT RE-INTEGRATIETRAJECTEN Gepubliceerd in: Maandblad Reïntegratie nr. 9, 2007, p. 6-10 KOSTENEFFECTIVITEIT RE-INTEGRATIETRAJECTEN Drs. Maikel Groenewoud 2007 Regioplan Beleidsonderzoek Nieuwezijds Voorburgwal 35 1012 RD Amsterdam

Nadere informatie

HET WERKEN met GEZONDHEIDSPROFIELEN in de MANUELE THERAPIE

HET WERKEN met GEZONDHEIDSPROFIELEN in de MANUELE THERAPIE HET WERKEN met GEZONDHEIDSPROFIELEN in de MANUELE THERAPIE Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp Vrije Universiteit Brussel UMC St Radboud, Nijmegen NPi, Amersfoort 1 NVMT 4e LUSTRUM VAN HARTE PROFICIAT 2 WAAROM

Nadere informatie